EFPRA-congres: goede toekomst dierlijke vetten - Vereniging ...

EFPRA-congres: goede
toekomst dierlijke vetten
De komende jaren zullen steeds meer dierlijke vetten worden ingezet als
grondstof voor biodiesel. In 2007 werd in de hele EU slechts 182.000 ton
biodiesel uit dierlijke vetten geproduceerd, zo’n 3 procent van de totale
biodieselproductie, maar reeds eind dit jaar zal die bijdrage ongetwijfeld
zijn opgelopen. Die verwachting sprak Patrick Coelenbier van de Franse
organisatie SIFCO uit tijdens het achtste EFPRA-congres, dat van 4 t/m 7
juni jl. in het Deense Aalborg werd gehouden.
Elk jaar verzorgt de European Fat Processors
and Renderers Association
(EFPRA, zie artikel op pagina 4) een
meerdaags internationaal congres voor
haar leden en andere geïnteresseerden
in de verwerking van slachtbijproducten.
Sprekers uit verschillende landen laten
hun licht schijnen op recente ontwikkelingen
alsmede verwachtingen voor de
nabije toekomst m.b.t. de vleessector, de
productie en afzet van dierlijke vetten en
eiwitten, de productie van biodiesel uit
dierlijke vetten en andere gerelateerde
onderwerpen.
Patrick Coelenbier presenteerde de recentste
EFPRA-statistieken over 2007.
De Europese productie van dierlijke vetten
door de producenten die bij de EF-
PRA zijn aangesloten, is van 2006 op
2007 gegroeid van 2,52 naar 2,66 miljoen
ton. Er werd meer dierlijk vet afgezet
in de levensmiddelenindustrie, de
petfood-industrie en de energiesector
(incl. biodiesel), minder ging er naar de
diervoedersector, de oleochemie en de
zeepindustrie (zie diagram op pagina 2).
Onderscheiden naar type vet ging er
meer rundvet naar voeding, meer varkensvet
naar diervoeder en meer pluimvee-
en mengvetten naar petfood en
Als onderdeel van de informatiecampagne
wordt in elke nieuwsbrief aandacht
besteed aan een bedrijf dat of organisatie
die actief is in de dierlijk-vetsector.
1
De informatiecampagne dierlijk vet is een initiatief van het Productschap
Margarine, Vetten en Oliën en de Vereniging Verwerkers Slachtbijproducten.
Informatiecampagne Dierlijk Vet
Postbus 3095, 2280 GB Rijswijk, tel. 070 319 51 16, fax 070 319 51 96
www.dierlijkvet.nl, info@dierlijkvet.nl
Perswoordvoering: Sjors Beerendonk, voorzitter VVS, tel. 0499-364802
n i e u w s b r i e f
oleochemie. Daarentegen daalden de
leveringen van varkensvet aan de voedingsindustrie,
van pluimvee- en mengvetten
aan de diervoedersector, en van
varkens- en rundvet aan de petfoodsector
en de oleochemie.
Vervoederverbod
Een van de voornaamste actuele
beleidsonderwerpen die tijdens het congres
werden besproken, waren het vervoederverbod
voor dierlijke eiwitten en
de stappen die op Europees niveau
worden gezet om dit verbod geleidelijk te
versoepelen, al naar gelang de weten-
Nummer 10, Juni 2008
EFPRA-congres: goede toekomst dierlijke
vetten ......................................................1
EFPRA: doel, structuur en omvang.........4
Een blik in de congreszaal, met op de voorgrond enkele leden van de Nederlandse
delegatie.
schap er beter in slaagt betrouwbare
methodes voor soortidentificatie te ontwikkelen.
Rob Margry, senior onderzoeker
van CCL, gaf een toelichting op
de resultaten van dit onderzoek tot nu
toe. Bepaalde technieken zoals ELISA
en PCR blijken zeer goede resultaten op
te leveren, en technieken zoals Reveal
for Ruminant en MELISA-TEX Ruminant
lijken veelbelovend.
