13.07.2015 Views

Jaarverslag 2011 Coördinatiebureau Bibob Amsterdam

Jaarverslag 2011 Coördinatiebureau Bibob Amsterdam

Jaarverslag 2011 Coördinatiebureau Bibob Amsterdam

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Directie Openbare Orde en VeiligheidVan Traa-team / Coördinatiebureau <strong>Bibob</strong>8 mei 20121


1 InleidingVoor u ligt het jaarverslag <strong>2011</strong> van het Coördinatiebureau <strong>Bibob</strong> <strong>Amsterdam</strong>(Coördinatiebureau). Het Coördinatiebureau is onderdeel van het Van Traa-team van deDirectie Openbare Orde en Veiligheid van de Bestuursdienst. Het Van Traa-teamfungeerde in de pilotperiode 2008-<strong>2011</strong> tevens als knooppunt <strong>Amsterdam</strong> van hetRegionaal Informatie en Expertise Centrum Noord-Holland (RIEC NH) en vanaf 2012 bijde opbouw van het RIEC <strong>Amsterdam</strong>-Amstelland.Het Coördinatiebureau is verantwoordelijk voor de implementatie en beleidsontwikkelingvan de Wet <strong>Bibob</strong> en adviseert de stadsdelen en de Dienst Milieu en Bouwtoezicht (DMB)bij de toepassing van de wet in het gehele traject van vergunningaanvraag tot hogerberoepsprocedures en eventuele schadezaken. De bezetting van het Coördinatiebureauis 6,45 fte. Bij het Coördinatiebureau zijn een coördinator, vier adviseurs en eenbeleidsondersteunend medewerker werkzaam.De Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet <strong>Bibob</strong>) 1 isop 1 juni 2003 van kracht geworden. Kort gezegd regelt de wet twee dingen. Ten eerstede mogelijkheid bepaalde vergunningen, subsidies en aanbestedingen te weigeren (of inte trekken c.q. op te zeggen) wegens, globaal gezegd, crimineel misbruik ervan.Ten tweede voorziet de wet in een Landelijk Bureau <strong>Bibob</strong> (Landelijk Bureau) datgemeenten desgevraagd adviseert over de mate van gevaar dat er sprake is van bandenmet criminaliteit. Het Landelijk Bureau verricht onderzoeken naar eventuele criminelebanden van aanvragers van een vergunning of subsidie of van degene die in aanmerkingwil komen voor een gunning van een aanbesteding. Om dit onderzoek te kunnenverrichten, kan het Landelijk Bureau naast openbare bronnen ook gesloten registers alsdie van de politie, justitie en fiscus raadplegen.De Wet <strong>Bibob</strong> kan worden ingezet bij vergunningen voor horeca, coffeeshops, prostitutieenescortbedrijven, speelautomatenhallen, bouw- en milieuactiviteiten, subsidies en bijaanbestedingen op het gebied van bouw, milieu en ICT. In <strong>Amsterdam</strong> is de wetgefaseerd geïmplementeerd. De Wet <strong>Bibob</strong> is in 2003 voor het eerst toegepast bij horeca,prostitutie en speelautomatenhallen. In 2004 volgde <strong>Bibob</strong>-beleid bij milieu en in 2008 bijbouw. In 2009 is een pilot <strong>Bibob</strong> en Subsidies gestart. Deze pilot is in <strong>2011</strong> geëvalueerd.De Wet <strong>Bibob</strong> wordt thans gewijzigd. Anticiperend op deze wetswijzigingen heeft hetCoördinatiebureau beleid en een werkwijze ontwikkeld voor de toepassing van de Wet<strong>Bibob</strong> bij aanbestedingen, vastgoedtransacties waarbij de gemeente contractpartij is en bijtaxi’s. Vanuit <strong>Amsterdam</strong>se praktijkervaringen heeft het Coördinatiebureau tijdens hetwetswijzigingtraject aan het Rijk adviezen gegeven en input geleverd. Het Rijk heeftevenementenvergunningen voor vechtsportgala’s op verzoek en advies van <strong>Amsterdam</strong> alonder het toepassingsbereik van de Wet <strong>Bibob</strong> gebracht.1 Zie voor de tekst van de wet www.wetten.overheid.nl.2


