MagazinePGED
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
STILLE TIJDBOM
Het smelten van
permafrost
DROOGTE
Droogte in
Oost-Nederland en
de consequenties
voor landbouw en
natuur
INTERVIEW
Sergey Zimov over
een natuurpark/
wetenschappelijk
experiment
NEWS
Weakest Gulf Stream
in 1,000 years could
bring more ‘extreme’
winters to UK and Europe.
volume 03
aeres
2021
THE
CLIMATE
MAGAZINE
INHOUD
Droogte
Landbouw
Droge Natuur
Interview Deon Slagter
De Stille Tijdbom
Het Pleistocene Park
What is the Jetstream?
The Jetstream and the Weather in the UK
SKYNews over de Gulf Stream
Colofon
Referenties
14 28
10
6
22
4
6
10
12
14
19
22
24
28
30
31
WELKOM
Beste lezer
In dit volume van The Climate Magazine richten we
ons op het verduidelijken van verschillende actuele
klimaatvraagstukken. Zodat iedereen meer komt te
weten over de actuele klimaat problemen.
In dit volume van The Climate Magazine komen de
onderwerpen droogte, straalstromen en permaforst
aan bod. The Climate Magazine gaat over actuele
problemen gericht op het klimaat. Het magazine is
gebasseerd op veelal wetenschappelijke bronnen
en vele nieuwsitems en interviews. In dit nummer
bespreken we hoe de droogte in Oost-Nederland
consequenties heeft op de landbouw en de natuur.
Een ander actueel klimaatprobleem is het veranderen
van de ligging van de jetstream , we leggen u uit
wat de jetstream is en hoe deze aan het veranderen
is door klimaatverandering. Als laatste onderwerp
bespreken we permafrost. Bij dit onderwerp is een
interview gedaan met Sergey Zimov over een natuurpark
en een wetenschappelijk experiment.
Joyce Straver, Hoofdredacteur
Foto: Joyce Straver
4
Droogte
In de zomer kunnen we te maken hebben met droogte.
Dat komt onder andere omdat het warmer is en minder
regent. De ene zomer is extremer dan de andere.
De zomer van 2018 was extreem droog en ook de zomers
van 2019 en 2020 waren droger dan gemiddeld.
Periodes met droogte zijn moeilijk te vergelijken, want
het verloop van neerslag verschilt sterk van jaar tot jaar.
Er is sprake van droogte als er gedurende langere tijd
minder regen valt dan normaal in combinatie met grote
verdamping. Wanneer er dus meer water verdampt dan
dat er bijkomt, ontstaat er droogte.
Hoeveel water er verdampt hangt van erg veel details
af. Bijvoorbeeld hoeveel zonlicht er door de wolken
wordt tegen gehouden. Of hoe nat de grond is. Ook de
hoeveelheid bladeren die bomen en planten hebben
en hoe diep hun wortels in de grond zitten bepalend
voor de verdamping. Relatief droge lucht en een harde
wind hebben ook invloed op de verdamping. Dit alles
versterkt elkaar. Want hoeveel het regent hangt weer
af van de verdamping. Immers hoe minder vocht in de
lucht, hoe minder wolken en hoe minder regen er valt.
Daardoor kan de zon ook meer schijnen. Dit versterkt
de droogte. Deze processen die elkaar versterken en
beïnvloeden zijn lastig door te rekenen voor klimaatmodellen.
Daarom is droogte lastig te voorspellen.
Is er ook sprake van droogte als het regent? Droogte
ontstaat niet in één dag, maar is een proces dat langere
tijd speelt. Na een paar flinke regenbuien kan het gras
weer groen worden, maar de grondwaterstand is dan
nog laag. Dan kan er dus nog steeds sprake zijn van
droogte.
Droogte in het binnenland
Droge zomers als die van 2018 komen door
klimaatverandering in het binnenland nu vaker
voor dan rond 1950. Dat blijkt uit een nieuw
onderzoek van het KNMI in samenwerking met
de Universiteit Utrecht.
