JONGE SPECIALIST
2cYGj60
2cYGj60
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
de <strong>JONGE</strong><br />
º<br />
3<br />
<strong>SPECIALIST</strong><br />
Jaargang 3 - september 2016<br />
Hét magazine voor medisch specialisten in opleiding<br />
Themanummer: De patiënt centraal | Uroloog Van Balken zet zich in voor laaggeletterden in de<br />
zorg | De voordelen van samen beslissen met de patiënt | KNO-arts Markus Oei over patiëntgerichte<br />
informatie | Reportage: arts op een festival | Ziekenhuisartsen: op naar een ziekenhuis zonder anios? |<br />
Waarom kiezen patiënten voor een behandeling in het buitenland? | Geestverruimende kunst
seminar ‘de<br />
financiële jungle<br />
voor de startende<br />
medisch specialist’<br />
Uw bestaan als arts in opleiding zit er bijna op. Gaat<br />
u daarna als jonge klare werken in het vrije beroep?<br />
Kiest u voor een baan in loondienst in een algemeen<br />
of academisch ziekenhuis? De keuze is aan u.<br />
Om u bij deze belangrijke keuze te helpen, verzorgt<br />
Sibbing & Wateler c.s. op 19 november 2016 in Burgers’<br />
Zoo te Arnhem het seminar ‘De financiële jungle voor<br />
de startende medisch specialist’. Belangrijke financiële<br />
en juridische aspecten komen deze ochtend aan bod.<br />
Uw gezin is op deze dag van harte welkom voor een<br />
bezoek aan Burgers’ Zoo.<br />
eerstvolgende<br />
seminar:<br />
19 november 2016<br />
schrijf u nu in!<br />
Kijk op www.sibbing.nl voor een inschrijfformulier<br />
en meer informatie over het seminar.<br />
praktijkvestiging<br />
financiële planning<br />
telefoon: (0318) 544 044 - www.sibbing.nl<br />
assurantiën
• colofon •<br />
• voorwoord •<br />
Redactie<br />
Berber Piet, hoofdredacteur<br />
Tanca Minderhoud, hoofdredacteur<br />
Hanneke Verheijde<br />
Daniël Dresden<br />
Davy Sudiono<br />
Susanne Korsse<br />
Eva Stortelder<br />
Ilona Dekkers<br />
Annelies Berden<br />
Wouter Blox<br />
Eindredactie<br />
Liza Leijenhorst, Prescripts<br />
voorwoord<br />
llustratie<br />
Ilona Dekkers<br />
Vormgeving<br />
Marjanne van Bentum, studio Parvenu<br />
Verantwoording coverbeeld<br />
Zoektocht, Ludek Tikovsky<br />
Kunstproject Heelmeesters (zie pagina 6,7)<br />
Redactieadres<br />
Postbus 20057, 3502 LB Utrecht<br />
info@dejongespecialist.nl<br />
Centraal Bestuur De Jonge Specialist<br />
Marjolein Kremers<br />
Thomas Schok<br />
Richard Schol<br />
Nurah Hammoud<br />
Jesse Habets<br />
Ben Tomlow<br />
Alexej Kuiper<br />
Fleur van den Heijkant<br />
Edin Hajder<br />
Paul de Laat<br />
Davy Sudiono<br />
Adreswijzigingen<br />
Adreswijzigingen kunnen worden doorgegeven aan<br />
De Jonge Specialist.<br />
Uitgever<br />
De Jonge Specialist<br />
Drukwerk<br />
Centrum Drukwerk, Maartensdijk<br />
Basisontwerp<br />
IJzersterk, Rotterdam<br />
Adverteren<br />
Neem hiervoor contact op met De Jonge Specialist:<br />
info@dejongespecialist.nl<br />
Magazine De Jonge Specialist<br />
De Jonge Specialist is hét magazine voor medisch<br />
specialisten in opleiding. Het tijdschrift wordt vier<br />
keer per jaar uitgegeven door De Jonge Specialist.<br />
Oplage 3.000, ISSN: 2352-3670 Jaargang 3<br />
© 2016 DJS. Alle rechten voorbehouden. Artikelen<br />
geven de mening weer van auteurs en niet<br />
noodzakelijkerwijs van De Jonge Specialist. Niets uit<br />
dit magazine mag openbaar worden gemaakt door<br />
middel van druk, microfilm of welke wijze dan ook,<br />
zonder toestemming van de uitgever.<br />
De patiënt centraal?<br />
Met trots presenteren wij jullie het septembernummer<br />
van De Jonge Specialist.<br />
In deze editie aandacht voor diegenen die<br />
het middelpunt van ons werkende leven<br />
vormen: de patiënten. De patiënt heet<br />
tegenwoordig centraal te staan in de zorg,<br />
maar plaatsen wij hem of haar ook werkelijk<br />
centraal?<br />
Medische vakantie<br />
De overheid dicht de patiënt wel een<br />
centrale rol toe als kritische consument die<br />
weloverwogen verzekeraar, ziekenhuis en<br />
behandeling kiest. Sommige patiënten zijn<br />
zelfs zo goed georiënteerd dat zij besluiten<br />
wachtlijsten of richtlijnen te omzeilen<br />
door een behandeling in het buitenland<br />
te kiezen. Maar realiseren deze mensen<br />
zich wel voldoende wat de voor- en<br />
nadelen van zo’n ‘medische vakantie’ zijn<br />
en weten zij hoe de nazorg is geregeld?<br />
Patiënten krijgen tegenwoordig steeds<br />
vaker rechtstreeks inzage in hun dossier en<br />
testresultaten, opdat ze hun eigen medisch<br />
traject intensief kunnen volgen en richting<br />
kunnen geven. Een mooi ideaal, maar<br />
met als ongunstig neveneffect een hoop<br />
bezorgde patiënten die er in het ergste<br />
geval via Google achter komen dat hun<br />
licht afwijkende labuitslag toch echt wel op<br />
kanker kan wijzen.<br />
Onbevooroordeeld<br />
Kortom, niet iedereen is uitgerust voor<br />
deze rol van actieve zorgconsument. Een<br />
deel van de patiënten is gewend doktersadvies<br />
nauwgezet op te volgen zonder in<br />
hun ogen onbeleefde vragen te stellen.<br />
Laaggeletterden, anderstaligen en de<br />
psychisch uitgedaagden van onze maatschappij<br />
hebben het al moeilijk genoeg<br />
met de basale zaken van de ziekenhuiszorg,<br />
zoals hun afsprakenschema en het<br />
innemen van de juiste medicijnen. Samen<br />
beslissen (of voor de anglofielen onder<br />
ons: shared decision making), lijkt voor<br />
hen een brug te ver. Maar ligt dit aan hen,<br />
of is onze zorg niet adequaat ingericht<br />
om hen een actievere rol te laten spelen?<br />
Ziekenhuiszorg lijkt toch opvallend vaak<br />
georganiseerd te zijn rond logistieke<br />
processen in plaats van rond de patiënt.<br />
Als artsen, ook als aios, kunnen we de<br />
verantwoordelijkheid echter niet bij de<br />
organisatie leggen. Als de patiënt écht<br />
centraal gesteld wordt, leidt dit tot betere,<br />
veiligere zorg. En dit begint bij elke zorgmedewerker<br />
die zich onbevooroordeeld<br />
probeert te verplaatsen in de patiënt.<br />
Berber Piet, hoofdredacteur De Jonge<br />
Specialist en aios longgeneeskunde
4 • inhoudsopgave •<br />
8, 9, 10<br />
Interview<br />
Laaggeletterdheid<br />
in de zorg<br />
14, 15<br />
Reportage<br />
Arts op<br />
een festival<br />
17<br />
Geneeskunst<br />
20 dagen high<br />
Vacature redactielid en fotograaf voor De Jonge<br />
Specialist magazine<br />
Heb je het gevoel dat jouw schrijfkunsten niet goed tot hun recht komen bij ontslagbrieven? Zijn<br />
OK-verslagen jouw kans om een epos te schrijven? Dan ben jij misschien wel op zoek naar ons! Het<br />
redactieteam van De Jonge Specialist magazine is namelijk op zoek naar een enthousiaste schrijver, die<br />
meer uit zijn talent wil halen.<br />
Ben je niet zo van het schrijven, maar<br />
meer van de foto’s? Een beeld zegt<br />
meer dan duizend woorden, daarom<br />
zoeken we ook een fotografietalent<br />
voor ons magazine.<br />
Stuur je CV en motivatie op naar<br />
info@dejongespecialist.nl<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• inhoudsopgave •<br />
5<br />
Oogopslag 6, 7<br />
Interview Michael van Balken 8, 9, 10<br />
Column: Clash of Clans 11<br />
22, 23, 24<br />
Opleiding<br />
Wat kost een aios?<br />
Samen beslissen 12, 13<br />
Reportage: Hard gaan 14, 15<br />
Ziekenhuisarts: vriend of vijand? 16, 17, 18<br />
Geestverruimende kunst 19<br />
Medisch toerisme 20, 21<br />
Wat kost een aios? 22, 23, 24<br />
Een klacht. Wat nu? 25<br />
Rubrieken legenda<br />
Oogopslag<br />
Opleiding<br />
Bekentenissen van een jonge klare 26<br />
Column: nachtblind 27<br />
Toekomst & Innovatie<br />
In consult<br />
Gezondheid<br />
Beroepsbelangen<br />
Buitenland<br />
Vrije tijd<br />
Geneeskunst
6 • oogopslag •<br />
OOGOPSLAG<br />
KORT NIEUWS EN FEITJES<br />
Kunstproject Heelmeesters<br />
Het prachtige beeld van Ludek Tikovsky dat de cover van dit magazine siert, maakt deel<br />
uit van ‘kunstproject Heelmeesters’. Zestien kunstenaars zijn in gesprek gegaan met<br />
zestien zorgprofessionals (Heelmeesters) en hebben een kunstwerk gemaakt waarin de<br />
visie van de Heelmeester centraal staat. “In een tijd waarin zowel cultuur als gezondheidszorg<br />
onder druk staan, is dit project positief en inspirerend”, zegt kunstenaar en<br />
organisator Claudia de Vos, die op basis van een gesprek met neuroloog Roderik Blom<br />
een geurkunstwerk maakte.<br />
De kunstwerken zijn t/m 29 januari 2017 op verschillende locaties te bewonderen.<br />
Kijk voor meer info op de Facebookpagina: DeKunstvanhetOndernemen<br />
Fotocredits: Adam, de som der delen, Claudia de Vos<br />
Kennismaken met de nieuwe bestuursleden<br />
Dagmar Zeef, aios kindergeneeskunde<br />
Binnen het bestuur van De Jonge Specialist (DJS) ben ik actief<br />
binnen de portefeuille opleiding. Aan alle kanten wordt er<br />
getrokken aan de opleidingen tot medisch specialist, maar met<br />
welk doel? Hoe kunnen we waarborgen dat de opleidingen<br />
inhoudelijk sterk blijven terwijl we ook willen moderniseren?<br />
Vanuit DJS ben ik lid van de CGS (College geneeskundige<br />
specialismen). Hierdoor hebben we als aios invloed op de regels<br />
die worden gesteld voor de opleidingen en de erkenning van<br />
opleidingen. Middels mijn functie bij DJS wil ik me inzetten voor<br />
het goede opleidingsklimaat dat we als aios nodig hebben.<br />
Wouter Blox, aios longgeneeskunde<br />
Het is mijn taak om De Jonge Specialist (DJS) het podium te<br />
geven dat het verdient. Dat doe ik door middel van social media,<br />
de nieuwsbrief, ons magazine en de website. Zo houd ik jullie<br />
steeds op de hoogte van alle activiteiten, ideeën en standpunten<br />
van DJS. Natuurlijk zoek ik daarbij steeds naar nieuwe mogelijkheden<br />
om onze boodschap beter over te brengen. Verder<br />
houd ik me bezig met alle projecten die DJS samen met andere<br />
partijen opzet rondom het thema eHealth, een interessant onderwerp<br />
waar we allemaal meer mee te maken krijgen.<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• oogopslag •<br />
7<br />
zIeKJE<br />
Afgelopen donderdag was het weer zover<br />
op mijn spreekuur: een nieuwe patiënt die<br />
zonder afmelding niet op zijn afspraak verschijnt.<br />
Vreemd, want hij wordt verdacht<br />
van longkanker en hij is wel keurig voor<br />
zijn CT-scan daags ervoor verschenen. Ik<br />
lees de verwijsbrief van de huisarts na; de<br />
voorgeschiedenis vermeldt dat patiënt<br />
analfabeet is. Dat verklaart een hoop! Gelukkig<br />
is de uitslag van de CT-scan goed<br />
en had ik dit eerder die ochtend al aan de<br />
huisarts doorgegeven. Ik bel de patiënt<br />
op om dan maar telefonisch de uitslag<br />
te vertellen. Hij is verbaasd dat ik bel,<br />
hij was die ochtend natuurlijk al bij zijn<br />
huisarts geweest voor de uitslag van de<br />
scan! Ik sluit het consult af en loop langs<br />
de poli-assistentes om door te geven dat<br />
patiënt niet ingepland hoeft te worden<br />
voor een nieuwe afspraak, iets wat via<br />
epic anders geheid automatisch gebeurt.<br />
