03.11.2013 Views

38 - MS Research

38 - MS Research

38 - MS Research

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

nummer <strong>38</strong> jaar 2011<br />

Jonge mensen met <strong>MS</strong><br />

“Wetenschappelijk onderzoek<br />

bepaalt de kwaliteit van mijn leven”<br />

<strong>MS</strong>-CENTRA<br />

<strong>MS</strong>-onderzoek is de afgelopen 30 jaar<br />

in een stroomversnelling gekomen<br />

stichting<br />

research


Voorwoord<br />

Inhoud<br />

30 jaar Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

U herkent vast de momenten waarop je je meer dan ooit realiseert dat de tijd snel gaat; op<br />

een verjaardag, tijdens oud en nieuw, maar ook na afloop van de vakantie, die weer veel te<br />

vlug voorbij is gegaan.<br />

Dit jaar staat onze Stichting stil bij haar 30-jarig jubileum. In dit magazine licht prof. dr. Polman<br />

helder toe wat die 30 jaren mensen met <strong>MS</strong> gebracht hebben.<br />

Helaas is er ook veel wat - nog - niet bereikt is. Op de cover ziet u een stralende Mikki (13)<br />

tijdens de dag voor kinderen met <strong>MS</strong> in de Efteling. Terwijl dit magazine geproduceerd<br />

wordt, ondergaat Mikki een beenmergtransplantatie. Haar moeder beschrijft op pagina 16<br />

wat dit voor Mikki en het gezin betekent en welke afwegingen een rol spelen op het moment<br />

dat je als ouders voor zo’n moeilijke beslissing staat. Voor Mikki en vele anderen kan de<br />

tijd niet snel genoeg gaan. Waar u en ik misschien wel eens denken “stop de tijd”, hebben<br />

zo veel mensen met <strong>MS</strong> letterlijk geen tijd meer om te wachten. Onderzoek moet hen een<br />

betere toekomst brengen en hopelijk wel zo snel mogelijk.<br />

Meer onderzoek betekent meer geld. In ons jaarverslag dat gelijktijdig met dit magazine uitkomt<br />

kunt u zien dat we vorig jaar meer onderzoek mogelijk gemaakt hebben. Als u betrokken<br />

bent bij iemand met <strong>MS</strong> weet u dat er nog veel meer nodig is. Ik vraag u ons te helpen. Dat<br />

kan op vele manieren; door middel van een donatie, maar ook door een actie voor ons te<br />

organiseren of ons werk onder de aandacht van anderen te brengen. Of vrijwilliger te worden<br />

en ook zo bij te dragen aan een betere toekomst voor mensen met <strong>MS</strong>.<br />

Tijdens ons jubileum zijn we in een nieuw jasje gestoken; een aangepast logo met bijbehorende<br />

huisstijl. Ons beeldmerk “de helpende hand” is hetzelfde gebleven, evenals de kleur oranje.<br />

Centraler staat <strong>MS</strong>, krachtig in het midden. Zo willen we nog sterker duidelijk maken waar<br />

we voor staan; onderzoek dat leidt naar de oplossing voor <strong>MS</strong>.<br />

Zonder u lukt dat niet.<br />

2,5 miljoen mensen wereldwijd zijn u dankbaar voor uw hulp, in welke vorm dan ook.<br />

4<br />

<strong>MS</strong>-centra<br />

Wat is er bereikt de afgelopen<br />

jaren en wat zijn de plannen<br />

voor de toekomst?<br />

10<br />

<strong>MS</strong>-onderzoek<br />

Jonge <strong>MS</strong>-onderzoekers<br />

aan het woord.<br />

12<br />

Jonge mensen met <strong>MS</strong><br />

Wat betekent de diagnose <strong>MS</strong><br />

en wat kan wetenschappelijk<br />

onderzoek voor hen betekenen?<br />

17<br />

Column Reni de Boer<br />

Is het 30-jarig bestaan van <strong>MS</strong><br />

een feestje of niet?<br />

16<br />

Mikki<br />

Op de cover de prachtige<br />

foto van Mikki van der Zwan,<br />

niet zomaar een meisje met<br />

<strong>MS</strong>. Lees het aangrijpende<br />

verhaal van haar moeder<br />

over de behandeling die<br />

haar hoop moet geven.<br />

20<br />

De <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> Fellows<br />

Wat is het resultaat van het<br />

onderzoek van vier van de zes<br />

Fellows?<br />

colofon<br />

Rondom <strong>MS</strong> is een periodiek met<br />

als doel het zo breed mogelijk<br />

informatie bieden over multiple sclerose<br />

Eindredactie<br />

Dorinda Roos, directeur<br />

Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

directie@msresearch.nl<br />

Redactie<br />

Maarten Schikker<br />

maarten@schikker.nl<br />

Vormgeving<br />

HollandDrive<br />

Productie<br />

Regalis - Zeist<br />

Oplage<br />

40.000<br />

Fotografie<br />

Renate Beense<br />

Jelmer de Haas<br />

Contact<br />

Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

Leidseweg 557-1<br />

Postbus 200<br />

2250 AE Voorschoten<br />

Telefoon 071 5 600 500<br />

www.msresearch.nl<br />

info@msresearch.nl<br />

ING 6989<br />

ABN AMRO 70.70.70.376<br />

Dorinda Roos<br />

Directeur Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

2 3


<strong>MS</strong>-centra<br />

<strong>MS</strong>-centra, combinatie van kwaliteit van zorg en wetenschap<br />

Belangrijk bij de ontwikkeling van medicijnen<br />

voor een ziekte is de samenwerking tussen<br />

de onderzoekers. Om deze reden heeft de<br />

Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> subsidies in het<br />

leven geroepen die deze samenwerking<br />

stimuleren. Ook heeft de Stichting besloten<br />

tot de oprichting van <strong>MS</strong>-centra voor<br />

onderzoek en zorg. Deze zijn bedoeld om<br />

het onderzoek verder te stimuleren en uit<br />

te breiden, waardoor de zorg voor mensen<br />

met <strong>MS</strong> in deze centra verbetert. Ruim tien<br />

jaar geleden werd het eerste <strong>MS</strong> Centrum<br />

geopend; VUmc <strong>MS</strong> Centrum Amsterdam,<br />

vervolgens opende in 2002 het tweede <strong>MS</strong><br />

Centrum haar deuren in Rotterdam, het <strong>MS</strong><br />

Centrum Eras<strong>MS</strong>. Daarna volgde in 2008<br />

het Academisch <strong>MS</strong> Centrum Limburg, in<br />

2010 het <strong>MS</strong> Centrum Nijmegen en wordt<br />

in 2011 het <strong>MS</strong> Centrum Noord-Nederland<br />

geopend. In deze editie van de Rondom <strong>MS</strong><br />

wordt er aandacht besteed aan de twee “oudste”<br />

<strong>MS</strong>-centra, Amsterdam en Rotterdam.<br />

Wat is er bereikt de afgelopen tien jaar en<br />

wat verwachten zij van de toekomst.<br />

<strong>MS</strong>-onderzoek is afgelopen 30 jaar in<br />

een stroomversnelling gekomen<br />

Het woord ‘directeur’ roept bij Chris<br />

Polman niet direct warme gevoelens<br />

op. Dat komt niet voort uit<br />

valse bescheidenheid, maar hij kan gewoon<br />

niet veel met zo’n titel. In het stempel ‘<strong>MS</strong>professor’,<br />

dat nog wel eens op hem wordt<br />

geplakt, kan hij zich beter herkennen: “Dat<br />

is logischer, daar kan ik mij inhoudelijk meer<br />

bij voorstellen.” Polman spreekt met grote<br />

geestdrift en precisie over zijn vak, maar<br />

wordt ietwat onduidelijk wanneer wij iets<br />

meer willen weten over zijn loopbaan. “Ik<br />

ben eigenlijk nooit ergens anders aan de<br />

slag geweest. Zo’n 25 jaar geleden, tijdens<br />

mijn opleiding tot neuroloog, ben ik min of<br />

meer toevallig bij <strong>MS</strong> betrokken geraakt.<br />

Dat is toen geen ontzettend bewuste keuze<br />

geweest. Het is ook niet helemaal toeval,<br />

want ik ben wel meer iemand die van een<br />

klein beetje heel veel wil weten dan van heel<br />

“Het onderzoek naar <strong>MS</strong> is de<br />

afgelopen 30 jaar in een stroomversnelling<br />

gekomen. <strong>MS</strong> is op<br />

de kaart gezet en er zijn veel<br />

fundamentele zaken ontdekt.<br />

Op technologisch gebied zijn<br />

enorme sprongen gemaakt en veel<br />

meer mensen zijn er op allerlei<br />

gebieden bij betrokken. Er is<br />

duidelijk een vliegwieleffect<br />

opgetreden.” Dat zegt<br />

prof. dr. C.H. Polman, hoogleraar<br />

neurologie en directeur van het<br />

<strong>MS</strong> Centrum Amsterdam dat deel<br />

uitmaakt van het medisch centrum<br />

van de Vrije Universiteit (VUmc).<br />

veel een klein beetje.”<br />

In 1995 aanvaardde hij aan de geneeskunde<br />

faculteit van de VU het ambt van bijzonder<br />

hoogleraar in de neurologie, speciaal<br />

ter bestudering van multiple sclerose. Dat<br />

gebeurde met financiële steun van de Stichting<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong>. In zijn eerste toespraak als<br />

<strong>MS</strong>-professor stelde hij op bescheiden toon<br />

vast: “We zijn te vergelijken met elektriciens<br />

die de elektrische bedrading doormeten<br />

om een kortsluiting en de oorzaak ervan op<br />

te sporen.” Het ‘bijzondere’ professoraat<br />

werd al vrij snel omgezet in een ’gewone’<br />

hoogleraarspost. De gelden van de Stichting<br />

vloeien nu naar het <strong>MS</strong> Centrum Amsterdam<br />

(zie kader), dat ruim twaalf jaar geleden<br />

werd opgericht. Doel van dit initiatief was<br />

het verrichten van hoogwaardig onderzoek<br />

naar <strong>MS</strong> en het opleiden van in <strong>MS</strong> gespecialiseerde<br />

geneeskundigen, onderzoekers<br />

en paramedici. Hoewel er sprake is van een<br />

officiële oprichtingsdatum - 20 november<br />

1998 - stelt Polman dat het centrum min of<br />

meer geleidelijk is ontstaan. “Het inofficiële<br />

begin was al ongeveer 25 jaar geleden.<br />

Tekst: Maarten Schikker<br />

Professor dr. Chris Polman<br />

Hoofd <strong>MS</strong> Centrum<br />

VU medisch centrum Amsterdam<br />

4 5


<strong>MS</strong> Centra, wat is er bereikt.<br />

voor specifieke onderzoeksprojecten. De<br />

programmasubsidies zijn gestart in 1998<br />

en bestrijken een periode van vier jaar. De<br />

derde subsidie, die liep van 2006 tot 2010,<br />

was vooral gericht op de versterking van<br />

de basis van het <strong>MS</strong> Centrum Amsterdam,<br />

namelijk de vier hoofddisciplines waarmee<br />

het zich wereldwijd onderscheidt.<br />

De vier verschillende specialismen<br />

op het gebied van <strong>MS</strong> zijn:<br />

De afdeling neurologie die zich heeft<br />

gespecialiseerd in deze ziekte (onder<br />

leiding van professor Chris Polman);<br />

De afdeling radiologie die in 1990<br />

als eerste in Nederland MRI-scans<br />

van mensen met <strong>MS</strong> is gaan maken<br />

(professor Frederik Barkhof);<br />

De afdeling moleculaire celbiologie<br />

en immunologie die aan de ontrafeling<br />

van de ziekte werkt (professor<br />

Christien Dijkstra);<br />

Neurologie van het VUmc en de Stichting<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong> hebben elkaar voortdurend<br />

