18.09.2013 Views

Plaatselijke regeling - Hervormd Ermelo

Plaatselijke regeling - Hervormd Ermelo

Plaatselijke regeling - Hervormd Ermelo

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Inhoud<br />

pagina paragraaf inhoud<br />

pag. 1 voorblad met inhoudsopgave<br />

pag. 2 1. samenstelling van de algemene kerkenraad<br />

pag. 4 2. de werkwijze van de algemene kerkenraad<br />

pag. 7 3. besluitvorming<br />

4. de vermogensrechtelijke aangelegenheden :<br />

pag. 8 4.1 idem, kerkrentmeesterlijk<br />

pag. 11 4.2 idem, diaconaal<br />

pag. 13 4.3 idem, algemeen<br />

pag. 15 4.4 overige taken van kerkrentmeesters en diakenen<br />

pag. 18 5 aantal en grenzen van de wijkgemeenten<br />

pag. 18 6 overige bepalingen<br />

pag. 19 overzicht bijlagen<br />

pag. 21 bijl.1 t/m 11 organen van bijstand e.d.<br />

pag. 41 bijl.12 fonds christelijke belangen<br />

pag. 42 bijl.13 procedure beroepen predikant<br />

pag. 43 bijl.14 <strong>regeling</strong> taken en bevoegdheden<br />

pag. 46 bijl.15 werkwijze/samenstelling AK en moderamen –<br />

mandaten moderamen<br />

pag. 48 bijl.16 centrale nieuwjaarsdienst<br />

pag. 49 bijl.17 <strong>regeling</strong> beschikbaarstelling van (delen van)kerkgebouwen,<br />

andere gebouwen en/of inventaris daarvan<br />

pag. 51 bijl.18 statuut voor het beheer en de redactie van het<br />

“<strong>Hervormd</strong> Kerkblad”<br />

pag. 53 bijl.19 statuut voor beheer en redactie website (in voorbereiding)<br />

pag. 54 bijl.20 Werkgroep coördinatie vertrouwenspersonen<br />

Vaststelling (wijziging)<br />

<strong>Plaatselijke</strong> <strong>regeling</strong><br />

ten behoeve van het leven en werken<br />

van de <strong>Hervormd</strong>e gemeente <strong>Ermelo</strong>.<br />

[ met wijkgemeenten ]<br />

Deze plaatselijke <strong>regeling</strong> is vastgesteld (gewijzigd) door de algemene<br />

kerkenraad op 21 februari 2008 en is vanaf deze datum van toepassing.<br />

in deze <strong>regeling</strong> zijn ordinantieteksten opgenomen [in tekstvak]<br />

de betreffende artikelen plaatselijke <strong>regeling</strong> <strong>Hervormd</strong>e gemeente<br />

<strong>Ermelo</strong> zijn cursief gedrukt<br />

- 1 -


Ordinantie 4 – artikel 9<br />

Ordinantie 4 – artikel 6<br />

Ordinantie 11 – artikel 4<br />

§ 1. Samenstelling van de algemene kerkenraad<br />

Ord. 4, art. 9 Wijkkerkenraden en algemene kerkenraad<br />

1. Elke wijkgemeente heeft een wijkkerkenraad.<br />

Een gemeente met wijkgemeenten heeft naast wijkkerkenraden een algemene kerkenraad. Op<br />

de wijkkerkenraad en de algemene kerkenraad zijn de artikelen 6 tot en met 8 van overeen-<br />

komstige toepassing.<br />

2. Elke wijkkerkenraad wijst aan de hand van een door de algemene kerkenraad op te stellen<br />

rooster uit zijn midden één of meer leden voor de algemene kerkenraad aan, met dien<br />

verstande dat in de algemene kerkenraad ten minste twee predikanten, vijf ouderlingen, van<br />

wie er twee tevens kerkrentmeester zijn, en drie diakenen zitting hebben.<br />

Wanneer de algemene kerkenraad meer leden telt, dient de verdeling over de ambten zo veel<br />

mogelijk dezelfde verhouding aan te houden.<br />

Ambtsdragers met een bepaalde opdracht kunnen boventallig door de algemene kerkenraad<br />

aangewezen worden uit de ambtsdragers van de gemeente of verkozen worden uit de<br />

stemgerechtigde leden van de gemeente, met dien verstande dat het aantal boventallige leden<br />

ten hoogste een derde deel is van het totaal aantal leden van de algemene kerkenraad.<br />

…….<br />

Ord. 4, art. 6<br />

1. Elke gemeente heeft een kerkenraad.<br />

2. De kerkenraad wordt gevormd door de ambtsdragers van de gemeente.<br />

3. Met het oog op de vervulling van de door de kerkenraad te verrichten taken stelt de kerkenraad<br />

het aantal ambtsdragers vast met dien verstande dat in de kerkenraad alle ambten aanwezig zijn<br />

en wel naast de predikant ten minste twee ouderlingen die niet tevens kerkrentmeester zijn, twee<br />

ouderlingen die tevens kerkrentmeester zijn en drie diakenen.<br />

4. In een gemeente met minder dan 300 leden kan de kerkenraad een kleiner aantal ambtsdragers<br />

vaststellen, met dien verstande dat alle ambten aanwezig zijn en in de plaatselijke <strong>regeling</strong> – met<br />

medewerking en goedvinden van het breed moderamen van de classicale vergadering, na in<br />

daarvoor in aanmerking komende gevallen de evangelisch - lutherse synode te hebben gehoord -<br />

is voorzien op welke wijze de in de ordinanties genoemde taken worden verricht.<br />

5. Wanneer de helft van het aantal ambtsdragers ontbreekt of buiten functie is, bepaalt het breed<br />

moderamen van de classicale vergadering na overleg met de nog functionerende ambtsdragers<br />

en na in daarvoor in aanmerking komende gevallen de evangelisch - lutherse synode te hebben<br />

gehoord, op welke wijze de in de ordinanties genoemde taken kunnen worden verricht.<br />

6. De kerkenraad kan bepalen dat en in hoeverre zij die in de gemeente in een bediening zijn<br />

gesteld, als adviseur aan de vergaderingen van de kerkenraad deelnemen.<br />

7. De kerkenraad kan predikanten die met bijzondere opdracht aan de gemeente verbonden zijn en<br />

dienstdoende predikanten die lid zijn van de gemeente benoemen tot lid van de kerkenraad.<br />

- 2 -


Ord. 11, artikel 4<br />

……<br />

6. Wanneer een gemeente uit minder dan vier wijkgemeenten bestaat, kan de algemene kerkenraad,<br />

met instemming van de wijkkerkenraden, besluiten geen wijkraden van kerkrentmeesters in te<br />

stellen. Wanneer geen wijkraden zijn ingesteld, bestaat het college van kerkrentmeesters uit alle<br />

kerkrentmeesters van de gemeente en worden de kerkrentmeesters die geen ouderling zijn<br />

benoemd door de algemene kerkenraad.<br />

Artikelen plaatselijke <strong>regeling</strong><br />

§ 1. Samenstelling van de algemene kerkenraad<br />

1.1 Aantal ambtsdragers<br />

De AK bestaat uit de volgende ambtsdragers:<br />

Volgens rooster door en uit de wijkkerkenraden aangewezen :<br />

predikanten …………………………………………………………………………………………….. 5<br />

ouderlingen …………………………………………………………………………………………….. 5<br />

ouderlingen-kerkrentmeester ………………………………………………………………… 5<br />

diakenen …………………………………………………………………………………………………. 5<br />

Namens kc.Zendingskerk :<br />

predikant …………………………………………………………………………………………………. 1<br />

ouderling …………………………………………………………………………………………………. 1<br />

ouderling-kerkrentmeester of diaken ………………………………………………. 1<br />

Namens kc.Meerkanten, locatie Veldwijk :<br />

predikant …………………………………………………………………………………………………. 1<br />

Namens kc.Opstandingskerk :<br />

predikant ……………………………………………………………………………………………….. 1<br />

Daarnaast maken als boventallig lid de volgende ambtsdragers deel uit<br />

van de algemene kerkenraad :<br />

preses ……………………………………………………………………………………………………… 1<br />

scriba ……………………………………………………………………………………………………… 1<br />

1.2 Vaste adviseurs<br />

Als adviseurs nemen aan de vergaderingen van de algemene kerkenraad<br />

deel :<br />

voorzitter van college van kerkrentmeesters * ……………………………. 1<br />

voorzitter van college van diakenen * ……………………………. 1<br />

[ * tenzij zij reeds als gewoon lid zitting hebben ]<br />

- 3 -<br />

Totaal 29


Ordinantie 4 – artikel 8<br />

Ordinantie 4 – artikel 9<br />

§ 2. De werkwijze van de algemene kerkenraad<br />

Ord. 4, art. 8 Werkwijze<br />

1. De kerkenraad komt ten minste zes maal per jaar bijeen.<br />

2. De kerkenraad kiest jaarlijks uit zijn midden een moderamen, bestaande uit ten minste een<br />

preses, een scriba en een assessor. In het moderamen hebben ten minste een predikant, een<br />

ouderling, een ouderling - kerkrentmeester en een diaken zitting. Indien de kerkenraad minder<br />

dan twaalf leden telt, hebben in het moderamen ten minste een predikant, een ouderling of een<br />

ouderling - kerkrentmeester en een diaken zitting.<br />

3. Het moderamen heeft tot taak het voorbereiden, samenroepen en leiden van de bijeenkomsten<br />

van de kerkenraad, de uitvoering van die besluiten van de kerkenraad waarvoor geen anderen<br />

aangewezen zijn, en voorts, onder verantwoording aan de kerkenraad, het afdoen van zaken van<br />

formele en administratieve aard en van zaken die geen uitstel gedogen.<br />

4. De kerkenraad kan zich in zijn arbeid laten bijstaan door commissies die door hem worden<br />

ingesteld en die werken in opdracht van, onder verantwoordelijkheid van en in verantwoording<br />

aan de kerkenraad.<br />

5. De kerkenraad stelt telkens voor een periode van vier jaar een beleidsplan op, na daarover<br />

overleg gepleegd te hebben met het college van kerkrentmeesters, het college van diakenen en<br />

met alle daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente.<br />

Elk jaar pleegt de kerkenraad met dezelfde colleges en organen overleg over eventuele wijziging<br />

van het beleidsplan. Nadat de kerkenraad het beleidsplan of een wijziging daarvan voorlopig<br />

heeft vastgesteld, wordt dit in de gemeente gepubliceerd. De kerkenraad stelt de leden van de<br />

gemeente in de gelegenheid hun mening over het beleidsplan of de wijziging kenbaar te maken.<br />

Daarna stelt de kerkenraad het beleidsplan of de wijziging vast.<br />

6. De kerkenraad maakt een <strong>regeling</strong> voor zijn wijze van werken, waarin in ieder geval wordt<br />

geregeld:<br />

het bijeenroepen van zijn vergaderingen, de agendering, de wijze waarop de gemeente wordt<br />

gekend en gehoord, de toelating van niet-leden van de kerkenraad tot zijn vergaderingen en het<br />

beheer van zijn archieven.<br />

7. De kerkenraad neemt geen besluiten tot het wijzigen van de gang van zaken in de gemeente ten<br />

aanzien van :<br />

- het beantwoorden van de doopvragen door doopleden;<br />

- het toelaten van doopleden tot het avondmaal;<br />

- het verlenen van actief en passief kiesrecht aan doopleden;<br />

- de wijze van verkiezing van ambtsdragers;<br />

- het zegenen van andere levensverbintenissen dan een huwelijk van man en vrouw;<br />

en ter zake van :<br />

- de aanduiding en de naam van de gemeente;<br />

- het voortbestaan van de gemeente;<br />

- het aangaan van een samenwerkingsverband met een andere gemeente;<br />

- de plaats van samenkomst van de gemeente;<br />

- het verwerven, ingrijpend verbouwen, afbreken, verkopen of op andere wijze vervreemden van een<br />

kerkgebouw;<br />

zonder de leden van de gemeente daarin gekend en daarover gehoord te hebben.<br />

Het kennen en horen dient in elk geval plaats te vinden in de vorm van een beraad in de<br />

gemeente indien het beraad in de desbetreffende ordinantie is voorgeschreven.<br />

- 4 -


Ord. 4, art 9<br />

2. …..<br />

Indien preses en/of scriba als boventallige leden verkozen worden door de algemene kerkenraad<br />

blijven zij, in afwijking van het bepaalde art. 8-2 gedurende hun gehele ambtstermijn in functie.<br />

3. Ter bespreking van voor de gehele gemeente van belang zijnde aangelegenheden roept de<br />

algemene kerkenraad een vergadering van alle ambtsdragers van de gemeente bijeen.<br />

4. De verdeling van de taken en bevoegdheden over enerzijds de algemene kerkenraad en<br />

anderzijds de wijkkerkenraden wordt aangegeven in een door de algemene kerkenraad<br />

in overleg met de wijkkerkenraden vast te stellen <strong>regeling</strong>, met dien verstande dat de<br />

taken en bevoegdheden van de wijkkerkenraden alles omvatten wat tot de taken en<br />

bevoegdheden van de kerkenraad behoort, met uitzondering van datgene wat nadrukkelijk<br />

wordt toevertrouwd aan de algemene kerkenraad, waaronder, voor zover in de orde van<br />

de kerk niet anders is bepaald:<br />

- het overleg met de wijkkerkenraden over de taak en de samenwerking van de delen in het geheel van de<br />

gemeente en de uitvoering van het werk dat in dat overleg aan de algemene kerkenraad wordt toevertrouwd;<br />

- het treffen van voorzieningen ten behoeve van de gemeente in haar geheel, waar dat nodig is om recht te<br />

doen aan de binnen de gemeente voorkomende kerkelijke verscheidenheid;<br />

- de vermogensrechtelijke aangelegenheden;<br />

- datgene wat te maken heeft met de rechtspositie van de predikanten en de gesalarieerde medewerkers.<br />

Artikelen plaatselijke <strong>regeling</strong><br />

§ 2. De werkwijze van de algemene kerkenraad<br />

2.1 Aantal vergaderingen<br />

De AK vergadert in de regel 6 maal per jaar.<br />

2.2. De vergaderingen van de AK worden tenminste 10 dagen van te voren<br />

bijeengeroepen door het moderamen, onder vermelding van de zaken, die aan de<br />

orde zullen komen (de agenda). In spoedeisende gevallen kan het moderamen van<br />

de termijn van 10 dagen afwijken.<br />

2.3 Van de vergaderingen wordt een schriftelijk verslag opgesteld, dat in de<br />

een volgende vergadering door de AK wordt vastgesteld.<br />

2.4 Verkiezing moderamen<br />

De in ord. 4.8.2. genoemde jaarlijkse verkiezing van het moderamen geschiedt in de<br />

eerste vergadering van het kalenderjaar.<br />

2.5 Plaatsvervangers<br />

In de vergadering, genoemd in art. 2.4. worden de plaatsvervangers van de preses<br />

en de scriba aangewezen.<br />

- 5 -


2.6 De gemeente kennen in en horen over<br />

In de gevallen dat de kerkorde voorschrijft, dat de AK de gemeente kent in een<br />

bepaalde zaak en haar daarover hoort, belegt de kerkenraad een bijeenkomst met de<br />

(betreffende) leden van de gemeente, die wordt<br />

* aangekondigd in het kerkblad, dat voorafgaande aan de bijeenkomst verschijnt en<br />

* afgekondigd op tenminste twee zondagen, die aan de bijeenkomst voorafgaan.<br />

In deze berichtgeving vooraf maakt de kerkenraad kenbaar over welke zaak hij de<br />

gemeente wil horen.<br />

2.7 De algemene kerkenraad kan besluiten dat gemeenteleden (ev. en andere<br />

belangstellenden) als toehoorder tot een bepaalde vergadering toegelaten<br />

worden.<br />

2.8 Het lopend archief van de AK berust bij de scriba, met inachtneming van de<br />

verantwoordelijkheid van het college van kerkrentmeesters voor de archieven<br />

van de gemeente uit hoofde van ord. 11-2-7 sub g.<br />

2.9 In overleg met de wijkkerkenraden heeft de AK met inachtneming van het<br />

bepaalde in ord. 4-9-4 vastgesteld dat het de taak en bevoegdheid van de AK is<br />

de volgende zaken te regelen :<br />

Zie bijlage 12 en 13 op pagina 40 e.v.<br />

2.10 De AK laat zich in zijn arbeid bijstaan door de navolgende commissies:<br />

- Kerkenraadscommissie centraal voor zending, evangelisatie en werelddiaconaat<br />

- Kerkenraadscommissie Jeugdraad (kc.Jeugdraad)<br />

- Kerkenraadscommissie Kerkradio (kc.Kerkradio)<br />

- Kerkenraadscommissie Kerk & Israël (kc.Kerk & Israël)<br />

- Kerkenraadscommissie Begeleiding jeugdwerkleider (kc.Begeleiding jeugdwerkleider)<br />

[Taak- en functieomschrijving jeugdwerkleider <strong>Hervormd</strong>e Gemeente]<br />

- Kerkenraadscommissie Vorming en Toerusting<br />

- Kerkenraadscommissie Interkerkelijke Vieringen <strong>Ermelo</strong><br />

- Kerkenraadscommissie Interkerkelijke Diensten voor mensen met een verstandelijke<br />

beperking<br />

- Kerkenraadscommissie Zendingskerk [ wordt vernieuwd !!]<br />

- Kerkenraadscommissie Psychiatrisch Ziekenhuis Meerkanten, lokatie Veldwijk<br />

- Kerkenraadscommissie Opstandingsgemeenschap<br />

Nadere bepalingen omtrent de samenstelling, benoeming en opdracht van de commissies,<br />

de contacten tussen AK en de commissies, de rapportages aan de AK e.d. zijn per<br />

commissie vastgelegd in een instructie, die als bijlage aan deze plaatselijke <strong>regeling</strong> is<br />

gehecht.<br />

- 6 -


§ 3. Besluitvorming<br />

Ord. 4, art. 5 Besluitvorming<br />

Ordinantie 4 – artikel 5<br />

1. In alle kerkelijke lichamen worden besluiten steeds na gemeenschappelijk overleg<br />

en zo mogelijk met eenparige stemmen genomen.<br />

Blijkt eenparigheid niet bereikbaar, dan wordt besloten met meerderheid van de uitgebrachte<br />

stemmen, waarbij blanco stemmen niet meetellen.<br />

2. Stemming over zaken geschiedt mondeling tenzij om schriftelijke stemming wordt gevraagd.<br />

Staken de stemmen, dan vindt herstemming plaats. Staken de stemmen weer, dan is het<br />

voorstel verworpen.<br />

3. Stemming over personen geschiedt schriftelijk.<br />

Wanneer er niet meer kandidaten zijn dan er verkozen moeten worden, kan mondeling worden<br />

gestemd als niemand van de aanwezige leden tegen mondelinge stemming bezwaar maakt.<br />

Indien één kandidaat wordt voorgesteld en de stemmen staken, vindt herstemming plaats.<br />

