10.07.2015 Views

Technische specificatie S 17 Spoorspoelen - Infrabel

Technische specificatie S 17 Spoorspoelen - Infrabel

Technische specificatie S 17 Spoorspoelen - Infrabel

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Technische</strong> <strong>specificatie</strong>S <strong>17</strong><strong>Spoorspoelen</strong>2008-1131-94Uitgave november 2008Dit document bevat :• SI (TCCND,bonds,z) PRCM CCV 1.2 N.doc• SI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc• SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc• SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.docINFRABELDirectie InfrastructuurBarastraat 110 – B-1070 Brussel / NV van publiek rechtBTW BE 0869.763.267 / RPR Brussel / Fortis 001-4403666-39 / www.infrabel.be


I-I.313Tractiestroomgeleiding<strong>Spoorspoelen</strong>Specifieke contractuele voorwaardenDocumentbeheerBeheerd doorNaamJean-Pierre De ConinckDatum van dehandtekeningHandtekeningOpgesteldNagezienKwaliteitscontroleVoorgesteldGoedgekeurdJean-Pierre De ConinckJ. Verschaeve2008-1132-95VrijgegevenL. BrabantDit document is de eigendom van INFRABEL en bevat vertrouwelijke informatie. Dit document mag op geenenkele manier gereproduceerd of verdeeld worden aan derden, binnen of buiten INFRABEL, zonder deschriftelijke toestemming van de Dienst Seininrichting.SI (TCCND,bonds,z) PRCM CCV 1.2 N.doc p 1 / 6 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Specifieke contractuele voorwaardenI-I.313Wijzigingen aan het documentAuteur Versie Datum RedenDe Coninck Jean-Pierre 1.1 7/10/08 Opstellen nieuw documentDe Coninck Jean-Pierre 1.2 10/12/08 Aanpassing op vraag van I-AD Aankopen2008-1132-95SI (TCCND,bonds,z) PRCM CCV 1.2 N.doc p 2 / 6 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Specifieke contractuele voorwaardenI-I.3131. Inleiding1.1 Doel van dit documentDit document beschrijft de specifieke contractuele voorwaarden die bij de aankoop van de spoorspoelen moetengesteld worden.1.2 Referentiedocumenten[201] SI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc[202] SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc[203] SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc1.3 BijlagenNihil1.4 ToepassingsgebiedDe spoorspoelen op het volledige net.2. Definities, symbolen en afkortingenReeks het geheel van toestellen dat ter aanvaarding wordt aangeboden.3. Aanvaarding2008-1132-95Opdat zijn materieel zou worden aanvaard, dient de kandidaat inschrijver een technisch dossier in, bij <strong>Infrabel</strong>,Algemene Diensten, Afdeling I-AD 61, dat aantoont dat de spoorspoel conform is met [201] Het dossiervermeldt voor elk type van spoorspoel :• alle elektrische en magnetische kenmerken nodig voor een eerste beoordeling van de werking van despoorspoel;• een beschrijving van het ontwerp en van de aangewende technologie;• een gequoteerde schets van de samenbouw;• het totale gewicht• een beschrijving van de voorzieningen die de verplaatsbaarheid vereenvoudigen;• alle nuttige inlichtingen die inzicht geven in de kwaliteit van de gebruikte materialen.• de kenmerken van de isolatiematerialen en in het bijzonder toegelaten opwarming• de onderhoudsvoorschriften.De aanvaarding van elk type spoorspoel geschiedt in twee opeenvolgende stappen.SI (TCCND,bonds,z) PRCM CCV 1.2 N.doc p 3 / 6 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Specifieke contractuele voorwaardenI-I.3133.1 Principiële aanvaarding - "prototypes"Uit de eerste levering worden twee "prototypes" genomen, waarop <strong>Infrabel</strong> alle proeven beschreven in [202] kanuitvoeren.De wezenlijke kenmerken moeten opgenomen worden in de werkplaatsen van de fabrikant, die hiervoor eenproefopstelling met meettoestellen van onberispelijke kwaliteit ter beschikking stelt.Desgevallend, zal een proef op het terrein de tests vervolledigen.Wanneer alle proeven voldoening schenken bevestigt <strong>Infrabel</strong> de principiële aanvaarding schriftelijk.3.2 Definitieve aanvaardingDe serievervaardiging van de spoorspoelen mag geen invloed hebben op de diverse kenmerken die tijdens deproeven, controles, enz. van de aanvaardingsperiode werden opgenomen.De definitieve aanvaarding wordt schriftelijk overgemaakt aan de leverancier indien de seriële proeven [203]op de eerste spoorspoelen, uit de serievervaardiging voldoening schenken. In het tegengestelde geval kan deprincipiële aanvaarding terug ingetrokken worden.3.3 Wijziging van een aanvaarde spoorspoelIndien de fabrikant achteraf wijzigingen aanbrengt dient hij een nieuwe aanvraag tot aanvaarding in te dienen.Hij beschrijft in een volledig technisch dossier de voorgestelde wijzigingen en hun invloed op alle kenmerkenvan de toestellen.<strong>Infrabel</strong> kan overgaan tot een gedeeltelijke of volledige herhaling van de aanvaardingsproeven.De goedkeuring van <strong>Infrabel</strong> van de voorgestelde wijzigingen, alsook de nieuwe aanvaarding, wordenschriftelijk aan de fabrikant gemeld.4. Keuring - Proeven2008-1132-95Een maximum van 100 spoorspoelen uit eenzelfde fabricatiereeks mogen gelijktijdig ter keuring wordenaangeboden. Zij vormen één reeks.Elke spoorspoel moet over een meetfiche beschikken voor de traceerbaarheid van de afregeling bij fabricatie metde meetresultaten van :• Voor de spoorspoelen van de groepen CIV en BTRC :• de proeven 1 en 3 van de meetfiches uit• de proeven 4 en 5 van de meetfiches uitnazicht van de toleranties).• Voor de spoorspoelen van de groep BHI :• alle proeven[203];[203] (enkel deze die nodig zijn voor het4.1 Normale keuringsproevenDeze worden in de werkplaatsen van de fabrikant uitgevoerd. Hij stelt daartoe ter beschikking- onberispelijke geijkte meettoestellen;- de proefopstelling;SI (TCCND,bonds,z) PRCM CCV 1.2 N.doc p 4 / 6 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Specifieke contractuele voorwaardenI-I.313- de elektrische energie;- de nodige bijstand.De keurder van <strong>Infrabel</strong> voert de monstername uit.Voor de proeven van de seriële aanvaarding worden 10 % uit de aangeboden reeks samen onderworpen aan deproeven beschreven in [203] .Indien één van de toestellen niet aan de gestelde eisen voldoet, wordt dit uit de reeks verwijderd en volgt eentweede monstername van het dubbele aantal toestellen.Deze worden aan de proeven volgens [202] onderworpen. Indien één van de toestellen van het tweede monsterniet voldoet, zal de gehele reeks worden afgekeurd.Opmerking :De opwarmingsproeven worden slechts uitgevoerd op enkele exemplaren, één per fabricatie, en dit na deaanvaarding.4.2 Bijkomende proeven<strong>Infrabel</strong> behoudt zich het recht voor om alle proeven uit te voeren die zij nuttig acht om de gelijkvormigheid vande levering met de aangenomen “prototypes” na te zien.Deze eventuele bijkomende proeven kunnen dus uitgevoerd worden op twee exemplaren genomen uit de terkeuring aangeboden reeks.Elke anomalie kan de afkeuring van het materieel, en het intrekken van de aanvaardingen tot gevolg hebben.Deze proeven kunnen plaats vinden in de werkplaatsen van de fabrikant, in een onafhankelijk laboratorium of inde laboratoria van <strong>Infrabel</strong>. In het laatste geval dient <strong>Infrabel</strong> zich binnen een maand uit te spreken over dekeuring van het materieel en desgevallend over de definitieve aanvaarding.5. Waarborg2008-1132-95De toestellen worden door de leverancier tegen alle fabricatie- en materiaalfouten gewaarborgd voor een periodevan 2 jaar, gerekend vanaf de datum van keuring.De leverancier verbindt er zich toe om in die periode elk toestel dat fouten vertoont of niet naar behoren werkt,gratis op te halen, te vervangen of te herstellen en terug te bezorgen.Hij mag zich niet beroepen op beschadigingen die tijdens het vervoer of bij de opstelling van de toestellenmochten ontstaan zijn, tenzij is uitgemaakt dat ze door bedienden van <strong>Infrabel</strong> veroorzaakt zijn.Die waarborg geldt niet voor toestellen die hersteld of gewijzigd werden door andere personen dan deleverancier.6. Transport - BeschermingHet vervoer van de inductieve verbindingen gebeurt in containers zodat ze in goede staat ter bestemmingaankomen.Materieel waarvan de beschadiging te wijten is aan een gebrekkige verpakking, zal door de leverancier wordenvervangen, tenzij de beschadigingen aan <strong>Infrabel</strong> toe te schrijven zijn.Elke container draagt de volgende aanduidingen :• de naam of het merk van de leverancier;• type en aantal spoorspoelen per container;• het naamlijstnummer van <strong>Infrabel</strong>, voorafgegaan met de letters NN;SI (TCCND,bonds,z) PRCM CCV 1.2 N.doc p 5 / 6 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Specifieke contractuele voorwaardenI-I.313• keuringsdatum en bestelreferentie.Zonder tegengestelde aanduiding blijven de containers eigendom van <strong>Infrabel</strong>.7. Opslag in de bewaarplaatsen van <strong>Infrabel</strong>De toestellen worden in de bewaarplaatsen van <strong>Infrabel</strong> opgeslagen, zonder bijzondere bescherming tegen vochtof temperatuurschommelingen.2008-1132-95SI (TCCND,bonds,z) PRCM CCV 1.2 N.doc p 6 / 6 Savedate : 10/12/2008


I-I.313Tractiestroomgeleiding<strong>Spoorspoelen</strong><strong>Technische</strong> VoorwaardenDocumentbeheerBeheerd doorOpgesteldNagezienNaamJean-Pierre De ConinckJean-Pierre De ConinckPatrice BrasseurDatum van dehandtekeningHandtekening2008-1133-96KwaliteitscontroleVoorgesteldJ. VerschaeveGoedgekeurdL. BrabantVrijgegevenL. BrabantDit document is de eigendom van INFRABEL en bevat vertrouwelijke informatie. Dit document mag op geenenkele manier gereproduceerd of verdeeld worden aan derden, binnen of buiten INFRABEL, zonder deschriftelijke toestemming van de Dienst Seininrichting.SI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 1 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.313Wijzigingen aan het documentAuteur Versie Datum RedenDe Coninck Jean-Pierre 1.1 9/10/2008 Opstellen nieuw documentDe Coninck Jean-Pierre 1.2 10/12/2008 Aanpassen van de nummering2008-1133-96Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 2 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.313²1. Inleiding1.1 Doel van dit documentDit document beschrijft de technische voorwaarden waaraan de spoorspoelen moeten voldoen.1.2 Basisdocumenten[1] SI (TCCND,bonds,z) DMN DSC 1.2 N.doc[2] (x,CIV,z) RPT SYNT Impédance50Hz 1.1F.doc Intern document INFRABEL[3] Rapporten werkgroep “ Beveiliging van gevoelige installatie tegen blikseminslag en overspanningen”.Interne documenten INFRABEL1.3 Referentiedocumenten[101] NBN C 20-529/A1 :2000 Degrés de protection procurés par les enveloppes (Code IP)[102] IEC 61558-1 Safety of power transformers, power supplies, reactors and similar products[103] SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc[104] SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc1.4 BijlagenNihil1.5 ToepassingsgebiedOnder 3 kV DC en 25 kV AC geëlektrificeerde lijnen. Zie [1] voor de verschillende toepassingen.2008-1133-962. Definities, symbolen en afkortingenTFSK ToonfrequentiespoorstroomkringSKSpoorstroomkring[I. …] Informatie; nuttig gegeven voor de inschrijver.