15.09.2013 Views

Download de lesvoorbereiding - Wereldlesidee

Download de lesvoorbereiding - Wereldlesidee

Download de lesvoorbereiding - Wereldlesidee

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Over dit lesi<strong>de</strong>e<br />

Rovertje-roof - <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> raakt op!<br />

Kan <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> 'opraken'? We bedoelen: dat er geen grondstoffen meer zijn om spullen van te<br />

maken? Dan moeten we er wel voorzichtig mee opspringen! In <strong>de</strong>ze les leren we dat àlles<br />

gemaakt is van één of meer grondstoffen die we uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> halen. We spelen het Rovertjeroof-spel<br />

en we zien dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> tijd nodig heeft om die grondstoffen aan te maken. Net<br />

zoals wij soms tot rust moeten komen. En misschien kunnen we onze spullen beter <strong>de</strong>len,<br />

langer gebruiken, slimmer hergebruiken<br />

Doelstellingen van <strong>de</strong>ze les<br />

Leerlingen kunnen met voorbeel<strong>de</strong>n uit hun eigen speelwereld aangeven dat zij<br />

grondstoffen van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gebruiken.<br />

Leerlingen kunnen met voorbeel<strong>de</strong>n beschrijven dat wij veel grondstoffen gebruiken<br />

van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.<br />

Leerlingen kunnen uitleggen dat <strong>de</strong> grondstoffen niet onbeperkt aanwezig zijn.<br />

Leerlingen kunnen uitleggen dat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> tijd nodig heeft om te recupereren.<br />

Leerlingen kunnen verdui<strong>de</strong>lijken dat <strong>de</strong> mens grondstoffen gebruikt om spullen te<br />

maken.<br />

Leerlingen kunnen beargumenteren dat we beter na<strong>de</strong>nken vooraleer we<br />

grondstoffen verbruiken.<br />

Eindtermen<br />

Wereldoriëntatie: 1.23, 1.24, 1.26, 2.1, 3.1, 3.3, 3.7<br />

Leren leren: 1, 3, 4, 6<br />

Sociale vaardighe<strong>de</strong>n: 1.2, 1.3, 1.4, 1.5, 1.6, 2, 3<br />

1<br />

Lesi<strong>de</strong>eën > 1 ste graad > Grondstoffen


Overzicht van <strong>de</strong> opbouw van <strong>de</strong> wereldlesi<strong>de</strong>eën<br />

Elke les heeft een vast stramien:<br />

Verwon<strong>de</strong>ring<br />

De leerlingen krijgen een prikkel die het leerproces in gang steekt. We maken hen<br />

nieuwsgierig.<br />

Dit les<strong>de</strong>el eindigt steevast met een on<strong>de</strong>rzoeksvraag of een aanmoediging om <strong>de</strong> les aan te<br />

vatten.<br />

Kennis<br />

We gaan dieper in op het thema, op <strong>de</strong> inhoud van wat we gaan on<strong>de</strong>rzoeken. De<br />

leerlingen gaan samen op zoek naar het antwoord of <strong>de</strong> ontknoping van het les<strong>de</strong>el<br />

Verwon<strong>de</strong>ring.<br />

Aan het ein<strong>de</strong> van dit les<strong>de</strong>el is je les mooi rond. Je kan hier dus eventueel eindigen. Wil je toch<br />

wat ver<strong>de</strong>r gaan? Via <strong>de</strong> on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len 'filosoferen', 'actie' en 'reflectie' kunnen <strong>de</strong> leerlingen nog<br />

dieper op het thema inzoomen.<br />

Filosoferen<br />

Wil je het thema met een ruimere blik bena<strong>de</strong>ren? Filosofeer samen met je leerlingen aan<br />

<strong>de</strong> hand van een vraag, verhaal, foto, ...<br />

Dit les<strong>de</strong>el daagt <strong>de</strong> leerlingen uit het thema en <strong>de</strong> opgedane inzichten vanuit een an<strong>de</strong>r<br />

perspectief te bekijken.<br />

Actie<br />

Nu kriebelt het om met <strong>de</strong> opgedane kennis en inzichten aan <strong>de</strong> slag te gaan! We kiezen uit<br />

enkele actie-suggesties of we stippelen met <strong>de</strong> leerlingen zelf een actieplan uit.<br />