In 2018 was de droogte in het binnenland heftiger
dan aan de kust. Dit komt overeen met de
veranderingen in droogte over langere tijd. De
zomerneerslag neemt toe in het kustgebied, in
het binnenland is er weinig of geen verandering
te zien aan de zomerneerslag. De toename in
temperatuur is gelijkmatig over het land, maar
de toename van zonnestraling is iets groter in
het binnenland. De potentiële verdamping, de
verdamping van planten die voldoende water ter
beschikking hebben, wordt sterk bepaald door
de temperatuur en zonnestraling. Deze neemt
daardoor dus meer toe in het binnenland dan in
het kustgebied. De veranderingen in droogte verschillen
hierdoor ook tussen het kustgebied en
het binnenland. Droogte, gemeten bijvoorbeeld
met het neerslagtekort of de uitdroging van de
bodem, is het gevolg van lage neerslag en/of
hoge verdamping. Er is dus een duidelijke trend
naar meer van dit soort droogtes in het binnenland
van Nederland.
Met behulp van klimaatmodellen heeft het
KNMI de waargenomen trends geanalyseerd. Zo
kunnen ze onderzoeken of de trend te koppelen
is aan klimaatverandering. In deze modellen
kunnen door middel van verschillende experimenten
de verschillende oorzaken van veranderingen
gecontroleerd worden. In het binnenland
wordt de toename van de temperatuur en van
de potentiële verdamping mede veroorzaakt
door klimaatverandering. De toename van de
temperatuur in de klimaatmodellen is lager dan
waargenomen, waardoor er geconcludeerd kan
worden dat tenminste de helft van de waargenomen
temperatuurtrend mag worden toegeschreven
aan de uitstoot van broeikasgassen. Zonder
toename van neerslag, betekent dit dus dat er in
het binnenland een grotere kans is op droogte
door klimaatverandering.
5
Landbouw
Klimaatverandering heeft ook gevolgen
voor de landbouw. Door droogte en extreem
weer beschadigen bijvoorbeeld gewassen.
De landbouw houdt zich daarom
steeds meer bezig met hoe de landbouwsector
zich kan voorbereiden op extreem
weer en andere risico’s van klimaatverandering.
Dit kan alleen met hulp van andere
partijen, zoals waterschappen.
Watersysteem
Een goed watersysteem helpt boeren bij droogte
of wateroverlast. Waterschappen, natuurbeheerders
en boeren kunnen samen regelen
hoe het water beter vastgehouden kan worden
in de natuur en op het boerenland. Dit is een
belangrijke reactie op het veranderende klimaat.
Hierdoor hebben de gewassen minder snel last
van droogte, wanneer het een lange tijd niet
regent. Bij het vasthouden van water ter voorbereiding
op droogte en het tijdelijk opslaan van
water bij extreme buien of wateroverlast is naast
het watersysteem ook een veerkrachtige en
robuuste natuur belangrijk. Natuur die de druk
van klimaatverandering aankan, denk aan een
natuurlijk scala aan leefgebieden en robuuste
verbindingen. Op die manier kan de natuur bij
de opgave van klimaatadaptatie, ook in andere
sectoren dan landbouw, een deel van de oplossing
zijn. Mogelijke maatregelen die genomen
kunnen worden, zijn:
• klimaatbuffers maken, zodat bij hoge waterafvoeren
water wordt opgevangen dat bij droogte
ingezet kan worden (waterberging in natuurlijke
bassins, afremmen snelle waterafvoer),
• het meanderen van beken herstellen, zodat
water minder snel wordt afgevoerd,
• retentiebekkens aanleggen en sponswerking
van hoogvenen in stand houden.
7
Bodemsysteem
Bodem wordt gezien als cruciale factor in het
klimaatbestendig maken van de landbouw.
Het verbeteren van de bodemstructuur en het
toepassen van bodemmaatregelen vergroot het
waterbergend vermogen van de bodem van het
boerenbedrijf. Daarnaast kan verbetering van de
bodemkwaliteit in brede zin (fysisch, chemisch
en biologisch) gewassen ondersteunen bij het
omgaan met extreme weersomstandigheden.
Juist wanneer het klimaat verandert, moet de
bodem water en voedingsstoffen goed op kunnen
nemen en vasthouden. Voor boeren is dat
belangrijk, want een goede bodem zorgt ervoor
dat gewassen goed kunnen blijven groeien. Het
helpt bijvoorbeeld als een boer minder ploegt,
hij lichtere machines gebruikt en gewassen zaait
die dieper wortelen.