EFPRA-secretaris Dirk Dobbelaere
praatte de aanwezigen bij door aan te
geven dat EU-Commissaris Vassiliou
bereid lijkt het verbod voor kippen- en

varkenseiwit in visvoer op te heffen, en
dat een voorstel inzake nog dit jaar zal
worden besproken. Een terugkeer van
varkenseiwit in kippenvoer en kippeneiwit
in varkensvoer zal echter wat langer
op zich laten wachten. Volgens EFPRAvoorzitter
Niels Leth Nielsen wil de Europese
Commissie hiervoor wachten op
de resultaten van het project SAFE-
FEED-PAP, die pas eind 2009 worden
verwacht.
Niels Alsted van Biomar schetste een
positief scenario voor de ontwikkeling
van de aquafeedsector en gaf aan dat de
producenten in deze sector naarstig op
zoek zijn naar goede alternatieve vetten
en eiwitten, omdat visolie en vismeel –
normaliter veel ingezet in aquafeed –
amper nog te krijgen zijn tegen betaalbare
prijzen. Hij raadde de aanwezigen
aan om retailers en consumenten ervan
te overtuigen dat dierlijke vetten en eiwitten
een prima grondstof voor visvoer zijn.
Bijproductenverordening
Een ander punt van discussie was de
nieuwe bijproductenverordening en de
gevolgen die zij kan hebben voor de producenten
van dierlijke vetten en eiwitten.
Tim Gumbel van DG SANCO kon de
aanwezigen melden dat de Europese
Commissie na zo’n drie jaar enkele
dagen na het EFPRA-congres, op dinsdag
10 juni, met een voorstel zou komen
dat naar Raad en EP zou worden gestuurd.
De nieuwe regels moeten meer
2
Energy Oleochemical
& soap
Pet food Feed Chemist
industry
Food Biodiesel Others
duidelijkheid scheppen en voor een betere
afbakening van reikwijdte en begrippen
zorgen, onder handhaving van het
huidige beschermingsniveau van mens
en dier.
Volgens Gumbel komt er een meer risicogerichte
aanpak, waardoor er meer
mogelijkheden komen als een product
een bepaald bewerkingsproces heeft
ondergaan of een bepaalde (technische)
bestemming krijgt (bv. glycerine vrijkomend
bij de biodieselproductie uit dierlijke
vetten die in feed wordt gebruikt).
Ook zullen bedrijven straks afspraken
kunnen maken met lokale overheden
over het stoken van dierlijk vet in stoomketels.
Aangezien de technische ontwikkelingen
straks sneller kunnen leiden tot aanpassingen
in de verordening, hoopte Gumbel
op een voortzetting van de constructieve
samenwerking die de Europese
Commissie met de EFPRA en andere
belanghebbende organisaties heeft.
Biobrandstoffen
De inzet van dierlijke vetten als grondstof
voor biodiesel dan wel als energiebron in
stoomketels en dieselmotoren kwam in
menige toespraak aan de orde. Niet
alleen Patrick Coelenbier wijdde er aandacht
aan. Jussi Suomi schetste de plannen
van Neste Oil op dit gebied en het
internationale forum op vrijdagochtend,
met producenten van dierlijke vetten van
buiten de EU (VS, Canada, Australië en
Nieuw-Zeeland), was zelfs geheel gewijd
aan de groeiende controverse tussen
voeding en biobrandstoffen en de uitwerking
hiervan op de sector in de respectieve
landen.
Hikka Summa van DG AGRI plaatste de
ontwikkeling van de biobrandstoffensector
in het EU-beleid inzake hernieuwbare
energie en klimaatverandering en gaf
aan dat de hele EU met een gemiddelde
van ongeveer 2 procent biobrandstoffen
in de markt voor transportbrandstoffen
nog ver verwijderd is van de
nagestreefde 10 procent. Alleen Duitsland
(6,3%), Oostenrijk (3,5%) en Zweden
(3,1%) kwamen in 2007 boven de 2
procent uit. De groei lijkt in 2007 echter
gestagneerd als gevolg van de gestegen
grondstofprijzen.
