Hendrik van der Vlist wethouder - Het Utrechts Archief
Hendrik van der Vlist wethouder - Het Utrechts Archief
Hendrik van der Vlist wethouder - Het Utrechts Archief
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
<strong>Hendrik</strong> <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong><br />
wethou<strong>der</strong><br />
<strong>Hendrik</strong> (Henk) <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> werd op 18 juni 1900 in Utrecht geboren als zoon <strong>van</strong><br />
Pieter <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> en Johanna <strong>van</strong> Kasteel. Hij trouwde op 26 oktober 1925 in<br />
Utrecht met Margaretha (Greet) Veenstra. Zij kregen vier kin<strong>der</strong>en. Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong><br />
overleed op 11 maart 1978 in Utrecht.<br />
<strong>Hendrik</strong> <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> had als jongen de wens on<strong>der</strong>wijzer te worden. Hij was<br />
leergierig en kon bovendien snel leren. Zijn enorme energie maakte het hem<br />
mogelijk verschillende dingen naast elkaar te doen. Nieuwsgierig naar politieke<br />
stromingen sprong hij <strong>van</strong> de ene partij naar de an<strong>der</strong>e. Zo begon hij, gereformeerd<br />
opgevoed, bij de Antirevolutionairen, stapte achtereenvolgens over op de<br />
communistische jeugdbond De Zaaier en de Bond <strong>van</strong> Religieuze Anarcho-<br />
Communisten. On<strong>der</strong>tussen kregen zijn principes steeds meer vorm. Hij bekende<br />
zich tot de geheelonthou<strong>der</strong>sbeweging, waar hij zijn vrouw leerde kennen, en ging<br />
over op het vegetarisme. Hij ging veel om met Kees Boeke, stichter <strong>van</strong> de<br />
Werkplaats in Bilthoven. Samen schreven zij regelmatig leuzen op muren en<br />
deelden ze pamfletten uit. Familie en bekenden typeren hem in die tijd als<br />
vasthoudend, intelligent, maar ook wel opvliegend <strong>van</strong> aard. Zijn uitgesproken<br />
principiële opvattingen en werkkracht zouden zijn hele leven bepalen.<br />
In 1914 trad Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> in dienst <strong>van</strong> de machinefabriek Pannevis. Als<br />
jongste bediende hielp hij mee zijn familie te on<strong>der</strong>houden. Aan<strong>van</strong>kelijk leek dit een<br />
carrière als on<strong>der</strong>wijzer in de weg te staan, maar later ging hij in zijn vrije tijd lessen<br />
volgen aan de Handelsvakschool. Na korte tijd bij de Willem Arntszstichting in Den<br />
Dol<strong>der</strong> gewerkt te hebben, kwam hij op achttienjarige leeftijd bij de afdeling<br />
personeelszaken, gezondheids- en krankzinnigenzorg <strong>van</strong> de gemeente Utrecht te<br />
werken. De beslissende stap zette Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> echter met zijn overstap naar de<br />
twee man sterke beroepskeuze-afdeling <strong>van</strong> Personeelszaken. Op politiek gebied<br />
had hij nu zijn draai gevonden, en wel bij de SDAP (Sociaal-Democratische<br />
Arbei<strong>der</strong>s Partij), waarbij hij zich in 1920 aansloot. Enige jaren later wist hij ook<br />
welke richting hij beroepsmatig wilde inslaan.<br />
Hoewel zijn liefde voor het scholingswerk bleef, deed zich een geheel nieuwe<br />
beroepsmogelijkheid voor. De psychologie trok hem aan - dat had hij in Den Dol<strong>der</strong><br />
al on<strong>der</strong>vonden - en hij begon zich op 25-jarige leeftijd ver<strong>der</strong> in die richting te<br />