Gewassen & teeltsystemen
Extreem of warm en vochtig weer kan de gewassen van boeren en tuinders beschadigen. Bijvoorbeeld door
nieuwe ziekten die hierdoor ontstaan. Veranderingen in het klimaat vragen op termijn mogelijk ook aanpassing
van teeltsystemen. De gezondheid en resistentie van gewassen hangen namelijk samen met de kwaliteit van de
bodem en het gekozen teeltsysteem. Klimaatverandering kan productievermindering en kwaliteitsverlies van
teelten tot gevolg hebben. Om de teelt te beschermen tegen weersinvloeden worden steeds vaker managementmaatregelen
getroffen in de vorm van eerder oogsten of overdekking. In sommige situaties zou het uit de
grond halen van teelt overwogen kunnen worden. Dat kan ook vanwege het minder voorkomen van schimmels
bijdragen aan vermindering van de behoefte aan gewasbeschermingsmiddelen. Maar de overstap naar teelt
uit de grond halen is kostbaar en wellicht niet overal haalbaar of gewenst. Nieuwe ontwikkelingen als foliekassen
kunnen mogelijk ook perspectief bieden. Het kunnen maken van een bedrijfsmatig goede keuze passend
bij de lokale omstandigheden is van belang. Hiervoor is de juiste kennis nodig. Ook al is er veel praktijkkennis in
de sector aanwezig, tocht blijft onderwijs, kennisverspreiding en bewustwording erg belangrijk. Om de kans op
ziekten en plagen, droogtestress, waterschade en dergelijke te verkleinen.
schoon
Zorgt voor
drinkwater
8
Veehouderij
De veehouderij (alle landbouwhuisdieren, zoals
melkvee, varkens en pluimvee) heeft ook te
maken met effecten van klimaatverandering,
zowel bij de productie van veevoer als bij het
houden van landbouwdieren. Landbouwdieren
zoals koeien, varkens en kippen kunnen veel last
hebben van warmte en droogte. Ook kunnen ze
te maken krijgen met nieuwe dierziekten.
Landbouwdieren, met name dieren die in de
wei lopen, hebben te maken met meer en
langere periodes met hogere temperaturen en
een toename van de hoeveelheid UV-straling.
Boeren hebben een zorgplicht, wat betekent dat
ze maatregelen moeten treffen om lijden van
dieren te voorkomen. Daarnaast geldt dat er
voor dieren die buiten zijn bescherming moet
worden geboden tegen slechte weersomstandigheden,
daar kunnen extreme temperaturen
ook onder vallen. Dieren kunnen beter beschermd
worden door bijvoorbeeld verkoelende
systemen in stallen te plaatsen. En door dieren
schaduw te bieden in de wei.
Door klimaatverandering, zoals warmere en
drogere kan Nederland te maken krijgen met
nieuwe dierziekten en zoönosen (infectieziekten
van dieren besmettelijk voor de mens en
andersom). Denk aan verspreiding van virussen
door insecten. De veterinaire infrastructuur in
Nederland is erop gericht om naast snel signaleren
van bekende ziekten ook nieuwe en onbekende
ziekten snel te ontdekken.
Droge natuur
Nederland is een delta. Ons land is ingericht om water zo snel mogelijk af te voeren, want we willen droge
voeten houden. Tegelijkertijd is onze natuur erg gericht op water. Droogte is met name een probleem op de
hoge zandgronden in Brabant, Gelderland, Overijssel, Drenthe en Limburg. Insecten en vissen hebben het daar
moeilijk, zeker wanneer het ontbreekt aan goede natuurverbindingen en watertoevoer. Door droogte gaat de
grondwaterstand omlaag, waardoor de grond uitdroogt en beken droogvallen.”
De invloed van de verdroging is onmiskenbaar op natuur gebieden. Op het eerste gezicht ziet het natuurgebied
er prachtig groen en onaangetast uit, maar door de droogte verandert het landschap sluipenderwijs. Je kunt
je afvragen hoe erg droogte is. Eén droge zomer is geen probleem. Maar door structurele verdroging verlies je
plantensoorten.
10
In vergelijking met de invloed van de mens op klimaatverandering
is het effect van droogte op de
natuur een stuk kleiner. Extreme droogte kan de
grondwaterstand nog zo’n 20 centimeter extra verlagen,
terwijl de invloed van de mens wel een meter
kan zijn. De natuur werkt zelf aan aanpassingen en
herstel. Zo laten bomen bij droogte hun blad eerder
vallen. En door te werken aan herstel kun je soorten
terugbrengen.
