Gebruiksaanwijzing - TEKA GmbH

Gebruiksaanwijzing
Type
TEKA–Airtech P18
TEKA-Airtech P24
TEKA-Airtech P30
TEKA Absaug- und Entsorgungstechnologie
GmbH
Industriestraße 13 D-46342 Velen
Postfach 1137 D-46334 Velen
Tel.: +49 (0) 2863 9282-0
Fax: +49 (0) 2863 9282-72
E-Mail: sales@tekanet.de
www.tekanet.de

Inhoudsopgave
1 Tekening / Beschrijving van de elementen 4
2. Voorwoord 5
3. Bedoeld gebruik TEKA - AIRTECH P18 / P24 / P30 5
4 Veiligheidsinstructies 6
6.Opbouw 8
Let op: 10
9 Storingen en noodgevallen bij het filterapparaat 11
1.1 Aansluiting van het apparaat 12
2 Onderhoud 13
2.1 Reiniging van de filterpatronen 13
2.2 Persluchtvoorziening 14
2.3 Leegmaken van het stofverzamelreservoir 14
2.4 Aftappen van het condenswater 15
2.5 Filterpatronen vervangen 17
3 Verwijderen 19
4 Besturing van het apparaat 20
5 Het oplossen ofwel diagnosticeren van fouten 20
Storing of foutmelding 20
6 Onderdelenlijst: 21
15. Optioneel vonkenlabyrint voor TEKA Airtech 22
In plaats van aanzuigkanalen kunnen aan de aanzuigopening van de filterbehuizing ook vonkenlabyrinten
aan worden gebracht. Let bij het gebruik van vonkenlabyrinten op de boven beschreven hoofdstukken
“Veiligheidsinstructies”, “Transport”, “Opbouw” en “Verwijderen”. 22
15.1 Overzicht vonkenlabyrint 22
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 2 17.12.2009

22
Afbeelding 1: Algemeen overzicht vonkenlabyrint 22
15.2 Bodoeld gebruik van het vonkenlabyrint 22
15.3 Inbedrijfstelling van het vonkenlabyrint 23
23
15.4 Aansluiting van de persluchtvoorziening 23
15.7 Storingszoek 24
16. Technische gegevens 24
26
17 Verklaring van overeenstemming voor TEKA-AIRTECH 26
18 Toelichting van de bedieningselementen voor TEKA Airtech P18 / P24 / P30 27
18 Toelichting van de bedieningselementen voor TEKA Airtech P18 / P24 / P30 21
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 3 17.12.2009

1 Tekening / Beschrijving van de elementen
8
Pos.1
Pos.2
Pos.3
Pos.5
Pos.6
Pos.7
Pos.8
Pos.9
Pos.10
Pos.11
Pos.12
Pos.13
Deksel
Zijwanden (plenum)
Zijwanden (geluiddempende behuizing)
Zijwanden (ventilatorbehuizing)
Ventilatordeur
Zijwanden (reiniging)
Zijwanden (filterbehuizing)
Filterdeur
Stortgoot
Voeten
Reservoir
Aanzuigkanalen (optioneel afzuigelement)
Uitwerpmondstuk
Pos.14
Pos.15
Pos.16
Pos.17
Pos.18
Pos.19
Pos.20
Pos.21
Pos.22
Pos.23
Pos.24
Pos.25
Reservoirframe
Spansluitingen
Filterpatroon (binnenliggend)
Patroongeleiding (binnenliggend)
Patroonhouder (binnenliggend)
Vastzetschroef voor het filterpatroon
Manometer
Magneetventiel
Aftapkraan voor condenswater
Hendel (met stalen inleg)
Hendel (met stalen inleg)
C-buis aansluiting
Aansluiting van de partikelsensor
Sturing (extern)
Ster driehoek sturing
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 4 17.12.2009

2. Voorwoord
Gefeliciteerd met u aankoop van het filterapparaat uit de serie TEKA-Airtech!
De AIRTECH- serie is volgens de DIN EN ISO 15012-1 normen gecertificeerd en van de IFA
(Berufsgenossenschaftliches Institut für Arbeitsschutz- instituur voor veiligheid) getest voor gevaarlijke
stoffen en voor de lasrookklasse W3 als stationair lasrook-afzuigapparaat goedgekeurd.
U wordt verzocht om vóór het gebruik van het apparaat de gebruiksaanwijzing nauwkeurig te lezen om
mogelijke vragen voorafgaand aan de ingebruikname met ons te kunnen bespreken.
Ons ingenieurs waarborgen door continue verbeteringen dat ons filtersystemen aan de nieuwste eisen
van de techniek voldoen.
Wij danken u voor u vertrouwen en wensen u veel succes!
3. Bedoeld gebruik TEKA - AIRTECH P18 / P24 / P30
Het filterapparaat TEKA-AIRTECH wordt vooral voor het afzuigen van stof en rook gebruikt.
Het filterapparaat is onder ander geschikt voor het afscheiden van rook die bij het werken met stalen
ontstaat en voldoet aan de hoogste lasrookafscheideklasse “W3” volgens DIN EN ISO 15012-1.
Waarschuwing:
Een onbedoeld gebruik van het apparaat kan tot een beschadiging van onderdelen of zelfs tot
gevaar voor lijf en leven leiden!
Het apparaat mag niet worden gebruikt voor het afzuigen van olienevelhoudende lasroken, ontplofbare
stoffen en gassen, hybride mengsels, brandende of gloeiende stoffen, gassen, water enz. Bovendien
mag het apparaat niet in explosiegevaarlijke zones worden gebruikt (Neem a.u.b. in geval van
onduidelijkheden contact op met de fabrikant!).
Let op:
Bij het werken met edelstaal moeten opneemelementen worden gebruikt!
De lucht die schadelijke stoffen bevat wordt via de aanzuigzijden meegetransporteerd en komt zo in het
filterapparaat terecht. Hier worden de deeltjesvormige schadelijke stoffen aan de oppervlakte van het
ingebouwde filterpatroon afgescheiden. De gereinigde lucht wordt door de ventilator aangezogen en via
de uitwerpmondstukken weer teruggetransporteerd naar de arbeidsruimte.
Zodra de weerstand van het filterpatroon door de afgescheiden stofdeeltjes een maximumwaarde
bereikt heeft of na een dienovereenkomstige ingestelde pauzetijd worden de filters automatisch
gereinigd.
Indien er tegen de verwachting een lekkage optreed (bv. door een filterbreuk) wordt deze door de
partikelsensor herkend. De partikelsensor geeft een optische en akoestische alarm en de ventilator
wordt meteen uitgeschakeld. Indien de aanzuigpijp met elektropneumatische kleppen is voorzien
worden deze gesloten.
Let op:
Via de ingebouwde pneumatische reiniging wordt de perslucht gelijkmatig over het filteroppervlak
verdeeld, daardoor wordt de stofkoek losgeweekt. (zie hoofdstuk 10.1: “Reiniging van de filterpatronen”)
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 5 17.12.2009

