You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Verschijnt den Donderdag<br />
0.40 FR. PER NUMMER<br />
ABONNEMENT : 1 Jaar 20 fr.<br />
6 maanden 10 fr.<br />
3 maanden 5 fr.<br />
Postch. «Het Licht» Nr. 56733<br />
August<br />
Debunne<br />
Humoristisch weekblad van "Vooruit<br />
Redactie; 64, St. Pietersnieuwstraat, Gent.<br />
99<br />
Tel.: 157.40<br />
Nummer 2 EERSTE JAARGANG 21 MEI 1931
2<br />
DE PERS OVER<br />
"KOEKOEK»<br />
Geen levend schepsel had ooit durven<br />
denken, dat « <strong>Koekoek</strong> » zulke<br />
overweldigende serenade van lofbetuigingen<br />
in de pers zou gekregen hebben<br />
Wij zijn dan ook ten zeerste ontroerd<br />
geweest bij dit orkaan van felicitaties.<br />
Toen we bij Balthaear kwamen met<br />
de dagtoladuitknipsels, die ge hieronder<br />
lezen zult, was hij zóó uitermate<br />
tewreden, dat hij niet spreken kon.<br />
Maar wij zagen aan zijn bewegingen,<br />
dat hij vanzins was een roekeloos besluit<br />
te nemen (opslag aan de redakteurs<br />
van «<strong>Koekoek</strong>»). Gelukkig konden<br />
wij hein intijds weerhouden.<br />
Maar ja, dat is hier nu bijzaak, pri.<br />
vaatzaak, die we streng onder ons<br />
houden natuurlijk. Van meer belang<br />
is het oordeel van de pers.<br />
We nemen de bladen zoo maar hoop<br />
over schietgat, zonder rangschikking<br />
van politieke kleur.<br />
'T GENTENEIRKE schrijft O.m.:<br />
«We hebben <strong>Koekoek</strong> gelezen. Om eerlijk<br />
te zijn: we hebben <strong>Koekoek</strong> drie<br />
keeren uitgelezen. In den grond is het<br />
een ernstig blad, goed gepresenteerd en<br />
properkens gedrukt. We zeggen het<br />
ronduit: 't is goed!»<br />
Uit LA FLANDRE LIBERALE vertalen<br />
we: «Vooruit heeft zich een nieuwe<br />
luxe gepermitteerd: de uitgave van<br />
een humoristisch blad. 't Kost 40 centimes<br />
per nummer, maar 't is er wel<br />
80 waard. Het is op onze redaktie van<br />
hand tot hand gegaan en dien dag is<br />
La Flandre veel minder droog geweest<br />
dan anders. <strong>Koekoek</strong> is bizonder goede<br />
lectuur voor L'amicale des dames gantoises.»<br />
Het oordeel van HET NIEUWS VAN<br />
DEN DAG heeft ons tot in de teenen<br />
ontroerd. We geven enkel den voornaamsten<br />
passus: «<strong>Koekoek</strong> mag gelezen<br />
worden door alle deftige menschen,<br />
kwezels, kosters en klokkenluiders».<br />
Onder handteekening van Herman<br />
Vos schrijft DE SCHELDE: «Ik zie<br />
<strong>Koekoek</strong> het belangrijkste blad van<br />
den staat Vlaanderen worden.<br />
A<br />
V V K<br />
V<br />
(wat beteekent: alles voor Vlaanderen,<br />
Vlaanderen voor <strong>Koekoek</strong>).<br />
LE PEUPLE vergenoegt zich te melden<br />
dat het volgende nummer van<br />
«La Trique» (het humoristisch weekblad<br />
onzer vrienden van Brussel) de<br />
letterlijke vertaling zal zijn van <strong>Koekoek</strong>.<br />
DE VOLKSGAZET zette onder haar<br />
boekennieuws: «Verschenen: <strong>Koekoek</strong><br />
40 centimes» (In dit ééne regeltje —<br />
als ge tusschen de regels lezen kunt —<br />
steekt al het goede, dat van <strong>Koekoek</strong><br />
is te zeggen).<br />
DE STANDAARD is met minder<br />
geestdriftig. Hij schrijft: «We zijn geen<br />
socialisten ( zijn lezers mochten het<br />
soms niet weten — Red.), maar we<br />
heeten een paard, een paard en <strong>Koekoek</strong><br />
een prachtig blad.<br />
LE BIEN PUBLIC (voor wie het<br />
niet weet: dat is een blad dat te Gent<br />
verschijnt) schrikt er met voor terug<br />
te zeggen, dat de invloed van <strong>Koekoek</strong><br />
even groot zal zijn als dezen van den<br />
Medhelschen katekismus.<br />
LA NATION BELGE zou van <strong>Koekoek</strong><br />
een Italiaansche uitgave wen-<br />
BERICHT<br />
Gevolg gevend aan de talrijke en<br />
smachtende vereoefcen van onze lezers,<br />
en vooral van onze lezeressen, hebben<br />
wij het stout besluit genomen, vanaf<br />
toekomende week de portretten van<br />
onz acht redacteuren te laten afdrukken.<br />
Teneinde het ongeduld der belangstellenden<br />
niet langer op de proef te<br />
zetten geven wij hier in elk geval de<br />
foto van onzen opstelraad in plechtige<br />
zitting vergaderd.<br />
Dames, die zich met eigen oogen willen<br />
overtuigen, kunnen zich altijd<br />
aanmelden, T<br />
s Zaterdags, van vijf tot<br />
zes, tweede verdiep, eerste deur links.<br />
Liefst In pyjama.<br />
EEN, DIE GEEN STOMME<br />
TAAL VERSTOND<br />
Marjorie is op haar eerste bal. Zij<br />
is zestien jaar oud. Haar danser heeft<br />
haar reeds met roerende blikken aangekeken<br />
en voert haar eindelijk in een<br />
nevenzaaltje, waar het licht niet zoo fel<br />
is.<br />
In een hoekje:<br />
— Mag ik u kussen? vraagt hij.<br />
Geen antwoord.<br />
— Mag ik u kussen?<br />
Nog geen antwoord.<br />
Viermaal achtereen vraagt hij Marjorie<br />
of hij haar een kus mag geven<br />
en viermaal komt geen antwoord. Eindelijk<br />
verliest hij zijn geduld:<br />
— Zilt gij doof?<br />
Marjorie, zachtjes:<br />
— En gij, zijt gij lam? ^_<br />
schen, om Mussolini aan het lachen<br />
te krijgen.<br />
De eenige valsohe noot In het heele<br />
ooncert van de pers komt in HET<br />
VOLKSKE tot uiting. Ten einde onze<br />
objectiviteit te bewijzen, willen we die<br />
critiek aan onze lezers niet onttrekken.<br />
In een hoofdartikel schrijft René De<br />
Bruyne, dat <strong>Koekoek</strong> hem geen voldoening<br />
heeft gegeven. «Ik, zegt hij,<br />
die niets dan de waarheid betracht,<br />
ik vond in <strong>Koekoek</strong> slechts leugens en<br />
laster.»<br />
We willen den vriend René De Bruyne<br />
nu niet antwoorden, maar we beloven<br />
hem plechtig, dat we 't later zullen<br />
doen.<br />
Er blijft ons nu niets anders over,<br />
dan onze confraters hartelijk te danken<br />
(Zie vervolg onderaan kolom 2) voor hun heete blijken van sympathie.<br />
KOEKOEK<br />
RERilfl-NOVARUM<br />
TE 6ENT<br />
In den stoet van Rerum-Novarum te<br />
Gent, die, benevens eenige fanfaren,<br />
cok evenveel manifestanten telde, werden<br />
spandoeken gedragen, waarvan de<br />
revolutionnaire woorden tot zelfs de<br />
