AdeKUS Infobulletin - Anton de Kom University of Suriname

ADEKUSINFOBULLETINJAARGANG 15 NR. 1APRIL 2013FIRM PERFORMANCE SCHOLARSHIP2011-2012Regional Sport Academyop campus AdeKUSLustrumviering afschaffingslavernij en herdenkingimmigratieSurinaamse rijstsectorheeft boost nodigEEN UITGAVE VAN DE ANTON DE KOM UNIVERSITEIT VAN SURINAME

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinInternationale conferentieLustrumviering afschaffing slavernij enherdenking immigratie“Ter gelegenheid van de herdenking van 150 jaar Afschaffing van de Slavernij; 140 jaar HindostaanseImmigratie en 160 jaar Chinese Immigratie zal er van 6 tot en met 10 juni 2013 een internationale wetenschappelijkeconferentie in ons land gehouden worden. Het thema van de conferentie is: Free and ForcedMigration, Diaspora and Identity Formation: The legacy of Slavery and Indentured Labour in Historical andContemporary Context. De conferentie zal in het Stardust Hotel gehouden worden. Dit groots evenementwordt georganiseerd door het Institute for Graduate Studies and Research (IGSR) en het Instituut voor MaatschappijwetenschappelijkOnderzoek (IMWO) in samenwerking met het Nationaal Archief Suriname (NAS).Ook zullen enkele culturele organisaties zoals Naks, Federasi fu Afrikan Srananman, Culturele Unie Suriname(CUS), de Commissie 10 Oktober, de Nationale Stichting Hindostaanse Immigratie, en de Vereniging HerdenkingJavaanse Immigratie hun bijdrage leveren aan deze gebeurtenis. De studierichting Geschiedenis van hetInstituut voor de Opleiding van Leraren (IOL) behoort ook tot een van de deelnemende organisaties.Foto: M. HassankhanFoto: M. HassankhanBij de poort van de Suriname depot te Calcutta, India.Kade Suriname depot te Calcutta, India.DOEL CONFERENTIEAdeKUSINFOBULLETINHet doel van de conferentie is onder andere op een wetenschappelijkforum de link te leggen tussen enerzijdshistorische gebeurtenissen en verschijnselen die te makenhebben met slavernij, contractarbeid en migratie enanderzijds met hedendaagse vraagstukken van globalisatie,identiteitsvorming, nationalisme en transnationalisme.Verder wordt met deze conferentie beoogd het bevorderenvan nieuwe perspectieven en benaderingen in de bestuderingvan vrije en onvrije migraties en hun invloed op desamenleving. Door het bij elkaar brengen van wetenschappersuit verschillende delen van de wereld wordt gehooptde uitwisseling van ideeën te stimuleren en bestaande netwerkente versterken alsook het opzetten van nieuwe. Hetstimuleren van vergelijkend onderzoek en het uitbrengenvan publicaties om nieuwe kennis en inzichten te verspreidenbehoren ook tot belangrijke speerpunten van de conferentie.Opzet conferentieHistoricus en tevens trekker van de conferentie, drs. MaurtisHassankhan, legt uit dat aan de hand van individuelepapervoorstellen het programma is samengesteld. Van tevoren zijn er via de verschillende media, waaronder hetinternet, oproepen geplaatst voor het inzenden van papers.Daarbij is gebruikgemaakt van verschillende netwerkenen discussiegroepen. Personen die wensten deel te nemenkonden voorstellen doen voor een panel of een individuelepaper indienen. In zo’n papervoorstel staat aangeven watde indiener graag behandeld ziet en de essentie van zijninleiding. De reacties waren volgens Hassankhan overwel-3

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS Infobulletindigend. Op 15 december 2012 was het aantal papervoorstellen53. Dit aantal is inmiddels opgelopen naar 104. Aande hand van de binnengekomen paper- en panelvoorstellenwordt beslist welke papers of panels worden aangenomenen wordt er een programma voor de conferentie opgesteld.Hassankhan geeft aan dat er veel belangstelling voor deconferentie is. Uit verschillende delen van de wereld is ergereageerd op de oproep, van Australië tot Mauritius envan Zuid-Afrika tot Duitsland. Enkele andere landen diezullen participeren zijn onder andere Nederland, Engeland,Suriname, Guyana, Trinidad, Puerto Rico, de V.S.,Canada en Brazilië. Er zullen op de conferentie 4 inleidingenverzorgd worden.Hassankhan geeft aan dat deze activiteit bekendheid moethelpen geven aan de Anton de Kom Universiteit van Suriname.De taal op de conferentie is Engels, waardoor Surinamersgedwongen worden om in het Engels te schrijven,‘zodat hun publicaties ook wereldwijd door anderengelezen kunnen worden’, zegt de historicus. ‘De reden isde toegankelijkheid van het Engels als wereldtaal.’ Omdater zo weinig publicaties over Suriname in het Engels tevinden zijn, vallen zij volgens Hassankhan terug op halfenpseudodeskundigen. ‘Het lijkt alsof de deskundigen alleenin het buitenland te vinden zijn, omdat Surinaamsedeskundigen niet in het Engels of in een andere taal geschrevenhebben. Er wordt wel degelijk onderzoek verrichtin Suriname, maar het wordt niet in een publicatievastgelegd. En het liefst in het Engels zodat het wereldwijdgelezen kan worden.’Voor deelname aan deze internationale de conferentie kuntu een registratieformulier afhalen bij het I.M.W.O. Deregistratie mag ook digitaal geschieden op de volgende e-mailadressen:diasporaconf@yahoo.com of imwo@sr.netOnlosmakelijk verbondenVolgens Hassankhan zijn de 3 belangrijke lustrumvieringen,150 jaar afschaffing slavernij, 140 jaar HindostaanseImmigratie en 160 jaar Chinese Immigratie, onlosmakelijkmet elkaar verbonden, hoewel het om 3 aparte gebeurtenissengaat. Het gaat om onvrije arbeid in de koloniale tijd.In de conferentie zal niet alleen naar het verleden gekekenworden, maar ook naar de hedendaagse vraagstukkendie te maken hebben met het verleden zoals migratie endaaraan gekoppeld transnationalisme, vraagstukken die temaken hebben met identiteit, integratieprocessen en diasporavraagstukken.Dit soort zaken zullen allemaal aan deorde komen en hebben met elkaar te maken. De onderwerpendie ondermeer aan de orde zullen komen tijdensde panels zijn: multiculturele samenleving, nationalisme,erfenissen slavenarbeid en contractarbeid. Het is de bedoelingdat de participanten wetenschappelijke kennis opdoenen daarmee een bijdrage kunnen leveren voor zowel dewetenschapsbeoefening als voor het aandragen van oplossingenvoor bepaalde maatschappelijke vraagstukken.Suriname op de kaart plaatsenFoto: S. Moeljoredjo4AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinVLIR Zuidinitiatief zet in op onderwijsversterkingbinnen de Faculteit der TechnologischeWetenschappenDoor: Sigrid Heirman, Hans Martinus, Angelika Namdar, Riad NurmohamedDe Vlaamse Inter Universitaire Raad, dienst universitaire ontwikkelingssamenwerking of kortwegVLIR UOS is op AdeKUS vooral gekend van haar Institutioneel Universitair Samenwerkingsproject(IUS). Het 10 jaar lopende VLIR-AdeKUS IUC-project ging in 2008 van start en doet zowel aan organisatorische,onderwijs- en onderzoeksversterking in diverse faculteiten te AdeKUS. Naast dit groteen langdurige project zijn er de kleinere ondersteuningsprogramma’s, zoals het VLIR Zuidinitiatief(ZI). Zo ging er medio 2012 ook op de Faculteit der Technologische Wetenschappen een Zuidinitiatiefprojectvan start en wel met de studierichting Infrastructuur in samenwerking met het IGSR. Ditprogramma duurt 2 jaren.Het Zuidinitiatief programma ondersteunt kleinelaagdrempelige projecten met een beperktbudget. De projecten worden geïnitieerd doorVlaamse academici/docenten in samenwerkingmet academici/docenten van een universiteit/hogeschoolof een (non-profit) onderzoeksinstellingin een ontwikkelingsland. Ook andere sociale actorenin het zuiden kunnen worden betrokken.De Zuidinitiatieven zijn bedoeld voor samenwerkingsvormendie binnen de bestaande VLIR-UOS-programma’s niet kunnen worden gefinancierd.Ze worden beschouwd als ‘zaaigeld’, voorde uitbouw van nieuwe partnerschappen of als‘oogstgeld’, ter vergroting van de impact vaneerdere projecten.Stakeholdersworkshop met bouwkundedocenten, 2012, IGSRHet project in kwestie draagt als titel: “Versterkingvan het huidige BSc-programma Bouwkundebinnen de studierichting Infrastructuur aande Anton de Kom Universiteit van Suriname ende opmaak van een haalbaarheidsstudie van eenregionaal MSc-programma stedelijk ontwerp”en wordt in samenwerking met de UniversiteitAntwerpen, Associatiefaculteit Ontwerpwetenschappen(voormalige departement Ontwerpwetenschappenvan de Artesis Hogeschool) uitgewerkt.De studierichting Infrastructuur werkt al sinds2006 samen met de Artesis Hogeschool Antwerpen,departement Ontwerpwetenschappen. Desamenwerking ontwikkelde zich in de zijlijn vaneen ondertussen afgelopen bestuurlijke samenwerking,de stedenband Antwerpen – Paramariboen focuste in haar beginfase vooral op bestuurlijkrelevant onderzoek via gezamenlijkestudentenprojecten gekoppeld aan relevanteAdeKUSINFOBULLETINStakeholdersworkshop met werkgevers, consultants, bedrijfsleven, afgestudeerden,docenten actief in de bouwkundewereld, 2012, IGSR5

