West-Vlaamse Milieufederatie Tijdschrift I Zomer 2023
Laatste editie I Kristina Naeyaert I Verharding I Polderlandschap & ontwikkeling I Landschap I Leefmilieu I Westhoek is water I 50 jaar Velt
Laatste editie I Kristina Naeyaert I Verharding I Polderlandschap & ontwikkeling I Landschap I Leefmilieu I Westhoek is water I 50 jaar Velt
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
WEST-VLAAMSE
MILIEUFEDERATIE
Nr. 2 – Jaargang 18 | Driemaandelijks tijdschrift | Jun - Jul - Sep 2023
Afgiftekantoor Kortrijk Mail | Erkenningsnummer P926193
3 FOCUS REGIO
De verharding van Zuid-
West-Vlaanderen gaat als
een sneltrein door…
6 FOCUS REGIO
Polderlandschap verdrukt
onder ontwikkelingsdrang
10 FOCUS REGIO
Natuur in Midden-West-
Vlaanderen: landschap is
een basisrecht
13 FOCUS REGIO
Verantwoordelijke uitgever: Kristina Naeyaert | Normandiëstraat 178 | Wevelgem
Het leefmilieu onder druk
in regio Natuurpunt De
Torenvalk
16 FOCUS REGIO
Westhoek is water
18 NAWOORD
Tijdschrift West-Vlaamse
Milieufederatie stopt
8 FOCUS THEMA
Velt in West-Vlaanderen:
al meer dan 50 jaar
genieten van ecologisch
leven en tuinieren
INTRO
Kristina Naeyaert
2
INTRO
Beste lezer,
Het wordt nu écht wel ernstig. Al vele jaren
waarschuwen de milieu- en natuurverenigingen
samen met vele wetenschappers
dat de klimaatcrisis er aan komt, maar nu
voelen we het aan de lijve. We zien vogels
en heel wat andere soorten uit het zuiden
hier binnenkomen of naar koelere streken
gaan, maar andere soorten, die zich minder
makkelijk verplaatsen, zitten in een overlevingsstrijd.
De Europese Natuurherstelwet,
die er hopelijk aankomt, zal mens, flora en
fauna moeten helpen om zich aan te passen
aan een nieuw klimaat.
Onze overheden moeten werken aan een
klimaatadaptief beleid, zeker in de steden.
Dat betekent bij heraanleg van straten en
gemeentepleinen verharding weren en kiezen
voor veel meer groen met dichte kroonsluiting
van bladerdak. We willen geen
stenen pleinen meer bij heraanleg zoals in
Torhout met ocharme twee boompjes…
Ook de landbouw staat voor een revolutie.
Er is nood aan financiële en technische
ondersteuning voor landbouwers om
agro-ecologische technieken te leren toepassen
en te kiezen voor droogteresistente
rassen. De West-Vlaamse overheid kiest
er voorlopig voor om vooral de exportgerichte
landbouwindustrie te steunen door
de aanleg van grootschalige bufferbekkens
voor beregening in de groenten- en aardappelkweek.
Wanneer de ware kost van de
waterschaarste ten laste van deze industrie
zou komen, zou men zeker tot betere adaptatiebeslissingen
komen.
Eén ding is nu al zeker: er zal nooit genoeg
water in West-Vlaanderen zijn om tijdens
de grote droogtes iedereen van voldoende
water te voorzien zonder een doortastend
klimaatbeleid.
“Eén ding is nu al
zeker, er zal nooit
genoeg water in West-
Vlaanderen zijn om
tijdens de grote droogtes
iedereen van voldoende
water te voorzien
zonder een doortastend
klimaatbeleid.”
De West-Vlaamse Milieufederatie zal in de
toekomst nog veel beleidswerk moeten
opvolgen. Ook wij passen ons daarom aan:
dit tijdschrift is het laatste. We kiezen voor
andere communicatievormen om meer tijd
te maken voor meer beleidswerk.
Kristina Naeyaert
Voorzitter West-Vlaamse Milieufederatie vzw
FOCUS REGIO
De verharding van Zuid-West-
Vlaanderen gaat als een sneltrein door
Ontharden, tegelwippen, vergroenen zijn mooie en noodzakelijke nieuwe
begrippen die de indruk wekken dat de betonnering van ons landschap als een
prioriteit wordt aangepakt, maar de realiteit leert ons dat dit niet opweegt tegen
de vele verhardingsinitiatieven van overheden.
De Intercommunale Leiedal is volop bezig met
de voorbereidingen voor de realisatie van 32
ha nieuwe industriezones in de Blauwpoort
te Waregem. Dezelfde intercommunale zal
Evolis II in Kortrijk met 20 ha uitbreiden.
Tegelijk worden in Evolis I tientallen hectaren
niet gerealiseerd en gereserveerd voor een
compleet andere bestemming: een nieuwe
voetbaltempel voor Kortrijk. In Menen-West
loopt een GRUP om een bedrijvenzone van
70 ha te realiseren… Het zijn maar een paar
voorbeelden van wat er ten velde nog steeds
aan het gebeuren is. En dan hebben we het
nog niet over de vele verkavelingen voor
nieuwe woningen en de verhardingen door
bedrijfsuitbreidingen. Een exact cijfer hiervan
bekomen is moeilijk, maar het moet bijzonder
veel zijn. Wat het meest steekt is dat Provincie
West-Vlaanderen momenteel 450 hectare
nieuwe industriegebieden wil aanduiden,
waarvan 150 hectare in Zuid-West-Vlaanderen
en dit terwijl de Zuid-West-Vlaamse regio de
meest verharde regio van de provincie is.
De manier waarop bepaalde gebieden geschikt
verklaard worden voor verdere ontwikkeling,
roept veel vragen op. Voor de Provincie is een
gebied geschikt om verder te ontwikkelen, als
er al een bedrijventerrein aanwezig is. Dat is
een behoorlijk problematische aanpak omdat
er over de hele regio her en der al bedrijventerreinen
liggen. De naastliggende gronden
worden zo vogelvrij verklaard, waardoor de
olievlek van verharding steeds verder uitdijt.
Om één en ander aanvaardbaar te maken
zitten in het plan ook compensatievoorstellen
waarbij enkele niet gerealiseerde industriegronden
worden geschrapt en omgezet naar
bestemming landbouwgebied. Een goed begin
zou je denken, maar in realiteit zijn deze terreinen
al gedeeltelijk ingenomen door gebouwen
of liggen ze zo ingesloten in bebouwd
gebied dat er nauwelijks enige meerwaarde
is naar herstel van open ruimte. De conclusie
van het studiebureau Antea, dat het begeleidende
onderzoek opstelde was dan ook
duidelijk: “Met de voorgestelde lijst van ruilgebieden
is er nul winst op gebied van ecologie
en waterhuishouding.” De balans van deze
nieuwe golf van industriegebieden is dan ook
overduidelijk negatief. De schaalgrootte van
deze betonplannen is van die aard dat mooie
voorbeeldprojecten van ontharding nauwelijks
impact hebben op de ruimtebalans in de regio.
Toch tonen ze de richting, zoals in Avelgem
waar een reconversie van een bedrijfssite
doorgaat en in Wevelgem, waar een centrumstraat
onthard wordt en grotendeels ingekleurd
als groene zone.
Ons ruimtelijk beleid moet een volledig andere
weg op, waarbij zuinig omgaan met ruimte de
rode draad wordt. De voordelen zijn legio.