steenen der Gentsche straten deden<br />
zweeten van geestdrift. Dat was totnogtoe<br />
nooit te zien geweest. Vlammende<br />
protesten tegen den loonsaftrek<br />
van zes percent; striemende afkeuring<br />
van de militaire ontwerpen; geweldige<br />
critiek op de nieuwe belastingen; enz.<br />
Van de 739 groote opschriften, die<br />
in de urenlange massabetooging werden<br />
gedragen, konden wij er slechts<br />
een paar opschrijven, daar de pastoors,<br />
die de afdeelingen leidden, hun bokken-<br />
en geitenbonden deden maicheeren<br />
gelijk bezetenen. Wij notaerden in<br />
der haast: Vlaamsen rechtsherstel of<br />
revolutie (gedragen door volksvertegenwoordiger<br />
De Schrijver), Moeders<br />
ga voor uw kindje staan (gedragen<br />
cioor de stoelkenszetsters van St. Baafs<br />
en St. Pieters en gevolgd door de derde<br />
congregatie van O. L. V. Onbevlekt<br />
Ontvangen), Geen kanonnenvleeseh<br />
rueer (gedragen door den Vriendenkring<br />
der katholieke oud-gardecivleken,<br />
aan wier hoofd senator Ligy), De Bestendige<br />
Deputatie van Oost-Vlaanderen<br />
gaf het voorbeeld der klassenverzoening<br />
(gedragen door de heeren Van<br />
Steenberge en Dr De Paep), Vive la<br />
liberté du père de familie (gevolgd door<br />
B\ de lezers van «Le bien public»),<br />
Werkloozen! denkt aan het rijk hiernamaals<br />
(gedragen door graaf Jean de<br />
Hemptinne), en nog eenige andere<br />
even nijdige opschriften.<br />
Volksvertegenwoordiger Siffer was<br />
telet de betooging mee te maken, daar<br />
bi' de belangen der Gentsche haven<br />
tiidens de roeiwedstrijden van Terc'ónck<br />
moest behartigen. lef er Boonants<br />
was den paus goeien dag gaan<br />
zeggen. (Als daar maar geen lollekens<br />
van voort komen, want dat jong<br />
volk...). Buiten deze gewettigde afwezigheden<br />
waren er in den stoet<br />
stoet snelle boerinnekens, en wij moesten<br />
ons bedwingen om geen stommiteiten<br />
te begaan.<br />
Er kwamen ons geen andere incidenten<br />
ter oore.<br />
Uit de hooge Wereld<br />
Vóór de laatste verkiezingen in<br />
Spanje hebben de koningsgezind en insdhrijvingslijsten<br />
laten rondgaan. Ziehier<br />
wat de twee rijkste grondbezitter»<br />
van het land hebben gelammerd:<br />
Hertog de Medinaceli: 1000 pesetas.<br />
Hertog d'Arion: 100 pesetas.<br />
La Nation Beige, die ons dit nieuws<br />
heeft gebracht, is er veertien dagen<br />
lang de kluts van kwijt geweest.<br />
Wij met. Wij begrijpen alles, 't Is<br />
veel gemakkelijker op te strijken dan<br />
af te dekken. Gevoelige menschen<br />
sdheiden met zonder weemoed van<br />
wat hun nauw aan 't harte ligt. Partir<br />
c'est mourir un peu...<br />
Bil de laatste auto-rallye in Italië<br />
heeft Mussolini zelf een wagen bestuurd.<br />
Dat is heel wijs van zijnentwege.<br />
Het kan altijd te pas komen. Al was<br />
het maar om er uit te muizen Hjfc<br />
Fons
Onze galerij van beroemde en beruché e mannen<br />
Augusl Debunne<br />
In onze «galerij» willen de omstandigheden,<br />
dat August Debunne<br />
de tweede aan de beurt<br />
komt, onmiddellijk na Jaspar. Al<br />
de eer is voor Jaspar.<br />
Weet gij, dat er onlangs in dc<br />
wandelgangen van de Kamer een<br />
klein incident plaats had? Het is<br />
door weinigen gekend, maar<br />
«KOEKOEK> was er natuurlijk bij.<br />
Debunne, of Gusten, of Gust,<br />
of de «slunse* gelijk gij het nemen<br />
wilt, had iets gezegd, dat niet in<br />
den smaak viel van den eersten<br />
minister.<br />
Jaspar wilde hem daarover uitleg<br />
vragen op de manier die hen:<br />
eigen is als hij meent, dat hij met<br />
een ondergeschikte te doen heeft.<br />
Het is hem slecht bekomen.<br />
— Móssieur le premier ministre,<br />
zei Gust, als gij Jaspar heet, welnu<br />
mijn naam is Debunne en die is<br />
minstens zooveel waard als de<br />
uwe.<br />
«<strong>Koekoek</strong>» heeft het verder gesprek<br />
niet afgeluisterd. Hij kon<br />
zich niet inhouden van lachen.<br />
Ziet gij daar Debunne staan die<br />
aan Jaspar zegt, dat de «slunse<br />
zooveel waard is als de eerste<br />
minister van Belgenland!<br />
Dit incident teekent een van de<br />
schoone kanten van Debunne:<br />
zijn fierheid. De fierheid over zich<br />
zelf, maar meer nog de fierheid<br />
over de klasse, die hij vertegenwoordigt.<br />
Moeten wij het leven van Debunne<br />
vertellen? Iedereen kent het<br />
en de socialistische dagbladen zullen<br />
het u in het lang en in het<br />
breed verhalen. Het is inderdaad<br />
een prachtig leven. Met zijn vuisten,<br />
met zijn kop en met zijn tanden<br />
is hij er op los gegaan.<br />
Aan de snaken, die met aandoening<br />
zingen van «ze zullen hem<br />
niet temmen* kunnen wij zeggen:<br />
Kijkt naar dien leeuw van Meenen.<br />
Moesten wij een levensbeschrijving<br />
geven van Debunne, wij zouden<br />
natuurlijk moeten beginnen<br />
met te zeggen, wanneer hij geboren<br />
is. En wij doen 't niet gaarne. Als<br />
men aan Gust vraagt hoe oud hij<br />
• s, antwoordt hij altijd met de<br />
raag:<br />
— Hoe oud zie ik er uit?<br />
Hij heeft gelijk. On n'a que<br />
:'âge qu'on paraît, zegt de<br />
Sranschman. En Gust is van dichtbij<br />
de grens.<br />
Debunne is nu al tien jaar<br />
burgemeester van Meenen. Wat<br />
gaat de tijd toch snel! Wij herinneren<br />
ons zijn inhuldiging van<br />
1921 alsof het van gisteren was.<br />
Het was een kleurige stoet en wij<br />
zijn er van overtuigd, dat die van<br />
Zondag a.s. het niet minder zal<br />
zijn.<br />
Als gij een hoop Belgen ziet voorbijtrekken<br />
en gij kijkt aandachtig<br />
toe, dan kunt gij zien van welke<br />
streek zij zijn. Gij zegt: dat zijn<br />
Boralns, dat zijn Antwerpenaars,<br />
dat zijn Gentenaars en dat zijn<br />
Westvlamingen. Gij zult ze Zondag<br />
wel zien deze laatsten, in plechtgewaad<br />
natuurlijk: zwart kostuum,<br />
tuitte das en bruine schoenen.<br />
De Bunne is door en door een<br />
gevoelsjongen. Gij moet hem bij<br />
voorbeeld in de Kamer eens de<br />
oudjes hooren verdedigen. Hij<br />
beeft van verontwaardiging. Daarna<br />
smeekt hij bijna: — «Allons,<br />
meneer de Minister, toon eens, dat<br />
