Jubileum Aakwaa
Jubileum uitgave wijkblad Aakwaa t.g.v. 50 jarig bestaan wijkvereniging S.W.A.
Jubileum uitgave wijkblad Aakwaa t.g.v. 50 jarig bestaan wijkvereniging S.W.A.
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
Jubileumuitgave 1970 - 2020
7
14
Aakwaa
Infobalie
INHOUD
18
Aa-weide
2
30
24
Huttendorp Nestkastengroep
En verder...
36
4 Voorwoord
5 Bestuur
6 Cadeau
13 Fotoprijsvraag
16 Buurthulp
22 Jan Wellinghoff
23 Lintjesregen
32 Cartoon
33 Diverse S.W.A. activiteiten
35 Cryptogram
Repair Café
38 Kunstroute
43 De Bolder
46 Wijk in opbouw
3
Van de redactie
Voor u ligt een bijzondere uitgave van de Aakwaa. Een jubileumnummer ter ere van het 50 jarig
bestaan van de Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen.
Al 50 jaar lang zorgen een paar honderd vrijwilligers voor allerlei activiteiten in uw wijk.
De redactie heeft dan ook gemeend dat de rode draad in dit nummer de vrijwilliger moet zijn.
Zij zijn het waarop de organisatie van de S.W.A. met al zijn activiteiten draait en zij verdienen het
dat de spotlights in dit jubileumjaar op hen worden gericht.
Daarnaast ook een paar bijzondere artikelen. Zo vindt u in deze Aakwaa o.a. een kunstroute door de wijk,
een fotoprijsvraag, een puzzel-crypto en een tekening van een bekende Zwolse tekenaar.
Wij feliciteren de wijkbewoners van de Aa-landen met het 50 jarig jubileum van hun wijkvereniging
en wensen u veel lees- en kijkplezier.
Martin Bos en Ank Pot, redactie Aakwaa
Van harte gefeliciteerd
Graag wil ik u als wijkbewoner van de Aa-landen van harte feliciteren met de verjaardag
van de Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen. Drie jaar na de oplevering van de eerste
woning in de wijk (22 juni 1967 aan de Alblas) is de SWA opgericht.
Al 50 jaar lang hebben wijkbewoners zich samen ingezet voor een prettige woon- en
leefomgeving. Met name in de beginjaren was er grote behoefte om elkaar te leren
kennen. Voor iedereen was alles nieuw. Het was erg fijn dat een aantal bewoners
bereid was om activiteiten te organiseren waardoor het makkelijker werd om de
andere wijkbewoners te leren kennen.
Voor de opbouw van de wijk is de SWA erg belangrijk geweest. Naast het organiseren
van talloze activiteiten en evenementen voor jong en oud is het bestuur van de SWA
ook een belangrijke gesprekspartner voor de gemeente. Niet zozeer als officiële
vertegenwoordiger van de wijk, maar vooral om signalen af te geven over belangrijke
onderwerpen die de bewoners in de wijk bezig houden. De vele informele contacten
met vooral het wijk- en beheer management en de wijkwethouder zijn
belangrijk om elkaar bij de les te houden.
Hoewel de maatschappij en daarmee ook de behoefte van de wijkbewoners in de loop
van de jaren veranderd is vervult de SWA nog steeds een belangrijke rol. De vele
activiteiten die door allerlei werkgroepen van de SWA worden georganiseerd vormen
prachtige aanleidingen om andere mensen te ontmoeten en contacten op te bouwen.
De SWA biedt een prachtig platform om als actieve wijkbewoner(s) onder de vlag van
deze vrijwilligersorganisatie zelf leuke activiteiten te organiseren. Ik hoop van harte dat
dit nog vele jaren zo mag blijven.
Ik wil alle mensen die zich in de afgelopen 50 jaar voor de SWA hebben ingezet en zich
nog steeds daarvoor inzetten heel erg bedanken en een fijn jubileumjaar toewensen.
Wim van Hattum, wijkmanager.
Foto: Ank Pot, redactie Aakwaa
4
Bestuur Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen
Wanneer zijn zij in het bestuur terecht gekomen en wat zijn hun huidige taken binnen het bestuur?
Sylvia Statuti, sinds 1 januari 1991 bestuurslid, houdt zich
bezig met de organisatie en coördinatie van alle cursussen
en is binnen het bestuur de spreekbuis namens de infobalie.
Bovendien is ze voor het bestuur de contactpersoon voor
de Buurthulp. (Daarnaast draait zij ook nog een baliedienst)
Hans van Kesteren, sinds 1 januari 2007 bestuurslid,
is penningmeester en waarnemend voorzitter en is
verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van de
zaken rondom het Aa-huis.
Pierre Meurs, sinds 4 oktober 2012 bestuurslid, zit namens
de Stichting Wijk Centrum (S.W.C.) in het bestuur en is de
contactpersoon voor het Huttendorp en het Repair Café.
(Daarnaast is hij ook de man die alles omtrent de advertenties
in de Aakwaa regelt)
Harry van Bree, sinds 1 mei 2015 bestuurslid,
contactpersoon voor de Aa-weide en coördinator
wijkparticipatie & buurtaangelegenheden.
Martie Groothedde, sinds 1 september 2018 bestuurslid,
is secretaris en notulist. Ze is contactpersoon voor de website.
(Daarnaast houdt zij zich bezig met computerzaken.)
Aart Karssen, sinds 4 november 2019 bestuurslid, voorzitter.
Op de foto:
Staand van links naar rechts: Aart Karssen, Pierre Meurs,
Hans van Kesteren en Harry van Bree.
Zittend van links naar rechts: Ank Pot, Martie Groothedde
en Sylvia Statuti
Ank Pot, sinds 1 maart 2013 bestuurslid, coördinator van
de Aakwaa, organiseert en coördineert de creatiefbeurzen.
Daarnaast is ze contacpersoon voor de Facebookpagina.
(Ook coördineert ze de inzameling van doppen e.d. voor
de goede doelen.)
5
Cadeau
De S.W.A., uw wijkstichting, bestaat dit seizoen 50 jaar en dat is natuurlijk reden voor een feestje. Want het is nogal wat: de
afgelopen 50 jaar hebben honderden vrijwilligers zich op allerlei manieren ingezet om bij te dragen aan de doelstelling die in
de statuten wordt omschreven als “het bevorderen van het leef- en woonklimaat in de wijk Aa-landen”.
We zijn er als bestuur trots op dat er al zo vele jaren cursussen worden gegeven door gemotiveerde docenten aan enthousiaste cursisten,
die vaak ook vaste deelnemer zijn. Denk aan de creatieve cursussen, de cursussen yoga, koken voor kinderen en
het volleybal.
Maar ook onze andere activiteiten zijn al jaren een begrip. Voor o.a. de Aa-weide, de Nestkastengroep, de Buurthulp,
het Sinterklaasfeest en het Huttendorp zetten veel vrijwilligers zich telkens weer in. Vier dagen per week kunt u met
vragen terecht bij de vrijwilligers van onze balie.
Ons mooie wijkblad Aakwaa mag in dit rijtje niet ontbreken. Tien keer paar jaar zorgen de redactie en de bezorgers er voor
dat u weer helemaal op de hoogte bent van alles wat er in de wijk speelt.
Tijdens het jubileumjaar zullen we op verschillende momenten ons 50-jarig bestaan vieren. U leest daar meer over in het wijkblad.
Bij een eerder jublieum heeft de SWA het beeld Aakwarius aan de wijk aangeboden. Ook nu willen we de wijk weer een cadeau
aanbieden. Wat dat precies wordt verklappen we nog niet. Een tipje van de sluier: het wordt iets om mee te spelen, te bewegen
en het geheugen te trainen. Houd de Aakwaa in de gaten!
We zien met u uit naar een feestelijk jubileumjaar!
Het bestuur van de S.W.A.
6
Aakwaa gouden spreekbuis voor Aa-landen
Wanneer wij een duik nemen in de historie van onze jubilerende wijkvereniging lezen wij dat,
voor de wijkorganisatie officieel tot stand kwam, het toen al duidelijk was dat een wijkkrant
noodzakelijk was om de nieuwe wijkbewoners zo goed mogelijk te informeren.
De doelstelling van de vereniging ‘het scheppen van voorwaarden tot het sociaal leven in
buurtverband’ zou immers het beste kunnen worden uitgedragen in een blad met wijknieuws
voor en door de wijkbewoners.
En zo vond in mei 1969 het eerste wijkblad zijn weg naar de
brievenbussen van onze nog jonge wijk, in het deel dat nu als
Aa-landen-zuid bekend is. Daar begon een enthousiaste groep
van zo’n 20 vrijwilligers met het ‘in elkaar draaien’ van het
wijkblad in een als buurthuis gebruikte privéwoning in de
Botlek 5; in oktober 1972 verhuisde de wijkvereniging, dus ook
het wijkblad, naar het spiksplinternieuwe wijkcentrum Aahuis in
de Gouwe 12. Sinds 1977 huist de ‘Aakwaa-familie’ in
MFC De Bolder.
Tot oktober 1980 ging de krant als ‘Wijkblad voor de Aalanden’
door het leven, in die maand veranderde dat in de huidige
naam Aakwaa.
In de loop van 50 jaar veranderde niet alleen de naam maar
ook vele zaken rond het wijkblad. De eerste vijf jaar werd er
gestencild en werden de bladen vergaard en geniet door de
vrijwilligers die rond een grote tafel liepen. In 1974 werd er
een vlakkopieerapparaat aangeschaft en werden er door de
groep ‘drukkers’ zelf offsetplaten gemaakt voor de pers.
Het drukken, vouwen en nieten doen wij al lang niet meer.
Dat werk is in de afgelopen twee decennia uitbesteed
aan diverse drukkerijen, nu al weer enkele jaren aan de
Zwolse drukkerij Coenradi. Tienmaal per jaar (waarvan
de zomereditie het progamma van de S.W.A. als inhoud heeft)
verzamelt en maakt de redactie van de Aakwaa de kopij,
om er een prettig leesbaar en ogend wijkblad van te maken.
Het afgelopen jaar vindt de vormgeving samen met de
drukker plaats, nadat decennia lang dit met onvervalste
passie is uitgevoerd door oud-redacteur Ron Eikenaar.
De doelstelling van de Aakwaa is in al die jaren onveranderd
gebleven: bij uitstek geschikt om aandacht te vragen voor
zaken die het algemeen welzijn van de wijk aangaan.
Naast de informatie en verslagen van de vele activiteiten in
de Aa-landen, aangeleverd door de diverse gemeentelijke- en
sociale instellingen, (sport)verenigingen, wijkplatformen, scholen,
de S.W.A., etc. en geproduceerd door de eigen redactieleden,
is de Aakwaa nog steeds een mooi platform voor de wijkbewoner
zelf. De wijkbewoner kan zelf aan het woord komen.
Dat spreekt aan. Het maakt meer indruk als meningen en
ervaringen over wijkzaken door de mensen zelf worden
verwoord. Het is een blad voor en door de wijkbewoners!
Het legertje van ooit 20 actievelingen rond het wijkblad is,
parallel aan de groei van de wijk Aa-landen, inmiddels een
leger geworden van rond de 100 vrijwilligers. 2 redactieleden,
1 advertentiecontactman, 90 (reserve)wijkbezorgers, 2 hoofdbezorgers
en 8 bundelaars zijn actief om het wijknieuws op
tijd in de brievenbussen van de Aa-landen te deponeren.
Zonder de medewerking van deze wijkbewoners is het
onmogelijk het wijkblad, ook deze jubileum Aakwaa, onder
de ogen van de bewoners te brengen. Vandaar dat wij een
aantal van hen in deze jubileumuitgave in de spotlights zetten.
Weliswaar willekeurig gekozen, maar wel exemplarisch voor
het enthousiasme van de vele Aakwaa (oud)vrijwilligers,
die nu en in de 50 jaren van haar bestaan actief zijn geweest.
Redactie
7
Aan het woord Martin Bos,
redactie, hoofd- en wijkbezorger,
bundelgroep, coördinator bezorging
Aan het woord Gretha Ilbrink,
Aakwaa bezorger
“
Als rasechte Zwollenaar, 71 jaar geleden geboren en tot mijn
huwelijk getogen in Assendorp, verhuisde ik met mijn Gerda in 1973
naar een flat in Holtenbroek waar ik 3 jaar woonde en in 1976 in de
Aa-landen met 29 andere echtparen een woning liet bouwen in de
bekenbuurt, op steenworp afstand van de Wijde Aa. Daar woon ik
nu ruim 43 jaar met genoegen.
Na 43 jaar in het bankwezen werkzaam te zijn geweest, ging ik in
2010 met pensioen en in één van de eerste Aakwaa’s die ik toen
serieus las, voordien gunde ik mij daar geen tijd voor, werd er
gevraagd om het wijkblad in het Meppelerdiep te bezorgen.
Dat wilde ik wel doen en vanaf dat moment werden binnen een
paar jaar tijd mijn activiteiten voor de S.W.A. betreffende de Aakwaa
uitgebreid met: deelname in de bundelgroep, samen met Ineke van
de Infobalie de coördinatie van de totale bezorging van de Aakwaa
in de Aa-landen, en hoofdbezorger met het afleveren van de pakketten
Aakwaa’s bij de wijkbezorgers in de helft van de wijk, Frans van
de Ploeg neemt de andere helft voor zijn rekening. Op verzoek van
oud-hoofdredacteur Ron schoof ik aan bij de tafel van de redactie,
om prompt daarna de eindredactie op mij te nemen. Zo nu en dan
leverde ik een artikel(tje) voor de Aakwaa, wat door een ernstig
tekort aan voldoende redacteuren werd uitgebreid naar een
aanzienlijke hoeveelheid tekst.
Met dat kleine team hebben wij met veel plezier en passie
de Aakwaa en deze jubileum uitgave ‘in elkaar gedraaid’.
Heb ik geen andere liefhebberrijen? Ja zeker wel! Naast lezen,
puzzelen, fietsen, wandelen en op diverse wijzen het nieuws
bijhouden, ben ik één van die ouderwetse Zwollenaren, die in
mei in alle vroegte voor de deur van Theater Odeon zit te wachten
op de start van de kaartverkoop van, in mijn geval, vooral
cabaretiers. Eén keer in de veertien dagen biljart ik met vijf
vrienden-pensionado’s in café Stroomberg bij de kleinste, maar
gezelligste biljartclub (met ledenstop) van Zwolle, Billard Antique.
En bezoek ik nu vanaf mijn 8-ste jaar, toen mijn vader mij over
het hoge hek heen tilde op het Gemeentelijk Sportpark, zodat ik
het dan beter kon zien, de wedstrijden van mijn cluppie, toen P.E.C.
nu PEC Zwolle, samen met onze zoon en dochter en wisselend één
van onze vijf kleinkinderen, als die zich tenminste tijdig meldt om
op de seizoencard van oma mee te mogen.
Ik hoop nog best een tijdje de Aakwaa in de brievenbussen van
de Aa-landen te (laten) bezorgen en als het kan, met wat meer
vrijwillige redacteuren of liever gezegd verslaggevers.
“
In haar gezellige appartement in de Gantel, met uitzicht over
een mooi deel van Aa-landen-zuid, vertelt de 74-jarige Gretha
ons over haar Aakwaa activiteit, die niet de bezorging van het
wijkblad in één of meer straten van de Aa-landen behelst,
maar waar heel Zwolle haar ‘werkterrein’ is.
Gretha: “Als jong meisje van 18 jaar kwam ik in 1963 vanuit
Hattem, een ‘Kleikloete’ dus, naar Zwolle om als leerlingverpleegster
in het Sophia Ziekenhuis, de voorloper van de
Isala Klinieken, toen nog aan de Rhijnvis Feithlaan, mijn
werkzame leventje te beginnen. De leerling-verpleegsters
moesten toen nog intern het ziekenhuis, op de zolderetage,
een kamer betrekken.
8
Bundelgroep
Na heel wat jaren in het ziekenhuis, veranderde ik van werk,
maar ben mijn hele leven in de Zorg werkzaam geweest,
o.a. in de Rivierenhof en de Thuiszorg.
Met mijn gezin woonde ik eerst in Dieze-oost, van waaruit ik
naar de Aa-landen, de Barneveldsebeek verhuisde, heb daar
21 jaar gewoond en nu al weer 19 jaar in de Gantel.
Nu 20 jaar geleden werd ik via mijn zoon Ron, die op vele
terreinen actief was binnen de S.W.A., betrokken bij de wijkvereniging
van de Aa-landen. Eerst met de begeleiding van
de muziekkorpsen die bij diverse feestelijkheden door de
wijk trokken. En wat later nam ik de bezorging van de Aakwaa
op mij, niet een wijk, maar ik zorg dat alle adverteerders,
de diverse afdelingen van de gemeente Zwolle, waaronder
B & W en alle Raadsleden, en diverse (zorg)instellingen,
scholen en geïnteresseerden het wijkblad onder ogen krijgen.
De doos met 145 bladen wordt door mij op wijk gelegd, waarna
ik in de loop van een dag of drie op mijn fiets alle Zwolse wijken
bezoek. Niet iedere adverteerder of instelling ‘woont’ in de
Aa-landen, zo zie ik naast onze wijk, Stadshagen, Holtenbroek,
Zwolle-Zuid (Marslanden), Westenholte, Veeralle, het Centrum,
Hanzeland en Berkum en misschien vergeet ik er nog wat.
Het leukste van mijn werk vind ik de contacten met al die
mensen waar ik al zo lang kom, naast de fietstochten door
heel Zwolle, zo blijf je mooi op de hoogte wat er allemaal in
onze stad gebeurt.
Minder leuk is wanneer het slecht weer is en ik het niet zie zitten
om die hele toer op de fiets te doen. Gelukkig is dan mijn
partner Jan zo behulpzaam om mij met de auto rond te rijden.
En van die (vooral) instellingen die geen brievenbus hebben en
ik mijn Aakwaa niet kwijt kan, hoop ik dat zij deze Jubileum
uitgave lezen en er gauw eentje aanschaffen”.
Aan het woord Ank Pot,
redactie Aakwaa/bestuur S.W.A.