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS Infobulletinstakeholders. De betrokken studenten zijn masterstudentenvan Antwerpen en bachelorstudentenuit Paramaribo, die samen onderzoekdoen ten behoeve van hun respectievelijke master-en bachelorproef. Na de succesvolle starten het aflopen van de stedenband werd in 2009de academische samenwerking geformaliseerden ontstond er een structurele academische samenwerkingtussen beide instituten op het vlakvan onderzoek, onderwijs en maatschappelijkedienstverlening waarbij de samenwerking zichfocust op stedenbouw, architectuur en monumentenzorg.Naast de samenwerking tussen Artesis en Ade-KUS liepen er nog verschillende verwante samenwerkingentussen AdeKUS, Nederlandseen Caraïbische universiteiten. Zo was het IGSRvanaf 2008 partner in een Edulinkproject samenmet de Universiteit van Amsterdam, the Universityof the West Indies en the University ofGuyana. Dit project heeft geresulteerd in eenProfessional Course in Urban Planning and Management,die in augustus 2011 werd afgesloten.Met een aansluitend masterjaar buiten hetEdulinkproject kon invulling worden gegevenaan de wens van 12 cursisten (7 in Suriname en5 in Guyana) om een masterdiploma te kunnenbehalen. Dit is momenteel in uitvoering en studentenzullen binnenkort een begin maken methun thesisonderzoek. Uit de evaluaties van deProfessional Course en de aansluitende masteris naar voren gekomen dat meer aandacht zoumoeten worden besteed aan urban design. Dievraag is met Artesis besproken, omdat urbandesign een van de kennisgebieden van Artesisis. Vanuit deze vraag is een voorstel ingediendvoor een Zuidinitiatief project en dat kreeggoedkeuring.van het project versterkt met een afgevaardigdevan de Universiteit van de West Indies, de Universiteitvan Guyana, Universiteit van Jamaica(UTECH) en de Universiteit van Amsterdam.Het project ging in september 2012 van start meteen kennisneming in Antwerpen waarbij de lopendeinitiatieven tot curriculumvernieuwingbinnen de studierichting Infrastructuur werdentoegelicht door promotor Hans Martinus. Hetgaat om het opgestelde ZER, de evaluaties doormevr. Diny Peeters en de besprekingen onderleiding van de RC, Riad Nurmohamed, PhD,gericht op een verantwoorde nieuwe opzet vande bacheloropleidingen in de Infrastructuur. Nadit eerste eerder informele contact voorziet hetproject in drie formele contactmomenten van deprojectgroep met de stakeholders te AdeKUS,waarbij het eerste contactmoment in november2012 plaatsvond en zich uitsluitend focuste opde opstart van het traject ter versterking van deopleiding Bouwkunde. In het voorjaar van 2013en begin 2014 zijn de twee volgende meetingsgepland; deze zullen zich enerzijds verder inzettenter uitwerking van een versterkingsvoorstelvoor het voornoemde bachelorprogrammaen anderzijds zich met de regionale partnersbuigen over een haalbaarheidsstudie ter inrichtingvan een masteropleiding in Urban Design.De projectgroep van het Zuidinitiatief bestaatuit Hans Martinus, Marten Schalkwijk en AngelikaNamdar (AdeKUS, IGSR) en Koen van deVreken, Tom Coppens, Johan van de Walsche,Filip Hanjoul en Sigrid Heirman (Artesis, België).Daarnaast wordt de regionale component6AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinRegional Sport Academy opAdeKUS campusFoto: S. MoeljoredjoDe officiële opening van de Regional Sport Academy (RSA) vond plaats op 5 maart j.l. op de AdeKUScampus.De RSA is een multifunctioneel sport-, educatie-, en trainingscentrum dat de sportontwikkeling inzowel Suriname als in de regio naar een hoger niveau moet brengen. In verband met de opening van de RSAin ons land is er van 4 tot en met 5 maart 2013 een Regionale Sport Conferentie gehouden in de Ball Roomvan hotel Torarica. Het thema van de conferentie was: “Save Community Challenges through Sport.” Een vande hoogtepunten van deze conferentie was de ondertekening van een samenwerkingsverband tussen de RSA,de AdeKUS en de Vrije Universiteit Brussel (VUB). Vanuit verschillende invalshoeken zoals educatie, onderzoeken gemeenschapsontwikkeling zullen een aantal aandachtsgebieden onderzocht worden. Hiermee kaneen plan van aanpak gemaakt worden dat vervolgens aan de Surinaamse overheid aangeboden zal worden. Deofficiële ingebruikname van het centrum werd verricht door de minister van Buitenlandse Zaken, drs. WinstonLackin, en zijn collega van Sport- en Jeugd zaken, de heer Ismanto Adna.Doel conferentieOp de conferentie is de kennis, ervaring en expertise van delanden in de regio bijeengebracht op sportgebied en als hetgaat om de bevordering van de vrede. Het streven is eropgericht om niet alleen de Caricom-landen erbij te betrekkenmaar ook de UNASUR en diaspora. Op deze tweedaagseconferentie waren er enkele gastsprekers uit het buitenlandaanwezig om hun kennis en ervaring op het gebied van universiteitssportdelen. De keynotespreker was prof. Paul deKnop, rector op de Vrije Universiteit van Brussel.Samenwerking AdeKUS en RSAIn februari en juli 2012 is de AdeKUS door leden van de NationaleCommissie van de Regional Sport Academy (de regeringvan de Republiek Suriname c.q. het ministerie van BuitenlandseZaken en het ministerie van Sport en Jeugdzaken)benaderd om de mogelijkheid te bekijken voor de vestigingvan een afdeling van de RSA op de campus van de AdeKUS.Vanwege het feit dat de regering wordt aangemerkt als eenbelangrijke strategische partner voor duurzame ontwikkelingvan de Universiteit is dit voorstel serieus in overweging genomen.De AdeKUS is een heel belangrijke counterpart, watinhoudt dat zij samen met het RSA-team het curriculum ontwikkelten implementeert. De RSA moet de poort zijn naarCaricom, UNASUR en Diaspora.Voor de implementatie van de RSA heeft de AdeKUS grondbeschikbaar gesteld voor een multifunctionele sportfaciliteitmet trainingslokalen. De doelgroepen van de RSA zijn studenten,sporters, trainers en iedereen die affiniteit met sportheeft. Het voorlopig RSA-gebouw bestaat uit vier leslokalen(met een capaciteit van 35 personen), een kleine pantry en 2andere ruimten voor respectievelijk docenten en voor de administratie.Verder zal er een multifunctioneel sportveld aangelegdworden dat zowel door de RSA-opleidingen als doorde universiteit gebruikt zal worden.AdeKUSINFOBULLETIN7

