Logopedie bij de ziekte van Parkinson - Logopedie.nl
Logopedie bij de ziekte van Parkinson - Logopedie.nl
Logopedie bij de ziekte van Parkinson - Logopedie.nl
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>
Over het omslag<br />
Op het omslag staat een tulp afgebeeld, <strong>van</strong>af 2005 het wereldwij<strong>de</strong> symbool voor patiënten<br />
met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
In 1980 ontwikkel<strong>de</strong> een Ne<strong>de</strong>rlandse kweker met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> <strong>de</strong> ‘Dr. James<br />
<strong>Parkinson</strong>’ tulp. De Amerikaanse Karen Painter, eveneens een parkinsonpatiënt, ontwierp <strong>de</strong><br />
gestyleer<strong>de</strong> tekening, waar in <strong>de</strong> bla<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> tulp <strong>de</strong> letters P en D (<strong>Parkinson</strong>’s Disease)<br />
te herkennen zijn.
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Een richtlijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor<br />
<strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />
Hanneke Kalf<br />
Bert <strong>de</strong> Swart<br />
Marianne Bonnier-Baars<br />
Jolanda Kanters<br />
Marga Hofman<br />
Judith Kocken<br />
Marije Miltenburg<br />
Bas Bloem<br />
Marten Munneke<br />
2008
Deze richtlijn is tot stand gekomen on<strong>de</strong>r leiding <strong>van</strong> het <strong>Parkinson</strong> Centrum<br />
Nijmegen (ParC) <strong>van</strong> het UMC St Radboud in Nijmegen, in opdracht <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie.<br />
De ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze richtlijn is financieel on<strong>de</strong>rsteund door <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Patiënten Vereniging en het Fonds NutsOhra.<br />
De juiste verwijzing luidt: Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJM, Bonnier M, Hofman M,<br />
Kanters J, Kocken J, Miltenburg M, Bloem BR, Munneke M. <strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, een richtlijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong><br />
en Foniatrie, Woer<strong>de</strong>n/Den Haag: Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en<br />
Foniatrie/Uitgeverij Lemma, 2008.<br />
Omslagontwerp: Primo!Studio, Delft<br />
Opmaak binnenwerk: Textcetera, Den Haag<br />
© 2008 NVLF, Woer<strong>de</strong>n 2008 / Uitgeverij LEMMA<br />
Behou<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> in of krachtens <strong>de</strong> Auteurswet <strong>van</strong> 1912 gestel<strong>de</strong> uitzon<strong>de</strong>ringen mag niets uit <strong>de</strong>ze<br />
uitgave wor<strong>de</strong>n verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar<br />
gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen<br />
of enige an<strong>de</strong>re manier, zon<strong>de</strong>r voorafgaan<strong>de</strong> schriftelijke toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitgever.<br />
Voor zover het maken <strong>van</strong> reprografische verveelvoudigingen uit <strong>de</strong>ze uitgave is toegestaan op grond<br />
<strong>van</strong> artikel 16h Auteurswet 1912 dient men <strong>de</strong> daarvoor wettelijk verschuldig<strong>de</strong> vergoedingen te<br />
voldoen aan <strong>de</strong> Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.<strong>nl</strong>). Voor het<br />
overnemen <strong>van</strong> (een) ge<strong>de</strong>elte(n) uit <strong>de</strong>ze uitgave in bloemlezingen, rea<strong>de</strong>rs en an<strong>de</strong>re compilatiewerken<br />
(art. 16 Auteurswet 1912) kan men zich wen<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> Stichting PRO (Stichting Publicatie- en<br />
Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.<strong>nl</strong>/pro).<br />
No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means<br />
without written permission from the publisher.<br />
ISBN 978-90-5931-316-3<br />
NUR 940<br />
www.lemma.<strong>nl</strong>
Woord vooraf<br />
Met gepaste trots bevelen we u gezame<strong>nl</strong>ijk <strong>de</strong>ze richtlijn <strong>bij</strong> u aan.<br />
Dit is namelijk niet zomaar een richtlijn. Het is een evi<strong>de</strong>nce-based richtlijn,<br />
een evi<strong>de</strong>nce-based logopedierichtlijn. Bovendien bestaat er een ‘tweelingzusje’,<br />
een ergotherapievariant. Voor zover wij weten, is het uniek dat er tegelijkertijd<br />
twee monodisciplinaire evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnen <strong>van</strong> paramedische<br />
beroepen verschijnen: <strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en Ergotherapie<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>; richtlijnen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor<br />
<strong>Logopedie</strong> en Foniatrie en Ergotherapie Ne<strong>de</strong>rland. Deze richtlijnen zijn in<br />
nauw overleg gelijktijdig ont wikkeld.<br />
Het primaire doel <strong>van</strong> richtlijnontwikkeling is het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg te garan<strong>de</strong>ren<br />
en waar mogelijk te verbeteren hierdoor doeltreffen<strong>de</strong>r en doelmatiger<br />
te maken. On<strong>de</strong>r ‘doeltreffen<strong>de</strong>r’ wordt hier verstaan: werkzamer, veiliger,<br />
aanvaardbaar<strong>de</strong>r voor behan<strong>de</strong>laar en patiënt en beter toepasbaar en uitvoerbaar.<br />
Oftewel, richtlijnen zijn dus nodig en nuttig, omdat ze voor<strong>de</strong>len opleveren<br />
voor <strong>de</strong> zorginhoud, <strong>de</strong> zorgverlening en <strong>de</strong> zorgorganisatie.<br />
Een nieuwe richtlijn is een belangrijke innovatie omdat ‘het beste’ uit het<br />
beschikbare wetenschappelijke bewijs wordt gebun<strong>de</strong>ld. Innovatief is ook dat<br />
<strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntie in het perspectief <strong>van</strong> <strong>de</strong> praktijk staat. Zo voorziet een richtlijn<br />
<strong>de</strong> professional <strong>van</strong> waar<strong>de</strong>volle adviezen over een goe<strong>de</strong> en a<strong>de</strong>quate zorg. Een<br />
praktische richtlijn beschrijft <strong>de</strong> zorginhoud <strong>van</strong>uit het beschikbare wetenschappelijk<br />
bewijs en betrekt daarin <strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> therapeuten en patiënten.<br />
De zorgverlening gaat immers uit <strong>van</strong> partnerschap tussen patiënt en<br />
therapeut, is bovendien gericht op partici patie en is daarmee contextgericht.<br />
Maar <strong>de</strong>ze richtlijn biedt nog meer. De Nijmeegse groep <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoekers en<br />
professionals die aan <strong>de</strong>ze richtlijnen gewerkt hebben, hebben intens samengewerkt.<br />
De samenhang die er is tussen <strong>de</strong>ze richtlijnen en <strong>de</strong> KNGF-richtlijn<br />
Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> uit 2004 levert niet alleen een stevig fundament voor <strong>de</strong><br />
monodisci plinaire behan<strong>de</strong>ling, maar faciliteert ook <strong>de</strong> samenwerking tussen<br />
<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> paramedische disciplines. Juist <strong>de</strong>ze samenwerking is een<br />
kritische succesfactor voor goe<strong>de</strong> zorgverlening waar <strong>de</strong> cliënt mee gediend<br />
is. Ketenkwaliteit neemt een steeds belangrijker plaats in <strong>de</strong> ervaren kwaliteit<br />
<strong>van</strong> zorg.<br />
5
6<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Zoals Don Quichotte in 1605 zei: ‘the proof of the pudding is in the eating’.<br />
De waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn zal in <strong>de</strong> praktijk moeten blijken. Voor het zover is,<br />
voordat <strong>de</strong> logopedist daadwerkelijk <strong>de</strong> richtlijn gaat hanteren in <strong>de</strong> praktijk,<br />
zal een proces <strong>van</strong> implementatie moeten wor<strong>de</strong>n doorlopen. Hier hebben <strong>de</strong><br />
beroepsverenigingen een belangrijke taak.<br />
Tot onze grote vreug<strong>de</strong> zijn er al stappen gezet om ook het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
richt lijnen te evalueren via een wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek. Dit maakt het<br />
mogelijk om <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> toepassing <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijnen in <strong>de</strong>tail vast te stellen<br />
en <strong>bij</strong>voorbeeld relaties te on<strong>de</strong>rzoeken tussen <strong>de</strong> toepassing <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijnen<br />
en <strong>de</strong> uitkomst <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg.<br />
Onze complimenten voor dit schoolvoorbeeld <strong>van</strong> versterken <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg<br />
– zorg inhoud -verlening en -organisatie – door samenwerking!<br />
Marjolein Coppens MSc.<br />
<strong>Logopedie</strong>wetenschapper<br />
Lid Verenigingsbestuur en Voorzitter Commissie Vakinhoud<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />
Dr. Chris Kuiper<br />
Wetenschappelijk directeur<br />
Ergotherapie Ne<strong>de</strong>rland
Inhoud<br />
DEEL I Introductie en samenvatting 9<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 11<br />
DEEL II Toelichting en verantwoording 33<br />
1 Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording 35<br />
1.1 Achtergrond en aa<strong>nl</strong>eiding 35<br />
1.2 Doelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn 36<br />
1.3 Doelpopulatie 37<br />
1.4 Beoog<strong>de</strong> gebruikers 37<br />
1.5 Kwaliteitseisen 38<br />
1.6 Patiëntenperspectief 38<br />
1.7 Primair betrokkenen in <strong>de</strong> richtlijnontwikkeling 38<br />
1.8 Werkwijze 39<br />
1.9 Wetenschappelijke on<strong>de</strong>rbouwing 40<br />
1.10 Bronnen en zoekcriteria 42<br />
1.11 Disseminatie en implementatie 43<br />
1.12 Juridische betekenis 44<br />
1.13 Procedure voor herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn 44<br />
1.14 Externe financiering 44<br />
1.15 Dankwoord 45<br />
1.16 Opbouw en leeswijzer 45<br />
2 De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 47<br />
2.1 Pathogenese 47<br />
2.2 Epi<strong>de</strong>miologie 47<br />
2.3 Gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 48<br />
2.3.1 Stoornissen in functies 49<br />
2.3.2 Ernst en beloop <strong>van</strong> symptomen 53<br />
2.3.4 Beperkingen in vaardighe<strong>de</strong>n en activiteiten 54<br />
2.3.5 Participatieproblemen 56<br />
2.3.6 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> patiënten 56<br />
2.3.7 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> mantelzorgers 56<br />
7
8<br />
2.4 Diagnosestelling 57<br />
2.5 Behan<strong>de</strong>ling 59<br />
2.5.1 Multidisciplinaire bena<strong>de</strong>ring 59<br />
2.5.2 Medische behan<strong>de</strong>ling 59<br />
2.5.3 Paramedische behan<strong>de</strong>ling 61<br />
3 Dysartrie en communicatie 65<br />
3.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie 65<br />
3.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen 77<br />
4 Dysfagie 95<br />
4.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken 95<br />
4.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen 100<br />
5 Speekselverlies 113<br />
5.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing 113<br />
5.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies 116<br />
Bijlagen 121<br />
1 Betrokkenen <strong>bij</strong> richtlijnontwikkeling 123<br />
2 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> spraak- en taalstoornissen<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 126<br />
3 Vrage<strong>nl</strong>ijst spreekklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 127<br />
4 Nijmeegse Dysartrieschaal (NDS) 129<br />
5 Scoreformulier on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> dysartrie en taalproductie 130<br />
6 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 133<br />
7 Vrage<strong>nl</strong>ijst slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 134<br />
8 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 136<br />
9 DSFS-P Ernst- en frequentieschaal <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> [201] 137<br />
10 Vrage<strong>nl</strong>ijst speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 138<br />
11 Medicatie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 140<br />
12 Gewenste wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />
logopedie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 142<br />
13 Evi<strong>de</strong>ntietabellen 143<br />
Literatuur 149
DEEL I<br />
Introductie en samenvatting
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Dit is <strong>de</strong>el I, een introductie op en een samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> NVLF-richtlijn<br />
‘<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’, die apart <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn kan wor<strong>de</strong>n<br />
gelezen. Deel II <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn bestaat uit <strong>de</strong> volledige verantwoording, <strong>de</strong><br />
achtergron<strong>de</strong>n <strong>bij</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen en <strong>de</strong> <strong>bij</strong>lagen.<br />
Deel I bestaat uit drie paragrafen: (1) <strong>de</strong> logopedische domeinen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, (2) methodisch logopedisch han<strong>de</strong>len en (3) een opsomming<br />
<strong>van</strong> alle uitgangsvragen en aanbevelingen.<br />
1 Logopedische domeinen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> richt zich op drie domeinen:<br />
– moeite met spreken: hypokinetische dysartrie en <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> cognitieve<br />
stoornissen op taalbegrip, taalgebruik en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n;<br />
– moeite met kauwen en slikken: slikstoornissen, verslikken en traag kauwen<br />
en slikken;<br />
– moeite met speekselbeheersing: speekselverlies als gevolg <strong>van</strong> niet tijdig<br />
wegslikken <strong>van</strong> speeksel.<br />
Voor <strong>de</strong> revalidatie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten hebben Morris & Iansek (1) een<br />
theoretisch mo<strong>de</strong>l beschreven waarmee positieve ervaringen zijn opgedaan<br />
in grote parkinsoncentra in het buite<strong>nl</strong>and. Het bestaat uit <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vijf<br />
uitgangspunten:<br />
1 <strong>Parkinson</strong>patiënten hebben – afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst, dat wil zeggen<br />
tot op zekere hoogte – een goed<strong>de</strong>els normale motoriek, die op <strong>de</strong> juiste<br />
wijze moet wor<strong>de</strong>n geactiveerd. Een ervaren therapeut is in staat om te<br />
bepalen wat <strong>de</strong> meest zinvolle activatie is.<br />
2 Hypokinesie neemt toe naarmate han<strong>de</strong>lingen langer duren en meer complex<br />
zijn. Complexe han<strong>de</strong>lingen moeten daarom in <strong>de</strong>elhan<strong>de</strong>lingen wor<strong>de</strong>n<br />
opge<strong>de</strong>eld.<br />
3 Deelhan<strong>de</strong>lingen moeten bewust wor<strong>de</strong>n uitgevoerd om <strong>de</strong> falen<strong>de</strong> automatische<br />
motoriek te compenseren.<br />
4 Externe cues (visueel, auditief of proprioceptief) kunnen helpen om han<strong>de</strong>lingen<br />
te starten en op gang te hou<strong>de</strong>n.<br />
11
12<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
5 Het tegelijk uitvoeren <strong>van</strong> motorische en cognitieve taken (dubbeltaken)<br />
dient te wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n, omdat <strong>de</strong> cognitieve aandacht nodig is om<br />
motorische taken bewust uit te voeren.<br />
Deze uitgangspunten zijn ook belangrijk in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling (2).<br />
On<strong>de</strong>rzoek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> beperkingen in het spreken<br />
Subtiele veran<strong>de</strong>ringen in spreken en cognitie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten kunnen<br />
al snel <strong>van</strong> grote invloed zijn op <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt zich met spreken<br />
op zijn gemak voelt (3). Dat on<strong>de</strong>rstreept het belang <strong>van</strong> vroege verwijzing en<br />
tijdige logopedische aandacht.<br />
De huidige logopedische behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> hypokinetische dysartrie<br />
concentreren zich op intensieve stimulering <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spreken,<br />
geduren<strong>de</strong> een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> ten minste vier weken. Een <strong>de</strong>rgelijk aanpak<br />
is parkinson-specifiek, want doet een beroep op (tot <strong>de</strong> op zekere hoogte)<br />
normale motoriek door die te activeren en uit te lokken door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> cues.<br />
Diverse studies (4) hebben <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> daar<strong>van</strong> laten zien voor patiënten<br />
met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
<strong>Parkinson</strong>patiënten variëren sterk in <strong>ziekte</strong>-ernst, fysieke en cognitieve belastbaarheid,<br />
dysartrische kenmerken en verwachtingen ten aanzien <strong>van</strong> verbale<br />
communicatie. Dat betekent dat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid kan<br />
variëren <strong>van</strong> een eenmalig consult met adviezen, tot intensieve behan<strong>de</strong>ling<br />
<strong>van</strong> ten minste driemaal per week geduren<strong>de</strong> ten minste vier weken, tot periodieke<br />
consulten met nadruk op begeleiding en instructie <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers<br />
(gesprekspartners). De behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> communicatieve klachten als<br />
gevolg <strong>van</strong> cognitief verval en taalstoornissen is beperkt tot hulp in <strong>de</strong> vorm<br />
adviezen en specifieke aanpassingen. Een (met betrekking tot <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong>) ervaren logopedist mag door <strong>de</strong> verwijzer in staat wor<strong>de</strong>n geacht<br />
om te beoor<strong>de</strong>len of en op welke wijze behan<strong>de</strong>ling zinvol is en om die behan<strong>de</strong>ling<br />
te kunnen uitvoeren.<br />
On<strong>de</strong>rzoek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> beperkingen <strong>van</strong> het slikken<br />
Verslikken, lang blijven kauwen en an<strong>de</strong>re typische slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kunnen zorgwekkend en belastend zijn voor <strong>de</strong> patiënt en zijn<br />
mantelzorgers (5). Logopedisten met ervaring in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen<br />
en <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn in staat om na efficiënte diagnostiek<br />
in kortduren<strong>de</strong> interventies a<strong>de</strong>quate oefeningen, aanpassingen en cueing- en<br />
bewegingstrategieën aan te bie<strong>de</strong>n. De behan<strong>de</strong>ling die daarop volgt zal in het<br />
algemeen bestaan uit een eenmalig advies of een korte behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong>, zo<br />
nodig in <strong>de</strong> thuissituatie.
On<strong>de</strong>r zoek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> beperkingen in<br />
speekselbeheersing<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Speekselverlies is een vervelend probleem dat met name optreedt in <strong>de</strong> latere<br />
fasen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>. Logopedisten met ervaring in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />
kunnen vaststellen wat <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht is en in hoeverre <strong>de</strong><br />
klacht met logopedische technieken te behan<strong>de</strong>len is. De behan<strong>de</strong>ling zal in<br />
het algemeen bestaan uit een eenmalig advies of een korte behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong>,<br />
zo nodig in <strong>de</strong> thuissituatie. Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> oplevert,<br />
zal <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt terugsturen naar <strong>de</strong> verwijzer voor<br />
medische behan<strong>de</strong>ling (<strong>bij</strong>voorbeeld voor injecties met botuline-neurotoxine).<br />
2 Methodisch logopedisch han<strong>de</strong>len<br />
Het methodisch logopedisch han<strong>de</strong>len is beschreven in <strong>de</strong> Logopedische Standaar<strong>de</strong>n<br />
voor <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> werkvel<strong>de</strong>n waarin <strong>de</strong> logopedist werkzaam kan<br />
zijn (NVLF, 1996).<br />
De uitgangsvragen en aanbevelingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn volgen globaal het<br />
methodisch han<strong>de</strong>len dat samengevat wordt in figuur 1.<br />
indicatie en verwijzing<br />
hulpvraag en anamnese<br />
diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek<br />
conclusie en formuleren<br />
behan<strong>de</strong>ldoelen<br />
behan<strong>de</strong>ling<br />
evaluatie, afsluiting en<br />
rapportage<br />
Figuur 1 De fasen <strong>van</strong> methodisch han<strong>de</strong>len<br />
13
14<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
In 2008 zal tevens <strong>de</strong> ‘Multidisciplinaire richtlijn voor diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ verschijnen, on<strong>de</strong>r leiding <strong>van</strong> het Kwaliteitsinstituut<br />
voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO (6). Die richtlijn beschrijft on<strong>de</strong>r<br />
an<strong>de</strong>re <strong>de</strong> indicatiestelling voor <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> disciplines <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong> en afspraken over <strong>de</strong> berichtgeving tussen <strong>de</strong> verwijzer en <strong>de</strong> zorgverleners.<br />
Daarom zijn hier <strong>de</strong> aanbevelingen overgenomen over <strong>de</strong> indicatie<br />
voor logopedie en over <strong>de</strong> berichtgeving tussen <strong>de</strong> verwijzer en <strong>de</strong> logopedist<br />
(conform <strong>de</strong> structuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> opbouw <strong>van</strong> aanbevelingen, zie <strong>de</strong>el II).<br />
Vraag 1<br />
Wat zijn <strong>de</strong> indicaties voor verwijzing naar logopedie?<br />
Overige overwegingen<br />
Bij <strong>de</strong> formulering <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze aanbeveling is <strong>de</strong> inhoud <strong>van</strong> <strong>de</strong> NVLF-richtlijn<br />
‘<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ gevolgd.<br />
Aanbeveling 1<br />
Indicaties voor verwijzing naar logopedie zijn:<br />
1 Aanwezigheid <strong>van</strong> beperkingen in <strong>de</strong> spraak of communicatie.<br />
2 Aanwezigheid <strong>van</strong> beperkingen met het slikken (met als mogelijk gevolg<br />
kwijlen) of problemen met eten/drinken ten gevolge <strong>van</strong> slikstoornissen<br />
(met als mogelijk gevolg een aspiratiepneunomie of gewichtsverlies).<br />
3 Noodzaak tot advies en gebruik <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len ten bate <strong>van</strong> <strong>de</strong> communicatie.<br />
Vraag 2<br />
Wat zijn <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n voor werkafspraken tussen <strong>de</strong> betrokken zorgverleners?<br />
Binnen <strong>de</strong> multidisciplinaire richtlijn zijn ook afspraken gemaakt in <strong>de</strong> vorm<br />
<strong>van</strong> aanbevelingen over <strong>de</strong> wijze <strong>van</strong> rapporteren. Dat wil in dit verband zeggen:<br />
welke informatie <strong>de</strong> logopedist <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwijzer mag verwachten en welke<br />
informatie <strong>de</strong> verwijzer <strong>van</strong> een logopedist in een behan<strong>de</strong>lverslag of brief<br />
graag terug wil zien?<br />
Overige overwegingen<br />
Om optimale ketenzorg te waarborgen zijn goe<strong>de</strong> werkafspraken tussen <strong>de</strong><br />
betrokken zorgverleners essentieel. De parkinsonverpleegkundige of zorgcoordinator<br />
speelt hier<strong>bij</strong> een centrale rol.
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 2a<br />
De verwijsbrief naar een op indicatie betrokken zorgverlener dient minimaal<br />
te bevatten: (a) <strong>de</strong> medische voorgeschie<strong>de</strong>nis, (b) <strong>de</strong> comorbiditeit,<br />
(c) <strong>de</strong> huidige medicatie en, <strong>bij</strong> voorkeur, <strong>de</strong> reeds eer<strong>de</strong>r geprobeer<strong>de</strong><br />
medicatie (met <strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen voor het staken), (d) <strong>de</strong> vraagstelling en (e) <strong>de</strong><br />
aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwijzing (eenmalig consult ter advies, of ter initiatie <strong>van</strong> een<br />
behan<strong>de</strong>ling).<br />
Aanbeveling 2b<br />
De zorgverlener waarnaar <strong>de</strong> patiënt is verwezen rapporteert aan <strong>de</strong> verwijzer<br />
(en aan <strong>de</strong> parkinsonverpleegkundige) <strong>bij</strong> afsluiting <strong>van</strong> een interventie.<br />
Indien een behan<strong>de</strong>ling een langdurig karakter heeft, rapporteert<br />
<strong>de</strong> zorgverlener ook tussentijds, ten minste éénmaal per jaar. In <strong>de</strong> rapportage<br />
vermeldt <strong>de</strong> zorgverlener minimaal <strong>de</strong> ingeschakel<strong>de</strong> interventie(s),<br />
<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong> en frequentie, het effect en <strong>de</strong> verwachte prognose.<br />
Indien mogelijk wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling on<strong>de</strong>rsteund<br />
met waar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> gebruikte meetinstrumenten. De betekenis <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze<br />
waar<strong>de</strong>n wordt bondig maar dui<strong>de</strong>lijk omschreven. Indien een (monodisciplinaire)<br />
richtlijn beschikbaar is, dient <strong>de</strong> verslaglegging en <strong>de</strong> keuze <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> meetinstrumenten conform <strong>de</strong>ze richtlijn te zijn. Wanneer psychosociale<br />
problematiek dan wel responsfluctuaties <strong>van</strong> medicatie gesignaleerd<br />
wordt, volgt hierover berichtgeving naar <strong>de</strong> parkinsonverpleegkundige of<br />
zorgcoördinator.<br />
De richtlijn voorziet hierna per domein in aanbevelingen over het logopedisch<br />
on<strong>de</strong>rzoek en <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n. De aanbevelingen<br />
over het diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek betreffen rele<strong>van</strong>te anamnesevragen, meetinstrumenten,<br />
ernstmaten, (gestandaardiseer<strong>de</strong>) observaties en instrumenteel<br />
on<strong>de</strong>rzoek. Aanbevelingen over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling beschrijven <strong>de</strong> diverse metho<strong>de</strong>n<br />
en technieken, <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lfrequentie en <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger.<br />
Hieron<strong>de</strong>r volgt een opsomming <strong>van</strong> alle uitgangsvragen en aanbevelingen.<br />
3 Overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen<br />
De richtlijn bestaat in totaal uit veertig uitgangsvragen en 60 aanbevelingen.<br />
Hieron<strong>de</strong>r volgt een overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitgangsvragen en aanbevelingen, ver<strong>de</strong>eld<br />
over:<br />
– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie (<strong>de</strong>el II, paragraaf 3.1);<br />
– behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen (<strong>de</strong>el II, paragraaf<br />
3.2);<br />
15
16<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken (<strong>de</strong>el II, paragraaf 4.1);<br />
– behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen (<strong>de</strong>el II, paragraaf 4.2);<br />
– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing (<strong>de</strong>el II, paragraaf 5.1);<br />
– behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies (<strong>de</strong>el II, paragraaf 5.2).<br />
On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie<br />
Vraag 3<br />
Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
Aanbeveling 3a<br />
Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> spraakklachten<br />
<strong>van</strong> een parkinsonpatiënt:<br />
a vraagt naar klachten zowel op functieniveau als op activiteitenniveau<br />
en participatieniveau;<br />
b informeert naar klachten zowel over <strong>de</strong> spraak (stem, verstaanbaarheid)<br />
als naar klachten over communicatieve vaardigheid (woordvinding, een<br />
gesprek beginnen e.d.);<br />
c vraagt naar zowel <strong>de</strong> problemen en ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt, als naar<br />
<strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gesprekspartner en/of mantelzorgers.<br />
Aanbeveling 3b<br />
Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt vóór het eerste consult een<br />
gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />
Vraag 4<br />
Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraakklachten te kwantificeren?<br />
Aanbeveling 4<br />
Het is te overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie voor <strong>de</strong><br />
verstaanbaarheid en communicatieve effectiviteit te scoren op <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />
vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal ‘verstaanbaarheid’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />
Measures (TOM).
Vraag 5<br />
Wat is specifiek voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 5<br />
Het is aan te bevelen het klinisch dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong><br />
idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> te beperken tot:<br />
a het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het spontane of ongestimuleer<strong>de</strong> spreken, en<br />
b het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse spraakkenmerken<br />
met behulp <strong>van</strong> maximale prestatietests.<br />
Vraag 6<br />
Op welke manier kan het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt het beste<br />
wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Aanbeveling 6<br />
Het is aan te bevelen om het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />
te beoor<strong>de</strong>len aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> <strong>de</strong> gebruikelijke spraakkenmerken, namelijk<br />
a<strong>de</strong>ming, fonatie, articulatie, resonantie en prosodie. Bij <strong>de</strong> interpretatie is<br />
het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong> of in een off-perio<strong>de</strong><br />
is geobserveerd.<br />
Vraag 7<br />
Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie te kwantificeren?<br />
Aanbeveling 7<br />
De logopedist kan overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie te scoren op<br />
<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal dysartrie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />
Measures (TOM).<br />
Vraag 8<br />
Op welke manier kan <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />
het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
17
18<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 8<br />
Het is sterk aan te bevelen om <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> maximale prestatietests te<br />
gebruiken om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit en <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong><br />
het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt te beoor<strong>de</strong>len:<br />
– automatische reeksen;<br />
– maximale fonatieduur;<br />
– glijtonen.<br />
Bij <strong>de</strong> interpretatie is het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong><br />
of in een off-perio<strong>de</strong> is geobserveerd.<br />
Vraag 9<br />
Welke audiovisuele registraties zijn <strong>van</strong> belang <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met<br />
spraakklachten?<br />
Aanbeveling 9a<br />
Het is aan te bevelen om <strong>bij</strong> elke parkinsonpatiënt een audio- of vi<strong>de</strong>oopname<br />
te maken <strong>van</strong> het spontane spreken, met als doel om <strong>de</strong> beginsituatie<br />
vast te leggen en <strong>de</strong> patiënt feedback te kunnen geven over zijn<br />
verstaanbaarheid.<br />
Aanbeveling 9b<br />
Het wordt aanbevolen om <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken <strong>bij</strong> het<br />
eerste consult vast te leggen met een dB-meter.<br />
Vraag 10<br />
Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist on<strong>de</strong>rzoek door een KNO-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />
met spraakklachten adviseren?<br />
Aanbeveling 10<br />
Geadviseerd wordt dat <strong>de</strong> logopedist laryngoscopisch on<strong>de</strong>rzoek door een<br />
KNO-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt met een hypokinetische dysartrie alleen<br />
zou moeten voorstellen <strong>bij</strong> ver<strong>de</strong>nking <strong>van</strong> stemplooipathologie die niet<br />
gerelateerd is aan het neurologische <strong>ziekte</strong>beeld.
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Vraag 11<br />
Op welke manier kunnen taalstoornissen en/of communicatieve problemen<br />
<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Aanbeveling 11<br />
Het verdient aanbeveling om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten expliciet te vragen<br />
naar moeite met woordvinding en conversatie. Het afnemen <strong>van</strong> formele<br />
taaltests wordt vooralsnog ontra<strong>de</strong>n.<br />
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen<br />
Vraag 12<br />
Wat zijn <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling met LSVT en PLVT?<br />
Aanbeveling 12<br />
Het is sterk aan te bevelen om parkinsonpatiënten met een hypokinetische<br />
dysartrie, die voldoen aan <strong>de</strong> indicaties voor intensieve behan<strong>de</strong>ling, met<br />
PLVT of LSVT te behan<strong>de</strong>len.<br />
Vraag 13<br />
Wat is <strong>de</strong> optimale behan<strong>de</strong>lintensiteit voor PLVT/LSVT?<br />
Aanbeveling 13a<br />
Het wordt aanbevolen om behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT <strong>bij</strong> daarvoor geïndiceer<strong>de</strong><br />
patiënten te geven met een behan<strong>de</strong>lfrequentie <strong>van</strong> ten minste<br />
driemaal per week, <strong>de</strong>rtig minuten, geduren<strong>de</strong> minimaal vier weken. Een<br />
geringere behan<strong>de</strong>lfrequentie wordt ontra<strong>de</strong>n.<br />
Aanbeveling 13b<br />
Het verdient tevens aanbeveling om PLVT/LSVT zó te plannen, dat vier<br />
weken aaneensluitend oefenen zowel voor <strong>de</strong> patiënt als <strong>de</strong> logopedist<br />
uitvoerbaar is en <strong>bij</strong> voorkeur niet tegelijk valt met an<strong>de</strong>re paramedische<br />
interventies die eveneens veel tijd en energie vragen.<br />
19
20<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Vraag 14<br />
Wanneer is een parkinsonpatiënt geïndiceerd voor behan<strong>de</strong>ling met PLVT/<br />
LSVT?<br />
Aanbeveling 14a<br />
Geadviseerd wordt om parkinsonpatiënten met een hypokinetische dysartrie<br />
behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT te adviseren als:<br />
– <strong>de</strong> stemkwaliteit, zowel luidheid, hel<strong>de</strong>rheid als toonhoogte, voldoen<strong>de</strong><br />
te cuen is;<br />
– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> intrinsieke motivatie heeft om intensief te oefenen,<br />
op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht en <strong>de</strong> verwachtingen <strong>van</strong> het<br />
communicatief functioneren;<br />
– <strong>de</strong> patiënt cognitief voldoen<strong>de</strong> in staat is om een nieuwe techniek te<br />
leren;<br />
– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> energie heeft om intensief te oefenen.<br />
Aanbeveling 14b<br />
Bij twijfel over <strong>de</strong> indicatie voor PLVT/LSVT kan het zinvol zijn om eerst een<br />
proefbehan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>bij</strong>voorbeeld een week uit te voeren.<br />
Aanbeveling 14c<br />
Tevens kan het zinvol zijn om <strong>de</strong> patiënt geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong> te<br />
laten oefenen met <strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> een co-therapeut.<br />
Aanbeveling 14d<br />
Follow-up (tussen 6 en 12 maan<strong>de</strong>n) na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT is aan<br />
te bevelen.<br />
Vraag 15<br />
Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling wanneer een parkinsonpatiënt niet geïndiceerd<br />
is voor PLVT/LSVT?<br />
Aanbeveling 15<br />
Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die niet geïndiceerd zijn voor<br />
intensieve behan<strong>de</strong>ling wel met PLVT/LSVT-technieken te behan<strong>de</strong>len, maar<br />
met een lagere intensiteit en met min<strong>de</strong>r hoge doelen. Tegelijk traint <strong>de</strong><br />
logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers om het cuen wanneer nodig over te nemen.
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Vraag 16<br />
Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> hypokinetische<br />
dysartrie?<br />
Aanbeveling 16<br />
Voor algemene oefeningen voor <strong>de</strong> mondmotoriek of uitspraak is wellicht<br />
geen plaats in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met<br />
een dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische dysartrie.<br />
Vraag 17<br />
Wat is te verwachten <strong>van</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> mimiekarmoe<strong>de</strong>?<br />
Aanbeveling 17<br />
Bij het overwegen <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> PLVT/LSVT kan tevens wor<strong>de</strong>n meegenomen<br />
dat <strong>de</strong>ze behan<strong>de</strong>ling een gunstige invloed kan hebben op <strong>de</strong><br />
non-verbale communicatie.<br />
Gezichtsmassage of geïsoleerd oefenen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gelaatsexpressie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
kan overwogen wor<strong>de</strong>n om tij<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
gelaatsspieren te vermin<strong>de</strong>ren, maar lijkt niet zinvol om <strong>de</strong> mimiek te verbeteren.<br />
Vraag 18<br />
Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> groepsbehan<strong>de</strong>ling?<br />
Aanbeveling 18<br />
Wanneer <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n het toelaten is groepsbehan<strong>de</strong>ling, als aanvulling<br />
op individuele behan<strong>de</strong>ling, te overwegen in <strong>de</strong> begeleiding <strong>van</strong><br />
parkinsonpatiënten met dysartrie en communicatieproblemen.<br />
Vraag 19<br />
Op welke wijze moet <strong>de</strong> logopedist rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> medicatie?<br />
Aanbeveling 19a<br />
Het is te overwegen om <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling pas te starten als <strong>de</strong><br />
medicatie goed is ingesteld.<br />
21
22<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 19b<br />
Tevens wordt aanbevolen om in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling nadrukkelijk<br />
rekening te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> on- en off-perio<strong>de</strong>s <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />
Vraag 20<br />
Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n?<br />
Aanbeveling 20a<br />
Wanneer PLVT/LSVT niet voldoen<strong>de</strong> helpt om accelereren tegen te gaan,<br />
is het gebruik <strong>van</strong> een pacing board of metronoom <strong>bij</strong> het oefenen te overwegen.<br />
Aanbeveling 20b<br />
Alleen wanneer behan<strong>de</strong>ltechnieken (PLVT/LSVT) onvoldoen<strong>de</strong> helpen<br />
om een acceptabel stemvolume terug te krijgen én wanneer <strong>de</strong> kwaliteit<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> articulatie het toelaat, is het gebruik <strong>van</strong> een spraakversterker te<br />
overwegen.<br />
Vraag 21<br />
Wat zijn <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> communicatieve problemen als gevolg<br />
<strong>van</strong> taalstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
Aanbeveling 21<br />
De logopedist heeft een taak in het geven <strong>van</strong> inzicht in en het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />
compensaties <strong>bij</strong> taalstoornissen en communicatieve problemen die niet<br />
wor<strong>de</strong>n veroorzaakt door een slechte verstaanbaarheid.<br />
Vraag 22<br />
Wat is <strong>de</strong> plaats <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len als ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het spreken<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>?
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 22<br />
Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist parkinsonpatiënten met zeer ernstige<br />
dysartrieën, maar een bruikbare arm-handfunctie, hulpmid<strong>de</strong>len adviseert<br />
en leert gebruiken, zoals een letterkaart, een communicatiebord of een<br />
elektronisch communicatiemid<strong>de</strong>l.<br />
Vraag 23<br />
Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen?<br />
Aanbeveling 23<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en communicatieve traagheid. De mantelzorger<br />
kan daar<strong>bij</strong> drie taken (rollen) hebben:<br />
1 co-therapeut tij<strong>de</strong>ns intensieve PLVT/LSVT;<br />
2 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> verstaanbaarheidsproblemen: toepassen<br />
<strong>van</strong> cues om <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong> techniek voor verstaanbaar<strong>de</strong>r spreken<br />
te faciliteren;<br />
3 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> communicatieve (cognitieve) problemen:<br />
helpen tij<strong>de</strong>ns conversaties door <strong>bij</strong>voorbeeld vragen te herhalen.<br />
Vraag 24<br />
Wat zijn <strong>de</strong> beste instrumenten om het resultaat <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len te bepalen?<br />
Aanbeveling 24<br />
Aanbevolen wordt om het resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling vast te stellen door<br />
mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong>:<br />
– objectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken met<br />
een dB-meter of een vi<strong>de</strong>o-opname;<br />
– subjectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en verstaanbaarheid tij<strong>de</strong>ns<br />
spontaan spreken met <strong>de</strong> TOM-schalen;<br />
– met <strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers te bespreken in hoeverre <strong>de</strong> <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g<br />
geformuleer<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ldoelen zijn gehaald.<br />
23
24<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken<br />
Vraag 25<br />
Wat moet in <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het kauwen en slikken <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
Aanbeveling 25a<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> kauw- en<br />
slikstoornissen vraagt naar <strong>de</strong> specifieke klachten en het beloop daar<strong>van</strong> op<br />
zowel functieniveau (verslikken, traag eten) en activiteitenniveau (weglaten<br />
<strong>van</strong> moeilijke consistenties) als op participatieniveau (dineren met an<strong>de</strong>ren).<br />
Aanbeveling 25b<br />
Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />
gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />
Vraag 26<br />
Welk logopedisch slikon<strong>de</strong>rzoek is rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
Aanbeveling 26a<br />
Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />
over het slikken <strong>bij</strong> voorkeur:<br />
a het spontaan drinken observeert;<br />
b <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het drinken beoor<strong>de</strong>elt met behulp <strong>van</strong> maximale<br />
prestatietests (maximaal slikvolume en/of sliksnelheid),<br />
Aanbeveling 26b<br />
Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> klachten over vaste voeding een<br />
maaltijd observeert en <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> instructies en cues beoor<strong>de</strong>elt.<br />
Vraag 27<br />
Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />
met slikklachten adviseren?<br />
Aanbeveling 27<br />
Bij een parkinsonpatiënt met een slikstoornis, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> ernst<br />
ondui<strong>de</strong>lijk is, kan <strong>de</strong> logopedist overwegen om aanvullen<strong>de</strong> diagnostiek<br />
door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een slikvi<strong>de</strong>o of FEES te adviseren.
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />
Vraag 28<br />
Wat zijn belangrijke on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> voorlichting en educatie?<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 28<br />
Het wordt aanbevolen om voor het inzicht en <strong>de</strong> motivatie aan <strong>de</strong> patiënt<br />
en <strong>de</strong> mantelzorgers uitleg te geven over het normale proces <strong>van</strong> kauwen<br />
en slikken en over wat er <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt fout gaat.<br />
Vraag 29<br />
Wat zijn zinvolle technieken om verslikken in vloeistoffen te vermin<strong>de</strong>ren?<br />
Aanbeveling 29a<br />
Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die anamnestisch last hebben<br />
<strong>van</strong> verslikken, maar zich niet verslikken tij<strong>de</strong>ns een slikon<strong>de</strong>rzoek en<br />
provocatietests:<br />
1 uitleg te geven over verslikken als gevolg <strong>van</strong> een dubbeltaak, en<br />
2 door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> oefenen bewust te maken <strong>van</strong> veilig slikken met aandacht.<br />
Pas als dit onvoldoen<strong>de</strong> verbetering geeft zou <strong>de</strong> logopedist an<strong>de</strong>re interventies<br />
moeten overwegen.<br />
Aanbeveling 29b<br />
Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt die zich<br />
snel verslikt in vloeistoffen, beoor<strong>de</strong>elt of nekflexie voldoen<strong>de</strong> is en kan<br />
wor<strong>de</strong>n volgehou<strong>de</strong>n om verslikken in vloeistoffen te verhelpen.<br />
Aanbeveling 29c<br />
Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt die zich<br />
snel verslikt in vloeistoffen, probeert of kleinere volumes dan wel consequente<br />
dikkere vloeistoffen voldoen<strong>de</strong> zijn om verslikken in vloeistoffen te<br />
voorkomen.<br />
25
26<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Vraag 30<br />
Wat zijn zinvolle technieken om langdurig kauwen en trage slikinzet te verbeteren?<br />
Aanbeveling 30a<br />
De logopedist kan overwegen om te beoor<strong>de</strong>len wat het resultaat is <strong>van</strong><br />
activatieoefeningen op <strong>de</strong> slikinzet, voorafgaand aan elke maaltijd.<br />
Aanbeveling 30b<br />
Bij parkinsonpatiënten die te lang kauwen (hypokinesie) en/of voedsel in<br />
<strong>de</strong> mond hou<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r te slikken (akinesie), kan het zinvol zijn om te<br />
proberen of <strong>de</strong> patiënt kan leren het proces in bewuste stappen en met<br />
gebruik <strong>van</strong> specifieke cues uit te voeren.<br />
Aanbeveling 30c<br />
Wanneer langdurig kauwen en akinesie <strong>van</strong> het slikken moeilijk gedragsmatig<br />
is te verbeteren, wordt aanbevolen om aangepaste (gemalen) voeding<br />
te adviseren.<br />
Vraag 31<br />
Wat zijn zinvolle technieken om faryngeaal residu te vermin<strong>de</strong>ren?<br />
Aanbeveling 31a<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met faryngeale<br />
passageklachten leert om bewust en consequent krachtiger te slikken.<br />
Aanbeveling 31b<br />
Wanneer faryngeale passageklachten moeilijk gedragsmatig zijn te verbeteren,<br />
wordt aanbevolen om meer aangepaste voedselconsistenties te<br />
adviseren.
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 31c<br />
Wanneer <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> patiënt adviseert om voedselconsistenties aan<br />
te passen, is het aan te bevelen om een diëtist te vragen om <strong>de</strong> patiënt<br />
te adviseren hoe <strong>de</strong> volwaardigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> voeding het beste kan wor<strong>de</strong>n<br />
gehandhaafd.<br />
Vraag 32<br />
Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> hypokinetische slikstoornissen?<br />
Aanbeveling 32<br />
De logopedist kan overwegen om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met slikstoornissen<br />
én een hypokinetische dysartrie, voor <strong>de</strong> slikstoornis alleen <strong>de</strong> noodzakelijke<br />
adviezen te geven en na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT, opnieuw<br />
het kauwen en slikken te beoor<strong>de</strong>len.<br />
Vraag 33<br />
Wat zijn zinvolle technieken om het slikken <strong>van</strong> pillen te vergemakkelijken?<br />
Aanbeveling 33<br />
Gegeven <strong>de</strong> diverse oorzaken <strong>van</strong> moeite met pillen slikken wordt aanbevolen<br />
dat <strong>de</strong> logopedist aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> individuele observatie <strong>van</strong> het<br />
pillen slikken door <strong>de</strong> patiënt, een passend advies be<strong>de</strong>nkt en evalueert,<br />
gebaseerd op <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> slikstoornissen.<br />
Vraag 34<br />
Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> multidisciplinaire samenwerking <strong>bij</strong> slikstoornissen?<br />
Aanbeveling 34<br />
Hat kan zinvol zijn dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen<br />
samenwerkt met <strong>de</strong> diëtist, verpleegkundige, ergotherapeut of fysiotherapeut.<br />
Vraag 35<br />
Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen?<br />
27
28<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 35<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />
afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues.<br />
On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing<br />
Vraag 36<br />
Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
Aanbeveling 36a<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> speekselverlies<br />
vraagt naar klachten op zowel functieniveau en activiteitenniveau<br />
als op participatieniveau. Ook inzicht in <strong>de</strong> momenten waarop het speekselverlies<br />
optreedt, kan aanknopingspunten voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling opleveren.<br />
Aanbeveling 36b<br />
Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />
gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />
Vraag 37<br />
Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies te kwantificeren?<br />
Aanbeveling 37<br />
Aanbevolen wordt om <strong>de</strong> DSFS-P te gebruiken om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies<br />
te kwantificeren.<br />
Vraag 38<br />
Welke beïnvloe<strong>de</strong>n<strong>de</strong> factoren <strong>van</strong> speekselverlies kunnen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
in ie<strong>de</strong>r geval wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Aanbeveling 38<br />
Het is aan te bevelen om te analyseren wat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lbare oorzaken <strong>van</strong><br />
het speekselverlies zijn, zoals mondsluiting, a<strong>de</strong>quaat slikken, hoofd- en<br />
lichaamshouding en <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt te instrueren is en instructie<br />
(zo nodig met hulp <strong>van</strong> een mantelzorger) in praktijk kan brengen en<br />
volhou<strong>de</strong>n.
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Vraag 39<br />
Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />
Aanbeveling 39a<br />
Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />
over speeksel(verlies) uitleg geeft over <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> speekselverlies en<br />
probeert het speekselverlies met instructies over slikken en bewegingsstrategieën<br />
gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />
Aanbeveling 39b<br />
Omdat gegevens ontbreken over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> specifieke behan<strong>de</strong>ltechnieken<br />
is het aan te bevelen om <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling te stoppen wanneer<br />
dui<strong>de</strong>lijke verbetering na twee tot drie sessies uitblijft.<br />
Aanbeveling 39c<br />
Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> oplevert is het aan te bevelen<br />
dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met berichtgeving terugverwijst<br />
voor eventuele medische behan<strong>de</strong>ling.<br />
Vraag 40<br />
Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />
Aanbeveling 40<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />
<strong>bij</strong> het voorkomen <strong>van</strong> speekselverlies, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />
afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues en bewegingsstrategieën.<br />
29
30<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Samenvattingskaart <strong>bij</strong> problemen met spreken (* nummers <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen)<br />
Mogelijke conclusies Behan<strong>de</strong>ling<br />
(12 – 24)*<br />
Anamnese en dysartrieon<strong>de</strong>rzoek<br />
(3 – 11)*<br />
Adviezen tij<strong>de</strong>ns eenmalig consult.<br />
Geringe hypokinetische dysartrie maar geen last;<br />
patiënt kan zichzelf cuen door, als het nodig is, met<br />
meer intensiteit te spreken.<br />
PLVT (LSVT) minimaal driemaal per week,<br />
geduren<strong>de</strong> minimaal vier weken (indien nodig<br />
met co-therapeut).<br />
Dui<strong>de</strong>lijke mil<strong>de</strong> tot matige hypokinetische dysartrie;<br />
patiënt is makkelijk te cuen, is gemotiveerd, heeft<br />
voldoen<strong>de</strong> energie en leervermogen.<br />
PLVT met nadruk op extern cuen tot lui<strong>de</strong>r<br />
spreken; gesprekspartner/mantelzorgers leren<br />
hoe cuen over te nemen en consequent toe te<br />
passen.<br />
Matige tot ernstige hypokinetische dysartrie die<br />
enigszins te cuen is; patiënt heeft weinig energie<br />
en/of is beperkt leerbaar.<br />
Vragen (evt. met behulp <strong>van</strong><br />
gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst) naar<br />
klachten over:<br />
- stem;<br />
- verstaanbaarheid;<br />
- moeite met conversatie.<br />
Observatie <strong>van</strong> spontaan (ongestimuleerd)<br />
spreken, zo nodig met audio-opname,<br />
vi<strong>de</strong>o-opname en/of dB-meter. Bepalen <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> mate <strong>van</strong> stimuleerbaarheid (met reeksen<br />
noemen, nazeggen, klank aanhou<strong>de</strong>n enz.).<br />
Bij twijfel over <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie: oraal<br />
on<strong>de</strong>rzoek, diadochokinese e.d.<br />
Begeleiding en instructie <strong>van</strong> gesprekspartners,<br />
gericht op cuen <strong>van</strong> een <strong>de</strong>eluiting.<br />
Indien mogelijk (handmotoriek en cognitie)<br />
aanbie<strong>de</strong>n alternatief communicatiemid<strong>de</strong>l.<br />
Zeer ernstige hypokinetische dysartrie die niet of<br />
nauwelijks te cuen is.<br />
Compensaties doornemen en evalueren met<br />
patiënt en gesprekspartner.<br />
Vooral trage woordvinding en communicatieve<br />
problemen<br />
Patiënt spreekt nauwelijks meer, valt stil (apathie). Uitleg, acceptatie.
