26.09.2013 Views

VEELGESTELDE VRAGEN (FAQ)

VEELGESTELDE VRAGEN (FAQ)

VEELGESTELDE VRAGEN (FAQ)

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>VEELGESTELDE</strong> <strong>VRAGEN</strong> (<strong>FAQ</strong>)<br />

Q1 Wat is een bijkomende heffing op roerende inkomsten?<br />

Q2 Wie is onderhevig aan de bijkomende heffing op roerende inkomsten?<br />

Q3 Hoe wordt de bijkomende heffing op roerende inkomsten ingehouden?<br />

Q4 Op welke roerende inkomsten is de bijkomende heffing van toepassing?<br />

Q5 Vanaf welk bedrag is de bijkomende heffing van toepassing?<br />

Q6 Welke inkomsten worden beschouwd bij de berekening van de limiet van 20.020 EUR ?<br />

Q7 Wie is de « schuldenaar » van de bijkomende heffing?<br />

Q8 Wat wordt begrepen onder het uitwisselen van informatie aan het Centraal Aanspreekpunt<br />

(CAP)?<br />

Q9 Behandeling van rekeningen in onverdeeldheid (rekeningen met twee of meer co-houders).<br />

Q10 De meldingsplicht van roerende inkomsten voor belastingplichtigen<br />

Q11 Concrete toepassing op intresten uit gereglementeerde spaarboekjes (Groen Boekje, Oranje<br />

Boekje, ING Lion Deposit, ING Lion Premium, ING go to 18 Boekje)?<br />

Q12 De uittreksels van mijn intrestafrekeningen in 2012 verwezen naar een meldingsplicht aan het<br />

Centraal Aanspreekpunt… Hoe zit het nu met deze verplichting?<br />

Q13 Ik heb eind vorig jaar nog gekozen voor de inhouding van de 4% aan de bron door ING België.<br />

Wat zal er nu gebeuren?<br />

1. Wat is een bijkomende heffing op roerende inkomsten ?<br />

De bijkomende heffing is een belasting, die momenteel is vastgelegd op 4% en die verschuldigd is op<br />

bepaald intresten en dividenden waarvan het totale bedrag 20.020 EUR overschrijdt. Deze<br />

drempelwaarde geldt per jaar en per belastingplichtige.<br />

De bijkomende heffing op roerende inkomsten werd vastgelegd door de wet van 28 december 2011<br />

(BS 30.12.11) vanaf 1 januari 2012, en werd weer opgehoffen door de wet van 27 december 2012 (BS<br />

31.12.12) vanaf 1 januari 2013.<br />

De bijkomende heffing heeft dus enkel betrekking op intresten en dividenden die toegekend of<br />

betaalbaar gesteld werden in de loop van het inkomstenjaar 2012. De toepassing ervan is met andere<br />

woorden beperkt in de tijd tot één inkomstenjaar.<br />

2. Wie is onderhevig aan de bijkomende heffing op roerende inkomsten?<br />

Enkel belastingplichtigen onderworpen de Personenbelasting (bijkomende heffing) zijn onderhevig<br />

aan deze bijkomende heffing. Per definitie gaat het over natuurlijke personen die een wettelijk adres<br />

hebben in België en die een belastingaangifte invullen.<br />

Zijn niet onderhevig zijn aan de bijkomende heffing: niet-residenten, feitelijke verenigingen, vzw’s, ….<br />

3. Hoe wordt de bijkomende heffing op roerende inkomsten ingehouden?<br />

Er zijn twee mogelijkheden voor de inhouding van de bijkomende heffing. De belastingplichtige die de<br />

roerende inkomsten ontvangen heeft, heeft zelf kunnen kiezen tussen beide mogelijkheden:<br />

ofwel wordt de 4% aangerekend via uw belastingaanslag. In dat geval berekent de Belgische<br />

belastingadministratie de bijkomende heffing op basis van de roerende inkomsten die de<br />

belastingplichtige zelf moet aangeven in zijn fiscale aangifte van 2013 (inkomstenjaar 2012).<br />

<br />

1


ofwel gebeurde de inhouding van de bijkomende heffing « aan de bron ». De<br />

belastingplichtige had de mogelijkheid tot 31 december 2012 om te kiezen voor een bronheffing van<br />

de bijkomende heffing op het ogenblik dat de intresten en dividenden uitbetaald werden. Het inhouden<br />

aan de bron kon enkel gebeuren op expliciete aanvraag van de begunstigde van de inkomsten aan de<br />

persoon die hiervoor wettelijk verantwoordelijk was. ING België heeft een retroactieve correctie<br />

voorzien voor die roerende inkomsten waarop geen bronheffing kon gebeuren op het ogenblik van de<br />

uitbetaling zelf.<br />

4. Op welke roerende inkomsten is de bijkomende heffing van toepassing?<br />

De bijkomende heffing is voornamelijk van toepassing op intresten en dividenden van Belgische of<br />

buitenlandse oorsprong onderworpen aan het roerende voorheffing-tarief van 21%, ongeacht of deze<br />

heffing aan de bron of via de belastingaangifte werd ingehouden.<br />

De bijkomende heffing is nooit van toepassing op volgende roerende inkomsten:<br />

