14.09.2013 Views

De Kerkuil in 2010 - Uilen in Nederland

De Kerkuil in 2010 - Uilen in Nederland

De Kerkuil in 2010 - Uilen in Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>De</strong> <strong>Kerkuil</strong> <strong>in</strong> <strong>2010</strong><br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep<br />

West-Overijssel /NOP<br />

Jaargang 24<br />

1


1 Inhoudsopgave<br />

█ 2 Inleid<strong>in</strong>g 3<br />

█ 3 Broedresultaten broedseizoen 2009 4<br />

█ 4 Regio-nieuws 6<br />

█ 5 Roofvogelshows en –demonstraties 12<br />

█ 6 Broedplaats voor kerkuil gezocht 14<br />

█ 7 Mart<strong>in</strong> Gaus: ‘Heel goed, Liesbeth’ 15<br />

█ 8 Muizenpiek op komst (<strong>2010</strong>) 16<br />

█ 9 Waterspitsmuis <strong>in</strong> Flevolandse braakballen 18<br />

█ 10 Braakbalvondst grote bosmuis (Apodemus flavicollis) bij 19<br />

Enschede<br />

█ 11 Bijzondere vangsten…… 21<br />

█ 12 Een noodlottige spel<strong>in</strong>g der natuur? 22<br />

█ 13 Zóveel muizen, geen broedsel ……… 24<br />

█ 14 <strong>Uilen</strong> en wij 25<br />

█ 15 Een schroefje los bij uilenmannen 28<br />

█ 16 Databank en SOVON 29<br />

█ 17 Coörd<strong>in</strong>atoren werkgroepen 30<br />

Bijlage: Ontwikkel<strong>in</strong>gsstadia van <strong>Kerkuil</strong>jongen<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

2


█ 2 Inleid<strong>in</strong>g<br />

<strong>De</strong> kerkuilenwerkgroep West-Overijssel – Noordoostpolder gaat haar 25 jarig bestaan <strong>in</strong>. <strong>De</strong> 24 e<br />

nieuwsbrief ligt daarom voor u. Na vele voorbereid<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> 1986, een voorbereidend gesprek met<br />

Johan de Jong uit Drachten op 5 maart 1987 en twee voorbereidende bijeenkomsten met mensen uit de<br />

regio’s <strong>in</strong> Ommen en Bergentheim, g<strong>in</strong>g de werkgroep op 10 maart 1987 officieel van start. Daarvoor<br />

waren er overal <strong>in</strong> de prov<strong>in</strong>cie al (ongeorganiseerd) mensen bezig met het plaatsen van kasten en<br />

bestonden er contacten met Sjoerd Braaksma, de voorganger van Johan de Jong.<br />

M<strong>in</strong>der bekend dan deze voortrekkers zijn de namen van kastenbezitters die al (lang) vóór 1987 hun<br />

schuren/boerderijen beschikbaar hebben gesteld voor de kerkuil, sommigen al meer dan 35 jaar. <strong>De</strong><br />

<strong>in</strong>middels 91-jarige heer A. Smid uit Brucht (Hardenberg) staat met name symbool voor alle mensen<br />

die al decennia lang kerkuilen b<strong>in</strong>nenshuis hebben en nauw samenwerken met de kerkuilenwerkgroep.<br />

<strong>De</strong> uitstral<strong>in</strong>g die zij hebben gehad naar de omgev<strong>in</strong>g, waardoor er steeds meer mensen enthousiast<br />

raakten voor de kerkuil, was werkelijk groots.<br />

<strong>De</strong> 91-jarige heer A. Smid uit Brucht, symbool voor mensen met een groot hart voor kerkuilen.<br />

Een toenemende leeftijd vraagt enerzijds om een verander<strong>in</strong>g van contact met de kastenbezitters. Bij<br />

velen staat niet alleen het contoleren van de kasten op de voorgrond, maar krijgt een bezoekje een<br />

sociaal t<strong>in</strong>tje: naast de broedresultaten vraagt het persoonlijke wel en wee om aandacht en tijd. Dat is<br />

goed. Lief en leed worden dan gedeeld. Anderzijds krijgt de werkgroep gelukkig ook te maken met<br />

jonge, gemotiveerde mensen die de toekomst opnieuw <strong>in</strong>houd willen geven met eveneens jonge<br />

kastenbezitters. Hoopvol!<br />

Door de jaren heen hebben we de ‘ups-and-downs’ van de broedsuccessen van de kerkuil leren<br />

kennen. Het afgelopen jaar (<strong>2010</strong> en daarvoor 2009) heeft het topjaar 2007 (ruim 3.200 geregistreerde<br />

broedsels) <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> teruggebracht tot het niveau van 2066. Voor West-Overijssel/Noordoostpolder<br />

van 293 (2007) broedparen tot 162 (<strong>2010</strong>). Twee sneeuwrijke w<strong>in</strong>ters hebben -blijkbaar- hun tol<br />

geëist! Veel broedkisten zijn het afgelopen jaar leeg gebleven, zelfs kasten waar<strong>in</strong> jaren achtereen<br />

werd gebroed. Toch wanhoopt de werkgroep niet, we hebben dit vaker meegemaakt: 1990-1991<br />

(landelijk van 1130 naar 597 broedparen), 1996-1997 (van 1357 naar 796 broedparen).<br />

Het komende jaar rekent de werkgroep opnieuw op een prettige samenwerk<strong>in</strong>g en laten we wederzijds<br />

hopen dat de neergaande lijn gewoon een ‘natuurverschijnsel’ en tijdelijk is.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

Ger Snaak/Hardenberg<br />

3


Nr.<br />

█ 3 Broedresultaten broedseizoenen 1990 - <strong>2010</strong><br />

Regio<br />

1 a.Steenwijk<br />

b.Genemuiden/<br />

Vliegvlug<br />

2 a. Mastenbroek/Noord<br />

b.Mastenbroek<br />

overig bij Regio Zwolle<br />

3 Kampen<br />

bij Regio Zwolle<br />

90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10<br />

28<br />

22 25<br />

33<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

36<br />

31<br />

45<br />

30<br />

5<br />

37<br />

6<br />

46<br />

6<br />

5 3 2 3 1 1 7 1 4 2 5 --- 2 1 --- --- --- 4 3<br />

54<br />

15<br />

61<br />

20<br />

39<br />

***<br />

40<br />

9<br />

50<br />

7<br />

54<br />

5<br />

43<br />

3<br />

49<br />

10<br />

41<br />

15<br />

2<br />

40 34<br />

8 8<br />

4 Staphorst 15 10 15 12 10 8 10 9 10 14 17 15 15 9 17 22 15 24 31 15 18<br />

5 Zwolle 4 2 2 2 1 1 2 1 1 2 8 8 5 5 9 11 5 12 9 7 4<br />

6 Dalfsen 1 1 1 2 0 0 1 --- 2 3 3 4 3 3 9 9 4 8 8 6 5<br />

7 He<strong>in</strong>o 2 1 1 3 2 2 2 2 2 2 4 7 7 5 6 8 6 9 15 4 5<br />

8 Ommen 7 1 3 6 5 5 6 2 4 7 12 19 16 15 19 27 22 26 30 17 12<br />

9 Hardenberg 15 5 6 10 9 19 23 6 7 15 20 32 29 17 22 29 21 27 27 19 17<br />

10 a Nijverdal<br />

b Holten<br />

6 1 2 7 6 7 7 4 5 8 14 21 17 10 10 18 13 16<br />

6<br />

2<br />

14 5 6<br />

3<br />

11 Markelo 2 1 1 1 0 0 1 1 1 1 1 --- --- --- --- -- -- -- -- -- --<br />

12 Bathmen 1 1 0 2 1 1 1 0 1 1 3 --- 5 4 4 7 5 8 8 1 4<br />

13 <strong>De</strong>venter 6 5 4 5 2 2 2 1 2 1 2 1 2 3 2 9 1 5 6 4 --<br />

14 a. <strong>De</strong>n Ham<br />

b. Vroomshoop<br />

1 0 3 2 2 2 2 2 1 1 4 4 8 2 5 5 5 6<br />

3<br />

6 2<br />

2<br />

15 Raalte 7 1 5 6 7 7 8 7 7 12 14 20 21 14 20 20 16 25 24 14 14<br />

16 Avereest 1 3 4 4 3 3 5 3 4 6 7 10 8 6 6 6 6 14 14 7 6<br />

17 Noordoospolder 7 8 2 12 14 11 17 8 11 13 23 22 22 14 23 21 13 22 21 17 19<br />

18 Wijhe / Olst<br />

--- --- --- --- 0 2 4 1 2 5 2 4 4 6 6 9<br />

4<br />

13<br />

1<br />

1<br />

11 5 10<br />

Totaal 109 65 76 110 99 102 143 83 107 145 205 248 203 163 217 257 182 293 286 173 167<br />

4


Landelijk geregistreerde broedgevallen van de kerkuil<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

5


4 Regionieuws<br />

4.1 Steenwijk Wolter Engelsman<br />

Alhoewel we nagenoeg geen meld<strong>in</strong>gen van dode kerkuilen<br />

hebben gekregen, waren onze verwacht<strong>in</strong>gen vanwege de<br />

sneeuww<strong>in</strong>ter 2009-<strong>2010</strong> niet erg hoog gespannen. Het<br />

e<strong>in</strong>dresultaat viel ons echter niet tegen. We kwamen <strong>in</strong> het<br />

broedseizoen uite<strong>in</strong>delijk uit op 34 broedsels, tegen 40 paar <strong>in</strong><br />

het jaar ervoor.<br />

Op 4 september <strong>2010</strong> hebben we ook meegedaan aan de Aktie ‘Over het hek’, een open dag van<br />

diverse bedrijven <strong>in</strong> de regio. In S<strong>in</strong>t-Jansklooster hadden we een standje <strong>in</strong>gericht bij een van onze<br />

nestkasthouders. Het weer werkte mee, waardoor het de gehele dag gezellig druk was en veel<br />

bezoekers onze stand bekeken hebben of een praatje maakten, Het leverde ons een nieuw adres op<br />

voor het plaatsen van een kerkuilenkast. In de rietschuur, waar wij stonden met onze stand, h<strong>in</strong>g de<br />

kerkuilenkast ook en hoog tussen de dakspanten kon men nog de kerkuil <strong>in</strong> levende lijve zien zitten.<br />

Op zaterdag 30 oktober <strong>2010</strong> hebben we meegedaan aan de Aktie “Nacht van de nacht’. Op de plaats<br />

waar wij stonden met ons standje, jon men ook een stel uilen <strong>in</strong> de nestkast volgen m.b.v een camera<br />

en TV.<br />

Op 6 november <strong>2010</strong> hebben we ons gepresenteerd op de 10 e Overijsselse Vogelaarsdag, waar zo’n<br />

160 vogelaars aanwezig waren.<br />

Wolter achter de stand van de K.B.S.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