2 Feiten en cijfersIn <strong>Amsterdam</strong> vindt de <strong>Bibob</strong>-toets op getrapte wijze plaats. Vergunningaanvragen dieonder de reikwijdte van de Wet <strong>Bibob</strong> vallen worden ingediend bij de stadsdelen en DMBalwaar een eerste globale toets op de aanwezigheid van <strong>Bibob</strong>-indicatoren plaatsvindt.Indien het stadsdeel of DMB twijfels heeft over de integriteit van de vergunningaanvrageren/of zakenrelaties dan wel de financiering, kan het vergunningdossier voor eendiepgaande toets worden voorgelegd aan het Coördinatiebureau. Vergunningdossierskomen ook in aanmerking voor een diepgaande toets wanneer het Coördinatiebureausignalen heeft dat een onderneming mogelijk gebruikt wordt voor witwassen of het plegenvan strafbare feiten. In <strong>2011</strong> heeft het Coördinatiebureau 42 vergunningdossiersdiepgaand onderzocht. Dit is een lichte daling ten opzichte van het voorgaande jaar. In2010 heeft het Coördinatiebureau namelijk 45 onderzoeken uitgevoerd.Figuur 1: In behandeling genomen dossiers per branche40353031372520151050211915115 531 1 1 0 1 0Bouw Horeca Prostitutie Milieu Subsidies<strong>2011</strong>20102009.Indien uit het onderzoek door het Coördinatiebureau, dat onder andere bestaat uit eenfinanciële toets, indicaties blijken van banden met criminaliteit, dan wordt het dossiervoorgelegd aan het Landelijk Bureau. Het Coördinatiebureau verzorgt deze doorzendingstadsbreed, zodat op die manier overzicht en uniformiteit kan worden behouden tenaanzien van alle adviesaanvragen aan het Landelijk Bureau. Bovendien kan hetCoördinatiebureau verbanden leggen met andere vergunningaanvragen (gelieerdonderzoek). Alle communicatie tussen het Landelijk Bureau en de gemeente <strong>Amsterdam</strong>verloopt via het Coördinatiebureau. Het Coördinatiebureau vervult ten aanzien van dedoorzending van dossiers aan het Landelijk Bureau ook een zeeffunctie: alleen dievergunningdossiers waarbij sterke indicaties zijn van criminele beïnvloeding en die nietkunnen worden geweigerd op grond van overige wet- en regelgeving dan wel door directetoepassing van de Wet <strong>Bibob</strong>, worden doorgestuurd naar het Landelijk Bureau. Dit blijktuit de volgende figuur.3


Figuur 2: Adviezen van het Coördinatiebureau252024251511105 40064 247<strong>2011</strong>2010Directe toepassing Wet <strong>Bibob</strong>Doorsturen Bureau <strong>Bibob</strong>Geen toepassing Wet <strong>Bibob</strong>In behandelingAndersVan de 42 behandelde dossiers in <strong>2011</strong> heeft het Coördinatiebureau het betrokkenstadsdeel of DMB in 24 gevallen geadviseerd het dossier door te sturen naar het LandelijkBureau. Het aantal dossiers dat voor nader onderzoek en advies is voorgelegd aan hetLandelijk Bureau is hiermee ten opzichte van 2010 meer dan verdubbeld. Mogelijkeverklaring voor deze sterke stijging is dat stadsdelen en DMB steeds beter dossiers‘waarmee echt iets aan de hand is’ kunnen identificeren. Het Coördinatiebureau adviseertbovendien stadsdelen en DMB steeds vaker proactief om een dossier door te sturen naarhet Landelijk Bureau.Deze cijfers duiden erop dat in <strong>2011</strong> de effectiviteit van het eigen onderzoek in het kadervan de Wet <strong>Bibob</strong> aanzienlijk is toegenomen. In slechts 6 gevallen is geadviseerd hetdossier niet door te sturen naar het Landelijk Bureau. In 4 gevallen heeft devergunningaanvrager zich uit de procedure teruggetrokken of is de aanvraag op grondvan de Algemene wet bestuursrecht (Awb) buiten behandeling gelaten. 2Het Coördinatiebureau adviseerde daarnaast in 47 dossiers die vóór <strong>2011</strong> voor naderonderzoek in behandeling zijn genomen, bijvoorbeeld in het kader van bezwaarschriftenen (hoger) beroepsprocedures. Bovendien heeft het Coördinatiebureau 35helpdeskvragen van stadsdelen en gemeentelijke diensten- en 18 informatieverzoeken inhet kader van het Regionaal Informatie en Expertisecentrum Noord-Holland behandeld.Een advies van het Landelijk Bureau heeft drie mogelijke uitkomsten: geen gevaar,mindere mate van gevaar en ernstig gevaar. Van de 24 doorgestuurde dossiersadviseerde het Landelijk Bureau in ieder geval 13 keer dat sprake was van een ernstiggevaar en 2 keer van een mindere mate gevaar. In 3 gevallen was er volgens hetLandelijk Bureau geen gevaar op misbruik van de vergunning. Op het moment van2 Op grond van artikel 4:5, eerste lid, onder c Awb kan een bestuursorgaan besluiten de aanvraag niet tebehandelen indien de verstrekte gegevens en bescheiden onvoldoende zijn voor de beoordeling van deaanvraag of voor de voorbereiding van de beschikking.4


