17.09.2013 Views

bekijken. - Amstelveen - Gemeente Amstelveen

bekijken. - Amstelveen - Gemeente Amstelveen

bekijken. - Amstelveen - Gemeente Amstelveen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ijksmonument<br />

zorgvlied<br />

De Monumentenroute laat u kennismaken met de in 1870 gestichte begraafplaats<br />

waar veel bekende Nederlanders zijn begraven en leidt u langs de<br />

onderdelen die als Rijksmonument zijn aangemerkt. Op de bijgaande<br />

plattegrond is een route uitgestippeld, die u langs alle monumenten leidt.<br />

2010


outekaart<br />

2<br />

alaan aan <br />

Legenda<br />

informatiebord/zuil<br />

koffie/thee<br />

openbaar toilet<br />

betaald parkeren<br />

servicepunt<br />

bebouwing<br />

hoofdpad<br />

secundairpad<br />

tertiairpad<br />

pad in aanleg<br />

strooiveld<br />

0 25 50<br />

meters<br />

Paviljoen<br />

1<br />

Amsteldijk<br />

Aula<br />

10<br />

Decima<br />

Amstel<br />

<br />

Ommegang ggg<br />

Fluwelen hoofdlaan <br />

11<br />

12<br />

13<br />

8<br />

4<br />

3<br />

2<br />

5<br />

9<br />

’t Schouw<br />

6<br />

7<br />

Kantoorvilla<br />

Terras


elkom op Zorgvlied<br />

Wij willen u laten kennismaken met onze bijzondere begraafplaats<br />

aan de oever van de Amstel. De begraafplaats is sinds 2007 op een<br />

twaalftal onderdelen aangemerkt als Rijksmonument.<br />

Zorgvlied is een schitterend gelegen begraafplaats aan de Amstel,<br />

waar rust en respect voor de overledenen voorop staan. Hoewel<br />

Zorgvlied op onderdelen een Rijksmonument is, wil dit niet zeggen<br />

dat de gehele begraafplaats een beschermd karakter heeft; Zorgvlied<br />

is een algemene begraafplaats, volop in bedrijf en met voldoende<br />

grafruimte.<br />

Geschiedenis<br />

Zorgvlied is van belang als eerste in Engelse landschapsstijl aangelegde begraafplaats<br />

in de omgeving van Amsterdam. De periode 1869-1931 is uit cultuurhistorisch<br />

en architectuurhistorisch oogpunt van algemeen belang. Belangrijk<br />

is de herkenbaar gebleven samenhang tussen parkaanleg, architectuur<br />

en funeraire symboliek. Dit geldt ook voor de tuinarchitectuur en funeraire<br />

historie. De verschillende uitbreidingen maken de begraafplaats een zeldzame<br />

combinatie van oude en nieuwere wijzen van aanleg. De begraafplaats kent een<br />

grote variëteit aan grafmonumenten. Belangrijk is bovendien de kenmerkende<br />

situering aan de Amstel. De aanwezigheid van grafmonumenten van landelijk<br />

bekende personen uit ondermeer de kunst- en muziekwereld en de politiek,<br />

alsmede de aanwezigheid van zeldzame bomen en beplanting vormen belangrijke<br />

toegevoegde waarden.<br />

De begraafplaats is gelegen op een voormalig weiland waarop vroeger het buitenverblijf<br />

Zorgvliet heeft gestaan. Zorgvliet werd Zorgvlied met een ‘d’, De<br />

plaats waar de zorgen vlieden. Het betreft hier de eerste buitenbegraafplaats<br />

van Amsterdam, gesticht als gevolg van het verbod tot begraven binnen de<br />

bebouwde kom bij Koninklijk Besluit van 1827. Op 2 november 1870 werd voor<br />

het eerst begraven. Het oude rooms-katholieke deel werd in 1872 ingezegend<br />

en bevindt zich rechts van de voormalige doodgraverswoning, nu de kantoorvilla<br />

van Zorgvlied. In 1892 volgde een eerste uitbreiding aan de noordwestzijde<br />

naar ontwerp van L.P. Zocher. In 1900 volgde een tweede uitbreiding aan<br />

de zuidwestzijde naar ontwerp van de gemeente-opzichter en toenmalige tuin-<br />