6


4.2 Ommen Han Bouman<br />

DE KERKUIL IN OMMEN IN <strong>2010</strong><br />

<strong>De</strong> broedresultaten van de kerkuil <strong>in</strong> de regio Ommen zijn dit jaar wederom teleurstellend te noemen.<br />

<strong>De</strong> oorzaak zal gelegen hebben <strong>in</strong> een slechte start wat betreft de muizenstand en een wat langer<br />

durende w<strong>in</strong>ter dan normaal. Tijdens de w<strong>in</strong>ter heeft er gedurende langere tijd een sneeuwdek gelegen,<br />

waardoor de muizen voor de uilen onbereikbaar waren.<br />

We hadden dit jaar <strong>in</strong> de regio 13 kerkuilbroedsels. Dat zijn 4 broedsels m<strong>in</strong>der dan <strong>in</strong> 2009.<br />

Waarschijnlijk is een van de broedsels een tweede broedsel, maar dit hebben we niet met zekerheid<br />

kunnen vaststellen. We zijn dit jaar dus weer <strong>in</strong> broedaantallen gedaald n.l. van 17 naar 13. Dat<br />

betekent dus dat ook het aantal jongen is gedaald van 45 <strong>in</strong> 2009 naar 36 <strong>in</strong> <strong>2010</strong>.<br />

Dit is een teruggang van 20 % ten opzichte van 2009.<br />

Zoals <strong>in</strong> de onderstaand tabel is te zien, is ook <strong>in</strong> het ons omr<strong>in</strong>gende gebied, de stand van de kerkuil<br />

gedaald.<br />

plaats nesten jongen gemiddeld<br />

aantal jongen<br />

datum 1 e eileg<br />

Ommen 13 36 2.8 03-04-<strong>2010</strong><br />

Hardenberg 8 26 3.3 15-04-<strong>2010</strong><br />

Gramsbergen 5 13 2.6 07-04-<strong>2010</strong><br />

Dalfsen 5 15 3.0 09-04-<strong>2010</strong><br />

<strong>De</strong>n Ham/Vroomshoop 2 7 3.5 02-04-<strong>2010</strong><br />

Totaal 33 97 2.9<br />

Het gemiddeld aantal jongen per nest is dit jaar een fractie hoger, n.l. van 2.6 <strong>in</strong> 2009 naar 2.7 <strong>in</strong><br />

<strong>2010</strong>. Alle jonge uilen zijn weer van een r<strong>in</strong>g van het Vogeltrekstation voorzien. Het eerste ei werd<br />

gelegd op 3 april. <strong>De</strong> meeste legsels ontstonden <strong>in</strong> de weken tussen 3 april en 23 april. Dit is ruim een<br />

week eerder dan vorig jaar.<br />

Tijdens de controles troffen we ook 3 nestkasten aan waar<strong>in</strong> niet gebroed werd maar waar wel een<br />

oude vogel aanwezig was, ook deze uilen werden ger<strong>in</strong>gd.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

7


In bovenstaande grafiek zien we het verloop van de broedsels <strong>in</strong> Ommen over de laatste 10 jaar. We<br />

zien dat gedurende de laatste jaren een halver<strong>in</strong>g van het aantal broedparen is ontstaan. Na een stijg<strong>in</strong>g<br />

<strong>in</strong> 2004 is er <strong>in</strong> 2008 een dal<strong>in</strong>g opgetreden die zich nog niet lijkt te herstellen, daardoor zitten we<br />

beneden het niveau van 2001.<br />

In het jaar <strong>2010</strong> heeft de muizenstand zich weer redelijk hersteld en onze hoop is dat wij <strong>in</strong> 2011 weer<br />

gaan klimmen wat het aantal broedparen betreft. Maar dan moeten we niet teveel sneeuw hebben en<br />

geen al te lange w<strong>in</strong>ter.<br />

4.3 Raalte Paul Uijttenboogaart<br />

“Oppassen!................. het heilige vuur lijkt er uit”<br />

Al vanaf 1989 zijn Jan en ik actief als <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep Raalte. In de loop der jaren hebben we van<br />

alles meegemaakt. <strong>De</strong> landelijke getallen hebben we zien stijgen van 300-400 tot 3200 broedparen <strong>in</strong><br />

2007. Toch zijn er ook duidelijk andere d<strong>in</strong>gen merkbaar die het voortbestaan van de<br />

kerkuilenwerkgroep <strong>in</strong> gevaar brengt. Gelukkig hebben we s<strong>in</strong>ds enkele jaren de hulp van Gerard van<br />

den Enk die vooral door zijn handigheid maar ook mede door zijn contacten een waardevolle<br />

aanvull<strong>in</strong>g voor de kerkuilenwerkgroep is geworden<br />

Jan en ik worden duidelijk ouder en kunnen onvoldoende enthousiaste mensen v<strong>in</strong>den als aanvull<strong>in</strong>g<br />

op de Raalter <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep. Het zou zo plezierig zijn om onze groep met<br />

een drietal mensen te kunnen uitbreiden waarbij je dan de taken per deel goed kunt verdelen<br />

” Ladder op de auto, ladder van de auto, de ladder op controle van de kast en de ladder weer op de<br />

auto” het wordt steeds meer een fysieke <strong>in</strong>spann<strong>in</strong>g.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

8


<strong>De</strong> jeugd van tegenwoordig is, een enkel<strong>in</strong>g daargelaten, meer met alle verschijnselen <strong>in</strong> de<br />

maatschappij bezig dan met de natuur. Daarnaast worden we ook niet leniger en nemen we m<strong>in</strong>der snel<br />

risico’s bij de controle ,plaats<strong>in</strong>g en onderhoud van de broedkasten. Controle met een camera blijft<br />

behelpen en vaak moet je dan alsnog bij de kast klimmen om ze te controleren<br />

Het wordt steeds duidelijker dat het aantal van ± 95 broedkasten voor ons teveel wordt om dit jaarlijks<br />

volledig te controleren en onderhouden. Plaats<strong>in</strong>g van een oproep op de Raalter vrijwilligersbank en<br />

werv<strong>in</strong>g bij het plaatselijke IVN heeft tot op heden vrijwel niets opgeleverd. Vaak zie je dan dat<br />

mensen het leuk v<strong>in</strong>den om af en toe te helpen, maar dat hun motivatie na verloop van tijd snel<br />

afneemt.<br />

Een ander probleem is dat we niet <strong>in</strong> het bezit zijn van een r<strong>in</strong>gvergunn<strong>in</strong>g. Heb je e<strong>in</strong>delijk de ronde<br />

gemaakt waarbij je de meest waarschijnlijke broedlocaties hebt bezocht moet je de ronde nog een keer<br />

doen met de r<strong>in</strong>ger. Omdat er al duizenden kerkuilengegevens bekend zijn vraag je je wel eens af of dit<br />

allemaal nog z<strong>in</strong> heeft. Het afgelopen jaar hebben we mede hierom afgezien van het laten r<strong>in</strong>gen van<br />

de jongen.<br />

Nu er echter na een daljaar én twee moeilijke w<strong>in</strong>ters met veel sneeuwbedekk<strong>in</strong>g een substantiële dip<br />

zit <strong>in</strong> de landelijke populatie kerkuilen zullen we dit voorjaar er toch wel weer de schouders onder<br />

zetten. Dit omdat het gewoon nodig is voor de kerkuilen. Je beseft vooral <strong>in</strong> deze slechte tijden dat je<br />

het vooral doet omdat je de kerkuil wilt helpen. Misschien kunnen we <strong>in</strong> de komende jaren de<br />

efficiëntie bij de plaats<strong>in</strong>g van nestkasten en controles nog verhogen. Misschien is het<br />

wetenschappelijk niet geheel verantwoord maar onze aanpak blijft onze aanpak. Geen controle <strong>in</strong> de<br />

eifase, m<strong>in</strong>der vaak jongen laten r<strong>in</strong>gen en vrijwel geen nacontrole spaart ons veel tijd en energie.<br />

<strong>De</strong> legendarisch en <strong>in</strong>spirerende woorden van Ramses Shaffy zullen we maar toepassen: ”Laat me,<br />

laat me , laat me mijn eigen gang toch gaan,……. laat me ,laat me, ik heb het altijd zo gedaan. En<br />

natuurlijk “We zullen doorgaan…………….. “<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

9


4.4 Zwolle <strong>Kerkuil</strong>en en ladders. Arnold Verhoeven<br />

Een van de m<strong>in</strong>der makkelijke eigenschappen van kerkuilen is dat het geen grondbroeders zijn, je moet<br />

er altijd met een ladder bij.<br />

Bij de jaarlijkse controle ronde maken we gebruik van verschillende soorten ladders.<br />

Uiteraard gaat er een eigen lader mee, een tweedelige, licht, past op de auto en een redelijke hoogte.<br />

Maar de ladder hoeft niet altijd van de auto, zijn namelijk ook adressen waar een ladder aanwezig is.<br />

Meestal zijn dit ook alum<strong>in</strong>ium ladders <strong>in</strong> vele maten en soorten. Al dan niet dik onder de verf,<br />

koeienstront, kuilvoer , stof en wat er al niet meer op een ladder kan zitten.<br />

Ook is er een adres waar de kast erg hoog hangt maar waar gelukkig ook een erg lange lader aanwezig<br />

is.<br />

Het is alleen een houten lader uit twee delen. Lood en lood zwaar en we hebben telkens moeite te<br />

bepalen wat nu boven , onder, achter en voor moet. Maar tot nu toe lukt het nog steeds de ladder <strong>in</strong> de<br />

benen te krijgen.<br />

Behalve de spierpijn die je oploopt bij deze klus zijn het ook de spl<strong>in</strong>ters <strong>in</strong> je handen de je dagen later<br />

nog her<strong>in</strong>neren aan deze controle.<br />

Gelukkig zegt de eigenaar vaak laat de ladder maar staan “ wij zijn hem daar deze dagen ook nog<br />

nodig.”. dat scheelt toch spierpijn en spl<strong>in</strong>ters. <strong>De</strong> 5 mooie jongen die dit jaar <strong>in</strong> deze kast zaten<br />

maakten het allemaal wel weer de moeite waard.<br />

Ook hangt er een kast bij een veevoerhandel boven op een zolder. <strong>De</strong>ze hangt lekker laag maar<br />

ondanks mijn lengte van 2 meter net te laag om zo <strong>in</strong> te kijken. Maar ook te laag voor een ladder.<br />

Gelukkig staat de zolder vol met van alles en nog wat fauteuils, bijzettafels, emmers, kruiwagens enz<br />

enz. behalve een keukentrapje. Elke keer is het weer en puzzel wat zet je op elkaar zodat het niet<br />

beschadigd of van elkaar afvalt. Op de zolder is het een grote chaos en elk<br />

jaar hoop je dat ze de fauteuils hebben laten staan. Echter zoals dat op<br />

een rommelzolder hoort is het elk jaar weer anders.<br />

Dat maakt weer wel dat het spannend blijft zowel of er jonge<br />

uilen zijn als hoe komen we erbij dit jaar.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