publicatie van dit jaarverslag zijn er nog 4 dossier bij het Landelijk Bureau in onderzoek.Bij het merendeel van de doorgestuurde dossiers adviseert het Landelijk Bureau ernstigeof mindere mate van gevaar. Uit deze cijfers volgt dat het Coördinatiebureau alleen deecht risicovolle dossiers voorlegt aan het Landelijk Bureau en de eerdergenoemdezeeffunctie werkt.Figuur 3: Adviezen van het Landelijk Bureau aan <strong>Amsterdam</strong>1413121086<strong>2011</strong>20104203Ernstig gevaar2Mindere matevan gevaar3 314Geen gevaar In behandeling Aanvraagingetrokken020Figuur 4: Typen ondernemingen voorgelegd aan het Landelijk Bureau211 18CaféProstitutiebedrijfCoffeeshopRestaurant3BouwSpeelautomatenhalMilieu inrichting35Hotel5


De uitkomsten ernstig gevaar en mindere mate van gevaar kennen drie varianten: gevaardat met de vergunning, subsidie of aanbesteding crimineel vermogen wordt witgewassen(a-grond) en/of strafbare feiten (b-grond) worden gepleegd en tot slot dat ter verkrijgingvan de vergunning strafbare feiten zijn gepleegd (artikel 3, zesde lid Wet <strong>Bibob</strong>). Metbetrekking tot de in <strong>2011</strong> voorgelegde dossiers aan het Landelijk Bureau voert een ernstiggevaar dan wel mindere mate van gevaar op witwassen de boventoon. In de tabelhieronder zijn de branche, het feitencomplex, de informatiebronnen en de variantenweergegeven van de dossiers die in <strong>2011</strong> zijn voorgelegd aan het Landelijk Bureau enwaarbij een <strong>Bibob</strong>-advies met de uitkomsten ernstig of mindere mate van gevaar isuitgebracht.Tabel 1. Kwalitatieve informatie m.b.t. ontvangen <strong>Bibob</strong>-adviezen in <strong>2011</strong>Branche Feitencomplex Informatiebronnen GrondenBouwBelastingfraude, valsheid in FIOD-ECD, Functioneel Parket, a-grondgeschrifte, deelname crimineleorganisatie, faillissementsfraude.Belastingdienst, Politie,Rechtbank, Hoge Raad.BouwWitwassen, deelname criminele CIE-informatie, Nationale a-grondorganisatie, handel in verdovendemiddelen.Recherche.BouwValsheid in geschrifte,belastingfraude.Functioneel Parket,Belastingdienst, FIOD-ECD.a-grondb-grondCoffeeshopStructurele overschrijdingPolitie, Belastingdienst.a-grondgedoogcriteria m.b.t. hennep.b-grondCoffeeshop Georganiseerde hennepteelt,valsheid in geschrifteFunctioneel Parket, Politie,Gemeente <strong>Amsterdam</strong>, UWV.HorecaWeigering inzicht financiën, Politie, Openbaar Ministerie,geweldsdelicten, overtreding Belastingdienst, rechtspraak.Opiumwet.HorecaHandel in verdovende middelen, Rechtbank <strong>Amsterdam</strong>,Witwassen.Openbaar Ministerie, Politie.Horeca Ondergronds bankieren. Nationale Recherche,Belastingdienst, Politie, CIEinformatie,FIU-NL.HorecaDeelname criminele organisatie, Buitenlandse autoriteiten,handel in verdovende middelen. Politie.a-grondb-grondart. 3, zesde lidb-grondart. 4, tweedelid 3a-grondb-gronda-grondb-gronda-grondb-grondPrositutieUitkeringsfraude, valsheid inPolitie, Openbaar Ministerie.b-grondgeschrifteProstitutie Valsheid in geschrifte, oplichting. Openbaar Ministerie,buitenlandse autoriteiten.b-grondBron: Coördinatiebureau <strong>Bibob</strong> <strong>Amsterdam</strong>3 Wanneer een vergunningaanvrager weigert gegevens aanvullende gegevens aan te leveren, wordt dit opgrond van artikel 4, tweede lid Wet <strong>Bibob</strong> aangemerkt als een ernstig gevaar op crimineel gebruik van devergunning.6