gij een menschenhart hebt —».<br />
Ten slotte, als er een weigerend<br />
antwoord komt, is het 't onstuimig<br />
temperament van den ouden<br />
Westvlaamschen volkstribuun, dat<br />
bovenkomt.<br />
Als gij aan Gust spreekt over de<br />
klerikalen op den buiten, lacht hij<br />
eens bitter en zijn hoofd eventjes<br />
achteruitwerpend, zegt hij: «Ik ken<br />
ze, jongen>.<br />
Hij kent ze inderdaad. Hij heeft<br />
ze overal ontmoet, zij hebben hem<br />
overal achtervolgd.<br />
Maar nu staat hij daar toch, de<br />
«slunse* uit het Picketpoortje van<br />
Meenen! En, zonder valsche<br />
vleierij, kan KOEKOEK getuigen<br />
dat hij er nog flink voorkomt.<br />
Wat Debunne vooral heeft: hij<br />
is door en door van zijn klasse gebleven.<br />
Hij kent ze op een draad<br />
en, gevoegd bij zijn koppige overtuiging,<br />
ligt daar ongetwijfeld het<br />
groot succes in, dat hij bij het<br />
arbeiderspubliek blijft oogsten.<br />
Debunne is tien jaar burgemeester<br />
van Meenen en vijf-entwintig<br />
jaar lid van de Kamer.<br />
Gust, jongen, doet er om te beginnen<br />
maar nog tien jaar bij.<br />
Daartoe bestaat een uitstekend<br />
middel: Vecht zooals gij gansch uio<br />
leven gevochten hebt en laat het<br />
aan uw hart niet komen. <strong>Koekoek</strong>!<br />
ARCHIBALD.<br />
Inden Volkenbond ©nze Prijskamp Laalsle berichten<br />
EEN GEVAARLIJK<br />
VOORSTEL<br />
De Zweedsche regeering heeft te<br />
Genève een voorstel ingediend, waarbij<br />
het voortaan verboden zou zijn te<br />
liegen. Te liegen in de pers wel te<br />
verstaan. Noch minder noch meer.<br />
We vragen ons af, waar het met<br />
de gazetten naar toe moet als ze verplicht<br />
worden altijd de waarheid te<br />
schrijven? Maar ze zouden 't lezen<br />
niet meer waard zijn en allemaal op<br />
elkander gaan gelijken! Wie zou Le<br />
Bien Public van <strong>Koekoek</strong> nog kunnen<br />
onderscheiden?<br />
Die Zweedsche regeering moet waarlijk<br />
prozaïsch aangelegd zijn. Ge ziet<br />
wel, dat die menschen den oorlog niet<br />
meegemaakt hebben, anders zouden ze<br />
weten dat de waarheid in beroerde<br />
(zie vervolg onderaan 2 kolom)<br />
Eerstdaags, t.t.z. eerstweeks, geeft<br />
«<strong>Koekoek</strong>» een prijskamp, met ongeveer<br />
een milliard prijzen.<br />
Houdt u allemaal gereed!<br />
We hebben een reportage gereed<br />
over Piccard. We kunnen echter genist<br />
nog een 14-tal dagen wachten<br />
haar te geven. De feiten zullen ons<br />
niet tegenspreken.<br />
tijden geen pruim tabak waard is. Of<br />
hebben ze ginder misschien van onze<br />
nationale leus met gehoord: De forten<br />
van Luik houden stand!?<br />
Moest de Zweedsche regeering,<br />
helaas!, haar zin krijgen, dan rest<br />
er ons toch nog altijd een troost: 't is,<br />
dat het ons niet verboden is te liegen<br />
tegenover onze vrouw, onze vrienden<br />
en ons zelf.<br />
SMARTELIJK ONGELUK<br />
IN HET MINISTERIE<br />
Zeventien uren voor het ter pers<br />
gaan, vernemen we den poldtieken<br />
dood van minister Vauöhier.<br />
Onze vliegende reporter is dadelijk<br />
naar hem op zoek gegaan, vond hem<br />
driekwart verstikt onder geheimzinnige<br />
dossiers en kon hem dan ook onmogelijk<br />
ondervragen.<br />
Bij onzen vriend Jaspar kon hij een<br />
express-interviewke afnemen.<br />
— «Mijnheer de eerste-tninister, wat<br />
denkt U over de twee nieuwe ministers?»<br />
— «Wel, <strong>Koekoek</strong>, hun namen zeggen<br />
genoeg! M. Petitjean zal de groote<br />
Jan niet uithangen en M. Paul Charles<br />
is vast en zeker een geboren «Cha»<br />
reu» zoodat de Vlaamsdhe. Congokwesties<br />
zich nu vanzilf zullen oplossen!»<br />
Toekomende week meer daarover.
4<br />
of de Geschiedenis van de<br />
veertig Wildemannen, de Kas<br />
met Vleugels en de wonderlijke<br />
Bekeering<br />
Er was eens een eiland, Papoea geheeten.<br />
De bewoners van dat land<br />
wisten van tuten noch blazen. Zij kenden<br />
noch de heiligen van den Gregoriaansohen,<br />
noch deze van den republikeinschen<br />
kalender, zoodat hun<br />
berekeningen altijd mis uitvielen.<br />
Hetgeen aanleiding gaf tot ruzie en<br />
bloedige geschillen, waarbij de twee<br />
partijen, om de beurt, elkander braadden<br />
en opaten.<br />
De Papoeas waren zoo goed als verdoemd,<br />
want zij liepen naakt, geloofden<br />
in steenen, hagedissen en versleten<br />
parasols. Een schoon meisken<br />
noemden zij: Kwapjalmskwlpr en<br />
Iemand die mag meedoen onder den<br />
duim: een christen-democraat.<br />
Dat kon niet blijven duren. De sluizen<br />
des goddelijken toorns werden boven<br />
de Papoea-hoofden opc.i gedraaid.<br />
Op een schoonen dag kregen onze inlanders<br />
het bezoek van missionnarissen,<br />
die hun katoentjes aandeden, en<br />
van blanke soldaten, die ze hun weer<br />
afdeden.<br />
Toen dat spelletje lang genoeg geduurd<br />
had, werden de Papoeas, met<br />
behulp van zachte woorden en matrakken,<br />
in de toppen der boomen gejaagd<br />
om bananen en kokonoten te<br />
plukken ten r^hoeve der Europeesche<br />
gezondheid.<br />
«Bananen sterken de spieren en bevorderen<br />
de geestelijke vermogens»<br />
schreven de geneesheeren belangloos<br />
in de bladen van het beschaafde werelddeel.<br />
En er moet wel iets waar van zh'n,<br />
want de blanken werden langs om<br />
slimmer: In den loop van een tiental<br />
jaren zonden zij een half dozijn koningen<br />
wandelen.<br />
En de Papoeas, die geen bananen<br />
meer, maar Amerikaansche vleeschblikjes<br />
te veroberen kregen, werden<br />
langs om dwazer.<br />
Zoo is het verleden maand gebeurd,<br />
d;. de inwoners van Kuni plots in de<br />
lucht een ongewoon geronk hoorden.<br />
Wat ze voor een dtkke zwarte vlieg<br />
hielden, r<br />
:i& niets anders dan een<br />
tweedekker.<br />
' Herrie en verbastering natuurlijk<br />
onder de Papoeas. Algemeene knieval<br />
en smeekbeden aan de steenen,<br />
de hagedissen en de versleten parasols.<br />
Helaas! hier schiet onze pen tekort<br />
en moeten wij het woord verleenen aan<br />
onzen katholieken confrater «DE GA<br />
ZET VAN ANTWERPEN»:<br />
Op dit oogenblik komt een katechist<br />