aangejaagd: je mag wel zeggen dat zonder<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong> het <strong>MS</strong> Centrum Amsterdam<br />

niet was ontstaan.”<br />

‘Wapenfeiten’<br />

Op de vraag wat de belangrijkste ‘wapenfeiten’<br />

van het centrum de afgelopen 30<br />

jaar zijn, stelt professor Polman voor zich te<br />

beperken tot de klinisch relevante zaken.<br />

Daarmee blijft het fundamenteel wetenschappelijk<br />

onderzoek buiten beeld. “We<br />

laten de moleculen buiten beschouwing.<br />

Dat wil niet zeggen dat ze niet belangrijk<br />

zijn, integendeel.” Volgens hem zijn er op<br />

drie gebieden goede resultaten geboekt<br />

en is er helaas op één terrein nog negatief<br />

nieuws te melden. Om bij het begin te beginnen:<br />

het is nu mogelijk de diagnose <strong>MS</strong><br />

snel en betrouwbaar te stellen. “Op enkele<br />

uitzonderingen na, is dit probleem opgelost.<br />

Dat voorkomt onzekerheid bij mensen,<br />

brengt duidelijkheid en kan eventueel leiden<br />

tot vroegtijdige medicatie. De MRI heeft hieraan<br />

een belangrijke bijdrage geleverd, zowel<br />

het apparaat zélf als het interpreteren van<br />

de gegevens die het apparaat oplevert.” De<br />

afdeling radiologie van het VUmc heeft zich<br />

gespecialiseerd in MRI-scans van het centrale<br />

zenuwstelsel. Voor de beoordelingen van<br />

deze scans zijn de zogenaamde Barkhofcriteria<br />

ontwikkeld, (genoemd naar professor<br />

Frederik Barkhof van het VUmc), die wereldwijd<br />

worden gebruikt. Hierdoor kan een<br />

duidelijker onderscheid worden gemaakt<br />

tussen <strong>MS</strong> en andere diagnoses.<br />

Ook zijn de behandelingsmogelijkheden<br />

sterk verbeterd. Polman: “Dat geldt vooral<br />

voor mensen in het beginstadium van de<br />

ziekte. Er zijn geleidelijk aan meer behandelingen<br />

en die zijn in de loop der tijd beter,<br />

verfijnder en effectiever geworden. We beschikken<br />

nu over geneesmiddelen als interferon<br />

en natalizumab. Orale medicatie komt<br />

sterk op. 30 jaar geleden waren er nul medicijnen<br />

voor mensen met <strong>MS</strong> op de markt, nu<br />

hebben we een handvol.” In de slipstream<br />

van de diagnose en de behandeling, noemt<br />

hij als derde resultaat de geweldig toegenomen<br />

aandacht voor <strong>MS</strong>. “Vergeleken met<br />

vroeger zijn veel meer mensen professioneel<br />

bezig met de ziekte, in gespecialiseerde <strong>MS</strong>centra:<br />

van neurologen, revalidatieartsen,<br />

enzovoort tot verpleegkundigen.”<br />

Kleine stappen<br />

Polman is er de man niet naar om alleen<br />

maar mooi weer te spelen. “Waar het om de<br />

diagnose en de behandeling gaat, hebben we<br />

ons heel sterk gericht op de eerste fase van<br />

<strong>MS</strong>, op de ontstekingen. Van de progressieve<br />

fase, waarin de neurodegeneratie (geleidelijk<br />

minder functioneren van de zenuwcellen -<br />

red.) optreedt, hebben we aanzienlijk minder<br />

kennis. Er blijkt geen rechtstreeks verband<br />

tussen de hoeveelheid ontstekingen en de<br />

mate van neurodegeneratie. De nieuwe<br />

programmasubsidie van <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> richt<br />

zich geheel op het onderzoek hiernaar.”<br />

Samenvattend stelt Polman dat het hoofdstuk<br />

diagnose bijna klaar is, dat bij het hoofdstuk<br />

vroege behandeling het glas halfvol<br />

is en dat bij het nieuwe chapiter neurodegeneratie<br />

de testfase is aangevangen.<br />

“We kijken reikhalzend uit naar de eerste<br />

resultaten, maar we verwachten zeker niet<br />

dé oplossing. Het gaat om kleine stappen.<br />

De kans dat <strong>MS</strong> in één keer wordt opgelost,<br />

daar geloof ik niet in. Het gaat niet om één<br />

ding.” Ondanks alle vorderingen en nieuwe<br />

inzichten verkondigt professor Chris Polman<br />

deze boodschap al jaren met grote stelligheid.<br />

Destijds, bij de opening van het <strong>MS</strong><br />

Centrum Amsterdam, temperde hij al hoog<br />

gestemde verwachtingen:<br />

“geen doorbraak, maar kleine stappen”.<br />

<strong>MS</strong> Centrum Amsterdam<br />

Het <strong>MS</strong> Centrum Amsterdam van het VUmc<br />

is officieel in 1998 opgericht en verricht<br />

wetenschappelijk, multidisciplinair onderzoek<br />

dat gericht is op de vroege opsporing en<br />

behandeling op maat van <strong>MS</strong>. De Stichting<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong> heeft een cruciale rol gespeeld<br />

bij het ontstaan van het centrum. Een<br />

substantieel deel van het wetenschappelijk<br />

onderzoek wordt financieel ondersteund door<br />

de Stichting: door structurele programmasubsidies<br />

of door gerichte subsidies<br />

De afdeling neuropathologie die de<br />

biologische processen die een rol spelen<br />

bij beschadigingen in de hersenen onderzoekt<br />

(professor Paul van der Valk).<br />

De vierde programmasubsidie van <strong>MS</strong><br />

<strong>Research</strong> voor de periode 2010 - 2014<br />

bedraagt in totaal 2,4 miljoen euro en is<br />

bestemd voor onderzoek naar neurodegeneratie.<br />

Nederland telt circa 16.000 mensen<br />

met <strong>MS</strong>. Ongeveer 1.000 tot 1.200<br />

patiënten komen voor hun behandeling<br />

naar het centrum. Landelijk zijn er per<br />

jaar ruim 500 nieuwe gevallen met <strong>MS</strong>.<br />

Hiervan komt ongeveer de helft naar het<br />

<strong>MS</strong> Centrum voor een second opinion.<br />

6 7


Onderzoek in het <strong>MS</strong> Centrum Rotterdam<br />

Er is zowel voor kinderen als volwassenen een<br />

grote behoefte aan een beter inzicht in de<br />

mogelijke oorzaken en factoren die bijdragen<br />

aan het ontwikkelen van <strong>MS</strong> en aan de<br />

prognose van de individuele patiënt. Na een<br />

eerste ontsteking in de hersenen of het ruggenmerg<br />

is bijvoorbeeld nog niet te voorspellen<br />

of iemand uiteindelijk <strong>MS</strong> krijgt. Daarom is<br />

in 2006 een samenwerking gestart met 10<br />

verschillende ziekenhuizen in Nederland om<br />

mensen na een eerste aanval van mogelijke<br />

<strong>MS</strong> verder te volgen.<br />

Inmiddels nemen al meer dan 160 mensen<br />

deel aan de studie. Uit onderzoek is gebleken<br />

dat MRI-beelden een aanwijzing kunnen<br />

geven over het verloop na een eerste aanval.<br />

Maar voor de toekomst is er hoop dat er<br />

biomarkers (of: stoffen) worden gevonden in<br />

bloed of hersenvocht die het verdere verloop<br />

nog beter kunnen voorspellen.<br />

Eras<strong>MS</strong><br />

Rotterdams <strong>MS</strong>-centrum voor<br />

patiëntenzorg en onderzoek<br />

In juli 2002 ging, dankzij een<br />

programmasubsidie van de<br />

Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong>, het<br />

Rotterdamse Centrum<br />

Eras<strong>MS</strong> van start. Inmiddels is<br />

het Eras<strong>MS</strong> uitgegroeid tot een<br />

multidisciplinair centrum, waarbij<br />

artsen en onderzoekers uit<br />

verschillende vakgebieden<br />

betrokken zijn. Naast de patiëntenzorg<br />

staat ook wetenschappelijk<br />

onderzoek centraal. Het onderzoek<br />

spitst zich toe op de rol van<br />

verschillende biologische factoren<br />

op het verloop van <strong>MS</strong>.<br />

Onderzoek Kinderen met <strong>MS</strong><br />

Speciale aandacht binnen het Eras<strong>MS</strong> gaat<br />

uit naar het identificeren van kinderen met<br />

<strong>MS</strong>. Hoewel kinderen met <strong>MS</strong> over het algemeen<br />