“
Net als Martin ben ook ik een echte Zwollenaar en ook ik
ben geboren (1957) en getogen in Assendorp. Na in de binnenstad
op kamers te hebben gewoond kwam ik eind jaren ‘70 in een
terrasflat in de Aa-landen terecht en vervolgens in het ‘Vissersdorp’
en daar woon ik nog steeds met heel veel plezier.
In 1985 werd mijn zoon geboren en toen hij naar school ging op
de Wilgenburg duurde het niet lang of ik fotografeerde alle
evenementen die daar plaatsvonden. Toen hij naar de middelbare
school ging hield dat op en begon ik onze mooie wijk meer en
meer te fotograferen. In 2006 ben ik begonnen als fotograaf bij de
nieuwssite Weblog Zwolle. Ik deed vooral verslag van alles wat in de
Aa-landen gebeurde en dat bleef niet onopgemerkt bij de toenmalige
redactie van de Aakwaa. Tijdens het fotograferen van de Sinterklaasoptocht
werd ik aangesproken met de vraag om ook voor de S.W.A.
foto’s te gaan maken. En zo is geschied. Sindsdien maak ik overal
foto’s van en daarvan maak ik o.a. weer collages voor de Aakwaa.
En dat doe ik nog steeds maar inmiddels ben ik ook stukjes gaan
schrijven, want we hebben een gebrek aan verslaggevers en sinds
begin 2019 doe ik ook de hoofdredactie.
In 2013 ben ik gevraagd toe te treden tot het bestuur van de S.W.A.
waar ik na een inwerkperiode vrij onverwacht, wegens ziekte van de
vorige secretaris, het secretariaat over heb genomen, dit heb ik een
aantal jaar gedaan maar tegenwoordig houd ik mij met andere zaken
binnen het bestuur bezig. Ik organiseer de creatiefbeurzen (Kerst
en voorjaar), ben coördinator voor de Aakwaa en organiseer en
coördineer de inzameling van doppen e.d. voor de goede doelen.
E.e.a. betekent dat ik veelvuldig onderweg ben voor het maken van
foto’s voor de S.W.A./Aakwaa en minimaal twee keer in de week
in De Bolder te vinden ben voor het uitzoeken en verpakken van
alle ingezamelde doppen/eierdozen/inktcartridges/mobieltjes.
Daarnaast wordt er uiteraard maandelijks vergaderd en zijn
er tussendoor diverse besprekingen.
Nog tijd voor hobby’s? Jazeker wel! Het zal u niet verbazen maar
mijn grootste hobby’s zijn fotograferen en creatief bezig zijn en
niet te vergeten mijn konijnen. Nee ik fok ze niet, in tegendeel
het gaat om geredde (opvang)dieren die allemaal gecastreerd/
gesteriliseerd zijn.
Graag wil ik hier nog een hardnekkig misverstand uit de wereld
helpen: Met enige regelmaat word ik aangesproken met de
opmerking ‘Het bestuur en ook de redactie van de Aakwaa worden
toch zeker wel betaald?’ Het antwoord is nee. Ik kan u verzekeren
dat wij allemaal, echt ALLEMAAL vrijwilligers zijn.
“
9
Aan het woord Herman Ruurs,
Aakwaa bezorger
De 84-jarige Herman Ruurs mag je zonder meer als onverzettelijke
Aakwaa bezorger bestempelen. Ondanks de fysieke
problemen die zich sinds 2013 bij hem manifesteren, trekt hij
er maandelijks welgemoed opuit om de Aakwaa bij zijn
buurtgenoten in de bus te doen.
Herman: “Ik ben een in 1935 geboren en getogen Mokumer
met een rasechte Jordanese moeder.
Na 10 jaar op de Grote Vaart te hebben gevaren, ondermeer
op ‘De Oranje’, het passagiersschip van de Stoomvaart
Maatschappij Nederland verhuisde ik in 1971 met mijn
vrouw Corry en twee dochtertjes naar Limburg om daar als
chef-expeditie aan de slag te gaan bij een bedrijf in radiatoren.
In 1981 kon ik voor dat bedrijf als bedrijfsleider en depothouder
worden overgeplaatst naar Zwolle. Met die stad had ik via
Corry en mijn echte Zwolse schoonmoeder al veel connectie,
omdat haar hele familie hier woonde en een deel nog steeds
woont, zelfs in de Aa-landen. Corry’s overgrootouders
hadden een winkel in de Thomas a Kempisstraat en haar
oma werkte daar. Vanaf het begin betrokken wij een woning
in het Anlosediep en daar wonen wij nu 38 jaar nog steeds
tot ons genoegen.
Mijn vrouw Corry deed vanaf 2008 al dienst bij de
S.W.A. – Infobalie en wij waren ook al actief bij de
decoratie van de KerstCreatiefBeurs in De Bolder.
Ik was als vrijwilliger 15 jaar als vervoerder van bewoners
betrokken bij het Verpleeghuis ‘De Weezenlanden’ en wij
deden daar ook bardiensten. Bij de Operettevereniging N.Z.O.V.
ben ik jarenlang breed inzetbaar actief geweest, van zanger
tot bestuurslid tot rekwisietenbouwer en advertentieacquisiteur.
Mede op medisch advies ben ik voor wat betreft mijn liefde
voor zingen na opheffing van het Dobbekoor verder gegaan
bij het Koor Vocaalanden.
Hobby’s zoals het maken van meubelen en het bouwen van
modelschepen in flessen, kan ik helaas niet meer doen i.v.m.
het gemis van kracht in mijn armen en handen. Ook kamperen
en trekken met de caravan gaat niet meer. Wat ik wel kan,
is mijn verdere Stamboomonderzoek vervolmaken; ik ben
nu bij mijn Friese voorouders uitgekomen in het jaar 1732.
Toen in 2010 iemand gevraagd werd om de Aakwaa bij mij in
de buurt in de brievenbussen te stoppen, was het eigenlijk
logisch dat ik dat zou gaan doen. Ik doe het met evenveel plezier
als 10 jaar geleden bij aanvang, maar het kost mij wel wat meer
moeite, alhoewel ik voor de fysieke problemen die ik heb zoveel
mogelijk zelf oplossingen vind.
Sinds 2013 openbaarde zich bij mij de ziekte I.B.M.
(Inclusion Body Myositis – red.); een ziekte waarbij de
skeletspieren steeds meer verzwakken en de krachten
langzaam afbreken. Er zijn geen medicijnen voor en Corry
en ik zeggen wel eens grappend tegen elkaar: “het is de enige
IBM –kwaal die je niet met een stekker erin kunt oplossen”.
Van de vele hulpmiddelen die mede door de Zorg verstrekt
worden, zoals een traplift, een trippelstoel en een (been)beugel,
is sinds 2016 mijn rollator het trouwe knechtje geworden bij
de bezorging van de Aakwaa. De tas met bladen voorop
stiefel ik door de wijk en kan bij een heleboel woningen tot
aan de voordeur rijden. En daar waar van die stoepjes zijn,
10
Op beide foto’s samen staat ongeveer de helft van het totaal aantal bezorgers
zoals bij onszelf voor de deur, doe ik toch nog wat
strekoefeningen, om de progressie van de spierverzwakking
de schrik aan te jagen. Samen met De Vogellanden en
Corry’s hulp plan ik zo mijn leventje en ben wel zo optimistisch,
dat ik dat nog een mooi tijdje denk vol te houden”.
Aan het woord Greetje Bakker,
Aakwaa bezorger en Infobalie
Sinds ongeveer 10 jaar ben ik daarnaast als vrijwilliger voor
de S.W.A. nog een dagdeel actief bij de Infobalie, waar ik op
de bundeldag van de Aakwaa aanschuif, als er in die groep
een tekort aan tellers en bundelaars dreigt.
Via een aankondiging van de wijkvereniging in de Aakwaa
gingen mijn kindertjes naar de zwemlessen in het Aabad en
werd ik attent gemaakt op de workshop ‘Kaarten maken’.
Dat is een grote hobby geworden en ik maak kaarten voor
alles wat je maar kunt bedenken, zoals kerst, verjaardag,
geboorte, jubileum en condoleance. Al jaren ben ik met
mijn (kerst)kaarten te vinden op de KerstCreatiefBeurs in
De Bolder.
En als ik niet met het maken van (grote) legpuzzels bezig ben,
dan kun je me ook nog als één van de basiliekwachters in
De Peperbus tegenkomen”.
Aan het woord Tineke van der Meer,
Aakwaa bezorger
Greetje: “Na mijn geboorteplaats Nunspeet de rug te hebben
toegekeerd, ben ik eerst een jaarlang per auto de wijde wereld
in getrokken, met Pakistan als verst bezochte land, waarna ik
via Kampen en het Zwolse Holtenbroek in 1988 in de Aa-landen
een woning kreeg toegewezen. Daar woon ik nu nog steeds.
Nieuwsgierig naar alles wat er in mijn wijk gebeurt, was en ben
ik een trouwe lezer van de Aakwaa, waarin diverse keren een
oproep werd gedaan om het wijkblad te bezorgen. Toen er in
1999 in mijn buurt een wijkje werd aangeboden, heb ik meteen
gereageerd en sindsdien breng ik de bewoners van de Tjonger
en Welle het wijknieuws.
Tineke van der Meer is naast het feit dat zij volgens de
S.W.A.-administratie één van de bezorgers is die het
langst van allemaal de Aakwaa rondbrengt, ook degene
die dat doet vanuit haar eigen straat …..wat zeggen we?
.......vanaf haar eigen ‘Boulevard de Mme Tineke’.
11
Tineke: “Ik kwam door het werk van mijn man in 1970 vanuit
de Achterhoek naar Zwolle. Hij werkte bij de IJsselcentrale,
ikzelf in het onderwijs. Wij huurden een spiksplinternieuwe flat
in de Biesbosch, toen in een wijk in ontwikkeling, nu als
Aa-landen-zuid aangeduid. Na 3 jaar daar te hebben gewoond
en 4 jaar te zijn uitgeweken naar Heino, kregen wij in 1976
de kans om een leuk huis, dichtbij het wandel- en recreatiegebied
rond de Wijde Aa, te laten bouwen waar wij op
7-7-1977 introkken. Ik hoorde dat ik per september 1992 bij
de S.W.A. als vrijwilliger sta ingeschreven als Aakwaa bezorger,
maar was ver daarvoor al voor de wijkvereniging actief.
In 1980 zat ik in de activiteitengroep van de S.W.A. en
was o.a. betrokken bij de organisatie van de ’Huisvlijt Expositie’;
een tentoonstelling waar wijkbewoners hun ‘kunst en huisvlijt’
konden laten zien. Dat ging toen nog samen met de jeugd- en
jongerenwerker Luc ter Heide, beroepskracht van de S.W.A.
We organiseerden o.a. bingoavonden en namen op Bevrijdingsdag
namens de wijkvereniging Aa-landen met een door de
bekende Zwollenaar Teun van der Veen ontworpen praalwagen,
met als item Jacoba van Beieren, deel aan de 5 mei optocht
door Zwolle.
Tot mijn pensioen in 2006 was ik werkzaam in het onderwijs en
vele jaren als leidster van Peuterspeelzaal ’t Kwaakertje.
Heel vaak ontmoet ik in onze wijk, waar ik erg op gesteld ben,
nog kinderen die ik onder mijn hoede heb gehad, en de ouders
daarvan. Menig kind van toen is ouder van nu. Mocht ik ooit
verhuizen (hopelijk nog lang niet) dan zal de naam ‘Boulevard
de Mme Tineke’ bij mijn huis waarschijnlijk verdwijnen,
maar niet het bordje bij De Werkschuit met ‘Tinekewegje’ erop.
Ik breng nu zo’n ruim 27 jaar mijn buurtgenoten het wijknieuws,
de laatste tijd zelfs in gezelschap van een buurvrouw.
Naast meerdere hobby’s: sport, wandelen, kunst en
ontmoeting met anderen, voel ik mij nog steeds als
vrijwilliger maatschappelijk betrokken bij mijn wijk Aa-landen
en daarbuiten. Ik zit o.a. nog in het bestuur van Vrienden
van de Rivierenhof en ben zorgvrijwilliger in Hospice Zwolle”.
Aan het woord Corry Dreuning,
Aakwaa bezorger
Corry Dreuning heeft samen met het 50 jarige Kroonjaar van
de Wijkvereniging twee Kroonjaren te vieren, n.l. naast het
bereiken van de 80-jarige leeftijd, tevens het feit dat zij 50 jaar
in de Aa-landen woont en vanaf het begin al betrokken is
bij activiteiten van een piepjonge wijkvereniging.
Corry: “Omdat mijn man Carel vanwege zijn werk bij Singer
in 1969 werd overgeplaatst naar Zwolle, was dat ons eerste
contact met Zwolle en de Aa-landen. Wij gingen als eerste
bewoner in ons huis in de Botlek wonen, het toen eerste,
maar nu oudste deel van de Aa-landen.
Vanaf het allereerste begin waren wij in die fors groeiende wijk
betrokken bij diverse activiteiten die er werden georganiseerd.
Onze kinderen zaten op de kinderopvang in de Botlek 5,
een tot buurthuis omgeturnde privéwoning, met vrijwilligers
als ‘personeel’. Later verhuisde dit buurthuis naar de Gouwe 12,
het huidige Aahuis. Door die contacten en de ontwikkelingen in
de wijk werden mijn man en ik hoe langer hoe meer bij allerlei
activiteiten betrokken. Vanaf het allereerste begin bezorgde ik
het toenmalige wijkblad (wijkblad voor de Aa-landen geheten) in
mijn wijk. Toen alleen nog maar aan ‘mijn’ kant van de Zwartewaterallee,
en het blad was in het begin eigenlijk niet meer
dan een stencil (een blaadje). Vanaf het moment dat de wijk
Aa-landen zo gegroeid was, dat er voor de bezorging van de
Aakwaa een wijkindeling voor de bezorging noodzakelijk werd,
bezorg ik het wijkblad in mijn directe omgeving.
Vele jaren ben ik als begeleidster namens de S.W.A. met de
kinderen vanuit de Aa-landen naar het Stilobad op de Turfmarkt
gelopen, om de kleintjes daar de zwemlessen te laten volgen.
Door mijn vier zonen en hun sport werden mijn man en ik
ook betrokken bij activiteiten rond de Atletiekvereniging
AV PEC 1910 en de Korfbalvereniging Oranje Zwart.
We brachten de clubbladen rond – en dat was niet huis-aan-huis
zoals de Aakwaa -, deden kantinedienst en hielpen bij de diverse
evenementen. In 1995 ben ik daarmee gestopt.
Na nog een jaartje of tien als keukenhulp in loondienst bij
De Rivierenhof en De Venus te hebben gewerkt, kun je mij
wekelijks als vrijwilliger nog steeds één, soms twee, dagen
per week vinden in een keuken, n.l. die van De Terp aan
de Hogenkampsweg, waar wij namens WijZ maaltijden
bereiden en iedereen welkom is.
Als ik geen Aakwaa bezorg, trouwens in een uur geklaard,
houd ik bij bezig met fietsen, vooral fietsvakanties, met haken,
breien, lezen, een spelletje op de tablet en kleding naaien,
in het bijzonder Carnavalskleding, waar ik ook voor deelname
van de S.W.A. aan de Sassendonkse optocht mijn steentje
heb bijgedragen”.
Tekst en interviews en portretten: Martin Bos,
groepsfoto’s en foto Martin: Ank Pot, redactie Aakwaa,
foto redactie: Tonny Eenkhoorn, Foto Ank: Hannie Liefers
12
Fotoprijsvraag ‘Ken uw wijk’
Speciaal voor deze jubileumeditie is Ank Pot met haar fototoestel onze
wijk ingetrokken om een fotoprijsvraag samen te stellen.
U ziet twintig vakjes met daarin een detail van een foto gemaakt
ergens in de Aa-landen. Aan u de schone taak om zo exact
mogelijk te benoemen/omschrijven waar de foto’s zijn gemaakt.
Er liggen 3 bonnen van elk €50,- klaar voor 3 personen die alle
antwoorden goed hebben. Wanneer er meerdere mensen zijn
die alles goed hebben zal er worden geloot. De winnaars krijgen
persoonlijk bericht en de oplossingen zullen in een latere
Aakwaa worden geplaatst. We geven u extra tijd om de
oplossingen te vinden.
Wat moet u doen?
Stuur uw oplossing vóór 15 maart 2020 in via email naar
aakwaa@wijkgemeenschapaalanden.nl o.v.v. oplossing
fotopuzzel. Of lever vóór 15 maart 2020 uw oplossing
schriftelijk in bij de infobalie S.W.A. in MFC De Bolder.
Vergeet niet uw naam en adres duidelijk te vermelden.
1 2 3 4
5 6 7 8
9 10 11 12
13 14 15 16
17 18 19 20
13
Aan het woord Nico de Haan,
Infobalie en Aakwaa Bundelgroep
“
Nico: “Voor mijn werk trok ik in 1988 vanuit de provincie
met de pompeblêden naar Zwolle, waar het betrekken van een
appartement in de Dollard meteen mijn eerste contact met de
Aa-landen betekende; ik woon daar nog steeds.
Nu ruim 25 jaar geleden werd ik actief in de wijkvereniging, eerst
via de onder de vlag van de S.W.A. sportende volleyballers, wat later
gevolgd door de bezetting van de Infobalie en ik was een periode
als algemeen bestuurslid van de S.W.A actief, o.a. in de
Evenementenclub en bij het maken van het programmaboekje
en het mederegelen van de kerstattenties voor de vrijwilligers .
Infobalie….. wat?
wanneer? waar?
Als je van vaste bewoners van het Multifunctioneel Centrum
De Bolder wilt spreken, dan komen de vrijwilligers van de
INFOBALIE daar zeker voor in aanmerking.
In het MFC De Bolder beschikt de S.W.A. over een goedlopende
infobalie, direct links na de schuifdeur. In totaal 12 vrijwilligers
bezetten de balie, het gros van de groep al heel lang; per dagdeel
zitten er 1 of 2 klaar om aan de wijkbewoners informatie te
verstrekken over activiteiten van de wijkvereniging.
