18.09.2013 Views

Jaarverslag 2005 - NIP

Jaarverslag 2005 - NIP

Jaarverslag 2005 - NIP

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Geachte lezer,<br />

Welkom op 'nipjaarverslag', de site waarop het <strong>NIP</strong>, de beroepsvereniging van psychologen, zijn<br />

jaarverslag <strong>2005</strong> presenteert.<br />

Het jaar <strong>2005</strong> stond in het teken van vernieuwing binnen de vereniging. Ik ben verheugd u te kunnen<br />

melden dat in december <strong>2005</strong> is besloten de Algemene Ledenvergadering te vervangen door een<br />

Ledenraad. Op die manier zijn afgevaardigden van alle <strong>NIP</strong>-ledengroepen bij de besluitvorming<br />

betrokken, in plaats van een relatief klein aantal van de ruim twaalfduizend leden.<br />

In het jaarverslag veel aandacht voor de secties van het <strong>NIP</strong>. De secties en sectoren zijn afgelopen<br />

jaar hard bezig geweest nieuw beleid te ontwikkelen. In 2006 zullen de plannen verder worden<br />

uitgewerkt en hun beslag krijgen in diverse activiteiten.<br />

Ik hoop dat u het verslag met veel plezier leest,<br />

prof.dr. J.M. Pieters<br />

voorzitter <strong>NIP</strong>


1. Het <strong>NIP</strong> in <strong>2005</strong>: na interne reorganisatie richt het <strong>NIP</strong> de<br />

blik naar buiten<br />

'Slagvaardigheid is ons motto. Het navelstaren is voorbij'<br />

Het jaar <strong>2005</strong> stond in het teken van besluiten nemen over de modernisering en een begin maken<br />

met een cultuuromslag in de vereniging. Het bestuur meende dat de groei van het aantal leden, in<br />

vijftien jaar tijd van drieduizend naar twaalfduizend, het professionaliseren van de vereniging nodig<br />

maakt. 'De werkwijzen, de onderlinge verhoudingen en de verantwoordelijkheden moesten duidelijk<br />

worden vastgelegd, zodat slagvaardig kan worden opgetreden, zowel intern als naar buiten toe,'<br />

aldus directeur Rein Baneke.<br />

De vereniging heeft knopen doorgehakt over de noodzakelijke wijzigingen die het <strong>NIP</strong> zou moeten<br />

doorvoeren om het professionele imago van de psycholoog uit te kunnen dragen. Baneke: 'Het heeft<br />

behoorlijk veel moeite gekost om de neuzen ten aanzien van de modernisering dezelfde kant op te<br />

krijgen. In <strong>2005</strong> is dat ons gelukt. We hebben helderheid gekregen waar het <strong>NIP</strong> voor gaat. In juni<br />

vorig jaar bijvoorbeeld is de missie van het <strong>NIP</strong> geformuleerd en vastgelegd.'<br />

Missie <strong>NIP</strong><br />

Het <strong>NIP</strong> bevordert de wetenschappelijk gefundeerde professionele beoefening van de psychologie<br />

en behartigt de belangen van de aangesloten leden. Het doet dit zodanig dat het daarbij een bijdrage<br />

levert aan het welzijn van de mensen en de samenleving.<br />

In navolging van deze missie draagt de beroepsvereniging vier uitgangspunten hoog in het vaandel.<br />

• Collectieve (politieke) belangenbehartiging voor de leden en de beroepsgroep, onder<br />

andere door zich strategisch te positioneren en onderhandelingen te voeren<br />

• Bevordering en verbetering van de kwaliteit van de psychologie, het geven van een<br />

'vakmatig' gezicht aan de aangesloten leden<br />

• Individuele dienstverlening waar de leden van profiteren<br />

• Maatschappelijke verantwoordelijkheid en relevantie bij het uitvoeren van de eerste drie<br />

onderdelen<br />

Dit 'klaverblad' is het uitgangspunt voor de beleidsvorming de komende jaren.<br />

Baneke: 'Ik ben er als directeur het meest trots op dat er consensus is bereikt. Want dit betekent dat<br />

we vooruit kunnen en niet meer hoeven te navelstaren. Er kan meer aandacht worden geschonken<br />

aan het naar buiten treden, nu de interne hobbels zijn genomen.'<br />

In december vorig jaar werden door de Algemene Ledenvergadering, de ALV, de nieuwe statuten<br />

bekrachtigd. De vereniging werkt voortaan volgens het subsidiariteitprincipe. Baneke: 'Dit houdt in<br />

dat er minder schijven zijn waar alles doorheen moet, zodat de vier sectoren slagvaardiger kunnen<br />

optreden. De sectoren worden ondersteund door een geprofessionaliseerd bureau, dat<br />

bevoegdheden krijgt om sneller te kunnen optreden. Dus wat laag in de organisatie van het <strong>NIP</strong> kan<br />

worden afgehandeld, moet daar ook worden afgehandeld.'<br />

Het uitgangspunt is dat het Algemeen Bestuur zich niet bezighoudt met problemen die beter door de<br />

afzonderlijke secties of de sector kunnen worden opgelost. Het bestuur treedt alleen op als de<br />

doelstellingen van het gemeenschappelijke beleid niet voldoende op sectie- of sectorniveau, of beter<br />

op het hoogste niveau kunnen worden bereikt.<br />

Eveneens zijn in de statuten, die in <strong>2005</strong> zijn geaccordeerd, en het Huishoudelijk Reglement, dat in<br />

2006 van kracht zal worden, de bevoegdheden van het bureau, de sectoren en het Algemeen<br />

Bestuur vastgelegd. Hierdoor kan men slagvaardiger optreden en is er ruimte om<br />

verantwoordelijkheid te nemen.<br />

Verenigingsdemocratie<br />

'De verenigingsdemocratie is in <strong>2005</strong> officieel hersteld,' meent Baneke, 'want met het instellen van<br />

de Ledenraad is het niet meer zo dat twaalfduizend leden worden vertegenwoordigd door mensen<br />

die "toevallig" op de Algemene Ledenvergadering aanwezig zijn. De leden kiezen zelf, vanuit de<br />

sector waar ze lid van zijn, hun afgevaardigden uit het sectorbestuur.'


De Ledenraad is het hoogste orgaan van de vereniging en bestaat uit vertegenwoordigers van de<br />

sectorbesturen aangevuld met twee afgevaardigden voor de psychologiestudenten. De Ledenraad<br />

stelt het <strong>NIP</strong>-beleid vast, stelt de begroting en jaarrekening/contributie vast en benoemt het<br />

Algemeen Bestuur, inclusief de <strong>NIP</strong>-voorzitter.<br />

1.1 Wat betekent de modernisering voor u als <strong>NIP</strong>-lid?<br />

De modernisering was de afgelopen tijd natuurlijk vooral een bestuurlijke aangelegenheid, waarvan<br />

de 'ins & outs' eigenlijk alleen voor de kaderleden interessant zijn. Volgens Rein Baneke, directeur<br />

van het <strong>NIP</strong>, hoeft niet ieder lid precies te weten wat er bijvoorbeeld statutair veranderd is: 'Ik ben<br />

het meest blij als onze leden op hartstochtelijke wijze voor hun vak gaan. Dat een aantal van deze<br />

psychologen meewerkt aan het vormgeven van een professionele vereniging stemt mij tevreden. Het<br />

rekruteren van nieuwe bestuursleden die voor het behalen van praktische resultaten gaan, is de<br />

komende jaren een belangrijke taak voor ons.'<br />

De beleidsuitgangspunten van de beroepsvereniging voor de komende jaren zijn:<br />

• collectieve (politieke) belangenbehartiging voor de leden; onder andere door zich<br />

strategisch te positioneren en onderhandelingen te voeren<br />

• bevordering en verbetering van de kwaliteit van de psychologie; het geven van een<br />

'vakmatig' gezicht aan de aangesloten leden<br />

• individuele dienstverlening aan de leden; zoals verzekeringen, rechtsbijstand, advies bij<br />

ethische vraagstukken<br />

• maatschappelijke verantwoordelijkheid en relevantie bij het uitvoeren van de drie eerste<br />

onderdelen.<br />

Belangenbehartiging<br />

Het <strong>NIP</strong> legt zich al jaren toe op de collectieve en individuele belangenbehartiging. In <strong>2005</strong> werd<br />

vastgelegd dat het één van de uitgangspunten van onze beroepsvereniging is. Wat is het doel de<br />

komende jaren?<br />

Baneke: 'Een belangrijk onderdeel van de behartiging van de belangen van onze leden zijn de caoonderhandelingen.<br />

Daarbij wordt meestal gefocust op de salarisverhogingen. Maar de positionering<br />

van de psycholoog ten opzichte van de werkgever en collega's, ik noem managers en bijvoorbeeld<br />

psychiaters, blijft bij de onderhandelingen soms onderbelicht. De positie van de psycholoog binnen<br />

een team als professionele zelfstandige moet worden benadrukt door goede functiebeschrijvingen<br />

en de adequate waardering hiervan. Dat is wellicht nog wel belangrijker dan een extra procent<br />

salarisverhoging.'<br />

Kwaliteit<br />

De tweejarige master van de studie psychologie blijft een belangrijk streven. In <strong>2005</strong> werden door<br />

het <strong>NIP</strong> gesprekken gevoerd met de staatssecretaris van Onderwijs, Rutte. De politiek raakt er<br />

steeds meer van overtuigd dat een verlenging van de masteropleiding gewenst en zelfs noodzakelijk<br />

is. Zeker gezien de eis van een tweejarige master bij de inrichting van het Europees Diploma door<br />

de EFPA, de European Federation of Psychologists' Associations.<br />

Baneke: 'Het <strong>NIP</strong> heeft de druk vorig jaar opgevoerd en we lijken de politiek mee te krijgen. De<br />

bekostiging van de verlenging van de masteropleiding is echter het struikelpunt. In het<br />

verkiezingsjaar 2007 moet het <strong>NIP</strong> de kansen aangrijpen om de minister van Financiën ook mee te<br />

krijgen.'<br />

Dienstverlening<br />

Het <strong>NIP</strong> heeft vorig jaar een collectieve verzekering en een aansprakelijkheidsverzekering<br />

afgesloten. 'In het kader van de profilering van de psycholoog als professional is dit zeer belangrijk<br />

geweest', meent Baneke. 'Het getuigt, zeker in het contact met bijvoorbeeld zorgverzekeraars, van<br />

professionaliteit als je zulke verzekeringen hebt.'<br />

Het <strong>NIP</strong> heeft in samenwerking met AON Verzekeringen, een wereldwijd opererende<br />

assurantiemakelaar, voor de leden een aansprakelijkheidsverzekering ontwikkeld, de <strong>NIP</strong><br />

Beroepsaansprakelijkheidsverzekering. Baneke: 'De kosten van beroepsfouten kunnen de<br />

continuïteit van een onderneming in gevaar brengen. De beroepsaansprakelijkheidsverzekering dekt<br />

de kosten van schade als gevolg van beroepsfouten.'<br />

Via Ohra biedt het <strong>NIP</strong> een zorgverzekering met acht procent korting aan. Het gaat om een<br />

collectieve verzekering, waarbij ook familieleden kunnen profiteren van de aanbieding.


Maatschappelijke verantwoordelijkheid<br />

'De modernisering heeft natuurlijk als belangrijke doelstelling gehad om niet alleen intern op<br />

bestuurs- en beleidsgebied een helder een eenduidig standpunt in te nemen', zegt Baneke. 'Het gaat<br />

ook om de manier waarop het <strong>NIP</strong> naar buiten treedt. Er wordt financieel ruimte gemaakt voor<br />

lobbyen ter faveure van de beroepsgroep. We richten meer de blik naar buiten toe. We moeten een<br />

krachtige speler in het veld worden en laten weten waar het <strong>NIP</strong> voor staat. In de politiek, bij<br />

collega's in de ggz, bij zorgverzekeraars, werkgevers en cliënten. Hierbij zijn contacten met de<br />

media natuurlijk onmisbaar. Externe profilering en transparantie krijgen nadrukkelijk de prioriteit de<br />

komende tijd. En dat is in <strong>2005</strong> besloten.'


