21.01.2015 Views

Innovatie 2009/2010 - Brandweer Nederland

Innovatie 2009/2010 - Brandweer Nederland

Innovatie 2009/2010 - Brandweer Nederland

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Innovatie</strong> <strong>2009</strong>/<strong>2010</strong><br />

<strong>Nederland</strong>se Vereniging voor <strong>Brandweer</strong>zorg en Rampenbestrijding<br />

NVBR


De NVBR is de branchevereniging van en voor de brandweerzorg en rampenbestrijding<br />

in <strong>Nederland</strong>. Wij willen de kwaliteit van de brandweerzorg en rampenbestrijding<br />

verhogen en daarmee de fysieke veiligheid van onze samenleving vergroten.<br />

Als landelijke netwerkorganisatie zetten wij ons in voor een intensieve samenwerking<br />

tussen organisaties die betrokken zijn bij de fysieke veiligheidszorg en crisisbeheersing.


4 5<br />

Inhoudsopgave<br />

Voorwoord p. 06<br />

Vmbo-leerlingen halen BHV-diploma p. 08<br />

Met stages nieuwe mensen werven p. 10<br />

Het gemak van het gierkelderpak p. 12<br />

Lekker makkelijk: elektronisch brandkranenboek p. 14<br />

RISC-systeem levert informatie én risicobeoordeling p. 16<br />

Blussen met hoge druk in droge stijgleiding p. 18<br />

Efficiënter zoeken met Welanker p. 20<br />

Op huisbezoek in het kader van brandveiligheid p. 22<br />

Geen nood bij brand, veiligheid in de zorg p. 24<br />

Cobra-systeem: sneller, effectiever, veiliger p. 26<br />

Werken aan een groter veiligheidsbewustzijn p. 28<br />

Brandveiligheids APK voor gebouwen p. 30<br />

Een pijl richting veiligheid p. 32<br />

LEGO Incidentencity: speels én educatief p. 34<br />

Uitruk live op scherm in kazerne p. 36<br />

<strong>Brandweer</strong>greep voor slachtoffers met ademluchttoestel p. 38<br />

Mobiel GIS-systeem bewijst meerwaarde p. 40<br />

Snelsluiting vergroot veiligheid duikers p. 42<br />

Digitale Bereikbaarheidskaart: innovatie in techniek én werkwijze p. 44<br />

Nieuwe besturingssoftware: logisch, simpel en duidelijk p. 46<br />

HeartSafe redt levens p. 48<br />

Een rookmelder die het altijd doet p. 50<br />

Toeleiding naar geüniformeerde beroepen stimuleren p. 52<br />

Ruim baan voor de woonwachter p. 54<br />

Combivoertuig p. 56<br />

Meer ruimte voor zelfredzaamheid p. 58<br />

Snelle en effectieve noodhulp p. 60<br />

Loos alarm terugdringen met speciale prijs p. 62<br />

Workshops zelfredzaamheid schudden mensen wakker p. 64<br />

Mobile data terminals p. 66<br />

Snel schakelen met de opstartbox p. 68<br />

Vergroten van veiligheidsbewustzijn bij kinderen p. 70<br />

Met één hand een zware aanvalsslang bedienen p. 72<br />

Maatschappelijke stage in teken van brandveiligheid p. 74<br />

Helmsteun ‘gewoon een handig ding’ p. 76<br />

Dataterminal op telescopische arm p. 78<br />

Snellere inzet met ladderduikstoel p. 80<br />

Slachtoffers afvoeren wordt een stuk makkelijker p. 82<br />

De toegevoegde waarde van onbemand vliegende waarnemingssystemen p. 84<br />

Digitale <strong>Brandweer</strong>markt voorkomt verspilling p. 86<br />

Onderzoek naar voordelen ontgassen bluswater p. 88<br />

<strong>Brandweer</strong>scholendag unieke happening p. 90<br />

Prioriteit voor brandveiligheid in studentenhuizen p. 92<br />

Small-Pack een licht alternatief voor het aanvalskrat p. 94<br />

<strong>Brandweer</strong>man Cor populair bij Utrechtse kinderen p. 96<br />

<strong>Brandweer</strong> als professioneel risicoadviseur p. 98<br />

Ruim baan voor talentontwikkeling p. 100<br />

Augmented Reality voor de brandweer p. 102<br />

De mogelijkheden benutten van scannen op afstand p. 104


6 7<br />

Voorwoord<br />

<strong>Innovatie</strong> speerpunt voor <strong>Brandweer</strong> <strong>Nederland</strong><br />

De brandweersector werd de afgelopen jaren geconfronteerd met een vreemde paradox. Aan de<br />

ene kant het beeld van een behoudende branche, aan de andere kant een organisatie die in staat<br />

blijkt om steeds weer goede, innovatieve ideeën voort te brengen. Voor de NVBR en de Raad van<br />

Regionale Commandanten (RRC) was dat in <strong>2009</strong> reden om het programma ‘<strong>Innovatie</strong> Moed’<br />

te lanceren. Hiermee willen we het innoverende vermogen van <strong>Brandweer</strong> <strong>Nederland</strong> verder<br />

vergroten. Het programma staat niet op zich, maar vindt zijn ankers in de doelstellingen van de<br />

Strategische Reis en het programma Lerend Vermogen. Aan mij, als regionaal commandant van<br />

Limburg-Zuid, is de eer gegund voorzitter te mogen zijn van de stuurgroep van het programma.<br />

Jan van der Heydenprijs<br />

We hebben <strong>Brandweer</strong> <strong>Nederland</strong> gevraagd ideeën voor innovatie in te zenden en mee te dingen<br />

naar de Jan van der Heydenprijs. De inzendingen bestrijken de meest uiteenlopende gebieden en<br />

ik ben zeer onder de indruk van het hoge niveau. Iedereen die een bijdrage heeft geleverd zijn wij<br />

daar zeer erkentelijk voor.<br />

De stuurgroep heeft de inzendingen uitvoerig bekeken en beoordeeld. In totaal om precies<br />

te zijn 49 innovaties, verdeeld over de jaren <strong>2009</strong> en <strong>2010</strong>. De winnaar van de Jan van der<br />

Heydenprijs <strong>2009</strong> was het project ‘BHV voor VMBO’ van <strong>Brandweer</strong> Zeist. Op het moment dat<br />

ik dit voorwoord schrijf zijn de genomineerden voor de prijs van <strong>2010</strong> ook bekend, maar tijdens<br />

het NVBR-jaarcongres mogen de aanwezigen hun stem laten horen en gezamenlijk de winnaar<br />

kiezen.<br />

Waarom dit boekje<br />

Dit boekje, waarin de meeste inzendingen van <strong>2009</strong> en <strong>2010</strong> zijn beschreven, wordt tijdens het<br />

jaarcongres <strong>2010</strong> op 23 en 24 september gepresenteerd. Omdat we razend trots zijn op alle<br />

innovatieve ideeën die dit en vorig jaar uit de brandweerorganisatie zijn voortgekomen. Met dit<br />

boekje delen we kennis met elkaar en kunnen we van elkaar leren. We mogen het behoudende<br />

beeld -dat ik in de eerste alinea schetste- dan van ons hebben afgeschud, het kan geen kwaad<br />

de voortdurende vernieuwing binnen onze organisatie geregeld voor het voetlicht te brengen.<br />

Met deze uitgave presenteren we deze ideeën en hopen we te bewerkstelligen dat met een flink<br />

aantal ideeën daadwerkelijk iets wordt gedaan. Iets waar ik alle vertrouwen in heb.<br />

Fotografie: Rens Plascheck<br />

<strong>Innovatie</strong> Moed<br />

<strong>Innovatie</strong> Moed schrijven we bewust met een ‘d’. Omdat we allemaal weten dat het moed vraagt<br />

van brandweermensen gestructureerd inhoud te geven aan innovatie: de moed om dingen<br />

te willen veranderen. Maar de alternatieve ‘t’ is ook op z’n plaats: innovatie moet! Het zal de<br />

komende jaren voor onze sector een van de belangrijkste speerpunten blijven. Daarom roep ik<br />

iedereen nu vast op volgend jaar mee te dingen naar de<br />

Jan van der Heydenprijs 2011!<br />

Gerard van Klaveren<br />

Voorzitter Regiegroep <strong>Innovatie</strong> Moed<br />

Inzendingen voor de Jan van der Heydenprijs 2011 kunnen<br />

worden gezonden naar: innovatiemoed@nvbr.nl. Voor meer<br />

informatie: www.nvbr.nl/innovatiemoed.<br />

Jan van der Heyden<br />

De NVBR-innovatieprijs is niet zomaar vernoemd naar Jan van der Heyden. Dat Jan van der Heyden stierf als bemiddeld man was niet te danken aan zijn<br />

Van der Heyden leefde van 1637 tot 1712 en vond onder andere de<br />

schilderijen. De geboren Gorinchemmer (maar vanaf zijn 12 e woonachtig in<br />

slangbrandspuit uit. Hij ontwikkelde een beter pompsysteem en een leren Amsterdam) had ook veel gevoel voor werktuigbouw. Zo ontwierp hij in 1669<br />

brandslang, die brandweerlieden in staat stelde een brandhaard dichter te een betere straatverlichting voor de stad Amsterdam. Ruim 1.800 door hem<br />

benaderen.<br />

ontworpen lantaarns werden geplaatst. Later volgden er nog vele duizenden<br />

in onder meer Haarlem, Groningen, Den Haag en Berlijn.<br />

Hoewel hij brandmeester was bij het brandspuitgilde, was Jan van der Heyden<br />

van beroep geen brandweerman maar architectonisch landschapsschilder. De verbeterde slangbrandspuit van Jan van der Heyden kwam in 1672 op<br />

Hij behoort tot de belangrijkste 17de-eeuwse schilders van <strong>Nederland</strong>se de markt. Hij demonstreerde zijn uitvinding bij het stadhuis en vanaf de<br />

stadsgezichten. Opvallend, volgens kenners, was zijn vaardigheid in het<br />

Westertoren. De burgemeester was zo onder de indruk dat hij gelijk voor alle<br />

weergeven van perspectief.<br />

zestig wijken van de stad een nieuwe brandspuit bestelde.


8<br />

Vmbo-leerlingen halen BHV-diploma<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps: <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Project: BHV op school<br />

Initiator: Frank Slob<br />

WINAAR <strong>2009</strong><br />

<strong>2009</strong><br />

Tientallen leerlingen van de Openbare vmbo/<br />

mavo Zeist kwamen aan het eind van het<br />

schooljaar <strong>2009</strong>-<strong>2010</strong> niet alleen met een<br />

vmbo-diploma van school, maar ook met het<br />

diploma Bedrijfshulpverlener (BHV’er). Het<br />

fraaie resultaat van een initiatief van de school<br />

en <strong>Brandweer</strong> Zeist.<br />

Frank Slob van <strong>Brandweer</strong> Zeist: “Een leerling<br />

die de school verlaat met een BHV-diploma<br />

op zak, is geschoold in het omgaan met<br />

beginnende incidenten en heeft daarom<br />

meer kansen op de arbeidsmarkt. Deze<br />

leerlingen vertegenwoordigen voor iedere<br />

werkgever een meerwaarde. Temeer daar de<br />

bedrijfshulpverlening bij veel bedrijven een<br />

onderschoven kindje is.”<br />

Beter perspectief<br />

Het project werd in gang gezet door de<br />

gemeenteraad van Zeist en de Openbare<br />

vmbo/mavo Zeist, een onderdeel van<br />

Scholengemeenschap Schoonoord. Om<br />

vmbo-leerlingen een beter perspectief<br />

te bieden gingen de gedachten in eerste<br />

instantie uit naar stages op het gebied van<br />

veiligheid. <strong>Brandweer</strong> Zeist kwam vervolgens<br />

met het idee leerlingen op te leiden tot<br />

Bedrijfshulpverlener.<br />

Frank Slob: “Zo’n opleiding is waardevol voor<br />

iedereen, zeker ook voor jongeren. Omdat je<br />

er het veiligheidsbewustzijn mee vergroot. In<br />

dit geval is er ook een voordeel voor ons. Met<br />

dit project slaan we een brug tussen vmboleerlingen<br />

en de brandweer en dat zou in de<br />

toekomst de nodige vrijwilligers op kunnen<br />

leveren.”<br />

Motivatie<br />

Het plan van <strong>Brandweer</strong> Zeist werd enthousiast<br />

ontvangen en uitgewerkt voor alle leerlingen<br />

die de richting Sport, Dienstverlening &<br />

Veiligheid (SDV) volgden. Bij de jongeren<br />

zelf viel het initiatief ook in goede aarde. De<br />

motivatie was groot en alle leerlingen slaagden<br />

voor het examen. De BHV-diploma’s werden<br />

in mei aan de leerlingen uitgereikt door<br />

burgemeester Janssen van Zeist en Frank Slob.<br />

Ook andere medewerkers van <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

waren bij de ceremonie aanwezig.<br />

Frank Slob: “Het is allemaal heel goed<br />

uitgepakt. Ik vind het vooral mooi voor de<br />

leerlingen zelf. Het vmbo-onderwijs ligt nogal<br />

eens onder vuur, terwijl er niks mis mee is.<br />

Nu valt er tenminste ook eens iets positiefs te<br />

melden.”<br />

Meer informatie:<br />

Herman Wesseling,<br />

communicatiemedewerker <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

(h.wesseling@zeist.nl)


10<br />

Met stages nieuwe mensen werven<br />

Categorie Organisatie<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Bronckhorst<br />

Project Stageplaatsen<br />

Initiator Bennie Hekkelman<br />

<strong>2009</strong><br />

Vergrijzing is een maatschappelijk probleem<br />

en ook sommige korpsen zien de gemiddelde<br />

leeftijd van (vrijwillige) brandweerlieden<br />

de laatste jaren omhoog schieten. Bennie<br />

Hekkelman van <strong>Brandweer</strong> Bronckhorst<br />

bedacht een nieuwe, laagdrempelige vorm<br />

van ‘werving en selectie’: stages voor mensen<br />

vanaf 17 jaar die geïnteresseerd zijn in de<br />

brandweer.<br />

Bennie Hekkelman: “Als je mensen vraagt of<br />

de brandweer iets voor ze is, hoor je vaak: ‘Het<br />

klinkt leuk, maar ik weet niet goed wat ik me<br />

er bij voor moet stellen’. Mensen willen weten<br />

waar ze aan toe zijn en wat is dan een betere<br />

vorm om kennis te maken dan een stage Ik<br />

heb het hier intern aangekaart en het idee<br />

vond veel weerklank. Geïnteresseerden kunnen<br />

hier nu via een stage van maximaal een jaar<br />

snuffelen aan het korps, de organisatie en de<br />

activiteiten van de brandweer.”<br />

Kweekvijver<br />

De stages kunnen uitgroeien tot een<br />

structurele kweekvijver voor nieuwe aanwas,<br />

vermoedt Hekkelman, temeer daar <strong>Brandweer</strong><br />

Bronckhorst er serieus invulling aan geeft.<br />

Zo worden stagiaires niet aan hun lot<br />

overgelaten, maar worden ze gekoppeld<br />

aan een persoonlijke stagebegeleider. De<br />

aspirant-brandweerman of -vrouw krijgt<br />

vanaf de eerste dag ook eigen kleding om de<br />

betrokkenheid bij het korps te onderstrepen.<br />

De personeelsafdeling van de gemeente is<br />

bereid gevonden arbeidsvoorwaardelijke zaken<br />

en verzekeringen te regelen.<br />

Begeleiding<br />

Bennie Hekkelman: “Het leuke is dat de aanpak<br />

heel snel vruchten heeft afgeworpen. De<br />

eerste drie stagiaires hebben zich allemaal bij<br />

het korps aangesloten. Ik denk dat het echt<br />

een manier is om nieuwe mensen aan boord<br />

te krijgen. De meeste tijd gaat zitten in de begeleiding<br />

van stagiaires, maar het vinden van<br />

begeleiders kost bij ons geen enkele moeite.<br />

Mensen vinden het juist leuk om hun kennis<br />

over te dragen. Het voordeel voor het korps<br />

is dat we nieuwe aanwas krijgen en dat de<br />

mensen die officieel instromen al weten van de<br />

hoed en de rand.”<br />

Meer informatie<br />

Bennie Hekkelman<br />

(brandweer@bronckhorst.nl)


12<br />

Het gemak van het gierkelderpak<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Skarsterlân (Joure)<br />

Project Gierkelderpak<br />

Initiator Hein van Dijk<br />

<strong>2009</strong><br />

Het is geen lolletje te moeten afdalen in een<br />

gierkelder om een koe of ander dier dat daarin<br />

is gevallen te redden. Toch is de brandweer<br />

hiermee belast en in Skarsterlân (bij Joure in<br />

Friesland) komt het nog regelmatig voor ook.<br />

Hein van Dijk ontwikkelde om die reden een<br />

speciaal gierkelderpak. Een soort aangepast<br />

waadpak met een capuchon en een uitsparing<br />

om het noodzakelijke ademluchttoestel<br />

inwendig te kunnen dragen. Het gierkelderpak<br />

doet precies wat het moet doen: voorkomen<br />

dat hulpverleners in aanraking komen met (de<br />

geur van) mest of gier.<br />

Hein van Dijk over zijn vinding: “In een<br />

gierkelder heb je een ademluchttoestel nodig<br />

anders hou je het er echt niet in uit van de<br />

stank. Het probleem was dat die toestellen<br />

na iedere inzet zo waren vervuild dat je ze<br />

eigenlijk net zo goed weg kon gooien. Ik<br />

zocht dus naar iets dat het ademluchttoestel<br />

helemaal omsluit en ben uiteindelijk<br />

uitgekomen bij een heel pak.”<br />

Leverancier<br />

Toen het idee er eenmaal was, begon de<br />

zoektocht van Hein van Dijk naar iemand die<br />

het gierkelderpak kon maken. Uiteindelijk<br />

bereikte hij overeenstemming met Matcon in<br />

Midden-Beemster, een bedrijf dat onder meer<br />

beschermende kleding maakt. Het prototype<br />

van het pak bleek in de praktijk uitstekend<br />

bruikbaar. Er werden slechts enkele kleine<br />

aanpassingen gedaan voordat tien exemplaren<br />

van het gierkelderpak werden geproduceerd.<br />

Het resultaat is zeer tot tevredenheid van Hein<br />

van Dijk. “Het pak is perfect geslaagd. Het<br />

ademluchttoestel blijft schoon en droog en<br />

als een fles moet worden gewisseld is het een<br />

kwestie van de rits openen, de fles vervangen,<br />

en de rits weer sluiten. Een kind kan de was<br />

doen.”<br />

Kruisbestuiving<br />

De verhalen over het gemak van het<br />

gierkelderpak gingen snel rond en inmiddels<br />

maken meerdere korpsen in heel het land<br />

gebruik van het pak. De onderlinge contacten<br />

leidden ook anderszins tot kruisbestuiving.<br />

Hein van Dijk: “De blusgroep die bij ons is<br />

belast met het redden van vee dat in een<br />

gierkelder is gevallen, maakt ook gebruik<br />

van een speciale takel. Ook daar hadden<br />

veel andere korpsen nog nooit van gehoord.<br />

Nu worden wij in een steeds groter gebied<br />

ingeschakeld voor het redden van vee. De<br />

aanrijdtijd is vaak iets langer, maar dat wordt<br />

gecompenseerd door het feit dat we een dier<br />

sneller kunnen redden.”<br />

Meer informatie<br />

Hein van Dijk<br />

(h.vandijk@skarsterlan.nl)


14<br />

11<br />

Lekker makkelijk: elektronisch brandkranenboek<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Boxtel<br />

Project Tomtom voor bluswatervoorziening<br />

Initiator Peter Hacken<br />

<strong>2009</strong><br />

In het gewone navigatiesysteem alle<br />

beschikbare bluswatervoorzieningen in één<br />

oogopslag in beeld bij de locatie waar je<br />

je bevindt. Het kan met de ‘Tomtom’ die<br />

Peter Hacken, onderhoudsmedewerker van<br />

<strong>Brandweer</strong> Boxtel, heeft ontwikkeld.<br />

Een ‘elektronisch brandkranenboek’ noemt<br />

hij zijn vinding. De werking is simpel. Bij een<br />

uitruk loopt het systeem gewoon mee met de<br />

route die wordt gereden en alle beschikbare<br />

bluswatervoorzieningen verschijnen<br />

automatisch op het scherm.<br />

In Boxtel en steeds wijdere omgeving zijn<br />

ze enthousiast over het systeem en is het in<br />

gebruik. Boxtel zelf gebruikt de vinding al<br />

vier jaar voor de ondergrondse brandkranen.<br />

Vorig jaar zijn ook de geboorde putten, de<br />

grootwatertransport opstelpunten (GWT)<br />

en de zogenaamde WAS-masten ingevoerd.<br />

Volgens de bedenker is het elektronisch<br />

brandkranenboek een goed alternatief voor de<br />

papieren brandkranenboeken, die uitgaan van<br />

straten en huisnummers.<br />

Peter Hacken: “Het systeem is goedkoop<br />

en makkelijk up-to-date te houden. Dit in<br />

tegenstelling tot de papieren versie.”<br />

Coördinaten<br />

Voor het systeem in gebruik kan worden<br />

genomen moeten de coördinaten van de<br />

brandkranen bij de waterleidingmaatschappij<br />

worden opgevraagd. Ze moeten vervolgens<br />

worden omgezet, zodat ze herkenbaar zijn<br />

voor het navigatiesysteem. Eventueel kan<br />

aanvullende informatie worden toegevoegd,<br />

zoals bijvoorbeeld de diameter van de<br />

leiding en het nummer van de brandkraan.<br />

De brandkranen worden als ‘nuttige plaats’<br />

(POI, Point of Interest ) in het scherm van het<br />

navigatiesysteem weergegeven.<br />

Update<br />

Het is wel handig eens in de zoveel tijd een<br />

update uit te voeren. Een kwestie van het<br />

converteren en inlezen van de coördinaten<br />

in het navigatiesysteem. Peter Hacken: “Wij<br />

hebben met het waterleidingbedrijf hier de<br />

afspraak dat ze elk kwartaal de coördinaten<br />

van de ondergrondse brandkranen doorgeven.<br />

Met een paar simpele handelingen kunnen we<br />

het systeem dan updaten. In de regio Brabant-<br />

Noord zet de waterleidingmaatschappij de<br />

nieuwe coördinaten gewoon iedere keer op<br />

intranet. Dan weet je zeker dat je beschikt<br />

over de meest actuele informatie.”<br />

Meer informatie<br />

Peter Hacken<br />

(pha@boxtel.nl)<br />

Hoofdscherm<br />

Kaart scherm met aanvullende informatie OBK. Zoals nummer<br />

en eventueel diameters.