- intresten op gereglementeerde spaarboekjes (ongeacht het bedrag);<br />

- intresten en dividenden waarvoor een roerende voorheffing van 25% van toepassing is;<br />

- interesten van de Staatsbons « Leterme » waarvoor een roerende voorheffing van 15% van<br />

toepassing is;<br />

- de niet belastbare inkomsten uit verzekeringsproducten (Tak21/23);<br />

- liquidatieboni waarvoor een roerende voorheffing van 10% van toepassing is;<br />

- de eerste schijf van 180 EUR van dividenden van coöperatieve vennootschappen;<br />

- inkomsten uit lijfrenten.<br />

Op de site www.ing.be/taxchanges2012nl vindt U een tabel met de toepassing van de bijkomende<br />

heffing van 4% op de producten van ING België NV.<br />

5. Vanaf welk bedrag is de bijkomende heffing van toepassing?<br />

De bijkomende heffing is slechts van toepassing indien de belastingplichtige ten minste 20.020 EUR<br />

per jaar aan intresten en dividenden ontvangt.<br />

Het gaat over een bedrag:<br />

- berekend voor het fiscaal jaar 2012 (aangifte van 2013) ;<br />

- berekend op basis van intresten en dividenden na de eventuele bronheffing in het buitenland<br />

maar voor de aftrek van de roerende voorheffing;<br />

Indien de klant aan de bank gevraagd heeft om de bijkomende heffing van 4% af te houden aan de<br />

bron, dan is dit gebeurd vanaf de eerste euro aan intresten en dividenden die hieraan onderworpen<br />

waren. De belastingplichtige kan via zijn belastingaangifte een terugbetaling vragen van het bedrag<br />

dat aan de bron werd ingehouden op de intresten en dividenden die het totaalbedrag van 20.020 EUR<br />

niet overschreden.<br />

De toepassing van de bijkomende heffing werd opgeheven door de wet van 27 december 2012 (SB<br />

31.12.12) vanaf 1 januari 2013. Dit betekent dat zij dus enkel toegepast moest worden op intresten en<br />

dividenden die toegekend of betaalbaar gesteld werden in de loop van het inkomstenjaar 2012. De<br />

toepassing ervan is met andere woorden beperkt in de tijd tot één inkomstenjaar.<br />

6. Welke inkomsten worden beschouwd bij de berekening van de limiet van<br />

20.020 EUR?<br />

Principe: de inkomsten die in rekening worden genomen voor de berekening van de drempel van<br />

20.020 EUR zijn in principe al de dividenden en intresten (van Belgische of buitenlandse oorsprong)<br />

die de belastingplichtige ontvangen heeft.<br />

Uitzondering : volgende roerende inkomsten komen echter niet in aanmerking voor de berekening<br />

van de 20.020 EUR:<br />

- de eerste niet belastbare schijf van 1.830 EUR van intresten uit gereglementeerde<br />

spaarboekjes ;<br />

2


- intresten van Staatsbons « Leterme » waarvoor een roerende voorheffing van 15% van<br />

toepassing is ;<br />

- de niet belastbare inkomsten uit verzekeringsproducten (Tak 21/23);<br />

- liquidatieboni waarvoor een roerende voorheffing van 10% van toepassing is;<br />

- de eerste niet belastbare schijf van 180 EUR op dividenden van coöperatieve verenigingen;<br />

- inkomsten uit lijfrenten.<br />

-<br />

Prioritisering: de drempelwaarde van 20.020 EUR wordt eerst « opgevuld » met intresten en<br />

dividenden waarvoor de bijkomende heffing niet van toepassing is (en die niet onder bovenstaande<br />

uitzondering vallen). Nadien worden de intresten en dividenden beschouwd waarvoor de bijkomende<br />

heffing wel van toepassing is.<br />

In concreto betekent dit dat de drempel van 20.020 EUR eerst wordt opgevuld met volgende roerende<br />

inkomsten:<br />

- (Belgische of buitenlandse) intresten en dividenden tegen het roerende voorheffing-tarief van<br />

25%;<br />

- het deel van de intresten uit gereglementeerde spaarboekjes boven de niet belastbare schijf<br />

van 1.830 EUR.<br />

Op de site www.ing.be/taxchanges2012nl vindt u een overzichtstabel van de producten van ING<br />