2. Bestuurszaken<br />

De activiteiten van het Hoofdbestuur van het <strong>NIP</strong> waren in <strong>2005</strong> vooral gericht op veranderingen in<br />

de vereniging zelf. Vanaf april <strong>2005</strong> werden besluiten genomen over drie belangrijke onderwerpen:<br />

• de nieuwe <strong>NIP</strong>-verenigingsstructuur en de weerslag daarvan op de statuten<br />

• de professionalisering van het <strong>NIP</strong>-bureau<br />

• de invoering van een beleidscyclus.<br />

Bestuur <strong>NIP</strong> <strong>2005</strong><br />

Hoofdbestuur<br />

dhr. prof.dr. H.G. Schmidt, voorzitter<br />

dhr. prof.dr. J.M. Pieters, vice-voorzitter<br />

dhr. prof.dr. H.T. van der Molen, past president<br />

dhr. dr. F.A. Albersnagel, secretaris<br />

dhr. dr. J.H. Kamphuis, penningmeester<br />

dhr. drs. M.A. van Bronswijk, sector Arbeid & Organisatie<br />

mw. drs. M.E.Th.A. Cloïn-Brouwers, sector Gezondheidszorg<br />

mw. dr. A.M.L. Collot d'Escury-Koenigs, sector Jeugd<br />

dhr. drs. C.J. Koene, Raad van Advies in Beroepsethische Zaken<br />

dhr. drs. J. van der Pol, sector Gezondheidszorg<br />

dhr. drs. H. Schutz, sector Gezondheidszorg<br />

dhr. drs. J.M.H.P. Timmermans, Intersector<br />

Algemeen Bestuur<br />

(n.a.v. besluitvorming ALV 16 december <strong>2005</strong>; geëffectueerd per 1 januari 2006)<br />

dhr. prof.dr. J.M. Pieters, voorzitter<br />

dhr. prof.dr. H.T. van der Molen, past president<br />

dhr. dr. F.A. Albersnagel, secretaris<br />

dhr. dr. J.H. Kamphuis, penningmeester<br />

mw. drs. M.E.Th.A. Cloïn-Brouwers<br />

mw. dr. A.M.L. Collot d'Escury-Koenigs<br />

dhr. drs. E. Hummelen<br />

dhr. drs. C.J. Koene<br />

dhr. drs. J. van der Pol<br />

dhr. drs. H. Schutz<br />

dhr. drs. J.M.H.P. Timmermans<br />

De nieuwe statuten werden in straf tempo behandeld, allereerst door het Hoofdbestuur. De<br />

conceptstatuten zijn vervolgens op een extra kaderdag in augustus voorgelegd aan de diverse<br />

bestuursleden van het <strong>NIP</strong>. In september werd de definitieve vorm vastgesteld. Na publicatie in De<br />

Psycholoog konden de leden in december kennisnemen van de statuten.<br />

Dicht bij de leden<br />

In de statuten is het zogenaamde subsidiariteitsprincipe vastgelegd. Binnen de vereniging zullen<br />

zaken op een zo laag mogelijk niveau worden besloten. Dus zo dicht mogelijk bij de leden. Alleen als<br />

er sprake is van sectie- dan wel sectoroverstijgende belangen worden zaken op een hoger niveau<br />

behandeld. Een grote verandering ten opzichte van de oude statuten is het vervangen van de<br />

Algemene Ledenvergadering door een Ledenraad. De Algemene Ledenvergadering stemde op 16<br />

december in met het voorstel tot statutenwijziging.<br />

Het Hoofdbestuur gaf aan dat de professionalisering van het bureau mede moest resulteren in een<br />

grotere invloed van de sectoren op de gang van zaken binnen het bureau. In de toekomst wordt het<br />

mogelijk een eigen sectorbureau op te richten als onderdeel van het totale bureau. Ook zullen de<br />

sectorsecretarissen deel gaan uitmaken van het managementteam. Het Hoofdbestuur heeft tevens<br />

gezocht naar mogelijkheden om de efficiency te vergroten.<br />

Het Dagelijks Bestuur, de formele werkgever van het bureau, heeft een adviesaanvrage over de<br />

nieuwe bureaustructuur voorgelegd aan de personeelsvertegenwoordiging (PVT). De PVT<br />

adviseerde hierover begin 2006. De invoering van de nieuwe bureaustructuur zal in 2006<br />

plaatsvinden.<br />

Aan de vormgeving van de zogenaamde 'planning & control'-structuur is in <strong>2005</strong> door de<br />

verschillende besturen veel tijd besteed. 'Geld volgt beleid' is daarbij het uitgangspunt. De uitwerking


van deze structuur kwam te laat op gang om in 2006 al te worden toegepast. De uitgangspunten<br />

werden in <strong>2005</strong> wel vastgesteld, maar zullen pas in 2007 hun vruchten gaan afwerpen. In het jaar<br />

2006 heeft het bestuur zichzelf een strak schema opgelegd om te komen tot beleidsplannen voor<br />

2007.<br />

Afscheid<br />

In <strong>2005</strong> december vergaderden het Dagelijks Bestuur en het Hoofdbestuur van het <strong>NIP</strong> voor het<br />

laatst. De nieuwe statuten kennen enkel een Algemeen Bestuur. Op de laatste vergadering van het<br />

Dagelijks Bestuur nam voorzitter prof.dr. Henk Schmidt afscheid van het <strong>NIP</strong>. In 2006 zal nog<br />

worden teruggekomen op de periode waarin Schmidt het <strong>NIP</strong> leidde en op zijn verdiensten voor de<br />

vereniging.<br />

Het Hoofdbestuur behandelde in <strong>2005</strong> nog meer belangrijke zaken. Samen met een<br />

vertegenwoordiging van de opleidingsdirecteuren Psychologie van de tien faculteiten werd bij<br />

staatssecretaris Rutte gepleit voor de tweejarige algemene master in de psychologie. Deze pogingen<br />

krijgen in 2006 zeker nog een vervolg.<br />

Tegen een hbo psychologie<br />

Met de hbo-instellingen werd in <strong>2005</strong> overlegd over opleidingen in de psychologie. Het <strong>NIP</strong> is tegen<br />

hbo-opleidingen die suggereren dat zij gediplomeerde psychologen afleveren. Over andere<br />

benamingen valt te overleggen. Het <strong>NIP</strong> stelt de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van<br />

deze zienswijze op de hoogte.<br />

Het bestuur gaf de kwaliteit van het testgebruik verder vorm door het instellen van een speciale<br />

website. Voor gebruikers van tests en voor het publiek is hier veel informatie te vinden die<br />

richtinggevend is voor het testgebruik. In een later stadium zullen ook de testbeoordelingen van de<br />

Commissie Testaangelegenheden Nederland van het <strong>NIP</strong> (Cotan) op de site verschijnen.<br />

Met behulp van Walvis Consulting is in <strong>2005</strong> gestart met de opzet van een accreditatiesysteem. Dit<br />

systeem moet het hele veld van de bij- en nascholing in de psychologie gaan omvatten. Zo ontstaat<br />

voor aanbieders van bij- en nascholing en voor cursisten een goed toegankelijk accreditatiesysteem.<br />

Het is de bedoeling via overleg met andere beroepsgroepen te bekijken of een alomvattend<br />

accreditatiesysteem voor de gedragswetenschappen mogelijk is.


3. Bureau<br />

Op verzoek van het Dagelijks Bestuur van het <strong>NIP</strong> is in februari <strong>2005</strong> door Upstream Consulting een<br />

advies uitgebracht over een andere bureauopzet. Het Hoofdbestuur meende dat in het uitgebrachte<br />

advies de positie van de sectoren binnen de bureauorganisatie niet duidelijk genoeg was uitgewerkt.<br />

Tevens wilde het bestuur bekijken of het mogelijk was de efficiency te vergroten bij de verschillende<br />

afdelingen van het bureau. Hierover is extern bedrijfseconomisch advies ingewonnen. In het najaar<br />

<strong>2005</strong> stelde het Dagelijks Bestuur een voorgenomen besluit op, in overleg met de directeursecretaris.<br />

De personeelsvertegenwoordiging (PVT) is gevraagd hierover advies uit te brengen,<br />

maar kon nog niet voor 31 december reageren.<br />

Personele zaken<br />

Begin <strong>2005</strong> verliet Meta Loman, stafmedewerker Kwaliteit, het bureau na een dienstverband van<br />

zestien jaar. Haar functie is in verband met de ontwikkelingen rondom de nieuwe bureauopzet<br />

voorlopig niet ingevuld. Marian Kraai, hoofd van de afdeling Registraties, nam in het voorjaar<br />

ontslag. Ook deze positie is voorlopig niet ingevuld. Dit heeft een flinke wissel getrokken op de<br />

activiteiten op het gebied van kwaliteit binnen het bureau. In de beleidsplanning voor 2007 zal<br />

kwaliteit weer ruimschoots aan bod komen.<br />

In november <strong>2005</strong> werd met een symposium over beroepethiek aandacht geschonken aan het<br />

vertrek van Joke Bravenboer, stafjurist voor beroepsethische zaken. Zestien jaar was zij een zeer<br />

betrokken medewerker op dit gebied. De totstandkoming van de nieuwe Beroepscode 1998 was een<br />

belangrijke mijlpaal in haar carrière bij het <strong>NIP</strong>.<br />

De plannen van het bestuur om de herstructurering van de vereniging ook tot uitdrukking te laten<br />

komen in een andere opzet en werkwijze van het bureau heeft in <strong>2005</strong> voor de nodige onrust<br />

gezorgd. Gedurende dat jaar heeft het bestuur, naast de directie, diverse malen toelichting op de<br />

plannen gegeven aan de medewerkers. Daarnaast is in juni <strong>2005</strong> tussen de<br />

personeelsvertegenwoordiging en het Dagelijks Bestuur een sociaal plan overeengekomen. In 2006<br />

zal het plan tot herinrichting van het bureau zijn beslag krijgen.<br />

NDC en Stichting Training en Scholing<br />

Eind 2004 heeft het verenigingsbestuur besloten de testontwikkelingsactiviteiten van het <strong>NIP</strong><br />

Dienstencentrum BV (NDC) af te bouwen. Deze activiteiten zijn voor een vereniging te risicovol.<br />

Door testontwikkelaar Jeroen de Wit werd met succes de bewerking van de DAT afgerond. Deze test<br />

kwam aan het eind van het jaar op de markt via Harcourt Test Services.<br />

De opleidingsactiviteiten van het NDC, waaronder de succesvolle mediation-opleidingen, zijn<br />

halverwege <strong>2005</strong> overgedragen aan de nieuwe Stichting Training en Scholing <strong>NIP</strong>. Deze stichting,<br />

waarvan het bestuur door het <strong>NIP</strong> wordt benoemd, heeft een goede start kunnen maken. De<br />

stichting gaat training en scholing verzorgen speciaal toegesneden op psychologen.<br />

Voor de verzekeringsportefeuille werd door het NDC met AON Group Programs samengewerkt.<br />

Deze samenwerking op het gebied van ziektekosten, arbeidsongeschiktheid,<br />

beroepsaansprakelijkheid en een autoverzekering is overgedragen aan het <strong>NIP</strong> zelf.<br />

De afwikkeling van de arbeidscontracten bij het NDC heeft in <strong>2005</strong> gezorgd voor een (voorlopig)<br />

negatief saldo. Hier staat nog een afrekening met Harcourt tegenover, die later gerealiseerd zal<br />

worden.