Staken de stemmen weer, dan is de kandidaat niet verkozen.<br />

Indien er meer kandidaten zijn dan er verkozen moeten worden, zijn van hen verkozen<br />

diegenen op wie de meeste stemmen zijn uitgebracht en die de meerderheid van de uit-<br />

gebrachte stemmen hebben behaald, tot het aantal vacatures dat vervuld moet worden.<br />

Indien voor een vacature geen van de kandidaten een meerderheid heeft behaald, vindt een<br />

herstemming plaats tussen de twee kandidaten die de meeste stemmen behaalden.<br />

4. Geen besluiten kunnen worden genomen indien niet ten minste de helft van het aantal leden<br />

van het kerkelijk lichaam ter vergadering aanwezig is.<br />

Wanneer in een vergadering het quorum niet aanwezig is, kan ten aanzien van een op de<br />

vergadering ingediend voorstel een besluit worden genomen op een volgende vergadering<br />

die ten minste twee weken later wordt gehouden, ook wanneer het quorum niet aanwezig is.<br />

- 7 -


Ordinantie 11 – artikel 4<br />

Ordinantie 11 – artikel 2<br />

Ordinantie 11 – artikel 5<br />

§ 4.1 De vermogensrechtelijke aangelegenheden – kerkrentmeesterlijk<br />

Ord. 11, art. 4 Vermogensrechtelijke aangelegenheden van gemeenten met wijkgemeenten<br />

1. ……<br />

2. In een gemeente met wijkgemeenten vormen de kerkrentmeesters die lid zijn van een<br />

wijkkerkenraad tezamen met andere kerkrentmeesters die benoemd zijn door de wijk-<br />

kerkenraad, de wijkraad van kerkrentmeesters.<br />

De kerkrentmeesters die lid zijn van de algemene kerkenraad, vormen tezamen met de kerk-<br />

rentmeesters die daartoe op gezamenlijke voordracht van de wijkraden van kerkrentmeesters<br />

door de algemene kerkenraad zijn benoemd, het college van kerkrentmeesters.<br />

3. ……<br />

4. ……<br />

5. ……<br />

Ord. 11, art. 2 Het college van kerkrentmeesters<br />

1. De ouderlingen die in het bijzonder zijn aangewezen tot kerkrentmeester vormen tezamen met de<br />

kerkrentmeesters als bedoeld in lid 3 het college van kerkrentmeesters.<br />

2. Het college van kerkrentmeesters bestaat uit ten minste drie leden.<br />

De meerderheid van het college van kerkrentmeesters bestaat uit ouderlingen - kerkrentmeester.<br />

3. De kerkrentmeesters die geen ouderling zijn, worden door de kerkenraad uit de leden van de<br />

gemeente benoemd nadat hun namen zijn voorgedragen aan de gemeente om haar goedkeuring<br />

te verkrijgen. Zij kunnen in de gemeente niet tegelijkertijd een ambt dragen.<br />

4. Ten aanzien van de kerkrentmeesters die geen ouderling zijn, is van overeenkomstige toepassing<br />

hetgeen voor ambtsdragers bepaald is ter zake van de zittingstijd, de mogelijkheid bezwaar te<br />

maken tegen de benoeming, het opzicht en de behandeling van bezwaren en geschillen.<br />

5. Het college van kerkrentmeesters wijst uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een<br />

penningmeester aan. De voorzitter is een van de ouderlingen - kerkrentmeester.<br />

Het college van kerkrentmeesters draagt er zorg voor dat de boekhouding en het middelenbeheer<br />

niet in één hand zijn.<br />

6. Indien aan de besluitvorming van het college van kerkrentmeesters minder dan drie leden deel-<br />

nemen, is een besluit van het college slechts rechtsgeldig,<br />

a. wanneer, bij deelname door twee kerkrentmeesters, één ambtsdrager, daartoe aangewezen door de<br />

kerkenraad, aan de besluitvorming heeft deelgenomen en<br />

b. wanneer, bij deelname door één kerkrentmeester, twee ambtsdragers, daartoe aangewezen door de<br />

kerkenraad, aan de besluitvorming hebben deelgenomen.<br />

7. Het college van kerkrentmeesters heeft tot taak :<br />

a. het in overleg met en in verantwoording aan de kerkenraad scheppen en onderhouden van de<br />

materiële en financiële voorwaarden voor het leven en werken van de gemeente door:<br />

- het meewerken aan de totstandkoming van het beleidsplan de begroting en de jaarrekening van de<br />

gemeente overeenkomstig het bepaalde in ord. 4-7-1 en het bepaalde in de artikelen 6 en 7;<br />

- het zorg dragen voor de geldwerving;<br />

- het zorg dragen voor het beschikbaar zijn van ruimten voor de eredienst en de andere activiteiten van de<br />

gemeente;<br />

en voorts<br />

b. het beheren van de goederen van de gemeente;<br />

c. het verzorgen van het, in het beleidsplan en de begroting geformuleerde, personeelsbeleid;<br />

- 8 -


d. het zorg dragen voor de arbeidsrechtelijke aangelegenheden van hen die krachtens arbeids-<br />

overeenkomst bij de gemeente werkzaam zijn op niet-diaconaal terrein;<br />

e. het fungeren als opdrachtgever van kosters en beheerders van gebouwen en ander beherend<br />

en administratief personeel dat op arbeidsovereenkomst in dienst van de gemeente werkzaam is;<br />

f. het bijhouden van de registers van de gemeente, het doopboek, het belijdenisboek en – indien<br />

aanwezig – het trouwboek;<br />

g. het beheren van de archieven van de gemeente;<br />

h. het beheren van de verzekeringspolissen.<br />

Met het oog op deze taak kan de ouderling - kerkrentmeester worden vrijgesteld van<br />

- het toerusten van de gemeente tot het vervullen van haar pastorale en missionaire roeping en<br />

- de herderlijke zorg<br />

8. Het college van kerkrentmeesters blijft bij het beheren van en beschikken over de aan hem toe-<br />

vertrouwde vermogensrechtelijke aangelegenheden van de gemeente binnen de grenzen van<br />

het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan en van de door de kerkenraad vastgestelde<br />

begroting.<br />

9. De volgende rechtshandelingen behoeven vooraf de instemming van de kerkenraad:<br />

- het verkrijgen, bouwen, ingrijpend verbouwen, uitbreiden of restaureren, verhuren, bezwaren, verkopen<br />

of op andere wijze vervreemden en afbreken van een gebouw of een orgel, beide in gebruik ten behoeve<br />

van de eredienst of anderszins van belang voor het leven en werken van de gemeente;<br />

- het aangaan van verplichtingen waarin niet bij vastgestelde begroting is voorzien;<br />

- het aanvaarden van erfstellingen of schenkingen onder last of voorwaarde;<br />

- het oprichten van of deelnemen aan een stichting;<br />

- het voeren van processen voor de overheidsrechter en het aangaan van overeenkomsten om geschillen<br />

op een andere wijze tot een oplossing te brengen.<br />

10. De kerkenraad neemt alleen in overleg met het college van kerkrentmeesters beslissingen<br />

op niet-diaconaal terrein waaraan voor de gemeente financiële gevolgen verbonden zijn<br />

welke niet bij vastgestelde begroting zijn voorzien.<br />

Ord. 11, art. 5 Rechtspersoonlijkheid en vertegenwoordiging<br />

1. De gemeente heeft rechtspersoonlijkheid.<br />

De gemeente wordt in vermogensrechtelijke aangelegenheden van niet-diaconale aard vertegen-<br />

woordigd door de voorzitter en de secretaris van het college van kerkrentmeesters tezamen.<br />

Het college van kerkrentmeesters wijst voor elk van beiden uit zijn midden of uit de kerkenraad<br />

een plaatsvervanger aan.<br />

……<br />

2. ……<br />

3 In alle andere aangelegenheden wordt de gemeente vertegenwoordigd door de preses en de<br />

scriba van de kerkenraad tezamen. De kerkenraad wijst voor elk van beiden uit zijn midden<br />

een plaatsvervanger aan.<br />

- 9 -


Artikelen plaatselijke <strong>regeling</strong><br />

§ 4.1 De vermogensrechtelijke aangelegenheden – kerkrentmeesterlijk<br />

4.1.1 Het college van kerkrentmeesters<br />

Het college van kerkrentmeesters bestaat uit 17 leden.<br />

4.1.2 Van het aantal kerkrentmeesters (genoemd in 4.1.1.) zijn er 5 of 6 * lid van de<br />

algemene kerkenraad.<br />

De overige zijn geen lid van de algemene kerkenraad.<br />

[ * afhankelijk van de keuze van de Zendingskerk : diaken of kerkrentmeester ]<br />

4.1.3 Het college van kerkrentmeesters wijst een administrateur aan. De administrateur<br />

kan op verzoek de vergaderingen van het college bijwonen en heeft daar een<br />

adviserende stem. Op hem is het bepaalde in 0rd. 4-2 betreffende de geheimhouding<br />

van toepassing.<br />

4.1.4 De penningmeester is bevoegd betalingen te doen namens de gemeente, met<br />

inachtneming van het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan en de begroting,<br />

tot een maximaal bedrag van 10.000 euro per betaling.<br />

Voor betalingen boven dit bedrag zijn voorzitter en penningmeester of secretaris en<br />

penningmeester gezamenlijk bevoegd.<br />

Bij afwezigheid of ontstentenis van de penningmeester treedt de voorzitter of de<br />

secretaris op als diens plaatsvervanger.<br />

4.1.5 Tijdens de collegevergadering in de maand januari wijst het college de<br />

plaatsvervangers van de voorzitter en de secretaris aan.<br />

4.1.6 Overeenkomstig ord. 11-4-3 heeft het college van kerkrentmeesters de volgende<br />

taken aan de wijkraad van kerkrentmeesters toevertrouwd :<br />

a. het beheer van de wijkkas [zie: reglement wijkkas in infomap Kerkelijk Bureau]<br />

Het college van kerkrentmeesters en de wijkraad hebben hun afspraken over de uitvoering<br />

van deze taken, het overleg daarover en de rapportage van de wijkraad aan het college<br />

schriftelijk vastgelegd.<br />

- 10 -


Ordinantie 11 – artikel 4<br />

Ordinantie 11 – artikel 3<br />

Ordinantie 11 – artikel 5<br />

§ 4.2 De vermogenrechtelijke aangelegenheden - diaconaal<br />

Ord. 11, art. 4 Vermogensrechtelijke aangelegenheden van gemeenten met wijkgemeenten<br />

1. ……<br />

2. ……<br />

3. ……<br />

4. In een gemeente met wijkgemeenten vormen de diakenen die lid zijn van een wijkkerkenraad,<br />

de wijkraad van diakenen. De diakenen die lid zijn van de algemene kerkenraad, vormen<br />

tezamen met de diakenen die daartoe op gezamenlijke voordracht van de wijkraden van<br />

diakenen door de algemene kerkenraad zijn benoemd, het college van diakenen.<br />

5. ……<br />

Ord. 11, art. 3 Het college van diakenen<br />

1. De diakenen vormen tezamen het college van diakenen. Het college van diakenen bestaat uit ten<br />

minste drie leden.<br />

2. Het college van diakenen wijst uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penning-<br />

meester aan. Het college van diakenen draagt er zorg voor dat de boekhouding en het<br />

middelenbeheer niet in één hand zijn.<br />

3. Indien aan de besluitvorming van het college van diakenen minder dan drie leden deelnemen,<br />

is een besluit van het college slechts rechtsgeldig:<br />

a. wanneer, bij deelname door twee diakenen, één ambtsdrager, daartoe aangewezen door de kerkenraad,<br />

aan de besluitvorming heeft deelgenomen en<br />

b. wanneer, bij deelname door één diaken, twee ambtsdragers, daartoe aangewezen door de kerkenraad,<br />

aan de besluitvorming hebben deelgenomen.<br />

4. Het college van diakenen heeft tot taak :<br />

a. het in overleg met en in verantwoording aan de kerkenraad scheppen en onderhouden van de<br />

materiële en financiële voorwaarden voor de door de gemeente te verrichten diaconale dienst door :<br />

- het meewerken aan de totstandkoming van het beleidsplan, de diaconale begroting en de diaconale<br />

jaarrekening overeenkomstig het bepaalde in ord. 4-7-1 en het bepaalde in de artikelen 6 en 7;<br />

- het zorg dragen voor de geldwerving ten behoeve van de diaconale arbeid van de gemeente;<br />

en voorts<br />

b. het beheren van de goederen van de diaconie;<br />

c. het verzorgen van het, in het beleidsplan en de diaconale begroting geformuleerde, personeelsbeleid;<br />

d. het zorgdragen voor de arbeidsrechtelijke aangelegenheden van hen die krachtens arbeidsovereenkomst<br />

bij de diaconie werkzaam zijn;<br />

e. het fungeren als opdrachtgever van hen die op arbeidsovereenkomst in de gemeente op diaconaal<br />

terrein werkzaam zijn;<br />

f. het beheren van verzekeringspolissen.<br />

5. Het college van diakenen blijft bij het beheren van en beschikken over de aan hem toevertrouw-<br />

de vermogensrechtelijke aangelegenheden binnen de grenzen van het door de kerkenraad<br />

vastgestelde beleidsplan en de door de kerkenraad vastgestelde begroting.<br />

- 11 -


6. De volgende rechtshandelingen behoeven vooraf de instemming van de kerkenraad :<br />

- het aangaan van verplichtingen waarin niet bij vastgestelde begroting is voorzien;<br />

- het aanvaarden van erfstellingen of schenkingen onder last of voorwaarde;<br />

- het oprichten van of deelnemen aan een stichting;<br />

- het voeren van processen voor de overheidsrechter en het aangaan van overeenkomsten om geschillen<br />

op een andere wijze tot een oplossing te brengen.<br />

7. Het college van diakenen is bevoegd diaconale steun te verlenen aan personen, organen,<br />

kassen, fondsen, instellingen en rechtspersonen in binnen- en buitenland.<br />

Uitsluitend in zeer bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van het regionale college voor de<br />

behandeling van beheerszaken en nadat ter zake toestemming is verkregen van dit college,<br />

kan het college van diakenen gelden beschikbaar stellen voor niet-diaconaal werk van de<br />

gemeente.<br />

8. De kerkenraad neemt alleen in overleg met het college van diakenen beslissingen waaraan<br />

voor de diaconie van de gemeente financiële gevolgen verbonden zijn welke niet bij<br />

vastgestelde begroting zijn voorzien.<br />

Ord. 11, art. 5 Rechtspersoonlijkheid en vertegenwoordiging<br />

1. ……<br />

2. De diaconie van de gemeente heeft rechtspersoonlijkheid. Het college van diakenen is het<br />

bestuur van de diaconie.<br />

De gemeente wordt in vermogensrechtelijke aangelegenheden van diaconale aard vertegen-<br />

woordigd door de diaconie. De diaconie van de gemeente wordt vertegenwoordigd door de<br />

voorzitter en de secretaris van het college van diakenen tezamen. Het college van diakenen<br />

wijst voor elk van beiden uit zijn midden of uit de kerkenraad een plaatsvervanger aan.<br />

……<br />

3. ……<br />

Artikelen plaatselijke <strong>regeling</strong><br />

§ 4.2 De vermogensrechtelijke aangelegenheden – diaconaal<br />

4.2.1 Het college van diakenen bestaat uit alle diakenen van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong>.<br />

4.2.2 De penningmeester is bevoegd betalingen te doen namens de diaconie, met in acht-<br />

neming van het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan en de begroting, tot<br />

een maximaal bedrag van 25000 euro per betaling. Voor betalingen boven dit bedrag<br />

zijn voorzitter en penningmeester of secretaris en penningmeester gezamenlijk<br />

bevoegd.<br />

Bij afwezigheid of ontstentenis van de penningmeester treedt in eerste instantie de<br />

voorzitter op als diens plaatsvervanger en vervolgens de secretaris.<br />

4.2.3 Tijdens de collegevergadering in de eerste maand van het jaar wijst het college de<br />

plaatsvervangers van de voorzitter en de secretaris aan.<br />

4.2.4 Overeenkomstig ord. 11-4-5 heeft het college van diakenen de volgende taken<br />

aan de wijkraad van diakenen toevertrouwd.<br />

N.v.t..<br />

- 12 -


Ordinantie 11 – artikel 6<br />

Ordinantie 11 – artikel 7<br />

§ 4.3 De vermogensrechtelijke aangelegenheden - algemeen<br />

Ord. 11, art. 6 De begrotingen en het collecterooster<br />

1. Elk jaar plegen het college van kerkrentmeesters en het college van diakenen met de kerkenraad<br />

en met alle daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente overleg over de in<br />

samenhang met het door de kerkenraad vastgestelde beleidsplan op te stellen begrotingen en het<br />

collecterooster van het komende kalenderjaar.<br />

2. Vóór 1 november dienen het college van kerkrentmeesters en het college van diakenen hun<br />

ontwerpbegrotingen bij de kerkenraad in, vergezeld van een door hen in onderling overleg<br />

opgesteld gemeenschappelijk ontwerp collecterooster.<br />

3. Indien de kerkenraad wijzigingen wil aanbrengen in de ontwerpbegrotingen overlegt hij met het<br />

betrokken college over de voorgenomen wijziging. Indien over de wijziging geen overeen-<br />

stemming wordt verkregen, vraagt de kerkenraad bemiddeling van het regionale college voor de<br />

behandeling van beheerszaken. Eerst na bemiddeling van het regionale college neemt de kerken-<br />

raad een definitief besluit.<br />

4. Nadat de kerkenraad de begrotingen voorlopig heeft vastgesteld, worden deze in samenvatting<br />

in de gemeente gepubliceerd en tevens gedurende een week in haar geheel voor de leden van<br />

de gemeente ter inzage gelegd. De kerkenraad stelt de leden van de gemeente in de gelegenheid<br />

hun mening over de begrotingen kenbaar te maken op de wijze die in de <strong>regeling</strong> voor de wijze<br />

van werken van de kerkenraad is aangegeven. Daarna stelt de kerkenraad de begrotingen en het<br />

collecterooster vast.<br />

5. Indien een kerkenraad wijzigingen wil aanbrengen in de vastgestelde begroting is het bepaalde<br />

in lid 3 en 4 van overeenkomstige toepassing.<br />

Ord. 11, art. 7 De jaarrekeningen<br />

1. Het college van kerkrentmeesters en het college van diakenen leggen elk jaar vóór 1 mei hun<br />

ontwerpjaarrekeningen over het laatst verlopen kalenderjaar aan de kerkenraad voor.<br />

2. Deze jaarrekeningen worden in haar geheel of in samenvatting in de gemeente gepubliceerd<br />

en tevens gedurende een week in haar geheel voor de leden van de gemeente ter inzage gelegd.<br />