Het bestuursorgaan kan een advies al dan niet gebruiken ter motivering van een besluit.Voor de inhoud van dat besluit blijft het bestuursorgaan verantwoordelijk. Naar aanleidingvan een advies van het Landelijk Bureau, de kwaliteitstoets en advisering van hetCoördinatiebureau, kunnen stadsdelen en DMB verschillende besluiten nemen. Bij eenernstig gevaar kan de vergunning worden geweigerd, bij een mindere mate van gevaarkunnen (op grond van artikel 3, zevende lid Wet <strong>Bibob</strong>) voorschriften aan de vergunningworden verbonden en bij een geen gevaar advies wordt de vergunning in de regelverleend of in stand gelaten.In <strong>2011</strong> hebben de stadsdelen na advisering door het Coördinatiebureau de volgendebesluiten genomen: 7 keer is een vergunning naar aanleiding van een <strong>Bibob</strong>-advies en/ofop grond van de Wet <strong>Bibob</strong> geweigerd. 3 keer is een vergunning verleend metvoorschriften. 1 vergunning is op grond van de Wet <strong>Bibob</strong> ingetrokken. In de figuurhieronder zijn deze besluiten weergeven afgezet tegen de besluiten in 2010 en 2009.Figuur 5: Besluiten op grond van de Wet <strong>Bibob</strong>10109876576WeigeringIntrekking432103 3 3110<strong>2011</strong> 2010 2009Verlenen metvoorschriftenEen advies van het Landelijk Bureau is niet bindend. Het Coördinatiebureau toetst dekwaliteit van de adviezen van het Landelijk Bureau in het kader van de vergewisplicht.Aan de hand van jurisprudentie wordt hierbij ondermeer bekeken of de feiten de conclusiekunnen dragen. Op grond van deze kwaliteitstoets adviseert het Coördinatiebureauvervolgens het bestuursorgaan over het te nemen voorgenomen en definitieve besluit. HetCoördinatiebureau heeft in <strong>2011</strong> in totaal 8 keer geadviseerd over een voorgenomen ofdefinitief besluit naar aanleiding van een advies van het Landelijk Bureau. Hierbij isviermaal afgeweken van een ernstig gevaar advies door in twee gevallen de vergunningte verlenen en eveneens in twee gevallen de vergunning te verlenen met extravoorschriften. Eenmaal heeft een mindere mate van gevaar advies geleid tot eenweigering op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening.7