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinMeerwaarde voor AdeKUSGezien het voornemen van de AdeKUS om een professioneelsportbeleid te voeren in het kader van sportbeoefening,dienstverlening en onderzoek lijkt een samenwerkingmet de RSA zeer welkom. Deze samenwerking heeft alsvoordeel dat uit wederzijdse expertise kan worden geput.Verder zal de AdeKUS aanzienlijk aan kosten besparen,omdat zij van haar zijde minimale investeringen hoeft teplegen voor het opzetten van de RSA-faciliteiten. Het grosvan de benodigde investeringen zal worden gepleegd uitfinanciën die via de regering c.q. het ministerie van SportenJeugdzaken beschikbaar zullen worden gesteld.De RSA-sportfaciliteiten zullen op basis van gemaakte afsprakenook optimaal benut kunnen worden door de universiteitsgemeenschap,variërend van actieve participatiein sportprogramma’s tot recreatieve sportbeleving. Dit zaleen positieve bijdrage leveren aan het opleven van het campusgebeurenop de AdeKUS. Verder zullen sporttalentenvan in het bijzonder de studenten beter kunnen wordenontwikkeld als sportprogramma’s worden gekoppeld aancurricula van de AdeKUS. Ook kunnen de doelstellingenvan de Universitaire Sportraad efficiënter gerealiseerdworden. Keynote spreker prof. Paul de Knop rector op de Vrije Univesiteitvan Brussel.Het moment van de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst tussen RSA, UVB en AdeKUS8AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinRol VLIR-AdeKUS-IUC Project 4 & 5 voorFTeW tussen 2008 - 2013 en na 2013?Door: R. Nurmohamed en J. MartinusWaarom project 4 & 5 voor FTeW?Project 4 & 5 hebben als titel: “Master Education andResearch Programme on Sustainable Management ofNatural Resources - SMNR”. In 2008 heeft de Faculteitder Technologische Wetenschappen (FTeW)beslist om te groeien van een onderwijsfaculteit opbachelorniveau naar een geaccrediteerde master oponderwijs- en onderzoekgebaseerde faculteit, waarbijook de onderwijs- en onderzoekstandaarden zoudenworden ontwikkeld of verhoogd.Er is echter slechts voor één masteropleiding gekozen,te weten in SMNR. De redenen zijn dat er ten eersteonvoldoende capaciteit aan hooggekwalificeerde academischedocenten is, ten tweede een laag aantal afge-studeerden op FTeW en tot slot is het budget netgenoeg voor één masteropleiding. Masteronderwijsen -onderzoek zou worden uitgevoerd rondde volgende 7 thema’s:THEMAS:• Renewable energy• Mineral resources• Land and water management• Biodiversity• Sustainable agriculture• Sustainable forestry• Natural productsHet model dat FTeW nastreefde, is weergegeven in figuur 1. De complete uitvoering van deze gedachte is via eendossier, de zogenaamde. PP- en AP-documenten uitgeschreven in activiteiten, budgetten en bemensing. De academischedoelstelling van dit project was dan ook: “To educate sufficient MSc students in Sustainable Managementof Natural Resources (SMNR) at AdeKUS and to increase the academic standards of research in SMNR at Ade-KUS”. De ontwikkelingsdoelstelling van dit project was: “To contribute to Sustainable Management of NaturalResources resulting in the further development of society.”GovernmentProject at AdeKUS, e.g. CRASH,CUPIDO, VLIR-UOS-CZM, STARLand & Water ResourcesNGO’sRegional & International Cooperationwith Universities and Institutes e.g. UWI,VU, UVA, Utrecht, GWP, CUN, UNAMAZ,CariscienceSustainable ForestryLaboratoriesMineral ProductionResearch Institutes: CELOS, Narena,CMO, NZCS, Intec, MWI, IMWOAgriculture ProductionEnvironmental SciencesRenewable EnergyMultinationalsSustainable AgricultureEducation - BSc.Mineral ResourcesMechanical EngineeringElectrical EngineeringInternational ConventionsLaboratoriesInfrastructureLaboratoriesPrivate CompaniesEducation & Reseach- MSc.BiodiversityNatural ProductsInternational Organizations &InstitutionsReseach- PhD.DonorsFiguur 1. Bachelor-masteronderwijs en onderzoektransformatiemodel van de FTeW.Note: In oranje de bestaande studierichtingen van de FTeW, in paars de thema’s van de MSc in SMNR-opleiding, in rood de faciliteiten enin groen de netwerken.Met ondersteuning van de “Belgian Directorate-General for Development Coöperation (DGDC)”, de “Flemish Interuniversity Council”(VLIR-UOS) en de Vlaamse universiteiten zijn project 4 en project 5 gestart in maart 2008, en zoals bekend is de eerste fase succesvol afgeslotenin maart 2013. Onderstaand worden kort wat hoogtepunten en zorgpunten vermeld met enkele illustraties.AdeKUSINFOBULLETIN9

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinBijdrage op onderwijsgebiedDe grootste impact van dit project voor de FTeW is de opstartvan de 2-jarige, Engelstalige master-of-scienceopleidingin “Sustainable Management of Natural Resources”. Dezeopleiding is om de volgende redenen bijzonder:• Het is eerst goed voorbereid in dossier.• Het programma wordt elk jaar aangeboden.• Het is het enige programma waarbij studenten van bijnaalle studierichtingen op de FTeW kunnen instromen.• Er worden eisen gesteld aan docenten.• Studenten worden geselecteerd.• Er vinden verplichte evaluaties plaats onder studentenen docenten.• Docenten krijgen feedback op hun prestaties.• Er wordt gebruikgemaakt van state of the art literatuur,software en onderzoekmaterialen.• De recentste kennis wordt gedoceerd aan de studenten.• Er is een goede pr.• Er wordt jaarlijks gerapporteerd.• Maar het belangrijkste is misschien wel de bereidheidvan de huidige AdeKUS- en Vlaamse docenten die zonderextra vergoeding lesgeven, ook na 15.00 uur.Om dit alles te realiseren wordt veel geld geïnvesteerd in dediverse onderdelen: investeringen in instrumenten, trainingenvoor docenten, aankoop van literatuur/software voor devakken of voor onderzoek van docenten, financiering vanonderzoek van studenten, docenten en Phd-kandidaten, participatieaan conferenties en workshops die leiden tot capaciteitsopbouwvan de docent zelf voor onderwijs, onderzoeken dergelijke.In de praktijk is de afgelopen jaren echter gebleken dat onvoldoendedocenten gebruik hebben gemaakt van deze faciliteiten.De redenen zijn vrij simpel: het academisch milieuwordt onvoldoende geëvalueerd en bevorderd, er is een laagniveau van wetenschappelijk onderzoek, met als gevolg ookweinig of geen hoogstaande wetenschappelijke publicaties,maar misschien belangrijker nog dat het academisch-ethischverval op AdeKUS/FTeW de laatste jaren alleen maar is toegenomen.Deze karakteristieken stagneren de groei van hetacademisch onderwijs en onderzoek op de AdeKUS/FTeW.Onderstaande figuren geven enkele indrukken van enkelefacetten van de MSc in SMNR-opleiding. Het MSc in SMNRprogrammagaat nu de fase in van accreditatie, internationaliseringen verzelfstandiging.Aantal docenten30252015105Internationaal Flaams AdeKUSAantal docenten252015105Aantal eerstejaars studentenAantal afgestudeerden02009 - 2010 2012 - 2013Collegejaar02009 - 2010 2010 - 2011 2011 - 2012 2012 - 2013CollegejaarAantal docenten van AdeKUS, Vlaamse universiteiten en overige internationaledocenten die lesgeven in de MSc in SMNR: in 2009-2010 en heden 2012-2013Aantal eerstejaars SMN- studenten per collegejaarMSc. (PhD. kandidaten)Ass. Prof.PhD. /Dr.)Prof. (Hoogleraar)10De graad van de docenten die momenteel lesgeven in de MSc in SMNRAdeKUSINFOBULLETINCollegejaarMinimale financiering van VLIR in euro’s naar de FTeW (investeringen, operationelekosten en kosten voor trainingen & beurzen) aan MSc in SMNR-onderwijsen MSc in SMNR-onderzoek per jaar en ook de prognose na 2013. Vanaf 2012geschatte financiering.

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinDe bijdrage op onderzoeksgebiedOm onderzoek en publicaties te stimuleren maar in het bijzonder de capaciteit om het MSc. in SMNR-programma op termijnzelfstandig te kunnen verzorgen, is de afgelopen jaren ook veel geld geïnvesteerd in enkele onderzoeksinstrumenten in laboratoria,trainingen/workshops voor docenten/onderzoekers, bezoek aan wetenschappelijke conferenties voor docenten, en eris ook geïnvesteerd in lokaal onderzoek van docenten. Tegelijkertijd zijn ook vier docenten van de FTeW geselecteerd om eenpromotieonderzoek te doen.A. Kalpoe, MSc. S. Mahabali, MSc. G. Landburg, MSc. V. Atmopawiro, MSc.Integration of renewable energysources and distributed generation,i.s.m. KULeuven, BelgiëEvaluation of agricultural practicesby farmers in Suriname (districtCommewijne) and the use ofconstructed wetlands for treatmentof agricultural runoff, i.s.m.UGent, BelgiëThe effects of reduced impactlogging and conventionallogging on anuran abundance,composition and extinction risk inSuriname’s rainforest, i.s.m. UGent,BelgiëRainforest mapping and attributeestimation using space borne radarremote sensing, i.s.m. UGent,BelgiëDe onderstaande figuur geeft indrukken van enkele facetten van het SMNR-onderzoeksprogramma(PhD-onderzoek en onderzoek van docenten).Lokale onderzoekskostenKosten voor trainingen,workshops, conferentiesPhD Scholarship kostenAantal ondersteunde onderzoeksprojecten op de FTeW: 7Aantal ondersteunde aanvragen voor internationaleconferenties/workshops/trainingen: 14Aantal ondersteunde wetenschappelijke publicaties: 8Aantal ondersteunde wetenschappelijke posters: 8Minimale financiering van VLIR, 627,351 euro’s, naar de FTeW en FMeW tussen 2008 en2012 voor stimulering van onderzoek en capaciteitsopbouw van docenten.Organisatie van deze projecten op de FTeWHet is voor het eerst dat de Faculteit der Technologische Wetenschappen c.q. AdeKUS zo een langdurig capaciteitsopbouwprogramma(10 jaren: 2008 - 2018) in uitvoering heeft. Hierbij gaat het niet alleen om financiële ondersteuning vanuit België,maar ook om ondersteuning in de vorm van menskracht zoals Vlaamse docenten of experts die vakken of cursussen verzorgenop AdeKUS of als promotor dienen voor PhD-studenten of als co-onderzoeker bij lokale docenten. De projecten 4 en 5 zijn deafgelopen jaren geleid door de lokale projectleiders te weten R. Nurmohamed, PhD en J. Toelsie, PhD, en Vlaamse projectleiderste weten prof. dr. A. Vervoort/prof. dr. W. VanPetegem en prof. R. dr. DeWulf. Achter elke projectleider werken er eenaantal lokale en Vlaamse teamleden. Dat zijn de docenten van de studierichtingen of faculteit.De projecten worden op een projectmatige manier uitgevoerd dat wil zeggen planning, uitvoering, rapportage, communicatieen transparantie staan hoog op de agenda. Het beheer en management van deze projecten wordt gedaan door de PSU (ProgrammeSupport Unit) van het VLIR-AdeKUS-IUC-programma onder leiding van R. Mangal, MSc. De lokale projectleidersrapporteren regelmatig aan het faculteitsbestuur over de vorderingen van het project. Dit is onlangs ook regelmatig het gevalgeweest bij de totstandkoming van het projectdossier voor fase II 2013-2018.AdeKUSINFOBULLETIN11

