ROBERT DETAEVERNIER
ROBERT DETAEVERNIER
ROBERT DETAEVERNIER
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>ROBERT</strong><br />
<strong>DETAEVERNIER</strong><br />
Prijs fr. 0.50 HUMORISTISCH WEEKBLAD-3e jaargang-Nr. 3818 Jan. 1934<br />
FREE.
2<br />
LINKS EN RECHTS<br />
Het Parijsche blad «L'Intransigeant»<br />
bevatte onlangs volgende annonce :<br />
Vroed/wouw vraagt meid voor<br />
alle werk, zwanger...<br />
Hebt ge 't vast? In plaats van de<br />
meid te betalen, zal de vroedvrouw de<br />
bevalling doen «gratis pro deo», tenware<br />
het «pro diavolo» was.<br />
Wij zullen wellicht nog van dentisten<br />
hooren die een hulsknecht vragen<br />
met slechte tanden en geneesheeren<br />
die er een verlangen met buikikrampen<br />
of geetouoht.<br />
Kik loet d« krisis op, op zyn ma-<br />
Dier.<br />
• • •<br />
Kardinaal Van Roey heeft, in een<br />
oogenblik dat de goddelijke voorzienigheid<br />
niet thuis was, een botsing gehad<br />
met zyn wagen.<br />
«De schade aan het voertuig wordt<br />
op 5.000 fr. geschat» schryft «DE<br />
STANDAARD».<br />
't Is spytig. Maar denkt het blad<br />
misschien dat wy een Inschrijvingsïyst<br />
gaan openen?<br />
• • •<br />
Nogmaals uit een Parysch blad :<br />
«Ie Figaro».<br />
Op de eerste bladzijde lazen we<br />
daar 't verslag over de treinramp van<br />
Lagny en op de zesde een aankondiging<br />
van de «Compagnie des Chemlns<br />
de fer de 1'Est», aldus geformuleerd :<br />
«Reist 's nachts met veel komfort,<br />
oy zult tijd en geld sparen».<br />
Op voorwaarde van te voet te gaan.<br />
IK WIST VAN NIETS<br />
Een man die de onschuld zelve ls<br />
en zoo mogelijk nog onnoozeler dan,<br />
Jozef zaliger, echtgenoot van Maria,<br />
dat is de h. Petitjean, gewezen minister,<br />
gewezen volksvertegenwoordiger,<br />
gewezen schepene en die nu nog Juist<br />
senator ls.<br />
Toen de Broqueville zyn kabinet samenstelde<br />
en den h. Petitjean aan<br />
kant zette verklaarde minister Petitjean<br />
te goeder trouw:<br />
— Je ne sals de rien. (Ik weet van<br />
niets).<br />
Iedereen geloofde hem.<br />
Toen de liberale parlementsgroep<br />
vergaderde om de kwestie der afgestelde<br />
ambtenaren te bespreken en<br />
van de Journalisten moesten vernemen<br />
dat de Broqueville ondertusschen Van<br />
Cauwelaert in de regeering had opgenomen<br />
verklaarde de h. Petitjean<br />
weeral :<br />
— Tk wist van niets.<br />
Men geloofde hem nog alhoewel<br />
men dat toch al aardig begon te vinden.<br />
En toen werd uitgebracht dat oudminister<br />
Petitjean met titels en dekoraties<br />
fungeerde als administrateur<br />
Van een maatschappy van Stavisky<br />
verklaarde de h. Petitjean weeral:<br />
— Tk wist van mets.<br />
En de menschen beginnen nu het<br />
gevoel te hebben dat hy overdryft.<br />
, KOEKOEK ,<br />
De wreedheid van de<br />
Brusselsche politie<br />
ONTHULLINGEN IN<br />
«DE VOLKSGAZET»<br />
Terwyi de kommissarifisen allen in<br />
voorloopige vryiheid werden gestelC.<br />
komt ons Antwerpsch zusterorgaan<br />
«De Volksgazet» met volgende onthullingen<br />
over de wreedheden die door<br />
de Brusselsche politie worden gepleegd<br />
met de medeplichtigheid van<br />
den burgemeester. Wij lezen n.1. in<br />
het nummer van Vrydag 12 Januari:<br />
««M. Max, die de werkloozenbetoogingen<br />
met bloedhonden<br />
laat uileenranselen».<br />
Met deernis in het hart zullen alle<br />
lieden die het hart op de rechte plaats<br />
dragen zich afvragen wie het meest<br />
te beklagen is, de werkloozen of<br />
de ongelukkige bloedhonden die als<br />
knuppel worden gebruikt.<br />
Waarop, wacht de maatschappy<br />
voor Dierenbescherming om in te<br />
grypen.<br />
EEN NIEUWE NOORD-<br />
ZUIDKWESTIE<br />
Terwyi in den Brusselschen gemeenteraad<br />
wordt ruzie gemaakt over<br />
de Noord-Zuidverbinding en katholie-i<br />
ken en liberalen elkaar verwijten uitgekocht<br />
te zijn om de zaak nog 37 Jaar<br />
te doen aanslepen is er zich bezig een<br />
nieuwe Noord-Zuidkwestie te ontwikkelen<br />
aan den kant van het Albertkanaal.<br />
Antwerpen wil het Noordertracé.<br />
Brussel het Zuidertraoé. Beide<br />
partyen staan even sterk op hun<br />
stuk. Niemand wil zwichten. Als de<br />
regeering de werken even stil legde tot<br />
de zaak is uitgevochten? 't Is tooh<br />
slechten tijd en dat ware zooveel millioen<br />
bezuinigd. Ofwel zal men opwerpen<br />
met een halver kluit en laten<br />
raden kop of letten, om aan het getwist<br />
een einde te stellen.<br />
DRIE KONINGEN EN DE<br />
POLITIE<br />
Met fierheid hebben de fascistische<br />
persagentschapen er op gewezen dat<br />
op drle-konlngendag de verkeersagenten<br />
ln Italië geschenken krygen van<br />
de automobilisten.<br />
Wy moeten Italië niet benijden.<br />
Onze kommissarissen hebben het veel<br />
verder gebracht, zy bedienen zich zelf<br />
en zulks het gansche jaar door.
Abonnement i Jaar Ir. 25.1';<br />
Abonnement maanden - r. 12.50<br />
Abonnement 8 maanden Ir. 6.25<br />
Postcheckrekenlng «Het Licht» n. 66733<br />
HUMORISTISCH WEEKBLAD van VOORUIT<br />
Redaktie : 64, St. Pietersnieuwstraat, Gent — Telefoon 157.40<br />
Verschijnt den Donderdag — 0.50 fr. per nummer<br />
Nummer 38 - Derde Jaargang - 18 Januari 1934<br />
Onze galerij van beroemde en beruchte manne<br />
<strong>ROBERT</strong> <strong>DETAEVERNIER</strong><br />
Hüé die aan zijn naam kwam?<br />
Zijn ouders hielden een taverne<br />
langs «de lange muurkens» te Meenen.<br />
Het kan dan ook niet anders<br />
of hun spruit zou een Detaevernier<br />
zijn. Maar zijn vader Victor had<br />
bij het volk een anderen naam.<br />
Men noemde hem «Victor Pompe».<br />
Toen de sensationeele 20ste eeuw<br />
aanbrak telde Robert nog maar 6<br />
jaar, zijn vader «pompte» hem al<br />
de wijsheid en braafheid in, noodig<br />
om op de lagere school een<br />
flink leerling te zijn en er steeds<br />
de eerste prijzen weg te kapen.<br />
Dat liep allemaaal als gesmeerd<br />
en het was reeds vlug het klein<br />
Detaevernierken aan te zien, dat<br />
hij onder zijn medeburgers te Meenen<br />
nog eens de eerste viool zou<br />
spelen. Als tienjarige knaap begon<br />
hij dan ook de klarinet te bestudeeren.<br />
Iemand, die met dit instrument<br />
iet of wat vertrouwd is,<br />
weet hoe moeilijk het in den beginne<br />
is, de mi te vinden!<br />
Robert kende daardoor geen<br />
rust meer.<br />
Dagen en dagen achtereen, van<br />
zoodra de school teneinde was,<br />
rende hij naar huis, liep naar boven<br />
en zat er uren lang zijn klarinet<br />
te martelen om er de gewenschte<br />
tonen uit te krijgen.<br />
En zoo gebeurde het, dat hij op<br />
zekeren dag triomfantelijk de herberg<br />
kwam binnen gestormd, roepend<br />
naar zijn vader en de verblufte<br />
klanten:<br />
— « 'k Heb ze gevonden! 'k Heb<br />
ze gevonden!»<br />
— Wat hebt ge gevonden, manneken?<br />
vroeg Victor Pompe tot<br />
zijn zoontje.<br />
— «Mijn mi! Mijn mi!»<br />
schreeuwde Robert terug, van<br />
vreugde dansend.<br />
Buiten de studie en de muziek<br />
kende de jongen niet veel genoegens.<br />
Toen hij den eerste-kommuniekanten-leeftijd<br />
had bereikt, liep<br />
hij op de gemeenteschool weg...<br />
met de medaille!<br />
De harmonie beloonde hem<br />
daarvoor met een mooie serie muziekboeken.<br />
Met al die geleerdheid<br />
kwam hij in de middelbare<br />
school terecht.<br />
Maar weldra kreeg de Pompe,<br />
die ook dagbladverkooper was, de<br />
«klem» in zijn beenen en kon zijn<br />
bladen niet langer meer bestellen.<br />
Robert nam den rugzak op en<br />
droeg «Vooruit» rond in zijn vaders<br />
plaats. De gazetten, die hij<br />
nu dagelijks te verhandelen kreeg,<br />
hadden een groote aantrekkingskracht<br />
op hem.<br />
De reuk van de inkt, het kreuken<br />
van het papier, de vorm van<br />
de letters en de inhoud... het werkte<br />
alles zoo prikkelend op hem in,<br />
dat hij lust kreeg naar den drukkersstiel.<br />
Intelligent als hij was, leerde<br />
onze held alras zijn vak, bekwaamde<br />
zich nog meer in een groote<br />
drukkerij en kocht met zijn zondagcenten<br />
de nieuwste boeken over<br />
de drukkunst. Op zijn 18e jaar<br />
richtte hij zich resds voor eigen<br />
rekening in.<br />
Het volgende jaar viel de betrekking<br />
van arrondissementssekretaris<br />
der socialistische partij<br />
open.<br />
De huidige burgemeester van<br />
Moeskroen, Jos. Vandevelde, die<br />
toen reeds de naarstigheid en het<br />
verstand van Robert op prijs stelde,<br />
bood hem deze betrekking aan.<br />
De jonge drukker weigerde, hij<br />
was te zeer aan zijn beroep gehecht.<br />
Maar zijn ouders dachten er anders<br />
over.<br />
— Wat, zeiden ze, ge weigert arrondissementssekretaris<br />
te worden,<br />
nu ge een eenige gelegenheid<br />
hebt om de organisatie en de propaganda<br />
aan te pakken? Nu ge de<br />
okkasie krijgt om voor uw ideaal<br />
te werken en honderden arbeiders<br />
de oogen te openen? En ge weigert<br />
om drukkerken te kunnen spelen<br />
en uw eigen oogen tot blindheid<br />
toe te verknoeien?<br />
Robert dacht na; hij was in korten<br />
tijd erg bijziende geworden en<br />
dat gaf den doorslag in zijn overweging:<br />
hij aanvaardde het aanbod<br />
van Jos. Vandevelde!<br />
Vroeger was hij reeds zeer bedrijvig<br />
geweest in de soc. partij<br />
als Jonge Wachter en medewerker<br />
aan het toenmaals zeer bekende<br />
anti-militaristisch blaadje «De Kazerne<br />
». Volksvertegenwoordiger<br />
Dierkens steunde hem en moedigde<br />
hem aan en weldra stond Robert<br />
als een vechter in vollen socialistischen<br />
strijd. Maar daar<br />
brak de oorlog uit! Een triestige<br />
periode, waarin wanhoop en verbittering<br />
elkander afwisselden. Toch<br />
gaf Detaevernier den strijd tegen<br />
het onrecht niet op.<br />
Hij hekelde in «Vooruit» de misbruiken<br />
van het voedingskomitee<br />
en werd er voor door de Duitschers<br />
in de gevangenis geworpen.<br />
Na den wereldbrand was hij<br />
evenwel een onzer beste krachten,<br />
die vol energie en met klaren kop<br />
de heropbeuring onzer partij aan*<br />
pakte.<br />
De vredesjaren, die nu volgden,<br />
waren strtjdjaren in den goeden<br />
zin van 't woord.