De assistentes bedanken me voor de terugkoppeling:<br />
een “no-show” brief en de<br />
nieuwe schriftelijke afspraak lagen al klaar<br />
om opgestuurd te worden…<br />
Berber Piet, aios longgeneeskunde<br />
Genomineerden Opleidingsprijs<br />
Tal van opleiders uit het hele land van diverse specialismes zijn de afgelopen<br />
maanden door hun aios genomineerd voor de Opleidingsprijs 2016. De jury, o.a.<br />
bestaande uit eerdere winnaars van de Opleidingsprijs, heeft vervolgens de moeilijke<br />
taak volbracht om hieruit drie finalisten te kiezen.<br />
Op 28 oktober 2016 wordt tijdens de AIOS Upgrade de Opleidingsprijs uitgereikt door<br />
dr. Watske Smit, de winnaar van 2015. Het thema van de AIOS upgrade is dit jaar ‘thinking<br />
forward’. Daarom zijn wij op zoek naar de opleider die vooruit kan kijken, die de<br />
aios helpt om zich klaar te maken voor de toekomst maar die ook een leidende draad<br />
is in de opleiding. De opleider die innovatie en veranderingen in het zeer wisselende<br />
zorglandschap ondersteunt en onderstreept.<br />
Wie wordt de opleider van 2016? Breng jouw stem uit tijdens de AIOS Upgrade!<br />
De genomineerden zijn:<br />
• Dr. Frank Stam, Internist, Noordwest Ziekenhuisgroep lokatie Alkmaar<br />
• Prof. Dr. Jan M.M. van Lith, Gynaecoloog, Leids Universitair Medisch Centrum<br />
• Prof. Dr. Stefaan J. Bergé, Mond-, Kaak- en Aangezichtschirurg, Radboud<br />
Universitair Medisch Centrum
8 • gezondheid •<br />
Aap, noot, nier<br />
Streven naar begrijpelijke<br />
informatievoorziening voor<br />
laaggeletterden<br />
Uroloog Michael van Balken vraagt met zijn project “Aap-noot-nier” aandacht voor laaggeletterde patiënten.<br />
Een slecht zichtbare populatie, terwijl het naar schatting maar liefst 1,3 tot 2,5 miljoen mensen<br />
in Nederland betreft. Als aios en jonge klaren komen we ze zeker tegen in de spreekkamer en<br />
op de afdeling. Hoe herkennen we deze mensen onder onze patiënten? En hoe kunnen we het beste<br />
omgaan met laaggeletterdheid?<br />
Auteurs<br />
• Eva Stortelder, aios chirurgie<br />
• Berber Piet, aios longgeneeskunde<br />
Laaggeletterdheid<br />
Laaggeletterden zijn mensen die de taal<br />
dermate slecht beheersen dat zij grote<br />
moeite hebben met het lezen, begrijpen<br />
en toepassen van informatie. Het betreft<br />
vaker autochtonen dan allochtonen: 65%<br />
van de laaggeletterden is geboren en<br />
getogen in Nederland. Een groot deel<br />
van de laaggeletterden heeft een middelbaar<br />
opleidingsniveau en weet goed<br />
te functioneren in het werkende leven.<br />
Patiëntenfolders, bijsluiters van medicijnen<br />
en zelfs hun afsprakenkaart voor het<br />
ziekenhuis kunnen desalniettemin totaal<br />
ontoegankelijk, onduidelijk en verwarrend<br />
voor hen zijn. Hierdoor komt medische<br />
informatie niet of onjuist over, met alle<br />
gezondheidsrisico’s en overbodige zorgkosten<br />
van dien. Reden voor Michael van<br />
Balken om met dit probleem aan de slag<br />
te gaan. Wij zochten hem op in het Rijnstate<br />
Ziekenhuis en spraken met hem over<br />
zijn ‘kruistocht’ (ja, #urologieisoveral).<br />
In zijn spreekkamer valt meteen het<br />
certificaat op van de Ipsen oncologische<br />
urologieprijs die hij kortgeleden heeft<br />
gewonnen. Deze prijs wordt elk jaar<br />
uitgereikt aan een innovatief project dat<br />
de patiëntenzorg binnen de urologische<br />
oncologie meetbaar verbetert. Van Balken<br />
en zijn team hebben hem verdiend met<br />
een beeldfolder waarin het traject van<br />
een cystoscopische verwijdering van een<br />
blaastumor wordt uitgelegd. Als het aan<br />
hem ligt, zullen er nog veel folders en<br />
zelfs animatiefilmpjes volgen. Zijn enthousiasme<br />
over het onderwerp is aanstekelijk.<br />
Hoe is het allemaal begonnen?<br />
Ik was al langer bezig medische informatie<br />
in begrijpelijke taal aan patiënten<br />
aan te bieden. Ik ben begonnen met het<br />
opnemen van korte filmpjes, waarin ik in<br />
duidelijke, eenvoudige taal verschillende<br />
onderwerpen behandel. Bijvoorbeeld<br />
door uit te leggen wat een uroloog doet<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• gezondheid •<br />
9<br />
5 Verdere plan<br />
Blaastumor<br />
Bla<br />
1 Kijkonderzoek<br />
1 Kijk<br />
Een dokter onderzoekt de tumor in het laboratorium. Dit duurt ongeveer 10 dagen.<br />
5 Verdere plan<br />
De uroloog heeft in uw blaas gekeken. Daar zag hij een tumor.<br />
2 Voorbereiding operatie<br />
De uroloog zal de tumor weghalen<br />
met een operatie.<br />
U krijgt een afspraak bij de anesthesist<br />
(slaapdokter) om de verdoving te bespreken.<br />
AapNootNier © Vis | Schlatmann | Van Balken<br />
De uroloog praat met u over de uitslag. Wat moet er gebeuren? U krijgt misschien<br />
een kijkonderzoek, een operatie of medicijnen.<br />
Fotocredits: schatmann/ van Balken<br />
De urolo<br />
2 Voo<br />
De urolo<br />
met een<br />
of hoe een nier werkt. Ook schreef ik<br />
blogs, gaf presentaties en twitterde over<br />
het onderwerp om het meer bekendheid<br />
te geven. In januari 2015 kwam<br />
Florine Schlatmann als anios urologie bij<br />
ons werken. Zij bleek ook na te denken<br />
over mogelijkheden om de informatieoverdracht<br />
naar patiënten met minder<br />
taalvaardigheid te verbeteren. Wij wilden<br />
voorlichtingsmateriaal op een voor iedereen<br />
begrijpelijke wijze aanbieden. Het<br />
toeval wil dat één van de huisgenoten uit<br />
haar assistententijd, Jana Vis, illustratrice<br />
is. Samen met haar kwamen we op het<br />
idee van een beeldfolder, gemodelleerd<br />
naar de veiligheidskaarten in het vliegtuig.<br />
Het credo is veel plaatjes en weinig tekst.<br />
Hoe groot is het probleem van<br />
laaggeletterdheid nu eigenlijk?<br />
Heel groot. In Nederland gaat het om<br />
naar schatting 2,5 miljoen mensen: 1,3 miljoen<br />
tussen de zestien en vijfenzestig jaar<br />
en 1,2 miljoen boven de vijfenzestig. Dit<br />
betekent dat één op de negen ‘jongeren’<br />
en één op de vier ouderen gebrekkige<br />
taalvaardigheden heeft. Analfabeten zijn<br />
Laaggeletterde ouderen hebben een<br />
anderhalf keer zo hoog sterfterisico<br />
onderdeel van deze groep. Wij hebben<br />
dit op onze eigen polikliniek onderzocht<br />
en vonden inderdaad dat ongeveer elf<br />
procent van onze patiënten laaggeletterd<br />
is. Er zijn wel grote regionale verschillen,<br />
voor steden als Amsterdam, Rotterdam en<br />
Den Haag ligt het percentage met ruim<br />
zestien procent een stuk hoger.<br />
Dat zijn grote aantallen. Hoe<br />
komt het dat wij dan toch zo<br />
weinig laaggeletterdheid zien in<br />
het ziekenhuis?<br />
Veel mensen schamen zich voor hun<br />
beperking. Zij zijn vaak al hun hele leven<br />
lang gewend deze te verhullen. Mensen<br />
verzinnen allerlei smoesjes en uitvluchten,<br />
of compenseren een en ander door<br />
een bijzonder goed geheugen. Let wel,<br />
laaggeletterden zijn meestal absoluut niet<br />
dom. Zij hebben vaak een lager opleidingsniveau,<br />
maar drie procent heeft<br />
havo/vwo afgerond en nog eens vijf
10 • gezondheid •<br />
procent heeft zelfs hbo/WO niveau! Als jij<br />
je hier als zorgverlener van bewust bent,<br />
voorkom je ergernis en kun je laaggeletterdheid<br />
gaan herkennen. Bekende<br />
signalen zijn het niet of op het verkeerde<br />
tijdstip of op de verkeerde plaats voor een<br />
afspraak verschijnen, het niet opvolgen<br />
van instructies voor een onderzoek of<br />
behandeling en het incorrect gebruik<br />
van medicatie. Probeer het probleem<br />
bespreekbaar te maken. Je kunt bijvoorbeeld<br />
de volgende vraag stellen: “Veel<br />
mensen vinden het moeilijk om informatie<br />
uit voorlichtingsfolders of bijsluiters<br />
goed te begrijpen. Heeft u daar wel eens<br />
moeite mee?”.<br />
Waarom moeten wij daar als<br />
artsen aandacht aan schenken?<br />
Omdat laaggeletterdheid nadelige<br />
gevolgen voor de gezondheid heeft.<br />
Uit onderzoek blijkt dat laaggeletterde<br />
Nederlandse ouderen na correctie voor<br />
andere risicofactoren een anderhalf keer<br />
zo hoog sterfterisico hebben. Gebrek<br />
aan kennis van preventie en herkennen<br />
van ziekte spelen hierin al een rol voordat<br />
mensen zich bij een arts presenteren. Een<br />
Amerikaanse studie liet dat jaren geleden<br />
al zien: laaggeletterden presenteerden<br />
zich met verder gevorderde stadia van<br />
prostaatkanker dan mensen met betere<br />
taalvaardigheden. Bovendien staat het<br />
voor diverse ziektebeelden vast dat bij<br />
gelijke diagnose in gelijk stadium de<br />
laaggeletterde een slechtere uitkomst<br />
heeft, met meer kans op complicaties. In<br />
Zweden toonde men wetenschappelijk<br />
.<br />
Volg Michael van Balken of<br />
zijn project op twitter via:<br />
@mrvanbalken<br />
@aap_noot_nier<br />
aan dat de kans op oncologische complicaties<br />
veertig procent hoger ligt als er<br />
sprake is van laaggeletterdheid. Hoewel<br />
de volksgezondheid en de kwaliteit van<br />
de zorg uiteraard voorop staan, is een<br />
ander argument dat laaggeletterdheid de<br />
Nederlandse samenleving naar schatting<br />
127 miljoen euro per jaar aan extra artsenbezoeken<br />
en ziekenhuisopnames kost.<br />
En denk ook aan kosten door ‘no shows’<br />
op spreekuren en uitval van operaties<br />
doordat patiënten afspraken en voorbereidingen<br />
niet goed begrepen hebben.<br />
Wat is jullie plan van aanpak?<br />
We merken dat er landelijk steeds meer<br />
aandacht komt voor het probleem. In<br />
diverse ziekenhuizen, van Groningen tot<br />
Maastricht, worden er initiatieven genomen<br />
bij verschillende disciplines. Ook<br />
het ministerie van VWS is geïnteresseerd<br />
in het onderwerp en heeft toegezegd<br />
verbetering van de informatievoorziening<br />
aan laaggeletterden te willen steunen.<br />
Binnen de urologie is het onze opzet om<br />
tien beeldfolders en tien animatiefilmpjes<br />
te ontwikkelen. Met het geld van de<br />
Een beeldfolder ter<br />
Ipsen prijs kunnen we de productie van de<br />
beeldfolders betalen. Dezelfde plaatjes<br />
kunnen meermaals worden ingezet, ten<br />
behoeve van herkenbaarheid maar ook om<br />
de kosten te drukken. Het zou het mooist<br />
zijn als de beeldfolders landelijk verspreid<br />
kunnen worden over de ziekenhuizen. Er<br />
is alvast goedkeuring van de Nederlandse<br />
Vereniging voor Urologie, daar zijn we erg<br />
blij mee. De folders worden op leesbaarheid<br />
gecontroleerd door Stichting Lezen &<br />
Schrijven. Deze stichting heeft laaggeletterden<br />
panels die na een taalcoach het<br />
materiaal beoordelen. Het streven is een<br />
begrijpelijk aanbod aan informatie, zonder<br />
dat de lezers zich kinderlijk bejegend<br />
voelen door de folder. Deze valkuil kan<br />
zich nog altijd voordoen in de spreekkamer,<br />
waar het confronterend kan zijn voor<br />
patiënten om de beeldfolder uitgereikt te<br />
krijgen. Daarom geven wij aan alle patiënten<br />
beide folders: zowel de ‘ouderwetse’<br />
tekst- als de beeldfolder.<br />
