Frans Buffa & Zonen - De Boekenwereld
Frans Buffa & Zonen - De Boekenwereld
Frans Buffa & Zonen - De Boekenwereld
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 50<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
50<br />
Van eenvoudige prentenkoopman<br />
tot gerenommeerde kunsthandelaar:<br />
<strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> in Amsterdam (ca. 1785-1951)<br />
j.f. heijbroek*<br />
Op 10 maart 1905 vierde Jacobus Slagmulder (1861-1921) dat hij 25 jaar werkzaam was bij de<br />
firma <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>. Ter gelegenheid van dat jubileum werd een gedenkplaat<br />
gedrukt waarop de achtereenvolgende directeuren van de zaak aan de Kalverstraat in<br />
Amsterdam zijn afgebeeld. Dat waren de oprichter <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong>, die van 1790 tot 1815 de<br />
zaak leidde, zijn zoons Sebastiaan en Giovanni <strong>Buffa</strong>, die beiden van 1815 tot 1836 aan de<br />
touwtjes trokken, en de <strong>Frans</strong>e horlogiers Pierre Adrien en Theodoor Beguin, die respectievelijk<br />
van 1836 tot 1866 en van 1866 tot 1872 leiding gaven aan de zaak. Verder Alberto en Jan<br />
Caramelli, die respectievelijk van 1836 tot 1890 en van 1872-1880 de firma <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> &<br />
<strong>Zonen</strong> leidden en Philippe Tessaro, die van 1872 tot 1895 de firma voor de twintigste eeuw<br />
gereedmaakte. Jacobus Slagmulder ten slotte heeft het bedrijf tot zijn dood in 1921 met<br />
krachtige hand geleid. Op de gedenkplaat is in het midden de kunsthandel aan de<br />
Kalverstraat 39/hoek Gapersteeg afgebeeld zoals die er in 1905 uitzag. Onderaan een kleine<br />
foto van het dorpje Pieve Tesino, de bakermat van verschillende kunsthandelaars in Europa<br />
zoals de <strong>Buffa</strong>’s, de Caramelli’s, de Tessaro’s, de Fietta’s, de Avanzano’s en de Daziaro’s. 1<br />
Gedenkplaat, gedrukt ter ere van het<br />
25-jarig jubileum van J. Slagmulder, 1905
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 51<br />
In dit dorpje, hooggelegen in de bergen in de Valsugano regio van Zuid-Tirol, hebben in<br />
de tweede helft van de achttiende eeuw veel prentenkooplui geleefd die het drukwerk van<br />
de Remondini’s uit het nabijgelegen stadje Bassano uitventten over heel Europa. 2 In het<br />
archief van de drossaard van Brabant komen allerlei venters en verkopers voor. <strong>De</strong> één reisde<br />
door Europa met een dier, de ander met een optica. Allen werden ondervraagd over hun<br />
handel en wandel. Af en toe zijn ook enkele prentverkopers ter verantwoording geroepen<br />
onder wie Jean <strong>Buffa</strong>, 42 jaar oud, die tussen 1770 en 1773 prenten en landkaarten (‘images<br />
et cartes figuratives’) in steden en op het platteland heeft verkocht. Hij vertelde dat hij zijn<br />
handelswaar had gekocht in Augsburg en Antwerpen. 3<br />
Remondini, <strong>De</strong> bouw van de ark van Noach. Ets, ingekleurd met waterverf, 530 x 775 mm. Rijksprentenkabinet,<br />
Rijksmuseum Amsterdam<br />
<strong>De</strong> <strong>Buffa</strong>’s woonden in de achttiende eeuw in Pieve Tesino op de Piazza Maggiore tegenover<br />
de prentenopslag van de firma Remondini uit Bassano. Alles wijst erop dat leden van de<br />
familie <strong>Buffa</strong> hun voorraad Remondini-prenten, waarmee ze op weg gingen, in Augsburg<br />
en elders verkochten en met het verdiende geld ter plekke weer nieuwe handelsvoorraad<br />
inkochten. Zo belandde een aantal van die prentverkopers in Nederland en België, waar ze<br />
uiteindelijk firma’s vestigden die zouden uitgroeien tot gerenommeerde kunsthandels.<br />
Een enkele keer bereikte ook zo’n oorspronkelijke collectie uit Italië rechtstreeks ons land.<br />
In 2000 kocht het Rijksprentenkabinet een verzameling van 43 grote ingekleurde prenten<br />
uit de drukkerij van Remondini die vroeger vermoedelijk deel uitmaakte van de handelsvoorraad<br />
van een Italiaanse rondreizende prentenkoopman. <strong>De</strong> band met Pieve Tesino is<br />
steeds hecht gebleven. Verschillende Tesini keerden na verloop van tijd terug naar hun<br />
geboortedorp om daar hun oude dag door te brengen. Zo ook <strong>Frans</strong>, Sebastiaan en Giovanni<br />
<strong>Buffa</strong> uit Amsterdam.<br />
van eenvoudige prentenkoopman tot gerenommeerde kunsthandelaar<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
51
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 52<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
