Programmaboekje : deFilharmonie - deSingel
Programmaboekje : deFilharmonie - deSingel
Programmaboekje : deFilharmonie - deSingel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Symfonisch<br />
<strong>deFilharmonie</strong> olv. Pinchas Steinberg<br />
Mahler<br />
vrijdag 30 maart 2007
Gustav en Alma Mahler tijdens een wandeling in Toblach, 1909<br />
© Kaplan Foundation, New York<br />
Symfonisch . Seizoen 2006-2007<br />
Berliner Sinfonie-Orchester. Lothar Zagrosek<br />
Mozart, Brahms, Beethoven<br />
donderdag 5 oktober 2006<br />
<strong>deFilharmonie</strong> olv. Sian Edwards<br />
Van Parys, Elgar, Bartók<br />
zaterdag 28 oktober 2006<br />
Symfonisch Orkest van de St. Petersburg Philharmonia<br />
olv. Alexander Dmitrijev<br />
Wagner, Grieg, Rimski-Korsakov<br />
zaterdag 25 november 2006<br />
Nationaal Orkest van België olv. Mikko Franck<br />
Mozart, Mahler<br />
donderdag 11 januari 2007<br />
<strong>deFilharmonie</strong> olv. Pinchas Steinberg<br />
Mahler<br />
vrijdag 30 maart 2007<br />
Rotterdams Philharmonisch Orkest olv. Gustavo Dudamel<br />
Ravel, Liszt, Stravinsky<br />
zaterdag 19 mei 2007
egin concert 20.00 uur<br />
einde omstreeks 21.25 uur<br />
er is geen pauze<br />
inleiding door Piet De Volder . 19.15 uur . Vergaderzaal<br />
teksten programmaboekje Yves Knockaert<br />
coördinatie programmaboekje <strong>deSingel</strong><br />
gelieve uw GSM uit te schakelen<br />
Cd’s<br />
Bij elk concert worden cd’s te koop aangeboden door<br />
’t KLAverVIER, Kasteeldreef 6, Schilde, 03 384 29 70<br />
www.tklavervier.be<br />
Foyer <strong>deSingel</strong><br />
enkel open bij avondvoorstellingen in Rode en/of Blauwe Zaal<br />
open vanaf 18.40 uur<br />
kleine koude of warme gerechten te bestellen vóór 19.20 uur<br />
broodjes tot net vóór aanvang van de voorstellingen en tijdens<br />
pauzes<br />
Hotel Corinthia (Desguinlei 94, achterzijde torengebouw ING)<br />
• Restaurant HUGO’s at Corinthia<br />
open van 18.30 tot 22.30 uur<br />
• Gozo-bar<br />
open van 10 uur tot 1 uur, uitgebreide snacks tot 23 uur<br />
<strong>deSingel</strong>aanbod: tweede drankje gratis bij afgifte van uw<br />
toegangsticket van <strong>deSingel</strong> voor diezelfde dag<br />
<strong>deFilharmonie</strong> olv. Pinchas Steinberg<br />
Gustav Mahler (1860-1911)<br />
Symfonie nr 6 in a 80’<br />
• Allegro energico ma non troppo<br />
• Scherzo<br />
• Andante<br />
• Allegro moderato
Gustav Mahler voor de Weense Hofopera, 1903<br />
© Bibliothèque Musicale Gustav Mahler, Parijs<br />
Mahlers Tragische Zesde<br />
Het grootste deel van zijn leven was Mahler operadirigent,<br />
zijn grootste triomfen beleefde hij in de opera. Zelf heeft hij<br />
nooit een opera gecomponeerd. Van een lange duur en een<br />
groots opzet was hij nochtans niet bang, dat tonen zijn negen<br />
symfonieën. Over een acterend-uitbeeldende en dramatische<br />
zangstijl kon hij meespreken, dat blijkt uit zijn vele liederen<br />
en uit de vocale delen van zijn symfonieën. Zijn stijl was de<br />
voortzetting van de vernieuwende romantiek van Wagner, met<br />
lange melodiebogen en uiterst gespannen akkoorden, zeker<br />
geschikt voor een opera. Bovendien componeerde Mahler<br />
liederen met orkestbegeleiding en niet meer met piano zoals<br />
zijn voorgangers Schubert en Schumann. Hij ‘oefende’ dus<br />
genoeg voor het schrijven van opera-aria’s, hij kon een opera<br />
zeker aan. Waarom dan geen opera componeren? Of zijn zijn<br />
symfonieën met ingewerkte vocale delen misschien verkapte<br />
