13.07.2015 Views

1 Tijdskrediet: wijzigingen (26.09.2012) Inhoud 1. Situering ... - Voka

1 Tijdskrediet: wijzigingen (26.09.2012) Inhoud 1. Situering ... - Voka

1 Tijdskrediet: wijzigingen (26.09.2012) Inhoud 1. Situering ... - Voka

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

3<strong>1.</strong> <strong>Situering</strong>Het tijdskrediet wordt sinds 1 januari 2002 geregeld door de CAO nr. 77 bis van de NationaleArbeidsraad, die voorziet in de mogelijkheid voor de werknemer om zijn arbeidsprestaties volledig teschorsen of te verminderen gedurende een bepaalde periode.Werknemers die hun recht op tijdskrediet opnemen, ontvangen voor de periode waarin zij geenprestaties leveren of hun prestaties verminderen geen loon. Als compensatie ontvangen zij eenmaandelijkse forfaitaire onderbrekingsuitkering van de RVA. Het recht op deze uitkeringen wordtgeregeld in een koninklijk besluit.De voorwaarden voor het recht op verlof en het recht op een uitkering waren – op een uitzondering na- mooi op elkaar afgestemd.Eind vorig jaar werd een koninklijk besluit uitgevaardigd dat de voorwaarden om recht te hebben opeen uitkering bij tijdskrediet aanpaste. Hierdoor ontstond een discrepantie tussen het recht opuitkeringen dat geregeld is bij KB, en het recht op afwezigheid dat geregeld is bij cao.Daarom heeft men onlangs een nieuwe cao 103 gesloten. Deze trad in werking op 1 september 2012en geldt in principe voor alle aanvragen tijdskrediet na 3<strong>1.</strong>08.2012.Met deze cao trachtte men de discrepantie op te heffen tussen het recht op uitkeringen en het recht opverlof. De cao nr. 103 voorziet bovendien in nieuwe uitzonderingen op de leeftijdsvoorwaarde voorlandingsbanen. Cao 77bis zal enkel nog als overgangsmaatregel blijven bestaan.Naar aanleiding van deze cao 103 heeft men het uitkeringsKB opnieuw moeten aanpassen. Dit isgebeurd met een KB van 25.08.2012 dat 31 augustus 2012 in het staatsblad is verschenen en geldtvanaf 1 september 2012.Hieronder vindt u een overzicht van de nieuwe regels.Ann Tourné, adviseur juridisch kenniscentrum SD WorxVoor meer informatie of voor advies op maat verwijzen wij u graag naar- KMO-consult (03/220 28 47 of mail naar nicole.gybels@sdworx.com)- Divisie Competence & Consultancy (03/220 28 31 of mail naar legalconsulting@sdworx.comof taxconsulting@sdworx.com)


8Tijdstip voldoen voorwaarde?De periode waarvoor de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of deperiode waarvoor de verlenging werd gevraagd, moet aanvangen voor het kind 8 jaar wordt.Bewijs?De werknemer geeft de werkgever ten laatste op het ogenblik waarop de schorsing of de verminderingvan de arbeidsprestaties ingaat, het document of de documenten tot bewijs van die gebeurtenis.2. Voor het verlenen van palliatieve verzorgingDe werknemer heeft recht op een gemotiveerd tijdskrediet voor het verlenen van palliatieveverzorging. Dit begrip moet men op dezelfde manier verstaan als bij het thematische verlof.Bewijs?De werknemer geeft de werkgever ten laatste op het ogenblik waarop de schorsing of de verminderingvan de arbeidsprestaties ingaat, een attest afgeleverd door de behandelende geneesheer van depersoon die palliatieve verzorging nodig heeft en waaruit blijkt dat de werknemer zich bereid heeftverklaard deze palliatieve verzorging te verlenen. De identiteit van de patiënt wordt niet vermeld. Ingeval de werknemer gebruik wil maken van de verlenging van de periode met één maand moet hijopnieuw zo'n attest afleveren.3. Voor het verlenen van bijstand of verzorging aan een zwaar ziek gezins- of familielidDe werknemer heeft recht op een gemotiveerd tijdskrediet voor het verlenen van bijstand of verzorgingaan een zwaar ziek gezins- of familielid. Ook hier moet men dit begrip op dezelfde manier verstaan alsbij het thematische verlof.Bewijs?De werknemer geeft de werkgever ten laatste op het ogenblik waarop de schorsing of de verminderingvan de arbeidsprestaties ingaat, een attest afgeleverd door de behandelende geneesheer van hetzwaar ziek gezins- of familielid waaruit blijkt dat de werknemer zich bereid heeft verklaard bijstand ofverzorging te verlenen aan de zwaar zieke persoon.4. Voor het volgen van een opleidingDe werknemer heeft recht op een gemotiveerd tijdskrediet voor het volgen van een opleiding.Bewijs?De werknemer geeft de werkgever ten laatste op het ogenblik waarop de schorsing of de verminderingvan de arbeidsprestaties ingaan, het bewijs dat hij zijn arbeidsprestaties schorst of vermindert om eenvan de volgende vormen van opleiding te volgen: een door de gemeenschappen of de sector erkende opleiding die minstens 360 uren of 27studiepunten per jaar telt (of 120 uren of 9 studiepunten per schooltrimester of eenononderbroken periode van 3 maanden); onderwijs volgen in een centrum voor basiseducatie of een opleiding gericht op het behalenvan een diploma of getuigschrift van secundair onderwijs, die minstens 300 uren per jaar telt(of 100 uren per schooltrimester of een ononderbroken periode van 3 maanden).Vormvereisten?Op het bewijs bevestigt de Gemeenschap of de opleidingsinstelling dat de werknemer geldig isingeschreven voor een opleiding met bovenstaande tijdsduur of omvang.Binnen de 20 kalenderdagen na elk kwartaal moet de werknemer bij de werkgever een attest indienendat het bewijs levert van regelmatige aanwezigheid van opleiding in dat kwartaal. “Regelmatigeaanwezigheid” betekent dat de werknemer maximum 1/10e van de duur van de opleiding in dat


