Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer
Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer
Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
WAARDERINGSKAMER<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
<strong>versie</strong> 2<br />
Regels voor de gegevenslevering<br />
door gemeenten aan afnemers<br />
in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong><br />
Tekst herziene druk vastgesteld op:<br />
25 maart 1999
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
COLOFON<br />
<strong>Waarderingskamer</strong><br />
De eerste druk van "<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>: Regels voor de gegevenslevering door gemeenten aan afnemers<br />
in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong>" is op 28 januari 1994 vastgesteld door de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
Gezien de wijzigingen wordt het vanaf 1 januari 1999 te hanteren uitwisselingsformaat aangeduid<br />
als <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2. In deze herziene druk van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 zijn de teksten van de<br />
uitvoeringsregels die van belang zijn voor de gegevensuitwisseling opgenomen, zoals die met<br />
ingang van 1 januari 1999 gelden. Deze druk is voorbereid door de Commissie gegevensuitwisseling<br />
in overleg met softwarebureaus en gebruikersverenigingen.<br />
Samenstelling Commissie gegevensuitwisseling<br />
mr. J.G.E. Gieskes (<strong>Waarderingskamer</strong>), J. de Haan RA (Belastingdienst), ir. R.M. Kathmann<br />
(<strong>Waarderingskamer</strong>), R.B.M. ten Kroode (Vereniging van Nederlandse Gemeenten), ir C.<br />
Remmers (<strong>Waarderingskamer</strong>). J.A.G. van Rooijen (gemeente Eindhoven), en ing. H.J.P.M. ter<br />
Veen (Unie van Waterschappen).<br />
Vormgeving omslag<br />
Kluwer, Deventer<br />
Opmaak en zetwerk binnenwerk<br />
<strong>Waarderingskamer</strong><br />
Druk<br />
Kluwer, Deventer<br />
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:<br />
<strong>Waarderingskamer</strong><br />
Postbus 93210<br />
2509 AE DEN HAAG<br />
Telefoon: 070 - 3 28 68 68<br />
Telefax: 070 - 3 28 68 70<br />
e-mail: info@waarderingskamer.nl<br />
ISBN 90-75208-13-8<br />
© 1999, <strong>Waarderingskamer</strong>, Den Haag<br />
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van<br />
druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke<br />
toestemming van de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
2
INHOUDSOPGAVE<br />
Inleiding 5<br />
Wijzigingen ten opzichte van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 1 7<br />
Wijzigingen ten opzichte van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2, eerste druk 9<br />
DEEL I FORMELE REGELGEVING<br />
1. Wet waardering onroerende zaken 15<br />
1.1 Tekst van de wet per 17 februari 1999<br />
2. Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling 31<br />
Wet waardering onroerende zaken<br />
2.1 Tekst van het besluit per 1 januari 1999<br />
2.2 Nota van toelichting<br />
2.3 Nota van toelichting bij wijziging per 1 januari 1999<br />
3. Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> 51<br />
3.1 Tekst van de regeling per 1 januari 1999<br />
3.2 Bijlage bij de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> per 1 januari 1999<br />
3.3 Toelichting op de oorspronkelijke Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
3.4 Toelichting op de wijziging per 1 januari 1999<br />
DEEL II TOELICHTING STUF-<strong>WOZ</strong> DOOR DE WAARDERINGSKAMER<br />
1. Uitwerking gegevensstructuur 69<br />
2. Globaal gegevensmodel 77<br />
3. Definitie entiteiten 79<br />
3.1 Toelichting categorieën definitie entiteiten<br />
3.2 Definitie<br />
4. Definitie gegevens 97<br />
4.1 Toelichting categorieën definitie gegevens<br />
4.2 Definitie<br />
5. Leveringsformaat 191<br />
6. Technische specificaties 193<br />
3
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
7. Procedure gegevenslevering 195<br />
7.1 Objecten waarover gegevens worden geleverd<br />
7.2 Periodiciteit<br />
7.3 Technische procedureafspraken<br />
7.4 Gegevenslevering na gemeentelijke herindeling<br />
8. Voorbeelden 203<br />
Bijlage 1: Gegevensdefinities van facultatieve gegevens 223<br />
Bijlage 2: Leveringsformaat inclusief facultatieve gegevens 227<br />
Bijlage 3: Definitie Tekenset Latin5 237<br />
4
INLEIDING<br />
INLEIDING<br />
De Wet waardering onroerende zaken (Wet <strong>WOZ</strong>) is gericht op uniformering van het<br />
waardebegrip met betrekking tot onroerende zaken voor belastingheffing. Dezelfde<br />
vastgestelde waarde wordt gebruikt voor verschillende vormen van belastingheffing door<br />
meerdere belastingheffende instanties. Daarom moeten de gegevens met betrekking tot<br />
de vastgestelde waarde door de gemeenten worden geleverd aan de andere belastingheffende<br />
instanties, namelijk waterschappen en Belastingdienst.<br />
De "Regels voor de gegevenslevering door gemeenten aan afnemers in het kader van de<br />
Wet <strong>WOZ</strong>" (volgens de citeertitel: <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>) gelden voor deze gegevenslevering.<br />
Volgens artikel 39 van de Wet <strong>WOZ</strong> worden regels gesteld met betrekking tot het te<br />
registreren en te verstrekken gegevenspakket, de periodiciteit en de wijze van<br />
verstrekking.<br />
Dit boek <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> heeft betrekking op deze regels voor de gegevenslevering aan<br />
afnemers, zoals die gelden per 1 januari 1999. De herziening van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> was<br />
noodzakelijk om op diverse punten de uitwisseling tussen gemeenten en afnemers te<br />
verbeteren. Gezien de wijzigingen die zijn aangebracht in het uitwisselingsformaat, wordt<br />
het uitwisselingsformaat dat vanaf 1 januari 1999 wordt gebruikt, aangeduid als <strong>Stuf</strong>-<br />
<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2. In tegenstelling tot de vorige uitgave van het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> (<strong>versie</strong> 1) is het<br />
uitwisselingsformaat taxatiebureaus niet in dit boek opgenomen. Dit uitwisselingsformaat<br />
dat op basis van wederzijdse afspraken tussen gemeenten, softwarebureaus en<br />
taxatiebureaus tot stand is gekomen, is in een afzonderlijke uitgave van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
vastgelegd.<br />
De in artikel 39 van de Wet <strong>WOZ</strong> bedoelde regels zijn vastgelegd in het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken en<br />
in de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>. Deze beide formele uitvoeringsregels zijn opgenomen in deel<br />
I van dit boek. Bij de oorspronkelijke publicatie van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 was de<br />
herziening van het uitwisselingsformaat nog niet verwerkt in het genoemde besluit en de<br />
genoemde regeling. Inmiddels zijn besluit en regeling wel gewijzigd en daarom heeft de<br />
<strong>Waarderingskamer</strong> besloten tot het uitgeven van deze tweede herziene druk.<br />
De formele regels voor de informatielevering in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> hebben<br />
alleen betrekking op de gegevens die door de gemeenten aan de afnemers geleverd<br />
moeten worden. In de formele regels is de gegevensset vastgelegd die de gemeente<br />
verplicht is te leveren aan de afnemers en het uitwisselingsformaat voor de levering van<br />
deze gegevens.<br />
In de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> staat het leveringsformaat centraal. De uniformering is primair<br />
van belang om de levering van gegevens door gemeenten enerzijds en de ontvangst van<br />
gegevens door afnemers anderzijds soepel te doen verlopen. Voor een effectieve<br />
gegevensuitwisseling tussen gemeenten en afnemers is de onderlinge afstemming van de<br />
gegevensdefinities zeker zo belangrijk als het technische leveringsformaat. Dit belang<br />
5
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
wordt met name veroorzaakt door de verschillen in definitie van het belastingobject bij<br />
de afzonderlijke heffende instanties.<br />
De toelichting, die de <strong>Waarderingskamer</strong> in deel II van dit boek geeft op de formele<br />
regels voor de gegevenslevering, bestaat voornamelijk uit een gegevenswoordenboek met<br />
de definitie van alle verplichte gegevens in het kader van de gegevenslevering door<br />
gemeenten aan de afnemers in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong>. De formele regels en de<br />
toelichting van de <strong>Waarderingskamer</strong> geven alleen gegevensdefinities en een uitwisselingsformaat.<br />
Er worden geen verdere randvoorwaarden gedefinieerd aan de apparatuur<br />
en programmatuur die door de gemeenten of de afnemers worden gebruikt.<br />
Bij het vormgeven van de structuur van het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> is gestreefd naar een minimale en<br />
zo eenvoudig mogelijke regeling. Daarbij is geprobeerd zo dicht mogelijk aan te sluiten<br />
op de huidige werkwijzen bij de verschillende betrokken partijen. Bij de herkomst van<br />
de definities in dit <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> is zoveel mogelijk aangesloten op bestaande definities uit<br />
de Nederlandse Norm Algemene Persoonsgegevens (NEN 1888), de Nederlandse Norm<br />
Adressen (NEN 5825), het Logisch Ontwerp Gemeentelijke Basisadministratie<br />
Persoonsgegevens (GBA) en de gemeentelijke functionele ontwerpen (GFO's).<br />
Tegelijk met de levering van de verplichte gegevens door de gemeenten aan de afnemers<br />
kunnen op basis van bilaterale afspraken eventueel extra gegevens worden geleverd. In<br />
bijlage 1 is daarom voor deze "facultatieve" gegevens een gegevensdefinitie gegeven en<br />
in bijlage 2 is aangegeven op welke wijze de facultatieve gegevens in het formaat tot<br />
uitdrukking komen. De facultatieve gegevens worden alleen in het leveringsbestand<br />
opgenomen, indien daarover tussen een gemeente en een afnemer bilateraal afspraken<br />
zijn gemaakt. De Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> in deel I en de bijlage 3 bevatten het uitwisselingsformaat<br />
zonder facultatieve gegevens zoals dat aan de afnemers geleverd moet worden.<br />
Voor meer informatie over het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> kunt u contact opnemen met het secretariaat<br />
van de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
6
INLEIDING<br />
WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 1<br />
In deze uitgave is uitgegaan van de formele regelgeving zoals die vanaf 1 januari 1999<br />
geldt. Gezien de wijzigingen wordt het uitwisselingsformaat, dat vanaf deze datum wordt<br />
gebruikt, aangeduid als <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2. De wijzigingen ten opzichte van <strong>versie</strong> 1 zijn<br />
beperkt en betreffen verbeteringen in het uitwisselingsformaat zodat afnemers de<br />
gemeentelijke leveringsbestanden beter kunnen verwerken. Tevens is geanticipeerd op<br />
de invoering van de Euro door het opnemen van een "aanduiding valutasoort".<br />
Samenvattend gaat het om de volgende wijzigingen:<br />
1. Het gegeven "aanduiding valutasoort" is in de entiteit <strong>WOZ</strong>-object opgenomen.<br />
Hiermee kan worden aangegeven in welke valuta een vastgestelde waarde is<br />
vastgelegd.<br />
2. Het gegeven "code blokkeren"is in de entiteit <strong>WOZ</strong>-object opgenomen. Voor het<br />
blokkeren van <strong>WOZ</strong>-objecten is het niet meer nodig de waarde nul in te voeren.<br />
Met de code kan tevens worden aangegeven waarom het betreffende <strong>WOZ</strong>-object<br />
is geblokkeerd.<br />
3. In de entiteit subject is het gegeven "Handelsregisternummer" opgenomen.<br />
Hiermee is het facultatieve gegeven "Kamer van Koophandelnummer" vervallen.<br />
Vanaf 1 januari 1998 is het "Handelsregisternummer" een uniek nummer. Dit<br />
betekent dat de gemeente een niet-natuurlijke persoon op een eenduidige wijze<br />
aan de afnemers bekend kan maken.<br />
4. Het gegeven "partnernaam/bedrijfsnaam verkort" en het gegeven "voorvoegsels<br />
behorend bij partnernaam" in de entiteit subject zijn opgenomen om naast de<br />
geslachtsnaam van een natuurlijke persoon of de statutaire naam van een nietnatuurlijke<br />
persoon aan te kunnen geven op welke (alternatieve) wijze de naam<br />
van de belanghebbende op de beschikking afgedrukt wordt.<br />
5. Het gegeven "geboortedatum natuurlijk persoon" in de entiteit subject behoort<br />
voortaan tot de te leveren gegevens. Tevens is het mogelijk aan te geven op welke<br />
datum een natuurlijk persoon is overleden in het gegeven "datum overlijden<br />
natuurlijk persoon". Met deze gegevens kan een gemeente beter aangeven wat de<br />
situatie ten aanzien van een bepaalde natuurlijke persoon is.<br />
6. Het gegeven "status subject" in de entiteit subject is noodzakelijk om aan te<br />
kunnen geven of het betreffende subject overleden respectievelijk opgeheven is.<br />
7. In de entiteit subject is tevens een aanduiding opgenomen om aan te geven of een<br />
adres de functie heeft van postadres of woonadres in het gegeven "functie adres".<br />
Dit gegeven is daarmee geen facultatief gegeven meer.<br />
8. De entiteit beschikking is uitgebreid met de gegevens: "A-nummer natuurlijk<br />
persoon", "SoFi-nummer" en "Aanvulling SoFi-nummer". Met deze gegevens is<br />
het mogelijk te herleiden voor welke belanghebbende zich na de <strong>WOZ</strong>-beschikking<br />
wijzigingen ten gevolge van bewaar en beroep hebben voorgedaan. Het<br />
gegeven "volgnummer beschikking" is daarmee komen te vervallen.<br />
9. Het gegeven "datum status" in de entiteit beschikking is toegevoegd om voor de<br />
afnemers te kunnen bepalen op welk moment een beschikking is genomen, een<br />
uitspraak op bezwaar of beroep is gedateerd. Dit betekent dat bij het begin van<br />
7
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
het tijdvak voor elk <strong>WOZ</strong>-object één of meer voorkomens van de entiteit beschikking<br />
worden geleverd.<br />
10. Voor afnemers zijn in het voorlooprecord toegevoegd de gegevens "softwareleverancier"<br />
en "<strong>versie</strong> <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>". Deze gegevens zijn van belang bij de<br />
verwerking van de bestanden door de afnemers.<br />
11. In de sfeer van de niet verplichte gegevens zijn enkele gegevens komen te<br />
vervallen. Het betreft het gegeven "straatcode" in de entiteiten <strong>WOZ</strong>-object en<br />
subject en de gegevens "postbus", "landcode", "subjectcode", en "persoonscode<br />
Kamer van Koophandel" in de entiteit subject. Deze gegevens werden niet (meer)<br />
gebruikt, dan wel waren overbodig in verband met overlap met andere gegevens.<br />
12. Tot slot zijn, ter beëindiging van de in de praktijk ontstane <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> dialecten,<br />
nadere afspraken over het gebruik van mutatiecodes, ingangsdata en einddata<br />
gemaakt.<br />
De afspraken maken het tevens mogelijk afnemers in de loop van het jaar reeds<br />
te informeren over bijvoorbeeld veranderingen in de objectafbakening, terwijl de<br />
formele beschikking pas na 1 januari van het jaar volgend op de verandering<br />
wordt genomen.<br />
Naast de bovenstaande wijzigingen zijn de domeinen, de beschrijvingen van het gebruik<br />
en/of de commentaren bij enkele gegevens aangepast. Voor de meeste van deze<br />
wijzigingen betekent dit, dat het domein, zoals dat in de praktijk werd gebruikt, is<br />
geëffectueerd.<br />
8
INLEIDING<br />
WIJZIGINGEN TEN OPZICHTE VAN STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2, EERSTE DRUK<br />
Na het verschijnen van de eerste druk van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 zijn het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken en de<br />
Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> gewijzigd. In deze uitgave zijn de wijzigingen van de officiële<br />
regelgeving, die de basis vormt voor de uitwisseling volgens <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2,<br />
verwerkt.<br />
Verder is er sinds het verschijnen van de eerste druk gewerkt aan de implementatie van<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 in de software van gemeenten, waterschappen en Belastingdienst. Bij<br />
deze implementatie zijn soms vragen naar voren gekomen over de interpretatie. De<br />
invoering van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 gaat ook gepaard met een testtraject. Enkele<br />
interpretatieverschillen, die bij deze toetsing aan het licht zijn gekomen, hebben eveneens<br />
geleid tot verduidelijking van de relevante passages. Dit betreft de volgende punten:<br />
1. Indien bij een niet-natuurlijk persoon geen verkorte bedrijfsnaam bekend is of<br />
wanneer deze gelijkluidend is met de volledige naam, mag (hoeft niet) de<br />
volledige bedrijfsnaam tevens in het gegeven 02.41 "partnernaam/bedrijfsnaam<br />
verkort" worden ingevuld.<br />
2. Ook indien het SoFi-nummer bekend is, is het toegestaan naast dit SoFi-nummer<br />
een aanvulling SoFi-nummer te leveren.<br />
3. Het gegeven "Bijgewerkt tot en met maand" bevat informatie tot en met welke<br />
maand de mutaties zijn bijgewerkt. Dit betekent dat, indien er in maart een<br />
totaalstand per 1-1-1999 wordt geleverd en er in januari en februari nog mutaties<br />
zijn verwerkt, dit gegeven de waarde 02 bevat.<br />
4. Het komt in <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 voor dat de waarde van een object reeds wordt<br />
geleverd voordat de beschikking is genomen. Zolang de afbakening/waardering<br />
nog niet is afgerond, is het object echter geblokkeerd. Het opheffen van de<br />
blokkering houdt in dat de afnemers de waarde voor de belastingheffing kunnen<br />
gebruiken. Dit betekent derhalve dat de blokkering pas kan worden opgeheven<br />
wanneer de beschikking is verzonden of wanneer zeker is dat de desbetreffende<br />
waarde op de beschikking zal komen.<br />
5. Er worden slechts "70-records" (Waterschapsgrens) geleverd voor die objecten<br />
die binnen twee of meer waterschappen vallen. De objecten worden in dat geval<br />
daadwerkelijk doorsneden. Voor objecten die geheel binnen één waterschap<br />
vallen worden geen "70-records" geleverd.<br />
6. De ingangsdata, die in een totaalstand worden gehanteerd, zijn evenals de<br />
ingangsdata bij mutatieleveringen reële data waarop de verandering plaatsvond,<br />
voor zover deze datum binnen het tijdvak valt. De datum kan dus niet voor het<br />
begin van een tijdvak zijn gelegen (eerste <strong>WOZ</strong>-tijdvak: 19970101). Een<br />
totaalstand levering is geen start van een nieuw tijdvak, doch kan wel als zodanig<br />
bij de start van een nieuw tijdvak worden gebruikt.<br />
7. De definitie van het gegeven einddatum luidt: "Aanduiding vanaf welk tijdstip de<br />
betreffende gegevens niet meer geldig zullen zijn". Dit betekent dus voor<br />
gegevens die tot en met het eind van het tijdvak gelden de einddatum jjjj0101<br />
9
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
moet zijn en niet jjjj1231. Immers de gegevens zijn op 31/12 nog geldig en vanaf<br />
01/01 niet meer. Voor een einddatum, anders dan het einde van een tijdvak geldt<br />
dat de einddatum van een periode gelijk is aan de begindatum van de volgende<br />
periode, indien deze aansluitend zijn.<br />
8. Een totaalstand (in de loop van het tijdvak) bevat slechts de informatie die op de<br />
datum waarop die totaalstand betrekking heeft (bijvoorbeeld 1 januari 2000),<br />
actueel was.<br />
9. Een totaalstand per 1 januari bevat bij voorkeur het adres van een object, zoals<br />
dat op 1 januari formeel gold. Het is echter toegestaan het objectadres te leveren,<br />
zoals dat op het moment van de productie van de totaalstand bekend is.<br />
Een subjectadres bevat bij voorkeur het laatst bekende adres van het subject. Het<br />
is echter toegestaan het subjectadres te leveren, zoals dat op 1 januari gold.<br />
Dit betekent dat ook later bekend geworden mutaties met betrekking tot het<br />
object en/of subjectadres in de totaalstand mogen zijn verwerkt.<br />
10. Indien een persoon is overleden, moet dit in een totaalstand worden gemeld, ook<br />
al ligt de datum van overlijden na de datum waarop die totaalstand betrekking<br />
heeft. De ingangsdatum bij overlijden is het begin van het tijdvak.<br />
11. Er is sprake van een samenhang tussen de levering van een totaalstand in de loop<br />
van een <strong>WOZ</strong>-tijdvak, de daaropvolgende mutatielevering en het feit dat er<br />
mutaties kunnen optreden waarvan de oud situatie ("T-record") niet in de laatst<br />
geleverde totaalstand voorkomt. Bijvoorbeeld een uitspraak op een bezwaar naar<br />
aanleiding van een initiële beschikking, terwijl het object inmiddels is gesloopt en<br />
derhalve niet in de totaalstand per 1 januari 1999 voorkomt.<br />
Omwille van de eenduidigheid in de aanleveringen van de diverse leveranciers is<br />
afgesproken, dat het slechts is toegestaan mutaties te leveren, indien de situatie<br />
die gemuteerd wordt:<br />
. in de laatst geleverde totaalstand is opgenomen of<br />
. sindsdien als nieuw situatie is geleverd, dan wel<br />
. via eerder geleverde mutaties is terug te voeren op deze totaalstand of de later<br />
geleverde nieuw-situatie.<br />
Het opvragen van een nieuwe totaalstand heeft derhalve consequenties voor de<br />
mutaties die geleverd kunnen worden. Gemeenten en afnemers worden hierop<br />
gewezen. Mutaties die betrekking hebben op een periode die geheel voor de<br />
datum van de laatst geleverde totaalstand ligt (en dus niet via <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong><br />
2 worden geleverd) zijn voor de afnemers wel relevant. Deze mutaties worden op<br />
andere / papieren wijze geleverd.<br />
12. Na de overgang naar het tweede <strong>WOZ</strong>-tijdvak zullen nog enige tijd mutaties met<br />
betrekking tot het eerste <strong>WOZ</strong>-tijdvak kunnen optreden en geleverd moeten<br />
worden. Er worden dan voor beide tijdvakken gescheiden mutatiestromen<br />
onderhouden. Daarmee kan worden bereikt dat alle mutaties met betrekking tot<br />
het eerste <strong>WOZ</strong>-tijdvak geleverd kunnen blijven worden zonder dat sprake is van<br />
afstemmingsproblemen op de later geleverde totaalstand met betrekking tot het<br />
tweede <strong>WOZ</strong>-tijdvak.<br />
13. Mutaties voor verschillende tijdvakken worden in gescheiden bestanden geleverd.<br />
Het gegeven 92.30 "datum vorige aanlevering" in een bestand verwijst naar de<br />
10
INLEIDING<br />
datum van de vorige levering met betrekking tot hetzelfde tijdvak. Indien bij de<br />
start van een tijdvak nog geen eerdere levering heeft plaatsgevonden bevat de<br />
datum de waarde "00000000".<br />
14. Wanneer voor een deelbestand geen inhoudelijke records worden geleverd, is het<br />
zowel toegestaan het gehele deelbestand, inclusief stuur- en telrecords niet te<br />
leveren, als slechts een stuur- en een telrecord te leveren. In het laatste geval<br />
bevat het telrecord de informatie dat er 0 inhoudelijke records zijn geleverd. Deze<br />
laatste situatie verdient de voorkeur, maar is niet verplicht.<br />
15. In <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> twee is opgenomen dat alle relevante mutaties moeten<br />
worden geleverd. Dit betekent dat bijvoorbeeld dat alle eigendomswisselingen<br />
moeten worden gemeld ook al is de persoon in kwestie slechts twee dagen<br />
eigenaar. Omdat sommige systemen mutaties genereren door de situatie op twee<br />
peilmomenten te vergelijken en de verschillen te melden, kunnen dergelijke<br />
mutaties tussen wal en schip vallen. De mate waarin dit optreed is afhankelijk van<br />
de periode tussen de peilmomenten. Afgesproken is dat deze systemen minimaal<br />
maandelijks mutaties moeten genereren, waarmee de maximale periode tussen<br />
twee peilmomenten maximaal een maand is.<br />
16. Het kan voorkomen dat bij levering van een nieuwe situatie tegelijkertijd tevens<br />
een mutatie van deze situatie moet worden geleverd. Wanneer het om een<br />
wijziging gaat waarvoor het ingangsmoment moet worden gemeld, moet de<br />
wijziging afzonderlijk herkenbaar zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een<br />
"vergeten" object waarbij inmiddels ook een wijziging van de kadastrale<br />
oppervlakte heeft plaatsgevonden.<br />
De mutatielevering bevat dat een "N-record", alsmede één of meer "W-records".<br />
N 19981210-19990201 200m2<br />
W 19990201-20010101 400m2<br />
Indien de ingangsdatum van de wijziging niet relevant is, mag het initiële<br />
"N-record" worden gecombineerd met het mutatierecord. In een dergelijk geval<br />
kan de niet eerder aangeleverde uitgangssituatie worden gecombineerd met de<br />
latere wijziging en worden geleverd als een enkel "N-record".<br />
17. Bij een gemeentelijke herindeling worden de mutaties zoveel mogelijk afgehandeld<br />
onder de gemeentecode, van de "oude gemeente". Pas na afronding van deze<br />
zaken wordt de "oude gemeente afgesloten" en de "nieuwe gemeente opgevoerd".<br />
Zaken die daarna nog relevant zijn met betrekking tot de oude gemeente worden<br />
op papier aangeleverd. De ingangsdata van de gegevens onder de nieuwe<br />
gemeente zijn 1 januari van het jaar waarin de herindeling van kracht wordt.<br />
Nadere afspraken tussen de gemeente en de betrokken afnemers zijn natuurlijk<br />
mogelijk.<br />
Het test- en implementatietraject voor de invoering van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 is bij<br />
vaststelling van deze publicatie nog niet afgerond. Het is mogelijk dat op basis van<br />
bevindingen in het verdere testtraject nog meer verduidelijkingen gegeven zullen worden.<br />
Deze zullen onder andere worden gepubliceerd op de "discussiesite" van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
met betrekking tot <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> op internet, te bereiken via www.waarderingskamer.nl.<br />
11
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
12
FORMELE REGELGEVING<br />
DEEL I<br />
FORMELE REGELGEVING<br />
Wet waardering onroerende zaken<br />
Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering<br />
onroerende zaken<br />
Staatsblad 1995, 67<br />
gewijzigd: Staatsblad 1997, 703<br />
gewijzigd: Staatsblad 1999, 39<br />
Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Staatscourant 22 februari 1995, nummer 38<br />
gewijzigd: Staatscourant 12 september 1995, nummer 176<br />
gewijzigd: Staatscourant 22 december 1997, nummer 246<br />
gewijzigd: Staatscourant 24 februari 1999, nummer 37<br />
13
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
Wet waardering onroerende zaken (Wet <strong>WOZ</strong>)<br />
Stb. 1994, 874<br />
Stb. 1995, 32<br />
Stb. 1996, 653<br />
Stb. 1997, 510<br />
Stb. 1997, 580<br />
Stb. 1997, 735<br />
Stcrt. 1998, 95<br />
Stb. 1998, 621<br />
Stb. 1998, 728<br />
Stb. 1999, 30<br />
art. 3 en<br />
art. 20 art. 39 art. 31 art. 44 art. 18<br />
Besluit onderbouwing<br />
en uitvoering<br />
waardebepaling<br />
Stb. 1994, 954<br />
Stb. 1997, 703<br />
Besluit kostenverrekening<br />
en gegevensuitwisseling<br />
Stb. 1995, 67<br />
Stb. 1997, 703<br />
Stb. 1999, 39<br />
Besluit<br />
gegevensverstrekking<br />
Wet <strong>WOZ</strong><br />
Stb. 1996, 401<br />
Stb. 1997, 703<br />
Besluit Wet<br />
waardering<br />
onroerende zaken<br />
Stb. 1997, 30<br />
Stb. 1997, 703<br />
Regeling<br />
instructie<br />
waardebepaling<br />
Stcrt. 1994, 252<br />
Stcrt. 1996, 139<br />
Stcrt. 1997, 132<br />
Stcrt. 1997, 246<br />
Stcrt. 1998, 47<br />
Stcrt. 1998, 62<br />
Regeling<br />
rekenmodellen<br />
Stcrt. 1995, 38<br />
Stcrt. 1995, 249<br />
Stcrt. 1996, 15<br />
Stcrt. 1996, 249<br />
Stcrt. 1997, 250<br />
Regeling<br />
uitgezonderde objecten<br />
Stcrt. 1994, 252<br />
Stcrt. 1996, 248<br />
Stcrt. 1998, 247<br />
Regeling<br />
vakbekwaamheidseisen<br />
Stcrt. 1995, 31<br />
Stcrt. 1997, 246<br />
Regeling<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Stcrt. 1995, 38<br />
Stcrt. 1995, 176<br />
Stcrt. 1997, 246<br />
Stcrt. 1999, 37<br />
14
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
1.1 Tekst van de wet per 17 februari 1999 1<br />
HOOFDSTUK I<br />
Algemene bepalingen<br />
Artikel 1<br />
1. Deze wet geldt bij de bepaling en de vaststelling van de waarde van in Nederland<br />
gelegen onroerende zaken ten behoeve van de heffing van belastingen<br />
door het Rijk, de gemeenten en de waterschappen.<br />
2. Het college van burgemeester en wethouders is belast met de uitvoering van<br />
deze wet, tenzij de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid,<br />
onderdeel b, van de Gemeentewet, hiermee is belast.<br />
3. Bij wet wordt geregeld in hoeverre de op de voet van de wet vastgestelde<br />
waarde van toepassing is voor de in het eerste lid bedoelde belastingen.<br />
Artikel 2<br />
In deze wet wordt verstaan onder:<br />
a. de wet: de Wet waardering onroerende zaken;<br />
b. Onze Minister: Onze Minister van Financiën;<br />
c. afnemers: overheden die gebruik maken van de ingevolge de wet vastgestelde<br />
waarden ten behoeve van de heffing van belastingen.<br />
Artikel 3<br />
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld betreffende<br />
de verrekening van de kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van de wet.<br />
1<br />
Oorspronkelijk gepubliceerd in Stb. 1994, 874<br />
Verwerkte wijzigingen: Stb. 1995, 32; Stb. 1996, 653 (Aanpassingswet Wet <strong>WOZ</strong>); Stb. 1997, 510 (Aanpassingswet<br />
derde tranche Awb I); Stb. 1997, 580 (Aanpassingswet derde tranche Awb II); Stb. 1997, 735 (Wet van 18 december<br />
1997, houdende wijzigingen van technische aard van enige belastingwetten c.a.); Stcrt. 1998, nr. 95 (wijzigingen van<br />
technische aard van enige belastingwetten c.a.); Stb. 1998, 728 (Verfijning waardebepaling en handhaving<br />
waardepeildata bij herindeling); Stb. 1999, 30 (Reparatiewet I)<br />
Nog niet verwerkt: Stb. 1998, 621 (Herziening van het fiscaal procesrecht, nog niet in werking getreden)<br />
15
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
HOOFDSTUK II<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong><br />
Artikel 4<br />
1. Er is een <strong>Waarderingskamer</strong>. De <strong>Waarderingskamer</strong> bezit rechtspersoonlijkheid.<br />
2. De <strong>Waarderingskamer</strong> houdt toezicht op de waardebepaling en de waardevaststelling<br />
van onroerende zaken en op de overige in de wet geregelde<br />
onderwerpen. De colleges van burgemeester en wethouders verschaffen de<br />
<strong>Waarderingskamer</strong> desgevraagd tijdig de voor de uitoefening van haar taak<br />
noodzakelijke gegevens.<br />
3. De <strong>Waarderingskamer</strong> dient desgevraagd of eigener beweging Onze Minister<br />
van advies over zaken die verband houden met de inhoud en de toepassing van<br />
hetgeen bij of krachtens de wet is bepaald.<br />
4. De <strong>Waarderingskamer</strong> geeft voorts uitvoering aan hetgeen haar overigens bij<br />
of krachtens de wet is opgedragen.<br />
Artikel 5<br />
1. De <strong>Waarderingskamer</strong> bestaat uit elf leden, waaronder de voorzitter, die<br />
worden benoemd door Onze Minister.<br />
2. Van de andere leden dan de voorzitter worden vier leden op voordracht van de<br />
Vereniging van Nederlandse Gemeenten, twee leden uit de rijksbelastingdienst<br />
en twee leden op voordracht van de Unie van Waterschappen benoemd.<br />
3. De <strong>Waarderingskamer</strong> wijst uit haar midden een plaatsvervangende voorzitter<br />
aan.<br />
4. De leden van de <strong>Waarderingskamer</strong> worden benoemd voor ten hoogste vier<br />
jaren. Na afloop van deze termijn kunnen zij worden herbenoemd.<br />
5. Degene die tot lid is benoemd ter vervulling van een tussentijds opengevallen<br />
plaats, treedt af op het ogenblik waarop degene in wiens plaats hij is benoemd,<br />
had moeten aftreden. Hij kan worden herbenoemd.<br />
6. De leden kunnen te allen tijde op eigen verzoek door Onze Minister worden<br />
ontslagen. Onze Minister kan hen, gehoord de <strong>Waarderingskamer</strong>, schorsen of<br />
ontslaan.<br />
Artikel 6<br />
1. De <strong>Waarderingskamer</strong> heeft drie adviserende leden die worden benoemd door<br />
Onze Minister op voordracht van onderscheidenlijk Onze Minister, Onze<br />
Minister van Binnenlandse Zaken en het InterProvinciaal Overleg.<br />
2. De adviserende leden kunnen te allen tijde op eigen verzoek door Onze<br />
Minister worden ontslagen. Onze Minister kan hen op verzoek van degene die<br />
de voordracht heeft gedaan, schorsen of ontslaan.<br />
16
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
Artikel 7<br />
1. De <strong>Waarderingskamer</strong> kan ter uitvoering van haar taak commissies instellen,<br />
waarin ook personen van buiten de <strong>Waarderingskamer</strong> zitting kunnen hebben.<br />
2. De <strong>Waarderingskamer</strong> en haar commissies kunnen zich doen bijstaan door<br />
deskundigen.<br />
Artikel 8<br />
1. De <strong>Waarderingskamer</strong> heeft een secretariaat onder leiding van een secretaris,<br />
die door Onze Minister, op voordracht van de <strong>Waarderingskamer</strong>, wordt<br />
benoemd, geschorst en ontslagen.<br />
2. Benoeming, schorsing en ontslag van het personeel van het secretariaat<br />
geschiedt door de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
3. Het secretariaat staat de <strong>Waarderingskamer</strong> in haar werkzaamheden bij.<br />
4. De secretaris en het personeel van het secretariaat zijn niet tevens lid of adviserend<br />
lid van de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
5. De secretaris is voor de uitoefening van zijn taak uitsluitend verantwoording<br />
schuldig aan de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
Artikel 9<br />
1. Het personeel van het secretariaat van de <strong>Waarderingskamer</strong>, de secretaris<br />
daaronder begrepen, is ambtenaar in de zin van de Ambtenarenwet.<br />
2. De <strong>Waarderingskamer</strong> stelt bij reglement de regeling van de rechtstoestand van<br />
het personeel vast.<br />
3. Onverminderd hetgeen reeds bij of krachtens de Ambtenarenwet is geregeld,<br />
geeft het reglement bedoeld in het tweede lid van dit artikel in ieder geval voorschriften<br />
betreffende de volgende onderwerpen:<br />
a. aanstelling;<br />
b. schorsing;<br />
c. ontslag;<br />
d. het onderzoek naar de geschiktheid en de bekwaamheid;<br />
e. bezoldiging;<br />
f. wachtgeld;<br />
g. diensttijden;<br />
h. verlof en vakantie;<br />
i. voorzieningen in verband met ziekte;<br />
j. bescherming bij arbeid;<br />
k. woon-, verblijfs- en bereikbaarheidsverplichtingen;<br />
l. medezeggenschap;<br />
m overige rechten en verplichtingen van het personeel;<br />
n. disciplinaire straffen;<br />
o. de wijze waarop met de daarvoor in aanmerking komende vakorganisaties<br />
van overheidspersoneel overleg wordt gepleegd over aangelegenheden van<br />
algemeen belang voor de rechtstoestand en de bezoldiging van het personeel<br />
van het secretariaat;<br />
17
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
p. een geschillenregeling met betrekking tot de onder l en o genoemde onderwerpen.<br />
4. Artikel 126 van de Ambtenarenwet is van overeenkomstige toepassing.<br />
Artikel 10<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong> stelt regels vast met betrekking tot haar werkwijze, tot die<br />
van het secretariaat, alsmede tot die van haar commissies. Tevens stelt de<br />
<strong>Waarderingskamer</strong> regels op met betrekking tot de wijze waarop overleg wordt<br />
gevoerd met de colleges van burgemeester en wethouders en de afnemers of met<br />
hun vertegenwoordigers omtrent aangelegenheden ter zake waarvan naar haar<br />
oordeel overleg gewenst is, alsmede omtrent aangelegenheden ter zake waarvan<br />
de deelnemers aan het overleg de <strong>Waarderingskamer</strong> te kennen hebben gegeven<br />
overleg te willen voeren.<br />
Artikel 11<br />
1. Geschillen met betrekking tot de uitvoering van de wet tussen afnemers en<br />
colleges van burgemeester en wethouders kunnen door de betrokken partijen<br />
worden voorgelegd aan de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
2. Het verzoek tot het in behandeling nemen van een geschil wordt ingediend door<br />
de bij het geschil betrokken partijen.<br />
3. De <strong>Waarderingskamer</strong> beslist binnen dertien weken nadat het geschil is voorgelegd.<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong> kan deze termijn, met redenen omkleed, eenmaal<br />
met dertien weken verlengen. Zij kan voorts de termijn verder verlengen met<br />
instemming van de betrokken partijen.<br />
4. De <strong>Waarderingskamer</strong> is bevoegd de kosten die door haar zijn gemaakt in<br />
verband met het voorgelegde geschil in rekening te brengen aan de partijen. Zij<br />
kan beslissen dat de kosten die door partijen zijn gemaakt, worden gedragen<br />
door de in het ongelijk gestelde partij.<br />
Artikel 12<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong> stelt jaarlijks voor 1 december een begroting vast voor het<br />
daarop volgende kalenderjaar.<br />
Artikel 13<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong> brengt uiterlijk op l mei aan Onze Minister verslag uit over<br />
haar werkzaamheden en haar financieel beleid in het voorafgaande kalenderjaar,<br />
voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid daarvan van een accountant<br />
als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Het<br />
financieel beleid en beheer behoeft de goedkeuring van Onze Minister. Het verslag<br />
wordt door de zorg van Onze Minister openbaar gemaakt.<br />
Artikel 14<br />
Onze Minister kan de <strong>Waarderingskamer</strong> algemene aanwijzingen geven met<br />
betrekking tot de uitoefening van haar taak.<br />
18
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
Artikel 15<br />
1. Onze Minister kan, de <strong>Waarderingskamer</strong> gehoord, aan het college van burgemeester<br />
en wethouders van een gemeente een aanwijzing geven omtrent de<br />
uitvoering van de wet.<br />
2. Onze Minister verbindt aan de aanwijzing een termijn.<br />
3. De <strong>Waarderingskamer</strong> is bevoegd tot het doen uitvoeren van de aanwijzing op<br />
kosten van de gemeente indien het college van burgemeester en wethouders de<br />
aanwijzing niet binnen de in het tweede lid bedoelde termijn heeft opgevolgd.<br />
HOOFDSTUK III<br />
De waardebepaling<br />
Artikel 16<br />
Voor de toepassing van de wet wordt als één onroerende zaak aangemerkt:<br />
a. een gebouwd eigendom;<br />
b. een ongebouwd eigendom;<br />
c. een gedeelte van een in onderdeel a of onderdeel b bedoeld eigendom dat<br />
blijkens zijn indeling is bestemd om als een afzonderlijk geheel te worden<br />
gebruikt;<br />
d. een samenstel van twee of meer van de in onderdeel a of onderdeel b bedoelde<br />
eigendommen of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde<br />
belastingplichtige in gebruik zijn en die, naar de omstandigheden beoordeeld,<br />
bij elkaar behoren;<br />
e. het binnen de gemeente gelegen deel van een in onderdeel a of onderdeel b<br />
bedoeld eigendom, van een in onderdeel c bedoeld gedeelte daarvan of van een<br />
in onderdeel d bedoeld samenstel.<br />
Artikel 17<br />
1. Aan een onroerende zaak wordt een waarde toegekend.<br />
2. De waarde wordt bepaald op de waarde die aan de onroerende zaak dient te<br />
worden toegekend, indien de volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou<br />
kunnen worden overgedragen en de verkrijger de zaak in de staat waarin die<br />
zich bevindt, onmiddellijk en in volle omvang in gebruik zou kunnen nemen.<br />
3. In afwijking in zoverre van het tweede lid wordt de waarde van een onroerende<br />
zaak, voor zover die niet tot woning dient, en met uitzondering van onroerende<br />
zaken die zijn ingeschreven in een van de ingevolge de Monumentenwet 1988<br />
vastgestelde registers van beschermde monumenten, bepaald op de<br />
vervangingswaarde indien dit leidt tot een hogere waarde dan die ingevolge het<br />
tweede lid. Bij de berekening van de vervangingswaarde wordt rekening<br />
gehouden met:<br />
a. de aard en de bestemming van de zaak;<br />
b. de sedert de stichting van de zaak opgetreden technische en functionele<br />
veroudering, waarbij de invloed van latere wijzigingen in aanmerking wordt<br />
genomen.<br />
19
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
4. In afwijking in zoverre van het tweede lid wordt de waarde van een gebouwd<br />
eigendom dat tot woning dient en deel uitmaakt van een op de voet van de<br />
Natuurschoonwet 1928 aangewezen landgoed dat voldoet aan de in artikel 1,<br />
derde lid, onderdeel b, van die wet bedoelde voorwaarden bepaald met<br />
inachtneming van een vooronderstelde verplichting om het gedurende een<br />
tijdvak van 25 jaren als zodanig in stand te houden en geen opgaand hout te<br />
vellen anders dan volgens de regels van normaal bosbeheer noodzakelijk of<br />
gebruikelijk is. Gebouwde eigendommen die dienstbaar zijn aan de woning<br />
worden geacht deel uit te maken van die woning.<br />
5. Met betrekking tot een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, aanhef en<br />
onderdeel e, wordt de waarde gesteld op een evenredig deel van de waarde die<br />
dient te worden toegekend aan de gehele onroerende zaak.<br />
Artikel 18<br />
1. De waarde van een onroerende zaak wordt bepaald naar de waarde die de zaak<br />
op de waardepeildatum heeft naar de staat waarin de zaak op die datum<br />
verkeert.<br />
2. De waardepeildatum ligt twee jaren voor het begin van het tijdvak waarvoor<br />
de waarde wordt vastgesteld.<br />
3. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld ingevolge welke bij de<br />
waardebepaling buiten aanmerking wordt gelaten de waarde van onroerende<br />
zaken of onderdelen daarvan, indien die waarde geen onderdeel uitmaakt van<br />
de grondslag van de door de afnemers geheven belastingen als bedoeld in<br />
artikel 1, tweede lid.<br />
Artikel 19<br />
1. Indien een onroerende zaak in de twee jaren voorafgaande aan het begin van<br />
het tijdvak waarvoor de waarde wordt vastgesteld:<br />
a. opgaat in een andere onroerende zaak dan wel in meer onroerende zaken,<br />
of<br />
b. wijzigt als gevolg van hetzij bouw, verbouwing, verbetering, afbraak of<br />
vernietiging, hetzij verandering van bestemming, of<br />
c. een verandering in waarde ondergaat als gevolg van een andere, specifiek<br />
voor de onroerende zaak geldende, bijzondere omstandigheid, wordt, in<br />
afwijking in zoverre van artikel 18, eerste lid, de waarde bepaald naar de<br />
staat van die zaak bij het begin van dat tijdvak.<br />
2. Indien een onroerende zaak in het tijdvak waarvoor de waarde is vastgesteld:<br />
a. opgaat in een andere onroerende zaak dan wel in meer onroerende zaken,<br />
of<br />
b. wijzigt als gevolg van hetzij bouw, verbouwing, verbetering, afbraak of<br />
vernietiging, hetzij verandering van bestemming, welke wijziging een<br />
verandering in de waarde van tenminste 5 percent met een minimum van<br />
ƒ 25 000 ten gevolge heeft dan wel van ƒ 250 000 of meer, of<br />
c. een verandering in waarde ondergaat van ten minste 5 percent met een<br />
minimum van ƒ 25 000 dan wel van ƒ 250 000 of meer als gevolg van een<br />
20
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
andere, specifiek voor de onroerende zaak geldende, bijzondere omstandigheid,<br />
wordt, in afwijking in zoverre van artikel 18, eerste lid, de waarde bepaald naar<br />
de staat van die zaak bij het begin van het kalenderjaar volgende op dat waarin<br />
de in de onderdelen a of b bedoelde feiten geheel of ten dele hun beslag hebben<br />
gekregen dan wel de in onderdeel c bedoelde omstandigheid heeft plaats<br />
gevonden of is gebleken.<br />
3. Toepassing van het tweede lid als gevolg van de in onderdeel a van dat lid<br />
bedoelde feiten blijft achterwege voor zover de als gevolg van die feiten<br />
ontstane nieuwe onroerende zaak feitelijk in vrijwel ongewijzigde vorm de<br />
voortzetting vormt van een in die zaak opgegane onroerende zaak doordat aan<br />
laatstbedoelde zaak:<br />
a. een andere onroerende zaak dan wel een onderdeel van een andere onroerende<br />
zaak wordt toegevoegd, met als gevolg dat de waarde van de nieuwe<br />
onroerende zaak niet meer dan 5 percent dan wel niet meer dan ƒ 250 000<br />
meer bedraagt dan de waarde van de tot dusverre bestaande onroerende<br />
zaak waarvan de nieuwe onroerende zaak feitelijk vrijwel ongewijzigd de<br />
voortzetting vormt;<br />
b. een onderdeel wordt onttrokken, met als gevolg dat de waarde van de<br />
nieuwe onroerende zaak niet meer dan 5 percent dan wel niet meer dan<br />
ƒ 250 000 minder bedraagt dan de waarde van de in die zaak opgegane<br />
onroerende zaak.<br />
Alsdan wordt voor de toepassing van de wet en de wettelijke bepalingen<br />
krachtens welke de ingevolge hoofdstuk IV vastgestelde waarde ten grondslag<br />
wordt gelegd aan de heffing van belasting de onroerende zaak die opgaat in een<br />
nieuwe onroerende zaak, zodanig dat die nieuwe onroerende zaak feitelijk in<br />
vrijwel ongewijzigde vorm de voortzetting van eerstbedoelde zaak vormt,<br />
geacht niet in die nieuwe onroerende zaak te zijn opgegaan, noch een wijziging<br />
in de waarde te hebben ondergaan en wordt degene die krachtens eigendom,<br />
bezit of beperkt recht het genot heeft van eerstbedoelde zaak alsmede degene<br />
die al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht de<br />
eerstbedoelde zaak gebruikt, geacht ongewijzigd het genot, onderscheidenlijk<br />
het gebruik daarvan te hebben behouden.<br />
Artikel 20<br />
1. De in artikel 1, tweede lid bedoelde ambtenaar van de gemeente waarin de<br />
onroerende zaak is gelegen, bepaalt de waarde van die onroerende zaak.<br />
2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld voor<br />
de onderbouwing en de uitvoering van de waardebepaling.<br />
3. De voordracht voor een algemene maatregel van bestuur krachtens het tweede<br />
lid wordt niet gedaan dan nadat het ontwerp aan de beide kamers der Staten-<br />
Generaal is overgelegd en aan de kamers de gelegenheid is geboden om binnen<br />
zes weken na de dag waarop het ontwerp is overgelegd, hun oordeel aan Onze<br />
Minister kenbaar te maken.<br />
21
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
Artikel 21<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong> kan het college van burgemeester en wethouders een<br />
aanbeveling doen omtrent de uitvoering van de wet. Zij gaat daartoe niet over dan<br />
na het college in de gelegenheid te hebben gesteld te worden gehoord.<br />
HOOFDSTUK IV<br />
De waardevaststelling<br />
Artikel 22<br />
1. De in artikel 1, tweede lid, bedoelde ambtenaar van de gemeente waarin de<br />
onroerende zaak is gelegen, stelt de waarde van de onroerende zaak vast bij<br />
een voor bezwaar vatbare beschikking.<br />
2. De bij de beschikking vastgestelde waarde geldt voor een tijdvak van vier<br />
achtereenvolgende jaren.<br />
3. De waarde wordt voor het eerst vastgesteld voor het tijdvak dat aanvangt op<br />
1 januari 1997.<br />
Artikel 23<br />
1. De beschikking bevat in ieder geval:<br />
a. de naam, het adres en de woon- of vestigingsplaats van degene te wiens<br />
aanzien de beschikking wordt genomen;<br />
b. een aanduiding van de onroerende zaak;<br />
c. de aan de onroerende zaak toegekende waarde;<br />
d. de waardepeildatum;<br />
e. het tijdvak waarvoor de beschikking geldt.<br />
2. Het niet naleven van de voorschriften van het eerste lid brengt geen nietigheid<br />
van de beschikking mee.<br />
Artikel 24<br />
1. De beschikking wordt genomen binnen acht weken na het begin van het tijdvak<br />
waarvoor zij geldt.<br />
2. Het niet naleven van het voorschrift van het eerste lid brengt geen nietigheid<br />
van de beschikking mee.<br />
3. De bekendmaking van de beschikking geschiedt terstond door toezending aan:<br />
a. degene die aan het begin van het tijdvak het genot heeft van de onroerende<br />
zaak krachtens eigendom, bezit of beperkt recht;<br />
b. degene die aan het begin van het tijdvak de onroerende zaak al dan niet<br />
krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruikt.<br />
Tegelijkertijd met of zo spoedig mogelijk na de bekendmaking wordt van de<br />
beschikking mededeling gedaan aan de afnemers.<br />
4. Voor de toepassing van het derde lid, onderdeel a, kan, indien er met<br />
betrekking tot een zelfde onroerende zaak meer dan één genothebbende<br />
krachtens eigendom, bezit of beperkt recht kan worden aangewezen, bekendmaking<br />
plaatsvinden aan één van hen.<br />
5. Voor de toepassing van het derde lid, onderdeel b, wordt:<br />
22
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
a. gebruik door de leden van een huishouden aangemerkt als gebruik door een<br />
door de in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar aan te wijzen<br />
lid van dat huishouden;<br />
b. gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik<br />
is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft<br />
gegeven;<br />
c. het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik<br />
aangemerkt als gebruik door degene die die onroerende zaak ter beschikking<br />
heeft gesteld.<br />
6. Voor de toepassing van het derde lid, onderdeel b, kan, met inachtneming van<br />
het vierde lid, indien er met betrekking tot een zelfde onroerende zaak meer<br />
dan één gebruiker is, bekendmaking plaatsvinden aan één van hen.<br />
7. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen met betrekking tot de<br />
in het derde lid, slotzin, bedoelde mededeling nadere regels worden gesteld.<br />
8. Indien aan een belanghebbende ingevolge het derde lid, aanhef en onderdelen<br />
a en b, twee of meer beschikkingen als bedoeld in artikel 22, eerste lid, moeten<br />
worden gezonden, kunnen deze beschikkingen worden verenigd in één<br />
geschrift.<br />
Artikel 25<br />
1. Indien de waarde van een onroerende zaak ingevolge artikel 19, tweede lid, is<br />
bepaald, stelt de in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar die<br />
waarde vast bij een voor bezwaar vatbare beschikking.<br />
2. De beschikking geldt, in afwijking van artikel 22, tweede lid, vanaf het tijdstip<br />
waarop het in artikel 19, tweede lid, slotzinsnede, bedoelde tijdstip dan wel<br />
treedt zij vanaf dat tijdstip in de plaats van de in artikel 22, eerste lid, bedoelde<br />
beschikking.<br />
3. De beschikking bevat de in artikel 23 bedoelde gegevens, alsmede een vermelding<br />
van het in het tweede lid bedoelde tijdstip.<br />
4. Artikel 24, derde tot en met achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.<br />
Artikel 26<br />
1. Indien in de loop van het tijdvak waarvoor de waarde van een onroerende zaak<br />
is vastgesteld een ander dan degene te wiens aanzien ingevolge de voorgaande<br />
artikelen een beschikking houdende de vaststelling van de waarde van die zaak<br />
is genomen, de hoedanigheid verkrijgt van degene, als bedoeld in artikel 24,<br />
derde lid, onderdelen a en b, neemt de in artikel 1, tweede lid, bedoelde<br />
gemeenteambtenaar ten aanzien van die ander binnen acht weken na een<br />
daartoe gedaan verzoek een voor bezwaar vatbare beschikking als bedoeld in<br />
artikel 22, eerste lid, artikel 25, eerste lid, dan wel artikel 27, eerste lid.<br />
Het verzoek wordt gedaan binnen zes weken na de dagtekening van de aanslag<br />
onroerende-zaakbelastingen welke met toepassing van de terzake ingevolge de<br />
wet vastgestelde waarde met betrekking tot die onroerende zaak voor de eerste<br />
maal wordt opgelegd aan die ander, nadat deze de in de eerste volzin bedoelde<br />
hoedanigheid heeft verkregen.<br />
23
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
2. De beschikking treedt, vanaf het tijdstip waarop die ander de in het eerste lid<br />
bedoelde hoedanigheid heeft verkregen, in de plaats van de in de artikelen 22,<br />
eerste lid, 25, eerste lid, dan wel artikel 27, eerste lid, bedoelde beschikking.<br />
3. De beschikking bevat in ieder geval de in artikel 23 bedoelde gegevens,<br />
alsmede een vermelding van het in het tweede lid bedoelde tijdstip.<br />
4. Artikel 24, derde tot en met achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.<br />
Artikel 27<br />
1. Indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden dat de waarde te laag is<br />
vastgesteld, kan de in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar de in<br />
artikel 22, eerste lid, artikel 25, eerste lid, of artikel 26, eerste lid, bedoelde<br />
beschikking herzien bij een voor bezwaar vatbare beschikking.<br />
Een feit dat de in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar bekend<br />
was of redelijkerwijs bekend had kunnen zijn, kan geen grond voor herziening<br />
opleveren.<br />
2. De bevoegdheid tot herziening vervalt door verloop van vijf jaren na de<br />
vaststelling van de in artikel 22, eerste lid, artikel 25, eerste lid, of artikel 26,<br />
eerste lid, bedoelde beschikking.<br />
3. Artikel 24, derde tot en met achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.<br />
Artikel 28<br />
1. Ten aanzien van degene die aannemelijk maakt met betrekking tot de heffing<br />
van belasting te zijnen aanzien belang te hebben bij de vastgestelde waarde van<br />
een onroerende zaak ingevolge de artikelen 22, eerste lid, 25, eerste lid, 26,<br />
eerste lid, dan wel artikel 27, eerste lid, en aan wie niet op de voet van de<br />
artikelen 24, derde tot en met zesde en achtste lid, 25, vierde lid, 26, vierde lid,<br />
dan wel 27, derde lid, de beschikking ter zake is toegezonden, neemt de in<br />
artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar binnen acht weken na een<br />
daartoe gedaan verzoek een voor bezwaar vatbare beschikking als bedoeld in<br />
artikel 22, eerste lid, artikel 25, eerste lid, artikel 26, eerste lid, dan wel artikel<br />
27, eerste lid.<br />
2. De ingevolge het eerste lid genomen beschikking treedt in de plaats van de in<br />
de artikelen 22, eerste lid, 25, eerste lid, 26, eerste lid, dan wel artikel 27,<br />
eerste lid, bedoelde beschikking met ingang van het in het eerste lid bedoelde<br />
verzoek aan te geven tijdstip, met dien verstande dat dit tijdstip niet eerder kan<br />
zijn gelegen dan bij het begin van het kalenderjaar voorafgaande aan het jaar<br />
waarin dat verzoek is gedaan.<br />
3. De beschikking bevat de in artikel 23 bedoelde gegevens, alsmede een vermelding<br />
van het in het tweede lid bedoelde tijdstip.<br />
4. De bekendmaking van de beschikking geschiedt door toezending aan degene<br />
te wiens aanzien zij is genomen.<br />
Artikel 29<br />
24
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
1. Indien bij de uitspraak op een bezwaarschrift dan wel bij een ambtshalve door<br />
de in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar genomen besluit met<br />
betrekking tot een op de voet van dit hoofdstuk genomen beschikking:<br />
a. die beschikking wordt vernietigd;<br />
b. de bij die beschikking vastgestelde waarde wordt verminderd,<br />
geschiedt de bekendmaking daarvan aan de belanghebbenden die het aangaat<br />
en de mededeling daarvan aan de afnemers met overeenkomstige toepassing<br />
van artikel 24, derde tot en met achtste lid, en met inachtneming van artikel 28;<br />
mededeling van de uitspraak geschiedt eerst indien deze onherroepelijk<br />
vaststaat.<br />
2. Indien de in het eerste lid bedoelde vernietiging of vermindering plaatsvindt<br />
krachtens onherroepelijke rechterlijke uitspraak, doet de in artikel 1, tweede<br />
lid, bedoelde gemeenteambtenaar daarvan mededeling aan de belanghebbenden<br />
die het aangaat en aan de afnemers met overeenkomstige toepassing van artikel<br />
24, derde tot en met achtste lid, en met inachtneming van artikel 28.<br />
HOOFDSTUK V<br />
Bezwaar en beroep, bevoegdheden, verplichtingen en strafbepalingen<br />
Artikel 30<br />
1. Met betrekking tot de waardebepaling en de waardevaststelling ingevolge de<br />
hoofdstukken III en IV zijn de artikelen 1, vierde lid, 2, eerste lid, onderdeel b,<br />
5, eerste lid, tweede volzin, 5a, 22j, 23, 25, 26, 28, 29, 47, 49, 50, 51, 53a, 56,<br />
57, 58, 59 en 60 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen alsmede de Wet<br />
administratieve rechtspraak belastingzaken van overeenkomstige toepassing.<br />
Met betrekking tot natuurlijke personen die een bedrijf of zelfstandig een<br />
beroep uitoefenen, alsmede lichamen, is voorts artikel 52, vierde en vijfde lid,<br />
en -voor zoveel het betreft het bewaren van gegevensdragers- zesde lid, van de<br />
Algemene wet inzake rijksbelastingen van overeenkomstige toepassing.<br />
2. De bevoegdheden en verplichtingen die ingevolge de Algemene wet inzake<br />
rijksbelastingen gelden met betrekking tot de inspecteur, gelden daarbij voor<br />
het college van burgemeester en wethouders en de in artikel 1, tweede lid,<br />
bedoelde gemeenteambtenaar. De verplichtingen die krachtens artikel 56 van<br />
de Algemene wet inzake rijksbelastingen gelden jegens iedere door Onze<br />
Minister aangewezen andere ambtenaar van de rijksbelastingdienst, gelden<br />
daarbij jegens door het college van burgemeester en wethouders aangewezen<br />
personen.<br />
Voor zover dit redelijkerwijs van belang kan worden geacht voor de uitvoering<br />
van de wet, gelden vorenbedoelde bevoegdheden en verplichtingen ook buiten<br />
de gemeente.<br />
3. Als partij die het beroep in cassatie bedoeld in hoofdstuk III van de Wet<br />
administratieve rechtspraak belastingzaken kan instellen, wordt aangewezen<br />
het college van burgemeester en wethouders.<br />
Artikel 31<br />
25
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
1. Met betrekking tot de toepassing van de hoofdstukken III en IV kunnen bij<br />
algemene maatregel van bestuur:<br />
a. regels worden gesteld waarbij de artikelen 48, 52, eerste, tweede en derde<br />
lid, en -voor zoveel het betreft de inrichting en het voeren van de<br />
administratie- zesde lid, 53 en 55 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen<br />
geheel of gedeeltelijk van toepassing worden verklaard, dan wel<br />
b. regels worden gesteld die overeenkomen met die in de in onderdeel a<br />
genoemde artikelen.<br />
2. De in het eerste lid bedoelde regels bevatten in elk geval een omschrijving van<br />
degene op wie de verplichting rust, alsmede ten behoeve waarvan de<br />
verplichting geldt. Voorts vermelden deze regels naar gelang de aard van de<br />
verplichting een omschrijving van de aard van de te verstrekken gegevens en<br />
inlichtingen, van de aard van de gegevens welke uit de administratie dienen te<br />
blijken of van het doel waarvoor het voor raadpleging beschikbaar stellen van<br />
gegevensdragers kan geschieden.<br />
Artikel 32<br />
De afnemers kunnen aan het college van burgemeester en wethouders de gegevens<br />
en inlichtingen verschaffen welke van belang kunnen zijn voor een juiste<br />
uitvoering van de wet.<br />
Artikel 33<br />
1. Degene die:<br />
a. ingevolge het bepaalde bij of krachtens de wet verplicht zijnde tot het<br />
verstrekken van inlichtingen, gegevens of aanwijzingen, geen, onjuiste of<br />
onvolledige inlichtingen, gegevens of aanwijzingen verstrekt;<br />
b. ingevolge het bepaalde bij of krachtens de wet verplicht zijnde tot het voor<br />
raadpleging beschikbaar stellen van boeken, bescheiden, andere<br />
gegevensdragers of de inhoud daarvan, geen, valse of vervalste gegevensdragers<br />
voor raadpleging beschikbaar stelt, dan wel de inhoud daarvan niet,<br />
in valse of vervalste vorm, voor dit doel beschikbaar stelt;<br />
c. ingevolge het bepaalde bij of krachtens de wet verplicht zijnde tot het<br />
voeren van een administratie overeenkomstig de daaraan bij of krachtens de<br />
wet gestelde eisen, een zodanige administratie niet voert;<br />
d. ingevolge het bepaalde bij of krachtens de wet verplicht zijnde tot het<br />
bewaren van boeken, bescheiden of andere gegevensdragers, deze andere<br />
gegevensdragers niet bewaart;<br />
een en ander, indien daarvan het gevolg zou kunnen zijn dat de waarde van een<br />
onroerende zaak te laag zou kunnen worden vastgesteld, wordt gestraft met<br />
hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie.<br />
2. Degene die een der in het eerste lid omschreven feiten opzettelijk begaat, wordt<br />
gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de<br />
vierde categorie.<br />
26
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
3. Degene die niet voldoet aan de hem bij de artikelen 49, tweede lid, en 50,<br />
eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen opgelegde verplichtingen,<br />
wordt gestraft met geldboete van de derde categorie.<br />
Artikel 34<br />
Overtreding van de krachtens de wet bij algemene maatregel van bestuur gestelde<br />
bepalingen wordt, voor zover die overtreding is aangemerkt als strafbaar feit,<br />
gestraft met geldboete van de derde categorie.<br />
Artikel 35<br />
Overtreding van de krachtens de wet bij ministeriële regeling gestelde algemene<br />
voorschriften wordt, voor zover die overtreding is aangemerkt als strafbaar feit,<br />
gestraft met geldboete van de tweede categorie.<br />
Artikel 36<br />
De bij de wet strafbaar gestelde feiten waarop gevangenisstraf is gesteld, zijn<br />
misdrijven. De overige bij of krachtens de wet strafbaar gestelde feiten zijn overtredingen.<br />
Artikel 37<br />
De artikelen 73, 77, 78, 80, eerste lid, 81, 83, 85 en 88 van de Algemene Wet<br />
inzake rijksbelastingen zijn van overeenkomstige toepassing.<br />
HOOFDSTUK VI<br />
Gegevensbeheer<br />
Artikel 38<br />
Het college van burgemeester en wethouders draagt zorg voor het verzamelen,<br />
opslaan en verstrekken van de gegevens betreffende de in de gemeente gelegen<br />
onroerende zaken en betreffende de waarde ervan, een en ander voor zover dit<br />
voor de uitvoering van de wet noodzakelijk is.<br />
Artikel 39<br />
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld met<br />
betrekking tot het te registreren en te verstrekken gegevenspakket, de periodiciteit<br />
en de wijze van verstrekking.<br />
HOOFDSTUK VII<br />
Gegevensverstrekking<br />
Artikel 40<br />
1. Op verzoek kan het waardegegeven van een bepaalde onroerende zaak door<br />
de in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar worden verstrekt aan<br />
27
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
een ieder die kan aantonen uit hoofde van de belastingheffing te zijnen aanzien<br />
een gerechtvaardigd belang te hebben bij de verkrijging daarvan.<br />
2. De in artikel 1, tweede lid, bedoelde gemeenteambtenaar verstrekt uitsluitend<br />
aan degene te wiens aanzien een beschikking is genomen, op verzoek een<br />
afschrift van de gegevens die ten grondslag liggen aan de vastgestelde waarde.<br />
3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld<br />
met betrekking tot de vergoeding die in rekening kan worden gebracht ter zake<br />
van de verstrekking van een waardegegeven aan derden.<br />
HOOFDSTUK VIII<br />
Overgangs- en slotbepalingen<br />
Artikel 41<br />
1. Voor de toepassing van de wet wordt met betrekking tot onroerende zaken,<br />
gelegen in een gemeente die blijkens haar verordening op de onroerendezaakbelastingen<br />
als waardepeildatum 1 januari 1992, 1 januari 1993, 1 januari<br />
1994 of 1 januari 1996 hanteert -indien daarin geen waardering is voorzien naar<br />
de waardepeildatum 1 januari 1995- de ingevolge die verordening vastgestelde<br />
waarde geacht de waarde per 1 januari 1995 te zijn.<br />
2. Indien het eerste lid toepassing vindt, wordt, indien op of na 1 januari 1995 met<br />
betrekking tot een onroerende zaak feiten of omstandigheden als bedoeld in<br />
artikel 19 zich hebben voorgedaan, de waarde van de onroerende zaak bepaald<br />
met inachtneming van artikel 19 naar de in de belastingverordening opgenomen<br />
waardepeildatum.<br />
3. In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt de waarde van een onroerende<br />
zaak als bedoeld in dat lid bepaald met inachtneming van de bepalingen in de<br />
Gemeentewet zoals die luidt met ingang van 1 januari 1995 naar de in de<br />
belastingverordening opgenomen waardepeildatum.<br />
4. De waarde van een onroerende zaak, gelegen in een gemeente als bedoeld in<br />
het eerste lid, waarvan geen waarde ingevolge de in dat lid bedoelde verordening<br />
is vastgesteld, wordt met inachtneming van het derde lid bepaald naar de<br />
in de belastingverordening opgenomen waardepeildatum.<br />
5. De voorgaande leden zijn eveneens van toepassing bij het bepalen van de<br />
heffingsmaatstaf, bedoeld in artikel 220d, eerste en zesde lid, van de Gemeentewet,<br />
en artikel 120, derde, vijfde en zesde lid, van de Waterschapswet.<br />
6. Ingeval een belanghebbende bezwaar maakt tegen de met toepassing van de<br />
voorgaande leden vastgestelde waarde van een onroerende zaak en aannemelijk<br />
maakt dat toepassing van de hoofdstukken III en IV tot vaststelling van een<br />
lagere waarde zou leiden, wordt de waarde op de voet van die hoofdstukken<br />
bepaald en vastgesteld.<br />
7. Ingeval een gemeente blijkens haar verordening op de onroerende-zaakbelastingen<br />
als waardepeildatum 1 januari 1992 of 1 januari 1993 hanteert, vindt het<br />
eerste lid geen toepassing indien de gemeente overgaat tot de waardebepaling<br />
en de waardevaststelling op de voet van de wet.<br />
28
FORMELE REGELGEVING<br />
1. WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
Artikel 42<br />
1. In afwijking van artikel 220e van de Gemeentewet kan een gemeente in haar<br />
verordening op de onroerende-zaakbelastingen bepalen dat de voor het kalenderjaar<br />
1994 geldende waarde van een onroerende zaak ook wordt toegepast<br />
voor de kalenderjaren 1995 en 1996.<br />
2. Een gemeente kan in haar belastingverordening ter zake van de in artikel 221<br />
van de Gemeentewet genoemde belastingen voor de belastingjaren tot en met<br />
2000 afwijken van artikel 18, tweede lid, en artikel 22, derde lid.<br />
Artikel 43<br />
1. In één bezwaarschrift kan zowel bezwaar worden gemaakt tegen een op de<br />
voet van hoofdstuk IV genomen beschikking tot vaststelling van de waarde van<br />
een onroerende zaak als tegen een belastingaanslag in de onroerendezaakbelastingen<br />
betreffende die onroerende zaak indien aan die belastingaanslag<br />
die beschikking ten grondslag ligt.<br />
2. In afwijking van artikel 30, in verbinding met artikel 25, zevende lid, van de<br />
Algemene wet inzake rijksbelastingen kan de in artikel 1, tweede lid, bedoelde<br />
gemeenteambtenaar op de in het eerste lid bedoelde bezwaren uitspraak doen<br />
in één geschrift.<br />
3. Het eerste en tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing indien op de voet<br />
van artikel 24, achtste lid, twee of meer beschikkingen zijn verenigd in één geschrift.<br />
Artikel 44<br />
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen in aanvulling op de in de<br />
wet geregelde onderwerpen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de<br />
uitvoering van de wet en de regelingen ingevolge de wet.<br />
Artikel 45<br />
Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de<br />
Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet<br />
in de praktijk.<br />
Artikel 46<br />
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1995<br />
Artikel 47<br />
Deze wet wordt aangehaald als: Wet waardering onroerende zaken.<br />
29
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
30
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWIS-<br />
SELING WET WAARDERING ONROERENDE ZAKEN<br />
2.1 Tekst van het besluit per 1 januari 1999 2<br />
HOOFDSTUK 1. DEFINITIES<br />
Artikel 1<br />
1. Dit besluit geeft uitvoering aan de artikelen 3 en 39 van de Wet waardering<br />
onroerende zaken.<br />
2. In dit besluit wordt verstaan onder:<br />
a. wet: Wet waardering onroerende zaken:<br />
b. waardering: waardebepaling en waardevaststelling van onroerende zaken op<br />
de voet van de wet;<br />
c. afnemers: de overheden die gebruik maken van de ingevolge de wet<br />
vastgestelde waarden ten behoeve van de heffing van belastingen;<br />
d. Onze Minister: de Minister van Financiën.<br />
HOOFDSTUK 2. KOSTENVERREKENING<br />
Artikel 2<br />
1. De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> komen ten laste van de afnemers. Het<br />
Rijk betaalt 25 percent, de gemeenten 50 percent en de waterschappen<br />
25 percent.<br />
2. De kosten van de waardering komen ten laste van de afnemers. Het Rijk<br />
betaalt 30 percent van de kosten, de waterschappen 30 percent van de kosten<br />
voor zover betrekking hebbend op de gebieden die volgens de provinciale<br />
verordeningen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Waterschapswet in<br />
waterschapsverband gelegen zijn en de gemeenten het restant.<br />
Artikel 3<br />
Onder de kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong>, bedoeld in artikel 2, eerste lid,<br />
worden verstaan de kosten verbonden aan de uitoefening van toezicht op de<br />
waardering, de kosten verbonden aan de geschillenbeslechting, bedoeld in artikel<br />
11 van de wet, de kosten verbonden aan advisering van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
door derden, alsmede de huisvestings- en personele kosten.<br />
2<br />
Oorspronkelijk gepubliceerd in Stb.1995, 67<br />
Verwerkte wijzigingen: Stb. 1997, 703 (Aanpassing van een aantal algemene maatregelen van bestuur aan de derde<br />
tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Ministerie van Financien));Stb. 1999, 39 (Wijziging in verband met de<br />
aanpassing van het standaarduitwisselingsformaat).<br />
31
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
Artikel 4<br />
1. Onder de kosten van de waardering, bedoeld in artikel 2, tweede lid, worden<br />
verstaan de kosten verbonden aan:<br />
1E. het opstellen van het bij de <strong>Waarderingskamer</strong> in te dienen plan van<br />
aanpak voor de waardering;<br />
2E. het verzamelen van gegevens ten behoeve van de waardebepaling alsmede<br />
aan het bijhouden daarvan;<br />
3E. het uitvoeren van de waardebepaling;<br />
4E. het opmaken en verzenden van de beschikkingen, bedoeld in de artikelen<br />
22, 25, 26, 27, 28 en 29 van de wet;<br />
5E. het behandelen van bezwaar- en beroepschriften tegen de beschikkingen,<br />
bedoeld in de artikelen 22, 25, 26, 27 en 28 van de wet.<br />
2. De kosten van de waardering worden berekend volgens een rekenmodel.<br />
3. Onze Minister stelt in overleg met de <strong>Waarderingskamer</strong> het rekenmodel vast.<br />
4. In het model worden vaste normbedragen opgenomen voor de kosten van:<br />
a. het betrekken van gegevens van derden, voor zover deze noodzakelijk zijn<br />
voor de waardebepaling, alsmede van de verwerking van deze gegevens<br />
in de gemeentelijke administratie;<br />
b. de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid, onder 4E;<br />
c. de werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid, onder 5E, met dien verstande<br />
dat in het geval waarin de werkelijke kosten van de behandeling van een<br />
bezwaarschrift van een andere onroerende zaak dan een woning of van de<br />
behandeling van het beroepschrift vier maal het desbetreffende normbedrag<br />
of meer bedragen, die werkelijke kosten voor verrekening in<br />
aanmerking komen.<br />
5. Bij ministeriële regeling kunnen in overleg met de <strong>Waarderingskamer</strong> de genormeerde<br />
bedragen worden gewijzigd.<br />
Artikel 5<br />
1. De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> worden aan de hand van de door haar<br />
vastgestelde begroting als bedoeld in artikel 12 van de wet, in januari van het<br />
jaar waarop zij betrekking hebben, in voorlopige rekening gebracht aan de<br />
afnemers.<br />
2. De afnemers voldoen hun aandeel in de begrote kosten binnen een maand.<br />
3. Na de goedkeuring door Onze Minister van het verslag van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
als bedoeld in artikel 13 van de wet, vindt de definitieve kostenverrekening<br />
plaats.<br />
32
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
Artikel 6<br />
1. De kosten van de waardering worden verrekend in het jaar waarin zij worden<br />
gemaakt.<br />
2. Het college van burgemeester en wethouders brengt aan de afnemers hun<br />
aandeel in de kosten, berekend met behulp van het in artikel 4 bedoelde model,<br />
in voorlopige rekening aan de hand van de door de gemeenteraad vastgestelde<br />
begroting.<br />
3. De afnemers voldoen hun aandeel in de begrote kosten voor 30 juni van het<br />
jaar waarop zij betrekking hebben.<br />
4. De vaststelling van het definitieve kostenbedrag wordt aan de afnemers bekend<br />
gemaakt binnen drie maanden nadat de gemeenteraad op grond van artikel 198<br />
van de Gemeentewet de rekening heeft vastgesteld, die betrekking heeft op het<br />
jaar waarin de desbetreffende kosten zijn gemaakt.<br />
HOOFDSTUK 3. GEGEVENSBEHEER<br />
Artikel 7<br />
Ten behoeve van de heffing van belastingen door de afnemers worden met<br />
betrekking tot onroerende zaken die ten minste een van de afnemers betrekt in de<br />
heffing van een belasting naar een waardemaatstaf, door het college van<br />
burgemeester en wethouders ten minste de in de bijlage vermelde gegevens<br />
geregistreerd.<br />
Artikel 8<br />
1. Het college van burgemeester en wethouders of de in artikel 1, tweede lid, van<br />
de wet bedoelde gemeenteambtenaar levert de in artikel 7 bedoelde gegevens<br />
aan de afnemers.<br />
2. De levering van gegevens aan de afnemers vindt plaats:<br />
a. ter zake van een beschikking als bedoeld in de artikelen 22,25,26 van de<br />
wet: binnen acht weken na de aanvang van het eerste kalenderjaar<br />
waarvoor die beschikking geldt;<br />
b. ter zake van een beschikking als bedoeld in de artikelen 27,28 en 29 van<br />
de wet: binnen vier weken na de vaststelling van de beschikking, met dien<br />
verstande dat gegevens betreffende een beschikking die is verminderd<br />
krachtens een beslissing op een bezwaarschrift of een rechterlijke<br />
uitspraak, worden geleverd binnen twee weken nadat die uitspraak<br />
onherroepelijk is komen vast te staan.<br />
3. Het college van burgemeester en wethouders of de in artikel 1, tweede lid, van<br />
de wet bedoelde gemeenteambtenaar stelt de afnemers binnen vier weken op<br />
de hoogte van feiten of omstandigheden met betrekking tot een beschikking,<br />
die voor de afnemers van belang zijn in het kader van de heffing en de<br />
invordering van hun belastingen.<br />
Artikel 9<br />
33
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
Onze Minister stelt in overleg met de <strong>Waarderingskamer</strong> een standaarduitwisselingsformaat<br />
voor de levering van gegevens vast.<br />
HOOFDSTUK 4. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN<br />
Artikel 10<br />
1. Gemeenten die blijkens hun verordening op de onroerende-zaakbelastingen als<br />
waardepeildatum 1 januari 1992 of 1 januari 1993 hanteren en die met<br />
toepassing van artikel 41, eerste lid, van de wet niet per 1 januari 1995<br />
overgaan tot waardering op de voet van de wet, ontvangen van de afnemers<br />
een vergoeding van kosten die gemaakt zijn voor 1 januari 1995 die kunnen<br />
worden toegerekend aan het tijdvak als bedoeld in artikel 22 van de wet voor<br />
zover dat tijdvak samenvalt met het oorspronkelijke waardetijdvak voor de<br />
onroerende-zaakbelastingen.<br />
2. De kosten worden berekend volgens het rekenmodel overgangsjaren.<br />
3. Onze Minister stelt het rekenmodel overgangsjaren vast.<br />
4. De kosten worden verrekend in het desbetreffende jaar.<br />
Artikel 11<br />
Gemeenten die blijkens hun verordening op de onroerende-zaakbelastingen als<br />
waardepeildatum 1 januari 1992 of 1 januari 1993 hanteren en die met toepassing<br />
van artikel 41, tweede lid, van de wet per 1 januari 1995 overgaan tot waardering<br />
op de voet van de wet, ontvangen van het Rijk voor ieder jaar dat het oorspronkelijke<br />
waardetijdvak voor de onroerende-zaakbelastingen als gevolg hiervan wordt<br />
ingekort een vergoeding van ƒ 8 per object waarvoor een beschikking als bedoeld<br />
in artikel 22 van de wet is vastgesteld. De vergoeding wordt uitbetaald in het<br />
desbetreffende jaar.<br />
Artikel 12<br />
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van<br />
het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 1995.<br />
Artikel 13<br />
Dit besluit wordt aangehaald als: Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en<br />
gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken.<br />
34
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
Bijlage bij het Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling<br />
Wet waardering onroerende zaken 3 .<br />
Lijst met te registreren en aan de afnemers te verstrekken gegevens<br />
- Voor ieder <strong>WOZ</strong>-object:<br />
(01.01) uniek <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
Unieke adressering voor zover noodzakelijk bestaande uit:<br />
(10.20) woonplaatsnaam<br />
(11.10) straatnaam<br />
(11.20) huisnummer<br />
(11.30) huisletter<br />
(11.40) huisnummertoevoeging<br />
(11.50) aanduiding bij huisnummer<br />
(11.60) postcode<br />
(11.70) lokatieomschrijving<br />
(12.20) gebruikscode<br />
(14.10) code gebouwd/ongebouwd<br />
(15.10) vastgestelde waarde<br />
(15.20) waardepeildatum<br />
(15.30) bijzondere-waarderingscode<br />
(15.40) aanduiding valutasoort<br />
(15.50) code blokkeren<br />
Indien het <strong>WOZ</strong>-object door middel van een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object geen<br />
onderdeel gemaakt is van een complex (anders wordt dit gegeven geregistreerd en<br />
geleverd voor het sluimerend <strong>WOZ</strong>-object):<br />
(12.10) grondoppervlakte<br />
Indien het <strong>WOZ</strong>-object bij het gegeven «(14.10) code gebouwd/ongebouwd» is<br />
gemerkt als «gedeeltelijk gebouwd, gedeeltelijk ongebouwd»:<br />
(14.20) meegetaxeerde oppervlakte gebouwd<br />
(14.30) aandeel waarde gebouwd<br />
(81.10) mutatiecode<br />
(81.20) ingangsdatum<br />
(81.30) einddatum<br />
3<br />
Deze bijlage geldt op basis van Stb. 1999, 39 vanaf 1 januari 1999. De bijlage zoals die gold op 31 december 1998<br />
kan nog na die datum worden toegepast voor de registratie en de verstrekking van gegevens die betrekking hebben op<br />
de periode voor 1 januari 1999.<br />
35
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
- Per <strong>WOZ</strong>-object dat door middel van een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object geen<br />
onderdeel gemaakt is van een complex, voor ieder kadastraal object dat betrokken<br />
is bij dat <strong>WOZ</strong>-object (anders worden deze gegevens geregistreerd en geleverd<br />
voor het sluimerend <strong>WOZ</strong>-object):<br />
(01.01) uniek <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
(51.10) kadastrale gemeentecode<br />
(51.20) sectie<br />
(51.30) perceelnummer<br />
(51.40) perceel-index-letter<br />
(51.50) perceel-index-nummer<br />
(52.10) toegekende oppervlakte<br />
Indien het <strong>WOZ</strong>-object bij het gegeven «(14.10) code gebouwd/ongebouwd» is<br />
gemerkt als «gedeeltelijk gebouwd, gedeeltelijk ongebouwd»:<br />
(52.20) meegetaxeerde oppervlakte gebouwd per kadastraal object<br />
(81.10) mutatiecode<br />
(81.20) ingangsdatum<br />
(81.30) einddatum<br />
- Voor ieder <strong>WOZ</strong>-object dat doorsneden wordt door een waterschapsgrens, per<br />
waterschap waarin het <strong>WOZ</strong>-object gelegen is:<br />
(01.01) uniek <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
(15.10) vastgestelde waarde<br />
(71.10) code afnemer<br />
(81.10) mutatiecode<br />
(81.20) ingangsdatum<br />
(81.30) einddatum<br />
- Per <strong>WOZ</strong>-object voor ieder subject te wiens aanzien een beschikking is genomen<br />
met betrekking tot dat <strong>WOZ</strong>-object:<br />
(01.01) <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
(01.20) SoFi-nummer<br />
(01.21) aanvulling SoFi-nummer<br />
(41.10) aanduiding eigenaar/gebruiker<br />
(41.30) c.s.-code<br />
Indien subject een natuurlijk persoon is:<br />
(01.10) A-nummer natuurlijk persoon<br />
Indien subject de eigenaar is:<br />
(41.20) zakelijk-rechtcode<br />
36
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
(81.10) mutatiecode<br />
(81.20) ingangsdatum<br />
(81.30) einddatum<br />
- Voor ieder subject dat als belanghebbende een beschikking heeft ontvangen:<br />
(01.20) SoFi-nummer<br />
(01.21) aanvulling SoFi-nummer<br />
Indien subject een natuurlijk persoon is:<br />
(01.10) A-nummer natuurlijk persoon<br />
(02.11) voorletters<br />
(02.30) voorvoegsels<br />
(04.05) aanduiding naamgebruik<br />
(03.10) geboortedatum natuurlijk persoon<br />
Indien subject een niet-natuurlijk persoon is:<br />
(01.30) Handelsregisternummer<br />
(02.40) geslachtsnaam/statutaire naam<br />
Indien tenaamstelling bij natuurlijk persoon anders luidt dan de geslachtsnaam:<br />
(02.31) voorvoegsel behorend bij partnernaam<br />
(02.41) partnernaam/bedrijfsnaam verkort<br />
Indien tenaamstelling bij niet-natuurlijk persoon anders luidt dan de statutaire<br />
naam:<br />
(02.41) partnernaam/bedrijfsnaam verkort<br />
Indien natuurlijk persoon overleden is:<br />
(08.10) datum overlijden natuurlijk persoon<br />
(08.11) status subject<br />
(10.10) functie adres<br />
Volledig postadres van subject voor zover noodzakelijk bestaande uit:<br />
(11.10) straatnaam<br />
(11.20) huisnummer<br />
(11.30) huisletter<br />
(11.40) huisnummertoevoeging<br />
(11.50) aanduiding bij huisnummer<br />
(11.60) postcode<br />
(11.70) lokatieomschrijving<br />
(10.20) woonplaatsnaam<br />
(13.10) landnaam<br />
37
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
(81.10) mutatiecode<br />
(81.20) ingangsdatum<br />
(81.30) einddatum<br />
- Voor iedere genomen <strong>WOZ</strong>-beschikking en voor iedere wijziging van de status<br />
van een genomen beschikking:<br />
(01.01) <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
(01.10) A-nummer natuurlijk persoon<br />
(01.20) SoFi-nummer<br />
(01.21) aanvulling SoFi-nummer<br />
(15.20) waardepeildatum<br />
(22.10) code status beschikking<br />
(22.20) datum status<br />
(81.10) mutatiecode<br />
(81.20) ingangsdatum<br />
(81.30) einddatum<br />
- Voor iedere levering van gegevens aan een afnemer:<br />
(09.10) gemeentecode<br />
(09.11) gemeentenaam<br />
(71.10) code afnemer<br />
(91.10) contactpersoon<br />
(91.20) telefoonnummer contactpersoon<br />
(91.30) softwareleverancier<br />
(91.40) <strong>versie</strong> <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
(92.10) aanmaakdatum<br />
(92.20) bijgewerkt tot en met maand<br />
(92.30) datum vorige aanlevering<br />
(93.30) aard leveringsbestand<br />
38
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
2.2 Nota van toelichting<br />
I. Algemeen<br />
1. Inleiding<br />
Op 1 januari 1995 is de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de wet) in<br />
werking getreden. In die wet worden algemene regels gesteld inzake de waardebepaling<br />
en waardevaststelling van onroerende zaken ten behoeve van de heffing<br />
van belastingen door het Rijk, de gemeenten en de waterschappen. De verantwoordelijkheid<br />
voor de waardering van onroerende zaken is aan de gemeenten<br />
opgedragen. Tevens is bij deze wet de <strong>Waarderingskamer</strong> ingesteld, die is belast<br />
met het toezicht op de uitvoering van de waardebepaling en waardevaststelling.<br />
Bij koninklijk besluit van 7 november 1991 (Stb. 565), tot instelling van een<br />
voorlopige Raad voor de waardering van onroerende zaken, is de voorlopige Raad<br />
voor de waardering van onroerende zaken (waarvan de naam bij koninklijk besluit<br />
van 20 januari 1993, Stb. 83, tot wijziging van het besluit tot instelling van een<br />
voorlopige Raad voor de waardering van onroerende zaken is gewijzigd in<br />
voorlopige <strong>Waarderingskamer</strong>) ingesteld ter bespoediging van de feitelijke<br />
invoering van het uniforme systeem van de waardering van onroerende zaken.<br />
Tot de taak van dit orgaan behoort ingevolge artikel 2 van het koninklijk besluit<br />
van 7 november 1991 onder meer het doen van voorstellen voor de wijze van<br />
verrekening van de ter zake van de uitvoering van de wet aan de afnemers in<br />
rekening te brengen kosten en het ontwikkelen van de procedure voor de<br />
uitwisseling van gegevens tussen de colleges van burgemeester en wethouders en<br />
de afnemers.<br />
De voorlopige <strong>Waarderingskamer</strong> heeft twee commissies ingesteld om deze<br />
opdrachten uit te werken: de Commissie Kostenverrekening en de Commissie<br />
Gegevensuitwisseling. De door deze commissies uitgebrachte rapportages hebben<br />
vervolgens geleid tot door de voorlopige <strong>Waarderingskamer</strong> vastgestelde<br />
rapporten, het Rapport kostenverrekening en het Standaarduitwisselingsformaat<br />
(<strong>Stuf</strong>)-<strong>WOZ</strong>.<br />
Beide stukken zijn betrokken bij het opstellen van deze algemene maatregel van<br />
bestuur, die uitwerking geeft aan de artikelen 3 en 39 van de wet.<br />
Het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> is na de vaststelling door de voorlopige <strong>Waarderingskamer</strong> onder<br />
voorbehoud aan de afnemers toegezonden, opdat zij tijdig hun maatregelen<br />
kunnen nemen ter voorbereiding van de uitvoering van de wet. De voorlopige<br />
<strong>Waarderingskamer</strong> heeft enkele software-leveranciers op de hoogte gesteld van<br />
het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> zodat zij in staat waren de benodigde software pakketten te<br />
ontwikkelen. Ook het Rapport kostenverrekening is verspreid onder de afnemers.<br />
2. De verrekening van kosten<br />
39
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> en de kosten verbonden aan de waardering<br />
worden gedragen door de drie overheden die betrokken zijn bij de wet, te weten<br />
het Rijk (de rijksbelastingdienst), de gemeenten en de waterschappen.<br />
Wat het dragen van de kosten betreft zijn in het bestuurlijk overleg van de<br />
Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, de Staatssecretaris van Financiën, het<br />
InterProvinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie<br />
van Waterschappen de volgende afspraken gemaakt. De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
worden omgeslagen in de verhouding 2:4:2 over rijksbelastingdienst,<br />
gemeenten en waterschappen, naar rato van de verdeling van de zetels in de<br />
<strong>Waarderingskamer</strong>. De kosten van de uitvoering van de waardebepaling en<br />
waardevaststelling komen voor 30 percent voor rekening van de rijksbelastingdienst,<br />
voor 30 percent voor rekening van de waterschappen voor zover ze<br />
betrekking hebben op gebieden die volgens door provinciale staten vastgestelde<br />
waterschapsreglementen in waterschapsverband gelegen zijn en voor het overige<br />
voor rekening van de gemeenten.<br />
De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> zijn de kosten die voortvloeien uit de haar<br />
opgedragen taken: het houden van toezicht op de uitvoering van de waardebepaling<br />
en waardevaststelling van onroerende zaken door de gemeenten en het<br />
adviseren over zaken die in verband staan met de inhoud en toepassing van de<br />
wet.<br />
De verrekening van het gedeelte van de kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> dat ten<br />
laste van de gemeenten dient te komen (50%), geschiedt via uitname uit de<br />
algemene uitkering uit het Gemeentefonds door verlaging van het uitkeringspercentage.<br />
Bij brief van de Staatssecretaris van Financiën, mede namens de<br />
Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken Van de Vondervoort, van 14 december<br />
1994, nr. Fip94/842M, is aan de Raad voor de gemeentefinanciën gevraagd te<br />
adviseren over deze wijze van verrekening van de kosten. De Raad heeft in zijn<br />
advies van 18 januari 1995, nr. Rgf 16.11/003.003, medegedeeld verlaging van het<br />
uitkeringspercentage de meest praktische methode voor deze verrekening te<br />
achten.<br />
Een kopie van het advies van de Raad is als bijlage bijgevoegd.<br />
Een belangrijk element van de regeling van de kostenverrekening is het rekenmodel,<br />
aan de hand waarvan de hoogte van de kosten van de waardering door<br />
gemeenten kunnen worden berekend. Dit rekenmodel dat bij ministeriële regeling<br />
zal worden vastgesteld door de Minister van Financiën, is ontwikkeld door de<br />
Commissie kostenverrekening van de <strong>Waarderingskamer</strong>. In het model is uitgegaan<br />
van een integrale kostenberekening. Onder integrale kosten worden in dit<br />
verband verstaan de kosten waarvoor de gemeente redelijkerwijs het gevraagde<br />
produkt moet kunnen leveren.<br />
De bedragen van een aantal kostencomponenten zijn genormeerd. De daaraan ten<br />
grondslag liggende reden is dat het enerzijds moeilijk is de kosten van bepaalde<br />
handelingen exact toe te rekenen aan de waardering in het kader van de wet. Dit<br />
geldt in het bijzonder met betrekking tot handelingen die niet uitsluitend ten<br />
behoeve van de waardering worden verricht, zoals het verzamelen van gegevens.<br />
Anderzijds is het aannemelijk dat de kosten van werkzaamheden die naar hun aard<br />
40
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
niet veel van gemeente tot gemeente verschillen, niet veel uiteenlopen. Het<br />
voordeel van normering is dat precies vastligt welke vergoeding de gemeenten<br />
krijgen en daarover geen verschil van mening kan ontstaan met de afnemers. De<br />
handelingen waarom het gaat zijn het betrekken en verwerken van gegevens van<br />
derden, het opmaken en verzenden van beschikkingen en het afhandelen van<br />
normale bezwaar- en beroepschriften. Voor de berekening van salariskosten,<br />
huisvestingskosten en overheadkosten wordt de door de Directie Accountancy<br />
Rijksoverheid jaarlijks uitgebrachte Handleiding bij de bepaling van tarieven voor<br />
verrichte werkzaamheden en verleende diensten tot uitgangspunt genomen.<br />
Door de <strong>Waarderingskamer</strong> is voorts een model ontwikkeld voor de overgangssituatie.<br />
Dit model ziet op de berekening van de kosten die gemeenten hebben<br />
gemaakt voor de Waardering van onroerende zaken in de periode voor 1 januari<br />
1995, die voor verrekening in aanmerking komen in de jaren 1995 en 1996. Voor<br />
gemeenten met een waardepeildatum voor de onroerende-zaakbelastingen 1<br />
januari 1992 of 1993 die gebruik maken van de wetsfictie van artikel 41, eerste<br />
lid, kan de overgangsperiode doorlopen tot en met 1997 onderscheidenlijk 1998.<br />
Dit overgangsmodel kan ook worden gebruikt voor de gegevensverstrekking door<br />
de gemeenten aan de Waterschappen vanaf 1995. Omdat ook de rijksbelastingdienst<br />
vanaf 1995 deze waardegegevens betrekt van de gemeenten, worden<br />
de kosten - evenals die van de verrekening van de echte <strong>WOZ</strong>-gegevens die pas<br />
in 1997 worden verstrekt - verrekend volgens de sleutel 30:30:40.<br />
Inmiddels heeft de <strong>Waarderingskamer</strong> een Commissie evaluatie kostenverrekening<br />
ingesteld die het rekenmodel in 1995 en 1996 gaat evalueren. De resultaten van<br />
deze evaluatie zijn bepalend voor de kostenverrekening vanaf 1997.<br />
3. Het gegevensbeheer<br />
Bij het gegevensbeheer staat de levering van gegevens door de gemeenten aan de<br />
afnemers centraal. De uniformering van het leveringsformaat is hierbij van belang<br />
om de levering van gegevens door gemeenten enerzijds en de ontvangst van<br />
gegevens door afnemers anderzijds soepel te laten verlopen. Daartoe is het ook<br />
noodzakelijk dat de uit te wisselen gegevens op zodanige wijze zijn gedefinieerd,<br />
dat ze direct kunnen worden toegepast. Bij het vormgeven van dit uitvoeringsbesluit<br />
is gestreefd naar een minimale en zo eenvoudig mogelijke regeling voor het<br />
gegevensbeheer. Zo dicht mogelijk is aangesloten bij de huidige werkwijzen van<br />
de desbetreffende partijen. Voor de definities is zoveel mogelijk aangesloten bij<br />
bestaande definities uit de Nederlandse Norm Algemene Persoonsgegevens (NEN<br />
1888), de Nederlandse Norm Adressen (NEN 5825), het Logisch Ontwerp<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) en de gemeentelijke<br />
functionele ontwerpen (GFO's) van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.<br />
In de bijlage bij het onderhavige uitvoeringsbesluit zijn alleen die gegevens<br />
opgenomen die de gemeenten verplicht moeten registreren en leveren. Het betreft<br />
de gegevens die technisch noodzakelijk zijn voor de afnemers om belastingen te<br />
heffen, waarbij de <strong>WOZ</strong>-beschikking wordt gehanteerd. In de uiteindelijke<br />
definitie van het gegevensmodel dat een gemeente of een afnemer als uitgangspunt<br />
41
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
neemt voor de structurering van de eigen systemen, kunnen deze gegevens worden<br />
aangevuld met andere gegevens die specifiek voor de desbetreffende instantie van<br />
belang zijn. Daarin kunnen uiteraard ook gegevens worden opgenomen die op<br />
grond van bilaterale afspraken geleverd zullen worden. In het<br />
standaarduitwisselingsformaat dat op basis van artikel 9 van het besluit wordt<br />
vastgelegd, worden alleen de verplichte gegevens opgenomen. Het uitvoeringsbesluit<br />
en de daarop gebaseerde regeling voor het uitwisselingsformaat bevatten<br />
geen verdere randvoorwaarden met betrekking tot door de gemeenten of afnemers<br />
te gebruiken apparatuur of programmatuur.<br />
II. Toelichting op de artikelen<br />
Artikel 1<br />
In dit artikel is aangegeven op welke artikelen van de Wet waardering onroerende<br />
zaken het onderhavige besluit berust. Voorts zijn definitiebepalingen opgenomen<br />
van begrippen die regelmatig in de tekst terugkeren. De in het tweede lid,<br />
onderdeel c, bedoelde overheden zijn het Rijk (Belastingdienst), waterschappen<br />
en gemeenten.<br />
Artikel 2<br />
Artikel 2 legt vast op welke wijze de kosten verbonden aan de uitvoering van de<br />
wet worden toegerekend aan de betreffende overheden. Het eerste lid ziet op de<br />
<strong>Waarderingskamer</strong>. De kosten daarvan worden naar rato van de zetelverdeling<br />
van de afnemers in de <strong>Waarderingskamer</strong> (Rijk : gemeenten : waterschappen = 2<br />
: 4 : 2) omgeslagen.<br />
Het tweede lid ziet op de kosten die de gemeenten maken voor de waardering.<br />
Van deze kosten wordt 30 percent vergoed door het Rijk. De waterschappen<br />
vergoeden eveneens 30 percent, maar alleen voor zover de kosten zijn gemaakt<br />
voor gebieden die in waterschapsverband zijn gelegen. Deze beperking vloeit<br />
voort uit het feit dat waterschappen geen belasting kunnen heffen ter zake van<br />
andere onroerende zaken dan die welke tot hun eigen gebied behoren. Het is<br />
overigens regeringsbeleid om gebieden die nog niet in een waterschap liggen in<br />
waterschapsverband op te nemen. Voor waarderingen van onroerende zaken die<br />
niet in een waterschap zijn gelegen, ontvangen de gemeenten dus alleen een<br />
vergoeding van het Rijk, zodat in die gevallen 70 percent voor hun rekening blijft.<br />
Artikel 3<br />
In artikel 3 is opgesomd welke kosten door de <strong>Waarderingskamer</strong> in rekening<br />
kunnen worden gebracht. Tot de kosten van het toezicht behoren de kosten die<br />
worden gemaakt in verband met het toezicht op de waardering door de gemeenten<br />
vooraf en achteraf, zoals de steekproefgewijze controle door de Belastingdienst.<br />
De kosten van de geschillenbeslechting kunnen in rekening worden gebracht aan<br />
de partijen of worden verhaald op de in het ongelijk gestelde partij (zie artikel 11,<br />
vierde lid, van de wet). Bij meer principiële geschillen, weliswaar aangedragen<br />
door twee partijen maar van belang voor alle afnemers, ligt het meer in de rede de<br />
42
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
kosten niet te verhalen, maar deze via de (gerealiseerde) begroting door alle<br />
afnemers te laten dragen.<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong> kan onder andere ten behoeve van haar adviserende taak<br />
adviezen inwinnen bij derden. Ook de daaraan verbonden kosten komen voor<br />
vergoeding door de afnemers in aanmerking.<br />
Onder de kosten worden voorts onder meer begrepen de huisvestings- en<br />
personele kosten, de vergoedingen voor de leden van de <strong>Waarderingskamer</strong> en<br />
haar commissies en de overige kantoor- en vergaderkosten.<br />
Artikel 4<br />
Artikel 4 bevat een opsomming van de kosten die in verband staan met de<br />
waardering. De kosten hebben betrekking op zowel de uitvoering van de<br />
waardebepaling - waartoe uiteraard ook de kosten van de voorbereiding daarvan<br />
behoren - als de kosten van de waardevaststelling en die van de verzending van<br />
de waardebeschikkingen aan de belanghebbenden.<br />
Ook de kosten van de nazorg, zoals de kosten verbonden aan de behandeling van<br />
bezwaar- en beroepschriften, behoren daartoe.<br />
In het algemeen deel van deze nota van toelichting is reeds ingegaan op het rekenmodel<br />
dat moet worden gebruikt door de gemeenten bij de berekening van de<br />
kosten die in aanmerking komen voor vergoeding. Volgens de daar genoemde<br />
criteria is een norm vastgesteld voor het betrekken van gegevens van derden<br />
(onder andere het kadaster), het verzenden van de beschikkingen en het<br />
behandelen van «normale» bezwaar- en beroepschriften. Bij gecompliceerde<br />
bezwaar- en beroepschriften, waarvan de behandelingskosten ver uitstijgen boven<br />
de norm, kan worden afgeweken van de norm. Zodra die kosten hoger zijn dan<br />
viermaal het normbedrag, komen zij voor integrale verrekening in aanmerking. De<br />
hoogte van de normbedragen is gebaseerd op de (gemiddelde) werkelijke kosten<br />
bij gemeenten. Wijziging van de normbedragen kan plaatsvinden in overleg met<br />
de <strong>Waarderingskamer</strong> (derde lid).<br />
Voor bepaalde kosten, zoals directe personeelskosten, overheadkosten en<br />
huisvestingskosten wordt uitgegaan van een vaste berekeningswijze, afgeleid uit<br />
de handleiding van de Directie Accountancy Rijksoverheid van het Ministerie van<br />
Financiën. De berekening moet voorts zoveel mogelijk onderbouwd worden met<br />
kwantitatieve gegevens.<br />
De kosten van taxateurs komen integraal voor verrekening in aanmerking. Bij<br />
uitbesteding dienen de facturen gespecificeerd te worden op de wijze van het<br />
rekenmodel.<br />
Het rekenmodel wordt bij ministeriële regeling vastgesteld. Uit de praktijk<br />
blijkende noodzakelijke of wenselijke wijzigingen daarin kunnen dan snel worden<br />
aangebracht.<br />
Artikel 5<br />
De <strong>Waarderingskamer</strong> stelt jaarlijks een begroting op die door de Minister van<br />
Financiën moet worden goedgekeurd (artikelen 12 en 13 van de wet). Aan de<br />
hand van de begroting wordt het aandeel van de afnemers in rekening gebracht<br />