Ananias, bij: «Wat gebeurt er hier?»<br />
vraagt hij. — «Maar hoor 'och dat<br />
ontzettend lawaai!» «Dat? — maar<br />
dat is een vliegmachien. Daar sterft<br />
men niet van! Ik heb u toch al lang<br />
gezegd, dat de blanken kor.ien vliegen<br />
in groote kassen met vleugels. De missionaris<br />
heeft het me verteld; maar<br />
gij, hebt me niet willen ; leven. De<br />
missionaris liegt, hebt gü beweerd. Nu<br />
ziet ge aan het vliegmachien, dat dit<br />
niet waar is. En zoo gaat het ook,<br />
als de missionaris zegt dat er een hemel<br />
en een hel is. Hij lieg 1<br />
volstrekt<br />
niet, en gij zult allen in het groote<br />
vuur der hel gaan, als gü het doopsel<br />
weigert...»<br />
Het vliegmachien was het beste argument!<br />
Na dat ze het lang hadden<br />
aangestaard, besloten ze allen zich te<br />
Het Hoekje van den Soldaat<br />
Op weg naar den Vrede<br />
Gerustellende verklaringen<br />
van Ministers de Broqueville<br />
en Jaspar<br />
De socialisten, de flaminganten en<br />
andere landverraders zullen nu wel<br />
den bek gesnoerd zijn! Al hun gepraat<br />
over Vrede en entwapening is in het<br />
niet verzonken sinds de Uatste verklaringen<br />
van ministers de Broqueville<br />
en Jaspar.<br />
Forten zyn geen offensieve wapens!<br />
heeft de eerste inet waren mannenmoed<br />
verklaard.<br />
Inderdaad, inderdaad! H ware<br />
moeilijk, bij een aanval, een fort onder<br />
den arm te nemen en ermee op<br />
den vluchtenden vijand los te stormen.<br />
Men moet blind zijn als een mol<br />
of een socialist om dit niet te zien.<br />
We kunnen er zelfs bijvoegen dat<br />
onze vriend Jaspar nog veel duidelijker<br />
is geweest din zijn collega. Forten<br />
zijn geen bewapeningen! heeft<br />
onze eerste minister gezeid in de Kamerzitting<br />
van 12 Mei 1.1.<br />
Wie er nu nog aan twijfelt, dat onze<br />
regeering het schoonste sieraad zal<br />
uitmaken van de Geneefsche ontwapeningsconferentie<br />
van 1932, moet werkelijk<br />
met slechten wil doorspekt zijn!<br />
Neen! Wij herhalen het luid voor<br />
al wie het maar hooren wil: FORTEN<br />
ZIJN GEEN BEWAPENINGEN!<br />
Wij verklappen overigens geen geheim,<br />
wanneer wij hier uitbrengen,<br />
dat de Generale Staf duchtig aan 't<br />
werk is om de formuul van Jaspar in<br />
werkelijkheid om te zetten.<br />
Onze forten zullen niet langer, gelijk<br />
deze van den vijand, gebouwd worden<br />
uit staal en gewapend beton,<br />
maar uit gekauwd papier en goeden<br />
wil. Aan den ingang zal men een opschrift<br />
plaatsen: Welkom! Alle menschen<br />
zijn broeders! met het tarief der<br />
consommatie- Een dubbel jazz-band<br />
wordt voorzin.<br />
Voor de inwijding rekent men op<br />
kardinaal Van Roey om den eersten<br />
dans in te leiden met citaten uit de<br />
Bergrede en op generaal Galet die<br />
de bekende romance zal zingen:<br />
C'est pour la Paix que mon canon tra-<br />
[vaille!<br />
Loin du marteau je vis en Liberté!<br />
In den loop van den dag groote velokoers<br />
met hindernissen, genaamd<br />
' «Ronde der Forten», sprint over de<br />
loopgrachten en den prikkeldraad, met<br />
zilveren beker, uitgeloofd door «Het<br />
Laatste Nieuws».<br />
's Avonds mitraljeuzenkoncert met<br />
los kruit en verlichting a giorno.<br />
Genummerde plaatsen op voorhand.<br />
P. S. Door kwaadwillige tongen is<br />
het gerucht verspreid, dat deze feestelijkheden<br />
drie milliard zullen kosten.<br />
Den belastingbetalers kunnen wij verzekeren,<br />
dat het hier geen franken,<br />
maar slechts gestabiliseerde kersesteenen<br />
betreft.<br />
GENERAAL PARDAF.<br />
bekeeren. Veertig inwoners van Kuni,<br />
werden met Paschen gedoopt».<br />
Ten einde onze lezers op geen dwaalspoor<br />
te brengen, willen wij hen er op<br />
wijzen dat DE GAZET VAN ANTWER<br />
PEN geenszins een spotbl^c". is, maar<br />
wel het orgaan van Minister Heyman.<br />
In onze eeuw van vooruitgang zijn<br />
de wonderen uit de lucht niet.<br />
Dr PANGLOSS.<br />
KOEKOEK<br />
Dr R. Branquart<br />
WIL VAN NAAM<br />
VERANDEREN<br />
Men heeft nooit wat men wil<br />
Kent gij Dr. René Branquart niet?<br />
Hij is niet alleen socialistisch volksvertegenwoordiger<br />
en oud-burgemeester<br />
van 's Gravenbrakel, maar daarenboven<br />
— wij zeiden bijna «vooral» —<br />
de joviaalste aller Walen, 't is te<br />
zeggen juist het tegenovergestelde van<br />
Pater, die een azijnpisser is.<br />
Maar Branquart heeft nog andere<br />
eigenschappen en namelijk deze van<br />
een der beste wijnkelders van hei Walenland<br />
te bezitten. Al de vrienden,<br />
die naar 's Gravenbrakel gingen, kennen<br />
het huis en den kelder. Zulks geldt<br />
natuurlijk niet voor Vandervelde. Die<br />
mag bij Branquart niet binnen.<br />
Helaas, de roode dokter draagt, zooals<br />
gij verder zult zien, den naam niet<br />
dien hij verlangt!<br />
In de leeszaal van de Kamer «ruist<br />
hij de vorige week onzen vriend Balthazar,<br />
die, als wij goed ingelicht zijn,<br />
ook bestuurder is van het blad VooruJA,<br />
het dagelijksch bijblad van «<strong>Koekoek</strong>,<br />
maar een blad, dat natuurlijk<br />
veel minder ernstig opgeste.' • is dan<br />
dit laatste.<br />
Branquart neemt de handen van<br />
Balthazar en zegt met het sappigste<br />
Waalsch accent:<br />
— Nom de dieu, je voudrais avoir<br />
un nom comme Ie tien! Je mérite un<br />
nom de festin, moi. Je voudrais m'appeler<br />
«Balthazar»...<br />
Of vrij vertaald: «Potverdeke, ik<br />
zou een naam willen hebben, zocals gij<br />
er een draagt. Et verdien een festh'nnaam.<br />
Be zou «Balthazar» willen<br />
heeten!)<br />
Balthazar begreep hem, maar hij<br />
antwoordde:<br />
— Et moi je voudrais avoir ta cave,<br />
René.<br />
(En ik zou uw kelder willen, René).<br />
Zedeles?<br />
Men heeft het nooit zooals men het<br />
wil. Branquart heeft den kelder en<br />
heeft den naam niet. Balthazar heeft<br />
den naam, maar hij heeft den kelder<br />
niet.<br />
DOKTER A. : Zoodus, het was hoog<br />
tijd, dat ge de operatie verrichttet ?<br />
DOKTER B. : Ja, had ik nog een<br />
dag langer gewacht, hrj was er weer<br />
boven op zonder operatie.
