• ja - Bestuur Noordenveld - Gemeente Noordenveld
• ja - Bestuur Noordenveld - Gemeente Noordenveld
• ja - Bestuur Noordenveld - Gemeente Noordenveld
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
G E M E E N T E<br />
t<br />
NOORDENVELD<br />
Paraaf secretaris<br />
Paraaf direct leidinggev snde<br />
ADVIES VAN<br />
Datum<br />
5X<br />
24 <strong>ja</strong> nuari 2012<br />
A -<br />
Afdeling<br />
R&S<br />
III HUI<br />
Opsteller<br />
G. Hoving<br />
Telefoon 438<br />
ADVIES AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS<br />
/ ONDERWERP<br />
(Transitie)middelen beschikbaar stellen voor het opzetten van een transitieteam<br />
Awbz, Jeugdzorg en Wet werken naar vermogen<br />
/ EERDERE BESLUITVORMING<br />
Registratie<br />
VOORSTEL<br />
OPENBAAR<br />
<strong>ja</strong><br />
nee<br />
BW12.0061<br />
<strong>•</strong><br />
actief y/ passief<br />
/r INFORMEREN BETROKKENEN<br />
<strong>ja</strong><br />
nee<br />
/ BIJLAGEN<br />
0. Routekaart transities, 1. vragen en antwoorden Awbz, 2. stappenplan Awbz, 3.<br />
overzicht werkzaamheden Jeugdzorg<br />
/ VOORGESTELD BESLUIT<br />
1. zo spoedig mogelijk een transitieteam formeren met de opdracht de komende<br />
transities voor Awbz, Jeugdzorg en Wet Werken naar Vermogen daar waar<br />
mogelijk en gewenst in samenhang voor te bereiden en te implementeren;<br />
2. hiervoor een bedrag van € 189.000 beschikbaar stellen voor een periode van<br />
anderhalf<strong>ja</strong>ar;<br />
3. dekking ten laste van transitiebudget 2012 Awbz (€ 94.000), transitiebudget<br />
2012 jeugdzorg (€ 22.000), CJG-budget 2012 (€ 56.000) en compensatie ten<br />
laste van het budget bestuurlijke vernieuwing voor inzet projectleider GCC<br />
(€ 17.000);<br />
4. transitieteam opdracht geven (deel)bestuursopdrachten op te stellen en aan u<br />
ter besluitvorming voor te leggen;<br />
5. Raad informeren<br />
INFORMATIE RAAD ACTIEF<br />
S <strong>•</strong><br />
nee<br />
<strong>ja</strong><br />
<strong>•</strong><br />
OR<br />
<strong>ja</strong> V nee<br />
t MIDDELENINZET<br />
Investering<br />
Jaarlast<br />
Dekking<br />
BEHANDELING IN<br />
Vergadering B&W d.d.<br />
€ 189.000 excl. BTW<br />
Transitiebudgetten 2012,<br />
CJG budget, budget<br />
<strong>Bestuur</strong>lijke Vernieuwing<br />
31 <strong>ja</strong>nuari 2012<br />
i<br />
Raadscommissie d.d.<br />
Raad d.d.<br />
/ BESLUIT B&W<br />
Besluit d.d.<br />
3d 2<br />
PARAFEN B&W<br />
Conform<br />
Bespreken<br />
Burgemeester<br />
J. Dam<br />
G. Wolters<br />
G. Alssema<br />
O. Huisman<br />
ARCHIEF<br />
Paraaf verzending<br />
<strong>•</strong> —<br />
Verzonden<br />
d.d.<br />
Aangekomen<br />
d.d.
