EasyMax Dutch 17.07.09

Inhoud
1. VEILIGHEID EN VOORZORGSMAATREGELEN ........................... 4
2. AANDACHT EN ONDERHOUD..................................................... 5
3 Introductie van deze mobiele foon ............................................... 9
3.1 Toetsen ............................................................................ 10
3.2 LCD Display ..................................................................... 11
3.3 Status pictogrammen ........................................................ 11
3.4 LCD achterbelichting ........................................................ 11
4. Snelle introductie.................................................................... 11
4.1 Batterijdeksel verwijderen en de SIM kaart insteken ........... 11
Hoe te installeren .............................................................. 12
SIM kaart voorzorgsmaatregelen ....................................... 12
4.2 Batterij en batterijdekseltje plaatsen .................................. 12
4.3 Batterij laden/herladen ...................................................... 12
4.4 Gebruik van batterij .......................................................... 12
4.5 Aan/Uitschakelen ............................................................. 13
4.6 Een Oproep Plaatsen ....................................................... 13
4.7 Wachtwoord gebruiken ..................................................... 14
Foon slot .......................................................................... 14
PIN Code ......................................................................... 14
PUK Code ........................................................................ 14
PIN2 Code........................................................................ 14
PUK2 Code ...................................................................... 15
5. Algemene functies .................................................................. 15
5.1 Een nummer bellen .......................................................... 15
Internationale oproep ........................................................ 15
Een nummer bellen met het telefoonboek .......................... 15
Laatst uitgaande nummer opnieuw bellen .......................... 15
Sneltoets .......................................................................... 16
5.2 Geluidssterkte afstellen .................................................... 16
1

5.3 Een oproep beantwoorden ................................................ 16
5.4 Optie tijdens een gesprek ................................................. 17
Gesprek in de wachtstand ................................................. 17
Tweede oproep beantwoorden .......................................... 17
Dempen en Vergrendelen ................................................. 17
Handenvrij ........................................................................ 17
5.5 Invoermethoden ............................................................... 17
Invoermethoden wisselen .................................................. 17
5.6 Toetsenbord slot ............................................................... 18
6. Menu Instructies ..................................................................... 19
6.1 Telefoonboek ................................................................... 19
Zoeken ............................................................................. 19
Kopieren........................................................................... 20
Opslagstatus .................................................................... 21
6.2 Bericht lezen .................................................................... 21
Inbox ................................................................................ 22
6.3 Oproepgegevens .............................................................. 22
6.4 FM ................................................................................... 23
6.5 Gereedschap ................................................................... 24
Kalender........................................................................... 24
6.6 Profielen .......................................................................... 25
Standaard ........................................................................ 25
6.7 Scherm instellingen .......................................................... 25
Achterbelichting ................................................................ 26
Begroetingstekst ............................................................... 26
Klok instellingen ................................................................ 26
Datum & tijd weergave ...................................................... 26
6.8 Beveiliging ....................................................................... 27
PIN inschakelen ................................................................ 27
PIN2 veranderen .............................................................. 27
2

Telefoon slot ..................................................................... 27
6.9 Taal ................................................................................. 27
6.10 Auto aan .......................................................................... 28
6.11 Auto uit ............................................................................ 28
6.12 Toetsenbord slot ............................................................... 28
7. Extra’s ..................................................................................... 29
7.1 Specificatie Parameters .................................................... 29
3

1. VEILIGHEID EN VOORZORGSMAATREGELEN
Lees alstublieft deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen
van deze richtlijnen kan gevaarlijk of illegaal zijn. Lees de
volledige gebruiksaanwijzing voor meer informatie.
Schakel uw telefoon uit in de buurt van chemische fabrieken,
benzinestations en andere locaties waar zich explosieve stoffen
of voorwerpen bevinden.
Houd uw telefoon buiten het bereik van kinderen.
Gebruik tijdens het autorijden het handsfree toestel om de
veiligheid te garanderen. Parkeer uw auto langs de kant van de
weg om te communiceren, tenzij het een noodgeval betreft.
Schakel uw telefoon uit wanneer u aan boord van een vliegtuig
gaat en schakel de telefoon tijdens de vlucht niet aan.
Wees voorzichtig wanneer u uw telefoon gebruikt in de buurt van
apparaten zoals pacemakers,
gehoorapparaten en andere elektromedische apparatuur, omdat
de telefoon deze apparaten in hun werking kan storen.
Er geldt geen garantie voor accessoires en onderdelen die niet
door de fabriek van herkomst zijn vervaardigd.
Probeer nooit zelf de telefoon uit elkaar te halen. Neem bij
problemen met uw mobiele telefoon contact op met de
leverancier.
Laad de telefoon niet op als de accu niet in de telefoon zit.
Laad de telefoon op in een goed geventileerde omgeving en
houd de telefoon uit de buurt van brandbare en explosieve
voorwerpen of stoffen.
Om ontmagnetisering te voorkomen dient u de telefoon uit de
buurt te houden van magnetische voorwerpen zoals
magnetische schijven of creditcards.
Houd uw telefoon uit de buurt van vloeistoffen. Wanneer de
telefoon nat wordt of geërodeerd raakt, haal dan de accu eruit en
neem contact op met de leverancier.
4

Gebruik de telefoon niet in te warme of te koude omgevingen.
Stel de telefoon nooit bloot aan direct zonlicht, hoge vochtigheid
of stoffige omgevingen.
Gebruik geen vloeistof of een vochtige doek met krachtige
schoonmaakmiddelen om de telefoon te reinigen
Draadloze telefoons kunnen vatbaar zijn voor interferentie. Dit
kan invloed hebben op de werking.
Gebruik alleen goedgekeurde versterkingen en accu's. Sluit
geen incompatibele producten aan.
Gebruik het apparaat alleen in normale positie, zoals uitgelegd in
de productdocumentatie. Gebruik de antenne niet onnodig.
Zorg dat de telefoon aan staat en in bedrijf is. Voer het
noodnummer in en druk dan op de beltoets. Geef uw Lokatie op.
Beëindig het gesprek pas als u daarvoor toestemming krijgt.
2. AANDACHT EN ONDERHOUD
Aandachtspunten voor de accu
• Uw toestel wordt van stroom voorzien door een oplaadbare accu. Laad
de accu op als het laadniveau laag is. Laat de accu helemaal leeglopen
voor u hem oplaadt, om de levensduur van de accu te verhogen.
• Haal de stekker van de acculader uit het stopcontact en uit de telefoon
wanneer u de acculader niet gebruikt. Laat de accu niet aangesloten zitten
op een acculader als de accu opgeladen is. Overladen kan de levensduur
van de accu verkorten.
• Extreme temperaturen kunnen het laadvermogen van uw accu
beïnvloeden. De accu werkt alleen bij kamertemperatuur (tussen 15 en
25°C). Wanneer de accutemperatuur te hoog of te laa g is zal de accu niet
opladen en werkt hij mogelijk niet goed. Extreme temperaturen
verminderen de werking van de accu en kunnen storingen veroorzaken.
•Gebruik de accu alleen voor het doel waarvoor hij bestemd is.
Gebruik nooit een lader of accu die niet goedgekeurd is of die beschadigd
is.
Sluit de accupolen niet kort. Kortsluiting kan per ongeluk veroorzaakt
worden wanneer een metalen voorwerp zoals een munt, paperclip of pen
een direct contact teweegbrengt tussen de (+) en (-) polen van de accu
(metalen strippen op de accu). Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u
een reserve-accu of magnetische voorwerpen in de buurt hebt. Kortsluiten
van de polen kan schade veroorzaken aan de accu of de connectoren.
• Laat de accu niet achter op erg warme of koude plaatsen, zoals in een
5