Wijkbewoners kunnen ook vragen stellen over allerlei andere zaken
die de wijk betreffen, men zal daar dan een antwoord op proberen
te vinden. Naast het verstrekken van informatie houden de
Mijn (deel)dagje Infobalie combineer ik eenmaal per maand met
het ‘touwen’ van de pakketten Aakwaa’s die voor levering aan
de wijkbezorgers gereed worden gemaakt.
De ideële doelstelling van fairtrade, ofwel eerlijke handel met respect
voor mens en milieu, sprak mij zo aan, dat ik 20 jaar in de Wereldwinkel
vrijwilligerswerk heb gedaan. Met de inkoop en verkoop van
producten (bv. voedsel en kunstnijverheid) uit ontwikkelingslanden,
geef je de mensen daar een grotere kans op een beter leven;
controle op het gebied van teelt, productie, import, achtergrond
en het regelen van een eerlijke prijs, vind ik belangrijk.
Naast bioscoop- en museumbezoek houd ik er nog een grote
hobby op na: wandelen. En dan niet een blokje-om maar L.A.W.
of wel Lange-Afstand- Wandelen. Door heel Nederland heen ligt
een routenetwerk van populaire LAW paden, waar het Pieterpad
wel de bekendste van is, van het Groningse Pieterburen naar de
Sint-Pietersberg in Maastricht. Maar ook het IJsselpad en het
hele Maarten van Rossumpad (niet vernoemd naar het jurylid
van de ‘slimste mens’ maar naar de 16e-eeuwse legeraanvoerder
in dienst van de Hertog van Gelre!) heb ik onder mijn schoenzolen
gehad. Altijd prettig om naar zo’n inspanning lekker ontspannend
een steentje bij te kunnen dragen aan een aangename samenleving,
in het bijzonder in de Aa-landen”.
“
14 Infobalie
baliemedewerkers zich tevens bezig met verwerken van
de aanmeldingen voor de diverse cursussen en activiteiten
die onder de vlag van de S.W.A. worden georganiseerd.
Jaarlijks worden vanuit de infobalie de brieven met het verzoek
voor een (vrijwillige) bijdrage gereed gemaakt om in de hele
Aa-landen verspreid te worden. Bij de entree van De Bolder,
tegenover de infobalie, vindt u een rek met allerlei folders over
stedelijke activiteiten, cursussen, gemeentelijke regelingen e.d.
De infobalie is geopend van maandag tot en met donderdag
van 9.30 – 12.00 uur en van 13.30 – 16.00 uur, behalve in
de schoolvakanties.
Telefoon Infobalie (038) 4 53 98 13
E-mail: infobalie@wijkgemeenschapaalanden.nl
Naast de groepsfoto willen wij door Ineke en Nico het woord
te geven het team van de Infobalie een gezicht geven.
Tekst, interviews en foto Nico: Martin Bos,
overige foto’s: Ank Pot, redactie Aakwaa
Aan het woord Ineke Heijink, infobalie,
coördinator Aakwaa bezorging, bundelgroep
en Aakwaa wijkbezorger.
“
Ineke: “Tot 24 juli vorig jaar leefde ik vanaf mijn geboorte
met een absoluut Nederlands record, n.l. op 23 augustus 1944
op de wereld gekomen op de warmste dag ooit gemeten in
Nederland (Warnsveld) en ook nog niet zo heel ver verwijderd
van mijn geboorteplaats Velp.
Mijn mooie Gelderse geboortestreek verliet ik om voor mijn
werkgever in Zwolle te gaan werken. Via eerst een woning in
de Wilhelminastraat in de Veerallee, verhuisde ik zo’n 45 jaar
geleden naar de Aa-landen, een nieuwe terraswoning in één van
de ‘Platen’, waar ik nog steeds met heel veel plezier woon.
Ik wil hier nog graag een tijd blijven wonen en dat kan zeker,
als er in het kader van de wens om ouderen langer zelfstandig
thuis te laten wonen, de plannen van het bouwen van een lift
in het appartementencomplex wordt gerealiseerd.
Na 33 jaar te hebben gewerkt, ging ik met pensioen en stapte in
2004 op de Open Dag van de S.W.A. binnen om eens te informeren,
of er voor mij een vrijwilligerstaak binnen de wijkvereniging was.
Dat was het geval en ik kon meteen als Infobaliemedewerkster
ingeroosterd worden. Een paar jaar later nam ik de taak van
coördinator van de Infobalie van Janke Teitsma over.
Tot op de dag van vandaag doe ik dat nog steeds, samen met een
goed team trouwe collega’s, waarbij de langdurige relatie bijzonder
kenmerkend is en er alleen verloop van vrijwillige informanten
plaats heeft, wanneer hij of zij ver buiten de Aa-landen verhuist.
De Infobalie is een echte vraagbaak voor de wijkbewoners.
In de loop der jaren heb ik er voor de S.W.A. nog wat taken bij
gekregen. Samen met Martin heb ik de coördinatie van de Aakwaa
wijkbezorging en ben ik maandelijks op de dinsdag in de bundelgroep
actief om het wijkblad geteld en gebundeld op tijd bij de
wijkbezorgers te krijgen. En stop de Aakwaa in de brievenbussen
van één van de terraswoningcomplexen.
Mijn vrije tijd vul ik graag met schouwburg- en museumbezoek en
crypto-puzzelen. Met mijn andere grote hobby tuinieren kan ik mij
als vrijwilliger, bij gebrek aan een tuin in mijn appartement, uitleven
in de tuinen van de Sionskerk en Hospice Zwolle”.
“
15
Buurthulp Aa-landen
Buurthulp Aa-landen is in de jaren 70 van de vorige eeuw op kleine schaal gestart.
Toen in 1977 het wijkcentrum ‘De Bolder’ werd geopend, kreeg Buurthulp Aa-landen daar onderdak.
In de archieven wordt vermeld dat Ton ten Holder een van de oprichters was. Zij heeft 25 jaar lang
deze hulpvoorziening gecoördineerd. Met inzet van enkele wijkbewoners konden zij toen aan mensen
in de wijk die hulp vroegen deze hulp metterdaad geven.
Deze werkwijze volgen we grotendeels nog op dezelfde manier.
Er zijn anno 2019 ca. 20 vrijwilligers die hulp kunnen bieden.
Sommigen doen dit al vele jaren. Daar zijn we blij mee. Gelukkig
melden zich elk jaar weer nieuwe vrijwilligers aan. We willen onze
vrijwilligers van harte bedanken dat ze zoveel voor de mensen
in de wijk betekenen.
Op maandag- en woensdagmorgen is er tussen 10.00 en
11.30 uur een telefoniste in De Bolder aanwezig:
(038) 453 98 13. Als er dan een hulpvraag van een
inwoner uit de Aa-landen binnenkomt, vraagt zij één van de
vrijwilligers deze hulp te geven. U kunt ook met uw hulpvraag
op maandag- of woensdagmorgen naar De Bolder gaan.
Via e-mail (buurthulp@wijkgemeenschapaalanden.nl) zijn
we alle dagen bereikbaar.
Wat biedt Buurthulp Aa-landen?
De vrijwilligers van de buurthulp kunnen u hulp bieden bij
incidentele situaties met een afgebakende tijdsduur.
Te denken valt aan:
• kleine klusjes, zoals het ophangen van een schilderijtje;
• vervoer*) van en naar het ziekenhuis en waar nodig:
wachten tijdens de behandeling;
• een paar uur hulp bij tuinwerk, zoals bv. grasmaaien
of snoeien;
• boodschappen doen, maar ook mee gaan winkelen;
• een wandelingetje maken;
• koffiedrinken en een praatje maken met bv. iemand
die geïsoleerd is geraakt;
• hulp bij bv. een vastgelopen computer, programma’s
instellen van tv.
*) Tegen kostendekkende kilometervergoeding.
We willen u via dit stukje in de Jubileum Aakwaa 50 jaar
S.W.A. oproepen om u aan te melden als vrijwilliger.
Zoals u in bovenstaand overzicht ziet, willen we de
hulpvragers op verschillende manieren helpen.
Maar zonder u gaat dat niet lukken.
Samen kunnen we in de wijk Aa-landen het begrip
noaberschap vormgeven.
Tekst: Buurthulp Aa-landen, interview en portret: Martin Bos,
groepsfoto en foto Sini: Ank Pot, redactie Aakwaa
16
Buurthulp
Aan het woord Han Gussinklo,
Buurthulp en Aakwaa bezorger
Aan het woord Sini Wit,
Buurthulp
“
Han: “Mijn eerste contact met de stad Zwolle was in 1969,
toen ik voor mijn werk vanuit de Achterhoek naar Zwolle verhuisde.
Als analist was ik werkzaam bij de Gezondheidsdienst voor Dieren,
begonnen op de ‘oude’ Veemarkt, maar al snel (eind 1971) vanaf
de vestiging aan de Zwartewaterallee. In 1992 verhuisde het bedrijf
naar Deventer, maar ik bleef wel in de Zwolse wijk Aa-landen wonen.
Daar kwam ik met mijn gezin in 1977 terecht in een nieuwe woning
in de Bekenbuurt, op een steenworp afstand van de Wijde Aa.
Prima wonen daar. In april 2010 ben ik met pensioen gegaan en
kon ik overgaan tot andere invulling van de dagelijkse bezigheden,
hoewel ik ook al jarenlang vrijwilligerswerk deed.
In juni 2013 meldde ik me bij de Infobalie van de S.W.A. in De Bolder
aan om mij als helper van de Buurthulp nuttig te gaan maken, bij
voorkeur met tuinklusjes. Na een prettig gesprek, met een vraag
naar mijn referenties (je komt als vreemde toch bij mensen over de
vloer), fatsoeneer ik bij die Aa-landers, die in hun directe omgeving
geen hulp beschikbaar hebben, hun tuinen door o.a. het knippen
van heggen, snoeien van vuurdoorns en wieden van onkruid; allerlei
klusjes die binnen 1½ à 2 uur gedaan moeten kunnen worden.
Soms schiet er een technisch klusje tussendoor, maar het werken
in de tuin heeft mijn voorkeur. Na zo’n (tuin)beurt is het de bedoeling
dat er voor een volgende keer weer een aanvraag ingediend moet
worden bij de organisatie van de Buurthulp. Het mooie van mijn werk
vind ik, dat je goed zichtbaar kunt maken dat er iets opknapt en ziet
dat men ervan geniet. Dankbaarheid is onze waardering.
Daarnaast vind ik het belangrijk om zo lang mogelijk actief
te blijven en niet “achter de geraniums te zitten”.
In de tussentijd heb ik mij ook nog aangemeld als reservebezorger
van de Aakwaa, waar ik inmiddels tot vaste bezorger ben ‘gepromoveerd’
en sinds ongeveer 3 jaar ons wijkblad bezorg bij onze
buren in een deel van de Brinkhoek.
Op een ander terrein ben ik als vrijwilliger nog actief in de turn- en
gymnastiekwereld. Ik zit zo’n 40 jaar in het bestuur van eerst de
Gymnastiekvereniging BeQuick, na een fusie overgegaan in ZGV
Kwiek & Lenig. En ben 25 jaar in district Oost voor de KNGU als
jurylid op pad bij de wedstrijdbeoordeling, voornamelijk bij het
onderdeel Sprong.
Twee dagdelen per week ben ik assistent-docent bij Landstede en
geef in rekenen- en wiskunde onderricht aan buitenlandse jongeren
tussen 12 en 18 jaar.
Mijn eigen conditie probeer ik op peil te houden bij de Conditie/
Fitnessgroep 40+ van Kwiek & Lening in De Werkschuit, wat na alle
oefeningen altijd eindigt met een halfuurtje ontspannen, maar wel
fanatiek volleyballen”.
“
“
Sini: In 1972 verhuisde ons gezin van Enschede naar Zwolle.
In Enschede was ik betrokken bij het wijkop-bouwwerk in een
nieuwe wijk. Zo was dat indertijd ook in de Aa-landen. Ik was
aangenaam verrast dat in onze wijk de Stichting Wijkgemeenschap
Aa-landen (SWA) bestond. De AAKWAA hield me op de hoogte van
alle ontwikkelingen en activiteiten in de wijk. Het minste wat ik kon
doen was donateur worden. Meegroeiend met de kinderen raakte
ik betrokken bij de ouderparticipatie van de peuterspeelzaal,
basis- en vervolgonderwijs.
Nu zijn we vijftig jaar verder en de stichting SWA bestaat nog steeds;
evenzo een zeer eigentijdse AAKWAA.
Vijftig jaar later zit ik in een andere levensfase: de Senioren en met
andere mogelijkheden en behoeften. De wijk is mij zeer vertrouwd
geworden, ik ken er heel wat mensen. Wat zou ik nog willen doen
aan vrijwilligerswerk?
Enkele jaren geleden heb ik me aangemeld als telefonist bij de
Buurthulp Aa-landen. De landelijke tendens is om ouderen zo
lang mogelijk zelfstandig te laten wonen. Buurthulp kan daar een
rol in spelen. Naast de professionele teams kan onze vrijwilligersorganisatie
ingezet worden voor kleine, vaak eenmalige hulpvragen.
In de gesprekken met bellers merk ik regelmatig dat er een drempel
is om hulp te vragen. We leggen uit wat onze mogelijkheden zijn.
Ik overleg dan met de vrijwilligers of zij die vraag of taak op zich
willen nemen. Van elke vrijwilliger is bekend welke mogelijkheden,
ervaring en “werkterrein” men heeft. Het geeft voldoening als er
een contact tot stand komt en mensen zich geholpen voelen.
Onze inzet in de Aa-landen is een laagdrempelige vorm van
burenhulp. Iets wat ik nu voor andere mensen organiseer,
maar –wie weet- zelf ook een keer nodig zal hebben.
Sini Wit
“
17
Aa-Weide, 40 jaar dierenliefde
aan de oever van de Aa
Daar waar het riviertje de Westerveldse Aa door een deel van de wijk Aa-landen meandert en uitmondt
in de Wijde Aa, ligt een uniek plekje voor dierenliefhebbers en fotovrienden. Een plekje met een sfeer van
landelijke rust, fraai gelegen in het mooie wandelgebied rond de grote plas.
18
maar alle dieren die loslopen, kunnen geaaid, geknuffeld en
verzorgd worden. Tevens was zij een niet aflatend pleitbezorger,
o.a. richting politiek en gemeente, voor een betere behandeling
en financiering van haar Aa-weide en dierenweiden in het
algemeen. Leny was dag en nacht (lammertijd!) bereikbaar
en voor veel Aa-landers synoniem met de Aa-weide.
Zei je Aa-weide, dan zei je Leny. Na 20 jaar Leny blijven er
nog veel van haar opvolgers als beheerder gedurende
langere perioden aan de weide verbonden.
Het is dat plekje, bestaande uit twee weiden en een weidje,
dat de Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen door de gemeente
Zwolle in 1979 werd aangeboden om er een dierenweide van
te maken, die in juni 1980 werd geopend. Een werkgroep van
bewoners, bestaande uit de vaste beheerder en medebewoners,
nam de organisatie van het beheer op zich.
De gemeente maakte het terrein gereed, legde de omheining
aan en het dierenverblijf werd op kosten van de wijkgemeenschap
ruw aangeleverd door een bedrijf en door de bewoners
zelf afgewerkt. Aanvankelijk een eenvoudige kleine stal van 3 bij
5 meter, die in 1992 door een klein team vrijwilligers uit de buurt
in 6 maanden tot een robuust onderkomen voor de dieren werd
verbouwd en van diverse noodzakelijk faciliteiten werd voorzien,
tot dat wat er nu staat. De naam vanaf de start van de weide,
Dierenweide Aa-landen-oost, werd later ingeruild voor het
lekkerder bekkende Aa-weide.
Bewoners van de Aa-weide
De bewoners van de Aa-weide vertonen in de 40 jaar van haar
bestaan een grote verscheidenheid aan dieren. Zoals schapen,
(dwerg)geiten, pony’s (shetlanders), (kriel)kippen, kalkoenen,
konijnen, een ezel Josef (die na vele jaren tot grote spijt, wegens
grensoverschrijdend, asociaal gedrag naar andere dieren,
moest worden verbannen), cavia’s, kalfjes, pauwen, eenden,
duiven en in 2001 zelfs een immigrant uit Ierland, een minikoe
van het Dexterras.
Vanaf het begin van de weide konden bewoners een verzoek
indienen om een dier te plaatsen. Zij bleven de eigenaar van
het dier en de verzorging van de beesten deden de leden van
de werkgroep. Kosten van voer en een dierenarts waren via een
verdeelsleutel voor rekening van de eigenaren. Adoptie van een
dier was ook mogelijk.
Aa-weide en de vrijwilligers
In de loop van de 40 jaar van het bestaan van de dierenweide
heeft een legertje aan wijkbewoners (en ook niet-wijkbewoners)
zich ingezet voor de verzorging van de dieren en hand- en
spandiensten verleend voor de hele dierenweide met zijn
opstallen. In deze lang rij van vrijwilligers mag er zeker één
niet ongenoemd blijven: Leny Boudens.
Zij streek met haar gezin in de nieuwe wijk op een steenworp
afstand van de weide neer en groeide in 20 jaar van haar
beheerderschap uit, van een goedwillende vrijwilligster tot een
professionele beheerder met een fulltime baan. Door het volgen
van cursussen kreeg zij het vak, m.n. de dierenverzorging, hoe
langer hoe meer in de vingers en was een drijvende, sturende
kracht voor de Aa-weide. Onder haar leiding bouwde zij ‘haar’
weide uit tot een pure doe-weide en kinderboerderij.
Geen dieren achter hekken, om slechts naar te kijken,
Schreeuw om vrijwilligers
Bladeren wij door de historie van 40 jaar Aa-weide,
dan zie je met de regelmaat van de klok een niet aflatende roep,
schreeuw, noodkreet om vrijwilligers die willen helpen om de
dieren te verzorgen en de weide en opstallen op orde te houden.