België NV die in rekening gebracht worden voor de drempel van 20.020 EUR.<br />

7. Wie is de « schuldenaar » van de bijkomende heffing ?<br />

Onder de « schuldenaar » van de bijkomende heffing, verstaan wij ieder persoon die de bijkomende<br />

heffing van 4% aan de bron moet inhouden op aanvraag van de begunstigde van de inkomsten.<br />

Het gaat bij voorbeeld om:<br />

- de Belgische venootschap die effecten op naam uitschrijft (= effecten ingeschreven in het<br />

aandelenregister van de emittent) ;<br />

- de Belgische verzekeringsmaatschappij, voor de belastbare intresten op<br />

verzekeringsproducten TAK 21 & 23 ;<br />

- de Belgische bank die de dividenden en intresten rechtstreeks uitbetaalt aan de<br />

begunstigde. Op deze manier is ING België NV de schuldenaar van de bijkomende heffing<br />

voor est le redevable de la cotisation supplémentaire sur :<br />

o buitenlandse intresten en dividenden die in België geïnd worden door haar tussenkomst;<br />

o intresten en dividenden van Belgische effecten op een effectenrekening bij ING België NV;<br />

o intresten en dividenden van Belgische effecten aan toonder (fysieke stukken) geïnd bij ING<br />

België NV;<br />

o intresten uit gelddeposito’s (zichtrekeningen, spaarrekeningen, gereglementeerde<br />

spaarrekeningen, etc.);<br />

8. Wat wordt begrepen onder het uitwisselen van informatie aan het Centraal<br />

Aanspreekpunt (CAP)?<br />

In de veronderstelling dat de belastingplichtige niet gekozen heeft voor de toepassing van de<br />

bijkomende heffing van 4% aan de bron, voorzag de wet van 28 december 2011 dat de « schuldenaar<br />

» van de bijkomende heffing bepaalde informatie moest rapporteren aan een « centraal<br />

aanspreekpunt » (CAP).<br />

De wet van 27 december 2012 heeft het principe van een meldingsplicht naar dat bewuste CAP<br />

echter geannuleerd, zowel voor het inkomstenjaar 2012 alsook voor de daarop volgende jaren. In de<br />

praktijk hebben het systeem dat de informatieoverdracht moest verzorgen, alsook het centraal<br />

aanspreekpunt zelf, nooit het levenslicht gezien.<br />

3


Bij gevolg zal de belastingadministratie de bijkomende heffing berekenen op basis van de roerende<br />

inkomsten die de belastingplichtige zal melden in zijn belastingaangifte, voor zover hij niet gekozen<br />

had voor het inhouden van de 4% aan de bron en voor zover hij in 2012 meer dan 20.020 EUR<br />

ontvangen heeft aan desbetreffende intresten en dividenden.<br />

9. Behandeling van rekeningen in onverdeeldheid (rekeningen met twee of<br />

meer co-houders)<br />

Voor rekeningen in onverdeeldheid heeft ING België NV de inhouding van de 4% uitgevoerd op de<br />

intresten en dividenden die hiervoor in aanmerking kwamen, voor zover ALLE houders hiervoor kozen.<br />

10. De meldingsplicht van roerende inkomsten voor belastingplichtigen<br />

Principe.<br />

De wet van 28 december 2011 introduceerde een meldingsplicht van alle roerende inkomsten (van<br />

Belgische of buitenlandse oorsprong, ongeacht of de roerende voorheffing werd ingehouden) behalve<br />

die inkomsten waarop de bijkomende heffing van 4% werd ingehouden aan de bron.<br />

Dit betekende dus :<br />

- het opheffen van het bevrijdend karakter van de roerende voorheffing<br />

- het introduceren van het bevrijdend karakter van de bijkomende heffing van 4 %.<br />

De wet van 27 december 2012 heeft het bevrijdend karakter van de roerende voorheffing echter terug<br />

hersteld vanaf het inkomstenjaar 2013. voor het inkomstenjaar 2012 gelden echter nog enkele<br />

nuances, zie verder.<br />

Inkomstenjaar 2012 – aanslagjaar 2013.<br />

Op voorwaarde dat de belastingplichtige verklaart in zijn belastingaangifte dat hij geen intresten en/of<br />

dividenden ontvangen heeft waarop geen 4% werd ingehouden, dan moet hij bepaalde roerende<br />

inkomsten niet aangeven. Het gaat meer bepaald over de roerende inkomsten waarop een roerende<br />

voorheffing geldt van 25% of 21% (exclusief de bronheffing van 4%) alsook de intresten op<br />

gereglementeerde spaarboekjes die het vrijgestelde deel van 1.830 per jaar en per belastingplichtige<br />

