Instructies voor het installeren van AGA Gasfornuizen tav ... - Rayburn

GASFORNUIZEN
Bescherming van de Consument
Als verantwoordelijke fabrikant doen wij ons best te zorgen dat onze
producten zo vormgegeven en gemaakt worden ze voldoen aan de
vereiste veilgeheidsnormen, mits goed geïnstalleerd gebruikt.
BELANGRIJKE OPMERKING: LEES DE BIJELEVERDE
GARANTIE. Wijzigingen die niet door Aga zijn goedgekeurd
kunnen de goedkeuring van het fornuis alsmede de garantie
ongelding maken, en zijn mogelijk instrijd met de huidige wettelijke
voorschriften.
Belangrijk:
Dit apparaat kan één of meer van de volgende stoffen bevatten. Het
is de verantwoordelijkheid van de Gebruiker/Installateur om ervoor te
zorgen dat, waar van toepassing, de noodzakelijke
veiligheidskleding wordt gedragen. Dit is in het bijzonder het geval
wanneer onderdelen worden gehanteerd die de hieronder vermelde
materialen kunnen bevatten, welke schadelijk zijn voor de
persoonlijke gezondheid, zie hieronder voor verdere informatie.
Op bepaalde uitzonderingen na is de installatie van elk type
Aga Fornuis onderhevig aan de desbetreffende richtlijnen
zoals omschreven in de huidige uitgave van de
Bouwverordeningen. Bovendien is het mogelijk dat een
Bouwvergunning moet worden verkregen en dit moet apart
worden aangevraagd. De gehele serie Aga Fornuizen is
uitsluitend geschikt voor Aardgas en Propaangas en daarom
kunnen geen andere gassen gebruikt worden.
Het fornuis moet in zijn geheel op de grond worden
vastgezet en de hiervoor benodigde ruimte moet de
volgende minimum afmetingen hebben:-
Een vrije ruimte van minimum 60mm is benodigd boven de
uitstekende geisoleerde handgreep van het deksel.
Aan de zijkanten behoeft geen ruimte te worden
vrijgehouden tenzij fornuizen met 2 of 4 ovens tegen een
muur worden vastgezet; in dat geval heeft men aan de
rechterkant een vrije ruimte nodig voor de overdeuren van
116mm (nog een 116mm is benodigd indien men aan de
linkerkant een gasaansluiting moet maken).
Bovendien moet een ruimte van tenminste 1000mm worden
vrijgehouden aan de voorkant om het fornuis te
onderhouden.
Het eerste stuk van de afvoerpijp vanaf de afvoermof moet
tenminste 600mm in een verticale positie lopen.
Afvoerpijpen en fittingen dienen niet dichter dan 25mm van
brandbare materialen te lopen en waar zij door een
brandbare afscheiding lopen, zoals een plafond of het dak,
moeten zij gewikkeld zijn in een niet brandbaar omhulsel met
een aansluitruimte van tenminste 25mm.
Ruimtes om afvoerpijpen heen waar deze door muren of
onder vloeren lopen, dienen te worden afgesloten om het
doorlaten van rook tegen te gaan.
AANTEKENING: AGA GASFORNUIZEN WORDEN AF
FABRIEK IN GEDEMONTEERDE TOESTAND GELEVERD.
DE APPARATEN WORDEN TER PLAATSE DOOR DE
DAARTOE GEMACHTIGDE AGA DISTRIBUTEUR
GEASSEMBLEERD.
Instructies voor het installeren
van AGA Gasfornuizen t.a.v. de
dit modellen GC, GCB, GE en GEB
VOOR GEBRUIK IN NL & BE
VÓÓR HET INSTALLEREN VAN DIR FORNUIS DEZE INSTRUCTIES GOED DOORLEZEN
INSTALLATIE
Vuurvaste stenen, brandstofbedden, kunstmatige brandstoffen
- gebruik bij het hanteren weggooi-handschoenen.
Vuurvast cement - gebruik het hanteren weggooi handschoenen.
