20.09.2013 Views

Logopedie bij de ziekte van Parkinson - Logopedie.nl

Logopedie bij de ziekte van Parkinson - Logopedie.nl

Logopedie bij de ziekte van Parkinson - Logopedie.nl

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>


Over het omslag<br />

Op het omslag staat een tulp afgebeeld, <strong>van</strong>af 2005 het wereldwij<strong>de</strong> symbool voor patiënten<br />

met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

In 1980 ontwikkel<strong>de</strong> een Ne<strong>de</strong>rlandse kweker met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> <strong>de</strong> ‘Dr. James<br />

<strong>Parkinson</strong>’ tulp. De Amerikaanse Karen Painter, eveneens een parkinsonpatiënt, ontwierp <strong>de</strong><br />

gestyleer<strong>de</strong> tekening, waar in <strong>de</strong> bla<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> tulp <strong>de</strong> letters P en D (<strong>Parkinson</strong>’s Disease)<br />

te herkennen zijn.


<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Een richtlijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor<br />

<strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />

Hanneke Kalf<br />

Bert <strong>de</strong> Swart<br />

Marianne Bonnier-Baars<br />

Jolanda Kanters<br />

Marga Hofman<br />

Judith Kocken<br />

Marije Miltenburg<br />

Bas Bloem<br />

Marten Munneke<br />

2008


Deze richtlijn is tot stand gekomen on<strong>de</strong>r leiding <strong>van</strong> het <strong>Parkinson</strong> Centrum<br />

Nijmegen (ParC) <strong>van</strong> het UMC St Radboud in Nijmegen, in opdracht <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie.<br />

De ontwikkeling <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze richtlijn is financieel on<strong>de</strong>rsteund door <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Patiënten Vereniging en het Fonds NutsOhra.<br />

De juiste verwijzing luidt: Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJM, Bonnier M, Hofman M,<br />

Kanters J, Kocken J, Miltenburg M, Bloem BR, Munneke M. <strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, een richtlijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong><br />

en Foniatrie, Woer<strong>de</strong>n/Den Haag: Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en<br />

Foniatrie/Uitgeverij Lemma, 2008.<br />

Omslagontwerp: Primo!Studio, Delft<br />

Opmaak binnenwerk: Textcetera, Den Haag<br />

© 2008 NVLF, Woer<strong>de</strong>n 2008 / Uitgeverij LEMMA<br />

Behou<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> in of krachtens <strong>de</strong> Auteurswet <strong>van</strong> 1912 gestel<strong>de</strong> uitzon<strong>de</strong>ringen mag niets uit <strong>de</strong>ze<br />

uitgave wor<strong>de</strong>n verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar<br />

gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen<br />

of enige an<strong>de</strong>re manier, zon<strong>de</strong>r voorafgaan<strong>de</strong> schriftelijke toestemming <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitgever.<br />

Voor zover het maken <strong>van</strong> reprografische verveelvoudigingen uit <strong>de</strong>ze uitgave is toegestaan op grond<br />

<strong>van</strong> artikel 16h Auteurswet 1912 dient men <strong>de</strong> daarvoor wettelijk verschuldig<strong>de</strong> vergoedingen te<br />

voldoen aan <strong>de</strong> Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp, www.reprorecht.<strong>nl</strong>). Voor het<br />

overnemen <strong>van</strong> (een) ge<strong>de</strong>elte(n) uit <strong>de</strong>ze uitgave in bloemlezingen, rea<strong>de</strong>rs en an<strong>de</strong>re compilatiewerken<br />

(art. 16 Auteurswet 1912) kan men zich wen<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> Stichting PRO (Stichting Publicatie- en<br />

Reproductierechten Organisatie, Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp, www.cedar.<strong>nl</strong>/pro).<br />

No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means<br />

without written permission from the publisher.<br />

ISBN 978-90-5931-316-3<br />

NUR 940<br />

www.lemma.<strong>nl</strong>


Woord vooraf<br />

Met gepaste trots bevelen we u gezame<strong>nl</strong>ijk <strong>de</strong>ze richtlijn <strong>bij</strong> u aan.<br />

Dit is namelijk niet zomaar een richtlijn. Het is een evi<strong>de</strong>nce-based richtlijn,<br />

een evi<strong>de</strong>nce-based logopedierichtlijn. Bovendien bestaat er een ‘tweelingzusje’,<br />

een ergotherapievariant. Voor zover wij weten, is het uniek dat er tegelijkertijd<br />

twee monodisciplinaire evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnen <strong>van</strong> paramedische<br />

beroepen verschijnen: <strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en Ergotherapie<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>; richtlijnen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor<br />

<strong>Logopedie</strong> en Foniatrie en Ergotherapie Ne<strong>de</strong>rland. Deze richtlijnen zijn in<br />

nauw overleg gelijktijdig ont wikkeld.<br />

Het primaire doel <strong>van</strong> richtlijnontwikkeling is het niveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg te garan<strong>de</strong>ren<br />

en waar mogelijk te verbeteren hierdoor doeltreffen<strong>de</strong>r en doelmatiger<br />

te maken. On<strong>de</strong>r ‘doeltreffen<strong>de</strong>r’ wordt hier verstaan: werkzamer, veiliger,<br />

aanvaardbaar<strong>de</strong>r voor behan<strong>de</strong>laar en patiënt en beter toepasbaar en uitvoerbaar.<br />

Oftewel, richtlijnen zijn dus nodig en nuttig, omdat ze voor<strong>de</strong>len opleveren<br />

voor <strong>de</strong> zorginhoud, <strong>de</strong> zorgverlening en <strong>de</strong> zorgorganisatie.<br />

Een nieuwe richtlijn is een belangrijke innovatie omdat ‘het beste’ uit het<br />

beschikbare wetenschappelijke bewijs wordt gebun<strong>de</strong>ld. Innovatief is ook dat<br />

<strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntie in het perspectief <strong>van</strong> <strong>de</strong> praktijk staat. Zo voorziet een richtlijn<br />

<strong>de</strong> professional <strong>van</strong> waar<strong>de</strong>volle adviezen over een goe<strong>de</strong> en a<strong>de</strong>quate zorg. Een<br />

praktische richtlijn beschrijft <strong>de</strong> zorginhoud <strong>van</strong>uit het beschikbare wetenschappelijk<br />

bewijs en betrekt daarin <strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> therapeuten en patiënten.<br />

De zorgverlening gaat immers uit <strong>van</strong> partnerschap tussen patiënt en<br />

therapeut, is bovendien gericht op partici patie en is daarmee contextgericht.<br />

Maar <strong>de</strong>ze richtlijn biedt nog meer. De Nijmeegse groep <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rzoekers en<br />

professionals die aan <strong>de</strong>ze richtlijnen gewerkt hebben, hebben intens samengewerkt.<br />

De samenhang die er is tussen <strong>de</strong>ze richtlijnen en <strong>de</strong> KNGF-richtlijn<br />

Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> uit 2004 levert niet alleen een stevig fundament voor <strong>de</strong><br />

monodisci plinaire behan<strong>de</strong>ling, maar faciliteert ook <strong>de</strong> samenwerking tussen<br />

<strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> paramedische disciplines. Juist <strong>de</strong>ze samenwerking is een<br />

kritische succesfactor voor goe<strong>de</strong> zorgverlening waar <strong>de</strong> cliënt mee gediend<br />

is. Ketenkwaliteit neemt een steeds belangrijker plaats in <strong>de</strong> ervaren kwaliteit<br />

<strong>van</strong> zorg.<br />

5


6<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Zoals Don Quichotte in 1605 zei: ‘the proof of the pudding is in the eating’.<br />

De waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn zal in <strong>de</strong> praktijk moeten blijken. Voor het zover is,<br />

voordat <strong>de</strong> logopedist daadwerkelijk <strong>de</strong> richtlijn gaat hanteren in <strong>de</strong> praktijk,<br />

zal een proces <strong>van</strong> implementatie moeten wor<strong>de</strong>n doorlopen. Hier hebben <strong>de</strong><br />

beroepsverenigingen een belangrijke taak.<br />

Tot onze grote vreug<strong>de</strong> zijn er al stappen gezet om ook het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

richt lijnen te evalueren via een wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek. Dit maakt het<br />

mogelijk om <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> toepassing <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijnen in <strong>de</strong>tail vast te stellen<br />

en <strong>bij</strong>voorbeeld relaties te on<strong>de</strong>rzoeken tussen <strong>de</strong> toepassing <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijnen<br />

en <strong>de</strong> uitkomst <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg.<br />

Onze complimenten voor dit schoolvoorbeeld <strong>van</strong> versterken <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg<br />

– zorg inhoud -verlening en -organisatie – door samenwerking!<br />

Marjolein Coppens MSc.<br />

<strong>Logopedie</strong>wetenschapper<br />

Lid Verenigingsbestuur en Voorzitter Commissie Vakinhoud<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />

Dr. Chris Kuiper<br />

Wetenschappelijk directeur<br />

Ergotherapie Ne<strong>de</strong>rland


Inhoud<br />

DEEL I Introductie en samenvatting 9<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 11<br />

DEEL II Toelichting en verantwoording 33<br />

1 Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording 35<br />

1.1 Achtergrond en aa<strong>nl</strong>eiding 35<br />

1.2 Doelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn 36<br />

1.3 Doelpopulatie 37<br />

1.4 Beoog<strong>de</strong> gebruikers 37<br />

1.5 Kwaliteitseisen 38<br />

1.6 Patiëntenperspectief 38<br />

1.7 Primair betrokkenen in <strong>de</strong> richtlijnontwikkeling 38<br />

1.8 Werkwijze 39<br />

1.9 Wetenschappelijke on<strong>de</strong>rbouwing 40<br />

1.10 Bronnen en zoekcriteria 42<br />

1.11 Disseminatie en implementatie 43<br />

1.12 Juridische betekenis 44<br />

1.13 Procedure voor herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn 44<br />

1.14 Externe financiering 44<br />

1.15 Dankwoord 45<br />

1.16 Opbouw en leeswijzer 45<br />

2 De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 47<br />

2.1 Pathogenese 47<br />

2.2 Epi<strong>de</strong>miologie 47<br />

2.3 Gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 48<br />

2.3.1 Stoornissen in functies 49<br />

2.3.2 Ernst en beloop <strong>van</strong> symptomen 53<br />

2.3.4 Beperkingen in vaardighe<strong>de</strong>n en activiteiten 54<br />

2.3.5 Participatieproblemen 56<br />

2.3.6 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> patiënten 56<br />

2.3.7 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> mantelzorgers 56<br />

7


8<br />

2.4 Diagnosestelling 57<br />

2.5 Behan<strong>de</strong>ling 59<br />

2.5.1 Multidisciplinaire bena<strong>de</strong>ring 59<br />

2.5.2 Medische behan<strong>de</strong>ling 59<br />

2.5.3 Paramedische behan<strong>de</strong>ling 61<br />

3 Dysartrie en communicatie 65<br />

3.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie 65<br />

3.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen 77<br />

4 Dysfagie 95<br />

4.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken 95<br />

4.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen 100<br />

5 Speekselverlies 113<br />

5.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing 113<br />

5.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies 116<br />

Bijlagen 121<br />

1 Betrokkenen <strong>bij</strong> richtlijnontwikkeling 123<br />

2 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> spraak- en taalstoornissen<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 126<br />

3 Vrage<strong>nl</strong>ijst spreekklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 127<br />

4 Nijmeegse Dysartrieschaal (NDS) 129<br />

5 Scoreformulier on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> dysartrie en taalproductie 130<br />

6 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 133<br />

7 Vrage<strong>nl</strong>ijst slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 134<br />

8 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 136<br />

9 DSFS-P Ernst- en frequentieschaal <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> [201] 137<br />

10 Vrage<strong>nl</strong>ijst speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 138<br />

11 Medicatie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 140<br />

12 Gewenste wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

logopedie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 142<br />

13 Evi<strong>de</strong>ntietabellen 143<br />

Literatuur 149


DEEL I<br />

Introductie en samenvatting


<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Dit is <strong>de</strong>el I, een introductie op en een samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> NVLF-richtlijn<br />

‘<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’, die apart <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn kan wor<strong>de</strong>n<br />

gelezen. Deel II <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn bestaat uit <strong>de</strong> volledige verantwoording, <strong>de</strong><br />

achtergron<strong>de</strong>n <strong>bij</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen en <strong>de</strong> <strong>bij</strong>lagen.<br />

Deel I bestaat uit drie paragrafen: (1) <strong>de</strong> logopedische domeinen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, (2) methodisch logopedisch han<strong>de</strong>len en (3) een opsomming<br />

<strong>van</strong> alle uitgangsvragen en aanbevelingen.<br />

1 Logopedische domeinen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> richt zich op drie domeinen:<br />

– moeite met spreken: hypokinetische dysartrie en <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> cognitieve<br />

stoornissen op taalbegrip, taalgebruik en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n;<br />

– moeite met kauwen en slikken: slikstoornissen, verslikken en traag kauwen<br />

en slikken;<br />

– moeite met speekselbeheersing: speekselverlies als gevolg <strong>van</strong> niet tijdig<br />

wegslikken <strong>van</strong> speeksel.<br />

Voor <strong>de</strong> revalidatie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten hebben Morris & Iansek (1) een<br />

theoretisch mo<strong>de</strong>l beschreven waarmee positieve ervaringen zijn opgedaan<br />

in grote parkinsoncentra in het buite<strong>nl</strong>and. Het bestaat uit <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vijf<br />

uitgangspunten:<br />

1 <strong>Parkinson</strong>patiënten hebben – afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst, dat wil zeggen<br />

tot op zekere hoogte – een goed<strong>de</strong>els normale motoriek, die op <strong>de</strong> juiste<br />

wijze moet wor<strong>de</strong>n geactiveerd. Een ervaren therapeut is in staat om te<br />

bepalen wat <strong>de</strong> meest zinvolle activatie is.<br />

2 Hypokinesie neemt toe naarmate han<strong>de</strong>lingen langer duren en meer complex<br />

zijn. Complexe han<strong>de</strong>lingen moeten daarom in <strong>de</strong>elhan<strong>de</strong>lingen wor<strong>de</strong>n<br />

opge<strong>de</strong>eld.<br />

3 Deelhan<strong>de</strong>lingen moeten bewust wor<strong>de</strong>n uitgevoerd om <strong>de</strong> falen<strong>de</strong> automatische<br />

motoriek te compenseren.<br />

4 Externe cues (visueel, auditief of proprioceptief) kunnen helpen om han<strong>de</strong>lingen<br />

te starten en op gang te hou<strong>de</strong>n.<br />

11


12<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

5 Het tegelijk uitvoeren <strong>van</strong> motorische en cognitieve taken (dubbeltaken)<br />

dient te wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n, omdat <strong>de</strong> cognitieve aandacht nodig is om<br />

motorische taken bewust uit te voeren.<br />

Deze uitgangspunten zijn ook belangrijk in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling (2).<br />

On<strong>de</strong>rzoek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> beperkingen in het spreken<br />

Subtiele veran<strong>de</strong>ringen in spreken en cognitie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten kunnen<br />

al snel <strong>van</strong> grote invloed zijn op <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt zich met spreken<br />

op zijn gemak voelt (3). Dat on<strong>de</strong>rstreept het belang <strong>van</strong> vroege verwijzing en<br />

tijdige logopedische aandacht.<br />

De huidige logopedische behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> hypokinetische dysartrie<br />

concentreren zich op intensieve stimulering <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spreken,<br />

geduren<strong>de</strong> een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> ten minste vier weken. Een <strong>de</strong>rgelijk aanpak<br />

is parkinson-specifiek, want doet een beroep op (tot <strong>de</strong> op zekere hoogte)<br />

normale motoriek door die te activeren en uit te lokken door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> cues.<br />

Diverse studies (4) hebben <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> daar<strong>van</strong> laten zien voor patiënten<br />

met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

<strong>Parkinson</strong>patiënten variëren sterk in <strong>ziekte</strong>-ernst, fysieke en cognitieve belastbaarheid,<br />

dysartrische kenmerken en verwachtingen ten aanzien <strong>van</strong> verbale<br />

communicatie. Dat betekent dat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid kan<br />

variëren <strong>van</strong> een eenmalig consult met adviezen, tot intensieve behan<strong>de</strong>ling<br />

<strong>van</strong> ten minste driemaal per week geduren<strong>de</strong> ten minste vier weken, tot periodieke<br />

consulten met nadruk op begeleiding en instructie <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers<br />

(gesprekspartners). De behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> communicatieve klachten als<br />

gevolg <strong>van</strong> cognitief verval en taalstoornissen is beperkt tot hulp in <strong>de</strong> vorm<br />

adviezen en specifieke aanpassingen. Een (met betrekking tot <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong>) ervaren logopedist mag door <strong>de</strong> verwijzer in staat wor<strong>de</strong>n geacht<br />

om te beoor<strong>de</strong>len of en op welke wijze behan<strong>de</strong>ling zinvol is en om die behan<strong>de</strong>ling<br />

te kunnen uitvoeren.<br />

On<strong>de</strong>rzoek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> beperkingen <strong>van</strong> het slikken<br />

Verslikken, lang blijven kauwen en an<strong>de</strong>re typische slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kunnen zorgwekkend en belastend zijn voor <strong>de</strong> patiënt en zijn<br />

mantelzorgers (5). Logopedisten met ervaring in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen<br />

en <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn in staat om na efficiënte diagnostiek<br />

in kortduren<strong>de</strong> interventies a<strong>de</strong>quate oefeningen, aanpassingen en cueing- en<br />

bewegingstrategieën aan te bie<strong>de</strong>n. De behan<strong>de</strong>ling die daarop volgt zal in het<br />

algemeen bestaan uit een eenmalig advies of een korte behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong>, zo<br />

nodig in <strong>de</strong> thuissituatie.


On<strong>de</strong>r zoek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> beperkingen in<br />

speekselbeheersing<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Speekselverlies is een vervelend probleem dat met name optreedt in <strong>de</strong> latere<br />

fasen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>. Logopedisten met ervaring in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />

kunnen vaststellen wat <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht is en in hoeverre <strong>de</strong><br />

klacht met logopedische technieken te behan<strong>de</strong>len is. De behan<strong>de</strong>ling zal in<br />

het algemeen bestaan uit een eenmalig advies of een korte behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong>,<br />

zo nodig in <strong>de</strong> thuissituatie. Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> oplevert,<br />

zal <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt terugsturen naar <strong>de</strong> verwijzer voor<br />

medische behan<strong>de</strong>ling (<strong>bij</strong>voorbeeld voor injecties met botuline-neurotoxine).<br />

2 Methodisch logopedisch han<strong>de</strong>len<br />

Het methodisch logopedisch han<strong>de</strong>len is beschreven in <strong>de</strong> Logopedische Standaar<strong>de</strong>n<br />

voor <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> werkvel<strong>de</strong>n waarin <strong>de</strong> logopedist werkzaam kan<br />

zijn (NVLF, 1996).<br />

De uitgangsvragen en aanbevelingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn volgen globaal het<br />

methodisch han<strong>de</strong>len dat samengevat wordt in figuur 1.<br />

indicatie en verwijzing<br />

hulpvraag en anamnese<br />

diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek<br />

conclusie en formuleren<br />

behan<strong>de</strong>ldoelen<br />

behan<strong>de</strong>ling<br />

evaluatie, afsluiting en<br />

rapportage<br />

Figuur 1 De fasen <strong>van</strong> methodisch han<strong>de</strong>len<br />

13


14<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

In 2008 zal tevens <strong>de</strong> ‘Multidisciplinaire richtlijn voor diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ verschijnen, on<strong>de</strong>r leiding <strong>van</strong> het Kwaliteitsinstituut<br />

voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO (6). Die richtlijn beschrijft on<strong>de</strong>r<br />

an<strong>de</strong>re <strong>de</strong> indicatiestelling voor <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> disciplines <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong> en afspraken over <strong>de</strong> berichtgeving tussen <strong>de</strong> verwijzer en <strong>de</strong> zorgverleners.<br />

Daarom zijn hier <strong>de</strong> aanbevelingen overgenomen over <strong>de</strong> indicatie<br />

voor logopedie en over <strong>de</strong> berichtgeving tussen <strong>de</strong> verwijzer en <strong>de</strong> logopedist<br />

(conform <strong>de</strong> structuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> opbouw <strong>van</strong> aanbevelingen, zie <strong>de</strong>el II).<br />

Vraag 1<br />

Wat zijn <strong>de</strong> indicaties voor verwijzing naar logopedie?<br />

Overige overwegingen<br />

Bij <strong>de</strong> formulering <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze aanbeveling is <strong>de</strong> inhoud <strong>van</strong> <strong>de</strong> NVLF-richtlijn<br />

‘<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ gevolgd.<br />

Aanbeveling 1<br />

Indicaties voor verwijzing naar logopedie zijn:<br />

1 Aanwezigheid <strong>van</strong> beperkingen in <strong>de</strong> spraak of communicatie.<br />

2 Aanwezigheid <strong>van</strong> beperkingen met het slikken (met als mogelijk gevolg<br />

kwijlen) of problemen met eten/drinken ten gevolge <strong>van</strong> slikstoornissen<br />

(met als mogelijk gevolg een aspiratiepneunomie of gewichtsverlies).<br />

3 Noodzaak tot advies en gebruik <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len ten bate <strong>van</strong> <strong>de</strong> communicatie.<br />

Vraag 2<br />

Wat zijn <strong>de</strong> voorwaar<strong>de</strong>n voor werkafspraken tussen <strong>de</strong> betrokken zorgverleners?<br />

Binnen <strong>de</strong> multidisciplinaire richtlijn zijn ook afspraken gemaakt in <strong>de</strong> vorm<br />

<strong>van</strong> aanbevelingen over <strong>de</strong> wijze <strong>van</strong> rapporteren. Dat wil in dit verband zeggen:<br />

welke informatie <strong>de</strong> logopedist <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwijzer mag verwachten en welke<br />

informatie <strong>de</strong> verwijzer <strong>van</strong> een logopedist in een behan<strong>de</strong>lverslag of brief<br />

graag terug wil zien?<br />

Overige overwegingen<br />

Om optimale ketenzorg te waarborgen zijn goe<strong>de</strong> werkafspraken tussen <strong>de</strong><br />

betrokken zorgverleners essentieel. De parkinsonverpleegkundige of zorgcoordinator<br />

speelt hier<strong>bij</strong> een centrale rol.


<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 2a<br />

De verwijsbrief naar een op indicatie betrokken zorgverlener dient minimaal<br />

te bevatten: (a) <strong>de</strong> medische voorgeschie<strong>de</strong>nis, (b) <strong>de</strong> comorbiditeit,<br />

(c) <strong>de</strong> huidige medicatie en, <strong>bij</strong> voorkeur, <strong>de</strong> reeds eer<strong>de</strong>r geprobeer<strong>de</strong><br />

medicatie (met <strong>de</strong> re<strong>de</strong>nen voor het staken), (d) <strong>de</strong> vraagstelling en (e) <strong>de</strong><br />

aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> verwijzing (eenmalig consult ter advies, of ter initiatie <strong>van</strong> een<br />

behan<strong>de</strong>ling).<br />

Aanbeveling 2b<br />

De zorgverlener waarnaar <strong>de</strong> patiënt is verwezen rapporteert aan <strong>de</strong> verwijzer<br />

(en aan <strong>de</strong> parkinsonverpleegkundige) <strong>bij</strong> afsluiting <strong>van</strong> een interventie.<br />

Indien een behan<strong>de</strong>ling een langdurig karakter heeft, rapporteert<br />

<strong>de</strong> zorgverlener ook tussentijds, ten minste éénmaal per jaar. In <strong>de</strong> rapportage<br />

vermeldt <strong>de</strong> zorgverlener minimaal <strong>de</strong> ingeschakel<strong>de</strong> interventie(s),<br />

<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong> en frequentie, het effect en <strong>de</strong> verwachte prognose.<br />

Indien mogelijk wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling on<strong>de</strong>rsteund<br />

met waar<strong>de</strong>n <strong>van</strong> gebruikte meetinstrumenten. De betekenis <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze<br />

waar<strong>de</strong>n wordt bondig maar dui<strong>de</strong>lijk omschreven. Indien een (monodisciplinaire)<br />

richtlijn beschikbaar is, dient <strong>de</strong> verslaglegging en <strong>de</strong> keuze <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> meetinstrumenten conform <strong>de</strong>ze richtlijn te zijn. Wanneer psychosociale<br />

problematiek dan wel responsfluctuaties <strong>van</strong> medicatie gesignaleerd<br />

wordt, volgt hierover berichtgeving naar <strong>de</strong> parkinsonverpleegkundige of<br />

zorgcoördinator.<br />

De richtlijn voorziet hierna per domein in aanbevelingen over het logopedisch<br />

on<strong>de</strong>rzoek en <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n. De aanbevelingen<br />

over het diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek betreffen rele<strong>van</strong>te anamnesevragen, meetinstrumenten,<br />

ernstmaten, (gestandaardiseer<strong>de</strong>) observaties en instrumenteel<br />

on<strong>de</strong>rzoek. Aanbevelingen over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling beschrijven <strong>de</strong> diverse metho<strong>de</strong>n<br />

en technieken, <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lfrequentie en <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger.<br />

Hieron<strong>de</strong>r volgt een opsomming <strong>van</strong> alle uitgangsvragen en aanbevelingen.<br />

3 Overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen<br />

De richtlijn bestaat in totaal uit veertig uitgangsvragen en 60 aanbevelingen.<br />

Hieron<strong>de</strong>r volgt een overzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitgangsvragen en aanbevelingen, ver<strong>de</strong>eld<br />

over:<br />

– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie (<strong>de</strong>el II, paragraaf 3.1);<br />

– behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen (<strong>de</strong>el II, paragraaf<br />

3.2);<br />

15


16<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken (<strong>de</strong>el II, paragraaf 4.1);<br />

– behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen (<strong>de</strong>el II, paragraaf 4.2);<br />

– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing (<strong>de</strong>el II, paragraaf 5.1);<br />

– behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies (<strong>de</strong>el II, paragraaf 5.2).<br />

On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie<br />

Vraag 3<br />

Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

Aanbeveling 3a<br />

Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> spraakklachten<br />

<strong>van</strong> een parkinsonpatiënt:<br />

a vraagt naar klachten zowel op functieniveau als op activiteitenniveau<br />

en participatieniveau;<br />

b informeert naar klachten zowel over <strong>de</strong> spraak (stem, verstaanbaarheid)<br />

als naar klachten over communicatieve vaardigheid (woordvinding, een<br />

gesprek beginnen e.d.);<br />

c vraagt naar zowel <strong>de</strong> problemen en ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt, als naar<br />

<strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gesprekspartner en/of mantelzorgers.<br />

Aanbeveling 3b<br />

Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt vóór het eerste consult een<br />

gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />

Vraag 4<br />

Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraakklachten te kwantificeren?<br />

Aanbeveling 4<br />

Het is te overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie voor <strong>de</strong><br />

verstaanbaarheid en communicatieve effectiviteit te scoren op <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal ‘verstaanbaarheid’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />

Measures (TOM).


Vraag 5<br />

Wat is specifiek voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 5<br />

Het is aan te bevelen het klinisch dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong><br />

idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> te beperken tot:<br />

a het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het spontane of ongestimuleer<strong>de</strong> spreken, en<br />

b het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse spraakkenmerken<br />

met behulp <strong>van</strong> maximale prestatietests.<br />

Vraag 6<br />

Op welke manier kan het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt het beste<br />

wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Aanbeveling 6<br />

Het is aan te bevelen om het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />

te beoor<strong>de</strong>len aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> <strong>de</strong> gebruikelijke spraakkenmerken, namelijk<br />

a<strong>de</strong>ming, fonatie, articulatie, resonantie en prosodie. Bij <strong>de</strong> interpretatie is<br />

het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong> of in een off-perio<strong>de</strong><br />

is geobserveerd.<br />

Vraag 7<br />

Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie te kwantificeren?<br />

Aanbeveling 7<br />

De logopedist kan overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie te scoren op<br />

<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal dysartrie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />

Measures (TOM).<br />

Vraag 8<br />

Op welke manier kan <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />

het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

17


18<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 8<br />

Het is sterk aan te bevelen om <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> maximale prestatietests te<br />

gebruiken om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit en <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong><br />

het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt te beoor<strong>de</strong>len:<br />

– automatische reeksen;<br />

– maximale fonatieduur;<br />

– glijtonen.<br />

Bij <strong>de</strong> interpretatie is het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong><br />

of in een off-perio<strong>de</strong> is geobserveerd.<br />

Vraag 9<br />

Welke audiovisuele registraties zijn <strong>van</strong> belang <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met<br />

spraakklachten?<br />

Aanbeveling 9a<br />

Het is aan te bevelen om <strong>bij</strong> elke parkinsonpatiënt een audio- of vi<strong>de</strong>oopname<br />

te maken <strong>van</strong> het spontane spreken, met als doel om <strong>de</strong> beginsituatie<br />

vast te leggen en <strong>de</strong> patiënt feedback te kunnen geven over zijn<br />

verstaanbaarheid.<br />

Aanbeveling 9b<br />

Het wordt aanbevolen om <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken <strong>bij</strong> het<br />

eerste consult vast te leggen met een dB-meter.<br />

Vraag 10<br />

Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist on<strong>de</strong>rzoek door een KNO-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />

met spraakklachten adviseren?<br />

Aanbeveling 10<br />

Geadviseerd wordt dat <strong>de</strong> logopedist laryngoscopisch on<strong>de</strong>rzoek door een<br />

KNO-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt met een hypokinetische dysartrie alleen<br />

zou moeten voorstellen <strong>bij</strong> ver<strong>de</strong>nking <strong>van</strong> stemplooipathologie die niet<br />

gerelateerd is aan het neurologische <strong>ziekte</strong>beeld.


<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Vraag 11<br />

Op welke manier kunnen taalstoornissen en/of communicatieve problemen<br />

<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Aanbeveling 11<br />

Het verdient aanbeveling om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten expliciet te vragen<br />

naar moeite met woordvinding en conversatie. Het afnemen <strong>van</strong> formele<br />

taaltests wordt vooralsnog ontra<strong>de</strong>n.<br />

Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen<br />

Vraag 12<br />

Wat zijn <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling met LSVT en PLVT?<br />

Aanbeveling 12<br />

Het is sterk aan te bevelen om parkinsonpatiënten met een hypokinetische<br />

dysartrie, die voldoen aan <strong>de</strong> indicaties voor intensieve behan<strong>de</strong>ling, met<br />

PLVT of LSVT te behan<strong>de</strong>len.<br />

Vraag 13<br />

Wat is <strong>de</strong> optimale behan<strong>de</strong>lintensiteit voor PLVT/LSVT?<br />

Aanbeveling 13a<br />

Het wordt aanbevolen om behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT <strong>bij</strong> daarvoor geïndiceer<strong>de</strong><br />

patiënten te geven met een behan<strong>de</strong>lfrequentie <strong>van</strong> ten minste<br />

driemaal per week, <strong>de</strong>rtig minuten, geduren<strong>de</strong> minimaal vier weken. Een<br />

geringere behan<strong>de</strong>lfrequentie wordt ontra<strong>de</strong>n.<br />

Aanbeveling 13b<br />

Het verdient tevens aanbeveling om PLVT/LSVT zó te plannen, dat vier<br />

weken aaneensluitend oefenen zowel voor <strong>de</strong> patiënt als <strong>de</strong> logopedist<br />

uitvoerbaar is en <strong>bij</strong> voorkeur niet tegelijk valt met an<strong>de</strong>re paramedische<br />

interventies die eveneens veel tijd en energie vragen.<br />

19


20<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Vraag 14<br />

Wanneer is een parkinsonpatiënt geïndiceerd voor behan<strong>de</strong>ling met PLVT/<br />

LSVT?<br />

Aanbeveling 14a<br />

Geadviseerd wordt om parkinsonpatiënten met een hypokinetische dysartrie<br />

behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT te adviseren als:<br />

– <strong>de</strong> stemkwaliteit, zowel luidheid, hel<strong>de</strong>rheid als toonhoogte, voldoen<strong>de</strong><br />

te cuen is;<br />

– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> intrinsieke motivatie heeft om intensief te oefenen,<br />

op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht en <strong>de</strong> verwachtingen <strong>van</strong> het<br />

communicatief functioneren;<br />

– <strong>de</strong> patiënt cognitief voldoen<strong>de</strong> in staat is om een nieuwe techniek te<br />

leren;<br />

– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> energie heeft om intensief te oefenen.<br />

Aanbeveling 14b<br />

Bij twijfel over <strong>de</strong> indicatie voor PLVT/LSVT kan het zinvol zijn om eerst een<br />

proefbehan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>bij</strong>voorbeeld een week uit te voeren.<br />

Aanbeveling 14c<br />

Tevens kan het zinvol zijn om <strong>de</strong> patiënt geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong> te<br />

laten oefenen met <strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> een co-therapeut.<br />

Aanbeveling 14d<br />

Follow-up (tussen 6 en 12 maan<strong>de</strong>n) na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT is aan<br />

te bevelen.<br />

Vraag 15<br />

Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling wanneer een parkinsonpatiënt niet geïndiceerd<br />

is voor PLVT/LSVT?<br />

Aanbeveling 15<br />

Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die niet geïndiceerd zijn voor<br />

intensieve behan<strong>de</strong>ling wel met PLVT/LSVT-technieken te behan<strong>de</strong>len, maar<br />

met een lagere intensiteit en met min<strong>de</strong>r hoge doelen. Tegelijk traint <strong>de</strong><br />

logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers om het cuen wanneer nodig over te nemen.


<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Vraag 16<br />

Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> hypokinetische<br />

dysartrie?<br />

Aanbeveling 16<br />

Voor algemene oefeningen voor <strong>de</strong> mondmotoriek of uitspraak is wellicht<br />

geen plaats in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met<br />

een dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische dysartrie.<br />

Vraag 17<br />

Wat is te verwachten <strong>van</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> mimiekarmoe<strong>de</strong>?<br />

Aanbeveling 17<br />

Bij het overwegen <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> PLVT/LSVT kan tevens wor<strong>de</strong>n meegenomen<br />

dat <strong>de</strong>ze behan<strong>de</strong>ling een gunstige invloed kan hebben op <strong>de</strong><br />

non-verbale communicatie.<br />

Gezichtsmassage of geïsoleerd oefenen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gelaatsexpressie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

kan overwogen wor<strong>de</strong>n om tij<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

gelaatsspieren te vermin<strong>de</strong>ren, maar lijkt niet zinvol om <strong>de</strong> mimiek te verbeteren.<br />

Vraag 18<br />

Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> groepsbehan<strong>de</strong>ling?<br />

Aanbeveling 18<br />

Wanneer <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n het toelaten is groepsbehan<strong>de</strong>ling, als aanvulling<br />

op individuele behan<strong>de</strong>ling, te overwegen in <strong>de</strong> begeleiding <strong>van</strong><br />

parkinsonpatiënten met dysartrie en communicatieproblemen.<br />

Vraag 19<br />

Op welke wijze moet <strong>de</strong> logopedist rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> medicatie?<br />

Aanbeveling 19a<br />

Het is te overwegen om <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling pas te starten als <strong>de</strong><br />

medicatie goed is ingesteld.<br />

21


22<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 19b<br />

Tevens wordt aanbevolen om in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling nadrukkelijk<br />

rekening te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> on- en off-perio<strong>de</strong>s <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />

Vraag 20<br />

Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n?<br />

Aanbeveling 20a<br />

Wanneer PLVT/LSVT niet voldoen<strong>de</strong> helpt om accelereren tegen te gaan,<br />

is het gebruik <strong>van</strong> een pacing board of metronoom <strong>bij</strong> het oefenen te overwegen.<br />

Aanbeveling 20b<br />

Alleen wanneer behan<strong>de</strong>ltechnieken (PLVT/LSVT) onvoldoen<strong>de</strong> helpen<br />

om een acceptabel stemvolume terug te krijgen én wanneer <strong>de</strong> kwaliteit<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> articulatie het toelaat, is het gebruik <strong>van</strong> een spraakversterker te<br />

overwegen.<br />

Vraag 21<br />

Wat zijn <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> communicatieve problemen als gevolg<br />

<strong>van</strong> taalstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

Aanbeveling 21<br />

De logopedist heeft een taak in het geven <strong>van</strong> inzicht in en het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />

compensaties <strong>bij</strong> taalstoornissen en communicatieve problemen die niet<br />

wor<strong>de</strong>n veroorzaakt door een slechte verstaanbaarheid.<br />

Vraag 22<br />

Wat is <strong>de</strong> plaats <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len als ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het spreken<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>?


<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 22<br />

Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist parkinsonpatiënten met zeer ernstige<br />

dysartrieën, maar een bruikbare arm-handfunctie, hulpmid<strong>de</strong>len adviseert<br />

en leert gebruiken, zoals een letterkaart, een communicatiebord of een<br />

elektronisch communicatiemid<strong>de</strong>l.<br />

Vraag 23<br />

Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen?<br />

Aanbeveling 23<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en communicatieve traagheid. De mantelzorger<br />

kan daar<strong>bij</strong> drie taken (rollen) hebben:<br />

1 co-therapeut tij<strong>de</strong>ns intensieve PLVT/LSVT;<br />

2 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> verstaanbaarheidsproblemen: toepassen<br />

<strong>van</strong> cues om <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong> techniek voor verstaanbaar<strong>de</strong>r spreken<br />

te faciliteren;<br />

3 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> communicatieve (cognitieve) problemen:<br />

helpen tij<strong>de</strong>ns conversaties door <strong>bij</strong>voorbeeld vragen te herhalen.<br />

Vraag 24<br />

Wat zijn <strong>de</strong> beste instrumenten om het resultaat <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len te bepalen?<br />

Aanbeveling 24<br />

Aanbevolen wordt om het resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling vast te stellen door<br />

mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong>:<br />

– objectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken met<br />

een dB-meter of een vi<strong>de</strong>o-opname;<br />

– subjectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en verstaanbaarheid tij<strong>de</strong>ns<br />

spontaan spreken met <strong>de</strong> TOM-schalen;<br />

– met <strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers te bespreken in hoeverre <strong>de</strong> <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g<br />

geformuleer<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ldoelen zijn gehaald.<br />

23


24<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken<br />

Vraag 25<br />

Wat moet in <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het kauwen en slikken <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

Aanbeveling 25a<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> kauw- en<br />

slikstoornissen vraagt naar <strong>de</strong> specifieke klachten en het beloop daar<strong>van</strong> op<br />

zowel functieniveau (verslikken, traag eten) en activiteitenniveau (weglaten<br />

<strong>van</strong> moeilijke consistenties) als op participatieniveau (dineren met an<strong>de</strong>ren).<br />

Aanbeveling 25b<br />

Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />

gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />

Vraag 26<br />

Welk logopedisch slikon<strong>de</strong>rzoek is rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

Aanbeveling 26a<br />

Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />

over het slikken <strong>bij</strong> voorkeur:<br />

a het spontaan drinken observeert;<br />

b <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het drinken beoor<strong>de</strong>elt met behulp <strong>van</strong> maximale<br />

prestatietests (maximaal slikvolume en/of sliksnelheid),<br />

Aanbeveling 26b<br />

Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> klachten over vaste voeding een<br />

maaltijd observeert en <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> instructies en cues beoor<strong>de</strong>elt.<br />

Vraag 27<br />

Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />

met slikklachten adviseren?<br />

Aanbeveling 27<br />

Bij een parkinsonpatiënt met een slikstoornis, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> ernst<br />

ondui<strong>de</strong>lijk is, kan <strong>de</strong> logopedist overwegen om aanvullen<strong>de</strong> diagnostiek<br />

door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een slikvi<strong>de</strong>o of FEES te adviseren.


Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />

Vraag 28<br />

Wat zijn belangrijke on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> voorlichting en educatie?<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 28<br />

Het wordt aanbevolen om voor het inzicht en <strong>de</strong> motivatie aan <strong>de</strong> patiënt<br />

en <strong>de</strong> mantelzorgers uitleg te geven over het normale proces <strong>van</strong> kauwen<br />

en slikken en over wat er <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt fout gaat.<br />

Vraag 29<br />

Wat zijn zinvolle technieken om verslikken in vloeistoffen te vermin<strong>de</strong>ren?<br />

Aanbeveling 29a<br />

Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die anamnestisch last hebben<br />

<strong>van</strong> verslikken, maar zich niet verslikken tij<strong>de</strong>ns een slikon<strong>de</strong>rzoek en<br />

provocatietests:<br />

1 uitleg te geven over verslikken als gevolg <strong>van</strong> een dubbeltaak, en<br />

2 door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> oefenen bewust te maken <strong>van</strong> veilig slikken met aandacht.<br />

Pas als dit onvoldoen<strong>de</strong> verbetering geeft zou <strong>de</strong> logopedist an<strong>de</strong>re interventies<br />

moeten overwegen.<br />

Aanbeveling 29b<br />

Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt die zich<br />

snel verslikt in vloeistoffen, beoor<strong>de</strong>elt of nekflexie voldoen<strong>de</strong> is en kan<br />

wor<strong>de</strong>n volgehou<strong>de</strong>n om verslikken in vloeistoffen te verhelpen.<br />

Aanbeveling 29c<br />

Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt die zich<br />

snel verslikt in vloeistoffen, probeert of kleinere volumes dan wel consequente<br />

dikkere vloeistoffen voldoen<strong>de</strong> zijn om verslikken in vloeistoffen te<br />

voorkomen.<br />

25


26<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Vraag 30<br />

Wat zijn zinvolle technieken om langdurig kauwen en trage slikinzet te verbeteren?<br />

Aanbeveling 30a<br />

De logopedist kan overwegen om te beoor<strong>de</strong>len wat het resultaat is <strong>van</strong><br />

activatieoefeningen op <strong>de</strong> slikinzet, voorafgaand aan elke maaltijd.<br />

Aanbeveling 30b<br />

Bij parkinsonpatiënten die te lang kauwen (hypokinesie) en/of voedsel in<br />

<strong>de</strong> mond hou<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r te slikken (akinesie), kan het zinvol zijn om te<br />

proberen of <strong>de</strong> patiënt kan leren het proces in bewuste stappen en met<br />

gebruik <strong>van</strong> specifieke cues uit te voeren.<br />

Aanbeveling 30c<br />

Wanneer langdurig kauwen en akinesie <strong>van</strong> het slikken moeilijk gedragsmatig<br />

is te verbeteren, wordt aanbevolen om aangepaste (gemalen) voeding<br />

te adviseren.<br />

Vraag 31<br />

Wat zijn zinvolle technieken om faryngeaal residu te vermin<strong>de</strong>ren?<br />

Aanbeveling 31a<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met faryngeale<br />

passageklachten leert om bewust en consequent krachtiger te slikken.<br />

Aanbeveling 31b<br />

Wanneer faryngeale passageklachten moeilijk gedragsmatig zijn te verbeteren,<br />

wordt aanbevolen om meer aangepaste voedselconsistenties te<br />

adviseren.


<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 31c<br />

Wanneer <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> patiënt adviseert om voedselconsistenties aan<br />

te passen, is het aan te bevelen om een diëtist te vragen om <strong>de</strong> patiënt<br />

te adviseren hoe <strong>de</strong> volwaardigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> voeding het beste kan wor<strong>de</strong>n<br />

gehandhaafd.<br />

Vraag 32<br />

Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> hypokinetische slikstoornissen?<br />

Aanbeveling 32<br />

De logopedist kan overwegen om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met slikstoornissen<br />

én een hypokinetische dysartrie, voor <strong>de</strong> slikstoornis alleen <strong>de</strong> noodzakelijke<br />

adviezen te geven en na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT, opnieuw<br />

het kauwen en slikken te beoor<strong>de</strong>len.<br />

Vraag 33<br />

Wat zijn zinvolle technieken om het slikken <strong>van</strong> pillen te vergemakkelijken?<br />

Aanbeveling 33<br />

Gegeven <strong>de</strong> diverse oorzaken <strong>van</strong> moeite met pillen slikken wordt aanbevolen<br />

dat <strong>de</strong> logopedist aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> individuele observatie <strong>van</strong> het<br />

pillen slikken door <strong>de</strong> patiënt, een passend advies be<strong>de</strong>nkt en evalueert,<br />

gebaseerd op <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> slikstoornissen.<br />

Vraag 34<br />

Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> multidisciplinaire samenwerking <strong>bij</strong> slikstoornissen?<br />

Aanbeveling 34<br />

Hat kan zinvol zijn dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen<br />

samenwerkt met <strong>de</strong> diëtist, verpleegkundige, ergotherapeut of fysiotherapeut.<br />

Vraag 35<br />

Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen?<br />

27


28<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 35<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />

afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues.<br />

On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing<br />

Vraag 36<br />

Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

Aanbeveling 36a<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> speekselverlies<br />

vraagt naar klachten op zowel functieniveau en activiteitenniveau<br />

als op participatieniveau. Ook inzicht in <strong>de</strong> momenten waarop het speekselverlies<br />

optreedt, kan aanknopingspunten voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling opleveren.<br />

Aanbeveling 36b<br />

Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />

gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />

Vraag 37<br />

Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies te kwantificeren?<br />

Aanbeveling 37<br />

Aanbevolen wordt om <strong>de</strong> DSFS-P te gebruiken om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies<br />

te kwantificeren.<br />

Vraag 38<br />

Welke beïnvloe<strong>de</strong>n<strong>de</strong> factoren <strong>van</strong> speekselverlies kunnen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

in ie<strong>de</strong>r geval wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Aanbeveling 38<br />

Het is aan te bevelen om te analyseren wat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lbare oorzaken <strong>van</strong><br />

het speekselverlies zijn, zoals mondsluiting, a<strong>de</strong>quaat slikken, hoofd- en<br />

lichaamshouding en <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt te instrueren is en instructie<br />

(zo nodig met hulp <strong>van</strong> een mantelzorger) in praktijk kan brengen en<br />

volhou<strong>de</strong>n.


Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Vraag 39<br />

Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />

Aanbeveling 39a<br />

Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />

over speeksel(verlies) uitleg geeft over <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> speekselverlies en<br />

probeert het speekselverlies met instructies over slikken en bewegingsstrategieën<br />

gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

Aanbeveling 39b<br />

Omdat gegevens ontbreken over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> specifieke behan<strong>de</strong>ltechnieken<br />

is het aan te bevelen om <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling te stoppen wanneer<br />

dui<strong>de</strong>lijke verbetering na twee tot drie sessies uitblijft.<br />

Aanbeveling 39c<br />

Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> oplevert is het aan te bevelen<br />

dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met berichtgeving terugverwijst<br />

voor eventuele medische behan<strong>de</strong>ling.<br />

Vraag 40<br />

Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />

Aanbeveling 40<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />

<strong>bij</strong> het voorkomen <strong>van</strong> speekselverlies, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />

afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues en bewegingsstrategieën.<br />

29


30<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Samenvattingskaart <strong>bij</strong> problemen met spreken (* nummers <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen)<br />

Mogelijke conclusies Behan<strong>de</strong>ling<br />

(12 – 24)*<br />

Anamnese en dysartrieon<strong>de</strong>rzoek<br />

(3 – 11)*<br />

Adviezen tij<strong>de</strong>ns eenmalig consult.<br />

Geringe hypokinetische dysartrie maar geen last;<br />

patiënt kan zichzelf cuen door, als het nodig is, met<br />

meer intensiteit te spreken.<br />

PLVT (LSVT) minimaal driemaal per week,<br />

geduren<strong>de</strong> minimaal vier weken (indien nodig<br />

met co-therapeut).<br />

Dui<strong>de</strong>lijke mil<strong>de</strong> tot matige hypokinetische dysartrie;<br />

patiënt is makkelijk te cuen, is gemotiveerd, heeft<br />

voldoen<strong>de</strong> energie en leervermogen.<br />

PLVT met nadruk op extern cuen tot lui<strong>de</strong>r<br />

spreken; gesprekspartner/mantelzorgers leren<br />

hoe cuen over te nemen en consequent toe te<br />

passen.<br />

Matige tot ernstige hypokinetische dysartrie die<br />

enigszins te cuen is; patiënt heeft weinig energie<br />

en/of is beperkt leerbaar.<br />

Vragen (evt. met behulp <strong>van</strong><br />

gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst) naar<br />

klachten over:<br />

- stem;<br />

- verstaanbaarheid;<br />

- moeite met conversatie.<br />

Observatie <strong>van</strong> spontaan (ongestimuleerd)<br />

spreken, zo nodig met audio-opname,<br />

vi<strong>de</strong>o-opname en/of dB-meter. Bepalen <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> mate <strong>van</strong> stimuleerbaarheid (met reeksen<br />

noemen, nazeggen, klank aanhou<strong>de</strong>n enz.).<br />

Bij twijfel over <strong>de</strong> aard <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie: oraal<br />

on<strong>de</strong>rzoek, diadochokinese e.d.<br />

Begeleiding en instructie <strong>van</strong> gesprekspartners,<br />

gericht op cuen <strong>van</strong> een <strong>de</strong>eluiting.<br />

Indien mogelijk (handmotoriek en cognitie)<br />

aanbie<strong>de</strong>n alternatief communicatiemid<strong>de</strong>l.<br />

Zeer ernstige hypokinetische dysartrie die niet of<br />

nauwelijks te cuen is.<br />

Compensaties doornemen en evalueren met<br />

patiënt en gesprekspartner.<br />

Vooral trage woordvinding en communicatieve<br />

problemen<br />

Patiënt spreekt nauwelijks meer, valt stil (apathie). Uitleg, acceptatie.