Kinderhandjes zijn er genoeg om te helpen, maar aan
volwassenen die je de verantwoordelijkheid kunt geven,
ontbreekt het dikwijls. Oproepen in de Aakwaa en pers klonken
Aan het woord Laurens Koek,
Aa-Weide
“
De redactie van de Aakwaa licht Laurens Koek uit de Aa-weide
vrijwilligersgroep, niet omdat hij daar om stond te springen, maar
wel vanwege het feit dat hij al vele jaren een noeste werker op de
dierenweide is. Laurens brengt als onderhoudsman liever met mooi
weer allerlei verbeteringen op de weide aan, dan dat hij figuurlijk in
de Aakwaa in het zonnetje wordt gezet.
In de noodperiode van dreigende sluiting van de weide verrichtte
Laurens alle vereiste werkzaamheden die noodzakelijk waren om de
weide open te houden.
Niet-Aa-lander Laurens, sinds 10 jaar Zwols inwoner, tuft op zijn
scooter vanuit zijn woonplek in Stadshagen naar de weide,
waar hij in een voor hem fijne, natuurlijke omgeving met plezier
onderhoudsarbeid verricht en aan dierenverzorging doet.
Dat alles moet hij zien te regelen naast zijn baan als conciërge bij
vakschool Cibab.
Hij is blij dat hij na tijden van zorgen rond de weide, nu weer deel
uitmaakt van een leuke, gepassioneerde club vrijwilligers, waarin het
prettig werken is.
Mocht er tijd over zijn, dan kun je hem ergens in Nederland op zijn
(race)fiets tegenkomen.
“
19
Aan het woord Leonie Klein,
Aa-Weide
“
Leonie: “Na mijn geboorte en jeugdjaren in de provincie waar
niets boven gaat – Groningen dus- te hebben doorgebracht, kwam ik na
jaren in Duitsland, Zwitserland en Engeland te hebben gewoond in 2012
in Zwolle terecht. Mijn verblijf in het buitenland maakte ik vanwege mijn
werkzaamheden in het hotelwezen. Tussen 2014 en 2018 woonde ik in
de Aa-landen, maar ik ben inmiddels verhuisd naar Stadshagen.
Al vanaf het moment dat ik Aa-lander was, hoorde ik van het tekort aan
vrijwilligers op de Aa-weide. Het werken op een kinderboerderij trok mij
zeer aan, eerder in mijn leventje verzorgde ik al paarden op een boerderij
en werkte voor de Stichting Aap in Almere. De liefde voor dieren,
de zorg voor dier en natuur en het buitenleven wilde ik vooral ook op
mijn zoontje overbrengen en dat was de reden dat ik mij bij de
Aa-weide aanmeldde. In januari 2015 begon ik als beheerder van
de weide.
Normaal gesproken houd ik mij alleen bezig met beheerszaken rond
de Aa-weide. Dat kan ik op de achtergrond doen, zonder dat mijn
permanente fysieke aanwezigheid daar vereist is. Dat zal ook
moeilijk gaan met mijn fulltime job bij Randstad, waarvoor ik tussen
mijn woonplaats en het hoofdkantoor in Diemen op en neer reis.
Bij ‘noodsituaties’ spring ik nog wel eens op de weide bij.
Zo’n noodsituatie deed zich eind 2018 in werkelijkheid voor, toen
door een groot gebrek aan voldoende vrijwilligers de dierenweide met
sluiting werd bedreigd. Wij stonden werkelijk op het punt om door de
sluiting de nog aanwezige dieren naar de slacht te moeten brengen.
Met een paar vrijwilligers deden wij nog wat er moest gebeuren,
waar ik zeker Laurens moet noemen. Gelukkig meldde zich, na onze
noodkreet in de media en Aakwaa, een zeer gemotiveerde groep met
enthousiaste vrijwilligers aan om voor de dieren en de weide te zorgen
en mee te denken over welzijn hiervan.
gedurende die 40 jaar van het bestaan van de Aa-weide als het
luisteren naar de uitvoering van een concert. Van Pianissimo
naar Crescendo tot Fortissimo. Te vertalen in ‘Dringend behoefte
aan vrijwilligers’ naar ‘Aa-weide wordt met sluiting bedreigd’
tot ‘Doek valt voor Aa-weide!’.
En steeds blijken er wijk- en niet-wijkbewoners enthousiast
gemaakt te kunnen worden om zich aan te melden en de weide
van een stoppen te redden. Vandaar dat het verheugend is
dat op de laatste noodkreet van ruim een jaar geleden een
enthousiaste groep vrijwilligers is opgestaan om de Aa-weide
open te houden. En dat die zich hierna zelf gaan voorstellen
en hun verhaal vertellen.
Tekst en interviews: Martin Bos,
foto’s: Ank Pot, Redactie Aakwaa
Aa- weide vrijwilligers
De dierenweide heeft een groot team aan vrijwilligers.
Het voordeel hiervan is dat de werkzaamheden goed
behapbaar zijn naast een vaak al druk bestaan. De vrijwilligers
van de Aa-weide zijn erg divers. De een heeft een fulltime baan
naast de weide, de ander een part- time baan en of een gezin
met kinderen, is alleenstaand of gepensioneerd. De een heeft
dus meer tijd dan de ander, de een wil graag meer tijd maken
dan de ander, de een wil geen vaste taken maar helpt waar kan,
de ander komt twee wekelijks. Alles is mogelijk en alle hulp is
welkom en wordt gewaardeerd.
Wat prettig is, is dat er meer vastigheid is gekomen in het team.
Beheerdersteam
Sinds het voorjaar 2019 heeft de Aa-weide weer een solide
beheerdersteam bestaand uit; Leonie, Laurens, Lisette, Marieke,
Bianca en Harry.
Leonie en Laurens zijn de kern die de weide al jaren overeind
hebben weten te houden. Met veel liefde zetten zij zich dagelijks
in. Leonie als contactpersoon van de weide en Laurens fysiek
op de weide met allerlei onderhoudends taken.
Lisette regelt de zakelijke dingen zoals de boekhouding bij
bijzondere uitgaven. Marieke houdt zich met haar kennis als
dierenartsassistent voornamelijk bezig met de medische zorg
en welzijn van de dieren. Bianca heeft als taak het rooster en
Aakwaa teksten schrijven. Harry is de contactpersoon van de
SWA, maar zet zich ook graag in voor projecten op de weide.
Minder leuk is de kritiek die ik soms krijg als je als beheerder nare
beslissingen moet nemen voor het welzijn van de dierenpopulatie op de
weide. Wanneer er bijvoorbeeld een of meer dieren naar elders moeten
verhuizen; het vertrek van de cavia’s werd ons niet in dank afgenomen
maar was beslist noodzakelijk en niet iedereen begrijpt dat.
Als beheerder ga ik met dit enthousiaste team er voor zorgen dat de
Aa-weide een bijzondere plek blijft voor dier en mens en een punt in
de Aa-landen om te bezoeken, waarvoor hopelijk in de loop van dit jaar
weer de nodige veranderingen worden gerealiseerd.
Liefde overbrengen voor dier en natuur blijft mijn motto en als ik iets
wil afreageren, doe ik dat in mij hobby kickboksen. Daar hoeft niemand
bang van te worden, want dat doe ik alleen in de sportzaal op basis van
liefhebberij!”
“
20 Aa-weide
Voerdiensten
Natuurlijk zijn al deze randzaken erg belangrijk. Uiteindelijk doen
we dit allemaal voor de dieren. De geiten, schapen, pony’s,
varkens, kippen, konijnen, en Jos de kalkoen hebben dagelijkse
zorg en aandacht nodig. In de vorm van ‘ voerdiensten’
zorgen de vrijwilligers dat de dieren niks tekort komen.
Iedere dag wordt er gezorgd voor vers water, eten, hooi en verse
groente. Dit wordt gedaan door meerdere mensen die op vaste
dagen komen zoals Matty, Dennis, Suzan, Leonie B, Linda,
Corina, Melanie en Lisette.
Bezoekersteam
Er is een tijd geweest dat de weide zo weinig vrijwilligers had,
dat degene die er waren alleen de dieren kwamen voeren op
momenten van de dag waarop zij zelf konden. Hierdoor is de
weide lange tijd gesloten geweest. Heel jammer voor de
wijkbewoners maar ook voor de dieren, die de aandacht erg
misten. Sinds het beheerdersteam weer meer lucht kreeg,
kwam er langzaam ook meer ruimte om vrijwilligers te werven
via Social Media en het wijkblad Aakwaa. Gelukkig werd hier
enthousiast op gereageerd! Het resultaat is een groot aantal
vrijwilligers dat de weide kan komen openen!
Op dit moment is de weide zes dagen in de week open.
Alleen de zaterdag is de weide gesloten voor
bezoekers. Naast de voerdiensten is er dus een heus
‘bezoekersteam’ dat op vaste dagen en tijden de weide opent
voor wijkbewoners. Dit wordt gedaan door: Margreet, Marieke,
Marlous, Herma, Lucia, Jan, Alexandra, Melanie en Bianca
Inzetten
Natuurlijk zijn er naast al deze mensen ook nog een paar
die zich inzetten voor de weide zoals Sieuwe.
Een gepensioneerde, sterke en hard werkende man die bijna
dagelijks in de ochtend op de weide aan het werk is. Allerlei
taken neemt hij op zich waardoor de weide goed onderhouden
wordt. Van veel vrijwilligers zijn er ook partners die bij klusdagen
mee komen helpen. Deze waardevolle krachten mogen we ook
niet vergeten!
Tekst: Bianca Amptmeyer, Aa-weide
Aan het woord Marieke Bult,
Aa-Weide
“
Marieke: “Als geboren en getogen Drentse kwam ik een
jaar of acht geleden naar Zwolle, waar ik de opleiding Dierenartsassistente
Paraveterinair volgde en certificaten haalde voor
diervoedingsadvies en hondengedragstraining.
Vanwege medische klachten belandde ik circa 2 jaar geleden in
de ziektewet; daarvoor heb ik in een kennel voor werkhonden in
opleiding en bij verschillende dierenartspraktijken gewerkt. Ik was
intussen al een tijd op zoek naar een fijnere plek voor mezelf en
kreeg gelukkig in de Aa-landen een huisje toegewezen in een
nieuwbouw-hofwoningproject, waar ik me hartstikke thuis voel.
Toen ik begin 2019 in de Aakwaa het bericht las dat de Aa-weide
met sluiting werd bedreigd, liet ik mijn liefde voor dieren, de wil om
de handen uit de mouwen te steken, iets voor de maatschappij te
betekenen en mijn kennis te gebruiken, zwaarder wegen dan het
feit dat ik lichamelijk en qua energiepeil nog niet zo veel aankon.
Na een gesprekje op locatie maak ik deel uit van het beheerteam en
kan ik vanuit mijn passie voor- en achter de schermen mijn steentje
bijdragen aan het welzijn van de Aa-weide. Gelukkig gaat het
inmiddels ook al een stuk beter met mij.
Bijna iedere vrijdagmiddag ben ik aanwezig op de weide en ben
daarnaast bezig met de gezondheid, het welzijn en de verzorging
van de dieren. Vanuit vooral een overziende en sturende rol, vind ik
het belangrijk kennis door te geven aan de andere vrijwilligers en de
bezoekers. Mijn hoofdtaken zijn o.a. verzorging van de zieke dieren,
verhuizing van dieren uit- en naar de weide, het bijhouden van
Instagram-account en Facebook-pagina – tevens belangrijk voor
werving van nieuwe vrijwilligers - en deelname aan het teamoverleg.
Ik haal er grote voldoening uit als ik zie dat mijn bijdrage wat
oplevert. Allereerst voor de dieren, maar ook voor mijn collegavrijwilligers
en voor de betrokkenheid van de bezoekers. Ik geniet
van het lekker buiten zijn op een mooie locatie en de binding met
de dieren, dat ik de liefde die ik erin stop, net zo hard terugkrijg.
Mindere momenten in mijn werk zijn de momenten dat je, ondanks
je inzet, toch afscheid moet nemen van een ziek dier. Het moeten
laten inslapen van mijn grootste maatje op de weide, het varken
Tante Sidonia, is tot nu toe mijn absolute dieptepunt; mijn knuffelpartner
als ik mijzelf niet zo goed voelde. Helaas hoort een afscheid
van een ziek dier er ook bij.
Als ik mijn eigen lichamelijke mogelijkheden goed in de gaten blijf
houden en niet altijd zelf aan de slag ga, maar hulp vraag, dan ga ik
op de weide nog veel voldoening en dierenliefde beleven. Ik heb de
Aa-weide in mijn hart gesloten!”
“
21
Je kunt gerust stellen dat de S.W.A. een voorbeeld is van een
gezonde wijkvereniging die in staat is tegemoet te komen aan
de eisen van deze tijd.
Dat kon in het verleden en kan in de toekomst alleen dankzij
de inzet van de vele vrijwilligers. Juist dit punt, het aantal
vrijwilligers, is kenmerkend voor deze wijk. De S.W.A. kan
jaarlijks rekenen op een paar honderd vrijwilligers, allen actief
binnen de diverse onderdelen onder de vlag van de S.W.A.
Dit aantal en de jaarlijkse donaties geven aan dat de S.W.A.
ook na 50 jaar nog springlevend is, ondanks het feit dat zich
er bij de diverse S.W.A. onderdelen nog best wel wat meer
vrijwilligers voor de wijkvereniging dienstbaar kunnen maken.
Wat mij als voorzitter in al die jaren ook is bijgebleven is de
betrokkenheid waarmee wordt gewerkt. Vrijwilligerswerk is
niet vrijblijvend. In de loop van mijn 23 jaar voorzitterschap
is mij dat hoe langer hoe meer duidelijk geworden.
Als vrijwilliger een bijdrage leveren aan de wijkverenging
is de leidraad van een gezonde samenwerking.
Maar het blijft vrijwilligerswerk, waarbij de waardering van
de vrijwilliger van essentieel belang is voor een goed
functioneren van onze wijkvereniging. Daarbij is het geven
van een schouderklopje net zo belangrijk, zo niet belangrijker,
dan de attentie die de S.W.A.-vrijwilliger aan het eind van
het jaar als dank krijgt.
Jan Wellinghoff
oud-voorzitter
In een Jubileum Aakwaa ter ere van het 50 jarig
bestaan van de wijkvereniging van de Aa-landen
kan een terugblik van Jan Wellinghoff niet ontbreken.
De oud-voorzitter van de S.W.A. die een hele lange
periode van 23 jaar met verve de kar van de wijkvereniging
heeft getrokken. Wij laten Jan hier
aan het woord.
Nederland is een land van vrijwilligers. Koning Willem-Alexander
heeft dat bij herhaling gezegd en ook door andere overheden
wordt aangegeven dat het zonder de vrijwilligers niet kan.
Zij zijn het cement van onze samenleving en dat kan niet
genoeg worden gezegd.
De S.W.A. is een organisatie die drijft op vrijwilligers.
Zonder vrijwilligers geen S.W.A. In de beginfase van de
wijkvereniging was er nog wel sprake van professionele
ondersteuning door opbouwwerkers, maar na verloop van tijd
kwam daar ook een eind aan. De wijk Aa-landen was volgroeid
en de S.W.A. moest op eigen benen staan en dat is gelukt.
Voor een goed opererende wijkvereniging is een bestendig
bestuur noodzakelijk, waarvan de leden kunnen groeien in
hun functie en ieder een of meer S.W.A. activiteiten tot zijn of
haar aandachtsgebied kan rekenen. Voor het werken met
werkgroepen voor deelactiviteiten zag/zie ik goede en
werkbare mogelijkheden.
Als voorbeeld noem ik de werkgroep van de selectie en
realisatie van het kunstwerk ‘Aakwarius,’ dat ter ere van
het 35 jarig bestaan van de Aa-landen bij de entree aan
de Rijnlaan werd geplaatst,
Ik kijk met grote tevredenheid terug op mijn voorzitterschap.
Ik heb de ontwikkeling van de wijk en haar wijkvereniging van
dichtbij meegemaakt en op diverse terreinen mee mogen
denken en mee mogen praten. Goede contacten met
o.a. gemeente- en provinciebestuur, andere overheden
en de winkeliersvereniging waren daarbij belangrijk
Soms had ik het gevoel dat de wijkbewoners meer met
zichzelf dan met de wijk bezig waren, een afwezigheid
van het wij(k)gevoel.
Dat werd echter weerlegd op de Bonte Avond van Huttendorp.
Dat vind ik nou een activiteit waar het wijkgevoel van vele
Aa-landers sterk boven komt drijven. Een gezellig, jaarlijks
ontmoetingsmoment van wijkbewoners die zich betrokken
voelen bij hun wijk en waar deelname en vrijwilligerswerk
van ouder naar kind word overgeheveld, in enkele gevallen
al weer naar kleinkind.
Ik feliciteer de Aa-landers, het bestuur en de vrijwilligers van
de S.W.A. met het 50 jarig jubileum en zal zeker de activiteiten
als geïnteresseerd en betrokken wijkbewoner met belangstelling
blijven volgen.
Jan Wellinghoff
Foto: Ank Pot, redactie Aakwaa
22
23
Huttendorp Aa-Landen:
40 jaar aan de weg timmeren
Huttendorp Aa-landen werd 40 jaar geleden vrijwillig door wijkbewoners bedacht en opgezet
om verbondenheid in de wijk te creëren. Mede met als doel om kinderen die niet op vakantie
konden een leuke activiteit aan te bieden.
In dit jubileumjaar wordt Huttendorp onder de vlag van S.W.A.,
als gebruikelijk in de laatste week voor de scholen weer
beginnen, voor de 40-ste keer door een vaste groep
vrijwilligers georganiseerd.
De eerste 30 jaar konden kinderen van 6 tot 12 jaar naar hartenlust
met het aangevoerde afvalhout bouwen aan hutten, die met
een van te voren bepaald, jaarlijks wisselend thema in de loop
van drie dagen verrijzen. Om de oudere jeugd ook bij dit onderdeel
te betrekken, werd de laatste 10 jaar deelname met andere
activiteiten uitgebreid voor kinderen tot 14 jaar.