10


4.6. Markelo H. Tjo<strong>in</strong>k<br />

Merkwaardige broedplaats van een steenuil<br />

Steenuil (Foto: Yves Baptiste)<br />

“Zeg Henrie, een van de stoeptegels die jij <strong>in</strong> het schuurtje<br />

hebt gelegd, ligt los. Kun je daar iets aan doen?”. Een vraag<br />

van de vrouw van Henrie Tjo<strong>in</strong>k uit Markelo, juni <strong>2010</strong>.<br />

Henrie komt zelf ook tot de ontdekk<strong>in</strong>g dat het vervelend is<br />

dat die tegel los zit en besluit het euvel te verhelpen. Tot<br />

zijn verbaz<strong>in</strong>g ziet hij onder de tegel 4 jonge steenuilen die<br />

nog niet zo lang geleden uit het ei zijn gekropen. Nader<br />

onderzoek laat een onder de stoeptegels liggende gang naar<br />

het nest zien van een konijn. <strong>De</strong> gang (hol) van ongeveer 1 meter lengte gaat <strong>in</strong> de richt<strong>in</strong>g van de<br />

buitenzijde van het schuurtje en e<strong>in</strong>digt <strong>in</strong> een ruimte tussen het schuurtje en een daartegen<br />

aangebrachte houtstapel. Henrie besluit om de tegel boven de jonge steenuilen iets op te lichten met<br />

behulp van een baksteen en ‘de zaak’ te laten rusten. Na twee dagen zijn alle jonge steenuilen<br />

verdwenen, althans: ze zitten buiten <strong>in</strong> de ruimte tussen het schuurtje en de houtstapel. Henrie<br />

bemerkte dat toen hij <strong>in</strong> zijn auto g<strong>in</strong>g ‘posten’ en een adulte steenuil achter de houtstapel zag<br />

verdwijnen. Henrie heeft de dieren zien opgroeien tot volwassen vogels. Hopelijk gaat een ervan <strong>in</strong> de<br />

toekomst gebruik maken van een van de kasten die al <strong>in</strong> de buurt van het konijnenhol waren geplaatst.<br />

Henrie Tjo<strong>in</strong>k plaatst een steen naast het nest en legt vervolgens daarop de stoeptegels om voor wat veiligheid te zorgen.<br />

Het pijltje op de l<strong>in</strong>ker foto geeft de plaats aan waar de jonge steenuilen onder de stoeptegel zitten.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

Ger Snaak<br />

11


█ 5. Roofvogelshows en -demonstraties<br />

<strong>De</strong> Werkgroep Roofvogels <strong>Nederland</strong> is faliekant tegen het gebruik (beter gezegd: misbruik) van<br />

roofvogels voor commerciële doele<strong>in</strong>den, waaronder roofvogelshows. Daar hebben we een aantal<br />

redenen voor:<br />

• Roofvogelshows worden gehouden door roofvogelhouders. Hoewel ze zichzelf valkeniers<br />

noemen, is er een hemelsbreed verschil tussen een roofvogelhouder en een valkenier (zie<br />

hieronder).<br />

• Roofvogelshows en roofvogelhouderij liggen <strong>in</strong> elkaars verlengde. Het laatste is een variant op<br />

het houden van tropische - en andere volièrevogels; ziedaar ook het verschil met valkeniers.<br />

• Roofvogeldemonstraties worden geacht educatieve waarde te hebben. In plaats daarvan wordt<br />

echter het consumentisme bevorderd (een dagje roofvogels kijken). <strong>De</strong> verstrekte <strong>in</strong>formatie is<br />

bovendien vaak van bedenkelijk niveau.<br />

• Roofvogelhouders zijn nauw verweven met de fok van roofvogels. Daarbij wordt op grote<br />

schaal hybridisatie toegepast, wat op zijn beurt <strong>in</strong> toenemende mate voor problemen zorgt bij<br />

wildlevende valken (weghouden bij de schaarse nestplaatsen, hybridisatie <strong>in</strong> het wild;<br />

Arbeitsgeme<strong>in</strong>schaft Wanderfalkenschutz des NABU NRW, Werkgroep Slechtvalk<br />

<strong>Nederland</strong>).<br />

• Roofvogelshows en -houders zijn nauw verweven met handel <strong>in</strong> roofvogels, waar allerlei<br />

duistere en crim<strong>in</strong>ele kanten aan zitten. Hoewel deels bonafide (dat wil zeggen: naar de regels<br />

van de wet), is zonneklaar dat kieren <strong>in</strong> de wetgev<strong>in</strong>g worden uitgebuit. <strong>De</strong> malafide kant<br />

onttrekt zich per def<strong>in</strong>itie aan onze waarnem<strong>in</strong>g, al wordt af en toe een tipje van de sluier<br />

opgelicht (zie hieronder).<br />

• Roofvogelshows bevorderen de wens van mensen zelf roofvogels te willen hebben.<br />

Waar vraag is, ontstaat aanbod. Dat aanbod wordt deels gevoed met <strong>in</strong> gevangenschap gefokte<br />

roofvogels, maar - illegale- onttrekk<strong>in</strong>g van eieren en nestjongen aan wild levende vogels is eveneens<br />

aan de orde van de dag. Daarvoor bestaan aanwijz<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> (vooral Noord-Brabant:<br />

verdwijn<strong>in</strong>g van eieren of kle<strong>in</strong>e jongen van haviksnesten), en tal van bewijzen <strong>in</strong> het buitenland<br />

(onder meer Groot-Brittannië, Duitsland, Slowakije). Het betreft een wereldwijde handel, waar veel<br />

geld <strong>in</strong> omgaat. Een willekeurige greep uit recente gevallen <strong>in</strong> West- en Midden-Europa:<br />

(a) <strong>in</strong> beslagnem<strong>in</strong>g op Heathrow, London, van plastic buizen waarmee 23 roofvogels en uilen uit<br />

Thailand werden b<strong>in</strong>nengesmokkeld op 25 juli 2002 (Legal Eagle 32: 1-2, 2002),<br />

(b) de betrapp<strong>in</strong>g op heterdaad van een Tsjechische valkenier op 4 mei 2001 <strong>in</strong> Slowakije (jonge<br />

Steenarend uit nest gehaald: <strong>De</strong> Takkel<strong>in</strong>g 9: 189-192, 2001),<br />

(c) de <strong>in</strong>beslagnem<strong>in</strong>g van 70 roofvogels en uilen bij twee valkeniers <strong>in</strong> Duitsland, waarbij nader<br />

onderzoek aan het licht bracht dat zij verantwoordelijk waren voor de nestroof van 80 Haviken, >70<br />

Raven, 66 Rode Wouwen, 19 Zwarte Wouwen en 14 Sperwers (Arbeitsgeme<strong>in</strong>schaft<br />

Wanderfalkenschutz Jahresbericht 2001/NRW: 14-15), e<br />

(d) jaarlijks worden op Russische vliegvelden tot 700 Sakervalken <strong>in</strong> beslag genomen die op het punt<br />

stonden het land uitgesmokkeld te worden (Russian Conservation News 26: 17, 2001). Door deze<br />

cont<strong>in</strong>ue valkenroof zijn de broedpopulaties van Oezbekistan, Kazakhstan, Afghanistan, Kirgizië en<br />

B<strong>in</strong>nen-Mongolië teruggebracht tot solitaire paren en enkele kle<strong>in</strong>e clusters. Het overgrote deel van de<br />

7000-8000 Sakervalken die elk jaar naar het Nabije Oosten worden vervoerd, is illegaal verkregen<br />

(W<strong>in</strong>gspan 11(2): 9, 2002).<br />

Dit is slechts het topje van de ijsberg. Wij v<strong>in</strong>den daarom dat mensen beter naar wild levende<br />

roofvogels kunnen kijken, <strong>in</strong> plaats van shows te bezoeken of zelf roofvogels te willen hebben. In<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

12


<strong>Nederland</strong> is het waarnemen van roofvogels een eenvoudige opgave, zelfs zonder verrekijker of<br />

telescoop. <strong>De</strong> betrouwbare <strong>in</strong>formatie over de leefwijze van onze roofvogels is bovendien zeer<br />

omvangrijk. Iedereen die zich <strong>in</strong> roofvogels wil verdiepen, heeft uitgebreide kansen. Zowel thuis<br />

(boeken, films, brochures) als <strong>in</strong> het veld, zowel <strong>in</strong> het verstedelijkte West-<strong>Nederland</strong> als <strong>in</strong> het<br />

bosrijke oosten van ons land. Pas dan gaan we iets begrijpen van het leven van deze vogels, van hun<br />

leefgebieden en hun prooien, van de dagelijkse problemen waar ze tegenaan lopen, de<br />

overlev<strong>in</strong>gskansen, enzovoort. Een fasc<strong>in</strong>erende wereld, met dagelijks nieuwe <strong>in</strong>drukken en vragen...<br />

Zonde die leren bandjes<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

13


█ 6. Broedplaats voor kerkuil gezocht <strong>De</strong> Stentor ed. Vechtdal 4 januari 2011<br />

<strong>De</strong> kerkuil heeft het moeilijk, daarom zoekt de afdel<strong>in</strong>g Vechtstreek van Natuur en Milieu naar goede<br />

locaties waar de vogels kunnen nestelen. Eigen foto<br />

VECHTDAL - Het gaat niet<br />

goed met de broedresultaten<br />

van de kerkuil <strong>in</strong> het<br />

Vechtdal. Werden er alleen<br />

al <strong>in</strong> de gemeente Ommen <strong>in</strong><br />

2007 nog 28 broedparen<br />

geteld, <strong>in</strong> <strong>2010</strong> waren dat er<br />

13. Een afname van meer<br />

dan vijftig procent,<br />

vergelijkbaar met cijfers uit<br />

de omr<strong>in</strong>gende gemeenten,<br />

dus wordt het tijd hier wat<br />

aan te doen, v<strong>in</strong>dt de<br />

vogelwerkgroep van de<br />

Verenig<strong>in</strong>g voor Natuur en<br />

Milieu <strong>De</strong> Vechtstreek.<br />

Om de broedresultaten<br />

positief te beïnvloeden, wil de vogelwerkgroep speciale kerkuilnestkasten ophangen. Daarvoor is de<br />

werkgroep naarstig op zoek naar passende locaties voor nestkasten voor kerkuilen. "We roepen daarom<br />

iedereen <strong>in</strong> het buitengebied van Ommen en omliggende dorpen op suggesties te doen voor locaties<br />

voor plaats<strong>in</strong>g van zo'n kast", zegt Han Bouman namens de vogelwerkgroep.<br />