ontplooien. Samen met de hoogleraar D.J. <strong>van</strong> Lennep richtte Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> de<br />
beroepskeuze-afdeling bij de gemeente op. Toen al snel bleek dat de gemeente niet<br />
bereid was hun landelijke aspiraties te financieren, richtten zij twee jaar later de<br />
Ne<strong>der</strong>lan<strong>der</strong>se Stichting voor Psychotechniek op. Hierbij was ook de taalkundige T.<br />
Kuiper betrokken. <strong>Het</strong> gemeentelijke beroepskeuzebureau ging vervolgens op in de<br />
Stichting. Van Lennep en Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> richtten zich met hun beroepskeuzetesten<br />
vooral op het bedrijfsleven. Bij een fusie tussen verschillende beroepskeuzebureaus<br />
werd in 1962 een Stichting gevormd die naar Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> genoemd werd. Van <strong>der</strong><br />
<strong>Vlist</strong> was tot 1967 bestuurslid <strong>van</strong> de laatstgenoemde organisatie, maar was<br />
beroepshalve alleen bij Psychotechniek als on<strong>der</strong>zoeker actief.<br />
Eind jaren twintig moest zijn baan bij de gemeente wijken voor het werk bij de<br />
Stichting. Pas <strong>van</strong>af 1935 werd hij weer bij de gemeente Utrecht actief, nu als<br />
raadslid voor de SDAP. In 1946 werd Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> wethou<strong>der</strong> <strong>van</strong> on<strong>der</strong>wijs en
personeelszaken voor de Partij <strong>van</strong> de Arbeid. Als wethou<strong>der</strong> had hij min<strong>der</strong> tijd om<br />
zich aan Psychotechniek te wijden. Na enige tijd heeft hij dan ook zijn activiteiten<br />
voor het beroepskeuzewerk moeten halveren. Hij moet het wel betreurd hebben dat<br />
een dag maar 24 uur heeft, want hoewel hij het presteerde aan drie of vier uur slaap<br />
genoeg te hebben, bleef er nooit tijd genoeg naar zijn zin over. Naast zijn<br />
bezigheden voortvloeiend uit zijn wethou<strong>der</strong>schap, zijn bestuurslidmaatschap <strong>van</strong><br />
scholen en culturele instanties gaf hij ook nog les aan de Stichting voor Opleiding<br />
<strong>van</strong> Maatschappelijk Werkers in Haarlem en trachtte hij hobby's zoals schil<strong>der</strong>en en<br />
een studie psychologie bij te houden. Met de oprichting <strong>van</strong> het kin<strong>der</strong>tehuis De<br />
Basis in Hoograven ging een dierbare wens in vervulling.<br />
Hij wist de juiste mensen op de juiste plekken te zetten. Net als bij zijn<br />
politieke standpunten kon hij hierin uiterst vasthoudend zijn, wat nog al eens irritatie<br />
en verlegenheid bij de betrokkenen gewekt moet hebben. Hoe vaak zal men wel niet<br />
hebben moeten aanhoren dat de wethou<strong>der</strong> 'begrip' voor een standpunt had maar<br />
het zijne toch beter vond?<br />
In gesprekken met collega's komt naar voren dat Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> correct en<br />
hulpvaardig was. Daarentegen kenschetsen an<strong>der</strong>en hem als compromisloos, erg<br />
druk bezet en daardoor erg zakelijk. Er waren maar weinig momenten waarop hij<br />
waar<strong>der</strong>ing voor zijn ambtenaren uitsprak. Waarschijnlijk voelden zij eer<strong>der</strong> ontzag<br />
dan vriendschap voor deze hardwerkende man.<br />
Tijdens de eerste jaren <strong>van</strong> zijn wethou<strong>der</strong>schap begon Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> met het<br />