Plakmiddelen en dichtingsprodukten - wees voorzichtig - gebruik
een gezichtsmasker en weggooi-handschoenen indien deze
produkten zich nog in vloeibare vorm bevinden.
Glasvezel, Steenwol, Isolatiekussens, Keramische vezel,
Kerosine Olie - kan schadelijk zijn indien geïnhaleerd, kan irritatie
veroorzaken aan de huid, ogen, neus en keel, Bij het hanteren dient
men inhaleren hiervan en contact met huid of ogen te vermijden
Gebruik weggooi handschoenen, gezichtsmaskers en
veiligheidsbrillen. Na het hanteren dienen de handen en andere
blootgestelde lichaamsonderdelen grondig te worden gewassen. Als
het produkt uit de weg wordt geruimd, sproei dan met water om het
stof te verminderen en zorg ervoor dat de onderdelen veilig worden
ingepakt.
Basis of Haard van het Fornuis
Het is van essentieel belang dat de basis of haard waar het
fornuis op staat waterpas en in staat is het totale gewicht van
het respectievelijke fornuis te dragen.
Modellen GC en GCB - 406kg, GE en GEB - 584kg.
De top van de basis moet bestaan uit niet-brandbaar
materiaal met een minimum dikte van 12mm.
De muur achter het fornuis moet bestaan uit niet-brandbaar
materiaal met een minimum dikte van 25mm.
Betegelen
Als het fornuis in een alkoof komt te staan of tegen een muur
die betegeld moet worden, dient men ervoor te zorgen dat de
bovenplaat van het fornuis onder geen enkele voorwaarde
overlapt wordt door de tegels.
Richtlijnen voor de Installatie
Het fornuis moet worden geïnstalleerd in overeenkomst met
de daarop betrekking bebbende vereisten van de Gas
Veiligheidsvoorschriften, de Bouwverordeningen en de
verordeningen van het plaatselijke waterleidingbedrijf. De
installatie dient eveneens te worden uitgevoerd
overeekomstig de desbetreffende reglementen van het
plaatselijke Gasbedrijf en de Plaatselijke Overheid.
In uw eigen belang, voor de algemene veiligheid en om te
voldoen aan de wettelijke voorschriften, dienen alle
gasapparaten geïnstalleerd te worden door een daartoe
bevoegd persoon, in overeenkomst met de desbetreffende
reglementen. Nalatigheid voor het correct installeren van
deze apparaten zou kunnen leiden tot vervolging.
Bij voltooiing dient de gasinstallatie op eventuele fouten of
lekken te worden getest.
PLAATSING
Fornuis met open afvoerkanaal
De voor het fornuis gekozen plaats moet het aanleggen van
een goed functionerend rookafvoerkanaal en voldoende
toevoer van lucht toestaan. Bovendien moet de plaats
voldoende ruimte verschaffen voor het plegen van
onderhoud en het circuleren van lucht on het fornuis
1 03/06 EINS 510807

MODELLEN GC EN GCB STANDAARD GC GCB
NL
BE
AARDGAS G25
MAXIMALE WARMTE 4.6kW 4.6kW
Thermostaat Omloopleiding 100 or 120 120 or 140
Hoofdbrander 285 285
Waakvlam inspuiter N35 N35
Drunkinlaat G25 25mbar 25mbar
AARDGAS G20, G25
MAXIMALE WARMTE 5kW 5kW
Thermostaat Omloopleiding 100 or 120 120 or 140
Hoofdbrander 285 285
Waakvlam inspuiter N35 N35
Drunkinlaat G25 25mbar 25mbar
PROPAAN G31
MAXIMALE WARMTE 5kW (357g/h) 5kW (357g/h)
Thermostaat Omloopleiding 60 or 80 80 or 100
Hoofdbrander 180 180
Waakvlam inspuiter L23 L23
Druninlaat 37mbar 37mbar
Drukbrander 28mbar 28mbar
Voor aardgas is de uitlaatdruk van de gasklep niet regelbaar, MAAR als uitgangspunt kan men een
vermindering van 1 tot 2 mbar tussen de inlaat en de uitlaat van een koud toestel nemen.
