12032 - Jaarstukken 2011 DEFINITIEF - Gemeente Best

PROGRAMMAVERANTWOORDING 2011 FINANCIERINGSPARAGRAAF
FINANCIERINGSPARAGRAAF
Inleiding
Onder financiering wordt verstaan: “Het sturen op, het beheersen van, het toezicht houden op en het verantwoorden
over de financiële vermogenswaarden, de geldstromen en de financiële posities inclusief de
hieraan verbonden risico’s”.
Vanuit deze definitie zijn de volgende (deel)doelstellingen afgeleid:
- het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities;
- het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico's,
zoals renterisico's, koersrisico's, kredietrisico's, valutarisico’s en liquiditeitsrisico's;
- het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen
en financiële posities;
- het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de wet Financiering decentrale overheden,
respectievelijk de limieten en richtlijnen van de Financiële verordening 2009 / Financieringsstatuut 2010.
De nationale wetgeving voor het omgaan met financiering door gemeenten is voornamelijk opgenomen in de
wet Fido (Financiering decentrale overheden). Voornaamste doelstelling van deze wet is het beheersen van
financieringsrisico’s. Op basis van de wet Fido kunnen gemeenten de financieringsfunctie transparant, doelmatig
en efficiënt inrichten. De raad heeft op 2 maart 2009 lokale regelgeving vastgelegd voor het uitvoeren
van de financieringsfunctie in de “Financiële verordening 2009”.
In 2011 hebben diverse ontwikkelingen plaatsgevonden met gevolgen voor het te voeren financieringsbeleid. Op
relevante ontwikkelingen wordt in deze financieringsparagraaf nader ingegaan.
Externe ontwikkelingen
Deze ontwikkelingen kunnen worden uitgesplitst in ontwikkelingen op de financiële markten, ontwikkelingen
in wet en regelgeving en de ontwikkelingen van de geldstromen. De ontwikkelingen van de inkomende
en uitgaande geldstromen en de ontwikkelingen in de wet- en regelgeving zijn in deze paragraaf
nader uitgewerkt.
a. Ontwikkeling financiële markten
De economische crisis duurde in 2011 voort en heeft tot gevolg gehad dat in de eurozone de kredietwaardigheid
van diverse landen (verder) onder druk kwam te staan. De kredietwaardigheid van diverse eurolanden
is neerwaarts bijgesteld door de bij wet Fido erkende ratingbureaus (Moody’s, Fitch en Standard &
Poor’s). Als gevolg van de crisis zijn in 2011 zowel de korte als de lange rente op historisch gezien lage niveaus
gebleven.
Overtollige middelen zijn belegd bij de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten. Deze bank had in 2011 de hoogst
mogelijke rating voor kredietwaardigheid*. Daarnaast had Nederland de hoogst mogelijke creditrating.
Daarmee is ruimschoots voldaan aan de eisen die de Regeling Uitzettingen en Derivaten Decentrale Overheden
stelt voor het uitzetten van overtollige financieringsmiddelen.
* Bij wet zijn een 3-tal erkende rating-agency’s aangewezen, Moody’s, Fitch en Standard & Poor’s. Deze instellingen toetsen periodiek
de kredietwaardigheid van diverse (financiële) instellingen en landen.
121