16<br />

RISC-systeem levert informatie én risicobeoordeling<br />

Categorie Organisatie<br />

Korps Veiligheidsregio Utrecht<br />

Project Risico-objecten Informatiesysteem voor Calamiteiten (RISC)<br />

Initiator René Roke<br />

Het klinkt bijna te mooi om waar te<br />

zijn. Een systeem waarop je één keer<br />

inlogt en vervolgens toegang krijgt tot<br />

verschillende informatiebronnen met<br />

data over bijvoorbeeld het aantal mensen<br />

in een pand, bluswatervoorzieningen,<br />

bereikbaarheidskaarten, de opslag van<br />

gevaarlijke stoffen, GHOR-specifieke<br />

informatie en gegevens over cultureel<br />

historisch erfgoed. En dat allemaal inclusief<br />

een risicobeoordeling en beschikbaar in<br />

zowel de ‘koude’ als de ‘warme’ fase van de<br />

hulpverlening.<br />

Op initiatief van René Roke ontwikkelde de<br />

Veiligheidsregio Utrecht (VRU) zo’n systeem:<br />

het Risico-objecten Informatiesysteem voor<br />

Calamiteiten (RISC). Iedere ketenpartner die<br />

meedoet in het traject zorgt zelf voor het<br />

beheer en de actualiteit van de eigen data.<br />

Binnen de RISC-familie communiceren de<br />

verschillende databases ‘achter de schermen’<br />

met elkaar, waarbij slechts de informatie<br />

wordt gedeeld die relevant is voor de<br />

risicobeoordeling. Een bijkomend voordeel<br />

is dat die informatie vervolgens ‘versleuteld’<br />

heen en weer gezonden kan worden.<br />

Analysemethodiek<br />

Aanvullend op de verzameling met elkaar<br />

communicerende databases, is een<br />

analysemethodiek ontwikkeld waarmee<br />

automatisch, per object en aan de hand van<br />

een vragenlijst met risico-indicatoren, een<br />

risicobeoordeling kan worden gemaakt. De<br />

uitkomst van de analyse van deze ‘gestapelde’<br />

risico’s, wordt inzichtelijk gemaakt in<br />

objectgerelateerde staafdiagrammen. Deze<br />

kunnen per geografisch gebied worden<br />

getoond. Op die manier wordt er inzicht<br />

verkregen in die objecten waarvan de<br />

voorspelbare scenario’s zodanig zijn dat<br />

het basiszorgniveau ontoereikend is en<br />

er meer anticipatie vereist is dan normaal<br />

(geaccepteerde risico’s).<br />

Hendriët Wanders, medewerker Pro-actie bij<br />

de VRU en actief betrokken bij RISC, is laaiend<br />

enthousiast, met name over de combinatie<br />

van twee aspecten: het snel en eenvoudig<br />

kunnen delen van digitale informatie van<br />

verschillende partijen en de analysemethodiek<br />

die eraan is gekoppeld. “Tijdens incidenten<br />

is nu altijd real time informatie beschikbaar<br />

voor iedereen die toegang heeft tot deze<br />

beveiligde webapplicatie. Daarnaast ontstaan<br />

door het bundelen van informatie nieuwe<br />

inzichten in de inschatting van risico’s en daar<br />

kan pro-actief op worden geanticipeerd. Een<br />

uitwerking die ook past in de visie die de<br />

brandweer in de nota ‘Strategische Reis’ heeft<br />

vastgelegd.”<br />

Gedurende de looptijd van dit project<br />

hebben studenten van de opleiding Integrale<br />

Veiligheidskunde data van de duizenden<br />

objecten verwerkt. Daarnaast heeft de VRU<br />

nauw samengewerkt met verschillende<br />

professionals van brandweerkorpsen in deze<br />

regio. “Daarmee zorgen we gelijk voor een<br />

breed draagvlak”, aldus Hendriët Wanders.<br />

Meer informatie<br />

via www.vru.nl of bij Hendriët Wanders<br />

(h.wanders@vru.nl of risc@vru.nl)<br />

RISC: gedetailleerde object informatie voor verschillende partners<br />

Het klink te mooi om waar te zijn, maar de VRU<br />

heeft het gerealiseerd: een systeem waarmee via<br />

één inlog toegang mogelijk is tot verschillende<br />

informatiebronnen met data over bijvoorbeeld<br />

het aantal mensen in een pand, bluswatervoorziening,<br />

bereikbaarheidskaarten, opslag<br />

gevaarlijke stoffen, GHOR specifieke informatie en<br />

kennis over cultureel historisch erfgoed. Dit alles<br />

inclusief een risicobeoordeling!. Ook zijn deze<br />

gegevens zijn beschikbaar voor zowel de ‘koude’<br />

als de ‘warme’ fase van de hulpverlening. De<br />

Veiligheidregio Utrecht (VRU) ontwikkelde zo een<br />

systeem waarbij slechts die informatie wordt<br />

gedeeld die voor de desbetreffende hulpverlener<br />

relevant is. Iedere partij zorgt zelf voor het beheer<br />

en de actualiteit van de data; de verschillende<br />

databases communiceren binnen RISC met elkaar.<br />

Bij toename van het geschatte risico, van een object,<br />

neemt ook de afwijking ten opzichte van standaard toe.<br />

Analysemethodiek<br />

Aanvullend op voornoemde verzameling van met elkaar communicerende databases is een analysemethodiek<br />

ontwikkeld waarmee per stationair object (geo-georiënteerd) automatisch een risicobeoordeling wordt<br />

gegenereerd aan de hand van een vragenlijst met risico-indicatoren. De uitkomst van deze gestapelde risico’s<br />

wordt inzichtelijk gemaakt in staafdiagrammen; expert judgement wordt hierdoor concreet gemaakt.<br />

Sommatie van de objectgerelateerde diagrammen leidt tot een weergave die aansluit bij het sturingsdriehoek<br />

(zie figuur). Uitgangspunt hierbij is dat er in ieder geografisch gebied objecten zijn met voorspelbare scenario’s<br />

waarvan de gevolgen potentieel zo groot zijn dat het basiszorgniveau alleen niet meer toereikend is.<br />

<strong>Innovatie</strong><br />

Naast dat de informatie snel en eenvoudig digitaal wordt gedeeld tussen de verschillende partijen, is de<br />

aanvullende analysemethodiek als onderdeel van het systeem een kers op de taart. Door het bundelen van<br />

informatie leidt de inschatting van risico’s tot nieuwe inzichten waarop proactief kan worden ingespeeld; een<br />

uitwerking die past binnen de visie van de ‘Strategische Reis’.<br />

Uitwerking<br />

Voor de dataverwerking van de duizenden objecten in de regio werkt de VRU samen met studenten van de<br />

opleiding Integrale Veiligheidskunde. Het gedachtegoed achter de analysemethodiek verschaft hen inzicht in de<br />

proactieve denkwijze en dat leidt tot een boeiende stage. Daarnaast heeft het betrekken van verschillende<br />

professionals vanuit de brandweerkorpsen in de regio gezorgd voor een breed draagvlak.<br />

Meer informatie<br />

Wilt u meer weten Mail naar RISC@vru.nl of neem contact op met de afdeling Risicobeheersing van de<br />

Veiligheidsregio Utrecht, www.vru.nl.<br />

<strong>2009</strong>


18 17<br />

Blussen met hoge druk in droge stijgleiding<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Leerdam<br />

Project Droge stijgleiding hoge druk<br />

Initiator Johan den Hertog<br />

<strong>2009</strong><br />

Iedereen in de brandweerwereld kent de<br />

droge blusleidingen. Leidingen in gebouwen<br />

waarmee grote afstanden worden overbrugd.<br />

De droge blusleiding is een hulpmiddel om<br />

sneller water op het vuur te krijgen. Dat kan<br />

met een lage druksysteem en met een hoge<br />

druksysteem. Een innovatieve techniek maakt<br />

het nu mogelijk het hoge druksysteem ook te<br />

gebruiken in een droge stijgleiding.<br />

In het nieuwe blussysteem is de tankinhoud<br />

van 2.000 liter bluswater van een<br />

brandweerauto voldoende voor de eerste<br />

bluspoging. Het leidingwerk is binnen een<br />

aantal minuten gevuld met water, waarna<br />

de brandweer direct over kan gaan tot het<br />

blussen onder hoge druk (40 bar). Dat kan<br />

door gebruik te maken van een speciaal<br />

ontwikkelde knikkoppeling. De hoge drukslang<br />

kan altijd en direct worden gekoppeld,<br />

ongeacht of de druk al in de leiding aanwezig<br />

is. Dit is ook het bijzondere van het systeem.<br />

Met een lage druk droge blusleiding moet<br />

altijd eerst worden gecontroleerd of alle<br />

afsluiters in het gebouw dicht zijn.<br />

Minder belasting<br />

Een groot voordeel is dat de brandweer met<br />

een lichte en compacte hoge drukslang onder<br />

de arm naar boven kan lopen. Met een lage<br />

druksysteem moeten twee brandweerlieden<br />

eerst een loodzwaar aanvalskrat van 60 kilo<br />

naar boven sjouwen. Met als gevolg dat<br />

een brandweerman al behoorlijk afgemat is<br />

voordat hij überhaupt met de eerste blussing<br />

kan beginnen.<br />

Naast een aanpassing van de stijgleiding moet<br />

voor het gebruik van dit nieuwe systeem ook<br />

het brandweervoertuig een kleine aanpassing<br />

ondergaan. De <strong>Brandweer</strong> Leerdam heeft<br />

inmiddels de koppelingen vernieuwd en bij elk<br />

voertuig zijn vier lichtgewicht slangen van elk<br />

20 meter bijgeplaatst.<br />

Volgens bedenker Johan den Hertog,<br />

preventiemedewerker bij de <strong>Brandweer</strong><br />

Leerdam, zitten er tal van voordelen aan<br />

het nieuwe systeem. “Allereerst heb je heel<br />

snel water op het vuur met een minimale<br />

belasting voor het brandweerpersoneel.<br />

Daarnaast heb je geen tijdverlies omdat de<br />

afsluiter moet worden gecontroleerd en de<br />

nevenschade is beperkt omdat met minder<br />

water wordt geblust. Daar komt nog bij dat<br />

geen extra communicatie noodzakelijk is met<br />

de pompbediende. Allemaal voordelen die<br />

niet opwegen tegen de geringe kosten van de<br />

noodzakelijke aanpassingen.<br />

Meer informatie<br />

Johan den Hertog<br />

(johan.den.hertog@leerdam.nl)


20<br />

Efficiënter zoeken met Welanker<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Zoetermeer<br />

Project Welanker<br />

Initiator René van Wel<br />

<strong>2009</strong><br />

René van Wel ontwikkelde een technisch<br />

hulpmiddel voor duikers bij zoekacties onder<br />

water. Welanker noemt hij zijn vinding, die<br />

zorgt voor een betrouwbare verankering<br />

van de zoeklijn in het gebied waarin wordt<br />

gezocht. Het anker (soms met een boei eraan)<br />

wordt in de grond gedraaid. Vervolgens wordt<br />

de zoeklijn aan het anker vastgemaakt, zodat<br />

de duiker de lijn altijd strak kan zwemmen.<br />

Het voordeel hiervan is dat duikers effectiever<br />

kunnen zoeken.<br />

René van Wel: “Het Welanker kan worden<br />

gebruikt bij het zoeken vanaf de boot en<br />

bij alle gangbare zoekmethoden: de hele<br />

cirkelmethode, de diagonaalmethode en de<br />

bodemlijnmethode. Daarnaast hebben we een<br />

nieuwe, snelle zoekmethode ontwikkeld, de<br />

Welanker halve cirkelmethode. Deze wordt<br />

gebruikt op plaatsen waar je met de huidige<br />

zoekmethoden niet uit de voeten kunt.”<br />

Het Welanker is door het korps Zoetermeer<br />

uitvoerig getest. Duikinstructeurs hebben zich<br />

gebogen over de toepassingsmogelijkheden in<br />

relatie tot verschillende zoekmethoden en er<br />

is een film gemaakt waarin de mogelijkheden<br />

worden toegelicht. Alle veiligheidsregio’s in<br />

<strong>Nederland</strong> hebben via hun duikwerkgroep een<br />

kopie van de film ontvangen.<br />

Toetsing<br />

De film en alle testresultaten zijn gebundeld<br />

en ter toetsing aangeboden aan de Vakgroep<br />

BWB (Bestrijding Waterongevallen <strong>Brandweer</strong>).<br />

In juli gaf de vakgroep toestemming voor het<br />

gebruik van het Welanker en kort daarna<br />

werd bekend dat in de nieuwe les- en leerstof<br />

<strong>Brandweer</strong>duiken van de Nbbe (<strong>Nederland</strong>s<br />

bureau brandweerexamens) de bestaande<br />

zoekmethoden zijn geschrapt, omdat deze<br />

in de praktijk niet werken. Het bestaan van<br />

Het Welanker was bij het opstellen van de<br />

nieuwe leerstof echter nog niet bekend, met<br />

als gevolg dat gebruik in de praktijk in principe<br />

nog niet is toegestaan.<br />

Waardevolle aanvulling<br />

“Een vervelende situatie”, vindt René van<br />

Wel, die onderzoekt hoe het probleem<br />

kan worden opgelost. “Voor mij en voor<br />

de hele werkgroep Duikers Haaglanden is<br />

duidelijk dat het Welanker een waardevolle<br />

aanvulling is op de bestaande hulpmiddelen<br />

bij het brandweerduiken. Met het anker kan<br />

door duikers sneller en nauwkeuriger, dus<br />

efficiënter, worden gezocht. Daarnaast zijn<br />

zoekmethoden die voorheen niet of moeilijk<br />

toe te passen waren, nu wel uitvoerbaar.<br />

Volgens mij vergroot deze vinding de<br />

mogelijkheden die er zijn in het ‘gouden uur’,<br />

het eerste uur na een ongeval, aanzienlijk.”<br />

Meer informatie<br />

René van Wel<br />

(r.van.wel@zoetermeer.nl)<br />

Fotograaf: Eric de Vries, Den Haag


22<br />

GENOMINEERD<br />

<strong>2009</strong><br />

Op huisbezoek in het kader van brandveiligheid<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Amersfoort<br />

Project Veilig Wonen<br />

Initiator Bas Gul<br />

<strong>2009</strong><br />

Overal waar mensen wonen bestaat<br />

brandgevaar. Gelukkig kan veel leed worden<br />

voorkomen door de risico’s te verkleinen<br />

en bewoners zo goed mogelijk voor te<br />

bereiden op een eventuele brand. Amersfoort<br />

startte als eerste gemeente in <strong>Nederland</strong><br />

een project om de kans op woningbranden<br />

te verkleinen: Veilig Wonen. Het project,<br />

dat werd genomineerd voor de Jan van der<br />

Heydenprijs, gaat over het vergroten van<br />

het brandveiligheidsbewustzijn bij mensen<br />

in combinatie met het verbeteren van de<br />

brandveiligheid in woningen.<br />

De Veilig Wonen-aanpak draait om community<br />

safety. Een begrip dat door de Amersfoortse<br />

brandweer wordt omschreven als: ‘Het<br />

vergroten van de fysieke en sociale veiligheid<br />

in de wijk in samenwerking met andere<br />

betrokken partijen. De eerste focus ligt op<br />

brandveiligheid met aansluiting op andere<br />

veiligheidsthema’s’.<br />

Centraal in het project staat de mogelijkheid<br />

van een vrijblijvende brandveiligheidscontrole<br />

bij mensen thuis. Tijdens zo’n bezoek wordt<br />

samen met de bewoner gekeken naar de<br />

brandveiligheid, met als doel mensen bewust<br />

te maken van mogelijk brandonveilige situaties<br />

in hun woning. Ook wordt aangeboden gratis<br />

rookmelders te monteren. In 85% van de<br />

huizen bleek geen rookmelder aanwezig of ze<br />

functioneerden niet goed.<br />

7.000 woningbranden<br />

In <strong>Nederland</strong> breekt jaarlijks in ongeveer<br />

7.000 woningen brand uit. Daarbij overlijden<br />

gemiddeld zo’n 60 bewoners en raken 500<br />

mensen gewond. De meeste slachtoffers<br />

worden verrast in hun slaap en stikken. Engels<br />

onderzoek heeft aangetoond dat het aantal<br />

doden en gewonden met minimaal de helft kan<br />

worden teruggebracht als alle woningen worden<br />

voorzien van rookmelders. De dekkingsgraad<br />

van rookmelders in woningen in <strong>Nederland</strong><br />

wordt op dit moment door het Ministerie van<br />

VROM geschat op ongeveer 70%.<br />

In mei <strong>2010</strong> verscheen in het kader van het<br />

project het Handboek Veilig Wonen.<br />

Een indrukwekkend document met veel<br />

informatie over hoe de brandveiligheid<br />

van woningen systematisch kan worden<br />

gecontroleerd en verbeterd, en hoe het<br />

brandveiligheidsbewustzijn van bewoners<br />

kan worden vergroot. Het handboek, dat<br />

gratis is te downloaden van de site www.<br />

veiligwonenamersfoort.nl, is samengesteld<br />

op basis van ervaringen, methoden en<br />

middelen van <strong>Brandweer</strong> Amersfoort. Het<br />

korps paste de Veilig Wonen-aanpak van 2006<br />

tot <strong>2010</strong> toe in drie Amersfoortse wijken.<br />

Inspireren<br />

Bas Gul, senior adviseur veiligheid bij<br />

<strong>Brandweer</strong> Amersfoort over het project:<br />

“Deze aanpak is nieuw voor <strong>Nederland</strong>,<br />

maar in Engeland werken ze al langer zo.<br />

Wij hebben ons laten inspireren door een<br />

vergelijkbaar project met woningbezoeken<br />

in Liverpool. Cijfers daar tonen aan dat het<br />

project erg succesvol is. Of dat hier ook zo is<br />

zullen we moeten afwachten, maar de eerste<br />

voortekenen zijn goed. Er zijn veel rookmelders<br />

geplaatst en onderzoek wijst uit dat bewoners<br />

zich nu meer bewust zijn van brandgevaarlijke<br />

situaties.”<br />

Meer informatie<br />

Bas Gul (b.gul@amersfoort.nl) of<br />

www.veiligwonenamersfoort.nl


24<br />

Geen nood bij brand, veiligheid in de zorg<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps Hulpverlening Gelderland-Midden<br />

Project Geen nood bij brand, veiligheid in de zorg<br />

Initiator Hulpverlening Gelderland-Midden afdeling Brandpreventie<br />

<strong>2009</strong><br />

Wist u dat in 2007 in gezondheidszorginstellingen<br />

in <strong>Nederland</strong> liefst 1.100<br />

binnenbranden waren met een totale schade<br />

van 84 miljoen euro Vast niet. Bij de afdeling<br />

Brandpreventie van Hulpverlening Gelderland-<br />

Midden deden deze cijfers de wenkbrauwen<br />

fronsen. En dat niet alleen. Er werd een project<br />

ontwikkeld: ‘Geen nood bij brand, veiligheid<br />

in de zorg’.<br />

Doel van ‘Geen nood bij brand’, dat in april<br />

<strong>2010</strong> de <strong>Innovatie</strong>prijs Brandveiligheid <strong>2010</strong><br />

won, is samenwerken aan het verbeteren<br />

van de brandveiligheid in zorginstellingen<br />

door kennisuitwisseling met medewerkers<br />

én bewoners. Binnen het project is nog een<br />

aanpalend traject, namelijk het trainen van<br />

medewerkers door e-learning. Centraal hierin<br />

staan de antwoorden op de vragen: wat te<br />

doen om brand te voorkomen en hoe te<br />

handelen als het onverhoopt mis gaat.<br />

Jos Meeuwsen van Hulpverlening<br />

Gelderland-Midden: “‘Geen nood bij<br />

brand’ is een samenwerkingsproject tussen<br />

brandweerkorpsen en zorginstellingen. De<br />

praktijk is dat een brandpreventiemedewerker<br />

en medewerkers van zorginstellingen samen<br />

met bewoners ‘op expeditie’ gaan door een<br />

gebouw. Ze kijken naar wat goed en fout is<br />

op het gebied van veiligheid. De rol van de<br />

brandpreventiemedewerker is niet controlerend,<br />

maar adviserend en informerend.”<br />

<strong>Brandweer</strong>mensen die meewerken krijgen<br />

vooraf een communicatietraining die<br />

gericht is op het omgaan met bewoners<br />

van zorginstellingen. Na de veiligheidscheck<br />

bespreken ze de bevindingen en leggen<br />

die vast in een verslag met foto’s. Voor de<br />

leidinggevenden van een instelling en de<br />

brandweer is dan in één oogopslag te zien<br />

waar het aan schort. Het belangrijkste effect is<br />

dat situaties die niet goed zijn, sneller worden<br />

aangepakt zonder dwang. Uiteraard adviseert<br />

de brandweer daarbij ‘op maat’ hoe bepaalde<br />

situaties kunnen worden verbeterd.<br />

Jos Meeuwsen: “In die fase start ook het<br />

e-learningtraject dat helemaal is toegesneden<br />

op het eigen gebouw. En eventueel houden<br />

we nog een ontruimingsoefening met de<br />

bhv’ers van de instelling.”<br />

Jos Meeuwsen beaamt dat ‘Geen nood bij<br />

brand’ een flinke investering vraagt van<br />

brandweerkorpsen, maar volgens haar verdient<br />

het project zichzelf terug. “De bewustwording<br />

van brandveiligheid in de instellingen gaat<br />

met sprongen vooruit en je krijgt een zekere<br />

continuïteit in veiligheidsmanagement.<br />

Onze ervaring is bovendien dat meer met<br />

aanbevelingen wordt gedaan als er, zoals bij<br />

dit project, geen dwang op zit.”<br />

Twintig Gelderse zorginstellingen doen<br />

inmiddels mee en ook de Veiligheidsregio<br />

Drenthe heeft het project omarmd.<br />

Meeuwsen: “De reacties zijn uitsluitend<br />

positief.”<br />

Meer informatie<br />

www.geennoodbijbrand.nl


26<br />

GENOMINEERD<br />

<strong>2009</strong><br />

27<br />

Cobra-systeem: sneller, effectiever, veiliger<br />

Categorie Techniek<br />

Korps Gezamenlijke <strong>Brandweer</strong>, Rozenburg<br />

Project Cobra-blussysteem<br />

Initiator Raymond Bras<br />

<strong>2009</strong><br />

De Gezamenlijke <strong>Brandweer</strong> in Rozenburg<br />

nam in het voorjaar van <strong>2009</strong> het Cobrablussysteem<br />

in gebruik. Met dit apparaat<br />

kunnen binnenbranden, bijvoorbeeld in<br />

moeilijk toegankelijke ruimten zoals containers<br />

en scheepsruimen, van buitenaf worden<br />

geblust. Met het Cobra-systeem wordt de<br />

inzet van de brandweer sneller, effectiever en<br />

veiliger.<br />

Met een trekker op de Cobra-bluslans kan de<br />

brandweerman een grit van ijzeroxide aan het<br />

water toevoegen. Hierdoor ontstaat binnen<br />

enkele seconden een gaatje in de wand van de<br />

ruimte waarop wordt gespoten. Door dit gat<br />

kan vervolgens een hoge druk waterstraal (300<br />

bar) worden verneveld. Omdat de verneveling<br />

tien keer zo groot is als normaal, wordt de<br />

brand in de ruimte op een effectieve manier<br />

bestreden.<br />

“Het Cobra-systeem heeft een aangetoonde<br />

meerwaarde”, stelt Raymond Bras van de<br />

Gezamenlijke <strong>Brandweer</strong>, een publiek-privaat<br />

samenwerkingsverband van meer dan vijftig<br />

bedrijven in het haven en industriegebied<br />

van Rotterdam en de gemeente Rotterdam.<br />

“Neem alleen het gevaar van een backdraft of<br />

een flash-over. Binnen een paar seconden is<br />

dat ingedamd. Ook dikke stalen of betonnen<br />

muren zijn geen probleem. Als de grit wordt<br />

toegevoegd, heb je gegarandeerd binnen de<br />

kortste keren een gat in de wand. Met gebruik<br />

van relatief weinig water bovendien.”<br />

Knock down<br />

Bras erkent dat de brand in sommige gevallen<br />

niet gelijk is geblust. “Maar er is op z’n minst<br />

sprake van een flinke knock down, die het<br />

eenvoudiger en veiliger maakt de ruimte te<br />

betreden en de rest van de brand op een<br />

traditionele manier te blussen.”<br />

Veiliger, effectiever en sneller zijn niet de<br />

enige pluspunten van het Cobra-systeem,<br />

dat van Zweedse makelij is. Ook de schade<br />

die wordt aangericht is in vrijwel alle gevallen<br />

minder, waardoor de herstelkosten na de<br />

brand worden beperkt. Eventueel kan het<br />

systeem worden gebruikt in combinatie met<br />

een geltoevoeging. Een object dat is bedekt<br />

met gel is gedurende een bepaalde tijdsduur,<br />

afhankelijk van de intensiteit van de brand,<br />

beschermd tegen brandoverslag.<br />

Het apparaat van de Gezamenlijke <strong>Brandweer</strong><br />

in Rozenburg is aangeschaft met een subsidie<br />

van het Ministerie van Binnenlandse Zaken<br />

en gestationeerd in de kazerne in Hoogvliet.<br />

Bij het verstrekken van de subsidie is het<br />

ministerie er vanuit gegaan dat het systeem<br />

ook bij andere incidenten dan brand kan<br />

worden ingezet. De Gezamenlijke <strong>Brandweer</strong><br />

heeft toegezegd de inzetmogelijkheden in<br />

multidisciplinair verband te onderzoeken en<br />

daar verslag van uit te brengen.<br />

Meer informatie:<br />

www.gezamelijke-brandweer.nl of<br />

www.ccs-cobra.com


28<br />

Werken aan een groter veiligheidsbewustzijn<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland<br />