9kwartaal ongewettigd afwezig mag zijn. Schoolvakantiedagen worden gelijkgesteld met dagen vanregelmatige aanwezigheid.2.2.4.2. Bijkomend recht van 48 maanden: toelichting motievenDe werknemer heeft naast een niet-gemotiveerd tijdskrediet een bijkomend recht op gemotiveerdvoltijds tijdskrediet, halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering tot maximaal 48 maanden als hij hiertoebepaalde motieven heeft. We lichten deze motieven hieronder toe.<strong>1.</strong> Om zorg te dragen voor hun gehandicapt kind tot de leeftijd van 21 jaarDe werknemer heeft recht op een gemotiveerd tijdskrediet om zorg te dragen voor zijn gehandicaptkind tot de leeftijd van 21 jaar.Tijdstip voldoen voorwaarde?De periode waarvoor men de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties vraagt of deperiode waarvoor men een verlenging vraagt, moet aanvangen voor het kind 21 jaar wordt.Bewijs?De werknemer geeft de werkgever ten laatste op het ogenblik waarop de schorsing of de verminderingvan de arbeidsprestaties ingaat, een attest dat de lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van 66 %aantoont of de aandoening die leidt tot een erkenning van minstens 4 punten in pijler 1 van demedisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving met betrekking tot de kinderbijslag.2. Voor het verlenen van bijstand of verzorging aan hun minderjarig zwaar ziek kindDe werknemer heeft recht op een gemotiveerd tijdskrediet voor het verlenen van bijstand of verzorgingaan zijn minderjarig zwaar ziek kind. Dit begrip moet men op dezelfde manier verstaan als bij hetthematische verlof.Tijdstip voldoen voorwaarde?De periode waarvoor men de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties vraagt of deperiode waarvoor men een verlenging vraagt, moet aanvangen voor het kind meerderjarig wordt.Bewijs?De werknemer geeft de werkgever ten laatste op het ogenblik waarop de schorsing of de verminderingvan de arbeidsprestaties ingaat, een attest afgeleverd door de behandelende geneesheer van hun ofhet minderjarig zwaar ziek kind waaruit blijkt dat de werknemer zich bereid heeft verklaard bijstand ofverzorging te verlenen aan de zwaar zieke persoon.2.3. Aanrekening vroegere perioden tijdskrediet op niet-gemotiveerd en gemotiveerdtijdskrediet2.3.<strong>1.</strong> Principe: aanrekening op niet-gemotiveerd tijdskredietOp de maximumduur van het niet-gemotiveerd tijdskrediet (12m voltijds equivalent), moet men inmindering brengen, de perioden van schorsing of vermindering van de arbeidsprestaties ingevolge:de oude reglementering loopbaanonderbreking, algemeen stelsel zoals voorzien in deherstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen (en nog toegepast in de publiekesector);


