Suprapubische katheter verwijderen - Mosae zorggroep

Voorbehouden – en risicovolle handelingen
Urogenitaal:
Suprapubische katheter verwijderen (1.9)
Ingangsdatum
Evaluatiedatum
Identificatiecode
Documenteigenaar
ID code vervallen document
Vaststelling RvB
Advies CCR
Advies/instemming OR
1 oktober 2010
1 oktober 2012
04/A/10.09.09/2
R. Hof / M. Vanhautem, Verpleegkundigen
n.v.t
9 september 2010
n.v.t
n.v.t
Pag. 1 van 3 4/A/10.09.09/2

Urogenitaal: Suprapubische katheter verwijderen
Doel
Het verwijderen van een verblijfskatheter gelegen boven het
schaambeen.
Indicaties Indicatiestelling door de arts
Voorbeeld:
katheter is niet meer nodig.
Contra-indicaties Meest voorkomende:
Geen
Mogelijke
complicaties
Benodigde
materialen
Voorbereiding
Uitvoering
Meest voorkomende:
- ballon kan niet leeggezogen worden. Dan gelijk de arts
waarschuwen
- bloeding uit de fistelopening of bloed aan de katheter.
Waarschuw arts.
- 2 paar onsteriele handschoenen
- Beschermdoek of handdoek
- 10 cc spuit
- Bekkentje
- Absorberend verband
- Gaas 10x10
- Pleister/leucopor
- Bakje met 6 wattenbolllen bevochtigd met water uit flink
stromende kraan.
- zo nodig- instillagel
1. Informeer de cliënt over de reden en het verloop van de
handeling.
2. Zet alles klaar.
3. Installeer de cliënt in rugligging.
4. Was de handen.
1. Leg de beschermdoek half onder de stuit: aan de zijde
waar de suprapubische katheter ligt.
2. Trek de onsteriele handschoenen aan.
3. Verwijder het oude verbandmateriaal.
4. Sluit de spuit aan op ventiel katheterballon.
5. Zuig het totale volume uit de katheterballon (zie
zorgdossier hoeveel is ingebracht).
6. Verwijder de suprapubische katheter. Dichtgeknepen en
met een draaiende beweging in verticale richting.
*Als de ballon leeg is, is de vorm soms niet rond maar
plat. De katheter kan bij het uithalen ‘haken’.
7. Als je bij het uithalen van de katheter op weerstand stuit,
instillagel gebruiken om het verwijderen te
vergemakkelijken en/of spuit 1 ml vloeistof terug in de
ballon en probeer de katheter opnieuw te verwijderen.
Maak de katheter los van de urinezak.
8. Trek handschoenen uit en trek schone handschoenen
aan.
9. Reinig fistelingang en de omgeving met de wattenbollen.
Reinig vanaf het midden (de fistelopening) naar buiten;
steeds één streek per wattenbol.
10. Plak de fistelopening af met gaas 10x10.
Pag. 2 van 3 4/A/10.09.09/2

Nazorg
Handeling mag
uitgevoerd worden
door
1. Installeer de cliënt in een prettige houding.
2. Vraag hoe de cliënt de handeling ervaren heeft.
3. Help de cliënt evt. met het in orde brengen van de
kleding en het aannemen van de juiste houding.
4. Ruim de gebruikte materialen op.
5. Controleer fistelgang op lekkage.
6. Was de handen.
7. Controleer of mictie spontaan op gang komt binnen 6 uur
na het verwijderen van de katheter.
8. Rapporteer de handeling, het tijdstip van verwijderen en
evt. bijzonderheden in het zorgleefplan.
1. Arts
2. Verpleegkundige niveau 4+5
Pag. 3 van 3 4/A/10.09.09/2