Samenvattingskaart <strong>bij</strong> problemen met slikken (* nummers <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen)<br />
Mogelijke conclusies Behan<strong>de</strong>ling<br />
(28 – 35)*<br />
Anamnese en slikon<strong>de</strong>rzoek<br />
(25 – 27)*<br />
Compensaties aa<strong>nl</strong>eren (o.a. houding, volume) en<br />
cues om verslikken, moeite met pillen slikken e.d. te<br />
beperken of te voorkomen.<br />
Geringe slikstoornis, invloed <strong>van</strong><br />
dubbeltaken, ina<strong>de</strong>quate hoofdhouding<br />
enz.<br />
Aanpassen consistenties en/of meer hulp of<br />
cues geven om acceptabel tempo te hou<strong>de</strong>n en<br />
vermoeidheid te beperken. Evt. in overleg met<br />
diëtist en ergotherapeut.<br />
Matige tot ernstige slikstoornis,<br />
waardoor o.a. traag eten en/of<br />
aspiratierisico.<br />
Vragen (evt. met behulp <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong><br />
vrage<strong>nl</strong>ijst) naar klachten over:<br />
- verslikken, moeite met slikken;<br />
- gevolgen voor voeding en dineren met an<strong>de</strong>ren.<br />
Observatie <strong>van</strong> spontaan (ongestimuleerd) slikken.<br />
Zo nodig observatie tij<strong>de</strong>ns een maaltijd thuis.<br />
Bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> stimuleerbaarheid met <strong>bij</strong>v.<br />
sliktests.<br />
Samenvattingskaart <strong>bij</strong> problemen met speekselbeheersing<br />
Mogelijke conclusies Behan<strong>de</strong>ling<br />
(39 – 40)*<br />
Anamnese en observatie speekselverlies<br />
(36 – 38)*<br />
Alleen gevoel <strong>van</strong> te veel speeksel. Uitleg <strong>van</strong> belang op tijd slikken.<br />
Vragen (evt. met behulp <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong><br />
vrage<strong>nl</strong>ijst) naar klachten over:<br />
- ernst en momenten <strong>van</strong> speekselverlies.<br />
Observatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> spontane (ongestimuleer<strong>de</strong>)<br />
speekselcontrole. Bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> mate <strong>van</strong><br />
stimuleerbaarheid (mogelijke behan<strong>de</strong>lbare factoren).<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanpassingen en cues proberen, zoals een cue voor<br />
mond sluiten, slikken vóór het opstaan en <strong>de</strong>rgelijke.<br />
Bij onvoldoen<strong>de</strong> resultaat terugverwijzen naar <strong>de</strong><br />
neuroloog.<br />
Anamnestisch of observeerbaar<br />
speekselverlies.<br />
31
DEEL II<br />
Toelichting en verantwoording
1 Algemene i<strong>nl</strong>eiding en<br />
verantwoording<br />
1.1 Achtergrond en aa<strong>nl</strong>eiding<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is een neuro<strong>de</strong>generatieve aandoening die niet te<br />
genezen is, maar dankzij <strong>de</strong> vooruitgang in medische behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n<br />
kunnen <strong>de</strong> symptomen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> langer on<strong>de</strong>r controle gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n<br />
(zie ook hoofdstuk 2). Desondanks is het <strong>ziekte</strong>beloop progressief en gaat in<br />
toenemen<strong>de</strong> mate gepaard met logopedische problemen. Die zijn samen te<br />
vatten in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> drie hoofdproblemen: moeite met spreken (hypokinetische<br />
dysartrie met of zon<strong>de</strong>r vertraag<strong>de</strong> woordvinding als gevolg <strong>van</strong> cognitieve<br />
achteruitgang), slikklachten en speekselverlies.<br />
Bijna veertig jaar gele<strong>de</strong>n werd logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
beschouwd als ‘well known to be unproductive’ (7). Inmid<strong>de</strong>ls zijn er<br />
diverse vormen <strong>van</strong> zinvolle stem-, spraak- en slikbehan<strong>de</strong>ling ontwikkeld<br />
voor parkinsonpatiënten, die in een toenemend aantal reviews wor<strong>de</strong>n besproken<br />
(4;8;9). Het inzicht groeit dat juist parkinsonpatiënten in alle fasen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> baat kunnen hebben <strong>bij</strong> specifieke paramedische, respectievelijk logopedische<br />
interventies (1;10;11).<br />
Er zijn echter aanwijzingen dat <strong>de</strong> kennis over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
on<strong>de</strong>r logopedisten in Ne<strong>de</strong>rland te wensen over laat. Uit enquêteon<strong>de</strong>rzoek<br />
(12) on<strong>de</strong>r een representatieve groep logopedisten blijkt dat slechts<br />
14% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> on<strong>de</strong>r behan<strong>de</strong>ling is <strong>van</strong><br />
een logopedist. Uit hetzelf<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat het meren<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedisten<br />
(93%) zichzelf onvoldoen<strong>de</strong> <strong>de</strong>skundig vindt om parkinsonpatiënten<br />
te behan<strong>de</strong>len. Een uitvoeriger on<strong>de</strong>rzoek in 2007 on<strong>de</strong>r 157 logopedisten die<br />
parkinsonpatiënten behan<strong>de</strong>len, liet zien dat slechts 31% zichzelf <strong>de</strong>skundig<br />
genoeg acht om <strong>de</strong>ze patiëntengroep a<strong>de</strong>quaat te behan<strong>de</strong>len (13). Dit leidt<br />
ertoe dat patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> niet terecht kunnen <strong>bij</strong> een<br />
logopedist met specifieke <strong>de</strong>skundigheid in het behan<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedische<br />
gevolgen <strong>van</strong> dit <strong>ziekte</strong>beeld. De logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie<br />
en slikstoornissen is in Ne<strong>de</strong>rland in vergelijking met an<strong>de</strong>re stoornisgebie<strong>de</strong>n<br />
min<strong>de</strong>r sterk ontwikkeld en bovendien beperkt gedocumenteerd. Naast<br />
on<strong>de</strong>rbehan<strong>de</strong>ling, is er ongetwijfeld ook sprake <strong>van</strong> ongewenste variatie in <strong>de</strong><br />
logopedische zorg voor <strong>de</strong>ze patiëntengroep.<br />
35
36<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnen zijn ´wetenschappelijk on<strong>de</strong>rbouw<strong>de</strong>, lan<strong>de</strong>lijk gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong>,<br />
vakinhou<strong>de</strong>lijke aanbevelingen voor optimale zorg´ en hebben als doel<br />
(14;15):<br />
– hanteerbaar maken <strong>van</strong> (wetenschappelijke) informatiestromen;<br />
– klinisch han<strong>de</strong>len meer kunnen baseren op wetenschappelijk bewijs dan<br />
op ervaring en meningen;<br />
– min<strong>de</strong>r ongewenste variatie in han<strong>de</strong>len tussen zorgverleners;<br />
– transparanter kunnen werken, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re voor verwijzers.<br />
Richtlijnen zijn een mid<strong>de</strong>l om <strong>de</strong> beste zorg expliciet te maken op basis <strong>van</strong><br />
twee verschillen<strong>de</strong> bronnen: wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie en <strong>de</strong> expertise <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>skundigen in <strong>de</strong> beroepsgroep.<br />
Wetenschappelijk bewijs op het hoogste niveau is te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> systematische reviews <strong>van</strong> <strong>de</strong> Cochrane Collaboration. Tot nu toe zijn er<br />
drie verschenen over logopedische interventies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>,<br />
alle drie in 2001. Deane en collega’s (16;17) conclu<strong>de</strong>ren in twee reviews dat<br />
<strong>de</strong> geïnclu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> studies naar het effect <strong>van</strong> dysartriebehan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> onvoldoen<strong>de</strong><br />
methodologische kwaliteit waren om te kunnen vaststellen of logopedie<br />
effectief is in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie <strong>bij</strong> <strong>Parkinson</strong>. Het review<br />
over logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen resulteer<strong>de</strong> in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
conclusie (18). On<strong>de</strong>rbouwing <strong>van</strong> logopedische interventies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong> is dus gebaseerd op individuele studies.<br />
Ondanks het gebrek aan goed wetenschappelijk bewijs kunnen richtlijnen<br />
een positieve <strong>bij</strong>drage leveren aan het systematisch vergroten <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit<br />
<strong>van</strong> zorg en <strong>de</strong> afname <strong>van</strong> ongewenste variatie, wanneer <strong>bij</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling<br />
<strong>de</strong> expertise <strong>van</strong> ervaren behan<strong>de</strong>laars wordt meegenomen en <strong>de</strong> uitkomsten<br />
door een breed werkveld wor<strong>de</strong>n gedragen. Deze gedachte wordt sterk on<strong>de</strong>rsteund<br />
door positieve ervaringen met <strong>de</strong> recent ontwikkel<strong>de</strong> richtlijn voor<br />
fysiotherapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (19). Daarnaast vormt een richtlijn<br />
een belangrijke basis voor nieuw op te zetten wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek<br />
waarin effectiviteit <strong>van</strong> logopedie <strong>bij</strong> <strong>Parkinson</strong> wordt getoetst.<br />
Deze richtlijn is gelijktijdig ontwikkeld met <strong>de</strong> ergotherapierichtlijn in<br />
opdracht <strong>van</strong> Ergotherapie Ne<strong>de</strong>rland (20).<br />
1.2 Doelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />
Deze richtlijn beoogt een systematisch ontwikkel<strong>de</strong> leidraad voor optimale<br />
logopedische zorg voor parkinsonpatiënten en hun mantelzorgers te zijn,<br />
gebaseerd op <strong>de</strong> stand <strong>van</strong> zaken <strong>van</strong> <strong>de</strong> wetenschappelijke literatuur en <strong>de</strong><br />
inzichten binnen <strong>de</strong> beroepsgroep anno 2008.
De algemene doelstellingen zijn:<br />
– betere kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> gelever<strong>de</strong> zorg;<br />
– gezondheidswinst voor patiënten;<br />
– grotere doelmatigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg;<br />
– meer werkplezier <strong>van</strong> therapeuten;<br />
– betere multidisciplinaire samenwerking.<br />
Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />
De globale uitgangsvragen waar <strong>de</strong> richtlijn antwoord op moet geven zijn:<br />
– Wat zijn <strong>de</strong> beste en meest zinvolle logopedische diagnostische technieken<br />
in <strong>de</strong> domeinen spreken, slikken en speekselbeheersing <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
– Wat zijn <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> dysartrie, slikstoornissen en<br />
speekselverlies <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten, inclusief indicatie voor starten,<br />
stoppen, frequentie en duur <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len?<br />
Bij <strong>de</strong>ze richtlijn was het in meer <strong>de</strong>tail formuleren <strong>van</strong> uitgangsvragen nog<br />
niet mogelijk, omdat een bre<strong>de</strong> discussie over zinvol logopedisch han<strong>de</strong>len <strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> nog niet eer<strong>de</strong>r was gevoerd. Bij <strong>de</strong> herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
richtlijn zal dat wel mogelijk zijn.<br />
1.3 Doelpopulatie<br />
De richtlijn geeft aanbevelingen over logopedische diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling<br />
<strong>van</strong> patiënten met idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, zowel thuiswonend<br />
als verblijvend in een instelling, alsme<strong>de</strong> hun mantelzorgers.<br />
De richtlijn is niet zomaar toepasbaar op parkinsonismen, zoals Multisysteem<br />
Atrofie (MSA), Progressieve Supranucleaire Palsy (PSP), vasculair parkinsonisme<br />
of Lewy Body-<strong>de</strong>mentie (LBD). Alleen waar het nodig is, noemt <strong>de</strong> richtlijn<br />
specificaties voor <strong>de</strong> diverse parkinsonismen.<br />
1.4 Beoog<strong>de</strong> gebruikers<br />
Deze NVLF-richtlijn is bedoeld voor logopedisten die parkinsonpatiënten<br />
behan<strong>de</strong>len, in <strong>de</strong> 1e, 2e en 3e lijn. De richtlijn is echter geen handboek en<br />
<strong>de</strong>rhalve geen ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> studiehandleidingen, cursussen of trainingen.<br />
De richtlijn is met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> restrictie ook een belangrijk uitgangsdocument<br />
voor stu<strong>de</strong>nten logopedie.<br />
Daarnaast is <strong>de</strong> richtlijn informatief voor artsen die parkinsonpatiënten naar<br />
logopedisten verwijzen, zoals neurologen, revalidatieartsen, geriaters, verpleeghuisartsen<br />
en huisartsen, alsook voor an<strong>de</strong>re zorgverleners met wie <strong>de</strong><br />
logopedist samenwerkt.<br />
37
38<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
1.5 Kwaliteitseisen<br />
De richtlijn moet voldoen aan <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> kwaliteitseisen:<br />
– Totstandkoming <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen conform <strong>de</strong> huidige stand <strong>van</strong> zaken<br />
in evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnontwikkeling (EBRO), zoals geformuleerd door<br />
het kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO (14).<br />
– Voldoen aan <strong>de</strong> criteria <strong>van</strong> het AGREE-instrument (21).<br />
– Hel<strong>de</strong>re formulering en uitvoerbaar voor beoog<strong>de</strong> gebruikers.<br />
1.6 Patiëntenperspectief<br />
Het patiëntenperspectief wordt in <strong>de</strong> richtlijn meegenomen door rele<strong>van</strong>te<br />
literatuur die het patiëntenperspectief weergeven, mee te wegen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen.<br />
Tevens heeft een panel <strong>van</strong> patiënten en mantelzorgers <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging (PPV) een conceptversie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />
beoor<strong>de</strong>eld <strong>van</strong>uit hun perspectief. Een <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste uitkomsten <strong>van</strong><br />
die bespreking was dat aan het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> elk hoofdstuk een aparte aanbeveling<br />
over <strong>de</strong> <strong>bij</strong>drage <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger is geformuleerd.<br />
1.7 Primair betrokkenen in <strong>de</strong> richtlijnontwikkeling<br />
Het initiatief voor het ontwikkelen en implementeren <strong>van</strong> een lan<strong>de</strong>lijke richtlijn<br />
voor logopedie is genomen <strong>van</strong>uit het <strong>Parkinson</strong> Centrum in Nijmegen.<br />
Projectlei<strong>de</strong>rs zijn dr. B.R. Bloem, medisch hoofd <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen<br />
en dr. M. Munneke, wetenschappelijk hoofd <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen.<br />
Samen met drs. J.G. Kalf, logopedist-on<strong>de</strong>rzoeker, die verantwoor<strong>de</strong>lijk<br />
is geweest voor het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie en <strong>de</strong> daadwerkelijke<br />
ontwikkeling en eindredactie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn en dr. B.J.M. <strong>de</strong> Swart,<br />
logopedist-spraaktaalpatholoog en lector Neurorevalidatie aan <strong>de</strong> Hogeschool<br />
<strong>van</strong> Arnhem en Nijmegen, vorm<strong>de</strong>n zij <strong>de</strong> projectgroep, verantwoor<strong>de</strong>lijk voor<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>finitieve versie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn en alle publicaties rond <strong>de</strong> richtlijn.<br />
De richtlijn is ontwikkeld on<strong>de</strong>r auspiciën <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging<br />
voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie, dat wil zeggen dat <strong>de</strong> NVLF <strong>de</strong> opdrachtgever en<br />
eigenaar <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn is. De concepten <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn zijn geschreven in<br />
samenwerking met een primaire werkgroep <strong>van</strong> vijf inhouds<strong>de</strong>skundigen (zie<br />
<strong>bij</strong>lage 1). De le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> projectgroep en <strong>de</strong> primaire werkgroep zijn samen<br />
<strong>de</strong> auteurs <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn. Bij <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> primaire werkgroep is<br />
gestreefd naar een spreiding over diverse werkvel<strong>de</strong>n en regio’s. De ontwikkeling<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn is procesmatig begeleid door een stuurgroep, bestaan<strong>de</strong>
Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />
uit vertegenwoordigers <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong>patiënten Verenging (PPV), <strong>de</strong> logopedieopleidingen<br />
en <strong>de</strong> NVLF (zie <strong>bij</strong>lage 1).<br />
Alle le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> projectgroep, <strong>de</strong> primaire werkgroep en <strong>de</strong> stuurgroep hebben<br />
verklaard geen conflicteren<strong>de</strong> belangen te hebben in <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> richtlijn.<br />
1.8 Werkwijze<br />
De richtlijnontwikkeling bestond uit <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> fasen.<br />
I<strong>de</strong>ntificeren <strong>van</strong> klinische vragen<br />
In <strong>de</strong>cember 2006 heeft <strong>de</strong> uitvoerend on<strong>de</strong>rzoeker <strong>de</strong> logopedische aandachtsgebie<strong>de</strong>n<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> voorgesteld en op basis daar<strong>van</strong><br />
een hoofdstukin<strong>de</strong>ling. Binnen elk hoofdstuk ontstond een lijst <strong>van</strong> vragen<br />
over diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling, die samen met <strong>de</strong> voorgenomen werkwijze<br />
het richtlijnvoorstel vorm<strong>de</strong> dat met <strong>de</strong> primaire werkgroep is vastgesteld.<br />
Ontwikkelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />
Door <strong>de</strong> uitvoeren<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeker is systematisch gezocht naar wetenschappelijke<br />
literatuur om alle rele<strong>van</strong>te evi<strong>de</strong>ntie te vin<strong>de</strong>n en op basis daar<strong>van</strong><br />
is <strong>de</strong> eerste conceptrichtlijn geschreven. Waar geen bewijs voorhan<strong>de</strong>n was,<br />
heeft <strong>de</strong> uitvoer<strong>de</strong>r aanbevelingen voorgesteld op basis <strong>van</strong> gepubliceer<strong>de</strong><br />
‘expert opinions’. De werkgroeple<strong>de</strong>n brachten hun kennis en ervaring in om<br />
tot consensus te komen over <strong>de</strong> formulering <strong>van</strong> <strong>de</strong> teksten en <strong>de</strong> aanbevelingen.<br />
Naar aa<strong>nl</strong>eiding <strong>van</strong> feedback en discussie is <strong>de</strong> conceptrichtlijn door <strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rzoeker steeds aangepast (versie A1, A2, enzovoort), totdat in <strong>de</strong> zomer<br />
<strong>van</strong> 2007 conceptrichtlijn B werd vastgesteld.<br />
Commentaarron<strong>de</strong>n<br />
Conceptrichtlijn B is voorgelegd aan <strong>de</strong> secundaire werkgroepen, bestaan<strong>de</strong><br />
uit 15 logopedisten verspreid over het land en <strong>de</strong> diverse werkvel<strong>de</strong>n, an<strong>de</strong>re<br />
zorgprofessionals en een groep <strong>van</strong> patiënten en mantelzorgers (via <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Patiëntenvereniging). Alle experts (zie <strong>bij</strong>lage 1) is gevraagd <strong>de</strong> richtlijn te<br />
beoor<strong>de</strong>len op rele<strong>van</strong>tie, volledigheid en bruikbaarheid <strong>van</strong>uit het perspectief<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> groep die ze vertegenwoordigen. Alle reacties zijn verwerkt door <strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rzoeker in een herziene versie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn, conceptrichtlijn C.<br />
Testen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn (field-testing)<br />
Conceptrichtlijn C was <strong>de</strong> leidraad voor <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong>Netscholing die in september<br />
2007 is gegeven voor on<strong>de</strong>r meer 59 logopedisten in 16 regio’s in<br />
Ne<strong>de</strong>rland. Deze hebben <strong>de</strong> richtlijn getest op leesbaarheid en bruikbaarheid.<br />
39
40<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
De commentaren zijn verwerkt en conceptversie D is in april en mei 2008<br />
gebruikt in <strong>de</strong> scholingsgroep <strong>van</strong> 55 logopedisten in regio’s in Zuid-Ne<strong>de</strong>rland<br />
(Zeeland, Brabant en Limburg). Alle logopedisten, behalve <strong>de</strong>genen die<br />
nog onvoldoen<strong>de</strong> parkinsonpatiënten had<strong>de</strong>n behan<strong>de</strong>ld, waren tevre<strong>de</strong>n met<br />
<strong>de</strong> inhoud, <strong>de</strong> leesbaarheid en <strong>de</strong> toepasbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn. Na een laatste<br />
bespreking met <strong>de</strong> primaire werkgroep in juli 2008, is <strong>de</strong> ‘voorlopige richtlijn’<br />
vastgesteld.<br />
Accor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />
De voorlopige richtlijn is in augustus 2008 ter accor<strong>de</strong>ring aan <strong>de</strong> NVLF aangebo<strong>de</strong>n.<br />
Na accor<strong>de</strong>ring wordt <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitieve richtlijn gepubliceerd op <strong>de</strong> website <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> NVLF.<br />
1.9 Wetenschappelijke on<strong>de</strong>rbouwing<br />
De opbouw <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijnteksten is steeds volgens on<strong>de</strong>rstaand format (14):<br />
Vraag<br />
De uitgangsvraag en <strong>de</strong> achtergrond of rele<strong>van</strong>tie <strong>van</strong> <strong>de</strong> vraag.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Weergave <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevon<strong>de</strong>n literatuur, beschrijving <strong>van</strong> het beste bewijs, enzovoort.<br />
Conclusie<br />
De conclusie op basis <strong>van</strong> bovenstaan<strong>de</strong> wetenschappelijke on<strong>de</strong>rbouwing met<br />
niveau <strong>van</strong> bewijs en vermelding <strong>van</strong> geclassificeer<strong>de</strong> studies (zie tabellen 1.1<br />
en 1.2).<br />
Overige overwegingen<br />
Beschrijvingen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re aspecten waarvoor geen bewijs is, maar die wel<br />
meewegen in <strong>de</strong> keuze voor enige diagnostische of therapeutische interventie,<br />
zoals kosten, beschikbaarheid <strong>van</strong> voorzieningen, patiëntenperspectief, professioneel<br />
perspectief of juridisch perspectief. Maar ook inhou<strong>de</strong>lijke voorstellen<br />
over diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep.
Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />
Aanbevelingen<br />
Hier komt alles <strong>bij</strong> elkaar in dui<strong>de</strong>lijk geformuleer<strong>de</strong> zwakke, matig sterke of<br />
sterke aanbevelingen. De sterkte <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen wordt bepaald op basis<br />
<strong>van</strong> een weging <strong>van</strong> het wetenschappelijke bewijs en overige overwegingen,<br />
zie tabel 1.3.<br />
Tabel 1.1 Mate <strong>van</strong> bewijskracht (levels of evi<strong>de</strong>nce)<br />
A1<br />
A2<br />
B<br />
Interventie<br />
Diagnostisch accuratesse<br />
on<strong>de</strong>rzoek<br />
Scha<strong>de</strong>, <strong>bij</strong>werkingen,<br />
etiologie, prognose<br />
Systematisch review <strong>van</strong> ten minste twee onafhankelijk <strong>van</strong> elkaar uitgevoer<strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> A2-niveau<br />
Gerandomiseerd<br />
dubbelblind vergelijkend<br />
klinisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />
voldoen<strong>de</strong> kwaliteit<br />
Vergelijkend on<strong>de</strong>rzoek,<br />
maar niet met alle<br />
kenmerken als genoemd<br />
on<strong>de</strong>r A2 (ook patiëntcontrole-on<strong>de</strong>rzoek,<br />
cohort on<strong>de</strong>rzoek)<br />
C Niet-vergelijkend on<strong>de</strong>rzoek<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong>skundigen<br />
On<strong>de</strong>rzoek ten opzichte<br />
<strong>van</strong> een referentietest<br />
met tevoren ge<strong>de</strong>finieer<strong>de</strong><br />
afkapwaar<strong>de</strong>n en<br />
onafhankelijke<br />
beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> in<strong>de</strong>xtest en <strong>de</strong><br />
referentietest, betreffen<strong>de</strong><br />
een voldoen<strong>de</strong> grote<br />
serie <strong>van</strong> opeenvolgen<strong>de</strong><br />
patiënten die allen <strong>de</strong><br />
in<strong>de</strong>x- en referentietest<br />
hebben gehad<br />
On<strong>de</strong>rzoek ten opzichte<br />
<strong>van</strong> een referentietest,<br />
maar niet met alle<br />
kenmerken als genoemd<br />
on<strong>de</strong>r A2<br />
Prospectief cohort<br />
on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />
voldoen<strong>de</strong> om<strong>van</strong>g<br />
en follow-up, waar<strong>bij</strong><br />
a<strong>de</strong>quaat gecontroleerd<br />
is voor confounding<br />
en selectieve<br />
follow-up voldoen<strong>de</strong> is<br />
uitgesloten<br />
Prospectief cohort<br />
on<strong>de</strong>rzoek, maar niet<br />
met alle kenmerken als<br />
genoemd on<strong>de</strong>r A2 of<br />
retrospectief cohort<br />
on<strong>de</strong>rzoek of patiëntcontrole-on<strong>de</strong>rzoek<br />
Opmerking: voor klinimetrisch on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> betrouwbaarheid en validiteit <strong>van</strong><br />
ernstschalen of vrage<strong>nl</strong>ijsten bestaat geen classificatie <strong>van</strong> bewijskracht. Dergelijke studies<br />
in <strong>de</strong> richtlijn kunnen dus niet wor<strong>de</strong>n geclasseerd. Ze wor<strong>de</strong>n daarom on<strong>de</strong>r niveau C<br />
on<strong>de</strong>rgebracht en zijn niet in <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen opgenomen.<br />
41
42<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Tabel 1.2 Conclusies naar mate <strong>van</strong> bewijskracht<br />
1<br />
2<br />
3<br />
4<br />
Mate <strong>van</strong> bewijskracht Omschrijving conclusie en advies<br />
On<strong>de</strong>rsteund door ten minste één SR <strong>van</strong><br />
niveau A1 of ten minste twee onafhankelijk<br />
<strong>van</strong> elkaar uitgevoer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong><br />
niveau A2<br />
On<strong>de</strong>rsteund door ten minste twee<br />
onafhankelijk <strong>van</strong> elkaar uitgevoer<strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> niveau B<br />
On<strong>de</strong>rsteund door één on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />
niveau A2 of B of door on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong><br />
niveau C<br />
Op grond <strong>van</strong> mening <strong>van</strong> <strong>de</strong>skundigen,<br />
<strong>bij</strong>voorbeeld <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />
Tabel 1.3 Sterkten <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen<br />
Sterkte <strong>van</strong> aanbeveling Voorkeursformuleringen<br />
Sterk<br />
Matig sterk<br />
Zwak<br />
Geen<br />
1.10 Bronnen en zoekcriteria<br />
Het is aangetoond dat …<br />
of<br />
Men dient ….<br />
Het is aannemelijk dat …<br />
of<br />
Men zou … moeten ….<br />
Er zijn aanwijzingen dat …<br />
of<br />
Men kan …<br />
De werkgroep is <strong>van</strong> mening dat ….<br />
Positieve aanbeveling:<br />
Sterk aan te bevelen / dient / moet / is eerste keuze / is<br />
geïndiceerd / is vereist / is <strong>de</strong> standaard / wordt als standaard<br />
beschouwd<br />
Negatieve aanbeveling:<br />
Sterk te ontra<strong>de</strong>n / dient niet / moet niet / is geen keuze / is<br />
gecontraïndiceerd<br />
Positieve aanbeveling:<br />
Aan te bevelen / adviseren / heeft <strong>de</strong> voorkeur/ streven naar /<br />
verdient aanbeveling<br />
Negatieve aanbeveling:<br />
Niet aan te bevelen / wordt ontra<strong>de</strong>n / verdient geen<br />
aanbeveling<br />
Positieve aanbeveling:<br />
Te overwegen / is een optie / kan/ er is mogelijk plaats / kan<br />
zinvol zijn<br />
Negatieve aanbeveling:<br />
Is wellicht geen plaats / lijkt niet zinvol / is terughou<strong>de</strong>ndheid<br />
gebo<strong>de</strong>n<br />
Kan geen advies of aanbeveling wor<strong>de</strong>n gegeven / niet<br />
mogelijk een keuze te maken / er is geen voorkeur uit te<br />
spreken<br />
Voor <strong>de</strong> wetenschappelijke on<strong>de</strong>rsteuning is met diverse zoekstrategieën<br />
gezocht in <strong>de</strong> databases PubMed, Cinahl en Doco<strong>nl</strong>ine. Via referenties is naar<br />
an<strong>de</strong>re mogelijk bruikbare artikelen gezocht. Er is handmatig gezocht in jaargangen<br />
<strong>van</strong> ‘<strong>Logopedie</strong> en Foniatrie’ <strong>van</strong>af 2000. Ten slotte is gezocht naar
Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />
rele<strong>van</strong>te grijze literatuur (cursusmappen, studiehandleiding en scripties) in<br />
eigen bestan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> projectgroep en <strong>de</strong> primaire werkgroep.<br />
Voor het domein ‘spreken’ is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> zoekstrategie gebruikt en opgeslagen:<br />
[(‘<strong>Parkinson</strong> Disease’[Mesh] OR ‘<strong>Parkinson</strong>ian Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh]) AND<br />
(voice therapy OR ‘Speech Therapy’[Mesh] OR ‘Rehabilitation of Speech and<br />
Language Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh])].<br />
Wekelijkse automatische updates <strong>van</strong> <strong>de</strong> zoekopdracht tot juni 2008 hebben<br />
enkele specificaties maar geen nieuwe evi<strong>de</strong>ntie opgeleverd die <strong>van</strong> invloed<br />
was op <strong>de</strong> aanbevelingen. Aanvullen<strong>de</strong> zoekstrategieën bleken nodig om<br />
on<strong>de</strong>rbouwing te vin<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> diagnostiek, met name in <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />
dysartrieon<strong>de</strong>rzoek en stemon<strong>de</strong>rzoek. Voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling moest apart<br />
gezocht wor<strong>de</strong>n naar studies over communicatiehulpmid<strong>de</strong>len.<br />
Voor het domein ‘slikken’ is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> zoekstrategie gebruikt en opgeslagen:<br />
[(‘<strong>Parkinson</strong> Disease’[Mesh] OR ‘<strong>Parkinson</strong>ian Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh]) AND<br />
(‘Deglutition Disor<strong>de</strong>rs’ [Mesh] OR ‘dysphagia’)]. De wekelijkse updates hebben<br />
twee nieuwe rele<strong>van</strong>te studies opgeleverd voor paragraaf 4.2 over behan<strong>de</strong>ling.<br />
Voor <strong>de</strong> diagnostiek en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling is in twee<strong>de</strong> instantie ook<br />
gezocht naar on<strong>de</strong>rbouwing in <strong>de</strong> meer algemene dysfagieliteratuur.<br />
Voor het domein ‘speekselbeheersing’ is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> zoekstrategie gebruikt en<br />
opgeslagen: [(‘<strong>Parkinson</strong> Disease’[Mesh] OR ‘<strong>Parkinson</strong>ian Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh])<br />
AND (‘drooling’ OR ‘sialorrhea’)]. De wekelijkse updates hebben geen nieuwe<br />
inzichten opgeleverd.<br />
Omdat logopedische zoektermen in biomedische databases niet goed geïn<strong>de</strong>xeerd<br />
zijn, is ondanks zorgvuldig zoeken niet uit te sluiten dat rele<strong>van</strong>te<br />
studies zijn gemist.<br />
In eerste instantie zijn alleen vergelijken<strong>de</strong> studies over klinimetrie en effect<br />
<strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling in <strong>de</strong> bedoel<strong>de</strong> domeinen én <strong>van</strong> toepassing op parkinsonpatiënten<br />
geselecteerd en beoor<strong>de</strong>eld (zie evi<strong>de</strong>ntietabellen). Bij gebrek aan evi<strong>de</strong>ntie<br />
is ook niet-vergelijkend on<strong>de</strong>rzoek meegenomen of is gebruikgemaakt<br />
<strong>van</strong> nog niet gepubliceerd Ne<strong>de</strong>rlands materiaal. Zo is on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re besloten<br />
om, <strong>bij</strong> gebrek aan alternatief, <strong>de</strong> nieuw ontwikkel<strong>de</strong> logopedische vrage<strong>nl</strong>ijsten<br />
<strong>van</strong> het <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> wetenschappelijke evaluatie<br />
on<strong>de</strong>rweg is, alvast mee te nemen in enkele <strong>bij</strong>lagen. Een kort overzicht<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n waarin evi<strong>de</strong>ntie werd gemist is opgenomen in <strong>bij</strong>lage 12.<br />
1.11 Disseminatie en implementatie<br />
De richtlijn is te bestellen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> NVLF in Woer<strong>de</strong>n en te dow<strong>nl</strong>oa<strong>de</strong>n <strong>van</strong>af <strong>de</strong><br />
website <strong>van</strong> <strong>de</strong> NVLF (). De NVLF verzorgt <strong>de</strong> publiciteit over <strong>de</strong><br />
richtlijn <strong>bij</strong> haar le<strong>de</strong>n, <strong>bij</strong> haar externe contacten en <strong>bij</strong> het algemene publiek.<br />
43
44<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Een samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn en een artikel over <strong>de</strong> totstandkoming<br />
is gepubliceerd in het septembernummer 2008 <strong>van</strong> <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie.<br />
Tevens zal door <strong>de</strong> projectgroep gepubliceerd wor<strong>de</strong>n over het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
richtlijn voor verwijzers door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> artikelen in medische en internationale<br />
tijdschriften. Ook is <strong>de</strong> richtlijn <strong>de</strong>finitief opgenomen in het cursusmateriaal<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> scholing voor <strong>Parkinson</strong>Net-logopedisten.<br />
Ver<strong>de</strong>re implementatie valt buiten het proces <strong>van</strong> richtlijnontwikkeling.<br />
1.12 Juridische betekenis<br />
Richtlijnen zijn geen wettelijke voorschriften, maar op zo veel mogelijk bewijs<br />
gebaseer<strong>de</strong> inzichten en aanbevelingen, waaraan zorgverleners moeten voldoen<br />
om kwalitatief goe<strong>de</strong> zorg te verlenen (15). Aangezien <strong>de</strong> aanbevelingen<br />
gebaseerd zijn op <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> parkinsonpatiënt, kunnen zorgverleners op<br />
basis <strong>van</strong> hun professionele autonomie afwijken <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn. Een en an<strong>de</strong>r<br />
is afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> zwaarte <strong>van</strong> <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> aanbeveling. Afwijken <strong>van</strong><br />
richtlijnen kan, als <strong>de</strong> situatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt dat vereist, zelfs noodzakelijk<br />
zijn.<br />
1.13 Procedure voor herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />
De metho<strong>de</strong> voor richtlijnontwikkeling en implementatie geeft aan dat richtlijnen<br />
drie tot maximaal vijf jaar na publicatie wor<strong>de</strong>n herzien. Dit betekent<br />
dat <strong>de</strong> NVLF in 2011, of uiterlijk in 2013, in samenwerking met <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />
bepaalt of <strong>de</strong>ze richtlijn nog actueel is. Zo nodig wordt een nieuwe werkgroep<br />
geïnstalleerd om <strong>de</strong> richtlijn te evalueren en aan te vullen met het op<br />
dat moment beste beschikbare bewijs. De geldigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn komt te<br />
vervallen indien nieuwe ontwikkelingen aa<strong>nl</strong>eiding zijn tot het starten <strong>van</strong><br />
een herzieningstraject.<br />
1.14 Externe financiering<br />
De totstandkoming <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn is me<strong>de</strong> mogelijk gemaakt door finan ciële<br />
on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> het Fonds NutsOhra en <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong> Patiënten Vereniging.<br />
De mogelijke belangen <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze organisaties zijn niet <strong>van</strong> invloed geweest op<br />
<strong>de</strong> inhoud <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn.
1.15 Dankwoord<br />
Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />
De projectgroep bedankt alle le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> secundaire werkgroepen en het<br />
panel <strong>van</strong> patiënten en mantelzorgers voor hun waar<strong>de</strong>volle en onmisbare<br />
<strong>bij</strong>drage aan <strong>de</strong> totstandkoming <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze richtlijn. Tevens bedankt zij drs.<br />
Charlotte Haaxma, neuroloog in opleiding in het UMC St Radboud voor haar<br />
<strong>bij</strong>drage aan hoofdstuk 2 en Viola <strong>van</strong> <strong>de</strong> Voor<strong>de</strong>n, masterstu<strong>de</strong>nt taal- en<br />
spraakpathologie aan <strong>de</strong> Radboud Universiteit Nijmegen voor haar <strong>bij</strong>drage<br />
aan <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen <strong>bij</strong> hoofdstuk 3.<br />
Een speciaal woord <strong>van</strong> dank is gericht aan <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging<br />
en het Fonds NutsOhra voor het financieel steunen <strong>van</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong>ze richtlijn.<br />
1.16 Opbouw en leeswijzer<br />
Na dit i<strong>nl</strong>ei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> hoofdstuk geeft hoofdstuk 2 achtergrondinformatie over <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en <strong>de</strong> medische en paramedische behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n.<br />
(Dit hoofdstuk komt groten<strong>de</strong>els overeen met hoofdstuk 2 in <strong>de</strong> Ergotherapierichtlijn.)<br />
Hoofdstuk 3, 4 en 5 zijn <strong>de</strong> inhou<strong>de</strong>lijke richtlijnon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len, die <strong>de</strong> logopedische<br />
diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling beschrijven <strong>van</strong> spraak- en taalstoornissen,<br />
kauw- en slikstoornissen respectievelijk speekselverlies.<br />
In <strong>de</strong> <strong>bij</strong>lagen zijn <strong>de</strong> diverse meetinstrumenten en <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen te<br />
vin<strong>de</strong>n.<br />
45
2 De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Dit hoofdstuk is een beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste kenmerken <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, <strong>van</strong> belang als achtergrondkennis voor <strong>de</strong><br />
logopedist.<br />
2.1 Pathogenese<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is een chronisch progressieve aandoening <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
hersenen, waar<strong>bij</strong> er verlies is <strong>van</strong> dopamineproduceren<strong>de</strong> cellen in <strong>de</strong> substantia<br />
nigra (hoog in <strong>de</strong> hersenstam, on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia) (22).<br />
Dit resulteert in een gebrek aan dopamine, waardoor <strong>de</strong> stimuleren<strong>de</strong> functie<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia op <strong>de</strong> motorcortex vermin<strong>de</strong>rt. Cellen en functies<br />
<strong>van</strong> diverse an<strong>de</strong>re niet-dopaminerge hersenc ircuits kunnen ook aangedaan<br />
zijn, wat leidt tot niet-motorische stoornissen. In <strong>de</strong> cellen die overblijven zijn<br />
kenmerken<strong>de</strong> rozekleuren<strong>de</strong> insluitlichaampjes (Lewy-lichaampjes) aanwezig<br />
(22) De oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is onbekend. Recente inzichten<br />
dui<strong>de</strong>n op een invloed <strong>van</strong> zowel omgevingsfactoren als genetische factoren<br />
(22). De beken<strong>de</strong> lichamelijke verschijnselen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> ontstaan<br />
als <strong>de</strong> dopaminerge zenuwcellen zijn vermin<strong>de</strong>rd tot ongeveer 20% <strong>van</strong><br />
het oorspronkelijke aantal (22).<br />
2.2 Epi<strong>de</strong>miologie<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is na <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> Alzheimer <strong>de</strong> meest voorkomen<strong>de</strong><br />
neuro<strong>de</strong>generatieve aandoening. De prevalentie is ongeveer 0,3% in <strong>de</strong> gehele<br />
populatie en ongeveer 1% voor <strong>de</strong> bevolking ou<strong>de</strong>r dan 60 jaar (22). In Ne<strong>de</strong>rland<br />
wordt het totaal aantal mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> hiermee<br />
geschat op 50.000. De inci<strong>de</strong>ntie neemt toe <strong>bij</strong> hogere leeftijd. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
leeftijd waarop <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> zich openbaart is 60-65, maar <strong>bij</strong> 5-10% <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
patiënten zijn <strong>de</strong> eerste symptomen aanwezig voor het 50e levensjaar (22). Met<br />
<strong>de</strong> toenemen<strong>de</strong> vergrijzing is <strong>de</strong> verwachting dat het aantal patiënten met <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> sterk zal stijgen en <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> 20 jaar zal verdubbelen.<br />
47
48<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
2.3 Gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
In figuur 2.1 wordt volgens het ‘International Classification of Functioning-’<br />
(ICF-) mo<strong>de</strong>l een overzicht gegeven <strong>van</strong> <strong>de</strong> gezondheidsproblemen die samenhangen<br />
met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en <strong>de</strong> factoren die <strong>de</strong>ze problemen kunnen<br />
beïnvloe<strong>de</strong>n. De stoornissen zijn inge<strong>de</strong>eld volgens <strong>de</strong> terminologie <strong>van</strong><br />
het ICF. Stoornissen in functies kunnen optre<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
zelf, maar ook ten gevolge <strong>van</strong> gebruik <strong>van</strong> medicijnen en inactiviteit. Of<br />
een persoon problemen in activiteiten en participatie ervaart, is niet alleen<br />
afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanwezigheid en ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> stoornissen in functies, maar<br />
ook <strong>van</strong> persoo<strong>nl</strong>ijke factoren en externe factoren (zie ICF-mo<strong>de</strong>l).<br />
Functies: primaire en secundaire<br />
stoornissen<br />
Functies <strong>van</strong> het bewegingssysteem<br />
• bewegingsarmoe<strong>de</strong>: bradykinesie,<br />
hypokinesie, akinesie;<br />
• tremor;<br />
• rigiditeit;<br />
• houdings- en evenwichtsstoornissen;<br />
• vermoeidheid/vermin<strong>de</strong>rd<br />
uithoudingsvermogen.<br />
Mentale functies<br />
• <strong>de</strong>pressie;<br />
• angststoornis;<br />
• apathie;<br />
• cognitieve functiestoornissen. Deze kunnen<br />
lei<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong>mentie;<br />
• visuospatiële stoornissen;<br />
• obsessief compulsief gedrag.<br />
Slaapstoornissen<br />
Stem en spraakfunctie<br />
• dysartrie;<br />
• persevereren, hogere taalstoornissen.<br />
Functies <strong>van</strong> spijsverteringsstelsel<br />
• slikstoornissen en speekselverlies;<br />
• obstipatie, gewichtsverlies.<br />
Urogenitale en reproductieve functies<br />
• mictiestoornissen;<br />
• erectiestoornissen.<br />
Functies <strong>van</strong> hart en bloedvatenstelsel<br />
• orthostatische hypotensie.<br />
Sensorische stoornissen en pijn<br />
• vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> reuk;<br />
• wazig zien, dubbel zien;<br />
• tintelingen en doof gevoel;<br />
• pijn;<br />
• kou<strong>de</strong>sensaties.<br />
Functies <strong>van</strong> <strong>de</strong> huid<br />
• meer zweten, overmatige talgproductie.<br />
Externe factoren (bevor<strong>de</strong>rend en<br />
belemmerend), zoals:<br />
• on<strong>de</strong>rsteuning en relaties, attitu<strong>de</strong>s <strong>van</strong><br />
omgeving;<br />
• woon-, werk- en leefomstandighe<strong>de</strong>n;<br />
• regel- en wetgeving.<br />
Figuur 2.1<br />
Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>: dysfunctie <strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia ICD-10: G20<br />
Activiteiten: beperkingen in<br />
Doelgerichte vaardighe<strong>de</strong>n<br />
Motorische vaardighe<strong>de</strong>n zoals<br />
• handhaven lichaamshouding en<br />
zichzelf positioneren;<br />
• lopen en transfers;<br />
• reiken, grijpen, manipuleren en<br />
verplaatsen <strong>van</strong> voorwerpen;<br />
• han<strong>de</strong>len volhou<strong>de</strong>n.<br />
Procesvaardighe<strong>de</strong>n zoals<br />
• aandacht en organiseren <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
taak in tijd;<br />
• organiseren <strong>van</strong> voorwerpen en<br />
ruimte;<br />
• aanpassen en leren.<br />
Communicatie/interactie<br />
vaardighe<strong>de</strong>n<br />
• verbaal;<br />
• non-verbaal.<br />
Activiteitengebie<strong>de</strong>n<br />
Wonen, zoals<br />
• zelfverzorging;<br />
• functionele mobiliteit;<br />
binnen/buiten;<br />
• huishou<strong>de</strong>n.<br />
Werken, zoals<br />
• betaald en onbetaald werk.<br />
Vrije tijd, zoals<br />
• handwerken, han<strong>de</strong>narbeid,<br />
lezen;<br />
• tuinieren, reizen, sport;<br />
• sociale contacten;<br />
• overige hobby’s.<br />
Participatie:<br />
problemen met<br />
Zinvolle<br />
dagbesteding .<br />
Persoo<strong>nl</strong>ijke factoren (bevor<strong>de</strong>rend en<br />
belemmerend), zoals<br />
leeftijd, comorbiditeit, persoo<strong>nl</strong>ijkheid, sociaal -<br />
culturele achtergrond, waar<strong>de</strong>n, gewoonten,<br />
rollen, interesses, attitu<strong>de</strong>, coping, ervaringen.<br />
•<br />
• Vervullen <strong>van</strong><br />
rele<strong>van</strong>te rollen<br />
in <strong>de</strong> domeinen<br />
wonen, werken<br />
en vrije tijd .
2.3.1 Stoornissen in functies<br />
Hierna volgt een toelichting op een <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> stoornissen die kunnen voorkomen<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, namelijk <strong>de</strong> stoornissen <strong>van</strong> het bewegingssysteem,<br />
mentale functies en stoornissen in het spreken en slikken.<br />
Stoornissen <strong>van</strong> het bewegingssysteem<br />
Kenmerken<strong>de</strong> motorische symptomen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn bradykinesie,<br />
hypokinesie, rigiditeit, tremor en gestoor<strong>de</strong> houdingsreflexen (23).<br />
De term bradykinesie wordt gebruikt als bewegingen trager en met een kleinere<br />
bewegingsuitslag verlopen. De bewegingsuitslag wordt <strong>bij</strong> repeteren<strong>de</strong><br />
bewegingen steeds kleiner (‘uitdoving’). Bradykinesie is met name merkbaar<br />
<strong>bij</strong> snel repeteren<strong>de</strong> bewegingen zoals schud<strong>de</strong>n, kloppen, poetsen. Tevens is<br />
er een verstoring in <strong>de</strong> timing <strong>van</strong> verschillen<strong>de</strong> bewegingscomponenten in<br />
een samengestel<strong>de</strong> beweging zoals reikend grijpen (24;25).<br />
Hypokinesie betekent dat <strong>de</strong> patiënt min<strong>de</strong>r automatische bewegingen maakt.<br />
Kenmerken<strong>de</strong> voorbeel<strong>de</strong>n hier<strong>van</strong> zijn een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> armzwaai <strong>bij</strong> het<br />
lopen en een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> mimiek (‘maskergelaat’).<br />
Er is sprake <strong>van</strong> akinesie als bewegingen plotseling niet meer geïnitieerd of<br />
voortgezet kunnen wor<strong>de</strong>n, het zogenaam<strong>de</strong> ‘bevriezen’. Dit symptoom treedt<br />
met name op <strong>bij</strong> reeksen <strong>van</strong> opeenvolgen<strong>de</strong> automatische bewegingen zoals<br />
lopen, praten en schrijven.<br />
Bij rigiditeit is er sprake <strong>van</strong> een verhoog<strong>de</strong> spiertonus die wordt veroorzaakt<br />
door een stoornis in het extrapiramidale systeem (in tegenstelling tot spasticiteit:<br />
verhoog<strong>de</strong> spierspanning <strong>bij</strong> een pirami<strong>de</strong>baanstoornis). Rigiditeit kan<br />
wor<strong>de</strong>n waargenomen door een arm of been of het hoofd passief te bewegen.<br />
De verhoog<strong>de</strong> spiertonus kan dan wor<strong>de</strong>n gevoeld als ‘lo<strong>de</strong>npijpfenomeen’<br />
waar<strong>bij</strong> het hele bewegingstraject stijf is. Dystonie is een verhoog<strong>de</strong> aanhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
spiercontractie waar<strong>bij</strong> het gewricht een afwijken<strong>de</strong> stand inneemt. Bij<br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kan dit met name voorkomen in <strong>de</strong> hand en voet (26).<br />
De tremor <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is over het algemeen een distale rusttremor<br />
(4-6 Hz) waar<strong>bij</strong> <strong>de</strong> duim meedoet (‘pillendraai-’ of ‘geldteltremor’) en<br />
die verdwijnt of afneemt als een beweging wordt ingezet. Bij het aannemen<br />
<strong>van</strong> een gefixeer<strong>de</strong> houding (<strong>bij</strong>voorbeeld het uitgestrekt hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een arm)<br />
komt <strong>de</strong> tremor terug. Soms ziet men – vooral <strong>bij</strong> jongere patiënten met <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> – een tremor die optreedt tij<strong>de</strong>ns het gehele traject <strong>van</strong><br />
een vrijwillige beweging (actietremor).<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
49
50<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
<strong>Parkinson</strong>patiënten krijgen op <strong>de</strong>n duur problemen met houding en evenwicht.<br />
Houdings- en balansstoornissen die al relatief vroeg kunnen optre<strong>de</strong>n zijn<br />
een gebogen postuur, vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> armzwaai en vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> romprotatie.<br />
Houdingsinstabiliteit en vallen zijn latere verschijnselen (26).<br />
De <strong>ziekte</strong> gaat tevens veelal gepaard met een vermin<strong>de</strong>rd uithoudingsvermogen<br />
en met mentale en fysieke vermoeidheid die bei<strong>de</strong> onafhankelijk <strong>van</strong> elkaar<br />
kunnen voorkomen (27-30). De oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong> vermoeidheid is nog niet goed<br />
begrepen, maar het is waarschij<strong>nl</strong>ijk dat multipele factoren een rol spelen,<br />
zoals lichamelijke componenten, <strong>de</strong>pressie, dyspneu en slaapstoornissen. Uit<br />
on<strong>de</strong>rzoek blijkt echter dat <strong>de</strong> ervaren vermoeidheid relatief ongerelateerd is<br />
aan <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> motorische problemen en dat <strong>de</strong> klacht vermoeidheid ook <strong>bij</strong><br />
patiënten zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>pressie voorkomt (31). Vermoeidheid kan wisselen over <strong>de</strong><br />
dag en neemt vaak toe in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> <strong>de</strong> dag. Bovendien is het <strong>de</strong>els afhankelijk<br />
<strong>van</strong> het effect <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicijnen (zie responsfluctuaties paragraaf 2.5.3).<br />
Stoornissen in mentale functies<br />
Cognitief verval is een bekend probleem <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> dat zich<br />
met name in <strong>de</strong> latere stadia <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> manifesteert. Vroeg in het beloop<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> kunnen <strong>bij</strong> neuropsychologisch on<strong>de</strong>rzoek reeds stoornissen wor<strong>de</strong>n<br />
gevon<strong>de</strong>n in het geheugen en in concentratie- en executieve functies (32).<br />
Een veelvoorkomend en kenmerkend probleem <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
is <strong>de</strong> vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> flexibiliteit in het veran<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> <strong>de</strong> aandachtsfocus (wisselen<strong>de</strong><br />
en ver<strong>de</strong>el<strong>de</strong> aandacht) (33). Het is ook moeilijker voor patiënten om<br />
niet-rele<strong>van</strong>te auditieve en visuele stimuli te filteren (selectieve aandacht) en<br />
het concentratievermogen kan fluctueren (aangehou<strong>de</strong>n aandacht) (34). Tevens<br />
kan informatieverwerking trager verlopen (bradyfrenie) en kunnen geheugenfuncties<br />
veran<strong>de</strong>ren. Niet zozeer het opslaan <strong>van</strong> informatie, maar het spontaan<br />
opdiepen <strong>van</strong> die informatie uit het geheugen is verstoord (35;36). Executieve<br />
functies kunnen verslechteren waardoor er problemen zijn met organisatie,<br />
planning en probleemoplossend vermogen (37). <strong>Parkinson</strong>patiënten hebben<br />
een sterk verhoogd risico op het ontwikkelen <strong>van</strong> een <strong>de</strong>mentie (38).<br />
Naast problemen in welbevin<strong>de</strong>n en stemming tij<strong>de</strong>ns het proces <strong>van</strong> acceptatie<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> (aanpassingsproblematiek), ontwikkelt een grote groep <strong>van</strong><br />
patiënten een <strong>de</strong>pressie (39;40). Ook angst en apathie komen veelvuldig voor.<br />
Er kunnen ook stoornissen in visuospatiële functies ontstaan. Zo kan <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> een negatief effect hebben op het schatten <strong>van</strong> ruimtelijke<br />
relaties en het vermogen om contrasten goed te zien (41;42).