dezelfde klachten hebben als volwassenen,<br />

heeft de ziekte bij kinderen meer<br />

impact. Dit komt doordat de hersenen nog<br />

volop in ontwikkeling zijn. In het <strong>MS</strong> Centrum<br />

in Rotterdam worden zoveel mogelijk kinderen<br />

in Nederland met <strong>MS</strong> geïdentificeerd. Van al<br />

deze kinderen wordt bloed opgeslagen voor<br />

verder onderzoek en worden zoveel mogelijk<br />

gegevens verzameld. Aan het project werken<br />

vijftien ziekenhuizen uit het hele land mee.<br />

Omdat <strong>MS</strong> bij kinderen een zeldzame aandoening<br />

is, is een nauwe samenwerking met<br />

onderzoekers over de hele wereld nood zakelijk.<br />

Dit heeft geleid tot het oprichten van de<br />

zo ge heten International Pediatric Multiple<br />

Sclerosis Study Group, waar ook het <strong>MS</strong><br />

Centrum Rotterdam bij betrokken is. In<br />

Rotterdam werd in 2009 de eerste European<br />

Meeting for Pediatric <strong>MS</strong> georganiseerd.<br />

Naast <strong>MS</strong> bij kinderen wordt ook onderzoek<br />

gedaan naar een aandoening die lijkt op <strong>MS</strong>.<br />

Deze aandoening wordt ADEM genoemd en<br />

komt vooral bij kinderen voor. ADEM staat<br />

voor Acute Disseminated Encephalomyelitis,<br />

oftewel een eenmalige acute ontsteking in<br />

het ruggenmerg of de hersenen. Hoewel deze<br />

ontsteking over het algemeen eenmalig optreedt,<br />

kan het een eerste aanwijzing zijn dat<br />

het kind op latere leeftijd <strong>MS</strong> krijgt. Een deel<br />

van het onderzoek is gericht op het identificeren<br />

van verschillen tussen kinderen met ADEM<br />

die niet en kinderen met ADEM die uiteindelijk<br />

wel <strong>MS</strong> krijgen.<br />

Onderzoek naar omgevingsfactoren<br />

Er zijn steeds meer aanwijzingen dat factoren<br />

uit de omgeving van invloed kunnen zijn op<br />

het wel of niet krijgen van <strong>MS</strong>. Hierbij moet<br />

bijvoorbeeld gedacht worden aan vitamine D<br />

en zonlicht. Wanneer de hoeveelheid<br />

vitamine D in het bloed van mensen met<br />

<strong>MS</strong> erg laag is, is de kans op het krijgen van<br />

een aanval groter. Door mensen met een<br />

eerste aanval van <strong>MS</strong> een grote hoeveelheid<br />

vitamine D te geven wordt onderzocht of een<br />

tweede aanval uitgesteld kan worden.<br />

Bepaalde virussen en bacteriën zijn van<br />

invloed op het krijgen en het verloop van <strong>MS</strong>.<br />

Een voorbeeld hiervan is EBV, het virus dat<br />

Pfeiffer veroorzaakt. Hoewel mensen die dit<br />

virus hebben gehad een grotere kans hebben<br />

om <strong>MS</strong> te krijgen is de precieze rol van dit<br />

virus in het krijgen van <strong>MS</strong> nog niet duidelijk.<br />

Hier wordt in het <strong>MS</strong> Centrum in Rotterdam<br />

uitgebreid onderzoek naar gedaan.<br />

Onderzoek naar erfelijke factoren<br />

Niet alleen factoren uit de omgeving spelen<br />

een rol in het krijgen van <strong>MS</strong>, ook erfelijke<br />

factoren worden hierin steeds belangrijker.<br />

Wanneer één van de ouders <strong>MS</strong> heeft, lopen<br />

de kinderen een grotere kans om uiteindelijk<br />

ook <strong>MS</strong> te krijgen. Om te onderzoeken welke<br />

factoren deze erfelijkheid bepalen, is hard<br />

gewerkt aan een Nederlandse gegevensbank<br />

waarin informatie is opgeslagen van families<br />

waarin meerdere mensen <strong>MS</strong> hebben.<br />

Ondertussen is van meer dan 200 van deze<br />

families materiaal verzameld voor verder<br />

onderzoek. Het <strong>MS</strong> Centrum in Rotterdam<br />

heeft inmiddels een verandering in het DNA<br />

gevonden, dat het risico op het krijgen van<br />

<strong>MS</strong> vergroot. De veranderingen in het DNA<br />

die eerder waren gevonden, waren allemaal<br />

van invloed op het afweersysteem. De verandering<br />

in het DNA dat door het <strong>MS</strong> Centrum<br />

in Rotterdam is gevonden kan een doorbraak<br />

genoemd worden. Deze verandering is namelijk<br />

betrokken bij de schade die ontstaat aan de<br />

zenuwen. Verder onderzoek is nodig om de<br />

precieze rol van de verandering in het DNA te<br />

achterhalen.<br />

Dat in het genetische materiaal veranderingen<br />

in het DNA zijn gevonden die iets met het<br />

afweersysteem te maken hebben, is niet<br />

toe vallig. <strong>MS</strong> is een auto-immuunziekte. Dat<br />

betekent dat het afweersysteem zich keert<br />

tegen het eigen lichaam. Remming van cellen<br />

van het afweersysteem is tot nu toe een waardevolle<br />

therapie voor <strong>MS</strong>. Maar het moet nog<br />

veel beter. Om een nieuwe therapie te ontwikkelen,<br />

moet eerst onderzocht worden wat<br />

er mis gaat met het afweersysteem. Daarom<br />

worden de ontstekingscellen die in het bloed<br />

Prof. dr. R.Q. Hintzen<br />

Hoofd <strong>MS</strong> Centrum Eras<strong>MS</strong><br />

zitten uitgebreid onderzocht. Een factor die<br />

van invloed kan zijn op het afweersysteem is<br />

de factor hormonen. Vrouwen die in verwachting<br />

zijn hebben tijdens de zwangerschap<br />

minder <strong>MS</strong>-klachten. Van een groot aantal<br />

zwangere vrouwen met <strong>MS</strong> is bloed en urine<br />

verzameld. Dit materiaal kan in de toekomst<br />

gebruikt worden om de invloed van hormonen<br />

op <strong>MS</strong> tijdens de zwangerschap te onderzoeken.<br />

Toekomst<br />

In de toekomst wil het Rotterdamse centrum<br />

zich nog verder specialiseren in het zo vroeg<br />

mogelijk vaststellen van <strong>MS</strong> (na een eerste<br />

aanval) en het nauwgezet vervolgen van<br />

patienten. Hiervoor wordt van zoveel mogelijk<br />

patiënten bloed, hersenvocht en DNA<br />

ver zameld om door middel van moderne<br />

technieken biomarkers te identificeren en<br />

de mogelijk voorspellende waarde van deze<br />

markers te testen. De specifieke aandacht<br />

voor kinderen met <strong>MS</strong> en aanverwante aandoeningen,<br />

alsmede voor het bij volwassenen<br />

optredende neuromyelitis optica, zal verder<br />

worden uitgebouwd. Voor deze beide groepen<br />

werd in de afgelopen jaren een landelijk<br />

expertisecentrum opgericht.<br />

Inmiddels heeft Eras<strong>MS</strong>, in samenwerking met<br />

het oogziekenhuis Rotterdam, ruime ervaring<br />

opgebouwd in het meten van de dikte van de<br />

oogzenuw als maat voor <strong>MS</strong>-schade. Het plan<br />

is om nu zo spoedig mogelijk een trial te starten<br />

met als vraag of het mogelijk is om de<br />

ontsteking schade in het oog na een oog zenuwontsteking<br />

te beperken door inname van een<br />

hoge dosis vitamine D. Al met al stelt het<br />

centrum zich ten doel om optimale zorg voor<br />

<strong>MS</strong>-patiënten te koppelen aan top-onderzoek.<br />

Om dit model van zogenaamde translationele<br />

geneeskunde te bereiken zal er steeds meer<br />

een nauw contact zijn tussen behandelende<br />

artsen en hun collega’s in laboratoria die<br />

experts zijn op het gebied van de cellen en<br />

moleculen die een belangrijke rol spelen bij<br />

het ontstaan en verloop van <strong>MS</strong>.<br />

<strong>MS</strong> is een complexe aandoening. Er is niet<br />

simpel 1 oorzaak. Zicht op een betere toekomst<br />

voor mensen met <strong>MS</strong> zal moeten komen door<br />

een zeer nauw samenspel van totaal uiteenlopende<br />

vakgebieden.<br />

te Rotterdam<br />

8 9


Jonge onderzoekers<br />

<strong>MS</strong>-onderzoek blijft me<br />

verwonderen en verbazen<br />

Op het moment dat op de Universiteit<br />

van Maastricht wordt gestart met de<br />

opleiding neuropsychologie stond<br />

voor Cindy Lieben vast; dit was hetgene wat<br />

zij wilde doen. Hoewel het behandelen van<br />

patiënten ook haar interesse had, werd<br />

tijdens haar studie al vrij snel duidelijk dat ze<br />

wetenschappelijk onderzoek wilde gaan doen.<br />

Dit werd bevestigd toen zij tijdens haar stage<br />

zelf preklinisch onderzoek mocht uitvoeren.<br />

Het onderzoek dat zij in deze stage was<br />

begonnen mocht ze voortzetten tijdens haar<br />

promotieonderzoek aan de Universiteit van<br />

Maastricht.<br />

Tijdens haar promotieonderzoek heeft<br />

dr. Lieben gekeken naar de rol van serotonine<br />

in stemmings-relateerde en cognitieve<br />

functies. Wanneer je een tekort hebt aan<br />

serotonine kun je last krijgen van stemmingswisselingen<br />

en leerproblemen. Voor de<br />

aan maak is serotonine afhankelijk van de<br />

beschikbare hoeveelheid tryptofaan in het<br />

lichaam. Tryptofaan is een essentieel aminozuur.<br />

Dat wil zeggen dat bij een tekort aan<br />

tryptofaan, het lichaam dit niet zelf kan aanmaken.<br />

De beschikbaarheid aan tryptofaan<br />

wordt via de voedselinname bepaald. Dr.<br />

Lieben ontwikkelde een dieet dat geen tryptofaan<br />

bevat. Er werd aangetoond dat wanneer<br />

je voeding krijgt waar geen tryptofaan<br />

in zit, serotonine concentraties dalen en er<br />

binnen zeer korte tijd leer- en geheugenproblemen<br />

kunnen ontstaan. Deze effecten<br />

zijn gelukkig van tijdelijke aard en worden<br />

opgelost door mensen in de voeding meer<br />

tryptofaan te geven. Na een aantal jaren<br />

preklinisch onderzoek, wilde ze zich graag<br />

In Nederland zijn meer dan 100<br />

jonge, gedreven wetenschappers<br />

dagelijks bezig met het vinden<br />

van een oplossing voor <strong>MS</strong>.<br />

In deze Rondom <strong>MS</strong> aandacht voor<br />

Cindy Lieben en Jonathan Vinet.<br />

Dr. Lieben doet onderzoek naar<br />

het verbeteren van problemen met<br />

cognitie en depressie bij<br />

mensen met <strong>MS</strong>. Hiervoor maakt<br />

zij gebruik van een verandering in<br />

het voedingspatroon.<br />

richten op onderzoek waarbij ook patiënten<br />

betrokken zijn. Het idee ontstond om een<br />

voeding te ontwikkelen die speciaal bedoeld<br />

is voor een groep mensen met een bepaalde<br />

aandoening. Door deze zoektocht kwam<br />

dr. Lieben in aanraking met <strong>MS</strong>.<br />

Zij vond dat bijna de helft van de mensen met<br />

<strong>MS</strong> op een bepaald moment tijdens hun<br />

ziekteproces te maken heeft met stemmingswisselingen<br />

of cognitieve klachten. Vanuit de<br />

literatuur zijn er aanwijzigingen dat het metabolisme<br />

van serotonine ontregeld kan zijn<br />

bij <strong>MS</strong>. Hierdoor werd de interesse gewekt<br />

om juist voor deze groep mensen een speciale<br />

voeding te ontwikkelen met als doel de aanmaak<br />

van serotonine te normaliseren en<br />

hier door de neuropsychologische problemen<br />

te verminderen.<br />

In 2009 is zij een eenjarige pilotstudie gestart<br />

onder begeleiding van prof. Hupperts,<br />

welke gefinancierd wordt door de Stichting<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong>. Onderzocht wordt of door<br />