3


4<br />

baas L. van der Bijl; in 1919 en 1926 volgden er wederom uitbreidingen aan de<br />

noordwestzijde eveneens naar ontwerp van L. van der Bijl. In 1926 werd het<br />

huidige hek met de twee poorten geplaatst.<br />

Bij de uitbreiding van 1931 aan de zuidwestzijde, ontworpen door de toenmalige<br />

directeur van Zorgvlied, C.P. Broerse, kwam ook de huidige aula tot stand. De<br />

naoorlogse uitbreidingen (noordwestzijde) zijn uitgevoerd door C.P. Broerse en<br />

B.J. Galjaard. Broerse ligt op Zorgvlied begraven (graf C-I-0348A). De laatste<br />

uitbreiding dateert uit het eind van de jaren zestig. De begraafplaats ligt ingesloten<br />

tussen de Kleine Wetering en de Amstel en heeft momenteel een oppervlakte<br />

van ongeveer 16,5 hectaren. Ten tijde van de aanleg behoorde Zorgvlied<br />

tot de voormalige gemeente Nieuwer-Amstel (sinds 1964 <strong>Amstelveen</strong>). Na<br />

de annexatie in 1896 door Amsterdam kwam de begraafplaats weliswaar op<br />

Amsterdams grondgebied te liggen, doch bleef eigendom van de gemeente<br />

<strong>Amstelveen</strong>. Deze situatie is tot op heden ongewijzigd. Ondanks de rijke historie<br />

blijft Zorgvlied een ‘eigentijdse’ begraafplaats, waar naast voldoende grafruimte<br />

binnenkort ook cremeren tot de mogelijkheden zal behoren.<br />

De parkaanleg van de eerste uitleg (1867-1870) en de daaropvolgende 19 de<br />

eeuwse uitbreidingen (1892-1900) zijn gebaseerd op de Engelse landschapsstijl.<br />

Bij de uitbreiding uit 1900 kwam er een nieuwe, door platanen gefl ankeerde<br />

hoofdlaan tot stand, de Platanenlaan, die na een sierlijke curve links van de<br />

dienstingang overgaat in een rechte statige laan en eindigt in een grote lus<br />

waarbij hij zich splitst. Deze uitbreidingen zijn passend in het concept van J.D.<br />

Zocher: een bochtige padenstructuur, verscholen plekken en monumentale<br />

beplanting. Drie 20 ste eeuwse uitbreidingen (1919, 1926 en 1931) laten een verkaveling<br />

zien waarbij het padenstelsel een meer geordend karakter verkrijgt<br />

vanwege de geometrische patronen en grotere aaneengesloten eenheden. De<br />

meeste beschermde objecten liggen in het 19 de eeuwse gedeelte van de begraafplaats.<br />

Het oudste object is het voormalige doodgravershuis (thans kantoor)<br />

uit 1869. Het smeedijzeren hek met de gemetselde pijlers van de toegangspoorten<br />

dateert van 1926; de aula met de oprijlaan met aan weerszijden<br />

haagbeuken zijn onderdeel van de uitbreiding van 1931. Kenmerkend voor het<br />

oudste deel zijn de 19 de eeuwse familiegraven.<br />

De monumentenroute<br />

Voor de route gaan we nog even terug naar de toegangshekken voor de doodgraverswoning,<br />

thans het kantoor van Zorgvlied.


1<br />

2<br />

Toegangspoorten (1 en 2)<br />

Aan de Amstel-zijde van het terrein bevinden<br />

zich de begraafplaatshekken met<br />

twee identieke entreepartijen uit 1926<br />

ter vervanging van een ouder hek. De<br />

noordelijke doorgang (2) ligt tegenover<br />

de voormalige doodgraverswoning; de<br />

zuidelijke doorgang (1) tegenover de oprijlaan<br />

naar de aula.<br />

Tussen de entreepartijen bevinden zich<br />

eenvoudige hekken met spijlen en regels.<br />

Een entreepartij bestaat uit drie<br />

hoge in lichtrode baksteen gemetselde<br />

vierkante pijlers op natuurstenen plint met afgeronde en geprofi<br />

leerde hoeken en gemetselde afdekking. De pijlers aan<br />

de uiteinden van elke entreepartij hebben een lage vleugelmuur<br />

waarop een sierlijk smeedijzeren hekwerk rust.<br />

Op deze pijlers bevinden zich goudkleurige kegelvormige lantaarnen<br />

in Amsterdamse School-stijl met een rond en paarsgekleurd glashuis.<br />

Expressionistische smeedijzeren letters op beide pijlers vormen het woord<br />

“Zorgvlied”. De middenpijler heeft het gemeentewapen van <strong>Amstelveen</strong> in<br />