Project (Brand)veilig leven in de praktijk: evidence based voorlichting over brandveiligheid<br />

Initiators Annette de Wolde (<strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland), Rob Baardse (Brandwonden Stichting)<br />

<strong>2009</strong><br />

Op de vraag waarom andere<br />

brandweerkorpsen ‘Brandveilig leven’ over<br />

zouden moeten nemen, is het antwoord van<br />

de projectleiding kort maar krachtig: omdat<br />

het eenvoudig is te implementeren en omdat<br />

de effecten, naar verwachting, groot zijn. Of<br />

dat werkelijk zo is, valt uiteraard pas te zeggen<br />

als meer resultaten bekend zijn.<br />

Het project, dat door het Ministerie van<br />

VROM met 40.000 euro is gesubsidieerd,<br />

gaat uit van de aanname dat bewoners die<br />

dicht bij een pand wonen dat is afgebrand,<br />

na de brand meer openstaan voor<br />

voorlichting over brandveiligheid. Hiervoor<br />

is een gestandaardiseerd voorlichtingsmodel<br />

ontwikkeld, inclusief voorlichtingsmateriaal.<br />

‘Brandveilig leven’ is gestoeld op de bewezen<br />

feiten dat twee op de drie branden ontstaan<br />

door menselijk handelen en dat er een relatie<br />

is tussen doden en slachtoffers bij een brand,<br />

het wijktype, het woningtype, de oorzaak,<br />

rookmelders en vluchtgedrag. Dit aangevuld<br />

met de uitkomsten van een eerder onderzoek<br />

van de Brandwonden Stichting, dat aantoont<br />

dat voorlichting effectief is.<br />

Voorlichtingsmodel<br />

Het voorlichtingsmodel gaat uit van het voor<br />

de hand liggende gegeven dat onveilig gedrag<br />

sneller tot brand leidt dan veilig gedrag.<br />

Waarbij de brug van onveilig naar een groter<br />

veiligheidsbewustzijn kan worden geslagen<br />

door gerichte voorlichting, met name aan<br />

risicogroepen die niet worden bereikt met<br />

reguliere campagnes. Deze aanpak moet<br />

leiden tot minder doden door brand, minder<br />

brandwonden en minder inhalatietrauma’s.<br />

In principe kan de voorlichting met een<br />

minimum aan training worden gegeven door<br />

(vrijwillige) korpsleden. Het materiaal is getest<br />

in verschillende wijken in Amsterdam met een<br />

hoog percentage sociale huurwoningen (90%<br />

en meer). De bewonerspopulatie bestond<br />

gemiddeld uit 50% autochtonen en 50%<br />

allochtonen.<br />

Begonnen is met een nulmeting over<br />

brandveiligheid aan de hand van een<br />

vragenlijsten. De meting is uitgevoerd<br />

door studenten van de opleiding Besturen<br />

van veiligheid van de Vrije Universiteit van<br />

Amsterdam. Tegelijkertijd werden twee<br />

brandweermensen opgeleid tot voorlichter.<br />

Om de verschillen te meten wordt voorlichting<br />

gegeven voor en na een brand door<br />

brandweermensen in uitrukpak. Hierbij<br />

zijn ook consulenten van de Brandwonden<br />

Stichting betrokken.<br />

Andere partners waarmee <strong>Brandweer</strong><br />

Amsterdam-Amstelland en de Brandwonden<br />

Stichting samenwerken zijn Stichting<br />

Consument en Veiligheid, het <strong>Nederland</strong>s<br />

Instituut voor Fysieke Veiligheid (NIFV), de<br />

NVBR en de Vrije Universiteit Amsterdam.<br />

Annette de Wolde van de <strong>Brandweer</strong><br />

Amsterdam-Amstelland over ‘Brandveilig<br />

leven’: “We verwachten dat deze aanpak<br />

leidt tot een groter veiligheidsbewustzijn. Als<br />

dat werkelijk zo blijkt te zijn kunnen we het<br />

project via de NVBR landelijk uitrollen.”<br />

Meer informatie:<br />

Annette de Wolde<br />

(a.dewolde@brandweeraa.nl),<br />

Rob Baardse (rbaardse@brandwonden.nl)


30<br />

Brandveiligheids APK voor gebouwen<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Haaglanden<br />

Project Brandveilig Gebruik Bouwwerken<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Haaglanden<br />

<strong>2009</strong><br />

Om het bewustzijn van gebruikers met<br />

betrekking tot brandveiligheid te vergroten<br />

heeft de <strong>Brandweer</strong> Haaglanden in 2008 het<br />

project Brandveilig Gebruik Bouwwerken (BGB)<br />

geïnitieerd. Het project is gebaseerd op het<br />

idee van een APK-keuring voor gebouwen, die<br />

nooit een wettelijke basis heeft gekregen. Het<br />

BGB-project gaat uit van vrijwillige deelname.<br />

Eigenaren van gebouwen wordt de<br />

mogelijkheid geboden hun pand te laten<br />

controleren op alle brandveiligheidsaspecten.<br />

Gebouwen die goed uit de controle komen<br />

krijgen het keurmerk ‘Brandveilig Gebouw’.<br />

De hoop en verwachting zijn dat als gevolg<br />

van deze aanpak ook de beheerders van<br />

het gebouw en de gebruikers van panden<br />

bewuster met brandveiligheid omgaan.<br />

Beoordelingsrichtlijn<br />

Voor de certificering van gebouwen<br />

is in samenwerking met KIWA<br />

en een aantal zorginstellingen in<br />

Haaglanden een beoordelingsrichtlijn<br />

opgesteld met 21 aandachtsvelden. De<br />

‘verzwaring’ in vergelijking met normale<br />

brandveiligheidsaspecten ligt vooral<br />

op het organisatorische vlak (aantal<br />

ontruimingsoefeningen, aantal BHV-ers, etc.).<br />

De bedoeling is om bij bestaande gebouwen<br />

te komen tot een ‘geaccepteerd niveau van<br />

brandveiligheid’. Een aantal onafhankelijke<br />

partijen is gerechtigd de controles ten<br />

behoeve van het keurmerk uit te voeren.<br />

Het niveau wordt bepaald door het bereiken<br />

van een score via een opnamerapport, dat is<br />

vastgesteld door de klankbordgroep. Hierin<br />

hebben zitting vertegenwoordigers van<br />

<strong>Brandweer</strong> Haaglanden, KIWA en Dijkoraad<br />

Viavesta, een bedrijf dat is gespecialiseerd<br />

op het gebied van brandpreventie en<br />

brandweerondersteuning.<br />

Opname<br />

In de praktijk betekent dit dat een<br />

gecertificeerd bedrijf een opname doet van<br />

alle bouwkundige, installatietechnische en<br />

organisatorische brandveiligheidsaspecten. Het<br />

rapport met bevindingen komt in het bezit<br />

van de gebouweigenaar. Wanneer voldoende<br />

punten worden gescoord en geen ‘ko’s’<br />

worden behaald, wordt het pand door KIWA<br />

gecertificeerd. Als er niet voldoende punten<br />

worden gehaald of ‘ko’s’ worden uitgedeeld,<br />

krijgt de gebruiker de mogelijkheid de<br />

geconstateerde gebreken te verhelpen, waarna<br />

een tweede opname mogelijk is.<br />

Haaglanden is de eerste regio waar gebouwen<br />

het keurmerk hebben gekregen. Inmiddels is er<br />

in het hele land beweging zichtbaar. Met name<br />

veiligheidsregio’s, verzekeringsmaatschappijen<br />

en adviesbureaus benadrukken het belang van<br />

het keurmerk ‘Brandveilig gebouw’.<br />

Meer informatie:<br />

www.brandveilig.info


32<br />

Een pijl richting veiligheid<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland<br />

Project aanpassing hoge drukslang<br />

Initiator Wessel Slagter<br />

<strong>2009</strong><br />

De simpelste ideeën zijn vaak de beste. Wat<br />

te denken van het plan van Wessel Slagter<br />

van <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland<br />

om brandweerslangen te voorzien van een<br />

fluorescerende pijl die wijst in de richting van<br />

de uitgang Een kleine moeite en iedereen<br />

begrijpt dat de veiligheid ermee is gediend.<br />

Toen het idee in zijn hoofd was geboren<br />

ging Wessel Slagter op internet op zoek<br />

naar korpsen die zo’n aanwijzing al op hun<br />

slangen hadden staan en naar bedrijven die<br />

hoge drukslangen kunnen bedrukken. Tot zijn<br />

verbazing vond hij geen van beide. “Het idee<br />

is natuurlijk heel simpel, maar blijkbaar is er<br />

toch niemand eerder opgekomen.”<br />

De redenatie van de Amsterdamse<br />

brandweerman is dat er in brandsituaties altijd<br />

een slang mee naar binnen wordt genomen.<br />

Waarom die slang dan niet laten bedrukken<br />

met duidelijke pijlen die de richting aangeven<br />

naar buiten, daar waar het veilig is. Zo’n<br />

aanwijzing kan nooit kwaad, zeker niet in<br />

noodsituaties.<br />

Investering<br />

Wessel Slagter: “Op hoge drukslangen staat<br />

vaak een heleboel informatie. De maximale<br />

drukbelasting, diameter, product- en<br />

typenummer en meer van dat soort zaken. Het<br />

mooiste zou zijn als er in het productiestadium<br />

voortaan ook pijlen op worden gedrukt.<br />

Bijvoorbeeld om de meter. De investering die<br />

daarmee is gemoeid kan nooit hoog zijn en de<br />

veiligheid is er mee gediend. Zeker in een tijd<br />

als deze waarin veiligheid overal als een rode<br />

draad doorheen loopt, leek het me een aardig<br />

idee.”<br />

Dat het idee goed is, lijdt geen twijfel. Maar<br />

ingangen bij productiebedrijven van slangen<br />

heeft Wessel Slagter nog niet. “Als iemand mij<br />

op het spoor kan zetten laat hij dan contact<br />

met me opnemen.”<br />

Meer informatie:<br />

Wessel Slagter<br />

(w.slagter@amsterdamaa.nl)


34<br />

LEGO Incidentencity: speels én educatief<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Houten en <strong>Brandweer</strong> De Meern<br />

Project LEGO Incidentencity<br />

Initiators André Overeem en Evert de Graaf<br />

<strong>2009</strong><br />

Hoe brengen we het werk van de brandweer<br />

op een speelse en educatieve wijze onder de<br />

aandacht Op die vraag bedachten André<br />

Overeem en Evert de Graaf een origineel<br />

antwoord. Met tienduizenden LEGO-steentjes<br />

bouwden ze een stad, waarin van alles<br />

gebeurt. Vandaar de toepasselijke naam<br />

LEGO Incidentencity. De stad is net als onze<br />

samenleving voortdurend in beweging en dat<br />

oefent een grote aantrekkingskracht uit op<br />

kinderen.<br />

“De kracht van LEGO Incidentencity ligt in de<br />

eenvoud, de omvang en de herkenbaarheid”,<br />

zeggen André Overeem en Evert de<br />

Graaf. “We zijn allemaal jong geweest en<br />

bijna iedereen heeft met LEGO gespeeld.<br />

De imposante gebouwen en tientallen<br />

brandweerwagens hebben een magnetische<br />

aantrekkingskracht op kinderen én ouders.<br />

En het is allemaal zo realistisch mogelijk.<br />

We maken het niet spectaculairder dan het<br />

is. Zo ervaren kinderen op speelse wijze dat<br />

het brandweervak veelzijdig, uitdagend en<br />

spannend is. Een leuke branche dus om in te<br />

werken of als vrijwilliger in actief te zijn.”<br />

19 vierkante meter<br />

De eerste opzet van LEGO Incidentencity<br />

dateert van 2004. De stad, die toen te zien<br />

was tijdens LEGOworld in Zwolle, was in het<br />

begin 3 vierkante meter groot. Inmiddels<br />

bestrijkt de oppervlakte van de stad 19<br />

vierkante meter. LEGO Incidentencity speelt<br />

voortdurend in op actuele incidenten die aan<br />

bod komen in het Jeugdjournaal op televisie.<br />

De opstelling wijzigt dus steeds en zo blijft<br />

de City uniek. Nergens anders in de wereld<br />

bestaat een vergelijkbare educatieve opstelling<br />

specifiek gericht op de brandweer.<br />

De Incidentencity is jaarlijks op verschillende<br />

plaatsen in ons land te zien. Veel korpsen<br />

halen de activiteit in huis bij de opening van<br />

een nieuwe kazerne of voor een Open Dag.<br />

In de Incidentencity zijn momenteel 23<br />

incidenten verwerkt, variërend van een<br />

vliegtuigcrash op Schiphol tot een bosbrand<br />

en van een brand op de tribune van een<br />

voetbalstadion tot een paard dat in de<br />

sloot is beland. André Overeem en Evert<br />

de Graaf: “LEGO is prachtig speelgoed om<br />

iets zichtbaar te maken. De Incidentencity<br />

is zo langzamerhand een wat uit de hand<br />

gelopen hobby, maar we bereiken er wel<br />

mee dat de activiteiten van de brandweer<br />

onder de aandacht komen van kinderen, de<br />

brandweerlieden van de toekomst.”<br />

Meer informatie:<br />

www.incidentencity.nl


36<br />

Uitruk live op scherm in kazerne<br />

Categorie Techniek<br />

Korps Zuidwest-Drenthe<br />

Project videobeelden<br />

Initiator Willy Alberts<br />

<strong>2009</strong><br />

‘Zien doet verkopen’, gaat volgens Willy<br />

Alberts op voor zijn vinding om videobeelden<br />

van een brand of ander incident live over te<br />

brengen naar een kazerne of andere locatie.<br />

Alberts: “Geen onhandig gedoe meer met<br />

piepers, maar gewoon op een scherm kunnen<br />

volgen wat er gebeurt. Ik denk dat hier een<br />

grote vraag naar komt.”<br />

Van een ploeg brandweerlieden die wordt<br />

gealarmeerd als een brand wordt gemeld,<br />

kan doorgaans slechts een beperkt aantal<br />

mensen in de auto mee naar de plek van<br />

het onheil. De anderen blijven achter in de<br />

kazerne in afwachting van de dingen die<br />

komen gaan. Om toch ‘aanwezig’ te kunnen<br />

zijn ontwikkelde Willy Alberts samen met<br />

het bedrijf BySpy een systeem dat opnamen<br />

van de plaats van het incident rechtstreeks<br />

doorstuurt naar de achterblijvers.<br />

Willy Alberts: “Voor brandweerlieden in<br />

de kazerne is het heel onbevredigend niet<br />

te weten wat er gaande is. In het verleden<br />

gingen collega’s na een brand dan ook vaak<br />

een kijkje nemen om te weten hoe en wat.<br />

Met dit systeem is dat niet meer nodig en het<br />

werkt nog heel eenvoudig ook. Daarom zeg ik:<br />

‘zien doet verkopen’.”<br />

Kastje<br />

De camera waarmee de opnamen worden<br />

gemaakt is gemonteerd op de hoogwerker en<br />

is aangesloten op een SpyBox, een speciaal<br />

kastje dat data verzamelt en opslaat. Met<br />

een WiFi-verbinding worden de opnamen<br />

online doorgestuurd naar de server op de<br />

kazerne. Daar kunnen de niet-aanwezige<br />

brandweerlieden de GPS-positie van de auto<br />

volgen op de kaart en de beelden op een<br />

scherm.<br />

De hoogwerker van <strong>Brandweer</strong> Zuidwest-<br />

Drenthe is tevens uitgerust met een<br />

warmtebeeldcamera en er zijn sensoren aan<br />

gekoppeld waarmee concentraties gevaarlijke<br />

stoffen kunnen worden gemeten.<br />

Willy Alberts: “Het voordeel is ook dat<br />

alle informatie later opnieuw kan worden<br />

opgeroepen. Dat is handig voor oefeningen<br />

en evaluaties”, aldus de initiatiefnemer, die<br />

denkt dat het systeem met videobeelden ook<br />

zijn nut kan bewijzen bij andere, grootschalige<br />

incidenten.<br />

Belangstelling<br />

Op dit moment is alleen nog de hoogwerker<br />

van <strong>Brandweer</strong> Zuidwest-Drenthe voorzien<br />

van het systeem, maar de bedoeling is dat snel<br />

meerdere auto’s volgen. Andere korpsen en<br />

diensten tonen inmiddels ook belangstelling.<br />

Willy Alberts: “Bijvoorbeeld het Regionaal<br />

Operationeel Team. Daar hebben we het<br />

systeem gepresenteerd tijdens een oefening<br />

hier in de regio. Of ze overgaan tot aanschaf<br />

is nog niet bekend, maar de reacties waren<br />

positief. Zoals eigenlijk van iedereen.”<br />

Meer informatie:<br />

Willy Alberts<br />

(w.alberts@meppel.nl)


38<br />

<strong>Brandweer</strong>greep voor slachtoffers met ademluchttoestel<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Zuid-Limburg en <strong>Brandweer</strong> Chemelot<br />

Project nieuwe brandweergreep<br />

Initiator Thei Speetjens<br />

<strong>2009</strong><br />

Iedereen die bij de brandweer werkt kent<br />

de rautekgreep. Een greep, uitgevoerd door<br />

één of twee personen, om iemand snel over<br />

korte afstand te verplaatsen. Toch heeft Thei<br />

Speetjens van <strong>Brandweer</strong> Sittard-Geleen een<br />

nieuwe brandweergreep bedacht. Niet ter<br />

vervanging maar ter uitbreiding, en speciaal<br />

bedoeld om gewonde brandweerlieden die<br />

een ademluchttoestel dragen snel te kunnen<br />

afvoeren.<br />

Thei Speetjens: “De rautekgreep is niet<br />

toepasbaar als iemand een ademluchtfles<br />

draagt. Dus als je in het verleden een gewonde<br />

collega snel in veiligheid wilde brengen,<br />

moest je eerst het ademluchttoestel afdoen.<br />

Het spreekt voor zich dat daar kostbare tijd<br />

mee verloren kan gaan. Met de nieuwe greep<br />

kan iemand met toestel en al snel worden<br />

opgepakt en afgevoerd.”<br />

Wijdbeens<br />

We doen een poging de nieuwe<br />

brandweergreep (een officiële benaming is er<br />

nog niet) te beschrijven. Het slachtoffer ligt op<br />

de grond en omdat hij een ademluchttoestel<br />

draagt zal hij vrijwel altijd op zijn zij of buik<br />

liggen. Het slachtoffer kan door één persoon<br />

over korte afstand worden verplaatst als<br />

deze persoon wijdbeens over het slachtoffer<br />

heen gaat staan ter hoogte van de borstkas,<br />

met zijn gezicht in de richting van het hoofd<br />

van het slachtoffer. Door iets door de knieën<br />

te gaan en het slachtoffer vast te pakken<br />

aan de handgrepen of de riemen van het<br />

ademluchttoestel, kan het slachtoffer iets<br />

worden opgetild (20 à 30 cm is genoeg) en<br />

veilig in de richting van het hoofd worden<br />

weggesleept.<br />

Thei Speetjens: “Eigenlijk is het heel<br />

eenvoudig. Je maakt gebruik van de<br />

handgrepen van het ademluchttoestel. Dat<br />

kan makkelijk, want bij alle merken zijn die<br />

stevig genoeg om het slachtoffer aan op te<br />

tillen. Deze nieuwe greep kan ook door twee<br />

of drie mensen worden uitgevoerd en ook trap<br />

op of en trap af.”<br />

Niet belastend<br />

Proefpersonen omschrijven de methode als<br />

‘niet belastend’ en ‘lang vol te houden’,<br />

mede omdat het hoofd door de helm en het<br />

ademluchtmasker in een goede stand wordt<br />

gehouden en de ademhaling niet zo zwaar<br />

wordt belemmerd als bij de rautekgreep. Ook<br />

voor de helpers van slachtoffers is de nieuwe<br />

brandweergreep niet meer belastend dan de<br />

rautekgreep.<br />

Thei Speetjens: “Het is een snel en makkelijk<br />

toepasbare methode die voortkomt uit ‘best<br />

practice’. Hoe meer andere korpsen ertoe<br />

over gaan, hoe meer levens gered kunnen<br />

worden.”<br />

Meer informatie:<br />

Thei Speetjens<br />

(ts@brwk.nl)