52<br />
Links: P. Blommers, Het burgerweeshuis met rechts de zaak van Pieter <strong>Buffa</strong>, midden 19 e eeuw. Litho, 177 x 129 mm<br />
(beeldmaat). Collectie Emmering, Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum Amsterdam<br />
Rechts: Albertin V., Weesjongen met rechts de etalage van Pieter <strong>Buffa</strong> bij de ingang tot het Burgerweeshuis in de<br />
Kalverstraat, ca. 1850. Litho, 201 x 152 mm (beeldmaat). Collectie Emmering, Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum<br />
Amsterdam<br />
Over het ontstaan en de ontwikkeling van hun zaak in de Kalverstraat in Amsterdam is<br />
betrekkelijk weinig bekend. Volgens de geschiedschrijver van de Kalverstraat, D. Kouwenaar,<br />
zou de zaak van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> dateren van 1808. 4 Zijn broer Pieter <strong>Buffa</strong> had in diezelfde<br />
Kalverstraat een ‘platenwinkel’ bij het ingangspoortje tot het Burgerweeshuis.<br />
Rekeningen in het Koninklijk Huisarchief in <strong>De</strong>n Haag wijzen echter uit, dat er in de periode<br />
1785-1794 al Amsterdamse konstverkopers ‘doende in prenten’ waren, luisterend naar de<br />
namen J. Battista en Joseppe (of Joseph) <strong>Buffa</strong>. Zij verkochten ‘konstprenten’ aan ‘Syn<br />
Hogeyt de Prince van Oranie’. 5 <strong>De</strong> bronnen over dit soort prentverkopers zijn echter<br />
schaars. Er bestaat een middennegentiende-eeuws boekje, Physiologie van de Kalverstraat,<br />
geschreven door ‘Een Humorist’ 6 waarin vrij uitvoerig de inboedel van de plaatwinkel van<br />
de Gebroeders <strong>Buffa</strong>, op de hoek van de Kalverstraat en de Gapersteeg wordt beschreven.<br />
‘Daar kunt ge, buiten de platen van <strong>Buffa</strong> naast het Burgerweeshuis, ook nog de Engelsche<br />
schetsen en keepseakes, de <strong>Frans</strong>che illustrations en mathematische dessins, en de<br />
Duitsche Stahlstiche bekomen. Is het wel te verwonderen dat derhalve bij zulk eene ruime<br />
sortering de prijs hier eens zoo hoog gesteld is. Het is hier immers een middending tusschen<br />
een’ Parijschen boek- en een’ Hollandschen plaatwinkel. Er zijn hier ook al de paskwillen<br />
voorhanden, die gij op verkleinde schaal in het leeskabinet vindt, waarin de altijd<br />
lachlustige <strong>Frans</strong>chen hunne dichters, romanschrijvers, componisten, akteurs en actrices<br />
aan den bewonderenden spot der Nederlandsche beschouwers prijs geven, die dan regt ver-<br />
j.f. heijbroek
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 53<br />
nuftig vragen, of Victor Hugo en Scribe wezentlijk zulke waterhoofden hebben, en die<br />
Rachel voor de koningin van Scheba, of Rossini voor den Engel Rafaël uit Gijsbrecht aanzien’.<br />
7 Met de plaatwinkel van <strong>Buffa</strong> naast het Burgerweeshuis wordt de zaak van Pieter<br />
<strong>Buffa</strong> bedoeld. Hij dreef zijn prentenwinkel tussen 1808 en 1864 op het adres Kalverstraat<br />
90. Daarna was zijn zaak tot 1871 in handen van D. Tessaro. 8<br />
A. Lutz naar A. Toselli, Kalverstraat gezien vanaf de Gapersteeg naar de Dam; rechts de winkel van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>,<br />
1825. Aquatint, 225 x 172 mm. Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum Amsterdam<br />
van eenvoudige prentenkoopman tot gerenommeerde kunsthandelaar<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
53
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 54<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
54<br />
<strong>De</strong> schrijver van het Kalverstraatboekje gaat vervolgens in op de klanten die dit soort<br />
winkels bezoeken of gefascineerd de etalage van <strong>Buffa</strong> bekijken. Een aquatint door A. Lutz<br />
en een tekening door C. de Kruyf met een afbeelding van de winkelpui geven een goede<br />
indruk van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong>’s prentenzaak omstreeks 1825. Hij eindigt zijn beschrijving van de<br />
klandizie met ‘den koopzuchtigen student, die gaarne dien geheelen winkel zou ledig<br />
koopen, om zijne kleine kamer te behangen, indien hem daartoe de noodige ressources niet<br />
ontbraken’. 9<br />
Van de firma <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> is weinig bedrijfsarchief bewaard gebleven. In het<br />
weekblad <strong>De</strong> Amsterdammer uit 1903 worden nog wel enkele archiefstukken genoemd uit<br />
het bezit van de familie Beguin die sindsdien niet meer zijn opgedoken. Zo wordt een<br />