Inzichten omzetten in actie en gedragsveran<strong>de</strong>ring verankert het leerproces.<br />

Reflectie<br />

Nieuwe inzichten weken soms wat los. Tijd om alles nog even op een rijtje te zetten, een<br />

rustige terugblik op het voorbije leerproces.<br />

Een goed eindvaluatie legt <strong>de</strong> basis voor een volgend project.<br />

De lessen zijn suggesties die je kunt gebruiken of aanpassen naar eigen goeddunken. Heb je<br />

weinig tijd, werk dan enkel met les<strong>de</strong>el 1 en 2. Heb je meer tijd, laat dan les<strong>de</strong>el 3, 4 en/of 5 je<br />

nog ver<strong>de</strong>r inspireren.<br />

Bij elke les is aanvullend lesmateriaal voorzien. Het aanvullend lesmateriaal vind je via <strong>de</strong> link<br />

Lesmateriaal (links in het menu bij elk lesi<strong>de</strong>e) en kan je makkelijk afdrukken of opslaan. Je kan<br />

het afgedrukte lesmateriaal duurzamer maken als je <strong>de</strong>ze lamineert. Zo kan je het elk jaar<br />

opnieuw gebruiken of doorgeven aan een collega.<br />

Heb je zelf een lesi<strong>de</strong>e dat je via onze site met an<strong>de</strong>ren wil <strong>de</strong>len? Laat het ons weten!<br />

Suggesties of opmerkingen? Laat het ons weten, druk op <strong>de</strong> knop Geef je mening.<br />

2


Lesvoorbereiding<br />

Voor je begint<br />

Print <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes 6 keer uit. Print voor je eigen gemak elke grondstof uit op een<br />

an<strong>de</strong>re kleur papier. Je kan eventueel <strong>de</strong> kaartjes recto-verso afprinten, met telkens<br />

op <strong>de</strong> achterkant een wereldbol.<br />

Print <strong>de</strong> foto Rose uit Congo, foto Sofia uit België, foto Ana uit Peru en foto Jempi uit<br />

<strong>de</strong> Filippijnen elk 1 keer uit of toon ze op het smartboard als je hierover beschikt.<br />

Print <strong>de</strong> knutselkaarten 4 keer uit.<br />

Print <strong>de</strong> roverskaarten en <strong>de</strong> roverskaarten bis elk 4 keer uit. Knip verticale stroken<br />

uit per voorwerp of voedingsmid<strong>de</strong>l.<br />

Print <strong>de</strong> e-mail van Ana uit Peru uit of toon <strong>de</strong>ze op het smartboard als je hierover<br />

beschikt.<br />

Print <strong>de</strong> prent Moe<strong>de</strong>r Aar<strong>de</strong> uit of projecteer ze in <strong>de</strong> klas (beamer of smartboard).<br />

Voorzie 3 linten/sjaals voor het spel in stap 3 (zie Kennis).<br />

Lesmateriaal<br />

Hier vind je het nodige lesmateriaal voor <strong>de</strong>ze les. Om te weten welk lesmateriaal je<br />

wanneer nodig hebt, lees je best eerst <strong>de</strong> rubriek 'voor je begint' bij <strong>de</strong> <strong>lesvoorbereiding</strong>.<br />

Aar<strong>de</strong>kaartjes<br />

E-mail van Ana uit Peru<br />

Foto Rose uit Congo<br />

Foto Sofia uit België<br />

Foto Ana uit Peru<br />

Foto Jempi uit <strong>de</strong> Filippijnen<br />

Knutselkaarten<br />

Prent Moe<strong>de</strong>r Aar<strong>de</strong><br />

Roverskaarten<br />

Roverskaarten bis<br />

3


Verwon<strong>de</strong>ring<br />

Ga in een kring zitten en bespreek:<br />

o Hoe maak je een zandkasteel?<br />

o Hoe maak je een kamp in het bos?<br />

Zorg dat ie<strong>de</strong>reen <strong>de</strong> kans krijgt om te vertellen over zijn of haar manier om een<br />

zandkasteel/kamp te bouwen. Laat <strong>de</strong> leerlingen eventueel van thuis een foto<br />

meebrengen van een zandkasteel of kamp dat zij ooit hebben gemaakt.<br />

De aar<strong>de</strong> geeft ons materiaal om mee te spelen, maar geeft ons nog veel meer.<br />

o We zullen eens kijken wat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> ons precies allemaal geeft!<br />

