30.08.2013 Views

Ecologisch onderzoek vm vliegbasis Soesterberg ... - Provincie Utrecht

Ecologisch onderzoek vm vliegbasis Soesterberg ... - Provincie Utrecht

Ecologisch onderzoek vm vliegbasis Soesterberg ... - Provincie Utrecht

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

toegangen tot de shelters bestaan uit betonplaten. De verhardingen<br />

van kleinere wegen, zoals de noordoostelijke ontsluitingsweg, en de<br />

verharding rondom veel gebouwen bestaan uit klinkers.<br />

De aanwezige verharding heeft op twee manieren invloed op de natuur<br />

in het gebied. In de eerste plaats zorgt de kalk die oplost uit met name<br />

de betonnen verhardingen ervoor dat zich in de eerste meters naast de<br />

verhardingen een rijkere vegetatie kan ontwikkelen. In de tweede<br />

plaats heeft de verharding invloed op het microklimaat. Dit was goed<br />

te zien in het koude voorjaar van 2010. De eerste knolboterbloemen<br />

bloeiden in een smalle strook pal langs de verhardingen. In de dagen<br />

daarna verschoof de grens van bloeiende knolboterbloemen steeds<br />

verder de graslanden in. De knolboterbloemen op de grootste afstand<br />

van de verhardingen bloeiden zo’n tien dagen later.<br />

In een smalle strook langs veel verhardingen heeft zich een rijke vegetatie kunnen<br />

ontwikkelen, juli 2010 (HB)<br />

36<br />

2.4 Geomorfologie en bodem<br />

2.4.1 Geomorfologie<br />

Het gehele noordelijke deel van de <strong>vliegbasis</strong> ligt op de hoge stuwwal,<br />

het eikenstrubbenbos ten westen van het Museumkwartier ligt op het<br />

stuwwalplateau. In het uiterste noordwesten van het provincieterrein<br />

komt parallel aan de spoorlijn een strook met lage landduinen met<br />

bijbehorende vlakten en laagten voor. Ten zuidwesten hiervan ligt een<br />

klein gebied met gordeldekzandwelvingen (Stiboka 1982).<br />

Het zuidelijke en zuidwestelijke deel van de <strong>vliegbasis</strong> ligt op een<br />

vlakte van smeltwaterafzettingen (sandr). Deze vlakte wordt van oost<br />

naar west doorsneden door een droogdal (Stiboka 1982).<br />

De geomorfologie van het gebied zal door de met de aanleg van<br />

verhardingen en de bouw van gebouwen gepaard gaande vergraving<br />

op verschillende plaatsen zijn aangetast.<br />

Voor kaarten van de geomorfologie van het gebied wordt verwezen<br />

naar Bakker (2011) en Programmabureau Hart van de Heuvelrug<br />

(2007).<br />

2.4.2 Bodem<br />

De bodems in het overgrote deel van de <strong>vliegbasis</strong> worden gerekend<br />

tot de haarpodzolbodems in grof zand met grind op minder dan 40<br />

centimeter. De bodems in het uiterste noorden zijn gevarieerder van<br />

opbouw. In het uiterste noordwesten liggen duinvaaggronden in<br />

leemarm tot zwak lemig fijn zand. Ten oosten hiervan ligt parallel aan<br />

de spoorlijn een strook met haarpodzolbodems in leemarm tot zwak<br />

lemig fijn zand. Ten zuiden hiervan, ongeveer samenvallend met de<br />

grenzen van het Munitiepark, ligt een gebied met holtpodzolen in grof<br />

zand (Stiboka 1966).<br />

De oorspronkelijke bodemopbouw zal door vergraving ten behoeve van<br />

bouwwerkzaamheden op verschillende plaatsen meer of minder sterk<br />

verstoord zijn. Daarnaast is er mogelijk ook verstoring van de bodem<br />

opgetreden door de aanvoer van zand van elders.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!