Belgi: fiscaal paradijs voor Nederlandse ... - Advocatennet
Belgi: fiscaal paradijs voor Nederlandse ... - Advocatennet
Belgi: fiscaal paradijs voor Nederlandse ... - Advocatennet
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
1 Erfrecht, de vuistregels .................................................................................. 2<br />
2 Het wettelijk erfrecht ..................................................................................... 2<br />
2.1 Kader: <strong>voor</strong> de volledigheid: de orde, de graad, de lijn .................................... 3<br />
2.2 Kader: de plaatsvervulling ........................................................................... 3<br />
2.3 Kader: woordenlijst..................................................................................... 4<br />
2.4 Onterving .................................................................................................. 4<br />
2.5 Voorbeelden .............................................................................................. 5<br />
3 Zelf ingrijpen in de verdeling van je nalatenschap .......................................... 6<br />
3.1 Kader: de erfgenamen met een <strong>voor</strong>behouden erfdeel ..................................... 6<br />
3.2 Kader: het beschikbaar deel ......................................................................... 6<br />
3.3 Houd hem tegen ! ....................................................................................... 7<br />
3.4 Het testament ............................................................................................ 8<br />
3.5 Het eigenhandig testament .......................................................................... 8<br />
3.6 Het authentiek of openbaar testament ........................................................... 9<br />
3.7 Het huwelijkscontract .................................................................................. 9<br />
3.8 De schenking ........................................................................................... 10<br />
3.9 De levensverzekering ................................................................................ 10<br />
4 Het erfrecht van de langstlevende echtgenoot ............................................. 11<br />
4.1 Rechten en plichten van de vruchtgebruiker ................................................. 11<br />
4.2 Liever geld of volle eigendom dan vruchtgebruik?.......................................... 11<br />
4.3 Kader: de waarde van vruchtgebruik ........................................................... 12<br />
4.4 De broosheid van het erfrecht van de langstlevende echtgenoot ...................... 13<br />
4.5 Kader: woordenlijst................................................................................... 13<br />
4.6 Kader: de huwelijksgemeenschap / de eigen goederen ................................... 14<br />
4.7 Liever volle eigendom of geld dan blote eigendom? Kunnen kinderen hun deel<br />
opeisen? ................................................................................................. 15<br />
5 Erven zonder risico’s .................................................................................... 15<br />
6 De nalatenschap samenstellen ..................................................................... 17<br />
6.1 Eerlijk onder erfgenamen ........................................................................... 17<br />
6.2 Het snuffelrecht van de erfgenaam .............................................................. 17<br />
7 De nalatenschap verdelen ............................................................................ 18<br />
7.1 minnelijk of gerechtelijk ............................................................................ 18<br />
7.2 K.I. kleiner dan € 1.565: de wet van 16 mei 1900 op de kleine nalatenschappen 18<br />
7.3 Continuïteit van het landbouwbedrijf ........................................................... 19<br />
8 Uitdelen <strong>voor</strong> je overlijden: schenken, ouderlijke verdeling ......................... 19<br />
8.1 Gegeven blijft gegeven? ............................................................................ 19<br />
8.2 Schenken aan wie <strong>voor</strong> je zorgt? ................................................................ 19<br />
8.3 Ouderlijke verdeling .................................................................................. 20<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 1
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
1 Erfrecht, de vuistregels<br />
Erfrecht was eeuwen lang dé manier om aan eigendom en bezittingen te komen.<br />
Vandaag is het erfrecht nog wel belangrijk <strong>voor</strong> je patrimonium, maar je hele hebben en<br />
houden is er niet afhankelijk van, erven is meer een uiting van familiale solidariteit<br />
geworden.<br />
De wetgeving over erfrecht is lang gebruikt om versnippering van kleine<br />
landbouwbedrijven te stoppen, ook om ze leefbaar te houden. Deze bezorgdheid werkt<br />
nog steeds door bij de verdeling van een gemiddelde nalatenschap, bestaand uit een huis<br />
met wat grond. Daar kan één erfgenaam de overname van het geheel tegen<br />
schattingswaarde kan vragen volgens de wet van 16 mei 1900 over de kleine<br />
nalatenschappen of van het geheel of een deel wanneer het gaat om een<br />
landbouwbedrijf, op basis van de wet van 29 augustus 1988 op de erfregeling van<br />
landbouwbedrijven (zie verder).<br />
In onze contreien werd het erfrecht zoals het er nu uitziet pas in grote lijnen opgezet<br />
door de wetgeving van de Franse revolutie (de wet van 17 nivôse jaar II, of 6 januari<br />
1794). Deze wet schafte het <strong>voor</strong>recht van de eerstgeborene en van de man af en voerde<br />
een volstrekte gelijkheid tussen erfgenamen in. Ze verplichtte ze je tot gelijke<br />
behandeling van je nakomelingen, het werd onmogelijk je oogappel onbeperkt te<br />
begunstigen in een testament of met schenkingen. Ook legde ze de erfgenamen op open<br />
te zijn over schenkingen die ze <strong>voor</strong> het overlijden ontvingen. De wet paste in het doel<br />
van de revolutie: de macht van de adel kraken en de gelijkheid onder kinderen<br />
waarborgen.<br />
Aanverwanten, je schoonfamilie dus, erven niet van jou en jij niet van hen als het van de<br />
wet afhangt. Je kunt elkaar binnen de schoonfamilie wel begunstigen met schenkingen of<br />
met een testament, maar als daar niet <strong>voor</strong> gezorgd is speel je geen rol in elkaars<br />
nalatenschap. Alleen bloedverwanten, en naast hen echtgenoten en geadopteerden en<br />
adoptanten erven van elkaar.<br />
2 Het wettelijk erfrecht<br />
In <strong>Belgi</strong>ë is het erfrecht grondig geregeld in het Burgerlijk Wetboek. De meesten onder<br />