4


Kennis<br />

STAP 1 - Loopspel: Rovertje-roof<br />

Voor dit leson<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el heb je een turnzaal of <strong>de</strong> speelplaats nodig, want het is een<br />

loopspel.<br />

Ver<strong>de</strong>el <strong>de</strong> leerlingen in 4 groepen. Vertel hen dat ze een spel gaan spelen. Elke<br />

groep woont in een an<strong>de</strong>r land. Elk land heeft een aanvoer<strong>de</strong>r uit het land zelf.<br />

GROEP 1: Congo, het land van Rose<br />

GROEP 2: België, het land van Sofia<br />

GROEP 3: Filippijnen, het land van Jempi<br />

GROEP 4: Peru, het land van Ana<br />

Toon telkens <strong>de</strong> foto's, neem <strong>de</strong> wereldbol of <strong>de</strong> wereldkaart erbij en duid <strong>de</strong> lan<strong>de</strong>n<br />

erop aan. Hang <strong>de</strong> foto’s met een duimspijker op <strong>de</strong> wereldkaart.<br />

Tip:<br />

Voorzie een wereldkaart of een wereldbol. Een opblaasbare strandwereldbol is een leuke<br />

manier om <strong>de</strong> wereld in je klas te brengen.<br />

Zie http://www.globe-winkel.nl/opblaasglobe-blauw-40-g-837.html<br />

Speluitleg<br />

Speldoel:<br />

Rose, Sofia, Jempi en Ana willen allerlei dingen maken. Daarvoor hebben ze grondstoffen<br />

nodig uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, net zoals wij grondstoffen van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gebruiken als we een<br />

zandkasteel of een kamp in het bos maken.<br />

Het spel wordt gespeeld in groepen. Elke groep moet Rose, Sofia, Jemi of Ana helpen bij<br />

het verzamelen van <strong>de</strong> nodige grondstoffen om <strong>de</strong> spullen te maken. Die grondstoffen<br />

moeten uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gehaald wor<strong>de</strong>n:<br />

- water<br />

- olie<br />

- goud<br />

- hout<br />

De lan<strong>de</strong>n zijn op <strong>de</strong> grond geteken<strong>de</strong> kampen rond een centrale cirkel die <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

voorstelt.<br />

Opmerking:<br />

De meeste grondstoffen kennen <strong>de</strong> leerlingen waarschijnlijk niet. Het gaat er echter niet om<br />

dat zij weten wat goud, olie, ... is of hoe het precies gebruikt wordt. Het doel van <strong>de</strong> les is<br />

dat <strong>de</strong> leerlingen bewust wor<strong>de</strong>n dat wij heel veel van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gebruiken.<br />

Spelregels:<br />

Elke groep vertrekt vanuit zijn land.<br />

- Elk land krijgt zijn eigen knutselkaart waarop 3 dingen staan die zij willen maken. De<br />

volgor<strong>de</strong> waarop <strong>de</strong> dingen staan vermeld, is <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> waarin gespeeld wordt.<br />

- Voor elk ding moet het land <strong>de</strong> juiste grondstoffen in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> halen. De grondstoffen<br />

liggen in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> in <strong>de</strong> vorm van aar<strong>de</strong>kaartjes.<br />

- Bij het startsignaal bekijkt elk land wat zij eerst willen maken. Vervolgens loopt één<br />

leerling van elke groep naar <strong>de</strong> leerkracht om een roverskaart te gaan halen. Op die<br />

roverskaart staat welke grondstoffen - en dus hoeveel en welke aar<strong>de</strong>kaartjes - je<br />

precies uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> moet halen om jouw voorwerp te kunnen maken. Bij elk voorwerp<br />

hoort dus een an<strong>de</strong>re roverskaart.<br />

5


- Alle aar<strong>de</strong>kaartjes liggen in een grote cirkel op <strong>de</strong> grond die <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> voorstelt. Je mag<br />

maar 1 aar<strong>de</strong>kaartje tegelijk halen. Als je een aar<strong>de</strong>kaartje hebt genomen uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>,<br />