smeedijzeren kader. Tussen de pijlers dubbele openslaande hoge smeedijzeren<br />

hekken. Direct achter de noordelijke<br />

toegang bevindt zich de doorgraverswoning.<br />

Bij de noordelijke toegangspoort (2) gaat<br />

u (weer) naar binnen en loopt u naar de<br />

doodgraverswoning.<br />

5


3<br />

6<br />

De doodgraverswoning (3)<br />

De rondom vrijgelegen doodgraverswoning<br />

is door de toenmalige dienst Publieke<br />

Werken van de gemeente <strong>Amstelveen</strong><br />

in eclectische stijl ontworpen. De<br />

dienst woning heeft tot 1931 tevens gefungeerd<br />

als aula. De toenmalige burgemeester<br />

van de gemeente <strong>Amstelveen</strong>,<br />

A. Wiegel, legde in 1896 de eerste steen<br />

voor deze dienstwoning rechts naast de<br />

ingang. De woning stond oorspronkelijk<br />

op een T-vormig grondplan met twee<br />

bouwlagen en onder elkaar kruisende zadeldaken<br />

gedekt met rode pannen. Later<br />

werd zowel in de noord- als in de westhoek een vierkante uitbouw met plat dak<br />

aangebouwd. Hierdoor is het tegenwoordige grondplan nagenoeg rechthoekig<br />

met deels gepleisterde en deels witgeschilderde gemetselde gevels. De geveltop<br />

van de voorgevel aan de ZO-zijde heeft een tuit met sierlijk smeedijzeren<br />

accent op de noklijn. Met uitzondering van de NW-zijde hebben de gevels een<br />

hoog spitsboogvormig profi el. De vensters hebben een meerruits geleding van<br />

raam en zijn halfrond; de vensters op de begane grond zijn aan de bovenzijde<br />

licht gebogen. In de voorgevel bevindt zich de hoofdingang met dubbele houten<br />

deur met daarboven in de gevel het gemeentewapen van <strong>Amstelveen</strong> onder<br />

de vensterpartij van de eerste verdieping. In de achtergevel bevindt zich de<br />

eenvoudig uitgevoerde achteringang, met tevens toegang tot de balie en koffi<br />

eservicepunt.<br />

Volg nu de route links om de doodgraverswoning, en vervolg de route aan de achterkant,<br />

langs het terras.<br />

Graf van P. vom Rath-Bunge (4)<br />

Aan uw rechterhand komt u bij het graf van P. vom Rath-Bunge. Dit laat-19de eeuws grafmonument, blijkens de inscriptie voor de familie P. vom Rath-Bunge,<br />

heeft een rechthoekige liggende en hellende steen en is omgeven door<br />

een sierlijk smeedijzeren grafhek op natuurstenen voet met gietijzeren balus-


4<br />

5<br />

ters en een ketting. Aan het hoofdeinde<br />

een hoge stenen sokkel (waarschijnlijk<br />

afkomstig uit Charlottenburg) met profiellijsten,<br />

waarop een cartouche met de<br />

tekst: “Trennung ist unser Loos, Wiedersehen<br />

unser Hoffnung” en met een keramisch<br />

beeld van treurende engel met<br />

lauwerkrans, leunend op gebroken zuil<br />

(waarschijnlijk naar ontwerp van March<br />

uit Charlottenburg).<br />

De familie Rath-Bunge waren oorspronkelijk<br />

uit Duitsland afkomstige bankiers<br />

en handelaren in suiker. Zij waren ondermeer<br />

medeoprichter van de “Amstel Suiker Raffinadery” te Amsterdam.<br />

Hier gaat u meteen rechtsaf en het eerste pad links inslaan; na enkele meters ziet<br />

u aan de rechterkant het grafmonument voor Margot G. Mulder.<br />

Grafmonument voor Margot G. Mulder (5)<br />

Dit laat-19de eeuws grafmonument is, blijkens inscriptie, voor Margot G. Mulder<br />