Militair<br />
<strong>Koekoek</strong>slied<br />
Minister de Broqueville zal<br />
een korps Ardensche Jagers<br />
oprichten<br />
Uit c'.e Ardennen kwamen klachten:<br />
«Luxemburg Is niet beschut!<br />
Geef ons forten en loopgrachten,<br />
Licht en r-der zwaar geschut!»<br />
Halall! Halalll<br />
Hall! Hall! Halal<br />
Broquevll zonk In gepeinzen.<br />
Weet zelfs God wat dit bediedt?<br />
Plots zei hij: «'k Zal niet ontveinzen.<br />
Dat een vondst door 't hoofd mij schiet!»<br />
En zich wendend tot de klagers:<br />
«Beter, sprak hij dan beton!<br />
'k Sticht een korps Ardensche Jagers,<br />
Van Vlrton tot aan Bouillon.»<br />
En Bovesse Is rechtgerezen:<br />
«Dat is nu geen flauwe truut!»<br />
Recht ook rees Albert (Deveze):<br />
«"k Breng u 't militair saluut! »<br />
Door de bergen van de Ardennen<br />
Golft nu onze jagersstoet,<br />
Schieten als maneuver, hennen,<br />
En de hesp geeft leeuwenbloed.<br />
Zie ze Jagen, dat 't een lust is,<br />
Everzwijn en ander wild;<br />
Geen meid die nog niet gekust is,<br />
En zoo zijn ze op Jacht gedrild.<br />
Mannen blijft nu bij uw vrouwen,<br />
Jagers zitten in het groen!<br />
(Ja, waarom nog forten bouwen,<br />
Als de jagers 't beter doen?)<br />
Sneller kloppen alle herten.<br />
Menig meisken is gejaagd;<br />
En naar 't voorbeeld van de herten<br />
Menig man nu horens draagt.<br />
Jagerkens die 't land beminnen,<br />
Hoeden Luxemburg voor nood,<br />
En veel kroostrijke geziinnen.<br />
Eten nu St-Hubertebrood.<br />
Maar mocht weer eens oorlog woeden,<br />
En komt «Dikke Bertha» dan:<br />
Niemand die haar kan behoeden,<br />
Al er op, gelijk één manl<br />
nerum Novarum ín 't Vaticaan<br />
De poort der konsdstoriezaal werd<br />
langzaam plechtig geopend... De Palatijnsdhe<br />
wachten bliezen op hun zilveren<br />
trompetten het hartversterkend<br />
«Girre-bij» en de honderlen bedevaarders<br />
stroomden naar binnen met aan<br />
hun hoofd minister Heyman, dronken<br />
van de steeds goddelijkere rhum «Novarhum»<br />
Maar... — O! verborgenheden<br />
des volks! — daar zat de Heilige<br />
Stoel, op zijn troon verheven en de tallooze<br />
pelgrims stortten zich op hun<br />
godvruchtige knieën bij den aanblik<br />
van Leo, ongelukkig genoeg, den fatalen<br />
dertiende...<br />
— «Weest welkom, kinderen» sprak<br />
hij.<br />
«Wadde» protesteerde dadelijk onze<br />
Henri, «mü voor kinderhoofd uitmaken?<br />
O, heilige Vader, uwe goedertierenheid<br />
is te groot! Laat mij voor u<br />
neergeknield, in stomme aanbidding<br />
mijn welsprekendheid luchten! Laat<br />
me U zeggen o gérant van het hemelsch<br />
rijstpapparadijs, wat wij verstaan<br />
onder Rerum Novarum, dien<br />
liefdebr... pardon dien wereldbrief van<br />
Leon treize aan het kapitalisme...»<br />
En een blaadje uit den tak halend<br />
vervolgde de nachtegaal van St. Niklaas,<br />
met religieuse tremolo's in de<br />
stem:<br />
«Ziehier, o geliefde Pius, wat «Het<br />
Volk» er over schrijft: Rerum Nova- .<br />
rum is een — lichtbaak in donkere<br />
zee, — ma:r neen, — 't is een openslaande<br />
dageraad — of beter — 't is<br />
een licht aan den hemel! — Als U<br />
dat niet genoeg is, o weet dan dat<br />
het ook is. — het anker der hoop — en<br />
mocht ge vandaag sentimenteel zijn gestemd,<br />
laat me U dan toeroepen, o<br />
onfeilbare alweter, dat het ook is, —<br />
de kracht der liefde. —<br />
Maar aangezien Rerum Novarum geschreven<br />
werd in verbal.! met den<br />
«wortel der wanorde» kan ik den opsteller<br />
van 't Volksken van den 14n Mei<br />
niet verbeteren en moet ik hem najubelen:<br />
«Rerum Novarum Is de suikerü<br />
van het Volk!»<br />
Min. Heyman kust den vijfden pikkel<br />
van den H. Stoel.<br />
Op deze speeoh volgde een diepe stilte.<br />
Al de aanwezigen sidderden van<br />
ontroering en hun oogen richten zich<br />
beurtelings in onbeschrijfelijke extt""><br />
op den Paus en op den minister...<br />
Alleen pater Rutten keek verstrooid<br />
naar het fresko, waarop Eva haar appel<br />
verkoopt. Op dit unieke moment,<br />
gaf Pius XI met den glimlach der. zelfvoldaanheid<br />
zijn ditmaal kosteloozen<br />
apostolisohen zegen en toen zijn vermoeide<br />
hand neerzonk sprak hij deze<br />
historische woorden uit:<br />
-r- Laat ze in 't Waasland maar<br />
voor U bidden Henri, het helpt niet, ge<br />
zijt de uitverkorene onnoozele en ge<br />
zult God zien...<br />
<strong>Koekoek</strong>» Spo(r)l-Echo<br />
Langs de baan der groóte draadevenementen<br />
Onze L. H. Hemelvaart was een<br />
sportieve dag niet alleen ter gelegenheid<br />
der regatten van Terdonok maar<br />
ook wegens Rerum Ne - arum: een echte<br />
uitvaart met als uitzet de St. Michielshelling<br />
en als aankomst de Handelsbeurs.<br />
Gezien de weinige deelnemers<br />
en de onthouding van onze V.: amsctoe<br />
spierkracht ontbrak het dezen koers<br />
aan enthousiasme en ma ' tsontplooiingen.<br />
Alhoewel de tandem Tibbaut-Mgr.<br />
Coppieters tot diegenen behooren, die<br />
er gewoonlijk anders nogal aan snokken,<br />
werden zij toch door den dweilkampioen<br />
Ronse in den sprint geklopt<br />
met een tonglengte.<br />
Wat de ronde van Italië betreft, het<br />
was weer een Hamerlynck, ook nog<br />
genaamd Don Fredo, c"'.e met stevige<br />
pedaalstooten, dank zij zijn opvallend<br />
brio, zijn impulsief temperament en<br />
zijn enthousiastische machtsontplooiingen<br />
in een formidabelen eindrush<br />
den omloop van Parijs won.<br />
We wisten daarover het oordeel in<br />
te winnen van Voorult's Sportredacteur,<br />
die ons bevestigde dat de Vlaamsche<br />
spierkracht in dit machtig populair<br />
decor moest zegevieren ondanks<br />
de conditie van G. Ronsse, eenigszins<br />
getemperd docr de hitte der koloniale<br />
tentoonstelling en ondanks den tenor<br />
Romain Gyssels, den lenigen pedaalkampioen<br />
of anders gezegd den hazenwind<br />
van Denderwindeke... in 't kort:<br />
«haze-Denderwind».<br />
• • B • • H «<br />
BRIEVENBUS<br />
G. H. (Brugge). — Gelief Albertina<br />
in kwestie naar Gent te zenden voor<br />
nader onderzoek.<br />
DE VOGHEL..RE (Gent). — De<br />
drukkerij van «<strong>Koekoek</strong>» kan bezocht<br />
worden den 31n Juni a.s.