Het weekblad «Volksrecht ><br />
werd een nieuw slachtveld en de<br />
socialisten gaven er nogal van<br />
hun leer om de bestuursmeerderheid<br />
te bekomen. In 1921 werd Robert<br />
schepen van openbare werken<br />
en provinciaal raadslid van 't kanton<br />
Meenen.<br />
Dat belette hem nochtans niet<br />
af en toe een buitenwerksken te<br />
verrichten en Lies Débunne, een<br />
nichtje van den tegenwoordig en<br />
burgemeester ven Meenen, te huwen.<br />
Onder zijn geniale scheppingen<br />
moeten we 2 kinderen aanstippen,<br />
een jongen en een meisken.<br />
Of er nog andere Detaevernierkens<br />
in de maak zijn, weten we<br />
niet. Men mag zich aan alles verwachten<br />
met Robert, want hij is<br />
èn kalm èn vurig, èn aktief èn<br />
beschouwend, èn links-revolutionnair<br />
en rechts-demokraat. Hij is<br />
een man, die voor alles een oplossing<br />
vindt,_ de rechte op de rechte<br />
plaats. Hij is een vader voor zijn<br />
parochianen, die hem telkens ze in<br />
moeilijkheden verkeer en, om raad<br />
komen vragen.<br />
Toen «de rooden» in 1926 de volstrekte<br />
meerderheid bekwamen te<br />
Meenen, werd onze gewezen dagbladverkooper<br />
scheven van onderwijs<br />
en van financiën.<br />
Vrij spoedig ontpopte hij zich'in<br />
zijn gemeente net als in den provincieraad<br />
tot den leider der socialistische<br />
fraktie, en tot een man<br />
die initiatief en strijdlust in pacht<br />
heeft.<br />
Al de stadszaken gaan om zoo<br />
te zeggen door zijn handen en al<br />
is hij geen burgemeester, hij is<br />
toch niet veel minder. Na zijn welgevulden<br />
dag houdt hij van den<br />
intiemen kring: eenige vrienden,<br />
bouwmeester Boghemans, een sigaar,<br />
een limonadeken... en dat is<br />
genoeg. Dan is hij gelukkig. Meer<br />
hoeft hij niet.<br />
Neen want als hij anderhalven<br />
demi binnen heeft, doet hij niets<br />
anders meer dan lachen en dansen.<br />
En dan is er de leute af!<br />
Robert is de serieuze, ordelievende<br />
partij sekretaris. Zoo moet ge<br />
hem zien. Zoo, met den ernstigen<br />
trek op zijn voorhoofd. En met zijn<br />
geleerden bril. Ja, zoo en niet anders.<br />
En als ge hem al eens ontmoet<br />
hebt als een charmante, lachende<br />
kerel, als een vriendelijke jongen,<br />
die lieflijk doet tegen de vriendelijke<br />
meisjes, wel, steek dat uit uw<br />
hoofd...<br />
Ge hebt voorzeker gedroomd...<br />
En tracht geen rust te verstoren<br />
in een huishouden waar de klarinet-speler<br />
de levensmi gevonden<br />
heeft en waar ieder woord in harmonie<br />
klinkt met de brabangonne<br />
der Meenensche Internationale...<br />
EDUARD A<br />
Er is Anseele, de vader van<br />
Eduard, en er is Anseele, de zoon<br />
van Eduard, 't is te zeggen, dat<br />
er naast Eduard Anseelte ook<br />
Eduard Anseele is, een senior en<br />
een junior, alle twee jong van<br />
hart, van gedachten en van kracht,<br />
maar junior alleen een beetje<br />
jonger van jaren.<br />
Anseele-vader kwam in één der<br />
eerste nummers van Koekoek en<br />
we krijgten zoo stilaan lust hem een<br />
tweede maal te knippen.<br />
In afwachting zullen we toekomende<br />
week Anseele-zoon nemen,<br />
en we blijven daarmee in de familie.<br />
We achten het evenwel noodzakelijk<br />
van nu af de aandacht<br />
onzer lezeressen te vtestigen op een<br />
delikate kwestie van strikt persoonlijken<br />
aard, — wat Eduard<br />
Anseele Jr. betreft: deze schepen<br />
van Gent, die wekelijks vele menschen<br />
gelukkig maakt door ze in<br />
den huwelijken staat te verbinden,<br />
is zelf nog ntet getrouwd.<br />
KOEKOEK<br />
NSEELE Jr.<br />
Koekoek heeft totnogtoe geen<br />
matrimoniaal bureau opgericht en<br />
het feit, dat we den jonggezel<br />
Anseele in onze galerij van beroemde<br />
mannen brengen, mag dus<br />
niet worden aangezien als een<br />
«invitation a Ia valse» van wege<br />
Anseel'e aan onze vriendelijke lezeressen.<br />
We meenden dit strikte voorbehoud<br />
te moeten maken, omdat we<br />
geen verantwoordelijkheid wenschen<br />
te nemen voor de eventueele<br />
gevolgen van Anseele's portret en<br />
biografte in de kolommen van<br />
Koekoek.<br />
Er is zelfs meer: we weigeren<br />
ook verantwoordelijkheid voor de<br />
biografie zelf! Want, wij die nooit<br />
iets anders dan de waarheid betrachten,<br />
kunnen onmogelijk verantwoordelijk<br />
zijn voor de trouwe<br />
weergave van iemands leven.<br />
Deze korte inleiding tot d'e biografie<br />
van Anseele Jr. was, onzes<br />
dunkens, gewenscht om bij gebeurlijke<br />
verwikkelingen op ons<br />
gemak te zijn.
KOEKOEK 5<br />
EEN NIEUWE TOEKOMST<br />
VOOR DE LUSTIGE WEEUWTJES<br />
M. Delille geeft in zijn « Getrouwe<br />
Maldegem » deze week een duivenrubriek<br />
die nieuwe horizonten opent<br />
voor al wie naar het middenpunt der<br />
aarde zoekt. Terwijl de socialisten zich<br />
aftobben om de krisis te bestrijden<br />
met het « Plan van den Arbeid » heeft<br />
het Getrouwe de oplossing gevonden<br />
in een Plan van het spel ! En welk<br />
spel dan nog ! « Het weduwspel !! »<br />
Wat met dat woord bedoeld is, hebben<br />
de sociologen nog niet duidelijk<br />
uitgemaakt. De eenen denken dat er<br />
sprake is van het « spel » der weduwen,<br />
anderen meenen dat het «het<br />
spelen met de weduwen » betreft. Enfin,<br />
't Getrouwe geeft als titel aan zijn<br />
artikel kortweg : « Weduwspel ». Bij<br />
den aanvang van deze interessante bijdrage<br />
zien we al dadelijk, dat niet<br />
iedereen hetzefde denkt over dit onderwerp.<br />
We lezen:<br />
« Of we soms ook van plan zijn<br />
een polemiek daarover aan te<br />
gaan ? Neen... dit ligt niet in onze<br />
lijn, en toch willen ook wij, (die<br />
tot nu toe nog niet in weduwschap<br />
soelen) er ons woordje over zeggen<br />
».<br />
•<br />
Voor ons niet gelaten en zeker zullen<br />
de weeuwtjes zelf wel in onze belangstelling<br />
deelen.<br />
Onmiddellijk stelt ons de Maldegemsche<br />
redakteur voor de kern van<br />
de zaak : zonder centen, geen weduwen<br />
! Ziehier hoe hij dat uitlegt :<br />
«De duivenliefhebberü wordt<br />
een beroep evenals de wedstrijden<br />
met koerspeerden, en geld winnen<br />
is dus de hoofdzaak, » zeggen de<br />
voorstanders van het weduwschap<br />
».<br />
We willen het een beetje gelooven.<br />
— Wat is er gebeurd? een motorongeluk?<br />
— Nee, zijn zoon, die aan de universiteit<br />
studeert, schreef naar huis zonder<br />
hem om geld te vragen!<br />
(DUB. OPIN.)<br />
Ze moeten vitessepillen gebruiken,<br />
beweert het Getrouwe Maldegem<br />
dat er geld moet gewonnen worden<br />
voor dit spel. Maar dit compliceert<br />
toch een beetje de zaak, zoodat de<br />
schrijver seffens met een nieuwen<br />
term voor den dag komt : het « wepelspel<br />
», dat wij, oningewijden, nog niet<br />
kennen noch begrijpen kunnen. Lees<br />
zelf :<br />
«Doch we stemmen toch het<br />
best in met den «wepelspeler»<br />
want dit spelen uit liefhebberij is<br />
volgens mij (en jammer genoeg),<br />
een doode letter geworden, want<br />
op honderd vindt men minstens 95<br />
liefhebbers, die, als hunne duiven<br />
goed vliegen, zoo hoog poelen als<br />
er kans is, dus beproeven van zooveel<br />
mogelijk geld op te rapen,<br />
't Zijn maar alleen de slechte<br />
die niet aan «geldspel» doen,<br />
want is het duivensport voor allen<br />
een liefhebberij, een soort passie,<br />
het is ook onloochenbaar dat het<br />
voor velen een bron van inkcmen<br />
is >.<br />
Het eenige wat wü, leeken, uit deze<br />
symbolische taal opmaken, is, dat er<br />
mannen zijn die op den rug der duivinnen<br />
geld verdienen.<br />
Dat is niet nieuw. En we begrijpen,<br />
dat de redakteurs van 't Getrouwe ook<br />
trek krijgen in dit beroep en zich afvragen<br />
:<br />