Als we alle onderbenutte ruimtes, zoals overgedimensioneerde
en halflege parkings of
loodsen, gebouwen met slechts 1 verdieping en
niet-gedeelde faciliteiten zouden aanwenden,
zijn we al een eind op weg. Slecht gelegen
bedrijventerreinen die in het verleden in het
gewestplan gepland werden, maar nooit werden
ingevuld kunnen we teruggegeven aan
landbouw of natuur. De kost van het innemen
van open ruimte wordt nu vooral betaald door
landbouwers wiens bedrijf ingesloten raakt en
de grondprijzen door het dak zien gaan: grondschaarste
en speculatie leiden tot astronomisch
hoge grondprijzen, die jonge boeren nooit
kunnen betalen. De winst voor de omgeving bij
het behoud van landbouwgebruik zit dan weer
in de ecosysteemdiensten, dank zij verbonden
natuur en het behoud van de biodiversiteit.
3
FOCUS REGIO
4
FOCUS REGIO
De toenemende druk op landbouwgronden
bedreigt de resterende schaarse natuur: hoe
hoger de druk op grond, hoe minder plaats
boeren willen maken voor bomen, heggen,
poelen en randen allerhande. De biodiversiteit
lijdt hieronder. Voor natuur verdwijnen
hiermee soortenrijke locaties die vaak goede
leefgebieden vormen voor tal van amfibieën,
planten, vlinders of pleisterplaatsen zijn voor
trekvogels. Het zijn die plaatsen die op vandaag
nog gedeeld worden tussen natuur en
landbouw. Ze verdienen bescherming en
rechtszekerheid.
Het huidig ruimtelijk wanbeleid veroorzaakt
nog veel andere miskende schade. Vooral het
watersysteem ondervindt heel wat collaterale
schade.
Het rapport “Weerbaar Waterland” van waterexperten
als professoren Meire en Willems,
trekt duidelijke conclusies: er is een zware
watercrisis aan de gang in Vlaanderen waarbij
de oorzaak ligt bij het verregaand veranderen
van het natuurlijk watersysteem. Steeds
verder betonneren van de bodem maakt het
alleen maar erger voor de toekomst. We
moeten – voor zowel watertekort als wateroverlast
– het natuurlijk watersysteem herstellen.
Natuurlijke waterreservoirs vernietigen
en achteraf proberen te compenseren door
bufferbekkens, zal dus niet volstaan.
De tijd dringt: per dag wordt 1,3ha West-
Vlaamse grond volgebouwd (tegenover 5 ha
voor gans Vlaanderen). Op vandaag is 60%
van de open ruimte in de regio Waregem
ingenomen door andere functies dan natuur
en landbouw. Willen we de resterende 40%
nog openlaten, dan kan dit enkel door een
andere visie die vertrekt vanuit de vele maatschappelijke
functies van de open ruimte. Het
huidig graaibeleid waarbij open ruimte wordt
beschouwd als restgebied dat financieel moet
worden gevaloriseerd, is achterhaald en ronduit
pervers.
Actie tegen nieuwe bedrijvenzones in
waterrijke gebieden
Natuur.koepel vzw en de West-Vlaamse Milieufederatie
hebben in april jl. actie gevoerd
in Anzegem tegen de aanduiding van nieuwe
industriezones door de Provincie. Met een
Met een affichecampagne hekelden we de inname van o.a. waterrijke gebieden en open landbouwgebied voor industrie.
affichecampagne en persactie hekelden we
de inname van waterrijke gebieden en open
landbouwgebied voor industrie.
In Waregem wil men 25 ha uitbreiding, te
zoeken in een ruimere perimeter van 50 ha
zoekzones, verdeeld over 5 deelgebieden.
Overal is er echter een gekende waterproblematiek,
zoals het gebied Vijverdam Zuid (13,5
ha) in Anzegem met nog vrij recente overstromingen
van de Mannebeek en Maalbeek.
In Deerlijk liggen de 3 aangeduide zones
in potentieel overstromingsgebied van een
beek: zone Esser (10,5 ha) aan de Slijpbeek,
zone Spijkerland (11,6 ha) aan de Beverenbeek
en zone Nijverheidslaan (13,7 ha) langs
de Wijmelbeek. De zoekzone in Waregem,
Schoendale (2,8 ha), is eveneens grotendeels
overstromingsgevoelig. In de begeleidende
informatie van de Provincie voor het openbaar
onderzoek wordt dit telkens herleid tot één
zinnetje: “Er dient extra aandacht te gaan naar
het waterbeheer van de site.”
De waterproblematiek wordt hoogstens
beschouwd als een knelpunt, terwijl bouwen in
watergevoelige gebieden vandaag totaal achterhaald
is. Vroeger werden deze gebieden als
“waterziek” bestempeld en dus nutteloos voor
productie. Ze werden daarom systematisch
gedraineerd of gedempt. Nu weten we echter
goed genoeg dat deze gebieden goud waard
zijn, omdat ze essentieel zijn om regenwater
te stockeren en in de bodem te laten infiltreren.
Als we ook deze laatste gebieden betonneren,
sluiten we ook de watervoorraden voor
de droge zomers af.
De keuze van dergelijke gebieden als nieuwe
industriezone getuigt van een complete blindheid
voor de ernst van de watercrisis in Vlaanderen
en misprijzen voor de wetenschap.
We moeten de resterende open ruimte, de
laatste relatief gave landschappen, de natuur
en het natuurlijke watersysteem dringend
beter beschermen. Onder druk van economische
lobby’s en vanuit een blind geloof in
onbeperkte groei hanteert de Provincie een
achterhaalde visie rond landschappen en
waterbeleid om steeds weer nieuwe gebieden
te kunnen aansnijden voor industrie. Onze
open ruimte raakt op. Willen we echt met z’n
allen die prijs betalen?
Tekst: Kristina Naeyaert
5
FOCUS REGIO
Ontharding van een centrumstraat in Wevelgem.
FOCUS REGIO
Polderlandschap
verdrukt onder
ontwikkelingsdrang
6
FOCUS REGIO
Het achterland van de Oostkust kent
prachtige en unieke poldergraslanden,
eeuwenoude graslanden met een
belangrijke ecologische rijkdom: ze
zijn de thuis voor heel veel en vaak
zeldzame fauna en flora. Wellicht het
meest gekend zijn de ganzen, die
er jaarlijks in de winter zorgen voor
een schitterend schouwtoneel. Het is
een open gevarieerd landschap met
poelen, greppels, sloten en kleine
reliefverschillen. Maar dit mooie open
landschap en ecosysteem zucht onder
een niet aflatende ontwikkelingsdruk.
Bij de inpoldering speelden zowel kleine boeren
als monniken een rol – met als belangrijke getuigen
de abdij van Ter Doest in Lissewege en de
Spermalieabdij in Damme in de Zwinstreek. Landbouw
hoort dus thuis in deze poldergraslanden.
Het vee graast er al eeuwenlang en past perfect
in het plaatje. Historisch worden deze graslanden
ook gebruikt als hooiland. Toch wordt er nog
steeds poldergrasland omgezet tot akkerland,
waarmee dan tegelijk telkens een stuk eeuwenoud
uniek ecosysteem verdwijnt. Een efficiënte
en effectieve bescherming van historische poldergraslanden
is, ondanks decennialange inspanningen
van de natuurbeweging, nog steeds geen feit,
maar wel een dringende noodzaak. Laatste tijd
zijn er op het inzageloket zelfs heel wat ontwikkelingsplannen
te vinden die zich weinig aantrekken
van deze unieke natuur en landschap.
Ten noorden van Brugge wil men een bedrijventerrein
ontwikkelen op De Spie, 42 ha vochtig en
laag gelegen poldergrasland. Een zeer mooie
locatie doorweven met beekjes. Na actie van
diverse natuur- en milieuverenigingen werd de
aanvraag gelukkig voorlopig ingetrokken. Het
idyllische Damse polderlandschap staat ook
onder aanzienlijke druk.
