05.02.2015 Views

'Mbo'ers in geldzaken. Een onderzoek naar het financieel ... - Nibud

'Mbo'ers in geldzaken. Een onderzoek naar het financieel ... - Nibud

'Mbo'ers in geldzaken. Een onderzoek naar het financieel ... - Nibud

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

MBO’ers <strong>in</strong> <strong>geldzaken</strong><br />

Het f<strong>in</strong>ancieel gedrag van mbostudenten<br />

<strong>Nibud</strong>, 2011


Onderzoek mbo-studenten / 2


MBO’ers <strong>in</strong> <strong>geldzaken</strong><br />

Het f<strong>in</strong>ancieel gedrag van mbostudenten<br />

<strong>Nibud</strong>, 2011<br />

3 / Onderzoek mbo-studenten


Onderzoek mbo-studenten / 4


Inhoud<br />

1 INLEIDING .................................................................................. 7<br />

1.1 Aanleid<strong>in</strong>g <strong>onderzoek</strong> en doel .......................................................................... 7<br />

1.2 Methode van <strong>onderzoek</strong> ................................................................................... 9<br />

1.3 Achtergrondvariabelen ..................................................................................... 9<br />

1.4 Leeswijzer ...................................................................................................... 11<br />

2 INKOMSTEN ............................................................................. 12<br />

2.1 Inkomstenbronnen ..................................................................... 12<br />

2.1.1 Bijdrage ouders .............................................................................................. 12<br />

2.1.2 Studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g .......................................................................................... 13<br />

2.1.3 Bijbaan ........................................................................................................... 14<br />

2.1.4 Inkomsten uit andere activiteiten .................................................................... 15<br />

2.1.5 Toeslagen, uitker<strong>in</strong>g en bijdrage partner ........................................................ 16<br />

2.2 Verdiensten met werkplek/stage .................................................................... 17<br />

2.2.1 Studenten BBL ............................................................................................... 17<br />

2.2.2 BOL-studenten ............................................................................................... 18<br />

2.3 Belast<strong>in</strong>gaangifte ........................................................................................... 20<br />

2.4 Inkomsten opgeteld ........................................................................................ 20<br />

3 UITGAVEN & VERANTWOORDELIJKHEID .............................. 22<br />

3.1 Woonlasten, boodschappen en kostgeld ........................................................ 22<br />

3.1.1 Thuiswonende studenten ............................................................................... 22<br />

3.1.2 Uitwonende studenten ................................................................................... 23<br />

3.2 Mobiele telefoon ............................................................................................ 28<br />

3.3 Bijdrage ouders aan uitgaven ......................................................................... 29<br />

4 SPAREN & SCHULDEN ............................................................ 31<br />

4.1 Sparen ........................................................................................................... 31<br />

4.2 F<strong>in</strong>anciële situatie .......................................................................................... 33<br />

4.3 Lenen ............................................................................................................. 35<br />

5 OMGAAN MET TIJD EN GELD ................................................. 40<br />

5.1 Omgaan met tijd ............................................................................................. 40<br />

5.2 Omgaan met geld........................................................................................... 40<br />

5.3 Betalen .......................................................................................................... 41<br />

5.4 Bijhouden ....................................................................................................... 43<br />

5.5 Info & opvoed<strong>in</strong>g ............................................................................................ 44<br />

5.6 Informatie zoeken .......................................................................................... 45<br />

6 SAMENVATTING EN CONCLUSIES ......................................... 48<br />

5 / Onderzoek mbo-studenten


Onderzoek mbo-studenten / 6


1 Inleid<strong>in</strong>g<br />

1.1 Aanleid<strong>in</strong>g <strong>onderzoek</strong> en doel<br />

Geld is een belangrijk aspect <strong>in</strong> <strong>het</strong> socialisatieproces van de huidige generatie<br />

jongeren. Op steeds jongere leeftijd hebben jongeren geld. Eerst <strong>in</strong> vorm van zak- of<br />

kleedgeld, later <strong>in</strong> de vorm van loon dat ze met een (bij)baan verdienen. Ouders,<br />

werkgevers en de overheid hevelen steeds meer f<strong>in</strong>anciële verantwoordelijkheden over<br />

<strong>naar</strong> jongeren. Omdat jongeren over eigen geld beschikken, zijn ze een <strong>in</strong>teressante<br />

doelgroep voor bedrijven en <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>gen.<br />

Het is van groot belang dat jongeren op vroege leeftijd bewust leren omgaan met geld,<br />

zodat ze op volwassen leeftijd niet voor grote verrass<strong>in</strong>gen komen te staan. Dit vergt<br />

naast bewustzijn ook f<strong>in</strong>anciële kennis en vaardigheden. In hun ontwikkel<strong>in</strong>gsperiode<br />

moeten ze zich volwassen gedrag eigen maken, ook op f<strong>in</strong>ancieel gebied. Daarom zijn<br />

jongeren een belangrijke doelgroep voor <strong>het</strong> Nationaal Instituut voor Budgetvoorlicht<strong>in</strong>g<br />

(<strong>Nibud</strong>).<br />

Het <strong>Nibud</strong> heeft <strong>in</strong>middels een goed beeld van <strong>het</strong> f<strong>in</strong>anciële gedrag van scholieren <strong>in</strong><br />

<strong>het</strong> voortgezet onderwijs (tot en met 18 jaar). Al 25 jaar verzamelt <strong>het</strong> <strong>Nibud</strong> elke twee<br />

jaar gegevens over deze groep <strong>in</strong> <strong>het</strong> Nationaal Scholieren Onderzoek (NSO). In 2010<br />

is voor <strong>het</strong> eerst gekeken <strong>naar</strong> <strong>het</strong> leengedrag van studenten <strong>in</strong> <strong>het</strong> hoger onderwijs<br />

(hbo en wo). Over studenten <strong>in</strong> <strong>het</strong> middelbaar beroepsonderwijs, zowel<br />

beroepsbegeleidende leerweg (BBL) als beroepsopleidende leerweg (BOL), weet <strong>het</strong><br />

<strong>Nibud</strong> m<strong>in</strong>der. In 2001 en 2005 is wel specifiek <strong>onderzoek</strong> gedaan <strong>naar</strong> <strong>het</strong> f<strong>in</strong>ancieel<br />

gedrag van werkende jongeren (studenten BBL).<br />

Deze werkende jongeren hebben vaak veel te besteden omdat ze door hun opleid<strong>in</strong>g<br />

een betaalde stage of werkplek hebben. Ze volgen een opleid<strong>in</strong>g aan een ROC/AOC,<br />

waarbij ze vaak één dag per week <strong>naar</strong> school gaan en vier dagen werkstage lopen<br />

(m<strong>in</strong>imaal 60 procent van de week werkstage volgen). Meestal wonen ze nog thuis en<br />

kunnen daarom een groot deel van hun <strong>in</strong>komen aan ‘leuke’ d<strong>in</strong>gen besteden. In de<br />

pers verschijnen regelmatig berichten dat werkende jongeren gemakkelijk schulden<br />

maken. Ze kunnen de verlokk<strong>in</strong>gen van mobiele telefoon, kredieten en dergelijke<br />

moeilijk weerstaan.<br />

Doordat ze een lager opleid<strong>in</strong>gsniveau hebben dan studenten <strong>in</strong> <strong>het</strong> hoger onderwijs, is<br />

<strong>het</strong> <strong>in</strong>komen na afrond<strong>in</strong>g van de opleid<strong>in</strong>g vaak niet meer dan modaal. Zodra ze op<br />

zichzelf gaan wonen, is <strong>het</strong> belangrijk dat ze <strong>het</strong> uitgavenpatroon waaraan ze gewend<br />

waren, aanpassen. Vaste lasten die ze eerder nog niet hadden, zoals huur, energie en<br />

verzeker<strong>in</strong>g, zijn grote kostenposten waarmee ze reken<strong>in</strong>g moeten houden.<br />

7 / Onderzoek mbo-studenten


Resultaat 2001 en 2005<br />

Uit beide <strong>onderzoek</strong>en bleek dat werkende jongeren een <strong>in</strong>komen hebben vergelijkbaar<br />

met <strong>het</strong> m<strong>in</strong>imumloon, en dat ze vaak nog thuis wonen bij hun ouders. Daarnaast krijgt<br />

een deel van de groep een ouderlijke bijdrage en/of heeft een bijbaan naast de stage/<br />

werkplek. De meeste werkende jongeren betaalden geen kostgeld aan hun ouders<br />

wanneer zij nog thuis woonden. De top vijf van uitgaven waaraan zij hun geld<br />

besteedden, veranderde wel. In 2001 waren alcohol, kled<strong>in</strong>g, auto, uitgaan en roken de<br />

grootste kostenposten. In 2005 waren dit vakantie, uitgaan, auto, kled<strong>in</strong>g en mobiele<br />

telefoon. De vakantie en mobiele telefoon hebben de uitgaven aan alcohol en roken<br />

daarmee deels vervangen.<br />

Daarnaast bleek uit beide <strong>onderzoek</strong>en dat de helft van deze werkende jongeren<br />

regelmatig geld tekort komt en daarvoor len<strong>in</strong>gen aangaat. Lenen was ook onder de<br />

jongste respondenten al vrij gewoon, en kreeg <strong>naar</strong>mate ze ouder waren een steeds<br />

formeler karakter: de stap van lenen van vrienden en ouders <strong>naar</strong> de bank of kopen op<br />

afbetal<strong>in</strong>g is dan niet groot meer.<br />

Verantwoord lenen is geen probleem. Maar als bijna een kwart van de uitwonenden<br />

<strong>in</strong>formatie zoekt over <strong>het</strong> oplossen van schulden, dan ligt er een grote taak voor<br />

voorlicht<strong>in</strong>g en onderwijs. Het <strong>Nibud</strong> heeft dit opgepakt met een speciale<br />

Jongerenmaand (november 2005) en een website voor jongeren: nibudjong.nl. Naar<br />

aanleid<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> en de Kamervragen heeft de toenmalige staatssecretaris<br />

Van Hoof toegezegd dat er een rijksbreed plan van aanpak voor de schuldhulpverlen<strong>in</strong>g<br />

moet komen, waar<strong>in</strong> deze jongeren specifiek aandacht krijgen.<br />

Onderzoek 2011<br />

In dit <strong>onderzoek</strong> is <strong>in</strong> tegenstell<strong>in</strong>g tot de <strong>onderzoek</strong>en <strong>in</strong> 2001 en 2005 aan álle mbostudenten<br />

een vragenlijst voorgelegd. Hierdoor heeft <strong>het</strong> <strong>Nibud</strong> <strong>in</strong>formatie over <strong>het</strong><br />

f<strong>in</strong>anciële gedrag van de jongeren aan <strong>het</strong> voortgezet onderwijs, de hbo- en wostudenten<br />

en ten slotte dus ook van de mbo-studenten.<br />

Uit de <strong>onderzoek</strong>en uit 2001 en 2005 kwam <strong>naar</strong> voren dat werkende jongeren (die BBL<br />

volgen) een zogenoemde kwetsbare groep is. In <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> van 2010 vergelijken we<br />

de totale groep mbo-studenten ook met deze werkende jongeren. Wat zijn de<br />

verander<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de afgelopen vijf jaar Zijn de uitgaven aan de mobiele telefoon erg<br />

gestegen en hoe gaan de jongeren om met kredieten Zijn de schulden toegenomen, <strong>in</strong><br />

aantal en/of <strong>in</strong> grootte Is <strong>het</strong> mogelijk aan te geven welke typen mbo-jongeren <strong>het</strong><br />

meest kwetsbaar zijn Welke groep vertoont <strong>het</strong> meest risicovolle gedrag en over welke<br />

competenties beschikken ze wel of (nog) niet die nodig zijn voor verantwoord f<strong>in</strong>ancieel<br />

gedrag nu en <strong>in</strong> de toekomst<br />

Onderzoek mbo-studenten / 8


1.2 Methode van <strong>onderzoek</strong><br />

Het <strong>onderzoek</strong> is uitgevoerd onder studenten <strong>in</strong> <strong>het</strong> middelbaar beroepsonderwijs, <strong>in</strong> de<br />

leeftijd van 16 jaar en ouder. De respondenten zijn geworven via <strong>het</strong> StudentenPanel<br />

van ResearchNed. Gedurende de maanden oktober, november en december 2010<br />

konden de respondenten de vragenlijst onl<strong>in</strong>e <strong>in</strong>vullen. Dit resulteerde uite <strong>in</strong>delijk <strong>in</strong><br />

2.357 bruikbare <strong>in</strong>gevulde vragenlijsten.<br />

Het aantal respondenten is voldoende om signalerende uitspraken te kunnen doen over<br />

<strong>het</strong> f<strong>in</strong>anciële gedrag van mbo-studenten. Dit rapport kijkt vooral <strong>naar</strong> de totale groep<br />

mbo-studenten, maar daarnaast ook apart <strong>naar</strong> de respondenten die een BOL- of BBLricht<strong>in</strong>g<br />

volgen. In 2005 is alleen de groep BBL-studenten ondervraagd. Waar mogelijk<br />

worden de resultaten vergeleken met de resultaten uit 2001 en 2005.<br />

De dataset is uite<strong>in</strong>delijk gewogen op de variabelen leeftijd, geslacht en leerweg.<br />

1.3 Achtergrondvariabelen<br />

De resultaten zijn uitgesplitst <strong>naar</strong> diverse achtergrondkenmerken. De beschreven<br />

resultaten <strong>in</strong> dit <strong>onderzoek</strong> zijn significant, tenzij anders wordt aangegeven. Deze<br />

paragraaf licht de achtergrondkenmerken van de respondenten verder toe.<br />

De dataset is herwogen op leeftijd, geslacht en leerweg volgens onderstaande<br />

verdel<strong>in</strong>g.<br />

Tabel 1: Indel<strong>in</strong>g mbo-studenten <strong>naar</strong> leeftijd, leerweg en geslacht<br />

Aantal %<br />

Leeftijd 18 jaar of jonger 143.529 37<br />

19 t/m 22 jaar 141.442 37<br />

23 jaar of ouder 100.975 26<br />

Geslacht man 210.883 55<br />

vrouw 175.063 45<br />

Leerweg BBL 145.557 38<br />

BOL 240.389 62<br />

Totaal 385.946<br />

Na weg<strong>in</strong>g van de dataset is gekeken <strong>naar</strong> <strong>het</strong> niveau van de respondenten. Het<br />

merendeel (twee derde) van de mbo-studenten volgt een opleid<strong>in</strong>g op niveau 4. Ook is<br />

er verschil tussen de verschillende leerwegen. BOL-opleid<strong>in</strong>gen worden vaker op een<br />

hoger niveau gevolgd dan BBL-opleid<strong>in</strong>gen.<br />

9 / Onderzoek mbo-studenten


Tabel 2: Opleid<strong>in</strong>gsniveau (na weg<strong>in</strong>g)<br />

Niveau<br />

BBL<br />

%<br />

BOL<br />

%<br />

totaal<br />

%<br />

1 - 2 19 8 11<br />

3 36 18 24<br />

4 45 74 65<br />

De respondenten bev<strong>in</strong>den zich met name <strong>in</strong> <strong>het</strong> 2 e en 3 e leerjaar.<br />