De losgemaakte stof wordt in een stofverzamelreservoir verzameld en kan daar worden verwijderd. (zie
hoofdstuk 10.3: “Lediging van het stofverzamelreservoir”)
4 Veiligheidsinstructies
Bij het gebruik van elektrische apparatuur dienen ter bescherming tegen elektrische schokken,
verwondings- en brandgevaar de volgende principiële veiligheidsmaatregelen in acht te worden
genomen:
• De eigenaar moet ervoor zorgen dat van hem geautoriseerd personeel vooraf met alle
veiligheidsinstructies uit de gebruiksaanwijzing vertrouwd worden gemaakt. De eigenaar moet
zorg dragen dat alle werkzaamheden alleen van geautoriseerd en gekwalificeerd vakpersoneel
wordt doorgevoerd.
• Bij het werken met edelstaal mag het apparaat niet zonder opnameelementen worden gebruikt
• Lees deze instructies door en leef ze na, alvorens het apparaat te gaan gebruiken!
• Bewaar deze gebruiks- en onderhoudsaanwijzing goed!
• Gebruik het apparaat niet voor het afzuigen van licht ontvlambare resp. explosieve gassen!
• Zet het apparaat niet binnen explosieve zones in, zoals bijv. zone 1, zone 2, zone 20, zone 21, zone
22!
• Gebruik het apparaat niet voor het afzuigen van brandende of gloeiende stoffen zoals bijv.
sigaretten, lucifers, metalen stoffen resp. spaanders, papier, reinigingsdoeken enz.!
• Gebruik het apparaat niet voor het afzuigen van brandende resp. ontvlambare stoffen zoals bijv. olie
resp. olienevel, vetten, scheidingsmiddelen (bijv. siliconenspray), reinigingsmiddelen enz.!
• Gebruik het apparaat niet voor het afzuigen van agressieve media!
• Gebruik het apparaat niet voor het afzuigen van vloeistoffen van welke aard dan ook!
• Gebruik het apparaat niet voor het afzuigen van organische stoffen zonder schriftelijke goedkeuring
van de fabrikant!
• Bescherm de aansluitstekker tegen hitte, vocht, olie en scherpe randen!
• Let op de toegestane aansluitspanning! Let op de gegevens op het typeplaatje!)
• Gebruik uitsluitend reserveonderdelen van TEKA!
• Gebruik het apparaat niet zonder filterelement!
• Voor het openen van het apparaat moet het filterapparaat van het stroomnet worden
gescheiden!
• De uitblaasopening mag niet worden afgedekt of worden geblokkeerd!
• Bij het reinigen en onderhouden van het apparaat, bij het vervangen van delen of bij het
omstellen op een andere functie dient het filterapparaat van het stroomnet te worden
gescheiden!
• De filterelementen zijn niet regenereerbaar!
• Verwijder het filter volgens de wettelijke voorschriften!
• Bij gebruik van een energiezuinige Start/Stop-automatiek, dient de massakabel telkens voor het
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 6 17.12.2009

lassen ten aanzien van beschadigingen te worden gecontroleerd!
• Het apparaat mag niet worden gebruikt indien de toestand van de massakabel niet onberispelijk
is!
• Bij het gebruik van een externe filterbesturing dient de besturingskabel voordat er
werkzaamheden worden uitgevoerd steeds t.a.v. beschadigingen te worden onderzocht!
• Het apparaat mag niet worden gebruikt indien de toestand van de besturingskabel niet
vlekkeloos is!
• De netkabel van het apparaat dient regelmatig t.a.v. indicaties te worden onderzocht die op
beschadiging duiden!
• Het apparaat mag niet worden gebruikt indien de toestand van de netkabel niet onberispelijk is!
• Direct naast de aanzuigopening mogen geen werkprocessen plaatsvinden waarbij vonken
kunnen ontstaan
• Maak alleen gebruik van droge en olievrije perslucht bij een werkdruk van min. 3 bar en max. 4
bar.
• Gebruik het filterapparaat niet wanneer een gedeelte of meerdere gedeelten van het apparaat
foutief, niet aanwezig of beschadigd zijn. In ieder van deze gevallen dient u de TEKA
Serviceafdeling onder telefoonnr. 0 28 63 / 92 82 - 0 te bellen.
• Het filterapparaat moet regelmatig in stand worden gehouden. Dit vereist een dagelijkse
controle, maandelijkse onderhoud en een jaarlijkse uitgebreide inspectie. De
instandhoudingswerkzaamheden moeten schriftelijk geprotocolleerd en op aanvraag bij de
overheidsinstantie ingediend worden.
• Bij het afzuigen van kankerverwekkende lasroken, zoals bijv. nikkel- of chroomhoudende
materialen, moeten de ventilatietechnische eisen van de norm TRGS 560 „Luchtterugvoering bij
de omgang met kankerverwekkende gevaarlijke stoffen“ worden nageleefd!
• Meer informatie over de TRGS 560 krijgt u bij de BGIA,het Berufsgenossenschaftliche Institut für
Arbeitsschutz in 53754 Sankt Augustin (Duitsland)
• Bij het werken met het apparaat moet bovendien een toegelaten beschermingsuitrusting worden
gebruikt, zoals bij voorbeeld een adembeschermingsmasker en een bescherming voor oren en
ogen. Wij raden aan om een adembeschermingsmasker DIN EN 141/143 beschermingsniveau
P3.
5. Transport
*0 Bij het transport of bij de opslag moet het apparaat worden beschermd tegen het weer.
*1 Het apparaat moet bij het transpoort beveiligd worden tegen omvallen of verschuiven.
*2 Het apparaat met een hefwagen of een vorktruck opheffen en transporteren.
*3 Hefwagen of vorktruck moeten een draagkracht van minimaal 2000 kg hebben.
*4 Bij het opheffen en neerzetten niet onder en/of naast de vracht staan.
*5 Alle omstaande personen uit de gevarenzone sturen.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 7 17.12.2009