43
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
(het eerste lid). Het tweede lid bepaalt dat de afnemers binnen een maand betalen.<br />
Het aandeel van het Rijk wordt via de begroting van het Ministerie van Financiën<br />
verrekend, het aandeel van de gemeenten via het Gemeentefonds en het aandeel<br />
van de waterschappen via de Unie van Waterschappen.<br />
De definitieve verrekening van de kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> vindt<br />
ingevolge het derde lid plaats na de goedkeuring door de Minister van Financiën<br />
van het financiële jaarverslag.<br />
Artikel 6<br />
In het eerste lid is neergelegd dat de kosten van de waardering vergoed moeten<br />
worden in het jaar waarin zij gemaakt worden. Opgemerkt zij dat kosten voor<br />
taxaties op de voet van de wet die voor 1995 zijn gemaakt, kunnen worden<br />
opgevoerd in het rekenmodel voor 1995.<br />
Op basis van de gemeentebegroting, die wordt opgesteld in het jaar dat vooraf gaat<br />
aan het jaar waarin de kosten worden gemaakt, wordt een voorlopig bedrag aan<br />
de afnemers in rekening gebracht. Ook eventuele latere begrotingswijzigingen<br />
kunnen daarbij betrokken worden. In die begroting moeten ook de kosten worden<br />
opgenomen die voortvloeien uit de uitbesteding van de waardering aan derden.<br />
Het derde lid bepaalt dat de afnemers hun aandeel in de begrote kosten betalen<br />
voor 30 juni van het jaar waarin de kosten feitelijk worden gemaakt. Voorwaarde<br />
hierbij is dat de gemeente de kosten tijdig in rekening brengt. Na afloop van het<br />
begrotingsjaar vindt definitieve afrekening plaats aan de hand van de door de<br />
accountant gecontroleerde en de raad vastgestelde gemeentelijke jaarrekening. De<br />
controle van de jaarrekening door de accountant heeft mede betrekking op het in<br />
artikel 4 bedoelde model. Op verzoek en op kosten van een of meer afnemers kan<br />
een afzonderlijke accountantscontrole plaatsvinden.<br />
Artikel 7<br />
Artikel 7 bepaalt, door middel van doorverwijzing naar een bij dit besluit<br />
behorende bijlage, welke gegevens door gemeenten moeten worden opgeslagen<br />
in verband met de uitvoering van de Wet <strong>WOZ</strong>. Zoals in het algemeen deel van<br />
deze nota is vermeld, zijn alleen die gegevens opgenomen waarvan de levering<br />
noodzakelijk is. Een uitzondering wordt derhalve gemaakt voor onroerende zaken<br />
die door geen van de partijen worden betrokken in de heffing van een belasting<br />
naar een waardemaatstaf. De gemeenten kunnen in hun systeem deze gegevens<br />
aanvullen met andere gegevens die specifiek voor hen van belang zijn, zoals gegevens<br />
met betrekking tot heffing of invordering. In het door de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
opgestelde <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> is ook aandacht besteed aan gegevens die weliswaar<br />
niet verplicht geleverd behoeven te worden, maar die regelmatig - op basis van<br />
bilaterale afspraken - worden geleverd.<br />
De verplichte gegevens hebben betrekking op de onroerende zaken, bedoeld in<br />
artikel 16 van de Wet <strong>WOZ</strong>. Voor het gegevensbeheer wordt voor de volgens<br />
genoemd artikel afgebakende onroerende zaak het begrip <strong>WOZ</strong>-object gehanteerd.<br />
Aan iedere onroerende zaak, ieder <strong>WOZ</strong>-object, worden gegevens over<br />
belanghebbende personen (subjecten), over genomen beschikkingen, over<br />
44
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
kadastrale objecten etcetera gekoppeld. De verplichte gegevens zijn in de bijlage<br />
ingedeeld in zeven rubrieken:<br />
@ gegevens over het <strong>WOZ</strong>-object zoals objectaanduiding en vastgestelde waarde;<br />
@<br />
@<br />
gegevens over de kadastrale identificatie van het <strong>WOZ</strong>-object;<br />
gegevens over een eventuele doorsnijding van een <strong>WOZ</strong>-object door een<br />
waterschapsgrens;<br />
@ gegevens over welke natuurlijke of niet-natuurlijke personen belanghebbend<br />
zijn bij een <strong>WOZ</strong>-object;<br />
@ naam, adres en woonplaats van alle natuurlijke en niet-natuurlijke personen<br />
(subjecten);<br />
@ gegevens over de status van de beschikkingen die genomen zijn voor een<br />
<strong>WOZ</strong>-object;<br />
@ gegevens voor de technische verwerking van het leveringsbestand.<br />
De te registreren gegevens zijn voorzien van een code. Die code is gelijk aan de<br />
code die in het bij ministeriële regeling vast te stellen standaard-uitwisselingsformaat<br />
wordt gehanteerd.<br />
Niet alle gegevens die in de bijlage worden genoemd, zijn voor alle onroerende<br />
zaken relevant. Het uitgangspunt is dat de verplichting tot registreren en leveren<br />
van gegevens beperkt blijft tot de gegevens die technisch noodzakelijk zijn.<br />
Daarom is in de bijlage steeds met «indien» aangegeven in welke situaties een<br />
gegeven eventueel niet of juist wel geregistreerd en geleverd moet worden.<br />
Om een uitvoerbaar gegevensbeheer mogelijk te maken worden voor sommige<br />
categorieën <strong>WOZ</strong>-objecten de oppervlakte-gegevens en de kadastrale gegevens<br />
niet per afzonderlijk <strong>WOZ</strong>-object geregistreerd, maar voor een groep samenhangende<br />
<strong>WOZ</strong>-objecten. Een dergelijke groep bestaat bij voorbeeld uit de<br />
afzonderlijke units in een bedrijfsverzamelgebouw, of de afzonderlijke woningen<br />
in een flatgebouw dat beheerd wordt door een woningbouwvereniging. De<br />
oppervlaktegegevens en de kadastrale gegevens worden in die situaties gekoppeld<br />
aan een «sluimerend <strong>WOZ</strong>-object». Dit «sluimerend <strong>WOZ</strong>-object» is geen object<br />
in de betekenis die de wet daaraan geeft. Er wordt van «sluimerende» objecten<br />
geen waarde bepaald en vastgesteld.<br />
Artikel 8<br />
De verplichting tot het leveren van de ingevolge artikel 7 geregistreerde gegevens<br />
is in het eerste lid van artikel 8 neergelegd. Zoals in het algemeen deel van deze<br />
nota is aangegeven, kunnen uiteraard ook afspraken worden gemaakt over<br />
levering van aanvullende gegevens.<br />
Het tweede lid van artikel 8 regelt de termijn die in acht moet worden genomen<br />
voor het verstrekken van de bij een beschikking behorende gegevens aan de<br />
afnemers. De wet onderscheidt verschillende beschikkingen. Voor de levering van<br />
de bij de diverse beschikkingen behorende gegevens gelden verschillende<br />
termijnen, aangepast aan de behoefte van de afnemers. De hoofdregel is dat de<br />
levering van de gegevens plaatsvindt binnen acht weken na de aanvang van het<br />
eerste kalenderjaar waarvoor de beschikking geldt.<br />
45
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
De belangrijkste beschikking is de beschikking die in het begin van het waardetijdvak<br />
wordt genomen ingevolge artikel 22 van de wet. Omdat de waterschappen -<br />
net als de gemeenten zelf - de bij deze beschikking vastgestelde waarde hanteren<br />
voor de heffing van belasting in het eerste jaar van het tijdvak, is het noodzakelijk<br />
dat zij zo spoedig mogelijk na de aanvang van het tijdvak over zo volledig<br />
mogelijke gegevens kunnen beschikken. De beschikking wordt genomen binnen<br />
acht weken na de aanvang van het tijdvak. Dezelfde termijn geldt voor de levering<br />
van de gegevens aan de afnemers. Er kunnen echter omstandigheden zijn op grond<br />
waarvan voor sommige objecten de levering later geschiedt. Voorts moet worden<br />
aangetekend dat een gemeente op haar beurt afhankelijk is van tijdige levering van<br />
gegevens door het Kadaster. Uitgangspunt is dat de eindejaarsstand op 15 januari<br />
van het volgende jaar beschikbaar is.<br />
Artikel 25 van de wet schrijft een nieuwe beschikking voor bij wijzigingen aan het<br />
object die een verandering in de waarde meebrengen van ten minste 5 percent met<br />
een minimum van f 25 000 dan wel van f 250 000 of meer. Ook indien er een<br />
waardeverandering is als gevolg van bijzondere, specifiek voor dat object geldende<br />
omstandigheden, moet de waarde opnieuw worden bepaald en vastgesteld. De<br />
waarde wordt dan bepaald naar de staat van het object bij het begin van het<br />
eerstvolgende kalenderjaar na die wijziging of nadat van die omstandigheid is<br />
gebleken. De opnieuw vastgestelde waarde gaat pas met ingang van dat tijdstip<br />
gelden voor de heffing van belastingen. Uit praktisch oogpunt kan worden<br />
volstaan met een verstrekking één maal per jaar. De gemeenten en de waterschappen<br />
moeten wel aan het begin van het jaar over de nieuwe waarde<br />
beschikken. In verband hiermee geldt de hoofdregel (levering binnen acht weken<br />
na het begin van het desbetreffende kalenderjaar) ook met betrekking tot de gegevens<br />
van de beschikking op de voet van artikel 25.<br />
Hetzelfde geldt ten aanzien van beschikkingen die worden genomen ten aanzien<br />
van nieuwe eigenaren of gebruikers op de voet van artikel 26 van de wet. De<br />
afnemers, met name de gemeenten zelf en de waterschappen, hebben behoefte aan<br />
volledige, actuele eigenaren- en gebruikersgegevens aan het begin van het<br />
belastingjaar.<br />
Artikel 27 van de wet biedt de mogelijkheid tot het herzien van een beschikking<br />
indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden dat de beschikking te laag is<br />
vastgesteld. Omdat deze herziening ook gevolgen kan hebben voor de belastingheffing<br />
in voorgaande jaren, dienen de afnemers snel op de hoogte te worden<br />
gesteld van het feit dat de oorspronkelijke beschikking is vervangen. Daarom is<br />
de levering van deze gegevens niet beperkt tot een levering één maal per jaar,<br />
maar gesteld op binnen vier weken na de vaststelling van de beschikking.<br />
Voor de verstrekking van gegevens van beschikkingen die op verzoek van belanghebbenden<br />
aan hen zijn verstrekt omdat zij pas in de loop van het tijdvak merkten<br />
dat zij er belang bij hebben (artikel 28 van de wet), kan evenmin volstaan worden<br />
met toezending één maal per jaar. Deze situatie kan immers betrekking hebben op<br />
een eerder jaar in het tijdvak. Daarom moeten de desbetreffende gegevens,<br />
waaronder de datum met ingang waarvan deze persoon de belanghebbende is bij<br />
de waardebeschikking, binnen vier weken nadat de beschikking is genomen,<br />
46
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
worden verstrekt. Artikel 29 van de wet ziet op de vernietiging van een<br />
beschikking, en op beschikkingen die worden verminderd in het kader van een<br />
bezwaarprocedure. De gegevens daaromtrent moeten regelmatig aan de afnemers<br />
worden verstrekt. Als bijzonderheid geldt dat de gegevens betreffende een<br />
uitspraak op een bezwaarschrift pas hoeven te worden verstrekt als de uitspraak<br />
onherroepelijk vaststaat. Hetzelfde geldt voor vernietiging of vermindering van de<br />
beschikking krachtens rechterlijke uitspraak.<br />
Het derde lid bevat het voorschrift dat de gemeenten de afnemers ook informeren<br />
over feiten en omstandigheden die voor hen van belang kunnen zijn. Bedoeld<br />
worden hier gegevens die de status van de waardebeschikking beïnvloeden, zoals<br />
het feit dat bezwaar is gemaakt tegen een waardebeschikking of dat er een<br />
beroepsprocedure loopt. Deze informatie kan van belang zijn voor de afnemers<br />
omdat zij dan op verzoek van belastingplichtigen uitstel van betaling van de<br />
belastingaanslag kunnen verlenen.<br />
Artikel 9<br />
Het leveringsformaat- de vorm waarin de gegevens moeten worden verstrekt -<br />
wordt door de Minister van Financiën vastgesteld bij ministeriële regeling. In die<br />
regeling wordt eveneens aangegeven van welke middelen (magneettape,<br />
magneetcartridge of diskette) gebruik mag worden gemaakt voor de levering.<br />
Artikel 10<br />
De artikelen 10 en 11 bevatten een regeling voor de verrekening van kosten van<br />
die gemeenten waarop artikel 41 van de wet van toepassing is.<br />
Artikel 10 ziet op de verrekening voor gemeenten die gebruik maken van de in het<br />
eerste lid van dat artikel geboden mogelijkheid om de voor de<br />
onroerende-zaakbelastingen naar de peildatum 1992 of 1993 vastgestelde waarden<br />
aan te merken als <strong>WOZ</strong>-waarde naar peildatum 1995. Deze gemeenten hebben<br />
voor 1 januari 1995 kosten gemaakt waarvan het nut zich uitstrekt tot na die<br />
datum. Deze kosten komen in aanmerking voor vergoeding volgens een<br />
overgangsregeling. Voor de berekening van het bedrag wordt een model<br />
vastgesteld door de Minister van Financiën. De lengte van het oorspronkelijke<br />
tijdvak voor de onroerende-zaakbelastingen is bepalend voor het aantal jaren dat<br />
de kosten verrekend kunnen worden.<br />
Het overgangsmodel kan ook gebruikt worden voor de berekening van de kosten<br />
die in aanmerking komen voor verrekening indien gegevens worden geleverd aan<br />
de rijksbelastingdienst en de waterschappen in de jaren 1995 en 1996.<br />
Artikel 11<br />
In artikel 11 is vastgelegd dat de gemeenten die op de voet van artikel 41, tweede<br />
lid, van de wet overgaan tot een waardering van de objecten volgens de Wet<br />
waardering onroerende zaken terwijl hun eigen waarderingscyclus voor de<br />
onroerende-zaakbelastingen hen pas tot een herwaardering naar de waardepeildatum<br />
1 januari 1997 of 1 januari 1998 zou dwingen, een vergoeding krijgen<br />
voor de kapitaalvernietiging die daardoor optreedt. Het bedrag van de vergoeding<br />
47
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
is gesteld op ƒ 8 per jaar en per object waarvoor een beschikking als bedoeld in<br />
artikel 22 van de wet is vastgesteld. Indien een waterschap op grond van een samenwerkingsovereenkomst<br />
reeds over 1997 of 1998 aan de gemeente heeft<br />
betaald voor de waardegegevens, ligt het in de rede dat die gemeente een deel van<br />
de vergoeding aan het waterschap terugbetaalt.<br />
Artikel 12<br />
Aan het besluit wordt terugwerkende kracht verleend tot 1 januari 1995, de datum<br />
van inwerkingtreding van de Wet <strong>WOZ</strong>.<br />
De Staatssecretaris van Financiën,<br />
W. A. F. G. Vermeend<br />
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken,<br />
A. G. M. van de Vondervoort<br />
48
FORMELE REGELGEVING<br />
2. UITVOERINGSBESLUIT KOSTENVERREKENING EN GEGEVENSUITWISSELING<br />
Aan de Staatssecretarissen van Financiën en van Binnenlandse Zaken<br />
mw. A. G. M. van de Vondervoort te 's-Gravenhage<br />
Advies van de Raad voor de Gemeentefinanciën over de verrekening van de<br />
kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
Bij bovenvermelde brief vraagt u het advies van de Raad voor de gemeentefinanciën<br />
over de verrekening van de kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong>.<br />
De kostenverrekening is gebaseerd op de artikelen 3 en 39 van de Wet waardering<br />
onroerende zaken (<strong>WOZ</strong>) en het (ontwerp)uitvoeringsbesluit kostenverrekening<br />
en gegevensuitwisseling <strong>WOZ</strong>. In het uitvoeringsbesluit wordt met de verrekening<br />
van de kosten van de waardering en van de <strong>Waarderingskamer</strong> geregeld.<br />
De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> komen ten laste van de afnemers met een<br />
aandeel voor het Rijk van 25%, voor de gemeenten 50% en voor de waterschappen<br />
25%. De aandelen bij de kostenverrekening werden reeds in het bestuurlijke<br />
overleg van medio 1991 afgesproken, waarbij het Ministerie van Financiën zou<br />
voorfinancieren.<br />
De door de <strong>Waarderingskamer</strong> gemaakte kosten bedragen voor 1992 en 1993<br />
respectievelijk f 470 000,- en f 1 177 000,- (cijfers jaarrekening) en voor 1994<br />
naar verwachting niet boven de f 1 500 000,-.<br />
In totaal een bedrag van f 3 147 000,-, met een gemeentelijk aandeel van 50% dus<br />
f 1 573 000,- (voorgefinancierd door Financiën). De uitgaven voor 1995 bedragen<br />
volgens de goedgekeurde begroting f 2 850 000,-, het gemeentelijke aandeel in de<br />
kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> voor de jaren 1992 tot en met 1995 op f 2 998<br />
000,- (afgerond op f 3 mln).<br />
Voorgesteld wordt dit bedrag te verrekenen via een verlaging in 1995 van het voor<br />
de algemene uitkering uitgetrokken bedrag en dat bedrag te verdelen via een<br />
verlaging van het uitkeringspercentage. Voor 1996 en volgende jaren wordt<br />
eveneens verrekening via het Gemeentefonds en het uitkeringspercentage<br />
voorgesteld.<br />
Gezien de overeenstemming tussen de drie betrokken partijen over de aandelen<br />
in de kostenverrekening en de voorfinanciering van de kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
alsmede de relatief bescheiden omvang van het bedrag dat jaarlijks uit<br />
het Gemeentefonds moet worden gelicht, acht de raad verlaging van het<br />
uitkeringspercentage hiervoor de meest praktische methode.<br />
Op grond hiervan kan de raad met uw voorstel akkoord gaan.<br />
De Raad voor de gemeentefinanciën,<br />
J. W. van der Dussen<br />
W. van Zaalen<br />
49
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
2.3 Nota van toelichting bij wijziging per 1 januari 1999<br />
Op grond van artikel 9 van het Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling<br />
Wet waardering onroerende zaken (Uitvoerings-besluit) is de Regeling<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> vastgesteld. In deze regeling is het standaarduitwisselingsformaat ten<br />
behoeve van de gegevensuitwisseling in het kader van de Wet waardering<br />
onroerende zaken (Wet <strong>WOZ</strong>) opgenomen. Uit het advies van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />
van 23 april 1998 blijkt dat er praktische problemen zijn bij de afnemers, de<br />
belastingdienst en de waterschappen, met de automatische verwerking van door<br />
de gemeenten geleverde <strong>WOZ</strong>-gegevens. Deze problemen kunnen worden<br />
opgelost door een technische aanpassing van het standaarduitwisselingsformaat.<br />
In lijn met het advies van de <strong>Waarderingskamer</strong> is de als bijlage bij het Uitvoeringsbesluit<br />
opgenomen lijst van te registreren en aan de afnemers te verstrekken<br />
gegevens aangepast. Daarbij is -om misverstanden te voorkomen- ervoor gekozen<br />
de huidige bijlage te vervangen door een nieuwe (artikel I, onderdeel B). Met deze<br />
nieuwe bijlage wordt de formele basis gecreëerd om de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
overeenkomstig aan te kunnen passen.<br />
De in artikel I, onderdeel A, voorgestelde wijziging betreft het herstel van een<br />
onjuiste nummering.<br />
Het besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van<br />
het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 1999.<br />
De terugwerkende kracht is nodig omdat de in de praktijk gebleken noodzakelijke<br />
aanpassingen reeds zijn of thans worden aangebracht en legalisering met ingang<br />
van 1 januari 1999 behoeven. De gegevens met betrekking tot 1 januari 1999 en<br />
verder worden namelijk geregistreerd en geleverd op basis van de nieuwe bijlage.<br />
Er is een overgangsbepaling (artikel II) opgenomen waardoor de bijlage zoals die<br />
gold op 31 december 1998 eventueel nog na die datum kan worden toegepast voor<br />
de registratie en de verstrekking van gegevens die betrekking hebben op de<br />
periode voor 1 januari 1999.<br />
In dit kader merk ik nog op dat de <strong>Waarderingskamer</strong> thans onderzoekt of elke<br />
afnemer alle in de bijlage opgenomen gegevens nodig heeft voor de goede<br />
vervulling van zijn taak. Indien uit dat onderzoek mocht blijken dat een afnemer<br />
een bepaald gegeven niet nodig heeft, zal de regelgeving op korte termijn worden<br />
aangepast.<br />
De Staatssecretaris van Financiën,<br />
W. A. F. G. Vermeend<br />
50
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
3.1 Tekst van de regeling per 1 januari 1999 4<br />
De Staatssecretaris van Financiën,<br />
Gelet op artikel 9 van het Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling<br />
Wet waardering onroerende zaken;<br />
Besluit:<br />
Artikel 1<br />
Het in de bijlage van deze regeling geformuleerde uitwisselingsformaat vormt het<br />
standaarduitwisselingsformaat bedoeld in artikel 9 van het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken.<br />
Artikel 2<br />
Het college van burgemeester en wethouders of de in artikel 1, tweede lid, van de<br />
Wet waardering onroerende zaken bedoelde gemeenteambtenaar levert de<br />
gegevens volgens het uitwisselingsformaat, bedoeld in artikel 1, aan afnemers<br />
door:<br />
a. het toezenden of inleveren van magneettape, magneetcartridge of diskette;<br />
b. het op elektronische wijze toezenden, mits de desbetreffende afnemer zich met<br />
deze wijze van gegevenslevering akkoord heeft verklaard,<br />
met dien verstande dat de levering van gegevens over feiten of omstandigheden<br />
die geen inhoudelijke wijziging betekenen van de genomen beschikking op papier<br />
kan plaatsvinden.<br />
Artikel 3<br />
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening<br />
van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari<br />
1995.<br />
Artikel 4<br />
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>.<br />
De Staatssecretaris van Financiën,<br />
W.A. Vermeend<br />
4<br />
Oorspronkelijk gepubliceerd in de Stcrt. 1995, 38. Verwerkte wijzigingen Stcrt. 1995, nr. 176; Stcrt. 1997, nr. 246;<br />
Stcrt 1999, nr.37.<br />
51
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
3.2 Bijlage bij de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> per 1 januari 1999 5<br />
1. Voorlooprecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 00)<br />
3 - 6 4 N 09.10 Gemeentecode<br />
7 - 46 40 A 09.11 Gemeentenaam<br />
47 - 86 40 A 91.10 Contactpersoon<br />
87 - 106 20 A 91.20 Telefoonnummer contactpersoon<br />
107 - 110 4 N 71.10 Code afnemer<br />
111 - 118 8 D 92.10 Aanmaakdatum<br />
119 - 120 2 N 92.20 Bijgewerkt tot en met maand<br />
121 - 128 8 D 92.30 Datum vorige aanlevering<br />
129 - 129 1 A 93.30 Aard leveringsbestand<br />
130 - 149 20 A 91.30 Softwareleverancier<br />
150 - 151 2 N 91.40 Versie <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
152 - 256 105 A Filler<br />
2. Indien records met <strong>WOZ</strong>-objecten worden geleverd volgt hierna (anders<br />
vervolg bij 3):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 20)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 20)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 54 40 A 10.20 Woonplaatsnaam<br />
55 - 78 24 A 11.10 Straatnaam<br />
79 - 83 5 N 11.20 Huisnummer<br />
5<br />
De bijlage geldt op basis van Stcrt. 1999, nr. 37 vanaf 1 januari 1999. De bijlage zoals die gold op 31 december 1998<br />
kan nog na die datum worden toegepast voor de verstrekking van gegevens die betrekking hebben op de periode voor<br />
1 januari 1999.<br />
52
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
84 - 84 1 A 11.30 Huisletter<br />
85 - 88 4 A 11.40 Huisnummertoevoeging<br />
89 - 90 2 A 11.50 Aanduiding bij huisnummer<br />
91 - 96 6 A 11.60 Postcode<br />
97 - 136 40 A 11.70 Lokatieomschrijving<br />
137 - 144 8 N 12.10 Grondoppervlakte<br />
145 - 146 2 N 12.20 Gebruikscode<br />
147 - 147 1 A 14.10 Code gebouwd/ongebouwd<br />
148 - 155 8 N 14.20 Meegetaxeerde oppervlakte<br />
gebouwd<br />
156 - 166 11 N 14.30 Aandeel waarde gebouwd<br />
167 - 177 11 N 15.10 Vastgestelde waarde<br />
178 - 185 8 D 15.20 Waardepeildatum<br />
186 - 188 3 N 15.30 Bijzondere-waarderingscode<br />
189 - 189 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
190 - 197 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
198 - 205 8 D 81.30 Einddatum<br />
206 - 210 5 A Filler<br />
211 - 213 3 A 15.40 Aanduiding valutasoort<br />
214 - 215 2 N 15.50 Code blokkeren<br />
216 - 256 41 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords deelbestand<br />
12 - 21 10 N Totaaltelling 12.10<br />
22 - 31 10 N Totaaltelling 14.20<br />
32 - 44 13 N Totaaltelling 14.30<br />
45 - 57 13 N Totaaltelling 15.10<br />
58 - 256 199 A Filler<br />
53
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
3. Indien records met subjecten worden geleverd volgt hierna (anders vervolg<br />
bij 4):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 30)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 30)<br />
3 - 12 10 N 01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
13 - 21 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
22 - 31 10 A 02.11 Voorletters<br />
32 - 41 10 A 02.30 Voorvoegsels<br />
42 - 176 135 A 02.40 Geslachtsnaam/statutaire naam<br />
177 - 231 55 A 02.41 Partnernaam/bedrijfsnaam verkort<br />
232 - 241 10 A 02.31 Voorvoegsels behorend bij partnernaam<br />
242 - 251 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
252 - 252 1 A 04.05 Aanduiding naamgebruik<br />
253 - 256 4 A Filler<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 31)<br />
3 - 11 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
12 - 35 24 A 11.10 Straatnaam<br />
36 - 40 5 N 11.20 Huisnummer<br />
41 - 41 1 A 11.30 Huisletter<br />
42 - 45 4 A 11.40 Huisnummertoevoeging<br />
46 - 47 2 A 11.50 Aanduiding bij huisnummer<br />
48 - 53 6 A 11.60 Postcode<br />
54 - 93 40 A 10.20 Woonplaatsnaam<br />
94 - 133 40 A 13.10 Landnaam<br />
134 - 134 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
135 - 142 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
143 - 150 8 D 81.30 Einddatum<br />
151 - 190 40 A 11.70 Lokatieomschrijving<br />
191 - 200 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
201 - 208 8 N 01.30 Handelsregisternummer<br />
54
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
209 - 226 18 A Filler<br />
227 - 234 8 D 03.10 Geboortedatum natuurlijk persoon<br />
235 - 242 8 D 08.10 Datum overlijden natuurlijk persoon<br />
243 - 243 1 A 08.11 Status subject<br />
244 - 248 5 A Filler<br />
249 - 249 1 A 10.10 Functie adres<br />
250 - 256 7 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords deelbestand<br />
12 - 20 9 N Totaal aantal gegevensrecords recordidentificatiecode<br />
= 30<br />
21 - 29 9 N Totaal aantal gegevensrecords recordidentificatiecode<br />
= 31<br />
30 - 256 227 A Filler<br />
4. Indien records met kadastrale identificaties <strong>WOZ</strong>-objecten worden geleverd<br />
volgt hierna (anders vervolg bij 5):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 40)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 40)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 19 5 A 51.10 Kadastrale gemeentecode<br />
20 - 21 2 A 51.20 Sectie<br />
22 - 26 5 N 51.30 Perceelnummer<br />
27 - 27 1 A 51.40 Perceel-index-letter<br />
28 - 31 4 N 51.50 Perceel-index-nummer<br />
32 - 39 8 N 52.10 Toegekende oppervlakte<br />
40 - 47 8 N 52.20 Meegetaxeerde oppervlakte<br />
gebouwd per kadastraal object<br />
55
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
48 - 48 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
49 - 56 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
57 - 64 8 D 81.30 Einddatum<br />
65 - 256 192 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords deelbestand<br />
12 - 24 13 N Totaaltelling 52.10<br />
25 - 37 13 N Totaaltelling 52.20<br />
38 - 256 219 A Filler<br />
5. Indien records met identificaties eigenaar/gebruiker worden geleverd volgt<br />
hierna (anders vervolg bij 6):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 60)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 60)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 24 10 N 01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
25 - 33 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
34 - 34 1 A 41.10 Aanduiding eigenaar/gebruiker<br />
35 - 40 6 A 41.20 Zakelijk-rechtcode<br />
41 - 42 2 A 41.30 c.s.-code<br />
43 - 43 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
44 - 51 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
52 - 59 8 D 81.30 Einddatum<br />
60 - 69 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
70 - 256 187 A Filler<br />
56
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
deelbestand<br />
12 - 256 245 A Filler<br />
6. Indien records met <strong>WOZ</strong>-objecten doorsneden door een waterschapsgrens<br />
worden geleverd volgt hierna (anders vervolg bij 7):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 70)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 70)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 25 11 N 15.10 Vastgestelde waarde<br />
26 - 29 4 N 71.10 Code afnemer<br />
30 - 30 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
31 - 38 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
39 - 46 8 D 81.30 Einddatum<br />
47 - 256 210 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
deelbestand<br />
12 - 24 13 N Totaaltelling 15.10<br />
25 - 256 232 A Filler<br />
57
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
7. Indien records met statusveranderingen van beschikkingen worden geleverd<br />
volgt hierna (anders vervolg bij 8):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie. (= 80)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 80)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 22 8 D 15.20 Waardepeildatum<br />
23 - 24 2 A Filler<br />
25 - 26 2 N 22.10 Code status beschikking<br />
27 - 27 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
28 - 35 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
36 - 43 8 D 81.30 Einddatum<br />
44 - 53 10 N 01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
54 - 62 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
63 - 72 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
73 - 80 8 D 22.20 Datum status<br />
81 - 256 176 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
deelbestand<br />
12 - 256 232 A Filler<br />
8. Leveringsbestand eindigt altijd met:<br />
Sluitrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 99)<br />
58
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
Sluitrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal records code = 10<br />
12 - 20 9 N Totaal aantal records code = 20<br />
21 - 29 9 N Totaal aantal records code = 30<br />
30 - 38 9 N Totaal aantal records code = 31<br />
39 - 47 9 N Totaal aantal records code = 40<br />
48 - 56 9 N Totaal aantal records code = 60<br />
57 - 65 9 N Totaal aantal records code = 70<br />
66 - 74 9 N Totaal aantal records code = 80<br />
75 - 83 9 N Totaal aantal records code = 90<br />
84 - 256 173 A Filler<br />
59
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
3.3 Toelichting op de oorspronkelijke Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
1. Inleiding<br />
Deze regeling geeft uitvoering aan artikel 9 van het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken<br />
(Stb. 1995, 67) (hierna: uitvoeringsbesluit). De regeling voorziet in de vaststelling<br />
van een standaarduitwisselingsformaat (stuf). Dit uitwisselingsformaat geeft de<br />
technische specificatie voor de gegevenslevering door de gemeenten aan de<br />
Belastingdienst en de waterschappen in het kader van de Wet waardering<br />
onroerende zaken (Stb. 1994, 874) (hierna Wet <strong>WOZ</strong>).<br />
De technische specificaties voor de gegevenslevering in deze regeling zijn er op<br />
gericht dat zowel de omvangrijke gegevenslevering aan het begin van het tijdvak<br />
als de levering van gegevens in de loop van het tijdvak op uniforme wijze<br />
geschieden.<br />
2. Uitgangspunten gegevenslevering<br />
Elke gegevenslevering van de gemeente aan de afnemers (waterschappen en<br />
Belastingdienst) in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> betreft in beginsel een digitaal<br />
bestand dat door de afnemers direct geautomatiseerd verwerkt kan worden. Dit<br />
digitale bestand wordt geleverd met behulp van een fysiek medium, te weten<br />
magneettape, magneetcartridges of diskettes.<br />
Op de regel dat de gegevenslevering plaatsvindt op basis van digitale bestanden<br />
geldt een uitzondering voor gegevens die geen invloed hebben op de inhoud van<br />
een beschikking, maar alleen op de status van een beschikking. Deze kunnen ook<br />
op papier geleverd worden. Het betreft mededelingen omtrent bij voorbeeld het<br />
feit dat bezwaar is ingediend tegen een <strong>WOZ</strong>-beschikking.<br />
3. Definitie gegevens<br />
De gegevens die volgens dit uitwisselingsformaat worden geleverd, zijn de<br />
gegevens die zijn genoemd in de bijlage bij artikel 7 van het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet <strong>WOZ</strong>.<br />
De definitie van de meeste gegevens is conform bestaande definities uit de<br />
Nederlandse Norm Algemene Persoonsgegevens (NEN 1888), de Nederlandse<br />
Norm Adressen (NEN 5825), het Logisch Ontwerp Gemeentelijke Basisadministratie<br />
Persoonsgegevens (GBA) en de gemeentelijke functionele<br />
ontwerpen (GFO's) die de Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft<br />
uitgebracht. Voor gegevens die specifiek zijn voor de Wet <strong>WOZ</strong> heeft de<br />
<strong>Waarderingskamer</strong> een definitie vastgesteld.<br />
60
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
De definitie van de gegevens voor zover die bestaat uit gegevensnaam,<br />
gegevenstype en lengte blijkt uit het uitwisselingsformaat, zoals dat is vastgelegd<br />
in de bijlage bij deze regeling.<br />
Het in deze regeling vastgelegde uitwisselingsformaat stemt grotendeels overeen<br />
met het formaat dat de <strong>Waarderingskamer</strong> in haar publikatie "<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>" heeft<br />
bekend gemaakt. Over dit uitwisselingsformaat is in 1993 al overleg geweest met<br />
software-leveranciers. Dit betekent dat de betrokken partijen, waaronder ook de<br />
software-ontwikkelaars, bij de inwerkingtreding van deze regeling reeds ver<br />
gevorderd zijn met de ontwikkeling van het uitwisselingsformaat.<br />
In deze regeling is slechts één aanvulling gepleegd op de publikatie "<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>"<br />
van de <strong>Waarderingskamer</strong>. In het subjectrecord is de lokatie-omschrijving<br />
toegevoegd, waarmee het adres van het subject ook geheel in overeenstemming<br />
met de Nederlandse Norm Adressen (NEN 5825) is gebracht.<br />
4. Toelichting op de artikelen<br />
Artikel 1<br />
Dit artikel geeft de relatie aan tussen het in artikel 9 van het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevenslevering genoemde standaarduitwisselingsformaat<br />
en de bijlage bij deze regeling. De bijlage geeft de opbouw van een leveringsbestand.<br />
Het leveringsbestand is opgebouwd uit verschillende typen records. In<br />
totaal worden 11 typen records gedefinieerd in de bijlage. Ook de volgorde waarin<br />
deze records voorkomen is in de bijlage vastgelegd.<br />
Het leveringsbestand begint met een voorlooprecord en eindigt met een<br />
sluitrecord. Tussen dit voorlooprecord en dit sluitrecord kunnen maximaal zes<br />
deelbestanden worden geplaatst. Een deelbestand bestaat uit een aantal<br />
gegevensrecords van hetzelfde type, voorafgegaan door een stuurrecord en<br />
afgesloten door een telrecord<br />
Voor de zes deelbestanden zijn zeven typen inhoudelijke gegevensrecords<br />
gedefinieerd. Het <strong>WOZ</strong>-objectrecord geeft onder meer de objectaanduiding en de<br />
vastgestelde waarde van een <strong>WOZ</strong>-object. Het kadastrale-identificatierecord geeft<br />
aan welke kadastrale objecten zijn betrokken bij het <strong>WOZ</strong>-object. Het identificatie-eigenaar/gebruiker-record<br />
geeft aan welke subjecten zijn aangewezen als<br />
belanghebbenden bij een <strong>WOZ</strong>-object. Het waterschapsrecord geeft informatie<br />
over <strong>WOZ</strong>-objecten die worden doorsneden door een waterschapsgrens. Het<br />
beschikkingsrecord geeft informatie over de status van een beschikking.<br />
De weergave van de gegevens met betrekking tot de belanghebbenden gebeurt in<br />
twee typen subjectrecords. De twee typen subjectrecord bevatten gezamenlijk de<br />
gegevens van een belanghebbende. In het leveringsbestand staan daarom steeds<br />
de twee subjectrecords over één belanghebbende direct achter elkaar.<br />
61
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
De lengte van elk record binnen het leveringsbestand is 256 posities.<br />
In de bijlage is voor elk type record de opbouw weergegeven. Elk record is<br />
opgebouwd uit numerieke (N), alfanumerieke (A) en/of datum-gegevens (D). Een<br />
datum wordt altijd volledig gegeven in acht cijfers, bij voorbeeld 19941231 voor<br />
de aanduiding van 31 december 1994.<br />
Van een numeriek veld worden altijd alle posities gevuld door links op te vullen<br />
met nullen, bij voorbeeld 00016. Indien een numeriek veld geen waarde bevat,<br />
wordt de waarde nul toegekend, dus bij voorbeeld 00000. In het numerieke veld<br />
komen geen punten of komma's voor als decimale scheidingstekens of als<br />
scheidingstekens van duizendtallen. Er vindt altijd afronding tot gehele getallen<br />
plaats.<br />
Bij de alfanumerieke velden zijn hoofdletters, kleine letters, cijfers en leestekens<br />
toegestaan. In de alfanumerieke velden zijn alle karakters toegestaan uit de<br />
tekenset Latin5, volgens ISO-norm 8859-9. Dit betekent dat ook diacritische<br />
karakters in het leveringsbestand gehanteerd kunnen worden. Alle alfanumerieke<br />
velden worden geheel gevuld door rechts op te vullen met spaties.<br />
Datumvelden worden altijd volledig gevuld. Indien de datum geen waarde heeft,<br />
betekent dit vullen met 00000000.<br />
De gemeente kan met het leveringsbestand een bestand verstrekken met de<br />
volledige gegevensverzameling. De meeste gegevensleveringen zullen echter<br />
alleen mutaties bevatten. Het leveringsbestand kan daarbij de vorm hebben van<br />
een "was-wordt"-mutatiebestand of van een "wordt"-mutatiebestand. Bij een<br />
"was-wordt"-mutatiebestand staat het record met de mutatiecode "T" (te wijzigen)<br />
direct voorafgaand aan het overeenkomende record met mutatiecode "W"<br />
(gewijzigd) 6 .<br />
Bij het aanmaken van het leveringsbestand dient een aantal tellingen te worden<br />
uitgevoerd. Het resultaat van deze tellingen wordt weergegeven in de telrecords<br />
die ieder deelbestand afsluiten. Er worden twee typen tellingen uitgevoerd,<br />
namelijk tellingen van het aantal gegevensrecords per deelbestand en totaaltellingen<br />
van specifieke gegevens.<br />
Het aantal gegevensrecords per deelbestand, dus per type record, wordt geteld en<br />
weergegeven onder "Totaal aantal gegevensrecords deelbestand". Deze telling<br />
wordt voor ieder deelbestand uitgevoerd. Hetzelfde aantal komt ook tot uiting in<br />
het sluitrecord. Bij de "was-wordt" levering resulteert een wijziging in de meeste<br />
6<br />
In het kader van de herziening van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> zijn afspraken over het hanteren van de mutatiecodes in relatie tot de<br />
ingangs- en einddatum van een gegevensrecord, alsmede de onderlinge samenhang tussen de diverse mutatiecodes<br />
gemaakt. Op dit aspect wijkt <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 af van de oorspronkelijke regeling. Zie hiervoor deel II van dit boek.<br />
62
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
situaties in twee records ("T", te wijzigen en "W" gewijzigd) die afzonderlijk<br />
meegeteld worden.<br />
Ter controle van een specifiek gegeven kunnen alle waarden van dat gegeven die<br />
in een deelbestand voorkomen, worden opgeteld. Ook hier kan bij "was-wordt"-<br />
levering een object meerdere keren betrokken zijn in de totaaltelling. Bij<br />
voorbeeld een vastgestelde waarde wordt verlaagd van ƒ 80 000 ("T" te wijzigen)<br />
in ƒ 75 000 ("W" gewijzigd). Deze wijziging komt in de totaaltelling voor het<br />
gegeven 15.10 vastgestelde waarde tot uiting met een bijtelling van ƒ 155 000. De<br />
totaaltellingen maken controle op de verwerking van het bestand bij de afnemers<br />
mogelijk met betrekking tot de belangrijkste kwantitatieve gegevens, zoals de<br />
vastgestelde waarde en oppervlaktegegevens.<br />
Artikel 2<br />
Het leveringsbestand wordt door de gemeente verstrekt door middel van een<br />
fysiek medium. In dit artikel wordt bepaald dat de levering geschiedt door middel<br />
van magneettape, magneetcartridges of diskettes 7 .<br />
Bij het gebruik van magneettapes zijn twee wijzen van beschrijving toegestaan,<br />
namelijk IBM standaardlabel, 1600 BPI en IBM standaardlabel, 6250 BPI.<br />
Voor de magneetcartridges zijn eveneens; twee typen mogelijk, namelijk IBM<br />
standaardlabel, 6251 BPI of ASCII, 60 Mb.<br />
Bij de diskettes mogen alleen 3½ inch diskettes gebruikt worden. Deze diskettes<br />
mogen MS-Dos compatibel zijn (1,44 Mb) of beschreven zijn met IBM<br />
standaardlabel.<br />
Een uitzondering op de regel dat de gegevenslevering geschiedt op basis van<br />
digitale bestanden is opgenomen voor gegevens die geen invloed hebben op de<br />
inhoud van een beschikking, maar alleen op de status van een beschikking. Deze<br />
kunnen ook op papier geleverd worden. Dit kan doelmatiger zijn bij kleine<br />
aantallen gegevens. Het betreft bij voorbeeld het feit dat bezwaar is ingediend<br />
tegen een <strong>WOZ</strong>-beschikking of het feit dat uitspraak is gedaan naar aanleiding van<br />
een bezwaarschrift, waarbij de inhoud van de beschikking is bevestigd.<br />
Artikel 3<br />
Voor de datum van inwerkingtreding is aansluiting gezocht bij de datum waarop<br />
de Wet <strong>WOZ</strong> in werking is getreden.<br />
Om de gegevensuitwisseling in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> (vanaf 1 januari 1997)<br />
mogelijk te maken, moeten de systemen van gemeenten (leveranciers) en waterschappen<br />
en Belastingdienst (afnemers) zijn aangepast aan elkaar. Ook moeten<br />
met ingang van 1 januari 1997 alle gegevens overeenkomstig de specificatie<br />
7<br />
In het kader van de herziening van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> zijn nadere afspraken over de te hanteren media gemaakt, zoals blijkt<br />
uit de huidige tekst van de regeling. Voor de te hanteren media zie ook deel II, hoofdstuk 6 Technische specificaties.<br />
63
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
beschikbaar zijn. De periode van 1 januari 1995 tot 1997 moet worden gebruikt<br />
om deze aanpassingen te realiseren. In die jaren zullen er "proefbestanden"<br />
worden uitgewisseld. Deze proefbestanden zijn nodig om te testen of de verwerking<br />
van de gegevens technisch correct verloopt. Deze proefbestanden zijn<br />
echter ook van groot belang om de bestanden bij alle partijen op elkaar af te<br />
stemmen.<br />
Daarnaast zullen in 1995 en 1996 reeds gegevens worden uitgewisseld tussen<br />
gemeenten, waterschappen en Belastingdienst. Het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> kan ook in de jaren<br />
1995 en 1996 worden gebruikt voor de gegevenslevering door gemeenten aan de<br />
afnemers.<br />
De Staatssecretaris van Financiën,<br />
W.A. Vermeend<br />
3.4 Toelichting op de wijziging per 1 januari 1999<br />
I. Algemeen<br />
Ingevolge het Besluit van 28 januari 1999 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken in<br />
verband met de aanpassing van het standaard-uitwisselingsformaat (Stb. 39) is een<br />
nieuwe bijlage (lijst met te registreren en aan de afnemers te verstrekken<br />
gegevens) vastgesteld. Met deze bijlage is de formele basis gecreëerd om de<br />
Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> te kunnen aanpassen. Aanleiding voor de aanpassingen van<br />
de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> vormt het advies van de <strong>Waarderingskamer</strong> van 23 april<br />
1998. Daaruit blijkt dat er praktische problemen zijn bij de belastingdienst en de<br />
waterschappen met de automatische verwerking van door de gemeenten in het<br />
kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet <strong>WOZ</strong>) geleverde gegevens.<br />
Deze problemen kunnen worden opgelost door een technische aanpassing van het<br />
standaarduitwisselingsformaat en door het mogelijk te maken de <strong>WOZ</strong>-gegevens<br />
volgens het standaarduitwisselingsformaat op elektronische wijze toe te zenden.<br />
II. Toelichting op de artikelen<br />
Artikel I, onderdeel A (artikel 2 van de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>)<br />
In artikel 2 van de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> was bepaald dat het bestand aan <strong>WOZ</strong>gegevens<br />
door het college van burgemeester en wethouders of de in artikel 1,<br />
tweede lid, van de Wet <strong>WOZ</strong> bedoelde gemeenteambtenaar wordt verstrekt door<br />
middel van een fysiek medium, te weten: magneettape; magneetcartridge of<br />
diskette. In de praktijk is gebleken dat met name de diskette nogal eens storingsgevoelig<br />
is. Het op elektronische wijze toezenden van het bestand kan dit euvel<br />
verhelpen. Met de aanpassing wordt deze mogelijkheid gecreëerd. Daarbij zij<br />
64
FORMELE REGELGEVING<br />
3. REGELING STUF-<strong>WOZ</strong><br />
opgemerkt dat de levering van het bestand via elektronische toezending slechts<br />
kan plaatsvinden indien de desbetreffende afnemer zich met deze wijze van<br />
gegevenslevering akkoord heeft verklaard. Bij de gege-vensuitwisseling via<br />
elektronische toezending wordt -net als bij het gebruik van een fysiek medium en<br />
fysiek transport- zorggedragen voor de nodige voorzieningen van technische en<br />
organisatorische aard ter beveiliging van de <strong>WOZ</strong>-gegevens tegen verlies of<br />
aantasting van die gegevens en tegen onbevoegde kennisneming, wijziging of<br />
verstrekking daarvan (artikel 8 Wet persoonsregis-traties).<br />
Artikel I, onderdeel B (bijlage)<br />
Met de nieuwe bijlage is het standaarduitwisselingsformaat opnieuw vastgesteld.<br />
Er is -om mogelijke misverstanden te voorkomen- voor gekozen de huidige bijlage<br />
in zijn geheel te vervangen. Het nieuwe standaarduitwisselingsformaat is<br />
aangepast aan de lijst met te registreren en aan de afnemers te verstrekken<br />
gegevens, zoals deze luidt na vervanging van de bijlage bij het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken<br />
ingevolge het Besluit van 28 januari 1999 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit<br />
kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken in<br />
verband met de aanpassing van het standaarduitwisselingsformaat (Stb. 39).<br />
Vooruitlopend op de overgang naar de euro is reeds het gegevensrecord ’aanduiding<br />
valutasoort’ opgenomen. Hiermee kan expliciet worden aangegeven of de<br />
vastgestelde <strong>WOZ</strong>-waarde in Nederlandse guldens of in euro’s luidt. Zonder<br />
nadere regelgeving is alleen een aanduiding ’NLG’ toegestaan.<br />
Met het gegevensrecord ’code blok-keren’ kan worden aangegeven dat voor een<br />
<strong>WOZ</strong>-object nog geen beschikking is genomen en wat de reden hiervan is.<br />
Om een zo nauwkeurig mogelijke aanduiding en identificatie van subjecten te<br />
bereiken, zijn enkele gegevensrecords toegevoegd. Tevens is een gegevensrecord<br />
toegevoegd waardoor de afnemers kunnen beoordelen op welk moment de<br />
belastingaanslagen op grond van artikel 18a van de Algemene wet inzake<br />
rijksbelastingen uiterlijk in overeenstemming moeten zijn gebracht met een<br />
herziene <strong>WOZ</strong>-beschikking. Tot slot zijn nog enkele gegevensrecords toegevoegd<br />
die van belang zijn bij de verwerking van de bestanden door de afnemers.<br />
Artikel II (overgangsbepaling)<br />
De overgangsbepaling strekt ertoe dat de bijlage zoals die gold op 31 december<br />
1998 eventueel nog na die datum kan worden toegepast voor de ver-strekking<br />
van gegevens die betrekking hebben op de periode voor 1 januari 1999.<br />
Artikel III (inwerkingtreding)<br />
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dag-tekening<br />
van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari<br />
1999, zodat de gegevens die betrekking hebben op de periode na 31 december<br />
1998 worden geleverd op basis van het nieuwe standaarduitwisselingsformaat.<br />
65
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL I<br />
De Staatssecretaris van Financiën,<br />
W.A. Vermeend.<br />
66
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
DEEL II<br />
TOELICHTING STUF-<strong>WOZ</strong> DOOR DE WAARDERINGSKAMER<br />
Uitwerking gegevensstructuur<br />
Globaal gegevensmodel<br />
Definitie entiteiten<br />
Definitie gegevens<br />
Leveringsformaat<br />
Technische specificaties<br />
Procedure gegevenslevering<br />
Voorbeelden<br />
67
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
68
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
1. UITWERKING GEGEVENSSTRUCTUUR<br />
1. UITWERKING GEGEVENSSTRUCTUUR<br />
Bij de uitwerking van de gegevensstructuur moet extra aandacht besteed worden aan de<br />
objectafbakening en de objectidentificatie. Volgens de bepalingen in de Wet <strong>WOZ</strong> is een<br />
<strong>WOZ</strong>-object een onroerende zaak die blijkens zijn indeling bedoeld is om als een<br />
afzonderlijk geheel gebruikt te worden. De afbakening van een onroerende zaak (verder<br />
aangeduid als <strong>WOZ</strong>-object) is daarmee afhankelijk van zowel gegevens over de eigenaar<br />
als over de gebruiker. De objectafbakening is daarmee direct gekoppeld aan informatie<br />
over de subjecten.<br />
Voor de objectidentificatie bestaat op de eerste plaats behoefte aan een unieke<br />
adressering die aansluit op het gebruik door de gemeente en die ook begrijpelijk is voor<br />