Slaapstoornissen zoals REM-slaapgerelateer<strong>de</strong> stoornis, in- en doorslaapproblemen,<br />
nachtmerries en overmatige slaperigheid overdag (EDS), kunnen<br />
voorkomen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en hebben grote invloed op <strong>de</strong> kwaliteit<br />
<strong>van</strong> slapen en hiermee op <strong>de</strong> stemming en <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> vermoeidheid overdag.<br />
In <strong>de</strong> praktijk blijkt dat ernstige slaapproblemen ook vaak re<strong>de</strong>n zijn om<br />
geschei<strong>de</strong>n te slapen <strong>van</strong> <strong>de</strong> partner.<br />
Spraak- (en taal)stoornissen<br />
Veel patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> krijgen moeite met spreken. Zo’n<br />
70 tot 80% heeft verstaanbaarheidsklachten of een door <strong>de</strong>skundigen vastgestel<strong>de</strong><br />
dysartrie (43;44). Dysartrie is in het algemeen geen vroeg symptoom in<br />
het <strong>ziekte</strong>beloop. Een kleine retrospectieve studie met postmortum bevestig<strong>de</strong><br />
diagnoses liet zien dat dysartrie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> idiopatische vorm gemid<strong>de</strong>ld pas na<br />
zeven jaar dui<strong>de</strong>lijk manifest wordt, in vergelijking met twee jaar <strong>bij</strong> patiënten<br />
met PSP of MSA (45).<br />
De dysartrie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten is, passend in het patroon <strong>van</strong> motorische<br />
stoornissen (zie eer<strong>de</strong>r), hypokinetisch <strong>van</strong> aard. De hypokinesie met<br />
rigiditeit en bradykinesie manifesteert zich in alle on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het spreken<br />
(46), dat wil zeggen in<br />
– <strong>de</strong> a<strong>de</strong>ming: geringe a<strong>de</strong>mbeweging;<br />
– <strong>de</strong> stemgeving: hese, zachte of hoge stem tot zelfs afonie;<br />
– <strong>de</strong> articulatie: geringe articulatiebewegingen (binnensmonds spreken);<br />
– <strong>de</strong> resonans: weinig draagkracht (hypo- of hypernasaliteit is géén kenmerk<br />
<strong>van</strong> hypokinetische dysartrie);<br />
– en <strong>de</strong> prosodie: monotonie en monodynamiek, maar ook stoornissen in<br />
spreektempo, zoals te snel spreken, accelereren (versnellen) of startproblemen<br />
(blokkeren).<br />
In een studie met 200 parkinsonpatiënten (44) had 66% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten<br />
afwijkingen in stemproductie, 39% een afwijken<strong>de</strong> articulatie en 29% afwijkingen<br />
in spreektempo. Hoewel <strong>de</strong> stemklachten dus sterk op <strong>de</strong> voorgrond<br />
staan, wordt <strong>de</strong> dysfonie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten ten onrechte door artsen en<br />
logopedisten soms gediagnosticeerd als een geïsoleer<strong>de</strong> stemstoornis, terwijl<br />
het in feite on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el is <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie; dysartrofonie zou wellicht een betere<br />
term zijn.<br />
Het stotteren<strong>de</strong> spreken dat sommige parkinsonpatiënten laten horen is vaak<br />
terug te brengen tot startproblemen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> inzet <strong>van</strong> het spreken, vergelijkbaar<br />
met het festineren <strong>bij</strong> het lopen (vastkleven of ‘freezing of gait’), ook wel<br />
‘freezing of speech’ of ‘oral festination’ genoemd (47). In bepaal<strong>de</strong> gevallen zou<br />
stotterend spreken ook het terugkeren <strong>van</strong> pre-existent stotteren kunnen zijn,<br />
veroorzaakt door <strong>de</strong> afnemen<strong>de</strong> functie <strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia (48).<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
51
52<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Een belangrijk aspect dat <strong>van</strong> invloed is op <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken, is het<br />
gegeven dat parkinsonpatiënten, in vergelijking met gezon<strong>de</strong> proefpersonen,<br />
hun spreekvolume niet automatisch aanpassen aan <strong>de</strong> afstand tot <strong>de</strong> luisteraar<br />
of aan omgevingslawaai (49). Op verzoek kunnen ze hun volume wel<br />
aanpassen. Tegelijk overschatten ze hun spreekvolume en verstaanbaarheid,<br />
echter niet als ze zichzelf terughoren op een bandopname (50). Dat verklaart<br />
<strong>de</strong> veelgehoor<strong>de</strong> opmerking <strong>van</strong> parkinsonpatiënten dat hun gesprekspartners<br />
aan een hoorapparaat toe zijn. In <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling moet daar dan ook expliciet<br />
aandacht aan wor<strong>de</strong>n besteed (zie paragraaf 3.2).<br />
Nogal wat parkinsonpatiënten hebben eveneens last <strong>van</strong> woordvindingsproblemen.<br />
Die zijn goed te verklaren <strong>van</strong>uit het eer<strong>de</strong>r genoem<strong>de</strong> cognitieve verval,<br />
waardoor on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re geheugen- en concentratieproblemen ontstaan. Maar<br />
ook lexico-semantische stoornissen, zowel in taalproductie als taalbegrip zijn<br />
beschreven, die verbeteren met toename <strong>van</strong> dopamine (51-53).<br />
Slikstoornissen en speekselverlies<br />
Hypokinesie en rigiditeit in het mondgebied kunnen lei<strong>de</strong>n tot kauw- en slikstoornissen.<br />
Bij <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn ook slikklachten<br />
geen vroeg symptoom. Volgens Müller et al. gemid<strong>de</strong>ld pas na tien jaar en <strong>bij</strong><br />
PSP en MSA na drie tot zes jaar (45). Dat verschil is verklaarbaar, omdat <strong>bij</strong><br />
parkinsonismen <strong>de</strong> spierzwakte of spasticiteit in <strong>de</strong> orofaryngeale musculatuur<br />
<strong>de</strong> efficiëntie <strong>van</strong> het slikken snel kan verslechteren. De frequentie <strong>van</strong><br />
slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten wordt geschat op zo’n 50%, afhankelijk<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitie en <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst (54;55). In tegenstelling tot dysartrie, een<br />
stoornis die hoorbaar is zodra <strong>de</strong> patiënt begint te spreken, is een slikstoornis<br />
niet altijd zichtbaar. Anamnese levert een on<strong>de</strong>rrapportage op (56;57), dus <strong>bij</strong><br />
twijfel moet gescreend wor<strong>de</strong>n om vast te stellen of er sprake is <strong>van</strong> een slikstoornis<br />
(58;59), die mogelijk behan<strong>de</strong>ld zou moeten wor<strong>de</strong>n.<br />
Het kauwen en doorslikken gaat langzamer en voedsel blijft lang in <strong>de</strong> mond<br />
voordat <strong>de</strong> patiënt begint met slikken. Het restloos wegslikken <strong>van</strong> vast voedsel<br />
gaat moeizamer (60). Slikstoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn <strong>de</strong>els<br />
te verklaren door dopamine tekorten, <strong>de</strong>els door non-dopaminergeuitval in <strong>de</strong><br />
hersenstam, waar zich <strong>de</strong> centrale ‘pattern generator’ <strong>van</strong> met name <strong>de</strong> faryngeale<br />
fase <strong>van</strong> het slikken bevindt (61;62). De slikstoornissen zijn maar <strong>de</strong>els<br />
te beïnvloe<strong>de</strong>n door toediening <strong>van</strong> dopaminepreparaten.<br />
Een aspiratiepneumonie is een beruchte complicatie als gevolg <strong>van</strong> verslikken,<br />
en vormt in <strong>de</strong> eindfase <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> één <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste oorzaken <strong>van</strong><br />
overlij<strong>de</strong>n (63).<br />
Speekselverlies is een karakteristieke klacht die vooral voorkomt <strong>bij</strong> patiënten<br />
in <strong>de</strong> gevor<strong>de</strong>r<strong>de</strong> fase <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>. De frequentie varieert <strong>van</strong> 30 tot 78%
(64). Speekselverlies is in het algemeen niet of slechts zel<strong>de</strong>n zichtbaar tij<strong>de</strong>ns<br />
een therapiesessie en is ook niet te testen, dus kan alleen door mid<strong>de</strong>l<br />
<strong>van</strong> specifieke anamnese wor<strong>de</strong>n vastgesteld. De klachten kunnen beginnen<br />
met het gevoel dat er meer speeksel is, dat wil zeggen dat speeksel zich in <strong>de</strong><br />
mond ophoopt, vermoe<strong>de</strong>lijk door afname <strong>van</strong> <strong>de</strong> slikfrequentie. Het verliezen<br />
<strong>van</strong> speeksel treedt op wanneer ook <strong>de</strong> mondsluiting tekortschiet (65-67).<br />
Tegenwoordig wordt aangenomen dat <strong>de</strong> oorzaak niet moet wor<strong>de</strong>n gezocht<br />
in hypersecretie <strong>van</strong> speeksel (68), maar in een te geringe slikfrequentie in<br />
combinatie met een voorovergebogen houding en een an<strong>de</strong>re activiteit, zoals<br />
opstaan of geconcentreerd aan een bureau werken.<br />
2.3.2 Ernst en beloop <strong>van</strong> symptomen<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is progressief, maar het precieze beloop <strong>van</strong> symptomen<br />
varieert <strong>van</strong> persoon tot persoon (69;70). De klassieke motorische symptomen<br />
wor<strong>de</strong>n vaak voorafgegaan door een aantal non-motorische symptomen<br />
zoals reukstoornissen, obstipatie, <strong>de</strong>pressie en slaapstoornissen. Meestal<br />
beginnen <strong>de</strong> eerste motorische stoornissen unilateraal (71). Hoewel in een<br />
later stadium <strong>de</strong> contralaterale zij<strong>de</strong> ook aangedaan raakt, blijft in <strong>de</strong> regel<br />
geduren<strong>de</strong> het gehele <strong>ziekte</strong>beloop <strong>de</strong> <strong>de</strong>buutzij<strong>de</strong> <strong>de</strong> meest aangedane zij<strong>de</strong>.<br />
Een grove in<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> wordt aangegeven met <strong>de</strong> classificatie<br />
<strong>van</strong> Hoehn en Yahr (72).<br />
Tabel 2.2 Classificatie volgens aangepaste Hoehn- en Yahr-schaal (26;73)<br />
1 Beginstadium met lichte symptomen aan een lichaamszij<strong>de</strong>.<br />
1,5 Eenzijdig met beginnen<strong>de</strong> axiale problemen.<br />
2<br />
Tweezijdig, geen balansproblemen. Mogelijk reeds kyfotische houding,<br />
traagheid en spraakproblemen. Houdingsreflexen zijn nog intact.<br />
2,5 Matige <strong>ziekte</strong>verschijnselen met herstel op retropulsietest.<br />
3<br />
4<br />
5<br />
Matige tot ernstige <strong>ziekte</strong>verschijnselen, enkele houdings- en<br />
balansproblemen, lopen is aangedaan, maar nog mogelijk zon<strong>de</strong>r hulp,<br />
fysiek onafhankelijk.<br />
Ernstige <strong>ziekte</strong>verschijnselen, ge<strong>de</strong>eltelijke hulpbehoevendheid, lopen en<br />
staan is aangedaan, maar nog mogelijk zon<strong>de</strong>r hulp.<br />
Eindstadium, volledige invaliditeit, lopen en staan zon<strong>de</strong>r hulp onmogelijk,<br />
continue verpleegkundige zorg nodig.<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
53
54<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Niet ie<strong>de</strong>reen doorloopt <strong>de</strong>ze stadia zoals beschreven in <strong>de</strong>ze classificatie. Min<strong>de</strong>r<br />
dan 5% <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënten raakt uitein<strong>de</strong>lijk rolstoelafhankelijk<br />
of bedlegerig (74). Met <strong>de</strong> huidige medicatie is <strong>de</strong> totale levensverwachting<br />
nagenoeg genormaliseerd.<br />
Bij patiënten <strong>bij</strong> wie het eerste domineren<strong>de</strong> motorische symptoom <strong>de</strong> rusttremor<br />
is, verloopt het proces gunstiger (min<strong>de</strong>r snelle progressie, min<strong>de</strong>r vaak<br />
en later optre<strong>de</strong>n<strong>de</strong> houdingsinstabiliteit en cognitief verval) dan <strong>bij</strong> patiënten<br />
waar<strong>bij</strong> bradykinesie en rigiditeit op <strong>de</strong> voorgrond staan (75-77). Een hogere<br />
<strong>de</strong>buutleeftijd en cognitief verval wor<strong>de</strong>n geassocieerd met een snellere <strong>ziekte</strong>progressie<br />
(78-80).<br />
2.3.4 Beperkingen in vaardighe<strong>de</strong>n en activiteiten<br />
Motorische vaardighe<strong>de</strong>n<br />
Het afwijken<strong>de</strong> gangpatroon (vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> paslengte, pashoogte en snelheid)<br />
wordt veelal versterkt tij<strong>de</strong>ns dubbeltaken, <strong>bij</strong>voorbeeld wanneer spullen verplaatst<br />
moeten wor<strong>de</strong>n of wanneer <strong>de</strong> persoon aan iets <strong>de</strong>nkt of met iemand<br />
praat tij<strong>de</strong>ns het lopen (81). Als <strong>de</strong> patiënt last heeft <strong>van</strong> ‘bevriezen’, treedt dit<br />
vooral op <strong>bij</strong> het starten met lopen, het passeren <strong>van</strong> nauwe ruimtes, tij<strong>de</strong>ns<br />
draaibewegingen en tij<strong>de</strong>ns dubbeltaken (82). Dus juist <strong>bij</strong> het transporteren<br />
<strong>van</strong> voorwerpen kunnen problemen optre<strong>de</strong>n. Bij propulsie gaat <strong>de</strong> patiënt<br />
juist sneller lopen en heeft dan ook vaak moeite om te stoppen.<br />
De uitvoering <strong>van</strong> transfers (verplaatsingen) is vaak beperkt. Patiënten hebben<br />
moeite om <strong>de</strong> transfer met voldoen<strong>de</strong> snelheid in te zetten, kijken te veel naar<br />
bene<strong>de</strong>n en komen veelal te weinig naar voren met <strong>de</strong> romp (83;84). Het gaan<br />
zitten aan tafel kan moeilijk zijn door problemen met gelijktijdig ‘half’ staan<br />
en <strong>de</strong> stoel verplaatsen.<br />
Het tempo <strong>van</strong> han<strong>de</strong>len is langzaam en door <strong>de</strong> motorische en cognitieve problemen<br />
kost <strong>de</strong> uitvoer <strong>van</strong> activiteiten veel meer moeite en energie. Daarnaast<br />
kunnen mentale en fysieke vermoeidheid en een vermin<strong>de</strong>rd uithoudingsvermogen<br />
het moeilijker maken om het energetisch vol te hou<strong>de</strong>n.<br />
Eten en drinken<br />
<strong>Parkinson</strong>patiënten kunnen moeite hebben met eten en drinken door een<br />
trage arm- en handmotoriek of tremoren in één <strong>van</strong> <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n. Daardoor gaat<br />
het hanteren <strong>van</strong> bestek moeizaam, vergt eten en drinken veel tijd of wordt er<br />
geknoeid met vaste voeding of juist met drinken uit een beker (85).<br />
De slikstoornissen kunnen eveneens lei<strong>de</strong>n tot een langere maaltijdduur,<br />
maar ook tot gedwongen aanpassingen <strong>van</strong> voedselconsistenties (86). Hard<br />
voedsel kost <strong>bij</strong>voorbeeld te veel inspanning of blijft sneller in <strong>de</strong> keel steken<br />
en pillen moeten met beleid wor<strong>de</strong>n doorgeslikt (87-89). In an<strong>de</strong>re gevallen<br />
lukt eten en drinken zon<strong>de</strong>r verslikken alleen als <strong>de</strong> patiënt niet wordt afgeleid
of zich heeft aangeleerd om tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> maaltijd of het koffiedrinken niet te<br />
praten (5).<br />
Procesvaardighe<strong>de</strong>n en leervermogen<br />
Door <strong>de</strong> vele beperkingen als gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> wordt een groot beroep<br />
gedaan op <strong>de</strong> patiënt om zich aan te passen en meer bewust te han<strong>de</strong>len. ‘Ik<br />
moet tegenwoordig overal <strong>bij</strong> na<strong>de</strong>nken’ is een veelgehoor<strong>de</strong> en begrijpelijke<br />
opmerking. Echter, veel patiënten hebben juist last <strong>van</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> informatieverwerking,<br />
aandacht- en geheugenfuncties (90-94). <strong>Parkinson</strong>patiënten kunnen<br />
wel nieuwe informatie opnemen en verwerken en an<strong>de</strong>re vaardighe<strong>de</strong>n<br />
leren, maar er is extra tijd nodig en een rustige omgeving. Het kan verwarrend<br />
zijn als er te veel informatie gelijktijdig wordt gegeven. Een belangrijk aspect<br />
<strong>bij</strong> het leren, is dat patiënten moeite hebben met impliciet leren. Informatie<br />
moet expliciet aangebo<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n (95) en herhalen is belangrijk. Generaliseren<br />
<strong>van</strong> een geleer<strong>de</strong> vaardigheid naar een nieuwe situatie is moeilijk.<br />
Communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n<br />
De schrijfvaardigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt veran<strong>de</strong>rt veelal vroeg in het<br />
<strong>ziekte</strong>proces. Het handschrift wordt kleiner (micrografie) en hierdoor min<strong>de</strong>r<br />
leesbaar, het schrijftempo en <strong>de</strong> fluency nemen af (96;97). Het handschrift<br />
verslechtert veelal <strong>bij</strong> dubbeltaken, zoals <strong>bij</strong> het notuleren tij<strong>de</strong>ns een verga<strong>de</strong>ring<br />
of notities maken tij<strong>de</strong>ns een telefoongesprek.<br />
De stem- en spraakstoornissen resulteren in een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> verstaanbaarheid,<br />
die <strong>van</strong> invloed is op <strong>de</strong> communicatieve zelfredzaamheid. De verbale<br />
communicatie wordt bovendien min<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rsteund met non-verbale expressie<br />
(mimiekarm gelaat en afname <strong>van</strong> gebaren).<br />
Een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> spreekvaardigheid is een ingrijpend gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong>. Ook moeite hebben met het volgen en begrijpen <strong>van</strong> conversaties<br />
kan tot gevolg hebben dat patiënten min<strong>de</strong>r <strong>bij</strong> gesprekken betrokken wor<strong>de</strong>n<br />
en dit kan lei<strong>de</strong>n tot een sociale isolatie. Hoewel stemproblemen vaak <strong>de</strong> eerste<br />
klachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met een dysartrie zijn, liet kwalitatief on<strong>de</strong>rzoek<br />
<strong>van</strong> Miller et al. zien dat parkinsonpatiënten ook zon<strong>de</strong>r opvallend vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
verstaanbaarheid al communicatieve beperkingen ervaren (3). Bijna<br />
een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënten vindt hun spraakprobleem zelfs één <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> belangrijkste gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (98).<br />
2.3.5 Participatieproblemen<br />
Het participeren in <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> levensdomeinen en het behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />
een zinvolle dagbesteding kan min<strong>de</strong>r gemakkelijk en <strong>van</strong>zelfsprekend wor<strong>de</strong>n.<br />
Hier<strong>bij</strong> spelen <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> stoornissen en beperkingen een rol, maar<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
55
56<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
daarnaast ook persoo<strong>nl</strong>ijke factoren en fysieke en sociale omgevingsfactoren<br />
(zie ICF-mo<strong>de</strong>l in figuur 2.1).<br />
De communicatieve zelfredzaamheid of juist <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> hulp die wordt gebo<strong>de</strong>n<br />
in conversatie en doelgerichte gesprekken, zijn bepalend voor <strong>de</strong> mate<br />
waarin <strong>de</strong> parkinsonpatiënt kan functioneren in verschillen<strong>de</strong> rollen. Een<br />
mil<strong>de</strong> dysartrie kan al <strong>van</strong> grote invloed zijn op het functioneren in betaal<strong>de</strong><br />
(of vrijwillige) werkzaamhe<strong>de</strong>n. Vroege logopedische interventie kan dan een<br />
sterke positieve invloed hebben.<br />
Moeizaam eten en drinken en snel verslikken kunnen lei<strong>de</strong>n tot participatieproblemen<br />
zoals alleen nog in vertrouwd gezelschap kunnen dineren of liever<br />
niet meer naar recepties of feestjes gaan (87). Ernstig speekselverlies kan lei<strong>de</strong>n<br />
tot schaamte en vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> sociale contacten (99).<br />
2.3.6 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> patiënten<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> heeft een grote negatieve impact op <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong><br />
leven <strong>van</strong> parkinsonpatiënten. Studies hebben een nauwe samenhang gevon<strong>de</strong>n<br />
tussen <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong>pressie en een lagere kwaliteit <strong>van</strong> leven<br />
(100-102). Tevens vermin<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> leven met toenemen<strong>de</strong> beperkingen<br />
en symptoomfluctuaties (103-105) en vermoeidheid (106;107).<br />
Patiënten aan wie gevraagd wordt om <strong>de</strong> ergste aspecten <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan te<br />
geven, noemen niet zozeer <strong>de</strong> stoornissen, maar veel vaker hun beperkingen<br />
in activiteiten (108).<br />
In kwalitatieve studies naar beleving en ervaringen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
geven patiënten aan dat acceptatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> moeilijk is (109;110). Veel<br />
patiënten ervaren een verlies <strong>van</strong> controle over hun lichaam, gedachten, situaties<br />
en <strong>de</strong> toekomst. De <strong>van</strong>zelfsprekendheid <strong>van</strong> het functioneren is weg. Dit<br />
draagt <strong>bij</strong> aan een gevoel <strong>van</strong> onzekerheid en een gebrek aan vertrouwen in het<br />
lichaam en zichzelf (111).<br />
2.3.7 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> mantelzorgers<br />
Mantelzorgers en vooral partner-mantelzorgers <strong>van</strong> patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> ervaren zowel in fysieke als psychosociale zin een zware belasting<br />
en dit heeft een negatieve invloed op hun eigen gezondheid en welbevin<strong>de</strong>n<br />
(112-114). De belangrijkste factoren die <strong>van</strong> invloed zijn op <strong>de</strong> ervaren<br />
zorglast zijn <strong>de</strong>pressie, hallucinaties, verwardheid, vallen en persoo<strong>nl</strong>ijke factoren<br />
zoals sociale on<strong>de</strong>rsteuning en copingstijl <strong>van</strong> zowel patiënt als mantelzorger<br />
(115-118). Er is een nauwe samenhang tussen <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> leven <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> patiënt en <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger (119;120). Zowel <strong>van</strong>uit het oogpunt <strong>van</strong><br />
welbevin<strong>de</strong>n en functioneren <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger als <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt is het<br />
belangrijk rekening te hou<strong>de</strong>n met het perspectief en <strong>de</strong> hulpvraag <strong>van</strong> <strong>de</strong>
mantelzorger. Uit een aantal kleine studies blijkt dat mantelzorgers behoefte<br />
hebben aan emotionele on<strong>de</strong>rsteuning en aan informatie en advies ten aanzien<br />
<strong>van</strong> het omgaan met specifieke <strong>ziekte</strong>gerelateer<strong>de</strong> problemen.<br />
2.4 Diagnosestelling<br />
De diagnose ‘<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ kan alleen postmortem met zekerheid<br />
gesteld wor<strong>de</strong>n door het aantonen <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> Lewy-lichaampjes,<br />
die zich zowel in <strong>de</strong> substantia nigra als corticaal kunnen ontwikkelen.<br />
Klinisch is alleen een waarschij<strong>nl</strong>ijkheidsdiagnose te stellen op basis <strong>van</strong> verschillen<strong>de</strong><br />
peilers (121;122):<br />
1 De aanwezigheid <strong>van</strong> een asymmetrisch hypokinetisch-rigi<strong>de</strong> syndroom.<br />
Ten minste twee <strong>van</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stoornissen moeten aanwezig zijn, waaron<strong>de</strong>r<br />
in ie<strong>de</strong>r geval bradykinesie of rusttremor:<br />
– bradykinesie;<br />
– rusttremor;<br />
– rigiditeit;<br />
– houdingsinstabiliteit.<br />
2 Een goe<strong>de</strong> en aanhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> reactie op levodopa.<br />
3 Afwezigheid <strong>van</strong> specifieke uitsluitingscriteria (<strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> ‘red flags’)<br />
(123;124). Voorbeel<strong>de</strong>n hier<strong>van</strong> zijn: pirami<strong>de</strong>baanstoornis, cerebellaire<br />
afwijkingen, vroegtijdige evi<strong>de</strong>nte cognitieve stoornissen, prominente<br />
houdingsinstabiliteit of vallen in <strong>de</strong> eerste drie jaar, snel progressief of<br />
stapsgewijs beloop, symmetrisch begin, CT- en MRI-afwijkingen.<br />
De aanwezigheid <strong>van</strong> ‘red flags’ kan dui<strong>de</strong>n op an<strong>de</strong>re vormen <strong>van</strong> parkinsonismen<br />
zoals: progressieve supranucleaire palsy (PSP), multipele systeem atrofie<br />
(MSA), corticobasale <strong>de</strong>generatie (CBDG), essentiële tremor, vasculair parkinsonisme,<br />
medicamenteus geïnduceerd parkinsonisme en <strong>de</strong>mentie met Lewy<br />
bodies (DBL) (125). Differentiaaldiagnose is <strong>van</strong> belang omdat <strong>de</strong> therapeutische<br />
mogelijkhe<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> prognose <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze vormen <strong>van</strong> parkinsonismen<br />
an<strong>de</strong>rs zijn dan <strong>bij</strong> <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (26).<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
57
58<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Tabel 2.3 Belangrijkste differentiaaldiagnosen (verkorte versie uit het ‘<strong>Parkinson</strong> Handboek<br />
2007’) (26)<br />
Klinisch syndroom Klinische kenmerken Beloop<br />
medicamenteus • frequent voorkomend;<br />
• afhankelijk <strong>van</strong> herkennen en<br />
geïnduceerd • vaak symmetrisch beeld;<br />
a<strong>de</strong>quate therapie;<br />
parkinsonisme • snelle tremor;<br />
• beeld klaart meestal binnen<br />
• actietremor vaak > dan rusttremor; drie maan<strong>de</strong>n op na staken <strong>van</strong><br />
• soms met (tardieve) dyskinesieën; iatrogeen medicament; kan tot<br />
• dopareceptorblokkeren<strong>de</strong> medicatie twaalf maan<strong>de</strong>n duren voordat<br />
(<strong>bij</strong>v. neuroleptica).<br />
klachten volledig verdwenen zijn<br />
multipele • parkinsonisme, vaak symmetrisch; • snel progressief;<br />
systeematrofie • ataxie;<br />
• spasticiteit of zwakte, waardoor ook<br />
an<strong>de</strong>re dysartriekenmerken en meer<br />
ernstige dysfagie;<br />
• autonome stoornissen;<br />
• groten<strong>de</strong>els behou<strong>de</strong>n cognitie.<br />
• mediane overleving negen jaar.<br />
progressieve • parkinsonisme, vaak symmetrisch en • snel progressief;<br />
supranucleaire axiaal ;<br />
• mediane overleving zes tot<br />
paralyse<br />
• verticale blikparese;<br />
• spasticiteit, waardoor ook an<strong>de</strong>re<br />
dysartriekenmerken en meer ernstige<br />
dysfagie;<br />
• forse balansstoornis met frequent<br />
achterovervallen;<br />
• cognitief (frontaal) verval.<br />
tien jaar.<br />
corticobasale • asymmetrisch parkinsonisme; • snel progressief;<br />
<strong>de</strong>generatie • apraxie en cognitieve stoornissen;<br />
• alien limb.<br />
• mediane overleving acht jaar.<br />
vasculair<br />
• parkinsonisme; waar<strong>bij</strong> <strong>de</strong> symptomen • wisselend, meestal snel<br />
parkinsonisme aan <strong>de</strong> benen > dan aan <strong>de</strong> armen progressief;<br />
(lower body fenotype);<br />
• in latere stadia vaak ook mogelijk<br />
• stapsgewijze progressie is suggestief,<br />
maar niet noodzakelijk;<br />
• balansstoornissen;<br />
• cardiovasculaire risicofactoren;<br />
• TIA/CVA in voorgeschie<strong>de</strong>nis,<br />
waardoor mogelijk al bestaan<strong>de</strong><br />
fatische stoornissen, dysartrie en<br />
dysfagie.<br />
cognitief verval.<br />
<strong>de</strong>mentie met • cognitief verval met fluctuaties in • snel progressief waar<strong>bij</strong> het<br />
lewy-lichaampjes aandacht en alertheid ;<br />
verval op cognitief vlak het meest<br />
• hallucinaties;<br />
• autonome stoornissen;<br />
• overmatige sensitiviteit voor<br />
neuroleptica met toename klinisch<br />
beeld.<br />
uitgesproken is.<br />
essentiële tremor • symmetrische actietremor;<br />
• zeer langzaam progressief<br />
• vaak een positieve familieanamnese; beeld <strong>van</strong> actietremoren zon<strong>de</strong>r<br />
• geen parkinsonisme;<br />
• nee-knik-tremor aan het hoofd;<br />
• verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> tremor met alcohol<br />
(50%).<br />
parkinsonisme.
2.5 Behan<strong>de</strong>ling<br />
De algemene behan<strong>de</strong>ldoelen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten zijn het optimaliseren<br />
<strong>van</strong> het dagelijks functioneren en maatschappelijke en sociale participatie.<br />
Om <strong>de</strong>ze te bereiken zijn er verschillen<strong>de</strong> medische en paramedische behan<strong>de</strong>lingen<br />
mogelijk. Multidisciplinaire samenwerking rond parkinsonpatiënten<br />
waar<strong>bij</strong> informatie en behan<strong>de</strong>ldoelen wor<strong>de</strong>n afgestemd, krijgt steeds meer<br />
vorm.<br />
2.5.1 Multidisciplinaire bena<strong>de</strong>ring<br />
Vooral <strong>bij</strong> een complexe hulpvraag lijkt <strong>de</strong> inzet <strong>van</strong> een multidisciplinair<br />
behan<strong>de</strong>lteam gewenst om <strong>de</strong> parkinsonpatiënt optimaal te kunnen adviseren<br />
en begelei<strong>de</strong>n. Aan dit multidisciplinaire behan<strong>de</strong>lteam kunnen <strong>de</strong>elnemen,<br />
in willekeurige volgor<strong>de</strong>, <strong>de</strong> neuroloog, een revalidatiearts, een geriater, een<br />
huisarts, een verpleeghuisarts, een psychiater, een (neuro)psycholoog, een<br />
fysiotherapeut, een logopedist, een ergotherapeut, een activiteitenbegelei<strong>de</strong>r<br />
of een arbeidstherapeut, een seksuoloog, een diëtist, een maatschappelijk werker<br />
en een parkinsonverpleegkundige. Goe<strong>de</strong> afstemming tussen <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />
behan<strong>de</strong>laars is vereist.<br />
Een multidisciplinaire lan<strong>de</strong>lijke richtlijn voor <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zal<br />
in 2008 wor<strong>de</strong>n afgerond (6). Hierin wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re aanbevelingen<br />
gedaan voor <strong>de</strong> coördinatie en organisatie <strong>van</strong> optimale ketenzorg voor parkinsonpatiënten.<br />
Gezien het chronische en <strong>de</strong>generatieve karakter <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
wor<strong>de</strong>n patiënten in toenemen<strong>de</strong> mate afhankelijk <strong>van</strong> hulp <strong>van</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n.<br />
Mantelzorgers zoals partners, kin<strong>de</strong>ren en buren spelen een belangrijke rol <strong>bij</strong><br />
het on<strong>de</strong>rsteunen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt zowel <strong>van</strong>uit psychosociaal als praktisch oogpunt.<br />
Daarom dient ook aandacht te wor<strong>de</strong>n besteed aan het sociale systeem<br />
rondom <strong>de</strong> patiënt en wor<strong>de</strong>n interventies <strong>van</strong> het multidisciplinaire team zo<br />
nodig ook gericht op <strong>de</strong> mantelzorgers.<br />
2.5.2 Medische behan<strong>de</strong>ling<br />
Medicamenteus<br />
Medicatie ter verlichting <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonverschijnselen kan wor<strong>de</strong>n gestart<br />
wanneer sprake is <strong>van</strong> functionele beperkingen en/of hin<strong>de</strong>rlijke symptomen<br />
(zoals een ernstige tremor), maar niet slechts om cosmetische re<strong>de</strong>nen.<br />
Uitgangspunten in <strong>de</strong> medicamenteuze behan<strong>de</strong>ling zijn (23;126;127):<br />
– aanvullen <strong>van</strong> het dopaminetekort (levodopa, dopamineagonisten);<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
59
60<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
– remmen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dopamine-afbraak;<br />
– blokkeren <strong>van</strong> <strong>de</strong> relatieve overmaat acetylcholine.<br />
In <strong>bij</strong>lage 11 staan <strong>de</strong> meest voorkomen<strong>de</strong> medicijnen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
met hun werking en <strong>bij</strong>werkingen genoemd. Voor vrijwel alle medicatie<br />
geldt dat abrupt staken gevaarlijke situaties (ontwennings- of reboundverschijnselen)<br />
kan opleveren.<br />
Afhankelijk <strong>van</strong> <strong>bij</strong>komen<strong>de</strong> problemen kunnen patiënten ook behan<strong>de</strong>ld<br />
moeten wor<strong>de</strong>n met anti<strong>de</strong>pressiva, antipsychotica, laxantia, slaapmedicatie,<br />
enzovoort.<br />
Bijwerkingen <strong>van</strong> medicijnen<br />
<strong>Parkinson</strong>patiënten kunnen na een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> gemid<strong>de</strong>ld twee tot vijf jaar<br />
gebruik <strong>van</strong> dopaminerge medicatie last krijgen <strong>van</strong> schommelingen in het<br />
effect <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicatie (responsfluctuaties) (26). Dit presenteert zich in al<br />
dan niet voorspelbare fluctuaties in (<strong>de</strong> ernst <strong>van</strong>) <strong>de</strong> symptomen over een<br />
dag. Motorische fluctuaties uiten zich in een verlies <strong>van</strong> beweging (hypo- of<br />
akinesie) of dystonie <strong>bij</strong> een te laag dopaminegehalte (‘off’-fase) of juist een<br />
pathologische toename <strong>van</strong> bewegingen (dyskinesieën) <strong>bij</strong> een te hoog dopaminegehalte<br />
(‘on’-fase).<br />
Dopaminerge medicaties, met name dopamineagonisten, kunnen lei<strong>de</strong>n tot<br />
obsessieve gedragsproblemen. Hier<strong>bij</strong> gaat het om ‘punding’ (stereotiep, doelloos,<br />
allesverstorend gedrag) en het verslaafd raken aan medicaties, seks,<br />
gokken, winkelen, internet, eten en stelen (128). Vooral jonge patiënten of<br />
patiënten die voorafgaand aan het starten <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicatie al in lichte mate<br />
neig<strong>de</strong>n tot verslaving of obsessief han<strong>de</strong>len, lopen meer risico op <strong>de</strong>rgelijke<br />
reacties op <strong>de</strong> medicatie.<br />
Medische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />
De medische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies richt zich op <strong>de</strong> afname <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
speekselproductie. Anticholinerge medicatie remt <strong>de</strong> speekselproductie, maar<br />
<strong>de</strong> invloed is beperkt en heeft als na<strong>de</strong>el dat het <strong>bij</strong>werkingen kan hebben,<br />
zoals obstipatie of visusstoornissen (66). Injecteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselklieren<br />
met botuline-neurotoxine is inmid<strong>de</strong>ls een veelgebruikte behan<strong>de</strong>ling. Zowel<br />
<strong>de</strong> parotisklieren als <strong>de</strong> submandibulaire speekselklieren kunnen wor<strong>de</strong>n<br />
behan<strong>de</strong>ld, <strong>bij</strong> voorkeur on<strong>de</strong>r echogeleiding (64-66;129). Inmid<strong>de</strong>ls lijkt ook<br />
radiotherapie op <strong>de</strong> speekselklieren een reële behan<strong>de</strong>loptie voor parkinsonpatiënten<br />
met ernstig speekselverlies (130).
Neurochirurgisch<br />
Wanneer patiënten langdurig behan<strong>de</strong>ld zijn met dopaminerge medicatie en<br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> gevor<strong>de</strong>rd is, kan een punt bereikt wor<strong>de</strong>n waarop <strong>de</strong> medicamenteuze<br />
opties om <strong>de</strong> patiënt een re<strong>de</strong>lijke kwaliteit <strong>van</strong> leven te laten behou<strong>de</strong>n<br />
uitgeput raken. Er is dan sprake <strong>van</strong> ernstige responsfluctuaties en dan kan<br />
<strong>de</strong>ep brain stimulation (DBS) overwogen wor<strong>de</strong>n, In <strong>de</strong> meeste gevallen wordt<br />
<strong>de</strong> nucleus subthalamicus (<strong>de</strong> ‘STN’) door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> inwendige elektro<strong>de</strong>n<br />
gestimuleerd. De winst <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze ingreep ligt enerzijds in <strong>de</strong> mogelijkheid<br />
tot het reduceren <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicatie, waardoor min<strong>de</strong>r <strong>bij</strong>werkingen optre<strong>de</strong>n.<br />
An<strong>de</strong>rzijds bestrijdt <strong>de</strong> ingreep ook op een directe manier tremoren of dyskinesieën<br />
(23;131). Helaas komt niet ie<strong>de</strong>re parkinsonpatiënt hiervoor in aanmerking<br />
en gel<strong>de</strong>n er strenge in- en exclusiecriteria in verband met <strong>de</strong> risico’s <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> ingreep (132).<br />
Er zijn echter aanwijzingen dat DBS <strong>bij</strong> sommige parkinsonpatiënten een<br />
negatieve invloed heeft op <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken (133-135).<br />
2.5.3 Paramedische behan<strong>de</strong>ling<br />
Voor <strong>de</strong> revalidatie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten hebben Morris & Iansek (136) een<br />
theoretisch mo<strong>de</strong>l beschreven waarmee positieve ervaringen zijn opgedaan<br />
in grote parkinsoncentra in het buite<strong>nl</strong>and. Het bestaat uit <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vijf<br />
uitgangspunten:<br />
1 <strong>Parkinson</strong>patiënten hebben – afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst, dat wil zeggen<br />
tot op zekere hoogte – een goed<strong>de</strong>els normale motoriek, die op <strong>de</strong> juiste<br />
wijze moet wor<strong>de</strong>n geactiveerd. Een ervaren therapeut is in staat om te<br />
bepalen wat <strong>de</strong> meest zinvolle activatie is.<br />
2 Hypokinesie neemt toe naarmate han<strong>de</strong>lingen langer duren en meer complex<br />
zijn. Complexe han<strong>de</strong>lingen moeten daarom in <strong>de</strong>elhan<strong>de</strong>lingen wor<strong>de</strong>n<br />
opge<strong>de</strong>eld.<br />
3 Deelhan<strong>de</strong>lingen moeten bewust wor<strong>de</strong>n uitgevoerd om <strong>de</strong> falen<strong>de</strong> automatische<br />
motoriek te compenseren.<br />
4 Externe cues (visueel, auditief of proprioceptief) kunnen helpen om han<strong>de</strong>lingen<br />
te starten en op gang te hou<strong>de</strong>n.<br />
5 Het tegelijk uitvoeren <strong>van</strong> motorische en cognitieve taken (dubbeltaken)<br />
dient te wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n, omdat <strong>de</strong> cognitieve aandacht nodig is om<br />
motorische taken bewust uit te voeren.<br />
De paramedische behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten zijn op <strong>de</strong>ze<br />
principes gebaseerd.<br />
Ergotherapie<br />
Tegelijk met <strong>de</strong> logopedierichtlijn is <strong>de</strong> ergotherapierichtlijn ontwikkeld (20).<br />
Het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>bij</strong>drage <strong>van</strong> <strong>de</strong> ergotherapeut wordt on<strong>de</strong>rschreven door<br />
behan<strong>de</strong>laars, patiënten en mantelzorgers, maar <strong>de</strong> effectiviteit <strong>van</strong> ergothe-<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
61
62<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
rapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is nog niet aangetoond (137;138). Voor <strong>de</strong><br />
richtlijn is daarom veel gebruikgemaakt <strong>van</strong> inzichten over <strong>de</strong> werkzaamheid<br />
<strong>van</strong> ergotherapie <strong>bij</strong> an<strong>de</strong>re <strong>ziekte</strong>beel<strong>de</strong>n.<br />
Ergotherapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is gericht op het behou<strong>de</strong>n of optimaliseren<br />
<strong>van</strong> het betekenisvol han<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt binnen zijn woon-,<br />
werk- en leefomgeving. Dat houdt in dat ergotherapeuten een <strong>bij</strong>drage kunnen<br />
leveren aan <strong>de</strong> aanpak <strong>van</strong> een grote diversiteit aan problemen en beperkingen<br />
die <strong>de</strong> parkinsonpatiënt en <strong>de</strong> mantelzorger(s) in het dagelijkse leven ervaren.<br />
De ergotherapeutische behan<strong>de</strong>ltechnieken die wor<strong>de</strong>n aanbevolen zijn enerzijds<br />
overgenomen uit an<strong>de</strong>re gebie<strong>de</strong>n, an<strong>de</strong>re zijn typerend voor <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>:<br />
– stimuleren <strong>van</strong> zelfmanagement;<br />
– optimaliseren <strong>van</strong> dagstructuur en dagbesteding;<br />
– vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> stress en tijdsdruk;<br />
– on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> motorische vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> arm/hand;<br />
– met gerichte aandacht han<strong>de</strong>len;<br />
– vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> dubbeltaken;<br />
– toepassen <strong>van</strong> cues;<br />
– optimaliseren <strong>van</strong> fysische omgeving;<br />
– adviseren en begelei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> mantelzorgers (voor henzelf).<br />
De interventies kunnen zich richten op vier verschillen<strong>de</strong> aangrijpingspunten<br />
of een combinatie daar<strong>van</strong>, namelijk <strong>de</strong> patiënt zelf, <strong>de</strong> activiteit waar het om<br />
gaat, <strong>de</strong> omgeving waarin <strong>de</strong> activiteit plaatsvindt en <strong>de</strong> mantelzorger(s).<br />
Fysiotherapie<br />
In 2004 verscheen <strong>de</strong> KNGF-richtlijn ‘Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ (73). Deze richtlijn<br />
is ontwikkeld in samenwerking met <strong>de</strong> beroepsvereniging voor oefentherapeuten<br />
(VvOCM), aangezien voor behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze patiëntengroep<br />
geen verschil bestaat in behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> bei<strong>de</strong> beroepsgroepen.<br />
Het doel <strong>van</strong> fysiotherapie en oefentherapie (Cesar en Mensendieck) <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is het verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> leven door het verbeteren<br />
of behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> zelfstandigheid, veiligheid en welbevin<strong>de</strong>n tij<strong>de</strong>ns en<br />
door bewegen. Dit wordt bereikt door preventie <strong>van</strong> inactiviteit, preventie <strong>van</strong><br />
vallen, on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n en verbeteren <strong>van</strong> functies en vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> beperkingen<br />
in activiteiten en participatieproblemen. Hier<strong>bij</strong> zijn zes domeinen<br />
geï<strong>de</strong>ntificeerd:<br />
1 transfers (<strong>bij</strong>voorbeeld opstaan uit een stoel en omrollen in bed);<br />
2 lichaamshouding;<br />
3 reiken en grijpen;<br />
4 balans;<br />
5 lopen;<br />
6 fysieke capaciteit (spiersterkte, beweeglijkheid <strong>van</strong> gewrichten, algemene<br />
conditie).
Binnen het <strong>ziekte</strong>proces wor<strong>de</strong>n drie fases on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n: vroeg (Hoehn &<br />
Yahr 1-2.5), mid<strong>de</strong>n (Hoehn & Yahr 2-4) en laat (Hoehn & Yahr 5). Het doel in<br />
<strong>de</strong> vroege fase is preventie <strong>van</strong> inactiviteit, angst om te bewegen of te vallen en<br />
het on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n en/of verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> conditie. Het doel in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>nfase<br />
is het behou<strong>de</strong>n of bevor<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> activiteiten op <strong>de</strong> voornoem<strong>de</strong> domeinen.<br />
Het behan<strong>de</strong>ldoel in <strong>de</strong> late fase is het behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> vitale functies en preventie<br />
<strong>van</strong> complicaties zoals <strong>de</strong>cubitus en contracturen, waar<strong>bij</strong> nauwe samenwerking<br />
met <strong>de</strong> verpleging (mantelzorgers) essentieel is.<br />
Aanbevelingen voor interventies die gebaseerd zijn op evi<strong>de</strong>ntie <strong>van</strong> twee of<br />
meer gecontroleer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken zijn (1) het gebruik <strong>van</strong> cueing-strategieën<br />
ter verbetering <strong>van</strong> het lopen, (2) cognitieve bewegingsstrategieën ter verbetering<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> uitvoer <strong>van</strong> transfers, (3) specifieke oefeningen ter verbetering <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> balans en (4) trainen <strong>van</strong> gewrichtsmobiliteit en kracht ter verbetering <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> fysieke capaciteit.<br />
<strong>Logopedie</strong><br />
De logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten kan gericht zijn op het<br />
verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n of het<br />
vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> slikklachten of speekselverlies of een combinatie daar<strong>van</strong>.<br />
Dui<strong>de</strong>lijk is dat behan<strong>de</strong>ling alleen optimaal kan zijn wanneer <strong>de</strong> logopedist,<br />
evenals <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re paramedische behan<strong>de</strong>laars, voldoen<strong>de</strong> inzicht heeft in het<br />
<strong>ziekte</strong>beeld en gevolgen daar<strong>van</strong> op het motorisch en cognitief functioneren<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />
Een ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedische interventies in <strong>de</strong> vorm<br />
<strong>van</strong> aanbevelingen is te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> hoofdstukken 3, 4 en 5.<br />
De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
63
3 Dysartrie en communicatie<br />
Dit hoofdstuk beschrijft het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het spreken en <strong>de</strong><br />
communicatievaardighe<strong>de</strong>n (3.1) en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieve<br />
problemen (3.2) <strong>bij</strong> mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (vraag 1 en<br />
2 zijn te vin<strong>de</strong>n in Deel I).<br />
3.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie<br />
In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> uitgangsvragen:<br />
3 Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
4 Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraakklachten te kwantificeren?<br />
5 Wat is specifiek voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
6 Op welke manier kan het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt het<br />
beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
7 Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie te<br />
kwantificeren?<br />
8 Op welke manier kan <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />
het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
9 Welke audiovisuele registraties zijn <strong>van</strong> belang <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met<br />
spraakklachten?<br />
10 Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist on<strong>de</strong>rzoek door een KNO-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />
met spraakklachten adviseren?<br />
11 Op welke manier kunnen taalstoornissen en/of communicatieve problemen<br />
<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Vraag 3<br />
Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese informeert <strong>de</strong> logopedist naar <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt<br />
moeite met spreken ervaart en naar <strong>de</strong> gevolgen daar<strong>van</strong> voor dagelijkse bezighe<strong>de</strong>n<br />
en sociale participatie. De uitkomst geeft richting aan <strong>de</strong> wensen en<br />
verwachtingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling. Tegelijk<br />
kan <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken observeren.<br />
65
66<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn geen gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> parkinsonspecifieke vrage<strong>nl</strong>ijsten gevon<strong>de</strong>n, die <strong>de</strong><br />
aard en <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten over het spreken in<br />
kaart brengen. Gebaseerd op <strong>de</strong> klachten en problemen die in <strong>de</strong> literatuur<br />
zijn beschreven, zou <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> het afnemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> anamnese on<strong>de</strong>r<br />
meer aan <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> aspecten aandacht moeten beste<strong>de</strong>n.<br />
In <strong>de</strong> eerste plaats is het <strong>van</strong> belang om zowel te informeren naar functiestoornissen<br />
(o.a zachte en hese stem) als naar <strong>de</strong> functionele gevolgen <strong>van</strong><br />
afgenomen verstaanbaarheid, zoals problemen met telefoneren, zich in gezelschap<br />
verstaanbaar maken of moeite met spreken tij<strong>de</strong>ns het werk. Ten twee<strong>de</strong><br />
kunnen <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze problemen zowel spraakmotorische als cognitieve stoornissen<br />
een rol spelen (3). De logopedist zou <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> bei<strong>de</strong> aspecten moeten<br />
nagaan. Ten <strong>de</strong>r<strong>de</strong> kunnen parkinsonpatiënten moeite hebben om hun spraak<br />
goed te beoor<strong>de</strong>len en hun afgenomen verstaanbaarheid <strong>bij</strong>voorbeeld wijten<br />
aan <strong>de</strong> slechthorendheid <strong>van</strong> hun gesprekspartners (50). De logopedist dient<br />
daarom alert te zijn op een discrepantie tussen <strong>de</strong> kwalificatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt<br />
enerzijds en zijn gesprekspartner en/of mantelzorger(s) an<strong>de</strong>rzijds, zowel wat<br />
betreft verstaanbaarheid als communicatieve participatie. Zie <strong>de</strong> voorbeeldvragen<br />
in Bijlage 2.<br />
Er is een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst in ontwikkeling (139). Voorlopige analyse<br />
laat zien dat <strong>de</strong> vragen een hoge interne consistentie (α > 0.90) hebben<br />
en goed correleren (r > 0.70) met dysartrie-ernst, <strong>ziekte</strong>-ernst en <strong>ziekte</strong>duur.<br />
Zie Bijlage 3.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Volgens experts moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> spraakklachten <strong>van</strong><br />
een parkinsonpatiënt naar een breed spectrum <strong>van</strong> klachten wor<strong>de</strong>n<br />
gevraagd: zowel naar motorische als cognitieve problemen en zowel<br />
naar <strong>de</strong> klachten <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt als naar die <strong>van</strong> zijn mantelzorgers/<br />
gesprekspartners.<br />
D Miller, 2006<br />
Overige overwegingen<br />
Een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst kan voorafgaand aan het eerste consult<br />
door <strong>de</strong> patiënt wor<strong>de</strong>n ingevuld en als uitgangspunt dienen voor het bepalen<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> hulpvraag.