*6 Gegevens van de fabrikant naleven of de fabrikant contacteren.
6.Opbouw
• Het opbouwen van het apparaat mag alleen van deskundig personeel worden gedaan
• Aan het begin moeten de geel gelakte transportvoeten door de meegeleverde voeten (pos.
10) worden vervangen.
• Opstellen van het voorgemonteerde apparaat-deel 3 (stortgoot en filteromhuizing) met
voeten. Het apparaat moet op de grond worden beveiligd door bv. schroeven of ankers.
• Het voorgemonteerde apparaat-deel 2 daarop opbouwen (ventilator en
pneumatiekbehuizing). Voor het opheffen kunnen de heftrucksleden worden gebruikt die
tussen de behuizingen zijn.
• Het voorgemonteerde apparaat-deel 1 (geluiddempende behuizing en plenum) op het
apparaat-deel 2 stellen. Voor het opheffen dienen de vier transportklemmen.
• De uitwerpmondstukken (pos. 13) moeten aan het plenum worden vastgemaakt en
gepositioneerd.
• De aanzuigkanalen (pos. 12) met de meegeleverde montageprofiel en draadstangen aan de
heftrucksleden vast maken. De schuine opening van de kanalen moet naar achteren wijzen.
Optioneel kunnen met de afzuigkanalen ook afzuigelementen worden gebruikt. Deze
moeten via pijpleidingen aan de filterbehuizing worden vast gemaakt.
• De behuizingen met de meegeleverde schroeven verbinden. Het reservoir (pos.11) onder de
strotgoot (pos.9) vast maken. De sturing (pos.26) op de zelfde manier aansluiten als ook de
meetbuisjes.
• Veiligheidschoenen met stalen neus dragen!
• Alle personen die niet worden benodigd voor het opstellen moeten uit de gevarenzone
worden gestuurd.
• Het hefwerktuig moet een draagkracht van minimaal 2000 kg hebben.
• De ondergrond moet vibratievrij zijn.
• Gegevens voor de ondergrond en de draagkracht vastleggen.
• Het apparaat moet van alle kanten goed bereikbaar zijn.
• Neem in het geval van onduidelijkheden contact met de fabrikant op a.u.b.
7.Inbedrijfstelling
• Alleen vakpersoneel mag met het filterapparaat en met de materialen die gebruikt worden
omgaan. Daarvoor moet elke medewerker die het filterapparaat bestuurt voorafgaande door
middel van een toelichting van de bedieningselementen (zie formulier in de bijlage) worden
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 8 17.12.2009

ingeleid. De formulieren moeten met een handtekening gedocumenteerd en goed bewaard
worden.
• De gegevens op het typeplaatje in acht nemen.
• Het apparaat mag alleen van elektro-vakpersoneel worden aangesloten.
• Alle personen die niet voor het aansluiten aan het stroomnet worden benodigd uit de
gevarenzone sturen.
• De aanzuigkanalen ofwel de afzuigalementen en de uitwerpmondstukken moeten vóór
ingebruikname aan het apparaat gemonteerd zijn.
• De filterpatronen moeten vóór de ingebruikname worden geprecoateerd als deze niet al in de
fabriek geprecoateerd zijn. (Neemt contact op met de fabrikant in het geval van
onduidelijkheden!)
• Gegevens van de fabrikant in acht nemen of contact met de fabrikant opnemen.
7.1 Aansluiting van het apparaat
• De gegevens op het typeplaatje in acht nemen.
• Het apparaat mag alleen van elektro-vakpersoneel worden aangesloten
• Alle personen die niet voor het aansluiten van het apparaat worden benodigd uit de gevarenzone
sturen.
• Het apparaat met het stroomnet verbinden.
• De ventilator via een ster driehoek sturing (of optioneel een frequentieregelaar) met het stroomnet
verbinden. Bij een verkeerde looprichting van de motor (minder afzuigvermogen), moet de
ventilator van het stroomnet worden losgemaakt en twee fasen aan de snoer van de
frequentieregelaar ofwel de ster driehoek sturing moeten worden gewisseld.
• De partikelsensor (pos. 26) met de externe sturing verbinden.
• De sturing van de reiniging met het stroomnet verbinden. (Gegevens op het typeplaatje in acht
nemen!)
Let op:
Zodra de sturing van de reiniging met het stroomnet is verbonden is de reiniging in bedrijf!
Werkzaamheden met elektriciteit mogen alleen van geautoriseerd vakpersoneel worden uitgevoerd!
Gegevens op het typeplaatje in acht nemen!
7.2 Precoateren van de filterpatrone
• De filterpatronen moeten alleen worden geprecoateerd als zij niet al in de fabriek geprecoateerd
zijn. (Neem in het geval van onduidelijkheden contact op met de fabrikant!)
• De precoatering mag alleen van vakpersoneel worden doorgevoerd.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 9 17.12.2009