afgesloten auto in de zomer of winter.
Alle bovengenoemde aanwijzingen zijn van toepassing op de telefoon, de
accu, de acculader en alle accessoires.
Als de telefoon of accessoires niet goed werken, breng ze dan alleen naar
een erkend service-adres.
Een beschadigde accu kan onderdelen beschadigen of vernielen (bv.
kunststoffen).
• Wanneer de telefoon of accessoires weer hun normale temperatuur
aannemen kan zich binnenin vocht vormen, waardoor de printplaten
beschadigd kunnen raken.
• Probeer niet om de telefoon of accessoires open te maken, behalve op
de manier(en) die in deze handleiding vermeld zijn.
• Laat de telefoon of accessoires niet vallen, sla er niet op en schud ze niet.
Door een ruwe behandeling kunnen interne printplaten en fijnmechanica
defect raken.
• Gebruik geen chemicaliën, oplosmiddelen of schoonmaakmiddelen om
de telefoon of accessoires te reinigen.
• Verf de telefoon of de accessoires niet. Verf kan de bewegende delen
belemmeren en een goede werking in de weg staan.
• Gebruik alleen de meegeleverde of erkende reserveonderdelen. Niet
erkende onderdelen, aanpassingen of accessoires kunnen de telefoon
beschadigen en een inbreuk vormen op regelgeving omtrent
radioapparatuur.
• Gooi batterijen/accu's niet in het vuur!
Gooi accu's/batterijen weg in overeenstemming met de plaatselijke
regelgeving. Recycle indien mogelijk. Gooi ze niet bij het huisafval.
Onderhoud van de mobiele telefoon
• Houd het toestel droog. Neerslag, vochtigheid en alle soorten
vloeistoffen of vocht kunnen mineralen bevatten die corrosie veroorzaken
aan interne onderdelen en printplaten. Als uw toestel nat wordt, verwijder
dan de accu en laat het toestel volkomen droog worden voor u de accu
terugplaatst.
• Gebruik of bewaar het toestel niet in stoffige, vuile omgevingen, om
schade aan bewegende onderdelen en componenten te voorkomen.
• Bewaar de telefoon of accessoires niet op warme plaatsen. Hoge
temperaturen verminderen de levensduur van elektronische apparaten.
Gooi ze niet weg als huisafval.
• Gebruik uw mobiele telefoon niet tijdens het opladen. Koppel de telefoon
los van de oplader voor u hem gebruikt.
OVERIGE VEILIGHEIDSINFORMATIE
Het toestel en de accessoires kunnen kleine onderdelen bevatten. Houd
ze buiten bereik van kleine kinderen.
GEBRUIKSOMGEVING
Denk eraan om specifieke regels op te volgen die mogelijk gelden waar u
6

ook bent en zet het toestel altijd uit wanneer het gebruik ervan verboden is,
anders kan het interferentie of gevaar veroorzaken. Gebruik het toestel
alleen in de normale gebruikspositie.
Dit toestel voldoet aan de richtlijnen voor straling wanneer het ofwel in een
normale positie tegen uw oor, ofwel op minstens 2,2 cm (7/8 inch) afstand
van uw lichaam gebruikt wordt. Wanneer u het toestel op uw lichaam
draagt in een tasje, riemhouder of andere houder, dan mogen deze geen
metaal bevatten en het product moet op de afstand van uw lichaam
geplaatst zijn die hierboven is aangegeven. Zorg ervoor dat u de
instructies met betrekking tot afstand die hierboven zijn gegeven opvolgt
totdat het gesprek beëindigd is.
Delen van het toestel zijn magnetisch. Het toestel kan metalen
voorwerpen aantrekken. Bewaar geen creditcards of andere magnetische
media in de buurt van het toestel, omdat de daarop opgeslagen informatie
gewist kan worden.
MEDISCHE APPARATUUR
Het gebruik van apparatuur die radiosignalen uitzendt, zoals mobiele
telefoons, kan interferentie veroorzaken met onvoldoende beschermde
medische apparatuur. Raadpleeg een dokter of de fabrikant van het
apparaat om vast te stellen of het apparaat voldoende beschermd is tegen
externe radiosignalen, of als u vragen heeft. Als er in instellingen van de
gezondheidszorg instructies opgehangen zijn die u gelasten om uw
toestel uit te zetten tijdens uw verblijf, dan dient u die op te volgen. In
ziekenhuizen en andere instellingen van de gezondheidszorg wordt soms
apparatuur gebruikt die gevoelig kan zijn voor externe radiosignalen.
PACEMAKER
Fabrikanten van pacemakers bevelen een afstand aan van minstens 15
cm (6 inch) tussen een mobiele telefoon en een pacemaker, om het risico
van interferentie met de pacemaker te voorkomen. Deze aanbevelingen
zijn in overeenstemming met onafhankelijk onderzoek en aanbevelingen
van Wireless Technology Research. Mensen met pacemakers moeten:
het toestel altijd op een afstand van minstens 15 cm van de pacemaker
houden
het toestel niet in een borstzak dragen
het toestel tegen het oor aan de tegenoverliggende zijde van de
pacemaker houden, om het risico op interferentie te verminderen
Als u vermoedt dat er een risico op interferentie bestaat, zet het toestel
dan uit en houd het verder weg.
GEHOORAPPARATEN
Sommige digitale draadloze toestellen kunnen interferentie veroorzaken
bij sommige gehoortoestellen Neem bij interferentie contact op met de
leverancier van uw gehoorapparaat.
VOERTUIGEN
Radiosignalen kunnen elektronische systemen in motorvoertuigen
beïnvloeden (bv. elektronische brandstofinjectie, ABS-remmen,
7

automatische cruisecontrol, airbagsystemen) die niet juist geïnstalleerd of
onvoldoende beschermd zijn. Neem contact op met de fabrikant of
vertegenwoordiger voor meer informatie over uw voertuig of aanvullende
apparatuur.
Bewaar of vervoer geen brandbare vloeibare gassen of explosieven
samen met het toestel of de accessoires. Voor voertuigen met airbags:
onthoud dat airbags met aanzienlijke kracht opgeblazen worden.
Plaats geen voorwerpen, daarbij inbegrepen vaste of draagbare
radioapparatuur, in het gebied boven de airbag of het gebied waar de
airbag zou kunnen uitzetten. Er kunnen ernstige verwondingen
veroorzaakt worden als de mobiele telefoon niet goed geïnstalleerd is en
de airbag zich met lucht vult.
Het is verboden om het toestel te gebruiken tijdens het vliegen. Zet het
toestel uit voordat u het vliegtuig ingaat. Het gebruik van draadloze
telecomapparatuur in een vliegtuig kan een gevaar vormen voor de
luchtveiligheid en een risico inhouden op interferentie met
telecommunicatie. Het kan ook illegaal zijn.
GEBIEDEN MET EXPLOSIEGEVAAR
Zet het toestel altijd uit wanneer u zich in een gebied met explosiegevaar
bevindt en volg alle aanwijzingen en instructies op. Er is onder meer
explosiegevaar op de plaatsen waar u normaliter gevraagd wordt de motor
van uw auto uit te zetten. In zulke gebieden kunnen vonken explosie of
vuur veroorzaken. Dit kan leiden tot letsel en zelfs tot de dood.
Zet het toestel uit bij vulstations, d.w.z. bij benzinepompen en garages.
Volg de van kracht zijnde aanwijzingen op met betrekking tot het gebruik
van radioapparatuur in de buurt van plaatsen waar brandstof wordt
opgeslagen en verkocht, chemische fabrieken en plaatsen waar
springladingen tot ontploffing worden gebracht.
Gebieden met explosiegevaar zijn vaak – maar niet altijd – duidelijk
aangegeven. Dit geldt ook op schepen onderdeks; het transport of de
opslag van chemicaliën; voertuigen die rijden op vloeibare brandstof
(zoals propaan of butaan); gebieden waar de lucht chemicaliën of deeltjes
bevat, zoals korrels, stof of metaaldeeltjes.
NOODOPROEPEN BELANGRIJK!
Mobiele telefoons zoals dit toestel maken gebruik van radiosignalen, het
mobiele telefoonnetwerk, het landlijnennetwerk en door de gebruiker
geprogrammeerde functies. Dit betekent dat verbinding niet onder alle
omstandigheden kan worden gegarandeerd.
Daarom moet u nooit alleen op een mobiele telefoon vertrouwen voor
belangrijke oproepen zoals medische noodgevallen.
CERTIFICERINGSINFORMATIE (SAR)
Dit type voldoet aan internationale richtlijnen voor blootstelling aan
8