de belastingplichtige (postadres). Deze adressering wordt opgebouwd uit acht afzonderlijke<br />
gegevens, namelijk: gemeentenaam, woonplaatsnaam, straatnaam, huisnummer,<br />
huisletter, huisnummertoevoeging, aanduiding bij huisnummer en lokatieomschrijving.<br />
Deze acht gegevens gezamenlijk moeten een uniek adres opleveren. Voor vele <strong>WOZ</strong>objecten<br />
zullen één of meer van deze acht gegevens niet van belang zijn voor een<br />
duidelijke en unieke identificering. De niet van belang zijnde gegevens zullen in dat geval<br />
niet worden ingevuld. Ter illustratie worden hieronder drie voorbeelden gegeven van hoe<br />
een dergelijke unieke objectaanduiding voor een <strong>WOZ</strong>-object er in de praktijk uit kan<br />
zien:<br />
gemeentenaam DEN HAAG AMSTERDAM ROTTERDAM<br />
woonplaatsnaam<br />
Zweth<br />
straatnaam Wassenaarseweg Kalverstraat Schiekade<br />
huisnummer 80 17<br />
huisletter<br />
A<br />
huisnummertoevoeging 4<br />
aanduiding bij huisnummer<br />
to<br />
lokatieomschrijving garage transformator<br />
Naast deze unieke adressering die bestaat uit acht gegevens en mogelijk een zeer groot<br />
aantal karakters wordt aan ieder <strong>WOZ</strong>-object ook een uniek nummer toegekend. Dit<br />
unieke <strong>WOZ</strong>-objectnummer vereenvoudigt de verwerking van gegevens aanzienlijk. De<br />
volledige en unieke adressering aan de hand van bovenvermelde acht gegevens blijft<br />
echter essentieel voor de communicatie met de belastingplichtige.<br />
Naast de unieke adressering met een postadres is zowel voor gemeenten als voor waterschappen<br />
ook een koppeling met het kadastrale perceel (of kadastrale object bij appartementsrechten)<br />
noodzakelijk. Voor de gemeenten is deze koppeling vooral van belang voor<br />
een correcte objectafbakening van het <strong>WOZ</strong>-object overeenkomstig de voorschriften uit<br />
de Wet <strong>WOZ</strong>. Bij deze voorschriften spelen zowel de eigenaar als de gebruiker een<br />
69
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
belangrijke rol. Voor de waterschappen speelt deze relatie daarnaast een specifieke rol<br />
bij de objectafbakening voor de waterschapsomslag gebouwd.<br />
Deze drie elementen van de objectafbakening, namelijk <strong>WOZ</strong>-object (inclusief postadres),<br />
subject en kadastraal object, zijn ook duidelijk herkenbaar in het globale gegevensmodel.<br />
De relatie tussen <strong>WOZ</strong>-object en subject is (wat betreft de gegevensdefinitie) eenvoudig.<br />
De relatie tussen kadastraal object en <strong>WOZ</strong>-object is echter complex.<br />
Een <strong>WOZ</strong>-object kan meerdere kadastrale percelen omvatten, mits de als belastingplichtige<br />
aangewezen eigenaar van deze percelen dezelfde is. Deze koppeling moet<br />
duidelijk zijn om te voorkomen dat een kadastraal perceel afzonderlijk wordt aangeslagen<br />
(bijvoorbeeld als ongebouwd object) terwijl het betreffende perceel ook als onderdeel van<br />
een ander <strong>WOZ</strong>-object in de heffing wordt betrokken.<br />
Een <strong>WOZ</strong>-object kan echter ook slechts een gedeelte van een kadastraal object betreffen,<br />
indien het kadastrale object meerdere gebruikers van zelfstandig bruikbare en als zodanig<br />
ook gebruikte delen kent. In een dergelijke situatie is het belangrijk om te kunnen bepalen<br />
of de som van de grondoppervlakten onder alle <strong>WOZ</strong>-objecten gelijk is aan de<br />
oppervlakte van het gehele kadastrale perceel.<br />
Ook nog complexere samenvoegingen van gehele percelen en gedeelten van percelen<br />
binnen één <strong>WOZ</strong>-object zijn mogelijk. Een eenvoudig schematisch voorbeeld, waarin de<br />
relatie wordt gegeven tussen zeven kadastrale percelen (k1 tot en met k7) en vier <strong>WOZ</strong>objecten<br />
(w1 tot en met w4) is weer te geven met behulp van de navolgende schetsen. De<br />
eerste schets geeft de kadastrale situatie weer. De tweede schets geeft de situatie weer,<br />
zoals de objecten, die op de betreffende percelen liggen, zijn afgebakend. In de derde<br />
schets zijn de <strong>WOZ</strong>-objecten over de kadastrale objecten geprojecteerd.<br />
k1<br />
k2<br />
k4 k6<br />
k3 k5 k7<br />
70
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
1. UITWERKING GEGEVENSSTRUCTUUR<br />
w1 w2 w3 w4<br />
w1 w2 w3 w4<br />
<strong>WOZ</strong>-object w1 komt geheel overeen met kadastraal perceel k1. <strong>WOZ</strong>-object w2 omvat<br />
twee volledige kadastrale percelen k2 en k3. <strong>WOZ</strong>-object w3 omvat een geheel perceel<br />
k4 en een gedeelte van het perceel k5. De rest van het kadastrale perceel k5 vormt samen<br />
met een gedeelte van het kadastrale perceel k6 <strong>WOZ</strong>-object w4. De rest van het<br />
kadastrale perceel k6 maakt in dit voorbeeld geen onderdeel uit van een <strong>WOZ</strong>-object<br />
waarvoor een waarde moet worden vastgesteld (bijvoorbeeld een ongebouwde<br />
onroerende zaak gebruikt voor agrarische doeleinden). Het kadastrale perceel k7 maakt<br />
in zijn geheel geen deel uit van een <strong>WOZ</strong>-object waarvoor een waarde moet worden<br />
vastgesteld.<br />
Ter illustratie van dit voorbeeld wordt er van uitgegaan dat volgens de kadastrale administratie<br />
het kadastrale perceel k5 400 m2 groot is. De gemeente geeft in het kader van de<br />
objectafbakening aan dat van dit kadastrale perceel 200 m2 behoort bij <strong>WOZ</strong>-object w3.<br />
Het kadastrale perceel k4 is volgens de kadastrale administratie 300 m2 groot. De<br />
gemeente geeft in het kader van de objectafbakening aan dat deze totale 300 m2 behoort<br />
tot het <strong>WOZ</strong>-object w3 en dat het <strong>WOZ</strong>-object w3 daarmee een grondoppervlakte heeft<br />
van in totaal 500 m2.<br />
71
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Om deze complexe relaties te kunnen realiseren wordt in het globale gegevensmodel<br />
uitgegaan van een aparte entiteit gericht op de koppeling van kadastraal object en <strong>WOZ</strong>object.<br />
Deze entiteit wordt aangeduid met "Kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object".<br />
Het leggen van een dergelijke relatie tussen een <strong>WOZ</strong>-object en een kadastraal object is<br />
in het voorbeeld gebaseerd op een aan te wijzen grondoppervlakte die uitsluitend tot het<br />
betreffende <strong>WOZ</strong>-object behoort. In een situatie van een kadastraal object gebaseerd op<br />
een appartementsrecht of een <strong>WOZ</strong>-object bestaande uit horizontaal gesplitste<br />
gebruikseenheden, kan geen grondoppervlakte worden aangewezen die uitsluitend aan<br />
één <strong>WOZ</strong>-object toebehoort. In een dergelijke situatie moet de koppeling tussen <strong>WOZ</strong>object<br />
en kadastraal object op een andere wijze geschieden. Bij het individuele <strong>WOZ</strong>object<br />
wordt in die situaties de grondoppervlakte op nul gesteld. Om te voorkomen dat<br />
de ondergrond van dergelijke <strong>WOZ</strong>-objecten afzonderlijk wordt aangeslagen in het kader<br />
van de waterschapsomslag ongebouwd, moet de afnemers wel gemeld worden dat deze<br />
ondergrond behoort bij "gebouwde" <strong>WOZ</strong>-objecten.<br />
Om deze melding aan afnemers te kunnen doen en bij <strong>WOZ</strong>-objecten waaraan geen<br />
oppervlakte toegewezen kan worden een sluitende registratie te krijgen van de totale<br />
oppervlakte is het begrip "sluimerend <strong>WOZ</strong>-object" geïntroduceerd. De manier waarop<br />
dit sluimerend <strong>WOZ</strong>-object wordt gebruikt is overeenkomstig de werkwijze bij de splitsing<br />
van een kadastraal perceel in kadastrale appartementsrechten.<br />
Indien door het Kadaster een kadastraal perceel wordt gesplitst in kadastrale appartementsrechten,<br />
dan blijft de kadastrale oppervlakte geregistreerd bij het onderliggende<br />
kadastrale perceel (of percelen). Deze ondergrond wordt door het Kadaster aangemerkt<br />
als sluimerend kadastraal perceel, immers voor dit perceel kunnen geen gerechtigden<br />
worden aangewezen, omdat er na splitsing in appartementen alleen nog maar rechten met<br />
betrekking tot de kadastrale appartementen gevestigd kunnen worden. Het sluimerende<br />
kadastrale perceel heeft als kadastrale oppervlakte de oppervlakte van het oorspronkelijke<br />
perceel en ook de kadastrale aanduiding blijft gelijk (perceelnummer met indexletter "G").<br />
De ondergrond kan ook bestaan uit meerdere kadastrale percelen. De kadastrale<br />
appartementsrechten krijgen een nieuw perceelnummer, gevolgd door de perceel-indexletter<br />
"A" en het perceel-index-nummer (dit is een volgnummer). Elk van deze kadastrale<br />
appartementsrechten heeft dan een kadastrale oppervlakte nul.<br />
Indien de afbakening van de <strong>WOZ</strong>-objecten overeenstemt met de afbakening van de<br />
kadastrale appartementsrechten, dan is de kadastrale identificatie van de <strong>WOZ</strong>-objecten<br />
relatief eenvoudig. Elk <strong>WOZ</strong>-object moet verwijzen naar een kadastraal appartementsrecht.<br />
Hierbij krijgt ieder <strong>WOZ</strong>-object automatisch een kadastrale oppervlakte nul. Om<br />
toch een sluitende registratie van de oppervlakten te krijgen moet het "sluimerende<br />
kadastrale perceel" (de oorspronkelijke kadastrale percelen met perceel-index-letter "G")<br />
worden gekoppeld aan een "sluimerend <strong>WOZ</strong>-object". Dit sluimerende <strong>WOZ</strong>-object heeft<br />
tot doel te bereiken dat de registratie van oppervlakte volledig is. De afnemers wordt<br />
hierdoor medegedeeld dat de betreffende kadastrale oppervlakte is "toegekend" aan<br />
gebouwde objecten. Voor het sluimerend <strong>WOZ</strong>-object wordt geen waarde bepaald en<br />
72
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
1. UITWERKING GEGEVENSSTRUCTUUR<br />
wordt evenmin een beschikking genomen. Het is derhalve dus niet nodig aan een<br />
sluimerend <strong>WOZ</strong>-object een subject te koppelen. In de gegevenslevering aan de afnemers<br />
wordt dan ook geen relatie gelegd tussen sluimerende <strong>WOZ</strong>-objecten en subjecten.<br />
Ook in situaties waarin aan <strong>WOZ</strong>-objecten niet eenduidig een grondoppervlakte kan<br />
worden toegekend, maar waarin geen splitsing heeft plaats gevonden in kadastrale<br />
appartementsrechten, is het "sluimerend <strong>WOZ</strong>-object" van groot belang. Belangrijke<br />
voorbeelden hiervan zijn een complex met huurwoningen of een bedrijfsverzamelgebouw.<br />
Overeenkomstig de situatie bij de sluimerende kadastrale percelen, moet in die situaties<br />
de oppervlakte van ondergrond van een dergelijk complex in zijn geheel worden<br />
toegekend aan een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object (bijvoorbeeld de ondergrond van een complex<br />
huurwoningen of de ondergrond van een bedrijfsverzamelgebouw). Elk van de <strong>WOZ</strong>objecten<br />
(gebruikseenheden, dus individuele huurwoningen en individueel verhuurde<br />
units) heeft dan een grondoppervlakte nul.<br />
Zeker bij complexen met verschillende gebruikerseenheden, zoals meergezinshuurwoningen<br />
en bedrijfsverzamelcomplexen, kan de kadastrale identificatie van het<br />
sluimerende <strong>WOZ</strong>-object meerdere (delen van) kadastrale percelen omvatten. De<br />
ondergrond van deze complexen kan namelijk bestaan uit een (groot) aantal (delen van)<br />
kadastrale percelen. Het sluimerende <strong>WOZ</strong>-object dat de ondergrond van een dergelijk<br />
complex omvat, moet dan de relatie met alle betreffende kadastrale percelen leggen,<br />
inclusief de "toegekende" kadastrale oppervlakte per kadastraal perceel. Bij de<br />
afzonderlijke <strong>WOZ</strong>-objecten die de gebruikerseenheden weergeven, is de koppeling met<br />
kadastrale gegevens (eventueel meerdere kadastrale aanduidingen en kadastrale<br />
oppervlakte) veel eenvoudiger, omdat geen oppervlakte aangegeven wordt en kan worden<br />
volstaan met alleen het melden van het (meest) betrokken kadastrale perceel.<br />
Er zijn ook situaties denkbaar waarbij het toekennen van kadastrale oppervlakte mogelijk<br />
is, maar erg ingewikkeld en in feite niet van belang is voor de afnemers. In die situaties<br />
kan facultatief gekozen worden voor het toepassen van "sluimerende <strong>WOZ</strong>-objecten". De<br />
behoefte aan het facultatief gebruik van het sluimerend <strong>WOZ</strong>-object doet zich<br />
bijvoorbeeld voor bij eengezins-huurwoningen. In die situaties kan de gemeente zelf<br />
bepalen welke registratie wordt vastgelegd:<br />
- de ondergrond van meerdere <strong>WOZ</strong>-objecten ondergebracht in een sluimerend<br />
<strong>WOZ</strong>-object en bij de individuele <strong>WOZ</strong>-objecten de grondoppervlakte nul;<br />
- de kadastrale oppervlakte volledig uitgesplitst naar de individuele <strong>WOZ</strong>objecten.<br />
De gemeente blijft er in beide situaties verantwoordelijk voor dat de registratie zodanig<br />
is dat deze direct verwerkt kan worden door de afnemers. Dat betekent dat het toekennen<br />
van de kadastrale oppervlakte aan individuele <strong>WOZ</strong>-objecten correct en volledig moet<br />
geschieden, omdat indien minder dan het totale kadastrale oppervlakte wordt toegekend,<br />
het waterschap voor het resterende deel alsnog een aanslag ongebouwd zal opleggen. Bij<br />
het maken van de keuze of in deze situaties al dan niet gebruik gemaakt wordt van de<br />
facultatieve mogelijkheid om sluimerende <strong>WOZ</strong>-objecten te gebruiken, moet ook<br />
betrokken worden de vraag of de grondoppervlakte voor de waardebepaling van belang<br />
73
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
is. Voor de waardebepaling van woningen zal de kavelgrootte (tuingrootte) van belang zijn<br />
voor de waardebepaling. Indien door de vastlegging van de kadastrale identificatie de<br />
kavelgrootte voor het individuele <strong>WOZ</strong>-object is geregistreerd, dan is deze kavelgrootte<br />
ook beschikbaar voor de waardebepaling. Indien echter gekozen is voor het toekennen<br />
van de totale kadastrale grondoppervlakte aan een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object, dan zullen<br />
voor de waardebepaling mogelijk extra gegevens verzameld moeten worden.<br />
Voor een complete objectafbakening moet de gemeente wel zorg dragen voor een<br />
volledige aansluiting van alle kadastrale objecten met (sluimerende) <strong>WOZ</strong>-objecten. Niet<br />
voor alle <strong>WOZ</strong>-objecten behoeft in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> een waarde te worden<br />
vastgesteld. Wanneer geen van de partijen een object naar de waarde in het economisch<br />
verkeer in de belastingheffing betrekt, hoeft er van het object geen waarde te worden<br />
vastgesteld. Daarnaast wordt in hoofdstuk 7 van deze toelichting aangegeven over welke<br />
objecten gegevens in de levering betrokken moeten worden. Deze toelichting vormt<br />
daarmee een toelichting op artikel 7 van het Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en<br />
gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken.<br />
Het sluimerend <strong>WOZ</strong>-object heeft altijd een waarde nul, omdat de gehele waarde van het<br />
complex wordt toegerekend aan de afzonderlijke (gebruikers-) eenheden. Het sluimerend<br />
<strong>WOZ</strong>-object moet wel aan de afnemers geleverd worden, omdat dit sluimerend <strong>WOZ</strong>object<br />
essentieel is voor een correcte verwerking van de aangeleverde gegevens, met<br />
name voor het waterschap.<br />
Parallel aan de koppeling tussen <strong>WOZ</strong>-object en kadastraal object wordt de koppeling<br />
tussen subject en <strong>WOZ</strong>-object gedefinieerd door de entiteit "Identificatie eigenaar/gebruiker".<br />
Bij de objectafbakening speelt ook het onderscheid gebouwd/ongebouwd een rol. Voor<br />
de meeste <strong>WOZ</strong>-objecten volstaat de aanduiding dat het een gebouwde onroerende zaak<br />
betreft. Een gebouwde onroerende zaak bevat in voorkomende gevallen tevens de<br />
gebouwde en ongebouwde aanhorigheden. Ook zijn er <strong>WOZ</strong>-objecten die volledig als<br />
ongebouwd beschouwd kunnen worden, dus zonder enige gebouwde aanhorigheid<br />
(bijvoorbeeld een sportveld). Voor veel ongebouwde <strong>WOZ</strong>-objecten (cultuurgrond)<br />
behoeft in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> echter geen waarde te worden vastgesteld.<br />
Ongebouwde onroerende zaken met gebouwde aanhorigheden (bijvoorbeeld een sportveld<br />
met kleedruimtes) leiden tot een complexere situatie, omdat een dergelijk <strong>WOZ</strong>-object<br />
gedeeltelijk als gebouwd en gedeeltelijk als ongebouwd moet worden aangemerkt voor<br />
de waterschapsomslagen. Ook gebouwde objecten kunnen voor de waterschapsomslagen<br />
gedeeltelijk als ongebouwd aangemerkt moeten worden. Deze situatie doet zich met name<br />
voor bij agrarische objecten. De objectafbakening voor de waterschapsomslag gebouwd<br />
moet zodanig zijn dat de cultuurgrond niet in dit gebouwde object wordt betrokken, terwijl<br />
de cultuurgrond wel kan behoren tot het <strong>WOZ</strong>-object en het object voor de gemeentelijke<br />
onroerende-zaakbelastingen.<br />
74
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
1. UITWERKING GEGEVENSSTRUCTUUR<br />
Bij <strong>WOZ</strong>-objecten die gedeeltelijk als gebouwd en gedeeltelijk als ongebouwd moeten<br />
worden aangemerkt, is het begrip meegetaxeerde oppervlakte bij het gedeelte "gebouwd"<br />
van groot belang voor de objectafbakening. Onderstaande schets geeft hiervan een<br />
illustratie. Met een raster is in de schets aangegeven een gedeelte van een <strong>WOZ</strong>-object<br />
dat aangemerkt moet worden als gebouwd.<br />
k1<br />
k2 k4 k6<br />
k3 k5 k7<br />
Het kadastrale object k5 maakt onderdeel uit van het <strong>WOZ</strong>-object w4 (gebouwd object)<br />
en <strong>WOZ</strong>-object w3. <strong>WOZ</strong>-object w3 is gedeeltelijk gebouwd en gedeeltelijk ongebouwd.<br />
Voor een volledige en correcte objectafbakening moet nu de oppervlakte bepaald worden<br />
van het kadastrale perceel k5 dat is betrokken in een gebouwd (deel van een) <strong>WOZ</strong>object.<br />
Volgens de kadastrale administratie is het kadastrale perceel k5 400 m2 groot. Hiervan<br />
behoort 200 m2 bij het gebouwde <strong>WOZ</strong>-object w4 en tweehonderd vierkante meter bij<br />
het <strong>WOZ</strong>-object w3. Van het <strong>WOZ</strong>-object w3 is bekend dat het in totaal 500 m2 groot is.<br />
Ook is door de taxateur aangegeven dat 150 m2 wordt aangemerkt als gebouwd.<br />
Het kadastrale perceel k5 is minimaal voor 200 m2 betrokken bij een gebouwd <strong>WOZ</strong>object,<br />
omdat het <strong>WOZ</strong>-object w4 geheel als gebouwd is aangemerkt. Het is nu verder<br />
van belang welke 150 m2 van het <strong>WOZ</strong>-object w3 als gebouwd aangemerkt zijn. Voor de<br />
exacte objectafbakening van het object voor de omslag gebouwd is ook de verdeling over<br />
de kadastrale percelen van groot belang. De taxateur moet daarom in deze situatie<br />
aangeven dat van het gedeelte gebouwd van het <strong>WOZ</strong>-object w3 50 m2 valt binnen het<br />
kadastrale perceel k5. Hiermee is bekend dat het kadastrale perceel k5 voor 250 m2<br />
betrokken is in de omslag gebouwd.<br />
Door de totale oppervlakte van het perceel te verminderen met deze in gebouwde<br />
objecten (of delen van objecten) meegetaxeerde oppervlakte kan het waterschap zelf<br />
bepalen ter zake van welke oppervlakte van het kadastrale perceel een aanslag<br />
"ongebouwd" moet worden opgelegd.<br />
75
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Wat betreft de vastgestelde waarde wordt bij dit <strong>WOZ</strong>-object w3 bijvoorbeeld een vastgestelde<br />
waarde vermeld van ƒ 1.000.000. De gemeente heft de onroerende-zaakbelastingen<br />
over deze waarde. Bij deze waarde is echter aangetekend dat ƒ 500.000 betrekking heeft<br />
op het gedeelte dat als gebouwd aangemerkt is. Het waterschap zal de omslag gebouwd<br />
dan baseren op ƒ 500.000.<br />
Deze verdeling van de oppervlakte in een gedeelte meegetaxeerd bij gebouwd en een<br />
gedeelte ongebouwd is complex, zeker indien er meerdere kadastrale percelen zijn<br />
betrokken bij het <strong>WOZ</strong>-object. Deze complexe situatie doet zich echter slechts voor bij<br />
een beperkt aantal <strong>WOZ</strong>-objecten, namelijk alleen bij die objecten die gedeeltelijk als<br />
ongebouwde en gedeeltelijk als gebouwde onroerende zaak aangemerkt moeten worden.<br />
Alleen in die gevallen worden de betreffende rubrieken gevuld.<br />
76
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
2. GLOBAAL GEGEVENSMODEL<br />
2. GLOBAAL GEGEVENSMODEL<br />
Om de leesbaarheid van het globale gegevensmodel te verhogen is dit gegevensmodel<br />
onderverdeeld in een aantal delen. Het eerste en meest belangrijke deel heeft betrekking<br />
op de gegevens betreffende de unieke aanduiding van het <strong>WOZ</strong>-object, de objectgegevens<br />
en de waardegegevens, alsmede de relatie met de kadastrale objecten en de subjecten.<br />
Ook de volledige subjectgegevens behoren tot dit eerste deel van het gegevensmodel. Dit<br />
eerste deel van het gegevensmodel vormt het centrale uitgangspunt voor de gegevenslevering<br />
aan het begin van het tijdvak. Met nadruk wordt gesteld dat het gaat om een model<br />
ten behoeve van de uitwisseling van de gegevens. Aan de systemen van gemeenten,<br />
waterschappen en Belastingdienst zullen eigen modellen ten grondslag liggen.<br />
02 <strong>WOZ</strong>-object<br />
01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
10.20 woonplaatsnaam<br />
11.10 straatnaam<br />
11.20 huisnummer<br />
11.30 huisletter<br />
11.40 huisnummertoevoeging<br />
11.50 aanduiding bij huisnummer<br />
11.60 postcode<br />
11.70 lokatieomschrijving<br />
12.10 grondoppervlakte<br />
12.20 gebruikscode<br />
14.10 code gebouwd/<br />
ongebouwd<br />
14.20 meegetaxeerde oppervlakte<br />
gebouwd<br />
14.30 aandeel waarde<br />
gebouwd<br />
15.10 vastgestelde waarde<br />
15.20 waardepeildatum<br />
06 Identificatie eigenaar/gebruiker<br />
01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
01.10 A-nummer natuurlijk<br />
persoon<br />
01.20 SoFi-nummer<br />
01.21 aanvulling SoFi-nummer<br />
1:n n:1<br />
1:n<br />
41.10 aanduiding eigenaar/<br />
gebruiker<br />
41.20 zakelijk-rechtcode<br />
41.30 c.s.-code<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
04 Kadastrale identificatie<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
03 Subject<br />
01.10 A-nummer natuurlijk<br />
persoon<br />
01.20 SoFi-nummer<br />
01.21 aanvulling SoFi-nummer<br />
01.30 Handelsregisternummer<br />
02.11 voorletters<br />
02.30 voorvoegsels<br />
02.31 voorvoegsels behorend<br />
bij partnernaam<br />
02.40 geslachtsnaam/statutaire<br />
naam<br />
02.41 partnernaam/bedrijfsnaam<br />
verkort<br />
03.10 geboortedatum natuurlijk<br />
persoon<br />
04.05 aanduiding naamgebruik<br />
08.10 datum overlijden natuurlijk<br />
persoon<br />
08.11 status subject<br />
10.10 functie adres<br />
10.20 woonplaatsnaam<br />
15.30 bijzondere waarderingscode<br />
15.40 aanduiding valutasoort<br />
15.50 code blokkeren<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
51.10 kadastrale gemeentecode<br />
51.20 sectie<br />
51.30 perceelnummer<br />
51.40 perceel-index-letter<br />
51.50 perceel-index-nummer<br />
52.10 toegekende oppervlakte<br />
52.20 meegetaxeerde oppervlakte<br />
gebouwd per kadastraal<br />
object<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
11.10 straatnaam<br />
11.20 huisnummer<br />
11.30 huisletter<br />
11.40 huisnummertoevoeging<br />
11.50 aanduiding bij huisnummer<br />
11.60 postcode<br />
11.70 lokatieomschrijving<br />
13.10 landnaam<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Binnen gemeenten die liggen in het gebied van twee of meer waterschappen kunnen<br />
<strong>WOZ</strong>-objecten voorkomen die doorsneden worden door een waterschapsgrens. Voor deze<br />
objecten moet bepaald worden welk deel van de waarde betrokken moet worden in de<br />
heffing door het ene waterschap en welk deel in de heffing door het andere waterschap.<br />
Omdat deze situatie slechts voor een gering aantal <strong>WOZ</strong>-objecten van toepassing is, is<br />
deze splitsing gerealiseerd in een aparte entiteit. De relatie van deze entiteit met de entiteit<br />
<strong>WOZ</strong>-object komt tot uiting in het volgende model:<br />
77
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
02 <strong>WOZ</strong>-object 07 Waterschapsgrens<br />
01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15.10 vastgestelde waarde<br />
1:n<br />
71.10 code afnemer<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Naast het leveren van gegevens over het <strong>WOZ</strong>-object en de inhoud van de beschikking<br />
met betrekking tot dit <strong>WOZ</strong>-object, dienen de afnemers ook geïnformeerd te worden over<br />
wijzigingen in de status van de beschikking. Dit komt tot uiting in de volgende uitbreiding<br />
van het gegevensmodel:<br />
02 <strong>WOZ</strong>-object 08 Beschikking<br />
01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
01.10 A-nummer natuurlijk<br />
persoon<br />
01.20 SoFi-nummer<br />
01.21 aanvulling SoFi-nummer<br />
1:n<br />
15.20 waardepeildatum<br />
22.10 code status beschikking<br />
22.20 datum status<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Tenslotte is voor de gegevenslevering een aantal beschrijvende gegevens nodig. Deze<br />
beschrijvende gegevens hebben niet specifiek betrekking op individuele objecten of<br />
subjecten, maar zijn van belang voor de verwerking van alle gegevens die bij de gegevenslevering<br />
zijn betrokken. Deze beschrijvende gegevens hebben dus in het gegevensmodel<br />
geen directe verbinding met één van de andere entiteiten.<br />
09 Beschrijvende gegevens<br />
09.10 gemeentecode<br />
09.11 gemeentenaam<br />
71.10 code afnemer<br />
91.10 contactpersoon<br />
91.20 telefoonnummer contactpersoon<br />
91.30 softwareleverancier<br />
91.40 <strong>versie</strong> <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
92.10 aanmaakdatum<br />
92.20 bijgewerkt tot en met<br />
maand<br />
92.30 datum vorige aanlevering<br />
93.10 recordidentificatiecode<br />
93.20 deelbestandsidentificatiecode<br />
93.30 aard leveringsbestand<br />
78
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
3.1 Toelichting categorieën definitie entiteiten<br />
De definitie van de entiteiten vormt een belangrijk element van een gegevenswoordenboek,<br />
omdat hiermee de samenhang tussen de gegevens wordt vastgelegd.<br />
In dit <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> wordt overeenkomstig de Gemeentelijke Functionele Ontwerpen<br />
(GFO's) het begrip entiteit gehanteerd. In het Logisch Ontwerp GBA wordt hiervoor<br />
het begrip categorie gehanteerd.<br />
Bij de definitie van een entiteit kunnen verschillende aspecten worden onderscheiden.<br />
Deze aspecten komen tot uiting in de categorieën waaruit de definitie<br />
is opgebouwd. De betekenis van deze categorieën in de definitie van de<br />
afzonderlijke entiteiten komt in onderstaand overzicht naar voren:<br />
Entiteitsnummer:<br />
Entiteitsnaam:<br />
Datum opname:<br />
Iedere entiteit in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> heeft een uniek nummer. Dit nummer<br />
vormt het eerste element in de nummering van de afzonderlijke gegevens.<br />
Iedere entiteit heeft een naam die aangeeft welke betekenis de betreffende<br />
entiteit heeft in het kader van het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>. De naam kan<br />
duidelijk aangeven dat de betreffende gegevens:<br />
- betrekking hebben op een specifiek element waarover gegevens<br />
geleverd worden zoals de entiteiten: "<strong>WOZ</strong>-object", "Subject" en<br />
"Beschikking";<br />
- betrekking hebben op het leggen van relaties tussen elementen zoals<br />
de entiteiten "Identificatie eigenaar/gebruiker" en "Kadastrale<br />
identificatie <strong>WOZ</strong>-object";<br />
- betrekking hebben op een nadere verdeling van het gegeven "vastgestelde<br />
waarde" in verband met een administratieve grens door een<br />
<strong>WOZ</strong>-object: de entiteit "Waterschapsgrens";<br />
- betrekking hebben op gegevens die alleen dienstbaar zijn aan een<br />
goed verloop van de gegevenslevering, namelijk de entiteit<br />
"Beschrijvende gegevens".<br />
Datum waarop een entiteit is opgenomen in het gegevenswoordenboek.<br />
Deze categorie is vooral belangrijk om wijzigingen in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
zichtbaar te maken. Alle definities die bij de eerste <strong>versie</strong> van het<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> zijn gegeven, hebben de aanduiding "oorspronkelijk". Bij<br />
latere wijzigingen wordt de datum gegeven, waarop deze definitie is<br />
opgenomen of inhoudelijk is gewijzigd.<br />
79
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Gegevenslijst:<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
Sleutel:<br />
Commentaar:<br />
DEEL II<br />
Bij het geven van een eenduidige definitie is zoveel mogelijk aangesloten<br />
bij de bestaande definities uit het Logisch Ontwerp GBA en de<br />
Gemeentelijke Functionele Ontwerpen. Indien in een GFO verwezen<br />
wordt naar een onderliggende definitie, wordt deze verwijzing overgenomen,<br />
zodat verwezen wordt naar de meest oorspronkelijke definitie.<br />
Hier wordt aangegeven waar de definitie vandaan komt.<br />
Hier wordt een opsomming gegeven van de gegevens die onderdeel<br />
uitmaken van de betreffende entiteit.<br />
Onder gebruik kan aangeduid worden welke rol de betreffende entiteit<br />
speelt in de gehele levering van informatie. Deze categorie is met name<br />
van belang voor de entiteiten die niet voor ieder <strong>WOZ</strong>-object relevant<br />
zijn.<br />
In deze categorie wordt de vergelijking gemaakt met andere definities<br />
van entiteiten en wordt aangegeven in hoeverre er sprake is van volledige<br />
vergelijkbaarheid. Indien de entiteit niet volledig vergelijkbaar is wordt<br />
een indicatie van de verschillen gegeven.<br />
In deze categorie wordt aangegeven met welke gegevens een voorkomen<br />
van de entiteit uniek kan worden geïdentificeerd. De identificatie is<br />
alleen uniek op een bepaald moment. Door de tijd kan een voorkomen<br />
wijzigen, zonder dat dit leidt tot een nieuw sleutel. Het <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
is bijvoorbeeld de sleutel van de entiteit <strong>WOZ</strong>-object. Gedurende<br />
een tijdvak kunnen er op verschillende momenten verschillende gegevens<br />
geldig zijn voor dit <strong>WOZ</strong>-object. Toch blijft het <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
gelijk en aan de hand van ingangsdatum en einddatum moet beoordeeld<br />
worden welke gegevens over dat <strong>WOZ</strong>-object op welk moment geldig<br />
zijn.<br />
Onder commentaar kunnen aanvullende opmerkingen geplaatst worden<br />
die:<br />
- een nadere uitwerking vormen van de definitie;<br />
- de gebruiker nuttige tips kunnen geven; of<br />
- van belang zijn om een goede <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> gegevensuitwisseling te<br />
realiseren.<br />
80
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
3.2 Definitie<br />
81
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Entiteitsnummer: 02<br />
Entiteitsnaam:<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
De onroerende zaak waarvan op grond van de Wet <strong>WOZ</strong> de waarde<br />
moet worden bepaald en vastgesteld.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevenslijst: 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
10.20 woonplaatsnaam<br />
11.10 straatnaam<br />
11.20 huisnummer<br />
11.30 huisletter<br />
11.40 huisnummertoevoeging<br />
11.50 aanduiding bij huisnummer<br />
11.60 postcode<br />
11.70 lokatieomschrijving<br />
12.10 grondoppervlakte<br />
12.20 gebruikscode<br />
14.10 code gebouwd/ongebouwd<br />
14.20 meegetaxeerde oppervlakte gebouwd<br />
14.30 aandeel waarde gebouwd<br />
15.10 vastgestelde waarde<br />
15.20 waardepeildatum<br />
15.30 bijzondere waarderingscode<br />
15.40 aanduiding valutasoort<br />
15.50 code blokkeren<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Gebruik:<br />
Deze entiteit wordt voor ieder object waarover gegevens worden<br />
uitgewisseld gevuld. Deze entiteit betreft zowel de reële <strong>WOZ</strong>-objecten<br />
waarvoor <strong>WOZ</strong>-beschikkingen zijn genomen, als sluimerende <strong>WOZ</strong>objecten<br />
ten behoeve van een sluitende relatie tussen de <strong>WOZ</strong>-administratie<br />
en de kadastrale administratie<br />
82
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
Vergelijken met: -<br />
Sleutel 01.01<br />
De gegevens 10.20 tot en met 11.50 en 11.70 moeten in combinatie met<br />
de eerste vier posities van het <strong>WOZ</strong>-objectnummer (de gemeentecode)<br />
zodanig worden gevuld dat een unieke objectaanduiding ontstaat die<br />
zowel voor partijen (gemeente, waterschap en Belastingdienst) als voor<br />
de belastingplichtige begrijpelijk is. De gemeente is verantwoordelijk<br />
voor het toekennen van straatnamen en huisnummers. Dit vindt plaats op<br />
basis van huisnummerbesluiten. Een gemeente kan op basis van deze<br />
besluiten wijzigingen aanbrengen in straatnamen en huisnummers, zonder<br />
dat het <strong>WOZ</strong>-object(nummer) behoeft te veranderen. In de periodieke<br />
leveringen zal de gemeente de afnemers van deze wijzigingen op de<br />
hoogte stellen.<br />
Het gegeven 12.10 "grondoppervlakte" wordt voor appartementen en<br />
andere <strong>WOZ</strong>-objecten waarvan de ondergrond (tezamen met de ondergrond<br />
van meerdere <strong>WOZ</strong>-objecten) is ondergebracht in een "sluimerend"<br />
<strong>WOZ</strong>-object op nul gesteld.<br />
De gegevens 14.20 en 14.30 worden alleen gevuld voor <strong>WOZ</strong>-objecten<br />
die door het waterschap gedeeltelijk moeten worden betrokken in de<br />
omslag gebouwd en gedeeltelijk in de omslag ongebouwd (gegeven 14.10<br />
"code gebouwd/ongebouwd" is gelijk "B").<br />
In het jaar 2001 worden beschikkingen in guldens en euro’s genomen,<br />
vanaf 2002 geldt de euro. Bij de gegevenslevering aan de afnemers zal<br />
steeds slechts één bedrag vermeld worden. Het gegeven "aanduiding<br />
valutasoort" zal dan de waarde "NLG" of "EUR" hebben. De afnemers<br />
kunnen zelf aan de hand van de vaste omrekenfactor de vastgestelde<br />
waarde bepalen in de valutasoort die zij nodig hebben.<br />
<strong>WOZ</strong>-objecten die geblokkeerd zijn door de gemeente worden wel in de<br />
gegevenslevering betrokken. Het gegeven "code blokkeren" wordt<br />
daartoe gevuld met de van toepassing zijde code.<br />
Commentaar:<br />
Het <strong>WOZ</strong>-object moet afgebakend zijn overeenkomstig de regels in de<br />
Wet <strong>WOZ</strong>. Naast deze reguliere <strong>WOZ</strong>-objecten wordt deze entiteit ook<br />
gevuld met zogenoemde "sluimerende" <strong>WOZ</strong>-objecten. Deze "sluimerende"<br />
<strong>WOZ</strong>-objecten worden gehanteerd om een bruikbare koppeling<br />
te maken tussen de ondergrond van bijvoorbeeld meergezinshuurwoningen<br />
of bedrijfsverzamelgebouwen met de kadastrale percelen. Voor<br />
een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object (gebruikscode = 90) zijn de gegevens<br />
betreffende de waardevaststelling (15.10, 15.20, 15.30, 15.40 en 15.50)<br />
niet relevant en daarom gelijk aan nul of leeg.<br />
De gegevenslevering is gebaseerd op <strong>WOZ</strong>-objecten die zijn afgebakend<br />
volgens de definitie van de Wet <strong>WOZ</strong>. Dit betekent dat een <strong>WOZ</strong>-object<br />
ook kan bestaan uit een samenstel van eigendommen. Dit samenstel<br />
83
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
wordt als één <strong>WOZ</strong>-object geleverd. Het gegeven grondoppervlakte is<br />
bijvoorbeeld de totale grondoppervlakte (kadastrale oppervlakte) van het<br />
<strong>WOZ</strong>-object, waarbij bijvoorbeeld de oppervlakte van verschillende<br />
eigendommen is opgeteld.<br />
Per 1 januari 1999 zijn aan deze entiteit toegevoegd: 15.40 (aanduiding<br />
valutasoort) en 15.50 (code blokkeren).<br />
84
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
Entiteitsnummer: 03<br />
Entiteitsnaam: Subject, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
oorspronkelijk<br />
Natuurlijk dan wel niet-natuurlijk persoon die onderwerp van rechten kan<br />
zijn.<br />
GFO Basisregistratie Vastgoed (naam: (Rechts-)persoon)<br />
Gegevenslijst: 01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
01.20 SoFi-nummer<br />
01.21 aanvulling SoFi-nummer<br />
01.30 Handelsregisternummer<br />
02.11 voorletters<br />
02.30 voorvoegsels<br />
02.31 voorvoegsels behorend bij partnernaam<br />
02.40 geslachtsnaam/statutaire naam<br />
02.41 partnernaam/bedrijfsnaam verkort<br />
03.10 geboortedatum natuurlijk persoon<br />
04.05 aanduiding naamgebruik<br />
08.10 datum overlijden natuurlijk persoon<br />
08.11 status subject<br />
10.10 functie adres<br />
10.20 woonplaatsnaam<br />
11.10 straatnaam<br />
11.20 huisnummer<br />
11.30 huisletter<br />
11.40 huisnummertoevoeging<br />
11.50 aanduiding bij huisnummer<br />
11.60 postcode<br />
11.70 lokatieomschrijving<br />
13.10 landnaam<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
85
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
DEEL II<br />
Deze entiteit wordt gevuld voor subjecten die één of meerdere keren<br />
worden aangemerkt als eigenaar, gebruiker of eigenaar-gebruiker.<br />
Gegeven 01.10 wordt alleen gevuld voor natuurlijke personen aan wie<br />
een A-nummer is toegekend.<br />
De gegevens 02.11, 02.30 en 02.31 worden alleen gevuld voor natuurlijke<br />
personen. Het gegeven 02.30 en 02.31 wordt gevuld indien bij de<br />
natuurlijke persoon sprake is van voorvoegsels bij de naam of de naam<br />
van de partner. Met de gegevens 02.40 en 02.41 is het mogelijk onderscheid<br />
te maken naar de geslachtsnaam of statutaire naam en de naam<br />
zoals die op verzoek van belanghebbende wordt gebruikt voor het<br />
afdrukken op de beschikking of belastingaanslagen of voor het zoeken<br />
in de bestanden. Met de toevoeging in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> van de gegevens<br />
08.10 en 08.11 is het mogelijk aan te geven op welke datum een<br />
natuurlijk persoon is overleden of een niet-natuurlijk persoon is opgeheven.<br />
De gegevens 10.20 tot en met 11.70 moeten zodanig worden gevuld dat<br />
een volledige adressering ontstaat.<br />
Subject (GFO Objectgebonden heffingen)<br />
Sleutel 01.10, 01.20 en 01.21<br />
Commentaar:<br />
Voor ieder subject moet de combinatie SoFi-nummer en aanvulling SoFinummer<br />
een unieke identificatie geven. Voor niet-natuurlijke personen<br />
betreft gegeven 01.20 het Fi-nummer dat de Belastingdienst hanteert.<br />
Indien het SoFi-nummer van een natuurlijke persoon of het Fi-nummer<br />
van een niet-natuurlijke persoon onbekend is of niet volledig uniek is,<br />
wordt aan het gegeven SoFi-nummer een aanvulling toegevoegd. De<br />
aanvulling SoFi-nummer mag ook altijd gevuld worden.<br />
Voor alle natuurlijke personen woonachtig in Nederland is door de<br />
afnemersstatus van gemeenten in het kader van het GBA-systeem het<br />
SoFi-nummer beschikbaar.<br />
De adresgegevens 10.20 tot en met 13.10 moeten zodanig gevuld worden<br />
dat op dit adres de <strong>WOZ</strong>-beschikking ook kan worden bezorgd.<br />
Per 1 januari 1999 zijn aan deze entiteit toegevoegd de gegevens: 01.30<br />
(Handelsregisternummer), 02.31 (voorvoegsels behorend bij partnernaam),<br />
02.41 (Partnernaam/bedrijfsnaam verkort), 03.10 (geboortedatum<br />
natuurlijk persoon), 08.10 (datum overlijden natuurlijk persoon), 08.11<br />
(status subject), 10.10 (functie adres).<br />
Deze wijzigingen bieden de volgende extra mogelijkheden:<br />
- zorgvuldige tenaamstelling met het gewenste gebruik van<br />
eigen naam en/of partnernaam, waarbij een eenduidige<br />
relatie met GBA wordt aangehouden;<br />
- zorgvuldige tenaamstelling, indien de belanghebbende is<br />
overleden;<br />
86
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
- unieke identificatie van niet-natuurlijke personen, door<br />
middel van het nieuwe Handelsregisternummer;<br />
- afzonderlijke uitwisseling van statutaire naam en bedrijfsnaam<br />
bij niet-natuurlijke personen;<br />
- unieke identificatie van natuurlijke personen die niet in GBA<br />
zijn geregistreerd (bijvoorbeeld buitenlandse eigenaren van<br />
onroerend goed) met de geboortedatum (voor de overige<br />
natuurlijke personen is dit gegevens direct uit GBA over te<br />
nemen.)<br />
87
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Entiteitsnummer: 04<br />
Entiteitsnaam:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Aanduiding van een kadastraal perceel of kadastraal object dat behoort<br />
tot het betreffende <strong>WOZ</strong>-object en het aandeel in dit <strong>WOZ</strong>-object in de<br />
vorm van de toegekende (kadastrale) oppervlakte.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevenslijst: 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
51.10 kadastrale gemeentecode<br />
51.20 sectie<br />
51.30 perceelnummer<br />
51.40 perceel-index-letter<br />
51.50 perceel-index-nummer<br />
52.10 toegekende oppervlakte<br />
52.20 meegetaxeerde oppervlakte gebouwd per kadastraal object<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Gebruik:<br />
Deze entiteit wordt gevuld voor iedere voorkomende relatie tussen een<br />
<strong>WOZ</strong>-object en een kadastraal perceel of kadastraal appartement. Indien<br />
een <strong>WOZ</strong>-object bestaat uit een geheel kadastraal perceel geeft deze<br />
entiteit de kadastrale aanduiding van het <strong>WOZ</strong>-object alsmede de<br />
kadastrale oppervlakte. Indien een <strong>WOZ</strong>-object bestaat uit een deel van<br />
een kadastraal perceel dan geeft deze entiteit de kadastrale aanduiding<br />
van het betrokken perceel alsmede de kadastrale oppervlakte die<br />
toegekend wordt aan het <strong>WOZ</strong>-object. Indien een <strong>WOZ</strong>-object bestaat<br />
uit meerdere kadastrale percelen, delen van meerdere kadastrale<br />
percelen of combinaties hiervan, dan wordt voor ieder van deze<br />
kadastrale percelen de entiteit Kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
gevuld.<br />
Indien de gehele ondergrond van een <strong>WOZ</strong>-object (tezamen met de<br />
ondergrond van meerdere <strong>WOZ</strong>-objecten) is ondergebracht in een<br />
"sluimerend" <strong>WOZ</strong>-object, moet het gegeven 52.10 "toegekende oppervlakte"<br />
op nul worden gesteld.<br />
88
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
Vergelijken met: -<br />
Het gegeven 52.20 wordt alleen gevuld indien het een <strong>WOZ</strong>-object<br />
betreft dat is aangeduid als "gedeeltelijk gebouwd, gedeeltelijk<br />
ongebouwd".<br />
Sleutel 01.01, 51.10, 51.20, 51.30, 51.40 en 51.50<br />
Commentaar:<br />
Deze entiteit legt in feite een relatie tussen <strong>WOZ</strong>-object (entiteit 02) en<br />
kadastraal object. Kadastraal object is echter geen afzonderlijke entiteit<br />
in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>. Het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> gaat er van uit dat de afnemers (met<br />
name de waterschappen) indien noodzakelijk zelf over de gegevens met<br />
betrekking tot de kadastrale percelen beschikken.<br />
De kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object is zowel van belang voor<br />
"feitelijke" <strong>WOZ</strong>-objecten als voor "sluimerende" <strong>WOZ</strong>-objecten. Bij<br />
een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object geeft deze entiteit de kadastrale gegevens<br />
met betrekking tot meerdere <strong>WOZ</strong>-objecten (bijvoorbeeld een complex<br />
huurwoningen). Bij de afzonderlijke <strong>WOZ</strong>-objecten binnen het desbetreffende<br />
complex (de afzonderlijke woningen) kan volstaan worden met het<br />
vermelden van de kadastrale aanduiding (gegevens 51.10 tot en met<br />
51.50) van het meest betrokken perceel. Indien het <strong>WOZ</strong>-object<br />
overeenstemt met een kadastraal appartement dan bevat de kadastrale<br />
aanduiding bij dit <strong>WOZ</strong>-object de kadastrale aanduiding van het appartement.<br />
Het sluimerend <strong>WOZ</strong>-object legt de relatie met de onder het<br />
appartementencomplex gelegen kadastrale percelen.<br />
De oppervlaktegegevens zijn bij die <strong>WOZ</strong>-objecten, waarvan de ondergrond<br />
is ondergebracht in een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object, gelijk aan nul.<br />
89
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Entiteitsnummer: 06<br />
Entiteitsnaam:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Identificatie eigenaar/gebruiker<br />
oorspronkelijk<br />
Aanduiding of een subject door de gemeente is aangewezen als eigenaar,<br />
eigenaar-gebruiker dan wel gebruiker overeenkomstig de regels geformuleerd<br />
in de Wet <strong>WOZ</strong>.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevenslijst: 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
01.20 SoFi-nummer<br />
01.21 aanvulling SoFi-nummer<br />
41.10 aanduiding eigenaar/gebruiker<br />
41.20 zakelijk-rechtcode<br />
41.30 c.s.-code<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Gebruik:<br />
Deze entiteit wordt aan het begin van het tijdvak gevuld voor ieder object<br />
waarvoor een beschikking is genomen. Per object wordt de entiteit<br />
eenmaal gevuld indien er sprake is van een eigenaar-gebruiker of indien<br />
het object niet gebruikt wordt. In andere gevallen wordt de entiteit<br />
tweemaal gevuld voor respectievelijk de eigenaar en de gebruiker. In de<br />
loop van het tijdvak worden alle eigenarenmutaties en gebruikersmutaties<br />
geleverd door middel van deze entiteit ook als er geen sprake is van een<br />
nieuwe beschikking.<br />
Vergelijken met: -<br />
Gegeven 01.10 wordt alleen gevuld voor natuurlijke personen aan wie<br />
een A-nummer is toegekend.<br />
Gegeven 41.20 wordt alleen gevuld indien de identificatie een eigenaar<br />
of een eigenaar-gebruiker betreft.<br />
Gegeven 41.30 wordt alleen gevuld indien er sprake is van meerdere<br />
eigenaren of meerdere gebruikers, hetgeen in een c.s. aanduiding bij de<br />
tenaamstelling van de <strong>WOZ</strong>-beschikking is aangegeven, en hetgeen ook<br />
door de afnemers op de aanslag tot uitdrukking gebracht kan worden.<br />
90
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
Sleutel: 01.01, 01.10, 01.20, 01.21 en 41.10<br />
Commentaar:<br />
Het gegeven 01.21 is in september 1995 toegevoegd.<br />
Voor de aanduiding van het subject wordt voor alle subjecten het SoFinummer<br />
gebruikt. (SoFi-nummer voor natuurlijke personen, Fi-nummer<br />
voor niet-natuurlijke personen). Indien het SoFi-nummer niet een unieke<br />
identificatie geeft van de naam-, adres- en woonplaatsgegevens die de<br />
gemeente heeft gehanteerd, zorgt de aanvulling SoFi-nummer (01.21)<br />
voor een landelijk unieke verwijzing naar deze adresgegevens.<br />
Bij natuurlijke personen wordt daarnaast het A-nummer gebruikt in<br />
verband met de koppeling aan het GBA-systeem.<br />
91
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Entiteitsnummer: 07<br />
Entiteitsnaam:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Waterschapsgrens<br />
oorspronkelijk<br />
Aanduiding omtrent het aan verschillende waterschappen toe te rekenen<br />
deel van de waarde van een <strong>WOZ</strong>-object dat in meer dan één waterschap<br />
is gelegen.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevenslijst: 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15.10 vastgestelde waarde<br />
71.10 code afnemer<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Gebruik:<br />
Deze entiteit wordt alleen gevuld voor <strong>WOZ</strong>-objecten die gelegen zijn in<br />
meer dan één waterschap of die slechts gedeeltelijk in een waterschap<br />
zijn gelegen. Voor ieder waterschap waarin het <strong>WOZ</strong>-object is gelegen<br />
wordt deze entiteit gevuld met een aanduiding van het waterschap en de<br />
vastgestelde waarde die toegerekend wordt aan dit waterschap.<br />
Vergelijken met: -<br />
Sleutel: 01.01 en 71.10<br />
Commentaar:<br />
Voor een gemeente die geheel is gelegen binnen één waterschap is deze<br />
entiteit niet relevant.<br />
Er worden slechts "70-records" (Waterschapsgrens) geleverd voor die<br />
objecten die binnen twee of meer waterschappen vallen. De objecten<br />
worden in dat geval daadwerkelijk doorsneden. Voor objecten die geheel<br />
binnen één waterschap vallen worden geen "70-records" geleverd.<br />
92
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
Entiteitsnummer: 08<br />
Entiteitsnaam:<br />
Beschikking<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Aanduiding omtrent de wijziging van de status van een <strong>WOZ</strong>-beschikking.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevenslijst: 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
01.20 SoFi-nummer<br />
01.21 aanvulling SoFi-nummer<br />
15.20 waardepeildatum<br />
22.10 code status beschikking<br />
22.20 datum status<br />
81.10 mutatiecode<br />
81.20 ingangsdatum<br />
81.30 einddatum<br />
Gebruik:<br />