overschrijden en waarop een roerende voorheffing van 15% werd ingehouden.<br />

Indien de belastingplichtige echter intresten of dividenden heeft ontvangen waarop de bijkomende<br />

heffing van 4% nog niet toegepast werd (herinner u dat deze 4% enkel van toepassing is op<br />

inkomsten die de drempel van 20.020 EUR overschreden), dan moeten deze inkomsten wel worden<br />

aangegeven in de personenbelasting. De roerende inkomsten waarop de 4% wél werd ingehouden,<br />

moeten dan echter niet gemeld worden in de aangifte.<br />

Inkomstenjaar 2013 (en volgende) – aanslagjaar 2014 (en volgende).<br />

Roerende inkomsten (op enkele uitzonderingen na) moeten niet worden aangegeven in de<br />

belastingaangifte, op voorwaarde dat een roerende voorheffing werd ingehouden of indien er een<br />

wettelijke vrijstelling op de roerende voorheffing van toepassing is.<br />

Intresten op gereglementeerde spaarboekjes, die het eerste belastingvrije deel van 1.880 EUR per<br />

jaar en per belastingplichtige overschrijdt (bedrag geldig in 2013), en waarop geen roerende<br />

voorheffing werd afgehouden, moeten aangegeven worden in de belastingaangifte.<br />

Opgelet : Indien u twijfelt, raden wij u aan om contact op te nemen met een raadgever<br />

(boekhouder, fiscalist enz.) om u te ondersteunen bij het invullen van uw belastingaangifte.<br />

4


11. Concrete toepassing op intresten uit gereglementeerde spaarboekjes<br />

(Groen Boekje, Oranje Boekje, ING Lion Deposit, ING Lion Premium, ING go to<br />

18 Boekje)?<br />

Toepassing van roerende voorheffing.<br />

Het roerende voorheffing-tarief blijft 15% op het deel van de interesten op gereglementeerde<br />

spaarboekjes boven de eerste niet belastbare schijf per belastingplichtige (1.830 EUR voor het<br />

inkomstenjaar 2012 – 1.880 EUR voor het inkomstenjaar 2013).<br />

Meldingsplicht door de belastingplichtige.<br />

De belastingplichtige moet het bedrag aan intresten op zijn gereglementeerde spaarboekjes, boven de<br />

eerste vrijgestelde schijf (1.830 EUR per jaar en per belastingplichtige voor het inkomstenjaar 2012 –<br />

1.880 EUR voor het inkomstenjaar 2013) en waarop geen roerende voorheffing werd ingehouden,<br />

verplicht melden in zijn belastingaangifte (niet voor het inkomstenjaar 2012, noch voor het<br />

inkomstenjaar 2013).<br />

Voor wat betreft de intresten boven de eerste vrijgestelde schijf, waarop wél roerende voorheffing<br />

werd ingehouden, zie vraag 10.<br />

Berekening van de drempel van 20.020 EUR.<br />

De interesten op gereglementeerde spaarboekjes boven de eerst belastingvrije schijf van 1.830 EUR,<br />

komen als eerste in aanmerking voor de berekening van drempel van 20.020 EUR.<br />

Onderwerping aan de bijkomende heffing.<br />

De bijkomende heffing van 4% is nooit verschuldigd op intresten van gereglementeerde spaarboekjes,<br />

noch op de belastingvrije schijf van 1.830 EUR noch op de intresten daarboven.<br />

12. De uittreksels van mijn intrestafrekeningen in 2012 verwezen naar een<br />

meldingsplicht aan het Centraal Aanspreekpunt… Hoe zit het nu met deze<br />

verplichting ?<br />

De programmawet van 27 december 2012 stelt dat de banken niet verplicht zijn om informatie te<br />

sturen naar het Centraal Aanspreekpunt, in tegenstelling tot wat eerst gemeld werd.<br />

Deze wettekst werd pas gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 31 december 2012. Bij gevolg kon<br />

het bericht in onze uittreksels niet meer tijdig gewijzigd worden.<br />

ING België zal dus geen enkele informatie sturen naar een centraal aanspreekpunt, in tegenstelling tot<br />

wat vermeld stond in de uittreksels.<br />

13. Ik heb eind vorig jaar nog gekozen voor de inhouding van de 4% aan de<br />

bron door ING België. Wat zal er nu gebeuren ?<br />

Wij hebben alle aanvragen verwerkt en deze worden momenteel verwerkt. In de loop van de maand<br />

maart 2013 zal een retroactieve correctie plaats vinden op de bewegingen tussen 1 januari 2012 en<br />

31 december 2012, die in aanmerking komen voor de toepassing van de 4%. U zal de desbetreffende<br />

uittreksels nog ontvangen.<br />

U hoeft deze inkomsten dus ook niet te melden in uw belastingaangifte (zie vraag 11)<br />

5

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!