adiogolven. Uw mobiele telefoon is een radiozender en -ontvanger. De
telefoon is ontworpen om de grenswaarden voor blootstelling aan
radiogolven die door internationale richtlijnen worden aanbevolen niet te
overschrijden.
Deze richtlijnen werden ontwikkeld door de onafhankelijke
wetenschappelijke organisatie ICNIRP en omvatten veiligheidsmarges die
bedoeld zijn om de bescherming van alle personen te verzekeren
ongeacht leeftijd en gezondheid.
De richtlijnen maken gebruik van een meeteenheid die bekend is onder de
naam Specific Absorption Rate, of SAR. De ICNIRP SAR grenswaarde
voor mobiele toestellen zoals die door het gewone publiek gebruikt
worden is 2.0 W/kg.
Omdat SAR wordt gemeten bij het hoogste zendvermogen van het toestel,
ligt de werkelijke SAR van het toestel tijdens gebruik meestal onder het
hierboven aangegeven niveau.
Dit komt door automatische veranderingen in het vermogen van het
toestel, om te verzekeren dat het alleen het minimumniveau gebruikt dat
nodig is om het netwerk te bereiken.
Hoewel er verschillen kunnen zijn tussen de SAR-niveaus van
verschillende telefoons en in verschillende posities, voldoen ze allemaal
aan de overheidsrichtlijnen voor veilige blootstelling.
De World Health Organization (WHO) heeft verklaard dat uit huidige
wetenschappelijke informatie niet de noodzaak blijkt van enige speciale
voorzorgsmaatregel met betrekking tot het gebruik van mobiele telefoons.
Ze merken op dat u indien u dat wilt uw blootstelling kunt verminderen
door de lengte van de gesprekken te beperken of door een handsfree
toestel te gebruiken om de mobiele telefoon bij het hoofd en lichaam
vandaan te houden.
3 Introductie van deze mobiele foon
1 Omhoogtoets 2 Omlaagtoets 3 OK/Menutoets
9

4 Oorstuk 5 Hoofdscherm 6 Geheugentoets
7 Einde Toets 8 Zendtoets 9 Cijfertoetsen
10 MIC
13 Batterijklepje
3.1 Toetsen
11 Opladen/Hoofdtelefoon
Interface
Deze foon heeft de volgende toetsen
Toets Naam Annotaties
Verzendtoets
Beeindigen
toets
Sneltoetsen
12 Luidspreker
Bellen of een oproep
beantwoorden.
In stilstand, druk deze toets om
te bladeren voor de uitgaande
oproepen.
Beeindigt oproep.
Druk deze toets lang in om de
foon in of uit te schakelen.
In de functies lijststand, keer
terug naar stilstand modus
Speciale toetsen voor de
gebruiken om de nummers van
gedraaide nummers snel op te
slaan.
Omhoog,omla
ag toets
OK/Menu
toets
Om door de functieslijst te
scrollen in hoofd menu of door
items van telefoonboek.
In wijzigen modus, beweeg de
cursor.
Geluidssterkte afstemmen
tijdens gesprek.
In stilstand, druk op deze toets
voor het hoofdmenu
Wordt ook gebruikt voor
bevestigen of selecteren.
10

Toetsenbord
Om getallen in te voeren, letters
en sommige tekens
In wijzigen scherm, druk op # om
de invoermethode te wijzigen;
druk op * voor het symbool
interface.
In stilstand, druk lang op de #
toets om te wisselen tussen het
huidige profile en de vergadering
modus.
3.2 LCD Display
De Display toont verschillende informatietypes
Status pictogrammen, gedragstekst en het grafisch gebied staan in het
midden, wat getallen, woorden en pictogrammen weergeeft..Namen van
de instructies staan helemaal onderaan.
3.3 Status pictogrammen
| | | | | |___________ Batterijvoeding niveau
| | | | |__________ Oproep veranderen (Lijn veranderen)|
| | | |_______________________Alarm aan
| | |_____________________________ Internationaal zwerven
| |___________________________________Oortelefoon
|_______________________________________ Ontvangen signaalsterkte
Beltoonstatus: --- Stil ----- Vibratie
3.4 LCD achterbelichting
De achterbelichtingstijd duratie op het scherm en toetsenbord kan worden
ingesteld in instellingen scherm. Als u een bepaalde tijd geen toets indrukt,
wordt de achterbelichting automatisch uitgeschakeld wanneer de
ingestelde tijdsduratie verloopt.
4. Snelle introductie
4.1 Batterijdeksel verwijderen en de SIM kaart insteken
De SIM kaart slaat uw telefoonnummers op, PIN (persoonlijk identificatie
nummer), PIN2, PUK (PIN phone unlocking key), PUK2 (PIN2 unlocking
key), IMSI (international mobile subscriber identity) codes en netwerk
11