Deze entiteit wordt altijd initieel gevuld voor elk <strong>WOZ</strong>-object waarvoor<br />
één of meer beschikkingen zijn genomen. Dit betekent dat met uitzondering<br />
van een sluimerend of een geblokkeerd <strong>WOZ</strong>-object ook een<br />
voorkomen van de entiteit beschikking wordt geleverd waarbij onder<br />
meer het gegeven "code status beschikking" en het gegeven "datum<br />
status" gevuld zijn.<br />
Een verandering in de status van de beschikking kan ontstaan doordat<br />
tegen de beschikking bezwaar wordt gemaakt door een belanghebbende<br />
of doordat een beroepsprocedure wordt begonnen. Veranderingen van de<br />
status van de beschikking, zoals indienen van bezwaar, afdoen van<br />
bezwaar door de gemeente, instellen van beroep, uitspraak inzake het<br />
beroep en cassatie worden door de gemeente gemeld aan de afnemers<br />
door middel van deze entiteit. Voor elke nieuwe beschikking wordt deze<br />
entiteit gevuld, alsmede voor elk bezwaarschrift dat binnenkomt of is<br />
afgehandeld.<br />
Vergelijken met: -<br />
Sleutel: 01.01, 01.10, 01,20 en 01,21<br />
93
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
Commentaar:<br />
DEEL II<br />
De entiteit "Beschikking" heeft een directe relatie met de entiteit<br />
"identificatie eigenaar/gebruiker" en de entiteit "<strong>WOZ</strong>-object". Er is<br />
gekozen voor een afzonderlijke entiteit "Beschikking" om de gegevenslevering<br />
met betrekking tot veranderingen van de status van een<br />
beschikking te vereenvoudigen. Verandering van de status van de<br />
beschikking (bezwaar ingediend, bezwaar afgewezen, beroep aangetekend,<br />
et cetera) leidt alleen tot veranderingen in de entiteit "Beschikking",<br />
terwijl de entiteit "<strong>WOZ</strong>-object" en de entiteit "identificatie<br />
eigenaar/gebruiker onveranderd blijven.<br />
Indien bij uitspraak in bezwaar/beroep de waarde wordt veranderd, moet<br />
gelijk een wijziging in het <strong>WOZ</strong>-objectrecord worden geleverd.<br />
In de wijziging van het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> per 1 januari 1999 is de entiteit<br />
beschikking uitgebreid met de uniek identificerende gegevens van een<br />
belanghebbende (gegevens 01.10 tot en met 01.21) zodat altijd herleidbaar<br />
is welke mutatie in de status van een beschikking betrekking heeft<br />
op welke belanghebbende. Daarmee vervalt de noodzaak van het<br />
gegeven "volgnummer beschikking".<br />
Tevens is in de wijziging per 1 januari 1999 geregeld dat, wanneer aan<br />
het begin van een tijdvak voor alle <strong>WOZ</strong>-objecten een beschikking wordt<br />
genomen, een voorkomen van de entiteit beschikking wordt geleverd.<br />
Ook nieuwe beschikkingen tijdens het tijdvak moeten in de gegevenslevering<br />
aan de afnemers met een voorkomen van deze entiteit gemeld<br />
worden.<br />
Per 1 januari 1999 is aan deze entiteit ook toegevoegd het gegeven 22.20<br />
(datum status), waarmee de afnemers geïnformeerd worden over<br />
bijvoorbeeld de dagtekening van een beschikking of de uitspraak op een<br />
bezwaarschrift. Deze datum is van belang in verband met artikel 18a van<br />
de Algemene wet inzake rijksbelastingen.<br />
94
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
3. DEFINITIE ENTITEITEN<br />
Entiteitsnummer: 09<br />
Entiteitsnaam: Beschrijvende gegevens, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
oorspronkelijk<br />
Informatie gericht op een optimale verwerking en controle van de<br />
geleverde gegevens door de afnemers.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevenslijst: 09.10 gemeentecode<br />
09.11 gemeentenaam<br />
71.10 code afnemer<br />
91.10 contactpersoon<br />
91.20 telefoonnummer contactpersoon<br />
91.30 softwareleverancier<br />
91.40 <strong>versie</strong> <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
92.10 aanmaakdatum<br />
92.20 bijgewerkt tot en met maand<br />
92.30 datum vorige aanlevering<br />
93.10 recordidentificatiecode<br />
93.20 deelbestandsidentificatiecode<br />
93.30 aard leveringsbestand<br />
Gebruik:<br />
Deze entiteit wordt gevuld elke keer dat de gemeente gegevens levert<br />
aan één van haar afnemers.<br />
Vergelijken met: -<br />
Sleutel:<br />
nvt.<br />
Commentaar: -<br />
95
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
96
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
4.1 Toelichting categorieën definitie gegevens<br />
Bij de definitie van de gegevens in het gegevenswoordenboek wordt overeenkomstig<br />
de definitie van de entiteiten voor ieder apart gegeven een aantal<br />
categorieën in de definitie onderscheiden. De betekenis van de categorieën komt<br />
in onderstaand overzicht naar voren:<br />
Gegevensnummer:<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Ieder gegeven in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> heeft een uniek nummer, dat bestaat uit<br />
drie elementen. De eerste twee cijfers zijn een nummer voor de entiteit.<br />
De volgende twee cijfers zijn gebruikt om bij elkaar behorende gegevens<br />
zoveel mogelijk te groeperen (bijvoorbeeld adresgegevens: 11). De<br />
laatste twee cijfers maken het nummer tot een uniek nummer. Wanneer<br />
een gegeven in meerdere entiteiten wordt gebruikt, wordt binnen elke<br />
entiteit uitgegaan van dezelfde definitie. Daarom zijn de eerste twee<br />
cijfers in het gegevenswoordenboek niet gebruikt, maar staat wel<br />
aangegeven in welke entiteit het gegeven voorkomt. De systematiek van<br />
nummering is overeenkomstig het Logisch Ontwerp GBA en overeenkomende<br />
gegevens hebben ook zo veel mogelijk een overeenkomend<br />
nummer gekregen.<br />
Ieder gegeven in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> heeft binnen een entiteit een unieke<br />
naam. De combinatie entiteit en gegevensnaam levert voor ieder gegeven<br />
een eenduidige aanduiding op, die bijvoorbeeld gebruikt kan worden voor<br />
onderlinge verwijzingen.<br />
Alle gegevens zijn ingedeeld in een aantal groepen. Deze groepen (of<br />
entiteiten) hebben een unieke naam en zijn gedefinieerd in het vorige<br />
hoofdstuk. Bij iedere gegevensdefinitie wordt aangegeven in welke<br />
entiteit het gegeven voorkomt.<br />
Datum waarop een gegeven is opgenomen in het gegevenswoordenboek.<br />
Deze categorie is vooral belangrijk om wijzigingen in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
zichtbaar te maken. Alle definities die bij de eerste <strong>versie</strong> van het<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> zijn gegeven, hebben de aanduiding "oorspronkelijk". Bij<br />
latere wijzigingen wordt de datum gegeven waarop deze definitie is<br />
opgenomen of in belangrijke mate is gewijzigd.<br />
Bij het stellen van een eenduidige definitie is zoveel mogelijk aangesloten<br />
bij de bestaande definities uit de Nederlandse Normen Algemene<br />
persoonsgegevens en Adressen (NEN 1888 en NEN 5825), het Logisch<br />
Ontwerp GBA en de Gemeentelijke Functionele Ontwerpen. Indien<br />
hierin verwezen wordt naar een onderliggende definitie, wordt deze<br />
97
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
verwijzing overgenomen, zodat verwezen wordt naar de meest oorspronkelijke<br />
definitie.<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Lengte:<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
Hier wordt aangegeven waar de definitie vandaan komt.<br />
Geeft aan of het een numeriek of een alfanumeriek gegeven betreft of<br />
een datum.<br />
Geeft aan hoeveel posities gereserveerd dienen te worden voor het<br />
betreffende gegeven.<br />
Geeft de verzameling van waarden aan die een gegeven kan aannemen.<br />
Dit kan worden aangegeven door een waardebereik met boven en<br />
ondergrens (bijvoorbeeld A - E, of 01 - 99) of een verwijzing naar een<br />
tabel of een coderingslijst.<br />
Aangegeven wordt of één van de drie bij de Wet <strong>WOZ</strong> betrokken<br />
partijen verantwoordelijk is voor het gegeven of dat een externe partij<br />
daarvoor verantwoordelijk is. Deze verantwoordelijkheid heeft alleen<br />
betrekking op het toekennen van de betreffende waarde. De<br />
verantwoordelijkheid van registratie en bijhouding ligt bij de houder van<br />
het bestand.<br />
Onder gebruik kan aangeduid worden welke rol het betreffende gegeven<br />
speelt in de gehele levering van informatie. Deze categorie is met name<br />
van belang voor de gegevens die niet altijd ingevuld behoeven te worden,<br />
omdat ze niet voor ieder <strong>WOZ</strong>-object relevant of noodzakelijk zijn.<br />
In deze categorie wordt de vergelijking gemaakt met andere definities<br />
van gegevens en wordt aangegeven in hoeverre er sprake is van volledige<br />
vergelijkbaarheid. Voor gegevens waarbij verschillende namen worden<br />
gehanteerd, levert dit een synoniemaanduiding. Voor gegevens waar de<br />
inhoud van de definitie verschilt, wordt een indicatie van de verschillen<br />
gegeven.<br />
Onder commentaar kunnen aanvullende opmerkingen geplaatst worden<br />
die:<br />
- een nadere uitwerking vormen van de definitie;<br />
- de gebruiker nuttige tips kunnen geven; of<br />
- van belang zijn om een goede <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> gegevensuitwisseling te<br />
realiseren.<br />
98
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
4.2 Definitie<br />
99
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 01.01<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
<strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
<strong>WOZ</strong>-object, identificatie eigenaar/gebruiker, kadastrale identificatie<br />
<strong>WOZ</strong>-object, waterschapsgrens, beschikking<br />
oorspronkelijk<br />
Uniek identificerend administratienummer van een <strong>WOZ</strong>-object zoals<br />
toegekend door de gemeente waarin het <strong>WOZ</strong>-object is gelegen.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 12<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
De eerste vier cijfers:<br />
een code die voorkomt in de tabel Gemeenten (tabel 33) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA)<br />
De laatste acht cijfers:<br />
00000000 - 99999999<br />
gemeente<br />
Het gegeven is essentieel voor de koppeling van de verschillende<br />
entiteiten die betrekking hebben op één <strong>WOZ</strong>-object. Het nummer moet<br />
uniek zijn. De eerste vier cijfers van het nummer komen overeen met de<br />
gemeentecode. De gemeente is er verantwoordelijk voor dat de volgende<br />
acht cijfers een uniek nummer binnen de gemeente vormen. Het <strong>WOZ</strong>objectnummer<br />
verandert niet bij wijziging van de waardepeildatum. Bij<br />
de volgende wijzigingen in een nieuw tijdvak dan wel tijdens een tijdvak<br />
blijft het <strong>WOZ</strong>-objectnummer ook gelijk, te weten:<br />
- verandering van de vastgestelde waarde zonder dat er een<br />
wijziging van het object heeft plaatsgevonden;<br />
- verandering van de waarde op grond van een bijzondere<br />
omstandigheid, specifiek voor de onroerende zaak;<br />
- verandering van het object door bouw, verbouwing, verbetering,<br />
afbraak of vernietiging, hetzij verandering van bestemming;<br />
- marginale verandering van de objectafbakening die het karakter<br />
van het <strong>WOZ</strong>-object niet verandert.<br />
Vergelijken met: -<br />
100
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Commentaar:<br />
Het <strong>WOZ</strong>-objectnummer is een uniek identificerend gegeven van het<br />
<strong>WOZ</strong>-object in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>. Het gebruik van een uniek nummer in<br />
plaats van een unieke identificatie op basis van de gegevens gemeentenaam,<br />
straatnaam, huisnummer, huisletter, huisnummertoevoeging,<br />
aanduiding bij huisnummer, eventueel aangevuld met een lokatieomschrijving<br />
vereenvoudigt de verwerking door de afnemers aanzienlijk.<br />
De eerste vier cijfers van het <strong>WOZ</strong>-objectnummer moeten overeenkomen<br />
met de gemeentecode zoals vermeld bij de entiteit beschrijvende<br />
gegevens.<br />
101
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 01.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
A-nummer natuurlijk persoon<br />
subject, identificatie eigenaar/gebruiker, beschikking<br />
oorspronkelijk<br />
Een door een gemeente in het kader van de Gemeentelijke Basisadministratie<br />
Persoonsgegevens aan een persoon toegewezen identificator.<br />
Herkomst definitie: NEN 1888<br />
Type:<br />
numeriek<br />
Lengte: 10<br />
Domein: 0<br />
1000000000 - 9999999999<br />
Indien het nummer per cijfer wordt aangeduid (a0 a1 a2 a3 a4 a5 a6 a7<br />
a8 a9) dan zijn de volgende voorwaarden te controleren:<br />
Twee opeenvolgende cijfers zijn ongelijk<br />
De som van de cijfers (a0+a1+...+a9) is deelbaar door 11<br />
(1*a0)+(2*a1)+(4*a3)+...+(512*a9) is deelbaar door 11<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente (GBA)<br />
Dit nummer wordt primair gebruikt voor aansluiting op GBA-informatie.<br />
Binnen de gegevenslevering zal echter het SoFi-nummer (met aanvulling)<br />
een belangrijkere rol gaan spelen, omdat het SoFi-nummer zowel voor<br />
natuurlijke als voor niet-natuurlijke personen beschikbaar is.<br />
Levering van een unieke combinatie van SoFi-nummer met aanvulling is<br />
voor elk subject verplicht. Bij alle natuurlijke personen wordt in beginsel<br />
een A-nummer verstrekt. Bij een natuurlijk persoon zonder A-nummer<br />
(bijvoorbeeld in buitenland woonachtig) krijgt het gegeven de waarde<br />
nul.<br />
Elk A-nummer dat gebruikt wordt in de entiteit "Identificatie<br />
eigenaar/gebruiker" moet gekoppeld kunnen worden aan hetzelfde<br />
A-nummer in de entiteit "Subject".<br />
Indien een subject is overleden blijft het gegeven A-nummer natuurlijk<br />
persoon gevuld met het oorspronkelijke gegeven. Dit gegeven wordt niet<br />
gevuld met "0".<br />
Vergelijken met: administratienummer GBA (NEN 1888)<br />
A-nummer (GBA)<br />
102
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
persoon A-nummer (GFO OGH en GFO BRVG)<br />
Commentaar: GBA-wet artikel 50:<br />
1. Het administratienummer wordt toegekend op een door Onze<br />
Minister te bepalen wijze uit door hem beschikbaar gestelde<br />
nummers.<br />
2. Het administratienummer bevat geen informatie omtrent de<br />
persoon op wie het betrekking heeft.<br />
3. Onze Minister, onderscheidenlijk het gemeentebestuur, draagt zorg<br />
dat het administratienummer foutloos en slechts een maal beschikbaar<br />
wordt gesteld, onderscheidenlijk wordt toegekend.<br />
4. De administratienummers van de ouders, de echtgenoot, de eerdere<br />
echtgenoten en de kinderen worden ontleend aan de desbetreffende<br />
persoonslijsten.<br />
5. De datum waarop het administratienummer van de ouder, de<br />
echtgenoot, de eerdere echtgenoot of het kind van kracht is<br />
geworden, wordt slechts op de persoonslijst van de ingeschrevene<br />
opgenomen, indien die datum ligt na de datum waarop de familierechtelijke<br />
betrekking met de ingeschrevene is ontstaan.<br />
103
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 01.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
SoFi-nummer<br />
subject, identificatie eigenaar/gebruiker, beschikking<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Een door de Belastingdienst aan een persoon toegekende identificator.<br />
Herkomst definitie: NEN 1888<br />
Type:<br />
numeriek<br />
Lengte: 9<br />
Domein: 0 - 999999999<br />
Indien het nummer per cijfer wordt aangeduid (n9 n8 n7 n6 n5 n4 n3 n2<br />
n1) dan is de volgende voorwaarde te controleren:<br />
De som van de cijfers (n2*2) + (n3*3) + (n4*4) + ... + (n9*9) wordt<br />
gedeeld door 11. Het restgetal is gelijk aan n1 (het laatste cijfer van het<br />
SoFi-nummer). Het restgetal mag nooit 10 zijn<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
Belastingdienst (voor natuurlijke personen via GBA)<br />
Voor alle subjecten moet een unieke combinatie van SoFi-nummer en<br />
aanvulling SoFi-nummer worden ingevuld, omdat dit binnen de<br />
gegevenslevering een koppelingsgegeven vormt. De SoFi nummers van<br />
in Nederland woonachtige natuurlijke personen kunnen door middel van<br />
het GBA-systeem verkregen worden (afnemersstatus voor personen<br />
woonachtig in andere gemeenten).<br />
Indien een SoFi-nummer niet in het GBA-systeem is geregistreerd, wordt<br />
navraag gedaan bij de Belastingdienst. De Belastingdienst deelt op<br />
verzoek het SoFi-nummer mede aan de gemeente of deelt mede dat aan<br />
het betreffende subject geen SoFi-nummer wordt toegekend.<br />
Elk SoFi-nummer (in combinatie met 01.21 aanvulling SoFi-nummer) in<br />
de entiteit "Identificatie eigenaar/gebruiker" moet gekoppeld kunnen<br />
worden aan hetzelfde SoFi-nummer (met dezelfde aanvulling SoFinummer)<br />
in de entiteit "Subject". Dit geldt ook voor de entiteit "Beschikking".<br />
Indien een subject is overleden of een niet-natuurlijk persoon is<br />
opgeheven blijft het gegeven SoFi-nummer gevuld met het oorspronkelijke<br />
gegeven. Dit gegeven wordt niet gevuld met "0".<br />
Vergelijken met: SOFI-nummer (NEN 1888)<br />
104
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Commentaar:<br />
In september 1995 is het gegeven 01.21 aan het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> toegevoegd,<br />
waardoor nu SoFi-nummer in combinatie met aanvulling SoFi-nummer<br />
een unieke identificatie moet vormen.<br />
De Belastingdienst duidt de nummers voor natuurlijke personen aan als<br />
SoFi-nummer en voor niet-natuurlijke personen als Fi-nummer. In het<br />
kader van het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> wordt in alle gevallen gesproken over het<br />
gegeven "01.20 SoFi-nummer".<br />
Per januari 1999 is het gebruik van het SoFi-nummer gewijzigd met<br />
betrekking tot natuurlijke personen die overleden zijn en rechtspersonen<br />
die ontbonden zijn. Dit is mogelijk door het nieuwe gegeven 08.11 "status<br />
subject". Met dit gegeven kan aangegeven worden of een subject al dan<br />
niet actief is. Daarom kan ook na het overlijden het oorspronkelijke<br />
gegeven SoFi-nummer gebruikt blijven worden, waarmee de afnemers<br />
weten dat de erven van de overledene in de plaats treden van de<br />
oorspronkelijke belanghebbende.<br />
105
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 01.21<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
aanvulling SoFi-nummer<br />
subject, identificatie eigenaar/gebruiker, beschikking<br />
Datum opname: september 1995<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Een door de gemeente aan een rechtspersoon toegekend volgnummer,<br />
zodat in combinatie met het gegeven 01.20 SoFi-nummer een unieke<br />
identificatie gegeven wordt voor een eigenaar of een gebruiker van een<br />
onroerende zaak.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 10<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
De eerste vier cijfers:<br />
een code die voorkomt in de tabel Gemeenten (tabel 33) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA)<br />
De laatste zes cijfers:<br />
000000 - 999999<br />
gemeente<br />
Voor alle subjecten moet de combinatie SoFi-nummer en aanvulling<br />
SoFi-nummer een unieke aanduiding vormen. Voor de meeste subjecten<br />
zal het gegeven 01.20 reeds uniek zijn. Dan is een nader volgnummer niet<br />
noodzakelijk en wordt dit gegeven gevuld met de gemeentecode gevolgd<br />
door "000000". Het gebruik van een andere cijfercombinatie is ook<br />
toegestaan (bijvoorbeeld een gemeentelijk subjectnummer).<br />
Indien de Belastingdienst een Fi-nummer heeft toegekend aan een<br />
rechtspersoon en de gemeente wil één of meerdere onderdelen van deze<br />
rechtspersoon aanduiden, dan wordt een volgnummer toegekend. Door<br />
het gebruik van de gemeentecode is dit volgnummer landelijk uniek.<br />
Indien een gemeente op een <strong>WOZ</strong>-beschikking een ander adres heeft<br />
gehanteerd dan het officiële woonadres van een natuurlijk persoon<br />
(GBA) dan kan door de aanvulling SoFi-nummer ook de relatie tussen<br />
het betreffende <strong>WOZ</strong>-object en het afwijkende adres herkenbaar zijn,<br />
terwijl andere <strong>WOZ</strong>-beschikkingen bijvoorbeeld wel zijn gericht aan het<br />
officiële woonadres.<br />
Voor de subjecten waarvoor de Belastingdienst geen SoFi-nummer heeft<br />
toegekend, kan de aanvulling SoFi-nummer gebruikt worden als<br />
106
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Vergelijken met: -<br />
identificatie van het subject in combinatie met "0" als SoFi-nummer. Dit<br />
doet zich mogelijk voor bij rechtspersonen die bijvoorbeeld niet<br />
belastingplichtig zijn voor rijksbelastingen, maar wel gebruik maken van<br />
een onroerende zaak (bijvoorbeeld een stichting).<br />
Elke combinatie van SoFi-nummer en aanvulling SoFi-nummer in de<br />
entiteit "Identificatie eigenaar/gebruiker" moet gekoppeld kunnen<br />
worden aan dezelfde combinatie in de entiteit "Subject". Dit geldt ook<br />
voor de gegevens in de entiteit "Beschikking".<br />
Commentaar:<br />
Ook indien het SoFi-nummer bekend is, is het toegestaan naast dit SoFinummer<br />
een aanvulling SoFi-nummer te leveren.<br />
107
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 01.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Handelsregisternummer<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Uniek identificerend administratienummer van een rechtspersoon zoals<br />
toegewezen door de Kamer van Koophandel.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 8<br />
Domein: 0 - 99999999<br />
Bron:<br />
Kamer van Koophandel<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
rechtspersoon KvK-nummer (GFO OGH en GFO BRVG)<br />
Het Kamer van Koophandelnummer was een facultatief gegeven in <strong>Stuf</strong>-<br />
<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 1. Het Handelsregisternummer heeft een lengte van 8<br />
posities in tegenstelling tot het vervallen facultatieve gegeven "Kamer<br />
van Koophandelnummer" van 12 posities.<br />
Op basis van de nieuwe Handelsregisterwet (Stb. 1996, 181) heeft vanaf<br />
1 oktober 1998 elke rechtspersoon die in het register van de Kamer van<br />
Koophandel is ingeschreven een uniek identificerend nummer. Dit<br />
nummer wordt niet gewijzigd indien de betreffende rechtspersoon als<br />
gevolg van een verhuizing of anderszins onder het ambtsgebied van een<br />
andere Kamer van Koophandel komt te vallen.<br />
Rechtspersonen mogen tot 1 oktober 2001 nog gebruik maken van de<br />
oude Kamer van Koophandel nummers. Bij het eventueel opvragen van<br />
het Handelsregisternummer wordt geadviseerd te vragen naar het nieuwe<br />
Handelsregisternummer.<br />
108
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 02.11<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
voorletters<br />
subject<br />
oorspronkelijk<br />
De reeks letters die wordt gevormd door de eerste letter van alle in<br />
volgorde voorkomende voornamen.<br />
Herkomst definitie: NEN 1888<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 10<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
"leeg"<br />
veld is zonder punten al dan niet met diacrieten opgebouwd uit:<br />
a - zzzzzzzzzz<br />
A - ZZZZZZZZZZ<br />
gemeente<br />
Dit gegeven is afgeleid uit het gegeven "Voornamen" in de Gemeentelijke<br />
Basisadministratie Persoonsgegevens. Volgens NEN 1888 is de voorletter<br />
van een voornaam zoals Jan-Pieter "J" en hebben namen als Christiaan,<br />
Philip en Theo de voorletters "C", respectievelijk "P", respectievelijk<br />
"T".<br />
Vergelijken met: voorletters (NEN 1888)<br />
Commentaar:<br />
In het GBA zijn alleen de volledige voornamen opgenomen. Hiervoor is<br />
een lengte van 200 posities gereserveerd. Voor de gegevenslevering in<br />
het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> is het werken met voorletters doelmatiger,<br />
maar de voorletters zijn niet standaard beschikbaar in de GBA en zullen<br />
eventueel afzonderlijk moeten worden bijgehouden. In bepaalde gevallen<br />
kan het voorkomen dat van een natuurlijk persoon geen voornamen<br />
bekend zijn en derhalve geen voorletters te bepalen zijn. Dit gegeven<br />
krijgt dan de waarde "leeg".<br />
NEN 1888 definieert een lengte van 6 posities voor de voorletters.<br />
Het domein heeft betrekking op maximaal tien voorletters. Er worden<br />
geen punten tussen de letters geplaatst.<br />
109
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 02.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
voorvoegsels<br />
subject<br />
oorspronkelijk<br />
De verzameling van een of meer voorzetsels en/of lidwoorden die aan het<br />
significante deel van de achternaam vooraf gaat en daarmee gezamenlijk<br />
de achternaam vormt.<br />
Herkomst definitie: NEN 1888<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 10<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
"leeg"<br />
Voorvoegsels die voorkomen in de tabel Voorvoegsels (tabel 36) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA).<br />
gemeente (GBA)<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: voorvoegsel (NEN 1888)<br />
voorvoegsel geslachtsnaam (GBA)<br />
Commentaar:<br />
Het Logisch Ontwerp GBA definieert dit gegeven als "Dat deel van de<br />
geslachtsnaam dat voorkomt in tabel 36 (Voorvoegsels) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) en door een<br />
spatie van de geslachtsnaam is gescheiden.<br />
Als na het afsplitsen van de voorvoegsels geen geslachtsnaam meer overblijft,<br />
wordt het laatste deel van de voorvoegsels geslachtsnaam."<br />
110
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 02.31<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
voorvoegsels behorend bij partnernaam<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
De verzameling van een of meer voorzetsels en/of lidwoorden die aan het<br />
significante deel van de achternaam van de partnernaam vooraf gaat en<br />
daarmee gezamenlijk de achternaam van de partner vormt.<br />
Herkomst definitie: NEN 1888<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 10<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
"leeg"<br />
Voorvoegsels die voorkomen in de tabel Voorvoegsels (tabel 36) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA).<br />
gemeente (GBA)<br />
Dit gegeven wordt gebruikt in samenhang met de "aanduiding naamgebruik".<br />
Indien "aanduiding naamgebruik" de waarde heeft "N", "P" of<br />
"V" dienen de eventuele voorvoegsels van de partner in dit gegeven<br />
vermeld te worden.<br />
Vergelijken met: voorvoegsel (NEN 1888)<br />
voorvoegsel geslachtsnaam (GBA)<br />
Commentaar:<br />
Het Logisch Ontwerp GBA definieert dit gegeven als "Dat deel van de<br />
geslachtsnaam dat voorkomt in tabel 36 (Voorvoegsels) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) en door een<br />
spatie van de geslachtsnaam is gescheiden.<br />
Als na het afsplitsen van de voorvoegsels geen geslachtsnaam meer overblijft,<br />
wordt het laatste deel van de voorvoegsels geslachtsnaam."<br />
Opname van dit gegeven per 1 januari 1999 houdt verband met de<br />
invoering "partnernaam/bedrijfsnaam verkort".<br />
111
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 02.40<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
geslachtsnaam/statutaire naam<br />
subject<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Voor natuurlijke personen:<br />
De (geslachts)naam waarvan zo nodig het voorvoegsel en de<br />
adellijke titel/predikaat zijn afgesplitst.<br />
Voor niet-natuurlijke personen:<br />
Naamgegevens van de rechtspersoon zoals ontleend aan de<br />
registratie bij de Kamer van Koophandel.<br />
Logisch Ontwerp GBA 01-06-1990 (natuurlijke personen)<br />
GFO Basisregistratie Vastgoed (niet-natuurlijke personen)<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 135<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente (GBA)<br />
In dit gegeven wordt de officiële naam vermeld van de betreffende<br />
(rechts)persoon zoals die is ontleend aan de bevolkingsadministratie of<br />
aan de registratie bij de Kamer van Koophandel. De naam in de bevolkingsadministratie<br />
betreft altijd de "eigen naam" van de persoon. Op de<br />
<strong>WOZ</strong>-beschikking kan deze "eigen naam" zijn gecombineerd met de<br />
naam van de partner. Het gegeven 02.40 wordt dan zodanig geformuleerd<br />
dat dit gegeven (eventueel in combinatie met het er voor geplaatste<br />
gegeven 02.30 voorvoegsels) een correcte naam geeft. Het kan voorkomen<br />
dat de geslachtsnaam in het GBA groter is dan 135 posities. In dit<br />
geval wordt het gegeven geslachtsnaam/statutaire naam afgekapt na<br />
positie 135.<br />
Indien de betreffende natuurlijke persoon heeft aangegeven dat het de<br />
voorkeur heeft onder de partnernaam aangeschreven te worden, wordt<br />
het gegeven "partnernaam/bedrijfsnaam verkort" gevuld. Dit veld wordt<br />
gevuld met de achternaam van de partner. Waar nodig wordt dit gegeven<br />
ingekort. Tevens wordt eventueel het gegeven "voorvoegsels behorend<br />
bij partnernaam" gevuld. Middels het gegeven "code naamgebruik" wordt<br />
kenbaar gemaakt of het gegeven "partnernaam/bedrijfsnaam verkort"<br />
gebruikt dient te worden.<br />
112
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Indien een natuurlijk persoon is overleden bevat het gegeven "geslachtsnaam/statutaire<br />
naam" de naam van de overleden persoon en geen<br />
aanduiding "Erven van". Desgewenst kan de afnemer ten behoeve van<br />
de aanschrijving van de erven deze toevoeging afleiden uit het gegeven<br />
"status subject".<br />
Voor wat betreft een rechtspersoon wordt uitgegaan van de exacte<br />
statutaire naam geregistreerd bij de Kamer van Koophandel. De<br />
statutaire naam komt overeen met de juridische naam en wordt niet<br />
ingekort of alternatief geschreven.<br />
Vergelijken met: significant deel van de achternaam (NEN 1888)<br />
rechtspersoonnaam (GFO BRVG)<br />
subjectnaam (GFO OGH)<br />
Commentaar:<br />
Per 1 januari 1999 is het mogelijk om naast de geslachtsnaam van de<br />
natuurlijke persoon of de statutaire naam van de niet-natuurlijke persoon<br />
de partnernaam of bedrijfsnaam te hanteren in het gegeven 02.41. Dit<br />
aparte naamgegeven is zinvol indien belanghebbende zelf aangeeft onder<br />
een bepaalde naam aangeschreven te willen worden. Daarmee kan dan<br />
bij het afdrukken op de beschikking of belastingaanslagen rekening<br />
worden gehouden.<br />
113
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 02.41<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
partnernaam/bedrijfsnaam verkort<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Voor natuurlijke personen:<br />
De naam van de partner van de belanghebbende indien de<br />
belanghebbende wenst dat de naam van de partner (mede) wordt<br />
gehanteerd.<br />
Voor niet-natuurlijke personen:<br />
De naam van belanghebbende verkort weergegeven waarbij de<br />
volgende mogelijkheden zijn:<br />
- de statutaire naam door de gemeente verkort<br />
- de verkorte statutaire naam van de Kamer van Koophandel<br />
- de handelsnaam eventueel door de gemeente verkort<br />
- de verkorte handelsnaam van de Kamer van Koophandel<br />
- de naam zoals opgegeven door belanghebbende<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 55<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Indien de verkorte naam of partnernaam op de <strong>WOZ</strong>-beschikking wordt<br />
vermeld, dient dit gegeven gevuld te zijn.<br />
Dit gegeven wordt gebruikt om naast de officiële schrijfwijze van de<br />
naam van een niet-natuurlijk persoon een meer hanteerbare schrijfwijze<br />
te gebruiken. Deze verkorte naam kan op verzoek van belanghebbende<br />
of op initiatief van de gemeente gevuld worden.<br />
Indien de betreffende natuurlijke persoon heeft aangegeven dat het de<br />
voorkeur heeft onder de partnernaam aangeschreven te worden, wordt<br />
het gegeven "partnernaam/bedrijfsnaam verkort" gevuld. Dit veld wordt<br />
gevuld met de achternaam van de partner. Waar nodig wordt dit gegeven<br />
ingekort. Tevens wordt eventueel het gegeven "voorvoegsels behorend<br />
bij partnernaam" (02.31) gevuld. Middels het gegeven "code naamgebruik"<br />
(04.05) met waarde "N", "P" of "V" wordt kenbaar gemaakt of<br />
114
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
het gegeven "partnernaam/bedrijfsnaam verkort" gebruikt dient te<br />
worden.<br />
Vergelijken met: significant deel van de achternaam (verkort) (NEN 1888)<br />
Commentaar:<br />
Met de verkorte naam kan de gemeente beter aangeven op welke wijze<br />
de belanghebbende (niet-natuurlijk persoon) aangeschreven wil worden.<br />
Met de partnernaam kan de gemeente een natuurlijk persoon aanschrijven<br />
op de wijze waarop deze persoon dat wil, waarbij een eenduidige<br />
relatie met de GBA kan worden gelegd.<br />
Indien bij een niet-natuurlijk persoon geen verkorte bedrijfsnaam bekend<br />
is of wanneer deze gelijkluidend is met de volledige naam, mag (hoeft<br />
niet) de volledige bedrijfsnaam tevens in het gegeven 02.41 "partnernaam/bedrijfsnaam<br />
verkort" worden ingevuld.<br />
115
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 03.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
geboortedatum natuurlijk persoon<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
De datum waarop de persoon is geboren.<br />
Logisch Ontwerp GBA<br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein: 00000000<br />
jjjjmmdd, jjjjmm00, jjjj0000, 00000000<br />
Bron:<br />
gemeente (GBA)<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
geboortedatum (NEN 1888, GBA, GFO OGH)<br />
Commentaar: Dit gegeven was een facultatief gegeven in <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 1.<br />
116
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 04.05<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
aanduiding naamgebruik<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Een aanduiding voor de vaststelling van de wijze van het gebruik van<br />
persoonlijke gegevens zoals deze door een persoon bij aanschrijving<br />
wordt gewenst.<br />
Herkomst definitie: NEN 1888<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein: "leeg" (= indien niet-natuurlijk persoon)<br />
E (= eigen geslachtsnaam, standaardwaarde voor natuurlijk<br />
persoon)<br />
N (= eigen geslachtsnaam + geslachtsnaam partner)<br />
P (= geslachtsnaam partner)<br />
V (= geslachtsnaam partner + eigen geslachtsnaam)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente (GBA)<br />
Indien keuze voor "N", "P" of "V" dan moet de naam van de partner<br />
bekend worden gemaakt bij de afnemers. Dit betekent dat het gegeven<br />
"partnernaam/bedrijfsnaam verkort" gevuld dient te zijn.<br />
Vergelijken met: aanduiding naamgebruik, gecodeerd (NEN 1888)<br />
aanduiding naamgebruik (GBA, gegeven 61.10)<br />
Commentaar: In deze definitie wordt aangesloten op de registratie in GBA. NEN 1888<br />
definieert dit gegeven als een numeriek gegeven met de volgende<br />
codelijst:<br />
1 (= eigen naam)<br />
2 (= naam echtgenoot)<br />
3 (= naam echtgenoot gevolgd door eigen naam)<br />
4 (= eigen naam gevolgd door naam echtgenoot)<br />
5 (= pseudoniem)<br />
Dit gegeven was een facultatief gegeven in <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 1.<br />
117
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 08.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
datum overlijden natuurlijk persoon<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
De datum van overlijden natuurlijk persoon.<br />
Logisch Ontwerp GBA<br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein: 00000000<br />
jjjjmmdd, jjjjmm00, jjjj0000, 00000000<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
gemeente (GBA)<br />
Datum overlijden natuurlijk persoon kan niet voor geboortedatum<br />
natuurlijk persoon liggen.<br />
datum overlijden (GBA)<br />
datum overlijden (NEN 1888)<br />
Datumvelden worden altijd volledig gevuld. In het geval geen datum kan<br />
worden ingevuld wordt het gegeven gevuld met “00000000".<br />
Indien het gegeven “status subject” (08.11) de waarde “N” (niet actief)<br />
heeft, moet dit gegeven worden ingevuld. Is het gegeven desondanks<br />
gevuld met “00000000", dan betekent dit een onbekende overlijdensdatum.<br />
In alle andere gevallen (i.c. niet natuurlijke personen en actieve<br />
natuurlijke personen) is de waarde “00000000"terecht.<br />
118
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 08.11<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
status subject<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Een aanduiding die aangeeft of een natuurlijk persoon is overleden of<br />
een rechtspersoon is opgeheven.<br />
Herkomst definitie: -<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
A (= actief, standaardwaarde)<br />
N (= niet-actief)<br />
gemeente<br />
Indien een natuurlijk persoon overlijdt, krijgt het gegeven de waarde "N".<br />
Indien datum overlijden bekend is, wordt ook het gegeven "datum<br />
overlijden natuurlijk persoon" gevuld.<br />
Indien een niet-natuurlijke persoon wordt opgeheven wordt de status<br />
subject gevuld met de waarde "N".<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Indien een persoon is overleden, moet dit in een totaalstand worden<br />
gemeld, ook al ligt de datum van overlijden na de datum waarop die<br />
totaalstand betrekking heeft. De ingangsdatum bij overlijden is het begin<br />
van het tijdvak.<br />
119
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 09.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
gemeentecode<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Een numerieke aanduiding waarmee een Nederlandse gemeente uniek<br />
wordt aangeduid.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 4<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Codes die voorkomen in de tabel Gemeenten (tabel 33) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA).<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: gemeentenaam, gecodeerd (NEN 5825)<br />
Commentaar:<br />
De gemeentecode vormt ook steeds de eerste vier posities van het <strong>WOZ</strong>objectnummer<br />
120
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 09.11<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
gemeentenaam<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
De officiële door de gemeente vastgestelde gemeentenaam.<br />
Herkomst definitie: NEN 5825<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 40<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Actuele gemeentenamen die voorkomen in de tabel Gemeenten<br />
(tabel 33) van de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens<br />
(GBA).<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: gemeentenaam, geschreven (NEN 5825)<br />
gemeentenaam (GFO OGH, GFO BRVG)<br />
Commentaar:<br />
NEN 5825 hanteert een definitie met een lengte van 24 posities.<br />
121
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 10.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
functie adres<br />
subject<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
De aanduiding die aangeeft of het adres de functie heeft van woonadres<br />
of briefadres.<br />
Logisch Ontwerp GBA<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
"leeg"<br />
B (= briefadres)<br />
V (= vestigingsadres voor niet-natuurlijke personen)<br />
W (= woonadres)<br />
gemeente (GBA)<br />
De aanduiding "B" (briefadres wordt primair gebruikt om aan te geven<br />
dat de belastingplichtige niet zelf op het betreffende adres woonachtig of<br />
gevestigd is, maar dat op dit adres een eventuele gemachtigde woonachtig<br />
of gevestigd is. Deze functie adres is bijvoorbeeld van belang voor het<br />
instellen van invorderingsacties.<br />
De aanduiding "V" dient bij niet-natuurlijke personen gebruikt te worden<br />
om aan te geven dat de belanghebbende op het betreffende adres<br />
gevestigd is.<br />
funktie adres (GBA)<br />
Commentaar: Dit gegeven was een facultatief gegeven in <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 1.<br />
122
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 10.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
woonplaatsnaam<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
De door de gemeente vastgestelde naam van een woonplaats.<br />
Herkomst definitie: NEN 5825<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 40<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
woonplaatsnaam (NEN 5825, GFO OGH, GFO BRVG)<br />
gemeentedeel (GBA)<br />
NEN 5825 en GBA definiëren een lengte van 24 posities.<br />
123
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 11.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
straatnaam<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
De officiële door de gemeente vastgestelde naam van een straat.<br />
Herkomst definitie: NEN 5825<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 24<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Voor de straatnaam in de entiteit subject gelden de volgende eisen.<br />
De straatnaam dient altijd gevuld te zijn. Alleen indien de straatnaam niet<br />
bekend is, omdat het subject met onbekend adres is vertrokken mag dit<br />
gegeven overeenkomstig de richtlijnen vermeld in het commentaar<br />
gevuld worden.<br />
Alleen in de entiteit subject mag bij uitzondering het gegeven straatnaam<br />
gevuld worden met de tekst "Postbus". Het postbusnummer wordt dan<br />
niet in straatnaam vermeld, maar in het gegeven huisnummer geplaatst.<br />
Voor de straatnaam in de entiteit object mag het gegeven leeg blijven,<br />
overeenkomstig de richtlijnen vermeld in het commentaar.<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
straatnaam (NEN 5825, GBA, GFO OGH en GFO BRVG)<br />
Als een officieel door de gemeente vastgestelde straatnaam langer is dan<br />
24 posities, dan moet deze worden ingekort. NEN 5825 geeft hiervoor 13<br />
inkortingsregels.<br />
Indien de gemeente heeft gekozen voor de BOCO-norm worden de<br />
adressen conform deze norm geschreven en ingekort.<br />
124
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Indien sprake is van een subject met onbekend adres wordt dit op een<br />
van de volgende wijzen aangeduid:<br />
- leeg<br />
- . (punt)<br />
- "VOW"<br />
- "Vertrokken onbekend waarheen" of "VERTROKKEN ON-<br />
BEKEND WAARHEEN"<br />
Indien sprake is van bijvoorbeeld een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object, ongebouwde<br />
percelen, hoogspanningsmasten, transformator wordt bij<br />
voorkeur het <strong>WOZ</strong>-object als volgt aangeduid:<br />
soort <strong>WOZ</strong>-object adresaanduiding waarde gegeven<br />
sluimerend <strong>WOZ</strong>-object<br />
ongebouwde percelen<br />
transformator<br />
hoogspanningsmast<br />
straatnaam<br />
huisnummer<br />
huisletter<br />
huisnummertoevoeging<br />
aanduiding bij huisnummer<br />
postcode<br />
lokatieomschrijving<br />
straatnaam<br />
huisnummer<br />
huisletter<br />
huisnummertoevoeging<br />
aanduiding bij huisnummer<br />
postcode<br />
lokatieomschrijving<br />
straatnaam<br />
huisnummer<br />
huisletter<br />
huisnummertoevoeging<br />
aanduiding bij huisnummer<br />
postcode<br />
lokatieomschrijving<br />
straatnaam<br />
huisnummer<br />
huisletter<br />
huisnummertoevoeging<br />
aanduiding bij huisnummer<br />
postcode<br />
lokatieomschrijving<br />
straatnaam<br />
nummer<br />
SLUI<br />
evt. kadastrale identificatie<br />
evt. straatnaam<br />
0<br />
kadastrale identificatie<br />
straatnaam<br />
0<br />
TRAF<br />
evt. straatnaam<br />
0<br />
HOOG<br />
kadastrale identificatie<br />
Indien voor de betreffende <strong>WOZ</strong>-objecten in de kolom "waarde<br />
gegeven" een waarde is vermeld, dient het betreffende gegeven gevuld<br />
te worden. Het is mogelijk dat de gemeente voor het betreffende object<br />
meer gegevens ter beschikking heeft. In dat geval worden ook die<br />
125
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
overige gegevens vermeld, tenzij anders in de betreffende kolom is<br />
aangegeven.<br />
Voor wat betreft de straatnaam van een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object waarbij<br />
meerdere straten zijn betrokken, wordt een van de (meest betrokken)<br />
straatnamen vermeld. Het huisnummer van een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object<br />
krijgt de waarde van een van de objecten gelegen aan de betreffende<br />
straat.<br />
Een totaalstand per 1 januari bevat bij voorkeur het adres van een object,<br />
zoals dat op 1 januari formeel gold. Het is echter toegestaan het<br />
objectadres te leveren, zoals dat op het moment van de productie van de<br />
totaalstand bekend is.<br />
Een subjectadres bevat bij voorkeur het laatst bekende adres van het<br />
subject. Het is echter toegestaan het subjectadres te leveren, zoals dat op<br />
1 januari gold.<br />
Dit betekent dat ook later bekend geworden mutaties met betrekking tot<br />
het object en/of subjectadres in de totaalstand mogen zijn verwerkt.<br />
126
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 11.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
huisnummer<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
De numerieke aanduiding zoals deze door de gemeente aan het object is<br />
toegekend of de numerieke aanduiding van de postbus van het subject.<br />
Herkomst definitie: NEN 5825<br />
Type:<br />
numeriek<br />
Lengte: 5<br />
Domein: 00000 - 99999<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
huisnummer (NEN 5825, GBA, GFO OGH en GFO BRVG)<br />
Zie ook commentaar straatnaam.<br />
127
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 11.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
huisletter<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
Een alfabetisch teken achter het huisnummer zoals dit door het<br />
gemeentebestuur is toegekend.<br />
Logisch Ontwerp GBA<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
"leeg"<br />
a - z<br />
A - Z<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
huisletter (GBA, GFO OGH en GFO BRVG)<br />
NEN 5825 kent dit gegeven niet als apart onderdeel van de adresgegevens.<br />
Zie ook commentaar straatnaam.<br />
128
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 11.40<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
huisnummertoevoeging<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
Die letters of tekens die noodzakelijk zijn om naast huisnummer en -letter<br />
de brievenbus te vinden.<br />
Logisch Ontwerp GBA<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 4<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
huisnummertoevoeging (GBA, GFO OGH en GFO BRVG)<br />
huisnummertoevoeging (NEN 5825)<br />
Deze definitie van het gegeven 11.40 "huisnummertoevoeging" wijkt af<br />
van de definitie in de NEN-norm, omdat de NEN-norm geen afzonderlijke<br />
huisletter kent.<br />
Zie ook commentaar straatnaam.<br />
129
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 11.50<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
aanduiding bij huisnummer<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
De aanduiding die wordt gebruikt voor adressen die niet zijn voorzien<br />
van een gebruikelijke straat en huisnummer-aanduiding.<br />
Logisch Ontwerp GBA<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
"leeg"<br />
by of BY (bij)<br />
to of TO (tegenover)<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
aanduiding bij huisnummer (GBA, GFO OGH en GFO BRVG)<br />
woonwagenverwijzing (NEN 5825)<br />
woonbootverwijzing (NEN 5825)<br />
Zie ook commentaar straatnaam.<br />
130
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 11.60<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
postcode<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
De officiële Nederlandse PTT codering, bestaande uit een numerieke<br />
woonplaatscode en een alfabetische lettercode.<br />
Herkomst definitie: NEN 5825<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 6<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
"leeg"<br />
1000 AA - 9999 ZZ<br />
PTT<br />
Dit gegeven wordt alleen gebruikt voor het aanduiden van de Nederlandse<br />
postcode. Alle adressen die door de PTT zijn voorzien van een<br />
postcode en opgenomen zijn in de gemeentelijke <strong>WOZ</strong>-administratie<br />
dienen voorzien te worden van de daarmee overeen-komende postcode.<br />
De buitenlandse postcode bij een postadres voor een subject wordt<br />
gecombineerd met de woonplaatsnaam of de landnaam, afhankelijk van<br />
de in dat land gebruikelijke volgorde.<br />
Vergelijken met: postcode, woonplaatscode, lettercode (NEN 5825)<br />
postcode (GBA, GFO OGH en GFO BRVG)<br />
Commentaar:<br />
De eerste vier posities van dit gegeven zijn numeriek en de vijfde en<br />
zesde positie zijn alfanumeriek.<br />
De postcode is opgebouwd uit een woonplaatscode en een lettercode.<br />
Het Besluit standaardadressering zegt hierover:<br />
woonplaatscode: een door de PTT ontworpen 4-cijferige code die een<br />
unieke aanduiding vormt voor alle woonplaatsen in Nederland<br />
lettercode: twee alfabetische tekens in hoofdletters. De combinatie<br />
woonplaatscode/lettercode vormt de cijfer/lettercombinatie van een<br />
aantal besteladressen, die algemeen bekend staat als postcode.<br />
Bij het afdrukken van de postcode worden de woonplaatscode en de<br />
lettercode gescheiden door een spatie.<br />
131
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Van bepaalde objecten is geen postcode bekend. Dit betreft in de meeste<br />
gevallen ongebouwde objecten of gebouwde objecten in het buitengebied<br />
zonder adres zoals hoogspanningsmasten en trafo’s. Het gegeven<br />
"postcode" blijft in deze gevallen "leeg".<br />