4. Service<br />

Het bureau van het <strong>NIP</strong> is de operationele en professionele spil van de vereniging. Bij het bureau<br />

komen jaarlijks de meest uiteenlopende vragen binnen. De professionals van het <strong>NIP</strong>-bureau<br />

bedienen in de eerste plaats de leden en bestuursleden van de vereniging.<br />

Leden benaderen het <strong>NIP</strong> voor informatie, maar ook voor een advies op maat, bijvoorbeeld over<br />

salarisonderhandelingen, postmasteropleidingen en -cursussen, zelfstandige vestiging,<br />

beroepsethische kwesties, of consultatie van een deskundige collega. Het bureau biedt kaderleden<br />

advies en ondersteuning bij de profilering van de psycholoog in een bepaald werkveld,<br />

beleidsontwikkeling, belangenbehartiging, contacten met de media, het organiseren van studiedagen<br />

en congressen, het uitvoeren van een registratieregeling of het versturen van een mailing.<br />

Daarnaast behandelt het verenigingsbureau vragen van cliënten, andere beroeps- en<br />

belangenverenigingen, werkgevers, instellingen, maatschappelijke en politieke organisaties en de<br />

pers. Door ook derden van dienst te zijn, zet het bureau de psycholoog bij tal van doelgroepen op de<br />

kaart.<br />

4.1 Communicatie<br />

Het goed informeren van de leden is één van de pijlers van de dienstverlening van het <strong>NIP</strong>. De<br />

website van het <strong>NIP</strong> www.psynip.nl vervult daarin een belangrijke functie. Dagelijks kunnen op de<br />

site nieuwe berichten worden geplaatst. Zo is de trouwe websitebezoeker altijd op de hoogte.<br />

Eind <strong>2005</strong> was de stand van bezoekers op de homepage van het <strong>NIP</strong> 166.180. Dat is een stijging<br />

van 28% ten opzichte van 2004. Het meest populair is de pagina met annonces. Het aantal<br />

bezoekers van deze pagina nadert de vierhonderd per dag.<br />

E-nieuwsbrief<br />

Ook de secties van het <strong>NIP</strong> gaan steeds meer over op digitale communicatie. Zij hebben reeds een<br />

eigen pagina op de <strong>NIP</strong>-website, maar kunnen nu ook de leden bedienen met een digitale<br />

nieuwsbrief. Secties kunnen deze e-nieuwsbrief op een eenvoudige manier zelf opstellen en<br />

verzenden. Een uitgebreide handleiding, ondersteuning vanuit het bureau en een online helpdesk<br />

maken dit werk nog gemakkelijker.<br />

De Psycholoog<br />

De redactie van De Psycholoog kijkt terug op een goedgevulde en gevarieerde veertigste jaargang<br />

van het maandblad. Het jaar <strong>2005</strong> werd geopend met een themanummer over het onbewuste, een<br />

actueel onderwerp in de psychologie dat een hedendaagse, niet-Freudiaanse invulling heeft<br />

gekregen. Een bijdrage over nieuwetijdskinderen in het meinummer vond ook weerklank elders in de<br />

pers.<br />

Op het vlak van de beroepsuitoefening leidde een artikel over de dynamische-theoriegestuurde<br />

profielinterpretatie tot een aantal relevante discussiebijdragen. Daaruit kwam naar voren dat de<br />

klinische blik en evidence-based-benaderingen nog steeds moeilijk met elkaar te verenigen zijn. Tot<br />

slot bleek het artikel over verantwoordelijkheden van psychologen in opleiding een belangrijke<br />

lacune op te vullen in de dagelijkse praktijk van veel instellingen. Goede kopij vanuit de sociale<br />

psychologie en vanuit de arbeids- en organisatiepsychologie ontbrak helaas in deze jaargang. De<br />

redactie gaat zich extra inspannen om dit in 2006 wel te realiseren.<br />

Ondersteuning bij externe PR<br />

De afdeling Voorlichting & PR heeft diverse <strong>NIP</strong>-groepen ondersteund bij hun externe contacten. Dat<br />

gebeurde onder andere in de vorm van het schrijven van of adviseren over strategische teksten,<br />

opiniestukken voor kranten en persberichten. Het ging om uiteenlopende onderwerpen, zoals<br />

oorlogstrauma's (persbericht), btw-vrijstelling voor psychologische diensten, mediation bij<br />

echtscheiding, indicatiestelling in het onderwijs (lobbyteksten), het <strong>NIP</strong>-Crisis Interventie Team<br />

(folder) en verstandelijk gehandicapten (opiniestuk).<br />

Kenmerk van kwaliteit<br />

Veel <strong>NIP</strong>-leden willen zichtbaar kunnen maken dat zij zijn aangesloten bij het <strong>NIP</strong>. De leden die het<br />

dienstmerk PSYCHOLOOG <strong>NIP</strong> mogen voeren, kunnen sinds <strong>2005</strong> het dienstmerk in een speciale<br />

schrijfwijze downloaden van de <strong>NIP</strong>-site en dit achter hun naam plaatsen.


Voorbeeld gebruik dienstmerk:<br />

Signalen opgepakt<br />

De afdeling Voorlichting & PR beantwoordde afgelopen jaar gemiddeld 45 vragen per dag, waarvan<br />

ongeveer vijfentwintig e-mails. In <strong>2005</strong> gingen opmerkelijk veel vragen van leden over het nieuwe<br />

zorgstelsel en de vergoeding van psychologische hulp, over werkgelegenheid en<br />

postmasteropleidingen en over zelfstandige vestiging.<br />

Vanwege de belangstelling van leden voor zelfstandige vestiging zal de dienstverlening op dit vlak in<br />

2006 worden uitgebouwd. Eind <strong>2005</strong> is een projectgroep ingesteld om de diverse producten van<br />

psychologen onder de aandacht van de zorgverzekeraars te brengen. Doel is zoveel mogelijk<br />

gekwalificeerde psychologen voor vergoeding van psychologische hulp in aanmerking te laten<br />

komen. Dit geldt voor de eerstelijnspsychologische hulp in de basisverzekering 2007 en de overige<br />

psychologische diensten in de aanvullende verzekering.<br />

De voorlichting aan studenten over postmastermogelijkheden wordt voortaan niet door de studenten<br />

zelf maar vanuit het bureau verzorgd. Op die manier kan een constante kwaliteit van de voorlichting<br />

worden gewaarborgd. De laatste ontwikkelingen zullen steeds in de presentaties worden verwerkt.<br />

Op de <strong>NIP</strong>-site is bovendien een dossier over postmasteropleidingen geplaatst.<br />

Ook het overige informatiemateriaal wordt geregeld aangepast aan de laatste ontwikkelingen. Een<br />

voorbeeld is de folder Het psychologisch onderzoek. Deze is in <strong>2005</strong> bijgesteld. De folder bevat nu<br />

meer informatie over hoe het psychologisch onderzoek in zijn werk gaat en hoe het op een<br />

verantwoorde manier wordt uitgevoerd.<br />

4.2 Belangenbehartiging<br />

Het <strong>NIP</strong> wil de leden van dienst zijn op het vlak van collectieve belangenbehartiging en individuele<br />

advisering. De meeste individuele vragen gaan over functiewaardering, het freelancecontract of de<br />

arbeidsovereenkomst en over inschaling bij salarisonderhandelingen. Omdat er steeds meer vragen<br />

worden gesteld over het voeren van een eigen praktijk, is het Hoofdbestuur geadviseerd de formatie<br />

hiervoor uit te breiden. Dit zal in 2006 worden gerealiseerd. Voor cliënten van zelfstandig gevestigde<br />

psychologen is de vergoeding van psychologische hulp door de zorgverzekeraar van groot belang.<br />

In <strong>2005</strong> zijn de voorbereidingen getroffen voor een project dat in 2006 van start gaat.<br />

Op de website van het <strong>NIP</strong> worden de leden geregeld geïnformeerd over de lopende caoonderhandelingen.<br />

De vereniging behartigt de collectieve belangen van de leden door bijvoorbeeld<br />

op te treden als partij bij cao's in de zorg, de jeugdzorg en het wetenschappelijk onderwijs en<br />

onderzoek. Het <strong>NIP</strong> is aangesloten bij de Federatie van Beroepsorganisaties in de Zorg (FBZ). De<br />

FBZ onderhandelt, mede namens het <strong>NIP</strong>, over deze cao's en over sociale plannen bij<br />

reorganisaties.<br />

Functiewaardering<br />

Zowel het functiewaarderingssysteem voor de zorg (FWG 3.0) als dat voor de universitaire medische<br />

centra (Fuwavaz) is in <strong>2005</strong> geëvalueerd. Deze evaluatie en de daaropvolgende voorgestelde<br />

wijzigingen van het systeem voor de eigen beroepsgroep is kritisch gevolgd. Het <strong>NIP</strong> heeft<br />

geprobeerd invloed uit te oefenen op de beschrijving van de nieuwe ijkfuncties en kaderteksten. Bij<br />

de FWG 3.0 is deze herijking nog niet afgerond. Bij de Fuwavaz heeft het <strong>NIP</strong> succes geboekt. Er is


inmiddels een nieuwe ijkfunctie voor de gezondheidszorgpsycholoog gekomen die één schaal hoger<br />

uitvalt dan voorheen.<br />

4.3 Werk voor psychologen<br />

Op de ranglijst van ziekteverzuim en wao-instroom staat verzuim om psychische redenen sinds<br />

enige jaren op nummer één. Toch worden psychologen niet optimaal ingezet bij de behandeling en<br />

begeleiding van werknemers met psychische klachten. Mogelijke redenen zijn dat slechts weinig<br />

psychologen bij de behandeling expliciet rekening houden met het werk van hun cliënten. Daarnaast<br />

is het bedrijfsartsen, werkgevers, cliënten en zorgverzekeraars op dit moment niet voldoende<br />

duidelijk welke psychologen arbeidsgerelateerde problematiek op een werkgerichte wijze<br />

behandelen.<br />

Op initiatief van het <strong>NIP</strong> en de LVE, de Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen, is in <strong>2005</strong><br />

het project Werk voor psychologen gestart. Doel van het project is psychologen te stimuleren de<br />

factor arbeid vaker te betrekken in de behandeling en begeleiding van cliënten. Ook moet het project<br />

anderen meer inzicht geven in de kennis en kunde van psychologen op dit terrein. In <strong>2005</strong> zijn<br />

binnen het project de volgende producten ontwikkeld.<br />

• Werk en psychische klachten: richtlijn voor psychologen<br />

Deze richtlijn is een hulpmiddel voor psychologen voor een werkgerichte benadering. De<br />

richtlijn is op 24 januari 2006 op een introductieconferentie gepresenteerd aan de<br />

beroepsgroep en aan vertegenwoordigers van de werknemers- en werkgeversorganisaties.<br />

De richtlijn en bijbehorende toelichting zijn bij het <strong>NIP</strong> en de LVE te bestellen of te<br />

downloaden.<br />

• Werk en psychische klachten: praktijkvoorbeelden als illustratie van werken volgens de<br />

richtlijn<br />

Deze brochure is onder een groot aantal <strong>NIP</strong>-leden verspreid. De publicatie zal ook<br />

gebruikt worden om de maatschappelijke partners te informeren over de nieuwe richtlijn.<br />

• Curriculum<br />

De richtlijn gaat ook deel uitmaken van de scholing en training van psychologen. De<br />

Stichting Training en Scholing <strong>NIP</strong> biedt samen met de sector Arbeid & Organisatie<br />

cursussen aan rondom dit onderwerp.<br />

Voor dit project zijn diversie subsidies verworven. Stichting Instituut Gak (SIG) stelde geld<br />

beschikbaar voor het ontwikkelen van de richtlijn. De Nederlandse Stichting voor Psychotechniek<br />

(NSvP) bekostigde de ontwikkeling van het curriculum, en het ministerie van Sociale Zaken en<br />

Werkgelegenheid ondersteunde het uitbrengen van de nieuwsbrieven en de brochure met<br />

praktijkvoorbeelden. Binnen het project is samengewerkt met de Commissie het Werkend<br />

Perspectief.<br />

4.4 Testvoorlichting<br />

De markt rondom psychologisch testgebruik is al enkele jaren volop in beweging. De dominante<br />

positie van psychologen is niet langer vanzelfsprekend. Daarom is besloten tot het ontwikkelen van<br />

een nieuwe website op het gebied van tests en testgebruik. Doel van de website is het ondersteunen<br />

van <strong>NIP</strong>-leden bij testgebruik en het informeren van het publiek en opdrachtgevers over dit<br />

onderwerp.<br />

De testwebsite<br />

In juni <strong>2005</strong> is onder de naam Testzaken een eerste versie van deze website voor gebruikers<br />

toegankelijk geworden. In 2006 wordt een redactie ingesteld met daarin onder andere<br />

vertegenwoordigers van de Commissie Testaangelegenheden Nederland van het <strong>NIP</strong> (Cotan) en de<br />

sectoren. Deze redactie zal de website Testzaken verder gaan vormgeven.<br />

De eerste grote uitbreiding van de website wordt een digitale versie van de Documentatie van tests<br />

en testresearch. In 2006 worden de welbekende naslagwerken over psychologische tests vervangen<br />

door een via de website te raadplegen database. Vanaf elke werkplek kan dan snel actuele<br />

informatie over psychologische instrumenten worden opgezocht.<br />

4.5 Ethiek<br />

De vraag van leden naar beroepsethisch advies is onveranderd groot gebleven. Er is vooral een<br />

grote toestroom van per e-mail gestelde vragen. Om vragen in de toekomst sneller af te kunnen<br />

handelen, is het afgelopen jaar op de pagina Beroepsethiek van de <strong>NIP</strong>-website een begin gemaakt<br />

met de rubriek Veel gestelde vragen. Bij de beantwoording van vragen zal zoveel mogelijk naar deze<br />

rubriek worden verwezen.