verbeteren <strong>van</strong> de rechtspositie <strong>van</strong> ambtenaren. Zo zorgde hij voor een vast<br />
systeem <strong>van</strong> functieomschrijvingen en de daarbij behorende salarissen, en liet hij de<br />
ambtenarenverzekering IZA ontwikkelen.<br />
Vernieuwing, medezeggenschap en gelijke kansen waren sleutelwoorden in<br />
zijn on<strong>der</strong>wijsbeleid. Deze ideeën kwamen tot uitdrukking in de in 1963 opgerichte<br />
eerste Openbare Scholengemeenschap (O.S.G.) in Utrecht. Ook maakte hij zich<br />
sterk voor het speciale on<strong>der</strong>wijs, zoals dat gegeven werd binnen scholen voor<br />
zwakbegaafde kin<strong>der</strong>en en openluchtscholen voor kin<strong>der</strong>en die aan<br />
longaandoeningen leden. Naar zijn mening moest de schoolgaande jeugd zich zo<br />
zelfstandig mogelijk kunnen ontwikkelen. De wethou<strong>der</strong> hoorde de ideeën <strong>van</strong> de<br />
jongeren graag op daarvoor speciaal georganiseerde inspraakavonden. Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong><br />
was altijd al een groot voorstan<strong>der</strong> <strong>van</strong> lichamelijke oefening op school. Toen hij in<br />
1962 de sportportefeuille on<strong>der</strong> zijn beheer kreeg, bevor<strong>der</strong>de hij vooral de sociale,<br />
groepsgebonden sporten en de aanleg <strong>van</strong> speelweiden, waar<strong>van</strong> de sleeheuvel in<br />
Overvecht een goed voorbeeld is.<br />
<strong>Het</strong> uiterlijk en de uitstraling <strong>van</strong> de stad had Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong>s bijzon<strong>der</strong>e<br />
belangstelling. Als liefhebber <strong>van</strong> mo<strong>der</strong>ne kunst kon hij <strong>van</strong>af 1954 zijn hart<br />
ophalen, toen hij de cultuurportefeuille kreeg toebedeeld. On<strong>der</strong> zijn beheer werd de<br />
stad veelvuldig opgesierd met beeldhouwwerken, waaron<strong>der</strong> de beeldengroep met<br />
fontein aan het Lucasbolwerk.<br />
Na een aantal ambtstermijnen waarin de wethou<strong>der</strong> loyaal het collegebeleid<br />
steunde in 'gevoelige' kwesties als gebiedsuitbreiding en singeldemping, werd hij in<br />
zijn laatste wethou<strong>der</strong>speriode, <strong>van</strong> 1966 tot 1970, welhaast nog weerspanniger dan<br />
in zijn jeugd. De kraakbeweging en demonstraties <strong>van</strong> jongeren, naar zijn mening<br />
ontstaan door scheefgegroeide maatschappelijke verhoudingen, nam Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong><br />
zeer serieus. In het voorjaar <strong>van</strong> 1970 sprak hij zich uit tégen ontruiming <strong>van</strong> kraakpanden<br />
aan de Oudegracht en in de Stationswijk. In de raad toonde hij zich<br />
ou<strong>der</strong>wets strijdlustig in het debat om de on<strong>der</strong>steuning <strong>van</strong> de twee in de<br />
Jaarbeurshallen gehouden Flight to Lowlands' Paradise popfestivals. Deze wist hij<br />
grotendeels met gemeentegeld te financieren. Ook lanceerde hij vlak voor zijn
pensionering een inspraakplan voor leerlingen dat zo revolutionair was dat zelfs de<br />
progressiefste raadsleden er geen heil in zagen.<br />
In deze periode werd ook een begin gemaakt met de planning <strong>van</strong> een<br />
nieuwe concertzaal als ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> de noodconcertzaal op het Lepelenburg. Van<br />
<strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> stond volledig achter de raadsbeslissing uit 1962 om deze concertzaal aan<br />