10tijdskrediet algemeen stelsel (voltijds, halftijds en 1/5de) zoals voorzien in CAO nr. 77 bis.2.3.2. Uitzondering: aanrekening op gemotiveerd tijdskredietAanrekening op 36 maandenAls de werknemer een onbetwistbaar bewijs kan voorleggen dat hij zijn arbeidsprestaties destijdsgeschorst of verminderd heeft voor één van volgende motieven, brengt men voormelde periodestijdskrediet en loopbaanonderbreking eerst in mindering van de bijkomende duur van 36 maanden:om zorg te dragen voor zijn kind tot 8 jaar;om palliatieve zorgen toe te dienen;om een zwaar ziek gezins- of familielid bij te staan of te verzorgen;om een opleiding te volgen.Aanrekening op 48 maandenAls de werknemer een onbetwistbaar bewijs kan voorleggen dat hij zijn arbeidsprestaties destijdsgeschorst of verminderd heeft voor één van volgende motieven, worden voormelde periodestijdskrediet en loopbaanonderbreking eerst in mindering gebracht op de bijkomende duur van 48maanden:om zorg te dragen voor zijn gehandicapt kind tot 21 jaar;om zijn zwaar ziek kind of een zwaar ziek kind dat deel uitmaakt van het gezin bij te staan ofte verzorgen.Overblijvend saldo aanrekenen op niet-gemotiveerd tijdskredietHet eventueel overblijvend saldo wordt nadien in mindering gebracht op de maximumduur van voltijdsequivalent niet-gemotiveerd tijdskrediet.Merk op:Het tijdskrediet uit het verleden dat men niet kan motiveren rekent men aan op het niet-gemotiveerdtijdskrediet. Er staat nergens dat men een overblijvend saldo moet aanrekenen op het gemotiveerdtijdskrediet. Dit betekent dat iemand die in het verleden reeds 5 jaar 1/5de loopbaanverminderingzonder motief en 1 jaar voltijds tijdskrediet zonder motief heeft opgenomen, nu nog gebruik kan makenvan het gemotiveerde tijdskrediet indien hij een motief heeft (terwijl zijn rechten in het verledenuitgeput waren, met uitzondering van het stelsel eindeloopbaan).2.3.3. Geen aanrekening van thematische verlovenDe thematische verloven worden nooit in mindering gebracht van het gemotiveerd en niet-gemotiveerdtijdskrediet, meer bepaald:palliatief verlof;ouderschapsverlof (zowel het onbetaalde als het ouderschapsverlof ihkvloopbaanonderbreking);recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- offamilielid.Merk op:Ook in het verleden (CAO 77bis) werden thematische verloven niet aangerekend op het krediet.


112.3.4. Rangorde niet-gemotiveerd en gemotiveerd tijdskredietDe werknemers die een motief kunnen inroepen mogen vrij bepalen of ze kiezen voor een voltijdseschorsing of een halftijdse of 1/5 de vermindering van hun prestaties. Ze kunnen ook vrij de rangordekiezen van het stelsel, namelijk met of zonder motief, waarop ze beroep doen.2.4. LandingsbanenOm recht te hebben op een bijzondere vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdsebetrekking of met 1/5 de op oudere leeftijd (= landingsbanen) moeten een aantal voorwaarden tegelijkvervuld zijn. We bespreken ze hieronder.2.4.<strong>1.</strong> LeeftijdsvoorwaardeDe leeftijdsvoorwaarde moet bereikt zijn op het ogenblik van de gewenste begindatum van deuitoefening van het recht.2.4.<strong>1.</strong><strong>1.</strong> Principe: werknemers vanaf 55 jaarWerknemers van 55 jaar en ouder hebben zonder maximumduur recht op:1/5de loopbaanvermindering ten belope van een dag of 2 halve dagen per week;een 1/2de loopbaanvermindering.2.4.<strong>1.</strong>2. Uitzondering: landingsbaan vanaf 50 jaarMen voorziet een uitzondering op de leeftijdsvoorwaarde voor werknemers:met een zwaar beroep;met een lange loopbaan;of in een onderneming tijdens de periode erkend als in herstructurering of in een bedrijf inmoeilijkheden.A. Landingsbaan vanaf 50 jaar: cumulatieve voorwaarden voor vermindering prestaties met1/2deWerknemers kunnen vanaf 50 jaar hun arbeidsprestaties verminderen tot een halftijdse betrekking alszij op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving cumulatief voldoen aan de volgende voorwaarden:de werknemer was actief in een zwaar beroep gedurende minstens:- 5 jaar in de laatste 10 jaar; of- 7 jaar in de laatste 15 jaar.dit zwaar beroep komt voor op de lijst van de knelpuntberoepen. De Minister van Werkbepaalt deze lijst, na unaniem advies van het Beheerscomité van de RvA.B. Landingsbaan vanaf 50 jaar: voorwaarden voor vermindering prestaties met 1/5deDe werknemer kan vanaf 50 jaar zijn arbeidsprestaties verminderen ten belope van een dag of 2 halvedagen per week als hij voldoet aan één van de volgende voorwaarden:de werknemer was actief in een zwaar beroep gedurende minstens:


125 jaar in de laatste 10 jaar; of7 jaar in de laatste 15 jaar.de werknemer heeft een beroepsloopbaan van minstens 28 jaar doorlopen.Vereiste van sector-CAOHet recht op vermindering van de arbeidsprestaties met 1/5de op basis van eenberoepsloopbaan van 28 jaar moet uitdrukkelijk voorzien zijn in een sector-CAO.Berekening loopbaanvoorwaarde van 28 jaarOm de loopbaanvoorwaarde van 28 jaar te berekenen voor werknemers die vanaf 50 jaar ineen landingsbaan wensen te stappen, beschouwt men elk kalenderjaar met minstens 285dagen waarvoor ofwel een loon werd uitbetaald, of waarop moederschapsverlof genotenwerd, de moederschapsbescherming en de preventieve werkverwijdering van zwangerevrouwen, het geboorteverlof, het adoptieverlof en/of het ouderschapsverlof als jaar. Het aantaldagen van die kalenderjaren dat 285 overschrijdt, wordt verder buiten beschouwing gelaten.Voor kalenderjaren met minder dan 285 dagen waarvoor een loon werd uitbetaald of waaropéén van voormelde verloven werd genoten, worden deze dagen voor al die kalenderjarensamengeteld en gedeeld door 285. Het resultaat van die bewerking, afgerond naar de lagereeenheid, geeft het aantal bijkomend in aanmerking te nemen jaren.C. Wat verstaat men onder zwaar beroep?Onder ‘zwaar beroep’ verstaat men, ofwel:werk in wisselende ploegen:= minimum 2 ploegen van 2 werknemers met hetzelfde werk (zowel qua inhoud als quaomvang), zonder onderbreking tussen de ploegen en met een maximale overlapping van ¼van de dagtaak.De werknemer moet van ploegen alterneren;werk in onderbroken diensten:= permanente dagprestaties waarvan begin- en eindtijd minstens 11 uur uit elkaar liggen meteen onderbreking van minimum 3 uur en minimumprestaties van 7 uur (permanent = deonderbroken dienst vormt de gewone arbeidsregeling van de werknemer);tewerkstelling in een arbeidsregeling met nachtprestaties zoals bedoeld in artikel 1 van CAOnr. 46. Het gaat dus om een regeling waarin de werknemers gewoonlijk prestaties leverentussen 24 uur en 5 uur.D. Bijzondere bepaling voor onderneming in herstructurering of in moeilijkhedenDe werknemer kan vanaf 50 jaar zijn arbeidsprestaties verminderen met 1/5de of tot 1/2de indien deaanvangsdatum van zijn loopbaanvermindering gelegen is in de periode van erkenning van deonderneming als onderneming in herstructurering of onderneming in moeilijkheden (in toepassing vande regelgeving met betrekking tot de werkloosheid met bedrijfstoeslag - KB 03.05.2007).De erkenning gebeurt door de minister bevoegd voor werkgelegenheid.Bovendien moet cumulatief voldaan zijn aan volgende voorwaarden:de onderneming kadert zijn aanvraag tot erkenning binnen een herstructureringsplan en toontaan dat ontslagen zijn vermeden;de onderneming toont bij zijn aanvraag tot erkenning aan dat daardoor het aantal werknemersdat overgaat naar het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag is verminderd;de minister heeft in de erkenningsbeslissing uitdrukkelijk vermeld dat aan deze voorwaardenis voldaan.


132.4.2. MinimumduurEen halftijds tijdskrediet moet men opnemen per minimumperiode van 3 maanden.Een 1/5de loopbaanvermindering moet men opnemen per minimumperiode van 6 maanden.Merk op:Dit is hetzelfde als in het oude stelsel (=CAO 77bis).2.4.3. TewerkstellingsvoorwaardenHalftijdse loopbaanverminderingOm recht te hebben op een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking moetde werknemer ten minste 3/4de van een voltijdse betrekking tewerkgesteld zijn gedurende de 24maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving.1/5 de loopbaanverminderingOm recht te hebben op een 1/5 de loopbaanvermindering moet de werknemer tewerkgesteld zijn in eenarbeidsregeling gespreid over 5 of meer dagen. Bovendien moet hij ofwel voltijds ofwel 4/5de van eenvoltijdse betrekking tewerkgesteld zijn in het kader van niet-gemotiveerd of gemotiveerd tijdskrediet ofin het kader van CAO 77bis gedurende de 24 maanden die voorafgaan aan de schriftelijkekennisgeving. Dit moet niet bij dezelfde werkgever zijn.Merk op:In het oude stelsel moest men de tewerkstellingsvoorwaarde vervullen in de 12 maanden voorafgaandaan de schriftelijke kennisgeving.2.4.4. AnciënniteitsvoorwaardenDe anciënniteitsvoorwaarden voor het uitoefenen van een landingsbaan zijn dubbel: naast eenondernemingsanciënniteit is er ook een anciënniteit in het werknemersstatuut vereist.OndernemingsanciënniteitDe werknemer moet door een arbeidsovereenkomst met de werkgever verbonden zijn geweestgedurende de 24 maanden die voorafgaan aan de schriftelijke kennisgeving;Deze termijn kan in onderling akkoord tussen de werknemer en de werkgever worden ingekort.Merk op dat er geen minimumtermijn is vermeld en dus zouden werkgever en werknemer kunnenovereenkomen de ondernemingsanciënniteit tot 0 te herleiden.Anciënniteit als werknemerDe werknemer moet een loopbaan van 25 jaar als werknemer hebben op het ogenblik van deschriftelijke kennisgeving.Bij een 1/5 de loopbaanvermindering vanaf 50 jaar wegens lange loopbaan moet de werknemereen loopbaan van 28 jaar als werknemer hebben op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving.Berekening loopbaanvoorwaarde van 25 jaarOm de loopbaan van 25 jaar als werknemer te berekenen, worden de dagen waarvoor loon werduitbetaald in aanmerking genomen.Met dagen waarvoor loon werd uitbetaald, worden een aantal periodes gelijkgesteld. Dit zijn dezelfdeperiodes voor de loopbaanvoorwaarde van 20 jaar in CAO 77bis.Merk op:In het oude systeem (CAO 77bis) was:


14een ondernemingsanciënniteit van 3 jaar vereist.Mits akkoord van de werkgever in te korten tot: 2 jaar indien aangeworven vanaf 50 jaar, 1jaar indien aangeworven vanaf 55 jaar.een anciënniteit als werknemer van 20 jaar vereist.De ondernemingsanciënniteit is dus soepeler geworden, de anciënniteit als werknemer zwaarder.2.5. Andere <strong>wijzigingen</strong>2.5.<strong>1.</strong> Gelijkstellingen en neutralisatiesOm aan de tewerkstellingsvoorwaarden (van 12 of 24 maanden) zoals hierboven besproken tevoldoen moeten er effectieve arbeidsprestaties worden geleverd. Vermits 1 dag niet presteren hetvervullen van deze voorwaarde onmogelijk zou maken, worden bepaalde periodes van afwezigheidgelijkgesteld of geneutraliseerd.CAO 103 voegt een paar gelijkstellingen en neutralisaties toe.Gelijkstellingen:Volgende gelijkstellingen worden toegevoegd: adoptieverlof (art. 30ter wet 3 juli 1978); pleegzorgverlof (art. 30quater wet 3 juli 1978) tijdelijke werkloosheid om economische redenen bedienden (art. 77/4 wet 3 juli 1978).NeutralisatiesDe CAO bepaalt nu uitdrukkelijk dat ook bepaalde periodes met een vermindering van prestatiesgeneutraliseerd worden. Vroeger was enkel sprake van schorsing.Ook wordt nu een 4/5de tijdskrediet - naast voltijds en halftijds tijdskrediet - geneutraliseerd, zodat eenvlottere overgang van het ene systeem naar het andere mogelijk is. Doordat die periodes wordengeneutraliseerd, kunnen werknemers overstappen van de ene vorm van tijdskrediet naar de andere,wat een combinatie toelaat van de verschillende vormen van tijdskrediet. Het akkoord van dewerkgever is niet meer nodig voor de neutralisatie van tijdskrediet en loopbaanvermindering.2.5.2. Overstap van de ene naar de andere vorm van tijdskredietDe CAO neemt specifieke bepalingen op in verband met de overstap van de ene vorm van tijdskredietnaar de andere.Wijze van kennisgevingDe werknemer die van de ene vorm van tijdskrediet naar de andere wil overstappen moet dewerkgever hiervan - op dezelfde wijze als bij een eerste aanvraag - schriftelijk op de hoogte brengenen is gebonden aan dezelfde termijnen als bij de eerste aanvraag.Dit wil zeggen dat de kennisgeving aan de werkgever moet gebeuren:3 maanden op voorhand indien de werkgever meer dan 20 werknemers tewerkstelt;6 maanden op voorhand indien de werkgever ten hoogste 20 werknemers tewerkstelt;2 weken op voorhand als het tijdskrediet met motief zonder onderbreking volgt op het palliatiefverlof.