ons erven volgens dat wettelijk erfrecht. Het basiserfrecht speelt voluit wanneer de<br />
echtgenoten geen huwelijkscontract opstelden, de echtgenoten geen schenking aan de<br />
langstlevenden lieten opmaken bij de notaris, en ook wanneer de overledene geen<br />
testament opmaakte.<br />
De wettelijke verdeling geldt ook wanneer de overledene tijdens zijn leven schenkingen<br />
heeft uitgedeeld maar niets regelde <strong>voor</strong> na zijn dood, geen testament opstelde dus.<br />
Het erfrecht staat los van de belastingen op wat je erft, los van de successierechten. Die<br />
belastingen komen in een volgend dossier aan bod.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 2
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
2.1 Kader: <strong>voor</strong> de volledigheid: de orde, de graad, de lijn<br />
De orde: de wet bepaalt de volgorde van wie erfgenaam kan zijn. Ze deelt de<br />
erfgenamen in orden in, zijn er erfgenamen in de eerste orde, dan erven de 2de, 3de en<br />
4de orde niets.<br />
Eerste orde: de afstammelingen, kinderen, ook geadopteerde, en<br />
(achter-)kleinkinderen<br />
Tweede orde: de ouders, samen met de broers en zussen en de afstammelingen van<br />
broers en zussen<br />
Derde orde: alle bloedverwanten in de opgaande lijn: ouders, (over-)grootouders<br />
Vierde orde: alle zijverwanten tot in de vierde graad.<br />
Concreet: zijn er kinderen, dan erven de kleinkinderen en de ouders niet.<br />
De graad: is de afstand van bloedverwantschap met de overledene, je berekent de graad<br />
door op te klimmen tot en weer af te dalen naar een gemeenschappelijke <strong>voor</strong>ouder.<br />
Broer en zus staan tot elkaar in de tweede graad. Twee nichten staan tot elkaar in de<br />
vierde graad. Wie binnen een orde het dichtst in graad staat, erft en sluit de personen<br />
verder in graad uit.<br />
De lijn: personen in de rechte lijn stammen van elkaar af; deze in de zijlijn stammen niet<br />
van elkaar, maar van een gemeenschappelijke stamvader of –moeder af.<br />
Bloedverwanten in de zijlijn erven maar tot in de 4de graad.<br />
Voor ingewikkelde nalatenschappen is hulp van een specialist, meestal een notaris vaak<br />
onontbeerlijk om uit te maken wie erft en wie niet, en hoe groot ieders aanspraken zijn.<br />
2.2 Kader: de plaatsvervulling<br />
In het erfrecht heeft iedere erfgenaam zijn vaste plaats; is een erfgenaam al overleden,<br />
dan mag zijn plaats ingenomen worden door zijn erfgenamen, die samen zijn plaats<br />
innemen en zijn deel erven. Deze stoelendans gaat door, tot zelfs verder dan het<br />
zevende knoopsgat in de rechte lijn (ouders-kinderen). Ook <strong>voor</strong> de erfgenamen in de<br />
zijlijn (broers-zussen, ooms-tantes, neven-nichten) werkt plaatsvervulling oneindig door<br />
maar enkel <strong>voor</strong> de afstammelingen van deze erfgenamen.<br />
MA PA<br />
Mia Chantal Frank +<br />
Suzi Eric Emilia Mark Jan<br />
Mark en Jan zullen het deel van hun vader Frank erven wanneer hun grootouders<br />
overlijden. De andere kleinkinderen, Suzi, Eric en Emilia zullen, zolang hun moeder leeft,<br />
niet erven van hun grootouders.<br />
EINDE KADER<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 3
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
2.3 Kader: woordenlijst<br />
Nalatenschap: iemands erfenis<br />
Volle eigendom: blote eigendom plus vruchtgebruik<br />
Blote eigendom, of naakte eigendom is eigenlijk geen term uit de wet. Deze spreekt<br />
alleen maar van “eigendom”. Technisch gezien is blote eigendom = volle eigendom min<br />
vruchtgebruik<br />
Vruchtgebruik: volle eigendom min blote eigendom<br />
Vruchtgebruik is het recht om van een zaak waarvan een ander de eigendom heeft, het<br />
genot te hebben zoals de eigenaar, maar met de verplichting om de zaak zelf in stand te<br />
houden. Vruchtgebruik van een woning is het recht er te wonen, ze te verhuren en de<br />
huur ervan op te strijken. Vruchtgebruik van gelden geeft je recht om de interesten<br />
ervan te innen, van kasbons de opbrengst, van obligaties de coupons. Om een vaag idee<br />
te hebben van de waarde van je vruchtgebruik kun je ze eens berekenen zoals de fiscus<br />
dat doet (zie verder).<br />
Recht van bewoning: is beperkter dan vruchtgebruik. Wie het recht van bewoning heeft<br />
mag dit niet afstaan of verkopen, of de woning verhuren. Hij mag er wel met zijn gezin<br />
gaan wonen, zelfs al was hij niet gehuwd op het moment dat hij het recht van bewoning<br />
bekwam.<br />
2.4 Onterving<br />
Alle erfgenamen staan op gelijke voet. Je moet het al erg bont gemaakt hebben om<br />
onterfd te worden; daar<strong>voor</strong> moet je uitgesloten als onwaardig, en dat ben je zodra je<br />
veroordeeld bent om de overledene te hebben gedood, of daartoe een poging gedaan<br />
te hebben (onopzettelijke slagen of brandstichting volstaan hier<strong>voor</strong> niet, Zelfs<br />
opzettelijke slagen die uiteindelijk de dood <strong>voor</strong> gevolg hebben volstaan niet <strong>voor</strong><br />
onwaardigheid. De rechtbanken moesten dit laatst met spijt vaststellen <strong>voor</strong> een man<br />
die zijn vrouw zo hard toegetakeld had dat zij overleed aan haar verwondingen. Hij<br />
had zelfs geprobeerd het lijk in brand te steken om het weg te krijgen)<br />
de overledene lasterlijk beschuldigd hebt van een feit waarop levenslange opsluiting of<br />
levenslange hechtenis staat<br />
als meerderjarige, wetend wie de overledene omgebracht heeft, daarvan geen<br />
aangifte heeft gedaan. De naaste familie van de doder worden niet onwaardig,<br />
wanneer ze geen aangifte doen van de doodslag op de overledene: zijn (groot-)ouders<br />
of afstammelingen, echtgenoot, broers en zusters, ooms en tantes en neven en<br />
nichten.<br />
Onwaardigheid is niet erfelijk: de afstammelingen van de onwaardige erfgenaam mogen<br />
zijn plaats wel innemen. Meerdere personen kunnen je onterving opeisen: de overledene<br />
zelf in een testament, of de andere erfgenamen.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 4
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
2.5 Voorbeelden<br />
De wettelijke verdeling van de nalatenschap, dit wil zeggen dat er geen testament of<br />
huwelijkscontract meespeelt ziet er als volgt uit in 4 typesituaties:<br />
1. Jan + Lena, gehuwd, 3 gemeenschappelijke kinderen:<br />
Jan overlijdt. Lena behoudt de helft van de huwelijksgemeenschap die al haar eigendom<br />
was, en erft het vruchtgebruik van Jans helft daarvan. Zij erft ook het vruchtgebruik van<br />
Jans eigen goederen, dat wil zeggen wat hij erfde of kreeg vóór of tijdens het huwelijk.<br />
De kinderen erven de naakte eigendom van Jans eigen goederen en van zijn helft in de<br />
huwelijksgemeenschap.<br />