Zie ook commentaar straatnaam.<br />
132
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 11.70<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
lokatieomschrijving<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject<br />
oorspronkelijk<br />
Een al dan niet aanvullende omschrijving van de ligging van een object,<br />
indien deze niet of onvoldoende kan worden aangegeven door middel<br />
van de adresgegevens.<br />
GFO Basisregistratie Vastgoed<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 40<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: locatieomschrijving (NEN 5825)<br />
lokatiebeschrijving (GFO OGH en GFO BRVG)<br />
locatiebeschrijving (GBA)<br />
Commentaar:<br />
Het Logisch Ontwerp GBA kent ook een gegeven (12.10) Locatiebeschrijving,<br />
met als definitie:<br />
"Een geheel of gedeeltelijke omschrijving van de ligging van een<br />
object, indien dit niet kan worden aangegeven in de groep 11<br />
Adres."<br />
In het GBA heeft dit gegeven een lengte van 35 posities. De achtergrond<br />
van dit gegeven in het GBA is, overeenkomstig de achtergrond in de<br />
entiteit subject in <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>, vooral gericht op het realiseren van een<br />
"post"-adres voor een persoon. In dit <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> ligt de doelstelling mede<br />
in de afbakening van het object. Daarom is aangesloten op de definitie<br />
en de lengte van het GFO Basisregistratie Vastgoed.<br />
Zie ook commentaar straatnaam.<br />
133
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 12.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
grondoppervlakte<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
De oppervlakte grond in vierkante meters die behoort tot het <strong>WOZ</strong>object.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 8<br />
Domein: 00000000 - 99999999<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Dit gegeven is van belang om te controleren of de sommatie van de<br />
kadastrale oppervlakten van alle kadastrale percelen en delen van<br />
kadastrale percelen overeenstemt met de totale grondoppervlakte die<br />
behoort tot het <strong>WOZ</strong>-object.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
In hoofdstuk 1 "Uitwerking gegevensstructuur" wordt het gebruik van dit<br />
gegeven in een voorbeeld inclusief tekening uitgewerkt.<br />
Indien een <strong>WOZ</strong>-object dezelfde afbakening kent als het kadastrale<br />
object is het gegeven "grondoppervlakte" gelijk aan het gegeven<br />
"toegekende oppervlakte" per kadastraal object. Dit gegeven volgt dan<br />
direct uit de kadastrale registratie.<br />
Indien het <strong>WOZ</strong>-object slechts één gedeelte van een kadastraal object<br />
betreft is het gegeven "grondoppervlakte" ook gelijk aan het gegeven<br />
"toegekende oppervlakte" per kadastraal object. In dat geval volgt dit<br />
gegeven niet direct uit de kadastrale registratie maar moet bepaling door<br />
de gemeente plaatsvinden.<br />
Indien een <strong>WOZ</strong>-object bestaat uit meerdere (gedeelten van) kadastrale<br />
objecten is het gegeven "grondoppervlakte" gelijk aan de sommatie van<br />
alle gegevens "toegekende oppervlakte" per kadastraal object die<br />
behoren bij het betreffende <strong>WOZ</strong>-object.<br />
Het gegeven "grondoppervlakte" bij de objectkenmerken functioneert<br />
daarmee voor een deel als controle. In verband met het grote belang van<br />
134
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
het oppervlaktegegeven voor de waterschapsomslagen is deze controlemogelijkheid<br />
noodzakelijk.<br />
Bij appartementen en andere <strong>WOZ</strong>-objecten waarvoor niet eenduidig een<br />
grondoppervlakte kan worden aangewezen blijft de kadastrale oppervlakte<br />
bij de afzonderlijke <strong>WOZ</strong>-objecten buiten beschouwing. Het gegeven<br />
"grondoppervlakte" krijgt voor deze objecten de waarde nul.<br />
Ook voor deze objecten moet wel een sluitende relatie gelegd worden<br />
met de kadastrale percelen en de kadastrale appartementen. De<br />
grondoppervlakte wordt daarom tot uitdrukking gebracht in een<br />
"sluimerend" <strong>WOZ</strong>-object. Bij appartementsrechten is dit "sluimerend"<br />
<strong>WOZ</strong>-object gekoppeld aan het sluimerend kadastraal perceel onder een<br />
appartementencomplex. Ook bij bijvoorbeeld meergezinshuurwoningen<br />
en bedrijfsverzamelgebouwen is dit "sluimerend" <strong>WOZ</strong>-object gekoppeld<br />
aan de onderliggende kadastrale percelen en betreft dit gegeven<br />
"grondoppervlakte" de totale ondergrond van een complex <strong>WOZ</strong>objecten.<br />
135
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 12.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
gebruikscode<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Aanduiding van het feitelijk gebruik van een object zoals dat ten<br />
grondslag heeft gelegen aan de waardebepaling en voor zover relevant<br />
voor de afnemers, uitgedrukt in een code.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein: 10 (= woning dienend tot hoofdverblijf)<br />
11 (= woning met praktijkruimte)<br />
12 (= recreatiewoning en overige woningen)<br />
20 (= boerderij)<br />
21 (= niet-woning deels in gebruik als woning)<br />
30 (= niet-woning)<br />
40 (= terrein)<br />
90 (= sluimerend <strong>WOZ</strong>-object)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Dit gegeven is van belang voor het beoordelen van de objectafbakening<br />
door de afnemers. Voor de Belastingdienst is bijvoorbeeld alleen de<br />
"eigen woning" betrokken in de berekening van het huurwaardeforfait.<br />
Deze eigen woning is gedefinieerd als een gebouw of een gedeelte van<br />
een gebouw, met de aanhorigheden daarvan, voor zover dat, anders dan<br />
ten behoeve van een onderneming, de belastingplichtige of personen die<br />
behoren tot zijn huishouden, ter beschikking staat. Voor een <strong>WOZ</strong>-object<br />
dat bestaat uit een woning met (onzelfstandige) praktijkruimte zal voor<br />
de berekening van het huurwaardeforfait uitgegaan moeten worden van<br />
een lagere waarde dan de vastgestelde waarde voor het gehele object.<br />
Voor waterschappen kan bijvoorbeeld de indicatie boerderij van belang<br />
zijn voor het onderkennen van een correcte afbakening van cultuurgrond.<br />
Dezelfde gebruikscodering wordt ook gebruikt voor de beoordeling van<br />
de belastingcapaciteit in een gemeente. Het onderscheid woningen en<br />
niet-woningen speelt hierbij een belangrijke rol.<br />
136
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Tot de woningen behoren die onroerende zaken die in hoofdzaak worden<br />
gebruikt voor woondoeleinden en die onroerende zaken waarvan het<br />
gebruik volledig dienstbaar is aan woondoeleinden. Objecten in aanbouw<br />
of leegstaande objecten met de bestemming woondoeleinden zijn ook<br />
woningen. Tot de woningen behoren de volgende drie klassen (met<br />
vermelding van de van toepassing zijnde gebruikscode):<br />
Woning dienend tot hoofdverblijf (10):<br />
Onder een woning dienend tot hoofdverblijf wordt verstaan:<br />
- een onroerende zaak die als één geheel gedurende het gehele<br />
jaar wordt gebruikt voor woondoeleinden. Deze categorie<br />
betreft zelfstandige woningen voor één of meer-persoonshuishoudens<br />
waarin geen bedrijfsmatige activiteiten plaatsvinden of<br />
in ieder geval geen aan het object zichtbare bedrijfsmatige<br />
activiteiten.<br />
Woning met praktijkruimte (11):<br />
Onder een woning met praktijkruimte wordt verstaan:<br />
- een onroerende zaak die in hoofdzaak wordt gebruikt voor<br />
woondoeleinden;<br />
- waarin de bewoner tevens in het kader van een zelfstandig<br />
beroep of bedrijf activiteiten verricht;<br />
- welke bedrijfsmatige activiteiten het karakter hebben van<br />
praktijk aan huis in de sfeer van de vrije beroepen (arts,<br />
fysiotherapeut, notaris, accountant);<br />
- waarbij het feit dat een zelfstandig beroep of bedrijf wordt<br />
uitgeoefend, blijkt uit een aankondiging die vanaf de openbare<br />
weg zichtbaar is;<br />
- waarbij het mogelijk is een deel van de onroerende zaak aan te<br />
wijzen waar deze activiteiten plaatsvinden.<br />
Recreatiewoningen en overige woningen (12):<br />
Onder recreatiewoningen en overige woningen worden verstaan:<br />
- onroerende zaken die gedurende een deel van het jaar worden<br />
gebruikt voor woondoeleinden en waarbij het gebruik gedurende<br />
een deel van het jaar is beperkt;<br />
- een niet-zelfstandige eenheid (studentenwoningen, bejaardenwoningen);<br />
- een complex van onzelfstandige bejaardenwoningen of onzelfstandige<br />
studenteneenheden;<br />
- een onroerende zaak die volledig dienstbaar is aan woondoeleinden<br />
(bijvoorbeeld een garagebox). Hiermee wordt bereikt dat<br />
het voor de belastingcapaciteit geen verschil maakt of de<br />
garagebox tezamen met de woning een samenstel vormt of dat<br />
de garagebox een afzonderlijke onroerende zaak is.<br />
137
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Alle overige onroerende zaken zijn niet-woningen. De niet-woningen zijn<br />
de objecten met de volgende gebruikscodes:<br />
20 boerderij<br />
21 niet-woning deels in gebruik als woning<br />
30 niet-woning<br />
40 terrein<br />
Boerderij (20):<br />
Onder een boerderij wordt verstaan:<br />
- een onroerende zaak, waarvan het gebruik (wonen of bedrijfsmatige<br />
activiteiten) direct verbonden is met de bedrijfsmatige<br />
exploitatie van cultuurgrond. Tot deze categorie behoren ook<br />
tuindersbedrijven. Woonboerderijen behoren niet tot de<br />
categorie boerderij. Woonboerderijen zijn woningen. Ook<br />
voormalige boerderijen waarin nu een ander bedrijf wordt<br />
uitgeoefend (bijvoorbeeld kantoor of winkel) zijn geen boerderij,<br />
maar bijvoorbeeld niet-woning.<br />
Niet-woning deels in gebruik als woning (21):<br />
Onder een niet-woning deels in gebruik als woning wordt verstaan:<br />
- een onroerende zaak die in hoofdzaak wordt gebruikt voor<br />
andere dan woondoeleinden en waarvan de aard zodanig is dat<br />
gebruik van de gehele onroerende zaak als woning niet voor de<br />
hand ligt (bijvoorbeeld een woon-winkelpand dat op grond van<br />
de objectafbakeningsregels als één onroerende zaak aangemerkt<br />
moet worden).<br />
Niet-woning (30):<br />
Onder een niet-woning wordt verstaan:<br />
- een onroerende zaak die geheel wordt gebruikt voor andere dan<br />
woondoeleinden;<br />
- onroerende zaken waar het wonen is gecombineerd met andere<br />
functies (hotels, pensions, verpleeghuizen, gevangenissen).<br />
Dit betreft alle objecten voor bedrijfsmatige activiteiten zoals kantoren,<br />
winkels en bedrijfsruimten, maar ook bijzondere gebouwen die een niet<br />
bedrijfsmatig gebruik hebben (scholen, ziekenhuizen). Een object behoort<br />
alleen tot deze categorie, wanneer geen enkel deel van het object voor<br />
woondoeleinden wordt gebruikt. Zodra wel gewoond wordt in het object,<br />
wordt het object ingedeeld in de categorie niet-woningen deels in gebruik<br />
als woning.<br />
Terrein (40):<br />
Onder terrein wordt verstaan:<br />
138
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Vergelijken met: -<br />
- ongebouwde onroerende zaken, zoals cultuurgrond, parken,<br />
sportvelden, bouwgrond (waar nog geen bouwactiviteiten zijn<br />
verricht) etc.<br />
Het indelen van ongebouwde onroerende zaken in deze categorie is<br />
alleen van belang voor de objecten waarvoor een waarde moet worden<br />
bepaald (waarvan de waarde dus niet buiten aanmerking blijft). De<br />
waarde van bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond blijft bij de<br />
waardebepaling buiten aanmerking en daarom kan de gegevenslevering<br />
van losse percelen bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond achterwege<br />
blijven. Hierbij is indeling in deze categorie dus niet relevant. Voor nietbedrijfsmatig<br />
gebruikte cultuurgrond is deze indeling wel relevant.<br />
Commentaar:<br />
Dit gegeven in het leveringsbestand kan worden afgeleid uit de meestal<br />
veel gedetailleerdere (standaard) objectcodelijst die de gemeente in de<br />
eigen administratie hanteert, onder meer ten behoeve van de<br />
waardebepaling.<br />
139
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 13.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
landnaam<br />
subject<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Officiële naam van het land waarin het adres gelegen is.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 40<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
"leeg" (= Nederland)<br />
"land onbekend" (= het land is niet bekend, indien subject een onbekend<br />
adres heeft)<br />
Actuele landnamen die voorkomen in de tabel Landen (tabel 34) van de<br />
Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA).<br />
gemeente<br />
Bij meerdere eigenaren en bij meerdere gebruikers van één <strong>WOZ</strong>-object<br />
wordt zoveel mogelijk geprobeerd een in Nederland woonachtig of<br />
gevestigd (rechts)persoon als eigenaar of gebruiker in het kader van de<br />
Wet <strong>WOZ</strong> aan te wijzen. Daarmee wordt gestreefd naar een minimaal<br />
aantal buitenlandse adressen in het bestand.<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
In het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> wordt voor de landnaam uitgegaan van de lijst in het<br />
kader van de Gemeentelijke Basisregistratie Persoonsgegevens die voor<br />
alle betrokken partijen toegankelijk is.<br />
Bij adressen van subjecten in het buitenland wordt bij het gegeven 10.20<br />
"woonplaatsnaam" of bij dit gegeven "landnaam" ook de postcode<br />
vermeld afhankelijk van de gebruikelijke schrijfwijze in het betreffende<br />
land. Uitgangspunt voor de schrijfwijze van buitenlandse adressen is dat<br />
bij het afdrukken van de gegevens in de normale volgorde een bruikbaar<br />
buitenlands adres ontstaat.<br />
140
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 14.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
code gebouwd/ongebouwd<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Een aanduiding die aangeeft of het object een gebouwd object betreft of<br />
een ongebouwd object volgens de aanduiding van de Waterschapswet ten<br />
behoeve van de heffing van de omslag gebouwd, respectievelijk de<br />
omslag ongebouwd.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein: G (= gebouwd)<br />
O (= ongebouwd)<br />
B (= gedeeltelijk gebouwd, gedeeltelijk ongebouwd)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Hiermee wordt aangegeven of het object betrokken moet worden in de<br />
omslag gebouwd (naar de waarde in het economisch verkeer), in de<br />
omslag ongebouwd (naar de kadastrale oppervlakte) of gedeeltelijk in de<br />
omslag gebouwd en gedeeltelijk in de omslag ongebouwd.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
De code gebouwd/ongebouwd is van belang voor ongebouwde onroerende<br />
zaken met gebouwde aanhorigheden, zoals sportterreinen met<br />
kleedruimtes en voor gebouwde onroerende zaken waarvan een deel van<br />
de grond betrokken wordt in de omslag ongebouwd. Met name boerderijen<br />
zijn hiervan een voorbeeld, omdat de cultuurgrond betrokken wordt<br />
in de omslag ongebouwd en de gebouwen met hun ondergrond en het<br />
aanhorige erf in de omslag gebouwd.<br />
141
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 14.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
meegetaxeerde oppervlakte gebouwd<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
De oppervlakte grond in vierkante meters die in de waarde van het<br />
gedeelte gebouwd is betrokken bij een <strong>WOZ</strong>-object dat gedeeltelijk als<br />
gebouwd en gedeeltelijk als ongebouwd is aangemerkt.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 8<br />
Domein:<br />
00000000 (= 14.10 "code gebouwd/ongebouwd" ongelijk "B")<br />
00000000 - 99999999<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Dit gegeven wordt alleen gevuld bij <strong>WOZ</strong>-objecten waarvoor het<br />
gegeven 14.10 "code gebouwd/ongebouwd" is gelijk "B".<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Deze oppervlakte is alleen relevant wanneer voor een <strong>WOZ</strong>-object zowel<br />
een waterschapsomslag gebouwd als een waterschapsomslag ongebouwd<br />
relevant is. Dit gegeven is een essentieel onderdeel van de objectafbakening<br />
van het object dat betrokken moet worden in de omslag gebouwd.<br />
Het gegeven dient dus slechts voor een beperkt deel van de objecten te<br />
worden ingevuld.<br />
Overeenkomstig het gegeven 12.10 "grondoppervlakte" functioneert dit<br />
gegeven mede als controle. Voor de <strong>WOZ</strong>-objecten die zijn aangemerkt<br />
als gedeeltelijk gebouwd, gedeeltelijk ongebouwd is het gegeven 14.20<br />
"meegetaxeerde oppervlakte gebouwd" gelijk aan de sommatie van alle<br />
gegevens 52.20 "meegetaxeerde oppervlakte gebouwd per kadastraal<br />
object" die behoren bij het betreffende <strong>WOZ</strong>-object. Ook in deze situatie<br />
is deze controlemogelijkheid noodzakelijk.<br />
142
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
De omslag gebouwd wordt gebaseerd op de waarde in het gegeven 14.30<br />
"aandeel waarde gebouwd" en heeft betrekking op een object dat mede<br />
door de "meegetaxeerde oppervlakte" is afgebakend. De aanslag ongebouwd<br />
wordt door het waterschap per kadastraal perceel bepaald,<br />
gebaseerd op de kadastrale oppervlakte. Van deze kadastrale oppervlakte<br />
van het kadastrale object moeten worden afgetrokken:<br />
- de waarden van het gegeven "toegekende oppervlakte" behorend<br />
bij het betreffende kadastrale object die aan een <strong>WOZ</strong>object<br />
zijn toegekend dat is aangeduid als een gebouwde<br />
onroerende zaak;<br />
- de waarden van het gegeven "meegetaxeerde oppervlakte<br />
gebouwd per kadastraal object" behorend bij het betreffende<br />
kadastrale object die aan een <strong>WOZ</strong>-object zijn toegekend dat is<br />
aangeduid als gedeeltelijk gebouwd, gedeeltelijk ongebouwd.<br />
143
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 14.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
aandeel waarde gebouwd<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
De waarde van het als gebouwd aangemerkte gedeelte inclusief ondergrond,<br />
die als onderdeel is opgenomen in de vastgestelde waarde van het<br />
<strong>WOZ</strong>-object in gehele eenheden volgens de aangegeven valutasoort.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 11<br />
Domein: 00000000000 - 99999999999<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Dit gegeven wordt alleen gevuld voor een <strong>WOZ</strong>-object waarvan het<br />
gegeven 14.10 "code gebouwd/ongebouwd" is gelijk aan "B". De waarde<br />
in dit gegeven is de waarde van het gedeelte van het <strong>WOZ</strong>-object dat als<br />
gebouwd aangemerkt is, inclusief de ondergrond (meegetaxeerde<br />
oppervlakte gebouwd). Het verschil tussen de waarde in dit gegeven en<br />
de vastgestelde waarde van het <strong>WOZ</strong>-object betreft de waarde van het<br />
gedeelte van het <strong>WOZ</strong>-object dat als ongebouwd wordt aangemerkt.<br />
Bijvoorbeeld bij boerderijen betreft het ongebouwde gedeelte de cultuurgrond<br />
die geen van de partijen naar de waarde in de belastingheffing<br />
betrekt. In deze gevallen dient de gemeente dit aan te geven door het<br />
gegeven 14.30 "aandeel waarde gebouwd" dezelfde waarde te geven als<br />
het gegeven 15.10 "vastgestelde waarde".<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Dit gegeven is voor het waterschap van belang om voor het gebouwde<br />
gedeelte een omslag gebouwd te kunnen opleggen waarbij het aandeel<br />
waarde gebouwd het uitgangspunt is. Het ongebouwde gedeelte zal dan<br />
in de omslag ongebouwd worden betrokken.<br />
144
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 15.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
vastgestelde waarde<br />
<strong>WOZ</strong>-object, waterschapsgrens<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Waarde van het <strong>WOZ</strong>-object zoals die in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> is<br />
vastgesteld in gehele eenheden volgens de aangegeven valutasoort.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 11<br />
Domein: 00000000000 - 99999999999<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
taxatiewaarde (GFO OGH en GFO BRVG)<br />
De lengte is gesteld op elf posities. Het GFO Objectgebonden Heffingen<br />
hanteert dertien posities (twee cijfers achter de komma, dus mogelijk op<br />
centen nauwkeurig) en het GFO Basisregistratie Vastgoed hanteert twaalf<br />
posities met ook gehele eenheden. Het GFO-Basisregistratie Vastgoed<br />
kan dus een tien maal zo hoge waarde weergeven (999 miljard versus 99<br />
miljard in <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>).<br />
De wijziging per 1 januari 1999 heeft betrekking op het introduceren van<br />
de mogelijkheid om de valutasoort bij een bedrag te vermelden. Het <strong>Stuf</strong>-<br />
<strong>WOZ</strong> is niet langer meer beperkt tot het uitwisselen van bedragen in<br />
guldens, maar kan ook bedragen in euro's uitwisselen.<br />
145
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 15.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
waardepeildatum<br />
<strong>WOZ</strong>-object, beschikking<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
De datum waarnaar de waarde van het <strong>WOZ</strong>-object wordt bepaald.<br />
GFO Objectgebonden Heffingen<br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
00000000 (= indien sprake is van een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object)<br />
jjjj0101<br />
gemeente<br />
Bij elk <strong>WOZ</strong>-object waarvoor een waarde is vastgesteld wordt de<br />
waardepeildatum vermeld. Bij sluimerende <strong>WOZ</strong>-objecten is dit niet<br />
noodzakelijk, maar wel toegestaan.<br />
waardepeildatum (GFO OGH)<br />
De waardepeildatum wordt altijd gesteld op 1 januari van een bepaald<br />
jaar.<br />
Gedurende het eerste <strong>WOZ</strong>-tijdvak zijn verschillende waardepeildata<br />
mogelijk in verband met de wetsficties (1992, 1993, 1994 of 1995). Voor<br />
het tweede <strong>WOZ</strong>-tijdvak is alleen de waardepeildatum 19990101<br />
toegestaan.<br />
146
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 15.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
bijzondere-waarderingscode<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Een aanduiding die aangeeft dat er sprake is van één of meer<br />
omstandigheden die, ingevolge wettelijke voorschriften, ertoe leiden dat<br />
bij de waardering rekening is gehouden met bijzondere waarderingsvoorschriften,<br />
waardoor de vastgestelde waarde lager kan zijn dan de waarde<br />
in het economisch verkeer of de gecorrigeerde vervangingswaarde.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 3<br />
Domein: 000 (= standaardwaarde)<br />
100 (= werktuigen buiten aanmerking gelaten)<br />
010 (= aftrek waarde cultuurgrond toegepast)<br />
001 (= waarderingsvoorschrift Natuurschoonwet 1928)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
gemeente<br />
In de gegevenslevering worden alleen die categorieën waarderingsvoorschriften<br />
betrokken die voor de afnemers van belang zijn voor de afbakening<br />
van het object of voor het toepassen van de vastgestelde waarde in<br />
de belastingheffing.<br />
vrijstelling (GFO OGH)<br />
Deze code heeft een modulaire opbouw. Dat betekent dat in situaties<br />
waarin zowel de "werktuigenvrijstelling" als de "cultuurgrondvrijstelling"<br />
van invloed is geweest op de vastgestelde waarde dit wordt aangeduid<br />
met de code 110.<br />
De "cultuurgrondvrijstelling" heeft alleen betrekking op het buiten<br />
aanmerking laten van de waarde van ongebouwde (bedrijfsmatig<br />
geëxploiteerde) cultuurgrond. De waarde van tuinbouwkassen moet<br />
volledig in de vastgestelde waarde voor de Wet <strong>WOZ</strong> worden opgenomen,<br />
omdat de waterschappen de omslag gebouwd opleggen naar de<br />
totale waarde van het object. Daarbij is de wijze van telen (volle grond<br />
147
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
of substraat) niet van belang. Voor de onroerende-zaakbelastingen kan<br />
van de <strong>WOZ</strong>-waarde afgeweken moeten worden als de "kassenvrijstelling"<br />
moet worden toegepast (teelt in volle grond) of als de lokale<br />
belastingverordening een specifieke, facultatieve vrijstelling bevat voor<br />
alle kassen (ook substraatteelt) en de kassen een deel vormen van een<br />
<strong>WOZ</strong>-object.<br />
148
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 15.40<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
aanduiding valutasoort<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Een aanduiding die aangeeft of de vastgestelde waarde in nederlandse<br />
gulden of in euro’s luidt.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 3<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
"leeg" (indien sprake is van een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object)<br />
NLG (= nederlandse gulden)<br />
EUR (= euro)<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
De beschikkingen naar waardepeildatum 1999 die in 2001 genomen<br />
worden, luiden in nederlandse guldens en euro’s. Bij de gegevenslevering<br />
wordt slechts één bedrag uitgewisseld. Bedragen in nederlandse guldens<br />
en euro’s verhouden zich tot elkaar met een vaste omrekenfactor.<br />
De introductie van het gegeven valutasoort houdt verband met de<br />
beleidslijn dat expliciet gemaakt dient te worden of een vermeld bedrag<br />
in guldens of in euro’s luidt. De afnemers kunnen de bedragen zelf<br />
omzetten in de door hen gewenste valutasoort op basis van de vaste<br />
omrekenfactor.<br />
149
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 15.50<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
code blokkeren<br />
<strong>WOZ</strong>-object<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Een aanduiding die aangeeft of al dan niet voor een <strong>WOZ</strong>-object een<br />
waarde is vastgesteld.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
00 (= niet geblokkeerd of een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object)<br />
01 (= geblokkeerde waarde: taxatie/afbakening niet gereed)<br />
02 (= geblokkeerd: belanghebbende(n) onbekend)<br />
gemeente<br />
Een <strong>WOZ</strong>-object wordt alleen geblokkeerd indien de gemeente de<br />
taxatie en/of de objectafbakening nog niet gereed heeft of (nog) geen<br />
belanghebbende kan aanwijzen. De afnemers worden op deze wijze op<br />
de hoogte gesteld van het feit dat op een later tijdstip een correctie komt<br />
op dit gegeven. Voor een geblokkeerd <strong>WOZ</strong>-object wordt tenminste een<br />
relatie gelegd naar het betreffende kadastraal perceel. Ook als de taxatie<br />
en/of de objectafbakening nog niet gereed is, is de relatie naar een<br />
kadastraal (deel)perceel van belang voor het waterschap. Het waterschap<br />
kan daarmee bepalen welke kadastrale (deel)perce(e)l(en) buiten de<br />
omslagheffing gehouden moeten worden.<br />
Niet-aanslaan-code (GFO-OGH)<br />
In beginsel zullen zo min mogelijk objecten geblokkeerd worden. Alleen<br />
in een beperkt aantal gevallen is het noodzakelijk om aan te geven of een<br />
<strong>WOZ</strong>-object is geblokkeerd.<br />
In de initiële levering aan het begin van tijdvak worden alle objecten<br />
geleverd. Een geleverd object kan eventueel geblokkeerd zijn.<br />
<strong>WOZ</strong>-objecten, waarvoor tussentijds een beschikking wordt genomen,<br />
worden in de eerste mutatielevering van een jaar begrepen. Dit kan een<br />
blokkering zijn, indien bepaalde werkzaamheden niet gereed of noodzakelijke<br />
gegevens (nog) niet beschikbaar zijn.<br />
150
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Indien de code blokkeren de waarde "01" heeft omdat de afbakening niet<br />
gereed is, behoeft het geblokkeerde object niet te voldoen aan alle<br />
vereisten van een <strong>WOZ</strong>-object. Het geleverde object kan bijvoorbeeld<br />
een complex zijn of een nog uit te splitsen aantal bouwkavels. Bij een<br />
geblokkeerd <strong>WOZ</strong>-object is het niet noodzakelijk een subjectgegeven te<br />
leveren.<br />
Een voorkomen van de entiteit kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
wordt voor elk geblokkeerd object aan de afnemers geleverd. De<br />
kadastrale identificatie heeft relatie met één of meer actuele kadastrale<br />
percelen die betrokken is/zijn bij het betreffende geblokkeerde <strong>WOZ</strong>object.<br />
De afnemer moet met deze identificaties alle relevante kadastrale<br />
objecten in zijn administratie kunnen blokkeren zodat voorkomen wordt<br />
dat aanslagen ten onrechte opgelegd worden.<br />
Het gegeven vastgestelde waarde van een geblokkeerd <strong>WOZ</strong>-object zal<br />
een voorlopig karakter hebben. De afnemers zullen dit gegeven wel<br />
gebruiken voor de inschatting van de belastingcapaciteit, maar niet voor<br />
het opleggen van de aanslagen.<br />
Het komt in <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 voor dat de waarde van een object reeds<br />
wordt geleverd voordat de beschikking is genomen. Zolang de afbakening/waardering<br />
nog niet is afgerond, is het object echter geblokkeerd.<br />
Het opheffen van de blokkering houdt in dat de afnemers de waarde voor<br />
de belastingheffing kunnen gebruiken. Dit betekent derhalve dat de<br />
blokkering pas kan worden opgeheven wanneer de beschikking is<br />
verzonden of wanneer zeker is dat de desbetreffende waarde op de<br />
beschikking zal komen.<br />
151
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 22.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
code status beschikking<br />
beschikking<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Aanduiding van de reden waarom de status van de beschikking wijzigt.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein: 01 beschikking genomen<br />
02 vernietiging beschikking<br />
03 herzieningsbeschikking<br />
10 bezwaar ingediend<br />
11 bezwaar afgehandeld, beschikking gehandhaafd<br />
12 bezwaar afgehandeld, vastgestelde waarde veranderd<br />
13 waarde ambtshalve verminderd<br />
20 beroep aangetekend<br />
21 uitspraak beroep, beschikking gehandhaafd<br />
22 uitspraak beroep, vastgestelde waarde veranderd<br />
30 cassatie ingesteld<br />
31 arrest Hoge Raad, beschikking gehandhaafd<br />
32 arrest Hoge Raad, vastgestelde waarde veranderd<br />
33 arrest Hoge Raad, geding verwezen<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
De waarden "11" en "21" worden eveneens gebruikt, indien de belanghebbende<br />
besluit zijn bezwaar- of beroepschrift in te trekken of<br />
vormverzuimen niet herstelt. Dit kan o.a. het geval zijn bij een pro-forma<br />
bezwaar, dat niet nader wordt gemotiveerd.<br />
Indien de code status beschikking de waarde "03", "12", "13", "22" of<br />
"32" heeft, is er gelijktijdig sprake van een mutatie van het <strong>WOZ</strong>-object,<br />
omdat de vastgestelde waarde wordt veranderd. Ook bij de waarde "02"<br />
vernietiging beschikking kan sprake zijn van een mutatie van het <strong>WOZ</strong>object,<br />
indien de vernietiging betrekking heeft op de waarde van het<br />
object. Wordt een beschikking vernietigd, omdat het betrokken subject<br />
152
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Vergelijken met: -<br />
geen belanghebbende bij dit <strong>WOZ</strong>-object is, dan leidt dit uiteraard niet<br />
tot een mutatie van het <strong>WOZ</strong>-object.<br />
Met elke statusverandering van de beschikking wordt tevens het gegeven<br />
datum status met de overeenkomende datum gevuld.<br />
Commentaar:<br />
Door de combinatie van het gegevens "status beschikking" en "datum<br />
status" kunnen de afnemers beoordelen op welk moment aanslagen op<br />
grond van artikel 18a Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR)<br />
uiterlijk in overeenstemming gebracht moeten zijn met de <strong>WOZ</strong>beschikking.<br />
153
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 22.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
datum status<br />
beschikking<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Aanduiding van de dagtekening van de beschikking of de uitspraak of de<br />
datum vermeld op een bezwaarschrift, op grond waarvan de status van<br />
de beschikking is gewijzigd.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
jjjjmmdd<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
dagtekening aangifte (GFO OGH)<br />
dagtekening uitspraak (GFO OGH)<br />
Door de combinatie van het gegevens "status beschikking" en "datum<br />
status" kunnen de afnemers beoordelen op welk moment aanslagen op<br />
grond van artikel 18a Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR)<br />
uiterlijk in overeenstemming gebracht moeten zijn met de <strong>WOZ</strong>beschikking.<br />
Als het gegeven "status beschikking" de waarde 10, 20 of 30 heeft<br />
(bezwaar ingediend of beroep aangetekend), dan heeft de datum betrekking<br />
op de datum vermeld in het bezwaarschrift of het beroepschrift.<br />
154
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 41.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
aanduiding eigenaar/gebruiker<br />
identificatie eigenaar/gebruiker<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
De indicatie of het genoemde subject eigenaar of gebruiker van het<br />
genoemde object is, dan wel of deze eigenaar-gebruiker is.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein: B (= eigenaar-gebruiker)<br />
E (= eigenaar)<br />
G (= gebruiker)<br />
M (= medebelanghebbende)<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Met de code "B" wordt in één keer aangegeven dat een subject eigenaar<br />
en tevens gebruiker is. Aan deze eigenaar-gebruiker behoeft immers in<br />
het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> slechts één beschikking gezonden te worden.<br />
Het is evenwel ook toegestaan dat in het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> bestand voor<br />
dezelfde belanghebbende en hetzelfde <strong>WOZ</strong>-object toch twee afzonderlijke<br />
records ter identificatie eigenaar/gebruiker worden geleverd,<br />
eenmaal met de code "E"en eenmaal met de code "G".<br />
Het gebruik van de code "B" voor eigenaar-gebruiker vereenvoudigt het<br />
gebruik door de Belastingdienst, omdat de Belastingdienst met name de<br />
gegevens van de eigenaren-gebruikers nodig heeft.<br />
Met ingang van 1 januari 1999 is de code "M" aan het domein toegevoegd.<br />
Met de code "M" kan aangegeven worden dat (op basis van<br />
artikel 28 Wet <strong>WOZ</strong>) een beschikking is genomen voor een<br />
medebelanghebbende. Indien een medebelanghebbende op verzoek een<br />
beschikking heeft gekregen, dient in elk geval een voorkomen van de<br />
entiteit "identificatie eigenaar/gebruiker" en van de entiteit "beschikking"<br />
geleverd te worden. Is de betreffende medebelanghebbende nog niet<br />
155
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
eerder door de gemeente aan de afnemers bekend gemaakt, zal ook een<br />
voorkomen van de entiteit subject geleverd dienen te worden. Alleen in<br />
het geval dat een medebelanghebbende verzoekt om een beschikking zal<br />
dit gegeven geleverd worden. Dit betekent dat initieel de medebelanghebbenden<br />
geen beschikking ontvangen en in de gegevenslevering<br />
aan de afnemers niet worden betrokken.<br />
156
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 41.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
zakelijk-rechtcode<br />
identificatie eigenaar/gebruiker<br />
oorspronkelijk<br />
Een aanduiding die het soort recht aangeeft dat volgens een wettelijke<br />
overeenkomst rust op een object.<br />
GFO Basisregistratie Vastgoed<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 6<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
"leeg"<br />
De coderingslijst van het Kadaster bestaat uit circa 2200 coderingen die<br />
voor een belangrijk deel zijn opgebouwd uit combinaties van een<br />
tweeletterige basiscodering:<br />
VE vol eigendom<br />
EP recht van erfpacht<br />
OS recht van opstal<br />
VG recht van vruchtgebruik<br />
GB recht van gebruik en bewoning<br />
GR recht van grondrente<br />
BP recht Belemmeringenwet-Privaatrecht<br />
BK beklemrecht<br />
SM stadsmeierrecht<br />
OV overige rechten<br />
AA verkregen recht van meer dan drie rechten<br />
BB restantrecht na meer dan drie rechten<br />
Kadaster<br />
Het gegeven wordt overgenomen van het Kadaster van het bij het <strong>WOZ</strong>object<br />
betrokken kadastrale perceel. Indien bij het <strong>WOZ</strong>-object meerdere<br />
kadastrale percelen zijn betrokken en de eigenaar heeft niet bij alle<br />
kadastrale percelen hetzelfde zakelijk recht, dan heeft de zakelijkrechtcode<br />
betrekking op het (in waarde) belangrijkste deel van het <strong>WOZ</strong>object.<br />
Indien de "aanduiding eigenaar/gebruiker" de waarde "G" heeft dan is dit<br />
gegeven "leeg". Ook indien de "aanduiding eigenaar/gebruiker" gelijk is<br />
aan "M" kan dit gegeven leeg zijn.<br />
157
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
zakelijk recht (GFO BRVG)<br />
code zakelijk recht (GFO OGH)<br />
De codes AA en BB geven aan, dat het codestelsel zakelijke rechten niet<br />
toereikend is. Indien een zakelijk recht wordt belast met een ander<br />
zakelijk recht blijkt dit uit het omdraaien van de twee-positiecode:<br />
- Recht van erfpacht = EP<br />
- Recht van erfpacht belast met recht van opstal = PEOS<br />
- Recht van opstal op het recht van erfpacht = OSEP<br />
- Bloot eigendom = EVEP<br />
- Vruchtgebruik op bloot eigendom = VGEVEP<br />
- Bloot eigendom in vruchtgebruik gegeven = EVEPVG<br />
158
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 41.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
c.s.-code<br />
identificatie eigenaar/gebruiker<br />
oorspronkelijk<br />
Aanduiding voor het geval er meerdere eigenaren of gebruikers zijn van<br />
het betreffende <strong>WOZ</strong>-object.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein: "leeg" (= één genothebbende of gebruiker)<br />
cs of<br />
CS (= meerdere genothebbenden of gebruikers)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Indien in de kadastrale registratie meerdere (rechts-)personen worden<br />
aangewezen die het genot hebben van de onroerende zaak krachtens<br />
eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht zal het gemeentebestuur<br />
één daarvan aanwijzen als belanghebbende. Alleen deze<br />
aangewezen "eigenaar" ontvangt een beschikking (en een aanslag voor<br />
de onroerende-zaakbelastingen en de waterschapsomslagen). De code<br />
c.s. op de beschikking en op de belastingaanslag geeft aan dat er ook<br />
andere rechthebbenden zijn.<br />
Op overeenkomstige wijze kan ook gehandeld worden bij meerdere<br />
gebruikers.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
De c.s.-code wordt vooral gebruikt in situaties met meerdere eigenaren.<br />
Voor gebruikers wordt in artikel 24 van de Wet <strong>WOZ</strong> reeds specifiek<br />
aangegeven dat de gemeente één van de gebruikers mag aanwijzen en dat<br />
in dergelijke gevallen (bijvoorbeeld leden van een huishouden) geen c.s.-<br />
aanduiding nodig is.<br />
De aanduiding c.s. kan ook gebruikt worden als er sprake is van medeeigendom<br />
bij één of enkele van de bij het <strong>WOZ</strong>-object betrokken<br />
159
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
kadastrale percelen, maar niet bij alle bij het <strong>WOZ</strong>-object betrokken<br />
kadastrale percelen.<br />
160
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 51.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
kadastrale gemeentecode<br />
kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
De officiële aanduiding van een kadastrale gemeente volgens het<br />
Kadaster, zoals nader omschreven in het Kadasterbesluit.<br />
Kadasterbesluit<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 5<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
zie codelijst AKR<br />
eerste drie posities hoofdletters, laatste twee posities cijfers<br />
Kadaster<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
kadastrale aanduiding (GFO OGH)<br />
kadastrale gemeentecode, kadastrale aanduiding (GFO BRVG)<br />
Commentaar: -<br />
161
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 51.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
sectie<br />
kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Aanduiding van een deel van een kadastrale gemeente, waarbinnen het<br />
betreffende perceel is gelegen, zoals nader omschreven in het<br />
Kadasterbesluit.<br />
Kadasterbesluit<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
A - ZZ<br />
Kadaster<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
kadastrale aanduiding (GFO OGH)<br />
kadastrale sectie, kadastrale aanduiding (GFO BRVG)<br />
Commentaar: -<br />
162
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 51.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
perceelnummer<br />
kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Uniek nummer binnen een kadastrale sectie ter identificering van<br />
afzonderlijk perceel, zoals nader omschreven in het Kadasterbesluit.<br />
Kadasterbesluit<br />
numeriek<br />
Lengte: 5<br />
Domein: 00000 - 99999<br />
Bron:<br />
Kadaster<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
kadastrale aanduiding (GFO OGH)<br />
perceelnummer, kadastrale aanduiding (GFO BRVG)<br />
Commentaar: -<br />
163
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 51.40<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
perceel index letter<br />
kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Aanduiding binnen de kadastrale aanduiding die aangeeft welk soort<br />
perceel het betreft, zoals nader omschreven in de Kadasterbesluit.<br />
Kadasterbesluit<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
A, B, D, F, G<br />
Kadaster<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
Commentaar:<br />
kadastrale aanduiding (GFO OGH)<br />
perceelindexletter, kadastrale aanduiding (GFO BRVG)<br />
Gehanteerde codes:<br />
A Appartementsrecht<br />
B Gebruikersdeelperceel (Deze codering komt alleen in de provincie<br />
Groningen voor. Hiermee worden zogenaamde beklemnummers<br />
aangeduid, die zijn gerelateerd aan kadastrale percelen die binnen<br />
andere percelen liggen. De zakelijke rechten beklemrecht en<br />
stadsmeierrecht zijn hier van toepassing).<br />
D Deelperceel (een nog niet uitgemeten perceel ontstaan door<br />
splitsing van een geheel perceel)<br />
F Fysiek complex (ontstaan als samenvoeging van een (of meerdere)<br />
perceel/percelen van de ene kadastrale gemeente met een (of<br />
meerdere) perceel/percelen van een andere kadastrale (aangrenzende)<br />
gemeente, om daarop appartementsrechten te vestigen).<br />
G Geheel perceel (standaardwaarde)<br />
164
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 51.50<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
perceel index nummer<br />
kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
Een volgnummer dat binnen elke combinatie van kadastrale aanduiding<br />
uniek is, zoals nader omschreven in het Kadasterbesluit.<br />
Kadasterbesluit<br />
numeriek<br />
Lengte: 4<br />
Domein: Indien indexletter F of G: 0000<br />
Indien indexletter B of D: 0001 - 9999<br />
Indien indexletter A: 0000 - 9999<br />
Bron:<br />
Kadaster<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met:<br />
kadastrale aanduiding (GFO OGH)<br />
perceelindexnummer, kadastrale aanduiding (GFO BRVG)<br />
Commentaar: -<br />
165
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 52.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
toegekende oppervlakte<br />
kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
De oppervlakte grond van het onderhavige kadastrale object dat<br />
onderdeel vormt van het onderhavige <strong>WOZ</strong>-object.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 8<br />
Domein: 00000000 - 99999999<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Dit gegeven wordt gebruikt om de relatie tussen <strong>WOZ</strong>-object en<br />
kadastraal object te specificeren. Indien een <strong>WOZ</strong>-object overeenkomt<br />
met een kadastraal object bevat dit gegeven de kadastrale oppervlakte.<br />
Indien een kadastraal object tot meerdere <strong>WOZ</strong>-objecten behoort, geeft<br />
de sommatie van het gegeven 52.10 "Toegekende oppervlakte" behorend<br />
bij één kadastraal object de kadastrale oppervlakte van dat kadastrale<br />
object. Indien een <strong>WOZ</strong>-object uit (delen van) meerdere kadastrale<br />
objecten bestaat geeft de sommatie van het gegeven 52.10 "Toegekende<br />
oppervlakte" behorend bij één <strong>WOZ</strong>-object de kadastrale oppervlakte<br />
("grondoppervlakte") van dat <strong>WOZ</strong>-object.<br />
Uitgangspunt is de oppervlakte die het Kadaster door middel van de AKR<br />
aan de gemeenten levert. Indien echter sprake is van deelpercelen dient<br />
de toegekende oppervlakte geschat te worden zodanig dat de optelling<br />
van de toegekende oppervlakte overeenkomt met de totale AKRoppervlakte<br />
van de oorspronkelijke kadastrale percelen.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Bij volledige invulling levert dit gegeven alle noodzakelijke informatie<br />
om voor elk kadastraal object te bepalen welke oppervlakte betrokken<br />
is in één of meerdere <strong>WOZ</strong>-objecten. De (kadastrale) oppervlakte van<br />
een ongebouwde onroerende zaak kan dan op de volgende manier<br />
berekend worden voor de heffing van de omslag ongebouwd.<br />
166
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
De aanslag ongebouwd wordt per kadastraal perceel bepaald, gebaseerd<br />
op de kadastrale oppervlakte. Van deze kadastrale oppervlakte van het<br />
kadastrale object moeten worden afgetrokken:<br />
- de oppervlakten die volgens het gegeven "toegekende oppervlakte"<br />
behorend bij het betreffende kadastrale object aan een<br />
<strong>WOZ</strong>-object zijn toegekend dat is aangeduid als een gebouwde<br />
onroerende zaak;<br />
- de oppervlakten die volgens het gegeven "meegetaxeerde<br />
oppervlakte gebouwd per kadastraal object" behorend bij het<br />
betreffende kadastrale object aan een <strong>WOZ</strong>-object zijn toegekend<br />
dat is aangeduid als gedeeltelijk gebouwd, gedeeltelijk ongebouwd.<br />
167
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 52.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
meegetaxeerde oppervlakte gebouwd per kadastraal object<br />
kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object<br />
oorspronkelijk<br />
De oppervlakte grond van het onderhavige kadastrale object dat bij het<br />
onderhavige <strong>WOZ</strong>-object is betrokken in het aandeel waarde van het<br />
gedeelte dat is aangemerkt als gebouwd.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 8<br />
Domein: 00000000 - 99999999<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Dit gegeven wordt alleen gebruikt als het betreffende <strong>WOZ</strong>-object is<br />
aangemerkt als gedeeltelijk gebouwd en gedeeltelijk ongebouwd.<br />
Dit gegeven wordt op een overeenkomstige wijze gebruikt als het<br />
gegeven 52.10 "toegekende oppervlakte". De sommatie per <strong>WOZ</strong>-object<br />
betreft echter niet de totale grondoppervlakte van het <strong>WOZ</strong>-object, maar<br />
slechts de meegetaxeerde oppervlakte gebouwd.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Deze oppervlakte is alleen relevant wanneer voor een <strong>WOZ</strong>-object zowel<br />
een waterschapsomslag gebouwd als een waterschapsomslag ongebouwd<br />
relevant is. Dit gegeven is essentieel voor de objectafbakening van het<br />
object dat betrokken wordt in de omslag gebouwd. Het gegeven dient dus<br />
slechts voor een beperkt deel van de objecten te worden ingevuld.<br />
De aanslag ongebouwd kan door het waterschap per kadastraal perceel<br />
worden bepaald, gebaseerd op de kadastrale oppervlakte. Van deze<br />
kadastrale oppervlakte van het kadastrale object moeten worden<br />
afgetrokken:<br />
- de oppervlakten die volgens het gegeven "toegekende oppervlakte"<br />
behorend bij het betreffende kadastrale object aan een<br />
<strong>WOZ</strong>-object zijn toegekend dat is aangeduid als een gebouwde<br />
onroerende zaak;<br />
168
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
- de oppervlakten die volgens het gegeven "meegetaxeerde<br />
oppervlakte gebouwd per kadastraal object" behorend bij het<br />
betreffende kadastrale object aan een <strong>WOZ</strong>-object zijn toegekend<br />
dat is aangeduid als gedeeltelijk gebouwd en gedeeltelijk<br />
ongebouwd.<br />
169
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 71.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
code afnemer<br />
waterschapsgrens, beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Identificatie van de afnemer waarvoor de betreffende gegevens relevant<br />
zijn.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 4<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
0000 (= Belastingdienst)<br />
codelijst AKR voor waterschappen<br />
gemeente<br />
Het gegeven wordt gebruikt om aan te geven voor welke afnemer een<br />
bepaald leveringsbestand is aangemaakt. Indien de gemeente geheel is<br />