Aanbeveling 3a<br />
Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> spraakklachten<br />
<strong>van</strong> een parkinsonpatiënt:<br />
a vraagt naar klachten op zowel op functieniveau als activiteitenniveau<br />
als participatieniveau;<br />
b informeert naar klachten zowel over <strong>de</strong> spraak (stem, verstaanbaarheid)<br />
als naar klachten over communicatieve vaardigheid (woordvinding, een<br />
gesprek beginnen e.d.);<br />
c vraagt naar zowel <strong>de</strong> problemen en ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt, als naar<br />
<strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gesprekspartner en/of mantelzorgers.<br />
Aanbeveling 3b<br />
Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />
gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />
Vraag 4<br />
Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraakklachten te kwantificeren?<br />
Dysartrie en communicatie<br />
De logopedist kan <strong>de</strong> communicatieve beperkingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt als gevolg<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> moeite met spreken uitdrukken in een ernstschaal. In Groot-Brittannië<br />
en Australië wordt door logopedisten veel gebruik gemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheidsschaal<br />
<strong>van</strong> En<strong>de</strong>rby & John (140;141), één <strong>van</strong> <strong>de</strong> zespuntsschalen<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes Measures (TOM). Ongepubliceerd on<strong>de</strong>rzoek laat<br />
zien dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal met een gewogen<br />
kappa <strong>van</strong> 0,70 een acceptabele interbeoor<strong>de</strong>laar-betrouwbaarheid heeft<br />
(142). Zie <strong>bij</strong>lage 4.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal<br />
‘verstaanbaarheid’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes Measures (TOM) een<br />
voldoen<strong>de</strong> betrouwbare schaal is om <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> verstaanbaarheid als<br />
gevolg <strong>van</strong> een dysartrie uit te drukken.<br />
C En<strong>de</strong>rby, 1999, Knuijt, 2007<br />
Overige overwegingen<br />
Hoewel <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal ‘verstaanbaarheid’ niet<br />
specifiek is voor parkinsonpatiënten kan <strong>de</strong>ze volgens <strong>de</strong> werkgroep wel voor<br />
parkinsonpatiënten wor<strong>de</strong>n gebruikt. Impliciet zal dan ook <strong>de</strong> afname <strong>van</strong><br />
communicatieve effectiviteit als gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> cognitieve stoornissen wor<strong>de</strong>n<br />
meegewogen.<br />
67
68<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 4<br />
Het is te overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie voor <strong>de</strong><br />
verstaanbaarheid en communicatieve effectiviteit te scoren op <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />
vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal ‘verstaanbaarheid’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />
Measures (TOM).<br />
Vraag 5<br />
Wat is specifiek voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
Hoewel er veel over hypokinetische dysartrie bekend is, is ondui<strong>de</strong>lijk wat rele<strong>van</strong>te<br />
klinische observaties en metingen zijn.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Voor <strong>de</strong> diagnostiek <strong>van</strong> dysartrische kenmerken zijn talloze metingen<br />
beschikbaar, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re beschreven door Kent et al. (143). Ook voor het vaststellen<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> stem-en spraakstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten zijn diverse<br />
publicaties beschikbaar. Veel diagnostische technieken zijn echter bedoeld<br />
voor wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek, maar niet voor klinische diagnostiek. Bij<br />
parkinsonpatiënten, die immers tot op zekere hoogte een normale stem en<br />
articulatie hebben die geactiveerd moet wor<strong>de</strong>n (2), is voor <strong>de</strong> klinische diagnostiek<br />
vooral het on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
intensiteit <strong>van</strong> het spreken – en daarmee <strong>de</strong> verstaanbaarheid – rele<strong>van</strong>t.<br />
Voor <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
zijn geen specifieke klinische metingen of observaties bekend. De werkgroep<br />
heeft daarom op basis <strong>van</strong> theorie, ervaring en consensus <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> voorstellen<br />
geformuleerd.<br />
Voor een minimaal on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt met stem- en/of verstaanbaarheidsklachten<br />
zou <strong>de</strong> logopedist kunnen volstaan met (144):<br />
– beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> spontaan of ongestimuleerd spreken, dat wil zeggen subjectieve<br />
beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> spreekkwaliteit tij<strong>de</strong>ns spontaan spreken;<br />
– beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> gestimuleerd spreken tij<strong>de</strong>ns maximale prestatietests, zoals<br />
automatische reeksen, maximale fonatieduur en glijtonen.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Hoewel diverse observaties en metingen aan stem en spraak mogelijk<br />
zijn, is het voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
voldoen<strong>de</strong> om <strong>de</strong> ongestimuleer<strong>de</strong> spraak te observeren en vervolgens<br />
met enkele prestatietests <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit en<br />
verstaanbaarheid na te gaan.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep
Dysartrie en communicatie<br />
Overige overwegingen<br />
Om efficiënt te kunnen werken zou <strong>de</strong> diagnostiek beperkt kunnen blijven tot<br />
<strong>de</strong> rele<strong>van</strong>te observaties en metingen. De beschikbare tijd <strong>van</strong> zowel <strong>de</strong> logopedist<br />
als <strong>de</strong> patiënt zou vooral besteed moeten wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling.<br />
Aanbeveling 5<br />
Het is aan te bevelen het klinisch dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong><br />
idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> te beperken tot:<br />
a het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het spontane of ongestimuleer<strong>de</strong> spreken; en<br />
b het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse spraakkenmerken<br />
met behulp <strong>van</strong> enkele maximale prestatietests.<br />
Vraag 6<br />
Op welke manier kan het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt het beste<br />
wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Het ongestimuleer<strong>de</strong> spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt kan het best wor<strong>de</strong>n<br />
beoor<strong>de</strong>eld tij<strong>de</strong>ns het spontane spreken, on<strong>de</strong>r meer tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese.<br />
Voor het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het ongestimuleer<strong>de</strong> spreken kunnen <strong>de</strong> internationaal<br />
beschreven dysartriekenmerken wor<strong>de</strong>n aangehou<strong>de</strong>n (46;145-147),<br />
namelijk: a<strong>de</strong>mhaling, stem (kwaliteit, luidheid en toonhoogte), articulatievaardigheid,<br />
resonantie en prosodie (intonatie en spreektempo). Voor <strong>de</strong> wijze<br />
<strong>van</strong> registreren wordt verwezen naar Bijlage 5.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt kan aan <strong>de</strong> hand<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> voor alle dysartrieën gebruikte spraakkenmerken wor<strong>de</strong>n<br />
beoor<strong>de</strong>eld, namelijk a<strong>de</strong>mhaling, stem, articulatievaardigheid,<br />
resonantie en prosodie.<br />
D Darley, 1975, Lambert, 2003<br />
Overige overwegingen<br />
De kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mhaling, fonatie, articulatievaardigheid, resonantie<br />
en prosodie kunnen door <strong>de</strong> logopedist subjectief wor<strong>de</strong>n beoor<strong>de</strong>eld op een<br />
vierpuntsschaal, die ook wordt gebruikt <strong>bij</strong> an<strong>de</strong>re subjectieve observaties<br />
(148;149):<br />
– 0 = zeer ernstig afwijkend;<br />
– 1 = dui<strong>de</strong>lijk afwijkend;<br />
– 2 = licht afwijkend of twijfel;<br />
– 3 = normaal.<br />
69
70<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Daar<strong>bij</strong> wordt gelet op parkinsonspecifieke kenmerken, met name manifestaties<br />
<strong>van</strong> hypokinesie en rigiditeit. Bij <strong>de</strong> interpretatie dient <strong>de</strong> logopedist rekening<br />
te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> leeftijd, geslacht, vermoeidheid en stress<br />
op het spreken. Bij parkinsonpatiënten met responsfluctuaties moet ook rekening<br />
gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicijnen, dat wil zeggen is<br />
<strong>de</strong> patiënt geobserveerd tij<strong>de</strong>ns een on-perio<strong>de</strong> (betere prestatie) of tij<strong>de</strong>ns een<br />
off-perio<strong>de</strong> (slechtere prestatie). Zie Bijlage 5 voor <strong>de</strong> beschrijvingen en het<br />
scoreformulier.<br />
Op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevon<strong>de</strong>n kenmerken kan <strong>de</strong> logopedist een logopedische<br />
diagnose en behan<strong>de</strong>lindicatie formuleren. Een dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische<br />
dysartrie is kenmerkend voor <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, maar <strong>de</strong><br />
logopedist moet steeds bedacht zijn op aspecten die wijzen op an<strong>de</strong>re dysartrievormen,<br />
die mogelijk een an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>ling vragen.<br />
Hoewel <strong>de</strong>ze richtlijn <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> betreft, is hier een<br />
korte verwijzing naar dysartrische kenmerken <strong>van</strong> atypische parkinsonismen<br />
op zijn plaats. Dysartrische kenmerken die niet <strong>bij</strong> een hypokinetische dysartrie<br />
horen zijn spierzwakte (parese), spasticiteit of ataxie (coördinatiestoornissen).<br />
Bij twijfel zijn met name <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken behulpzaam:<br />
– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> mondmotoriek (oraal on<strong>de</strong>rzoek), waarmee met name<br />
spierzwakte, spasticiteit en asymmetrie kunnen wor<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n (149);<br />
– diadochokinese met woor<strong>de</strong>n (pittige articulatiereeksen) die met name<br />
spasticiteit of coördinatiestoornissen aan het licht kan brengen (148).<br />
Het beschrijven <strong>van</strong> alle mogelijke aspecten <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re dysartrievormen valt<br />
buiten het bestek <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze richtlijn over <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
Goe<strong>de</strong> diagnostiek vraagt veel neurologische kennis en logopedische ervaring.<br />
De werkgroep verwijst daarvoor naar <strong>de</strong> handboekteksten, zoals die <strong>van</strong><br />
Lambert et al. (146) of Dharmaperwira-Prins (147).<br />
Aanbeveling 6<br />
Het is aan te bevelen om het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />
te beoor<strong>de</strong>len aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> <strong>de</strong> gebruikelijke spraakkenmerken, namelijk<br />
a<strong>de</strong>ming, fonatie, articulatie, resonantie en prosodie. Bij <strong>de</strong> interpretatie is<br />
het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong> of in een off-perio<strong>de</strong><br />
is geobserveerd.<br />
Vraag 7<br />
Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie te kwantificeren?
Dysartrie en communicatie<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er bestaan diverse uitvoerige verstaanbaarheidtests voor dysartriepatiënten,<br />
maar <strong>de</strong> enige subjectieve logopedische ernstschaal is <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />
Measures (TOM), subschaal dysartrie <strong>van</strong> En<strong>de</strong>rby & John (140;141). De slechte<br />
score is 0 (‘zeer ernstige dysartrie of anartrie’) en <strong>de</strong> beste score is 5 (‘geen<br />
dysartrie’). Ongepubliceerd on<strong>de</strong>rzoek laat zien dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling<br />
en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal met een gewogen kappa <strong>van</strong> 0.70 (en 0.90 voor<br />
logopedisten met meer dan 10 jaar ervaring) een acceptabele interbeoor<strong>de</strong>laarbetrouwbaarheid<br />
heeft (142). Zie <strong>bij</strong>lage 3.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
TOM subschaal dysartrie een voldoen<strong>de</strong> betrouwbare schaal is om ook<br />
<strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie uit te drukken.<br />
C Knuijt, 2007<br />
Overige overwegingen<br />
Voor het evalueren <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> TOM<br />
subschaal dysartrie is on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re gebruikt gemaakt <strong>van</strong> samples <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Naar mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep is <strong>de</strong> schaal daarom geschikt<br />
om ook <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> hypokinetische dysartrieën te beoor<strong>de</strong>len.<br />
Aanbeveling 7<br />
De logopedist kan overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie te scoren op <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal dysartrie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />
Measures (TOM).<br />
Vraag 8<br />
Op welke manier kan <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />
het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Om te kunnen beoor<strong>de</strong>len in hoeverre <strong>de</strong> verstaanbaarheid door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong><br />
oefenen te verbeteren is (zie paragraaf 3.2) moet <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het<br />
spreken wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht met ‘maximale prestatietests’. Bovendien levert<br />
dat <strong>de</strong> logopedist die vertrouwd is met <strong>de</strong> diversiteit aan dysartrieën en neurologische<br />
<strong>ziekte</strong>beel<strong>de</strong>n, aanwijzingen op of er in<strong>de</strong>rdaad sprake is <strong>van</strong> een<br />
typische hypokinetische dysartrie dan wel <strong>van</strong> een gecombineerd beeld, zoals<br />
te zien is <strong>bij</strong> atypische parkinsonismen (zie hoofdstuk 2). Evenals <strong>bij</strong> het beoor<strong>de</strong>len<br />
<strong>van</strong> het ongestimuleer<strong>de</strong> spreken dient <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> interpretatie<br />
rekening te hou<strong>de</strong>n met leeftijd, geslacht, vermoeidheid en stress. Tevens<br />
geldt ook hier <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> on-perio<strong>de</strong> versus off-perio<strong>de</strong> en <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst,<br />
71
72<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
want <strong>bij</strong> patiënten met een zeer ernstige hypokinetische dysartrie zijn stemintensiteit<br />
en verstaanbaarheid – ook met stimuleren en oefenen – niet meer tot<br />
een beter niveau te krijgen.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
De volgen<strong>de</strong> maximale prestatietests zijn volgens <strong>de</strong> werkgroep rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong><br />
parkinsonpatiënten. Eén of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze taken kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt om<br />
<strong>de</strong> stimuleerbaarheid te beoor<strong>de</strong>len.<br />
Automatische reeksen<br />
Om te kunnen beoor<strong>de</strong>len of <strong>de</strong> stem en <strong>de</strong> verstaanbaarheid zijn te verbeteren,<br />
moet <strong>de</strong> parkinsonpatiënt gestimuleerd (gecued) wor<strong>de</strong>n om lui<strong>de</strong>r te<br />
spreken (150;151). De makkelijkste taken hiervoor zijn automatische reeksen,<br />
zoals tellen, opsommen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dagen <strong>van</strong> <strong>de</strong> week of <strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het jaar.<br />
De patiënt hoeft niet na te <strong>de</strong>nken <strong>bij</strong> wat hij gaat zeggen en zich alleen te concentreren<br />
op dui<strong>de</strong>lijker, dat wil zeggen lui<strong>de</strong>r spreken. Om te voorkomen dat<br />
met het volume ook <strong>de</strong> toonhoogte toeneemt, moet <strong>de</strong> patiënt <strong>bij</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />
poging vaak ook gevraagd wor<strong>de</strong>n om hetzelf<strong>de</strong> te doen, maar dan met een<br />
lagere stem (‘luid en laag’).<br />
Het op <strong>de</strong> juiste manier voordoen, <strong>de</strong> patiënt voortdurend feedback geven en<br />
gericht stimuleren is daar<strong>bij</strong> <strong>van</strong> groot belang. De verbeteringen die verwacht<br />
mogen wor<strong>de</strong>n zijn (152):<br />
– diepere a<strong>de</strong>mhaling;<br />
– lui<strong>de</strong>re stem (zon<strong>de</strong>r toonhoogtestijging);<br />
– betere stemkwaliteit;<br />
– grotere articulatiebewegingen;<br />
– lager spreektempo;<br />
en daardoor direct een betere verstaanbaarheid.<br />
Maximale fonatieduur<br />
De meest gebruikte stemmeting wereldwijd is <strong>de</strong> maximale fonatieduur<br />
(MFD), waarmee zowel <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mbeheersing als <strong>de</strong> stemkwaliteit kunnen wor<strong>de</strong>n<br />
beoor<strong>de</strong>eld (153). Voor het meten <strong>van</strong> <strong>de</strong> MFD wordt <strong>de</strong> patiënt gevraagd<br />
een /a:/ zo lang mogelijk aan te hou<strong>de</strong>n; <strong>de</strong> duur wordt met een stopwatch<br />
vastgelegd. Goe<strong>de</strong> instructie en voordoen zijn belangrijk, evenals het ten<br />
minste driemaal laten uitvoeren <strong>van</strong> <strong>de</strong> taak om <strong>de</strong> beste prestatie te kunnen<br />
noteren (143;154). De MFD kent een grote variabiliteit en hangt ook af <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> kwaliteit en luidheid <strong>van</strong> foneren. Het is typisch een taak waar<strong>bij</strong> zowel<br />
leereffect als vermoeidheid een grote rol spelen. Bij parkinsonpatiënten wordt<br />
daar bewust gebruik <strong>van</strong> gemaakt om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid te beoor<strong>de</strong>len. De<br />
patiënt wordt <strong>bij</strong> het herhalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> taak gevraagd om lui<strong>de</strong>r en zo nodig met<br />
een lagere stem te foneren, om te beoor<strong>de</strong>len in hoeverre luidheid, hel<strong>de</strong>rheid<br />
en toonhoogte te verbeteren en te cuen zijn.
Dysartrie en communicatie<br />
Glijtonen en roepen<br />
Door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> het maken <strong>van</strong> glijtonen is <strong>de</strong> stemom<strong>van</strong>g en <strong>de</strong> stembeheersing<br />
te beoor<strong>de</strong>len. Bij parkinsonpatiënten gaat het vooral om het beoor<strong>de</strong>len<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> rigiditeit en <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> variatie in toonhoogte te stimuleren is.<br />
Roepen kan eveneens wor<strong>de</strong>n gebruikt om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> luidheid<br />
en toonhoogte te beoor<strong>de</strong>len.<br />
In tabel 3.1 zijn <strong>de</strong> dysartriekenmerken, on<strong>de</strong>rzoekstaken en tests in schema<br />
gezet.<br />
Tabel 3.1 Spraakkenmerken en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoekstaken waarmee ze kunnen<br />
wor<strong>de</strong>n beoor<strong>de</strong>eld<br />
Ongestimuleerd<br />
spreken<br />
Spontane<br />
spraak<br />
Gestimuleerd spreken<br />
(maximale prestatietests)<br />
Automatische<br />
reeksen<br />
Maximale<br />
fonatieduur<br />
1 A<strong>de</strong>mhaling<br />
2 Stem<br />
X X X X<br />
– kwaliteit X X X X<br />
– luidheid X X X X<br />
– toonhoogte X X X X<br />
3 Articulatie X X<br />
4 Resonans<br />
5 Prosodie<br />
X X<br />
– intonatie X X<br />
– spreektempo X X<br />
Conclusie<br />
Glijtonen,<br />
roepen<br />
Niveau 4 Voor het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken<br />
<strong>van</strong> parkinsonpatiënten zijn diverse taken geschikt, met name<br />
automatische reeksen, maximale fonatieduur, glijtonen maken en<br />
roepen.<br />
D Kent, 1987, <strong>de</strong> Swart, 2003<br />
Overige overwegingen<br />
De logopedist kan zelf <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> taken kiezen. Het gaat niet om het<br />
bereiken <strong>van</strong> een normale prestatie, maar om <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> spreekkwaliteit<br />
te stimuleren en <strong>de</strong> patiënt te cuen is. Om <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> resulta at te kunnen<br />
weergeven stelt <strong>de</strong> werkgroep een vierpuntschaal voor:<br />
– 0 = niet te cuen;<br />
– 1 = enigszins te cuen;<br />
– 2 = makkelijk te cuen; en<br />
– 3 = patiënt kan zichzelf (na uitleg) cuen.<br />
Zie het scoreformulier in Bijlage 4.<br />
73
74<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 8<br />
Het is sterk aan te bevelen om één of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> maximale prestatietests<br />
te gebruiken om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit en <strong>de</strong><br />
kwaliteit <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt te beoor<strong>de</strong>len:<br />
– automatische reeksen;<br />
– maximale fonatieduur;<br />
– glijtonen.<br />
Bij <strong>de</strong> interpretatie is het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong><br />
of in een off-perio<strong>de</strong> is geobserveerd.<br />
Vraag 9<br />
Welke audiovisuele registraties zijn <strong>van</strong> belang <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met<br />
spraakklachten?<br />
Het maken <strong>van</strong> een audio- of vi<strong>de</strong>o-opname is gebruikelijk tij<strong>de</strong>ns logopedisch<br />
on<strong>de</strong>rzoek.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Ho et al. (49;50) von<strong>de</strong>n in een experiment dat parkinsonpatiënten hun<br />
spreekvolume niet automatisch aanpassen aan afstand tot <strong>de</strong> luisteraar of<br />
omgevingslawaai, in vergelijking met gezon<strong>de</strong> proefpersonen. Op verzoek<br />
kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> parkinsonpatiënten wel hun volume aanpassen. Tegelijk overschatten<br />
ze hun spreekvolume en verstaanbaarheid, echter niet als ze hun spreken<br />
terughoren op een bandopname.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat parkinsonpatiënten hun spreekvolume en<br />
verstaanbaarheid overschatten.<br />
C Ho, 1999, 2000<br />
Overige overwegingen<br />
Ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten is het zinvol om <strong>van</strong> het spontane spreken een<br />
audio- of vi<strong>de</strong>o-opname te maken, om <strong>de</strong> patiënt te helpen zich een reëel beeld<br />
te vormen <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> zijn spreken.<br />
Omdat <strong>de</strong> nadruk <strong>van</strong> <strong>de</strong> therapie ligt op het vergroten <strong>van</strong> <strong>de</strong> luidheid (zie<br />
paragraaf 3.2), kan het bovendien nuttig zijn om <strong>de</strong> intensiteit tij<strong>de</strong>ns spontaan<br />
spreken als nulmeting objectief vast te stellen, met behulp <strong>van</strong> een eenvoudige<br />
dB-meter. Het is belangrijk het meten altijd op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier uit te<br />
voeren.
Aanbeveling 9a<br />
Het is aan te bevelen om <strong>bij</strong> elke parkinsonpatiënt een audio- of vi<strong>de</strong>oopname<br />
te maken <strong>van</strong> het spontane spreken, met als doel <strong>de</strong> beginsituatie<br />
vast te leggen en <strong>de</strong> patiënt feedback te kunnen geven over zijn verstaanbaarheid.<br />
Aanbeveling 9b<br />
Het wordt aanbevolen om <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken <strong>bij</strong> het<br />
eerste consult vast te leggen met een dB-meter.<br />
Dysartrie en communicatie<br />
Vraag 10<br />
Wanneer is on<strong>de</strong>rzoek door een kno-arts <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met stemklachten<br />
<strong>van</strong> belang?<br />
Mensen met persisteren<strong>de</strong> stemklachten kunnen in Ne<strong>de</strong>rland wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht<br />
door een kno-arts. Het is <strong>de</strong> vraag in welke gevallen het wenselijk en<br />
uitvoerbaar is om dat ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met stemklachten te doen.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Vi<strong>de</strong>olaryngo(strobo)scopie is het belangrijkste diagnostische instrument om<br />
<strong>de</strong> etiologie <strong>van</strong> een stemstoornis vast te stellen (153). Ramig (155) adviseert<br />
dat parkinsonpatiënten voordat ze een stembehan<strong>de</strong>ling krijgen eerst door<br />
een kno-arts wor<strong>de</strong>n gezien om contra-indicaties en comorbiditeit (zoals stemplooiknobbels<br />
of larynxcarcinoom) uit te sluiten.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Volgens experts is het verstandig om (parkinson)patiënten met<br />
stemklachten voorafgaand aan <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling door een<br />
kno-arts te laten on<strong>de</strong>rzoeken om het larynxbeeld vast te leggen en<br />
eventuele contra-indicaties en comorbiditeit uit te sluiten.<br />
D Dejonckere, 2001, Ramig, 2004<br />
Overige overwegingen<br />
Vi<strong>de</strong>olaryngo(strobo)scopie is alleen mogelijk in een ziekenhuis. Bij twijfel zou<br />
<strong>de</strong> logopedist in<strong>de</strong>rdaad een kno-on<strong>de</strong>rzoek moeten adviseren, maar volgens<br />
<strong>de</strong> werkgroep is het geen noodzakelijke voorwaar<strong>de</strong> voor behan<strong>de</strong>ling, omdat<br />
<strong>de</strong> logopedist een parkinsonpatiënt alleen intensief zal behan<strong>de</strong>len als verbetering<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> stemkwaliteit en luidheid goed te cuen zijn. Bij an<strong>de</strong>re laryngeale<br />
pathologie is dat eenvoudig niet op die manier mogelijk.<br />
75
76<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 10<br />
Geadviseerd wordt dat <strong>de</strong> logopedist laryngoscopisch on<strong>de</strong>rzoek door een<br />
kno-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt met een hypokinetische dysartrie alleen<br />
zou moeten voorstellen <strong>bij</strong> ver<strong>de</strong>nking <strong>van</strong> stemplooipathologie die niet<br />
gerelateerd is aan het neurologische <strong>ziekte</strong>beeld.<br />
Vraag 11<br />
Op welke manier kunnen taalstoornissen en/of communicatieve problemen<br />
<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Bij parkinsonpatiënten kunnen <strong>de</strong> cognitieve stoornissen ook <strong>van</strong> invloed zijn<br />
op taalproductie, taalbegrip en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n, in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong><br />
trage woordvinding, snel <strong>de</strong> draad <strong>van</strong> een verhaal kwijt zijn, enzovoort (3).<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Het is niet bekend of het zinvol is om met bestaan<strong>de</strong> taaltests voor volwassen<br />
neurologische patiënten ook <strong>de</strong> talige stoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten te<br />
testen. Wel lijkt het zinvol om <strong>de</strong> parkinsonpatiënt te vragen naar klachten<br />
over woordvinding (tip-of-the-tongue fenomeen), vlot formuleren, ad rem zijn,<br />
een gesprek beginnen en op gang hou<strong>de</strong>n, enzovoort, en <strong>de</strong> invloed daar<strong>van</strong><br />
op sociale participatie, zoals beschreven in paragraaf 3.1. Een en an<strong>de</strong>r kan ook<br />
wor<strong>de</strong>n geobserveerd tij<strong>de</strong>ns het anamnesegesprek.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Volgens experts is het verstandig om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
anamnestisch vast te stellen of er sprake is <strong>van</strong> moeite met<br />
woordvinding en het beginnen en in stand hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een<br />
conversatie.<br />
D Miller, 2006<br />
Overige overwegingen<br />
Aangezien over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> taal- en communicatiestoornissen <strong>bij</strong><br />
parkinsonpatiënten weinig bekend is (zie paragraaf 3.2), is het volgens <strong>de</strong><br />
werkgroep voldoen<strong>de</strong> om dit aspect in <strong>de</strong> anamnese en <strong>de</strong> observatie <strong>van</strong> het<br />
spontane spreken mee te nemen.<br />
Aanbeveling 11<br />
Het verdient aanbeveling om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten expliciet te vragen<br />
naar <strong>de</strong> moeite met woordvinding en het voeren <strong>van</strong> een conversatie. Het<br />
afnemen <strong>van</strong> formele taaltests wordt vooralsnog ontra<strong>de</strong>n.
3.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen<br />
Dysartrie en communicatie<br />
Deze paragraaf behan<strong>de</strong>lt <strong>de</strong> aanbevelingen over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische<br />
dysartrie <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. In<br />
hoeverre <strong>de</strong>ze aanbevelingen tevens <strong>van</strong> toepassing zijn op patiënten met een<br />
parkinsonisme is afhankelijk <strong>van</strong> het diagnostisch oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist<br />
(zie ook paragraaf 3.1).<br />
In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> uitgangsvragen:<br />
12 Wat zijn <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling met LSVT en PLVT?<br />
13 Wat is <strong>de</strong> optimale behan<strong>de</strong>lintensiteit voor PLVT/LSVT?<br />
14 Wanneer is een parkinsonpatiënt geïndiceerd voor behan<strong>de</strong>ling met PLVT/<br />
LSVT?<br />
15 Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling wanneer een parkinsonpatiënt niet geïndiceerd<br />
is voor PLVT/LSVT?<br />
16 Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> hypokinetische<br />
dysartrie?<br />
17 Wat is te verwachten <strong>van</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> mimiekarmoe<strong>de</strong>?<br />
18 Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> groepsbehan<strong>de</strong>ling?<br />
19 Op welke wijze moet <strong>de</strong> logopedist rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong><br />
medicatie?<br />
20 Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n?<br />
21 Wat zijn <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> communicatieve problemen als<br />
gevolg <strong>van</strong> taalstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
22 Wat is <strong>de</strong> plaats <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len als ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het<br />
spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>?<br />
23 Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen?<br />
24 Wat zijn <strong>de</strong> beste instrumenten om het resultaat <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len te bepalen?<br />
Vraag 12<br />
Wat zijn <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling met LSVT en PLVT?<br />
De Lee Silverman Voice Treatment (LSVT), ontwikkeld door Ramig en collega’s<br />
in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren negentig, is <strong>de</strong> bekendste logopedische interventie<br />
om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten te verbeteren, die wereldwijd<br />
wordt toegepast en ook in Ne<strong>de</strong>rland navolging heeft gevon<strong>de</strong>n. LSVT is een<br />
specifieke stembehan<strong>de</strong>ling, waarmee <strong>de</strong> patiënt getraind wordt om lui<strong>de</strong>r te<br />
spreken (‘think loud, think shout’). Omdat a<strong>de</strong>mhaling, stemvolume en verstaanbaarheid<br />
één verbon<strong>de</strong>n systeem zijn, is lui<strong>de</strong>r spreken voldoen<strong>de</strong> om<br />
77
78<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
zowel <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mhaling als <strong>de</strong> stemkwaliteit als <strong>de</strong> mondopening en articulatie<br />
tegelijk sterk te activeren. Daarmee wordt gebruikgemaakt <strong>van</strong> het principe<br />
dat een parkinsonpatiënt een tot op zekere hoogte ‘normale’ motoriek heeft<br />
die geactiveerd moet wor<strong>de</strong>n en dat een enkele cue (luid spreken of roepen) voldoen<strong>de</strong><br />
moet zijn om die activatie steeds op te roepen (1). Intensief oefenen ten<br />
slotte is enerzijds nodig om <strong>de</strong> patiënt te laten wennen aan een grotere spreekintensiteit<br />
die hij niet spontaan zou volhou<strong>de</strong>n en an<strong>de</strong>rzijds om <strong>de</strong> nieuwe<br />
techniek in het spontane spreken te integreren (156). Deze Amerikaanse aanpak<br />
is sterk geconcentreerd op <strong>de</strong> stemfunctie en vooral geëvalueerd met foniatrisch<br />
on<strong>de</strong>rzoek.<br />
Deze behan<strong>de</strong>ltechniek is gebaseerd op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> principes:<br />
– <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling richt zich op één taak, namelijk lui<strong>de</strong>r spreken;<br />
– dat houdt in dat maximale fonatie wordt gestimuleerd door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> veel<br />
herhalen en consequente en precieze feedback;<br />
– <strong>de</strong> patiënt moet leren wennen aan <strong>de</strong> toegenomen luidheid en kracht (ijken<br />
of kalibreren);<br />
– dat kan alleen door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> intensieve behan<strong>de</strong>ling;<br />
– luidheid en kracht wor<strong>de</strong>n gekwantificeerd door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> dB-metingen.<br />
Het doel is dat <strong>de</strong> patiënt een grotere intensiteit en betere verstaanbaarheid<br />
spontaan volhoudt en zichzelf makkelijk kan cuen tot een betere verstaanbaarheid.<br />
Deze aanpak is dus specifiek voor parkinsonpatiënten. Gewoo<strong>nl</strong>ijk wordt<br />
een dB-meter gebruikt als visuele feedback <strong>bij</strong> <strong>de</strong> oefeningen om te patiënt te<br />
laten wennen aan <strong>de</strong> grotere intensiteit die nodig is voor een betere verstaanbaarheid.<br />
Vanaf het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren tachtig ontwikkel<strong>de</strong> <strong>de</strong> Swart een vergelijkbare<br />
parkinsonspecifieke interventie <strong>van</strong>uit een neurologisch perspectief, dus het<br />
stem- en verstaanbaarheidsprobleem als on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> hypokinetische<br />
dysartrie en het neurologische <strong>ziekte</strong>beeld. Hij besteed<strong>de</strong> daar<strong>bij</strong> ook aandacht<br />
aan het voorkomen <strong>van</strong> hyperfunctie door <strong>de</strong> hoge intensiteit <strong>van</strong> stemgeving,<br />
door <strong>de</strong> patiënt te leren tegelijk op lage toonhoogte meer luidheid te<br />
produceren. Als differentie <strong>van</strong> LSVT noem<strong>de</strong> hij die techniek op <strong>de</strong>n duur<br />
<strong>de</strong> ‘Pitch Limiting Voice Treatment’ (PLVT) (157). In <strong>de</strong>ze aanpak krijgt bovendien<br />
<strong>de</strong> gesprekspartner een grote rol toebe<strong>de</strong>eld, wat in LSVT tot voor kort<br />
geen on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling was. Inmid<strong>de</strong>ls wordt ook in LSVT meer<br />
nadruk gelegd op het voorkómen <strong>van</strong> hyperfunctie ().<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Het effect <strong>van</strong> LSVT is intensief bestu<strong>de</strong>erd. Ramig en collega’s behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>n<br />
45 parkinsonpatiënten vijftig minuten per dag geduren<strong>de</strong> vier weken en vier<br />
dagen in <strong>de</strong> week (151;152;158). Ze vergeleken <strong>de</strong> effecten <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> 26
Dysartrie en communicatie<br />
patiënten met die <strong>van</strong> alleen a<strong>de</strong>mtherapie <strong>bij</strong> 19 patiënten en von<strong>de</strong>n significante<br />
veran<strong>de</strong>ringen in luidheid, fonatieduur en larynxbeeld (stemplooisluiting)<br />
ten gunste <strong>van</strong> LSVT. In follow-up studies werd gevon<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> effecten<br />
ook na zes, twaalf en 24 maan<strong>de</strong>n nog meetbaar waren (159;160). Ondui<strong>de</strong>lijk<br />
is wat het effect <strong>van</strong> LSVT is op <strong>de</strong> verstaanbaarheid in gewone dagelijkse en<br />
sociale activiteiten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten. Onbekend is wat het effect is <strong>van</strong><br />
LSVT op parkinsonpatiënten met een (zeer) ernstige dysartrie of een combinatie<br />
met an<strong>de</strong>re dysartrische stoornissen, zoals <strong>bij</strong> een parkinsonisme.<br />
De Swart et al. (161) vergeleken <strong>de</strong> stemkwaliteit <strong>van</strong> 32 parkinsonpatiënten na<br />
LSVT-instructies met <strong>de</strong> stemkwaliteit na PLVT-instructies. Het gebruik <strong>van</strong><br />
PLVT leidt tot een significante lagere stem en meer ontspannen en natuurlijke<br />
stemkwaliteit ten opzichte <strong>van</strong> LSVT. Bovendien von<strong>de</strong>n <strong>de</strong> patiënten hun<br />
stem na PLVT-instructies meer natuurlijk en <strong>de</strong> uitvoering min<strong>de</strong>r vermoeiend.<br />
Niet is on<strong>de</strong>rzocht of een volledige behan<strong>de</strong>ling met PLVT <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> of<br />
betere uitkomsten geeft dan een behan<strong>de</strong>ling met LSVT.<br />
Conclusie<br />
Niveau 1 Het is aangetoond dat intensieve behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische<br />
dysartrie <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, door<br />
mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> het oefenen <strong>van</strong> lui<strong>de</strong>r spreken effectiever is dan door<br />
mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> enkel a<strong>de</strong>moefeningen.<br />
A Ramig, 1995, 1996, 2001a<br />
Niveau 1 Het is aangetoond dat behan<strong>de</strong>ling met LSVT na ten minste zes<br />
maan<strong>de</strong>n nog positieve effecten kan hebben op <strong>de</strong> luidheid en kwaliteit<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> stem.<br />
A Ramig, 1996, 2001a,<br />
B Ramig, 2001b<br />
Niveau 3 Het is aannemelijk dat <strong>de</strong> PLVT ten opzichte <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> gelijke<br />
luidheid, stijging <strong>van</strong> <strong>de</strong> toonhoogte voorkomt en leidt tot een betere<br />
en meer natuurlijke stemkwaliteit.<br />
B <strong>de</strong> Swart, 2003<br />
Overige overwegingen<br />
Contra-indicatie voor LSVT is volgens Ramig (155) an<strong>de</strong>re stempathologie,<br />
zoals stemplooiknobbels, larynxcarcinoom of laryngeale irritatie door reflux.<br />
De cue om lui<strong>de</strong>r te spreken is een parkinsonspecifieke techniek om <strong>de</strong> verstaanbaarheid<br />
te verbeteren. Aangezien PLVT in grote lijnen overeenkomt<br />
met LSVT zijn <strong>de</strong> technieken vergelijkbaar, dus aangenomen wordt dat ook <strong>de</strong><br />
effectiviteit vergelijkbaar is.<br />
LSVT of PLVT wordt in Ne<strong>de</strong>rland niet in het initieel on<strong>de</strong>rwijs aangebo<strong>de</strong>n,<br />
maar in post-hbo-cursussen. De LSVT-cursus is met financiële hulp <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging tot 2002 enkele malen in Ne<strong>de</strong>rland gegeven.<br />
79
80<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Sindsdien wordt jaarlijks ten minste tweemaal een PLVT-cursus verzorgd,<br />
waaraan ook logopedisten die eer<strong>de</strong>r een LSVT-cursus hebben gedaan, <strong>de</strong>elnemen.<br />
Bovendien is <strong>de</strong>ze aanpak een kernon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el in <strong>de</strong> scholing voor logopedisten,<br />
zoals die sinds 2007 wordt aangebo<strong>de</strong>n aan therapeuten die willen<br />
<strong>de</strong>elnemen aan een parkinsonnetwerk ).<br />
Aanbeveling 12<br />
Het is sterk aan te bevelen om parkinsonpatiënten met een hypokinetische<br />
dysartrie, die voldoen aan <strong>de</strong> indicaties voor intensieve behan<strong>de</strong>ling, met<br />
PLVT of LSVT te behan<strong>de</strong>len.<br />
Vraag 13<br />
Wat is <strong>de</strong> optimale behan<strong>de</strong>lintensiteit voor PLVT/LSVT?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
De studies waarin LSVT is geëvalueerd zijn gebaseerd op een behan<strong>de</strong>lintensiteit<br />
<strong>van</strong> vier sessies <strong>van</strong> vijftig minuten per week, geduren<strong>de</strong> vier weken<br />
(151;155). Er zijn geen dose-responsstudies bekend waarin verschillen<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lintensiteiten<br />
wor<strong>de</strong>n vergeleken.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Het is aannemelijk dat <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling (viermaal<br />
per week geduren<strong>de</strong> vier weken) één <strong>van</strong> <strong>de</strong> verklaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
effectiviteit <strong>van</strong> LSVT is.<br />
B Ramig, 1995, 2005<br />
Overige overwegingen<br />
In Ne<strong>de</strong>rland kan PLVT/LSVT wor<strong>de</strong>n uitgevoerd in behan<strong>de</strong>lsessies <strong>van</strong> <strong>de</strong>rtig<br />
minuten (conform <strong>de</strong> huidige vergoeding <strong>van</strong> een logopedisch consult)<br />
en veel parkinsonpatiënten zijn na een half uur intensief oefenen ook moe.<br />
Omdat patiënten intensief gestimuleerd en gecued moeten wor<strong>de</strong>n en veel<br />
feedback nodig hebben, is eenmaal per week behan<strong>de</strong>ling en zelfstandig oefenen<br />
niet voldoen<strong>de</strong>. Volgens ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is <strong>de</strong> minimale<br />
intensiteit driemaal per week een half uur intensieve behan<strong>de</strong>ling, geduren<strong>de</strong><br />
minimaal vier weken.<br />
Dat houdt tevens in dat <strong>de</strong> patiënt en <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> intensieve behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong><br />
goed moeten plannen, dat wil zeggen niet tegelijk met an<strong>de</strong>re intensieve<br />
therapieën, rekening hou<strong>de</strong>nd met vakanties, enzovoort.
