Feesten en bijzondere dagen - NT2.nl

Hoofdstuk 13
Feesten en
bijzondere dagen
Kerstfeest
Het kerstfeest is het belangrijkste christelijke feest.
Het wordt gevierd op 25 en 26 december.
Christenen herdenken dan de geboorte van Jezus
Christus.
Dat gebeurde meer dan 2000 jaar geleden in het land
Israël.
Zijn moeder heette Maria. In de katholieke kerk is zij
heilig verklaard.
Het kerstfeest is ook het feest van licht.
De mensen kopen een kerstboom en versieren die.
Ze doen er elektrische kaarsjes in.
Veel mensen geven elkaar een kerstcadeau.
De scholen hebben twee weken kerstvakantie.
Op 1 januari is het nieuwjaarsdag.
Dan heeft bijna iedereen vrij.
De avond ervoor viert men oudjaar met vuurwerk.
Het vuurwerk wordt om twaalf uur afgestoken.
Nederlanders eten op deze avond de traditionele oliebollen.
Veel mensen sturen elkaar kerst- en nieuwjaarskaarten met
goede wensen.
Nederland voor Nieuwkomers
beeld van Maria
met Jezus
135

Nederland voor Nieuwkomers
136
Paasfeest
In het voorjaar is het Pasen.
De datum van het paasfeest is elk jaar anders.
Die is afhankelijk van de stand van de maan.
Maar het is altijd op zondag en maandag.
Het paasfeest duurt net als het kerstfeest twee dagen.
Bijna iedereen heeft vrij.
Gelovige mensen herdenken de opstanding van Christus.
Opstanding komt van het woord opstaan.
Christenen geloven dat Jezus uit de dood is opgestaan.
de Opstandingskerk paaseieren
Pasen is ook het feest van
het nieuwe leven: de lente begint.
Een (paas)haas en eieren zijn symbolen hiervan.
Paaseieren zijn vaak gekleurd of van chocola.

Hemelvaartsdag
Veertig dagen na Pasen is het Hemelvaartsdag, altijd op een
donderdag.
Op deze dag heeft ook bijna iedereen vrij.
Sommige christenen gaan naar de kerk en gedenken de
hemelvaart van Jezus.
Anderen gaan ’s morgens vroeg dauwtrappen.
Op Hemelvaartsdag zijn er ook veel sporttoernooien.
Pinksteren
Vijftig dagen na het paasfeest is het Pinksteren.
Pinksteren betekent vijftigste dag.
Pinksteren is van oorsprong ook een christelijk feest.
Het duurt net als het kerstfeest en Pasen twee dagen.
De mensen gaan met Pinksteren vaak weg voor een korte
vakantie.
Ze gaan kamperen of een lang weekend naar een
(buitenlandse) stad.
Voor jongeren zijn er popconcerten in de buitenlucht.
Bijzondere dagen
‘Op 1 april stuurt men de gekken waar men wil.’
Op deze datum mag je elkaar voor de gek houden.
Op de radio, de tv en in de kranten staan vaak ook
1-aprilgrappen.
Op 4 oktober is het Dierendag.
Dan wordt er extra aandacht aan de dieren besteed.
Ze krijgen lekker eten of een nieuw speeltje.
Nederlanders geven hun huisdier meestal voedsel uit blik.
Dat voedsel wordt speciaal voor dieren gemaakt.
Hoofdstuk 13 Feesten en bijzondere dagen
137

Nederland voor Nieuwkomers
blikvoer voor de poes
138
carnavalsoptocht
Carnaval
Soms nemen kinderen op Dierendag hun huisdier mee
naar school: een konijn, een hamster, een witte muis
of een cavia.
Op 14 februari is het Valentijnsdag.
Dit is een dag voor verliefde mensen.
Zij sturen bloemen of een kaart naar hun geliefde.
Bij de bloemen of de kaart staat geen afzender.
Je moet raden wie de verrassing gestuurd heeft.
Moederdag wordt gevierd op de tweede zondag in mei.
Dan worden de moeders in het zonnetje gezet.
Zij worden verwend met ontbijt op bed en ze krijgen
cadeautjes.
Vaderdag is op de derde zondag in juni.
In het vroege voorjaar wordt carnaval gevierd.
Dit gebeurt vooral in het zuiden van Nederland.

Het feest wordt veertig dagen voor het paasfeest gevierd.
Men kiest een Prins Carnaval.
Er zijn veel optochten waarin Prins Carnaval meerijdt.
De mensen verkleden zich en er wordt meestal veel (bier)
gedronken.
Sint Nicolaasfeest
Het Sint Nicolaasfeest wordt op 5 december gevierd.
Het is al een heel oud gebruik.
Het is eigenlijk een kinderfeest.
Sinterklaas rijdt op een wit paard.
Hij heeft een lange baard en een rode mantel.
Hij draagt een mijter op zijn hoofd en hij heeft een staf
bij zich.
Hij komt met een boot vol pakjes uit Spanje.
Sint Nicolaas heeft een knecht: Zwarte Piet.
Zwarte Piet strooit pepernoten.
Hij heeft ook een zak met cadeautjes bij zich.
De kinderen mogen hun schoen bij de schoorsteen
zetten.
Daar doen ze een wortel in of wat stro voor het paard.
Ze zingen sinterklaasliedjes zoals:
Zie ginds komt de stoomboot uit Spanje weer aan,
Hij brengt ons Sint Nicolaas, ik zie hem al staan.
Hoe hupppelt zijn paardje het dek op en neer,
hoe waaien de wimpels al heen en al weer.
Hoofdstuk 13 Feesten en bijzondere dagen
Sinterklaas op zijn paard
139