Tabel 3: Leerjaar (na weg<strong>in</strong>g)<br />

Leerjaar<br />

BBL<br />

%<br />

BOL<br />

%<br />

totaal<br />

%<br />

1 16 10 12<br />

2 51 44 46<br />

3 23 30 28<br />

4 - 5 10 16 14<br />

Tabel 4: Aandeel thuiswonende mbo’ers en <strong>in</strong>del<strong>in</strong>g leerweg neer leeftijdscategorie (na weg<strong>in</strong>g)<br />

BBL<br />

%<br />

BOL<br />

%<br />

thuiswonend<br />

%<br />

16 t/m 17 jaar 24 10 98<br />

18 t/m 21 jaar 66 42 88<br />

22 t/m 25 jaar 8 13 45<br />

26 jaar en ouder 2 34 17<br />

Totaal gemiddeld 30 70 76<br />

In totaal woont 76 procent van de mbo-studenten thuis, de rest woont op zichzelf. Het<br />

omslagpunt ligt bij 22 jaar. Dan gaan veel mbo-studenten op zichzelf wonen. Van de 21-<br />

jarigen woont nog 80 procent thuis, bij 22 jaar nog maar 58 procent.<br />

BOL-studenten zijn over <strong>het</strong> algemeen wat ouder dan BBL-studenten. Bij de vergelijk<strong>in</strong>g<br />

tussen de leerwegen houden we hiermee reken<strong>in</strong>g.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 10


1.4 Leeswijzer<br />

Hoofdstuk 2 behandelt de <strong>in</strong>komsten van de mbo-studenten en hoofdstuk 3 de uitgaven<br />

en wie verantwoordelijk is voor de uitgaven. Alle resultaten op <strong>het</strong> gebied van sparen<br />

maar ook van lenen en schulden, zijn te lezen <strong>in</strong> hoofdstuk 4. Het omgaan met geld is<br />

weergegeven <strong>in</strong> hoofdstuk 5. De samenvatt<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> totale <strong>onderzoek</strong>, gekoppeld aan<br />

de conclusies en adviezen is te lezen <strong>in</strong> <strong>het</strong> laatste hoofdstuk.<br />

Veel bedragen worden weergegeven <strong>in</strong>clusief of exclusief nullen. Als er exclusief nul<br />

staat betekent dit dat <strong>het</strong> om de groep gaat die de activiteit doet (er bijvoorbeeld aan<br />

uitgeeft). Staat er <strong>in</strong>clusief 0 dan gaat <strong>het</strong> om de hele groep mbo-studenten.<br />

Waar mogelijk wordt ook een vergelijk<strong>in</strong>g gemaakt met <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> van 2005. <strong>Een</strong><br />

aantal vragen is toen echter niet of anders gesteld. Hierdoor kan de vergelijk<strong>in</strong>g op die<br />

punten niet worden gemaakt.<br />

Het resultaat <strong>in</strong> de tabellen wordt op de volgende wijze weergegeven:<br />

Gewoon er zijn m<strong>in</strong>imaal 25 waarnem<strong>in</strong>gen per cel.<br />

Vet<br />

de waarde verschilt significant van gemiddeld en b<strong>in</strong>nen <strong>het</strong> kenmerk<br />

(bijvoorbeeld man ten opzichte van vrouw).<br />

Cursief er zijn 25 tot 50 waarnem<strong>in</strong>gen per cel. Let op de betrouwbaarheid.<br />

- er zijn m<strong>in</strong>der dan 25 waarnem<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> de cel.<br />

0 de waarde is 0.<br />

n.v.t. niet van toepass<strong>in</strong>g.<br />

11 / Onderzoek mbo-studenten


2 Inkomsten<br />

2.1 Inkomstenbronnen<br />

Aan de mbo-studenten is gevraagd welke <strong>in</strong>komstenbronnen ze hebben en hoeveel ze<br />

daarmee per maand te besteden hebben. De volgende paragrafen lichten de<br />

verschillende <strong>in</strong>komstenbronnen apart toe.<br />

2.1.1 Bijdrage ouders<br />

Van alle mbo-studenten geeft 50 procent aan maandelijks een bijdrage van zijn of haar<br />

ouders te krijgen. Het gemiddelde bedrag dat deze groep (de helft van de mbo’ers)<br />

krijgt, is 179 euro per maand. Ook wel exclusief 0 genoemd. Inclusief 0 (de gehele<br />

groep mbo’ers, ook die geen geld van de ouders krijgen) is <strong>het</strong> gemiddelde bedrag 90<br />

euro. In de tabel hieronder staat de gemiddelde bijdrage van de ouders <strong>naar</strong> de<br />

verschillende groepen.<br />

Tabel 5: Percentage mbo’ers met bijdrage ouders en <strong>het</strong> gemiddelde maandbedrag (exclusief 0)<br />

Aantal<br />

%<br />

Gemiddeld<br />

€<br />

Geslacht man 48 162<br />

vrouw 51 194<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 75 128<br />

18 t/m 21 jaar 55 194<br />

22 t/m 25 jaar 21 257<br />

26 jaar of ouder 4 --<br />

Leerweg BBL 23 204<br />

BOL 62 175<br />

Woonsituatie thuiswonend 60 173<br />

uitwonend 18 242<br />

Totaal 50 179<br />

Uit tabel 5 komt <strong>naar</strong> voren dat de hoogte van de bijdrage van de ouders afhankelijk is<br />

van de leeftijd en woonsituatie. Naarmate de studenten ouder worden, neemt de<br />

bijdrage toe, maar <strong>het</strong> percentage studenten dat een bijdrage krijgt, neemt af. De<br />

uitwonende studenten krijgen m<strong>in</strong>der vaak een bijdrage. Dat komt ook door de hogere<br />

leeftijd van deze studenten. Uit paragraaf 1.3 blijkt namelijk dat de jongere studenten<br />

meestal nog thuis wonen. De uitwonende student krijgt gemiddeld wel een hogere<br />

ouderlijke bijdrage dan de thuiswonende student.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 12


In 2005 zijn alleen de studenten BBL ondervraagd. Het percentage van deze groep dat<br />

geld krijgt van zijn of haar ouders, is gelijk gebleven. De maandelijkse bijdrage die ze<br />

van de ouders krijgen, is wel hoger dan <strong>in</strong> 2005, namelijk 204 euro nu ten opzichte van<br />

68 euro <strong>in</strong> 2005.<br />

Het geld dat de mbo-studenten van hun ouders krijgen, is meestal bedoeld voor een<br />

speciaal doel. Het gaat vaak om zakgeld, kleedgeld of belgeld (47 procent) of een<br />

studiebijdrage (27 procent). Ook krijgt 30 procent wel een bijdrage, maar geen vast<br />

bedrag per periode. De bijdrage is <strong>het</strong> hoogst bij een bijdrage <strong>in</strong> de studiekosten met<br />

gemiddeld 266 euro.<br />

Tabel 6: Gemiddelde bijdrage ouders per maand <strong>naar</strong> doelen (exclusief 0)<br />

Aantal<br />

%<br />

Gemiddeld<br />

€<br />

Totaal 50 179<br />

Zak-, kleed-, belgeld 47 54<br />

Ja, maar geen vast bedrag per periode 30 --<br />

Bijdrage voor mijn studie 27 266<br />

Bijdrage voor de zorgverzeker<strong>in</strong>g 22 88<br />

Ja, namelijk voor …… 10 79<br />

Ja, maar niet voor een specifiek doel 8 78<br />

Bijdrage <strong>in</strong> mijn woonkosten 4 215<br />

Ook ontvangt 10 procent een bijdrage voor bijvoorbeeld rijles, reiskosten of benz<strong>in</strong>e, ovkosten,<br />

de verzeker<strong>in</strong>g van de auto of brommer, om te sparen, voor eten en dr<strong>in</strong>ken of<br />

voor roken of uitgaan.<br />

2.1.2 Studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g<br />

De 18-plussers die een voltijds opleid<strong>in</strong>g BOL <strong>in</strong> <strong>het</strong> mbo volgen, hebben recht op<br />

studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g. Dit bedrag wordt uitgekeerd <strong>in</strong> de eerste maand van <strong>het</strong> kwartaal dat<br />

volgt op de 18e verjaardag. Op niveau 1 of 2 is de studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g een gift. Na de<br />

opleid<strong>in</strong>g moet alleen de len<strong>in</strong>g worden terugbetaald. Op niveau 3 of 4 is de<br />

studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g een prestatiebeurs. Na afrond<strong>in</strong>g zonder diploma moet <strong>het</strong> bedrag<br />

worden terugbetaald. 1<br />

Bedragen per maand mbo (BOL), augustus 2010 tot en met juli 2011 van DUO:<br />

Basisbeurs Aanvullende beurs Lenen<br />

Thuiswonend € 75 € 309 € 164<br />

Uitwonend € 246 € 329 € 164<br />

1 Bron: www.duo.nl.<br />

13 / Onderzoek mbo-studenten


Van de studenten BOL tussen de 18 en 30 jaar geeft 97 procent aan enige vorm van<br />

studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g te ontvangen. Daarvan heeft 71 procent van de studenten <strong>in</strong>komsten<br />

uit een basisbeurs, 46 procent ontvangt een aanvullende beurs.<br />

Tabel 7: Percentage studenten BOL tussen 18 en 30 jaar met studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g<br />

Aantal<br />

%<br />

Studenten ov-chipkaart 79<br />

Basisbeurs 71<br />

Aanvullende beurs 46<br />

Rentedragende len<strong>in</strong>g 7<br />

Niets 3<br />

Aan de studenten die studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g ontvangen, is gevraagd of ze zouden stoppen<br />

met de opleid<strong>in</strong>g als ze geen studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g meer zouden krijgen. Tabel 8 toont dat<br />

43 procent (38 en 5 procent) aangeeft dan te stoppen met de opleid<strong>in</strong>g, vooral omdat ze<br />

die dan niet meer kunnen betalen. Er bestaat een relatie tussen de potentiële stoppers<br />

en diegene die (wel eens) geld tekort komen. Studenten die vaker geld tekort komen,<br />

zeggen vaker te stoppen met hun opleid<strong>in</strong>g bij <strong>het</strong> ontbreken van studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g.<br />

Tabel 8: ‘Als je geen studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g zou hebben, zou je dan stoppen met de opleid<strong>in</strong>g’ <strong>naar</strong><br />

‘kom je wel eens geld tekort’.<br />

Ja, dan kan ik de opleid<strong>in</strong>g niet<br />

betalen<br />

Ja, dan houd ik geen geld over<br />

voor andere activiteiten<br />

Regelmatig<br />

%<br />

Soms<br />

%<br />

Nooit<br />

%<br />

Totaal<br />

%<br />

55 45 25 38<br />

8 5 4 5<br />

Misschien 9 18 21 19<br />

Nee 28 32 50 39<br />

2.1.3 Bijbaan<br />

Van alle mbo-studenten heeft de helft (50 procent) een bijbaan. Tabel 9 laat zien dat<br />

mannen niet vaker een bijbaan hebben dan vrouwen, maar hier wel meer mee<br />

verdienen. Op <strong>het</strong> aantal uur dat ze gemiddeld per maand werken wordt verder<br />

<strong>in</strong>gegaan <strong>in</strong> paragraaf 5.1 Hoe ouder de studenten, hoe m<strong>in</strong>der vaak ze een bijbaan<br />

hebben. Het gemiddelde bedrag dat ze met de bijbaan verdienen is wel hoger, mede<br />

doordat <strong>het</strong> uurloon ook stijgt met de leeftijd.<br />

De studenten BBL besteden een groot deel van hun tijd aan de stage/werkplek via de<br />

opleid<strong>in</strong>g en verdienen daar meestal geld mee. Het aantal met een bijbaan is daarom<br />

Onderzoek mbo-studenten / 14


lager dan bij de studenten BOL. Het bedrag dat de studenten BBL met hun<br />

stage/werkplek verdienen, wordt besproken <strong>in</strong> paragraaf 2.2.<br />

Tabel 9: Percentage mbo-studenten met een bijbaan en gemiddelde <strong>in</strong>komsten per maand<br />

(exclusief 0)<br />

Aantal<br />

%<br />

Gemiddeld<br />

€<br />

Geslacht man 49 261<br />

vrouw 52 193<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 66 174<br />

18 t/m 21 jaar 55 220<br />

22 t/m 25 jaar 38 368<br />

26 jaar of ouder 8 590<br />

Leerweg BBL 20 327<br />

BOL 63 213<br />

Woonsituatie thuiswonend 57 208<br />

uitwonend 27 352<br />

Totaal 50 227<br />

Vergeleken met 2005 zijn de <strong>in</strong>komsten van de studenten BBL uit een bijbaan hoger,<br />

namelijk 227 euro <strong>in</strong> 2005 ten opzichte van 327 euro nu. Over deze vijf jaar gezien is de<br />

gemiddelde stijg<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> <strong>in</strong>komen van een bijbaan per jaar zo’n 7,5 procent. De<br />

gemiddelde loonontwikkel<strong>in</strong>g van de cao-lonen <strong>in</strong> Nederland is de afgelopen paar jaar<br />

ongeveer 2,1 procent per jaar geweest.<br />

2.1.4 Inkomsten uit andere activiteiten<br />

Naast <strong>in</strong>komsten uit een bijbaan, studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g of een ouderlijke bijdrage,<br />

verdienen jongeren vaak extra bij met andere activiteiten. Gevraagd is <strong>naar</strong> <strong>het</strong> type<br />

activiteit en <strong>naar</strong> de <strong>in</strong>komsten. Veel genoemde activiteiten zijn <strong>het</strong> verkopen van<br />

spullen via <strong>in</strong>ternet (bijvoorbeeld Marktplaats) en oppassen. Ook knippen, krantenwijk,<br />

huishoudelijk werk, fotografie/vormgev<strong>in</strong>g/websites wordt vaak genoemd.<br />

Tabel 10 beschrijft dat gemiddeld 10 procent van de mbo-studenten hiermee geld<br />

verdient. Mannen blijken vaker extra geld bij te verdienen dan vrouwen, en hiermee ook<br />

maandelijks meer te verdienen. Ook de BBL’ers verdienen meer met andere activiteiten<br />

dan de BOL’ers. Hetzelfde geldt voor de uitwonende studenten. Zij verdienen meer dan<br />

de thuiswonende studenten, maar hebben wel m<strong>in</strong>der vaak <strong>in</strong>komsten uit andere<br />

activiteiten. Over de leeftijdscategorieën kan we<strong>in</strong>ig worden gezegd, aangezien <strong>het</strong><br />

aantal studenten dat extra <strong>in</strong>komsten heeft <strong>in</strong> de categorie 22 t/m 25 jaar en 26 jaar of<br />

ouder te kle<strong>in</strong> is.<br />

15 / Onderzoek mbo-studenten


Tabel 10: Percentage mbo-studenten met extra <strong>in</strong>komsten en gemiddelde <strong>in</strong>komsten per maand<br />