3. JurisprudentieHet Coördinatiebureau adviseert de stadsdelen en DMB bij voorlopige voorzieningen enberoepsprocedures bij de Rechtbank <strong>Amsterdam</strong> en de hoger beroepsprocedures bij deAfdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling). De gemeente<strong>Amsterdam</strong> is in <strong>2011</strong> betrokken geweest bij 7 hoger beroepsprocedures en 4beroepsprocedure. Daarnaast hebben in <strong>2011</strong> 2 voorlopige voorzieningenproceduresgelopen gedurende de beroepsfase inzake <strong>Bibob</strong>-dossiers van stadsdeel Centrum.Uitspraak: Vergunningen coffeeshop en café terecht geweigerdDe Rechtbank <strong>Amsterdam</strong> heeft in <strong>2011</strong> uitspraak gedaan over de weigering op grond van de Wet <strong>Bibob</strong>van de vergunningen voor een coffeeshop en café in 2008. De ondernemingen werden geëxploiteerd dooreen commanditaire vennootschap. In deze zaak concludeerde het Landelijk Bureau <strong>Bibob</strong> dat ernstiggevaar bestaat dat de vergunningen voor deze ondernemingen mede gebruikt zullen worden voor hetwitwassen van crimineel vermogen en het plegen van strafbare feiten. Bovendien waren er voldoendeaanwijzingen dat voor het verkrijgen van de vergunningen een strafbaar feit was gepleegd. De gemeente<strong>Amsterdam</strong> heeft de vergunningen voor de horecaondernemingen op deze gronden geweigerd.De rechtbank oordeelt dat het aannemelijk is dat de voormalige exploitant van de coffeeshop en het cafédrugsdelicten heeft gepleegd. Hoewel de voormalige exploitant de ondernemingen op papier heeft verkochtaan zijn ex-echtgenote, zijn er voldoende aanwijzingen dat hij de feitelijke eigenaar van de ondernemingenis gebleven. Zo is de bedrijfsstructuur na de overname op initiatief van de voormalige exploitant tot standgekomen. Vanwege de onduidelijke geldstromen heeft de gemeente daarnaast mogen aannemen dat devoormalige exploitant een groot deel van de winst blijft ontvangen. Bovendien was de pachtsom voor hetgebruik van de coffeeshop en het café dermate hoog dat dit als onzakelijk bestempeld kon worden. Tot slotheeft de voormalige exploitant zich ook na de overname voorgedaan als de eigenaar van deondernemingen.De Rechtbank <strong>Amsterdam</strong> is van oordeel dat de voormalige exploitant na de overname zeggenschap had,vermogen verschafte en in een zakelijk samenwerkingsverband tot de exploitant. De gemeente heeft zichvolgens de rechtbank op het standpunt mogen stellen dat ernstig gevaar bestaat dat de aangevraagdevergunning voor de coffeeshop en het café zullen worden gebruikt voor criminele doeleinden. Devergunningen zijn terecht geweigerd, aldus de rechtbank.Tegen de uitspraak van de rechtbank heeft de exploitant hoger beroep ingesteld bij de Afdelingbestuursrechtspraak van de Raad van State. Begin 2012 bevestigde De Afdeling de uitspraak van deRechtbank <strong>Amsterdam</strong> in deze <strong>Bibob</strong>-procedure.4. <strong>Bibob</strong> in BewegingDe wijze waarop de Wet <strong>Bibob</strong> in <strong>Amsterdam</strong> wordt uitgevoerd is in beweging.<strong>Amsterdam</strong> heeft de toepassing van de Wet <strong>Bibob</strong> bij bouwvergunningen geëvalueerd. De<strong>Amsterdam</strong>se ondernemersvereniging ORAM bracht in <strong>2011</strong> het onderzoeksrapport‘Integriteit beoordelen. Advies over de toepassing van de Wet <strong>Bibob</strong> in <strong>Amsterdam</strong>’ uit.Tegelijkertijd kwamen de VVD raadsleden Ornstein en Ruigrok met het Initiatiefvoorstel90° <strong>Bibob</strong> , waarin voorstellen ter vereenvoudiging en verbetering werden gedaan. DeBurgemeester van <strong>Amsterdam</strong> heeft naar aanleiding van deze feedback begin 2012 eenconferentie georganiseerd om samen met ondernemers, branchevertegenwoordigers,raadsleden en deskundige professionals de gedane voorstellen verder uit te werken. Naaraanleiding van de conferentie realiseert het Coördinatiebureau op een belangrijk aantalpunten verbeteringen in de uitvoering van de Wet <strong>Bibob</strong>. De verbeteringen zijn een8