moet je het onmid<strong>de</strong>llijk eerst naar je land brengen, voor je een an<strong>de</strong>r aar<strong>de</strong>kaartje kan<br />

gaan roven.<br />

- Elk land duidt best - per ding waarvoor gelopen wordt - best iemand aan om <strong>de</strong><br />

binnenkomen<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes te tellen. Deze persoon blijft in zijn land. Hij geeft aan als<br />

er van bepaal<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes genoeg binnen zijn en zegt aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren welke<br />

aar<strong>de</strong>kaartjes er nog moeten gehaald wor<strong>de</strong>n. Hij is ook diegene die <strong>de</strong> roverskaart bij<br />

zich houdt. Als alle aar<strong>de</strong>kaartjes die op <strong>de</strong> roverskaart vermeld staan, verzameld zijn,<br />

legt hij ze samen met <strong>de</strong> roverskaart netjes weg. Zo raken ze niet verloren of vermengd<br />

met an<strong>de</strong>re aar<strong>de</strong>kaartjes die later wor<strong>de</strong>n verzameld.<br />

- Vervolgens kijkt <strong>de</strong> groep op zijn knutselkaart welk het volgend voorwerp is dat ze wil<br />

maken. Iemand van <strong>de</strong> groep loopt naar <strong>de</strong> leerkracht voor <strong>de</strong> correspon<strong>de</strong>ren<strong>de</strong><br />

roverskaart. De groep duidt een an<strong>de</strong>re persoon aan die in het land blijft om <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong>kaartjes te tellen. De groep begint weer aar<strong>de</strong>kaartjes te verzamelen.<br />

Het spel eindigt als er geen aar<strong>de</strong>kaartjes meer in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zijn.<br />

Ga naar <strong>de</strong> speelplaats of <strong>de</strong> turnzaal.<br />

Teken een grote cirkel in het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> speelplaats. De cirkel is <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.<br />

Teken op een afstand van 10 meter rond <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, als satellieten, 4 cirkels. De<br />

cirkels rond <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zijn <strong>de</strong> 4 lan<strong>de</strong>n.<br />

Elk groepje gaat in een land staan.<br />

Leg <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes verspreid in <strong>de</strong> cirkel van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. De cirkel is <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> met<br />

alles wat zij voortbrengt.<br />

Je legt:<br />

20 waterkaartjes, 12 houtkaartjes, 20 oliekaartjes en 9 goudkaartjes.<br />

Overloop <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes: dit zijn kaartjes met <strong>de</strong> grondstoffen die Rose, Sofia,<br />

Jempi en Ana nodig hebben om hun spullen te maken.<br />

Neem voor je het startsignaal geeft zelf een centrale plek in met <strong>de</strong> roverskaarten ter<br />

hand.<br />

Speel het spel. Het spel eindigt als er geen aar<strong>de</strong>kaartjes meer zijn.<br />

Controleer <strong>de</strong> verzamel<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes:<br />

o Heeft een kamp alle aar<strong>de</strong>kaartjes voor zijn knutselkaart kunnen<br />

verzamelen?<br />

o Welke voorwerpen kan je niet maken omdat je niet alle aar<strong>de</strong>kaartjes hebt<br />

verzameld? Welke aar<strong>de</strong>kaartjes waren er tekort?<br />

o Wie heeft het spel gewonnen?<br />

Vertel <strong>de</strong> leerlingen:<br />

Of <strong>de</strong> winnaar van het spel echt ook <strong>de</strong> groep is van het land dat alle nodige<br />

grondstoffen heeft kunnen verzamelen, is niet echt zeker. We zullen eens kijken ...<br />

STAP 2 - nabespreking<br />

Verzamel <strong>de</strong> leerlingen in een kring en bespreek:<br />

o 1. De voorwerpen en <strong>de</strong> grondstoffen die nodig zijn om ze te maken:<br />