opera’s? Het antwoord op deze vragen is moeilijk te vinden.<br />
Mahler moet heel kritisch gestaan hebben tegenover opera. Hij<br />
stond ook heel kritisch tegenover het componeren van liederen<br />
bijvoorbeeld. Hij bekende ooit dat het hem altijd barbaars<br />
voorkwam, als musici het “durfden ondernemen, volmaakt<br />
mooie gedichten op muziek te zetten”. Mahler maakte deze<br />
vergelijking: “Dat lijkt mij net hetzelfde als zou bij een groot<br />
meester, die een marmeren beeld gebeiteld heeft, een schilder<br />
komen aandraven, die kwam vertellen dat hij daar nu wat<br />
verf wilde opzetten.” Is de Zesde Symfonie, de ‘Tragische’ een<br />
woordenloze opera?<br />
Na de creatie van zijn Eerste Symfonie kon Mahler in 1891<br />
kapelmeester worden te Hamburg, waar Bruno Walter, een<br />
van de grootste dirigenten van de twintigste eeuw, in 1894<br />
als repetitor aangenomen werd. Het hoogtepunt van Mahlers<br />
loopbaan lag echter in Wenen, waar hij van 1897 tot 1907<br />
kapelmeester en artistiek directeur van de Hofopera was.<br />
Ook daar ging hij opera’s zeer persoonlijk interpreteren, met
een uiterst nauwgezette aandacht voor de enscenering, de<br />
belichting en het decor. Zijn realisaties van Wagners ‘Ring’ en<br />
van Mozarts opera’s (o.a. ‘Don Giovanni’) behouden tot op<br />
vandaag hun historische betekenis. Mahler maakte zich hierdoor<br />
veel vrienden maar ook veel vijanden.<br />
In 1902 huwde Mahler met Alma Maria Schindler, negentien jaar<br />
jonger dan hij. Zij had een relatie achter de rug met de schilder<br />
Gustav Klimt en zou tijdens haar korte huwelijk met Mahler een<br />
verhouding hebben met de schilder Oskar Kokoschka en daarna<br />
met Walter Gropius. Na Mahlers dood bleef ze bij Gropius, de<br />
architect van het Bauhaus. Daarna werd de auteur Franz Werfel<br />
haar levensgezel. Op reis in Nederland in 1910 raadpleegde<br />
Mahler in Leiden Sigmund Freud, om naar een oplossing te<br />
zoeken voor zijn huwelijksproblemen.<br />
Het jaar 1907 werd gekenmerkt door verschillende tegenslagen.<br />
Mahlers vijanden maakten hem het leven aan de Weense<br />
opera zo lastig dat hij ontslag nam. Het oudste van zijn twee<br />
dochtertjes overleed. Er werd vastgesteld dat hij aan een<br />
hartkwaal leed.<br />
Tot zijn dood in 1911 pendelde Mahler tussen Wenen en New<br />
York, waar hij dirigent was van de Philharmonic Society. Zoals<br />
zoveel andere componisten en musici die hun heil in de nieuwe<br />
wereld zochten, stootte ook Mahler er op het conservatisme op<br />
muziekgebied. De Amerikanen vonden zijn muziek te nieuw:<br />
eigen werk mocht hij in New York nauwelijks dirigeren.<br />
“En ons kind is gestorven. Korte tijd later liet Gustav Mahler<br />
zich door een dokter onderzoeken, alleen om mijn angst weg te<br />
nemen. Zo vernamen wij dat een slepende hartkwaal zijn leven<br />
bedreigde. Vanaf dan overvielen hem doodsgedachten. Hij zei<br />
zo vaak: ‘Al mijn werken zijn een anticipando voor het komende<br />
leven.’ En ja, hij had zijn Zesde Symfonie geschreven, waar in het<br />
laatste deel de drie vreselijke slagen vallen, het symbool van de<br />
catastrofes, die het leven van de symfonische held vernietigen.<br />
Dat werk is het geweest, dat reeds bij de algemene repetitie<br />
in Essen zijn gemoed compleet in de war bracht. Hij ijsbeerde<br />
de kleedkamer op en neer, hij kon z’n snikkend wenen niet<br />
onderdrukken. Wij, de enkele aanwezigen, durfden nauwelijks<br />
te ademen of hem aan te kijken.”<br />
Alma Mahler heeft elke niet-kritische lezer in haar voorwoord<br />