Ze vond dat de media soms erg overdreven
met hun berichtgeving over het debat
‘food vs. fuel’, maar gaf aan dat
duurzaamheidscriteria in het nieuwe
Commissievoorstel voor een Richtlijn
hernieuwbare energie gaan gelden voor
zowel biotransportbrandstoffen (biofuels)
als vloeibare brandstoffen gebruikt voor
elektriciteit en verwarming (bioliquids).
Dierlijke vetten hebben in elk geval een
gunstig milieuprofiel wat betreft besparing
op de uitstoot van broeikasgassen.
Ze wist overigens wel dat het stoken van
dierlijke vetten voor energieopwekking
kosteneffectiever is dan het omzetten in
biodiesel.
Burgemeester Jensen van Aalborg
heet de congresgangers welkom.
n i e u w s b r i e f no. 10 - juni 2008

REACH
Voorzitter van het Standing Technical
Committee (zie artikel op pagina 4) van
EFPRA Stephen Woodgate bracht onder
meer de nieuwe REACH-verordening
aan de orde. Deze verordening verplicht
bedrijven tot het op Europees niveau
laten registreren, evalueren, autoriseren
en beperken van stoffen met een
(mogelijk) chemische werking. Bescherming
van milieu en volksgezondheid is
het motief voor de REACH-verordening.
Volgens Woodgate komen twee verordeningen
van gezamenlijk meer dan
1500 pagina’s het milieu waarschijnlijk
niet ten goede. Het probleem voor de
industrieën zit hem vooral in de onduidelijkheid
van de regeling. Stoffen die in de
levensmiddelenindustrie worden gebruikt,
natuurlijke producten en afvalstoffen
zijn bijvoorbeeld van de REACHverplichtingen
uitgezonderd, maar de
EFPRA heeft van EC-zijde nog steeds
geen bevestiging ontvangen dat dierlijke
vetten en eiwitten inderdaad op de uitzonderingslijst
zullen worden geplaatst.
Het zijn immers bij uitstek natuurlijke
producten.
Kjeld Johannesen van Danish Crown
schetste verder de ontwikkeling van de
Europese veestapel en vleesindustrie,
uiteraard bepalend voor de
grondstofvoorziening van de EFPRAleden.
Hij voorzag als gevolg van de
groeiende welvaart dat de vleesconsumptie
de komende jaren fors zal
toenemen, met name in China, Brazilië
en Rusland. Hoewel de productie in deze
landen eveneens zal toenemen, zal de
3
trend van een toenemende wereldhandel
in vlees doorzetten. Europese producenten
zullen op hun thuismarkten steeds
meer concurrentie van buiten de EU
ondervinden.
Gerald Smith van het Amerikaanse Valley
Proteins pleitte voor meer samenwerking
tussen EFPRA en de Amerikaanse
National Renderers Association
(NRA) bij het uitvoeren van onderzoek.
EFPRA verschaft gelden aan de Fats
and Protein Research Foundation
(FPRF). Smith werd op zijn wenken bediend,
want het STC had diezelfde
ochtend net besloten meer aandacht te
besteden aan onderzoeksprojecten voor
algemeen nut van de sector.
Het bijdragen door de EFPRA aan specifieke
onderzoeksprojecten die de hele
EU-18 Ontwikkeling dierlijke vetten in voedingsmiddelen
van 2006 op 2007 (x 1.000 ton)
140
120
100
80
60
40
20
0
43
12 8
72
Algemeen secretaris van de EFPRA Dirk Dobbelaere (links) begroet zijn
gastsprekers (vlnr) Tim Gumbel, Hikka Summa en Patrick Coelenbier.
60
2006 2007
tallow lard Others
8
4
sector ten goede komen, kon daardoor
ter plekke worden aangeboden.