Let op:
• Alle personen die niet voor het precoateren van de filterpatronen worden benodigd moeten uit
de gevarenzone worden gestuurd.
Het mag geen perslucht in de drukvaten zijn
• Het apparaat zonder de arbeidsproces starten
• Het precoat (10 g per vierkante meter filteroppervlakte) over de afzuigpunt, die in de zuigpijp
het dichtsbij het filterapparaat is, aanbrengen.
• Gegevens van de fabrikant in acht nemen of contact met de fabrikant opnemen.
7.3 Aansluiting van de persluchtvoorziening
• Externe voorziening alleen met en toegelaten persluchtslang!
• De montage mag alleen van vakpersoneel worden doorgevoerd.
• Alle personen die niet voor de aansluiting van de persluchtvoorziening worden benodigd
moeten uit de gevarenzone worden gestuurd.
• De perslucht moet droog en olievrij zijn.
• De persluchtslang met een koppeling aan het magneetventiel (pos. 21) aansluiten.
• De werkdruk moet minimaal 3 bar en maximaal 4 bar hebben en moet afhankelijk van het
proces worden ingesteld.
• De externe persluchtvoorziening moet zodanig zijn, dat de drukvaten binnen de
ventielpauzetijd (zie gebruiksaanwijzing van de sturing “ ControlUnit 2”) weer de werkdruk
bereikt.
• Gegevens van de fabrikant in acht nemen of contact met de fabrikant opnemen.
Let op:
Bij het onderhoud en reparaties moet het persluchtreservoir voorafgaand leeg en het filterapparaat van het
stroonnet los gemaakt en tegen spanningsherstel beveiligd worden!
Bij lekkages van het pneumatisch apparaat mag het filterapparaat niet meer worden gebruikt.
Zonder persluchtvoorziening verontreinigt het filterapparaat erg snel en het apparaat geeft een foutmelding
(filter vol)!
8. Proefdraaien
• De gegevens op het typeplaatje in acht nehmen.
• De proefdraai van het apparaat mag alleen van vakpersoneel worden doorgevoerd.
• Alle personen die niet voor de proefdraai worden benodigd moeten uit de gevarenzone
worden gestuurd.
• Het apparaat moet van alle kanten goed bereikbaar zijn.
• De gegevens van de fabrikant in acht nemen of contact met de fabrikant opnemen.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 10 17.12.2009

9 Storingen en noodgevallen bij het filterapparaat
• Alle niet geautoriseerde personen uit de gevarenzone sturen.
• De personen in de gevarenzone moeten beschermende kleding dragen.
• In het geval van een brand is een toegalaten brandblusser voor de brandklassen A, B en C
te gebruiken.
• In het geval van rookontwikkeling veroorzaakt de partikelsensor (pos. 26) een alarm en de
sturing schakelt het perslucht- terugslagklep (pos. 21) dicht en de ventilator uit. De ventilator
blijft tot de stilstand nog enkele seconden nawerken.
• In het geval van een brand heeft de brandweer de mogelijkheid om de filter via de
blusslang-aansluiting, aan de C-buis aansluiting (pos. 25) met blusmiddel te vullen. Deze
beslissing neemt alleen de brandweer.
• De fabrikant moet gecontacteerd worden.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 11 17.12.2009

Aansluiting van de persluchtvoorziening
• Externe voorziening uitsluitend met een toegestane persluchtslang!
• De persluchtslang door middel van een slangkoppeling op het eindstukbuisje aansluiten.
• De aangevoerde bedrijfsdruk moet minimaal 3 bar en maximaal 4 bar bedragen.
Let op:
Bij alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden dient de persluchttank vooraf te worden leeggemaakt.
Bij ondichtheid van de pneumatische installatie mag het filterapparaat niet meer in gebruik worden
genomen.
Zonder persluchtvoorziening wordt het filterpatroon zeer snel verontreinigd en het apparaat schakelt
daardoor op storing (Filter vol)!
1.1 Aansluiting van het apparaat
• Verbind de ventilator via een motorveiligheidsschakelaar of een ster/driehoek-schakeling met
het stroomnet. Bij foutieve looprichting van de motor (verminderde zuigcapaciteit) dient de
ventilator van het stroomnet te worden gescheiden en twee fasen aan de voedingskabel naar
de motorveiligheidsschakelaar resp. naar de ster/driehoek-schakeling dienen te worden
verwisseld.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
• De besturing van de reiniging met het stroomnet verbinden.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
Let op:
Zodra de besturing van de reinigingsinrichting met het stroomnet werd verbonden, is de reiniging in
bedrijf!
Werkzaamheden aan het elektrisch systeem mogen uitsluitend door geautoriseerde vakkrachten
worden uitgevoerd!
Let op de gegevens op het typeplaatje!
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 12 17.12.2009