de Weg <strong>der</strong> Verenigde Naties te bouwen. Dit met het oog op de door hem voorziene<br />
uitbreiding <strong>van</strong> <strong>Utrechts</strong> centrum tot over het Merwedekanaal. Volgens Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong><br />
moest het Vredenburg een groot plein worden met veel zitjes, bloemen en planten.<br />
In 1966 nam de gemeenteraad echter de beslissing de nieuwe concertzaal toch op<br />
het Vredenburg te bouwen en was <strong>van</strong> een centrumverschuiving geen sprake. <strong>Het</strong> is<br />
opvallend dat de wethou<strong>der</strong> zich in de periode 1968-1970, aan het einde <strong>van</strong> zijn 24jarig<br />
wethou<strong>der</strong>schap, nauwelijks in het openbaar uitsprak over de toen<strong>der</strong>tijd<br />
bestaande controverse over een traditionele concertzaal contra een 'democratisch,<br />
laagdrempelig muziekcentrum'. Persoonlijk was Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> echter <strong>van</strong> mening dat<br />
een traditionele 'eerlijke' concertzaal te verkiezen was boven een multifunctionele<br />
zaal <strong>van</strong>wege de voor klassieke muziek vereiste akoestiek en faciliteiten.<br />
Van <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> maakte een kwart eeuw deel uit <strong>van</strong> het <strong>Utrechts</strong>e<br />
gemeentebestuur, dat in deze periode aan weinig personele veran<strong>der</strong>ingen<br />
on<strong>der</strong>hevig was. Hij was erg ambitieus. Zijn werk kwam op de eerste plaats, tijd voor<br />
zijn gezin schoot er vaak bij in. Velen kozen voor de standvastige principes <strong>van</strong> Van<br />
<strong>der</strong> <strong>Vlist</strong>, die, na eenmaal zelf de keuze gemaakt te hebben, nooit meer scheen te<br />
twijfelen over de richting die hij moest inslaan.<br />
Literatuur<br />
H. Buiter, 'De stad met de mooiste maquettes, plannen voor <strong>Utrechts</strong> centrum en<br />
binnenstad, 1954-1971' in: Jaarboek Oud-Utrecht, 1992, 5-43<br />
H. Buiter, Hoog Catharijne, de wording <strong>van</strong> het winkelhart <strong>van</strong> Ne<strong>der</strong>land (Utrecht,<br />
1993)<br />
A. Graafhuis, De <strong>Utrechts</strong>e heren zeventien (Utrecht, 1984)<br />
L. Mutsaers, Pop Utrecht 1956-1986 (Utrecht 1987)<br />
'Overzicht belangrijke data m.b.t. het werk <strong>van</strong> de wethou<strong>der</strong>s H. <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong>, dr. J.<br />
de Nooij en A.P.G. <strong>van</strong> Koningsbruggen'. Typoscript GAU, bibl. sign. 3057 A<br />
C.J.A. de Ranitz, Utrecht 45-70. Utrecht gedurende een kwart eeuw na de<br />
bezettingstijd (Utrecht, 1970)<br />
Utrecht '68. Uitgave bureau voorlichting gemeente Utrecht, 1969<br />
Van ideaal naar bedrijf. Jubileumboek ter gelegenheid <strong>van</strong> het 30-jarig bestaan <strong>van</strong><br />
het Algemeen bureau voor studie en beroepskeuze H. <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong> (Arnhem, 1992)<br />
N.X.M.M. Vos de Wael, Portret <strong>van</strong> een periode. De Ranitz als burgemeester, 1948-<br />
1970 (Utrecht, 1986)<br />
Oral history<br />
Interviews met bekenden, vrienden en familieleden.<br />
L. <strong>van</strong> <strong>der</strong> <strong>Vlist</strong><br />
[Uit: <strong>Utrechts</strong>e biografieën 1; levensbeschrijvingen <strong>van</strong> bekende en onbekende<br />
Utrechters / red. J. Aalbers [et al.]. – Utrecht, SPOU, z.j.. – p. 178-182]