middel van voeding verrijkt met tryptofaan<br />

stemmingswisselingen en cognitieve klachten<br />

bij mensen met <strong>MS</strong> verminderd kunnen<br />

worden, waardoor de levenskwaliteit omhoog<br />

gaat. “We zijn een beetje toevallig in het <strong>MS</strong>onderzoek<br />

terecht gekomen, maar het is wel<br />

heel interessant en ik heb het gevoel dat we<br />

hier toch wel op de juiste plaats zitten. Wat<br />

mij persoonlijk heel erg interesseert is om te<br />

kijken wat er gebeurt met het serotonerge<br />

systeem bij mensen met <strong>MS</strong>. Zijn er bijvoorbeeld<br />

verschillen tussen de verschillende<br />

typen van <strong>MS</strong>? Welke factoren kunnen van<br />

invloed zijn voor de aanmaak van serotonine<br />

en wat gebeurt er binnen het lichaam?<br />

De relatie tussen serotonine, neuropsychologische<br />

functies en <strong>MS</strong> is zeker een richting<br />

waarin ik graag verder zou willen gaan. We<br />

hopen heel erg dat dit niet een eenmalig<br />

sprong naar de <strong>MS</strong>-wereld is. Daar gaan we<br />

nu in ieder geval nog niet van uit,” aldus<br />

Cindy Lieben.<br />

Hoe haar toekomstpad eruit moet zien heeft<br />

ze nog niet over nagedacht. Voorlopig wil ze<br />

zich vooral focussen op dit project. Na het<br />

af ronden van deze eenjarige studie zou ze dit<br />

onderzoek graag voor langere tijd voort willen<br />

zetten. Naast het patiëntgebonden onder -<br />

zoek heeft ze nog goede affiniteiten met het<br />

preklinische onderzoek. In een vervolgstudie<br />

zou ze beide graag willen combineren.<br />

Volgens Lieben is het deze combinatie die<br />

het onderzoek juist zo waardevol en gevarieerd<br />

maakt.<br />

Tekst: Kim Zuidwijk<br />

Dr. Cindy Lieben<br />

Orbis Medisch Centrum<br />

10 11


Jonge mensen met <strong>MS</strong><br />

Wetenschappelijk onderzoek<br />

bepaalt de kwaliteit van mijn leven<br />

Nienke Veenstra<br />

Nienke Veenstra is 23 jaar en woont<br />

samen met haar vriend Dirk in het<br />

pittoreske Gorredijke en heeft 2,5<br />

jaar geleden de diagnose <strong>MS</strong> gekregen. Het<br />

stellen van de diagnose was een veel te lang<br />

traject waarbij Nienke zelf moest blijven aandringen<br />

op een consult van de neuroloog.<br />

“In 2006 kreeg ik een ernstig auto ongeluk<br />

en daar kwam ik eigenlijk niet bovenop.<br />

Ik kon gesprekken niet meer volgen, haalde<br />

dingen door elkaar en vergat alles.” 1,5 jaar<br />

lang liep Nienke de deur plat bij doctoren en<br />

kreeg steeds een andere diagnose, van de<br />

ziekte van Lyme tot en met “het zit tussen je<br />

oren.” Na lang aandringen van Nienke werd<br />

ze doorgestuurd naar een neuroloog, waar<br />

na een paar basistestjes een MRI-scan werd<br />

gemaakt. “Ik was overtuigd dat er iets heel<br />

erg mis was met mij. De dag voor de uitslag<br />

had ik mijn begrafenis al doorgesproken met<br />

een familielid en mijn donorcodicil ingevuld.<br />

Normaal ben ik niet zo negatief maar ik wist<br />

gewoon zeker dat er iets fout zat. De neuroloog<br />

begon zijn gesprek met de woorden:<br />

“Ik heb slecht nieuws voor je, je hebt <strong>MS</strong>.”<br />

“Nou”, zei ik, “dat valt 100 procent mee,<br />

dat is het beste van het slechtste.” Maar na<br />

de opluchting kwam de klap, <strong>MS</strong> is eigenlijk<br />

ook niet best en de tranen volgden, ook van<br />

de neuroloog. Mijn ouders waren op vakantie<br />

op het moment dat ik de diagnose kreeg.<br />

Toen ik hen moest vertellen dat ik <strong>MS</strong> heb,<br />

zakte de grond onder mijn voeten weg en<br />

besefte ik het pas echt, ik heb <strong>MS</strong>!<br />

Als ik terugga in de tijd, denk ik dat ik al langer<br />

<strong>MS</strong> heb. Toen ik veertien jaar werd, was<br />

Nienke Veenstra en Sander Oord<br />

zijn allebei 20’ers en hebben sinds<br />

een paar jaar de diagnose <strong>MS</strong>.<br />

Deze jonge mensen hebben beiden<br />

in de bloei van hun leven het<br />

roer moeten omgooien. Wat heeft<br />

30 jaar onderzoek naar <strong>MS</strong> hen<br />

gebracht en wat verwachten zij van<br />

het huidige wetenschappelijk<br />

onderzoek naar <strong>MS</strong>?<br />

Twee portretten van twee verschillende<br />

mensen met één gemene<br />

deler, de diagnose <strong>MS</strong>.<br />

ik een fanatiek schaatsster en mocht ik voor<br />

een wedstrijd naar Zweden. Eénmaal daar<br />

aangekomen ben ik heel erg ziek geworden.<br />

Twee weken lang wist niemand wat er aan<br />

de hand was en werd ik volgestopt met<br />

Paracetamol. Na twee weken ben ik langzaam<br />

hersteld en heb ik tot na het ongeluk geen<br />

klachten gehad.” Het besef dat ze <strong>MS</strong> heeft,<br />

drong langzaam door bij Nienke. “Je maakt<br />

een soort rouwproces door en je moet een<br />

nieuwe balans vinden in je leven, je moet<br />

alles omgooien en de rust weer terugvinden.<br />

Ik kan er gelukkig makkelijk over praten en<br />

ik heb een ontzettend lieve en fijne familie.<br />

Dankzij hun steun kan ik het aan.”<br />

Ik doe alles nog<br />

“Ik werk, ik sport, ik loop, ik doe alles nog en<br />

eigenlijk kan niemand zien dat ik <strong>MS</strong> heb,<br />

maar ik probeer rustig aan te doen.” Nienke<br />

is inmiddels haar eigen bedrijfje gestart in<br />

administratieve en commerciële dienstverlening.<br />

Een drukke dag in haar leven ziet er<br />

niet anders uit dan een drukke dag in een<br />

ieder anders leven. “Ik word wakker, ga om<br />

half 9 werken, stop rond een uurtje of 2, ga<br />

dan nog een uurtje helpen op de club (leuke<br />

dingen doen met kinderen in de kerk) en ga<br />

dan in de avond nog een uurtje sporten. Het<br />

voordeel is dat ik voor mezelf werk; ik kan<br />

mijn uren zelf indelen. Ik ben flexibel, als ik<br />

een dag erg moe ben, rust ik in de middag.”<br />

Inmiddels is Nienke onder behandeling bij<br />

het <strong>MS</strong> Centrum Amsterdam, wat haar zeer<br />

goed bevalt. Het is een bewuste keuze om<br />

naar het <strong>MS</strong> Centrum Amsterdam te gaan.<br />

Voor mijn gevoel was het veel beter om naar<br />

een <strong>MS</strong> Centrum te gaan dan in een regionaal<br />

ziekenhuis onder behandeling te blijven. Ik<br />

doe echter (nog) niet mee aan onderzoeken,<br />

daar vind ik mezelf lichamelijk nog te goed<br />

voor.”<br />

Wetenschappelijk onderzoek<br />

“Het is superfijn dat ze weten wat <strong>MS</strong> is en<br />

dat ze zoveel weten van de eerste lijn<br />

medicijnen en dat treft mij persoonlijk. Toen<br />

ik een gevaarlijke ontsteking kreeg boven<br />

in mijn nek, is mij geadviseerd te beginnen<br />

met Copaxone. Copaxone bestaat uit stukjes<br />

synthetisch eiwit die lijken op myeline.<br />

Copaxone moet elke dag onder de huid<br />

worden ingespoten en vermindert het aantal<br />

en de ernst van <strong>MS</strong>-aanvallen en houdt de<br />

fysieke verslechteringen enigszins tegen.<br />

De ontstekingen die te zien zijn op de MRI<br />

nemen duidelijk af. Iedere avond geeft Nienke<br />

12 13


Jonge mensen met <strong>MS</strong><br />

zichzelf een injectie. “Door dit medicijn te<br />

gebruiken, ben ik niet meer constant moe.<br />

De vermoeidheid is niet meer bepalend voor<br />

mijn dag. Doordat ik nu <strong>MS</strong> heb gekregen,<br />

heb ik het gevoel dat ik achter de ontwikkelingen<br />

aanloop. Als ik er aan toe ben, is er<br />

een medicijn. Ik hoop dat dit zo blijft, dat het<br />

me gegund is, dat ik alleen dit medicijn hoef<br />

te gebruiken tot er uiteindelijk een echte<br />

oplossing gevonden is. Als ik zo 50 mag<br />

worden met alleen dit medicijn, zou ik daar<br />

nu voor tekenen.”<br />

Toekomst<br />

“Ik verwacht dat wetenschappers op korte<br />

termijn, binnen tien jaar, kunnen achterhalen<br />

waar <strong>MS</strong> vandaan komt. Er zal dan niet meteen<br />

een medicijn zijn dat <strong>MS</strong> kan genezen<br />

maar daar hoop ik natuurlijk wel op en die<br />

hoop doet me erg veel. Je draagt de ziekte<br />

immers altijd bij je, je hele verdere leven.<br />

Het onderzoek bepaalt voor mij de kwaliteit<br />

van mijn leven.”<br />

“Mijn vermoeidheid wordt gecompenseerd<br />

door mijn ADHD” Sander Oord is 25 jaar en<br />

heeft sinds zijn 23ste jaar de diagnose <strong>MS</strong>.<br />

De diagnose <strong>MS</strong> kwam na een lang traject<br />

van onzekerheid en vele klachten. “Ik had al<br />

klachten sinds mijn zestiende. Veel hoofdpijn,<br />

chronische vermoeidheid, epilepsie en<br />

later Pfeiffer. 2 jaar geleden kreeg ik na een<br />

ruggenprik in augustus de uitslag <strong>MS</strong>. Ik<br />

was erg opgelucht, het was tenminste duidelijk.”<br />

Ook bij Sander kwam na een tijdje pas<br />

het besef dat zijn hele leven ‘gereset’ moest<br />

worden, zoals hij zelf zegt. Na de diagnose<br />

moest Sander noodgedwongen zijn studie<br />

opzeggen en weer bij zijn ouders intrekken.<br />

Bovendien was hij naast zijn studie zelfstandig<br />

ondernemer geworden en ook dat ging<br />

niet meer. “Ik moest overal mee stoppen,<br />

een totale ommekeer, daarbij kwam ook nog<br />

eens de diagnose ADHD. In eerste instantie<br />

een vreemde combinatie, <strong>MS</strong> en ADHD, maar<br />

misschien ook wel een goede combinatie.<br />

De<br />

vermoeidheid<br />

wordt<br />

gecompenseerd<br />

door mijn<br />

ADHD<br />

Ik heb veel last van vermoeidheid; de ADHD<br />

houdt mij op de been. De ADHD geeft een<br />

gevoel van doorgaan. Dat neemt niet weg dat<br />

ik veel bewuster en gezonder ben gaan leven.”<br />

Jongeren met <strong>MS</strong><br />

Sander is op dit moment werkzaam voor een<br />

reclamebureau en is bestuurslid voor de <strong>MS</strong>VN<br />

regio Twente. Hij zet zich met name in voor<br />

de jongeren met <strong>MS</strong>. Sander heeft in 2010<br />

de allereerste <strong>MS</strong>-Jongerendag georganiseerd<br />

in stadion de Grolsch Veste in Enschede,<br />

“een locatie waar jongeren wat mee hebben.”<br />

Het werd een groot succes met meer dan<br />

300 bezoekers. Als gevolg van dit succes<br />