Voor de ontginning van de woeste gronden in de regio
zijn in de jaren zestig sloten gegraven. Dit maakte
landbouw mogelijk, maar de grondwaterstand ging
sterk omlaag. In combinatie met perioden van droogte
ontstaan sindsdien geleidelijk veranderingen in
de natuur. Het eerste gevolg van verdroging is overwoekering.
Zo zie je dat heidestroken gaan vergrassen,
met soorten als het Pijpenstrootje. Ook rukken
berken en struiken op. Het tweede gevolg is letterlijke
verdroging door watertekort. Soorten van natte heide
en vennen houden van vocht. Denk aan de zonnedauw,
die insecten vangt met vochtdruppeltjes, en
aan Moerashertshooi. Zij kunnen geen kant op. Het
zaad van zulke planten kan een aantal jaren overleven
in de bodem. Maar het houdt een keer op.
Staatsbosbeheer probeert samen met partijen in de
regio om het tij te keren. Zo moet een langjarig herstelplan
de waterhuishouding in het gebied verbeteren.
Door bijvoorbeeld sloten te dempen, moet het
grondwaterpeil weer omhooggaan.
12
‘Tijdens mijn dienst heb ik de
telefoon naast mijn bed liggen’
Gepubliceerd op: 22 juli 2020
Deon Slagter werkt dagelijks binnen het Hoogwaterbeschermingsprogramma
aan dijkversterkingen. Daarnaast kan hij als voorzitter van de Landelijke
Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) tijdens het droogteseizoen op
ieder moment gebeld worden om de dreigende droogte in Nederland aan te
pakken.
Deon Slagter, voorzitter LCW
De rol van voorzitter is een uitdagende, vertelt Slagter. ‘Ik ben 1 van de 5 voorzitters
van de LCW en de Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging (LCO). We
wisselen elkaar bij toerbeurt af. Als voorzitter moet je 24/7 bereikbaar zijn. Tijdens
mijn diensten heb ik dus de telefoon naast mijn bed liggen voor het geval ik gebeld
word. Verder gaan mijn werkzaamheden voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma
door.’
Dreigend watertekort
Wanneer er sprake is van een (dreigend) watertekort of droogte, is het alle hens
aan dek voor de LCW. ‘Zodra we van niveau 0 (normaal waterbeheer) naar niveau 1
(dreigend watertekort) gaan, komen we bij elkaar voor overleg. Dat overleg is met
verschillende partijen, zoals de waterschappen, het KNMI en Rijkswaterstaat.’ Dat
overleg is bedoeld om een beeld te vormen van de huidige situatie en om te kijken
of en hoe er landelijk maatregelen getroffen moeten worden. ‘Als voorzitter leid ik
deze overleggen in goede banen en neem ik de uiteindelijke besluiten. De LCW-adviezen
gaan vervolgens naar bijvoorbeeld het Management Team Watertekorten
(MTW), dat besluiten neemt over maatregelen die genomen moeten worden in
verband met de verdeling van water. Maar ook het ministerie kan om advies op het
gebied van waterbeheer vragen.’
Indicatoren droogtestand Nederland
Tijdens de zomer wordt de droogte dus nauwlettend in de gaten gehouden. Maar
wanneer wordt er besloten om naar niveau 1 (dreigend watertekort) te gaan? Slagter:
‘We kijken enkele weken vooruit en houden rekening met verschillende indicatoren
en criteria, zoals de verwachte hoeveelheid neerslag en de afvoer van de Rijn en
de Maas. Op basis daarvan maken we een afweging.’
De Maas
Zo is de LCW begin juli 2020 teruggegaan van een dreigend watertekort naar niveau
0 (normaal waterbeheer) omdat onder meer de afvoer van de grote rivieren
voldoende was om aan de watervraag te voldoen.‘Ook de behoorlijke hoeveelheid
regen die de afgelopen periode is gevallen, heeft hieraan bijgedragen. In dat geval
is er minder intensieve landelijke coördinatie en advisering op de verdeling van het
beschikbare water nodig.’