2 Onderhoud
Door het filtreren van de stofdeeltjes neemt de verzadigingsgraad van het filterpatroon toe en de
afzuigcapaciteit daalt.
De filterpatronen worden via een drukverschil of een tijdsbesturing gereinigd. (zie hoofdstuk 10.1: “
Reiniging van de filterpatronen”)
De stofdeeltjes worden aan de zuivere gas-zijde van binnen naar buiten afgeblazen, de op die manier
loslatende stofkoek valt in het hiervoor bestemde stofverzamelreservoir (pos.11). (zie hoofdstuk 10.3:
“Leegmaken van het stofverzamelreservoir”)
De standtijd van de filterpatronen is in sterke mate afhankelijk van de betreffende
toepassingsomstandigheden. Deze kan daarom niet vooraf worden bepaald.
Als het rode LED lampje brandt is de alarm-waarde (werkinstelling=30 mbar) bereikt. Brandt het lampje
ook na de reiniging nog zijn de filters zo sterk verontreinigd dat zij vervangen moeten worden (zie
hoofdstuk 10.5” Filterpatronen vervangen”).
Regelmatig moet een visuele controle van de filters worden doorgevoerd. Als die beschadigt lijken te
zijn moet zij worden vervangen (zie hoofdstuk 10.5” Filterpatronen vervangen”).
Na alle onderhoudswerkzamheden moeten de werkplekken, het filterapparaat en het bereik rond het
filterapparaat worden schoon gemaakt.
Let op:
Bij het reinigen en onderhouden van het apparaat, bij het vervangen van onderdelen of bij de
omschakeling op een andere functie moet het filterapparaat van het stroomnet los worden gemaakt en
moet beveiligd worden tegen spanningsherstel.
Het filterapparaat moet tijdens het vervangen van de filterpatronen worden uitgeschakeld. De
persluchtvat leegt zich bij de onderbreking van de energievoorziening automatisch.
Het vervangen van het filterpatroon en het verwijderen ervan mogen uitsluitend in goed geventileerde
ruimten en met een dienovereenkomstig gasmasker plaatsvinden!
Wij adviseren: half gasmasker DIN EN 141/143 beschermniveau P3.
Het vervangen van de filterpatroon moet uitsluitend door een dienovereenkomstig geschoolde
medewerker worden uitgevoerd!
2.1 Reiniging van de filterpatronen
De filterinstallatie blijft gedurende de automatische reiniging in bedrijf.
∆p – besturing: om de toegestane zuigcapaciteit van het apparaat te behouden wordt de
verzadigingsgraad van de filterpatronen (pos.16) elektronisch bewaakt. Bij overschrijding van het
ingestelde drukverschil worden de filterpatronen automatisch gereinigd totdat de ingestelde
drempelwaarde bereikt is.
Tijdsbesturing: Bij een reiniging met tijdsbesturing worden de filterpatronen in een ingestelde
tijdsafstand, onafhankelijk van de druk, gereinigd.
Voor de instellingen en functionaliteit van de besturingen: zie de betreffende gebruiksaanwijzing.
Let op:
Zonder persluchtvoorziening wordt het filterpatroon zeer snel verontreinigd en de afzuigcapaciteit neemt
af!
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 13 17.12.2009

2.2 Persluchtvoorziening
Voor een storingsvrije werking van het apparaat moet er een correcte persluchtvoorziening aanwezig
zijn.
• De perslucht moet droog en olievrij zijn.
• Alleen vakpersoneel mag de persluchtvoorziening controleren.
• Het vrijkomende condenswater in de persluchttank (pos.20) dient in regelmatige intervallen te worden leeggemaakt. zie hoofdstuk
10.4: “Aftappen van het condenswater”)
• De pneumatische installatiedelen dienen regelmatig t.a.v. hun dichtheid te worden
gecontroleerd.
• Externe voorziening met een goedgekeurde persluchtslang en een bedrijfsdruk van minimaal 3
bar en maximaal 4 bar.
• Als bufferreserve is er een persluchttank aangebouwd. De inhoud is voldoende voor één
reinigingsprocedure.
• Na het reinigen stroomt er onmiddellijk perslucht voor het eerstvolgende reinigingsinterval na.
Let op:
Bij alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden dient de persluchttank vooraf leeg te worden
gemaakt.
Bij ondichtheid van de pneumatische installatie mag het filterapparaat niet meer in bedrijf worden
genomen.
Zonder persluchtvoorziening wordt het filterpatroon zeer snel verontreinigd en de afzuigcapaciteit daalt!
2.3 Leegmaken van het stofverzamelreservoir
De stofverzamelreservoirs (pos.11) dienen volgens een bepaald aantal bedrijfsuren te worden
gereinigd. Dit aantal vloeit voort uit de vrijkomende hoeveelheid stof maar het is tenminste één keer per
week noodzakelijk. Het stofzamelreservoir mag maximaal tot 25% vol zijn (neem in het geval van
onduidelijkheden contact op met de fabrikant).
• Alleen vakpersoneel mag het stofzamelreservoir leeg maken.
• Alle personen die niet voor het leeg maken van het stofzamelreservoir worden benodigd moeten uit
de gaverenzone worden gestuurd of worden voorzien met beschermende kleding.
• Voordat het apparaat los wordt gemaakt van de externe persluchtvoorziening is eerst de
automatische nareiniging af te wachten. Als de nareiniging gedeactiveerd is moet deze manueel via de
sturing worden doorgevoerd.
• Het filterapparaat van de externe persluchtvoorziening losmaken.
• Bij de reiniging moet een geschikte adem- en zichtbescherming worden gebruikt. Wij adviseren
ademmasker DIN EN 141/143 beschermniveau P3
.
• Het apparaat van het stroomnet scheiden en beveiligen tegen spanningsherstel.
(Bij de ∆p – besturingen dienen de ingestelde reinigingsintervallen te worden afgewacht.)
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 14 17.12.2009