<strong>De</strong> kerkuil was na een moeilijke periode <strong>in</strong> 2007 weer goed vertegenwoordigd. S<strong>in</strong>dsdien gaat het<br />

echter weer hard achteruit met de populatie. <strong>De</strong> laatste jaren is het aantal broedparen en<br />

broedresultaten <strong>in</strong> de regio gestaag teruggelopen met meer dan 50 procent. Dat komt deels doordat de<br />

muizenpopulatie, het voornaamste voedsel van de kerkuil, was teruggelopen. Maar ook door de lange<br />

w<strong>in</strong>ters met veel sneeuw de laatste jaren kon de uil niet bij de muis komen, want die maakt zijn gangen<br />

onder de sneeuw.<br />

Als een suggestie wordt gedaan, komt de werkgroep zelf beoordelen of de locatie geschikt is. "Een<br />

goede plek is bijvoorbeeld <strong>in</strong> een schuur waar de uil niet teveel verstoord wordt vlakbij een soort<br />

houtwalachtige omgev<strong>in</strong>g", legt Bouman uit. Is een locatie naar het oordeel van de werkgroep<br />

geschikt, dan stelt deze een kerkuilenkast ter beschikk<strong>in</strong>g en zal deze <strong>in</strong> de toekomst ook onderhouden<br />

en monitoren.<br />

Met een kast helpen de mensen de populatie <strong>in</strong> stand te houden. Daarnaast is het goed voor de strijd<br />

tegen overlast door muizen. In de broedtijd heeft een koppel kerkuilen met vier jongen per nacht circa<br />

dertig muizen nodig.<br />

Bewoners van het buitengebied wie de uil wel <strong>in</strong> hun nabijheid willen hebben, kunnen contact<br />

opnemen met Han Bouman, via 0523-251520.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

14


█ 7 Mart<strong>in</strong> Gaus: ‘Heel goed, Liesbeth’<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

Van Ommen en Gaus met kerkuil<br />

“Natuurlijk Flevoland’ , een programma van rtv-Flevoland,<br />

stond op vrijdag 7 januari <strong>2010</strong> onder andere <strong>in</strong> het teken van<br />

een roofvogel- en uilenshow. <strong>De</strong> show werd aangekondigd<br />

als: ‘In deze serie van Natuurlijk Flevoland gaan Gerard van<br />

Ommen en Mart<strong>in</strong> Gaus op zoek naar bijzondere hobby- en<br />

huisdieren’. Inderdaad, goed gelezen: bijzondere hobby- en<br />

huisdieren! Wat die bijzondere hobby- en huisdieren waren?<br />

Amerikaanse woestijnarend, Europese oehoe, <strong>Kerkuil</strong> en nog<br />

5 andere niet benoemde soorten. Gestimuleerd door een<br />

roofvogeldemonstratie <strong>in</strong> het safaripark <strong>De</strong> Beekse Bergen, sloeg er, volgens demonstrante<br />

Liesbeth, een virus over om zelf dergelijke demonstraties te willen houden, aandachtig gevolgd<br />

door Mart<strong>in</strong> Gaus (en <strong>in</strong> m<strong>in</strong>dere mate door Gerard van Ommen: ‘Ik ben niet zo van dieren,<br />

van knuffelen en vasthouden’). Gaus, op zijn eigen karakteristieke wijze: “Kijk nou eens hoe<br />

fantastisch dit is. Als je dit nu ziet gebeuren, de snelheid…. Fluisterend stil gaat ie naar zijn<br />

prooi toe. Fluisterend stil stort ie zich erboven op. En met die fantastische klauwen hem<br />

vasthouden, met die prachtige snavel het lijf verwoesten’.<br />

Gaus en Van Ommen met Oehoe<br />

<strong>De</strong> show was één brok reclame voor het houden van uilen<br />

en roofvogels als hobbydier of huisdier. Geen kritische<br />

vragen, geen enkel woord over de zorgen van een sterk<br />

groeiend aantal verontruste vogelbeschermers over het<br />

toenemend bezit, het aanbod (handel) en het aantal<br />

demonstraties van vogels die <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> als huis-<br />

en/of hobbydier wordt gehouden. Geen enkel woord over<br />

de wereldwijde handel <strong>in</strong> roofvogels en uilen. Geen enkel woord over de prijzen van €<br />

250,- voor een paartje kerkuilen en meer dan € 300,- voor een Europese oehoe. Geen enkele<br />

notie van het <strong>in</strong> <strong>2010</strong> gepubliceerde rapport<br />

‘Roofvogel- en uilenshows <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong>’, <strong>in</strong> opdracht<br />

van Vogelbescherm<strong>in</strong>g <strong>Nederland</strong> waar<strong>in</strong> de<br />

onderbouw<strong>in</strong>g van die zorg wordt weergegeven.<br />

Waarom niet Mart<strong>in</strong>? Waarom niet Gerard? Is dat,<br />

Mart<strong>in</strong>, omdat je groot bent geworden met echte<br />

huisdieren? Mart<strong>in</strong>, je wordt bewonderd <strong>in</strong> je relatie<br />

tot honden en katten, maar alstublieft: stop met die<br />

aanmoedigende verhalen over de domesticatie van<br />

roofvogels en uilen. Stop met je verhalen over deze ‘fantastische’ vogels!<br />

Wat zou het ’fantastisch’ zijn als Mart<strong>in</strong> Gaus eens <strong>in</strong> gesprek g<strong>in</strong>g met Vogelbescherm<strong>in</strong>g<br />

<strong>Nederland</strong> en/of <strong>De</strong> Werkgroep Roofvogels <strong>Nederland</strong>, de Sticht<strong>in</strong>g<br />

<strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep <strong>Nederland</strong>, de Werkgroep Slechtvalk <strong>Nederland</strong>, de Steenuilenwerkgroep<br />

<strong>Nederland</strong>……..<br />

Laten we alstublieft uitstijgen boven de <strong>in</strong> de uitzend<strong>in</strong>g van ‘Natuurlijk Flevoland’<br />

gemaakte uitspraken over vogels als: ‘Het is mijn vriend<strong>in</strong>netje,…..het is mijn vogeltje’ en<br />

‘Kom maar meid…...’. Dat zou onder andere voor Oehoe Fikka, die niet wilde luisteren naar<br />

Liesbeth, echt ‘fantastisch’ zijn. Fikka is geen hondje…….. Fikka heeft niets te maken met<br />

natuur, al helemaal niet <strong>in</strong> dit ‘natuurlijk Flevoland’!<br />

15


█ 8 Muizenpiek op komst (<strong>2010</strong>)<br />

Afgelopen broedseizoen (2009) kenmerkte zich door schaarste aan muizen. Niet alleen veldmuizen,<br />

het stapelvoedsel van Bru<strong>in</strong>e Kiekendieven, Buizerds en Torenvalken, maar ook bosmuizen en rosse<br />

woelmuizen waren dun gezaaid. Aan het e<strong>in</strong>d van de zomer leek zich een kenter<strong>in</strong>g af te tekenen: <strong>in</strong><br />

het grasland verschenen verse holletjes, <strong>in</strong> het bos hoorde je ’s nachts l<strong>in</strong>ks en rechts geritsel.<br />

Die ontwikkel<strong>in</strong>g heeft zich doorgezet. In de herfst waren overal <strong>in</strong> het bos de kenmerkende gaten met<br />

zandkegeltjes ervoor te zien: de woon- en opslagplaatsen van bosmuizen (Foto 1). Vooral op plekken<br />

met beukenmast en eikels waren de graafactiviteiten enorm. Dat er veel bosmuizen waren, werd<br />

bevestigd zodra er sneeuw begon te vallen, vanaf 16 december 2009. Kriskras liepen de sporen over de<br />

sneeuw. Sommige kon ik over een afstand van 90 m volgen voordat ze via een zelfgemaakt gat <strong>in</strong> de<br />

sneeuw verdwenen (vaak <strong>in</strong> de buurt van een beuken- of eikenstam).<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

Foto 1. Ingang van bosmuishol<br />

(onder takje), met vers uitgeworpen<br />

zand <strong>in</strong> kegelvorm opzij van de<br />

open<strong>in</strong>g, beukenbos op<br />

Berkenheuvel, West-Drenthe (Rob<br />

Bijlsma).<br />

Opmerkelijk genoeg waren er bosgedeelten waar het wemelde van de bosmuissporen (tot 49<br />

verschillende tracks per 100 m lengte), terwijl andere delen geheel muizenvrij leken te zijn (althans<br />

geen sporen op de sneeuw). Dat had met het bostype te maken: hoge dichtheid <strong>in</strong> gemengd bos en<br />

beuk, lage dichtheid <strong>in</strong> de meeste<br />

vakken grove den (maar niet alle).<br />

Foto 2. Spoor van een bosmuis op sneeuw,<br />

Berkenheuvel, West-Drenthe, 12 januari <strong>2010</strong><br />

(Rob Bijlsma). <strong>De</strong> l<strong>in</strong>iaal laat zien dat er<br />

ongeveer 9 cm tussen de sprongen zit, een<br />

mooie illustratie van de snel hoppende manier<br />

van voortbewegen van bosmuizen (geheel<br />

anders dan de schuifelende manier van lopen<br />

van veldmuizen en rosse woelmuizen). Let<br />

ook op het sleepspoor van de lange staart.<br />

16


Het sneeuwdek openbaarde de activiteiten van bosmuizen (die veel over de sneeuw rennen), maar<br />

verborg juist de bezigheden van veldmuizen. Hun werk werd pas zichtbaar toen de sneeuw wegsmolt<br />

(Foto 3). Een dicht netwerk van loopgangen, afgewisseld met gaatjes, kwam aan het licht. Dit was<br />

extra goed zichtbaar doordat het sneeuwdek de grasmat had platgelegd. Onder die omstandigheden<br />

eten veldmuizen hun loopgangen vrij, en ontstaan de aarden weggetjes zoals op de foto goed te zien is.<br />

Als de grasmat niet platligt, zijn de loopgangen veel m<strong>in</strong>der goed zichtbaar, want verborgen tussen de<br />

staande vegetatie.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

Foto 3. Loopgangen en<br />

holletjes van veldmuizen<br />

<strong>in</strong> grasland, Vledder Aa,<br />

West-Drenthe, 21 januari<br />

<strong>2010</strong> (Rob Bijlsma).<br />

Holletjes tellen is een beproefde methode om dichtheden van muizen te kwantificeren. Bijvoorbeeld <strong>in</strong><br />

vaste plotjes van 1 x 1 meter. Of langs een vast transect met een breedte van 2 meter. Hoewel het –<br />

vooral bij een hoge dichtheid – lastig is te komen tot een omreken<strong>in</strong>g naar een absolute<br />

dichtsheidsmaat (aantal muizen per ha, bijvoorbeeld), is deze methode goed bruikbaar om een relatieve<br />

dichtheid te bepalen. Een <strong>in</strong>dex dus.<br />

Verder lezen:<br />

Bijlsma R.G. 2009. Trends en broedresultaten van roofvogels <strong>in</strong> <strong>Nederland</strong> <strong>in</strong> 2008. <strong>De</strong> Takkel<strong>in</strong>g 17:<br />