Uit de vele thema’s die in 40 jaar voorbijkwamen, noemen wij:
Cowboy-, Grease- (film met haardracht ‘pikkuif’ voor jongens
en ‘suikerspin’ voor meisjes), Gemeente Zwolle-, Alarmnummer
112-, Griezel- en Digidorp.
En niet alleen kindertjes die niet op vakantie kunnen verheugen
zich op de bouw- en speelweek, maar ook die al op vakantie
geweest zijn. Sterker nog, menig vakantieprogramma wordt
thuis aangepast en gericht op deelname van de kinderen aan
Huttendorp. In het aantal bouwvakkertjes zit, met een tijdelijk
dipje dat te wijten was aan de vergrijzing van de Aa-landen en
inmiddels al lang teniet is gedaan, een forse groei. Was dat in
2004 nog 180 kinderen, in 2010 240, vorig jaar gestegen naar
bijna 400 kinderen, begeleid door 65 vrijwilligers. De laatste
groep bestaat voor een deel uit de kinderen van toen, die
doorgestroomd zijn naar begeleiders en organisatoren van nu,
in enkele gevallen al weer met hun eigen kinderen. Ook zijn er
vrijwilligers die niet uit de Aa-landen komen en voor
bijvoorbeeld een maatschappelijke stage meehelpen.
24
De mannen delen het hout uit
Massale aandacht voor wat er
op het podium gebeurt
Op de eerste dag is het altijd
dringen bij de inschrijving
(Femke Bakkeren zal een aantal van de vrijwilligers hierna
voorstellen en in het zonnetje zetten).
Al vroeg in het jaar begint de vaste groep vrijwillige Huttendorpers
met de voorbereidingen: vergunningen moeten worden
aangevraagd, afvoerhout geregeld en bestellingen gedaan.
En begint de zoektocht naar vrijwilligers, onder het motto:
‘Zonder vrijwilligers geen Huttendorp!’.
Na 2,5 dag hard werken aan de hutten, kunnen de kinderen in
de rest van de week recreëren en zich vermaken met de vaste
onderdelen zoals de speurtocht, sport en spel en de slaapnacht.
En op de donderdagavond de Bonte Avond met op het grote
podium een talentenshow van aanstormend zang-, dans-,
muziek-, en goocheltalent uit de Aa-landen.
De grote verloting en andere activiteiten worden jaarlijks ruim
gesponsord door de middenstand en diverse instellingen uit
de Aa-landen. Vele wijkbewoners zien deze slotavond als hét
trefpunt voor de wijk.
Na het ‘afscheidsdiner’ en de diploma-uitreiking op vrijdagmorgen,
wordt het dorp ’s middags met de grond gelijk
gemaakt en vindt het hout, dat gratis kan worden opgehaald,
zijn weg in de wijk of naar elders.
Tekst: Martin Bos, foto’s: Ank Pot, redactie Aakwaa,
interviews: Femke Bakkeren
25
Alles is familie
Huttendorp draait op vrijwilligers. Het veld voelt voor velen als één grote familie.
Sommige vrijwilligers zijn daadwerkelijk familie. Hoe is dat ontstaan? En hoe bevalt het?
Vijf portretten van vijf bijzondere Huttendorp-families.
Moeder Corry, vader Frans en zonen Michiel en Marco
zijn elk jaar te vinden op Huttendorp.
Familie Siemens
Frans Siemens (70), “de oudste van het clubje”, is al ruim dertig
jaar verbonden aan Huttendorp. Hij begon “langs de kant wat
te helpen” toen zonen Marco en Michiel oud genoeg waren om
deel te nemen. “En ik ben nooit meer vertrokken. Want hoe
vaker je gaat, hoe verder je in het systeem van Huttendorp rolt.”
De hele familie, plus aanhang, is er inmiddels ingerold.
Vrouw Corry bemant al jaren een locatie tijdens de speurtocht.
De kinderen zijn, al dan niet samen met hun vrouw, bijna elk jaar
vrijwilliger en oudste kleinzoon Niek (8) deed afgelopen zomer
voor eerst officieel mee als deelnemer.
Zoon Michiel (37) deed als kind mee aan de timmerweek en
startte ruim tien jaar geleden als vrijwilliger. “Huttendorp was
natuurlijk geen vreemde voor me. Ik ben geboren en getogen
in de wijk. Ik ben in mijn leven twee keer 300 meter verhuisd:
van mijn ouderlijk huis naar de Dollard en vanuit daar weer
naar mijn huidige plek aan de Maaslaan.”
Halverwege de twintig kwam hij via goede vriend Nathanael
weer op het veld terecht. “In het begin vrijblijvend, voor wat
hand- en spandiensten. Als het zo uitkwam, kwam ik helpen.”
Maar inmiddels neemt Michiel een week vrij en zorgt hij dat
zijn gezin niet op vakantie is tijdens de timmerweek. “Het is
zo gezellig. Met de kinderen en de vrijwilligers. Ik heb in al die
jaren nog nooit een onvertogen woord horen vallen.” Hij ziet
de rest van de familie wel tussen de bedrijven door, maar niet
veel. “Iedereen is toch druk met zijn eigen dingen.” “De gezelligheid
gaat ook voorbij de familiebanden”, vult vader Frans aan.
“Het hele veld is één grote familie tijdens Huttendorp. Kinderen
van vroeger, zitten in de leiding van nu. Je ziet iedereen groter
worden. Prachtig!”
Frans geniet er elk jaar weer van. “Ach die kleine kinderen,
zo eerlijk en onschuldig. Mooiste wat er is. Gewoon samen
lekker timmeren, kliederen met verf en lol hebben met elkaar.
En slap ouwehoeren met de oudere jeugd in de leiding, soms
nog redelijk groen.” Lachend: “En ze zijn op weg naar hun
volwassenheid en kunnen daar weleens een klein steuntje
bij gebruiken.” En wat te denken van Klaas, die hij leerde
kennen tijdens een Huttendorp lang geleden en die inmiddels
een grote vriend is geworden.
Flink gewerkt wordt er natuurlijk ook. Michiel staat vaak in de
keukentent. “Maar ik doe tussendoor vanalles: op post staan
bij de slaapavond, helpen bij de grote avond of even toezicht
houden bij de springkussens op vrijdag.” Vader Frans zit in de
op- en afbouwploeg: onder meer het terrein gebruiksklaar
maken, hout uitgeven, 150 palen in de grond stampen en
skeletten bouwen voor de hutten.
Michiel “Ik heb in al die jaren nog nooit
een onvertogen woord horen vallen”
Frans “Het is van de eerste tot laatste
minuut honderd procent genieten”
Hij is de hele week op en rond het terrein te vinden. “Ik ga na
het avondeten thuis vaak nog even langs bij de slapende
wacht. Muziekje erbij. Lekker praten bij het kampvuur. Heerlijk.
Daar draait het allemaal om wat mij betreft; de saamhorigheid.
Het is van de eerste tot laatste minuut honderd procent
genieten!” En daar sluit zoon Michiel zich bij aan. “Het is een
stuk ontspanning. Het kost veel energie zo’n week, maar het
voelt toch als vakantie. Je bent gesloopt, maar het geeft zo veel
voldoening.” Zo lang het enthousiasme er is, zal hij dan ook op
het veld te vinden zijn. “En onze zoon Thijs van 4,5 jaar staat
ook al te trappelen om officieel mee te mogen doen.”
En dan zal hij, als het een beetje meezit, ook opa Frans
treffen. “Zolang lichaam en geest het willen, blijf ik meedoen
aan Huttendorp!”
Hout halen
Even een onderonsje
26
Een schoon veld is heel belangrijk
De skeletten van de hutten staan
al en nu timmeren maar!
Er worden heel wat broodjes
gesmeerd voor al die
hongerige magen
een gesloten groep, want iedereen leek elkaar te kennen.”
Toch voelde ook zij zich al snel thuis. Ze draaide afgelopen
Huttendorp de complete editie mee. Samen met zwager
Rhandy bemande ze een hut. En dat ging hartstikke goed
samen. Rhandy: “Met Cheyenne zou dat een minder goed
idee zijn, want wij zijn elkaar sneller zat.”
Broer Rhandy en zus Cheyenne met haar
partner Femke (links op de foto).
Familie Dijkslag
Cheyenne (24) en Rhandy (20) Dijkslag woonden aan de
Volterbeek en keken van jongsaf aan uit het op het bouwterrein.
Cheyenne werd op haar vierde voor het eerst binnengesmokkeld
door buurmeisjes en heeft sindsdien geen jaar gemist. Wat er
zo leuk aan is? “Er hangt een bepaald soort sfeer. Het maakt
niet uit hoe lang je elkaar niet ziet, als je elkaar weer ziet, is het
als vanouds. Het contact gaat gewoon vanzelf. Nieuwe en oude
mensen. Iedereen is welkom en je kunt jezelf zijn.”
Ook Rhandy startte op zijn vierde. Lachend: “Ik was een beetje
een probleemkind, boos en agressief. Ik speelde erg graag
buiten. Dus Huttendorp was fantastisch, ik kon er lekker mijn
energie kwijt.” Cheyenne: “We vonden het ook stoer, dat
timmeren. We hadden elk jaar weer ruzie wie de rode hamer
van huis uit mee mocht nemen.”
Na de timmer-periode, besloten broer en zus op hun dertiende
allebei te blijven als vrijwilliger. De jeugdleiding houdt toezicht,
heeft corvee-taken en helpt waar nodig. Rhandy: “Hartstikke
gezellig ook. Fikkie stoken, zak chips en pak kaarten erbij.”
Cheyenne: “We hadden toen nog twee slaapnachten in plaats
van één, maar dat is daarna weer afgeschaft. Ik vrees dat we
iets te baldadig waren.”
Cheyenne zat afgelopen zomer voor het eerst in de hoofdleiding.
“Veel werk, maar erg leuk om meer bij de organisatie betrokken
te zijn. Om ook je ideeen een invulling te kunnen geven. Zo heb
ik me hard gemaakt voor papieren bekertjes in plaats van
plastic. Duurzaamheid is voor mij wel een thema.
Voor volgend jaar staan vega-burgers op de agenda.”
Rhandy “Hartstikke gezellig. Fikkie stoken,
zak chips en pak kaarten erbij”
Cheyenne “Iedereen is welkom en je
kunt jezelf zijn”
Ze is Huttendorp nog lang niet zat. Cheyenne: “Als kind leefde
ik er echt naartoe en was verdrietig als het afgelopen was.
Ik wilde dat Huttendorp een jaar duurde. Ik vind het mooi om
zo een mooie week voort te zetten voor andere kinderen;
de saamhorigheid en aandacht voor elkaar.” Broer Rhandy
denkt wel aan, al dan niet tijdelijk, stoppen. Hij merkt dat
hij wat minder met de kleinere kinderen begint te hebben.
Hij zal de zomerse traditie echter wel gaan missen.
“Ik doe toch bijna twintig jaar al mee.
Sfeermakers Danny en Paul hebben ons bijvoorbeeld nog
als kleine kinderen in hun hut gehad. En zij zijn er nog steeds.
Heel veel mensen zijn er nog steeds. Iedereen is alleen wat
ouder geworden.”
Voorbereiding voor de slaapnacht
Het contact tussen de jonge vrijwilligers strekte zich ook uit
voorbij de Huttendorpweek. Rhandy leerde er beste vriend Tom
kennen. Elk jaar kwamen daar nieuwe vrienden bij en inmiddels
is het een vriendengroep van veertien jongens die elkaar het hele
jaar zien en zelfs samen op vakantie gaan. Sommigen zijn nog
actief tijdens Huttendorp, anderen zijn (deels) afgehaakt.
Voor Cheyenne blijft het contact wat meer beperkt tot de week
zelf. “Wel bijzonder, dan heb je een week heel intensief contact
en daarna zeg je alleen nog vluchtig ‘hallo’ tegen elkaar in het
winkelcentrum.” Zelf bracht ze drie zomers geleden juist een
nieuwe vrijwilliger mee: partner Femke (22). Voor de van oorsprong
Brabantse was het intensieve project wel even wennen.
“In Brabant hebben we ook wel zulke vakantiekampen, maar dat
draait meer om spelletjes. Het voelde hier in het begin best als
27
evenaren, want hij is nog niet van plan te stoppen bij
Huttendorp. “Ik vind het leuk om met de kinderen te werken
en om de creativiteit werkelijkheid te laten worden. Ik verwacht
nog vele jaren op het veld te vinden te zijn met de kinderen.
Vader Perry en zoon Bryan maken er elk jaar een
wedstrijdje van: wie maakt de beste hut?
Familie Nowack
Perry Nowack (65) woonde in 1986 aan de Schipbeek en kwam
toevallig op het Huttendorp-pad. “Ik liep er langs, kwam een
collega tegen en sloot me aan.” Het beviel zo goed, dat hij bijna
geen enkele editie heeft gemist. Alleen nadat hij tien jaar in de
hoofdleiding had gezeten, nam Perry een pauze. “Die zomer ben
ik als vrijwilliger meegegaan op zeilkamp voor kinderen met een
rugzakje. Ook leuk, maar ik miste Huttendorp.”
Waarop hij besloot zich weer aan te sluiten. Niet meer in de
leiding – “dat gaf toch veel gedoe en rompslomp”-, maar terug
naar de basis met één hut onder zijn hoede. “Lekker gek doen
met de kinderen. Het is zo’n ontzettend leuke doelgroep.
De acht- tot twaalfjarigen willen echt kennis opdoen. Zo leuk
als je dan ziet dat ze beter worden en een zomer later nog
weten hoe het moet.”
PERRY “Drie personen uit de leiding van nu,
zaten als kind nog in mijn hut”
Bryan “Ik vond het leuk om met papa mee
te gaan”
Zijn twee dochters waren nooit zo te porren voor het evenement.
Anders was het voor zoon Bryan. Hij werd op zijn achtste
gegrepen door het timmervirus. “Vooral vanwege het
enthousiasme van mijn vader”, vertelt Bryan (nu 16 jaar).
Ik vond het leuk om met papa mee te gaan. Het hutten bouwen
was geweldig. Aan het dak timmeren was nog het allerleukst.”
Vader en zoon wonen alweer enkele jaren in Stadshagen.
Hier heeft Bryan ook meegedaan aan Huttendorp. Maar dat
was geen onverdeeld succes. Bryan: “Ik mocht daar haast
niet timmeren omdat de grotere kinderen en begeleiders alles
deden.” Perry ziet dat meer kinderen van andere wijken juist
naar de Aa-landen komen in de zomer. “Ze kunnen bij ons hele
dag bezig zijn en hoeven niet op hun beurt te wachten om drie
spijkers te mogen slaan.” Met gepaste trots vertelt hij dat de
hutten hier ook groter zijn (drie bij vier in plaats van twee bij
twee meter). En dat er echt goed gebouwd moet worden.
“De kinderen slapen er ook een nacht in dus het moet
wind- en waterdicht worden.”
Bryan zit inmiddels in de hulpleiding en bestiert zijn ‘eigen’ hut.
Hij ziet Huttendorp als een mooi vader-zoon-moment.
Daarbij is er nu ook een klein wedstrijdelement gekomen:
wie maakt er de beste hut? De hoogste hut weet Perry al jaren
te bouwen. “Kinderen weten dat ook en als het terrein dan
opengaat, rennen er wel veertig kinderen naar mijn hut.”
De kans is groot dat Bryan dat de komende jaren wel zal
Perry vindt het mooi dat Bryan het zo naar zijn zin heeft.
“Nu we druk zijn met onze eigen hutten, zien we elkaar wel wat
minder. Maar eigenlijk is het gewoon één grote familie op het
veld. Oudgedienden en nieuwe vrijwilligers. Zo leuk ook; drie
personen uit de leiding van nu, zaten als kind nog in mijn hut.”
Ook hij denkt nog niet aan stoppen. Ondanks, of misschien juist
wel dankzij, de drukte. “Je maakt dagen van twaalf uur of meer,
veel drukte en gezelligheid. Ik leef er vanaf juni naartoe en na
afloop ben ik aan vakantie toe!”
Marlies tussen haar ouders Klaas en Tineke.
Familie De Boer
De familie De Boer woont al sinds 1977 in de wijk, maar is met
haar zes jaar actieve aanwezigheid relatief nieuw in het Huttendorp.
Dochter Marlies (43 jaar) vertelt: “Mijn ouders pasten vaak
op de kleinkinderen en zijn een keer op de woensdagmiddag
bij Huttendorp terechtgekomen. 112 was toen het thema en
de kinderen waren direct verkocht.” Zelf heeft ze als kind nooit
meegedaan, maar vader Klaas (66 jaar) hielp af en toe al wat
mee via de buurman.
Nadat Klaas zijn vier kleinkinderen had geïntroduceerd, werd
hij vrijwilliger bij de op- en afbouw ploeg. Doordeweeks helpt hij
waar nodig. Lachend: “Planken vasthouden voor de kinderen
en na vijf minuten zit er nog geen spijker in. Of er zitten zoveel
spijkers in dat er wel zes planken mee vastgemaakt kunnen
worden!” Hij geniet met volle teugen van de timmerweek. “Al die
kinderen samen bezig zien, al dat lawaai en al dat plezier.”
Marlies “Het is zo leuk, al die blije en
fanatieke kinderen”
Tineke “Klaas wilde koste wat kost weer
aan Huttendorp meedoen”
Dat-ie niet van stoppen weet, was de reden dat vrouw Tineke
(67 jaar) erbij betrokken raakte. “Klaas heeft enkele jaren geleden
in juni een hartaanval gehad, maar wilde koste wat kost weer
aan Huttendorp meedoen. Hij moest en zou gaan werken.”