« Dus de hoofdzaak is : geld verdienen,<br />
of toch ten minste geen<br />
geld verliezen. Goed... Héwel, wie<br />
kan er de liefhebbers dan beletten<br />
het « alles » wat de duiven in zich<br />
hebben er uit te halen om... héwel<br />
ja, om een centje te verdienen ? »<br />
Wie zoo spreekt, verbergt zijn inzichten<br />
maar half. Ook kan de opsteller<br />
van het artikel niet langer aan den<br />
drang weerstaan om in dezer voege te<br />
antwoorden op de vraag, die bij eiken<br />
lezer spontaan oprijst : « zeg, manneken,<br />
hebde gij ook goesting om met de<br />
weduwen centen te verdienen ? » :<br />
« We zeggen het nog eens : wij,<br />
persoonliik zelf doen no? aan geen<br />
wepelspel, doch niets is uitgesloten<br />
dat we het later toch doen, en<br />
we vragen het ons af : wie zou ons<br />
dit kunnen verbieden ? »<br />
Ja, verdomd, wie zou dat kunnen?<br />
De zedenpolitie? De wet? De volmacht?<br />
Ach, daarvoor zijn ze allen veel te<br />
groen! Veel te zwak! Veel te lamlendig!<br />
De duifkens zün hen allen te vlug<br />
af! En het blad van M. Delille jubelt<br />
dan ook terecht;<br />
«Trouwens wie verbiedt er<br />
vitesse-pillen of andere medikamenten<br />
die zoogenaamd de snelheid<br />
verhoogen, aan de duiven te<br />
geven?»<br />
Iedereen snapt natuurlük het verband<br />
tusschen die vitesse-pillen en het<br />
weduwspel en de schrijver heeft dan<br />
ook groot gelijk er geen naderen uitleg<br />
bij te geven. Maar hü laat het er niet<br />
bij, mediikamenten en tituspillen aan<br />
te prijzen, neen, hü komt op, openlijk<br />
voor die nieuwe mode en trekt een<br />
konsekwente, stoute konklusie:<br />
«Ons besluit is dus: Wie met de<br />
evolutie van den tijd niet kan<br />
meegaan, late het duiverspel eenvoudig<br />
van kant, want wie nu het<br />
hardst tegen het weduwspel roept,<br />
zal er eer twee jaar verder misschien<br />
een der üverigste voorstanders<br />
van worden.»<br />
We geven dit ter overweging aan al<br />
diegenen onzer vrienden, die meenen,<br />
dat ze met hun tijd moeten evolueeren<br />
en dat er iets moet veranderen!<br />
Zijn we dan ook niet gerechtigd binnen<br />
twee jaar de schitterendste toekomst<br />
te voorisoel 1<br />
en aan onze jonge<br />
lustige weeuwtjes?<br />
Dat Pranz Lehar nu eens het getrouwe<br />
Maldegem op muziek zette!<br />
De moraal, de kristelijke moraal van<br />
dit alles?<br />
Ziehier, we vinden ze aan het einde<br />
dezer duivenrubriek.<br />
«Laat elk dus vrü te doen waar<br />
hij denkt het best mede te varen,<br />
tenminste als hij geen bedrog<br />
pleegt.»<br />
De Roi Pausole, zou het niet beter<br />
hebben gezegd. Wij persoonlek, gaan<br />
er niet verder op in, doch niets is<br />
uitgesloten, dat we het later toch doen<br />
en we vragen het ons af (zooals onze<br />
geestelijke raadgevers uit Beernem):<br />
Wie zou ons dit kunnen verbieden?<br />
De stations-kruiers hebben hun jaar»<br />
lüksch balavondje.<br />
(DUBLIN OPINION).
• -i 6<br />
DE KABINETSVORMING<br />
EEN SCHITTEREND SUKSES<br />
VOOR DE<br />
CHRISTEN-DEMOKRATEN<br />
De ministerkrisls is geëindigd, de h.<br />
de Broqueville heeft zekere wrjzigingen<br />
toegebracht aan zijn kabinet. Het<br />
is nu eerst dat men goed kan nagaan<br />
hoe de kristen-demokraten hun invloed<br />
in de regeering hebben kunnen<br />
uitbreiden.<br />
Deze verhoogde invloed blijkt in de<br />
eerste plaats uit het feit dat de h.<br />
Rubbens geen minister is moeten worden.<br />
De kristen-demokratie heeft al<br />
genoeg werk met de militanten die<br />
hun nichtje latig vallen en andere paters,<br />
die met het geld van de geloovige<br />
arbeiders den dansmarathon aanmoedigen,<br />
dan dat zij nog meer volk zou<br />
moeten beschikbaar stellen voor het<br />
bestuur van het land.<br />
Maar enfin, om zijn goeden wil te<br />
toonen en te laten zien dat hij zooveel<br />
kan als Heyman en Van Isacker,<br />
zou de h. Rubbens ten slotte toch hebben<br />
toegegeven en een portefeuille hebben<br />
aanvaard. Iedereen die hem op<br />
voorhand is gaan interviewen, heeft<br />
persoonlijk kunnen ondervinden met<br />
welken tegenzin de h. Rubbens opzag<br />
naar dat ministerschap dat, als een<br />
zwaard van Damokles over zijn hoofd<br />
hing. En terwijl hij met de eene hand<br />
zijn portret overhandigde voor de f°zet,<br />
drukte hij met de andere de hoop<br />
uit dat hij voor zulke beproeving zoude<br />
gespaard blijven.<br />
Wij weten niet of mevrouw Rubbens<br />
daarvoor heeft moeten gaan beewegen<br />
naar Onkewele. naar d
De Hollandsche<br />
Fransch-Belgische<br />
patriot Raemaekers<br />
teekent Frankrijk<br />
als een varken<br />
In den Brusselschen «Soir» teekent<br />
de grootpatriot Raemaekers, van<br />
Hollandsche afkomst, sedert Jaar en<br />
dag karikaturen. Wij begrijpen dat de<br />
man moet leven, maar er zijn ook<br />
menschen met geest die moeten leven.<br />
Deze heer Raemaekers heeft zich sedert<br />
den oorlog met allerlei aangelegenheden<br />
bezig gehouden die hem<br />
niet alleen niet aangingen, maar<br />
waarvan hij niets begreep. In tientallen<br />
prenten heeft hij de Vlamingen<br />
aangevallen. Wat nog zoo erg niet is,<br />
gezien van wien het komt.<br />
In zijn laatste teekening voor de<br />
«Soir» heeft de man echter uit lichtzinnigheid<br />
of domheid een flater begaan,<br />
die hem niet zoo licht zal vergeven<br />
worden.<br />
Als onderwerp heeft hij gekozen :<br />
de Stavisky- en andere schandalen in<br />
Frankrijk.<br />
Ziehier de beschrijving van deze<br />
plaat : Een varken ls vastgebonden<br />
aan een staak. Dit varken is vuil van<br />
het Staviskyschandaal. Marianne reinigt<br />
het varken met een bezem.<br />
Besluit : Het varken verbeeldt<br />
Frankrijk. En als Frankrijk zal gereinigd<br />
zijn van de schandalen, dan<br />
zal Frankrijk een proper varken zün.<br />
WU protesteeren! Raemaekers beleedigt<br />
Frankrük!<br />
STAVISKY<br />
Sta-vischky hield van cheks en blieken<br />
Stavi-ski hield van wintersport<br />
Maar dichten kon hü niet, dat kieken,<br />
En vond dus 't rüm niet op «tekort».<br />
Sta-viesky was niet vies gevallen<br />
Sta-whisky hield van liefd- en drank<br />
Maar zooveel vrouwen, zooveel kallen!<br />
De muze slechts ls mijne bank!<br />
Ze springt weieens, maar laat mü<br />
[knoeien<br />
Ze schenkt me bü elk vers krediet<br />
En laat mün zwendel verder groeien<br />
Tot een schandaal op zün gebied.<br />
Mün valsche bons, wie ze zal dekken?!<br />
De lezers slikken die als stroop...<br />
Ja, als ze maar op dichtjes trekken,<br />
Dan heb 'k vertrouwen zelfs te koop.<br />
En steel 'k een zin van d' een of<br />
ld' ander<br />
«Niets aan en doet er» zeg 'k vol wee<br />
'k Ben in mün genre d' Alexander:<br />
Geliefd, geloofd — Stavisky twee.<br />
FERDI.<br />
Een nieuwe verschijning<br />
of de Diktator op komst<br />
We tellen in België reeds talrüke<br />
kandidaat-diktatoren, maar meestal<br />
zulke van «dertien in een dozün».<br />
't Sohünt nochtans dat de echte op<br />
komst is.<br />
Zoo verzekert tenminste een zekere<br />
Dr. P. M. Vanerbe in het maandblad<br />
voor handel, nüverheid en technisch<br />
handelsonderwüs : ZAKEN.<br />
Dat de diktatuur in elk geval voor<br />
ons achterdeur staat, daar ls geen twijfel<br />
aan: «Men kan het merken aan<br />
de vele fantaislehemden...». schrüft<br />
Dr. Vanerbe.<br />
Waarna hij ons een beeld ophangt<br />
van hem die hier den boel moet komen<br />
rechtzetten :<br />
Over ettelijke dagen verschünt<br />
een Diktator.<br />
Hü wordt ingeleid door zoete<br />
vooiskens uit engelenmond. Zün<br />
voorkomen is nog gemoedelüker<br />
dan dat van Dolfusske in pyjama.<br />
Zün diktatuur is er geene van het<br />
geld want Hü is arm als een<br />
schooier en naast hem houden<br />
proletariërs uit het bergland de<br />