Momenteel zijn op de website de antwoorden te lezen op allerhande vragen over het dossier. Een<br />

onderwerp dat zeker ook aan de orde zal komen, is de behandeling van minderjarigen en de positie<br />

van ouders met en zonder gezag. Een ander nog steeds actueel onderwerp is het beroepsgeheim.<br />

Dit onderwerp komt geregeld ter sprake in relatie tot jeugdzorg, AMK (Advies- en Meldpunt<br />

Kindermishandeling), politie en justitie.<br />

In de spreekuren beroepsethiek en belangenbehartiging blijkt dat de zelfstandige professionele rol<br />

van de psycholoog nog steeds onder druk staat. Dit speelt vooral in de gezondheidszorg, de<br />

jeugdzorg en het (speciaal) onderwijs. Vanuit beide invalshoeken proberen de medewerkers de<br />

leden zoveel mogelijk voorlichting en ondersteuning te bieden.<br />

College van Toezicht<br />

Bij het onafhankelijke College van Toezicht kan men een klacht indienen als men meent dat een<br />

<strong>NIP</strong>-lid niet volgens de Beroepscode van het <strong>NIP</strong> heeft gehandeld. In <strong>2005</strong> kwamen er 58 zaken<br />

binnen, waarvan enkele van meer klagers en enkele tegen twee psychologen. Om deze zaken af te<br />

ronden zijn daarom 64 uitspraken nodig. In <strong>2005</strong> zijn 54 zaken afgehandeld. Drie zaken zijn<br />

afgerond met een intrekking. De overige 51 zaken zijn mondeling dan wel schriftelijk behandeld.<br />

Een terugblik<br />

jaar klachten in behandeling klachten afgehandeld<br />

<strong>2005</strong> 64 (tegen 62 psychologen) 54 (51 uitspraken, 3 intrekkingen)<br />

2004 43 (van 39 klagers) 47 (39 uitspraken, 8 maal intrekking of<br />

sluiting)<br />

2003 69 60 (49 uitspraken, 10 intrekkingen en 1<br />

gestaakt)<br />

Helaas heeft het College van Toezicht in <strong>2005</strong> een zeer gewaardeerde collega verloren, Pim<br />

Wippoo, die in oktober overleed. In <strong>2005</strong> nam Caty Asscher-Sonius afscheid van het College van<br />

Toezicht en trad Karin Singendonk toe.


5. Ledengegevens<br />

Ledengegevens <strong>2005</strong><br />

Totaal ledental<br />

Leden per 1-1-<strong>2005</strong> 11384<br />

Opzeggingen per 31-12-<strong>2005</strong> 643<br />

Opzeggingen in de loop van het jaar 149<br />

Nieuwe leden in <strong>2005</strong> 1294<br />

Ledental per 1-1-2006<br />

incl. opzeggingen per 1-1-2006<br />

11659<br />

Ledenwinstsaldo <strong>2005</strong> 275<br />

Ledenwinstsaldo 2004 102<br />

Ledenwinstsaldo 2003<br />

Opzeggingen per sector <strong>2005</strong><br />

577<br />

Sector Arbeid & Organisatie 137<br />

Sector Gezondheidszorg 273<br />

Sector Jeugd 108<br />

Intersector<br />

inclusief studentleden die 'gewoon lid' worden<br />

274<br />

Totaal opzeggingen<br />

Nieuwe leden per sector <strong>2005</strong><br />

792<br />

Sector Arbeid & Organisatie 146<br />

Sector Gezondheidszorg 393<br />

Sector Jeugd 191<br />

Intersector 564<br />

Totaal nieuwe leden<br />

Enkele bijzondere categorieën leden<br />

1294<br />

Aspirant leden 15<br />

Belangstellende leden 42<br />

Afgestudeerden in opleiding 369<br />

Ledentallen per sector<br />

Ledentallen per sector per 1-1-<strong>2005</strong> 1-1-2006<br />

Sector Arbeid & Organisatie 2072 2036<br />

Sector Gezondheidszorg 5739 5814<br />

Sector Jeugd 1997 2046<br />

Intersector<br />

Zelfstandig gevestigden per sector<br />

1841 1875<br />

Sector Arbeid & Organisatie 598<br />

Sector Gezondheidszorg 1801<br />

Sector Jeugd 453<br />

Intersector 130<br />

Totaal<br />

Loondienst per sector<br />

2982<br />

Sector Arbeid & Organisatie 1144<br />

Sector Gezondheidszorg 3660<br />

Sector Jeugd 1400<br />

Intersector 241<br />

Totaal 6445<br />

Combinatie loondienst/zelfstandig gevestigd<br />

Sector Arbeid & Organisatie 88<br />

Sector Gezondheidszorg 518<br />

Sector Jeugd 146<br />

Intersector 24<br />

Totaal 776<br />

Zonder betaald werk (werkzoekend, gepensioneerd; excl. studenten)<br />

Sector Arbeid & Organisatie 181<br />

Sector Gezondheidszorg 498<br />

Sector Jeugd 176<br />

Intersector 94<br />

Totaal 949


Ledental per sectie en werkgroep per 3-1-2006<br />

Binnen de sector Arbeid & Organisatie<br />

Sectie Arbeid & Gezondheid 2053<br />

Sectie Beroepskeuze- en Loopbaanpsychologie 1424<br />

Sectie HRM 1232<br />

Sectie Training & Opleiding 1561<br />

Sectie Management & Organisatie<br />

(voorheen de secties Kwaliteitsmanagement, Management Development<br />

en Organisatie Ontwikkeling Management)<br />

1394<br />

Werkgroep Psychologen in de Sociale Werkvoorziening<br />

Binnen de sector Gezondheidszorg<br />

256<br />

Sectie Geestelijke Gezondheidszorg 4744<br />

Sectie Eerstelijnspsychologen 1695<br />

Sectie Psychologen in de Ouderenzorg 1231<br />

Sectie Psychologen in Algemene Ziekenhuizen 304<br />

Sectie Zorg voor mensen met een verstandelijke handicap 553<br />

Sectie Revalidatie 1144<br />

Sectie Forensische Psychologie 1148<br />

Sectie Neuropsychologie 1800<br />

Werkgroep Psychologen in de Verslavingszorg<br />

Binnen de sector Jeugd<br />

359<br />

Sectie Adolescentie 2116<br />

Sectie Het Jonge Kind 1400<br />

Sectie Forensische Psychologie Jeugd<br />

(voorheen sectie Justitie Jeugd)<br />

901<br />

Sectie Schoolpsychologen<br />

(voorheen secties Basis/Speciaal Onderwijs en Onderwijspsychologie)<br />

2010<br />

Werkgroep Auditief Gehandicapten<br />

Binnen de Intersector<br />

104<br />

Sectie Interculturalisatie 641<br />

Sectie Lichaamsgericht Werkende Psychologen 177<br />

Sectie Mediation 772<br />

Sectie Psychologiedocenten 369<br />

Sectie Psychologiestudenten 1404<br />

Werkgroep Neurofeedback 237<br />

Werkgroep Onderzoekers in de Psychologie 355<br />

Werkgroep Studentenpsychologen<br />

NB leden kunnen lid zijn van meer dan één sectie/werkgroep<br />

79<br />

Verdeling vrouwen/mannen<br />

Vrouwen 8413 = 71%<br />

Mannen 3358 = 29%<br />

Registraties/kwalificaties (per 1-1-2006)<br />

Basisaantekening Psychodiagnostiek <strong>NIP</strong> 3274<br />

Beroepskeuze- en Loopbaanpsycholoog <strong>NIP</strong> 94<br />

Eerstelijnspsycholoog <strong>NIP</strong> 1164<br />

Gezondheidszorgpsycholoog (BIG) 5711<br />

Kinder- en Jeugdpsycholoog <strong>NIP</strong> 1333<br />

Kinder- en Jeugdpsycholoog Specialist <strong>NIP</strong> 412<br />

Klinisch Psycholoog <strong>NIP</strong> 1269<br />

Lichaamsgericht Werkende Psycholoog <strong>NIP</strong> 81<br />

Psycholoog van Arbeid en Gezondheid <strong>NIP</strong> 84<br />

Psycholoog Trainer <strong>NIP</strong> 69<br />

Psychotherapeut (BIG) 2033


6. Sector Arbeid & Organisatie<br />

6.1 Professionalisering en profilering<br />

In het kader van de modernisering maakte de het bestuur van de sector Arbeid & Organisatie<br />

beleidsplannen voor de komende jaren. In de beleidsvergadering van oktober <strong>2005</strong> heeft het<br />

sectorbestuur een aantal beleidsterreinen afgebakend en prioriteiten gesteld.<br />

• Zorgen voor een adequaat scholings- en professionaliseringsaanbod voor leden<br />

• Behartigen van de belangen van de leden<br />

• Organiseren van activiteiten waarbij leden een netwerk kunnen maken en onderhouden<br />

• Onderhouden van goede relaties tussen wetenschap en praktijk<br />

• Aansluiten bij maatschappelijk relevante issues<br />

Beleidsplannen<br />

Binnen het sectorbestuur zijn in <strong>2005</strong> drie beleidsplannen opgesteld. Het eerste plan gaat over de<br />

relatie van A&O-psychologen met anders opgeleiden in het werkveld. De concrete acties voor de<br />

komende tijd zijn: inventariseren wat de A&O-psycholoog aan concurrentie tegenkomt in het<br />

werkveld, formuleren hoe het <strong>NIP</strong> en de sector A&O daarop kunnen reageren en het formuleren van<br />

de unique selling points van de A&O-psycholoog.<br />

Het tweede plan gaat over het opzetten van een postmasteropleiding tot sociaal- en A&Oregisterpsycholoog<br />

en het bevorderen van aansluiting van psychologen die net zijn afgestudeerd op<br />

de praktijk. Het laatste plan gaat over het instrumentarium van de A&O-psycholoog: kwaliteit in de<br />

praktijk. Hierbij draait het om het bevorderen van een gevalideerd instrumentarium voor de A&Opsycholoog.<br />

Zorgverzekering<br />

In november <strong>2005</strong> stuurde het sectorbestuur een alarmbrief aan het toenmalige <strong>NIP</strong>-hoofdbestuur<br />

over de zorgverzekering nieuwe stijl en de eerstelijnspsychologische zorg.<br />

Uit de brief:<br />

'In offertes voor het <strong>NIP</strong> bij het project Vergoedingen in het nieuwe zorgverzekeringsstelsel wordt<br />

melding gemaakt van het volgende <strong>NIP</strong>-standpunt: "Het standpunt van het <strong>NIP</strong> is dat elke<br />

psycholoog werkzaam in de individuele gezondheidszorg een BIG-geregistreerde<br />

gezondheidszorgpsycholoog moet zijn." Het beperken van eerstelijnspsychologische zorg tot de<br />

gezondheidszorgpsycholoog dan wel tot het niveau van de gezondheidszorgpsycholoog gaat voorbij<br />

aan de rol van de A&O-psycholoog in de eerstelijnspsychologische zorg en negeert actuele<br />

maatschappelijke ontwikkelingen. Wij vragen u dringend de positie van de A&O-psychologen op het<br />

vlak van de eerstelijnspsychologische zorg te betrekken in de verdere beleidsvorming van het <strong>NIP</strong>.'<br />

Werk voor psychologen<br />

Verder was de sector het hele jaar door intensief betrokken bij de ontwikkeling van de richtlijn voor<br />

psychologen Werk en psychische klachten.<br />

6.2 Arbeid & Gezondheid<br />

De belangrijkste actiepunten van de sectie Arbeid & Gezondheid in <strong>2005</strong> waren meer bekendheid<br />

geven aan de arbeids- en gezondheidspsychologie op de arbeidsmarkt en bij een breder publiek,<br />

certificering, inter- en supervisie, professionalisering en verdere ontwikkeling van het werkveld van<br />

de arbeids- en organisatiepsychologie, kwaliteitsbewaking en onderlinge informatie-uitwisseling.<br />

De activiteiten van de sectie bestonden uit het organiseren van evenementen, congressen en<br />

symposia. In november organiseerde de sectie Arbeid & Gezondheid het symposium Aandacht<br />

ervaren. 'Hoe blijf ik als psycholoog gezond in mijn werk?' was de centrale vraag die psycholoog en<br />

trainer Noud de Haas stelde in zijn lezing. De Haas gaat hierbij uit van 'mindfulness', een aantal<br />

eenvoudige meditaties om het dagelijks bewustzijn aandacht te geven, thuis en op het werk.<br />