gelegen in het gebied van één waterschap kan bij het aanmaken van het<br />
leveringsbestand de code van dit waterschap worden geplaatst in het<br />
leveringsbestand. Aan het leveringsbestand voor de Belastingdienst<br />
wordt de code voor Belastingdienst toegevoegd.<br />
Indien een gemeente in meer dan één waterschap ligt of voor een<br />
gedeelte niet in waterschapsverband is gebracht, moet de gemeente in de<br />
eigen administratie aangeven welke <strong>WOZ</strong>-objecten aan welk waterschap<br />
geleverd moeten worden. Bij het aanmaken van het leveringsbestand<br />
moet hierop geselecteerd worden. In het leveringsbestand komen alleen<br />
de <strong>WOZ</strong>-objecten die liggen binnen het gebied van het waterschap<br />
waaraan het betreffende leveringsbestand geleverd wordt.<br />
De code afnemer wordt ook gebruikt om aan te geven in welke gebieden<br />
een <strong>WOZ</strong>-object ligt, indien dit doorsneden wordt door een waterschapsgrens.<br />
Alleen bij deze <strong>WOZ</strong>-objecten wordt de code afnemer per<br />
afzonderlijk <strong>WOZ</strong>-object geleverd (entiteit "waterschapsgrens").<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Er kunnen voor elke gemeente twee soorten afnemers worden<br />
onderscheiden. Eén leveringsbestand moet worden aangemaakt voor de<br />
Belastingdienst (code "0000") en één of meerdere leveringsbestanden<br />
170
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
voor het waterschap of de waterschappen die binnen het gebied van de<br />
gemeente een omslag kunnen opleggen voor gebouwde onroerende zaken<br />
(code volgens codelijst voor het betreffende waterschap).<br />
171
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 81.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
mutatiecode<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject, kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object, identificatie<br />
eigenaar/gebruiker, waterschapsgrens, beschikking<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Aanduiding van de reden waarom nieuwe gegevens worden geleverd.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein: N nieuw voorkomen entiteit<br />
T te wijzigen voorkomen entiteit<br />
W gewijzigd voorkomen entiteit<br />
V vervallen voorkomen entiteit<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Elk record, dat in het kader van <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> wordt uitgeleverd, bevat een<br />
mutatiecode, die aangeeft hoe de gegevens, die het record bevat,<br />
geïnterpreteerd moeten worden.<br />
De mutatiecode "N" geeft aan dat het record een nieuw voorkomen van<br />
de entiteit betreft waarover voor het desbetreffende <strong>WOZ</strong>-tijdvak nog<br />
niet eerder gegevens zijn geleverd. Er is sprake van een nieuw voorkomen,<br />
wanneer de sleutel (bijvoorbeeld <strong>WOZ</strong>-objectnummer bij entiteit<br />
<strong>WOZ</strong>-object) voor dat tijdvak nog niet eerder is gebruikt. Gezien de<br />
betekenis van de code "N" zullen alle records bij de initiële levering de<br />
mutatiecode "N" hebben.<br />
Het "N-record" beschrijft in het algemeen een compleet nieuwe situatie<br />
(bijvoorbeeld een geheel nieuw object of een nieuwe eigenaar bij een<br />
<strong>WOZ</strong>-object). Echter ook een wijziging in één van de sleutelgegevens,<br />
zonder dat sprake is van een compleet nieuwe situatie (bijvoorbeeld een<br />
hernummering van een kadastraal perceel) leidt tot een record met de<br />
mutatiecode "N".<br />
In de meeste situaties zal bij de levering van een "N" worden aangegeven<br />
dat de gegevens in het record geldig zijn voor het gehele <strong>WOZ</strong>-tijdvak<br />
(met behulp van ingangsdatum en einddatum).<br />
172
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
De mutatiecode "W" wordt gebruikt om eerder geleverde gegevens te<br />
wijzigen. In feite kunnen hierbij drie soorten wijzigen worden onderscheiden:<br />
1. de eerder geleverde gegevens zijn niet correct en er worden<br />
gewijzigde gegevens geleverd die gelden voor de hele periode<br />
waarvoor ook de oorspronkelijke gegevens golden;<br />
2. de eerder geleverde gegevens zijn correct, alleen de periode<br />
waarvoor deze geldig zijn is anders dan oorspronkelijk is<br />
aangegeven (in het record met code "N" of een eerder geleverde<br />
wijziging met code "W");<br />
3. er worden gewijzigde gegevens geleverd die gelden voor een<br />
andere periode dan de eerder geleverde gegevens.<br />
De tweede en derde soort mutaties zullen van nature vaak met elkaar<br />
gecombineerd zijn. Immers in de initiële levering is bijvoorbeeld<br />
aangegeven dat de vastgestelde waarde voor een object voor het gehele<br />
<strong>WOZ</strong>-tijdvak een bepaald bedrag is. Door een verbouwing wordt<br />
halverwege het tijdvak de vastgestelde waarde verhoogd. Dit leidt tot<br />
twee wijzigingen, namelijk de melding dat de oorspronkelijk vastgestelde<br />
waarde slechts voor twee jaar geldt (mutatiecode "W" van de tweede<br />
soort) en de melding van de nieuwe waarde (mutatiecode "W" van de<br />
derde soort).<br />
Gedurende een tijdvak kunnen dus meerdere records met dezelfde sleutel<br />
relevant zijn. Door middel van ingangsdatum en einddatum wordt<br />
aangegeven op welk moment welke gegevens actueel zijn. Op een<br />
bepaald moment kan altijd maar één record actueel zijn, hetgeen<br />
betekent dat de perioden die bij de records worden vermeld elkaar nooit<br />
mogen overlappen.<br />
Het "W-record" kan slechts wijzigingen bevatten van niet-sleutelgegevens.<br />
Zodra een sleutel wijzigt (bijvoorbeeld nieuw <strong>WOZ</strong>-objectnummer)<br />
moet een record met mutatiecode "N"worden geleverd.<br />
Het uitwisselingsformaat <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> biedt de mogelijkheid tot het leveren<br />
van volledige "was-wordt-mutaties". Dit betekent dat voordat gewijzigde<br />
gegevens worden geleverd (records met mutatiecode "W") eerst wordt<br />
aangegeven welke eerdere records veranderd moeten worden.<br />
Bij was-wordt-mutatielevering wordt een mutatie waarbij eerder<br />
geleverde gegevens inhoudelijk worden gewijzigd (record met mutatiecode<br />
"W" van de eerste soort) voorafgegaan door een record met<br />
mutatiecode "T", waarin de eerder geleverde gegevens staan die<br />
gewijzigd moeten worden. Dit geldt ook voor een mutatie waarbij de<br />
periode van geldigheid van eerder geleverde gegevens wordt veranderd.<br />
Dit betekent dat bij mutatieleveringen volgens de "was-wordt" werkwijze<br />
records met mutatiecode "W" van de eerste en de tweede soort altijd<br />
direct voorafgegaan worden door een record met mutatiecode "T".<br />
Records met mutatiecode "W" van de derde soort worden niet direct<br />
173
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Vergelijken met: -<br />
voorafgegaan door een record met mutatiecode "T". Doordat mutatierecords<br />
van deze soort vaak samenhangen met mutatierecords van de<br />
tweede soort, volgen ze meestal direct op een record met mutatiecode<br />
"W" van de tweede soort.<br />
Het "T-record" bevat, afgezien van de mutatiecode, de exacte inhoud<br />
(ook dezelfde ingangsdatum en einddatum) van het "N-record" of het<br />
"W-record", dat eerder is geleverd.<br />
Het "V-record" tenslotte wordt gebruikt om aan te geven dat het eerder<br />
geleverde voorkomen onterecht is geleverd en derhalve als niet geleverd<br />
dient te worden beschouwd. Dit is bijvoorbeeld het geval, indien blijkt<br />
dat een object in het geheel niet bestaat, of dat de gemelde gebruiker niet<br />
de juiste is. Indien deze mutatiecode wordt geleverd, mag de afnemer<br />
ervan uitgaan dat het overeenkomstige record in de eigen bestanden<br />
zonder inhoudelijke risico’s mag worden verwijderd.<br />
In veruit de meeste gevallen kan hetzelfde bericht als in het "V-record"<br />
staat, ook worden geleverd door middel van een "T-record" en een "Wrecord",<br />
waarbij in het "W-record" de ingangsdatum en de einddatum<br />
gelijk zijn aan de ingangsdatum in het "T-record". Bij levering door<br />
middel van de combinatie "T" en "W" zal de afnemer het "vervallen"<br />
record in het algemeen niet uit de administratie verwijderen.<br />
Dit niet verwijderen uit de administratie kan van belang zijn, wanneer<br />
bijvoorbeeld reeds een beschikking is verstuurd. Op die manier blijft ook<br />
in de administratie van de afnemers zichtbaar dat er ooit een beschikking<br />
is genomen, maar deze uiteindelijk weer vernietigd is, bijvoorbeeld omdat<br />
het <strong>WOZ</strong>-object nooit in die vorm heeft bestaan.<br />
Commentaar: Voor het hanteren van de mutatiecode wordt verwezen naar hoofdstuk 5<br />
Leveringsformaat en de voorbeelden in hoofdstuk 8.<br />
Het kan voorkomen dat bij levering van een nieuwe situatie tegelijkertijd<br />
tevens een mutatie van deze situatie moet worden geleverd. Wanneer het<br />
om een wijziging gaat waarvoor het ingangsmoment moet worden<br />
gemeld, moet de wijziging afzonderlijk herkenbaar zijn. Dit is bijvoorbeeld<br />
het geval bij een "vergeten" object waarbij inmiddels ook een<br />
wijziging van de kadastrale oppervlakte heeft plaatsgevonden.<br />
De mutatielevering bevat dat een "N-record", alsmede één of meer<br />
"W-records".<br />
N 19981210-19990201200m2<br />
W 19990201-20010101 400m2<br />
Indien de ingangsdatum van de wijziging niet relevant is, mag het initiële<br />
"N-record" worden gecombineerd met het mutatierecord. In een dergelijk<br />
geval kan de niet eerder aangeleverde uitgangssituatie worden gecombi-<br />
174
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
neerd met de latere wijziging en worden geleverd als een enkel "Nrecord".<br />
Er is sprake van een samenhang tussen de levering van een totaalstand<br />
in de loop van een <strong>WOZ</strong>-tijdvak, de daaropvolgende mutatielevering en<br />
het feit dat er mutaties kunnen optreden waarvan de oud situatie ("Trecord")<br />
niet in de laatst geleverde totaalstand voorkomt. Bijvoorbeeld<br />
een uitspraak op een bezwaar naar aanleiding van een initiële beschikking,<br />
terwijl het object inmiddels is gesloopt en derhalve niet in de<br />
totaalstand per 1 januari 1999 voorkomt.<br />
Omwille van de eenduidigheid in de aanleveringen van de diverse<br />
leveranciers is afgesproken, dat het slechts is toegestaan mutaties te<br />
leveren, indien de situatie die gemuteerd wordt:<br />
. in de laatst geleverde totaalstand is opgenomen of<br />
. sindsdien als nieuw situatie is geleverd, dan wel<br />
. via eerder geleverde mutaties is terug te voeren op deze totaalstand of<br />
de later geleverde nieuw-situatie.<br />
Het opvragen van een nieuwe totaalstand heeft derhalve consequenties<br />
voor de mutaties die geleverd kunnen worden. Gemeenten en afnemers<br />
worden hierop gewezen. Mutaties die betrekking hebben op een periode<br />
die geheel voor de datum van de laatst geleverde totaalstand ligt (en dus<br />
niet via <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> 2 worden geleverd) zijn voor de afnemers wel<br />
relevant. Deze mutaties worden op andere / papieren wijze geleverd.<br />
175
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 81.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
ingangsdatum<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject, kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object, identificatie<br />
eigenaar/gebruiker, waterschapsgrens, beschikking<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Aanduiding vanaf welk tijdstip het nieuwe of het gewijzigde gegeven van<br />
kracht is.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
jjjjmmdd<br />
gemeente<br />
Met behulp van mutatiecode, ingangsdatum en einddatum bestaat de<br />
mogelijkheid om op een eenduidige wijze gegevens inclusief historische<br />
gegevens te leveren.<br />
Bij mutatiecode "N" heeft de ingangsdatum betrekking op de datum<br />
waarop de nieuwe of gewijzigde situatie van kracht wordt.<br />
Bij mutatiecode "W" heeft de ingangsdatum betrekking op de datum<br />
waarop de gewijzigde situatie van kracht wordt. Dit kan samenvallen met<br />
de ingangsdatum van de eerder geleverde gegevens, maar kan daarvan<br />
ook afwijken (zie betekenis mutatiecode "W")<br />
Bij mutatiecode "T" en "V" heeft de ingangsdatum betrekking op de<br />
datum waarop een eerder geleverde situatie, die nu gewijzigd wordt of<br />
vervalt, van kracht is geworden.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
De geldigheid van de gegevens is gekoppeld aan de <strong>WOZ</strong>-beschikking.<br />
Aan het begin van een <strong>WOZ</strong>-tijdvak worden dan ook alle gegevens<br />
nieuw geleverd met als ingangsdatum het begin van het tijdvak<br />
(19970101 of 20010101). De ingangsdatum kan nooit vóór het begin van<br />
het tijdvak liggen.<br />
De ingangsdata, die in een totaalstand worden gehanteerd, zijn evenals<br />
de ingangsdata bij mutatieleveringen reële data waarop de verandering<br />
176
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
plaatsvond, voor zover deze datum binnen het tijdvak valt. De datum kan<br />
dus niet voor het begin van een tijdvak zijn gelegen (eerste <strong>WOZ</strong>tijdvak:<br />
19970101). Een totaalstand levering is geen start van een nieuw<br />
tijdvak, doch kan wel als zodanig bij de start van een nieuw tijdvak<br />
worden gebruikt.<br />
177
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 81.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
einddatum<br />
<strong>WOZ</strong>-object, subject, kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-object, identificatie<br />
eigenaar/gebruiker, waterschapsgrens, beschikking<br />
Datum opname: oorspronkelijk, gewijzigd per 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Aanduiding vanaf welk tijdstip de betreffende gegevens niet meer geldig<br />
zullen zijn.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
jjjjmmdd<br />
gemeente<br />
De einddatum is groter dan of gelijk aan de begindatum.<br />
Met behulp van mutatiecode, ingangsdatum en einddatum bestaat de<br />
mogelijkheid om op een eenduidige wijze gegevens inclusief historische<br />
gegevens te leveren. In de meeste situaties is de einddatum gekoppeld<br />
aan het eind van het tijdvak. Vanaf 1 januari van het eerste jaar in het<br />
volgende tijdvak zijn immers nieuwe <strong>WOZ</strong>-beschikkingen van kracht<br />
Bij mutatiecode "N" en "W" heeft de einddatum betrekking op de datum,<br />
waarop de nieuwe, gewijzigde of bestaande situatie de geldigheid<br />
verliest. Bij de gegevens die bij het begin van het tijdvak worden<br />
geleverd, zal dit in het algemeen het eind van het tijdvak zijn. Later kan<br />
door middel van een "W-record" (in was-wordt bestanden voorafgegaan<br />
door een "T-record") deze einddatum worden vervroegd, indien blijkt dat<br />
in de loop van het tijdvak veranderingen optreden.<br />
Bij mutatiecode "T" is de einddatum gelijk aan een eerder geleverde<br />
einddatum voor de desbetreffende situatie (in "N-record" of<br />
"W-record").<br />
Bij mutatiecode "V" is de einddatum evenals bij mutatiecode "T" gelijk<br />
aan de datum waarop de gegevens oorspronkelijk hun geldigheid zouden<br />
verliezen.<br />
Vergelijken met: -<br />
178
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Commentaar:<br />
De geldigheid van de gegevens is gekoppeld aan de <strong>WOZ</strong>-beschikking.<br />
De geldigheid van alle geleverde gegevens (ook bijvoorbeeld naam-,<br />
adres- en woonplaatsgegevens van subjecten) eindigt aan het eind van<br />
het tijdvak. Alle gegevens in het eerste tijdvak hebben dan ook als laatst<br />
mogelijke einddatum het begin van het volgende tijdvak (20010101 of<br />
20050101).<br />
De definitie van het gegeven einddatum luidt: "Aanduiding vanaf welk<br />
tijdstip de betreffende gegevens niet meer geldig zullen zijn". Dit<br />
betekent dus voor gegevens die tot en met het eind van het tijdvak gelden<br />
de einddatum jjjj0101 moet zijn en niet jjjj1231. Immers de gegevens zijn<br />
op 31/12 nog geldig en vanaf 01/01 niet meer. Voor een einddatum,<br />
anders dan het einde van een tijdvak geldt dat de einddatum van een<br />
periode gelijk is aan de begindatum van de volgende periode, indien deze<br />
aansluitend zijn.<br />
179
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 91.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
contactpersoon<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Naam plus voorletters van de aanspreekbare persoon bij de gemeente<br />
inzake de gegevenslevering.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 40<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
De contactpersoon moet een medewerker zijn van de gemeente, die<br />
technische informatie kan verschaffen over de geleverde informatie, die<br />
vragen aan de hand van het eigen informatiesysteem kan beantwoorden<br />
en die eventuele andere problemen in behandeling kan nemen.<br />
180
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 91.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
telefoonnummer contactpersoon<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Telefoonnummer waaronder de aanspreekbare persoon in de regel<br />
bereikbaar is, indien noodzakelijk met doorkiesnummer.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 20<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar: -<br />
181
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 91.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
softwareleverancier<br />
beschrijvende gegevens<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Naam van de leverancier van het softwaresysteem waarmee het<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> leveringsbestand is vervaardigd.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 20<br />
Domein: -<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Op dit moment zijn de volgende voorkomens mogelijk:<br />
CIOB<br />
Civility Eindhoven (voorheen L+T)<br />
Civility Amersfoort (voorheen Raet RDO)<br />
Civility Rotterdam (voorheen GRC)<br />
Gemeente Den Haag<br />
Gemeente Rotterdam<br />
Gemeente Schiedam<br />
Gemeente Utrecht<br />
K+V Van Alphen<br />
Kramers IGA<br />
Procura<br />
182
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 91.40<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
<strong>versie</strong> <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
beschrijvende gegevens<br />
Datum opname: 1 januari 1999<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
Een aanduiding voor het gehanteerde leveringsformaat <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong>.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein: 02 Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> geldig vanaf 1 januari 1999<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Voor leveringsbestanden gebaseerd op de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> geldig<br />
vanaf 1 januari 1999 wordt de waarde "02" ingevuld.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Met dit gegeven kunnen afnemers direct controleren volgens welk<br />
formaat het bestand is aangemaakt. Het is daardoor alleen nodig om het<br />
voorlooprecord te lezen, voordat de verdere verwerking van een<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> bestand wordt opgestart.<br />
183
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 92.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
aanmaakdatum<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Het tijdstip waarop de bestanden voor gegevenslevering zijn vervaardigd.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
jjjjmmdd<br />
gemeente<br />
Dit gegeven speelt samen met het gegeven 92.30 "Datum vorige aanlevering"<br />
een belangrijke rol bij de controle of alle mutaties zijn verwerkt. De<br />
datum in het gegeven 92.30 "Datum vorige aanlevering" moet<br />
overeenkomen met de datum in het gegeven 92.10 "Aanmaakdatum" van<br />
het bestand dat voorafgaand aan dit bestand als laatste verwerkt is.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar: -<br />
184
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 92.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
bijgewerkt tot en met maand<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Het door middel van een nummer aanduiden tot en met welke maand alle<br />
mutaties zijn verwerkt in het bestand voor gegevenslevering.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein: 01 - 12<br />
Bron:<br />
gemeente<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Het gegeven "Bijgewerkt tot en met maand" bevat informatie tot en met<br />
welke maand de mutaties zijn bijgewerkt. Dit betekent dat, indien er in<br />
maart een totaalstand per 1-1-1999 wordt geleverd en er in januari en<br />
februari nog mutaties zijn verwerkt, dit gegeven de waarde 02 bevat.<br />
185
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 92.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
datum vorige aanlevering<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Het tijdstip waarop het vorige bestand voor gegevenslevering is aangemaakt.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
datum<br />
Lengte: 8<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
jjjjmmdd<br />
gemeente<br />
In relatie met gebruik gegeven 92.10 Aanmaakdatum<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Mutaties voor verschillende tijdvakken worden in gescheiden bestanden<br />
geleverd. Het gegeven 92.30 "datum vorige aanlevering" in een bestand<br />
verwijst naar de datum van de vorige levering met betrekking tot<br />
hetzelfde tijdvak. Indien bij de start van een tijdvak nog geen eerdere<br />
levering heeft plaatsgevonden bevat de datum de waarde "00000000".<br />
186
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 93.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
recordidentificatiecode<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Een nummer dat de aard van het record in een bestand voor gegevenslevering<br />
aanduidt.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein: 00 (= voorlooprecord)<br />
10 (= stuurrecord)<br />
20 (= <strong>WOZ</strong>-objectrecord)<br />
30 (= subjectrecord 1)<br />
31 (= subjectrecord 2)<br />
40 (= kadastrale-identificatierecord)<br />
60 (= identificatie-eigenaar/gebruiker-record)<br />
70 (= waterschapsgrensrecord)<br />
80 (= beschikkingsrecord)<br />
90 (= telrecord)<br />
99 (= sluitrecord)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Deze identificatie is nodig voor een correcte geautomatiseerde<br />
verwerking van de individuele records door de afnemers.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Zoals uit het uitwisselingsformaat blijkt begint het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> leveringsbestand<br />
altijd met een voorlooprecord en een stuurrecord en eindigt<br />
het altijd met een telrecord en een sluitrecord. Een <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
leveringsbestand dat te groot is voor een medium heeft per medium een<br />
voorloop- en stuurrecord en een tel- en sluitrecord.<br />
187
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Gegevensnummer: 93.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
deelbestandsidentificatiecode<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Een nummer dat het type van de records, die direct volgen op het<br />
stuurrecord, aanduidt.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein: 20 (= deelbestand <strong>WOZ</strong>-objecten)<br />
30 (= deelbestand subjecten)<br />
40 (= deelbestand kadastrale identificatie <strong>WOZ</strong>-objecten)<br />
60 (= deelbestand identificatie eigenaren/gebruikers)<br />
70 (= deelbestand waterschapsgrenzen)<br />
80 (= deelbestand beschikkingen)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Deze identificatie is nodig voor een correcte geautomatiseerde<br />
verwerking van het bestand door de afnemers. Het leveringsbestand<br />
bestaat uit één voorlooprecord, maximaal zes deelbestanden en één<br />
sluitrecord. Een deelbestand bestaat uit één stuurrecord, gegevensrecords<br />
van hetzelfde type en één telrecord.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> gaat uit van één bestand opgebouwd uit een aantal<br />
deelbestanden.<br />
188
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
4. DEFINITIE GEGEVENS<br />
Gegevensnummer: 93.30<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
aard leveringsbestand<br />
beschrijvende gegevens<br />
oorspronkelijk<br />
Een aanduiding of het leveringsbestand een representatie is van de<br />
complete gegevensverzameling van de gemeente of dat het een<br />
mutatiebestand betreft met "was-wordt" mutaties of met "wordt"-<br />
mutaties. Dit gegeven kan ook aangeven dat het een testbestand betreft.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein: M (= was-wordt mutatiebestand)<br />
N (= wordt mutatiebestand)<br />
O (= bestand met volledige gegevensverzameling)<br />
T (= test was-wordt)<br />
U (= test wordt)<br />
V (= test volledige gegevensverzameling)<br />
Bron:<br />
Gebruik:<br />
gemeente<br />
Deze identificatie is nodig wanneer afnemers de keuzemogelijkheid<br />
hebben om incidenteel een bestand te krijgen met de volledige<br />
gegevensverzameling naast de reguliere mutatie levering op basis van<br />
"wordt"-bestanden en "was-wordt"-bestanden.<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Er is sprake van een samenhang tussen de levering van een totaalstand<br />
in de loop van een <strong>WOZ</strong>-tijdvak, de daaropvolgende mutatielevering en<br />
het feit dat er mutaties kunnen optreden waarvan de oud situatie ("Trecord")<br />
niet in de laatst geleverde totaalstand voorkomt. Hiervoor wordt<br />
verwezen naar het commentaar bij het gegeven 81.10 "Ingangsdatum".<br />
189
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
190
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
5. LEVERINGSFORMAAT<br />
5. LEVERINGSFORMAAT<br />
De gegevenslevering bestaat steeds uit één bestand, waarbinnen elf verschillende typen<br />
records kunnen voorkomen. De elf soorten records komen tot uiting in het gegeven 93.10<br />
"recordidentificatiecode".<br />
Het leveringsbestand begint met een voorlooprecord en eindigt met een sluitrecord.<br />
Tussen dit voorlooprecord en dit sluitrecord kunnen maximaal zes deelbestanden worden<br />
geplaatst. Een deelbestand bestaat uit een aantal gegevensrecords van hetzelfde type<br />
voorafgegaan met een stuurrecord en afgesloten door een telrecord.<br />
De lengte van alle records binnen het leveringsbestand is 256 posities. Om dit te bereiken<br />
is de entiteit "subject" gesplitst in twee records met recordidentificatiecode 30<br />
respectievelijk 31.<br />
Ieder leveringsbestand begint met een voorlooprecord. In het voorlooprecord wordt onder<br />
meer aangegeven of het een volledige levering van een bestand of een "was-wordt"-<br />
levering betreft. Bij een "was-wordt"-levering komt een wijziging van een bestaande<br />
situatie tot uiting in de levering van één of meer records met betrekking tot de<br />
betreffende eniteit(en) van een object. Hiervoor wordt verwezen naar hetgeen is<br />
beschreven bij de gegevens “mutatiecode”, “ingangsdatum” en “einddatum”.<br />
Bij het aanmaken van het leveringsbestand dient een aantal tellingen te worden<br />
uitgevoerd. Het resultaat van deze tellingen wordt weergegeven in de telrecords die ieder<br />
deelbestand afsluiten. Bij de verwerking van de bestanden door de afnemer kunnen<br />
dezelfde tellingen worden uitgevoerd en de resultaten worden vergeleken met het gegeven<br />
in het telrecord. Wanneer er sprake is van enig verschil tussen beide tellingen, is er ergens<br />
in de verwerking bij de gemeente of bij de afnemer een fout opgetreden. In een dergelijk<br />
geval dient controle plaats te vinden.<br />
Er worden twee typen tellingen uitgevoerd, namelijk:<br />
- telling aantal gegevensrecords per deelbestand<br />
Het aantal gegevensrecords per deelbestand, dus per type record, wordt geteld<br />
en weergegeven onder "Totaal aantal gegevensrecords deelbestand". Deze<br />
telling wordt voor ieder deelbestand uitgevoerd. Hetzelfde aantal komt ook tot<br />
uiting in het sluitrecord. Bij de "was-wordt" levering resulteert een wijziging in<br />
veel situaties in twee records ("T" te wijzigen en "W" gewijzigd) die afzonderlijk<br />
meegeteld worden.<br />
- totaaltelling specifiek gegeven<br />
Ter controle van een specifiek gegeven kunnen alle waarden van dat gegeven<br />
die in een deelbestand voorkomen worden opgeteld. Ook hier kan bij waswordt<br />
levering een object meerdere keren betrokken zijn in de totaaltelling.<br />
Bijvoorbeeld een vastgestelde waarde wordt verlaagd van ƒ 80.000 ("T" te<br />
wijzigen) in ƒ 75.000 ("W" gewijzigd). Deze wijziging komt in de totaaltelling<br />
191
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
voor het gegeven 15.10 vastgestelde waarde tot uiting met een bijtelling van ƒ 155.000.<br />
Deze totaaltellingen worden aangegeven met "Totaaltelling" en daarachter het<br />
nummer van het gegeven waarop de telling betrekking heeft.<br />
- telling per medium<br />
indien <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> leveringsbestand is opgesplitst in meerdere media, dient elke<br />
telling betrekking te hebben op de gegevens geleverd op het betreffende<br />
medium.<br />
In de opbouw van het leveringsbestand wordt aangegeven hoeveel posities zijn<br />
aangewezen voor de resultaten van de tellingen en de totaaltellingen.<br />
In het sluitrecord komen de tellingen van het aantal gegevensrecords nogmaals naar<br />
voren. Ook wordt in het sluitrecord aangegeven het totaal aantal stuurrecords in het<br />
leveringsbestand en het totaal aantal telrecords in het leveringsbestand. Deze aantallen<br />
moeten altijd aan elkaar gelijk zijn en het maximum aantal bedraagt zes.<br />
Voor de opbouw van de records in de leveringsbestanden wordt verwezen naar de bijlage<br />
bij de Regeling <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> in deel I. Het nummer van het gegeven en de naam van het<br />
gegeven verwijzen naar het gegevenswoordenboek (hoofdstuk 4).<br />
De formaatbeschrijvingen van de records staan in de volgorde waarin de records ook in<br />
het leveringsbestand dienen voor te komen. Binnen het deelbestand met records over<br />
subjecten komen de records met recordidentificatiecode 30 respectievelijk 31 steeds<br />
afwisselend voor. Per subject wordt subjectrecord 1 direct gevolgd door subjectrecord 2<br />
alvorens het volgende subject wordt weergegeven.<br />
In de formaatbeschrijving zijn de stuurrecords en de telrecords ook zes maal opgenomen<br />
met een voorkomen afgestemd op de positie in het leveringsbestand. De zes deelbestanden<br />
zijn in de formaatbeschrijving duidelijk herkenbaar, doordat steeds groepen bestaan<br />
van een stuurrecord, een gegevensrecord en een telrecord. Indien voor een gegevenslevering<br />
een bepaald gegeven niet relevant is, komt het betreffende deelbestand niet voor<br />
in het leveringsbestand. Bijvoorbeeld het deelbestand waterschapsgrens is slechts voor<br />
een gering aantal gemeenten relevant.<br />
Wanneer voor een deelbestand geen inhoudelijke records worden geleverd, is het zowel<br />
toegestaan het gehele deelbestand, inclusief stuur- en telrecords niet te leveren, als slechts<br />
een stuur- en een telrecord te leveren. In het laatste geval bevat het telrecord de<br />
informatie dat er 0 inhoudelijke records zijn geleverd. Deze laatste situatie verdient de<br />
voorkeur, maar is niet verplicht.<br />
192
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
6. TECHNISCHE SPECIFICATIES<br />
6. TECHNISCHE SPECIFICATIES<br />
In aanvulling op het leveringsformaat moet nog een aantal technische specificaties<br />
worden gedefinieerd. Om zo goed mogelijk aan te sluiten op de beschikbare systemen bij<br />
de afzonderlijke partijen, bestaat een aantal keuzemogelijkheden voor het medium waarop<br />
de gegevenslevering plaatsvindt.<br />
Voor de numerieke gegevens geldt dat:<br />
- indien geen waarde dan wordt de waarde nul (= 0) toegekend;<br />
- alle posities worden gevuld door links op te vullen met nullen (bijvoorbeeld<br />
"00016");<br />
- geen komma's of punten in de numerieke velden voorkomen.<br />
Voor de alfanumerieke gegevens geldt dat:<br />
- zowel hoofdletters als kleine letters zijn toegestaan;<br />
- indien geen waarde dan worden posities gevuld met spaties (" ");<br />
- alle posities worden gevuld door rechts op te vullen met spaties (bijvoorbeeld<br />
"Dorpsstraat ");<br />
- voor diacritische tekens wordt uitgegaan van de tekenset Latin5, volgens ISOnorm<br />
8859-9 (zie bijlage 4).<br />
Voor de datumgegevens geldt dat:<br />
- er wordt altijd een volledige datum ingevuld met acht posities;<br />
- indien geen waarde dan wordt de waarde nul (= 00000000) toegekend.<br />
Voor de records geldt dat:<br />
- elke lege positie tussen twee gegevens (filler) in een record wordt opgevuld<br />
met spaties (" ");<br />
- elk record wordt na het laatste gegeven opgevuld (filler) met spaties (" ");<br />
- elk record heeft maximaal 256 posities.<br />
- een carriage-return / linefeed op positie 257 en 258 (of enige andere positie) is<br />
niet toegestaan.<br />
Voor de volgorde van de records in de bestanden geldt dat:<br />
- in een "was-wordt"-bestand staat het record met de mutatiecode "T" (te wijzigen)<br />
direct voorafgaand aan het overeenkomende record met mutatiecode "W"<br />
(gewijzigd). Deze records worden mogelijk direct gevolgd door andere "Wrecords"<br />
waarin voor een aansluitende periode gewijzigde gegevens worden<br />
geleverd.<br />
Als medium voor de gegevenslevering kan gekozen worden voor levering aan de afnemer<br />
met code afnemer gelijk aan "0000" (= Belastingdienst) uit vijf alternatieven:<br />
- magneettape (IBM standaardlabel, 1600 BPI) of magneettape (IBM standaardlabel,<br />
6250 BPI);<br />
193
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
- 4mm DAT cartridge<br />
. formaat DDS of DDS2<br />
. data in een Unix TAR bestand<br />
- 8mm Exabyte cartridge:<br />
. type 8200 of 8500<br />
. IBM Standaardlabel<br />
. lengte is 112 waarbij volgende mogelijkheden bestaan:<br />
Size<br />
EXB-8200<br />
format<br />
EXB-8500<br />
format<br />
112m 2,349 GB 4,944 GB<br />
- magneetcartridge, type 3480 of 3490, (IBM standaardlabel, 6250 BPI);<br />
- diskette (MS-Dos compatible, 3½ inch, 1,44 Mb) of diskette (IBM standaardlabel,<br />
3½ inch)<br />
- GemNet: het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> verzenden als attachment bij een e-mail via GemNet,<br />
waarbij het bericht een maximale grootte heeft van 5 Mb conform specificaties<br />
die op een later tijdstip bekend gemaakt zullen worden.<br />
Als medium voor de gegevenslevering kan gekozen worden voor de levering aan een<br />
afnemer met code afnemer ongelijk aan "0000" (= waterschappen) uit vier alternatieven:<br />
- magneettape (IBM standaardlabel, 1600 BPI) of magneettape (IBM standaardlabel,<br />
6250 BPI);<br />
- 8mm Exabyte cartridge:<br />
. type 8200 of 8500<br />
. IBM Standaardlabel<br />
. lengte is 112 waarbij volgende mogelijkheden bestaan:<br />
Size<br />
EXB-8200<br />
format<br />
EXB-8500<br />
format<br />
112m 2,349 GB 4,944 GB<br />
- magneetcartridge, type 3480 of 3490, (IBM standaardlabel, 6250 BPI);<br />
- diskette (MS-Dos compatible, 3½ inch, 1,44 Mb) of diskette (IBM standaardlabel,<br />
3½ inch).<br />
- GemNet: het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> verzenden als attachment bij een e-mail via GemNet,<br />
waarbij het bericht een maximale grootte heeft van 5 Mb conform specificaties<br />
die op een later tijdstip bekend gemaakt zullen worden.<br />
Indien het leveringsbestand te groot is voor één diskette, één cartridge, één tape of één<br />
attachment, dan wordt het bestand opgedeeld in een aantal afzonderlijke leveringsbestanden.<br />
Elk afzonderlijk leveringsbestand (elke gebruikte diskette etc.) bevat een volledig<br />
bestand inclusief voorlooprecord en sluitrecord. De bestanden worden met uitzondering<br />
van e-mail volledig op het medium weggeschreven, zonder enige vorm van datacompressie.<br />
194
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
7. PROCEDURE GEGEVENSLEVERING<br />
7. PROCEDURE GEGEVENSLEVERING<br />
7.1 Objecten waarover gegevens worden geleverd<br />
De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de waardebepaling en waardevaststelling<br />
voor alle objecten die door één van de partijen gebruikt worden voor de<br />
belastingheffing. Dit betreft daarmee niet alle objecten binnen de gemeente. De<br />
aan de afnemers te leveren <strong>WOZ</strong>-objecten gezamenlijk behoeven dan ook niet het<br />
gehele grondgebied van de gemeente te betreffen.<br />
De waterschappen gebruiken de geleverde gegevens direct voor de heffing van de<br />
omslag gebouwd. De gegevens betreffende de objectafbakening voor de omslag<br />
gebouwd zijn echter van zeer groot belang omdat deze ook indirect gebruikt<br />
worden voor de heffing van de omslag ongebouwd. Voor het bepalen van de<br />
aanslagen ongebouwd kunnen vijf categorieën worden onderscheiden:<br />
. Alle kadastrale percelen die in zijn geheel niet in een door de gemeente<br />
geleverd <strong>WOZ</strong>-object zijn betrokken (bijvoorbeeld losse percelen cultuurgrond,<br />
straten, pleinen plantsoenen);<br />
. Alle kadastrale percelen die in zijn geheel onderdeel uitmaken van een <strong>WOZ</strong>object<br />
dat is aangeduid als ongebouwd (bijvoorbeeld sportterrein);<br />
. Alle delen van kadastrale percelen die geen onderdeel uitmaken van een door<br />
de gemeente geleverd <strong>WOZ</strong>-object;<br />
. Alle delen van kadastrale percelen die onderdeel uitmaken van een <strong>WOZ</strong>object<br />
dat is aangeduid als ongebouwd;<br />
. Alle gehele of gedeeltelijke kadastrale percelen die onderdeel uitmaken van<br />
een <strong>WOZ</strong>-object dat is aangeduid als gedeeltelijk gebouwd en gedeeltelijk<br />
ongebouwd, en waarvan is aangeduid dat dit deel een ongebouwd karakter<br />
heeft.<br />
Om het gebruik van de geleverde gegevens door de waterschappen mogelijk te<br />
maken, worden in de levering van gegevens betrokken alle objecten binnen de<br />
gemeentegrenzen met uitzondering van ongebouwde onroerende zaken die geen<br />
van de partijen betrekt in de heffing van een belasting naar de maatstaf waarde in<br />
het economisch verkeer. In de gegevenslevering komen daarmee een beperkt<br />
aantal categorieën <strong>WOZ</strong>-objecten niet voor (met name openbare wegen en<br />
bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond).<br />
Dit betekent dat, indien er gebouwde objecten binnen de gemeente voorkomen die<br />
geen van de partijen naar de waarde belast, van deze objecten geen waarde<br />
behoeft te worden vastgesteld, maar dat die objecten wel in de gegevenslevering<br />
betrokken moeten worden. Dit geldt bijvoorbeeld voor objecten die als gevolg van<br />
een internationale diplomatieke vrijstelling zijn vrijgesteld en voor de zogenaamde<br />
"sluimerende" <strong>WOZ</strong>-objecten (zie hoofdstuk 2 Uitwerking gegevensstructuur).<br />
195
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
7.2 Periodiciteit<br />
De levering van gegevens in het kader van de Wet <strong>WOZ</strong> is gekoppeld aan de<br />
beschikking. De beschikking die geldt voor een tijdvak, wordt in beginsel genomen<br />
binnen acht weken na het begin van dat tijdvak. Dit betekent dat ook binnen acht<br />
weken na het begin van het tijdvak de levering van de gegevens die zullen gelden<br />
voor dat tijdvak moet geschieden. Daarnaast is het <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> ook van belang voor<br />
het informeren over tussentijdse wijzigingen. De gegevens die de gemeenten aan<br />
de afnemers leveren vormen een afschrift van de beschikkingen, aangevuld met<br />
verdere gegevens die noodzakelijk zijn om de gegevens te gebruiken voor de<br />
belastingheffing.. Dit betekent dat aan het begin van het tijdvak voor alle objecten<br />
en voor alle relaties van objecten met subjecten nieuwe gegevens worden<br />
geleverd. Dit resulteert ook in het feit dat voor bijna alle gegevens de verwachte<br />
einddatum gelijk is aan het einde van het tijdvak.<br />
De volgende soorten leveringen worden onderscheiden:<br />
a. initiële levering bij het begin van het tijdvak<br />
Binnen acht weken na het begin van het tijdvak dient de gemeente een initiële<br />
levering aan de afnemers te doen (aard leveringsbestand is "O"). Dit leveringsbestand<br />
bevat alle objecten inclusief alle geblokkeerde objecten. Aan de<br />
levering van deze gegevens worden eisen gesteld met betrekking tot de<br />
consistentie van het bestand. Er is sprake van een consistent bestand indien:<br />
- van een <strong>WOZ</strong>-object waarvoor een beschikking is genomen minimaal de<br />
recordsoorten 20, 30, 31, 40 en 60 in de levering zijn betrokken;<br />
- van een geblokkeerd <strong>WOZ</strong>-object (code blokkeren is gelijk aan "01" of<br />
"02") minimaal de recordsoorten 20 en 40 in de levering zijn betrokken<br />
(recordsoorten 30, 31, en 60 zijn wel toegestaan);<br />
- van een sluimerend <strong>WOZ</strong>-object (gebruikscode is gelijk aan "90" en<br />
vastgestelde waarde is gelijk aan nul) de recordsoorten 20 en 40 in de<br />
levering zijn betrokken, andere records zijn niet toegestaan.<br />
b. mutatieleveringen tijdens het tijdvak<br />
In de loop van het tijdvak dienen op verschillende momenten de mutaties aan<br />
de afnemers doorgegeven te worden. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt<br />
naar mutaties die na 1 januari van elk jaar in het tijdvak kunnen worden<br />
doorgegeven en mutaties die elke maand moeten worden doorgegeven.<br />
- mutaties na 1 januari van elk jaar<br />
alle tussentijdse beschikkingen waarbij een waarde is vastgesteld op<br />
1 januari van een jaar conform artikel 19 en 25 van de Wet <strong>WOZ</strong>, alle<br />
mutaties ten gevolge van de verwerking van de eindejaarstape van het<br />
Kadaster met de eigendomstoestand op 1 januari van het jaar en de<br />
mutaties van de gebruikers per 1 januari.<br />
196
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
7. PROCEDURE GEGEVENSLEVERING<br />
- mutaties per maand<br />
alle wijzigingen in de status van de beschikking, de inhoud van de<br />
beschikking, eigendoms- en gebruikerstoestand, de objectafbakening, de<br />
gerelateerde kadastrale percelen.<br />
In <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> <strong>versie</strong> twee is opgenomen dat alle relevante mutaties moeten<br />
worden geleverd. Dit betekent dat bijvoorbeeld dat alle eigendomswisselingen<br />
moeten worden gemeld ook al is de persoon in kwestie slechts twee dagen<br />
eigenaar. Omdat sommige systemen mutaties genereren door de situatie op<br />
twee peilmomenten te vergelijken en de verschillen te melden, kunnen<br />
dergelijke mutaties tussen wal en schip vallen. De mate waarin dit optreed is<br />
afhankelijk van de periode tussen de peilmomenten. Afgesproken is dat deze<br />
systemen minimaal maandelijks mutaties moeten genereren, waarmee de<br />
maximale periode tussen twee peilmomenten maximaal een maand is.<br />
c. volledige levering op enig moment op verzoek van de afnemer<br />
Een afnemer kan de gemeente verzoeken op enig moment een volledig bestand<br />
te leveren. Deze levering dient aan dezelfde vereisten te voldoen als gesteld<br />
onder a. Het verschil met de initiële levering aan het begin van het tijdvak is het<br />
moment waarop dit bestand wordt vervaardigd en de peildatum van de<br />
gegevens. De initiële levering bestaat altijd uit de gegevens van de toestand op<br />
1 januari aan het begin van het tijdvak. De nieuwe volledige levering kan<br />
betrekking hebben op een andere peildatum (meestal 1 januari van een ander<br />
jaar).<br />
Een totaalstand (in de loop van het tijdvak) bevat slechts de informatie die op<br />
de datum waarop die totaalstand betrekking heeft (bijvoorbeeld<br />
1 januari 2000), actueel was.<br />
7.3 Technische procedure afspraken<br />
Achtereenvolgende mutaties, die tussen twee mutatieaanleveringen op een<br />
voorkomen in de <strong>WOZ</strong>-administratie zijn aangebracht, kunnen in één mutatiebericht<br />
worden samengevoegd, mits de ingangsdatum voor deze mutaties gelijk is<br />
(bijvoorbeeld begin van het tijdvak). Indien in de periode tussen twee mutatieleveringen<br />
een nieuw voorkomen ontstaat en daarop tevens een wijziging<br />
plaatsvindt, die geleverd zou worden via een "T-record" en een "W-record", dan<br />
wordt de uiteindelijke situatie direct in het "N-record" geleverd. Hetzelfde geldt<br />
voor het eindresultaat van meerdere wijzigingen op hetzelfde voorkomen. In dat<br />
geval bevat het T- record de eerder geleverde situatie en het "W-record" het<br />
eindresultaat na de diverse wijzigingen.<br />
Deze cumulatie mag overigens niet betekenen, dat inhoudelijke, voor de afnemers<br />
relevante, mutaties niet worden gemeld. Bijvoorbeeld het feit dat op 3 april 2001<br />
iemand eigenaar is geworden, mag niet worden samengevoegd met het feit, dat<br />
197
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
daarna op 10 april 2001 weer een ander eigenaar is geworden. Dit moet in twee<br />
afzonderlijke mutaties zichtbaar blijven, omdat het een fiscaal relevant feit betreft.<br />
Indien een "W-record" wordt geleverd, worden alle gegevens van het record<br />
gevuld, ook de gegevens, waarin geen wijziging is opgetreden. Een gegeven blijft<br />
slechts leeg, indien het ook in de bestanden van de leverancier niet is gevuld.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong> gaat ervan uit dat alle niet gewijzigde voorkomens bij de afnemer<br />
bekend zijn. Dit betekent bijvoorbeeld dat bij een wijziging van een gebruiker van<br />
een bestaand object slechts een relatierecord wordt geleverd. Er wordt geen<br />
objectrecord meegeleverd. Er wordt slechts een subjectrecord geleverd, indien het<br />
subject nog niet eerder voor een ander object is aangeleverd.<br />
De einddatum mag niet voor de ingangsdatum in hetzelfde record liggen.<br />
De ingangsdata geven de data weer waarop de reële verandering feitelijk is<br />
opgetreden. Dus de datum waarop het object is ontstaan, de oppervlakte is<br />
toegenomen, de gebruiker is veranderd, de waarde is veranderd etc. Dit betekent<br />
tevens dat een administratieve correctie, bijvoorbeeld het bekend worden van de<br />
waarde. niet leidt tot een nieuwe ingangsdatum. Wel leiden deze feiten uiteraard<br />
tot bijstelling van de gegevens. De ingangsdatum ligt nooit vóór het begin van het<br />
tijdvak.<br />
In recordsoort 80 (beschikkingen) geeft de ingangsdatum in combinatie met de<br />
einddatum de periode aan waarvoor de beschikking geldt of geldig is geweest. Op<br />
basis van het bovenstaande uitgangspunt leidt een wijziging van de status van de<br />
beschikking niet tot een verandering van de ingangsdatum.<br />
De hiervoor beschreven systematiek houdt tevens in dat de waarde, die behoort<br />
bij een beschikking is te vinden in het objectrecord, dat op 1 januari van het<br />
desbetreffende jaar actueel was, doch dat inmiddels beëindigd kan zijn in verband<br />
met een latere verandering.<br />
Hierdoor is het mogelijk geworden bijvoorbeeld een (waarde)verandering met de<br />
datum, waarop deze feitelijk ontstond, uit te wisselen. Dit maakt het tevens<br />
mogelijk om bijvoorbeeld de splitsing van een <strong>WOZ</strong>-object door verkoop van een<br />
deelperceel en de waardeverandering in hetzelfde mutatiebestand te leveren. Het<br />
beschikkingsrecord waarin wordt aangegeven met welke dagtekening de <strong>WOZ</strong>beschikking<br />
is verzonden naar de toestand op 1 januari van het jaar na de verkoop<br />
van het deelperceel wordt dan later geleverd, nadat de beschikking is verzonden.<br />
Subjectrecords ("30 en 31 records") met betrekking tot subjecten, die in het kader<br />
van de <strong>WOZ</strong> niet langer relevant zijn, doordat zij geen relaties met <strong>WOZ</strong>-objecten<br />
meer hebben, hoeven niet te worden beëindigd. Eventueel kunnen verdere<br />
mutaties ten aanzien van het subject (verhuizing ed.) worden geleverd. De<br />
198
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
7. PROCEDURE GEGEVENSLEVERING<br />
afnemers kunnen deze informatie bijvoorbeeld gebruiken voor de invordering van<br />
belasting uit het verleden. De relatie tussen het subject en het <strong>WOZ</strong>-object<br />
(identificatie eigenaar/gebruiker": "60 record") moet natuurlijk wel worden<br />
beëindigd.<br />
Na de overgang naar het tweede <strong>WOZ</strong>-tijdvak zullen nog enige tijd mutaties met<br />
betrekking tot het eerste <strong>WOZ</strong>-tijdvak kunnen optreden en geleverd moeten<br />
worden. Er worden dan voor beide tijdvakken gescheiden mutatiestromen<br />
onderhouden. Daarmee kan worden bereikt dat alle mutaties met betrekking tot<br />
het eerste <strong>WOZ</strong>-tijdvak geleverd kunnen blijven worden zonder dat sprake is van<br />
afstemmingsproblemen op de later geleverde totaalstand met betrekking tot het<br />
tweede <strong>WOZ</strong>-tijdvak.<br />
7.4 Gegevenslevering na gemeentelijke herindeling<br />
Door een gemeentelijke herindeling in de loop van het tijdvak verandert er niets<br />
aan de vastgestelde <strong>WOZ</strong>-beschikkingen. Deze beschikkingen blijven hun<br />
geldigheid behouden. Wel heeft de herindeling tot gevolg dat deze gegevens<br />
worden vastgelegd in de <strong>WOZ</strong>-administratie van een andere gemeente of van een<br />