Wat betreft de animatiefilmpjes is het<br />
een uitdaging hoe je hier zoveel mogelijk<br />
mensen mee kunt bereiken. Voor veel laaggeletterden<br />
is gebruik van internet lastig,<br />
door hun beperkte digitale vaardigheden.<br />
We kunnen de films ook in de wachtkamer<br />
vertonen op een scherm of op een I-pad<br />
aanbieden. Een andere mogelijkheid is<br />
een link naar een animatiefilm of beeldfolder<br />
via What’s app naar de smartphone<br />
van de patiënt toe te sturen.<br />
Tot slot, wat zou uw advies zijn<br />
voor de lezers van Magazine De<br />
Jonge Specialist?<br />
Zoals gezegd; wees je bewust van het<br />
(grote!) probleem van laaggeletterdheid in<br />
de Nederlandse spreekkamers. Raak niet<br />
geïrriteerd, maar vraag er juist actief naar<br />
en zorg voor een veilige en toegankelijke<br />
manier van informatievoorziening voor je<br />
patiënten. Als we met elkaar de bewustwording<br />
van het probleem vergroten, is er<br />
al een grote eerste slag geslagen.<br />
informatievoorziening, gemodelleerd<br />
naar de veiligheidskaarten in het vliegtuig<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• column •<br />
column<br />
Markus Oei, KNO-arts<br />
en health innovator<br />
Clash of clans<br />
Het lijkt een belangrijke discussie. Online<br />
inzage door de patiënt in zijn eigen status.<br />
Goed idee, slecht idee. Welles, nietes.<br />
Persoonlijk vind ik het een non-issue.<br />
Natuurlijk gaat dat gebeuren en natuurlijk<br />
gaat dat voor veel vragen en onrust<br />
zorgen .Case closed. Kunnen we het nu<br />
weer over de essentie hebben? De échte<br />
hamvraag is: welke behoefte heeft de patiënt<br />
en hoe vervullen wij die?<br />
Er is namelijk een strijd gaande. Voor<br />
de traditionele clan is geneeskunde het<br />
territorium van de dokters en wetenschappers.<br />
Ziekten moeten gestructureerd<br />
en evidence based aangepakt worden.<br />
Wearables, Big data en andere ‘revoluties’,<br />
zullen net als antibiotica, endoscopie<br />
en radiologie door ons opgenomen<br />
worden in de normale geneeskunde. En<br />
patiënten vinden eigen regie toch vaak<br />
te moeilijk of zelfs ongewenst, zo is de<br />
gedachte. Terechte argumenten. Medisch<br />
gezien doen we het prima, maar we laten<br />
ook grote steken vallen. Patiënten worden<br />
matig geïnformeerd en krijgen daarmee<br />
weinig grip op hun ziekte. Daarom gaat<br />
het merendeel naar Dr. Google rondom<br />
het consult.<br />
De andere partij, de innovatieclan, waar<br />
veel niet-dokters in zitten, heeft ook een<br />
punt. De maatschappelijke omwenteling<br />
door computers en internet zal ook de<br />
medische branche niet voorbij gaan. Het<br />
kennismonopolie van dokters is verdwenen<br />
en daarmee een stuk autoriteit en<br />
legitimiteit. Medische kennis is voor iedereen<br />
beschikbaar en het aantal patiënten<br />
dat daarmee goed om kan gaan, groeit.<br />
Je kunt als dokter niet meer tegen een<br />
medische richtlijn ingaan die voor patiënten<br />
in enkele muisklikken beschikbaar is.<br />
En met zijn toenemende kennis wil de patiënt<br />
(terecht) meer uitleg en zeggenschap<br />
over de persoonlijke behandeling.<br />
Er is dus een territoriumstrijd gaande. Als<br />
aios en jonge specialist is het zaak om niet<br />
in een loopgraaf terecht te komen, maar<br />
de verbinding te zoeken. We kunnen het<br />
territorium groter maken en delen, met als<br />
resultaat een individuele behandeling met<br />
de beste wetenschappelijke onderbouwing.<br />
Samen beslissen met de patiënt is<br />
een groeiende maatschappelijke trend en<br />
het logische vervolg op evidence based<br />
medicine. Hiermee keren we terug naar<br />
onze roots. Geneeskunde draait immers<br />
om de individuele patiënt en de menselijke<br />
maat, niet de ziekte. Elke patiënt heeft<br />
zijn eigen begripsniveau, sociale situatie<br />
en voorkeuren. Die staan niet in protocollen,<br />
dat is mensenwerk. En daarin kunnen<br />
wij onze toegevoegde waarde bewijzen.<br />
Personalized medicine in optima forma.<br />
Om terug te komen op online inzage; dat<br />
is slechts een middel. De behoefte van<br />
de patiënt is grip en begrip omtrent zijn<br />
ziekte en behandeling. De innovatieclan<br />
denkt dat dat gebeurt door online inzage,<br />
maar die is meestal verwarrend en de context<br />
ontbreekt. Bovendien is de acceptatie<br />
door patiënten<br />
minimaal, ook omdat elke<br />
zorgverlener zijn eigen portaal<br />
heeft. Patiëntgerichte, herhaalbare<br />
informatie is veel belangrijker. En dat lukt<br />
je niet met de traditionele mondelinge uitleg<br />
in een consult, want de helft is daarna<br />
verdwenen. Begrijpelijke, relevante, deelbare<br />
informatie zorgt voor begrip. Video<br />
en ehealth tools kunnen enorm helpen.<br />
Voor, in en na het consult, in het portal en<br />
in patiënt zijn mailbox. Als de behoefte<br />
van grip en begrip vervuld is, zullen waarschijnlijk<br />
maar enkele patiënten de moeite<br />
nemen om te lezen wat wij opgeschreven<br />
hebben in hun medische status.<br />
Dan pas kun je samen beslissen. Want<br />
keuze zonder begrip is geen keuze,<br />
maar een pseudo-keuze. En begrijpelijke<br />
informatie kunnen we beter samen maken.<br />
Allemaal dezelfde protocollen, folders,<br />
tools en video’s maken is tijdsverspilling.<br />
Het internet is er om te delen. Dat is de<br />
norm.<br />
Medische kennis is niet meer ons monopolie<br />
of onze toegevoegde waarde.<br />
Patiënten behandelen wel. Want ziektes<br />
behandel je met een protocol, maar<br />
patiënten behandel je met een persoonlijk<br />
plan, gebaseerd op je ervaring en<br />
expertise en passend bij hun situatie. Bij<br />
een dokter die een patiënt als medemens<br />
behandelt, kom je terug. Zo houdt de<br />
moderne medisch specialist ook in de<br />
toekomst zijn waarde.
12 • toekomst en innovatie •<br />
De afgelopen jaren staat Shared Decision Making oftewel ‘Samen<br />
Beslissen’ regelmatig in de belangstelling. Er worden steeds meer<br />
instrumenten en keuzehulpen ontwikkeld om het samen beslissen<br />
te ondersteunen. Welke mogelijkheden zijn er op dit moment en<br />
waarom is Samen Beslissen zo belangrijk?<br />
Is samen beslissen<br />
Samen Beslissen heeft voordelen voor<br />
zowel de specialist, de patiënt, als de<br />
zorg in het algemeen. Patiënten krijgen<br />
de zorg die het beste bij hun persoonlijke<br />
situatie past. Door samen te kiezen<br />
wordt de patiënt actief betrokken in<br />
de besluitvorming, waarbij aandacht is<br />
voor zowel het medisch-inhoudelijke, de<br />
psycho-sociale aspecten als de context<br />
van de patiënt. Zo kan er bijvoorbeeld<br />
samen besloten worden om te wachten<br />
met orale glucoseverlagende middelen<br />
en te starten met leefstijlverbetering als<br />
een patiënt hiervoor gemotiveerd is. Soms<br />
kan iemand thuis absoluut niet gemist<br />
worden in verband met mantelzorg. Dan<br />
kan samen besloten worden de operatie<br />
zo mogelijk uit te stellen tot een voor de<br />
patiënt geschikter moment. In een eerder<br />
nummer (DJS-2015-4) is hier ook al aandacht<br />
aan besteed.<br />
Het belang<br />
Samen Beslissen leidt tot meer tevredenheid<br />
bij patiënten en de kwaliteit van<br />
zorg is erbij gebaat. Patiënten houden<br />
zich beter aan behandelvoorschriften als<br />
ze samen met de specialist een besluit<br />
nemen. Dit blijkt onder meer uit campagnes<br />
op het gebied van Samen Beslissen<br />
in het Verenigd Koninkrijk en Australië:<br />
‘Ask 3 Questions’ en ‘Ask.Share.Know’. Uit<br />
internationaal onderzoek komt naar voren<br />
dat 63% van de patiënten samen wil beslissen.<br />
Tevens toonde een peiling van de<br />
Patiëntenfederatie in Nederland uit 2014<br />
aan dat 70% van de deelnemers altijd en<br />
28% soms samen wil beslissen.<br />
Samen Beslissen is ook een speerpunt in<br />
het overheidsbeleid. Minister Schippers<br />
van VWS heeft 2015/2016 uitgeroepen<br />
tot het ‘Jaar van de Transparantie’. Zij wil<br />
patiëntenparticipatie stimuleren door de<br />
informatie aan patiënten over de kwaliteit<br />
en de kosten van de zorg te verbeteren.<br />
Elke patiënt moet kunnen meebeslissen<br />
over zijn behandeling.<br />
Invloeden<br />
Samen Beslissen vraagt bij zowel arts als<br />
patiënt om een gedragsverandering in<br />
de spreekkamer, maar ook in de voorbereiding<br />
en na afloop van het gesprek.<br />
Waarschijnlijk weten veel patiënten niet<br />
dat ze samen met de specialist over hun<br />
behandeling kunnen beslissen, laat staan<br />
dat ze weten welke keuzes ze hebben.<br />
Is die kennis er wel, dan is dit niet altijd<br />
voldoende om tijdens het gesprek tot een<br />
weloverwogen beslissing te komen. Bij<br />
patiënten zijn bijvoorbeeld stress, angst<br />
tijdens het gesprek en ontzag voor de<br />
specialist een belemmering om informatie<br />
goed op te nemen. Veel informatie<br />
die een specialist wel geeft tijdens het<br />
gesprek, dringt eenvoudigweg niet goed<br />
door. Patiënten vertrouwen er bovendien<br />
Veel patiënten weten niet dat ze samen<br />
met hun specialist over de behandeling<br />
kunnen beslissen<br />
niet altijd op dat ze een waardevolle bijdrage<br />
kunnen leveren aan het gesprek.<br />
Tijd om een beslissing te nemen is een<br />
cruciale factor: informatie moet kunnen<br />
bezinken. Mensen die niet meteen om<br />
een beslissing gevraagd worden, zijn achteraf<br />
vaak tevredener over hun besluit. Dit<br />
verhoogt ook de motivatie voor Samen<br />
Beslissen. Ook omgevingsfactoren spelen<br />
een rol, bijvoorbeeld: nodigt de inrichting<br />
van de spreekkamer uit, hoe zit de specialist<br />
tegenover jou. Is de wachtkamer vol of<br />
maakt de specialist een gejaagde indruk?<br />
Het zijn factoren die er aan kunnen bijdragen<br />
dat patiënten minder geneigd zijn om<br />
initiatief te nemen tot Samen Beslissen.<br />
Ook de vaardigheden van medisch specialisten<br />
om opties helder uit te leggen en<br />
het gesprek te voeren, hebben invloed<br />
op het proces. Begrijpen patiënten de<br />
medische informatie en hoe zorg je er als<br />
arts voor dat een patiënt relevante informatie<br />
inbrengt voor de keuze? Hoe ga je<br />
om met onzekere uitkomsten en risico’s<br />
van de behandeling in het gesprek met<br />
een patiënt? Of de wens voor aanvullend<br />
onderzoek dat medisch gezien niet altijd<br />
noodzakelijk is?<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• toekomst en innovatie •<br />
13<br />
Auteurs<br />
Ingrid Herraets, aios neurologie en Commissielid Verstandig Kiezen, DJS<br />
Yvonne Groenen, aios interne geneeskunde en Commissielid Verstandig Kiezen, DJS<br />
Lieke Verheijen, aios anesthesiologie en Commissielid Verstandig Kiezen, DJS<br />
Mirjam Siregar, senior communicatieadviseur Federatie Medisch Specialisten<br />
al jouw nieuwe standaard?<br />
Betrouwbare informatie<br />
Een belangrijke voorwaarde om samen te<br />
kunnen beslissen is betrouwbare, actuele<br />