2

MODELLEN GE EN GEB STANDAARD AFVOERPIJP GE GEB
NL
BE
AARDGAS G25
MAXIMALE WARMTE 4.6kW 5.3kW
Thermostaat Omloopleiding 100 or 120 120 or 140
Hoofdbrander 285 285
Waakvlam inspuiter N35 N35
Drunkinlaat G25 25mbar 25mbar
AARDGAS G20, G25
MAXIMALE WARMTE 5kW 5.8kW
Thermostaat Omloopleiding 100 or 120 120 or 140
Hoofdbrander 285 330
Waakvlam inspuiter N35 N35
Drunkinlaat G25 25mbar 25mbar
PROPAAN G31
MAXIMALE WARMTE 5kW (357g/h) 5kW (414g/h)
Thermostaat Omloopleiding 60 or 80 80 or 100
Hoofdbrander 180 200
Waakvlam inspuiter L23 L23
Druninlaat 37mbar 37mbar
Drukbrander 28mbar 28mbar
Voor aardgas is de uitlaatdruk van de gasklep niet regelbaar, MAAR als uitgangspunt kan men een
vermindering van 1 tot 2 mbar tussen de inlaat en de uitlaat van een koud toestel nemen.
3

ROOKAVOERSYSTEEM HET INSTALLEREN VAN PIJPEN
De hieronder vermelde aantekeningen zijn bedoeld om
algemene richtlijnen te geven:-
Her eerste stuk van de afvoerpijp vanaf de afvoersok
moet minimaal 600mm verticaal zijn. Als 600mm niet
handig is, dan kan er een kleinere lengte aan eerste
verticale afvoer gebruikt worden. mits de trektest maar
met goed resultaat uitgevoerd kan worden.
De dwardsdoorsnede van het rookafvoerkanaal moet niet
minder zijn dan de overeenkomstige uitlaat van het
fornuis.
Indien vlampijp wordt gebruikt, moet de interne diameter
daarvan bedragen dan 100mm.
Afvoerkanalen en fittingen dienen vervaardigd te zijn van
één van de volgende materialen:-
a) Cement
b) Aluminium of roestvrijstaal
c) Gietijzer of zaacht staal, met een interne bekleding
van zuurvaste glazuur.
Als men een schoorsten denkt te gebruiken, dient deze
bik voorkeur gebouwd te zijn van of bekleed te zijn met
niet-poreus zuurvast materiaal. (Schoorstenen bekleed
met zout-geglazuurde aardewerk pijpen zijn acceptabel
mits de pijpen voldoen aan huidige standaarden). Het
eerste verbindingssstuk tussen het fornuis en een
beklede schoorsteen dient te bestaan uit een
afvoerkanaal dat gemaakt is van één van de hierboven
(a-c) genoemde materialen.
Als gebruik wordt gemaakt van een schoorsteen die niet
bestaat uit of bekleed is met een niet-poreus zuurvast
materiaal, dan dient hij bekleed te worden met aan
roestvrijstalen flexibele bekleding.
De interne diameter van de bekleding moet niet minder
zijn dan 100mm en het aantal verbindingen dient zo klein
mogelijk te zijn. Als deze bekleding niet direct met de
luchtklep van het apparaat wordt verbonden, dan dient
een afoverpijp, gemaakt van één van de hierboven (a-c)
genoemde materialen, de verbinding te vormen tussen de
luchtklep en de bekleding.
Voordat het apparaat verbonden wordt met of een
bekleding gestoken wordt in een reeds eerder gebruikt
afvoerkanaal, dient dit grondig te worden geveegd en roet
en los materiaal worden verwijderd. Indien een plaatje in
het afvoerkanaal is aangebracht, moet dit worden
verwijdwerd voordat het apparaat met het afvoerkanaal
wordt verbonden of er een bekleding wordt ingezet. Het
uitende van het afvoerkanaal moet zich op een afstand
van tenminste 600mm van een te openen raam, luchtgat
of enig andere ventilatie-opening bevinden.