Verder was de sectie betrokken bij de uitvoering van de registratieregeling voor arbeids- en<br />

gezondheidspsychologen.<br />

6.3 Beroepskeuze- en Loopbaanpsychologie<br />

De sectie Beroepskeuze- en Loopbaanpsychologie organiseerde in <strong>2005</strong> twee belangrijke<br />

congressen. Allereerst vond op 17 juni het congres Loopbaanperspectieven voor de oudere<br />

werknemer. Tijd voor een gezonde heroriëntatie? plaats. Het congres dat als thema het potentieel<br />

van ouderen op de werkvloer had, werd voorgezeten drs. Maurits Dinger. Er waren zo'n zeventig


vakgenoten aanwezig. Dinger sprak in zijn lezing over de maatschappelijke context. De<br />

belangstelling voor nieuwe loopbaanperspectieven voor oudere werknemers blijkt de laatste tijd toe<br />

te nemen.<br />

Burn-out<br />

Op 4 november <strong>2005</strong> vond een congres plaats over burn-out en loopbaankeuzes onder<br />

voorzitterschap van Hans Brugman, zelfstandig gevestigd arbeidsdeskundige. Er waren zo`n tachtig<br />

belangstellenden aanwezig. Aan de hand van drie lezingen werd de rol van loopbaanpsychologen bij<br />

preventie, begeleiding en behandeling van burn-outverschijnselen in het werk belicht.<br />

Verder organiseerde de sectie op 18 februari een studiebijeenkomst waarin de jaarvergadering<br />

gecombineerd werd met een lezing en discussie over de betrouwbaarheid van de<br />

assessmentmethode. Er waren zo'n dertig belangstellenden.<br />

Een belangrijke doelstelling van de sectie voor de komende jaren blijft de profilering van de<br />

beroepskeuzepsychologie op de arbeidsmarkt.<br />

Actiepunten van de sectie<br />

• Registratieregeling voor beroepskeuze- en loopbaanpsychologen<br />

• Aandacht voor beroepsethische aspecten specifiek voor de beroepskeuzepsycholoog<br />

• Onderhouden van (inter)nationale contacten met verenigingen, overheid en media<br />

6.4 HRM<br />

De sectie Human Resource Management, HRM, heeft in <strong>2005</strong> getracht de wensen van de leden,<br />

voortkomend uit het ledenonderzoek van eind 2004, te realiseren. Daarin is de sectie grotendeels<br />

geslaagd.<br />

Wensen leden HRM<br />

• Meer regionale ontmoetingen<br />

• Meer profilering van de arbeids- en organisatiepsycholoog<br />

• Meer mogelijkheden tot collegiale ontmoeting en discussie<br />

In <strong>2005</strong> zijn ongeveer tien regionale bijeenkomsten georganiseerd. En er werd een lobby opgezet<br />

om samen met het sectorbestuur de A&O-psycholoog beter te promoten. Dit onderwerp is<br />

uitgemond in een van de negen beleidsnotities van de sector. Het uiteindelijke doel van deze lobby<br />

en de beleidsnotitie is een betere externe profilering van de (meerwaarde van de) A&O-psycholoog.<br />

Verder is de sectie in nauwe samenwerking met de sector Arbeid & Organisatie bezig geweest met<br />

de ontwikkeling van een eigen website, www.aenokennisnet.nl. Dit is een kennisnet van arbeids- en<br />

organisatiepsychologen die lid zijn van het <strong>NIP</strong>. Op de website voeren collega's discussies, stellen<br />

ze elkaar vragen en delen ze kennis. De site is sinds oktober <strong>2005</strong> als proefsite online en staat eind<br />

april 2006 open voor 'publiek'.<br />

6.5 Management & Organisatie: frisse start<br />

In het jaar <strong>2005</strong> werd de sectie Management & Organisatie (M&O) in haar huidige vorm opgericht. In<br />

de sectie Management & Organisatie zijn de secties Organisatie, Ontwikkeling en Management,<br />

Management Development en Kwaliteitsmanagement samengegaan.<br />

Thema's van de sectie<br />

• Strategie en management<br />

• Kwaliteit van management & leiderschap<br />

• De psychologie van cultuurveranderingen in organisaties<br />

• Management van en door professionals<br />

• De rol van kwaliteitsmodellen in de organisatieontwikkeling<br />

Als eerste centrale thema werd gekozen voor strategie in organisaties. Het is de bedoeling om een<br />

onderwerp vanuit diverse wetenschappelijke disciplines onder de loep te nemen.<br />

Fusies<br />

In november <strong>2005</strong> organiseerde de sectie een symposium met als titel Strategie rond fusies en<br />

overnames. Het onderwerp werd ingeleid door de econoom Hans Schenk, hoogleraar aan het<br />

Tjalling Koopmans Instituut van de economische faculteit van de Universiteit Utrecht. In zijn


onderzoek stuitte hij op meer en minder adequate strategieën bij overnamen en fusies. Hoe<br />

cognitieve illusies tot minder fortuinlijke strategieën kunnen leiden, werd met verve toegelicht door<br />

cognitief psycholoog dr. Job Groeneweg, verbonden aan de Universiteit Leiden. Een kijkje in de<br />

keuken van de coaching van de beslissers over strategie werd gegeven door drs. Erin Lap van Hay<br />

Management Consultants.<br />

Vooruitblik<br />

Voor het jaar 2006 staat een symposium over strategie en de dynamiek van fraude en corruptie op<br />

stapel. In samenwerking met de sectie HRM wordt in 2006 tevens een bijeenkomst georganiseerd<br />

die aansluit bij een van de speerpunten van het beleid van de sector Arbeid & Organisatie: de<br />

kwaliteit van het instrumentarium van de A&O-psycholoog.<br />

6.6 Sociale Werkvoorziening<br />

<strong>2005</strong> stond bij de werkgroep Psychologen in de Sociale Werkvoorziening in het teken van de<br />

volgende onderwerpen.<br />

• Onderbrengen indicatiestelling Wet sociale werkvoorziening (WSW) bij het Centrum voor<br />

Werk en Inkomen (CWI)<br />

• Updaten Professionele standaard indicatiestelling sociale werkvoorziening (PSIW) en het<br />

profileren hiervan naar het CWI<br />

• Door het CWI bindend verklaren van de Professionele standaard indicatiestelling sociale<br />

werkvoorziening voor de werkwijze van psychologen in het kader van de indicatiestelling<br />

• Openbaar landelijk aanbesteden van psychologisch onderzoek in het kader van de<br />

indicatiestelling<br />

Inmiddels heeft de aanbesteding plaats gevonden: de opdracht is gegund aan de ArboUnie<br />

De Professionele standaard indicatiestelling sociale werkvoorziening is indertijd nadrukkelijk<br />

geformuleerd in relatie tot het indicatieproces van de Wet sociale werkvoorziening. De werkgroep<br />

vindt dat deze standaard met enige modificaties ook toepasbaar is op werkzaamheden van<br />

psychologen in het gehele reïntegratieveld.<br />

Verder waren er activiteiten op de volgende terreinen.<br />

• Kwaliteitsborging van de psychologische inbreng in het indicatieproces CWI<br />

• Behoud van de bestaande expertise in relatie tot het reïntegratietraject de indicatiestelling<br />

WSW (belangenbehartiging)<br />

• Nagaan van samenwerkingsmogelijkheden met andere secties/werkgroepen in het<br />

reïntegratiewerkveld<br />

6.7 Training & Opleiding<br />

In <strong>2005</strong> organiseerde het bestuur van de sectie Training & Opleidingen viermaal het zogenaamde<br />

Trainerscafé, waar leden van de sector Arbeid & Organisatie met collega's kunnen praten over<br />

trends op het vakgebied van A&O. Er worden verder lezingen over trainen, coachen en/of adviseren<br />

gehouden en er was een interuniversitaire conferentie over het opleiden van interventiedeskundigen.<br />

Acteurs<br />

De sectie organiseerde in juli in Utrecht de lezing De inzet van acteurs bij trainingen. Remco<br />

Koffijberg en Sander Vermeulen, beiden als acteur verbonden aan Boertien en Partners,<br />

behandelden de volgende thema`s. Welke meerwaarde hebben acteurs bij trainingen? Hoe kijken<br />

acteurs naar trainers? Zijn er trainerstypen? Na afloop van de lezing was er tijdens een borrel<br />

gelegenheid om na te praten met collega`s en sprekers.<br />

Het sectiebestuur richt zich de komende jaren op kwaliteitszorg, professionalisering van de<br />

beroepsgroep, opleidingen, conferenties en de profilering van de gekwalificeerde Psycholoog Trainer<br />

<strong>NIP</strong>.


7. Sector Gezondheidszorg<br />

7.1 Positioneren gezondheidszorgpsycholoog<br />

Het jaar <strong>2005</strong> begon met de eerste beleidsdag in de geschiedenis van de sector Gezondheidszorg.<br />

De secties presenteerden hun plannen en inventariseerden onderwerpen die zij gezamenlijk zouden<br />

kunnen uitvoeren. De dag beviel zo goed, dat besloten is er een jaarlijkse traditie van te maken. De<br />

dag krijgt een plaats binnen de <strong>NIP</strong>-beleidscyclus.<br />

Positioneren<br />

De wettelijke bescherming van de titel 'klinisch psycholoog' per 1 januari 2006 en het behoud van het<br />

basisberoep psychotherapeut waren aanleiding om activiteiten te ondernemen om de<br />

gezondheidszorgpsycholoog en de klinisch psycholoog beter te positioneren. Hiertoe zocht het<br />

bestuur contact met de NVO (pedagogen en onderwijskundigen), de sector Jeugd, de Kamer<br />

Gezondheidszorgpsycholoog en de Federatie van Gezondheidszorgpsychologen (FGzP) om waar<br />

mogelijk gezamenlijk op te trekken.<br />

In het najaar werd een invitational conference belegd over de psychologische beroepenstructuur. Er<br />

vond een uitvoerige discussie plaats over functiedifferentiatie na de registratie als<br />

gezondheidszorgpsycholoog. Besloten werd dat er betere schakelmogelijkheden moeten komen<br />

tussen de opleidingen tot psychotherapeut, gezondheidszorgpsycholoog en klinisch psycholoog. Een<br />

vervolgconferentie vindt plaats in april 2006, ook als opmaat voor het tweede gz-congres in juni<br />

2006.<br />

Vooruitlopend op de overheveling van de geestelijke gezondheidszorg naar de Zorgverzekeringswet<br />

is door het bestuur meegewerkt aan het opzetten van een <strong>NIP</strong>-project dat psychologen beter moet<br />

toerusten op de zorgmarkt.<br />

Psychofarmaca<br />

Een pleidooi van een prominent <strong>NIP</strong>-lid in het tijdschrift Psy leidde tot de instelling van een<br />

werkgroep die moet onderzoeken of de gezondheidszorgpsycholoog het recht zou moeten krijgen<br />

om psychofarmaca voor te schrijven. De werkgroep bracht een bezoek aan de Verenigde Staten en<br />

bereidt een conferentie voor die in juni 2006 plaatsvindt. De voorzitter van de American<br />

Psychological Association prof. R. Levant zal een van de sprekers zijn.<br />

Een gezamenlijke actie met de beroepsverenigingen van psychiaters en psychotherapeuten leidde<br />

tot bijstelling door de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van de maatregel waarmee de<br />

vergoeding van psychotherapie wordt beperkt. Het <strong>NIP</strong> is nog niet volledig tevreden. Nadere actie<br />

moet leiden tot verdere bijstelling.<br />

7.2 Forensische Psychologie: samenwerking met Jeugd<br />

<strong>2005</strong> was een actief jaar voor de sectie Forensische Psychologie. Zo heeft het sectiebestuur<br />

geïnvesteerd in een nieuwe bestuursstructuur en in contact met de achterban. De leden zijn<br />

benaderd met een enquête. Ook is er onderzoek verricht naar de opleidingsmogelijkheden voor<br />

leden die zich willen specialiseren in de forensische psychologie. Van beide activiteiten is schriftelijk<br />

verslag gedaan.<br />

Sinds <strong>2005</strong> werken de secties Forensische Psychologie Volwassenen & Jeugd nauw samen.<br />