werd in november 2010 gestart met een<br />

<strong>MS</strong>-Jongerencafé, welke één keer in de twee<br />

maanden wordt georganiseerd om jongeren<br />

met <strong>MS</strong> en hun naastbetrokkenen met<br />

elkaar in contact te laten komen. Jongeren<br />

kunnen in een gemoedelijke sfeer met<br />

elkaar praten over wat hen dagelijks bezig<br />

houdt en wat voor invloed <strong>MS</strong> hierop heeft.<br />

Persoonlijk contact met jongeren met <strong>MS</strong><br />

maar ook met naastbetrokkenen staat hierbij<br />

centraal .“De maandag is mijn vrije dag, die<br />

wordt volledig opgezogen door mijn vrijwilligerswerk<br />

voor de <strong>MS</strong>VN. Ik blijf me inzetten<br />

voor jongeren met <strong>MS</strong>. Buiten de vereniging<br />

zet ik me ook in voor chronisch zieken en<br />

ondernemerschap.<br />

“De diagnose was in eerste instantie een<br />

opluchting maar nu werkt het voornamelijk<br />

tegen mij, ik wil graag zelfstandig ondernemen,<br />

echter, de bank wil mij geen<br />

financiering verstrekken want ik kan door<br />

mijn ziekte niet aan de kredietvoorwaarden<br />

voldoen.” Door minister Jan Kees de Jager<br />

van Financiën werd hij samen met andere<br />

jonge ondernemers uitgenodigd voor een<br />

gesprek aan de Innovatietafel. Voor Sander<br />

de uitgelezen gelegenheid om het probleem<br />

aanhangig te maken. De minister vond<br />

inderdaad dat er een betere regeling moest<br />

komen voor de chronisch zieken, helaas is<br />

de minister hier tot vandaag de dag niet op<br />

teruggekomen.<br />

Wetenschappelijk onderzoek<br />

“Het wetenschappelijk onderzoek van de afgelopen<br />

30 jaar heeft me in ieder geval de<br />

meerwaarde van een goede diagnose geleverd.<br />

Ik werd gek toen ik het ziekenhuis inging en<br />

iedere keer een andere diagnose kreeg. Stel<br />

je voor dat ik nog langer in onzekerheid had<br />

moeten leven. Ik verwacht dat de onderzoekers<br />

steeds meer te weten komen over <strong>MS</strong>.<br />

Ik zie dat als toekomst voor mensen met <strong>MS</strong><br />

die na mij komen. Natuurlijk hoop ik er ook<br />

nog wat aan te hebben, maar zo snel zal het<br />

allemaal niet gaan.”<br />

Sander Oord<br />

14 15


Jonge mensen met <strong>MS</strong><br />

Column Reni de Boer<br />

Een onmogelijke beslissing<br />

Mikki<br />

De Stichting kent Mikki als een hele dappere,<br />

lieve maar zeer zeker ook mode-bewuste<br />

meid. Mikki zal de komende weken een<br />

zware tijd tegemoet gaan die haar hopelijk<br />

uiteindelijk uitzicht geeft op een betere<br />

toekomst. Haar moeder Anita vertelt: “Voor<br />

ons breekt een hele spannende periode aan.<br />

Mikki zal half mei een beenmergtransplantatie<br />

ondergaan. Geen van de remmende medicatie<br />

die ze tot nu toe heeft gebruikt, heeft resultaat<br />

gebracht. Zelfs de chemo heeft voor<br />

haar niks kunnen doen. Aangezien de toekomstverwachtingen<br />

voor Mikki niet positief<br />

zijn, is de optie al geruime tijd geleden naar<br />

voren gebracht.<br />

Nu is dus ‘de kogel door de kerk’, Mikki is<br />

aangemeld bij het Wilhelmina kinderziekenhuis<br />

in Utrecht. De voorwaarde voor de<br />

behandeling bij Mikki was dat er echt een<br />

supermatch met een donor moest zijn. Half<br />

maart kregen wij een telefoontje dat er inderdaad<br />

een bijzonder goede match was gevonden.<br />

Het is niet iemand van ons geworden,<br />

maar een onbekende donor. Na dit telefoontje<br />

overheerste bij ons toch het gevoel van blijdschap<br />

en hoop.<br />

Het is een zeer ingrijpende en risicovolle behandeling,<br />

maar wel één die haar stabiliteit<br />

zou kunnen brengen. Dit is iets wat we in<br />

de afgelopen jaren niet hebben bereikt, dus<br />

dat zou fantastisch zijn. Bij Mikki betekent<br />

stilstand (niks doen) achteruitgang, dus dat<br />

we nog iets kunnen doen is fijn. Eind maart<br />

moest Mikki een hele dag naar Utrecht<br />

komen voor allerlei onderzoeken. De artsen<br />

willen alle informatie zo recent mogelijk om<br />

De cover van deze Rondom <strong>MS</strong><br />

wordt gesierd door Mikki van<br />

der Zwan. Mikki is elf jaar oud<br />

en heeft een progressieve vorm<br />

van <strong>MS</strong>, die haar dagelijks leven<br />

enorm beperkt. De Stichting heeft<br />

de afgelopen jaren veel aandacht<br />

besteed aan kinderen met <strong>MS</strong> en<br />

langzaamaan begint deze groep de<br />

aandacht te krijgen die ze verdient.<br />

Maar we zijn er nog lang niet. De<br />

Stichting mag zich gelukkig prijzen<br />

dat er steeds meer initiatieven<br />

worden ondernomen om het<br />

onderzoek naar kinderen met <strong>MS</strong><br />

te steunen. En dat is hard nodig.<br />

Mikki ontmoet<br />

Prinses Maxima<br />

tijdens opening<br />

jubileum<br />

dit als uitgangspunt te gebruiken. Deze dag<br />

werd ze gezien door de neuroloog, follow-up<br />

arts, fysiotherapeut, psychologe, fotograaf<br />

(ook voor filmopnamen), de behandelend arts,<br />

de tandarts, er werden röntgenfoto’s gemaakt<br />

en bloed afgenomen. De dag hierna was<br />

Mikki echt helemaal kapot, ze heeft de hele<br />

dag en nacht geslapen om weer een beetje<br />

bij te komen. Het was voor haar zo ontzettend<br />

intensief en vermoeiend. Nu moet ze<br />

nog een neuro-psychologisch onderzoek<br />

ondergaan en er moet een nieuwe MRI<br />

gemaakt worden, als het goed is ronden we<br />

dit half april af. Bij Mikki zelf geeft dit alles<br />

ook een dubbel gevoel, ze is heel blij dat de<br />

artsen nog iets kunnen proberen. Ze voelt<br />

zich zo vaak niet lekker, heeft pijn en gaat<br />

steeds meer achteruit en ze wil zo ontzettend<br />

graag dat dit stopt. De andere kant is dat<br />

ze erg opziet tegen de lange opname in het<br />

ziekenhuis, ze weet als geen ander hoe dit is<br />

en vindt het vreselijk.<br />

Voor ons als ouders was het eigenlijk een<br />

onmogelijke beslissing om te nemen. Het<br />

feit dat Mikki ontzettend veel moeite heeft<br />

met het accepteren van haar beperkingen<br />

en de wetenschap dat deze steeds groter en<br />

meer gaan worden in de toekomst, tezamen<br />

met de wetenschap dat als ze over een<br />

aantal jaren zal horen dat er een kans was<br />

op stabiliteit en wij deze toen niet hebben<br />

aange grepen vanwege onze eigen angsten<br />

en dit ons dan (Mikki kennende) kwalijk gaat<br />

nemen, hebben ons toch doen besluiten<br />

deze kans te benutten.<br />

Wij gaan hier, net als altijd, positief en sterk<br />

in, met alleen de gedachte dat dit een succes<br />

zal worden. De behandeling geeft hoop en<br />

het enige wat wij willen voor Mikki is een<br />

leven vol met hoop!”<br />

Reni de Boer gaat voor de<br />

Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> het land in<br />

om lezingen te geven, inleidingen<br />

te houden, vragen te beantwoorden,<br />

aandacht te vragen voor<br />

<strong>MS</strong> en onderwerpen die hiermee<br />

samenhangen. Het belang te<br />

onderstrepen van de rechten van<br />

mensen met een functiebeperking<br />

en mensen erop attent te maken<br />

dat het hard nodig is gelden<br />

bijeen te krijgen voor het zo<br />

noodzakelijke <strong>MS</strong>-onderzoek.<br />

Als u belangstelling hebt voor<br />

een lezing door Reni de Boer of<br />

u wilt weten wat Reni voor u kan<br />

betekenen, neem dan contact op<br />

met Ineke Verhulst.<br />

Tel 071 560 05 03.<br />

inactievoorms@msresearch.nl<br />

Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> bestaat 30 jaar. Feest! Al 30 jaar zet de Stichting zich in om te zorgen<br />

dat er onderzoek naar <strong>MS</strong> wordt gedaan. Goed onderzoek. Onderzoek met als resultaat dat<br />

we nu medicatie hebben die achteruitgang tegengaat. Onderzoek wat er toe geleid heeft dat<br />

we nu <strong>MS</strong> vroeg kunnen constateren en diagnosticeren. Wij weten dus eerder wat ons mankeert<br />

en kunnen vervolgens starten met een behandeling. We gaan minder snel achteruit. Het<br />

feestje heeft een beetje een bijsmaak. We gaan minder snel achteruit, maar we worden nog<br />

niet beter. Lang zal je met <strong>MS</strong> leven, lang zal je met <strong>MS</strong> leven……. in de gloria! Maar op dit<br />

feestje zijn alle glazen half vol. <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> blijft zich natuurlijk inzetten voor onderzoek en<br />

met haar hulp zullen we achter de oorzaak van <strong>MS</strong> komen.<br />

Het is ook een beetje wat bij een 30-jarige hoort. Het is leuk om 30 te worden, maar ergens<br />

is het frustrerend. En ik kan het weten. Ik ben namelijk ook 30. En heb ook last van het<br />

dertigers dilemma. Mijn leven is superleuk, maar zou er niet meer moeten zijn? Een kleine<br />

identiteitscrisis. <strong>MS</strong> is ook anders geworden. Voor mij is <strong>MS</strong> anders dan voor iemand die 30<br />

jaar geleden <strong>MS</strong> kreeg. Toen moest je jaren wachten tot je eindelijk wist wat je had en kon je<br />

er vervolgens niets aan doen. Met de tijd kwam er medicatie, maar vaak net te laat om nog<br />

grote achteruitgang tegen te gaan. Als je al 30 jaar <strong>MS</strong> hebt heb je altijd voor de medicatie<br />

uitgelopen. Het leven met <strong>MS</strong> is anders zonder medicijnen. Je hebt geen tijd om te wennen<br />

aan nieuwe beperkingen, want voor je het weet zijn ze al weer oud nieuws. Voor het grootste<br />

gedeelte van de nieuwe generatie <strong>MS</strong>-patiënten is dat anders. Wij kunnen echt leven met <strong>MS</strong>.<br />

We gaan wel achteruit, maar niet zo snel. Daardoor is het makkelijker je leven in te richten<br />

met de beperkingen die je hebt. En dat is een enorme vooruitgang. Daarom is het nu feest,<br />

tijd om deze mijlpalen te vieren. Laten we zorgen voor heel veel cadeautjes voor de Stichting<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong>! Dan vergeet ze dat ze al 30 is en kan ze genieten van wat ze bereikt heeft.<br />

En uitkijken naar wat ze in de toekomst nog gaat bereiken. Grote dingen stel ik me zo voor.<br />