4
Gaspijpen moeten worden aangebracht overeenkomstig
de huidige Gas voorschriften. De afmetingen van de
pijpen tussen de meter/tank en het fornuis moeten
voldoende groot zijn, de afmeting voor de aansluiting naar
het fornuis is 15mm. Bij voltooiing dient de gasinstallatie
op eventuele fouten of lekken te worden getest en
schoongemaakt overeenkomstig de bovengenoemde
voorschriften.

HET HEET-WATERSYSTEEM
(Uitsluitend modellen GCB en GEB)
In een huishoudelijk warm-wassersysteem, moet de warmwatercilinder
bestaan uit het indirecte cilinder of
verwarmingstype. De heet-watercilinder dient geïsoleerd te
zijn met bij voorkeur niet minder dan 75mm dik
mineraakvezel, of gelijkwaardig materiaal.
Pijpen die geen warmte onttrekken van het warmwatersysteem
dienen geïsoleerd te worden om
warmteverlies en mogelijke bevriezing te voorkomen, in het
bijzonder waar buizen door de vliering en onder
geventileerde vloeren lopen. Waterbakken, die op plaatsen
staan waar zij zijn blootgesteld aan ijskoude condities,
dienen eveneens te worden geïsoleerd.
Aftapkranen moeten zich bevinden op toegangbare
plaatsen waar het hele systeem kan worden afgetapt, ook
de wamtewisselaar van het fornuis en de heet-watercilinder.
De afmetingen van de aftapkranen dienen tenminste Rp 1/2
nominale maat te zijn. Het gebruik van horizontale
pijpbanen dient waar mogelijk vermeden te worden om het
opeenhopen van lucht in het systeem te voorkomen. Indien
horizontale pijpbanen onvermijdelijk zijn, dient men bij
voorkeur de pijpen omhoog te laten lopen in de
tegenovergestelde richtig van de warmtewisselaar van het
fornuis. Heet-watersystemen dienen te voldoen aan de
daarop betrekking hebbende voorschriften.
Het water Circulatiesysteem
(Uitsluitend modellen GCB en GEB)
De warmtewisselaar van het fornuis dient in verbinding te
staan met een waterreservior en is onderhevig aan een
maximum hoogte van 18,25m en een minimum van 1m. De
primaire afvoerpijp met een minimum diameter van 28mm
moet van de fornuisketel naar de cilinder continu omhoog
lopen teneinde een goede natuurlijke circulatie te bereiken
en een open ventilatie te hebben. De 28mm diameter
primaire retourpijp dient niet langer te zijn dan 5,5m en
moet goed geïsoleerd zijn.
Water verbindingen
(Uitsluitend modellen GCB en GCB)
De twee 28mm koperen afvoer-en retourleidingen van de
ketel zijn verkrijgbaar voor verbindingen aan de rechter-of
linkerant.
Heet-watercilinder
Het wordt aanbevolen om een indirecte heet-watercilinder
van het dubbele-voeding type met een capaciteit van 190
liter (40 gallons) te installeren. Deze dient bekleedt en zo
dicht mogelijk bij het fornuis rechtop gemonteerd te worden.
Een aftapkraan dient op het laagste punt van het systeem
te worden gemonteerd.
Gasaansluitingen
De gaskraan van het fornuis dient te worden aangesloten
aan de gastoevoerpijp.
Warmtewisselaar van de fornuisketel
De warmtewisselaar moet in verbinding staan met een
indirecte cilinder met dubbele voeding en een capaciteit van
190 liter (40 gallons)
5

FIG. 2
HET IN BEDRIJF STELLEN
Aansteken van de brander - Fig. 2
WAARSCHUWING: NIET ROKEN EN GEEN NAAKT
UUUR.
Open de buitendeur van de brander om toegang te
krijgen tot de gasregelcombinatieklep.
WAARSCHUWING: VOOR HET AANSTEKEN: ZORG
ERVOOR DAT DE KNOP VAN DE GASREGELKLEP 2
IN DE ‘OFF’ POSITIE STAAT (ZIE FIG. A) EN DE KNOP
VAN DE VERBRANDINGSONTLADING VEILIGHEID 6
OMLAAG IS GEDRUKT.