15Werkgever en werknemer kunnen evenwel schriftelijk andere termijnen (kortere of langere)overeenkomen.DrempelDe werknemer die overstapt van de ene naar de andere vorm van tijdskrediet wordt in aanmerkinggenomen voor de aanrekening op de drempel.2.5.3. <strong>Inhoud</strong> van de schriftelijke kennisgevingDe werknemer moet de werkgever schriftelijk op de hoogte brengen als hij een tijdskrediet wilnemen. Hier is niets aan gewijzigd, behalve dat de werknemer ook moet meedelen of hij beroep doetop een tijdskrediet of loopbaanvermindering zonder of met motief. Indien met motief, moet men ookhet bewijs van dit motief toevoegen.2.6. OvergangsmaatregelenCAO 77bis blijft, ook na 1 september 2012, van toepassing:op alle eerste aanvragen en verlengingsaanvragen voor voltijds tijdskrediet of halftijdse of1/5 de loopbaanvermindering als de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever vóór 1september 2012 is gebeurd;op de werknemer van minstens 50 jaar die reeds in het stelsel "einde loopbaan" volgens CAO77bis zit, maar die dit stelsel niet had aangevraagd tot aan de pensioenleeftijd. Dezewerknemer kan na 31 augustus 2012 verder genieten van de oude bepalingen (= CAO77bis) bij de eerstvolgende aanvraag om verlenging. Deze aanvraag om verlenging kanslechts eenmaal worden aanvaard en zij kan betrekking hebben op de periode die loopt tot depensioenleeftijd.op de werknemers die vóór 1 september 2012 reeds in het algemeen stelsel 1/2de of 1/5detijdskrediet zaten en later willen overstappen naar het stelsel "eindeloopbaan" volgens CAO77bis.Om van deze mogelijkheid gebruik te kunnen maken moeten de werkgever en de werknemerhierover een akkoord hebben gesloten en dit onder volgende cumulatieve voorwaarden:oode werkgever werd vóór 28.1<strong>1.</strong>2011 schriftelijk op de hoogte gebracht van deloopbaanvermindering waarvan de werknemer geniet;het stelsel "einde loopbaan" volgens CAO 77bis volgt onmiddellijk aansluitend open binnen dezelfde vorm als de lopende loopbaanvermindering.De sector- of ondernemingsCAO's, de arbeidsreglementen en akkoorden die specifieke bepalingenbevatten in verband met volgende punten blijven gelden voor CAO 103:uitsluiting personeelscategorieën;organisatieregels;afwijking tewerkstellingsvoorwaarde 1/5de tijdskrediet bij aanwerving 50/55 jaar;neutralisatie van halftijds en voltijds tijdskrediet;ondernemingen met minder dan 11 werknemers;drempel en voorkeurmechanisme;sleutelfuncties;ontslagbescherming.


163. Recht op uitkeringen, zoals geregeld in het KB van 12 december 20013.<strong>1.</strong> Principe: 3 autonome stelselsWerknemers die hun recht op tijdskrediet in ruime zin opnemen, ontvangen voor de periode waarin zijgeen prestaties leveren of hun prestaties verminderen geen loon van de werkgever. Als compensatievan het loonverlies ontvangen zij wel een maandelijkse forfaitaire onderbrekingsuitkering. Dezeuitkering is wel beperkt in de tijd en wordt uitbetaald door de RVA.Voor het recht op onderbrekingsuitkeringen maakt men eenzelfde onderscheid als bij het recht optijdskrediet zelf.3.<strong>1.</strong><strong>1.</strong> Niet-gemotiveerd tijdskredietHet recht op uitkeringen bij een niet-gemotiveerd tijdskrediet (voltijds, 1/2de of 1/5de) wordt beperkt toteen equivalent van 12 maanden volledige schorsing van de arbeidsprestaties voor de volledigeberoepsloopbaan.3.<strong>1.</strong>2. Gemotiveerd tijdskredietDe werknemer heeft daarnaast een bijkomend recht op uitkeringen voor voltijds tijdskrediet, half-tijdseof 1/5de loopbaanvermindering met motief.Men maakt een onderscheid tussen 2 motievenstelsels.De werknemer heeft recht op een uitkering voor gemotiveerd tijdskrediet van:36 maanden:o om voor zijn kind te zorgen tot de leeftijd van 8 jaar;o voor het verlenen van palliatieve verzorging;o voor het verlenen van bijstand of verzorging aan een zwaar ziek gezins- of familielid;o voor het volgen van een opleiding.48 maanden:o om zorg te dragen voor hun gehandicapt kind tot de leeftijd van 21 jaar;o voor het verlenen van bijstand of verzorging aan zijn zwaar ziek kind of zwaar ziekkind dat gezinslid is.Merk op dat er - in tegenstelling tot bij het recht op verlof - voor het recht opuitkeringen niet vereist is dat het kind minderjarig is; toch maakt dit in de praktijkweinig verschil uit. Men kan immers geen recht hebben op uitkeringen zonder dat menrecht heeft op verlof.Het recht op uitkeringen bij gemotiveerd tijdskrediet wordt niet proportioneel berekend bij opname ineen deeltijdse formule.3.<strong>1.</strong>3. LandingsbanenDe werknemer heeft recht op uitkeringen bij een landingsbaan (1/2de of 1/5de ) vanaf 55 jaar.Er gelden uitzonderingsregels voor de werknemers vanaf 50 jaar:met een zwaar beroep;