Nederland voor Nieuwkomers
de Nederlandse vlag
hangt uit
140
vrijmarkt op
Koninginnedag
Koninginnedag
Op 30 april is het Koninginnedag.
Dan vieren de inwoners van Nederland feest.
De koningin gaat in een stad of dorp op bezoek.
Zij viert daar haar verjaardag.
De hele familie gaat met haar mee:
• kroonprins Willem-Alexander met zijn vrouw
Máxima (die uit Argentinië komt),
• prins Constantijn met zijn vrouw Laurentien,
• prins Friso met zijn vrouw Mabel.
Als de kleinkinderen van de koningin groot genoeg
zijn, mogen zij ook mee.
Op Koninginnedag is alles versierd en de rood-witblauwe
vlaggen hangen uit.
Sommige hebben een oranje wimpel.
Het bezoek van de koningin met haar familie wordt op
de televisie uitgezonden.
In veel steden is er een vrijmarkt waar iedereen allerlei
spullen mag verkopen.

Ter gelegenheid van haar verjaardag geeft de koningin ook
Koninklijke Onderscheidingen.
Mensen die iets bijzonders voor de maatschappij hebben
gedaan, krijgen een lintje.
Veel schrijvers, kunstenaars en wetenschappers hebben
inmiddels zo’n onderscheiding gekregen.
Op de dag voor Koninginnedag, 29 april, is de lintjesregen.
Dan wordt bekend gemaakt wie een onderscheiding krijgen.
Dodenherdenking
Op 4 mei is het Dodenherdenking.
Op die dag worden de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog
herdacht.
’s Avonds om acht uur is er twee minuten stilte.
Daarna luiden de kerkklokken.
Er worden bloemen en kransen gelegd bij oorlogsmonumenten.
Het is een plechtige dag.
De vlaggen hangen halfstok.
Hoofdstuk 13 Feesten en bijzondere dagen
4 mei dodenherdenking voor slachtoffers van
geweld
141

Nederland voor Nieuwkomers
de troon van de Koningin
142
Bevrijdingsdag
Op 5 mei is het Bevrijdingsdag.
Nederland werd in 1945 bevrijd door Engelse en Canadese
militairen.
Elk jaar wordt dit herdacht, bijvoorbeeld in Wageningen op het
5 mei Plein.
In Wageningen is het vredesverdrag ondertekend.
Vaak komen Canadese militairen het feest meevieren.
Ook komt er soms iemand van het Engelse koningshuis.
Veel mensen zijn op deze dag vrij.
Prinsjesdag
Op Prinsjesdag rijdt de koningin in de gouden koets
door Den Haag.
Zij leest dan in de Ridderzaal de Troonrede voor.
De koningin zit op de troon; daarom heet de rede de
Troonrede.
In de Troonrede staan de plannen van de regering voor
het komende regeringsjaar.
De koningin leest de Troonrede met de plannen voor.
Maar de ministers zijn verantwoordelijk voor de
inhoud.
De minister van Financiën komt met het koffertje met
de Miljoenennota.
Op dit koffertje staat het opschrift:
DERDE DINSDAG IN SEPTEMBER.
Ook het Nederlandse wapen staat op dit koffertje.
De Miljoenennota bestaat uit de begrotingen van de
verschillende ministeries.
Deze wordt aangeboden aan de leden van de Tweede
Kamer.

Hoofdstuk 13 Feesten en bijzondere dagen
de Ridderzaal in Den Haag
de gouden koets
143

Nederland voor Nieuwkomers
144
heilig met een bijzondere kerkelijke betekenis
de oliebol zoete deegbol die in olie is gebakken
afhankelijk zijn het heeft ermee te maken
het symbool het teken; het ‘plaatje’
dauwtrappen heel vroeg opstaan en gaan wandelen
het sporttoernooi een aantal sportwedstrijden om een prijs
kamperen met een tent of een caravan op vakantie
voor de gek houden iemand iets raars vertellen of laten doen
het speeltje het speelgoed
speciaal voor dieren alleen voor dieren
de afzender de man of vrouw die de post gestuurd heeft
in het zonnetje
gezet worden aandacht krijgen; verwend worden
de sint de heilige
de mijter de rode hoed van Sinterklaas
de staf een mooie stok
de pepernoten kleine kruidige koekjes
de kroonprins de prins die later koning wordt
de wimpel smal stuk doek dat vaak boven een vlag
hangt
de vrijmarkt de markt waar je alles mag verkopen
het slachtoffer iemand die ergens bij gewond raakt of sterft
herdenken op een bijzondere manier aan iets
terugdenken
plechtig serieus, ernstig
halfstok halverwege de stok als teken van verdriet
militairen soldaten
het vredesverdrag de afspraak om niet meer te vechten
de begroting nota waarin staat hoeveel geld er voor iets
nodig is