elangrijke stap in de richting naar een meer informatie- en risicogestuurde toepassingvan het <strong>Bibob</strong>-instrumentarium. De belangrijkste wijzigingen zijn:Een korter formulier met minder indieningsvereisten voor vergunningaanvragenbinnen de branches horeca, prostitutie, speelautomatenhallen en milieu.Ondernemers dienen een <strong>Bibob</strong>-vragenformulier in te vullen. Met dit formulier wordtgevraagd naar de bedrijfsstructuur, financiering en zakenpartners van de ondernemer.Het formulier wordt door veel ondernemers als lastig en omvangrijk ervaren, vooral omdathierbij een flink aantal documenten ingeleverd moet worden. Er is daarom nogmaalskritisch gekeken naar de wijze van vraagstelling en het aantal documenten dat in eersteinstantie noodzakelijk is voor een goede <strong>Bibob</strong>-toetsing. Het Coördinatiebureau heeft eenkorter en begrijpelijker <strong>Bibob</strong>-formulier ontwikkeld waarbij slechts bij een paar vragendocumenten zullen worden gevraagd. Slechts bij gerede twijfels over de integriteit ofonvolledige dan wel onduidelijke aangeleverde informatie, zal aanvullende informatie vande ondernemer worden verlangd.Ondernemers die een aanvraag voor een verlenging van de vergunning indienen, kunnenvolstaan met het doorgeven van eventuele wijzigingen. Op deze wijze worden deadministratieve lasten die gepaard gaan met de Wet <strong>Bibob</strong> lager, zowel voor deaanvrager als het bestuur.Minder indieningsvereisten bij meerdere vergunningaanvragen per jaarOndernemers die in een periode van één jaar meerdere vergunningaanvragen indienen,kunnen volstaan met het slechts eenmaal inleveren van documenten die nodig zijn voorde <strong>Bibob</strong>-toets. Informatie die ondernemers al bij een gemeenteonderdeel hebbenaangeleverd, zal zoveel mogelijk worden hergebruikt. Voorkomen moet worden datverschillende gemeenteonderdelen steeds opnieuw naar reeds ingeleverde informatievragen. Vooral ondernemers met filialen in verschillende stadsdelen moesten telkensdocumenten overleggen die zij kort tevoren reeds aan de gemeente verstrekt hadden.Door verbeterde samenwerking zullen deze documenten voortaan tussen stadsdelen engemeentelijke diensten worden uitgewisseld. De administratieve lasten voor dezeondernemers dalen hierdoor aanzienlijk. Zo is in <strong>2011</strong> bij de vestiging in <strong>Amsterdam</strong> vaneen internationaal opererende keten, samengewerkt tussen de dienst EconomischeZaken, de stadsdelen en het Coördinatiebureau om op basis van één grondig <strong>Bibob</strong>onderzoekde opening van filialen in verschillende stadsdelen mogelijk te maken. Hethergebruik van documenten zal in de toekomst door ICT oplossingen verder wordenvereenvoudigd. Bijvoorbeeld door een elektronisch ondernemersdossier.Aanscherping risicogestuurde toepassing Wet <strong>Bibob</strong> bij bouwprojectenIn 2008 is de beleidsregel ‘<strong>Bibob</strong> en bouw’ vastgesteld op basis waarvan de Wet <strong>Bibob</strong>alleen werd toegepast bij bouwprojecten met een aanneemsom van € 100.000 of hoger,die binnen een in het beleid omschreven risicocategorie c.q. risicobranche vallen ofwanneer er aanwijzingen zijn van criminele beïnvloeding. Deze risicogestuurdebenadering wordt verder aangescherpt. De minimale aanneemsom voor bouwprojectendie niet binnen een risicocategorie vallen wordt verhoogd naar € 250.000. Voor9