OVERWEGINGEN<br />
Vooraf<br />
Het Rijk gaat een groot takenpakket overhevelen naar gemeenten. <strong>Gemeente</strong>n worden verantwoordelijk voor de<br />
jeugdzorg (JZ), de functie begeleiding uit Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en de Wet Werken naar<br />
Vermogen (WWnV). De drie decentralisaties kennen een verschillend tempo, tijdspad en inhoud. In sommige<br />
gevallen is er sprake van nieuwe cliëntgroepen of cliëntgroepen die aangewezen zijn op meer dan één van de<br />
hierboven beschreven activiteiten. Alle ontwikkelingen hebben met elkaar gemeen dat ze gepaard gaan met forse<br />
bezuinigingstaakstellingen. Ook hanteert het kabinet voor alle ontwikkelingen het volgende uitgangspunt:<br />
"gemeenten zijn in staat de eigen kracht en de mogelijkheden van burgers en hun sociale netwerk aan te spreken<br />
en maatwerk in de directe omgeving te realiseren". <strong>Gemeente</strong>n krijgen binnen de wetgeving een belangrijke taak<br />
om de ondersteuning van burgers zo effectief en efficiënt mogelijk te organiseren. Dat gedachtegoed sluit aan bij<br />
de uitgangspunten van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en de daaruit voortvloeiende werkwijze.<br />
Landelijk wordt dit aangeduid met de term "De Kanteling". Beleid en uitvoering moeten binnen de WMO "kantelen"<br />
van claimgericht (burger bepaalt welke professionele voorziening nodig is om belemmeringen op te lossen) na^<br />
een meer ondersteunende benadering (samen met de burger kijken wat deze nog zelf kan, wat iemand met zijn<br />
sociale netwerk kan organiseren en pas dan professionele voorzieningen collectief en/of individueel inzetten).<br />
Transities in vogelvlucht<br />
Hierna volgt in vogelvlucht en in willekeurige volgorde een beschrijving van de ontwikkelingen.<br />
1. Functie extramurale begeleiding van AWBZ naar WMO<br />
De functie extramurale begeleiding gaat over van de AWBZ naar de WMO. Onder de functie begeleiding gaan<br />
een veelvoud aan activiteiten schuil. Binnen begeleiding wordt onderscheid gemaakt tussen 'begeleiding<br />
individueel' en 'begeleiding groep'. Begeleiding individueel wordt ingezet voor onder andere woonbegeleiding of<br />
thuisbegeleiding. Onder begeleiding groep vallen onder andere dagbesteding voor mensen met een<br />
verstandelijke beperking en dagopvang voor ouderen.<br />
<strong>Gemeente</strong>n worden vanaf 1 <strong>ja</strong>nuari 2013 verantwoordelijk voor de nieuwe aanvragers, voor cliënten van wie de<br />
indicatie afloopt in 2013 en voor cliënten waarbij de situatie verandert en daarom een nieuwe indicatie nodig<br />
hebben. Vanaf 2014 worden gemeenten verantwoordelijk voor alle cliënten die op dit moment al extramurale<br />
begeleiding ontvangen in de AWBZ. In ieder geval is vastgesteld dat er geen rechten meegaan van de AWB^<br />
naar de WMO. Dit om te voorkomen dat gemeenten niet in staat worden gesteld eigen beleid te voeren binnen de<br />
WMO en aan de financiële taakstelling te voldoen. De decentralisatie van extramurale begeleiding geldt ook voor<br />
het vervoer van en naar de dagbesteding en voor de groep licht verstandelijk gehandicapten (Ivg) jongeren en<br />
voor kinderen met Jeugd-GGZ zorg (vanaf 2013). Als er sprake is van een verblijfsindicatie dan blijft de<br />
begeleiding vanuit de AWBZ geregeld.<br />
De decentralisatie van de functie begeleiding naar de WMO biedt kansen om op lokaal niveau de ondersteuning<br />
bij zelfredzaamheid en participatie dichterbij de burger te organiseren. <strong>Gemeente</strong>n zijn in staat de eigen kracht en<br />
mogelijkheden van burgers en hun sociale netwerk aan te spreken en maatwerk in de directe omgeving te<br />
realiseren. Ook kunnen zij verbindingen leggen met andere WMO-voorzieningen en andere gemeentelijke<br />
domeinen, zoals re-integratie en de bijstand. Zo wordt de begeleiding meer doelmatig en meer effectief<br />
georganiseerd.<br />
Om op 1 <strong>ja</strong>nuari 2013 klaar te zijn voor het uitvoeren van de eerst geplande werkzaamheden uit de<br />
decentralisatie streeft de rijksoverheid ernaar om gemeenten 1 <strong>ja</strong>ar de tijd te geven de eerste fase van de<br />
decentralisatie vorm te geven. <strong>Gemeente</strong>n kunnen bij de voorbereidingen een beroep doen op het landelijke<br />
transitiebureau decentralisatie AWBZ. Indien u behoefte heeft aan meer informatie over de komende<br />
decentralisatie adviseer ik u bijlage 1 te lezen. Hierin staan de meest gestelde vragen en antwoorden voor u op<br />
een rij.