[R. …] Vereiste (requirement) van <strong>Infrabel</strong>, verifieerbaar in de offerte.CIV connexion inductive / inductieve verbinding [1]BHI spoorspoel met hoge impedantie voor spoorstaafbreukdetectie [1]BTRC spoorspoel voor aansluiting aan terugstroomkring in spoorstroomkring [1]Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 3 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3133. Context diagramPersoneelComponenten5.15.5<strong>Spoorspoelen</strong>§45.4KabelschoenenKabels5.25.3TractieterugstroomOmgevingLegende5.4 …Voorwerp van de opdrachtObject (systeem, subsysteem, component, persoon, omgeving,…)Interface met aanduiding van de informatiestroom (de mens-machine interfaces en omgeving inbegrepen)Fysieke interfacenummer van de paragraaf waarin de interface is beschreven2008-1133-964. Kenmerken van spoorspoelen[I.1]. De beschrijving van de verschillende groepen is terug te vinden in [1]4.1 Generieke functionele eisen[R.1].Alle spoorspoelen moeten de tractieterugstroom kunnen geleiden. De waarde van de tractiestroomis per type verschillend.4.2 Specifieke functionele eisen CIV4.2.1 Artikelen[I.2]. Onderstaande artikelen behoren tot de eerste groep :Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 4 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.313Type spoorspoelNaamlijstnummer <strong>Infrabel</strong>CIV50 2 X 700 A 35.950.610CIV50 2 X 1000 A 35.950.625CIVTH 2 X 700 A 35.952.500CIVTH 2 X 1000 A 35.952.501CIVTHE 2 X 700 A 35.952.502CIVTHE 2 X 1000 A 35.952.5034.2.2[R.2].[R.3].4.2.3[R.4].[R.5].[R.6].Opbouw<strong>Spoorspoelen</strong> van de CIV-groep bezitten een dikdraadwikkeling bestaande uit enkele wikkelingenvan koperen staven van een aan de nominale stroomsterkte aangepaste doorsnede, aan te sluiten opde tractieterugstroomkring van de elektrische tractie met 3 klemmen waarvan één eenmiddenaftakking is. Het aantal ampère-windingen in elke halve dikdraadwikkeling zorgt voor eenmagnetisch evenwicht, zodat geen enkele flux opgewekt wordt in de magnetische kring.<strong>Spoorspoelen</strong> van de CIV-groep bezitten een secundaire wikkeling. Deze bestaat uit driefijndraadwikkelingen in koper, met een groot aantal wikkelingen met tussenaftakkingen.Isolatie van de wikkelingen.De isolatiematerialen moeten zonder wijzigingen van hun eigenschappen, weerstand bieden aan deomgevingsvoorwaarden langs het spoor en aan normale belastingen.De isolatiematerialen en de kruipwegen dienen gedurende één minuut te weerstaan aan eenaangelegde spanning zoals voorgeschreven in punt 1 van de meetfiches van [103] en [104].• tussen enerzijds de fijndraadwikkeling en anderzijds de dikdraadwikkeling; de magnetischekern en de andere niet actieve metalen gedeelten bevinden zich op een zwevend potentiaal;• tussen dikdraadwikkeling en de massa;• tussen fijndraadwikkeling en de massa.Onder een spanning van 500 V, continu aangelegd zoals hierboven beschreven, moeten de gemetenisolatiewaarden gelijk zijn of hoger liggen dan deze voorgeschreven in punt 1 van de meetfichesvan [103] en [104] .2008-1133-964.2.4[I.3].[I.4].[R.7].Elektrische weerstand van de wikkelingen.De weerstand van de dikdraadwikkeling wordt bepaald door de spanningsval te meten aan deklemmen, onder een gelijkstroom van 10 A door de beide helften. De spanningsval over deaansluitklemmen en voedingskabel van de stroomgenerator wordt niet in aanmerking genomen.De weerstand van de fijndraadwikkeling wordt op dezelfde manier gemeten, echter bij een stroomvan 1A.Punt 2 van de meetfiches van [103] en [104] schrijft de toegelaten waarden voor.Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 5 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3134.2.5 Transformatieverhoudingen.[R.8]. De transformatieverhoudingen worden vermeld in de figuren 1.fig 1 a2008-1133-96fig 1 bfig 1 cEigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 6 / 16 Savedate : 10/12/2008


B<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3134.2.6Resonantie - ijzerverliezen en koperverliezen.4.2.6.1 Resonantie.[I.5].Door in te grijpen op de transformatieverhouding van de kring die de parallelcondensator bevat(KCR), wordt de resonantie ingesteld. De resonantie is met goede benadering bereikt wanneer doorde dikdraadwikkeling, gevoed met een constante spanning zoals voorgeschreven in punt 4 van demeetfiches van [103] en [104], de kleinste stroom vloeit. De resonantie kan liggen tussen tweeopeenvolgende fysiek realiseerbare waarden van KCR. Voor de interpolatie mag men aannemendat Idik = f(KCR) symmetrisch is in haar minimumzone.4.2.6.2 Verliezen.[I.6].[R.9].[R.10].4.2.7In geval van resonantie wordt de stroom door de dikdraadwikkeling alleen bepaald door de somvan de verliezen.Met een verhouding KCR die de waarde KCR bij resonantie het dichtst benadert, moet de stroomdoor de dikdraadwikkeling begrepen zijn binnen de toleranties voorgeschreven in punt 4 van demeetfiches van [103] en [104].De weerstand RSU in serie geschakeld met de afstemcondensator, verhoogt de verliezen. Voor deCIV50 moet hij vast zijn en gekozen uit waarden zoals voorgeschreven in punt 4 van de meetfichesvan [103]. De weerstand, bepaald tijdens de aanvaarding, is de enige die geplaatst mag worden bijalle spoorspoelen vervaardigd op basis van het aanvaarde prototype.4.2.6.3 Spanning op de fijndraadwikkelingen.[I.7].[R.11].[R.12].De spanningen U CSU en U KR moeten slechts gemeten worden bij resonantie.Voor de CIV50 2 x 700 A moet de spanning U KR begrepen zijn binnen de toleranties aangeduid inpunt 4 van de meetfiches van [103] en [104].Magnetisering.De karakteristiek I B0 is de fictieve stroom door de dikdraadwikkeling overeenstemmend met hetsnijpunt van het lineaire gedeelte van de functie I B f(U B) en de as door de oorsprong, waar U B nulis. De karakteristiek IB = f (UB) moet lineair verlopen vanaf Ub = 1,75 V.• De variaties van IBO bij CIV 50 moet < 0,75 A. De variaties van IBO wordt als volgtberekend :• IB bij UB = 2 V + IB bij UB = 3 V – IB bij UB = 5 V• De variaties van IBO bij CIVTH(E) moet < 1,00 A. De variaties van IBO wordt als volgtberekend :• IB bij UB = 2 V + IB bij UB = 6 V – IB bij UB = 8 V.2008-1133-96Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 7 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.313UBVariaties vanIBOIB4.2.8[R.13].4.2.9Kortsluitimpedantie.Punt 6 van de meetfiches van [103] en [104] bepaalt de meetopstelling en de toegelatentoleranties van Z K [Ω].Verzadiging - Hysteresis.2008-1133-96[I.8].[I.9].[R.14].De hysteresislus, en meer bepaald het remanent magnetisme, bepalen de werking van despoorspoelen in aanwezigheid van de tractiestromen.Bij constante voedingsspanning en gelijke verzadigingsstromen, bekomt men een verschillendemagnetiseringsstroom wanneer het werkingspunt zich bevindt op de stijgende of dalende tak van dehysteresislus. In het bijzonder is bij een verzadigingsstroom gelijk aan nul, denullastmagnetiseringsstroom groter wanneer de spoorspoel voorafgaandelijk verzadigd en nietgedemagnetiseerd werd.Punt 7 van de meetfiches van [103] en [104] geeft de maximaal toegelaten afwijkingen van demagnetiseringsstroom, onder invloed van de verzadiging van de magnetische kring.Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 8 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3134.3 Specifieke functionele eisen BHI4.3.1 Artikelen[I.10]. Onderstaande artikelen behoren tot de tweede groep :Type spoorspoelNaamlijstnummer <strong>Infrabel</strong>BHI 125 A 5 mH 35.953.100BHI 1000 A 50 mH 35.953.1104.3.2[R.15].[R.16].4.3.3[R.<strong>17</strong>].[R.18].Opbouw<strong>Spoorspoelen</strong> van de BHI hebben geen secundaire wikkeling en hebben slechts 2 aansluitklemmenvoor de tractieterugstroomkring.Een identificatieplaat met onuitwisbare aanduiding met de onderstaande items bevindt zich op eenzichtbare plaats :• Firmanaam• Type spoorspoel• Naamlijstnummer <strong>Infrabel</strong>Isolatie van de wikkelingen.• Serienummer/maand en jaar van vervaardigingDe isolatiematerialen moeten zonder wijzigingen van hun eigenschappen, weerstand bieden aan deomgevingsvoorwaarden langs het spoor en aan normale belastingen.Eventuele harsen moeten scheikundig neutraal zijn en mogen geen enkele invloed hebben op degeleiders noch op de isolatie, noch op de magnetische kring.2008-1133-964.3.4[I.11].[R.19].4.3.5[R.20].Nominale impedantie.De weerstand van de dikdraadwikkeling wordt bepaald door de spanningsval te meten aan deklemmen, onder een gelijkstroom van 10 A. De spanningsval over de aansluitklemmen envoedingskabel van de stroomgenerator wordt niet in aanmerking genomen. De nominaleimpedantie bij 50 Hz wordt gemeten bij 3 V op de klemmen van de spoorspoel.Punt 1 van de meetfiches van [103] en [104] schrijft de toegelaten waarden voor.Impedantie bij verzadiging 50 HzPunt 2 van de meetfiches van [103] en [104] geeft de stroomgrens waarboven verzadiging dientop te treden.Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 9 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3134.4 Specifieke functionele eisen BTRC4.4.1 Artikelen[I.12]. Onderstaande artikelen behoren tot de eerste groep :Type spoorspoelNaamlijstnummer <strong>Infrabel</strong>BTRC 2 X 125 A 35.953.200BTRC 2 X 700 A 35.953.210BTRC 2 X 1000 A 35.953.2204.4.2[R.21].[R.22].[R.23].[R.24].4.4.3[R.25].[R.26].[R.27].[R.28].Opbouw<strong>Spoorspoelen</strong> van de BTRC-groep bezitten een dikdraadwikkeling bestaande uit enkelewikkelingen van koperen staven van aanzienlijke doorsnede, aan te sluiten op detractieterugstroomkring van de elektrische tractie met 3 klemmen waarvan één eenmiddenaftakking is. Het aantal ampère-windingen in elke halve dikdraadwikkeling zorgt voor eenmagnetisch evenwicht, zodat geen enkele flux opgewekt wordt in de magnetische kring.<strong>Spoorspoelen</strong> van de BTRC-groep bezitten een secundaire wikkeling. Deze bestaat uit driefijndraadwikkelingen in koper, met een groot aantal wikkelingen met tussenaftakkingen.<strong>Spoorspoelen</strong> van de BTRC-groep bezitten geen metalen kuip. De kern en de windingen zijningegoten in een hars.<strong>Spoorspoelen</strong> van de BTRC-groep bezitten een aansluitdoos van niet geleidend materiaal.Isolatie van de wikkelingen.De isolatiematerialen moeten zonder wijzigingen van hun eigenschappen, weerstand bieden aan deomgevingsvoorwaarden langs het spoor en aan normale belastingen.De harsen moeten scheikundig neutraal zijn en mogen geen enkele invloed hebben op de geleidersnoch op de isolatie, noch op de magnetische kring.De isolatiematerialen en de kruipwegen dienen gedurende één minuut te weerstaan aan eenaangelegde spanning zoals voorgeschreven in punt 1 van de meetfiches van [103] en [104] en :• tussen enerzijds de fijndraadwikkeling en anderzijds de dikdraadwikkeling; de magnetischekern en de andere niet actieve metalen gedeelten bevinden zich op een zwevend potentiaal;Onder een spanning van 500 V, continu aangelegd zoals hierboven beschreven, moeten de gemetenisolatiewaarden gelijk zijn of hoger liggen dan deze voorgeschreven in punt 1 van de meetfichesvan [103] en [104].2008-1133-964.4.4[I.13].[I.14].[R.29].Elektrische weerstand van de wikkelingen.De weerstand van de dikdraadwikkeling wordt bepaald door de spanningsval te meten aan deklemmen, onder een gelijkstroom van 10 A door de beide helften. De spanningsval over deaansluitklemmen en voedingskabel van de stroomgenerator wordt niet in aanmerking genomen.De weerstand van de fijndraadwikkeling wordt op dezelfde manier gemeten, echter bij een stroomvan 1A.Punt 2 van de meetfiches van [103] en [104] schrijft de toegelaten waarden voor.Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 10 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3134.4.5 Transformatieverhoudingen.[R.30].De transformatieverhoudingen voorgesteld in de figuren 2 worden nagezien door het meten van denullastspanning tussen de verschillende aansluitingen van de fijndraadwikkelingen. Dezespanningen moeten gelegen zijn binnen de toleranties van punt 3 van de meetfiches van [103] en[104] en dit terwijl de dikdraadwikkeling zelf gevoed wordt met de voorgeschreven spanning.fig 2 a2008-1133-96fig 2 bfig 2 cEigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 11 / 16 Savedate : 10/12/2008