(1858-1889) en heeft een rechthoekige liggende en hellende steen met omlopend<br />

profi el en een linkerdeel van bredere kelderzerk. Op de vier hoeken staan<br />

geprofileerde gietijzeren balusters, middels<br />

kettingen met elkaar verbonden.<br />

Halverwege de lange zijden een gietijzeren<br />

ornament met doodssymboliek: gevleugelde<br />

zandloper, vlinder, zeis, omgekeerde<br />

fakkel, eikel en ouroboros. (zie<br />

toelichting funeraire symboliek pagina<br />

14). Aan het hoofdeinde van het graf<br />

staat een treuriep, geënt op een wilde<br />

iep.<br />

Ga terug en vervolg het pad richting het<br />

tempeltje.<br />

7


6<br />

8<br />

Mausoleum van Oscar Carré (6)<br />

Dit grafmonument voor Oscar Carré<br />

werd door de architecten J.P.F. van Rossem<br />

en W.J. Vuyk in 1891 in neo-classicistische<br />

trant ontworpen als mausoleum,<br />

blijkens inscriptie op het fries boven de<br />

ingang voor de familie Oscar Carré<br />

(1846-1911), circusdirecteur en oprichter<br />

van het door bovengenoemde architecten<br />

ontworpen “Theater Carré”.<br />

Carré liet het mausoleum bouwen voor<br />

zijn eerste vrouw Amalia Salamonski.<br />

Het op de Romeinse tempelarchitectuur geïnspireerde rechthoekige mausoleum<br />

met grafkelder en bovengelegen tempeltje op hoge sokkel, is opgebouwd<br />

uit zand- en hardsteen.<br />

Aan de voorzijde leidt een trap van zes treden met een sierlijk smeedijzeren hek<br />

naar het bordes met tempelfront van Corinthische zuilen met boven het fronton<br />

een urn. De eikenhouten deur geeft toegang tot de ruimte die verlicht<br />

wordt door vensters in de zijgevels. De vloeren en wanden van het interieur<br />

hebben siermotieven. De buitenzijde is gedecoreerd met Corinthische pilasters<br />

en hoekpilasters, bewerkte kapitelen en een timpaan met vergankelijkheids- en<br />

eeuwigheids symbolen zoals vlinder, omgekeerde fakkel<br />

en ouroboros (zie voor een verklaring van de funeraire symboliek<br />

pagina 14).<br />

Een marmeren borstbeeld van Amalia Salamonski, gemaakt<br />

door Henri J. Texeira de Mattos staat in een spreekkamer<br />

in de kantoorvilla (doodgravershuis).<br />

Staand voor het mausoleum, vervolgt u het pad rechts van u, langs het water. Dit<br />

pad komt uit bij het volgende monument, het mausoleum van de familie Dorrepaal.


7<br />

8<br />

Mausoleum van de familie Dorrepaal (7)<br />

Dit laat-19 de eeuws grafmonument werd<br />

als mausoleum opgericht, blijkens de inscriptie,<br />

voor de familie Dorrepaal. De<br />

basis wordt gevormd door een hardstenen<br />

en betegelde sokkel met smeedijzeren<br />

hek en pijlpuntspijlen. Hierop ligt<br />

de tombe, in de vorm van een graftrommel,<br />

met rechthoekig liggende en<br />

hellende steen met omlopend profiel<br />

met decoratie en met plint op lage kelderzerk.<br />

Aan de steen bevinden zich vier<br />

hijsogen. Aan het hoofdeinde een marmeren<br />

beeld van een knielende engel<br />

met lauwerkrans. Het beeld dateert uit 1886 en is van de hand van beeldhouwer<br />

F. Stracké. Het monument werd in het begin van de 20 ste eeuw uitgebreid<br />

met een grote overhuiving in de vorm van een aan drie zijden open huis met<br />

zadeldak. De grafkelder is toegankelijk via een luik in de sokkel; een trap leidt<br />

naar de voorkant van het monument. De familie Dorrepaal was eigenaar van<br />

kruidnagelplantages in Indonesië.<br />

Wandel om het monument heen en vervolg het pad, dat een bocht naar links<br />

maakt. Bij de eerstvolgende afslag naar rechts, ziet u voor u het grafmonument<br />

voor Sophie de Vries.<br />

Grafmonument voor Sophie de Vries (8)<br />

Een laat-19 de eeuws grafmonument voor<br />

de actrice Sophie de Vries (1839-1892),<br />

met hoge natuurstenen vierkante sokkel<br />

en ingebogen profi el waarop een obelisk<br />

met inscriptie. Bovenop het grafmonument<br />

staat de gebeeldhouwde marmeren<br />

portretbuste op sokkel, naar ontwerp<br />

van Henri Teixeira de Mattos. Voor<br />

het monument ligt een eenvoudige grafsteen,<br />

waaronder ook haar dochter is<br />

begraven.<br />

9


9<br />

10<br />

Volg het paadje tegenover het graf van Sophie de Vries, tot u bij het graf komt van<br />