Het geval Stavisky beroert niet<br />
slechts de politieke, de financleele en<br />
de journalistieke middens, (alhoewel<br />
wü hier moeten verklaren dat «Koekoek»<br />
nooit van de brokken heeft<br />
meegedeeld), maar ook de taalkunde<br />
wordt er bü betrokken.<br />
Vóór het drama van Chamonix had<br />
plaats gegrepen sprak men, van<br />
iemand die de hand aan zich zelf<br />
De slager aal de gans eens «aansneden»!<br />
EVERYBODY'S.<br />
wacht. Evenmin denkt Hü aan<br />
een diktatuur van het proletariaat<br />
want drie koningen knielen<br />
voor Hem neer. Hü spreekt<br />
van een diktatuur van «den goeden<br />
wil» waarvan het juk zacht<br />
is en de last zoet om dragen. Hü<br />
spreekt van vrede, rechtvaardigheid<br />
en broederliefde. HU zegt<br />
«Leer van mü dat ik ootmoedig en<br />
zachtmoedig van harte ben» en<br />
nog: «ik be:i de weg, de waarheid<br />
en het leven». Zün banier is het<br />
Kruis : «Voorwaar ik zeg het U,<br />
wie het kruis niet opneemt om mij<br />
te volgen, zal het eeuwig leven niet<br />
ingaan».<br />
Voor ons niet gelaten. Maar de<br />
diktator van Dr. Van Erbe zal in elk<br />
geval best doen zich wat te haasten,<br />
't Is nu al 1934 jaar dat hü aan 't<br />
marcheeren is en wü hebben nog de<br />
kleur van zün hemd niet gezien. Als<br />
hü over evenveel tüd moet beschikken<br />
om zün programma door te voeren<br />
liggen wij hier allemaal al lang op<br />
onzen bult.<br />
Korte beschouwingen over<br />
het werkwoord «zelfmoorden»<br />
sloeg, als van een zelfmoordenaar. Een<br />
zelfmoordenaar was doorgaans iemand<br />
die op zün eentje afrekende met het<br />
leven. Het schUnt nu echter, zoo we<br />
sommige persorganen mogen gelooven,<br />
dat men ook een ander dan zijn<br />
eigen persoon kan zelfmoorden. We<br />
zullen dus wüs en voorzichtig doen,<br />
met in de toekomst het werkwoord<br />
«zelfmoorden» desgevallend als volgt<br />
te vervoegen: Ik heb hem gezelfmoord,<br />
hü heeft mij gezelfmoord, zü heeft<br />
hem gezelfmoord, enz.<br />
Wü meenen dat het overbodig is op<br />
de voordeelen van deze nieuwe manier<br />
van zelfmoorden de aandacht te vestigen.<br />
Zoo ge zinnens züt tot die daad<br />
over te gaan dan doet ge best een<br />
buitenstaander met dit karweitje te<br />
belasten. Het is immers een gekend<br />
feit dat de zelfmoordenaar niet steeds<br />
de gewenschte vaste hand bezit en zich<br />
dikwüls, in plaats van bet leven zelf,<br />
slechts van een oog of een stuk oor<br />
weet te ontlasten. Hetgeen hem in de<br />
verplichting stelt te herbeginnen of<br />
voor een bangerik door te gaan. Aangezien<br />
wü de dapperste aller Galliërs<br />
zün, zal er natuurlük geen enkel kandidaat-zelfmoordenaar<br />
onder ons deze<br />
verdenking op zich willen laten wegen.<br />
Daarom raden wü hem dan ook<br />
de Ohamonix-methode aan s
8 KOEKOEK<br />
Een duister geheim<br />
Destijds sprak «Het Volkske» van<br />
Gent over een «duister» geheim,<br />
maar we gelooven, dat de<br />
GAZETTE VAN GENT zijn katholieken<br />
konfrater den baard zal<br />
afdoen.<br />
Op de eerste, de tweede en de<br />
derde bladzijde van de zeer verspreide<br />
«Gazette van Gent», wordt<br />
de aandacht der lezers getrokken<br />
op een geheimzinnige mededeeling.<br />
Er staat:<br />
PLICHTIG?<br />
Iedereen moet nauwkeurig<br />
de aanduidingen volgen en<br />
flink overwegen. De oplossing<br />
van het raadsel komt dan op<br />
eenvoudige manier.<br />
Plichtig! Dat is iemand, die zijn<br />
r>Hcht heeft gedaan, gelijk ge weet.<br />
Maar hier gaat het dus over een<br />
raadsel. En:<br />
PLICHTIG?<br />
Was misschien toch, Harriet<br />
Vane? Wie weet? Het verhaal<br />
zal het uitwijzen. Die het raadsel<br />
oplost krijgt prijzen!<br />
Harriet Vane? 't Is te hopen voor<br />
haar. Of:<br />
PLICHTIG?<br />
Is het misschien lord Peter<br />
zelf? Niet mogelijk? Misschien<br />
wel. Ons mengelwerk zal het<br />
uitwijzen.<br />
Ah! Misschien niet. Misschien<br />
W3l.<br />
Harriet Vane en lord Peter. En<br />
't is... een feuilleton van de<br />
GAZETTE VAN GENT.<br />
Verduiveld, die mannen bezitten<br />
de kunst om iets aan te bevelen!<br />
-o-<br />
Hoe zal<br />
M. Van Cauwelaert<br />
zijn l<br />
De GAZET VAN ANTWERPEN<br />
zegt hoe de nieuwe minister Van<br />
Cauwelaert zal zijn:<br />
Heer Van Cauwelaert zal zijn<br />
een Vlaamsche minister, een<br />
katholiek-Vlaamsen minister;<br />
een katholiek-Vlaamsen en<br />
Belgisch minister.<br />
Ja, zeker! En gezien de vredesr^^inde<br />
gevoelens van M. Van<br />
Cauwelaert, zijn gehechtheid aan<br />
den Volkenbond, zal hij ook zijn:<br />
een katholiek - Vlaamsch - Belgisch<br />
- Europeesnh - internationaalvoelend<br />
minister.<br />
De «Gazet van Antwerpen» had<br />
dit in haar opsomming vergeten...<br />
VAD cnj<br />
Een p te kort<br />
Conscience had het eens over<br />
een o te veel. In het alfabet volgt<br />
dè p op de o en DE STANDAARD<br />
lei de basis van een nieuwen roman<br />
: Een p te kort :<br />
MAATREGELEN OM DE<br />
CONTROLE VAN FINAN-<br />
CIEELE OER ATI ES TE VER<br />
STEVIGEN.<br />
Voor een deftig blad als «DE<br />
STANDAARD» een vreeselijke zetfout.<br />
Alarmeerende<br />
berichten<br />
HET HANDELSBLAD schrijft:<br />
DE GEZONDHEID<br />
VAN DEN HEER MARCK<br />
Men had ons de vraag gesteld,<br />
of volksvertegenwoordiger<br />
Marck niet erg ongesteld<br />
was.<br />
Het blad is op inlichtingen uitgegaan<br />
en schrijft:<br />
Wij weten niet waar dit<br />
gerucht zijn oorsprong had<br />
gevonden.<br />
Niets van waar dus? Neen,<br />
schrijft het katholieke blad van<br />
Antwerpen, want M. Marck had<br />
nog zooeven een onderhoud met<br />
minister Janson om over de talenregeling<br />
in gerechtszaken te spreken.<br />
We vreezen, dat het nieuwtje<br />
over de ziekte van den h. Marck<br />
juist in het feit van dit onderhoud<br />
zit.<br />
— Ik zeg: kunt ge me een lucifer<br />
leenen?<br />
EVERYBODY'S.<br />
Schoone annonskens<br />
DE STANDAARD geeft van tijd<br />
plezante annonskens. Zoo lezen we<br />
vóór een paar dagen:<br />
JUFFROUW<br />
vraagt plaats bij priester,<br />
Heer of Dame alleen.<br />
Men vraagt zich af, waarom die<br />
juffrouw absoluut bij een priester<br />
of heer wil zijn, die alleen is.<br />
Desnoods ook bij een dame alleen.<br />
Maar dat gaat u en ons precies<br />
niet aan. Onze medewerker Jojo<br />
heeft haar laten weten, dat hij<br />
«een heer alleen» is. Met belangstelling<br />
zien we zijn verdere avonturen<br />
te gemoet.<br />
En nog een r.nder annonsken:<br />
PRIESTERMEID<br />
nog gediend vraagt plaats<br />
bij priester alleen, kent alb<br />
huiswerk.<br />
Dat noemen wij een okkazie voor<br />
een gezonden onderpaster!<br />
Brandende kwesties<br />
Wat is er een brandende kwestie?<br />
De werkloosheid.<br />
De zaak Stavisky.<br />
Pater Vereecke.<br />
Enz.<br />
HET NIEUWS VAN DEN DAG<br />
heeft een andere brandende<br />
kwestie ontdekt: het gemis aan<br />
waren sportzin.<br />
Het officieel orgaan der kwezels<br />
wijst op den Zesdagenkoers van<br />
Brussel en schrijft dan:<br />
Dit is dus een voorbeeld<br />
waarop niet te veel kan gewezen<br />
worden. Voor het overige<br />
is het echter ook overdreven<br />
van maar altijd «chique» te<br />
roepen, en van absoluut niet<br />
te kunnen verdragen dat er iets<br />
min of meer een zeker regelingske<br />
ondergaat om de<br />
doening wat meer fatsoen te<br />
geven. Het ls eigenlijk het<br />
prachtige sportvertoon dat wij<br />
beoogen.<br />
Ziedetzie! We moeten kunnen<br />
verdragen, dat er een zeker regelingske<br />
wordt getroffen, omwille<br />
van schoon sportvertoon en meer<br />
fatsoen!<br />
Zeker, we moeten even fatsoenlijk<br />
zijn als de politieke artikels in<br />
«Het Nieuws van den Dag».