Aanbeveling 13a<br />
Het wordt aanbevolen om behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT <strong>bij</strong> daarvoor geïndiceer<strong>de</strong><br />
patiënten te geven met een behan<strong>de</strong>lfrequentie <strong>van</strong> ten minste<br />
driemaal per week, <strong>de</strong>rtig minuten, geduren<strong>de</strong> minimaal vier weken. Een<br />
geringere behan<strong>de</strong>lfrequentie wordt ontra<strong>de</strong>n.<br />
Aanbeveling 13b<br />
Het verdient tevens aanbeveling om PLVT/LSVT zó te plannen, dat minimaal<br />
vier weken aaneensluitend oefenen zowel voor <strong>de</strong> patiënt als <strong>de</strong> logopedist<br />
uitvoerbaar is en <strong>bij</strong> voorkeur niet tegelijk valt met an<strong>de</strong>re paramedische<br />
interventies die eveneens veel tijd en energie vragen.<br />
Dysartrie en communicatie<br />
Vraag 14<br />
Wanneer is een parkinsonpatiënt geïndiceerd voor behan<strong>de</strong>ling met PLVT/<br />
LSVT?<br />
Niet alle parkinsonpatiënten met een hypokinetische dysartrie komen in aanmerking<br />
voor intensieve behan<strong>de</strong>ling.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
De twee studies naar <strong>de</strong> effectiviteit <strong>van</strong> LSVT zijn gedaan met patiënten<br />
in Hoehn en Yahr stadium 1, 2 of 3, dus niet met (zeer) ernstig aangedane<br />
patiënten. En hoewel het nooit met betrekking tot logopedische behan<strong>de</strong>ling<br />
is on<strong>de</strong>rzocht, is uit diverse publicaties op te maken (22;162) dat vermoeidheid<br />
en cognitieve stoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten een grote rol spelen in dagelijkse<br />
activiteiten en dus ook <strong>bij</strong> het participeren in paramedische behan<strong>de</strong>lingen,<br />
die een beroep doen op fysieke conditie en leervermogen.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Omdat PLVT/LSVT een intensieve behan<strong>de</strong>ling is, zijn voldoen<strong>de</strong><br />
energie en leervermogen een voorwaar<strong>de</strong> om <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling tot een<br />
goed ein<strong>de</strong> te brengen.<br />
C Rascol, 2002<br />
Overige overwegingen<br />
PLVT/ LSVT is uitsluitend zinvol als het diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek heeft aangetoond<br />
dat er in<strong>de</strong>rdaad sprake is <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie, waar<strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> stemintensiteit (zowel luidheid, hel<strong>de</strong>rheid als toonhoogte), voldoen<strong>de</strong> te<br />
cuen is.<br />
81
82<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Ook is het volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep <strong>van</strong> belang dat <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong><br />
intrinsieke motivatie heeft om intensief te kunnen oefenen. Die motivatie<br />
hangt enerzijds af <strong>van</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt last ervaart en an<strong>de</strong>rzijds<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> eisen die <strong>de</strong> patiënt zelf stelt aan zijn communicatieve functioneren.<br />
Dat houdt in dat volgens <strong>de</strong> werkgroep parkinsonpatiënten met <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />
klachten niet geïndiceerd zijn voor PLVT/LSVT:<br />
– geringe dysartrie, maar patiënt kan eenvoudig zelfstandig compenseren<br />
door met meer intensiteit te spreken: een eenmalig consult met adviezen<br />
is voldoen<strong>de</strong>;<br />
– dui<strong>de</strong>lijke apathie, waardoor ook <strong>de</strong> behoefte <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt tot spreken (of<br />
communiceren in het algemeen) sterk is afgenomen: uitleg met als doel<br />
acceptatie is dan wellicht <strong>de</strong> belangrijkste interventie.<br />
An<strong>de</strong>re contra-indicaties zijn een beperkt leervermogen en snelle vermoeibaarheid,<br />
zie ver<strong>de</strong>r <strong>bij</strong> vraag 13.<br />
Wanneer na het diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek twijfel bestaat over <strong>de</strong> belastbaarheid<br />
en het leervermogen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt, kan het volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
zinvol zijn om een proefbehan<strong>de</strong>ling af te spreken, <strong>bij</strong>voorbeeld een<br />
week intensief oefenen en dan met <strong>de</strong> patiënt (en <strong>de</strong> mantelzorgers) bespreken<br />
of <strong>de</strong> inspanning opweegt tegen het resultaat. Op basis daar<strong>van</strong> kan besloten<br />
wor<strong>de</strong>n of het <strong>de</strong> moeite waard is om <strong>de</strong> hele behan<strong>de</strong>ling af te maken of te<br />
zoeken naar een min<strong>de</strong>r intensieve aanpak.<br />
Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep geldt voor veel patiënten bovendien dat<br />
<strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> een co-therapeut <strong>van</strong> groot belang is om thuis a<strong>de</strong>quaat te kunnen<br />
oefenen. Een co-therapeut is een mantelzorger die geregeld meegaat naar <strong>de</strong><br />
logopedische sessies met als doel <strong>de</strong> patiënt thuis te kunnen helpen met <strong>de</strong><br />
oefeningen.<br />
Hoewel volgens on<strong>de</strong>rzoek het behan<strong>de</strong>lresultaat tot 24 maan<strong>de</strong>n kan bestaan<br />
(159;163) is <strong>de</strong> werkgroep <strong>van</strong> mening dat controle of follow-up na zes of twaalf<br />
maan<strong>de</strong>n zinvol kan zijn om vaardighe<strong>de</strong>n kortdurend op te frissen of na te<br />
gaan of nieuwe problemen zijn ontstaan door <strong>de</strong> progressie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>.<br />
Aanbeveling 14a<br />
Aanbevolen wordt om parkinsonpatiënten met een hypokinetische dysartrie<br />
behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT te adviseren als:<br />
– <strong>de</strong> stemkwaliteit, zowel luidheid, hel<strong>de</strong>rheid als toonhoogte, voldoen<strong>de</strong><br />
te cuen is;<br />
– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> intrinsieke motivatie heeft om intensief te oefenen,<br />
op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht en <strong>de</strong> verwachtingen <strong>van</strong> het<br />
communicatief functioneren;
– <strong>de</strong> patiënt cognitief voldoen<strong>de</strong> in staat is om een nieuwe techniek te<br />
leren;<br />
– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> energie heeft om intensief te oefenen.<br />
Aanbeveling 14b<br />
Bij twijfel over <strong>de</strong> indicatie voor PLVT/LSVT kan het zinvol zijn om eerst een<br />
proefbehan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>bij</strong>voorbeeld een week uit te voeren.<br />
Aanbeveling 14c<br />
Tevens kan het zinvol zijn om <strong>de</strong> patiënt geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong> te<br />
laten oefenen met <strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> een co-therapeut.<br />
Aanbeveling 14d<br />
Follow-up (tussen zes en twaalf maan<strong>de</strong>n) na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT<br />
is aan te bevelen.<br />
Dysartrie en communicatie<br />
Vraag 15<br />
Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling wanneer een parkinsonpatiënt niet geïndiceerd<br />
is voor PLVT/LSVT?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn geen studies die varianten <strong>van</strong> PLVT/LSVT hebben geëvalueerd of<br />
<strong>de</strong> mogelijkheid <strong>van</strong> toepassing <strong>bij</strong> weinig belastbare parkinsonpatiënten of<br />
patiënten met een gemeng<strong>de</strong> dysartrie zoals <strong>bij</strong> parkinsonismen. De uitgangspunten<br />
voor behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten, die internationaal wor<strong>de</strong>n<br />
on<strong>de</strong>rschreven (zie ook hoofdstuk 2), maken het aannemelijk dat het gebruik<br />
<strong>van</strong> cueingstrategieën ook <strong>bij</strong> min<strong>de</strong>r belastbare parkinsonpatiënten zinvol<br />
kan zijn. Een en an<strong>de</strong>r hangt af <strong>van</strong> <strong>de</strong> ervaring en inventiviteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist.<br />
Omdat <strong>de</strong> patiënt vaak wel gecued kan wor<strong>de</strong>n tot beter spreken, maar dat<br />
niet zelfstandig voor elkaar krijgt of volhoudt, krijgen <strong>de</strong> gesprekspartners en<br />
mantelzorgers een belangrijke rol in het cuen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />
83
84<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Ook voor min<strong>de</strong>r belastbare parkinsonpatiënten kunnen PLVT/LSVT-<br />
technieken gebruikt wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> verstaanbaarheid te cuen, waar<strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> gesprekspartner een grotere rol krijgt toebe<strong>de</strong>eld.<br />
D Morris & Iansek 1997<br />
Overige overwegingen<br />
Voor parkinsonpatiënten die niet aan genoem<strong>de</strong> criteria voldoen, zou volgens<br />
<strong>de</strong> werkgroep behan<strong>de</strong>ling als volgt zinvol kunnen zijn. De logopedist probeert<br />
<strong>de</strong> patiënt zo goed mogelijk te stimuleren en uit te vin<strong>de</strong>n wat <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze<br />
patiënt <strong>de</strong> meest effectieve cue is om steeds het best verstaanbaar te spreken.<br />
Vervolgens draagt <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong>ze cue over aan <strong>de</strong> belangrijkste gesprekspartners.<br />
Aanbeveling 15<br />
Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die niet geïndiceerd zijn<br />
voor intensieve behan<strong>de</strong>ling wel met PLVT/LSVT-technieken te behan<strong>de</strong>len,<br />
maar in een lagere intensiteit. Tegelijk traint <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers<br />
om het cuen wanneer nodig over te nemen.<br />
Vraag 16<br />
Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> hypokinetische<br />
dysartrie?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
De behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie in het algemeen is in Ne<strong>de</strong>rland slechts beperkt<br />
beschreven. De beschikbare bronnen beschrijven klassieke logopedische<br />
behan<strong>de</strong>ltechnieken, zoals oefeningen voor <strong>de</strong> mondmotoriek en uitspraakoefeningen<br />
(147).<br />
Er is geen evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
met an<strong>de</strong>re technieken dan LSVT of PLVT, maar evenmin is aangetoond dat<br />
die niet effectief zijn. De ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is echter dat klassieke<br />
niet-parkinsonspecifieke logopedische behan<strong>de</strong>ltechnieken (geïsoleer<strong>de</strong><br />
oefeningen voor a<strong>de</strong>mhaling, stem, mondmotoriek of articulatie) <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
alleen tij<strong>de</strong>lijke verbetering geven tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling, echter<br />
geen consistente verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Klassieke logopedische technieken in het algemeen lijken geen<br />
meerwaar<strong>de</strong> te hebben <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische<br />
dysartrie.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep
Dysartrie en communicatie<br />
Overige overwegingen<br />
Als een logopedist geen ervaring heeft met parkinsonspecifieke technieken,<br />
zoals PLVT/LSVT, leidt het (langdurig) aanbie<strong>de</strong>n <strong>van</strong> klassieke oefeningen<br />
bovendien tot onnodige kosten.<br />
Aanbeveling 16<br />
Voor algemene oefeningen voor <strong>de</strong> mondmotoriek of uitspraak is wellicht<br />
geen plaats in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met<br />
een dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische dysartrie.<br />
Vraag 17<br />
Wat is te verwachten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> mimiekarmoe<strong>de</strong>?<br />
Gelaatsexpressie is een non-verbaal en waar<strong>de</strong>vol on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> communicatie.<br />
Het mimiekarme gelaat <strong>van</strong> parkinsonpatiënten kan dan ook een beperking<br />
zijn in <strong>de</strong> communicatie (164).<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Spielman et al. (165) on<strong>de</strong>rzochten het effect <strong>van</strong> LSVT op mimiek en mate<br />
<strong>van</strong> betrokkenheid, beoor<strong>de</strong>eld door an<strong>de</strong>ren aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> vi<strong>de</strong>o-opnamen<br />
<strong>van</strong> 26 parkinsonpatiënten die LSVT had<strong>de</strong>n gekregen ten opzichte <strong>van</strong> 19<br />
parkinsonpatiënten die a<strong>de</strong>mtraining had<strong>de</strong>n gekregen. Bij ongeveer <strong>de</strong> helft<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lgroep werd <strong>de</strong> mimiek en betrokkenheid <strong>bij</strong> het gesprek als<br />
verbeterd beoor<strong>de</strong>eld ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> controlegroep. Het verschil was<br />
alleen significant voor betrokkenheid, maar niet voor mimiek.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat LSVT een gunstige invloed kan hebben op <strong>de</strong><br />
non-verbale conversationele betrokkenheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten,<br />
maar niet op <strong>de</strong> mimiek.<br />
B Spielman, 2003<br />
Overige overwegingen<br />
Net zo min als het zinvol is om met parkinsonpatiënten geïsoleer<strong>de</strong> articulatieoefeningen<br />
te doen, is het vermoe<strong>de</strong>lijk evenmin zinvol om geïsoleerd <strong>de</strong><br />
gelaatsexpressie te oefenen. Dat betrokkenheid in gesprekken en wellicht ook<br />
<strong>de</strong> mimiek verbetert als <strong>de</strong> patiënt lui<strong>de</strong>r en actiever kan spreken, lijkt voor <strong>de</strong><br />
hand te liggen.<br />
Patiënten die klagen over stijfheid in het gezicht kunnen soms baat hebben <strong>bij</strong><br />
gezichtsmassage of losmaakoefeningen, maar <strong>de</strong>ze vormen geen vast on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> therapie.<br />
85
86<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 17<br />
Bij het overwegen <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> PLVT/LSVT kan tevens wor<strong>de</strong>n meegenomen<br />
dat <strong>de</strong>ze behan<strong>de</strong>ling een gunstige invloed kan hebben op <strong>de</strong><br />
non-verbale communicatie.<br />
Gezichtsmassage of geïsoleerd oefenen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gelaatsexpressie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
kan overwogen wor<strong>de</strong>n om tij<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
gelaatsspieren te vermin<strong>de</strong>ren, maar lijkt niet zinvol om <strong>de</strong> mimiek te verbeteren.<br />
Vraag 18<br />
Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> groepsbehan<strong>de</strong>ling?<br />
Behan<strong>de</strong>ling in groepen wordt in veel behan<strong>de</strong>lcentra toegepast. Verbeteren<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid in nieuwe communicatieve situaties kan daar<strong>bij</strong> een<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> doelen zijn.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Het intensief trainen <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid is een individueel proces, maar<br />
het consequent toepassen in nieuwe situaties is <strong>van</strong> belang voor <strong>de</strong> stabilisering<br />
<strong>van</strong> het nieuw geleer<strong>de</strong> gedrag. Hoewel er geen on<strong>de</strong>rzoek over bekend<br />
is, kan een behan<strong>de</strong>lgroep met lotgenoten, zoals ook in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong><br />
afasiepatiënten wel wordt gedaan (166), een <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n zijn om <strong>de</strong><br />
intensiteit <strong>van</strong> het spreken en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n te oefenen.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Groepsbehan<strong>de</strong>ling kan een waar<strong>de</strong>volle aanvulling zijn op het<br />
toepassen en in stand hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een goe<strong>de</strong> verstaanbaarheid.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
Overige overwegingen<br />
Groepsbehan<strong>de</strong>ling is alleen mogelijk op plaatsen waar meer<strong>de</strong>re parkinsonpatiënten<br />
met ongeveer gelijke vaardighe<strong>de</strong>n en interesses elkaar met een therapeutisch<br />
doel treffen en is vaak een combinatie met een an<strong>de</strong>re interventie,<br />
<strong>bij</strong>voorbeeld psychosociale begeleiding. Logopedische groepsbehan<strong>de</strong>ling zal<br />
voornamelijk plaatsvin<strong>de</strong>n in revalidatiecentra en verpleeghuizen.<br />
Aanbeveling 18<br />
Wanneer <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n het toelaten is groepsbehan<strong>de</strong>ling te overwegen<br />
in <strong>de</strong> begeleiding <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met dysartrie en communicatieproblemen.
Dysartrie en communicatie<br />
Vraag 19<br />
Op welke wijze moet <strong>de</strong> logopedist rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> medicatie?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Hoewel wordt aangenomen dat <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> levodopa op stem en verstaanbaarheid<br />
niet groot is, zijn er ook studies die laten zien dat levodopa een gunstige<br />
invloed kan hebben op <strong>de</strong> hypokinesie en rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong> stemplooien<br />
en daarmee <strong>de</strong> stemkwaliteit.<br />
Conclusie<br />
Niveau 2 Er zijn aanwijzingen dat levodopa een gunstige (maar beperkte<br />
invloed) kan hebben op <strong>de</strong> stemfunctie.<br />
B Sanabria, 2001, Goberman, 2005<br />
Overige overwegingen<br />
De ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is dat parkinsonpatiënten die (nog) niet <strong>de</strong><br />
juiste of <strong>de</strong> optimale dosering <strong>van</strong> parkinsonmedicijnen gebruiken, beter presteren<br />
nadat dat wel is gerealiseerd. Vooral wanneer <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling<br />
niet direct hoeft te wor<strong>de</strong>n gestart, is het <strong>de</strong> moeite waard om <strong>de</strong> invloed<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> medicijnen af te wachten.<br />
Ook heeft <strong>de</strong> logopedist te maken met patiënten met responsfluctuaties. Dat<br />
wil zeggen dat het enerzijds belangrijk kan zijn om oefensessies vooral te<br />
plannen in <strong>de</strong> on-perio<strong>de</strong>s. An<strong>de</strong>rzijds is het ook <strong>van</strong> belang <strong>de</strong> patiënt te leren<br />
hoe hij zich het best kan red<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> off-perio<strong>de</strong>s.<br />
Aanbeveling 19a<br />
Het is te overwegen om <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling pas te starten als <strong>de</strong><br />
medicatie goed is ingesteld.<br />
Aanbeveling 19b<br />
Tevens wordt aanbevolen om in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling nadrukkelijk<br />
rekening te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> on- en off-perio<strong>de</strong>s <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />
Vraag 20<br />
Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n?<br />
87
88<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Communicatiehulpmid<strong>de</strong>len kunnen in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling nuttig<br />
zijn.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Sommige logopedisten gebruiken een pacing board of metronoom om <strong>de</strong><br />
parkinsonpatiënt te helpen om zijn boodschap in korte <strong>de</strong>len te vertellen of<br />
het accelereren in het spreken te vermin<strong>de</strong>ren. Deze techniek is al in 1983<br />
beschreven (167), maar niet wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzocht.<br />
Een spraakversterker is bedoeld om verstaanbare, maar te zacht klinken<strong>de</strong><br />
spraak te versterken tot conversatievolume. Over het gebruik <strong>van</strong> spraakversterkers<br />
zijn alleen twee beschrijven<strong>de</strong> artikelen te vin<strong>de</strong>n uit 1968 en 1972.<br />
Green et al. (7), verwijzend naar het eer<strong>de</strong>re artikel (168), beschrijft dat een<br />
spraakversterker behulpzaam kan zijn wanneer gebrek aan volume het enige<br />
probleem is, ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten. Want versterking <strong>van</strong> binnensmonds<br />
spreken leidt uiteraard niet tot een betere verstaanbaarheid.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Het gebruik <strong>van</strong> een pacing board of metronoom kan behulpzaam zijn<br />
om accelereren tegen te gaan.<br />
D Lang, 1983, Iansek, 1997<br />
Niveau 4 Het gebruik <strong>van</strong> een spraakversterker kan – <strong>bij</strong> een a<strong>de</strong>quate articulatie<br />
– behulpzaam zijn om een te zachte stem te versterken tot een<br />
verstaanbaar niveau.<br />
D Greene, 1968, 1972<br />
Overige overwegingen<br />
Met behulp <strong>van</strong> PLVT/LSVT wordt het spreektempo automatisch lager, want<br />
luidheid combineert niet met een hoog spreektempo. Als het spreektempo<br />
niet met PLVT/LSVT te beïnvloe<strong>de</strong>n is, kan on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re een pacing board of<br />
metronoom gebruikt wor<strong>de</strong>n als cueing-strategie. Het is echter niet waarschij<strong>nl</strong>ijk<br />
dat <strong>de</strong>ze cue ook zinvol toepasbaar is in gewone conversatie buitenshuis.<br />
Toen veertig jaar gele<strong>de</strong>n logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
nog beschouwd werd als ineffectief en nutteloos (7;168), was spraakversterking<br />
een voor <strong>de</strong> hand liggen<strong>de</strong> optie wanneer <strong>de</strong> articulatie voldoen<strong>de</strong><br />
a<strong>de</strong>quaat was. Inmid<strong>de</strong>ls is dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten,<br />
met PLVT/LSVT goed te verbeteren is, juist door lui<strong>de</strong>r te spreken te<br />
stimuleren. Wanneer <strong>de</strong> hypokinetische dysartrie zeer ernstig is en niet meer<br />
te stimuleren, betreft dat meestal alle spraakcomponenten, dus zowel <strong>de</strong> stemkwaliteit<br />
als het stemvolume, <strong>de</strong> articulatie en <strong>de</strong> prosodie. Het zal dus enkel<br />
in uitzon<strong>de</strong>rlijke gevallen voorkomen dat alleen het stemvolume niet meer te<br />
verbeteren is, terwijl <strong>de</strong> articulatie nog acceptabel is.
Aanbeveling 20a<br />
Wanneer PLVT/LSVT niet voldoen<strong>de</strong> helpt om accelereren tegen te gaan,<br />
is het gebruik <strong>van</strong> een pacing board of metronoom <strong>bij</strong> het oefenen te overwegen.<br />
Aanbeveling 20b<br />
Alleen wanneer behan<strong>de</strong>ltechnieken (PLVT/LSVT) onvoldoen<strong>de</strong> helpen<br />
om een acceptabel stemvolume terug te krijgen én wanneer <strong>de</strong> kwaliteit<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> articulatie het toelaat, is het gebruik <strong>van</strong> een spraakversterker te<br />
overwegen.<br />
Dysartrie en communicatie<br />
Vraag 21<br />
Wat zijn <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> communicatieve problemen als gevolg<br />
<strong>van</strong> taalstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
Cognitieve stoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kunnen ook invloed hebben<br />
op het spreken en <strong>de</strong> communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n, zoals moeite met<br />
woordvinding, geen lange zinnen meer kunnen maken, niet meer vlot kunnen<br />
reageren, lang wachten met antwoord geven, moeite hebben om <strong>de</strong> draad<br />
<strong>van</strong> een verhaal vast te hou<strong>de</strong>n, enzovoort.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er is geen evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> cognitieve stoornissen die <strong>van</strong><br />
invloed zijn op <strong>de</strong> communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />
De werkgroeple<strong>de</strong>n zijn <strong>van</strong> mening dat het leren <strong>van</strong> compensaties om een<br />
gesprek te starten en op gang te hou<strong>de</strong>n behulpzaam kunnen zijn. Een en<br />
an<strong>de</strong>r is afhankelijk <strong>van</strong> het inzicht en <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist (2).<br />
Bij sommige parkinsonpatiënten met <strong>de</strong>mentie kan apathie een overheersend<br />
kenmerk zijn, waardoor <strong>de</strong> behoefte aan communiceren <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt sterk is<br />
afgenomen. Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is uitleg en acceptatie<br />
in die gevallen zinvoller dan compenseren.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 De werkgroep is <strong>van</strong> mening dat het zinvol is dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong><br />
communicatieve problemen <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt (als gevolg <strong>van</strong><br />
cognitieve stoornissen, niet door slechte verstaanbaarheid) probeert<br />
compensaties te vin<strong>de</strong>n.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
89
90<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Overige overwegingen<br />
Het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> compensaties hangt on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re af <strong>van</strong> <strong>de</strong> soort en uitgebreidheid<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale contacten en <strong>de</strong> leerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />
Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> compensaties zijn door <strong>de</strong> gesprekspartner/mantelzorger:<br />
– <strong>bij</strong> startproblemen het gesprek beginnen;<br />
– herhalen <strong>van</strong> vragen;<br />
– herhalen <strong>van</strong> het gesprekon<strong>de</strong>rwerp;<br />
– actief het gesprekon<strong>de</strong>rwerp naar <strong>de</strong> interesse <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />
brengen;<br />
– meer tijd geven om een reactie te geven, enzovoort.<br />
De kans op succes is waarschij<strong>nl</strong>ijk het grootst als <strong>de</strong> dysartrie niet ernstig is<br />
of als eerst een betere verstaanbaarheid geautomatiseerd is.<br />
Aanbeveling 21<br />
De logopedist heeft een taak in het geven <strong>van</strong> inzicht in en het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />
compensaties <strong>bij</strong> taalstoornissen en communicatieve problemen, die niet<br />
wor<strong>de</strong>n veroorzaakt door een slechtere verstaanbaarheid.<br />
Vraag 22<br />
Wat is <strong>de</strong> plaats <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len als ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het spreken<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>?<br />
Wanneer verstaanbaar spreken vrijwel niet meer mogelijk is, kan aanwijzen<br />
op een communicatiebord of letterkaart of gebruik <strong>van</strong> een communicatiemid<strong>de</strong>l<br />
al of niet met spraakuitvoer het spreken ver<strong>van</strong>gen. Voorwaar<strong>de</strong> is dat<br />
<strong>de</strong> patiënt weet wat hij wil zeggen, schriftelijke woordvormen kan oproepen<br />
en beschikt over één, consequent inzetbare, motorische functie om letters (of<br />
symbolen) correct aan te wijzen of in te toetsen.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Het gebruik <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len en -apparatuur als on<strong>de</strong>rsteuning<br />
of ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het spreken is een beken<strong>de</strong> interventie in <strong>de</strong> logopedische<br />
praktijk (169). On<strong>de</strong>rzoek laat zien dat communicatiehulpmid<strong>de</strong>len<br />
<strong>de</strong> communicatieve effectiviteit vergroten (170). Er zijn echter geen studies<br />
bekend over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Goed aangepaste communicatiehulpmid<strong>de</strong>len kunnen het spreken<br />
on<strong>de</strong>rsteunen of ver<strong>van</strong>gen.<br />
D Van Balkom 1994, Hustad 2005
Dysartrie en communicatie<br />
Overige overwegingen<br />
Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n zijn parkinsonpatiënten die helemaal<br />
niet meer verstaanbaar kunnen spreken meestal in <strong>de</strong> eindfase <strong>van</strong> hun<br />
<strong>ziekte</strong>. De cognitie en <strong>de</strong> motoriek zijn dan ook zeer beperkt.<br />
Voor patiënten met een parkinsonisme waar<strong>bij</strong> <strong>de</strong> dysartrie veel sneller verergert<br />
dan <strong>de</strong> arm- en handmotoriek, kan een communicatiehulpmid<strong>de</strong>l evenwel<br />
een belangrijke on<strong>de</strong>rsteuning zijn.<br />
Aanbeveling 22<br />
Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist aan parkinsonpatiënten met zeer<br />
ernstige dysartrieën, maar een bruikbare arm-handfunctie, hulpmid<strong>de</strong>len<br />
adviseert en leert gebruiken, zoals een letterkaart, een communicatiebord<br />
of een elektronisch communicatiemid<strong>de</strong>l.<br />
Vraag 23<br />
Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn geen studies die <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> moeilijk spreken<strong>de</strong><br />
parkinsonpatiënten in kaart hebben gebracht en geëvalueerd.<br />
Naarmate <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> vor<strong>de</strong>rt wordt <strong>de</strong> parkinsonpatiënt ook in zijn verbale communicatie<br />
meer afhankelijk <strong>van</strong> zijn gesprekspartners. De werkgroeple<strong>de</strong>n<br />
zijn <strong>van</strong> mening dat <strong>de</strong> mantelzorgers goed op <strong>de</strong> hoogte moeten zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
cues en <strong>de</strong> beste strategieën die nodig zijn om <strong>de</strong> parkinsonpatiënt te on<strong>de</strong>rsteunen<br />
<strong>bij</strong> een optimale verstaanbaarheid in <strong>de</strong> dagelijkse communicatie.<br />
Dat varieert <strong>van</strong> helpen als geïnstrueer<strong>de</strong> co-therapeut met het doen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
huiswerkoefeningen tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> intensieve PLVT-perio<strong>de</strong> (zie aanbeveling 12a)<br />
en het toepassen <strong>van</strong> cues om verstaanbaar (lui<strong>de</strong>r) spreken te faciliteren (zie<br />
aanbeveling 13), tot het herhalen <strong>van</strong> vragen en het op gang hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een<br />
gesprek (zie aanbeveling 19).<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 De mantelzorger(s) heeft/hebben een belangrijke rol als geïnstrueer<strong>de</strong><br />
gesprekspartner <strong>bij</strong> het generaliseren en op gang hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />
verstaanbaar spreken <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt in <strong>de</strong> dagelijkse<br />
communicatie.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
91
92<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Overige overwegingen<br />
Als <strong>de</strong> partner <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> co-therapeut of geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner niet<br />
kan vervullen, doet <strong>de</strong> logopedist er goed aan om an<strong>de</strong>re mantelzorgers en<br />
ook professionele zorgverleners (verpleegkundigen e.d.) te informeren en te<br />
instrueren.<br />
Aanbeveling 23<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en communicatieve traagheid. De mantelzorger<br />
kan daar<strong>bij</strong> drie taken (rollen) hebben:<br />
1 co-therapeut tij<strong>de</strong>ns intensieve PLVT/LSVT;<br />
2 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> verstaanbaarheidsproblemen: toepassen<br />
<strong>van</strong> cues om <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong> techniek voor verstaanbaar<strong>de</strong>r spreken<br />
te faciliteren;<br />
3 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> communicatieve (cognitieve) problemen:<br />
helpen tij<strong>de</strong>ns conversaties door <strong>bij</strong>voorbeeld vragen te herhalen.<br />
Vraag 24<br />
Wat zijn <strong>de</strong> beste instrumenten om het resultaat <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len te bepalen?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Zowel <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g als <strong>bij</strong> afsluiting <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling kunnen <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />
metingen wor<strong>de</strong>n gebruikt (zie ook uitgangsvragen 1 en 2). De TOM-subschalen<br />
verstaanbaarheid en dysartrie zijn voldoen<strong>de</strong> betrouwbaar voor individueel<br />
gebruik (142). Hoewel <strong>de</strong> responsiviteit nog niet is vastgesteld zou <strong>de</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong><br />
vrage<strong>nl</strong>ijst (zie <strong>bij</strong>lage 2) ook als evaluatie na <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling<br />
kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt om een indruk te krijgen <strong>van</strong> het oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
patiënt (139). Bij toepassing <strong>van</strong> PLVT/LSVT is het meten <strong>van</strong> <strong>de</strong> spreekintensiteit<br />
met een dB-meter een belangrijk element (144;151). Na afloop <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
behan<strong>de</strong>ling moet dan, net als <strong>bij</strong> <strong>de</strong> eerste sessie en op precies <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze,<br />
<strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken wor<strong>de</strong>n gemeten.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Het is aannemelijk dat voor het kwantificeren <strong>van</strong> het<br />
behan<strong>de</strong>lresultaat dB-metingen en <strong>de</strong> TOM-schalen kunnen wor<strong>de</strong>n<br />
gebruikt.<br />
C Ramig 1995, Knuijt 2007
Dysartrie en communicatie<br />
Overige overwegingen<br />
De kwalitatieve evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling bestaat uit het met <strong>de</strong> patiënt<br />
bespreken in hoeverre <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ldoelen, die in het algemeen <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g<br />
wordt geformuleerd, zijn gehaald.<br />
Aanbeveling 24<br />
Aanbevolen wordt om het resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling vast te stellen door<br />
mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong>:<br />
– objectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken met<br />
een dB-meter en/of een vi<strong>de</strong>o-opname;<br />
– subjectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en verstaanbaarheid tij<strong>de</strong>ns<br />
spontaan spreken met <strong>de</strong> TOM-schalen;<br />
– met <strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers te bespreken in hoeverre <strong>de</strong> <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g<br />
geformuleer<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ldoelen zijn gehaald.<br />
Samenvatting hoofdstuk 3<br />
Mogelijke uitkomsten <strong>van</strong> het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek en overwegingen <strong>bij</strong> het<br />
maken <strong>van</strong> een therapeutische beslissing (zie ook <strong>de</strong> samenvattingskaart in<br />
<strong>de</strong>el I).<br />
Er is sprake <strong>van</strong> geen of slechts een<br />
geringe hypokinetische dysartrie, waar<strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> patiënt zichzelf eenvoudig kan cuen<br />
door als het nodig is lui<strong>de</strong>r te spreken:<br />
Er is sprake <strong>van</strong> dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische<br />
dysartrie, waar<strong>bij</strong> zowel luidheid als<br />
toonhoogte goed te cuen zijn:<br />
Er is sprake <strong>van</strong> dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische<br />
dysartrie die enigszins te cuen is (of<br />
samengaat met een an<strong>de</strong>re dysartrievorm):<br />
Er is sprake <strong>van</strong> zeer ernstige dysartrie die<br />
niet of nauwelijks te cuen is:<br />
Er is sprake <strong>van</strong> voornamelijk trage<br />
woordvinding en communicatieve<br />
problemen:<br />
Er is sprake <strong>van</strong> ernstige apathie, dat<br />
wil zeggen <strong>de</strong> parkinsonpatiënt kan<br />
verstaanbaar spreken, maar spreekt<br />
nauwelijks meer en valt stil:<br />
adviezen over spreken met meer intensiteit<br />
in een eenmalig consult zijn voldoen<strong>de</strong>.<br />
indicatie voor kortduren<strong>de</strong> intensieve<br />
behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT, <strong>bij</strong> voorkeur<br />
met een co-therapeut.<br />
intensieve behan<strong>de</strong>ling proberen,<br />
maar ook begeleiding en instructie <strong>van</strong><br />
gesprekspartners.<br />
nadruk op begeleiding en instructie<br />
<strong>van</strong> gesprekspartners of – wanneer er<br />
voldoen<strong>de</strong> aanwijsfunctie en cognitieve<br />
vaardighe<strong>de</strong>n zijn – leren gebruiken <strong>van</strong><br />
een communicatiehulpmid<strong>de</strong>l.<br />
compensaties doornemen, samen met <strong>de</strong><br />
mantelzorger(s).<br />
uitleg geven en hulp <strong>bij</strong> acceptatie.<br />
93
4 Dysfagie<br />
Dit hoofdstuk beschrijft het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het slikken (4.1) en<br />
<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen (4.2) <strong>bij</strong> mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
4.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken<br />
In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen:<br />
25 Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het kauwen en slikken <strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
26 Welk slikon<strong>de</strong>rzoek is rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
27 Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />
met slikklachten adviseren?<br />
Vraag 25<br />
Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het kauwen en slikken <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
Bij slikstoornissen is <strong>de</strong> anamnese een belangrijk on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> diagnostiek.<br />
Door <strong>de</strong> klachten zorgvuldig uit te vragen is een goed beeld te krijgen<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> slikproblemen. Goed doorvragen is tevens <strong>van</strong><br />
belang <strong>van</strong>wege mogelijke on<strong>de</strong>rrapportage (zie ook vraag 24).<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn geen gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijsten over <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> subjectieve ernst<br />
<strong>van</strong> slikstoornissen en <strong>de</strong> gevolgen daar<strong>van</strong>, specifiek voor <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
Algemene anamnesevragen <strong>bij</strong> problemen met kauwen en slikken zijn te vin<strong>de</strong>n<br />
in <strong>de</strong> logopedische handboeken (88;171). Kwalitatief on<strong>de</strong>rzoek door on<strong>de</strong>r<br />
an<strong>de</strong>re Miller et al. (5) heeft laten zien dat slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
niet ernstig hoeven te zijn om een belangrijke invloed te hebben op <strong>de</strong><br />
maaltij<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> sociale participatie. Specifieke anamnesevragen voor kauw-<br />
en slikproblemen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn te vin<strong>de</strong>n in Bijlage 6.<br />
Er is een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst in ontwikkeling (139). Voorlopige analyse<br />
laat zien dat <strong>de</strong> vragen een hoge interne consistentie (α > 0.90) hebben en<br />
95
96<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
re<strong>de</strong>lijk correleren met sliksnelheid (r = 0.60), frequentie <strong>van</strong> verslikken<br />
(r = 0.62) en <strong>ziekte</strong>-ernst (r = 0.63) (172). Zie Bijlage 7.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Volgens experts moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> <strong>de</strong> slikklachten <strong>van</strong> een<br />
parkinsonpatiënt wor<strong>de</strong>n gevraagd naar zowel slikklachten als naar<br />
<strong>de</strong> consequenties voor voedselconsistenties, tempo en dineren met<br />
an<strong>de</strong>ren.<br />
D Miller 2006<br />
Overige overwegingen<br />
Een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst kan voorafgaand aan het eerste consult<br />
door <strong>de</strong> patiënt wor<strong>de</strong>n ingevuld en als uitgangspunt dienen voor <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re<br />
anamnese <strong>bij</strong> het bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> hulpvraag.<br />
Aanbeveling 25a<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> kauw- en<br />
slikstoornissen vraagt naar <strong>de</strong> specifieke klachten en het beloop daar<strong>van</strong> op<br />
zowel functieniveau (verslikken, traag eten), activiteitenniveau (weglaten<br />
<strong>van</strong> moeilijke consistenties) als participatieniveau (dineren met an<strong>de</strong>ren).<br />
Aanbeveling 25b<br />
Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />
gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />
Vraag 26<br />
Welk logopedisch slikon<strong>de</strong>rzoek is rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
Bij het vaststellen <strong>van</strong> een slikstoornis op basis <strong>van</strong> anamnese bestaat <strong>de</strong> kans<br />
op on<strong>de</strong>rrapportage, dat wil zeggen dat er sprake is <strong>van</strong> een (beginnen<strong>de</strong>) slikstoornis,<br />
zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> parkinsonpatiënt erover klaagt (56;57). Gelei<strong>de</strong>lijke<br />
aanpassing aan min<strong>de</strong>r makkelijk slikken, zoals langzamer eten of kleinere<br />
slokken nemen, ervaren niet alle patiënten als een stoornis. An<strong>de</strong>rsom hoeft<br />
af en toe verslikken of vaker hoesten niet beslist veroorzaakt te wor<strong>de</strong>n door<br />
een echte stoornis in het slikken. Kwantitatieve sliktests (maximale prestatietests)<br />
zijn eenvoudige metingen om een slikstoornis aannemelijk of onwaarschij<strong>nl</strong>ijk<br />
te maken (173). Maar evenals <strong>bij</strong> het spreken zou<strong>de</strong>n ze volgens <strong>de</strong><br />
werkgroep <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten vooral gebruikt moeten wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt te on<strong>de</strong>rzoeken.
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Sliksnelheid is een volume water ge<strong>de</strong>eld door <strong>de</strong> tijd die nodig is om dat volume<br />
op te drinken, uitgedrukt in milliliters per secon<strong>de</strong>. Voor <strong>de</strong>ze test zijn<br />
normaalwaar<strong>de</strong>n gepubliceerd per leeftijdsgroep (173;174). Nathadwarawala et<br />
al. (175) von<strong>de</strong>n een positief voorspellen<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> 64% en een negatief<br />
voorspellen<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> 93% voor <strong>de</strong> afkapwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> 10 ml/s. Clarke et al.<br />
(176) vergeleken 64 parkinsonpatiënten met tachtig gezon<strong>de</strong> controlepersonen<br />
en von<strong>de</strong>n <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten significant lagere sliksnelhe<strong>de</strong>n dan <strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> controles en <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten in <strong>de</strong> off-fase significant lager dan <strong>bij</strong><br />
patiënten in <strong>de</strong> on-fase.<br />
Een an<strong>de</strong>re meting vraagt <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt om een volume water in één keer<br />
weg te slikken. Ertekin et al. (177;178) stel<strong>de</strong>n vast dat veel patiënten met een<br />
slikstoornis moeite hebben om twintig ml. in één keer weg te slikken. Het in<br />
kleinere <strong>de</strong>len doorslikken <strong>van</strong> een voedselbolus (‘piecemeal swallowing’ (88))<br />
is een normale aanpassing <strong>bij</strong> afnemen<strong>de</strong> slikcapaciteit. Potulska et al. (56)<br />
vergeleken 18 parkinsonpatiënten met gezon<strong>de</strong> controlepersonen en von<strong>de</strong>n<br />
een slikvolume lager dan twintig ml. <strong>bij</strong> alle parkinsonpatiënten, maar niet <strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> controles. Slechts vijf <strong>van</strong> <strong>de</strong> 18 parkinsonpatiënten had<strong>de</strong>n ook slikklachten<br />
gerapporteerd en hun slikvolumes waren significant lager dan die <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
patiënten zon<strong>de</strong>r slikklachten.<br />
Conclusie<br />
Niveau 2 Het is aannemelijk dat het meten <strong>van</strong> <strong>de</strong> sliksnelheid met een<br />
afkappunt <strong>van</strong> tien ml/s in meer dan twee <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevallen<br />
een terecht oor<strong>de</strong>el geeft over <strong>de</strong> aan- of afwezigheid <strong>van</strong> een<br />
orofaryngeale slikstoornis.<br />
B Nathadwarawala 1994, Clarke 1998<br />
Niveau 2 Er zijn aanwijzingen dat min<strong>de</strong>r dan twintig ml. water in één<br />
keer kunnen wegslikken ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten wijst op een<br />
slikstoornis.<br />
B Ertekin 1998, Potulska 2003<br />
Overige overwegingen<br />
De sliksnelheidstest is een makkelijk te gebruiken sliktest, maar min<strong>de</strong>r<br />
geschikt voor parkinsonpatiënten die zich snel verslikken of die door hun<br />
beperkingen in houding en arm-handmotoriek moeite hebben met doordrinken.<br />
Het meten <strong>van</strong> het maximale slikvolume, waar<strong>bij</strong> het volume water gelei<strong>de</strong>lijk<br />
toeneemt, is wellicht makkelijker (173). De werkgroep is <strong>van</strong> mening<br />
dat <strong>de</strong>ze tests <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten gebruikt zou<strong>de</strong>n moeten wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong><br />
stimuleerbaarheid te on<strong>de</strong>rzoeken. Volgens ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />
presteren veel patiënten daarmee beter dan ze spontaan doen. Op die manier<br />
Dysfagie<br />
97
98<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
is te analyseren waarom het in <strong>de</strong> thuissituatie misgaat en welke aanpassingen<br />
en cues nuttig kunnen zijn.<br />
Wanneer slikklachten anamnestisch zijn vastgesteld stelt <strong>de</strong> werkgroep <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />
diagnostische volgor<strong>de</strong> voor:<br />
1 observatie <strong>van</strong> spontaan drinken (water, koffie, thee);<br />
2 stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het slikken met maximale prestatietests (maximaal<br />
slikvolume en/of sliksnelheid);<br />
3 <strong>bij</strong> klachten met vaste voeding observatie tij<strong>de</strong>ns een maaltijd en <strong>de</strong> invloed<br />
<strong>van</strong> instructies en cues observeren.<br />
Tevens is het <strong>van</strong> belang om vast te stellen of klachten als langzaam eten en<br />
knoeien met eten en drinken wor<strong>de</strong>n veroorzaakt door een slikstoornis of door<br />
problemen met <strong>de</strong> arm- en handmotoriek of allebei. Bij klachten over het eten<br />
en drinken door arm- en handproblemen kan een ergotherapeut behulpzaam<br />
zijn.<br />
Aanbeveling 26a<br />
Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />
over het slikken <strong>bij</strong> voorkeur:<br />
a het spontaan drinken observeert;<br />
b <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het drinken beoor<strong>de</strong>elt met behulp <strong>van</strong> maximale<br />
prestatietests (maximaal slikvolume en/of sliksnelheid).<br />
Aanbeveling 26b<br />
Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> klachten over vaste voeding een<br />
maaltijd observeert en <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> instructies en cues beoor<strong>de</strong>elt.<br />
Vraag 27<br />
Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />
met slikklachten adviseren?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Voor het on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> <strong>de</strong> orofaryngeale slikfunctie wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> röntgenslikvi<strong>de</strong>o<br />
en flexibele endoscopische evaluatie <strong>van</strong> het slikken (FEES) internationaal<br />
beschouwd als <strong>de</strong> ‘gou<strong>de</strong>n standaard’ (88;179), zowel om <strong>de</strong> diverse<br />
aspecten <strong>van</strong> een slikstoornis in beeld te brengen, als om het resultaat <strong>van</strong> een<br />
interventie zichtbaar te maken (180).
Omdat <strong>de</strong> slikvi<strong>de</strong>o en FEES zelf referentietests zijn, is <strong>de</strong> diagnostische accuratesse<br />
of validiteit ten opzichte <strong>van</strong> een gou<strong>de</strong>n standaard niet te evalueren.<br />
Het gebruik <strong>van</strong> slikvi<strong>de</strong>o’s <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten is wetenschappelijk waar<strong>de</strong>vol<br />
gebleken voor het beschrijven en analyseren <strong>van</strong> <strong>de</strong> pathofysiologie <strong>van</strong><br />
slikstoornissen. Talloze studies hebben door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> radiologisch slikon<strong>de</strong>rzoek<br />
<strong>de</strong> typische kenmerken <strong>van</strong> slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten in<br />
kaart gebracht, waaron<strong>de</strong>r bradykinesie en stille aspiratie (181-184).<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat het maken <strong>van</strong> slikvi<strong>de</strong>o’s <strong>bij</strong><br />
parkinsonpatiënten diagnostische meerwaar<strong>de</strong> heeft <strong>bij</strong> het aantonen<br />
en verklaren <strong>van</strong> faryngeale slikstoornissen en aspiratie <strong>van</strong> voeding.<br />
C Robbins 1986, Leopold 1996, 1997, Nagaya 1998<br />
Overige overwegingen<br />
Radiologisch en endoscopisch slikon<strong>de</strong>rzoek zijn complementair (88;179). Een<br />
goed gemaakte slikvi<strong>de</strong>o brengt alle slikfasen tot en met <strong>de</strong> slokdarmpassage<br />
in beeld, maar heeft stralingsbelasting als na<strong>de</strong>el. Endoscopisch on<strong>de</strong>rzoek is<br />
makkelijker uitvoerbaar, maar kan niet alle slikfasen laten zien. Voor bei<strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rzoeken geldt dat ze alleen in een ziekenhuis uitvoerbaar zijn. Bovendien<br />
hebben <strong>de</strong>ze technieken volgens experts alleen diagnostische meerwaar<strong>de</strong> als<br />
ze wor<strong>de</strong>n uitgevoerd of geïnterpreteerd door een ervaren radioloog en logopedist,<br />
respectievelijk kno-arts en logopedist. In het algemeen is instrumentele<br />
slikdiagnostiek alleen geïndiceerd <strong>bij</strong> ver<strong>de</strong>nking <strong>van</strong> faryngeale en oesofageale<br />
slikstoornissen, zoals <strong>bij</strong>voorbeeld ernstig verslikken, stille aspiratie,<br />
moeizame faryngeale passage, cricofaryngeale hypertrofie of een Zenker’s<br />
divertikel (180). Stoornissen in het kauwen of in <strong>de</strong> orale transportfase daarentegen<br />
zijn voldoen<strong>de</strong> door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> logopedische diagnostiek vast te stellen.<br />
Hoewel instrumentele diagnostiek uitermate waar<strong>de</strong>vol is om pathofysiologie<br />
<strong>van</strong> slikstoornissen te analyseren en beschrijven, is het voor <strong>de</strong> kliniek in het<br />
algemeen alleen zinvol als <strong>de</strong> uitkomst gevolgen heeft voor therapeutische<br />
beslissingen. Ook Clarke et al. (176) zijn <strong>van</strong> mening dat <strong>de</strong> slikstoornissen<br />
<strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> meestal niet ernstig<br />
genoeg zijn om een slikvi<strong>de</strong>o te rechtvaardigen.<br />
Aanbeveling 27<br />
Bij een parkinsonpatiënt met een slikstoornis, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> ernst<br />
ondui<strong>de</strong>lijk is, kan <strong>de</strong> logopedist overwegen aanvullen<strong>de</strong> diagnostiek door<br />
mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een slikvi<strong>de</strong>o of FEES te adviseren.<br />
Dysfagie<br />
99
100<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
4.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />
In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen:<br />
28 Wat zijn belangrijke on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> voorlichting en educatie?<br />
29 Wat zijn zinvolle technieken om verslikken in vloeistoffen te vermin<strong>de</strong>ren?<br />
30 Wat zijn zinvolle technieken om langdurig kauwen en trage slikinzet te<br />
verbeteren?<br />
31 Wat zijn zinvolle technieken om faryngeaal residu te vermin<strong>de</strong>ren?<br />
32 Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> hypokinetische slikstoornissen?<br />
33 Wat zijn zinvolle technieken om het slikken <strong>van</strong> pillen te vergemakkelijken?<br />
34 Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> multidisciplinaire samenwerking <strong>bij</strong> slikstoornissen?<br />
35 Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen?<br />
In <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen wordt in het algemeen on<strong>de</strong>rscheid<br />
gemaakt tussen compensaties en revalidatie- of oefentechnieken. Het resultaat<br />
<strong>van</strong> een compensatie is direct zichtbaar, maar tij<strong>de</strong>lijk, dat wil zeggen zo<br />
lang <strong>de</strong> compensatie wordt toegepast. Oefentechnieken zijn bedoeld om op<br />
<strong>de</strong>n duur blijven<strong>de</strong> verbetering te bereiken (185;186). Uitgangspunten voor <strong>de</strong><br />
behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen zijn te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> handboeken (88;185;187).<br />
Ook <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met kauw- en slikstoornissen<br />
is het <strong>van</strong> belang om in alle gevallen aandacht te hebben voor optimale houding,<br />
conditie <strong>van</strong> het gebit, alertheid en instrueerbaarheid, eetlust, fysieke<br />
energie en belastbaarheid, enzovoort.<br />
Vraag 28<br />
Wat zijn belangrijke on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> voorlichting en educatie?<br />
Kauwen en slikken is een groten<strong>de</strong>els bewuste, maar geautomatiseer<strong>de</strong> motoriek<br />
en <strong>van</strong> het doorslikken zelf is aan <strong>de</strong> buitenkant alleen <strong>de</strong> larynxheffing<br />
te zien. Hoe het slikken normaal verloopt en wat er misgaat als er sprake is<br />
<strong>van</strong> een slikstoornis, is voor vrijwel alle patiënten met een slikstoornis die <strong>de</strong><br />
logopedist ziet, onbekend.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn geen wetenschappelijke studies die aantonen dat voorlichting over het<br />
normale en afwijken<strong>de</strong> proces <strong>van</strong> slikken en bewustwording daar<strong>van</strong> meerwaar<strong>de</strong><br />
heeft in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling. Er is echter internationale consensus dat het<br />
nuttig is om in <strong>de</strong> diagnostische fase of aan het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling aan<br />
<strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers uit te leggen wat normaal slikken en verslikken
is, hoe het kan dat voedsel in <strong>de</strong> keel blijft steken, enzovoort. Inzicht in <strong>de</strong><br />
stoornis maakt het makkelijker om het doel en <strong>de</strong> noodzaak <strong>van</strong> interventies<br />
te kunnen begrijpen (88). Daarvoor zijn diverse visuele mid<strong>de</strong>len beschikbaar.<br />
De beel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt (slikvi<strong>de</strong>o,<br />
endoscopie), tekeningen of animaties <strong>van</strong> het slikproces op vi<strong>de</strong>o of dvd, of een<br />
realistisch mo<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een doorsne<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> mondholte, farynx en larynx.<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat voorlichting over het slikproces door<br />
mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> beeldmateriaal een nuttig on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling is.<br />
D Logemann 2000<br />
Overige overwegingen<br />
De ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is dat ook parkinsonpatiënten baat hebben<br />
<strong>bij</strong> uitleg over hun slikstoornis aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> visueel materiaal.<br />
Aanbeveling 28<br />
Het wordt aanbevolen om voor het inzicht en <strong>de</strong> motivatie aan <strong>de</strong> patiënt<br />
en <strong>de</strong> mantelzorgers uitleg te geven over het normale proces <strong>van</strong> kauwen<br />
en slikken en wat er <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt fout gaat.<br />
Vraag 29<br />
Wat zijn zinvolle technieken om verslikken in vloeistoffen te vermin<strong>de</strong>ren?<br />
Logopedisten maken gebruik <strong>van</strong> drie algemeen geaccepteer<strong>de</strong> compensaties<br />
om verslikken in vloeistoffen te voorkomen, te weten veiligere hoofdhouding,<br />
kleinere bolusgrootte en dikkere consistenties (88;89;185). Een toevoeging<br />
voor parkinsonpatiënten kan zijn het vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> dubbeltaken.<br />
Vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> dubbeltaken<br />
Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n laten sommige parkinsonpatiënten<br />
die anamnestisch last hebben <strong>van</strong> verslikken (in vloeistoffen en/of speeksel),<br />
tij<strong>de</strong>ns een slikon<strong>de</strong>rzoek weinig problemen zien en verslikken ze zich<br />
evenmin nauwelijks tij<strong>de</strong>ns sliktests. Aangezien eten en drinken meestal in<br />
gezelschap plaatsvindt, kan verslikken het gevolg zijn <strong>van</strong> vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> aandacht,<br />
zoals <strong>bij</strong> dubbeltaken. Vermoe<strong>de</strong>lijk is dan sprake <strong>van</strong> slechts een minimale<br />
of mil<strong>de</strong> slikstoornis en zou <strong>de</strong> uitleg en <strong>de</strong> instructie ‘eerst alles goed<br />
wegslikken, dan praten’ voldoen<strong>de</strong> moeten zijn.<br />
Dysfagie<br />
101
102<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat parkinsonpatiënten die anamnestisch<br />
last hebben <strong>van</strong> verslikken, maar zich niet verslikken tij<strong>de</strong>ns een<br />
slikon<strong>de</strong>rzoek en provocatietests, uitleg moeten krijgen over verslikken<br />
als gevolg <strong>van</strong> een dubbeltaak.<br />
D Morris & Iansek 1997; mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />
Overige overwegingen<br />
Oefenen met het nemen <strong>van</strong> grote slokken, snel drinken, voelen wanneer<br />
alles is weggeslikt en <strong>de</strong>rgelijke, kan behulpzaam zijn om <strong>de</strong> patiënt bewust<br />
te maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> normale slikcapaciteit. Het toepassen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gebruikelijke<br />
compensaties <strong>bij</strong> verslikken (zie ver<strong>de</strong>r) die consequent moeten wor<strong>de</strong>n volgehou<strong>de</strong>n,<br />
zoals nekflexie of dik vloeibare vloeistoffen is in <strong>de</strong>ze gevallen naar<br />
het oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep te ingrijpend en onnodig.<br />
Aanbeveling 29a<br />
Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die anamnestisch last hebben<br />
<strong>van</strong> verslikken, maar zich niet verslikken tij<strong>de</strong>ns een slikon<strong>de</strong>rzoek en<br />
provocatietests:<br />
a uitleg te geven over verslikken als gevolg <strong>van</strong> een dubbeltaak;<br />
b door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> oefenen bewust te maken <strong>van</strong> veilig slikken met aandacht.<br />
Pas als dat onvoldoen<strong>de</strong> verbetering geeft zou <strong>de</strong> logopedist an<strong>de</strong>re interventies<br />
moeten overwegen.<br />
Aanpassen hoofdhouding<br />
Slikken met het hoofd iets naar voren gebogen (nekflexie) is een breed toegepaste<br />
compensatie om verslikken te voorkomen (188).<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Welch et al. (189) bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>n radiologisch <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> nekflexie op <strong>de</strong><br />
farynxstructuren <strong>bij</strong> <strong>de</strong>rtig patiënten met slikklachten en von<strong>de</strong>n dat nekflexie<br />
<strong>de</strong> tongbasis en <strong>de</strong> epiglottis iets naar achteren duwt en zo <strong>de</strong> farynx en <strong>de</strong><br />
larynxingang vernauwt en daarmee beschermt tegen aspiratie. Shanahan et<br />
al. (190) vergeleken 15 neurologische patiënten met een slikstoornis en aspiratie<br />
die baat had<strong>de</strong>n <strong>bij</strong> nekflexie met 15 patiënten met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> klachten die<br />
er geen baat <strong>bij</strong> had<strong>de</strong>n. Die laatste groep had vooral residu in <strong>de</strong> sinus piriformes,<br />
dus een veel ernstiger slikstoornis. Logemann et al. (2008) evalueer<strong>de</strong>n<br />
met slikvi<strong>de</strong>o’s nekflexie als compensatie <strong>bij</strong> 228 parkinsonpatiënten die zich<br />
verslikten in vloeistoffen. Bij 41% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten bleef aspiratie direct uit <strong>bij</strong><br />
toepassen <strong>van</strong> nekflexie.