De kerkenraad stelt de leden van de gemeente in de gelegenheid hun mening over de jaar-<br />

rekeningen kenbaar te maken op de wijze die in de <strong>regeling</strong> voor de wijze van werken van de<br />

kerkenraad is aangegeven.<br />

3. Daarna stelt de kerkenraad de jaarrekeningen vast, hetgeen strekt tot decharge van de kerk-<br />

rentmeesters respectievelijk de diakenen inzake het door hen gevoerde beheer, tenzij de kerken-<br />

raad een voorbehoud maakt, of het regionale college voor de behandeling van beheerszaken<br />

nader overleg wenst.<br />

4. Elk jaar wordt vóór de vaststelling van de jaarrekeningen de financiële administratie van de<br />

gemeente en van de diaconie gecontroleerd door een door de kerkenraad aan te wijzen<br />

certificerend accountant of twee andere onafhankelijke deskundigen.<br />

- 13 -


Artikelen plaatselijke <strong>regeling</strong><br />

§ 4.3 De vermogensrechtelijke aangelegenheden – algemeen<br />

4.3. Het in de gelegenheid stellen van gemeenteleden hun mening kenbaar te maken over<br />

begrotingen en jaarrekeningen:<br />

Voor de vaststelling dan wel wijziging van de begrotingen en voor de vaststelling van<br />

de jaarrekeningen worden deze stukken in samenvatting gepubliceerd in het<br />

kerkblad.<br />

De volledige stukken kunnen gedurende een week worden ingezien. Bij de publicatie<br />

worden tijd en plaats vermeld.<br />

Reacties kunnen tot drie dagen na het einde van de periode van ter inzage legging<br />

worden gestuurd aan de scriba van de algemene kerkenraad. Naar aanleiding van<br />

deze reacties stelt de kerkenraad na overleg met het desbetreffende college<br />

eventuele wijzigingen vast.<br />

- 14 -


§ 4.4. Overige taken van kerkrentmeesters en diakenen<br />

In deze paragraaf worden nog een aantal vermeldingen van de kerkrentmeesters en de diakenen in<br />

de ordinanties bij de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland genoemd, bedoeld om een<br />

indruk te geven van de taken, die in de kerkorde zijn toegedacht aan het college van kerk-<br />

rentmeesters resp. diakenen en die in de vorige paragrafen van het model nog niet zijn genoemd.<br />

A. Kerkrentmeesters<br />

Ordinantie 3<br />

Artikel 5 (beroeping van predikanten)<br />

……<br />

3. Bij de beroepsbrief behoort een aanhangsel met de schriftelijke opgave van de toegezegde inkomsten en<br />

rechten. Dit aanhangsel wordt ondertekend door de preses en de scriba van de (algemene) kerkenraad en<br />

door de voorzitter en de secretaris van het college van kerkrentmeesters.<br />

……<br />

Artikel 10<br />

……<br />

2. Aan de ouderlingen die in het bijzonder zijn aangewezen tot kerkrentmeester is bovendien toevertrouwd,<br />

tezamen met de andere kerkrentmeesters,<br />

- de verzorging van de vermogensrechtelijke aangelegenheden van de gemeente van niet-diaconale aard,<br />

- het bijhouden van de registers van de gemeenteleden en van het doopboek, het belijdenisboek en het<br />

trouwboek.<br />

Artikel 28<br />

……<br />

2. De kerkelijke medewerkers worden benoemd door of vanwege de ambtelijke vergadering of het<br />

kerkelijk lichaam onder verantwoordelijkheid waarvan zij werkzaam zijn.<br />

Een kerkelijk medewerker wordt aangesteld<br />

- voor een gemeente door het college van kerkrentmeesters of door het college van diakenen;<br />

- ……<br />

Ordinantie 4<br />

Artikel 8<br />

……<br />

5. De kerkenraad stelt telkens voor een periode van vier jaar een beleidsplan op, na daarover<br />

overleg gepleegd te hebben met college van kerkrentmeesters, het college van diakenen en met<br />

alle daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente.<br />

Ordinantie 5<br />

Artikel 6<br />

……<br />

2. De kerkmusicus wordt benoemd door de kerkenraad na overleg met het college van kerk-<br />

rentmeesters, bij voorkeur uit de leden van de kerk. De aanstelling van de kerkmusicus geschiedt<br />

door het college van kerkrentmeesters.<br />

Artikel 7<br />

1. Ten behoeve van de zorg voor het kerkgebouw en de goede gang van zaken daarin tijdens de<br />

Kerkdiensten kunnen de kerkrentmeesters zich laten bijstaan door een koster.<br />

2. De koster wordt benoemd door de kerkenraad op voordracht van het college van kerk-<br />

rentmeesters, bij voorkeur uit de leden van de kerk. De aanstelling van de koster geschiedt door<br />

het college van kerkrentmeesters.<br />

- 15 -


Artikel 8 Het kerkgebouw<br />

1. De zorg voor het kerkgebouw en de goede gang van zaken daarin tijdens de kerkdiensten berust<br />

bij het college van kerkrentmeesters.<br />

2. Over de inrichting van het kerkgebouw beslist de kerkenraad, gehoord het orgaan van de kerk dat<br />

op dit terrein werkzaam is.<br />

3. Het kerkgebouw wordt door het college van kerkrentmeesters in overleg met de kerkenraad bij<br />

voorrang beschikbaar gesteld voor gemeentelijke en kerkelijke doeleinden.<br />

4. Wanneer een kerkgebouw in gebruik is bij een wijkgemeente dient in de leden 1, 2 en 3 in plaats<br />

van het college van kerkrentmeesters wijkraad van kerkrentmeesters en in plaats van kerkenraad<br />

wijkkerkenraad te worden gelezen, tenzij in de plaatselijke <strong>regeling</strong> anders is bepaald.<br />

B. Diakenen<br />

Ordinantie 3<br />

Artikel 11 Het dienstwerk van de diakenen<br />

1. Tot opbouw van de gemeente met het oog op haar dienst in de wereld is aan de diakenen<br />

toevertrouwd<br />

- de ambtelijke tegenwoordigheid in de kerkdiensten;<br />

- de dienst aan de Tafel van de Heer;<br />

- het mede voorbereiden van de voorbeden;<br />

- het inzamelen en besteden van de liefdegaven;<br />

- het toerusten van de gemeente tot het vervullen van haar diaconale roeping;<br />

- het verlenen van bijstand, verzorging of bescherming aan hen die dat behoeven;<br />

- het nemen of ondersteunen van initiatieven die gericht zijn op het bevorderen van het maatschappelijk<br />

welzijn;<br />

- het dienen van de gemeente en de kerk in haar bemoeienis met betrekking tot sociale vraagstukken en het<br />

aanspreken van de overheid en de samenleving op haar verantwoordelijkheid dienaangaande;<br />

- het beheren van de financiële zaken die bestemd zijn voor het diaconaat;<br />

- en zo zij daartoe geroepen worden, het dienen van de kerk in de meerdere vergaderingen.<br />

Artikel 28 De kerkelijke medewerkers<br />

......<br />

2. De kerkelijke medewerkers worden benoemd door of vanwege de ambtelijke vergadering of het<br />

kerkelijk lichaam onder verantwoordelijkheid waarvan zij werkzaam zijn<br />

Een kerkelijk medewerker wordt aangesteld<br />

- voor een gemeente door het college van kerkrentmeesters of door het college van diakenen;<br />

……<br />

Ordinantie 4<br />

Artikel 8 Werkwijze<br />

……<br />

5. De kerkenraad stelt telkens voor een periode van vierjaar een beleidsplan op, na daarover overleg<br />

gepleegd te hebben met het college van kerkrentmeesters, het college van diakenen en met alle<br />

daarvoor in aanmerking komende organen van de gemeente.<br />

Elk jaar pleegt de kerkenraad met dezelfde colleges en organen overleg over eventuele wijziging<br />

van het beleidsplan.<br />

……<br />

- 16 -


Ordinantie 7<br />

Artikel 3 De viering van het avondmaal<br />

1. Het avondmaal wordt bediend door een predikant, waarbij de diakenen aan de tafel van de Heer<br />

dienen en de ouderlingen medeverantwoordelijkheid dragen. De bediening geschiedt op de wijze<br />

die door de kerkenraad is vastgesteld en met gebruikmaking van een van de orden uit het dienst-<br />

boek van de kerk.<br />

Ordinantie 8<br />

Artikel 3 De diaconale arbeid<br />

……<br />

3. De diaconale zorg in de gemeente en in haar omgeving krijgt gestalte in het leven van de leden<br />

van de gemeente, die worden opgewekt tot onderling dienstbetoon, tot voorbeden en tot de<br />

dienst van barmhartigheid en gerechtigheid in de wereld, als ook in de arbeid die door en onder<br />

leiding van de diakenen wordt verricht.<br />

4. De gemeente vervult haar diaconale opdracht elders in de wereld met behulp van en onder leiding<br />

van de diakenen en, in samenwerking met de daartoe aangewezen organen van de kerk, met<br />

inachtneming van het bepaalde in ordinantie 14.<br />

- 17 -


Ordinantie 2 – artikel 16<br />

§ 5. Aantal en grenzen van de wijkgemeenten<br />

Ord. 2, art. 16 Gemeenten met wijkgemeenten<br />

......<br />

6. Het aantal en de grenzen van de wijkgemeenten worden, nadat de betrokken wijkkerkenraden zijn<br />

gehoord en de leden van de betrokken wijkgemeenten de gelegenheid hebben gekregen hun<br />

oordeel kenbaar te maken, vastgesteld en gewijzigd door de algemene kerkenraad.<br />

Vaststelling en wijziging van het aantal wijkgemeenten kan alleen plaatsvinden met medewerking<br />

en goedvinden van de classicale vergadering.<br />

……<br />

Artikelen plaatselijke <strong>regeling</strong><br />

§ 5 Aantal en grenzen van de wijkgemeenten<br />

5.1 De gemeente heeft 5 wijkgemeenten en 1 wijkgemeente van bijzondere aard.<br />

5.2 De grenzen van de wijkgemeenten zijn ingetekend op een topografische kaart en<br />

tevens vastgelegd door middel van een lijst van de straatnamen (ev.: en huisnummers)<br />

en postcodes die de grenzen van de wijkgemeenten vormen, van welke documenten<br />

een afschrift aan deze plaatselijke <strong>regeling</strong> is gehecht.[ geactualiseerde lijst ter inzage<br />

op Kerk.Bureau]<br />

5.3 Voor de vaststelling dan wel wijziging van het aantal wijkgemeenten en de grenzen<br />

wordt het voorstel daartoe in samenvatting gepubliceerd in het kerkblad. De volledige<br />

stukken kunnen gedurende een week worden ingezien. Bij de publicatie worden tijd en<br />

plaats vermeld.<br />

Reacties kunnen tot drie dagen na het einde van de periode van ter inzage legging<br />

worden gestuurd aan de scriba van de algemene kerkenraad.<br />

§ 6 Overige bepalingen<br />

6.1 <strong>regeling</strong> schenkingen, legaten en erfstellingen [zie Ord. 11.2.9 en Ord.11.8.3]<br />

6.2 vrijwilligersstatuut ( in voorbereiding )<br />

Ondertekening<br />

Aldus te <strong>Ermelo</strong> vastgesteld in de vergadering van de algemene kerkenraad van<br />

21 februari 2008<br />

R. van den Bosch, preses D.W. Verploeg , scriba<br />

- 18 -


Organen van bijstand :<br />

Bijlagen bij <strong>Plaatselijke</strong> Regeling<br />

ten behoeve van het leven en werken<br />

van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Ermelo</strong><br />

Bijlage 1 Kerkenraadscommissie Centraal voor Zending, Evangelisatie en<br />

Werelddiaconaat [ Kc CZEW ]<br />

Bijlage 2 Kerkenraadscommissie Jeugdraad [ Kc Jeugdraad ]<br />

Bijlage 3 Kerkenraadscommissie Kerkradio [ Kc. Kerkradio ]<br />

Bijlage 4 Kerkenraadscommissie Kerk en Israël [ Kc. Kerk en Israël ]<br />

Bijlage 5 Kerkenraadscommissie Begeleiding Jeugdwerkleider<br />

[ Kc. Begeleiding Jeugdwerkleider ]<br />

Bijlage 5.1 Taak- en functieomschrijving Jeugdwerkleider <strong>Hervormd</strong>e Gemeente<br />

Bijlage 6 Kerkenraadscommissie Vorming en toerusting<br />

[ Kc. Vorming en toerusting]<br />

Kerkenraadscommissies in interkerkelijk verband :<br />

Bijlage 7 Kerkenraadscommissie Interkerkelijke Vieringen <strong>Ermelo</strong><br />

Bijlage 8 Kerkenraadscommissie Interkerkelijke diensten voor mensen met een verstandelijke<br />

beperking<br />

Kerkenraadscommissies op grond van akkoorden van samenwerking:<br />

Bijlage 9 Overeenkomst tussen de Algemene Kerkenraad <strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong> en het<br />

bestuur van de Evangelische Kring [ Kc. Zendingskerk ]<br />

Bijlage 10 Akkoord van samenwerking tussen de Herv. Gemeente en de Ger. Kerk<br />

en het Psychiatrisch Ziekenhuis Meerkanten, locatie Veldwijk te <strong>Ermelo</strong><br />

Bijlage 11 Akkoord van samenwerking tussen de Ger. Kerk en de Herv. Gemeente<br />

en de instituten ‟s Heeren Loo – Lozenoord en Groot Emaus te <strong>Ermelo</strong><br />

Overige bijlagen :<br />

Bijlage 12 Fonds Christelijke Belangen<br />

Bijlage 13 Procedure beroepen predikant<br />

Bijlage 14 Regeling taken/bevoegdheden Algemene Kerkenraad / wijkkerkenraden<br />

[ord. 4-9-4]<br />

Bijlage 15 Werkwijze / samenstelling Algemene Kerkenraad en moderamen AK<br />

Mandaten moderamen<br />

Bijlage 16 Centrale Nieuwjaarsdienst<br />

- 19 -


Bijlage 17 Regeling beschikbaarstelling van (delen van) kerkgebouwen, andere<br />

gebouwen en/of inventaris daarvan.<br />

Bijlage 18 Statuut voor het beheer en de radactie van het “<strong>Hervormd</strong> Kerkblad”<br />

Bijlage 19 Statuut voor het beheer en de redactie van de website (in voorbereiding)<br />

Bijlage 20 Werkgroep coördinatie vertrouwenspersonen<br />

- 20 -


Naam / samenstelling<br />

Kerkenraadscommissie<br />

Centraal voor Zending, Evangelisatie en Werelddiaconaat<br />

[ Kc CZEW ]<br />

1. De Algemene Kerkenraad van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente heeft als orgaan van bijstand ingesteld<br />

“ Kerkenraadscommissie Centraal voor Zending, Evangelisatie en Werelddiaconaat”<br />

- 21 -<br />

Bijlage 1<br />

2. De commissie bestaat uit minimaal 6 en maximaal 9 belijdende leden van de gemeente, die door<br />

de algemene kerkenraad benoemd worden, en waar elke wijkgemeente met minimaal één lid in<br />

is vertegenwoordigd. De voorzitter wordt rechtstreeks door de algemene kerkenraad benoemd.<br />

3. Benoemingen van leden namens de wijkgemeenten vinden plaats op voordracht van de betrokken<br />

wijkkerkenraad na overleg met de commissie.<br />

Bij het voortduren van de vacature kan de algemene kerkenraad leden binnen 6 maanden<br />

benoemen, waarbij voorbijgegaan kan worden aan het eerdere in dit artikel gestelde.<br />

Doelstelling<br />

4. Het doel van de commissie is<br />

a. Om te komen tot verwerkelijking van de zendingsopdracht van de centrale gemeente.<br />

b. De verbreiding van het Evangelie in de centrale gemeente onder hen die daarvan zijn<br />

vervreemd en onder hen die daarvan nog nooit gehoord hebben.<br />

c. Het stimuleren van de betrokkenheid van de gemeente bij het werelddiaconaat.<br />

In de uitvoering van deze taken wordt aandacht geschonken aan het voorbereiden, organiseren en<br />

coördineren van centrale activiteiten en het onderhouden van contacten met (kerkelijke)<br />

zendingsorganen en met wijk ZEW - commissies die als organen van bijstand fungeren in de wijk-<br />

kerkenraden.<br />

Verantwoording<br />

5. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een beleidsvoornemen op voor het komende<br />

kalenderjaar en vóór 1 april een jaarverslag over het afgelopen kalenderjaar.<br />

Beide stukken behoeven de goedkeuring van de algemene kerkenraad.<br />

6. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een (financiële) begroting op voor het komende<br />

kalenderjaar en vóór 1 april een financieel verslag over het afgelopen kalenderjaar.<br />

Beide stukken behoeven de goedkeuring van het college van kerkrentmeesters (ckrm) dat deze<br />

mede betrekt in de eigen verslaglegging aan (het moderamen van) de algemene kerken-<br />

raad. Een afschrift van bedoelde stukken wordt door de commissie ter kennis gebracht aan het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad.<br />

7. Jaarlijks vóór 8 september wordt de CZEW - commissie betrokken in het overleg van het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad met de colleges van kerkrentmeesters en diakenen<br />

over de begrotingen voor het komende kalenderjaar en het opstellen van het collecteplan.<br />

Overige bepalingen<br />

8. De geldmiddelen van de commissie worden verkregen uit bijdragen, giften en collecten welke haar<br />

rechtstreeks geworden of haar bereiken van de wijk ZEW - commissies, alsmede uit andere baten.<br />

9. Het aangaan en/of verbreken van samenwerkingsverbanden behoeft de goedkeuring van het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad, die daarbij door de algemene kerkenraad<br />

gestelde regels in acht neemt.<br />

vervolg bijlage 1


vervolg bijlage 1<br />

10. De commissie kan te allen tijde in overleg treden met het moderamen van de algemene kerken-<br />

raad.<br />

11. De bepalingen van de kerkorde in het beleidsplan en van de plaatselijke <strong>regeling</strong>, betrekking<br />

hebbende op (het werk van) de organen van bijstand, zijn ook van toepassing op deze<br />

commissie.<br />

12. In probleemsituaties kan het moderamen van de algemene kerkenraad handelend op-<br />

treden.<br />

13. De scriba van de algemene kerkenraad houdt een register bij van de leden van de commissie<br />

met een rooster van aftreden.<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

- 22 -


Naam / samenstelling<br />

Kerkenraadscommissie Jeugdraad<br />

[ Kc Jeugdraad ]<br />

- 23 -<br />

Bijlage 2<br />

1. De Algemene Kerkenraad van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente heeft als orgaan van bijstand een<br />

commissie ingesteld, genaamd “Kc. Jeugdraad”.<br />

2. De commissie bestaat uit minimaal 6 en maximaal 10 belijdende leden van de gemeente die door<br />

de algemene kerkenraad worden benoemd en waar elke wijkgemeente met één lid in is<br />

vertegenwoordigd.<br />

3. Benoemingen van leden namens de wijkgemeenten vinden plaats op voordracht van de betrokken<br />

wijkkerkenraad na overleg met de commissie. Bij het voortduren van de vacature kan de<br />

algemene kerkenraad binnen 6 maanden benoemingen afgeven, waarbij voorbijgegaan kan<br />

worden aan het eerder in dit artikel gestelde.<br />

Doelstelling<br />

4. Het doel van deze commissie is bezig te zijn op alle terreinen waar de algemene kerkenraad van<br />

de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente zorg heeft voor het jeugdwerk.<br />

Verantwoording<br />

5. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een beleidsvoornemen op voor het komende<br />

kalenderjaar en vóór 1 april een jaarverslag over het afgelopen kalenderjaar.<br />

Beide stukken behoeven de goedkeuring van de algemene kerkenraad.<br />

6. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een (financiële) begroting op voor het komende<br />

kalenderjaar en vóór 1 april een financieel verslag over het afgelopen kalenderjaar. Beide stukken<br />

behoeven de goedkeuring van het college van kerkrentmeesters (ckrm) dat deze mede betrekt in<br />

de eigen verslaglegging aan (het moderamen van) de algemene kerkenraad.<br />

Een afschrift van de (financiële) begroting en van het financieel verslag wordt door de commissie<br />

ter kennis gebracht aan het moderamen van de algemene kerkenraad.<br />

Overige bepalingen<br />

7. De geldmiddelen van de commissie worden verkregen uit bijdragen, giften en collecten, alsmede<br />

uit andere baten.<br />

8. Het aangaan en/of verbreken van samenwerkingsverbanden behoeft de goedkeuring van het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad, die daarbij door de algemene kerkenraad gestelde<br />

regels in acht neemt.<br />

9. De commissie kan te allen tijde in overleg treden met het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

10. De bepalingen van de kerkorde in het beleidsplan en van de plaatselijke <strong>regeling</strong>, betrekking<br />

hebbende op (het werk van) de organen van bijstand, zijn ook van toepassing op deze<br />

commissie.<br />

11. In probleemsituaties kan het moderamen van de algemene kerkenraad handelend<br />

optreden.<br />

12. De scriba van de algemene kerkenraad houdt een register bij van de leden van de commissie met<br />

een rooster van aftreden.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.