40<br />

Mobiel GIS-systeem bewijst meerwaarde<br />

Categorie Organisatie<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Nijmegen<br />

Project City GIS-systeem<br />

Initiator Boy Janssen<br />

<strong>2009</strong><br />

Bij <strong>Brandweer</strong> Nijmegen staat innovatie<br />

hoog op de agenda. Bijna jaarlijks worden<br />

initiatieven opgepakt en uitgewerkt. Voor de<br />

Jan van der Heydenprijs <strong>2009</strong> zoemen we in<br />

op het City GIS-systeem, een project dat draait<br />

om het hebben en delen van digitale beelden<br />

en andere informatie. Het systeem heeft z’n<br />

waarde inmiddels ondubbelzinnig bewezen.<br />

Al vanaf 2006 verzamelt <strong>Brandweer</strong> Nijmegen<br />

beelden van incidentlocaties. De beelden zijn<br />

mobiel beschikbaar en er is een koppeling<br />

gemaakt met andere informatie, zoals het<br />

basisregistratiesysteem van de gemeente<br />

Nijmegen.<br />

Directeur Boy Janssen: “Met dit systeem lopen<br />

we voorop. We waren het eerste korps in<br />

<strong>Nederland</strong> dat gebruikmaakte van een digitale<br />

bereikbaarheidskaart van de gemeente. Het<br />

grote voordeel van dit City GIS-systeem is<br />

dat de bevelvoerder bij een incident direct de<br />

omgeving kan verkennen door verschillende<br />

kaartlagen over elkaar heen te leggen.<br />

Zo krijgt hij een beeld van de ligging van<br />

het object in de omgeving, van mogelijke<br />

gevaren, van aanwezige personen en van de<br />

waterwinning in het gebied. Met die kennis<br />

kan hij vervolgens beter inschatten wat er aan<br />

inzet nodig is.”<br />

Inzetplan<br />

Eenmaal ter plaatse kan met een tekenmodule<br />

een inzetplan worden gemaakt, dat via het<br />

GIS-systeem direct integraal beschikbaar is.<br />

Zodra de Officier van Dienst (OvD) aanwezig is<br />

kan hij het tekenwerk overnemen. In sommige<br />

gevallen kan ook gebruik worden gemaakt<br />

van beelden die zijn gemaakt door camera’s<br />

op de hoogwerkers. Boy Janssen: “Het delen<br />

van beelden heeft bij recente branden in<br />

Nijmegen aanzienlijke tijdswinst opgeleverd<br />

in de besluitvorming. Met alle prettige<br />

bijkomstigheden van dien.”<br />

Een andere innovatie van <strong>Brandweer</strong> Nijmegen<br />

is het Dry Sprinkler Powder Aerosolsysteem<br />

(DSPA), dat is ontworpen om de halon<br />

blussystemen te vervangen. Het poeder werkt<br />

vlamafbrekend, geeft geen verlaging van het<br />

zuurstofgehalte en geen drukverhoging in de<br />

te blussen ruimte.<br />

Praktische zaken<br />

Boy Janssen: “Naast digitale innovaties<br />

zijn we ook altijd alert op praktische zaken<br />

die verbeterd kunnen worden. Zo zijn we<br />

momenteel aan het testen met een speciaal<br />

zeil om slachtoffers te verplaatsen. Het is een<br />

compact zeil met een harde opvouwbare<br />

achterplaat ter bescherming van de rug,<br />

banden om het slachtoffer mee te fixeren<br />

en handgrepen om grip te hebben op het<br />

slachtoffer. De eerste ervaringen zijn positief.”<br />

Meer informatie:<br />

Boy Janssen<br />

(info@brandweer.nijmegen.nl)


42<br />

Snelsluiting vergroot veiligheid duikers<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Groningen<br />

Project snelsluiting seinlijn<br />

Initiators Ab Johan de Vries en Thijs Berghuis<br />

<strong>2009</strong><br />

Het brandweerduiken staat de laatste jaren<br />

enorm in de schijnwerpers. Enkele dodelijke<br />

ongevallen, rapporten van de Inspectie<br />

Openbare Orde en Veiligheid (IOOV) en<br />

nieuwe systeembeschouwingen hebben<br />

ervoor gezorgd dat de veiligheid rond het<br />

brandweerduiken in sneltreinvaart wordt<br />

ontwikkeld.<br />

<strong>Brandweer</strong> Groningen is met die veiligheid al<br />

langer bezig en dat leidde tot een vinding van<br />

duikinstructeur Ab Johan de Vries en duiker<br />

Thijs Berghuis. Het gaat om een snelsluiting<br />

aan de seinlijn. Een kleine investering die<br />

volgens de bedenkers de veiligheid van het<br />

brandweerduiken aanzienlijk vergroot.<br />

Losgetrokken<br />

Bij de technische oplossing die De Vries en<br />

Berghuis hebben bedacht wordt de connector<br />

van de communicatielijn (die vastzit aan de<br />

seinlijn) tegelijk met het loskoppelen van de<br />

seinlijn losgetrokken, zonder dat er spanning<br />

op het gelaatstuk komt. Een relatief simpele<br />

oplossing en ook goedkoop. Het aanpassen<br />

van één duikuitrusting kost slechts ongeveer<br />

150 euro.<br />

De snelsluiting van de seinlijn ‘model<br />

Groningen’ is als aanbeveling opgenomen<br />

in de jongste systeembeschouwing<br />

brandweerduiken. Deze<br />

veiligheidsbeschouwing is uitgevoerd door de<br />

IOOV en NVBR, onder meer naar aanleiding<br />

van een duikongeval in Terneuzen op<br />

12 maart 2008. De systeembeschouwing<br />

heeft duidelijk gemaakt dat de uitvoering van<br />

het huidige brandweerduiken op een aantal<br />

essentiële punten moet worden verbeterd.<br />

De urgentie van het implementeren van deze<br />

verbeterpunten wordt onderschreven door<br />

de Arbeidsinspectie en het ministerie van<br />

Binnenlandse Zaken.<br />

Trots<br />

“Het <strong>Nederland</strong>s bureau brandweerexamens<br />

werkt daar momenteel aan”, zegt Thomas<br />

Faber, commandant van <strong>Brandweer</strong><br />

Groningen. Hij is trots dat twee leden van<br />

zijn korps zo’n belangrijke vinding hebben<br />

gedaan. “Eenvoudige oplossingen zijn vaak<br />

de beste. Ik verwacht dat heel veel duikteams<br />

op korte termijn over gaan tot het aanpassen<br />

van de uitrusting. Voor weinig geld veel meer<br />

veiligheid, dat wil toch iedereen”<br />

Meer informatie:<br />

Thomas Faber<br />

(thomas.faber@hvd.groningen.nl)


44<br />

Digitale Bereikbaarheidskaart:<br />

blussen met informatie<br />

<strong>2009</strong><br />

Categorie Organisatie<br />

Korps Veiligheidsregio Limburg-Noord<br />

Project Digitale Bereikbaarheidskaart<br />

Initiator<br />

meerdere regio’s<br />

Alle neuzen dezelfde kant op. Het klinkt mooi,<br />

maar het is vaak o zo lastig iedereen positief te<br />

stemmen. Zeker als het gaat om complexe ICTprojecten.<br />

Gelukkig zijn er uitzonderingen. Het<br />

landelijke project Digitale Bereikbaarheidskaart<br />

(DBK) is zo’n uitzondering. Het project is<br />

begin dit jaar brandweerbreed met veel<br />

enthousiasme ontvangen.<br />

“Met één druk op de knop alle gegevens<br />

beschikbaar”, is het veelgebruikte statement<br />

van de Limburgse regionaal commandant<br />

Sjoerd van der Schuit over het project, dat<br />

wordt uitgevoerd door de NVBR, meerdere<br />

brandweerregio’s en gemeenten, en dat wordt<br />

gefinancierd door de Veiligheidsregio Limburg-<br />

Noord en het ministerie van Binnenlandse<br />

Zaken.<br />

Betere kwaliteit<br />

Het project beoogt het tot stand<br />

brengen van een betere kwaliteit digitale<br />

bereikbaarheidskaarten. De kaarten worden<br />

geoptimaliseerd door gebruik te maken van<br />

zoveel mogelijk bronleveranciers, waaronder<br />

de basisregistraties. Mario van Wanrooij, die<br />

er namens de Veiligheidsregio Limburg-Noord<br />

van het begin af aan bij is betrokken, durft<br />

een gewaagde stelling aan: “De Digitale<br />

Bereikbaarheidskaart is een innovatie in<br />

techniek én werkwijze.”<br />

Doel van de Digitale Bereikbaarheidskaart is<br />

weten wat je als brandweer gaat aantreffen op<br />

de plaats van het incident en het proces van<br />

het maken, beheren en gebruiken van deze<br />

kaart te optimaliseren.<br />

Mario van Wanrooij: “Door verdergaande<br />

standaardisatie is het steeds eenvoudiger<br />

informatie van meerdere bronnen te<br />

combineren tot één up-to-date systeem met<br />

een maximum aan relevante informatie. Zo’n<br />

systeem maakt de primaire werkprocessen een<br />

stuk eenvoudiger. Een bijkomend voordeel is<br />

dat we erin zijn geslaagd de basisregistraties<br />

op een innovatieve, gebruiksvriendelijke<br />

manier te ontsluiten voor eindgebruikers. En<br />

omdat we het aanbod beter afstemmen op<br />

de gebruikers, zie je dat ook de aanbieders<br />

van basisregistraties en de leveranciers van de<br />

producten blij zijn met ons initiatief.”<br />

Begin dit jaar is dit na een succesvolle<br />

proefperiode aangetoond. Met de DBK kan<br />

iedere brandweerman straks beschikken over<br />

de juiste informatie op het juiste moment op<br />

de juiste plek.<br />

Ogen en oren<br />

De bedenkers hopen te bereiken dat<br />

gebruikers zorgen voor een terugmelding<br />

aan de bronhouder als een fout wordt<br />

geconstateerd. Want van die fout heeft niet<br />

alleen de brandweer last, maar ook alle andere<br />

overheidsdiensten die gebruik maken van<br />

dezelfde registratie. Mario van Wanrooij: “De<br />

brandweerman wordt de ogen en oren van<br />

de bronhouder van de basisregistraties. Dat<br />

vergt een iets andere werkwijze, houding en<br />

discipline, maar het kan niet anders of dat leidt<br />

na enige tijd tot een kwalitatief hoogwaardige<br />

informatievoorziening.”<br />

Meer informatie:<br />

Mario van Wanrooij (m.v.wanrooij@<br />

brandweerln.nl) of BVIM (bvim@nvbr.nl)


46<br />

Nieuwe besturingssoftware: logisch, simpel en duidelijk<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> SABIC-IP<br />

Project besturingssoftware<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> SABIC-IP<br />

<strong>2009</strong><br />

<strong>Brandweer</strong>auto’s zijn geen gewone auto’s.<br />

Ze zijn groter dan de meeste andere en<br />

ook complexer vanwege alle onderdelen<br />

die aangestuurd moeten kunnen worden.<br />

Gebruikers zijn dus gebaat bij intelligente en<br />

interactieve besturingssoftware. Op dat gebied<br />

maakte SABIC Innovative Plastics met een<br />

eigen ontwikkeling een flinke stap vooruit.<br />

SABIC IP is een wereldwijde leverancier van<br />

kunststoffen en compounds, die worden<br />

gebruikt in uiteenlopende sectoren; van de<br />

automobielindustrie tot de gezondheidszorg.<br />

Het bedrijf bestaat uit dertien fabrieken die<br />

zijn gegroepeerd op een bedrijfsterrein van<br />

ongeveer één vierkante kilometer in Bergen<br />

op Zoom.<br />

Omdat in het productieproces chloor en<br />

fosgeen wordt gebruikt is SABIC-IP een BRZObedrijf<br />

(Besluit Risico’s Zware Ongevallen).<br />

Onderdeel van de veiligheidsvoorzieningen<br />

is een eigen brandweerorganisatie met vijf<br />

beroepskrachten en meer dan honderd<br />

vrijwilligers die voornamelijk werken in een<br />

vijfploegendienst.<br />

Uniek<br />

De nieuwe besturingssoftware is volgens<br />

Frank Gillesse van de SABIC-brandweer<br />

meer dan een verbetering van de bestaande<br />

technologie. “We maken gebruik van<br />

bestaande componenten, maar de toepassing<br />

die wij hebben bedacht is uniek. Onze kennis<br />

van de procesindustrie en processturing<br />

is geïmplementeerd in de software van<br />

ons brandweervoertuig. Dat heeft geleid<br />

tot een besturingsprogramma dat logisch,<br />

simpel en duidelijk is. Daarnaast genereert<br />

het programma automatisch alle mogelijke<br />

waarschuwingen en oplossingen voor de<br />

gebruiker.”<br />

De reden om zelf over te gaan tot de<br />

ontwikkeling van besturingssoftware was<br />

onvrede over de werking van de bestaande<br />

techniek. Frank Gillesse: “De voertuigen<br />

worden steeds complexer en dat geldt ook<br />

voor de bediening. Om ervoor te zorgen dat<br />

mensen er toch mee kunnen blijven werken is<br />

het van het grootste belang dat de besturing<br />

gebruiksvriendelijk blijft. Want de inzet van<br />

een brandweerkorps staat of valt met de<br />

werking van het materieel. Onze mensen<br />

staan zeven dagen in de week 24 uur per<br />

dag paraat en op het moment dat hun inzet<br />

wordt verlangd moeten ze hun werk optimaal<br />

kunnen doen.”<br />

Simpele dingen<br />

De vernieuwingen vallen niet alleen in de<br />

categorie ‘technische hoogstandjes’. Ook<br />

op het eerste gezicht simpele dingen zijn<br />

erin verwerkt. Zo geeft het display alleen de<br />

informatie die op dat moment noodzakelijk is.<br />

“Meer informatie leidt alleen maar af”, meent<br />

Frank Gillesse. “Om die reden gebruiken we<br />

ook geen felle kleuren, zoals rood. Hoe meer<br />

rust in een hectische situatie hoe beter.”<br />

Meer informatie:<br />

frank.gillesse@sabic-ip.com


48<br />

HeartSafe redt levens<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Barneveld<br />

Project HeartSafe<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Barneveld<br />

<strong>2009</strong><br />

De eerste zes minuten, dáár gaat het om<br />

na een hartstilstand. Als binnen die zes<br />

minuten wordt begonnen met reanimeren<br />

zijn de overlevingskansen van het slachtoffer<br />

beduidend groter dan wanneer er meer<br />

tijd overheen gaat. Onderzoek heeft dat<br />

ondubbelzinnig aangetoond.<br />

In 2000 al werd in de gemeente Barneveld het<br />

initiatief genomen de brandweerkorpsen in<br />

Kootwijkerbroek, Zwartebroek en Garderen<br />

toe te rusten met de first responder-taak.<br />

De brandweer beschikt nu eenmaal over<br />

een dicht netwerk van kazernes en kan dus<br />

normaal gesproken sneller aanwezig zijn dan<br />

ambulancediensten, die werken met een<br />

aanrijdtijd van (maximaal) vijftien minuten.<br />

De afgelopen jaren kwam <strong>Brandweer</strong><br />

Barneveld veelvuldig succesvol in actie<br />

en daarom heeft het project een vervolg<br />

gekregen. De gemeenteraad van Barneveld<br />

heeft ervoor gekozen om naast de first<br />

responder-taak een AED-netwerk op te<br />

zetten met inzet van burgerhulpverleners. Alle<br />

deelnemende wijken krijgen AED-apparatuur<br />

(automatische elektronische defibrillatoren)<br />

waar vrijwilligers in voorkomende gevallen<br />

gebruik van kunnen maken. Het project heeft<br />

als naam gekregen HeartSafe Barneveld.<br />

Taakverbreding<br />

Ellen van den Berg van <strong>Brandweer</strong> Barneveld:<br />

“Als brandweer zijn we belast met de<br />

beleidsvoorbereiding, de besluitvorming,<br />

de uitvoering en het beheer van het<br />

project. Dat betekent een behoorlijke<br />

verbreding van onze taken. Inmiddels is<br />

het aantal burgerhulpverleners dat zich<br />

vrijwillig inzet voor HeartSafe, groter dan<br />

het aantal vrijwilligers voor de traditionele<br />

brandweertaken. Je ziet ook dat dat invloed<br />

heeft op ons imago. De waardering voor wat<br />

we doen is toegenomen.”<br />

HeartSafe houdt concreet in dat<br />

brandweerlieden en burgerhulpverleners<br />

worden ingezet bij het reanimeren van burgers<br />

die door een hartstilstand zijn getroffen. In de<br />

praktijk blijkt de aanpak uitstekend te werken.<br />

Overleefde in het verleden maar 5% van de<br />

mensen, tegenwoordig zweeft dit percentage<br />

in Barneveld en omgeving rond de 30.<br />

Cirkels<br />

De wijken die onderdeel uit maken van<br />

het AED-netwerk zijn opgedeeld in cirkels<br />

van ongeveer 700 meter doorsnede. Elke<br />

cirkel heeft een AED-apparaat (centraal<br />

geplaatst in een afsluitbare kast) en tien<br />

tot vijftien opgeleide en gediplomeerde<br />

burgerhulpverleners die het apparaat kunnen<br />

bedienen. In geval van een hartstilstand<br />

worden de vrijwilligers gealarmeerd met een<br />

sms-alert.<br />

Ellen van den Berg: “De belangstelling<br />

voor het project is groot. Niet alleen van<br />

maatschappelijke organisaties die meewerken<br />

aan het project, maar ook burgers zijn<br />

enthousiast. Op dit moment hebben we<br />

elf kringen met AED-apparatuur waarin<br />

vrijwilligers actief zijn. Dat moeten er de<br />

komende jaren nog meer worden.”<br />

Meer informatie:<br />

Ellen van den Berg<br />

(e.vdberg@barneveld.nl)


50<br />

Een rookmelder die het altijd doet<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Heerhugowaard<br />

Project rookmelder zonder batterij<br />

Initiator Rob Zeeman<br />

“Rookmelders zijn fantastische dingen. Thuis<br />

heb ik er zeker vijf liggen. Ze zijn alleen niet in<br />

gebruik. Ik heb de batterij eruit gehaald omdat<br />

ze om de haverklap begonnen te piepen,<br />

terwijl er niets aan de hand was. Dat zette<br />

me aan het denken en dus heb ik een nieuw<br />

soort rookmelder ontwikkeld. Eentje die geen<br />

elektriciteit nodig heeft.”<br />

Het woord is aan Rob Zeeman van de<br />

brandweer en rampenbestrijding van de<br />

gemeente Heerhugowaard. Hij wil geen<br />

‘uitvinder’ worden genoemd (‘Ik ben<br />

brandweerman’), maar een feit is dat hij een<br />

ingenieus apparaat heeft ontworpen. Een<br />

nieuw soort rookmelder die altijd doet wat-ie<br />

moet doen: een signaal afgeven als er in een<br />

ruimte rookontwikkeling is.<br />

Temperatuurschommeling<br />

De rookmelder van Rob Zeeman reageert op<br />

een plotselinge temperatuurschommeling.<br />

Als die binnen enkele minuten meer dan 20<br />

graden bedraagt wordt een stukje bimetaal<br />

vrijgegeven, waardoor een sterkere veer<br />

wordt geactiveerd. Deze veer zet een soort<br />

slaghoedje in beweging en vervolgens wordt<br />

een eenvoudige luchtdrukpatroon in werking<br />

gesteld waardoor een schel fluitsignaal afgaat.<br />

“Heel eenvoudig eigenlijk”, vindt Rob Zeeman.<br />

“Voor weinig geld heb je een apparaat dat<br />

het altijd doet, nooit stuk gaat en je dus geen<br />

batterijen kost. Een doorontwikkeling zou nog<br />

kunnen zijn dat aan de rookmelder een met gas<br />

gevuld patroon wordt gekoppeld. Als het gas<br />

vrijkomt op het moment dat de melder afgaat,<br />

wordt het vuur nog automatisch gedoofd ook.”<br />

Provisorisch<br />

Rob Zeeman heeft thuis provisorisch een<br />

rookmelder-nieuwe-stijl in elkaar geknutseld,<br />

maar een echt prototype is er niet. Het is ook<br />

maar de vraag of die er ooit komt. Zeeman:<br />

“Ik denk dat het idee goed is, maar ik zou<br />

niet weten hoe je dat vermarkt. Het gaat mij<br />

nu eerst even om het idee. Of er een vervolg<br />

komt zie ik later wel. Maar als er mensen zijn<br />

die meer willen weten of er iets in zien, laat ze<br />

dan gerust contact opnemen.”<br />

Meer informatie:<br />

Rob Zeeman<br />

(r.zeeman@heerhugowaard.nl)<br />

<strong>2010</strong>


52<br />

Toeleiding naar geüniformeerde beroepen stimuleren<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Zoetermeer<br />