17met een lange loopbaan van 28 jaar;of in een bedrijf erkend als bedrijf in moeilijkheden of als bedrijf in herstructurering.3.2. Voorwaarden voor onderbrekingsuitkeringen bij tijdskrediet3.2.<strong>1.</strong> Gemotiveerd en niet-gemotiveerd tijdskredietDe anciënniteitsvoorwaarden en tewerkstellingsvoorwaarden om recht te hebben op een uitkering bijeen niet-gemotiveerd tijdskrediet en een gemotiveerd tijdskrediet zijn dezelfde als bij het recht op dittijdskrediet zelf.Ook de aanrekening van vroegere periodes tijdskrediet gebeurt op dezelfde manier als bij het recht opverlof. We verwijzen dan ook hiernaar.3.2.2. Landingsbanen vanaf 55 jaarPrincipeDe werknemer heeft recht op uitkeringen bij een 1/2de of 1/5de landingsbaan vanaf 55 jaar.UitzonderingDe minimumleeftijd voor uitkeringen bij landingsbanen worden op 50 jaar (in plaats van 55 jaar)behouden met een verhoogde uitkering vanaf 51 jaar voor werknemers:met een zwaar beroep;met een lange loopbaan ofin een bedrijf erkend als bedrijf in moeilijkheden, of als bedrijf in herstructurering.Merk op dat werknemers van 50 jaar recht hebben op dezelfde bedragen als voor het 1/5de of 1/2degewone tijdskrediet, tot en met de maand waarin zij 51 jaar worden. Daarna ontvangen zij hogereuitkeringen.De anciënniteitsvoorwaarden en tewerkstellingsvoorwaarden om recht te hebben op een uitkering zijndezelfde als bij het recht op de landingsbaan zelf. We verwijzen dan ook hiernaar.Landingsbaan vanaf 50 jaar: cumulatieve voorwaarden voor uitkeringen bij verminderingprestaties met 1/2deWerknemers kunnen reeds uitkeringen bij een 1/2de landingsbaan vanaf 50 jaar krijgen als zij op hetogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever, cumulatief voldoen aan de volgendevoorwaarden: de werknemer was actief in een zwaar beroep gedurende minstens:o 5 jaar in de laatste 10 jaar; ofo 7 jaar in de laatste 15 jaar. dit zwaar beroep is een beroep waarvoor een significant tekort aan arbeidskrachtenbestaat.Deze knelpuntberoepen zijn de volgende:o de verpleegkundigen en het verzorgend personeel in de ziekenhuizen;o de verpleegkundigen en het verzorgend personeel in de rusthuizen en rust- enverzorgingstehuizen;


18ode beroepen die voorkomen op een lijst van knelpuntberoepen, jaarlijks vastgesteld bijministerieel besluit. Deze lijst is gebaseerd op de gewestelijke lijsten metknelpuntberoepen en bevat de beroepen die unaniem goedgekeurd zijn door deparitaire comités en door het beheerscomité van de RVA.Landingsbaan vanaf 50 jaar: voorwaarden voor uitkeringen bij vermindering prestaties met1/5deDe werknemer kan reeds uitkeringen bij een 1/5de landingsbaan vanaf 50 jaar krijgen als hij, op hetogenblik van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever, voldoet aan één van de volgendevoorwaarden:de werknemer was actief in een zwaar beroep gedurende minstens:o 5 jaar in de laatste 10 jaar; ofo 7 jaar in de laatste 15 jaar.de werknemer heeft een beroepsloopbaan van minstens 28 jaar doorlopen. Het bewijsvan de 28 jaar beroepsloopbaan, gebeurt aan de hand van een formulier vastgesteld doorde minister van Werk, op voorstel van de RVA.Vereiste van sector-CAOHet recht op vermindering van de arbeidsprestaties met 1/5de op basis van een beroepsloopbaanvan 28 jaar moet uitdrukkelijk voorzien zijn in een op de werknemer van toepassing zijnde sector-cao.De NAR zal hier tegen 30 september 2013 een evaluatie van maken en bekijken of men dezeafwijkende regeling ook via een ondernemings-CAO kan invoeren.Berekening beroepsloopbaan van 28 jaarDe berekening van de beroepsloopbaan van 28 jaar om recht te hebben op een landingsbaan vanaf50 jaar, gebeurt op een andere wijze dan de berekening van de loopbaanvoorwaarde van 25 jaar(vereist om recht te hebben op uitkeringen vanaf 55 jaar).Komt in aanmerking voor de berekening van de beroepsloopbaan van ten minste 28 jaar : elk kalenderjaar van tewerkstelling in de private sector waarvoor minstens 285 dagenvoltijds loon werd uitbetaald, gerekend in een zesdagenweek;Gelijkgestelde dagen :o moederschapsverlof;o verlof naar aanleiding van de geboorte van een kind;o adoptieverlof;o moederschapsbescherming en de preventieve werkverwijdering van zwangerevrouwen;o ouderschapsverlof in het kader van de onderbreking van de beroepsloopbaan.Voor kalenderjaren van minder dan 285 dagen van tewerkstelling telt men alle dagen samen, en deeltdit door 285. Het resultaat, afgerond naar de lagere eenheid, geeft het aantal jaren dat men bijkomendin aanmerking moet nemen.Het aantal dagen van die kalenderjaren dat 285 overschrijdt, moet men verder buiten beschouwinglaten.elk kalenderjaar van tewerkstelling in de publieke sector waarvoor minstens 237 dagenvoltijds werkelijk gepresteerde diensten werden vastgesteld, gerekend in eenvijfdagenweek.