informatie, en ook telefoon en SMS (Message service) gegevens, enz.
Hoe te installeren
Opmerking: Wanneer de SIM kaart wordt geplaatst, moet de foon uitgeschakeld
zijn en losgekoppeld van andere apparaten zoals de
lader,enz.
1) Zet de achterzijde van de foon omhoog, druk op het deel van het
batterijdekseltje; druk de batterij omlaag om het uit te halen.
2) Vind het SIM kaart steuntje, en druk de metalen zijde van de SIM
kaart omlaag in het steuntje.
SIM kaart voorzorgsmaatregelen
1)Schakel de foon uit, en wacht een paar seconden met het uithalen of
terugplaatsen van de SIM kaart.
2)Hanteer de SIM kaart voorzichtig, aangezien frictie of buigen de SIM
kaart kan beschadigen.
3) Als een verkeerde SIM kaart is geplaatst of de SIM kaart is
beschadigd, geeft het scherm “Geen SIM kaart” weer nadat de foon is
ingeschakeld. Haal de SIM kaart eruit, controleer of het goed is
geplaatst, en plaats het dan terug in de foon.
4)Als het scherm “SIM kaart beschadigd” weergeeft, breng het dan
naar de netwerk operator voor reparatie.
4.2 Batterij en batterijdekseltje plaatsen
1) Richt de metalen zijde van de batterij op het metalen contactdeel
op de foon.
2) Vervang het batterijdekseltje, druk omhoog totdat het goed zit.
4.3 Batterij laden/herladen
1) Steek de lader in het oplaadcontact; de stekker moet passen in het
contact.
2) Verbind het andere einde van de lader met de voedingsbron.
3) Schakel uit na het opladen en trek de stekker eruit.
Opmerkingen:
1) Als de voeding in de batterij te laag is om de foon aan te schakelen,
moet u de foon voor een korte tijd opladen, voordat het scherm de
indicatie van de voeding in de batterij weer vertoont.
2) Let op dat de standaard voltage en voeding van uw plaats hetzelfde
is als de aangegeven voltage en voeding van de oplader.
3) U kunt de foon aan/uitschakelen, tijdens het laden/herladen.
4) Gebruik de batterij alleen voor bedoelde doeleinden. Gebruik nooit
een lader of batterij die beschadigd is.
4.4 Gebruik van batterij
Batterijvoeding controleren
Wanneer de batterij uitgeput of bijna leeg is:
12

1) Geeft de batterij een bijna leeg indicatie aan.
2) Het lege batterij-icoontje knippert en de telefoon schakelt uit.
Batterijvoeding herinnering
1) Als de batterij voor een lange periode niet wordt gebruikt, moet de
batterij geheel worden opgeladen voordat het wordt geborgen.
2) De batterij kan honderden keren worden geladen/herladen, maar
uiteindelijk zal het slijten. Wanneer de gesprek en standby tijden
aanmerkelijk korter zijn dan normaal, vervang dan de batterij.
3) Wanneer de batterij bijna leeg is, kan het een paar minuten duren
voordat de oplaadindicator verschijnt op het scherm en voordat een
oproep kan worden gemaakt.
4) Uw apparaat werkt op een herlaadbare batterij. De volledige
werking van een nieuwe batterij wordt alleen bereikt na twee of drie
complete gehele oplaad en ontlaad cyclussen.
5) Als een vervangingsbatterij voor de eerste keer wordt gebruikt of als
de batterij voor een lange periode niet is gebruikt, is het misschien nog
om de lader te koppelen, dan los te koppelen en weer te koppelen om
te beginnen met het laden van de batterij.
4.5 Aan/Uitschakelen
1) Druk kort op de Beeindigen toets, de foon wordt ingeschakeld. Het
scherm toont nu een Power on weergave..
2) Voer uw foon slotwachtwoord in wanneer hier om wordt gevraagd
door het scherm en druk op de OK knop aan de linkerzijde voor
bevestiging.
3) Voer uw PIN code in als het nodig is, en druk op de OK knop aan
de linkerzijde voor bevestiging.
4) Druk kort op de beeindigen toets , om de foon uit te
schakelen.
Opmerking: Het muurpapier scherm is te zien op het scherm wanneer
de foon aanstaat maar in stilstand.
4.6 Een Oproep Plaatsen
1) Voer de gebiedscode en telefoonnumer in en druk op de
Verzenden toets .
Opmerking: Voordat de foon gebruikt wordt, let op dat er eerst een
effectieve SIM kaart in de foon wordt gestoken, en de batterij moet
13

worden geladen.
4.7 Wachtwoord gebruiken
Uw foon en SIM kaart hebben meerdere wachtwoorden, welke helpen
voorkomen dat uw foon en SIM kaart illegaal worden gebruikt.
Voer het juiste wachtwoord in wanneer u wordt gevraagd een van de
onderstaande wachtwoorden in te voeren, druk dan op de linker soft
toets voor bevestiging. Als u een verkeerd wachtwoord invoert, druk
dan op de rechter soft toets om het verkeerde wachtwoord te
verwijderen, voordat u de juiste getallen invoert.
U kunt het menu “Beveiliging” gebruiken voor het veranderen van de
PIN code, PIN2 code en foon slot wachtwoord.
Foon slot
Het foon slot wachtwoord wordt gebruikt om te voorkomen dat uw foon
illegaal wordt gebruikt. Normaal gesproken, wordt het wachtwoord
samen met de foon door de fabrikant geleverd. Standaard is het
0000.
Telkens dat u de telefoon inschakelt, dient u het wachtwoord/code in te
voeren om de telefoon te activeren.
PIN Code
De PIN code (4-8 cijfers) wordt gebruikt om te voorkomen dat uw SIM
kaart niet zonder toestemming wordt gebruikt. De PIN code wordt
normaal gezien samen geleverd met de SIM kaart door de netwerk
operator.
Als de PIN verificatie functie is geactiveerd, wordt u verzocht elke keer
de PIN code in te voeren wanneer u de foon inschakelt.
Als u driemaal de verkeerde PIN code heeft ingevoerd, wordt de SIM
kaart vergrendeld.
Waarschuwing: Als u uw PIN codes driemaal verkeerd heeft ingevoerd,
wordt de SIM kaart vergrendeld en niet geopend totdat u de PUK code
invoert. De PUK code wordt normaal door de netwerk operator
bewaard.
PUK Code
De PUK code wordt gebruikt om de vergrendelde PIN code te kraken.
De PUK code wordt samen met de SIM kaart geleverd door de
netwerk operator. Indien niet geleverd, neem dan contact op met uw
netwerk operator. In het geval dat u uw PUK code10 maal verkeerd
heeft ingevoerd, verliest de SIM kaart zijn effect; in dit geval, neem dan
contact op met uw netwerk operator om uw SIM kaart te vervangen
door een nieuwe.
PIN2 Code
De PIN2 code (4-8 cijfers) wordt samen met de SIM kaart geleverd, en
gebruikt voor functies als “Belkosten” en “Bevestigd bellen”, enz.
Als u uw PIN2 code 3 keer verkeerd heeft ingevoerd, wordt de PIN2
14

code vergrendeld, en niet gekraakt totdat u de juiste PUK2 code
invoert.
PUK2 Code
De PUK2 code wordt gebruikt om een vergrendelde PIN2 code te
kraken. De PUK2 code wordt samen met de SIM kaart door de
netwerk operator geleverd. Als het niet is geleverd, neem dan contact
op met uw netwerk operator. In het geval dat u de PUK2 code 10 maal
achter elkaar verkeerd heeft ingevoerd, kunt u deze functies niet
gebruiken die zonder de PIN2 code niet kunnen worden geactiveerd.
Om deze functies te kunnen gebruiken, neem contact op met uw
netwerk operator en vervang de SIM kaart door een nieuwe.
5. Algemene functies
5.1 Een nummer bellen
1) In stilstand, voer een gebiedscode en telefoonnummer in, en druk
op de verzenden toets
om een nummer te bellen.
2) Druk op de beeindigen toets om een gesprek te beeindigen.
Internationale oproep
Druk op de
toets tweemaal, het scherm geeft een “+” symbool
weer. Voer de landcode in, gebiedscode en telefoonnummer, en druk
op de verzenden toets
om te bellen.
Een nummer bellen met het telefoonboek
1) In stilstand, druk op de OK knop voor het hoofdmenu, selecteer
telefoonboek en druk op de OK knop voor de telefoonboeklijst, zoek
naar uw gewenst item; The methode: druk op de toets die de eerste
letter van de naam die u wilt heeft, en druk dan op de Omhoog/Omlaag
knop aan de linkerzijde om uw gewenste naam te vinden.
2) Druk op de verzenden toets om het nummer te bellen.
Laatst uitgaande nummer opnieuw bellen
1) In stilstand, druk op de verzenden toets voor het weergeven van
15