Naam / samenstelling<br />

Kerkenraadscommissie Kerkradio<br />

[ Kc. Kerkradio ]<br />

1. De Algemene Kerkenraad van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente heeft als orgaan van bijstand een<br />

commissie ingesteld, genaamd “Kerkenraadscommissie Kerkradio” .<br />

2. De commissie bestaat uit minimaal 6 en maximaal 9 belijdende leden der gemeente die door de<br />

algemene kerkenraad benoemd worden en waar elke wijkgemeente met één lid in is<br />

vertegenwoordigd.<br />

- 24 -<br />

Bijlage 3<br />

3. Benoemingen van leden namens de wijkgemeenten vinden plaats op voordracht van de betrokken<br />

wijkkerkenraad na overleg met de commissie. Bij het voortduren van de vacature kan de<br />

algemene kerkenraad binnen 6 maanden benoemingen afgeven, waarbij voorbijgegaan kan<br />

worden aan het eerder in dit artikel gestelde.<br />

Doelstelling<br />

4. Het doel van deze commissie is het verzorgen van de uitzending van kerkdiensten in de centrale<br />

gemeente, via de telefoon; lokaal/regionaal, landelijk ; via de kabel (UPC) lokaal/regionaal of<br />

via Internet wereldwijd, alsmede de zorg (nog in beperkte mate) voor de cassetterecorderdienst,<br />

dit is een aflopende zaak.<br />

5. a. Voor aansluiting op de kerkradio komen in aanmerking gemeenteleden die niet (meer) in<br />

staat zijn de kerkdiensten te bezoeken. In twijfelgevallen overlegt de commissie met de<br />

wijkpredikant.<br />

b. Gemeenteleden die tijdelijk de kerkdiensten niet kunnen bezoeken kunnen op korte termijn<br />

worden aangesloten op de kerkradio.<br />

c. Nu wordt nog door de cassetterecorderdienst wijksgewijs het opnemen, het kopiëren en<br />

distribueren van de cassettebandjes verzorgd, maar daar zal in de toekomst minder gebruik van<br />

gemaakt worden als we kerkdiensten via een CD kunnen verspreiden.<br />

Hiervoor stelt de commissie de benodigde apparatuur beschikbaar. De medewerkers worden in<br />

overleg met de commissie door de wijkkerkenraden benoemd.<br />

Eén van de leden van de kerktelefoon commissie treedt op als coördinator tussen de commissie<br />

en de cassetterecorderdienst.<br />

Verantwoording<br />

6. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een beleidsvoornemen op voor het komende<br />

kalenderjaar en vóór 1 april een jaarverslag over het afgelopen kalenderjaar. Beide stukken<br />

behoeven de goedkeuring van de algemene kerkenraad.<br />

7. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een (financiële) begroting op voor het<br />

komende kalenderjaar en vóór 1 april een financieel verslag over het afgelopen kalenderjaar.<br />

Beide stukken behoeven de goedkeuring van het college van kerkrentmeesters (ckrm) dat deze<br />

mede betrekt in de eigen verslaglegging aan (het moderamen van) de algemene kerken-<br />

raad. Een afschrift van bedoelde stukken wordt door de commissie ter kennis gebracht aan het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad.<br />

Overige bepalingen<br />

8. De geldmiddelen van de commissie worden verkregen uit bijdragen voor aansluitkosten,<br />

abonnementsgelden, giften en collecten, alsmede uit andere baten.<br />

vervolg bijlage 3


vervolg bijlage 3<br />

9. Het aangaan en/of verbreken van samenwerkingsverbanden behoeft de goedkeuring van het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad, die daarbij door de algemene kerkenraad gestelde<br />

regels in acht neemt.<br />

10. De commissie kan te allen tijde in overleg treden met het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

11. De bepalingen van de kerkorde in het beleidsplan en van de plaatselijke <strong>regeling</strong>, betrekking<br />

hebbende op (het werk van) de organen van bijstand, zijn ook van toepassing op deze<br />

commissie.<br />

12. In probleemsituaties kan het moderamen van de algemene kerkenraad handelend<br />

optreden<br />

13. De scriba van de algemene kerkenraad houdt een register bij van de leden van de commissie<br />

met een rooster van aftreden.<br />

N.B.<br />

Diepte – investeringen i.v.m. nieuwe geluidsinstallaties in kerkgebouwen voor kerkradio en internet<br />

etc. worden gedaan door het college van kerkrentmeesters.<br />

Revenuen uit kerkradio- en internetverbindingen worden door de Kc.Kerkradio overgemaakt naar de<br />

rekening van het college van kerkrentmeesters. [ de Kc.Kerkradio kan over een minimum bedrag<br />

van € 4000,00 op de eigenrekening beschikken ]<br />

Deze revenuen worden aangewend voor onderhoud en vervanging van geluidsinstallaties in<br />

kerkgebouwen voor kerkradio en internet.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

- 25 -


Naam / samenstelling<br />

Kerkenraadscommissie Kerk en Israël<br />

[ Kc. Kerk en Israël ]<br />

- 26 -<br />

Bijlage 4<br />

1. De Algemene Kerkenraad van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente heeft als orgaan van bijstand een<br />

commissie ingesteld, genaamd “Kc. Kerk en Israël”.<br />

2. De commissie bestaat uit minimaal 6 en maximaal 9 belijdende leden van de gemeente die door<br />

de algemene kerkenraad benoemd worden en waar elke wijkgemeente met één lid in is<br />

vertegenwoordigd.<br />

3. Benoemingen van leden, namens de wijkgemeenten, vinden plaats op de voordracht van de<br />

betrokken wijkkerkenraad na overleg met de commissie. Bij het voortduren van de vacature kan<br />

de algemene kerkenraad binnen 6 maanden benoemingen afgeven, waarbij voorbijgegaan kan<br />

worden aan het eerder in dit artikel gestelde.<br />

Doelstelling<br />

4. Het doel van de commissie is de gemeente bewust te maken van haar onopgeefbare en blijvende<br />

verbondenheid met het volk Israël.<br />

Verantwoording<br />

5. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een beleidsvoornemen op voor het<br />

komende kalenderjaar en vóór 1 april een jaarverslag over het afgelopen kalenderjaar.<br />

Beide stukken behoeven de goedkeuring van de algemene kerkenraad.<br />

6. Jaarlijks vóór 1 augustus stelt de commissie een (financiële) begroting op voor het<br />

komende kalenderjaar en vóór 1 april een financieel verslag over het afgelopen kalenderjaar.<br />

Beide stukken behoeven de goedkeuring van het moderamen van de algemene kerkenraad.<br />

Overige bepalingen<br />

7. De geldmiddelen van de commissie worden verkregen uit giften en de jaarlijkse collecte voor Kerk<br />

en Israël, alsmede overige baten.<br />

8. Het aangaan en/of verbreken van samenwerkingsverbanden behoeft de goedkeuring van het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad, die daarbij door de algemene kerkenraad<br />

gestelde regels in acht neemt.<br />

9. De commissie kan te allen tijde in overleg treden met het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

10. De bepalingen van de kerkorde in het beleidsplan en van de plaatselijke <strong>regeling</strong>, betrekking<br />

hebbende op (het werk van) de organen van bijstand, zijn ook van toepassing op deze<br />

commissie.<br />

11. In probleemsituaties kan het moderamen van de algemene kerkenraad handelend<br />

optreden<br />

12. De scriba van de algemene kerkenraad houdt een register bij van de leden van de commissie<br />

met een rooster van aftreden.<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.


Naam / samenstelling<br />

Kerkenraadscommissie Begeleiding Jeugdwerkleider<br />

[ Kc. Begeleiding Jeugdwerkleider ]<br />

- 27 -<br />

Bijlage 5<br />

1. De Algemene Kerkenraad van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong> heeft een commissie van bijstand,<br />

welke wordt belast met de begeleiding van de jeugdwerkleider bij de uitoefening van zijn werk-<br />

zaamheden<br />

De commissie draagt de naam “Kc. Begeleiding jeugdwerkleider”.<br />

2. De commissie is als volgt samengesteld:<br />

Eén lid namens het ministerie van predikanten<br />

Eén jeugdouderling<br />

Eén vertrouwenspersoon<br />

3. De benoeming van de leden van de commissie geschiedt door het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad. De benoeming vindt plaats voor de periode van vier jaar. De leden van de commissie<br />

kunnen eenmaal worden herbenoemd voor een periode van vier jaar.<br />

4. De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en een secretaris.<br />

Doelstelling<br />

5. De commissie wordt belast met de volgende werkzaamheden:<br />

- Zij bevordert in het algemeen de goede uitvoering van het werk van de jeugdwerkleider.<br />

- Zij bespreekt zo vaak als nodig, ten minste drie maal per jaar, het werk van de<br />

jeugdwerkleider en bespreekt met hem de wijze van uitvoering van het werkplan dat door de<br />

jeugdwerkleider in overleg met de Jeugdraad is opgesteld.<br />

- Zij onderhoudt voorzover nodig contacten met alle colleges en ambtsdragers, die betrokken<br />

zijn bij het jeugdwerk in het algemeen met het oog op het werk en het functioneren van de<br />

jeugdwerkleider.<br />

Verantwoording<br />

6. Jaarlijks vóór 1 oktober brengt de commissie van haar werkzaamheden en bevindingen schriftelijk<br />

verslag uit aan de algemene kerkenraad. Een afschrift van dit verslag wordt toegezonden aan de<br />

Jeugdraad en aan het college van kerkrentmeesters.<br />

7. De algemene kerkenraad, de jeugdraad en het college van kerkrentmeesters kunnen de<br />

commissie uitnodigen voor een bespreking van het verslag.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.


Taak- en functieomschrijving Jeugdwerkleider<br />

<strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong><br />

1. De jeugdwerkleider vervult zijn taken in nauwe samenwerking met en onder leiding van de<br />

<strong>Hervormd</strong>e Jeugdraad onder eindverantwoordelijkheid van de Algemene Kerkenraad.<br />

2. De algemene kerkenraad heeft een commissie ingesteld, die in het bijzonder is belast met de<br />

begeleiding van de jeugdwerkleider en met het volgen van zijn functioneren. Deze commissie<br />

draagt de naam “ Kc. Begeleiding Jeugdwerkleider” .<br />

- 28 -<br />

Bijlage 5.1<br />

3. Taken<br />

Binnen het hierboven geschetste kader is de jeugdwerkleider belast met de volgende taken:<br />

a. het stimuleren, begeleiden en adviseren van al het jeugdwerk dat door of vanwege de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente<br />

wordt verricht;<br />

b. het vormen en trainen van leidinggevenden binnen het jeugdwerk, alsmede het behulpzaam zijn bij de dage-<br />

lijkse uitvoering van het jeugdwerk, waaronder het geven van ondersteuning bij de voorbereiding en<br />

uitvoering van programma‟s en het aanreiken van geschikt werkmateriaal;<br />

c. het onderhouden van regelmatig contact met predikanten, kerkenraden en in het bijzonder de jeugd-<br />

ambtsdragers;<br />

d. binnen het kader van het vastgestelde beleid van en in overleg met de Jeugdraad het waar nodig nemen van<br />

initiatieven om te komen tot nieuwe vormen van jeugdwerk, alsmede het helpen voorbereiden en opzetten<br />

van deze nieuwe activiteiten;<br />

e. het stimuleren en/of verzorgen van publiciteit, die tot doel heeft de bevordering van de aandacht en de zorg<br />

voor de jeugd in de gehele <strong>Hervormd</strong>e Gemeente;<br />

f. het bijhouden van voor een jeugdwerkleider relevante literatuur en publicaties, een en ander met het oog op<br />

een goede vervulling van de taak;<br />

g. het onderhouden van contacten met jeugdwerkleiders in de regio en met de H.G.J.B., zodat relevante<br />

informatie kan worden opgemerkt en doorgegeven;<br />

h. het als adviseur deelnemen aan vergaderingen van de voor het jeugdwerk relevante organen binnen de<br />

de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente.<br />

4. Bepalingen<br />

a. de jeugdwerkleider verricht ook uitvoerende taken, zoals het opzetten van nieuwe activiteiten en/of bij<br />

problemen in bestaande activiteiten;<br />

b. de jeugdwerkleider houdt de begeleidingscommissie op de hoogte van zijn activiteiten;<br />

ten minste twee maal per jaar maakt de jeugdwerkleider een schriftelijk verslag van zijn activiteiten, bij dat<br />

verslag wordt een lijst gevoegd van gelezen literatuur;<br />

het verslag wordt in een vergadering van de begeleidingscommissie besproken;<br />

c. de jeugdwerkleider rapporteert ten minste eenmaal per jaar aan de Jeugdraad en aan de algemene<br />

kerkenraad aan de hand van een overzicht van verrichte activiteiten over de totale stand van zaken<br />

betreffende zijn werkzaamheden;<br />

d. de Jeugdraad stelt in overleg met de jeugdwerkleider de prioriteiten vast voor het werk van de<br />

jeugdwerkleider; op basis hiervan wordt door de jeugdwerkleider een werkplan opgesteld, dat wordt<br />

besproken met de Jeugdraad;<br />

het werkplan wordt toegezonden aan de begeleidingscommissie en aan de algemene kerkenraad;<br />

de begeleidingscommissie bespreekt de wijze van uitvoering van dit werkplan met de jeugdwerkleider;<br />

e. de jeugdwerkleider dient voor uitgaven die een bedrag van € 150,00 overschrijden vooraf de goedkeuring te<br />

vragen van de Jeugdraad, dan wel het college van kerkrentmeesters, indien het uitgaven betreft die geen<br />

betrekking hebben op de begroting van de Jeugdraad;<br />

van gedane uitgaven legt de jeugdwerkleider verantwoording af aan het betrokken orgaan : Jeugdraad of<br />

college van kerkrentmeesters.<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.


Naam / samenstelling<br />

Kerkenraadscommissie Vorming en Toerusting<br />

[ Kc. Vorming en Toerusting ]<br />

1. De algemene kerkenraad van de <strong>Hervormd</strong>e gemeente heeft als orgaan van bijstand een<br />

commissie ingesteld, genaamd “Kc. Vorming en Toerusting”.<br />

2. De commissie bestaat uit één afgevaardigde, bij voorkeur een ambtsdrager, uit elke<br />

wijkgemeente, zo mogelijk de ambtsdrager die belast is met het onderdeel Vorming en<br />

Toerusting in de eigen wijkgemeente.<br />

- 29 -<br />

Bijlage 6<br />

3. Benoemingen van leden, namens de wijkgemeenten, vinden plaats door de algemene kerkenraad<br />

op de voordracht van de betrokken wijkkerkenraad na overleg met de commissie. Bij het<br />

voortduren van de vacature kan de algemene kerkenraad binnen 6 maanden benoemingen<br />

afgeven, waarbij voorbijgegaan kan worden aan het eerder in dit artikel gestelde.<br />

Doelstelling<br />

4. Het doel van de commissie is het vormen en toerusten van gemeenteleden van de centrale<br />

<strong>Hervormd</strong>e gemeente.<br />

Verantwoording<br />

5. Jaarlijks vóór 1 mei verstrekt de commissie een evaluatie van het afgelopen seizoen aan het<br />

moderamen.<br />

6. Jaarlijks vóór 1 mei komt de commissie met een voorstel betreffende Vorming en Toerusting voor<br />

het nieuwe winterseizoen naar het moderamen ter goedkeuring.<br />

Overige bepalingen<br />

7. De geldmiddelen van de commissie worden verkregen uit bijdragen van gemeenteleden die aan<br />

een (kortlopende) cursus of lezing deelnemen, giften en overige baten.<br />

8. Het aangaan en/of verbreken van samenwerkingsverbanden behoeft de goedkeuring van het<br />

moderamen van de algemene kerkenraad, die daarbij door de algemene kerkenraad gestelde<br />

regels in acht neemt.<br />

9. De commissie kan te allen tijde in overleg treden met het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

10. De bepalingen van de kerkorde in het beleidsplan en van de plaatselijke <strong>regeling</strong>, betrekking<br />

hebbende op (het werk van) de organen van bijstand, zijn ook van toepassing op deze<br />

commissie.<br />

11. In probleemsituaties kan het moderamen van de algemene kerkenraad handelend<br />

optreden.<br />

12. De scriba van de algemene kerkenraad houdt een register bij van de leden van de commissie met<br />

een rooster van aftreden.<br />

Gewijzigd en vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.