Nieuwsbrief<br />

In <strong>2005</strong> is een gezamenlijke Nieuwsbrief Forensische Psychologie verschenen, waarmee gericht de<br />

achterban benaderd kan worden. Ruim zestienhonderd <strong>NIP</strong>-leden hebben de nieuwsbrief<br />

ontvangen. De website van beide secties is verder uitgebouwd en bevat up-to-date informatie;<br />

momenteel nog van beperkte omvang.<br />

In samenwerking met enkele justitiële instellingen is een aantal studiedagen georganiseerd over het<br />

thema gewetensontwikkeling. Het streven is om deze studiedagen gratis toegankelijk te houden als<br />

service naar de sectieleden. De secties willen in de toekomst blijven samenwerken.<br />

Missie<br />

Op de beleidsdag in december <strong>2005</strong> is de missie van beide secties vastgesteld: de secties<br />

Forensische Psychologie (Volwassenen & Jeugd) dragen bij aan het professioneel handelen van de<br />

leden door belangenbehartiging, kennisoverdracht en het stimuleren van de toepassing van


wetenschappelijk gefundeerde methodieken. Het welzijn en de bescherming van cliënt en<br />

samenleving zijn daarbij het uiteindelijke doel.<br />

De doelstelling voor de komende jaren is verdere profilering en bevordering van de forensische<br />

psychologie en de behartiging van de beroepsbelangen van de leden.<br />

7.3 Neuropsychologie: werken aan nieuw specialisme<br />

Aan het begin van het jaar werd de tekst van de informatiefolder over neuropsychologisch onderzoek<br />

voor verwijzers en cliënten aangepast. Tot voor kort werd deze folder uitgegeven door de<br />

Nederlandse Vereniging voor Neuropsychologie. De folder is nu ondergebracht bij de sectie<br />

Neuropsychologie van het <strong>NIP</strong>.<br />

Specialisme<br />

In maart presenteerde de commissie Overgangsregeling specialisme klinisch neuropsycholoog van<br />

de <strong>NIP</strong>-sectie op de ledenvergadering haar voorstel voor de overgangsregeling. Dit voorstel hoorde<br />

bij de aanvraag voor de goedkeuring van het specialisme klinisch neuropsycholoog. In augustus<br />

besloot het College Specialismen Gezondheidszorgpsycholoog om klinische neuropsychologie het<br />

tweede specialisme van de gezondheidszorgpsychologie te laten worden. Eerder werd de klinische<br />

psychologie als specialisme in de Wet BIG (Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg)<br />

opgenomen.<br />

Het College heeft de opleidingseisen goedgekeurd en is bezig de overgangsregeling voor het<br />

nieuwe specialisme uit te werken, zodat het registratietraject door de minister van Volksgezondheid,<br />

Welzijn en Sport kan worden goedgekeurd. Naar verwachting zal de registratie van de eerste<br />

neuropsycholoogspecialisten eind 2006 een feit zijn.<br />

Wettelijke erkenning van een specialisme betekent dat de bijbehorende beroepstitel wettelijk<br />

beschermd wordt. Alleen gezondheidszorgpsychologen die ingeschreven zijn in het BIG-register<br />

zullen zich in de toekomst dus nog 'klinisch neuropsycholoog' mogen noemen. Dit geeft garanties<br />

voor de kwaliteit van de beroepsuitoefening. Voor wettelijke specialismen gelden centraal<br />

vastgestelde opleidingseisen en een systeem van periodieke herregistratie.<br />

Verder is de sectie bezig met het ontwikkelen van richtlijnen voor neuropsychologen.<br />

7.4 Psychologen Algemene / Academische Ziekenhuizen: de focus op DBC's<br />

De sectie Psychologen Algemene / Academische Ziekenhuizen heeft zich in <strong>2005</strong> vooral<br />

beziggehouden met de DBC's. DBC staat voor Diagnose Behandeling Combinatie en is de naam<br />

voor een bepaalde behandeling in een ziekenhuis. Voorbeelden zijn: een behandelingscontact, een<br />

intakegesprek of een psychodiagnostisch neuropsychologisch onderzoek.<br />

In een DBC zitten alle kosten van de behandeling, dus ook de foto's, laboratoriumonderzoeken en<br />

verpleging. Doordat alle ziekenhuizen met dit systeem werken, krijgen patiënten en verzekeraars<br />

beter inzicht in de prestaties van de ziekenhuizen en de bijbehorende prijs. Het is de bedoeling dat<br />

DBC's het prijsbewustzijn, de doelmatigheid en de mogelijkheden voor marktwerking vergroten.<br />

Het DBC-systeem is op 1 januari <strong>2005</strong> in werking getreden voor een gedeelte van de<br />

ziekenhuiszorg. Er zijn geen aparte DBC's voor medisch psychologen, maar verrichtingen kunnen<br />

wel worden opgenomen in het zorgprofiel van DBC's van poortspecialismen. December <strong>2005</strong> zijn<br />

daartoe twaalf verrichtingcodes aan de verrichtingentabellen toegevoegd. Het streven is om de<br />

medisch psycholoog vergoed te krijgen door zorgverzekeraars.<br />

Kwaliteit<br />

Met visitaties en de richtlijnencommissie heeft de sectie gewerkt aan het kwaliteitsbeleid. De sectie<br />

wil de komende jaren invulling aan kwaliteit geven door richtlijnen te ontwikkelen, bestaande<br />

richtlijnen toepasbaar te maken voor de ziekenhuissituatie, visitaties uit te breiden en prioriteit te<br />

geven aan belangenbehartiging en registraties.<br />

In september organiseerde de sectie een drukbezochte wetenschappelijke dag Over de praktijk<br />

gesproken in de Beurs van Berlage in Amsterdam.


7.5 Psychologen in de Ouderenzorg<br />

Het bestuur van de sectie Psychologen in de Ouderenzorg heeft zich in <strong>2005</strong> met een aantal<br />

specifieke zaken bezig gehouden.<br />

Actualiteiten<br />

Gezien een aantal maatschappelijke, wetenschappelijke en andere beroepsmatige ontwikkelingen<br />

besloot het bestuur van de sectie om naast de jaarsymposia andersoortige bijeenkomsten te<br />

organiseren. Deze bijeenkomsten steken in op recente ontwikkelingen in het werkveld en de<br />

gevolgen daarvan voor de beroepsgroep. In <strong>2005</strong> waren dat de veranderingen in de AWBZ (De<br />

AWBZ van A tot Z, 31 maart), zelfstandige vestiging in de ouderenzorg (Zelfstandige psychologen in<br />

de ouderenzorg, 6 november) en het verschijnen van een nieuwe CBO-richtlijn Dementie en het<br />

werken met de Algemene Standaard Testgebruik bij ouderen (Dementie: neuropsychologisch<br />

onderzoek, 24 november). De belangstelling voor deze bijeenkomsten was zo groot dat soms naar<br />

grotere zalen moest worden uitgeweken.<br />

Opleiding<br />

Het bestuur wilde graag inzicht krijgen in de positie van de opleiding tot gezondheidszorgpsycholoog<br />

voor psychologen in de ouderenzorg en het geringe aantal opleidingsplaatsen. Daartoe is aan alle<br />

leden een vragenlijst toegestuurd. Slechts een klein percentage bleek geregistreerd als<br />

gezondheidszorgpsycholoog. De meerderheid gaf aan deze opleiding wel te willen volgen. Degenen<br />

die gesolliciteerd hadden, bleken toegelaten te zijn tot de opleiding tot gezondheidszorgpsycholoog.<br />

Een aantal bestuursleden heeft een actieve rol gespeeld in het opstarten van de opleiding tot<br />

gezondheidszorgpsycholoog met het accent op ouderen bij de RINO Noord-Holland. Deze opleiding<br />

is inmiddels erkend door de Kamer Gezondheidszorgpsycholoog. Tevens zijn voorbereidingen<br />

gaande voor een postdoctorale opleiding op het gebied van de ouderenpsychologie aan de<br />

psychologische faculteit van de VU.<br />

Verder maakte het bestuur in <strong>2005</strong> een beleidsplan voor de periode 2006-2008. Een belangrijk punt<br />

in dit plan is de samenwerking met de Vereniging voor Psychologie en Ouderen (VPO). Hiervoor is<br />

een structuur ontwikkeld die in 2006 zal worden ingevoerd.<br />

7.6 Zorg voor mensen met een verstandelijke handicap: beroepsprofiel<br />

In <strong>2005</strong> werd door de sectie hard gewerkt aan het ontwikkelen van een beroepsprofiel van<br />

psychologen die werken met verstandelijk gehandicapten. De bedoeling van het beroepsprofiel is om<br />

deze groep psychologen een duidelijk eigen gezicht te geven. Het doel is om naast het<br />

beroepsprofiel, dat in november 2006 zal worden vastgesteld, een aantal richtlijnen te ontwikkelen.<br />

Publieke debat<br />

Naast het organiseren van grote congressen, onder andere over dementie, en het uitbrengen van<br />

nieuwsbrieven en themanummers, mengde de sectie zich in het publieke debat. In de Volkskrant<br />

werd afgelopen jaar gerept over 'zwakbegaafde' ouders die kinderen krijgen. De sectie stoorde zich<br />

aan de term 'zwakbegaafd'.<br />

ectievoorzitter Ruud Geus: 'Bij een IQ lager dan 69 spreken "wij" volgens een internationaal modern<br />

classificatiesysteem van "een lichte graad van verstandelijke beperking". En bij een IQ lager dan 50<br />

spreken "wij" van "een matige graad van verstandelijke beperking".'<br />

'Als het om een discussie gaat omtrent het ouderschap van "verstandelijk beperkten", (…) zouden<br />

betrokkenen er goed aan doen zich eerst te verdiepen in recente literatuur en classificatiesystemen,<br />

alvorens in de media onjuiste uitspraken te doen die voor mensen eventueel verregaande en<br />

negatieve consequenties kunnen hebben', aldus Geus.<br />

Enkele plannen voor 2006<br />

• Beginnen met een meerjarenplanning<br />

• Professionaliseren van het sectiebestuur<br />

• Ondersteuning door het bureau initiëren<br />

• Raadpleging van de achterban (leden van de sectie)<br />

• Profileren van de leden<br />

• Contacten onderhouden met externe relaties en samenwerken met artsen<br />

• Samenwerking met de NVO (pedagogen en onderwijskundigen) continueren


7.7 Revalidatie<br />

De sectie Revalidatie organiseerde in <strong>2005</strong> de najaarsconferentie Kwalivaderen: het belang van<br />

kwaliteit van leven bij revalideren. De conferentie werd voor het eerst in samenwerking met de<br />

Nederlandse Behavioral Medicine Federatie opgezet. Het was een drukbezocht evenement dat door<br />

de bezoekers als 'boeiend' werd ervaren.<br />

Publicaties<br />

Tijdens de najaarsconferentie werd het eerste exemplaar van het nieuwe boek Verder kijken:<br />

ontwikkelingen in de revalidatiepsychologie overhandigd aan de voorzitter van de sectie. De<br />

oorsprong van het boek ligt een drietal jaren terug. Ter gelegenheid van het dertigjarig bestaan van<br />

de sectie vond het bestuur dat er een opvolger moest komen van het boek over<br />

revalidatiepsychologie uit 1990. De sectie gaf in <strong>2005</strong> drie nieuwsbrieven uit en zette zich in voor het<br />

ontwikkelen van richtlijnen op een aantal verschillende gebieden van de revalidatiepsychologie.<br />

In de komende jaren zullen er minimaal drie richtlijnen ontwikkeld worden. De eerstkomende richtlijn<br />

gaat over psychodiagnostiek bij kinderen met chronische pijn. Verder zal een bestuurswerkgroep<br />

een aantal richtlijnen van anderen gaan beoordelen.