Martin Kalff.<br />

Het grafmonument van Martin Kalff (9)<br />

Dit monument is een hardstenen grafmonument van omstreeks 1900 van<br />

Martin Kalff (1847 – 1898) journalist en zijn vrouw J.M.S. Gijswijt (1851 – 1937).<br />

Het grafmonument is ontworpen door Eduard Cuypers, die zelf ook op Zorgvlied<br />

werd begraven.<br />

Het grafmonument bestaat uit een forse<br />

grafsteen op het hoofdeind met daarvoor<br />

op hardstenen banden, vier penanten<br />

met daartussen een smeedijzeren<br />

hekwerk in Art Nouveau-stijl. Een deel<br />

van het hekwerk is aan de grafsteen bevestigd.<br />

De grafsteen staat op een brede<br />

voet die meer naar boven toeloopt en op<br />

ongeveer tweederde van de hoogte<br />

overgaat in een ronde vorm die een<br />

grote koperen portretmedaillon bevat.<br />

Onder de ronde vorm staat in een verdiept<br />

deel de tekst voor de overledenen,<br />

links en rechts gefl ankeerd door gestileerd rankwerk van takken van een esdoorn-achtige<br />

boom. Ook het portretmedaillon is met dit rankwerk omgeven.<br />

Ga nu weer richting Fluwelen hoofdlaan en sla linksaf. Volg nu de route naar de<br />

Aula.<br />

De Aula (10)<br />

De begraafplaatsaula is een ontwerp in een zakelijk expressionistische stijl<br />

en kwam in 1931 met oprijlaan tot stand, naar ontwerp van de toenmalige<br />

directeur <strong>Gemeente</strong>werken van <strong>Amstelveen</strong>, K.J. Mijnarends, die het gebouw<br />

links van de ingang signeerde. Ook Mijnarends ligt op Zorgvlied begraven<br />

(graf 6-I-0080).<br />

Het gebouw staat op een samengesteld rechthoekig grondplan met één bouw -


10<br />

laag met platte daken en met bruinrode<br />

gemetselde gevels in Noors kettingverband<br />

en afgesloten met een voudig<br />

natuur stenen lijsten.<br />

De aula kenmerkt zich in opbouw door<br />

aaneengeschakelde kubistische bouwvolumen<br />

met een hoog middendeel en<br />

lagere vleugels aan weers zijden.<br />

De voorgevel heeft een meerruits gelede<br />

vijfdeurs verdiepte toegangspartij<br />

met zijdeuren en een witgepleisterd gewelf<br />

met luifel. Aan weerszijden ruime<br />

gemetselde plantenbakken met natuurstenen afdekking. Het<br />

middendeel bestaat uit een hoge blinde gevel met wijzerplaat<br />

en uurwerk. De lagere gevels aan weerszijden hebben elk zes<br />

smalle en verdiept geplaatste achtruits vensters met tuimelraam met aan de<br />

bovenzijde tussenliggend fi guratief beeldhouwwerk. De achtergevel met uitgang<br />

tot de feitelijke begraafplaats, is met uitzondering van de wijzerplaat,<br />

identiek aan de voorgevel. De uitgang aan deze zijde leidt tot de feitelijke begraafplaats.<br />

In de hooggelegen zijgevel van het middendeel bevinden zich zes<br />

verticale smalle vensters onder uitstekende witgepleisterde luifels. Verder<br />

twee smalle vensteropeningen van bouwglas. Een lage gemetselde plantenbak<br />

verbindt de drie bouwvolumen van deze lagere vleugels met elkaar.<br />

Het interieur kenmerkt zich door de hoge hoofdruimte van de aula met witzwart-marmeren<br />

vloer en marmeren lambrisering. Zwart marmer accentueert<br />

een plek in het midden van de zaal waar destijds de baar geplaatst werd. De<br />