KOEKOEK<br />
M. PONCELET opent de vergadering<br />
te 2 uur.<br />
M. JASPAR. — Ik ben gelukkig<br />
den heer Van Cauwelaert als minister<br />
te kunnen verwelkoi..en. Hij<br />
is steeds mijn boezemvriend geweest.<br />
HUYSMANS. — Gelijk Sap. Gelijk<br />
Poullet.<br />
M. JASPAR. — En wij hebben<br />
tien jaar samen geijverd voor het<br />
Vlaamsche rechtsherstel.<br />
M. VAN CAUWELAERT. — Ik<br />
dank mijn kollega voor de hartelijke<br />
verwelkoming. (Hij gaat naar<br />
M. Jaspar en geeft hem drie flinke<br />
zoenen).<br />
PISCHER. — Pas op, Huysmans<br />
ziet u.<br />
UYTROEVER. — Dat ls overspel.<br />
HUYSMANS. — Ik kan er tegen.<br />
M. VAN CAUWELAERT. — Hij<br />
heeft mij laten steken. Hij is de<br />
huwelijkschenner!<br />
M. PONCELET. — Geen persoonlijkheden,<br />
mijne heeren! Deze<br />
intieme zaken moet ge in bed afhandelen.<br />
M. VAN CAUWELEART. — Hij<br />
brengt alles op straat. Hij heeft<br />
zich onder zijn naam in de Rotterdamsche<br />
Courant laten zetten.<br />
HUYSMANS. — Frans, dat is<br />
niet fair van u. Ik zie er toch zoo<br />
proper uit als gij, al draag ik geen<br />
baard.<br />
M. VAN CAUWELAERT. — In<br />
leder geval ben ik blij een tijdje<br />
naar Brussel te komen, zoo zal ik<br />
uw leelijke tronie niet meer zoo<br />
veel zien.<br />
Waschdag by de kooiddanseiv<br />
HUYSMANS. — Frans, zooveel<br />
haat! Daar is liefde mee gemoeid.<br />
Maar eerlijk gezegd, ik ben ook blij<br />
dat ge wat bezigheid zult vinden te<br />
Brussel. Want in den Antwerpschen<br />
gemeenteraad waart gij ook<br />
geen kat om zonder handschoenen<br />
aan te pakken.<br />
M. DE BROQUEVILLE. — Laat<br />
ons nu vlijtig aan het werk gaan<br />
mijne heeren, om de demokratie te<br />
redden.<br />
M. RUBBENS. — Van demokratie<br />
gesproken, weet ik er alles van.<br />
Ik heb wel te verstaan niets tegen<br />
mijn vriend Van Cauwelaert, maar<br />
ik had ook niets tegen mijzelf.<br />
M. DEVEZE. — Men kan niet alles<br />
hebben, zijn vrienden en zich<br />
zelf in de regeering.<br />
M. RUBBENS. — Ook protesteer<br />
ik niet. Ik trek mij gaarne terug.<br />
ANSEELE. — Juist, daarin bestaat<br />
trouwens uw politiek. Gij<br />
trekt uw woord terug als gij gezworen<br />
hebt, gij trekt u programma<br />
terug als de reaktle er niet van<br />
wil. Gij trekt u alleen niet terug<br />
als er kaaksmeten uitgedeeld worden.<br />
M. HEYMAN. — Pardon, de<br />
kaaksmeten zijn dezen keer voor<br />
Carton de Wiart geweest.<br />
CARTON DE WIART. — En lk<br />
ben er fier over. Ik heb mij vrijwillig<br />
teruggetrokken en in talrijke<br />
redevoeringen heb ik sedertdien<br />
reeds aangetoond dat lk nuttig<br />
werk verricht heb in de regeering.<br />
M. PIERLOT. — Ik vraag het<br />
woord om als nieuwe minister mijn<br />
eerste indrukken weer te geven.<br />
M. PONCELET. — Excuseer,<br />
mijnheer de Minister, wrj zullen<br />
voor deze mededeeling de volgende<br />
week drie bijzondere vergaderingen<br />
beleggen met morgen- en<br />
nachtzittingen. Vandaag hebben<br />
hebben wij nog ernstig werk te<br />
verrichten.<br />
M. DE BROQUEVILLE. — Wij<br />
zouden namelijk een nieuwe volmacht<br />
willen om het herstel voort<br />
te zetten.<br />
SOUDAN. — Zouden wij onsmiet<br />
eerst een beetje bezig houden met<br />
het onderzoek naar de schandalen?<br />
JASPAR. — Waarom? Alles gaat<br />
om ter best. Er is op niemand iets<br />
te zeggen. Wij hebben de eer in<br />
een land te leven waar geen Staviskys'<br />
hun perten uithalen.<br />
M. DELILLE. — En de heer Petitjean.<br />
HUYSMANS. — Dat is een flauwe<br />
lollekesheer. Zooals zijn naam<br />
het aanduidt doet hij alles in het<br />
klein. Ik zou op die zaak niet verder<br />
ingaan. Het is geen misdaad<br />
geweest, het is alleen maar... lichtzinnigheid.<br />
M. DEVEZE. — Al die schandalen<br />
toonen echter aan dat het veel<br />
beter is het geld te besteden aan<br />
de landsverdediging dan aan financieele<br />
zaken.<br />
M. COELST. — Er zijn ook<br />
schandalen geweest in de ouderdomspensioenen<br />
en in den werkloozensteun.<br />
De socialisten mogen<br />
dat niet vergeten.<br />
UYTROEVER. — Ge moogt er<br />
van spreken. Daar zijt ge rap genoeg<br />
bij. Ge ziet de zeventien<br />
frank in de handen van de arbeiders,<br />
maar ge ziet den check niet<br />
in uw eigen portefeuille.<br />
M. JASPAR. — Tegen wien hebt<br />
ge 't? Ge moet duidelijke taal<br />
spreken.<br />
UYTROEVER. — Laat ons naar<br />
de handelingen van de financiers<br />
hetzelfde grondig onderzoek instellen<br />
als in de gevallen der pensioenen<br />
en dan zullen we beiden met<br />
kennis van zaken kunnen spreken.<br />
M. DE BROQUEVILLE. — Geef<br />
ons de volmacht en wij zullen al<br />
les onderzoeken.<br />
M. RUBBENS. — De kristen-demokraten<br />
geven de volmacht niet<br />
meer...<br />
M. JASPAR. — Dan...<br />
M. RUBBENS. — Tenzij wij er<br />
anders over beslissen.<br />
— Zeg, vergeet vooral niet zijn loudspeaker<br />
mee te nemen!<br />
(RIC ET RAC).
10 KOEKOEK<br />
Brieven van Pierken<br />
Oover monsters en ooli<br />
' — Ebde gezien da de faaterlantschge<br />
kragtprestasie die haar op de pieste<br />
van Onkerzeele afspeelt ne folgelinch<br />
gevonden eeft in Schgotlant?<br />
— In Schotland, Pier? Daar hebben<br />
ze 't monster van toch Ness. Dat is al.<br />
— Zust. Maar in Onkerzeele ebbe<br />
z'er nu ook een zoojals bleikt uit de<br />
ferklaarinch van miss Berthonla die<br />
tgeluk gehat eeft van dit monster mee<br />
eigen oochen te moogen aanschgouwen<br />
en tis nu de kwestie ofdater geen middel<br />
zou kunne op gefonde worden van<br />
malkander te ferstaan om ne keer te<br />
ferwisselen en tzeeserpent uit Schgotlant<br />
ier te laaten optreeden ln d'uitoefeninch<br />
van zrjn beezigeeden.<br />
— Maar waar het onderbrengen?<br />
— Ze zouwde tbeifeurbeelt zijne snij<br />
kunne laate gaan in d'olle die op dees<br />
mooment een proodukt is geworde van<br />
nassenale vermaarthijt en waardat<br />
hem zeeker nie zouwt anbeeteere aangezien<br />
dater tgezelschgap zouw finden<br />
van ferschgeldene koolezas die ulder<br />
gespiesjaleaeert ebben in dienen<br />
aart lekei.<br />
— Pier, er worden tegenwoordig<br />
maar al te veel lollekens uitgekraamd<br />
op rekening der olie!<br />
— Tis tgeen da mrjn faader ook<br />
meent. Stelt u foor da hij gisteren<br />
Uit Tsapeurken buitestuikt en da de<br />
Jonges op tstraat hem ferwelkoome<br />
mee de kreet van oliepuDe! Tgeen da<br />
froecher het kenmerk was van de<br />
deftlche burgers die uldere neevenaaste<br />
de pennink jongdegen zal weldra als<br />
een smaadelijk ferwijt aanzien worde<br />
en tis genoech dade tsenaaves aan u<br />
freuchde ultinch geef onder tsinge van<br />
«olie! hola!» om dlerekt bij meneere<br />
te moete koomen... Zouwde op den<br />
duur nog weete oedade u movi draaje<br />
teegewoordich en bij wie dade tebiegte<br />
moe gaan? De woorden zijn geleik ne<br />
koefer mee ne doobele bom, ge kunter<br />
al ln vinde wadade wilt en selfs den<br />
diksonair is ne meer te fertrouwen.<br />
Oe noemde gij beifeurbeelt een foorwerp<br />
waardade kunt door zien?<br />
— Een doorzichtig voorwerp!<br />
— Seesa! Perleede weeke zecht den<br />
* Broeder teege mij: nomeer mij ezoo ne<br />
keer een foorwerp. Ewel zech ik een<br />
sleutergat! Stelt u voor dak voor da<br />
woort agt daage konzee zonder solde<br />
gekreegen eb en dat daaraan te danken<br />
ist dak tplezier eb van u heeden te<br />
moogen ontmoeten.<br />
— 't Plezier is voor mij, Pier. Want<br />
dank zij uw zeeserpent, uitrekbaar als<br />
een akkordeon, heb ik teminste mijn<br />
hoekje volgekregen.