vroeg-negentiende-eeuwse annonce geciteerd waarin de zaak van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> zich als volgt<br />
profileert: ‘Wij verkopen allerleye soorten van Engelsche, <strong>Frans</strong>che, Italiaansche en<br />
Duitsche Kunst-Printen van de beste Meesters; Geïllumineerde Printen voor den Optica-<br />
Spiegel; Landkaarten, beste Engelsche Verwen, Napelsche Vioolsnaren, en verder alle soorten<br />
van Lysten en Glasen, in ’t groot en klein. Alles tot een civielen prys.’ 10<br />
Links: L. Calamatta, Portret van mr. F. van de Poll, burgemeester van Amsterdam, 1882. Uitgegeven bij <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> &<br />
<strong>Zonen</strong>. Steendruk <strong>De</strong>sguerrois en Co. Litho, 420 x 334 mm. Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum Amsterdam<br />
Rechts: B. Taurel naar J.A. Kruseman, Portret van koning Willem ii. Uitgave <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>, Amsterdam. Gravure,<br />
450 x 317 mm. Gedrukt door J.F. Brugman, Amsterdam. Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum Amsterdam<br />
<strong>De</strong> firma beperkte zich niet tot de verkoop van bestaande prenten, maar financierde ook de<br />
productie van nieuwe bladen. <strong>De</strong> vroegst bekende prentuitgaven dateren van 1787, toen<br />
Joseph <strong>Buffa</strong> de leiding had. Hij produceerde vier historieprenten, die betrekking hebben<br />
op gevechten met de Pruisen rondom Amsterdam in het najaar van 1787 (FM 4968). <strong>De</strong> graveur<br />
Luigi Calamatta maakte in opdracht van François <strong>Buffa</strong> et Fils een serie Hollandse kos-<br />
j.f. heijbroek
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 55<br />
tuumprenten. Ook hoogwaardigheidsbekleders, zoals mr. F. van de Poll, staatsraad en burgemeester<br />
van de stad Amsterdam, werd in steendruk vereeuwigd door dezelfde kunstenaar.<br />
In 1842 maakte Benoît Taurel in opdracht van <strong>Buffa</strong> een portret van koning Willem ii<br />
naar een schilderij van J.A. Kruseman. <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> drukte in de jaren 1840 regelmatig<br />
reproductieprenten. Daarvan zijn verschillende contracten tussen uitgever en graveur<br />
bewaard gebleven. In 1844 was dat een reproductieprent door J.W. Kaiser naar Nicolaas<br />
Pieneman, <strong>De</strong> verwonding van admiraal de Ruyter, in 1847 <strong>De</strong> Staalmeesters van Rembrandt en<br />
in 1853 <strong>De</strong> Schuttersmaaltijd van Van der Helst.<br />
Ph. Benoist naar N.M.J. Chapuy, Gezicht op het Oosterdok in Amsterdam. Uitgegeven door <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>. Litho<br />
(getint), 400 x 570 mm (bladmaat) 289 x 442 mm (beeldmaat). Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum Amsterdam<br />
Naast portretten en historieprenten bracht de firma een aantal fraai geïllustreerde boeken<br />
en plaatwerken op het gebied van de locale topografie en de land- en volkenkunde uit. 11<br />
Daartoe behoorden panorama’s van Amsterdam en Rotterdam door J.C. Greive jr., gezichten<br />
op Java van W.J. Gordon gepubliceerd door J.J. van Braam, de thans uiterst zeldzame<br />
Gezigten uit Neerland’s West-Indien (1860-1862) getekend door G.W.C. Voorduin en in prent<br />
gebracht door J.E. van Heemskerck van Beest; verder een panorama van Amsterdam<br />
bestaande uit acht door Ph. Benoist gelithografeerde bladen naar tekeningen van N.M.J.<br />
Chapuy en het fameuze kostuumboek van Nederland samengesteld door V. Bing en J. Braet<br />
von Ueberfeldt. Dit is maar een kleine selectie uit de grote hoeveelheid prentwerken die in<br />
enkele decennia op de markt werden gebracht. Ook de fotografie behoorde tot het fonds<br />
van eenvoudige prentenkoopman tot gerenommeerde kunsthandelaar<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
55
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 56<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
56<br />
J. Vallou de Villeneuve naar H. Greeven,<br />
Hernhutterse vrouw en dochter in Zeist. Litho<br />
in kleuren, 214 x 157 mm (beeldmaat) 338 x 250<br />
(bladmaat) uit Greeven (H.), Verzameling der<br />
Kleederdragten in de noordelijke provincien<br />
van het Koningrijk der Nederlanden,<br />
Amsterdam. <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>, Parijs bij<br />
Engelmann et Cie, 1828. Bibliotheek<br />
Rijksmuseum Amsterdam<br />
Amsterdam Photographié, <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & Fils. Leporello met 12 foto’s door Pieter Oosterhuis. Rijksprentenkabinet,<br />