tot de uitgave van Mahlers correspondentie in 1924 op een zich<br />
koppig doorzettend dwaalspoor gebracht, door de oorzaak-<br />
gevolg-relatie in de chronologie van de gebeurtenissen<br />
verwarrend voor te stellen. De Zesde was af in de zomer van<br />
1904 en werd gecreëerd te Essen op 27 mei 1906. De dood van<br />
het oudste dochtertje en de vaststelling van Mahlers hartziekte<br />
dateren van een jaar later. Talloos zijn de interpretaties, die de<br />
Zesde profetisch noemen: Mahler zou in een zeer gelukkige<br />
periode van zijn leven de voorspelling van zijn eigen fatum, zijn<br />
eigen dood gecomponeerd hebben. Zover durven sommigen<br />
te gaan: hier heeft de componist het werelddrama 1914-18<br />
voorvoeld. De enorme finale wordt gedragen door de drie<br />
slagen van het noodlot, en wat erger is: de derde is zachter,<br />
bijna onhoorbaar, het noodlot ‘streelt’ toe. In het eerste deel<br />
staan het marsthema en het liefdesthema als portret van Alma<br />
tegenover elkaar: de mars stapt naar de oorlog, de liefde naar<br />
de ontgoocheling in haar ontrouw; het liefdesthema verschijnt<br />
immers wat verder in het marsritme gegoten, het krijgt<br />
daardoor iets vulgair, dat commentatoren in de problemen<br />
brengt: “Deze verwijzing naar het portret van Alma is nogal<br />
gênant omdat het een liefdesthema is, waarvan men moet<br />
erkennen dat het aanleunt bij een zekere vulgariteit. Het kan<br />
zeker niet de intentie van de componist geweest zijn om zijn<br />
vrouw het silhouet van een marketentster te verlenen!”. Je<br />
hoort de kinderen spelen in het Scherzo, maar de vreugde van<br />
het spel culmineert in een dramatisch aangrijpende klacht.<br />
Mahler zelf zou zijn vrouw gezegd hebben dat de metrische<br />
onregelmatigheid ingegeven was door het zigzaggende van<br />
het kinderspel in het zand, waarna de coda weergeeft hoe<br />
hij hoorde dat de ongeruste kinderstemmen steeds meer<br />
tragische accenten kregen om gesmoord te worden in een<br />
klacht. Alleen op de fameuze herdersklokken uit het ‘Andante<br />
moderato’, durft niemand al te diep ingaan: zou het idyllische<br />
pastorale beeld van de herdersklokken niet kunnen omslaan in<br />
de alarmklokken van het nakend onheil? De ‘Herdenglocken’
klinken immers vanuit de verte, met een diep en onbestemd<br />
geluid.<br />
Alle ‘Hineininterpretierungen’ worden totaal tegengesproken<br />
door de feiten rond het ontstaan en de creatie van Mahlers<br />
Zesde Symfonie. In verschillende brieven uit de zomer en het<br />
najaar van 1904 klinkt de opgewekte, bijna overmoedige<br />
euforie van fierheid en opluchting op het ogenblik van de<br />
afwerking van deze compositie. Speels merkte de maker op dat<br />
zijn Zesde voor raadsels zou zorgen, die pas door de generatie,<br />
die zijn eerste vijf symfonieën in zich opgenomen en verteerd<br />
had, zouden worden aangekund. Diezelfde idee klonk twee<br />
jaar later licht genuanceerd door in zijn reactie op het onthaal<br />
van de creatie: “De mensjes blijven altijd dezelfde. Nu vinden ze<br />
plots mijn eerste vijf symfonieën goed. De Zesde gaat thans zijn<br />
wachttijd in, waarschijnlijk tot op het ogenblik dat mijn Zevende<br />
zal verschijnen.”<br />
Ook het werkproces van deze symfonie verliep normaal:<br />
Zemlinsky maakte de reductie voor piano vierhandig en Mahler<br />
sprak met hem af om het geheel eerst door te spelen in zijn<br />
bureau in de Opera zonder luisteraars, “daarna gaan we naar<br />
mij thuis. Schönberg haalt ons af.” En dezelfde dag nog een kort<br />
