Lesbrief « Vijftigers en Lucebert - Taalgericht Vakonderwijs
Lesbrief « Vijftigers en Lucebert - Taalgericht Vakonderwijs
Lesbrief « Vijftigers en Lucebert - Taalgericht Vakonderwijs
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Hoofdstuk 2<br />
Daar komt bij dat de poëzie van de <strong>Vijftigers</strong> sterk<br />
betrekking heeft op de omstandighed<strong>en</strong> van die tijd,<br />
de jar<strong>en</strong> ’50. Het naoorlogse Nederlands <strong>en</strong> de Koude<br />
Oorlog tuss<strong>en</strong> Amerika <strong>en</strong> Rusland. Dit <strong>en</strong>gagem<strong>en</strong>t<br />
(maatschappelijke betrokk<strong>en</strong>heid) is e<strong>en</strong> k<strong>en</strong>merk van<br />
Experim<strong>en</strong>tel<strong>en</strong>. Andere k<strong>en</strong>merk<strong>en</strong> zijn ironie, baldadigheid,<br />
woordspeling<strong>en</strong> <strong>en</strong> klankspelletjes.<br />
Lezers uit de jar<strong>en</strong> ’50 accepteerd<strong>en</strong> de experim<strong>en</strong>tele<br />
poëzie niet zomaar. Vel<strong>en</strong> noemd<strong>en</strong> de gedicht<strong>en</strong><br />
onbegrijpelijke wartaal. E<strong>en</strong> bek<strong>en</strong>d voorbeeld hiervan<br />
is het gedicht ‘Oote’ van Jan Hanlo, dat voornamelijk<br />
uit klank<strong>en</strong> bestaat. In de Eerste Kamer werd<strong>en</strong> vrag<strong>en</strong><br />
gesteld over dit soort poëzie, waarbij deze politici woord<strong>en</strong><br />
gebruikt<strong>en</strong> als ‘infantiel gebazel’ <strong>en</strong> ‘decad<strong>en</strong>tie’.<br />
De poëzie heeft <strong>en</strong>kele trekk<strong>en</strong> van het dadaïsme:<br />
spot <strong>en</strong> sarcasme over wat geaccepteerde kunstvorm<strong>en</strong><br />
zijn. E<strong>en</strong> dadaïstische activiteit is de performance<br />
van <strong>Lucebert</strong> in 1954. Hij hulde zich in e<strong>en</strong><br />
koningsmantel <strong>en</strong> zette zich e<strong>en</strong> kroon op to<strong>en</strong> hij in<br />
het Stedelijk Museum in Amsterdam e<strong>en</strong> poëzieprijs<br />
in ontvangst moest gaan nem<strong>en</strong>. Zijn collega-dichters<br />
liep<strong>en</strong> om h<strong>en</strong> he<strong>en</strong>, verkleed als middeleeuwse<br />
lansvechters (hellebaardiers). In plaats van e<strong>en</strong> prijs<br />
te krijg<strong>en</strong>, werd <strong>Lucebert</strong> met zijn hele gezelschap<br />
uit het museum verwijderd. Zijn optred<strong>en</strong> was te rebels<br />
voor die tijd.<br />
Later werd <strong>Lucebert</strong>, de dichter <strong>en</strong> schilder, de<br />
‘Keizer der <strong>Vijftigers</strong>’ g<strong>en</strong>oemd. Hij publiceerde tuss<strong>en</strong><br />
1951 <strong>en</strong> 1957 zev<strong>en</strong> bundels gedicht<strong>en</strong>. Daarna<br />
wijdde hij zich vooral aan de schilderkunst.<br />
Naar: Dautz<strong>en</strong>berg, J.A. Literatuur, geschied<strong>en</strong>is <strong>en</strong> leesdossier.<br />
D<strong>en</strong> Bosch: Malmberg 2004. p 292-294<br />
13<br />
<strong>Lesbrief</strong> <strong>«</strong> <strong>Vijftigers</strong> <strong>en</strong> <strong>Lucebert</strong> »