B<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3134.4.6Resonantie - ijzerverliezen en koperverliezen.4.4.6.1 Resonantie.[I.15].Het is dus door in te grijpen op de verhouding KCR dat de resonantie moet worden ingesteld. Dezeis met goede benadering bereikt wanneer door de dikdraadwikkeling, gevoed met een constantespanning zoals voorgeschreven in punt 4 van de meetfiches van [103], de kleinste stroom vloeit.De resonantie kan liggen tussen twee opeenvolgende realiseerbare waarden van KRC. Voor deinterpolatie mag men aannemen dat Idik = f(KCR) symmetrisch is in haar minimumzone.4.4.6.2 Verliezen.[I.16].[R.31].In geval van resonantie wordt de stroom door de dikdraadwikkeling alleen bepaald door de somvan de verliezen.Met een verhouding KCR die de waarde KCR bij resonantie het dichtst benadert, moet de stroomopgenomen door de dikdraadwikkeling begrepen zijn binnen de toleranties voorgeschreven in punt4 van de meetfiches van [103].4.4.6.3 Spanning op de fijndraadwikkelingen.[I.<strong>17</strong>].De spanningen U CSU en U KR moeten slechts gemeten worden bij resonantie.4.4.7[I.18].[R.32].[I.19].4.4.8[R.33].4.4.9[I.20].[I.21].[R.34].Magnetisering.De kwaliteit van de ijzerplaten, hun samenbouw en de regeling van de luchtspleet wordt nagezien.Punt 5 van de meetfiches van [103] en [104] bepaalt de metingen en de opgelegde tolerantiesalsook de spanning over de dikdraadwikkeling waaronder de onderste verzadigingszone van demagnetiseringskromme niet meer mag waargenomen worden.De karakteristiek I B0 is de fictieve stroom door de dikdraadwikkeling en overeenstemmend met hetsnijpunt van het lineaire gedeelte van de funktie I B = f(U B) en de as door de oorsprong, waar U B nulis.Kortsluitimpedantie.Punt 6 van de meetfiches van [103] en [104] bepaalt de meetvoorwaarden en de toegelatentoleranties.Verzadiging - Hysteresis.De hysteresislus, en meer bepaald het remanent magnetisme, bepalen de werking van despoorspoelen in aanwezigheid van de tractiestromen.Bij constante voedingsspanning en gelijke verzadigingsstromen, bekomt men een verschillendemagnetiseringsstroom wanneer het werkingspunt zich bevindt op de stijgende of dalende tak van dehysteresislus. In het bijzonder is bij een verzadigingsstroom gelijk aan nul, denullastmagnetiseringsstroom groter wanneer de spoorspoel voorafgaandelijk verzadigd en nietgedemagnetiseerd werd.Punt 7 van de meetfiches van [103] geeft de maximaal toegelaten afwijkingen van demagnetiseringsstroom, onder invloed van de verzadiging van de magnetische kring.2008-1133-96Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 12 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.3134.5 Veiligheidseisen[R.35].Er zijn geen specifieke veiligheidseisen gesteld4.6 Beschikbaarheideisen[R.36].De MTBF waarde van de spoorspoelen moet ≥ 2000000 h4.7 Onderhoudbaarheids- en betrouwbaarheidseisen[R.37].De spoorspoelen moeten zo ontworpen zijn dat het onderhoud tot een strikt minimum wordtbeperkt.4.8 Mechanische eisen[R.38].De wikkelingen mogen zich niet verplaatsen t.o.v. de magnetische kern t.g.v. mechanischeschokken en trillingen.5. <strong>Technische</strong> interfaces5.1 Interface personeel -- spoorspoel[R.39].[R.40].[R.41].Een identificatieplaat, overeenkomstig de beschrijvingen voor de spoorspoelen van deverschillende groepen, draagt op een leesbare en onuitwisbare wijze volgende gegevens• de identificatie van de spoorspoel; het naamlijstnummer van <strong>Infrabel</strong> voorafgegaandoor de letters NN;• het merk van de fabrikant,• de twee cijfers van het fabricatiemaand en laatste twee cijfers van het fabricatiejaargevolgd door een serienummer uit een doorlopende reeks;De spoorspoelen en hun aansluitklemmen moeten zich inschrijven binnen een rechthoekigparallellepipedum met 650 mm x 450 mm basis en 350 mm hoogte. Hun gewicht moet beperkt zijntot 120 kg voor degene met kuip en deksel, tot 50 kg voor spoorspoelen in hars.Vier draagstukken zoals voorgesteld in fig 3 moeten toelaten de spoorspoelen in alle veiligheid opte tillen en manueel te verplaatsen langs de sporen.2008-1133-96fig 3Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 13 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.313[R.42].Voor spoorspoelen van CIV-groep en BTRC-groep dient een vlakke plaat parallel, opgesteld aanhet deksel van de kuip of verdeeldoos, draagt de in lijn opgestelde aansluitklemmen van defijndraadwikkelingen die op een leesbare- en onuitwisbare manier gemerkt zijn.5.2 Interface tractieterugstroom -- spoorspoel[R.43].[R.44].[R.45].[R.46].[R.47].Enkel geldig voor spoorspoelen van CIV-groep en BTRC-groep. In normale omstandighedenverdeelt de tractieterugstroom zich gelijkmatig over de twee spoorstaven. In de praktijk kan eenlicht stroomonevenwicht bestaan, maar het effect daarvan blijft te verwaarlozen. De magnetischekring moet dus een luchtspleet hebben om de verzadiging ten gevolge van de tractiestroom tebeperken.De karakteristieke werkingspunten van spoorspoelen van CIV-groep en BTRC-groep bij deeffectieve waarden van spanning en magnetiseringsstroom moeten ruim buiten de onderste enbovenste kromming van de magnetiseringskurves I dik = f (Udik) liggen.De luchtspleet van spoorspoelen van CIV-groep en BTRC-groep vormt één van de essentiëleelementen die de werking van de spoorspoel bepalen. Men dient alle mogelijke voorzorgen tenemen opdat deze niet zou variëren onder invloed van trillingen of mechanische schokken.De magnetische kring van spoorspoelen van BHI heeft geen luchtspleet om de verzadiging doorterugstroom van de elektrische tractie te beperken. De verzadiging begint bij 15 A DC.De bevestigingsmoeren van de kernen moeten perfect aangedraaid en geborgd zijn.5.3 Interface omgeving -- spoorspoel[R.48].[R.49].[R.50].[R.51].[R.52].[R.53].[R.54].De spoorspoelen zijn gedeeltelijk ingegraven in de ballast, in de onmiddellijke nabijheid van hetspoor. Bijgevolg moeten kuip en deksel enerzijds of het hars anderzijds onvervormbaar zijn enweerstand bieden aan mechanische trillingen beschreven in [103]en [104] en corrosie.Bij de spoorspoelen van de CIV komen de klemmen van de dikdraadwikkeling dwars door de kuip.Een vatting vast aan de kuip, zelfs als het deksel is weggenomen, verzekert de dichtheid en deelektrische isolatie.Het deksel bezit een vaste dichtingsring en wordt op de kuip vastgeschroefd met behulp van boutenen rondellen in de met schroefdraad gesneden gaten in het kuiplichaam.Er moet de nodige ruimte of isolatie voorzien zijn tussen een gemonteerd deksel en dedikdraadwikkelingen.De aansluitdoos gebruikt bij spoorspoelen met hars of de kuip dient te voldoen aan de IP 54 norm[101] en zo ontworpen dat ze meermaals per jaar zonder problemen kan geopend worden over eenperiode van 20 jaar.De opwarming moet beneden de maximum toegelaten waarden voor de isolatiematerialen blijven.Men neemt aan dat de omgevingstemperatuur binnen de kuip 70°C kan bereiken, in afwezigheidvan stroom.Als richtwaarde geldt paragraaf 14.1 uit [101]. Bij gebrek aan aanwijzingen moet de opwarmingbeperkt blijven tot 60°C.2008-1133-965.4 Interface kabels/kabelschoen – spoorspoel[R.55].De kuip of verdeeldoos heeft een wartel om een seinkabel, met een buitendiameter die varieert van13 mm diameter tot 23,5 mm, te kunnen binnenbrengen. Een bijgeleverde wartel, die aangepast isaan kabeltype,zorgt voor een afdichting die voldoet aan IP 54 norm.Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 14 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.313[I.22]. De koperkabels van 95 mm 2 doorsnede, of meer, verbinden de dikdraadwikkeling met despoorstaven en desgevallend met een andere spoorspoel.[I.23].Fig 4 toont twee aansluitmogelijkheden voor spoorspoelen van de CIV-groep en BTRC-groep• op spoorspoelen in serie met de tractieterugstroomkringen;• op spoorspoelen in parallel met de terugstroomkring, voor beperkte stroominjectie(maximum 250 A).2008-1133-96fig 4[R.56].[R.57].[R.58].De spoorspoelen moeten koperen aansluitklemmen bezitten die vlak en vertind zijn om een goedeelektrische verbinding met de gebruikte kabelschoenen te verzekeren.De fijndraadwikkelingen van spoorspoelen van de CIV-groep en BTRC-groep hebben alle dezelfdedraaddoorsnede. Hun uiteinden en de tussenaftakkingen moeten aangesloten zijn op een strook metFASTON-klemmen van 6,3 mm x 0,8 mm, volgens de DIN-norm 46.244. Een afdoendebescherming van de aansluitklemmen moet corrosie en slecht elektrisch contact voorkomen, zelfsna jaren dienst en meerdere manipulaties. Aan iedere klem moeten twee aansluitingen kunnengemaakt worden.Alle aansluitingen van de fijndraadwikkeling van spoorspoelen van de CIV-groep en BTRC-groepop de klemmenstrook moeten een voldoende mechanische weerstand bieden aan trillingen,schokken, uittrekken van draden tijdens manipulaties nodig bij de afregeling van despoorstroomkring, enz.Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 15 / 16 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> <strong>Technische</strong> VoorwaardenI-I.313[R.59]. Een seinkabel met 2 of 4 stijve kopergeleiders van 1,5 mm 2 maakt de verbinding tussen defijndraadwikkelingen van spoorspoelen van de CIV en de apparatuur geplaatst in de keet. Opaangepaste aansluitklemmen worden deze stijve kopergeleiders verbonden met voldoende langesoepele geleiders met FASTON-klemmen aan hun uiteinde. Deze FASTON-klemmen worden danop de hierboven beschreven stroken aangesloten.5.5 Interface componenten – spoorspoelDit punt geldt enkel voor spoorspoelen van de CIV-groep en BTRC-groep[I.24].[I.25].[I.26].[R.60].De componenten worden rechtstreeks aangesloten op de strook met FASTON-klemmen van defijndraadwikkelingen of op 4 vrije aansluitklemmen (FASTON of gevezen klemmen).De opstelling van de diverse organen moet zodanig gekozen zijn dat de inbouw, het vastzetten enhet aansluiten van de condensator en van de weerstand van de uitgangskring bij spoorspoelen vande CIV-groep of de condensator bij spoorspoelen van de BTRC-groep, op een gemakkelijke wijzekan geschieden.De componenten worden niet bijgeleverd bij de spoorspoelen.De nodige ruimte voor elk van de componenten voor de opstelling van de condensator en deweerstand bij spoorspoelen van de CIV-groep is :• hoogte 220 mm• breedte 60 mm• lengte 60 mm.[R.61]. De nodige ruimte voor de opstelling van de condensator bij spoorspoelen van de BTRC-groep is :• hoogte 30 mm• breedte 20 mm• lengte 40 mm.2008-1133-96Eigendom van INFRABEL Vertrouwelijke informatie, mag niet verspreid worden zonder de toestemming van de Dienst SeininrichtingSI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc p 16 / 16 Savedate : 10/12/2008