Het echtpaar kwam tot een compromis: Klaas zou in de
ochtenden gaan en Tineke nam de middagen over. Ze was
al snel net zo enthousiast als de rest van de familie. “Het jaar
erop ging het gelukkig weer prima met Klaas en toen ben ik
ook vrijwilliger geworden.” Ze houdt zich onder meer bezig
28
met de ranja, prijsjes uitdelen op de feestavond en de
speurtocht op woensdag. Van de vier kleinkinderen zijn de
meiden inmiddels afgehaakt. De twee kleinzoons van nu 10 en
12 jaar timmeren nog onverlet voort. En laten dat nou net de
zoons van Marlies zijn. Ze was een jaar een ‘gewone’ vrijwilliger,
maar zit inmiddels in de hoofdleiding. “Een kennis in de
leiding vroeg of ik hem wilde vervangen. Ik zou het samen met
iemand anders doen, maar zij kon om persoonlijke redenen niet
meedoen. Het is ook veel werk, je begint al in december met
de voorbereidingen, komt regelmatig samen en werkt je eigen
actiepunten af.” Ook tijdens de week zelf is het druk. “Heel fijn
dat mijn ouders de kinderen meenemen voor de lunch. En in de
avond nemen ze ze weer mee en maken het avondeten.
Dan kan ik later aanschuiven. Soms ga ik daarna weer terug
naar het terrein, want er moet altijd iemand van de hoofdleiding
aanwezig zijn als eindverantwoordelijke, ook ’s nachts. ”
Soms denkt ze wel eens aan een heerlijk weekje vrij tijdens
Huttendorp. “Maar het is zo ontzettend leuk. Die blije, fanatieke
kinderen. Ze hebben een lange vakantie achter de rug en dan is
het zo leuk dat ze op het eind nog zo een leuke week hebben.”
Ze blijft het voorlopig dan ook zeker doen. ”Ik ben blij dat ik
wat kan betekenen. De oudste gaat straks naar het voortgezet
onderwijs, we weten nog niet of hij dan nog zin heeft om mee
te doen. Of mogelijk willen ze in de hoofdleiding straks nieuw
bloed met frisse ideeën.” Haar, en andermans, inzet is echter
nog broodnodig, vervolgt Marlies. “Het wordt steeds lastiger om
nieuwe mensen te vinden. Vooral voor de laatste dagen bij de
afbouw. Zonder vrijwilligers is er echter geen Huttendorp.
We zijn dan ook erg blij als ouders komen helpen.” Klaas en
Tineke blijven zich voorlopig ook gewoon inzetten. “Ook als
mijn kleinzoons mogelijk afhaken, blijf ik er rondhangen hoor”,
vertelt Klaas. “Ik vind het veel te leuk!”
Geen Huttendorp zonder de familie Bos: Anja, Klaas,
Nathanael en Jacquelien.
Familie Bos
De familie Bos mag zich eigenlijk wel familie Huttendorp
noemen. Nathanael (34) zit al jaren in de hoofdleiding.
Echtgenote Jacquelien (34) vergezelde hem in die leiding
totdat de kinderen (nu 6 en 8 jaar) werden geboren. Achter de
schermen is ze echter nog net zo betrokken. Moeder Anja (63)
neemt de sponsoring voor haar rekening en vader Klaas (65)
helpt waar nodig. Laatstgenoemde is al zestig jaar met het
fenomeen bekend. “Als zesjarige deed ik al mee aan de Zwolse
Jeugdspelen, waar Huttendorp een onderdeel van was.”
Niet vreemd dus dat zijn drie zoons ook gingen timmeren.
Nathanael begon op zijn vijfde en is (bijna) nooit meer weggegaan.
Op zijn veertiende leerde hij op het veld Jacquelien
kennen en de twee kregen verkering. Jacquelien: “Het was
gewoon fantastisch. Super gezellig en één groot feest. Vol
overtuiging zijn we blijven plakken!” Het paar stroomde van de
hulpleiding naar de hoofdleiding. En toen ze gingen trouwen
op een mooie datum in de zomer, bleek deze net in de Huttendorp-week
te vallen. Waarop het evenement zelfs een week
werd uitgesteld voor het bruidspaar.
Nathanael “Wij kunnen niet zonder Huttendorp
en Huttendorp niet zonder ons”
Anja “Het is echt een sport om zoveel
mogelijk voor elkaar te krijgen”
Jacquelien “Vroeger zaten we met zestig
man bij het kampvuur, nu nog met zes”
Vader Klaas en moeder Anja raakten ook steeds meer betrokken.
Anja: “Nathanael deed eerst zelf nog de sponsoring, maar dat
was erg tijdrovend. Overal langsgaan, afspraken maken en
tussendoor checken of het inderdaad doorgaat.” Waarop ze
de taak ruim tien jaar geleden overnam. Anja: “Heel leuk om te
doen, het is echt een sport om zoveel mogelijk voor elkaar te
krijgen.” Jacquelien lachend: “En nu moet Anja dus heel vaak
winkelen in de Dobbe om overal haar gezicht steeds te laten
zien.” Ze regelt vanalles: van loterijprijzen, honderd bolletjes
knakworst tot fruit, ranja, waardebonnen en het avondeten voor
de vrijwilligers. Dat diner maken Klaas en Anja tijdens Huttendorp
elke dag thuis, waarop de warme pannen naar het terrein
worden gebracht. De (klein)kinderen vinden het inmiddels ook
helemaal fantastisch, waardoor Jacquelien eigenlijk ook weer
elke dag te vinden is op het veld. “Het hoort gewoon bij ons
leven”, vertelt ze.
Huttendorp zelf is wel veranderd in de loop der tijd. Vanwege
klachten uit de buurt staat de muziek nog maar een paar uur
per dag aan en het aantal vrijwilligers dat er de hele dag is of
hun hele week wil opofferen, neemt zienderogen af. Jacquelien:
“Vroeger zaten we bijvoorbeeld met zestig man bij het kampvuur,
nu nog met zes.” Mogelijk is Huttendorp over tien jaar wel
verdwenen, denkt Nathanael. Ondanks de verjonging van de
wijk. Klaas: ”Net als de Paasoptocht, de lampionnenoptocht
met Sint Maarten en het fietsen met Koninginnedag.”
Nathanael: “Vrijwilligers vinden is overal lastig. Veel mensen
doen niet meer iets voor niks. De mentaliteit is veranderd.”
En dat begrijpen ze ook wel, vertelt Jacquelien: “Van mijn
drie weken vakantie bestaat anderhalve week uit Huttendorp.
Dat is wel een dingetje. Maar in de steek laten? Nee, dat kunnen
we niet. Je doet het voor al die kinderen.” Nathanael probeerde
vijf jaar geleden eens om te stoppen. “Het werd te druk.
Met een eigen bedrijf, kleine kinderen en het zingen.” Hij liep
tijdens zijn ‘stopjaar’ echter alsnog de hele week op het terrein,
waarop hij besloot weer officieel mee te doen. Nathanael: “We
kwamen erachter dat we niet zonder elkaar kunnen: wij niet
zonder Huttendop en Huttendorp niet zonder ons.”
Toch denkt het paar nog weleens aan stoppen. Nathanael:
“Maar pas als mijn vriend Michiel van Oosten er ook klaar mee
is. Dat hebben we afgesproken. We willen eigenlijk wel stoppen,
maar niet zonder opvolgers. Ik wil het stokje een keer overdragen.
Dan blijf ik zeker vrijwilliger, maar niet meer in organisatie.”
En de hele familie zal dan betrokken blijven, voor alle kinderen
uit de wijk. Klaas: “Het is zo fijn voor ze; uit dagelijkse sleur,
je uitleven en lekker creatief bezig zijn met elkaar.” Zoals dat
ook zo fijn was voor hem zelf, ruim zestig jaar geleden.
29
Nestkastengroep - vogelwoningbouwvereniging
De exacte dag waarop de eerste nestkast in de Aa-landen werd opgehangen is moeilijk te achterhalen.
De starters van de nestkastengroep hadden destijds meer interesse in het maken van een onderdak
voor vogels, dan voor het bijhouden van notulen. Uit oude verhalen van wijkbewoners, die hier al vanaf
het begin van de Aa-landen wonen, kun je wel herleiden dat de eerste kasten ergens in de tweede helft
van de zeventiger jaren hun plek in de bomen van onze wijk kregen.
De huidige nestkastengroep bestaat uit vier mannen en twee
vrouwen die de kasten onderhouden en één onmisbare man,
Rob, die al sinds 1992 de kasten maakt.
In de begintijd vond er een nauwkeurige registratie plaats
en werden de gegevens van aantallen broedsels, jongen en
vogelsoorten die in de kasten broedden, doorgegeven aan een
landelijk informatiepunt. In het broedseizoen gingen de leden
om de twee à drie weken bij de kasten langs en telden de eitjes,
door met een spiegeltje in de kast te kijken.
Nu is het anders. De leden van de huidige nestkastengroep
laten de vogels met rust en de eitjes worden niet meer geteld.
De situatie rond de kastenbroeders wordt minder gecheckt dan
vroeger. Aa-landen is in wijken verdeeld waar verspreid zo’n
honderd nestkasten hangen; ieder lid heeft zijn/haar eigen wijk.
Zo’n twee à drie keer per jaar worden de kasten gecontroleerd
en schoongemaakt en voor het nestelen begint, ontdaan van
winterrommel. Aan repareren van oude, slechte kasten wordt
niet meer gedaan, Rob maakt ze liever nieuw.
Eigenlijk doen de vrijwilligers van de nestkastengroep aan een
voortdurend woningonderhoud en zorgen dat onze gevederde
vrienden in een goed huis kunnen nestelen, broeden en
overwinteren.
Tekst: Loes Lodder, nestkastengroep en Martin Bos,
redactie Aakwaa, interviews: Martin Bos, redactie Aakwaa,
groepsfoto en portret Rob: Ank Pot, redactie Aakwaa,
overige foto’s: fam. Lodder
Nestkastengroep
Voor veel vogelliefhebbers was dat een prettige aanblik, maar
ook toen heerste er onder de jeugd vernielzucht en werden
kasten kapot aangetroffen. Basisschool De Werkschuit
startte een project over vandalisme en Jan Bonthuis, van de
S.W.A.-nestkastengroep, werd gevraagd hieraan mee te werken.
Jan, al lang niet meer onder ons, heeft met passie een paar jaar
op drie basisscholen in de Aa-landen met wisselende groepjes
kinderen nestkasten gemaakt. Met de naam van het kind in het
dekseltje gemonteerd, had ieder kind zijn/haar eigen kastje in
de wijk hangen. Hierna is Jan met zes à zeven scholen zijn
eigen project gestart. Wekelijks ging hij vanaf het begin van
het broedseizoen met kinderen en ladder in de nestkastjes
kijken hoe het ervoor stond. Jan bracht zo op zijn manier de
jeugd ontzag en respect voor de natuur bij en opvallend was,
dat er nadien vrijwel geen kasten meer werden vernield.
30
Aan het woord Loes Lodder,
Bijl, Nestkastengroep (coördinator)
Loes: “Ik ben zelf al heel wat jaren actief bij de nestkastengroep,
ik schat zo’n twintig jaar. Dat actief valt reuze mee, het zware
werk laat ik graag aan de mannen over. Jarenlang heb ik met
Roel de kasten verzorgd. Hij de trap mee en de boom in en ik
eronder met gereedschap en de trap in de gaten houden.
Toen Roel dat klimwerk niet meer kon doen, is die taak
overgenomen door mijn man John, die dat klimklusje in
combinatie met het onderhoud van de kasten, met mij
als assistente, geweldig doet. Aa-landen is onderverdeeld in
hapklare wijkjes waar zo’n 20 nestkasten per wijk hangen.
Door het wegvallen van wat oudgedienden worden de wijkjes
echter steeds groter. John en ik verzorgen nu 40 kasten en
regelmatig komt er een wijkje zonder verzorger te zitten.
De kasten hangen er dan wel, maar het onderhoud ontbreekt
en dat is vreselijk jammer.
Daarom gebruik ik deze jubileum Aakwaa om een lans te
breken voor het vrijwilligerswerk bij de nestkastengroep.
We kunnen heel goed actieve mensen gebruiken
die bezig willen zijn met de natuur van hun eigen wijk.
Meld je aan, wellicht leuker samen met een ander, zodat je
met zijn tweeën op stap kunt. Waar mogelijk wordt een
nieuweling gekoppeld aan een maatje.
Misschien een leuk idee om je samen met je kind(eren) aan
te melden. Lekker samen in de buitenlucht en van alles leren
over kastenbroeders en ervaren dat het ‘normaal’ is om
vrijwilligerswerk te doen.
Al het nieuws en wetenswaardigheden rond de nestkasten en
hun bewoners kan ik regelmatig kwijt in het wijkblad Aakwaa.
En mochten onze wijkgenoten nadere informatie willen hebben,
schroom dan niet om ons te benaderen.
Wij vergaderen tweemaal per jaar, in maart en oktober. Soms als
de coördinator het is vergeten driemaal, maar dan is er die keer
wel taart!”.
Een jaartje na mijn geboorte in Nederland heb ik met mijn ouders
tot mijn negende jaar in Indonesië gewoond, keerde terug naar
Den Haag om later met mijn gezin in 1977 in de Aa-landen, in de
Bekenbuurt te gaan wonen; en daar wonen wij nog steeds.
In 1992 ontmoette ik op de Open Dag van de S.W.A. Frits Geerdink,
die mij enthousiast wist te maken voor het bouwen van
nestkasten die in de Aa-landen door de nestkastengroep werden
opgehangen. We hoefden de kasten alleen maar in elkaar te
zetten, omdat wij destijds het hout op maat kregen aangeleverd
door de Hubo, de doe-het-zelf-winkel die in het winkelcentrum
van de Aa-landen een filiaal had.
Bij vertrek van die zaak uit het winkelcentrum, schafte ik mij op
kosten van de wijkvereniging het nodige gereedschap aan,
zoals een zaagmachine en fabriceer vanaf die tijd de
nestkasten van de bodem tot en met het dak.
Ik zou werkelijk niet weten hoeveel kasten ik in al die tijd
gemaakt heb, wel dat ik ze steeds, waar nodig, aanpas of
verbeter. De dakbedekking, dakleer dat ik met een brander
moest aanbrengen, is vervangen door DPC-folie; het oude
dak werd n.l. open gepikt door de vogels die op zoek waren
naar insecten onder de bedekking. En we werken nu met
metalen nestopeningen, zodat de spechten de vlieggaten
niet zo groot kunnen hakken, dat ze de jongen als lekker hapje
kunnen nuttigen. Repareren van oude, kapotte kasten doe ik
niet meer, nieuw bouwen is beter en gaat sneller. Gelukkig
hebben we Theo Sluiter om de kasten te beitsen, want daar
ben ik niet zo van.
Verder maak ik mij voor de S.W.A. nog verdienstelijk in de
keuken van De Bolder, eigenlijk meer verdienstelijk als assistent
voor mijn vrouw Joyce, die daar de kinderen van de Aa-landen
op woensdagmiddag allerlei lekkerheden laat bakken en koken.
Aan mijn verdere hobby’s zoals het beeldhouwen van vogels
uit speksteen, keramiek, vissen (alleen bij mooi weer!) en
gitaarspelen kom ik te weinig toe. Gelukkig nog wel aan het
kweken van bonsai boompjes, die met de jaargetijden mee
van ons balkon naar binnen en vice versa verhuizen”.
Aan het woord Rob Mielatz,
Nestkastenbouwer
Rob: “Tot mijn pensioen in 2002 hield ik mij meer met aqua
dan met fauna bezig. Van jongs af aan kweekte ik in 36 jaar
tijd zeebenen. Als scheepsvaart machinist bracht ik vele uren
door in de machinekamers van schepen op de grote vaart en
voor het onder verschillende vlaggen, o.a. Marine en
Rijkswaterstaat, opererende Loodswezen. Aangezien ik,
ondanks de wijzigingen van officiële baas, altijd onder de
voorwaarden van de Marine bleef vallen, kon ik op 55-jarige
leeftijd gepensioneerd uitzwaaien.
31
32
Diverse S.W.A. activiteiten
Jisk geflankeerd door Sint en Piet
Sinterklaas
Wijkbewoner Jisk Cnossen is min of meer vergroeid met
het Sinterklaasfeest en de intocht van de goedheilig man
in de Aa-landen. Al 16 jaar heeft hij als (mede)organisator
namens de S.W.A. de touwtjes in handen om het bezoek
van de Sint en Pieten aan onze wijk soepel te laten
verlopen. En dat lukt ieder jaar weer probleemloos.
Jisk’s jarenlange band met Sint en Piet moet er welhaast
een zijn die op een andere tijd van het jaar is ontstaan en
warm wordt gehouden. Als je goed luistert, hoor je boven
het kindergezang van de Sinterklaasliedjes het geluid van
het klepperen van een Sassendonkse ooievaar, een Eileuver.
Klaverjassen
Aan de landelijke tendens dat het klaverjassen met uitsterven bedreigd wordt, hebben veel wijkbewoners van de Aa-landen geen
boodschap. Daar waar de jeugd een andere vrijetijdsbesteding heeft gevonden, is het klaverjassen voor de wijkbewoners die in
leeftijd al wat verder gevorderd zijn, nog steeds een aangename bezigheid.
Elke dinsdagmiddag melden zij zich bij organisatoren Ria van Gelder en Louise Denneboom in De Bolder voor een paar lekker
spannende boompjes klaverjassen.
Na inschrijving en samenstellen van de paren, worden er om 14.00 uur de eerste kaarten gedeeld en begint een onvervalst partijtje:
spelen, passen, troeven, punten tellen, kaarten onthouden, nat gaan en vooral niet verzaken.
Wat betreft de liefhebbers van het klaverjasspel mag dat wat hun betreft nog tijden zo doorgaan en is de jongere Aa-lander van
harte uitgenodigd om mee te spelen. De niet-klaverjassers kunnen Rummikub spelen.
Volleybal
Al heel lang, zo lang dat de oorspronkelijke officiële start niet te
achterhalen is, wordt er elke donderdagavond in de kleine sportzaal
van De Bolder van 19.30 tot 22.00 uur recreatief gevolleybald.
Hier werken dames en heren uit de Aa-landen aan hun conditie en
techniek, wat samengaat met een avond gezelligheid.
Omdat er geen training wordt gegeven, is voldoende volleybalervaring
wel noodzakelijk.
Als je eens wilt kijken of voor proef wilt meespelen, neem dan vooral
contact op met de coördinator Frank Bloemberg, die je er alles over
kan vertellen.