De laatste tijd waren er allerlei aanvragen die
het mooie weidse polderzicht verstoren: van een
gigantische loods tot een wijngaard en annex wijnbar
en logeermogelijkheid midden in de polders.
Sommige van die aanvragen worden zelfs verbazingwekkend
vlot vergund.
Ook in Knokke zijn poldergraslanden niet veilig:
een groot golfterrein met een omvangrijke bijbehorende
uberchique resort is daar de wilde
droom van projectontwikkelaar Paul Gheysen.
Na een aanvankelijke weigering zette minister
Zuhal Demir het licht daarvoor toch op groen.
Natuurpunt Brugs Ommeland en Middenkust
vzw, Groen vzw, Dryade vzw en vzw Bescherm
Bomen en Natuur konden daardoor niet anders
dan tegen deze vergunning reageren bij de Raad
7
FOCUS REGIO
© Dirk Van Rentergem
van Vergunningsbetwistingen. In de Zeebrugse
achterhaven ligt de Dudzeelse polder, een bijzonder
waardevol en historisch polderlandschap van
150 hectare dat in de middeleeuwen gevormd
werd door een slikken- en schorrensysteem. Ook
dit gebied staat, ondanks bescherming als ankerplaats
onder blijvende druk.
De waterrijke poldergraslanden beschermen
tegen zowel droogte als overstromingen.
Aanhoudende droogte, vaak al vroeg op het
jaar, is door klimaatopwarming nu al een jaarlijks
terugkomend fenomeen geworden.
Poldergraslanden houden bovendien een grote
hoeveelheid CO 2
vast. Hun behoud en herstel is
meer waardevol en nodig dan nog een loods of
hotel erbij in de polders. Vergunningverlenende
overheden lijken hier nog steeds niet voldoende
van bewust. Dit waardevol erfgoed van polderlandschappen
en historisch permanente graslanden
koesteren is dus ook een investering in onze
toekomst.
Tekst: Katty De Wilde
FOCUS THEMA
Velt in West-Vlaanderen: al meer
dan 50 jaar genieten van ecologisch
leven en tuinieren.
8
FOCUS THEMA
Velt, de Vereniging voor Ecologische Leven en Tuinieren, bestaat al meer dan 50
jaar. Minder bekend is dat de vereniging is ontstaan in West-Vlaanderen, meer bepaald
in Pittem. Vandaag zijn er 20 heel actieve afdelingen en verschillende werkgroepen
in West-Vlaanderen. Meer dan een voldoende reden om deze vereniging,
in dit voorlopig laatste tijdschrift van de West-Vlaamse Milieufederatie, welverdiend
even in de spotlights te plaatsen.
In 1971, de pioniersjaren van de milieubeweging,
verenigde zich in West-Vlaanderen een
groep, die zichzelf ‘Vrienden van de Biologische
Land- en Tuinbouw’ noemden. Hun ambitie was
de biologische landbouw bevorderen en een
natuurlijke leefwijze herwaarderen. Vanaf 1973
vormden zich overal in Vlaanderen soortgelijke
groepen. Ook in dat jaar kwam het eerste
nummer van het tijdschrift ‘Seizoentje’ uit, nù
Seizoenen. Het daaropvolgende jaar werd een
overkoepelende structuur opgericht voor de
toen al 1000 leden tellende vereniging.
Vandaag telt de vereniging een veelvoud aan
leden en is de overkoepelende structuur geprofessionaliseerd.
Toch steunt de vereniging nog
steeds op de duizenden actieve vrijwilligers.
Ook de doelstelling is grotendeels nog dezelfde,
nl. de biologische voedselproductie. Velt focust
zich nu ook op het zelf produceren van voedsel
en tuinieren in samenwerking met de natuur. Bij
Velt tuiniert men individueel of in een samentuin
zonder pesticiden of kunstmest. Tegelijk
heeft men aandacht voor infiltratie van regenwater,
een gezonde bodemstructuur en een
inrichting die biodiversiteit ten goede komt. Een
dergelijke inrichting kan wel degelijk een verschil
maken, zeker wanneer toegepast in veel
tuinen tegelijk. Een andere klemtoon bij Velt is
koken met lokale seizoenproducten en voedselverspilling
tegengaan. Maar de vereniging blijft
ook mee sensibiliseren voor een agro-ecologisch
landbouwsysteem.
Zo ook in de tuin ‘La Fôret de Chinouk’ van Donat
en Katrien te Ruddervoorde. Donat en Katrien
kochten een te renoveren huis met een tuin van
4.000 m² en vormden gaandeweg de klassieke
tuininrichting om tot een natuurvriendelijk tuinparadijs.
De eiken, beuken en kastanjebomen die
er al stonden werden geïntegreerd in een bosje
en de exoten werden vervangen door inheemse
soorten. Het onderhoud is daardoor momenteel
nog beperkt tot het onderhoud van de paadjes,
snoeien en hakselen van dood materiaal.
De tuin heeft ook een moestuin, waar kruiden
en groenten op een ecologische manier worden
geteeld en een boomgaard met laagstammige
fruitbomen. Een ander deel van de tuin wordt
ingenomen door een bloementuin. Waar vroeger
een gazon was, is nu een vijver aangelegd.
De voortuin was bedekt met witte steentjes.
Deze werden weggehaald en in de plaats
kwam een vlinder- en bijentuin. Vooraan de tuin
bevindt zich ook een ruilkastje van het ‘Stekje
zoekt Plekje’-project. Kamer- en tuinplanten,
maar ook stekjes en zelfs zaden kunnen via
deze kastjes geruild worden.
Tekst: Katty De Wilde
Wil je meer weten over de ecologische
tuinaanpak van Velt?
De missie en visie van Velt komt op een heel
mooie manier samen naar buiten bij de jaarlijkse
Velt Open Ecotuinendagen, altijd tijdens
het eerste weekend van juni. Dit jaar gingen
deze door in het weekend van 3 en 4 juni.
Overal te lande kon je ongegeneerd inspiratie
gaan opdoen in een ecologische voorbeeldtuin
van gedreven Velters.
https://velt.nu/ecologisch-tuinieren
https://velt.nu/la-foret-de-chinouk
Of wil je weten of er Velt afdeling actief is
in jouw buurt?
https://velt.nu/velt-je-buurt
9
FOCUS THEMA
La Forêt de Chinouk © Katrien Mergaert
FOCUS REGIO
Natuur in Midden-West-Vlaanderen:
landschap is een basisrecht
10
FOCUS REGIO
Midden-West-Vlaanderen veranderde de laatste halve eeuw drastisch door de
West-Vlaamse naarstigheid. Het ontplooien, transformeren en onderhouden van
economische activiteiten heeft een enorme impact gehad. Deze economische ijver
uit zich nadrukkelijk in het (voormalige) landbouwlandschap in de vorm van een
regionale concentratie aan grote agro-industriële bedrijfsgebouwen, intensieve
land- en tuinbouwbedrijven voor diepvriesgroente- en vleesproductie en allerhande
nieuwe economische activiteiten in verlaten landbouwbedrijfsgebouwen en
verspreid in de open ruimte.
Als het landschap de onderneming wordt
In het hart van West-Vlaanderen is stilstaan
achteruitgaan en vooruitgang uitbreiden, aanbouwen,
ontwikkelen of kortweg: bouwen! Bedrijven
gestart als landbouw-,veevoederbedrijf, of kleine
verwerker groeiden uit tot mastodonten. Nieuwe
bedrijven settelden zich in het open ruimtegebied
zonder veel tegenstand. Om de dorpskernen te
ontlasten van toenemende transport, worden
omleidingswegen aangelegd, die weer kansen
bieden voornieuwe vestigingen. Ondertussen
worden zonevreemde bedrijven gedoogd of geregulariseerd.