I-I.313Tractiestroomgeleiding<strong>Spoorspoelen</strong>Test<strong>specificatie</strong>sDocumentbeheerBeheerd doorOpgesteldNagezienKwaliteitscontroleVoorgesteldNaamJean-Pierre De ConinckJean-Pierre De ConinckPatrice BrasseurJ. VerschaeveDatum van dehandtekeningHandtekening2008-1134-00GoedgekeurdVrijgegevenDit document is de eigendom van INFRABEL en bevat vertrouwelijke informatie. Dit document mag op geenenkele manier gereproduceerd of verdeeld worden aan derden, binnen of buiten INFRABEL, zonder deschriftelijke toestemming van de Dienst Seininrichting.SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 1 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Wijzigingen aan het documentAuteur Versie Datum RedenDe Coninck Jean-Pierre 1.1 10/12/2008 Opstellen nieuw document2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 2 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3131. Inleiding1.1 Doel van dit documentDit document beschrijft de tests die op een prototype spoorspoel moeten uitgevoerd worden.1.2 Referentiedocumenten[201] SI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc1.3 BijlagenNihil1.4 ToepassingsgebiedDe spoorspoelen op het volledige net.2. Definities, symbolen en afkortingenNihil3. Voorzorgen bij de proeven.2008-1134-003.1 Wisselstroomvoeding.De wisselspanning voor de voeding van de proefschakeling dient met een frequentie van 50 Hz en met een zeerstabiele amplitude de sinusoïdale zo dicht mogelijk te benaderen.3.2 Magnetische verzadiging.Wanneer men een spoorspoel verzadigt, moet de gelijkstroom geleidelijk en continu worden opgedreven tot demaximaal voorgeschreven waarde bereikt wordt. Het werkingspunt verplaatst zich dan in stijgende lijn op dehysteresislus.Evenzo mag, bij de verlaging van de verzadigingsstroom, deze pas weer worden opgedreven nadat deze tot nulwerd herleid. Het punt verplaatst zich dan in dalende lijn op de hysteresislus.In geval van een verkeerde handeling dient de proef te worden herbegonnen nadat de magnetische kring volledigwerd gedemagnetiseerd volgens de richtlijnen van § 5.5.De wisselstroomcomponente gevoed of opgewekt door de gelijkstroomgenerator moet zo klein mogelijk zijn.Men voert daartoe de proeven uit op twee gekoppelde spoorspoelen, zodanig dat de spanningen op defijndraadwikkelingen tegengesteld geschakeld zijn. Bovendien wordt de gelijkstroomgenerator op de kringaangesloten met tussenschakeling van een spoel die bij een stroomdoorgang van 5 A gelijkstroom eenimpedantie heeft van ongeveer 1.000 ohm bij een spanning van 2 Volt 50 Hz.SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 3 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Proeven voor principiële aanvaarding – prototypetests4.1 TestopstellingFiguur 1 beschrijft de testopstelling voor de meting van de elektrische kenmerken van spoorspoelen; de figuren2, 3 en 5 zijn er van afgeleid.De meetfiches beschrijven voor elk type van spoorspoelen, de essentiële kenmerken evenals de voorwaarden ende chronologische volgorde waarin de proeven moeten uitgevoerd worden.2008-1134-00fig 14.2 Isolatie van de wikkelingen.De isolatiematerialen en de kruipwegen dienen gedurende één minuut te weerstaan aan een aangelegde spanningzoals voorgeschreven in punt 1 van meetfiche :tussen enerzijds de fijndraadwikkeling en anderzijds de dikdraadwikkeling; de magnetische kern en de andereniet actieve metalen gedeelten bevinden zich op een zwevend potentiaal;• tussen dikdraadwikkeling en de massa;• tussen fijndraadwikkeling en de massa.Onder een spanning van 500 V, continu aangelegd zoals hierboven beschreven, moeten de gemetenisolatiewaarden gelijk zijn aan of hoger liggen dan deze voorgeschreven in punt 1 van de meetfiches.Voor spoorspoelen van de groep BHI worden de proeven i.v.m. de fijndraadwikkeling niet uitgevoerd.SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 4 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134.3 Elektrische weerstand van de wikkelingen.De weerstand van de dikdraadwikkeling wordt bepaald door de spanningsval te meten aan de klemmen, ondereen gelijkstroom van 10 A door de beide helften. De spanningsval over de aansluitklemmen en voedingskabelvan de stroomgenerator wordt niet in aanmerking genomen.De weerstand van de fijndraadwikkeling wordt op dezelfde manier gemeten, echter bij een stroom van 1A.Punt 2 van de meetfiches schrijft de toegelaten waarden voor.4.4 Transformatieverhoudingen.fig 2De transformatieverhoudingen worden nagezien door het meten van de nullastspanning tussen de verschillendeaansluitingen van de fjndraadwikkelingen. Deze spanningen moeten gelegen zijn binnen de toleranties van punt3 van de meetfiches en dit terwijl de dikdraadwikkeling zelf gevoed wordt met de voorgeschreven spanning.2008-1134-004.5 Resonantie - ijzerverliezen en koperverliezen.Proefstand.Zoals aangeduid in fig 3 voedt de fijndraadwikkeling één of twee kringen:−−de afstemcondensator C SU , en zijn weerstand R SU , voor alle types spoorspoelen van de groepen CIV enBTRC, met de transformatieverhouding KCRbovendien, een spoel met bijkomende weerstand om de ontvanger van een 50 Hz spoorstroomkring tesimuleren, indien het een CIV 50 betreft met een nominale stroom van minstens 2 x 700 A.Vervangingsschema.Gezien vanaf de dikdraadwikkeling omvat het equivalent elektrisch schema :−−een zuivere spoel met impedantie hoofdzakelijk bepaald door de magnetiseringsimpedantie van despoorspoel;een zuivere condensator waarvan de waarde afhangt van de capaciteit van de condensator C SU en detransformatieverhouding KCR;SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 5 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313−een zuivere weerstand waarin een vermogen wordt gedissipeerd dat overeenstemt met de ijzer- enkoperverliezen in de spoorspoel en met de verliezen in de elementen die door de fijndraadwikkeling wordengevoed.Resonantie.Het is dus door in te grijpen op de verhouding KCR dat de resonantie moet worden ingesteld. Deze is met goedebenadering bereikt wanneer door de dikdraadwikkeling, gevoed met een constante spanning zoalsvoorgeschreven in punt 4 van de meetfiches, de kleinste stroom vloeit. De resonantie kan liggen tussen tweeopeenvolgende realiseerbare waarden van KRC. Voor de interpolatie mag men aannemen dat Idik = f(KCR)symmetrisch is in haar minimumzone.Verliezen.In geval van resonantie wordt de stroom door de dikdraadwikkeling alleen bepaald door de som van deverliezen.Met een verhouding KCR die de waarde KCR bij resonantie het dichtst benadert, moet de stroom opgenomendoor de dikdraadwikkeling begrepen zijn binnen de toleranties voorgeschreven in punt 4 van de meetfiches.De weerstand RSU in serie geschakeld met de afstemcondensator, verhoogt de verliezen. Voor de CIV50 moethij vast zijn en gekozen uit waarden zoals voorgeschreven in punt 4 van de meetfiches. De weerstand, bepaaldtijdens de aanvaarding, is de enige die geplaatst mag worden bij alle spoorspoelen vervaardigd op basis van hetaanvaarde prototype.Spanning op de fijndraadwikkelingen.De spanningen U CSU en U KR moeten slechts gemeten worden bij resonantie.Voor de CIV50 5 x 700 A moet de spanning U KR begrepen zijn binnen de toleranties aangeduid in punt 4 van demeetfiches.2008-1134-00fig 3aSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 6 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313fig 3 b4.6 Demagnetisering.De demagnetisering van de spoorspoelen gebeurt vóór de meting van de elektrische kenmerken die door detoestand van de magnetische kring beïnvloed worden, en ook op het einde van de elektrische proeven.Daartoe zal een gelijkstroomgenerator korte stroompulsen sturen in de ganse fijndraadwikkeling. Tussen tweeopeenvolgende pulsen keert men de stroomzin om en vermindert men de intensiteit van 6 A naar 0 A, in stappenvan 0,5 A bij elke ompoling. Figuur 4 beschrijft de testopstelling en zijn hulprelais voor het ompolen van destroom met beperking van de overspanningen in de spoelen.Test opstelling voor demagnetisering : fig 1 + fig 4.2008-1134-00fig 44.7 Magnetisering bij 50 Hz.Test opstelling voor demagnetisering : fig 1 + fig 4.Deze proeven laten het nazicht toe van de kwaliteit van de ijzerplaten, hun samenbouw en de regeling van deluchtspleet;SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 7 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Punt 5 van de meetfiches bepaalt de metingen en de opgelegde toleranties alsook de spanning over dedikdraadwikkeling waaronder de onderste verzadigingszone van de magnetiseringskromme niet meer magwaargenomen worden.De karakteristiek I B0 is de fictieve stroom door de dikdraadwikkeling en overeenstemmend met het snijpunt vanhet lineaire gedeelte van de funktie I B f(U B ) en de as door de oorsprong, waar U B nul is.UBVarieties vanIBOIB4.8 Kortsluitimpedantie.Punt 6 van de meetfiches bepaalt de meetvoorwaarden en de toegelaten toleranties.De spoorspoel wordt gevoed aan de fijndraadwikkeling zoals aangegeven in figuur 5. De kortsluiting van dedikdraadwikkeling moet de kleinst mogelijke impedantie bezitten; de kortsluitstroom erdoor wordt gemeten metbehulp van een ampèremetertang.2008-1134-00fig 54.9 Verzadiging - Hysteresis.De hysteresislus, en meer bepaald het remanent magnetisme, bepalen de werking van de spoorspoelen inaanwezigheid van de tractiestromen.Bij constante voedingsspanning en gelijke verzadigingsstromen, bekomt men een verschillendemagnetiseringsstroom wanneer het werkingspunt zich bevindt op de stijgende of dalende tak van deSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 8 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313hysteresislus. In het bijzonder is bij een verzadigingsstroom gelijk aan nul, de nullastmagnetiseringsstroomgroter wanneer de spoorspoel voorafgaandelijk verzadigd en niet gedemagnetiseerd werd.Punt 7 van de meetfiches geeft de maximaal toegelaten afwijkingen van de magnetiseringsstroom, onder invloedvan de verzadiging van de magnetische kring.4.10 Opwarming.Verloop van de proeven - Bepaling van de opwarming.De opwarmingsproeven moeten plaatshebben in een gesloten lokaal bij afwezigheid van tocht. Er heerst eenomgevingstemperatuur van ongeveer 20°C die praktisch ongewijzigd blijft tijdens de proeven.Elektrische stromen verhitten de wikkelingen van de gesloten spoorspoel, geplaatst op mat zwart geverfdehouten planken, met een dikte van 20 mm.Een wisselstroom 50 Hz gespecificeerd in punt 8 van de meetfiches, doorloopt het