11.07.2015 Views

Een goed gesprek onder miljoenen ogen: het weblog ... - Wijnia.com

Een goed gesprek onder miljoenen ogen: het weblog ... - Wijnia.com

Een goed gesprek onder miljoenen ogen: het weblog ... - Wijnia.com

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

4.1.3 CommunicatiecapaciteitenNaast de interactiviteit en de informatieverkeerpatronen komt Van Dijk met een begrippenkader voorde <strong>com</strong>municatiecapaciteiten van nieuwe media. In <strong>het</strong> verleden is er veel <strong>onder</strong>zoek gedaan naar demogelijkheden en beperkingen van media<strong>com</strong>municatie in vergelijking met face-to-face<strong>com</strong>municatie. Van Dijk vat de verschillende theorieën kort samen om dan tot een geïntegreerdebenadering te komen.In de verschillende soorten <strong>onder</strong>zoek naar media zijn twee benaderingen te <strong>onder</strong>scheiden. Aan deene kant staat <strong>het</strong> <strong>onder</strong>zoek dat zich richt op de objectieve kenmerken van media. Het accent ligt bijdit soort <strong>onder</strong>zoek op de beperkingen van media ten opzichte van face-to-face <strong>com</strong>municatie.Verschillende begrippen komen bij dit type <strong>onder</strong>zoek naar voren. Short, William en Christie komenmet de term ‘social presence’, waarbij de nadruk wordt gelegd op de beperking van media omsociabiliteit, warmte en persoonlijk informatie over te brengen. Kiesler en anderen hebben hier de term‘reduced social context cues’ aan mee gegeven. Daft en Lengel hebben <strong>het</strong> begrip ‘informationrichness’ geïntroduceerd. Volgens hen zijn er vier objectieve eigenschappen van media te<strong>onder</strong>scheiden, namelijk feedbackcapaciteit (dit kan onmiddellijk, snel of langzaam zijn), gebruiktkanaal (via audio of visueel gericht), aard van de bron (persoonlijk of onpersoonlijk) en de rijkdomvan de taal (hier<strong>onder</strong> vallen zowel gesproken en geschreven taal als lichaamstaal).Als reactie op <strong>onder</strong>zoek naar de objectieve kenmerken van media komt er in de tweede helft van dejaren tachtig meer aandacht voor de subjectieve kenmerken van media<strong>com</strong>municatie. Er bleeknamelijk dat media die slecht zijn in sociale aanwezigheid of informatierijkdom, zoals e-mail, vaakgebruikt te worden voor sociaal-emotionele (zelfs erotische) <strong>com</strong>municatie. Steinfield en Fulkontwikkelden de ‘social information processing model’. Uitgangspunt bij dit model is hoe mediadaadwerkelijk gebruikt worden en hoe men in de informatieverwerking de eigenschappen van media(inter)subjectief vormgeeft. <strong>Een</strong> vergelijkbare benadering is die van Walther met zijn ‘relationalperspective’. Volgens hem worden media verschillend gebruikt in relatie tot bepaalde functies encontexten. Communicatie via <strong>com</strong>puternetwerken benadert na verloop van tijd de kwaliteit van faceto-face<strong>com</strong>municatie, omdat de gebruikers ervan creatief zijn. Het <strong>onder</strong>zoek van Spears, Lee enPostmes <strong>onder</strong>steunt de bevindingen van Walther. Zij introduceren <strong>het</strong> begrip ‘social identity theory’.Hun theorie gaat ervan uit dat media<strong>com</strong>municatie na verloop van tijd face-to-face <strong>com</strong>municatiebenadert omdat mensen hun hele sociale, culturele en persoonlijke identiteit meenemen als zij in een<strong>com</strong>puternetwerk <strong>com</strong>municeren. Communicatie is niet minder sociaal en onpersoonlijk in<strong>com</strong>puternetwerken omdat bepaalde informatie niet doorkomt, maar juist meer sociaal en persoonlijkomdat persoonlijkheid en groepsidentiteit bij gebrek aan bepaalde signalen juist geaccentueerdworden.34

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!