briefje: “Kan je morgen komen in plaats van vandaag? Ik wil het<br />
eerste optreden van Lehmann in ‘La Traviata’ niet missen. Kan je<br />
Schönberg op de hoogte brengen?” (Lilli Lehmann was bekend<br />
om haar buitengewone stemtechniek, die zowel de Traviata-<br />
coloraturen als de Brünnhilde-roep beheerste.)<br />
Van tragiek en van ‘De Tragische’ is geen sprake, ook niet in<br />
de correspondentie met Bruno Walter, levenslange vriend,<br />
door Mahler als assistent-dirigent aan de Weense Staatsopera<br />
geëngageerd in 1901. Naar aanleiding van een discussie over<br />
het programmatisch aspect van de romantische muziek,<br />
een stokpaardje van Mahler, antwoordde hij dat muziek<br />
schrijven zoals kinderen verwekken was; een vitalistischer<br />
levensbevestiging kan men zich moeilijk voorstellen: “Als je<br />
wil componeren, mag je niet willen schilderen, dichten of<br />
beschrijven. Wat men dan componeert is de ganse mens, de<br />
voelende, denkende, ademende en lijdende mens. Wie geen<br />
genie bezit, blijft er beter af, maar wie wel genie bezit moet<br />
voor niets terugschrikken. Het is zoals een kind verwekken, en<br />
dat de man zich daarna afvraagt of het wel echt een kind is,<br />
of het met de juiste bedoelingen verwekt is. Hij heeft bemind<br />
en hij heeft het gekund. Basta! Mijn Zesde is af. Ik geloof dat<br />
ik het gekund heb! Duizend keer basta!” Daarop volgde de<br />
afscheidsgroet, waaraan Mahler toevoegde dat zijn vrouw en<br />
kinderen het heel goed maakten.<br />
Bruno Walter schreef later: “Er is geen enkel spoor van<br />
metafysisch denken in dit werk, dat een zuiver muzikale<br />
constructie is”. Hiermee bedoelde hij natuurlijk dat elke<br />
metafysische dimensie in de Zesde ontstaat vanuit de muzikale<br />
constructie en niet van buitenaf is toegevoegd, door een<br />
uitleg van de symfonie in een verbale tekst bijvoorbeeld. Weer<br />
gaan de Mahlerinterpreten de mist in als ze schrijven dat deze<br />
uitspraak van Walter als een verwijt aan Mahler kan opgevat<br />
worden, wat dan gesust wordt door te stellen dat “Mahler ons<br />
hier toch niets minder dan het beeld van een mens voorstelt, die<br />
vanuit zijn lot als artiest en de veelvuldige persoonlijke strijd,<br />
gegrepen is door de onherleidbare realiteit van de externe<br />
wereld.”<br />
Mahler moet vaststellen dat zijn Zesde voor de perskritiek<br />
“een harde noot schijnt te zijn, die door de zwakke tandjes van<br />
onze kritiek niet gekraakt kan worden”. Deze symfonie bracht<br />
effectief een aantal ingrijpende vernieuwingen, waardoor<br />
het werk voor de expressionisten in het algemeen en voor de<br />
Tweede Weense School in het bijzonder, exemplarisch genoemd<br />
moet worden. Vanuit een niets ontziend realisme naar het te<br />
bereiken klankbeeld toe, is het instrumentarium samengesteld:<br />
groot uitgebreid orkest (met o.a. 8 hoorns, 6 trompetten, 4<br />
trombones), in het slagwerk aangevuld met xylofoon, celesta<br />
(hier voor het eerst gebruikt door Mahler), een ‘Holzklapper’<br />
of klepper en een ‘Rute’, een soort bezem, waarmee op een<br />
niet nader beschreven membranofoon (meestal grote trom)<br />
moet geklopt worden. De ‘Hammer’ is een grote zware hamer,<br />
waarmee op een willekeurig oppervlak moet geslagen worden,<br />
met groot lawaai. Samen met de herdersklokken blijkt hieruit
een klanknabootsend compromisloos realisme: geen slagen ‘als<br />
van een hamer’, maar letterlijk een enorme hamer. Realisme in<br />