1. Draai de externe gaskraan 1 dicht. Check de
gasinstallatie vanaf de meter/kraan voor lekken en
ontlucht hem.
2. Draai de gasvoorziening aan naar her fornuis en open
gaskraan 1 aan de voet van de gasklep.
3. Draai de knop van de gasregelklep 2 tegen de wijzers
van de klok in naar de positie (zie fig. B). Druk de knop
naar beneden en houdt hem in deze positie terwijl de
piëzo-ontsteker 3 verschillende keren wordt ingedrukt
tot de waakvlam is aangestoken. Dit kan worden
waargenomen door het kijkglas 4.
4. Als de waakvlam is aangestoken, blijf de knop van de
gasregelklep nog ongeveer 30 seconden
omlaagdrukken. Als hit uitgaat, wacht 3 minuten en
herhaal de procedure waarbij de knop iets langer blijft
ingedrukt.
5. Als de waakvlam eenmaal brandt, laat u de regelknop
langzaam los en draait u deze linksom naar de lage
stand (zie fig. C) waarop de hoofbrander aangestoken
wordt. Laat de regelknop ten minste 30 minuten in de
lage stand staan.
OPMERKING: Als u probeert de regelknop te
draaien voordat u deze losgelaten heeft, kan dit tot
beschadiging leiden.
6
FIG A
FIG B
FIG C
FIG D
DESN 510252 A
UIT
ONTSTEKING
WIT BLOK
LAAG VUUR
GROENE BAND
NORMAAL WERKEN

6. Na 30 minuten draai de knop verder naar links tot de
middenpositie in de groene band; dit is de positie voor
normaal functioneren (zie fig. D).
AANTEKENING: NA EEN AANTAL UREN KAN DE
TEMPERATUUR VAN HET FORNUIS
GECONTROLEERD WORDEN DOOR DE WARMTE-
INDICATOR. DE MIDDEN POSITIE IN DE GROENE
BAND MOET HET KWIK OP DE STAND BIJ DE
ZWARTE LIJN BRENGEN. OM DIT DE TE BEREIKEN
IS HET MOGELIJK DAT DE REGELKNOP IN DE
GROENE BAND ENIGSZINS BIJGESTELD MOET
WORDEN.
ALS DE VLAM OM WAT VOOR REDEN DAN OOK IS
UITGEGAAN, WACHT DAN TENMINSTE 3
MINUTENVOOR HEM OPNIEUW AAN TE STEKEN.
7. Als het fornuis voor het eerst wordt aangestoken of
als het fornuis langere tijd koud is geweest, is het
mogelijk dat vocht van de isolatie langs de
geëmailleerde voorkant van het fornuis naar beneden
loopt. Dit moet worden afgeveegd om vlekken te
voorkomen.
8. Zorg ervoor dat de invoergasdruk is zoals staat
aangegeven op het gegevensplaatje en doe dat als
volgt:-
(i) Zet de gasklepcontroleknop 2 in de UIT-positie (zie
fig. A). Verwijder de testnippelstop voor de
inlaatdruk 5 en plaats de drukmeter. Draai de
gasklepcontroleknop 2 in de middenpositie van de
groene band.
(ii) Ca na of de inlaatdruk overeenkomt met de
gegevens op het gegevensplaatje.
(iii)Zorg ervoor dat de gasdruk onveranderd blijft als
andere gastoestellen gebruikt worden.
(iv)Draai de gasklepcontroleknop 2 in de
ONTSTEKINGS-positie (zie fig. B). Verwijder de
drukmeter en plaats de gasnippelstop weer terug.
Draai de gasklepcontroleknop 2 in de
middenpositie van de groene band voor normaal
gebruik.
N.B. ENKEL VOOR PROPAANGASFORNUIZEN
Herhaal instructie 8 op een volledig afgekoeld fornuis
waarbij de drukmeter op het branderdruktestpunt 8 wordt
aangesloten. Controleer of de branderdruk overeenkomt
met de gegevens in de tabellen op pag 2-3.