MAX, DIKTATOR !<br />
O, Max, Gij groote burgemeester, —<br />
Ik steek het onder struik noch heester,<br />
Dat ik met eerbied en ontzag<br />
Mij blind staar op uw sterk gezag.<br />
Wat staat ge ver en hoogverheven<br />
Bij al Uw burgemeestersneven,<br />
Die ploeteren in dorp en stad<br />
En kruipen voor den Staat, zoo plat.<br />
Gij neemt op eigen kracht besluiten<br />
En werpt ministerseischen buiten.<br />
Wat is voor U de deputatie?<br />
Een groote nullen-incarnatie.<br />
Wat is voor U de Belgenstaat?<br />
Een schim, waar Brussel over gaat.<br />
Gij meent: «Wie zou het durven wagen,<br />
Mij en mijn kapitool te plagen?»<br />
Gij voelt U als een sterke God,<br />
Beschouwt de wetten als een vod,<br />
Wanneer zij in Uw kraam niet passen<br />
En noemt Uw bazen slechts paljassen.<br />
Gij duldt kontrool noch tegenspraak<br />
En doet Uw zin maar luk of raak.<br />
Wij, lieden uit provinciekrochten<br />
Wij weten dat z' in Brussel mochten<br />
Het beste nemen. Wij de rest.<br />
Wie 't dichtst bij 't vuur zit, warmt zich 't best.<br />
Voor Brussel heeft men andre maten<br />
Dan voor provinciemagistraten.<br />
_ _ _ KOEKOEK _ _<br />
Berijmde schelmerijen (104)<br />
Het is wellicht daarom, Mijnheel<br />
Dat gij dictatort, meer en mfeer.<br />
Zoo liet gij de neutrale zone,<br />
Waar onze Kamerleden tronen,<br />
Door Uw kollega's niet betreen,<br />
U steunend op de wet alleen;<br />
Maar onze brave fraternellèn,<br />
Die mochten de ministers kwellen<br />
En in die zone wandlen gaan.<br />
Toen troit dfe wet U niet meer aan.<br />
Men wil U anderzijds beletten<br />
Een brugje aan den kant te zetten.<br />
Gij vaa?t Uw broek aan zulk geblaf<br />
En breekt het brugje toch maar af.<br />
Gij hebt dus alle eigenschappen<br />
Om als dictator op te stappen<br />
En, daar men in ons Belgenland<br />
Juist een tekort heeft aan zoo'n kwant,<br />
Zoo zijt grj zeker aangewezen<br />
Om, samen met een paar Deveezen<br />
Den thans vervloekten, rotten boel;<br />
Te voeren naar een hooger doel.<br />
Hoe schoon zou 't klinken, hé: Dictator!,<br />
Of beter nog: Max-Imperator!<br />
Gij wint dan, wees er zeker van,<br />
De liefde ja, van alleman;<br />
Want drillerij «a la baguette»<br />
Wil ieder, zelfs... een Mistinguettte!<br />
Is Van Cauwelaert de nieuwe minister ?<br />
En<br />
Wü stellen de vraag met een verbitterd<br />
gemoed. Verbitterd, maar vastberaden.<br />
Als er oorlog van komt, dan<br />
zullen de Hollanders ons op hun weg<br />
ontmoeten.<br />
Ziehier de feiten, die wij aanklagen.<br />
De Nieuwe Rotterdamsche Courant,<br />
die niemand zal verdenken, van lichtzinnigheid,<br />
bracht de vorige week een<br />
portret, waaronder men lezen kon :<br />
De nieuwe minister Frans Van Cauwelaert.<br />
Het portret zelve was echter onmiskenbaar<br />
dit van Camille Huysmans.<br />
Vermits de Botterdamsche Courant<br />
geen lichtzinnig blad is, meet deze verwisseling<br />
MET OPZET zijn gebeurd.<br />
• * *<br />
Wü noemen dit opzet kortaf : Onduldbare<br />
Inmenging van Holland in<br />
de Binnenlandsche Aangelegenheden<br />
van België.<br />
En wat onduldbaar is zullen wü<br />
niet dulden.<br />
De smaad door het Kad ons land<br />
aangedaan, kan slechts uitgewischt<br />
zoo ja, waarom njet<br />
worden door het afstaan van Zeeuwsch-<br />
Vlaanderen en Hollandsch-Lamburg<br />
aan België.<br />
En als wü deze beide streken weergekregen<br />
hebben zullen wü korte metten<br />
maken met de rest van Holland.<br />
* • •<br />
Waarom heeft de Botterdamsche<br />
Courant Van Cauwelaert verwisseld<br />
met Huysmans? Hadden zij het portret<br />
van Toet-ank-Amen of van emir<br />
Paysal gegeven voor den nieuwen minister,<br />
men had kunnen gelooven aan<br />
een vergissing.<br />
Doch neen, men gaat Camille uitzoeken.<br />
Waarom? Omdat men weet,<br />
of liever omdat men hoopte dat Frans<br />
Van Cauwelaert dezen verraderlijken<br />
steek in zün aangezicht niet zou overleven.<br />
Aan Van Cauwelaert zeggen,<br />
dat hü een olifant, of een rat is, zou<br />
zün koude kleeren niet geraakt hebben.<br />
Maar zeggen dat hij een en dezelfde<br />
verrader is als Camille Huysmans,<br />
dat was van aard om hem een<br />
geraaktheid te doen krijgen.<br />
22<br />
• •<br />
De vergissing (??) van de Rotterdamsche<br />
Courant is een bepaalde aanslag<br />
met voorbedachten rade tegen<br />
een Belgisch minister in funktie.<br />
Wü zullen niet zwijgen tot België<br />
eerherstel heeft geëischt van Holland.<br />
• * *<br />
Het is waar, dat in een volgende<br />
uitgave van de Rotterdamsche Courant<br />
het portret van Camille werd vervangen<br />
door een portret van Frans,<br />
met een nota van verontschuldigingen.<br />
Meent het blad werkelü'k op deze<br />
wijze zün flater te kunnen goedpraten?<br />
Dit herstel van de waarheid is integendeel<br />
een bewijs te meer, dat de<br />
verwisseling met kwade bedoelingen<br />
is geschied.<br />
Ziedaar de feiten. Maar kleine oorzaken<br />
hebben soms groote gevolgen.<br />
Holland zal het weldra ondervinden.<br />
Wat ons betreft, wij hebben ons in<br />
verbinding gesteld met de Legions Nationale®<br />
om de middelen te beramen<br />
tot het wreken van den smaad die ons<br />
werd aangedaan.
KOEKOEK<br />
Oproer te Gent onder de figuratie<br />
van het monument der gebroeders<br />
Hubertus en Johannes Van Eyck<br />
Verhaal<br />
VI.<br />
Daar gekomen richtte Laurent het<br />
woord tot Lieven Bauwens:<br />
— Goeden dag, waarde heer Bauwens!<br />
Met allen eerbied groet ik u!<br />
— Wel, wie we daar hebben!... Dag<br />
meneer Laurent! zei Lievens Bauwens<br />
verrast, insgelijks mijn beste groeten!<br />
Waaraan heb ik het genoegen van uw<br />
bezoek te danken?<br />
— Naar ik hoorde is er iets op til<br />
met de gebroeders Van Eyck, en gaat<br />
het hier zoo levendig toe, dat ik er<br />
werkelijk naar verlangde een en ander<br />
desaangaande van dichtbij te<br />
zien. Mag ik u dus om een plaatsje<br />
in uw tuintje verzoeken voor mij en<br />
myn gezelschap Ook mijn getrouwen<br />
hielden er aan het gebeuren van meer<br />
nabrj te kunnen aanschouwen.<br />
— Welzeker, antwoordde Bauwens<br />
gulhartig, met zeer veel genoegen!<br />
Stapt allen maar gerust over het hekje<br />
en kiest allemaal maar zelf het<br />
plekje uit dat u het geschikst voorkomt.<br />
Geneer u niet, bekommer u<br />
maar niet om de planten, de komende<br />
week komen er toch nieuwe!<br />
— Ik dank u van harte voor de verleende<br />
gastvrijheid, meneer Bauwens,<br />
sprak Laurent, ik houd me bij gelegenheid<br />
tot wederdienst bereid en meteen<br />
klauterde Laurent en zijn gevolg over<br />
de ornheining.<br />
— Doe alsof ge thuis waart, zei Bauwens.<br />
Gelieve my echter te verontr<br />
schuldigen, dat ik u zoo van uit de<br />
hoogte toespreek, maar ik kan bezwaarlijk<br />
naar beneden komen.<br />
— Biyf gerust op uw voetstuk, meneer<br />
Bauwens, gaf Laurent hem ten<br />
antwoord, die hoogte zal u wellicht<br />
nooit beter van pas gekomen zijn dan<br />
by deze gelegenheid. Bovendien is er<br />
een spreuk die luidt: «Wie op zekere<br />
hoogte staat moet de laagte vermijden.»»<br />
wy zullen ons hier wel behelpen,<br />
ze hebben plaats genoeg om<br />
ons met z'n allen op de uitkijk te zetten.<br />
En zich tot de zynen wendend<br />
vervolgde hy: Vader Dicgenes, meisjes<br />
en jongens, kiest maar zelf 'n<br />
plaatsken uit dat bevalt. Ik zal me<br />
hier met den rug tegen het voetstuk<br />
stellen.<br />
Zoodra dit bezoek by Lieven Bauwens<br />
door de omstanders werd opgemerkt,<br />
ging het van mond tot mond:<br />
— Kijk, daar is papa Laurent met<br />
zyn huishouden ook!<br />
By de omstanders was er een die<br />
vroeg:<br />
— Zouden ze Laurent en de zijnen<br />
ook willen verdrijven?<br />
— Wel neen, was het antwoord van<br />
een ander, ze zijp uit nieuwsgierigheid<br />
door SINT<br />
en vrijwillig naar hier gekomen. Meneer<br />
Laurent stelt natuuriyk ook belang<br />
in het wedervaren der gebroeders<br />
Van Eyck. Ze zullen het verdt'-kelingen<br />
niet gemakkeiyk hebben.<br />
Met die «ze», werd natuuriyk de<br />
openbare macht bedoeld. Op dit<br />
oogenblik horde men weer het klankrijk<br />
stemgeluid van den kommissaris<br />
die de Van Eyok's en de figuranten toeriep:<br />
— Kort en goed, wit zyt grjlie voornemens<br />
! ?<br />
— Van geen duim breed aan onze<br />
vrijheid te laten tornen! riep Tseef.<br />
Het steenen verhoog waarop wy staan<br />
is wel eigendom der gemeenschap,<br />
doch wy, onze lichamen, behooren niemand<br />
anders dan ons zelve!!<br />
— Ge zyt 'n hoop oproerlingen, 'n<br />
bende sta in de weg's! kreeg hy van<br />
den kommissaris ten antwoord.<br />
— Hawoert! schreeuwde het volk.<br />
— Allez, maakt het kort, bromde de<br />
politiechef. Als Hubert Van Eyck de<br />
aanleidende oorzaak is van dezen opstand,<br />
dan moet hij óf tijdelijk óf voor<br />
goed hier vandaan!<br />
— Waarheen? vroeg Johannes.<br />
— Dat moet hy weten! replikeerde<br />
de Kommissaris. Waarheen kan my<br />
niet schelen!<br />
— Afgedaan! riep Tseef met vollen<br />
nadruk. En zioh tot zyn deelgenoten<br />
wendend sprak hij verder: Vrienden,<br />
wij allen gaan hier vandaan, verlaten<br />
deze grondvesten, en zweren plechtig<br />
dat, indien wy hier nog ooit weerkeeren,<br />
het niet zonder een der gebroeders<br />
Van Eyck zal zyn!<br />
— Wy zweren het! kon het plechtig.<br />
— Komt, gezellen en gezellinnen,<br />
vervolgde Tseef, schaart u rond onze<br />
groote meesters en leiden wij hen in<br />
stoet naar het groote stadspark by<br />
meester Claus!<br />
Dreunend weerklonk het over het<br />
pleintje:<br />
— Hoera!!! ja, naar meester Claus!<br />
En zich dan tot de menigte richtend<br />
sprak hy krachtig: Gy Vlaamsche<br />
volk, indien gy nog een greintje waardeering<br />
gevoelt voor waarachtige groote<br />
kunst in Vlaanderen, voor de kunst<br />
die tot uw ontvoogding leidde en u beroemd<br />
maakte, indien gij zelf niet heel<br />
en al wilt ten onder gaan in den slemvan<br />
het geestdoodend mercantilisme,<br />
het uitbuitend winstbejag, staat met<br />
ons dan óp tegen de moordenaars van<br />
wat nog schoon en grootsch is en kan<br />
zijn in Vlaanderen! De schoonheid alléén<br />
veredelt een volk! Door schoonheid<br />
verwierf Vlaanderen zyn wereldroem!<br />
Komt allen mee ook ter ver-<br />
B A V O<br />
heerlykheid der beide Van Ecyk's!..,<br />
Lang zullen zij leven!!<br />
Een wijdgaltnend «Hoera!» volgde er<br />
op Tseef's toespraak. «Heil de gebroeders<br />
Van Eyck!! Weg met de verdelgers<br />
van onze kunst! Aan de galg met<br />
de moordenaars der Volksveredeling!!<br />
werd er geroepen, terwijl de massa in<br />
haar deinende beweging den indruk gaf<br />
van 'n golvende zee.<br />
Hubertus en Johannes Van Eyck<br />
met de kinderen, vrouwen en mannen<br />
van hun gevolg, stapte statig van hun<br />
verhoog, voorafgegaan van den engel<br />
Gabriel die van zyn muur vliegend,<br />
als een arend eenige cirkels boven<br />
het monument en de menigte had gemaakt.<br />
Zy stelden zich in groep gereed<br />
om van uit de Limburgstraat te<br />
vertrekken.<br />
Zij werden gerangschikt ("oor Tseef,<br />
die zoowat den dienst van ceremoniemeester<br />
waarnam.<br />
Aan het hoofd van den stoet: de<br />
Engel Gabriel met een kroon in de<br />
linker en een bazuin in de rechter<br />
hand. Af en toe spreidde hy zijn wonderschoone<br />
vlerken uit. Achter hem<br />
schaarden zich de vrouwen en kinderen,<br />
de guirlandes dragend.<br />
Dan de gebroeders Van Eyck, die<br />
het midden hielden, en daarachter de<br />
mannen die het boek en palet van hun<br />
meesters droegen.<br />
Tot teeken van vertrek riep Tseef:<br />
— Voorwaarts nu en met vertwyfelenü<br />
De volksgeestdrift steeg ten top,<br />
waaraan te zien was dat de massa zich<br />
by die betooging zou aansluiten.<br />
Opeens hoort men de Figuratie in<br />
koor een strydiied aanheffen op de<br />
muziek van «Le chant du départ» van<br />
Méhul, dat ongeveer als volgt luiddej<br />
«Vlaam en Waal op ten stryd!<br />
Voor onze idealen.<br />
Voorwaar 't is nu de hoogste Ujd.<br />
Onze wil maakt ons vry!<br />
Wij zyn niet te verslagen -n<br />
En wie ons tarden durft die byten<br />
[wij!<br />
Wij laten ons door niemand dwingen.<br />
Men vindt ons steeds gereed 1.<br />
Om schoonheid, menschrecht<br />
[t' ontwringen.<br />
Wij zweren trouw dien eed!<br />
Vrijheid en Kunst roept ons, gezellen,<br />
Waarvoor wy hebben alles veil!...<br />
enfc<br />
Onder het zingen van dit lied zette dt<br />
stoet zich in beweging, gevolgd doof<br />
duizenden deelnemers, langs de Vlaan»<br />
derenstraat, het Wilsonplein, de Die»<br />
rentuinlaan, den weg op naar hel<br />
Park.