Wanneer Lena op haar beurt overlijdt, worden hun kinderen automatisch volle eigenaars<br />
van Jans nalatenschap en erven zij de volle eigendom van Lena’s nalatenschap. Andere<br />
familieleden komen niet aan bod.<br />
2. Mark + Martina, gehuwd, geen kinderen:<br />
Mark overlijdt. Martina erft de hele huwelijksgemeenschap in volle eigendom, en het<br />
vruchtgebruik van de eigen goederen van Jan.<br />
De naakte eigendom van Marks eigen goederen gaat naar zijn familie: 1/4de <strong>voor</strong> vader,<br />
1/4de <strong>voor</strong> moeder, de overblijvende 1/2de naar broers en zussen. Is Marks moeder al<br />
overleden, dan erft vader 1/4de, broers en zussen 3/4de. Had Mark geen broers of<br />
zussen, dan erven zijn ouders elk de helft. Had hij nog slechts zijn vader in leven, dan<br />
erft de vader 1/2de van de naakte eigendom, de naaste bloedverwanten van<br />
moederskant de andere helft.<br />
Wanneer Martina op haar beurt sterft, dan erft alleen haar familie van haar. Marks familie<br />
wordt automatisch volle eigenares van zijn eigen goederen, nu Martina’s vruchtgebruik<br />
over die eigen goederen uitdooft.<br />
3. Greet, ongehuwd, 1 kind Kobe:<br />
Greet overlijdt. Kobe erft haar volledige nalatenschap in volle eigendom. De andere<br />
familieleden komen er niet aan te pas.<br />
4. Fons, ongehuwd, geen kinderen, geen ouders meer, geen broers of zussen of hun<br />
nakomelingen:<br />
De <strong>Belgi</strong>sche Staat erft zijn hele nalatenschap in volle eigendom.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 5
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
3 Zelf ingrijpen in de verdeling van je nalatenschap<br />
3.1 Kader: de erfgenamen met een <strong>voor</strong>behouden erfdeel<br />
Wie?<br />
1. de langstlevende echtgenoot<br />
2. de kinderen<br />
3. de nakomelingen van de kinderen<br />
Wat?<br />
Je <strong>voor</strong>behouden erfdeel is je portie in de nalatenschap waar je zéker recht op hebt, ook<br />
al heeft de overledene in huwelijkscontract of testament, of met schenkingen andere<br />
personen be<strong>voor</strong>deligd.<br />
Hoe groot is ieders <strong>voor</strong>behouden erfdeel?<br />
1. de langstlevende echtgenoot: het vruchtgebruik van de helft van de nalatenschap, en<br />
minstens het vruchtgebruik van de gezinswoning en het huisraad, ook al overtreft dit<br />
de helft van de nalatenschap. Ondanks dit <strong>voor</strong>behouden erfdeel kun je je echtgenoot<br />
onder strikte <strong>voor</strong>waarden onterven (zie verder over het erfrecht van de langstlevende<br />
echtgenoot).<br />
2. de kinderen:<br />
één kind: 1/2de van de erfenis<br />
twee kinderen: samen 2/3de, dus elk 1/3de<br />
3. kinderen of meer: samen 3/4de van de nalatenschap<br />
De kinderen erven in volle eigendom tenzij ze nog een ouder in leven hebben. Dan erft<br />
de langstlevende ouder het vruchtgebruik en de kinderen slechts de blote eigendom.<br />
Die blote eigendom wordt automatisch volle eigendom bij het overlijden van de<br />
vruchtgebruiker.<br />
3.2 Kader: het beschikbaar deel<br />
De omvang van je speelruimte om je bezittingen uit te delen, het deel waarover je bij<br />
schenking en/of testament vrij kunt beschikken, hangt af van je familiale situatie. De wet<br />
drukt je beschikbaar deel uit in een breukdeel van je nalatenschap:<br />
Je hebt een echtgenoot en kinderen:<br />
1 kind: 1/2de van je nalatenschap in blote eigendom<br />
2 kinderen: 1/3de<br />
3 of meer kinderen: 1/4de<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 6
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
Je bent alleenstaande ouder (weduwe/weduwnaar, echtgescheiden of ongehuwd):<br />
1 kind: 1/2de in volle eigendom<br />
2 kinderen: 1/3de in volle eigendom<br />
3 of meer kinderen: 1/4de in volle eigendom<br />
Je bent ongehuwd zonder kinderen, je ouders leven nog<br />
2 ouders: 1/2de in volle eigendom<br />
1 ouder: 3/4de in volle eigendom<br />
EINDE KADER<br />
Je kunt de verdeling van je bezittingen na je overlijden op verschillende manieren zélf<br />
vorm geven, bij<strong>voor</strong>beeld met een testament, met schikkingen tussen echtgenoten, met<br />
een huwelijkscontract en met levensverzekeringen.<br />
Eén grote beperking weegt op dit vrij regisseren: je kunt aan de erfgenamen met een<br />
<strong>voor</strong>behouden erfdeel, dat zijn alleen je echtgenoot en je nakomelingen hun deel niet<br />
afnemen. Erfgenamen die zich onwaardig gedragen hebben (zie hoger) kun je in een<br />
testament onterven. Onder bepaalde <strong>voor</strong>waarden kun je in een testament ook je<br />
echtgenoot onterven (zie hoger).<br />
3.3 Houd hem tegen !<br />
Als kind en ook als echtgenoot ben je een erfgenaam met een <strong>voor</strong>behouden erfdeel.<br />
Zolang de persoon van wie je gaat erven (ouder, echtgenoot) nog leeft, kun je helemaal<br />
niets ondernemen wanneer deze zijn bezittingen aan het uitdelen is. Je weet in principe<br />
immers nooit op <strong>voor</strong>hand hoe groot zijn nalatenschap zal zijn, en of zijn schenkingen<br />
een hap uit jouw <strong>voor</strong>behouden deel nemen. Je kan pas nà het overlijden aan de<br />
begunstigde vragen wat hij/zij kreeg in te brengen in de nalatenschappen. Gingen de<br />
schenkingen naar erfgenamen, dan kun je vragen dat hun erfdeel ingekort wordt met het<br />
deel van de schenking dat het beschikbaar deel overschrijdt.<br />
Voorbeelden:<br />
Jan en Lena zijn gehuwd en hebben drie kinderen. Lena’s moeder is overleden, haar<br />
vader leeft nog.<br />
1) Lena’s vader deelt wat hij overhoudt van zijn pensioen uit aan zijn<br />
lievelingskleinkinderen, niet aan haar kinderen. Eén kleinkind laat hij zelfs gratis wonen<br />
in een huis dat hem toebehoort. Lena kan zich daar niet tegen verzetten.<br />
2) Lena’s vader deelt spaargelden die hij samen met moeder bezat uit. Hier kan Lena wél<br />
actie ondernemen en de rechtbank vragen een notaris aan te stellen om inventaris te<br />
maken van alle goederen die moeder toebehoorden en waarvan vader als langstlevende<br />
echtgenoot slechts het vruchtgebruik heeft, de kinderen de naakte eigendom.<br />
Je kunt je wel verzetten tegen schenkingen door je echtgenoot; hij mag geen zaken<br />
wegschenken wanneer hij daardoor de belangen van het gezin in gevaar brengt. Je kunt<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 7
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
de nietigverklaring van deze schenking vragen binnen het jaar nadat je er kennis van<br />
kreeg.<br />
3.4 Het testament<br />
Het is logisch dat <strong>voor</strong>al alleenstaanden zonder kinderen zoals Fons baat hebben bij het<br />
opmaken van een testament; stelt hij er geen op, dan gaan zijn bezittingen integraal<br />