Naam / samenstelling<br />

Kerkenraadscommissie<br />

Interkerkelijke Vieringen <strong>Ermelo</strong><br />

1. Er is een interkerkelijke commissie voor gebedsdiensten voor de vrede en eenheid.<br />

- 30 -<br />

Bijlage 7<br />

2. De algemene kerkenraad benoemt als vertegenwoordigers van de centrale hervormde gemeente<br />

ten minste drie leden in bovenvermelde commissie.<br />

3. Voor benoeming komen in aanmerking belijdende lidmaten van de hervormde gemeente.<br />

4. De wijkkerkenraden en de kerkenraadscommissie Zendingskerk worden in de gelegenheid gesteld<br />

voor elke vacature afzonderlijk, voor zover deze ontstaat in de hervormde vertegenwoordiging,<br />

een voordracht te doen. De wijkkerkenraden en de kerkenraadscommissie Zendingskerk worden<br />

hiertoe schriftelijk door het moderamen van de algemene kerkenraad uitgenodigd. Indien de<br />

wijkkerkenraden en de kerkenraadscommissie Zendingskerk niet binnen vier weken met een<br />

voordracht komen, is het moderamen van de algemene kerkenraad gerechtigd een voordracht aan<br />

de algemene kerkenraad te doen.<br />

5. De hervormde commissieleden worden benoemd voor een periode van vier jaar en zijn eenmaal<br />

herkiesbaar.<br />

Doelstelling<br />

6. De algemene kerkenraad die deelneemt aan deze commissie overweegt hierbij:<br />

een gebedsuur is noodzaak<br />

deelname van de hervormde gemeente geschiedt uit bewogenheid met de vrede<br />

het gebedsuur moet interkerkelijk zijn<br />

één van de eerste taken van de kerken is de voorbede voor de vrede<br />

dat is gehoorzaamheid aan de opdracht van de Heiland.<br />

7. De deelname van de hervormde gemeente aan de commissie beperkt zich tot de organisatie van<br />

de interkerkelijke gebedsdienst voor de vrede, alsmede de interkerkelijke dienst voor de eenheid.<br />

Verantwoording<br />

8. De hervormde commissieleden doen jaarlijks voor 1 november gemeenschappelijk verslag aan de<br />

algemene kerkenraad.<br />

Overige bepalingen<br />

9. De kosten zullen grotendeels worden bestreden uit de tijdens de dienst te houden collecte; de<br />

hervormde gemeente verleent jaarlijks een budget van € 50,00<br />

Vastgesteld door Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.


Kerkenraadscommissie<br />

Interkerkelijke diensten voor mensen met een verstandelijke beperking<br />

Naam / samenstelling<br />

- 31 -<br />

Bijlage 8<br />

1. De hervormde gemeente neemt deel aan de interkerkelijke commissie diensten voor mensen met<br />

een verstandelijke beperking.<br />

2. De algemene kerkenraad benoemt als vertegenwoordigers van de hervormde gemeente maximaal<br />

3 leden in de commissie.<br />

3. Voor benoeming komen in aanmerking belijdende leden van de hervormde gemeente.<br />

4. Zoveel mogelijk wordt getracht om alle wijken, alsmede de kerkenraadscommissie Zendingskerk<br />

vertegenwoordigd te doen zijn.<br />

5. De hervormde commissieleden worden voor een periode van vier jaar benoemd en zijn eenmaal<br />

herkiesbaar.<br />

Doelstelling<br />

6. Deelname aan de organisatie van diensten in interkerkelijk verband voor mensen met een<br />

verstandelijke beperking<br />

Verantwoording<br />

7. De hervormde commissieleden doen vóór 1 oktober gemeenschappelijk verslag aan de algemene<br />

kerkenraad.<br />

Overige bepalingen<br />

8. De kosten zullen worden bestreden uit de tijdens de diensten te houden collecte.<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.


Wordt vernieuwd !! Bijlage 9<br />

Overeenkomst tussen de algemene kerkenraad<br />

<strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong> en het bestuur van de Evangelische Kring<br />

[ Kc. Zendingskerk ]<br />

Preambule<br />

De Centrale Kerkenraad /Algemene Kerkenraad van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Ermelo</strong> en het<br />

bestuur van de Evangelische Kring gingen op 1 juni 1966 een geregelde vorm van samenwerking<br />

aan. Deze samenwerking werd per 1 januari 1973 intensiever door het van kracht worden van een<br />

nieuwe <strong>regeling</strong>, waarbij alle activiteiten door het bestuur van de Evangelische Kring werden<br />

overgedragen aan een Kerkenraadscommissie benoemd door de Centrale Kerkenraad/Algemene<br />

Kerkenraad.<br />

Hoewel de <strong>regeling</strong> op verschillende onderdelen doet denken aan het functioneren van een mentale<br />

wijkgemeente, hebben beide partners zeker niet de bedoeling om deze samenwerking te laten uit-<br />

lopen op de vorming van een mentale wijkgemeente.<br />

Integendeel, het bestuur van de Evangelische Kring streeft naar éénwording met de <strong>Hervormd</strong>e<br />

Gemeente <strong>Ermelo</strong> en de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad zal zich inzetten dit te<br />

bevorderen.<br />

De overeenkomst, die op 1 januari 2001 afliep, is vervangen door de volgende nieuwe <strong>regeling</strong>:<br />

Artikelen :<br />

1.1 De Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad benoemt een kerkenraadscommissie,<br />

genaamd Kerkenraadscommissie Zendingskerk, van ten minste tien ambtsdragers.<br />

De kerkenraadscommissie draagt de te benoemen ambtsdragers in overleg met het groot<br />

moderamen van de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad en met het bestuur van de<br />

Evangelische Kring voor aan de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad.<br />

1.2 De kerkenraadscommissie telt maximaal 15 ouderlingen, van wie maximaal 3 kerkrentmeesters<br />

en maximaal 3 diakenen, allen lidmaten van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te<br />

<strong>Ermelo</strong>.<br />

2. Leden van deze kerkenraadscommissie, aan te wijzen door deze commissie, nemen als stem-<br />

hebbende leden deel aan de vergaderingen van de Centrale Kerkenraad / Algemene<br />

Kerkenraad. Het aantal leden wordt door de partijen in onderling overleg bepaald en in de<br />

plaatselijke <strong>regeling</strong> voor de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente of in een daarbij behorende bijlage,<br />

vastgesteld.<br />

3. De taak van deze kerkenraadscommissie is :<br />

a. Het verlenen van pastorale zorg aan hen die behoren tot de Evangelische Kring.<br />

Voor het toetreden van gemeenteleden van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong> tot de Evangelische<br />

Kring gelden de regels, die de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad stelt/gesteld heeft aan<br />

wijkkerkenraden, die de pastorale zorg op zich nemen van personen, die tot een andere<br />

wijkgemeente behoren;<br />

b. Het bevorderen van de verdere integratie van de Evangelische Kring in het geheel van de plaatselijke<br />

<strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Ermelo</strong>;<br />

c. De zorg voor de kerkdiensten in de Zendingskerk. De bijstand in het pastoraat (zie 4.) zal in de helft<br />

van het aantal van deze diensten voorgaan.<br />

De overige diensten zullen geleid worden door de predikanten, die voorkomen op een in overleg met<br />

de Centrale Kerkenraad/ Algemene Kerkenraad voor de tijd van een jaar opgestelde lijst. De<br />

plaatselijke predikanten kunnen worden uitgenodigd elk jaar één of meer diensten in de Zendingskerk<br />

te leiden, terwijl omgekeerd de bijstand in het pastoraat bij de Evangelische Kring uitgenodigd zal<br />

worden in één of meer diensten van de wijkgemeenten voor te gaan;<br />

d. Het vaststellen van de diensten voor de bediening van de Heilige Doop, het Heilig Avondmaal, de<br />

Openbare Geloofsbelijdenis, de Inzegening van het huwelijk overeenkomstig ord. 8,9, 10 en 12.<br />

De toelating tot de doop geschiedt door de kerkenraadscommissie, die daartoe zitting houdt. Zij geeft<br />

kennis van de namen van de kinderen, die gedoopt zullen worden en niet tot de Zendingskerk<br />

behoren, aan de betrokken wijkkerkenraden, welke kennisgeving minstens één week van te voren<br />

moet plaatsvinden.<br />

Mocht een wijkpredikant bezwaar hebben tegen een bepaalde doop, niet samenhangend met het<br />

bestaan van de Evangelische Kring, dan wordt de bediening uitgesteld voor nader overleg met die<br />

wijkkerkenraad.<br />

vervolg bijlage 9 <br />

- 32 -


vervolg bijlage 9<br />

De toelating tot de Openbare Geloofsbelijdenis geschiedt door deze commissie. Deze geeft, uiterlijk<br />

twee maanden van te voren, aan de betrokken wijkkerkenraad kennis van de namen van degenen,<br />

die het voornemen hebben Openbare Geloofsbelijdenis te doen;<br />

e. De zorg voor bijeenkomsten in de wek of op zondag, waarin bepaalde thema‟s aan de orde worden<br />

gesteld of gespreksmogelijkheden bestaan, alsmede de zorg voor het geven van catechese;<br />

f. Het meewerken aan de jeugdraad van de gemeente door de afvaardiging van een jeugdouderling;<br />

g. Het deelnemen aan en het bevorderen van de gesprekken, die namens de Centrale Kerkenraad /<br />

Algemene Kerkenraad gevoerd worden met andere kerken ter plaatse. Speciale aandacht dient te<br />

worden besteed aan leden van de Evangelische Kring die niet Nederlands <strong>Hervormd</strong> zijn. De mogelijk-<br />

heden van het gastlidmaatschap dienen te worden gebruikt voor zover daaraan behoefte bestaat.<br />

4. Op voordracht van de kerkenraadscommissie, bedoeld in 1., benoemt de Centrale Kerken-<br />

raad / Algemene Kerkenraad een bijstand in het pastoraat binnen de mogelijkheden in ord.<br />

13- 35 tot 40 aangegeven, tenzij art. 5 van deze overeenkomst van toepassing is.<br />

Wanneer de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad zich niet met deze voordracht<br />

kan verenigen, zendt hij deze voordracht met redenen omkleed binnen veertien dagen<br />

terug en verzoekt om een nieuwe voordracht, waarbij punt9. van deze <strong>regeling</strong> in acht<br />

wordt genomen.<br />

Aan deze bijstand van het pastoraat zijn de volgende taken opgedragen :<br />

a. Het leiden van de helft van de morgendiensten in de Zendingskerk;<br />

b. Het geven van catechese, het leiden van kringen en de taken, die verder in ord.13-36 worden<br />

genoemd;<br />

c. Het doen van huis- en ziekenbezoek bij hen, die geacht worden tot de Kring te behoren, en bij<br />

hen die niet tot de Kring behoren, maar die een beroep op hem doen na overleg met de wijk-<br />

predikant;<br />

d. Het bijwonen met adviserende stem van de vergaderingen van de kerkenraadscommissie bedoeld<br />

in 1. Wanneer er meer dan één bijstand werkzaam is, zal één van hen (aan te wijzen door de<br />

kerkenraadscommissie) deze taak vervullen;<br />

e. Het bijwonen van de vergaderingen van de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad met<br />

adviserende stem. Wanneer er meer dan één bijstand werkzaam is, zal één van hen door de<br />

kerkenraadscommissie worden aangewezen;<br />

f. Het bijwonen, voor zover dat mogelijk is, van de vergaderingen van het ministerie van<br />

predikanten;<br />

g. Het verrichten van werkzaamheden, die hem door de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerken-<br />

raad worden opgedragen, binnen de mogelijkheden die hij daartoe heeft, zulks na overleg met de<br />

kerkenraadscommissie.<br />

5. Op voordracht van de kerkenraadscommissie, bedoeld in 1., beroept de Centrale<br />

Kerkenraad / Algemene Kerkenraad een predikant voor bijzondere werkzaamheden<br />

overeenkomstig ord. 13 – 4, tenzij artikel 4 van toepassing is. Wanneer de Centrale<br />

Kerkenraad / Algemene Kerkenraad zich niet met deze voordracht kan verenigen, zendt<br />

hij deze voordracht met redenen omkleed binnen veertien dagen terug en verzoekt om<br />

een nieuwe voordracht, waarbij artikel 9 van deze <strong>regeling</strong> in acht genomen wordt.<br />

Aan deze predikant zijn de volgende taken opgedragen :<br />

a. Het leiden van de helft van het aantal morgendiensten in de Zendingskerk;<br />

b. Het geven van catechese, het leiden van kringen en de taken, die verder in ord.13-2-1 worden<br />

genoemd;<br />

c. Het doen van huis- en ziekenbezoek bij hen, die geacht worden tot de kring te behoren, en bij<br />

hen die niet bij de kring behoren, maar die een beroep op hem doen na overleg met de wijk-<br />

predikant;<br />

d. Het bijwonen van de vergaderingen van de kerkenraadscommissie bedoeld in 1., met<br />

concluderende stem;<br />

e. Het bijwonen van de vergaderingen van de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad met<br />

concluderende stem;<br />

f. Het bijwonen van de vergaderingen van het ministerie van predikanten;<br />

g. Het verrichten van werkzaamheden, die hem door de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad<br />

worden opgedragen, binnen de mogelijkheden die hij daartoe heeft, zulks na overleg met de<br />

kerkenraadscommissie.<br />

6. De <strong>Hervormd</strong>e Gemeente van <strong>Ermelo</strong> is ontslagen van alle financiële verplichtingen<br />

tegenover de benoemde bijstand in het pastoraat als bedoeld in artikel 4 van deze<br />

overeenkomst of de beroepen predikant als bedoeld in artikel 5 van deze overeenkomst.<br />

- 33 -<br />

vervolg bijlage 9


vervolg bijlage 9<br />

7. De kerkenraadscommissie brengt over elk kalenderjaar rapport uit van haar werkzaam-<br />

heden omschreven in artikel 3. aan de Centrale Kerkenraad / Algemene Kerkenraad en<br />

zendt een afschrift aan het bestuur van de Evangelische Kring. Ten minste éénmaal per<br />

jaar vindt een gesprek plaats tussen het moderamen van de Centrale Kerkenraad /<br />

Algemene Kerkenraad en de kerkenraadscommissie. Dat gesprek zal in ieder geval gaan<br />

over uitvoering van de taken genoemd onder artikel 3.<br />

8. Het bestuur van de Evangelische Kring onthoudt zich van alle werkzaamheden, die in<br />

deze <strong>regeling</strong> zijn opgedragen aan de kerkenraadscommissie.<br />

9. Wanneer de uitvoering van deze <strong>regeling</strong> tot problemen of tot verschil van mening leidt<br />

zal men een beroep doen op de Visitatie-Provinciaal, eventueel na overleg met de<br />

Visitatie-Provinciaal met de Visitatie-Generaal.<br />

10. Financiële <strong>regeling</strong>,<br />

a. Alle financiële zaken van de Evangelische Kring, de Zendingskerk betreffende, zijn over-<br />

gedragen aan de kerkenraadscommissie onder verantwoordelijkheid van het college van<br />

kerkrentmeesters van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente.<br />

b. 1. De kerkenraadscommissie stelt jaarlijks een begroting van lasten en baten op.<br />

2. Tot de lasten worden in elk gerekend:<br />

- de kosten van de pastorale zorg;<br />

- de kosten van de kerkdiensten in de Zendingskerk, waaronder begrepen de huur van<br />

de Zendingskerk en de salariskosten van de koster en de organist.<br />

3. Tot de baten worden in elk geval gerekend:<br />

- de opbrengst van collecten;<br />

- de opbrengst van giften en bijdragen;<br />

- de afdracht van het college van kerkrentmeesters ter grootte van 80% van de bijdragen<br />

Welke de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente ontvangt van de leden van de Evangelische Kring.<br />

c. De begroting voor het komende jaar wordt voor 1 september van het voorafgaande jaar ter<br />

goedkeuring voorgelegd aan het college van kerkrentmeesters; eventuele wijzigingen<br />

behoeven eveneens de goedkeuring van het college van kerkrentmeesters.<br />

d. Jaarlijks voor 1 april legt de kerkenraadscommissie rekening en verantwoording af aan het<br />

college van kerkrentmeesters van het financiële beheer over het afgelopen jaar onder overlegging<br />

van :<br />

1. een rekening van lasten en baten;<br />

2. een balans van bezittingen en schulden;<br />

3. het rapport van een registeraccountant inzake de controle van de onder 1. en 2.<br />

genoemde stukken.<br />

e. De kerkenraadscommissie stelt het collecterooster voor de Zendingskerk vast. Het rooster<br />

dient zoveel mogelijk gelijk te zijn aan het collecterooster, dat wordt vastgesteld voor de<br />

<strong>Hervormd</strong>e Gemeente.<br />

11. Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2000 en is aangegaan voor de tijd<br />

van vijf jaar.<br />

Vastgesteld door de Centrale Kerkenraad op 30 november 2000<br />

Namens de Centrale Kerkenraad: Namens de Evangelische Kring:<br />

Preses, Voorzitter,<br />

wg. H.van Lambalgen wg. Mevr.T.J.van Goethem-Wiersma<br />

Scriba, Secretaris,<br />

wg. C.Kortenhoeven wg. K.J.Kok<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op ……………………………………<br />

Namens de Algemene Kerkenraad: Namens de Evangelische Kring:<br />

Preses, Voorzitter,<br />

Scriba, Secretaris,<br />

- 34 -


Akkoord van samenwerking<br />

tussen de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente en de Gereformeerde Kerk<br />

en het Psychiatrisch Ziekenhuis Meerkanten, lokatie Veldwijk te <strong>Ermelo</strong><br />

RAAMOVEREENKOMST VOOR SAMENWERKING MET KERKEN EN<br />

ANDERE LEVENSBESCHOUWELIJKE GEMEENSCHAPPEN<br />

1. Preambule<br />

Meerkanten Geestelijke Gezondheidszorg biedt patiënten naast psychiatrische behandeling<br />

en begeleiding tevens ondersteuning bij het doordenken van levensvragen, het zoeken naar<br />

zingeving en het beleven van spiritualiteit.<br />

In dit kader worden vanuit de dienst geestelijke verzorging van Meerkanten<br />

gespreksgroepen, individuele begeleiding, kerkdiensten en andere bijeenkomsten verzorgd.<br />

Uitgangspunt van al deze bijeenkomsten is dat ze „van en voor patiënten‟ zijn en dat<br />

iedereen die zich daarin kan vinden van harte welkom is.<br />

Deze raamovereenkomst is van toepassing op voorkomende situaties waarin door de dienst<br />

geestelijke verzorging samengewerkt wordt met kerken en andere levensbeschouwelijke<br />

gemeenschappen. De samenwerking kan betrekking hebben op (het ambtelijk maken van)<br />

kerkdiensten, bezoekwerk en ander vrijwilligerswerk zoals „buddyactiviteiten‟(bijvoorbeeld<br />

het begeleiden van patiënten naar kerkdiensten of andere bijeenkomsten).<br />

Deze raamovereenkomst formuleert het algemene kader, in de desbetreffende bijlage<br />

worden bijzonderheden uitgewerkt.<br />

2. Taakverdeling<br />

Meerkanten GGz neemt facilitaire voorzieningen (waaronder ruimtes) voor zijn rekening en<br />

levert professionals (zoals geestelijk verzorgers, kosters en organisten) en ondersteuning<br />

van de vrijwilligers zoals gespecificeerd in de desbetreffende bijlage.<br />

De kerken of levensbeschouwelijke gemeenschappen leveren vrijwilligers cq ambtsdragers;<br />

bijzonderheden worden aangegeven in de desbetreffende bijlage.<br />

3. Afstemmingskader<br />

Betreffende afstemming en beleid hebben vertegenwoordigers van patiënten een duidelijke<br />

stem in het kapittel. Per locatie worden binnen een stuurgroep vieringen en activiteiten<br />

beleid, <strong>regeling</strong>en etc afgestemd tussen "vertegenwoordigers van" de patiënten,<br />

ambtsdragers, vrijwilligers en de dienst geestelijke verzorging.<br />

Meerkanten GGz hecht aan een breed samengestelde stuurgroep vieringen en activiteiten.<br />