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS Infobulletin1) Hydro - state of the art - instrumenten geïnstalleerd in de Nickerie rivier;prof. dr. S. Naipal demonstreert de data ophaal en verwerking achter de pc.2) Zeebravisonderzoek door J. Toelsie, Ph.D. en R. Bipat, Ph.D. op deFaculteit der Medische Wetenschappen.3) Windonderzoek in Nickerie door A. Kalpoe, MSc. en C. Wijngaarde, MSc.4) Klimaatmodelleringsonderzoek door R. Nurmohamed, PhD.Fase II: 2013-2018 … einde VLIR-AdeKUS-IUC-programma voor FTeWFase II is gestart in april 2013. De projecten 4 en 5 zijn één project geworden en de naam is dezelfde gebleven Project 4-5 “Master Educationand Research Programme on Sustainable Management of Natural Resources”. De hoofdactiviteiten zijn ongeveer hetzelfde gebleven, maarde accenten zijn wat nauwkeuriger geworden. Zo zullen joint research en joint publicaties meer aandacht krijgen en ook met andere partnersworden gestimuleerd. Het master of science-progamma in “Sustainable Management of Natural Resources” zal volledig worden ingebed inde FTeW. MSc-thesisonderzoek en PhD-onderzoek worden voortgezet en kleinschalige financiering voor publicaties, onderzoek, training,kennisopbouw voor vakken binnen SMNR zal nog plaatsvinden. Het beschikbare budget is weliswaar gehalveerd in vergelijking met faseI. In de komende jaren zullen andere lokale partners worden aangezocht om dit programma verder te ondersteunen, dus ook na 2018. Dehost van de projectleider 4-5 en de MSc in SMNR-opleiding is momenteel de studierichting Infrastructuur van FTeW. Met de start van faseII zijn de nieuwe projectleiders van project 4-5 als volgt:Riad Nurmohamed PhD MSc BScLokale projectleider project 4-5 van het VLIR-AdeKUS-IUC-programmaE: riad.nurmohamed@uvs.eduCV: Hoofddocent Infrastructuur, Richtingscoördinatorstudierichting Infrastructuur en opleidingscoördinator vande MSc in Sustainable Management of Natural Resources.Het volledige CV kunt u lezen viahttp://uvs.academia.edu/NurmohamedRiad/Prof. dr. ir. Patrick WillemsVlaamse projectleider project 4-5 van het VLIR-AdeKUS-IUC-programmaE: Patrick.Willems@bwk.kuleuven.beCV: Hoogleraar in Urban and River Hydrology, KatholiekeUniversiteit Leuven, België. Het volledige CV kunt u lezenvia www.kuleuven.be/hydr/willems.htmNa 10 jaren VLIR-AdeKUS-IUC op de FTeW zou deze faculteit de hooggekwalificeerde academische capaciteit moeten hebben om de faculteitnaar grote hoogten te brengen. Er zullen tegen eind 2018 veel kennis en middelen zijn geïnvesteerd in projectmatig werken, hoogstaandmasteronderwijs en onderzoek in SMNR, onderwijs en onderzoeksmaterialen, didactische trainingen, onderzoekstrainingen, en nog veelmeer. Van de FTeW/AdeKUS wordt verwacht dat men serieuzer omgaat met programma’s en projecten, leert om keuzes te maken wat deontwikkelingsrichting van de FTeW/AdeKUS betreft, leert projectmatiger te werken, leert te communiceren, de juiste bestuurs- en managementstrategieënkiest en implementeert, academisch personeel kritisch selecteert, regelmatig traint en laat presteren, en de juiste menselijkehulpbronnen beter benut voor de ontwikkeling van de FTeW/AdeKUS.De start, de uitvoering en afronding van fase I, zijnde de projecten 4 en 5 voor de FTeW, zijn hoofdzakelijk te danken aan de mensen vanhet eerste uur van 2006 - 2008 te weten prof. dr. A. Vervoort (KULeuven), dr. A. Li Fo Sjoe (oud-voorzitter AdekUS-bestuur), prof. dr. S.Naipal, dr. ir. W. Jansze, S. Sheikkariem MSc (de drie trekkers van dit project) en ir. J. Martinus (oud-decaan 2008). Ten slotte worden ookalle ondersteunende diensten van de FTeW/AdeKUS, de gewezen en nieuwe projectleiders en teamleden van project 4 & 5 van AdeKUS enVlaamse universiteiten, en de PSU (R. Mangal en team) bedankt. Met de komst van prof. dr. H. Ori (nieuwe lokale coördinator) en de prof.dr. W. VanPetegem (nieuwe Vlaamse coördinator) voor het VLIR-AdeKUS-IUC-programma fase II is het te verwachten dat ook fase II succesvolzal worden afgerond. 12AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinWater Education in Universities and Water inthe CARICOMDoor: R. NurmohamedOn August 25, 2012, the Global Water Partnership Organization (GWPO) organized a Integrated WaterResources Management (IWRM) workshop in Stockholm, Sweden, about the IWRM Toolbox for GWP partneruniversities. The aim of this initiative was to promote the use of GWP’s IWRM ToolBox in universitiesfor knowledge exchange and capacity development on priority water needs. Water management educationnowadays needs a better understanding of multi-disciplinary aspects of water governance such as legal issues,participatory approaches and conflict resolution techniques. The IWRM ToolBox comprises an impressivecollection of tools, case studies, reference documents, external web sites and other supporting material in astructured and organized way that can provide an academically solid base for IWRM advanced education.The primary beneficiaries are students, teachers, and researchers in universities and institutions where waterresources management is taught.Representatives of GWP partner universities (Africa, Europe, Caribbean, Asia). AdeKUS was represented by the Dept. Infrastructure, R. Nurmohamed PhD.This workshop was attended by R. NurmohamedPhD. He gave a 5 minute presentation about thewater-education and research initiatives at Ade-KUS (Dept. Infrastructure) and in Suriname suchas the SWRIS project, the VLIR-AdeKUS-IUCSMNR project, and the water courses currentlytaught in the BSc (Hydrologie, Geohydrologie, Watervoorzieningen -zuivering) and MSc programmes(Climatology and hydrology, Water resourcesmanagement, Hydrogeology and modeling).AdeKUSINFOBULLETINOn August 26, 2012, R. Nurmohamed (vice-chairmanof GWP-C) attended the Annual GWP ConsultingPartner Meeting in Stockholm, Sweden. Thetheme was “Water as a catalyst for climate resilientdevelopment“. The annual lecture was this yeargiven by GWP Patron Margaret Catley-Carlsonand was entitled “2020 Vision: The Future of Water”.On October 3, 2012, the Steering Committee ofGWP-C met in Bahamas to discuss the 2012 workplan and budget, and planning for 2013. The HLSwas also discussed.From October 4th and 5th, 2012, more than tenGovernment Ministers with responsibility for waterresources management in the Caribbean metat the 8th Annual High Level Session (HLS) MinisterialForum on Water, held in The Bahamas.The theme was “The water and energy nexus inCaribbean development”. The Ministerial Forumis an annual joint initiative of the Global WaterPartnership-Caribbean (GWP-C) and its partner,the Caribbean Water and Wastewater Association(CWWA). The HLS affords Ministers and senior officialsinvolved in water resources management aunique opportunity to share experiences and ideas13