Frank staat klaar om mee te spelen
Creatiefbeurzen
Tweemaal per jaar is coördinator ‘Creatiefbeurzen’ Ank Pot druk doende om MFC De Bolder om te toveren tot beurs.
Met een breed aanbod aan kunstnijverheid luiden de standhouders op de Voorjaarsbeurs het voorjaar in.
Artikelen met een knipoog naar Pasen, maar het meeste is tijdloos
Met kraampjes en passende decoratie wordt het wijkcentrum daags na Sinterklaas in kerstsfeer gebracht en aantrekkelijk gemaakt
voor een bezoek aan de KerstCreatiefBeurs.
Op deze beurs, in combinatie met de Kerstmarkt van het Winkelcentrum Aa-landen, ligt de focus van het creatieve aanbod wat
meer op de Kerst. Sieraden, houtwerk, keramiek en textiel vinden hun weg naar de bezoekers en niet te vergeten de
kerststukken- en kaarten. Twee mooie wijktradities waar menig wijkbewoner naar uitkijkt.
33
Diverse S.W.A. activiteiten
Altijd gezelligheid troef
Handwerken
De basis van elk breiwerk, opzetten, recht
breien en averecht breien, werd decennia
geleden door de dames Miep van der Ven
en Gea van Wilpe al voor het vormen van een
handwerkgroep gelegd. Sinds een aantal jaren
valt die groep nu onder de S.W.A. en komt
elke donderdagmiddag samen in de
ontmoetingsruimte van De Bolder. De dames
nemen ieder hun eigen handwerkje mee,
zodat er niet alleen breien , maar ook o.a.
haken en borduren op het programma staat.
Bingo
Wanneer je de 2e en 3e vrijdag van de maand om 14.00 uur M.F.C. De Bolder binnenloopt en je hoort een molentje draaien,
en balletjes vallen en iemand een getal van 75 of lager roepen, dan weet je: hier wordt BINGO gespeeld.
Voor die wijkbewoner die nog niet weet wat de prijzen zijn en of je bij een valse bingo ook een liedje moet zingen, hebben wij
een advies: loop eens binnen bij de ‘bingo dames’ Dini Egberts en Ria van Vilsteren en speel maar mee!
Inzameling doppen/deksels e.d.
Twee jaar geleden startte coördinator Ank Pot de inzameling van doppen, deksels, inktcartridges, oude mobieltjes en gebruikte
hele eierkartons voor goede doelen. In de hal van De Bolder staan 4 zwarte bakken waarin men de schone (!) exemplaren kan
deponeren; tijdens de schoolvakanties niet.
Vanaf het begin loopt deze inzameling gesmeerd, waarbij het wel wenselijk is dat de ingeleverde doppen en deksels ontdaan zijn
van smeer of restanten van de inhoud. Het door de S.W.A. schoon aanleveren van doppen en deksels bij het centrale inzamelpunt
is soms een vieze maar vooral tijdrovende klus.
De doppen en deksels worden gerecycled en verkocht. De opbrengst is voor het diabetesfonds en blindengeleidehonden.
De cartridges en mobieltjes worden ingezameld voor de Stichting DierenLot. De eierkartons worden voor hergebruik verkocht
en de opbrengst is deels voor het Zonnehuis voor de aanschaf van allerlei zaken waar geen budget voor is en deels voor
muziekvereniging Jubal. De wijkbewoner draagt op deze manier een steentje bij aan de kas van de goede doelen en aan
een schoner milieu.
Koken voor kinderen
Het zoontje van Joyce Mielatz is de aanleiding geweest, dat zij nu al weer 28 jaar
in de keuken van De Bolder leiding geeft aan ‘Koken voor Kinderen’.
De toenmalige vrijwilligster moest door omstandigheden stoppen en
dat vond Joyce zo sneu voor de kleintjes, dat zij er mee verder is gegaan.
Al 28 jaar deelt zij haar kook- en bakgeheimen met de kinderen van
de Aa-landen, sinds zijn pensioen 7 jaar geleden geassisteerd door haar man Rob.
De ouders van de kinderen liet zij jarenlang mee kokkerellen via haar rubriek
‘Koken met Joyce ’ in de Aakwaa en met haar lessen ‘Indisch koken voor ouderen’
in De Bolder. Verheugend is dat er ieder jaar weer ruim voldoende wijkbewonertjes
van 8 t/m 11 jaar zijn die op de woensdagmiddag eerst van Joyce leren hoe
ze alles lekker moeten bereiden, om het dan in een trommeltje mee naar huis
te nemen en zelf te verorberen. Maar niet nadat de keuken en bakspullen spic
en span door de kinderen zijn achtergelaten.
Joyce en Rob Mielatz
34
Teksten: Martin Bos, foto’s: Ank Pot, redactie Aakwaa
Filippine - Crypto Aa-landen
Speciaal voor dit jubileumnummer maakte Martin Bos een cryptogram.
Een leuke uitdaging voor de lezers die het ‘denken met een kronkeltje’ machtig zijn.
Bij het oplossen van deze Filippine-Crypto ontstaat er in de dik omlijnde kolom een tekst.
Stuur uw oplossing vóór 15 maart 2020 per e-mail naar: aakwaa@wijkgemeenschapaalanden.nl onder vermelding van:
Oplossing cryptogram.
Of lever het vóór 15 maart 2020 schriftelijk in bij de Infobalie van de S.W.A. in MFC De Bolder.
Vergeet niet duidelijk uw naam en adres te vermelden.
Uit de goede inzendingen trekken wij een winnaar die een waardebon van € 50,- ontvangt.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
1. Groep vissen aan de grond
2. Gelders grasland voor beesten
3. Waterverfkunst studeren
4. Raadselachtige kwestie
5. Paradijs voor Maas en Waal
6. Zaak in het middelpunt
7. Armoedige plattelandsbehuizing
8. Deksel van een tekstverwerker
9. Vraag en antwoord desk
10. Beweging in een buurt
11. Kronkelende adviesraad
12. Stee na Utrechts watertje
13. Duistere en natte dreef
14. Lustrumbode
35
Repair Café
Repair Café. Weggooien? Mooi niet!
Het allereerste Repair Café (RC) werd gehouden in Amsterdam op 18 oktober 2009.
Het werd georganiseerd door Martine Postma. Er ontstond veel navolging, inmiddels
is het een internationale organisatie met ongeveer 1900 afzonderlijke Repair Cafés.
Martine wilde een tegenbeweging in gang zetten om de afvalbult minder hard te laten
groeien en de kennis van repareren te behouden. In 2018 zijn er door alle Repair Cafés
350.000 artikelen gered van de afvalbult!
Levensduur verlengen en sociaal contact
Verlengen van de levensduur van een artikel is een manier om
de afvalberg minder hard te laten groeien en grondstoffen beter
te benutten. Zo zijn er geen (milieubelastende) processen,
of nieuwe grondstoffen nodig om nieuwe producten te maken.
Helaas is het voor velen gebruikelijk om een product dat stuk
is, weg te gooien. Vaak weten we niet hoe het gerepareerd
kan worden, of zijn de reparatiekosten te hoog. Alles dat wordt
afgedankt is verlies aan (schaarse) grondstoffen.
Het idee achter RC is om een plek te hebben waar buurtgenoten
met kapotte spullen in contact komen met vrijwillige reparateurs.
Door gezamenlijk het probleem onder de loep te nemen ontstaat
een plek om mét elkaar en ván elkaar te leren!
Een RC óók in de Aa-landen!
Het initiatief om een RC in de Aa-landen te starten kwam van Els
Cuijpers Ze vertelt hierover het volgende. “Ik had wel eens vaag
van het bestaan van een Repair Café gehoord, maar had geen
idee wat het inhield. Google vertelde me dat er in Zwolle een
RC in Assendorp was. Daar ben ik met een defect artikel
naar toe gegaan en heb toen voor het eerst kennis gemaakt
met het reilen en zeilen van een RC. Voor nóg meer informatie
werd ik doorverwezen naar het RC in Stadshagen en zijn
drijvende kracht: Louis Zandbergen. Samen met Louis heb
ik gekeken wat de mogelijkheden, een goede plek, de kansen
enzovoort waren. Met Louis’ enthousiasme en ervaring zijn we
in gesprek gegaan met de SWA.”
RC en SWA
De SWA is er in eerste instantie om de leefbaarheid van de
(groene) wijk en het welbevinden van de wijkbewoners te
bevorderen. Hieronder wordt ook duurzaamheid verstaan;
niet weggooien maar repareren. Daarbij is de SWA volledig
onafhankelijk; zonder voorkeur of binding met geloofsovertuiging
en/of politiek motief. Volledig gerund door vrijwilligers,
zonder winstoogmerk.
36
Wat
Creatief
het RC
geknutselde
beoogt sluit
radio
helemaal
antenne
aan bij de doelstellingen van
de SWA.
In enkele andere Zwolse wijken waren al RC’s, maar nog niet
in de Aa-landen; een wijk met toch 13.000 inwoners en een
gevarieerde leeftijdsopbouw en zowel reparatiekennis als
behoefte aan reparaties.
Enthousiaste reparateurs (vrijwilligers)
Snel na het bekend maken van de plannen voor het
RC Aa-landen bij de SWA, meldden de enthousiaste reparateurs
zich. In totaal zijn er nu ongeveer 15 vrijwilligers die het leuk
vinden om reparaties in het RC uit te voeren. Ieder heeft zijn/
haar eigen kennis en ervaring op het gebied van apparaten en
textiel. Tot nu toe hebben we bijna 800 artikelen onder handen
gehad! Hiervan is zo’n 60% hersteld de deur uit gegaan. In 2020
verwachten we het duizendste artikel onder handen te krijgen.
Leuk bij het RC
Wat de meeste vrijwilligers van het RC leuk vinden aan hun
vrijwilligerswerk is het contact met de mensen; de mensen zelf
en het verhaal bij het artikel dat ter reparatie wordt aangeboden.
Onze meest veelzijdige reparateur had ooit een naaimachine
onder handen. Om de werking te testen (na reparatie),
stikte hij op het intakeformulier ‘KLAAR’!
Een andere keer kwam een wijkgenoot, zichtbaar al flink wat
levensjaren achter zich, met een defect apparaat: “Kijk deze
is net zo oud als ik!”
Twee jaar geleden viel het RC samen met de voorbereidingen
van de KerstCreatiefBeurs. Tussen de spullen ter aankleding
van de beurs, een opblaasbare Kerstman. Het leven kon er
pas worden ingeblazen nadat ie bij onze reparateurs onder
handen was geweest! Dit werd als hilarisch gezien bij de
landelijke organisatie en kreeg een speciale vermelding
op de landelijke website.
Ook zijn onze reparateurs soms bijzonder creatief in
zelfredzaamheid. Zo knutselde één van onze vrijwilligers
een ontvanger van een snoer en 2 blikjes, om de
radio-ontvangst te kunnen testen!
Tekst: Els Cuijpers, groepsfoto en portret: Ank Pot,
redactie Aakwaa, overige foto’s: Els Cuijpers
Innameformulier KLAAR
Aan het woord Els Cuijpers,
coördinator Repair Café
“
Ik woon precies 30 jaar in de Aa-landen. Mijn wieg heeft
in Limburg gestaan. Na de middelbare school heb ik een opleiding
in Boskoop gedaan: de Hoge School voor tuin- en landschapsinrichting.
Boskoop was en is het hart van de Nederlandse boomkwekerij.
Inmiddels is de opleiding (vanwege onderwijsdoeleinden)
verplaatst naar Velp en samengegaan met wat eerder o.a. de
bosbouwschool (Velp) en de tropische landbouwschool (Deventer)
was. Vanuit mijn opleiding is groen, groenvoorzieningen en zorgen
voor je leefomgeving en milieu een logische levenshouding.
In mijn dagelijks werk houd ik mij bezig met de inrichting,
het beheer en de kwaliteit van de (groene) openbare ruimte.
Dit heb ik 20 jaar als adviseur voor een ingenieursbureau gedaan
en 15 jaar voor diverse gemeentes. Voor mijn werk kan ik veel
voorbeelden aanhalen uit de (oorspronkelijke) visie achter het
openbaar groen in de Aa-landen, hoe dat de afgelopen jaren is
veranderd en wat er na 50 jaar zichtbaar is in onze woonomgeving.
Waar we vaak niet bij stil staan is de rijkdom die wij als Aa-landers
hebben met zoveel groen direct om ons heen; in onze tuinen,
groenstroken en speelveldjes. Altijd is er wel ergens een
doorsteekje langs een grasveldje of door een groenstrook om
een stukje verderop in de wijk te komen. Er is een rijkdom en
variatie aan bloei, bessen, vogels en kleine zoogdieren (egels)
in onze wijk door de aanwezige bomen en beplanting:
groen geluk!
“
37
KUNSTROUTE
De redactie van de Aakwaa heeft aan Martjan Kuit
gevraagd om voor dit jubileumnummer een
kunstroute door de wijk te maken
38
Aa-landen - een kunstroute
10 kunstwerken in de openbare ruimte
Kunst vind je niet alleen in een museum. Je hoeft de deur maar uit te gaan en je komt de mooiste werken
tegen. In het park, langs de kant van de weg, op muren en op elektriciteitshuisjes. Ja, ook in Aa-landen.
Om je een beetje op weg te helpen, hier een route langs 10 kunstwerken.
Onze wijk is niet echt een beeldentuin. Kunst in de openbare ruimte is schaars. Volgens de website ‘Beelden in Zwolle’ van
de gemeente staan er veel minder kunstwerken in Aa-landen dan in Assendorp, Holtenbroek en Zwolle-Zuid. Maar als je een
beetje je best doet, is er heel wat moois te vinden. Hoog tijd om een paar pareltjes in het zonnetje te zetten. Wandel of fiets
je mee?
Kaartje: https://drive.google.com/open?id=1omzrioBaUNgZJdkC5B5dl57p5W_ECogx
Aakwarius - Wendela Gevers Deynoot - 2005
Rijnlaan bij Dobbe
Beschilderde elektriciteitshuisjes
Diverse locaties
Welkom in Aa-landen! Dit beeld van Wendela Gevers Deynoot
is het eerste wat je ziet als je Aa-landen vanaf de Zwartewaterallee
de wijk inrijdt. Het bestaat uit een soort kuipvorm of romp
van een boot met 5 mensfiguren die de wijk inkijken.
Het onderhoudsarme en vandalismebestendige beeld is
gemaakt van beton, basalt, marmer, glas en kleurstof.
(Het beeld werd door de S.W.A. bij haar 35-jarig bestaan
aan de wijk geschonken red.) Het beeld werd in 2007
Aakwarius gedoopt. De naam verwijst naar het sterrenbeeld
Aquarius (waterman) en de naam van het wijkblad Aakwaa.
Aa-landen staat vol met mooi versierde transformatorkasten en
elektriciteitshuisjes. Dertig daarvan zijn beschilderd in het kader
van het project ‘Aa-landen-stroom’. Onder leiding van kunstenares
Willeke Trommels toverden kunstenaars en wijkbewoners
bekladde elektriciteitshuisjes om tot kleurrijke
pareltjes. Zwanen, bloemen en landschappen; je komt het
allemaal tegen. Waar deze kunstwerken zich precies bevinden
staat niet op de bij deze route geleverde kaart. Het is leuker
als je ze spontaan tegenkomt! Moet lukken, want ze zijn overal.
Kijk onderweg maar eens goed om je heen!
39
Devotentunnel - meerdere kunstenaars - 2004
Devotenstraat
Klimkoepel - Aldo van Eyk - 1947
Verschillende speeltuinen (o.a. Schutterbeek,
Tijnje en Deurzerdiep red.)
Wat een vrolijke tunnel! De kleurige doorgang voor fietsers
en wandelaars werd in 2004 beschilderd door jongeren uit
Aa-landen en Diezerpoort. Ze kregen daarbij hulp van kunstenaars
Rana Berends, Heleen Langkamp, Jacomijn Schellevis en
Willeke Trommels. De werken in de tunnel hebben allemaal iets
te maken met het gekozen thema ‘Devoten en rivieren’.
Doel van het project was om jongeren meer betrokken te maken
bij hun eigen leefomgeving. De schilderijen zien er ruim 15 jaar
na dato nog steeds prachtig uit. Al wordt er zo nu en dat graffiti
in de tunnel aangebracht. Vaak is dat geen verbetering.
Al stond er toen deze route geschreven werd ook een
poëtische parel tussen de schilderingen: “Ga naar buiten
in de Rain. Ben van suiker. Ben van steen.”
Kijk, een iglo! Daar hebben we er heel wat van in Aa-landen.
Bijna allemaal in blauw en rood. Het speeltoestel – officieel
een ‘klimkoepel’ – is een idee van architect Aldo van Eyck
(1918-1999). Hij ontwerpt tussen 1947 en 1978 in opdracht
van de gemeente meer dan 700 speelplaatsen in Amsterdam.
Vooral Van Eyks aluminium iglo slaat aan. Ieder kind, dat in de
jaren ’50, ’60 en ’70 opgroeide, heeft er wel eens in gespeeld.
Het Rijksmuseum heeft een paar Van Eycks in zijn collectie:
in de beeldentuin staan meerdere klimrekken. Ja, ook een iglo.
Zonder titel - Jan Gierveld - 1970
Botlek, Het Stroomdal
Een wandreliëf vol religieuze symboliek. Op het werk zie je anker,
visnet, vissersboten en andere elementen die verwijzen naar de
bijbelse grondslag van de school waarvoor de wandversiering
gemaakt is in het kader van de percentageregeling voor
beeldende kunst.
Dit is één van de weinige voorbeelden van wandkunst van Jan
Gierveld, die voornamelijk tekende, schilderde en aquarelleerde.
Hij was een kunstenaar van de oude stempel. “Geen revolutionair
of avantgardist, eerder de stille werker in de woestijn”,
aldus de website waarop zijn omvangrijke oeuvre verzameld is.
In de vijftig jaar dat Gierveld actief was als kunstenaar
raakten abstract-expressionisme, Cobra en Pop Art in zwang,
maar daar is in zijn werk weinig van te merken.