Project Op naar geüniformeerde beroepen’<br />

Initiator Jack Ruibing<br />

Ook de werkloosheid onder jongeren loopt<br />

in deze economisch slechte tijden snel op.<br />

Om te voorkomen dat jongeren langdurig<br />

aan de kant staan, heeft het kabinet de<br />

afgelopen jaren extra maatregelen genomen.<br />

Deze zijn gebundeld in het ‘Actieplan<br />

jeugdwerkloosheid’. Geprobeerd wordt<br />

onder meer om jongeren langer op school<br />

te houden, ze intensiever te begeleiden naar<br />

vacatures en ze leerwerkplaatsen en stages<br />

aan te bieden.<br />

Zoetermeer is één van de gemeenten met een<br />

toenemend aantal jongeren dat vroegtijdig<br />

en zonder startkwalificatie de school verlaat<br />

en niet deelneemt aan het arbeidsproces. In<br />

aanvulling op de initiatieven van de overheid<br />

hebben ketenpartners in Zoetermeer een<br />

lokaal uitvoeringsplan opgesteld met vier<br />

programmalijnen, die moeten leiden tot een<br />

sluitende aanpak van de jeugdwerkloosheid.<br />

Eén van de activiteiten in het kader van<br />

het uitvoeringsplan is het project ‘Op naar<br />

geüniformeerde beroepen’ van de lokale<br />

brandweer.<br />

Combinatie<br />

Het projecttraject bestaat uit een combinatie<br />

van theorie en praktijk. De deelnemende<br />

jongeren krijgen extra begeleiding op de<br />

werkplek en worden gecoacht ‘on-the-job’. De<br />

kennis en vaardigheden die nodig zijn voor het<br />

werk worden in een compacte functiegerichte<br />

training aangeleerd in de context van het<br />

geüniformeerde beroep. Deelnemers sluiten<br />

het project af met een AKA-diploma op mboniveau<br />

1, waarmee ze kunnen doorstromen<br />

naar vervolgopleidingen of regulier werk.<br />

Initiatiefnemer van het project ‘Op naar<br />

geüniformeerde beroepen’ is Jack Ruibing,<br />

tot voor kort directeur <strong>Brandweer</strong>zorg en<br />

Rampenbestrijding in Zoetermeer en per 1<br />

januari <strong>2010</strong> programmadirecteur Kwaliteit en<br />

<strong>Innovatie</strong> van de Veiligheidsregio Haaglanden.<br />

Ruibing: “In oktober <strong>2009</strong> zijn we begonnen<br />

met een brainstormbijeenkomst om de<br />

haalbaarheid te onderzoeken voor een traject<br />

richting geüniformeerde beroepen. Er is toen<br />

een breed samengestelde werkgroep opgericht<br />

om zoveel mogelijk draagvlak te creëren onder<br />

geüniformeerde werkgevers. Dit schooljaar,<br />

<strong>2010</strong>-2011, hopen we de eerste jongeren voor<br />

het project te interesseren.”<br />

‘Strategische reis’<br />

Jack Ruibing wijst erop dat het project goed<br />

past in de ‘strategische reis’ van de brandweer,<br />

waarin een visie is neergelegd voor de<br />

komende jaren. “‘Op naar geüniformeerde<br />

beroepen’ is een mooi voorbeeld van een<br />

vernieuwende aanpak. Bovendien is het een<br />

project met een heel sociaal karakter. We<br />

willen jongeren ermee helpen iets van hun<br />

leven te maken.”<br />

Meer informatie:<br />

Jack Ruibing<br />

(j.a.ruibing@zoetermeer.nl)<br />

<strong>2010</strong>


54<br />

Ruim baan voor de woonwachter<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps Veiligheidsregio Haaglanden<br />

Project ‘De Woonwachter’<br />

Initiator Jack Ruibing en Daan Dohmen<br />

Hoe zorgen we dat steeds meer senioren<br />

zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen<br />

blijven wonen Hoe waarborgen we hun<br />

veiligheid Hoe voorkomen we dat de kosten<br />

uit de hand lopen door een toenemend aantal<br />

alarmoproepen en (onnodige) uitrukken van<br />

brandweer, politie en zorgdiensten En wat is<br />

de rol daarin van mensen zelf<br />

Deze (en andere) zorgpunten hebben Jack<br />

Ruibing van de Veiligheidsregio Haaglanden en<br />

Daan Dohmen van innovatiebedrijf Focus Cura<br />

ertoe gebracht om vanuit een publiekprivate<br />

filosofie een zelfregulerend oplossingsconcept<br />

te ontwikkelen: ‘De Woonwachter’. Bij dit<br />

project draait het om vier B’s: basiszorgveiligheid,<br />

brandveiligheid, braakveiligheid en burenhulp.<br />

De samenhang tussen deze begrippen zal<br />

niemand ontgaan en de twee initiatiefnemers<br />

koppelen er een integraal plan aan dat is<br />

gebaseerd op het anders organiseren door de<br />

inzet van technologie.<br />

Callcenter<br />

Jack Ruibing: “De moderne technologie maakt<br />

het mogelijk woningen in de gaten te houden.<br />

Als er iets mis is kan dat worden gesignaleerd<br />

door sensoren en camera’s, die de informatie<br />

doorgeven aan een gespecialiseerd callcenter.<br />

Het callcenter schakelt hulp in via 112, maar<br />

roept tegelijkertijd via een sms-wijkalert<br />

woonwachters op. Dat zijn door brandweer,<br />

politie en zorg opgeleide vrijwilligers die in<br />

de buurt wonen en snel eerste hulp kunnen<br />

verlenen. Bijvoorbeeld bij het vermoeden van<br />

brand, inbraak of een overvalpoging bij een<br />

zelfstandig wonende senior of iemand die ten<br />

val is gekomen.”<br />

Ruibing en Dohmen denken dat woonwachters<br />

mantelzorgers en vrijwilligers kunnen<br />

ondersteunen, ook met voorzieningen, en<br />

de sociale samenhang in een wijk kunnen<br />

bevorderen. Bovendien zouden ze de<br />

maatschappelijke participatie van mensen met<br />

een beperking kunnen stimuleren. Kortom: het<br />

hechten en verbinden van aanwezige structuren<br />

zonder tussenkomst van bureaucratie, en zo<br />

met behulp van bestaande technieken mogelijk<br />

maken dat mensen langer en gelukkiger in hun<br />

vertrouwde omgeving blijven wonen.<br />

In elkaar vlechten<br />

Jack Ruibing: “De maatschappelijke<br />

woonwachter kan zaken in elkaar vlechten<br />

en aan elkaar binden ten dienste van de<br />

samenleving. Zo kunnen we de groeiende<br />

problemen het hoofd bieden zonder de<br />

zorgkosten van de Wmo (Wet maatschappelijke<br />

ondersteuning, red.) verder te laten oplopen.<br />

Het geld dat beschikbaar is zetten we effectief<br />

in.”<br />

De initiatiefnemers hopen dat op korte termijn<br />

een pilotproject kan worden opgestart om hun<br />

gedachtegoed in de praktijk te toetsen.<br />

Meer informatie:<br />

Jack Ruibing (j.a.ruibing@zoetermeer.nl) of<br />

Daan Dohmen (d.dohmen@focuscura.nl)<br />

<strong>2010</strong>


56<br />

Combivoertuig<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Dordrecht<br />

Project combivoertuig<br />

Initiators Frans Hoeksma en Tip de Vos<br />

In Dordrecht wordt in 2011 een tweede<br />

brandweerpost ingericht. Een uitbreiding<br />

die gestalte moet krijgen zonder dat er<br />

personeel bij komt. Een flinke opgave voor<br />

de zittende mensen, maar die denken dat<br />

met de aanschaf van een combivoertuig in<br />

plaats van een aparte tankautospuit en een<br />

aparte hoogwerker, het probleem kan worden<br />

getackeld.<br />

<strong>Brandweer</strong> Dordrecht ging niet over één<br />

nacht ijs bij het nemen van een beslissing.<br />

Eerst werden de (on)mogelijkheden en de<br />

toepasbaarheid van een combivoertuig<br />

(inzetbaar als blusvoertuig en als redvoertuig)<br />

bekeken, ook in relatie tot de aard en grootte<br />

van het verzorgingsgebied.. De veiligheid<br />

van het personeel werd afgewogen en onder<br />

datzelfde personeel werd geïnventariseerd of<br />

er draagvlak was voor de aanschaf.<br />

Werkgroep<br />

“Een breed samengestelde werkgroep heeft<br />

intensief onderzoek gedaan”, zegt Tip de Vos,<br />

stafmedewerker Repressie en projectleider<br />

‘innovatie combivoertuig’ van <strong>Brandweer</strong><br />

Dordrecht. “Toen dat positief uitpakte hebben<br />

we een Magirus Multistar-combivoertuig<br />

uitvoerig getest. Allerlei scenario’s zijn<br />

vergeleken, er is gekeken naar de tijd die<br />

nodig was om tot blussen of redden over<br />

te gaan en we hebben rijproeven gedaan<br />

met de auto. Alle collega’s hebben steeds<br />

evaluatieformulieren ingevuld en uiteindelijk<br />

is alles op een rij gezet. De uitkomst was<br />

eenduidig: voor ons korps is de aanschaf van<br />

een combivoertuig een goede investering.”<br />

De verwachting is dat de Magirus Multistar<br />

in oktober wordt geleverd. Na een<br />

opleidingtraject dat is gericht op de bediening<br />

en de tactische inzet, zal het voertuig<br />

waarschijnlijk in maart 2011 in gebruik worden<br />

genomen.<br />

Bezuiniging<br />

Met de aanschaf van een combivoertuig in<br />

plaats van twee verschillende auto’s heeft<br />

<strong>Brandweer</strong> Dordrecht een flinke bezuiniging<br />

gerealiseerd en tegelijkertijd is de efficiency<br />

van de bedrijfsvoering verbeterd. Frans<br />

Hoeksma, commandant <strong>Brandweer</strong>zorg: “Met<br />

de zes man die we hebben kunnen we het<br />

redden, ook in de nieuwe situatie met een<br />

tweede post. Het blijft mogelijk met twee keer<br />

twee mensen een pand in te gaan voor een<br />

blussing of redding. De veiligheid komt dus<br />

in geen enkel opzicht in gevaar. Dat gegeven<br />

alleen al levert een grote bijdrage aan de<br />

positieve motivatie van de collega’s.”<br />

Meer informatie:<br />

Frans Hoeksma<br />

(f.hoeksma@brw.vrhz.nl)<br />

<strong>2010</strong>


58<br />

GENOMINEERD<br />

<strong>2010</strong><br />

Meer ruimte voor zelfredzaamheid<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland<br />

Project Benutten en versterken van zelfredzaamheid<br />

Initiators Barry van ’t Padje en Jelle Groenendaal<br />

Wetenschappelijk is al een jaar of dertig<br />

bekend dat burgers en organisaties tijdens<br />

noodsituaties zichzelf en elkaar helpen. Dit<br />

inzicht is echter tot nu toe maar mondjesmaat<br />

doorgedrongen in de werkwijze van de<br />

brandweer en de crisisbeheersing. Terwijl (zelf)<br />

redzaamheid allerlei mogelijkheden biedt<br />

om het werk effectiever en efficiënter te<br />

organiseren.<br />

In het proefproject ‘Benutten en versterken<br />

van (zelf)redzaamheid’ van de <strong>Brandweer</strong><br />

Amsterdam-Amstelland zijn operationele<br />

werkafspraken gemaakt over de manier<br />

waarop burgers betrokken kunnen worden bij<br />

de hulpverlening en de crisisbeheersing. Er is<br />

een beeld geschetst van de zelfredzaamheid<br />

benuttende professional en een training<br />

ontwikkeld om daar invulling aan te geven.<br />

Ook is een manier ontwikkeld om het<br />

thema zelfredzaamheid te verankeren in<br />

de planvorming, oefeningen en evaluaties.<br />

De kern van de aanpak is operationeel<br />

leidinggevenden in de gelegenheid te stellen<br />

om op vakinhoudelijke gronden te kunnen<br />

beslissen om wel of niet met burgers samen te<br />

werken.<br />

Publiekscampagne<br />

Tegelijkertijd is op het gebied van preventie<br />

de vernieuwende publiekscampagne ‘Wat<br />

doe je’ ontwikkeld, die als doel heeft<br />

mensen enthousiast te maken om te<br />

investeren in hun (zelf)redzaamheid. De<br />

eigen verantwoordelijkheid van burgers<br />

staat centraal en er is veel aandacht<br />

voor de kwaliteit van de geboden<br />

handelingsperspectieven. In het kader van de<br />

campagne heeft de <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-<br />

Amstelland ook twee cursussen ontwikkeld.<br />

Met het Rode Kruis en het Oranje Kruis de<br />

cursus ‘Wat doe je in nood’, en met het<br />

bedrijf Fylgjur de cursus ‘Urban Survival’.<br />

Kwetsbare mensen en organisaties<br />

Hoewel de meeste <strong>Nederland</strong>ers (zelf)<br />

redzaam zijn, is er een kleine groep die<br />

zichzelf tijdens nood niet altijd zelf kan<br />

redden. Voor deze groep, die voor een<br />

deel zelfstandig woont en voor een deel in<br />

tehuizen, is een aparte aanpak ontwikkeld. De<br />

kern van deze aanpak is het stimuleren van<br />

eigen verantwoordelijkheid. Want, zo blijkt<br />

uit onderzoek en de pilot, deze kwetsbare<br />

groep neemt minder initiatief om hun eigen<br />

veiligheid te versterken dan mensen die in<br />

principe wel in staat zijn zichzelf te redden in<br />

nood.<br />

Het proefproject ‘Benutten en versterken<br />

van zelfredzaamheid’ is binnen het korps<br />

Amsterdam-Amstelland geëvalueerd.<br />

De verwachting is dat de bestuurlijke<br />

besluitvorming erover medio september <strong>2010</strong><br />

zal plaatsvinden.<br />

Meer informatie:<br />

Barry van ’t Padje<br />

(b.vantpadje@brandweeraa.nl)<br />

<strong>2010</strong>


60<br />

Snelle en effectieve noodhulp<br />

Categorie Organisatie<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Flevoland<br />

Project Multidisciplinaire First Response Unit<br />

Initiator Peter Heere<br />

Hoe bereiken we dat mensen in nood snel<br />

worden geholpen Die vraag stelde <strong>Brandweer</strong><br />

Flevoland zichzelf. Zij bedacht dat niet alleen<br />

in de eigen kolom moet worden gekeken,<br />

maar dat het beter is als de partners in de<br />

hulpverleningsketen hun krachten bundelen.<br />

Een oplossing: een Multidisciplinaire First<br />

Response Unit. Hiervoor werd Peter Heere<br />

ingeschakeld om dat verder vorm te geven.<br />

Peter Heere: “Je hebt drie<br />

hulpverleningsdiensten, brandweer, politie<br />

en ambulance, die alle drie noodhulp bieden.<br />

Ieder voor zich rukken ze vaak uit naar de plek<br />

des onheils. Zelfs bij de kleinste incidenten zie<br />

je soms dat alle drie de hulpverleningsdiensten<br />

aanwezig zijn. Volledig onnodig. Waarom<br />

kiezen we niet voor een Multidisciplinaire<br />

First Response Unit in Een klein, wendbaar<br />

voertuig met een bezetting van maximaal drie<br />

personen. Volgens mij is dat een veel betere<br />

oplossing.”<br />

Op weg<br />

Het multidisciplinaire voertuig in de ogen<br />

van Peter Heere is een auto die dagelijks op<br />

de weg is om te patrouilleren (gelijk aan de<br />

politie) en die terstond kan uitrukken als<br />

noodhulp is vereist. Er gaat geen tijd verloren<br />

en als de auto arriveert kan het personeel<br />

direct een goede inschatting maken van de<br />

aard van het incident.<br />

Peter Heere: “Stel dat iemand een hartstilstand<br />

heeft. Twee medewerkers kunnen direct<br />

beginnen met het reanimeren, terwijl de derde<br />

zo nodig extra noodhulp inroept. Op deze<br />

manier wordt snel en effectief gehandeld<br />

en is de overlevingskans voor het slachtoffer<br />

groot. Ik denk dat veel kleine incidenten door<br />

het team van een First Response Unit kunnen<br />

worden verholpen zonder dat meerdere<br />

hulpdiensten uitrukken. Effectiever, sneller en<br />

goedkoper.”<br />

Inventaris auto<br />

Goed gekeken zal moeten worden naar de<br />

inventaris van de auto. Een Multidisciplinaire<br />

First Response Unit kan niet een complete<br />

tankautospuit en ambulance in één zijn. Het<br />

voertuig is bedoeld voor noodhulp en moet als<br />

zodanig worden uitgerust. Peter Heere heeft<br />

inmiddels een conceptinventaris samengesteld.<br />

Ook de deskundigheid van de inzittenden<br />

behoeft nadere uitwerking. De opvatting<br />

van de bedenker is dat een multidisciplinair<br />

voertuig het best bemand kan worden door<br />

multidisciplinair opgeleid personeel.<br />

Peter Heere: “Hoe langer ik over het idee<br />

nadenk hoe meer mogelijkheden ik zie. Ik<br />

merk ook dat er weerstand is. Veel mensen<br />

denken in problemen in plaats van in kansen.<br />

Ik blijf er in ieder geval in geloven. Wie weet<br />

gaat het er van komen.”<br />

Meer informatie:<br />

Peter Heere<br />

(p.heere@brandweerflevoland.nl)<br />

<strong>2010</strong>


62<br />

Loos alarm terugdringen met speciale prijs<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Project Gouden Rookmelder<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Loos alarm, in de wereld van de brandweer<br />

kent iedereen het. Aan loos alarm zitten alleen<br />

maar vervelende kanten. Het uitrukken van<br />

de brandweer kost (weggegooid) geld, het<br />

doet de motivatie van vrijwilligers en hun<br />

werkgevers geen goed, er zijn verkeersrisico’s<br />

mee gemoeid (zeker bij een uitruk met spoed),<br />

de beschikbaarheid voor andere noodhulp is<br />

tijdelijk minder en loos alarm zorgt ook nog<br />

eens voor geluidsoverlast voor omwonenden<br />

van een kazerne.<br />

Redenen genoeg om te proberen het aantal<br />

meldingen terug te dringen. <strong>Brandweer</strong><br />

Zeist heeft daarom een jaarlijkse prijs in het<br />

leven geroepen voor de instantie die er het<br />

best in slaagt het aantal loze meldingen<br />

terug te dringen. Er is een toepasselijke en<br />

aansprekende naam voor de onderscheiding<br />

bedacht: de Gouden Rookmelder.<br />

De praktijk is dat op basis van het aantal<br />

rookmelders dat bij een pand hangt, een<br />

aantal loze meldingen wordt geaccepteerd.<br />

Gaat het alarm toch vaker onnodig af, dan is<br />

er sprake van een overschrijding en volgt een<br />

officiële waarschuwing met de mededeling<br />

dat een dwangsom kan worden opgelegd.<br />

Verschillende keren is dat ook gebeurd.<br />

Aanpak effectief<br />

Maar dan het positieve nieuws. In <strong>2009</strong> is<br />

de lange termijndoelstelling met betrekking<br />

tot het beperken van de overschrijding<br />

gehaald. Met andere woorden: de aanpak van<br />

handhaving in combinatie met een speciale<br />

prijs is effectief. De Gouden Rookmelder blijkt<br />

een positieve stimulans te zijn voor instellingen<br />

om het aantal meldingen binnen de perken te<br />

houden of helemaal te voorkomen.<br />

Uiteraard wordt van de jaarlijkse uitreiking van<br />

de Gouden Rookmelder een feestje gemaakt.<br />

De burgemeester is van de partij en de media<br />

wordt attent gemaakt op de uitreiking. Met als<br />

gevolg dat de bekendheid zienderogen ogen<br />

toeneemt.<br />

Financieel rendabel<br />

Onderzoek van het <strong>Nederland</strong>s Instituut<br />

Fysieke Veiligheid (NIFV) heeft inmiddels<br />

aangetoond dat de aanpak van <strong>Brandweer</strong><br />

Zeist effectief en financieel rendabel is. Tijdens<br />

een symposium over het onderwerp in maart<br />

<strong>2010</strong> werd bekend dat Zeist volgens de<br />

landelijke trend 805 loze meldingen gehad zou<br />

moeten hebben in de periode 1999-2008. In<br />

werkelijkheid waren het er ‘slechts’ 490.<br />

Meer informatie:<br />

Herman Wesseling,communicatiemedewerker<br />

<strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

(h.wesseling@zeist.nl)<br />

<strong>2010</strong>


64<br />

Workshops zelfredzaamheid schudden mensen<br />

wakker<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Project Workshop zelfredzaamheid<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

In de media was in het voorjaar van <strong>2010</strong> veel<br />

aandacht voor het congres ‘<strong>Brandweer</strong> over<br />

morgen’. Ruim 500 bestuurders, partners en<br />

brandweermensen maakten de start mee van<br />

een ‘reis naar de toekomst’. Een speerpunt de<br />

komende jaren, in het kader van die reis, is de<br />

zelfredzaamheid van burgers. <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

gaf daar op eigen initiatief een vervolg aan<br />

met een workshop over dat onderwerp voor<br />

inwoners van de gemeente.<br />

De workshop bestaat uit een presentatie en<br />

een praktijkonderdeel. Uitgangspunt is de<br />

opkomsttijd van de brandweer. Eerst wordt<br />

met een filmpje duidelijk gemaakt hoe snel<br />

brand zich kan ontwikkelen. Bij de aanwezigen<br />

dringt dan gelijk het besef door dat het<br />

belangrijk is op tijd te worden gewaarschuwd<br />

(rookmelders!) en dat verantwoord moet<br />

worden omgegaan met huishoudelijke<br />

apparatuur en open vuur (denk aan kaarsen en<br />

brandende sigaretten).<br />

Presentatie<br />

Aansluitend wordt een presentatie gehouden<br />

met veel beeld- en filmmateriaal, waarin<br />

wordt ingegaan op brandonveilige situaties,<br />

preventieve maatregelen en wat te doen bij<br />

brand. De workshops worden afgesloten<br />

met een praktijkonderdeel. Door met gebruik<br />

van een handblusser een vloeistofbrand te<br />

blussen en met een blusdeken een vlam in de<br />

pan te doven, wordt het geleerde in praktijk<br />

gebracht.<br />

René Timmerman, toezichthouder<br />

brandveiligheid bij <strong>Brandweer</strong> Zeist: “We<br />

krijgen positieve reacties op de workshop<br />

zelfredzaamheid. Je ziet dat deelnemers na<br />

afloop even blijven hangen om ervaringen<br />

uit te wisselen. Dan komen ook vragen over<br />

waar ze terecht kunnen voor bijvoorbeeld<br />

rookmelders en blusmiddelen.”<br />

Arbeidsintensief<br />

René Timmerman erkent dat een aanpak met<br />

workshops arbeidsintensief is met slechts 20<br />

deelnemers per sessie. Daar staat volgens hem<br />

tegenover dat op deze manier veel informatie<br />

kan worden gegeven. “We zien deelnemers<br />

die nog dezelfde avond iets aan gevaarlijke<br />

situaties in hun huis willen doen. Dat is toch<br />

prachtig. In het algemeen gesproken vormen<br />

de workshops een mooie aanvulling in het<br />

hele informatietraject.”<br />

De toezichthouder van <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

zou het een goede zaak vinden als meer<br />

korpsen vergelijkbare workshops inzetten als<br />

voorlichtingsinstrument. “In het verleden is<br />

de aandacht voor burgers er een beetje bij in<br />

geschoten, terwijl de meeste doden nota bene<br />

vallen door brand in woningen. Daar kunnen<br />

we met deze aanpak wat aan doen.”<br />

Meer informatie:<br />

Herman Wesseling,communicatiemedewerker<br />

<strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

(h.wesseling@zeist.nl)<br />

<strong>2010</strong>


66<br />

MBT-box: het gemak dient de mens<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Project Mobiele Data Terminal (MDT)<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Het digitaal ontsluiten van gegevens wordt<br />

steeds meer de norm. Denk alleen maar<br />

aan bereikbaarheidskaarten, waterwinning,<br />

gevaarlijke stoffen en routenavigatie. In het<br />

kader van die ontsluiting en om te voorkomen<br />

dat in alle voertuigen dure randapparatuur<br />

moet worden ingebouwd, heeft <strong>Brandweer</strong><br />

Zeist de Mobiele Data Terminal BOX (MDT)<br />

ontworpen. Hierop kan apparatuur (pc’s,<br />

antenne’s en ontvangers) worden aangesloten<br />

die het mogelijk maakt te beschikken over<br />

opgeslagen data.<br />

De MDT-box bestaat uit een accesspoint<br />

van Cisco, een omvormer (24V > 12V), een<br />

battery-guard (die ervoor zorgt dat de accu’s<br />

niet worden leeg getrokken als een voertuig<br />

zonder walspanning en draaiende motor<br />

staat), een versterker (routebegeleiding<br />

chauffeur), een P2000-ontvanger en P2000-<br />

interface (voor de ‘vertaling’ van data naar<br />

bruikbare gegevens voor de pc).<br />

Borgingen<br />

Al deze onderdelen hebben een plaatsje<br />

gekregen in een kunststof kastje van 30 x<br />

25 x15 centimeter, dat is voorzien van alle<br />

benodigde aansluitingen. Er zijn borgingen<br />

aangebracht zodat apparatuur niet los kan<br />

trillen en uiteraard bevat het kastje de nodige<br />

ventilatieopeningen.<br />

De voertuigen van <strong>Brandweer</strong> Zeist zijn<br />

inmiddels geschikt gemaakt voor de MDT en<br />

in de praktijk zijn de verwachte voordelen tot<br />

uiting gekomen. Marc Bokhove, medewerker<br />

Preperatie en Crisisbeheersing <strong>Brandweer</strong><br />

Zeist, hierover. “Het gemak waarmee systemen<br />

kunnen worden uitgewisseld is enorm. Het<br />

ombouwen naar een ander voertuig neemt<br />

hooguit vijf minuten in beslag. Iedereen<br />

ervaart het ook als heel prettig dat alle<br />

componenten van de terminal zijn ingebouwd<br />

in een kast. Je hebt geen losliggende<br />

onderdelen die kwijt kunnen raken. Ook bij<br />

storingen is dat makkelijk. In de MDT-box zijn<br />

die snel op te sporen.”<br />

Eis<br />

Het advies van Marc Bokhove aan andere<br />

korpsen luidt dan ook: “Neem de MDT-box op<br />

als eis bij het inbouwen van een MDT.”<br />

Meer informatie<br />

Herman Wesseling,<br />

communicatiemedewerker <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

(h.wesseling@zeist.nl)<br />

<strong>2010</strong>


68<br />

Snel schakelen met de opstartbox<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Project Opstartbox<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