Samenvattingskaart <strong>bij</strong> problemen met slikken (* nummers <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen)<br />

Mogelijke conclusies Behan<strong>de</strong>ling<br />

(28 – 35)*<br />

Anamnese en slikon<strong>de</strong>rzoek<br />

(25 – 27)*<br />

Compensaties aa<strong>nl</strong>eren (o.a. houding, volume) en<br />

cues om verslikken, moeite met pillen slikken e.d. te<br />

beperken of te voorkomen.<br />

Geringe slikstoornis, invloed <strong>van</strong><br />

dubbeltaken, ina<strong>de</strong>quate hoofdhouding<br />

enz.<br />

Aanpassen consistenties en/of meer hulp of<br />

cues geven om acceptabel tempo te hou<strong>de</strong>n en<br />

vermoeidheid te beperken. Evt. in overleg met<br />

diëtist en ergotherapeut.<br />

Matige tot ernstige slikstoornis,<br />

waardoor o.a. traag eten en/of<br />

aspiratierisico.<br />

Vragen (evt. met behulp <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong><br />

vrage<strong>nl</strong>ijst) naar klachten over:<br />

- verslikken, moeite met slikken;<br />

- gevolgen voor voeding en dineren met an<strong>de</strong>ren.<br />

Observatie <strong>van</strong> spontaan (ongestimuleerd) slikken.<br />

Zo nodig observatie tij<strong>de</strong>ns een maaltijd thuis.<br />

Bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> stimuleerbaarheid met <strong>bij</strong>v.<br />

sliktests.<br />

Samenvattingskaart <strong>bij</strong> problemen met speekselbeheersing<br />

Mogelijke conclusies Behan<strong>de</strong>ling<br />

(39 – 40)*<br />

Anamnese en observatie speekselverlies<br />

(36 – 38)*<br />

Alleen gevoel <strong>van</strong> te veel speeksel. Uitleg <strong>van</strong> belang op tijd slikken.<br />

Vragen (evt. met behulp <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong><br />

vrage<strong>nl</strong>ijst) naar klachten over:<br />

- ernst en momenten <strong>van</strong> speekselverlies.<br />

Observatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> spontane (ongestimuleer<strong>de</strong>)<br />

speekselcontrole. Bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> mate <strong>van</strong><br />

stimuleerbaarheid (mogelijke behan<strong>de</strong>lbare factoren).<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanpassingen en cues proberen, zoals een cue voor<br />

mond sluiten, slikken vóór het opstaan en <strong>de</strong>rgelijke.<br />

Bij onvoldoen<strong>de</strong> resultaat terugverwijzen naar <strong>de</strong><br />

neuroloog.<br />

Anamnestisch of observeerbaar<br />

speekselverlies.<br />

31


DEEL II<br />

Toelichting en verantwoording


1 Algemene i<strong>nl</strong>eiding en<br />

verantwoording<br />

1.1 Achtergrond en aa<strong>nl</strong>eiding<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is een neuro<strong>de</strong>generatieve aandoening die niet te<br />

genezen is, maar dankzij <strong>de</strong> vooruitgang in medische behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n<br />

kunnen <strong>de</strong> symptomen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> langer on<strong>de</strong>r controle gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n<br />

(zie ook hoofdstuk 2). Desondanks is het <strong>ziekte</strong>beloop progressief en gaat in<br />

toenemen<strong>de</strong> mate gepaard met logopedische problemen. Die zijn samen te<br />

vatten in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> drie hoofdproblemen: moeite met spreken (hypokinetische<br />

dysartrie met of zon<strong>de</strong>r vertraag<strong>de</strong> woordvinding als gevolg <strong>van</strong> cognitieve<br />

achteruitgang), slikklachten en speekselverlies.<br />

Bijna veertig jaar gele<strong>de</strong>n werd logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

beschouwd als ‘well known to be unproductive’ (7). Inmid<strong>de</strong>ls zijn er<br />

diverse vormen <strong>van</strong> zinvolle stem-, spraak- en slikbehan<strong>de</strong>ling ontwikkeld<br />

voor parkinsonpatiënten, die in een toenemend aantal reviews wor<strong>de</strong>n besproken<br />

(4;8;9). Het inzicht groeit dat juist parkinsonpatiënten in alle fasen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> baat kunnen hebben <strong>bij</strong> specifieke paramedische, respectievelijk logopedische<br />

interventies (1;10;11).<br />

Er zijn echter aanwijzingen dat <strong>de</strong> kennis over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

on<strong>de</strong>r logopedisten in Ne<strong>de</strong>rland te wensen over laat. Uit enquêteon<strong>de</strong>rzoek<br />

(12) on<strong>de</strong>r een representatieve groep logopedisten blijkt dat slechts<br />

14% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> on<strong>de</strong>r behan<strong>de</strong>ling is <strong>van</strong><br />

een logopedist. Uit hetzelf<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoek blijkt dat het meren<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedisten<br />

(93%) zichzelf onvoldoen<strong>de</strong> <strong>de</strong>skundig vindt om parkinsonpatiënten<br />

te behan<strong>de</strong>len. Een uitvoeriger on<strong>de</strong>rzoek in 2007 on<strong>de</strong>r 157 logopedisten die<br />

parkinsonpatiënten behan<strong>de</strong>len, liet zien dat slechts 31% zichzelf <strong>de</strong>skundig<br />

genoeg acht om <strong>de</strong>ze patiëntengroep a<strong>de</strong>quaat te behan<strong>de</strong>len (13). Dit leidt<br />

ertoe dat patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> niet terecht kunnen <strong>bij</strong> een<br />

logopedist met specifieke <strong>de</strong>skundigheid in het behan<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedische<br />

gevolgen <strong>van</strong> dit <strong>ziekte</strong>beeld. De logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie<br />

en slikstoornissen is in Ne<strong>de</strong>rland in vergelijking met an<strong>de</strong>re stoornisgebie<strong>de</strong>n<br />

min<strong>de</strong>r sterk ontwikkeld en bovendien beperkt gedocumenteerd. Naast<br />

on<strong>de</strong>rbehan<strong>de</strong>ling, is er ongetwijfeld ook sprake <strong>van</strong> ongewenste variatie in <strong>de</strong><br />

logopedische zorg voor <strong>de</strong>ze patiëntengroep.<br />

35


36<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnen zijn ´wetenschappelijk on<strong>de</strong>rbouw<strong>de</strong>, lan<strong>de</strong>lijk gel<strong>de</strong>n<strong>de</strong>,<br />

vakinhou<strong>de</strong>lijke aanbevelingen voor optimale zorg´ en hebben als doel<br />

(14;15):<br />

– hanteerbaar maken <strong>van</strong> (wetenschappelijke) informatiestromen;<br />

– klinisch han<strong>de</strong>len meer kunnen baseren op wetenschappelijk bewijs dan<br />

op ervaring en meningen;<br />

– min<strong>de</strong>r ongewenste variatie in han<strong>de</strong>len tussen zorgverleners;<br />

– transparanter kunnen werken, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re voor verwijzers.<br />

Richtlijnen zijn een mid<strong>de</strong>l om <strong>de</strong> beste zorg expliciet te maken op basis <strong>van</strong><br />

twee verschillen<strong>de</strong> bronnen: wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie en <strong>de</strong> expertise <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>de</strong>skundigen in <strong>de</strong> beroepsgroep.<br />

Wetenschappelijk bewijs op het hoogste niveau is te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> systematische reviews <strong>van</strong> <strong>de</strong> Cochrane Collaboration. Tot nu toe zijn er<br />

drie verschenen over logopedische interventies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>,<br />

alle drie in 2001. Deane en collega’s (16;17) conclu<strong>de</strong>ren in twee reviews dat<br />

<strong>de</strong> geïnclu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> studies naar het effect <strong>van</strong> dysartriebehan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> onvoldoen<strong>de</strong><br />

methodologische kwaliteit waren om te kunnen vaststellen of logopedie<br />

effectief is in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie <strong>bij</strong> <strong>Parkinson</strong>. Het review<br />

over logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen resulteer<strong>de</strong> in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

conclusie (18). On<strong>de</strong>rbouwing <strong>van</strong> logopedische interventies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong> is dus gebaseerd op individuele studies.<br />

Ondanks het gebrek aan goed wetenschappelijk bewijs kunnen richtlijnen<br />

een positieve <strong>bij</strong>drage leveren aan het systematisch vergroten <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit<br />

<strong>van</strong> zorg en <strong>de</strong> afname <strong>van</strong> ongewenste variatie, wanneer <strong>bij</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling<br />

<strong>de</strong> expertise <strong>van</strong> ervaren behan<strong>de</strong>laars wordt meegenomen en <strong>de</strong> uitkomsten<br />

door een breed werkveld wor<strong>de</strong>n gedragen. Deze gedachte wordt sterk on<strong>de</strong>rsteund<br />

door positieve ervaringen met <strong>de</strong> recent ontwikkel<strong>de</strong> richtlijn voor<br />

fysiotherapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (19). Daarnaast vormt een richtlijn<br />

een belangrijke basis voor nieuw op te zetten wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek<br />

waarin effectiviteit <strong>van</strong> logopedie <strong>bij</strong> <strong>Parkinson</strong> wordt getoetst.<br />

Deze richtlijn is gelijktijdig ontwikkeld met <strong>de</strong> ergotherapierichtlijn in<br />

opdracht <strong>van</strong> Ergotherapie Ne<strong>de</strong>rland (20).<br />

1.2 Doelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />

Deze richtlijn beoogt een systematisch ontwikkel<strong>de</strong> leidraad voor optimale<br />

logopedische zorg voor parkinsonpatiënten en hun mantelzorgers te zijn,<br />

gebaseerd op <strong>de</strong> stand <strong>van</strong> zaken <strong>van</strong> <strong>de</strong> wetenschappelijke literatuur en <strong>de</strong><br />

inzichten binnen <strong>de</strong> beroepsgroep anno 2008.


De algemene doelstellingen zijn:<br />

– betere kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> gelever<strong>de</strong> zorg;<br />

– gezondheidswinst voor patiënten;<br />

– grotere doelmatigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> zorg;<br />

– meer werkplezier <strong>van</strong> therapeuten;<br />

– betere multidisciplinaire samenwerking.<br />

Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />

De globale uitgangsvragen waar <strong>de</strong> richtlijn antwoord op moet geven zijn:<br />

– Wat zijn <strong>de</strong> beste en meest zinvolle logopedische diagnostische technieken<br />

in <strong>de</strong> domeinen spreken, slikken en speekselbeheersing <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

– Wat zijn <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> dysartrie, slikstoornissen en<br />

speekselverlies <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten, inclusief indicatie voor starten,<br />

stoppen, frequentie en duur <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len?<br />

Bij <strong>de</strong>ze richtlijn was het in meer <strong>de</strong>tail formuleren <strong>van</strong> uitgangsvragen nog<br />

niet mogelijk, omdat een bre<strong>de</strong> discussie over zinvol logopedisch han<strong>de</strong>len <strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> nog niet eer<strong>de</strong>r was gevoerd. Bij <strong>de</strong> herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

richtlijn zal dat wel mogelijk zijn.<br />

1.3 Doelpopulatie<br />

De richtlijn geeft aanbevelingen over logopedische diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling<br />

<strong>van</strong> patiënten met idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, zowel thuiswonend<br />

als verblijvend in een instelling, alsme<strong>de</strong> hun mantelzorgers.<br />

De richtlijn is niet zomaar toepasbaar op parkinsonismen, zoals Multisysteem<br />

Atrofie (MSA), Progressieve Supranucleaire Palsy (PSP), vasculair parkinsonisme<br />

of Lewy Body-<strong>de</strong>mentie (LBD). Alleen waar het nodig is, noemt <strong>de</strong> richtlijn<br />

specificaties voor <strong>de</strong> diverse parkinsonismen.<br />

1.4 Beoog<strong>de</strong> gebruikers<br />

Deze NVLF-richtlijn is bedoeld voor logopedisten die parkinsonpatiënten<br />

behan<strong>de</strong>len, in <strong>de</strong> 1e, 2e en 3e lijn. De richtlijn is echter geen handboek en<br />

<strong>de</strong>rhalve geen ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> studiehandleidingen, cursussen of trainingen.<br />

De richtlijn is met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> restrictie ook een belangrijk uitgangsdocument<br />

voor stu<strong>de</strong>nten logopedie.<br />

Daarnaast is <strong>de</strong> richtlijn informatief voor artsen die parkinsonpatiënten naar<br />

logopedisten verwijzen, zoals neurologen, revalidatieartsen, geriaters, verpleeghuisartsen<br />

en huisartsen, alsook voor an<strong>de</strong>re zorgverleners met wie <strong>de</strong><br />

logopedist samenwerkt.<br />

37


38<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

1.5 Kwaliteitseisen<br />

De richtlijn moet voldoen aan <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> kwaliteitseisen:<br />

– Totstandkoming <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen conform <strong>de</strong> huidige stand <strong>van</strong> zaken<br />

in evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnontwikkeling (EBRO), zoals geformuleerd door<br />

het kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO (14).<br />

– Voldoen aan <strong>de</strong> criteria <strong>van</strong> het AGREE-instrument (21).<br />

– Hel<strong>de</strong>re formulering en uitvoerbaar voor beoog<strong>de</strong> gebruikers.<br />

1.6 Patiëntenperspectief<br />

Het patiëntenperspectief wordt in <strong>de</strong> richtlijn meegenomen door rele<strong>van</strong>te<br />

literatuur die het patiëntenperspectief weergeven, mee te wegen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen.<br />

Tevens heeft een panel <strong>van</strong> patiënten en mantelzorgers <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging (PPV) een conceptversie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />

beoor<strong>de</strong>eld <strong>van</strong>uit hun perspectief. Een <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste uitkomsten <strong>van</strong><br />

die bespreking was dat aan het ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> elk hoofdstuk een aparte aanbeveling<br />

over <strong>de</strong> <strong>bij</strong>drage <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger is geformuleerd.<br />

1.7 Primair betrokkenen in <strong>de</strong> richtlijnontwikkeling<br />

Het initiatief voor het ontwikkelen en implementeren <strong>van</strong> een lan<strong>de</strong>lijke richtlijn<br />

voor logopedie is genomen <strong>van</strong>uit het <strong>Parkinson</strong> Centrum in Nijmegen.<br />

Projectlei<strong>de</strong>rs zijn dr. B.R. Bloem, medisch hoofd <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen<br />

en dr. M. Munneke, wetenschappelijk hoofd <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen.<br />

Samen met drs. J.G. Kalf, logopedist-on<strong>de</strong>rzoeker, die verantwoor<strong>de</strong>lijk<br />

is geweest voor het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie en <strong>de</strong> daadwerkelijke<br />

ontwikkeling en eindredactie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn en dr. B.J.M. <strong>de</strong> Swart,<br />

logopedist-spraaktaalpatholoog en lector Neurorevalidatie aan <strong>de</strong> Hogeschool<br />

<strong>van</strong> Arnhem en Nijmegen, vorm<strong>de</strong>n zij <strong>de</strong> projectgroep, verantwoor<strong>de</strong>lijk voor<br />

<strong>de</strong> <strong>de</strong>finitieve versie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn en alle publicaties rond <strong>de</strong> richtlijn.<br />

De richtlijn is ontwikkeld on<strong>de</strong>r auspiciën <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging<br />

voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie, dat wil zeggen dat <strong>de</strong> NVLF <strong>de</strong> opdrachtgever en<br />

eigenaar <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn is. De concepten <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn zijn geschreven in<br />

samenwerking met een primaire werkgroep <strong>van</strong> vijf inhouds<strong>de</strong>skundigen (zie<br />

<strong>bij</strong>lage 1). De le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> projectgroep en <strong>de</strong> primaire werkgroep zijn samen<br />

<strong>de</strong> auteurs <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn. Bij <strong>de</strong> samenstelling <strong>van</strong> <strong>de</strong> primaire werkgroep is<br />

gestreefd naar een spreiding over diverse werkvel<strong>de</strong>n en regio’s. De ontwikkeling<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn is procesmatig begeleid door een stuurgroep, bestaan<strong>de</strong>


Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />

uit vertegenwoordigers <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong>patiënten Verenging (PPV), <strong>de</strong> logopedieopleidingen<br />

en <strong>de</strong> NVLF (zie <strong>bij</strong>lage 1).<br />

Alle le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> projectgroep, <strong>de</strong> primaire werkgroep en <strong>de</strong> stuurgroep hebben<br />

verklaard geen conflicteren<strong>de</strong> belangen te hebben in <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> richtlijn.<br />

1.8 Werkwijze<br />

De richtlijnontwikkeling bestond uit <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> fasen.<br />

I<strong>de</strong>ntificeren <strong>van</strong> klinische vragen<br />

In <strong>de</strong>cember 2006 heeft <strong>de</strong> uitvoerend on<strong>de</strong>rzoeker <strong>de</strong> logopedische aandachtsgebie<strong>de</strong>n<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> voorgesteld en op basis daar<strong>van</strong><br />

een hoofdstukin<strong>de</strong>ling. Binnen elk hoofdstuk ontstond een lijst <strong>van</strong> vragen<br />

over diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling, die samen met <strong>de</strong> voorgenomen werkwijze<br />

het richtlijnvoorstel vorm<strong>de</strong> dat met <strong>de</strong> primaire werkgroep is vastgesteld.<br />

Ontwikkelen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />

Door <strong>de</strong> uitvoeren<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeker is systematisch gezocht naar wetenschappelijke<br />

literatuur om alle rele<strong>van</strong>te evi<strong>de</strong>ntie te vin<strong>de</strong>n en op basis daar<strong>van</strong><br />

is <strong>de</strong> eerste conceptrichtlijn geschreven. Waar geen bewijs voorhan<strong>de</strong>n was,<br />

heeft <strong>de</strong> uitvoer<strong>de</strong>r aanbevelingen voorgesteld op basis <strong>van</strong> gepubliceer<strong>de</strong><br />

‘expert opinions’. De werkgroeple<strong>de</strong>n brachten hun kennis en ervaring in om<br />

tot consensus te komen over <strong>de</strong> formulering <strong>van</strong> <strong>de</strong> teksten en <strong>de</strong> aanbevelingen.<br />

Naar aa<strong>nl</strong>eiding <strong>van</strong> feedback en discussie is <strong>de</strong> conceptrichtlijn door <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoeker steeds aangepast (versie A1, A2, enzovoort), totdat in <strong>de</strong> zomer<br />

<strong>van</strong> 2007 conceptrichtlijn B werd vastgesteld.<br />

Commentaarron<strong>de</strong>n<br />

Conceptrichtlijn B is voorgelegd aan <strong>de</strong> secundaire werkgroepen, bestaan<strong>de</strong><br />

uit 15 logopedisten verspreid over het land en <strong>de</strong> diverse werkvel<strong>de</strong>n, an<strong>de</strong>re<br />

zorgprofessionals en een groep <strong>van</strong> patiënten en mantelzorgers (via <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Patiëntenvereniging). Alle experts (zie <strong>bij</strong>lage 1) is gevraagd <strong>de</strong> richtlijn te<br />

beoor<strong>de</strong>len op rele<strong>van</strong>tie, volledigheid en bruikbaarheid <strong>van</strong>uit het perspectief<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> groep die ze vertegenwoordigen. Alle reacties zijn verwerkt door <strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoeker in een herziene versie <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn, conceptrichtlijn C.<br />

Testen <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn (field-testing)<br />

Conceptrichtlijn C was <strong>de</strong> leidraad voor <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong>Netscholing die in september<br />

2007 is gegeven voor on<strong>de</strong>r meer 59 logopedisten in 16 regio’s in<br />

Ne<strong>de</strong>rland. Deze hebben <strong>de</strong> richtlijn getest op leesbaarheid en bruikbaarheid.<br />

39


40<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

De commentaren zijn verwerkt en conceptversie D is in april en mei 2008<br />

gebruikt in <strong>de</strong> scholingsgroep <strong>van</strong> 55 logopedisten in regio’s in Zuid-Ne<strong>de</strong>rland<br />

(Zeeland, Brabant en Limburg). Alle logopedisten, behalve <strong>de</strong>genen die<br />

nog onvoldoen<strong>de</strong> parkinsonpatiënten had<strong>de</strong>n behan<strong>de</strong>ld, waren tevre<strong>de</strong>n met<br />

<strong>de</strong> inhoud, <strong>de</strong> leesbaarheid en <strong>de</strong> toepasbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn. Na een laatste<br />

bespreking met <strong>de</strong> primaire werkgroep in juli 2008, is <strong>de</strong> ‘voorlopige richtlijn’<br />

vastgesteld.<br />

Accor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />

De voorlopige richtlijn is in augustus 2008 ter accor<strong>de</strong>ring aan <strong>de</strong> NVLF aangebo<strong>de</strong>n.<br />

Na accor<strong>de</strong>ring wordt <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitieve richtlijn gepubliceerd op <strong>de</strong> website <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> NVLF.<br />

1.9 Wetenschappelijke on<strong>de</strong>rbouwing<br />

De opbouw <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijnteksten is steeds volgens on<strong>de</strong>rstaand format (14):<br />

Vraag<br />

De uitgangsvraag en <strong>de</strong> achtergrond of rele<strong>van</strong>tie <strong>van</strong> <strong>de</strong> vraag.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Weergave <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevon<strong>de</strong>n literatuur, beschrijving <strong>van</strong> het beste bewijs, enzovoort.<br />

Conclusie<br />

De conclusie op basis <strong>van</strong> bovenstaan<strong>de</strong> wetenschappelijke on<strong>de</strong>rbouwing met<br />

niveau <strong>van</strong> bewijs en vermelding <strong>van</strong> geclassificeer<strong>de</strong> studies (zie tabellen 1.1<br />

en 1.2).<br />

Overige overwegingen<br />

Beschrijvingen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re aspecten waarvoor geen bewijs is, maar die wel<br />

meewegen in <strong>de</strong> keuze voor enige diagnostische of therapeutische interventie,<br />

zoals kosten, beschikbaarheid <strong>van</strong> voorzieningen, patiëntenperspectief, professioneel<br />

perspectief of juridisch perspectief. Maar ook inhou<strong>de</strong>lijke voorstellen<br />

over diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep.


Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />

Aanbevelingen<br />

Hier komt alles <strong>bij</strong> elkaar in dui<strong>de</strong>lijk geformuleer<strong>de</strong> zwakke, matig sterke of<br />

sterke aanbevelingen. De sterkte <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen wordt bepaald op basis<br />

<strong>van</strong> een weging <strong>van</strong> het wetenschappelijke bewijs en overige overwegingen,<br />

zie tabel 1.3.<br />

Tabel 1.1 Mate <strong>van</strong> bewijskracht (levels of evi<strong>de</strong>nce)<br />

A1<br />

A2<br />

B<br />

Interventie<br />

Diagnostisch accuratesse<br />

on<strong>de</strong>rzoek<br />

Scha<strong>de</strong>, <strong>bij</strong>werkingen,<br />

etiologie, prognose<br />

Systematisch review <strong>van</strong> ten minste twee onafhankelijk <strong>van</strong> elkaar uitgevoer<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> A2-niveau<br />

Gerandomiseerd<br />

dubbelblind vergelijkend<br />

klinisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />

voldoen<strong>de</strong> kwaliteit<br />

Vergelijkend on<strong>de</strong>rzoek,<br />

maar niet met alle<br />

kenmerken als genoemd<br />

on<strong>de</strong>r A2 (ook patiëntcontrole-on<strong>de</strong>rzoek,<br />

cohort on<strong>de</strong>rzoek)<br />

C Niet-vergelijkend on<strong>de</strong>rzoek<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong>skundigen<br />

On<strong>de</strong>rzoek ten opzichte<br />

<strong>van</strong> een referentietest<br />

met tevoren ge<strong>de</strong>finieer<strong>de</strong><br />

afkapwaar<strong>de</strong>n en<br />

onafhankelijke<br />

beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> in<strong>de</strong>xtest en <strong>de</strong><br />

referentietest, betreffen<strong>de</strong><br />

een voldoen<strong>de</strong> grote<br />

serie <strong>van</strong> opeenvolgen<strong>de</strong><br />

patiënten die allen <strong>de</strong><br />

in<strong>de</strong>x- en referentietest<br />

hebben gehad<br />

On<strong>de</strong>rzoek ten opzichte<br />

<strong>van</strong> een referentietest,<br />

maar niet met alle<br />

kenmerken als genoemd<br />

on<strong>de</strong>r A2<br />

Prospectief cohort<br />

on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />

voldoen<strong>de</strong> om<strong>van</strong>g<br />

en follow-up, waar<strong>bij</strong><br />

a<strong>de</strong>quaat gecontroleerd<br />

is voor confounding<br />

en selectieve<br />

follow-up voldoen<strong>de</strong> is<br />

uitgesloten<br />

Prospectief cohort<br />

on<strong>de</strong>rzoek, maar niet<br />

met alle kenmerken als<br />

genoemd on<strong>de</strong>r A2 of<br />

retrospectief cohort<br />

on<strong>de</strong>rzoek of patiëntcontrole-on<strong>de</strong>rzoek<br />

Opmerking: voor klinimetrisch on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> betrouwbaarheid en validiteit <strong>van</strong><br />

ernstschalen of vrage<strong>nl</strong>ijsten bestaat geen classificatie <strong>van</strong> bewijskracht. Dergelijke studies<br />

in <strong>de</strong> richtlijn kunnen dus niet wor<strong>de</strong>n geclasseerd. Ze wor<strong>de</strong>n daarom on<strong>de</strong>r niveau C<br />

on<strong>de</strong>rgebracht en zijn niet in <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen opgenomen.<br />

41


42<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Tabel 1.2 Conclusies naar mate <strong>van</strong> bewijskracht<br />

1<br />

2<br />

3<br />

4<br />

Mate <strong>van</strong> bewijskracht Omschrijving conclusie en advies<br />

On<strong>de</strong>rsteund door ten minste één SR <strong>van</strong><br />

niveau A1 of ten minste twee onafhankelijk<br />

<strong>van</strong> elkaar uitgevoer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong><br />

niveau A2<br />

On<strong>de</strong>rsteund door ten minste twee<br />

onafhankelijk <strong>van</strong> elkaar uitgevoer<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> niveau B<br />

On<strong>de</strong>rsteund door één on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong><br />

niveau A2 of B of door on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong><br />

niveau C<br />

Op grond <strong>van</strong> mening <strong>van</strong> <strong>de</strong>skundigen,<br />

<strong>bij</strong>voorbeeld <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />

Tabel 1.3 Sterkten <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanbevelingen<br />

Sterkte <strong>van</strong> aanbeveling Voorkeursformuleringen<br />

Sterk<br />

Matig sterk<br />

Zwak<br />

Geen<br />

1.10 Bronnen en zoekcriteria<br />

Het is aangetoond dat …<br />

of<br />

Men dient ….<br />

Het is aannemelijk dat …<br />

of<br />

Men zou … moeten ….<br />

Er zijn aanwijzingen dat …<br />

of<br />

Men kan …<br />

De werkgroep is <strong>van</strong> mening dat ….<br />

Positieve aanbeveling:<br />

Sterk aan te bevelen / dient / moet / is eerste keuze / is<br />

geïndiceerd / is vereist / is <strong>de</strong> standaard / wordt als standaard<br />

beschouwd<br />

Negatieve aanbeveling:<br />

Sterk te ontra<strong>de</strong>n / dient niet / moet niet / is geen keuze / is<br />

gecontraïndiceerd<br />

Positieve aanbeveling:<br />

Aan te bevelen / adviseren / heeft <strong>de</strong> voorkeur/ streven naar /<br />

verdient aanbeveling<br />

Negatieve aanbeveling:<br />

Niet aan te bevelen / wordt ontra<strong>de</strong>n / verdient geen<br />

aanbeveling<br />

Positieve aanbeveling:<br />

Te overwegen / is een optie / kan/ er is mogelijk plaats / kan<br />

zinvol zijn<br />

Negatieve aanbeveling:<br />

Is wellicht geen plaats / lijkt niet zinvol / is terughou<strong>de</strong>ndheid<br />

gebo<strong>de</strong>n<br />

Kan geen advies of aanbeveling wor<strong>de</strong>n gegeven / niet<br />

mogelijk een keuze te maken / er is geen voorkeur uit te<br />

spreken<br />

Voor <strong>de</strong> wetenschappelijke on<strong>de</strong>rsteuning is met diverse zoekstrategieën<br />

gezocht in <strong>de</strong> databases PubMed, Cinahl en Doco<strong>nl</strong>ine. Via referenties is naar<br />

an<strong>de</strong>re mogelijk bruikbare artikelen gezocht. Er is handmatig gezocht in jaargangen<br />

<strong>van</strong> ‘<strong>Logopedie</strong> en Foniatrie’ <strong>van</strong>af 2000. Ten slotte is gezocht naar


Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />

rele<strong>van</strong>te grijze literatuur (cursusmappen, studiehandleiding en scripties) in<br />

eigen bestan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> projectgroep en <strong>de</strong> primaire werkgroep.<br />

Voor het domein ‘spreken’ is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> zoekstrategie gebruikt en opgeslagen:<br />

[(‘<strong>Parkinson</strong> Disease’[Mesh] OR ‘<strong>Parkinson</strong>ian Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh]) AND<br />

(voice therapy OR ‘Speech Therapy’[Mesh] OR ‘Rehabilitation of Speech and<br />

Language Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh])].<br />

Wekelijkse automatische updates <strong>van</strong> <strong>de</strong> zoekopdracht tot juni 2008 hebben<br />

enkele specificaties maar geen nieuwe evi<strong>de</strong>ntie opgeleverd die <strong>van</strong> invloed<br />

was op <strong>de</strong> aanbevelingen. Aanvullen<strong>de</strong> zoekstrategieën bleken nodig om<br />

on<strong>de</strong>rbouwing te vin<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> diagnostiek, met name in <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />

dysartrieon<strong>de</strong>rzoek en stemon<strong>de</strong>rzoek. Voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling moest apart<br />

gezocht wor<strong>de</strong>n naar studies over communicatiehulpmid<strong>de</strong>len.<br />

Voor het domein ‘slikken’ is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> zoekstrategie gebruikt en opgeslagen:<br />

[(‘<strong>Parkinson</strong> Disease’[Mesh] OR ‘<strong>Parkinson</strong>ian Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh]) AND<br />

(‘Deglutition Disor<strong>de</strong>rs’ [Mesh] OR ‘dysphagia’)]. De wekelijkse updates hebben<br />

twee nieuwe rele<strong>van</strong>te studies opgeleverd voor paragraaf 4.2 over behan<strong>de</strong>ling.<br />

Voor <strong>de</strong> diagnostiek en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling is in twee<strong>de</strong> instantie ook<br />

gezocht naar on<strong>de</strong>rbouwing in <strong>de</strong> meer algemene dysfagieliteratuur.<br />

Voor het domein ‘speekselbeheersing’ is <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> zoekstrategie gebruikt en<br />

opgeslagen: [(‘<strong>Parkinson</strong> Disease’[Mesh] OR ‘<strong>Parkinson</strong>ian Disor<strong>de</strong>rs’[Mesh])<br />

AND (‘drooling’ OR ‘sialorrhea’)]. De wekelijkse updates hebben geen nieuwe<br />

inzichten opgeleverd.<br />

Omdat logopedische zoektermen in biomedische databases niet goed geïn<strong>de</strong>xeerd<br />

zijn, is ondanks zorgvuldig zoeken niet uit te sluiten dat rele<strong>van</strong>te<br />

studies zijn gemist.<br />

In eerste instantie zijn alleen vergelijken<strong>de</strong> studies over klinimetrie en effect<br />

<strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling in <strong>de</strong> bedoel<strong>de</strong> domeinen én <strong>van</strong> toepassing op parkinsonpatiënten<br />

geselecteerd en beoor<strong>de</strong>eld (zie evi<strong>de</strong>ntietabellen). Bij gebrek aan evi<strong>de</strong>ntie<br />

is ook niet-vergelijkend on<strong>de</strong>rzoek meegenomen of is gebruikgemaakt<br />

<strong>van</strong> nog niet gepubliceerd Ne<strong>de</strong>rlands materiaal. Zo is on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re besloten<br />

om, <strong>bij</strong> gebrek aan alternatief, <strong>de</strong> nieuw ontwikkel<strong>de</strong> logopedische vrage<strong>nl</strong>ijsten<br />

<strong>van</strong> het <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> wetenschappelijke evaluatie<br />

on<strong>de</strong>rweg is, alvast mee te nemen in enkele <strong>bij</strong>lagen. Een kort overzicht<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n waarin evi<strong>de</strong>ntie werd gemist is opgenomen in <strong>bij</strong>lage 12.<br />

1.11 Disseminatie en implementatie<br />

De richtlijn is te bestellen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> NVLF in Woer<strong>de</strong>n en te dow<strong>nl</strong>oa<strong>de</strong>n <strong>van</strong>af <strong>de</strong><br />

website <strong>van</strong> <strong>de</strong> NVLF (). De NVLF verzorgt <strong>de</strong> publiciteit over <strong>de</strong><br />

richtlijn <strong>bij</strong> haar le<strong>de</strong>n, <strong>bij</strong> haar externe contacten en <strong>bij</strong> het algemene publiek.<br />

43


44<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Een samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn en een artikel over <strong>de</strong> totstandkoming<br />

is gepubliceerd in het septembernummer 2008 <strong>van</strong> <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie.<br />

Tevens zal door <strong>de</strong> projectgroep gepubliceerd wor<strong>de</strong>n over het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

richtlijn voor verwijzers door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> artikelen in medische en internationale<br />

tijdschriften. Ook is <strong>de</strong> richtlijn <strong>de</strong>finitief opgenomen in het cursusmateriaal<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> scholing voor <strong>Parkinson</strong>Net-logopedisten.<br />

Ver<strong>de</strong>re implementatie valt buiten het proces <strong>van</strong> richtlijnontwikkeling.<br />

1.12 Juridische betekenis<br />

Richtlijnen zijn geen wettelijke voorschriften, maar op zo veel mogelijk bewijs<br />

gebaseer<strong>de</strong> inzichten en aanbevelingen, waaraan zorgverleners moeten voldoen<br />

om kwalitatief goe<strong>de</strong> zorg te verlenen (15). Aangezien <strong>de</strong> aanbevelingen<br />

gebaseerd zijn op <strong>de</strong> gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> parkinsonpatiënt, kunnen zorgverleners op<br />

basis <strong>van</strong> hun professionele autonomie afwijken <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn. Een en an<strong>de</strong>r<br />

is afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> zwaarte <strong>van</strong> <strong>de</strong> betreffen<strong>de</strong> aanbeveling. Afwijken <strong>van</strong><br />

richtlijnen kan, als <strong>de</strong> situatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt dat vereist, zelfs noodzakelijk<br />

zijn.<br />

1.13 Procedure voor herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn<br />

De metho<strong>de</strong> voor richtlijnontwikkeling en implementatie geeft aan dat richtlijnen<br />

drie tot maximaal vijf jaar na publicatie wor<strong>de</strong>n herzien. Dit betekent<br />

dat <strong>de</strong> NVLF in 2011, of uiterlijk in 2013, in samenwerking met <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />

bepaalt of <strong>de</strong>ze richtlijn nog actueel is. Zo nodig wordt een nieuwe werkgroep<br />

geïnstalleerd om <strong>de</strong> richtlijn te evalueren en aan te vullen met het op<br />

dat moment beste beschikbare bewijs. De geldigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn komt te<br />

vervallen indien nieuwe ontwikkelingen aa<strong>nl</strong>eiding zijn tot het starten <strong>van</strong><br />

een herzieningstraject.<br />

1.14 Externe financiering<br />

De totstandkoming <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn is me<strong>de</strong> mogelijk gemaakt door finan ciële<br />

on<strong>de</strong>rsteuning <strong>van</strong> het Fonds NutsOhra en <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong> Patiënten Vereniging.<br />

De mogelijke belangen <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze organisaties zijn niet <strong>van</strong> invloed geweest op<br />

<strong>de</strong> inhoud <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn.


1.15 Dankwoord<br />

Algemene i<strong>nl</strong>eiding en verantwoording<br />

De projectgroep bedankt alle le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> secundaire werkgroepen en het<br />

panel <strong>van</strong> patiënten en mantelzorgers voor hun waar<strong>de</strong>volle en onmisbare<br />

<strong>bij</strong>drage aan <strong>de</strong> totstandkoming <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze richtlijn. Tevens bedankt zij drs.<br />

Charlotte Haaxma, neuroloog in opleiding in het UMC St Radboud voor haar<br />

<strong>bij</strong>drage aan hoofdstuk 2 en Viola <strong>van</strong> <strong>de</strong> Voor<strong>de</strong>n, masterstu<strong>de</strong>nt taal- en<br />

spraakpathologie aan <strong>de</strong> Radboud Universiteit Nijmegen voor haar <strong>bij</strong>drage<br />

aan <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen <strong>bij</strong> hoofdstuk 3.<br />

Een speciaal woord <strong>van</strong> dank is gericht aan <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging<br />

en het Fonds NutsOhra voor het financieel steunen <strong>van</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>ze richtlijn.<br />

1.16 Opbouw en leeswijzer<br />

Na dit i<strong>nl</strong>ei<strong>de</strong>n<strong>de</strong> hoofdstuk geeft hoofdstuk 2 achtergrondinformatie over <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en <strong>de</strong> medische en paramedische behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n.<br />

(Dit hoofdstuk komt groten<strong>de</strong>els overeen met hoofdstuk 2 in <strong>de</strong> Ergotherapierichtlijn.)<br />

Hoofdstuk 3, 4 en 5 zijn <strong>de</strong> inhou<strong>de</strong>lijke richtlijnon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len, die <strong>de</strong> logopedische<br />

diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling beschrijven <strong>van</strong> spraak- en taalstoornissen,<br />

kauw- en slikstoornissen respectievelijk speekselverlies.<br />

In <strong>de</strong> <strong>bij</strong>lagen zijn <strong>de</strong> diverse meetinstrumenten en <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen te<br />

vin<strong>de</strong>n.<br />

45


2 De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Dit hoofdstuk is een beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste kenmerken <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, <strong>van</strong> belang als achtergrondkennis voor <strong>de</strong><br />

logopedist.<br />

2.1 Pathogenese<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is een chronisch progressieve aandoening <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

hersenen, waar<strong>bij</strong> er verlies is <strong>van</strong> dopamineproduceren<strong>de</strong> cellen in <strong>de</strong> substantia<br />

nigra (hoog in <strong>de</strong> hersenstam, on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia) (22).<br />

Dit resulteert in een gebrek aan dopamine, waardoor <strong>de</strong> stimuleren<strong>de</strong> functie<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia op <strong>de</strong> motorcortex vermin<strong>de</strong>rt. Cellen en functies<br />

<strong>van</strong> diverse an<strong>de</strong>re niet-dopaminerge hersenc ircuits kunnen ook aangedaan<br />

zijn, wat leidt tot niet-motorische stoornissen. In <strong>de</strong> cellen die overblijven zijn<br />

kenmerken<strong>de</strong> rozekleuren<strong>de</strong> insluitlichaampjes (Lewy-lichaampjes) aanwezig<br />

(22) De oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is onbekend. Recente inzichten<br />

dui<strong>de</strong>n op een invloed <strong>van</strong> zowel omgevingsfactoren als genetische factoren<br />

(22). De beken<strong>de</strong> lichamelijke verschijnselen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> ontstaan<br />

als <strong>de</strong> dopaminerge zenuwcellen zijn vermin<strong>de</strong>rd tot ongeveer 20% <strong>van</strong><br />

het oorspronkelijke aantal (22).<br />

2.2 Epi<strong>de</strong>miologie<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is na <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> Alzheimer <strong>de</strong> meest voorkomen<strong>de</strong><br />

neuro<strong>de</strong>generatieve aandoening. De prevalentie is ongeveer 0,3% in <strong>de</strong> gehele<br />

populatie en ongeveer 1% voor <strong>de</strong> bevolking ou<strong>de</strong>r dan 60 jaar (22). In Ne<strong>de</strong>rland<br />

wordt het totaal aantal mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> hiermee<br />

geschat op 50.000. De inci<strong>de</strong>ntie neemt toe <strong>bij</strong> hogere leeftijd. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />

leeftijd waarop <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> zich openbaart is 60-65, maar <strong>bij</strong> 5-10% <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

patiënten zijn <strong>de</strong> eerste symptomen aanwezig voor het 50e levensjaar (22). Met<br />

<strong>de</strong> toenemen<strong>de</strong> vergrijzing is <strong>de</strong> verwachting dat het aantal patiënten met <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> sterk zal stijgen en <strong>de</strong> komen<strong>de</strong> 20 jaar zal verdubbelen.<br />

47


48<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

2.3 Gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

In figuur 2.1 wordt volgens het ‘International Classification of Functioning-’<br />

(ICF-) mo<strong>de</strong>l een overzicht gegeven <strong>van</strong> <strong>de</strong> gezondheidsproblemen die samenhangen<br />

met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en <strong>de</strong> factoren die <strong>de</strong>ze problemen kunnen<br />

beïnvloe<strong>de</strong>n. De stoornissen zijn inge<strong>de</strong>eld volgens <strong>de</strong> terminologie <strong>van</strong><br />

het ICF. Stoornissen in functies kunnen optre<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

zelf, maar ook ten gevolge <strong>van</strong> gebruik <strong>van</strong> medicijnen en inactiviteit. Of<br />

een persoon problemen in activiteiten en participatie ervaart, is niet alleen<br />

afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanwezigheid en ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> stoornissen in functies, maar<br />

ook <strong>van</strong> persoo<strong>nl</strong>ijke factoren en externe factoren (zie ICF-mo<strong>de</strong>l).<br />

Functies: primaire en secundaire<br />

stoornissen<br />

Functies <strong>van</strong> het bewegingssysteem<br />

• bewegingsarmoe<strong>de</strong>: bradykinesie,<br />

hypokinesie, akinesie;<br />

• tremor;<br />

• rigiditeit;<br />

• houdings- en evenwichtsstoornissen;<br />

• vermoeidheid/vermin<strong>de</strong>rd<br />

uithoudingsvermogen.<br />

Mentale functies<br />

• <strong>de</strong>pressie;<br />

• angststoornis;<br />

• apathie;<br />

• cognitieve functiestoornissen. Deze kunnen<br />

lei<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong>mentie;<br />

• visuospatiële stoornissen;<br />

• obsessief compulsief gedrag.<br />

Slaapstoornissen<br />

Stem en spraakfunctie<br />

• dysartrie;<br />

• persevereren, hogere taalstoornissen.<br />

Functies <strong>van</strong> spijsverteringsstelsel<br />

• slikstoornissen en speekselverlies;<br />

• obstipatie, gewichtsverlies.<br />

Urogenitale en reproductieve functies<br />

• mictiestoornissen;<br />

• erectiestoornissen.<br />

Functies <strong>van</strong> hart en bloedvatenstelsel<br />

• orthostatische hypotensie.<br />

Sensorische stoornissen en pijn<br />

• vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> reuk;<br />

• wazig zien, dubbel zien;<br />

• tintelingen en doof gevoel;<br />

• pijn;<br />

• kou<strong>de</strong>sensaties.<br />

Functies <strong>van</strong> <strong>de</strong> huid<br />

• meer zweten, overmatige talgproductie.<br />

Externe factoren (bevor<strong>de</strong>rend en<br />

belemmerend), zoals:<br />

• on<strong>de</strong>rsteuning en relaties, attitu<strong>de</strong>s <strong>van</strong><br />

omgeving;<br />

• woon-, werk- en leefomstandighe<strong>de</strong>n;<br />

• regel- en wetgeving.<br />

Figuur 2.1<br />

Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>: dysfunctie <strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia ICD-10: G20<br />

Activiteiten: beperkingen in<br />

Doelgerichte vaardighe<strong>de</strong>n<br />

Motorische vaardighe<strong>de</strong>n zoals<br />

• handhaven lichaamshouding en<br />

zichzelf positioneren;<br />

• lopen en transfers;<br />

• reiken, grijpen, manipuleren en<br />

verplaatsen <strong>van</strong> voorwerpen;<br />

• han<strong>de</strong>len volhou<strong>de</strong>n.<br />

Procesvaardighe<strong>de</strong>n zoals<br />

• aandacht en organiseren <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

taak in tijd;<br />

• organiseren <strong>van</strong> voorwerpen en<br />

ruimte;<br />

• aanpassen en leren.<br />

Communicatie/interactie<br />

vaardighe<strong>de</strong>n<br />

• verbaal;<br />

• non-verbaal.<br />

Activiteitengebie<strong>de</strong>n<br />

Wonen, zoals<br />

• zelfverzorging;<br />

• functionele mobiliteit;<br />

binnen/buiten;<br />

• huishou<strong>de</strong>n.<br />

Werken, zoals<br />

• betaald en onbetaald werk.<br />

Vrije tijd, zoals<br />

• handwerken, han<strong>de</strong>narbeid,<br />

lezen;<br />

• tuinieren, reizen, sport;<br />

• sociale contacten;<br />

• overige hobby’s.<br />

Participatie:<br />

problemen met<br />

Zinvolle<br />

dagbesteding .<br />

Persoo<strong>nl</strong>ijke factoren (bevor<strong>de</strong>rend en<br />

belemmerend), zoals<br />

leeftijd, comorbiditeit, persoo<strong>nl</strong>ijkheid, sociaal -<br />

culturele achtergrond, waar<strong>de</strong>n, gewoonten,<br />

rollen, interesses, attitu<strong>de</strong>, coping, ervaringen.<br />

•<br />

• Vervullen <strong>van</strong><br />

rele<strong>van</strong>te rollen<br />

in <strong>de</strong> domeinen<br />

wonen, werken<br />

en vrije tijd .


2.3.1 Stoornissen in functies<br />

Hierna volgt een toelichting op een <strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> stoornissen die kunnen voorkomen<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, namelijk <strong>de</strong> stoornissen <strong>van</strong> het bewegingssysteem,<br />

mentale functies en stoornissen in het spreken en slikken.<br />

Stoornissen <strong>van</strong> het bewegingssysteem<br />

Kenmerken<strong>de</strong> motorische symptomen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn bradykinesie,<br />

hypokinesie, rigiditeit, tremor en gestoor<strong>de</strong> houdingsreflexen (23).<br />

De term bradykinesie wordt gebruikt als bewegingen trager en met een kleinere<br />

bewegingsuitslag verlopen. De bewegingsuitslag wordt <strong>bij</strong> repeteren<strong>de</strong><br />

bewegingen steeds kleiner (‘uitdoving’). Bradykinesie is met name merkbaar<br />

<strong>bij</strong> snel repeteren<strong>de</strong> bewegingen zoals schud<strong>de</strong>n, kloppen, poetsen. Tevens is<br />

er een verstoring in <strong>de</strong> timing <strong>van</strong> verschillen<strong>de</strong> bewegingscomponenten in<br />

een samengestel<strong>de</strong> beweging zoals reikend grijpen (24;25).<br />

Hypokinesie betekent dat <strong>de</strong> patiënt min<strong>de</strong>r automatische bewegingen maakt.<br />

Kenmerken<strong>de</strong> voorbeel<strong>de</strong>n hier<strong>van</strong> zijn een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> armzwaai <strong>bij</strong> het<br />

lopen en een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> mimiek (‘maskergelaat’).<br />

Er is sprake <strong>van</strong> akinesie als bewegingen plotseling niet meer geïnitieerd of<br />

voortgezet kunnen wor<strong>de</strong>n, het zogenaam<strong>de</strong> ‘bevriezen’. Dit symptoom treedt<br />

met name op <strong>bij</strong> reeksen <strong>van</strong> opeenvolgen<strong>de</strong> automatische bewegingen zoals<br />

lopen, praten en schrijven.<br />

Bij rigiditeit is er sprake <strong>van</strong> een verhoog<strong>de</strong> spiertonus die wordt veroorzaakt<br />

door een stoornis in het extrapiramidale systeem (in tegenstelling tot spasticiteit:<br />

verhoog<strong>de</strong> spierspanning <strong>bij</strong> een pirami<strong>de</strong>baanstoornis). Rigiditeit kan<br />

wor<strong>de</strong>n waargenomen door een arm of been of het hoofd passief te bewegen.<br />

De verhoog<strong>de</strong> spiertonus kan dan wor<strong>de</strong>n gevoeld als ‘lo<strong>de</strong>npijpfenomeen’<br />

waar<strong>bij</strong> het hele bewegingstraject stijf is. Dystonie is een verhoog<strong>de</strong> aanhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />

spiercontractie waar<strong>bij</strong> het gewricht een afwijken<strong>de</strong> stand inneemt. Bij<br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kan dit met name voorkomen in <strong>de</strong> hand en voet (26).<br />

De tremor <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is over het algemeen een distale rusttremor<br />

(4-6 Hz) waar<strong>bij</strong> <strong>de</strong> duim meedoet (‘pillendraai-’ of ‘geldteltremor’) en<br />

die verdwijnt of afneemt als een beweging wordt ingezet. Bij het aannemen<br />

<strong>van</strong> een gefixeer<strong>de</strong> houding (<strong>bij</strong>voorbeeld het uitgestrekt hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een arm)<br />

komt <strong>de</strong> tremor terug. Soms ziet men – vooral <strong>bij</strong> jongere patiënten met <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> – een tremor die optreedt tij<strong>de</strong>ns het gehele traject <strong>van</strong><br />

een vrijwillige beweging (actietremor).<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

49


50<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

<strong>Parkinson</strong>patiënten krijgen op <strong>de</strong>n duur problemen met houding en evenwicht.<br />

Houdings- en balansstoornissen die al relatief vroeg kunnen optre<strong>de</strong>n zijn<br />

een gebogen postuur, vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> armzwaai en vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> romprotatie.<br />

Houdingsinstabiliteit en vallen zijn latere verschijnselen (26).<br />

De <strong>ziekte</strong> gaat tevens veelal gepaard met een vermin<strong>de</strong>rd uithoudingsvermogen<br />

en met mentale en fysieke vermoeidheid die bei<strong>de</strong> onafhankelijk <strong>van</strong> elkaar<br />

kunnen voorkomen (27-30). De oorzaak <strong>van</strong> <strong>de</strong> vermoeidheid is nog niet goed<br />

begrepen, maar het is waarschij<strong>nl</strong>ijk dat multipele factoren een rol spelen,<br />

zoals lichamelijke componenten, <strong>de</strong>pressie, dyspneu en slaapstoornissen. Uit<br />

on<strong>de</strong>rzoek blijkt echter dat <strong>de</strong> ervaren vermoeidheid relatief ongerelateerd is<br />

aan <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> motorische problemen en dat <strong>de</strong> klacht vermoeidheid ook <strong>bij</strong><br />

patiënten zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>pressie voorkomt (31). Vermoeidheid kan wisselen over <strong>de</strong><br />

dag en neemt vaak toe in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> <strong>de</strong> dag. Bovendien is het <strong>de</strong>els afhankelijk<br />

<strong>van</strong> het effect <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicijnen (zie responsfluctuaties paragraaf 2.5.3).<br />

Stoornissen in mentale functies<br />

Cognitief verval is een bekend probleem <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> dat zich<br />

met name in <strong>de</strong> latere stadia <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> manifesteert. Vroeg in het beloop<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> kunnen <strong>bij</strong> neuropsychologisch on<strong>de</strong>rzoek reeds stoornissen wor<strong>de</strong>n<br />

gevon<strong>de</strong>n in het geheugen en in concentratie- en executieve functies (32).<br />

Een veelvoorkomend en kenmerkend probleem <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

is <strong>de</strong> vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> flexibiliteit in het veran<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> <strong>de</strong> aandachtsfocus (wisselen<strong>de</strong><br />

en ver<strong>de</strong>el<strong>de</strong> aandacht) (33). Het is ook moeilijker voor patiënten om<br />

niet-rele<strong>van</strong>te auditieve en visuele stimuli te filteren (selectieve aandacht) en<br />

het concentratievermogen kan fluctueren (aangehou<strong>de</strong>n aandacht) (34). Tevens<br />

kan informatieverwerking trager verlopen (bradyfrenie) en kunnen geheugenfuncties<br />

veran<strong>de</strong>ren. Niet zozeer het opslaan <strong>van</strong> informatie, maar het spontaan<br />

opdiepen <strong>van</strong> die informatie uit het geheugen is verstoord (35;36). Executieve<br />

functies kunnen verslechteren waardoor er problemen zijn met organisatie,<br />

planning en probleemoplossend vermogen (37). <strong>Parkinson</strong>patiënten hebben<br />

een sterk verhoogd risico op het ontwikkelen <strong>van</strong> een <strong>de</strong>mentie (38).<br />

Naast problemen in welbevin<strong>de</strong>n en stemming tij<strong>de</strong>ns het proces <strong>van</strong> acceptatie<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> (aanpassingsproblematiek), ontwikkelt een grote groep <strong>van</strong><br />

patiënten een <strong>de</strong>pressie (39;40). Ook angst en apathie komen veelvuldig voor.<br />

Er kunnen ook stoornissen in visuospatiële functies ontstaan. Zo kan <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> een negatief effect hebben op het schatten <strong>van</strong> ruimtelijke<br />

relaties en het vermogen om contrasten goed te zien (41;42).