Financieel is deze operatie ongeveer twee-en-een-half keer zo groot als de decentralisatie van de huishoudelijke<br />
verzorging. Daarnaast is de complexiteit gezien de gedifferentieerde doelgroep en de afspraak dat er geen oude<br />
rechten overgaan naar de nieuwe situatie aanzienlijk groter.<br />
2. Transitie Jeugdzorg<br />
Tussen 2014 en 2016 wordt de jeugdzorg gedecentraliseerd naar de gemeenten. Reden hiertoe is dat het<br />
kabinet zich grote zorgen maakt over het functioneren van de jeugdzorg. Het kabinet concludeert dat:<br />
<strong>•</strong> Het huidige stelsel te complex is en dit leidt tot afstemmings- en aansluitingsproblemen<br />
<strong>•</strong> Een groeiend aantal jeugdigen dat zware zorg krijgt<br />
<strong>•</strong> Er te weinig gebruik wordt gemaakt van de eigen kracht van jeugdigen en gezinnen.<br />
<strong>•</strong> De kosten binnen de jeugdzorg te hoog zijn.<br />
<strong>•</strong> Zorg te langzaam wordt geboden of niet de juiste zorg wordt geboden<br />
Het kabinet wil dan ook de effectiviteit van de jeugdzorg verbeteren door middel van een stelselherziening.<br />
Hiertoe worden de volgende maatregelen getroffen:<br />
<strong>•</strong> Er moet één financieringssysteem komen voor het huidige preventieve beleid, de huidige<br />
^ provinciale jeugdzorg, de jeugd-LVG (licht verstandelijk gehandicapten) en de jeugd-GGZ<br />
(geestelijke gezondheidszorg);<br />
<strong>•</strong> <strong>Gemeente</strong>n worden financieel en uitvoeringstechnisch verantwoordelijk voor alle jeugdzorg die nu<br />
onder het rijk, de provincies, de gemeenten, de AWBZ en de Zvw (zorgverzekeringswet) valt;<br />
<strong>•</strong> Het Centrum voor Jeugd en Gezin zal bij de overheveling naar (samenwerkende) gemeenten gaan dienen<br />
als front office voor alle jeugdzorg van de gemeenten.<br />
Hoewel de decentralisatie dus om meer dan alleen de jeugdzorg gaat, wordt de hele operatie aangeduid<br />
als decentralisatie of transitie van "de jeugdzorg". Door het samenvoegen van verschillende financieringsstromen<br />
en het laten vervallen van het recht op zorg verwacht het rijk dat gemeenten beter in staat zijn om een samenhangend<br />
aanbod van toegankelijke hulp en ondersteuning te organiseren en gespecialiseerde vormen van zorg efficiënter in te<br />
zetten. De verwachting is ook dat de decentralisatie van de jeugdzorg gemeenten de mogelijkheid biedt om zorg en<br />
ondersteuning aan jeugdigen en gezinnen op een andere manier vorm te geven. De inhoudelijke kanteling dient bij de<br />
decentralisatie dan ook nadrukkelijk als doelstelling meegenomen te worden. Het kabinet heeft bepaald dat de<br />
toegang tot de jeugdzorg via het Centrum voor Jeugd en Gezin moet gaan. Dat betekent dat het CJG een<br />
omvangrijkere functie krijgt dan nu het geval is. Hierover staat in een kabinetsbrief over jeugdzorg. "In de<br />
opdracht aan gemeenten nemen we op dat elke gemeente een herkenbare en<br />
laagdrempelige plek moet hebben van waaruit een aantal basisfuncties van ondersteuning en zorg wordt<br />
aangeboden. Wij zullen niet wettelijk voorschrijven hoe elke gemeente het begrip CJG moet invullen. De CJGontwikkeling<br />
wordt al <strong>ja</strong>ren op lokaal niveau gedragen. Het is belangrijk dat gemeenten de vrijheid houden om de<br />
organisatorische inbedding van zorgaanbod en CJG's in het bredere netwerk zelf uit te werken. Bij de<br />