Rijksmuseum Amsterdam<br />
van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>. Omstreeks 1860 bracht de firma een leporello met foto’s van<br />
Amsterdam van Pieter Oosterhuis uit onder de titel Amsterdam photographié met onder<br />
andere een albuminedruk van het Trippenhuis, waar van 1817 tot 1885 het Rijksmuseum<br />
was gehuisvest. Verder was er een honderdtal ‘photographische portretten’ van ‘tijdgenoten<br />
in kunst en wetenschappen’ door Maurits Verveer te koop voor ƒ 1,- per stuk. 12 Motor<br />
achter al deze uitgaven was Alberto Caramelli (1811-1891) die bijna zestig jaar lang – aan-<br />
j.f. heijbroek
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 57<br />
vankelijk samen met P.A. Beguin (1808-1866) – de firma steeds verder uitbreidde en tot grote<br />
bloei bracht. 13<br />
<strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> verplichtte zich in 1857 contractueel de bestandscatalogus van de<br />
schilderijen van het Rijksmuseum door P.L. Dubourcq voor eigen risico uit te geven. Het<br />
boek bevatte naast een gedetailleerde beschrijving ook de signaturen op de schilderijen in<br />
facsimile. <strong>De</strong> prijs van het werk, dat in twee talen verscheen, werd in onderling overleg<br />
vastgesteld. Van elke nieuwe oplage moest de Raad van Bestuur van het museum in kennis<br />
worden gesteld om eventuele veranderingen of verbeteringen te kunnen doorvoeren. <strong>Frans</strong><br />
<strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> kreeg het exclusieve recht de catalogus in het museumgebouw te verkopen,<br />
bijvoorbeeld door daartoe de conciërge aan te wijzen ‘mits zij hem de gebruikelijke courtage<br />
gaven’. <strong>De</strong> firma diende verder ervoor te zorgen dat de catalogus altijd in het museum te<br />
koop zou zijn. Met de rest van de oplage kon <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> naar eigen goeddunken<br />
handelen. Van de Dubourcq-catalogus verschenen zes edities, vier in het Nederlands en<br />
twee in het <strong>Frans</strong>. 14<br />
Naast deze catalogus gaf de firma <strong>Buffa</strong> ook de 32 etsen uit van William Unger naar meesterwerken<br />
uit het Rijksmuseum. <strong>De</strong> serie was in vier verschillende staten te koop, in ‘prachtexemplaren’,<br />
‘épreuves d’artiste’, ‘épreuves avant la lettre’ en gewone drukken. Uit een twintigste-eeuwse<br />
catalogus van <strong>Buffa</strong>, waar verschillende edities van zijn verschenen, blijkt dat<br />
de meeste prenten in drie varianten werden gedrukt. 15 Proefdrukken op perkament of Japans<br />
papier, épreuves d’artiste op Japans of Chinees papier en reguliere drukken op Chinees papier<br />
(soms bedoeld om in portfolio’s opgenomen te worden). Alle belangrijke negentiende-eeuwse<br />
reproductie-etsers, zoals P.J. Arendzen, C.L. Dake, W. Unger en Ph. Zilcken, hebben voor<br />
<strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> gewerkt.<br />
In de tweede helft van de 19 e eeuw is de firma het accent gaan verschuiven van de prentkunst<br />
naar de schilderkunst. Steeds meer, met name Haagse, schilders exposeerden hun<br />
werk bij <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> in de Kalverstraat. In de verzameling kunstenaarsautografen<br />
van het Rijksprentenkabinet bevinden zich enkele honderden brieven van zo’n 140<br />
Nederlandse schilders die contact onderhielden met <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> over de verkoop<br />
van hun werk. We zien brieven van L. Apol, David J. Bles, J.C. Greive, H.F.C. ten Kate,<br />
van eenvoudige prentenkoopman tot gerenommeerde kunsthandelaar<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
57
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 58<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
58<br />
B.C. Koekoek, G.J. van de Sande Bakhuyzen, J.W. Pieneman, Willem Roelofs, Charles<br />
Rochussen, A. Schelfhout, C. Springer, P. Stortenbeker, W.B. Tholen, H.W. Mesdag, W. Maris<br />
en vele anderen. <strong>De</strong>ze correspondentie is veelal gericht aan Alberto Caramelli, die vanaf<br />
1836 mededirecteur was van de firma. 16<br />
Etiket van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>. Dit werd nog gebruikt in 1931 in een album met tekeningen van David Bles.<br />
Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum Amsterdam<br />
Ook de al genoemde Jacobus Slagmulder, die het vak leerde bij de in 1791 opgerichte<br />
Utrechtse zaak in prenten en tekenbenodigdheden van Caramelli & Tessaro, ging zich,<br />