Slaapstoornissen zoals REM-slaapgerelateer<strong>de</strong> stoornis, in- en doorslaapproblemen,<br />

nachtmerries en overmatige slaperigheid overdag (EDS), kunnen<br />

voorkomen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> en hebben grote invloed op <strong>de</strong> kwaliteit<br />

<strong>van</strong> slapen en hiermee op <strong>de</strong> stemming en <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> vermoeidheid overdag.<br />

In <strong>de</strong> praktijk blijkt dat ernstige slaapproblemen ook vaak re<strong>de</strong>n zijn om<br />

geschei<strong>de</strong>n te slapen <strong>van</strong> <strong>de</strong> partner.<br />

Spraak- (en taal)stoornissen<br />

Veel patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> krijgen moeite met spreken. Zo’n<br />

70 tot 80% heeft verstaanbaarheidsklachten of een door <strong>de</strong>skundigen vastgestel<strong>de</strong><br />

dysartrie (43;44). Dysartrie is in het algemeen geen vroeg symptoom in<br />

het <strong>ziekte</strong>beloop. Een kleine retrospectieve studie met postmortum bevestig<strong>de</strong><br />

diagnoses liet zien dat dysartrie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> idiopatische vorm gemid<strong>de</strong>ld pas na<br />

zeven jaar dui<strong>de</strong>lijk manifest wordt, in vergelijking met twee jaar <strong>bij</strong> patiënten<br />

met PSP of MSA (45).<br />

De dysartrie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten is, passend in het patroon <strong>van</strong> motorische<br />

stoornissen (zie eer<strong>de</strong>r), hypokinetisch <strong>van</strong> aard. De hypokinesie met<br />

rigiditeit en bradykinesie manifesteert zich in alle on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het spreken<br />

(46), dat wil zeggen in<br />

– <strong>de</strong> a<strong>de</strong>ming: geringe a<strong>de</strong>mbeweging;<br />

– <strong>de</strong> stemgeving: hese, zachte of hoge stem tot zelfs afonie;<br />

– <strong>de</strong> articulatie: geringe articulatiebewegingen (binnensmonds spreken);<br />

– <strong>de</strong> resonans: weinig draagkracht (hypo- of hypernasaliteit is géén kenmerk<br />

<strong>van</strong> hypokinetische dysartrie);<br />

– en <strong>de</strong> prosodie: monotonie en monodynamiek, maar ook stoornissen in<br />

spreektempo, zoals te snel spreken, accelereren (versnellen) of startproblemen<br />

(blokkeren).<br />

In een studie met 200 parkinsonpatiënten (44) had 66% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten<br />

afwijkingen in stemproductie, 39% een afwijken<strong>de</strong> articulatie en 29% afwijkingen<br />

in spreektempo. Hoewel <strong>de</strong> stemklachten dus sterk op <strong>de</strong> voorgrond<br />

staan, wordt <strong>de</strong> dysfonie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten ten onrechte door artsen en<br />

logopedisten soms gediagnosticeerd als een geïsoleer<strong>de</strong> stemstoornis, terwijl<br />

het in feite on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el is <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie; dysartrofonie zou wellicht een betere<br />

term zijn.<br />

Het stotteren<strong>de</strong> spreken dat sommige parkinsonpatiënten laten horen is vaak<br />

terug te brengen tot startproblemen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> inzet <strong>van</strong> het spreken, vergelijkbaar<br />

met het festineren <strong>bij</strong> het lopen (vastkleven of ‘freezing of gait’), ook wel<br />

‘freezing of speech’ of ‘oral festination’ genoemd (47). In bepaal<strong>de</strong> gevallen zou<br />

stotterend spreken ook het terugkeren <strong>van</strong> pre-existent stotteren kunnen zijn,<br />

veroorzaakt door <strong>de</strong> afnemen<strong>de</strong> functie <strong>van</strong> <strong>de</strong> basale ganglia (48).<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

51


52<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Een belangrijk aspect dat <strong>van</strong> invloed is op <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken, is het<br />

gegeven dat parkinsonpatiënten, in vergelijking met gezon<strong>de</strong> proefpersonen,<br />

hun spreekvolume niet automatisch aanpassen aan <strong>de</strong> afstand tot <strong>de</strong> luisteraar<br />

of aan omgevingslawaai (49). Op verzoek kunnen ze hun volume wel<br />

aanpassen. Tegelijk overschatten ze hun spreekvolume en verstaanbaarheid,<br />

echter niet als ze zichzelf terughoren op een bandopname (50). Dat verklaart<br />

<strong>de</strong> veelgehoor<strong>de</strong> opmerking <strong>van</strong> parkinsonpatiënten dat hun gesprekspartners<br />

aan een hoorapparaat toe zijn. In <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling moet daar dan ook expliciet<br />

aandacht aan wor<strong>de</strong>n besteed (zie paragraaf 3.2).<br />

Nogal wat parkinsonpatiënten hebben eveneens last <strong>van</strong> woordvindingsproblemen.<br />

Die zijn goed te verklaren <strong>van</strong>uit het eer<strong>de</strong>r genoem<strong>de</strong> cognitieve verval,<br />

waardoor on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re geheugen- en concentratieproblemen ontstaan. Maar<br />

ook lexico-semantische stoornissen, zowel in taalproductie als taalbegrip zijn<br />

beschreven, die verbeteren met toename <strong>van</strong> dopamine (51-53).<br />

Slikstoornissen en speekselverlies<br />

Hypokinesie en rigiditeit in het mondgebied kunnen lei<strong>de</strong>n tot kauw- en slikstoornissen.<br />

Bij <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn ook slikklachten<br />

geen vroeg symptoom. Volgens Müller et al. gemid<strong>de</strong>ld pas na tien jaar en <strong>bij</strong><br />

PSP en MSA na drie tot zes jaar (45). Dat verschil is verklaarbaar, omdat <strong>bij</strong><br />

parkinsonismen <strong>de</strong> spierzwakte of spasticiteit in <strong>de</strong> orofaryngeale musculatuur<br />

<strong>de</strong> efficiëntie <strong>van</strong> het slikken snel kan verslechteren. De frequentie <strong>van</strong><br />

slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten wordt geschat op zo’n 50%, afhankelijk<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitie en <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst (54;55). In tegenstelling tot dysartrie, een<br />

stoornis die hoorbaar is zodra <strong>de</strong> patiënt begint te spreken, is een slikstoornis<br />

niet altijd zichtbaar. Anamnese levert een on<strong>de</strong>rrapportage op (56;57), dus <strong>bij</strong><br />

twijfel moet gescreend wor<strong>de</strong>n om vast te stellen of er sprake is <strong>van</strong> een slikstoornis<br />

(58;59), die mogelijk behan<strong>de</strong>ld zou moeten wor<strong>de</strong>n.<br />

Het kauwen en doorslikken gaat langzamer en voedsel blijft lang in <strong>de</strong> mond<br />

voordat <strong>de</strong> patiënt begint met slikken. Het restloos wegslikken <strong>van</strong> vast voedsel<br />

gaat moeizamer (60). Slikstoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn <strong>de</strong>els<br />

te verklaren door dopamine tekorten, <strong>de</strong>els door non-dopaminergeuitval in <strong>de</strong><br />

hersenstam, waar zich <strong>de</strong> centrale ‘pattern generator’ <strong>van</strong> met name <strong>de</strong> faryngeale<br />

fase <strong>van</strong> het slikken bevindt (61;62). De slikstoornissen zijn maar <strong>de</strong>els<br />

te beïnvloe<strong>de</strong>n door toediening <strong>van</strong> dopaminepreparaten.<br />

Een aspiratiepneumonie is een beruchte complicatie als gevolg <strong>van</strong> verslikken,<br />

en vormt in <strong>de</strong> eindfase <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> één <strong>van</strong> <strong>de</strong> belangrijkste oorzaken <strong>van</strong><br />

overlij<strong>de</strong>n (63).<br />

Speekselverlies is een karakteristieke klacht die vooral voorkomt <strong>bij</strong> patiënten<br />

in <strong>de</strong> gevor<strong>de</strong>r<strong>de</strong> fase <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>. De frequentie varieert <strong>van</strong> 30 tot 78%


(64). Speekselverlies is in het algemeen niet of slechts zel<strong>de</strong>n zichtbaar tij<strong>de</strong>ns<br />

een therapiesessie en is ook niet te testen, dus kan alleen door mid<strong>de</strong>l<br />

<strong>van</strong> specifieke anamnese wor<strong>de</strong>n vastgesteld. De klachten kunnen beginnen<br />

met het gevoel dat er meer speeksel is, dat wil zeggen dat speeksel zich in <strong>de</strong><br />

mond ophoopt, vermoe<strong>de</strong>lijk door afname <strong>van</strong> <strong>de</strong> slikfrequentie. Het verliezen<br />

<strong>van</strong> speeksel treedt op wanneer ook <strong>de</strong> mondsluiting tekortschiet (65-67).<br />

Tegenwoordig wordt aangenomen dat <strong>de</strong> oorzaak niet moet wor<strong>de</strong>n gezocht<br />

in hypersecretie <strong>van</strong> speeksel (68), maar in een te geringe slikfrequentie in<br />

combinatie met een voorovergebogen houding en een an<strong>de</strong>re activiteit, zoals<br />

opstaan of geconcentreerd aan een bureau werken.<br />

2.3.2 Ernst en beloop <strong>van</strong> symptomen<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is progressief, maar het precieze beloop <strong>van</strong> symptomen<br />

varieert <strong>van</strong> persoon tot persoon (69;70). De klassieke motorische symptomen<br />

wor<strong>de</strong>n vaak voorafgegaan door een aantal non-motorische symptomen<br />

zoals reukstoornissen, obstipatie, <strong>de</strong>pressie en slaapstoornissen. Meestal<br />

beginnen <strong>de</strong> eerste motorische stoornissen unilateraal (71). Hoewel in een<br />

later stadium <strong>de</strong> contralaterale zij<strong>de</strong> ook aangedaan raakt, blijft in <strong>de</strong> regel<br />

geduren<strong>de</strong> het gehele <strong>ziekte</strong>beloop <strong>de</strong> <strong>de</strong>buutzij<strong>de</strong> <strong>de</strong> meest aangedane zij<strong>de</strong>.<br />

Een grove in<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> wordt aangegeven met <strong>de</strong> classificatie<br />

<strong>van</strong> Hoehn en Yahr (72).<br />

Tabel 2.2 Classificatie volgens aangepaste Hoehn- en Yahr-schaal (26;73)<br />

1 Beginstadium met lichte symptomen aan een lichaamszij<strong>de</strong>.<br />

1,5 Eenzijdig met beginnen<strong>de</strong> axiale problemen.<br />

2<br />

Tweezijdig, geen balansproblemen. Mogelijk reeds kyfotische houding,<br />

traagheid en spraakproblemen. Houdingsreflexen zijn nog intact.<br />

2,5 Matige <strong>ziekte</strong>verschijnselen met herstel op retropulsietest.<br />

3<br />

4<br />

5<br />

Matige tot ernstige <strong>ziekte</strong>verschijnselen, enkele houdings- en<br />

balansproblemen, lopen is aangedaan, maar nog mogelijk zon<strong>de</strong>r hulp,<br />

fysiek onafhankelijk.<br />

Ernstige <strong>ziekte</strong>verschijnselen, ge<strong>de</strong>eltelijke hulpbehoevendheid, lopen en<br />

staan is aangedaan, maar nog mogelijk zon<strong>de</strong>r hulp.<br />

Eindstadium, volledige invaliditeit, lopen en staan zon<strong>de</strong>r hulp onmogelijk,<br />

continue verpleegkundige zorg nodig.<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

53


54<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Niet ie<strong>de</strong>reen doorloopt <strong>de</strong>ze stadia zoals beschreven in <strong>de</strong>ze classificatie. Min<strong>de</strong>r<br />

dan 5% <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënten raakt uitein<strong>de</strong>lijk rolstoelafhankelijk<br />

of bedlegerig (74). Met <strong>de</strong> huidige medicatie is <strong>de</strong> totale levensverwachting<br />

nagenoeg genormaliseerd.<br />

Bij patiënten <strong>bij</strong> wie het eerste domineren<strong>de</strong> motorische symptoom <strong>de</strong> rusttremor<br />

is, verloopt het proces gunstiger (min<strong>de</strong>r snelle progressie, min<strong>de</strong>r vaak<br />

en later optre<strong>de</strong>n<strong>de</strong> houdingsinstabiliteit en cognitief verval) dan <strong>bij</strong> patiënten<br />

waar<strong>bij</strong> bradykinesie en rigiditeit op <strong>de</strong> voorgrond staan (75-77). Een hogere<br />

<strong>de</strong>buutleeftijd en cognitief verval wor<strong>de</strong>n geassocieerd met een snellere <strong>ziekte</strong>progressie<br />

(78-80).<br />

2.3.4 Beperkingen in vaardighe<strong>de</strong>n en activiteiten<br />

Motorische vaardighe<strong>de</strong>n<br />

Het afwijken<strong>de</strong> gangpatroon (vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> paslengte, pashoogte en snelheid)<br />

wordt veelal versterkt tij<strong>de</strong>ns dubbeltaken, <strong>bij</strong>voorbeeld wanneer spullen verplaatst<br />

moeten wor<strong>de</strong>n of wanneer <strong>de</strong> persoon aan iets <strong>de</strong>nkt of met iemand<br />

praat tij<strong>de</strong>ns het lopen (81). Als <strong>de</strong> patiënt last heeft <strong>van</strong> ‘bevriezen’, treedt dit<br />

vooral op <strong>bij</strong> het starten met lopen, het passeren <strong>van</strong> nauwe ruimtes, tij<strong>de</strong>ns<br />

draaibewegingen en tij<strong>de</strong>ns dubbeltaken (82). Dus juist <strong>bij</strong> het transporteren<br />

<strong>van</strong> voorwerpen kunnen problemen optre<strong>de</strong>n. Bij propulsie gaat <strong>de</strong> patiënt<br />

juist sneller lopen en heeft dan ook vaak moeite om te stoppen.<br />

De uitvoering <strong>van</strong> transfers (verplaatsingen) is vaak beperkt. Patiënten hebben<br />

moeite om <strong>de</strong> transfer met voldoen<strong>de</strong> snelheid in te zetten, kijken te veel naar<br />

bene<strong>de</strong>n en komen veelal te weinig naar voren met <strong>de</strong> romp (83;84). Het gaan<br />

zitten aan tafel kan moeilijk zijn door problemen met gelijktijdig ‘half’ staan<br />

en <strong>de</strong> stoel verplaatsen.<br />

Het tempo <strong>van</strong> han<strong>de</strong>len is langzaam en door <strong>de</strong> motorische en cognitieve problemen<br />

kost <strong>de</strong> uitvoer <strong>van</strong> activiteiten veel meer moeite en energie. Daarnaast<br />

kunnen mentale en fysieke vermoeidheid en een vermin<strong>de</strong>rd uithoudingsvermogen<br />

het moeilijker maken om het energetisch vol te hou<strong>de</strong>n.<br />

Eten en drinken<br />

<strong>Parkinson</strong>patiënten kunnen moeite hebben met eten en drinken door een<br />

trage arm- en handmotoriek of tremoren in één <strong>van</strong> <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n. Daardoor gaat<br />

het hanteren <strong>van</strong> bestek moeizaam, vergt eten en drinken veel tijd of wordt er<br />

geknoeid met vaste voeding of juist met drinken uit een beker (85).<br />

De slikstoornissen kunnen eveneens lei<strong>de</strong>n tot een langere maaltijdduur,<br />

maar ook tot gedwongen aanpassingen <strong>van</strong> voedselconsistenties (86). Hard<br />

voedsel kost <strong>bij</strong>voorbeeld te veel inspanning of blijft sneller in <strong>de</strong> keel steken<br />

en pillen moeten met beleid wor<strong>de</strong>n doorgeslikt (87-89). In an<strong>de</strong>re gevallen<br />

lukt eten en drinken zon<strong>de</strong>r verslikken alleen als <strong>de</strong> patiënt niet wordt afgeleid


of zich heeft aangeleerd om tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> maaltijd of het koffiedrinken niet te<br />

praten (5).<br />

Procesvaardighe<strong>de</strong>n en leervermogen<br />

Door <strong>de</strong> vele beperkingen als gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> wordt een groot beroep<br />

gedaan op <strong>de</strong> patiënt om zich aan te passen en meer bewust te han<strong>de</strong>len. ‘Ik<br />

moet tegenwoordig overal <strong>bij</strong> na<strong>de</strong>nken’ is een veelgehoor<strong>de</strong> en begrijpelijke<br />

opmerking. Echter, veel patiënten hebben juist last <strong>van</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> informatieverwerking,<br />

aandacht- en geheugenfuncties (90-94). <strong>Parkinson</strong>patiënten kunnen<br />

wel nieuwe informatie opnemen en verwerken en an<strong>de</strong>re vaardighe<strong>de</strong>n<br />

leren, maar er is extra tijd nodig en een rustige omgeving. Het kan verwarrend<br />

zijn als er te veel informatie gelijktijdig wordt gegeven. Een belangrijk aspect<br />

<strong>bij</strong> het leren, is dat patiënten moeite hebben met impliciet leren. Informatie<br />

moet expliciet aangebo<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n (95) en herhalen is belangrijk. Generaliseren<br />

<strong>van</strong> een geleer<strong>de</strong> vaardigheid naar een nieuwe situatie is moeilijk.<br />

Communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n<br />

De schrijfvaardigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt veran<strong>de</strong>rt veelal vroeg in het<br />

<strong>ziekte</strong>proces. Het handschrift wordt kleiner (micrografie) en hierdoor min<strong>de</strong>r<br />

leesbaar, het schrijftempo en <strong>de</strong> fluency nemen af (96;97). Het handschrift<br />

verslechtert veelal <strong>bij</strong> dubbeltaken, zoals <strong>bij</strong> het notuleren tij<strong>de</strong>ns een verga<strong>de</strong>ring<br />

of notities maken tij<strong>de</strong>ns een telefoongesprek.<br />

De stem- en spraakstoornissen resulteren in een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> verstaanbaarheid,<br />

die <strong>van</strong> invloed is op <strong>de</strong> communicatieve zelfredzaamheid. De verbale<br />

communicatie wordt bovendien min<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rsteund met non-verbale expressie<br />

(mimiekarm gelaat en afname <strong>van</strong> gebaren).<br />

Een vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> spreekvaardigheid is een ingrijpend gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong>. Ook moeite hebben met het volgen en begrijpen <strong>van</strong> conversaties<br />

kan tot gevolg hebben dat patiënten min<strong>de</strong>r <strong>bij</strong> gesprekken betrokken wor<strong>de</strong>n<br />

en dit kan lei<strong>de</strong>n tot een sociale isolatie. Hoewel stemproblemen vaak <strong>de</strong> eerste<br />

klachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met een dysartrie zijn, liet kwalitatief on<strong>de</strong>rzoek<br />

<strong>van</strong> Miller et al. zien dat parkinsonpatiënten ook zon<strong>de</strong>r opvallend vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

verstaanbaarheid al communicatieve beperkingen ervaren (3). Bijna<br />

een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënten vindt hun spraakprobleem zelfs één <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> belangrijkste gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (98).<br />

2.3.5 Participatieproblemen<br />

Het participeren in <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> levensdomeinen en het behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />

een zinvolle dagbesteding kan min<strong>de</strong>r gemakkelijk en <strong>van</strong>zelfsprekend wor<strong>de</strong>n.<br />

Hier<strong>bij</strong> spelen <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> stoornissen en beperkingen een rol, maar<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

55


56<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

daarnaast ook persoo<strong>nl</strong>ijke factoren en fysieke en sociale omgevingsfactoren<br />

(zie ICF-mo<strong>de</strong>l in figuur 2.1).<br />

De communicatieve zelfredzaamheid of juist <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> hulp die wordt gebo<strong>de</strong>n<br />

in conversatie en doelgerichte gesprekken, zijn bepalend voor <strong>de</strong> mate<br />

waarin <strong>de</strong> parkinsonpatiënt kan functioneren in verschillen<strong>de</strong> rollen. Een<br />

mil<strong>de</strong> dysartrie kan al <strong>van</strong> grote invloed zijn op het functioneren in betaal<strong>de</strong><br />

(of vrijwillige) werkzaamhe<strong>de</strong>n. Vroege logopedische interventie kan dan een<br />

sterke positieve invloed hebben.<br />

Moeizaam eten en drinken en snel verslikken kunnen lei<strong>de</strong>n tot participatieproblemen<br />

zoals alleen nog in vertrouwd gezelschap kunnen dineren of liever<br />

niet meer naar recepties of feestjes gaan (87). Ernstig speekselverlies kan lei<strong>de</strong>n<br />

tot schaamte en vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> sociale contacten (99).<br />

2.3.6 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> patiënten<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> heeft een grote negatieve impact op <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong><br />

leven <strong>van</strong> parkinsonpatiënten. Studies hebben een nauwe samenhang gevon<strong>de</strong>n<br />

tussen <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong>pressie en een lagere kwaliteit <strong>van</strong> leven<br />

(100-102). Tevens vermin<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> leven met toenemen<strong>de</strong> beperkingen<br />

en symptoomfluctuaties (103-105) en vermoeidheid (106;107).<br />

Patiënten aan wie gevraagd wordt om <strong>de</strong> ergste aspecten <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan te<br />

geven, noemen niet zozeer <strong>de</strong> stoornissen, maar veel vaker hun beperkingen<br />

in activiteiten (108).<br />

In kwalitatieve studies naar beleving en ervaringen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

geven patiënten aan dat acceptatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> moeilijk is (109;110). Veel<br />

patiënten ervaren een verlies <strong>van</strong> controle over hun lichaam, gedachten, situaties<br />

en <strong>de</strong> toekomst. De <strong>van</strong>zelfsprekendheid <strong>van</strong> het functioneren is weg. Dit<br />

draagt <strong>bij</strong> aan een gevoel <strong>van</strong> onzekerheid en een gebrek aan vertrouwen in het<br />

lichaam en zichzelf (111).<br />

2.3.7 Kwaliteit <strong>van</strong> leven en perspectief <strong>van</strong> mantelzorgers<br />

Mantelzorgers en vooral partner-mantelzorgers <strong>van</strong> patiënten met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> ervaren zowel in fysieke als psychosociale zin een zware belasting<br />

en dit heeft een negatieve invloed op hun eigen gezondheid en welbevin<strong>de</strong>n<br />

(112-114). De belangrijkste factoren die <strong>van</strong> invloed zijn op <strong>de</strong> ervaren<br />

zorglast zijn <strong>de</strong>pressie, hallucinaties, verwardheid, vallen en persoo<strong>nl</strong>ijke factoren<br />

zoals sociale on<strong>de</strong>rsteuning en copingstijl <strong>van</strong> zowel patiënt als mantelzorger<br />

(115-118). Er is een nauwe samenhang tussen <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> leven <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> patiënt en <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger (119;120). Zowel <strong>van</strong>uit het oogpunt <strong>van</strong><br />

welbevin<strong>de</strong>n en functioneren <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger als <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt is het<br />

belangrijk rekening te hou<strong>de</strong>n met het perspectief en <strong>de</strong> hulpvraag <strong>van</strong> <strong>de</strong>


mantelzorger. Uit een aantal kleine studies blijkt dat mantelzorgers behoefte<br />

hebben aan emotionele on<strong>de</strong>rsteuning en aan informatie en advies ten aanzien<br />

<strong>van</strong> het omgaan met specifieke <strong>ziekte</strong>gerelateer<strong>de</strong> problemen.<br />

2.4 Diagnosestelling<br />

De diagnose ‘<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ kan alleen postmortem met zekerheid<br />

gesteld wor<strong>de</strong>n door het aantonen <strong>van</strong> <strong>de</strong> aanwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> Lewy-lichaampjes,<br />

die zich zowel in <strong>de</strong> substantia nigra als corticaal kunnen ontwikkelen.<br />

Klinisch is alleen een waarschij<strong>nl</strong>ijkheidsdiagnose te stellen op basis <strong>van</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

peilers (121;122):<br />

1 De aanwezigheid <strong>van</strong> een asymmetrisch hypokinetisch-rigi<strong>de</strong> syndroom.<br />

Ten minste twee <strong>van</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> stoornissen moeten aanwezig zijn, waaron<strong>de</strong>r<br />

in ie<strong>de</strong>r geval bradykinesie of rusttremor:<br />

– bradykinesie;<br />

– rusttremor;<br />

– rigiditeit;<br />

– houdingsinstabiliteit.<br />

2 Een goe<strong>de</strong> en aanhou<strong>de</strong>n<strong>de</strong> reactie op levodopa.<br />

3 Afwezigheid <strong>van</strong> specifieke uitsluitingscriteria (<strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> ‘red flags’)<br />

(123;124). Voorbeel<strong>de</strong>n hier<strong>van</strong> zijn: pirami<strong>de</strong>baanstoornis, cerebellaire<br />

afwijkingen, vroegtijdige evi<strong>de</strong>nte cognitieve stoornissen, prominente<br />

houdingsinstabiliteit of vallen in <strong>de</strong> eerste drie jaar, snel progressief of<br />

stapsgewijs beloop, symmetrisch begin, CT- en MRI-afwijkingen.<br />

De aanwezigheid <strong>van</strong> ‘red flags’ kan dui<strong>de</strong>n op an<strong>de</strong>re vormen <strong>van</strong> parkinsonismen<br />

zoals: progressieve supranucleaire palsy (PSP), multipele systeem atrofie<br />

(MSA), corticobasale <strong>de</strong>generatie (CBDG), essentiële tremor, vasculair parkinsonisme,<br />

medicamenteus geïnduceerd parkinsonisme en <strong>de</strong>mentie met Lewy<br />

bodies (DBL) (125). Differentiaaldiagnose is <strong>van</strong> belang omdat <strong>de</strong> therapeutische<br />

mogelijkhe<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> prognose <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze vormen <strong>van</strong> parkinsonismen<br />

an<strong>de</strong>rs zijn dan <strong>bij</strong> <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (26).<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

57


58<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Tabel 2.3 Belangrijkste differentiaaldiagnosen (verkorte versie uit het ‘<strong>Parkinson</strong> Handboek<br />

2007’) (26)<br />

Klinisch syndroom Klinische kenmerken Beloop<br />

medicamenteus • frequent voorkomend;<br />

• afhankelijk <strong>van</strong> herkennen en<br />

geïnduceerd • vaak symmetrisch beeld;<br />

a<strong>de</strong>quate therapie;<br />

parkinsonisme • snelle tremor;<br />

• beeld klaart meestal binnen<br />

• actietremor vaak > dan rusttremor; drie maan<strong>de</strong>n op na staken <strong>van</strong><br />

• soms met (tardieve) dyskinesieën; iatrogeen medicament; kan tot<br />

• dopareceptorblokkeren<strong>de</strong> medicatie twaalf maan<strong>de</strong>n duren voordat<br />

(<strong>bij</strong>v. neuroleptica).<br />

klachten volledig verdwenen zijn<br />

multipele • parkinsonisme, vaak symmetrisch; • snel progressief;<br />

systeematrofie • ataxie;<br />

• spasticiteit of zwakte, waardoor ook<br />

an<strong>de</strong>re dysartriekenmerken en meer<br />

ernstige dysfagie;<br />

• autonome stoornissen;<br />

• groten<strong>de</strong>els behou<strong>de</strong>n cognitie.<br />

• mediane overleving negen jaar.<br />

progressieve • parkinsonisme, vaak symmetrisch en • snel progressief;<br />

supranucleaire axiaal ;<br />

• mediane overleving zes tot<br />

paralyse<br />

• verticale blikparese;<br />

• spasticiteit, waardoor ook an<strong>de</strong>re<br />

dysartriekenmerken en meer ernstige<br />

dysfagie;<br />

• forse balansstoornis met frequent<br />

achterovervallen;<br />

• cognitief (frontaal) verval.<br />

tien jaar.<br />

corticobasale • asymmetrisch parkinsonisme; • snel progressief;<br />

<strong>de</strong>generatie • apraxie en cognitieve stoornissen;<br />

• alien limb.<br />

• mediane overleving acht jaar.<br />

vasculair<br />

• parkinsonisme; waar<strong>bij</strong> <strong>de</strong> symptomen • wisselend, meestal snel<br />

parkinsonisme aan <strong>de</strong> benen > dan aan <strong>de</strong> armen progressief;<br />

(lower body fenotype);<br />

• in latere stadia vaak ook mogelijk<br />

• stapsgewijze progressie is suggestief,<br />

maar niet noodzakelijk;<br />

• balansstoornissen;<br />

• cardiovasculaire risicofactoren;<br />

• TIA/CVA in voorgeschie<strong>de</strong>nis,<br />

waardoor mogelijk al bestaan<strong>de</strong><br />

fatische stoornissen, dysartrie en<br />

dysfagie.<br />

cognitief verval.<br />

<strong>de</strong>mentie met • cognitief verval met fluctuaties in • snel progressief waar<strong>bij</strong> het<br />

lewy-lichaampjes aandacht en alertheid ;<br />

verval op cognitief vlak het meest<br />

• hallucinaties;<br />

• autonome stoornissen;<br />

• overmatige sensitiviteit voor<br />

neuroleptica met toename klinisch<br />

beeld.<br />

uitgesproken is.<br />

essentiële tremor • symmetrische actietremor;<br />

• zeer langzaam progressief<br />

• vaak een positieve familieanamnese; beeld <strong>van</strong> actietremoren zon<strong>de</strong>r<br />

• geen parkinsonisme;<br />

• nee-knik-tremor aan het hoofd;<br />

• verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> tremor met alcohol<br />

(50%).<br />

parkinsonisme.


2.5 Behan<strong>de</strong>ling<br />

De algemene behan<strong>de</strong>ldoelen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten zijn het optimaliseren<br />

<strong>van</strong> het dagelijks functioneren en maatschappelijke en sociale participatie.<br />

Om <strong>de</strong>ze te bereiken zijn er verschillen<strong>de</strong> medische en paramedische behan<strong>de</strong>lingen<br />

mogelijk. Multidisciplinaire samenwerking rond parkinsonpatiënten<br />

waar<strong>bij</strong> informatie en behan<strong>de</strong>ldoelen wor<strong>de</strong>n afgestemd, krijgt steeds meer<br />

vorm.<br />

2.5.1 Multidisciplinaire bena<strong>de</strong>ring<br />

Vooral <strong>bij</strong> een complexe hulpvraag lijkt <strong>de</strong> inzet <strong>van</strong> een multidisciplinair<br />

behan<strong>de</strong>lteam gewenst om <strong>de</strong> parkinsonpatiënt optimaal te kunnen adviseren<br />

en begelei<strong>de</strong>n. Aan dit multidisciplinaire behan<strong>de</strong>lteam kunnen <strong>de</strong>elnemen,<br />

in willekeurige volgor<strong>de</strong>, <strong>de</strong> neuroloog, een revalidatiearts, een geriater, een<br />

huisarts, een verpleeghuisarts, een psychiater, een (neuro)psycholoog, een<br />

fysiotherapeut, een logopedist, een ergotherapeut, een activiteitenbegelei<strong>de</strong>r<br />

of een arbeidstherapeut, een seksuoloog, een diëtist, een maatschappelijk werker<br />

en een parkinsonverpleegkundige. Goe<strong>de</strong> afstemming tussen <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />

behan<strong>de</strong>laars is vereist.<br />

Een multidisciplinaire lan<strong>de</strong>lijke richtlijn voor <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zal<br />

in 2008 wor<strong>de</strong>n afgerond (6). Hierin wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re aanbevelingen<br />

gedaan voor <strong>de</strong> coördinatie en organisatie <strong>van</strong> optimale ketenzorg voor parkinsonpatiënten.<br />

Gezien het chronische en <strong>de</strong>generatieve karakter <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

wor<strong>de</strong>n patiënten in toenemen<strong>de</strong> mate afhankelijk <strong>van</strong> hulp <strong>van</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n.<br />

Mantelzorgers zoals partners, kin<strong>de</strong>ren en buren spelen een belangrijke rol <strong>bij</strong><br />

het on<strong>de</strong>rsteunen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt zowel <strong>van</strong>uit psychosociaal als praktisch oogpunt.<br />

Daarom dient ook aandacht te wor<strong>de</strong>n besteed aan het sociale systeem<br />

rondom <strong>de</strong> patiënt en wor<strong>de</strong>n interventies <strong>van</strong> het multidisciplinaire team zo<br />

nodig ook gericht op <strong>de</strong> mantelzorgers.<br />

2.5.2 Medische behan<strong>de</strong>ling<br />

Medicamenteus<br />

Medicatie ter verlichting <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonverschijnselen kan wor<strong>de</strong>n gestart<br />

wanneer sprake is <strong>van</strong> functionele beperkingen en/of hin<strong>de</strong>rlijke symptomen<br />

(zoals een ernstige tremor), maar niet slechts om cosmetische re<strong>de</strong>nen.<br />

Uitgangspunten in <strong>de</strong> medicamenteuze behan<strong>de</strong>ling zijn (23;126;127):<br />

– aanvullen <strong>van</strong> het dopaminetekort (levodopa, dopamineagonisten);<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

59


60<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

– remmen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dopamine-afbraak;<br />

– blokkeren <strong>van</strong> <strong>de</strong> relatieve overmaat acetylcholine.<br />

In <strong>bij</strong>lage 11 staan <strong>de</strong> meest voorkomen<strong>de</strong> medicijnen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

met hun werking en <strong>bij</strong>werkingen genoemd. Voor vrijwel alle medicatie<br />

geldt dat abrupt staken gevaarlijke situaties (ontwennings- of reboundverschijnselen)<br />

kan opleveren.<br />

Afhankelijk <strong>van</strong> <strong>bij</strong>komen<strong>de</strong> problemen kunnen patiënten ook behan<strong>de</strong>ld<br />

moeten wor<strong>de</strong>n met anti<strong>de</strong>pressiva, antipsychotica, laxantia, slaapmedicatie,<br />

enzovoort.<br />

Bijwerkingen <strong>van</strong> medicijnen<br />

<strong>Parkinson</strong>patiënten kunnen na een perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> gemid<strong>de</strong>ld twee tot vijf jaar<br />

gebruik <strong>van</strong> dopaminerge medicatie last krijgen <strong>van</strong> schommelingen in het<br />

effect <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicatie (responsfluctuaties) (26). Dit presenteert zich in al<br />

dan niet voorspelbare fluctuaties in (<strong>de</strong> ernst <strong>van</strong>) <strong>de</strong> symptomen over een<br />

dag. Motorische fluctuaties uiten zich in een verlies <strong>van</strong> beweging (hypo- of<br />

akinesie) of dystonie <strong>bij</strong> een te laag dopaminegehalte (‘off’-fase) of juist een<br />

pathologische toename <strong>van</strong> bewegingen (dyskinesieën) <strong>bij</strong> een te hoog dopaminegehalte<br />

(‘on’-fase).<br />

Dopaminerge medicaties, met name dopamineagonisten, kunnen lei<strong>de</strong>n tot<br />

obsessieve gedragsproblemen. Hier<strong>bij</strong> gaat het om ‘punding’ (stereotiep, doelloos,<br />

allesverstorend gedrag) en het verslaafd raken aan medicaties, seks,<br />

gokken, winkelen, internet, eten en stelen (128). Vooral jonge patiënten of<br />

patiënten die voorafgaand aan het starten <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicatie al in lichte mate<br />

neig<strong>de</strong>n tot verslaving of obsessief han<strong>de</strong>len, lopen meer risico op <strong>de</strong>rgelijke<br />

reacties op <strong>de</strong> medicatie.<br />

Medische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />

De medische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies richt zich op <strong>de</strong> afname <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

speekselproductie. Anticholinerge medicatie remt <strong>de</strong> speekselproductie, maar<br />

<strong>de</strong> invloed is beperkt en heeft als na<strong>de</strong>el dat het <strong>bij</strong>werkingen kan hebben,<br />

zoals obstipatie of visusstoornissen (66). Injecteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselklieren<br />

met botuline-neurotoxine is inmid<strong>de</strong>ls een veelgebruikte behan<strong>de</strong>ling. Zowel<br />

<strong>de</strong> parotisklieren als <strong>de</strong> submandibulaire speekselklieren kunnen wor<strong>de</strong>n<br />

behan<strong>de</strong>ld, <strong>bij</strong> voorkeur on<strong>de</strong>r echogeleiding (64-66;129). Inmid<strong>de</strong>ls lijkt ook<br />

radiotherapie op <strong>de</strong> speekselklieren een reële behan<strong>de</strong>loptie voor parkinsonpatiënten<br />

met ernstig speekselverlies (130).


Neurochirurgisch<br />

Wanneer patiënten langdurig behan<strong>de</strong>ld zijn met dopaminerge medicatie en<br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> gevor<strong>de</strong>rd is, kan een punt bereikt wor<strong>de</strong>n waarop <strong>de</strong> medicamenteuze<br />

opties om <strong>de</strong> patiënt een re<strong>de</strong>lijke kwaliteit <strong>van</strong> leven te laten behou<strong>de</strong>n<br />

uitgeput raken. Er is dan sprake <strong>van</strong> ernstige responsfluctuaties en dan kan<br />

<strong>de</strong>ep brain stimulation (DBS) overwogen wor<strong>de</strong>n, In <strong>de</strong> meeste gevallen wordt<br />

<strong>de</strong> nucleus subthalamicus (<strong>de</strong> ‘STN’) door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> inwendige elektro<strong>de</strong>n<br />

gestimuleerd. De winst <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze ingreep ligt enerzijds in <strong>de</strong> mogelijkheid<br />

tot het reduceren <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicatie, waardoor min<strong>de</strong>r <strong>bij</strong>werkingen optre<strong>de</strong>n.<br />

An<strong>de</strong>rzijds bestrijdt <strong>de</strong> ingreep ook op een directe manier tremoren of dyskinesieën<br />

(23;131). Helaas komt niet ie<strong>de</strong>re parkinsonpatiënt hiervoor in aanmerking<br />

en gel<strong>de</strong>n er strenge in- en exclusiecriteria in verband met <strong>de</strong> risico’s <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> ingreep (132).<br />

Er zijn echter aanwijzingen dat DBS <strong>bij</strong> sommige parkinsonpatiënten een<br />

negatieve invloed heeft op <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken (133-135).<br />

2.5.3 Paramedische behan<strong>de</strong>ling<br />

Voor <strong>de</strong> revalidatie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten hebben Morris & Iansek (136) een<br />

theoretisch mo<strong>de</strong>l beschreven waarmee positieve ervaringen zijn opgedaan<br />

in grote parkinsoncentra in het buite<strong>nl</strong>and. Het bestaat uit <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vijf<br />

uitgangspunten:<br />

1 <strong>Parkinson</strong>patiënten hebben – afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst, dat wil zeggen<br />

tot op zekere hoogte – een goed<strong>de</strong>els normale motoriek, die op <strong>de</strong> juiste<br />

wijze moet wor<strong>de</strong>n geactiveerd. Een ervaren therapeut is in staat om te<br />

bepalen wat <strong>de</strong> meest zinvolle activatie is.<br />

2 Hypokinesie neemt toe naarmate han<strong>de</strong>lingen langer duren en meer complex<br />

zijn. Complexe han<strong>de</strong>lingen moeten daarom in <strong>de</strong>elhan<strong>de</strong>lingen wor<strong>de</strong>n<br />

opge<strong>de</strong>eld.<br />

3 Deelhan<strong>de</strong>lingen moeten bewust wor<strong>de</strong>n uitgevoerd om <strong>de</strong> falen<strong>de</strong> automatische<br />

motoriek te compenseren.<br />

4 Externe cues (visueel, auditief of proprioceptief) kunnen helpen om han<strong>de</strong>lingen<br />

te starten en op gang te hou<strong>de</strong>n.<br />

5 Het tegelijk uitvoeren <strong>van</strong> motorische en cognitieve taken (dubbeltaken)<br />

dient te wor<strong>de</strong>n verme<strong>de</strong>n, omdat <strong>de</strong> cognitieve aandacht nodig is om<br />

motorische taken bewust uit te voeren.<br />

De paramedische behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten zijn op <strong>de</strong>ze<br />

principes gebaseerd.<br />

Ergotherapie<br />

Tegelijk met <strong>de</strong> logopedierichtlijn is <strong>de</strong> ergotherapierichtlijn ontwikkeld (20).<br />

Het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>bij</strong>drage <strong>van</strong> <strong>de</strong> ergotherapeut wordt on<strong>de</strong>rschreven door<br />

behan<strong>de</strong>laars, patiënten en mantelzorgers, maar <strong>de</strong> effectiviteit <strong>van</strong> ergothe-<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

61


62<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

rapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is nog niet aangetoond (137;138). Voor <strong>de</strong><br />

richtlijn is daarom veel gebruikgemaakt <strong>van</strong> inzichten over <strong>de</strong> werkzaamheid<br />

<strong>van</strong> ergotherapie <strong>bij</strong> an<strong>de</strong>re <strong>ziekte</strong>beel<strong>de</strong>n.<br />

Ergotherapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is gericht op het behou<strong>de</strong>n of optimaliseren<br />

<strong>van</strong> het betekenisvol han<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt binnen zijn woon-,<br />

werk- en leefomgeving. Dat houdt in dat ergotherapeuten een <strong>bij</strong>drage kunnen<br />

leveren aan <strong>de</strong> aanpak <strong>van</strong> een grote diversiteit aan problemen en beperkingen<br />

die <strong>de</strong> parkinsonpatiënt en <strong>de</strong> mantelzorger(s) in het dagelijkse leven ervaren.<br />

De ergotherapeutische behan<strong>de</strong>ltechnieken die wor<strong>de</strong>n aanbevolen zijn enerzijds<br />

overgenomen uit an<strong>de</strong>re gebie<strong>de</strong>n, an<strong>de</strong>re zijn typerend voor <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>:<br />

– stimuleren <strong>van</strong> zelfmanagement;<br />

– optimaliseren <strong>van</strong> dagstructuur en dagbesteding;<br />

– vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> stress en tijdsdruk;<br />

– on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> motorische vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> arm/hand;<br />

– met gerichte aandacht han<strong>de</strong>len;<br />

– vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> dubbeltaken;<br />

– toepassen <strong>van</strong> cues;<br />

– optimaliseren <strong>van</strong> fysische omgeving;<br />

– adviseren en begelei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> mantelzorgers (voor henzelf).<br />

De interventies kunnen zich richten op vier verschillen<strong>de</strong> aangrijpingspunten<br />

of een combinatie daar<strong>van</strong>, namelijk <strong>de</strong> patiënt zelf, <strong>de</strong> activiteit waar het om<br />

gaat, <strong>de</strong> omgeving waarin <strong>de</strong> activiteit plaatsvindt en <strong>de</strong> mantelzorger(s).<br />

Fysiotherapie<br />

In 2004 verscheen <strong>de</strong> KNGF-richtlijn ‘Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>’ (73). Deze richtlijn<br />

is ontwikkeld in samenwerking met <strong>de</strong> beroepsvereniging voor oefentherapeuten<br />

(VvOCM), aangezien voor behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze patiëntengroep<br />

geen verschil bestaat in behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> bei<strong>de</strong> beroepsgroepen.<br />

Het doel <strong>van</strong> fysiotherapie en oefentherapie (Cesar en Mensendieck) <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is het verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> leven door het verbeteren<br />

of behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> zelfstandigheid, veiligheid en welbevin<strong>de</strong>n tij<strong>de</strong>ns en<br />

door bewegen. Dit wordt bereikt door preventie <strong>van</strong> inactiviteit, preventie <strong>van</strong><br />

vallen, on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n en verbeteren <strong>van</strong> functies en vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> beperkingen<br />

in activiteiten en participatieproblemen. Hier<strong>bij</strong> zijn zes domeinen<br />

geï<strong>de</strong>ntificeerd:<br />

1 transfers (<strong>bij</strong>voorbeeld opstaan uit een stoel en omrollen in bed);<br />

2 lichaamshouding;<br />

3 reiken en grijpen;<br />

4 balans;<br />

5 lopen;<br />

6 fysieke capaciteit (spiersterkte, beweeglijkheid <strong>van</strong> gewrichten, algemene<br />

conditie).


Binnen het <strong>ziekte</strong>proces wor<strong>de</strong>n drie fases on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n: vroeg (Hoehn &<br />

Yahr 1-2.5), mid<strong>de</strong>n (Hoehn & Yahr 2-4) en laat (Hoehn & Yahr 5). Het doel in<br />

<strong>de</strong> vroege fase is preventie <strong>van</strong> inactiviteit, angst om te bewegen of te vallen en<br />

het on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n en/of verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> conditie. Het doel in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>nfase<br />

is het behou<strong>de</strong>n of bevor<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> activiteiten op <strong>de</strong> voornoem<strong>de</strong> domeinen.<br />

Het behan<strong>de</strong>ldoel in <strong>de</strong> late fase is het behou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> vitale functies en preventie<br />

<strong>van</strong> complicaties zoals <strong>de</strong>cubitus en contracturen, waar<strong>bij</strong> nauwe samenwerking<br />

met <strong>de</strong> verpleging (mantelzorgers) essentieel is.<br />

Aanbevelingen voor interventies die gebaseerd zijn op evi<strong>de</strong>ntie <strong>van</strong> twee of<br />

meer gecontroleer<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken zijn (1) het gebruik <strong>van</strong> cueing-strategieën<br />

ter verbetering <strong>van</strong> het lopen, (2) cognitieve bewegingsstrategieën ter verbetering<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> uitvoer <strong>van</strong> transfers, (3) specifieke oefeningen ter verbetering <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> balans en (4) trainen <strong>van</strong> gewrichtsmobiliteit en kracht ter verbetering <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> fysieke capaciteit.<br />

<strong>Logopedie</strong><br />

De logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten kan gericht zijn op het<br />

verbeteren <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n of het<br />

vermin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> slikklachten of speekselverlies of een combinatie daar<strong>van</strong>.<br />

Dui<strong>de</strong>lijk is dat behan<strong>de</strong>ling alleen optimaal kan zijn wanneer <strong>de</strong> logopedist,<br />

evenals <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re paramedische behan<strong>de</strong>laars, voldoen<strong>de</strong> inzicht heeft in het<br />

<strong>ziekte</strong>beeld en gevolgen daar<strong>van</strong> op het motorisch en cognitief functioneren<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />

Een ge<strong>de</strong>tailleer<strong>de</strong> beschrijving <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedische interventies in <strong>de</strong> vorm<br />

<strong>van</strong> aanbevelingen is te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> hoofdstukken 3, 4 en 5.<br />

De <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

63


3 Dysartrie en communicatie<br />

Dit hoofdstuk beschrijft het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het spreken en <strong>de</strong><br />

communicatievaardighe<strong>de</strong>n (3.1) en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieve<br />

problemen (3.2) <strong>bij</strong> mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (vraag 1 en<br />

2 zijn te vin<strong>de</strong>n in Deel I).<br />

3.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> spreken en communicatie<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> uitgangsvragen:<br />

3 Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

4 Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraakklachten te kwantificeren?<br />

5 Wat is specifiek voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

6 Op welke manier kan het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt het<br />

beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

7 Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie te<br />

kwantificeren?<br />

8 Op welke manier kan <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />

het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

9 Welke audiovisuele registraties zijn <strong>van</strong> belang <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met<br />

spraakklachten?<br />

10 Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist on<strong>de</strong>rzoek door een KNO-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />

met spraakklachten adviseren?<br />

11 Op welke manier kunnen taalstoornissen en/of communicatieve problemen<br />

<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Vraag 3<br />

Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese informeert <strong>de</strong> logopedist naar <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt<br />

moeite met spreken ervaart en naar <strong>de</strong> gevolgen daar<strong>van</strong> voor dagelijkse bezighe<strong>de</strong>n<br />

en sociale participatie. De uitkomst geeft richting aan <strong>de</strong> wensen en<br />

verwachtingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling. Tegelijk<br />

kan <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken observeren.<br />

65


66<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn geen gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> parkinsonspecifieke vrage<strong>nl</strong>ijsten gevon<strong>de</strong>n, die <strong>de</strong><br />

aard en <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten over het spreken in<br />

kaart brengen. Gebaseerd op <strong>de</strong> klachten en problemen die in <strong>de</strong> literatuur<br />

zijn beschreven, zou <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> het afnemen <strong>van</strong> <strong>de</strong> anamnese on<strong>de</strong>r<br />

meer aan <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> aspecten aandacht moeten beste<strong>de</strong>n.<br />

In <strong>de</strong> eerste plaats is het <strong>van</strong> belang om zowel te informeren naar functiestoornissen<br />

(o.a zachte en hese stem) als naar <strong>de</strong> functionele gevolgen <strong>van</strong><br />

afgenomen verstaanbaarheid, zoals problemen met telefoneren, zich in gezelschap<br />

verstaanbaar maken of moeite met spreken tij<strong>de</strong>ns het werk. Ten twee<strong>de</strong><br />

kunnen <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze problemen zowel spraakmotorische als cognitieve stoornissen<br />

een rol spelen (3). De logopedist zou <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> bei<strong>de</strong> aspecten moeten<br />

nagaan. Ten <strong>de</strong>r<strong>de</strong> kunnen parkinsonpatiënten moeite hebben om hun spraak<br />

goed te beoor<strong>de</strong>len en hun afgenomen verstaanbaarheid <strong>bij</strong>voorbeeld wijten<br />

aan <strong>de</strong> slechthorendheid <strong>van</strong> hun gesprekspartners (50). De logopedist dient<br />

daarom alert te zijn op een discrepantie tussen <strong>de</strong> kwalificatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt<br />

enerzijds en zijn gesprekspartner en/of mantelzorger(s) an<strong>de</strong>rzijds, zowel wat<br />

betreft verstaanbaarheid als communicatieve participatie. Zie <strong>de</strong> voorbeeldvragen<br />

in Bijlage 2.<br />

Er is een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst in ontwikkeling (139). Voorlopige analyse<br />

laat zien dat <strong>de</strong> vragen een hoge interne consistentie (α > 0.90) hebben<br />

en goed correleren (r > 0.70) met dysartrie-ernst, <strong>ziekte</strong>-ernst en <strong>ziekte</strong>duur.<br />

Zie Bijlage 3.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Volgens experts moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> spraakklachten <strong>van</strong><br />

een parkinsonpatiënt naar een breed spectrum <strong>van</strong> klachten wor<strong>de</strong>n<br />

gevraagd: zowel naar motorische als cognitieve problemen en zowel<br />

naar <strong>de</strong> klachten <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt als naar die <strong>van</strong> zijn mantelzorgers/<br />

gesprekspartners.<br />

D Miller, 2006<br />

Overige overwegingen<br />

Een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst kan voorafgaand aan het eerste consult<br />

door <strong>de</strong> patiënt wor<strong>de</strong>n ingevuld en als uitgangspunt dienen voor het bepalen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> hulpvraag.