- In <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zitten veel grondstoffen die wij mensen gebruiken om dingen mee te<br />

maken. Welke dingen kunnen we maken met water? Met olie? Met koper? ....<br />

6


De leerlingen sommen <strong>de</strong> dingen op aan <strong>de</strong> hand van <strong>de</strong> voorwerpen die hun land<br />

moest verzamelen tij<strong>de</strong>ns het spel.<br />

o 2. Kunnen grondstoffen ook echt ‘op’ raken?<br />

- Wij had<strong>de</strong>n in het spel niet genoeg grondstoffen om alle voorwerpen te maken die<br />

we wil<strong>de</strong>n, en dat in alle lan<strong>de</strong>n. Heeft <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> in het echt ook onvoldoen<strong>de</strong><br />

grondstoffen om alles te maken wat wij willen? Of raakt <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> nooit op?<br />

De leerlingen geven hun mening. Help hen door sturen<strong>de</strong> vragen te stellen adhv<br />

grondstoffen die zij kennen:<br />

- Kan water op raken? Waarom wel/niet?<br />

- Kunnen bomen ooit 'op' zijn zodat er geen hout meer is?<br />

o 3. Welke voorwerpen kunnen niet meer gemaakt wor<strong>de</strong>n als het water op is?<br />

- Voor welke voorwerpen had<strong>de</strong>n we water, olie, hout, ... nodig?<br />

De leerlingen <strong>de</strong>nken hiervoor terug aan het spel en <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes die zij<br />

verzameld hebben.<br />

o 4. Is het erg als die voorwerpen niet meer gemaakt kunnen wor<strong>de</strong>n?<br />

- Kunnen wij leven zon<strong>de</strong>r brood, aardappelen, rijst?<br />

- Kunnen wij leven zon<strong>de</strong>r auto, computerspel, ...?<br />

De leerlingen beel<strong>de</strong>n zich in hoe hun leven er zou uitzien zon<strong>de</strong>r alle voorwerpen<br />

van hun knutselkaart.<br />

o 5. Is het belangrijk om ervoor te zorgen dat <strong>de</strong> grondstoffen nooit op raken?<br />

Deze vraag zal waarschijnlijk <strong>de</strong>els beantwoord zijn bij vraag 4.<br />

Kom samen met <strong>de</strong> leerlingen tot een consensus.<br />

Kom ook even terug op <strong>de</strong> vraag of er echt iemand gewonnen is doordat die als<br />

snelste alle grondstoffen kon wegroven.<br />

Eigenlijk winnen we pas als <strong>de</strong> grondstoffen niet opraken. Of niet?<br />

STAP 3 - Rovertje-Roof BIS<br />

Stel voor om het spel an<strong>de</strong>rs te spelen, zodat <strong>de</strong> grondstoffen van onze aar<strong>de</strong> niet<br />

uitgeput raken en er altijd genoeg is voor ie<strong>de</strong>reen, overal ter wereld. Om te<br />

verhin<strong>de</strong>ren dat <strong>de</strong> grondstoffen opraken, kan je het volgen<strong>de</strong> doen:<br />

1. Je kan per groep beslissen<br />

- dat je het voorwerp niet nodig hebt en dat je iets an<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> plaats doet,<br />

- dat je het voorwerp <strong>de</strong>elt met an<strong>de</strong>ren,<br />

- dat je een oud voorwerp hergebruikt.<br />

2. Je neemt <strong>de</strong> grondstoffen trager weg zodat <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> tijd krijgt om zich te<br />

herstellen en grondstoffen aan te maken. Dit gebeurt vanzelf, doordat 2 of 3<br />

leerlingen wor<strong>de</strong>n aangeduid als beschermers van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Zij zien erop toe dat<br />

het wegnemen niet te snel gebeurt. On<strong>de</strong>rtussen zal <strong>de</strong> leerkracht om <strong>de</strong> 5 minuten<br />

aar<strong>de</strong>kaartjes bij leggen in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.<br />

Overloop <strong>de</strong> roverskaarten bis en <strong>de</strong> voorgestel<strong>de</strong> alternatieven.<br />

7


Wat veran<strong>de</strong>rt er in het spel?<br />

1. De roverskaart wordt niet meer gebruikt. In <strong>de</strong> plaats wordt <strong>de</strong> roverskaart bis<br />

gebruikt. Op roverskaart bis lezen <strong>de</strong> leerlingen niet enkel hoeveel grondstoffen ze<br />

nodig hebben voor hun voorwerpen, maar ze krijgen ook enkele alternatieven<br />

voorgesteld. Samen beslist elke groep of ze een alternatief willen nemen en voor welk<br />

alternatief ze kiezen. Elk alternatief heeft een an<strong>de</strong>r aantal aar<strong>de</strong>kaartjes nodig. Eens ze<br />

een alternatief beslist hebben, kruisen ze het aan op hun roverskaart en beginnen ze<br />

zoals voorheen <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes te verzamelen.<br />