7-50 (pag<strong>in</strong>a 9-11 voor de muizen).<br />

Buker J.B. 1984. Aantalsschommel<strong>in</strong>gen bij de veldmuis Microtus arvalis (Pallas, 1779) <strong>in</strong> de periode<br />

1978-1981. Lutra 27: 304-311.<br />

Lisická L., Losík J., Zejda J., Heroldová M., Nesvadbová J. & Tkadlec E. 2007. Measurement error <strong>in</strong><br />

a burrow <strong>in</strong>dex to monitor relative population size <strong>in</strong> the common vole. Folia Zool. 56: 169-176.<br />

Rob G. Bijlsma, Doldersummerweg 1, 7983 LD Wapse<br />

17


█ 9 Waterspitsmuis <strong>in</strong> Flevolandse braakballen<br />

(Ria Heemskerk – coörd<strong>in</strong>ator Zoogdieratlas Flevoland)<br />

Wie de atlas van de <strong>Nederland</strong>se zoogdieren uit 1992 ter hand<br />

neemt, ziet op de kaart van de Waterspitsmuis (Neomys fodiens)<br />

een wit gebied voor de prov<strong>in</strong>cie Flevoland. <strong>De</strong> tekst vermeldt wel<br />

enkele oude vondsten <strong>in</strong> braakballen, afkomstig uit een boerderij<br />

aan de Uiterdijkenweg <strong>in</strong> Luttelgeest (gem. Noordoostpolder). Daar<br />

wordt wel de kantteken<strong>in</strong>g bijgeplaatst dat het goed mogelijk is dat<br />

de dieren niet <strong>in</strong> de polder, maar <strong>in</strong> de kop van Overijssel, waren<br />

gevangen. Hemelsbreed is de afstand m<strong>in</strong>der dan één kilometer.<br />

Daarnaast wordt meld<strong>in</strong>g gemaakt van enkele waarnem<strong>in</strong>gen van de soort, die niet onbetwistbaar zijn.<br />

Nu <strong>in</strong> het kader van de nieuwe zoogdieratlas, <strong>in</strong>tensief naar zoogdieren wordt gespeurd, worden<br />

kerkuilen weer dankbaar gebruikt als leveranciers van potentieel onderzoeksmateriaal. Enkele<br />

honderden braakballen uit Flevoland zijn <strong>in</strong>middels uitgeplozen. Ook enkele partijen van de<br />

Uiterdijkenweg werden geplozen. Groot was de opw<strong>in</strong>d<strong>in</strong>g toen <strong>in</strong> een kle<strong>in</strong> partijtje ballen een<br />

schedel van een Waterspitsmuis tevoorschijn kwam. Enkele maanden later was het opnieuw raak.<br />

Ballen van een boerderij aan dezelfde weg, op 3 km afstand van de vorige, leverden maar liefst drie<br />

Waterspitsmuisschedels op. Beide kerkuilterritoria liggen op de grens van de polder, op vliegafstand<br />

van de Weerribben. Het is dus goed mogelijk dat de Waterspitsmuizen daar gevangen zijn. Maar het is<br />

niet ondenkbaar dat ze ook op Flevolands grondgebied voorkomen. Er zijn plannen om daar met de<br />

veldwerkgroep van de Zoogdierverenig<strong>in</strong>g nader onderzoek naar te verrichten dit najaar.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

18


█ 10 Braakbalvondst grote bosmuis (Apodemus flavicollis) bij Enschede<br />

In een door Ecogroen Advies BV te Zwolle aan mij geleverde braakbalpartij uit de buurtschap<br />

Smalenbroek (259.0-466.8) ten zuidoosten van Enschede (februari <strong>2010</strong>) zijn een schedel en twee<br />

onderkaken van de grote bosmuis (Apodemus flavicollis) aangetroffen. <strong>De</strong>ze eerste braakbalvondst van<br />

de grote bosmuis <strong>in</strong> de prov<strong>in</strong>cie Overijssel sluit aan bij eerdere vangsten rond W<strong>in</strong>terwijk en een<br />

onzekere waarnem<strong>in</strong>g <strong>in</strong> Twente (Aamsveen), waarmee het vermoeden wordt bevestigd dat de grote<br />

bosmuis op meerdere plaatsen <strong>in</strong> Oost- <strong>Nederland</strong> voorkomt. <strong>De</strong> vondst sluit ook aan bij recente<br />

waarnem<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> Münsterland die op migratie <strong>in</strong> westelijke richt<strong>in</strong>g wijzen (fig.2)<br />

Bij mijn eerste beoordel<strong>in</strong>g leverde, door het niet <strong>in</strong> bezit hebben van vergelijk<strong>in</strong>gsmateriaal, met<br />

name een <strong>in</strong> 2008 door Dr. Henn<strong>in</strong>g Vierhaus gepubliceerd verloop van een schedelnaad bij het<br />

gevonden exemplaar enige onzekerheid op (fig. 1).<br />

Dit kenmerk wordt door Vierhaus als volgt omschreven: ‘Naht zwischen Zwischenkiefer und<br />

Maxillare verläuft gewöhnlich nach vorn und umfasst weitgehend die hier vorhandene Grube”. Voor<br />

de bosmuis (Apodemus sylvaticus) wordt dit kenmerk omschreven als: ‘Naht zwischen<br />

Zwischenkiefer und Maxillare zieht unmittelbar nach oben und verläuft durch die Grube vor der<br />

Zygomatischen Platte’.<br />

©Foto: Johan Poffers ©Foto: Ger Snaak<br />

Fig. 1: Verloop van de schedelnaad bij Apodemus flavicollis (l<strong>in</strong>ks) en Apodemus sylvaticus (rechts)<br />

Om meer duidelijkheid te krijgen of het hierboven omschreven kenmerk van de grote bosmuis van<br />

toepass<strong>in</strong>g is op het rond Enschede gevonden exemplaar, is het probleem voorgelegd aan Bauke<br />

Hoekstra uit Almelo. Over de lengte van de kiezenrij (>4.0), onderkaak (> 15), diastema (5.9-8.1) en<br />

de dikte van de snijtanden bestond duidelijk eenstemmigheid: Apodemus flavicollis. Wat betreft het<br />

verloop van de omschreven schedelnaad is besloten om het probleem voor te leggen aan Vierhaus.<br />

Het antwoord van Vierhaus luidt: ‘Und der Nahtverlauf ………..entspricht voll und ganz dem, wie<br />

ich das von me<strong>in</strong>em flavicollis-Material her kenne’. <strong>De</strong> lengte van de kiezenrijen en de dikte van de<br />

snijtanden vallen ook bij Vierhaus b<strong>in</strong>nen het bereik van Apodemus flavicollis.<br />

Het is niet onwaarschijnlijk dat de ‘Smalenbroekse’ grote bosmuis, evenals <strong>in</strong> de Achterhoek, deel<br />

uitmaakt van een hier al langere tijd aanwezige levensvatbare groep. Het is daarom wenselijk om het<br />

<strong>in</strong> het verleden verzamelde Apodemus-materiaal uit het grensgebied van Twente nog eens kritisch te<br />

bekijken. Recente waarnem<strong>in</strong>gen (2001-2009) van de soort ten oosten van Meppen (Niedersachsen)<br />

moeten ook de zoogdierbeschermers<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

19


<strong>in</strong> Drenthe en Noordoost-Overijssel ‘scherp houden’ voor te verwachten vondsten <strong>in</strong> deze gebieden.<br />

Mogelijk heeft de grote bosmuis ook hier de grens al dichter bereikt dan bekend is. Thomas<br />

Herrmann mailt: „Die deutsch-niederländische Grenzregion ist danach bezüglich der Gelbhalsmaus<br />

noch ‚terra <strong>in</strong>cognita’.<br />

Het gevonden materiaal van de grote bosmuis te Smalenbroek wordt opgenomen <strong>in</strong> de collectie<br />

Hoekstra te Almelo.<br />

Literatuur: 2008. Vierhaus, H. Säugetiere <strong>in</strong> Eulengewöllen aus Westfalen und<br />

<strong>De</strong>utschland. Bestimmung ihrer Schädelreste.<br />

Bad Sassendorf-LohneA<br />

Ger Snaak / Hardenberg<br />

E-mail: g.snaak@ziggo.nl<br />

Fig. 2: Areaaluitbreid<strong>in</strong>g grote bosmuis <strong>in</strong> westelijke richt<strong>in</strong>g<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

20


█ 11 Bijzondere vangsten…… Ger Snaak<br />

Een bijzondere meld<strong>in</strong>g van een muizenvangst kwam er <strong>in</strong> <strong>2010</strong> uit Nutter (Twente) : een muis<br />

waarbij <strong>in</strong> een deel van de haren het pigment ontbrak en daardoor wit was. Het beestje was<br />

aanvankelijk door de waarnemer gedeterm<strong>in</strong>eerd als huisspitsmuis, maar na verloop van tijd ontstond<br />

er twijfel bij hem. Hij was gelukkig zo verstandig om meerdere opnamen van het diertje te maken<br />

en……… anderen te vragen of de determ<strong>in</strong>atie juist was. Bij het maken van een opname ontstaan al<br />

vaak meteen de problemen. Waar let je op? Welke uiterlijke kenmerken moeten worden vastgelegd<br />

om een soort ‘als zeker’ te kunnen duiden? Het diertje op bovenstaande afbeeld<strong>in</strong>g vertoont leucisme,<br />

een erfelijke afwijk<strong>in</strong>g. <strong>De</strong> afwijk<strong>in</strong>g was eenzijdig, alleen aan de rechterkant kwam witkleur<strong>in</strong>g<br />

voor. Door het maken van meerdere foto’s werd dit ‘hard’ gemaakt. <strong>De</strong>sondanks: hèt kenmerk<br />

ontbrak op alle afbeeld<strong>in</strong>gen, nl. het doorlopen van de donkere kleur van de rug tot <strong>in</strong> de voorpoten,<br />

waarmee het verschil met andere soorten eveneens ‘hard’ zou zijn gemaakt. Verschillende mensen<br />

hebben zich gebogen over de opnamen. Over een ‘d<strong>in</strong>g’ was iedereen het snel eens: het is geen<br />

huisspitsmuis. Er waren nog twee overblijvende mogelijkheden: een bosspitsmuis of een<br />

veldspitsmuis. En dan blijken meerdere opnamen, genomen op het juiste moment, weer van belang te<br />

zijn (op bovenstaande foto komt dat niet tot uitdrukk<strong>in</strong>g): verschillen <strong>in</strong> lichaamsvorm en -houd<strong>in</strong>g<br />

wanneer het diertje loopt. Dat laatste kun je niet uit boekjes halen. Alleen door het veel bestuderen<br />

van de dieren (door ze regelmatig te vangen en ze tijdelijk <strong>in</strong> gevangenschap te volgen) kun je je deze<br />

eigenschappen eigen maken. <strong>De</strong> soort? Op basis van het vastgelegd ‘gedrag’ (de uitdrukk<strong>in</strong>gsvorm)<br />

is het zeer waarschijnlijk een (leucistische) veldspitsmuis. Alleen schedelonderzoek geeft honderd<br />

procent zekerheid.<br />

Foto: Sil Westra<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

21


█ 12 Een noodlottige spel<strong>in</strong>g der natuur? Florian Bijmold<br />

Op 18 augustus werd ik <strong>in</strong> de avond opgebeld door André Donker (boswachter NM) met de vraag of<br />

ik tijd kon vrijmaken om naar Doldersum toe te komen om een gewonde jonge kerkuil bij een kennis<br />