(exclusief 0)<br />

Aantal<br />

%<br />

Gemiddeld<br />

€<br />

Geslacht man 13 264<br />

vrouw 8 90<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 11 189<br />

18 t/m 21 jaar 11 171<br />

22 t/m 25 jaar 7 --<br />

26 jaar of ouder 5 --<br />

Leerweg BBL 9 311<br />

BOL 11 159<br />

Woonsituatie thuiswonend 11 171<br />

uitwonend 7 345<br />

Totaal 10 201<br />

2.1.5 Toeslagen, uitker<strong>in</strong>g en bijdrage partner<br />

Slechts een beperkt aantal mbo-studenten geeft aan een uitker<strong>in</strong>g of geld van de<br />

partner te krijgen. Van de studenten krijgt 2,2 procent (N=53) een uitker<strong>in</strong>g van<br />

gemiddeld 693 euro per maand. Slechts 1,5 procent (N=36) krijgt een gemiddelde<br />

bijdrage van 579 euro per maand van zijn of haar partner. Aangezien <strong>het</strong> aantal<br />

studenten vrij laag is, moeten de gemiddelden met zorg worden geïnterpreteerd.<br />

Uit eerdere <strong>onderzoek</strong>en van <strong>het</strong> <strong>Nibud</strong> onder jongeren en studenten blijkt dat deze<br />

doelgroep vaak geld laat liggen. Daarom is ook de mbo-studenten gevraagd of zij al dan<br />

niet zorg- of huurtoeslag krijgen. Om <strong>het</strong> aantal mbo-studenten met een zorgtoeslag te<br />

kunnen bepalen, is gekeken <strong>naar</strong> de groep die hierop <strong>in</strong> pr<strong>in</strong>cipe recht zou kunnen<br />

hebben. Dat zijn de studenten van 18 jaar en ouder, met een <strong>in</strong>komen tot maximaal<br />

36.022 euro per jaar (netto per maand ongeveer 2.000 euro). Dit is een schatt<strong>in</strong>g,<br />

aangezien niet bekend is of ze al dan niet samenwonen met een partner (de<br />

<strong>in</strong>komensgrens verschuift dan <strong>naar</strong> 54.264 euro), en of ze al hun <strong>in</strong>komsten hebben<br />

opgegeven die ze met een (bij)baan, stage of werkplek verdienen.<br />

Tabel 11: Percentage mbo’ers met zorg- en huurtoeslag van de rechthebbenden<br />

Aantal<br />

%<br />

Zorgtoeslag 40<br />

Huurtoeslag 4<br />

Onderzoek mbo-studenten / 16


2.2 Verdiensten met werkplek/stage<br />

2.2.1 Studenten BBL<br />

Studenten die richt<strong>in</strong>g BBL volgen, verdienen geld met een stage of werkplek via de<br />

opleid<strong>in</strong>g. Gemiddeld verdienen ze hiermee 939 euro per maand. Er is geen verschil <strong>in</strong><br />

maandelijkse verdiensten tussen mannen en vrouwen; wel verdienen de oudere<br />

BBL’ers meer dan de jongere. En er is een verschil tussen de thuis- en uitwonende,<br />

vaak oudere, studenten.<br />

Tabel 12: Gemiddelde verdiensten stage/werkplek van studenten BBL per maand (exclusief 0)<br />

Gemiddeld<br />

€<br />

Geslacht man 935<br />

vrouw 944<br />

Woonsituatie thuiswonend 819<br />

uitwonend 1078<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 528<br />

18 t/m 21 jaar 797<br />

22 t/m 25 jaar 1186<br />

26 jaar en ouder 1103<br />

Totaal 939<br />

In 2005 verdienden de studenten BBL met hun stage of werkplek gemiddeld 730 euro<br />

per maand. Dit is een toename van 2005 tot 2010 van gemiddeld 5,2 procent per jaar.<br />

Deze toename is ook bij de leeftijdscategorieën te zien.<br />

<strong>Een</strong> deel van de BBL’ers (14 procent) heeft naast de stage/werkplek via de opleid<strong>in</strong>g<br />

ook een bijbaan. Met deze bijbaan verdienen ze gemiddeld 294 euro per maand. In<br />

2005 verdienden de studenten BBL met hun bijbaan naast de werkplek/stage gemiddeld<br />

230 euro. De toename is voor de bijbaan gemiddeld 5 procent per jaar. <strong>Een</strong> iets m<strong>in</strong>der<br />

grote toename dan bij de stage/werkplek.<br />

Uit tabel 13 blijkt dat de voornaamste reden van de student BBL om een bijbaan te<br />

hebben is om extra d<strong>in</strong>gen te kunnen doen (43 procent). Ruim een kwart v<strong>in</strong>dt <strong>het</strong> leuk<br />

om te werken (27 procent). Bij ‘anders’ wordt vooral een comb<strong>in</strong>atie van de<br />

antwoordcategorieën gegeven, met daarnaast sparen, rijlessen, reiskosten of auto. In<br />

2005 was deze reden ook de meest genoemde, daar<strong>in</strong> is de afgelopen jaren dus niets<br />

veranderd.<br />

Ten slotte blijkt er geen relatie te bestaan tussen de totale <strong>in</strong>komsten uit een bijbaan en<br />

die van een stage/werkplek, en de reden waarom studenten een bijbaan hebben naast<br />

de werkplek.<br />

17 / Onderzoek mbo-studenten


Tabel 13: ‘Waarom heb je naast je stage/werkplek nog een bijbaan’ <strong>naar</strong> de totale <strong>in</strong>komsten uit<br />

een bijbaan en stage/werkplek per maand (uitsluitend studenten BBL, exclusief 0)<br />

Aantal<br />

%<br />

Som bijbaan<br />

+ werkstage<br />

€<br />

Extra d<strong>in</strong>gen te kunnen doen (zoals uitgaan, vakantie, sparen) 43 828<br />

Leuk om te werken 27 948<br />

Levensonderhoud te betalen 18 1075<br />

Werkervar<strong>in</strong>g op te doen 3 898<br />

Opleid<strong>in</strong>g te betalen 2 245<br />

Anders 7 805<br />

Totaal 100 895<br />

Wanneer de <strong>in</strong>komsten van de studenten BBL die naast de werkplek ook een bijbaan<br />

hebben, worden opgeteld, is dit bedrag niet hoger dan van de studenten zonder<br />

bijbaan. Dat blijkt uit tabel 14.<br />

Tabel 14: Inkomsten uit bijbaan en stage/werkplek van studenten BBL<br />

Bedrag<br />

€<br />

Inkomsten als werkplek + bijbaan Totaal 895<br />

- Bijbaan 294<br />

- Werkplek 601<br />

Inkomsten als alleen werkplek Totaal 994<br />

2.2.2 BOL-studenten<br />

Van alle studenten aan een opleid<strong>in</strong>g BOL heeft 38 procent (N=618) een betaalde<br />

stage/werkplek via de opleid<strong>in</strong>g. Met deze stage verdienen zij gemiddeld 217 euro per<br />

maand. Dat is veel m<strong>in</strong>der dan wat de studenten BBL met hun stage/werkplek<br />

verdienen (939 euro). Het verschil komt waarschijnlijk doordat studenten BOL een<br />

algemene stagevergoed<strong>in</strong>g krijgen en niet per uur worden betaald. Uit tabel 15 blijkt dat<br />

van de studenten BOL de mannen en uitwonende studenten gemiddeld meer verdienen<br />

dan de vrouwen en thuiswonende studenten.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 18


Tabel 15: Gemiddelde verdiensten stage/werkplek per maand van studenten BOL (exclusief 0)<br />

Gemiddeld<br />

€<br />

Geslacht man 254<br />

vrouw 185<br />

Woonsituatie thuiswonend 198<br />

uitwonend 312<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 182<br />

18 t/m 21 jaar 205<br />

22 t/m 25 jaar 248<br />

26 jaar en ouder --<br />

Totaal 217<br />

Van de studenten BOL die stage lopen (38 procent), heeft daarnaast 62 procent ook<br />

nog een bijbaan. Dat is een hoger percentage dan de BBL’ers, 14 procent heeft naast<br />

de werkplek een bijbaan. De stage/werkplek kost een BBL’er natuurlijk ook meer tijd<br />

waardoor er m<strong>in</strong>der overblijft voor de bijbaan.<br />

Met deze bijbaan verdienen de studenten BOL (dus zij die naast de werkplek ook een<br />

bijbaan hebben) gemiddeld 216 euro. Dat is iets m<strong>in</strong>der dan de studenten BBL, zij<br />

verdienen naast de werkplek gemiddeld 294 euro per maand.<br />

Ook de studenten BOL geven aan een bijbaan te hebben om extra d<strong>in</strong>gen te kunnen<br />

doen. Met 55 procent ligt dit aantal wel hoger dan bij de studenten BBL (43 procent).<br />

Net als bij de BBL’ers is er geen relatie tussen de reden van een bijbaan en de totale<br />

<strong>in</strong>komsten die ze daarmee verdienen.<br />

Tabel 16: ‘Waarom heb je naast je stage/werkplek nog een bijbaan’ <strong>naar</strong> de totale <strong>in</strong>komsten uit<br />

een bijbaan en stage/werkplek per maand (uitsluitend studenten BOL, exclusief 0).<br />

Aantal<br />

%<br />

Som bijbaan<br />

+ werkstage<br />

€<br />

Extra d<strong>in</strong>gen te kunnen doen (zoals uitgaan, vakantie, sparen) 55 378<br />

Leuk om te werken 12 471<br />

Levensonderhoud te betalen 14 362<br />

Werkervar<strong>in</strong>g op te doen 5 370<br />

Opleid<strong>in</strong>g te betalen 5 336<br />

Anders 10 427<br />

Totaal 100 385<br />

19 / Onderzoek mbo-studenten


Als studenten BOL een bijbaan hebben, verdienen ze <strong>in</strong> totaal (dus de <strong>in</strong>komsten uit de<br />

bijbaan en werkplek bij elkaar opgeteld) meer dan met alleen een werkplek, namelijk<br />

385 tegenover 288 euro. Bij studenten BBL is dat niet <strong>het</strong> geval.<br />

Tabel 17: Inkomsten uit bijbaan en stage/werkplek van studenten BOL (exclusief 0)<br />

Bedrag<br />

€<br />

Inkomsten als werkplek + bijbaan Totaal 385<br />

- Bijbaan 216<br />

- Werkplek 173<br />

Inkomsten als alleen werkplek Totaal 288<br />

2.3 Belast<strong>in</strong>gaangifte<br />

Uit <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> blijkt dat 82 procent van alle mbo-studenten belast<strong>in</strong>gaangifte kan<br />

doen, omdat zij <strong>in</strong>komsten hebben uit een stage, een werkplek of een bijbaan. Daarvan<br />

geeft 72 procent aan de aangifte te hebben <strong>in</strong>gevuld. 28 procent wist niet dat ze<br />

eventueel te veel betaalde belast<strong>in</strong>g terug kan vragen. Kijkend <strong>naar</strong> verschillende<br />

achtergrondkenmerken blijken studenten BOL m<strong>in</strong>der goed te weten waarop ze recht<br />

hebben dan studenten van de opleid<strong>in</strong>g BBL. Ook de jongere leeftijdscategorieën zijn<br />

hiervan m<strong>in</strong>der goed op de hoogte.<br />

Tabel 18: ‘Heb je afgelopen jaar belast<strong>in</strong>gaangifte gedaan’<br />

Ja, ik heb de aangifte <strong>in</strong>gevuld en<br />

opgestuurd<br />

BBL<br />

%<br />

BOL<br />

%<br />

Totaal<br />

%<br />

74 54 61<br />

Nee, ik wist niet dat dit kon 18 34 28<br />

Ja, ik heb de aangifte <strong>in</strong>gevuld maar niet<br />

opgestuurd (kreeg niets terug)<br />

8 13 11<br />

2.4 Inkomsten opgeteld<br />

In <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> is gevraagd <strong>naar</strong> de <strong>in</strong>komsten van ouders, de <strong>in</strong>komsten van een<br />

stage/werkplek, die van een bijbaan, <strong>in</strong>komsten door extra activiteiten en de <strong>in</strong>komsten<br />

via uitker<strong>in</strong>g of partner. Welke <strong>in</strong>komsten de studenten daar werkelijk via de<br />

studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g nog bij krijgen (aanvullende beurs en/of len<strong>in</strong>g) heeft dit <strong>onderzoek</strong><br />

niet achterhaald. Bij de len<strong>in</strong>g is dit ook vaak geen vast bedrag per maand. Ook de<br />

toeslagen die studenten ontvangen via de Belast<strong>in</strong>gdienst zijn niet apart uitgevraagd.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 20


De hoogte van de basisbeurs kan wel worden afgeleid uit de woonsituatie. De<br />

thuiswonende student krijgt 75 euro per maand en de uitwonende 246 euro. Bij de mbostudenten<br />

die studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g ontvangen, is dit bedrag bij de overige bekende<br />

<strong>in</strong>komsten opgeteld. Tabel 19 geeft de uit <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> bekende <strong>in</strong>komsten weer,<br />

<strong>in</strong>clusief de basisbeurs. Dit totaal is een ondergrens, <strong>het</strong> is waarschijnlijk dus wat hoger.<br />

Tabel 19: Inkomsten totaal <strong>in</strong>clusief basisbeurs (<strong>in</strong>clusief 0)<br />

Bedrag<br />

€<br />

Geslacht man 574<br />

vrouw 499<br />

Woonsituatie thuiswonend 442<br />

uitwonend 845<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 322<br />

18 t/m 21 jaar 466<br />

22 t/m 25 jaar 757<br />

26 jaar en ouder 1.074<br />

Leerweg BBL 881<br />

BOL 387<br />

Totaal 538<br />

In 2005 waren de totale <strong>in</strong>komsten van de studenten BBL 776 euro. In 2010 is dat voor<br />

de studenten BBL 881 euro. Dit is een toename van 2,7 procent gemiddeld per jaar.<br />

21 / Onderzoek mbo-studenten


3 Uitgaven & verantwoordelijkheid<br />

3.1 Woonlasten, boodschappen en kostgeld<br />

3.1.1 Thuiswonende studenten<br />

Van de thuiswonende studenten betaalt 88 procent geen kostgeld aan zijn of haar<br />

ouders. De studenten die wel kostgeld betalen (12 procent), dragen gemiddeld 135 euro<br />

per maand bij. Mannen betalen vaker kostgeld dan vrouwen en ook betalen de<br />

studenten BBL vaker kostgeld aan hun ouders dan de BOL’ers.<br />

Tabel 20: Percentage thuiswonende mbo-studenten dat kostgeld betaalt<br />

Aantal<br />

%<br />

Geslacht man 15<br />

vrouw 7<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 4<br />

18 t/m 21 jaar 12<br />

22 t/m 25 jaar 31<br />

Leerweg BBL 30<br />

BOL 7<br />

Totaal 12<br />

Aan de thuiswonende studenten is ook gevraagd wat ze ervan v<strong>in</strong>den dat ze kostgeld<br />

moeten betalen. De meesten geven aan dat ze <strong>het</strong> goed v<strong>in</strong>den dat hun ouders daarom<br />

vragen.<br />

Tabel 21: ‘Wat v<strong>in</strong>d je ervan dat je kostgeld moet betalen’<br />