nieuwe gemeente. Dit houdt tevens in dat het <strong>WOZ</strong>-objectnummer van de<br />
desbetreffende onroerende zaak wijzigt. Immers het <strong>WOZ</strong>-objectnummer begint<br />
met de gemeentecode van de gemeente die het desbetreffende object registreert.<br />
Op overeenkomstige wijze wijzigt ook de aanvulling SoFi-nummer van de<br />
betrokken belanghebbenden.<br />
Indien na een gemeentelijke herindeling de nieuwe gemeente de gemeentecode<br />
krijgt van één van de voormalige gemeenten, blijven voor het gebied van deze<br />
gemeente de <strong>WOZ</strong>-objectnummers en de aanvullingen SoFi-nummer ongewijzigd.<br />
De wijzigingen van het <strong>WOZ</strong>-objectnummer en van de aanvulling SoFi-nummer<br />
moeten ook geleverd worden aan de afnemers. De beschreven werkwijze is<br />
natuurlijk van belang voor de gemeenten die worden opgeheven of ontstaan. Deze<br />
werkwijze is ook van belang voor bijvoorbeeld grenswijzigingen waarbij slechts<br />
een beperkt aantal onroerende zaken overgaan van de ene gemeente naar de<br />
andere gemeente.<br />
Indien gemeenten betrokken raken bij een herindeling of een grenscorrectie zullen<br />
de opgeheven gemeenten (of de gemeenten die door grenswijziging objecten<br />
verliezen) met het oorspronkelijke systeem (en de oorspronkelijke <strong>WOZ</strong>objectnummers<br />
en aanvulling SoFi-nummers) de objecten moeten afmelden<br />
(nieuwe einddatum is moment van herindeling). Dit gebeurt op het moment van<br />
de con<strong>versie</strong> naar het nieuwe systeem. De "nieuwe" gemeente zal vervolgens met<br />
het nieuwe systeem (en het nieuwe <strong>WOZ</strong>-objectnummer en nieuwe aanvulling<br />
199
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
SoFi-nummer) alle objecten weer moeten aanmelden met mutatiecode “N” (nieuw<br />
en ingangsdatum is gelijk aan moment herindeling).<br />
Alle mutaties die betrekking hebben op de tijd na de con<strong>versie</strong>, kunnen worden<br />
aangeleverd door de "nieuwe" gemeente gebruikmakend van de nieuwe nummers.<br />
Alle mutaties die betrekking hebben op de periode voor de con<strong>versie</strong> moeten aan<br />
de afnemers geleverd worden met de oude nummers en daarom uit de oorspronkelijke<br />
systemen.<br />
Daarom zal de oude gemeente waar mogelijk alle openstaande zaken (bijvoorbeeld<br />
nog niet afgehandelde bezwaarschriften) in het oude systeem voor de con<strong>versie</strong><br />
naar het nieuwe systeem moeten afdoen. Dit betekent in de meeste gevallen dat<br />
gedurende beperkte tijd na de herindeling het oude systeem nog actief zal moeten<br />
blijven. Na afhandeling van het merendeel van de openstaande zaken dient de<br />
oude gemeente op papier een historie te printen en te archiveren. Indien zich later<br />
nog mutaties voordoen worden deze op papier aan de afnemers gemeld. Dit kan<br />
bijvoorbeeld betrekking hebben op <strong>WOZ</strong>-objecten die betrokken zijn in een<br />
geschil dat aan de belastingrechter is voorgelegd. Het aantal op papier aan te<br />
leveren gegevens moet zo beperkt mogelijk zijn. In beginsel geldt het criterium dat<br />
alleen gegevens naar aanleiding van beroepsprocedures en complexe<br />
bezwaarprocedures over niet-woningen op papier aangeleverd mogen worden.<br />
Alle overige mutaties moeten aan de afnemers geleverd zijn, voordat het<br />
automatiseringssysteem van een "opgeheven" gemeente afgesloten kan worden.<br />
De afnemer zal de op papier geleverde mutaties handmatig moeten verwerken.<br />
Hiermee wordt voorkomen dat de automatiseringssystemen van "opgeheven"<br />
gemeenten nog jarenlang draaiend gehouden moeten worden om de afloop van de<br />
laatste beroepsprocedure via een <strong>Stuf</strong>!<strong>WOZ</strong> bestand aan de afnemers te kunnen<br />
melden.<br />
Indien later wordt ontdekt dat een <strong>WOZ</strong>-beschikking is vergeten of dat een <strong>WOZ</strong>beschikking<br />
is vernietigd, kan de <strong>WOZ</strong>-beschikking die alsnog voor dit <strong>WOZ</strong>object<br />
wordt genomen, direct door de "nieuwe" gemeente vanuit het nieuwe<br />
systeem worden aangeleverd ook wanneer dit betrekking heeft op het gebied van<br />
en de periode van een voormalige gemeente.<br />
Door deze werkwijze worden afnemers geconfronteerd met beëindigde objecten<br />
die enige tijd later weer opgevoerd dienen te worden. Indien de afnemer ook<br />
andere gegevens aan deze objecten gekoppeld heeft, kan het voordelen hebben om<br />
te weten hoe de oude <strong>WOZ</strong>-objectnummers zijn omgezet in nieuwe nummers. Om<br />
dit te bereiken is het zinvol dat de gemeente op papier een document verstrekt<br />
waarin wordt beschreven welke regels zijn gehanteerd bij de con<strong>versie</strong> van de<br />
<strong>WOZ</strong>-objectnummers en de aanvulling SoFi-nummers.<br />
Bij een gemeentelijke herindeling worden de mutaties zoveel mogelijk afgehandeld<br />
onder de gemeentecode, van de "oude gemeente". Pas na afronding van deze<br />
zaken wordt de "oude gemeente afgesloten" en de "nieuwe gemeente opgevoerd".<br />
200
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
7. PROCEDURE GEGEVENSLEVERING<br />
Zaken die daarna nog relevant zijn met betrekking tot de oude gemeente worden<br />
op papier aangeleverd. De ingangsdata van de gegevens onder de nieuwe<br />
gemeente zijn 1 januari van het jaar waarin de herindeling van kracht wordt.<br />
Nadere afspraken tussen de gemeente en de betrokken afnemers zijn natuurlijk<br />
mogelijk.<br />
201
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
202
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Inleiding<br />
De levering aan het begin van een tijdvak betreft een volledig bestand, waarin alle<br />
gegevens over <strong>WOZ</strong>-objecten en subjecten en de verschillende relatierecords geheel zijn<br />
opgenomen. In de loop van het tijdvak volgen nog een aantal leveringsbestanden met<br />
mutaties. Dit betreft in ieder geval een mutatiebestand aan het begin van elk kalenderjaar<br />
binnen een tijdvak. Maar de door de gemeente aangebrachte mutaties kunnen ook in de<br />
loop van een kalenderjaar leiden tot mutatiebestanden.<br />
Voor een goede verwerking van deze mutaties is een juist gebruik van de gegevens<br />
mutatiecode, ingangsdatum en einddatum van groot belang. Daarom worden in dit<br />
hoofdstuk een aantal voorbeelden geschetst van mogelijke mutaties in de loop van een<br />
tijdvak en de wijze waarop deze in de vorm van records in een leveringsbestand tot<br />
uitdrukking kunnen worden gebracht.<br />
In de voorbeelden wordt steeds uitgegaan van de levering van een "was-wordt"-<br />
mutatiebestand. Indien de mutaties worden geleverd in de vorm van een "wordt"-<br />
leveringsbestand dan vervallen alle records met mutatiecode "T".<br />
In de voorbeelden wordt invulling gegeven aan hetgeen bij de gegevens mutatiecode,<br />
ingangsdatum en einddatum over het gebruik van deze gegevens is beschreven. Daarnaast<br />
zijn uiteraard ook de technische procedureafspraken, zoals verwoord in paragraaf 7.3 van<br />
belang.<br />
In de voorbeelden worden de begrippen "beëindigen" en "vervallen" gehanteerd. Bij<br />
"beëindigen" is sprake van een voorkomen, dat een reëel bestaande situatie heeft<br />
beschreven, die ten gevolge van een verandering niet langer van kracht is. Bij "vervallen"<br />
is sprake van een voorkomen dat een nooit bestaande situatie beschrijft en dus nimmer<br />
had mogen bestaan.<br />
203
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Verandering in adressen<br />
Op 1 januari 1997 bestaat <strong>WOZ</strong>-object 1 met adres A-straat 1.<br />
Het volgende record is initieel geleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode adres gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A-straat 1 Y 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
Op 10 juni 1998 wordt de A-straat vernaamd naar de C-straat<br />
Ook in de <strong>WOZ</strong> administratie wil de gemeente de datum van vernaming zichtbaar houden en<br />
geeft dus voor dit <strong>WOZ</strong>-object twee verschillende records met aaneensluitende perioden van<br />
geldigheid.<br />
De volgende records worden in het mutatiebestand geleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode adres gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A-straat 1 Y 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W A-straat 1 Y 1-1-1997 10-6-1998 20<br />
1 W C-straat 1 Y 10-6-1998 1-1-2001 20<br />
Op 15 juli 1998 wordt ontdekt dat de vernaaming voortijdig is doorgegeven en dat het betreffende<br />
voorstel is afgewezen. De mutatie per 10 juni 1998 moet ongedaan worden gemaakt. Dit betekent,<br />
dat in het inmiddels ontstane nieuwe voorkomen komt te vervallen en de einddatum van het<br />
"oude" voorkomen weer wordt hersteld:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode adres gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 V C-straat 1 Y 10-6-1998 1-1-2001 20<br />
1 T A-straat 1 Y 1-1-1997 10-6-1998 20<br />
1 W A-straat 1 Y 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
204
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Wijzigingen in objectgegevens<br />
Op 1 januari 1997 bestaat object 1. Voorgesteld is het object als rijksmonument aan te wijzen.<br />
Op 1 januari 1997 is het object echter nog geen monument. De waarde is gebaseerd op de<br />
gecorrigeerde vervangingswaarde.<br />
De initiële levering bevat de volgende records:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N 1.000.000 geen mon. 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N besch. genomen 1-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
Op 1 mei 1998 wordt het object als rijksmonument aangewezen. Het betreft een niet-woning, die<br />
naar verwachting hierdoor minder waard zal worden (waarde in het economische verkeer). De<br />
gemeente wil opnieuw laten taxeren in verband met een eventuele nieuwe beschikking per<br />
1 januari 1999. In verband met de verwachte waardeverandering door de aanwijzing per<br />
1 mei 1998 levert de gemeente een nieuw voorkomen van object 1 met een geblokkeerde waarde:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 1.000.000 geen mon. 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 1.000.000 geen mon. 1-1-1997 1-5-1998 20<br />
1 W 1.000.000 mon./ blokk. 1-5-1998 1-1-2001 20<br />
Na taxatie blijkt de waarde inderdaad ƒ 60.000 lager. Er volgt aan het begin van het kalenderjaar<br />
na de waardeverandering een nieuwe beschikking.<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 1.000.000 mon/ blokk. 1-5-1998 1-1-2001 20<br />
1 W 940.000 mon 1-5-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T besch. genomen 1-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
1 W besch. genomen 1-2-1997 1-1-1997 1-1-1999 80<br />
1 W besch genomen 15-1-1999 1-1-1999 1-1-2001 80<br />
205
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Eigenaar gebruiker verhuurt in de loop van het tijdvak<br />
Een <strong>WOZ</strong>-object (object 1) wordt op 28 februari 1998 geheel verhuurd aan subject B. Tot die tijd<br />
werd het object gebruikt door de eigenaar (subject A). Initieel is geleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A, srt: B 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
Vervolgens worden de volgende mutaties doorgegeven (omdat gegeven 41.10 "aanduiding<br />
eigenaar/gebruiker" een sleutelgegeven is, is sprake van mutatiecode "N"):<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A, srt: B 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 W A, srt: B 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
1 N A, srt: E 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 N B, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
Later blijkt dat niet subject B de huurder is, doch subject C. Dit leidt tot de volgende mutaties:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 V B, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 N C, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
Het "V-record" kan ook worden geleverd in de vorm van T/W records, met de ingangs- en<br />
einddatum van het "W-record" op 28-2-1998. Indien de betrokken subjecten onbekend zijn,<br />
dienen ook de betreffende subjectrecords (recordsoort 30 en 31) te worden aangeleverd.<br />
Alternatief:<br />
Enkele systemen gebruiken niet de code B als eigendom en gebruik dezelfde belanghebbende<br />
betreft, maar zij maken een afzonderlijk record voor eigendom en een record voor het gebruik:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A, srt: E 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 N A, srt :G 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
In dat geval wordt uiteraard alleen het gebruik gemuteerd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A, srt: G 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 W A, srt: G 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
1 N B, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
206
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Eigenaar gebruiker verhuurt in de loop van het tijdvak, maar dit blijkt van korte duur<br />
Een <strong>WOZ</strong>-object (object 1) wordt op 28 februari 1998 geheel verhuurd aan subject B. Tot die tijd<br />
werd het object gebruikt door de eigenaar (subject A). Initieel is geleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A, srt: B 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
Vervolgens worden de volgende mutaties doorgegeven (omdat gegeven 41.10 "aanduiding<br />
eigenaar/gebruiker" een sleutelgegeven is, is sprake van mutatiecode "N"):<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A, srt: B 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 W A, srt: B 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
1 N A, srt: E 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 N B, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
Op 1 oktober 1998 vertrekt subject B als huurder en vanaf dat moment is subject A weer eigenaar<br />
gebruiker. Dit leidt tot de volgende mutaties:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A, srt: E 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 W A, srt: E 28-2-1998 1-10-1998 60<br />
1 W A, srt: B 1-10-1998 1-1-2001 60<br />
1 T B, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 W B, srt: G 28-2-1998 1-10-1998 60<br />
De melding dat subject A wederom eigenaar-gebruiker is geworden geschiedt met een "Wrecord",<br />
zonder voorafgaand "T-record".Immers er bestaat al een record met deze sleutel vanaf<br />
het begin van het tijdvak, dus een "N-record" is niet toegestaan. Dat al eerder geleverde record<br />
behoeven geen wijziging, dus er hoeft geen "T-record" te worden geleverd.<br />
Alternatief:<br />
Ook hier is het alternatief mogelijk, waarbij niet de code B wordt gebruikt. Initieel geeft dat de<br />
volgende records:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A, srt: E 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 N A, srt :G 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
207
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Nu wordt weer alleen het gebruik gemuteerd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A, srt: G 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 W A, srt: G 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
1 N B, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
Het vertrek op 1 oktober 1998 van subject B als huurder en het voortgezet gebruik door subject A<br />
vanaf dat moment, leidt dan tot de volgende mutaties:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T B, srt: G 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 W B, srt: G 28-2-1998 1-10-1998 60<br />
1 W A, srt: G 1-10-1998 1-1-2001 60<br />
De melding dat subject A wederom gebruiker is geworden geschiedt met een "W-record", zonder<br />
voorafgaand "T-record".Immers er bestaat al een record met deze sleutel vanaf het begin van het<br />
tijdvak<br />
208
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Nieuwe eigenaar/gebruiker in de loop van het tijdvak, met bijstelling van de ingangsdatum.<br />
Het <strong>WOZ</strong> object 1 wordt op 28 februari 1998 door subject A verkocht aan subject B<br />
De volgende mutatierecords worden geleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 W A 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
1 N B 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
Tevens dient een subjectrecord (30/31) voor subject B te worden geleverd, indien B nog niet<br />
bekend is.<br />
Later blijkt een tikfout in de transactiedatum. In plaats van 28 februari vond de transactie op 25<br />
februari plaats. Deze datum wordt hersteld:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
1 W A 1-1-1997 25-2-1998 60<br />
1 T B 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 W B 25-2-1998 1-1-2001 60<br />
Vervolgens wordt ontdekt, dat de verkoop niet aan subject B heeft plaatsgevonden, doch aan<br />
subject C:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 V B 25-2-1998 1-1-2001 60<br />
1 N C 25-2-1998 1-1-2001 60<br />
De V-mutatie kan ook in de vorm van een T/W mutatie worden geleverd met de ingangs- en<br />
einddatum van het "W-record" op 25-2-1998.<br />
Tevens dient een subject record van C te worden geleverd, indien C nog niet bekend is.<br />
209
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Waardevermindering bij zowel bezwaar als beroep<br />
Een belanghebbende maakt bezwaar en er wordt gedeeltelijk aan het bezwaar tegemoet gekomen<br />
met een vermindering van de waarde. Bij uitspraak in beroep wordt echter geheel tegemoet<br />
gekomen en wordt de waarde nog verder verminderd. Initieel is aangeleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N 225.000 X 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N besch.genomen 22-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
Het indienen van het bezwaarschrift leidt tot de volgende mutaties:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T besch. genomen 22-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
1 W bezw. ingediend 1-3-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
De uitkomst van de bezwaarprocedure leidt tot de volgende mutaties:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 225.000 X 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 200.000 X 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T bezw. ingediend 1-3-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
1 W bezw.afgehandeld 15-8-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
De uitkomst van de bezwaarprocedure leidt tot de volgende mutaties (het instellen van beroep<br />
heeft niet geleid tot een afzonderlijk mutatiebericht, omdat tussen het instellen van beroep en de<br />
uitspraak geen mutatiebestand door de gemeente is gemaakt):<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 200.000 X 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 150.000 X 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T bezw.afgehandeld 15-8-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
1 W uitspr. beroep 1-2-1998 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
210
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Tussentijdse waardeverandering bij een lopende bezwaarprocedure<br />
In 1997 dient een eigenaar-gebruiker een bezwaarschrift in tegen de vastgestelde waarde van<br />
ƒ 150.000. Het duurt bijna een jaar, voordat uitspraak kan worden gedaan. De uitspraak behelst<br />
een vermindering van de waarde tot ƒ 125.000. Op 25 juni 1997 wordt geconstateerd, dat een<br />
verbouwing tot een waardetoename van ƒ 75.000 leidt.<br />
Initieel is aangeleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N 150.000 X 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N besch. genomen. 22-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
De verbouwing en de uitkomst van de procedure leidt tot de volgende mutaties (hierbij wordt<br />
ervan uitgegaan dat alle mutaties worden gecumuleerd in één leveringsbestand):<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 150.000 X 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 150.000 X 1-1-1997 25-6-1997 20<br />
1 W 225.000 X 25-6-1997 1-1-2001 20<br />
1 T 150.000 X 1-1-1997 25-6-1997 20<br />
1 W 125.000 X 1-1-1997 25-6-1997 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T besch. genomen. 22-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
1 W bezw. afgehandeld 1-2-1998 1-1-1997 1-1-1998 80<br />
1 W besch. genomen 31-1-1998 1-1-1998 1-1-2001 80<br />
Wanneer de behandeling van een bezwaarschrift nog loopt kan de gemeente overwegen de<br />
nieuwe <strong>WOZ</strong>-beschikking met de nieuwe waarde aan te houden tot de uitspraak op de vorige<br />
beschikking onherroepelijk is. Het is namelijk waarschijnlijk, dat de belanghebbende ook tegen<br />
de nieuwe waarde bezwaar zal aantekenen. In dat geval moet in de mutatie van het "20-record"<br />
de blokkeringscode op "01" worden gezet.<br />
211
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
De gemeente kan in dit geval, omdat de beschikking nog niet onherroepelijk is, bij de uitspraak<br />
op het bezwaarschrift ook de tweede <strong>WOZ</strong>-beschikking ambtshalve verminderen, bijvoorbeeld<br />
naar ƒ 200.000. Dit geeft dan de volgende records:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 225.000 X 25-6-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 200.000 X 25-6-1997 1-1-2001 20<br />
Indien de gehele bezwaarprocedure bij het verkeerde object is geadministreerd, wordt dit voor<br />
object 1 als volgt hersteld<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 125.000 X 1-1-1997 25-6-1997 20<br />
1 W 150.000 X 1-1-1997 25-6-1997 20<br />
1 T 200.000 X 25-6-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 225.000 X 25-6-1997 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T bezw.afgehandeld 1-3-1998 1-1-1997 1-1-1998 80<br />
1 W besch.genomen. 22-2-1997 1-1-1997 1-1-1998 80<br />
212
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Opvoeren en vervallen van een object<br />
Op 1 augustus 1998 ontstaat een object 1, kadastraal bekend als A1, in eigendom en gebruik bij<br />
subject A. Een beschikking is nog niet genomen. Geleverd worden de volgende records:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N 0 /blokkeren 130 1-8-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode kad. adres toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A1 130 1-8-1998 1-1-2001 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A 1-8-1998 1-1-2001 60<br />
Subject A is reeds bekend, en hoeft dus niet te worden geleverd.<br />
Vervolgens wordt op 2 oktober 1998 de grondoppervlakte van het object vergroot.<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 0 / blokkeren 130 1-8-1998 1-1-2001 20<br />
1 W 0 / blokkeren 130 1-8-1998 2-10-1998 20<br />
1 W 0 / blokkeren 150 2-10-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode kad. adres toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A1 130 1-8-1998 1-1-2001 40<br />
1 W A1 130 1-8-1998 2-10-1998 40<br />
1 W A1 150 2-10-1998 1-1-2001 40<br />
Op 3 november 1998 wordt het object getaxeerd en de waarde doorgegeven. Tevens wordt later<br />
een beschikking genomen.<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 0 / blokkeren 150 2-10-1998 1-1-2001 20<br />
1 W 200.000 150 2-10-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N besch. genomen 15-1-1999 1-1-1999 1-1-2001 80<br />
213
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Indien bijvoorbeeld tijdens de taxatie blijkt, dat het object niet als zelfstandig object bestaat, maar<br />
onderdeel vormt van een samenstel, kan, zolang er nog geen beschikking is genomen het object<br />
vervallen worden verklaard. De reeds geleverde records kunnen dan uit de bestanden worden<br />
verwijderd.<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 V 0 / blokkeren 130 1-8-1998 2-10-1998 20<br />
1 V 200.000 150 2-10-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode kad. adres toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 V A1 130 1-8-1998 2-10-1998 40<br />
1 V A1 150 2-10-1998 1-1-2001 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 V A 1-8-1998 1-1-2001 60<br />
Is de beschikking eenmaal genomen en hebben de afnemers daar mogelijk reeds aanslagen op<br />
gebaseerd, dan is het niet verstandig om alle onderliggende gegevens uit de administratie te<br />
verwijderen.<br />
Ook al wordt de beschikking vernietigd, omdat het object nooit heeft bestaan, dan blijven de<br />
gegevens, op basis waarvan de beschikking is genomen van belang. In een dergelijk geval kunnen<br />
dus geen "V-records" worden geleverd.<br />
De betrokken records zullen via T/W mutaties moeten worden beëindigd.<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 0 130 1-8-1998 2-10-1998 20<br />
1 W 0 130 1-8-1998 1-8-1998 20<br />
1 T 200.000 150 2-10-1998 1-1-2001 20<br />
1 W 200.000 150 2-10-1998 2-10-1998 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode kad. adres toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A1 130 1-8-1998 2-10-1998 40<br />
1 W A1 130 1-8-1998 1-8-1998 40<br />
1 T A1 150 2-10-1998 1-1-2001 40<br />
1 W A1 150 2-10-1998 2-10-1998 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A 1-8-1998 1-1-2001 60<br />
1 W A 1-8-1998 1-8-1998 60<br />
214
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status datum status ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T besch. genomen 15-1-1999 1-1-1999 1-1-2001 80<br />
1 W vernietiging 31-3-1999 1-1-1999 1-1-2001 80<br />
215
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Samenvoegen, vervallen en beëindigen van <strong>WOZ</strong> objecten<br />
Op 10 oktober 1998 worden object 1, in eigendom en gebruik bij subject A en object 2, in<br />
eigendom en gebruik bij subject B samengevoegd. Er ontstaat een nieuw <strong>WOZ</strong>-object 3, in<br />
eigendom en gebruik bij subject C. Deze situatie leidt tot de volgende mutatierecords:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 200.000 150 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 200.000 150 1-1-1997 10-10-1998 20<br />
2 T 250.000 200 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
2 W 250.000 200 1-1-1997 10-10-1998 20<br />
3 N 0 / blokkeren 350 10-10-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode kad. adres toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A1 150 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
1 W A1 150 1-1-1997 10-10-1998 40<br />
2 T A2 200 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
2 W A2 200 1-1-1997 10-10-1998 40<br />
3 N A1 150 10-10-1998 1-1-2001 40<br />
3 N A2 200 10-10-1998 1-1-2001 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 W A 1-1-1997 10-10-1998 60<br />
2 T B 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
2 W B 1-1-1997 10-10-1998 60<br />
3 N C 10-10-1998 1-1-2001 60<br />
Tevens mogen de subjectrecords van A en B worden beëindigd, indien zij ook voor andere<br />
objecten niet langer relevant zijn. Daarnaast moet een initieel record voor subject C te worden<br />
geleverd, indien subject C nog niet bekend is:<br />
subject mutatiecode gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
A T Aalbers 1-1-1997 1-1-2001 30/31<br />
A W Aalbers 1-1-1997 10-10-1998 30/31<br />
B T Berends 1-1-1997 1-1-2001 30/31<br />
B W Berends 1-1-1997 10-10-1998 30/31<br />
C N Campen 10-10-1998 1-1-2001 30/31<br />
216
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Op 15 november 1998 wordt een fout ontdekt. Objecten 1 en 2 blijken niet te zijn samengevoegd.<br />
Objecten 1 en 2 moeten worden hersteld en object 3 kan vervallen:.<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 200.000 150 1-1-1997 10-10-1998 20<br />
1 W 200.000 150 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
2 T 250.000 200 1-1-1997 10-10-1998 20<br />
2 W 250.000 200 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
3 V 0 / blokkeren 350 10-10-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode kad. adres toegek. opp ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A1 150 1-1-1997 10-10-1998 40<br />
1 W A1 150 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
2 T A2 200 1-1-1997 10-10-1998 40<br />
2 W A2 200 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
3 V A1 150 10-10-1998 1-1-2001 40<br />
3 V A2 200 10-10-1998 1-1-2001 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A 1-1-1997 10-10-1998 60<br />
1 W A 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
2 T B 1-1-1997 10-10-1998 60<br />
2 W B 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
3 V C 10-10-1998 1-1-2001 60<br />
subject mutatiecode gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
A T Aalbers 1-1-1997 10-10-1998 30/31<br />
A W Aalbers 1-1-1997 1-1-2001 30/31<br />
B T Berends 1-1-1997 10-10-1998 30/31<br />
B W Berends 1-1-1997 1-1-2001 30/31<br />
Eventueel kan subject C vervallen, indien het subject in <strong>WOZ</strong> verband niet relevant is.<br />
subject mutatiecode gegevens ingangsdatum einddatum rec soort<br />
C V Campen 10-10-1998 1-1-2001 30/31<br />
Alle "V-records" in dit voorbeeld kunnen worden vervangen door overeenkomstige "T/Wrecords",<br />
met de ingangs- en einddatum van het "W-record" op 10-10-1998.<br />
217
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Verkoop / afsplitsing van een gedeelte van een <strong>WOZ</strong> object.<br />
Op 28 februari 1998 verkoopt subject A een gedeelte van object 1 aan subject B. Zowel A als B<br />
zijn eigenaar en gebruiker.<br />
Initieel zijn de volgende records geleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N 1.000.000 500 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode Kadastrale aand. toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A1 500 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N A 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking dagtekening ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 N besch. genomen 15-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
De mutatie van de gedeeltelijke verkoop wordt als volgt doorgegeven:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 1.000.000 500 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 1.000.000 500 1-1-1997 28-2-1998 20<br />
2 N 0 / blokkeren 300 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
3 N 0 / blokkeren 200 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode Kadastrale aand. toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A1 500 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
1 W A1 500 1-1-1997 28-2-1998 40<br />
2 N A1, deel 1 300 28-2-1998 1-1-2001 40<br />
3 N A1, deel 2 200 28-2-1998 1-1-2001 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
1 W A 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
2 N A 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
3 N B 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
218
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
In een later stadium zullen de nieuwe waarden van objecten 2 en 3, alsmede de bijbehorende<br />
beschikkingen, zoals uitgewerkt in het voorbeeld "Wijzigingen in objectgegevens" worden<br />
doorgeven.<br />
Is de waarde ten tijde van de administratieve verwerking van de splitsing nog niet bekend, maar<br />
wel bekend voordat de mutatie geleverd wordt, dan wordt niet in één mutatielevering eerst een<br />
N-record met een blokkering geleverd direct gevolgd door "T"- en "W-record" met de wijziging<br />
naar de nieuwe waarde. In dat geval wordt direct een "N-record" met de nieuwe waarde geleverd:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 1.000.000 500 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 1.000.000 500 1-1-1997 28-2-1998 20<br />
2 N 750.000 300 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
3 N 250.000 200 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode status beschikking dagtekening ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T besch. genomen 15-2-1997 1-1-1997 1-1-2001 80<br />
1 W besch. genomen 15-2-1997 1-1-1997 1-1-1999 80<br />
2 N besch. genomen 1-2-1999 1-1-1999 1-1-2001 80<br />
3 N besch. genomen 1-2-1999 1-1-1999 1-1-2001 80<br />
219
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
Indien vóór het versturen van de beschikkingen blijkt dat de splitsing geen betrekking had op<br />
object 1, maar op een ander <strong>WOZ</strong> object, dan kunnen de nieuw gevormde objecten nog vervallen.<br />
Het "oude" object kan dan weer voor het gehele tijdvak geldig zijn.<br />
Deze situatie wordt als volgt uitgewerkt:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 1.000.000 500 1-1-1997 28-2-1998 20<br />
1 W 1.000.000 500 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
2 V 0 / blokkeren 300 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
3 V 0 / blokkeren 200 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A 1-1-1997 28-2-1998 60<br />
1 W A 1-1-1997 1-1-2001 60<br />
2 V A 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
3 V B 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode Kadastrale aand. toegek. opp ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A1 500 1-1-1997 28-2-1998 40<br />
1 W A1 500 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
2 V A1, deel 1 300 28-2-1998 1-1-2001 40<br />
3 V A1, deel 2 200 28-2-1998 1-1-2001 40<br />
In plaats van alle "V-records" kunnen ook T/W records worden geleverd met in het "W" record<br />
de ingangs- en einddatum 28-2-1998.<br />
220
TOELICHTING WAARDERINGSKAMER<br />
8. VOORBEELDEN<br />
Gedeeltelijke verkoop/afsplitsing, waarbij het oude object blijft bestaan<br />
In het vorige voorbeeld werd een object door de gedeeltelijke verkoop gesplitst in een tweetal<br />
nieuwe objecten. De reden hiervoor was onder andere dat ook de afbakening van het "oude"<br />
object significant wijzigde. Is dit laatste niet het geval, dan blijft in de praktijk het oude object<br />
vaak bestaan en worden, indien nodig, de gegevens daarvan slechts gemuteerd.<br />
Daarnaast ontstaat een nieuw object voor het afgesplitste gedeelte, dan wel wordt een derde<br />
object, waaraan het afgesplitste gedeelte wordt toegevoegd, eveneens gemuteerd.<br />
Stel dat in het voorgaande voorbeeld van het oorspronkelijke object dat 500 m2 groot is,<br />
slechts 50 m2 wordt afgesplitst. De gemeente besluit in dit geval object 1 te laten bestaan.<br />
De mutatie van de gedeeltelijke verkoop wordt dan als volgt doorgegeven:<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode waarde grondopp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T 1.000.000 500 1-1-1997 1-1-2001 20<br />
1 W 1.000.000 500 1-1-1997 28-2-1998 20<br />
1 W 1.000.000 /<br />
blokkeren<br />
450 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
2 N 0 / blokkeren 50 28-2-1998 1-1-2001 20<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode Kadastrale aand. toegek. opp. ingangsdatum einddatum rec soort<br />
1 T A1 500 1-1-1997 1-1-2001 40<br />
1 W A1 500 1-1-1997 28-2-1998 40<br />
1 N A1, deel 1 450 28-2-1998 1-1-2001 40<br />
2 N A1, deel 2 50 28-2-1998 1-1-2001 40<br />
<strong>WOZ</strong> object mutatiecode subject ingangsdatum einddatum rec soort<br />
2 N B 28-2-1998 1-1-2001 60<br />
Bij object 1 wordt de waarde geblokkeerd, omdat onderzocht moet worden of de verkoop tot<br />
waardeverandering boven de drempel leidt. Is dit niet het geval, dan wordt vervolgens slechts de<br />
blokkering opgeheven en blijft de waarde gehandhaafd. Als de waardeverandering boven de<br />
drempel uitkomt, worden in een later stadium de nieuwe waarde en de nieuwe beschikking<br />
doorgegeven. Ook voor object 2 zal in een later stadium de waarde en de beschikking<br />
doorgegeven moeten worden.<br />
221
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
DEEL II<br />
222
BIJLAGE 1: GEGEVENSDEFINITIES FACULTATIEVE GEGEVENS STUF-<strong>WOZ</strong><br />
BIJLAGE 1: GEGEVENSDEFINITIES FACULTATIEVE GEGEVENS STUF-<strong>WOZ</strong><br />
223
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
Gegevensnummer: 01.40<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
subjectnummer AKR<br />
subject, identificatie eigenaar/gebruiker<br />
oorspronkelijk<br />
Identificerend administratienummer van een (rechts)persoon, zoals<br />
toegewezen door het Kadaster voor gebruik in AKR.<br />
<strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
numeriek<br />
Lengte: 10<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
0000000000 (= andere identificatie eigenaar/gebruiker beschikbaar)<br />
0000000000 - 9999999999<br />
Kadaster<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: -<br />
Commentaar:<br />
Het AKR-nummer kan gebruikt worden om de koppeling met de<br />
kadastrale gegevens bij het waterschap te vereenvoudigen.<br />
224
BIJLAGE 1: GEGEVENSDEFINITIES FACULTATIEVE GEGEVENS STUF-<strong>WOZ</strong><br />
Gegevensnummer: 02.20<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
adellijke titel of predikaat<br />
subject<br />
oorspronkelijk<br />
Een niet tot de naamgegevens behorende aanduiding die de persoon<br />
erfrechtelijk krijgt toegekend of anderszins verkrijgt.<br />
Herkomst definitie: NEN 1888<br />
Type:<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 2<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
"leeg"<br />
B (= Baron)<br />
BS (= Barones)<br />
G (= Graaf)<br />
GI (= Gravin)<br />
H (= Hertog)<br />
HI (= Hertogin)<br />
JH (= Jonkheer (predikaat))<br />
JV (= Jonkvrouw (predikaat))<br />
M (= Markies)<br />
MI (= Markiezin)<br />
P (= Prins)<br />
PS (= Prinses)<br />
R (= Ridder)<br />
gemeente (GBA)<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: adellijke titel/predikaat, Nederland (NEN 1888)<br />
adellijke titel of predikaat (GBA)<br />
Commentaar:<br />
Het Logisch Ontwerp GBA geeft de volgende definitie: "Een tot de naam<br />
(bij adellijke titel geslachtsnaam, bij predikaat voornaam) behorende<br />
omschrijving die voorkomt in tabel 38 (Adellijke titels en predikaten) van<br />
de Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA)."<br />
225
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
Gegevensnummer: 04.10<br />
Gegevensnaam:<br />
Entiteit:<br />
Datum opname:<br />
Definitie:<br />
Herkomst definitie:<br />
Type:<br />
geslachtsaanduiding<br />
subject<br />
oorspronkelijk<br />
Een aanduiding die aangeeft dat de ingeschrevene een man of een vrouw<br />
is, of dat het geslacht (nog) onbekend is.<br />
Logisch Ontwerp GBA<br />
alfanumeriek<br />
Lengte: 1<br />
Domein:<br />
Bron:<br />
"leeg" (= niet-natuurlijk persoon)<br />
M (= man)<br />
V (= vrouw)<br />
O (= onbekend)<br />
gemeente (GBA)<br />
Gebruik: -<br />
Vergelijken met: geslacht, gecodeerd (NEN 1888)<br />
geslachtsaanduiding (GBA)<br />
Commentaar:<br />
NEN 1888 verwijst naar NEN-ISO 5218 die het gegeven als numeriek<br />
heeft gedefinieerd met de volgende codelijst:<br />
0 (= onbekend)<br />
1 (= mannelijk)<br />
2 (= vrouwelijk)<br />
9 (= niet gespecificeerd)<br />
226
BIJLAGE 2: LEVERINGSFORMAAT STUF-<strong>WOZ</strong> INCLUSIEF FACULTATIEVE GEGEVENS<br />
BIJLAGE 2: LEVERINGSFORMAAT INCLUSIEF FACULTATIEVE GEGEVENS<br />
1. Voorlooprecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 00)<br />
3 - 6 4 N 09.10 Gemeentecode<br />
7 - 46 40 A 09.11 Gemeentenaam<br />
47 - 86 40 A 91.10 Contactpersoon<br />
87 - 106 20 A 91.20 Telefoonnummer contactpersoon<br />
107 - 110 4 N 71.10 Code afnemer<br />
111 - 118 8 D 92.10 Aanmaakdatum<br />
119 - 120 2 N 92.20 Bijgewerkt tot en met maand<br />
121 - 128 8 D 92.30 Datum vorige aanlevering<br />
129 - 129 1 A 93.30 Aard leveringsbestand<br />
130 - 149 20 A 91.30 Softwareleverancier<br />
150 - 151 2 N 91.40 Versie <strong>Stuf</strong>-<strong>WOZ</strong><br />
152 - 256 105 A Filler<br />
227
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
2. Indien records met <strong>WOZ</strong>-objecten worden geleverd volgt hierna (anders<br />
vervolg bij 3):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 20)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 20)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 54 40 A 10.20 Woonplaatsnaam<br />
55 - 78 24 A 11.10 Straatnaam<br />
79 - 83 5 N 11.20 Huisnummer<br />
84 - 84 1 A 11.30 Huisletter<br />
85 - 88 4 A 11.40 Huisnummertoevoeging<br />
89 - 90 2 A 11.50 Aanduiding bij huisnummer<br />
91 - 96 6 A 11.60 Postcode<br />
97 - 136 40 A 11.70 Lokatieomschrijving<br />
137 - 144 8 N 12.10 Grondoppervlakte<br />
145 - 146 2 N 12.20 Gebruikscode<br />
147 - 147 1 A 14.10 Code gebouwd/ongebouwd<br />
148 - 155 8 N 14.20 Meegetaxeerde oppervlakte<br />
gebouwd<br />
156 - 166 11 N 14.30 Aandeel waarde gebouwd<br />
167 - 177 11 N 15.10 Vastgestelde waarde<br />
178 - 185 8 D 15.20 Waardepeildatum<br />
186 - 188 3 N 15.30 Bijzondere-waarderingscode<br />
189 - 189 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
190 - 197 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
198 - 205 8 D 81.30 Einddatum<br />
206 - 210 5 A Filler<br />
211 - 213 3 A 15.40 Aanduiding valutasoort<br />
214 - 215 2 N 15.50 Code blokkeren<br />
216 - 256 41 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
228
BIJLAGE 2: LEVERINGSFORMAAT STUF-<strong>WOZ</strong> INCLUSIEF FACULTATIEVE GEGEVENS<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords deelbestand<br />
12 - 21 10 N Totaaltelling 12.10<br />
22 - 31 10 N Totaaltelling 14.20<br />
32 - 44 13 N Totaaltelling 14.30<br />
45 - 57 13 N Totaaltelling 15.10<br />
58 - 256 199 A Filler<br />
229
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
3. Indien records met subjecten worden geleverd volgt hierna (anders vervolg<br />
bij 4):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 30)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 30)<br />
3 - 12 10 N 01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
13 - 21 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
22 - 31 10 A 02.11 Voorletters<br />
32 - 41 10 A 02.30 Voorvoegsels<br />
42 - 176 135 A 02.40 Geslachtsnaam/statutaire naam<br />
177 - 231 55 A 02.41 Partnernaam/bedrijfsnaam verkort<br />
232 - 241 10 A 02.31 Voorvoegsels behorend bij<br />
partnernaam<br />
242 - 251 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
252 - 252 1 A 04.05 Aanduiding naamgebruik<br />
253 - 256 4 A Filler<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 31)<br />
3 - 11 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
12 - 35 24 A 11.10 Straatnaam<br />
36 - 40 5 N 11.20 Huisnummer<br />
41 - 41 1 A 11.30 Huisletter<br />
42 - 45 4 A 11.40 Huisnummertoevoeging<br />
46 - 47 2 A 11.50 Aanduiding bij huisnummer<br />
48 - 53 6 A 11.60 Postcode<br />
54 - 93 40 A 10.20 Woonplaatsnaam<br />
94 - 133 40 A 13.10 Landnaam<br />
134 - 134 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
135 - 142 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
143 - 150 8 D 81.30 Einddatum<br />
151 - 190 40 A 11.70 Lokatieomschrijving<br />
191 - 200 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
201 - 208 8 N 01.30 Handelsregisternummer<br />
209 - 212 4 A Filler<br />
230
BIJLAGE 2: LEVERINGSFORMAAT STUF-<strong>WOZ</strong> INCLUSIEF FACULTATIEVE GEGEVENS<br />
213 - 222 10 N 01.40 Subjectnummer AKR<br />
Facultatief gegeven<br />
223 - 224 2 A 02.20 Adellijke titel of predikaat<br />
Facultatief gegeven<br />
225 - 225 1 A Filler<br />
226 - 226 1 A 04.10 Geslachtsaanduiding<br />
Facultatief gegeven<br />
227 - 234 8 D 03.10 Geboortedatum natuurlijk persoon<br />
235 - 242 8 D 08.10 Datum overlijden natuurlijk<br />
persoon<br />
243 - 243 1 A 08.11 Status subject<br />
244 - 248 5 A filler<br />
249 - 249 1 A 10.10 Functie adres<br />
250 - 256 7 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords deelbestand<br />
12 - 20 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
recordidentificatiecode = 30<br />
21 - 29 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
recordidentificatiecode = 31<br />
30 - 256 227 A Filler<br />
231
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
4. Indien records met kadastrale identificaties <strong>WOZ</strong>-objecten worden geleverd<br />
volgt hierna (anders vervolg bij 5):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 40)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 40)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 19 5 A 51.10 Kadastrale gemeentecode<br />
20 - 21 2 A 51.20 Sectie<br />
22 - 26 5 N 51.30 Perceelnummer<br />
27 - 27 1 A 51.40 Perceel-index-letter<br />
28 - 31 4 N 51.50 Perceel-index-nummer<br />
32 - 39 8 N 52.10 Toegekende oppervlakte<br />
40 - 47 8 N 52.20 Meegetaxeerde oppervlakte<br />
gebouwd per kadastraal object<br />
48 - 48 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
49 - 56 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
57 - 64 8 D 81.30 Einddatum<br />
65 - 256 192 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords deelbestand<br />
12 - 24 13 N Totaaltelling 52.10<br />
25 - 37 13 N Totaaltelling 52.20<br />
38 - 256 219 A Filler<br />
232
BIJLAGE 2: LEVERINGSFORMAAT STUF-<strong>WOZ</strong> INCLUSIEF FACULTATIEVE GEGEVENS<br />
5. Indien records met identificaties eigenaar/gebruiker worden geleverd volgt<br />
hierna (anders vervolg bij 6):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 60)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 60)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 24 10 N 01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
25 - 33 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
34 - 34 1 A 41.10 Aanduiding eigenaar/gebruiker<br />
35 - 40 6 A 41.20 Zakelijk-rechtcode<br />
41 - 42 2 A 41.30 c.s.-code<br />
43 - 43 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
44 - 51 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
52 - 59 8 D 81.30 Einddatum<br />
60 - 69 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
70 - 79 10 N 01.40 Subjectnummer AKR<br />
Facultatief gegeven<br />
80 - 256 177 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
deelbestand<br />
12 - 256 245 A Filler<br />
233
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
6. Indien records met <strong>WOZ</strong>-objecten doorsneden door een waterschapsgrens<br />
worden geleverd volgt hierna (anders vervolg bij 7):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie (= 70)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 70)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 25 11 N 15.10 Vastgestelde waarde<br />
26 - 29 4 N 71.10 Code afnemer<br />
30 - 30 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
31 - 38 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
39 - 46 8 D 81.30 Einddatum<br />
47 - 256 210 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
deelbestand<br />
12 - 24 13 N Totaaltelling 15.10<br />
25 - 256 232 A Filler<br />
234
BIJLAGE 2: LEVERINGSFORMAAT STUF-<strong>WOZ</strong> INCLUSIEF FACULTATIEVE GEGEVENS<br />
7. Indien records met statusveranderingen van beschikkingen worden geleverd<br />
volgt hierna (anders vervolg bij 8):<br />
Stuurrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 10)<br />
3 - 4 2 N 93.20 Deelbestandsidentificatie. (= 80)<br />
5 - 256 252 A Filler<br />
Gegevensrecords<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 80)<br />
3 - 14 12 N 01.01 <strong>WOZ</strong>-objectnummer<br />
15 - 22 8 D 15.20 Waardepeildatum<br />
23 - 24 2 A Filler<br />
25 - 26 2 N 22.10 Code status beschikking<br />
27 - 27 1 A 81.10 Mutatiecode<br />
28 - 35 8 D 81.20 Ingangsdatum<br />
36 - 43 8 D 81.30 Einddatum<br />
44 - 53 10 N 01.10 A-nummer natuurlijk persoon<br />
54 - 62 9 N 01.20 SoFi-nummer<br />
63 - 72 10 N 01.21 Aanvulling SoFi-nummer<br />
73 - 80 8 D 22.20 Datum status<br />
81 - 256 176 A Filler<br />
Telrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 90)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal gegevensrecords<br />
deelbestand<br />
12 - 256 245 A Filler<br />
235
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
8. Leveringsbestand eindigt altijd met:<br />
Sluitrecord<br />
positie lengte type nummer naam gegeven<br />
1 - 2 2 N 93.10 Recordidentificatiecode (= 99)<br />
3 - 11 9 N Totaal aantal records code = 10<br />
12 - 20 9 N Totaal aantal records code = 20<br />
21 - 29 9 N Totaal aantal records code = 30<br />
30 - 38 9 N Totaal aantal records code = 31<br />
39 - 47 9 N Totaal aantal records code = 40<br />
48 - 56 9 N Totaal aantal records code = 60<br />
57 - 65 9 N Totaal aantal records code = 70<br />
66 - 74 9 N Totaal aantal records code = 80<br />
75 - 83 9 N Totaal aantal records code = 90<br />
84 - 256 173 A Filler<br />
236
BIJLAGE 3: DEFINITIE TEKENSTEL LATIN5<br />
BIJLAGE 3:<br />
DEFINITIE TEKENSET LATIN5<br />
De tekenset Latin5 is geschikt voor het weergeven van alle diacritische tekens in Nederlandse<br />
namen en ook voor de meeste europese talen. Latin5 gaat uit van het gebruik van<br />
slechts één byte voor het weergeven van alle karakters. Latin5 is een uitbreiding van de<br />
standaard ASCII tekenset. De eerste helft van de tekenset Latin5 komt dan ook geheel<br />
overeen met de ASCII tekenset. De tweede helft van de tekenset Latin5 definieert de<br />
mogelijke diacritische karakters.<br />
Voor de exacte definitie van de weergave van de uitgebreide tekenset wordt verwezen<br />
naar de International Standard ISO/IEC 8859-9.<br />
! " # $ % & ' ( ) * + , - . /<br />
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 : ; < = > <br />
@ A B C D E F G H I J K L M N O<br />
P Q R S T U V W X Y Z [ \ ] ^ _<br />
` a b c d e f g h i j k l m n o<br />
p q r s t u v w x y z { * } ~<br />
¡ ¢ £ ¤ ¥ | § ¨ © ª « ¬ ® ¯<br />
< ± ² ³ ´ µ ¸ ¹ º » ¼ ½ ¾ ¿<br />
À Á Â Ã Ä Å Æ Ç È É Ê Ë Ì Í Î Ï<br />
Ğ Ñ Ò Ó Ô Õ Ö × Ø Ù Ú Û Ü İ Ş ß<br />
à á â ã ä å æ ç è é ê ë ì í î ï<br />
ğ ñ ò ó ô õ ö ÷ ø ù ú û ü ı ş ÿ<br />
237
STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />
BIJLAGEN<br />
238