ouwprojecten die wel binnen een risicocategorie vallen, wordt een ondergrens ingesteldvan € 100.000.Bouwprojecten die door, namens of in opdracht van een (semi)publieke instelling of bedrijfworden uitgevoerd, in beginsel uitgezonderd van een lichte <strong>Bibob</strong>-toets. Het risico dat degevraagde omgevingsvergunning wordt gebruikt om – kort gezegd – geld wit te wassen ofstrafbare feiten te plegen zal bij dergelijke instellingen in de regel niet bijzonder groot zijn.Nieuw <strong>Bibob</strong>-formulier bij bouwprojectenVoor vergunningen voor bouwprojecten – de omgevingsvergunning activiteit bouw – wordteen nieuw en extra kort <strong>Bibob</strong>-formulier geïntroduceerd waarbij de aanvrager geendocumenten hoeft te overleggen. Uit de in <strong>2011</strong> gepubliceerde evaluatie- enonderzoeksrapporten volgde dat vooral bij de lichte <strong>Bibob</strong>-toets bij vergunningen voorbouwprojecten, de administratieve en bestuurlijke lasten niet in verhouding stond met hetaantal gevallen waarbij een criminaliteitsrisico werd geconstateerd. Hier komt nog eens bijdat ondernemers en semipublieke organisaties vaak meerdere omgevingsvergunningenvoor de activiteit bouw per jaar aanvragen. Met het nieuwe <strong>Bibob</strong>-formulier voorbouwprojecten zal een minimum aan informatie worden opgevraagd die nodig is voor eenlichte <strong>Bibob</strong>-toets. Slechts wanneer op grond van het ingevulde formulier of concreteinformatie (zoals een tip van de officier van justitie, politie- of andersoortige gegevens)aanvullend onderzoek noodzakelijk is, zal aan de aanvrager een uitgebreid <strong>Bibob</strong>formulierworden overhandigd en zal deze nadere documenten moeten overleggen.5. Conclusie en vooruitblik<strong>2011</strong> was een belangrijk jaar voor de verdere ontwikkeling van de <strong>Amsterdam</strong>setoepassing van de Wet <strong>Bibob</strong>. De stadsbrede uitvoering van de Wet <strong>Bibob</strong> is vanuitverschillende invalshoeken kritisch tegen het licht gehouden. Dit heeft geleid tot concreteverbetervoorstellen die in de komende periode gestalte moeten gaan krijgen. Bovendienweten stadsdelen risicodossiers steeds beter te herkennen en is de informatiepositie vanhet Coördinatiebureau verbeterd. Het aantal naar het Landelijk Bureau doorgestuurdedossiers is ten opzichte van 2010 meer dan verdubbeld. Het Landelijk Bureau adviseert inhet merendeel van de gevallen een ernstige mate van gevaar op criminele beïnvloeding.Met betrekking tot het aantal geweigerde dan wel ingetrokken vergunningen is eveneenseen stijging waarneembaar.Coördinatie en onderzoekDe toepassing van de Wet <strong>Bibob</strong> staat of valt met gedegen onderzoek naar criminelebeïnvloeding en infiltratie van legale ondernemingen. In <strong>2011</strong> zijn stappen gezet om ditonderzoek meer op een informatie- en risicogestuurde wijze te laten plaatsvinden. Doorverbeterde samenwerking tussen het Coördinatiebureau, de politie en het OpenbaarMinisterie vindt strafrechtelijke informatie steeds beter zijn weg naar het bestuur. HetCoördinatiebureau heeft hierdoor met grotere precisie stadsdelen kunnen adviseren omeen dossier voor te leggen aan het Landelijk Bureau. In 2012 zal de informatie- enrisicogestuurde toepassing van de Wet <strong>Bibob</strong> worden doorontwikkeld en voortgezet.10