doorontwikkeling van de CJG's stellen wij ons voor dat het CJG in elk geval voorziet in een aantal taken, te<br />
weten:<br />
a. monitoren, screenen en vaccineren;<br />
b. ondersteuning, voorlichting, advies en informatie;<br />
c. zoveel mogelijk zelf bieden van hulp en bij complexe of specialistische hulpvragen hulp inschakelen in<br />
een zo vroeg mogelijk stadium;<br />
d. integrale zorg rondom het gezin organiseren (bijvoorbeeld door inzet van een gezinscoach volgens één<br />
gezin, één plan, één regisseur);<br />
e. samenwerking met onderwijs."<br />
Financieel gezien schat de provincie in dat het gedecentraliseerde budget voor <strong>Noordenveld</strong> ongeveer 2,5 min.<br />
euro zal bedragen.
Met de WWNV komt er één regime voor iedereen met arbeidsvermogen die voorheen een beroep deed op<br />
Wajong, Wsw of WWB/WIJ. Voor mensen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn blijft de Wet Wajong<br />
bestaan. De rechten en plichten van huidige Wsw'ers blijven ongewijzigd.<br />
3. Wet Werken naar Vermogen<br />
"leder mens heeft recht op zelfbeschikking, verdient de kans het beste uit zichzelf te halen en zich te ontplooien.<br />
We schrijven niemand af, maar spreken iedereen aan. Een baan is immers de beste sociale zekerheid. Natuurlijk<br />
zorgen we samen voor wie echt niet kan meedoen." Zo beschrijft het regeerakkoord van dit kabinet het<br />
individuele belang dat iedereen die dat kan, ook naar vermogen meedoet. Nederland kent een aantal regelingen<br />
om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan de slag te helpen. Dat stelsel is historisch gegroeid tot wat<br />
het nu is, met onvoldoende samenhang. De regelingen kennen verschillen in rechten en plichten - bijvoorbeeld of<br />
het inkomen van een partner al dan niet meetelt -, de hoogte van de inkomensondersteuning,<br />
bijverdienregelingen, uitvoering en financiering. Ook de mogelijkheden voor ondersteuning verschillen per<br />
regeling en daarmee ook de kans op werk. De huidige regelingen slagen er (nog) onvoldoende in om mensen -<br />
zoals het kabinet wil - "het beste uit zichzelf te laten halen". De regelingen zijn nog teveel vangnet en fuik en nog<br />
te weinig een springplank.<br />
De WWNV wordt uitgevoerd door de gemeenten. <strong>Gemeente</strong>n worden ook verantwoordelijk voor de hulp en<br />
ondersteuning van mensen met een arbeidsbeperking. Ze krijgen daarbij meer vrijheid om de diverse reintegratiebudgetten<br />
naar eigen inzicht te besteden.<br />
1. De beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de WWNV ligt bij gemeente^<br />
In ruil voor die financiële verantwoordelijkheid krijgen gemeenten meer beleidsvrijheid;<br />
2. Er komt één ongedeeld re-integratiebudget. Door het weghalen van de schotten tussen de verschillende<br />
re-integratiebudgetten kunnen gemeenten het beschikbare geld gerichter en efficiënter inzetten. Dat<br />
vergroot de effectiviteit van de inzet van re-integratiemiddelen;<br />
3. Cruciaal is dat de huidige expertise van het UWV over de Wet Wajong behouden blijft, dan wel op een<br />
zorgvuldige wijze bij de gemeenten wordt ondergebracht.<br />
4. De wijze van verantwoording en informatievoorziening zal conform de WWB-systematiek plaastvinden.<br />
SZW is in overleg met VNG over de uitwerking en mogelijke verlichting van het informatie- en<br />
