13.02.2015 Views

Dubbele CITO toets

Dubbele CITO toets

Dubbele CITO toets

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Researchcentrum voor Onderwijs en <br />

Arbeidsmarkt <br />

<strong>CITO</strong> eind<strong>toets</strong>en op twee niveaus <br />

Jaap Dronkers <br />

www.roa.unimaas.nl/cv/dronkers/nw_dronkers.htm


Ongelijkheid <br />

Verbreding van de splitsing in een VMBO-­‐ en AVO-­‐variant; <br />

-­‐ van alleen een aparte <strong>toets</strong> voor vmbo-­‐p naar een aparte <strong>toets</strong> voor vmbo-­‐p tot <br />

vmbo-­‐k <br />

-­‐ veel meer dan een test-­‐technische operaBe van computer-­‐ naar papieren <strong>toets</strong> <br />

Voorafschaduwing van gedifferenBeerde <strong>toets</strong> in lagere <br />

groepen door verschillend leesaanbod en verschillende eisen <br />

-­‐ Milieugevoelig informeel proces: inschaFng van leerpotenBeel van leerling op <br />

grond van ouderlijke achtergrond, etnische herkomst en gezinssituaBe (scheiding); <br />

-­‐ uiteenlopende interpretaBe van hoge en lage scores (bij de ene leerling is een <br />

hoge of lage score een toevalstreffer, bij de andere een betrouwbare indicator). <br />

Door benadrukking VMBO-­‐AVO verschil, versterking van <br />

etnische stereotypering en segregaBe


Klassieke onderwijssociologische inzichten <br />

F. van Heek (1968) Verborgen talent; milieu, schoolkeuze en <br />

schoolgeschiktheid van (“geen verborgen talent onder jongens na oordeel <br />

van onderwijzer en eind<strong>toets</strong>”) versus J.A. van Kemenade & J.A. Kropman <br />

(1972) in Sociologische Gids (“milieugevoeligheid van onderwijzers oordeel <br />

maskeert de omvang verborgen talent, gebaseerd op eind<strong>toets</strong>”). <br />

A. A. Van der Hoeven-­‐Van Doornum (1990) Effecten van leerlingbeelden <br />

en steefniveaus op schoolloopbanen. “Ongelijke onderwijskansen als gevolg <br />

van sociaal milieu kunnen ten dele verklaard worden als een effect van de <br />

verwachBngen die leerkrachten van hun leerlingen hebben”. <br />

P. Jungbluth (2003) De ongelijke basisschool. “Kansenongelijkheid komt <br />

binnenschools vooral tot stand via aanpassing van het aanbodniveau aan <br />

veronderstelde capaciteiten van leerlingen. In de prakBjk blijken <br />

leerkrachten de sociaal-­‐etnische achtergrond van leerlingen in het <br />

aanbodniveau te verdisconteren”.


Niveau <br />

Gestandaardiseerde centrale <strong>toets</strong>en verhogen het <br />

eindniveau van leerlingen; <br />

Centrale examens verkleinen kans dat aan de lager <br />

presterende leerlingen minder eisen worden gesteld: <br />

-­‐ J. Bishop (1997) The Effect of NaBonal Standards and Curriculum-­‐Based <br />

Exams on Achievement. American Economic Review, 87(2), pp. 260-­‐264. <br />

-­‐ L. Wößmann (2003). Central exit exams and student achievement: <br />

InternaBonal evidence. In M. West & P. Peterson (Eds.), No Child LeF Behind <br />

The poliJcs and pracJce of school accountability (pp. 292-­‐323). Washington, <br />

DC: Brookings InsBtuBon Press <br />

Eind<strong>toets</strong> basisschool en centraal eindexamen als deel-­verklaring<br />

van de hoge score van Nederland in <br />

internaBonale vergelijkingen: <br />

-­‐ T. Prokic-­‐Breuer & J. Dronkers (2012). The high performance of Dutch and <br />

Flemish 15-­‐year-­‐old naBve pupils: Explaining country differences in math <br />

scores between highly straBfied educaBonal systems. EducaJonal Research <br />

and EvaluaJon 18: 749-­‐777


F-,,"#"&#+*8G#;HHI@8#<br />

De internaTonale rangorde van slecht en goed presterende Nederlandse <br />

THE DUTCH SKILL DISTRIBUTION<br />

leerlingen <br />

Figuur 2 Beste Nederlandse leerlingen blijven achter bij hun internationale colle 15<br />

#<br />

-'"#<br />

-'"#<br />

Figure 3.3 Dutch ranking on four literacy domains among 30 OECD members, PISA 2003<br />