en begrijpelijke informatie over aandoeningen.<br />
Samen met het Nederlands<br />
Huisartsen Genootschap (NHG) werken<br />
de Federatie Medisch Specialisten en de<br />
Patiëntenfederatie aan patiëntgerichte<br />
informatie over 30 veelvoorkomende<br />
aandoeningen in de tweedelijnszorg. De<br />
tweedelijns patiënten informatie wordt<br />
aangeboden via www.thuisarts.nl: een<br />
bekende en betrouwbare bron. De eerste<br />
beschrijvingen zijn in juni 2016 verschenen:<br />
Melanoom (Huidkanker), Perifeer<br />
arterieel vaatlijden (Etalagebenen),<br />
Cataract (Staar), Heupfractuur (Gebroken<br />
heup) en Diabetes Mellitus. De teksten<br />
zijn gebaseerd op medisch wetenschappelijke<br />
richtlijnen. Ook worden richtlijnen<br />
steeds vaker voorzien van korte beschrijvingen<br />
in een voor een patiënt<br />
begrijpelijke taal. In totaal worden 300<br />
medisch- specialistische richtlijnen voorzien<br />
van deze korte beschrijvingen. Deze<br />
zijn dan via www.richtlijnendatabase.nl<br />
te raadplegen.<br />
Verstandige keuzes<br />
Verstandige Keuzes zijn evidence based<br />
aanbevelingen over onderzoek- en behandelmogelijkheden<br />
die het beste passen<br />
in een individuele situatie. Inspiratiebron<br />
hiervoor is de succesvolle ‘Choosing<br />
Wisely’ campagne vanuit de Verenigde<br />
Staten en Canada. Een voorbeeld van<br />
een Verstandige Keuze is om pas over<br />
te gaan tot knievervanging wanneer de<br />
conservatieve behandelmogelijkheden,<br />
zoals fysiotherapie, tot onvoldoende resultaat<br />
hebben geleid. Inmiddels hebben<br />
veertien wetenschappelijke verenigingen<br />
Verstandige Keuzes gepubliceerd<br />
over de meest voorkomende medische<br />
problemen. De verstandige keuzes zijn<br />
te vinden bij de betreffende wetenschappelijke<br />
verenigingen en via www.<br />
demedischspecialist.nl/onderwerp/<br />
verstandige-keuzes.<br />
In het verlengde van de verstandige<br />
keuzes ontwikkelen de Federatie Medisch<br />
Specialisten en de Patiëntenfederatie<br />
zogenoemde Consultkaarten, analoog<br />
aan de Amerikaanse Option Grids (www.<br />
optiongrids.org). Consultkaarten zijn<br />
beknopte keuzehulpen die direct inzicht<br />
geven in de opties bij een specifieke<br />
aandoening en de meest belangrijke<br />
vragen van patiënten daarbij. Inmiddels<br />
zijn er 24 in de maak en worden de eerste<br />
8 consultkaarten dit najaar verwacht.<br />
Drie goede vragen<br />
In 2015 stelden de Patiëntenfederatie<br />
en de Federatie Medisch Specialisten<br />
‘de 3 goede vragen’ op: Wat zijn mijn<br />
mogelijkheden, wat zijn daarvan de vooren<br />
nadelen en wat betekent dat voor<br />
mij persoonlijk? Deze vragen zijn er om<br />
patiënten te helpen het gesprek over de<br />
beste behandeling aan te gaan met de<br />
arts. In het Radboud UMC heeft een pilotonderzoek<br />
plaatsgevonden om deze drie<br />
vragen te testen. Hieruit bleek dat patiënten<br />
en artsen enthousiast zijn over de<br />
methode. Deze aanpak wordt nu landelijk<br />
uitgerold. Meer informatie hierover is te<br />
vinden op www.3goedevragen.nl.<br />
Campagne<br />
Ondanks alle kennis, onderzoek en<br />
instrumenten om Samen Beslissen te<br />
ondersteunen, blijkt het in de praktijk<br />
nog lastig voor arts en patiënt om samen<br />
de dialoog aan te gaan. Om de aandacht<br />
voor Samen Beslissen bij medisch<br />
specialisten én patiënten nog verder te<br />
vergroten en te stimuleren starten de<br />
Patiëntenfederatie en de Federatie<br />
Medisch Specialisten op 4 oktober<br />
een campagne Samen Beslissen. Deze<br />
campagne zal vooral zichtbaar zijn in en<br />
rondom de spreekkamer in de<br />
ziekenhuizen.
14 • vrije tijd •<br />
Hard gaan<br />
Een dag als hulpverlener op een festival<br />
Auteur Tanca Minderhoud, aios interne geneeskunde<br />
“Mag ik een paracetamol?” Ze kijkt me aan met verwijde pupillen<br />
en kauwt verwoed op haar kauwgum. Deze zaterdag ben ik te<br />
gast bij de hulpverleners van Event Medical Service op een groot<br />
dansfeest. De een heeft een pleister nodig, de ander haalt hulp<br />
voor een vriend(in) die echt ‘te hard’ gaat.<br />
De dag begint met een briefing, waarin wordt uitgelegd wie<br />
wat doet, welke posten er allemaal zijn en hoe je contact houdt.<br />
Ook worden de nieuwste ontwikkelingen op de drugsmarkt<br />
besproken: “Niet veel nieuws onder de zon. Let wel op de<br />
ontwikkelingen rondom 4-FMP, ook wel 4-FA genoemd. Dit staat<br />
bekend als XTC light en is gewoon verkrijgbaar in de smartshop.<br />
Helaas zijn er de laatste tijd meldingen binnengekomen van<br />
hersenbloedingen bij gebruik van dit middel. Wees hier dus alert<br />
op, vooral bij bijvoorbeeld klachten van heftige hoofdpijn”.<br />
Pleisters en paracetamol<br />
Er is vandaag een groot team aan het werk van zo’n vijftig mensen.<br />
Er zijn zes uitrukteams (per team twee hulpverleners) die<br />
actief zijn in de zes zones in het gebied. Die worden opgeroepen<br />
als iemand onwel is geworden op het terrein. Bij de EHBO-post<br />
is de basistent, waar de meeste patiënten zelf binnenlopen, dan<br />
wel binnengebracht worden via de uitrukteams. Achter de basistent<br />
staat een container met vier brancards waar intensievere<br />
zorg verleend kan worden – de zogeheten ALS Medical Unit.<br />
Naast EHBO’ers zijn er (ambulance-)verpleegkundigen en artsen<br />
aan het werk.<br />
Ik ga eerst aan de slag in de basistent, waar in principe iedereen<br />
die nog op een stoel kan zitten, gezien wordt. Grote aantallen<br />
bezoekers komen hier vragen om een pleister, een paracetamol<br />
en allerlei andere zaken. Ik verwijder een teek op het been van<br />
een festivalbezoeker, geef advies bij een zere enkel, en onderzoek<br />
een veertiger met pijn in zijn onderbuik.<br />
Draaiende ogen<br />
Na een paar rustige uren in de middag begint rond etenstijd het<br />
aantal patiënten toe te nemen. Er komen steeds meer bezoekers<br />
binnen met klachten rondom middelen. Een enkeling kan amper<br />
op zijn benen staan. Veel mensen gebruiken XTC, anderen<br />
combinaties van bijvoorbeeld GHB met een upper. Zelf zie ik<br />
een Frans meisje dat voor het eerst XTC gebruikt heeft. Ze zit<br />
ongeveer anderhalf uur met strakke kaken en draaiende ogen op<br />
een stoeltje voordat ze eindelijk wat bijtrekt. Tussendoor geeft<br />
ze me knuffels en vertelt ze me dat ze me vreselijk lief vindt en<br />
très gentil. Ik moet haar meermalen uitleggen dat ze niet teveel<br />
water mag drinken, omdat ze risico loopt op een gevaarlijke<br />
waterintoxicatie. Dat valt nog niet mee in het Frans.<br />
Als ze echt niet meer kunnen<br />
lopen worden ze met de quad<br />
van het terrein gehaald<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• vrije tijd •<br />
15<br />
Evenementengeneeskunde<br />
Er zijn diverse organisaties die zich bezighouden met medische<br />
hulpverlening bij evenementen. Dit varieert van marathons en<br />
andere sportevenementen tot grote dansfeesten. Afhankelijk van het<br />
evenement is specifieke kennis nodig – bij marathons heb je kennis<br />
nodig over klachten bij extreme inspanning, terwijl bij dansfeesten<br />
kennis over genotsmiddelen onontbeerlijk is. Er is ook overlap, zo<br />
kan in beide settings hyperthermie voorkomen net als hyponatriëmie<br />
door overmatige waterinname. Een mooie gelegenheid dus om<br />
kennis te verbreden!<br />
Mengintoxicaties<br />
Het valt me mee hoeveel mensen in de ALS unit behandeld<br />
moeten worden. De meesten trekken na een uurtje op een stoel<br />
voldoende bij om weer het terrein op te kunnen. Naarmate de<br />
avond vordert, liggen er wel steeds twee of drie patiënten op de<br />
brancards in de ALS unit hun roes uit te slapen. Het valt me op<br />
dat het vooral jonge mannen zijn die binnenkomen met ernstige<br />
klachten. De hele tijd dat ik bij de ALS unit sta zie ik eigenlijk<br />
maar één vrouw in de container, en die komt voor buikklachten.<br />
Sommige patiënten in de container zijn buiten bewustzijn<br />
aangetroffen op het festival terrein en via de uitrukteams binnen<br />
gebracht. Als ze echt niet meer kunnen lopen worden ze met<br />
de quad op een brancard van het terrein gehaald. Een EMV<br />
van drie tref ik meer dan een keer aan die avond, en als je dat<br />
koppelt aan een flesje doorzichtige vloeistof (GHB) in de zak is<br />
de diagnose vaak wel rond. De patiënten in de container leggen<br />
we aan de monitor om continu ritme en bloeddruk te controleren,<br />
tot ze na een tijdje (en met forse aansporing) weer wakker<br />
worden. Bijna altijd blijkt er sprake van mengintoxicaties, het is<br />
zeer gebruikelijk om uppers en downers te combineren. Er komt<br />
een jongen binnen met status na een epileptisch insult. Een van<br />
de ambulanceverpleegkundigen met meer dan tien jaar ervaring<br />
vertelt dat dat met enige regelmaat voorkomt ten gevolge van<br />
alle middelen. Ook hier geldt: ‘Eén insult is geen insult, maar bij<br />
recidief adviseren we ze om naar de huisarts te gaan’.<br />
Hoewel de meeste patiënten na een tijdje goed bijtrekken zien<br />
we deze avond ook nog een drugs-geïnduceerde psychose. Een<br />
andere patiënt met hoofdpijn en hypertensie na 4-FMP wordt ingestuurd<br />
naar een SEH, vanwege de eerder genoemde alertheid<br />
op hersenbloedingen.<br />
.<br />
Gemoedelijke sfeer<br />
Ik loop nog even mee met een van de uitrukteams. De sfeer is<br />
gemoedelijk, de bezoekers spreken ons vaak aan, en we worden<br />
meestal bedankt voor onze hulp. Vooral de mensen onder invloed<br />
van XTC zijn knuffelig en lief. Een uitzondering hierop zijn<br />
de mensen die ontwaken na GHB. Die worden weleens onaangenaam<br />
wakker en zijn dan driftig. De vorige avond was er op<br />
de EHBO-post op de camping iemand erg agressief geweest na<br />
GHB. Vandaag stuurde hij een doos met chocolade naar de post<br />
om zich te verontschuldigen.<br />
Om elf uur is het feest afgelopen. Er komen in korte tijd nog vier<br />
flink geïntoxiceerde mannen de container binnen. Het kan nog<br />
wel even duren voordat die wakker worden, en na het ontwaken<br />
moeten ze ook nog dertig minuten op een stoeltje geobserveerd<br />
worden. Bij één patiënt zijn geen vrienden meegekomen, en als<br />
we eindelijk de iPhone gedeblokkeerd hebben en een vriend<br />
bereiken, zegt hij dat hij al onderweg is naar huis. Gelukkig komt<br />
ook deze festivalganger uiteindelijk weer veilig thuis.<br />
Al met al zijn er die dag naar schatting zo’n veertig mensen in de<br />
container behandeld en meer dan driehonderd mensen in de basistent.<br />
Eigenlijk valt het me erg mee hoeveel mensen behandeld<br />
zijn als je het vergelijkt met het bezoekersaantal (> 40.000). Het is<br />
boeiend om de ‘achterkant’ van zo’n festival te zien, de omvang<br />
en professionaliteit van de hulpverlening maken indruk.<br />
Ben je zelf geïnteresseerd om kennis te maken<br />
met evenementengeneeskunde? Bekijk de<br />
website op www.ems.nl<br />
De afgebeelde mensen komen niet voor in het verhaal.