Aanbeveling 3a<br />

Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> spraakklachten<br />

<strong>van</strong> een parkinsonpatiënt:<br />

a vraagt naar klachten op zowel op functieniveau als activiteitenniveau<br />

als participatieniveau;<br />

b informeert naar klachten zowel over <strong>de</strong> spraak (stem, verstaanbaarheid)<br />

als naar klachten over communicatieve vaardigheid (woordvinding, een<br />

gesprek beginnen e.d.);<br />

c vraagt naar zowel <strong>de</strong> problemen en ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt, als naar<br />

<strong>de</strong> ervaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gesprekspartner en/of mantelzorgers.<br />

Aanbeveling 3b<br />

Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />

gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />

Vraag 4<br />

Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraakklachten te kwantificeren?<br />

Dysartrie en communicatie<br />

De logopedist kan <strong>de</strong> communicatieve beperkingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt als gevolg<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> moeite met spreken uitdrukken in een ernstschaal. In Groot-Brittannië<br />

en Australië wordt door logopedisten veel gebruik gemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheidsschaal<br />

<strong>van</strong> En<strong>de</strong>rby & John (140;141), één <strong>van</strong> <strong>de</strong> zespuntsschalen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes Measures (TOM). Ongepubliceerd on<strong>de</strong>rzoek laat<br />

zien dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal met een gewogen<br />

kappa <strong>van</strong> 0,70 een acceptabele interbeoor<strong>de</strong>laar-betrouwbaarheid heeft<br />

(142). Zie <strong>bij</strong>lage 4.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal<br />

‘verstaanbaarheid’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes Measures (TOM) een<br />

voldoen<strong>de</strong> betrouwbare schaal is om <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> verstaanbaarheid als<br />

gevolg <strong>van</strong> een dysartrie uit te drukken.<br />

C En<strong>de</strong>rby, 1999, Knuijt, 2007<br />

Overige overwegingen<br />

Hoewel <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal ‘verstaanbaarheid’ niet<br />

specifiek is voor parkinsonpatiënten kan <strong>de</strong>ze volgens <strong>de</strong> werkgroep wel voor<br />

parkinsonpatiënten wor<strong>de</strong>n gebruikt. Impliciet zal dan ook <strong>de</strong> afname <strong>van</strong><br />

communicatieve effectiviteit als gevolg <strong>van</strong> <strong>de</strong> cognitieve stoornissen wor<strong>de</strong>n<br />

meegewogen.<br />

67


68<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 4<br />

Het is te overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevolgen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie voor <strong>de</strong><br />

verstaanbaarheid en communicatieve effectiviteit te scoren op <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse<br />

vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal ‘verstaanbaarheid’ <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />

Measures (TOM).<br />

Vraag 5<br />

Wat is specifiek voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

Hoewel er veel over hypokinetische dysartrie bekend is, is ondui<strong>de</strong>lijk wat rele<strong>van</strong>te<br />

klinische observaties en metingen zijn.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Voor <strong>de</strong> diagnostiek <strong>van</strong> dysartrische kenmerken zijn talloze metingen<br />

beschikbaar, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re beschreven door Kent et al. (143). Ook voor het vaststellen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> stem-en spraakstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten zijn diverse<br />

publicaties beschikbaar. Veel diagnostische technieken zijn echter bedoeld<br />

voor wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoek, maar niet voor klinische diagnostiek. Bij<br />

parkinsonpatiënten, die immers tot op zekere hoogte een normale stem en<br />

articulatie hebben die geactiveerd moet wor<strong>de</strong>n (2), is voor <strong>de</strong> klinische diagnostiek<br />

vooral het on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

intensiteit <strong>van</strong> het spreken – en daarmee <strong>de</strong> verstaanbaarheid – rele<strong>van</strong>t.<br />

Voor <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

zijn geen specifieke klinische metingen of observaties bekend. De werkgroep<br />

heeft daarom op basis <strong>van</strong> theorie, ervaring en consensus <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> voorstellen<br />

geformuleerd.<br />

Voor een minimaal on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt met stem- en/of verstaanbaarheidsklachten<br />

zou <strong>de</strong> logopedist kunnen volstaan met (144):<br />

– beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> spontaan of ongestimuleerd spreken, dat wil zeggen subjectieve<br />

beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> spreekkwaliteit tij<strong>de</strong>ns spontaan spreken;<br />

– beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> gestimuleerd spreken tij<strong>de</strong>ns maximale prestatietests, zoals<br />

automatische reeksen, maximale fonatieduur en glijtonen.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Hoewel diverse observaties en metingen aan stem en spraak mogelijk<br />

zijn, is het voor het dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

voldoen<strong>de</strong> om <strong>de</strong> ongestimuleer<strong>de</strong> spraak te observeren en vervolgens<br />

met enkele prestatietests <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit en<br />

verstaanbaarheid na te gaan.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep


Dysartrie en communicatie<br />

Overige overwegingen<br />

Om efficiënt te kunnen werken zou <strong>de</strong> diagnostiek beperkt kunnen blijven tot<br />

<strong>de</strong> rele<strong>van</strong>te observaties en metingen. De beschikbare tijd <strong>van</strong> zowel <strong>de</strong> logopedist<br />

als <strong>de</strong> patiënt zou vooral besteed moeten wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling.<br />

Aanbeveling 5<br />

Het is aan te bevelen het klinisch dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong><br />

idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> te beperken tot:<br />

a het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het spontane of ongestimuleer<strong>de</strong> spreken; en<br />

b het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> diverse spraakkenmerken<br />

met behulp <strong>van</strong> enkele maximale prestatietests.<br />

Vraag 6<br />

Op welke manier kan het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt het beste<br />

wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Het ongestimuleer<strong>de</strong> spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt kan het best wor<strong>de</strong>n<br />

beoor<strong>de</strong>eld tij<strong>de</strong>ns het spontane spreken, on<strong>de</strong>r meer tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese.<br />

Voor het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het ongestimuleer<strong>de</strong> spreken kunnen <strong>de</strong> internationaal<br />

beschreven dysartriekenmerken wor<strong>de</strong>n aangehou<strong>de</strong>n (46;145-147),<br />

namelijk: a<strong>de</strong>mhaling, stem (kwaliteit, luidheid en toonhoogte), articulatievaardigheid,<br />

resonantie en prosodie (intonatie en spreektempo). Voor <strong>de</strong> wijze<br />

<strong>van</strong> registreren wordt verwezen naar Bijlage 5.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt kan aan <strong>de</strong> hand<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> voor alle dysartrieën gebruikte spraakkenmerken wor<strong>de</strong>n<br />

beoor<strong>de</strong>eld, namelijk a<strong>de</strong>mhaling, stem, articulatievaardigheid,<br />

resonantie en prosodie.<br />

D Darley, 1975, Lambert, 2003<br />

Overige overwegingen<br />

De kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mhaling, fonatie, articulatievaardigheid, resonantie<br />

en prosodie kunnen door <strong>de</strong> logopedist subjectief wor<strong>de</strong>n beoor<strong>de</strong>eld op een<br />

vierpuntsschaal, die ook wordt gebruikt <strong>bij</strong> an<strong>de</strong>re subjectieve observaties<br />

(148;149):<br />

– 0 = zeer ernstig afwijkend;<br />

– 1 = dui<strong>de</strong>lijk afwijkend;<br />

– 2 = licht afwijkend of twijfel;<br />

– 3 = normaal.<br />

69


70<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Daar<strong>bij</strong> wordt gelet op parkinsonspecifieke kenmerken, met name manifestaties<br />

<strong>van</strong> hypokinesie en rigiditeit. Bij <strong>de</strong> interpretatie dient <strong>de</strong> logopedist rekening<br />

te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> leeftijd, geslacht, vermoeidheid en stress<br />

op het spreken. Bij parkinsonpatiënten met responsfluctuaties moet ook rekening<br />

gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> <strong>de</strong> medicijnen, dat wil zeggen is<br />

<strong>de</strong> patiënt geobserveerd tij<strong>de</strong>ns een on-perio<strong>de</strong> (betere prestatie) of tij<strong>de</strong>ns een<br />

off-perio<strong>de</strong> (slechtere prestatie). Zie Bijlage 5 voor <strong>de</strong> beschrijvingen en het<br />

scoreformulier.<br />

Op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevon<strong>de</strong>n kenmerken kan <strong>de</strong> logopedist een logopedische<br />

diagnose en behan<strong>de</strong>lindicatie formuleren. Een dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische<br />

dysartrie is kenmerkend voor <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, maar <strong>de</strong><br />

logopedist moet steeds bedacht zijn op aspecten die wijzen op an<strong>de</strong>re dysartrievormen,<br />

die mogelijk een an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>ling vragen.<br />

Hoewel <strong>de</strong>ze richtlijn <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> betreft, is hier een<br />

korte verwijzing naar dysartrische kenmerken <strong>van</strong> atypische parkinsonismen<br />

op zijn plaats. Dysartrische kenmerken die niet <strong>bij</strong> een hypokinetische dysartrie<br />

horen zijn spierzwakte (parese), spasticiteit of ataxie (coördinatiestoornissen).<br />

Bij twijfel zijn met name <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeken behulpzaam:<br />

– on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> mondmotoriek (oraal on<strong>de</strong>rzoek), waarmee met name<br />

spierzwakte, spasticiteit en asymmetrie kunnen wor<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n (149);<br />

– diadochokinese met woor<strong>de</strong>n (pittige articulatiereeksen) die met name<br />

spasticiteit of coördinatiestoornissen aan het licht kan brengen (148).<br />

Het beschrijven <strong>van</strong> alle mogelijke aspecten <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re dysartrievormen valt<br />

buiten het bestek <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze richtlijn over <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

Goe<strong>de</strong> diagnostiek vraagt veel neurologische kennis en logopedische ervaring.<br />

De werkgroep verwijst daarvoor naar <strong>de</strong> handboekteksten, zoals die <strong>van</strong><br />

Lambert et al. (146) of Dharmaperwira-Prins (147).<br />

Aanbeveling 6<br />

Het is aan te bevelen om het spontane spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />

te beoor<strong>de</strong>len aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> <strong>de</strong> gebruikelijke spraakkenmerken, namelijk<br />

a<strong>de</strong>ming, fonatie, articulatie, resonantie en prosodie. Bij <strong>de</strong> interpretatie is<br />

het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong> of in een off-perio<strong>de</strong><br />

is geobserveerd.<br />

Vraag 7<br />

Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie te kwantificeren?


Dysartrie en communicatie<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er bestaan diverse uitvoerige verstaanbaarheidtests voor dysartriepatiënten,<br />

maar <strong>de</strong> enige subjectieve logopedische ernstschaal is <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />

Measures (TOM), subschaal dysartrie <strong>van</strong> En<strong>de</strong>rby & John (140;141). De slechte<br />

score is 0 (‘zeer ernstige dysartrie of anartrie’) en <strong>de</strong> beste score is 5 (‘geen<br />

dysartrie’). Ongepubliceerd on<strong>de</strong>rzoek laat zien dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling<br />

en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> schaal met een gewogen kappa <strong>van</strong> 0.70 (en 0.90 voor<br />

logopedisten met meer dan 10 jaar ervaring) een acceptabele interbeoor<strong>de</strong>laarbetrouwbaarheid<br />

heeft (142). Zie <strong>bij</strong>lage 3.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

TOM subschaal dysartrie een voldoen<strong>de</strong> betrouwbare schaal is om ook<br />

<strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie uit te drukken.<br />

C Knuijt, 2007<br />

Overige overwegingen<br />

Voor het evalueren <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking <strong>van</strong> <strong>de</strong> TOM<br />

subschaal dysartrie is on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re gebruikt gemaakt <strong>van</strong> samples <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Naar mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep is <strong>de</strong> schaal daarom geschikt<br />

om ook <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> hypokinetische dysartrieën te beoor<strong>de</strong>len.<br />

Aanbeveling 7<br />

De logopedist kan overwegen om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie te scoren op <strong>de</strong><br />

Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> subschaal dysartrie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Therapy Outcomes<br />

Measures (TOM).<br />

Vraag 8<br />

Op welke manier kan <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt<br />

het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Om te kunnen beoor<strong>de</strong>len in hoeverre <strong>de</strong> verstaanbaarheid door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong><br />

oefenen te verbeteren is (zie paragraaf 3.2) moet <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het<br />

spreken wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht met ‘maximale prestatietests’. Bovendien levert<br />

dat <strong>de</strong> logopedist die vertrouwd is met <strong>de</strong> diversiteit aan dysartrieën en neurologische<br />

<strong>ziekte</strong>beel<strong>de</strong>n, aanwijzingen op of er in<strong>de</strong>rdaad sprake is <strong>van</strong> een<br />

typische hypokinetische dysartrie dan wel <strong>van</strong> een gecombineerd beeld, zoals<br />

te zien is <strong>bij</strong> atypische parkinsonismen (zie hoofdstuk 2). Evenals <strong>bij</strong> het beoor<strong>de</strong>len<br />

<strong>van</strong> het ongestimuleer<strong>de</strong> spreken dient <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> interpretatie<br />

rekening te hou<strong>de</strong>n met leeftijd, geslacht, vermoeidheid en stress. Tevens<br />

geldt ook hier <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> on-perio<strong>de</strong> versus off-perio<strong>de</strong> en <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>-ernst,<br />

71


72<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

want <strong>bij</strong> patiënten met een zeer ernstige hypokinetische dysartrie zijn stemintensiteit<br />

en verstaanbaarheid – ook met stimuleren en oefenen – niet meer tot<br />

een beter niveau te krijgen.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

De volgen<strong>de</strong> maximale prestatietests zijn volgens <strong>de</strong> werkgroep rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong><br />

parkinsonpatiënten. Eén of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze taken kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt om<br />

<strong>de</strong> stimuleerbaarheid te beoor<strong>de</strong>len.<br />

Automatische reeksen<br />

Om te kunnen beoor<strong>de</strong>len of <strong>de</strong> stem en <strong>de</strong> verstaanbaarheid zijn te verbeteren,<br />

moet <strong>de</strong> parkinsonpatiënt gestimuleerd (gecued) wor<strong>de</strong>n om lui<strong>de</strong>r te<br />

spreken (150;151). De makkelijkste taken hiervoor zijn automatische reeksen,<br />

zoals tellen, opsommen <strong>van</strong> <strong>de</strong> dagen <strong>van</strong> <strong>de</strong> week of <strong>de</strong> maan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> het jaar.<br />

De patiënt hoeft niet na te <strong>de</strong>nken <strong>bij</strong> wat hij gaat zeggen en zich alleen te concentreren<br />

op dui<strong>de</strong>lijker, dat wil zeggen lui<strong>de</strong>r spreken. Om te voorkomen dat<br />

met het volume ook <strong>de</strong> toonhoogte toeneemt, moet <strong>de</strong> patiënt <strong>bij</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />

poging vaak ook gevraagd wor<strong>de</strong>n om hetzelf<strong>de</strong> te doen, maar dan met een<br />

lagere stem (‘luid en laag’).<br />

Het op <strong>de</strong> juiste manier voordoen, <strong>de</strong> patiënt voortdurend feedback geven en<br />

gericht stimuleren is daar<strong>bij</strong> <strong>van</strong> groot belang. De verbeteringen die verwacht<br />

mogen wor<strong>de</strong>n zijn (152):<br />

– diepere a<strong>de</strong>mhaling;<br />

– lui<strong>de</strong>re stem (zon<strong>de</strong>r toonhoogtestijging);<br />

– betere stemkwaliteit;<br />

– grotere articulatiebewegingen;<br />

– lager spreektempo;<br />

en daardoor direct een betere verstaanbaarheid.<br />

Maximale fonatieduur<br />

De meest gebruikte stemmeting wereldwijd is <strong>de</strong> maximale fonatieduur<br />

(MFD), waarmee zowel <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mbeheersing als <strong>de</strong> stemkwaliteit kunnen wor<strong>de</strong>n<br />

beoor<strong>de</strong>eld (153). Voor het meten <strong>van</strong> <strong>de</strong> MFD wordt <strong>de</strong> patiënt gevraagd<br />

een /a:/ zo lang mogelijk aan te hou<strong>de</strong>n; <strong>de</strong> duur wordt met een stopwatch<br />

vastgelegd. Goe<strong>de</strong> instructie en voordoen zijn belangrijk, evenals het ten<br />

minste driemaal laten uitvoeren <strong>van</strong> <strong>de</strong> taak om <strong>de</strong> beste prestatie te kunnen<br />

noteren (143;154). De MFD kent een grote variabiliteit en hangt ook af <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> kwaliteit en luidheid <strong>van</strong> foneren. Het is typisch een taak waar<strong>bij</strong> zowel<br />

leereffect als vermoeidheid een grote rol spelen. Bij parkinsonpatiënten wordt<br />

daar bewust gebruik <strong>van</strong> gemaakt om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid te beoor<strong>de</strong>len. De<br />

patiënt wordt <strong>bij</strong> het herhalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> taak gevraagd om lui<strong>de</strong>r en zo nodig met<br />

een lagere stem te foneren, om te beoor<strong>de</strong>len in hoeverre luidheid, hel<strong>de</strong>rheid<br />

en toonhoogte te verbeteren en te cuen zijn.


Dysartrie en communicatie<br />

Glijtonen en roepen<br />

Door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> het maken <strong>van</strong> glijtonen is <strong>de</strong> stemom<strong>van</strong>g en <strong>de</strong> stembeheersing<br />

te beoor<strong>de</strong>len. Bij parkinsonpatiënten gaat het vooral om het beoor<strong>de</strong>len<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> rigiditeit en <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> variatie in toonhoogte te stimuleren is.<br />

Roepen kan eveneens wor<strong>de</strong>n gebruikt om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> luidheid<br />

en toonhoogte te beoor<strong>de</strong>len.<br />

In tabel 3.1 zijn <strong>de</strong> dysartriekenmerken, on<strong>de</strong>rzoekstaken en tests in schema<br />

gezet.<br />

Tabel 3.1 Spraakkenmerken en <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoekstaken waarmee ze kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n beoor<strong>de</strong>eld<br />

Ongestimuleerd<br />

spreken<br />

Spontane<br />

spraak<br />

Gestimuleerd spreken<br />

(maximale prestatietests)<br />

Automatische<br />

reeksen<br />

Maximale<br />

fonatieduur<br />

1 A<strong>de</strong>mhaling<br />

2 Stem<br />

X X X X<br />

– kwaliteit X X X X<br />

– luidheid X X X X<br />

– toonhoogte X X X X<br />

3 Articulatie X X<br />

4 Resonans<br />

5 Prosodie<br />

X X<br />

– intonatie X X<br />

– spreektempo X X<br />

Conclusie<br />

Glijtonen,<br />

roepen<br />

Niveau 4 Voor het beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het spreken<br />

<strong>van</strong> parkinsonpatiënten zijn diverse taken geschikt, met name<br />

automatische reeksen, maximale fonatieduur, glijtonen maken en<br />

roepen.<br />

D Kent, 1987, <strong>de</strong> Swart, 2003<br />

Overige overwegingen<br />

De logopedist kan zelf <strong>de</strong> volgor<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> taken kiezen. Het gaat niet om het<br />

bereiken <strong>van</strong> een normale prestatie, maar om <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> spreekkwaliteit<br />

te stimuleren en <strong>de</strong> patiënt te cuen is. Om <strong>de</strong> mate <strong>van</strong> resulta at te kunnen<br />

weergeven stelt <strong>de</strong> werkgroep een vierpuntschaal voor:<br />

– 0 = niet te cuen;<br />

– 1 = enigszins te cuen;<br />

– 2 = makkelijk te cuen; en<br />

– 3 = patiënt kan zichzelf (na uitleg) cuen.<br />

Zie het scoreformulier in Bijlage 4.<br />

73


74<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 8<br />

Het is sterk aan te bevelen om één of meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> maximale prestatietests<br />

te gebruiken om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit en <strong>de</strong><br />

kwaliteit <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt te beoor<strong>de</strong>len:<br />

– automatische reeksen;<br />

– maximale fonatieduur;<br />

– glijtonen.<br />

Bij <strong>de</strong> interpretatie is het <strong>van</strong> belang te weten of <strong>de</strong> patiënt in een on-perio<strong>de</strong><br />

of in een off-perio<strong>de</strong> is geobserveerd.<br />

Vraag 9<br />

Welke audiovisuele registraties zijn <strong>van</strong> belang <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met<br />

spraakklachten?<br />

Het maken <strong>van</strong> een audio- of vi<strong>de</strong>o-opname is gebruikelijk tij<strong>de</strong>ns logopedisch<br />

on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Ho et al. (49;50) von<strong>de</strong>n in een experiment dat parkinsonpatiënten hun<br />

spreekvolume niet automatisch aanpassen aan afstand tot <strong>de</strong> luisteraar of<br />

omgevingslawaai, in vergelijking met gezon<strong>de</strong> proefpersonen. Op verzoek<br />

kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> parkinsonpatiënten wel hun volume aanpassen. Tegelijk overschatten<br />

ze hun spreekvolume en verstaanbaarheid, echter niet als ze hun spreken<br />

terughoren op een bandopname.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat parkinsonpatiënten hun spreekvolume en<br />

verstaanbaarheid overschatten.<br />

C Ho, 1999, 2000<br />

Overige overwegingen<br />

Ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten is het zinvol om <strong>van</strong> het spontane spreken een<br />

audio- of vi<strong>de</strong>o-opname te maken, om <strong>de</strong> patiënt te helpen zich een reëel beeld<br />

te vormen <strong>van</strong> <strong>de</strong> kwaliteit <strong>van</strong> zijn spreken.<br />

Omdat <strong>de</strong> nadruk <strong>van</strong> <strong>de</strong> therapie ligt op het vergroten <strong>van</strong> <strong>de</strong> luidheid (zie<br />

paragraaf 3.2), kan het bovendien nuttig zijn om <strong>de</strong> intensiteit tij<strong>de</strong>ns spontaan<br />

spreken als nulmeting objectief vast te stellen, met behulp <strong>van</strong> een eenvoudige<br />

dB-meter. Het is belangrijk het meten altijd op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier uit te<br />

voeren.


Aanbeveling 9a<br />

Het is aan te bevelen om <strong>bij</strong> elke parkinsonpatiënt een audio- of vi<strong>de</strong>oopname<br />

te maken <strong>van</strong> het spontane spreken, met als doel <strong>de</strong> beginsituatie<br />

vast te leggen en <strong>de</strong> patiënt feedback te kunnen geven over zijn verstaanbaarheid.<br />

Aanbeveling 9b<br />

Het wordt aanbevolen om <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken <strong>bij</strong> het<br />

eerste consult vast te leggen met een dB-meter.<br />

Dysartrie en communicatie<br />

Vraag 10<br />

Wanneer is on<strong>de</strong>rzoek door een kno-arts <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met stemklachten<br />

<strong>van</strong> belang?<br />

Mensen met persisteren<strong>de</strong> stemklachten kunnen in Ne<strong>de</strong>rland wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht<br />

door een kno-arts. Het is <strong>de</strong> vraag in welke gevallen het wenselijk en<br />

uitvoerbaar is om dat ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met stemklachten te doen.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Vi<strong>de</strong>olaryngo(strobo)scopie is het belangrijkste diagnostische instrument om<br />

<strong>de</strong> etiologie <strong>van</strong> een stemstoornis vast te stellen (153). Ramig (155) adviseert<br />

dat parkinsonpatiënten voordat ze een stembehan<strong>de</strong>ling krijgen eerst door<br />

een kno-arts wor<strong>de</strong>n gezien om contra-indicaties en comorbiditeit (zoals stemplooiknobbels<br />

of larynxcarcinoom) uit te sluiten.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Volgens experts is het verstandig om (parkinson)patiënten met<br />

stemklachten voorafgaand aan <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling door een<br />

kno-arts te laten on<strong>de</strong>rzoeken om het larynxbeeld vast te leggen en<br />

eventuele contra-indicaties en comorbiditeit uit te sluiten.<br />

D Dejonckere, 2001, Ramig, 2004<br />

Overige overwegingen<br />

Vi<strong>de</strong>olaryngo(strobo)scopie is alleen mogelijk in een ziekenhuis. Bij twijfel zou<br />

<strong>de</strong> logopedist in<strong>de</strong>rdaad een kno-on<strong>de</strong>rzoek moeten adviseren, maar volgens<br />

<strong>de</strong> werkgroep is het geen noodzakelijke voorwaar<strong>de</strong> voor behan<strong>de</strong>ling, omdat<br />

<strong>de</strong> logopedist een parkinsonpatiënt alleen intensief zal behan<strong>de</strong>len als verbetering<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> stemkwaliteit en luidheid goed te cuen zijn. Bij an<strong>de</strong>re laryngeale<br />

pathologie is dat eenvoudig niet op die manier mogelijk.<br />

75


76<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 10<br />

Geadviseerd wordt dat <strong>de</strong> logopedist laryngoscopisch on<strong>de</strong>rzoek door een<br />

kno-arts <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt met een hypokinetische dysartrie alleen<br />

zou moeten voorstellen <strong>bij</strong> ver<strong>de</strong>nking <strong>van</strong> stemplooipathologie die niet<br />

gerelateerd is aan het neurologische <strong>ziekte</strong>beeld.<br />

Vraag 11<br />

Op welke manier kunnen taalstoornissen en/of communicatieve problemen<br />

<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten het beste wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Bij parkinsonpatiënten kunnen <strong>de</strong> cognitieve stoornissen ook <strong>van</strong> invloed zijn<br />

op taalproductie, taalbegrip en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n, in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong><br />

trage woordvinding, snel <strong>de</strong> draad <strong>van</strong> een verhaal kwijt zijn, enzovoort (3).<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Het is niet bekend of het zinvol is om met bestaan<strong>de</strong> taaltests voor volwassen<br />

neurologische patiënten ook <strong>de</strong> talige stoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten te<br />

testen. Wel lijkt het zinvol om <strong>de</strong> parkinsonpatiënt te vragen naar klachten<br />

over woordvinding (tip-of-the-tongue fenomeen), vlot formuleren, ad rem zijn,<br />

een gesprek beginnen en op gang hou<strong>de</strong>n, enzovoort, en <strong>de</strong> invloed daar<strong>van</strong><br />

op sociale participatie, zoals beschreven in paragraaf 3.1. Een en an<strong>de</strong>r kan ook<br />

wor<strong>de</strong>n geobserveerd tij<strong>de</strong>ns het anamnesegesprek.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Volgens experts is het verstandig om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

anamnestisch vast te stellen of er sprake is <strong>van</strong> moeite met<br />

woordvinding en het beginnen en in stand hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een<br />

conversatie.<br />

D Miller, 2006<br />

Overige overwegingen<br />

Aangezien over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> taal- en communicatiestoornissen <strong>bij</strong><br />

parkinsonpatiënten weinig bekend is (zie paragraaf 3.2), is het volgens <strong>de</strong><br />

werkgroep voldoen<strong>de</strong> om dit aspect in <strong>de</strong> anamnese en <strong>de</strong> observatie <strong>van</strong> het<br />

spontane spreken mee te nemen.<br />

Aanbeveling 11<br />

Het verdient aanbeveling om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten expliciet te vragen<br />

naar <strong>de</strong> moeite met woordvinding en het voeren <strong>van</strong> een conversatie. Het<br />

afnemen <strong>van</strong> formele taaltests wordt vooralsnog ontra<strong>de</strong>n.


3.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen<br />

Dysartrie en communicatie<br />

Deze paragraaf behan<strong>de</strong>lt <strong>de</strong> aanbevelingen over <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische<br />

dysartrie <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. In<br />

hoeverre <strong>de</strong>ze aanbevelingen tevens <strong>van</strong> toepassing zijn op patiënten met een<br />

parkinsonisme is afhankelijk <strong>van</strong> het diagnostisch oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist<br />

(zie ook paragraaf 3.1).<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> uitgangsvragen:<br />

12 Wat zijn <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling met LSVT en PLVT?<br />

13 Wat is <strong>de</strong> optimale behan<strong>de</strong>lintensiteit voor PLVT/LSVT?<br />

14 Wanneer is een parkinsonpatiënt geïndiceerd voor behan<strong>de</strong>ling met PLVT/<br />

LSVT?<br />

15 Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling wanneer een parkinsonpatiënt niet geïndiceerd<br />

is voor PLVT/LSVT?<br />

16 Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> hypokinetische<br />

dysartrie?<br />

17 Wat is te verwachten <strong>van</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> mimiekarmoe<strong>de</strong>?<br />

18 Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> groepsbehan<strong>de</strong>ling?<br />

19 Op welke wijze moet <strong>de</strong> logopedist rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong><br />

medicatie?<br />

20 Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n?<br />

21 Wat zijn <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> communicatieve problemen als<br />

gevolg <strong>van</strong> taalstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

22 Wat is <strong>de</strong> plaats <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len als ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het<br />

spreken <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>?<br />

23 Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen?<br />

24 Wat zijn <strong>de</strong> beste instrumenten om het resultaat <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len te bepalen?<br />

Vraag 12<br />

Wat zijn <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling met LSVT en PLVT?<br />

De Lee Silverman Voice Treatment (LSVT), ontwikkeld door Ramig en collega’s<br />

in het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren negentig, is <strong>de</strong> bekendste logopedische interventie<br />

om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten te verbeteren, die wereldwijd<br />

wordt toegepast en ook in Ne<strong>de</strong>rland navolging heeft gevon<strong>de</strong>n. LSVT is een<br />

specifieke stembehan<strong>de</strong>ling, waarmee <strong>de</strong> patiënt getraind wordt om lui<strong>de</strong>r te<br />

spreken (‘think loud, think shout’). Omdat a<strong>de</strong>mhaling, stemvolume en verstaanbaarheid<br />

één verbon<strong>de</strong>n systeem zijn, is lui<strong>de</strong>r spreken voldoen<strong>de</strong> om<br />

77


78<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

zowel <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mhaling als <strong>de</strong> stemkwaliteit als <strong>de</strong> mondopening en articulatie<br />

tegelijk sterk te activeren. Daarmee wordt gebruikgemaakt <strong>van</strong> het principe<br />

dat een parkinsonpatiënt een tot op zekere hoogte ‘normale’ motoriek heeft<br />

die geactiveerd moet wor<strong>de</strong>n en dat een enkele cue (luid spreken of roepen) voldoen<strong>de</strong><br />

moet zijn om die activatie steeds op te roepen (1). Intensief oefenen ten<br />

slotte is enerzijds nodig om <strong>de</strong> patiënt te laten wennen aan een grotere spreekintensiteit<br />

die hij niet spontaan zou volhou<strong>de</strong>n en an<strong>de</strong>rzijds om <strong>de</strong> nieuwe<br />

techniek in het spontane spreken te integreren (156). Deze Amerikaanse aanpak<br />

is sterk geconcentreerd op <strong>de</strong> stemfunctie en vooral geëvalueerd met foniatrisch<br />

on<strong>de</strong>rzoek.<br />

Deze behan<strong>de</strong>ltechniek is gebaseerd op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> principes:<br />

– <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling richt zich op één taak, namelijk lui<strong>de</strong>r spreken;<br />

– dat houdt in dat maximale fonatie wordt gestimuleerd door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> veel<br />

herhalen en consequente en precieze feedback;<br />

– <strong>de</strong> patiënt moet leren wennen aan <strong>de</strong> toegenomen luidheid en kracht (ijken<br />

of kalibreren);<br />

– dat kan alleen door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> intensieve behan<strong>de</strong>ling;<br />

– luidheid en kracht wor<strong>de</strong>n gekwantificeerd door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> dB-metingen.<br />

Het doel is dat <strong>de</strong> patiënt een grotere intensiteit en betere verstaanbaarheid<br />

spontaan volhoudt en zichzelf makkelijk kan cuen tot een betere verstaanbaarheid.<br />

Deze aanpak is dus specifiek voor parkinsonpatiënten. Gewoo<strong>nl</strong>ijk wordt<br />

een dB-meter gebruikt als visuele feedback <strong>bij</strong> <strong>de</strong> oefeningen om te patiënt te<br />

laten wennen aan <strong>de</strong> grotere intensiteit die nodig is voor een betere verstaanbaarheid.<br />

Vanaf het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> jaren tachtig ontwikkel<strong>de</strong> <strong>de</strong> Swart een vergelijkbare<br />

parkinsonspecifieke interventie <strong>van</strong>uit een neurologisch perspectief, dus het<br />

stem- en verstaanbaarheidsprobleem als on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> hypokinetische<br />

dysartrie en het neurologische <strong>ziekte</strong>beeld. Hij besteed<strong>de</strong> daar<strong>bij</strong> ook aandacht<br />

aan het voorkomen <strong>van</strong> hyperfunctie door <strong>de</strong> hoge intensiteit <strong>van</strong> stemgeving,<br />

door <strong>de</strong> patiënt te leren tegelijk op lage toonhoogte meer luidheid te<br />

produceren. Als differentie <strong>van</strong> LSVT noem<strong>de</strong> hij die techniek op <strong>de</strong>n duur<br />

<strong>de</strong> ‘Pitch Limiting Voice Treatment’ (PLVT) (157). In <strong>de</strong>ze aanpak krijgt bovendien<br />

<strong>de</strong> gesprekspartner een grote rol toebe<strong>de</strong>eld, wat in LSVT tot voor kort<br />

geen on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling was. Inmid<strong>de</strong>ls wordt ook in LSVT meer<br />

nadruk gelegd op het voorkómen <strong>van</strong> hyperfunctie ().<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Het effect <strong>van</strong> LSVT is intensief bestu<strong>de</strong>erd. Ramig en collega’s behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>n<br />

45 parkinsonpatiënten vijftig minuten per dag geduren<strong>de</strong> vier weken en vier<br />

dagen in <strong>de</strong> week (151;152;158). Ze vergeleken <strong>de</strong> effecten <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> 26


Dysartrie en communicatie<br />

patiënten met die <strong>van</strong> alleen a<strong>de</strong>mtherapie <strong>bij</strong> 19 patiënten en von<strong>de</strong>n significante<br />

veran<strong>de</strong>ringen in luidheid, fonatieduur en larynxbeeld (stemplooisluiting)<br />

ten gunste <strong>van</strong> LSVT. In follow-up studies werd gevon<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> effecten<br />

ook na zes, twaalf en 24 maan<strong>de</strong>n nog meetbaar waren (159;160). Ondui<strong>de</strong>lijk<br />

is wat het effect <strong>van</strong> LSVT is op <strong>de</strong> verstaanbaarheid in gewone dagelijkse en<br />

sociale activiteiten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten. Onbekend is wat het effect is <strong>van</strong><br />

LSVT op parkinsonpatiënten met een (zeer) ernstige dysartrie of een combinatie<br />

met an<strong>de</strong>re dysartrische stoornissen, zoals <strong>bij</strong> een parkinsonisme.<br />

De Swart et al. (161) vergeleken <strong>de</strong> stemkwaliteit <strong>van</strong> 32 parkinsonpatiënten na<br />

LSVT-instructies met <strong>de</strong> stemkwaliteit na PLVT-instructies. Het gebruik <strong>van</strong><br />

PLVT leidt tot een significante lagere stem en meer ontspannen en natuurlijke<br />

stemkwaliteit ten opzichte <strong>van</strong> LSVT. Bovendien von<strong>de</strong>n <strong>de</strong> patiënten hun<br />

stem na PLVT-instructies meer natuurlijk en <strong>de</strong> uitvoering min<strong>de</strong>r vermoeiend.<br />

Niet is on<strong>de</strong>rzocht of een volledige behan<strong>de</strong>ling met PLVT <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> of<br />

betere uitkomsten geeft dan een behan<strong>de</strong>ling met LSVT.<br />

Conclusie<br />

Niveau 1 Het is aangetoond dat intensieve behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische<br />

dysartrie <strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>, door<br />

mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> het oefenen <strong>van</strong> lui<strong>de</strong>r spreken effectiever is dan door<br />

mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> enkel a<strong>de</strong>moefeningen.<br />

A Ramig, 1995, 1996, 2001a<br />

Niveau 1 Het is aangetoond dat behan<strong>de</strong>ling met LSVT na ten minste zes<br />

maan<strong>de</strong>n nog positieve effecten kan hebben op <strong>de</strong> luidheid en kwaliteit<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> stem.<br />

A Ramig, 1996, 2001a,<br />

B Ramig, 2001b<br />

Niveau 3 Het is aannemelijk dat <strong>de</strong> PLVT ten opzichte <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> gelijke<br />

luidheid, stijging <strong>van</strong> <strong>de</strong> toonhoogte voorkomt en leidt tot een betere<br />

en meer natuurlijke stemkwaliteit.<br />

B <strong>de</strong> Swart, 2003<br />

Overige overwegingen<br />

Contra-indicatie voor LSVT is volgens Ramig (155) an<strong>de</strong>re stempathologie,<br />

zoals stemplooiknobbels, larynxcarcinoom of laryngeale irritatie door reflux.<br />

De cue om lui<strong>de</strong>r te spreken is een parkinsonspecifieke techniek om <strong>de</strong> verstaanbaarheid<br />

te verbeteren. Aangezien PLVT in grote lijnen overeenkomt<br />

met LSVT zijn <strong>de</strong> technieken vergelijkbaar, dus aangenomen wordt dat ook <strong>de</strong><br />

effectiviteit vergelijkbaar is.<br />

LSVT of PLVT wordt in Ne<strong>de</strong>rland niet in het initieel on<strong>de</strong>rwijs aangebo<strong>de</strong>n,<br />

maar in post-hbo-cursussen. De LSVT-cursus is met financiële hulp <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging tot 2002 enkele malen in Ne<strong>de</strong>rland gegeven.<br />

79


80<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Sindsdien wordt jaarlijks ten minste tweemaal een PLVT-cursus verzorgd,<br />

waaraan ook logopedisten die eer<strong>de</strong>r een LSVT-cursus hebben gedaan, <strong>de</strong>elnemen.<br />

Bovendien is <strong>de</strong>ze aanpak een kernon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el in <strong>de</strong> scholing voor logopedisten,<br />

zoals die sinds 2007 wordt aangebo<strong>de</strong>n aan therapeuten die willen<br />

<strong>de</strong>elnemen aan een parkinsonnetwerk ).<br />

Aanbeveling 12<br />

Het is sterk aan te bevelen om parkinsonpatiënten met een hypokinetische<br />

dysartrie, die voldoen aan <strong>de</strong> indicaties voor intensieve behan<strong>de</strong>ling, met<br />

PLVT of LSVT te behan<strong>de</strong>len.<br />

Vraag 13<br />

Wat is <strong>de</strong> optimale behan<strong>de</strong>lintensiteit voor PLVT/LSVT?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

De studies waarin LSVT is geëvalueerd zijn gebaseerd op een behan<strong>de</strong>lintensiteit<br />

<strong>van</strong> vier sessies <strong>van</strong> vijftig minuten per week, geduren<strong>de</strong> vier weken<br />

(151;155). Er zijn geen dose-responsstudies bekend waarin verschillen<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lintensiteiten<br />

wor<strong>de</strong>n vergeleken.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Het is aannemelijk dat <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling (viermaal<br />

per week geduren<strong>de</strong> vier weken) één <strong>van</strong> <strong>de</strong> verklaringen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

effectiviteit <strong>van</strong> LSVT is.<br />

B Ramig, 1995, 2005<br />

Overige overwegingen<br />

In Ne<strong>de</strong>rland kan PLVT/LSVT wor<strong>de</strong>n uitgevoerd in behan<strong>de</strong>lsessies <strong>van</strong> <strong>de</strong>rtig<br />

minuten (conform <strong>de</strong> huidige vergoeding <strong>van</strong> een logopedisch consult)<br />

en veel parkinsonpatiënten zijn na een half uur intensief oefenen ook moe.<br />

Omdat patiënten intensief gestimuleerd en gecued moeten wor<strong>de</strong>n en veel<br />

feedback nodig hebben, is eenmaal per week behan<strong>de</strong>ling en zelfstandig oefenen<br />

niet voldoen<strong>de</strong>. Volgens ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is <strong>de</strong> minimale<br />

intensiteit driemaal per week een half uur intensieve behan<strong>de</strong>ling, geduren<strong>de</strong><br />

minimaal vier weken.<br />

Dat houdt tevens in dat <strong>de</strong> patiënt en <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> intensieve behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong><br />

goed moeten plannen, dat wil zeggen niet tegelijk met an<strong>de</strong>re intensieve<br />

therapieën, rekening hou<strong>de</strong>nd met vakanties, enzovoort.


Aanbeveling 13a<br />

Het wordt aanbevolen om behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT <strong>bij</strong> daarvoor geïndiceer<strong>de</strong><br />

patiënten te geven met een behan<strong>de</strong>lfrequentie <strong>van</strong> ten minste<br />

driemaal per week, <strong>de</strong>rtig minuten, geduren<strong>de</strong> minimaal vier weken. Een<br />

geringere behan<strong>de</strong>lfrequentie wordt ontra<strong>de</strong>n.<br />

Aanbeveling 13b<br />

Het verdient tevens aanbeveling om PLVT/LSVT zó te plannen, dat minimaal<br />

vier weken aaneensluitend oefenen zowel voor <strong>de</strong> patiënt als <strong>de</strong> logopedist<br />

uitvoerbaar is en <strong>bij</strong> voorkeur niet tegelijk valt met an<strong>de</strong>re paramedische<br />

interventies die eveneens veel tijd en energie vragen.<br />

Dysartrie en communicatie<br />

Vraag 14<br />

Wanneer is een parkinsonpatiënt geïndiceerd voor behan<strong>de</strong>ling met PLVT/<br />

LSVT?<br />

Niet alle parkinsonpatiënten met een hypokinetische dysartrie komen in aanmerking<br />

voor intensieve behan<strong>de</strong>ling.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

De twee studies naar <strong>de</strong> effectiviteit <strong>van</strong> LSVT zijn gedaan met patiënten<br />

in Hoehn en Yahr stadium 1, 2 of 3, dus niet met (zeer) ernstig aangedane<br />

patiënten. En hoewel het nooit met betrekking tot logopedische behan<strong>de</strong>ling<br />

is on<strong>de</strong>rzocht, is uit diverse publicaties op te maken (22;162) dat vermoeidheid<br />

en cognitieve stoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten een grote rol spelen in dagelijkse<br />

activiteiten en dus ook <strong>bij</strong> het participeren in paramedische behan<strong>de</strong>lingen,<br />

die een beroep doen op fysieke conditie en leervermogen.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Omdat PLVT/LSVT een intensieve behan<strong>de</strong>ling is, zijn voldoen<strong>de</strong><br />

energie en leervermogen een voorwaar<strong>de</strong> om <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling tot een<br />

goed ein<strong>de</strong> te brengen.<br />

C Rascol, 2002<br />

Overige overwegingen<br />

PLVT/ LSVT is uitsluitend zinvol als het diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek heeft aangetoond<br />

dat er in<strong>de</strong>rdaad sprake is <strong>van</strong> een hypokinetische dysartrie, waar<strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> stemintensiteit (zowel luidheid, hel<strong>de</strong>rheid als toonhoogte), voldoen<strong>de</strong> te<br />

cuen is.<br />

81


82<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Ook is het volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep <strong>van</strong> belang dat <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong><br />

intrinsieke motivatie heeft om intensief te kunnen oefenen. Die motivatie<br />

hangt enerzijds af <strong>van</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt last ervaart en an<strong>de</strong>rzijds<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> eisen die <strong>de</strong> patiënt zelf stelt aan zijn communicatieve functioneren.<br />

Dat houdt in dat volgens <strong>de</strong> werkgroep parkinsonpatiënten met <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />

klachten niet geïndiceerd zijn voor PLVT/LSVT:<br />

– geringe dysartrie, maar patiënt kan eenvoudig zelfstandig compenseren<br />

door met meer intensiteit te spreken: een eenmalig consult met adviezen<br />

is voldoen<strong>de</strong>;<br />

– dui<strong>de</strong>lijke apathie, waardoor ook <strong>de</strong> behoefte <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt tot spreken (of<br />

communiceren in het algemeen) sterk is afgenomen: uitleg met als doel<br />

acceptatie is dan wellicht <strong>de</strong> belangrijkste interventie.<br />

An<strong>de</strong>re contra-indicaties zijn een beperkt leervermogen en snelle vermoeibaarheid,<br />

zie ver<strong>de</strong>r <strong>bij</strong> vraag 13.<br />

Wanneer na het diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek twijfel bestaat over <strong>de</strong> belastbaarheid<br />

en het leervermogen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt, kan het volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

zinvol zijn om een proefbehan<strong>de</strong>ling af te spreken, <strong>bij</strong>voorbeeld een<br />

week intensief oefenen en dan met <strong>de</strong> patiënt (en <strong>de</strong> mantelzorgers) bespreken<br />

of <strong>de</strong> inspanning opweegt tegen het resultaat. Op basis daar<strong>van</strong> kan besloten<br />

wor<strong>de</strong>n of het <strong>de</strong> moeite waard is om <strong>de</strong> hele behan<strong>de</strong>ling af te maken of te<br />

zoeken naar een min<strong>de</strong>r intensieve aanpak.<br />

Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep geldt voor veel patiënten bovendien dat<br />

<strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> een co-therapeut <strong>van</strong> groot belang is om thuis a<strong>de</strong>quaat te kunnen<br />

oefenen. Een co-therapeut is een mantelzorger die geregeld meegaat naar <strong>de</strong><br />

logopedische sessies met als doel <strong>de</strong> patiënt thuis te kunnen helpen met <strong>de</strong><br />

oefeningen.<br />

Hoewel volgens on<strong>de</strong>rzoek het behan<strong>de</strong>lresultaat tot 24 maan<strong>de</strong>n kan bestaan<br />

(159;163) is <strong>de</strong> werkgroep <strong>van</strong> mening dat controle of follow-up na zes of twaalf<br />

maan<strong>de</strong>n zinvol kan zijn om vaardighe<strong>de</strong>n kortdurend op te frissen of na te<br />

gaan of nieuwe problemen zijn ontstaan door <strong>de</strong> progressie <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong>.<br />

Aanbeveling 14a<br />

Aanbevolen wordt om parkinsonpatiënten met een hypokinetische dysartrie<br />

behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT te adviseren als:<br />

– <strong>de</strong> stemkwaliteit, zowel luidheid, hel<strong>de</strong>rheid als toonhoogte, voldoen<strong>de</strong><br />

te cuen is;<br />

– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> intrinsieke motivatie heeft om intensief te oefenen,<br />

op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht en <strong>de</strong> verwachtingen <strong>van</strong> het<br />

communicatief functioneren;


– <strong>de</strong> patiënt cognitief voldoen<strong>de</strong> in staat is om een nieuwe techniek te<br />

leren;<br />

– <strong>de</strong> patiënt voldoen<strong>de</strong> energie heeft om intensief te oefenen.<br />

Aanbeveling 14b<br />

Bij twijfel over <strong>de</strong> indicatie voor PLVT/LSVT kan het zinvol zijn om eerst een<br />

proefbehan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>bij</strong>voorbeeld een week uit te voeren.<br />

Aanbeveling 14c<br />

Tevens kan het zinvol zijn om <strong>de</strong> patiënt geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lperio<strong>de</strong> te<br />

laten oefenen met <strong>de</strong> hulp <strong>van</strong> een co-therapeut.<br />

Aanbeveling 14d<br />

Follow-up (tussen zes en twaalf maan<strong>de</strong>n) na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT<br />

is aan te bevelen.<br />

Dysartrie en communicatie<br />

Vraag 15<br />

Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling wanneer een parkinsonpatiënt niet geïndiceerd<br />

is voor PLVT/LSVT?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn geen studies die varianten <strong>van</strong> PLVT/LSVT hebben geëvalueerd of<br />

<strong>de</strong> mogelijkheid <strong>van</strong> toepassing <strong>bij</strong> weinig belastbare parkinsonpatiënten of<br />

patiënten met een gemeng<strong>de</strong> dysartrie zoals <strong>bij</strong> parkinsonismen. De uitgangspunten<br />

voor behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten, die internationaal wor<strong>de</strong>n<br />

on<strong>de</strong>rschreven (zie ook hoofdstuk 2), maken het aannemelijk dat het gebruik<br />

<strong>van</strong> cueingstrategieën ook <strong>bij</strong> min<strong>de</strong>r belastbare parkinsonpatiënten zinvol<br />

kan zijn. Een en an<strong>de</strong>r hangt af <strong>van</strong> <strong>de</strong> ervaring en inventiviteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist.<br />

Omdat <strong>de</strong> patiënt vaak wel gecued kan wor<strong>de</strong>n tot beter spreken, maar dat<br />

niet zelfstandig voor elkaar krijgt of volhoudt, krijgen <strong>de</strong> gesprekspartners en<br />

mantelzorgers een belangrijke rol in het cuen <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />

83


84<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Ook voor min<strong>de</strong>r belastbare parkinsonpatiënten kunnen PLVT/LSVT-<br />

technieken gebruikt wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> verstaanbaarheid te cuen, waar<strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> gesprekspartner een grotere rol krijgt toebe<strong>de</strong>eld.<br />

D Morris & Iansek 1997<br />

Overige overwegingen<br />

Voor parkinsonpatiënten die niet aan genoem<strong>de</strong> criteria voldoen, zou volgens<br />

<strong>de</strong> werkgroep behan<strong>de</strong>ling als volgt zinvol kunnen zijn. De logopedist probeert<br />

<strong>de</strong> patiënt zo goed mogelijk te stimuleren en uit te vin<strong>de</strong>n wat <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze<br />

patiënt <strong>de</strong> meest effectieve cue is om steeds het best verstaanbaar te spreken.<br />

Vervolgens draagt <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong>ze cue over aan <strong>de</strong> belangrijkste gesprekspartners.<br />

Aanbeveling 15<br />

Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die niet geïndiceerd zijn<br />

voor intensieve behan<strong>de</strong>ling wel met PLVT/LSVT-technieken te behan<strong>de</strong>len,<br />

maar in een lagere intensiteit. Tegelijk traint <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers<br />

om het cuen wanneer nodig over te nemen.<br />

Vraag 16<br />

Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re logopedische behan<strong>de</strong>lingen <strong>van</strong> hypokinetische<br />

dysartrie?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

De behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie in het algemeen is in Ne<strong>de</strong>rland slechts beperkt<br />

beschreven. De beschikbare bronnen beschrijven klassieke logopedische<br />

behan<strong>de</strong>ltechnieken, zoals oefeningen voor <strong>de</strong> mondmotoriek en uitspraakoefeningen<br />

(147).<br />

Er is geen evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

met an<strong>de</strong>re technieken dan LSVT of PLVT, maar evenmin is aangetoond dat<br />

die niet effectief zijn. De ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is echter dat klassieke<br />

niet-parkinsonspecifieke logopedische behan<strong>de</strong>ltechnieken (geïsoleer<strong>de</strong><br />

oefeningen voor a<strong>de</strong>mhaling, stem, mondmotoriek of articulatie) <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

alleen tij<strong>de</strong>lijke verbetering geven tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling, echter<br />

geen consistente verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Klassieke logopedische technieken in het algemeen lijken geen<br />

meerwaar<strong>de</strong> te hebben <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische<br />

dysartrie.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep


Dysartrie en communicatie<br />

Overige overwegingen<br />

Als een logopedist geen ervaring heeft met parkinsonspecifieke technieken,<br />

zoals PLVT/LSVT, leidt het (langdurig) aanbie<strong>de</strong>n <strong>van</strong> klassieke oefeningen<br />

bovendien tot onnodige kosten.<br />

Aanbeveling 16<br />

Voor algemene oefeningen voor <strong>de</strong> mondmotoriek of uitspraak is wellicht<br />

geen plaats in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met<br />

een dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische dysartrie.<br />

Vraag 17<br />

Wat is te verwachten <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> mimiekarmoe<strong>de</strong>?<br />

Gelaatsexpressie is een non-verbaal en waar<strong>de</strong>vol on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> communicatie.<br />

Het mimiekarme gelaat <strong>van</strong> parkinsonpatiënten kan dan ook een beperking<br />

zijn in <strong>de</strong> communicatie (164).<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Spielman et al. (165) on<strong>de</strong>rzochten het effect <strong>van</strong> LSVT op mimiek en mate<br />

<strong>van</strong> betrokkenheid, beoor<strong>de</strong>eld door an<strong>de</strong>ren aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> vi<strong>de</strong>o-opnamen<br />

<strong>van</strong> 26 parkinsonpatiënten die LSVT had<strong>de</strong>n gekregen ten opzichte <strong>van</strong> 19<br />

parkinsonpatiënten die a<strong>de</strong>mtraining had<strong>de</strong>n gekregen. Bij ongeveer <strong>de</strong> helft<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lgroep werd <strong>de</strong> mimiek en betrokkenheid <strong>bij</strong> het gesprek als<br />

verbeterd beoor<strong>de</strong>eld ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> controlegroep. Het verschil was<br />

alleen significant voor betrokkenheid, maar niet voor mimiek.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat LSVT een gunstige invloed kan hebben op <strong>de</strong><br />

non-verbale conversationele betrokkenheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten,<br />

maar niet op <strong>de</strong> mimiek.<br />

B Spielman, 2003<br />

Overige overwegingen<br />

Net zo min als het zinvol is om met parkinsonpatiënten geïsoleer<strong>de</strong> articulatieoefeningen<br />

te doen, is het vermoe<strong>de</strong>lijk evenmin zinvol om geïsoleerd <strong>de</strong><br />

gelaatsexpressie te oefenen. Dat betrokkenheid in gesprekken en wellicht ook<br />

<strong>de</strong> mimiek verbetert als <strong>de</strong> patiënt lui<strong>de</strong>r en actiever kan spreken, lijkt voor <strong>de</strong><br />

hand te liggen.<br />

Patiënten die klagen over stijfheid in het gezicht kunnen soms baat hebben <strong>bij</strong><br />

gezichtsmassage of losmaakoefeningen, maar <strong>de</strong>ze vormen geen vast on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> therapie.<br />

85


86<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 17<br />

Bij het overwegen <strong>van</strong> het gebruik <strong>van</strong> PLVT/LSVT kan tevens wor<strong>de</strong>n meegenomen<br />

dat <strong>de</strong>ze behan<strong>de</strong>ling een gunstige invloed kan hebben op <strong>de</strong><br />

non-verbale communicatie.<br />

Gezichtsmassage of geïsoleerd oefenen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gelaatsexpressie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

kan overwogen wor<strong>de</strong>n om tij<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

gelaatsspieren te vermin<strong>de</strong>ren, maar lijkt niet zinvol om <strong>de</strong> mimiek te verbeteren.<br />

Vraag 18<br />

Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> groepsbehan<strong>de</strong>ling?<br />

Behan<strong>de</strong>ling in groepen wordt in veel behan<strong>de</strong>lcentra toegepast. Verbeteren<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid in nieuwe communicatieve situaties kan daar<strong>bij</strong> een<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> doelen zijn.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Het intensief trainen <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid is een individueel proces, maar<br />

het consequent toepassen in nieuwe situaties is <strong>van</strong> belang voor <strong>de</strong> stabilisering<br />

<strong>van</strong> het nieuw geleer<strong>de</strong> gedrag. Hoewel er geen on<strong>de</strong>rzoek over bekend<br />

is, kan een behan<strong>de</strong>lgroep met lotgenoten, zoals ook in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong><br />

afasiepatiënten wel wordt gedaan (166), een <strong>van</strong> <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n zijn om <strong>de</strong><br />

intensiteit <strong>van</strong> het spreken en communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n te oefenen.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Groepsbehan<strong>de</strong>ling kan een waar<strong>de</strong>volle aanvulling zijn op het<br />

toepassen en in stand hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een goe<strong>de</strong> verstaanbaarheid.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

Overige overwegingen<br />

Groepsbehan<strong>de</strong>ling is alleen mogelijk op plaatsen waar meer<strong>de</strong>re parkinsonpatiënten<br />

met ongeveer gelijke vaardighe<strong>de</strong>n en interesses elkaar met een therapeutisch<br />

doel treffen en is vaak een combinatie met een an<strong>de</strong>re interventie,<br />

<strong>bij</strong>voorbeeld psychosociale begeleiding. Logopedische groepsbehan<strong>de</strong>ling zal<br />

voornamelijk plaatsvin<strong>de</strong>n in revalidatiecentra en verpleeghuizen.<br />

Aanbeveling 18<br />

Wanneer <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n het toelaten is groepsbehan<strong>de</strong>ling te overwegen<br />

in <strong>de</strong> begeleiding <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met dysartrie en communicatieproblemen.