de uitgaande oproepen.
2) Gebruik de omhoog/omlaag toets aan de linkerzijde om uw gewenst
nummer te draaien.
3) Druk op de verzenden toets om het nummer te bellen.
Sneltoets
1) Een nummer opslaan in de snelkeuzetoetsen A, B, C, D.
Voer het Telefoonnummer in dat u wilt opslaan wanneer het scherm in
ruststand is.
Druk op de snelkeuzetoets waar u het nummer wilt opslaan.
Druk op OK ter bevestiging of druk op de Einde toets om niet op te
slaan.
2) Een nummer bellen via de snelkeuzetoetsen.
Druk op de A, B, C of D toets, druk dan op de verzenden toets
om het nummer te bellen.
5.2 Geluidssterkte afstellen
Tijdens een gesprek, kunt u de omhoog en omlaag knop aan de
linkerzijde om de geluidssterkte direct in te stellen.
5.3 Een oproep beantwoorden
Een inkomend gesprek beantwoorden.
1) Druk op de verzenden toets om de oproep te beantwoorden.
2) Om de oproep te beeindigen, kunt u op de beeindigen toets
drukken .
3) Om een oproep te weigeren, kunt u de beeindigen toets direct
indrukken.
Opmerking: Als de ID van de beller kan worden geidentificeerd, toont
de foon het telefoonnummer van de beller (als het telefoonnummer is
opgeslagen in uw telefoonboek, wordt de naam van de beller
16

weergegeven).
5.4 Optie tijdens een gesprek
Tijdens een gesprek, kunt u diverse knopfuncties gebruiken.
Gesprek in de wachtstand
Als het netwerk de gesprek in wachtstand functie ondersteunt, kunt u
iemand anders bellen terwijl u met iemand praat:
1) Voer een nummer direct in of neem een gewenst telefoonnummer
uit
het telefoonboek, druk op de verzenden toets voor een tweede
oproep.
2) De eerste oproep wordt automatisch in de wachtstand gezet nadat
de tweede oproep is verbonden. U kunt op de B toets drukken om ze
te wisselen.
Tweede oproep beantwoorden
1) Druk op de verzenden toets om de tweede oproep te
beantwoorden , en de eerste oproep (on line) staat nu automatisch in
wachtstand。
2) Druk op de beeindigen toets om de tweede oproep af te breken, en
ga door met uw huidige oproep.
Dempen en Vergrendelen
Met deze functie kan de microfoon van de foon worden aan of
uitgeschakeld en een andere microfoon verbonden. De “Stil” functie
voorkomt dat de persoon waarmee u praat uw stem hoort.
Druk tijdens een gesprek op de OK knop voor de optielijst om “Stil” uit
te schakelen, druk nogmaals op de OK knop voor “Open” om het weer
in te schakelen.
Demp: Druk op de OK toets om te activeren. Druk om het Dempen te deactiveren op de
OK toets, selecteer opties en deactiveer (Unmute).
Vergrendeling: Druk op de OK toets om de Vergrendeling te
activeren. Druk om de Vergrendeling te deactiveren op de OK toets,
selecteer opties en deactiveer (Unhold).
Handenvrij
Met deze functie kan de luidspreker van de foon worden in of
uitgeschakeld. Tijdens een gesprek, druk op de B toets om de
luidspreker in te schakelen. Wanneer de luidspreker is
ingeschakeld, druk dan weer op de B toets om de luidspreker uit te
schakelen, en ga terug naar de normale gespreksstand.
5.5 Invoermethoden
Woorden, nummers, symbolen en leestekens invoeren.
Invoermethoden wisselen
In de wijzigingsmodus, druk op de
toets om de invoermethode te
17

wisselen; linksboven in de hoek van het scherm wordt de invoermethode
aangegeven.
Symbolen invoeren
Druk op de
toets om het selectiescherm voor symbolen te
openen en selecteer het in te voeren symbool. De A toets beweegt de
cursor naar links, de B toets beweegt de cursor naar rechts. Met de
Omhoog/Omlaagtoets kunt u de cursor omhoog en omlaag scrollen.
Alfanumerieke invoermethodes selecteren
Met deze invoermethode worden alle letters als kleine letters ingevoerd.
Met deze invoermethodes worden alle letters als
hoofdletters ingevoerd.
Met deze invoermethode wordt de eerste letters als een
hoofdletter ingevoerd en de daaropvolgende letters als kleine
letters.
letter.
Druk eenmaal voor de eerste hoofdletter, dan een kleine
Getallen invoeren
Wanneer u deze invoermethode gebruikt, kunt u uw
gewenste getallen invoeren.
Letters invoeren
Druk eenmaal in om de eerste letter op de toets in te voeren.
Druk tweemaal in om de tweede letter op de toets in te voeren.
Druk driemaal in om de derde letter op de toets in te voeren.
Opmerking: De Nultoets voert spaties in.
5.6 Toetsenbord slot
In stilstand, druk oo “OK” , druk dan op de
om het
toetsenbord te vergrendelen. Om te openen, hoeft u alleen op de “OK”
knop te drukken en druk dan op de
toets om te openen.
18

6. Menu Instructies
De volgende inhoudslijst zijn korte verklaringen voor elke functie van
deze foon.
6.1 Telefoonboek
Als de naam van een optie gefragmenteerd in het adresboek
verschijnt, wil dat zeggen dat er geen records zijn en dat de opdracht
niet kan worden uitgevoerd
1) In stilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag toets aan de linkerzijde voor het
“Telefoonboek”, druk dan op de OK knop.
3) Om de verscheidene submenu’s te openen, druk altijd eerst op de
Omhoog/Omlaagtoets om het menu te selecteren en vervolgens op de
OK toets om te openen.
4) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Zoeken
Met deze functie kunt u bladeren door de telefoongegevens in het
telefoonboek in alfabetische volgorde van de eerste letters van de
namen.
Druk op de OK toets om het Zoekmenu te openen.
Druk op de toets met daarop de eerste letter van het contact om de
contacten weer te geven die met die letter beginnen en druk op de OK
toets om door alle contacten te browsen.
U kunt op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde drukken om
door de items te bladeren, druk op de verzenden knop om een oproep
te plaatsen. Na het indrukken van de “OK” knop.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om de optie Bellen of Bewerken te
selecteren en druk vervolgens op de OK toets ter bevestiging.
Bellen: Druk op de OK toets om het telefoonnummer van het
geselecteerde contact te bellen.
Bewerken: Druk op de OK toets om de naam van het contact te wijzigen.
Druk op de OK toets ter bevestiging.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om het nummer te wijzigen. Druk op de
OK toets om te wijzigen.
Druk op de Einde toets om de wijzigingen van beide de naam en het
nummer te bevestigen.
Wissen: Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om de optie te selecteren.
Druk op de OK toets ter bevestiging.
Kopiëren: Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om automatisch naar de SIM
Kaart te kopiëren als het contact in de telefoon is opgeslagen OF naar de
Telefoon als het contact op de SIM Kaart staat.
Verplaatsen: Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om het contact naar de
19