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS Infobulletinfor addressing water issues affecting the regionand it also strengthens collaborative efforts atthe policy and political level. Ministers also benefitfrom technical inputs and expertise fromregional and international organizations at theForum such as the Caribbean Community (CA-RICOM), the Caribbean Community ClimateChange Centre (CCCCC), the Caribbean DevelopmentBank (CDB), The University of theWest Indies (UWI), the Pan American HealthOrganization (PAHO), the German Agency forInternational Cooperation (GIZ), among otheragencies.Steering committee meeting of GWP-C, October 3, 2012, Bahamas.During this HLS, presentations were given about: Energy for water and water for energy, Sustainableenergy options for the water sector, Climate change implications for water, Updates on regional waterresources management initiatives in the Caribbean. After these presentations, the ministerial panel discussionfollowed, and at the end of this meeting, a declarations was signed by the Ministers present. Thismeeting was attended by R. Nurmohamed (vice-chairman of GWP-C). Sponsorship to attend the abovemeetings was made available by GWPO (Sweden), GWP-C (Caribbean), AdeKUS-Dept. Infrastructureand VLIR-AdeKUS-IUC (Suriname). Caribbean Ministers with responsibility for water resources management are seen here signing a Declaration endorsing key recommendations for addressingregional water security at the 8th High Level Session Ministerial Forum convened by the Global Water Partnership-Caribbean (GWP-C) and its partner theCaribbean Water and Wastewater Association (CWWA) on October 5th, 2012 in The Bahamas.GWP-C was established in 2004 and works to support Caribbean countries in the sustainable management of their waterresources by fostering an integrated water resources management IWRM approach at the community, national and regionallevels. AdeKUS (Dept. Infrastructure) became a partner of GWP-C in 2009.14AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinSurinaamse rijstsector heeft boost nodigAls we de capaciteit van de Surinaamse rijstproductie willen vergroten, zal er aan de wet- en regelgevinggesleuteld moeten worden. In ons buurland Guyana moeten de rijstboeren voldoen aan de voorschriften van dewetgeving. Het gevolg hiervan is dat het in cultuur gebrachte rijstareaal in Guyana op jaarbasis twee- tot driemaalgroter is dan dat van Suriname. Verder is er gebrek aan goed zaaizaad, dat eveneens de productie moetenhelpen vergroten. Dit zijn enkele van de conclusies die naar voren kwamen tijdens het nationale rijstsymposiumdat van 5 - 21 januari 2013 gehouden is. Dit evenement is georganiseerd door de Anton de Kom Universiteitvan Suriname in samenwerking met de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR). De hoofdspreker was dr.Susbramanian Gomathinayagam, hoofddocent aan de Landbouw- en Bosbouw Faculteit van de Universiteitvan Berbice, Guyana. Hij heeft trainingen verzorgd voor een geselecteerde groep ouderejaarsstudenten van destudierichting Agrarische Productie, stafmedewerkers van de AdeKUS en andere agrarische instellingen, zoalshet Anne van Dijk Rijst Onderzoekscentrum Nickerie (ADRON), Centrum voor Landbouwkundig Onderzoekin Suriname (Celos) en het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV).De belangrijkste focus van dit symposium was om de rijstproductie in beide landen teverbeteren door middel van een intensieve samenwerking tussen rijstonderzoekers.Doel conferentieHet doel van de conferentie was om de status na te gaan van de rijstindustrie in Surinameen Guyana. Verder zijn bekeken de problemen die Suriname ervaart op het gebied vanareaal en exportafname. Het identificeren van problemen in de zaadproductie, waterkwaliteit,gewasbescherming en de opslag van padie zijn ook aan de orde gekomen opde conferentie, evenals het zoeken naar oplossingen en strategieën om de beperkingenen problemen van de bovengenoemde aspecten op te lossen. Dit moet resulteren in hetontwikkelen van een actieplan voor de rijstsector en het verbeteren van de samenwerkingtussen instituten (zowel nationaal als internationaal die betrokken zijn bij derijstsector).Dr. L. Ori spreekt de gasten toe.Uit het symposium kwam duidelijk naar voren dat er gebrek aan kennis overrijstziekten en plagen is. Er is daarom aanbevolen dat er training/onderwijs komtom ziekten en plagen te kunnen diagnosticeren door samen te werken met nationaleinstituten zoals LVV, ADRON, AdeKUS en internationale zaadinstituten. Erzal aan fondswerving gedaan moeten worden om de trainingen te verzorgen enonderzoek te kunnen doen op het gebied van gewasbescherming.Een ander belangrijk punt dat aandacht verdient, is wet- en regelgeving. Er moetonder andere wetgeving komen op het gebied van het gebruik van chemicaliën.Wat dit stuk aangaat, zal er flink gelobbyd moeten worden.Participanten en toehoorders tijdens het rijstsymposiumVerder is er gebrek aan goed zaad. Er moet daarom voldoende goede kwaliteitszaad geproduceerd worden. Ook hiermoet lobbywerk verricht worden om een nationaal zaadbestuur te installeren (LVV, ADRON). Het is de bedoelingAdeKUSINFOBULLETIN15

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinParticipanten en toehoorders tijdens het rijstsymposiumdat alle boeren goed kwaliteitszaad gaan gebruiken. Deboeren lijken zich echter onvoldoende bewust te zijnvan de belangrijkheid van goed kwaliteitszaad. Het isdaarom van belang dat er bewustzijnssessies georganiseerdworden en een nieuwe serie van trainingen metbetrekking tot het gebruik van goed zaaizaad. Daarbijzullen rijstboeren en personeel dat zich bezighoudt metzaadverbetering- en -vermeerdering nauw betrokkenmoeten worden. Ook moeten er trainingen komen opalle aspecten van zaadtechnologie voor boeren en personeelvan LVV, ADRON, en AdeKUS.Volgens de deelnemers aan het symposium is er onvoldoendecapaciteit aanwezig om goed zaad te kunnenproduceren. Het streven moet erop gericht zijn ommeer kwaliteitsrijst te produceren onder begeleidingvan ADRON. Goede wet- en regelgeving voor de Surinaamserijstsector is een must om de rijstproductie enkwaliteit te verbeteren. In Guyana bijvoorbeeld moetende rijstboeren voldoen aan de wetgeving. Institutioneleversterking is nodig op het gebied van zaadproductie,waterkwaliteit, gewasproductie en opslag als wij de Surinaamserijstproductie willen verhogen.Volgens de richtingscoördinator van de studierichtingAgrarische Productie (AP), dr. Lydia Ori, levert de Antonde Kom Universiteit van Suriname reeds een bijdrageaan het helpen upgraden van de Surinaamse rijstsector. Zijgeeft ondermeer aan dat er een aantal studenten zijn die afstudeerprojectendoen in een of ander onderwerp dat te makenheeft met de rijstcultuur. Ori is de mening toegedaan datmeerdere studenten en onderzoekers gestimuleerd moetenworden om onderzoek te verrichten. Met de studierichtingInfrastructuur zijn er ook raakvlakken. Daarom moet er naarmogelijkheden uitgekeken worden om na te gaan op welkemanier samengewerkt kan worden met de juiste belanghebbendenom de rijstsector een boost te geven. De studierichtingAgrarische Productie beoogt op het gebied van gewasbeschermingmeer te gaan doen.Ori geeft verder aan dat de studenten die getraind zijn, zoenthousiast zijn dat zij allemaal dit soort onderzoek willengaan doen. “Wij van de studierichting A.P. gaan doormet wat wij doen. En tegelijkertijd willen wij met ADRONmeehelpen denken.” Als agrarische wetenschappers van destudierichting AP van de Faculteit der Technologische Wetenschappenis het belangrijk om betrokken te raken in deagrarische ontwikkeling van Suriname, vooral als het gaatom het verhogen de landbouwproductie en capaciteit in Suriname.De AdeKUS kan met zijn strategische partners een positievebijdrage leveren aan de agrarische sector, de nationaleeconomie en de ontwikkeling van duurzame landbouw doordeel te nemen aan gezamenlijke onderzoeksprojecten metandere nationale en internationale onderzoeksinstellingen.In Suriname draagt de landbouwproductie ongeveer 7%bij aan het bruto binnenlands product (bbp), en rijst levertna de visserijsector de grootste bijdrage hieraan. Naast hetvoldoen aan de lokale consumptie is de rijstindustrie eenbelangrijke bron van inkomsten, werkgelegenheid en valutavoor Suriname. ADRON is momenteel onderbemenst en heeft dringendfulltime- en parttimearbeiders nodig. ADRON beschiktniet over de capaciteit om rijstzaad te produceren. Heelwat boeren doen het zelf en de kwaliteit is niet altijdhetzelfde. In principe zou je zaaizaadbedrijven moetenhebben, en allemaal zouden het volgens dezelfdemethoden moeten doen. Daarom is zaadwetgeving zobelangrijk.Bijdrage AdeKUS16AdeKUSINFOBULLETINBrainstormsessies tijdens rijstsymposium