Zodat ik als ik 30 jaar <strong>MS</strong> heb tevreden kan terugkijken en vieren dat de generatie na mij<br />

geen <strong>MS</strong> meer heeft. Proost!<br />

16 17


Rotary Aalsmeer is niet voor<br />

een kleintje vervaard en denkt<br />

graag in het groot.<br />

Met ongekend enthousiasme,<br />

gedrevenheid en vereende<br />

krachten organiseert zij een uniek golftoernooi in het Amsterdamse<br />

Bos. Dit bos dat normaal gesproken het domein is van wandelaars,<br />

honden, fietsers, joggers en andere enthousiaste sporters, zal voor<br />

een dag ook de HOT-Spot zijn van golfers, die zullen spelen ten<br />

bate van Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong>. Het eerste Rough Golf Tournament<br />

van Amsterdam vindt plaats op 21 juni a.s.. De blauwdruk van de<br />

baan is al gereed en de voorbereidingen zijn in volle gang, waarbij<br />

Rotarians alle hulp en ondersteuning om dit megaplan te realiseren<br />

uit hun eigen netwerk halen. Flights worden verkocht aan bedrijven<br />

en particulieren, aan iedereen die een leuke dag wil spelen en ook<br />

iets wil betekenen voor <strong>MS</strong> <strong>Research</strong>. Ook een veiling, o.l.v. de vermaarde<br />

veilingmeester van het Haagse VenduHuis der Notarissen,<br />

Chris Vellinga, maakt onderdeel uit van het programma en zal ook<br />

ten goede komen aan onze Stichting. Kortom een prachtig event van<br />

een zeer enthousiaste Rotary Aalsmeer.<br />

Wilt u meer weten of zou u willen deelnemen, ga naar:<br />

www.amsterdamsebosgolf.nl of bel voor meer info:<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong>, Teddy van der Burg: 06 139 899 71<br />

In actie voor <strong>MS</strong><br />

De Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> ontvangt geen subsidies van de<br />

overheid of van andere instanties en is dus afhankelijk van<br />

particuliere giften. Wij zijn dan ook bijzonder blij met de<br />

fantastische initiatieven die in het hele land ontwikkeld<br />

worden. Niet alleen de inkomsten van deze initiatieven zijn<br />

erg belangrijk maar ook de begripsvorming en de bekendheid<br />

Cross Country Golf in Amsterdam<br />

Personeelsfeest ASR Nederland<br />

Op 13 januari organiseerde ASR verzekeringen een personeelsfeest<br />

voor hun ruim 4.500 werknemers. Bijzonder gegeven is dat<br />

er op deze avond op een 5-tal podia diverse optredens door<br />

werknemers werden verzorgd, die hiervoor allen een bedrag van<br />

€ 500,- van de organisatie kregen, te besteden aan een zelf gekozen<br />

doel. Samen met alle tientjes die de niet optredende gasten<br />

van ASR ter besteding kregen, leverde dit <strong>MS</strong><br />

<strong>Research</strong> een bedrag op van € 1.200,-!<br />

Veel dank aan ASR voor deze bijzondere<br />

wijze van schenken en in het bijzonder<br />

Serge Muller-Kobold voor het aanwijzen<br />

van <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> als ‘zijn’ goede doel.<br />

over de ziekte <strong>MS</strong> worden op deze wijze aanzienlijk vergroot.<br />

Wilt u ook een evenement organiseren voor de Stiching <strong>MS</strong><br />

<strong>Research</strong>, samen met uw sportclub, vereniging of bijvoorbeeld<br />

collegae? Wij denken graag met u mee! Voor meer informatie<br />

en of ideeën kunt u mailen naar: inactievoorms@msresearch.nl<br />

of bellen met 071 560 05 03.<br />

Fietst u mee?<br />

Dit jaar organiseert de Rotaryclub Vlissingen alweer voor de<br />

derde keer het spinningevent ‘de 24 uur van de Boulevard’ in<br />

Vlissingen. Op 24 en 25 juni zullen zij opnieuw 100 spinfietsen<br />

op de boulevard in Vlissingen neerzetten. Voor € 500,00 per fiets<br />

kan een familie, een bedrijf, een vereniging, een school of een<br />

club zo’n fiets “adopteren”. En als je als deelnemer zo’n fiets<br />

hebt geadopteerd, ga je vervolgens een team samenstellen om<br />

die fiets 24 uur in beweging te gaan houden. Je fietst telkens<br />

onder leiding van een instructeur 45 tot 50 minuten, dan is er<br />

tijd voor de wissel en stapt een volgend teamlid op. Elk teamlid<br />

(minimaal 4, maximaal 24 teamleden) ontvangt een sponsorkaart<br />

om bij vrienden, buren, familie en kennissen ook nog eens<br />

sponsorgeld op te halen. Ook die opbrengst gaat naar het goede<br />

doel: onderzoek naar <strong>MS</strong> bij kinderen. De opbrengst die alle<br />

deelnemers bij elkaar gaan fietsen komt ten goede aan het<br />

<strong>MS</strong> Centrum Eras<strong>MS</strong> te Rotterdam, zie ook:<br />

www.erasmusmc.nl/neurologie/NeurCentrum1/ms-centrum/<br />

Wij roepen iedereen op om mee te doen, een spinfiets te adopteren<br />

en een team samen te stellen. Getraind of niet, jong of oud,<br />

iedereen kan meedoen! In 2010 leverde De 24 uur van de<br />

Boulevard, in aanwezigheid van o.a. Helga van Leur, in 2008<br />

en 2010 gekozen tot Weer-vrouw van het jaar in Nederland,<br />

het enorme bedrag op van € 86.053,00 en het jaar ervoor was<br />

de opbrengst maar liefst €120.000! Help ons ook dit jaar weer<br />

zo’n waanzinnig bedrag bij elkaar te fietsen en schrijf je in op<br />

www.24uurvandeboulevard.nl<br />

Janne zonder Jurk<br />

In 2006 bracht Janne Schra haar<br />

eerste plaat uit met Room Eleven.<br />

Inmiddels vier uitermate succesvolle<br />

jaren verder, sluit Janne deze periode af<br />

met de voorstelling ‘Janne zonder Jurk’<br />

in de Kleine Komedie op 27 november<br />

en stelt zij zich voor als solo-artieste<br />

‘Schradinova’. Aansluitend veilde zij<br />

haar jurken en schilderijen uit die periode.<br />

De opbrengst van deze bijzondere<br />

veilingstukken was € 6.000,-. Janne heeft dit bedrag aan <strong>MS</strong><br />

<strong>Research</strong> geschonken.<br />

Arctic-Challenge autotour<br />

Van 15 t/m 22 januari 2011 reden Peter Wolterinck en Peter<br />

Nijhof onder de naam ‘Together for <strong>MS</strong> Reseach’ de Arctic-<br />

Challenge door Scandinavië. De echtgenote van één van de<br />

Peters lijdt aan <strong>MS</strong> en dat is de reden geweest om mee te rijden<br />

voor <strong>MS</strong> <strong>Research</strong>. De autotour ging dwars<br />

door Scandinavië en is zo’n 7.000 kilometer lang. In totaal deden<br />

er 60 teams uit Nederland mee. “We begrijpen dat deze actie<br />

onszelf aardig wat geld gaat kosten, maar toch zeggen we: JA! We<br />

doen het!”, een initiatief dat <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> het flinke bedrag van<br />

€ 4.015,- heeft opgeleverd! Voor hun reisverslag, zie<br />

www.togetherformsresearch.nl/arctic-challenge/reisverslag<br />

Opbrengst veiling veulen Dutch Sport Horse Sales te Weert<br />

<strong>MS</strong> Benefiet in Zwolle<br />

Zondagmiddag 30 januari 2011 vond in Theater Odeon in Zwolle een<br />

hartverwarmend <strong>MS</strong>-benefietfestival plaats. Muzikant Reinder van Raalte,<br />

initiatiefnemer van dit festival, heeft in korte tijd een uitgebreid en<br />

gevarieerd muziekprogramma samengesteld. Reinder heeft zelf <strong>MS</strong>.<br />

Met artiesten als Giovanca, Erwin Nijhoff, Blaas of Glory, Typhoon<br />

en Firma Weijland stond het muzikale programma als een huis. Alle<br />

artiesten en organisaties hebben belangeloos mee gewerkt.<br />

De opbrengst van het <strong>MS</strong>-Benefietfestival is het waanzinnige bedrag<br />

van € 10.426,18! De overhandiging van de cheque was de afsluiting<br />

van deze spontaan bedachte actie. Of het festival eenmalig was of dat<br />

het nog een keer wordt herhaald is nu nog niet duidelijk.<br />

<strong>MS</strong> Wildrally 2011<br />

Op 29 oktober gaat de tweedaagse rally voor Kinderen<br />

met <strong>MS</strong> van start! Een unieke tweedaagse classic<br />

car-rally door Midden-Nederland met als thema het<br />

gastronomische wildseizoen. Een wild weekend rally<br />

rijden in een prachtige omgeving, een veelbelovend<br />

avondprogramma met hotelovernachting met als<br />

bestemming een goed doel. De opbrengst van de 50<br />

equipes is bestemd voor wetenschappelijk onderzoek naar Kinderen met<br />

<strong>MS</strong>. Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> organiseert deze rally in samenwerking<br />

met MdH Communications en Bilderberg. Reserveer 29 en 30 oktober<br />

in uw agenda en houd onze website in de gaten voor meer nieuws!<br />

In een mooi gedecoreerde manege werden de meest uitzonderlijke springpaarden geveild voor enorme bedragen.<br />

Het beste paard verwisselde voor maar liefst € 280.000,- van eigenaar. Een indrukwekkende veiling van<br />

Europese top springpaarden die hoge ogen gooien in de internationale springruiter topsport. Een veulen dat mogelijk<br />

zal uitgroeien tot een succesvol springpaard, VaillantxCantosxNummidor, werd voor € 6.000,- geveild en de directie<br />

van DSHS vulde dit prachtige bedrag nog eens aan met € 1.500,-. Jaarlijks doneert de organisatie de opbrengst van<br />

een veulen aan een goed doel. Dit keer was onze Stichting de gelukkige. Wij zijn erg blij zijn met deze donatie.<br />

18 19


Om <strong>MS</strong>-onderzoek ook in de toekomst<br />

mogelijk te maken stimuleert de Stichting<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong> het werk van jonge onderzoekers.<br />

Gemiddeld één keer in de twee<br />

jaar reikt de Stichting het <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