naar de <strong>Belgi</strong>sche Staat. Niet dat je de staat niets gunt, maar die krijgt al een portie<br />
onder de vorm van successierechten.<br />
Ook <strong>voor</strong> gehuwden, met of zonder kinderen, kan een testament nuttig zijn: je kunt met<br />
een testament je eigen goederen toewijzen aan een bepaalde persoon of instelling, of<br />
vereniging. Je kan ook aan een erfgenaam vragen een bepaalde som of een bepaald<br />
<strong>voor</strong>werp te bezorgen aan een persoon of instelling die je aanwijst, vrij van<br />
successierechten. Dit noemt men een duolegaat. Zodra het een beetje complex wordt,<br />
kan je best je ontwerptestament laten nakijken door een notaris.<br />
Gehuwden kunnen in hun testament een regeling treffen <strong>voor</strong> het geval ze op hetzelfde<br />
moment zouden overlijden, zo kan je in je testament een vertrouwenspersoon aanwijzen<br />
die je testament zal uitvoeren.<br />
Er zijn drie soorten testament worden het vaakst gebruikt: het eigenhandig testament,<br />
het notarieel of authentiek testament en het internationaal testament. Vooral notariële<br />
testamenten duiken op, een internationaal testament haast nooit en eigenhandige<br />
testamenten zijn er ook wel maar kunnen vaak niet uitgevoerd worden omdat ze fout<br />
opgesteld zijn, tegenspraken bevatten of onuitvoerbaar zijn..<br />
3.5 Het eigenhandig testament<br />
Je schrijft het eigenhandig (niet tikken, niet afdrukken van internet, zélf schrijven) en je<br />
houdt de tekst eenvoudig: “Dit is mijn testament. Ik laat al mijn bezittingen na aan mijn<br />
echtgenoot en mijn kinderen. Ik vraag ze wel mijn piano te bezorgen aan Eline, de oude<br />
bibliotheekkast aan Karel en alle juridische boeken aan Hilde. De platen, CD’s en DVD’s<br />
die ze niet willen houden gaan naar Ria.<br />
Opgemaakt te Leuven op 20 januari 2007 – en je plaatst je handtekening”.<br />
Je kunt aan bepaalde legaten uitdrukkelijke <strong>voor</strong>waarden verbinden: “ik laat mijn huis na<br />
aan mijn dochter op <strong>voor</strong>waarde dat zij er zelf woont. Doet zij dat niet, dan moet zij het<br />
ter beschikking stellen van het gezin X, dat het eveneens zelf moet bewonen. Gebeurt<br />
dat niet, dan wens ik dat mijn huis door de VZW Opvang asielzoekers aangewend wordt<br />
<strong>voor</strong> de opvang van asielzoekers met kinderen, of van onbegeleide kinderen zonder<br />
papieren in ons land”.<br />
Je mag geen testament opmaken met zijn tweeën, alleen jouw geschrift en handtekening<br />
mag op het papier prijken, schrijft je echtgenoot/partner/vriend er een eigen tekst op,<br />
zelfs al is het maar “<strong>voor</strong> akkoord”, dan is je testament nietig.<br />
Een eigenhandig testament kun je gewoon in je portefeuille bewaren of afgeven aan de<br />
persoon die je begunstigt. Je loopt dan wel het risico het te verliezen of dat ontevreden<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 8
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
erfgenamen het verdonkeremanen. Dat <strong>voor</strong>kom je door je testament door een notaris te<br />
laten registreren in het Centraal Register <strong>voor</strong> testamenten (CRT), gehouden door het<br />
<strong>Belgi</strong>sche Notariaat. In het CRT worden alle huwelijkscontracten en testamenten<br />
geregistreerd. De tekst van je testament blijft strikt geheim tot aan je overlijden.<br />
Wanneer je sterft, kunnen je erfgenamen met je overlijdensakte bij eender welke notaris<br />
gaan informeren of je een testament had opgemaakt en bij welke notaris je het in<br />
bewaring gaf. Het CRT noteert je naam, de naam van de notaris en de datum. Kostprijs<br />
van de registratie, en van de raadpleging van het register na overlijden: telkens € 17.<br />
3.6 Het authentiek of openbaar testament<br />
De notaris noteert je wensen en laat het testament ondertekenen door twee getuigen die<br />
zo bevestigen dat de tekst wel degelijk door jou gedicteerd werd, en dat je er gezond van<br />
geest uitzag. Dit testament is een notariële akte, het wordt op het bestuur van de<br />
registratie van de fod financiën geregistreerd, en ook bij het CRT. Kostprijs: € 200.<br />
Raadpleging na overlijden is mogelijk <strong>voor</strong> elke persoon die een belang kan aantonen<br />
(een begunstigde of een onterfde erfgenaam).<br />
Een testament is soepel, je kan het altijd wijzigen: met elk nieuw testament kun je wat<br />
je in de vorige tekst opheffen helemaal of <strong>voor</strong> een deel veranderen. Je kan ook een<br />
notarieel testament nadien wijzigen door een eigenhandig testament . Je kunt een<br />
testament herroepen, net zoals een schenking (zie verder).<br />
Een testament heeft wel zijn beperkingen: met een testament kun je de schikkingen van<br />
je huwelijkscontract niet veranderen.<br />
3.7 Het huwelijkscontract<br />
Daarin kunnen Jan en Lena elkaar een groter aandeel in de huwelijksgemeenschap<br />
toekennen dan de helft die de wet <strong>voor</strong>ziet.<br />
Personen die gaan huwen en van wie er één minstens één kind heeft van vóór het<br />
huwelijk, kunnen in hun huwelijkscontract afstand doen van hun erfrecht. De<br />
langstlevende echtgenoot blijft in dat geval nog steeds het minimum erven, namelijk het<br />
vruchtgebruik van de gezinswoning en van het daarin aanwezige huisraad. Deze<br />
mogelijkheid om via een huwelijkscontract de niet-gemeenschappelijke kinderen te<br />
beschermen tegen een uitgebreid erfrecht van de langstlevende echtgenoot uit het<br />
tweede huwelijk van hun ouder bestaat sinds de wet van 22 april 2003, beter gekend als<br />
de “wet Valkeniers”.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 9
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
Alwat je na je overlijden extra aan je echtgenoot wil geven, kun je al in je<br />
huwelijkscontract schrijven. Twee versies komen vaak <strong>voor</strong>:<br />
1) je geeft je echtgenoot het recht iets bepaalds <strong>voor</strong>af uit je nalatenschap te nemen,<br />
bij<strong>voor</strong>beeld een geldsom, bepaalde goederen in natura (de mobilhome of caravan), een<br />
stuk grond (= een beding “van <strong>voor</strong>uitmaking”)<br />
2) je geeft je echtgenoot een groter deel van de huwelijksgemeenschap. Wettelijk gezien<br />
heeft hij recht op de helft, in je huwelijkscontract kun je hem jouw deel alles in volle<br />
eigendom toewijzen (= een beding van ongelijke verdeling van het gemeenschappelijk<br />
vermogen, of een “verblijvingsbeding” als je de hele gemeenschap toewijst).<br />
Een huwelijkscontract kan je niet op je eentje herroepen, je kunt het alleen in onderling<br />
akkoord veranderen, een notariële akte is daar<strong>voor</strong> nodig. Op deze regel geldt één<br />
enkele uitzondering: als je echtgenoot een kind in overspel krijgt (als vrouw, de<br />