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat slikken met het hoofd iets naar bene<strong>de</strong>n<br />
gebogen verslikken in vloeistoffen kan voorkomen.<br />
B Logemann 2008<br />
C Welch 1993, Shanahan 1993<br />
Overige overwegingen<br />
Volgens experts kan slikken in een goe<strong>de</strong> zithouding met een gestrekte nek<br />
en het hoofd iets naar voren gebogen al voldoen<strong>de</strong> zijn om verslikken te voorkomen.<br />
Voor patiënten die moeite hebben met lipsluiting moet <strong>de</strong> logopedist<br />
goed bekijken of <strong>bij</strong> nekflexie <strong>de</strong> vloeistof niet juist makkelijker uit <strong>de</strong> mond<br />
loopt. Per patiënt moet wor<strong>de</strong>n bekeken welke mate <strong>van</strong> flexie net genoeg is.<br />
Bovendien is <strong>de</strong> compensatie alleen zinvol als <strong>de</strong> patiënt in staat is om het<br />
consequent vol te hou<strong>de</strong>n, zelfstandig of door een an<strong>de</strong>r gecued.<br />
Aanbeveling 29b<br />
Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt die zich<br />
snel verslikt in vloeistoffen, beoor<strong>de</strong>elt of nekflexie voldoen<strong>de</strong> is en kan<br />
wor<strong>de</strong>n volgehou<strong>de</strong>n om verslikken in vloeistoffen te verhelpen.<br />
Aanpassen volume en consistentie<br />
Het verkleinen <strong>van</strong> het bolusvolume of verdikken <strong>van</strong> <strong>de</strong> consistentie zijn veel<br />
gebruikte compensaties in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> orofaryngeale slikstoornissen<br />
(88;89;185;187).<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Een groot voedselvolume vraagt een snellere reactie <strong>van</strong> <strong>de</strong> farynx na het starten<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> slik dan een klein volume (191), dus kleine slokken nemen is een<br />
logische compensatie om verslikken te voorkomen. Fysiologisch on<strong>de</strong>rzoek<br />
heeft laten zien dat <strong>de</strong> bolustransporttijd tij<strong>de</strong>ns het slikken langer wordt, als<br />
<strong>de</strong> viscositeit <strong>van</strong> een vloeistof toeneemt (192). Daarmee kan een trage slikreflex<br />
(late faryngeale slik) wor<strong>de</strong>n gecompenseerd, omdat <strong>de</strong> vloeistof later <strong>de</strong><br />
farynx bereikt, zodat <strong>de</strong> faryngeale transportfase op tijd is om <strong>de</strong> vloeistof op<br />
te <strong>van</strong>gen en veilig naar <strong>de</strong> slokdarm te transporteren. Met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n,<br />
<strong>de</strong> kans op verslikken is in<strong>de</strong>rdaad kleiner met een dik vloeibare vloeistof dan<br />
met een dun vloeibare vloeistof.<br />
Logemann et al. (2008) evalueer<strong>de</strong>n met slikvi<strong>de</strong>o’s verdikte vloeistoffen als<br />
compensatie <strong>bij</strong> 228 parkinsonpatiënten die zich verslikten in vloeistoffen. Bij<br />
46% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten bleef aspiratie direct uit <strong>bij</strong> drinken <strong>van</strong> nectardikte en<br />
<strong>bij</strong> 56% met honingdikte.<br />
Dysfagie<br />
103
104<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
In een vervolgstudie kon niet wor<strong>de</strong>n aangetoond of het toepassen <strong>van</strong> nekflexie,<br />
dan wel het gebruiken <strong>van</strong> verdikte vloeistoffen <strong>de</strong> kans op een aspiratiepneumonie<br />
<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten meer kon verkleinen (193).<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Het is aannemelijk dat met dik vloeibare consistenties verslikken in<br />
vloeistoffen kan wor<strong>de</strong>n voorkomen.<br />
B Logemann 2008<br />
Overige overwegingen<br />
Het na<strong>de</strong>el <strong>van</strong> kleine volumes kan zijn dat het starten <strong>van</strong> het slikken (slikinzet)<br />
wordt bemoeilijkt wanneer een parkinsonpatiënt een sterke tactiele cue<br />
nodig heeft om te gaan slikken.<br />
Het na<strong>de</strong>el <strong>van</strong> het adviseren <strong>van</strong> het gebruiken <strong>van</strong> dik vloeibare vloeistoffen<br />
(of verdikkingsmid<strong>de</strong>l voor gewone vloeistoffen) is dat het consequent zou<br />
moeten wor<strong>de</strong>n toegepast <strong>bij</strong> alles wat <strong>de</strong> patiënt wil drinken. De logopedist<br />
moet per patiënt beoor<strong>de</strong>len wat <strong>de</strong> juiste mate <strong>van</strong> verdikking is.<br />
Aanbeveling 29c<br />
Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt die zich<br />
snel verslikt in vloeistoffen, probeert of kleinere volumes dan wel consequente<br />
dikkere vloeistoffen voldoen<strong>de</strong> zijn om verslikken in vloeistoffen te<br />
voorkomen.<br />
Vraag 30<br />
Wat zijn zinvolle technieken om langdurig kauwen en trage slikinzet te verbeteren?<br />
Een kenmerken<strong>de</strong> slikstoornis <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is het moeilijk kunnen<br />
stoppen met kauwen <strong>van</strong> voedsel en het moeilijk kunnen starten <strong>van</strong> het<br />
doorslikken. Om te kunnen slikken moet het kauwen (even) stoppen. Ook rigiditeit<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> tong speelt een rol <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze klacht.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
In een kleine studie lieten Nagaya et al. (194) tien parkinsonpatiënten en<br />
twaalf gezon<strong>de</strong> vrijwilligers eenmalig twintig minuten motorische oefeningen<br />
doen (mondmotoriek, hoofd en schou<strong>de</strong>rs bewegen, een toon zo lang<br />
mogelijk aanhou<strong>de</strong>n en proberen een Men<strong>de</strong>lsohnmanoeuvre vol te hou<strong>de</strong>n).<br />
Voor en na werd <strong>de</strong> ‘premotor time’ gemeten, dat wil zeggen <strong>de</strong> tijd tussen een<br />
visueel commando om te gaan slikken en <strong>de</strong> echte slikinzet. De premotor time<br />
was voor <strong>de</strong> oefeningen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënten significant langer dan <strong>bij</strong> <strong>de</strong>
controles, maar na <strong>de</strong> oefening niet meer. Dit experiment laat zien dat <strong>de</strong> trage<br />
slikinzet <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met eenvoudige activatieoefeningen tij<strong>de</strong>lijk<br />
is te corrigeren, zoals ook <strong>de</strong> uitgangspunten voor behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> Morris &<br />
Iansek (136) veron<strong>de</strong>rstellen (zie Deel I). Onbekend is wat <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> oefenen<br />
na enkele uren of nog langere termijn is.<br />
Een an<strong>de</strong>re aanpak beschreven door Morris & Iansek (136), maar niet wetenschappelijk<br />
geëvalueerd, is het ver<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het geautomatiseer<strong>de</strong> proces <strong>van</strong><br />
kauwen en slikken in stappen, dus een cognitieve bewegingstrategie. Zij stellen<br />
voor <strong>de</strong> patiënt bewust te maken <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze stappen: voedsel in <strong>de</strong> mond<br />
doen en lippen sluiten, kauwen, voedsel op <strong>de</strong> tong verzamelen, tong naar<br />
achter duwen en slikken. De patiënt leert als bewegingsstrategie bewust in<br />
<strong>de</strong>ze stappen te eten en drinken, zo nodig geholpen met een instructiekaart of<br />
verbale cues <strong>van</strong> een zorgverlener of mantelzorger.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat activatieoefeningen <strong>van</strong> het aanzetstuk tij<strong>de</strong>lijk<br />
<strong>de</strong> slikinzet <strong>van</strong> parkinsonpatiënten kunnen normaliseren.<br />
B Nagaya 2000<br />
D Morris & Iansek 1997<br />
Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat het behulpzaam is om een<br />
parkinsonpatiënt die erg lang op het eten kauwt en moeite heeft om<br />
het slikken te starten, te leren om dat proces bewust in stappen uit te<br />
voeren, zo nodig met behulp <strong>van</strong> visuele of verbale cues.<br />
D Morris & Iansek 1997<br />
Overige overwegingen<br />
Het is <strong>de</strong> vraag of en voor wie twintig minuten lang willekeurige oefeningen<br />
doen vóór elke maaltijd zinvol is, zoals <strong>de</strong> studie <strong>van</strong> Nagaya et al. (194) suggereert.<br />
Van groot belang is <strong>de</strong> analyse <strong>van</strong> het probleem, dat wil zeggen waar<br />
in het proces zit het start- of stopprobleem en hoe is <strong>de</strong> patiënt het makkelijkst<br />
te cuen. Dat vraagt zorgvuldige observatie en inventiviteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist.<br />
An<strong>de</strong>re mogelijk behulpzame cues kunnen zijn: <strong>bij</strong> brood en warm eten tussendoor<br />
een slok drinken nemen om het slikken te cuen, maar ook om vocht<br />
aan te vullen als <strong>de</strong> voedselbolus te droog wordt om door te slikken. Het aanpassen<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> voedingsconsistentie, zoals fijngemaakte of gemalen voeding,<br />
is eveneens een dui<strong>de</strong>lijke compensatie, maar alleen als alle an<strong>de</strong>re instructies<br />
en aanpassingen onvoldoen<strong>de</strong> behulpzaam zijn gebleken. In veel gevallen zullen<br />
ook <strong>de</strong> mantelzorgers dan een belangrijkere rol gaan spelen.<br />
Dysfagie<br />
105
106<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Aanbeveling 30a<br />
De logopedist kan overwegen om te beoor<strong>de</strong>len wat het resultaat is <strong>van</strong><br />
activatieoefeningen voor <strong>de</strong> slikinzet, voorafgaand aan elke maaltijd.<br />
Aanbeveling 30b<br />
Bij parkinsonpatiënten die te lang kauwen (hypokinesie) en/of voedsel in<br />
<strong>de</strong> mond hou<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r te slikken (akinesie), kan het zinvol zijn om te<br />
proberen of <strong>de</strong> patiënt kan leren het proces in bewuste stappen en met<br />
gebruik <strong>van</strong> specifieke cues uit te voeren.<br />
Aanbeveling 30c<br />
Wanneer langdurig kauwen en laat starten <strong>van</strong> het slikken moeilijk gedragsmatig<br />
is te verbeteren, wordt aanbevolen om aangepaste (gemalen) voeding<br />
te adviseren.<br />
Vraag 31<br />
Wat zijn zinvolle technieken om faryngeaal residu te vermin<strong>de</strong>ren?<br />
Rigiditeit en hypokinesie <strong>van</strong> zowel tongretractie, farynxconstrictie als hyolaryngeale<br />
heffing) kunnen <strong>de</strong> faryngeale voedselpassage bemoeilijken, met<br />
als gevolg dat <strong>de</strong> voedselbolus niet in zijn geheel wordt weggeslikt. De patiënt<br />
voelt dan na het slikken dat een <strong>de</strong>el <strong>van</strong> het voedsel in <strong>de</strong> keel blijft steken.<br />
Ook kan het lei<strong>de</strong>n tot zich verslikken in vast voedsel, zowel tij<strong>de</strong>ns het slikken<br />
als door aspiratie <strong>van</strong> residu dat na het slikken is achtergebleven (88).<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Bewust ‘krachtig slikken’ is een compensatie die in <strong>de</strong> handboeken wordt aanbevolen<br />
om een zwakke faryngeale transportfase en daardoor faryngeaal residu<br />
te corrigeren (88;89;185). Diverse fysiologische studies (195-197) hebben<br />
laten zien dat krachtig of hard slikken (instructie: ‘Terwijl u slikt moet u alle<br />
spieren krachtig aanspannen.’, Logemann, 2000, p. 238) <strong>de</strong> passage <strong>van</strong> voedsel<br />
door <strong>de</strong> farynx effectiever maakt en residu <strong>van</strong> voeding kan voorkomen.<br />
Gecontroleer<strong>de</strong> trials <strong>bij</strong> grote groepen patiënten ontbreken echter.<br />
Een door patiënten spontaan, maar ook door logopedisten veel geadviseer<strong>de</strong><br />
compensatie <strong>bij</strong> faryngeale passagestoornissen is het vergemakkelijken <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> voedselconsistenties (88;185;187). Dat houdt on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re in het weglaten<br />
<strong>van</strong> hard en taai voedsel en het gebruiken <strong>van</strong> zachte voeding en meer vocht.<br />
Hierover zijn geen wetenschappelijke studies te vin<strong>de</strong>n, waarschij<strong>nl</strong>ijk omdat<br />
<strong>de</strong>ze aanpassingen zo evi<strong>de</strong>nt zijn.
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat bewust ‘krachtig slikken’ een zinvolle<br />
compensatie kan zijn om <strong>de</strong> faryngeale passage te verbeteren en<br />
faryngeaal residu na het slikken te vermin<strong>de</strong>ren.<br />
C Hind 2001, Bülow 2001<br />
Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat het vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> har<strong>de</strong> en taaie voeding<br />
en het gebruiken <strong>van</strong> zachtere voeding een voor <strong>de</strong> hand liggen<strong>de</strong><br />
compensatie is <strong>van</strong> faryngeale passageproblemen.<br />
D Huckabee 1999, Logemann 2000<br />
Overige overwegingen<br />
Hoewel het niet <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten on<strong>de</strong>rzocht is, kan <strong>de</strong> instructie ‘krachtig<br />
slikken’ voor een parkinsonpatiënt al voldoen<strong>de</strong> zijn om <strong>de</strong> hypokinesie te<br />
doorbreken en bewust beter gebruik te maken <strong>van</strong> zijn motorische mogelijkhe<strong>de</strong>n,<br />
volgens <strong>de</strong> uitgangspunten <strong>van</strong> Morris & Iansek (1).<br />
Een an<strong>de</strong>re eenvoudige verbetering die <strong>de</strong> logopedist zou kunnen proberen is<br />
het wegslikken <strong>van</strong> residu met een extra slok vloeistof. Als echter sprake is <strong>van</strong><br />
dui<strong>de</strong>lijke faryngeale zwakte (maar dan is er vermoe<strong>de</strong>lijk eer<strong>de</strong>r sprake <strong>van</strong><br />
een parkinsonisme), zal dat geen meerwaar<strong>de</strong> hebben.<br />
Aanbeveling 31a<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met faryngeale<br />
passageklachten leert om bewust en consequent krachtiger te slikken.<br />
Aanbeveling 31b<br />
Wanneer faryngeale passageklachten moeilijk gedragsmatig zijn te verbeteren,<br />
wordt aanbevolen om meer aangepaste voedselconsistenties te<br />
adviseren.<br />
Aanbeveling 31c<br />
Wanneer <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> patiënt adviseert om voedselconsistenties aan<br />
te passen, is het aan te bevelen om een diëtist te vragen om <strong>de</strong> patiënt<br />
te adviseren hoe <strong>de</strong> volwaardigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> voeding het beste kan wor<strong>de</strong>n<br />
gehandhaafd.<br />
Dysfagie<br />
107
108<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Vraag 32<br />
Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> hypokinetische slikstoornissen?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
El Sharkawi et al. (198) bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>n in een pilotstudie het effect <strong>van</strong> <strong>de</strong> Lee<br />
Silverman Voice Treatment (LSVT) op <strong>de</strong> slikfunctie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Zij behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>n acht patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> met<br />
LSVT geduren<strong>de</strong> vier weken en vergeleken zeventien afwijkingen in <strong>de</strong> orale<br />
en faryngeale transportfasen door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> slikvi<strong>de</strong>o’s, voor en na <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling.<br />
Diverse verbeteringen kon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n ge<strong>de</strong>monstreerd, zoals kortere<br />
transporttij<strong>de</strong>n en min<strong>de</strong>r voedselresidu, maar <strong>de</strong> verschillen waren niet altijd<br />
significant.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat LSVT een gunstige invloed zou kunnen<br />
hebben op het slikken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />
C El Sharkawi 2002<br />
Overige overwegingen<br />
Hoewel gebaseerd op slechts kleine aantallen patiënten en zon<strong>de</strong>r gegevens<br />
over <strong>de</strong> duur <strong>van</strong> <strong>de</strong> resultaten, komen <strong>de</strong>ze bevindingen overeen met <strong>de</strong> ervaring<br />
<strong>van</strong> logopedisten met intensieve stembehan<strong>de</strong>ling volgens LSVT of PLVT<br />
(zie hoofdstuk 3). Verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> motoriek <strong>van</strong> het spreken lijkt in meer<br />
of min<strong>de</strong>re mate ook <strong>de</strong> primaire mondfuncties te activeren. Het is o<strong>nl</strong>ogisch<br />
om alleen voor verbetering <strong>van</strong> het slikken LSVT of PLVT toe te passen, maar<br />
als er tevens sprake is <strong>van</strong> een behan<strong>de</strong>lbare hypokinetische dysartrie, ligt het<br />
voor <strong>de</strong> hand om na intensieve behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid met <strong>de</strong>ze<br />
techniek opnieuw te beoor<strong>de</strong>len welke slikklachten nog over zijn.<br />
Aanbeveling 32<br />
De logopedist kan overwegen om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met slikstoornissen<br />
én een hypokinetische dysartrie, voor <strong>de</strong> slikstoornis alleen <strong>de</strong> noodzakelijke<br />
adviezen te geven en na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT, opnieuw het<br />
kauwen en slikken te beoor<strong>de</strong>len.<br />
Vraag 33<br />
Wat zijn zinvolle technieken om het slikken <strong>van</strong> pillen te vergemakkelijken?<br />
Sommige parkinsonpatiënten krijgen in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> hun <strong>ziekte</strong> moeite met<br />
het slikken <strong>van</strong> hun medicijnen, terwijl het op tijd en volledig innemen erg<br />
belangrijk is voor hun functioneren.
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn enkele studies bekend over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> smelttabletten voor parkinsonpatiënten,<br />
maar <strong>de</strong>ze uitvoering <strong>van</strong> anti-parkinsonmedicijnen is niet<br />
in Ne<strong>de</strong>rland verkrijgbaar.<br />
Overige overwegingen<br />
Voor het slikken <strong>van</strong> pillen gel<strong>de</strong>n in veel gevallen waarschij<strong>nl</strong>ijk <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
adviezen en instructies als <strong>bij</strong> het slikken <strong>van</strong> voeding, afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> aard<br />
en <strong>de</strong> oorzaak <strong>van</strong> het probleem. Als het innemen met water een probleem<br />
is door verslikken, kan innemen met voeding behulpzaam zijn. Belangrijk<br />
daar<strong>bij</strong> is om levodopapreparaten niet in te nemen met eiwitrijke producten<br />
(vla, yoghurt e.d.) en niet tij<strong>de</strong>ns of vlak voor <strong>de</strong> maaltijd, omdat dat <strong>de</strong> werking<br />
er<strong>van</strong> vermin<strong>de</strong>rt (zie ook <strong>bij</strong>lage 11).<br />
An<strong>de</strong>re oorzaken <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht kunnen zijn het innemen <strong>van</strong> alle pillen tegelijk,<br />
het innemen met te weinig water zodat tabletten in <strong>de</strong> mond achterblijven<br />
of in <strong>de</strong> keel blijven steken, enzovoort. De logopedist moet in staat zijn om een<br />
en an<strong>de</strong>r te analyseren op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> anamnese en observatie <strong>van</strong> het pillen<br />
slikken en <strong>de</strong> eenvoudigste aanpassing te kiezen en aan te leren. Voorbeel<strong>de</strong>n<br />
<strong>van</strong> aanpassingen zijn innemen met een grote slok water in plaats <strong>van</strong> kleine<br />
slokken of innemen met een hap appelmoes (in plaats <strong>van</strong> vla) als het met<br />
water niet meer lukt.<br />
Aanbeveling 33<br />
Gegeven <strong>de</strong> diverse oorzaken <strong>van</strong> moeite met pillen slikken wordt aanbevolen<br />
dat <strong>de</strong> logopedist, aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> individuele observatie <strong>van</strong> het<br />
pillen slikken door <strong>de</strong> patiënt, een passend advies be<strong>de</strong>nkt en evalueert,<br />
gebaseerd op <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> slikstoornissen.<br />
Vraag 34<br />
Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> multidisciplinaire samenwerking <strong>bij</strong> slikstoornissen?<br />
De logopedist kan <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met slikstoornissen<br />
met diverse disciplines te maken krijgen.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Als het gaat om <strong>de</strong> consequenties <strong>van</strong> aangepaste voedingsconsistenties,<br />
onvolwaardige orale voedingsintake of ongewenst gewichtsverlies in relatie<br />
tot <strong>de</strong> slikstoornissen heeft <strong>de</strong> logopedist te maken met <strong>de</strong> diëtist. Voor parkinsonpatiënten<br />
die afhankelijk zijn <strong>van</strong> verpleegkundige zorg is afstemming<br />
tussen <strong>de</strong> logopedist en <strong>de</strong> verpleegkundige voor <strong>de</strong> hulp <strong>bij</strong> eten en drinken<br />
en mondzorg essentieel (87;199).<br />
Dysfagie<br />
109
110<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Eten en drinken is on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> ADL en kan een probleem zijn als gevolg<br />
<strong>van</strong> moeizame arm- en handfunctie. Zo lieten Lorefält et al. (86) zien dat<br />
sommige parkinsonpatiënten ook vast voedsel vermij<strong>de</strong>n door moeite met het<br />
hanteren <strong>van</strong> bestek. De ergotherapeut is <strong>de</strong> aangewezen persoon om dat te<br />
analyseren en te behan<strong>de</strong>len. Ten slotte kan <strong>de</strong> fysiotherapeut <strong>de</strong> logopedist<br />
helpen als <strong>de</strong> lichaamshouding die nodig is voor veilig eten en drinken moeilijk<br />
te realiseren is.<br />
Ook internationaal wordt on<strong>de</strong>rschreven dat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
een multidisciplinaire samenwerking vraagt (136).<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat multidisciplinaire behan<strong>de</strong>ling en<br />
afstemming <strong>van</strong> zorg voor parkinsonpatiënten met kauw- en<br />
slikstoornissen zinvol is.<br />
D Morris & Iansek 1997, Huckabee 1999, Kalf 2008<br />
Overige overwegingen<br />
Hoe <strong>de</strong> samenwerking plaatsvindt, is afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> setting. In <strong>de</strong> meeste<br />
instellingen is het gebruikelijk om <strong>de</strong> zorg af te stemmen in een multidisciplinair<br />
overleg (MDO). In <strong>de</strong> eerste lijn is een en an<strong>de</strong>r afhankelijk <strong>van</strong> het<br />
bestaan <strong>van</strong> regionale afspraken.<br />
Aanbeveling 33<br />
Het kan zinvol zijn dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen<br />
samenwerkt met <strong>de</strong> diëtist, verpleegkundige, ergotherapeut of fysiotherapeut.<br />
Vraag 35<br />
Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn geen studies die <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
met slikstoornissen in kaart hebben gebracht en geëvalueerd. Naarmate<br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> vor<strong>de</strong>rt, wordt <strong>de</strong> parkinsonpatiënt voor veilig en voldoen<strong>de</strong> eten en<br />
drinken meer afhankelijk <strong>van</strong> zijn mantelzorgers. De werkgroeple<strong>de</strong>n zijn <strong>van</strong><br />
mening dat met name <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten die afhankelijk<br />
zijn <strong>van</strong> externe cues <strong>bij</strong> het kauwen en slikken, goed geïnformeerd en<br />
geïnstrueerd dienen te wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> logopedist.
Conclusie<br />
Niveau 4 De mantelzorger(s) hebben een belangrijke rol <strong>bij</strong> het toepassen <strong>van</strong><br />
cues om het slikken te faciliteren en verslikken of erg traag slikken te<br />
voorkomen.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
Overige overwegingen<br />
Als <strong>de</strong> partner <strong>de</strong> rol ‘geïnstrueer<strong>de</strong> mantelzorgers’ niet kan vervullen doet <strong>de</strong><br />
logopedist er goed aan om an<strong>de</strong>re mantelzorgers en ook professionele zorgverleners<br />
(verpleegkundigen e.d.) te informeren en instrueren.<br />
Aanbeveling 35<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />
afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues.<br />
Samenvatting hoofdstuk 4<br />
Mogelijke uitkomsten <strong>van</strong> het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek en overwegingen <strong>bij</strong> het<br />
maken <strong>van</strong> een therapeutische beslissing (zie ook <strong>de</strong> samenvattingskaart in<br />
<strong>de</strong>el I).<br />
Er is sprake <strong>van</strong> een geringe slikstoornis,<br />
zoals invloed <strong>van</strong> dubbeltaken of<br />
ina<strong>de</strong>quate hoofdhouding:<br />
Er is sprake <strong>van</strong> een matige tot ernstige<br />
slikstoornis, waardoor o.a. traag eten of<br />
aspiratierisico:<br />
compensaties aa<strong>nl</strong>eren (o.a. houding,<br />
volume) en cues om verslikken, moeite<br />
met pillen slikken e.d. te beperken of te<br />
voorkomen.<br />
aanpassen consistenties of meer hulp<br />
of cues geven om acceptabel tempo te<br />
hou<strong>de</strong>n en vermoeidheid te beperken.<br />
Evt. in overleg met diëtist en<br />
ergotherapeut.<br />
Dysfagie<br />
111
5 Speekselverlies<br />
Dit hoofdstuk beschrijft het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselbeheersing<br />
(5.1) en het on<strong>de</strong>rzoek en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies (5.2) <strong>bij</strong><br />
mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
5.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing<br />
In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen:<br />
36 Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
37 Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies te kwantificeren?<br />
38 Welke beïnvloe<strong>de</strong>n<strong>de</strong> factoren <strong>van</strong> speekselverlies kunnen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
in ie<strong>de</strong>r geval wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Vraag 36<br />
Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />
Licht tot matig en zelfs ernstig speekselverlies is tij<strong>de</strong>ns een intakegesprek of<br />
diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek vaak niet waar te nemen, omdat <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />
dan zijn best doet om het te voorkomen. Verlies <strong>van</strong> speeksel wordt in <strong>de</strong> regel<br />
dan ook anamnestisch vastgesteld.<br />
Zowel vragen naar het voorkomen als naar <strong>de</strong> last die <strong>de</strong> patiënt er<strong>van</strong> heeft,<br />
kan een goe<strong>de</strong> indruk geven <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het probleem. Daar<strong>bij</strong> kan zowel<br />
<strong>de</strong> patiënt als <strong>de</strong> partner of mantelzorger <strong>de</strong> informatie geven, waar<strong>bij</strong> sprake<br />
kan zijn <strong>van</strong> een verschil.<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Bij het vragen naar speekselverlies is het <strong>van</strong> belang om niet alleen te vragen<br />
naar het voorkomen <strong>van</strong> speekselverlies, maar ook naar <strong>de</strong> gevolgen voor <strong>de</strong><br />
persoo<strong>nl</strong>ijke activiteiten en sociale contacten (99). Specifieke anamnesevragen<br />
over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn te vin<strong>de</strong>n in Bijlage 8.<br />
Voor het inventariseren <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst en <strong>de</strong> last <strong>van</strong> het speekselverlies bestaat<br />
een gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
113
114<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
(200), bestaan<strong>de</strong> uit zeven vragen met een vierpuntschaal. De interne consistentie<br />
is goed (α = 0.78) en <strong>de</strong> schaal correleert matig met speekselvolume<br />
(r = 0.41), maar re<strong>de</strong>lijk met <strong>ziekte</strong>-ernst (r = 0.70). De vrage<strong>nl</strong>ijst kent geen<br />
vertaal<strong>de</strong> en gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse versie.<br />
Er is een Ne<strong>de</strong>rlandse vrage<strong>nl</strong>ijst in ontwikkeling. Voorlopige analyse laat zien<br />
dat <strong>de</strong> vragen een hoge interne consistentie (α > 0.90) hebben en re<strong>de</strong>lijk correleren<br />
met <strong>ziekte</strong>-ernst (r = 0.50) en <strong>ziekte</strong>duur (r = 0.44) (201), zie Bijlage 10.<br />
Een an<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlands instrument is het ‘Observatie-instrument Speekselverlies’,<br />
een vertaling en bewerking door Hofman & da Costa (202) <strong>van</strong><br />
be staan<strong>de</strong> observatielijsten. Het instrument bestaat uit vier (ongevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong>)<br />
on<strong>de</strong>rzoeksformulieren (een combinatie <strong>van</strong> anamnese, observatie en logopedisch<br />
on<strong>de</strong>rzoek) en is bedoeld voor alle leeftijdsgroepen. Naar <strong>de</strong> mening <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> werkgroep is het instrument echter te uitgebreid en onvoldoen<strong>de</strong> specifiek<br />
voor gebruik <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong><br />
speekselverlies ook zou moeten vragen naar <strong>de</strong> gevolgen voor<br />
persoo<strong>nl</strong>ijke activiteiten en sociale contacten.<br />
C Perez Lloret 2007<br />
Overige overwegingen<br />
Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n kan het voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling<br />
bovendien zinvol zijn om te weten wanneer het speekselverlies in het algemeen<br />
plaatsvindt. Vaak is dat <strong>bij</strong> activiteiten waarin <strong>de</strong> patiënt voorovergebogen<br />
en geconcentreerd bezig is, maar soms juist alleen <strong>bij</strong> ontspanning, zoals<br />
tv-kijken.<br />
Aanbeveling 36a<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> speekselverlies<br />
vraagt naar klachten op zowel functieniveau, activiteitenniveau als<br />
participatieniveau. Ook inzicht in <strong>de</strong> momenten waarop het speekselverlies<br />
optreedt, kan aanknopingspunten voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling opleveren.<br />
Aanbeveling 36b<br />
Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />
gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />
Vraag 37<br />
Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies te kwantificeren?
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Thomas-Stonell & Greenberg (203) beschreven <strong>de</strong> Drooling Severity and Frequency<br />
Scale of DSFS, een ongevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> ernstschaal, die ontwikkeld is om<br />
het speekselverlies <strong>bij</strong> kin<strong>de</strong>ren met een cerebrale parese te kwantificeren,<br />
maar die ook veel gebruikt is in evaluatiestudies over <strong>de</strong> medische behan<strong>de</strong>ling<br />
<strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Met <strong>de</strong> toevoeging <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong> optie ‘gevoel <strong>van</strong> te veel speeksel’ is <strong>de</strong> schaal waarschij<strong>nl</strong>ijk beter geschikt<br />
voor parkinsonpatiënten. Voorlopige resultaten <strong>van</strong> vali<strong>de</strong>ringson<strong>de</strong>rzoek<br />
laten zien dat <strong>de</strong> schaal vali<strong>de</strong> is ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> UPDRS-subschaal ‘speeksel’<br />
(r = 0.96) (201). Zie Bijlage 9.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> voor parkinsonpatiënten aangepaste ernst-<br />
en frequentieschaal <strong>van</strong> speekselverlies (DSFS-P) een vali<strong>de</strong> schaal is<br />
om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> speekselverlies te kwantificeren.<br />
C Thomas-Stonell 1988, Kalf 2007<br />
Overige overwegingen<br />
De schaal kan zowel <strong>van</strong> te voren door <strong>de</strong> patiënt zelfstandig, als tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />
anamnese wor<strong>de</strong>n ingevuld.<br />
Het objectief meten of behan<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselsecretie is logopedisch niet<br />
rele<strong>van</strong>t, want <strong>de</strong> speekselsecretie is logopedisch niet te beïnvloe<strong>de</strong>n en is <strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> waarschij<strong>nl</strong>ijk ook niet <strong>de</strong> belangrijkste oorzaak.<br />
Aanbeveling 37<br />
Overwogen kan wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> DSFS-P te gebruiken om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het<br />
speekselverlies te kwantificeren.<br />
Vraag 38<br />
Welke beïnvloe<strong>de</strong>n<strong>de</strong> factoren <strong>van</strong> speekselverlies kunnen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
in ie<strong>de</strong>r geval wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn nog geen publicaties beschikbaar over <strong>de</strong> aspecten <strong>van</strong> speekselverlies<br />
die gedragsmatig zijn te beïnvloe<strong>de</strong>n, maar er zijn wel suggesties dat speekselverlies<br />
<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten wordt veroorzaakt door te weinig slikken, te laat<br />
slikken, onvoldoen<strong>de</strong> mondsluiting en/of voorovergebogen houding (204).<br />
Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is het zinvol om <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt te<br />
analyseren wat <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> het speekselverlies kunnen zijn en of die therapeutisch<br />
zijn te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />
Speekselverlies<br />
115
116<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Het gaat dan om <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> aspecten:<br />
– Mondsluiting: laat <strong>de</strong> patiënt zon<strong>de</strong>r het te merken zijn mond makkelijk open<br />
staan? Zo ja, is dat verbaal te corrigeren en houdt <strong>de</strong> patiënt het ook vol?<br />
– Alertheid in slikken: kan <strong>de</strong> patiënt zijn speeksel a<strong>de</strong>quaat wegslikken en<br />
kan <strong>de</strong> patiënt snel genoeg slikken als hij eraan herinnerd wordt?<br />
– Lichaams- en hoofdhouding: zit <strong>de</strong> patiënt snel voorovergebogen of scheef?<br />
Zo ja, is dat makkelijk verbaal te corrigeren en houdt <strong>de</strong> patiënt het ook vol?<br />
– Is <strong>de</strong> patiënt <strong>bij</strong> bepaal<strong>de</strong> activiteiten een bewegingsstrategie aan te leren<br />
(zie ver<strong>de</strong>r <strong>bij</strong> behan<strong>de</strong>ling)?<br />
Conclusie<br />
Niveau 4 Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep is het zinvol om te proberen om<br />
mogelijke oorzaken <strong>van</strong> speekselverlies gedragsmatig te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
Overige overwegingen<br />
De logopedist moet zich realiseren dat als <strong>de</strong> patiënt veel instructie en hulp<br />
nodig heeft, die hulp thuis door mantelzorgers overgenomen moet kunnen<br />
wor<strong>de</strong>n.<br />
Aanbeveling 38<br />
Het is aan te bevelen om te analyseren wat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lbare oorzaken <strong>van</strong><br />
het speekselverlies zijn, zoals mondsluiting, a<strong>de</strong>quaat slikken, hoofd- en<br />
lichaamshouding en <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt te instrueren is en instructie<br />
(zo nodig met hulp <strong>van</strong> een mantelzorger) in praktijk kan brengen en<br />
volhou<strong>de</strong>n.<br />
5.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />
In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> uitgangsvragen:<br />
39 Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling<br />
<strong>van</strong> speekselverlies?<br />
40 Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />
Vraag 39<br />
Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong><br />
speekselverlies?<br />
De behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> mondmotorische oorzaken door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> logopedie<br />
is echter nog vrijwel niet beschreven en geëvalueerd.
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Over <strong>de</strong> medische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselsecretie zijn diverse studies<br />
en reviews beschikbaar (zie hoofdstuk 2), maar dit valt buiten het bestek <strong>van</strong><br />
<strong>de</strong>ze richtlijn.<br />
Over <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies is tot nu slechts één<br />
publicatie verschenen <strong>van</strong> Marks et al. (205). Zij on<strong>de</strong>rzochten het effect<br />
<strong>van</strong> het geduren<strong>de</strong> vier weken dagelijks een half uur trainen <strong>van</strong> willekeurig<br />
speeksel wegslikken, met behulp <strong>van</strong> een metronoom in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong> een<br />
broche. Niet vermeld werd hoe frequent <strong>de</strong> metronoom het signaal tot slikken<br />
gaf. De interventiegroep bestond uit zes parkinsonpatiënten, die speekselverlies<br />
scoor<strong>de</strong>n op een voor dit doel ontworpen ernstschaal (score 0 tot 15) en<br />
die bovendien in staat waren om op commando te slikken. De controlegroep<br />
bestond uit patiënten <strong>van</strong> wie alleen een baselinescore werd vastgesteld en een<br />
kleine groep patiënten die als referentiebehan<strong>de</strong>ling botuline-toxine geïnjecteerd<br />
kreeg. Gegevens over <strong>de</strong> injectieplaats of dosering ontbreken. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
score in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lgroep verbeter<strong>de</strong> <strong>van</strong> 10 naar 5.5, maar gegevens<br />
over statistische significantie ontbreken. Ruim 60% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten zou verbetering<br />
hebben gerapporteerd.<br />
Conclusie<br />
Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies met behulp<br />
<strong>van</strong> een zelfstandig te gebruiken slikremin<strong>de</strong>r werkzaam kan zijn om<br />
verlies <strong>van</strong> speeksel te doen afnemen.<br />
B Marks 2001<br />
Overige overwegingen<br />
Een speciale metronoom om <strong>de</strong> slikfrequentie te cuen is in Ne<strong>de</strong>rland (nog)<br />
niet verkrijgbaar.<br />
Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n kan het uitleggen <strong>van</strong> <strong>de</strong> oorzaak<br />
<strong>van</strong> speekselverlies en het toepassen <strong>van</strong> eenvoudige aanpassingen <strong>bij</strong> sommige<br />
patiënten al een dui<strong>de</strong>lijke verbetering geven. Zodra <strong>de</strong> patiënt begrijpt<br />
dat het normaal is om speeksel door te slikken zodra het in <strong>de</strong> mond voelbaar<br />
is, is er mogelijk al iets veran<strong>de</strong>rd.<br />
Ook het aa<strong>nl</strong>eren <strong>van</strong> een cognitieve bewegingsstrategie kan behulpzaam zijn,<br />
<strong>bij</strong>voorbeeld:<br />
– vóór het starten met spreken eerst speeksel verzamelen en doorslikken;<br />
– vóór het opstaan <strong>de</strong> mond sluiten, speeksel verzamelen en slikken (eventueel<br />
in overleg met <strong>de</strong> fysiotherapeut integreren in an<strong>de</strong>re bewegingsstrategieën).<br />
Het resultaat is afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies en <strong>de</strong> instrueerbaarheid<br />
en cognitie <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt. De mantelzorger krijgt zo nodig een<br />
rol in het instrueren en cuen. Na enkele sessies moet dan dui<strong>de</strong>lijk zijn of<br />
Speekselverlies<br />
117
118<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
<strong>de</strong> aanpak resultaat oplevert. Weke<strong>nl</strong>ang blijven proberen heeft waarschij<strong>nl</strong>ijk<br />
geen zin.<br />
Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> resultaat oplevert, zou <strong>de</strong> logopedist<br />
<strong>de</strong> parkinsonpatiënt met een zorgvuldig verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> bevindingen terug<br />
moeten sturen naar <strong>de</strong> verwijzer voor eventuele medische behan<strong>de</strong>ling, <strong>bij</strong>voorbeeld<br />
voor injecties met botuline-neurotoxine.<br />
Aanbeveling 39a<br />
Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />
over speeksel(verlies) uitleg geeft over <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> speekselverlies en<br />
probeert het speekselverlies met instructies over slikken en bewegingsstrategieën<br />
gunstig is te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />
Aanbeveling 39b<br />
Omdat gegevens ontbreken over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> specifieke behan<strong>de</strong>ltechnieken<br />
is het te overwegen om <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling te stoppen wanneer<br />
dui<strong>de</strong>lijke verbetering na twee tot drie sessies uitblijft.<br />
Aanbeveling 39c<br />
Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> oplevert, is het aan te bevelen<br />
dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met berichtgeving terugverwijst<br />
voor eventuele medische behan<strong>de</strong>ling.<br />
Vraag 40<br />
Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />
Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />
Er zijn geen studies die <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />
met speekselverlies in kaart hebben gebracht en geëvalueerd. Naarmate<br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> vor<strong>de</strong>rt, neemt <strong>de</strong> kans op speekselverlies toe. De werkgroeple<strong>de</strong>n<br />
zijn <strong>van</strong> mening dat met name <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten die<br />
afhankelijk zijn <strong>van</strong> externe cues om speekselverlies te voorkomen, goed geïnformeerd<br />
en geïnstrueerd dienen te wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> logopedist.
Conclusie<br />
Niveau 4 De mantelzorger(s) kunnen een belangrijke rol hebben <strong>bij</strong> het<br />
toepassen <strong>van</strong> cues om speekselverlies te voorkomen.<br />
D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
Overige overwegingen<br />
Als <strong>de</strong> partner <strong>de</strong> rol ‘geïnstrueer<strong>de</strong> mantelzorgers’ niet kan vervullen, doet <strong>de</strong><br />
logopedist er goed aan om an<strong>de</strong>re mantelzorgers en ook professionele zorgverleners<br />
(verpleegkundigen e.d.) te informeren en instrueren.<br />
Aanbeveling 40<br />
Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />
<strong>bij</strong> het voorkomen <strong>van</strong> speekselverlies, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />
afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues en bewegingsstrategieën.<br />
Samenvatting hoofdstuk 5<br />
Mogelijke uitkomsten <strong>van</strong> het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek en overwegingen <strong>bij</strong> het<br />
maken <strong>van</strong> een therapeutische beslissing (zie ook <strong>de</strong> samenvattingskaart in<br />
<strong>de</strong>el I).<br />
Er is sprake <strong>van</strong> alleen een gevoel <strong>van</strong> te<br />
veel speeksel:<br />
Er is sprake <strong>van</strong> anamnestisch of<br />
observeerbaar speekselverlies:<br />
uitleg <strong>van</strong> het belang <strong>van</strong> op tijd slikken.<br />
aanpassingen en cues proberen, zoals een<br />
cue voor mond sluiten, slikken vóór het<br />
opstaan en <strong>de</strong>rgelijke.<br />
Bij onvoldoen<strong>de</strong> resultaat terugverwijzen<br />
naar <strong>de</strong> neuroloog.<br />
Speekselverlies<br />
119
Bijlagen<br />
Toelichting <strong>bij</strong> <strong>de</strong> meetinstrumenten 122<br />
1 Betrokkenen <strong>bij</strong> richtlijnontwikkeling 123<br />
2 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> spraak- en taalstoornissen<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 126<br />
3 Vrage<strong>nl</strong>ijst spreekklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 127<br />
4 Nijmeegse Dysartrieschaal (NDS) 129<br />
5 Scoreformulier on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> dysartrie en taalproductie 130<br />
6 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 133<br />
7 Vrage<strong>nl</strong>ijst slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 134<br />
8 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> speekselverlies<br />
<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 136<br />
9 DSFS-P Ernst- en frequentieschaal <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong><br />
<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 137<br />
10 Vrage<strong>nl</strong>ijst speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 138<br />
11 Medicatie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 140<br />
12 Gewenste wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />
logopedie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 142<br />
13 Evi<strong>de</strong>ntietabellen 143<br />
121
122<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Toelichting <strong>bij</strong> <strong>de</strong> meetinstrumenten<br />
De meetinstrumenten die in <strong>de</strong> <strong>bij</strong>lagen zijn opgenomen kunnen als volgt<br />
wor<strong>de</strong>n toegepast.<br />
De gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijsten (<strong>bij</strong>lagen 3, 7 en 10) wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> patiënt<br />
(eventueel samen met <strong>de</strong> mantelzorger) gescoord om een indruk te krijgen<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klachten. Omdat het gestandaardiseer<strong>de</strong> vragen zijn, kunnen<br />
die in <strong>de</strong> wachtkamer al wor<strong>de</strong>n ingevuld of voor het eerste consult aan <strong>de</strong><br />
patiënt wor<strong>de</strong>n opgestuurd. Dat bespaart tijd en <strong>de</strong> patiënt heeft <strong>de</strong> gelegenheid<br />
om erover na te <strong>de</strong>nken of met <strong>de</strong> mantelzorger te bespreken (<strong>de</strong> somscore<br />
heeft op dit moment nog geen diagnostische betekenis).<br />
De voorbeeldvragen (<strong>bij</strong>lagen 2, 6 en 8) zijn bedoeld als hulpmid<strong>de</strong>l om <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
anamnese niets over het hoofd te zien. De anamnesevragen kunnen wor<strong>de</strong>n<br />
verwerkt in een on<strong>de</strong>rzoeksformulier of als checklist tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese<br />
wor<strong>de</strong>n gebruikt.<br />
De ernstschalen (<strong>bij</strong>lagen 4 en 9) zijn bedoeld om op gestandaardiseer<strong>de</strong> wijze<br />
<strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het probleem te kunnen documenteren.<br />
Het scoreformulier dysartrie (<strong>bij</strong>lage 5) is bedoeld om <strong>de</strong> uitkomsten uit het<br />
dysartrieon<strong>de</strong>rzoek, zoals beschreven in paragraaf 3.1, overzichtelijk te kunnen<br />
noteren. Het scoreformulier kan wor<strong>de</strong>n opgenomen in een eigen logopedisch<br />
on<strong>de</strong>rzoeksformulier.
Bijlage 1 Betrokkenen <strong>bij</strong> richtlijnontwikkeling<br />
Opdrachtgever<br />
Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />
Projectgroep<br />
– Prof. Dr. B.R. (Bas) Bloem, neuroloog en medisch hoofd <strong>Parkinson</strong> Centrum<br />
Nijmegen, UMC St Radboud Nijmegen.<br />
– Dr. M. (Marten) Munneke, senior on<strong>de</strong>rzoeker <strong>van</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling Revalidatie<br />
en wetenschappelijk hoofd <strong>van</strong> het <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, UMC St<br />
Radboud Nijmegen.<br />
– Mw. drs. J.G. (Hanneke) Kalf, logopedist-wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoeker<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling Revalidatie en <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, UMC St<br />
Radboud, Nijmegen.<br />
– Dr. B.J.M. (Bert) <strong>de</strong> Swart, logopedist-spraaktaalpatholoog en waarnemend<br />
hoofd <strong>van</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling Revalidatie, UMC St Radboud, Nijmegen en lector<br />
Neurorevalidatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Hogeschool <strong>van</strong> Arnhem en Nijmegen.<br />
Uitvoer<strong>de</strong>r<br />
– Mw. drs. J.G. (Hanneke) Kalf, logopedist-wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoeker,<br />
af<strong>de</strong>ling Revalidatie en <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, UMC St Radboud,<br />
Nijmegen.<br />
Stuurgroep<br />
– Drs. P. (Peter) Hoogendoorn, voormalig voorzitter <strong>Parkinson</strong> Patiënten<br />
Vereniging.<br />
– Mw. C. (Cora) Kok, opgevolgd door mw. C. (Cindy) Koolhaas, beleidsme<strong>de</strong>werker<br />
kwaliteit en <strong>de</strong>skundigheidsbevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging<br />
voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie.<br />
– Mw. drs. M. (Mirjam) Top, docent logopedie, Hogeschool <strong>van</strong> Arnhem en<br />
Nijmegen.<br />
– Mw. drs. S. J.H. (Samyra) Keus, fysiotherapeut/on<strong>de</strong>rzoeker Leids Universitair<br />
Medisch Centrum, 1e auteur richtlijnen fysiotherapie (KNGF) en<br />
oefentherapie Cesar & Mensendieck (VvOCM) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
Primaire werkgroep<br />
– Mw. M.W.J. (Marianne) Bonnier, vrijgevestigd logopedist in U<strong>de</strong>n en<br />
Ravenstein.<br />
– Mw. J.H.M. (Jolanda) Kanters, logopedist revalidatiecentrum Breda.<br />
Bijlagen<br />
123
124<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
– Mw. M.F.C. (Marga) Hofman, logopedist verpleegkliniek De Zeven Bronnen<br />
in Maastricht en docent logopedie aan <strong>de</strong> Hogeschool Zuyd in Heerlen.<br />
– Mw. J.E.M. (Judith) Kocken, logopedist ziekenhuis Rijnstate in Arnhem en<br />
vrijgevestigd logopedist in Arnhem.<br />
– Mw. M. (Marije) Miltenburg, logopedist Canisius Wilhelmina ziekenhuis<br />
in Nijmegen.<br />
Secundaire werkgroep <strong>van</strong> logopedisten<br />
– Mw. H. Zegwaard-Vos, <strong>Logopedie</strong>praktijk Zegwaard-Vos in Den Haag.<br />
– Mw. M. Kwak, Ziekenhuis Bronovo in Den Haag.<br />
– Mw. H. Kos-Jonker, Praktijk voor logopedie Naar<strong>de</strong>n-Bussum.<br />
– Mw. J. Annotee, Logopedisch Centrum Blerick.<br />
– Mw. P. Roukens, <strong>Logopedie</strong>praktijk Oranjeplein in Maastricht.<br />
– Mw. F. Noordam, Zorgpartners Mid<strong>de</strong>n-Holland, verpleeghuis <strong>de</strong> Riethoek<br />
in Gouda.<br />
– Mw. M. Haaijer, Trivium Zorggroep Twente in Hengelo.<br />
– Mw. M. Blom-Smink, Zorgpalet Baarn-Soest, verpleeghuis Daelhoven.<br />
– Mw. P. Molkenboer, verpleeghuis Ter Schorre in Terneuzen.<br />
– Mw. L. Fransen, Mean<strong>de</strong>r Medisch Centrum in Amersfoort.<br />
– Mw. N. Roo<strong>de</strong>nburg, Aca<strong>de</strong>misch ziekenhuis Maastricht.<br />
– Mw. C. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Bergh-Raat, VU Medisch Centrum in Amsterdam.<br />
– Mw. C. Meijs-Wiegmans, Stichting Noor<strong>de</strong>rboog, Diaconessenhuis in<br />
Meppel.<br />
– Mw. S. Elgin, Revalidatiecentrum Blixembosch in Eindhoven.<br />
– Mw, D. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Kaa<strong>de</strong>n, revalidatiecentrum Friesland in Beesterzwaag.<br />
Secundaire werkgroep multidisciplinair<br />
– Mw. L.A. Daeter, parkinsonverpleegkundige, Aca<strong>de</strong>misch Medisch Centrum<br />
in Amsterdam.<br />
– Mw. drs. A. De Groot, verpleeghuisarts/docent VU Medisch Centrum-<br />
GERION, Amsterdam.<br />
– Dhr. drs. R. Meijer, revalidatiearts, Groot Klimmendaal, Arnhem.<br />
– Mw. drs. I.H.W.M. Sturkenboom, ergotherapeut/on<strong>de</strong>rzoeker, UMC St<br />
Radboud in Nijmegen.<br />
– Mw. drs. S.H.J. Keus, fysiotherapeut/on<strong>de</strong>rzoeker, Leids Universitair<br />
medisch Centrum in Lei<strong>de</strong>n.<br />
– Mw. drs. H.M. Smeding, neuropsycholoog, Aca<strong>de</strong>misch Medisch Centrum<br />
in Amsterdam.<br />
– Mw. drs. M. Smits-Schaffels, huisarts in Soest.<br />
– Mw. H.E.A. ten Wol<strong>de</strong>, maatschappelijk werker, Verpleeghuis Maartenshof<br />
in Groningen.