verantwoordingsarrangement rond werk en inkomen.<br />
Financieel gezien behelst deze transitie een aanzienlijke bezuiniging op de bestaande budgetten. Met ingang van<br />
2013 krimpen de budgetten voor WSW en WWnV. |<br />
<strong>Noordenveld</strong> 2011 2012 2013 2014 2015<br />
participatiebudget € 1.465.969 € 944.066 € 660.800 € 424.800 € 424.800<br />
SW-budget € 4.474.763 € 4.210.158 € 3.907.551 € 3.756.066<br />
Exploitatiebijdrage<br />
SW € 482.064 € 523.800 € 607.176 € 669.226<br />
4. De Kanteling onder de WMO = De <strong>Noordenveld</strong>werker in <strong>Noordenveld</strong><br />
Sinds de inwerkingtreding van de WMO beoogt de wet om de eigen kracht van de burger optimaal te benutten om<br />
zo volwaardig mogelijk aan deze maatschappij te kunnen deelnemen. Een groot deel van de gemeenten voerden<br />
de WMO in 2007 "smal" in, waaronder ook <strong>Noordenveld</strong>. Dat betekende eerst een voorbereiding op de nieuwe<br />
wettelijk taak (in dit geval huishoudelijke verzorging) en pas later een verbreding van de WMO. U bent al langere<br />
tijd bezig zich samen met een aantal andere partners (stichting Welzijn in <strong>Noordenveld</strong> en Noordermaat) te<br />
richten op een andere vorm van cliëntondersteuning vanuit de WMO. Dat geeft de gemeente <strong>Noordenveld</strong> voor de<br />
komende transities een goede uitgangspositie. Alle transities gaan namelijk uit van het principe van de eigen<br />
kracht van de burger. Daarmee ligt de uitdaging bij de gemeente en de samenwerkende partners om de<br />
cliëntondersteuning goed te regelen. Met de <strong>Noordenveld</strong>werker is het de bedoeling om in een pilot de krachten<br />
te bundelen op het terrein van de WMO-voorzieningen, Maatschappelijk Werk en Ouderenadvies. Burgers die om
de een of andere reden toegang tot de WMO willen, gaan met de inzet van een <strong>Noordenveld</strong>werker aan de slag<br />
met hun ondersteuningsvraag. Daarbij wordt de piramide van de getrapte verantwoordelijkheid doorlopen. Deze<br />
ziet er als volgt uit:<br />
^^ls burger en <strong>Noordenveld</strong>werker "klaar" zijn ligt er een plan hoe de ondersteuningsvraag kan worden opgelost.<br />
Inmiddels is een aantal verkennende gesprekken met MEE-Drenthe gevoerd of zij mogelijkheden zien om ook<br />
deel te nemen in het project. De expertise van MEE-Drenthe is vooral gelegen op het opstellen van<br />
oplossingsplannen voor mensen met een verstandelijke, lichamelijke, zintuiglijke en/of psychiatrische beperking.<br />
Alles hangt met alles samen -> formeer een flexibel tranisitieteam<br />
In de bijlage kunt u kennis nemen van "de routekaart" die is opgesteld. De routekaart geeft inzicht de financiële<br />
omvang van de decentralisaties en de verschillende tijdpaden. Duidelijk is dat als u de kracht die dit kabinet bij<br />
de gemeenten ziet liggen (gemeenten zijn in staat de eigen kracht en de mogelijkheden van burgers en hun<br />
sociale netwerk aan te spreken en maatwerk in de directe omgeving te realiseren) volledig wil benutten dit ook in<br />
deze organisatie gefaciliteerd moet worden.<br />
Invoeringsbudgetten<br />
Om daar waar mogelijk en gewenst te komen tot een integrale visie en aanpak van deze ontwikkelingen is het<br />
gewenst ambtelijke capaciteit beschikbaar te stellen. Daarvoor worden door het rijk ook invoeringsbudgetten<br />