Aantal<br />

%<br />

Goed dat mijn ouders daarom vragen 69<br />

Vreemd, niemand anders hoeft dat te betalen 6<br />

Slecht, ik heb <strong>het</strong> geld zelf echt nodig 7<br />

Geen men<strong>in</strong>g 18<br />

Thuiswonende mbo-studenten betalen vaak veel zelf. Ouders dragen <strong>het</strong> meeste bij aan<br />

kled<strong>in</strong>g/schoenen en studieboeken en -spullen. De hoogste bijdrage is voor<br />

studiespullen en boeken, en voor vakantie.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 22


Tabel 22: Percentage ouders dat meebetaalt en gemiddeld bedrag per maand (exclusief 0).<br />

Nee Gedeelte Alles<br />

% % € % €<br />

Snoep, snacks en dr<strong>in</strong>ken 82 13 16 5 34<br />

Kled<strong>in</strong>g en schoenen 50 30 38 20 62<br />

Contributies 67 6 21 27 36<br />

Abonnementen 82 2 13 16 13<br />

Studiespullen en studieboeken 45 13 86 42 152<br />

Vakantie 64 18 107 18 281<br />

Uitgaan 93 5 24 2 19<br />

Recreatie, dagje uit 77 17 17 6 23<br />

3.1.2 Uitwonende studenten<br />

Aan de uitwonende studenten is gevraagd hoeveel ze per maand van hun eigen geld<br />

betalen aan woonlasten. Onder woonlasten worden de kosten van huur/hypotheek,<br />

energie, <strong>in</strong>ternet/kabel en boodschappen verstaan. Uitwonende mbo-studenten geven<br />

hieraan gemiddeld 656 euro per maand uit.<br />

Tabel 23: Uitgaven aan woonlasten en boodschappen, van uitwonende studenten per maand<br />

Bedrag<br />

€<br />

Geslacht man 697<br />

vrouw 627<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 395<br />

18 t/m 21 jaar 376<br />

22 t/m 25 jaar 592<br />

26 jaar en ouder 875<br />

Leerweg BBL 827<br />

BOL 433<br />

Totaal 656<br />

Van de uitwonende mbo-studenten geeft 12 procent aan dat de ouders ook een deel<br />

van bovengenoemde kosten betalen. Het gemiddelde bedrag dat de ouders dan per<br />

maand bijdragen voor alle posten samen is 135 euro.<br />

In tabel 24 is te zien waaraan de mbo-student gemiddeld geld uitgeeft. Naast de<br />

woonkosten voor uitwonende studenten, is de hoogste uitgavenpost voor alle mbo-<br />

23 / Onderzoek mbo-studenten


studenten (ook die geen geld uitgeven aan die post = <strong>in</strong>clusief 0) die van vrije tijd,<br />

gemiddeld bijna 1.500 euro per jaar. Daarna komen <strong>in</strong> de top 5 de kosten voor de<br />

studie, <strong>het</strong> uiterlijk (kled<strong>in</strong>g, cosmetica en dergelijke) en de zorgverzeker<strong>in</strong>g.<br />

Wordt gekeken <strong>naar</strong> de kosten die een student maakt als hij de uitgaven heeft<br />

(exclusief 0), dan is <strong>het</strong> beeld iets anders (tabel 25). Voor de thuiswonende student zijn<br />

dan de studiekosten duidelijkst <strong>het</strong> hoogst, naast <strong>het</strong> kostgeldbedrag. Op de derde<br />

plaats komen pas de uitgaven aan vrije tijd.<br />

In tabel 26 en 27 staat per categorie deze top 5 vermeld. Uit tabel 27 (zonder<br />

woonkosten) blijken voor de thuiswonende studenten de uitgaven aan<br />

kled<strong>in</strong>g/schoenen, vakantie en stappen <strong>het</strong> hoogst te zijn. Bij de studenten BOL staan<br />

daarnaast de kosten voor de mobiele telefoon hoger <strong>in</strong> de ranglijst dan bij de studenten<br />

BBL.<br />

De totale uitgaven zijn hoger dan de berekende <strong>in</strong>komsten op basis van de gegevens<br />

die we van de mbo-studenten hebben gekregen. Dit betekent dat ze de extra <strong>in</strong>komsten<br />

zoals zorgtoeslag, de aanvullende basisbeurs en de studentenlen<strong>in</strong>g hard nodig hebben<br />

om hun begrot<strong>in</strong>g sluitend te krijgen. <strong>Een</strong> aantal studenten zal <strong>in</strong>teren op spaargeld, al<br />

heeft deze groep zeer waarschijnlijk nog we<strong>in</strong>ig spaargeld opgebouwd. Daarnaast zal<br />

een deel van de studenten te maken hebben met betal<strong>in</strong>gsachterstanden, consumptieve<br />

kredieten of doorlopende kredieten.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 24


Tabel 24: Tabel uitgaven (<strong>in</strong>clusief 0)<br />

Gemiddeld Geslacht Leeftijd Leerweg Woonsituatie<br />

man vrouw 16/17 18/21 22/25 >26 BOL BBL thuis uit<br />

€ € € € € € € € € € €<br />

Woonkosten/boodschappen 147 125 170 7 42 309 771 61 344 n.v.t. 618<br />

Kostgeld 12 18 6 5 14 25 5 7 23 15 n.v.t.<br />

Eten en dr<strong>in</strong>ken (buitenshuis) 39 50 27 33 39 39 47 32 54 37 44<br />

Uiterlijk 59 53 66 47 60 65 72 53 74 57 67<br />

Vrije tijd 123 145 100 92 123 160 144 103 171 119 136<br />

Vervoer 55 65 44 33 47 78 123 32 107 45 86<br />

Studie 112 90 135 25 141 167 70 137 54 107 130<br />

Rest<br />

- mobiele telefoon 23 23 22 15 24 28 24 21 27 21 28<br />

- goede doelen 2 2 3


Tabel 25: Tabel uitgaven (exclusief 0)<br />

Woonkosten/<br />

boodschappen<br />

Aantal Gemiddeld Geslacht Leeftijd Leerweg Woonsituatie<br />

man vrouw 16/17 18/21 22/25 >26 BOL BBL thuis uit<br />

% € € € € € € € € € € €<br />

22 656 697 627 -- 376 592 874 433 827 n.v.t. 656<br />

Kostgeld 12 135 142 120 107 128 178 168 129 140 135 n.v.t.<br />

Eten en dr<strong>in</strong>ken 81 44 56 31 38 44 44 54 37 60 43 49<br />

Uiterlijk 80 68 66 70 63 68 69 78 62 82 67 72<br />

Vrije tijd 88 130 154 106 100 129 170 157 108 183 125 147<br />

Vervoer 56 91 105 75 61 85 99 140 63 130 82 113<br />

Studie 53 196 170 219 87 224 228 106 233 101 200 188<br />

Rest<br />

- mobiele telefoon 80 26 27 25 20 27 31 26 25 30 25 31<br />

- goede doelen 21 11 11 10 7 11 13 10 9 12 10 12<br />

- zorgverzeker<strong>in</strong>g 51 103 100 106 85 96 112 124 97 112 97 115<br />

- andere<br />

verzeker<strong>in</strong>gen<br />

- niet genoemde<br />

uitgaven<br />

17 29 28 30 22 27 23 35 21 35 28 30<br />

13 54 48 61 58 49 56 66 49 65 50 63<br />

Onderzoek mbo-studenten / 26


Tabel 26: ‘Top 5 uitgaven’ op basis van alle bedragen (<strong>in</strong>clusief 0)<br />

Top Algemeen Mannen Vrouwen 16-17 18-21 22-25 >26 BOL BBL Thuis Uitwonend<br />

1 wonen vrije tijd wonen vrije tijd studie wonen wonen studie wonen vrije tijd wonen<br />

2 vrije tijd wonen studie uiterlijk vrije tijd studie vrije tijd vrije tijd vrije tijd studie vrije tijd<br />

3 studie studie vrije tijd vervoer uiterlijk vrije tijd vervoer wonen vervoer uiterlijk studie<br />

4 uiterlijk vervoer uiterlijk eten/dr<strong>in</strong>ken zorgvz. zorgvz. zorgvz. uiterlijk zorgvz. vervoer zorgvz.<br />

5 zorgvz. zorgvz. zorgvz. studie vervoer vervoer uiterlijk zorgvz. uiterlijk zorgvz. vervoer<br />

Tabel 27: ‘Top 5 uitgaven’ zonder vaste lasten op basis van bedragen (<strong>in</strong>clusief 0)<br />

Top Algemeen Mannen Vrouwen 16-17 18-21 22-25 >26 BOL BBL Thuis Uitwonend<br />

1 kled<strong>in</strong>g en<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

vakantie<br />

brommer,<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

brommer,<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

brommer,<br />

schoenen<br />

schoenen<br />

schoenen<br />

schoenen<br />

schoenen<br />

scooter, auto<br />

schoenen<br />

scooter, auto<br />

schoenen<br />

scooter, auto<br />

(€41)<br />

(€39)<br />

(€42)<br />

(€34)<br />

(€42)<br />

(€56)<br />

(€78)<br />

(€36)<br />

(€68)<br />

(€40)<br />

(€54)<br />

2 brommer,<br />

brommer,<br />

vakantie<br />

vakantie<br />

stappen<br />

brommer,<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

vakantie<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

vakantie<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

scooter, auto<br />

scooter, auto<br />

scooter, auto<br />

schoenen<br />

schoenen<br />

schoenen<br />

(€32)<br />

(€39)<br />

(€26)<br />

(€23)<br />

(€29)<br />

(€48)<br />

(€47)<br />

(€23)<br />

(€51)<br />

(€28)<br />

(€42)<br />

3 vakantie<br />

stappen<br />

brommer,<br />

stappen<br />

vakantie<br />

kled<strong>in</strong>g en<br />

vakantie<br />

mobiele<br />

vakantie<br />

stappen<br />

vakantie<br />

scooter, auto<br />

schoenen<br />

telefoon<br />

(€31)<br />

(€36)<br />

(€23)<br />

(€21)<br />

(€28)<br />

(€39)<br />

(€36)<br />

(€21)<br />

(€49)<br />

(€28)<br />

(€42)<br />

4 stappen<br />

vakantie<br />

mobiele<br />

ov<br />

brommer,<br />

mobiele<br />

mobiele<br />

stappen<br />

stappen<br />

brommer,<br />

mobiele<br />

telefoon<br />

scooter, auto<br />

telefoon<br />

telefoon<br />

scooter, auto<br />

telefoon<br />

(€26)<br />

(€35)<br />

(€22)<br />

(€21)<br />

(€28)<br />

(€28)<br />

(€24)<br />

(€21)<br />

(€37)<br />

(€25)<br />

(€28)<br />

5 mobiele<br />

alcoholische<br />

stappen<br />

alcoholische<br />

mobiele<br />

stappen<br />

roken<br />

brommer,<br />

mobiele<br />

mobiele<br />

roken<br />

telefoon<br />

dranken<br />

dranken<br />

telefoon<br />

scooter, auto<br />

telefoon<br />

telefoon<br />

(€23)<br />

(€25)<br />

(€15)<br />

(€16)<br />

(€24)<br />

(€24)<br />

(€16)<br />

(€16)<br />

(€27)<br />

(€21)<br />

(€19)<br />

27 / Onderzoek mbo-studenten


3.2 Mobiele telefoon<br />

In de vorige paragraaf is <strong>in</strong>gegaan op de verschillende uitgaven van mbo-studenten.<br />

Vaak wordt kosten aan de mobiele telefoon als veroorzaker gezien van f<strong>in</strong>anciële<br />

problemen of schulden, vandaar dat <strong>het</strong> <strong>in</strong>teressant is om wat uitgebreider te kijken<br />

<strong>naar</strong> deze kosten. Studenten met een mobiele telefoon geven hieraan gemiddeld 26<br />

euro per maand uit. Bijna de helft van de studenten heeft een abonnement <strong>in</strong>clusief een<br />

mobiele telefoon. Daarnaast heeft ruim een derde (36 procent) een prepaid. Vaak zijn<br />

dit de jongere studenten. Sim only abonnementen zijn populairder onder de oudere<br />

studenten. Het percentage studenten met een abonnement <strong>in</strong>clusief mobiel blijft met de<br />

leeftijd stabiel.<br />

Tabel 28: Heb je een mobiele telefoon<br />

16 t/m 17<br />

%<br />

18 t/m 21<br />

%<br />

22 t/m 25<br />

%<br />

>26<br />

%<br />

Totaal<br />

%<br />

Ja, ik heb een prepaid 56 34 20 21 36<br />

Ja, ik heb een sim only<br />

abonnement<br />

Ja, ik heb een abonnement<br />

<strong>in</strong>clusief mobiel<br />

9 15 22 23 15<br />

34 51 56 55 48<br />

Nee 2


Tabel 30: ‘Wie betaalt de kosten van je mobiele telefoon’ <strong>naar</strong> leeftijd<br />

16 - 17 jr<br />

%<br />

18 - 21 jr<br />

%<br />

22 - 25 jr<br />

%<br />

>26 jr<br />

%<br />

Aantal<br />

%<br />

Ikzelf 61 85 99 100 83<br />

Ik, maar soms betalen<br />

mijn ouders mee<br />

Ik een deel, en mijn<br />

ouders een deel<br />

7 3 1 0 3<br />

6 2 0 0 2<br />

Mijn ouders 26 10


Tabel 32: Bijdrage reiskosten van BOL-studenten<br />

Totaal<br />

%<br />

Ik heb een ov-studentenkaart 63<br />

Ikzelf 12<br />

Ik heb geen reiskosten, ik woon vlakbij school 11<br />

Mijn ouders 10<br />

Mijn ouders en ik delen de kosten 4<br />

Aan de studenten BBL is apart gevraagd wat hun studiegebonden uitgaven zijn en welk<br />

deel daarvan door de ouders wordt betaald. Aan de reiskosten wordt vaak bijgedragen.<br />

BBL-studenten hebben geen recht hebben op studief<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g en daarmee ook niet<br />

op een ov-studentenkaart.<br />

Voor de studenten BBL geldt, <strong>in</strong> tegenstell<strong>in</strong>g tot de BOL’ers, dat ook de werkgever<br />

bijdraagt <strong>in</strong> de kosten. Dit geldt vooral voor <strong>het</strong> lesgeld. Ook <strong>het</strong> studiemateriaal en de<br />

reiskosten van en <strong>naar</strong> de werkplek wordt bij zo’n derde deel van de studenten betaald<br />

door de werkgever.<br />

Tabel 33: Percentage bijdrage ouders, werkgever aan studiekosten van BBL-studenten<br />

Ik betaal<br />

alles zelf<br />

%<br />

Ik en mijn<br />

ouders<br />

%<br />

Ouders<br />

betalen<br />

%<br />

Werkgever<br />

betaalt<br />

%<br />

Lesgeld 30 4 17 47 1<br />

Studiematerialen 45 7 13 34 1<br />

Reiskosten <strong>naar</strong> stage 55 3 3 31 8<br />

Verzeker<strong>in</strong>gen 71 8 13 5 3<br />

*: Nvt = hier geef ik geen geld aan uit.<br />

N.v.t.*<br />

%<br />

Onderzoek mbo-studenten / 30


4 Sparen & schulden<br />

4.1 Sparen<br />

Van alle mbo-studenten spaart 83 procent zelf en van 5 procent spaart alleen de<br />