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinStel je eens voor: één universiteit met faculteiten en onderzoeksinstituten- goed verankerd met stevige netwerken- die opereren als zelfstandige entiteiten maar waartoch meer eenheid in gecreëerd moet worden. Enerzijdsom meer slagkracht te krijgen anderzijds om die verborgenschaalvoordelen te verzilveren. Waarbij iedereenhet erover eens is dat niet op al die plekken het wiel opnieuwmoet worden uitgevonden. Maar anderzijds omdie verstikkende bureaucratie ook écht buiten te deur tehouden. Tsja, hoe pak je dat vraagstuk nou aan?De natuurlijke neiging is om te kiezen voor de traditioneletop-downbenadering. Om er organisatorisch ééngeheel van te maken volgens de theorie ‘one firm, firmone’. Simpel en duidelijk, allemaal in één structuur. Onesize fits all. Stel de vraag of je daarmee dat klinkendesucces gaat oogsten. Huh …? Ja, want kijk alleen maareens even naar onze veranderhistorie. Kijk dan eens hoesuccesvol dat allemaal was. En wat het heeft opgeleverdnatuurlijk at the end of the day. Interessant is dus watwe daarvan kunnen leren. In de sfeer van ‘succes ligt inhet verlengde van vergissingen’.Want je hoeft helemaal geen managementgoeroe te zijnom te weten dat het gros van die voorgestelde vernieuwingenen veranderingen zeker niet datgene oplevertwat vooraf zo jubelend was beloofd. En om dan maar tezwijgen over de relatie tussen schaalvergroting en ondernemerszin.Diegene die ervoor hebben doorgeleerd,beweren namelijk dat hoe groter de tent is hoe lager deeigen verantwoordelijkheid. Denk maar aan extra managementlagen,meer bureaucratie en minder persoonlijkebetrokkenheid. Herkenbaar toch, of niet soms?Maar hoe dan wel? Wat is dan de route om dat noodzakelijke‘met minder meer’ te verzilveren? Want één dingis glashelder: we zullen een paar forse veren moeten laten.En dat kan ook best, al is het niet eenvoudig.Maar dan moet je het wel aanvliegen vanuit de inhoud.Vanuit je core. Je primaire proces. Waar je van bent alsorganisatie. Zonder dat klassieke machtsdenken. En dusniet vanuit die verpakking: de organisatie. Gericht opdat ene organogram. Want iedereen weet dat dat échteen papieren werkelijkheid is …De sleutel ligt bij drie dingen:Eén is een verregaande standaardisatie en uniformeringvan je assortiment. En daarmee de werkprocessen.Waarbij iets wat ontwikkeld is in faculteit 1 relatief simpelgeïmplementeerd kan worden bij die andere faculteitenen instituten. Zonder daar weer verstikkend in tezijn. Dus 80-20 achtig: het meeste is standaard, maar insommige gevallen moet je nadrukkelijk inspelen op specifiekelokale behoeftes.Tweede succesfactor is onderling vertrouwen. WaarbijAdeKUSINFOBULLETINDoor: Nico de BelNico de Bel, directeur van het MWIje werkt met portefeuilles. Redenerend vanuit iederssterke punten. En zeker als je met portefeuillehoudershelderheid schept wie in die virtuele firma de leadheeft over dat specifieke onderwerp. Omdat die faculteitdaar dan ook een trackrecord op heeft. Met bewezenassets.En tot slot moet je het in de backbone zien te organiseren.En faciliteren. Gericht op die concrete behoeftesvan die faculteiten en instituten. Om zo je schaal maximaaluit te kunnen buiten. Eerder geconcentreerd dangecentreerd. Maar wel ‘firmabreed’ georganiseerd.Een klein beetje een supermarktmodel. Want de Chineesbij mij in de straat heeft op delen een ander assortimentdan de Chinees in Brokopondo. Maar nietiedere Chinees of supermarkt hoeft na te denken overadvertenties van Fernandes. Die is echt overal hetzelfde.Dus: think global, act local.En zo nieuw is dat helemaal niet. En dat gebeurt ookal, hier en daar. Al zou het steviger kunnen. Met duidelijkereafspraken. Vooral op bestuurlijk niveau.Waarbij je middels professioneel programmamanagementkunt komen tot klinkende resultaten. Zeker incombinatie met heldere sturingslijnen. En als je dantoch per se zou willen reorganiseren en organiserendan is het goed om sterk te kijken naar de mogelijkhedenvan samenwerking binnen werkprocessen enkennisvelden.Kort & goed: ik denk dat als we in de komende periodeécht meters willen maken om met minder middelenmeer publieke waarde te creëren, dat we ons danin eerste instantie moeten focussen op de inhoud. Enzeker niet op de verpakking. Want als je op de inhoudmeters maakt, dan ontstaat er vanzelf meer eenheid inje virtuele tent. En kom je dan heel natuurlijk in eenlatere fase bij het vernieuwen van je structuur. Nieuw?Helemaal niet. Klinkt als ‘structure follows strategy’dat Alfred Chandler ons bijna een eeuw geleden leerde.Oud gemberbier in nieuwe flessen dus. Maar wellekker gemberbier! 17

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinUitreiking FIRM Performance Scholarship aanstudierichting Infrastructuur, FTeWEen jaar terug is het FIRM PERFORMANCE SCHOLARSHIP-progamma gelanceerd door FIRM Engineering ende studierichting Infrastructuur, en wel op de Faculteit der Technologische Wetenschappen. Op 27 december 2012vond de eerste uitreiking van de FIRM PERFORMANCE SCHOLARSHIP 2011-2012 plaats tijdens een plechtigebijeenkomst bij FIRM Engineering. Van de 11 Infra-studenten die hebben meegedaan aan de open registratie, hebben5 studenten het hoogste cijfer voor een of meerdere BI vakken in een keer behaald. Een van deze studentenheeft de BI zelfs in een jaar afgerond; dit is na vele jaren weer het geval bij de studierichting Infrastructuur. Nacontrole door een examencommissielid en de bevindingen van een onafhankelijke commissie zijn de 5 studentenin aanmerking gekomen voor het predicaat FIRM PERFORMER. Zij hebben een certificaat, bloemstuk en wat accessoiresontvangen.Via een openbare loting is uit de 5 studenten Raysha Ramautarsing de gelukkige winnaar geworden van de FIRMPERFORMANCE SCHOLARHIP 2011-2012. Zij heeft naast de eerdergenoemde zaken ook een laptop, de maandelijksebeurs en als bijzondere BI’er een IPod ontvangen. De beurs wordt jaarlijkse verlengd als 75% van het aantalvakken van het collegejaar succesvol is afgerond. Het FIRM PERFORMANCE SCHOLARSHIP-progamma draaitals 3-jarig pilotproject bij de studierichting Infrastructuur en zal daarna mogelijk worden uitgebreid naar anderestudierichtingen van de FTeW.FIRM PERFORMERS 2011-2012. Van links naar rechts: Singotiko Raisa,Ramautarsing Raysha, Fernald Kevin, Arifin Taufieq, Rattan VikashSpeciale uitreiking van een IPod aan Raysha Ramautarsing, vanwege deBI-afronding binnen 1 jaar. door ing. Rolf Verwey (FIRM Engineering)Voor meer informatie over de FP-scholarship kunt u contact maken met de studierichting Infrastructuur |dhr. R. Nurmohamed, Ph.D. | r.nurmohamed@uvs.edu | 465558 ext 351.Dhr. R. Nurmohamed is docent, onderzoeker, reeds enkele jaren richtingscoördinator van de studierichtingInfrastructuur en opleidingscoördinator van de BSc-programma’s Bouwkunde, Civiele Techniek, Landen Waterbeheersing, Landinformatiemanagement en Planning, en van de MSc-opleiding in SustainableManagement of Natural Resources.Relevante websites:Studierichting Infrastructuur: http://adekus.uvs.edu/ftew/FIRM Engineering: www.firmengineering.com/18AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinNieuws uit deUniversiteitsbibliotheekFoto: S. MoeljoredjoAANRADERS IN DE UB-COLLECTIEGharietje G. Choenni, Chan E.S. Choenni (KIT, 2012)Sarnami Hindostani 1920-1960: deel 1: worteling, identiteit en gemeenschapsvormingin Suriname (SK 00109-13)Het boek ‘Sarnami Hindostani 1920-1960′ is een onmisbare studie voor hen diemeer willen weten over Suriname en in het bijzonder over Surinaamse Hindostanen.De onderzoekers, zelf van Surinaams-Hindostaanse afkomst, schetsen eenfraai beeld van een dynamische en fascinerende bevolkingsgroep. Binnen eentijdsbestek van 40 jaar werd (een aanzienlijk deel ervan) deze groep succesvol,ondanks achterstelling en tegenspoed.Dit standaardwerk geeft een uniek perspectief op de ontwikkeling van de Surinaamsegeschiedenis, zoals die is beleefd vanuit de doelgroep zelf.Rene Kok, Erik Somers (2e druk, 2011)Het Grote 40-45 boek (KOK 77)Het ‘Grote 40-45 Boek’ bevat opmerkelijke opnamen die door Duitse soldatenzijn gemaakt. Door de aandacht te richten op amateurfoto’s ontstaateen meer onverbloemde kijk op de Tweede Wereldoorlog. In het verledendomineerden vooral propaganda-, pers- en legerfoto’s het beeld van deoorlog. Bijzonder zijn de zogenaamde vensterbankfoto’s; foto’s die heimelijkachter ramen en gordijnen werden gemaakt van bijvoorbeeld hetafvoeren van Joden.Een aangrijpend fotoboek met veel afbeeldingen die nooit eerder zijngepubliceerd. Het boek is onderverdeeld in thema’s als ‘Overwinning’,‘Nederlaag’, ‘Verzet en terreur’, ‘Dagelijks leven’ en ‘Kind in oorlog’.AdeKUSINFOBULLETIN19