eerst als medewerker, steeds actiever inzetten voor het werk van eigentijdse schilders. Hij<br />
volgde in 1890 Alberto Caramelli op als directeur. Over Slagmulder werd gefluisterd dat hij<br />
een bastaardzoon was van Caramelli en dat zijn moeder uit Nijkerk kwam. Caramelli, die<br />
geen kinderen uit zijn huwelijk had, voelde zich vermoedelijk verplicht voor deze jongen<br />
te zorgen en hem als bediende in de zaak op te nemen. <strong>De</strong>ze informatie is ontleend aan de<br />
Herinneringen van Jan Wiegman, die in 1901 op zijn zeventiende jaar als jongste bediende in<br />
dienst kwam van de firma <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>. 17 Toen zijn vader was overleden en ‘de<br />
minzame, niet sterke persoonlijkheid’ Tessaro als zijn enige patroon overbleef, zag<br />
Slagmulder zijn kans schoon om compagnon te worden. Tessaro en zijn vrouw wilden dat<br />
aanvankelijk niet. Daarop nam Slagmulder ontslag en huurde het voormalige<br />
‘Zeemanshuis’ op de hoek van de Kalverstraat en de Dam om een nieuwe kunsthandel in te<br />
vestigen. Toen begreep Tessaro wat de gevolgen daarvan zouden kunnen zijn voor de firma<br />
<strong>Buffa</strong>. Vanaf dat moment, ca. 1895, werd Slagmulder eigenaar van de zaak. Met rigide hand<br />
leidde hij het huis <strong>Buffa</strong> dat zich omstreeks 1900 kon meten met de Amsterdamse firma’s<br />
j.f. heijbroek
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 59<br />
E.J. van Wisselingh & Co, C.M. van Gogh en B.C. Voskuil en verder in <strong>De</strong>n Haag met Goupil,<br />
Schüller, Preyer en Krüger, in Utrecht met Caramelli & Tessaro en in Groningen met de<br />
Gebroeders Scholtens. <strong>De</strong> belangrijkste klanten van de firma <strong>Buffa</strong> waren de verzamelaars<br />
H.K. Westendorp, de gebroeders May en een aantal textielbaronnen uit Twente. Tijdens<br />
Isaac Israels, Portret van de kunsthandelaar<br />
Jacobus Slagmulder, ca. 1916/1917.<br />
Olieverf op doek, 101 x 73 cm.<br />
Verblijfplaats onbekend<br />
Slagmulders directoraat, dat duurde tot zijn dood in 1921, maakte de zaak een periode van<br />
grote bloei door en werd er niet alleen gehandeld in Europa, maar ook in Amerika en<br />
Canada. Daar maakten de schilders van de Haagse School vanaf ca. 1890 furore. Het werk<br />
van Jozef Israëls, Bosboom, Mauve, de Marissen, Blommers, Albert Neuhuijs en Gorter<br />
vond volop aftrek in de Nieuwe Wereld. Schilderijen en aquarellen van J.H. Weissenbruch<br />
vonden hun weg naar Canada, waar zelfs een wetenschappelijke studie over deze Haagse<br />
schilder verscheen. Ook breidde de zaak zich in 1902 uit met een filiaal van <strong>Buffa</strong> op het<br />
Noordeinde in <strong>De</strong>n Haag onder leiding van P.J. Zürcher. 18 Werken van schilders uit binnen-<br />
en buitenland verwisselden via de firma <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> regelmatig van eigenaar.<br />
Een belangrijke trekpleister was de etalage van <strong>Buffa</strong>, waar iedere week een ander<br />
kunstwerk te zien was. Niet alleen (toevallige) voorbijgangers zagen daar de recentste aan-<br />
van eenvoudige prentenkoopman tot gerenommeerde kunsthandelaar<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
59
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 60<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
60<br />
Th. van Hoytema, Reclamekaart voor tentoonstelling van tekeningen bij <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>, 17 november-17 december<br />
1896. Litho, 293 x 353 mm (beeldmaat). <strong>De</strong>ze aankondiging werd gedrukt op dik papier en voorzien van een gat om<br />
haar te kunnen ophangen. Rijksprentenkabinet, Rijksmuseum Amsterdam<br />
Omslag Tentoonstellingscatalogus<br />
van werk van Jan Toorop bij <strong>Frans</strong><br />
<strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>, Amsterdam, februari-maart<br />
1904. Litho, 272 x 212 mm.<br />
Het vioolspelende meisje is Charley<br />
Toorop. Rijksprentenkabinet,<br />
Rijksmuseum Amsterdam<br />
j.f. heijbroek
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 61<br />
winsten van de zaak, maar ook kranten als <strong>De</strong> Groene Amsterdammer maakten regelmatig<br />
melding van wat er die week in de etalage bij <strong>Buffa</strong> te zien was. Bekend is zelfs dat schilders<br />
er met elkaar of met voorbijgangers in discussie gingen over hun werk. Omstreeks 1905 had<br />
de zaak een jaaromzet van ƒ700.000,-. Wiegman geeft in zijn Herinneringen enkele zeer<br />