Uitbreiden van woonontwikkelingen,
infrastructuur en industrieterreinen wordt nog
altijd gezien als een vorm van economische en
maatschappelijke vooruitgang. En economisch
doet de regio het best goed. Bouwen vereist
onvermijdelijk het innemen van open ruimte, van
landbouw- en natuurgebied, van groen en water.
Daarbij wordt meestal het adagium ‘vrijheid van
ontwikkeling’ vooropgesteld, ongeacht het onderliggende
landschap.
Het serrecomplex aan de Bourgognepolder in
Eernegem is daar een voorbeeld van: de vergunning
werd geschorst, omdat de serres in
landschappelijk waardevol agrarisch gebied en
pal naast een beschermd vogelgebied niet ideaal
zijn, maar de activiteiten liepen gewoon door. De
agro-industriële en andere grote bedrijfs‘dozen’
vertonen vormelijk weinig tot geen binding met
het landschap. Ze verstoren visueel en botsen
met de laatste natuurwaarden in het landschap.
Hoe internationaler de bedrijven worden op het
vlak van in- en uitvoer van verse en diepvriesgroenten,
hoe minder ook de functionele binding
met het landschap. Wat rest is een louter economische
verbinding: de lokale tewerkstelling.
En zelfs dat is relatief. Uiteindelijk wordt het landschap
zo gewijzigd dat eender welke activiteit op
eender welke plek mogelijk en het landschap een
anoniem substraat is.
Geen landschapsbeleid
Het landschapsbeleid is versnipperd. Elke overheid
heeft een andere benadering van het landschap,
afhankelijk van de electorale en regionale
context. Daarnaast hebben ook administraties
elk een andere benadering en strijdt elke middenveldgroep
voor eigen punten. Het dichtst bij
een holistische landschapsvisie komt de sector
erfgoed, maar die gaat enkel over de meest historische
landschappen, terwijl in de Europese
Landschapsconventie heel duidelijk stelt dat we
ook naar de ‘degraded landscapes’ moeten kijken.
Midden-West-Vlaanderen dus.
De Nederlandse drielagenbenadering onderzoekt
en ontwerpt het landschap als een integratie van
de ondergrond bodem, reliëf en water), verbindende
infrastructuurnetwerken en ruimte-inname
voor menselijke activiteiten. Milieu- en natuurorganisaties
willen hier nog het ecosysteem aan
toevoegen: alles hangt samen. Het watersysteem
(en de waterstand) zorgt voor het bevloeien van
de akkers en natuur. Die zorgen voor het vastleggen
van koolstof en luchtkwaliteit, bijvoorbeeld.
Ecosysteemdiensten gaan van bestuiving over
bodemopbouw, klimaatadaptatie, koolstofopslag,
recreatie, tot waterdiensten aan de landbouw,…
maar het vergeet de intrinsieke waarde van de
biodiversteit. Ook natuurlijke systemen hebben
rechten op ontwikkeling.
Vertaald naar het Midden-West-Vlaamse landschap
is de (beleids)aandacht in de eerste
plaats naar de menselijke activiteiten gegaan: de
oprichting van constructies en gebouwen voor
de talrijke economische activiteiten in de regio.
Op de tweede plaats staat de netwerkenlaag
(auto-, trein- en waterwegen). De derde laag, de
gedurende duizenden jaren gegroeide ondergrondlaag,
is vrijwel over het hoofd gezien. Het
ecosysteem al helemaal.
Vergunningen herdefiniëren het landschap
Een vergunning is de toelating om een ingreep
te doen in het landschap met al haar functies,
waarbij de overheid, als behartiger van het
algemeen belang, erover waakt dat de sociaaleconomische
dimensie in evenwicht blijft met de
omgevingsfactoren en beschermingslagen. Niet
voor alles is een vergunning nodig: kleine verhardingen
bijvoorbeeld. Een aangebrachte verandering
kan ook geregulariseerd worden, wat
dan ook regelmatig gebeurt. Een illegaal bouwsel
kan in regularisatiefase worden geweigerd,
maar blijven staan, omdat er geen bevel tot
afbraak komt. Elke vergunning kan een kleine of
grote wonde aanbrengen in het landschap. ‘De
dood der duizend sneden’ is de opeenstapeling
van de wonden in het landschap, waarbij het
landschap stilaan verwordt tot het bijna steriele
productielandschap dat we kennen in Midden-West-Vlaanderen.
Dat resulteert dan weer in beleidsprogramma’s
zoals de Landschappelijke Integratie van
Bedrijfsgebouwen in landelijk gebied, gelanceerd
in 2023. Nieuwe bedrijfsgebouwen dienen
zich volgens provinciale ‘eisen’ met streekeigen
groen ‘te integreren’ in het landschap, dat voor
Midden-West-Vlaanderen al neigend naar een
kaal productielandschap: enkele accentbomen/
-struiken zijn voldoende.
Daarnaast vertrekt het programma van een
bijna totale vergunbaarheid, (waarbij ook
megastallen in Landschappelijk Waardevol
Agrarisch Gebied, zoals bocagelandschappen,
worden vergund.) en wordt de vergunning niet
beschouwd als een ingreep in het landschap,
die landschapsherstel vereist. In dat geval zou
integratie vanuit nood aan biodiversiteit,erfgoed,
stiktofcaptatie e.a. moeten worden bekeken.
Recht op landschap!
11
Stilaan verandert ook de interpretatie van dat
landschap. De generatie die het kleinschalige
landschap nog heeft gekend, is stilaan pensioengerechtigd
of ouder. De volgende generatie
leefde al tijdens de aftakeling en de nieuwe
generatie heeft nooit anders geweten. Deze
shifting baselines maken dat de nood aan een
divers, gelaagd landschap, alvast op subjectief
niveau, minder dringend wordt aangevoeld.
Ook de Midden-West-Vlaming heeft recht op
landschap, op een goed functionerend ecosysteem,
mooie vergezichten, de band met de
geschiedenis, maar ook met de toekomst. De
kleinere, eerder veilige projecten die nu doorgaan,
bijvoorbeeld het inkleden van een aantal
toeristische trekpleisters, of provinciale domeinen,
doen vooral dromen van wat zou kunnen zijn.
FOCUS REGIO
Brugsesteenweg in Roeselare
12
FOCUS REGIO
Momenteel wordt het landschap – dat de
gemeenschap toebehoort – sterk geprivatiseerd.
Ook de functies van het landschap worden
toebedeeld aan de private belangen. Dat
moet anders.
Het Hart van West-Vlaanderen heeft nood
aan een grondige landschapsanalyse waarbij
horizontaal gedragen initiatieven abiotische,
biotische en menselijke factoren met elkaar
verzoenen met zicht op noden voor klimaatmitigatie
en –adaptatie (en biodiversiteit). Dat
heet landschapsecologie. Valérie Dewaelheyns
(2014) pleit er daarom voor om de ‘dood der
duizend sneden’ om te zetten in kleine ingrepen
die elk werken aan een groter geheel van
wederopbouw van het landschap. Wanneer aan
die kleine ingrepen in het landschap ook positieve
ontwikkelingen worden gekoppeld, zou het
positieve effect voor het hele landschap veel
groter kunnen zijn. De meest impactrijke, positieve
ontwikkelingen inschatten, vergt echter
maatwerk en is niet gebaat bij generieke regelgeving,
wel bij een brede en toekomstbestendige
visie op het landschap. En vergt overleg,
waarbij alle actoren/ lagen in het landschap het
juiste belang hebben.