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinLouis Hilgers, Tessa van Zadelhoff (2e druk)BoekTweePuntNul200 : web 2.0 social media webtools(N HIL 004.7)In ‘BoekTweePuntNul 200’ staan maar liefst tweehonderd bijdragenvan evenveel auteurs over sociale media- en web 2.0-toepassingen.Van Twitter tot Habbo, van Flickr tot Ning en van Dik tot Scoop.it! Het aantal beschikbare Social Media en web 2.0-toepassingen isgroot, groots en groeiende. Maar wat kun je nu eigenlijk met al dietoepassingen? En hoe vind je je weg in het doolhof van het wereldwijdeweb? Die vragen lagen aan de basis van BoekTweePuntNul.Een handige tool, ouderwets vormgegeven in een werkelijk door tebladeren en vast te houden boek, vol met eenvoudige, toegankelijkebeschrijvingen van een aantal van dit soort applicaties. Dit boek isopgezet om een bijdrage te leveren aan de zoektocht van studenten,leerkrachten en docenten die het nut van sociale media in het onderwijszien, maar nog zoeken naar de wijze waarop zij deze binnenhun lessen kunnen integreren.Belgische Betongroepering (2006, 4e volledigherziene druk)Betontechnologie (BET 693)Beton – ongewapend, gewapend of voorgespannen – is reeds decennialanghet belangrijkste bouwmateriaal gebruikt bij kunstwerken,gebouwen en wegenbouw. Om een degelijk beton te kunnen maken,is een grondige kennis van de betontechnologie onontbeerlijk.Deze uitgave richt zich tot iedereen die met beton bezig is en behoefteheeft aan betontechnologische kennis en inzicht. Het doelvan dit naslagwerk is het verschaffen van grondige kennis over debestanddelen, de samenstelling, het vervaardigen en het verwerkenvan beton. Ook de eigenschappen, het uiterlijk, de controle en deduurzaamheid van beton komen uitvoerig aan bod.John Kotter, Holger Rathgeber (17e druk, 2010)Onze ijsberg smelt! (KOT 005.32)Als u ‘Wie heeft mijn kaas gepikt’ van Spencer Johnson kent, weet u hoe vermakelijken tegelijk leerzaam een goede parabel kan zijn. ‘Onze ijsberg smelt!’ van John Kotteren Holger Rathgeber beschrijft de paniek die een kolonie van 286 pinguïns overvalt, alsduidelijk wordt dat de gletsjer waarop ze leven op smelten staat. In eerste instantie vertoontelke pinguïn een andere reactie, of komt met zijn eigen oplossing, totdat duidelijk wordt datsamenwerking de enige manier is om de problemen duurzaam het hoofd te bieden.Dit boek laat op levendige wijze zien hoe u als team of organisatie kunt omgaan met veranderingenen crisissituaties en zo nieuwe kansen kunt creëren. Wat ‘Wie heeft mijn kaasgepikt’ voor de verandering van het individu is, is ‘Onze ijsberg smelt!’ voor veranderingenvan groepen, teams en organisaties.20AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinJan Bommerez, Kees van Zijtveld (11e druk,2011)Kun je een rups leren vliegen? Over de noodzakelijkekwantumspring van veranderingsmanagement naar transformationeelleiderschap (BOM 005.32)‘Kun je een rups leren vliegen?’ gaat over het verschil tussen veranderingen transformatie. Veranderen is iets wat je doet. Transformerengebeurt vaak pas na een of meerdere doorbraken enheeft daarom te maken met hoe je tegen de dingen aankijkt. Ofnog anders: transformatie heeft te maken met zien en met inzien.Wat je niet ziet, zie je niet totdat je het ziet. En wat je niet inziet,zie je niet in totdat je het inziet. En als je het wel (in)ziet, is dataltijd een onverwachte gebeurtenis. Let op het woord gebeurtenis:je doet het niet. De crux is, dat zolang je vasthoudt aanallerlei overtuigingen, je niet echt kan zien. Ken jij wel je eigenmogelijkheden? Weet je wel tot wat je echt in staat bent? Ben jebereid je overtuigingen op te geven over wie jij bent en wat jijkan? Ben jij klaar voor de kwantumsprong van rups naar vlinder?Jouw keus. Je kan het boek ook weer neerleggen en een rupsencluboprichten. En er zijn natuurlijk ook nog ontelbare anderemogelijkheden. Onderzoek. Geloof niets.Spencer Johnson (43e druk, 2012)Wie heeft mijn kaas gepikt: omgaan met verandering: zakelijken privé (JOH 005.32)Veranderingen gaan snel tegenwoordig, en komen vaak onverwacht.Hoe gaat u daarmee om? Ziet u een verandering als eenuitdaging of wordt u erdoor verlamd? De vier personages in ‘Wieheeft mijn kaas gepikt?’ worden geconfronteerd met ingrijpendeveranderingen; elk reageert anders als zijn Kaas plotseling opis. Die Kaas is een metafoor voor wat we in het leven nastrevenen waaraan we ons hechten: een interessante baan, een warmerelatie, geld, een eigen huis, gezondheid, spiritueel evenwicht…Hebben we onze Kaas gevonden, dan is de neiging groot ons eraanvast te klampen. Maar de Kaasvoorraad is niet onuitputtelijk:een bedrijf reorganiseert, een partner gaat ervandoor, ziekte slaattoe - zekerheden ontvallen ons.Johnson laat u met deze populaire en aansprekende parabel zienwat voor angsten verandering teweegbrengt, hoe u die angstenmet succes kunt overwinnen en hoe u uit verandering nieuwekansen schept, zowel thuis als op het werk.AdeKUSINFOBULLETIN21

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS InfobulletinPersoneelsvariaINDIENSTTREDINGENBron: Afdeling Personeelszaken AdeKUS maart 2013Periode: nov. 2012 t/m febr. 2013adek/ovh/celosVOLTIJDSE MEDEWERKERSIndienst datum Naam Functie/Categorie Afdeling01-febr.-2013 Caffe, Anthonius Romeo/ Dr. Hoofddocent F.Me.W. (Farmacologie )02-jan.-2013 Joemai, Etienne Elvin/ MSc. Coordinator Statistisch Support en Trainig Center16-jan.-2013 Mans, Cheryll-Ann K./ MSc. Kwaliteitsfunctionaris Bureau F.Te.W.19-nov.-2012 Sahit, Sabrina P. Adm. medewerker Bureau F.Mijw. (Examen cie)02-jan.-2013 Meerzorg, Priscella E. Adm.medewerker Bureau F.Mijw.(Examencie)02-jan.-2013 Wongsopawiro, James R. Technisch medewerker Bureau F.Te.W.13-febr.-2013 Sodrono, Agnes S. Adm.medewerker Bureau F.Me.W.04-febr.-2013 Cameron-Tilborg, Inez Adm.medewerker Bureau F.Te.W.DEELTIJDSE MEDEWERKERS14-nov.-2012 Landveld, Ketura Yvy adm.medewerker Bureau STUZA01-dec.-2012 Gunther, Pamela Warsinah/ drs. Studentendecaan F.Me.W.01-okt.-2012 Bhagwandin, Henk/ Ir. Buitengewoon docent F.Te.W.01-febr.-2013 Bajnath, Krishnedath/ Drs. Buitengewoon docent Subfaculteit der HumanioraUITDIENSTTREDINGENPeriode: nov. 2012 t/m febr. 2013VOLTIJDSE MEDEWERKERSIndienst datum Naam Functie/Categorie Afdeling Uitdienst per01-dec.-2011 Algoe, Radjeskoemar Ass.adm. medewerker Bureau F.Te.W. 01-dec.-2012DEELTIJDSE MEDEWERKERS03-juli.-2012 France, Cylene C. adm.medewerker Bureau F.Mijw. (IIR) 28-febr.-2013JUBILARISSENPeriode: nov. 2012 t/m febr. 2013VOLTIJDSE MEDEWERKERSDienstjaren Naam Functie/Categorie Afdeling Indienstoverh./celosIndienstAdeKUS10 jaar Kromotiko Dennis S. 1ste medewerker Sal.adm. Financiele Zaken 13-jan.-200310 jaar Ramos dos Gladys Hoofd Financiele Zaken 10-febr.-200315 jaar Bonse Thea/ MSc Algemeen docent F.MijW 01-nov.-199715 jaar Lemen Urlie Yvonne/ Mr. Algemeen docent F.Mijw. 01-nov.-199715 jaar Doorson-Elshot Rinette Boekh. medewerker Financiele Zaken 03-nov.-199715 jaar Sewpersad-Goeldjar Sielta Onderhoudsmedewerker Huishoudelijke Dienst 03-nov.-199715 jaar Bobson Fred H./ Mr. Directeur Bureau UvS 15-nov.-199715 jaar Mangal-Jhari Ranoe S./MSc. Program manager Program Support Unit (P.S.U.) 01-dec.-1997 03-okt.-2007VLIR-IUC AdeKUS project15 jaar Massriki Rudy Hulpkracht Pantry service 01-dec.-199715 jaar Buitenman Ria Chef de Bureau I.G.S.R. 02-febr.-199820 jaar Hasnoe Rehanna/drs. Algemeen docent F.Mijw. 01-nov.-199222AdeKUSINFOBULLETIN