Patiënten en mantelzorgers<br />
Panel <strong>van</strong> vier parkinsonpatiënten en twee mantelzorgers <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging (PPV).<br />
Testgroepen<br />
– 55 <strong>Parkinson</strong>Net-logopedisten in <strong>de</strong> regio’s Alkmaar, Apeldoorn, Arnhem-<br />
Zevenaar, E<strong>de</strong>-Wageningen, Delft, Den Haag, Deventer, Doetinchem,<br />
Eindhoven, Haarlem, Gooi, Gouda, Nijmegen-Boxmeer, Oss-U<strong>de</strong>n-Veghel,<br />
Ve<strong>nl</strong>o, ’s-Hertogenbosch, Zoetermeer en Zutphen.<br />
– 59 <strong>Parkinson</strong>Net-logopedisten in <strong>de</strong> regio’s Bergen op Zoom, Breda, Heerlen-Kerkra<strong>de</strong>,<br />
Helmond-Geldrop, Hoorn, Maastricht, Roermond, Roosendaal,<br />
Sittard-Geleen, Tilburg-Waalwijk, Ve<strong>nl</strong>o, Weert, Zeeland-Noord en<br />
Zeeuws-Vlaan<strong>de</strong>ren (Terneuzen).<br />
Overig<br />
– Dhr. dr.ir. J.J.A. (Hans ) <strong>de</strong> Beer, Kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> Gezondheidszorg<br />
CBO Utrecht, programma Richtlijnontwikkeling.<br />
– Dhr. R. (Ruud) Aalbersberg, voorzitter <strong>Parkinson</strong> Adviesraad Zorg <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>Parkinson</strong> Patiënten Vereniging.<br />
Bijlagen<br />
125
126<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Bijlage 2 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong><br />
spraak- en taalstoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />
<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Op stoornisniveau:<br />
– Heeft u last <strong>van</strong> een te zachte stem of hese stem?<br />
– Is uw stem hoger gewor<strong>de</strong>n?<br />
– Moet u vaak kuchen alsof er iets in uw keel zit?<br />
– Komt u tij<strong>de</strong>ns het spreken a<strong>de</strong>m te kort?<br />
– Wordt u moe <strong>van</strong> het spreken?<br />
– Heeft u min<strong>de</strong>r melodie in uw stem? Vindt u dat u eentonig praat?<br />
– Heeft u last <strong>van</strong> vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> gezichtsexpressie?<br />
– Moet u wel eens zoeken naar <strong>de</strong> juiste woor<strong>de</strong>n?<br />
Op activiteitenniveau:<br />
– Wordt u vaak gevraagd om iets te herhalen. Zo ja, wanneer en hoe vaak?<br />
– Maakt u nog gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> telefoon?<br />
– Vindt u het moeilijk om uw gedachten te formuleren?<br />
– Heeft u moeite om u in gezelschap verstaanbaar te maken?<br />
Op participatieniveau:<br />
– Heeft uw slechte verstaanbaarheid gevolgen voor uw werk of an<strong>de</strong>re activiteiten?<br />
– Laat u het spreken steeds meer aan an<strong>de</strong>ren over?<br />
– Voelt u zich in gesprekken buitengesloten?<br />
– Schaamt u zich voor uw manier <strong>van</strong> spreken?
Bijlage 3 Vrage<strong>nl</strong>ijst spreekklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong><br />
Radboud Oral Motor inventory for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-speech) [139]<br />
Omcirkel steeds het beste antwoord<br />
Ik heb <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> mening over mijn stem:<br />
Mijn stem klinkt normaal.<br />
Mijn stem klinkt iets zachter of heser dan vroeger.<br />
Mijn stem klinkt dui<strong>de</strong>lijk zachter of heser dan vroeger.<br />
Mijn stem klinkt erg zacht of hees.<br />
Mijn stem is <strong>bij</strong>na onhoorbaar.<br />
Spreken tegen beken<strong>de</strong>n:<br />
Beken<strong>de</strong>n vin<strong>de</strong>n mij gewoon verstaanbaar en ik hoef nooit iets te herhalen.<br />
Voor beken<strong>de</strong>n ben ik soms slecht te verstaan, als ik niet oplet of moe<br />
ben.<br />
Voor beken<strong>de</strong>n ben ik regelmatig slecht te verstaan en moet ik het meer<strong>de</strong>re<br />
keren herhalen.<br />
Voor beken<strong>de</strong>n ben ik meestal niet te verstaan, vooral niet als ik moe ben.<br />
Beken<strong>de</strong>n kunnen me (<strong>bij</strong>na) niet meer verstaan.<br />
Spreken tegen vreem<strong>de</strong>n:<br />
Vreem<strong>de</strong>n vin<strong>de</strong>n mij gewoon verstaanbaar en ik hoef nooit iets te herhalen.<br />
Voor vreem<strong>de</strong>n ben ik soms slecht te verstaan als ik niet oplet of moe ben.<br />
Voor vreem<strong>de</strong>n ben ik regelmatig slecht te verstaan en moet ik het meer<strong>de</strong>re<br />
keren herhalen.<br />
Voor vreem<strong>de</strong>n ben ik meestal niet te verstaan, vooral niet als ik moe ben.<br />
Vreem<strong>de</strong>n kunnen me (<strong>bij</strong>na) niet meer verstaan.<br />
Het gebruiken <strong>van</strong> <strong>de</strong> telefoon:<br />
De telefoon gebruiken is voor mij geen enkel probleem.<br />
Ik gebruik gewoon <strong>de</strong> telefoon, maar ik moet er wel wat meer moeite voor<br />
doen.<br />
Ik moet regelmatig iets herhalen aan <strong>de</strong> telefoon.<br />
Ik gebruik <strong>de</strong> telefoon liever niet, omdat ik niet goed te verstaan ben of<br />
omdat ik niet weet wat ik zeggen moet.<br />
Het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> telefoon is voor mij onmogelijk, omdat ik niet goed<br />
genoeg kan spreken.<br />
Bijlagen<br />
127
128<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Als ik wil gaan praten:<br />
verwoord ik mijn gedachten even vlot als vroeger.<br />
moet ik tegenwoordig soms even na<strong>de</strong>nken als ik wil gaan praten.<br />
moet ik langer over woor<strong>de</strong>n na<strong>de</strong>nken of ben ik snel kwijt wat ik wil<strong>de</strong><br />
zeggen.<br />
moet ik geholpen wor<strong>de</strong>n om mijn gedachten te kunnen formuleren.<br />
weet ik vaak niet wat ik moet zeggen en het blijft vaak stil.<br />
In gesprekken met meer<strong>de</strong>re personen:<br />
kan ik gewoon meedoen, zoals vroeger.<br />
kan ik meedoen, maar ik moet wel wat meer opletten.<br />
kan ik meedoen als an<strong>de</strong>ren rekening met me hou<strong>de</strong>n.<br />
kan ik alleen meedoen als het vertrouw<strong>de</strong> personen zijn, die mij on<strong>de</strong>rsteunen.<br />
voel ik me buitengesloten, want ik kan niet meedoen.<br />
In hoeverre zit uw moeite met spreken u dwars?<br />
Niet <strong>van</strong> toepassing: ik heb er geen moeite mee.<br />
Mijn moeite met spreken zit me een beetje dwars.<br />
Ik vind het lastig dat ik moeite heb met spreken, maar er zijn ergere<br />
dingen.<br />
Dat ik zo’n moeite heb met spreken zit me erg dwars, want ik heb er veel<br />
last <strong>van</strong>.<br />
Dat ik zo’n moeite heb met spreken, vind ik het ergste <strong>van</strong> mijn <strong>ziekte</strong>.
Bijlage 4 Nijmeegse Dysartrieschaal (NDS)<br />
(Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking ‘Therapy Outcome Measures’ <strong>van</strong> En<strong>de</strong>rby<br />
& John, 1996). Knuijt, 2007<br />
Ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie<br />
0 Zeer ernstige dysartrie/anartrie: lip-, kaak- en tongbewegingen zijn nagenoeg<br />
onmogelijk, waardoor geen afzon<strong>de</strong>rlijke spraakklanken kunnen<br />
wor<strong>de</strong>n gemaakt. Er zijn slechts enkele ongedifferentieer<strong>de</strong> vocalisaties<br />
hoorbaar. Afonie of zeer afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit. Er is geen a<strong>de</strong>msteun<br />
om spraak te produceren.<br />
1 Ernstige dysartrie: extreme hypo- of hypertonie, extreem vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
bewegingsuitslag en/of snelheid <strong>van</strong> lip-, kaak- en tongbewegingen, waardoor<br />
voornamelijk open klinkers met enkele zeer dui<strong>de</strong>lijke afwijken<strong>de</strong><br />
me<strong>de</strong>klinkers hoorbaar zijn. Dui<strong>de</strong>lijk afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit. Zeer<br />
trage spraak, slechts enkele lettergrepen per a<strong>de</strong>mhaling mogelijk.<br />
2 Matige dysartrie: tonus, bewegingsuitslag en/of snelheid <strong>van</strong> lip-, kaak- en/<br />
of tongbewegingen zijn dui<strong>de</strong>lijk afwijkend, waardoor afwijken<strong>de</strong> me<strong>de</strong>klinkers<br />
en klinkers. Afwijkend spreektempo. Afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit.<br />
Afwijken<strong>de</strong> a<strong>de</strong>mbeheersing of a<strong>de</strong>mspan.<br />
3 Mil<strong>de</strong> dysartrie: tonus, bewegingsuitslag en/of snelheid <strong>van</strong> lip-, kaak- en/<br />
of tongbewegingen zijn licht afwijkend, waardoor klinkers en me<strong>de</strong>klinkers<br />
licht afwijkend klinken. Lettergrepen en woor<strong>de</strong>n kunnen correct uitgesproken<br />
wor<strong>de</strong>n, wanneer <strong>de</strong> patiënt zich erg goed concentreert. Licht<br />
afwijken<strong>de</strong> spreeksnelheid. Licht afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit. Licht afwijken<strong>de</strong><br />
a<strong>de</strong>mbeheersing of a<strong>de</strong>mspanne.<br />
4 Minimale dysartrie: beperkte articulatieproblemen, beperkte problemen<br />
met stemkwaliteit of a<strong>de</strong>mbeheersing<br />
5 Geen dysartrie: spraak passend <strong>bij</strong> leeftijd, cultuur, ontwikkelingsniveau<br />
Mate <strong>van</strong> verstaanbaarheid<br />
0 Geen effectieve communicatie mogelijk.<br />
1 Kan basale behoeften binnen <strong>de</strong> context dui<strong>de</strong>lijk maken m.b.v. een bekend<br />
persoon.<br />
2 Kan basale behoeften en an<strong>de</strong>re informatie buiten het hier en nu dui<strong>de</strong>lijk<br />
maken, maar veelvuldig herhalen of hulp <strong>bij</strong> starten is nodig.<br />
3 Communicatie met beken<strong>de</strong>n is meestal effectief en kan ook effectief zijn<br />
met onbeken<strong>de</strong>n wanneer enige hulp wordt gebo<strong>de</strong>n.<br />
4 De communicatie met beken<strong>de</strong>n en onbeken<strong>de</strong>n is effectief, ondanks kleine<br />
oneffenhe<strong>de</strong>n. Af en toe herhalen is nodig.<br />
5 Effectieve communicatie in alle situaties, zoals voorheen en rekening hou<strong>de</strong>nd<br />
met leeftijd, cultuur en ontwikkelingsniveau.<br />
Bijlagen<br />
129
130<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Bijlage 5 Scoreformulier on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> dysartrie en<br />
taalproductie<br />
Spontaan spreken Gestimuleerd spreken<br />
ON / OFF<br />
0 = (zeer) ernstig afwijkend<br />
1 = dui<strong>de</strong>lijk afwijkend<br />
2 = licht afwijkend of twijfel<br />
3 = normaal<br />
A<strong>de</strong>m geringe a<strong>de</strong>mbeweging<br />
0 = niet te cuen<br />
1 = enigszins te cuen<br />
2 = makkelijk te cuen<br />
3 = patiënt kan zichzelf cuen<br />
reeksen MDF glijtonen<br />
………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />
Stem<br />
kwaliteit hees (hypofunctioneel)<br />
gespannen (hyperfunctioneel)<br />
continu borrelig<br />
luidheid zacht (hypofunctioneel)<br />
zacht (hyperfunctioneel)<br />
toonhoogte hoog<br />
Articulatie geringe articulatiebewegingen<br />
(binnensmonds)<br />
………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />
Resonans weinig draagkracht<br />
………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />
Prosodie<br />
intonatie monotoon<br />
monodynamisch<br />
spreektempo snel<br />
langzaam<br />
acceleraties<br />
startproblemen, stopproblemen<br />
………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />
Taalproductie<br />
woordvinding traag<br />
communicatief weinig initiatief<br />
inhou<strong>de</strong>lijk beperkt<br />
………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />
Bij twijfel aanvullen<strong>de</strong> diagnostiek met <strong>bij</strong>voorbeeld oraal on<strong>de</strong>rzoek en diadochokinese.<br />
Symptomen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re dysartrievormen:<br />
nee ja, <strong>nl</strong>.: zwakte spasticiteit ataxie<br />
in ………………………………………………………………………………………………………….....................…<br />
Conclusie:<br />
indicatie PLVT proefbehan<strong>de</strong>ling PLVT<br />
an<strong>de</strong>rs, namelijk ………………………………………………………………………………………………….…
Toelichting <strong>bij</strong> het scoreformulier<br />
A<strong>de</strong>mhaling<br />
Bij <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kan <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mcapaciteit zijn afgenomen<br />
door rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mhalingsspieren (206). Geobserveerd wordt hoe<br />
het a<strong>de</strong>mpatroon is en of <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mcapaciteit voldoen<strong>de</strong> is voor het spreken.<br />
Stemkwaliteit<br />
De stemkwaliteit kan variëren <strong>van</strong> hees tot afoon (hypofunctioneel). De<br />
stemkwaliteit kan wisselen on<strong>de</strong>r invloed <strong>van</strong> dyskinesieën en rigiditeit. Een<br />
gespannen stem duidt op hyperfunctionaliteit en kan eveneens lei<strong>de</strong>n tot afonie.<br />
Maar ook kan <strong>de</strong> stem voortdurend borrelig klinken, wat duidt op residu<br />
<strong>van</strong> sputum of speeksel op <strong>de</strong> stemplooien dat door <strong>de</strong> patiënt niet spontaan<br />
wordt weggekucht en weggeslikt.<br />
Toonhoogte<br />
<strong>Parkinson</strong>patiënten met stemklachten hebben door <strong>de</strong> rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong> stemplooien<br />
eer<strong>de</strong>r een te hoge dan een te lage stem. De spreektoonhoogte <strong>van</strong><br />
gezon<strong>de</strong> vrouwen is gemid<strong>de</strong>ld 212 Hz (95% BI 167 – 258) en <strong>van</strong> gezon<strong>de</strong><br />
mannen 122 Hz (95% BI 78 – 166) (207), maar <strong>de</strong> spreektoonhoogte in Hertz<br />
is niet zon<strong>de</strong>r apparatuur vast te stellen. De optimale spreektoonhoogte is vijf<br />
semitonen boven <strong>de</strong> laagst produceerbare toon [153]. Bij parkinsonpatiënten is<br />
een subjectieve beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> toonhoogte voldoen<strong>de</strong> en bepalen factoren<br />
als vermoeibaarheid, uitvoerbaarheid en leerbaarheid me<strong>de</strong> wat een optimale<br />
spreektoonhoogte is.<br />
Luidheid<br />
<strong>Parkinson</strong>patiënten met verstaanbaarheidsklachten spreken meestal te zacht,<br />
als gevolg <strong>van</strong> rigiditeit en hypokinesie (hypofunctioneel). Een hoorbare<br />
fonatie leidt tot een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> intensiteit (of sound pressure level: SPL) <strong>van</strong><br />
minimaal vijftig dB (143;207). Volgens <strong>de</strong> werkgroep is het niet nodig om <strong>de</strong><br />
maximale intensiteit <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt te meten en is<br />
het voldoen<strong>de</strong> om <strong>de</strong> luidheid subjectief te beoor<strong>de</strong>len. Maar omdat <strong>de</strong> ingang<br />
voor therapie het vergroten <strong>van</strong> <strong>de</strong> luidheid is (zie paragraaf 3.2), kan het nuttig<br />
zijn om <strong>de</strong> intensiteit tij<strong>de</strong>ns spontaan spreken als nulmeting objectief vast<br />
te stellen, met behulp <strong>van</strong> een dB-meter.<br />
Articulatie<br />
Binnensmonds spreken door te kleine articulatiebewegingen als symptoom<br />
<strong>van</strong> hypokinesie, is het meest opvallen<strong>de</strong> kenmerk in <strong>de</strong> articulatie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />
De kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> articulatie wordt subjectief beoor<strong>de</strong>eld.<br />
De parkinsonpatiënt kan daarnaast ook last hebben <strong>van</strong> dyskinesieën (<strong>bij</strong>voorbeeld<br />
<strong>van</strong> <strong>de</strong> tong) of een tremor in <strong>de</strong> kaak of lippen.<br />
Bijlagen<br />
131
132<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Resonantie<br />
Dui<strong>de</strong>lijke hypo- of hypernasaliteit is geen kenmerk <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Wel kan <strong>de</strong> stem weinig draagkracht hebben.<br />
Intonatie<br />
Monotonie en monodynamiek in het spreken zijn opvallen<strong>de</strong> kenmerken <strong>van</strong><br />
een hypokinetische dysartrie en wor<strong>de</strong>n subjectief beoor<strong>de</strong>eld.<br />
Spreektempo<br />
Hoewel <strong>de</strong> meeste dysartriepatiënten langzamer spreken dan gezon<strong>de</strong> leeftijdsgenoten,<br />
is het spreektempo <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten normaal of juist hoog.<br />
Soms neemt het tempo tij<strong>de</strong>ns het spreken steeds meer toe (accelereren). Een<br />
‘normaal’ spreektempo bedraagt gemid<strong>de</strong>ld ongeveer 150 lettergrepen per<br />
minuut (208) en is eenvoudig te berekenen. Volgens <strong>de</strong> werkgroep is het echter<br />
niet nodig om dit <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten te doen; een subjectief oor<strong>de</strong>el is<br />
voldoen<strong>de</strong>.
Bijlage 6 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> kauw- en<br />
slikstoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Op stoornisniveau:<br />
– Verslikt u zich vaker dan vroeger? Dat wil zeggen hoest u <strong>bij</strong> eten en drinken<br />
of verslikt u zich zomaar in speeksel? Zo ja, hoe vaak en waarin verslikt<br />
u zich?<br />
– Knoeit u tij<strong>de</strong>ns eten of drinken? Zo ja, heeft u moeite om het voedsel naar<br />
uw mond te brengen of moeite om het in uw mond te hou<strong>de</strong>n?<br />
– Kauwt u erg lang op uw eten of houdt u het lang in <strong>de</strong> mond voordat u<br />
slikt?<br />
– Blijft voedsel in uw keel steken? Zo ja, met welke voeding en hoe lost u dat<br />
meestal op?<br />
– Heeft u moeite met het slikken <strong>van</strong> uw medicijnen? Zo ja, hoe lost u dat<br />
meestal op?<br />
– Heeft u last <strong>van</strong> voedsel dat niet wil zakken nadat u het heeft doorgeslikt?<br />
Zo ja, met welke voeding en hoe lost u dat meestal op?<br />
– Komt voedsel terug uit <strong>de</strong> maag, heeft u last <strong>van</strong> zuurbran<strong>de</strong>n? Zo ja, met<br />
welke voeding en hoe lost u dat meestal op?<br />
Op activiteitenniveau:<br />
– Kunt u alles eten en drinken net als vroeger of moet uw voeding wor<strong>de</strong>n<br />
aangepast? Zo ja, hoe is uw voeding aangepast (weglaten <strong>van</strong> hard en taai<br />
voedsel; fijngemaakte of zachte voeding)?<br />
– Doet u veel langer over <strong>de</strong> maaltij<strong>de</strong>n? Zo ja, komt dat door het trager bewegen<br />
<strong>van</strong> uw han<strong>de</strong>n en armen of doordat u meer tijd nodig heeft voor het<br />
kauwen en slikken?<br />
– Eet en drinkt u genoeg of bent u <strong>de</strong> laatste tijd onbedoeld afgevallen?<br />
Op participatieniveau:<br />
– Is uw kauwen en slikken een belemmering <strong>bij</strong> het dineren of samenzijn<br />
met an<strong>de</strong>ren?<br />
– Maakt u zich ongerust of uw slikken <strong>van</strong> invloed is op uw gezondheid?<br />
Bijlagen<br />
133
134<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Bijlage 7 Vrage<strong>nl</strong>ijst slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong><br />
Radboud Oral Motor inventory for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-swallowing)<br />
[172]<br />
Omcirkel steeds het beste antwoord<br />
Hoe vaak verslikt u zich <strong>bij</strong> eten of drinken?<br />
Ik verslik me (<strong>bij</strong>na) nooit.<br />
Ik verslik me eenmaal of vaker per week.<br />
Ik verslik me ongeveer eenmaal per dag.<br />
Ik verslik me driemaal per dag, of elke maaltijd wel een keer.<br />
Ik verslik me meer dan driemaal per dag, of meer<strong>de</strong>re keren per maaltijd.<br />
Wordt u gehin<strong>de</strong>rd in het drinken?<br />
Ik kan net zo makkelijk en vlot iets drinken als vroeger.<br />
Ik kan gewoon drinken, maar ik verslik me gemakkelijker dan vroeger.<br />
Ik kan alleen zon<strong>de</strong>r problemen drinken als ik me goed concentreer.<br />
Ik moet <strong>bij</strong> het drinken een an<strong>de</strong>re beker of een aparte techniek gebruiken.<br />
Ik kan alleen verdikte vloeistoffen veilig drinken.<br />
Wordt u gehin<strong>de</strong>rd in wat u kunt eten?<br />
Nee, ik kan alles eten, net zoals vroeger.<br />
Ja, ik kan alles eten, maar ik doe er wel langer over dan vroeger.<br />
Ja, ik moet hard en taai voedsel weglaten (vlees, nootjes).<br />
Ja, mijn eten moet fijngemaakt of zacht zijn.<br />
Niet <strong>van</strong> toepassing, want ik gebruik son<strong>de</strong>voeding.<br />
Heeft u moeite met het slikken <strong>van</strong> pillen?<br />
Nee, ik slik pillen net zo makkelijk of moeilijk als vroeger.<br />
Ja, ik slik pillen met meer moeite dan vroeger weg.<br />
Ja, ik kan pillen alleen innemen met appelmoes of iets an<strong>de</strong>rs dat het wegslikken<br />
makkelijker maakt.<br />
Ja, mijn pillen doorslikken is voor mij tegenwoordig een enorm probleem.<br />
Ja, ik kan mijn pillen niet meer wegslikken en moet ze op een an<strong>de</strong>re<br />
manier binnen krijgen.
Hin<strong>de</strong>rt uw moeite met kauwen of slikken u <strong>bij</strong> het samen<br />
eten?<br />
Het eten met an<strong>de</strong>ren, naar recepties of uit eten gaan is voor mij geen<br />
probleem.<br />
Ik ga overal naar toe, maar ik houd wel rekening met wat ik eet of drink.<br />
Ik eet <strong>bij</strong> voorkeur in gezelschap <strong>van</strong> vertrouw<strong>de</strong> mensen en op vertrouw<strong>de</strong><br />
plaatsen.<br />
Ik eet uitsluitend thuis en in gezelschap <strong>van</strong> vertrouw<strong>de</strong> mensen.<br />
Ik kan uitsluitend thuis eten en met <strong>de</strong>skundige hulp.<br />
In hoeverre maakt u zich ongerust over uw slikken tij<strong>de</strong>ns het<br />
eten?<br />
Helemaal niet, want ik heb geen moeite met slikken.<br />
Ik heb wat moeite met slikken, maar dat maakt me niet echt ongerust.<br />
Dat ik moeite heb met slikken maakt me een beetje ongerust.<br />
Dat ik moeite heb met slikken maakt me <strong>de</strong> laatste tijd meer ongerust.<br />
Dat ik moeite heb met slikken maakt me erg ongerust.<br />
In hoeverre zit uw moeite met slikken u dwars?<br />
Niet <strong>van</strong> toepassing: ik heb er geen moeite mee.<br />
Mijn moeite met slikken zit me een beetje dwars.<br />
Ik vind het lastig dat ik moeilijk slik, maar er zijn ergere dingen.<br />
Mijn moeizame slikken zit me erg dwars, want ik heb er veel last <strong>van</strong>.<br />
Ik vind mijn moeizame slikken het ergste <strong>van</strong> mijn <strong>ziekte</strong>.<br />
Bijlagen<br />
135
136<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Bijlage 8 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong><br />
speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Op stoornisniveau:<br />
– Heeft u overdag last <strong>van</strong> verlies <strong>van</strong> speeksel?<br />
– Heeft u ’s nachts verlies <strong>van</strong> speeksel (een nat kussen)?<br />
– Heeft u last <strong>van</strong> speeksel(verlies) tij<strong>de</strong>ns het spreken?<br />
– Heeft u last <strong>van</strong> speeksel(verlies) tij<strong>de</strong>ns maaltij<strong>de</strong>n?<br />
– In welke specifieke situaties verliest u met name speeksel?<br />
– Verslikt u zich wel eens in uw speeksel?<br />
– Heeft u last <strong>van</strong> ‘slijm’ in uw keel of moet u vaak kuchen?<br />
Op activiteitenniveau:<br />
– Wat doet u om speeksel dat uit uw mond loopt te verwij<strong>de</strong>ren: gebruikt u<br />
een zakdoek en zo ja hoeveel per dag?<br />
– Wordt u door uw speekselverlies beperkt in uw activiteiten?<br />
Op participatieniveau:<br />
– Wordt u door uw speekselverlies beperkt in uw sociale contacten?<br />
– In hoeverre zit het speekselverlies u dwars?
Bijlage 9 DSFS-P Ernst- en frequentieschaal <strong>van</strong><br />
speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> [201]<br />
Ernst:<br />
Ervaart u overdag (dus als u wakker bent) verlies <strong>van</strong> speeksel?<br />
Nee, ik heb overdag géén last <strong>van</strong> verlies <strong>van</strong> speeksel en ik heb ook niet het<br />
gevoel te veel aan speeksel in mijn mond te hebben.<br />
Nee, ik heb overdag geen verlies <strong>van</strong> speeksel, maar ik heb wél het gevoel<br />
te veel speeksel in mijn mond te hebben.<br />
Ja, ik heb overdag speeksel rond mijn mondhoeken of soms een beetje over<br />
mijn kin.<br />
Ja, ik verlies overdag speeksel en dat is op mijn kleding te zien.<br />
Ja, ik verlies overdag ook speeksel dat te zien is op boeken, <strong>de</strong> vloer of<br />
an<strong>de</strong>re plaatsen in huis.<br />
Frequentie:<br />
Hoe vaak heeft u overdag last <strong>van</strong> speeksel(verlies)?<br />
Vrijwel niet: min<strong>de</strong>r dan eenmaal per dag.<br />
Af en toe: gemid<strong>de</strong>ld een- à tweemaal per dag.<br />
Frequent: twee- tot vijfmaal per dag.<br />
Vaak: zes- tot tienmaal per dag.<br />
Vrijwel constant.<br />
Bijlagen<br />
137
138<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Bijlage 10 Vrage<strong>nl</strong>ijst speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />
<strong>Parkinson</strong><br />
Radboud Oral Motor inventory for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-saliva) [201]<br />
Omcirkel steeds het beste antwoord<br />
(Ernst speekselverlies overdag: zie DSFS-P)<br />
Wanneer heeft u vooral last <strong>van</strong> speeksel(verlies)?<br />
(Bijv. tij<strong>de</strong>ns lezen, tv-kijken, autorij<strong>de</strong>n, <strong>bij</strong> vooroverbuigen)<br />
……………………………………………………………………………………………………………<br />
……………………………………………………………………………………………………………<br />
……………………………………………………………………………………………………………<br />
……………………………………………………………………………………………………………<br />
Ervaart u ’s nachts (of als u overdag een dutje doet) verlies <strong>van</strong><br />
speeksel?<br />
Nee, ik verlies ’s nachts géén speeksel.<br />
Ja, ik heb ’s nachts af en toe een nat kussen.<br />
Ja, ik heb ’s nachts geregeld een nat kussen.<br />
Ja, ik heb elke nacht een nat kussen.<br />
Ja, elke nacht wordt mijn kussen en ook an<strong>de</strong>r bed<strong>de</strong>ngoed nat.<br />
Hin<strong>de</strong>rt het speeksel(verlies) u <strong>bij</strong> het eten of drinken?<br />
Nee, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me niet <strong>bij</strong> eten of drinken.<br />
Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me soms <strong>bij</strong> eten of drinken.<br />
Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me regelmatig <strong>bij</strong> het eten en drinken.<br />
Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me vaak <strong>bij</strong> het eten en drinken.<br />
Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me altijd <strong>bij</strong> het eten en drinken.<br />
Hin<strong>de</strong>rt het speeksel(verlies) u <strong>bij</strong> het spreken?<br />
Nee, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me niet <strong>bij</strong> het spreken.<br />
Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me soms <strong>bij</strong> het spreken.<br />
Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me regelmatig <strong>bij</strong> het spreken.<br />
Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me vaak <strong>bij</strong> het spreken.<br />
Ja, het speekselverlies hin<strong>de</strong>rt me altijd <strong>bij</strong> het spreken.
Wat moet u doen om het speeksel weg te vegen?<br />
Ik hoef geen speeksel weg te vegen.<br />
Ik heb altijd een zakdoek <strong>bij</strong> <strong>de</strong> hand om eventueel speeksel weg te vegen.<br />
Ik heb dagelijks één of twee zakdoeken nodig om mijn speeksel weg te<br />
vegen.<br />
Ik heb meer dan 2 zakdoeken per dag nodig om mijn speeksel weg te<br />
vegen.<br />
Ik moet zo vaak vegen dat ik altijd tissues of keukenpapier <strong>bij</strong> <strong>de</strong> hand heb<br />
of een handdoek moet gebruiken om mijn kleren te beschermen.<br />
Hin<strong>de</strong>rt het speeksel(verlies) u in uw contacten met an<strong>de</strong>ren?<br />
Nee, het speekselverlies hin<strong>de</strong>rt me niet in contacten met an<strong>de</strong>ren.<br />
Nee, ik moet meer opletten in contact met an<strong>de</strong>ren, maar dat hin<strong>de</strong>rt me<br />
niet.<br />
Ja, ik moet erg opletten, want ik weet dat an<strong>de</strong>ren mijn speekselverlies<br />
kunnen zien.<br />
Ja, ik probeer contacten te vermij<strong>de</strong>n als ik last heb <strong>van</strong> speekselverlies.<br />
Ja, ik merk vaak dat ook an<strong>de</strong>ren contact met mij vermij<strong>de</strong>n.<br />
Beperkt het speeksel(verlies) u in activiteiten (werk, hobby)?<br />
Nee, het speekselverlies hin<strong>de</strong>rt me niet in mijn activiteiten.<br />
Nee, ik moet meer opletten als ik bezig ben, maar dat hin<strong>de</strong>rt me niet.<br />
Ja, ik moet erg opletten als ik bezig ben en het kost extra moeite (spullen<br />
schoonmaken e.d.).<br />
Ja, door het speekselverlies ben ik dui<strong>de</strong>lijk beperkt in mijn activiteiten.<br />
Ja, door het speekselverlies kan ik veel activiteiten die belangrijk voor me<br />
zijn, helaas niet meer doen.<br />
In hoeverre zit het speeksel(verlies) u dwars?<br />
Niet <strong>van</strong> toepassing: ik heb er geen moeite mee.<br />
Het speekselverlies zit me een beetje dwars.<br />
Ik vind het speekselverlies nogal lastig, maar er zijn ergere dingen.<br />
Het speekselverlies zit me erg dwars, want ik heb er veel last <strong>van</strong>.<br />
Ik vind het speekselverlies het ergste <strong>van</strong> mijn <strong>ziekte</strong>.<br />
Bijlagen<br />
139
140<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Bijlage 11 Medicatie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Groep Werking Stofnaam Preparaat<br />
1. Levodopa – combinatie <strong>van</strong><br />
levodopa en<br />
<strong>de</strong>carboxylaseremmer;<br />
– vermin<strong>de</strong>rt<br />
hypokinesie,<br />
spierstijfheid en in<br />
min<strong>de</strong>re mate tremor;<br />
– krachtigste mid<strong>de</strong>l.<br />
2. Dopamine-agonisten – dopamine(receptor)agonist:<br />
stimuleert <strong>de</strong><br />
dopaminereceptoren.<br />
3. COMT-remmers – in combinatie met<br />
levodopa om end-ofdose<br />
verschijnselen te<br />
vermin<strong>de</strong>ren.<br />
4. MAO-B-remmers – remt <strong>de</strong> afbraak<br />
<strong>van</strong> dopamine in <strong>de</strong><br />
hersenen;<br />
– verlengt en versterkt<br />
<strong>de</strong> werking <strong>van</strong><br />
gelijktijdig ingenomen<br />
levodopa.<br />
5. Anticholinergica – vermin<strong>de</strong>rt vrijwel<br />
uitsluitend tremoren;<br />
– neemt m.n. <strong>bij</strong> jonge<br />
mensen nog maar<br />
een kleine plaats in <strong>bij</strong><br />
behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />
6. Amantadine<br />
– vermin<strong>de</strong>rt spierstijfheid,<br />
akinesie en in<br />
min<strong>de</strong>re mate tremor;<br />
– min<strong>de</strong>r werkzaam dan<br />
levodopa;<br />
– later in <strong>ziekte</strong> vrij goed<br />
effect op dyskinesieën.<br />
levodopa/<br />
benserazi<strong>de</strong><br />
levodopa/<br />
carbidopa<br />
levodopa/<br />
carbidopa/<br />
entacapon<br />
Madopar®<br />
Sinemet®<br />
Stalevo®<br />
bromocriptine Parlo<strong>de</strong>l®<br />
pergoli<strong>de</strong> Permax®<br />
ropinirol Requip®<br />
pramipexol Sifrol®<br />
apomorfine<br />
(subcutane<br />
injectie)<br />
APO-go®<br />
entacapon Comtan®<br />
selegiline El<strong>de</strong>pryl®<br />
rasagiline Azilect®<br />
trihexyfenidyl Artane®<br />
biperi<strong>de</strong>en Akineton®<br />
amantadine Symmetrel®
Bijwerkingen<br />
De voornaamste <strong>bij</strong>werkingen zijn:<br />
– verwardheid, hallucinaties, wanen;<br />
– slaapstoornissen;<br />
– responsfluctuaties (‘peak-dose’ dyskinesie en ‘end-of dose’ akinesie)<br />
– misselijkheid, droge mond, orthostase.<br />
Innemen<br />
Alle medicijnen dienen met water of tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> maaltijd te wor<strong>de</strong>n ingenomen,<br />
behalve <strong>de</strong> levodopapreparaten, die een half uur voor <strong>de</strong> maaltijd of een uur<br />
na <strong>de</strong> maaltijd moeten wor<strong>de</strong>n ingenomen, maar niet met eiwitrijk voedsel<br />
(melkproducten).<br />
COMT-remmers en MAO-B-remmers dienen altijd samen met het levodopapreparaat<br />
te wor<strong>de</strong>n ingenomen.<br />
Bijlagen<br />
141
142<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Bijlage 12 Gewenste wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie<br />
voor <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> logopedie <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />
<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Dit is een kort en <strong>de</strong>rhalve onvolledig overzicht <strong>van</strong> vragen die op dit moment<br />
niet met wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie kunnen wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rbouwd. Mogelijk<br />
kunnen ze <strong>bij</strong> <strong>de</strong> herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen en beantwoord<br />
wor<strong>de</strong>n.<br />
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> het spreken<br />
1 Wat is <strong>de</strong> (kosten)effectiviteit <strong>van</strong> PLVT op <strong>de</strong> verstaanbaarheid en kwaliteit<br />
<strong>van</strong> leven <strong>van</strong> parkinsonpatiënten?<br />
2 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> intensiteit <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len met PLVT?<br />
a Wat zijn <strong>de</strong> kenmerken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten die ten minste driemaal<br />
per week moeten wor<strong>de</strong>n behan<strong>de</strong>ld?<br />
b Zijn er parkinsonpatiënten die kunnen volstaan met één- à tweemaal<br />
per week behan<strong>de</strong>len en zo ja, wat zijn hun kenmerken (in termen <strong>van</strong><br />
<strong>ziekte</strong>-ernst, dysartrie-ernst, cognitieve vaardighe<strong>de</strong>n, enzovoort)?<br />
3 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> computersystemen die zelfstandig oefenen volgens<br />
PLVT mogelijk maken, op het resultaat, <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lduur en <strong>de</strong> effectduur?<br />
4 Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> stotterend spreken <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> het slikken<br />
5 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> eenvoudige specifieke compensaties en cues op <strong>de</strong><br />
frequentie <strong>van</strong> verslikken en <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> ervaren slikklachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten?<br />
6 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> specifieke (intensieve) sliktrainingen op ernstige<br />
slikklachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten?<br />
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />
7 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> eenvoudige specifieke compensaties en cues op <strong>de</strong><br />
frequentie en ernst <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />
8 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> specifieke (intensieve) oefeningen op speekselverlies<br />
<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?
Bijlage 13 Evi<strong>de</strong>ntietabellen<br />
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische dysartrie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Resultaten<br />
Followup<br />
Interventie Controleinterventie<br />
Patiënten<br />
kenmerken<br />
Aantal<br />
patiënten<br />
Studie<br />
type<br />
Auteur Jaar Mate<br />
<strong>van</strong><br />
bewijs<br />
Geen Lange lijst <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re uitkomsten, waaron<strong>de</strong>r<br />
zowel <strong>bij</strong> <strong>de</strong> mannen als <strong>de</strong> vrouwen die <strong>de</strong> LSVT<br />
kregen toename <strong>van</strong> <strong>de</strong> luidheid met resp. 13.96<br />
dB en 9.89 dB. De vrouwen die RET kregen gingen<br />
gem. 1.99 dB omhoog en <strong>de</strong> mannen gingen gem.<br />
3.13 dB omlaag.<br />
Lezen: <strong>bij</strong> <strong>de</strong> mannen en <strong>de</strong> vrouwen die <strong>de</strong> LSVT<br />
kregen nam <strong>de</strong> luidheid toe met resp. 9.13 dB en<br />
3.39 dB. De vrouwen die RET kregen gingen 3.45<br />
dB gem. omhoog en <strong>de</strong> mannen gingen gem. 1.92<br />
dB omhoog.<br />
A<strong>de</strong>mtherapie (RET)<br />
16 x 50 min. (4 wk)<br />
LSVT<br />
IPD<br />
Ramig 1995 A2 RCT 45<br />
gem 64 jaar, H&Y<br />
stadium gem. 2.5<br />
(26 vs 19)<br />
16 x 50 min. (4 wk)<br />
Geen Een significant beter larynxbeeld na behan<strong>de</strong>ling<br />
met LSVT en geen toename <strong>van</strong> supraglottische<br />
hyperfunctie na behan<strong>de</strong>ling.<br />
RET<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
LSVT<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
IPD<br />
(zie Ramig 1995)<br />
22<br />
uit Ramig<br />
(1995)<br />
Smith 1995 B cohortstudie<br />
Alleen LSVT-groep significante toename luidheid<br />
meteen na behan<strong>de</strong>ling, na 6 mnd en na 12<br />
mnd ; geen significante verschillen voor <strong>de</strong><br />
controlegroep.<br />
Bij hardop lezen: voor bei<strong>de</strong> groepen een<br />
significante toename direct na behan<strong>de</strong>ling, maar<br />
alleen voor LSVT groep ook nog na 6 mnd. en<br />
na 12 mnd.<br />
Monoloog: voor LSVT-groep significante toename<br />
direct na behan<strong>de</strong>ling, maar niet meer na 6 en 12<br />
mnd. Geen veran<strong>de</strong>ringen voor <strong>de</strong> controlegroep<br />
Na 6 en 12<br />
maan<strong>de</strong>n<br />
A<strong>de</strong>mtherapie<br />
(RET)<br />
LSVT<br />
IPD<br />
Ramig 1996 A2 RCT 35<br />
LSVT-groep:<br />
gem. 63.2 jr<br />
H&Y gem. 2.63<br />
RET-groep:<br />
65.3 jr<br />
H&Y gem. 2.25<br />
(22 vs 13)<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
Geen Na 6 mnd Verschil in LSVT-groep tussen baseline en na<br />
behan<strong>de</strong>ling was 8 dB en tussen baseline en na 6<br />
maan<strong>de</strong>n 6 dB (significant verschillen en dui<strong>de</strong>lijk<br />
hoorbaar).<br />
Significant verschil tussen LSVT-groep en<br />
controlegroep voor aangehou<strong>de</strong>n klank en lezen,<br />
maar niet voor monoloog en beschrijven.<br />
LSVT<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
Ramig 2001a A2 RCT 31 IPD<br />
14 IPD-interventie<br />
15 IPD-controle en<br />
14 controle gezon<strong>de</strong><br />
personen<br />
Bijlagen<br />
143
144<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Resultaten<br />
Followup<br />
Interventie Controleinterventie<br />
Patiënten<br />
kenmerken<br />
Aantal<br />
patiënten<br />
Studie<br />
type<br />
Auteur Jaar Mate<br />
<strong>van</strong><br />
bewijs<br />
LSVT: significante veran<strong>de</strong>ring in volume voor<br />
drie spreektaken ook nog na 24 mnd.<br />
RET: alleen significante veran<strong>de</strong>ring in volume<br />
direct na <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling..<br />
Vergelijkingen tussen <strong>de</strong> groepen: gem. intensiteit<br />
(SPL) was significant hoger voor <strong>de</strong> LSVT groep<br />
dan voor <strong>de</strong> RET groep na 24 maan<strong>de</strong>n, echter<br />
Follow-up<br />
2 jaar na<br />
studie<br />
Ramig<br />
1995<br />
RET<br />
LSVT<br />
IPD<br />
Ramig 2001b B cohortstudie 33<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
(zie Ramig 1995)<br />
21 vs 12<br />
(uit Ramig<br />
1995)<br />
niet <strong>bij</strong> monoloog.<br />
Vergelijking <strong>van</strong> vi<strong>de</strong>o-opnamen <strong>van</strong> voor en na<br />
<strong>de</strong> LSVT-behan<strong>de</strong>ling (1 pt. viel af <strong>van</strong>wege te<br />
weinig beeldmateriaal).<br />
Een significant groepsverschil voor betrokkenheid<br />
maar niet voor mobiliteit.<br />
Geen<br />
RET<br />
LSVT<br />
IPD<br />
Spielman 2003 B RCT 44 (zie Ramig<br />
1995)<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
16x 1 uur (4 wk)<br />
Zie Ramig 1995<br />
Geen Met klank aanhou<strong>de</strong>n, naspreken en lezen directe<br />
vergelijkbare en significante toename <strong>van</strong> luidheid<br />
met PLVT-instructie en LSVT-instructie. Echter<br />
met LSVT-instructie ook (ongewenste) toename<br />
<strong>van</strong> toonhoogte en met PLVT-instructie niet.<br />
Spontaan resp. met<br />
LSVT-instructie<br />
<strong>de</strong> Swart 2003 B cohortstudie 32 IPD Met PLVTinstructie<br />
(luid en<br />
laag)
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />
Resultaten (effectmaten)<br />
Followup<br />
Interventie Controleinterventie<br />
Patiënten<br />
kenmerken<br />
Studietype Aantal<br />
patiënten<br />
Auteur Jaar Mate <strong>van</strong><br />
bewijs<br />
n.v.t. Nekflexie t.o.v neutrale<br />
hoofdhouding duwt <strong>de</strong> tongbasis<br />
met <strong>de</strong> epiglottis meer naar<br />
achteren en vernauwt <strong>de</strong> farynx<br />
en <strong>de</strong> larynxingang en beschermt<br />
daarmee tegen aspiratie.<br />
Hoofd gebogen (nekflexie) Neutrale<br />
hoofdhouding<br />
Welch 1993 C observationeel 30 30-94 jaar, verwezen voor<br />
slikvi<strong>de</strong>o<br />
Hoofd gebogen (nekflexie) Geen n.v.t. Patiënten <strong>bij</strong> wie nekflexie<br />
niet werkzaam was, had<strong>de</strong>n<br />
residu in <strong>de</strong> sinus piriformes,<br />
waarschij<strong>nl</strong>ijk als gevolg <strong>van</strong><br />
faryngeale dysfunctie, dus een<br />
ernstiger slikstoornis.<br />
Shanahan 1993 C observationeel 30 30-84 jaar:15 nekflexie<br />
werkzaam, 15 niet<br />
werkzaam<br />
Geen Geen Na 1x 20 minuten training<br />
significant kortere PMT,<br />
d.w.z. snellere slikinzet <strong>bij</strong><br />
parkinsonpatiënten; <strong>bij</strong> gezon<strong>de</strong>n<br />
geen verschil<br />
1x 20 minuten: oefeningen<br />
voor tongmotoriek,<br />
nek, en schou<strong>de</strong>rs;<br />
toon aanhou<strong>de</strong>n;<br />
Men<strong>de</strong>lssohnmanoeuvre<br />
IPD, 53 tot 80 jaar; H &<br />
Y 3 of 4.<br />
Nagaya 2000 B cohortstudie 10 IPD en<br />
12 gezon<strong>de</strong><br />
controles<br />
n.v.t. Tongdruk en hyoïdheffing zijn <strong>bij</strong><br />
krachtig slikken significant groter<br />
Krachtig slikken Gewoon<br />
slikken<br />
n.v.t. Bij 4 <strong>van</strong> <strong>de</strong> 8 enige verbetering<br />
<strong>bij</strong> krachtig slikken.<br />
Krachtig slikken Gewoon<br />
slikken<br />
Hind 2001 C observationeel 64 Gezon<strong>de</strong> mannen en<br />
vrouwen tussen 45 en<br />
93 jaar<br />
Bülow 2001 C observationeel 8 4 mannen en 4 vrouwen<br />
tussen gem. 70 jaar<br />
El Sharkawi 2002 B cohortstudie 8 IPD met slikstoornis LSVT, 4 weken Geen Geen Afname <strong>van</strong> frequentie <strong>van</strong> orale<br />
en faryngeale afwijkingen met<br />
50%.<br />
Betere slikefficiëntie alleen met<br />
drinken uit een beker.<br />
Geen Geen Aspiratie bleef uit <strong>bij</strong> 68% <strong>bij</strong><br />
nekflexie (PD 59%), 63% <strong>bij</strong><br />
nectardikte (PD 54%) en 53% <strong>bij</strong><br />
honingdikte (44%).<br />
3 interventies in random<br />
or<strong>de</strong>r: nekflexie,<br />
nectardikte, honingdikte<br />
Logemann 2008 B cohortstudie 711 228 PD, 351 <strong>de</strong>mentie,<br />
132 PD + <strong>de</strong>mentie:<br />
aantoonbare aspiratie <strong>van</strong><br />
vloeistoffen<br />
Bijlagen<br />
145
146<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Follow-up Resultaten (effectmaten)<br />
Interventie Controleinterventie<br />
Patiënten<br />
kenmerken<br />
Aantal<br />
patiënten<br />
Studietype<br />
Auteur Jaar Mate<br />
<strong>van</strong><br />
bewijs<br />
3 maan<strong>de</strong>n Verbetering op schaal (0-15) <strong>van</strong> 10 naar 5.5 in <strong>de</strong><br />
behan<strong>de</strong>lgroep, maar significantie onbekend; 60% <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
patiënten noteer<strong>de</strong> verbetering.<br />
Geen dui<strong>de</strong>lijke vergelijking met controles.<br />
Over follow-up alleen <strong>de</strong> opmerking dat <strong>de</strong> resultaten na 3<br />
maan<strong>de</strong>n waren afgenomen.<br />
Geen<br />
behan<strong>de</strong>ling<br />
of botulineinjecties,<br />
zon<strong>de</strong>r<br />
vermelding<br />
locatie of<br />
dosering<br />
Broche die tikt<br />
(frequentie niet<br />
genoemd): <strong>bij</strong><br />
elke tik moet <strong>de</strong><br />
patiënt slikken.<br />
Vier weken,<br />
dagelijks een<br />
half uur<br />
PD, in staat om<br />
op commando<br />
te slikken<br />
Marks 2001 C case series 21<br />
(6 vs 15)
Diagnostiek <strong>van</strong> slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />
Patiënten kenmerken In<strong>de</strong>xtest Referentietest Outcome Resultaten<br />
Studietype Aantal<br />
patiënten<br />
Auteur Jaar Mate<br />
<strong>van</strong><br />
bewijs<br />
positief<br />
voorspellen<strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong> 64%,<br />
negatief<br />
voorspellen<strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong> 93%<br />
voorspellen<strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong>n<br />
orofaryngeaal<br />
on<strong>de</strong>rzoek en<br />
vrage<strong>nl</strong>ijst naar<br />
slikstoornissen<br />
sliksnelheidstest<br />
met 150 ml en<br />
afkapwaar<strong>de</strong> 10 ml/s<br />
Nathadwarawala 1994 B vali<strong>de</strong>rings-on<strong>de</strong>rzoek 90 poliklinische patiënten <strong>van</strong><br />
een poli neurologie<br />
positief<br />
voorspellen<strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong> 97%,<br />
negatief<br />
voorspellen<strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong> 89%<br />
waar<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />
‘dysphagia<br />
limit’<br />
‘overt’ (son<strong>de</strong>voeding<br />
of ‘suspected’ dysfagie<br />
(moeite met slikken)<br />
‘dysphagia limit’,<br />
d.w.z. 20 ml water in<br />
één keer wegslikken<br />
Ertekin 1998 C cohortstudie 252 75 gezon<strong>de</strong> vrijwilligers, 149<br />
chronische neurologische<br />
dysfagiepatiënten en 28<br />
neurologische patiënten<br />
zon<strong>de</strong>r een slikstoornis<br />
positief<br />
voorspellen<strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong> 72%,<br />
negatief<br />
voorspellen<strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong> 100%<br />
slikklachten objectieve<br />
slikstoornis<br />
(‘dysphagia<br />
limit’) versus<br />
slikklachten<br />
‘dysphagia limit’,<br />
d.w.z. 20 ml water in<br />
één keer wegslikken<br />
poliklinische<br />
parkinsonpatiënten en<br />
gezon<strong>de</strong>n<br />
18 PD, 22<br />
gezon<strong>de</strong>n<br />
Potulska 2004 C observationeel<br />
on<strong>de</strong>rzoek (o.a. geen<br />
blin<strong>de</strong>ring)<br />
Opmerking: voor klinimetrisch on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> betrouwbaarheid en validiteit <strong>van</strong> ernstschalen of vrage<strong>nl</strong>ijsten bestaat geen classificatie <strong>van</strong> bewijskracht.<br />
Dergelijke studies in <strong>de</strong> richtlijn kunnen dus niet wor<strong>de</strong>n geclasseerd. Ze wor<strong>de</strong>n daarom on<strong>de</strong>r niveau C on<strong>de</strong>rgebracht en zijn niet in <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen<br />
opgenomen.<br />
Bijlagen<br />
147
Literatuur<br />
(1) Morris MS, Iansek RN. <strong>Parkinson</strong>’s disease: a team approach. Melbourne, Australia:<br />
Buscombe Vicprint; 1997.<br />
(2) Marigliani C, Gates S, Jacks D. Speech Pathology and <strong>Parkinson</strong>’s Disease. In: Morris<br />
MS, Iansek RN, editors. <strong>Parkinson</strong>’s disease: a team approach. Melbourne, Australia:<br />
Buscombe Vicprint; 1997.<br />
(3) Miller N, Noble E, Jones D, Burn D. Life with communication changes in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. Age Ageing 2006 May;35(3):235-9.<br />
(4) Trail M, Fox C, Ramig LO, Sapir S, Howard J, Lai EC. Speech treatment for <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. NeuroRehabilitation 2005;20(3):205-21.<br />
(5) Miller N, Noble E, Jones D, Burn D. Hard to swallow: dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
Age Ageing 2006 Nov;35(6):614-8.<br />
(6) Kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO. Multidisciplinaire richtlijn voor<br />
diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (in ontwikkeling). Utrecht:<br />
CBO; 2008.<br />
(7) Greene MC, Watson BW, Gay P, Townsend DB. A therapeutic speech amplifier and its<br />
use in speech therapy. Journal of Laryngology and Otology 86[6], 595-605. 1972.<br />
(8) Schulz GM, Grant MK. Effects of speech therapy and pharmacologic and surgical<br />
treatments on voice and speech in <strong>Parkinson</strong>’s disease: a review of the literature.<br />
J Commun Disord 2000 Jan;33(1):59-88.<br />
(9) Pinto S, Ozsancak C, Tripoliti E, Thobois S, Limousin-Dowsey P, Auzou P. Treatments<br />
for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet Neurol 2004 Sep;3(9):547-56.<br />
(10) Deane KH, Ellis-Hill C, Jones D, Whurr R, Ben Shlomo Y, Playford ED, et al. Systematic<br />
review of paramedical therapies for <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2002<br />
Sep;17(5):984-91.<br />
(11) Suchowersky O, Gronseth G, Perlmutter J, Reich S, Zesiewicz T, Weiner WJ. Practice<br />
Parameter: neuroprotective strategies and alternative therapies for <strong>Parkinson</strong> disease<br />
(an evi<strong>de</strong>nce-based review): report of the Quality Standards Subcommittee of the<br />
American Aca<strong>de</strong>my of Neurology. Neurology 2006 Apr 11;66(7):976-82.<br />
(12) Nijkrake M, Bloem BR, Mulleners W, Oostendorp R, Munneke M. Referral to nonpharmacological<br />
interventions in <strong>Parkinson</strong>’s disease. <strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord<br />
2005;11(Supplement 2):S249.<br />
(13) Kalf H, Munneke M. <strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />
80[2], 36-40. 2008.<br />
(14) Kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO. Evi<strong>de</strong>nce-based Richtlijnontwikkeling.<br />
Handleiding voor werkgroeple<strong>de</strong>n. November 2007 ed. Utrecht: Kwaliteitsinstituut<br />
voor <strong>de</strong> Gezondheidszorg CBO: ; 2007.<br />
149
150<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
(15) Everdingen JV, Burgers JS, Assen<strong>de</strong>lft WJJ <strong>van</strong>, Swinkels JA, <strong>van</strong> Barneveld TA, <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />
Klun<strong>de</strong>rt JLM. Evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnontwikkeling. Een leidraad voor <strong>de</strong> praktijk.<br />
Houten: Bohn Stafleu Van Loghum; 2004.<br />
(16) Deane KH, Whurr R, Playford ED, Ben-Shlomo Y, Clarke CE. A comparison of speech<br />
and language therapy techniques for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane<br />
Database Syst Rev 2001;(2):CD002814.<br />
(17) Deane KH, Whurr R, Playford ED, Ben-Shlomo Y, Clarke CE. Speech and language<br />
therapy for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane Database Syst Rev<br />
2001;(2):CD002812.<br />
(18) Deane KH, Whurr R, Clarke CE, Playford ED, Ben Shlomo Y. Non-pharmacological<br />
therapies for dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane Database Syst Rev<br />
2001;(1):CD002816.<br />
(19) Keus SHJ, Hendriks HJM, Bloem BR, Bre<strong>de</strong>ro-Cohen AB, Goe<strong>de</strong> CJT <strong>de</strong>, <strong>van</strong> Haaren<br />
M, et al. KNGF-richtlijn Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Amersfoort: Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />
Genootschap voor Fysiotherapie; 2004.<br />
(20) Sturkenboom IHWM, Thijssen MCE, Gons-<strong>van</strong> Elsacker JJ, Jansen IJH, Maasdam<br />
A, Schulten M, et al. Ergotherapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Utrecht: Ergotherapie<br />
Ne<strong>de</strong>rland/Lemma, 2008.<br />
(21) The AGREE Collaboration. Appraisal of Gui<strong>de</strong>lines for Research & Evaluation (AGREE)<br />
Instrument. 2001.<br />
(22) Samii A, Nutt JG, Ransom BR. <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet 2004 May 29;363(9423):<br />
1783-93.<br />
(23) Wolters EC, Van Laar T. Bewegingsstoornissen. Amsterdam: VU Uitgeverij; 2002.<br />
(24) Maitra KK, Dasgupta AK. Incoordination of a sequential motor task in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. Occup Ther Int 2005;12(4):218-33.<br />
(25) Gentilucci M, Negrotti A. Planning and executing an action in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
Mov Disord 1999 Jan;14(1):69-79.<br />
(26) San<strong>de</strong>rs Er. <strong>Parkinson</strong> handboek, een beknopte leidraad voor <strong>de</strong> praktijk. 2nd ed.<br />
Utrecht: Aca<strong>de</strong>mic Pharmaceutical Productions BV; 2007.<br />
(27) Garber CE, Friedman JH. Effects of fatigue on physical activity and function in<br />
patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neurology 2003 Apr 8;60(7):1119-24.<br />
(28) Friedman JH, Brown RG, Comella C, Garber CE, Krupp LB, Lou JS, et al. Fatigue in<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease: a review. Mov Disord 2007 Feb 15;22(3):297-308.<br />
(29) Herlofson K, Larsen JP. The influence of fatigue on health-related quality of life in<br />
patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Acta Neurol Scand 2003 Jan;107(1):1-6.<br />
(30) Ziv I, Avraham M, Michaelov Y, Djal<strong>de</strong>tti R, Dressler R, Zoldan J, et al. Enhanced<br />
fatigue during motor performance in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neurology<br />
1998 Dec;51(6):1583-6.<br />
(31) Friedman JH, Brown RG, Comella C, Garber CE, Krupp LB, Lou JS, et al. Fatigue in<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease: a review. Mov Disord 2007 Feb 15;22(3):297-308.<br />
(32) Muslimovic D, Post B, Speelman JD, Schmand B. Cognitive profile of patients with<br />
newly diagnosed <strong>Parkinson</strong> disease. Neurology 2005 Oct 25;65(8):1239-45.
