batibouw 2011 - Bouwmagazines

Batibouw 2011
VELUX viert 70 e verjaardag
Voor dakvensterspecialist VELUX is Batibouw
niet alleen de gelegenheid om een aantal opmerkelijke
nieuwigheden voor te stellen, maar
meteen ook het startschot van een feestjaar,
want het is dit jaar precies 70 jaar geleden dat
de Deen Villum Kann Rasmussen ervan droomde
daglicht en ruimte onder ieders dak te brengen
en zo het allereerste dakvenster ontwierp.
Hij gaf het de zeer toepasselijke naam VELUX,
ontstaan uit twee woorden: VEntilatie en LUX,
het Latijnse woord voor licht.
Oprichter Villum Kann Rasmussen werd geboren op het
eiland Mandø in dat gedeelte van de Noordzee dat langs
de Deense kust ligt en de naam Waddenzee draagt. Zijn
vader was de pastoor van het eiland. Hij ging naar school
op de Sorø Academy en studeerde af als ingenieur aan de
universiteit in 1932. De jongeman was heel nieuwsgierig en
inventief en gedurende zijn ganse carrière nauw betrokken
bij alles wat met productontwikkeling te maken heeft. Zijn
praktisch inzicht kwam dan ook sterk tot uiting in zijn
ontwikkelingsaanpak en zijn motto: “Eén experiment is
soms beter dan de mening van 1000 experts.”
Hij droomde ervan om daglicht, frisse lucht en een aantrekkelijk
buitenzicht binnen ieders handbereik te brengen en
deponeerde door de jaren heen maar liefst 55 patenten en
9 patronen. Hij ontwikkelde echter ook producten buiten
zijn kernactiviteit zoals de Aromatic koffiemachine in de
jaren ’60 en het VELSIT meubelgamma in de jaren ’70.
Maar Rasmussen zat ook als manager vol ideeën en visie.
In 1965 bedacht hij zo het Model Company Objective, dat
het bedrijf ertoe aanzette om te werken met producten die
nuttig zijn voor de gemeenschap en om zoveel winst te genereren
dat de onderneming financieel onafhankelijk zou
kunnen zijn en blijven, nog steeds één van de hoekstenen
van het bedrijf trouwens.
Internationalisering
Met het succes van de dakvensters op de thuismarkt kwam
stilaan ook het plan om het wonen en leven onder hellende
daken ook in andere delen van de wereld aangenamer te
maken. Een eerste stap in die richting was de licence agreement
met buurland Zweden, maar de grootste stap werd
genomen toen Rasmussen samen met zijn Duitse partner
E.G. Albers de productie en verkoop opstartte van VELUX
dakvensters in Duitsland. In 1954 drong VELUX door op de
Engelse markt en al snel volgden ook nog heel wat andere
Europese markten zoals Frankrijk in 1962, Italië in 1970
en Spanje in 1973.
In 1968 introduceerde de onderneming een geheel nieuw
en compleet ander dakraam, namelijk de VELUX GGL, die
het resultaat was van een ingrijpend ontwikkelingstraject
en ook heel wat nieuwe voordelen met zich meebracht. Het
nieuw kantelscharnier liet toe het raam 180° te roteren
en een speciale voorziening in het scharnier zorgde er
tevens voor dat het raam open kon blijven staan zonder
extra steun. De naam GGL komt in feite van de Deense
benaming, die verwijst naar de horizontale handgreep aan
de bovenkant van het venster die de bediening kinderspel
maakt. Dit nieuw raammodel vereiste meteen ook heel wat
modernere productietechnieken, in de eerste plaats omdat
de GGL als eerste voorzien zou worden van een geïsoleerde
glaseenheid, eveneens vervaardigd door VELUX.
In 1975 zette VELUX de grote stap over de Atlantische
Oceaan naar de USA en zette er een verkoopsonderneming
en later ook een productie-eenheid op. Niet lang daarna
volgde ook Canada. De onderneming ontwierp heel wat
producten aangepast aan de speciale noden van de diverse
internationale markten. Zo bestond in Noord-Amerika de
traditie voor koepels die redelijk hoog in het dak worden
ingewerkt en dus werden speciaal voor deze markt dit
soort koepels gemaakt. De Japanse markt vroeg dan weer
om producten die de barre weersomstandigheden van dit
land konden weerstaan en op die manier ontwikkelde het
gamma zich van één enkel product – het dakvenster - tot
een brede waaier aan producten in diverse varianten, aangepast
voor integratie in het dak.
In de jaren ‘80 werden er verdere serieuze stappen ondernomen
op de Centraal- en Oost-Europese markten met
onder andere een joint venture met een Hongaarse partner
voor de productie en verkoop van dakramen. Eveneens in
die periode werden er handelsondernemingen opgezet in
landen als Australië, Japan, en Chili. Deze ontwikkeling
zette zich nog verder in de jaren ’90 met de oprichting van
productie-eenheden en verkoopsorganisaties in onder andere
Rusland en China. De alsmaar beter wordende logistieke
mogelijkheden waren natuurlijk een doorslaggevende
factor om de mondiale beschikbaarheid en levering van de
producten te kunnen garanderen.
40 ROOF BELGIUM • FEBRUARI 2011 •