instructieve voorbeelden over de werkwijze van Slagmulder, die er soms in slaagde met<br />
behulp van de pers van de verkoop van een schilderij ‘een evenement’ te maken. Zo kocht<br />
hij omstreeks 1905 een groot schilderij van Jozef Israëls terug dat ongeveer 25 jaar tevoren<br />
ook bij <strong>Buffa</strong> was verkocht voor ƒ2800,- aan een Schotse edelman. Slagmulder kreeg de primeur<br />
het schilderij terug te kopen. Hij gaf één van zijn medewerkers de opdracht het doek<br />
voor ƒ 28.000,- naar Amsterdam te laten terugkeren. Wiegman schreef hierover: we dachten<br />
‘dat hij gek geworden was en wij zeiden hem dit, waarop hij antwoordde “Dit wordt een<br />
mooie zaak, let maar op”. Het bod werd geaccepteerd en het kunstwerk arriveerde.<br />
Heijdenrijk, de lijstenmaker, werd ontboden om de lijst wat te repareren en nadat het<br />
schilderij was schoongemaakt en opnieuw gevernist werd ’t op een ezel in de zaak<br />
geplaatst. Nu werden aan de grote cliënten uitnodigingen gezonden om dit chef d’oeuvre<br />
te komen zien. Intussen werd de pers uitgenodigd er over te schrijven. Een en ander maakte<br />
het geval tot een belangrijk evenement in de kunstwereld. <strong>De</strong> fine fleur van Amsterdam<br />
en uit de provincie kwamen het schilderij zien en Jos. Israels kwam persoonlijk zijn vroege<br />
werk bekijken. Toen de grote kunstverzamelaars het werk kwamen bezichtigen en naar de<br />
prijs vroegen, deelde de baas hen mede dat het werk Fl. 60.000,- moest kosten. <strong>De</strong> grote collectioneurs<br />
liepen al te likkebaarden voor het kunstwerk en nadat dit een jaar geduurd had<br />
en nog niemand had toegehapt, begon ’t Slagmulder te vervelen en belde hij de heer Baard,<br />
de toenmalige conservator van het Stedelijk Museum op en vroeg hem eens te komen kijken.<br />
Toen deze verscheen, zei Slagmulder: “Dit schilderij is een meesterwerk van Jos. Israels<br />
en ’t museum bezit geen enkel werk van de meester uit deze tijd. Ik vraag er Fl. 60.000,- voor<br />
en bied het aan de stad Amsterdam aan voor Fl. 55.000,-”. <strong>De</strong> heer Baard vertrok en de vol-<br />
van eenvoudige prentenkoopman tot gerenommeerde kunsthandelaar<br />
Matthieu Wiegman, Adreskaart<br />
van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>. Litho (in<br />
diverse kleuren), 120 x 150 mm.<br />
Collectie gebruiksgrafiek,<br />
Rijksprentenkabinet,<br />
Rijksmuseum Amsterdam<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
61
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 62<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
62<br />
Martin Monnickendam, <strong>De</strong> winkel van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> in de Kalverstraat, 1917. Pastel. Collectie Vrienden van de<br />
schilder Martin Monnickendam. Foto Wouter Thorn Leeson<br />
j.f. heijbroek
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 63<br />
gende dag zond het gemeentebestuur van Amsterdam een schrijven aan <strong>Buffa</strong> dat het op<br />
hoge prijs stelde van deze aanbieding gebruik te mogen maken. <strong>De</strong> couranten zorgden<br />
natuurlijk weer voor publicatie van dat bericht en <strong>Buffa</strong> had Fl. 27.000,- aan dit schilderij<br />
verdiend.’ 19 Niet alleen het werk van Jozef Israëls, maar vooral dat van zijn zoon Isaac was<br />
het paradepaardje van Slagmulder. In 1902, 1914 en 1915 organiseerde hij drie éénmanstentoonstellingen<br />
die veel succes hadden. Bovendien liet Slagmulder door Isaac Israels een portret<br />
van zich maken dat enkele jaren geleden op de markt kwam.<br />
Tijdens de Eerste Wereldoorlog trad er stagnatie op bij de firma <strong>Buffa</strong>. Langzamerhand<br />
werd de zaak ook steeds meer overvleugeld door E.J. van Wisselingh & Co aan het Rokin in<br />
Amsterdam. In 1919 behoorde Slagmulder nog wel tot de initiatiefnemers van de oprichting<br />
van de Nederlandsche Kunstkoopers Bond. Daarin verenigden zich handelaars in<br />
eigentijdse kunst om hun gezamenlijke belangen beter te kunnen behartigen. Maar na de<br />
dood van Slagmulder moest de zaak zelfs korte tijd sluiten. In een brief van de Redon-verzamelaar<br />
Andries Bonger aan Charles <strong>De</strong>strée, de zakelijk leider van de firma Durand-Ruel<br />
in Parijs, lezen we: ‘Wellicht weet u niet, dat de oude firma <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> na het<br />
overlijden van den heer Slagmulder zonder opvolger is gebleven. <strong>De</strong> winkel is geruimen<br />