16 • beroepsbelangen •<br />
Leidt de komst van<br />
ziekenhuisartsen tot een<br />
ziekenhuis zonder anios?<br />
De ziekenhuisarts:<br />
vriend of vijand?<br />
Auteur Susanne Korsse, aios maag-darm-leverziekten<br />
De nieuwe functie van ziekenhuisarts, generalist<br />
in het ziekenhuis, moet zorgen voor continuïteit<br />
van de zorg voor de oudere patiënt met multimorbiditeit.<br />
Een mooi ideaal dat zich langzaam<br />
uitkristalliseert. Maar waar positioneert deze<br />
ziekenhuisarts zich? En wat betekent dit voor<br />
de positie van arts-assistenten? Paetrick Netten,<br />
voorzitter van het Concilium Ziekenhuisgeneeskunde<br />
en Paul Doop, voorzitter van de raad van<br />
bestuur van het Medisch Centrum Haaglanden-<br />
Bronovo, lichten één en ander toe.<br />
Generalist tussen specialisten<br />
“Wij zoeken bruggenbouwers, teamspelers en pioniers”, zo staat<br />
te lezen op de website van de Vereniging voor Ziekenhuisgeneeskunde<br />
(VvZG). Sinds september 2012 kan gekozen worden<br />
voor deze vervolgopleiding en in juli 2014 erkende het College<br />
Geneeskundige Specialismen (CGS) officieel de opleiding. De<br />
behoefte aan ziekenhuisartsen is volgens de VvZG ontstaan door<br />
de toename van het aantal patiënten, meestal ouderen, met<br />
multimorbiditeit. Een ziekenhuisarts kan als generalist algemene<br />
basiszorg leveren te midden van specialisten. De opleiding duurt<br />
drie jaar en de eerste ziekenhuisartsen zijn inmiddels klaar; één<br />
werkt in het VUmc, één in het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis<br />
en twee in het Jeroen Bosch Ziekenhuis in Den Bosch. “De<br />
reacties zijn tot op heden tevreden, zowel van verpleegkundi-<br />
gen als specialisten en ook vanuit de eerste lijn”, zegt Paetrick<br />
Netten, die naast voorzitter van het Concilium Ziekenhuisgeneeskunde<br />
als internist in het Jeroen Bosch Ziekenhuis werkt. Ook<br />
in het Medisch Centrum Haaglanden-Bronovo (MCH-Bronovo)<br />
te Den Haag, waar de eerste ziekenhuisartsen in september<br />
2016 hun opleiding afronden, is men positief. “Ziekenhuisartsen<br />
in opleiding worden tot nu toe gewaardeerd”, zegt Paul<br />
Doop, voorzitter van de raad van bestuur van het MCH-Bronovo.<br />
“Meerdere disciplines vragen nu om een ziekenhuisarts op de<br />
afdeling.”<br />
Ziekenhuis zonder anios<br />
Het Haagse ziekenhuis heeft een duidelijke visie: de klinische<br />
zorg in het ziekenhuis moet in de toekomst gaan draaien op<br />
ziekenhuisartsen, ook tijdens de diensturen. En dat leidt tot<br />
vragen. Want wat betekent een ziekenhuis zonder anios voor de<br />
positie van de anios en de functie van het anios-schap als opstap<br />
naar een medisch-specialistische opleiding? De Jonge Specialist<br />
sprak hier in 2013 al haar zorgen over uit. Het bestuur vreest voor<br />
uitholling van de kweekvijver voor medisch specialisten. Netten<br />
vindt dit een rare opvatting. “Anios moeten zich in de kijker<br />
spelen met vakinhoudelijke taken, bijvoorbeeld op de polikliniek<br />
of de OK, in plaats van zich bezig te houden met basiszorg op<br />
de verpleegafdeling.” Zowel Netten als Doop zijn van mening<br />
dat het mijden van anios op de verpleegafdeling de kwaliteit<br />
van de zorg ten goede komt. “Door de ogen van de patiënt<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• beroepsbelangen •<br />
17<br />
zijn wij er van overtuigd dat de ziekenhuisarts kan bijdragen<br />
aan continuïteit van zorg”, zegt Doop. “Anios zijn vaak jonge,<br />
onervaren artsen die snel rouleren. Ziekenhuisartsen zijn een<br />
vast aanspreekpunt voor zowel patiënten als verpleegkundigen.<br />
De brede blik en kennis leidt tot minder consulten van andere<br />
specialisten. Dat brengt rust op de afdeling.”<br />
Vertrouwen<br />
Maar leidt zo’n extra arts niet ook tot verwarring over de<br />
eindverantwoordelijkheid voor de patiënt? Deze eindverantwoordelijkheid<br />
is nog een heet hangijzer. Netten: “Er is altijd<br />
een hoofdbehandelaar voor het hoofdprobleem. Dat moet ook<br />
vastgelegd worden. Bijkomende problemen kan de ziekenhuisarts<br />
afhandelen. Dat evenwicht tussen verantwoordelijkheden<br />
tussen de ziekenhuisarts en de specialist moet zich nog uitkristalliseren.”<br />
Hiervoor is wederzijds vertrouwen tussen de medisch<br />
specialist en de ziekenhuisarts van groot belang. Doop geeft<br />
aan dat dit in het MCH-Bronovo nog moet groeien. “Medisch<br />
specialisten selecteren nu zelf hun anios, waardoor er een<br />
vertrouwensband is. Straks komen ziekenhuisartsen in plaats<br />
van de anios en zij werken dan op een afdeling voor meerdere<br />
opdrachtgevers. Bovendien handelen ze ook zelfstandig. Het<br />
vertrouwen van medisch specialisten in de ziekenhuisarts die<br />
“Ziekenhuisartsen zijn<br />
een vast aanspreekpunt<br />
voor zowel patiënten als<br />
verpleegkundigen”<br />
niet ‘eigen’ is, is nu nog niet in de breedte aanwezig maar wel<br />
groeiende.”<br />
Financiering<br />
Hoe de ziekenhuisartsen zich uiteindelijk gaan formeren in ziekenhuizen<br />
en hoe ze gefinancierd gaan worden is nog allerminst<br />
duidelijk. In het Jeroen Bosch Ziekenhuis is er een tijdelijke<br />
constructie waarbij de directie de ziekenhuisartsen betaalt maar<br />
de artsen in dienst zijn van de coöperatie medisch specialisten.<br />
De hoop is dat het MSB in de toekomst de financiering over zal<br />
nemen. “Met de komst van de ziekenhuisarts is de verwachting<br />
dat door herverdeling van taken de medisch specialist zich meer<br />
op zijn eigen werk kan richten. De opbrengst die dit genereert
18 • beroepsbelangen •<br />
Casper Huijben is sinds maart 2015 in<br />
opleiding tot ziekenhuisarts in het Catharina<br />
Ziekenhuis in Eindhoven. Hij licht zijn keuze<br />
toe: “Deze functie is precies waar ik naar op<br />
zoek was. Tijdens mijn studie had ik geen<br />
duidelijke voorkeur voor een bepaald vak, ik<br />
wilde breed blijven werken. Maar het vak van<br />
huisarts trok me niet, dat is voor mij te veel<br />
sociale geneeskunde. Toen er een officiële<br />
opleiding tot ziekenhuisarts startte, heb<br />
ik mijn kans gegrepen.” Casper blijkt een<br />
pionier waar de opleiding naar op zoek is.<br />
“Het opleidingsplan is een goed doordacht<br />
concept met een fraaie opzet. Het staat nog<br />
in de kinderschoenen en we kunnen er als<br />
opleidingsassistenten vorm aan geven. Dat<br />
vind ik leuk; ik zit ook in het landelijk bestuur<br />
van de vereniging voor ziekenhuisartsen.”<br />
Hij krijgt te maken met believers en non-believers<br />
voor de functie van ziekenhuisarts. En<br />
de weerstand vanuit onder andere De Jonge<br />
Specialist had hij wel verwacht. “Dat hoort<br />
ook een beetje bij zo’n nieuwe functie,” legt<br />
hij uit. “Er zullen altijd aios en anios zijn voor<br />
een bepaald specialisme, om ervaring op<br />
te doen en het vak te leren. Het voordeel is<br />
juist dat ze zich door de komst van de ziekenhuisarts<br />
kunnen richten op vakinhoudelijke taken en zich niet bezig hoeven te houden met basiszorg op de verpleegafdeling. De zorg<br />
wordt steeds specialistischer en de brede basiszorg in het ziekenhuis wordt uit het oog verloren. Daardoor wordt een gat gecreëerd voor<br />
de ziekenhuisarts. Ik hoop dat we kunnen laten zien dat we daardoor juist een aanvulling zijn en geen banenpikkers.”<br />
zal hopelijk de kosten voor de ziekenhuisarts vereffenen. Maar<br />
onafhankelijk onderzoek dat nu loopt moet die kostenbesparing<br />
nog gaan uitwijzen”, legt Netten uit. Als het aan de raad van<br />
bestuur van het MCH-Bronovo ligt, zullen de ziekenhuisartsen<br />
als vakgroep in loondienst van het ziekenhuis gaan werken en lid<br />
worden van de medische staf. Financiering zal dan deels door<br />
het ziekenhuis en deels door de vrijgevestigde medisch specialisten<br />
gebeuren. “Maar de Vereniging Medische Staf heeft zich<br />
daar nog niet over uitgesproken”, maakt Doop duidelijk. Ook<br />
Netten geeft aan dat specialisten nog terughoudend zijn over<br />
de financiering van ziekenhuisartsen. “Hoewel alle wetenschappelijke<br />
verenigingen bij de introductie van de ziekenhuisarts de<br />
meerwaarde zagen en erkenning van de opleiding steunden.”<br />
Arts versus kwaliteitsfunctionaris<br />
Duidelijk is wel dat de ziekenhuisarts er in de eerste plaats is<br />
voor patiëntenzorg op de afdeling en ook diensten draait. De<br />
opleiding besteedt veel aandacht aan kwaliteit, patiëntveiligheid<br />
en projectmanagement. Ziekenhuisartsen ronden hun opleiding<br />
af met een ‘meesterstuk’, waarbij de aankomend ziekenhuisarts<br />
een verandering op het gebied van kwaliteit of patiëntveiligheid<br />
in het eigen ziekenhuis implementeert. “Maar de ziekenhuisarts<br />
is geen kwaliteitsfunctionaris,” legt Netten uit. “Hij kan een<br />
pioniersrol spelen en zich richten op verbetering van processen<br />
op de afdeling. Maar hij staat in de eerste plaats aan het bed<br />
Leidt zo’n extra arts niet<br />
tot verwarring over de<br />
eindverantwoordelijkheid<br />
voor de patiënt?<br />
van de patiënt.” In het MCH-Bronovo is het evenwicht tussen<br />
patiëntenzorg en kwaliteit en veiligheid binnen de werkzaamheden<br />
van de ziekenhuisartsen nog wel eens zoek. “Ziekenhuisarts<br />
is geen bureaufunctie,” zegt ook Doop. “Er is wel wat wrijving<br />
tussen wat wij als ziekenhuis willen en wat men wil vanuit de<br />
opleiding, namelijk aandacht voor proceskwaliteit. Maar ziekenhuisartsen<br />
zijn er voor de zorg, vind ik. Ze moeten rouleren over<br />
afdelingen en diensten draaien. Zo kunnen ze een geïntegreerd<br />
onderdeel van het ziekenhuis vormen en continuïteit van zorg<br />
bieden.” “Maar”, nuanceert Doop, “je moet ziekenhuisartsen<br />
ook niet heilig verklaren. Ze lossen echt niet alle problemen van<br />
het ziekenhuis op.”<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• genees.kunst • 19<br />
Geestverruimende kunst<br />
Auteur Davy Sudiono, aios radiologie<br />
Het gebruik van drugs bij kunstenaars is<br />
veel onder de loep genomen. Zo verschijnen<br />
er regelmatig tentoonstellingen over<br />
de invloed van drugs in onze kunsthistorie.<br />
Kunsthistoricus Ten Bregge schreef in<br />
2004 een proefschrift genaamd ‘Drugs in<br />
de kunst. Van opium tot LSD. 1798-1968’.<br />
Met name in de 19e eeuw en begin 20e<br />
eeuw hebben drugs een grote invloed gehad.<br />
Zowel op individuele werken als op<br />
de ontwikkeling van stromingen binnen<br />
de kunst. Zo werden in de 19e eeuw met<br />
name de kalmerende middelen opium en<br />
hasjiesj gebruikt en werden de<br />
‘psychedelics’ zoals LSD pas later in de<br />
20e eeuw uitgevonden. Illustratief is dat<br />
het surrealisme juist in die laatste tijd een<br />
stroming werd. Niet voor niets spreken we<br />
over geestverruimende middelen.<br />
20 Day Binge<br />
Brian Pollett a.k.a. Pixell-Pusha, is een<br />
hedendaagse kunstenaar in de moderne<br />
digitale kunst. Ook hij vroeg zich af wat<br />
de invloed van drugs op kunst is. Dit heeft<br />
tot zijn 20-daagse project geleid ’20 Day<br />
Binge’, waarin hij in twintig dagen twintig<br />
verschillende psychedelische drugs<br />
gebruikte en daarbij zijn gevoelens op<br />
digitaal canvas schilderde. Op zijn blog<br />
beschreef hij de gevoelens en sensaties<br />
die hij bij het werk ervoer. Ook heeft hij<br />
bij een aantal van zijn werken een video<br />
geplaatst die laat zien hoe hij zijn werk tot<br />
stand brengt in Photoshop. Een mentaal<br />
en fysiek zwaar project, met de nodige<br />
risico’s, maar absoluut een knap stukje<br />
werk. Uiteraard geldt vanwege gezondheidseffecten<br />
en juridische aspecten:don’t<br />
try this at home!<br />
Op de website www.psybry.net<br />
vind je zijn werk, blogs en video’s.<br />
Hier kun je ook zijn werk op print<br />
aanschaffen.