Alle voertuigen van <strong>Brandweer</strong> Zeist zijn<br />

sinds begin <strong>2010</strong> voorzien van een speciale<br />

opstartbox en in de regio Zeist/Utrecht wordt<br />

de box tegenwoordig meegenomen als eis<br />

in voertuigbestekken. Dat is het concrete<br />

resultaat van een ontwikkeltraject van<br />

<strong>Brandweer</strong> Zeist.<br />

De opstartbox is een voorziening die het<br />

mogelijk maakt snel en zonder problemen<br />

te schakelen tussen apparatuur met een<br />

verschillend voltage. Bij het gebruik van de<br />

opstartbox blijft de aangesloten apparatuur<br />

functioneren en data kan onverminderd snel<br />

worden verzonden.<br />

Standaardbepakking<br />

Moderne brandweervoertuigen<br />

zitten tegenwoordig overvol met de<br />

standaardbepakking en vaak ook nog de<br />

nodige aanvullingen daarop. Daarnaast<br />

worden de voertuigen volgebouwd<br />

met ondersteunende voorzieningen,<br />

zoals communicatieapparatuur, digitale<br />

informatiesystemen en routenavigatie.<br />

De aansturende componenten voor deze<br />

systemen worden meestal ingebouwd in<br />

het voertuig op elke plaats die nog enige<br />

ruimte biedt. Het nadeel echter van het niet<br />

gegroepeerd inbouwen van componenten<br />

is dat het opsporen en onderzoeken van<br />

storingen vaak een groot probleem is.<br />

Verzoeken<br />

Om dit probleem te tackelen heeft <strong>Brandweer</strong><br />

Zeist de opstartbox voor het inbouwen van<br />

communicatieapparatuur ontwikkeld. De<br />

ontwikkeling is in gang gezet op basis van<br />

twee verzoeken vanuit de brandweermarkt.<br />

Enerzijds de wens om de randapparatuur voor<br />

de aansturing van communicatiemiddelen te<br />

groeperen, en anderzijds het verzoek tot het<br />

opstarten van de communicatiemiddelen bij<br />

het ontnemen van het 230V-laadsnoer uit het<br />

voertuig.<br />

De opstartbox heeft zijn waarde binnen het<br />

korps <strong>Brandweer</strong> Zeist bewezen en inmiddels<br />

hebben andere korpsen belangstelling<br />

getoond. Een innovatie met grote voordelen<br />

die daarom terecht een plaatsje heeft<br />

gekregen in dit boekwerk.<br />

Meer informatie:<br />

Herman Wesseling,communicatiemedewerker<br />

<strong>Brandweer</strong> Zeist<br />

(h.wesseling@zeist.nl)<br />

<strong>2010</strong>


70<br />

GENOMINEERD<br />

<strong>2010</strong><br />

Vergroten van veiligheidsbewustzijn bij kinderen<br />

Brááánd!!!<br />

Jij, de brandweer en veiligheid<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Organisatie Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost<br />

Project ‘Brááánd!!! Jij, de brandweer en veiligheid’<br />

Initiator Wally Paridaans<br />

De vraag zou kunnen luiden: wat wil de<br />

burger anno <strong>2010</strong> van de brandweer weten<br />

Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost gaf er<br />

een eigen draai aan en vroeg zich wat als<br />

brandweer aan de burger gemeld móet<br />

worden. Vanuit de gedachte dat mensen ook<br />

een eigen verantwoordelijkheid hebben. Om<br />

dat besef te stimuleren, in eerste instantie bij<br />

kinderen, werd het project ‘Brááánd!!! Jij, de<br />

brandweer en veiligheid’ ingericht.<br />

Het project is gericht op basisschoolleerlingen<br />

van groep 7 (10-11 jaar). Het lespakket<br />

bestaat uit een leerlingenboekje en een<br />

docentenhandleiding, met ter ondersteuning<br />

een interactief spel op internet (www.<br />

brandweer.nl/billybrandkraan). Behandeld<br />

worden onder meer het ontstaan van brand,<br />

een vluchtplan, rookmelders, 112-bellen<br />

en het werk van de brandweer. Ook buiten<br />

de schooluren om wordt van de kinderen<br />

een bijdrage verwacht. Zo is er een reeks<br />

opdrachten die ze thuis samen met hun ouders<br />

kunnen uitvoeren, bijvoorbeeld het maken van<br />

vluchtplan en het checken van rookmelders.<br />

Eigen verantwoordelijkheid<br />

Wally Paridaans van Veiligheidsregio Brabant-<br />

Zuidoost: “De basisgedachte achter het<br />

project is die eigen verantwoordelijkheid. We<br />

trekken nu eens niet op met onze ‘natuurlijke’<br />

partners, maar richten ons rechtstreeks tot een<br />

groep die we tot voor kort alleen als klanten<br />

beschouwden. Een andere manier van denken,<br />

waarmee we naadloos aansluiten bij de<br />

‘strategische reis’ van de brandweer.”<br />

Gekozen is voor een professionele aanpak.<br />

Hilde van Asveldt: “Eerst zijn doelstellingen<br />

bepaald en die zijn daarna door een in<br />

onderwijs gespecialiseerd bureau vertaald<br />

naar didactisch verantwoorde teksten<br />

en opdrachten. De leerdoelen van het<br />

lespakket sluiten aan bij de kerndoelen van<br />

het basisonderwijs en het is zo opgezet dat<br />

scholen het helemaal zelfstandig kunnen<br />

draaien.”<br />

Hilde van Asveldt benadrukt dat dat niet<br />

betekent dat de brandweer na het afleveren<br />

van het lespakket buitenspel staat. “In de<br />

docentenhandleiding staat dat met de lokale<br />

brandweer kan worden overlegd welke rol het<br />

korps kan spelen. Daarmee bieden we ruimte<br />

voor maatwerk.”<br />

Overnemen<br />

De ontwikkelkosten van het project zijn<br />

betaald door de Veiligheidsregio Brabant-<br />

Zuidoost, dat het pakket kosteloos aanbiedt<br />

aan basisscholen. Omdat de landelijke<br />

huisstijl is gebruikt, kan het pakket één op<br />

één door andere regio’s en korpsen worden<br />

overgenomen. Alleen de drukkosten worden<br />

in rekening gebracht.<br />

Wally Paridaans: “De enige voorwaarde<br />

die we stellen is dat die drukkosten niet<br />

worden doorberekend aan de scholen. Als<br />

ontwikkelaar van het pakket willen we de<br />

drempel zo laag mogelijk houden.”<br />

Meer informatie:<br />

Hilde van Asveldt (hildevanasveldt@vrbzo.nl)<br />

of Wally Paridaans (wallyparidaans@vrbzo.nl)<br />

<strong>2010</strong>


72<br />

Met één hand een zware aanvalsslang bedienen<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Wierden<br />

Project RUPA-standaard<br />

Initiators Patrick Kuipers en Rudie Beldman<br />

Bij een grote brand wordt het vuur vaak met<br />

een grote aanvalsslang (52 mm) bestreden.<br />

Het hanteren van de slang is een zware klus<br />

voor de aanvalsploeg en om de slang ‘in<br />

bedwang’ te houden lossen brandweerlieden<br />

elkaar dan ook regelmatig af. Dat kan anders<br />

dachten Patrick Kuipers en Rudie Beldman van<br />

de blusgroep Enter van <strong>Brandweer</strong> Wierden. Zij<br />

ontwierpen een standaard waarin het uiteinde<br />

van de slang kan worden vastgezet.<br />

Eenmaal geklemd in de standaard is de lage<br />

drukslang eenvoudig door één persoon<br />

te hanteren. Het spreekt voor zich dat de<br />

standaard, die het midden houdt tussen een<br />

straatwaterkanon en een hoge drukstraal,<br />

het blussen aanzienlijk vergemakkelijkt. Het<br />

streven van Patrick Kuipers en Rudie Beldman<br />

is om het hulpstuk zo te maken dat één<br />

persoon de slang met één hand kan bedienen.<br />

Prototype<br />

Patrick Kuipers: “Wij hebben een prototype<br />

gemaakt en tijdens een test bleek zelfs een<br />

slang van 75 mm nog goed door één persoon<br />

te bedienen. Ook toen we de druk opvoerden<br />

tot 10 bar. Voor ons het bewijs dat we dit idee<br />

verder moeten uitwerken.”<br />

Zover is het nog niet. Wel is er een naam<br />

verzonnen: de RUPA-standaard (de eerste twee<br />

letters van beider voornamen). Als het aan de<br />

twee bedenkers ligt wordt de doorontwikkelde<br />

uitvinding in de toekomst standaard toegepast<br />

op de voertuigen van het Wierdense korps.<br />

Rudie Beldman: “Arbo-technisch wordt de<br />

RUPA-standaard zeer verantwoord, omdat<br />

brandweerlieden enorm worden ontlast. Een<br />

effect dat groter wordt naarmate er langer<br />

moet worden geblust. Wij denken dat dit zeer<br />

praktische hulpstuk in de toekomst standaard<br />

op iedere tankautospuit aanwezig moet zijn.<br />

Bij voorkeur naast de aanvalskorf. Daarnaast<br />

moet het gebruik ervan worden opgenomen in<br />

de lesstof voor brandwachten.”<br />

Kritisch<br />

Wie de voordelen van de RUPA eenmaal heeft<br />

ervaren, wil niet meer anders is de overtuiging<br />

van Patrick Kuipers en Rudie Beldman, die op<br />

het idee kwamen tijdens de uitruk bij twee<br />

grote branden. Ondertussen blijven ze kritisch.<br />

“Pas als we er helemaal tevreden over zijn<br />

komt de RUPA op het voertuig.”<br />

Meer informatie:<br />

Patrick Kuipers of Rudie Beldman<br />

(patrickrenate@home.nl, r.beldman@home.nl)<br />

<strong>2010</strong>


74<br />

Maatschappelijke stage in teken van brandveiligheid<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland<br />

Project maatschappelijke stage Brandveilig leven<br />

Initiator Bernadette Sourbag<br />

Vanaf het schooljaar 2011-2012 is de<br />

maatschappelijke stage verplicht voor alle<br />

middelbare scholieren. De stage houdt in<br />

dat jongeren vrijwilligerswerk doen tijdens<br />

hun middelbare schoolperiode. Dat is goed<br />

voor anderen en voor hun persoonlijke<br />

ontwikkeling. Veel scholen hebben de<br />

maatschappelijke stage inmiddels al<br />

opgenomen in het onderwijsprogramma<br />

en ook <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland<br />

speelt op het fenomeen in. Met een<br />

maatschappelijke stage Brandveilig leven.<br />

Jong geleerd…<br />

Regisseur Brandveiligheid Bernadette Sourbag<br />

van <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland: “Ook<br />

hier geldt: jong geleerd is oud gedaan. Daarom<br />

zoeken we op scholen naar maatschappelijke<br />

stagiaires die hun steentje bij willen dragen aan<br />

het brandveiliger maken van hun school en<br />

andere scholen, van de buurt waarin hun school<br />

staat en van de eigen thuissituatie. Bijkomende<br />

voordelen van de stage zijn dat jongeren hun<br />

sociale vaardigheden vergroten en in brede zin<br />

kennis maken met het begrip brandveiligheid.”<br />

Amsterdam-Amstelland en een geel hesje van<br />

de brandweer met het logo erop.<br />

Stageverslag<br />

De stage bestaat normaliter uit het maken<br />

van een inspectie in de eigen school, het<br />

bezoeken van bewoners in de wijk waar de<br />

school staat en het informeren van kinderen<br />

in de groepen 1, 2 of 3 van basisscholen over<br />

brandveiligheid. Het verslag dat leerlingen van<br />

de stage maken komt ook in het bezit van<br />

<strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland.<br />

Doel van de stage is mensen weerbaarder<br />

te maken als het gaat om brandveilig leven.<br />

Dat kan door ze te waarschuwen voor de<br />

gevaren van brand en ongevallen, ze te<br />

informeren over wat ze zelf kunnen doen<br />

om brand en ongevallen te voorkomen, en<br />

mensen te wijzen op wat ze kunnen doen als<br />

er onverhoopt toch brand uitbreekt of zich een<br />

ongeval voordoet. Het resultaat moet zijn een<br />

veiliger samenleving.<br />

De maatschappelijke stage Brandveilig leven<br />

kan continu worden gedraaid met een in<br />

beginsel ongelimiteerd aantal stagiairs.<br />

De inhoudelijk deskundige ondersteuning<br />

verzorgt uiteraard de brandweer, die bij<br />

de uitvoering van het project samenwerkt<br />

met de stagecoördinator van de school. De<br />

eerste activiteit is altijd een introductieles.<br />

Leerlingen die daarna geïnteresseerd zijn en<br />

een stage willen volgen, krijgen ter legitimatie<br />

een introductiebrief mee van <strong>Brandweer</strong><br />

Bernadette Sourbag: “Wij denken dat het<br />

een leuke manier is om middelbare scholieren<br />

bekend te maken met brandveiligheid. En via<br />

die jongeren ook anderen. Het project bevindt<br />

zich nog in de pilotfase, maar de kans dat we<br />

het breed uitrollen is groot.”<br />

Meer informatie:<br />

Bernadette Sourbag<br />

(b.sourbag@brandweeraa.nl)<br />

<strong>2010</strong>


76<br />

Helmsteun ‘gewoon een handig ding’<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Nederweert<br />

Project helmsteun<br />

Initiator Piet Slaats<br />

Piet Slaats is bij <strong>Brandweer</strong> Nederweert<br />

chauffeur van een brandweervoertuig. Er is<br />

hem alles aan gelegen zijn ploeg veilig naar<br />

een incident te brengen. In het verleden stuitte<br />

hij daarbij keer op keer op een probleem: waar<br />

laat ik tijdens het rijden mijn helm Eén keer<br />

raden wat vrijwilliger Piet Slaats bedacht; juist,<br />

een helmsteun.<br />

Piet Slaats: “Je hebt niet alleen te maken met<br />

de veiligheid op de weg, maar ook met de<br />

veiligheid in het voertuig. In de richtlijnen voor<br />

brandweerchauffeurs staat duidelijk dat de<br />

helm tijdens het rijden moet worden afgezet.<br />

Daar kan ik me in vinden, maar een helm die<br />

gewoon maar ergens in de cabine ligt is ook<br />

niet echt veilig. Voor je het weet vliegt hij alle<br />

kanten op.”<br />

Aluminium<br />

De helmsteun die Piet Slaats heeft ontwikkeld<br />

is gemaakt van aluminium en helemaal<br />

geanodiseerd (een oppervlaktebehandeling<br />

waarmee metalen worden voorzien van<br />

een harde en slijtvaste oxidelaag). De pilaar<br />

waar de helm op steunt en het drukstuk zijn<br />

van kunststof. Beide onderdelen (pilaar en<br />

drukstuk) zijn aan te passen aan de vorm van<br />

de helm. Het drukstuk wordt bediend door<br />

een gasveer, zodat er een constante druk op<br />

de helm aanwezig is. De helm blijft daardoor<br />

op z’n plaats tijdens het rijden en als een<br />

noodstop gemaakt moet worden. Er is ook<br />

een helmsteun die zwenkbaar is.<br />

Piet Slaats: “In overleg met de commandant<br />

hebben we de helmsteun ingebouwd voor een<br />

proefperiode. Nadelen bleken er niet te zijn<br />

en inmiddels is de steun bij ons korps en bij<br />

een aantal andere korpsen hier in de regio in<br />

gebruik genomen. De reacties die ik krijg zijn<br />

zonder uitzondering positief.”<br />

Handig ding<br />

Piet Slaats zou het leuk vinden als de<br />

helmsteun bredere bekendheid krijgt. “Ik denk<br />

dat iedere chauffeur van een brandweerauto<br />

blij is met de steun. Het is gewoon een handig<br />

ding. Met de helmsteun is je helm tijdens het<br />

rijden altijd gefixeerd en altijd op een vaste<br />

plaats.”<br />

Meer informatie:<br />

Piet Slaats<br />

(p.slaats@tiscali.nl)<br />

<strong>2010</strong>


78<br />

Dataterminal op telescopische arm<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Nederweert<br />

Project MDT-steun<br />

Initiator Piet Slaats<br />

Wat zijn ogen zien, kunnen zijn handen<br />

maken. Dat gaat op voor Piet Slaats van<br />

<strong>Brandweer</strong> Nederweert. In dit boekje komt<br />

hij twee keer aan bod. Met een helmsteun<br />

(pagina ..) en op deze pagina’s met een steun<br />

voor de Mobiele Data Terminal. Dankzij de<br />

steun, in de vorm van een telescopische arm,<br />

kan iedereen in een brandweerauto eenvoudig<br />

van de terminal gebruik maken.<br />

Steeds meer korpsen beschikken<br />

tegenwoordig over een mobiele data terminal<br />

in de auto. Op weg naar een incident kunnen<br />

de brandweerlieden in de cabine op een<br />

scherm belangrijke informatie inwinnen. In<br />

veel gevallen echter moet de autogordel los<br />

worden gemaakt om de computer te kunnen<br />

bedienen. Dat is natuurlijk niet de bedoeling<br />

en daarom ontwikkelde Piet Slaats een speciale<br />

MDT-steun voor de manschappencabine achter<br />

in het voertuig.<br />

Scharnieren<br />

De steun bestaat uit een telescopische arm<br />

met scharnieren die horizontale bewegingen<br />

mogelijk maken. De scharnieren (en daarmee<br />

de arm) zijn verstelbaar. Het scherm wordt<br />

gemonteerd op de arm, die wordt vastgezet<br />

op een centrale plaats in het voertuig. De<br />

telescopische arm maakt het vervolgens<br />

mogelijk het scherm te draaien in de richting<br />

van degene die van de computer gebruik wil<br />

maken. De arm zwenkt niet tijdens het rijden<br />

omdat de scharnierpunten vastgezet kunnen<br />

worden. Door een constructie in de koker kan<br />

ook de telescoopfunctie worden geblokkeerd.<br />

De MDT-steun is inmiddels in gebruik bij<br />

diverse korpsen in Noord-Limburg.<br />

Zitpositie<br />

Piet Slaats: “Zonder de MDT-steun kan<br />

niet iedereen in zitpositie bij het scherm<br />

komen. Met de steun kan dat wel, terwijl de<br />

heupgordel of ademluchtbeugel waar iemand<br />

in zit gewoon vast kan blijven zitten.”<br />

Meer informatie:<br />

Piet Slaats<br />

(p.slaats@tiscali.nl)<br />

<strong>2010</strong>


80<br />

Snellere inzet met ladderduikstoel<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Elburg<br />