biologische vader die niet je echtgenoot is heeft het erkend) of erkent (als man heb je<br />
een kind erkend bij een vrouw die niet je echtgenote is), verlies hij/zij zonder enige<br />
formaliteit alle <strong>voor</strong>delen uit het huwelijkscontract. Als buitenhuwelijkse ouder behoud je<br />
die <strong>voor</strong>delen slechts als je echtgenoot je vergeeft en dat bij de notaris laat akteren. Prijs<br />
van een huwelijkscontract: gewoon € 200, als er een onroerend goed mee gemoeid is €<br />
300.<br />
Je huwelijkscontract wijzigen kost € 300.<br />
3.8 De schenking<br />
In het eerste Milonummer verscheen een artikel over de schenking. Een schenking moet<br />
<strong>voor</strong> de notaris gebeuren om geldig te zijn, je betaalt er dan schenkingsrechten op maar<br />
wanneer de schenker overlijdt geen successierechten meer. Je kunt ook zonder notaris<br />
en zonder schenkingsrechten schenken onder de vorm van een handgift, alwat je van<br />
hand tot hand kunt geven, geen huizen of gronden dus, wel gelden of <strong>voor</strong>werpen.<br />
3.9 De levensverzekering<br />
Sinds de wet op de Landverzekering van 1992 moeten <strong>voor</strong>delen die derden (bv. je<br />
samenwonende partner, je beste vriend) uit een levensverzekeringscontract niet meer<br />
ter sprake komen in de nalatenschap indien de premies die je er<strong>voor</strong> betaalt niet<br />
buitensporig hoog waren in verhouding tot je inkomen of levensstandaard.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 10
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
4 Het erfrecht van de langstlevende echtgenoot<br />
Het erfrecht van de langstlevende echtgenoot staat pas vanaf 14 mei 1981 in de wet.<br />
Wie zijn echtgenoot wilde beveiligen moest tot dan toe diens rechten vastleggen in het<br />
huwelijkscontract of in een testament. Voor 3/4de van de oude huwelijkscontracten was<br />
dat het enige doel. Sedert 1981 erft de langstlevende echtgenoot (zonder<br />
huwelijkscontract of testament die zijn rechten uitbreiden) het vruchtgebruik van de hele<br />
nalatenschap van de andere.<br />
Jan en Lena, gehuwd zonder huwelijkscontract, hebben drie kinderen. Jan en Lena erven<br />
van elkaar het vruchtgebruik van de hele nalatenschap van de eerststervende. In een<br />
huwelijkscontract, een testament of een gift tussen echtgenoten kunnen ze dat erfrecht<br />
uitbreiden met het beschikbaar deel (zie kader hoger).<br />
4.1 Rechten en plichten van de vruchtgebruiker<br />
Een vruchtgebruiker mag alle vruchten van de zaak plukken, zijn recht zelfs verhuren of<br />
verkopen. Hij heeft geen recht op een vergoeding <strong>voor</strong> de verbeteringen die hij aan het<br />
goed aanbrengt, ook al is de waarde van het goed daardoor vermeerderd. Eindigt je<br />
vruchtgebruik dan mag je wel de spiegels, schilderijen en andere versieringen die je hebt<br />
aangebracht wegnemen maar je moet alles in de oorspronkelijke staat herstellen.<br />
Een knelpunt tussen vruchtgebruiker en blote eigenaar zijn de herstellingen aan het<br />
goed. De vruchtgebruiker van een woning bij<strong>voor</strong>beeld moet alleen <strong>voor</strong> de herstellingen<br />
tot onderhoud zorgen, bijna zoals een huurder. De blote eigenaar van zijn kant moet<br />
alleen zorgen <strong>voor</strong> de grove herstellingen. Grove herstellingen, zegt de wet, zijn die van<br />
zware muren en gewelven, de hernieuwing van balken en hele daken, dus zeker niet het<br />
vervangen van een versleten linoleum-vloerbedekking, van gaten in een planken vloer of<br />
van een gebarsten wastafel. Bovendien zegt de wet uitdrukkelijk dat wat door ouderdom<br />
instort of vernield is door vruchtgebruiker noch door blote eigenaar opnieuw opgebouwd<br />
moet worden. Je kunt je <strong>voor</strong>stellen dat er discussie kan ontstaan over vervanging van<br />
de boiler, herstellen van een omgevallen schouw, van een half weggerotte garagepoort,<br />
van een lekke stookolietank …<br />
Een uitweg bestaat erin als vruchtgebruiker de kosten <strong>voor</strong>schieten, en de terugbetaling<br />
van die kosten of van de meerwaarde die ze schiepen terugeisen op het moment van de<br />
verkoop van het goed.<br />
4.2 Liever geld of volle eigendom dan vruchtgebruik?<br />
Zowel de langstlevende echtgenoot als de kinderen kunnen de omzetting van het<br />
vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot in volle eigendom of in geld vragen.<br />
Wanneer een langstlevende echtgenoot erft samen met kinderen kan geen van beide<br />
partijen de omzetting van het vruchtgebruik of van de blote eigendom in volle eigendom<br />
of geld eisen.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 11
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
In de praktijk komt die omzetting weinig <strong>voor</strong>. Gesprekken hierover leiden meestal tot<br />
een akkoord over de verkoop van het huis waarop het vruchtgebruik rust, waarna de<br />
opbrengst verdeeld wordt.<br />
De kinderen uit een vorige relatie zijn door de wet beschermd. Erft de langstlevende<br />
echtgenoot met kinderen uit het vorig huwelijk van de eerststervende, dan wordt de<br />
langstlevende geacht, <strong>voor</strong> de berekening van de waarde van zijn vruchtgebruik, 20 jaar<br />
ouder te zijn dan het jongste kind. Wat de wet wilde <strong>voor</strong>komen was bij<strong>voor</strong>beeld deze<br />
situatie:<br />
Carine is 40, gescheiden, ze heeft twee zonen van 14 en 16 en hertrouwt met Nico, die<br />
geen bezittingen heeft, 24 is en bij haar is komen inwonen. Zij overlijdt, de zonen willen<br />
graag in het huis blijven maar Nico vraagt het te mogen overnemen. Omdat hij zo jong<br />
is, is de waarde van zijn vruchtgebruik die berekend wordt op zijn levensverwachting,<br />
erg groot en de waarde van de blote eigendom die hij zou moeten uitbetalen aan Carines<br />
zonen laag, Nico zou ze dus <strong>voor</strong> een peulschil uitkopen. De wet doet de waarde van zijn<br />
vruchtgebruik krimpen: zij maakt hem 20 jaar ouder dan de jongste zoon, dus 36,<br />
leeftijd waarop de waarde van het vruchtgebruik berekend moet worden.<br />
4.3 Kader: de waarde van vruchtgebruik<br />
Je kunt <strong>voor</strong> de waardebepaling van een vruchtgebruik wat inspiratie vinden bij de fiscus.<br />
De fiscus bepaalt de waarde van een vruchtgebruik <strong>voor</strong> de successierechten op 4 % van<br />
de verkoopwaarde ervan, vermenigvuldigd met een cijfer dat afhangt van de leeftijd van<br />
de vruchtgebruiker:<br />
20 jaar of jonger<br />
fiscale waarde van het<br />
vruchtgebruik van de<br />
blote eigendom<br />
18<br />
20-30 jaar 17<br />
30-40 jaar 16<br />
40-50 jaar 14<br />
50-55 jaar 13<br />
55-60 jaar 11<br />
60-65 jaar 9,5<br />
65-70 jaar 8<br />
70-75 jaar 6<br />
75-80 jaar 4<br />
Ouder dan 80 jaar 2<br />