Landschapsraden
De basis van de natuurherstelwet, een ecologisch
goed functionerend landschap, is de basis
voor een klimaatbestendige toekomst. Herstel
van het natuurlijke kader waarbinnen de mens
zijn activiteiten kan ontplooien, vloeit voort uit
landschapsecologie. Dit moet ook de basis zijn
waarop een landschapsraad kan werken.
Binnen de landschapsraad worden, per landschapstypologie,
subvisies besproken, zoals er
momenteel waterlandschappen of landschapsparken
zijn, maar ook visies op het al dan niet
vergunnen van bepaalde installaties, de milieugebruiksruimte
die bepalend moet zijn voor het
vergunnen van extra emissies, de draagkracht
van een erfgoedlandschap en -sites, het herstel
van het watersysteem, het behalen van de
natuurdoelen, ecologisch beekbeheer,… Alles
komt samen in het landschap. En vanuit het
landschap moet het hogere beleid vorm krijgen.
In deze raad zitten kennisinstellingen, de overheden,
het middenveld, het bedrijfsleven en
geïnteresseerde burgers. Uiteraard zijn natuur-,
klimaat- en milieuverenigingen, net als boerenorganisaties
en andere belanghebbenden: een
absolute voorwaarde voor het welslagen van
deze raden. Net als transparantie en het delen
van het doel ‘landschapswederopbouw’.
En gezien het thema iedereen aanbelangt, is het
voor Natuurpunt, maar ook voor andere organisaties,
een kans om nieuwe mensen aan te trekken
om deze raden, maar ook de inclusieve visie
op het landschap mee vorm te geven.
Natuurpunt doet een eerste aanzet met de
natuurstreefbeelden
“In een samenleving in harmonie met de natuur
leven we niet los van, tussen of naast de natuur,
maar in en met de natuur. In alles wat we doen.
We zien de natuur als bondgenoot, in plaats van
als vijand en werken voor het aanpakken van de
uitdagingen zoveel mogelijk met ‘nature-based
solutions’ (NBS). Dat zijn op natuur gebaseerde
innovaties, die kostenefficiënte en veerkrachtige
oplossingen bieden voor diverse uitdagingen én
positieve effecten hebben op het sociale welzijn
en de economische ontwikkeling.”
Natuurpunt Midden-West-Vlaanderen zet
daarom ook in op nieuwe vrijwilligers, die mee
aan het landschap willen werken. Interesse?
Contacteer peter.lemmens@natuurpunt.be
Tekst: Bart Vanwildemeersch
20 jaar gebiedsgerichte werking
West-Vlaanderen:
Visie op agrovoedingslandschap:
Levenskrachtig platteland:
www.omgeving.vlaanderen.be/sites/default/
files/2021-11/Ppt_Hans%20leinfelder.pdf
Natuur in het hart:
Met de toekomstbeelden heeft Natuurpunt
Vlaanderen vormgegeven vanuit een natuurperspectief.
www.kenniswest.be/file/publication/46535/46534/20_jaar_Gebiedsgerichte_Werking_in_West-Vlaanderen.pdf?v=3
www.westvlaamsehart.be/uploads/8/2/1/0/8210596/brochure_t4f_agrovoeding_en_omgevingskwaliteit.pdf
www.natuurpunt.be/sites/default/files/documents/natuur_in_het_hart_-_vlaanderen_
in_2050_0.pdf
Opinies:
• https://www.landschap.nl/wp-content/uploads/2018-3OpPad.pdf
• https://www.landschap.nl/wp-content/uploads/WillemFerwerda-Bodem-08-16.pdf
• https://vlaamsbouwmeester.be/nl/opinie/hetlandschap-als-meester
FOCUS REGIO
Het leefmilieu onder druk in regio
Natuurpunt De Torenvalk
We zijn op het grondgebied van Natuurpunt De Torenvalk: de mythische
Poelberg, de Vorte Bossen, de oude Leiearmen, de Meikensbossen en veel meer
natuurschoon siert het landschap. Maar naast natuur, kent deze regio ook een
enorme concentratie aan varkens – top in Europa, kippen en runderen. Met Unilin
en Spano staat haar zuidelijke flank op kop in de spaanderplatenindustrie en
voor groenten zijn het onder andere Ardo, D’Arta en Agristo voor de aardappelen.
Daartussen staan serres, zijn er wegen met veel verkeer, andere bedrijven … Hier
wordt gewerkt! Maar hoe gaat de overheid met die drukken om?
De situatie op vandaag: korte schets
In 2019 scoorden Oostrozebeke en Wielsbeke de
respectievelijk 1ste en 2de plek in de strijd om de
Vlaamse gemeente met de slechtste luchtkwaliteit
(fijn stof PM2,5). Buurstad Roeselare moest het
stellen met de 6de plaats. Van de Top 10 waren 5
gemeenten West-Vlaams en allemaal waren deze
naar het zuiden van de Provincie toe gesitueerd.
Uiteraard speelt hier het feit mee dat meetpunten,
omwille van een opvolgingstraject, dichtbij de
spaanderplaatbedrijven staan, maar dat is evenzo
voor Zelzate en Gent.
Kijken we naar waterkwaliteit, dan mag het gebied
dat valt onder de Stroomgebiedplannen van het
Leiebekken alle hoop op het behalen van de Europese
doelstellingen tegen 2027 laten varen. Enkel
de Oude Mandel en de Gaverbeek hebben kans
om in 2033 te beginnen aan het uitspoelen van de
achtergebleven vervuiling. De andere gebieden
moeten een verbetering kennen.
Het deel dat valt onder de Brugse Polders, heeft
dan weer te lijden onder de druk van de intensieve
landbouw én de niet-gezuiverde lozingen van
huishoudens. Maar ook met zuivering durft het wel
eens problemen geven, zoals lozing van te veel
aan fosfor uit de rioolwaterzuiveringsinstallatie in
de bovenloop van de Hertsbergebeek in Wingene.
En hoewel de Hertsbergebeek en Rivierbeek een
heel waardevol gebied doorstromen, blijft de druk
van nitraten, fosfaten, pesticiden en chloriden er
veel te hoog. Niet alleen door de landbouw en
huishoudens, maar ook door de voedingsindustrie
(behalve pesticiden). Anderzijds is de structuur
van het gebied nog redelijk bewaard en zijn er
veel natuurkansen. Er zijn waardevolle beekvalleien,
zoals in het Vrijgeweid-Bulskampveld,
speciale beschermingszones en natuurgebieden.
Er zijn delen aangeduid als ecologisch kwetsbare
waterlopen, waarbij een permanent captatieverbod
werd ingesteld. Deze zijn ook ingesteld als
aandachtsgebied: tegen 2033 moet de waterkwaliteit
hersteld zijn, zes jaar na de einddatum die in
2000 door de Europese landen werd afgesproken.
En dan hebben we PFAS nog niet vernoemd:
hier zijn het terug Wielsbeke en Oostrozebeke
(onder andere) die kampen met een verhoogde
PFAS-concentratie in het drinkwater (37 nanogram/l
in 2018).
Ook zijn er nog verspreide drukken op luchtkwaliteit:
door fijn stof uit houtverbranding, Nox-reacties
uit verbrandingsprocessen met ammoniak uit de
veeteelt, geuroverlast door mestverwerkers en
stallen,….
Deze opsomming van drukfactoren zou kunnen
leiden tot neerslachtigheid bij de Midden-West-Vlaming,
maar er is ook beterschap
voor alle drukken, behalve voor deze van houtverbranding.
Al gaat het enorm traag en diffuus.
Europa en het Europees verdrag voor de
rechten van de mens.