Project ladderduikstoel<br />

Initiator Gerrit Pleiter<br />

De veiligheid van het duiken houdt veel<br />

betrokkenen logischerwijs bezig. Ook Gerrit<br />

Pleiter van <strong>Brandweer</strong> Elburg. In de strijd tegen<br />

de risico’s ontwikkelde hij een ladderduikstoel.<br />

Een woord dat nog niet in het woordenboek<br />

of bij Google is terug te vinden. Wat het<br />

precies is, is trouwens niet zo moeilijk te raden:<br />

een ladder-duik-stoel dus. De vinding vergroot<br />

de veiligheid doordat veiligheidsduikers sneller<br />

inzetbaar zijn.<br />

Gerrit Pleiter werd aan het denken gezet<br />

door landelijke beschouwingen, waarin wordt<br />

gesteld dat een duiker vanaf het noodsignaal<br />

binnen één minuut bij de duiker in nood moet<br />

zijn. In het gebied waar hij werkt (Elburg en<br />

omgeving) zijn veel hoge kades en uit testen<br />

bleek dat het daardoor onmogelijk is om in<br />

zo’n korte tijd hulp te kunnen bieden.<br />

Steun<br />

De brandweerman, die tevens lid is van het<br />

duikteam, ontwikkelde daarom een speciale<br />

stoel. Deze kan door de veiligheidsduiker aan<br />

de ladder worden bevestigd, waarna hij er zelf<br />

op gaat zitten. De stoel biedt voldoende steun<br />

om comfortabel te kunnen zitten en zo zit de<br />

veiligheidsduiker compleet gemaskerd klaar in<br />

afwachting van wat eventueel komen gaat.<br />

Gerrit Pleiter: “In geval van nood hoeft hij<br />

alleen zijn automaat aan te koppelen en hij<br />

kan in actie komen. Als de temperatuur hoog<br />

is kan hij met de stoel ook in het water gaan<br />

zitten, zodat de kans op hittestuwing afneemt.<br />

Een ander voordeel is dat de veiligheidsduiker<br />

de reddingsduiker zo nodig kan helpen bij het<br />

bergen van een slachtoffer. En als de ladder<br />

gebruikt moet worden door anderen, kan de<br />

stoel eenvoudig in worden geklapt en aan de<br />

ladder worden gehangen. Veel ruimte neemt<br />

hij dan niet in.”<br />

Zoek geraakt<br />

Op de foto’s is de stoel en de werking te<br />

zien. Gerrit Pleiter tekent er bij aan dat deze<br />

stoel nog geen oppervlaktebehandeling heeft<br />

gehad. “Daarom ziet het er wat minder fraai<br />

uit. We hadden een mooiere stoel, maar die is<br />

bij de verzinkerij zoek geraakt.”<br />

Aan het idee doet het weinig af, vindt<br />

ook Gerrit Pleiter. “Ik ben er zeker van dat<br />

de ladderduikstoel kan bijdragen aan een<br />

snellere inzet van de veiligheidsduiker bij hoge<br />

walkades.”<br />

Inmiddels is Gerrit Pleiter bezig een extra<br />

steun te ontwikkelen, zodat de stoel ook aan<br />

wal te gebruiken is. De nieuwe stoel moet<br />

comfortabeler worden dan de exemplaren<br />

die momenteel veel worden gebruikt. Gerrit:<br />

“Daar hoor ik veel klachten over. Nog even en<br />

de duikladderstoel is in meerdere situaties te<br />

gebruiken.”<br />

Meer informatie:<br />

Gerrit Pleiter<br />

(gpleiter@solcon.nl)<br />

<strong>2010</strong>


82<br />

Slachtoffers afvoeren wordt een stuk makkelijker<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Nijmegen<br />

Project matje voor afvoeren slachtoffer<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Nijmegen<br />

Veel innovatieve ideeën raken aan de<br />

doelstellingen van de ‘strategische reis’ van<br />

de brandweer, het toekomstperspectief voor<br />

de komende decennia dat door de NVBR in<br />

een rapport is geschetst. Zo ook het idee van<br />

brandwachten van <strong>Brandweer</strong> Nijmegen om<br />

een zeil te gebruiken als matje waarop een<br />

slachtoffer kan worden afgevoerd. Het klinkt<br />

simpel (en dat is het ook), maar zijn dat niet<br />

vaak de beste innovaties<br />

Henk van Haalen van de Nijmeegse brandweer<br />

legt uit hoe het idee is ontstaan. “In maart<br />

hadden we een oefendag. Onderdeel van het<br />

programma was het omgaan met slachtoffers.<br />

Compleet uitgerust en onder begeleiding van<br />

ambulancepersoneel moesten we iemand van<br />

100 kilo via een smalle steile trap omhoog<br />

brengen. We liepen prompt tegen allerlei<br />

obstakels aan. Het ademluchtapparaat dat je<br />

beperkt in je bewegingsvrijheid bijvoorbeeld<br />

en in dit geval ook het gewicht van het<br />

slachtoffer. Het lukte ons de man naar boven<br />

te slepen, maar makkelijk ging het niet.”<br />

Zeil<br />

Kan dit niet anders Die vraag stelden de<br />

Nijmeegse brandweerlieden zich direct na<br />

de oefening en de oplossing werd bijna à la<br />

minute geboren. Henk van Haalen weer. “We<br />

deden de oefening samen met de Regionale<br />

Ambulancevoorziening en die hadden voor<br />

andere doeleinden een zeil op de grond<br />

liggen. Dat zeil zijn we gaan gebruiken als een<br />

soort matje en dat werkte wonderwel.”<br />

De goede ervaringen werden uitgewerkt<br />

in een prototype, waarmee testen werden<br />

uitgevoerd. Die pakten positief uit en<br />

inmiddels (zomer <strong>2010</strong>) is de ontwikkeling in<br />

een afrondende fase terechtgekomen.<br />

Het gaat om een kunststofzeil waar in<br />

een noodsituatie een slachtoffer op kan<br />

worden gelegd, kan worden gefixeerd en<br />

getransporteerd. Het matje heeft handgrepen<br />

zodat meerdere personen tegelijk kunnen tillen<br />

en slepen zonder zich in bochten te hoeven<br />

wringen, het matje heeft ‘arbo-technisch’<br />

veel voordelen, het zorgt voor minder direct<br />

contact met het slachtoffer waardoor de<br />

kans op besmetting kleiner is, het is klein en<br />

compact en dus makkelijk mee te nemen, en<br />

voor de kosten hoeft geen korps de aanschaf<br />

te laten.<br />

Dé oplossing<br />

Henk van Haalen: “Ik denk dat collega’s in het<br />

hele land bij het verslepen van slachtoffers<br />

tegen dezelfde problemen aan lopen. Wij<br />

werken nu aan dé oplossing, dus ik zou<br />

zeggen: maak er gebruik van als het zeil straks<br />

beschikbaar is.”<br />

Meer informatie:<br />

Henk van Haalen<br />

(h.vanhaalen@brandweer.nijmegen.nl)<br />

<strong>2010</strong>


84<br />

GENOMINEERD<br />

<strong>2010</strong><br />

De toegevoegde waarde van onbemand<br />

vliegende waarnemingssystemen<br />

Categorie Techniek<br />

Korps Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland<br />

Project Fire-Fly<br />

Initiator Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland<br />

Met de inzet van dit soort systemen wordt de<br />

<strong>Brandweer</strong> en politie hebben tijdens incidenten<br />

en evenementen sterk behoefte aan een<br />

real-time overzicht van alles wat er gebeurt.<br />

Informatie die bij voorkeur gedeeld moet<br />

kunnen worden met andere veiligheidspartners.<br />

Bij de bestrijding van grote branden, de<br />

opsporing van personen en de handhaving<br />

van de wet kan het soms handig zijn als er<br />

mogelijkheden zijn om vanuit de lucht zaken<br />

waar te nemen.<br />

Met het project Fire-Fly wil de Veiligheidsregio<br />

Noord- en Oost-Gelderland (VNOG)<br />

onderzoeken op welke manier en onder<br />

welke condities kleine, onbemand vliegende<br />

waarnemingssystemen geïntegreerd kunnen<br />

worden in de commandovoeringketen.<br />

De gedachte is dat dergelijke systemen<br />

een bijdrage kunnen leveren aan een<br />

betere beeldvorming bij grote branden en<br />

afhandeling van incidenten. Bijvoorbeeld<br />

door het doorsturen van luchtfoto’s en<br />

hittebeelden en informatie over de chemische<br />

samenstelling van (rook)gassen. Ook kunnen<br />

live videobeelden worden doorgestuurd naar<br />

commandovoeringsystemen en crisisruimten.<br />

Gebruiksconcept<br />

Projectleider Gerben Seevinck: “We zijn<br />

begonnen met het uitwerken van het<br />

gebruiksconcept van luchtwaarneming. We<br />

kijken naar de luchtwaarnemingsinstrumenten<br />

die beschikbaar zijn, naar command- en<br />

controlprocessen, en naar informatiesystemen<br />

en trainingsbehoeften. Naar aanleiding van<br />

tests worden er aanpassingen gedaan. De<br />

bedoeling is in het tweede kwartaal van 2011<br />

een kant en klare business case te presenteren.”<br />

Fire-Fly moet een eerste stap zijn op weg naar<br />

de aanschaf van geïntegreerde vliegende<br />

waarnemingssystemen door de brandweer.<br />

Het project verschaft de brandweer inzicht in<br />

de eisen, processen en mogelijkheden van dit<br />

soort systemen. Daarnaast is er spin-off naar<br />

andere spelers in de veiligheidssector, zoals<br />

het KLPD en de politiekorpsen. Ook zij zouden<br />

in de toekomst van geïntegreerde vliegende<br />

waarnemingssystemen gebruik kunnen maken.<br />

Systemen<br />

De Fire-Fly-projectgroep is overtuigd van de<br />

toegevoegde waarde van laagdrempelige<br />

waarnemingssystemen in de lucht en de<br />

integratie daarvan met informatiesystemen<br />

tijdens de operationele uitvoering bij<br />

incidenten. Gerben Seevinck: “Hoe meer<br />

‘real-time’ informatie, hoe sterker je staat.<br />

besluitvorming rond hoe te handelen versneld.<br />

Voor hulpverleners op alle niveaus en in de<br />

verschillende kolommen. Hulpverleners zelf<br />

kunnen ook veiliger worden ingezet en je<br />

mag verwachten dat incidenten beter kunnen<br />

worden afgehandeld. Daarmee beperk je ook<br />

economische schade.”<br />

De VNOG voert het project uit samen met het<br />

Nationaal Lucht- en Ruimtevaart Laboratorium,<br />

Nieuwland BV, Delft Dynamics en Geodan. Het<br />

Fire-Fly-project loopt van 1 januari <strong>2010</strong> tot 1<br />

juli 2011.<br />

Meer informatie:<br />

Gerben Seevinck<br />

(g.seevinck@vnog.nl)<br />

<strong>2010</strong>


86<br />

Digitale <strong>Brandweer</strong>markt voorkomt verspilling<br />

Categorie Organisatie<br />

Korps/organisatie Veiligheidsregio Utrecht<br />

Project<br />

<strong>Brandweer</strong>markt<br />

Initiator<br />

Adriaan Buitink<br />

Bezuinigingen zijn aan de orde van de dag en<br />

ook de brandweer ontkomt er niet aan. Maar<br />

wat de één graag wil hebben ligt bij de ander<br />

misschien al jaren ongebruikt op een plank.<br />

Dat gegeven inspireerde medewerkers van de<br />

Veiligheidsregio Utrecht tot het opzetten van<br />

een soort Marktplaats voor brandweerspullen:<br />

de digitale <strong>Brandweer</strong>markt.<br />

Woordvoerder Adriaan Buitink: “Het<br />

ministerie van Financiën kent het agentschap<br />

Domeinen Roerende Zaken. Op die site (www.<br />

domeinenrz.nl, red.) worden roerende zaken<br />

te koop aangeboden. Voornamelijk spullen die<br />

door Justitie of andere opsporingsinstanties in<br />

beslag zijn genomen. Ook worden goederen<br />

van het rijk zelf die overtollig zijn aangeboden.<br />

Als Veiligheidsregio Utrecht komen wij nu met<br />

een voor de brandweer vergelijkbaar concept<br />

met de site www.brandweerverkoop.nl.”<br />

Voor een habbekrats<br />

De <strong>Brandweer</strong>markt zou best eens een<br />

gat in de markt kunnen dichten. Nieuwe<br />

investeringen doen is vaak moeilijk in deze tijd,<br />

maar voor een habbekrats materialen kopen<br />

die elders overbodig zijn geworden, dat kan<br />

misschien in veel gevallen wel. Ieder korps<br />

kan op de site spullen te koop aanbieden<br />

en het aanbod kan door iedereen worden<br />

bekeken en gekocht. Adriaan Buitink wil<br />

niet teveel grenzen stellen. Wat de Utrechtse<br />

brandweerman betreft kan alles worden<br />

aangeboden; van schoenveters tot een<br />

tweedehands tankautospuit.<br />

Het spreekt voor zich dat met de site de<br />

kans groter wordt dat spullen een ‘tweede<br />

leven’ krijgen. Bovendien wordt verspilling<br />

tegengegaan. Adriaan Buitink: “Waarom iets<br />

nieuw kopen, bijvoorbeeld gereedschap, als<br />

je het voor veel minder ook via de site kunt<br />

kopen De toegankelijkheid van internet is<br />

enorm, dus daar kan het niet aan liggen.<br />

Hergebruik is bovendien milieuvriendelijker<br />

dan alles maar nieuw kopen.”<br />

Online<br />

Bij het ter perse gaan van dit boekje was de<br />

website www.brandweerverkoop.nl nog<br />

niet online. De verwachting was dat dit medio<br />

… wel het geval zal zijn. Vanaf dat moment<br />

kan het voor iedereen aantrekkelijk zijn eerst<br />

even op de site te kijken als een aankoop<br />

wordt overwogen.<br />

Meer informatie:<br />

Adriaan Buitink<br />

(a.buitink@vru.nl)<br />

<strong>2010</strong>


88<br />

Onderzoek naar voordelen ontgassen bluswater<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Midden en West Brabant<br />

Project <strong>Innovatie</strong>f met water<br />

Initiator Alfred Hamers<br />

Cluster Tilburg van de <strong>Brandweer</strong> Midden<br />

en West Brabant heeft samen met Pathema<br />

in Goirle het project ‘<strong>Innovatie</strong>f met water’<br />

opgestart. De bedoeling is om uit te zoeken<br />

wat de voordelen zijn van het ontgassen van<br />

bluswater. Pathema is een groothandel die<br />

producten levert gebaseerd op de Vortex<br />

Process Technology ® . Een technologie met als<br />

pijlers energiebesparing, kwaliteitsverbetering<br />

en duurzaam investeren.<br />

In leidingwater zitten micro- en nanobubbels<br />

van ongebonden gassen die met het blote oog<br />

niet zichtbaar zijn. Door in een Vortex-generator<br />

(een gepatenteerd product van Pathema) een<br />

krachtige onderdruk te creëren, kunnen deze<br />

gassen aan het water worden onttrokken.<br />

Doordat de gasbellen verdwijnen krijgen de<br />

watermoleculen een andere schikking. Het<br />

behandelde water heeft een lagere viscositeit<br />

(minus 20%), een lagere oppervlaktespanning,<br />

een verbeterde warmtecapaciteit en is minder<br />

gevoelig voor kalkafzetting.<br />

Voordelen<br />

De vraag is wat de voordelen daarvan zijn voor<br />

het bluswater van de brandweer. Testen van het<br />

Tilburgse korps met behandeld en onbehandeld<br />

water bij binnen- en buitenbranden, hebben<br />

uitgewezen dat er met name bij binnenbranden<br />

een positief effect is. Zoals:<br />

– Minder stoomontwikkeling, ook bij<br />

‘verkeerde’ blussing<br />

– Een grotere afkoeling van de<br />

omgevingstemperatuur<br />

– Een snellere temperatuurdaling van de<br />

brandhaard<br />

– Een minder snelle opwarming met als gevolg<br />

een beter blussend vermogen<br />

– Een lager waterverbruik<br />

Waarnemingen die volgens de onderzoekers<br />

goed zijn te rijmen met de theorie. De eerste<br />

testen wijzen derhalve in de richting dat de<br />

brandweer met gebruikmaking van de Vortextechnologie<br />

in de toekomst met minder water,<br />

veiliger, sneller en daardoor effectiever kan<br />

werken.<br />

Kinderschoenen<br />

“Maar we zijn er nog lang niet”, trapt<br />

Alfred Hamers van de cluster Tilburg van<br />

de <strong>Brandweer</strong> Midden en West Brabant op<br />

de rem. “De ontwikkeling staat nog in de<br />

kinderschoenen. PTG, een onderdeel van TU<br />

Eindhoven, is nu bezig met nader onderzoek,<br />

waarna er waarschijnlijk een proefmodel<br />

generator gebouwd gaat worden voor in<br />

voertuigen. Pas als het zover is kunnen we de<br />

praktische toepasbaarheid gaan uitvinden.”<br />

Optimistisch is Alfred Hamers wel. “Onze<br />

testen wijzen uit dat ontgassing van bluswater<br />

een positief effect heeft bij de bestrijding<br />

van binnenbranden. De veiligheid is ermee<br />

gediend en bovendien is het een, naar het<br />

zich laat aanzien, milieuvriendelijke (er worden<br />

geen chemicaliën gebruikt, red.), goedkope<br />

en eenvoudig toepasbare techniek. Met deze<br />

bewerking kan water in de toekomst nog<br />

effectiever gebruikt gaan worden.”<br />

Meer informatie:<br />

Alfred Hamers<br />

(alfred.hamers@brandweermwb.nl)<br />

<strong>2010</strong>


90<br />

<strong>Brandweer</strong>scholendag unieke happening<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Hoogeveen<br />

Project <strong>Brandweer</strong>scholendag<br />

Initiator Promotieteam <strong>Brandweer</strong> Hoogeveen<br />

Op maandag 7 juni <strong>2010</strong> kreeg <strong>Brandweer</strong><br />

Hoogeveen (een onderdeel van <strong>Brandweer</strong><br />

ZuidWest Drenthe) bezoek van 1.800<br />

leerlingen uit de groepen 5 tot en met 8 van<br />

bijna alle Hoogeveense basisscholen.<br />

Het was <strong>Brandweer</strong>scholendag. Een<br />

uniek evenement, dat dankzij een goede<br />

voorbereiding door het Promotieteam<br />

Hoogeveen op rolletjes liep.<br />

In 2007 waren er zoveel aanvragen van<br />

scholen om de brandweerkazerne te<br />

bezoeken, dat de korpsleiding besloot<br />

een open dag te organiseren. Bijna<br />

1.400 leerlingen maakten destijds van<br />

de gelegenheid gebruik. Begin <strong>2010</strong><br />

inventariseerde <strong>Brandweer</strong> Hoogeveen<br />

opnieuw of er belangstelling was voor een<br />

scholendag, en die interesse was er. Meer dan<br />

dertig scholen reageerden. De vele honderden<br />

kinderen vermaakten zich opperbest tijdens de<br />

<strong>Brandweer</strong>scholendag en tegelijkertijd leerden<br />

ze van alles over brandgevaar.<br />

Gevarieerd programma<br />

Het Promotieteam had veel werk gemaakt van<br />

het evenement. Tientallen vrijwilligers van de<br />

brandweer, aangevuld met beroepskrachten,<br />

stonden op 7 juni klaar om de leerlingen<br />

een leuke en informatieve dag te bezorgen.<br />

Een dag die volledig was afgestemd op de<br />

speelse belevingswereld van kinderen. Enkele<br />

andere korpsen in Drenthe hadden aanvullend<br />

materieel beschikbaar gesteld.<br />

Districtscommandant Ike Kortleven: “We<br />

hadden een gevarieerd programma met actie<br />

en spektakel, maar ook met een educatieve<br />

kant. Uiteindelijk was het doel van de dag<br />

kinderen zo jong mogelijk bewust te maken<br />

van brandgevaar, de gevolgen van brand en<br />

ze te wijzen op de mogelijkheden om brand<br />

te voorkomen. Ze werden er ook voortdurend<br />

op gewezen om er thuis over te praten. Zo<br />

bereiken we een grotere bewustwording van<br />

brandgevaar bij de ouders en mogelijk een<br />

gedragsverandering. Hierdoor is onze aanpak<br />

dubbel effectief!”<br />

Improvisatietoneel voor kinderen<br />

Een voorbeeld van de speelse aanpak was<br />

improvisatietoneel door twee acteurs,<br />

waarmee het gevaar van brand onder de<br />

aandacht werd gebracht. Het stuk draaide om<br />

de 10-jarige Lotte en aan de spanning op de<br />

gezichten van de kinderen was te zien dat ze<br />

helemaal verdwaalden in de belevingswereld<br />

van hun fictieve leeftijdsgenoot. De<br />

brandwondenstichting speelde hierop in met<br />

onder meer een brandwondenquiz.<br />

De kinderen konden dertig voertuigen<br />

bezichtigen, zoals tankautospuiten,<br />

hoogwerkers en de veetakels. De vrijwilligers<br />

gaven ook demonstraties met deze voertuigen.<br />

Daarnaast kregen de leerlingen uitleg over<br />

de duikgroep en het redgereedschap van de<br />

brandweer en konden ze zelf een brandje<br />

blussen. Na afloop ontving de schooljeugd<br />

een brandweertasje met een lesbrief over<br />

brandveiligheid en een gadget.<br />

Meer informatie:<br />

Harmieke Paters<br />

(h.paters@dewolden.nl)<br />

<strong>2010</strong>


92<br />

Prioriteit voor brandveiligheid in studentenhuizen<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Enschede<br />