Ontwikkelaar van werkwijzen, beleid en wetgevingHet Coördinatiebureau neemt de voorstellen die zijn gedaan in de evaluatie van detoepassing van de Wet <strong>Bibob</strong> bij bouwvergunningen, het onderzoeksrapport integriteitbeoordelen van onderzoeksbureau Regioplan, het Initiatiefvoorstel 90° <strong>Bibob</strong> en deuitkomsten van de <strong>Bibob</strong>-conferentie ter handen.De Burgemeester van <strong>Amsterdam</strong> heeft begin 2012 samen met ondernemers,branchevertegenwoordigers, raadsleden en deskundige professionals, het startschotgegeven voor een eenvoudigere en eerlijkere toepassing van de Wet <strong>Bibob</strong>, met minderadministratieve lasten voor ondernemers. In 2012 zal het Coördinatiebureau de nieuweformulieren ontwikkelen, inzetten op hergebruik van reeds door ondernemersaangeleverde gegevens en het aantal in te dienen documenten verminderen. Het beleidmet betrekking tot de toepassing van de Wet <strong>Bibob</strong> bij bouwprojecten enhorecaondernemingen wordt aangescherpt.De evenementenvergunning voor vechtsportgala’s valt door een wijziging van het Besluit<strong>Bibob</strong> sinds oktober <strong>2011</strong> onder het toepassingsbereik van de Wet <strong>Bibob</strong>. In de APV isbepaald dat een organisator van een vechtsportgala niet van slecht levensgedrag magzijn. Het Coördinatiebureau onderzoekt (indien daartoe aanleiding is)vergunningaanvragen voor vechtsportgala’s diepgaand. De wijziging van het Besluit <strong>Bibob</strong>heeft eveneens headshops onder het toepassingsbereik van de Wet <strong>Bibob</strong> gebracht.Vooralsnog geldt er in <strong>Amsterdam</strong> geen vergunningplicht voor headshops.De Tweede Kamer heeft op 20 maart 2012 het wetsvoorstel tot wijziging en uitbreidingvan de Wet <strong>Bibob</strong> aangenomen. Tijdens de totstandkoming van het wetsvoorstel heeft hetCoördinatiebureau op diverse momenten input geleverd. Na definitieve invoering van dewetswijziging – naar verwachting per 1 januari 2013 – bestaat de mogelijkheid omvastgoedtransacties van de overheid met particulieren te toetsen op grond van de Wet<strong>Bibob</strong>. Gemeenten kunnen bovendien lokale problematiek aanpakken doordat demogelijkheid is gecreëerd om, mits voldoende onderbouwd, in beleid sectoren op tenemen waarop de Wet <strong>Bibob</strong> van toepassing zal zijn. <strong>Amsterdam</strong> heeft in het kader vanhet stadsbrede integriteitsbeleid al screeningsinstrumenten voor aanbestedingen,vastgoedtransacties en overige kwetsbare overeenkomsten ontwikkeld.Informatie-, kennis- en expertisecentrumHet Coördinatiebureau blijft een informatie-, kennis en expertisecentrum ten aanzien vande Wet <strong>Bibob</strong>, voor de stad en de regio. Zo heeft het Coördinatiebureau in <strong>2011</strong> bijnahonderd medewerkers van Noord-Hollandse gemeenten getraind in de toepassing van deWet <strong>Bibob</strong>, waarbij medewerkers van belastingdienst en politie zijn aangeschoven. HetCoördinatiebureau heeft tevens een regionale en gemeentelijke helpdesk bemand.De Regionale Informatie en Expertise Centra (RIEC) zullen de grenzen van de politieeenhedenvan de Nationale Politie gaan volgen. Dit betekent de oprichting van het RIEC<strong>Amsterdam</strong>-Amstelland. Vanwege de jarenlange opgebouwde ervaring, kennis enexpertise met betrekking tot de Wet <strong>Bibob</strong>, zal het Coördinatiebureau een centrale plekbinnen het RIEC <strong>Amsterdam</strong>-Amstelland gaan innemen. De regionale advisering van hetCoördinatiebureau in <strong>2011</strong> over bijvoorbeeld het opstellen van beleidslijnen Wet <strong>Bibob</strong> enhet dusdanig wijzigen van Algemene Plaatselijke Verordeningen waardoor malafideorganisatoren van vechtsportgala’s kunnen worden geweerd, zal in 2012 wordenvoortgezet. Dit kan betekenen dat een deel van de capaciteit van het Coördinatiebureauzal worden ingezet om naast de stadsdelen ook andere regiogemeenten op dossierniveaute adviseren. Vooral nu de Regionale Informatie en Expertisecentra met de aanstaandewijziging van de Wet <strong>Bibob</strong> de adviezen van het Landelijk Bureau zullen mogen inzien.11

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!