Jaargang 15 | Nr. 1 | april 2013 | AdeKUS Infobulletin20 jaar Ramautarsing Winston /ir. Algemeen docent F.Mijw. 01-nov.-199220 jaar Mehairjan-Kalpoe Chandra-Devi/Lcs.20 jaar Bhansing Mainawatie Analiste Bureau F.Te.W. 16-nov.-199220 jaar Amelo-Pengel Roline Bode Agenda & Archief 01-dec.-199220 jaar Lijkwan Lusille Bibliotheek assistent Centrale Bibliotheek 04-jan.-199320 jaar Quick-Stregels Maria/ drs. Wetenschappelijk medew. N.Z.C.S./C.M.O. 01-febr.-199325 jaar Kishoen Misier Sahadew/MSc.25 jaar Kartopawiro Frans R. Chauffeur Transport 16-febr.-198825 jaar Pawirodikromo Dennis Beheerder Natuurk. Lab Bureau F.Te.W. 01-jan.-198815-okt.-199135 jaar Korsten Kathleen Chef Agenda & Archief 20-febr.-197840 jaar Jagernath-WesenhagenGerda/Drs.Hoofddocent F.Te.W. 01-nov.-198625 jaar Burke Kathleen/MSc. Algemeen docent F.Te.W. 16-dec.-198725 jaar Partoredjo-Feurich Carole-Ann/MSc.25 jaarSariredjo-DjojowisastroNgatminahAdj.wetensch.medew. FTeW 09-nov.-1992Hoofddocent F.Te.W. 16-jan.-1988Ass.literatuur N.Z.C.S. 01-jan.-1988 02-jan.-1997Hoofddocent F.Te.W. 01-jan.1973 01-sep.-1997JUBILARISSENPeriode: juli 2012 t/m febr. 2013DEELTIJDSE MEDEWERKERSDienstjaren Naam Functie/Categorie Afdeling Richting/disciplineIndienst AdeKUS10 jaar Prado del, Nancy G./ mr. Buitengew.docent FTeW MW 01-nov.-200210 jaar Mungra, Dayanand/ ir.ing. Buitengew.docent FTeW IS 01-nov.-200215 jaar Gemerts, Marlon W./MSc Buitengew.docent FTeW ET 01-nov.-199715 jaar Baal, Ferdinand/ir. Buitengew.docent FTeW MW 01-nov.-199715 jaar Veldhuizen, Aard/ir. Buitengew.docent FMijW Bedrijfskunde 01-nov.-199715 jaar Lie Tjauw, John Hugo/ir. Buitengew.docent FMijW Bedrijfskunde 01-nov.-199715 jaar Kafiluddin, Eric Albert/drs. Klinisch docent FMeW Neurologie 01-nov.-199720 jaar Girjasing, Rohiet B./drs. Klinisch docent FMeW Heelkunde 01-nov.-199225 jaar Lie Kiauw, Ingrid/drs. Klinisch docent FMeW Interne Geneeskunde 01-juli-198725 jaar Chan Pin Jin, Jimmy/ Dr. Klinisch docent FMeW Dermatologie 01-juli-198725 jaar Anijs, John Eric/ drs. Klinisch docent FMeW Interne Geneeskunde 01-juli-1987GEBOORTESPeriode: nov. 2012 t/m febr. 2013Geb. datum Naam medewerker Functie/Categorie Afdeling met de geboorte van een14-nov.-2012 Best-Sam, Letitia Administratief medewerker20-dec.-2012 Sidin, Ryan/ dr. ir. Hoofddocent;VoorzitterBureau STUZAF.Te.W.; Bestuur UniversiteitZoonTweeling (2 zonen)21-dec.-2012 Bies de, Jessica/ drs. Algemeen docent F.Mijw. DochterAdeKUSINFOBULLETIN23

OVERPLAATSINGEN (INTERN)Periode: okt. 2012 t/m febr. 2013OverplaatsingperNaam Functie/Categorie van (afdeling) naar (afd./fac.) Nieuwe functie01-okt.-2012 Wagimin, Carol Adm.medewerker P.Z. Bureau F.Mijw. Chef de Bureau (richtingenRE.PA.)18-febr.-2013 Joemmanbaks-Bholai, Alemien Secretaresse N.Z.C.S. Herbarium SecretaressePENSIONERINGPeriode: nov. 2012 t/m febr. 2013Geb. datum Naam Functie/Categorie Afdeling Indienstdatum21-juli-1952Baksi-Nazir, BatoelanAgnesindienstdatumOverheid/CelosUitdienst vanwegepensioenPantry medewerker Pantry Dienst 01-okt.-1981 01-jan.-201319-nov.-1951 Burnet Regina Chef de Bureau Herbarium 01-okt.-1994 01-aug.-1972 01-jan.-201301-jan.-1952 Hankers, Carmen Chef de Bureau(richtingen RE.PA )31-okt.-1953 Louis Glenda Hoofd AutomatiseringBureau F.Mijw. 08-apr.-1980 01-jan.-2013Centrale Bibliotheek01-juni.-1980 16-apr.-1974 01-jan.-201312-jan.-1952 Monis, Jan Andre Hoofd T.A.Z. 23-aug.-1996 01-jan.-201313-aug.-1953 Parran Nandkisoor Meewerkendgroepsleider21-juli-1951 Soesman Franklin TechnischmedewerkerTechnische Dienst 01-mei.-2005 01-sep.-1975 01-jan.-2013Technische Dienst 16-okt.-1987 01-jan.-2013Omzetting dienstverband (deeltijds -> voltijds)Periode: juni 2012 t/m febr. 2013 Deeltijds van naar VoltijdsNaam Vorige werkgever oude functie Afdeling Afdeling Per Nieuwe functieGezius, Helmut/ drs. Geen BuitengewoondocentSanches, Manon R./ Dr.Bies de, Marina/ drs.Jhinkoe Rai, Gita/ drs.Bueno de MesquitaFranklin/drs.Jessurun Renaldo/drs.PTC (Poly TechnicCollege)MINOV (MirandaLyceum)MINOV (Onderzoeken Planning)AZP (Kindergeneeskunde)AZP (Gynaecologie/Obstetrie)BuitengewoondocentBuitengewoondocentBuitengewoondocentKlinisch docentKlinisch docentFMijW (Socio) FMijW (Socio) 01-juni.-2012 Algemeen docentF.Mijw. (Psycho)F.Mijw. (Socio)F.Mijw. (Psycho)F.Mijw. (Socio)F.Mijw. (A & O) F.Mijw. (A& O)F.Me.W. (Kindergeneeskunde)F.Me.W. (Gynaecologie)F.Me.W.(Kindergeneeskunde)F.Me.W. (Gynaecologie)03-juli-201201-sep.-201201-febr.-201301-nov.-201201-nov.-2012HoofddocentAlgemeen docentAlgemeen docentBuitengewoon docentBuitengewoon docentOVERLEDENPeriode: okt. 2012 t/m febr. 2013Overleden Naam Functie/Categorie Afdeling Geboorte datum Indienstdatum10-nov.-2012 Horn van, James Ricard/ prof.dr. Bestuurslid IGSR 02-dec.-1941 01-juni.-2007