8. Sector Jeugd<br />

8.1 'Niet de procedure, maar het kind centraal'<br />

Een mooier begin van het nieuwe jaar kon de sector Jeugd zich niet wensen. <strong>2005</strong> startte met het<br />

succesvolle congres Zin en onzin van diagnostiek. Ruim vierhonderd deelnemers discussieerden mee<br />

over het nut en de noodzaak van diagnostiek in de verschillende jeugd-werkvelden. Aan het eind van<br />

het congres werd de flyer Frequently Asked Questions over IQ gepresenteerd. Daarin staat een<br />

(voorlopig) antwoord op zeven veelgestelde maar weinig beantwoorde vragen over intelligentietests.<br />

Folder Crisis Interventie Team<br />

De sector organiseerde in mei het congres Crisisinterventie in het onderwijs. Het <strong>NIP</strong>-Crisis<br />

Interventie Team (CIT) publiceerde ter gelegenheid van het congres de informatiefolder <strong>NIP</strong>-Crisis<br />

Interventie Team over de activiteiten en organisatie van het team. Via deelname aan internationale<br />

trainingen in Tsjechië en Griekenland werd het CIT ook dit jaar weer uitgebreid.<br />

De <strong>NIP</strong>/NVO-werkgroep Leerling Gebonden Financiering heeft in <strong>2005</strong> de notitie Niet de procedure<br />

maar het kind centraal uitgebracht. Daarin staan aanbevelingen voor de minister van Onderwijs,<br />

Cultuur en Wetenschap over de procedure voor indicatiestelling in het onderwijs. Voorafgaand aan<br />

de notitie stuurde de sector de minister een aantal brieven. De Tweede Kamer ontving een<br />

alarmpamflet over de knelpunten in de indicatiestelling in het onderwijs. Over indicatiestelling werd<br />

ook contact gelegd met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, juist om te wijzen op<br />

de noodzakelijkheid van samenwerking en afstemming met het onderwijs.<br />

Deskundigenbestand dyslexie<br />

De sector Jeugd stelde in <strong>2005</strong> het gezamenlijke <strong>NIP</strong>/NVO Deskundigenbestand Dyslexie op. Doel<br />

van dit bestand is het in kaart brengen van de deskundigheid van leden op het gebied van dyslexie<br />

en het stroomlijnen van informatievoorziening aan deskundigen.<br />

Een belangrijk thema in voorbereiding is het initiëren van een postdoctoraal opleidingstraject met een<br />

duidelijk te onderscheiden schoolpsychologisch accent. In <strong>2005</strong> werd gewerkt aan een projectplan, de<br />

eindtermen, een beroepsprofiel en contacten met de hoogleraren ontwikkelingspsychologie en<br />

mogelijke opleidingsinstellingen. De uitwerking hiervan vindt plaats in 2006.<br />

Bestuurlijk<br />

Intern-bestuurlijk beschouwde de sector Jeugd kritisch de eigen werkwijze tijdens een beleidsdag in<br />

maart. De sector heeft verder een richtlijn opgesteld voor vergoeding van congresbezoek van<br />

kaderleden, hield een strategisch overleg over opleidingszaken, ontwikkelde een<br />

conceptmeerjarenbeleidsplan voor 2006-2009 en stelde een jaarplan plus begroting voor 2006 op.<br />

8.2 Auditief Gehandicapten<br />

De werkgroep Auditief Gehandicapten hield in november <strong>2005</strong> een studiedag Diagnostiek en<br />

begeleiding van kinderen met een c.i.: veranderingen in communicatie en schoolkeuze bij dove<br />

kinderen. In juni vond een studiedag plaats met de titel Slechthorende kinderen & jongeren. Er<br />

werden verder verschillende lezingen en workshops gehouden.<br />

De werkgroep biedt nu vooral een platform voor de leden. De werkgroep wil zich ook meer gaan<br />

richten op vakinhoudelijke en actuele ontwikkelingen en op het regionaliseren van het overleg. Er zal<br />

een andere, meer democratische opzet van het bestuur moeten ontstaan. Daarvoor is het eerst<br />

nodig de wensen van de leden van de werkgroep te inventariseren.<br />

8.3 Het Jonge Kind<br />

De sectie Het Jonge Kind, die nu enige jaren bestaat, werkt nauw samen met de Stichting Babywerk<br />

(www.babywerk.net). Babywerk biedt een platform aan professionals die met hele jonge kinderen<br />

werken en wordt door de sectie Het Jonge Kind financieel en inhoudelijk ondersteund.<br />

De zogenaamde Inventgroep van Babywerk is sinds het najaar van 2004 in opdracht van de<br />

staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bezig geweest met het inventariseren van:<br />

• wetenschappelijk onderbouwde screeningsinstrumenten om gedragsproblemen bij<br />

kinderen en jongeren op te sporen<br />

• effectieve interventies voor de aanpak van dergelijke problemen<br />

• organisatorische randvoorwaarden voor de uitvoering


Het rapport Helpen bij opgroeien en opvoeden: eerder, sneller en beter is inmiddels verschenen met<br />

een overzicht van de (wetenschappelijke) stand van zaken op het terrein van vroegsignalering,<br />

signalerings- en risicotaxatie-instrumenten en het inzetten van vroegtijdige interventies. In het<br />

rapport wordt een gericht voorstel gedaan voor het inzetten en doorontwikkelen van<br />

screeningsinstrumenten en interventies.<br />

De leden van de Inventgroep lichtten in december hun rapport en advies toe aan cliënten,<br />

professionals, beleidsmakers en onderzoekers. Op 9 december waren de <strong>NIP</strong>-leden aan de beurt.<br />

De voorzitter nodigde deelnemers uit om standpunten over het rapport te verwoorden en met elkaar<br />

in discussie te gaan.<br />

8.4 Justitie Jeugd<br />

In <strong>2005</strong> deed het bestuur van de sectie Justitie Jeugd, inmiddels genaamd Forensische Psychologie<br />

Jeugd, een eerste aanzet voor een meer georganiseerde werkwijze binnen het sectiebestuur. Ook is<br />

er geïnvesteerd in het contact met de achterban. Zo is er een enquête uitgewerkt en onder de leden<br />

verspreid. De centrale vraag was wat de leden van het sectiebestuur en haar activiteiten<br />

verwachten. Ook is er onderzoek verricht naar de opleidingsmogelijkheden voor leden die zich willen<br />

specialiseren in de forensische psychologie. Van beide activiteiten is schriftelijk verslag gedaan.<br />

Sinds <strong>2005</strong> werken de secties Forensische Psychologie Volwassenen & Jeugd nauw samen.<br />

Nieuwsbrief<br />

In <strong>2005</strong> is een gezamenlijke Nieuwsbrief Forensische Psychologie verschenen, waarmee gericht de<br />

achterban benaderd kan worden. Ruim zestienhonderd <strong>NIP</strong>-leden hebben de nieuwsbrief<br />

ontvangen. De website van beide secties is verder uitgebouwd en bevat up-to-date informatie;<br />

momenteel nog van beperkte omvang.<br />

In samenwerking met enkele justitiële instellingen is een aantal studiedagen georganiseerd over het<br />

thema gewetensontwikkeling. Het streven is om deze studiedagen gratis toegankelijk te houden als<br />

service naar de sectieleden. De secties willen in de toekomst blijven samenwerken.<br />

Missie<br />

Op de beleidsdag in december <strong>2005</strong> is de missie van beide secties vastgesteld: de secties<br />

Forensische Psychologie (Volwassenen & Jeugd) dragen bij aan het professioneel handelen van de<br />

leden door belangenbehartiging, kennisoverdracht en het stimuleren van de toepassing van<br />

wetenschappelijk gefundeerde methodieken. Het welzijn en de bescherming van cliënt en<br />

samenleving zijn daarbij het uiteindelijke doel.<br />

De doelstelling voor de komende jaren is verdere profilering en bevordering van de forensische<br />

psychologie en de behartiging van de beroepsbelangen van de leden.<br />

8.5 Schoolpsychologen<br />

In <strong>2005</strong> heeft de sectie Onderwijspsychologie de fusie met de sectie Basis/Speciaal Onderwijs<br />

voorbereid die per 1 januari 2006 van kracht werd. De activiteiten van beide secties in <strong>2005</strong> worden<br />

hier behandeld.<br />

Het <strong>NIP</strong>-Crisis Interventie Team organiseerde in mei het congres Crisis Interventie in het Onderwijs.<br />

Ter gelegenheid van het congres werd een folder over de activiteiten en organisatie van het team<br />

gepubliceerd. Via internationale trainingen in Tsjechië en Griekenland werd het CIT ook in <strong>2005</strong><br />

weer uitgebreid. Olanda Mocilovic gaf in september een succesvolle training over crisisinterventie in<br />

Colombo, Sri Lanka. Het thema was Help de helpers.<br />

Alarmpamflet<br />

De sectie Schoolpsychologie ontwikkelde de notitie Niet de procedure maar het kind centraal, met<br />

aanbevelingen voor de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de procedure voor<br />

indicatiestelling in het onderwijs. De notitie is opgesteld door de <strong>NIP</strong>/NVO-werkgroep Leerling<br />

Gebonden Financiering. De sector Jeugd liet van zich horen richting het ministerie van Onderwijs,<br />

Cultuur en Wetenschap. Voorafgaand aan de notitie Niet de procedure maar het kind centraal<br />

stuurde de sector de minister een aantal brieven en de Tweede Kamer een alarmpamflet over de<br />

knelpunten in de indicatiestelling in het onderwijs.


Verder hielden de secties zich bezig met de organisatie van het internationale ISPA-congres<br />

(International School Psychology Association) in 2008. Met een uitgebreid onderbouwde aanvraag<br />

heeft de sector Jeugd bereikt dat dit jaarlijkse congres over twee jaar wordt georganiseerd in<br />

Utrecht.<br />

Een leuk detail is dat bestuurslid Helen Bakker in <strong>2005</strong> werd verkozen tot president (elect) van de<br />

ISPA. De ISPA is in 1982 opgericht door een internationale groep schoolpsychologen. Nu, bijna<br />

vijfentwintig jaar later, is de ISPA uitgegroeid tot een professionele organisatie met circa 650 leden<br />

uit meer dan vijftig landen.<br />

Inhoudelijke bijeenkomsten<br />

De secties hebben in <strong>2005</strong> zes inhoudelijke bijeenkomsten georganiseerd, onder andere gericht op<br />

hechtingsstoornissen, AD(H)D, kindermishandeling & seksueel misbruik en de DSM-IV &<br />

indicatiestelling.


9. Intersector<br />

9.1 'De innovatieve sector'<br />

Bij de Intersector stond het jaar <strong>2005</strong> voornamelijk in het teken van de modernisering van de<br />

vereniging. In juni vond een beleidsdag plaats waarbij het sectorbestuur de doelstellingen en<br />

prioriteiten voor de komende jaren vaststelde. Doelstelling van de sector is secties aan te moedigen<br />

zich op hun vakgebied te professionaliseren. De sterkte van deze sector is zijn innovatieve kracht.<br />

Een van de belangrijkste doelen is dan ook de naam te veranderen in sector Innovatie.<br />

De belangrijkste taken van de sector zijn deskundigheidsbevordering en belangenbehartiging.<br />

Voorbeelden hiervan zijn het opstellen van registratie- en kwalificatieregelingen, bijvoorbeeld<br />

Psycholoog Mediator <strong>NIP</strong>, met als specialisatie Family Mediator <strong>NIP</strong>, en Neurofeedback. Sterke<br />

nadruk zal gelegd worden op het profileren van de psycholoog in de verschillende werkvelden van<br />

de Intersector.<br />

Profileren<br />

Eveneens een belangrijk doel voor de periode 2006-2009 is de sector meer te profileren. De sector<br />

heeft vergeleken met de andere drie sectoren - Gezondheid, Jeugd en A&O - te weinig een gezicht<br />

naar buiten toe, vindt het sectorbestuur. De sector wordt nu, onterecht, als restgroep gezien. Het is<br />

te weinig bekend welke vakgebieden binnen de sector een plaats hebben en zich ontwikkelen.<br />

De andere drie sectoren moeten overtuigd worden van het belang van de specialismen van de<br />

secties binnen de Intersector. Bovendien is medewerking van de andere sectoren belangrijk om<br />

meer inzicht te krijgen in de markt en een goed beroepsprofiel op te kunnen stellen.<br />

Prioriteiten Intersector<br />

• Op de markt zetten van de psycholoog in verschillende werkvelden<br />

Voor sommige secties is het in aanmerking komen voor vergoeding door zorgverzekeraars<br />

een belangrijk punt. Tevens zullen er beroepsprofielen worden opgesteld. Belangrijk<br />

aandachtspunt voor de secties is het leggen van contacten met externe organisaties, ook<br />

in Europees verband.<br />

• Kwaliteitsontwikkeling van de psycholoog in de verschillende werkvelden<br />

Hierbij kan gedacht worden aan het opzetten van opleidingen, bij- en nascholing, het<br />

vormen van intervisiegroepen. Het doel is dus kwalificatie- en registratieregelingen te<br />

ontwikkelen.<br />

• Zichtbaarheid van de Intersector en zijn onderdelen binnen het <strong>NIP</strong><br />

Er moet meer samenwerking komen met de andere drie sectoren. Dit kan door het<br />

gezamenlijk organiseren van studiedagen, congressen en vergaderingen.<br />

9.2 De IJsbrekers<br />

De IJsbrekers fungeren als platform voor startende psychologen op de arbeidsmarkt.<br />

In <strong>2005</strong> is verder gewerkt aan het ontwikkelen van de zogenaamde 'starterskit'. Dit is een soort gids<br />

op internet voor startende en werkzoekende psychologen. Wanneer een psycholoog net is<br />

afgestudeerd en werk gaat zoeken of met de eerste baan begint, kan dit nogal wat vragen en<br />

onzekerheid oproepen.<br />

Hoe vind je nou die baan? Hoe moet dat als je als enige (onervaren) psycholoog in een organisatie<br />

belandt? Wat moet je allemaal weten als beginnende psycholoog? Op veel van deze vragen is geen<br />

standaard antwoord mogelijk. In de starterskit staan allerlei tips en weetjes in die deze 'verse'<br />

psychologen verder kunnen helpen. De starterskit bevat niet alleen algemene informatie over het<br />

zoeken en vinden van een baan. Starters op de arbeidsmarkt kunnen ook informatie vinden die ze<br />

vaak niet via de gangbare wegen te weten kunt komen.<br />

De IJsbrekers zijn bezig met een klein onderzoek naar de waarde van startende psychologen. De<br />

sectie wil onderzoeken wat de positie van psychologen is die begonnen zijn aan hun eerste baan als<br />

psycholoog, of van pas afgestudeerde psychologen die in de sector van hun keuze werkzaam zijn,<br />

maar niet in de functie van psycholoog. De IJsbrekers willen daarom aan starters, werkgevers, en<br />

psychologen die inmiddels geen starter meer zijn een aantal vragen stellen over hun eerste baan.<br />

Via de website van het <strong>NIP</strong> is een enquête op te vragen. De resultaten van dit onderzoek worden op<br />

de site van De IJsbrekers geplaatst.