(grout)ouders of anderen. Twaalf procent spaart dus niet. De meeste mbo’ers sparen op<br />

een spaarreken<strong>in</strong>g. Er is geen significant verschil <strong>naar</strong> geslacht, type opleid<strong>in</strong>g of<br />

leeftijd. Wel is er een verschil tussen uitwonende en thuiswonende studenten. Van de<br />

thuiswonende studenten spaart 87 procent zelf, van de uitwonende studenten is dit 73<br />

procent.<br />

Van één op de vijf studenten sparen de ouders voor hen. Ouders van studenten BOL<br />

sparen vaker voor hun k<strong>in</strong>deren (24 procent) dan ouders van BBL’ers (10 procent).<br />

Oudere studenten sparen duidelijk m<strong>in</strong>der vaak, zowel zelf als de ouders voor hen.<br />

Bijna één op de vijf studenten van 22 jaar heeft helemaal niets met sparen, terwijl dit bij<br />

de 16-/17-jarigen maar 6 procent is.<br />

Het percentage studenten dat niet spaart, is hoger dan <strong>in</strong> 2005. Toen gaf 9 procent aan<br />

zowel zelf niet te sparen als dat een ander niet voor hen spaart.<br />

Tabel 34: Spaar je zelf of wordt er voor je gespaard Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

Ik spaar op een spaarreken<strong>in</strong>g 70<br />

Ik spaar op een betaalreken<strong>in</strong>g 21<br />

Ik spaar thuis (<strong>in</strong> een spaarpot en dergelijke) 20<br />

Mijn ouders sparen voor mij 19<br />

Anderen (bijvoorbeeld grootouders) sparen voor mij 6<br />

Ik beleg 4<br />

Ik spaar niet en anderen sparen ook niet voor mij 12<br />

Tabel 35 laat zien waarvoor mbo-studenten sparen. Op deze vraag konden ze<br />

meerdere antwoorden geven. De antwoorden zijn divers, 44 procent geeft aan <strong>het</strong> voor<br />

de <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g of toekomstige won<strong>in</strong>g te willen gebruiken.<br />

31 / Onderzoek mbo-studenten


Tabel 35: Waarvoor spaar je Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

Om iets achter de hand te hebben 66<br />

Voor een speciaal doel 58<br />

Voor <strong>in</strong>richt<strong>in</strong>g/kopen won<strong>in</strong>g 44<br />

Geen vaste reden, maar ik houd gewoon geld over 22<br />

Voor mijn studie 21<br />

Omdat <strong>het</strong> moet van mijn ouders 7<br />

Om later <strong>het</strong> bedrijf van mijn ouders te kunnen overnemen 1<br />

Andere reden, namelijk 7<br />

Gemiddeld sparen studenten die zelf sparen 139 euro per maand. De studenten die niet<br />

sparen zijn niet meegenomen (exclusief 0). De mediaan geeft een realistischer beeld<br />

van de bedragen die mbo-studenten sparen, omdat hoge spaarbedragen <strong>het</strong><br />

gemiddelde kunnen vertekenen. Het mediane spaarbedrag bedraagt 100 euro per<br />

maand. Van alle studenten spaart de helft m<strong>in</strong>der dan 100 euro per maand; de andere<br />

helft spaart meer dan 100 euro.<br />

Mannen sparen gemiddeld per maand meer dan vrouwen (164 euro tegenover 113<br />

euro). De studenten die de leerweg BOL volgen, sparen gemiddeld 97 euro per maand<br />

(exclusief 0). De BBL’ers sparen significant meer, namelijk 243 euro per maand. Van de<br />

BOL’ers spaart 85 procent, bij de BBL’ers is dit maar 49 procent.<br />

Tabel 36: Percentage studenten dat spaart en gemiddeld bedrag per maand (exclusief 0)<br />

Aantal<br />

%<br />

Bedrag<br />

€<br />

Geslacht man 84 164<br />

vrouw 83 113<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 86 102<br />

18 t/m 21 jaar 86 138<br />

22 t/m 25 jaar 73 218<br />

26 jaar of ouder 70 152<br />

Leerweg BBL 49 243<br />

BOL 85 67<br />

Woonsituatie thuiswonend 88 137<br />

uitwonend 71 143<br />

Totaal 84 139<br />

Onderzoek mbo-studenten / 32


Aan de studenten is gevraagd hoeveel ze op dit moment <strong>in</strong> totaal bij elk aar hebben<br />

gespaard. In tabel 37 zijn de bedragen weergegeven <strong>naar</strong> de verschillende categorieën.<br />

Het gemiddelde bedrag van alle studenten die een bedrag hebben gespaard , is 3.355<br />

euro. Ook hier geldt een andere mediaan, te weten 1.200 euro. Dit heeft te maken met<br />

de grote bedragen die door enkelen is gespaard.<br />

Tabel 37: Totaal gespaard bedrag (exclusief 0)<br />

Bedrag<br />

€<br />

Geslacht man 4.311<br />

vrouw 2.352<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 2.367<br />

18 t/m 21 jaar 3.190<br />

22 t/m 25 jaar 6.593<br />

26 jaar of ouder 3.605<br />

Leerweg BBL 5.284<br />

BOL 2.590<br />

Woonsituatie thuiswonend 3.160<br />

uitwonend 4.165<br />

Totaal 3.355<br />

4.2 F<strong>in</strong>anciële situatie<br />

Aan de studenten is gevraagd hoe ze zelf v<strong>in</strong>den dat ze er f<strong>in</strong>ancieel voorstaan. De<br />

antwoorden staan <strong>in</strong> tabel 39. Bijna één op de vijf studenten geeft aan dat <strong>het</strong> f<strong>in</strong>ancieel<br />

niet zo goed of zelfs slecht gaat! Bij de uitwonende studenten is dit zelfs één op de vier<br />

studenten. Daarnaast geven mannen vaker aan dat ze goed kunnen rondkomen met<br />

hun geld (52 procent), bij vrouwen is dit ruim 10 procent m<strong>in</strong>der.<br />

Tabel 38: Hoe kun je jouw f<strong>in</strong>anciële situatie dit schooljaar <strong>het</strong> beste omschrijven<br />

Totaal<br />

%<br />

Thuiswonend<br />

%<br />

Uitwonend<br />

%<br />

Goed, geen f<strong>in</strong>anciële problemen 47 51 32<br />

Redelijk, kan net rondkomen 36 34 41<br />

Niet zo goed, moet kle<strong>in</strong>e bedragen<br />

lenen<br />

10 9 14<br />

Slecht, vaak geld tekort 8 6 13<br />

33 / Onderzoek mbo-studenten


Ondanks dat 47 procent van de studenten aangeeft dat ze dit schooljaar goed kunnen<br />

rondkomen, zegt 63 procent wel eens geld tekort te komen. Dit is te zien <strong>in</strong> de volgende<br />

tabel. Ook dit komt vaker voor bij uitwonende studenten. Van de vrouwen komt 68<br />

procent wel eens geld tekort, bij de mannen is dit lager: 57 procent.<br />

Tabel 39: Kom je wel eens geld tekort<br />

Totaal<br />

%<br />

Thuiswonend<br />

%<br />

Uitwonend<br />

%<br />

Nooit 37 41 26<br />

Soms 49 47 54<br />

Regelmatig 14 12 20<br />

Dat studenten regelmatig geld tekort komen, betekent niet automatisch dat ze ook niet<br />

sparen. Van de jongeren die regelmatig geld tekort komen, spaart toch nog 53 procent.<br />

Bij de jongeren die nooit geld tekort komen, is dit percentage wel veel hoger, namelijk<br />

96 procent.<br />

Vervolgens is aan degenen die soms of regelmatig geld tekort hebben, gevraagd wat ze<br />

dan doen (zie tabel 40). Meer dan de helft geeft aan dat ze dan niets doen. 38 procent<br />

leent echter geld van hun ouders. Er is een duidelijk verschil tussen thuiswonende en<br />

uitwonende studenten. Thuiswonende studenten lenen vaker geld van hun ouders (42<br />

procent tegenover 28 procent van de uitwonenden), maar ze halen m<strong>in</strong>der vaak geld<br />

van hun spaarreken<strong>in</strong>g als ze geld tekort komen.<br />

Tabel 40: Als je geld tekort komt, wat doe je dan Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

Ik doe niets, want op=op 52<br />

Ik leen geld van mijn ouders 38<br />

Ik gebruik geld van mijn spaarreken<strong>in</strong>g 34<br />

Ik ga meer werken 22<br />

Ik ga rood staan op de bank 15<br />

Ik leen geld van vrienden (of broers/zussen) 12<br />

Ik koop op afbetal<strong>in</strong>g 1<br />

Ik koop op mijn creditcard 1<br />

Van de studenten BBL die geld tekort komen, gebruikt 25 procent de mogelijkheid om<br />

rood te staan, bij de studenten BOL is dit 11 procent.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 34


Er is ook een verschil <strong>in</strong> geslacht. Vrouwen kiezen er vaker voor om geld te gaan lenen<br />

bij de ouders (42 procent tegenover 34 procent). Mannen kiezen er vaker voor om meer<br />

te gaan werken (26 procent tegenover 18 procent).<br />

Van de 18- tot en met 21-jarigen gebruikt 12 procent de roodstand als zij geld tekort<br />

komen, bij de 22- tot en met 25-jarigen is dat al 24 procent. Van de studenten ouder<br />

dan 26 gebruikt zelfs 40 procent <strong>het</strong>.<br />

In 2005 noemde 28 procent van de studenten lenen als optie bij geld tekort komen. In<br />

2010 ziet 43 procent van alle studenten lenen als een optie.<br />

4.3 Lenen<br />

Van alle mbo’ers heeft 31 procent gezegd wel eens geld te lenen. Daarvan geeft 2<br />

procent aan dat vaak te doen. Jongens lenen m<strong>in</strong>der dan meiden, van de jongens leent<br />

74 procent nooit, bij de meiden is dat 65 procent.<br />

Aan de studenten die hebben gezegd wel eens geld te lenen is gevraagd bij wie ze op<br />

dit moment geld hebben geleend. De resultaten staan <strong>in</strong> tabel 41. Van de jongeren die<br />

wel eens geld lenen, heeft 55 procent ook op <strong>het</strong> moment van de enquête geld geleend.<br />

Als we dit omrekenen <strong>naar</strong> de alle mbo’ers, dan heeft 17 procent van alle mbo’ers op dit<br />

moment geld geleend. Er is een significant verschil tussen uitwonende en thuiswonende<br />

studenten. Van alle uitwonende studenten heeft 23 procent op dit moment een schuld,<br />

bij de thuiswoners is dat 15 procent. Ook hebben BBL-jongeren vaker een schuld (19<br />

procent) dan BOL’ers (16 procent).<br />

Tabel 41: Bij wie heb je op dit moment geld geleend (Gevraagd aan studenten lenen)<br />

Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

Ik heb op dit moment geen geld geleend 45<br />

Bij mijn ouders 31<br />

Bij vrienden/kennissen 14<br />

Bij overige familieleden 8<br />

Bij DUO 8<br />

Bij een bank of f<strong>in</strong>anciële <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g 8<br />

Bij mijn partner 2<br />

Bij een w<strong>in</strong>kel of postorderbedrijf, bijvoorbeeld Wehkamp, Otto 1<br />

%<br />

Gemiddeld hebben studenten die lenen 1.265 euro geleend. De mediaan geeft opnieuw<br />

een ander beeld van de bedragen die worden geleend, 150 euro. De mediaan geeft aan<br />

dat 50 procent een bedrag onder dit bedrag leent en dat 50 procent meer leent. Het<br />

35 / Onderzoek mbo-studenten


grote verschil geeft aan dat er een paar studenten grotere bedragen lenen. Eén op de<br />

tien jongeren met een len<strong>in</strong>g heeft een bedrag geleend van 3.500 euro of meer.<br />

De studenten die bij DUO lenen, lenen een gemiddeld bedrag van 4.580 euro, met een<br />

mediaan van 2.000 euro.<br />

Uitwonende studenten hebben duidelijk een hogere gemiddelde schuld dan de<br />

thuiswoners. Er is geen verschil <strong>naar</strong> geslacht te zien.<br />

Tabel 42: Geleend bedrag van de studenten die op dit moment lenen<br />

Aantal<br />

%<br />

Bedrag<br />

€<br />

Geslacht Man 14 1.669<br />

Vrouw 20 983<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 14 48<br />

18 t/m 21 jaar 15 730<br />

22 t/m 25 jaar 25 2.430<br />

26 jaar en ouder 23 3.194<br />

Leerweg BBL 16 1.273<br />

BOL 19 1.261<br />

Woonsituatie thuiswonend 15 696<br />

uitwonend 23 2.450<br />

Totaal 17 1.265<br />

Van de leners lost maar liefst ruim 40 procent van de studenten niets per maand af. 14<br />

procent van de jongeren betaalt een vast bedrag per maand. Zij betalen gemiddeld 75<br />

euro per maand (mediaan 50 euro).<br />

Tabel 43: Los je per maand geld af aan je len<strong>in</strong>gen<br />

Totaal<br />

BBL<br />

BOL<br />

DUO<br />

%<br />

%<br />

%<br />

%<br />

Niets 42 26 51 55<br />

<strong>Een</strong> vast bedrag per maand 14 21 10 15<br />

Geen vast bedrag per maand 36 43 32 17<br />

Weet niet 8 10 7 13<br />

Aan de studenten is ook gevraagd of ze soms nog extra geld vragen aan hun ouders.<br />

De helft van de jongeren krijgt extra geld van hun ouders als ze daarom vragen.<br />

Daarvan hoeft 6 procent dit niet terug te betalen.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 36


Jonge mbo’ers vragen vaker om extra geld dan oudere studenten. Van de 16- en 17-<br />

jarigen vraagt 23 procent nooit om extra geld, bij de 22- tot en met 25-jarigen is dit 48<br />

procent.<br />

Tabel 44: Krijg je extra geld van je ouders als je daarom vraagt<br />

Aantal<br />

%<br />

Ik vraag nooit om extra geld 38<br />

Ik krijg <strong>het</strong> wel, maar ik moet <strong>het</strong> meestal wel terugbetalen 19<br />

Ik krijg <strong>het</strong> alleen als zij <strong>het</strong> echt nodig v<strong>in</strong>den wat ik van <strong>het</strong> geld ga kopen 14<br />

Ik krijg <strong>het</strong> (bijna) nooit 8<br />

Ik krijg <strong>het</strong> alleen als <strong>het</strong> om kle<strong>in</strong>e bedragen gaat 8<br />

Ik krijg <strong>het</strong> (bijna) altijd en hoef <strong>het</strong> meestal niet terug te betalen 6<br />

Anders, namelijk 6<br />

Bij anders hebben de jongeren vooral <strong>in</strong>gevuld dat ze <strong>het</strong> alleen krijgen als <strong>het</strong> echt niet<br />

anders kan. Ook zitten hier jongeren bij die geen contact meer hebben met hun ouders.<br />

