“Maurits’ grootstehandicap is dat jeniets aan hem ziet”5FamilieverhaalCarina en Robert Breitenstein wisten al snel na de geboorte van hun zoon Maurits (23) dat hij anders was.Deze baby huilde wel heel veel, sliep wel heel weinig en was niet rustig te krijgen. Carina: “De huisarts en hetconsultatiebureau adviseerden jaar na jaar het nog even aan te zien. Hij zou er overheen groeien. Maurits wasvier, toen de diagnose eindelijk werd gesteld: autisme. Zó’n opluchting. Nu konden we ergens op inspelen.”Tekst: Judith Zeeman Foto: Bettina Traas
“Robert en ik hebbenweleens tegen elkaargezegd dat Maurits’grootste handicap is dat je niets aanhem ziet”, vertelt Carina. “Anders haddat waarschijnlijk eerder tot een diagnosegeleid. Die zou hem – en ons– meer begrip en geduld van zijn omgevinghebben opgeleverd. Onwillekeurigreageerden mensen nu tochvaak een beetje naar: ‘Wat huilt ieveel, wat zeurt ie toch.’ Hij werd overvraagd.”‘Maurits kanecht àltijd bij zijnbegeleiders terecht.’Praten kon Maurits al snel. Lopenkwam pas op z’n tweede, maar fysiekdeed hij niet voor andere kinderenonder. Het was zijn gedrag dat Carinaen Robert zorgen bleef baren. Carina:“Hij speelde niet. In de box zat hijmaar te huilen; hij had geen idee wathij daar moest. Het enige dat hemeen beetje rust gaf, was de tv. Vooralhet kinderprogramma Tik Tak dat uitveel herhalingen bestaat.”Na twee jaar kreeg Maurits een jongerbroertje, Philip. Carina: “Vanaf datmoment zagen we het verschil in gedragpas goed. Toen dachten we: alsniemand ons serieus neemt, gaan wezelf op zoek naar een antwoord. Viaeen omweg kwamen we bij een artsvan het AMC. Een keerpunt, want ditmaalkwam er een diagnose, al wasautisme het laatste waaraan ik hadgedacht. Dat associeerde ik met contactarmgedrag en Maurits was juistheel aanhankelijk.”De diagnose bracht meer rust in hetgezin. Carina: “Als hij weer urenlanghuilde, wisten we dat hij daar nietsaan kon doen. We zorgden dan dathij zich veilig en comfortabel voelde.”Daarbij kregen ze tips van psychologeAnnette Heffels. “We hebbenveel met haar gepraat, ook over hoewe met Maurits moesten omgaannu hij een broertje had. Ze zijn echtdol op elkaar, maar Philip streefdeMaurits op een gegeven momentvoorbij. Als Maurits een eenvoudigetekening had gemaakt en we zeiden:‘wat mooi’, merkten we dat Philipdacht: ‘als je dat al mooi vindt, benik snel klaar.’ Annette leerde ons dat‘We gingen tenslotte zelf op zoeknaar een antwoord.’we Maurits ook konden prijzen voorz´n inspanningen. Dat je kon zeggen:wat goed dat je daar zo lang mee bezigbent. En voor Philip was dat eerlijkeren stimulerender. Verder begreepMaurits zijn eigen lijf niet goed. Zokon hij dooreten tot hij misselijkwerd. Toen kregen we de tip om papierenboterhammetjes uit te knippen,net zoveel als er in een normaalontbijt gaan. Die wisselde hij dan bijons in voor echte sneetjes. Het maaktehet onbekende voor hem tastbaaren dat werkte.”Maurits bleek meer begeleiding nodigte hebben dan thuis mogelijkwas. Op z’n zesde woonde hij doordeweekseen halfjaar ter observatiein een speciaal woongedeelte vanhet AZU. Een moeilijke besluit voorzijn ouders. Carina: “Het voelde alseen rouwproces. Maar voor Mauritswas het de beste beslissing die wehadden kunnen nemen.” Zijn begeleidingwerd voortgezet in de instellingSint Marie in Eindhoven. Daarnakwam hij in Hilversum te wonen, ophet Thijsseplein bij Sherpa. “Dat gingMaurits met zijn broer Philipzo goed dat ze na een paar jaar tegenhem zeiden: ‘wij denken dat jij primageschikt bent voor een eigen studioin Otto´slaan.’ Die erkenning vond hijsupergaaf.”‘Autisme washet laatste waaraanik dacht.’Carina en Robert zijn erg blij metSherpa. “En Maurits helemaal. Hijheeft twee vaste begeleiders diehem helpen. Bijvoorbeeld met taartenbakken, digitaal klokkijken, omgaanmet medebewoners, of hetverwerken van teleurstellingen. Hijkan echt àltijd bij ze terecht. Dankzijalle begeleiding is hij intussen veelzelfstandiger dan hij bij ons ooit wasgeworden. Hij kookt, maakt schoon,doet de boodschappen en de was.Werkt bij een kunstcentrum en helptook nog mee met de catering en administratievan een buurtcentrum. Inde weekenden is hij bij ons en speeltdan onder meer hockey. Er is nu voorzichtigsprake van een zelfstandigewoning, vlakbij de huisjes van Sherpa.Dat vindt hij nog wel een beetjespannend, maar hij kijkt er ook naaruit. Maurits heeft een hartstikke leukeigen leven.”Familieverhaal6