Andere waardemeters kunnen zijn: de huurwaarde, de levensverwachting van de<br />
vruchtgebruiker volgens recente sterftetafels, de reële en potentiële opbrengst, enz.<br />
EINDE KADER<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 12
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
Aandacht aandacht: Het is goed mogelijk dat de erfrechten <strong>voor</strong> de langstlevende<br />
echtgenoot uitgebreid worden naar de wettelijk samenwonende partner. Minister<br />
Onkelinx legde daarover een wetsontwerp neer in mei 2006, het werd door de Kamer<br />
goedgekeurd op 11 januari 2007 (vind het document op www.dekamer.be, onder<br />
nummer 2514, de goedgekeurde versie heet P512414 “wetsontwerp tot wijziging, wat de<br />
regeling van het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende betreft, van het<br />
Burgerlijk Wetboek en van de wet van 29 augustus 1988 op de erfregeling inzake<br />
landbouwbedrijven met het oog op het bevorderen van de continuïteit”).<br />
Het wetsontwerp wordt wellicht nog onderzocht in de Senaat; wordt het een wet, dan<br />
gebeurt dit ten laatste tegen einde april 2007.<br />
4.4 De broosheid van het erfrecht van de langstlevende echtgenoot<br />
4.4.1 Je echtgenoot kan je onterven<br />
Een bloedverwant kan je pas onterven na zeer schofterig en moorddadig gedrag (zie<br />
hoger).<br />
Als langstlevende echtgenoot kan je jammer genoeg in alle onschuld van je erfdeel<br />
beroofd worden, zonder dat je één fout moet ten laste gelegd worden. Je riskeert een<br />
“schuldloze” onterving door je echtgenoot als drie <strong>voor</strong>waarden vervuld zijn: 1) je<br />
echtgenoot heeft bij een rechter gevraagd apart te mogen gaan wonen, 2) je woont 6<br />
maand apart (= feitelijk gescheiden), en je echtgenoot maakte een testament waarin hij<br />
jou onterft.<br />
4.4.2 Ook je kinderen kunnen je erfrecht als langstlevende echtgenoot in vraag stellen<br />
Wanneer een langstlevende echtgenoot geheel of gedeeltelijk ontzet werd uit het<br />
ouderlijk gezag kunnen zijn kinderen de rechtbank vragen dat hij geheel of gedeeltelijk<br />
van zijn erfrecht uitgesloten wordt. Hetzelfde geldt wanneer hij wegens kennelijk<br />
wangedrag uitgesloten werd uit de voogdij. Deze mogelijkheid bestaat pas sedert de wet<br />
van 13 april 1995 die het recht van ouders op respect van hun kinderen uitbreidde naar<br />
het recht van kinderen op respect van hun ouders.<br />
4.5 Kader: woordenlijst<br />
Huwelijk: instituut waar je met 2 instapt door een officiële verklaring bij de ambtenaar<br />
van de burgerlijke stand.<br />
Homohuwelijk: huwelijk tussen personen van hetzelfde geslacht. Rechten en plichten zijn<br />
dezelfde als in een gewoon huwelijk.<br />
Huwelijkscontract: moet altijd opgemaakt worden bij een notaris, ofwel vóór je huwelijk.<br />
Je kan het tijdens het huwelijk wijzigen, je echtgenoot moet natuurlijk akkoord gaan.<br />
Gift tussen echtgenoten: wordt vastgelegd in een notariële akte, dat kan het<br />
huwelijkscontract zijn, of een aparte akte. De gift kan alleen gaan over d eeigen<br />
goederen.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 13
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
Feitelijke scheiding tussen echtgenoten: elk op een apart adres wonen is genoeg; om de<br />
feitelijke scheiding te bewijzen is het handig apart gedomicilieerd te zijn.<br />
Wettelijke samenwonenden: twee personen die samenwonen en over hun samenwoonst<br />
een officiële verklaring hebben afgelegd bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van<br />
hun gemeente.<br />
Samenwoningscontract: is een contract dat samenwoners afsluiten onderling of bij de<br />
notaris, en waarin zij hun afspraken vastleggen. Een samenwoningscontract vereist geen<br />
wettelijke samenwoonst, gewoon samenwonen is genoeg.<br />
Gewoon samenwonenden: 2 (of meer) personen die gewoon op hetzelfde adres wonen<br />
en samen een huishouden vormen? Hun statuut is alleen belangrijk <strong>voor</strong> de<br />
successierechten CHECK die na één jaar samenwonen even laag zijn als <strong>voor</strong> gehuwden.<br />
EINDE KADER<br />
4.6 Kader: de huwelijksgemeenschap / de eigen goederen<br />
Het wettelijk stelsel geldt<br />
<strong>voor</strong> Jan & Lena gehuwd zonder contract, zowel als<br />
<strong>voor</strong> Michel en Suzanne gehuwd met een contract van wettelijke gemeenschap, of van<br />
gemeenschap van aanwinsten<br />
Zij vallen onder het “wettelijk stelsel”. Dat betekent dat ze drie potjes hebben:<br />
één potje zijnde de huwelijksgemeenschap met al wat ze verwerven vanaf de datum van<br />
het huwelijk en de schulden aangegaan <strong>voor</strong> de huishouding en de gemeenschappelijke<br />
bezittingen, en twee potjes, <strong>voor</strong> elk één met hun eigen goederen.<br />
Eigen goederen zijn grosso modo wat Jan en Lena en Michel en Suzanne al vٕóór het<br />
huwelijk vergaard hadden, bv. Jans spaarboek, Lena’s meubeltjes, Michels sportwagen<br />
en Suzannes schilderijen, en wat ze tijdens het huwelijk krijgen (schenkingen) of erven.<br />
Een huwelijkscontract kan afwijken van het wettelijk stelsel; ofwel schept het<br />
méér gemeenschap (een stelsel van algehele gemeenschap van alle goederen, dus ook<br />
van de goederen van <strong>voor</strong> het huwelijk en van wat tijdens het huwelijk door elke<br />
echtgenoot geërfd of gekregen wordt), ofwel helemaal geen gemeenschap bij een stelsel<br />
van volstrekte scheiding van goederen. Bij scheiding van goederen zijn alle goederen van<br />
de echtgenoten eigen.<br />
EINDE KADER<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 14
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
4.7 Liever volle eigendom of geld dan blote eigendom?<br />
Kunnen kinderen hun deel opeisen?<br />
Hebben de echtgenoten geen huwelijkscontract opgesteld en elkaar geen gift gedaan,<br />
dan erven de kinderen van zijn nalatenschap de blote eigendom, en Lena het<br />
vruchtgebruik daarvan. De kinderen kunnen vragen dat hun langstlevende ouder zijn<br />
vruchtgebruik “omzet”, dat wil zeggen hun <strong>voor</strong> de blote eigendom een geldsom of een<br />
rente geeft. Voor de omzetting van de blote eigendom van de gezinswoning in geld moet<br />
de langstlevende echtgenoot akkoord gaan.<br />
De kinderen kunnen aan de langstlevende ouder vragen hun naakte eigendom uit te<br />
betalen op het moment dat hij of zij de echtelijke woonst verkoopt om een kleinere<br />
woning, een appartement bij<strong>voor</strong>beeld, aan te kopen. De langstlevende ouder zal hun<br />
dat niet kunnen weigeren.<br />
Echtgenoten sloten vóór de wet van 1981 al eens een contract van “wie langst leeft, al<br />
heeft”. Dat betekent dat, wanneer Jan sterft, Lena de hele huwelijksgemeenschap in<br />