Mbo-studenten lenen <strong>het</strong> vaakst voor eten en dr<strong>in</strong>ken en hun studie, zie tabel 45.<br />

Tabel 45: Waarvoor leen je geld Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

Eten en dr<strong>in</strong>ken (bijvoorbeeld snoep en snacks) 23<br />

Studie 23<br />

Uitgaan, bioscoop, cabaret en dergelijke 19<br />

Kled<strong>in</strong>g of schoenen 16<br />

Brommer, scooter, auto 12<br />

Roken en/of drugs 10<br />

Mobiele telefoon 9<br />

Make-up, tijdschriften, schoolspullen 4<br />

Vakantie of reizen 8<br />

Dagje uit (pretpark, strand en dergelijke) 6<br />

Hobby’s of sport 4<br />

Computer, computerspellen 3<br />

Rijlessen 8<br />

Cadeaus 9<br />

37 / Onderzoek mbo-studenten


Mbo-studenten lenen zelf ook geld uit, 71 procent van de jongeren doet dat weleens,<br />

zie tabel 46.<br />

Tabel 46: Leen jij wel eens geld uit<br />

Aantal<br />

%<br />

Nooit 29<br />

Soms, een paar euro per keer 54<br />

Soms, meer dan 20 euro per keer 12<br />

Vaak, een paar euro per keer 3<br />

Vaak, meer dan 20 euro per keer 2<br />

De studenten lenen hun geld meestal uit aan vrienden.<br />

Tabel 47: Aan wie leen je geld uit Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

Vrienden 86<br />

Familie 48<br />

Andere studiegenoten 31<br />

Teamgenoten (sport, hobby) 10<br />

Anders namelijk collega’s en partner 4<br />

Naast <strong>het</strong> lenen van geld, zijn er ook nog andere soorten schulden. Aan de mbostudenten<br />

is gevraagd wat voor schulden zij verder nog hebben. Onderstaande tabel<br />

geeft hiervan een overzicht.<br />

Tabel 48: Welke situaties zijn op jou van toepass<strong>in</strong>g Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

Ik sta op dit moment rood op de bank 8<br />

Ik heb een product op afbetal<strong>in</strong>g gekocht 2<br />

Ik heb nog een reken<strong>in</strong>g liggen die al betaald had moeten zijn 9<br />

Ik heb nog een openstaande boete 4<br />

Geen van bovenstaande 82<br />

De jongeren die rood staan hebben een gemiddeld bedrag van 684 euro aan roodstand.<br />

De mediaan is 500 euro. Het gemiddelde bedrag bij niet-betaalde reken<strong>in</strong>gen is 322<br />

Onderzoek mbo-studenten / 38


euro. En de nog niet betaalde boete is 140 euro. Gemiddeld staat er nog 545 euro open<br />

aan reken<strong>in</strong>gen, boetes, roodstand en producten op afbetal<strong>in</strong>g. Eén op de tien jongeren<br />

met een van deze ‘zaken’ heeft 1.400 euro of meer open staan.<br />

Slechts 29 procent van de jongeren die rood staan op hun bankreken<strong>in</strong>g denkt te weten<br />

hoe hoog <strong>het</strong> rentepercentage over zijn roodstand is. Maar van diegenen die <strong>het</strong><br />

zeggen te weten, noemt 50 procent een lager percentage dan <strong>het</strong> <strong>in</strong> werkelijkheid is. Ze<br />

denken dat <strong>het</strong> lager is dan 6 procent! Dus 71 procent van de jongeren die rood staat<br />

heeft geen idee hoeveel rente hij betaalt.<br />

Van alle studenten heeft 82 procent geen enkele achterstand. 14 procent van de<br />

jongeren heeft één achterstand, 4 procent heeft er twee, m<strong>in</strong>der dan 1 procent heeft er<br />

meer dan drie.<br />

Aan alle mbo-studenten is gevraagd of ze zich wel eens zorgen maken over schulden.<br />

Hiervan maakt 26 procent zich wel eens zorgen. Van de jongeren met schulden maakt<br />

37 procent zich soms zorgen en 19 procent zich regelmatig zorgen over hun schulden.<br />

De vrouwen maken zich duidelijk vaker zorgen dan de mannen.<br />

Tabel 49: Maak jij je wel eens zorgen over je schulden<br />

Ik heb geen<br />

schulden<br />

%<br />

Nooit<br />

%<br />

Soms<br />

%<br />

Regelmatig<br />

%<br />

Geslacht man 54 23 16 7<br />

vrouw 55 18 17 10<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 68 19 11 2<br />

18 t/m 21 jaar 58 20 15 8<br />

22 t/m 25 jaar 40 23 22 16<br />

26 jaar of ouder 23 23 32 22<br />

Leerweg BBL 45 24 20 12<br />

BOL 59 19 15 7<br />

Woonsituatie thuiswonend 61 19 14 6<br />

uitwonend 32 23 27 19<br />

Totaal 54 20 17 9<br />

39 / Onderzoek mbo-studenten


5 Omgaan met tijd en geld<br />

5.1 Omgaan met tijd<br />

De volgende tabel geeft de tijd die aan de stage en <strong>het</strong> werk wordt besteed. Het gaat<br />

om de uren die men daadwerkelijk aan de activiteit besteedt wanneer men die activiteit<br />

doet. Bij de opleid<strong>in</strong>g BBL is er een verplicht<strong>in</strong>g om m<strong>in</strong>imaal 60 procent van de tijd te<br />

werken. De resterende tijd gaan de studenten <strong>naar</strong> school. Slechts 14 procent van de<br />

studenten BBL studenten met een betaalde stage heeft daarnaast nog een bijbaan. Het<br />

aantal uren dat jongeren aan een bijbaan besteden, loopt op <strong>naar</strong>mate ze ouder<br />

worden. Uitwonende studenten werken zes uur meer <strong>in</strong> de week dan thuiswonende<br />

studenten.<br />

Tabel 50: Aantal uren dat studenten besteden aan werk, stage en bijbaan (exclusief 0)<br />

Betaalde<br />

stage/leerplek<br />

Onbetaalde<br />

stage/leerplek<br />

Bijbaan<br />

Geslacht man 32 27 15<br />

vrouw 28 22 13<br />

Leeftijd 16 t/m 17 jaar 30 22 12<br />

18 t/m 21 jaar 30 25 13<br />

22 t/m 25 jaar 30 - 16<br />

26 jaar of ouder 30 - 25<br />

Leerweg BBL 32 26 -<br />

BOL 28 24 12<br />

Woonsituatie thuiswonend 30 24 13<br />

uitwonend 30 27 19<br />

Totaal 30 25 14<br />

5.2 Omgaan met geld<br />

In de vorige hoofdstukken zijn de <strong>in</strong>komsten, uitgaven, baantjes, en <strong>het</strong> spaar - en<br />

leengedrag van scholieren aan de orde gekomen. De scholieren is ook gevraagd <strong>naar</strong><br />

hun vaardigheden op <strong>het</strong> gebied van omgaan met geld. Dit hoofdstuk bespreekt deze<br />

onderwerpen.<br />

Tabel 52 laat zien dat de meeste studenten (61 procent) v<strong>in</strong>den dat ze goed met geld<br />

kunnen omgaan. Slechts 3 procent v<strong>in</strong>dt dat ze dat niet goed kunnen. Van de studenten<br />

die de richt<strong>in</strong>g BOL doen, v<strong>in</strong>dt 63 procent dat ze goed met geld kunnen omgaan. Bij de<br />

Onderzoek mbo-studenten / 40


BBL’ers ligt dit lager, namelijk op 56 procent. Vijf procent van de BBL’ers geeft aan dat<br />

ze <strong>het</strong> niet goed kunnen, bij de BOL’ers is dat 3 procent.<br />

Tabel 51: V<strong>in</strong>d je dat je goed met geld kunt omgaan<br />

Ja<br />

%<br />

Niet altijd<br />

%<br />

Nee<br />

%<br />

Leerweg BBL 56 39 5<br />

BOL 63 35 3<br />

Totaal 61 36 3<br />

Als we kijken <strong>naar</strong> hoe de studenten v<strong>in</strong>den dat ze met geld omgaan en <strong>naar</strong> hun<br />

gedrag, dan zitten daar<strong>in</strong> verschillen. Van de studenten die regelmatig geld tekort<br />

komen, v<strong>in</strong>dt 7 procent dat ze wel goed met geld kunnen omgaan.<br />

Tabel 52: V<strong>in</strong>d je dat je goed met geld kunt omgaan <strong>naar</strong> leengedrag<br />

Nooit geld tekort<br />

%<br />

Soms geld tekort<br />

%<br />

Regelmatig geld<br />

tekort<br />

%<br />

Goed 51 42 7<br />

Niet altijd 17 63 20<br />

Niet goed met geld<br />

omgaan<br />

4 20 76<br />

5.3 Betalen<br />

Van alle studenten gebruikt 91 procent <strong>in</strong>ternetbankieren. Oudere studenten doen dat<br />

vaker dan jongere studenten. Aan de studenten is gevraagd welke betaalmiddelen ze<br />

naast contant geld gebruiken, zie tabel 53. Meer dan de helft van de studenten maakt<br />

gebruik van Ideal. Slechts 4 procent heeft een creditcard.<br />

41 / Onderzoek mbo-studenten


Tabel 53: Welke van de volgende betaalmiddelen gebruik je Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

P<strong>in</strong>pas 97<br />

Ideal 55<br />

Chipknip 30<br />

Paypal 12<br />

Creditcard 4<br />

Wally 1<br />

M<strong>in</strong>i tix 0<br />

Anders 2<br />

Bij ‘anders’ hebben de studenten betaalmiddelen als automatische <strong>in</strong>casso en<br />

acceptgiro genoemd.<br />

Van alle mbo-studenten doet 74 procent aankopen via <strong>in</strong>ternet. 31 procent van de<br />

studenten gebruikt <strong>in</strong>ternet om kled<strong>in</strong>g te kopen. Studenten die via <strong>in</strong>ternet kopen,<br />

komen significant vaker geld tekort dan jongeren die niets kopen via <strong>in</strong>ternet.<br />

12 procent van de studenten die niet via <strong>in</strong>ternet kopen, komen regelmatig geld tekort.<br />

Onder de studenten die wel aankopen via <strong>in</strong>ternet doen, komt 19 procent regelmatig<br />

geld tekort.<br />

Tabel 54: Wat voor een soort producten koop je via <strong>in</strong>ternet Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

%<br />

Geen aankopen via <strong>in</strong>ternet 26<br />

Kled<strong>in</strong>g 31<br />

Boeken 28<br />

Computerspullen, hardware, software 24<br />

Vakantie 24<br />

Films 18<br />

Muziek 15<br />

Anders 13<br />

Bij ‘anders’ vulden de studenten zeer diverse zaken <strong>in</strong>, zoals concertkaarten,<br />

tweedehands meubels, scooteronderdelen en cadeaus. <strong>Een</strong> open deur, maar ook uit dit<br />

<strong>onderzoek</strong> blijken vrouwen vaker via <strong>in</strong>ternet kled<strong>in</strong>g te kopen (41 procent tegenover 22<br />

procent). En mannen besteden via <strong>in</strong>ternet meer aan computeritems (38 procent<br />

tegenover 9 procent).<br />

Onderzoek mbo-studenten / 42


5.4 Bijhouden<br />

<strong>Een</strong> belangrijk deel van goed omgaan met geld is <strong>het</strong> op orde hebben van de<br />

adm<strong>in</strong>istratie. Hieronder valt <strong>het</strong> op orde brengen van je papieren maar ook weten wat<br />

er <strong>in</strong> en uit gaat en natuurlijk <strong>het</strong> controleren van de afschrijv<strong>in</strong>gen. Daarom is aan de<br />

mbo-jongeren gevraagd hoe vaak ze kijken wat er op hun bankreken<strong>in</strong>g staat. 78<br />

procent van de studenten bekijkt de reken<strong>in</strong>g m<strong>in</strong>imaal één keer per twee weken, maar<br />

6 procent van de studenten bekijkt de reken<strong>in</strong>g bijna nooit.<br />

Tabel 55: Hoe vaak kijk je hoeveel er op je bankreken<strong>in</strong>g staat<br />

Aantal<br />

%<br />

Iedere dag 11<br />

M<strong>in</strong>imaal 1x per week 45<br />

1x <strong>in</strong> de twee weken 22<br />

Ongeveer 1x per maand 13<br />

M<strong>in</strong>der dan 1x per maand 3<br />

(Bijna) nooit 6<br />

Ik heb geen eigen bankreken<strong>in</strong>g


Tot slot hebben we gevraagd hoe de adm<strong>in</strong>istratie van de studenten eruit ziet, zie tabel<br />

58. Zo’n 63 procent van de studenten bergt alles geordend op. <strong>Een</strong> vijfde gooit alles op<br />

een grote stapel. Zorgwekkend is de 9 procent die alles weggooit. Ze kunnen zo nooit<br />

papieren nakijken of opzoeken voor bijvoorbeeld de belast<strong>in</strong>gaangifte. Mannen bewaren<br />

hun adm<strong>in</strong>istratie vaker op een grote stapel dan vrouwen. Ook BBL’ers bewaren hun<br />

post vaak op een stapel, BOL’ers doen dit significant m<strong>in</strong>der vaak.<br />

Tabel 57: Hoe ziet jouw adm<strong>in</strong>istratie eruit<br />

Ik bewaar<br />

alles op een<br />

grote stapel<br />

%<br />

Heb ik niet, ik<br />

gooi alles<br />

weg<br />

%<br />

Alles stop ik<br />

geordend<br />

weg<br />

%<br />

Mijn ouders<br />

houden de adm<strong>in</strong>istratie<br />

bij<br />

%<br />

Man 23 10 59 8<br />

Vrouw 16 8 66 9<br />

16 t/m 17 jaar 13 11 60 16<br />

18 t/m 21 jaar 20 9 63 9<br />

22 t/m 25 jaar 21 10 69 0<br />

26 jaar of ouder 30 6 64 0<br />

BBL 25 7 63 6<br />

BOL 17 10 63 10<br />

Thuiswonend 17 10 63 10<br />

Uitwonend 27 8 63 3<br />

Totaal 20 9 63 9<br />

Studenten die hun adm<strong>in</strong>istratie weggooien of op een grote stapel bewaren, komen<br />

significant vaker regelmatig geld tekort dan studenten die alles geordend wegstoppen.<br />

Van de studenten die alles weggooien komt 24 procent regelmatig geld tekort,<br />

studenten die <strong>het</strong> op een berg bewaren 20 procent en van de studenten die <strong>het</strong><br />

geordend wegstoppen komt 11 procent regelmatig geld tekort.<br />

5.5 Info & opvoed<strong>in</strong>g<br />

Uit <strong>onderzoek</strong>2 blijkt dat jongeren die thuis goed zijn ‘opgevoed’ <strong>in</strong> <strong>het</strong> omgaan met<br />

geld, ook beter met geld zullen omgaan. In de volgende tabel is te zien hoe de<br />

verschillende groepen reageren op de vragen over opvoed<strong>in</strong>g en geld. Als <strong>het</strong> gaat om<br />

thuis over geld praten, zeggen vooral de vrouwen en de uitwonenden dat dit significant<br />

vaker dan gemiddeld gebeurde.<br />

2 AFM-<strong>Nibud</strong> <strong>onderzoek</strong> Invloed f<strong>in</strong>anciële opvoed<strong>in</strong>g, maart 2010<br />