Dysartrie en communicatie<br />

Vraag 19<br />

Op welke wijze moet <strong>de</strong> logopedist rekening hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> medicatie?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Hoewel wordt aangenomen dat <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> levodopa op stem en verstaanbaarheid<br />

niet groot is, zijn er ook studies die laten zien dat levodopa een gunstige<br />

invloed kan hebben op <strong>de</strong> hypokinesie en rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong> stemplooien<br />

en daarmee <strong>de</strong> stemkwaliteit.<br />

Conclusie<br />

Niveau 2 Er zijn aanwijzingen dat levodopa een gunstige (maar beperkte<br />

invloed) kan hebben op <strong>de</strong> stemfunctie.<br />

B Sanabria, 2001, Goberman, 2005<br />

Overige overwegingen<br />

De ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is dat parkinsonpatiënten die (nog) niet <strong>de</strong><br />

juiste of <strong>de</strong> optimale dosering <strong>van</strong> parkinsonmedicijnen gebruiken, beter presteren<br />

nadat dat wel is gerealiseerd. Vooral wanneer <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling<br />

niet direct hoeft te wor<strong>de</strong>n gestart, is het <strong>de</strong> moeite waard om <strong>de</strong> invloed<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> medicijnen af te wachten.<br />

Ook heeft <strong>de</strong> logopedist te maken met patiënten met responsfluctuaties. Dat<br />

wil zeggen dat het enerzijds belangrijk kan zijn om oefensessies vooral te<br />

plannen in <strong>de</strong> on-perio<strong>de</strong>s. An<strong>de</strong>rzijds is het ook <strong>van</strong> belang <strong>de</strong> patiënt te leren<br />

hoe hij zich het best kan red<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> off-perio<strong>de</strong>s.<br />

Aanbeveling 19a<br />

Het is te overwegen om <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling pas te starten als <strong>de</strong><br />

medicatie goed is ingesteld.<br />

Aanbeveling 19b<br />

Tevens wordt aanbevolen om in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling nadrukkelijk<br />

rekening te hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> on- en off-perio<strong>de</strong>s <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />

Vraag 20<br />

Wat is <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> hulpmid<strong>de</strong>len om <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

gunstig te beïnvloe<strong>de</strong>n?<br />

87


88<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Communicatiehulpmid<strong>de</strong>len kunnen in <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling nuttig<br />

zijn.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Sommige logopedisten gebruiken een pacing board of metronoom om <strong>de</strong><br />

parkinsonpatiënt te helpen om zijn boodschap in korte <strong>de</strong>len te vertellen of<br />

het accelereren in het spreken te vermin<strong>de</strong>ren. Deze techniek is al in 1983<br />

beschreven (167), maar niet wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzocht.<br />

Een spraakversterker is bedoeld om verstaanbare, maar te zacht klinken<strong>de</strong><br />

spraak te versterken tot conversatievolume. Over het gebruik <strong>van</strong> spraakversterkers<br />

zijn alleen twee beschrijven<strong>de</strong> artikelen te vin<strong>de</strong>n uit 1968 en 1972.<br />

Green et al. (7), verwijzend naar het eer<strong>de</strong>re artikel (168), beschrijft dat een<br />

spraakversterker behulpzaam kan zijn wanneer gebrek aan volume het enige<br />

probleem is, ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten. Want versterking <strong>van</strong> binnensmonds<br />

spreken leidt uiteraard niet tot een betere verstaanbaarheid.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Het gebruik <strong>van</strong> een pacing board of metronoom kan behulpzaam zijn<br />

om accelereren tegen te gaan.<br />

D Lang, 1983, Iansek, 1997<br />

Niveau 4 Het gebruik <strong>van</strong> een spraakversterker kan – <strong>bij</strong> een a<strong>de</strong>quate articulatie<br />

– behulpzaam zijn om een te zachte stem te versterken tot een<br />

verstaanbaar niveau.<br />

D Greene, 1968, 1972<br />

Overige overwegingen<br />

Met behulp <strong>van</strong> PLVT/LSVT wordt het spreektempo automatisch lager, want<br />

luidheid combineert niet met een hoog spreektempo. Als het spreektempo<br />

niet met PLVT/LSVT te beïnvloe<strong>de</strong>n is, kan on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re een pacing board of<br />

metronoom gebruikt wor<strong>de</strong>n als cueing-strategie. Het is echter niet waarschij<strong>nl</strong>ijk<br />

dat <strong>de</strong>ze cue ook zinvol toepasbaar is in gewone conversatie buitenshuis.<br />

Toen veertig jaar gele<strong>de</strong>n logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

nog beschouwd werd als ineffectief en nutteloos (7;168), was spraakversterking<br />

een voor <strong>de</strong> hand liggen<strong>de</strong> optie wanneer <strong>de</strong> articulatie voldoen<strong>de</strong><br />

a<strong>de</strong>quaat was. Inmid<strong>de</strong>ls is dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong> verstaanbaarheid <strong>van</strong> parkinsonpatiënten,<br />

met PLVT/LSVT goed te verbeteren is, juist door lui<strong>de</strong>r te spreken te<br />

stimuleren. Wanneer <strong>de</strong> hypokinetische dysartrie zeer ernstig is en niet meer<br />

te stimuleren, betreft dat meestal alle spraakcomponenten, dus zowel <strong>de</strong> stemkwaliteit<br />

als het stemvolume, <strong>de</strong> articulatie en <strong>de</strong> prosodie. Het zal dus enkel<br />

in uitzon<strong>de</strong>rlijke gevallen voorkomen dat alleen het stemvolume niet meer te<br />

verbeteren is, terwijl <strong>de</strong> articulatie nog acceptabel is.


Aanbeveling 20a<br />

Wanneer PLVT/LSVT niet voldoen<strong>de</strong> helpt om accelereren tegen te gaan,<br />

is het gebruik <strong>van</strong> een pacing board of metronoom <strong>bij</strong> het oefenen te overwegen.<br />

Aanbeveling 20b<br />

Alleen wanneer behan<strong>de</strong>ltechnieken (PLVT/LSVT) onvoldoen<strong>de</strong> helpen<br />

om een acceptabel stemvolume terug te krijgen én wanneer <strong>de</strong> kwaliteit<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> articulatie het toelaat, is het gebruik <strong>van</strong> een spraakversterker te<br />

overwegen.<br />

Dysartrie en communicatie<br />

Vraag 21<br />

Wat zijn <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lmogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> communicatieve problemen als gevolg<br />

<strong>van</strong> taalstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

Cognitieve stoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kunnen ook invloed hebben<br />

op het spreken en <strong>de</strong> communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n, zoals moeite met<br />

woordvinding, geen lange zinnen meer kunnen maken, niet meer vlot kunnen<br />

reageren, lang wachten met antwoord geven, moeite hebben om <strong>de</strong> draad<br />

<strong>van</strong> een verhaal vast te hou<strong>de</strong>n, enzovoort.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er is geen evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> cognitieve stoornissen die <strong>van</strong><br />

invloed zijn op <strong>de</strong> communicatieve vaardighe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />

De werkgroeple<strong>de</strong>n zijn <strong>van</strong> mening dat het leren <strong>van</strong> compensaties om een<br />

gesprek te starten en op gang te hou<strong>de</strong>n behulpzaam kunnen zijn. Een en<br />

an<strong>de</strong>r is afhankelijk <strong>van</strong> het inzicht en <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist (2).<br />

Bij sommige parkinsonpatiënten met <strong>de</strong>mentie kan apathie een overheersend<br />

kenmerk zijn, waardoor <strong>de</strong> behoefte aan communiceren <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt sterk is<br />

afgenomen. Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is uitleg en acceptatie<br />

in die gevallen zinvoller dan compenseren.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 De werkgroep is <strong>van</strong> mening dat het zinvol is dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong><br />

communicatieve problemen <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt (als gevolg <strong>van</strong><br />

cognitieve stoornissen, niet door slechte verstaanbaarheid) probeert<br />

compensaties te vin<strong>de</strong>n.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

89


90<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Overige overwegingen<br />

Het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong> compensaties hangt on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re af <strong>van</strong> <strong>de</strong> soort en uitgebreidheid<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> sociale contacten en <strong>de</strong> leerbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt.<br />

Voorbeel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> compensaties zijn door <strong>de</strong> gesprekspartner/mantelzorger:<br />

– <strong>bij</strong> startproblemen het gesprek beginnen;<br />

– herhalen <strong>van</strong> vragen;<br />

– herhalen <strong>van</strong> het gesprekon<strong>de</strong>rwerp;<br />

– actief het gesprekon<strong>de</strong>rwerp naar <strong>de</strong> interesse <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />

brengen;<br />

– meer tijd geven om een reactie te geven, enzovoort.<br />

De kans op succes is waarschij<strong>nl</strong>ijk het grootst als <strong>de</strong> dysartrie niet ernstig is<br />

of als eerst een betere verstaanbaarheid geautomatiseerd is.<br />

Aanbeveling 21<br />

De logopedist heeft een taak in het geven <strong>van</strong> inzicht in en het vin<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />

compensaties <strong>bij</strong> taalstoornissen en communicatieve problemen, die niet<br />

wor<strong>de</strong>n veroorzaakt door een slechtere verstaanbaarheid.<br />

Vraag 22<br />

Wat is <strong>de</strong> plaats <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len als ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het spreken<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>?<br />

Wanneer verstaanbaar spreken vrijwel niet meer mogelijk is, kan aanwijzen<br />

op een communicatiebord of letterkaart of gebruik <strong>van</strong> een communicatiemid<strong>de</strong>l<br />

al of niet met spraakuitvoer het spreken ver<strong>van</strong>gen. Voorwaar<strong>de</strong> is dat<br />

<strong>de</strong> patiënt weet wat hij wil zeggen, schriftelijke woordvormen kan oproepen<br />

en beschikt over één, consequent inzetbare, motorische functie om letters (of<br />

symbolen) correct aan te wijzen of in te toetsen.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Het gebruik <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len en -apparatuur als on<strong>de</strong>rsteuning<br />

of ver<strong>van</strong>ging <strong>van</strong> het spreken is een beken<strong>de</strong> interventie in <strong>de</strong> logopedische<br />

praktijk (169). On<strong>de</strong>rzoek laat zien dat communicatiehulpmid<strong>de</strong>len<br />

<strong>de</strong> communicatieve effectiviteit vergroten (170). Er zijn echter geen studies<br />

bekend over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> communicatiehulpmid<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Goed aangepaste communicatiehulpmid<strong>de</strong>len kunnen het spreken<br />

on<strong>de</strong>rsteunen of ver<strong>van</strong>gen.<br />

D Van Balkom 1994, Hustad 2005


Dysartrie en communicatie<br />

Overige overwegingen<br />

Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n zijn parkinsonpatiënten die helemaal<br />

niet meer verstaanbaar kunnen spreken meestal in <strong>de</strong> eindfase <strong>van</strong> hun<br />

<strong>ziekte</strong>. De cognitie en <strong>de</strong> motoriek zijn dan ook zeer beperkt.<br />

Voor patiënten met een parkinsonisme waar<strong>bij</strong> <strong>de</strong> dysartrie veel sneller verergert<br />

dan <strong>de</strong> arm- en handmotoriek, kan een communicatiehulpmid<strong>de</strong>l evenwel<br />

een belangrijke on<strong>de</strong>rsteuning zijn.<br />

Aanbeveling 22<br />

Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist aan parkinsonpatiënten met zeer<br />

ernstige dysartrieën, maar een bruikbare arm-handfunctie, hulpmid<strong>de</strong>len<br />

adviseert en leert gebruiken, zoals een letterkaart, een communicatiebord<br />

of een elektronisch communicatiemid<strong>de</strong>l.<br />

Vraag 23<br />

Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> dysartrie en communicatieproblemen?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn geen studies die <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> moeilijk spreken<strong>de</strong><br />

parkinsonpatiënten in kaart hebben gebracht en geëvalueerd.<br />

Naarmate <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> vor<strong>de</strong>rt wordt <strong>de</strong> parkinsonpatiënt ook in zijn verbale communicatie<br />

meer afhankelijk <strong>van</strong> zijn gesprekspartners. De werkgroeple<strong>de</strong>n<br />

zijn <strong>van</strong> mening dat <strong>de</strong> mantelzorgers goed op <strong>de</strong> hoogte moeten zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

cues en <strong>de</strong> beste strategieën die nodig zijn om <strong>de</strong> parkinsonpatiënt te on<strong>de</strong>rsteunen<br />

<strong>bij</strong> een optimale verstaanbaarheid in <strong>de</strong> dagelijkse communicatie.<br />

Dat varieert <strong>van</strong> helpen als geïnstrueer<strong>de</strong> co-therapeut met het doen <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

huiswerkoefeningen tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> intensieve PLVT-perio<strong>de</strong> (zie aanbeveling 12a)<br />

en het toepassen <strong>van</strong> cues om verstaanbaar (lui<strong>de</strong>r) spreken te faciliteren (zie<br />

aanbeveling 13), tot het herhalen <strong>van</strong> vragen en het op gang hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong> een<br />

gesprek (zie aanbeveling 19).<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 De mantelzorger(s) heeft/hebben een belangrijke rol als geïnstrueer<strong>de</strong><br />

gesprekspartner <strong>bij</strong> het generaliseren en op gang hou<strong>de</strong>n <strong>van</strong><br />

verstaanbaar spreken <strong>van</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt in <strong>de</strong> dagelijkse<br />

communicatie.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

91


92<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Overige overwegingen<br />

Als <strong>de</strong> partner <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> co-therapeut of geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner niet<br />

kan vervullen, doet <strong>de</strong> logopedist er goed aan om an<strong>de</strong>re mantelzorgers en<br />

ook professionele zorgverleners (verpleegkundigen e.d.) te informeren en te<br />

instrueren.<br />

Aanbeveling 23<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en communicatieve traagheid. De mantelzorger<br />

kan daar<strong>bij</strong> drie taken (rollen) hebben:<br />

1 co-therapeut tij<strong>de</strong>ns intensieve PLVT/LSVT;<br />

2 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> verstaanbaarheidsproblemen: toepassen<br />

<strong>van</strong> cues om <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong> techniek voor verstaanbaar<strong>de</strong>r spreken<br />

te faciliteren;<br />

3 geïnstrueer<strong>de</strong> gesprekspartner <strong>bij</strong> communicatieve (cognitieve) problemen:<br />

helpen tij<strong>de</strong>ns conversaties door <strong>bij</strong>voorbeeld vragen te herhalen.<br />

Vraag 24<br />

Wat zijn <strong>de</strong> beste instrumenten om het resultaat <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len te bepalen?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Zowel <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g als <strong>bij</strong> afsluiting <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling kunnen <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />

metingen wor<strong>de</strong>n gebruikt (zie ook uitgangsvragen 1 en 2). De TOM-subschalen<br />

verstaanbaarheid en dysartrie zijn voldoen<strong>de</strong> betrouwbaar voor individueel<br />

gebruik (142). Hoewel <strong>de</strong> responsiviteit nog niet is vastgesteld zou <strong>de</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong><br />

vrage<strong>nl</strong>ijst (zie <strong>bij</strong>lage 2) ook als evaluatie na <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling<br />

kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt om een indruk te krijgen <strong>van</strong> het oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

patiënt (139). Bij toepassing <strong>van</strong> PLVT/LSVT is het meten <strong>van</strong> <strong>de</strong> spreekintensiteit<br />

met een dB-meter een belangrijk element (144;151). Na afloop <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

behan<strong>de</strong>ling moet dan, net als <strong>bij</strong> <strong>de</strong> eerste sessie en op precies <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze,<br />

<strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken wor<strong>de</strong>n gemeten.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Het is aannemelijk dat voor het kwantificeren <strong>van</strong> het<br />

behan<strong>de</strong>lresultaat dB-metingen en <strong>de</strong> TOM-schalen kunnen wor<strong>de</strong>n<br />

gebruikt.<br />

C Ramig 1995, Knuijt 2007


Dysartrie en communicatie<br />

Overige overwegingen<br />

De kwalitatieve evaluatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling bestaat uit het met <strong>de</strong> patiënt<br />

bespreken in hoeverre <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ldoelen, die in het algemeen <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g<br />

wordt geformuleerd, zijn gehaald.<br />

Aanbeveling 24<br />

Aanbevolen wordt om het resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling vast te stellen door<br />

mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong>:<br />

– objectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> intensiteit <strong>van</strong> het spontane spreken met<br />

een dB-meter en/of een vi<strong>de</strong>o-opname;<br />

– subjectief beoor<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie en verstaanbaarheid tij<strong>de</strong>ns<br />

spontaan spreken met <strong>de</strong> TOM-schalen;<br />

– met <strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers te bespreken in hoeverre <strong>de</strong> <strong>bij</strong> aan<strong>van</strong>g<br />

geformuleer<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ldoelen zijn gehaald.<br />

Samenvatting hoofdstuk 3<br />

Mogelijke uitkomsten <strong>van</strong> het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek en overwegingen <strong>bij</strong> het<br />

maken <strong>van</strong> een therapeutische beslissing (zie ook <strong>de</strong> samenvattingskaart in<br />

<strong>de</strong>el I).<br />

Er is sprake <strong>van</strong> geen of slechts een<br />

geringe hypokinetische dysartrie, waar<strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> patiënt zichzelf eenvoudig kan cuen<br />

door als het nodig is lui<strong>de</strong>r te spreken:<br />

Er is sprake <strong>van</strong> dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische<br />

dysartrie, waar<strong>bij</strong> zowel luidheid als<br />

toonhoogte goed te cuen zijn:<br />

Er is sprake <strong>van</strong> dui<strong>de</strong>lijke hypokinetische<br />

dysartrie die enigszins te cuen is (of<br />

samengaat met een an<strong>de</strong>re dysartrievorm):<br />

Er is sprake <strong>van</strong> zeer ernstige dysartrie die<br />

niet of nauwelijks te cuen is:<br />

Er is sprake <strong>van</strong> voornamelijk trage<br />

woordvinding en communicatieve<br />

problemen:<br />

Er is sprake <strong>van</strong> ernstige apathie, dat<br />

wil zeggen <strong>de</strong> parkinsonpatiënt kan<br />

verstaanbaar spreken, maar spreekt<br />

nauwelijks meer en valt stil:<br />

adviezen over spreken met meer intensiteit<br />

in een eenmalig consult zijn voldoen<strong>de</strong>.<br />

indicatie voor kortduren<strong>de</strong> intensieve<br />

behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT, <strong>bij</strong> voorkeur<br />

met een co-therapeut.<br />

intensieve behan<strong>de</strong>ling proberen,<br />

maar ook begeleiding en instructie <strong>van</strong><br />

gesprekspartners.<br />

nadruk op begeleiding en instructie<br />

<strong>van</strong> gesprekspartners of – wanneer er<br />

voldoen<strong>de</strong> aanwijsfunctie en cognitieve<br />

vaardighe<strong>de</strong>n zijn – leren gebruiken <strong>van</strong><br />

een communicatiehulpmid<strong>de</strong>l.<br />

compensaties doornemen, samen met <strong>de</strong><br />

mantelzorger(s).<br />

uitleg geven en hulp <strong>bij</strong> acceptatie.<br />

93


4 Dysfagie<br />

Dit hoofdstuk beschrijft het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> het slikken (4.1) en<br />

<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen (4.2) <strong>bij</strong> mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

4.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> kauwen en slikken<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen:<br />

25 Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het kauwen en slikken <strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

26 Welk slikon<strong>de</strong>rzoek is rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

27 Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />

met slikklachten adviseren?<br />

Vraag 25<br />

Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over het kauwen en slikken <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> in ie<strong>de</strong>r geval aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

Bij slikstoornissen is <strong>de</strong> anamnese een belangrijk on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> diagnostiek.<br />

Door <strong>de</strong> klachten zorgvuldig uit te vragen is een goed beeld te krijgen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> slikproblemen. Goed doorvragen is tevens <strong>van</strong><br />

belang <strong>van</strong>wege mogelijke on<strong>de</strong>rrapportage (zie ook vraag 24).<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn geen gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijsten over <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> subjectieve ernst<br />

<strong>van</strong> slikstoornissen en <strong>de</strong> gevolgen daar<strong>van</strong>, specifiek voor <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

Algemene anamnesevragen <strong>bij</strong> problemen met kauwen en slikken zijn te vin<strong>de</strong>n<br />

in <strong>de</strong> logopedische handboeken (88;171). Kwalitatief on<strong>de</strong>rzoek door on<strong>de</strong>r<br />

an<strong>de</strong>re Miller et al. (5) heeft laten zien dat slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

niet ernstig hoeven te zijn om een belangrijke invloed te hebben op <strong>de</strong><br />

maaltij<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> sociale participatie. Specifieke anamnesevragen voor kauw-<br />

en slikproblemen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn te vin<strong>de</strong>n in Bijlage 6.<br />

Er is een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst in ontwikkeling (139). Voorlopige analyse<br />

laat zien dat <strong>de</strong> vragen een hoge interne consistentie (α > 0.90) hebben en<br />

95


96<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

re<strong>de</strong>lijk correleren met sliksnelheid (r = 0.60), frequentie <strong>van</strong> verslikken<br />

(r = 0.62) en <strong>ziekte</strong>-ernst (r = 0.63) (172). Zie Bijlage 7.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Volgens experts moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> <strong>de</strong> slikklachten <strong>van</strong> een<br />

parkinsonpatiënt wor<strong>de</strong>n gevraagd naar zowel slikklachten als naar<br />

<strong>de</strong> consequenties voor voedselconsistenties, tempo en dineren met<br />

an<strong>de</strong>ren.<br />

D Miller 2006<br />

Overige overwegingen<br />

Een gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst kan voorafgaand aan het eerste consult<br />

door <strong>de</strong> patiënt wor<strong>de</strong>n ingevuld en als uitgangspunt dienen voor <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re<br />

anamnese <strong>bij</strong> het bepalen <strong>van</strong> <strong>de</strong> hulpvraag.<br />

Aanbeveling 25a<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> kauw- en<br />

slikstoornissen vraagt naar <strong>de</strong> specifieke klachten en het beloop daar<strong>van</strong> op<br />

zowel functieniveau (verslikken, traag eten), activiteitenniveau (weglaten<br />

<strong>van</strong> moeilijke consistenties) als participatieniveau (dineren met an<strong>de</strong>ren).<br />

Aanbeveling 25b<br />

Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />

gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />

Vraag 26<br />

Welk logopedisch slikon<strong>de</strong>rzoek is rele<strong>van</strong>t <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

Bij het vaststellen <strong>van</strong> een slikstoornis op basis <strong>van</strong> anamnese bestaat <strong>de</strong> kans<br />

op on<strong>de</strong>rrapportage, dat wil zeggen dat er sprake is <strong>van</strong> een (beginnen<strong>de</strong>) slikstoornis,<br />

zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> parkinsonpatiënt erover klaagt (56;57). Gelei<strong>de</strong>lijke<br />

aanpassing aan min<strong>de</strong>r makkelijk slikken, zoals langzamer eten of kleinere<br />

slokken nemen, ervaren niet alle patiënten als een stoornis. An<strong>de</strong>rsom hoeft<br />

af en toe verslikken of vaker hoesten niet beslist veroorzaakt te wor<strong>de</strong>n door<br />

een echte stoornis in het slikken. Kwantitatieve sliktests (maximale prestatietests)<br />

zijn eenvoudige metingen om een slikstoornis aannemelijk of onwaarschij<strong>nl</strong>ijk<br />

te maken (173). Maar evenals <strong>bij</strong> het spreken zou<strong>de</strong>n ze volgens <strong>de</strong><br />

werkgroep <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten vooral gebruikt moeten wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> stimuleerbaarheid<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt te on<strong>de</strong>rzoeken.


Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Sliksnelheid is een volume water ge<strong>de</strong>eld door <strong>de</strong> tijd die nodig is om dat volume<br />

op te drinken, uitgedrukt in milliliters per secon<strong>de</strong>. Voor <strong>de</strong>ze test zijn<br />

normaalwaar<strong>de</strong>n gepubliceerd per leeftijdsgroep (173;174). Nathadwarawala et<br />

al. (175) von<strong>de</strong>n een positief voorspellen<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> 64% en een negatief<br />

voorspellen<strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>van</strong> 93% voor <strong>de</strong> afkapwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> 10 ml/s. Clarke et al.<br />

(176) vergeleken 64 parkinsonpatiënten met tachtig gezon<strong>de</strong> controlepersonen<br />

en von<strong>de</strong>n <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten significant lagere sliksnelhe<strong>de</strong>n dan <strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> controles en <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten in <strong>de</strong> off-fase significant lager dan <strong>bij</strong><br />

patiënten in <strong>de</strong> on-fase.<br />

Een an<strong>de</strong>re meting vraagt <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt om een volume water in één keer<br />

weg te slikken. Ertekin et al. (177;178) stel<strong>de</strong>n vast dat veel patiënten met een<br />

slikstoornis moeite hebben om twintig ml. in één keer weg te slikken. Het in<br />

kleinere <strong>de</strong>len doorslikken <strong>van</strong> een voedselbolus (‘piecemeal swallowing’ (88))<br />

is een normale aanpassing <strong>bij</strong> afnemen<strong>de</strong> slikcapaciteit. Potulska et al. (56)<br />

vergeleken 18 parkinsonpatiënten met gezon<strong>de</strong> controlepersonen en von<strong>de</strong>n<br />

een slikvolume lager dan twintig ml. <strong>bij</strong> alle parkinsonpatiënten, maar niet <strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> controles. Slechts vijf <strong>van</strong> <strong>de</strong> 18 parkinsonpatiënten had<strong>de</strong>n ook slikklachten<br />

gerapporteerd en hun slikvolumes waren significant lager dan die <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

patiënten zon<strong>de</strong>r slikklachten.<br />

Conclusie<br />

Niveau 2 Het is aannemelijk dat het meten <strong>van</strong> <strong>de</strong> sliksnelheid met een<br />

afkappunt <strong>van</strong> tien ml/s in meer dan twee <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevallen<br />

een terecht oor<strong>de</strong>el geeft over <strong>de</strong> aan- of afwezigheid <strong>van</strong> een<br />

orofaryngeale slikstoornis.<br />

B Nathadwarawala 1994, Clarke 1998<br />

Niveau 2 Er zijn aanwijzingen dat min<strong>de</strong>r dan twintig ml. water in één<br />

keer kunnen wegslikken ook <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten wijst op een<br />

slikstoornis.<br />

B Ertekin 1998, Potulska 2003<br />

Overige overwegingen<br />

De sliksnelheidstest is een makkelijk te gebruiken sliktest, maar min<strong>de</strong>r<br />

geschikt voor parkinsonpatiënten die zich snel verslikken of die door hun<br />

beperkingen in houding en arm-handmotoriek moeite hebben met doordrinken.<br />

Het meten <strong>van</strong> het maximale slikvolume, waar<strong>bij</strong> het volume water gelei<strong>de</strong>lijk<br />

toeneemt, is wellicht makkelijker (173). De werkgroep is <strong>van</strong> mening<br />

dat <strong>de</strong>ze tests <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten gebruikt zou<strong>de</strong>n moeten wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong><br />

stimuleerbaarheid te on<strong>de</strong>rzoeken. Volgens ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />

presteren veel patiënten daarmee beter dan ze spontaan doen. Op die manier<br />

Dysfagie<br />

97


98<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

is te analyseren waarom het in <strong>de</strong> thuissituatie misgaat en welke aanpassingen<br />

en cues nuttig kunnen zijn.<br />

Wanneer slikklachten anamnestisch zijn vastgesteld stelt <strong>de</strong> werkgroep <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />

diagnostische volgor<strong>de</strong> voor:<br />

1 observatie <strong>van</strong> spontaan drinken (water, koffie, thee);<br />

2 stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het slikken met maximale prestatietests (maximaal<br />

slikvolume en/of sliksnelheid);<br />

3 <strong>bij</strong> klachten met vaste voeding observatie tij<strong>de</strong>ns een maaltijd en <strong>de</strong> invloed<br />

<strong>van</strong> instructies en cues observeren.<br />

Tevens is het <strong>van</strong> belang om vast te stellen of klachten als langzaam eten en<br />

knoeien met eten en drinken wor<strong>de</strong>n veroorzaakt door een slikstoornis of door<br />

problemen met <strong>de</strong> arm- en handmotoriek of allebei. Bij klachten over het eten<br />

en drinken door arm- en handproblemen kan een ergotherapeut behulpzaam<br />

zijn.<br />

Aanbeveling 26a<br />

Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />

over het slikken <strong>bij</strong> voorkeur:<br />

a het spontaan drinken observeert;<br />

b <strong>de</strong> stimuleerbaarheid <strong>van</strong> het drinken beoor<strong>de</strong>elt met behulp <strong>van</strong> maximale<br />

prestatietests (maximaal slikvolume en/of sliksnelheid).<br />

Aanbeveling 26b<br />

Het is aan te bevelen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> klachten over vaste voeding een<br />

maaltijd observeert en <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> instructies en cues beoor<strong>de</strong>elt.<br />

Vraag 27<br />

Wanneer moet <strong>de</strong> logopedist instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt<br />

met slikklachten adviseren?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Voor het on<strong>de</strong>rzoeken <strong>van</strong> <strong>de</strong> orofaryngeale slikfunctie wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> röntgenslikvi<strong>de</strong>o<br />

en flexibele endoscopische evaluatie <strong>van</strong> het slikken (FEES) internationaal<br />

beschouwd als <strong>de</strong> ‘gou<strong>de</strong>n standaard’ (88;179), zowel om <strong>de</strong> diverse<br />

aspecten <strong>van</strong> een slikstoornis in beeld te brengen, als om het resultaat <strong>van</strong> een<br />

interventie zichtbaar te maken (180).


Omdat <strong>de</strong> slikvi<strong>de</strong>o en FEES zelf referentietests zijn, is <strong>de</strong> diagnostische accuratesse<br />

of validiteit ten opzichte <strong>van</strong> een gou<strong>de</strong>n standaard niet te evalueren.<br />

Het gebruik <strong>van</strong> slikvi<strong>de</strong>o’s <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten is wetenschappelijk waar<strong>de</strong>vol<br />

gebleken voor het beschrijven en analyseren <strong>van</strong> <strong>de</strong> pathofysiologie <strong>van</strong><br />

slikstoornissen. Talloze studies hebben door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> radiologisch slikon<strong>de</strong>rzoek<br />

<strong>de</strong> typische kenmerken <strong>van</strong> slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten in<br />

kaart gebracht, waaron<strong>de</strong>r bradykinesie en stille aspiratie (181-184).<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat het maken <strong>van</strong> slikvi<strong>de</strong>o’s <strong>bij</strong><br />

parkinsonpatiënten diagnostische meerwaar<strong>de</strong> heeft <strong>bij</strong> het aantonen<br />

en verklaren <strong>van</strong> faryngeale slikstoornissen en aspiratie <strong>van</strong> voeding.<br />

C Robbins 1986, Leopold 1996, 1997, Nagaya 1998<br />

Overige overwegingen<br />

Radiologisch en endoscopisch slikon<strong>de</strong>rzoek zijn complementair (88;179). Een<br />

goed gemaakte slikvi<strong>de</strong>o brengt alle slikfasen tot en met <strong>de</strong> slokdarmpassage<br />

in beeld, maar heeft stralingsbelasting als na<strong>de</strong>el. Endoscopisch on<strong>de</strong>rzoek is<br />

makkelijker uitvoerbaar, maar kan niet alle slikfasen laten zien. Voor bei<strong>de</strong><br />

on<strong>de</strong>rzoeken geldt dat ze alleen in een ziekenhuis uitvoerbaar zijn. Bovendien<br />

hebben <strong>de</strong>ze technieken volgens experts alleen diagnostische meerwaar<strong>de</strong> als<br />

ze wor<strong>de</strong>n uitgevoerd of geïnterpreteerd door een ervaren radioloog en logopedist,<br />

respectievelijk kno-arts en logopedist. In het algemeen is instrumentele<br />

slikdiagnostiek alleen geïndiceerd <strong>bij</strong> ver<strong>de</strong>nking <strong>van</strong> faryngeale en oesofageale<br />

slikstoornissen, zoals <strong>bij</strong>voorbeeld ernstig verslikken, stille aspiratie,<br />

moeizame faryngeale passage, cricofaryngeale hypertrofie of een Zenker’s<br />

divertikel (180). Stoornissen in het kauwen of in <strong>de</strong> orale transportfase daarentegen<br />

zijn voldoen<strong>de</strong> door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> logopedische diagnostiek vast te stellen.<br />

Hoewel instrumentele diagnostiek uitermate waar<strong>de</strong>vol is om pathofysiologie<br />

<strong>van</strong> slikstoornissen te analyseren en beschrijven, is het voor <strong>de</strong> kliniek in het<br />

algemeen alleen zinvol als <strong>de</strong> uitkomst gevolgen heeft voor therapeutische<br />

beslissingen. Ook Clarke et al. (176) zijn <strong>van</strong> mening dat <strong>de</strong> slikstoornissen<br />

<strong>bij</strong> patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> meestal niet ernstig<br />

genoeg zijn om een slikvi<strong>de</strong>o te rechtvaardigen.<br />

Aanbeveling 27<br />

Bij een parkinsonpatiënt met een slikstoornis, waar<strong>van</strong> <strong>de</strong> aard en <strong>de</strong> ernst<br />

ondui<strong>de</strong>lijk is, kan <strong>de</strong> logopedist overwegen aanvullen<strong>de</strong> diagnostiek door<br />

mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een slikvi<strong>de</strong>o of FEES te adviseren.<br />

Dysfagie<br />

99


100<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

4.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen:<br />

28 Wat zijn belangrijke on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> voorlichting en educatie?<br />

29 Wat zijn zinvolle technieken om verslikken in vloeistoffen te vermin<strong>de</strong>ren?<br />

30 Wat zijn zinvolle technieken om langdurig kauwen en trage slikinzet te<br />

verbeteren?<br />

31 Wat zijn zinvolle technieken om faryngeaal residu te vermin<strong>de</strong>ren?<br />

32 Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> hypokinetische slikstoornissen?<br />

33 Wat zijn zinvolle technieken om het slikken <strong>van</strong> pillen te vergemakkelijken?<br />

34 Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> multidisciplinaire samenwerking <strong>bij</strong> slikstoornissen?<br />

35 Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen?<br />

In <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen wordt in het algemeen on<strong>de</strong>rscheid<br />

gemaakt tussen compensaties en revalidatie- of oefentechnieken. Het resultaat<br />

<strong>van</strong> een compensatie is direct zichtbaar, maar tij<strong>de</strong>lijk, dat wil zeggen zo<br />

lang <strong>de</strong> compensatie wordt toegepast. Oefentechnieken zijn bedoeld om op<br />

<strong>de</strong>n duur blijven<strong>de</strong> verbetering te bereiken (185;186). Uitgangspunten voor <strong>de</strong><br />

behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen zijn te vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> handboeken (88;185;187).<br />

Ook <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met kauw- en slikstoornissen<br />

is het <strong>van</strong> belang om in alle gevallen aandacht te hebben voor optimale houding,<br />

conditie <strong>van</strong> het gebit, alertheid en instrueerbaarheid, eetlust, fysieke<br />

energie en belastbaarheid, enzovoort.<br />

Vraag 28<br />

Wat zijn belangrijke on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>len <strong>bij</strong> voorlichting en educatie?<br />

Kauwen en slikken is een groten<strong>de</strong>els bewuste, maar geautomatiseer<strong>de</strong> motoriek<br />

en <strong>van</strong> het doorslikken zelf is aan <strong>de</strong> buitenkant alleen <strong>de</strong> larynxheffing<br />

te zien. Hoe het slikken normaal verloopt en wat er misgaat als er sprake is<br />

<strong>van</strong> een slikstoornis, is voor vrijwel alle patiënten met een slikstoornis die <strong>de</strong><br />

logopedist ziet, onbekend.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn geen wetenschappelijke studies die aantonen dat voorlichting over het<br />

normale en afwijken<strong>de</strong> proces <strong>van</strong> slikken en bewustwording daar<strong>van</strong> meerwaar<strong>de</strong><br />

heeft in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling. Er is echter internationale consensus dat het<br />

nuttig is om in <strong>de</strong> diagnostische fase of aan het begin <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling aan<br />

<strong>de</strong> patiënt en mantelzorgers uit te leggen wat normaal slikken en verslikken


is, hoe het kan dat voedsel in <strong>de</strong> keel blijft steken, enzovoort. Inzicht in <strong>de</strong><br />

stoornis maakt het makkelijker om het doel en <strong>de</strong> noodzaak <strong>van</strong> interventies<br />

te kunnen begrijpen (88). Daarvoor zijn diverse visuele mid<strong>de</strong>len beschikbaar.<br />

De beel<strong>de</strong>n <strong>van</strong> instrumenteel on<strong>de</strong>rzoek kunnen wor<strong>de</strong>n gebruikt (slikvi<strong>de</strong>o,<br />

endoscopie), tekeningen of animaties <strong>van</strong> het slikproces op vi<strong>de</strong>o of dvd, of een<br />

realistisch mo<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een doorsne<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> mondholte, farynx en larynx.<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat voorlichting over het slikproces door<br />

mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> beeldmateriaal een nuttig on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling is.<br />

D Logemann 2000<br />

Overige overwegingen<br />

De ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is dat ook parkinsonpatiënten baat hebben<br />

<strong>bij</strong> uitleg over hun slikstoornis aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> visueel materiaal.<br />

Aanbeveling 28<br />

Het wordt aanbevolen om voor het inzicht en <strong>de</strong> motivatie aan <strong>de</strong> patiënt<br />

en <strong>de</strong> mantelzorgers uitleg te geven over het normale proces <strong>van</strong> kauwen<br />

en slikken en wat er <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt fout gaat.<br />

Vraag 29<br />

Wat zijn zinvolle technieken om verslikken in vloeistoffen te vermin<strong>de</strong>ren?<br />

Logopedisten maken gebruik <strong>van</strong> drie algemeen geaccepteer<strong>de</strong> compensaties<br />

om verslikken in vloeistoffen te voorkomen, te weten veiligere hoofdhouding,<br />

kleinere bolusgrootte en dikkere consistenties (88;89;185). Een toevoeging<br />

voor parkinsonpatiënten kan zijn het vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> dubbeltaken.<br />

Vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> dubbeltaken<br />

Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n laten sommige parkinsonpatiënten<br />

die anamnestisch last hebben <strong>van</strong> verslikken (in vloeistoffen en/of speeksel),<br />

tij<strong>de</strong>ns een slikon<strong>de</strong>rzoek weinig problemen zien en verslikken ze zich<br />

evenmin nauwelijks tij<strong>de</strong>ns sliktests. Aangezien eten en drinken meestal in<br />

gezelschap plaatsvindt, kan verslikken het gevolg zijn <strong>van</strong> vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> aandacht,<br />

zoals <strong>bij</strong> dubbeltaken. Vermoe<strong>de</strong>lijk is dan sprake <strong>van</strong> slechts een minimale<br />

of mil<strong>de</strong> slikstoornis en zou <strong>de</strong> uitleg en <strong>de</strong> instructie ‘eerst alles goed<br />

wegslikken, dan praten’ voldoen<strong>de</strong> moeten zijn.<br />

Dysfagie<br />

101


102<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat parkinsonpatiënten die anamnestisch<br />

last hebben <strong>van</strong> verslikken, maar zich niet verslikken tij<strong>de</strong>ns een<br />

slikon<strong>de</strong>rzoek en provocatietests, uitleg moeten krijgen over verslikken<br />

als gevolg <strong>van</strong> een dubbeltaak.<br />

D Morris & Iansek 1997; mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n<br />

Overige overwegingen<br />

Oefenen met het nemen <strong>van</strong> grote slokken, snel drinken, voelen wanneer<br />

alles is weggeslikt en <strong>de</strong>rgelijke, kan behulpzaam zijn om <strong>de</strong> patiënt bewust<br />

te maken <strong>van</strong> <strong>de</strong> normale slikcapaciteit. Het toepassen <strong>van</strong> <strong>de</strong> gebruikelijke<br />

compensaties <strong>bij</strong> verslikken (zie ver<strong>de</strong>r) die consequent moeten wor<strong>de</strong>n volgehou<strong>de</strong>n,<br />

zoals nekflexie of dik vloeibare vloeistoffen is in <strong>de</strong>ze gevallen naar<br />

het oor<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep te ingrijpend en onnodig.<br />

Aanbeveling 29a<br />

Het wordt aanbevolen om parkinsonpatiënten die anamnestisch last hebben<br />

<strong>van</strong> verslikken, maar zich niet verslikken tij<strong>de</strong>ns een slikon<strong>de</strong>rzoek en<br />

provocatietests:<br />

a uitleg te geven over verslikken als gevolg <strong>van</strong> een dubbeltaak;<br />

b door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> oefenen bewust te maken <strong>van</strong> veilig slikken met aandacht.<br />

Pas als dat onvoldoen<strong>de</strong> verbetering geeft zou <strong>de</strong> logopedist an<strong>de</strong>re interventies<br />

moeten overwegen.<br />

Aanpassen hoofdhouding<br />

Slikken met het hoofd iets naar voren gebogen (nekflexie) is een breed toegepaste<br />

compensatie om verslikken te voorkomen (188).<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Welch et al. (189) bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>n radiologisch <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> nekflexie op <strong>de</strong><br />

farynxstructuren <strong>bij</strong> <strong>de</strong>rtig patiënten met slikklachten en von<strong>de</strong>n dat nekflexie<br />

<strong>de</strong> tongbasis en <strong>de</strong> epiglottis iets naar achteren duwt en zo <strong>de</strong> farynx en <strong>de</strong><br />

larynxingang vernauwt en daarmee beschermt tegen aspiratie. Shanahan et<br />

al. (190) vergeleken 15 neurologische patiënten met een slikstoornis en aspiratie<br />

die baat had<strong>de</strong>n <strong>bij</strong> nekflexie met 15 patiënten met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> klachten die<br />

er geen baat <strong>bij</strong> had<strong>de</strong>n. Die laatste groep had vooral residu in <strong>de</strong> sinus piriformes,<br />

dus een veel ernstiger slikstoornis. Logemann et al. (2008) evalueer<strong>de</strong>n<br />

met slikvi<strong>de</strong>o’s nekflexie als compensatie <strong>bij</strong> 228 parkinsonpatiënten die zich<br />

verslikten in vloeistoffen. Bij 41% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten bleef aspiratie direct uit <strong>bij</strong><br />

toepassen <strong>van</strong> nekflexie.


Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat slikken met het hoofd iets naar bene<strong>de</strong>n<br />

gebogen verslikken in vloeistoffen kan voorkomen.<br />

B Logemann 2008<br />

C Welch 1993, Shanahan 1993<br />

Overige overwegingen<br />

Volgens experts kan slikken in een goe<strong>de</strong> zithouding met een gestrekte nek<br />

en het hoofd iets naar voren gebogen al voldoen<strong>de</strong> zijn om verslikken te voorkomen.<br />

Voor patiënten die moeite hebben met lipsluiting moet <strong>de</strong> logopedist<br />

goed bekijken of <strong>bij</strong> nekflexie <strong>de</strong> vloeistof niet juist makkelijker uit <strong>de</strong> mond<br />

loopt. Per patiënt moet wor<strong>de</strong>n bekeken welke mate <strong>van</strong> flexie net genoeg is.<br />

Bovendien is <strong>de</strong> compensatie alleen zinvol als <strong>de</strong> patiënt in staat is om het<br />

consequent vol te hou<strong>de</strong>n, zelfstandig of door een an<strong>de</strong>r gecued.<br />

Aanbeveling 29b<br />

Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> een parkinsonpatiënt die zich<br />

snel verslikt in vloeistoffen, beoor<strong>de</strong>elt of nekflexie voldoen<strong>de</strong> is en kan<br />

wor<strong>de</strong>n volgehou<strong>de</strong>n om verslikken in vloeistoffen te verhelpen.<br />

Aanpassen volume en consistentie<br />

Het verkleinen <strong>van</strong> het bolusvolume of verdikken <strong>van</strong> <strong>de</strong> consistentie zijn veel<br />

gebruikte compensaties in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> orofaryngeale slikstoornissen<br />

(88;89;185;187).<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Een groot voedselvolume vraagt een snellere reactie <strong>van</strong> <strong>de</strong> farynx na het starten<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> slik dan een klein volume (191), dus kleine slokken nemen is een<br />

logische compensatie om verslikken te voorkomen. Fysiologisch on<strong>de</strong>rzoek<br />

heeft laten zien dat <strong>de</strong> bolustransporttijd tij<strong>de</strong>ns het slikken langer wordt, als<br />

<strong>de</strong> viscositeit <strong>van</strong> een vloeistof toeneemt (192). Daarmee kan een trage slikreflex<br />

(late faryngeale slik) wor<strong>de</strong>n gecompenseerd, omdat <strong>de</strong> vloeistof later <strong>de</strong><br />

farynx bereikt, zodat <strong>de</strong> faryngeale transportfase op tijd is om <strong>de</strong> vloeistof op<br />

te <strong>van</strong>gen en veilig naar <strong>de</strong> slokdarm te transporteren. Met an<strong>de</strong>re woor<strong>de</strong>n,<br />

<strong>de</strong> kans op verslikken is in<strong>de</strong>rdaad kleiner met een dik vloeibare vloeistof dan<br />

met een dun vloeibare vloeistof.<br />

Logemann et al. (2008) evalueer<strong>de</strong>n met slikvi<strong>de</strong>o’s verdikte vloeistoffen als<br />

compensatie <strong>bij</strong> 228 parkinsonpatiënten die zich verslikten in vloeistoffen. Bij<br />

46% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten bleef aspiratie direct uit <strong>bij</strong> drinken <strong>van</strong> nectardikte en<br />

<strong>bij</strong> 56% met honingdikte.<br />

Dysfagie<br />

103


104<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

In een vervolgstudie kon niet wor<strong>de</strong>n aangetoond of het toepassen <strong>van</strong> nekflexie,<br />

dan wel het gebruiken <strong>van</strong> verdikte vloeistoffen <strong>de</strong> kans op een aspiratiepneumonie<br />

<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten meer kon verkleinen (193).<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Het is aannemelijk dat met dik vloeibare consistenties verslikken in<br />

vloeistoffen kan wor<strong>de</strong>n voorkomen.<br />

B Logemann 2008<br />

Overige overwegingen<br />

Het na<strong>de</strong>el <strong>van</strong> kleine volumes kan zijn dat het starten <strong>van</strong> het slikken (slikinzet)<br />

wordt bemoeilijkt wanneer een parkinsonpatiënt een sterke tactiele cue<br />

nodig heeft om te gaan slikken.<br />

Het na<strong>de</strong>el <strong>van</strong> het adviseren <strong>van</strong> het gebruiken <strong>van</strong> dik vloeibare vloeistoffen<br />

(of verdikkingsmid<strong>de</strong>l voor gewone vloeistoffen) is dat het consequent zou<br />

moeten wor<strong>de</strong>n toegepast <strong>bij</strong> alles wat <strong>de</strong> patiënt wil drinken. De logopedist<br />

moet per patiënt beoor<strong>de</strong>len wat <strong>de</strong> juiste mate <strong>van</strong> verdikking is.<br />

Aanbeveling 29c<br />

Het wordt aanbevolen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënt die zich<br />

snel verslikt in vloeistoffen, probeert of kleinere volumes dan wel consequente<br />

dikkere vloeistoffen voldoen<strong>de</strong> zijn om verslikken in vloeistoffen te<br />

voorkomen.<br />

Vraag 30<br />

Wat zijn zinvolle technieken om langdurig kauwen en trage slikinzet te verbeteren?<br />

Een kenmerken<strong>de</strong> slikstoornis <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> is het moeilijk kunnen<br />

stoppen met kauwen <strong>van</strong> voedsel en het moeilijk kunnen starten <strong>van</strong> het<br />

doorslikken. Om te kunnen slikken moet het kauwen (even) stoppen. Ook rigiditeit<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> tong speelt een rol <strong>bij</strong> <strong>de</strong>ze klacht.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

In een kleine studie lieten Nagaya et al. (194) tien parkinsonpatiënten en<br />

twaalf gezon<strong>de</strong> vrijwilligers eenmalig twintig minuten motorische oefeningen<br />

doen (mondmotoriek, hoofd en schou<strong>de</strong>rs bewegen, een toon zo lang<br />

mogelijk aanhou<strong>de</strong>n en proberen een Men<strong>de</strong>lsohnmanoeuvre vol te hou<strong>de</strong>n).<br />

Voor en na werd <strong>de</strong> ‘premotor time’ gemeten, dat wil zeggen <strong>de</strong> tijd tussen een<br />

visueel commando om te gaan slikken en <strong>de</strong> echte slikinzet. De premotor time<br />

was voor <strong>de</strong> oefeningen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> parkinsonpatiënten significant langer dan <strong>bij</strong> <strong>de</strong>


controles, maar na <strong>de</strong> oefening niet meer. Dit experiment laat zien dat <strong>de</strong> trage<br />

slikinzet <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met eenvoudige activatieoefeningen tij<strong>de</strong>lijk<br />

is te corrigeren, zoals ook <strong>de</strong> uitgangspunten voor behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> Morris &<br />

Iansek (136) veron<strong>de</strong>rstellen (zie Deel I). Onbekend is wat <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> oefenen<br />

na enkele uren of nog langere termijn is.<br />

Een an<strong>de</strong>re aanpak beschreven door Morris & Iansek (136), maar niet wetenschappelijk<br />

geëvalueerd, is het ver<strong>de</strong>len <strong>van</strong> het geautomatiseer<strong>de</strong> proces <strong>van</strong><br />

kauwen en slikken in stappen, dus een cognitieve bewegingstrategie. Zij stellen<br />

voor <strong>de</strong> patiënt bewust te maken <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze stappen: voedsel in <strong>de</strong> mond<br />

doen en lippen sluiten, kauwen, voedsel op <strong>de</strong> tong verzamelen, tong naar<br />

achter duwen en slikken. De patiënt leert als bewegingsstrategie bewust in<br />

<strong>de</strong>ze stappen te eten en drinken, zo nodig geholpen met een instructiekaart of<br />

verbale cues <strong>van</strong> een zorgverlener of mantelzorger.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat activatieoefeningen <strong>van</strong> het aanzetstuk tij<strong>de</strong>lijk<br />

<strong>de</strong> slikinzet <strong>van</strong> parkinsonpatiënten kunnen normaliseren.<br />

B Nagaya 2000<br />

D Morris & Iansek 1997<br />

Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat het behulpzaam is om een<br />

parkinsonpatiënt die erg lang op het eten kauwt en moeite heeft om<br />

het slikken te starten, te leren om dat proces bewust in stappen uit te<br />

voeren, zo nodig met behulp <strong>van</strong> visuele of verbale cues.<br />

D Morris & Iansek 1997<br />

Overige overwegingen<br />

Het is <strong>de</strong> vraag of en voor wie twintig minuten lang willekeurige oefeningen<br />

doen vóór elke maaltijd zinvol is, zoals <strong>de</strong> studie <strong>van</strong> Nagaya et al. (194) suggereert.<br />

Van groot belang is <strong>de</strong> analyse <strong>van</strong> het probleem, dat wil zeggen waar<br />

in het proces zit het start- of stopprobleem en hoe is <strong>de</strong> patiënt het makkelijkst<br />

te cuen. Dat vraagt zorgvuldige observatie en inventiviteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedist.<br />

An<strong>de</strong>re mogelijk behulpzame cues kunnen zijn: <strong>bij</strong> brood en warm eten tussendoor<br />

een slok drinken nemen om het slikken te cuen, maar ook om vocht<br />

aan te vullen als <strong>de</strong> voedselbolus te droog wordt om door te slikken. Het aanpassen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> voedingsconsistentie, zoals fijngemaakte of gemalen voeding,<br />

is eveneens een dui<strong>de</strong>lijke compensatie, maar alleen als alle an<strong>de</strong>re instructies<br />

en aanpassingen onvoldoen<strong>de</strong> behulpzaam zijn gebleken. In veel gevallen zullen<br />

ook <strong>de</strong> mantelzorgers dan een belangrijkere rol gaan spelen.<br />

Dysfagie<br />

105


106<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Aanbeveling 30a<br />

De logopedist kan overwegen om te beoor<strong>de</strong>len wat het resultaat is <strong>van</strong><br />

activatieoefeningen voor <strong>de</strong> slikinzet, voorafgaand aan elke maaltijd.<br />

Aanbeveling 30b<br />

Bij parkinsonpatiënten die te lang kauwen (hypokinesie) en/of voedsel in<br />

<strong>de</strong> mond hou<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r te slikken (akinesie), kan het zinvol zijn om te<br />

proberen of <strong>de</strong> patiënt kan leren het proces in bewuste stappen en met<br />

gebruik <strong>van</strong> specifieke cues uit te voeren.<br />

Aanbeveling 30c<br />

Wanneer langdurig kauwen en laat starten <strong>van</strong> het slikken moeilijk gedragsmatig<br />

is te verbeteren, wordt aanbevolen om aangepaste (gemalen) voeding<br />

te adviseren.<br />

Vraag 31<br />

Wat zijn zinvolle technieken om faryngeaal residu te vermin<strong>de</strong>ren?<br />

Rigiditeit en hypokinesie <strong>van</strong> zowel tongretractie, farynxconstrictie als hyolaryngeale<br />

heffing) kunnen <strong>de</strong> faryngeale voedselpassage bemoeilijken, met<br />

als gevolg dat <strong>de</strong> voedselbolus niet in zijn geheel wordt weggeslikt. De patiënt<br />

voelt dan na het slikken dat een <strong>de</strong>el <strong>van</strong> het voedsel in <strong>de</strong> keel blijft steken.<br />

Ook kan het lei<strong>de</strong>n tot zich verslikken in vast voedsel, zowel tij<strong>de</strong>ns het slikken<br />

als door aspiratie <strong>van</strong> residu dat na het slikken is achtergebleven (88).<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Bewust ‘krachtig slikken’ is een compensatie die in <strong>de</strong> handboeken wordt aanbevolen<br />

om een zwakke faryngeale transportfase en daardoor faryngeaal residu<br />

te corrigeren (88;89;185). Diverse fysiologische studies (195-197) hebben<br />

laten zien dat krachtig of hard slikken (instructie: ‘Terwijl u slikt moet u alle<br />

spieren krachtig aanspannen.’, Logemann, 2000, p. 238) <strong>de</strong> passage <strong>van</strong> voedsel<br />

door <strong>de</strong> farynx effectiever maakt en residu <strong>van</strong> voeding kan voorkomen.<br />

Gecontroleer<strong>de</strong> trials <strong>bij</strong> grote groepen patiënten ontbreken echter.<br />

Een door patiënten spontaan, maar ook door logopedisten veel geadviseer<strong>de</strong><br />

compensatie <strong>bij</strong> faryngeale passagestoornissen is het vergemakkelijken <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> voedselconsistenties (88;185;187). Dat houdt on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re in het weglaten<br />

<strong>van</strong> hard en taai voedsel en het gebruiken <strong>van</strong> zachte voeding en meer vocht.<br />

Hierover zijn geen wetenschappelijke studies te vin<strong>de</strong>n, waarschij<strong>nl</strong>ijk omdat<br />

<strong>de</strong>ze aanpassingen zo evi<strong>de</strong>nt zijn.


Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat bewust ‘krachtig slikken’ een zinvolle<br />

compensatie kan zijn om <strong>de</strong> faryngeale passage te verbeteren en<br />

faryngeaal residu na het slikken te vermin<strong>de</strong>ren.<br />

C Hind 2001, Bülow 2001<br />

Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat het vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong> har<strong>de</strong> en taaie voeding<br />

en het gebruiken <strong>van</strong> zachtere voeding een voor <strong>de</strong> hand liggen<strong>de</strong><br />

compensatie is <strong>van</strong> faryngeale passageproblemen.<br />

D Huckabee 1999, Logemann 2000<br />

Overige overwegingen<br />

Hoewel het niet <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten on<strong>de</strong>rzocht is, kan <strong>de</strong> instructie ‘krachtig<br />

slikken’ voor een parkinsonpatiënt al voldoen<strong>de</strong> zijn om <strong>de</strong> hypokinesie te<br />

doorbreken en bewust beter gebruik te maken <strong>van</strong> zijn motorische mogelijkhe<strong>de</strong>n,<br />

volgens <strong>de</strong> uitgangspunten <strong>van</strong> Morris & Iansek (1).<br />

Een an<strong>de</strong>re eenvoudige verbetering die <strong>de</strong> logopedist zou kunnen proberen is<br />

het wegslikken <strong>van</strong> residu met een extra slok vloeistof. Als echter sprake is <strong>van</strong><br />

dui<strong>de</strong>lijke faryngeale zwakte (maar dan is er vermoe<strong>de</strong>lijk eer<strong>de</strong>r sprake <strong>van</strong><br />

een parkinsonisme), zal dat geen meerwaar<strong>de</strong> hebben.<br />

Aanbeveling 31a<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met faryngeale<br />

passageklachten leert om bewust en consequent krachtiger te slikken.<br />

Aanbeveling 31b<br />

Wanneer faryngeale passageklachten moeilijk gedragsmatig zijn te verbeteren,<br />

wordt aanbevolen om meer aangepaste voedselconsistenties te<br />

adviseren.<br />

Aanbeveling 31c<br />

Wanneer <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> patiënt adviseert om voedselconsistenties aan<br />

te passen, is het aan te bevelen om een diëtist te vragen om <strong>de</strong> patiënt<br />

te adviseren hoe <strong>de</strong> volwaardigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> voeding het beste kan wor<strong>de</strong>n<br />

gehandhaafd.<br />

Dysfagie<br />

107


108<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Vraag 32<br />

Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> LSVT <strong>bij</strong> hypokinetische slikstoornissen?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

El Sharkawi et al. (198) bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>n in een pilotstudie het effect <strong>van</strong> <strong>de</strong> Lee<br />

Silverman Voice Treatment (LSVT) op <strong>de</strong> slikfunctie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Zij behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>n acht patiënten met <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> met<br />

LSVT geduren<strong>de</strong> vier weken en vergeleken zeventien afwijkingen in <strong>de</strong> orale<br />

en faryngeale transportfasen door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> slikvi<strong>de</strong>o’s, voor en na <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling.<br />

Diverse verbeteringen kon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n ge<strong>de</strong>monstreerd, zoals kortere<br />

transporttij<strong>de</strong>n en min<strong>de</strong>r voedselresidu, maar <strong>de</strong> verschillen waren niet altijd<br />

significant.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat LSVT een gunstige invloed zou kunnen<br />

hebben op het slikken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />

C El Sharkawi 2002<br />

Overige overwegingen<br />

Hoewel gebaseerd op slechts kleine aantallen patiënten en zon<strong>de</strong>r gegevens<br />

over <strong>de</strong> duur <strong>van</strong> <strong>de</strong> resultaten, komen <strong>de</strong>ze bevindingen overeen met <strong>de</strong> ervaring<br />

<strong>van</strong> logopedisten met intensieve stembehan<strong>de</strong>ling volgens LSVT of PLVT<br />

(zie hoofdstuk 3). Verbetering <strong>van</strong> <strong>de</strong> motoriek <strong>van</strong> het spreken lijkt in meer<br />

of min<strong>de</strong>re mate ook <strong>de</strong> primaire mondfuncties te activeren. Het is o<strong>nl</strong>ogisch<br />

om alleen voor verbetering <strong>van</strong> het slikken LSVT of PLVT toe te passen, maar<br />

als er tevens sprake is <strong>van</strong> een behan<strong>de</strong>lbare hypokinetische dysartrie, ligt het<br />

voor <strong>de</strong> hand om na intensieve behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> verstaanbaarheid met <strong>de</strong>ze<br />

techniek opnieuw te beoor<strong>de</strong>len welke slikklachten nog over zijn.<br />

Aanbeveling 32<br />

De logopedist kan overwegen om <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met slikstoornissen<br />

én een hypokinetische dysartrie, voor <strong>de</strong> slikstoornis alleen <strong>de</strong> noodzakelijke<br />

adviezen te geven en na behan<strong>de</strong>ling met PLVT/LSVT, opnieuw het<br />

kauwen en slikken te beoor<strong>de</strong>len.<br />

Vraag 33<br />

Wat zijn zinvolle technieken om het slikken <strong>van</strong> pillen te vergemakkelijken?<br />

Sommige parkinsonpatiënten krijgen in <strong>de</strong> loop <strong>van</strong> hun <strong>ziekte</strong> moeite met<br />

het slikken <strong>van</strong> hun medicijnen, terwijl het op tijd en volledig innemen erg<br />

belangrijk is voor hun functioneren.


Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn enkele studies bekend over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> smelttabletten voor parkinsonpatiënten,<br />

maar <strong>de</strong>ze uitvoering <strong>van</strong> anti-parkinsonmedicijnen is niet<br />

in Ne<strong>de</strong>rland verkrijgbaar.<br />

Overige overwegingen<br />

Voor het slikken <strong>van</strong> pillen gel<strong>de</strong>n in veel gevallen waarschij<strong>nl</strong>ijk <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />

adviezen en instructies als <strong>bij</strong> het slikken <strong>van</strong> voeding, afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> aard<br />

en <strong>de</strong> oorzaak <strong>van</strong> het probleem. Als het innemen met water een probleem<br />

is door verslikken, kan innemen met voeding behulpzaam zijn. Belangrijk<br />

daar<strong>bij</strong> is om levodopapreparaten niet in te nemen met eiwitrijke producten<br />

(vla, yoghurt e.d.) en niet tij<strong>de</strong>ns of vlak voor <strong>de</strong> maaltijd, omdat dat <strong>de</strong> werking<br />

er<strong>van</strong> vermin<strong>de</strong>rt (zie ook <strong>bij</strong>lage 11).<br />

An<strong>de</strong>re oorzaken <strong>van</strong> <strong>de</strong> klacht kunnen zijn het innemen <strong>van</strong> alle pillen tegelijk,<br />

het innemen met te weinig water zodat tabletten in <strong>de</strong> mond achterblijven<br />

of in <strong>de</strong> keel blijven steken, enzovoort. De logopedist moet in staat zijn om een<br />

en an<strong>de</strong>r te analyseren op basis <strong>van</strong> <strong>de</strong> anamnese en observatie <strong>van</strong> het pillen<br />

slikken en <strong>de</strong> eenvoudigste aanpassing te kiezen en aan te leren. Voorbeel<strong>de</strong>n<br />

<strong>van</strong> aanpassingen zijn innemen met een grote slok water in plaats <strong>van</strong> kleine<br />

slokken of innemen met een hap appelmoes (in plaats <strong>van</strong> vla) als het met<br />

water niet meer lukt.<br />

Aanbeveling 33<br />

Gegeven <strong>de</strong> diverse oorzaken <strong>van</strong> moeite met pillen slikken wordt aanbevolen<br />

dat <strong>de</strong> logopedist, aan <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> individuele observatie <strong>van</strong> het<br />

pillen slikken door <strong>de</strong> patiënt, een passend advies be<strong>de</strong>nkt en evalueert,<br />

gebaseerd op <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ltechnieken <strong>van</strong> slikstoornissen.<br />

Vraag 34<br />

Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> multidisciplinaire samenwerking <strong>bij</strong> slikstoornissen?<br />

De logopedist kan <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten met slikstoornissen<br />

met diverse disciplines te maken krijgen.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Als het gaat om <strong>de</strong> consequenties <strong>van</strong> aangepaste voedingsconsistenties,<br />

onvolwaardige orale voedingsintake of ongewenst gewichtsverlies in relatie<br />

tot <strong>de</strong> slikstoornissen heeft <strong>de</strong> logopedist te maken met <strong>de</strong> diëtist. Voor parkinsonpatiënten<br />

die afhankelijk zijn <strong>van</strong> verpleegkundige zorg is afstemming<br />

tussen <strong>de</strong> logopedist en <strong>de</strong> verpleegkundige voor <strong>de</strong> hulp <strong>bij</strong> eten en drinken<br />

en mondzorg essentieel (87;199).<br />

Dysfagie<br />

109


110<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Eten en drinken is on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> <strong>de</strong> ADL en kan een probleem zijn als gevolg<br />

<strong>van</strong> moeizame arm- en handfunctie. Zo lieten Lorefält et al. (86) zien dat<br />

sommige parkinsonpatiënten ook vast voedsel vermij<strong>de</strong>n door moeite met het<br />

hanteren <strong>van</strong> bestek. De ergotherapeut is <strong>de</strong> aangewezen persoon om dat te<br />

analyseren en te behan<strong>de</strong>len. Ten slotte kan <strong>de</strong> fysiotherapeut <strong>de</strong> logopedist<br />

helpen als <strong>de</strong> lichaamshouding die nodig is voor veilig eten en drinken moeilijk<br />

te realiseren is.<br />

Ook internationaal wordt on<strong>de</strong>rschreven dat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

een multidisciplinaire samenwerking vraagt (136).<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Experts zijn <strong>van</strong> mening dat multidisciplinaire behan<strong>de</strong>ling en<br />

afstemming <strong>van</strong> zorg voor parkinsonpatiënten met kauw- en<br />

slikstoornissen zinvol is.<br />

D Morris & Iansek 1997, Huckabee 1999, Kalf 2008<br />

Overige overwegingen<br />

Hoe <strong>de</strong> samenwerking plaatsvindt, is afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> setting. In <strong>de</strong> meeste<br />

instellingen is het gebruikelijk om <strong>de</strong> zorg af te stemmen in een multidisciplinair<br />

overleg (MDO). In <strong>de</strong> eerste lijn is een en an<strong>de</strong>r afhankelijk <strong>van</strong> het<br />

bestaan <strong>van</strong> regionale afspraken.<br />

Aanbeveling 33<br />

Het kan zinvol zijn dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen<br />

samenwerkt met <strong>de</strong> diëtist, verpleegkundige, ergotherapeut of fysiotherapeut.<br />

Vraag 35<br />

Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn geen studies die <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

met slikstoornissen in kaart hebben gebracht en geëvalueerd. Naarmate<br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> vor<strong>de</strong>rt, wordt <strong>de</strong> parkinsonpatiënt voor veilig en voldoen<strong>de</strong> eten en<br />

drinken meer afhankelijk <strong>van</strong> zijn mantelzorgers. De werkgroeple<strong>de</strong>n zijn <strong>van</strong><br />

mening dat met name <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten die afhankelijk<br />

zijn <strong>van</strong> externe cues <strong>bij</strong> het kauwen en slikken, goed geïnformeerd en<br />

geïnstrueerd dienen te wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> logopedist.


Conclusie<br />

Niveau 4 De mantelzorger(s) hebben een belangrijke rol <strong>bij</strong> het toepassen <strong>van</strong><br />

cues om het slikken te faciliteren en verslikken of erg traag slikken te<br />

voorkomen.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

Overige overwegingen<br />

Als <strong>de</strong> partner <strong>de</strong> rol ‘geïnstrueer<strong>de</strong> mantelzorgers’ niet kan vervullen doet <strong>de</strong><br />

logopedist er goed aan om an<strong>de</strong>re mantelzorgers en ook professionele zorgverleners<br />

(verpleegkundigen e.d.) te informeren en instrueren.<br />

Aanbeveling 35<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />

afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues.<br />

Samenvatting hoofdstuk 4<br />

Mogelijke uitkomsten <strong>van</strong> het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek en overwegingen <strong>bij</strong> het<br />

maken <strong>van</strong> een therapeutische beslissing (zie ook <strong>de</strong> samenvattingskaart in<br />

<strong>de</strong>el I).<br />

Er is sprake <strong>van</strong> een geringe slikstoornis,<br />

zoals invloed <strong>van</strong> dubbeltaken of<br />

ina<strong>de</strong>quate hoofdhouding:<br />

Er is sprake <strong>van</strong> een matige tot ernstige<br />

slikstoornis, waardoor o.a. traag eten of<br />

aspiratierisico:<br />

compensaties aa<strong>nl</strong>eren (o.a. houding,<br />

volume) en cues om verslikken, moeite<br />

met pillen slikken e.d. te beperken of te<br />

voorkomen.<br />

aanpassen consistenties of meer hulp<br />

of cues geven om acceptabel tempo te<br />

hou<strong>de</strong>n en vermoeidheid te beperken.<br />

Evt. in overleg met diëtist en<br />

ergotherapeut.<br />

Dysfagie<br />

111


5 Speekselverlies<br />

Dit hoofdstuk beschrijft het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselbeheersing<br />

(5.1) en het on<strong>de</strong>rzoek en <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies (5.2) <strong>bij</strong><br />

mensen met <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

5.1 On<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> speekselbeheersing<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> vragen:<br />

36 Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

37 Wat <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies te kwantificeren?<br />

38 Welke beïnvloe<strong>de</strong>n<strong>de</strong> factoren <strong>van</strong> speekselverlies kunnen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

in ie<strong>de</strong>r geval wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Vraag 36<br />

Wat moet tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> klachten over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen?<br />

Licht tot matig en zelfs ernstig speekselverlies is tij<strong>de</strong>ns een intakegesprek of<br />

diagnostisch on<strong>de</strong>rzoek vaak niet waar te nemen, omdat <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />

dan zijn best doet om het te voorkomen. Verlies <strong>van</strong> speeksel wordt in <strong>de</strong> regel<br />

dan ook anamnestisch vastgesteld.<br />

Zowel vragen naar het voorkomen als naar <strong>de</strong> last die <strong>de</strong> patiënt er<strong>van</strong> heeft,<br />

kan een goe<strong>de</strong> indruk geven <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het probleem. Daar<strong>bij</strong> kan zowel<br />

<strong>de</strong> patiënt als <strong>de</strong> partner of mantelzorger <strong>de</strong> informatie geven, waar<strong>bij</strong> sprake<br />

kan zijn <strong>van</strong> een verschil.<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Bij het vragen naar speekselverlies is het <strong>van</strong> belang om niet alleen te vragen<br />

naar het voorkomen <strong>van</strong> speekselverlies, maar ook naar <strong>de</strong> gevolgen voor <strong>de</strong><br />

persoo<strong>nl</strong>ijke activiteiten en sociale contacten (99). Specifieke anamnesevragen<br />

over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> zijn te vin<strong>de</strong>n in Bijlage 8.<br />

Voor het inventariseren <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst en <strong>de</strong> last <strong>van</strong> het speekselverlies bestaat<br />

een gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst over speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

113


114<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

(200), bestaan<strong>de</strong> uit zeven vragen met een vierpuntschaal. De interne consistentie<br />

is goed (α = 0.78) en <strong>de</strong> schaal correleert matig met speekselvolume<br />

(r = 0.41), maar re<strong>de</strong>lijk met <strong>ziekte</strong>-ernst (r = 0.70). De vrage<strong>nl</strong>ijst kent geen<br />

vertaal<strong>de</strong> en gevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse versie.<br />

Er is een Ne<strong>de</strong>rlandse vrage<strong>nl</strong>ijst in ontwikkeling. Voorlopige analyse laat zien<br />

dat <strong>de</strong> vragen een hoge interne consistentie (α > 0.90) hebben en re<strong>de</strong>lijk correleren<br />

met <strong>ziekte</strong>-ernst (r = 0.50) en <strong>ziekte</strong>duur (r = 0.44) (201), zie Bijlage 10.<br />

Een an<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlands instrument is het ‘Observatie-instrument Speekselverlies’,<br />

een vertaling en bewerking door Hofman & da Costa (202) <strong>van</strong><br />

be staan<strong>de</strong> observatielijsten. Het instrument bestaat uit vier (ongevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong>)<br />

on<strong>de</strong>rzoeksformulieren (een combinatie <strong>van</strong> anamnese, observatie en logopedisch<br />

on<strong>de</strong>rzoek) en is bedoeld voor alle leeftijdsgroepen. Naar <strong>de</strong> mening <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> werkgroep is het instrument echter te uitgebreid en onvoldoen<strong>de</strong> specifiek<br />

voor gebruik <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong><br />

speekselverlies ook zou moeten vragen naar <strong>de</strong> gevolgen voor<br />

persoo<strong>nl</strong>ijke activiteiten en sociale contacten.<br />

C Perez Lloret 2007<br />

Overige overwegingen<br />

Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n kan het voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling<br />

bovendien zinvol zijn om te weten wanneer het speekselverlies in het algemeen<br />

plaatsvindt. Vaak is dat <strong>bij</strong> activiteiten waarin <strong>de</strong> patiënt voorovergebogen<br />

en geconcentreerd bezig is, maar soms juist alleen <strong>bij</strong> ontspanning, zoals<br />

tv-kijken.<br />

Aanbeveling 36a<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> <strong>de</strong> anamnese <strong>van</strong> speekselverlies<br />

vraagt naar klachten op zowel functieniveau, activiteitenniveau als<br />

participatieniveau. Ook inzicht in <strong>de</strong> momenten waarop het speekselverlies<br />

optreedt, kan aanknopingspunten voor <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling opleveren.<br />

Aanbeveling 36b<br />

Het is te overwegen om een parkinsonpatiënt voor het eerste consult een<br />

gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijst te laten invullen.<br />

Vraag 37<br />

Wat is <strong>de</strong> beste manier om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies te kwantificeren?


Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Thomas-Stonell & Greenberg (203) beschreven <strong>de</strong> Drooling Severity and Frequency<br />

Scale of DSFS, een ongevali<strong>de</strong>er<strong>de</strong> ernstschaal, die ontwikkeld is om<br />

het speekselverlies <strong>bij</strong> kin<strong>de</strong>ren met een cerebrale parese te kwantificeren,<br />

maar die ook veel gebruikt is in evaluatiestudies over <strong>de</strong> medische behan<strong>de</strong>ling<br />

<strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Met <strong>de</strong> toevoeging <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> optie ‘gevoel <strong>van</strong> te veel speeksel’ is <strong>de</strong> schaal waarschij<strong>nl</strong>ijk beter geschikt<br />

voor parkinsonpatiënten. Voorlopige resultaten <strong>van</strong> vali<strong>de</strong>ringson<strong>de</strong>rzoek<br />

laten zien dat <strong>de</strong> schaal vali<strong>de</strong> is ten opzichte <strong>van</strong> <strong>de</strong> UPDRS-subschaal ‘speeksel’<br />

(r = 0.96) (201). Zie Bijlage 9.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat <strong>de</strong> voor parkinsonpatiënten aangepaste ernst-<br />

en frequentieschaal <strong>van</strong> speekselverlies (DSFS-P) een vali<strong>de</strong> schaal is<br />

om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> speekselverlies te kwantificeren.<br />

C Thomas-Stonell 1988, Kalf 2007<br />

Overige overwegingen<br />

De schaal kan zowel <strong>van</strong> te voren door <strong>de</strong> patiënt zelfstandig, als tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong><br />

anamnese wor<strong>de</strong>n ingevuld.<br />

Het objectief meten of behan<strong>de</strong>len <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselsecretie is logopedisch niet<br />

rele<strong>van</strong>t, want <strong>de</strong> speekselsecretie is logopedisch niet te beïnvloe<strong>de</strong>n en is <strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> waarschij<strong>nl</strong>ijk ook niet <strong>de</strong> belangrijkste oorzaak.<br />

Aanbeveling 37<br />

Overwogen kan wor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> DSFS-P te gebruiken om <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het<br />

speekselverlies te kwantificeren.<br />

Vraag 38<br />

Welke beïnvloe<strong>de</strong>n<strong>de</strong> factoren <strong>van</strong> speekselverlies kunnen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

in ie<strong>de</strong>r geval wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rzocht?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn nog geen publicaties beschikbaar over <strong>de</strong> aspecten <strong>van</strong> speekselverlies<br />

die gedragsmatig zijn te beïnvloe<strong>de</strong>n, maar er zijn wel suggesties dat speekselverlies<br />

<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten wordt veroorzaakt door te weinig slikken, te laat<br />

slikken, onvoldoen<strong>de</strong> mondsluiting en/of voorovergebogen houding (204).<br />

Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n is het zinvol om <strong>bij</strong> <strong>de</strong> patiënt te<br />

analyseren wat <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> het speekselverlies kunnen zijn en of die therapeutisch<br />

zijn te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

Speekselverlies<br />

115


116<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Het gaat dan om <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> aspecten:<br />

– Mondsluiting: laat <strong>de</strong> patiënt zon<strong>de</strong>r het te merken zijn mond makkelijk open<br />

staan? Zo ja, is dat verbaal te corrigeren en houdt <strong>de</strong> patiënt het ook vol?<br />

– Alertheid in slikken: kan <strong>de</strong> patiënt zijn speeksel a<strong>de</strong>quaat wegslikken en<br />

kan <strong>de</strong> patiënt snel genoeg slikken als hij eraan herinnerd wordt?<br />

– Lichaams- en hoofdhouding: zit <strong>de</strong> patiënt snel voorovergebogen of scheef?<br />

Zo ja, is dat makkelijk verbaal te corrigeren en houdt <strong>de</strong> patiënt het ook vol?<br />

– Is <strong>de</strong> patiënt <strong>bij</strong> bepaal<strong>de</strong> activiteiten een bewegingsstrategie aan te leren<br />

(zie ver<strong>de</strong>r <strong>bij</strong> behan<strong>de</strong>ling)?<br />

Conclusie<br />

Niveau 4 Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep is het zinvol om te proberen om<br />

mogelijke oorzaken <strong>van</strong> speekselverlies gedragsmatig te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

Overige overwegingen<br />

De logopedist moet zich realiseren dat als <strong>de</strong> patiënt veel instructie en hulp<br />

nodig heeft, die hulp thuis door mantelzorgers overgenomen moet kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

Aanbeveling 38<br />

Het is aan te bevelen om te analyseren wat <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lbare oorzaken <strong>van</strong><br />

het speekselverlies zijn, zoals mondsluiting, a<strong>de</strong>quaat slikken, hoofd- en<br />

lichaamshouding en <strong>de</strong> mate waarin <strong>de</strong> patiënt te instrueren is en instructie<br />

(zo nodig met hulp <strong>van</strong> een mantelzorger) in praktijk kan brengen en<br />

volhou<strong>de</strong>n.<br />

5.2 Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />

In <strong>de</strong>ze paragraaf wordt antwoord gegeven op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> uitgangsvragen:<br />

39 Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling<br />

<strong>van</strong> speekselverlies?<br />

40 Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />

Vraag 39<br />

Wat is <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> gestandaardiseer<strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong><br />

speekselverlies?<br />

De behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> mondmotorische oorzaken door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> logopedie<br />

is echter nog vrijwel niet beschreven en geëvalueerd.


Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Over <strong>de</strong> medische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> speekselsecretie zijn diverse studies<br />

en reviews beschikbaar (zie hoofdstuk 2), maar dit valt buiten het bestek <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>ze richtlijn.<br />

Over <strong>de</strong> logopedische behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies is tot nu slechts één<br />

publicatie verschenen <strong>van</strong> Marks et al. (205). Zij on<strong>de</strong>rzochten het effect<br />

<strong>van</strong> het geduren<strong>de</strong> vier weken dagelijks een half uur trainen <strong>van</strong> willekeurig<br />

speeksel wegslikken, met behulp <strong>van</strong> een metronoom in <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong> een<br />

broche. Niet vermeld werd hoe frequent <strong>de</strong> metronoom het signaal tot slikken<br />

gaf. De interventiegroep bestond uit zes parkinsonpatiënten, die speekselverlies<br />

scoor<strong>de</strong>n op een voor dit doel ontworpen ernstschaal (score 0 tot 15) en<br />

die bovendien in staat waren om op commando te slikken. De controlegroep<br />

bestond uit patiënten <strong>van</strong> wie alleen een baselinescore werd vastgesteld en een<br />

kleine groep patiënten die als referentiebehan<strong>de</strong>ling botuline-toxine geïnjecteerd<br />

kreeg. Gegevens over <strong>de</strong> injectieplaats of dosering ontbreken. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />

score in <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lgroep verbeter<strong>de</strong> <strong>van</strong> 10 naar 5.5, maar gegevens<br />

over statistische significantie ontbreken. Ruim 60% <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënten zou verbetering<br />

hebben gerapporteerd.<br />

Conclusie<br />

Niveau 3 Er zijn aanwijzingen dat behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies met behulp<br />

<strong>van</strong> een zelfstandig te gebruiken slikremin<strong>de</strong>r werkzaam kan zijn om<br />

verlies <strong>van</strong> speeksel te doen afnemen.<br />

B Marks 2001<br />

Overige overwegingen<br />

Een speciale metronoom om <strong>de</strong> slikfrequentie te cuen is in Ne<strong>de</strong>rland (nog)<br />

niet verkrijgbaar.<br />

Volgens <strong>de</strong> ervaring <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroeple<strong>de</strong>n kan het uitleggen <strong>van</strong> <strong>de</strong> oorzaak<br />

<strong>van</strong> speekselverlies en het toepassen <strong>van</strong> eenvoudige aanpassingen <strong>bij</strong> sommige<br />

patiënten al een dui<strong>de</strong>lijke verbetering geven. Zodra <strong>de</strong> patiënt begrijpt<br />

dat het normaal is om speeksel door te slikken zodra het in <strong>de</strong> mond voelbaar<br />

is, is er mogelijk al iets veran<strong>de</strong>rd.<br />

Ook het aa<strong>nl</strong>eren <strong>van</strong> een cognitieve bewegingsstrategie kan behulpzaam zijn,<br />

<strong>bij</strong>voorbeeld:<br />

– vóór het starten met spreken eerst speeksel verzamelen en doorslikken;<br />

– vóór het opstaan <strong>de</strong> mond sluiten, speeksel verzamelen en slikken (eventueel<br />

in overleg met <strong>de</strong> fysiotherapeut integreren in an<strong>de</strong>re bewegingsstrategieën).<br />

Het resultaat is afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het speekselverlies en <strong>de</strong> instrueerbaarheid<br />

en cognitie <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiënt. De mantelzorger krijgt zo nodig een<br />

rol in het instrueren en cuen. Na enkele sessies moet dan dui<strong>de</strong>lijk zijn of<br />

Speekselverlies<br />

117


118<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

<strong>de</strong> aanpak resultaat oplevert. Weke<strong>nl</strong>ang blijven proberen heeft waarschij<strong>nl</strong>ijk<br />

geen zin.<br />

Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> resultaat oplevert, zou <strong>de</strong> logopedist<br />

<strong>de</strong> parkinsonpatiënt met een zorgvuldig verslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> bevindingen terug<br />

moeten sturen naar <strong>de</strong> verwijzer voor eventuele medische behan<strong>de</strong>ling, <strong>bij</strong>voorbeeld<br />

voor injecties met botuline-neurotoxine.<br />

Aanbeveling 39a<br />

Aanbevolen wordt dat <strong>de</strong> logopedist <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten met klachten<br />

over speeksel(verlies) uitleg geeft over <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> speekselverlies en<br />

probeert het speekselverlies met instructies over slikken en bewegingsstrategieën<br />

gunstig is te beïnvloe<strong>de</strong>n.<br />

Aanbeveling 39b<br />

Omdat gegevens ontbreken over <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> specifieke behan<strong>de</strong>ltechnieken<br />

is het te overwegen om <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling te stoppen wanneer<br />

dui<strong>de</strong>lijke verbetering na twee tot drie sessies uitblijft.<br />

Aanbeveling 39c<br />

Als logopedische behan<strong>de</strong>ling onvoldoen<strong>de</strong> oplevert, is het aan te bevelen<br />

dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> parkinsonpatiënt met berichtgeving terugverwijst<br />

voor eventuele medische behan<strong>de</strong>ling.<br />

Vraag 40<br />

Wat is <strong>de</strong> rol <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorger(s) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies?<br />

Samenvatting <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuur<br />

Er zijn geen studies die <strong>de</strong> taak <strong>van</strong> <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten<br />

met speekselverlies in kaart hebben gebracht en geëvalueerd. Naarmate<br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> vor<strong>de</strong>rt, neemt <strong>de</strong> kans op speekselverlies toe. De werkgroeple<strong>de</strong>n<br />

zijn <strong>van</strong> mening dat met name <strong>de</strong> mantelzorgers <strong>van</strong> parkinsonpatiënten die<br />

afhankelijk zijn <strong>van</strong> externe cues om speekselverlies te voorkomen, goed geïnformeerd<br />

en geïnstrueerd dienen te wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> logopedist.


Conclusie<br />

Niveau 4 De mantelzorger(s) kunnen een belangrijke rol hebben <strong>bij</strong> het<br />

toepassen <strong>van</strong> cues om speekselverlies te voorkomen.<br />

D Mening <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

Overige overwegingen<br />

Als <strong>de</strong> partner <strong>de</strong> rol ‘geïnstrueer<strong>de</strong> mantelzorgers’ niet kan vervullen, doet <strong>de</strong><br />

logopedist er goed aan om an<strong>de</strong>re mantelzorgers en ook professionele zorgverleners<br />

(verpleegkundigen e.d.) te informeren en instrueren.<br />

Aanbeveling 40<br />

Het verdient aanbeveling dat <strong>de</strong> logopedist <strong>de</strong> mantelzorgers actief betrekt<br />

<strong>bij</strong> het voorkomen <strong>van</strong> speekselverlies, met name wanneer <strong>de</strong> parkinsonpatiënt<br />

afhankelijk is <strong>van</strong> externe cues en bewegingsstrategieën.<br />

Samenvatting hoofdstuk 5<br />

Mogelijke uitkomsten <strong>van</strong> het logopedisch on<strong>de</strong>rzoek en overwegingen <strong>bij</strong> het<br />

maken <strong>van</strong> een therapeutische beslissing (zie ook <strong>de</strong> samenvattingskaart in<br />

<strong>de</strong>el I).<br />

Er is sprake <strong>van</strong> alleen een gevoel <strong>van</strong> te<br />

veel speeksel:<br />

Er is sprake <strong>van</strong> anamnestisch of<br />

observeerbaar speekselverlies:<br />

uitleg <strong>van</strong> het belang <strong>van</strong> op tijd slikken.<br />

aanpassingen en cues proberen, zoals een<br />

cue voor mond sluiten, slikken vóór het<br />

opstaan en <strong>de</strong>rgelijke.<br />

Bij onvoldoen<strong>de</strong> resultaat terugverwijzen<br />

naar <strong>de</strong> neuroloog.<br />

Speekselverlies<br />

119


Bijlagen<br />

Toelichting <strong>bij</strong> <strong>de</strong> meetinstrumenten 122<br />

1 Betrokkenen <strong>bij</strong> richtlijnontwikkeling 123<br />

2 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> spraak- en taalstoornissen<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 126<br />

3 Vrage<strong>nl</strong>ijst spreekklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 127<br />

4 Nijmeegse Dysartrieschaal (NDS) 129<br />

5 Scoreformulier on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> dysartrie en taalproductie 130<br />

6 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> kauw- en slikstoornissen<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 133<br />

7 Vrage<strong>nl</strong>ijst slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 134<br />

8 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> speekselverlies<br />

<strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 136<br />

9 DSFS-P Ernst- en frequentieschaal <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong><br />

<strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 137<br />

10 Vrage<strong>nl</strong>ijst speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 138<br />

11 Medicatie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 140<br />

12 Gewenste wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie voor <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

logopedie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> 142<br />

13 Evi<strong>de</strong>ntietabellen 143<br />

121


122<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Toelichting <strong>bij</strong> <strong>de</strong> meetinstrumenten<br />

De meetinstrumenten die in <strong>de</strong> <strong>bij</strong>lagen zijn opgenomen kunnen als volgt<br />

wor<strong>de</strong>n toegepast.<br />

De gestandaardiseer<strong>de</strong> vrage<strong>nl</strong>ijsten (<strong>bij</strong>lagen 3, 7 en 10) wor<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> patiënt<br />

(eventueel samen met <strong>de</strong> mantelzorger) gescoord om een indruk te krijgen<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> klachten. Omdat het gestandaardiseer<strong>de</strong> vragen zijn, kunnen<br />

die in <strong>de</strong> wachtkamer al wor<strong>de</strong>n ingevuld of voor het eerste consult aan <strong>de</strong><br />

patiënt wor<strong>de</strong>n opgestuurd. Dat bespaart tijd en <strong>de</strong> patiënt heeft <strong>de</strong> gelegenheid<br />

om erover na te <strong>de</strong>nken of met <strong>de</strong> mantelzorger te bespreken (<strong>de</strong> somscore<br />

heeft op dit moment nog geen diagnostische betekenis).<br />

De voorbeeldvragen (<strong>bij</strong>lagen 2, 6 en 8) zijn bedoeld als hulpmid<strong>de</strong>l om <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

anamnese niets over het hoofd te zien. De anamnesevragen kunnen wor<strong>de</strong>n<br />

verwerkt in een on<strong>de</strong>rzoeksformulier of als checklist tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> anamnese<br />

wor<strong>de</strong>n gebruikt.<br />

De ernstschalen (<strong>bij</strong>lagen 4 en 9) zijn bedoeld om op gestandaardiseer<strong>de</strong> wijze<br />

<strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> het probleem te kunnen documenteren.<br />

Het scoreformulier dysartrie (<strong>bij</strong>lage 5) is bedoeld om <strong>de</strong> uitkomsten uit het<br />

dysartrieon<strong>de</strong>rzoek, zoals beschreven in paragraaf 3.1, overzichtelijk te kunnen<br />

noteren. Het scoreformulier kan wor<strong>de</strong>n opgenomen in een eigen logopedisch<br />

on<strong>de</strong>rzoeksformulier.


Bijlage 1 Betrokkenen <strong>bij</strong> richtlijnontwikkeling<br />

Opdrachtgever<br />

Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />

Projectgroep<br />

– Prof. Dr. B.R. (Bas) Bloem, neuroloog en medisch hoofd <strong>Parkinson</strong> Centrum<br />

Nijmegen, UMC St Radboud Nijmegen.<br />

– Dr. M. (Marten) Munneke, senior on<strong>de</strong>rzoeker <strong>van</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling Revalidatie<br />

en wetenschappelijk hoofd <strong>van</strong> het <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, UMC St<br />

Radboud Nijmegen.<br />

– Mw. drs. J.G. (Hanneke) Kalf, logopedist-wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoeker<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling Revalidatie en <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, UMC St<br />

Radboud, Nijmegen.<br />

– Dr. B.J.M. (Bert) <strong>de</strong> Swart, logopedist-spraaktaalpatholoog en waarnemend<br />

hoofd <strong>van</strong> <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling Revalidatie, UMC St Radboud, Nijmegen en lector<br />

Neurorevalidatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> Hogeschool <strong>van</strong> Arnhem en Nijmegen.<br />

Uitvoer<strong>de</strong>r<br />

– Mw. drs. J.G. (Hanneke) Kalf, logopedist-wetenschappelijk on<strong>de</strong>rzoeker,<br />

af<strong>de</strong>ling Revalidatie en <strong>Parkinson</strong> Centrum Nijmegen, UMC St Radboud,<br />

Nijmegen.<br />

Stuurgroep<br />

– Drs. P. (Peter) Hoogendoorn, voormalig voorzitter <strong>Parkinson</strong> Patiënten<br />

Vereniging.<br />

– Mw. C. (Cora) Kok, opgevolgd door mw. C. (Cindy) Koolhaas, beleidsme<strong>de</strong>werker<br />

kwaliteit en <strong>de</strong>skundigheidsbevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse Vereniging<br />

voor <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie.<br />

– Mw. drs. M. (Mirjam) Top, docent logopedie, Hogeschool <strong>van</strong> Arnhem en<br />

Nijmegen.<br />

– Mw. drs. S. J.H. (Samyra) Keus, fysiotherapeut/on<strong>de</strong>rzoeker Leids Universitair<br />

Medisch Centrum, 1e auteur richtlijnen fysiotherapie (KNGF) en<br />

oefentherapie Cesar & Mensendieck (VvOCM) <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

Primaire werkgroep<br />

– Mw. M.W.J. (Marianne) Bonnier, vrijgevestigd logopedist in U<strong>de</strong>n en<br />

Ravenstein.<br />

– Mw. J.H.M. (Jolanda) Kanters, logopedist revalidatiecentrum Breda.<br />

Bijlagen<br />

123


124<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

– Mw. M.F.C. (Marga) Hofman, logopedist verpleegkliniek De Zeven Bronnen<br />

in Maastricht en docent logopedie aan <strong>de</strong> Hogeschool Zuyd in Heerlen.<br />

– Mw. J.E.M. (Judith) Kocken, logopedist ziekenhuis Rijnstate in Arnhem en<br />

vrijgevestigd logopedist in Arnhem.<br />

– Mw. M. (Marije) Miltenburg, logopedist Canisius Wilhelmina ziekenhuis<br />

in Nijmegen.<br />

Secundaire werkgroep <strong>van</strong> logopedisten<br />

– Mw. H. Zegwaard-Vos, <strong>Logopedie</strong>praktijk Zegwaard-Vos in Den Haag.<br />

– Mw. M. Kwak, Ziekenhuis Bronovo in Den Haag.<br />

– Mw. H. Kos-Jonker, Praktijk voor logopedie Naar<strong>de</strong>n-Bussum.<br />

– Mw. J. Annotee, Logopedisch Centrum Blerick.<br />

– Mw. P. Roukens, <strong>Logopedie</strong>praktijk Oranjeplein in Maastricht.<br />

– Mw. F. Noordam, Zorgpartners Mid<strong>de</strong>n-Holland, verpleeghuis <strong>de</strong> Riethoek<br />

in Gouda.<br />

– Mw. M. Haaijer, Trivium Zorggroep Twente in Hengelo.<br />

– Mw. M. Blom-Smink, Zorgpalet Baarn-Soest, verpleeghuis Daelhoven.<br />

– Mw. P. Molkenboer, verpleeghuis Ter Schorre in Terneuzen.<br />

– Mw. L. Fransen, Mean<strong>de</strong>r Medisch Centrum in Amersfoort.<br />

– Mw. N. Roo<strong>de</strong>nburg, Aca<strong>de</strong>misch ziekenhuis Maastricht.<br />

– Mw. C. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Bergh-Raat, VU Medisch Centrum in Amsterdam.<br />

– Mw. C. Meijs-Wiegmans, Stichting Noor<strong>de</strong>rboog, Diaconessenhuis in<br />

Meppel.<br />

– Mw. S. Elgin, Revalidatiecentrum Blixembosch in Eindhoven.<br />

– Mw, D. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Kaa<strong>de</strong>n, revalidatiecentrum Friesland in Beesterzwaag.<br />

Secundaire werkgroep multidisciplinair<br />

– Mw. L.A. Daeter, parkinsonverpleegkundige, Aca<strong>de</strong>misch Medisch Centrum<br />

in Amsterdam.<br />

– Mw. drs. A. De Groot, verpleeghuisarts/docent VU Medisch Centrum-<br />

GERION, Amsterdam.<br />

– Dhr. drs. R. Meijer, revalidatiearts, Groot Klimmendaal, Arnhem.<br />

– Mw. drs. I.H.W.M. Sturkenboom, ergotherapeut/on<strong>de</strong>rzoeker, UMC St<br />

Radboud in Nijmegen.<br />

– Mw. drs. S.H.J. Keus, fysiotherapeut/on<strong>de</strong>rzoeker, Leids Universitair<br />

medisch Centrum in Lei<strong>de</strong>n.<br />

– Mw. drs. H.M. Smeding, neuropsycholoog, Aca<strong>de</strong>misch Medisch Centrum<br />

in Amsterdam.<br />

– Mw. drs. M. Smits-Schaffels, huisarts in Soest.<br />

– Mw. H.E.A. ten Wol<strong>de</strong>, maatschappelijk werker, Verpleeghuis Maartenshof<br />

in Groningen.