• De spansluitingen (pos.15) ca. 5 minuten na de laatste reiniging openen en het reservoirframe
(pos.14) loshaken.
• Het stofverzamelreservoir (pos.11) voorzichtig onder de filterinstallatie uittrekken.
• Het opgehoopte stof in een passend reservoir correct en volgens de voorschriften bewaren resp.
opruimen.
• Het stofverzamelreservoir (pos.11) onder de filterinstallatie schuiven.
• Het reservoirframe (pos.14) in de spansluitingen (pos.15) ophangen en afsluiten zodat het reservoir
(pos.11) onder de stortgoot (pos.9) van de filterinstallatie goed afsluit.
(Hierbij de dichting onder de stortgoot (pos.9) t.a.v. beschadigingen controleren en eventueel
vervangen.)
• De besturing voor het reinigen met het stroomnet verbinden.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
• De ventilator met het stroomnet verbinden.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
• Het apparaat weer met de externe persluchtvoorziening verbinden.
Let op:
Het leegmaken van het stofverzamelreservoir mag uitsluitend in goed geventileerde ruimten en met een
dienovereenkomstig gasmasker worden uitgevoerd!
Bij alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden dient de persluchttank vooraf te worden leeggemaakt.
Wij adviseren: half gasmasker DIN EN 141/143 beschermniveau P3.
De hierboven genoemde bewerkingsstappen moeten uitsluitend door een dienovereenkomstig
geschoolde medewerker worden uitgevoerd!
Ruim het stof volgens de wettelijke voorschriften op!
2.4 Aftappen van het condenswater
Het vrijkomende condenswater in de persluchttank (pos.20) dient in regelmatige intervallen als volgt te
worden leeggemaakt:
• Alleen vakpersoneel mag het condenswater aftappen.
• Alle personen die niet voor het aftappen van het condenswater worden benodigd moeten uit de
gaverenzone worden gestuurd of met beveiligende kleding worden voorzien.
• Scheid de ventilator van het stroomnet en beveilig hem tegen spanningsherstel.
• Scheid de besturing voor het reinigen van het stroomnet.
• Scheid de persluchttank van de externe persluchtvoorziening.
• Open de aftapkraan (pos.22) en vul het condenswater in een hiervoor geschikt reservoir.
(Door het openen van de aftapkraan ontwijkt de in de persluchttank (pos.20) opgeslagen
perslucht.)
• Het afgetapte condenswater in een passend reservoir correct en volgens de voorschriften bewaren
resp. opruimen.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 15 17.12.2009

• Sluit de aftapkraan (pos.22).
• Sluit de persluchttank op de externe persluchtverzorging aan.
• Verbind de besturing voor het reinigen met het stroomnet.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
• Verbind de ventilator met het stroomnet.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
Let op:
De hierboven genoemde bewerkingsstappen moeten uitsluitend door een dienovereenkomstig
geschoolde medewerker worden uitgevoerd!
Ruim het condenswater volgens de wettelijke voorschriften op!
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 16 17.12.2009

2.5 Filterpatronen vervangen
Als het waarschuwingslampje brandt (zie gebruiksaanwijzing voor de sturing “controle unit 2”) moeten de
patronen als volgt worden vervangen:
• Alleen vakpersoneel mag de patronen vervangen.
• Het vervangen van de filterpatronen moet door twee mensen worden doorgevoerd.
• Alle personen die niet voor het vervangen van de filterpatronen worden benodigd moeten uit de
gavarenzone worden gestuurd of met beveiligende kleding worden voorzien.
• Voordat het apparaat los wordt gemaakt van de externe persluchtvoorziening is eerst de
automatische nareiniging af te wachten. Als de nareiniging gedeactiveerd is moet deze manueel via de
sturing worden doorgevoerd.
• Scheid de ventilator van het stroomnet en beveilig hem tegen spanningsherstel.
• Scheid de besturing voor het reinigen van het stroomnet.
• Scheid de persluchttank van de externe persluchtvoorziening.
• Bij het openen van het apparaat moet een geschikte adem- en zichtbescherming worden gebruikt.
Wij adviseren ademmasker DIN EN 141/143 beschermniveau P3
• Maak de persluchttank (pos.20) leeg door de aftapkraan (pos.23) te openen.
(Door het openen van de kogelkraan kunnen geringe hoeveelheden condenswater ontwijken.)
• Open de patroondeur (pos.8)
• Draai de vastzetschroef (pos.19) van de patroonhouder (pos.18) los.
• Trek het filterpatroon (pos.16) eruit.
• Schuif een nieuwe filterpatroon in de patroongeleiding (pos.17).
Let op:
Gebruik uitsluitend reservefilters van TEKA!
• Schroef de vastzetschroef (pos. 19) van de patroonhouder (pos. 18) vast.
• Sluit de patroondeur (pos.8).
• Sluit de persluchttank op de externe persluchtvoorziening aan.
• Verbind de besturing voor het reinigen met het stroomnet.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
• Verbind de ventilator met het stroomnet.
(Let op de gegevens op het typeplaatje!)
Let op:
Het vervangen van het filter en het opruimen ervan mogen uitsluitend in goed geventileerde ruimten en
met een dienovereenkomstig gasmasker worden uitgevoerd!
Bij alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden dient de persluchttank vooraf te worden leeggemaakt.
Wij adviseren: half gasmasker DIN EN 141/143 beschermniveau P3.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 17 17.12.2009

De hierboven genoemde bewerkingsstappen moeten uitsluitend door een dienovereenkomstig
geschoolde medewerker worden uitgevoerd.
Ruim het filter volgens de wettelijke voorschriften op!
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 18 17.12.2009

3 Verwijderen
• Alleen vakpersoneel mag het apparaat ofwel de elektrische installatie demonteren.
• Vóór de demontage moet het apparaat van het stroomnet en de externe persluchtvoorziening
los worden gemaakt en de persluchttank moet worden geleegd.
• Bij alle werkzaamheden moet een geschikte adembescherming en beschermende kleding
worden gedragen. Wij adviseren half gasmasker DIN EN 141/143 beschermingsniveau P3.
• De schadelijke stoffen ofwel de filtermedia moeten vakkundig worden afgevoerd.
• De gegevens van de fabrikant in acht nemen of contact met de fabrikant opnemen.
Om u een vlekkeloos gebruik van uw TEKA-AIRTECH afzuigapparaat alsmede een vakkundige
verwijdering van het afgescheiden stof mogelijk te maken, bieden wij u de volgende diensten aan:
• Hulp bij het zoeken naar een afvalverwerkingsbedrijf bij u in de buurt.
• Een lijst van alle afvalverwerkingsbedrijven in Duitsland stellen wij u op verzoek gratis ter
beschikking.
• Een onderhouds- en instandhoudingscontract
• Telefonisch klantenadvies
Neem hieromtrent a.u.b. contact op met onze serviceafdeling die dag en nacht voor u klaar staat.
telefoon: 0 28 63 / 92 82 - 0 fax: 0 28 63 / 92 82 72
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 19 17.12.2009