SIM Kaart te verplaatsen als het contact in de telefoon is opgeslagen OF
naar de Telefoon als het contact op de SIM Kaart staat. 7)
Geheugenstatus: Toont de gebruikte capaciteit en totale capaciteit van het
Telefoonboek in de telefoon en op de SIM Kaart.
Creëren
Een contact in het telefoonboek opslaan;
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om te selecteren waar u het contact wilt
opslaan: op de SIM Kaart of Telefoon.
Druk tweemaal op de OK toets ter bevestiging.
Voer de naam in die met het nummer geassocieerd moet worden. Druk op
de OK toets ter bevestiging.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om het nummer in te voeren.
Druk op de OK toets om het Nummerscherm te openen en het nummer in
te voeren.
Druk op de OK toets ter bevestiging en vervolgens op de Einde toets om
de invoer op te slaan.
Druk een tweede keer op de Einde toets om terug te keren naar vorige
schermen of het scherm in ruststand.
Opmerking: Tijdens het bewerken wordt de Einde toets gebruikt om
een onjuiste invoer van letters of nummers te wissen.
Wissen
Druk op de OK toets om het Menu te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om Wissen te selecteren. Druk op de
OK toets om te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om te selecteren:
Eén voor één wissen: Druk op de OK toets ter bevestiging. Druk op de
Omhoog/Omlaagtoets om het contact te selecteren. Druk op de OK toets
om het contact te selecteren. Druk een tweede keer op de OK toets ter
bevestiging.
Opmerking: U kunt met deze functie alleen contacten in de Telefoon
wissen. Om afzonderlijke contacten op de SIM Kaart te wissen, dient u de
optie vanuit het Menu “Zoeken” te selecteren.
Alles Wissen: Druk op de OK toets ter bevestiging. Druk op de
Omhoog/Omlaagtoets om de optie te selecteren.
Alles uit het Telefoonboek Wissen: Druk op de OK toets ter bevestiging.
Alles uit de SIM Wissen: Druk op de OK toets ter bevestiging.
6) Verplaatsen: Als het nummer opgeslagen is in de SIM Kaart, dan zal het
naar de telefoon verplaatst worden; anders zal het naar de SIM Kaart
verplaatst worden.
7) Geheugenstatus: Toont informatie over de geheugencapaciteit.
Kopieren
Met deze functie kunt u een duplicaat van een gegeven maken van
foon naar SIM kaart of van SIM kaart naar foon.
Contacten één voor één kopiëren
20

Vanuit de Zoekoptie. Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om het te kopiëren
contact te selecteren.
Druk op de OK toets om het Optiemenu te openen en gebruik de
Omhoog/Omlaagtoets om Kopiëren te kiezen.
Druk op de OK toets om het contact te kopiëren.
Opmerking: het contact wordt automatisch naar of de SIM gekopieerd als
het op de Telefoon staat of naar de Telefoon als het op de SIM Kaart staat.
Alle contacten kopiëren.
Druk op de OK toets om het Menu te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om Telefoonboek te selecteren. Druk op
de OK toets om te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om Kopiëren te selecteren. Druk op OK
ter bevestiging.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om de optie te kiezen: Van SIM Kaart
naar Telefoon OF van Telefoon naar SIM Kaart.
Druk op OK ter bevestiging.
Wissen
Druk op de OK toets om het Menu te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om Wissen te selecteren. Druk op de
OK toets om te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaagtoets om te selecteren:
Eén voor één wissen: Druk op OK ter bevestiging. Gebruik de
Omhoog/Omlaagtoets om het contact te selecteren. Druk op de OK toets
om het contact te selecteren. Druk een tweede keer op OK ter
bevestiging.
Opmerking: U kunt met deze functie alleen contacten in de Telefoon
wissen.
Alles Wissen: Druk op de OK toets ter bevestiging. Druk op de
Omhoog/Omlaagtoets om de optie te selecteren.
Alles uit het Telefoonboek Wissen: Druk op de OK toets ter bevestiging.
Alles uit de SIM Wissen: Druk op de OK toets ter bevestiging
Instelling
Het bevat bevestigde oproep en Service Dial Nr. Deze twee functies
vereisen netwerk ondersteuning.. Raadpleeg uw locale netwerk operator
voor verificatie.
Opslagstatus
Geeft de bezette capaciteit weer en de totale capaciteit in het
telefoonboek in de foon en in de SIM kaart.
Druk op de OK toets om het menu te openen.
Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om de optie te selecteren.
Druk op OK om de geheugenstatus weer te geven.
6.2 Bericht lezen
1) In stilstand, druk op de OK knop aan linkerzijde voor hoofdmenu.
21

Inbox
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop voor de “Bericht lezen” functie,
druk op de OK knop aan de linkerzijde om de Inbox op te roepen.
3) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Geeft de ontvangen berichten weer in de Inbox;
1) Druk op de OK toets om het menu te openen.
2) In de Inbox lijst, druk op de Omhoog/Omlaag knop om een bericht
te Selecteren, druk op de OK knop aan de linkerzijde om het huidige
bericht te lezen.
3) Druk op de OK toets om te openen.
De Inbox toont de ontvangen berichten.
4) Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om het te lezen bericht te
selecteren.
5) Druk op de OK toets om het bericht te lezen.
Druk op de OK toets om de opties voor elk bericht te openen.
Verwijderen: Een bericht verwijderen.
Nummer opslaan: U kunt hiermee het telefoonnummer opslaan.
Opslaan: Druk op de OK toets om opties te openen voor het opslaan.
Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om te kiezen:
Opslaan op SIM: Druk op OK om te openen en volg de instructies van het
Telefoonboek, Creëren.
Opslaan op Telefoon: Druk op OK om te openen en volg de instructies
van het Telefoonboek, Creëren.
Terugbellen: Druk op de OK toets om het nummer te selecteren en
bellen.
6.3 Oproepgegevens
1) In stilstand, druk op de OK knop aan linkerzijde voor hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag toets aan de linkerzijde om de
“Oproepgegevens” te vinden , druk nu op de OK knop aan linkerzijde.
3) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Inkomende Gesprekken / Uitgaande Gesprekken / Gemiste Gesprekken
Druk op de OK toets om de optie te openen en de
gespreksgeschiedenis weer te geven.
Inkomende Gesprekken: ontvangen gesprekken.
Uitgaande Gesprekken; gebelde nummers.
Opmerking: In stilstand, druk op de verzenden toets om de uitgaande
oproepen te zien.
Gemiste Gesprekken: Onbeantwoorde inkomende gesprekken.
Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om het contact te selecteren.
Druk op de OK toets voor opties en op de Omhoog/Omlaagtoets om te
selecteren. Druk nogmaals op de OK toets om te openen.
Bellen: Druk op de OK toets om het nummer te bellen:
Nummer Bewerken: Druk op de OK toets om opties te openen.
22