2. Het roven van <strong>de</strong> grondstoffen wordt nu bemoeilijkt door <strong>de</strong> beschermers van <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong>. De leerlingen van <strong>de</strong> groepen die grondstoffen gaan roven, krijgen een lint<br />

achteraan in hun broek, als een staart. De leerlingen gaan weer aar<strong>de</strong>kaartjes<br />

verzamelen, maar moeten nu opletten dat zij hun staart niet kwijtraken bij het<br />

binnengaan van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. De beschermers van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> zullen immers hun staart<br />

trachten uit hun broek te trekken. Als dat gebeurt, moeten ze terug naar hun land om<br />

hun staart terug te steken. Enkel dan mogen ze terug naar <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gaan om een<br />

aar<strong>de</strong>kaartje te roven. Om <strong>de</strong> 5 minuten legt <strong>de</strong> leerkracht 3 aar<strong>de</strong>kaartjes van elke<br />

grondstof bij in <strong>de</strong> cirkel van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>.<br />

Overloop <strong>de</strong> spelregels en <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ringen.<br />

Duid 2 of 3 leerlingen aan die beschermer van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> wor<strong>de</strong>n. Neem bij voorkeur<br />

maximum 1 leerling per groep. Deze leerlingen zullen niet meer op tocht gaan om<br />

aar<strong>de</strong>kaartjes te roven, maar zullen in een kring rond <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gaan staan. Door het<br />

lint uit <strong>de</strong> broek van <strong>de</strong> rovers te trekken, vertragen ze het roven van grondstoffen en<br />

geven ze <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> <strong>de</strong> kans om grondstoffen bij te maken. De beschermers mogen<br />

enkel <strong>de</strong> linten wegtrekken van leerlingen die zich buiten <strong>de</strong> cirkel van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

bevin<strong>de</strong>n. Eens <strong>de</strong> leerling in <strong>de</strong> cirkel is, kan zijn lint niet wor<strong>de</strong>n weggetrokken. Dat<br />

kan wél als hij terugloopt naar zijn land, op voorwaar<strong>de</strong> dat hij zich buiten <strong>de</strong> cirkel<br />

van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> bevindt.<br />

De groepen gaan terug in hun lan<strong>de</strong>n staan.<br />

Leg <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes terug in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>:<br />

20 waterkaartjes, 12 houtkaartjes, 20 oliekaartjes en 9 goudkaartjes.<br />

Houd <strong>de</strong> resteren<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>kaartjes die je hebt uitgeprint bij <strong>de</strong> hand.<br />

Geef het startsignaal. Vergeet niet om nu <strong>de</strong> roverskaart bis te geven in plaats van<br />

<strong>de</strong> roverskaart. Vergeet ook niet om <strong>de</strong> 5 minuten 3 kaartjes van elke grondstof in <strong>de</strong><br />

aar<strong>de</strong> te gaan bijleggen. (Hoeveel kaartjes je precies bijlegt is niet belangrijk. Er zijn<br />

nu genoeg aar<strong>de</strong>kaartjes in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gelegd om <strong>de</strong> leerlingen hun voorwerpen te<br />

laten verzamelen, mits ze allemaal voor <strong>de</strong> alternatieven kiezen. Houd tij<strong>de</strong>ns het<br />

spel goed in het oog of er van alle kaartjes genoeg zijn. In <strong>de</strong>ze spelron<strong>de</strong> is het <strong>de</strong><br />

bedoeling dat <strong>de</strong> leerlingen ervaren dat er genoeg grondstoffen zijn in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> als<br />

we voor alternatieven kiezen en <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> meer rust gunnen.)<br />

Het spel eindigt als ie<strong>de</strong>reen zijn grondstoffen heeft verzameld. Er waren nu wel<br />

genoeg aar<strong>de</strong>kaartjes om aan ie<strong>de</strong>rs vraag te voldoen.<br />