( een boer uit de buurt ) op te halen. Maar natuurlijk was mijn antwoord. Tussentijds se<strong>in</strong>de ik mijn<br />

goede makker Sjoerd Haantjes <strong>in</strong> die een asiel heeft voor roofvogels en uilen en waarmee ik samen al<br />

jaren de kerkuilenkasten controleer bij boeren <strong>in</strong> de Noordoostpolder. Ik vertelde Sjoerd dat ik op<br />

weg was naar Doldersum om een gewonde kerkuil op te halen en vroeg hem nog even op te blijven,<br />

geen probleem melde Sjoerd me.<br />

Het was ruim een uur of tien <strong>in</strong> de avond toen ik op de boerderij arriveerde <strong>in</strong> Doldersum, André, de<br />

boer en zijn vrouw stonden me al op het erf op te wachten en wezen me de plaats <strong>in</strong> de oude<br />

ligboxenstal waar het ‘’gewonde’’ kerkuiltje zich zou ophouden. Toen de lichten aang<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de<br />

ligboxenstal, zagen we niet één jong kerkuiltje schichtig rondhuppelen, maar ook nog een tweede!<br />

Het viel me meteen op dat beide dieren hetzelfde probleem hadden, namelijk een hangend slepend<br />

l<strong>in</strong>ker vleugeltje. André en ondergetekende konden zonder moeite deze twee jonge uiltjes oprapen.<br />

Ze waren goed doorvoed en blijkbaar voerden de ouder vogels nog steeds prooien aan. Eenmaal <strong>in</strong> de<br />

hand, kon ik de jongen nader <strong>in</strong>specteren en vaststellen dat er geen verwond<strong>in</strong>g of letsel aan de<br />

vleugels waren te ontdekken. Aangezien beide dieren dezelfde kwaal hadden, stonden we voor een<br />

raadsel. Ik vroeg de boer waar zich de kerkuilenkast bevond <strong>in</strong> de schuur, waarop hij me antwoordde,<br />

dat er geen kast h<strong>in</strong>g, maar dat de kerkuilen op een plek mogelijk achter een spant, hadden gebroed.<br />

Meteen werd mij de vraag gesteld, en hoe nu verder? Zijn deze weerloze uiltjes nog te redden? Ik<br />

moest natuurlijk een eerlijk antwoord geven. Tja, zoals het er nu uitziet, lijkt het op een volledige<br />

vergroei<strong>in</strong>g van de vleugels en is daar we<strong>in</strong>ig meer aan te doen. Waarschijnlijk zal Sjoerd de uiltjes<br />

moeten euthanaseren. <strong>De</strong> boer en zijn vrouw waren daar gelukkig heel nuchter onder en begrepen de<br />

ernst van de zaak. We rolden de twee jonge uiltjes <strong>in</strong> een handdoek en ik nam ze mee voor nader<br />

onderzoek naar het adres van Sjoerd Haantjes. Het was kwart over elf <strong>in</strong> de avond toen ik <strong>in</strong><br />

Emmeloord aankwam en de vogels overdroeg aan Sjoerd. Hij bekeek en bevoelde de dieren en keek<br />

me scheef over zijn bril aan. Die gaan het niet redden hoor… was zijn antwoord. Hij voelde aan de<br />

gewrichten en probeerde de vleugels te bewegen, maar dat lukte helemaal niet. Uite<strong>in</strong>delijk werden<br />

de uiltjes uit hun lijden verlost. Het was jammer genoeg erg laat geworden en ik moest de volgende<br />

dag alweer vroeg naar mijn werk. Sjoerd beloofde me dat hij de volgende dag autopsie zou plegen op<br />

de vogels, want we waren natuurlijk erg benieuwd wat die dieren nu eigenlijk onder hun leden<br />

hadden.<br />

<strong>De</strong> volgende dag belde Sjoerd me op en vertelde me dat hij de vleugels m<strong>in</strong>utieus had ontleed en de<br />

botten met gewrichten had blootgelegd. Met enige verbaz<strong>in</strong>g vertelde hij me dat de vogels een<br />

identieke vergroei<strong>in</strong>g hadden aan het spaakbeen en ellepijp. Ook de handbeentjes waren volledig<br />

krom gegroeid. Dit had Sjoerd <strong>in</strong> de 40 jaar dat hij te maken heeft gehad met verzwakte roofvogels en<br />

uilen nog niet eerder meegemaakt.<br />

Sjoerd en ondergetekende legden de beenderen vast op foto en stuurde dit naar onze regio coörd<strong>in</strong>ator<br />

Ger Snaak, met de vraag of hij dit euvel zou kunnen duiden. Ook Ger was verrast en vertelde ons dat<br />

hij dit ook nog niet eerder was tegen gekomen. Hij drong erop aan om alles goed op foto vast te<br />

leggen en e.e.a. goed te beschrijven en zo nodig de restanten van de dode kerkuilen <strong>in</strong> de diepvries te<br />

bewaren. Uiteraard werden deze adviezen opgevolgd. Nadat we enige literatuur hadden geraadpleegd<br />

en we ons hadden verdiept, kwamen we niet verder dan een ‘’noodlottig spel<strong>in</strong>g der natuur’’. Maar<br />

zou het ook iets erfelijks kunnen zijn. Om die vragen te kunnen beantwoorden heb je meer gegevens<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

22


en wellicht een langjarig onderzoek nodig. Intussen had ik contact gehad met André Donker en hem<br />

verteld dat hij contact moest zoeken met de regiocoörd<strong>in</strong>ator van de <strong>Kerkuil</strong>en Werkgoep <strong>in</strong> Drenthe<br />

dhr. Frans Geene. Uite<strong>in</strong>delijk kreeg André kennis aan Dhr. Popken, die voorheen <strong>in</strong> de regio de<br />

kerkuilenkasten controleerde. Dhr. Popken zou zorgen dat er op locatie een kerkuilenkast zal worden<br />

opgehangen <strong>in</strong> de oude ligboxenstal, zodat we hopelijk komende jaren een beter <strong>in</strong>zicht kunnen<br />

krijgen van de broedsels die het ouderlijk paar <strong>in</strong> de toekomst zullen voortbrengen.<br />

André Donker en Dhr. Popken zijn bereidt om volgend seizoen de kerkuilen bij deze vriendelijke<br />

boer te volgen, want we zijn natuurlijk erg benieuwd hoe het komende broedseizoen e.e.a. zal gaan<br />

uitpakken. Wij hopen dus op een vervolg.<br />

Mijn dank gaat uit naar André Donker (NM), Sjoerd Haantjes, Ger Snaak, dhr. Popken en de Familie<br />

Driesen uit Doldersum.<br />

Florian Bijmold<br />

Henric de Cranestraat 112, 8374 KR Ku<strong>in</strong>re<br />

fbijmold@planet.nl<br />

Boven (vergroeide beenderen van de l<strong>in</strong>ker vleugel)<br />

Onder ( de beenderen van de rechtervleugel, niet vergroeid)<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

23


█ 13 Zóveel muizen, geen broedsel……… Ger Snaak<br />

‘Ik snap er niets van, het barst hier van de muizen en de kerkuil komt niet tot broeden. Hoe zit dat<br />

met de kerkuil die niet broedt , terwijl ik al het hele jaar zo’n last van de muizen heb”, vroeg een<br />

bezorgde kerkuilbeschermer <strong>in</strong> de zomer van <strong>2010</strong>.<br />

Om tot voorplant<strong>in</strong>g te kunnen komen is er een eicel-, zaadcelproductie nodig en een juist op elkaar<br />

afgestemd voortplant<strong>in</strong>gsgedrag (bijvoorbeeld de balts). Zowel de productie van voortplant<strong>in</strong>gscellen<br />

als het ontstaan van voortplant<strong>in</strong>gsgedrag worden bepaald door vele hormonen, waartussen een<br />

nauwe afstemm<strong>in</strong>g bestaat om voortplant<strong>in</strong>gsorganen en allerlei meet<strong>in</strong>strumenten <strong>in</strong> de hersenen op<br />

het juiste moment te activeren. Wanneer deze samenwerk<strong>in</strong>g niet goed is, is er sprake van onbalans.<br />

<strong>De</strong> onbalans kan betrekk<strong>in</strong>g hebben op zowel het voortplant<strong>in</strong>gsgedrag (er wordt niet gecopuleerd)<br />

als op de productie/ontwikkel<strong>in</strong>g van eicellen en zaadcellen (geen eieren, geen bevrucht<strong>in</strong>g e.d.).<br />

Voortplanten is dus alleen mogelijk als delen van de hersenen, de eierstokken en de testes via<br />

boodschappers (hormonen) de juiste <strong>in</strong>formatie op het juiste moment krijgen.<br />

Parende veldspitsmuizen: hormonale afstemm<strong>in</strong>g, op het juiste moment.<br />

<strong>De</strong>ze afstemm<strong>in</strong>g kan door allerlei factoren worden geremd/beïnvloed.<br />

Een daarvan is het voedsel. Iedereen weet dat de voedselsituatie <strong>in</strong> de<br />

concentratiekampen <strong>in</strong> de tweede wereldoorlog bij vrouwen leidde tot<br />

problemen <strong>in</strong> de menstruatiecyclus en deze vrouwen onvruchtbaar waren. Dit geldt ook voor<br />

kerkuilen. Bekend is dat het gewicht (voedselvoorraad, waaronder vet) verband houdt met de<br />

vruchtbaarheid. <strong>De</strong> hoeveelheid opgeslagen voedsel (en kerkuilen hebben ‘van nature’ al we<strong>in</strong>ig<br />

vetopslag) wordt door de hersenen ‘berekend’ om vervolgens, via hormonen, de<br />

voortplant<strong>in</strong>gsorganen te stimuleren of ‘stil te leggen’.<br />

Wanneer kerkuilen na een sneeuwrijke w<strong>in</strong>ter onvoldoende voedsel hebben opgeslagen (doordat de<br />

muizen er wel waren, maar door de sneeuw onbereikbaar) is hun hormoonhuishoud<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het voorjaar<br />

gedeeltelijk of compleet verstoord. Het herstel vraagt om tijd! Dit kan zelfs maanden duren.<br />