6<br />
DE FORTEN HOUDEN<br />
STAND<br />
Voorzitter Poncelet opent de vergadering<br />
om 2 uur.<br />
M. JASPAR. — In afwachting dat<br />
de Vlaamsche kwestie wordt opgelost,<br />
zouden wij 300 millioen kunnen goedkeuren<br />
voor de forten. Het vaderland,<br />
mijne heeren, moet verdedigd worden.<br />
Wij zijn hier allen goede Belgen...<br />
WARD HERMANS. — Tiens, tlensï<br />
RIK HEYMAN. — In 't Vlaamsen*<br />
asteblief.<br />
HERMANS. — Zwiïg gij. Ge zrjt een<br />
goed christen maar een slecht Vlaming.<br />
HEYMAN. — En gU, een goed Vlaming,<br />
maar een slecht christen.<br />
HERMANS. — Wat? En als de bisschop<br />
zei: Snuit uw Vlaamschen snotneus,<br />
heb ik dan mijn snotneus... (twee<br />
deurwaarders schieten toe met elk een<br />
zakneusdoek).<br />
LIPPENS. — Smoel toe, godver! Als<br />
Jaspar zijn smikkel roert is er al kadijl<br />
genoeg!<br />
JASPAR. — De forten, mijne heeren...<br />
HUYSMANS. — Houden stand.<br />
PIEULLIEN. — Stockholm! Stockholm!<br />
Slaat hem dood.<br />
HUYSMANS. — Kss! Kss!<br />
JASPAR. — Zwijg nu, meneer Vuiljan,<br />
Huysmans is minister geweest in<br />
mijn kabinet en dus is hij een patriot.<br />
LEURIDAN (in 't Vlaamsen) Haha!<br />
JASPAR. — De forten, mijne heeren...<br />
ANSEELE. — Als we nu eens van de<br />
sociale verzekeringen sprakert.<br />
HEYMAN. — Hij is daar weer met<br />
zijn sociale verzekeringen. Dat komt<br />
hier niet te pas!<br />
JASPAR. — Zwijg Rik! Gij praat<br />
altijd uw neus voorbij. Mijne heeren,<br />
de forten zijn juist sociale verzekeringen.<br />
BRANQUART (in 't Pransch) Haha!<br />
JASPAR. — Door forten te bouwen<br />
zullen wij de werkloosheid verminderen.<br />
HOUT ART. — Ik zal de belastingen<br />
weer verlagen<br />
JASPAR (stil tot Houtart). — Ge<br />
moet nu het land niet al te veel voor<br />
den aap houden; eerst moet ge nog<br />
nieuwe belastingen doorvoeren.<br />
(Luid) Mijne heeren, ik hoop dat<br />
niemand onze landsverdediging zal<br />
sapeeren.<br />
SAP. — Is dat een zinspeling op mij?<br />
VAN BELLE. — 't Is weer alles<br />
voor Vlaanderen...<br />
BALTHAZAR. — En Vlaanderen<br />
voor <strong>Koekoek</strong>!<br />
DE BROQUEVILLE. — Gansch het<br />
land zal verdedigd zijn. Ik lieg nooit.<br />
SINZOT. — En ik zal er dezen keer<br />
bij zijn als 't kogels regent. Had bü<br />
den laatsten oorlog mijn moeder juist<br />
geen valling gehad, ik zou er reeds bi.;<br />
geweest zijn (Toejuichingen op de liberale<br />
banken).<br />
BOVESSE. — Gij zoudt zeker alleen<br />
de Duitsche dikke Bertha's tegen houden?<br />
Als de Maas niet versterkt wordt,<br />
verwerpen wy de kredieten. Een man,<br />
©en woord<br />
DE BROQUE VILLE. — Ik Heg nooit.<br />
BOVESSE. — Dank u voor deze verklaring.<br />
Wij zullen de kredieten goedkeuren.<br />
(Devèze juicht toe).<br />
OZERAY. — Ja maai-, zal Luxemburg<br />
worden prijs gegeven?<br />
MARQUET (tot Vroome). — Wat is<br />
dat, Luxemburg?<br />
VROOME. — Een provincie, papa.<br />
MARQUET. — Een provincie zonder<br />
Casino of speelzalen? Waarom moet<br />
dat verdedigd worden?<br />
DE BROQUEVILLE. — Ik geef u de<br />
verzekering, meneer Ozeray, dat Luxemburg<br />
zal verdedigd worden. Bc lieg<br />
nooit.<br />
OZERAY. — Met forten.<br />
DE BROQUEVILLE. — Ik heb een<br />
ander plan. Ik lieg nooit. Wij zullen<br />
bataljons Luxemburgsche jagers oprichten.<br />
SANDRONT (landbouwafgevaardigde)<br />
Hola! De boeren klagen nu al over<br />
de jagers die hun land verwoesten.<br />
DE BROQUEVILLE. — Wij spreken<br />
Na Doumergue, Doumer, Men zou<br />
bijna kunnen zeggen: 't Blijft in de<br />
familie, Doumer-fue. Alleen het<br />
staartje viel er af. En 't moet wel zijn,<br />
dat dit staartje iets te beteekenen<br />
heeft, want gelijk Doumergue de<br />
eeuwige glimlach vertegenwoordigde,<br />
zoo vertegenwoordigt Doumer de viesgemutstheid.<br />
Men zegt soms: *t venijn zit in den<br />
staart, maar hier is het: de leute zit in<br />
den staart.<br />
KOEKOEK<br />
van geen konijnenjagers, of pensjagers,<br />
maar van soldaten. Ik lieg nooit.<br />
BRANQUART. — Er zijn geen kindermeiden<br />
in de Ardennen. Wat zullen<br />
die arme Jagerkens daar doen?<br />
DEVEZE. — Spot niet met ons leger,<br />
waarvan Napoleon heeft (jezegd,<br />
dat het de moedigste van alle Belgen<br />
waren. (Stemmen: Leve Napoleon!<br />
Leve Devèze!).<br />
DE BROQUEVHjLE . — Mijne heeren,<br />
ik lieg nooit. Ons korps Ardensche<br />
jagers zal Luxemburg beschermen,<br />
gelijk de garde clvlek in 1914.<br />
VOS. — Sauve qul peut! De Jacht is<br />
open.<br />
DE BROQUEVILLE. — Zrj zullen de<br />
Dultschers neervellen als konijnen, Zü<br />
zullen de dikke Bertha's overrompelen;<br />
zij zullen de granaten opvangen in hun<br />
knapzak; zij zullen Aken innemen. Ja,<br />
mijne heeren, Aken is altijd een Belgische<br />
stad geweest gelijk Eupen, en wij<br />
moeten Aken terug hebben.<br />
Onze Ardensche jagers zullen den<br />
vijand op de hielen achtervolgen tot<br />
Nurnberg en tot Hamlburg, en tot Berlijn.<br />
JASPAR (fluisterend tot de Broqueville).<br />
— Pas op, houd uw jagers tegen<br />
of de andere regimenten zullen niets<br />
meer te doen hebben.<br />
DE BROQUEVILLE (in een adem<br />
door). — Zij zullen Hindenburg gevangen<br />
nemen in zijn paleis; z0 zullen<br />
Pommeren en Silezië bezetten, zij zullen<br />
de broederhand reiken aan onze<br />
Russische geallieerden.<br />
JACQUEMOTTE. — Leve de bolsjewisten!<br />
DE BROQUEVILLE. — Pardon, In<br />
Rusland zijn nu de bolsjewisten meester.<br />
Wel, ik lieg nooit! Onze Ardensche<br />
jagers zullen het Roode leger verslaan,<br />
Moskou in brand steken, en was<br />
er geen Oeralgebergte, miijne heeren,<br />
dan zouden zij in een oogwenk Azië<br />
verslaan (Hij stort neer op zijn bank,<br />
van uitputting).<br />
HEYMAN. — Rap, rap, een glas<br />
suikerwater.<br />
SINZOT. — En breng voor mij een...<br />
't is wáár hier is geen glazeke te krijgen.<br />
(Maar van alle znden knetteren toejuichingen<br />
voor de Broqueville).<br />
DEVEZE. — Ik stel voor deze redevoering<br />
in al de kazernes uit te plakken.<br />
ANSEELE. — Deel liever <strong>Koekoek</strong><br />
uit aan de soldaten, de redevoering<br />
van minister de Broquevdlle zal er in<br />
staan.<br />
JASPAR. — Laat ons nu de 300 millioen<br />
kredieten goedkeuren.<br />
POULLET. — Een klein beetje wachten<br />
a. u. b.<br />
JANSON. — Allez vous-en!<br />
(De ohristen-demokraten, die vreezen<br />
te moeten stemmen, doen hun<br />
schoenen uit en trekken er op de teenen<br />
uit. De kamer is niet meer in getal<br />
en de vergadering wordt geschorst).<br />
LIPPENS. — Voyous godver!<br />
Volgende vergadering, Donderdag 28<br />
Mei.