^^eschikbaar gesteld. Voor de AWBZ is dat in 2012 € 94.000 (in 2013 ontvangen we nog eens € 63.000) en voor<br />
de jeugdzorg in 2012 € 22.000, daarnaast is het CJG-budget 2012 beschikbaar. Dit zijn invoeringsbudgetten, in<br />
een latere fase worden de definitieve budgetten duidelijk waarin ook de uitvoeringskosten zijn meegenomen.<br />
Ik wil u voorstellen een transitieteam samen te stellen.<br />
De opdracht van het transitieteam<br />
De drie transities uitwerken in visie en beleid en daar waar mogelijk dit in samenhang te doen om zo te komen tot<br />
een uitvoering van de nieuwe taken in overeenstemming met het vastgestelde (wettelijke) kader, de vastgestelde<br />
ingangsdatum, tegen een zo hoog mogelijke kwaliteit en aanvaardbare kosten.<br />
Binnen het team is elk lid verantwoordelijk voor "zijn eigen" transitie maar als team werkt men samen, helpt men<br />
elkaar en zet men vaardigheden optimaal in ten behoeve van de taakopdracht. Op die manier ontstaat er een<br />
flexibele inzet (de ene transitie heeft een ander tempo dan de ander), wordt de kwetsbaarheid op de transities<br />
afzonderlijk gereduceerd (er zijn meer die kennis hebben van) en lukt het deze gemeente de komende <strong>ja</strong>ren veel<br />
expertise op te doen die mogelijk weer ingezet kan worden voor andere beleidsterreinen.
Samenstelling<br />
Het team is als volgt samengesteld:<br />
1. AWBZ -> Ines Tuinstra<br />
2. Jeugdzorg -> Margriet Jonker<br />
3. WWNV -> Bob Copper en vertegenwoordiger van de ISD<br />
4. De Kanteling/<strong>Noordenveld</strong>werker -> Maria Hoekman<br />
Het transitieteam heeft de mogelijkheid om anderen tijdelijk toe te voegen aan het team, bijvoorbeeld de<br />
projectleider CJG, de procescoördinator <strong>Noordenveld</strong>werker, de juridisch kwaliteitsmedewerker WMO, op termijn<br />
de beleidsmedewerker Onderwijs voor het onderdeel passend onderwijs.<br />
Voor de procesbewaking van het geheel van de transities, het creëren van de randvoorwaarden om het werk te<br />
doen, de schakel van ambtelijk apparaat naar bestuur is de teamleider WOS/MaOn verantwoordelijk. Vanuit het<br />
MT is het afdelingshoofd Tineke Peper ambtelijk opdrachtgever en verantwoordelijk voor de organisatorische<br />
afstemming van de werkzaamheden van dit team met die van de andere afdelingen M&O en OW&A.<br />
^<br />
Projectstructuur<br />
Het is gezien de omvang en complexiteit van deze transities gewenst dit binnen een projectstructuur uit te<br />
voeren. Een van de eerste opdrachten aan het transitieteam is het opstellen van een (aantal)<br />
bestuursopdracht(en) daarin doet het transitieteam u een voorstel voor een projectstructuur.<br />
Werkzaamheden AWBZ<br />
De eerste groep burgers meldt zich op 1 <strong>ja</strong>nuari 2013 bij het WMO-loket. Dat betekent dat de organisatie dan<br />
moet "staan". Naast visie en beleid moet er voor deze transitie ook veel organisatorisch werk worden verzet.<br />
Aanbestedingen, beleidsregels opstellen, verordeningen maken, formatiecalculaties maken, indicatiestelling<br />
regelen, PR en Voorlichting etc. Zie bijlage 2.<br />
Werkzaamheden Jeugdzorg<br />
De tweede transitie van de jeugdzorg moet nu goed gefaciliteerd worden omdat deze complex is vanwege het<br />
grootschalige provinciale karakter. Met een CJG dat zich qua ontwikkeling in de voorhoede bevindt is het in mijn<br />
