Download nr. 2 - Handelen in Leuven-Home

in het verzorgingsgebied van de Leuvense
winkelstad 460.000 mensen - waardoor de
bestedingen in de Leuvense winkels boven
het nationaal gemiddelde liggen. Een kleine
helft van onze winkels bedienen funshoppers,
30 procent richt zich op doelgerichte
kopers en 25 procent op gewone
boodschappen.”
Er bestaat wel een ongelijkheid tussen de
benedenstad en de bovenstad. Deze laatste
(Diestsestraat, Bondgenotenlaan, Ladeuzeplein…)
telt ongeveer 60.000 m 2
winkeloppervlakte. De benedenstad (Brusselsestraat,
Mechelsestraat, Vismarkt,
Naamsestraat,…) zo’n 10.000 m 2 .
Horeca
Wat de horeca betreft, heeft Leuven zo'n
zeven zaken per 1.000 inwoners. Dat komt
neer op 550 zaken, waarvan 395 binnen
de ring.
"Geen enorm hoge score. Leuven komt
over als een echte horecastad, maar eigenlijk
schommelen we rond het gemiddelde",
stelt de centrummanager vast.
"Er is dus zeker nog ruimte voor nieuwkomers,
zeker innovatieve ondernemers die
het net iets anders aanpakken."
De passagecijfers wijzen uit dat het derde
deel van de Diestsestraat nog steeds minder
volk lokt dan de eerste twee delen, en
dat de kant van de Bondgenotenlaan het
dichtste bij de Diestsestraat meer passanten
heeft dan de overkant van de straat.
Misschien door de nabijheid van die andere
shoppingstraat, maar ook wel door-
4
handelen 2 | 2011
dat de zon er meer schijnt dan aan de
overkant.
"Al bij al hebben we een sterk winkelgebied
en vinden ketens Leuven 'incontournable'.
Wel moeten we vaststellen dat
ons aanbod mainstream is: de meeste
winkels hebben een vrij risicoloos karakter.
Meer trendy en exclusieve zaken zijn
dus zeker welkom.”
“Net doordat er zoveel omzet wordt gedraaid,
zien eigenaars hun winkel hier als
'cash cow' en niet als een flagstore winkel,
als het uithangbord van een merk”,
vervolgt Michel Warlop.
“Ook zelfstandigen zijn geneigd niet al te
snel vernieuwingen door te voeren. Toch
moeten we werk maken van een eigen
imago, want er liggen andere no-nonsense
kandidaten op de loer. Zo worden er
plannen gesmeed voor grote winkelcomplexen
in Machelen en aan de Heysel."
Conclusies
De stad trekt uit al die vaststellingen enkele
grote conclusies die de basis vormen
van het beleidsplan voor de detailhandel.
De visie luidt letterlijk: “De stad wil, zowel
met betrekking tot de ruimtelijke ordening
als met betrekking tot de economie,
een kernversterkend beleid voeren. Dat
betekent dat afgebakende winkelgebieden
zowel ruimtelijk als functioneel versterkt
moeten worden en dat economische
hefbomen moeten bijdragen tot het
creëren van gunstige omstandigheden die
het ondernemerschap in de kleinhandel in
de kernen moeten verstevigen."
Leuven wil, met andere woorden, de winkelgebieden
duidelijker afbakenen en ondernemerschap
stimuleren om de handel
in de kern te versterken. En laat dat nu net
grotendeels overeenkomen met de visie
van de Vlaamse regering.
"In Sint-Niklaas heeft men een groot shoppingcenter
gebouwd aan de rand van de
stad, dat het centrum deed leeglopen.
Dat is zo’n beetje wat de Vlaamse overheid
wil vermijden", legt Els Van Hoof uit.
"Het Vlaamse beleid is tegen verlinting en
voor kernversterking, en stimuleert dan
ook het multifunctionele karakter van de
stadskernen. Grote baanwinkels voor nuttige
aankopen zijn natuurlijk ook nodig,
maar er moet wel goed worden nagedacht
over de locatie van die zaken."
Doelen
Leuven heeft enkele doelen voor ogen die
tegen 2020 gerealiseerd moeten worden
of behouden moeten blijven. De sterke
huidige positie handhaven is een belangrijk
eerste punt, want bij de vernieuwingen
mogen de bestaande troeven niet aan
aandacht inboeten.
Daarnaast zijn de werkpunten het stimuleren
van ondernemerschap, marketing
en promotie uitbouwen en innovatie stimuleren.
"We willen steeds meer een gesprekspartner
worden voor projectontwikkelaars,
niet alleen wat betreft de ruimtelijke ordening,
maar ook wat betreft de inhoud van
de projecten", stelt de schepen. Al is er
ook wat ruimtelijke ordening betreft nog
wat werk aan de winkel.
"We willen de verschillende winkelgebieden
beter afbakenen. De baanwinkels zijn
nu vooral te vinden in de Kolonel Begaultlaan,
de Vaartkom en de Tiensesteenweg,
en dat willen we ook zo houden”.
“Het is wel handig als de grote winkels en
supermarkten gepaard gaan met kleinere
'steunpunten' zoals buurtsuperettes, zodat
de mensen binnen de kilometer rond
hun woonplaats snel en efficiënt bediend
kunnen worden”.
“Bijna in alle wijken en deelgemeenten is
dit redelijk goed in orde, behalve in Egen-