Onderzoek mbo-studenten / 44


Bij 33 procent van de jongeren wordt/werd er thuis vaak over geld gesproken. Bij 61<br />

procent soms. Bij 7 procent van de jongeren werd er thuis nooit over geld gesproken<br />

77 procent v<strong>in</strong>dt dat ze goed zijn opgevoed thuis als <strong>het</strong> om geld gaat. Studenten waar<br />

er thuis over geld werd gesproken, v<strong>in</strong>den significant vaker dat ze goed zijn opgevoed,<br />

namelijk 80 procent b<strong>in</strong>nen deze groep. Bij de studenten waar nooit over geld werd<br />

gesproken, v<strong>in</strong>dt 70 procent dat ze goed zijn opgevoed.<br />

Overigens v<strong>in</strong>den studenten die thuiswonend zijn vaker dat ze goed zijn opgevoed.<br />

Uitwonende studenten hebben <strong>in</strong> de praktijk waarschijnlijk ervaren dat <strong>het</strong> omgaan met<br />

geld toch niet altijd meevalt. Als thuiswonende student heb je veel m<strong>in</strong>der<br />

verantwoordelijkheden.<br />

Tabel 58: V<strong>in</strong>d je dat je goed bent opgevoed thuis als <strong>het</strong> om geld gaat<br />

Totaal<br />

%<br />

Thuis<br />

%<br />

Uitwonend<br />

%<br />

Ja 77 80 68<br />

Gaat wel 17 16 22<br />

Nee 4 3 8<br />

Weet ik niet 1 1 2<br />

Studenten die v<strong>in</strong>den dat ze goed zijn opgevoed, doen <strong>het</strong> beter dan de studenten die<br />

dat niet v<strong>in</strong>den. 37 procent van de studenten die v<strong>in</strong>den dat ze niet goed f<strong>in</strong>ancieel zijn<br />

opgevoed, komt regelmatig geld tekort (zie tabel 60).<br />

Tabel 59: V<strong>in</strong>d je dat je goed bent opgevoed thuis als <strong>het</strong> om geld gaat Naar geldtekort<br />

Nooit<br />

%<br />

Soms<br />

%<br />

Regelmatig<br />

%<br />

Ja 42 47 11<br />

Gaat wel 23 59 19<br />

Nee 20 43 37<br />

5.6 Informatie zoeken<br />

Aan de jongeren is gevraagd of ze <strong>het</strong> afgelopen jaar <strong>in</strong>formatie over <strong>geldzaken</strong> nodig<br />

hebben gehad. Dit was <strong>het</strong> geval bij 31 procent van de jongeren. Aan degene n die<br />

<strong>in</strong>formatie hebben gezocht, is gevraagd bij wie of welke bron ze dan hebben gebruikt.<br />

Het overzicht staat <strong>in</strong> tabel 61. Zo’n 62 procent van de jongeren gaat <strong>naar</strong> de ouders<br />

toe voor <strong>in</strong>formatie.<br />

45 / Onderzoek mbo-studenten


Tabel 60: Heb je <strong>het</strong> afgelopen jaar <strong>in</strong>formatie over geld (bijvoorbeeld over sparen, schulden)<br />

nodig gehad en waar heb je dat gezocht<br />

Alle mbostudenten<br />

%<br />

Die <strong>in</strong>formatie<br />

zochten<br />

Bij ouder 20 62<br />

Bij familie 5 14<br />

Bij vrienden/kennissen 5 16<br />

Op school 3 11<br />

Bij een bank 12 37<br />

Bij een f<strong>in</strong>ancieel adviseur 2 7<br />

<strong>Nibud</strong>.nl of <strong>Nibud</strong>jong.nl 3 8<br />

DUO 5 17<br />

JOB


Tabel 61: Goed omgaan met geld kan lastig zijn. Over welke onderwerpen zou je meer <strong>in</strong>formatie<br />

willen weten Meerdere antwoorden mogelijk<br />

Aantal<br />

F<strong>in</strong>anciële plann<strong>in</strong>g maken 22<br />

Internetbankieren 8<br />

Belast<strong>in</strong>g 37<br />

Verzeker<strong>in</strong>gen 30<br />

Werken 16<br />

Toeslagen (bijvoorbeeld zorgtoeslag) 32<br />

Kosten zelfstandig wonen 37<br />

Lenen 7<br />

Sparen 20<br />

Uitker<strong>in</strong>gen 9<br />

Oplossen schulden 9<br />

Afstemmen <strong>in</strong>komsten en uitgaven 21<br />

Ander onderwerp, namelijk 3<br />

%<br />

47 / Onderzoek mbo-studenten


6 Samenvatt<strong>in</strong>g en conclusies<br />

6.1 Samenvatt<strong>in</strong>g<br />

Na <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> van 2001 en 2005 heeft <strong>het</strong> <strong>Nibud</strong> <strong>in</strong> 2010 opnieuw <strong>onderzoek</strong><br />

gedaan onder werkende jongeren. Dit zijn jongeren die <strong>het</strong> grootste deel van de week<br />

werken en daarnaast <strong>naar</strong> school gaan (m<strong>in</strong>imaal één dag per week). Ze volgen de<br />

beroepsbegeleidende leerweg (BBL) van <strong>het</strong> middelbaar beroepsonderwijs (mbo). In<br />

2010 voor <strong>het</strong> eerst ook gelijktijdig de andere groep mbo’ers ondervraagd, namelijk de<br />

mbo’ers die de beroepsopleidende leerweg (BOL) volgen en 4 dagen per week <strong>naar</strong><br />

school gaan. Naast de scholieren aan <strong>het</strong> voortgezet onderwijs en de studenten hbo/wo<br />

waaronder <strong>Nibud</strong> eerder <strong>onderzoek</strong> 3 heeft gedaan, is hiermee <strong>het</strong> f<strong>in</strong>anciële gedrag<br />

onderzocht van de gehele ‘onderwijskolom’ vanaf 12 jaar.<br />

Inkomsten<br />

De mbo’er heeft maandelijks gemiddeld 538 euro te besteden. Het grootste deel van<br />

hun <strong>in</strong>komsten verdienen de mbo-studenten met hun stage/werkplek. Voor diegene die<br />

de richt<strong>in</strong>g BBL volgen, is dit 881 euro. De studenten BOL verdienen met deze<br />

stage/werkplek gemiddeld 200 euro. Zij hebben echter veel vaker naast hun schoolwerk<br />

nog een ander bijbaantje, waarmee ze ook verdienen, ook gemiddeld zo’n 200 euro.<br />

Daarnaast krijgen veel mbo’ers (50 procent) ook geld van hun ouders, gemiddeld 180<br />

euro. Vooral de jongere studenten krijgen dat. De uitwoners krijgen <strong>in</strong> bedrag (242<br />

euro) meer van hun ouders maar <strong>in</strong> aantal duidelijk m<strong>in</strong>der (18 procent).<br />

De mbo’ers van die de richt<strong>in</strong>g BOL volgen en 18 jaar of ouder zijn, hebben daarnaast<br />

ook nog recht op de basisbeurs (246 euro als uitwonend en 75 euro als th uiswonend<br />

student). De uitwonende student heeft gemiddeld 845 euro te besteden en de student<br />

die thuis woont 442 euro.<br />

Studenten krijgen niet alleen geld van hun ouders, veel ouders betalen ook bepaalde<br />

uitgaven. De mbo’er hoeft niet alles zelf te betalen. Vooral aan studieboeken/spullen<br />

betalen ouders vaak mee (bijna 50 procent), maar ook aan contributies (iets meer dan<br />

een kwart). Uiteraard is dit afhankelijk van de leeftijd, maar ook van woonsituatie. De<br />

ouders van uitwonende studenten betalen gemiddeld 135 euro mee.<br />

Uitgaven<br />

Waar geven de studenten aan <strong>het</strong> mbo deze <strong>in</strong>komsten dan zoal aan uit Het gaat<br />

tenslotte om een behoorlijk te besteden bedrag. De thuiswoners geven <strong>het</strong> <strong>in</strong> elk geval<br />

niet altijd aan kostgeld uit. In 12 procent van de gez<strong>in</strong>nen vragen de ouders bij te<br />

3 <strong>Nibud</strong> Scholieren Onderzoek (tweejaarlijks), laatste van 2008-2009, en <strong>Nibud</strong><br />

Studenten<strong>onderzoek</strong> ‘Leengedrag van studenten’ 2009.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 48


dragen <strong>in</strong> de huishoudkosten. Voor de studenten van 22 jaar of ouder is dit <strong>in</strong> één derde<br />

van de huishoudens <strong>het</strong> geval. In die leeftijdsgroep is <strong>het</strong> aantal thuiswoners wel veel<br />

m<strong>in</strong>der groot.<br />

Het meeste wordt uitgegeven aan de zogenoemde vrijetijduitgaven, naast uiteraard de<br />

woonkosten van uitwonende studenten. Gemiddeld geeft een uitwonende student zo’n<br />

650 euro aan woonlasten en boodschappen uit.<br />

Aan vrije tijd geeft de gemiddelde mbo’er ruim 130 euro per maand uit. Hieronder vallen<br />

wel veel posten 4 . Van die posten geven de meeste (hoogste percentage) mbo’ers geld<br />

uit aan cadeaus, gevolgd door stappen, recreatie, vakantie en roken. Hiervan zijn de<br />

uitgaven aan vakantie <strong>het</strong> hoogst (ruim 100 euro per maand), gevolgd door stappen en<br />

roken (beide met zo’n 50 euro per maand). Dit alles geldt alleen voor de studenten die<br />

daaraan geld uitgeven (ook wel exclusief 0 genoemd).<br />

Ook aan de categorie ‘studie’ besteden de mbo’ers een behoorlijk bedrag. De post<br />

lesgeld is daarvan duidelijk de grootste met zo’n 200 euro per maand. Echter zo’n 35<br />

procent van alle studenten zelf hieraan geld uit. Van de resterende 65 procent betalen<br />

de ouders of soms de werkgever deze post rechtstreeks. Dit <strong>in</strong> tegenstell<strong>in</strong>g tot de<br />

categorie ‘vrije tijd’ waaraan bijna alle mbo’ers zelf geld uitgeven.<br />

De categorie ‘uiterlijk’ is een goede derde bij de uitgaven. Zeker aan kled<strong>in</strong>g en<br />

schoenen geeft de mbo’er behoorlijk wat uit - meer dan aan stappen en/of aan roken -<br />

namelijk gemiddeld zo’n 68 euro per maand. En de BBL-er geeft hieraan duidelijker<br />

meer geld uit dan de BOL-er, ruim een kwart meer.<br />

Aan de mobiele telefoon wordt gemiddeld 30 euro per maand uitgegeven. Meestal is da t<br />

met een abonnement <strong>in</strong> plaats van prepaid. Deze manier van bellen, maar ook <strong>het</strong><br />

maandbedrag, is sterk leeftijdgebonden. Wat opvalt is dat 16 procent van de mbo’er<br />

standaard over de bundel heengaat. Dit percentage is zelfs hoger als de ouders (zo nu<br />

en dan) een deel van de kosten betalen, dan gaat 32 procent regelmatig over de bundel<br />

heen. Zowel de jongere als de vrouwelijke mbo’ers gaan duidelijk vaker over hun<br />

bundel heen. Voor de groep die standaard over de bundel heengaat, zijn de gemiddelde<br />

maandkosten bijna <strong>het</strong> dubbele: 52 euro.<br />

Inkomsten en uitgaven vergeleken<br />

Bij <strong>het</strong> vergelijken van de <strong>in</strong>komsten en uitgaven valt op dat de <strong>in</strong>komsten de<br />

bested<strong>in</strong>gen niet volledig dekken, althans voor de meeste categorieën studenten. De<br />

studenten hebben hogere bedragen aangegeven aan uitgavenposten dan dat er<br />

b<strong>in</strong>nenkomt. Naar <strong>in</strong>komsten als toeslagen, een aanvullende beurs of len<strong>in</strong>gen is apart<br />

4 Uitgaven ‘vrije tijd’: games, computerspullen, kle<strong>in</strong>e gadgets, contributies, cadeaus,<br />

stappen, recreatie, abonnementen, boeken, vakantie, speel- en gokautomaten, drugs<br />

en roken.<br />

49 / Onderzoek mbo-studenten


niet gevraagd, omdat deze sterk kunnen variëren per maand. De berekende <strong>in</strong>komsten<br />

uit <strong>het</strong> <strong>onderzoek</strong> zijn daarmee aan de lage kant.<br />

Daarnaast kunnen mbo’ers met één of meerdere baantjes ook nog geld van de<br />

Belast<strong>in</strong>gdienst terug krijgen. En hebben ze, vanaf 18 jaar, recht op toeslagen, zoals<br />

huurtoeslag en zorgtoeslag. Ruim een vierde van de mbo’ers weet niets van de<br />

mogelijkheid belast<strong>in</strong>g terug te krijgen en 60 procent van de rechthebbende mbo’ers<br />

niets van de zorgtoeslag.<br />

F<strong>in</strong>anciële situatie<br />

Aan de studenten is gevraagd hoe ze zelf v<strong>in</strong>den dat ze er f<strong>in</strong>ancieel voor staan. Bijna<br />

één op de vijf studenten geeft aan dat <strong>het</strong> f<strong>in</strong>ancieel niet zo goed of zelfs slecht gaat.<br />

Bij de uitwonende studenten is dit zelfs één op de vier studenten. De mannelijke<br />

studenten geven vaker aan er f<strong>in</strong>ancieel goed voor te staan dan vrouwen. Het verschil<br />

is zo’n 10 procent. Toch zegt een deel van de studenten die er f<strong>in</strong>ancieel goed voor<br />

staan, dat ze wel eens - <strong>in</strong> elk geval dit schooljaar - geld tekort komen.<br />

Studenten die geld tekort komen, geven <strong>het</strong> vaakst aan ‘niets’ te doen. Daarna wordt<br />

‘geld lenen van de ouders’ en ‘geld halen van de spaarreken<strong>in</strong>g’ <strong>het</strong> meest genoemd.<br />

Als je kijkt <strong>naar</strong> de verschillende categorieën studenten is een iets ander beeld te zien.<br />

Van de studenten BBL die geld tekort komen, gebruikt 25 procent de mogelijkheid om<br />

rood te staan, terwijl dit voor de studenten BOL 11 procent is. Vrouwen kloppen vaker<br />

bij hun ouders aan voor extra geld en mannen kiezen er vaker voor te gaan werken.<br />