19Gelijkgestelde dagen:o verloven met behoud van bezoldiging;o moederschapsverlof;o verlof naar aanleiding van de geboorte van een kind;o adoptieverlof;o moederschapsbescherming en de preventieve werkverwijdering van zwangerevrouwen;o ouderschapsverlof in het kader van de onderbreking van de beroepsloopbaan.Voor de kalenderjaren van minder dan 237 dagen van tewerkstelling, telt men alle dagen samen endeelt dit door 237. Het resultaat, afgerond naar de lagere eenheid, geeft het aantal jaren dat menbijkomend in aanmerking moet nemen.Het aantal dagen van die kalenderjaren dat 237 overschrijdt, moet men verder buiten beschouwinglaten. samentelling jaren publieke en private sectorDe som van de jaren in de private en publieke sector wordt afgerond naar de hogere eenheid.Merk op men hier een uitdrukkelijk onderscheid maakt tussen jaren in de private en jaren in depublieke sector. Dit doet men niet in cao 103.Bijzondere bepaling voor onderneming in herstructurering of in moeilijkhedenDe werknemer kan vanaf 50 jaar uitkeringen bij een 1/5de of 1/2de landingsbaan krij-gen, indien deaanvangsdatum van zijn loopbaanvermindering gelegen is in de periode van erkenning van deonderneming als onderneming in herstructurering, of onderneming in moeilijkheden (in toepassing vande regelgeving met betrekking tot de werkloosheid met bedrijfstoeslag - KB 03.05.2007).De erkenning gebeurt door de minister bevoegd voor werkgelegenheid.Bovendien moet cumulatief voldaan zijn aan volgende voorwaarden:de onderneming kadert zijn aanvraag tot erkenning binnen een herstructureringsplan entoont aan dat ontslagen zijn vermeden;de onderneming toont bij zijn aanvraag tot erkenning aan dat daardoor het aantal werknemersdat overgaat naar het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag is verminderd;de minister heeft in de erkenningsbeslissing uitdrukkelijk vermeld dat aan dezevoorwaarden is voldaan3.2.3. OvergangsbepalingenHet KB van 28 december 2011is van toepassing op alle eerste aanvragen of verlengingsaanvragenvoor onderbrekingsuitkeringen die ingaan na 31 december 2012.Dit KB voerde het onderscheid in tussen een gemotiveerd en niet-gemotiveerd tijdskrediet en trok deleeftijdsvoorwaarde om in een landingsbaan te kunnen stappen op tot 55 jaar. Een uitzondering werdgemaakt voor zware beroepen.


20De oude bepalingen blijven van toepassing op de aanvragen die een aanvang nemen na 3<strong>1.</strong>12.2011: als volgende voorwaarden cumulatief vervuld zijn:- De schriftelijke kennisgeving aan de werkgever is vóór 28.1<strong>1.</strong>2011 gebeurd;- De ingangsdatum van het tijdskrediet moet uiterlijk maandag 02.04.2012 aanvangen;- De ontvangstdatum van de uitkeringsaanvraag op het bevoegde RVA-kantoor is uiterlijkdonderdag 0<strong>1.</strong>03.2012. Als het gaat om een werknemer van minstens 50 jaar die werkzaam is in de privésector enreeds in het stelsel "einde loopbaan" zit, maar die dit stelsel niet had aangevraagd tot aan depensioenleeftijd. Deze werknemer kan verder genieten van de oude bepalingen bij deeerstvolgende aanvraag om verlenging. Deze aanvraag om verlenging kan slechts eenmaalworden aanvaard en zij kan betrekking hebben op de periode die loopt tot de pensioenleeftijd.Het KB van 25 augustus is van toepassing vanaf 1 september 2012.Vanaf 1 september 2012 verwijst het uitkeringsKb dus naar cao 103 ipv naar cao 77bis. Ook zijn ernieuwe uitzonderingen op de leeftijdsvoorwaarde bij landingsbanen.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!