Patiënten en mantelzorgers<br />

Panel <strong>van</strong> vier parkinsonpatiënten en twee mantelzorgers <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkgroep<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>Parkinson</strong> Patiëntenvereniging (PPV).<br />

Testgroepen<br />

– 55 <strong>Parkinson</strong>Net-logopedisten in <strong>de</strong> regio’s Alkmaar, Apeldoorn, Arnhem-<br />

Zevenaar, E<strong>de</strong>-Wageningen, Delft, Den Haag, Deventer, Doetinchem,<br />

Eindhoven, Haarlem, Gooi, Gouda, Nijmegen-Boxmeer, Oss-U<strong>de</strong>n-Veghel,<br />

Ve<strong>nl</strong>o, ’s-Hertogenbosch, Zoetermeer en Zutphen.<br />

– 59 <strong>Parkinson</strong>Net-logopedisten in <strong>de</strong> regio’s Bergen op Zoom, Breda, Heerlen-Kerkra<strong>de</strong>,<br />

Helmond-Geldrop, Hoorn, Maastricht, Roermond, Roosendaal,<br />

Sittard-Geleen, Tilburg-Waalwijk, Ve<strong>nl</strong>o, Weert, Zeeland-Noord en<br />

Zeeuws-Vlaan<strong>de</strong>ren (Terneuzen).<br />

Overig<br />

– Dhr. dr.ir. J.J.A. (Hans ) <strong>de</strong> Beer, Kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> Gezondheidszorg<br />

CBO Utrecht, programma Richtlijnontwikkeling.<br />

– Dhr. R. (Ruud) Aalbersberg, voorzitter <strong>Parkinson</strong> Adviesraad Zorg <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>Parkinson</strong> Patiënten Vereniging.<br />

Bijlagen<br />

125


126<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Bijlage 2 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong><br />

spraak- en taalstoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong><br />

<strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Op stoornisniveau:<br />

– Heeft u last <strong>van</strong> een te zachte stem of hese stem?<br />

– Is uw stem hoger gewor<strong>de</strong>n?<br />

– Moet u vaak kuchen alsof er iets in uw keel zit?<br />

– Komt u tij<strong>de</strong>ns het spreken a<strong>de</strong>m te kort?<br />

– Wordt u moe <strong>van</strong> het spreken?<br />

– Heeft u min<strong>de</strong>r melodie in uw stem? Vindt u dat u eentonig praat?<br />

– Heeft u last <strong>van</strong> vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> gezichtsexpressie?<br />

– Moet u wel eens zoeken naar <strong>de</strong> juiste woor<strong>de</strong>n?<br />

Op activiteitenniveau:<br />

– Wordt u vaak gevraagd om iets te herhalen. Zo ja, wanneer en hoe vaak?<br />

– Maakt u nog gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> telefoon?<br />

– Vindt u het moeilijk om uw gedachten te formuleren?<br />

– Heeft u moeite om u in gezelschap verstaanbaar te maken?<br />

Op participatieniveau:<br />

– Heeft uw slechte verstaanbaarheid gevolgen voor uw werk of an<strong>de</strong>re activiteiten?<br />

– Laat u het spreken steeds meer aan an<strong>de</strong>ren over?<br />

– Voelt u zich in gesprekken buitengesloten?<br />

– Schaamt u zich voor uw manier <strong>van</strong> spreken?


Bijlage 3 Vrage<strong>nl</strong>ijst spreekklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong><br />

Radboud Oral Motor inventory for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-speech) [139]<br />

Omcirkel steeds het beste antwoord<br />

Ik heb <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> mening over mijn stem:<br />

Mijn stem klinkt normaal.<br />

Mijn stem klinkt iets zachter of heser dan vroeger.<br />

Mijn stem klinkt dui<strong>de</strong>lijk zachter of heser dan vroeger.<br />

Mijn stem klinkt erg zacht of hees.<br />

Mijn stem is <strong>bij</strong>na onhoorbaar.<br />

Spreken tegen beken<strong>de</strong>n:<br />

Beken<strong>de</strong>n vin<strong>de</strong>n mij gewoon verstaanbaar en ik hoef nooit iets te herhalen.<br />

Voor beken<strong>de</strong>n ben ik soms slecht te verstaan, als ik niet oplet of moe<br />

ben.<br />

Voor beken<strong>de</strong>n ben ik regelmatig slecht te verstaan en moet ik het meer<strong>de</strong>re<br />

keren herhalen.<br />

Voor beken<strong>de</strong>n ben ik meestal niet te verstaan, vooral niet als ik moe ben.<br />

Beken<strong>de</strong>n kunnen me (<strong>bij</strong>na) niet meer verstaan.<br />

Spreken tegen vreem<strong>de</strong>n:<br />

Vreem<strong>de</strong>n vin<strong>de</strong>n mij gewoon verstaanbaar en ik hoef nooit iets te herhalen.<br />

Voor vreem<strong>de</strong>n ben ik soms slecht te verstaan als ik niet oplet of moe ben.<br />

Voor vreem<strong>de</strong>n ben ik regelmatig slecht te verstaan en moet ik het meer<strong>de</strong>re<br />

keren herhalen.<br />

Voor vreem<strong>de</strong>n ben ik meestal niet te verstaan, vooral niet als ik moe ben.<br />

Vreem<strong>de</strong>n kunnen me (<strong>bij</strong>na) niet meer verstaan.<br />

Het gebruiken <strong>van</strong> <strong>de</strong> telefoon:<br />

De telefoon gebruiken is voor mij geen enkel probleem.<br />

Ik gebruik gewoon <strong>de</strong> telefoon, maar ik moet er wel wat meer moeite voor<br />

doen.<br />

Ik moet regelmatig iets herhalen aan <strong>de</strong> telefoon.<br />

Ik gebruik <strong>de</strong> telefoon liever niet, omdat ik niet goed te verstaan ben of<br />

omdat ik niet weet wat ik zeggen moet.<br />

Het gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> telefoon is voor mij onmogelijk, omdat ik niet goed<br />

genoeg kan spreken.<br />

Bijlagen<br />

127


128<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Als ik wil gaan praten:<br />

verwoord ik mijn gedachten even vlot als vroeger.<br />

moet ik tegenwoordig soms even na<strong>de</strong>nken als ik wil gaan praten.<br />

moet ik langer over woor<strong>de</strong>n na<strong>de</strong>nken of ben ik snel kwijt wat ik wil<strong>de</strong><br />

zeggen.<br />

moet ik geholpen wor<strong>de</strong>n om mijn gedachten te kunnen formuleren.<br />

weet ik vaak niet wat ik moet zeggen en het blijft vaak stil.<br />

In gesprekken met meer<strong>de</strong>re personen:<br />

kan ik gewoon meedoen, zoals vroeger.<br />

kan ik meedoen, maar ik moet wel wat meer opletten.<br />

kan ik meedoen als an<strong>de</strong>ren rekening met me hou<strong>de</strong>n.<br />

kan ik alleen meedoen als het vertrouw<strong>de</strong> personen zijn, die mij on<strong>de</strong>rsteunen.<br />

voel ik me buitengesloten, want ik kan niet meedoen.<br />

In hoeverre zit uw moeite met spreken u dwars?<br />

Niet <strong>van</strong> toepassing: ik heb er geen moeite mee.<br />

Mijn moeite met spreken zit me een beetje dwars.<br />

Ik vind het lastig dat ik moeite heb met spreken, maar er zijn ergere<br />

dingen.<br />

Dat ik zo’n moeite heb met spreken zit me erg dwars, want ik heb er veel<br />

last <strong>van</strong>.<br />

Dat ik zo’n moeite heb met spreken, vind ik het ergste <strong>van</strong> mijn <strong>ziekte</strong>.


Bijlage 4 Nijmeegse Dysartrieschaal (NDS)<br />

(Ne<strong>de</strong>rlandse vertaling en bewerking ‘Therapy Outcome Measures’ <strong>van</strong> En<strong>de</strong>rby<br />

& John, 1996). Knuijt, 2007<br />

Ernst <strong>van</strong> <strong>de</strong> dysartrie<br />

0 Zeer ernstige dysartrie/anartrie: lip-, kaak- en tongbewegingen zijn nagenoeg<br />

onmogelijk, waardoor geen afzon<strong>de</strong>rlijke spraakklanken kunnen<br />

wor<strong>de</strong>n gemaakt. Er zijn slechts enkele ongedifferentieer<strong>de</strong> vocalisaties<br />

hoorbaar. Afonie of zeer afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit. Er is geen a<strong>de</strong>msteun<br />

om spraak te produceren.<br />

1 Ernstige dysartrie: extreme hypo- of hypertonie, extreem vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />

bewegingsuitslag en/of snelheid <strong>van</strong> lip-, kaak- en tongbewegingen, waardoor<br />

voornamelijk open klinkers met enkele zeer dui<strong>de</strong>lijke afwijken<strong>de</strong><br />

me<strong>de</strong>klinkers hoorbaar zijn. Dui<strong>de</strong>lijk afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit. Zeer<br />

trage spraak, slechts enkele lettergrepen per a<strong>de</strong>mhaling mogelijk.<br />

2 Matige dysartrie: tonus, bewegingsuitslag en/of snelheid <strong>van</strong> lip-, kaak- en/<br />

of tongbewegingen zijn dui<strong>de</strong>lijk afwijkend, waardoor afwijken<strong>de</strong> me<strong>de</strong>klinkers<br />

en klinkers. Afwijkend spreektempo. Afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit.<br />

Afwijken<strong>de</strong> a<strong>de</strong>mbeheersing of a<strong>de</strong>mspan.<br />

3 Mil<strong>de</strong> dysartrie: tonus, bewegingsuitslag en/of snelheid <strong>van</strong> lip-, kaak- en/<br />

of tongbewegingen zijn licht afwijkend, waardoor klinkers en me<strong>de</strong>klinkers<br />

licht afwijkend klinken. Lettergrepen en woor<strong>de</strong>n kunnen correct uitgesproken<br />

wor<strong>de</strong>n, wanneer <strong>de</strong> patiënt zich erg goed concentreert. Licht<br />

afwijken<strong>de</strong> spreeksnelheid. Licht afwijken<strong>de</strong> stemkwaliteit. Licht afwijken<strong>de</strong><br />

a<strong>de</strong>mbeheersing of a<strong>de</strong>mspanne.<br />

4 Minimale dysartrie: beperkte articulatieproblemen, beperkte problemen<br />

met stemkwaliteit of a<strong>de</strong>mbeheersing<br />

5 Geen dysartrie: spraak passend <strong>bij</strong> leeftijd, cultuur, ontwikkelingsniveau<br />

Mate <strong>van</strong> verstaanbaarheid<br />

0 Geen effectieve communicatie mogelijk.<br />

1 Kan basale behoeften binnen <strong>de</strong> context dui<strong>de</strong>lijk maken m.b.v. een bekend<br />

persoon.<br />

2 Kan basale behoeften en an<strong>de</strong>re informatie buiten het hier en nu dui<strong>de</strong>lijk<br />

maken, maar veelvuldig herhalen of hulp <strong>bij</strong> starten is nodig.<br />

3 Communicatie met beken<strong>de</strong>n is meestal effectief en kan ook effectief zijn<br />

met onbeken<strong>de</strong>n wanneer enige hulp wordt gebo<strong>de</strong>n.<br />

4 De communicatie met beken<strong>de</strong>n en onbeken<strong>de</strong>n is effectief, ondanks kleine<br />

oneffenhe<strong>de</strong>n. Af en toe herhalen is nodig.<br />

5 Effectieve communicatie in alle situaties, zoals voorheen en rekening hou<strong>de</strong>nd<br />

met leeftijd, cultuur en ontwikkelingsniveau.<br />

Bijlagen<br />

129


130<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Bijlage 5 Scoreformulier on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> dysartrie en<br />

taalproductie<br />

Spontaan spreken Gestimuleerd spreken<br />

ON / OFF<br />

0 = (zeer) ernstig afwijkend<br />

1 = dui<strong>de</strong>lijk afwijkend<br />

2 = licht afwijkend of twijfel<br />

3 = normaal<br />

A<strong>de</strong>m geringe a<strong>de</strong>mbeweging<br />

0 = niet te cuen<br />

1 = enigszins te cuen<br />

2 = makkelijk te cuen<br />

3 = patiënt kan zichzelf cuen<br />

reeksen MDF glijtonen<br />

………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />

Stem<br />

kwaliteit hees (hypofunctioneel)<br />

gespannen (hyperfunctioneel)<br />

continu borrelig<br />

luidheid zacht (hypofunctioneel)<br />

zacht (hyperfunctioneel)<br />

toonhoogte hoog<br />

Articulatie geringe articulatiebewegingen<br />

(binnensmonds)<br />

………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />

Resonans weinig draagkracht<br />

………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />

Prosodie<br />

intonatie monotoon<br />

monodynamisch<br />

spreektempo snel<br />

langzaam<br />

acceleraties<br />

startproblemen, stopproblemen<br />

………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />

Taalproductie<br />

woordvinding traag<br />

communicatief weinig initiatief<br />

inhou<strong>de</strong>lijk beperkt<br />

………………………………………………………….........................…………………………………………………<br />

Bij twijfel aanvullen<strong>de</strong> diagnostiek met <strong>bij</strong>voorbeeld oraal on<strong>de</strong>rzoek en diadochokinese.<br />

Symptomen <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re dysartrievormen:<br />

nee ja, <strong>nl</strong>.: zwakte spasticiteit ataxie<br />

in ………………………………………………………………………………………………………….....................…<br />

Conclusie:<br />

indicatie PLVT proefbehan<strong>de</strong>ling PLVT<br />

an<strong>de</strong>rs, namelijk ………………………………………………………………………………………………….…


Toelichting <strong>bij</strong> het scoreformulier<br />

A<strong>de</strong>mhaling<br />

Bij <strong>de</strong> idiopatische <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> kan <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mcapaciteit zijn afgenomen<br />

door rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mhalingsspieren (206). Geobserveerd wordt hoe<br />

het a<strong>de</strong>mpatroon is en of <strong>de</strong> a<strong>de</strong>mcapaciteit voldoen<strong>de</strong> is voor het spreken.<br />

Stemkwaliteit<br />

De stemkwaliteit kan variëren <strong>van</strong> hees tot afoon (hypofunctioneel). De<br />

stemkwaliteit kan wisselen on<strong>de</strong>r invloed <strong>van</strong> dyskinesieën en rigiditeit. Een<br />

gespannen stem duidt op hyperfunctionaliteit en kan eveneens lei<strong>de</strong>n tot afonie.<br />

Maar ook kan <strong>de</strong> stem voortdurend borrelig klinken, wat duidt op residu<br />

<strong>van</strong> sputum of speeksel op <strong>de</strong> stemplooien dat door <strong>de</strong> patiënt niet spontaan<br />

wordt weggekucht en weggeslikt.<br />

Toonhoogte<br />

<strong>Parkinson</strong>patiënten met stemklachten hebben door <strong>de</strong> rigiditeit <strong>van</strong> <strong>de</strong> stemplooien<br />

eer<strong>de</strong>r een te hoge dan een te lage stem. De spreektoonhoogte <strong>van</strong><br />

gezon<strong>de</strong> vrouwen is gemid<strong>de</strong>ld 212 Hz (95% BI 167 – 258) en <strong>van</strong> gezon<strong>de</strong><br />

mannen 122 Hz (95% BI 78 – 166) (207), maar <strong>de</strong> spreektoonhoogte in Hertz<br />

is niet zon<strong>de</strong>r apparatuur vast te stellen. De optimale spreektoonhoogte is vijf<br />

semitonen boven <strong>de</strong> laagst produceerbare toon [153]. Bij parkinsonpatiënten is<br />

een subjectieve beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> toonhoogte voldoen<strong>de</strong> en bepalen factoren<br />

als vermoeibaarheid, uitvoerbaarheid en leerbaarheid me<strong>de</strong> wat een optimale<br />

spreektoonhoogte is.<br />

Luidheid<br />

<strong>Parkinson</strong>patiënten met verstaanbaarheidsklachten spreken meestal te zacht,<br />

als gevolg <strong>van</strong> rigiditeit en hypokinesie (hypofunctioneel). Een hoorbare<br />

fonatie leidt tot een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> intensiteit (of sound pressure level: SPL) <strong>van</strong><br />

minimaal vijftig dB (143;207). Volgens <strong>de</strong> werkgroep is het niet nodig om <strong>de</strong><br />

maximale intensiteit <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> een parkinsonpatiënt te meten en is<br />

het voldoen<strong>de</strong> om <strong>de</strong> luidheid subjectief te beoor<strong>de</strong>len. Maar omdat <strong>de</strong> ingang<br />

voor therapie het vergroten <strong>van</strong> <strong>de</strong> luidheid is (zie paragraaf 3.2), kan het nuttig<br />

zijn om <strong>de</strong> intensiteit tij<strong>de</strong>ns spontaan spreken als nulmeting objectief vast<br />

te stellen, met behulp <strong>van</strong> een dB-meter.<br />

Articulatie<br />

Binnensmonds spreken door te kleine articulatiebewegingen als symptoom<br />

<strong>van</strong> hypokinesie, is het meest opvallen<strong>de</strong> kenmerk in <strong>de</strong> articulatie <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />

De kwaliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> articulatie wordt subjectief beoor<strong>de</strong>eld.<br />

De parkinsonpatiënt kan daarnaast ook last hebben <strong>van</strong> dyskinesieën (<strong>bij</strong>voorbeeld<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> tong) of een tremor in <strong>de</strong> kaak of lippen.<br />

Bijlagen<br />

131


132<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Resonantie<br />

Dui<strong>de</strong>lijke hypo- of hypernasaliteit is geen kenmerk <strong>van</strong> het spreken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Wel kan <strong>de</strong> stem weinig draagkracht hebben.<br />

Intonatie<br />

Monotonie en monodynamiek in het spreken zijn opvallen<strong>de</strong> kenmerken <strong>van</strong><br />

een hypokinetische dysartrie en wor<strong>de</strong>n subjectief beoor<strong>de</strong>eld.<br />

Spreektempo<br />

Hoewel <strong>de</strong> meeste dysartriepatiënten langzamer spreken dan gezon<strong>de</strong> leeftijdsgenoten,<br />

is het spreektempo <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten normaal of juist hoog.<br />

Soms neemt het tempo tij<strong>de</strong>ns het spreken steeds meer toe (accelereren). Een<br />

‘normaal’ spreektempo bedraagt gemid<strong>de</strong>ld ongeveer 150 lettergrepen per<br />

minuut (208) en is eenvoudig te berekenen. Volgens <strong>de</strong> werkgroep is het echter<br />

niet nodig om dit <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten te doen; een subjectief oor<strong>de</strong>el is<br />

voldoen<strong>de</strong>.


Bijlage 6 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong> kauw- en<br />

slikstoornissen <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Op stoornisniveau:<br />

– Verslikt u zich vaker dan vroeger? Dat wil zeggen hoest u <strong>bij</strong> eten en drinken<br />

of verslikt u zich zomaar in speeksel? Zo ja, hoe vaak en waarin verslikt<br />

u zich?<br />

– Knoeit u tij<strong>de</strong>ns eten of drinken? Zo ja, heeft u moeite om het voedsel naar<br />

uw mond te brengen of moeite om het in uw mond te hou<strong>de</strong>n?<br />

– Kauwt u erg lang op uw eten of houdt u het lang in <strong>de</strong> mond voordat u<br />

slikt?<br />

– Blijft voedsel in uw keel steken? Zo ja, met welke voeding en hoe lost u dat<br />

meestal op?<br />

– Heeft u moeite met het slikken <strong>van</strong> uw medicijnen? Zo ja, hoe lost u dat<br />

meestal op?<br />

– Heeft u last <strong>van</strong> voedsel dat niet wil zakken nadat u het heeft doorgeslikt?<br />

Zo ja, met welke voeding en hoe lost u dat meestal op?<br />

– Komt voedsel terug uit <strong>de</strong> maag, heeft u last <strong>van</strong> zuurbran<strong>de</strong>n? Zo ja, met<br />

welke voeding en hoe lost u dat meestal op?<br />

Op activiteitenniveau:<br />

– Kunt u alles eten en drinken net als vroeger of moet uw voeding wor<strong>de</strong>n<br />

aangepast? Zo ja, hoe is uw voeding aangepast (weglaten <strong>van</strong> hard en taai<br />

voedsel; fijngemaakte of zachte voeding)?<br />

– Doet u veel langer over <strong>de</strong> maaltij<strong>de</strong>n? Zo ja, komt dat door het trager bewegen<br />

<strong>van</strong> uw han<strong>de</strong>n en armen of doordat u meer tijd nodig heeft voor het<br />

kauwen en slikken?<br />

– Eet en drinkt u genoeg of bent u <strong>de</strong> laatste tijd onbedoeld afgevallen?<br />

Op participatieniveau:<br />

– Is uw kauwen en slikken een belemmering <strong>bij</strong> het dineren of samenzijn<br />

met an<strong>de</strong>ren?<br />

– Maakt u zich ongerust of uw slikken <strong>van</strong> invloed is op uw gezondheid?<br />

Bijlagen<br />

133


134<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Bijlage 7 Vrage<strong>nl</strong>ijst slikklachten <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong><br />

Radboud Oral Motor inventory for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-swallowing)<br />

[172]<br />

Omcirkel steeds het beste antwoord<br />

Hoe vaak verslikt u zich <strong>bij</strong> eten of drinken?<br />

Ik verslik me (<strong>bij</strong>na) nooit.<br />

Ik verslik me eenmaal of vaker per week.<br />

Ik verslik me ongeveer eenmaal per dag.<br />

Ik verslik me driemaal per dag, of elke maaltijd wel een keer.<br />

Ik verslik me meer dan driemaal per dag, of meer<strong>de</strong>re keren per maaltijd.<br />

Wordt u gehin<strong>de</strong>rd in het drinken?<br />

Ik kan net zo makkelijk en vlot iets drinken als vroeger.<br />

Ik kan gewoon drinken, maar ik verslik me gemakkelijker dan vroeger.<br />

Ik kan alleen zon<strong>de</strong>r problemen drinken als ik me goed concentreer.<br />

Ik moet <strong>bij</strong> het drinken een an<strong>de</strong>re beker of een aparte techniek gebruiken.<br />

Ik kan alleen verdikte vloeistoffen veilig drinken.<br />

Wordt u gehin<strong>de</strong>rd in wat u kunt eten?<br />

Nee, ik kan alles eten, net zoals vroeger.<br />

Ja, ik kan alles eten, maar ik doe er wel langer over dan vroeger.<br />

Ja, ik moet hard en taai voedsel weglaten (vlees, nootjes).<br />

Ja, mijn eten moet fijngemaakt of zacht zijn.<br />

Niet <strong>van</strong> toepassing, want ik gebruik son<strong>de</strong>voeding.<br />

Heeft u moeite met het slikken <strong>van</strong> pillen?<br />

Nee, ik slik pillen net zo makkelijk of moeilijk als vroeger.<br />

Ja, ik slik pillen met meer moeite dan vroeger weg.<br />

Ja, ik kan pillen alleen innemen met appelmoes of iets an<strong>de</strong>rs dat het wegslikken<br />

makkelijker maakt.<br />

Ja, mijn pillen doorslikken is voor mij tegenwoordig een enorm probleem.<br />

Ja, ik kan mijn pillen niet meer wegslikken en moet ze op een an<strong>de</strong>re<br />

manier binnen krijgen.


Hin<strong>de</strong>rt uw moeite met kauwen of slikken u <strong>bij</strong> het samen<br />

eten?<br />

Het eten met an<strong>de</strong>ren, naar recepties of uit eten gaan is voor mij geen<br />

probleem.<br />

Ik ga overal naar toe, maar ik houd wel rekening met wat ik eet of drink.<br />

Ik eet <strong>bij</strong> voorkeur in gezelschap <strong>van</strong> vertrouw<strong>de</strong> mensen en op vertrouw<strong>de</strong><br />

plaatsen.<br />

Ik eet uitsluitend thuis en in gezelschap <strong>van</strong> vertrouw<strong>de</strong> mensen.<br />

Ik kan uitsluitend thuis eten en met <strong>de</strong>skundige hulp.<br />

In hoeverre maakt u zich ongerust over uw slikken tij<strong>de</strong>ns het<br />

eten?<br />

Helemaal niet, want ik heb geen moeite met slikken.<br />

Ik heb wat moeite met slikken, maar dat maakt me niet echt ongerust.<br />

Dat ik moeite heb met slikken maakt me een beetje ongerust.<br />

Dat ik moeite heb met slikken maakt me <strong>de</strong> laatste tijd meer ongerust.<br />

Dat ik moeite heb met slikken maakt me erg ongerust.<br />

In hoeverre zit uw moeite met slikken u dwars?<br />

Niet <strong>van</strong> toepassing: ik heb er geen moeite mee.<br />

Mijn moeite met slikken zit me een beetje dwars.<br />

Ik vind het lastig dat ik moeilijk slik, maar er zijn ergere dingen.<br />

Mijn moeizame slikken zit me erg dwars, want ik heb er veel last <strong>van</strong>.<br />

Ik vind mijn moeizame slikken het ergste <strong>van</strong> mijn <strong>ziekte</strong>.<br />

Bijlagen<br />

135


136<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Bijlage 8 Voorbeeldvragen voor anamnese <strong>van</strong><br />

speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Op stoornisniveau:<br />

– Heeft u overdag last <strong>van</strong> verlies <strong>van</strong> speeksel?<br />

– Heeft u ’s nachts verlies <strong>van</strong> speeksel (een nat kussen)?<br />

– Heeft u last <strong>van</strong> speeksel(verlies) tij<strong>de</strong>ns het spreken?<br />

– Heeft u last <strong>van</strong> speeksel(verlies) tij<strong>de</strong>ns maaltij<strong>de</strong>n?<br />

– In welke specifieke situaties verliest u met name speeksel?<br />

– Verslikt u zich wel eens in uw speeksel?<br />

– Heeft u last <strong>van</strong> ‘slijm’ in uw keel of moet u vaak kuchen?<br />

Op activiteitenniveau:<br />

– Wat doet u om speeksel dat uit uw mond loopt te verwij<strong>de</strong>ren: gebruikt u<br />

een zakdoek en zo ja hoeveel per dag?<br />

– Wordt u door uw speekselverlies beperkt in uw activiteiten?<br />

Op participatieniveau:<br />

– Wordt u door uw speekselverlies beperkt in uw sociale contacten?<br />

– In hoeverre zit het speekselverlies u dwars?


Bijlage 9 DSFS-P Ernst- en frequentieschaal <strong>van</strong><br />

speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> [201]<br />

Ernst:<br />

Ervaart u overdag (dus als u wakker bent) verlies <strong>van</strong> speeksel?<br />

Nee, ik heb overdag géén last <strong>van</strong> verlies <strong>van</strong> speeksel en ik heb ook niet het<br />

gevoel te veel aan speeksel in mijn mond te hebben.<br />

Nee, ik heb overdag geen verlies <strong>van</strong> speeksel, maar ik heb wél het gevoel<br />

te veel speeksel in mijn mond te hebben.<br />

Ja, ik heb overdag speeksel rond mijn mondhoeken of soms een beetje over<br />

mijn kin.<br />

Ja, ik verlies overdag speeksel en dat is op mijn kleding te zien.<br />

Ja, ik verlies overdag ook speeksel dat te zien is op boeken, <strong>de</strong> vloer of<br />

an<strong>de</strong>re plaatsen in huis.<br />

Frequentie:<br />

Hoe vaak heeft u overdag last <strong>van</strong> speeksel(verlies)?<br />

Vrijwel niet: min<strong>de</strong>r dan eenmaal per dag.<br />

Af en toe: gemid<strong>de</strong>ld een- à tweemaal per dag.<br />

Frequent: twee- tot vijfmaal per dag.<br />

Vaak: zes- tot tienmaal per dag.<br />

Vrijwel constant.<br />

Bijlagen<br />

137


138<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Bijlage 10 Vrage<strong>nl</strong>ijst speekselverlies <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Parkinson</strong><br />

Radboud Oral Motor inventory for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-saliva) [201]<br />

Omcirkel steeds het beste antwoord<br />

(Ernst speekselverlies overdag: zie DSFS-P)<br />

Wanneer heeft u vooral last <strong>van</strong> speeksel(verlies)?<br />

(Bijv. tij<strong>de</strong>ns lezen, tv-kijken, autorij<strong>de</strong>n, <strong>bij</strong> vooroverbuigen)<br />

……………………………………………………………………………………………………………<br />

……………………………………………………………………………………………………………<br />

……………………………………………………………………………………………………………<br />

……………………………………………………………………………………………………………<br />

Ervaart u ’s nachts (of als u overdag een dutje doet) verlies <strong>van</strong><br />

speeksel?<br />

Nee, ik verlies ’s nachts géén speeksel.<br />

Ja, ik heb ’s nachts af en toe een nat kussen.<br />

Ja, ik heb ’s nachts geregeld een nat kussen.<br />

Ja, ik heb elke nacht een nat kussen.<br />

Ja, elke nacht wordt mijn kussen en ook an<strong>de</strong>r bed<strong>de</strong>ngoed nat.<br />

Hin<strong>de</strong>rt het speeksel(verlies) u <strong>bij</strong> het eten of drinken?<br />

Nee, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me niet <strong>bij</strong> eten of drinken.<br />

Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me soms <strong>bij</strong> eten of drinken.<br />

Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me regelmatig <strong>bij</strong> het eten en drinken.<br />

Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me vaak <strong>bij</strong> het eten en drinken.<br />

Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me altijd <strong>bij</strong> het eten en drinken.<br />

Hin<strong>de</strong>rt het speeksel(verlies) u <strong>bij</strong> het spreken?<br />

Nee, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me niet <strong>bij</strong> het spreken.<br />

Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me soms <strong>bij</strong> het spreken.<br />

Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me regelmatig <strong>bij</strong> het spreken.<br />

Ja, het speeksel(verlies) hin<strong>de</strong>rt me vaak <strong>bij</strong> het spreken.<br />

Ja, het speekselverlies hin<strong>de</strong>rt me altijd <strong>bij</strong> het spreken.


Wat moet u doen om het speeksel weg te vegen?<br />

Ik hoef geen speeksel weg te vegen.<br />

Ik heb altijd een zakdoek <strong>bij</strong> <strong>de</strong> hand om eventueel speeksel weg te vegen.<br />

Ik heb dagelijks één of twee zakdoeken nodig om mijn speeksel weg te<br />

vegen.<br />

Ik heb meer dan 2 zakdoeken per dag nodig om mijn speeksel weg te<br />

vegen.<br />

Ik moet zo vaak vegen dat ik altijd tissues of keukenpapier <strong>bij</strong> <strong>de</strong> hand heb<br />

of een handdoek moet gebruiken om mijn kleren te beschermen.<br />

Hin<strong>de</strong>rt het speeksel(verlies) u in uw contacten met an<strong>de</strong>ren?<br />

Nee, het speekselverlies hin<strong>de</strong>rt me niet in contacten met an<strong>de</strong>ren.<br />

Nee, ik moet meer opletten in contact met an<strong>de</strong>ren, maar dat hin<strong>de</strong>rt me<br />

niet.<br />

Ja, ik moet erg opletten, want ik weet dat an<strong>de</strong>ren mijn speekselverlies<br />

kunnen zien.<br />

Ja, ik probeer contacten te vermij<strong>de</strong>n als ik last heb <strong>van</strong> speekselverlies.<br />

Ja, ik merk vaak dat ook an<strong>de</strong>ren contact met mij vermij<strong>de</strong>n.<br />

Beperkt het speeksel(verlies) u in activiteiten (werk, hobby)?<br />

Nee, het speekselverlies hin<strong>de</strong>rt me niet in mijn activiteiten.<br />

Nee, ik moet meer opletten als ik bezig ben, maar dat hin<strong>de</strong>rt me niet.<br />

Ja, ik moet erg opletten als ik bezig ben en het kost extra moeite (spullen<br />

schoonmaken e.d.).<br />

Ja, door het speekselverlies ben ik dui<strong>de</strong>lijk beperkt in mijn activiteiten.<br />

Ja, door het speekselverlies kan ik veel activiteiten die belangrijk voor me<br />

zijn, helaas niet meer doen.<br />

In hoeverre zit het speeksel(verlies) u dwars?<br />

Niet <strong>van</strong> toepassing: ik heb er geen moeite mee.<br />

Het speekselverlies zit me een beetje dwars.<br />

Ik vind het speekselverlies nogal lastig, maar er zijn ergere dingen.<br />

Het speekselverlies zit me erg dwars, want ik heb er veel last <strong>van</strong>.<br />

Ik vind het speekselverlies het ergste <strong>van</strong> mijn <strong>ziekte</strong>.<br />

Bijlagen<br />

139


140<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Bijlage 11 Medicatie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Groep Werking Stofnaam Preparaat<br />

1. Levodopa – combinatie <strong>van</strong><br />

levodopa en<br />

<strong>de</strong>carboxylaseremmer;<br />

– vermin<strong>de</strong>rt<br />

hypokinesie,<br />

spierstijfheid en in<br />

min<strong>de</strong>re mate tremor;<br />

– krachtigste mid<strong>de</strong>l.<br />

2. Dopamine-agonisten – dopamine(receptor)agonist:<br />

stimuleert <strong>de</strong><br />

dopaminereceptoren.<br />

3. COMT-remmers – in combinatie met<br />

levodopa om end-ofdose<br />

verschijnselen te<br />

vermin<strong>de</strong>ren.<br />

4. MAO-B-remmers – remt <strong>de</strong> afbraak<br />

<strong>van</strong> dopamine in <strong>de</strong><br />

hersenen;<br />

– verlengt en versterkt<br />

<strong>de</strong> werking <strong>van</strong><br />

gelijktijdig ingenomen<br />

levodopa.<br />

5. Anticholinergica – vermin<strong>de</strong>rt vrijwel<br />

uitsluitend tremoren;<br />

– neemt m.n. <strong>bij</strong> jonge<br />

mensen nog maar<br />

een kleine plaats in <strong>bij</strong><br />

behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>.<br />

6. Amantadine<br />

– vermin<strong>de</strong>rt spierstijfheid,<br />

akinesie en in<br />

min<strong>de</strong>re mate tremor;<br />

– min<strong>de</strong>r werkzaam dan<br />

levodopa;<br />

– later in <strong>ziekte</strong> vrij goed<br />

effect op dyskinesieën.<br />

levodopa/<br />

benserazi<strong>de</strong><br />

levodopa/<br />

carbidopa<br />

levodopa/<br />

carbidopa/<br />

entacapon<br />

Madopar®<br />

Sinemet®<br />

Stalevo®<br />

bromocriptine Parlo<strong>de</strong>l®<br />

pergoli<strong>de</strong> Permax®<br />

ropinirol Requip®<br />

pramipexol Sifrol®<br />

apomorfine<br />

(subcutane<br />

injectie)<br />

APO-go®<br />

entacapon Comtan®<br />

selegiline El<strong>de</strong>pryl®<br />

rasagiline Azilect®<br />

trihexyfenidyl Artane®<br />

biperi<strong>de</strong>en Akineton®<br />

amantadine Symmetrel®


Bijwerkingen<br />

De voornaamste <strong>bij</strong>werkingen zijn:<br />

– verwardheid, hallucinaties, wanen;<br />

– slaapstoornissen;<br />

– responsfluctuaties (‘peak-dose’ dyskinesie en ‘end-of dose’ akinesie)<br />

– misselijkheid, droge mond, orthostase.<br />

Innemen<br />

Alle medicijnen dienen met water of tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> maaltijd te wor<strong>de</strong>n ingenomen,<br />

behalve <strong>de</strong> levodopapreparaten, die een half uur voor <strong>de</strong> maaltijd of een uur<br />

na <strong>de</strong> maaltijd moeten wor<strong>de</strong>n ingenomen, maar niet met eiwitrijk voedsel<br />

(melkproducten).<br />

COMT-remmers en MAO-B-remmers dienen altijd samen met het levodopapreparaat<br />

te wor<strong>de</strong>n ingenomen.<br />

Bijlagen<br />

141


142<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Bijlage 12 Gewenste wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie<br />

voor <strong>de</strong> meerwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> logopedie <strong>bij</strong> <strong>de</strong><br />

<strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Dit is een kort en <strong>de</strong>rhalve onvolledig overzicht <strong>van</strong> vragen die op dit moment<br />

niet met wetenschappelijke evi<strong>de</strong>ntie kunnen wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rbouwd. Mogelijk<br />

kunnen ze <strong>bij</strong> <strong>de</strong> herziening <strong>van</strong> <strong>de</strong> richtlijn aan <strong>de</strong> or<strong>de</strong> komen en beantwoord<br />

wor<strong>de</strong>n.<br />

Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> het spreken<br />

1 Wat is <strong>de</strong> (kosten)effectiviteit <strong>van</strong> PLVT op <strong>de</strong> verstaanbaarheid en kwaliteit<br />

<strong>van</strong> leven <strong>van</strong> parkinsonpatiënten?<br />

2 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> intensiteit <strong>van</strong> behan<strong>de</strong>len met PLVT?<br />

a Wat zijn <strong>de</strong> kenmerken <strong>van</strong> parkinsonpatiënten die ten minste driemaal<br />

per week moeten wor<strong>de</strong>n behan<strong>de</strong>ld?<br />

b Zijn er parkinsonpatiënten die kunnen volstaan met één- à tweemaal<br />

per week behan<strong>de</strong>len en zo ja, wat zijn hun kenmerken (in termen <strong>van</strong><br />

<strong>ziekte</strong>-ernst, dysartrie-ernst, cognitieve vaardighe<strong>de</strong>n, enzovoort)?<br />

3 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> computersystemen die zelfstandig oefenen volgens<br />

PLVT mogelijk maken, op het resultaat, <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>lduur en <strong>de</strong> effectduur?<br />

4 Wat is <strong>de</strong> beste behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> stotterend spreken <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> het slikken<br />

5 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> eenvoudige specifieke compensaties en cues op <strong>de</strong><br />

frequentie <strong>van</strong> verslikken en <strong>de</strong> ernst <strong>van</strong> ervaren slikklachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten?<br />

6 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> specifieke (intensieve) sliktrainingen op ernstige<br />

slikklachten <strong>van</strong> parkinsonpatiënten?<br />

Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies<br />

7 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> eenvoudige specifieke compensaties en cues op <strong>de</strong><br />

frequentie en ernst <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?<br />

8 Wat is <strong>de</strong> invloed <strong>van</strong> specifieke (intensieve) oefeningen op speekselverlies<br />

<strong>bij</strong> parkinsonpatiënten?


Bijlage 13 Evi<strong>de</strong>ntietabellen<br />

Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> hypokinetische dysartrie <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Resultaten<br />

Followup<br />

Interventie Controleinterventie<br />

Patiënten<br />

kenmerken<br />

Aantal<br />

patiënten<br />

Studie<br />

type<br />

Auteur Jaar Mate<br />

<strong>van</strong><br />

bewijs<br />

Geen Lange lijst <strong>van</strong> an<strong>de</strong>re uitkomsten, waaron<strong>de</strong>r<br />

zowel <strong>bij</strong> <strong>de</strong> mannen als <strong>de</strong> vrouwen die <strong>de</strong> LSVT<br />

kregen toename <strong>van</strong> <strong>de</strong> luidheid met resp. 13.96<br />

dB en 9.89 dB. De vrouwen die RET kregen gingen<br />

gem. 1.99 dB omhoog en <strong>de</strong> mannen gingen gem.<br />

3.13 dB omlaag.<br />

Lezen: <strong>bij</strong> <strong>de</strong> mannen en <strong>de</strong> vrouwen die <strong>de</strong> LSVT<br />

kregen nam <strong>de</strong> luidheid toe met resp. 9.13 dB en<br />

3.39 dB. De vrouwen die RET kregen gingen 3.45<br />

dB gem. omhoog en <strong>de</strong> mannen gingen gem. 1.92<br />

dB omhoog.<br />

A<strong>de</strong>mtherapie (RET)<br />

16 x 50 min. (4 wk)<br />

LSVT<br />

IPD<br />

Ramig 1995 A2 RCT 45<br />

gem 64 jaar, H&Y<br />

stadium gem. 2.5<br />

(26 vs 19)<br />

16 x 50 min. (4 wk)<br />

Geen Een significant beter larynxbeeld na behan<strong>de</strong>ling<br />

met LSVT en geen toename <strong>van</strong> supraglottische<br />

hyperfunctie na behan<strong>de</strong>ling.<br />

RET<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

LSVT<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

IPD<br />

(zie Ramig 1995)<br />

22<br />

uit Ramig<br />

(1995)<br />

Smith 1995 B cohortstudie<br />

Alleen LSVT-groep significante toename luidheid<br />

meteen na behan<strong>de</strong>ling, na 6 mnd en na 12<br />

mnd ; geen significante verschillen voor <strong>de</strong><br />

controlegroep.<br />

Bij hardop lezen: voor bei<strong>de</strong> groepen een<br />

significante toename direct na behan<strong>de</strong>ling, maar<br />

alleen voor LSVT groep ook nog na 6 mnd. en<br />

na 12 mnd.<br />

Monoloog: voor LSVT-groep significante toename<br />

direct na behan<strong>de</strong>ling, maar niet meer na 6 en 12<br />

mnd. Geen veran<strong>de</strong>ringen voor <strong>de</strong> controlegroep<br />

Na 6 en 12<br />

maan<strong>de</strong>n<br />

A<strong>de</strong>mtherapie<br />

(RET)<br />

LSVT<br />

IPD<br />

Ramig 1996 A2 RCT 35<br />

LSVT-groep:<br />

gem. 63.2 jr<br />

H&Y gem. 2.63<br />

RET-groep:<br />

65.3 jr<br />

H&Y gem. 2.25<br />

(22 vs 13)<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

Geen Na 6 mnd Verschil in LSVT-groep tussen baseline en na<br />

behan<strong>de</strong>ling was 8 dB en tussen baseline en na 6<br />

maan<strong>de</strong>n 6 dB (significant verschillen en dui<strong>de</strong>lijk<br />

hoorbaar).<br />

Significant verschil tussen LSVT-groep en<br />

controlegroep voor aangehou<strong>de</strong>n klank en lezen,<br />

maar niet voor monoloog en beschrijven.<br />

LSVT<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

Ramig 2001a A2 RCT 31 IPD<br />

14 IPD-interventie<br />

15 IPD-controle en<br />

14 controle gezon<strong>de</strong><br />

personen<br />

Bijlagen<br />

143


144<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Resultaten<br />

Followup<br />

Interventie Controleinterventie<br />

Patiënten<br />

kenmerken<br />

Aantal<br />

patiënten<br />

Studie<br />

type<br />

Auteur Jaar Mate<br />

<strong>van</strong><br />

bewijs<br />

LSVT: significante veran<strong>de</strong>ring in volume voor<br />

drie spreektaken ook nog na 24 mnd.<br />

RET: alleen significante veran<strong>de</strong>ring in volume<br />

direct na <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling..<br />

Vergelijkingen tussen <strong>de</strong> groepen: gem. intensiteit<br />

(SPL) was significant hoger voor <strong>de</strong> LSVT groep<br />

dan voor <strong>de</strong> RET groep na 24 maan<strong>de</strong>n, echter<br />

Follow-up<br />

2 jaar na<br />

studie<br />

Ramig<br />

1995<br />

RET<br />

LSVT<br />

IPD<br />

Ramig 2001b B cohortstudie 33<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

(zie Ramig 1995)<br />

21 vs 12<br />

(uit Ramig<br />

1995)<br />

niet <strong>bij</strong> monoloog.<br />

Vergelijking <strong>van</strong> vi<strong>de</strong>o-opnamen <strong>van</strong> voor en na<br />

<strong>de</strong> LSVT-behan<strong>de</strong>ling (1 pt. viel af <strong>van</strong>wege te<br />

weinig beeldmateriaal).<br />

Een significant groepsverschil voor betrokkenheid<br />

maar niet voor mobiliteit.<br />

Geen<br />

RET<br />

LSVT<br />

IPD<br />

Spielman 2003 B RCT 44 (zie Ramig<br />

1995)<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

16x 1 uur (4 wk)<br />

Zie Ramig 1995<br />

Geen Met klank aanhou<strong>de</strong>n, naspreken en lezen directe<br />

vergelijkbare en significante toename <strong>van</strong> luidheid<br />

met PLVT-instructie en LSVT-instructie. Echter<br />

met LSVT-instructie ook (ongewenste) toename<br />

<strong>van</strong> toonhoogte en met PLVT-instructie niet.<br />

Spontaan resp. met<br />

LSVT-instructie<br />

<strong>de</strong> Swart 2003 B cohortstudie 32 IPD Met PLVTinstructie<br />

(luid en<br />

laag)


Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten<br />

Resultaten (effectmaten)<br />

Followup<br />

Interventie Controleinterventie<br />

Patiënten<br />

kenmerken<br />

Studietype Aantal<br />

patiënten<br />

Auteur Jaar Mate <strong>van</strong><br />

bewijs<br />

n.v.t. Nekflexie t.o.v neutrale<br />

hoofdhouding duwt <strong>de</strong> tongbasis<br />

met <strong>de</strong> epiglottis meer naar<br />

achteren en vernauwt <strong>de</strong> farynx<br />

en <strong>de</strong> larynxingang en beschermt<br />

daarmee tegen aspiratie.<br />

Hoofd gebogen (nekflexie) Neutrale<br />

hoofdhouding<br />

Welch 1993 C observationeel 30 30-94 jaar, verwezen voor<br />

slikvi<strong>de</strong>o<br />

Hoofd gebogen (nekflexie) Geen n.v.t. Patiënten <strong>bij</strong> wie nekflexie<br />

niet werkzaam was, had<strong>de</strong>n<br />

residu in <strong>de</strong> sinus piriformes,<br />

waarschij<strong>nl</strong>ijk als gevolg <strong>van</strong><br />

faryngeale dysfunctie, dus een<br />

ernstiger slikstoornis.<br />

Shanahan 1993 C observationeel 30 30-84 jaar:15 nekflexie<br />

werkzaam, 15 niet<br />

werkzaam<br />

Geen Geen Na 1x 20 minuten training<br />

significant kortere PMT,<br />

d.w.z. snellere slikinzet <strong>bij</strong><br />

parkinsonpatiënten; <strong>bij</strong> gezon<strong>de</strong>n<br />

geen verschil<br />

1x 20 minuten: oefeningen<br />

voor tongmotoriek,<br />

nek, en schou<strong>de</strong>rs;<br />

toon aanhou<strong>de</strong>n;<br />

Men<strong>de</strong>lssohnmanoeuvre<br />

IPD, 53 tot 80 jaar; H &<br />

Y 3 of 4.<br />

Nagaya 2000 B cohortstudie 10 IPD en<br />

12 gezon<strong>de</strong><br />

controles<br />

n.v.t. Tongdruk en hyoïdheffing zijn <strong>bij</strong><br />

krachtig slikken significant groter<br />

Krachtig slikken Gewoon<br />

slikken<br />

n.v.t. Bij 4 <strong>van</strong> <strong>de</strong> 8 enige verbetering<br />

<strong>bij</strong> krachtig slikken.<br />

Krachtig slikken Gewoon<br />

slikken<br />

Hind 2001 C observationeel 64 Gezon<strong>de</strong> mannen en<br />

vrouwen tussen 45 en<br />

93 jaar<br />

Bülow 2001 C observationeel 8 4 mannen en 4 vrouwen<br />

tussen gem. 70 jaar<br />

El Sharkawi 2002 B cohortstudie 8 IPD met slikstoornis LSVT, 4 weken Geen Geen Afname <strong>van</strong> frequentie <strong>van</strong> orale<br />

en faryngeale afwijkingen met<br />

50%.<br />

Betere slikefficiëntie alleen met<br />

drinken uit een beker.<br />

Geen Geen Aspiratie bleef uit <strong>bij</strong> 68% <strong>bij</strong><br />

nekflexie (PD 59%), 63% <strong>bij</strong><br />

nectardikte (PD 54%) en 53% <strong>bij</strong><br />

honingdikte (44%).<br />

3 interventies in random<br />

or<strong>de</strong>r: nekflexie,<br />

nectardikte, honingdikte<br />

Logemann 2008 B cohortstudie 711 228 PD, 351 <strong>de</strong>mentie,<br />

132 PD + <strong>de</strong>mentie:<br />

aantoonbare aspiratie <strong>van</strong><br />

vloeistoffen<br />

Bijlagen<br />

145


146<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

Behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> speekselverlies <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Follow-up Resultaten (effectmaten)<br />

Interventie Controleinterventie<br />

Patiënten<br />

kenmerken<br />

Aantal<br />

patiënten<br />

Studietype<br />

Auteur Jaar Mate<br />

<strong>van</strong><br />

bewijs<br />

3 maan<strong>de</strong>n Verbetering op schaal (0-15) <strong>van</strong> 10 naar 5.5 in <strong>de</strong><br />

behan<strong>de</strong>lgroep, maar significantie onbekend; 60% <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

patiënten noteer<strong>de</strong> verbetering.<br />

Geen dui<strong>de</strong>lijke vergelijking met controles.<br />

Over follow-up alleen <strong>de</strong> opmerking dat <strong>de</strong> resultaten na 3<br />

maan<strong>de</strong>n waren afgenomen.<br />

Geen<br />

behan<strong>de</strong>ling<br />

of botulineinjecties,<br />

zon<strong>de</strong>r<br />

vermelding<br />

locatie of<br />

dosering<br />

Broche die tikt<br />

(frequentie niet<br />

genoemd): <strong>bij</strong><br />

elke tik moet <strong>de</strong><br />

patiënt slikken.<br />

Vier weken,<br />

dagelijks een<br />

half uur<br />

PD, in staat om<br />

op commando<br />

te slikken<br />

Marks 2001 C case series 21<br />

(6 vs 15)