Een afvaardiging van de ambtsdragers/vrijwilligers overlegt jaarlijks (of vaker als nodig)<br />

met hun achterban.<br />

vervolg bijlage 10 <br />

- 35 -<br />

Bijlage 10


vervolg bijlage 10<br />

BIJLAGE 1<br />

Samenwerking met de Gereformeerde kerk en <strong>Hervormd</strong>e gemeente, binnen de<br />

Protestantse kerk in Nederland, van <strong>Ermelo</strong><br />

Deze bijlage is als volgt opgebouwd:<br />

In hoofdstuk 1 wordt beschreven op welke gebieden wordt samengewerkt.<br />

In hoofdstuk 2 staat beschreven op welke manier de kerken de samenwerking kerkordelijk<br />

vorm hebben gegeven.<br />

In hoofdstuk 3 vindt men de afspraken over het beroepen van predikanten met bijzondere<br />

opdracht.<br />

Hoofdstuk 1<br />

Locatie Veldwijk<br />

Op de locatie Veldwijk worden kerkdiensten verzorgd. Vanuit het uitgangspunt „voor en van<br />

patiënten, en iedereen die zich daarin vinden kan is van harte welkom‟ hebben deze<br />

kerkdiensten zich ontwikkeld tot een plek waar mensen „van binnen en buiten‟ inspiratie en<br />

ontmoeting zoeken en vinden. Vanuit deze ontmoeting en inspiratie vinden bezoekwerk,<br />

diaconale ondersteuning en andere activiteiten plaats.<br />

Afspraken<br />

Met bovengenoemde kerken wordt samengewerkt voor een jaarlijks af te spreken aantal<br />

kerkdiensten.<br />

Door deze kerken worden een af te spreken aantal ambtsdragers benoemd voor bezoekwerk,<br />

diaconale ondersteuning en om de bovengenoemde kerkdiensten vanuit deze kerken ambtelijk<br />

te maken.<br />

De benoemde ambtsdragers maken samen deel uit van de Kerkenraadscommissie<br />

Veldwijk. Deze Kerkenraadscommissie is vertegenwoordigd in de stuurgroep vieringen en<br />

activiteiten Veldwijk.<br />

Verdere afstemming<br />

De Kerkenraadscommissie Veldwijk valt onder de Algemene kerkenraden van de <strong>Hervormd</strong>e<br />

gemeente en de Gereformeerde kerk van <strong>Ermelo</strong> conform ordinantie 4 artikel 9, lid 4 van de<br />

kerkorde van de Protestantse kerk in Nederland. Deze kerkenraden, die uiteindelijk<br />

verantwoordelijk blijven voor het werk van de Kerkenraadscommissie, delegeren de taken ten<br />

behoeve van het pastoraat, diaconaat en ambtelijke kerkdiensten voor patiënten aan de<br />

Kerkenraadscommissie.<br />

Elk jaar stelt de Kerkenraadscommissie een jaarverslag en een jaarwerkplan op dat met de<br />

Algemene kerkenraden van bovengenoemde kerken wordt besproken.<br />

De Kerkenraadscommissie draagt zorg voor een goed verloop van het bezoekwerk, de<br />

diaconale werkzaamheden en de ambtelijke kerkdiensten. Dit gebeurt in goed overleg met de<br />

stuurgroep activiteiten en vieringen en de dienst geestelijke verzorging.<br />

De Kerkenraadscommissie draagt zorg voor toerusting van ouderlingen en diakenen en kan<br />

hiertoe een beroep doen op medewerkers van Meerkanten en op bovengenoemde kerken.<br />

- 36 -<br />

vervolg bijlage 10


vervolg bijlage 10<br />

Hoofdstuk 2<br />

Ambtsdragers<br />

1. Vanuit de deelnemende kerken worden ambtsdragers voor de Kerkenraadscommissie<br />

benoemd, die in opdracht van de beide Algemene kerkenraden de kerkelijke<br />

verantwoordelijkheid dragen.<br />

De benoeming geschiedt door de Algemene kerkenraad van beide kerken.<br />

De Kerkenraadscommissie kan, na overleg met patiënten, kandidaten voordragen.<br />

Van deze ambtsdragers wordt een ruime belangstelling voor patiënten gevraagd.<br />

2. Uit elk der deelnemende kerken worden tenminste vier ambtsdragers, zowel ouderlingen<br />

als diakenen - benoemd.<br />

De benoeming geschiedt in overeenstemming met het bepaalde in de kerkorde van de<br />

Protestantse kerk in Nederland.<br />

3. De bevestiging zal plaats vinden in de Lukaskerk.<br />

4. De taken van de ambtsdragers zijn:<br />

- pastorale en diaconale zorg aan patiënten van Meerkanten, locatie Veldwijk;<br />

- toezicht op prediking, bediening der sacramenten en belijdeniscatechese;<br />

- ambtelijke vertegenwoordiging in de kerkdiensten, te houden in de Lukaskerk en in<br />

de Oosterhoorn;<br />

- - jaarlijkse rapportage en verantwoording aan de beide Algemene kerkenraden.<br />

integratie bevorderen tussen de gemeenschap op Meerkanten en de plaatselijke<br />

kerken, integratie bevorderen tussen de patiënt en diens eventuele thuiskerk;<br />

- functioneren in de beroeping van de geestelijke verzorgers tot predikanten met<br />

bijzondere opdracht, in overeenstemming met het bepaalde in hoofdstuk 3 artikel 14.<br />

5. De Algemene kerkenraad van de Gereformeerde kerk en van de <strong>Hervormd</strong>e gemeente<br />

benoemen op voorstel van de wijkkerkenraden de ambtsdragers voor de<br />

Kerkenraadscommissie. Bij voorkeur één ambtsdrager per wijkkerkenraad, die dan tevens<br />

lid van deze wijkkerkenraad is.<br />

6 De Kerkenraadscommissie vergadert zo dikwijls als zij dat nodig acht. De taken worden<br />

onderling verdeeld.<br />

7. Meerkanten locatie Veldwijk stelt vergaderruimte ter beschikking.<br />

8. De Kerkenraadscommissie is geen verantwoording schuldig aan de raad van bestuur van<br />

Meerkanten, behalve daar waar het betreft de algemene regels voor bezoekers van het<br />

terrein.<br />

Diensten<br />

9. Het aantal kerkdiensten wordt jaarlijks door de dienst geestelijke verzorging van<br />

Meerkanten in overleg met de kerken vastgesteld - voor de komende drie jaar met een<br />

minimum van 1 per zondag, na deze periode zal opnieuw overleg plaatsvinden, - en<br />

verantwoord in het jaarwerkplan.<br />

10. De Kerkenraadscommissie draagt ambtelijke verantwoordelijkheid voor deze diensten.<br />

11. De Kerkenraadscommissie is verantwoordelijk voor de keuze van collectedoeleinden in<br />

deze diensten. Zo mogelijk zal de Kerkenraadscommissie met patiënten overleggen.<br />

Voorop staat dat de patiënten zich betrokken kunnen voelen bij de verschillende<br />

collectedoelen.<br />

- 37 -<br />

vervolg bijlage 10


vervolg bijlage 10<br />

Belijdenis<br />

12. Patiënten van Meerkanten, locatie Veldwijk en de plaatselijke sociowoningen kunnen, na<br />

het volgen van de belijdeniscatechese en na het in het openbaar afleggen van belijdenis<br />

van hun geloof, als lidmaat van bij voorkeur de thuiskerk worden ingeschreven.<br />

Mocht er geen zinvol contact met de thuiskerk mogelijk zijn, dan zal aan de betrokken<br />

plaatselijke kerk gevraagd worden de patiënt op diens verzoek als lidmaat in te<br />

schrijven.<br />

13. De Kerkenraadscommissie zal, na gesprek met de betrokkenen, in overleg met de<br />

desbetreffende kerk, de <strong>regeling</strong>en treffen die nodig zijn om de belijdenis te doen<br />

plaatsvinden<br />

Hoofdstuk 3.<br />

Geestelijke verzorger<br />

14. Een nieuw te benoemen geestelijke verzorger wier/wiens taak het is te functioneren<br />

binnen het takenpakket van de Kerkenraadscommissie wordt zo mogelijk als predikant<br />

verbonden aan één van de deelnemende kerken..<br />

Met het oog daarop wordt de Kerkenraadscommissie bij de selectieprocedure betrokken.<br />

Indien zij akkoord gaat met de beroeping stelt de Kerkenraadscommissie de<br />

desbetreffende kerk voor hiertoe over te gaan.<br />

De beroeping vindt plaats na een gesprek tussen de te beroepen geestelijke verzorger<br />

en het moderamen van de betrokken kerk.<br />

15. De geestelijke verzorgers zijn in hun hoedanigheid van medewerker(ster) van<br />

Meerkanten verantwoording verschuldigd aan de raad van bestuur van Meerkanten.<br />

16. De geestelijke verzorgers die als ambtsdragers verbonden aan een van de deelnemende<br />

kerken zijn lid van de Kerkenraadscommissie en delen als zodanig in de opdracht die aan<br />

deze commissie is toevertrouwd.<br />

17. Onder verantwoordelijkheid van de Kerkenraadscommissie en met inachtneming van het<br />

bepaalde in de kerkorde van de Protestantse kerk in Nederland, zullen de geestelijke<br />

verzorgers, voor zover zij predikant zijn alle ambtelijke handelingen kunnen verrichten.<br />

- 38 -


Algemeen<br />

Akkoord van samenwerking<br />

tussen de Gereformeerde Kerk en de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Ermelo</strong><br />

en de instituten ’s Heeren Loo – Lozenoord en Groot Emaus te <strong>Ermelo</strong><br />

- 39 -<br />

Bijlage 11<br />

1. Ten behoeve van de bewoners van de instituten “ ‟s Heeren Loo-Lozenoord “ en “Groot Emaus” te <strong>Ermelo</strong> is<br />

er een samenwerkingsverband tussen de Gereformeerde Kerk en de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Ermelo</strong> ener-<br />

zijds en de instituten “ ‟s Heeren Loo-Lozenoord “ en “Groot Emaus” anderzijds.<br />

2. Deze samenwerking krijgt gestalte in een interkerkelijke ambtsdragerscommissie, waarvan de leden worden<br />

benoemd door de Algemene Kerkenraad en de AK Gereformeerde Kerk van de deelnemende kerken.<br />

3. De interkerkelijke gemeenschap, die op deze wijze ontstaat, heeft geen eigen kerkelijke zelfstandigheid,<br />

maar bestaat vanuit de verbondenheid der beide kerken met de bewoners van de instituten.<br />

Zij draagt de naam “Opstandingsgemeenschap”.<br />

Doel<br />

4. Op deze wijze zullen de bewoners van de genoemde instituten deel uitmaken van de gemeente van Jezus<br />

Christus en ingeschreven kunnen worden in de registers van de plaatselijke kerken, terwijl toch, gezien de<br />

bijzondere situatie, het samen - zijn gestalte krijgt binnen de eigen leefgemeenschap.<br />

5. De interkerkelijke gemeenschap wil ten dienste staan van alle bewoners van de instituten.<br />

Ambtsdragers<br />

6. Vanuit de deelnemende kerken worden ambtsdragers benoemd, die in opdracht van de Algemene<br />

Kerkenraad en de AK Gereformeerde Kerk de kerkelijke verantwoordelijkheid dragen voor deze<br />

gemeenschap.<br />

7. Uit elk der deelnemende kerken worden ten minste vier ambtsdragers benoemd. De benoeming geschiedt<br />

volgens de kerkorde van de deelnemende kerken.<br />

8. Als verantwoordelijkheid voor de ambtsdragers geldt:<br />

- ambtelijk toezicht op de bediening van de sacramenten;<br />

- ambtelijke vertegenwoordiging;<br />

- rapportage en jaarlijkse verantwoording aan AK Gereformeerde Kerk en Algemene Kerkenraad;<br />

- verbinding vormen tussen de gemeenschap en de plaatselijke kerken;<br />

- pastoraat aan bewoners van de instituten;<br />

- verbinding vormen tussen de gemeenschap en eventuele thuiskerken;<br />

- toezicht op catechese.<br />

9. Leden van de kerkenraadscommissie, van de Algemene Kerkenraad en de AK Gereformeerde Kerk<br />

mogen over en weer elkaars vergaderingen bijwonen.<br />

10. De kerkenraadscommissie vergadert zo dikwijls als zij dat nodig acht; zij kan in haar vergaderingen mensen<br />

uitnodigen, die haar van advies dienen. De taken worden onderling verdeeld.<br />

11. De kerkenraadscommissie is verantwoordelijk voor allen die meewerken in de diensten.<br />

12. De kerkenraadscommissie is geen verantwoording schuldig aan de directie van de instituten; zij zal er wel<br />

nauw contact mee onderhouden.<br />

Diensten<br />

13. Op zondagen en op christelijke feestdagen (of eventueel bijzondere dagen, die niet op zondag vallen)<br />

worden er kerkdiensten gehouden voor de bewoners van de beide instituten.<br />

14. De kerkenraadscommissie draagt de verantwoordelijkheid voor het ambtelijke karakter van de diensten.<br />

vervolg bijlage 11


vervolg bijlage 11<br />

15. Vanuit elk der deelnemende kerken zullen ten minste zes preekbeurten per jaar worden vervuld; bij voor-<br />

keur op elke eerste zondag van de maand, bij toerbeurt.<br />

Belijdenis<br />

16. Bewoners van de instituten kunnen na het doen van belijdenis van hun geloof als lid van een der kerken<br />

worden ingeschreven.<br />

17. De kerkenraadscommissie zal, na gesprek met de betrokkenen en wettelijke vertegenwoordigers, in overleg<br />

met de kerken, de <strong>regeling</strong>en treffen die nodig zijn om de belijdenis te doen plaatsvinden.<br />

18. Geldelijke consequenties van het ingeschreven worden, zullen in overleg met de betreffende personen en<br />

met de directies van de instituten worden geregeld.<br />

Pastoraat<br />

19. De dienst pastoraat van de instituten heeft een eigen verantwoordelijkheid; zij is daarvoor verantwoording<br />

verschuldigd aan de directies.<br />

20. Ten aanzien van de “Opstandingsgemeenschap” wordt deze verantwoordelijkheid gedeeld met de kerken-<br />

raadscommissie.<br />

De pastor zal, in ieder geval, deel uitmaken van de kerkenraadscommissie; hij bezit evenwel geen stem-<br />

recht.<br />

21. Onder verantwoordelijkheid van de kerkenraadscommissie en met inachtneming van het bepaalde in de<br />

kerkorde van de samenwerkende kerken, zal de pastor in deze gemeenschap alle ambtelijke handelingen<br />

kunnen verrichten.<br />

Financiën<br />

22. De instituten zijn verantwoordelijk voor de kosten die verbonden zijn aan : de exploitatie van het kerk-<br />

gebouw, vergoedingen aan voorgangers, organisten en anderen, kerkelijke bijdragen e.d.<br />

23. De kerkenraadscommissie is verantwoordelijk voor de keuze van collecteprojecten en de bestemming van<br />

de gelden. Voorop staat dat de bewoners zich betrokken kunnen voelen bij de projecten.<br />

Ten slotte<br />

24. Hoewel er in deze “Opstandingsgemeenschap” een verbondenheid is tussen de instituten, zullen er twee<br />

secties zijn, te weten : “ ‟s Heeren Loo-Lozenoord “ en “ Groot Emaus “.<br />

25. Daar de bewoners van de beide instituten verschillend zijn, kunnen de vormen van pastoraat ook verschillen<br />

tonen.<br />

26. In gevallen waarin dit Akkoord van Samenwerking niet voorziet, zal overleg worden gepleegd tussen<br />

de directies en de AK Gereformeerde Kerk en de algemene kerkenraad.<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

- 40 -


Fonds Christelijke Belangen<br />

- 41 -<br />

Bijlage 12<br />

1. Voor de vele aanvragen om financiële steun, voorzover niet van diaconale aard, is er een Fonds<br />

Christelijke Belangen, waaruit jaarlijks bijdragen kunnen worden verstrekt.<br />

Het Fonds wordt gevoed door een collecte.<br />

2. Het Fonds wordt beheerd door de diaconie.<br />

3. Het Fonds Christelijke Belangen maakt onderdeel uit van de diaconie en is begrepen in de<br />

regelgeving van de verslaglegging van de diaconie.<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.


Procedure beroepen predikant<br />

- 42 -<br />

Bijlage 13<br />

1. Instemming vragen Algemene Kerkenraad (ord. 3-3-3)<br />

De kerkenraad dient instemming te verkrijgen van de algemene kerkenraad alvorens met de<br />

voorbereidingen van het beroepingswerk kan worden begonnen. Vastgesteld moet worden of het<br />

vervullen van de aanstaande vacature past in het beleid van de gemeente als geheel.<br />

2. Aanvragen solvabiliteitsverklaring (ord. 3-3-2)<br />

De algemene kerkenraad vraagt bij het regionale college voor behandeling van beheerszaken een<br />

solvabiliteitsverklaring aan.<br />

3. Advies vragen aan Landelijke Dienstencentrum, sectie beroepingswerk (ord.3-3-1)<br />

De kerkenraad vraagt advies aan het LDC. Meegezonden wordt een profielschets van de te<br />

beroepen predikant. Het LDC verstrekt (vrijblijvend) een lijst met namen van predikanten die men<br />

zou kunnen beroepen.<br />

4. Wijkgemeente uitnodigen namen in te dienen (ord.3-3-6)<br />

De kerkenraad roept de wijkgemeente via een bericht in het kerkblad op om namen in te dienen<br />

van predikanten die men voor de gemeente geschikt acht.<br />

5. Installeren plaatselijke beroepingscommissie (ord.3-3-5)<br />

De kerkenraad stelt vast wie namens de wijkgemeente zitting hebben in de beroepingscommissie.<br />

De kerkenraad verzoekt de algemene kerkenraad uit zijn midden een tweetal ambtsdragers toe te<br />

voegen aan de beroepingscommissie. De verschillende ambten dienen in de commissie aanwezig<br />

te zijn en de breedte van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente wordt bij de vorming van de<br />

beroepingscommissie in het oog gehouden.<br />

6. Kandidaatstelling (ord.3-3-4)<br />

In een gezamenlijke, door de algemene kerkenraad uit te schrijven vergadering van de<br />

kerkenraad en de algemene kerkenraad wordt op voordracht van de kerkenraad de kandidatuur<br />

(=groslijst) vastgesteld. Voor elke naam op de groslijst is ten minste tweederde meerderheid van<br />

stemmen nodig.<br />

7. Horen van de predikant<br />

De beroepingscommissie hoort op aangeven van de kerkenraad één van de predikanten van de<br />

lijst. Door de voltallige beroepingscommissie wordt verslag gedaan aan de wijkkerkenraad.<br />

8. Verkiezing van een predikant (ord.3-4-7)<br />

In een vergadering van de kerkenraad wordt een predikant verkozen. Daaraan voorafgaand<br />

informeert de kerkenraad in een gezamenlijke, door de kerkenraad uit te schrijven vergadering,<br />

de algemene kerkenraad over de gehoorde predikant en vraagt de kerkenraad aan de algemene<br />

kerkenraad om advies over een eventueel uit te brengen beroep.<br />

9. Voorstellen van de verkozen predikant aan de wijkgemeente (ord.3-4-9)<br />

Nadat de kerkenraad besloten heeft een beroep uit te brengen, wordt in de afkondiging tijdens<br />

de zondagse diensten van de desbetreffende wijk, de naam van de verkozen predikant aan de<br />

wijkgemeente bekend gemaakt. De leden van de wijkgemeente krijgen gedurende één week<br />

gelegenheid om bezwaar aan te tekenen tegen de gevolgde procedure.<br />

10. Uitbrengen beroep (ord.3-5-1)<br />

Na de periode van één week kan het beroep worden uitgebracht en wordt dit in de gehele<br />

<strong>Hervormd</strong>e Gemeente tijdens de zondagse diensten afgekondigd.