Droogtemonitor: weerbericht van de actuele droogtesituatie
Tijdens het droogteseizoen stelt de Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling
(LCW) een droogtemonitor op. Hierin worden de huidige situatie en de verwachtingen
beschreven voor een eventueel watertekort of droogte. Het is een belangrijke
graadmeter voor onder meer waterbeheerders en drinkwaterbedrijven. ‘De droogtemonitor
is als het ware het weerbericht van de droogtesituatie in Nederland. Waterbeheerders
gebruiken de monitor om in te schatten of ze water vast moeten houden
of moeten afvoeren. Zo kunnen beheerders preventief water uit sloten en kanalen
wegpompen wanneer ze veel regen verwachten.’
Interview
DE
STILLE
TIJDBOM
Ongeveer een kwart van al het
landoppervlak op het noordelijk
halfrond is permafrost.
Door klimaatverandering kunnen
grote delen van deze gebieden ont-
dooien, met catastrofale gevolgen
voor de hele wereld.
Permafrost komt op aarde voornamelijk
voor op Antarctica, op
Groenland, in Canada en in grote
delen van Siberië. Op het noordelijk halfrond
ligt op dit moment 19 miljoen vierkante
kilometer aan permafrost: een
gebied ruim 460 keer Nederland. Dit is
een enorme hoeveelheid, die echter sterk
onder druk staat van klimaatverandering;
met alle gevolgen van dien.
Bij het smelten van permafrost ontdooit
het ijs in de bodem tot vloeibaar water
en ontstaan wetlands. Doordat delen van
de bodem onder een laag water komt te
liggen komt er nagenoeg geen zuurstof in
die delen van bodem. Hierdoor wordt het
organische materiaal daar in de bodem
door bacteriën niet aeroob (met zuurstof),
maar veelal anaeroob (zonder zuurstof)
afgebroken. In plaats van in CO2 wordt
het organische materiaal in methaan
(ofwel CH4) omgezet. Dit gaat via dezelfde
principes waardoor ook bijvoorbeeld
turf gevormd is in de Nederlandse ondergrond.
In het geval van permafrostgebieden
wordt alleen in plaats van het vaste
turf het gas methaan gevormd. In plaats
van dat het in de ondergrond blijft zitten,
ontsnapt het gas naar de atmosfeer.
Methaan is echter ook een broeikasgas.
Sterker nog, methaan is 84 keer zo
krachtig als broeikasgas in verhouding tot
CO2 op korte termijn.
15
16
100
20
Percentage van
het jaar waarin de
bodem bevroren
is in Rusland
~CEDA, & Obu, J. et.
al. (2020)
Dit heeft te maken met de
manier waarop broeikasgassen
werken. Alles wat
een warmte heeft zendt
energie uit in de vorm
van straling. De zon zendt
een breed spectrum aan
straling uit vanwege haar
warmte. Dit spectrum aan
licht heeft een relatief
kleine golflengte. Onder
deze golflengtes valt onder
andere UV-straling en zichtbaar
licht. Een deel hiervan
wordt weerkaatst door de
aarde, en een deel wordt
geabsorbeerd.
De aarde is lang niet zo
warm als ze zon, maar wel
degelijk warm genoeg om
een significante hoeveelheid
straling uit te zenden.
Dit komt onder andere
doordat het aardoppervlak
wordt opgewarmd door de
zon. De aarde zendt, omdat
deze minder warm is,
dus haar straling uit in een
veel grotere golflengte.
Nu zit onze atmosfeer vol
met gassen. Het overgrote
deel hiervan is stikstof (N2)
en zuurstof (O2). Omdat
deze Tussen gassen 2003 uit twee en
2017 is de hoeveelheid
permanent
bevroren grond
afgenomen met
maarliefst
61%
in het noordelijk
halfrond
dezelfde atomen bestaan, reageren
ze niet onder invloed van
straling. Beide atomen hebben
namelijk dezelfde aantrekkingskracht
op elkaar en elkaars elektronen.
~Grotzinger, J., Jordan, T. H., &
Press, F. (2010)
Gassen als waterdamp (H2O),
koolstofdioxide (CO2), Methaan
(CH4) en lachgas (N2O) bestaan
wel uit verschillende atomen.
Normaalgesproken komen deze
gassen in een stabiele vorm voor
in de atmosfeer, maar onder
invloed van straling kunnen deze
gassen de energie absorberen
door van een stabiele naar een
instabiele vorm te veranderen.
