27.12.2014 Views

Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer

Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer

Stuf-WOZ versie 2.pdf - Waarderingskamer

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

STUF-<strong>WOZ</strong> VERSIE 2<br />

DEEL I<br />

De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> en de kosten verbonden aan de waardering<br />

worden gedragen door de drie overheden die betrokken zijn bij de wet, te weten<br />

het Rijk (de rijksbelastingdienst), de gemeenten en de waterschappen.<br />

Wat het dragen van de kosten betreft zijn in het bestuurlijk overleg van de<br />

Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, de Staatssecretaris van Financiën, het<br />

InterProvinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie<br />

van Waterschappen de volgende afspraken gemaakt. De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong><br />

worden omgeslagen in de verhouding 2:4:2 over rijksbelastingdienst,<br />

gemeenten en waterschappen, naar rato van de verdeling van de zetels in de<br />

<strong>Waarderingskamer</strong>. De kosten van de uitvoering van de waardebepaling en<br />

waardevaststelling komen voor 30 percent voor rekening van de rijksbelastingdienst,<br />

voor 30 percent voor rekening van de waterschappen voor zover ze<br />

betrekking hebben op gebieden die volgens door provinciale staten vastgestelde<br />

waterschapsreglementen in waterschapsverband gelegen zijn en voor het overige<br />

voor rekening van de gemeenten.<br />

De kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> zijn de kosten die voortvloeien uit de haar<br />

opgedragen taken: het houden van toezicht op de uitvoering van de waardebepaling<br />

en waardevaststelling van onroerende zaken door de gemeenten en het<br />

adviseren over zaken die in verband staan met de inhoud en toepassing van de<br />

wet.<br />

De verrekening van het gedeelte van de kosten van de <strong>Waarderingskamer</strong> dat ten<br />

laste van de gemeenten dient te komen (50%), geschiedt via uitname uit de<br />

algemene uitkering uit het Gemeentefonds door verlaging van het uitkeringspercentage.<br />

Bij brief van de Staatssecretaris van Financiën, mede namens de<br />

Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken Van de Vondervoort, van 14 december<br />

1994, nr. Fip94/842M, is aan de Raad voor de gemeentefinanciën gevraagd te<br />

adviseren over deze wijze van verrekening van de kosten. De Raad heeft in zijn<br />

advies van 18 januari 1995, nr. Rgf 16.11/003.003, medegedeeld verlaging van het<br />

uitkeringspercentage de meest praktische methode voor deze verrekening te<br />

achten.<br />

Een kopie van het advies van de Raad is als bijlage bijgevoegd.<br />

Een belangrijk element van de regeling van de kostenverrekening is het rekenmodel,<br />

aan de hand waarvan de hoogte van de kosten van de waardering door<br />

gemeenten kunnen worden berekend. Dit rekenmodel dat bij ministeriële regeling<br />

zal worden vastgesteld door de Minister van Financiën, is ontwikkeld door de<br />

Commissie kostenverrekening van de <strong>Waarderingskamer</strong>. In het model is uitgegaan<br />

van een integrale kostenberekening. Onder integrale kosten worden in dit<br />

verband verstaan de kosten waarvoor de gemeente redelijkerwijs het gevraagde<br />

produkt moet kunnen leveren.<br />

De bedragen van een aantal kostencomponenten zijn genormeerd. De daaraan ten<br />

grondslag liggende reden is dat het enerzijds moeilijk is de kosten van bepaalde<br />

handelingen exact toe te rekenen aan de waardering in het kader van de wet. Dit<br />

geldt in het bijzonder met betrekking tot handelingen die niet uitsluitend ten<br />

behoeve van de waardering worden verricht, zoals het verzamelen van gegevens.<br />

Anderzijds is het aannemelijk dat de kosten van werkzaamheden die naar hun aard<br />

40

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!