ogen belangrijk zo veel mogelijk kansen te benutten om de lokale goede resultaten van de afgelopen <strong>ja</strong>ren t
Capaciteit<br />
Mijn voorstel op grond van bovenstaande is om Ines Tuinstra (36 uur per week, waarvan 8 uur als projectleider<br />
GCC), als Margriet Jonker (30 uur per week) vooralsnog voor een periode van anderhalf <strong>ja</strong>ar vrij te stellen van<br />
werk zodat zij zich volledig kunnen richten op de transities. Voor Ines Tuinstra betekent dat dat zij zich gaat bezig<br />
houden met de (waardevolle)<br />
combinatie van transitie AWBZ (28 uur per week) en projectleider GCC (8 uur per<br />
week).<br />
Voor de Wet Werken naar Vermogen is Bob Copper (36 uur per week) naast zijn werkzaamheden voor Welzijn<br />
Nieuwe Stijl (opdrachtgeverschap WiN) al volledig inzetbaar voor de WSW/ISD. Dat vergt in werkzaamheden<br />
geen herschikking. Om operationeel een goede afstemming met de ISD te krijgen met wat de gemeente<br />
<strong>Noordenveld</strong> wil en gaat doen met de WWNV is het raadzaam om ook iemand van de ISD toe te voegen aan het<br />
team. Te denken valt hierbij aan Renate Veenstra. Hierover is binnenkort overleg met de ISD. Ook de uitkomsten<br />
van het onderzoek van Radar voor de commissie Van Bekkum spelen hierin een rol. Ook hier is mijn visie: proactief,<br />
niet afwachten en doorbouwen op het goede wat in <strong>Noordenveld</strong> al is ontwikkeld/in ontwikkeling is.<br />
Maria Hoekman (24 uur per week) is in 2012 verantwoordelijk voor het opstellen van een nieuw WMO-beleidsplan<br />
Mn<br />
De <strong>Noordenveld</strong>werker en daarmee onlosmakelijk verbonden met dit transitieteam. Het betekent wel dat in<br />
^012 de activiteiten voor het verder ontwikkelen van het subsidiebeleid stilliggen en in 2013 weer worden<br />
opgepakt. Ik vind dit een verdedigbare keuze omdat, alhoewel een aantal subsidieregelingen aan herziening toe<br />
is, we het nu wel hebben geregeld. Er ligt een algemene subsidieverordening (nieuw), er ligt een deelverordening<br />
welzijn (is aan herziening toe maar kan nog dienst doen in 2012), de kleine subsidieregelingen gelden ook nog<br />
(sportstimulering, experimentenfonds kunst en cultuur).<br />
Voor de vervanging van Ines Tuinstra en Margriet Jonker zijn beschikbaar het transitiebudget AWBZ<br />
respectievelijk het transitiebudget Jeugdzorg/uitvoeringsbudget CJG. Voor de vervanging van Ines voor de inzet<br />
als projectleider GCC is interne compensatie beschikbaar vanuit het budget bestuurlijke vernieuwing<br />
(onderdeel<br />
vervanging personeel). De totale kosten voor vervanging bedragen:<br />
1400 (a) uren x 1,8 (b) fte x 1,5 <strong>ja</strong>ar 3 (c) x € 50,00 (d) = € 189.000 exclusief BTW<br />
a. productieve uren op <strong>ja</strong>arbasis/fte<br />
<strong>•</strong><br />
b. totale aanstellingsomvang Margriet Jonker/lnes Tuinstra (inclusief de 8 uren voor het GCC)<br />
c. voorlopige vrijstellingsperiode<br />
. vervangingstarief BanPd exclusief BTW<br />
Dekking<br />
Beschikbare budgetten 2012<br />
Transitiebudget AWBZ € 95.000<br />
Transitiebudget Jeugdzorg " 22.000<br />
Vergoeding projectleiderschap GCC " 17.000<br />
CJG-budget " 55.000<br />
Totaal beschikbaar € 189.000<br />
Totale kosten € 189.000<br />
Dit advies is in het MT besproken en akkoord bevonden. Ook concern-control en de financieel consulent kunnen<br />
instemmen met dit advies.