geheel derfijndraadwikkelingen.Een gelijkstroomgenerator wordt aangesloten op de uitwendige klemmen van de dikdraadwikkeling met behulpvan een kabel, zoals voorgesteld in figuur 6. De opwarming wordt bereikt met gelijkstroomwaarden vermeld inpunt 8 van de meetfiches.Men neemt aan dat de regimetemperatuur werd bereikt wanneer de gemiddelde temperatuur van de wikkelingenmet minder dan 2°C per uur stijgt.De gemiddelde opwarming van de wikkelingen wordt bepaald uit de variatie van hun elektrische weerstand metde volgende vergelijkingen :R2− R1t 2 − t1=+ tR1Δ t = t2 − t3t1t2t3R1R2( 234,5 1)= de temperatuur van de wikkeling en van de omgevende lucht bij het begin van de proef;= de temperatuur van de wikkeling op het einde van de proef;= de omgevingstemperatuur op het einde van de proef;= de weerstand van de wikkeling bij het begin van de proef;= de weerstand van de wikkeling op het einde van de proef.2008-1134-00De weerstand van de wikkelingen wordt gemeten zoals aangegeven in § 5.2.SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 9 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313fig 62008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 10 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Meetfiches5.1 CIV 50 2 X 700A NN : 35.950.610Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingen2008-1134-00Meting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - C D - H J - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. Transformatieverhoudingen< 1,0 < 20 < 1,2WindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwinding met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V1 ±0,03A-B B-C D-E E-F F-G G-H J-K K-L2 ±0,067 ±0,157 ±0,1528 ±0,6021 ±0,452 ±0,061 ±0,03SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 11 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL ≥ 1 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]Kring KCRKring KRKCR Belasting U CSU KR BelastingU KR(1)Vaststellingen4 - 1 1,5 V565758Rsu = …Csu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 ΩRsu te bepalen594 - 2 1,5 V565758Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω59554 - 3 1,5 V4 - 4 1,5 V4 - 5 3 V56575855565758555657Rsu enCsu idemproef 4 - 1Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µFRsu enCsu idemproef 4 - 100424070 Ω+j2400 Ω2008-1134-00584 - 6 3 V555657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω58554 - 7 3 V5657Rsu enCsu idemproef 4 - 1058554 - 8 3 V5657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF058(1) meting enkel bij resonantie Z Belasting = [(4070 ± 80) + j(2400 ± 50)] Ω bij 65 V – 50 HzSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 12 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Toleranties :Proef 4-1 : Rsu = 0 Ω, 18 Ω, 33 Ω, 47 Ω of 68 Ω Bij resonantie : 2,15A < I B < 2,35A ; 56,5 < KCR < 58 ; 64 V < U KR < 66 V ;Proef 4-1 tot 4.5 :Variatie KCR bij resontie : < 1 eenheid ; variatie φ dikdraad < 10 ° met KCR waarde bekomen in proef 4.1.Weerstand van de dundraadwinding bij resonantie : Proef 4-5 : …….Ω; Proef 4-6 : …….Ω;5. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 2,55 - 2 1,0 5 - 6 3,05 - 3 1,5 5 - 7 4,05 - 4 2,0 5 - 8 5,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 3 V – I B bij 5 V I BO < 0,75 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 Ω2008-1134-00ProefNrU dundraad[V]Transformatieverhouding : 57/1I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]I dikdraad[A]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 Idem proef 5.3 < 356 - 2 Idem proef 5.6 < 35SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 13 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 6 tot 0 7 - 8 3,0 47 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 37 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 27 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 <strong>17</strong> - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 4 7 - 13 Demagnetisering 6 tot 07 - 7 3,0 5 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,025 ; −1< 0, 100 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2IBproef 7 −10− IBproef 7 − 4IBproef 7 − 2< 0,050I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 22008-1134-008. OpwarmingProef 8 – 1Idundraad 0,75 Aeff bij 50 Hz en Idikdraad : 420 A DC + I 50HzR2− R1Δ t = ( 234,5 + t1) + t1− t 3R1Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadDundraad(69/1)TijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 14 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(69/1)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 15 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.2 CIV 50 2 X 1000A NN : 35.950.625Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )> 100 MΩLinks Rechts A - C D - H J - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. Transformatieverhoudingen< 1,0 < 20 < 1,22008-1134-00WindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwinding met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V1 ±0,03A-B B-C D-E E-F F-G G-H J-K K-L2 ±0,067 ±0,157 ±0,1528 ±0,6021 ±0,452 ±0,061 ±0,03SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 16 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL ≥ 1 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]Kring KCRKring KRKCR Belasting U CSU KR BelastingU KR(1)Vaststellingen4 - 1 1,5 V565758Rsu = …Csu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 ΩRsu te bepalen594 - 2 1,5 V565758Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω59554 - 3 1,5 V5657Rsu enCsu idemproef 4 - 104 - 4 1,5 V4 - 5 3 V5855565758555657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µFRsu enCsu idemproef 4 - 10424070 Ω+j2400 Ω2008-1134-00584 - 6 3 V555657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω58554 - 7 3 V5657Rsu enCsu idemproef 4 - 1058554 - 8 3 V5657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF058(1) meting enkel bij resonantie Z Belasting = [(4070 ± 80) + j(2400 ± 50)] Ω bij 65 V – 50 HzToleranties :Proef 4-1 : Rsu = 0 Ω, 18 Ω, 33 Ω, 47 Ω of 68 Ω Bij resonantie : 2,15A < I B < 2,35A ; 56,5 < KCR < 58 ; 64 V < U KR < 66 V ;Proef 4-1 tot 4.5 :Variatie KCR bij resontie : < 1 eenheid ; variatie φ dikdraad < 10 ° met KCR waarde bekomen in proef 4.1.Weerstand van de dundraadwinding bij resonantie : Proef 4-5 : …….Ω; Proef 4-6 : …….Ω;SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p <strong>17</strong> / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 2,55 - 2 1,0 5 - 6 3,05 - 3 1,5 5 - 7 4,05 - 4 2,0 5 - 8 5,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 3 V – I B bij 5 V I BO < 0,75 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrU dundraad[V]Transformatieverhouding : 57/1I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]I dikdraad[A]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 Idem proef 5.3 < 402008-1134-006 - 2 Idem proef 5.6 < 40SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 18 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 6 tot 0 7 - 8 3,0 47 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 37 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 27 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 <strong>17</strong> - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 4 7 - 13 Demagnetisering 6 tot 07 - 7 3,0 5 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,025 ; −1< 0, 100IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2IBproef 7 −10− IBproef 7 − 4IBproef 7 − 2< 0,050I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 2;2008-1134-008. OpwarmingProef 8 – 1Idundraad 0,75 Aeff bij 50 Hz en Idikdraad : 600 A DC + I 50HzR2− R1Δ t = ( 234,5 + t1) + t1− t 3R1Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadDundraad(69/1)TijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 19 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(69/1)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 20 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.3 CIVTH 2 X 700A NN : 35.952.500Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1134-00Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 21 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,56 - 2 234/10 + 78/10 < 166 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 16Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 23 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1134-00Proef 8 – 1Idikdraad : 420 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 24 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 25 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.4 CIVTH 2 X 1000A NN : 35.952.501Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1134-00Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 26 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,26 - 2 234/10 + 78/10 < 116 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 11Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 28 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1134-00Proef 8 – 1Idikdraad : 600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 29 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 30 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.5 CIVTHE 2 X 700A NN : 35.952.502Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006< 0,20 < 2,50 < 2,40A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1134-00Winding I-J I-K I-LMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,18SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 31 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,56 - 2 234/10 + 78/10 < 166 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 16Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 33 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1134-00Proef 8 – 1Idikdraad : 420 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 34 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(181/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 35 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.6 CIVTHE 2 X 1000A NN : 35.952.503Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006< 0,20 < 2,50 < 2,40A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1134-00Winding I-J I-K I-LMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,18SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 36 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,26 - 2 234/10 + 78/10 < 116 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 11Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 38 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1134-00Proef 8 – 1Idikdraad : 600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 39 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 1 t 1 Δt Δt/uur TijdDundraad(181/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 40 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.7 BHI 125 A 5mH NN : 35.953.100Fabrikant : Serienummer :1. Nominale impedantieMetingen Opmerkingen TolerantiesRDC (mΩ) Bij 10 A DC < 7 mΩLm (mH)>5 mHBij 3 V 50 Hz|Zm| (Ω)>1,5 Ω2. Impedantie bij verzadiging 50 HzU (Vrms) U/spire I(A) |Z| (Ω) L (mH) Toleranties10152025303540Verzadigingmag maaroptreden vanaf60 A2008-1134-003. Opwarming125 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 41 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.8 BHI 1000 A 50mH NN : 35.953.110Fabrikant : Serienummer :1. Nominale impedantieMetingen Opmerkingen TolerantiesRDC (mΩ) Bij 10 A DC < 1 mΩLm (mH)>50 mHBij 3 V 50 Hz|Zm| (Ω)>15 Ω2. Impedantie bij verzadiging 50 HzU (Vrms) U/spire I(A) |Z| (Ω) L (mH) Toleranties10152025303540Verzadigingmoet optredenvanaf 15 A2008-1134-003. Opwarming600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 42 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.9 BTRC 2 X 125 A NN : 35.953.200Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CNB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - C D - H< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %< 1,0 < 202008-1134-00WindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwinding met 3,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,03 V1 ±0,03A-B B-C D-E E-F F-H2 ±0,067 ±0,157 ±0,1549 ±1,05SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 43 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL ≥ 10 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A](1)φ dikdraad[°](1)KCR(1)Kring KCRBelastingU CSU(2)Kring KRKR Belasting U KRstellingenVast-4 - 1 1,5 VRsu = …Csu = 6µF± 0,06 µF0 Rsu te bepalen4 - 2 1,5 VRsu = 0 ΩCsu idemproef 4 - 104 - 3 3,0 VRsu enCsu idemproef 4 - 104 - 4 3,0 VRsu = 0 ΩCsu idemproef 4 - 1(1) meting enkel bij resonantie en een meetpunt boven en onder de resonantie KCR(2) meting enkel bij resonantieToleranties :Proef 4-1 : Rsu > 80 ΩBij resonantie : 2,15A < I B < 2,35A ; 56/3 < KCR < 60/302008-1134-005. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 2,55 - 2 1,0 5 - 6 3,05 - 3 1,5 5 - 7 4,05 - 4 2,0 5 - 8 5,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 44 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3136. KortsluitimpedantieNiet van toepassing7. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 6 tot 0 7 - 8 3,0 47 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 37 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 27 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 <strong>17</strong> - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 4 7 - 13 Demagnetisering 6 tot 07 - 7 3,0 5 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,025 ; −1< 0, 100 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 22008-1134-00IBproef 7 −10− IBproef 7 − 4IBproef 7 − 2< 0,050I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. OpwarmingIdundraad 0,75 Aeff bij 50 Hz en Idikdraad : 125 A DC + I 50HzΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadDundraad(66/3)TijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 45 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.10 BTRC 2 X 700 A NN : 35.953.210Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1134-00Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 46 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,56 - 2 234/10 + 78/10 < 166 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 16Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 48 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming2008-1134-00Proef 8 – 1Idikdraad : 420 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 49 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 50 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.11 BTRC 2 X 1000 A NN : 35.953.220Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1134-00Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 51 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,26 - 2 234/10 + 78/10 < 116 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 11Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 53 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming2008-1134-00Proef 8 – 1Idikdraad : 600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 54 / 55 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1134-00SI (TCCND,bonds,z) TST S 1.1 N.doc p 55 / 55 Savedate : 10/12/2008


I-I.313Tractiestroomgeleiding<strong>Spoorspoelen</strong>Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sDocumentbeheerBeheerd doorOpgesteldNagezienKwaliteitscontroleVoorgesteldNaamJean-Pierre De ConinckJean-Pierre De ConinckPatrice BrasseurJ. VerschaeveDatum van dehandtekeningHandtekening2008-1135-01GoedgekeurdVrijgegevenDit document is de eigendom van INFRABEL en bevat vertrouwelijke informatie. Dit document mag op geenenkele manier gereproduceerd of verdeeld worden aan derden, binnen of buiten INFRABEL, zonder deschriftelijke toestemming van de Dienst Seininrichting.SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 1 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Wijzigingen aan het documentAuteur Versie Datum RedenDe Coninck Jean-Pierre 1.1 10/12/2008 Opstellen nieuw document2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 2 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3131. Inleiding1.1 Doel van dit documentDit document beschrijft de tests waaraan de serieproductie spoorspoelen moeten voldoen.1.2 Referentiedocumenten[201] SI (TCCND,bonds,z) PRCM CTV 1.2 N.doc1.3 BijlagenNihil1.4 ToepassingsgebiedDe spoorspoelen op het volledige net.2. Definities, symbolen en afkortingenNihil3. Voorzorgen bij de proeven.2008-1135-013.1 Wisselstroomvoeding.De wisselspanning voor de voeding van de proefschakeling dient met een frequentie van 50 Hz en met een zeerstabiele amplitude de sinusoïdale zo dicht mogelijk te benaderen.3.2 Magnetische verzadiging.Wanneer men een spoorspoel verzadigt, moet de gelijkstroom geleidelijk en continu worden opgedreven tot demaximaal voorgeschreven waarde bereikt wordt. Het werkingspunt verplaatst zich dan in stijgende lijn op dehysteresislus.Evenzo mag, bij de verlaging van de verzadigingsstroom, deze pas weer worden opgedreven nadat deze tot nulwerd herleid. Het punt verplaatst zich dan in dalende lijn op de hysteresislus.In geval van een verkeerde handeling dient de proef te worden herbegonnen nadat de magnetische kring volledigwerd gedemagnetiseerd volgens de richtlijnen van § 5.5.De wisselstroomcomponente gevoed of opgewekt door de gelijkstroomgenerator moet zo klein mogelijk zijn.Men voert daartoe de proeven uit op twee gekoppelde spoorspoelen, zodanig dat de spanningen op defijndraadwikkelingen tegengesteld geschakeld zijn. Bovendien wordt de gelijkstroomgenerator op de kringaangesloten met tussenschakeling van een spoel die bij een stroomdoorgang van 5 A gelijkstroom eenimpedantie heeft van ongeveer 1.000 ohm bij een spanning van 2 Volt 50 Hz.SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 3 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Proeven voor aanvaarding van een serie4.1 <strong>Spoorspoelen</strong> van de groepen CIV en BTRCBij het uitvoeren van de aanvaardingstests worden :• Op één spoorspoel uit de aangeboden reeks alle proeven uitgevoerd.• Uit de aangeboden reeks 3 % spoorspoelen geselecteerd bij willekeur, waarop de proeven 1, 3,4 en 5 van de meetfiches worden uitgevoerd.• Uit de aangeboden reeks 6 % spoorspoelen geselecteerd bij willekeur, waarop• de proeven 1 en 3 van de meetfiches worden uitgevoerd;• van de proeven 4 en 5 van de meetfiches enkel de metingen die nodig zijn voor hetnazicht van de toleranties worden uitgevoerd.4.2 <strong>Spoorspoelen</strong> van de groep BHIBij het uitvoeren van de aanvaardingstests worden alle proeven uitgevoerd op 10 % van de aangeboden reeks.4.3 TestopstellingFiguur 1 beschrijft de testopstelling voor de meting van de elektrische kenmerken van spoorspoelen; de figuren2, 3 en 5 zijn er van afgeleid.De meetfiches beschrijven voor elk type van spoorspoelen, de essentiële kenmerken evenals de voorwaarden ende chronologische volgorde waarin de proeven moeten uitgevoerd worden.2008-1135-01fig 1SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 4 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134.4 Isolatie van de wikkelingen.De isolatiematerialen en de kruipwegen dienen gedurende één minuut te weerstaan aan een aangelegde spanningzoals voorgeschreven in punt 1 van de meetfiche :tussen enerzijds de fijndraadwikkeling en anderzijds de dikdraadwikkeling; de magnetische kern en de andereniet actieve metalen gedeelten bevinden zich op een zwevend potentiaal;• tussen dikdraadwikkeling en de massa;• tussen fijndraadwikkeling en de massa.Onder een spanning van 500 V, continu aangelegd zoals hierboven beschreven, moeten de gemetenisolatiewaarden gelijk zijn aan of hoger liggen dan deze voorgeschreven in punt 1 van de meetfiches.Voor spoorspoelen van de groep BHI worden de proeven i.v.m. de fijndraadwikkeling niet uitgevoerd.4.5 Elektrische weerstand van de wikkelingen.De weerstand van de dikdraadwikkeling wordt bepaald door de spanningsval te meten aan de klemmen, ondereen gelijkstroom van 10 A door de beide helften. De spanningsval over de aansluitklemmen en voedingskabelvan de stroomgenerator wordt niet in aanmerking genomen.De weerstand van de fijndraadwikkeling wordt op dezelfde manier gemeten, echter bij een stroom van 1A.Punt 2 van de meetfiches schrijft de toegelaten waarden voor.2008-1135-01fig 24.6 Transformatieverhoudingen.De transformatieverhoudingen worden nagezien door het meten van de nullastspanning tussen de verschillendeaansluitingen van de fjndraadwikkelingen. Deze spanningen moeten gelegen zijn binnen de toleranties van punt3 van de meetfiches en dit terwijl de dikdraadwikkeling zelf gevoed wordt met de voorgeschreven spanning.SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 5 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134.7 Resonantie - ijzerverliezen en koperverliezen.Proefstand.Zoals aangeduid in fig 3 voedt de fijndraadwikkeling één of twee kringen :de afstemcondensator C SU , en zijn weerstand R SU , voor alle types spoorspoelen van de groepen CIV en BTRC,met de transformatieverhouding KCR;bovendien, een spoel met bijkomende weerstand om de ontvanger van een 50 Hz spoorstroomkring te simuleren,indien het een CIV 50 betreft met een nominale stroom van minstens 2 x 700 A.Vervangingsschema.Gezien vanaf de dikdraadwikkeling omvat het equivalent elektrisch schema :◊◊◊een zuivere spoel met impedantie hoofdzakelijk bepaald door de magnetiseringsimpedantie van despoorspoel;een zuivere condensator waarvan de waarde afhangt van de capaciteit van de condensator C SU en detransformatieverhouding KCR;een zuivere weerstand waarin een vermogen wordt gedissipeerd dat overeenstemt met de ijzer- enkoperverliezen in de spoorspoel en met de verliezen in de elementen die door de fijndraadwikkelingworden gevoed.Resonantie.Het is dus door in te grijpen op de verhouding KCR dat de resonantie moet worden ingesteld. Deze is met goedebenadering bereikt wanneer door de dikdraadwikkeling, gevoed met een constante spanning zoalsvoorgeschreven in punt 4 van de meetfiches, de kleinste stroom vloeit. De resonantie kan liggen tussen tweeopeenvolgende realiseerbare waarden van KRC. Voor de interpolatie mag men aannemen dat Idik = f(KCR)symmetrisch is in haar minimumzone.2008-1135-01Verliezen.In geval van