volle eigendom erft en de kinderen dus niets erven tot wanneer ook hun moeder Lena<br />
overlijdt. Die clausule beveiligt de langstlevende echtgenoot tegen de kinderen.<br />
5 Erven zonder risico’s<br />
Opgelet <strong>voor</strong> de schuldeisers<br />
Je bent niet verplicht een nalatenschap dadelijk zonder meer te aanvaarden, maar eens<br />
je aanvaard hebt kun je niet meer terug.<br />
Ben je beducht <strong>voor</strong> de schulden van de overledene, dan kun je zijn nalatenschap<br />
aanvaarden onder <strong>voor</strong>behoud van boedelbeschrijving, dat wil zeggen in afwachting van<br />
een inventaris, of ze radicaal verwerpen. Doe ondertussen niets dat <strong>voor</strong> de schuldeisers<br />
de schijn geeft dat je de nalatenschap aanvaardt, dat je je gedraagt als erfgenaam en<br />
dus <strong>voor</strong> hen aanspreekbaar bent. Als erfgenaam ben je immers verplicht de schulden<br />
van de overledene te betalen in verhouding tot je aandeel in de erfenis.<br />
Wat mag je niet doen om de schijn te wekken dat je de nalatenschap aanvaardt? De<br />
woning van de overledene leeghalen, zijn meubels verkopen of naar de kringloopwinkel<br />
brengen. Je mag geen geld afhalen van zijn bankrekeningen, zelfs geen kleine bedragen,<br />
je mag geen onroerende goederen in bezit nemen. Ook niet-dringende schulden, zoals<br />
onroerende <strong>voor</strong>heffing van een onroerend goed uit de nalatenschap, laat je beter<br />
onbetaald liggen.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 15
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
Wat mag je wél doen? Acties waardoor je de schulden beperkt en ieders belangen<br />
veiligstelt:<br />
de aangifte van de nalatenschap (mee-)ondertekenen<br />
dringende schulden betalen: de begrafeniskosten, ereloon van de arts<br />
je mag de huur opzeggen, het water, de gas en de elektriciteit afsluiten<br />
contracten met kabelTV, internet en telefoon opzeggen<br />
bederfbare goederen (inhoud van de diepvriezer)verkopen<br />
goederen verkopen waarvan de bewaring veel kosten met zich brengt (een voertuig<br />
dat in een gehuurde garage gestald is, een boot die in gehuurde hangar staat)<br />
verkopen.<br />
Bij al deze handelingen vermeld je duidelijk dat je ofwel de nalatenschap slechts<br />
aanvaardt onder <strong>voor</strong>behoud van boedelbeschrijving, ofwel de nalatenschap al verworpen<br />
hebt. Zo kan er geen misverstand met de schuldeisers ontstaan.<br />
Over de aanvaarding, “onder <strong>voor</strong>behoud van boedelbeschrijving” leg je een verklaring af<br />
op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg van de plaats van het overlijden. Je<br />
neemt mee een uittreksel van de overlijdensakte, je identiteitskaart en betaalt een<br />
rolrecht van € . Je verklaring verschijnt in het <strong>Belgi</strong>sch Staatsblad (gratis <strong>voor</strong> iedereen<br />
toegankelijk op www. belgischstaatsblad.be). De schuldeisers van de overledene krijgen<br />
drie maand om zich met een aangetekende brief met hun vordering aan te melden. Je<br />
maakt dan eerst een (onderhandse of notariële) inventaris van de hele nalatenschap op.<br />
Na de drie maanden, of nadat de inventaris rond is als dat tijdstip vroeger valt, heb je<br />
veertig dagen tijd om je te beraden over wat je doen: aanvaarden of verwerpen. Je<br />
aanvaardt de nalatenschap definitief eens je zeker bent dat de balans van actief en<br />
passief positief uitpakt, zoniet moet je ze gaan verwerpen.<br />
De nalatenschap verwerpen doe je door een verklaring af te leggen op de griffie van de<br />
rechtbank van eerste aanleg van de plaats van het overlijden, je biedt je aan met een<br />
uittreksel van de overlijdensakte en je identiteitskaart, en betaalt er een rolrecht van €?.<br />
Voor het verwerpen van een nalatenschap heb je dertig jaar de tijd. Je kan binnen<br />
diezelfde termijn van 30 jaar terugkomen op je eerdere verwerping, op <strong>voor</strong>waarde dat<br />
de nalatenschap ondertussen niet door andere erfgenamen aanvaard is.<br />
Het verwerpen van de nalatenschap ontslaat je niet van de betaling van<br />
begrafeniskosten. Hetzelfde geldt <strong>voor</strong> de kosten <strong>voor</strong> de verpleging en de opname in het<br />
ziekenhuis die het overlijden onmiddellijk <strong>voor</strong>afgingen, je onderhoudsplicht blijft bestaan<br />
tegenover je echtgenoot en bloedverwanten in rechte lijn (zie verder).<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 16
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
6 De nalatenschap samenstellen<br />
6.1 Eerlijk onder erfgenamen<br />
De be<strong>voor</strong>rechte erfgenaam (zie kader wie dat is) heeft twee mechanismen die zijn<br />
<strong>voor</strong>behouden erfdeel beveiligen:<br />
1) de “inkorting”: wanneer de overledene meer heeft weggeschonken dan zijn<br />
beschikbaar deel, kan de be<strong>voor</strong>rechte erfgenaam aan eender welke begunstigde (niet<br />
alleen aan een andere erfgenaam) vragen terug te geven wat hij teveel ontving boven<br />
het beschikbaar deel (zie in de kader hoeveel dat is)<br />
2) de “inbreng”: elke erfgenaam moet opgeven wat hij vóór het overlijden kreeg. Een<br />
aantal schenkingen moet je niet inbrengen: de kosten van voeding, onderhoud, van het<br />
aanleven van een ambacht, van uitrusting, de kosten van een bruiloft en de normale<br />
geschenken. Wat je wél moet inbrengen is wat je kreeg “om je een stand te verschaffen”<br />
(bv. je eerste auto, meubels, appartement), en wat je kreeg in je huwelijkscontract. Ga<br />
je erven van je ouders, dan zijn ook de giften aan jouw kinderen vrijgesteld van inbreng.<br />
Blijkt de schenking kleiner dan het beschikbaar deel, dan mag je ze behouden; is ze<br />
groter, dan moet hij wat hij teveel kreeg aan de nalatenschap afstaan.<br />
Wat moet je precies inbrengen?<br />
je kreeg een kapitaal: het kapitaal zelf, en de interesten en vruchten ervan vanaf het<br />
overlijden<br />
je kreeg een onroerend goed (grond of huis): de grond of het huis zelf, aan de waarde<br />
bij het overlijden<br />
De sanctie wanneer je vergeet in te brengen:<br />
Een erfgenaam die goederen uit de nalatenschap heeft weggemaakt of verborgen<br />
gehouden, verliest zijn aanspraak daarop.<br />
6.2 Het snuffelrecht van de erfgenaam<br />
Als erfgenaam mag je aan de bank alle informatie vragen over de tegoeden en<br />
bankrekening van de overledene, en als het opzoeken technisch mogelijk is, over alle<br />
bewegingen in deze gelden over de laatste 5 jaar.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 17
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
7 De nalatenschap verdelen<br />
7.1 minnelijk of gerechtelijk<br />
Het Burgerlijk Wetboek (art. 815) zegt dat niemand verplicht is in onverdeeldheid te<br />