Regeling taken/bevoegdheden Algemene Kerkenraad / wijkkerkenraden: (ord.4-9-4)<br />

1. de wijkkerkenraad<br />

- 43 -<br />

Bijlage 14<br />

1.1. Elke wijkkerkenraad telt maximaal 36 ambtsdragers, van wie maximaal 6 ouderling-kerkrentmeester en<br />

maximaal 8 diakenen.<br />

1.2. De wijkkerkenraad komt in de regel eens per maand, doch minstens zes maal per jaar bijeen.<br />

Voorts komt hij bijeen indien daartoe door tenminste 6 leden een verzoek is ingediend, aan welk ver-<br />

zoek binnen 14 dagen na ontvangst gevolg gegeven moet worden.<br />

1.3. De wijkkerkenraad houdt bij het vaststellen van zijn vergaderingen rekening met die van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

1.4. De wijkkerkenraad geeft van elke verandering in zijn samenstelling en van die in zijn moderamen<br />

terstond kennis aan de scriba van de algemene kerkenraad met vermelding van de duur van de<br />

zittingstijd van de nieuw benoemden.<br />

1.5. Nieuwe leden worden door het moderamen geïnstrueerd betreffende de wijze van werken en de onder-<br />

werpen die op dat moment in behandeling zijn.<br />

1.6. De organen van bijstand van de wijkkerkenraden verrichten hun werk in nauw contact met de<br />

organen van bijstand van de algemene kerkenraad, indien voor dit werk centrale organen bestaan.<br />

1.7. De wijkkerkenraad is verplicht alles te doen wat voor een goede administratie nodig is en de regels te<br />

te volgen die daarvoor door het college van kerkrentmeesters worden opgesteld.<br />

1.8. De gegevens van hen die in de wijkgemeente zijn gedoopt, als belijdende leden zijn toegelaten, in hun<br />

lidmaatschap zijn hersteld, van een andere kerkgenootschap zijn overgekomen, voor het lidmaatschap<br />

van de kerk hebben bedankt, in een andere – niet tot de centrale gemeente behorende – gemeente met<br />

toestemming van de wijkkerkenraad zijn gedoopt, of als belijdend lid zijn bevestigd, worden binnen<br />

acht dagen, nadat dit heeft plaats gehad of bericht daaromtrent is binnengekomen aan het college van<br />

kerkrentmeesters toegezonden, dat indien nodig voor de doorzending zorg draagt.<br />

1.9. Indien een predikantsplaats van een wijkgemeente vacant is geworden of vacant zal worden, zal<br />

door het breed moderamen van de classis een consulent worden aangewezen. De betreffende<br />

wijkkerkenraad zal daartoe, in overleg met het moderamen van de Algemene Kerkenraad, een<br />

verzoek bij de classis indienen.<br />

De consulent maakt met de wijkkerkenraad een afspraak over de te verrichten werkzaamheden.<br />

Getracht dient te worden dat deze werkzaamheden geen groter tijdsbeslag vergen dan gemiddeld 6<br />

uren per week. Hiervoor geldt dan alleen een onkostenvergoeding. Deze werkzaamheden komen in<br />

mindering van de werkzaamheden in de eigen wijk. Gaan de afspraken de 6 uren per week te boven,<br />

dan dient een extra vergoeding te worden overeengekomen. De consulent wordt uitgenodigd voor de<br />

moderamen- en kerkenraadsvergaderingen en heeft in deze vergaderingen een adviserende stem. Bij<br />

het beroepen van een predikant begeleidt de consulent het beroepingswerk.<br />

1.10 Uitgangspunt voor eredienst, pastoraat en catechese is en blijft de geografische<br />

wijkgemeente, dit met uitzondering van wijkgemeenten van bijzondere aard.<br />

1.11 De wijkkerkenraden beslissen over het aantal ruilbeurten tussen de wijkpredikanten, met<br />

dien verstande dat er minimaal één maal per jaar een ruiling plaatsvindt.<br />

Voor wijkgemeenten van bijzonder aard zal dit in overleg met de desbetreffende<br />

wijkkerkenraden gebeuren.<br />

De wijkkerkenraad dient bij de opstelling van het rooster van dienstdoende ambtsdragers<br />

rekening te houden met de door de voorganger bekend gemaakte visie ten aanzien van de<br />

vrouw in het ambt.<br />

vervolg bijlage 14


vervolg bijlage 14<br />

2. De algemene kerkenraad<br />

2.1. De scriba van de algemene kerkenraad bericht vóór 1 januari aan de wijkkerkenraden in welke<br />

vacature in de algemene kerkenraad moet worden voorzien.<br />

2.2. Nieuwe leden worden door het moderamen geïnstrueerd betreffende de wijzen van werken en<br />

de onderwerpen die op dat moment in behandeling zijn.<br />

2.3. De algemene kerkenraad komt ten minste zes maal per jaar bijeen, bij voorkeur in de maanden<br />

februari, april, juni, september en november<br />

Voorts komt hij bijeen indien daartoe door ten minste vijf leden een schriftelijk verzoek is ingediend,<br />

aan welk verzoek binnen 14 dagen na ontvangst gevolg gegeven moet worden.<br />

2.4. De algemene kerkenraad kan onder nader te stellen voorwaarden bepaalde werkzaamheden dele-<br />

geren aan het moderamen of aan commissies uit zijn midden.<br />

2.5. De algemene kerkenraad benoemt degenen die bijstand in het pastoraat zullen verlenen of in een<br />

bediening zullen worden gesteld, in overleg met de betrokken wijkkerkenraad (of wijkkerkenraden)<br />

of met het college van diakenen, of met het betrokken orgaan (organen) van bijstand, terwijl hij in<br />

het laatste geval een instructie opstelt.<br />

2.6. In de april vergadering van de algemene kerkenraad vindt het overleg plaats omtrent het rooster<br />

van de kerkdiensten voor het volgende jaar.<br />

2.7. De algemene kerkenraad stelt jaarlijks in zijn laatste vergadering het collecterooster voor de<br />

kerkdiensten in het eerstkomende kalenderjaar vast inclusief die van de wijkgemeenten van<br />

bijzondere aard.<br />

2.8. In een gemeente met wijkgemeenten geschiedt de verkiezing van ouderlingen en diakenen met een<br />

bepaalde opdracht ten behoeve van de gemeente in haar geheel, door de algemene kerkenraad uit<br />

de stemgerechtigde leden van de gemeente, nadat de leden van de gemeente in de gelegenheid zijn<br />

gesteld personen aan te bevelen die naar hun mening voor verkiezing in aanmerking komen. Zij<br />

maken als boventallig lid deel uit van de algemene kerkenraad. Zij kunnen tevens, op verzoek van<br />

de wijkkerkenraad van de wijkgemeente waartoe zij behoren, deel uitmaken van de wijkkerkenraad.<br />

[ zie ord. 3-6-7 ]<br />

2.9. De algemene kerkenraad kan één of meer leden van zijn organen van bijstand of van één van zijn<br />

kerkenraadscommissies uitnodigen als adviseur(s) om aan zijn vergadering deel te nemen ter<br />

bespreking van punten van wederzijds belang.<br />

2.10. Het officiële contact tussen de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente en de andere kerkgemeenschappen te <strong>Ermelo</strong><br />

en dat met de overheid wordt onderhouden door de algemene kerkenraad, die hiervoor de nodige<br />

voorzieningen treft.<br />

2.11. Ingevolge ord. 9-7-2 en 3 aanvaardt de algemene kerkenraad zijn verantwoordelijk inzake de<br />

verhouding tussen kerk en school.<br />

2.12. De scriba van de algemene kerkenraad draagt er zorg voor, dat nieuwe ambtsdragers een<br />

exemplaar van de “plaatselijke <strong>regeling</strong>” (inclusief bijlagen) ontvangen.<br />

Vergadering van de ambtsdragers uit de centrale gemeente<br />

2.13. De vergadering van ambtsdragers bestaat uit alle ambtsdragers van de gemeente en vindt plaats<br />

op de 1 e dinsdag van september.<br />

2.14. De vergadering van ambtsdragers kan ook bijeenkomen ter bespreking van voor de centrale<br />

gemeente van bijzonder belang zijnde aangelegenheden, indien de algemene kerkenraad daartoe<br />

besluit of ten minste twee wijkkerkenraden een gemotiveerd verzoek daartoe bij de algemene<br />

kerkenraad indienen.<br />

3. Organen van bijstand van de algemene kerkenraad<br />

3.1. De algemene kerkenraad benoemt de leden van de organen van bijstand, die werkzaam zijn op<br />

het terrein van de centrale gemeente, aan wie een bepaalde opdracht is gegeven en stelt het aantal<br />

leden, de taakomschrijving en het rooster van aftreden vast.<br />

De organen van bijstand worden aangeduid met de naam “Kerkenraadscommissie” ( afgekort “Kc”. )<br />

- 44 -<br />

vervolg bijlage 14


vervolg bijlage 14<br />

3.2. Door de algemene kerkenraad zijn er kerkenraadscommissies ingesteld:<br />

1. Kc. Centraal voor Zending, Evangelisatie en Werelddiaconaat (Kc.CZEW) voor de verwerkelijking<br />

van de zendingsopdracht, de verspreiding van het Evangelie onder hen die daarvan vervreemd<br />

zijn en het stimuleren van de betrokkenheid van de centrale gemeente bij het werelddiaconaat;<br />

2. Kc. Jeugdraad voor de zorg voor het jeugdwerk<br />

3. Kc. Kerkradio voor het verzorgen van kerkdiensten via de kerkradio;<br />

4. Kc. Kerk en Israël voor het bewust maken van de gemeente van haar onopgeefbare en blijvende<br />

verbondenheid met het volk Israël;<br />

5. Kc. Begeleiding Jeugdwerkleider;<br />

[Kc. Vorming en toerusting<br />

3.3. Daarnaast zijn er kerkenraadscommissies in interkerkelijk verband:<br />

1. Kc. Interkerkelijke Vieringen <strong>Ermelo</strong>,<br />

2. Kc. Interkerkelijke Diensten voor mensen met een verstandelijke beperking,<br />

3.4. Op grond van akkoorden van samenwerking zijn er de kerkenraadscommissies:<br />

1. Kc. Zendingskerk voor het pastoraat onder de leden van de Evangelische Kring;<br />

2. Kc. Interkerkelijke Gemeenschap Veldwijk (Meerkanten) voor het pastoraat op het landgoed<br />

Veldwijk van de Stichting voor Geestelijke Gezondheidszorg Meerkanten;<br />

3. Kc. Opstandingsgemeenschap ‟s Heeren Loo Midden-Nederland voor het interkerkelijk pastoraat<br />

op ‟s Heeren Loo bij de Stichting ‟s Heeren Loo Midden-Nederland. en Groot Emaus<br />

3.5. Voor het verstrekken van financiële steun van niet-diaconale aard is er een Fonds Christelijke<br />

Belangen ondergebracht bij de diaconie.<br />

3.6. De algemene kerkenraad streeft er naar dat in een centraal orgaan van bijstand elke wijkgemeente<br />

vertegenwoordigd is.<br />

3.7. Deze organen van bijstand verrichten hun werkzaamheden in verantwoordelijkheid aan de<br />

algemene kerkenraad en in nauw contact met (de organen van bijstand van de) wijkkerkenraden.<br />

3.8. Jaarlijks vóór 1 april doet elk van deze organen van bijstand verslag van zijn werk over het<br />

afgelopen kalenderjaar aan de algemene kerkenraad.<br />

3.9. De organen van bijstand komen ten minste vier maal per jaar bijeen ter bespreking van hun werk.<br />

3.10. De organen van bijstand benoemen uit hun midden een voorzitter, een vice-voorzitter, een<br />

secretaris en indien nodig een penningmeester en geven van deze benoemingen terstond kennis<br />

aan de scriba van de algemene kerkenraad.<br />

3.11. Nieuwe leden worden door het orgaan van bijstand geïnstrueerd betreffende de wijze van werken<br />

en de onderwerpen die op dat moment in behandeling zijn.<br />

3.12. Elk orgaan van bijstand is bevoegd voor iedere vacature in het orgaan een aanbeveling bij de<br />

algemene kerkenraad in te dienen.<br />

De zittingsduur van de leden van de organen van bijstand is vier jaar, terwijl elk jaar een vierde<br />

of ten naaste bij een vierde deel van de leden aftreedt, die eenmaal terstond herkiesbaar zijn.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

- 45 -


Werkwijze / samenstelling Algemene Kerkenraad en moderamen AK.<br />

mandaten moderamen.<br />

- 46 -<br />

Bijlage 15<br />

1. De algemene kerkenraad kiest in zijn eerste vergadering van het kalenderjaar uit zijn midden<br />

een moderamen, bestaande uit ten minste een preses, een scriba en een assessor voor een<br />

periode van ten hoogste vier jaar.<br />

In het moderamen hebben ten minste een predikant, een ouderling, een ouderling-kerkrent-<br />

meester en een diaken zitting. [ ord.4-8-2 ]<br />

Het moderamen is zodanig samengesteld dat elke wijkkerkenraad daarin is vertegenwoordigd.<br />

Indien preses en/of scriba als boventallige leden verkozen worden door de algemene<br />

kerkenraad blijven zij, in afwijking van het bepaalde in 0rd. 4-8-2 gedurende hun gehele<br />

ambtstermijn in functie. [ ord. 4-9-2 ]<br />

2. De algemene kerkenraad kan 2 scribae benoemen met de volgende taakomschrijvingen :<br />

2.1 De eerste scriba verzorgt t.b.v. de vergaderingen van de algemene kerkenraad en van het<br />

moderamen de convocaties, de voorstellen met de eventuele toelichtingen en de verslaglegging,<br />

alsmede de opstelling en de behandeling van <strong>regeling</strong>en.<br />

2.2 De tweede scriba behartigt alle andere scribaatzaken en fungeert tevens als postadres.<br />

2.3 Bij het ontbreken va een 2 e scriba kan een vaste notulist(e) benoemd worden om de taak van de<br />

scriba te verlichten.<br />

3. Alle vergaderingen van de algemene kerkenraad worden voorgezeten door de preses of bij<br />

diens afwezigheid door de assessor. Bij afwezigheid van de preses en de assessor fungeert<br />

het in leeftijd oudste lid van de algemene kerkenraad als voorzitter.<br />

4. De algemene kerkenraad vergadert als regel steeds op de laatste donderdagavond van de<br />

maanden februari, april, juni, september en november – aanvang 20.00 uur.<br />

5. Het moderamen vergadert als regel steeds op de eerste donderdag van de maand.<br />

6. De convocaties voor de vergaderingen van de algemene kerkenraad en het<br />

moderamen, onder bijsluiting van de nodige toelichtingen, dienen bij de leden aanwezig te zijn<br />

tien dagen voordat de vergaderingen plaatsvinden.<br />

7. De convocaties voor de vergadering van de algemene kerkenraad met de nodige toelichtingen<br />

genoemd in het vorige artikel worden gelijktijdig toegezonden aan de scribae van de<br />

wijkkerkenraden en aan de adviseurs.<br />

8. De algemene kerkenraad kan slechts overgaan tot besluiten (over zaken en personen), tot het<br />

houden van verkiezingen of tot het doen van benoemingen, indien ten minste de helft van de<br />

stemgerechtigde leden aanwezig is. [ ord. 4-5-4 ]<br />

9. De algemene kerkenraad kan de in het vorige artikel genoemde zaken slechts afdoen wanneer<br />

ze zijn geconvoceerd.<br />

10. Het moderamen is belast met de voorbereiding en de tenuitvoerlegging van de besluiten van<br />

de algemene kerkenraad en met de afdoening van al de daartoe door de AK aangewezen<br />

taken. [ ord.4-8-3 ]<br />

11. Het moderamen onderhoudt minstens één keer per jaar contacten met de organen<br />

van bijstand.<br />

12. Het moderamen schenkt in zijn vergaderingen aandacht aan de door zijn leden<br />

ingebrachte onderwerpen vanuit de wijkkerkenraden.<br />

vervolg bijlage 15


vervolg bijlage 15<br />

13. De vergaderingen van de algemene kerkenraad en van het moderamen worden met<br />

Schriftlezing en gebed geopend en met gebed gesloten.<br />

14. Voor aanvang van de vergaderingen van algemene kerkenraad en van het moderamen ligt<br />

de ingekomen en uitgaande post ter inzage.<br />

15. Aan het begin van elke AK vergadering wordt de presentielijst getekend en als bijlage bij de<br />

vastgestelde notulen gevoegd.<br />

16. De in de AK vergaderingen in de rondvraag te stellen vragen dienen in de pauze schriftelijk<br />

bij de scriba te worden ingediend. De beantwoording is zo mogelijk tijdens de rondvraag.<br />

Bespreking vindt evenwel niet plaats.<br />

17. Over benoemingen wordt steeds schriftelijk gestemd.<br />

18. Over het punt mededelingen kunnen vragen worden gesteld.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

Mandaten moderamen<br />

1. Het inwilligen van verzoeken tot pastorale overschrijvingen binnen de centrale gemeente.<br />

2. Het onderhouden van periodieke contacten met de kerkenraadscommissies.<br />

3. Het behandelen van samenwerkingsverbanden door de kerkenraadscommissies.<br />

4. Het verlenen van dispensatie aan zittende ambtsdragers buiten de eigen wijkgemeente<br />

in verband met verhuizing.<br />

5. Het beslissen op verzoeken tot wijziging van het collecterooster in gezamenlijke diensten<br />

met een bijzonder karakter.<br />

6. Het beslissen op verzoeken tot incidentele wijzigingen van het rooster van kerkdiensten.<br />

7. Het onderhouden van contact tussen het moderamen van de algemene kerkenraad en het<br />

moderamen van de AK Gereformeerde Kerk.<br />

Het moderamen neemt bij deze mandaten steeds de door de algemene kerkenraad gegeven<br />

richtlijnen in acht. Het moderamen rapporteert steeds aan de algemene kerkenraad over de<br />

uitgevoerde gemandateerde taken.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

- 47 -


Plaats : Kerkelijk Centrum<br />

Tijd : 10.00 uur<br />

Centrale Nieuwjaarsdienst<br />

[ wanneer deze niet op een zondag valt ]<br />

Voorganger : Wijkpredikant OK-NKN-NKZ-KC-W-OK enz.<br />

Gemeentezang : volgens gebruik KC<br />

Zangboeken : aanwezige boeken KC<br />

Dienstdoende<br />

ouderlingen : Moderamen algemene kerkenraad * / lid uit wijk voorganger<br />

Afkondiger : scriba algemene kerkenraad<br />

- 48 -<br />

Bijlage 16<br />

Collectanten : diakenen/kerkrentmeesters moderamen, aangevuld met collectantencommissie<br />

KC<br />

Collecte : volgens rooster<br />

* er wordt rekening gehouden met de door de voorganger bekend gemaakte visie ten aanzien<br />

van de vrouw in het ambt.<br />

De voorganger zorgt er voor dat en liturgieblad aanwezig is.<br />

Het moderamen van de AK fungeert als kerkenraad.<br />

Overigens zal de dienst worden gehouden op de in het Kerkelijk Centrum gebruikelijke wijze.<br />

Na afloop van de dienst is er gelegenheid in de voorhal nieuwjaarswensen uit te wisselen onder<br />

het genot van een kopje koffie.<br />

De kerkenraad stelt zich direct na de dienst op in de voorhal.<br />

De scriba van de algemene kerkenraad treft hiertoe de nodige maatregelen.<br />

Vastgesteld door de Algemene Kerkenraad op 21 februari 2008.