aula wordt verlicht door de zes hooggeplaatste vensters in de zijwanden.<br />

De hooggelegen verscholen ruimtes aan de voor- en achterzijde zijn bedoeld<br />

voor organist en orgel. Het oude orgel werd in 1956 vervangen. In de lagere<br />

vleugels bevinden zich de wachtruimtes.<br />

De route leidt u weer terug naar de Fluwelen hoofdlaan, daar gaat u naar rechts<br />

en na enkele meters aan uw linkerhand komt u bij het vroeg-20 ste eeuws grafmonument<br />

voor de familie W. Janssen.<br />

11


11<br />

12<br />

12<br />

Grafmonument voor de familie W. Janssen (11)<br />

Het monument staat op een ruimbemeten<br />

rechthoekig grafperceel omgeven<br />

door een haag. Aan de korte zijde een<br />

roodgranieten staand monument op natuurstenen<br />

sokkel. Bronzen urnen staan<br />

aan weerszijden van hoger en halfrond<br />

afgesloten middendeel met bronzen lauwerkrans,<br />

palmtak en portret in reliëf.<br />

Het betreffende monument van Janssen<br />

is gemaakt door de beeldhouwer H.<br />

Rautsche uit Parijs. Zijn naam komt in<br />

het basement voor, waar in de bronzen<br />

plaat de signatuur van Rautsche voorkomt<br />

en het jaartal 1906. Het monument is drie of vier jaar na de eerste bijzetting<br />

geplaatst. Tegen de lange zijde van het perceel is een eveneens granieten<br />

bank geplaatst. Peter Wilhelm Janssen was nederlands ondernemer en fi lantroop.<br />

Hij was een van de oprichters van de Deli Maatschappij.<br />

Volg de Fluwelen hoofdlaan, ga bij de eerste gelegenheid naar links en loop richting<br />

het witte monument. Ga voor dit monument naar links. Na enkele meters aan<br />

de linkerkant, komt u bij het familiegraf voor de familie Hartog van Banda.<br />

Familiegraf Hartog van Banda (12)<br />

Dit laat-19 de eeuws marmeren grafmonument<br />

voor de familie Hartog van<br />

Banda bestaat uit een ruime kelderzerk<br />

waarop een rechthoekige liggende en<br />

hellende steen met zes cartouches is geplaatst.<br />

Aan het hoofdeinde bevindt zich<br />

een hoge sokkel met tekstplaat belegd<br />

met schelpmotieven, waarop een tempelvormig<br />

baldakijn op vier geaderde<br />

groenmarmeren getorste zuilen, waartussen<br />

een afgebroken witmarmeren<br />

zuil in het midden. De bekroning wordt


13<br />

gevormd door vier met rouwsluiers bedekte grafurnen. Op het fries onder de<br />

kroonlijst aan de voorzijde een reliëf met olielamp en naar beneden gekeerde<br />

fakkels. De familie Hartog van Banda was perkenier te Banda, Indonesië. Perkeniers<br />

waren in dienst van de VOC en hadden nootmuskaatplantages.<br />

Keer weer terug en u ziet het familiegraf voor de familie Johanna Elisabeth Knoll.<br />

Familiegraf Johanna Elisabeth Knoll (13 )<br />

Het marmeren grafmonument uit 1900<br />

is blijkens de inscriptie voor de familie<br />

Johanna Elisabeth Sophia Knoll (1820-<br />

1900), weduwe van Adolph Fortgens<br />

Otter en stichtster van de Elisabeth Otter-Knoll<br />

Stichting. Het monument wordt<br />

op de hoeken begrensd door in totaal<br />

vier vierkante geprofi leerde zuilen op<br />

sokkel en afgesloten met inwaarts omkrullende<br />

ezelsrug afdekking. Op de zuilen<br />

staan in reliëf de beken de vergankelijkheidssymbolen<br />

afgebeeld: de<br />

gevleugelde zandloper, de ouroboros,<br />

schelpen, omgekeerde fakkel, papaverbollen, eikeltjes en vlinders. Op de kelderzerk<br />

is een rechthoekige en hellende steen geplaatst met profi el- en sierlijst<br />

en opgelegde familiewapens. Aan het hoofdeinde een hoge sokkel met golvend<br />

profi el en tekstplaat met dubbel cartouche met rolwerk, waartegen twee aanleunende<br />

engelen met guirlande en palmtak zijn geplaatst. Aan de voorzijde van<br />

het monument bevindt zich een klein in zwart-wit blokpatroon betegeld bordes.<br />