Bellen: Druk op de OK toets om het nummer te bellen.
Opslaan: Druk op de OK toets om te openen en volg de instructies van
het Telefoonboek, Creëren.
Nummer Opslaan: Druk op de OK toets om te openen en volg de
instructies van het Telefoonboek, Creëren.
Wissen: Druk op de OK toets om te bevestigen en het contact te wissen.
Alles Wissen: Druk op de OK toets om te bevestigen en alle contacten te
wissen.
Wissen: Druk op de OK toets om te openen. Gebruik de
Omhoog/Omlaagtoets om de te wissen contacten te selecteren:
Inkomende Gesprekken, Uitgaande Gesprekken of Gemiste Gesprekken:
Druk op de OK toets ter bevestiging:
Opmerking: Alle contact in de optie zullen gewist worden.
Verwijderen
U kunt alle inkomende oproepen, uitgaande oproepen, gemiste
oproepen verwijderen, of alle oproepgegevens verwijderen.
Duratie gesprek
Na het oproepen van deze functie, kunt u de uitgaande duratie zien,
inkomende duratie, laatste oproep duratie, ook kunt u altijd de nul
wissen.
6.4 FM
Opmerking: De hoofdtelefoon/oortelefoon dient aangesloten te zijn om
de FM Radio te activeren.
1) In stilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de omhoog/omlaag knop aan de linkerzijde voor het vinden
van de “FM” , druk links op de OK knop.
3) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Opties
Druk op de OK toets om opties te openen.
Achtergrondmuziek: Ga naar de achtergrond afspeelmodus.
Kanalenlijst: Als u de radiokanalen al heeft opgeslagen, kunt u de cursor
naar het kanaal verplaatsen waar u naar wilt luisteren en het afspelen. U
kunt ook Wijzigen selecteren om de lijst te wijzigen.
Bewerken: Druk op OK om te openen en gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om de
frequentie aan te passen. Druk op OK om te bevestigen en de kanaalnaam te bewerken
of op te slaan. Druk op de Einde toets om de kanaalnaam te wijzigen en voer de naam
in m.b.v. het toetsenpaneel.
Frequentie instellen: Als u de frequentie kent van het radiokanaal waar u
naar wilt luisteren, voer dan de frequentie in (gebruik de A of B toets om
de cursor te verplaatsen) en druk op de OK knop om te luisteren.
Kanaal opslaan: Sla het kanaal op waar u naar luistert.
Auto zoeken: De radio kan automatisch het kanaal zoeken. Wanneer het
23

een kanaal vindt, zal het vragen of u het wilt opslaan of niet, druk op de
OK knop om op te slaan, druk op de beeindigen toets om te annuleren.
6.5 Gereedschap
1) In stilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde om het
“Gereedschap” te vinden.
3) Druk op de OK toets om te openen.
4) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Kalender
Met deze functie kunt u de kalender zien.
Druk op de omhoog/omlaag toets om de cursor te bewegen, druk op de A
of B toets voor links of rechts.
Zoeken: Om naar een datum te zoeken. Druk op de OK knop om het
zoekscherm op te roepen, voer eerst de datum in en druk dan op de OK
knop om naar de datumpagina te verspringen.
Alarm: U kunt twee Alarmen instellen.
Druk op de OK toets om te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaag knop om een alarm in te stellen, druk op de
OK knop om "Aan" te selecteren.
Druk op de Omhoog/Omlaag knop of druk op de cijfertoets om de tijd in te
voeren, druk op de A of B toets om de cursor te verplaatsen.
Tijdinstelling: Open of pas de tijd aan via het toetsenpaneel. Druk op OK
om te bevestigen en om naar de datuminstelling te gaan:
Selecteer het herhaaltype: Eenmaal of wekelijks. Als u "Wekelijks"
selecteert,kunt u sommige dagen of alle dagen selecteren.
Bewerken: Druk op de OK toets om te openen, hierdoor kunt u het
bevestigde alarm terugstellen.
Opmerking: via ALARM UIT kunt u de tijd –en datuminstellingen niet
wijzigen.
Opmerking: Wanneer een alarm hoorbaar is, als u doezelen selecteert of
niets doet om het alarm te stoppen, zal de klok de behuizing sluimeren
omdat het alarm niet hoorbaar is, na een tijdje, is het alarm weer hoorbaar,
maar het stopt na drie keer.
Rekenmachine
De foon is voorzien van een rekenmachine, waarmee u kunt optellen,
aftrekken, vermenigvuldigen en delen. U kunt de wisselkoers instellen en
de koers in de calculator converteren.
U kunt de bedieningssymbolen invoeren met de A, B, C, D toets .
A voor plus (+), C voor min (-), B voor delen (x), en D voor
vermenigvuldiging (/).
Druk op om het punt in te voeren, druk voor het
24

esultaat.
6.6 Profielen
Met dit menu kunt u ringtonen en de verschillende ringtonen voor andere
functies, zoals inkomende gesprekken en het alarm, kiezen en naar
voorkeur instellen. Er zijn vijg vooringestelde opties voor Standaard,
Binnenshuis, Buitenshuis, Vergadering en Hoofdtelefoon.
1) In stilstand, druk op de OK knop aan linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop voor het vinden van de
“Profielen” , druk op de OK knop aan de linkerkant.
3) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Standaard
A. Instellen als standaard
Selecteer “Instellen als standaard”, en druk dan op de OK knop om de
instelling te activeren.
B. Personaliseren
Ringtonen en volumes kunnen persoonlijk ingesteld worden.
Druk op de OK toets om te openen.
Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om opties te selectereb.
Druk op de OK toets ter bevestiging.
Druk op de Einde toets om te verlaten.
(1) Beltoon: U kunt uw gewenste toon kiezen als inkomende beltoon.
(2) SMS alerttoon: kies uw gewenste toon als SMS alerttoon.
(3) Alarmtoon: Kies uw gewenste toon als alarmbel.
(4) Alert type: U kunt enkele beltoond of herhaaldelijke beltoon kiezen.
Enkel: de beltoon is maar een keer hoorbaar. Herhaaldeijk: de beltoon
blijft herhalen.
(5) Beltoon geluidssterkte: Druk op de omhoog/omlaag knop om de
geluidssterkte af te stellen.
(6) Toets geluidssterkte: Druk op de omhoog/omlaag knop om de
geluidssterkte van de toets af te stellen.
(7) Vibratie: U kunt deze functie in of uitschakelen.
6.7 Scherm instellingen
1) In stilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde om de
“Scherm instellingen” te vinden , druk dan op de OK links.
3) Druk op de OK toets om te openen.
4) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
25

Achterbelichting
Druk op de OK toets om te openen.
Druk op de Omhoog/Omlaag toets om te selecteren, of druk op de OK
knop om te bevestigen.
Begroetingstekst
Deze tekst zal op het scherm verschijnen wanneer de telefoon
ingeschakeld wordt.
Druk op de Omhoog/Omlaag toets om Inschakelen of Uitschakelen te
selecteren, druk dan op de OK knop om te bevestigen. Selecteer
“Inschakelen” om de tekst te wijzigen, en druk dan op de OK knop om
op te slaan. Het wordt weergegeven op het Start-up scherm wanneer
het is ingeschakeld. Gebruik het toetsenpaneel om tekst in te voeren,
druk op de Einde toets om tekst te corrigeren. Druk op de OK toets om
de tekst op te slaan. Druk op de Einde toets om het menu te verlaten.
Klok instellingen
Druk op de OK toets om het menu te openen en opties te selecteren.
Datum & tijd instellingen
Druk op de OK toets om te openen. Het scherm geeft het tijdsformaat
weer.
Voer de tijd in m.b.v. het toetsenpaneel. Druk op de A toets om de cursor
naar links te bewegen of druk op de B toets om naar rechts te bewegen.
Druk op OK om de ingevoerde tijd te bevestigen. Het datumscherm wordt
automatisch weergegeven. Voer de datum volgens het formaat
weergegeven op het scherm in.
Voer de datum in m.b.v. het toetsenpaneel. Druk op de A toets om de
cursor naar links te bewegen of druk op de B toets om naar rechts te
bewegen.
Druk op OK ter bevestiging.
Datum weergave formaat
U kunt het datumformaat instellen. Druk op de OK toets om te openen.
Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om door de opties te scrollen en
selecteer het formaat met de OK toets.
Tijd weergaveformaat
De tijdsweergave aanpassen. Druk op de OK toets om te openen.
Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om door de opties te scrollen en
selecteer het formaat met de OK toets.
Datum & tijd weergave
Om de tijd en datum weer te geven op het scherm wanneer in
26