Project Brandveiligheid Studentenhuizen<br />

Initiator afdeling Risicobeheersing <strong>Brandweer</strong> Enschede<br />

<strong>Brandweer</strong> Enschede wil met een eigentijdse<br />

benadering het veiligheidsbewustzijn van<br />

de ongeveer 30.000 studenten die een<br />

kamer huren in de stad vergroten, en de<br />

zelfredzaamheid van studenten in geval<br />

van calamiteiten verbeteren. Daartoe is een<br />

campagne ontwikkeld die moet leiden tot een<br />

gedragsverandering. Een afgeleid doel is het<br />

opsporen en aanpakken van onveilige situaties<br />

in studentenhuizen.<br />

In het kader van de actie worden alle<br />

180 studentenhuizen en units van<br />

kamerverhuurbedrijven die bij de gemeente<br />

bekend zijn bezocht door inspecteurs van de<br />

afdeling Risicobeheersing. Tijdens de bezoeken<br />

wordt gekeken naar de brandveiligheid<br />

en meer specifiek naar de aanwezigheid<br />

van rookmelders en een vluchtplan, de<br />

doorgangsmogelijkheden op vluchtwegen<br />

en de belasting van elektriciteitsgroepen. De<br />

controle wordt uitgevoerd in aanwezigheid van<br />

de studenten. Bij de kamerverhuurbedrijven<br />

wordt ook de naleving van het Gebruiksbesluit<br />

van de gemeente gecontroleerd.<br />

Verschillende zienswijzen<br />

Anne-Marie Kok, Hoofd Risicobeheersing<br />

van <strong>Brandweer</strong> Enschede: “Door samen<br />

de brandveiligheid te bekijken en<br />

ontruimingsoefeningen te houden, komen<br />

ook verschillende zienswijzen op veiligheid<br />

aan het licht. Daar kan dan gelijk over<br />

worden gesproken. De brandveiligheid van<br />

studentenhuizen heeft voor ons momenteel<br />

een hoge prioriteit. Om de doodeenvoudige<br />

reden dat die veiligheid in veel gevallen te<br />

wensen overlaat. Door actief in contact te<br />

treden hopen we daar verandering in te<br />

brengen.”<br />

<strong>Brandweer</strong> Enschede beperkt zich niet tot het<br />

afleggen van huisbezoeken. Ook de campagne<br />

‘Ken je vluchtplan’ van <strong>2009</strong> krijgt een vervolg.<br />

Deze campagne beoogt studenten te prikkelen<br />

en uit te dagen, en tegelijkertijd aan het<br />

denken te zetten. Er wordt gebruikt gemaakt<br />

van verschillende kanalen om de student te<br />

bereiken.<br />

Coördinator Brandveilig Leven Joost<br />

Nijenhuis: “We beginnen aan het begin<br />

van het studiejaar met het sturen van een<br />

uitdagende email naar alle studenten van<br />

de Saxion Hogeschool en de Universiteit<br />

Twente. Daarnaast plaatsen we banners op<br />

studentensites en op Hyves en verspreiden<br />

we posters. Ook de mogelijkheden voor free<br />

publicity grijpen we zoveel mogelijk aan.”<br />

Ogen openen<br />

Het effect van het project is moeilijk te meten,<br />

maar Anne-Marie Kok gelooft zeker dat het<br />

helpt. “Door studenten met hun neus op de<br />

feiten te drukken open je hun ogen. Dat is al<br />

in veel gevallen gebeurd. Het bijzondere van<br />

het project Dat is denk ik de brede aanpak<br />

in combinatie met het integrale concept. De<br />

complete actie gaan we om het jaar uitvoeren,<br />

de communicatiecampagne jaarlijks.”<br />

Meer informatie:<br />

Anne-Marie Kok (am.kok@enschede.nl) en<br />

Joost Nijenhuis (jnijenhuis@enschede.nl),<br />

of www.kenjevluchtplan.nl<br />

<strong>2010</strong>


94<br />

Small-Pack een licht alternatief voor het aanvalskrat<br />

Categorie Techniek<br />

Korps Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond<br />

Project Small-Pack<br />

Initiator Mario Klijn<br />

Ze zijn een crime voor veel brandlieden:<br />

de zware aanvalskratten waar soms mee<br />

moet worden gewerkt. Mario Klijn van de<br />

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond bedacht<br />

met de Small-Pack een alternatief. De Small-<br />

Pack-draagtas met schouderband weegt nog<br />

geen 11 kilo en bevat toch een 20 meter<br />

lange hoge drukslang, een koppeling voor de<br />

overgang van de stijgleiding naar de slang, en<br />

een hoge drukstraalpijp. In eenzelfde tas die<br />

nummer twee mee naar boven neemt, zit nog<br />

eens 30 meter slang.<br />

Mario Klijn: “In plaats van het aanvalskrat naar<br />

boven slepen, kan nu de Small-Pack worden<br />

meegenomen. Als de aansluiting op de droge<br />

stijgleiding is gemaakt, kan ‘gewoon’ met<br />

ongeveer 135 liter water per minuut worden<br />

geblust. De belasting voor de brandweerman<br />

of -vrouw is met deze tas veel en veel minder.”<br />

Hoogbouw<br />

De Small-Pack is bedoeld voor objecten<br />

met een stijgleiding, zoals hoogbouw,<br />

parkeergarages, ziekenhuizen en<br />

verzorgingsflats. De meeste korpsen werken in<br />

die gevallen nog met de zware aanvalskratten.<br />

De inzet van de Small-Pack kan in de praktijk<br />

afhangen van de hoogte en inzetdiepte. Een<br />

combinatie met de Hosemaster is mogelijk.<br />

Bij de uitwerking van zijn idee kreeg Mario<br />

Klijn hulp van drie vrienden: Cees de Groot<br />

van <strong>Brandweer</strong> Sliedrecht en Hugo Hartman<br />

en Sjaak Kortekaas van <strong>Brandweer</strong> Heemskerk.<br />

Klijn: “Zonder hun inspanningen was dit<br />

resultaat niet mogelijk geweest. <strong>Brandweer</strong><br />

Sliedrecht bijvoorbeeld is nauw betrokken<br />

geweest bij het testen van de Small-Pack.<br />

Testen die hebben uitgewezen dat het<br />

blussend vermogen vergelijkbaar is met hoge<br />

druk-blussing.”<br />

In gebruik<br />

De korpsen in Zandvoort en Sliedrecht<br />

werken inmiddels met de Small-Pack, Dit tot<br />

groot genoegen van de gebruikers. Bij de<br />

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond lopen<br />

de lijnen net even anders dan bij Zandvoort,<br />

Heemskerk en Sliedrecht, maar Mario Klijn<br />

heeft er alle vertrouwen in dat de Small-Pack<br />

ook in zijn eigen korps in gebruik wordt<br />

genomen.<br />

Om iedere twijfel weg te nemen zet Mario<br />

Klijn de voordelen van de Small-Pack nog<br />

eens op een rij: “Compact, licht in gewicht,<br />

eenvoudig te dragen, snel inzetbaar, ruimte<br />

besparend en te gebruiken in combinatie<br />

met de Hosemaster. Optioneel zijn een<br />

extra hoge drukslang van 30 meter en<br />

een tweewegkoppeling voor het blussen<br />

met twee stralen. De Small-Pack is in alle<br />

opzichten een aanwinst voor de uitrusting van<br />

brandweerkorpsen.”<br />

Meer informatie:<br />

Mario Klijn<br />

(mario.klijn@vgnoord.nl)<br />

<strong>2010</strong>


96<br />

<strong>Brandweer</strong>man Cor populair bij Utrechtse kinderen<br />

Categorie Maatschappelijk belang<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Utrecht<br />

Project ‘Brandmeester’<br />

Initiator <strong>Brandweer</strong> Utrecht<br />

“Mag je spelen met vuur”, luidt de vraag van<br />

brandweerman Cor. “NEEEEEEE, schreeuwen<br />

de kinderen zo hard als ze kunnen.<br />

<strong>Brandweer</strong>man Cor heeft de kinderen net<br />

laten ruiken aan een verbrande sportschoen.<br />

Zo leert hij de kinderen spelenderwijs hoe<br />

belangrijk het is om voorbereid te zijn op<br />

brand. Niet alleen bij de buitenschoolse<br />

opvang, maar ook thuis.<br />

Deze situatieschets is onderdeel van het<br />

project ‘Brandmeester’ van <strong>Brandweer</strong> Utrecht.<br />

In het kader van het project krijgen kinderen<br />

in de leeftijd van 4 tot en met 12 jaar op de<br />

Buitenschoolse Opvang (BSO) bezoek van een<br />

ervaren brandweerman. Op speelse wijze legt<br />

hij de kinderen uit wat brand is, wat er kan<br />

gebeuren als er in huis brand uitbreekt en<br />

wat je dan moet doen. <strong>Brandweer</strong>man Cor is<br />

inmiddels razend populair. In de weken na de<br />

introductie maakten gelijk tientallen BSO’s hun<br />

belangstelling kenbaar.<br />

Ezelbruggetjes<br />

Om ervoor te zorgen dat de informatie<br />

blijft hangen, gebruikt brandweerman Cor<br />

eenvoudige ezelsbruggetjes. “Wat moet je<br />

doen als je kleren vlam hebben gevat”,<br />

vraagt hij. “Niet hollen maar…”, “ROLLEN!”,<br />

roepen de kinderen. En: “Eerst water en<br />

de rest komt…”, “LATER!”, schreeuwen<br />

ze uit volle borst. Ook het onthouden van<br />

het alarmnummer is makkelijk met een<br />

ezelsbruggetje: 1+1=2.<br />

Afdelingshoofd Proactie & Preventie<br />

Gerda Bouma van <strong>Brandweer</strong> Utrecht:<br />

“Met ‘Brandmeester’ doen we aan<br />

preventievoorlichting bij kinderen en via die<br />

kinderen bereiken we ook hun ouders. Zo<br />

bevorderen we het veiligheidsbewustzijn in<br />

de samenleving. Kinderen zijn enthousiast<br />

en leren snel. Tijdens het bezoek van<br />

brandweerman Cor maken ze bijvoorbeeld zelf<br />

een vluchtplan, dat is gebaseerd op de indeling<br />

van hun eigen huis. Het is een interactieve<br />

bijeenkomst waarbij kinderen worden<br />

uitgedaagd hun mening te geven.”<br />

Totaalbenadering<br />

‘<strong>Brandweer</strong>man Cor’ heeft een<br />

jarenlange carrière als brandweerman<br />

en preventievoorlichter achter de rug.<br />

Hij krijgt bij het project hulp van andere<br />

preventiedeskundigen en brandweermensen,<br />

zowel huidige collega’s als collega’s die al<br />

met pensioen zijn. Met deze aanpak kunnen<br />

objectverkenning en preventieve checks<br />

gecombineerd worden met voorlichting. Een<br />

totaalbenadering.<br />

De verwachting is dat het project het<br />

begrip bevordert voor het werk van de<br />

brandweer bij kinderen, hun ouders en<br />

leerkrachten. Het leert kinderen en hun<br />

omgeving om brandveiligheid te zien als<br />

een verantwoordelijkheid van ‘ons allemaal’.<br />

Gerda Bouma: “Juist kinderen voelen die<br />

verantwoordelijkheid.”<br />

Meer informatie:<br />

San Peeters<br />

(brandweercommunicatie@utrecht.nl)<br />

<strong>2010</strong>


98<br />

<strong>Brandweer</strong> als professioneel risicoadviseur<br />

Categorie Organisatie<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Limburg-Noord<br />

Project advisering gemeentebestuur<br />

Initiator Erik Verbugt<br />

Volgens de letter van de wet heeft<br />

de brandweer een adviestaak bij de<br />

verantwoording van groepsrisico. <strong>Brandweer</strong><br />

Limburg-Noord neemt die taak serieus. Ze<br />

adviseert het bestuur waar het gaat om de<br />

afweging tussen enerzijds wenselijkheid<br />

en anderzijds de noodzaak tot het treffen<br />

van maatregelen om risico’s bij ruimtelijke<br />

ontwikkelingen te voorkomen of te beperken.<br />

“Die afweging is door een gemeentebestuur<br />

vaak lastig te maken”, weet Erik Verbugt,<br />

adviseur Proactie & Preventie bij <strong>Brandweer</strong><br />

Noord-Limburg. “Een gemeente kijkt altijd<br />

naar het grote geheel en heeft vaak weinig<br />

grip op de term ‘risico’. Wij gaan ‘dieper’ met<br />

ons advies en sluiten daarmee beter aan bij de<br />

belevingswereld en behoeften van het bestuur.<br />

De impact van een incident met gevaarlijke<br />

stoffen is in een stadscentrum anders dan in<br />

het buitengebied. Pas als je de totale impact<br />

overziet komen zaken duidelijker te liggen en<br />

kan er een goede afweging door het bestuur<br />

worden gemaakt.”<br />

Kwaliteitsverbetering<br />

Met de advisering-nieuwe-stijl die hij<br />

voorstaat, realiseren gemeentebesturen<br />

volgens Erik Verbugt een belangrijke<br />

kwaliteitsverbetering. Verbugt: “Het bestuur<br />

blijft eindverantwoordelijk en behoudt<br />

maximale vrijheid bij het maken van keuzes,<br />

maar met een gerichte impactbeoordeling<br />

geeft de brandweer invulling aan haar<br />

adviestaak. Als zodanig treden we op als<br />

professioneel risicoadviseur. Een belangrijke<br />

toegevoegde waarde lijkt me van een modern<br />

korps.”<br />

Volgens de bedenker van de nieuwe<br />

adviseringsaanpak wordt het bestuur in de<br />

situatie die hij schetst optimaal gefaciliteerd.<br />

En daar is zeker behoefte aan volgens<br />

Erik Verbugt, niet alleen in Noord- en<br />

Midden-Limburg. “Er komt zoveel op<br />

gemeentebestuurders af dat een goed<br />

afgewogen advies altijd welkom is. Omdat<br />

we het hebben over een verbeterde vorm<br />

van advisering is er automatisch ook meer<br />

draagvlak. Dat leidt normaal gesproken tot<br />

meer maatregelen die de veiligheid van de<br />

burger ten goede komen. En meer veiligheid is<br />

uiteindelijk wat we allemaal willen.”<br />

Uitwerken<br />

De innovatie is nog niet in het korps<br />

<strong>Brandweer</strong> Limburg-Noord geïntroduceerd.<br />

De methodiek om de impact te beoordelen<br />

moet nader worden uitgewerkt en daarbij<br />

wordt samengewerkt met een gespecialiseerd<br />

bureau. Vooruitlopend op de invoering<br />

stelt Erik Verbugt: “Treed als brandweer als<br />

eenheid naar buiten en laat zien dat je graag<br />

en vroegtijdig een bijdrage levert aan de<br />

advisering van het bestuur. De kennis van de<br />

lokale situatie die bij de brandweer aanwezig<br />

is, vormt absoluut een toegevoegde waarde in<br />

het adviestraject.”<br />

Meer informatie:<br />

Erik Verbugt<br />

(e.verbugt@brandweerln.nl)<br />

<strong>2010</strong>


100<br />

Ruim baan voor talentontwikkeling<br />

Categorie Organisatie<br />

Korps Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond<br />

Project TalentManager<br />

Initiator meerdere korpsen<br />

Als het gaat om ontwikkeling ligt de nadruk<br />

bij de brandweer meestal op de operationele<br />

ontwikkeling van de medewerkers. Veel<br />

minder wordt stilgestaan bij het werken<br />

aan persoonlijke groei en het ontwikkelen<br />

van strategisch leren denken. De korpsen<br />

Rotterdam-Rijnmond, Haaglanden, Hollands-<br />

Midden, Zuid-Holland-Zuid en Midden-West<br />

Brabant doorbreken dit patroon en hebben het<br />

ontwikkeltraject TalentManager in het leven<br />

geroepen.<br />

De doelstelling van het traject is<br />

brandweertalenten bij te staan in hun<br />

persoonlijke ontwikkeling en ze zo fris, scherp<br />

en kritisch te houden. De talenten worden<br />

een jaar lang ondersteund door een extern<br />

begeleidster (Els van Noorduyn). Zijdelings<br />

betrokken, naast de korpsen die meedoen, zijn<br />

de Academie van Leiderschap en het Landelijk<br />

en Regionaal Management Development van<br />

politie en brandweer.<br />

Nieuwe visie<br />

Het idee voor het ontwikkeltraject<br />

TalentManager komt voort uit de behoefte<br />

van de leiding van de korpsen aan een<br />

nieuwe visie op talentontwikkeling. Renée<br />

Oprel, HR Beleidsadviseur Management<br />

Development, Loopbaanontwikkeling<br />

en Competentiemanagement bij de<br />

Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond: “In<br />

een veranderende arbeidsmarkt moeten we<br />

proberen een aantrekkelijke werkgever te<br />

blijven. Dat betekent dat je ambitieuze, jonge<br />

mensen moet prikkelen en uitdagen. Met<br />

TalentManager doen we dat.”<br />

De kracht van het programma zit volgens<br />

Renée Oprel in de diversiteit van de<br />

deelnemers, zowel wat betreft functie en<br />

achtergrond als spreiding over de regio.<br />

Een belangrijk element bij TalentManager<br />

is het leren van elkaar. Een sterk punt is<br />

ook dat de inhoud van het programma<br />

organisch is. Hoewel er een aantal<br />

managementonderwerpen aan bod komt, is<br />

het de groep die bepaalt waar het over gaat.<br />

Hierdoor worden de deelnemers gedwongen<br />

anders te leren denken (‘out of the box’) en<br />

bepaalde vaste patronen en structuren los te<br />

laten.<br />

Leuk en leerzaam<br />

In <strong>2009</strong> heeft een gevarieerd samengestelde<br />

groep van twaalf deelnemers TalentManager<br />

doorlopen. De conclusie is dat het voor de<br />

deelnemers een leuk en leerzaam traject<br />

is geweest op diverse vlakken. Naast een<br />

persoonlijke groei hebben de talenten zich ook<br />

in hun werk ontwikkeld.<br />

Renée Oprel: “De manier waarop we het<br />

programma hebben neergezet is zeker<br />

innovatief te noemen. Niet alleen breed, maar<br />

ook met veel ruimte voor eigen initiatief.<br />

De deelnemers houden een belofte in voor<br />

de organisatie en dus voor de toekomst van<br />

<strong>Brandweer</strong> <strong>Nederland</strong>. Alleen daarom al zou<br />

het goed zijn als ons initiatief door andere<br />

korpsen wordt opgepakt.”<br />

Meer informatie:<br />

Renée Oprel<br />

(r.oprel@veiligheidsregio-rr.nl)<br />

<strong>2010</strong>


102<br />

‘Aanvullende werkelijkheid’ voor meer informatie<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-Amstelland<br />

Project Augmented Reality<br />

Initiator Richard Jansen<br />

Augmented reality noemt Richard Jansen<br />

zijn vinding. Vrij vertaald betekent dat zoiets<br />

als ‘aanvullingen op de werkelijkheid’.<br />

Augmented reality is een term die wordt<br />

gebruikt in het vakgebied dat zich bezighoudt<br />

met het toevoegen van gegevens aan<br />

rechtstreekse, reële beelden van een locatie.<br />

Dat is ook wat Richard Jansen met zijn idee<br />

voorstaat: het koppelen van een datalaag<br />

aan het bestaande beeld dat je ziet door de<br />

camera van je telefoon.<br />

Om te laten zien wat hij bedoelt, heeft de<br />

officier bij het korps <strong>Brandweer</strong> Amsterdam-<br />

Amstelland een demo gemaakt. Alle<br />

smartphone-gebruikers in Amsterdam<br />

kunnen dankzij een speciale datalaag de<br />

dichtstbijzijnde brandweerkazerne in de stad<br />

vinden, waarbij je direct ziet in welke richting<br />

je moet lopen en hoe ver het is. Daarnaast heb<br />

je via de laag direct toegang tot de website of<br />

kan je direct de brandweer bellen.<br />

Ondersteunende media<br />

Richard Jansen: “Ik denk dat augmented<br />

reality een meerwaarde heeft voor de<br />

brandweer. De mogelijkheden zijn enorm<br />

en de manier van informatie onsluiten is<br />

enorm simpel. Augmented reality is de<br />

techniek voor de toekomst en we worden er<br />

al dagelijks mee geconfronteerd. Neem de<br />

eerste de beste voetbalwedstrijd op tv. Om<br />

te kunnen beoordelen of het wel of geen<br />

buitenspel is, wordt gewoon een lijn op het<br />

scherm geprojecteerd. Een mooie vorm van<br />

beslissingsondersteunend bezig zijn.”<br />

Als pilot is het korps Amsterdam-Amstelland<br />

bezig om de informatie over waterdieptes te<br />

koppelen. De camera van een smartphone kan<br />

data die eraan is gekoppeld op het scherm<br />

projecteren, zoals de aanwezigheid van<br />

objecten onder water, de diepte van het water<br />

en de stroming. Met die informatie zijn de<br />

operationele risico’s beter in te schatten en kan<br />

sneller worden bepaald hoe te handelen. Voor<br />

bedrijven kan ook gebouwinformatie worden<br />

gekoppeld aan een locatie. Dan wordt in één<br />

oogopslag zichtbaar of een gebouw gevaarlijk<br />

is, of er brandpreventieve voorzieningen zijn<br />

en minder zelfredzame personen, of hoe<br />

brandwerend de hoofddraagconstructie is.<br />

Richard Jansen: “Met mijn eigen bedrijf en<br />

zakenpartners hebben we al lagen gemaakt<br />

en geïmplementeerd voor onder meer<br />

National Geographic, Rabobank, ID&T en<br />

Walt Disney. De opgedane kennis en ervaring<br />

wil ik graag met de brandweer delen om<br />

de beeld-, oordeels en besluitvorming bij<br />

incidenten te ondersteunen met ‘aanvullende<br />

werkelijkheid’.”<br />

Meer informatie<br />

Richard Jansen (r.jansen@brandweeraa.nl) of<br />

kijk op de website www.safetytagging.com<br />

Openingsscherm Data toegevoegd aan het beeld van je camera Koppel acties aan locaties<br />

Lijstweergave en gesorteerd op afstand /<br />

Locatie op de kaart<br />

dichtstbijzijnde kazerne<br />

<strong>2010</strong>


104<br />

De mogelijkheden benutten van scannen<br />

op afstand<br />

Categorie Techniek<br />

Korps <strong>Brandweer</strong> Roermond<br />

Project Scannen op afstand<br />

Initiator Roel Beurskens<br />

Roel Beurskens, medewerker Opleiden &<br />

Oefenen bij <strong>Brandweer</strong> Roermond, kwam op<br />

het idee toen hij een tijdschrift zat te lezen.<br />

Zijn oog viel op een artikel over ‘scannen op<br />

afstand’. Na lezing ervan borrelde de vraag op<br />

waarom niet op veel bredere schaal van die<br />

mogelijkheid gebruik zou worden gemaakt.<br />

Roel Beurskens: “Voorzie iedere gevaarlijke<br />

stof, iedere container, iedere tankwagen en<br />

ieder gebouw van een barcode die op afstand<br />

kan worden gescand. Bij een incident kan<br />

de brandweer of politie dan vanaf veilige<br />

afstand alle informatie tevoorschijn halen<br />

die via de barcode van het betreffende<br />

object is opgeslagen. Dat kan variëren van<br />

adresgegevens tot een omschrijving van<br />

goederen en van fysische eigenschappen tot<br />

bijzondere kenmerken en nog veel meer.”<br />

Lange weg<br />

Invoering van het idee is niet zo eenvoudig<br />

beseft Roel Beurskens, maar dat mag volgens<br />

hem geen belemmering zijn. “Het heeft pas<br />

zin als het idee landelijk in samenwerking<br />

met het bedrijfsleven wordt toegepast. Dus is<br />

er nog een lange weg te gaan. Maar omdat<br />

niemand de grote voordelen kan ontkennen,<br />

lijkt het me een goed idee te proberen een<br />

begin te maken.”<br />

Als andere korpsen het idee overnemen<br />

kan het zich mogelijk via het landelijk<br />

brandweeroverleg als een olievlek over het<br />

land verspreiden, is de verwachting van de<br />

initiatiefnemer. “Met scannen op afstand kan<br />

veel onduidelijkheid worden weggenomen<br />

omdat heel snel relevante informatie<br />

beschikbaar is. Bovendien sluit ik niet uit dat<br />

een barcode nog meer mogelijkheden biedt.<br />

Dat zou nader onderzocht moeten worden.”<br />

Meer informatie:<br />

Roel Beurskens<br />

(roelbeurskens@roermond.nl<br />

<strong>2010</strong>


Colofon<br />

<strong>Nederland</strong>se Vereniging voor <strong>Brandweer</strong>zorg en Rampenbestrijding (NVBR)<br />

Kemperbergerweg 783<br />

Postbus 7010<br />

6801 HA Arnhem<br />

t (026) 355 2455<br />

f (026) 351 5051<br />

info@nvbr.nl<br />

www.nvbr.nl<br />

Tekst en redactie: Daan Appels, Appels Communicatie<br />

Vormgeving: Carlo Polman, Oud.Zuid Ontwerp<br />

Drukwerk: Drukkerij Roos en Roos<br />

© NVBR, september <strong>2010</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!