Bijlagen bij toelichting - Gemeente Oss

6. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
Econsultancy heeft in opdracht van de gemeente Oss een quickscan flora en fauna uitgevoerd aan de
Kapelstraat 38-42 te Megen in de gemeente Oss.
De quickscan flora en fauna is uitgevoerd in het kader van een bestemmingsplanwijziging.
Voorgenomen ingreep:
De initiatiefnemer is voornemens 4 nieuwbouwwoningen te realiseren op de onderzoekslocatie. Twee
woonhuizen op deellocatie A en twee woonhuizen op deellocatie C. Ten behoeve van de herontwikkeling
zullen diverse bedrijfsgebouwen worden gesloopt en vegetatie worden verwijderd. Daarnaast
zal het woonhuis nummer 38 met de schuur direct ten noorden, op deellocatie B, worden gerenoveerd.
Waarnemingen en te verwachten soorten:
Op de onderzoekslocatie zijn vogelsoorten waargenomen of te verwachten waarvan het nest jaarrond
beschermd. Op de onderzoekslocatie zijn braakballen van kerkuil aangetroffen, vermoedelijk wordt de
onderzoekslocatie gebruikt als rustplaats. Een nestplaats van kerkuil is tijdens het veldbezoek niet
aangetroffen, maar ook niet volledig uit te sluiten. Tijdens het veldbezoek zijn huismussen waargenomen
in de schuur op deellocatie A. Op deellocatie B zijn nestresten aangetroffen van vermoedelijk
huismus. Het is niet volledig uit te sluiten dat huismus op de deellocaties A en B broedt. De onderzoekslocatie
maakt mogelijk deel uit van het leefgebied van steenuil. Op de onderzoekslocatie zijn
tevens enkele soorten waargenomen of te verwachten waarvan het nest (in dit geval) niet jaarrond
beschermd is zoals ekster, spreeuw, koolmees, pimpelmees, zwarte roodstaart, boerenzwaluw, zwarte
kraai, merel, holenduif, witte kwikstaart, roodborst, winterkoning en vink.
De bebouwing op de deellocatie B is in principe geschikt als verblijfplaats voor vleermuizen als gewone
grootoorvleermuis en gewone dwergvleermuis. De onderzoekslocatie zal, gelet op het aanwezige
habitat gebruikt kunnen worden door vleermuizen als gewone dwergvleermuis, gewone grootoorvleermuis
en laatvlieger om te foerageren. De onderzoekslocatie vormt geschikt habitat voor algemene
grondgebonden zoogdieren. Het gaat daarbij om algemene soorten als egel, mol en konijn. De
onderzoekslocatie vormt geschikt landhabitat voor algemene amfibieënsoorten als bruine kikker en
gewone pad.
Voor de overige soorten uit de verschillende soortgroepen vormt de onderzoekslocatie geen geschikt
habitat of zijn deze op grond van bekende verspreidingsgegevens of het ontbreken van verblijfsindicaties
niet te verwachten.
Maatregelen ter voorkoming van overtredingen van de Flora- en faunawet:
Broedvogels (nest jaarrond beschermd)
Kerkuil: Door op voorhand aan de binnenzijde van de nieuwe open kapschuur, op deellocatie A, een
nestkast voor kerkuil te plaatsen is mogelijke overtreding van de Flora- en faunawet ten aanzien van
kerkuil te voorkomen.
Huismus: Door de nieuwbouwwoningen geschikt te maken als broedlocatie voor deze soort en de
werkzaamheden te starten buiten het broedseizoen (eind maart-augustus) zijn mogelijke overtredingen
van de Flora- en faunawet te voorkomen.
Steenuil: Door de onderzoekslocatie steenuilvriendelijk in te richten, door onder andere het behouden
of nieuwe aanplant van de fruitbomen op deellocatie A en B (voor tips zie www.steenuil.nl) en het
plaatsen van een steenuilkast op een geschikte locatie is mogelijke overtreding van de Flora- en faunawet
ten aanzien van steenuil te voorkomen.
10083614_V2 OSS.GEM.ECO1 Pagina 10 van 12