20 • buitenland •<br />
Medische<br />
het<br />
Op de SEH gebeurt het regelmatig<br />
dat patiënten zich<br />
melden met complicaties van<br />
behandelingen uit het buitenland.<br />
Waarom gaan patiënten er<br />
toe over om zich daar te laten<br />
behandelen? En welke behandelingen<br />
worden het vaakst in het<br />
buitenland gedaan?<br />
Auteurs<br />
• Tanca Minderhoud, aios interne<br />
geneeskunde<br />
• Daniël Dresden, medisch journalist<br />
Informatietekort<br />
Hoeveel Nederlanders gebruik maken<br />
van zorg in het buitenland wordt niet<br />
bijgehouden. De Volkskrant vraagt het<br />
op 4 augustus dit jaar aan de IGZ. “Wij<br />
constateren dat het gebeurt”, zegt een<br />
woordvoerder, “maar het valt buiten<br />
onze taak om er toezicht op te houden”.<br />
Medisch toerisme zou vooral populair zijn<br />
op het gebied van tandheelkundige zorg,<br />
cosmetische chirurgie, vruchtbaarheidsbehandelingen<br />
en electieve chirurgie (OECD<br />
2010) maar meer recente cijfers hierover<br />
ontbreken. Ook zijn er geen cijfers uit<br />
Nederland beschikbaar.<br />
De redenen waarom patiënten uitwijken<br />
naar het buitenland zijn divers. In 2010 is<br />
een review verschenen die spreekt over<br />
drie belangrijke motivaties om naar het<br />
buitenland uit te wijken voor behandelingen.<br />
De eerste is de beschikbaarheid van<br />
procedures die (nog) niet mogelijk zijn in<br />
het land van herkomst, bijvoorbeeld omdat<br />
ze illegaal zijn of omdat de medische<br />
expertise in het eigen land ontbreekt.<br />
Een andere belangrijke motivator is het<br />
kostenaspect. Vooral in landen waar veel<br />
mensen onverzekerd zijn (zoals voorheen<br />
de VS), kan het aantrekkelijk zijn om een<br />
electieve ingreep tegen een veel lager<br />
tarief in het buitenland te ondergaan.<br />
Als laatste wordt ook nog de reis zelf<br />
genoemd. Doordat het veel gemakkelijker<br />
is geworden om vliegreizen te maken<br />
en visa aan te vragen, kan dat ook de<br />
doorslag geven om de behandeling in<br />
het buitenland te ondergaan. In sommige<br />
landen worden aantrekkelijke pakketten<br />
aangeboden waarbij de vlucht, accommodatie,<br />
ingreep en nazorg allemaal<br />
geregeld worden, en dan ook nog vaak<br />
tegen een aantrekkelijk tarief.<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• buitenland •<br />
21<br />
Wat drijft de patiënt?<br />
behandelingen in<br />
buitenland<br />
Patiënten<br />
perspectief<br />
Wat motiveert mensen om hun<br />
heil in het buitenland te zoeken?<br />
De Jonge Specialist sprak<br />
met een patiënt die ervoor koos<br />
om een vruchtbaarheidsbehandeling<br />
in het buitenland te<br />
ondergaan.<br />
Hoe begint jouw verhaal?<br />
Op redelijk jonge leeftijd, ik was toen 28,<br />
wilden mijn man en ik graag kinderen.<br />
Toen dit niet lukte na geruime tijd bleken<br />
er twee problemen te zijn. Ten eerste<br />
was de spermaproductie onvoldoende<br />
en daarnaast was er een onregelmatige<br />
eisprong. In eerste instantie begonnen<br />
we met hormoontherapie. Toen dit na zes<br />
maanden niet gewerkt had, gingen we<br />
door met IUI (intra uteriene inseminatie).<br />
Maar bij de derde IUI-poging belde het<br />
ziekenhuis op dat we niet meer hoefden<br />
te komen, omdat het sperma-aantal zo<br />
laag was dat de kans op bevruchting nihil<br />
was. Dat sperma-aantal was niet een plotselinge<br />
dip, het was eigenlijk altijd al zo<br />
laag geweest. Ik vond het vreemd dat we<br />
eerst met al die andere methoden waren<br />
gestart, terwijl de kwaliteit van het sperma<br />
steeds al zo slecht was.<br />
De volgende stap in het traject was<br />
om met ICSI te beginnen, maar helaas<br />
mislukte de eerste poging. Er konden wel<br />
veel embryo’s ingevroren worden, maar<br />
bij de volgende terugplaatsing bleek een<br />
groot deel van deze cryo’s niet goed te<br />
ontdooien. Op dat moment waren we al<br />
vier jaar verder. Vanwege de lage kwaliteit<br />
van de ingevroren embryo’s vroegen we<br />
ons af of het niet mogelijk was om bij een<br />
volgende poging twee verse embryo’s<br />
terug te plaatsen. Dat zou de kans op een<br />
zwangerschap namelijk vergroten (van<br />
ongeveer 25 naar 40 procent per poging).<br />
Omdat ik jonger dan 35 jaar was en het<br />
pas de tweede poging betrof, vonden<br />
de artsen dat onverantwoord. Aan de<br />
ene kant begrijp ik goed dat tweelingzwangerschappen<br />
complicaties kunnen<br />
veroorzaken en daarmee ook maatschappelijke<br />
kosten met zich mee kunnen<br />
brengen. Aan de andere kant hadden wij<br />
ooit de hoop op meerdere kinderen.<br />
Het plaatsen van slechts één embryo was<br />
op dat moment formeel nog geen landelijk<br />
beleid, maar in de praktijk plaatsten<br />
alle Nederlandse ziekenhuizen bij een<br />
tweede ICSI-poging bij jonge vrouwen<br />
maar één embryo terug.<br />
Waarom koos je voor<br />
behandeling in Turkije?<br />
De belangrijkste motivatie was dat daar<br />
mogelijkheden waren om twee embryo’s<br />
terug te plaatsen, waardoor er meer kans<br />
was op een zwangerschap. Ook waren<br />
Het was best een<br />
stap om naar<br />
Turkije uit te wijken<br />
ze flexibel met de planning en deden ze<br />
bijvoorbeeld ook in het weekend follikelmetingen<br />
of puncties als dat zo uitkwam.<br />
Bijkomend voordeel was dat we in Turkije<br />
de behandeling binnen een vakantie van<br />
2-3 weken konden doen, waardoor we de<br />
behandeling niet hoefden te combineren<br />
met werk.<br />
Waren er ook nadelen aan de<br />
behandeling daar?<br />
Het nadeel is dat je toch in het buitenland<br />
zit als er een complicatie optreedt. Gelukkig<br />
heeft dat bij mij niet tot problemen<br />
geleid. Er zijn natuurlijk ook kosten aan<br />
verbonden, maar de verzekeraar keert een<br />
equivalent bedrag uit ten opzichte van de<br />
Nederlandse behandeling. De behandeling<br />
was daar overigens wel wat duurder<br />
dan in Nederland. Verder heb je nog kosten<br />
die voor eigen rekening komen, zoals<br />
de reiskosten en bijvoorbeeld kosten voor<br />
een tolk.<br />
Had je geen moeite om te<br />
vertrouwen op behandeling in<br />
een ander land?<br />
Het was best een stap om naar Turkije<br />
uit te wijken. Ik wist niet zo goed hoe de<br />
medische zorg op dit terrein was. Daarom<br />
heb ik navraag gedaan naar de accreditaties<br />
van dat ziekenhuis. Een van de<br />
accreditaties was dezelfde die het AMC<br />
op dat moment probeerde te bemachtigen.<br />
De hoofd behandelend arts stond<br />
goed bekend en had een aantal artikelen<br />
over IVF gepubliceerd.<br />
Hoe is het afgelopen?<br />
De eerste ICSI-poging in Turkije mislukte<br />
helaas. Maar de ervaringen met<br />
het ziekenhuis waren positief. Daarom<br />
hebben we besloten nog een ICSI poging<br />
te doen in Turkije. Die is gelukt. Op dat<br />
moment was het zo’n vijf jaar nadat we<br />
waren begonnen om te proberen zwanger<br />
te worden. Toen onze oudste zoon 1,5<br />
jaar was, zijn we nog een keer naar Turkije<br />
gegaan. Ik heb weer twee embryo’s teruggeplaatst<br />
gekregen. Er gebeurde waar de<br />
artsen in Nederland voor waarschuwden.<br />
Het was een tweeling. Gelukkig is de<br />
zwangerschap helemaal goed gegaan<br />
zonder complicaties. Nu hebben we drie<br />
gezonde kinderen.<br />
Hoe reageerden de Nederlandse<br />
artsen?<br />
Gelukkig heel erg fijn. Bij de eerste poging<br />
in Turkije moest onze arts nog een<br />
briefje schrijven voor de verzekering. Ze<br />
zei toen dat ze onze keuze goed begreep<br />
en wenste ons veel succes. Ook bij de<br />
tweelingzwangerschap zijn er nooit onprettige<br />
reacties geweest.