Oorspronkelijk stonden er hekwerken tussen de vierkante zuilen.<br />

De Elisabeth Otter-Knoll Stichting werd gesticht door Johanna Elisabeth Sophia<br />

Knoll, weduwe van Adolph Fortgens-Otter, een rijke Amsterdamse reder. Mevrouw<br />

Knoll had geen kinderen en bij testament benoemde zij dan ook ‘De<br />

stichting voor Dames uit de deftige stand’ tot enige erfgenaam. De naar haar<br />

genoemde stichting is op dit moment een algemeen woonzorgcentrum in Amsterdam<br />

Buitenveldert.<br />

Vanaf dit punt gaat u weer richting noordelijke toegangspoort. Hier eindigt de<br />

route langs de Rijksmonumenten op Zorgvlied.<br />

13


14<br />

Enkele voorbeelden van funeraire symboliek<br />

Aesculaap:<br />

De esculaap of aesculaap is een oud Grieks<br />

symbool dat staat voor de geneeskunde. De<br />

slang staat in de esculaap symbool voor de<br />

genezing, omdat dit dier zijn huid kan afwerpen,<br />

hetgeen staat voor herboren worden en<br />

genezing, maar ook door zijn beet de dood<br />

kan brengen.<br />

Slang:<br />

In de funeraire betekenis vinden we de positieve<br />

symboliek van de slang terug op grafmonumenten.<br />

Een veel voorkomend beeld<br />

is de staartbijtende slang, de ouroboros. De<br />

slang is hier alpha en omega, het begin en<br />

het einde. Zij wijst op de begrenzing, op het<br />

feit dat alles besloten is binnen de macht van<br />

God, en op de oneindigheid.<br />

Uil:<br />

De uil gold al in het oude Egypte en Indië als<br />

dodenvogel. Voor de Grieken was de uil het<br />

attribuut van de godin Pallas Athene en daarmee<br />

het symbool van (Athene’s) wijsheid. De<br />

christelijke betekenis werd, omdat de uil een<br />

nachtdier is, een symbool van degenen die<br />

de duisternis liefhebben (ongelovigen, ketters<br />

en wereldwijzen) of, omdat de uil kan<br />

zien in de duisternis, een symbool van de gelouterde<br />

ziel.<br />

Vleermuis:<br />

De vleermuis wordt gezien als een demonisch<br />

dier en staat voor duivel, kwaad, nacht<br />

en dood.<br />

Kruis of Crucifix:<br />

Voordat het kruis een christelijk symbool<br />

werd, was het al een universeel teken van<br />

verzoening, de synthese tussen hemel en<br />

aarde en de vier windrichtingen. Als christe-<br />

lijk symbool wordt het in verschillende vormen<br />

aangetroffen. Het latijnse kruis komt<br />

het meest voor.<br />

Druivenrank of -tros:<br />

Als bloedsymbool is de druif het teken van<br />

leven en dood. De druivenrank of -tros verwijst<br />

naar de eucharistie of het Avondmaal<br />

en daarmee naar de offerdood van Christus.<br />

Eikenblad of -tak of eikels:<br />

Hier zijn verschillende betekenissen aan toe<br />

te kennen. Eikenhout werd als onverwoestbaar<br />

beschouwd en was daarom symbool van<br />

de onvergankelijkheid. In de oudheid werd<br />

een lauwerkrans van eikenbladeren gegeven<br />

aan overwinnaars ten teken van onvergankelijke<br />

eer.<br />

Guirlandes:<br />

In de oudheid werden tempels vaak versierd<br />

met slingers van bloemen, bladeren en<br />

vruchten: zogenaamde guirlandes. Het waren<br />

offers en elk van de gebruikte bloemen<br />

en vruchten had zijn eigen specifi eke betekenis.<br />

Lauwerkrans:<br />

Een lauwerkrans van laurierbladeren is door<br />

de groene bladeren een symbool van eeuwig<br />

leven, eeuwige vriendschap, overwinning,<br />

roem en eerbetoon. De oudste betekenis van<br />

laurier is die van reinheid (Apollo). Een schedel<br />

met een lauwerkrans symboliseert de<br />

heerschappij van de dood over de levenden<br />

(zie ook eikenblad)<br />

Vlinder:<br />

Symbool van de onsterfelijke ziel. Voor christenen<br />

is de dood de overgang naar een beter<br />