tijd gesloten gebleven, doch is nu weer geopend. Naar men zegt, heeft een groep schilders,<br />
wier productie regelmatig door de firma verkocht werd, de zaak hervat. Zij zal zich dus vermoedelijk<br />
niet vernieuwen, hetgeen zij al sinds lang dringend behoefde.’ 20<br />
Met de hulp van enkele bevriende kunstenaars, geldschieters en een nieuwe energieke<br />
directeur J.H.H. (‘Joop’) Siedenburg (1875-1961), kon de zaak weer geopend worden en is er<br />
een reeks spraakmakende tentoonstellingen gehouden. 21 Financieel bleef de firma <strong>Frans</strong><br />
<strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> echter balanceren op het slappe koord. In 1932 moest het gebouw in de<br />
Kalverstraat, waarin de zaak huisde, zelfs verkocht worden aan een van de beste klanten,<br />
W.H. Singer, de latere oprichter van het Singer Museum in Laren en zelf kunstenaar. 22 Hij<br />
had in 1914 een mooie overzichtstentoonstelling bij <strong>Buffa</strong> gehad. Daarna volgden nog<br />
diverse exposities van zijn werk bij <strong>Buffa</strong>. In 1928 publiceerde Joop Siedenburg in eigen<br />
beheer het boek The American painter W.H. Singer Jr. and his position in the World of art. Dit is<br />
een wat ronkende selectie recensies over de weldoener en schilder William Singer.<br />
In 1934 vond een liquidatieveiling van de voorraad reproductieprenten van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> &<br />
<strong>Zonen</strong> plaats. Siedenburg wilde zich voortaan concentreren op de handel in schilderijen,<br />
aquarellen en tekeningen. <strong>De</strong>ze verkoping werd geleid door het Internationaal<br />
Antiquariaat van Menno Hertzberger. 23 Uit die veilingcatalogus blijkt dat in opdracht van<br />
de firma <strong>Buffa</strong> ook veel vrije grafiek is gemaakt. <strong>De</strong>ze bladen werden inclusief de etsplaat te<br />
koop aangeboden. Het ging onder meer om werk van J.M. Graadt van Roggen, J.C. Greive,<br />
F. Hart Nibbrig, W.O.J. Nieuwenkamp, W.B. Tholen en J.G. Veldheer. <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong><br />
produceerde vrijwel geen photogravures. Dat werd vooral gedaan door J.M. Schalekamp in<br />
Amsterdam. 24<br />
<strong>De</strong> schilderijententoonstellingen bij <strong>Buffa</strong> gingen in de jaren ’20 en ’30 echter onverminderd<br />
voort: er waren mooie overzichten van het werk van Kees van Dongen, Leo Gestel en<br />
Constant Permeke. 25 Joop Siedenburg werd sinds 1927 volop geassisteerd door zijn zoon<br />
Hein (1908-1990). <strong>De</strong> zaak heeft uiteindelijk op 15 maart 1951 vrijwel geruisloos de deuren<br />
moeten sluiten. 26 Een van oorsprong fameuze Italiaanse zaak, opgericht en geëxploiteerd<br />
door dorpelingen uit Pieve Tesino, verdween daarmee voorgoed uit de Kalverstraat.<br />
van eenvoudige prentenkoopman tot gerenommeerde kunsthandelaar<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
63
w.23.2mm 30-11-2006 10:01 Pagina 64<br />
de boekenwereld 23 [2006 - 2007]<br />
64<br />
noten<br />
* Ik dank P.J. Buijnsters voor het kritisch doorlezen en becommentariëren<br />
van dit artikel. Mijn dank gaat eveneens uit naar<br />
J.P. Glerum voor het beschikbaar stellen van delen van zijn<br />
familiearchief en van de Herinneringen van Jan Wiegman.<br />
1 Het belangrijkste overzichtsartikel is D. Kouwenaar, ‘<strong>De</strong><br />
Beguin’s als kunsthandelaars’, Maandblad voor Beeldende<br />
Kunsten 3 (1926), p. 3-11 en p. 35-43. Zie ook Annemieke<br />
Hoogenboom, <strong>De</strong> stand des kunstenaars. <strong>De</strong> positie van kunstschilders<br />
in Nederland in de eerste helft van de negentiende eeuw,<br />
Leiden 1993, p. 201-202 en Chris Stolwijk, Uit de schilderswereld.<br />
Nederlandse kunstschilders in de tweede helft van de negentiende<br />
eeuw, Leiden 1998, p. 305-306.<br />
Er bestaat enige Italiaanse literatuur over <strong>Buffa</strong> en de Tesini:<br />
Stampe per via. L’incisione dei secoli XVII-XIX nel commercio ambulante<br />
dei Tesini, Pieve Tesino/Trento/Bassano del Grappa, p. 74-<br />
78; Les hommes des images. L’epopea dei Tesini dal Trentino per le vie<br />
del mondo, Trento 2003 2.<br />
2 Belangrijke studies over de Remondini’s zijn: Mario Infelise<br />
en Paolo Marini, Remondini: Un editore del Settecento, Bassano<br />
del Grappa/Milaan 1990/’91; A.W.A. Boschloo, The prints of the<br />
Remondinis. An attempt to reconstruct an eighteenth-century world of<br />
pictures, Amsterdam 1998.<br />