Kikker - Dick van de Poel - 1980
Beulakerwiede, Basisschool de Wieden
Een lekker simpel tegeltableau. Wat stelt het voor? Een kikker!
In groen en blauw. Van de Poel speelt met complementaire
vormen. De kleuren van een tegel zijn steeds tegengesteld aan
die van de aangrenzende tegels. Over de omgeving van het
amfibie komen we niet veel te weten. Zwemt hij in het water?
Springt hij in het gras? Dat mag de toeschouwer er helemaal
zelf bij verzinnen.
Een kikker op een schoolgebouw is in ieder geval erg
toepasselijk. Het dier staat immers symbool voor transformatie
(van kikkervisje tot kikker).
40
Speelplastiek - Tjeerd Visser - 1990
Rolderdiep
Een schip vastgelopen in een zandbak in Aa-landen.
Handig wel, want je kunt er leuk mee spelen. En met een
beetje fantasie verandert de zandbak eromheen in een zee
of meer. Stevig is de bakstenen schuit ook. Deukjes in de
houten reling verraden een wild leven, maar het werk staat
nog fier overeind. Een paar jaar geleden is het schip voorzien
van kleurige schilderingen. Vrolijk, maar heel anders dan
het robuuste bakstenen vaartuig van weleer.
Over de maker van deze bakstenen schuit heeft de
samensteller van deze route niet al te veel kunnen vinden.
“Tjeerd Visser maakte geen elitair of solitair kunstwerk
maar een uitdagend en uitnodigend gebruiksvoorwerp zonder
artistieke pretenties”, is te lezen op de website Beelden in Zwolle
van de gemeente. “Het resultaat is vindingrijk, laagdrempelig en
toegankelijk voor iedereen die de uitdaging wil aangaan.”
Wachters en stoeltjes - Jan Snoeck - 1996
Soerensebeek
Wat een vrolijke beelden. Zouden het mensen zijn? Ze hebben
wel menselijke trekjes, in ieder geval. Ogen, een neus en soms
zelfs een deel van een gezicht. Het zijn hoe dan ook typische
Jan Snoecks. Als je eenmaal één van zijn beelden bekeken hebt,
haal je de Snoeck er de volgende keer meteen uit.
Aanvankelijk waren steen, hout en brons zijn favoriete
materialen. Later werkte hij vooral in keramiek. Snoeck gebruikte
vrolijke, primaire kleuren en meestal waren mensen zijn onderwerp.
Zijn karikaturale personages doen denken aan stripfiguren.
“Eenvoudiger kan het niet”, zei Snoeck ooit over zijn werk.
“Als kunstenaar moet je nooit iets proberen na te volgen.
Een stoel van Rietveld is authentiek, alles wat daar van is
afgeleid niet. Mijn werk is in elk geval authentiek.” Werken van
Snoeck zijn overal in Nederland te vinden. Zo ook bij de
Thorbecke Scholengemeenschap en de Isala Klinieken
zijn beelden van de kunstenaar te vinden.
Golven - Jo Pessink - 1978
Dobbe, ingang Merwedelaan
Vier golven in het gras. Op de hoogste kun je zitten, als je wilt.
Het object is gemaakt van dekplaten van roestvrij staal die zijn
aangebracht op een basis van betonelementen. Kunst die tegen
een stootje kan dus. Wat het voorstelt? We schakelen weer even
over naar de website Beelden in Zwolle: “De geometrische
vormen verwijzen naar een snoer dat verbindingen tot stand
brengt. De schakels van de ketting symboliseren niet alleen
41
verbondenheid maar laten ook een golvende beweging zien,
die veroorzaakt wordt door de verschillende hoogtes van de
geschakelde elementen en door de glooiende lijnvoering.”
Kunstenaar Jo Pessink is vooral bekend als graficus. Al kun je
vooral in Overijssel beelden en wandreliëfs van hem vinden.
Hij overleed plotseling in 1998, net voordat in de Bergkerk in
zijn woonplaats Deventer de eerste retrospectieve
tentoonstelling gewijd aan het werk geopend werd.
Atlantis - Egidius Knops - 2002
Haringvliet hoek Rijnlaan
Een pilaar die door een huisje gaat. Met een blad aan het einde.
Gemaakt van chroomnikkel staal. Het is wat allemaal. Het beeld
verwijst naar eilandenrijk Atlantis dat volgens een door Plato in
zijn Timaeus overgeleverd verhaal door de Atlantische Oceaan
omspoeld werd. Als je naar dit beeld kijkt, lijkt het alsof atlantis
niet in de zee verdwijnt, maar herrijst. Dat doet wel een beetje
aan de wijk Aa-landen denken. Ooit was de Westerveldse Aa
heer en meester in dit gebied. Tegenwoordig heeft de rivier een
bijrol. Egidius Knops is beeldhouwer en schilder, een combinatie
die we vaker zien als we deze kunstroute afleggen. Hij studeerde
aan de kunstacademie in Tilburg en werkte in de jaren ’60 en ’70
regelmatig samen met collega-beeldhouwers in Parijs, Berlijn
en Italië.
Sporen - Dineke Beereboom - 2005
Zijpe
Kunst aan de jeu-de-boulesbaan. Met maar liefst twee bordjes
op de sokkel. Op de een staat dat toeschouwers met camera’s
in de gaten gehouden worden (het originele beeld is enige jaren
geleden gestolen red.), de ander vermeldt dat Hans Wiegel dit
beeld in 2005 onthuld heeft. Daarmee werd het gebouw naast
het beeld, Woonzorgcentrum Rivierenhof, geopend.
Mensen en de taal van hun lichaam zijn de belangrijkste
inspiratiebron voor de beelden van Dineke Beereboom.
Dat zie je ook in dit sierlijke en beweeglijke beeld terug.
De beelden van Beereboom worden trouwens wel vaker ingezet
om de opening van een woonzorgcentrum te vieren. Zo staat er
een menshoog bronzen beeld van haar hand in de entreehal
van het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg.
Tekst: Martjan Kuit, foto’s: Ank Pot, redactie Aakwaa
Over de auteur
Martjan Kuit (1989) is journalist en blogger. Hij woont sinds 2012 in Aa-landen. Even wennen na Assendorp,
maar inmiddels heeft hij de wijk in zijn hart gesloten. Deze kunstroute is een vervolg op de architectuurroute
door Aa-landen, die hij eerder maakte. Meer informatie: https://www.martjankuit.nl/aalanden/
42
Wijkcentrum van Aa-landen
van Aa-huis naar De Bolder
De geschiedenis van het wijkcentrum van Aa-landen, van het Aa-huis naar Multifunctioneel
Centrum De Bolder, begint al in 1969. Een enthousiaste groep wijkbewoners bereidde de oprichting
van de Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen voor en prioriteit nummer 1 was een eigen wijkgebouw.
43
“
Karlo Tuten wijkgenoot uit Aa-landen-zuid, kwam 12 jaar
geleden met een omweg als marktkoopman, taxichauffeur en
ass.-beheerder van een Shell-tankstation bij het wijkcentrum binnen
om, in eerste instantie, in een soort driemanschap het beheer te
voeren over De Bolder. Het duurde niet heel lang tot hij solo het
beheerderschap op zich nam. Karlo is naast gastheer in de
huiskamer van de Aa-landen vooral ook de zakelijk leider
van het wijkcentrum.
Omdat De Bolder (S.W.C.) financieel zijn eigen broek moet ophouden,
zijn Karlo’s werkzaamheden niet uitsluitend wijkgericht en op zijn
diensten bij de activiteiten van de S.W.C.-partners Meander College,
Wijkvereniging S.W.A. en Stadkamer, maar is ook het commercieel
benutten van de niet wijkgerichte evenementen nodig.
Zo worden de ruimtes in De Bolder verhuurd voor cursussen,
workshops, sport (3 zalen), vergaderingen, events van verenigingen
en clubs en lunches. Voor het vieren van een feest(je) draait het
‘Bolder-team’ de hand ook niet om.
Als beheerder leidt Karlo met zijn kleine vaste team, waar nodig
aangevuld met vrijwilligers, dit in goede banen en begeleidt
daarnaast ook stagiaires en mensen met afstand tot de arbeidsmarkt
of een taalachterstand, die hij door instanties krijgt toegewezen.
Karlo’s motto “Iedereen die hier binnenkomt, moet er met een glimlach
weer uit” is voor menig Aa-lander een uitnodiging voor
een bezoekje aan De Bolder.
Als je Karlo daar dan niet ziet, is hij ongetwijfeld met één van zijn
hobby’s onderweg, n.l. rondtoeren op zijn Harley Davidson.
“
van buurtwerker werd in 1973 uitgebreid met het aantrekken
van nog een cultureel jeugd- en jongerenwerker en (tijdelijk)
een groepsvoorlichter.
De functie van het Aa-huis, met een breed scala aan wijkactiviteiten
op diverse gebieden, veranderde al vrij snel in
‘hoofdzakelijk jongerenwerk’, mede door de ontwikkelingen
aan de ‘overkant’ van de Zwartewaterallee.
In 1985 kreeg het Aa-huis een fulltime jongerenwerker in dienst
en werd het een jongerencentrum voor heel Zwolle-Noord.
De organisatie van het jongerenwerk is vandaag de dag in
handen van Travers.
Het Aa-huis wordt verhuurd aan Tavers en heet nu Free2Move.
Het pand is nog wel eigendom van de S.W.A.
Wijkcentrum De Bolder wordt Multifunctioneel
De jaren waarin het leek ‘dat de bomen tot in de hemel
groeiden’ werden al spoedig ingehaald door de economische
ontwikkelingen in het land, ook in de Aa-landen.
In 1970 werd er al onder leiding van het Refter aan het college
van B & W een rapport uitgebracht over een wijkcentrum in
het snel groeiende noordelijke deel van de Aa-landen,
daar waar het winkelcentrum werd gebouwd. In dat rapport
V.l.n.r. Sylvia, Corrie en Karlo
De wijk Aa-landen was toen nog erg klein en bestond
slechts uit de drive-in woningen en de flats ten zuiden
van de Zwartewaterallee, het huidige Aa-landen-zuid.
Toezegging van de nodige subsidie(s) resulteerde in een
voorlopig onderkomen in de Botlek 5, een woonhuis/buurtcentrum
waar de activiteiten werden gestart, o.m. een
kindercrèche, het drukken van de wijkkrant, creatieve clubs
en het kleuterbureau van het Groene Kruis.
Het Aa-huis
In Aa-landen-noord werden de eerste woningen gebouwd,
terwijl zuid praktisch was volgebouwd. Met het groeien van
de wijk en de ervaringen die door vele instanties hiermee
werden opgedaan, ontstond weer overleg tussen de diverse
organisaties op het gebied van club- en buurthuiswerk.
Op 2 november 1971 werd begonnen met de bouw van het
Aa-huis in de Gouwe 12, in combinatie met de gymnastiekzaal.
Op allerlei manieren, o.a. de verkoop van kerstbomen en
coniferen, werd er door de wijkbewoners zelf 100.000
(ouderwetse Nederlandse) guldens bij elkaar gesprokkeld.
Het Aa-huis werd met een groot feest op 14 oktober 1972
officieel geopend.
Door de uitbreiding van de Aa-landen en het toenemen van
de werkzaamheden, kwamen het bestuur en de wijkbewoners
niet meer toe aan alle specifieke taken van het buurtwerk.
Ter ondersteuning werd de eerste beroepskracht, een
buurtwerker, in 1972 ingevlogen die van een ruim
takenpakket werd voorzien.
Succesvolle jaren op het gebied van sociaal en cultureel
werk zullen er volgen in de fors uitdijende wijk. De functie
44
werd van een combinatiebouw met het Meander College
gesproken.
Vanaf 1973 gingen de besprekingen verder met de school,
het winkelcentrum en de gemeente. Dit alles onder de
vlag van een in september 1975 opgerichte Stichting
Wijkcentrum Aa-landen.
Het gevolg: een basisovereenkomst tussen de participanten
Meander College, de Bibliotheek, (destijds) de R.K. kerk en
Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen. De bouwvergunning
werd in augustus 1975 verstrekt en de opening van het
wijkcentrum had op 10 oktober 1977 plaats.
Bezuinigingen in de jaren 90 en daarna hebben ervoor gezorgd
dat De Bolder steeds meer zelfstandiger moest gaan draaien
door vermindering van subsidies.
Stichting Wijkcentrum Aa-landen, de club van de eerder
genoemde participanten, moest de begroting wel sluitend
krijgen, want alle aspecten moesten kunnen blijven doorgaan.
Naar buiten toe werd de naam wijkcentrum De Bolder gewijzigd
in Multifunctioneel Centrum De Bolder.
Dit alles maakte het mogelijk de zalen van het wijkcentrum
voor commerciële doeleinden te gebruiken, zoals feesten,
vergaderingen, cursussen en verhuur aan diverse instellingen.
Conform het vooropgezette plan maken de participanten
het Meander College, de Stadkamer (bibliotheek) en de
Wijkvereniging Aa-landen voor hun activiteiten gebruik
van de ruimten van het wijkcentrum.
Zo kunnen in De Bolder de wijkbewoners al jarenlang de diverse,
door de wijkvereniging georganiseerde, activiteiten bezoeken en
eraan deelnemen: de Open Dag met de Snuffelmarkt, cursussen
en exposities op kunstgebied, Koningsdag, Sinterklaasfeest,
Klaverjassen, Bingo, Volleybal, Voorjaars- en KerstCreatiefBeurs
en Repair Café. Vlak na de entree, in 2000 bij de grote verbouwing
van het hele winkelcentrum Aa-landen naar de huidige plek
verplaatst, vind je het kantoor (de ‘huiskamer’) van de wijkvereniging,
vier dagen in de week ‘bemand’ door de vrijwilligers
van de Infobalie. Tevens onze ruimte voor vergaderingen,
de Aakwaa-groep, de buurthulp en het wekelijkse spreekuur
van de wijkagent.
Beheer MFC De Bolder
Inmiddels is de Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen
(de wijkvereniging) weer een echte vrijwilligersorganisatie,
net als bij haar oprichting in 1970. Naast de jaarlijkse
vrijwillige donaties van de wijkbewoners ontvangt de
wijkvereniging een jaarlijkse gemeentelijke subsidie.
Het beheer van MFC De Bolder valt onder de Stichting
Wijkcentrum Aa-landen (S.W.C.) en is in handen van haar
beroepskrachten Karlo, Corrie en Sylvia. Zij bepalen het
gezicht van het centrum met al zijn activiteiten en
mogelijkheden. Alhoewel geen vrijwilligers van de
wijkvereniging horen ze toch tot onze Aa-landen-club
en kun je niet om hen heen. Een nadere kennismaking
met twee van hen is daarom op zijn plaats.
Tekst en interviews: Martin Bos, foto: Ank Pot, redactie Aakwaa
“
Corrie ten Hoove werkte als vrijwilliger in MFC De Bolder
en nam na de pensionering van Mien als vaste kracht van Stichting
Wijkcentrum Aa-landen haar taken over. Zij was gedurende 2½ jaar
onze wijkgenoot, maar komt nu al weer jaren vanuit Holtenbroek
naar de Aa-landen. Is het wijkcentrum multifunctioneel, zo is Corrie
dat ook. Haar werkterrein is breed: bardiensten overdag en tijdens
feesten en bijeenkomsten, lunches verzorgen tijdens vergaderingen
en cursussen, verhuur van de diverse ruimtes regelen en vastleggen,
maar ook schoonmaak- en onderhoudswerkzaamheden en
begeleiden van stagiaires en ‘helpers’.
Corrie was al een regelmatige bezoeker van De Bolder; als
enthousiast ‘Orkestouder’ begeleidt zij sinds 2007 het jeugdsymfonieorkest
‘De Vuurvogel’, waarin haar dochter viool speelde
en een zaal van het wijkcentrum als oefenruimte heeft.
‘De Vuurvogel’ geeft concerten in binnen- en buitenland en het
orkest en Corrie bezochten Italië, Frankrijk, Spanje en Tsjechië.
Dit jaar staat er weer een reis naar Italië op het programma.
Vele Zwollenaren zullen zich nog de TV-beelden en het optreden
van ‘De Vuurvogel’ tijdens de viering van Koningsdag in 2016 en
het bezoek van de Koninklijk familie aan Zwolle herinneren.
Deze werkzaamheden en het bezit van 3 kinderen en 2 kleinkinderen
maken dat Corrie niet zo heel veel tijd meer over heeft
voor haar vele andere hobby’s. Maar eerlijk gezegd maakt zij niet
de indruk dat heel erg te vinden.
Gastvrouw is ze met genoegen voor de Aa-landers en voor de
bezoekers aan De Bolder van buiten onze wijk.
“
45
46
Colofon
Dit is de jubileum uitgave ter ere
van het 50 jarig bestaan van de S.W.A.
1970 - 2020
S.W.A. Uw wijkvereniging
Stichting Wijkgemeenschap Aa-landen
Dobbe 29, 8032 JW Zwolle
Telefoon: (038) 453 98 13
E-mail: info@wijkgemeenschapaalanden.nl
Website: www.wijkgemeenschapaalanden.nl
Redactie
Martin Bos en Ank Pot
Fotografie
Bij de artikelen vermeld
Voor- en achterpagina en colofon en inhoudspagina: Ank Pot
Druk
Drukkerij Coenradi, Zwolle
Vormgeving
Bert Fidder, Drukkerij Coenradi
Oplage
6.700
Met dank aan
Iedereen die medewerking heeft verleend
Disclaimer redactie wijkblad Aakwaa
Alle informatie in deze jubileum uitgave is met de grootste zorg samengesteld. De stukken die zijn
aangeleverd door derden vallen buiten de aansprakelijkheid van de redactie van wijkblad Aakwaa.
Eigen stukken zijn herkenbaar aan vermelding: redactie Aakwaa.
Niets uit deze uitgave van de jubileum editie mag zonder
toestemming van de redactie in andere media worden opgenomen.
47
De Westerveldse Aa, het riviertje waar de wijk haar naam aan te danken heeft.