-'"$<br />

-'"#E<br />

48(+0+&<br />

A&.&',/-.<br />

Q+(N6-.&<br />

M&>&-<br />

ranking<br />

-'"$<br />

-'"#E<br />

48(+0+&<br />

A&.&',/-.<br />

-'"RE<br />

top 5<br />

top 10<br />

top 20<br />

Q+(N6-.&<br />

&-<br />

Bron: <br />

CPB <br />

Policy <br />

Brief <br />

2011/<br />

5 <br />

# ,&&',+-1&-<br />

,&&',+-1&-<br />

,&&',+-1&-<br />

,&&',+-1&-<br />

# Source: Own calculations based on PISA 2003<br />

#<br />

!<br />

(,&)*0(0"<br />

4'&(0&'&-.&"<br />

3&(0"<br />

4'&(0&'&-.&""<br />

(,&)*0(0"<br />

4'&(0&'&-.&"<br />

"#$%&!'()*#+,-%&!-+,-%!.-/-#0+%,-%!1*2*!3*%!45677!899:!3$$#!/+;07!899@!3$$#!A-B-%C!DE()*#+,-%&!=57F!899'C D@ !!<br />

3&(0"<br />

percentile<br />

4'&(0&'&-.&"<br />

1st 25th 50th 75th 99th<br />

mathematical literacy reading literacy science literacy problem solving<br />

Als er een probleem met de huidige eind<strong>toets</strong> is, ligt <br />

the left-hand side of the distribution. This lead is however lost at the right-hand side, except for<br />

mathematical literacy. In reading literacy the Netherlands has a significant lag at the 99 th<br />

percentile.<br />

die bij de hoog-­‐presterende leerlingen, niet bij de laag-­‐<br />

#<br />

The ranking of the Netherlands at various percentiles<br />

presterenden: te laag en/of te weinig uitdaging. <br />

!"#+15&")%&+,(#-,#%12)"%#0+,#("#$"%&"#'"(")*+,(%"#*"")*-,.",#2>#5"&#$"%&#>)"%&")",("#*+,(#-%#%4$%&+,&-""*8#<br />

We have determined the ranking of the Netherlands among the 30 OECD members at several<br />

percentiles of the distribution. This ranking is based on the test score values at these percentiles<br />

for all OECD members. Figure 3.3 shows the Dutch ranking for the four PISA literacy domains.


Moderne scholen <br />

Vereniging van openbare en algemeen toegankelijke scholen (werkgevers <br />

organisaTe): “Het standpunt van hoogleraar Jaap Dronkers over de veranderingen in de <br />

Cito-­‐<strong>toets</strong> is gebaseerd op een ouderwetse denkwijze. Basisscholen van nu kijken allang <br />

niet meer naar het ouderlijk milieu van kinderen, maar beoordelen hun werkelijke <br />

capaciteiten en prestaBes.” <br />

COOL <br />

meBng <br />

in <br />

2010/11 <br />

Groep 8 <br />

Kinderen van hoger geschoolde ouders en uit twee-­oudergezinnen<br />

krijgen hogere adviezen, ook bij gelijke <strong>CITO</strong>-­score.<br />

<br />

Scholen die wel deelnemen aan <strong>CITO</strong> adviseren hoger.


Conclusies I <br />

Splitsing van eind<strong>toets</strong> in VMBO-­‐ en AVO-­‐variant <br />

vergroot door voorafschaduwing sociale ongelijkheid in <br />

basis onderwijs. <br />

Invoering van eenvoudiger <strong>toets</strong> voor VMBO-­leerlingen<br />

zal leiden tot lagere plaats van Nederland in <br />

internaBonale rangorde. <br />

Als er differenBaBe in eind<strong>toets</strong> nodig is, dan is die <br />

nodig voor potenBële VWO-­‐leerlingen, die vooral <br />

Bjdens basisschool onderpresteren. <br />

Verschuiving van <strong>CITO</strong> <strong>toets</strong> naar mei vergroot <br />

ouderlijk milieu effect op schoolkeuze, doordat <br />

milieugevoeliger advies daarbij te zwaar gewicht krijgt.


Conclusies II <br />

<strong>CITO</strong> verloochent met gesplitste eind<strong>toets</strong> zijn <br />

sBchters; A.D. De Groot (“Vijven en Zessen”). <br />

Ontkenning van invloed van ouderlijk milieu op <br />

gedrag en opvaFngen van leerkrachten wijst op <br />

ernsBge vorm van wensdenken bij <br />

onderwijsbestuurders en diskwalificeert ze. <br />

Invloed van ouderlijk milieu op gedrag en opvaFngen <br />

van leerkrachten is begrijpelijke uitdrukking van <br />

maatschappelijke ongelijkheid, waarvan onderwijs <br />

ruggengraat vormt (J. Dronkers, 2007. Ruggengraat van <br />

ongelijkheid. Beperkingen en mogelijkheden om <br />

ongelijke onderwijskansen te veranderen).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!