muziek bestaat, het banale van een mars en een ‘liefdesmars’<br />
is door dezelfde meedogenloze zin voor realisme ingegeven.<br />
De melodiek, harmoniek en klankkleur gaan van overdadig<br />
geweldig, snijdend en scherp tot volks en zelfs triviaal: het<br />
brede spectrum van de expressionistische toonspraak is een feit.<br />
De betiteling ‘Tragische Symfonie’ is nergens terug te vinden<br />
in de ontstaans- of creatieperiode van het werk. Mahler kreeg<br />
de kriebels van de programmatische inslag, die een werk<br />
kon krijgen door de woorduitleg van de componist of door<br />
de betiteling. Hij wilde zich nooit door tekst rechtvaardigen,<br />
maar tegelijk had hij grote schrik dat zijn muziek niet juist<br />
begrepen zou worden. Verschillende keren trok hij titels<br />
en programmatische uitleg zelfs zelf terug; nergens op de<br />
affiches en programmabrochures van de vroege uitvoeringen<br />
van deze en andere symfonieën zijn de literaire titels van de<br />
werken vermeld, terwijl wel vaak melding gemaakt wordt van<br />
de onderdelen (met de muzikale aanduiding, in de zin van<br />
‘Andante moderato’). Alles moet spreken vanuit “das innere<br />
Programm”, vanuit de klank zelf als geïncarneerde idee; hieruit<br />
moet de “Weltanschauung” of wereldbeschouwing duidelijk<br />
worden. Hier is de Zesde zeker dramatisch, maar daarom nog<br />
niet tragisch. Meer concreet zoeken is verkeerd. Mahler geeft<br />
ook geen uitleg voor het omwisselen van plaats van het tweede<br />
en derde deel in de herwerkte of tweede versie: voor de<br />
luisteraar zal volstaan dat hij die verandering een verbetering<br />
vond. Op het einde van zijn leven vond hij zijn eerste deel toch<br />
weer beter en plaatste hij het Scherzo weer als derde deel.<br />
Evenmin uitleg bij het waarom van de derde versie of voor het<br />
feit dat die nieuwe versies tussen 1907 en 1909 noodzakelijk<br />
bleken en niet onmiddellijk na de première in de zomer van<br />
1906. In de derde versie is de orkestratie versoberd.<br />
Mahler wilde het uitdrukkingsvermogen van Wagners opera<br />
overplaatsen op de symfonie, overplaatsen naar abstracte<br />
wijsgerige ideeën, die “het innerlijke wezen van de wereld”<br />
en “de diepste wijsheid” laten spreken. Elke poging om het<br />
Karikatuur waarin Mahler wordt gehekeld voor het gebruik van onconventionele<br />
percussie instrumenten in zijn Zesde Symfonie: “Verdorie, nu ben ik de autotoeter<br />
toch wel vergeten zeker! Nu moet ik nóg een symfonie schrijven.”<br />
© Internationale Gustav Mahler Gesellschaft, Wenen<br />
onvatbare van Mahlers boodschap in zijn symfonieën in<br />
woorden om te zetten is gedoemd tot mislukking. Desondanks<br />
en juist daardoor blijft Mahlers Zesde de ‘Tragische’, door zijn<br />
eigen ‘Post- en Hineininterpretierung’, waarschijnlijk voor<br />
eeuwig.
<strong>deFilharmonie</strong><br />
Onder leiding van haar muziekdirecteur Philippe Herreweghe<br />
evolueerde <strong>deFilharmonie</strong> naar een modern, stilistisch polyglot<br />
symfonieorkest. Intussen bezit het ensemble een artistieke souplesse<br />
die toelaat om meerdere stijlen - van barok tot en met hedendaags<br />
- op een historisch verantwoorde wijze te vertolken. Vanuit zijn<br />
specifieke achtergrond spitst Philippe Herreweghe zich toe op<br />
het (pre)romantische repertoire. Hij werkt nauw samen met chefdirigent<br />
Daniele Callegari, verantwoordelijk voor de laatromantische<br />
en meer actuele muziek. Dankzij eigen concertreeksen in grote<br />
zalen bekleedt <strong>deFilharmonie</strong> een unieke positie in Vlaanderen. De<br />