9.3 Interculturalisatie<br />

Voor de sectie Interculturalisatie was <strong>2005</strong> een zeer actief jaar. In maart organiseerde de sectie in<br />

samenwerking met de War Trauma Foundation in Den Haag het succesvolle en groots opgezette<br />

congres TRAUMA: hulpverlening bij massale en individuele traumatisering. In Nederland bestaat een<br />

grote expertise op het gebied van de psychosociale zorg aan mensen die te maken krijgen met<br />

zware traumatische gebeurtenissen als een oorlog of een (natuur)ramp. Thema's op het congres<br />

waren de therapeutische interventies op dit gebied en de noodzaak om internationaal<br />

verantwoordelijkheid te nemen.<br />

Richtlijnen<br />

Verder ontwikkelde de sectie samen met het LBR, het Landelijk Bureau ter bestrijding van<br />

Rassendiscriminatie, richtlijnen voor gebruikers van psychologische tests bij kandidaten uit etnische<br />

minderheidsgroepen. De richtlijnen zijn ontwikkeld omdat op de arbeidsmarkt een zeer grote<br />

diversiteit is ontstaan aan culturele en etnische achtergronden van mensen. Etnocentrisme ten<br />

gunste van de dominante cultuur dient vermeden te worden.<br />

De sectie organiseerde in <strong>2005</strong> de eerste van een cyclus van workshops met als onderwerp de<br />

migrantenliteratuur. Het thema was Migratie, hoe en waar ontmoeten psychologen en schrijvers<br />

elkaar. Het achterliggende idee is dat migrantenliteratuur het begrip en interculturele sensitiviteit kan<br />

bevorderen.<br />

Voor 2006 bereidde de sectie de workshop Voice Dialogue bij migranten voor. Voice Dialogue kan<br />

voor migranten effectief zijn bij het leren omgaan met verschillende identiteiten binnen verschillende<br />

culturen. De therapiemethode kan een cliënt helpen zich bewust te worden van innerlijke conflicten<br />

en hem of haar leren hier effectief mee om te gaan.<br />

9.4 Lichaamsgericht Werkende Psychologen<br />

De sectie Lichaamsgericht Werkende Psychologen (LWP) heeft in <strong>2005</strong> gewerkt aan de vorming van<br />

een eigen sectiestructuur. Deze sluit aan bij de structuur van de vereniging.<br />

Daarnaast zijn veel activiteiten ontplooid binnen de diverse commissies, zoals de<br />

Voortgangscommissie, de Beroepscodecommissie, de Intervisiecommissie, de Onderwijscommissie<br />

en de Wetenschapscommissie. Deze laatste twee commissies hebben zich tot taak gesteld om te<br />

onderzoeken wat de mogelijkheden zijn van het lichaamsgericht werken binnen de opleiding tot<br />

gezondheidszorgpsycholoog.<br />

Wetenschap<br />

Ook werden bijdragen geleverd om te komen tot een wetenschappelijke onderbouwing van de<br />

toegevoegde waarde van het lichaamsgericht werken binnen de psychologie. Inmiddels wordt via de<br />

Stichting Training en Scholing <strong>NIP</strong> een aantal modules aangeboden, met de bedoeling deze te<br />

accrediteren voor de gekwalificeerde lichaamsgericht werkende psycholoog (tevens<br />

gezondheidszorgpsycholoog). In <strong>2005</strong> werd de folder van de sectie herschreven. Hierin wordt nu ook<br />

de gekwalificeerde Lichaamsgericht Werkende Psycholoog <strong>NIP</strong> genoemd.<br />

Sectiedag<br />

In de herfst werd een sectiedag georganiseerd, C'est le ton du touch, waarbij verschillende<br />

workshops werden aangeboden, zoals:<br />

• het opzetten intervisiegroepen en een mogelijke procedure om intervisiebijeenkomsten<br />

vorm te geven<br />

• de <strong>NIP</strong>-beroepscode en de verhouding tot de lichaamsgericht werkende psycholoog<br />

• het profileren van de positie van individuele LWP-leden op de markt in 2006.<br />

9.5 Mediation: samenwerking met andere beroepsgroepen<br />

Gaius en Sigmund<br />

Het jaar <strong>2005</strong> was voor de sectie een gedenkwaardig jaar. Op het jaarcongres dat in mei in<br />

samenwerking met NVvMA (Nederlandse Vereniging van Mediators Advocaten) werd<br />

georganiseerd, vierde de sectie haar vijfjarig bestaan. Het congres had de toepasselijke titel Gaius<br />

treft Sigmund. De sectie wilde het over de zakelijke mediation hebben. Samenwerking met advocaat<br />

mediators, die zich vooral richten op bestuurlijke vraagstukken en arbeidsgeschillen, lag hierbij voor<br />

de hand.


Marktwaarde<br />

Omdat de Stichting Training en Scholing <strong>NIP</strong> de specialisatieopleiding Family Mediation in<br />

september 2006 van start wil laten gaan, is gewerkt aan een eerste outline van deze opleiding. Het<br />

wordt een bij- en nascholingstraject dat in de tijd gespreid, diverse maanden in beslag zal nemen.<br />

Het bij- en nascholingstraject Family Mediation moet leiden tot een kwalificatie als Psycholoog<br />

Mediator <strong>NIP</strong>, met als specialisatie Family Mediator <strong>NIP</strong>. Om de eigen marktwaarde op professioneel<br />

peil te brengen en te houden, is de interne <strong>NIP</strong>-opleiding hiermee in overeenstemming gebracht.<br />

Deze professionalisering is tevens van belang voor de samenwerking met mediators uit andere<br />

beroepsgroepen, bijvoorbeeld de advocatuur.<br />

Forensische mediation<br />

Forensische mediation is een initiatief van Cees van Leuven. De Stichting Forensische Mediation<br />

(SFM) is een samenwerkingsverband van VFAS (familierechtadvocaten), <strong>NIP</strong>, SRA (accountant<br />

mediators) en VMSN (notaris scheidingbemiddelaars). Het is een nieuw en veelbelovend werkveld<br />

voor <strong>NIP</strong>-mediators. De sectie Mediation participeert samen met de sector Jeugd in deze stichting.<br />

Verder spande de sectie zich in voor het aangaan van samenwerkingsverbanden op<br />

mediationgebied met de advocatuur, het notariaat en de accountancy en organiseerde de sectie een<br />

aantal drukbezochte studieavonden.<br />

(m.m.v. Ton Westerduin, voorzitter sectie Mediation)<br />

9.6 Neurofeedback<br />

De werkgroep Neurofeedback stelt zich voor de komende jaren in de eerste plaats ten doel<br />

neurofeedback onder de aandacht van psychologen te brengen. Dit zal geschieden door het<br />

organiseren voorlichtingsbijeenkomsten en het ontwikkelen van trainingen.<br />

Verder wil de werkgroep behandelingsprotocollen ontwikkelen en onderzoek entameren. De<br />

volgende stap is het onder de aandacht brengen van neurofeedback bij potentiële gebruikers<br />

(patiënten/cliënten) en ziektekostenverzekeraars.<br />

De afgelopen twee jaar heeft een groep klinisch psychologen werkzaam in ziekenhuizen ervaring<br />

opgedaan met de methode van neurofeedback.<br />

9.7 Psychologiedocenten<br />

De werkzaamheden van de sectie Psychologiedocenten in <strong>2005</strong> bestonden vooral uit het op<br />

individueel niveau beantwoorden van vragen en het ondersteunen van een aantal <strong>NIP</strong>-leden die als<br />

docent psychologie actief zijn.<br />

In het 'duistere veld' van het psychologieonderwijs wordt vaak onder diverse noemers door nietpsychologen<br />

gedoceerd. Daar moet verandering in komen. De sectie wil intern en extern duidelijk<br />

maken dat de bevoegdheid tot het lesgeven in de psychologie opgeëist moet worden door<br />

gekwalificeerde psychologen. Alleen deze docenten houden zich aan de <strong>NIP</strong>-beroepscode. Verder<br />

heeft de sectie als taak de werkwijze van deze psychologiedocenten én de beroepscode onder de<br />

aandacht van leerlingen en studenten te brengen.<br />

Ondersteuning<br />

Het algemene doel van de sectie Psychologiedocenten is het ondersteunen van (beginnende)<br />

docenten psychologie. Dit geschiedt door de leden van de sectie met elkaar in contact te brengen.<br />

Gepoogd wordt een kwaliteitseis vast te leggen waaraan het onderwijs moet voldoen. De sectie<br />

houdt zich in dit licht ook bezig met bijscholing. Bovendien wordt contact onderhouden met<br />

doctoraalopleidingen om zodoende afstemming te verkrijgen over bevoegdheden.<br />

9.8 Psychologiestudenten<br />

In <strong>2005</strong> is de sectie Psychologiestudenten (SPS) gestart met een jaarlijks leden- of nietledenonderzoek<br />

op universiteiten. Gekeken wordt onder andere naar de bekendheid van de SPS. Uit<br />

het eerste onderzoek bleek dat 44 % van de 231 onderzochte psychologiestudenten bekend is met<br />

de sectie Psychologiestudenten van het <strong>NIP</strong>. Maar liefst 55,4 % procent van deze studenten gaf aan<br />

in de toekomst eventueel lid te willen worden van de vereniging. De SPS was verheugd over dit<br />

grote aantal potentiële leden.


Op elke universiteit waar psychologie wordt gegeven, bestaat nu een platform om op universitair<br />

niveau de SPS te vertegenwoordigen. Zo kan goed voeling met de psychologiestudenten in den<br />

lande worden gehouden.<br />

De SPS heeft in <strong>2005</strong> een 'Freud' T-shirtactie opgezet om een discussie te initiëren over het imago<br />

van de psycholoog. Op dit T-shirt staat de tekst: 'I'm not your Freud!' Het doel hiervan is de<br />

maatschappij erop te wijzen dat er meer is dan alleen de klinisch psycholoog.


Colofon<br />

Uitgave<br />

Nederlands Instituut van Psychologen<br />

Amsterdam<br />

Samenstelling<br />

Rein Baneke<br />

Eugèn Zut (financiën)<br />

Teksten<br />

Judith Flier<br />

Rein Baneke<br />

Adriënne Bel<br />

Eindredactie<br />

Adriënne Bel<br />

Ontwerp<br />

Loes Schepens (Eindeloos), Den Haag<br />

Webdesign<br />

Ed van den Heuvel, Den Haag<br />

© <strong>NIP</strong> 2006<br />

Adresgegevens<br />

Postadres<br />

<strong>NIP</strong><br />

Postbus 9921<br />

1006 AP Amsterdam<br />

Telefoon (020) 410 62 22<br />

Fax (020) 410 62 21<br />

E-mail info@psynip.nl<br />

Bezoekadres<br />

Osdorper Ban 27A<br />

Amsterdam<br />

Website<br />

www.psynip.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!