blijven. Elke erfgenaam kan de verdeling van de nalatenschap vragen. Meestal proberen<br />
erfgenamen er onder elkaar uit te geraken: men palavert tot er een minnelijke regeling<br />
uit de bus komt. Zit er in de nalatenschap een onroerend goed, dan heeft men een<br />
notaris nodig om de verdeling te regelen. Komen erfgenamen overeen, dan kan alles bij<br />
één notaris gebeuren. Zit er een kink in de kabel, dan verwachten erfgenamen ten<br />
onrechte dat de notaris die zij spontaan geraadpleegd hebben na het overlijden de zaak<br />
wel zal oplossen. Dat kan hij/zij niet, alleen een notaris die aangesteld is door de<br />
rechtbank op vraag van een erfgenaam kan knopen doorhakken, kavels samenstellen<br />
<strong>voor</strong> de erfgenamen en wanneer nodig onroerende goederen verkopen en de opbrengst<br />
ervan verdelen.<br />
Recent is de mogelijkheid geschapen om de rechtbank te vragen een bemiddelaar in<br />
familiezaken aan te stellen.<br />
7.2 K.I. kleiner dan € 1.565: de wet van 16 mei 1900 op de kleine<br />
nalatenschappen<br />
Wanneer een nalatenschap onroerende goederen bevat die, <strong>voor</strong> het geheel of <strong>voor</strong> een<br />
deel, een K.I. hebben lager dan € 1.565, dan gelden <strong>voor</strong> de verdeling daarvan speciale<br />
regels:<br />
de langstlevende echtgenoot met een minderjarig kind, mag aan de vrederechter<br />
vragen het vruchtgebruik behouden tot dit kind meerderjarig is;<br />
bepaalde erfgenamen hebben het recht te vragen het onroerend goed met zijn<br />
meubels, landbouwmateriaal, dieren, grondstoffen en beroeps<strong>voor</strong>werpen in zijn<br />
geheel over te nemen tegen schattingswaarde, hun rangorde staat in de wet:<br />
1° de langstlevende echtgenoot<br />
2° de afstammeling aangewezen door de overledene<br />
3° de afstammeling die tot aan het overlijden op regelmatige en <strong>voor</strong>tdurende wijze in<br />
het bedrijf meewerkte, zelfs zonder het huis te bewonen<br />
4° de afstammeling die tot aan het overlijden met de overledene of zijn echtgenoot<br />
het huis bewoonde en hem hulp en bijstand verschafte<br />
5° de afstammeling die bij het overlijden het huis bewoont<br />
6° de afstammeling die door de meerderheid wordt aangewezen of, als er geen<br />
meerderheid is, uitgeloot wordt.<br />
De kandidaat-overnemers kunnen de vrederechter vragen één of meer schatters aan te<br />
wijzen. De overnemer moet het overgenomen goed minstens 5 jaar behouden. Hij moet<br />
het binnen de drie maanden na de overname en gedurende vijf jaren na de akte van<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 18
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
overname persoonlijk betrekken en exploiteren. De sanctie hierop is een extrabetaling<br />
aan de anderen van 20 % van de prijs van de overname.<br />
7.3 Continuïteit van het landbouwbedrijf<br />
Voor landbouwbedrijven geldt een specifieke erfregeling <strong>voor</strong> het bevorderen van hun<br />
continuïteit, zonder dat hun K.I. ter sprake komt. Ze is vastgelegd in de wet van 29<br />
augustus 1988, en gelijkt sterk op de wet over de kleine nalatenschappen.<br />
Het bijkomende <strong>voor</strong>deel van de regeling <strong>voor</strong> landbouwbedrijven is dat je niet persé het<br />
hele goed moet overnemen, een gedeelte overnemen mag ook.<br />
8 Uitdelen <strong>voor</strong> je overlijden: schenken, ouderlijke verdeling<br />
8.1 Gegeven blijft gegeven?<br />
Een schenking kan je herroepen wegens ondankbaarheid. De <strong>voor</strong>waarden <strong>voor</strong> een<br />
herroeping zijn veel minder streng dan <strong>voor</strong> de onwaardigheid (zie hoger).<br />
Je bent volgens de wet ondankbaar wanneer je<br />
een aanslag pleegt op het leven van de schenker<br />
je de schenker hebt mishandeld, grof beledigd of je tegenover hem misdrijven hebt<br />
gepleegd<br />
de schenker die behoeftig is, weigert levensonderhoud te geven, dat wil zeggen<br />
financieel te steunen.<br />
Uiteraard kan je in de schenkingsakte bepalen dat de schenking vervalt wanneer de<br />
begunstigde de <strong>voor</strong>waarden die erin vervat zijn niet nakomt.<br />
Gehuwden opgelet: tussen echtgenoten zijn alle schenkingen steeds herroepbaar, je<br />
moet daar<strong>voor</strong> zelfs geen enkele reden opgeven. Alleen de schenkingen bij<br />
huwelijkscontract genoteerd kun je niet meer ongedaan maken.<br />
8.2 Schenken aan wie <strong>voor</strong> je zorgt?<br />
Dokters in de geneeskunde of de heelkunde, officieren van gezondheid en apothekers die<br />
een persoon hebben behandeld gedurende de ziekte waaraan hij overleden is mag je niet<br />
begunstigen in een testament. De groep die je niet mag begunstigen is recent (wet van<br />
22 april 2003) nog uitgebreid naar de beheerders en personeelsleden van rustoorden,<br />
rust- en verzorgingstehuizen en van om het even welke collectieve woonstructuur <strong>voor</strong><br />
bejaarden waar je verblijft. De wet maakt een uitzondering op deze algemene regel <strong>voor</strong><br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 19
Liliane Versluys Dossier Erfrecht<br />
1° de beschikkingen tot vergelding van diensten, als de vergelding niet buitensporig is<br />
2° algemene schikkingen <strong>voor</strong> bloedverwanten tot en met de vierde graad (neven en<br />
nichten, ooms en tantes) op <strong>voor</strong>waarde dat je geen afstammelingen hebt<br />
3° de bedienaren van de erediensten en andere geestelijken, en de afgevaardigden van<br />
de Centrale Vrijzinnige Raad.<br />
8.3 Ouderlijke verdeling<br />
Ouders en grootouders kunnen nog tijdens hun leven hun goederen verkavelen en<br />
verdelen tussen hun kinderen en afstammelingen.<br />
De ouderlijke verdeling wordt vaak gebruikt om de opvolging in een handelszaak te<br />
regelen: één kind krijgt de zaak, en betaalt een opleg aan de andere kinderen. Deze<br />
constructie kan ook gebruikt worden wanneer de ouders uit de gezinswoning willen<br />
vertrekken, en ze willen toewijzen aan één kind dat er grote verbouwingen in wil<br />
verrichten. Vaak wordt de vorm van de ouderlijke verdeling aangewend wanneer ouders<br />
de zorg <strong>voor</strong> hun gehandicapt kind na hun overlijden willen veiligstellen. Een <strong>voor</strong>waarde<br />
van deze verdeling is dat alle kinderen erbij betrokken worden en ermee akkoord gaan,<br />
anders is ze nietig. Meestal zal een notariële akte nodig zijn.<br />
Indien bij het overlijden van de ouder/s blijkt dat de kavels te ongelijk waren, kan de<br />
erfgenaam die zich <strong>voor</strong> meer dan één vierde benadeeld voelt of die vaststelt dat een<br />
van de deelgenoten meer krijgt dan de wet toestaat, de verdeling <strong>voor</strong> de rechtbank<br />
betwisten.<br />
02/01/2009 | Knops Publishing | www.advocatennet.be 20