resonantie wordt de stroom door de dikdraadwikkeling alleen bepaald door de som van deverliezen.Met een verhouding KCR die de waarde KCR bij resonantie het dichtst benadert, moet de stroom opgenomendoor de dikdraadwikkeling begrepen zijn binnen de toleranties voorgeschreven in punt 4 van de meetfiches.De weerstand RSU in serie geschakeld met de afstemcondensator, verhoogt de verliezen. Voor de CIV50 moethij vast zijn en gekozen uit waarden zoals voorgeschreven in punt 4 van de meetfiches. De weerstand, bepaaldtijdens de aanvaarding, is de enige die geplaatst mag worden bij alle spoorspoelen vervaardigd op basis van hetaanvaarde prototype.Spanning op de fijndraadwikkelingen.De spanningen U CSU en U KR moeten slechts gemeten worden bij resonantie.Voor de CIV50 2 x 700 A moet de spanning U KR begrepen zijn binnen de toleranties aangeduid in punt 4 van demeetfiches.SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 6 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313fig 3a2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 7 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313fig 3 b4.8 Demagnetisering.De demagnetisering van de spoorspoelen gebeurt vóór de meting van de elektrische kenmerken die door detoestand van de magnetische kring beïnvloed worden, en ook op het einde van de elektrische proeven.Daartoe zal een gelijkstroomgenerator korte stroompulsen sturen in de ganse fijndraadwikkeling. Tussen tweeopeenvolgende pulsen keert men de stroomzin om en vermindert men de intensiteit van 6 A naar 0 A, in stappenvan 0,5 A bij elke ompoling. Figuur 4 beschrijft de testopstelling en zijn hulprelais voor het ompolen van destroom met beperking van de overspanningen in de spoelen.Test opstelling voor demagnetisering : fig 1 + fig 4.2008-1135-01fig 44.9 Magnetisering bij 50 Hz.Test opstelling voor demagnetisering : fig 1 + fig 4.Deze proeven laten het nazicht toe van de kwaliteit van de ijzerplaten, hun samenbouw en de regeling van deluchtspleet;SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 8 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Punt 5 van de meetfiches bepaalt de metingen en de opgelegde toleranties alsook de spanning over dedikdraadwikkeling waaronder de onderste verzadigingszone van de magnetiseringskromme niet meer magwaargenomen worden.De karakteristiek I B0 is de fictieve stroom door de dikdraadwikkeling en overeenstemmend met het snijpunt vanhet lineaire gedeelte van de funktie I B f(U B ) en de as door de oorsprong, waar U B nul is.UBVarieties vanIBOIB4.10 Kortsluitimpedantie.Punt 6 van de meetfiches bepaalt de meetvoorwaarden en de toegelaten toleranties.De spoorspoel wordt gevoed aan de fijndraadwikkeling zoals aangegeven in figuur 5. De kortsluiting van dedikdraadwikkeling moet de kleinst mogelijke impedantie bezitten; de kortsluitstroom erdoor wordt gemeten metbehulp van een ampèremetertang.2008-1135-01fig 54.11 Verzadiging - Hysteresis.De hysteresislus, en meer bepaald het remanent magnetisme, bepalen de werking van de spoorspoelen inaanwezigheid van de tractiestromen.SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 9 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Bij constante voedingsspanning en gelijke verzadigingsstromen, bekomt men een verschillendemagnetiseringsstroom wanneer het werkingspunt zich bevindt op de stijgende of dalende tak van dehysteresislus. In het bijzonder is bij een verzadigingsstroom gelijk aan nul, de nullastmagnetiseringsstroomgroter wanneer de spoorspoel voorafgaandelijk verzadigd en niet gedemagnetiseerd werd.Punt 7 van de meetfiches geeft de maximaal toegelaten afwijkingen van de magnetiseringsstroom, onder invloedvan de verzadiging van de magnetische kring.4.12 Opwarming.Verloop van de proeven - Bepaling van de opwarming.De opwarmingsproeven moeten plaatshebben in een gesloten lokaal bij afwezigheid van tocht. Er heerst eenomgevingstemperatuur van ongeveer 20°C die praktisch ongewijzigd blijft tijdens de proeven.Elektrische stromen verhitten de wikkelingen van de gesloten spoorspoel, geplaatst op mat zwart geverfdehouten planken, met een dikte van 20 mm.Een wisselstroom 50 Hz gespecifieerd in punt 8 van de meetfiches, doorloopt het geheel derfijndraadwikkelingen.Een gelijkstroomgenerator wordt aangesloten op de uitwendige klemmen van de dikdraadwikkeling met behulpvan een kabel, zoals voorgesteld in figuur 6. De opwarming wordt bereikt met gelijkstroomwaarden vermeld inpunt 8 van de meetfiches.Men neemt aan dat de regimetemperatuur werd bereikt wanneer de gemiddelde temperatuur van de wikkelingenmet minder dan 2°C per uur stijgt.De gemiddelde opwarming van de wikkelingen wordt bepaald uit de variatie van hun elektrische weerstand metde volgende vergelijkingen :R2− R1t 2 − t1=+ tR1Δ t = t2 − t3t1t2t3R1R2( 234,5 1)= de temperatuur van de wikkeling en van de omgevende lucht bij het begin van de proef;= de temperatuur van de wikkeling op het einde van de proef;= de omgevingstemperatuur op het einde van de proef;= de weerstand van de wikkeling bij het begin van de proef;= de weerstand van de wikkeling op het einde van de proef.2008-1135-01De weerstand van de wikkelingen wordt gemeten zoals aangegeven in § 5.2.SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 10 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313fig 62008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 11 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Meetfiches5.1 CIV 50 2 X 700A NN : 35.950.610Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingen2008-1135-01Meting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - C D - H J - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. Transformatieverhoudingen< 1,0 < 20 < 1,2WindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwinding met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V1 ±0,03A-B B-C D-E E-F F-G G-H J-K K-L2 ±0,067 ±0,157 ±0,1528 ±0,6021 ±0,452 ±0,061 ±0,03SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 12 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL ≥ 1 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]Kring KCRKring KRKCR Belasting U CSU KR BelastingU KR(1)Vaststellingen4 - 1 1,5 V565758Rsu = …Csu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 ΩRsu te bepalen594 - 2 1,5 V565758Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω59554 - 3 1,5 V5657Rsu enCsu idemproef 4 - 104 - 4 1,5 V4 - 5 3 V5855565758555657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µFRsu enCsu idemproef 4 - 10424070 Ω+j2400 Ω2008-1135-01584 - 6 3 V555657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω58554 - 7 3 V5657Rsu enCsu idemproef 4 - 1058554 - 8 3 V5657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF058(1) meting enkel bij resonantie Z Belasting = [(4070 ± 80) + j(2400 ± 50)] Ω bij 65 V – 50 HzToleranties :Proef 4-1 : Rsu = 0 Ω, 18 Ω, 33 Ω, 47 Ω of 68 Ω Bij resonantie : 2,15A < I B < 2,35A ; 56,5 < KCR < 58 ; 64 V < U KR < 66 V ;Proef 4-1 tot 4.5 :Variatie KCR bij resontie : < 1 eenheid ; variatie φ dikdraad < 10 ° met KCR waarde bekomen in proef 4.1.Weerstand van de dundraadwinding bij resonantie : Proef 4-5 : …….Ω; Proef 4-6 : …….Ω;SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 13 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 2,55 - 2 1,0 5 - 6 3,05 - 3 1,5 5 - 7 4,05 - 4 2,0 5 - 8 5,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 3 V – I B bij 5 V I BO < 0,75 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrU dundraad[V]Transformatieverhouding : 57/1I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]I dikdraad[A]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 Idem proef 5.3 < 402008-1135-016 - 2 Idem proef 5.6 < 40SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 14 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> – 1 Demagnetisering 6 tot 0 7 - 8 3,0 47 – 2 3,0 0 7 - 9 3,0 37 – 3 3,0 1 7 - 10 3,0 27 – 4 3,0 2 7 - 11 3,0 <strong>17</strong> – 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 – 6 3,0 4 7 - 13 Demagnetisering 6 tot 07 – 7 3,0 5 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,025 ; −1< 0, 100 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2IBproef 7 −10− IBproef 7 − 4IBproef 7 − 2< 0,050I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 22008-1135-018. OpwarmingProef 8 – 1Idundraad 0,75 Aeff bij 50 Hz en Idikdraad : 420 A DC + I 50HzR2− R1Δ t = ( 234,5 + t1) + t1− t 3R1Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadDundraad(69/1)TijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 15 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(69/1)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 16 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.2 CIV 50 2 X 1000A NN : 35.950.625Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )> 100 MΩLinks Rechts A - C D - H J - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. Transformatieverhoudingen< 1,0 < 20 < 1,22008-1135-01WindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwinding met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V1 ±0,03A-B B-C D-E E-F F-G G-H J-K K-L2 ±0,067 ±0,157 ±0,1528 ±0,6021 ±0,452 ±0,061 ±0,03SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p <strong>17</strong> / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL ≥ 1 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]Kring KCRKring KRKCR Belasting U CSU KR BelastingU KR(1)Vaststellingen4 - 1 1,5 V565758Rsu = …Csu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 ΩRsu te bepalen594 - 2 1,5 V565758Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω59554 - 3 1,5 V5657Rsu enCsu idemproef 4 - 104 - 4 1,5 V4 - 5 3 V5855565758555657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µFRsu enCsu idemproef 4 - 10424070 Ω+j2400 Ω2008-1135-01584 - 6 3 V555657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF424070 Ω+j2400 Ω58554 - 7 3 V5657Rsu enCsu idemproef 4 - 1058554 - 8 3 V5657Rsu = 0 ΩCsu = 6µF± 0,06 µF058(1) meting enkel bij resonantie Z Belasting = [(4070 ± 80) + j(2400 ± 50)] Ω bij 65 V – 50 HzToleranties :Proef 4-1 : Rsu = 0 Ω, 18 Ω, 33 Ω, 47 Ω of 68 Ω Bij resonantie : 2,15A < I B < 2,35A ; 56,5 < KCR < 58 ; 64 V < U KR < 66 V ;Proef 4-1 tot 4.5 :Variatie KCR bij resontie : < 1 eenheid ; variatie φ dikdraad < 10 ° met KCR waarde bekomen in proef 4.1.Weerstand van de dundraadwinding bij resonantie : Proef 4-5 : …….Ω; Proef 4-6 : …….