Koningin Elisabethzaal en <strong>deSingel</strong> in Antwerpen, het Paleis voor<br />
Schone Kunsten in Brussel, De Bijloke en het Brugse Concertgebouw<br />
behoren tot de vaste podia. Vernieuwende projecten als de<br />
componistenhappenings, het Herreweghe Festival, ‘<strong>deFilharmonie</strong><br />
binnenstebuiten’, de ZAP-concerten, de COMcerts en Music for<br />
Life-projecten bezorgden het orkest een uitzonderlijke reputatie.<br />
Daarnaast hecht <strong>deFilharmonie</strong> veel waarde aan de uitbouw van<br />
jongerenprojecten, zoals de KIDconcerten en de pedagogische<br />
Oorcolleges, waarmee het orkest kinderen en jongeren doorheen<br />
de symfonische klankenwereld gidst. In het buitenland werd<br />
<strong>deFilharmonie</strong> uitgenodigd door de belangrijkste huizen: de<br />
Musikverein en het Konzerthaus in Wenen, het Festspielhaus<br />
in Salzburg, de Royal Festival Hall in Londen, het Amsterdamse<br />
Concertgebouw, het Théâtre des Champs-Elysées in Parijs, de<br />
Philharmonie in München, de Alte Oper in Frankfurt en het Auditorio<br />
Nacional de Música in Madrid. Internationale concertreizen door<br />
diverse Europese landen en Japan vormen bovendien een constante<br />
in de kalender. Behalve op de grote podia in binnen- en buitenland<br />
treedt <strong>deFilharmonie</strong> ook op in diverse culturele instellingen en<br />
centra verspreid over heel Vlaanderen. Regelmatig is het orkest te<br />
horen in radio-uitzendingen van mediapartner Klara. Diverse cdopnamen<br />
werden bekroond door de vakpers, zoals Daniel Sternefelds<br />
opera ‘Mater dolorosa’, een opname van de integrale symfonieën<br />
van Luc Brewaeys en Karel Goeyvaerts’ opera ‘Aquarius’. Recent<br />
verscheen een cd met orkestraties van Maurice Ravel en een opname<br />
met Brewaeys’ orkestratie van de ‘Préludes’ van Claude Debussy.<br />
Muziekdirecteur Philippe Herreweghe bereidt een integrale opname<br />
van Beethoven-symfonieën voor, waarvan de eerste cd (met de<br />
Vierde en Zevende Symfonie) reeds verkrijgbaar is.<br />
Pinchas Steinberg<br />
De Israëlische topdirigent Pinchas Steinberg studeerde viool in<br />
de Verenigde Staten en compositie in Berlijn. In 1974 maakte hij<br />
zijn debuut als dirigent met het RIAS Orchester in Berlijn. Dit was<br />
het eerste van een hele reeks prestigieuze orkesten dat hij zou<br />
dirigeren waaronder de Berliner Philharmoniker, London Symphony,<br />
Philharmonia Orchestra, London Philharmonic, Israel Philharmonic,<br />
Gewandhaus Orchester Leipzig, Orchestre National de France,<br />
Santa Cecilia Orchestra Roma, Czech Philharmonic, Münchener<br />
Philharmoniker, Royal Stockholm Philharmonic, Orchestre de Paris,<br />
Orchestra Nacional d’España, Budapest Festival Orchestra etc.<br />
Van 1988 tot 1993 was hij gastdirigent bij de Weense Staatsopera<br />
en dirigeerde opera-producties in de grootste operahuizen over<br />
de hele wereld: London, Parijs, München, San Francisco, Berlijn,<br />
Rome, Wenen, Madrid en Barcelona. Tussen 1989-1996 was Pinchas<br />
Steinberg hoofddirigent van het Radio Symfonieorkest van Wenen.<br />
Daarna was hij van 2002 tot 2005 Musical Director van het Orchestre<br />
de la Suisse Romande in Genève. Zijn opnamen van Wagners ‘Der<br />
fliegende Holländer’, Catalani´s ‘La Wally’ and Richard Strauss’ ‘Die<br />
schweigsame Frau’ werden zeer enthousiast onthaald. Zijn opname<br />
van ‘Cherubin’ voor RCA kreeg de Grand Prix du Disque, de Diapason<br />
d´Or en de Caecilia Prijs.