4 Besturing van het apparaat
Let op:
Programmainstellingen, menubeheer etc. van het apparaat zijn en de speciale gebruiksaanwijzing
“ControllUnit 2” te vinden.
5 Het oplossen ofwel diagnosticeren van fouten
Storing of foutmelding
Mogelijke oplossing
Apparaat reinigt zich niet
Apparaat reinigt zich wel maar het
volgt geen automatische
nareiniging.
Strobe flash brandt permanent,
display meldt „Zichtcontrole
nodig“.
Strobe flash brandt permanent,
display meldt „ Druksensoren
controleren“.
Strobe flash brandt permanent,
display meldt „Filteralarm“.
Strobe flash brandt permanent
zonder foutmelding
Afzuigvermogen is niet voldoende.
1) Aansluiting aan de persluchtvoorziening controleren
2) Bij onduidelijkheden het TEKA serviceteam bellen
1)Het nareinigen vindt eerst na de ingestelde reinigings-druk
plaats en gebeurt dus niet elke keer.
2)Controleer of de functie „nareinigen“ geactiveerd is.
3)Controller of de sturing aan het stroomnet is aangesloten.
1) Deze melding verschijnt na afloop van de ingegeven
bedrijfsuren. Het is nu een behoefde aan onderhoud.
Daarvoor moet de TEKA service-afdeling worden opgebeld
om de onderhoud-service aan te vragen.
2) Als er al een aanvraag is gedaan raden wij aan om
vroegtijdig met TEKA een afspraak voor de onderhoud te
maken.Het menuonderdeel “Zichtcontrole in…” laat de
resterende tijd zien tot de volgende onderhoud.
1) Apparaat van het van druk en stroom scheiden.
Controleren of de meetbuis op de goede plaats zit,
beschadigd of verstopt is.
2) In het geval van onduidelijkheden contact opnemen met de
TEKA serviceafdeling.
1)Filterpatronen zijn zo verontreinigd dat zij vervangen moeten
worden. Alleen reservefilters van TEKA gebruiken.
1) Software is in de programmeermodus (passcode is
ingetoetsd), TEKA-service afdeling opbellen.
1) Draairichting van de ventilator controleren en, als nodig de
fasen uitwisselen.
2) Controleren of de aanzuigpijp verstopt is.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 20 17.12.2009

6 Onderdelenlijst:
Naam:
Artikel-nr.:
Filterpatrone 36m² 10025360
PE-zakken voor de afvoer van de filterpatronen (9 stuks) 10030251700
PE-zakken voor de afvoer van de filterpatronen (12 stuks) 10030251701
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 21 17.12.2009

15.Optioneel vonkenlabyrint voor TEKA Airtech
In plaats van aanzuigkanalen kunnen aan de aanzuigopening van de filterbehuizing ook
vonkenlabyrinten aan worden gebracht. Let bij het gebruik van vonkenlabyrinten op de boven
beschreven hoofdstukken “Veiligheidsinstructies”, “Transport”, “Opbouw” en “Verwijderen”.
15.1 Overzicht vonkenlabyrint
Afbeelding 1: Algemeen overzicht vonkenlabyrint
1 Labyrintcassette 2 Schuifafsluiter 3 Montage schroef
15.2 Bodoeld gebruik van het vonkenlabyrint
Het vonkenlabyrint van de Airtech beschermd het filterapparaat voor het indringen van brandbare
materialen. Het vonkenlabyrint verminderd daardoor de gevaar van brand door het ontsteken van
dergelijke materialen binnen het filterapparaat.
Het werken, onmiddellijk voor de aanzuigopening van het apparaat zoals ook het werken met brandbare
materialen of materialen die een brand kunnen veroorzaken (vonken, open vuur etc.) direct bij het
apparaat moet worden vermeden.
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 22 17.12.2009

15.3 Inbedrijfstelling van het vonkenlabyrint
*0 Alleen vakpersoneel mag met het filterapparaat en de gebruikte materialen werken
*1 Alleen van toegelaten elektro-vakpersoneel mag het apparaat worden aangesloten
*2 De vonkenlabyrinten moeten vóór de inbedrijfstelling aan het apparaat worden gemonteerd.
• Klep (pos 1.) aan de patronenwand met de daarvoor geschikte schroeven vastdraaien
• Schroeven (pos. 3) aan de labyrintcassette (pos. 2) monteren
• Labyrintcassette (pos. 2) inclusieve schroeven (pos. 3) in de klep (pos. 1) bevestigen en de schoeven (pos. 3)
vastdraaien
• De andere labyrintcassetten (pos. 2) inclusieve schroeven (pos. 3)in de gemonteerde labyrintcassette
bevestigen en de schroeven (pos. 3) vastdraaien
• De klep (pos. 1) via het magneetventiel aan de persluchtvoorziening aansluiten. Het magneetventiel aan de
sturing aansluiten.
15.4 Aansluiting van de persluchtvoorziening
*0 Externe voorziening alleen met een persluchtslang!
*1 De perslucht moet droog en olievrij zijn.
*2 De persluchtslang aan het magneetventiel aansluiten dat buiten aan de frame van de
schuifafsluiter is aangebracht.
*3 De werkdruk moet minimaal 5 bar en maximaal 6 bar zijn en moet afhankelijk van de proces
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 23 17.12.2009