KOEKOEK<br />
tlARj/LlT<br />
VArt QX\J<br />
AMOtRttt<br />
Het Hof en onze taal Ha! Ha! in 'tFraiuch..<br />
We lazen in «DE STANDAARD»<br />
«Naar ons verzekerd wordt en zooals<br />
wij hier vóór eenige weken in ons<br />
blad reeds schreven, mag men. hopen<br />
dat ook in de onmiddellijke omgeving<br />
van den Koning en in de administratieve<br />
diensten van het Paleis de<br />
Vlaamsche taal weldra haar recht zal<br />
verkrijgen. Maatregelen daartoe werden<br />
reeds overwogen eu jrcxen».<br />
<strong>Koekoek</strong> is £=i«chtigd er bij te voegen,<br />
dai «DE STANDAARD» waarheid<br />
heeft geschreven. Er werd aan het<br />
Hof nkvuw personeel aangesteld. De<br />
derde keukenmeid is een onverbasterde<br />
frisschö boerendeerne van bachten<br />
de kupe; de bovenmeid van 't vierde<br />
is een gezond poezeken van Bilsen<br />
(het dorp van Camlel Huysmans en<br />
van andere flamingsaiten); de tweede<br />
hovenier is de zoon van een Fransche<br />
moeder en ee:. Duitschen vader, maar<br />
geboren te Lovendegem, in 't hart<br />
van Vlaanderen; de ordinaire paardenknecht<br />
is een echten Brusseleir (dus<br />
ook een Vlaming) en de automobielkuischer<br />
is een gewezen Vlaamsche<br />
piot, die geen ander Fransch kent<br />
dan wat hij leerde in het leger. .<br />
We roepen dan ook met de «De Standaard»;<br />
Heil en... vliegt de blauwvoet!<br />
Prachtige daad van<br />
Vlaamsche overtuiging<br />
In den nacht van 14 op 15 Mei is het<br />
zomeruur in Nederland in voege gegaan,<br />
een beetje later dan bij ons, omdat<br />
de menisohen daar langer slapen.<br />
We vernemen, dat de heeren Borms,<br />
Waid Hermans en andere Vlaamsche<br />
Catalanen dan ook hun horloge een<br />
uur hebben vooruit gestoken. Een<br />
prachtige daad van Vlaamsche overtuiging.<br />
Men is Groot-Nederlander of<br />
men is het niet. Tot in den dood en het<br />
zomeruur.<br />
> -4 > --MXit<br />
Kleine Mies, die eenige dagen buiten<br />
doorbrengt, ziet tegen den avond,<br />
voor t eerst, de boerin een kip aan<br />
t pluimen. — «Enne», zegt ze, «moet<br />
ge nu lederen avond de kippen uUkleeden<br />
voor ze naar bed gaan'»<br />
Udt het officieel verslag van den<br />
Senaat:<br />
« De Minister (in 't Fransch). —<br />
Moeten de arrondissementscommissarissen<br />
politieke of administratieve<br />
agenten zijn?<br />
De heer Volokaert (in 't Franscb).<br />
— Ha! Hal »<br />
De Fransche taal is wonderzoet.<br />
Maar het Japansdh is niet minder<br />
sprekend. Eens dat ik een moesmeeke<br />
had meegetroond, hadden wij niet de<br />
minste moeite elkander te verstaan:<br />
— Oho! riep zij uit in het zuiverste<br />
dialect van Tokio.<br />
En ik knikte veelzeggend van «ja!»<br />
in het Vlaaimsoh.<br />
- - • • • • • • • • • • • • • • I<br />
Kunsten Lette r*n<br />
HET WILLEMSFONDS<br />
HOUDT DE JONGE SCHRIJ<br />
VERS VOOR DEN AAP<br />
Niemand zal ontkennen dat het<br />
Willemsfonds nuttiig werk verricht.<br />
Des te verhduffender is volgende mededeeling,<br />
die in de bladen is verschenen:<br />
« Heit Willemsfonds sahrljf t een prijsvraag<br />
uit voor een novelle van omgeveer<br />
48 bladzijdein druk; de schrijver mag ten<br />
hoogste 35 jaar oud zijn.<br />
» Een prijs van 500 fr. wordt toegekend<br />
aan heit bekroonde stuk, dat door<br />
het Willemsfonds zal uitgegeven worden.<br />
Het handschrift moet vóór Zaterdag<br />
13 Juni gestuurd zijn aan het Hoofdbestuur<br />
van het Willemsfonds, Lakenmebershuls,<br />
Vrijdagmarkt, Gent. »<br />
Wel, <strong>Koekoek</strong> is bereid dit voorbeeld<br />
te volgen, maar niet voor novellen.<br />
Wij schrijven een' prijsvraag uit voor<br />
het beste manskostuum, op maat van<br />
onzen hoofdredatateur. Voor het bekroonde<br />
kostuum zal een prijs van<br />
150 fr. worden uitgeloofd, en onze<br />
hoofdredakteur zal het dragen.<br />
Een tweede prijsvraag: voor iedere<br />
flesch champagne, die vóór 15 Augustus<br />
aan onze redaotie wordt, gezonden,<br />
en die van eerste kwaliteit is, zal een<br />
prijs van 6 frank worden verleend. De<br />
redaotie behoudt zich het recht voor<br />
niet alles ineens uit te drinken als er<br />
al te veel Inzendingen mochten toekomen.<br />
Wat de jonge schrijvers betreft, die<br />
een goede novelle van 48 bladzijden<br />
hebben, wij zetten hen aan hun werk<br />
naar een Hollandsdh tijdschrift te zenden,<br />
waar zij er ongeveer 3000 frank<br />
zullen voor krijgen zonder prijs!<br />
a« W<br />
i?L z<br />
. e w e<br />
n m e t d e<br />
J,<br />
de kristen-demokraten:<br />
A<br />
V V K '.<br />
ffonters en met<br />
v V<br />
(Alles voor Vlaanderen, Vlaanderen<br />
voor <strong>Koekoek</strong>.) "»*naeren<br />
Nieuwe uitwegen voor<br />
onze literatuur<br />
In het laatste nummer van Ontwikkeling<br />
treffen we een aankondiging<br />
aan van het boek:<br />
Karei me* het Dubbel Voorhoofd...<br />
waarschijnlijk door Janus Van de<br />
Woest ijne.<br />
In deze serie zullen achtereenvolgens<br />
het licht zien:<br />
Mejuffer Symforosa Timmermans,<br />
door Felix Begijntje.<br />
Marietje Putman door Willem Hemelzoet<br />
en De Ivoren Teirllnck door<br />
Herman Aapje.<br />
Zelfs Jaspar lacht<br />
Toen' Jaspar verleden Donderdag<br />
«<strong>Koekoek</strong>» doorkeek, schoot hij in een<br />
onbedaarlijken lach, zoodat al zijn<br />
huirgenooten toesnelden, ;erst verschrikt<br />
voor dit ongewone verschijnsel,<br />
maar weldra zelf geheel opgewekt<br />
door deze ongewone vlaag van<br />
optimisme.<br />
Als Jaspar wat later Janson ontmoette,<br />
klopte hij hem op den buik:<br />
— Nu mogen ze mij doen springen!<br />
lachte hij. Iedere week krijg ik toch<br />
<strong>Koekoek</strong>.<br />
Janson die het ons vertelde, was er<br />
ernstig van geworden.<br />
Nu is het duidelijk<br />
Een Nederlandsch professor M.<br />
Storm van Leeuwen der universiteit<br />