Sparen, zelf of door de ouders, doet 12 procent van de mbo’ers niet. De uitwone nde<br />

studenten doen dit m<strong>in</strong>der vaak, zo’n kwart spaart niet. Gemiddeld legt de mbo’er 139<br />

euro apart. Het bedrag dat de student gemiddeld bij elkaar heeft gespaard, is 3.355<br />

euro. Mannen sparen gemiddeld vaker dan de vrouwelijke student en ook <strong>het</strong> totale<br />

spaarbedrag is bij hen groter.<br />

Veel studenten v<strong>in</strong>den dat ze goed met hun geld kunnen omgaan (61 procent). Van de<br />

studenten die regelmatig geld tekort komen, v<strong>in</strong>dt toch 7 procent dat ze wel goed met<br />

geld kan omgaan. Blijkbaar hoeft geld tekort komen, volgens die studenten niet te<br />

betekenen dat je slecht met geld kunt omgaan.<br />

Lenen doet één op de drie studenten wel eens. De mannelijke mbo’ers doen dit m<strong>in</strong>der<br />

vaak dan vrouwelijke studenten (25 tegenover 35 procent). Van de studenten die wel<br />

eens lenen, geeft een ruime meerderheid aan ook nu te lenen (55 procent). Naar de<br />

totale groep is dit 17 procent van alle mbo’ers die nu lenen. Voor de student die niet<br />

meer thuis woont is dit 25 procent. Ook <strong>het</strong> bedrag dat een uitwonende student leent is<br />

hoger dan <strong>het</strong> gemiddelde leenbedrag. Dit is zo’n 2.500 euro, terwijl een len<strong>in</strong>g van de<br />

gemiddelde mbo-student de helft is.<br />

Van de studenten met een schuld maakt 56 procent zich ook zorgen over deze schuld.<br />

20 procent daarvan maakt zich zelfs regelmatig zorgen, voor de uitwoners geldt dit voor<br />

46 procent.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 50


Omgaan met geld<br />

<strong>Een</strong> vijfde van de mbo’ers gooit alle adm<strong>in</strong>istratie op een grote stapel. Bijna één op de<br />

tien gooit alles gewoon weg. Deze groep kan dus nooit papieren nakijken of opzoeken<br />

voor bijvoorbeeld de belast<strong>in</strong>gaangifte. Zowel de jongens als de BBL’ers bewaren hun<br />

adm<strong>in</strong>istratie vaker op een grote stapel.<br />

Studenten die hun adm<strong>in</strong>istratie weggooien of op een grote berg bewaren, komen<br />

significant vaker regelmatig geld tekort dan studenten die alles geordend wegstoppen.<br />

Van de studenten die alles weggooien, komt 24 procent regelmatig geld tekort, van de<br />

studenten die <strong>het</strong> op een berg bewaren 20 procent en van de studenten die <strong>het</strong><br />

geordend wegstoppen, komt 11 procent regelmatig geld tekort.<br />

Aan de studenten is ook gevraagd hoe ze zijn opgevoed <strong>in</strong> <strong>het</strong> met geld omgaan. Het<br />

overgrote deel zegt dat dit goed is geweest. De studenten die op de vraag of er thuis<br />

over geld werd gesproken zeiden dat dat nooit gebeurde, gaf toch 70 procent aan dat<br />

ze goed f<strong>in</strong>ancieel zijn opgevoed.<br />

Ten slotte is de student gevraagd welke soort f<strong>in</strong>anciële <strong>in</strong>formatie ze nog nodig<br />

hebben. Over zelfstandig wonen wil ruim een derde van mbo’ers <strong>in</strong>formatie. De<br />

uitwonende studenten hebben dit weliswaar m<strong>in</strong>der vaak aangegeven, maar ondanks<br />

dat ze zelf die kosten al maken, wil toch een vijfde weten wat de kosten zijn van<br />

zelfstandig wonen. Informatie over de belast<strong>in</strong>gen (teruggaaf en toeslagen) is een<br />

goede tweede. Opvallend is dat ook de onderwerpen ‘plann<strong>in</strong>g maken’ en <strong>in</strong>formatie<br />

over afstemmen van <strong>in</strong>komsten en uitgaven vaak worden genoemd.<br />

6.2 Conclusies<br />

Gezien de hoogte van de uitgaven sluiten, bij de meeste mbo’ers, de onderzochte<br />

<strong>in</strong>komsten hierop niet aan. De mbo’er kan de extra <strong>in</strong>komsten via onder andere de DUO<br />

(aanvullende beurs, len<strong>in</strong>g) goed gebruiken om de uitgaven te kunnen dekken. De<br />

studenten die de BBL-richt<strong>in</strong>g volgen, hebben echter geen recht op de <strong>in</strong>komsten via<br />

DUO en zullen op een andere manier <strong>het</strong> gat tussen <strong>in</strong>komsten en uitgaven moeten<br />

dichten. Ook al heeft deze groep nogal hoge <strong>in</strong>komsten (vanuit de stage/werkplek), ze<br />

geven dit vooral uit aan de zogenoemde fun-uitgaven. Als de student nog thuis woont,<br />

heeft hij die ruimte nog, maar wanneer hij op zichzelf gaat wonen, zullen zijn <strong>in</strong>komsten<br />

hard nodig zijn voor <strong>het</strong> betalen van de woonlasten. Blijft de student dan nog steeds<br />

kiezen voor de fun-uitgaven, dan is de kans op f<strong>in</strong>anciële problemen groot.<br />

Het blijkt dat geld tekort komen voor de mbo-student geen reden is om zijn f<strong>in</strong>anciële<br />

situatie als niet zo goed of zelfs slecht te beoordelen. Blijkbaar is <strong>het</strong> hebben van te<br />

we<strong>in</strong>ig middelen geen reden voor zorgen. In de voorlicht<strong>in</strong>g aan deze groep is <strong>het</strong><br />

daarom goed niet spreken over f<strong>in</strong>anciële problemen. Dit blijkt sluit aan te sluiten bij de<br />

gedachtewereld van de mbo’er.<br />

51 / Onderzoek mbo-studenten


Elke categorie mbo’er kiest voor een eigen manieren om <strong>het</strong> geldtekort op te lossen. De<br />

meiden kloppen vaker bij hun ouders aan voor extra geld en de jongens gaan juist<br />

vaker extra uren werken. De student BBL kiest van alle groepen <strong>het</strong> vaakst voor rood<br />

staan op de bankreken<strong>in</strong>g. Zorgwekkend, omdat bij de meesten (79 procent) niet<br />

bekend is wat <strong>het</strong> rentepercentage bij roodstand eigenlijk is. En als ze <strong>het</strong> al zeggen te<br />

weten, geeft de helft daarvan een veel te laag rentepercentage aan.<br />

Ook al zijn hun <strong>in</strong>komsten hoog, de mbo’er laat ook geld liggen. Zo zijn we<strong>in</strong>ig<br />

studenten bekend met de zorgtoeslag. Ook de belast<strong>in</strong>gteruggave waarop mbo’ers met<br />

kle<strong>in</strong>ere baantjes vaak recht hebben, is slecht bekend onder deze groep. Voorheen kon<br />

deze teruggave alleen via <strong>het</strong> T-biljet/Tj-biljet worden geregeld. Nu biedt de<br />

Belast<strong>in</strong>gdienst dit ook digitaal aan en kan de teruggave tot vijf jaar na afloop nog<br />

worden aangevraagd. Belangrijk dit alles veel beter onder de aandacht te brengen bij<br />

deze groep jongeren!<br />

<strong>Een</strong> groot deel van de mbo-studenten zegt zelf goed met geld te kunnen omgaan, terwijl<br />

hun gedrag iets anders laat zien. Geld tekort komen blijkt voor een groep niet te<br />

betekenen dat ze slecht met geld kunnen omgaan. Deze mbo’ers leggen de schuld<br />

blijkbaar buiten zichzelf en zien <strong>in</strong>komsten die niet met uitgaven <strong>in</strong> balans zijn niet als<br />

een probleem.<br />

Van de zelfstandig wonende mbo’er heeft een verontrustend aantal op dit moment een<br />

behoorlijke schuld lopen. Het gaat om een kwart van deze groep en ze hebben voor<br />

gemiddeld 2.500 euro een len<strong>in</strong>g uitstaan. De len<strong>in</strong>g <strong>in</strong>clusief rente zullen ze moeten<br />

terugbetalen terwijl de lonen van een werknemer met een mbo-opleid<strong>in</strong>g meestal niet zo<br />

hoog zijn. Van alle leners maakt 20 procent zich ook nog eens regelmatig zorgen over<br />

deze schulden. Zorgen die <strong>het</strong> studeren niet makkelijk zal maken.<br />

<strong>Een</strong> groot deel van de mbo’ers (bijna een derde) gooit reken<strong>in</strong>gen weg of <strong>in</strong> <strong>het</strong> be ste<br />

geval bewaren ze de reken<strong>in</strong>gen een stapel. Omdat blijkt dat deze groep ook duidelijk<br />

vaker geld tekort komt, is <strong>het</strong> goed dat ze leren hun adm<strong>in</strong>istratie te bewaren en bij te<br />

houden. De uitwonende mbo’er beoordeelt de f<strong>in</strong>anciële opvoed<strong>in</strong>g duidelijk m<strong>in</strong>de r<br />

goed dan de andere studenten. Wanneer er meer van de f<strong>in</strong>anciële vaardigheden wordt<br />

gevraagd, blijkt opvoed<strong>in</strong>g m<strong>in</strong>der positief beoordeeld.<br />

6.3 Aan de slag<br />

Het <strong>Nibud</strong> wil zowel de ouders als docenten van de mbo’ers ondersteunen <strong>in</strong> hun rol als<br />

f<strong>in</strong>anciële opvoeders. Naast <strong>het</strong> belang van een goede start, op <strong>het</strong> gebied van omgaan<br />

met geld, is <strong>het</strong> ook belangrijk dat zowel ouders als docenten signalen leren herkennen<br />

als er sprake is van f<strong>in</strong>anciële problemen bij jongeren.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 52


Voor docenten is er <strong>het</strong> Magaz<strong>in</strong>e ‘mbo leerl<strong>in</strong>gen & hun geld’ waar<strong>in</strong> feiten en cijfers<br />

staan uit dit rapport gekoppeld aan <strong>in</strong>terviews met mensen uit de praktijk met leerl<strong>in</strong>gen<br />

en doorverwijsadressen. Ook bevat <strong>het</strong> Magaz<strong>in</strong>e signalen die zouden kunnen duiden<br />

op f<strong>in</strong>anciële problemen bij de mbo’er. Voorbeelden hiervan zijn:<br />

veel afwezigheid van leerl<strong>in</strong>gen<br />

moe, door veel werken<br />

leerl<strong>in</strong>gen die we<strong>in</strong>ig aandacht aan school besteden<br />

leerl<strong>in</strong>gen die stoppen met school (leerl<strong>in</strong>gen geven vaak ook aan dat ze<br />

ermee stoppen doordat ze moeten gaan werken om geld te verdienen)<br />

moeilijk kunnen betalen van school-/boekenkosten<br />

Uiteraard is <strong>het</strong> wel zo dat deze gedrag<strong>in</strong>gen ook door een andere problematiek kunnen<br />

komen zoals verslav<strong>in</strong>g, gebrek aan motivatie, <strong>in</strong>stabiele thuissituatie, etc. Maar vaak<br />

staan de problemen niet op zichzelf en is er sprake van multiproblematiek.<br />

Is er sprake van een f<strong>in</strong>anciële probleem dan kan <strong>het</strong> zorgteam van de opleid<strong>in</strong>g<br />

worden <strong>in</strong>geschakeld en/of de afdel<strong>in</strong>g schuldhulpverlen<strong>in</strong>g van de woonplaats van d e<br />

leerl<strong>in</strong>g.<br />

Docenten kunnen daarnaast met <strong>Nibud</strong>-lesmaterialen aandacht aan <strong>het</strong> onderwerp<br />

‘omgaan met geld’ besteden <strong>in</strong> de klas.<br />

Zo is er <strong>het</strong> lesmateriaal ‘Ik wil.....’ dat sterk competentiegericht is en aansluit bij de <strong>het</strong><br />

beroepsonderwijs.<br />

Ik wil op mezelf wonen, over aanpassen aan een nieuwe f<strong>in</strong>anciële situatie.<br />

Ik wil een eigen auto, over bewust consumeren.<br />

Ik wil e<strong>in</strong>deloos shoppen, geeft <strong>in</strong>zicht <strong>in</strong> <strong>het</strong> eigen geldgedrag.<br />

Ik wil samenwonen, over <strong>het</strong> maken van afspraken over gemeenschappelijke<br />

<strong>geldzaken</strong>.<br />

In elke prestatie wordt aandacht besteed aan <strong>het</strong> voorkomen en oplossen van schulden.<br />

Ook kan <strong>het</strong> <strong>Nibud</strong> spel ‘Grip op je knip’ gedaan worden tijdens de opleid<strong>in</strong>g. <strong>Een</strong><br />

educatief spel waarmee geleerd wordt te budgetteren, vooral om jongeren kennis te<br />

laten maken met de kosten van <strong>het</strong> (zelfstandige) leven.<br />

Uitleg: veel jongeren hebben hoge verwacht<strong>in</strong>gen van de toekomst: een (eigen)<br />

huis, <strong>in</strong>gericht met alle luxe, een auto en voldoende geld om <strong>het</strong> royale<br />

uitgavenpatroon voort te zetten dat zij hadden toen zij nog thuis woonden. Door<br />

Grip op je knip te spelen, wordt <strong>het</strong> de jongeren langzaam maar zeker duidelijk<br />

dat zo'n toekomstverwacht<strong>in</strong>g vaak onbetaalbaar is, zeker als er ook sprake is<br />

van verplicht<strong>in</strong>gen zoals <strong>het</strong> afbetalen van len<strong>in</strong>gen en/of schulden.<br />

Ouders hebben een belangrijke rol bij de f<strong>in</strong>anciële opvoed<strong>in</strong>g. Door <strong>in</strong>zet van zakgeld<br />

en <strong>het</strong> vragen van kostgeld leren ze hun k<strong>in</strong>d vaardigheden als plannen, op=op en<br />

bewust keuzes maken.<br />

Mochten er problemen zijn dan is <strong>het</strong> goed dat ook ouders signalen kunnen herkennen<br />

en tijdig aan de bel trekken bij een zorgteam van de opleid<strong>in</strong>g of hun k<strong>in</strong>deren<br />

53 / Onderzoek mbo-studenten


doorverwijzen <strong>naar</strong> <strong>in</strong>stanties die hen kunnen helpen, zoals de afdel<strong>in</strong>g<br />

schuldhulpverlen<strong>in</strong>g van de gemeente.<br />

<strong>Een</strong> website die ouders samen met hun k<strong>in</strong>deren bij beg<strong>in</strong>nende schulden zou kunnen<br />

bezoeken is: www.zelfjeschuldenregelen.nl.<br />

Tenslotte is er <strong>het</strong> hulpmiddel ‘Waar blijft <strong>het</strong> geld Bewaren en Bijhouden’ waarmee<br />

jongeren hun <strong>geldzaken</strong> op orde kunnen brengen en houden.<br />

Uitleg: Bewaren, staat voor een overzichtelijke adm<strong>in</strong>istratie, met handige tips<br />

om de adm<strong>in</strong>istratie op orde te brengen en te houden. De <strong>in</strong>formatie staat op<br />

praktische tabbladen, waar men direct mee aan de slag kan. Bijhouden, staat<br />

voor een overzichtelijk kasboek om de uitgaven mee <strong>in</strong> kaart te brengen.<br />

Onderzoek mbo-studenten / 54

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!