contrast geïnduceerde nefropathie (CIN) - Imelda
contrast geïnduceerde nefropathie (CIN) - Imelda
contrast geïnduceerde nefropathie (CIN) - Imelda
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
voorkomen van nierinsufficiëntie<br />
bij intravasculair gebruik van<br />
jodiumhoudende <strong>contrast</strong>middelen
wat is <strong>contrast</strong> <strong>geïnduceerde</strong><br />
<strong>nefropathie</strong> (<strong>CIN</strong>)?<br />
= het ontwikkelen van een acute vermindering van de<br />
nierfunctie als gevolg van de nefrotoxiciteit van<br />
jodiumhoudende <strong>contrast</strong>middelen
Definitie <strong>CIN</strong>:<br />
Een stijging van de serumcreatinineconcentratie van<br />
meer dan 44 µmol/liter of 25% van de uitgangswaarde<br />
binnen 48 tot 72 uur na intravasculaire toediening van<br />
jodiumhoudend<strong>contrast</strong>middel<br />
(McCullough 2008)
Doelstelling<br />
preventie van <strong>CIN</strong> door<br />
• -Identificeren van hoogrisico patiënten<br />
• -Preventieve maatregelen bij deze patiënten
Identificeren van hoogrisico patiënten<br />
middel<br />
gebruik en interpretatie van eGFR<br />
(estimated glomerular filtration rate) voor meting van de<br />
renale functie<br />
“normale” eGFR >60
eGFR steeds bepalen bij patienten met<br />
• nierziektegeschiedenis -familiale nierproblemen en<br />
vroegere eGFR
hoogrisico patiënten<br />
1/ eGFR
isicofactoren voor <strong>CIN</strong> :<br />
• dehydratatie<br />
• leeftijd hoger dan 75 jaar<br />
• cardiovasculaire ziekten en perifeer vaatlijden<br />
• symptomatische hypotensie<br />
• anemie<br />
• nefrotoxische medicatie en diuretica<br />
• hoog <strong>contrast</strong>volume >150 ml<br />
• injectie van <strong>contrast</strong> in de 3 voorgaande dagen
preventieve maatregelen bij hoogrisicopatienten<br />
1/ eGFR tussen 45 en 60<br />
• hydratatie<br />
• zo mogelijk interval van minimum 3 dagen tussen twee<br />
injecties van jood<strong>contrast</strong>middel<br />
• geen nefrotoxische medicatie<br />
• controle eGFR 72 uur na onderzoek
2/ eGFR tussen 30 en 45<br />
• zijn er andere beeldvormingtechnieken mogelijk?<br />
• intraveneuze hydratatie<br />
• interval van minimum 3 dagen tussen twee injecties van<br />
jood<strong>contrast</strong>middel<br />
• geen nefrotoxische medicatie<br />
• limiteer <strong>contrast</strong>volume<br />
• controle eGFR 72 uur na onderzoek
3/ eGFR ≤ 30<br />
• steeds nefrologisch advies
standaardschema voor hydratatie:<br />
1/ ambulante patiënten<br />
thuis 100 ml/uur laten drinken (1 a 1,5ml/kg/h) en<br />
dit 4 uur voor het onderzoek tot 12 uur na het<br />
onderzoek (Vichy Célestin)<br />
2/ hoogrisico patiënten met eGFR
Nefrotoxische medicatie<br />
• NSAID’s (ibuprofen, ea) en diuretica :<br />
stop in overleg met behandelende arts de dag voor het onderzoek<br />
en de dag van het onderzoek (48 uur)<br />
• antibiotica / virustatica / chemotherapie<br />
calcineurineremmers<br />
• metformax of glucofage (metformin):<br />
stop tot 48 uur na het onderzoek bij patiënten met reeds<br />
verminderde nierfunctie tengevolge van het gevaar voor<br />
lactaatacidose (bij verder veroorzaakte nierinsufficiëntie).<br />
Deze medicatie herstarten indien de controlebiochemie wijst op<br />
normale nierfunctie .
Conclusie:<br />
1/ identificatie van de hoogrisico patiënt<br />
• Bereken en interpreteer de eGFR<br />
• Beoordeel het huidige medicatieoverzicht van de patiënt<br />
• Identificeer de hoogrisico patiënt<br />
2/ maatregelen ter preventie van <strong>contrast</strong><strong>nefropathie</strong><br />
• Adviseer over medicatie en het eventuele staken van de huidige<br />
medicatie (adequate substitutie)<br />
• Informeer patiënt over goede hydratatie<br />
• Limiteer <strong>contrast</strong>volume