Artikel 8 van het Europees Verdrag van de Rechten
van de Mens verplicht de overheid tot respect
voor privéleven, familie- of gezinsleven. Wanneer
de overheid weet dat er sprake is van een reëel
en onmiddellijk dreigend gevaar, moet de overheid
preventieve maatregelen nemen om aantasting
zoveel mogelijk te voorkomen.
Overheden hebben de plicht om gezond en wel
leven van de burger te vrijwaren. Daarnaast zijn er
de kaderrichtlijnen, zoals die van Water en Luchtkwaliteit
en afgeleide richtlijnen die gaan over
specifieke emissies (Nitraatrichtlijn, Richtlijn industriële
emissies, pesticiderichtlijn, …) of richtlijnen
die een specifieke bescherming uitroepen, zoals
13
FOCUS REGIO
14
FOCUS REGIO
de Habitatrichtlijn of de Drinkwaterrichtlijn. Allemaal
moeten ze ervoor zorgen dat het leefmilieu
en dus de menselijke gezondheid en de natuur
maximaal beschermd worden.
En om het geheel aan normen in een tijdspad te
gieten, stemde het Europese Parlement in april
2023 de Green Deal met als doel dat in 2050
lucht-, bodem- en waterverontreiniging teruggebracht
zijn tot een niet schadelijk niveau voor
mens en natuur.
Het is dan aan onze overheden om dit in eigen
decreten en wetten om te zetten, te monitoren én
te handhaven. De aanpak van stikstof bewijst dat
een gezond milieu niet steeds opweegt tegenover
economische of politieke overwegingen.
Milieugebruiksruimte definiëren
kaart gezet om te zien welke woningen last gaan
hebben. Ben je zelf een landbouwer? Dan tel je
niet mee. Woon je in landelijk gebied? Dan mag je
drie maal zoveel geuroverlast slikken, dan in een
woongebied met landelijk karakter. En deze norm
is dubbel zo hoog als in stedelijke woonkernen.
Geur is echter relatief. Voor het berekenen van
de totale geurpluim, wordt voor runderen niet
de volledige groep meegenomen, omdat er nog
geen normen bestaan. Daarnaast worden enkel
de dierlijke geurpluimen berekend. Woon je naast
een compostinstallatie en er komt een stal? Dan
telt die installatie vooralsnog niet mee.
We hebben dus nood aan een definitie van milieugebruiksruimte,
voor de cumulatie en interactie
van verschillende stoffen in het directe leefmilieu
van de mens, met als doel het gezond leven te
garanderen.
Hoeveel kan een mens en het milieu op één
bepaalde plek aan van drukken? Een beleid dat
rekent op gemiddelden en niet vertrekt van een
analyse van wat een gebied echt aankan, laat kansen
liggen voor de gezondheid van mens en milieu.
Bijvoorbeeld: stank. Typisch voor bepaalde
gebieden in regio Natuurpunt De Torenvalk. Een
uitbreiding wordt aangevraagd. Aan de hand van
dier- en stalsoort wordt een bepaalde geuremissie
berekend. Voor de dieren wordt een gemiddelde
genomen over de hele groeiperiode – een
kuikentje ruik je amper, maar een afgemeste
kip des te meer. Met een model IMPACT- wordt
een jaargemiddelde geur van de gemiddelde kip
met gemiddelde windrichting in een gemiddeld
landschap bekeken. Onder gemiddelde weersomstandigheden.
De technische fiche m.b.t. de
‘geurpluim’ van een bepaald systeem, opgemaakt
in een labo, wordt boven gehaald. Deze wordt op
Normen
Een overheid kan binnen de Europese normen,
zelf kiezen voor een verdergaande norm. Zo zijn
de Europese normen voor fijnstof door het meerekenen
van economische impact anders dan deze
van de Wereldgezondheidsorganisatie. Het zijn de
Europese normen die moeten gehaald worden.
Verschillende landen hebben soms verschillende
normen, enerzijds door verschillende ambities,
anderzijds door verschillende meetnormen. Een
land is vrij om bovenop algemeen geldende
normen, ook eigen normen te hanteren. Maar de
normering van een stof moet correct zijn volgens
kaderrichtlijnen.
Bijvoorbeeld benzylchloride, een stof die in de
chemische industrie wordt gebruikt. De norm die
Nederland hiervoor hanteert voor oppervlaktewa-
15
teren is 50 maal kleiner dan deze van Vlaanderen.
Voor bentazon, een herbicide, ligt de norm in
Vlaanderen dan weer lager dan in Nederland².
Het goed inschatten van de lokale situatie op vlak
van vervuilende stoffen in lucht, bodem en water
bij het verlenen van een vergunning is van groot
belang. Toch werkt de overheid veelal met modellen.
Deze geven een redelijk goed beeld op de
situatie, maar zijn bijlange niet steeds correct. Zo
wordt het fijnstof uit de veeteelt amper gemeten,
maar gemodelleerd op basis van stalgegevens
gemeten bij perfecte condities. Bij effectieve
metingen blijken die vaak niet te kloppen. Dat
bewees de meetcampagne voor geur bij de pluimveestallen
in Wervik in (2021).
Tenslotte is ook niet elke discipline gelijk: bij het
beschouwen van de gezondheidseffecten worden
een aantal categorieën uitgesloten van een verplichte
diepgaandere studie: landbouw, veeteelt,
bosbouw, aquacultuur, waterbeheersing, RWZI,
grondwaterwinning, bebossing en ontbossing,
jachthavens en golfterreinen³. Voor een aantal
onder hen, kan je alvast wat argumenten aandragen
om net wél verstrengd te gaan kijken naar
de gezondheidseffecten specifiek in de context.
Golfterreinen, bijvoorbeeld, zijn veelal minder
onschuldig in hun pesticidegebruik als hun imago
wil doen geloven.
VLAREM-normen
De bescherming van het leefmilieu is een
Vlaamse bevoegdheid. Mede aan de hand van
Europese normen en best beschikbare technieken
worden eisen opgelegd aan bepaalde
installaties. Dit om hinder, milieuverontreiniging
en veiligheidsrisico’s door hinderlijke inrichtingen
zoveel mogelijk te beperken. Niet alle installaties
moeten echter voldoen aan VLAREM-normen.
Omdat ze niet zoveel hinder veroorzaken of
omdat ze eenvoudig niet ingedeeld werden. Zo is
een VLAREM-norm, noch vergunning verplicht bij
het installeren van een houtkachel. Een melding
voor het lozen van ongezuiverd huishoudelijk
afvalwater is dan weer wel nodig. Net zoals het
ongezuiverd huishoudelijk afvalwater, is ook de
luchtverontreiniging uit houtkachels behoorlijk.
Voor Wielsbeke, bijvoorbeeld, dat al gebukt gaat
onder een minder goede luchtkwaliteit door onder
andere de spaanderplatenindustrie, geven de
houtkachels een gemodelleerde uitstoot van bijna
13 ton aan fijn stof.
Gebieden met kritische luchtkwaliteit
Het zijn dan ook de houtkachels die in tijden
van hoge energieprijzen massaal worden aangestoken
om kosten te vermijden, waardoor de
luchtkwaliteit in 2022 slechter was dan het jaar
voordien. (Bron: www.focus-wtv.be/nieuws/hoezit-het-met-de-west-vlaamse-luchtkwaliteit-bekijkhier-het-overzicht)
www.vmm.be/data/criteriumkaart-advies-lucht-stedenbouwkundig-aspect
Vlug overzicht van de milieukwaliteit in je
gemeente?
www.vmm.be/data/gemeente-inx-cijfers
Tekst: Bart Vanwildemeersch & Martine Langen
FOCUS REGIO
FOCUS REGIO
Westhoek is water
Wie aan de Westhoek denkt, denkt aan mooie landschappen, grachten en laantjes
in de polders, beekjes in het heuvelland. Ruime rietkragen die afwisselend
met de polderweiden het landschap kleur geven. Bossen op de heuveltoppen
en in beekvalleien. De Westhoek is ook De Blankaart, de Verdronken Weide of
Dikkebusvijver. De Westhoek is water. Water is leven, voor natuur, landbouw en
mens. En water is kwetsbaar. De regelgeving verandert, de projecten groeien aan.