22 • opleiding •<br />
Auteurs<br />
Commissie Financieel, werkgroep Toekomst en Innovatie, de Jonge Specialist<br />
met behulp van de juristen van het Kennis- en Dienstverleningscentrum van<br />
de Federatie Medisch Specialisten en de LAD.<br />
Aimee Kok, aios orthopedie<br />
Laura Kienhorst, aios dermatologie<br />
Merel Hellemons, aios longziekten<br />
Paul de Laat, aios kindergeneeskunde, bestuurslid De Jonge Specialist<br />
Yara Backes, arts-onderzoeker maag- darm- en leverziekten<br />
Wat kost een aios?<br />
Na je dure geneeskunde studie begint je opleiding tot specialist. Een prijzige aangelegenheid; het is<br />
niet voor niets dat het ministerie de opleidingsduur wil verkorten. Je hoort wel eens dat je als aios<br />
een ton per jaar zou kosten. Maar waar is dat eigenlijk op gebaseerd en wie betaalt dit dan? En hoe<br />
wordt dit gefinancierd? In dit artikel proberen we op deze vragen een antwoord te geven.<br />
Beschikbaarheidsbijdrage<br />
Ziekenhuizen krijgen van de overheid subsidie om aios op te<br />
leiden in de vorm van een beschikbaarheidsbijdrage. Dit is<br />
geregeld in de Wet marktordening gezondheidszorg en wordt<br />
uitgevoerd door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Ziekenhuizen<br />
moeten jaarlijks voor 1 oktober bij de NZa indienen hoeveel<br />
opleidingsplaatsen zij voor het daaropvolgende kalenderjaar<br />
hebben, hetgeen weer gebaseerd is op de verdeling die in het<br />
BOLS (Bestuurlijk Overleg Lichtvoetige Structuur) plaatsvindt<br />
(lees hier in onze vorige editie meer over). De NZa beoordeelt de<br />
aanvraag en kan dan een beschikbaarheidsbijdrage per aantal<br />
op te leiden aios aan het ziekenhuis toekennen. De hoogte van<br />
de beschikbaarheidsbijdrage wordt jaarlijks door de minister<br />
van VWS vastgesteld en de daadwerkelijke uitkering van de<br />
beschikbaarheidsbijdrage wordt door het Zorginstituut Nederland<br />
gedaan. Het ziekenhuis krijgt gedurende het jaar steeds<br />
een deel van de totale beschikbaarheidsbijdrage als voorschot.<br />
Na afloop van het kalenderjaar wordt de definitieve beschikbaarheidsbijdrage<br />
aan de hand van een accountantsverklaring<br />
vastgesteld.<br />
Subsidie per aios<br />
Het ziekenhuis krijgt gedurende het jaar steeds een deel van de<br />
totale beschikbaarheidsbijdrage als voorschot. Na afloop van<br />
het kalenderjaar wordt de definitieve beschikbaarheidsbijdrage<br />
aan de hand van een accountantsverklaring vastgesteld. Hierbij<br />
wordt onder andere rekening gehouden met het feit dat niet<br />
alle aios op 1 januari met hun opleiding zijn begonnen en dat<br />
sommige aios binnen dat jaar van ziekenhuis zijn gewisseld. In<br />
2015 was de beschikbaarheidsbijdrage voor een academisch<br />
ziekenhuis 129.500 euro per aios. Voor een perifeer ziekenhuis<br />
varieert de hoogte van de beschikbaarheidsbijdrage van 127.700<br />
euro tot 152.300 euro. Dit is afhankelijk van het aantal aios per<br />
perifeer ziekenhuis: hoe groter dit aantal, hoe lager de beschikbaarheidsbijdrage<br />
per aios 1 . Bij een groter aantal aios wordt<br />
ervan uitgegaan dat de opleidingskosten per aios lager zijn door<br />
schaalvergroting; overheadkosten kunnen immers over meer aios<br />
worden verdeeld. Met de beschikbaarheidsbijdrage is het dus<br />
duidelijk hoeveel subsidie een ziekenhuis per aios krijgt. Echter,<br />
dit zegt nog niets over de kosten van de opleiding tot medisch<br />
specialist.<br />
Kosten opleiding<br />
Tussen 2009 en 2012 is er in opdracht van de Samenwerkende<br />
Topklinische Ziekenhuizen (STZ) een onderzoek uitgevoerd dat<br />
probeerde inzichtelijk te krijgen wat de opleiding kost in verschillende<br />
ziekenhuizen voor verschillende specialismen 2 . Hieruit<br />
bleek dat de kosten bestaan uit een vast deel van ongeveer<br />
1 NZa, Vergoedingsbijdragen vaststelling Beschikbaar<br />
heidsbijdrage (Medische) Vervolgopleidingen 2016<br />
2 Kostprijsonderzoek Opleiding tot Medisch specialist<br />
- De resultaten en inzichten van de onderzoeken 2009 –<br />
2012 gebundeld<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• opleiding •<br />
23<br />
100.000 euro voor salaris, overhead en verplichte cursussen en<br />
een variabel deel. Dit variabele deel bestaat onder andere uit<br />
kosten voor de tijd die een medisch specialist kwijt is aan onderwijs<br />
geven en specialisme-afhankelijke kosten, zoals vertraging<br />
op de OK voor een snijdend specialisme. Er zijn ook opbrengsten,<br />
door zelfstandig poliklinisch werk en door werk dat de aios<br />
doet in plaats van een betaalde anios. Er is een duidelijk verschil<br />
in de variabele kosten tussen een aios in een snijdend (72.000€),<br />
ondersteunend (48.000€) en beschouwend specialisme (5.000€),<br />
onder andere door het gebruik van dure ruimten (bijvoorbeeld<br />
een OK of interventiekamer). Gemiddeld genomen is de beschikbaarheidsbijdrage<br />
dekkend voor deze kosten. Het onderzoek<br />
geeft nog geen informatie over of er bijvoorbeeld een verschil<br />
bestaat tussen ouderejaars- en jongerejaars aios. De kosten<br />
variëren ook binnen een specialisme per ziekenhuis en regio als<br />
gevolg van bijvoorbeeld lokaal onderwijs.<br />
Hebben aios zeggenschap?<br />
De beschikbaarheidsbijdrage is een subsidie die aan het<br />
ziekenhuis wordt toegekend en het is dan ook geen persoonsgebonden<br />
subsidie, wat inhoudt dat het geld niet van jou is.<br />
De aios kan strikt juridisch gezien dus niet zijn eigen opleiding<br />
indelen met dit geld. Er is derhalve nog geen sprake van een<br />
‘rugzakmodel’ waarbij het geld de aios volgt. Dit model is wel<br />
wat De Jonge Specialist voor ogen heeft. Het is toch mogelijk<br />
van cluster te veranderen, indien hier toestemming voor is van<br />
beide opleiders. Het ontvangende ziekenhuis zal dan voor één<br />
aios meer beschikbaarheidsbijdrage krijgen en het zendende<br />
ziekenhuis voor één aios minder. Om te stimuleren dat aios zelf<br />
meer verantwoordelijkheid krijgen over hun opleiding, is het<br />
project ‘de Opleidingsetalage’ gestart. Op de website www.<br />
opleidingsetalage.nl kunnen aios stages bekijken, overzichtelijk<br />
gesorteerd per opleidingstype, stageduur en onderwijsinstelling.<br />
De site biedt de aios de mogelijkheid om de verschillende<br />
stages te vergelijken. Het is echter nog steeds zo dat de opleider<br />
akkoord moet gaan met de invulling van de opleiding en dat gezamenlijk<br />
moet worden besloten of een stage elders mogelijk is.<br />
Conclusie<br />
Samengevat weten we dat hoeveel de opleiding tot medisch<br />
specialist kost, afhangt van veel factoren en verschilt per specialisme,<br />
opleidingsjaar, hoeveelheid aios en regio. Hierdoor zijn<br />
de precieze kosten en opbrengsten van de individuele opleiding<br />
van een aios niet geheel duidelijk, maar lijkt het dat de beschikbaarheidsbijdrage<br />
in het algemeen dekkend is voor de totale<br />
kosten van de opleidingen van alle aios binnen een ziekenhuis.
24 • opleiding •<br />
Van theorie naar praktijk<br />
In de praktijk ontvangt het ziekenhuis waar een<br />
aios wordt opgeleid per jaar een vastgesteld<br />
bedrag van de NZa. Maar wat als een aios voor een<br />
differentiatiestage wordt gedetacheerd naar een<br />
ander ziekenhuis, met zwangerschapsverlof gaat,<br />
switcht naar een andere opleiding of deze voortijdig<br />
beëindigt?<br />
Detachering: Bij een detachering is een aios gedurende<br />
vastgestelde tijd werkzaam in een ander<br />
ziekenhuis dan zijn eigen kliniek. Het salaris wordt<br />
echter nog steeds betaald vanuit de eigen kliniek.<br />
Het ziekenhuis waar de aios gedetacheerd is, dient<br />
deze kosten te vergoeden en ontvangt hiervoor<br />
een rekening van de eigen kliniek. De NZa betaalt<br />
afhankelijk van de duur van de detachering een<br />
evenredig deel van de beschikbaarheidsbijdrage<br />
aan het detacheringsziekenhuis. De registratie van<br />
het opleidingsschema bij de RGS is hierbij leidend.<br />
Als de detachering voor 1 oktober in het voorgaande<br />
jaar is goedgekeurd, is er al een voorschot<br />
aan het ziekenhuis betaald. Zo niet, dan volgt in<br />
de huidige regeling verrekening in het daaropvolgende<br />
jaar.<br />
Switch opleidingskliniek: In geval van een<br />
wijziging van opleidingskliniek zal de beschikbaarheidsbijdrage<br />
door de NZa op basis van het<br />
gewijzigde RGS schema worden betaald aan het<br />
nieuwe opleidingsziekenhuis, analoog aan de situatie<br />
bij detachering.<br />
Beëindiging opleiding: Ongeacht de reden van<br />
uitval komt de beschikbaarheidsbijdrage voor<br />
de opleidingsplek te vervallen, tenzij de uitval al<br />
gebeurt in het eerste jaar van de opleiding. Dit<br />
heeft dus tot gevolg dat er geen vervangende aios<br />
kan worden gefinancierd als een aios de opleiding<br />
voortijdig beëindigt, tenzij dit gebeurt in het eerste<br />
jaar.<br />
Zwangerschapsverlof: Tijdens zwangerschapsverlof<br />
wordt de subsidie uit het opleidingsfonds<br />
tijdelijk onderbroken, zoals het verlof bij de RGS is<br />
geregistreerd. Het betaalde verlof wordt gefinancierd<br />
vanuit uitkeringsorganisatie UWV: deze<br />
organisatie vergoedt (een groot deel van) de salariskosten<br />
aan het opleidingsziekenhuis. Het salaris<br />
wordt door het ziekenhuis voor 100% doorbetaald<br />
gedurende zwangerschaps- en bevallingsverlof.<br />
Meer lezen? Op de volgende sites is veel informatie te vinden:<br />
• http://www.dejongespecialist.nl/: lees meer over de financiering van de opleiding op onze eigen site<br />
• http://www.opleidingsetalage.nl/: een database van de opleidingsmogelijkheden per instelling en per specialisme<br />
• https://www.nza.nl/zorgonderwerpen/dossiers/medische-vervolgopleidingen/: op de site van de Nederlandse<br />
Zorgautoriteit wordt de beschikbaarheidsbijdrage uitgebreid toegelicht<br />
• http://www.specialistenopleidingopmaat.nl/: informatie over het afstemmen van de duur van de opleiding op de<br />
individuele aios<br />
• https://www.stz.nl/: Rapport Berenschot, waarin de kostprijs van de opleiding is onderzocht:<br />
“Kostprijsonderzoek Opleiding tot Medisch specialist - De resultaten en inzichten van de onderzoeken 2009 – 2012 gebundeld”<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• in consult •<br />
25<br />
Een klacht. Wat nu?<br />
Auteurs<br />
Fleur van den Heijkant, bestuurslid DJS<br />
mr. Dino Jongsma en mr. Saskia Otters, juristen van KDC<br />
Casus:<br />
Aios L., derdejaars interne geneeskunde, heeft een brief gekregen van de klachtencommissie van zijn ziekenhuis. Eén van zijn patiënten<br />
is ontevreden over de behandeling op de afdeling waar L. zaalarts is. Klacht van patiënt is dat hij te weinig uitleg heeft gekregen over<br />
zijn aandoening. De patiënt heeft een uitgebreide brief naar de klachtencommissie gestuurd en zegt een tuchtzaak te willen beginnen.<br />
Aios L. heeft nooit eerder met een klacht te maken gehad. Hij is erg geschrokken en denkt dat het meer om een communicatiefout gaat<br />
dan om een medische misser. Om meer informatie te verkrijgen hoe te handelen, belt hij het KDC met de volgende vragen:<br />
Ben je als aios zelf eindverantwoordelijk voor<br />
patiënten of is dit altijd een superviserende<br />
medisch specialist? Of het ziekenhuis?<br />
De aios heeft een leer-arbeidsovereenkomst afgesloten met<br />
een ziekenhuis. Hierin wordt de aios opgeleid door zijn opleider<br />
en verricht hij aios-werkzaamheden binnen het ziekenhuis<br />
waarvoor hij werkt. De aios volgt het opleidingsschema zoals dit<br />
is afgeleid van het opleidingsplan van zijn wetenschappelijke<br />
vereniging. Hij moet zich verder houden aan het Kaderbesluit<br />
CCMS waarin de rechten en plichten van de aios en zijn opleider<br />
beschreven staan. Hierin is opgenomen dat de aios zich moet<br />
houden aan de modelinstructie voor aios, waarin staat dat de<br />
aios, mits bekwaam, bevoegd is tot het verrichten van handelingen<br />
op het gebied van de individuele gezondheidszorg. Als<br />
zodanig heeft hij eigen verantwoordelijkheid. De aios is hierbij<br />
verplicht de overeengekomen werkzaamheden naar zijn beste<br />
vermogen te verrichten en zich daarbij te gedragen naar de door<br />
de werkgever of opleider gegeven aanwijzingen. Niet alleen de<br />
opleider, maar alle (medisch) specialisten die betrokken zijn bij<br />
de zorgverlening waaraan de aios deelneemt, zijn verantwoordelijk<br />
voor de supervisie bij de zorgverlening. Wanneer de opleider<br />
overtuigd is van de bekwaamheid van de arts in opleiding, kan<br />
de supervisie in de eindfase van de opleiding meer op afstand<br />
plaatsvinden. Hierdoor neemt de verantwoordelijkheid van<br />
de aios toe naarmate de opleiding vordert. In dit geval zal L.<br />
zich dan ook zelf moeten verantwoorden waarbij zijn opleider<br />
eindverantwoordelijk blijft. De aios is verplicht bij twijfel over zijn<br />
eigen bekwaamheid te overleggen met de opleider. De opleider<br />
is verplicht adequaat te reageren op een dergelijk verzoek.<br />
Wat gebeurt er als de klachtencommissie de<br />
klacht gegrond verklaart?<br />
Het zal zo zijn dat een klacht in eerste instantie zal worden<br />
ingediend bij een klachtenfunctionaris van het ziekenhuis. Is<br />
die er niet, of heeft dat niet geleid tot een bevredigend resultaat,<br />
dan staat de weg naar de klachtencommissie open. Nadat<br />
alle partijen (dus de aios én de patiënt) al dan niet schriftelijk<br />
zijn gehoord, zal de klachtencommissie de klacht gegrond of<br />
ongegrond verklaren. Indien de klacht gegrond wordt verklaard,<br />
zal dat worden medegedeeld aan de opleider, gegeven diens<br />
verantwoordelijkheid jegens de aios. Hij is immers samen met de<br />
vakgroep verantwoordelijk voor de kwaliteit van die aios. Indien<br />
daartoe aanleiding bestaat zal ook de directie van de instelling<br />
op de hoogte kunnen worden gebracht.<br />
Met ingang van 1 januari 2017 moeten alle zorginstellingen<br />
voldoen aan de nieuwe klachtenregeling op grond van de<br />
Wet Kwaliteit, Klachten en Geschillen in de Zorg. Daarin wordt<br />
aangegeven dat iedere instelling een klachtenfunctionaris moet<br />
hebben, dit in tegenstelling tot de huidige situatie. De patiënt<br />
kan zich tot deze klachtenfunctionaris wenden als hij een klacht<br />
wil indienen over een gedraging jegens hem in het kader van de<br />
zorgverlening. De klachtenfunctionaris heeft een bemiddelende<br />
rol en de behandeling van de klacht is gericht op het bereiken<br />
van een voor alle partijen bevredigende oplossing. Mocht dat<br />
niet lukken dan staat de weg naar een geschilleninstantie open,<br />
maar kan de patiënt ook een rechtszaak aanspannen. Het verschil<br />
zit met name in de hoogte van een eventuele schadeclaim<br />
en in de kosten van het proces. De klachtencommissie heeft in<br />
deze nieuwe regeling geen rol gekregen. Bestaande klachtencommissies<br />
kunnen wel worden gehandhaafd.<br />
Wat is het verschil tussen een civiele en een<br />
tuchtrechtzaak?<br />
Een civiele zaak vindt plaats bij de burgerlijke rechter en draait<br />
om de zaak wie er aansprakelijk is en of er schadevergoeding<br />
verschuldigd is. Het tuchtrecht heeft een heel ander doel:<br />
namelijk om de kwaliteit van de beroepsuitoefening te bewaken.<br />
De tuchtrechter kan – anders dan de klachtencommissie<br />
- maatregelen treffen tegen een individuele beroepsbeoefenaar.<br />
Een tuchtcollege bestaat uit juristen en lid-beroepsgenoten. De<br />
tuchtrechter toetst aan de hand van twee normen genoemd in<br />
de Wet BIG. De eerste norm behelst het handelen of nalaten<br />
in strijd met de zorg die een ingeschrevene in het BIG-register<br />
dient te betrachten ten opzichte van zijn patiënt of ten opzichte<br />
van degene die in nood verkeert. De tweede norm behelst elk<br />
ander handelen of nalaten in strijd met de goede uitoefening<br />
van de individuele gezondheidszorg.
