27.12.2014 Views

Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer

Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer

Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />

DEEL I<br />

een ieder die kan aantonen uit hoofde van de belastingheffing te zijnen aanzien<br />

een gerechtvaardigd belang te hebben bij de verkrijging daarvan.<br />

2. De in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar verstrekt uitsluitend<br />

aan degene te wiens aanzien een beschikking is genomen, op verzoek een<br />

afschrift van de gegevens die ten grondslag liggen aan de vastgestelde waarde.<br />

3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld<br />

met betrekking tot de vergoeding die in rekening kan worden gebracht ter zake<br />

van de verstrekking van een waardegegeven aan derden.<br />

HOOFDSTUK VIII<br />

Overgangs- en slotbepalingen<br />

Artikel 41<br />

1. Voor de toepassing van de wet wordt met betrekking tot onroerende zaken,<br />

gelegen in een gemeente die blijkens haar verordening op de onroerendezaakbelastingen<br />

als waardepeildatum 1 januari 1992, 1 januari 1993, 1 januari<br />

1994 of 1 januari 1996 hanteert -indien daarin geen waardering is voorzien naar<br />

de waardepeildatum 1 januari 1995- de ingevolge die verordening vastgestelde<br />

waarde geacht de waarde per 1 januari 1995 te zijn.<br />

2. Indien het eerste lid toepassing vindt, wordt, indien op of na 1 januari 1995 met<br />

betrekking tot een onroerende zaak feiten of omstandigheden als bedoeld in<br />

artikel 19 zich hebben voorgedaan, de waarde van de onroerende zaak bepaald<br />

met inachtneming van artikel 19 naar de in de belastingverordening opgenomen<br />

waardepeildatum.<br />

3. In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt de waarde van een onroerende<br />

zaak als bedoeld in dat lid bepaald met inachtneming van de bepalingen in de<br />

Gemeentewet zoals die luidt met ingang van 1 januari 1995 naar de in de<br />

belastingverordening opgenomen waardepeildatum.<br />

4. De waarde van een onroerende zaak, gelegen in een gemeente als bedoeld in<br />

het eerste lid, waarvan geen waarde ingevolge de in dat lid bedoelde verordening<br />

is vastgesteld, wordt met inachtneming van het derde lid bepaald naar de<br />

in de belastingverordening opgenomen waardepeildatum.<br />

5. De voorgaande leden zijn eveneens van toepassing bij het bepalen van de<br />

heffingsmaatstaf, bedoeld in artikel 220d, eerste en zesde lid, van de Gemeentewet,<br />

en artikel 120, derde, vijfde en zesde lid, van de Waterschapswet.<br />

6. Ingeval een belanghebbende bezwaar maakt tegen de met toepassing van de<br />

voorgaande leden vastgestelde waarde van een onroerende zaak en aannemelijk<br />

maakt dat toepassing van de hoofdstukken III en IV tot vaststelling van een<br />

lagere waarde zou leiden, wordt de waarde op de voet van die hoofdstukken<br />

bepaald en vastgesteld.<br />

7. Ingeval een gemeente blijkens haar verordening op de onroerende-zaakbelastingen<br />

als waardepeildatum 1 januari 1992 of 1 januari 1993 hanteert, vindt het<br />

eerste lid geen toepassing indien de gemeente overgaat tot de waardebepaling<br />

en de waardevaststelling op de voet van de wet.<br />

28

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!