Fellowship uit. Dit is een prestigieuze prijs<br />

Fellowship is de basis geweest<br />

voor wat ik hier heb opgebouwd<br />

Inge Huitinga:<br />

Aan het woord is een zeer gedreven onderzoeker,<br />

Inge Huitinga. Een spervuur van<br />

woorden volgde op de vraag wat het fellowship<br />

voor haar en het <strong>MS</strong>-onderzoek heeft<br />

betekend. Zij kan niet genoeg benadrukken<br />

hoe groot de invloed is van deze onderzoeksprijs<br />

voor veelbelovende wetenschappers.<br />

De effecten daarvan zijn volgens haar tot op<br />

de dag van vandaag waarneembaar. Huitinga<br />

is immunoloog. Van origine is zij medisch<br />

bioloog. Zij promoveerde in 1992 op de<br />

rol van macrofagen - lichaamseigen witte<br />

bloedcellen - die de myeline (de isolatielaag<br />

rondom de zenuwbanen) aanvallen. Behalve<br />

teamleider van de onderzoeksgroep is zij<br />

sinds 2006 ook hoofd van de Nederlandse<br />

Hersenbank (zie kader). De Hersenbank is<br />

een onderdeel van het NIN in Amsterdam,<br />

dat op zijn beurt een instituut is van de<br />

Koninklijke Academie van Wetenschappen.<br />

Het instituut verricht fundamenteel neurowetenschappelijk<br />

onderzoek naar de hersenen<br />

en het visuele systeem.<br />

Uit het onderzoek in het kader van het fellowship<br />

kwam naar voren dat <strong>MS</strong>-patiënten een<br />

geactiveerd stress-systeem hebben. Bij de<br />

volgende stap werd onderzocht of <strong>MS</strong>ontstekingen<br />

effect hebben op de productie<br />

van het stresshormoon cortisol. Dit hormoon<br />

Vier voormalige Fellows in de schijnwerper<br />

<strong>MS</strong> <strong>Research</strong> Fellowship stimuleert toponderzoekers<br />

ter waarde van ruim 400.000 euro, die<br />

een jonge, veelbelovende wetenschapper in<br />

staat stelt vier jaar lang onderzoek te doen.<br />

Deze subsidie ondersteunt bij de opzet van<br />

een eigen onderzoekslijn en onderzoeksgroep.<br />

Sinds 1999 zijn er zes fellowships<br />

“Het fellowship heeft mij enorm<br />

geholpen en is de basis geweest<br />

voor wat ik binnen het Nederlands<br />

Instituut voor Neurowetenschappen<br />

(NIN) heb kunnen opbouwen.<br />

Dankzij het <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

Fellowship kon ik in 1999 als<br />

postdoc bij het NIN mijn<br />

onderzoek naar de invloed van<br />

ontstekingen op het functioneren<br />

van het stress-systeem bij<br />

mensen met <strong>MS</strong> opzetten. Vanuit<br />

die positie kreeg ik hier vervolgens<br />

een vaste aanstelling. Nu leid ik<br />

binnen het instituut de onderzoeksgroep<br />

Neuro-immunologie,<br />

die uitgegroeid is tot drie postdocs,<br />

twee A.I.O.’s (assistent in opleiding<br />

- red.), een staflid en een analist.”<br />

uitgereikt. Rondom <strong>MS</strong> blikt terug met vier<br />

fellows en beschouwt de resultaten. De<br />

laatste fellowship werd eind 2010 uitgereikt<br />

aan Jack van Horssen van het <strong>MS</strong> Centrum<br />

Amsterdam. Hij bestudeert zuurstofschade<br />

in de hersenen bij <strong>MS</strong>.<br />

speelt een belangrijke rol bij het indammen<br />

van het ziekteproces. Mensen met <strong>MS</strong><br />

blijken een hoger cortisolniveau te hebben<br />

dan mensen zonder <strong>MS</strong>. Dit proces leidt<br />

tot remyelinisatie (herstel van de isolerende<br />

laag) en een minder ernstig ziekteverloop.<br />

Maar bij een klein deel van de mensen met<br />

<strong>MS</strong> - en dat was tegen de verwachting in -<br />

blijft de activering van het stress-systeem<br />

achterwege. Wanneer ontstekingshaarden in<br />

de buurt van de hypothalamus (het deel van<br />

de hersenen dat onder andere het hormonale<br />

systeem reguleert) aanwezig zijn, blijken zij<br />

de cortisolproductie juist af te remmen. Het<br />

gevolg is demyelinisatie (verlies van de isolatielaag).<br />

Deze groep vertoont een ernstiger<br />

verloop van de ziekte.<br />

Belangrijke conclusies die vroegen om een<br />

vervolg. Inge Huitinga staat er niet meer<br />

alleen voor en leidt bij het NIN een onderzoeksgroep<br />

die zich verder verdiept in de<br />

rol van stresshormonen bij <strong>MS</strong>. Zij heeft nu<br />

ook een onderzoekslijn opgezet die zich stort<br />

op de rol van geslachtshormonen. “Daar<br />

weten we eigenlijk nog helemaal niets van.<br />

We hebben nu genoeg mensen om verdere<br />

vorderingen te maken. Dat is ook het fraaie<br />

effect van het fellowship: van individueel<br />

onderzoek naar een hele <strong>MS</strong>-groep.”<br />

Tekst: Maarten Schikker<br />

Inge Huitinga<br />

Directeur Nederlandse<br />

Nederlandse Hersenbank<br />

De Nederlandse Hersenbank (NHB) in Amsterdam<br />

is in 1985 opgericht en verzamelt hersenweefsel<br />

van overleden donoren met diverse hersenaandoeningen,<br />

maar ook van neurologisch gezonde<br />

personen (‘controle-donoren’). Het hersenweefsel<br />

wordt, samen met een anonieme samenvatting<br />

van de medische gegevens, verstrekt aan onderzoekers<br />

over de hele wereld die zich bezighouden<br />

met onderzoek naar de werking van de hersenen<br />

en oorzaken van hersenziekten. Het doel is de<br />

internationale wetenschappelijke gemeenschap<br />

te voorzien van klinisch en neuropathologisch<br />

goed gedocumenteerd hersenweefsel.<br />

Er staan op dit moment bijna 2.300 donoren bij<br />

de Hersenbank geregistreerd. Met ruim 400<br />

donoren zijn <strong>MS</strong>-patiënten relatief een grote<br />

groep. Met steun van de Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

heeft de NHB sinds 1990 een donorprogramma<br />

dat gericht is op <strong>MS</strong>. Sindsdien zijn er door de<br />

NHB ruim 180 obducties (autopsies) verricht<br />

bij <strong>MS</strong>-donoren en bij vele honderden controledonoren.<br />

De NHB heeft een speciaal <strong>MS</strong>-protocol<br />

ontwikkeld om met behulp van MRI te zoeken<br />

naar afwijkingen in de hersenen.<br />

Daardoor kunnen <strong>MS</strong>-ontstekingen worden uitgesneden<br />

die met het blote oog niet zichtbaar<br />

zijn. Dit heeft in totaal meer dan 5.000 waardevolle<br />

stukjes hersenweefsel opgeleverd. Hiervan<br />

zijn nu ongeveer 1.000 stukjes uitgegeven aan<br />

onderzoekers. Dit hersenweefsel is een voorwaarde<br />

om de afwijkingen bij <strong>MS</strong> te kunnen onderzoeken<br />

en therapieën te ontwikkelen.<br />

Voor de periode 2010 – 2014 heeft <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

ruim 400.000 euro ter beschikking aan de NHB<br />

gesteld. Deze middelen zullen worden besteed<br />

aan de obducties van <strong>MS</strong>-patiënten, post mortem<br />

(na de dood) MRI-onderzoek, werving van<br />

<strong>MS</strong>-donoren en het grote project dat hersenweefsel<br />

typeert. De NHB beschikt over meer dan 4.000<br />

stukjes hersenweefsel die nader getypeerd moeten<br />

worden op het soort ontsteking, het verloop en<br />

de genetica. “In de collectie van de Hersenbank<br />

definiëren we nu de verschillende vormen van<br />

<strong>MS</strong>. Hiermee kunnen we dan heel gericht stukjes<br />

weefsel aanbieden aan hooggespecialiseerde experts<br />

in de wereld. We nemen met <strong>MS</strong>-onderzoek<br />

een toppositie in de wereld in”, aldus Inge Huitinga,<br />

hoofd van de Nederlandse Hersenbank.<br />

Hersenbank Amsterdam<br />

20 21


Vier voormalige Fellows in de schijnwerper<br />

Sandra Amor: op zoek naar de<br />

oplossing van een mysterieuze ziekte<br />

Amor onderzocht vooral wat de rol<br />

van de afweer is die zich in sommige<br />

gevallen blijkt te keren tegen<br />

een bepaald myeline-eiwit, de zogenaamde<br />

myeline oligodendrocyt glycoproteïne<br />

(MOG). Bij mensen met <strong>MS</strong> valt het eigen<br />

immuunsysteem de myeline aan. MOG<br />

bevindt zich aan de buitenkant van de<br />

myeline en wordt daarom makkelijk herkend<br />

door het immuunsysteem. Volgens Amor<br />

spelen antilichamen een cruciale rol.<br />

De schade die zij aanrichten bij MOG lijkt<br />

volgens haar in belangrijke mate de ernst<br />

van de ziekte <strong>MS</strong> te bepalen. Haar onderzoek<br />

heeft geleid tot een beter begrip van de<br />

mechanismes van de ziekte. Zij is er thans<br />

niet alleen van overtuigd dat antilichamen<br />

de myeline aanvallen maar ook dat deze<br />

de zenuwcellen aantasten, met als gevolg<br />

schade in de hersenen en het ruggenmerg.<br />

Amor onderzoekt nu, samen met medewerkers<br />

van het Nederlandse Instituut voor<br />

Neurowetenschappen (waar ook voormalig<br />

mede-fellow Inge Huitinga werkzaam is),<br />

menselijk hersenweefsel om uiteindelijk de<br />

vraag te kunnen beantwoorden hoe de antilichamen<br />

deze schade veroorzaken.<br />

En dat is weer een stap verder in de richting<br />

Bij de eerste uitreiking in 1999<br />

werden door de Stichting <strong>MS</strong><br />

<strong>Research</strong> direct twee fellowships<br />

toegekend. Gelijktijdig met Inge<br />

Huitinga ontving de Britse<br />

Sandra Amor deze bijzondere prijs.<br />

Zij bestudeerde welke rol het<br />

immuunsysteem speelt bij de<br />

afbraak van myeline, de isolerende<br />

laag rondom de zenuwbanen.<br />

van een oplossing van een groot mysterie.<br />

Mysteries zijn een rode draad in haar leven.<br />

Niet voor niets was Amor als tiener al gek op<br />

de romans van Agatha Christie. De essentie<br />

van research is volgens haar eigenlijk niets<br />

anders dan te proberen raadsels op te<br />

lossen. “Toen ik twaalf was hoorde ik voor<br />

het eerst van <strong>MS</strong>. Men dacht aanvankelijk<br />

dat mijn vader <strong>MS</strong> had. Later bleek het om<br />

een andere neurologische aandoening<br />

te gaan, maar mijn aandacht voor natuurwetenschappen<br />

was vanaf die tijd wel<br />

gewekt.” Ze ging life sciences studeren in<br />

Londen en promoveerde in de pathologie<br />

met als specialisatie virusinfecties in het<br />

centrale zenuwstelsel. Na haar doctoraal<br />

verhuisde zij binnen het Rayne Institute in<br />

Londen van de afdeling neurovirologie naar<br />

immunologie. Na de afdeling neurowetenschappen<br />

van het Charing Cross Hospital en<br />

vervolgens het Biomedical Primate <strong>Research</strong><br />

Centre in Rijswijk, belandde zij in 2006 op<br />

de afdeling pathologie van het VU medisch<br />

centrum in Amsterdam. Daar is zij nu<br />

universitair hoofddocent in de experimentele<br />

neuropathologie.<br />

In het geval van Sandra Amor is het niet<br />

moeilijk voor te stellen dat het onderwerp<br />

multiple sclerose regelmatig aan de keukentafel<br />

wordt besproken. Haar man Hans van<br />

Noort is namelijk geen onbekende op het<br />

gebied van <strong>MS</strong>-onderzoek.<br />

De voormalige TNO-onderzoeker en exsecretaris<br />

van de Wetenschappelijke Raad<br />

van <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> leidt nu het biotech bedrijf<br />

