28.09.2013 Views

Bijlagen bij toelichting - Gemeente Oss

Bijlagen bij toelichting - Gemeente Oss

Bijlagen bij toelichting - Gemeente Oss

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Huismus (beschermingcategorie 2)<br />

Tijdens het veldbezoek zijn huismussen waargenomen in de schuur op deellocatie A. Het betreft de<br />

bergschuur waarvan het achterste gedeelte in gebruik is als stal en kippenhok. Naar verwachting zijn<br />

huismussen buiten het broedseizoen, tijdens het veldbezoek, op deellocatie A waargenomen wegens<br />

het voedselaanbod (in de vorm van kippenvoer). Huismus maakt vooral buiten het broedseizoen gebruik<br />

van gemeenschappelijke slaapplaatsen.<br />

Vanwege het seizoen waarin het veldbezoek heeft plaatsgevonden en de hoeveelheid huismussen in<br />

de schuur is het mogelijk dat deze schuur een gemeenschappelijke slaapplaats is voor deze soort. In<br />

de directe omgeving zijn dichte begroeiing en hoge bomen aanwezig welke tevens kunnen fungeren<br />

als gemeenschappelijke slaapplaats. De woning op deellocatie A is geschikt als broedlocatie voor<br />

huismus door de aanwezigheid van een dakpannen dak waarvan de ruimte onder de onderste rand<br />

dakpannen toegankelijk is voor huismus. Het woonhuis blijft gehandhaafd. Op deellocatie A zijn overtredingen<br />

van de Flora- en faunawet ten aanzien van huismus uit te sluiten.<br />

Op deellocatie B zijn nestresten in de ruimte onder de onderste dakpanrand aangetroffen. Deze nestresten<br />

zijn vermoedelijk van huismus. Door de nieuwbouwwoningen geschikt te maken als broedlocatie<br />

voor deze soort en de werkzaamheden te starten buiten het broedseizoen (eind maartaugustus)<br />

zijn mogelijke overtredingen van de Flora- en faunawet te voorkomen. Hierdoor wordt het<br />

verlies van mogelijk broedlocaties van huismus opgevangen. Dit kan onder andere door de nieuwbouwwoningen<br />

te voorzien van vogelvides onder de laagste rij pannen van een dak. Indien de initiatiefnemer<br />

niet bereid is op voorhand de nieuwbouw geschikt te maken, dient alsnog aanvullend onderzoek<br />

binnen het broedseizoen naar huismus te worden uitgevoerd. Hieruit zal blijken of er sprake<br />

is van verstoring van huismusnesten en overtreding van de Flora- en faunawet.<br />

Kerkuil (beschermingscategorie 3)<br />

In alle bebouwing op deellocatie B zijn braakballen van kerkuil aangetroffen. De braakballen betreffen<br />

zowel oude als verse kerkuilbraakballen. De kleinere formaat kerkuilbraakballen zijn vermoedelijk<br />

afkomstig van jonge kerkuilen. De onderzoekslocatie wordt naar verwachting gebruikt door kerkuilen<br />

om te roesten. Een nestplaats van kerkuil is tijdens het veldbezoek niet aangetroffen. Het traceren<br />

van een (oud) nest in de oude boerenschuren buiten het broedseizoen is echter lastig. Gezien de<br />

omvang van de onderzoekslocatie tezamen met de periode waarin het veldbezoek is uitgevoerd, is<br />

een nestplaats van kerkuil op de onderzoekslocatie niet volledig uit te sluiten. Door op voorhand aan<br />

de binnenzijde van de nieuwe open kapschuur, op deellocatie A, een nestkast voor kerkuil te plaatsen<br />

is mogelijke overtredingen van de Flora- en faunawet ten aanzien van kerkuil te voorkomen. Deze<br />

plaatsing kan worden uitgevoerd in overleg met een ter zake kundige op het gebied van kerkuilen.<br />

Indien deze maatregel niet wordt uitgevoerd dient aanvullend onderzoek binnen het geschikte seizoen<br />

meer uitsluitsel te geven over het gebruik en belang de onderzoekslocatie voor kerkuilen.<br />

Overige vogelsoorten waarvan het nest jaarrond beschermd is (categorie 1 t/m 4) zijn niet te verwachten<br />

op de onderzoekslocatie door het ontbreken van verblijfsindicaties of het ontbreken van geschikt<br />

habitat.<br />

Broedvogels (beschermingscategorie 5)<br />

Op de onderzoekslocatie kunnen enkele soorten uit de beschermingscategorie 5, zoals koolmees,<br />

pimpelmees, zwarte roodstaart en boerenzwaluw nestgelegenheid vinden. Daarnaast zijn op de onderzoekslocatie<br />

spreeuw en zwarte kraai waargenomen en is een eksternest aangetroffen. Het gaat<br />

hier<strong>bij</strong> om “algemeen” voorkomende soorten, die in dit geval ook in de directe omgeving voldoende<br />

broedgelegenheid hebben. De aanwezige bomen zijn gecontroleerd op nestholtes; deze zijn niet<br />

aangetroffen. Er zijn derhalve geen <strong>bij</strong>zondere ecologische omstandigheden die rechtvaardigen dat<br />

de nesten van genoemde soorten op de onderzoekslocatie een jaarrond beschermde status zouden<br />

moeten hebben.<br />

10083614_V2 OSS.GEM.ECO1 Pagina 6 van 12

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!