<strong>deFilharmonie</strong><br />
concertmeester<br />
Alexej Barsjevitsj<br />
1 ste viool<br />
Eric Baeten<br />
Peter Manouilov<br />
Eva Zylka<br />
Emiel Pieters<br />
Frank Houwen<br />
Françoise Queguiner<br />
Yuko Kimura<br />
Guido Van Dooren<br />
Wolfgang Heiremans<br />
Christophe Pochet<br />
Sihong Liang<br />
Vania Batchvarova<br />
Claire Lechien<br />
Ann Lafaille<br />
Russalina Arnaoudova<br />
Kirsten Uytterhoeven<br />
2 de viool<br />
Wojciech Garbowski<br />
Sarah Oates<br />
Frederic Van Hille<br />
Tamas Sandor<br />
Annie Soukiassian<br />
Jack Ooms<br />
Lydia Seymortier<br />
David Perry<br />
Krystyna Bohacz<br />
Nana Hiraide<br />
Kris Janssens<br />
Geraldine De Baets<br />
Christina Scripcariu<br />
Tatjana Scheck<br />
altviool<br />
Ayako Ochi<br />
Gareth Lubbe<br />
Samuel Barsegian<br />
Rajmund Glowczynski<br />
Jürgen Pfennig<br />
Wieslaw Chorosinski<br />
Peter Swaan<br />
Bart Vanistendael<br />
Ingrid Ceuppens<br />
Krzysztof Kubala<br />
Tine Janssens<br />
Natalie Glas<br />
cello<br />
Gilad Kaplanski<br />
Olivier Robe<br />
Denise Seymortier<br />
Jan Willekens<br />
Tina De Mey<br />
Mieczyslaw Szynal<br />
Dieter Schutzhoff<br />
Birgit Barrea<br />
Kirsten Andersen<br />
Hélène Viratelle<br />
contrabas<br />
Christian Vander Borght<br />
Ioan Baranga<br />
Aykut Dursen<br />
Jeremiusz Trzaska<br />
Tadeusz Bohuszewicz<br />
Julita Fasseva<br />
Charise Adriaansen<br />
Eric Demesmaeker<br />
fluit<br />
Frank Vanhove<br />
Aldo Baerten<br />
Johny Grossard<br />
Peter Verhoyen<br />
Esther Ursem<br />
hobo<br />
Piet Van Bockstal<br />
Eric Speller<br />
Sébastien Vanlerberghe<br />
Dimitri Mestdag<br />
Adrien Eble<br />
klarinet<br />
Arno Stoffelsma<br />
Nestor Janssens<br />
Ria Moortgat<br />
Nele Delafonteyne<br />
Sabine Uytterhoeven<br />
fagot<br />
Oliver Engels<br />
Graziano Moretto<br />
Bruno Verrept<br />
Tobias Knobloch<br />
Anna Moe<br />
hoorn<br />
Eliz Erkalp<br />
Bruce Richards<br />
Koen Cools<br />
Gaston Coppye<br />
Morris Powell<br />
Koen Thijs<br />
Jos Verjans<br />
Yu-Chin Gastebois-Chou<br />
Kaat Chiers<br />
trompet<br />
Alain De Rudder<br />
Steven Verhaert<br />
Luc Van Gorp<br />
Steven Bossuyt<br />
Joris Laenen<br />
Mark Bain<br />
trombone<br />
Bart Van Nieuwenhuyze<br />
Roel Avonds<br />
Bernard Versavel<br />
Bob Van Der Strieckt<br />
tuba<br />
Mark Reynolds<br />
slagwerk<br />
Koen Wilmaers<br />
Pieterjan Vranckx<br />
Gérard Caucheteux<br />
Ludo Cools<br />
Gergana Fasseva<br />
Sam Gevers<br />
harp<br />
Valérie Bargibant<br />
Samia Bousbaine<br />
celesta<br />
Oya Yutaka
Binnenkort<br />
in <strong>deSingel</strong><br />
zo 22 apr 2007 . 11.30 uur tot 22.00 uur . Blauwe Zaal<br />
Liszt Happening<br />
Het baanbrekende en onuitputtelijke oeuvre van Franz<br />
Liszt (1811-1886) voedt een ganse dag lang de jaarlijkse<br />
componistenhappening in <strong>deSingel</strong>.<br />
Steven Osborne<br />
Studenten Conservatorium Antwerpen olv. Ivo Venkov<br />
Konrad Jarnot bariton . Hartmut Höll piano<br />
Studenten Conservatorium Antwerpen<br />
Jos van Immerseel piano . Midori Seiler viool<br />
Sergej Istomin cello<br />
<strong>deFilharmonie</strong> & KoorAcademie olv. Philippe Herreweghe<br />
€ 40, € 34, € 30<br />
(-25/65+ € 34, € 30, € 26 / -19 jaar € 15)<br />
een samenwerking van <strong>deSingel</strong>, <strong>deFilharmonie</strong> en Conservatorium<br />
Antwerpen