uststand, moet deze functie ingeschakeld zijn. Druk op de OK toets
om te openen. Druk op de Omhoog/Omlaag knop om
inschakelen of uitschakelen te selecteren, druk op de OK
knop om te bevestigen.
6.8 Beveiliging
Dit menu wordt gebruikt om de verscheidene beveiligingsinstellingen
in te stellen:
1) In stilstand,druk op de OK knop aan linkerzijde voor het hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde voor
“Beveiliging” , druk op de OK knop aan de linkerzijde.
3) Druk op de OK toets om te openen
4) Druk op de beeindigen knop om terug te keren.
PIN inschakelen
U kunt aan of uit kiezen, en u kunt ook de PIN code veranderen. Als u
het SIM slot heeft ingesteld als “Aan”, moet u elke keer de PIN code
invoeren als u de foon inschakelt. Gebruik de Omhoog/Omlaagtoets om
opties te selecteren. Druk op de OK toets ter bevestiging. Als u AAN selecteert, dan
moet ter bevestiging de PIN ingevoerd worden. Als u vervolgens weer UIT kiest,
moet de PIN wederom ter bevestiging ingevoerd worden.
PIN2 veranderen
U kunt de PIN 2 code veranderen. Als u de PIN 2 code niet kent, neem
dan contact op met uw netwerk operator.
Telefoon slot
U kunt aan of uit kiezen, en u kunt ook het wachtwoord van de telefoon
veranderen. Met deze functie, kunt u uw foon vergrendelen of openen.
Om dit te doen, moet u het wachtwoord voor openen of vergrendelen
invoeren. Wanneer uw foon is vergrendeld, wordt u verzocht het foon
slot wachtwoord in te voeren wanneer de foon wordt ingeschakeld.
Inschakelen verifiëren: Druk op OK om te openen. Voer de Code in om te
bevestigen en de code dient ingevoerd te worden voordat de telefoon
geactiveerd wordt.
Verifiëren met Nieuwe SIM: Druk op OK om te openen. Voer de Code in
om te bevestigen en de code dient ingevoerd te worden voordat een
nieuwe SIM Kaart geactiveerd wordt.
Opmerking: “Inschakelen verifiëren” dient geactiveerd te zijn om de
Telefoonvergrendeling te activeren.
6.9 Taal
1) In stilstand, druk op de OK knop aan linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde om de “Taal” te
27

vinden ,druk op de OK knop aan de linkerzijde.
3) Druk op de OK toets op de linkerzijde om te openen.
4) Druk op de beeindigen knop om terug te keren.
Weergeven optionele talen. U kunt op de Omhoog/Omlaag knop aan
de linkerzijde drukken om automatisch, Engels, enz, te selecteren, en
druk dan op de OK knop om te bevestigen. De telefoon zal automatisch de
taal selecteren van de SIM Kaart provider, indien beschikbaar. Indien
onbeschikbaar zal de Engelse taal worden gekozen.
6.10 Auto aan
U kunt de tijd instellen voor automatisch inschakelen van de telefoon.
Voordat deze functie geactiveerd kan worden dient u de tijd in te
stellen.
1) Instilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde om de“Auto
aan” te vinden , druk dan op de OK knop aan de linkerzijde.
3) Druk op de OK toets op de linkerzijde om te openen.
4) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
U kunt de tijden instellen wanneer de foon automatisch is
ingeschakeld. Om deze functie te gebruiken, moet eerst de tijd worden
ingesteld, en dan deze stand als laatste activeren.
6.11 Auto uit
1) In stilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde om de “Auto
uit” te vinden , druk dan op de OK knop aan de linkerzijde.
3) Druk op de OK toets om te openen.
4) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Tijdsinstellingen: Druk op de OK toets om te openen. Voer de tijd in via
het toetsenpaneel. Druk op de OK toets ter bevestiging.
Activeren: Druk op de OK toets om te selecteren en te activeren of
deactiveren. Druk op de Einde toets om te bevestigen en het menu te
verlaten.
6.12 Toetsenbord slot
Deze functie deactiveert het toetsenpaneel om te voorkomen dat de
toetsen ongewenst worden ingedrukt. Bijvoorbeeld wanneer in een
handtas of broekzak.
1) In stilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
2) Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde om het
“Toetsenbord slot” te vinden, druk dan op de OK knop aan de
linkerzijde.
28

3) Druk op de OK toets om te openen.
4) Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
5) U kunt op de Omhoog/Omlaag knop drukken om Uitschakelen in te
stellen, Vergrendelfunctie voor het toetsenpaneel is nooit actief.
30 Seconden: Activeert automatisch nadat de Telefoon 30 seconden
op stand-by staat. 60 Seconden: Activeert automatisch nadat de
Telefoon 60 seconden op stand-by staat.
6) en druk dan op de OK knop om te bevestigen.
6.13 Fabrieksstandaard waarde
Om alle menu’s en functies terug te stellen naar de standaard
fabrieksinstellingen.
In stilstand, druk op de OK knop aan de linkerzijde voor het
hoofdmenu.
Druk op de Omhoog/Omlaag knop aan de linkerzijde om het
“Toetsenbord slot” te vinden,
Druk op de OK toets om te openen. Druk een tweede keer op de OK
toets ter bevestiging,
Open de Telefoon Vergrendelcode en druk vervolgens op de OK toets
ter bevestiging, alle instellingen worden teruggesteld naar de
standaard fabrieksinstellingen (wanneer de telefoon de eerste keer
wordt ingeschakeld).
Druk op de beeindigen toets om terug te keren.
Voer het foon slot wachtwoord in om deze functie te activeren.
7. Extra’s
7.1 Specificatie Parameters
Netwerk Type: GSM850MHz/DCS1900MHz
LCD: 2.20” , Blue en wit, 128*96 matrix (breedte*hoogte)
Afmetingen: 135mm*59m*18mm (lengte*breedte*hoogte)
Werkingsvoltage: 3.7V-4.2V
Batterij : BL666 (afhankelijk van objekt)
Standby tijdsduratie (*): 100-200 uren (afhankelijk van netwerk)
Maximum beltijd (*): 2-3 uren (afhankelijk van netwerk)
SIM kaart werkingsvoltage: 3V/1.8V
29

Declaration of Conformity
We: Umeox Mobile Limited.
Declare under sole responsibility that the product:
Model number: EASYMAX
To which this declaration relates in conformity with relevant
sections of the following specifications:
Safety: EN60950-1:2006
Radio Spectrum: EN 301511
SAR: EN50360:2001
EMC: EN 301489-7
Following the provisions of Low Voltage Directive 72/23/EEC
and EMC Directive 89/336/EEC, as amended by Directive
93/68/EEC,R&TTE Directive 1999/5/EC on the approximation of
the laws of the Member States relating to electromagnetic
compatibility.
The Product is marked with the CE marking and Notified Body
number CE………..
Umeox Mobile Limited.
30