26<br />
• jonge klare •<br />
Ben je of ken je een jonge<br />
klare die (anoniem) wil<br />
vertellen over haar/ zijn<br />
eerste ervaringen:<br />
mail ons dan:<br />
info@dejongespecialist.nl<br />
Bekentenissen<br />
van een<br />
jonge klare<br />
We spreken af na werktijd op een terras in de stad, niet ver van<br />
het academisch ziekenhuis. De jonge klare vindt het leuk om mee<br />
te werken aan dit interview en heeft al nagedacht over wat ze met<br />
ons wil delen.<br />
Auteur Annelies Berden, aios interne geneeskunde<br />
Waar moest je het meest aan wennen<br />
toen je net klaar was?<br />
“Als aios beweeg je je in een veilige<br />
opleidingsomgeving. Je voelt je verantwoordelijk<br />
voor je werk, maar draagt geen<br />
eindverantwoordelijkheid. Als jonge klare<br />
verandert dat, dat was even schakelen. Zo<br />
moest ik een procedure bij een instabiele<br />
patiënt superviseren. Als aios dacht ik<br />
regelmatig ‘wat jammer dat ik het niet<br />
zelf mag doen’. Als jonge klare vind ik<br />
het soms moeilijk om ingrepen aan de<br />
aios over te laten. Ik weeg af of de aios<br />
de procedure zelfstandig kan uitvoeren of<br />
nog niet. Als ik iets niet uit handen durf<br />
te geven, vraag ik me af of dat is omdat<br />
ik dat spannend vind, of omdat de aios te<br />
onervaren is. In mijn eerste week als ‘baas’<br />
gaf ik het na enige twijfel uit handen en<br />
toen ontstond een complicatie. Op zo’n<br />
moment realiseer je je hoe lastig het is<br />
verantwoordelijk te zijn voor situaties waarover<br />
je niet altijd controle hebt.<br />
Wanneer je als jonge klare iets met iemand<br />
wilt overleggen is dat anders dan tijdens<br />
je opleidingstijd. Als aios kun je laagdrempelig<br />
sparren met je supervisor en het is<br />
duidelijk wie dat is. Als jonge klare moet je<br />
je schroom opzij zetten en bij een collega<br />
aankloppen. Ik merkte dat ik een drempel<br />
opwierp om dit te doen. Dit bleek<br />
onnodig, aangezien ook ervaren collega’s<br />
regelmatig met elkaar overleggen.”<br />
Waar had je tijdens je opleiding meer<br />
over willen weten?<br />
“Over de do’s en don’ts tijdens het solliciteren<br />
naar een baan als specialist. Ik<br />
weet nog dat ik niet wist hoe ik dat precies<br />
moest aanpakken. Het was anders dan de<br />
sollicitatie voor de opleiding. Nu moest<br />
ik de sollicitatiebrief richten aan collega’s<br />
die feitelijk op hetzelfde niveau werken. In<br />
deze brief moest ik aangeven wat ik zou<br />
toevoegen aan het team van specialisten.<br />
Tijdens een sollicitatiegesprek werd<br />
gevraagd hoe ik een zorgpad zou organiseren<br />
als ik hiervoor de middelen kreeg.<br />
Een logische vraag, maar ik realiseerde<br />
mij dat je over dit soort vragen tijdens je<br />
opleiding niet nadenkt.<br />
Ik vroeg me destijds ook af welke manier<br />
van solliciteren in deze fase gangbaar<br />
was. Moest ik bellen, mailen of een brief<br />
schrijven? Normaliter bespreek je veel met<br />
mede-aios, maar dat waren nu concurrenten.<br />
Voor mij werkte het om te mailen met<br />
de vraag wanneer ik kon bellen. Hierdoor<br />
overviel ik mensen niet tijdens andere<br />
werkzaamheden en kon ik concrete afspraken<br />
maken. Nu ik staflid ben, neem ik de<br />
tijd om aios hierover te adviseren. ”<br />
Waarvan word je het meest enthousiast?<br />
“Wat me het meest enthousiast maakt, is<br />
ook datgene waar ik het meest mijn weg<br />
in moest vinden. Als specialist in een academisch<br />
ziekenhuis is het belangrijk dat<br />
je je eigen niche creëert en daar krijg je<br />
veel vrijheid in. Soms krijg je bijvoorbeeld<br />
de mogelijkheid een onderzoekslijn op<br />
te zetten. Dat is uitdagend, maar daar is<br />
creativiteit voor nodig. Ik merkte dat ik na<br />
jarenlang binnen de welomschreven structuur<br />
van de opleiding te hebben gewerkt,<br />
moest zoeken hoe ik mijn creativiteit kon<br />
aanspreken.<br />
Het opleiden van aios vind ik ook erg<br />
leuk. Het gaat nu om langdurigere en<br />
intensievere begeleiding vergeleken met<br />
bijvoorbeeld de begeleiding van co-assistenten.<br />
Je ziet er dus ook meer resultaat<br />
van terug. Het geeft mij energie als ik aios<br />
zie groeien in het uitvoeren van procedures<br />
door mijn aanwijzingen.”<br />
De Jonge Specialist - september 2016
• column •<br />
27<br />
column<br />
Eva Stortelder, aios chirurgie<br />
Nachtblind<br />
Midden in de nacht, het is de vijfde dienst<br />
in een rij van zeven, gaat het spoedsein<br />
af. De tijd dat ik een halve meter van het<br />
bed in de piketkamer opveerde bij een<br />
nachtelijke telefoontje, begeleid door de<br />
paniekgedachte “als ik maar niet hoef<br />
te reanimeren”, is gelukkig voorbij. Toch<br />
blijft het vervelend. Omdat je niet weet<br />
wat er komt. Omdat je van jouw specialisme<br />
de enige in het ziekenhuis bent en<br />
mogelijk de afweging moet gaan maken<br />
om versterking uit bed te bellen. Maar<br />
vooral omdat het half vier in de ochtend is<br />
en je je gaar en moe voelt.<br />
Het is de SEH. Tien minuten geleden ben<br />
ik daar nog langsgelopen tijdens ‘het laatste<br />
rondje’ en toen hadden ze niks voor<br />
me (ik ken trouwens betere laatste rondes<br />
uit wat wel een ander tijdperk lijkt, lang<br />
leve het studeren). Maar dat kan natuurlijk<br />
op zo’n afdeling. Daarbij heb ik een zwak<br />
voor deze SEH-arts.<br />
“Ja?”<br />
“Ja, sorry dat ik je nu weer bel”, begint ze,<br />
“maar er is nog een traumapatiënt binnen<br />
gekomen. Hij heeft zich verstapt aan de<br />
kade in de stad en nu staat z’n onderbeen<br />
scheef. Ik wil hem laten slapen als we de<br />
breuk zetten, maar dan heb ik graag een<br />
handje extra.”<br />
“Tuurlijk, ik kom eraan.”<br />
De meneer in kwestie is niet een beschonken<br />
brokkenpiloot zoals je op dat tijdstip<br />
verwacht, maar een keurig geklede man<br />
van middelbare leeftijd. Hij ligt op een<br />
brancard in de gipskamer van de Spoedeisende<br />
Hulp en heeft net een infuus<br />
gekregen, waar zo een lichte narcose in<br />
zal worden gespoten. Voor iemand met<br />
zo’n gedeformeerd onderbeen ligt hij er<br />
opvallend kalm bij. Aan hem vragen hoe<br />
hij ten val kwam, of uitleggen wat we gaan<br />
doen lukt niet goed, want hij spreekt de<br />
taal niet. Er is niemand bij hem die zou<br />
kunnen tolken.<br />
Ik probeer het toch, want wat moet je<br />
anders.<br />
“Uw been is lelijk gebroken meneer, dat<br />
moeten we wel gaan opereren”.<br />
“Opereren, nu?” stamelt de man in<br />
gebroken Nederlands. “Ja moet wel<br />
geopereerd worden”, zeg ik nogmaals, nu<br />
meer gedecideerd. De man kijkt verschrikt<br />
naar de spuit met narcose.<br />
“We gaan u niet nu al opereren hoor”,<br />
zegt de SEH-arts geruststellend.<br />
“Oh, gelukkig” glimlacht de man opgelucht.<br />
Dan pas begrijp ik het misverstand en<br />
geneer ik me. Hoe kon die man nu weten<br />
dat we alleen narcose geven om het been<br />
te zetten en in te gipsen? Hoe kon hij<br />
weten dat we op de Eerste Hulp geen<br />
operaties doen, dat deze kamer is om<br />
gips aan te leggen? Ik had al zoveel aannames<br />
gedaan dat ik vergeten was goed<br />
in te schatten hoe de situatie op deze patiënt<br />
over zou komen. Verontschuldigend<br />
glimlach ik naar hem terug. Dan gaat hij<br />
onder narcose.<br />
Wat kan de wereld bedreigend zijn als je<br />
de taal niet spreekt of de mensen om je<br />
heen niet goed begrijpt, bedenk ik me<br />
later. En wat een vertrouwen gaf deze<br />
man eigenlijk, door zijn been letterlijk in<br />
onze handen te leggen zonder precies te<br />
begrijpen wat we er mee van plan waren.<br />
Geconfronteerd met mijn eigen misvatting<br />
loop ik door de donkere gangen<br />
terug naar de dienstkamer. Het is een<br />
soort blinde vlek eigenlijk, denk ik, waarbij<br />
je aannames doet voor patiënten met betrekking<br />
tot hun voorkennis. Maar wellicht<br />
kwam het ook gewoon door het tijdstip<br />
dat ik er niet zo alert op was, troost ik<br />
mezelf. Misschien ben ik soms een beetje<br />
nachtblind.
De Jonge Specialist<br />
presenteert:<br />
THINKING<br />
FORWARD<br />
Een congres over<br />
persoonlijk leiderschap<br />
Vrijdag 28 oktober 2016<br />
09:00 uur – 17:30 uur<br />
IJsseldelta Center<br />
Stadionplein 20, Zwolle<br />
Een inspirerend congres over wat het<br />
betekent om ‘in the lead’ te zijn. In je<br />
dagelijkse leven, in je werk als aios en als de<br />
volgende generatie medisch specialisten.<br />
STEL JE EIGEN<br />
PROGRAMMA SAMEN:<br />
Kies uit maar liefst 16 workshops over<br />
verschillende aspecten van leiderschap,<br />
de ins en outs van je opleiding, voeding,<br />
mindfulness, financieren en onderhandelen<br />
in de zorg<br />
Nomineer je opleider via<br />
dejongespecialist.nl/opleidingsprijs<br />
Ontdek waar je talenten liggen, hoe je die<br />
het beste kunt benutten en waar het<br />
allemaal om draait binnen de organisatie van<br />
de gezondheidszorg.<br />
EN NATUURLIJK OOK:<br />
Een aansprekend plenair programma<br />
met sprekers van binnen en buiten de<br />
gezondheidszorg<br />
Test je eigen persoonlijkheid- en<br />
leiderschapsstijl<br />
Uitreiking Opleidingsprijs 2016<br />
Meld je nu aan via www.dejongespecialist.nl/aiosupgrade<br />
Deelname is gratis voor leden van De Jonge Specialist.