leven, de verplaatsing uit dit aardse tranen-


zoals die ook op Zorgvlied te vinden is<br />

dal naar het hemelrijk. De vlinder staat ook<br />

symbool voor de drie stadia die de menselijke<br />

ziel doorloopt: leven, dood en wederopstanding.<br />

Daarnaast staat de vlinder ook<br />

symbool voor de kortstondigheid van het<br />

aardse leven<br />

Fakkel of toorts:<br />

De omgekeerde (brandende) fakkel was al<br />

voor de oudheid symbool van het gedoofde<br />

leven en attribuut van de dood. Een brandende<br />

fakkel verwijst naar (hernieuwd) leven<br />

(wederopstanding). Vaak zijn twee gedoofde<br />

fakkels kruislings afgebeeld.<br />

Obelisk:<br />

In het oude Egypte was de obelisk, met haar<br />

vier zijden en piramide-achtige punt, symbool<br />

van het heersen over de vier windstreken,<br />

teken van macht. Later werd dit het<br />

symbool van standvastigheid en deugd.<br />

Olielamp:<br />

Symbool van het eeuwige licht, verwijzend<br />

naar de eeuwigheid en de onsterfelijkheid.<br />

Het is het symbool van Christus, die het licht<br />

der wereld is (Johannes 8:12).<br />

Schelp:<br />

Symbool van vruchtbaarheid, liefde, huwelijk<br />

en leven. De christelijke symboliek beschouwt<br />

de schelp als beeld van het graf, dat<br />

de mens na de dood omsluit, voor hij mag<br />

opstaan. De voorstelling van de bevruchting<br />

van de als tweeslachtig beschouwde schelpdieren<br />

door de dauw uit de hemel, maakt de<br />

schelp ook tot Mariasymbool.<br />

Urn:<br />

Symbool uit de klassieke oudheid van de<br />

dood en de rouw. Het woord urn is afkomstig<br />

van het Latijnse ‘urna’ van het werkwoord<br />

‘urere’ dat verbranden betekent. Een urn op<br />

een grafmonument is vaak half bedekt door<br />

een rouwsluier. Een sluier of draperie betekent<br />

zich afwenden van de buitenwereld.<br />

Een sluier, gedrapeerd om een asurn, symboliseert<br />

het afdekken of bedekken van het<br />

leven.<br />

Zandloper:<br />

De zandloper duidt op het korstondige van<br />

het leven en op het gestadig naderen van het<br />

stervensuur. Als symbool van de dood komt<br />

de zandloper voor het eerst voor in de late<br />

middeleeuwen. De meeste zandlopers zijn<br />

voorzien van vleugels. Die symboliseren de<br />

tijd die vervliegt en de vergankelijkheid van<br />

de mens. Meestal zijn het de vleugels van<br />

een duif, maar het komt ook voor dat de<br />

zandloper is voorzien van één duivenvleugel<br />

en één vleermuisvleugel. Dit staat symbool<br />

voor het vervliegen van het leven, bij dag en<br />

bij nacht, bij goed en bij kwaad. De omkeerbaarheid<br />

van de zandloper wordt in de christelijke<br />

traditie gezien als het nieuwe leven en<br />

de wederopstanding.<br />

Handen:<br />

Twee ineengrijpende handen, soms liggend<br />

op een kussen, zijn het symbool van liefde en<br />

verbondenheid tussen man en vrouw.<br />

Hart:<br />

Symbool van liefde en vriendschap. In de<br />

bijbel is het hart de innerlijke mens. In het<br />

christendom is het hart symbool van de liefde.<br />

Een met vlammen omgeven hart verwijst<br />

naar religieuze bezieling.<br />

15


Correspondentieadres:<br />

Postbus 4, 1180 BA <strong>Amstelveen</strong><br />

T 020 540 49 27<br />

F 020 642 98 01<br />

Naast de Monumentenroute zijn<br />

er ook andere routes verkrijgbaar<br />

bij de balie van Zorgvlied.<br />

Zie ook onze website<br />

www.zorgvliedonline.nl<br />

Amsteldijk 273, 1079 LL Amsterdam<br />

www.zorgvliedonline.nl, E-mail zorgvlied@amstelveen.nl<br />

Locatieadres:<br />

Amsteldijk 273, 1079 LL Amsterdam<br />

E zorgvlied@amstelveen.nl<br />

www zorgvliedonline.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!