(33) Cools R, Barker RA, Sahakian BJ, Robbins TW. Mechanisms of cognitive set flexibility<br />
in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Brain 2001 Dec;124(Pt 12):2503-12.<br />
(34) Bronnick K, Ehrt U, Emre M, De Deyn PP, Wesnes K, Tekin S, et al. Attentional <strong>de</strong>ficits<br />
affect activities of daily living in <strong>de</strong>mentia-associated with <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
J Neurol Neurosurg Psychiatry 2006 Oct;77(10):1136-42.<br />
(35) Zgaljardic DJ, Borod JC, Foldi NS, Mattis P. A review of the cognitive and behavioral<br />
sequelae of <strong>Parkinson</strong>’s disease: relationship to frontostriatal circuitry. Cogn Behav<br />
Neurol 2003 Dec;16(4):193-210.<br />
(36) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Borm GF, Cools AR. Memory performance<br />
un<strong>de</strong>r varying cueing conditions in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neuropsychologia<br />
1996 Dec;34(12):1159-64.<br />
(37) Zgaljardic DJ, Borod JC, Foldi NS, Mattis P. A review of the cognitive and behavioral<br />
sequelae of <strong>Parkinson</strong>’s disease: relationship to frontostriatal circuitry. Cogn Behav<br />
Neurol 2003 Dec;16(4):193-210.<br />
(38) Aarsland D, Bronnick K, Ehrt U, De Deyn PP, Tekin S, Emre M, et al. Neuropsychiatric<br />
symptoms in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease and <strong>de</strong>mentia: frequency, profile and<br />
associated care giver stress. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2007 Jan;78(1):36-42.<br />
(39) Weintraub D, Moberg PJ, Duda JE, Katz IR, Stern MB. Effect of psychiatric and other<br />
nonmotor symptoms on disability in <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Am Geriatr Soc 2004<br />
May;52(5):784-8.<br />
(40) Adler CH. Nonmotor complications in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2005;20<br />
Suppl 11:S23-S29.<br />
(41) Davidsdottir S, Cronin-Golomb A, Lee A. Visual and spatial symptoms in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. Vision Res 2005 May;45(10):1285-96.<br />
(42) Uc EY, Rizzo M, An<strong>de</strong>rson SW, Qian S, Rodnitzky RL, Dawson JD. Visual dysfunction<br />
in <strong>Parkinson</strong> disease without <strong>de</strong>mentia. Neurology 2005 Dec 27;65(12):1907-13.<br />
(43) Hartelius L, Svensson P. [<strong>Parkinson</strong> disease and multiple sclerosis often cause speech<br />
and swallowing disor<strong>de</strong>rs]. Lakartidningen 1992 Feb 26;89(9):654, 659-4, 660.<br />
(44) Ho AK, Iansek R, Marigliani C, Bradshaw JL, Gates S. Speech impairment in a large<br />
sample of patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Behav Neurol 1998;11(3):131-7.<br />
(45) Muller J, Wenning GK, Verny M, McKee A, Chaudhuri KR, Jellinger K, et al. Progression<br />
of dysarthria and dysphagia in postmortem-confirmed parkinsonian disor<strong>de</strong>rs.<br />
Arch Neurol 2001 Feb;58(2):259-64.<br />
(46) Darley FL, Aronson AE, Brown JR. Motor speech disor<strong>de</strong>rs. Phila<strong>de</strong>lphia: Saun<strong>de</strong>rs<br />
Company; 1975.<br />
(47) Moreau C, Ozsancak C, Blatt JL, Derambure P, Destee A, Defebvre L. Oral festination<br />
in <strong>Parkinson</strong>’s disease: biomechanical analysis and correlation with festination and<br />
freezing of gait. Mov Disord 2007 Jul 30;22(10):1503-6.<br />
(48) Alm PA. Stuttering and the basal ganglia circuits: a critical review of possible relations.<br />
J Commun Disord 2004 Jul;37(4):325-69.<br />
(49) Ho AK, Bradshaw JL, Iansek T. Volume perception in parkinsonian speech. Mov<br />
Disord 2000 Nov;15(6):1125-31.<br />
Literatuur<br />
151
152<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
(50) Ho AK, Iansek R, Bradshaw JL. Regulation of parkinsonian speech volume: the effect<br />
of interlocuter distance. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1999 Aug;67(2):199-202.<br />
(51) Grossman M, Glosser G, Kalmanson J, Morris J, Stern MB, Hurtig HI. Dopamine<br />
supports sentence comprehension in <strong>Parkinson</strong>’s Disease. J Neurol Sci 2001 Mar<br />
1;184(2):123-30.<br />
(52) Angwin AJ, Chenery HJ, Copland DA, Murdoch BE, Silburn PA. The speed of<br />
lexical activation is altered in <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Clin Exp Neuropsychol 2007<br />
Jan;29(1):73-85.<br />
(53) Boulenger V, Mechtouff L, Thobois S, Broussolle E, Jeannerod M, Nazir TA. Word<br />
processing in <strong>Parkinson</strong>’s disease is impaired for action verbs but not for concrete<br />
nouns. Neuropsychologia 2008 Jan 31;46(2):743-56.<br />
(54) Johnston BT, Li Q, Castell JA, Castell DO. Swallowing and esophageal function in<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease. Am J Gastroenterol 1995 Oct;90(10):1741-6.<br />
(55) Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJM, Zwarts MJ, Munneke M, Bloem BR. Frequency of oral motor<br />
impairments in <strong>Parkinson</strong>’s disease and implications for referral to speech therapists.<br />
Movement Disor<strong>de</strong>rs 23[Supplement 1], S328. 2008.<br />
(56) Potulska A, Friedman A, Krolicki L, Spychala A. Swallowing disor<strong>de</strong>rs in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. <strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2003 Aug;9(6):349-53.<br />
(57) Volonte MA, Porta M, Comi G. Clinical assessment of dysphagia in early phases of<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease. Neurol Sci 2002 Sep;23 Suppl 2:S121-S122.<br />
(58) Manor Y, Giladi N, Cohen A, Fliss DM, Cohen JT. Validation of a swallowing disturbance<br />
questionnaire for <strong>de</strong>tecting dysphagia in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov<br />
Disord 2007 Oct 15;22(13):1917-21.<br />
(59) Lam K, Lam FK, Lau KK, Chan YK, Kan EY, Woo J, et al. Simple clinical tests may<br />
predict severe oropharyngeal dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2007 Apr<br />
15;22(5):640-4.<br />
(60) Monte FS, da Silva-Junior FP, Braga-Neto P, Nobre e Souza MA, Sales dB, V. Swallowing<br />
abnormalities and dyskinesia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2005<br />
Apr;20(4):457-62.<br />
(61) Hunter PC, Crameri J, Austin S, Woodward MC, Hughes AJ. Response of parkinsonian<br />
swallowing dysfunction to dopaminergic stimulation. J Neurol Neurosurg Psychiatry<br />
1997 Nov;63(5):579-83.<br />
(62) Ertekin C, Tarlaci S, Aydogdu I, Kiylioglu N, Yuceyar N, Turman AB, et al. Electrophysiological<br />
evaluation of pharyngeal phase of swallowing in patients with <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. Mov Disord 2002 Sep;17(5):942-9.<br />
(63) Fernan<strong>de</strong>z HH, Lapane KL. Predictors of mortality among nursing home resi<strong>de</strong>nts<br />
with a diagnosis of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Med Sci Monit 2002 Apr;8(4):CR241-CR246.<br />
(64) Chou KL, Evatt M, Hinson V, Kompoliti K. Sialorrhea in <strong>Parkinson</strong>’s disease: a review.<br />
Mov Disord 2007 Dec;22(16):2306-13.<br />
(65) Tan EK. Botulinum toxin treatment of sialorrhea: comparing different therapeutic<br />
preparations. Eur J Neurol 2006 Feb;13 Suppl 1:60-4.<br />
(66) Potulska A, Friedman A. Controlling sialorrhoea: a review of available treatment<br />
options. Expert Opin Pharmacother 2005 Aug;6(9):1551-4.
(67) Kalf JG, Bleom BR, Zwarts MJ, De Swart BJM, Zwarts MJ. Causes of drooling in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. Movement Disor<strong>de</strong>rs 2008;23(Supplement 1):S328.<br />
(68) Tumilasci OR, Cersosimo MG, Belforte JE, Micheli FE, Benarroch EE, Pazo JH.<br />
Quantitative study of salivary secretion in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2006<br />
May;21(5):660-7.<br />
(69) Poewe WH, Wenning GK. The natural history of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol 1998<br />
Sep;44(3 Suppl 1):S1-S9.<br />
(70) Jankovic J, Kapadia AS. Functional <strong>de</strong>cline in <strong>Parkinson</strong> disease. Arch Neurol 2001<br />
Oct;58(10):1611-5.<br />
(71) Samii A, Nutt JG, Ransom BR. <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet 2004 May 29;363(9423):<br />
1783-93.<br />
(72) Hoehn MM, Yahr MD. <strong>Parkinson</strong>ism: onset, progression, and mortality. 1967. Neurology<br />
1998 Feb;50(2):318.<br />
(73) Keus SHJ, Hendriks HJM, Bloem BR, Bre<strong>de</strong>ro-Cohen AB, <strong>de</strong> Goe<strong>de</strong> CJT, <strong>van</strong> Haaren<br />
M, et al. KNGF-richtlijn Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Amersfoort: Koninklijk Genootschap<br />
voor Fysiotherapie; 2004. Report No.: V-19/2004.<br />
(74) Global <strong>Parkinson</strong>’s disease Survey Steering Comittee. Factors impacting on quality<br />
of life in <strong>Parkinson</strong>’s disease: results from an international survey. Mov Disord 2002<br />
Jan;17(1):60-7.<br />
(75) Poewe WH, Wenning GK. The natural history of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol 1998<br />
Sep;44(3 Suppl 1):S1-S9.<br />
(76) Jankovic J, Kapadia AS. Functional <strong>de</strong>cline in <strong>Parkinson</strong> disease. Arch Neurol 2001<br />
Oct;58(10):1611-5.<br />
(77) Marras C, Rochon P, Lang AE. Predicting motor <strong>de</strong>cline and disability in <strong>Parkinson</strong><br />
disease: a systematic review. Arch Neurol 2002 Nov;59(11):1724-8.<br />
(78) Poewe WH, Wenning GK. The natural history of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol 1998<br />
Sep;44(3 Suppl 1):S1-S9.<br />
(79) Alves G, Wentzel-Larsen T, Aarsland D, Larsen JP. Progression of motor impairment<br />
and disability in <strong>Parkinson</strong> disease: a population-based study. Neurology 2005 Nov<br />
8;65(9):1436-41.<br />
(80) Marras C, Rochon P, Lang AE. Predicting motor <strong>de</strong>cline and disability in <strong>Parkinson</strong><br />
disease: a systematic review. Arch Neurol 2002 Nov;59(11):1724-8.<br />
(81) O’Shea S, Morris ME, Iansek R. Dual task interference during gait in people with<br />
<strong>Parkinson</strong> disease: effects of motor versus cognitive secondary tasks. Phys Ther 2002<br />
Sep;82(9):888-97.<br />
(82) Fahn S. The freezing phenomenon in parkinsonism. Adv Neurol 1995;67:53-63.<br />
(83) Kamsma YPT. Implications of motor and cognitive impairments for ADL and<br />
motor treatment of patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease [Dutch]. Ned Tijdschr Fysioth<br />
2004;114(3):59-62.<br />
(84) Morris ME. Movement disor<strong>de</strong>rs in people with <strong>Parkinson</strong> disease: a mo<strong>de</strong>l for physical<br />
therapy. Phys Ther 2000 Jun;80(6):578-97.<br />
(85) Fellows SJ, Noth J. Grip force abnormalities in <strong>de</strong> novo <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov<br />
Disord 2004 May;19(5):560-5.<br />
Literatuur<br />
153
154<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
(86) Lorefalt B, Granerus AK, Unosson M. Avoidance of solid food in weight losing ol<strong>de</strong>r<br />
patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Clin Nurs 2006 Nov;15(11):1404-12.<br />
(87) Huckabee ML, Pelletier CA. Management of Adult Neurogenic Dysphagia. New York:<br />
Thomson Delmar Learning; 2003.<br />
(88) Logemann JA. Slikstoornissen. On<strong>de</strong>rzoek en behan<strong>de</strong>ling. Lisse: Swets & Zeitlinger;<br />
2000.<br />
(89) Perlman AL, Schulze-Delrieu KS. Deglutition and its Disor<strong>de</strong>rs. San Diego: Singular<br />
Publishing Group; 1997.<br />
(90) Zgaljardic DJ, Borod JC, Foldi NS, Mattis P. A review of the cognitive and behavioral<br />
sequelae of <strong>Parkinson</strong>’s disease: relationship to frontostriatal circuitry. Cogn Behav<br />
Neurol 2003 Dec;16(4):193-210.<br />
(91) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Buytenhuijs EL, Cools AR. Executive<br />
functions and disease characteristics in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neuropsychologia 1996<br />
Jul;34(7):617-26.<br />
(92) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Cools AR. [Cognitive <strong>de</strong>ficits in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease]. Tijdschr Gerontol Geriatr 1998 Aug;29(4):189-95.<br />
(93) Cools AR, Van <strong>de</strong>n Bercken JH, Horstink MW, Van Spaendonck KP, Berger HJ. Cognitive<br />
and motor shifting aptitu<strong>de</strong> disor<strong>de</strong>r in <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurol Neurosurg<br />
Psychiatry 1984 May;47(5):443-53.<br />
(94) Bronnick K, Ehrt U, Emre M, De Deyn PP, Wesnes K, Tekin S, et al. Attentional <strong>de</strong>ficits<br />
affect activities of daily living in <strong>de</strong>mentia-associated with <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
J Neurol Neurosurg Psychiatry 2006 Oct;77(10):1136-42.<br />
(95) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Borm GF, Cools AR. Memory performance<br />
un<strong>de</strong>r varying cueing conditions in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neuropsychologia<br />
1996 Dec;34(12):1159-64.<br />
(96) Van Gemmert AW, Teulings HL, Stelmach GE. <strong>Parkinson</strong>ian patients reduce their<br />
stroke size with increased processing <strong>de</strong>mands. Brain Cogn 2001 Dec;47(3):504-12.<br />
(97) Van Gemmert AW, Adler CH, Stelmach GE. <strong>Parkinson</strong>’s disease patients un<strong>de</strong>rshoot<br />
target size in handwriting and similar tasks. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2003<br />
Nov;74(11):1502-8.<br />
(98) Hartelius L, Svensson P. Speech and swallowing symptoms associated with <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease and multiple sclerosis: a survey. Folia Phoniatr Logop 1994;46(1):9-17.<br />
(99) Kalf JG, Smit AM, Bloem BR, Zwarts MJ, Munneke M. Impact of drooling in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
Disease. Journal of Neurology 2007;254:1227-32.<br />
(100) Global <strong>Parkinson</strong>’s disease Survey Steering Comittee. Factors impacting on quality<br />
of life in <strong>Parkinson</strong>’s disease: results from an international survey. Mov Disord 2002<br />
Jan;17(1):60-7.<br />
(101) Gage H, Hendricks A, Zhang S, Kazis L. The relative health related quality of life of<br />
veterans with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2003 Feb;74(2):163-9.<br />
(102) Slawek J, Derejko M, Lass P. Factors affecting the quality of life of patients with idiopathic<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease-a cross-sectional study in an outpatient clinic atten<strong>de</strong>es.<br />
<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2005 Nov;11(7):465-8.
(103) Gage H, Hendricks A, Zhang S, Kazis L. The relative health related quality of life of<br />
veterans with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2003 Feb;74(2):163-9.<br />
(104) Slawek J, Derejko M, Lass P. Factors affecting the quality of life of patients with idiopathic<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease-a cross-sectional study in an outpatient clinic atten<strong>de</strong>es.<br />
<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2005 Nov;11(7):465-8.<br />
(105) Koplas PA, Gans HB, Wisely MP, Kuchibhatla M, Cutson TM, Gold DT, et al. Quality<br />
of life and <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Gerontol A Biol Sci Med Sci 1999 Apr;54(4):<br />
M197-M202.<br />
(106) Herlofson K, Larsen JP. The influence of fatigue on health-related quality of life in<br />
patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Acta Neurol Scand 2003 Jan;107(1):1-6.<br />
(107) Brown RG, Dittner A, Findley L, Wessely SC. The <strong>Parkinson</strong> fatigue scale. <strong>Parkinson</strong>ism<br />
Relat Disord 2005 Jan;11(1):49-55.<br />
(108) Schenkman M, Wei ZC, Cutson TM, Whetten-Goldstein K. Longitudinal evaluation<br />
of economic and physical impact of <strong>Parkinson</strong>’s disease. <strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord<br />
2001 Sep;8(1):41-50.<br />
(109) Benharoch J, Wiseman T. Participation in occupations: some experiences of patients<br />
with <strong>Parkinson</strong>’s disease. British Journal of Occupational Therapy (Br J Occup Ther)<br />
2004;67(9):380-7.<br />
(110) Marr JA. The experience of living with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurosci Nurs 1991<br />
Oct;23(5):325-9.<br />
(111) Nijhof G. Uncertainty and lack of trust with <strong>Parkinson</strong>’s disease. European journal of<br />
public health (Eur J Pub Health) 1996;6(1):58-63.<br />
(112) Martinez-Martin P, Ito-Leon J, Alonso F, Catalan MJ, Pondal M, Zamarbi<strong>de</strong> I, et al.<br />
Quality of life of caregivers in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Qual Life Res 2005 Mar;14(2):463-72.<br />
(113) Schrag A, Hovris A, Morley D, Quinn N, Jahanshahi M. Caregiver-bur<strong>de</strong>n in parkinson’s<br />
disease is closely associated with psychiatric symptoms, falls, and disability.<br />
<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2006 Jan;12(1):35-41.<br />
(114) Carter JH, Stewart BJ, Archbold PG, Inoue I, Jaglin J, Lannon M, et al. Living with a<br />
person who has <strong>Parkinson</strong>’s disease: the spouse’s perspective by stage of disease.<br />
<strong>Parkinson</strong>’s Study Group. Mov Disord 1998 Jan;13(1):20-8.<br />
(115) Aarsland D, Larsen JP, Karlsen K, Lim NG, Tandberg E. Mental symptoms in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease are important contributors to caregiver distress. Int J Geriatr Psychiatry<br />
1999 Oct;14(10):866-74.<br />
(116) Fernan<strong>de</strong>z HH, Tabamo RE, David RR, Friedman JH. Predictors of <strong>de</strong>pressive<br />
symptoms among spouse caregivers in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2001<br />
Nov;16(6):1123-5.<br />
(117) Schrag A, Hovris A, Morley D, Quinn N, Jahanshahi M. Caregiver-bur<strong>de</strong>n in parkinson’s<br />
disease is closely associated with psychiatric symptoms, falls, and disability.<br />
<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2006 Jan;12(1):35-41.<br />
(118) Edwards NE, Scheetz PS. Predictors of bur<strong>de</strong>n for caregivers of patients with <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. J Neurosci Nurs 2002 Aug;34(4):184-90.<br />
Literatuur<br />
155
156<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
(119) Schrag A, Hovris A, Morley D, Quinn N, Jahanshahi M. Caregiver-bur<strong>de</strong>n in parkinson’s<br />
disease is closely associated with psychiatric symptoms, falls, and disability.<br />
<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2006 Jan;12(1):35-41.<br />
(120) Martinez-Martin P, Forjaz MJ, Fra<strong>de</strong>s-Payo B, Rusinol AB, Fernan<strong>de</strong>z-Garcia JM,<br />
Ito-Leon J, et al. Caregiver bur<strong>de</strong>n in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2007 May<br />
15;22(7):924-31.<br />
(121) Calne DB, Snow BJ, Lee C. Criteria for diagnosing <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol<br />
1992;32 Suppl:S125-S127.<br />
(122) Gelb DJ, Oliver E, Gilman S. Diagnostic criteria for <strong>Parkinson</strong> disease. Arch Neurol<br />
1999 Jan;56(1):33-9.<br />
(123) Samii A, Nutt JG, Ransom BR. <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet 2004 May 29;363(9423):<br />
1783-93.<br />
(124) Hughes AJ, Daniel SE, Kilford L, Lees AJ. Accuracy of clinical diagnosis of idiopathic<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease: a clinico-pathological study of 100 cases. J Neurol Neurosurg<br />
Psychiatry 1992 Mar;55(3):181-4.<br />
(125) Tolosa E, Wenning G, Poewe W. The diagnosis of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet Neurol<br />
2006 Jan;5(1):75-86.<br />
(126) Ziekenfondsraad. Farmacotherapeutisch Kompas 2007. Amstelveen: Ziekenfondsraad;<br />
2007.<br />
(127) Horstink M, Tolosa E, Bonuccelli U, Deuschl G, Friedman A, Kanovsky P, et al. Review<br />
of the therapeutic management of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Report of a joint task force<br />
of the European Fe<strong>de</strong>ration of Neurological Societies and the Movement Disor<strong>de</strong>r<br />
Society-European Section. Part I: early (uncomplicated) <strong>Parkinson</strong>’s disease. Eur J<br />
Neurol 2006 Nov;13(11):1170-85.<br />
(128) Voon V, Potenza MN, Thomsen T. Medication-related impulse control and repetitive<br />
behaviors in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Curr Opin Neurol 2007 Aug;20(4):484-92.<br />
(129) Meningaud JP, Pitak-Arnnop P, Chikhani L, Bertrand JC. Drooling of saliva: a review of<br />
the etiology and management options. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol<br />
Endod 2006 Jan;101(1):48-57.<br />
(130) Postma AG, Heesters M, <strong>van</strong> LT. Radiotherapy to the salivary glands as treatment of<br />
sialorrhea in patients with parkinsonism. Mov Disord 2007 Dec;22(16):2430-5.<br />
(131) Martinez-Martin P, Deuschl G. Effect of medical and surgical interventions on healthrelated<br />
quality of life in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2007 Apr 30;22(6):757-65.<br />
(132) Moro E, Lang AE. Criteria for <strong>de</strong>ep-brain stimulation in <strong>Parkinson</strong>’s disease: review<br />
and analysis. Expert Rev Neurother 2006 Nov;6(11):1695-705.<br />
(133) Pinto S, Thobois S, Costes N, Le BD, Benabid AL, Broussolle E, et al. Subthalamic<br />
nucleus stimulation and dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease: a PET study. Brain 2004<br />
Mar;127(Pt 3):602-15.<br />
(134) Tornqvist AL, Schalen L, Rehncrona S. Effects of different electrical parameter settings<br />
on the intelligibility of speech in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease treated with<br />
subthalamic <strong>de</strong>ep brain stimulation. Mov Disord 2005 Apr;20(4):416-23.
(135) Klostermann F, Ehlen F, Vesper J, Nubel K, Gross M, Marzinzik F, et al. Effects of<br />
subthalamic <strong>de</strong>ep brain stimulation on dysarthrophonia in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
J Neurol Neurosurg Psychiatry 2008 May;79(5):522-9.<br />
(136) Morris MS, Iansek RN. <strong>Parkinson</strong>’s disease: a team approach. Melbourne, Australia:<br />
Buscombe Vicprint; 1997.<br />
(137) Deane KH, Ellis-Hill C, Jones D, Whurr R, Ben-Shlomo Y, Playford ED, et al. Systematic<br />
review of paramedical therapies for <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2002<br />
Sep;17(5):984-91.<br />
(138) Dixon L, Duncan D, Johnson P, Kirkby L, O’Connell H, Taylor H, et al. Occupational<br />
therapy for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane Database Syst Rev<br />
2007;(3):CD002813.pub2.<br />
(139) Kalf JG, Swart BJM <strong>de</strong>, Bloem BR, Munneke M. Development and evaluation of a dysarthria<br />
severity questionnaire for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-speech). <strong>Parkinson</strong>ism<br />
Relat Disord 2007;13(Supplement 2):S48.<br />
(140) En<strong>de</strong>rby P., John A. Therapy Outcomes Measures Speech Language Pathology. San<br />
Diego/London: Singular Publishing Group; 1997.<br />
(141) Perry A, Morris M, Unsworth C, Duckett S, Skeat J, Dodd K, et al. Therapy outcome<br />
measures for allied health practitioners in Australia: the AusTOMs. Int J Qual Health<br />
Care 2004 Aug;16(4):285-91.<br />
(142) Knuijt S, Kalf H. Dysartrieon<strong>de</strong>rzoek. Drie nieuwe instrumenten beschikbaar. <strong>Logopedie</strong><br />
en Foniatrie 2007;79(12):412-7.<br />
(143) Kent RD, Kent JF, Rosenbek JC. Maximum performance tests of speech production.<br />
J Speech Hear Disord 1987 Nov;52(4):367-87.<br />
(144) De Swart BJM. Rea<strong>de</strong>r ‘Pitch Limiting Voice Treatment’. Nijmegen: UMC St Radboud/<br />
Hogeschool <strong>van</strong> Arnhem en Nijmegen; 2006.<br />
(145) Lambert J, Rutten Ch. Frenchay Dysartrie On<strong>de</strong>rzoek. Lisse: Swets & Zeitlinger; 1996.<br />
(146) Lambert J, Van <strong>de</strong>n Engel-Hoek L, <strong>van</strong> Gerven M, Van Hulst K, Keyser A, <strong>de</strong> Swart<br />
B. Dysartrie. In: Peters H, Bastiaanse R, Van Borsel J., Dejonckere PHO, Jansonius-<br />
Schultheiss K, Van <strong>de</strong>r Meulen Sj, et al., editors. Handboek Stem-, Spraak-Taalpathologie.Houten:<br />
Bohn Stafleu Van Loghum; 2002.<br />
(147) Dharmaperwira-Prins R. Dysartrie en verbale apraxie. Lisse: Swets & Zeitlinger; 1996.<br />
(148) Knuijt S, <strong>de</strong> Swart B. Handleiding Dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> volwassenen. Nijmegen:<br />
UMC St Radboud (dow<strong>nl</strong>oadbaar via www.umcn.<strong>nl</strong>/logopedie); 2007.<br />
(149) Kalf H, <strong>de</strong> Swart B. Handleiding oraal on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> volwassenen met een dysartrie<br />
en/of dysfagie. Nijmegen: UMC St Radboud (dow<strong>nl</strong>oadbaar via www.umcn.<strong>nl</strong>/logopedie);<br />
2007.<br />
(150) De Swart BJ, Willemse SC, Maassen BA, Horstink MW. Improvement of voicing<br />
in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease by speech therapy. Neurology 2003 Feb<br />
11;60(3):498-500.<br />
(151) Ramig LO, Countryman S, Thompson LL, Horii Y. Comparison of two forms of intensive<br />
speech treatment for <strong>Parkinson</strong> disease. J Speech Hear Res 1995 Dec;38(6):1232-51.<br />
Literatuur<br />
157
158<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
(152) Ramig LO, Dromey C. Aerodynamic mechanisms un<strong>de</strong>rlying treatment-related<br />
changes in vocal intensity in patients with <strong>Parkinson</strong> disease. J Speech Hear Res 1996<br />
Aug;39(4):798-807.<br />
(153) Dejonckere PH, Bradley P, Clemente P, Cornut G, Crevier-Buchman L, Friedrich G, et<br />
al. A basic protocol for functional assessment of voice pathology, especially for investigating<br />
the efficacy of (phonosurgical) treatments and evaluating new assessment<br />
techniques. Gui<strong>de</strong>line elaborated by the Committee on Phoniatrics of the European<br />
Laryngological Society (ELS). Eur Arch Otorhinolaryngol 2001 Feb;258(2):77-82.<br />
(154) Hirano M. Clinical examination of voice. New York: Springer; 1981.<br />
(155) Ramig LO, Fox C, Sapir S. <strong>Parkinson</strong>’s disease: speech and voice disor<strong>de</strong>rs and their<br />
treatment with the Lee Silverman Voice Treatment. Seminars in Speech and Language<br />
2004;25(2):169-80.<br />
(156) Ramig LO, Countryman S, O’Brien C, Hoehn M, Thompson L. Intensive speech treatment<br />
for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: short- and long-term comparison of two<br />
techniques. Neurology 1996 Dec;47(6):1496-504.<br />
(157) Swart B <strong>de</strong>. De ‘Pitch Limiting Voice Treatment’. Keypoint 2004;1:11-3.<br />
(158) Smith ME, Ramig LO, Dromey C, Perez KS, Samandari R. Intensive voice treatment in<br />
<strong>Parkinson</strong> disease: laryngostroboscopic findings. J Voice 1995 Dec;9(4):453-9.<br />
(159) Ramig LO, Sapir S, Countryman S, Pawlas AA, O’Brien C, Hoehn M, et al. Intensive<br />
voice treatment (LSVT) for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: a 2 year follow up.<br />
J Neurol Neurosurg Psychiatry 2001 Oct;71(4):493-8.<br />
(160) Ramig LO, Sapir S, Fox C, Countryman S. Changes in vocal loudness following<br />
intensive voice treatment (LSVT) in individuals with <strong>Parkinson</strong>’s disease: a comparison<br />
with untreated patients and normal age-matched controls. Mov Disord 2001<br />
Jan;16(1):79-83.<br />
(161) Swart BJ <strong>de</strong>, Willemse SC, Maassen BA, Horstink MW. Improvement of voicing<br />
in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease by speech therapy. Neurology 2003 Feb<br />
11;60(3):498-500.<br />
(162) Rascol O, Goetz C, Koller W, Poewe W, Sampaio C. Treatment interventions for <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease: an evi<strong>de</strong>nce based assessment. Lancet 2002 May 4;359(9317):1589-<br />
98.<br />
(163) Ramig LO, Countryman S, O’Brien C, Hoehn M, Thompson L. Intensive speech treatment<br />
for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: short-and long-term comparison of two<br />
techniques. Neurology 1996 Dec;47(6):1496-504.<br />
(164) Pinto S, Ozsancak C, Tripoliti E, Thobois S, Limousin-Dowsey P, Auzou P. Treatments<br />
for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet Neurol 2004 Sep;3(9):547-56.<br />
(165) Spielman JL, Borod JC, Ramig LO. The effects of intensive voice treatment on facial<br />
expressiveness in <strong>Parkinson</strong> disease: preliminary data. Cogn Behav Neurol 2003<br />
Sep;16(3):177-88.<br />
(166) Elman RJ, Bernstein-Ellis E. The efficacy of group communication treatment in adults<br />
with chronic aphasia. J Speech Lang Hear Res 1999 Apr;42(2):411-9.
(167) Lang AE, Fishbein V. The ‘pacing board’ in selected speech disor<strong>de</strong>rs of <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1983 Aug;46(8):789.<br />
(168) Greene MC, Watson BW. The value of speech amplification in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
Folia Phoniatrica et Logopaedica 20[4], 250-257. 1968.<br />
(169) Van Balkom H., Welle Donker M. Kiezen voor communicatie. Nijkerk: Intro; 1994.<br />
(170) Hustad KC, Garcia JM. Ai<strong>de</strong>d and unai<strong>de</strong>d speech supplementation strategies: effect<br />
of alphabet cues and iconic hand gestures on dysarthric speech. J Speech Lang Hear<br />
Res 2005 Oct;48(5):996-1012.<br />
(171) Kalf JG. Logopedisch on<strong>de</strong>rzoek. A.6.2.2. In: Peters HFM, Dejonckere P, Jansonius K,<br />
Mon<strong>de</strong>laers B, editors. Handboek Stem-, Spraak- en Taalpathologie. Houten: Bohn<br />
Stafleu Van Loghum; 2005.<br />
(172) Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJM, Bloem BR, Munneke M. Development and evaluation of a<br />
swallowing severity questionnaire for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-swallowing). <strong>Parkinson</strong>ism<br />
Relat Disord 2007;13(Supplement 2):S48.<br />
(173) Kalf JG. Twee kwantitatieve sliktests. <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie 2004;7/8:640-6.<br />
(174) Hughes TA, Wiles CM. Clinical measurement of swallowing in health and in neurogenic<br />
dysphagia. QJM 1996 Feb;89(2):109-16.<br />
(175) Nathadwarawala KM, Nicklin J, Wiles CM. A timed test of swallowing capacity for<br />
neurological patients. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1992 Sep;55(9):822-5.<br />
(176) Clarke CE, Gullaksen E, Macdonald S, Lowe F. Referral criteria for speech and language<br />
therapy assessment of dysphagia caused by idiopathic <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
Acta Neurol Scand 1998 Jan;97(1):27-35.<br />
(177) Ertekin C, Aydogdu I, Yuceyar N. Piecemeal <strong>de</strong>glutition and dysphagia limit in normal<br />
subjects and in patients with swallowing disor<strong>de</strong>rs. J Neurol Neurosurg Psychiatry<br />
1996 Nov;61(5):491-6.<br />
(178) Ertekin C, Aydogdu I, Yuceyar N, Tarlaci S, Kiylioglu N, Pehli<strong>van</strong> M, et al. Electrodiagnostic<br />
methods for neurogenic dysphagia. Electroencephalogr Clin Neurophysiol<br />
1998 Aug;109(4):331-40.<br />
(179) Langmore SE. Endoscopic Evaluation and Treatment of Swallowing Disor<strong>de</strong>rs. New<br />
York: Thieme; 2001.<br />
(180) Logemann JA. Manual for the vi<strong>de</strong>ofluorographic study of swallowing. Austin/Texas:<br />
Pro-Ed; 1993.<br />
(181) Robbins JA, Logemann JA, Kirshner HS. Swallowing and speech production in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. Ann Neurol 1986 Mar;19(3):283-7.<br />
(182) Leopold NA, Kagel MC. Prepharyngeal dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Dysphagia<br />
1996;11(1):14-22.<br />
(183) Leopold NA, Kagel MC. Laryngeal <strong>de</strong>glutition movement in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />
Neurology 1997 Feb;48(2):373-6.<br />
(184) Nagaya M, Kachi T, Yamada T, Igata A. Vi<strong>de</strong>ofluorographic study of swallowing in<br />
<strong>Parkinson</strong>’s disease. Dysphagia 1998;13(2):95-100.<br />
(185) Huckabee ML, Pelletier CA. Management of Adult Neurogenic Dysphagia. San Diego:<br />
Singular Publishing Group; 1999.<br />
Literatuur<br />
159
160<br />
<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />
(186) Kalf JG. Functionele behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> orofaryngeale slikstoornissen. In: Peters H,<br />
Dejonckere P, Mon<strong>de</strong>laers B, editors. Handboek Stem-, Spraak- en Taalpathologie.<br />
Houten: Bohn Stafleu Van Loghum; 2006.<br />
(187) Groher ME. Dysphagia. Diagnosis and Management. Boston: Butterworth-Heinemann;<br />
1997.<br />
(188) Logemann JA. Evaluation and treatment of swallowing disor<strong>de</strong>rs. Austin/Texas: Pro-<br />
Ed; 1983.<br />
(189) Welch MV, Logemann JA, Ra<strong>de</strong>maker AW, Kahrilas PJ. Changes in pharyngeal dimensions<br />
effected by chin tuck. Arch Phys Med Rehabil 1993 Feb;74(2):178-81.<br />
(190) Shanahan TK, Logemann JA, Ra<strong>de</strong>maker AW, Pauloski BR, Kahrilas PJ. Chin-down<br />
posture effect on aspiration in dysphagic patients. Arch Phys Med Rehabil 1993<br />
Jul;74(7):736-9.<br />
(191) Kahrilas PJ, Lin S, Logemann JA, Ergun GA, Facchini F. Deglutitive tongue action:<br />
volume accommodation and bolus propulsion. Gastroenterology 1993 Jan;104(1):152-<br />
62.<br />
(192) Raut VV, McKee GJ, Johnston BT. Effect of bolus consistency on swallowing--does<br />
altering consistency help? Eur Arch Otorhinolaryngol 2001 Jan;258(1):49-53.<br />
(193) Robbins J, Gensler G, Hind J, Logemann JA, Lindblad AS, Brandt D, et al. Comparison<br />
of 2 interventions for liquid aspiration on pneumonia inci<strong>de</strong>nce: a randomized trial.<br />
Ann Intern Med 2008 Apr 1;148(7):509-18.<br />
(194) Nagaya M, Kachi T, Yamada T. Effect of swallowing training on swallowing disor<strong>de</strong>rs<br />
in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Scand J Rehabil Med 2000 Mar;32(1):11-5.<br />
(195) Bulow M, Olsson R, Ekberg O. Vi<strong>de</strong>omanometric analysis of supraglottic swallow,<br />
effortful swallow, and chin tuck in healthy volunteers. Dysphagia 1999;14(2):67-72.<br />
(196) Bulow M, Olsson R, Ekberg O. Vi<strong>de</strong>omanometric analysis of supraglottic swallow,<br />
effortful swallow, and chin tuck in patients with pharyngeal dysfunction. Dysphagia<br />
2001;16(3):190-5.<br />
(197) Hind JA, Nicosia MA, Roecker EB, Carnes ML, Robbins J. Comparison of effortful<br />
and noneffortful swallows in healthy middle-aged and ol<strong>de</strong>r adults. Arch Phys Med<br />
Rehabil 2001 Dec;82(12):1661-5.<br />
(198) El SA, Ramig L, Logemann JA, Pauloski BR, Ra<strong>de</strong>maker AW, Smith CH, et al. Swallowing<br />
and voice effects of Lee Silverman Voice Treatment (LSVT): a pilot study. J Neurol<br />
Neurosurg Psychiatry 2002 Jan;72(1):31-6.<br />
(199) Kalf H, Van Keeken P, Dicke H, Rood B. Slikstoornissen <strong>bij</strong> volwassenen. Houten:<br />
Bohn Stafleu Van Loghum; 2008.<br />
(200) Perez Lloret S, Piran Arce G, Rossi M, Cai<strong>van</strong>o Nemet ML, Salsamendi P, Merello M.<br />
Validation of a New Scale for the Evaluation of Sialorrhea in Patients with <strong>Parkinson</strong>’s<br />
Disease. Mov Disord 2007;22(1):107-11.<br />
(201) Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJMd, Bloem BR, Munneke M. Development and evaluation of a<br />
severity scale (DSFS-P) and questionnaire for drooling in <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMPsaliva).<br />
<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2007;13(Supplement 2):S47.
(202) Hofman M, da Costa SP. Observatie-instrument Speekselverlies. Amsterdam: Harcourt<br />
Test Publishers; 2006.<br />
(203) Thomas-Stonell N, Greenberg J. Three treatment approaches and clinical factors in<br />
the reduction of drooling. Dysphagia 1988;3(2):73-8.<br />
(204) Molloy L. Treatment of sialorrhoea in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: best current<br />
evi<strong>de</strong>nce. Curr Opin Neurol 2007 Aug;20(4):493-8.<br />
(205) Marks L, Turner K, O’Sulli<strong>van</strong> J, Deighton B, Lees A. Drooling in <strong>Parkinson</strong>’s disease:<br />
a novel speech and language therapy intervention. Int J Lang Commun Disord<br />
2001;36 Suppl:282-7.<br />
(206) Polatli M, Akyol A, Cildag O, Bayulkem K. Pulmonary function tests in <strong>Parkinson</strong>’s<br />
disease. Eur J Neurol 2001 Jul;8(4):341-5.<br />
(207) Bodt <strong>de</strong> M. Een on<strong>de</strong>rzoeksmo<strong>de</strong>l voor stemevaluatie. De relatie tussen subjectieve<br />
en objectieve parameters in <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> normale en pathologische stemfunctie.<br />
Doctoraal proefschrift. Antwerpen: Universiteit Antwerpen; 1997.<br />
(208) Nishio M, Niimi S. Speaking rate and its components in dysarthric speakers. Clinical<br />
Linguistics and Phonetics 2001;15(4):309-17.<br />
Literatuur<br />
161