STAP 4 - nabespreking<br />

Verzamel <strong>de</strong> leerlingen in een grote kring en bespreek:<br />

o 1. De manieren om ervoor te zorgen dat we min<strong>de</strong>r grondstoffen nodig hebben van<br />

<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>:<br />

8


- Hebben we nu alle grondstoffen kunnen verzamelen voor Rose, Sofia, Jempi en<br />

Ana? Hoe komt dat?<br />

- Soms hebben jullie iets an<strong>de</strong>rs gekozen dan op je knutselkaart stond. Wat hebben<br />

jullie gekozen?<br />

De leerlingen <strong>de</strong>nken na over <strong>de</strong> voorgestel<strong>de</strong> alternatieven op <strong>de</strong> roverskaart bis en<br />

<strong>de</strong> keuzes die zij maakten. Vestig hun aandacht ook op <strong>de</strong> rol van <strong>de</strong> beschermers<br />

die ervoor zorg<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> lan<strong>de</strong>n min<strong>de</strong>r snel van <strong>de</strong> grondstoffen<br />

kon<strong>de</strong>n nemen. De aar<strong>de</strong> kon zo rusten en nieuwe grondstoffen aanmaken.<br />

o 2. Wie is <strong>de</strong> winnaar nu?<br />

Het is fijn dat ie<strong>de</strong>reen in alle lan<strong>de</strong>n <strong>de</strong> nodige grondstoffen kon nemen. Vestig hier<br />

<strong>de</strong> aandacht op.<br />

o 3. De grondstoffen uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

In het begin van <strong>de</strong> les spraken we over <strong>de</strong> materialen uit <strong>de</strong> natuur die we<br />

gebruiken om zandkastelen, kampen, nestjes, ... te maken. We zei<strong>de</strong>n toen dat we<br />

veel meer van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> gebruiken dan we zelf <strong>de</strong>nken.<br />

- We gebruiken niet alleen grondstoffen van <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> om kampen mee te bouwen.<br />

Waarvoor nog allemaal?<br />

De leerlingen geven voorbeel<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> hand van het spel.<br />

STAP 5: <strong>de</strong> e-mail<br />

Vertel <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> dag dat je een e-mail hebt gekregen van Ana uit Peru. Lees <strong>de</strong> email<br />

voor en bespreek:<br />

o Willen wij Ana helpen?<br />

9


Filosoferen<br />

Toon <strong>de</strong> prent Moe<strong>de</strong>r Aar<strong>de</strong>.<br />

Bespreek één van volgen<strong>de</strong> vragen:<br />

<br />

o Waarom noemen we onze aar<strong>de</strong> ook Moe<strong>de</strong>r Aar<strong>de</strong>?<br />

o Wat doet mama voor ons?<br />

o Wat doet <strong>de</strong> aar<strong>de</strong> voor ons?<br />

De leerlingen <strong>de</strong>nken per twee na over <strong>de</strong> vraag. Ze formuleren een antwoord en<br />

proberen hun antwoord te bere<strong>de</strong>neren.<br />

Organiseer vervolgens een groepsgesprek over <strong>de</strong> vraag.<br />

Rond het gesprek altijd af met een conclusie.<br />

10


Actie<br />

Bespreek hoe we Ana kunnen helpen. We moeten <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren laten weten dat alle<br />

materialen waar onze spullen en ons eten van gemaakt wor<strong>de</strong>n van en uit <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />

komen.<br />

De leerlingen komen zelf zoveel mogelijk met i<strong>de</strong>eën.<br />

Als er geen i<strong>de</strong>eën komen, kan je voorstellen om het spel Rovertje-Roof en Rovertje-<br />

Roof BIS te spelen met <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re kin<strong>de</strong>ren op <strong>de</strong> speelplaats.<br />

11


Reflectie<br />

Teken een thermometer op een grote flap, met een lachend gezichtje bovenaan bij<br />

<strong>de</strong> warme temperaturen, en een huilend gezichtje on<strong>de</strong>r nul.<br />

De leerlingen schrijven hun naam ter hoogte van <strong>de</strong> temperatuur waar zij aan<br />

<strong>de</strong>nken bij <strong>de</strong>ze les.<br />

De leerlingen vertellen waarom ze hun naam daar hebben geschreven.<br />

12

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!