Diagnostiek <strong>van</strong> slikstoornissen <strong>bij</strong> parkinsonpatiënten.<br />

Patiënten kenmerken In<strong>de</strong>xtest Referentietest Outcome Resultaten<br />

Studietype Aantal<br />

patiënten<br />

Auteur Jaar Mate<br />

<strong>van</strong><br />

bewijs<br />

positief<br />

voorspellen<strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong> 64%,<br />

negatief<br />

voorspellen<strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong> 93%<br />

voorspellen<strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong>n<br />

orofaryngeaal<br />

on<strong>de</strong>rzoek en<br />

vrage<strong>nl</strong>ijst naar<br />

slikstoornissen<br />

sliksnelheidstest<br />

met 150 ml en<br />

afkapwaar<strong>de</strong> 10 ml/s<br />

Nathadwarawala 1994 B vali<strong>de</strong>rings-on<strong>de</strong>rzoek 90 poliklinische patiënten <strong>van</strong><br />

een poli neurologie<br />

positief<br />

voorspellen<strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong> 97%,<br />

negatief<br />

voorspellen<strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong> 89%<br />

waar<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

‘dysphagia<br />

limit’<br />

‘overt’ (son<strong>de</strong>voeding<br />

of ‘suspected’ dysfagie<br />

(moeite met slikken)<br />

‘dysphagia limit’,<br />

d.w.z. 20 ml water in<br />

één keer wegslikken<br />

Ertekin 1998 C cohortstudie 252 75 gezon<strong>de</strong> vrijwilligers, 149<br />

chronische neurologische<br />

dysfagiepatiënten en 28<br />

neurologische patiënten<br />

zon<strong>de</strong>r een slikstoornis<br />

positief<br />

voorspellen<strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong> 72%,<br />

negatief<br />

voorspellen<strong>de</strong><br />

waar<strong>de</strong> 100%<br />

slikklachten objectieve<br />

slikstoornis<br />

(‘dysphagia<br />

limit’) versus<br />

slikklachten<br />

‘dysphagia limit’,<br />

d.w.z. 20 ml water in<br />

één keer wegslikken<br />

poliklinische<br />

parkinsonpatiënten en<br />

gezon<strong>de</strong>n<br />

18 PD, 22<br />

gezon<strong>de</strong>n<br />

Potulska 2004 C observationeel<br />

on<strong>de</strong>rzoek (o.a. geen<br />

blin<strong>de</strong>ring)<br />

Opmerking: voor klinimetrisch on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> betrouwbaarheid en validiteit <strong>van</strong> ernstschalen of vrage<strong>nl</strong>ijsten bestaat geen classificatie <strong>van</strong> bewijskracht.<br />

Dergelijke studies in <strong>de</strong> richtlijn kunnen dus niet wor<strong>de</strong>n geclasseerd. Ze wor<strong>de</strong>n daarom on<strong>de</strong>r niveau C on<strong>de</strong>rgebracht en zijn niet in <strong>de</strong> evi<strong>de</strong>ntietabellen<br />

opgenomen.<br />

Bijlagen<br />

147


Literatuur<br />

(1) Morris MS, Iansek RN. <strong>Parkinson</strong>’s disease: a team approach. Melbourne, Australia:<br />

Buscombe Vicprint; 1997.<br />

(2) Marigliani C, Gates S, Jacks D. Speech Pathology and <strong>Parkinson</strong>’s Disease. In: Morris<br />

MS, Iansek RN, editors. <strong>Parkinson</strong>’s disease: a team approach. Melbourne, Australia:<br />

Buscombe Vicprint; 1997.<br />

(3) Miller N, Noble E, Jones D, Burn D. Life with communication changes in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. Age Ageing 2006 May;35(3):235-9.<br />

(4) Trail M, Fox C, Ramig LO, Sapir S, Howard J, Lai EC. Speech treatment for <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. NeuroRehabilitation 2005;20(3):205-21.<br />

(5) Miller N, Noble E, Jones D, Burn D. Hard to swallow: dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

Age Ageing 2006 Nov;35(6):614-8.<br />

(6) Kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO. Multidisciplinaire richtlijn voor<br />

diagnostiek en behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong> (in ontwikkeling). Utrecht:<br />

CBO; 2008.<br />

(7) Greene MC, Watson BW, Gay P, Townsend DB. A therapeutic speech amplifier and its<br />

use in speech therapy. Journal of Laryngology and Otology 86[6], 595-605. 1972.<br />

(8) Schulz GM, Grant MK. Effects of speech therapy and pharmacologic and surgical<br />

treatments on voice and speech in <strong>Parkinson</strong>’s disease: a review of the literature.<br />

J Commun Disord 2000 Jan;33(1):59-88.<br />

(9) Pinto S, Ozsancak C, Tripoliti E, Thobois S, Limousin-Dowsey P, Auzou P. Treatments<br />

for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet Neurol 2004 Sep;3(9):547-56.<br />

(10) Deane KH, Ellis-Hill C, Jones D, Whurr R, Ben Shlomo Y, Playford ED, et al. Systematic<br />

review of paramedical therapies for <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2002<br />

Sep;17(5):984-91.<br />

(11) Suchowersky O, Gronseth G, Perlmutter J, Reich S, Zesiewicz T, Weiner WJ. Practice<br />

Parameter: neuroprotective strategies and alternative therapies for <strong>Parkinson</strong> disease<br />

(an evi<strong>de</strong>nce-based review): report of the Quality Standards Subcommittee of the<br />

American Aca<strong>de</strong>my of Neurology. Neurology 2006 Apr 11;66(7):976-82.<br />

(12) Nijkrake M, Bloem BR, Mulleners W, Oostendorp R, Munneke M. Referral to nonpharmacological<br />

interventions in <strong>Parkinson</strong>’s disease. <strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord<br />

2005;11(Supplement 2):S249.<br />

(13) Kalf H, Munneke M. <strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie<br />

80[2], 36-40. 2008.<br />

(14) Kwaliteitsinstituut voor <strong>de</strong> gezondheidszorg CBO. Evi<strong>de</strong>nce-based Richtlijnontwikkeling.<br />

Handleiding voor werkgroeple<strong>de</strong>n. November 2007 ed. Utrecht: Kwaliteitsinstituut<br />

voor <strong>de</strong> Gezondheidszorg CBO: ; 2007.<br />

149


150<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

(15) Everdingen JV, Burgers JS, Assen<strong>de</strong>lft WJJ <strong>van</strong>, Swinkels JA, <strong>van</strong> Barneveld TA, <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

Klun<strong>de</strong>rt JLM. Evi<strong>de</strong>nce-based richtlijnontwikkeling. Een leidraad voor <strong>de</strong> praktijk.<br />

Houten: Bohn Stafleu Van Loghum; 2004.<br />

(16) Deane KH, Whurr R, Playford ED, Ben-Shlomo Y, Clarke CE. A comparison of speech<br />

and language therapy techniques for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane<br />

Database Syst Rev 2001;(2):CD002814.<br />

(17) Deane KH, Whurr R, Playford ED, Ben-Shlomo Y, Clarke CE. Speech and language<br />

therapy for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane Database Syst Rev<br />

2001;(2):CD002812.<br />

(18) Deane KH, Whurr R, Clarke CE, Playford ED, Ben Shlomo Y. Non-pharmacological<br />

therapies for dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane Database Syst Rev<br />

2001;(1):CD002816.<br />

(19) Keus SHJ, Hendriks HJM, Bloem BR, Bre<strong>de</strong>ro-Cohen AB, Goe<strong>de</strong> CJT <strong>de</strong>, <strong>van</strong> Haaren<br />

M, et al. KNGF-richtlijn Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Amersfoort: Koninklijk Ne<strong>de</strong>rlands<br />

Genootschap voor Fysiotherapie; 2004.<br />

(20) Sturkenboom IHWM, Thijssen MCE, Gons-<strong>van</strong> Elsacker JJ, Jansen IJH, Maasdam<br />

A, Schulten M, et al. Ergotherapie <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Utrecht: Ergotherapie<br />

Ne<strong>de</strong>rland/Lemma, 2008.<br />

(21) The AGREE Collaboration. Appraisal of Gui<strong>de</strong>lines for Research & Evaluation (AGREE)<br />

Instrument. 2001.<br />

(22) Samii A, Nutt JG, Ransom BR. <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet 2004 May 29;363(9423):<br />

1783-93.<br />

(23) Wolters EC, Van Laar T. Bewegingsstoornissen. Amsterdam: VU Uitgeverij; 2002.<br />

(24) Maitra KK, Dasgupta AK. Incoordination of a sequential motor task in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. Occup Ther Int 2005;12(4):218-33.<br />

(25) Gentilucci M, Negrotti A. Planning and executing an action in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

Mov Disord 1999 Jan;14(1):69-79.<br />

(26) San<strong>de</strong>rs Er. <strong>Parkinson</strong> handboek, een beknopte leidraad voor <strong>de</strong> praktijk. 2nd ed.<br />

Utrecht: Aca<strong>de</strong>mic Pharmaceutical Productions BV; 2007.<br />

(27) Garber CE, Friedman JH. Effects of fatigue on physical activity and function in<br />

patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neurology 2003 Apr 8;60(7):1119-24.<br />

(28) Friedman JH, Brown RG, Comella C, Garber CE, Krupp LB, Lou JS, et al. Fatigue in<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease: a review. Mov Disord 2007 Feb 15;22(3):297-308.<br />

(29) Herlofson K, Larsen JP. The influence of fatigue on health-related quality of life in<br />

patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Acta Neurol Scand 2003 Jan;107(1):1-6.<br />

(30) Ziv I, Avraham M, Michaelov Y, Djal<strong>de</strong>tti R, Dressler R, Zoldan J, et al. Enhanced<br />

fatigue during motor performance in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neurology<br />

1998 Dec;51(6):1583-6.<br />

(31) Friedman JH, Brown RG, Comella C, Garber CE, Krupp LB, Lou JS, et al. Fatigue in<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease: a review. Mov Disord 2007 Feb 15;22(3):297-308.<br />

(32) Muslimovic D, Post B, Speelman JD, Schmand B. Cognitive profile of patients with<br />

newly diagnosed <strong>Parkinson</strong> disease. Neurology 2005 Oct 25;65(8):1239-45.


(33) Cools R, Barker RA, Sahakian BJ, Robbins TW. Mechanisms of cognitive set flexibility<br />

in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Brain 2001 Dec;124(Pt 12):2503-12.<br />

(34) Bronnick K, Ehrt U, Emre M, De Deyn PP, Wesnes K, Tekin S, et al. Attentional <strong>de</strong>ficits<br />

affect activities of daily living in <strong>de</strong>mentia-associated with <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

J Neurol Neurosurg Psychiatry 2006 Oct;77(10):1136-42.<br />

(35) Zgaljardic DJ, Borod JC, Foldi NS, Mattis P. A review of the cognitive and behavioral<br />

sequelae of <strong>Parkinson</strong>’s disease: relationship to frontostriatal circuitry. Cogn Behav<br />

Neurol 2003 Dec;16(4):193-210.<br />

(36) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Borm GF, Cools AR. Memory performance<br />

un<strong>de</strong>r varying cueing conditions in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neuropsychologia<br />

1996 Dec;34(12):1159-64.<br />

(37) Zgaljardic DJ, Borod JC, Foldi NS, Mattis P. A review of the cognitive and behavioral<br />

sequelae of <strong>Parkinson</strong>’s disease: relationship to frontostriatal circuitry. Cogn Behav<br />

Neurol 2003 Dec;16(4):193-210.<br />

(38) Aarsland D, Bronnick K, Ehrt U, De Deyn PP, Tekin S, Emre M, et al. Neuropsychiatric<br />

symptoms in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease and <strong>de</strong>mentia: frequency, profile and<br />

associated care giver stress. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2007 Jan;78(1):36-42.<br />

(39) Weintraub D, Moberg PJ, Duda JE, Katz IR, Stern MB. Effect of psychiatric and other<br />

nonmotor symptoms on disability in <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Am Geriatr Soc 2004<br />

May;52(5):784-8.<br />

(40) Adler CH. Nonmotor complications in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2005;20<br />

Suppl 11:S23-S29.<br />

(41) Davidsdottir S, Cronin-Golomb A, Lee A. Visual and spatial symptoms in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. Vision Res 2005 May;45(10):1285-96.<br />

(42) Uc EY, Rizzo M, An<strong>de</strong>rson SW, Qian S, Rodnitzky RL, Dawson JD. Visual dysfunction<br />

in <strong>Parkinson</strong> disease without <strong>de</strong>mentia. Neurology 2005 Dec 27;65(12):1907-13.<br />

(43) Hartelius L, Svensson P. [<strong>Parkinson</strong> disease and multiple sclerosis often cause speech<br />

and swallowing disor<strong>de</strong>rs]. Lakartidningen 1992 Feb 26;89(9):654, 659-4, 660.<br />

(44) Ho AK, Iansek R, Marigliani C, Bradshaw JL, Gates S. Speech impairment in a large<br />

sample of patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Behav Neurol 1998;11(3):131-7.<br />

(45) Muller J, Wenning GK, Verny M, McKee A, Chaudhuri KR, Jellinger K, et al. Progression<br />

of dysarthria and dysphagia in postmortem-confirmed parkinsonian disor<strong>de</strong>rs.<br />

Arch Neurol 2001 Feb;58(2):259-64.<br />

(46) Darley FL, Aronson AE, Brown JR. Motor speech disor<strong>de</strong>rs. Phila<strong>de</strong>lphia: Saun<strong>de</strong>rs<br />

Company; 1975.<br />

(47) Moreau C, Ozsancak C, Blatt JL, Derambure P, Destee A, Defebvre L. Oral festination<br />

in <strong>Parkinson</strong>’s disease: biomechanical analysis and correlation with festination and<br />

freezing of gait. Mov Disord 2007 Jul 30;22(10):1503-6.<br />

(48) Alm PA. Stuttering and the basal ganglia circuits: a critical review of possible relations.<br />

J Commun Disord 2004 Jul;37(4):325-69.<br />

(49) Ho AK, Bradshaw JL, Iansek T. Volume perception in parkinsonian speech. Mov<br />

Disord 2000 Nov;15(6):1125-31.<br />

Literatuur<br />

151


152<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

(50) Ho AK, Iansek R, Bradshaw JL. Regulation of parkinsonian speech volume: the effect<br />

of interlocuter distance. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1999 Aug;67(2):199-202.<br />

(51) Grossman M, Glosser G, Kalmanson J, Morris J, Stern MB, Hurtig HI. Dopamine<br />

supports sentence comprehension in <strong>Parkinson</strong>’s Disease. J Neurol Sci 2001 Mar<br />

1;184(2):123-30.<br />

(52) Angwin AJ, Chenery HJ, Copland DA, Murdoch BE, Silburn PA. The speed of<br />

lexical activation is altered in <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Clin Exp Neuropsychol 2007<br />

Jan;29(1):73-85.<br />

(53) Boulenger V, Mechtouff L, Thobois S, Broussolle E, Jeannerod M, Nazir TA. Word<br />

processing in <strong>Parkinson</strong>’s disease is impaired for action verbs but not for concrete<br />

nouns. Neuropsychologia 2008 Jan 31;46(2):743-56.<br />

(54) Johnston BT, Li Q, Castell JA, Castell DO. Swallowing and esophageal function in<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease. Am J Gastroenterol 1995 Oct;90(10):1741-6.<br />

(55) Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJM, Zwarts MJ, Munneke M, Bloem BR. Frequency of oral motor<br />

impairments in <strong>Parkinson</strong>’s disease and implications for referral to speech therapists.<br />

Movement Disor<strong>de</strong>rs 23[Supplement 1], S328. 2008.<br />

(56) Potulska A, Friedman A, Krolicki L, Spychala A. Swallowing disor<strong>de</strong>rs in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. <strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2003 Aug;9(6):349-53.<br />

(57) Volonte MA, Porta M, Comi G. Clinical assessment of dysphagia in early phases of<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease. Neurol Sci 2002 Sep;23 Suppl 2:S121-S122.<br />

(58) Manor Y, Giladi N, Cohen A, Fliss DM, Cohen JT. Validation of a swallowing disturbance<br />

questionnaire for <strong>de</strong>tecting dysphagia in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov<br />

Disord 2007 Oct 15;22(13):1917-21.<br />

(59) Lam K, Lam FK, Lau KK, Chan YK, Kan EY, Woo J, et al. Simple clinical tests may<br />

predict severe oropharyngeal dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2007 Apr<br />

15;22(5):640-4.<br />

(60) Monte FS, da Silva-Junior FP, Braga-Neto P, Nobre e Souza MA, Sales dB, V. Swallowing<br />

abnormalities and dyskinesia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2005<br />

Apr;20(4):457-62.<br />

(61) Hunter PC, Crameri J, Austin S, Woodward MC, Hughes AJ. Response of parkinsonian<br />

swallowing dysfunction to dopaminergic stimulation. J Neurol Neurosurg Psychiatry<br />

1997 Nov;63(5):579-83.<br />

(62) Ertekin C, Tarlaci S, Aydogdu I, Kiylioglu N, Yuceyar N, Turman AB, et al. Electrophysiological<br />

evaluation of pharyngeal phase of swallowing in patients with <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. Mov Disord 2002 Sep;17(5):942-9.<br />

(63) Fernan<strong>de</strong>z HH, Lapane KL. Predictors of mortality among nursing home resi<strong>de</strong>nts<br />

with a diagnosis of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Med Sci Monit 2002 Apr;8(4):CR241-CR246.<br />

(64) Chou KL, Evatt M, Hinson V, Kompoliti K. Sialorrhea in <strong>Parkinson</strong>’s disease: a review.<br />

Mov Disord 2007 Dec;22(16):2306-13.<br />

(65) Tan EK. Botulinum toxin treatment of sialorrhea: comparing different therapeutic<br />

preparations. Eur J Neurol 2006 Feb;13 Suppl 1:60-4.<br />

(66) Potulska A, Friedman A. Controlling sialorrhoea: a review of available treatment<br />

options. Expert Opin Pharmacother 2005 Aug;6(9):1551-4.


(67) Kalf JG, Bleom BR, Zwarts MJ, De Swart BJM, Zwarts MJ. Causes of drooling in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. Movement Disor<strong>de</strong>rs 2008;23(Supplement 1):S328.<br />

(68) Tumilasci OR, Cersosimo MG, Belforte JE, Micheli FE, Benarroch EE, Pazo JH.<br />

Quantitative study of salivary secretion in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2006<br />

May;21(5):660-7.<br />

(69) Poewe WH, Wenning GK. The natural history of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol 1998<br />

Sep;44(3 Suppl 1):S1-S9.<br />

(70) Jankovic J, Kapadia AS. Functional <strong>de</strong>cline in <strong>Parkinson</strong> disease. Arch Neurol 2001<br />

Oct;58(10):1611-5.<br />

(71) Samii A, Nutt JG, Ransom BR. <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet 2004 May 29;363(9423):<br />

1783-93.<br />

(72) Hoehn MM, Yahr MD. <strong>Parkinson</strong>ism: onset, progression, and mortality. 1967. Neurology<br />

1998 Feb;50(2):318.<br />

(73) Keus SHJ, Hendriks HJM, Bloem BR, Bre<strong>de</strong>ro-Cohen AB, <strong>de</strong> Goe<strong>de</strong> CJT, <strong>van</strong> Haaren<br />

M, et al. KNGF-richtlijn Ziekte <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong>. Amersfoort: Koninklijk Genootschap<br />

voor Fysiotherapie; 2004. Report No.: V-19/2004.<br />

(74) Global <strong>Parkinson</strong>’s disease Survey Steering Comittee. Factors impacting on quality<br />

of life in <strong>Parkinson</strong>’s disease: results from an international survey. Mov Disord 2002<br />

Jan;17(1):60-7.<br />

(75) Poewe WH, Wenning GK. The natural history of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol 1998<br />

Sep;44(3 Suppl 1):S1-S9.<br />

(76) Jankovic J, Kapadia AS. Functional <strong>de</strong>cline in <strong>Parkinson</strong> disease. Arch Neurol 2001<br />

Oct;58(10):1611-5.<br />

(77) Marras C, Rochon P, Lang AE. Predicting motor <strong>de</strong>cline and disability in <strong>Parkinson</strong><br />

disease: a systematic review. Arch Neurol 2002 Nov;59(11):1724-8.<br />

(78) Poewe WH, Wenning GK. The natural history of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol 1998<br />

Sep;44(3 Suppl 1):S1-S9.<br />

(79) Alves G, Wentzel-Larsen T, Aarsland D, Larsen JP. Progression of motor impairment<br />

and disability in <strong>Parkinson</strong> disease: a population-based study. Neurology 2005 Nov<br />

8;65(9):1436-41.<br />

(80) Marras C, Rochon P, Lang AE. Predicting motor <strong>de</strong>cline and disability in <strong>Parkinson</strong><br />

disease: a systematic review. Arch Neurol 2002 Nov;59(11):1724-8.<br />

(81) O’Shea S, Morris ME, Iansek R. Dual task interference during gait in people with<br />

<strong>Parkinson</strong> disease: effects of motor versus cognitive secondary tasks. Phys Ther 2002<br />

Sep;82(9):888-97.<br />

(82) Fahn S. The freezing phenomenon in parkinsonism. Adv Neurol 1995;67:53-63.<br />

(83) Kamsma YPT. Implications of motor and cognitive impairments for ADL and<br />

motor treatment of patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease [Dutch]. Ned Tijdschr Fysioth<br />

2004;114(3):59-62.<br />

(84) Morris ME. Movement disor<strong>de</strong>rs in people with <strong>Parkinson</strong> disease: a mo<strong>de</strong>l for physical<br />

therapy. Phys Ther 2000 Jun;80(6):578-97.<br />

(85) Fellows SJ, Noth J. Grip force abnormalities in <strong>de</strong> novo <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov<br />

Disord 2004 May;19(5):560-5.<br />

Literatuur<br />

153


154<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

(86) Lorefalt B, Granerus AK, Unosson M. Avoidance of solid food in weight losing ol<strong>de</strong>r<br />

patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Clin Nurs 2006 Nov;15(11):1404-12.<br />

(87) Huckabee ML, Pelletier CA. Management of Adult Neurogenic Dysphagia. New York:<br />

Thomson Delmar Learning; 2003.<br />

(88) Logemann JA. Slikstoornissen. On<strong>de</strong>rzoek en behan<strong>de</strong>ling. Lisse: Swets & Zeitlinger;<br />

2000.<br />

(89) Perlman AL, Schulze-Delrieu KS. Deglutition and its Disor<strong>de</strong>rs. San Diego: Singular<br />

Publishing Group; 1997.<br />

(90) Zgaljardic DJ, Borod JC, Foldi NS, Mattis P. A review of the cognitive and behavioral<br />

sequelae of <strong>Parkinson</strong>’s disease: relationship to frontostriatal circuitry. Cogn Behav<br />

Neurol 2003 Dec;16(4):193-210.<br />

(91) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Buytenhuijs EL, Cools AR. Executive<br />

functions and disease characteristics in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neuropsychologia 1996<br />

Jul;34(7):617-26.<br />

(92) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Cools AR. [Cognitive <strong>de</strong>ficits in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease]. Tijdschr Gerontol Geriatr 1998 Aug;29(4):189-95.<br />

(93) Cools AR, Van <strong>de</strong>n Bercken JH, Horstink MW, Van Spaendonck KP, Berger HJ. Cognitive<br />

and motor shifting aptitu<strong>de</strong> disor<strong>de</strong>r in <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurol Neurosurg<br />

Psychiatry 1984 May;47(5):443-53.<br />

(94) Bronnick K, Ehrt U, Emre M, De Deyn PP, Wesnes K, Tekin S, et al. Attentional <strong>de</strong>ficits<br />

affect activities of daily living in <strong>de</strong>mentia-associated with <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

J Neurol Neurosurg Psychiatry 2006 Oct;77(10):1136-42.<br />

(95) Van Spaendonck KP, Berger HJ, Horstink MW, Borm GF, Cools AR. Memory performance<br />

un<strong>de</strong>r varying cueing conditions in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Neuropsychologia<br />

1996 Dec;34(12):1159-64.<br />

(96) Van Gemmert AW, Teulings HL, Stelmach GE. <strong>Parkinson</strong>ian patients reduce their<br />

stroke size with increased processing <strong>de</strong>mands. Brain Cogn 2001 Dec;47(3):504-12.<br />

(97) Van Gemmert AW, Adler CH, Stelmach GE. <strong>Parkinson</strong>’s disease patients un<strong>de</strong>rshoot<br />

target size in handwriting and similar tasks. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2003<br />

Nov;74(11):1502-8.<br />

(98) Hartelius L, Svensson P. Speech and swallowing symptoms associated with <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease and multiple sclerosis: a survey. Folia Phoniatr Logop 1994;46(1):9-17.<br />

(99) Kalf JG, Smit AM, Bloem BR, Zwarts MJ, Munneke M. Impact of drooling in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

Disease. Journal of Neurology 2007;254:1227-32.<br />

(100) Global <strong>Parkinson</strong>’s disease Survey Steering Comittee. Factors impacting on quality<br />

of life in <strong>Parkinson</strong>’s disease: results from an international survey. Mov Disord 2002<br />

Jan;17(1):60-7.<br />

(101) Gage H, Hendricks A, Zhang S, Kazis L. The relative health related quality of life of<br />

veterans with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2003 Feb;74(2):163-9.<br />

(102) Slawek J, Derejko M, Lass P. Factors affecting the quality of life of patients with idiopathic<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease-a cross-sectional study in an outpatient clinic atten<strong>de</strong>es.<br />

<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2005 Nov;11(7):465-8.


(103) Gage H, Hendricks A, Zhang S, Kazis L. The relative health related quality of life of<br />

veterans with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurol Neurosurg Psychiatry 2003 Feb;74(2):163-9.<br />

(104) Slawek J, Derejko M, Lass P. Factors affecting the quality of life of patients with idiopathic<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease-a cross-sectional study in an outpatient clinic atten<strong>de</strong>es.<br />

<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2005 Nov;11(7):465-8.<br />

(105) Koplas PA, Gans HB, Wisely MP, Kuchibhatla M, Cutson TM, Gold DT, et al. Quality<br />

of life and <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Gerontol A Biol Sci Med Sci 1999 Apr;54(4):<br />

M197-M202.<br />

(106) Herlofson K, Larsen JP. The influence of fatigue on health-related quality of life in<br />

patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Acta Neurol Scand 2003 Jan;107(1):1-6.<br />

(107) Brown RG, Dittner A, Findley L, Wessely SC. The <strong>Parkinson</strong> fatigue scale. <strong>Parkinson</strong>ism<br />

Relat Disord 2005 Jan;11(1):49-55.<br />

(108) Schenkman M, Wei ZC, Cutson TM, Whetten-Goldstein K. Longitudinal evaluation<br />

of economic and physical impact of <strong>Parkinson</strong>’s disease. <strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord<br />

2001 Sep;8(1):41-50.<br />

(109) Benharoch J, Wiseman T. Participation in occupations: some experiences of patients<br />

with <strong>Parkinson</strong>’s disease. British Journal of Occupational Therapy (Br J Occup Ther)<br />

2004;67(9):380-7.<br />

(110) Marr JA. The experience of living with <strong>Parkinson</strong>’s disease. J Neurosci Nurs 1991<br />

Oct;23(5):325-9.<br />

(111) Nijhof G. Uncertainty and lack of trust with <strong>Parkinson</strong>’s disease. European journal of<br />

public health (Eur J Pub Health) 1996;6(1):58-63.<br />

(112) Martinez-Martin P, Ito-Leon J, Alonso F, Catalan MJ, Pondal M, Zamarbi<strong>de</strong> I, et al.<br />

Quality of life of caregivers in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Qual Life Res 2005 Mar;14(2):463-72.<br />

(113) Schrag A, Hovris A, Morley D, Quinn N, Jahanshahi M. Caregiver-bur<strong>de</strong>n in parkinson’s<br />

disease is closely associated with psychiatric symptoms, falls, and disability.<br />

<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2006 Jan;12(1):35-41.<br />

(114) Carter JH, Stewart BJ, Archbold PG, Inoue I, Jaglin J, Lannon M, et al. Living with a<br />

person who has <strong>Parkinson</strong>’s disease: the spouse’s perspective by stage of disease.<br />

<strong>Parkinson</strong>’s Study Group. Mov Disord 1998 Jan;13(1):20-8.<br />

(115) Aarsland D, Larsen JP, Karlsen K, Lim NG, Tandberg E. Mental symptoms in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease are important contributors to caregiver distress. Int J Geriatr Psychiatry<br />

1999 Oct;14(10):866-74.<br />

(116) Fernan<strong>de</strong>z HH, Tabamo RE, David RR, Friedman JH. Predictors of <strong>de</strong>pressive<br />

symptoms among spouse caregivers in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2001<br />

Nov;16(6):1123-5.<br />

(117) Schrag A, Hovris A, Morley D, Quinn N, Jahanshahi M. Caregiver-bur<strong>de</strong>n in parkinson’s<br />

disease is closely associated with psychiatric symptoms, falls, and disability.<br />

<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2006 Jan;12(1):35-41.<br />

(118) Edwards NE, Scheetz PS. Predictors of bur<strong>de</strong>n for caregivers of patients with <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. J Neurosci Nurs 2002 Aug;34(4):184-90.<br />

Literatuur<br />

155


156<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

(119) Schrag A, Hovris A, Morley D, Quinn N, Jahanshahi M. Caregiver-bur<strong>de</strong>n in parkinson’s<br />

disease is closely associated with psychiatric symptoms, falls, and disability.<br />

<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2006 Jan;12(1):35-41.<br />

(120) Martinez-Martin P, Forjaz MJ, Fra<strong>de</strong>s-Payo B, Rusinol AB, Fernan<strong>de</strong>z-Garcia JM,<br />

Ito-Leon J, et al. Caregiver bur<strong>de</strong>n in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2007 May<br />

15;22(7):924-31.<br />

(121) Calne DB, Snow BJ, Lee C. Criteria for diagnosing <strong>Parkinson</strong>’s disease. Ann Neurol<br />

1992;32 Suppl:S125-S127.<br />

(122) Gelb DJ, Oliver E, Gilman S. Diagnostic criteria for <strong>Parkinson</strong> disease. Arch Neurol<br />

1999 Jan;56(1):33-9.<br />

(123) Samii A, Nutt JG, Ransom BR. <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet 2004 May 29;363(9423):<br />

1783-93.<br />

(124) Hughes AJ, Daniel SE, Kilford L, Lees AJ. Accuracy of clinical diagnosis of idiopathic<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease: a clinico-pathological study of 100 cases. J Neurol Neurosurg<br />

Psychiatry 1992 Mar;55(3):181-4.<br />

(125) Tolosa E, Wenning G, Poewe W. The diagnosis of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet Neurol<br />

2006 Jan;5(1):75-86.<br />

(126) Ziekenfondsraad. Farmacotherapeutisch Kompas 2007. Amstelveen: Ziekenfondsraad;<br />

2007.<br />

(127) Horstink M, Tolosa E, Bonuccelli U, Deuschl G, Friedman A, Kanovsky P, et al. Review<br />

of the therapeutic management of <strong>Parkinson</strong>’s disease. Report of a joint task force<br />

of the European Fe<strong>de</strong>ration of Neurological Societies and the Movement Disor<strong>de</strong>r<br />

Society-European Section. Part I: early (uncomplicated) <strong>Parkinson</strong>’s disease. Eur J<br />

Neurol 2006 Nov;13(11):1170-85.<br />

(128) Voon V, Potenza MN, Thomsen T. Medication-related impulse control and repetitive<br />

behaviors in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Curr Opin Neurol 2007 Aug;20(4):484-92.<br />

(129) Meningaud JP, Pitak-Arnnop P, Chikhani L, Bertrand JC. Drooling of saliva: a review of<br />

the etiology and management options. Oral Surg Oral Med Oral Pathol Oral Radiol<br />

Endod 2006 Jan;101(1):48-57.<br />

(130) Postma AG, Heesters M, <strong>van</strong> LT. Radiotherapy to the salivary glands as treatment of<br />

sialorrhea in patients with parkinsonism. Mov Disord 2007 Dec;22(16):2430-5.<br />

(131) Martinez-Martin P, Deuschl G. Effect of medical and surgical interventions on healthrelated<br />

quality of life in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2007 Apr 30;22(6):757-65.<br />

(132) Moro E, Lang AE. Criteria for <strong>de</strong>ep-brain stimulation in <strong>Parkinson</strong>’s disease: review<br />

and analysis. Expert Rev Neurother 2006 Nov;6(11):1695-705.<br />

(133) Pinto S, Thobois S, Costes N, Le BD, Benabid AL, Broussolle E, et al. Subthalamic<br />

nucleus stimulation and dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease: a PET study. Brain 2004<br />

Mar;127(Pt 3):602-15.<br />

(134) Tornqvist AL, Schalen L, Rehncrona S. Effects of different electrical parameter settings<br />

on the intelligibility of speech in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease treated with<br />

subthalamic <strong>de</strong>ep brain stimulation. Mov Disord 2005 Apr;20(4):416-23.


(135) Klostermann F, Ehlen F, Vesper J, Nubel K, Gross M, Marzinzik F, et al. Effects of<br />

subthalamic <strong>de</strong>ep brain stimulation on dysarthrophonia in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

J Neurol Neurosurg Psychiatry 2008 May;79(5):522-9.<br />

(136) Morris MS, Iansek RN. <strong>Parkinson</strong>’s disease: a team approach. Melbourne, Australia:<br />

Buscombe Vicprint; 1997.<br />

(137) Deane KH, Ellis-Hill C, Jones D, Whurr R, Ben-Shlomo Y, Playford ED, et al. Systematic<br />

review of paramedical therapies for <strong>Parkinson</strong>’s disease. Mov Disord 2002<br />

Sep;17(5):984-91.<br />

(138) Dixon L, Duncan D, Johnson P, Kirkby L, O’Connell H, Taylor H, et al. Occupational<br />

therapy for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease. Cochrane Database Syst Rev<br />

2007;(3):CD002813.pub2.<br />

(139) Kalf JG, Swart BJM <strong>de</strong>, Bloem BR, Munneke M. Development and evaluation of a dysarthria<br />

severity questionnaire for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-speech). <strong>Parkinson</strong>ism<br />

Relat Disord 2007;13(Supplement 2):S48.<br />

(140) En<strong>de</strong>rby P., John A. Therapy Outcomes Measures Speech Language Pathology. San<br />

Diego/London: Singular Publishing Group; 1997.<br />

(141) Perry A, Morris M, Unsworth C, Duckett S, Skeat J, Dodd K, et al. Therapy outcome<br />

measures for allied health practitioners in Australia: the AusTOMs. Int J Qual Health<br />

Care 2004 Aug;16(4):285-91.<br />

(142) Knuijt S, Kalf H. Dysartrieon<strong>de</strong>rzoek. Drie nieuwe instrumenten beschikbaar. <strong>Logopedie</strong><br />

en Foniatrie 2007;79(12):412-7.<br />

(143) Kent RD, Kent JF, Rosenbek JC. Maximum performance tests of speech production.<br />

J Speech Hear Disord 1987 Nov;52(4):367-87.<br />

(144) De Swart BJM. Rea<strong>de</strong>r ‘Pitch Limiting Voice Treatment’. Nijmegen: UMC St Radboud/<br />

Hogeschool <strong>van</strong> Arnhem en Nijmegen; 2006.<br />

(145) Lambert J, Rutten Ch. Frenchay Dysartrie On<strong>de</strong>rzoek. Lisse: Swets & Zeitlinger; 1996.<br />

(146) Lambert J, Van <strong>de</strong>n Engel-Hoek L, <strong>van</strong> Gerven M, Van Hulst K, Keyser A, <strong>de</strong> Swart<br />

B. Dysartrie. In: Peters H, Bastiaanse R, Van Borsel J., Dejonckere PHO, Jansonius-<br />

Schultheiss K, Van <strong>de</strong>r Meulen Sj, et al., editors. Handboek Stem-, Spraak-Taalpathologie.Houten:<br />

Bohn Stafleu Van Loghum; 2002.<br />

(147) Dharmaperwira-Prins R. Dysartrie en verbale apraxie. Lisse: Swets & Zeitlinger; 1996.<br />

(148) Knuijt S, <strong>de</strong> Swart B. Handleiding Dysartrieon<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> volwassenen. Nijmegen:<br />

UMC St Radboud (dow<strong>nl</strong>oadbaar via www.umcn.<strong>nl</strong>/logopedie); 2007.<br />

(149) Kalf H, <strong>de</strong> Swart B. Handleiding oraal on<strong>de</strong>rzoek <strong>bij</strong> volwassenen met een dysartrie<br />

en/of dysfagie. Nijmegen: UMC St Radboud (dow<strong>nl</strong>oadbaar via www.umcn.<strong>nl</strong>/logopedie);<br />

2007.<br />

(150) De Swart BJ, Willemse SC, Maassen BA, Horstink MW. Improvement of voicing<br />

in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease by speech therapy. Neurology 2003 Feb<br />

11;60(3):498-500.<br />

(151) Ramig LO, Countryman S, Thompson LL, Horii Y. Comparison of two forms of intensive<br />

speech treatment for <strong>Parkinson</strong> disease. J Speech Hear Res 1995 Dec;38(6):1232-51.<br />

Literatuur<br />

157


158<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

(152) Ramig LO, Dromey C. Aerodynamic mechanisms un<strong>de</strong>rlying treatment-related<br />

changes in vocal intensity in patients with <strong>Parkinson</strong> disease. J Speech Hear Res 1996<br />

Aug;39(4):798-807.<br />

(153) Dejonckere PH, Bradley P, Clemente P, Cornut G, Crevier-Buchman L, Friedrich G, et<br />

al. A basic protocol for functional assessment of voice pathology, especially for investigating<br />

the efficacy of (phonosurgical) treatments and evaluating new assessment<br />

techniques. Gui<strong>de</strong>line elaborated by the Committee on Phoniatrics of the European<br />

Laryngological Society (ELS). Eur Arch Otorhinolaryngol 2001 Feb;258(2):77-82.<br />

(154) Hirano M. Clinical examination of voice. New York: Springer; 1981.<br />

(155) Ramig LO, Fox C, Sapir S. <strong>Parkinson</strong>’s disease: speech and voice disor<strong>de</strong>rs and their<br />

treatment with the Lee Silverman Voice Treatment. Seminars in Speech and Language<br />

2004;25(2):169-80.<br />

(156) Ramig LO, Countryman S, O’Brien C, Hoehn M, Thompson L. Intensive speech treatment<br />

for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: short- and long-term comparison of two<br />

techniques. Neurology 1996 Dec;47(6):1496-504.<br />

(157) Swart B <strong>de</strong>. De ‘Pitch Limiting Voice Treatment’. Keypoint 2004;1:11-3.<br />

(158) Smith ME, Ramig LO, Dromey C, Perez KS, Samandari R. Intensive voice treatment in<br />

<strong>Parkinson</strong> disease: laryngostroboscopic findings. J Voice 1995 Dec;9(4):453-9.<br />

(159) Ramig LO, Sapir S, Countryman S, Pawlas AA, O’Brien C, Hoehn M, et al. Intensive<br />

voice treatment (LSVT) for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: a 2 year follow up.<br />

J Neurol Neurosurg Psychiatry 2001 Oct;71(4):493-8.<br />

(160) Ramig LO, Sapir S, Fox C, Countryman S. Changes in vocal loudness following<br />

intensive voice treatment (LSVT) in individuals with <strong>Parkinson</strong>’s disease: a comparison<br />

with untreated patients and normal age-matched controls. Mov Disord 2001<br />

Jan;16(1):79-83.<br />

(161) Swart BJ <strong>de</strong>, Willemse SC, Maassen BA, Horstink MW. Improvement of voicing<br />

in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease by speech therapy. Neurology 2003 Feb<br />

11;60(3):498-500.<br />

(162) Rascol O, Goetz C, Koller W, Poewe W, Sampaio C. Treatment interventions for <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease: an evi<strong>de</strong>nce based assessment. Lancet 2002 May 4;359(9317):1589-<br />

98.<br />

(163) Ramig LO, Countryman S, O’Brien C, Hoehn M, Thompson L. Intensive speech treatment<br />

for patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: short-and long-term comparison of two<br />

techniques. Neurology 1996 Dec;47(6):1496-504.<br />

(164) Pinto S, Ozsancak C, Tripoliti E, Thobois S, Limousin-Dowsey P, Auzou P. Treatments<br />

for dysarthria in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Lancet Neurol 2004 Sep;3(9):547-56.<br />

(165) Spielman JL, Borod JC, Ramig LO. The effects of intensive voice treatment on facial<br />

expressiveness in <strong>Parkinson</strong> disease: preliminary data. Cogn Behav Neurol 2003<br />

Sep;16(3):177-88.<br />

(166) Elman RJ, Bernstein-Ellis E. The efficacy of group communication treatment in adults<br />

with chronic aphasia. J Speech Lang Hear Res 1999 Apr;42(2):411-9.


(167) Lang AE, Fishbein V. The ‘pacing board’ in selected speech disor<strong>de</strong>rs of <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1983 Aug;46(8):789.<br />

(168) Greene MC, Watson BW. The value of speech amplification in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

Folia Phoniatrica et Logopaedica 20[4], 250-257. 1968.<br />

(169) Van Balkom H., Welle Donker M. Kiezen voor communicatie. Nijkerk: Intro; 1994.<br />

(170) Hustad KC, Garcia JM. Ai<strong>de</strong>d and unai<strong>de</strong>d speech supplementation strategies: effect<br />

of alphabet cues and iconic hand gestures on dysarthric speech. J Speech Lang Hear<br />

Res 2005 Oct;48(5):996-1012.<br />

(171) Kalf JG. Logopedisch on<strong>de</strong>rzoek. A.6.2.2. In: Peters HFM, Dejonckere P, Jansonius K,<br />

Mon<strong>de</strong>laers B, editors. Handboek Stem-, Spraak- en Taalpathologie. Houten: Bohn<br />

Stafleu Van Loghum; 2005.<br />

(172) Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJM, Bloem BR, Munneke M. Development and evaluation of a<br />

swallowing severity questionnaire for <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMP-swallowing). <strong>Parkinson</strong>ism<br />

Relat Disord 2007;13(Supplement 2):S48.<br />

(173) Kalf JG. Twee kwantitatieve sliktests. <strong>Logopedie</strong> en Foniatrie 2004;7/8:640-6.<br />

(174) Hughes TA, Wiles CM. Clinical measurement of swallowing in health and in neurogenic<br />

dysphagia. QJM 1996 Feb;89(2):109-16.<br />

(175) Nathadwarawala KM, Nicklin J, Wiles CM. A timed test of swallowing capacity for<br />

neurological patients. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1992 Sep;55(9):822-5.<br />

(176) Clarke CE, Gullaksen E, Macdonald S, Lowe F. Referral criteria for speech and language<br />

therapy assessment of dysphagia caused by idiopathic <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

Acta Neurol Scand 1998 Jan;97(1):27-35.<br />

(177) Ertekin C, Aydogdu I, Yuceyar N. Piecemeal <strong>de</strong>glutition and dysphagia limit in normal<br />

subjects and in patients with swallowing disor<strong>de</strong>rs. J Neurol Neurosurg Psychiatry<br />

1996 Nov;61(5):491-6.<br />

(178) Ertekin C, Aydogdu I, Yuceyar N, Tarlaci S, Kiylioglu N, Pehli<strong>van</strong> M, et al. Electrodiagnostic<br />

methods for neurogenic dysphagia. Electroencephalogr Clin Neurophysiol<br />

1998 Aug;109(4):331-40.<br />

(179) Langmore SE. Endoscopic Evaluation and Treatment of Swallowing Disor<strong>de</strong>rs. New<br />

York: Thieme; 2001.<br />

(180) Logemann JA. Manual for the vi<strong>de</strong>ofluorographic study of swallowing. Austin/Texas:<br />

Pro-Ed; 1993.<br />

(181) Robbins JA, Logemann JA, Kirshner HS. Swallowing and speech production in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. Ann Neurol 1986 Mar;19(3):283-7.<br />

(182) Leopold NA, Kagel MC. Prepharyngeal dysphagia in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Dysphagia<br />

1996;11(1):14-22.<br />

(183) Leopold NA, Kagel MC. Laryngeal <strong>de</strong>glutition movement in <strong>Parkinson</strong>’s disease.<br />

Neurology 1997 Feb;48(2):373-6.<br />

(184) Nagaya M, Kachi T, Yamada T, Igata A. Vi<strong>de</strong>ofluorographic study of swallowing in<br />

<strong>Parkinson</strong>’s disease. Dysphagia 1998;13(2):95-100.<br />

(185) Huckabee ML, Pelletier CA. Management of Adult Neurogenic Dysphagia. San Diego:<br />

Singular Publishing Group; 1999.<br />

Literatuur<br />

159


160<br />

<strong>Logopedie</strong> <strong>bij</strong> <strong>de</strong> <strong>ziekte</strong> <strong>van</strong> <strong>Parkinson</strong><br />

(186) Kalf JG. Functionele behan<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> orofaryngeale slikstoornissen. In: Peters H,<br />

Dejonckere P, Mon<strong>de</strong>laers B, editors. Handboek Stem-, Spraak- en Taalpathologie.<br />

Houten: Bohn Stafleu Van Loghum; 2006.<br />

(187) Groher ME. Dysphagia. Diagnosis and Management. Boston: Butterworth-Heinemann;<br />

1997.<br />

(188) Logemann JA. Evaluation and treatment of swallowing disor<strong>de</strong>rs. Austin/Texas: Pro-<br />

Ed; 1983.<br />

(189) Welch MV, Logemann JA, Ra<strong>de</strong>maker AW, Kahrilas PJ. Changes in pharyngeal dimensions<br />

effected by chin tuck. Arch Phys Med Rehabil 1993 Feb;74(2):178-81.<br />

(190) Shanahan TK, Logemann JA, Ra<strong>de</strong>maker AW, Pauloski BR, Kahrilas PJ. Chin-down<br />

posture effect on aspiration in dysphagic patients. Arch Phys Med Rehabil 1993<br />

Jul;74(7):736-9.<br />

(191) Kahrilas PJ, Lin S, Logemann JA, Ergun GA, Facchini F. Deglutitive tongue action:<br />

volume accommodation and bolus propulsion. Gastroenterology 1993 Jan;104(1):152-<br />

62.<br />

(192) Raut VV, McKee GJ, Johnston BT. Effect of bolus consistency on swallowing--does<br />

altering consistency help? Eur Arch Otorhinolaryngol 2001 Jan;258(1):49-53.<br />

(193) Robbins J, Gensler G, Hind J, Logemann JA, Lindblad AS, Brandt D, et al. Comparison<br />

of 2 interventions for liquid aspiration on pneumonia inci<strong>de</strong>nce: a randomized trial.<br />

Ann Intern Med 2008 Apr 1;148(7):509-18.<br />

(194) Nagaya M, Kachi T, Yamada T. Effect of swallowing training on swallowing disor<strong>de</strong>rs<br />

in <strong>Parkinson</strong>’s disease. Scand J Rehabil Med 2000 Mar;32(1):11-5.<br />

(195) Bulow M, Olsson R, Ekberg O. Vi<strong>de</strong>omanometric analysis of supraglottic swallow,<br />

effortful swallow, and chin tuck in healthy volunteers. Dysphagia 1999;14(2):67-72.<br />

(196) Bulow M, Olsson R, Ekberg O. Vi<strong>de</strong>omanometric analysis of supraglottic swallow,<br />

effortful swallow, and chin tuck in patients with pharyngeal dysfunction. Dysphagia<br />

2001;16(3):190-5.<br />

(197) Hind JA, Nicosia MA, Roecker EB, Carnes ML, Robbins J. Comparison of effortful<br />

and noneffortful swallows in healthy middle-aged and ol<strong>de</strong>r adults. Arch Phys Med<br />

Rehabil 2001 Dec;82(12):1661-5.<br />

(198) El SA, Ramig L, Logemann JA, Pauloski BR, Ra<strong>de</strong>maker AW, Smith CH, et al. Swallowing<br />

and voice effects of Lee Silverman Voice Treatment (LSVT): a pilot study. J Neurol<br />

Neurosurg Psychiatry 2002 Jan;72(1):31-6.<br />

(199) Kalf H, Van Keeken P, Dicke H, Rood B. Slikstoornissen <strong>bij</strong> volwassenen. Houten:<br />

Bohn Stafleu Van Loghum; 2008.<br />

(200) Perez Lloret S, Piran Arce G, Rossi M, Cai<strong>van</strong>o Nemet ML, Salsamendi P, Merello M.<br />

Validation of a New Scale for the Evaluation of Sialorrhea in Patients with <strong>Parkinson</strong>’s<br />

Disease. Mov Disord 2007;22(1):107-11.<br />

(201) Kalf JG, <strong>de</strong> Swart BJMd, Bloem BR, Munneke M. Development and evaluation of a<br />

severity scale (DSFS-P) and questionnaire for drooling in <strong>Parkinson</strong>’s disease (ROMPsaliva).<br />

<strong>Parkinson</strong>ism Relat Disord 2007;13(Supplement 2):S47.


(202) Hofman M, da Costa SP. Observatie-instrument Speekselverlies. Amsterdam: Harcourt<br />

Test Publishers; 2006.<br />

(203) Thomas-Stonell N, Greenberg J. Three treatment approaches and clinical factors in<br />

the reduction of drooling. Dysphagia 1988;3(2):73-8.<br />

(204) Molloy L. Treatment of sialorrhoea in patients with <strong>Parkinson</strong>’s disease: best current<br />

evi<strong>de</strong>nce. Curr Opin Neurol 2007 Aug;20(4):493-8.<br />

(205) Marks L, Turner K, O’Sulli<strong>van</strong> J, Deighton B, Lees A. Drooling in <strong>Parkinson</strong>’s disease:<br />

a novel speech and language therapy intervention. Int J Lang Commun Disord<br />

2001;36 Suppl:282-7.<br />

(206) Polatli M, Akyol A, Cildag O, Bayulkem K. Pulmonary function tests in <strong>Parkinson</strong>’s<br />

disease. Eur J Neurol 2001 Jul;8(4):341-5.<br />

(207) Bodt <strong>de</strong> M. Een on<strong>de</strong>rzoeksmo<strong>de</strong>l voor stemevaluatie. De relatie tussen subjectieve<br />

en objectieve parameters in <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> normale en pathologische stemfunctie.<br />

Doctoraal proefschrift. Antwerpen: Universiteit Antwerpen; 1997.<br />

(208) Nishio M, Niimi S. Speaking rate and its components in dysarthric speakers. Clinical<br />

Linguistics and Phonetics 2001;15(4):309-17.<br />

Literatuur<br />

161

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!