16
FOCUS REGIO
Nat en droog: van ’t zelfde laken een broek
Broeken zijn essentieel in de Westhoek. De IJzeren
Handzamevallei is de waterstock die vanuit
het stroomgebied van de IJzer haar weg baant
richting zee. De historische broeken zijn er voor
een groot deel nog bewaard en bewijzen hun nut,
nu de stijgende zeespiegel het lozen in zee soms
bemoeilijkt, steeds meer. De Blankaart is de parel
van dit systeem. Peilafspraken met minimum- en
maximumpeilen moeten de garantie zijn dat natte
natuur ten volle haar gang kan gaan. Hoge peilen
zorgen ervoor dat grondbroeders en gezinsuitbreidende
steltlopers er hun gading vinden en
waterafhankelijke soorten ‘s zomers overleven.
Sinds 2006 werken VLM, ANB en Natuurpunt ook
samen voor het uitbreiden en beheren van het
gebied. Die uitbreiding was noodzakelijk, omdat
een peilverhoging niet zomaar te combineren is
met intensieve akkerbouw. Gronden waar landbouw
onmogelijk wordt, gaan over naar natuurbeheer
voor moerasherstel. Voor weilanden, die lang
onder water staan, is er een vergoeding.
Naast de Blankaart, zijn er de broeken van de
IJzer- en Handzamevallei die, samen met de historische
poldergraslanden in het ‘Veurnse Blote’
en Lampernisse, de kern vormen van een uniek
watersysteem van land eeuwenlang gewonnen op
zee en bewerkt met de natuur. De zilte druk vanuit
zee, maar vooral door aanwezigheid van zout in
de poldergrond, maakt de aanvoer van zoet water
voor de landbouw essentieel. Voor zilte poldergraslanden
is het zout dan weer een zegen.
Van de IJzermonding in Nieuwpoort, tot de
‘schreve’ in Roesbrugge is de IJzer zelf ook een
unieke combinatie van biotopen. De IJzermonding
is de brakke kinderkamer van haring, zeebaars,
bot en tong en de poort voor de paling. Buiten de
Ganzepoot, kent de IJzer nog grotendeels haar
natuurlijke bedding en betrekkelijk weinig vismigratieknelpunten
in haar hoofdloop. Ondanks
de slechte waterkwaliteit en de beschamende
kwaliteitsdoelen voor het bekken in de Stroomgebiedbeheerplannen,
is ook de rivierprik hier nog
een regelmatige gast. Meer naar de bovenstroom,
zijn de afgekalfde en regelmatig nog natuurlijke
oevers paaiplaatsen voor een hele reeks aan
vissoorten. Verhardingen wegnemen zou dit nog
verhogen.
Dat de IJzer regenafhankelijk is voor haar
watervoorziening, is een groeiend probleem.
De Westhoek ligt in de ‘regenschaduw’ van
Groot-Brittannië en de kustwind waait de buien
naar het binnenland. Daarom is het IJzerbekken
opmerkelijk droger. Het is ook een relatief geïsoleerd
bekken dat – behalve van het kanaal Plassendale-Nieuwpoort
en dus onrechtstreeks van de
Leie – geen noodtoevoer aan water kent. Hoewel
de poldergronden redelijk tegen de droogte kunnen,
daalt de waterkwaliteit drastisch in langere
droge periodes. Met de Leie is ze het vuilste bekken
van Vlaanderen, als het gaat om vermesting
(door landbouw en gebrek aan zuivering van
huishoudelijk afvalwater) en durft ook de verzilting
doorslaan. De combinatie van warmte en vermesting
zorgt regelmatig voor toxische blauwalgen
(die op hun beurt voor vissterfte zorgen), massale
groei van eendekroos (en afdekken van het water)
en gewoon te weinig zuurstof in het water voor het
overleven van de natuur. Droogte is een dingetje
in de Westhoek en niet alleen voor de natuur.
Ook het drinkwater komt er steeds meer onder
druk te staan. De Watergroep is met de Blankaart,
de Drie Kapelen-, Dikkebus- en Zillebekevijver
enorm afhankelijk van het oppervlaktewater in de
regio. Kwaliteit en kwantiteit is dan ook van groot
belang om de inwoners, maar ook de voedingsindustrie
van het nodige drinkwater te voorzien.
Dat wordt onttrokken aan de Bollaertbeek, Kemmelbeek,
Blankaartvijver en IJzer. Een enorm
onttrekkingsgebied dat ontspringt in de magische
heuveltoppen van het West-Vlaamse Heuvelland
en uitmondt in de poldervlaktes van de Blankaart.
De invloeden die daartussen liggen, hebben dan
ook directe impact op het drinkwater.
De toename aan aardappel- en groenteverwerking
in de regio zorgt voor een toenemende druk
17
FOCUS REGIO
© Peter hantson
op het watersysteem. Voor deze teelten is er
heel wat water nodig en is er een groot risico van
uit- en afspoelen van mest en pesticiden. Het
heuvelachtige karakter van het landschap en de
problemen met erosie bij deze teelten zorgt voor
afspoelen van bodemdeeltjes naar het bekenstelsel
en zo naar de natuur en drinkwaterproductiecentra.
Zo komt de drinkwaterproductie steeds
meer onder druk: gecombineerde drukken en het
tekort aan water zorgt ervoor dat de Watergroep
niet alleen water uit de diepe grondwatertafel
moet oppompen ter verdunning van de nitraatgehaltes,
maar ook met stijgende kosten zit ikv
aankoop water uit andere gebieden en de installatie
van nieuwe technieken om het drinkwater
binnen de normen te kunnen houden. En dan
hebben we het nog niet over de uitdagingen die
de hoge PFAS-waarden in het gebied met zich
meebrengen.
Het wordt warm in de Westhoek
Met de Pesticidezaak beoogt de milieubeweging
de naleving (door Vlaanderen) van de Pesticiderichtlijn.
Deze legt maatregelen op om het
pesticidegebruik te verbieden of drastisch te verminderen
in waterwin- en Natura 2000-gebieden.
De Kaderrichtlijn Water heeft als deadline 2027
om de waterlopen in goeden doen te hebben. De
einddatum hiervoor komt dichtbij. De Nitraatzaak,
ook door de milieubeweging aangespannen,
beoogt een naleving – door Vlaanderen – van de
Europese regelgeving als het gaat om bemesting.
Jarenlang uitstellen, uitzonderingen voorzien, toelaten
van extra drukken op het systeem, besparen
op handhaving, hebben ervoor gezorgd dat de
doelachterstand nog groot is. Dat de zuiveringsgraad
voor huishoudelijk afvalwater in een aantal
gemeenten nog onder de 40% en 60% ligt, is een
politieke keuze van bestuurders. Dit leidt nu tot
zweetbuien en aanvallen op de groene beweging.
Ook het protest tegen de Natuurherstelwet komt
vooral uit geledingen die jarenlang in ontkenning
hebben geleefd en zo de geleidelijke transitie hebben
tegengehouden.
Kommer en kwel?
Neen. De Provincie nam een aantal initiatieven
om in deze regio de waterkwaliteit te verbeteren.