3 C. Theys geeft in het tijdschrift Eigen Schoon en <strong>De</strong> Brabander uit<br />
1952, p. 38 e.v. een overzicht van de door hem gevonden venters<br />
in het archief van de drossaard van Brabant. Vriendelijke<br />
mededeling Nico Boerma.<br />
4 D. Kouwenaar, Tussen Dam en Muntplein. <strong>De</strong> levensgeschiedenis<br />
van de Kalverstraat, z.p. 1950, p. 83-86.<br />
5 Vriendelijke mededeling Wolfgang Cillessen (e-mail 24 april<br />
2006).<br />
6 <strong>De</strong> discussie over wie de auteur is van de Physiologie van de<br />
Kalverstraat is te vinden in: P.L. van Eck jr., ‘Physiologie van<br />
Amsterdam’, Jaarboek Amstelodamum 26 (1929), p. 222-240 en<br />
H.F. Wijnman, ‘P.J.W. Vos en zijn “Waarachtige Physiologie<br />
van Amsterdam”. Een onbekende episode uit de geschiedenis<br />
der Amsterdamsche arbeidersbeweging’, Jaarboek Amstelodamum<br />
34 (1937), p. 235-254.<br />
7 Physiologie van de Kalverstraat, door een Humorist. Amsterdam<br />
(S.W. Spree) 1844 (tweede druk), p. 152-153. In de jaren 1880 en<br />
’90 komt de zaak van <strong>Buffa</strong> met een korte karakteristiek in tal<br />
van stadsgidsen voor.<br />
8 Maandblad Amstelodamum 53 (1966), p. 140.<br />
9 Humorist, op.cit. (noot 7), p. 154.<br />
10 <strong>De</strong> Amsterdammer. Weekblad voor Nederland, 11 oktober 1903.<br />
11 Het beste overzicht is te vinden in John Landwehr, Studies in<br />
Dutch books with coloured plates published 1662-1875, The Hague<br />
j.f. heijbroek<br />
(dr. W. Junk B.V., Publishers) 1976, p. 62-66 en de cat.nrs. 219-<br />
220, 242-243, 289, 339, 421, 429, 443, 444, 459 en 465.<br />
12 Zie fondslijst van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>, Onze tijdgenoten in kunsten<br />
en wetenschappen. Photographische Portretten door M. Verveer.<br />
13 Zie <strong>De</strong> Portefeuille 8 (1886), p. 315.<br />
14 Zie Archief RM nrs. 80, 158 en 159.<br />
15 Catalogue of the publications of <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & Sons, sole establishment<br />
Kalverstraat, Amsterdam [ca. 1900].<br />
16 J.F. Heijbroek, ‘Kunst per brief. Een overzicht van de collectie<br />
kunstenaarsautografen in het Rijksprentenkabinet’, Bulletin<br />
van het Rijksmuseum 49 (2001), p. 234. In 2003 werd nog eens een<br />
groep van vijftig brieven en documenten afkomstig van de<br />
firma <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong> aangekocht door het Rijksprentenkabinet,<br />
Rijksmuseum Amsterdam.<br />
17 Het manuscript met de Herinneringen van Jan Wiegman, een<br />
broer van Matthieu werd mij vriendelijk ter beschikking<br />
gesteld door J.P. Glerum.<br />
18 Veel van de prenten die <strong>Buffa</strong> had uitgegeven (zie catalogus<br />
noot 15) werden ook door Zürcher verspreid. Zie Catalogue des<br />
éditions de P.J. Zürcher, Villa ‘Erica’, Scheveningseweg 25, La Haye<br />
[z.j.]. Toen was Zürcher inmiddels zelfstandig doorgegaan en<br />
geen filiaal meer van <strong>Buffa</strong>.<br />
19 Wiegman, op.cit. (noot 17), p. 20-21. Het schilderij waarover<br />
Wiegman schrijft, kon tot nu toe niet getraceerd worden in de<br />
collectie van het Stedelijk Museum.<br />
20 Brief van A. Bonger aan Ch. <strong>De</strong>strée, d.d. 16 februari 1922, p. 3-4.<br />
Particuliere collectie.<br />
21 Jan Engelman, ‘In memoriam J.H.H. Siedenburg; vriend van<br />
schilders en dichters overleden’, <strong>De</strong> Tijd/<strong>De</strong> Maasbode, augustus<br />
1961.<br />
22 Ann Blokland, Jacqueline de Raad e.a., Collectie Singer.<br />
Schilderijen, Zwolle [2002], p. 18-19 en Helen Schretlen, Loving<br />
Art. <strong>De</strong> William & Anna Singer Collectie, Laren/Zwolle [2006],<br />
p. 129-133.<br />
23 Liquidatie van den voorraad etsen, gravures, litho’s, prenten van de<br />
Firma <strong>Buffa</strong> & <strong>Zonen</strong>, Amsterdam (Internationaal Antiquariaat)<br />
21-22 november 1934.<br />
24 Zie Geïllustreerde catalogus van Schalekamp’s Photographie en kunsthandel,<br />
Geldersche Kade no. 92, Amsterdam 1916.<br />
25 <strong>De</strong> correspondentie van deze kunstenaars met Siedenburg<br />
berust in de autografencollectie van de Fondation Custodia,<br />
Parijs. Het knipselarchief vanaf 1922 (inclusief gedrukte catalogi<br />
en uitnodigingskaarten) wordt bewaard in het Rijksbureau<br />
voor Kunsthistorische Documentatie te <strong>De</strong>n Haag.<br />
26 A. Koolhaas, ‘<strong>De</strong> deuren van <strong>Frans</strong> <strong>Buffa</strong> 1780-1951 sloten voor<br />
goed’, <strong>De</strong> Groene Amsterdammer, 31 maart 1951.