Onbalans kan leiden tot een ger<strong>in</strong>ge werk<strong>in</strong>g van de eierstokken met we<strong>in</strong>ig eicelrijp<strong>in</strong>gen ( kle<strong>in</strong>e<br />

broedsels) of, bij herstel, tot late broedsels. Wanneer een muizenarm jaar gepaard gaat met daaraan<br />

voorafgaand sneeuwrijke w<strong>in</strong>ter, kan dit (door een sterke, langdurige onbalans <strong>in</strong> de<br />

hormoonhuishoud<strong>in</strong>g) leiden tot een zeer slecht kerkuilenjaar. Muizen- en sneeuwrijke w<strong>in</strong>ters<br />

kunnen daartoe eveneens leiden. <strong>De</strong> kerkuilen zijn er wel, maar de kasten zijn leeg. Muizen genoeg,<br />

maar niet bereikbaar? <strong>De</strong> kerkuilenhormonen reageren………..<br />

Ook stress, als gevolg van verstor<strong>in</strong>g bij de broedkist tijdens de ei-fase, zet de werk<strong>in</strong>g van<br />

hormonen <strong>in</strong> gang die tot onbalans bij andere hormoonafstemm<strong>in</strong>gen en gedrag leiden. Gevolg:<br />

mislukt broedsel!<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

24


█ 14 <strong>Uilen</strong> en wij Harry van Diepen Coörd<strong>in</strong>ator Veluwe<br />

Als k<strong>in</strong>d wist ik eigenlijk niet beter, steenuilen waren er altijd wel te horen en soms te zien <strong>in</strong> de<br />

hoogstambongerd bij onze boerderij. Pas op latere leeftijd kwam ik er achter dat de ‘kàtoel’n’, zoals<br />

die <strong>in</strong> onze omgev<strong>in</strong>g genoemd worden, hetzelfde zijn als steenuilen. Maar nog steeds v<strong>in</strong>d ik de<br />

aanduid<strong>in</strong>g ‘katoele’ (‘katuil’ voor de lezers die de Nedersaksische taal wat m<strong>in</strong>der goed beheersen)<br />

veel treffender dan ‘steenuil’. Zeg nu zelf, bijna alle geluiden die een kat maakt, produceert een<br />

steenuil ook. Nee, sp<strong>in</strong>nen doet de uil niet als je over zijn zachte koppie aait, maar blazen wel, al dan<br />

niet <strong>in</strong> comb<strong>in</strong>atie met een uithaal van z’n scherpe nagels.<br />

Het zal nu bijna 20 jaar geleden zijn dat een plaatsgenoot, actief <strong>in</strong> een uilenwerkgroep, ons vroeg om<br />

een nestkast voor een steenuil <strong>in</strong> de bongerd op te mogen hangen. Daar hadden we natuurlijk geen<br />

enkel bezwaar tegen. <strong>De</strong> kast hangt nog steeds <strong>in</strong> de ruim honderdjarige suikerperenboom. Het<br />

onderkomen voorziet duidelijk <strong>in</strong> een behoefte. Zo ver we kunnen nagaan is er al die tijd maar één<br />

jaar geweest dat het niet tot een succesvol broedsel is gekomen. Vanuit onze (<strong>in</strong>middels woon-<br />

)boerderij hebben we een mooi uitzicht op de bongerd en op de uilen. Zie je ze niet, dan hoor je ze<br />

wel. Voordat onze zoon ‘papa’ of ‘mama’ kon zeggen, imiteerde hij <strong>in</strong> zijn box voor het raam de<br />

uilen: ‘mieuw, mieuw!’<br />

In de loop der jaren hebben we heel wat beleefd met de steenuilen. Te veel om op te noemen. Bijna<br />

ieder jaar zetten we uit de kast getuimelde uilskuikens weer terug. Ik weet het wel, dat is tegen de<br />

natuur, ze kunnen (net als een kat!) vaak wel weer <strong>in</strong> de boom klimmen. Maar onze kast is zodanig<br />

opgehangen dat ze niet meer terug <strong>in</strong> de kast kunnen klauteren. Zo kan er trouwens ook niet zo<br />

gemakkelijk een kat of steenmarter <strong>in</strong> de kast komen. Hoog op een boomtak is zo’n uilenjong zijn<br />

leven overigens ook niet zeker. Buurvrouw zag eens hoe vlak voor haar ogen een reiger een jong<br />

steenuiltje uit een goudre<strong>in</strong>ettenboom plukte.<br />

Gelet op de gemiddelde leeftijd van een steenuil hebben er <strong>in</strong>tussen verschillende generaties <strong>in</strong> de<br />

kast gebroed. Niet dat de we aan de <strong>in</strong>dividuele dieren kunnen zien dat ze ‘nieuw’ zijn, maar toch<br />

merk je <strong>in</strong> de loop van de jaren verschil <strong>in</strong> gedrag. Er zijn jaren geweest dat er bijna dagelijks een van<br />

de bongerdbewoners op een waslijnpaal, dicht bij huis, geïnteresseerd bij ons naar b<strong>in</strong>nen zat te<br />

loeren. <strong>De</strong> laatste jaren zien we dit eigenlijk nauwelijks meer. Ook zien we duidelijke verschillen <strong>in</strong><br />

het foerageer- en eetgedrag. Dit kan overigens net zo goed aan het wisselende voedselaanbod liggen<br />

als aan de <strong>in</strong>dividuele smaak van de dieren. Afgelopen zomer haalden de uilen de kost voor hun<br />

jongen voornamelijk uit ons gazon. Pieren, ritnaalden, kevers? Er zijn jaren geweest dat hun voorkeur<br />

uitg<strong>in</strong>g naar jonge merels die ze met veel moeite <strong>in</strong> de kast manoeuvreerden. Vorig jaar lieten ze de<br />

merelnesten <strong>in</strong> de omgev<strong>in</strong>g volledig ongemoeid.<br />

Tweemaal heeft een steenuil <strong>in</strong> ons huis rondgefladderd. Voorbijgangers hadden eens ’s avonds laat<br />

onder de meidoornheg die de bongerd van de openbare weg scheidt, een steenuil gevonden. Ze waren<br />

zo attent om bij ons aan te bellen. Het niet meer zo piepjonge uiltje was zo te zien bezig dood te gaan.<br />

Doorweekt van de regen, koud en uitgehongerd. Uit moed der wanhoop hebben we het diertje <strong>in</strong> een<br />

doos <strong>in</strong> de keuken gezet. In het donker <strong>in</strong> het gazon een paar pieren voor hem gewipt. Daar had de uil<br />

geen trek <strong>in</strong>. <strong>De</strong> pieren hebben we toen maar bij de uil <strong>in</strong> de doos gedaan en we zijn naar bed gegaan.<br />

<strong>De</strong> volgende ochtend werden we wakker van een spr<strong>in</strong>glevende steenuil die door de kamer en de<br />

keuken vloog.<br />

Eens op een avond hoorden we een vreemd geluid <strong>in</strong> huis. Het kwam ergens uit de schoorsteen. Een<br />

vogel, een steenmarter? In de kamer een afdekplaat losgemaakt en met behulp een zaklantaarn <strong>in</strong> het<br />

schoorsteenkanaal gekeken. Twee felgele ogen keken me angstig aan. Een schoorsteenuil. Zo te zien<br />

kon hij geen kant op en wij konden niet bij het arme dier komen. Er zat niets anders op dan maar af te<br />

wachten. Als ie dood zou gaan, konden we het kadaver misschien wel met een lange stok uit de<br />

schoorsteen peuteren. Na een korte nachtrust werden we gewekt door weer een vreemd geluid. Nu<br />

niet vanuit de schoorsteen, maar vanuit de keuken en kamer, waar een volwassen steenuil rondjes<br />

vloog. <strong>De</strong> schoorsteen was geveegd en het huis zat onder het stof.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

25


Als jochie haalde ik vaak ‘Wat vliegt daar?’ van Dr. W.H. van Dobben uit de boekenkast.<br />

Plaatjes kijken. Sommige vogels spraken bijzonder tot mijn verbeeld<strong>in</strong>g. Zoals de hop, met zijn<br />

vreemde kuif. Ook de kerkuil met zijn witte gezicht vond ik heel bijzonder. Tientallen jaren later<br />

heb ik eens bij iemand van de uilenwerkgroep van de KNNV Epe-Heerde geïnformeerd of het<br />

niet mogelijk was een kerkuilenkast <strong>in</strong> onze schuur te plaatsen. Steenuilen zijn leuk, maar voor<br />

ons eigenlijk ook wel een beetje gewoon. Van een kerkuil had ik nooit meer dan een schim <strong>in</strong> het<br />

donker gezien. Ik kreeg te horen dat het niet verantwoord zou zijn dat er bij ons een<br />

kerkuilenkast zou komen, want b<strong>in</strong>nen een straal van m<strong>in</strong>der dan twee kilometer was er ook al<br />

een broedpaar. Dat zou te veel concurrentie geven. Als leek neem je dat dan maar aan van een<br />

uilendeskundige. Totdat ik eens bij een akkerbouwer <strong>in</strong> Drenthe moest zijn. Die boer deed veel<br />

aan weidevogelbescherm<strong>in</strong>g en vertelde tussen neus en lippen door dat hij s<strong>in</strong>ds een jaar een<br />

broedpaar kerkuilen onder de golfplaten van zijn schuur had. <strong>De</strong> uilen zaten <strong>in</strong> een kauwennest;<br />

de oorspronkelijke bewoners hadden ze verjaagd. Nog <strong>in</strong>teressanter vond ik dat hij vertelde dat<br />

<strong>in</strong> een landbouwschuur honderd meter verderop al jarenlang kerkuilen broedden <strong>in</strong> een nestkast.<br />

Hoezo, onderl<strong>in</strong>ge concurrentie? Toen ik het lid van de uilenwerkgroep dit verhaal vertelde, was<br />

hij overtuigd. Of hij was mijn gezeur om een kerkuilenkast zat. Hoe dan ook, hij bracht me een<br />

kast. Met de nodige moeite heb ik de kast <strong>in</strong> de nok van de schuur, tegen de gevel geplaatst, met<br />

een vlieggat naar buiten. Vervolgens afwachten. ‘Kiek’n wat ’t wordt’. Zo nu en dan eens<br />

voorzichtig gekeken,<br />

maar geen kerkuil te<br />

bekennen. Toen op een<br />

koude zaterdagmorgen<br />

onze hoogstambongerd<br />

het meewerkend<br />

voorwerp was van een<br />

snoeicursus<br />

(georganiseerd door de<br />

KNNV Epe-Heerde,<br />

actieve club), kwam<br />

uiteraard de aanwezige<br />

steenuilenkast ter<br />

sprake. Toen ik vertelde<br />

dat er ook al enkele<br />

jaren een kerkuilenkast<br />

<strong>in</strong> de schuur h<strong>in</strong>g,<br />

wilden ze daar ook nog even gaan kijken. Je bent KNNV-ver of niet. Op de hooizolder een<br />

ladder tegen de gevel gezet, deksel van de kast omhoog. Geen uil. Eén van de hoogstamsnoeiers<br />

was niet mee de schuur <strong>in</strong> gegaan. Hij moest nodig plassen. Toen hij daar mee bezig was, achter<br />

de schuur, hoorde en zag hij boven zich een kerkuil het vlieggat uitvluchten. Geschrokken van de<br />

ladder tegen zijn kast. Dus toch een kerkuil! Jammer dat ik hem zelf niet gezien had. Datzelfde<br />

jaar nog, 2005, een eerste broedresultaat. Toen een van de k<strong>in</strong>deren op school vertelde dat de<br />

kuikens ger<strong>in</strong>gd zouden worden, vroeg zijn schoolmeester, een echte natuurliefhebber, om daar<br />

bij te mogen zijn. Geen probleem. Een paar dagen later telefoon van de schooldirecteur. Of hij<br />

alsjeblieft ook mocht komen kijken. S<strong>in</strong>ds die tijd is geen van onze k<strong>in</strong>deren meer blijven zitten.<br />