Regeling beschikbaarstelling<br />

van (delen van) kerkgebouwen, andere gebouwen<br />

en/of inventaris daarvan.<br />

- 49 -<br />

Bijlage 17<br />

1. De kerkgebouwen en andere gebouwen van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong> worden door het<br />

college van kerkrentmeesters, in overleg met de algemene kerkenraad, bij voorrang voor<br />

gemeentelijke en kerkelijke doeleinden beschikbaar gesteld.<br />

2. Het college van kerkrentmeesters is bevoegd (kerk-) gebouwen of delen en aanhorigheden<br />

daarvan en de daartoe behorende inventaris aan derden, al dan niet tegen vergoeding<br />

beschikbaar te stellen.<br />

3. De uitoefening van de onder 2 genoemde bevoegdheid geschiedt met inachtneming van<br />

onderstaande afspraken, welke in overleg met de algemene kerkenraad zijn vastgesteld.<br />

4. Afspraken:<br />

4.1. Kerkdiensten<br />

Beschikbaarstelling of verhuur ten behoeve van kerkdiensten welke worden gehouden<br />

buiten verantwoordelijkheid van de desbetreffende (wijk) kerkenraad, behoeft de goed-<br />

keuring van het college van kerkrentmeesters en van de algemene kerkenraad.<br />

4.2. Huwelijksdiensten<br />

Beschikbaarstelling of verhuur ten behoeve van huwelijksdiensten die gehouden worden<br />

buiten verantwoordelijkheid van de desbetreffende (wijk) kerkenraad behoeft de goed-<br />

keuring van het moderamen van het college van kerkrentmeesters.<br />

4.3 Rouwdiensten<br />

Beschikbaarstelling of verhuur ten behoeve van rouwdiensten welke gehouden worden<br />

buiten verantwoordelijkheid van de desbetreffende (wijk) kerkenraad, behoeft de goedkeuring<br />

van het moderamen van het college van kerkrentmeesters.<br />

4.4. Evangelisatiediensten, bijbellezingen e.d.<br />

Beschikbaarstelling of verhuur ten behoeve van evangelisatiediensten, Bijbellezingen en<br />

dergelijke activiteiten welke gehouden worden buiten verantwoordelijkheid van de des-<br />

betreffende (wijk) kerkenraad en/of kerkenraadscommissie, behoeft de goedkeuring<br />

van het college van kerkrentmeesters en van het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

4.5. Overige activiteiten<br />

Beschikbaarstelling of verhuur ten behoeve van culturele, maatschappelijke, politieke<br />

en dergelijke doeleinden, behoeft de goedkeuring van het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

5. Overige afspraken:<br />

5.1. Toestemming wordt slechts verleend, indien geen vrees bestaat dat het aanzien van de<br />

<strong>Hervormd</strong>e Gemeente geschaad wordt. Hierbij geldt als maatstaf Gods Woord en het<br />

belijden van de Nederlandse <strong>Hervormd</strong>e Kerk, zoals dat is verwoord in artikel I van de<br />

kerkorde. Aanvragen tot verhuur dienen gericht te worden aan het college van kerk-<br />

rentmeesters.<br />

5.2. Toestemmingen kunnen eerst worden verleend nadat de onder 4 genoemde colleges<br />

zich in positieve zin hebben uitgesproken omtrent de te dier zake ingediende aanvraag.<br />

Behandeling van opnieuw ingediende eerder afgewezen aanvragen, vindt niet eerder<br />

plaats dan na verloop van een volledig kalenderjaar.<br />

vervolg bijlage 17


vervolg bijlage 17<br />

5.3. Beschikbaarstelling of verhuur ten behoeve van kerkdiensten en/of andere activiteiten<br />

welke tezamen met een of meer andere kerkgenootschappen worden gehouden,<br />

behoeft de goedkeuring van het college van kerkrentmeesters en van de algemene<br />

kerkenraad.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

- 50 -


1. Algemeen<br />

Statuut voor het beheer en de redactie<br />

van het “<strong>Hervormd</strong> Kerkblad”<br />

Het “<strong>Hervormd</strong> Kerkblad” is een uitgave van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente te <strong>Ermelo</strong><br />

In de regel verschijnt het blad iedere week.<br />

Het blad heeft in de eerste plaats een informatieve functie voor de plaatselijke gemeente.<br />

Daarnaast heeft het een gemeente - opbouwende en vormende functie.<br />

2. Verantwoordelijkheid<br />

- 51 -<br />

Bijlage 18<br />

2.1. De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij de schrijvers van de desbetreffende<br />

stukken; voor de plaatsing is de redactie verantwoordelijk.<br />

2.2. Het ministerie van predikanten vormt de redactieraad. De dagelijkse redactie bestaat<br />

uit een eindredacteur en een mede - redacteur.<br />

3. Inhoud<br />

3.1. Door middel van het kerkblad wordt de gemeente geïnformeerd over:<br />

a. de wijkgemeenten,<br />

b. de algemene kerkenraad en zijn organen van bijstand,<br />

c. de diaconie,<br />

d. het college van kerkrentmeesters,<br />

e. andere kerkelijke zaken.<br />

3.2. Elk kerkblad opent met een meditatieve bijdrage. Deze wordt in beginsel verzorgd door<br />

een van de dienstdoende predikanten<br />

3.3. Voor zover de ruimte toelaat kunnen er boekbesprekingen, artikelenseries etc. worden<br />

opgenomen.<br />

3.4. In elk kerkblad wordt een pagina ruimte beschikbaar gesteld voor het plaatselijk<br />

kerkelijk jeugdwerk. De verzorging hiervan is gedelegeerd aan de hervormde jeugd-<br />

raad.<br />

4. Redactie<br />

4.1. De redactieraad draagt een eindredacteur voor en een mede – redacteur ter<br />

benoeming door het moderamen van de algemene kerkenraad. Voor de (her)<br />

benoemingsperiode(n) wordt de kerkordelijke regelgeving voor ambtsdragers gevolgd.<br />

4.2. De redactieraad is bevoegd regels van formele aard te stellen waaraan kopij moet<br />

voldoen.<br />

4.3. De redactieraad adviseert op verzoek van de redactie over plaatsing van stukken.<br />

4.4. De eindredacteur is verantwoordelijk voor het persklaar maken van de aangeleverde<br />

kopij. Er worden geen stukken geplaatst die niet de eindredactie zijn gepasseerd.<br />

4.5 Tot de taken van de mede – redacteur behoort de zorg voor de lay-out, de correctie en<br />

administratieve werkzaamheden van redactionele aard. Hij/zij kan voor uitvoering<br />

daarvan,zoals de correcties van drukproeven, van de hulp van derden gebruik maken.<br />

4.6 Indien de redactie niet tot plaatsing van ingezonden brieven of stukken overgaat,<br />

ontvangt de inzender hiervan, onder opgaaf van redenen, schriftelijk bericht.<br />

Tegen de beslissing kan beroep worden aangetekend bij het moderamen van de<br />

algemene kerkenraad, die binnen twee maanden een uitspraak doet.<br />

vervolg bijdrage 18


vervolg bijdrage 18<br />

5. Beheer<br />

5.1. Het college van kerkrentmeesters van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong> is belast met<br />

de uitgifte en exploitatie van het kerkblad. Zij draagt zorg voor de acquisitie van<br />

advertenties, de administratieve behandeling, advertentietarieven etc. en stelt de<br />

abonnementsprijs vast.<br />

5.2. Het college van kerkrentmeesters stelt in overleg met de redactie regels aan de<br />

omvang van het kerkblad en aan de verhouding redactioneel gedeelte en advertentie-<br />

pagina‟s.<br />

6. Geschillen<br />

In geval van geschillen kan een beroep gedaan worden op het moderamen van de algemene<br />

kerkenraad. Tegen de uitspraak van het moderamen is beroep mogelijk bij de algemene<br />

kerkenraad. De uitspraak van de algemene kerkenraad is bindend.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

- 52 -


[ in voorbereiding ]<br />

Statuut voor het beheer en de redactie<br />

van de website van de <strong>Hervormd</strong>e Gemeente <strong>Ermelo</strong><br />

- 53 -<br />

Bijlage 19


Wergroep coördinatie vertrouwenspersonen<br />

over werk van vertrouwenspersonen (ex PPH-ers)<br />

- 54 -<br />

Bijlage 20<br />

Uitgangspunten:<br />

- De noodzaak tot het aanstellen van vertrouwenspersonen wordt vrij breed gezien.<br />

- In de wijken waar vertrouwenspersonen functioneren wordt de waarde ervan gezien.<br />

- Pastoraat is en blijft een verantwoordelijkheid/basistaak van de wijkkerkenraden.<br />

- Het fenomeen van vertrouwenspersonen is nog zeer onbekend in de gemeente.<br />

- De namen van de vertrouwenspersonen zijn niet bekend in de gemeente en dat is ook<br />

wenselijk met het oog op privacy.<br />

Voorstel:<br />

Een Werkgroep die voorlopig naast de verschillende Commissies van Bijstand functioneert.<br />

(een subcommissie van V&T is niet wenselijk, o.a. omdat het in de thematiek van de<br />

vertrouwenspersonen om veel meer gaat dan alleen om vorming en toerusting. Een Commissie van<br />

Bijstand is vooralsnog niet wenselijk omdat de organisatiestructuur van de AK zo overzichtelijk en<br />

werkbaar mogelijk gehouden moet worden.)<br />

Samenstelling Werkgroep:<br />

Bestaat uit drie personen die ruim voldoende affiniteit met het werk hebben.<br />

Eén van hen treedt op als coördinator van het gehele werk.<br />

Ook vertrouwenspersonen kunnen zitting nemen in deze werkgroep.<br />

Per wijk wordt er een aanspreekpunt aangesteld (bijv. predikant, ouderling), om het overleg<br />

tussen Werkgroep en de verschillende wijken goed te stroomlijnen.<br />

(een werkgroep met vertegenwoordigers uit alle vijf/zes wijken achten we te zwaar aangezet en minder<br />

slagvaardig.)<br />

Naamgeving:<br />

We kwamen daar intern niet uit, maar mijn voorstel (JM) zou zijn: Werkgroep Coördinatie<br />

Vertrouwenspersonen<br />

(het gaat om meer dan om coördinatie, het gaat ook om innovatie, vergroten draagvlak en<br />

implementatie, maar zo‟n naam moet kort en bondig zijn. We willen in de naamgeving in ieder geval de<br />

term „Psycho Pastorale Hulpverlening‟ vermijden.)<br />

Financiën:<br />

Voorstel is een bedrag van € 1000,- per jaar uit het Fonds Pastoraat, eventueel aan te vullen<br />

uit de wijkkassen.<br />

De Werkgroep stelt jaarlijks een begroting op.<br />

Organisatiestructuur in de regio (uitgebreider beschreven in rapport adviescommissie AK 2<br />

sept 2004):<br />

Barneveld: er is een centrale werkgroep t.b.v. coördinatie en bijscholing (één<br />

dagdeel per jaar), bestaande uit predikant, ouderlingm, een diaken en twee<br />

klaagvrouwen. Als ik het goed begrijp fungeert deze werkgroep als orgaan van<br />

bijstand van de CK. Enkele activiteiten van deze werkgroep:<br />

- reglement, incl. profiel PPH-ers<br />

- steun en open oor voor alle klaagvrouwen in de gemeente<br />

- beleidsplan (jaarlijks)<br />

Alleen de kerkenraad weet welke klaagvrouwen in de wijk werken.<br />

Alleen de predikant en wijkouderling weten op welke adressen een klaagvrouw<br />

komt.<br />

Twee à drie keer per jaar komen de wijk-PPH-ers samen met de wijkpredikant.<br />

Als er nieuwe ambtsdragers benoemd worden, komt de PPH (uit Veenendaal? of<br />

de plaatselijke PPH-ers?) in de kerkenraad over hun werk vertellen.<br />

vervolg bijlage 20


Aanvullende informatie:<br />

- 55 -<br />

vervolg bijlage 20<br />

Nunspeet:<br />

- per wijkgemeente liefst drie PPH-ers, benoemd door de kerkenraad, middels<br />

aanstellingsbrief (incl. geheimhouding). Benoeming geldt voor drie jaar, kan<br />

eenmaal worden verlengd, daarna rustperiode van één jaar tot eventuele nieuwe<br />

benoeming. Er is een rooster van aftreden.<br />

PPH-er is rechtstreeks verantwoording schuldig aan predikant.<br />

De PPH-ers werken in principe alleen in de eigen wijk (er zijn uitzonderingen<br />

mogelijk) en er is per wijk een psycho-pastoraal team (predikant,<br />

sectieouderling en PPH-ers).<br />

Daarnaast een overkoepelend psycho-pastoraal team, waarin ook de diaconie is<br />

vertegenwoordigd en de coördinator PPH. De laatste voert ook gesprekken met<br />

potentiële cursisten en adviseert betreffende geschiktheid.<br />

Er is een databank van boeken en relevante informatie.<br />

Bijscholing is verplicht: a. middels twee lezingen per jaar, waarvoor ook<br />

predikanten en ouderlingen worden uitgenodigd; b. middels twee bijeenkomsten<br />

met spreker van buiten of uit de eigen gemeente.<br />

Putten: één coördinator (met klankbordgroep om zich heen), en verder valt<br />

alles onder verantwoordelijkheid van de wijkkerkenraden.<br />

Voorthuizen: twee wijkgemeentes, waarbij het accent zoveel als mogelijk is bij<br />

de wijkkerkenraden is komen te liggen. Per wijk is één ouderling belast met de<br />

coördinatie van het PPH-werk (hier ligt het dus niet bij de predikanten). De<br />

toerusting gebeurt wel centraal.<br />

Vastgesteld door de algemene kerkenraad op 21 februari 2008.<br />

vervolg bijlage 20


Werkgroep Coördinatie<br />

Vertrouwenspersonen:<br />

Stimuleert bewustwording over het<br />

belang van het werk binnen de<br />

wijkkerkenraden.<br />

Draagt zorg voor publiciteit richting<br />

gemeente, zodat de beeldvorming<br />

richting gemeente zoveel als mogelijk<br />

uniform is. Te denken valt aan stukjes in<br />

kerkblad, een folder.<br />

Adviseert in procedure van opleiding<br />

PPH-ers en de bekostiging daarvan.<br />

Ter overweging: voert<br />

geschiktheidsgesprek voordat aan<br />

opleiding begonnen wordt<br />

Kan adviseren op gebied van aanstelling<br />

van vertrouwenspersonen, gelofte en/of<br />

verklaring<br />

Adviseert op gebied van protocollen: hoe<br />

kunnen de vertrouwenspersonen i.s.m.<br />

predikant(en) en ouderlingen/pastorale<br />

medewerkers te werk gesteld worden.<br />

Zorgt voor centrale toerustingsavonden<br />

voor ambtsdragers en pastorale<br />

medewerkers over thema‟s die het werk<br />

van de vertrouwenspersonen raken.<br />

Heeft zonodig contact met de<br />

Intervisiegroep over de voortgang van<br />

de Werkgroep.<br />

Is vraagbaak voor de wijkkerkenraden<br />

Kan nieuwe ideeën lanceren (innovatie)<br />

en helpen uitvoeren (implementatie) /<br />

helpen het draagvlak voor dit pastorale<br />

werk te vergroten<br />

Stimuleert biddende betrokkenheid bij<br />

het werk van de vertrouwenspersonen in<br />

de gemeente.<br />

Evalueert bovenstaande<br />

BOEDELSCHEIDING<br />

TUSSEN DE VERANTWOORDELIJKHEID<br />

VAN DE COMMISSIE BIJSTAND<br />

EN DIE VAN DE WIJKKERKENRADEN<br />

- 56 -<br />

Wijkkerkenraden:<br />

vervolg bijlage 20<br />

Zorgen waar nodig voor publiciteit in<br />

eigen wijkbericht.<br />

Kunnen gemeenteleden<br />

stimuleren/vragen de opleiding PPH te<br />

gaan volgen.<br />

Stellen vertrouwenspersonen aan,<br />

eventueel op grond van gelofte en/of<br />

verklaring geheimhouding<br />

Stellen een protocol op, waarin de<br />

afspraken voor de samenwerking tussen<br />

de vertrouwenspersonen en de<br />

predikant(en) en ouderlingen/pastorale<br />

medewerkers gereguleerd is.<br />

Zorgen voor de begeleiding van de<br />

vertrouwenspersonen over het concrete<br />

pastorale werk („bijpraten‟) en wijzen op<br />

de centrale toerustingsavonden.<br />

Wijzen op het bestaan van de<br />

Intervisiegroep.<br />

Zijn vraagbaak voor vragen vanuit het<br />

concrete pastorale werkveld<br />

Brengen het werk in de<br />

dankzegging/voorbede in de eredienst,<br />

via de gebedsgroepen en anderszins.<br />

Evalueren bovenstaande

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!