Nieuwsbrief Arbeidsrecht – Augustus 2012 - Holland Van Gijzen
Nieuwsbrief Arbeidsrecht – Augustus 2012 - Holland Van Gijzen
Nieuwsbrief Arbeidsrecht – Augustus 2012 - Holland Van Gijzen
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
1. Ontslag statutair bestuurder<br />
Op 4 april <strong>2012</strong> oordeelde de rechtbank Utrecht 1 bevestigend op de vraag of een statutair bestuurder voldoende<br />
in de gelegenheid was gesteld om zijn standpunt ten aanzien van het (voorgenomen) ontslag kenbaar te maken.<br />
Feiten<br />
De feiten in deze procedure waren als volgt. Met ingang van 1 januari 2007 was de statutair bestuurder algemeen<br />
directeur bij de werkgever. Op 27 september 2010 nodigde de werkgever de statutair bestuurder uit voor een<br />
buitengewone vergadering van aandeelhouders (“AvA”) op 22 oktober 2010, met als agendapunt het<br />
voorgenomen ontslag van de statutair bestuurder. Bij brief van 12 oktober 2010 werd de statutair bestuurder<br />
geïnformeerd over de redenen van het voorgenomen ontslag en werd hem de gelegenheid geboden zich bij de AvA<br />
hiertegen te verweren. Omdat de belangenbehartiger van de statutair bestuurder verhinderd was de AvA bij te<br />
wonen, verzocht hij de AvA op een andere dag doorgang te laten vinden. De werkgever liet vervolgens aan de<br />
statutair bestuurder weten, dat de AvA verplaats kon worden naar 20 oktober 2010, één van de door de statutair<br />
bestuurder voorgestelde data. De statutair bestuurder liet na tijdig op de nieuw voorgestelde datum te reageren,<br />
als gevolg waarvan de werkgever de oorspronkelijke datum van 22 oktober 2010 aanhield. De statutair<br />
bestuurder noch zijn belangenbehartiger waren aanwezig bij de AvA. Tijdens de AvA werd het besluit tot ontslag<br />
van de statutair bestuurder genomen.<br />
Vordering<br />
De statutair bestuurder riep in rechte de nietigheid, althans de vernietigbaarheid in van het besluit en vorderde<br />
loondoorbetaling, uitbetaling van zijn bonus en dat de werkgever hem in staat moest stellen zijn werkzaamheden<br />
te hervatten. Daartoe voerde hij aan dat de AvA op ongeldige wijze was uitgeroepen, hij voorafgaande aan de AvA<br />
niet was gehoord en hij zijn raadgevende stem niet had kunnen uitbrengen.<br />
De rechtbank oordeelde, dat het feit dat de AvA was uitgeroepen door (slechts) één directielid, in plaats van door<br />
de volledige directie zoals volgens de statutair bestuurder vereist was, niet kon leiden tot vernietigbaarheid van<br />
het besluit. De statuten boden namelijk de mogelijkheid dat één directielid de AvA uitroept en dat er dus dan<br />
rechtsgeldige besluiten kunnen worden genomen.<br />
De rechtbank oordeelde voorts dat het enkele feit dat de statutair bestuurder niet was gehoord, niet leidt tot<br />
vernietigbaarheid van het besluit. De statutair bestuurder was volgens de rechtbank voldoende in de gelegenheid<br />
gesteld zijn standpunt over het ontslag kenbaar te maken. De verhindering van de belangenbehartiger van de<br />
statutair bestuurder behoefte niet aan doorgang van de geplande AvA in de weg te staan. De statutair bestuurder<br />
was immers zelf niet verhinderd en had zelf het woord kunnen voeren of zich door iemand anders kunnen laten<br />
vertegenwoordigen. Door de werkgever was gemotiveerd aangevoerd waarom de AvA niet op een andere dag kon<br />
plaatsvinden.<br />
Volgens de rechtbank was het besluit om tot ontslag van de statutair bestuurder over te gaan rechtsgeldig<br />
genomen. Alle vorderingen van de statutair bestuurder werden afgewezen.<br />
1 Rechtbank Utrecht 4 april <strong>2012</strong>, LJN BW 1741.<br />
<strong>Nieuwsbrief</strong> <strong>Arbeidsrecht</strong> <strong>–</strong> <strong>Augustus</strong> <strong>2012</strong> 2