Uit het leven van den Platte<br />
Onder al de mistige dagen die wc<br />
den laatsten tijd gehad, hebben, liep<br />
nu eindelijk toch eens een dag dat<br />
de zon door de wolken brak. Niet zoodra<br />
was er een lap blauw van den<br />
hemel bloot gekomen of de kameraden<br />
van den Platte, die zich anders<br />
thuis koest achter de kachel zaten te<br />
warmen, kwamen naar de kaai afgezakt<br />
om zich te vergewissen of de<br />
Schelde nog altijd langsheen den ouden<br />
burcht van Antigoon zaliger gedachtenis<br />
stroomde.<br />
De Platte was natuurlijk ooi: op<br />
zijn post en hü had deze gelegenheid<br />
met des te meer geestdrift waargenomen,<br />
daar hij den vorigen avond met<br />
een gardevil was blijven plakken, in<br />
de late uurkens was thuisgekomen en<br />
nu een fameuzen kater had, zoodat<br />
een beetje frissche lucht hem denkelijk<br />
goed zou doen...<br />
En zoo had elkeen dan ook weer<br />
wat nieuws te vertellen.<br />
De eerste die het woord nam, was<br />
Sjarel, een rosse, met een glazen oog.<br />
— Mijne vriend Lowie ligt in het<br />
gasthuis, zoo begon hij. Vf&r gebroken<br />
ribben : die komt toe!<br />
— Wat is er dan mede gebeurd?<br />
— Wel den dag na verloren Maandag<br />
stond Lowie, die metsendiender<br />
van beroep is, op een stelling te<br />
werken, drie verdiepingen hoog. Den<br />
vorigen dag had de jongen hier en<br />
daar zün nieuwjaar gekregen, een<br />
pint en een sigaar en Lowie is ook<br />
Iemand die in de staminees nogal wat<br />
kennissen heeft zitten. Enfin, den<br />
dag na datum voelde hü zich niks lekker,<br />
maar hij dierf niet wegblijven op<br />
het werk uit schrik te zullen worden<br />
afgedankt.<br />
Toen kreeg hü plots een draainis.<br />
Hü stuikte voorover en viel in de<br />
ruimte. Gelukkig kon hü zich aan<br />
een touw vastklampen die, ik weet<br />
niet om welke reden, daar toevallig<br />
gespannen was.<br />
De makkers riepen :<br />
— Houd u vast, Lowie, we gaan<br />
een leer halen.<br />
Ze kwamen met een ladder, maar<br />
ze was te kort en toen riepen ze terug<br />
:<br />
— Geduld, Lowie, we gaan een ander<br />
leer halen.<br />
Lowie hing daar te zweven boven<br />
aaide. Eensklaps liet hü het touw<br />
60hieten en kwam op de straatsteeuen<br />
neer.<br />
Men snelde hem ter hulp.<br />
Eén van de mannen vraagde daarop<br />
:<br />
— Maar Lowie, waarom hedde de<br />
koord toch niet vastgehouden? Waart<br />
ge te moe?<br />
Lowie keek met flauwe oogen naar<br />
lün werkmakkers op en fluisterde :<br />
— Ik was bang dat de koord zou<br />
gebroken zü'n...<br />
Daarop nam Jef het woord...<br />
— Ik weet niet, zoo ving die te vertellen<br />
aan, of güüe in de Kempen<br />
het mooi dorp Savelkoei kent, eigen<br />
lijk is het geen dorp, het is een gehucht,<br />
maar er staat toch een hotel,<br />
want de omstreken zyn daar verdomd<br />
mooi en 's zomers komen er veel toeristen<br />
uitblazen.<br />
Verleden Zomer, in de vakantiemaand,<br />
was er op zekeren dag een<br />
Engelsohman met zün familie afgestapt.<br />
Het leken rüke boggers, schoone<br />
valiezen en er was een kindermeid<br />
om op de kinderen te letten.<br />
Ze hadden cok hun eigen auto bü.<br />
Ze waren nét op hun kamer, toen<br />
de Meneer naar beneden kwam gestormd<br />
met een vertrokken gezicht.<br />
— Dubble You see, riep hü!<br />
Hü vroeg naar de W.C.<br />
De baas van het hotel, die al blij<br />
was dat hü de Hollanders kon begrijpen,<br />
wist niet wat de heer verlangde.<br />
De Engelschman had schoon te<br />
zeggen :<br />
— Dubble You see...<br />
De andere aanhoorde hem, of het<br />
hem eigenlük niet aanging.<br />
— Dont'you speak English?<br />
— Wacht wat, zei de baas.<br />
Hü riep :<br />
— Jantje!<br />
Jantje, dat was een neef van hem,<br />
een ventje dat in de stad op school<br />
ging en in de oogen van oom doorging<br />
voor een geleerden bol.<br />
Jantje kwam.<br />
De jam herhaalde zün vraag, daarbü<br />
een gezicht trekkend of hij kiespijn<br />
had, want dringend was blükbaar<br />
de nood.<br />
— W.C? W.C?<br />
Jantje dacht even na en zei dan<br />
triomfant :<br />
— Meneer spreekt Duitsch. W.C.<br />
Dat beteekent Waldcappelle, de kapel<br />
in het bosch.<br />
En zich met venblUd gelaat naar<br />
den Engelsohman wendend, zei hü :<br />
— Inderdaad Meneer, dat is hier<br />
vlakbü, in het bosch. Een vierhonderd<br />
meter loopen. Het is een aardig<br />
gebouwtje, er is plaats voor drie honderd<br />
menschen en als ge het vraagt,<br />
zullen ze het orgeltje cok wel bespelen,<br />
dan hebt ge muziek...<br />
Daarop sprak de derde aanwezige.<br />
Het is me zelf overkomen. Het was<br />
op 't laatst van den oorlog. Ik ver<br />
diende galant mün kostje met smok<br />
kelen. Op zekeren dag zit ik in den<br />
trein op Esschen, want ik had een<br />
nieuwe lading in ontvangst te nemen<br />
bü de grens.<br />
Ge weet, het was toen volop de tijd<br />
van de zwarte boonen en het komiteitsvet<br />
en tabak was er niet meer te<br />
krügen, tenzü van dien tabak die op<br />
de boomen groeit...<br />
— Of achter de hespen van een<br />
paard, op de grond, voegde de Platte<br />
er aan toe, die tot dan toe gezwegen<br />
had.<br />
De andere vervolgde echter onver<br />
stoord :<br />
— Ik reisde tweede klas. In mün<br />
wagen had ook een Duitsche officier<br />
plaats genomen, 't Was er ééne van<br />
de oude garde, een echte üzerbUter,<br />
met norsche trekken.<br />
Als de trein pas in gang was, haalde<br />
ik me daar een sigaar boven water,<br />
echte tabak, Iets puiks. Ik rook<br />
er eerst eens aan om den Pruis te<br />
tarten. HU kreeg me in de gaten.<br />
— Nicht rauchen, beet hü me toe.<br />
— Ik rook niet, antwoordde ik met<br />
een heimelük lachje.<br />
Daarop haalde ik mün pennemes<br />
uit mün zak en sneed het puntje van<br />
mün sigaar.<br />
De Pruis vloekte en zei dan, bits:<br />
— Nicht rauchen. Verboten.<br />
— Maar waarde heer, zei ik op zoetsappigen<br />
toon, ik heb heelemaal geen<br />
lust om te rooken.<br />
— Ja, maar ge maakt aanstalten<br />
om te rooken...<br />
En ik stak de sigaar weg, ln myn<br />
zak.<br />
De Pruis haalde daarop een krant<br />
voor den dag.<br />
Een oogenblik verdiepte hU zich ln<br />
de lektuur. Toen haalde hü zün pennemes<br />
uit zün zak, vouwde de krant<br />
op zün knie en sneed er een stuk af.<br />
Nu was het mün beurt om eens Iets<br />
te zeggen.<br />
Ik sprong recht en beet den ÜzerbUter<br />
toe :<br />
— Nicht sch...zen!<br />
— Ion werde nicht sch...zen, wedervoer<br />
de officier.<br />
— Neen, maar ge maakt toch aanstalten!<br />
Zoo was het dan de beurt van den<br />
Platte geworden om eens wat te vertellen.<br />
— Ik ben bü den doktoor geweest,<br />
gisteren, zei hü met een triestig gezicht.<br />
En dat ls slecht verloopen. Ik<br />
kom binnen en vóór ik een woord heb<br />
gezegd kükt die me in het kalk van<br />
mün oogen.<br />
— Water eens in een flesch, voegt<br />
hü me toe.<br />
Ik doe het.<br />
De dokter verwüdert zich met de<br />
flesch en na vüf minuten is hü terug.<br />
— Meneer, zegt hü, ge hebt suikerziekte.<br />
— Is dat erg, doktoor?<br />
— Als ge u verzorgt dan kunde<br />
daar honderd jaar mede worden.<br />
— En wat ls dat eigenlük?<br />
— Ge hebt te veel suiker ln uw<br />
blced.<br />
— Is dat suiker gel Uk andere suiker?<br />
— Ja en neen.<br />
— Geluk klontjes-suiker?<br />
— Zoeter.<br />
— Geiyk kandü?<br />
— Nog zoeter...<br />
— Pot verdomme, doktoor, dat is<br />
een desillusie!<br />
— Waarom dat jongen?<br />
— Wel ik heb altüd gedacht dat de<br />
meisjes me zoo lustten, omdat lk he;<br />
zoo goed deed, maar nu begin ik te<br />
gelooven dat ze er alleen op verlekkerd<br />
zün geweest, omdat ze van snoep<br />
hielden...