Met het project Robuuste beken, initiatief in het
PRUP Kemmelberg-Scherpenberg en het strategisch
Project IJzer-en Handzamevallei worden
kleine, maar belangrijke stappen gezet in een
gebiedsgerichte aanpak, ook voor water. Hoewel
in een zijspoor nieuwe bufferbekkens worden
gezocht voor de groenteteelt, bewijzen de meeste
initiatieven nu al hun nut. Ook verwachten we veel
van het nieuw Mestactieplan en Erosiebesluit. De
tijden veranderen, stil maar zeker.
Tekst: Bart Vanwildemeersch
NAWOORD
Tijdschrift West-Vlaamse Milieufederatie
stopt, maar uiteraard niet onze
werking…
18
NAWOORD
Helaas, na bijna 18 jaargangen stopt de
West-Vlaamse Milieufederatie met het kwartaaltijdschrift.
Door stijgende prijzen is de kost te hoog
opgelopen om deze in de huidige vorm te
behouden. Ook gaat er heel wat tijd van de
twee medewerkers van de West-Vlaamse
Milieufederatie naar het verzorgen van een
driemaandelijkse editie. Tijd, die ook heel
nodig kan ingezet worden voor ons beleidswerk
in West-Vlaanderen.
Maar geen nood, het Bestuur van de West-
Vlaamse Milieufederatie is zich aan het beraden
over (een) waardige vervanger(s) voor
het tijdschrift o.a. via een digitale nieuwsbrief,
persartikels en plaatsing van artikels in de
tijdschriften van onze aangesloten regionale
afdelingen. Het blijft voor ons heel belangrijk
om informatie te blijven geven ook aan onze
stakeholders. We streven daarbij naar een
groter bereik en meer impact.
Wil je verder op de hoogte blijven? Wie in
het verleden reeds dit tijdschrift ontving, zal
automatisch ook de nieuwe vervangende
communicatie ontvangen. Kreeg je ons tijdschrift
nog niet? Mail dan je emailadres naar:
secretariaat@westvlaamsemilieufederatie.be
en we voegen je toe aan onze contactpersonenlijst
voor de digitale nieuwsbrief.
In de werkcontext van de West-Vlaamse
Milieufederatie ligt nog heel veel werk op de
plank met nog heel veel uitdagingen rond
klimaat, ruimtelijke ordening, landbouw,
natuur, kust en duinen. Wil je onze organisatie
steunen met een gift, zodanig dat we ons nog
meer kunnen inzetten voor ons belangrijke
beleidswerk? Dat kan en is heel hard welkom!
Je steun kan je overmaken op het rekeningnummer
van de West-Vlaamse Milieufederatie
op het rekeningnummer BE40 8916 9408 8863
met vermelding gift.
Alvast heel veel dank!
Namens Katty De Wilde, Bart Vanwildemeersch
en het ganse bestuur van de West-
Vlaamse Milieufederatie vzw.
Dikkebusvijver © Nico Deleu
WEST-VLAAMSE
MILIEUFEDERATIE
De West-Vlaamse Milieufederatie vzw zet
zich in om samen met haar lid verenigingen
en doelgroepen West-Vlaanderen tot een
voorbeeldregio te maken waar een gezond
leefmilieu en eco systemen drager zijn van
een welvarende ecologisch duurzame
samenleving.
Bestuur West-Vlaamse
Milieufederatie vzw
Voorzitter Kristina Naeyaert
Penningmeester Marcel Heintjens
Secretaris Martine Langen
Bestuursleden Peter Hantson, Rik
Samyn, Bertjan Olivier & John van Schaik
Lidverenigingen
Momenteel overkoepelt de
West-Vlaamse Milieufederatie 85c
natuur- en milieuverenigingen,
die werken in West-Vlaanderen.
Voor een volledig overzicht:
www.westvlaamsemilieufederatie.be/
organisatie/wiezijnwij
Wil uw organisatie graag ook lid
worden van onze koepel?
Stuur een mail met uw kandidatuur naar
de coördinator van de West-Vlaamse
Milieufederatie: katty.de.wilde@westvlaamsemilieufederatie.be
Adviesraden & overleg
Contactpersonen
West-Vlaamse Milieufederatie
Provinciale Minaraad
Bart Vanwildemeersch
Procoro West-Vlaanderen
Katty De Wilde
Adviescomité
buitenluchtrecreatie Westtoer
Bart Vanwildemeersch
Managementcomité
plattelandsontwikkeling
Bart Vanwildemeersch
Overleg met De Vlaamse Waterweg
Kristina Naeyaert
Bekkenraad Bovenschelde
Kristina Naeyaert
Kustoverleg
Bart Vanwildemeersch
Colofon tijdschrift
Het tijdschrift van de West-Vlaamse Milieufederatie
verschijnt 4 keer per jaar: maart • juni • september • december
Dit tijdschrift is jaargang 18, editie maart - april - mei 2023
Verantwoordelijke uitgever
Kristina Naeyaert | Normandiëstraat 178 | Wevelgem
Eindredactie secretariaat@westvlaamsemilieufederatie.be
Aan dit tijdschrift werkten mee Kristina Naeyaert, Marina Jonckheere,
Martine Langen, Peter Lemmens, Paul De Graeve, Katty De Wilde en
Bart Vanwildemeersch
Layout Leander Depypere
Coverfoto Damse Polder, Natuurpunt Damme • Dirk Van Rentergem.
Overname van artikels en illustraties mag mits toelating van de redactie
en bronvermelding: Tijdschrift West-Vlaamse Milieufederatie vzw
Het drukken van dit tijdschrift verloopt 100% isopropylalcoholvrij met
biologische inkten en chemievrije drukvormvervaardiging op 100%
gerecycleerd papier door drukkerij Drukta
Dit tijdschrift en/of onze nieuwsbrief beleid digitaal ontvangen?
Stuur een mail naar: secretariaat@westvlaamsemilieufederatie.be
Contacteer ons
Secretariaat en maatschappelijke zetel West-Vlaamse Milieufederatie vzw
Beenhouwersstraat 9 | 8000 Brugge
Mail secretariaat@westvlaamsemilieufederatie.be
Website www.westvlaamsemilieufederatie.be
Facebook https://www.facebook.com/groups/westvlaamsemilieufederatie
Coördinator Katty De Wilde | 0468 09 90 95
katty.de.wilde@westvlaamsemilieufederatie.be
Beleidsmedewerker Bart Vanwildemeersch | 0468 07 17 07
bart.vanwildemeersch@westvlaamsemilieufederatie.be. @WMF_Bart
De West-Vlaamse Milieufederatie is erkend als milieuorganisatie
door de Vlaamse Overheid. De West-Vlaamse Milieufederatie wordt
ondersteund door Provincie West-Vlaanderen.
19
COLOFON
Natuur en milieu,
we gaan ervoor
Activiteiten West-Vlaamse Milieufederatie
Milieugebruiksruimte:
begin en einde van omgevingsrechten omgevingsbeleid?
Waar?
Zebrastraat in Gent
Wanneer?
28 september 2023 van 8u30 tot 18u
Meer info en inschrijven:
www.vvor.be/activiteiten
Deelname is gratis voor leden van West-Vlaamse Milieufederatie vzw
Niet-leden: 100,- euro
© Dirk Van Rentergem • Damse Polder, Natuurpunt Damme
Milieugebruiksruimte: begin
en einde van omgevingsrecht
en omgevingsbeleid?
Gent, 28 september 2023
in samenwerking met:
Ook graag je activiteit
op onze cover?
secretariaat@westvlaamse
milieufederatie.be
Meer activiteiten
ontdekken?
www.westvlaamse
milieufederatie.be
Hou onze facebook pagina
in het oog!