NOTITIE: ALS OM DE EEN OF ANDERE REDEN DE
GASSTROOM MOET WORDEN GECHECKT, DRAAI
DAN ALLE ANDERE GASVERBRUIKENDE
APPARATEN AF EN CHECK ONDER
GERBRUIKMAKING VAN GASDRUKMETER EN
STOPWATCH DAT DE MAXIMALE GAS INPUT NAAR
HET APPARAAT OVEREENKOMT MET DIE ZOALS
AANGEGEVEN OP DE INFORMATIEPLAAT.
Als de correcte afstelling eenmaal is bevestigd, zal de
warmte controle automatisch functioneren om de juiste
temperatuur in het fornuis te handhaven. NOTITIE: DENK
ER AAN OM EEN AANTEKENING TE MAKEN VAN DE
INSTELPOSITIE ALS HET FORNUIS WORDT
UITGEZET.
7
HET DOVEN VAN DE BRANDER
Draai de knop van de gasregelklep naar de ‘OFF’ positie
(zie fig. A).
CHECK DAT ALLE VERBRANDINGSPRODUKTEN ZIJN
VERWIJDERD.
Zorg ervoor dat alle ramen en deuren van de kamer
gesloten zijn.
Steek het fornuis aan zoals eerder beschreven. Laat hem
gedurende 5 minuten op zijn maximum capaciteit
branden.
Als er zich in een aangrenzende kamer een ventilator
bevindt, dan moet de terugslagproef worden herhaald,
terwijl de ventilator werkt en eventuele verbindingsdeuren
tussen het fornuis en de plaats van de ventilator worden
opengelaten.
Een terugslagproef dient na 5 minuten als volgt te worden
uitgevoerd: Een rockdetector wordt zo gehouden dat de
top van de detector ongeveer 3mm bitten de lage kant
van de luchtkelp steekt. Er is sprake van terugslag als de
rock van de luchtklep naar buiten wordt weggezogen.
Indien er twijfel bestaat, herhaal dit na 10 minuten nog
eens.
Als er sprake is van terugslag, kan de schoorsteen defect
zijn. De verbrandingsontlading veiligheid heeft dan
gewerkt, de fout moet worden gecorrigeerd voordat het
fornuis mag worden achtergelaten; de veiligheid moet nu
eerst worden ingedrukt voordat de Aga opnieuw kan
worden aangestoken.
Als de fout niet kan worden gecorrigeerd draai de
gaskraan dicht, ontkoppel de gasvorrziening van het
fornuis en raadpleeg een deskundige.
INSTRUCTIES
Overhandig deze instructies alsmede de
gebruiksaanwijzingen aan de Gebruiker voor eventuele
raadpleging later en geef de nodige instructies om te
zorgen dat het apparaat veiling zal functioneren.
Adviseer de Gebruiker met betrekking tot de
noodzakelijke voorzorgsmaatregelen om schade aan het
huishoudelijk heet-watersysteem en het gebouw te
voorkomen voor het geval dat het huishoudelijk heet
watersysteem tijdens zeer koude condities niet
functioneert.
De Gebruiker dient tenslotte geadviseerd te worden dat,
om het efficiënt en veilig functioneren van het apparaat bij
voortduring te verzekeren, het belangrijk is om het fornuis
regelmatig onderhoudsbeurten te geven zoals
aanbevolen door de AGA Dealer of het plaatselijke
Gasbedrijf.

Voor vedere informatie of advies kunt u zich
wenden to uw Aga dealer
Het beleid van Aga s erop gericht de kwaliteit van haar
produkten voortdurend te verbeteren en de Maatschaapij
behoudt zich het recht voor om zonder voorafgaande
aankondiging specificaties te veranderen of het
beschreven en geïllustreerde apparaat te modificeren
Geproduceerd door
Aga
Station Road
Ketley Telford
Shropshire TF1 5AQ
Engeland
www.aga-web.co.uk
www.agacookshop.co.uk
www.agalinks.com
8