De latere Stoa over het huwelijk: - Tresoar
De latere Stoa over het huwelijk: - Tresoar
De latere Stoa over het huwelijk: - Tresoar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
358<br />
25 Zie nochtans Theophrastus, geciteerd in art. I,<br />
n. 3.<br />
26 Hierom zal Nicostratus (ap. STOB., IV. 23,62)<br />
aan behoeftige mensen <strong>het</strong> <strong>huwelijk</strong> ontraden.<br />
27 Zie E. EYBEN, <strong>De</strong> jonge Romein, Brussel,<br />
1977, p. 90 e.v.; pp. 490-491.<br />
28 Zie Cc VATIN, Recherches sur le mariage et la<br />
condition de la femme mariée à l’époque hellénistique,<br />
Paris, 1970, p. 232; 237.<br />
29 Vgl. b.v. A. BONHOFFER, Die Ethik des Stoikers<br />
Epiktet, Stuttgart, 1894, pp. 63-5; 86.<br />
30 Voor soortgelijke argumenten bij andere moralisten,<br />
zie N. GEURTS, o.l., p. 1 e.v.<br />
31 Vgl. de woorden van Nicostratus (ap. STOBc,<br />
IV, 23, 65): de man spreekt <strong>over</strong> zijn geheimen<br />
met niemand in de stad als met zijn vrouw, en<br />
wel zo, alsof hij met zichzelf spreekt. Groot is<br />
de kloof met <strong>het</strong> klassieke Griekenland waar we<br />
bij Xenophon (Oec., 3, 12) lezen dat er weinig<br />
mensen zijn met wie men minder spreekt dan<br />
met zijn vrouw.<br />
32 Plutarchus gaat nog verder waar hij <strong>het</strong> verwekken<br />
van kinderen ondergeschikt maakt aan de<br />
levensgemeenschap. Zie onze n. 14 bij art. II.<br />
33 Dit geldt voor zowat alle moralisten. Vgl. N.<br />
GEURTS, o.l., p. 26 e.v.; 152 e.v.<br />
34 Vgl. art. I, n. 8.<br />
35 Hier<strong>over</strong> zijn de meeste moralisten <strong>het</strong> eens,<br />
maar niemand stelt de zaken zo scherp als Musonius.<br />
Vgl. N. GEURTS, o.l. p. 122 e.v.; A.C.<br />
VAN GEYTENBEEK, Musonius Rufus, Assen,<br />
1963, p. 71 e.v.<br />
36 Voor <strong>het</strong> unieke van Musonius1 seksuele moraal,<br />
zie A.C. VAN GEYTENBEEK, o.l., p. 72 e.v.;<br />
N. GEURTS, o.l., p. 152 e.v. Musonius’ radicaal<br />
standpunt zal hernomen worden door Clemens<br />
van Alexandrië (Paed., II, 10, 90-102) die<br />
in sterke mate door Musonius beïnvloed werd.<br />
<strong>De</strong>ze moraal is trouwens typisch voor alle Kerkvaders.<br />
Zie J.T. NOONAN, Contraception,<br />
Cambridge, 1966, p. 46 e.v. en passim.<br />
37 Dit is ml <strong>het</strong> geval bij Plutarchus die (Coniug.<br />
Praec., 44, 144 D) van de man trouw verlangt<br />
daar hij zijn vrouw anders verdriet bezorgt. Plutarchus<br />
is nochtans niet consequent. Elders<br />
(ibid., 16, 140 B) meent hij dat de vrouw zich<br />
niet mag ergeren als haar man al eens een slippertje<br />
maakt met een <strong>het</strong>aere of slavin.<br />
38 Voor Plutarchus’ opvattingen <strong>over</strong> <strong>het</strong> <strong>huwelijk</strong>,<br />
zoals ze vooral verwoord worden in zijn Amatorius<br />
en zijn Coniugalia praecepta, zie L. GOESS-<br />
LI R, Plutarchs Gedanken über die Ehe, Diss.<br />
Zürich,1962.<br />
39 Plutarchus denkt aan buitenechtelijke verhoudingen.<br />
Als man en vrouw werkelijk van elkaar<br />
houden, zal de man niet elders zijn plezier zoeken.<br />
40 Plutarchus herneemt hier de definitie van Antipater<br />
(tekst 2, r. 25). Vgl. PEUT., Coniug.<br />
Praec., 34, 142 E-F: Sommige lichamen bestaan,<br />
zoals de filosofen zeggen, uit delen, die<br />
van elkaar gescheiden zijn, b.v. een vloot en een<br />
leger, andere uit delen, die aaneengevoegd worden,<br />
b.v. een huis en een schip, weer andere<br />
vormen ieder op zichzelf een eenheid, die van<br />
nature is samengegroeid, h.v. elk levend wezen.<br />
Zo ongeveer is <strong>het</strong> ook met <strong>het</strong> <strong>huwelijk</strong>: dat<br />
van hen, die elkander wederkerig lief hebben,<br />
vormt een hechte en natuurlijke eenheid; dat<br />
van hen, die om de bruidsschat of met <strong>het</strong> oog<br />
op <strong>het</strong> krijgen van kinderen huwen, bestaat uit<br />
twee delen, die aaneengevoegd worden; en dat,<br />
<strong>het</strong>welk zij sluiten, die terwille van <strong>het</strong> lichamelijke<br />
genot samen slapen, en die, naar men zou<br />
kunnen menen, wel met elkaar <strong>het</strong>zelfde huis<br />
bewonen maar niet met elkaar <strong>het</strong> leven doorgaan,<br />
bestaat uit twee delen, die los van elkander<br />
staan. Zoals nu de natuur filosofen beweren,<br />
dat vloeistoffen volkomen met elkaar gemengd<br />
worden, zo behoren zij, die een <strong>huwelijk</strong> aangaan,<br />
met elkander één te zijn in hun lichamen,<br />
hun bezittingen, hun vrienden en hun familie<br />
(Vert. A.J. KOSTER).<br />
41 Vgl. b.v. J. CARCOPINO, La vie quotidienne à<br />
Rome, Paris, 1938, p. 112 e.v.; L. FRIED-<br />
LÄNDER, Sittengeschichte Roms, vol. I, Leipzig,<br />
1922 10 , p. 283 e.v.<br />
42 Andere teksten bij G. DELLING, Eheleben, in<br />
Reallexikon für Antike und Christentum, 4<br />
(1959), kol. 696 e.v.