Delta Crystallon. Deze onderneming verricht<br />

onderzoek naar de mogelijkheid van het<br />

eiwit alfa B-crystalline als geneesmiddel voor<br />

mensen met <strong>MS</strong>. Amor en Van Noort: een<br />

echtpaar van wie het werk voortdurend in<br />

het teken staat van het ontrafelen van de<br />

geheimen van een complexe ziekte.<br />

Professor dr. Sandra Amor<br />

VU medisch centrum Amsterdam<br />

22 23


Vier voormalige Fellows in de schijnwerper<br />

Celbioloog Wia Baron buigt zich<br />

over puzzel van myelinevorming<br />

Wia Baron<br />

Post-doc Universitair Medisch<br />

Kenmerkend voor de ziekte <strong>MS</strong> is de<br />

afbraak van myeline - de vetachtige,<br />

witte stof die als isolatiemateriaal<br />

dient rondom zenuwvezels, die betrokken<br />

zijn bij de zenuwgeleiding. Een groot deel<br />

van Wia Barons werkzame leven staat in het<br />

teken van de vragen waarom myeline in een<br />

<strong>MS</strong>-laesie (beschadigd weefsel) niet meer<br />

wordt gerepareerd en hoe heraanmaak van<br />

myeline is te bewerkstelligen.<br />

Na de Hogere Laboratorium Opleiding ging<br />

Baron scheikunde (met medisch-biologische<br />

bijvakken) studeren aan de Rijksuniversiteit<br />

Groningen. Als assistent in opleiding (aio)<br />

verrichtte zij <strong>MS</strong>-onderzoek op celbiologisch<br />

niveau. In 1999 promoveerde zij in de<br />

medische wetenschappen. Haar promotieonderzoek,<br />

dat in het teken stond van de<br />

oligodendrocyten, werd ook gefinancierd<br />

door <strong>MS</strong> <strong>Research</strong>. Op haar promotie volgde<br />

een tweejarig verblijf in het Brain Repair Centre<br />

in het Engelse Cambridge en een postdocproject<br />

die in het verlengde lag van haar eerdere<br />

onderzoeksactiviteiten. Dankzij het <strong>MS</strong><br />

<strong>Research</strong> Fellowship, heeft zij vanaf 2005<br />

een onderzoeksgroep kunnen opbouwen<br />

die nu bestaat uit vier aio’s, één postdoc en<br />

twee analisten. Na haar fellowship kende de<br />

In 2004 werd het fellowship<br />

uitgereikt aan Wia Baron, die als<br />

celbioloog verbonden is aan het<br />

Universitair Medisch Centrum<br />

Groningen. Haar onderzoek betreft<br />

de ontwikkeling van een nieuwe<br />

methode om myelinevorming te<br />

stimuleren. ”Het fellowship heeft<br />

mij de mogelijkheid gegeven om<br />

door te gaan met <strong>MS</strong>-onderzoek. Ik<br />

ben de Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> nog<br />

steeds erkentelijk dat ik zo een<br />

eigen onderzoeksgroep heb kunnen<br />

opbouwen.”<br />

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk<br />

Onderzoek (NWO) haar een prestigieuze<br />

vidi-beurs toe, die haar in staat stelt<br />

om op de ingeslagen weg verder te gaan.<br />

Baron werkt veel samen met nationale en<br />

internationale wetenschappers. Inmiddels<br />

is in wetenschappelijke kringen het<br />

Groningse remyelinisatie-onderzoek wereldwijd<br />

bekend en zijn er vervolgprojecten<br />

ontstaan. De eerste vraag van het onderzoek<br />

van Wia Baron was hoe myelineaanmaak<br />

eigenlijk precies geregeld is. Myeline wordt<br />

gevormd door oligodendrocyten. Deze ontstaan<br />

uit voorlopercellen die in een volwassen<br />

stadium zenuwuitlopers omwikkelen en zo<br />

de myelineschede vormen. Oligodendrocyten<br />

blijken signalen van de zenuwen nodig te<br />

hebben om myeline te gaan vormen. Dat<br />

geldt zowel voor de aanmaak als voor de<br />

heraanmaak (remyelinisatie) van deze stof,<br />

die nodig is voor het herstel van aangerichte<br />

schade. Bij <strong>MS</strong> krijgen de oligodendrocyten<br />

niet meer de juiste signalen en komen ze<br />

niet meer toe aan de aan productie van<br />

myeline. “Als je dat geconstateerd hebt, is<br />

de logische vervolgvraag wat er nu precies<br />

verkeerd gaat in <strong>MS</strong>-laesies”, legt Baron<br />

uit. “We ontdekten snel dat een bepaald<br />

eiwit, fibronectine, zich ophoopt in een<br />

<strong>MS</strong>-laesie en een negatief effect heeft op de<br />

myelinevorming. Mijn fellowship was erop<br />

gericht om dat effect te neutraliseren.” Dat<br />

is natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan.<br />

Om een onbekende reden klontert de<br />

fibronectine samen in een laesie. Waarom<br />

gebeurt dat en hoe is deze samenklontering<br />

te voorkomen of te verwijderen? Wia Baron<br />

en haar onderzoeksgroep werken hard aan<br />

de beantwoording hiervan. Een uiterst ingewikkelde<br />

puzzel, maar met grote volharding<br />

komen er beetje bij beetje steeds meer<br />

stukjes op de goede plek.<br />

Centrum Groningen<br />

24 25<br />

Tekst: Maarten Schikker


Vier voormalige Fellows in de schijnwerper<br />

Brigit de Jong: van research<br />

naar individuele zorg<br />

Met ‘hier’ bedoelt zij het Universitair<br />

Medisch Centrum St Radboud<br />

Nijmegen waaraan zij als neuroloog<br />

verbonden is. Ze is medisch hoofd van het<br />

Radboud <strong>MS</strong> Centrum, het derde academische<br />

<strong>MS</strong>-centrum dat vorig jaar zijn deuren<br />

heeft geopend. Brigit de Jong, behalve<br />

neuroloog ook epidemioloog, startte in 2008<br />

met het fellowship. Een bijzondere omdat dit<br />

voor het eerst werd uitgereikt aan een arts,<br />

die bovendien ook nog een tijd naar het buitenland<br />

ging. Dit klinische fellowship is een<br />

combinatie van wetenschappelijk onderzoek<br />

en patiëntenzorg. Deze combinatie maakte<br />

haar voor het UMC St Radboud bij uitstek<br />

geschikt voor het nieuwe <strong>MS</strong>-centrum.<br />

Amper teruggekomen van een verblijf van<br />

anderhalf jaar in Stanford in Californië, toog<br />

De Jong begin 2010 naar Nijmegen. Nu zij<br />

vast staflid is, is financiering van haar<br />

onderzoeks-activiteiten door <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

niet meer nodig: “Met goedkeuring van de<br />

Stichting is begin vorig jaar het fellowship<br />

tijdelijk stopgezet. Afgelopen november is<br />

postdoc Ilona Bruinsma - medisch bioloog -<br />

aangesteld om het onderzoek voort te zetten.”<br />

Professoren Polman van het VUmc en<br />

Steinman van de Stanford University blijven<br />

het onderzoek begeleiden. Het doel van het<br />

“Als ik niet van de Stichting <strong>MS</strong><br />

<strong>Research</strong> de financiële steun voor<br />

mijn promotieonderzoek en het<br />

fellowship had gekregen, dan had<br />

ik hier nu niet gezeten”, zegt Brigit<br />

de Jong op stellige toon. Over<br />

wetenschappelijk onderzoek en de<br />

opvallend korte weg van een<br />

fellowship naar een <strong>MS</strong>-centrum.<br />

fellowship is om meer inzicht te krijgen in de<br />

genetische en biologische factoren (‘markers’)<br />

die betrokken zijn bij het ontstaan en het<br />

verloop van <strong>MS</strong>. Met dat inzicht beoogt<br />

Brigit de Jong in de toekomst meer te kunnen<br />

zeggen over het ontstaan en het verloop<br />

van <strong>MS</strong> bij de individuele patiënt en beter<br />

te kunnen voorspellen hoe een patiënt op<br />

een bepaald geneesmiddel reageert. Dat<br />

moet uiteindelijk leiden tot een verbetering<br />

van de individuele zorg op maat. Zo heeft<br />

zij zich in Stanford beziggehouden met de<br />

vraag waarom de ene <strong>MS</strong>-patiënt goed op<br />

het geneesmiddel interferon bèta reageert<br />

en de ander niet. Het uiteindelijke doel is te<br />

kunnen voorspellen of en hoe een patiënt<br />

reageert op interferon. “Dat is translationele<br />

geneeskunde pur sang: de vertaalslag van<br />

theoretisch laboratoriumonderzoek naar<br />

verbetering van patiëntenzorg. Professor<br />

Steinman loopt hierin voorop.”<br />

Terug nog even naar pure research. In Stanford<br />

heeft De Jong hersenweefsel onderzocht van<br />

overleden <strong>MS</strong>-donoren en van overleden,<br />

neurologisch gezonde donoren. Uit de witte<br />

en grijze stof, (deze bevatten respectievelijk<br />

de zenuwbanen en de zenuwcellen), van<br />

beide groepen is genetisch materiaal - RNA<br />

- geïsoleerd. RNA dient voor het kopiëren<br />

van genetische informatie die is opgeslagen<br />

in het DNA en zorgt ervoor dat de informatie<br />

van het gen wordt omgezet in een eiwit.<br />

Waar het in het onderzoek vooral om gaat<br />

zijn de micro RNA’s. Dit zijn kleine RNAfrag<br />

menten die niet worden omgezet in een<br />

eiwit.<br />

Zij hebben een regulerende functie in het<br />

omzettingsproces. Er zijn aanwijzingen dat<br />

microRNA’s invloed hebben op het <strong>MS</strong>-proces,<br />

in het bijzonder op de aanmaak van de<br />

isolatielaag van de zenuw, myeline. Met<br />

steun van Brigit de Jong gaat Ilona Bruinsma<br />

de komende jaren verder op dit ingewikkelde<br />

pad. Het uiteindelijke doel van het onderzoek<br />

blijft om aangrijpingspunten te vinden<br />

voor toekomstige medische behandelingen<br />

van <strong>MS</strong>-patiënten.<br />

Tekst: Maarten Schikker<br />

Brigit de Jong<br />

Medisch Hoofd van <strong>MS</strong> Centrum<br />

Nijmegen, onderdeel van UMC<br />

26 St Radboud<br />

27


Bestel nu deze mooie<br />

ansichtkaarten en steun<br />

het onderzoek naar <strong>MS</strong>!<br />

Met deze serie prachtige ansichtkaarten kunt u het <strong>MS</strong> onderzoek steunen. Voor een<br />

donatie van €12,50 ontvangt u 10 luxe ansichtkaarten met bijpassende witte enveloppen.<br />

De kaarten zijn blanco. U kunt de kaarten op de volgende manieren bestellen:<br />

Bank<br />

U kunt een bedrag overmaken op ING betaalrekening 49 41 716<br />

t.n.v. Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong> in Voorschoten o.v.v. “ansichtkaarten”.<br />

Vermeldt u hierbij naar welk adres de ansichtkaarten gestuurd<br />

moeten worden en hoeveel setjes u wilt ontvangen.<br />

iDEAL<br />

Via de “Doneer online iDEAL” button op onze website<br />

www.msresearch.nl. U vindt deze button links op deze pagina.<br />

E-mail<br />

U kunt per e-mail via administratie@msresearch.nl laten weten dat<br />

u een bedrag wilt doneren en ansichtkaarten wilt ontvangen.<br />

Noteer uw naam, adres en woonplaats en het aantal setjes<br />

ansichtkaarten dat u wilt hebben.<br />

Telefonisch<br />

Als u uw donatie en het aantal setjes ansichtkaarten wilt doorgeven<br />

belt u dan met nummer 071 560 05 02.<br />

Geef dit magazine door aan<br />

een ander zodat nog meer<br />

mensen lezen over de activiteiten<br />

van Stichting <strong>MS</strong> <strong>Research</strong><br />

stichting<br />

research

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!