KOEKOEK 15<br />
JOZEF RECHT<br />
EEN NORMAAL MENSCH<br />
— Hoe hij nadenkt, prevelde Alida.<br />
Maar eensklaps richtte Jozef Recht<br />
het hoofd op. Er was een licht in zrjn<br />
oogen gekomen. Blijkbaar had lrtj gevonden<br />
wiat hij sedert eenigen tijd met<br />
zooveel inspanning zocht. Het hart van<br />
Alida popelde in haar boezem, zoodat<br />
haar rechterborst er bekoorlijk van aan<br />
't bibberen ging.<br />
— Hij heeft zekei een vondst gedaan,<br />
murmelde ze.<br />
En Jozef wendde 1 u het hoofd om,<br />
klapte in de handen en riep:<br />
— Garoon, een taifteok américainü<br />
En hij wreef zich in de handen, verlost<br />
van een moeilijke kwestie.<br />
Alida trok haar man bij den arm<br />
mee, bij Jozef Recht.<br />
— Wei, wel, zei ze opgewekt, wie we<br />
hier hebben, Jozef! Herkent ge mij<br />
nog?<br />
— Sedert den tijd... stotterde Jozef<br />
Recht.<br />
— Tk ben Alida, zei ze. Uw schoolkameraad.<br />
De vreugde van Jozef Recht scheen<br />
maar matig, want hij keek naar<br />
Schoeppe en wachtte.<br />
— Dat is mijn man, zei Alida.<br />
— Aangenaam.<br />
— Aangenaam.<br />
— Zet u een oogenibliik, zei Jozef<br />
Recht beleefd. Tk ging juist den innerlrjken<br />
mensch wat versterken. Stoort<br />
het u niet dat lk eeh Amerikaansch<br />
biefstuk eet?<br />
Alida en Schoeppe gingen neerzitten<br />
aan de tafel van Jozef Recht.<br />
— Geen Engelsche saus! riep Joaef<br />
nog den kellner achterna.<br />
— Geen Engelsche saus? vroeg deze<br />
verbaasd. Wat beteekent een Amerikaansch<br />
biefstuk zonder Engelsche<br />
saus, Pransch mosterd en...<br />
— En Zwitsersche kaas, vulde Jozef<br />
Recht aan.<br />
— Ja, Ja, zei Schoeppe om het gesprek<br />
ln te zetten, de keliners houden<br />
er tegenwoordig voor alles hun eigen<br />
meening op na.<br />
— Gelijk wij, zei Recht nogal kort<br />
af.<br />
Op datzelfde oogenblik werd Schoeppe<br />
Iets gewaar tegen zijn beenen. Het<br />
was duidelijk het been van Alida dat<br />
Iets anders zocht. Hij hield zich stil,<br />
omdat hij nooit de zaken geweld wilde<br />
aandoen tenzij in uitersten nood.<br />
Ze spraken nu over koetjes en kalfjes.<br />
Maar Schoeppe merkte op, dat<br />
Alid* en Jozef nogal gewrongen zaten.<br />
ZIJ hadden zich blijkbaar ln een moeilijk<br />
parket gestoken met die beenen.<br />
Doch Schoeppe sprak maar door,<br />
om die beide menschen niet nog meer<br />
ln ongelegenheid te brengen. Hij I<br />
sprak en sprak, stelde de vragen en.<br />
gaf de antwoorden. Tot hij eensklaps<br />
ophield na een vraag en Jozef Recht<br />
— Ja,'ja Ha? stotterde Recht.<br />
— Daar kunt ge mij toch gerust op<br />
antwoorden, hernam Schoeppe, lk zal<br />
uw vertrouwen niet misbruiken.<br />
Jozef stootte den voet van Alida van<br />
zich af, en zocht een antwoord:<br />
— Wel, eerlijk gezegd... ik weet het<br />
niet...<br />
— Hoe, ge weet het niet? zei<br />
Schoeppe.<br />
— Nee, 't is te zeggen, dat hangt<br />
er van af.<br />
— Dat hangt er van af? Ge weet<br />
niet of ge een auto hebt?<br />
— O, haha, o ja, ge vraagt mij of<br />
ik een auto heb? Neen, ik heb geen<br />
auto.<br />
— Waarom met? zei Schoeppe<br />
eenigszins brutaal.<br />
Want hij vond het tenslotte vervelend.<br />
En wat kwam die meneer met<br />
zijn vrouw aanvangen Indien hij geen<br />
auto had.<br />
— Tk heb geen auto: excuseer mij,<br />
zei Recht bedremmeld.<br />
Alida trachtte den toestand te redden:<br />
— Meneer Recht heeft misschien een<br />
machine die met olie moet gesmeerd<br />
worden?<br />
Schoepe en Alida keken beiden<br />
Recht aan, die met begreep waar zij<br />
naartoe wilden.<br />
— Neen, zegde hij, ik heb geen machine.<br />
— Geen naaimachine? Geen drukpers?<br />
Geen stoomketel?<br />
— Neen, zei Recht. Maar... wacht<br />
eens... ik heb een pannemes dat verroest<br />
is en moeilijk toegaat.<br />
— Dat ls flauwe kul, brieschte<br />
Schoeppe eensklaps. Gij houdt mij<br />
voor den gek. Kan ik u olie leveren<br />
voor een pennemes? Of ge zoudt misschien<br />
de olie voor niets willen. Zoo,<br />
zoo, meneer 20u gratis olie verlangen!<br />
En wilt ge er mijn portefeuille bij?<br />
En misschien zou ik u ook nog mijn<br />
vrouw voor niks moeten geven op den<br />
hoop toe?<br />
— Bonpapa, ge hebt beet! I<br />
(DUB. OPTN.)<br />
Alida wierp haar armen om zijn<br />
hals.<br />
— Lieve man, zei ze, ge zoudt mij<br />
toch niet verdenken. Maak u niet<br />
boos. Meneer Recht heeft het niet<br />
kwaad gemeend. Neen, zeker niet! Zooals<br />
ik hem kende toen hü een kleine<br />
jongen was, had hij niets dan hoedanigheden.<br />
Hij was altijd de eerste in<br />
zijn klas. En zooveel hield hij van zijn<br />
moeder! O, ik herinner het mij goed...<br />
Hij zou geen muis kwaad gedaan hebben.<br />
En nu ik mij dat alles herinner,<br />
geloof ik werkelijk dat meneer Recht<br />
het burgerlijk eereteeken van tweede<br />
klasse zou verdienen.<br />
— Dat is wat anders, zei Schoeppe,<br />
die zijn woede voelde zakken.<br />
— Een dekoratie? vroeg Recht, geheel<br />
verwonderd.<br />
— Wel zeker, zei Schoeppe, waar»<br />
om niet.<br />
— Maar ik...?<br />
— Niksmendal! zei Schoeppe. En<br />
dan nog wel de Leopoldsorde verdient<br />
ge. Het kost wat meer, maar gij zijt<br />
veel te deftig voor het civiel eereteeken.<br />
De orde!<br />
— Eerlijk gezegd, onderbrak hem<br />
Recht, ik wensen geen eereteeken.<br />
— Wees maar niet bang, lachte<br />
Schoeppe, het zal u geen schatten kosten.<br />
— Dat hoop ik wel, zei Recht, want<br />
zelfs voor niks wil ik er geen.<br />
Schoeppe was bleek geworden als<br />
een lijk. Zijn twee zware vuisten lagen<br />
sidderend op het tafelblad. De aderen<br />
in zijn slapen zwollen vervaarlijk. Alida<br />
hield haar hart vast al stond een<br />
van haar boezems ln den weg. Recht<br />
keek beurtelings de vrouw en den man<br />
aan.<br />
— Ha - ha! siste Schoeppe. Ge wilt<br />
geen Leopoldsorde! Gij zijt een kommunist<br />
misschien? Gij hebt geen paar<br />
duizend frank over voor een nationaal<br />
eereteeken? Zoo zoo!! Maar ge meent<br />
een andermans vrouw te kunnen aanvaarden<br />
zonder een llntjen in uw<br />
knoopgat! Wel, nondedju, nondedju...<br />
Recht keek rond zich. Hij wilde geen<br />
schandaal. Het stond vast dat Schoeppe<br />
op de hoogte was van zijn betrek»<br />
kingen met Alida.<br />
— Tk wü niemands vrouw! fluis»<br />
terde Recht.<br />
— Te laat! Gij hebt niet meer te<br />
zeggen! Gij zult ridder in de Leopoldsorde<br />
worden of we zullen eens zien!<br />
Zijn stem klonk zoo stevig, dat<br />
Recht er van duizelde.<br />
— 't Is goed, zei hü. Maar laat he$<br />
niet in den Moniteur verschijnen»<br />
want ik heb kennissen die den Mo*<br />
niteur lezen.<br />
(Vervolgt).
16<br />
KOEKOEK<br />
Humor van anderen<br />
H D |