van Leiden, heeft vastgesteld, dat<br />
iemand, die niets verricht, niet werkt,<br />
evengoed slaperig wordt als iemand,<br />
die veel arbeidt. Zoodat het onbegrijpelijke<br />
geval van onzen minister Baels<br />
wetenschappelijk verklaard is.<br />
MADAME. — ík ben bezig met een<br />
getuigschrift voor het dienstmeisje.<br />
Ik schrijfdat ze brutaal, ruw en lui is<br />
Maar ik wil het haar toch niet te lastig<br />
maken en er ook iets gunstigs bijvoesen...<br />
E N E E a<br />
eten ' ~~ Z<br />
* B<br />
'<br />
d a t M<br />
* o e d<br />
*»*
8<br />
KOEKOEK<br />
PAUL K.ENIS<br />
door Mast en Danneete<br />
met illustraties van Frntz de la Montagne<br />
ONS FEUILLETON<br />
(Deze roman komt in. aanmerking Voor den Nobelprijs van verleden jaar)<br />
(1)<br />
EERSTE HOOFDSTUK<br />
EEN MINDERJARIGE<br />
WAARHEID VERKRACHT<br />
In den zomermorgen van 30 Februari<br />
1763 stapten Mast en Danneels als onschuldige<br />
burgers over de Botermarkt,<br />
elk met een crème-de-glaceken: net<br />
twee onnoozele kinderen.<br />
Maar enkele minuten nadien zaten<br />
die twee feniksen der achttiendeeuwsche<br />
speurbrigade ten stadhuize, het<br />
oude archief doorsnuffelend als. gingen<br />
zij nu eens oprecht Van Werveke<br />
den baard afdoen. Met koortsige haast<br />
doorpluisden ze de stofferige dossiers,<br />
terwijl Ferdinand Danneels voortdurend<br />
zuchtte: «Ha, kon ik dienen loeder<br />
maar eens te stekken krijgen!»<br />
En zie... opeens riep Mast: «Pak vast,<br />
rammenast, hier is onze gast!»<br />
Danneels vloog overeind en znn vleezige<br />
lippen lazen luidop het opschrift<br />
van den vergeelden bundel, dien zijn<br />
gezel hem voorhield: «Crimineel dossier<br />
der zaak Paul Kenis, een seigneur<br />
die de wereld ontstelde ten jare 1931.»<br />
Sakkerdekuipe, riep Nand, eindelijk<br />
hebben w' hem! En toen Mast, bijgenaamd<br />
«de knaptand», het titelblad<br />
omsloeg, lazen ze verder, schouder aan<br />
schouder:<br />
Portret<br />
— «Komen deze verzen uit Kenis'<br />
eigen koker?» vroeg Mast.<br />
— «Het betreft hier wellicht enkel<br />
algemeen geldende zedenregels, die hii<br />
uit zijn schooltijd onthouden of uit een<br />
leerboek afgeschreven heeft» — meende<br />
Nand. «Doch kom», vervolgde hij.<br />
«laten we geen minuut verspillen alvorens<br />
dienen Paulus ontmaskerd te<br />
hebben.<br />
Mast vertrok op staanden voet met<br />
een hollend peerd naar Brussel om<br />
aan de hand van het «geschreven portret»<br />
er den sieur Kenis aan te houc"en.<br />
Wat Danneels betrof, hij ging regelrecht<br />
naar 't Feestlokaal Vooruit om<br />
er zijn plannen kond te maken.<br />
— «'t Is goed», zei hij tot de verblufte<br />
klanten, «dat Balthazar hier<br />
i'iet en zit!»<br />
— «Waarom?» vroeg er eene.<br />
— «Waarom?» antwoordde Nand,<br />
wel, om hem te vragen waar dat<br />
naar toe gaat met de waarheid...<br />
De waarheid... De waarheid over<br />
Mast en mij en over mijn vriendinne,<br />
madame Roger, die zoo schromelijk<br />
van den auteur ofte den suspecten<br />
complice van vele onzalige historiën».<br />
Twee voeten, twee beenen, een b->.ik,<br />
een kop, acht vingers en drie duim<br />
groot, rijzig als een ivisse en spierig<br />
als een teek. De dikke breede lippen,<br />
de zinnelijke monti, de snuggere spitsneus,<br />
de diep in hun kassen liggende,<br />
ietwat uitpuilende oogen, de grootehoornen<br />
bril en een gebasaneerde gelaatskleur,<br />
maken van Paul Kenis, in<br />
zijn groenen onderrok en strijpen vest<br />
(van 't jachtmes moeten we zwijgen)<br />
nog een goed figuur.<br />
Uit de hierbijgevoegde stukken kan<br />
men verder opmaken dat Kenis een<br />
boekenworm is met veel fantazij, met<br />
heel veel geduld en met een vruchtbaarheid,<br />
die aan een konijnenmoer<br />
doet denken, in literairen zin natuurlijk.<br />
— «Maria-Jezus», riep Danneels,<br />
«'t is nog een dichter op den hoop<br />
toe!»<br />
Inderdaad, op 't volgende blad was<br />
een papierken geplakt, waarop volgend<br />
rijmpje stond, door Paul eigenhandig<br />
met de schrijfmachine geschreven:<br />
Niemant en hem niet te zeer be-<br />
[roemen<br />
Al is zijn vrouw een allerschoonste<br />
Ibloeme<br />
Want op een nacht kan kommen<br />
leenen rijm<br />
Dat aakschoone bloemen naar de<br />
Ikloefen zijn.<br />
v<br />
\<br />
werd verkracht door Paul Kenis, bij<br />
meerdere reprises in Vooruit...<br />
Maar dat is niets. Ik zal rrüj wreken<br />
en de ware historie van dienen skribent<br />
maak ik aan heel Gent bekkend».<br />
TWEEDE HOOFDSTUK<br />
EEN EERSTE VERHOOR<br />
Twee maanden vroeger ontving Danneels<br />
het volgend verslag van Kast's<br />
eerste onderzoek te Brussel.<br />
Waarde broeder in spijt ende jolijt,<br />
Ik neem de ganzenveder in de' hand<br />
cm volgend schrijven aan mijn nieuwe<br />
dactylo te dicteeren.<br />
Na lang zoeken heb ik den suspecten<br />
Kenis ontdekt op een der ministerieele<br />
bureelen. Ik onderwierp hem aan een<br />
eerste verhoor waarvan hier akte.<br />
— Zijt ge geboren?<br />
De deposant twijfelt eerst, maar zijn<br />
stelsel is flauw en hij bekent ten<br />
slotte.<br />
— Waar zijt ge geboren?<br />
Paul Kenis gebaart van Lootenhulle<br />
le komen, maar moet na scherp verhoor<br />
toegeven een «boerken van Destelbergen»<br />
te zijn. Verdachte afkomst<br />
dus.<br />
— Ofte hij nog iets weet uit zijn allereerste<br />
kindsheid?<br />
Verweerder beweert kort van memorie<br />
te zijn, maar Boekuil, die haai<br />
goed kent, zweert er bij dat dit een<br />
kolossale leugen is.<br />
— Wadde», rospt Kenis «zou dien<br />
Broefeull me verraje?!» En eer ik<br />
wist wat hij bedoelde greep deposant<br />
een papiermes, zwaaide het dreigend<br />
in de lucht om het met de nerveusiteit,<br />
hem eigen, te laten neerploffen<br />
toekomende week<br />
(Op wie?)<br />
DE SCHULDIGE