Nieuwe vice-voorzitter
Tijdens de EFPRA Council Meeting en
General Meeting werd voorzitter Niels
Leth Nielsen (Denemarken) voor een
periode van twee jaar herbenoemd,
evenals vice-voorzitter Sjors Beerendonk
(Nederland). De door het vertrek van
Karl Rappold (Duitsland) vrijgekomen
positie van tweede vice-voorzitter werd
aan Alberto Grosso (Italië) vergeven. Zijn
plaats in de Executive Board ging naar
Martin Pointon (Verenigd Koninkrijk).
Voorzitter Niels Leth Nielsen, die dit jaar
zijn leden in zijn eigen Denemarken
mocht ontvangen, memoreerde dat de
EFPRA het vooral de laatste drie jaar erg
druk had gehad, met pogingen om het
vervoederverbod voor dierlijke eiwitten
versoepeld te krijgen (een oproep die nu
mede door de stijgende voedselprijzen
steeds breder gehoor lijkt te vinden),
discussies over onoplosbare onzuiverheden,
onderzoek naar het merken van
bepaalde vetten met GTH, het zoeken
naar een uniforme wijze van het gekleurd
etiketteren van transportmiddelen,
het verzet tegen de behandeling van
dierlijke vetten als afvalstoffen en nog
veel meer. Ook de komende maanden
staat de EFPRA, en met name het STC
onder leiding van Stephen Woodgate,
echter nog veel werk te wachten.
n i e u w s b r i e f no. 10 - juni 2008

De European Fat Processors and Renderers
Association (EFPRA) vertegenwoordigt
de belangen van de Europese
producenten van dierlijke vetten
bij Europese instellingen en internationale
organisaties. Ze is ontstaan op
1 januari 2001 uit een fusie van de
UNEGA (producenten van dierlijke
vetten voor humane consumptie) en
de EURA (producenten van dierlijke
vetten en eiwitten voor niet-humane
consumptie).
De EFPRA telt 29 leden afkomstig uit
23 Europese landen, die samen 491
productie-eenheden van dierlijke vetten
(en eiwitten) met een gezamenlijk
productievolume van 15,87 miljoen ton
verwerkte slachtbijproducten vertegenwoordigen.
Ze is de enige organisatie
die op Europees niveau actief is voor
de sector van dierlijke bijproducten,
inclusief dierlijke vetten, en staat open
voor leden uit zowel EU-lidtstaten als
andere Europese landen.
EFPRA heeft een voorzitter, twee vicevoorzitters
en een technisch directeur
en telt twee vertegenwoordigende organen
(het dagelijks bestuur en de
4
EFPRA: doel, structuur en omvang
Sjors Beerendonk
(NL)
Vice-voorzitter
raad) en een vaste technische commissie
(STC, zie organisatieschema). Het
STC onderzoekt technische en wetgevingsvraagstukken,
adviseert het bestuur
en telt ongeveer tien leden, allen
technische experts uit de industrie. De
Nederlandse brancheorganiatie VVS is
sterk vertegenwoordigd in het STC.
De ‘top’ van EFPRA tijdens het congres in Aalborg, met van links naar rechts
Stephen Woodgate, Niels Leth Nielsen en Dirk Dobbelaere.
Niels Leth Nielsen (DK)
Voorzitter
Albert Grosso (I)
Vice-voorzitter
EXECUTIVE BOARD
9 leden
Dirk Dobbelaere
Algemeen secretaris
COUNCIL
Gewone leden
Steve Woodgate
Technisch Directeur
Standing Technical
Committee – STC
(nationale experts)
Het secretariaat is gevestigd aan de
Boulevard Baudouin 18 in Brussel; de
dagelijkse leiding berust sinds haar oprichting
bij algemeen secretaris Dirk
Dobbelaere.
Nadere informatie over de EFPRA is te
vinden op www.efpra.eu.
Informatie congres
Volgende congres
Het negende EFPRA-congres wordt
gehouden in het Franse Cannes,
van 10 t/m 13 juni 2009. De Franse
brancheorganisatie SIFCO zal hierbij
als gastheer optreden.
Nadere informatie
Nadere inlichtingen over het achtste
EFPRA-congres zijn te vinden op
www.efpra.eu en op
www.efpra2008.org.
n i e u w s b r i e f no. 10 - juni 2008