Ook <strong>in</strong> 2006, 2007 en 2009 zijn er jonge kerkuilen uitgevlogen.<br />

We genieten van de uilen. Voor onze k<strong>in</strong>deren is het prachtig om op te groeien tussen de uilen. Wat<br />

een ervar<strong>in</strong>g om eens een steenuilskuiken voorzichtig over de kop te strelen voordat hij weer <strong>in</strong> de<br />

kast wordt gezet. Om te mogen helpen met het r<strong>in</strong>gen van de kerkuilen. Je zou dat ieder k<strong>in</strong>d<br />

toewensen. <strong>De</strong> uilen zijn een dankbaar onderwerp voor hun werkstukken en spreekbeurten.<br />

B<strong>in</strong>nenkort wordt vlak bij ons huis een nieuwe woonwijk gebouwd. Een toegangsweg komt op een<br />

paar meter van de steenuilenkast en tien meter van de kerkuilenkast. <strong>De</strong> paddenpoel en houtwal die<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

26


we destijds hebben aangelegd worden nu <strong>in</strong>gebouwd. <strong>De</strong> gemeente heeft enkele maatregelen bedacht<br />

om te voorkomen dat de uilen hier verdwijnen. Hiertoe verplicht door de Flora- en Faunawet. Of de<br />

uilen hiermee tevreden zullen zijn? <strong>De</strong> tijd zal het leren.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

27


█ 15 Een schroefje los bij twee uilenmannen Paul Uijttenboogaart<br />

Jan en ik hebben als oudere mannen<br />

door omstandigheden de leeftijd<br />

bereikt dat we m<strong>in</strong>der hoeven te<br />

werken. Bij toeval zijn we allebei<br />

maandags vrij gaan we er soms<br />

samen op uit.<br />

Jan had <strong>in</strong> een artikel <strong>in</strong> de<br />

Volkskrant iets gelezen over een<br />

echtpaar <strong>in</strong> Yde–de Punt. Dit<br />

echtpaar woont <strong>in</strong> een zeer oude<br />

boerderij <strong>in</strong> dit fraaie br<strong>in</strong>kdorp.<br />

Naast een bezette nestkast op de deel<br />

, zijn ze ook <strong>in</strong> het bezit van een<br />

fraai staaltje houtsnijwerk <strong>in</strong> het<br />

raam boven de voordeur.<br />

<strong>De</strong> kennismak<strong>in</strong>g begon als volgt:<br />

“ We komen als leden van de <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep Raalte even kijken naar uw fantastische raam<br />

boven de voordeur”. <strong>De</strong> vrouw des huizes keek wel vreemd , maar al snel had ze door dat we samen<br />

dezelfde passie deelden; <strong>Kerkuil</strong>en.<br />

Twee mannen die 95 km rijden om<br />

even een kiekje te maken van een fraai<br />

stukje houtsnijwerk met kerkuilen dat<br />

moeten wel echte liefhebbers zijn.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

Boerderij met nog het orig<strong>in</strong>ele raam boven de voordeur<br />

Helaas had ze geen tijd om uitvoerig te<br />

praten over kerkuilen, maar we<br />

mochten rustig een kijkje nemen <strong>in</strong> de<br />

schuur.<br />

Een prachtige schuur met schitterende<br />

geb<strong>in</strong>ten en hoog op de hanenbalken<br />

een bezette nestkast<br />

Gelukkig<br />

vond Jan ook<br />

nog een huishoudtrapje om<br />

enkele foto’s te maken van<br />

het werkelijk schitterende<br />

raam boven de voordeur.<br />

28


█ 16 Databank en SOVON<br />

<strong>De</strong> kerkuilenwerkgroep <strong>Nederland</strong> heeft jarenlang de verwerk<strong>in</strong>g van gegevens <strong>in</strong> eigen beheer<br />

gehad. Daar is nu een e<strong>in</strong>d aan gekomen. Voortaan zullen alle gegevens worden opgeslagen SOVON<br />

(Sticht<strong>in</strong>g Ornithologisch Vogelonderzoek <strong>Nederland</strong> ). Voor de kerkuilenwerkgroep West-<br />

Overijssel/Noordoostpolder een belangrijke wijzig<strong>in</strong>g. Om die verander<strong>in</strong>gen wat te sturen, is er op<br />

20 november <strong>2010</strong> <strong>in</strong> Ommen een bijeenkomst geweest waar SOVON <strong>in</strong>structies heeft gegevens over<br />

het werken met digitale nestkaarten. Van onze werkgroep hebben zich 4 personen aangemeld om de<br />

gegevens vanaf 2011 te willen digitaliseren: Hans de Jonge, Ton Aarsman, Annemiek van Baren en<br />

Ger Snaak.<br />

Het komende jaar zal nog het nodige moeten worden gedaan om de gegevensverwerk<strong>in</strong>g<br />

organisatorisch te regelen, onder andere de<br />

vraag welke regio’s <strong>in</strong> staat zijn om zelf de<br />

gegevens te verwerken, mogelijk met<br />

behulp van mensen uit andere<br />

werkgroepen. Daarbij verkeert de<br />

werkgroep <strong>in</strong> de gelukkige omstandigheid<br />

geen achterstand te hebben <strong>in</strong> de<br />

verwerk<strong>in</strong>g van gegevens uit voorgaande<br />

jaren, althans: de gegevens zijn opgeslagen<br />

<strong>in</strong> de (nu oude) databank van de werkgroep<br />

en zullen nog een weg richt<strong>in</strong>g SOVON<br />

moeten v<strong>in</strong>den. Op dit moment (januari<br />

2011) wordt er nog aan verschillende zaken gesleuteld om tot een goede afstemm<strong>in</strong>g te komen.<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

29


█ 17 Coörd<strong>in</strong>atoren werkgroepen<br />

R. nr. Regio Coörd<strong>in</strong>ator Telefoon e-mail<br />

1a Steenwijk W.Engelsman 0521 516455 w.engelsman2@kpnplanet.nl<br />

1b VWG vliegvlug H. Folkerts 0522 257282 folkertsh@home.nl<br />

2a Mastenbroek-N<br />

VWG vliegvlug<br />

H. Folkerts 0522 257282 folkertsh@home.nl<br />

2b Mastenbroek overig A. Verhoeven 0384 655964 bloo.verhoeven@worldonl<strong>in</strong>e.nl<br />

3 Kampen Cor Fikkert 0383 331468 cor@filternet.nl<br />

4 Staphorst A. Lassche 0529 483822 alassche@hetnet.nl<br />

5 Zwolle A. Verhoeven 0384 655964 bloo.verhoeven@worldonl<strong>in</strong>e.nl<br />

6 Dalfsen H. Schrijver 0529 401341<br />

7 He<strong>in</strong>o J. Homma 0572 393587 jehomma@zonnet.nl<br />

8 Ommen H. Bouman 0523 251520 han.bouman@planet.nl<br />

9 Hardenberg G. Snaak 0523 856980 g.snaak@ziggo.nl<br />

10a Nijverdal F. Roelofs 0548 618597 fredroelofs@kpnplanet.nl<br />

b Holten A. Driessen 0548 363192 appmdriessen@planet.nl<br />

11 Markelo G.J.H. Tjo<strong>in</strong>k 0547 272864 wtjo<strong>in</strong>k@xs4all.nl<br />

12 Bathmen L. Hotsma 0570 541970 lammert.hotsma@hetnet.nl<br />

13 <strong>De</strong>venter R. Wijnbergen 0570 641461 djengo@home.nl<br />

14a <strong>De</strong>n Ham J. Vrijl<strong>in</strong>k 0546 672664 janvrijl<strong>in</strong>k@home.nl<br />

b Vroomshoop K. Smelt 0546 643614 smelt@home.nl<br />

15 Raalte J. Legebeke 0572 357782 legebekenieuwburg@planet.nl<br />

P.Uijttenboogaart 0572 352647 pm.utb@home.nl<br />

16 Avereest J.v.Buren 0523 856972 wienanties@ziggo.nl<br />

17 Noordoostpolder S. Haantjes 0527 613476 s.haantjes@home.nl<br />

F. Bijmold<br />

fbijmold@planet.nl<br />

18 Wijhe / Olst H. de Jonge 0570 522629 Hans8131@ziggo.nl<br />

Prov<strong>in</strong>ciale Coörd<strong>in</strong>ator (West-Overijssel/Noordoostpolder)<br />

G.Snaak, Ondermaat 66, 7772 JD Hardenberg Tel. 0523 856980 (e-mail: g.snaak@ziggo.nl)<br />

Coörd<strong>in</strong>atoren aangrenzende gebieden:<br />

-Gron<strong>in</strong>gen A. Eijkenaar Tel. 05097 561872 eijkenaar@planet.nl<br />

06-22255632<br />

-Friesland A. v.d. Wal Tel: 0512 516309<br />

-Drenthe F.Geene Tel: 0591 514433 geene@planet.nl<br />

06-51915445<br />

-Twente P. van Heek Tel: 074 2911337 fpvanheek@telfort.nl<br />

Erik Companje Tel.0547 384192 erikcomt@home.nl<br />

-Achterhoek-Noord A. Meen<strong>in</strong>k Tel: 0545 292532 A.Meen<strong>in</strong>k@al.nl<br />

-Veluwe H. van Diepen Tel:0578615114 dile@<strong>in</strong>troweb.nl<br />

Landelijke coörd<strong>in</strong>ator:<br />

J. de Jong Lipomwyk 2, 9247 CH Ureterp Tel:0512 303174 (e-mail: jongrans@hetnet.nl)<br />

Redactie nieuwsbrief:<br />

Ger Snaak en Paul Uijttenboogaart (e-mail: pm.utb@home.nl)<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

30


Ontwikkel<strong>in</strong>gsstadia van <strong>Kerkuil</strong>jongen<br />

Na ± 32 dagen komt het eerste ei uit<br />

1 dag ± 2 weken ± 3 weken<br />

± 4 weken ± 5 weken ±6 weken<br />

± 7 weken ± 8 weken<br />

Nieuwsbrief <strong>Kerkuil</strong>enwerkgroep West-Overijssel /NOP jaargang 24<br />

31

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!