Jaarverslag 2005 - Joods Historisch Museum

ten opzichte van vorige jaren. In juni 2005 verscheen de eerste elektronische
Nieuwsbrief, die sindsdien maandelijks wordt toegestuurd
aan een snel groeiende groep belangstellenden en vrienden.
Bloei
Ook buiten de muren van ons historische complex valt nog veel te
winnen. Samen met professionals van buiten, werd in 2005 begonnen
met de visie-ontwikkeling op de positie van het museum in de
oostelijke binnenstad. De samenwerking met de vele potentiële
partners in onze directe omgeving - waaronder de Portugese
Synagoge, de Hermitage Amsterdam, het Rembrandthuis en de
onder ons beheer staande Hollandsche Schouwburg, kan de zichtbaarheid,
aantrekkingskracht en bereikbaarheid van dit deel van
Amsterdam versterken. Ook hopen wij een construc tieve bijdrage
te leveren aan een acceptabele herinrichting van het Mr. Visserplein,
dat sinds jaar en dag een nachtmerrie is voor onze bezoekers en
wandelaars in onze omgeving. Een substantiële bijdrage van de
Gemeente Amsterdam om de samenwerking op het gebied van
publiciteit en marketing in de komende periode gestalte te geven,
betekent een belangrijke stap in de goede richting.
Refl ectie
Net als in het vorige jaarverslag reflecteert een aantal direct betrokkenen,
zowel van binnen als van buiten het museum, in een eigen
bijdrage op ons werk. Samen staan zij voor die enorme groep mensen
die op allerlei manieren een band heeft met ons museum.
Steun
Wij ontvingen in 2005 steun van veel verschillende kanten. De imposante
lijst met begunstigers vervult ons dan ook met trots en dankbaarheid.
Bij het schrijven van dit jaarverslag zijn wij een heel eind op
weg en ontbreekt er nog één miljoen euro voor de financiële dekking
van de ingrijpende verbouwingen. Zeker zullen wij opnieuw een beroep
op u doen. Een culturele instelling als de onze kan niet bestaan
zonder een doorlopend beroep op vrienden, donoren, sponsors, en de
overheid. Het presenteren van het joods-Nederlandse culturele erfgoed
in de breedste zin des woords is onze taak. Wij zijn dankbaar dat
u ons daarbij heeft geholpen.
Joël Cahen, directeur
inleiding 5