Ω;SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 18 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 2,55 - 2 1,0 5 - 6 3,05 - 3 1,5 5 - 7 4,05 - 4 2,0 5 - 8 5,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 3 V – I B bij 5 V I BO < 0,75 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrU dundraad[V]Transformatieverhouding : 57/1I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]I dikdraad[A]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 Idem proef 5.3 < 352008-1135-016 - 2 Idem proef 5.6 < 35SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 19 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 6 tot 0 7 - 8 3,0 47 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 37 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 27 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 <strong>17</strong> - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 4 7 - 13 Demagnetisering 6 tot 07 - 7 3,0 5 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,025 ; −1< 0, 100IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2IBproef 7 −10− IBproef 7 − 4IBproef 7 − 2< 0,050I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 2;2008-1135-018. OpwarmingProef 8 – 1Idundraad 0,75 Aeff bij 50 Hz en Idikdraad : 600 A DC + I 50HzR2− R1Δ t = ( 234,5 + t1) + t1− t 3R1Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadDundraad(69/1)TijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 20 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(69/1)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 21 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.3 CIVTH 2 X 700A NN : 35.952.500Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1135-01Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 22 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,56 - 2 234/10 + 78/10 < 166 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 16Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 24 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1135-01Proef 8 – 1Idikdraad : 420 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 25 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 26 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.4 CIVTH 2 X 1000A NN : 35.952.501Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1135-01Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 27 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,26 - 2 234/10 + 78/10 < 116 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 11Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 29 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1135-01Proef 8 – 1Idikdraad : 600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 30 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 31 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.5 CIVTHE 2 X 700A NN : 35.952.502Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006< 0,20 < 2,50 < 2,40A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1135-01Winding I-J I-K I-LMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,18SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 32 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,56 - 2 234/10 + 78/10 < 166 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 16Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 34 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1135-01Proef 8 – 1Idikdraad : 420 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 35 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(181/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 36 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.6 CIVTHE 2 X 1000A NN : 35.952.503Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDikdraad/Massa 2 kV-50 Hz-60 s > 50 MΩDundraad/Massa 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006< 0,20 < 2,50 < 2,40A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1135-01Winding I-J I-K I-LMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,18SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 37 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,26 - 2 234/10 + 78/10 < 116 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 11Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 39 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming;2008-1135-01Proef 8 – 1Idikdraad : 600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 40 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(181/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 41 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.7 BHI 125 A 5mH NN : 35.953.100Fabrikant : Serienummer :1. Nominale impedantieMetingen Opmerkingen TolerantiesRDC (mΩ) Bij 10 A DC < 7 mΩLm (mH)>5 mHBij 3 V 50 Hz|Zm| (Ω)>1,5 Ω2. Impedantie bij verzadiging 50 HzU (Vrms) U/spire I(A) |Z| (Ω) L (mH) Toleranties10152025303540Verzadigingmag maaroptreden vanaf60 A2008-1135-013. Opwarming125 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 42 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.8 BHI 1000 A 50mH NN : 35.953.110Fabrikant : Serienummer :1. Nominale impedantieMetingen Opmerkingen TolerantiesRDC (mΩ) Bij 10 A DC < 1 mΩLm (mH)>50 mHBij 3 V 50 Hz|Zm| (Ω)>15 Ω2. Impedantie bij verzadiging 50 HzU (Vrms) U/spire I(A) |Z| (Ω) L (mH) Toleranties10152025303540Verzadigingmoet optredenvanaf 15 A2008-1135-013. Opwarming600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 43 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.9 BTRC 2 X 125 A NN : 35.953.200Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 3 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CNB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - C D - H< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %< 1,0 < 202008-1135-01WindingMeting [V]½ dikdraadlinksVoeding dikdraadwinding met 3,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,03 V1 ±0,03A-B B-C D-E E-F F-H2 ±0,067 ±0,157 ±0,1549 ±1,05SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 44 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL ≥ 10 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A](1)φ dikdraad[°](1)KCR(1)Kring KCRBelastingU CSU(2)Kring KRKR Belasting U KRstellingenVast-4 - 1 1,5 VRsu = …Csu = 6µF± 0,06 µF0 Rsu te bepalen4 - 2 1,5 VRsu = 0 ΩCsu idemproef 4 - 104 - 3 3,0 VRsu enCsu idemproef 4 - 104 - 4 3,0 VRsu = 0 ΩCsu idemproef 4 - 1(1) meting enkel bij resonantie en een meetpunt boven en onder de resonantie KCR(2) meting enkel bij resonantieToleranties :Proef 4-1 : Rsu > 80 ΩBij resonantie : 2,15A < I B < 2,35A ; 56/3 < KCR < 60/302008-1135-015. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 2,55 - 2 1,0 5 - 6 3,05 - 3 1,5 5 - 7 4,05 - 4 2,0 5 - 8 5,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 45 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3136. KortsluitingimpedantieNiet van toepassing7. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 6 tot 0 7 - 8 3,0 47 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 37 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 27 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 <strong>17</strong> - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 4 7 - 13 Demagnetisering 6 tot 07 - 7 3,0 5 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,025 ; −1< 0, 100 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 22008-1135-01IBproef 7 −10− IBproef 7 − 4IBproef 7 − 2< 0,050I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. OpwarmingIdundraad 0,75 Aeff bij 50 Hz en Idikdraad : 125 A DC + I 50HzΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadDundraad(66/3)TijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 46 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.10 BTRC 2 X 700 A NN : 35.953.210Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1135-01Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 47 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,56 - 2 234/10 + 78/10 < 166 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 16Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 49 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming2008-1135-01Proef 8 – 1Idikdraad : 420 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 50 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 200 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 51 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135.11 BTRC 2 X 1000 A NN : 35.953.220Fabrikant : Serienummer :1. Isolering van de wikkelingenDiëlektrische weerstand Isolatieweerstand (500 V DC )Belasting Resultaat Meting TolerantieDikdraad/dundraad 4 kV-50 Hz-60 s > 100 MΩDundraad/dundraad> 100 MΩ2. Elektrische weerstand van de windingenMeting [Ω]Tolerantie [Ω]bij ≈ 20 °CHalve dikdraad (10 A DC ) Dundraad (1 A DC )Links Rechts A - D E - H I - L M - P< 0,5.10 -3 < 0,5.10 -3Δ links / rechts < 10 %NB : <strong>Spoorspoelen</strong> demagnetiseren na metingen3. TransformatieverhoudingenWindingMeting [V]½ dikdraadlinks< 0,20 < 2,50 < 2,40 < 4,70Voeding dikdraadwikkeling met 1,00 V½ dikdraadrechtsTolerantie [V] Δ links / rechts < 0,01 V0,2 ±0,006A-B A-C A-D E-F E-G E-H0,5 ±0,0150,6 ±0,0181,3 ±0,403,9 ±0,19,1 ±0,182008-1135-01Winding I-J I-K I-L M-N M-O M-PMeting [V]Tolerantie [V]3 ±0,097 ±0,158,4 ±0,182 ±0,066 ±0,1215 ±0,3SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 52 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3134. Werking van de spoorstroomkring (R AL = 5 Ω)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°] 10XKCR1UCSU1Kring KCR10XKCR1TolerantiesBelasting Belasting Kenmerken4 - 11,5 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µF4 – 23,0 V50 HzRsu = 0 ΩCsu 1 = µFCsu 1 = 12µF±0,3µFCsu 0 = 12µFKCR 0 =30,5< KCR 0


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3135. Magnetisering (U RAL ≥ 2 V)ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]φ dikdraad[°]5 - 1 0,5 5 - 5 3,05 - 2 1,0 5 - 6 4,05 - 3 1,5 5 - 7 6,05 - 4 2,0 5 - 8 8,0Spoorspoel voorafgaandelijk gedemagnetiseerd.Karakteristiek I B = f (U B ) moet lineair verlopen bij U dikdraad > 1,75 VI BO ≈ I B bij 2 V + I B bij 6 V – I B bij 8 V I BO < 1,00 A6. Kortsluitingimpedantie R AL ≈ 20 ΩProefNrTransformatieverhoudingU dundraad[V]I dundraad[A]φ dundraad[°]Z dundraad[Ω]TolerantieZ dundraad[Ω]6 - 1 45/10 < 1,26 - 2 234/10 + 78/10 < 116 - 3Bij de resonantievan proef 4.2< 11Idikdraad[A]Idemproef 5.52008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 54 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.3137. Verzadiging - hysteresis R AL ≈ 0 ΩProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/1ProefNrU dikdraad[V]I dikdraad[A]I DC [A]Verhouding 63/<strong>17</strong> - 1 Demagnetisering 8 tot 0 7 - 8 3,0 57 - 2 3,0 0 7 - 9 3,0 47 - 3 3,0 1 7 - 10 3,0 37 - 4 3,0 2 7 - 11 3,0 27 - 5 3,0 3 7 - 12 3,0 07 - 6 3,0 5 7 - 13 Demagnetisering 8 tot 07 - 7 3,0 7 7 - 14 3,0 0Toleranties op Idikdraad.IBproef 7 −12IBproef 7 − 4−1< 0,035 ; −1< 0, <strong>17</strong>5 ;IBproef 7 − 2IBproef 7 − 2I B proef 7 – 2 vervangen door I B proef 7 – 14 als I B proef 7 -14 < I B proef 7 - 28. Opwarming2008-1135-01Proef 8 – 1Idikdraad : 600 A DCΔ t =R2− RR11( 234,5 + t1) + t1− t 3Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 ΔtDikdraadTijdsconstantenOpwarming AfkoelingSI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 55 / 56 Savedate : 10/12/2008


<strong>Spoorspoelen</strong> Aanvaardingstest<strong>specificatie</strong>sI-I.313Proef 8 – 2De dundraadwinding moet aan een stroom van 1 A kunnen weerstaan gedurende 6 h zonderoververhitting; daartoe wordt I B teruggebracht naar 300 A DC .Windingen R 1 t 1 R 2 t 3 Δt Δt/uur TijdDundraad(331/10)De proef mag beëindigd worden wanneer de temperatuursvariatie < 2°/h.2008-1135-01SI (TCCND,bonds,z) ACCP S 1.1 N.doc p 56 / 56 Savedate : 10/12/2008

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!