worden ingesteld.
15.5 Onderhoud van het vonkenlabyrint
Bij het reinigen en onderhouden van het apparaat, bij het vervangen van onderdelen of bij het
veranderen van de functie moet het filterapparaat van het stroomnet worden losgemaakt en
beveiligd worden tegen spanningsherstel. De werking van het filterapparaat moet tijdens het
vervangen van de filterpatrone worden onderbroken. Bij alle onderhoud- en reparatie bezigheden
moet de persluchtvoorziening worden onderbroken.
Gebruik alleen origineel reservedelen van TEKA!
15.6 Verzorging en zichtcontrole
De taak van het personeel is om de toegankelijke onderdelen van het vonkenlabyrint dagelijks op
verontreiniging en beschadiging te controleren. Verontreinigingen moeten, als mogelijk worden
verwijderd.
Voor de verzorging moeten de vonkenlabyrint cassetten regelmatig gedemonteerd en van stof en
andere verontreinigingen vrij worden gemaakt. Hoe vaak dit moet worden gedaan is afhankelijk van
de manier en duur van het gebruik en kan daardoor niet worden voorspeld.
Manier van de controle Bezigheid/onderdelen
Controle van de
bedrijfsomstandigheden
Verontreinigingen verwijderen
Controleren op beschadigingen
– Stroomgeluid
– oppervlakten, opschriften
– stof in het vonkenlabyrint
– herkenbare beschadigingen aan alle
onderdelen
15.7 Storingszoek
Fout Oorzaak Herstel
Geen/laag
afzuigvermogen (rook
en gassen worden
niet/nauwelijks
afgezuigd).
Klep is gesloten
Perslucht controleren/
magneetventiel als nodig
vervangen/ pneumatiDruckluft
kontrollieren/ Magnetventil ggf.
austauschen/
Pneumatiek cilinder controleren
16. Technische gegevens
9
Let op:
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 24 17.12.2009

Gegevens op het typeplaatje in acht nemen!
Filterapparaat Airtech P18 Airtech P24 Airtech P30
Aansluitspanning V 400
Frequentie Hz 50
Stroomsoort Ph 3
Motorvermogen kW 11 15 22
luchtvolumestroom max. m³/h 18000 24000 30000
Onderdruk max. Pa 2250 2600 2300
Beschermingsklasse IP 54
Stuurspanning V 230
Breedte (met plenum / met
aanzuigkanalen) x diepte (zonder nozzles)
x hoogde
mm
2522 / 3200 x
1440 x 6538
2682 / 3520 x 1880
x 6766
2866 / 3520 x
1880 x 6766
Gewicht (zonder / met aanzuigkanalen) kg 3000 3100 3300
Filterelemet
Filterpatronen
Filteroppervlakte m² 9x36 = 324 9x36 = 324 12x36 = 432
Afscheidingscapaciteit % >99
Reinigingstype
Geluidsdrukniveau
(gemeten volgens DIN 45635 T1 in 1m
afstand tot de oppervlakte van het
apparaat bij max. volumestroom.)
perslucht
dB(A) 69 tot 72
Externe perslucht bar min. 3 tot max. 4
persluchtvoorziening
Omgevingstemperatuur
droog / olievrij
°C +5 tot +35
Max. vochtigheid % 70
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 25 17.12.2009

17Verklaring van overeenstemming voor TEKA-AIRTECH
TEKA
Absaug - und Entsorgungstechnologie GmbH
Industriestraße 13
D - 46342 Velen
Tel.:+49 2863 92820 Fax:+49 2863 928272
E-mail: sales@tekanet.de
Internet:http://www.tekanet.de
Hierbij verklaren wij uitsluitend op eigen verantwoordelijkheid, dat het hierboven genoemde product vanaf
machinenr.: 110000000 overeenstemt met de volgende normen:
Machinerichtlijn:
Elektromagnetische compatibiliteit:
Drukapparatuurrichtlijn:
Laagspanningsrichtlijn:
2006/42/EG
20074/108/EG
97/23/EG
2006/95/EG
Toegepaste geharmoniseerde normen:
- DIN EN 349
- DIN EN 983
- DIN EN 12100 deel 1 en deel 2
- DIN EN 60204 deel 1
- DIN EN ISO 13857
- DIN EN ISO 14121
Evt. verdere toegepaste nationale normen en specificaties:
- DIN 45635 deel 1
- DIN EN ISO 15012-1
Deze verklaring wordt ongeldig indien er aan de zuig- en filterinstallatie een niet met de fabrikant in
schriftelijke vorm afgesproken wijziging tot stand wordt gebracht.
Velen, 29 decemer 2009
TEKA
Absaug - und Entsorgungstechnologie GmbH
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 26 17.12.2009

18 Toelichting van de bedieningselementen voor TEKA Airtech P18 / P24 / P30
(Dit formulier kan van de eigenaar gebruikt worden om de inleiding van de medewerkers te documenteren. Deze
inleiding mag alleen van geautoriseerd vakpersoneel worden gedaan. Let op de informaties uit het hoofdstuk
“Veiligheidsinstructies”.)
Door zijn handtekening bevestigd de medewerker dat hij een inleiding in de volgende
onderwerpen heeft gekregen:
Inleiding
Beschrijving van het filterapparaat
Werking en toepassingsgebied van het filterapparaat
Uitleg van de veiligheidsinstructies
Handelwijze in het geval van brand, verwijzing op c-buis aansluiting
Uitleg van de bediening van het filterapparaat
Onderhoud, vervangen en reinigen van de filterelementen
Onderhoud van de persluchtvoorziening
Leegmaken van de stofopvangbak
Afvoer
uitgevoerd
Naam van de medewerker
Handtekening
Inleiding door: .
Handtekening:
BA_Airtech_091217_NL6302790878282460354.doc 27 17.12.2009