Wanneer deze gassen uiteindelijk
terugvallen naar hun stabiele
vorm, zenden ze de energie weer
uit in een willekeurige richting.
Gemiddeld is dat de helft van
de tijd dus terug naar de aarde.
Hierdoor vertraagt het broeikaseffect
dus de snelheid waarmee
warmte de aarde verlaat.
Ieder gas heeft zijn eigen golflengtes
die het kan absorberen.
Voor alle bovengenoemde gassen
is dit vooral straling met een
grote golflengte: de straling die
de aarde uitstraalt. Dit is dus ook
de reden waarom deze gassen
broeikasgassen zijn.
Zoals in het figuur hieronder te
zien is heeft methaan veel kleinere
pieken dan bijvoorbeeld
CO2. Wat dit betekent is dat door
de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer
die golflengtes al volledig
worden geabsorbeerd. Ze zijn
verzadigd. Bij methaan zijn de
golflengtes bij lange na nog niet
verzadigd, waardoor elk molecuul
methaan een veel groter effect
heeft in verhouding tot CO2.
Gordley, L. L. et. al. (1994)
17
Het
Pleistocene
Park
18
Wat ook meespeelt is de locatie.
Anders dan in Nederland is de
hoeveelheid water in de lucht in
Siberië en de Arctische Oceaan
een stuk lager dan hier. Waterdamp
absorbeert veel van dezelfde
golflengtes als methaan en is
over het algemeen veelvuldiger
aanwezig. Alleen omdat er in de
poolgebieden minder water in
de lucht is, versterkt dit ook het
effect van de methaan.
Naast klimaatverandering is
er vrees voor nog een andere
stille killer, verborgen in de ijzige
grond. Deze bevroren grond
heeft de mogelijkheid bacteriën
en virussen tot duizenden jaren
op te slaan. Zo was er in 2016
een uitbraak van Anthrax. Dit is
een ziekte die in 1941 voor veel
slachtoffers zorgde. De ziekte
werd veroorzaakt door bacteriën
die meer dan een halve
eeuw onder de grond overleefden.
Wetenschappers hebben
ook sporen gevonden van de
Spaanse griep, en er zijn sterke
aanwijzingen dat ook de pest en
pokken ergens ingevroren wachten.
De grootste zorg is echter
dat er ziektes in het ijs liggen die
de mens nog niet eerder tegen is
gekomen, en daardoor catastrofaal
kunnen zijn voor de wereldbevolking.
Is alles dan verloren?
Gelukkig niet. Anders dan CO2
en N2O blijft methaan gemiddeld
slechts rond de twintig jaar
in de atmosfeer. Dit betekent dat
elke maatregel om klimaatverandering
te remmen of terug te
draaien een zeer versterkt effect
heeft op de concentratie methaan
in de atmosfeer.
“Er zijn sterke
aanwijzingen
dat ook de
pest en pokken
ergens
ingevroren
wachten.
“
In Siberië zit men niet stil. Wetenschappers
zijn druk bezig het
ontdooien van de permafrost te
remmen. Twee Russische wetenschappers
zijn met een wel heel
bijzonder project bezig. Sergey
en Nikita Zimov beheren een natuurpark
waar ze de dooi van de
permafrost bestrijden door grote
grazers in het gebied te herintroduceren.
Onder andere yaks,
koeien, elanden en ossen. Op
deze dieren zijn in de loop van de
afgelopen duizenden jaren door
de mens zo veel gejaagd, dat ze
er nu niet meer voorkomen. Door
deze dieren in het gebied uit te
zetten willen de wetenschappers
twee dingen bereiken.
Ten eerste verdrijven de grazers
langzaam het bos. Dit zorgt voor
meer open vlaktes, wat goed is
om opwarming tegen te gaan.
Deze toendravlaktes houden
minder warmte vast, voornamelijk
omdat ze lichter van kleur
zijn. Dit zorgt ervoor dat er minder
inkomend zonlicht wordt geabsorbeerd.
De grond blijft dus
kouder en bevriest makkelijker.
Ten tweede stampen de grote
grazers de grond fijn. Dit zorgt
ervoor dat het ijs in de grond ook
dichter op elkaar wordt gedrukt.
IJs dat dicht op elkaar gedrukt zit
smelt minder makkelijk vanwege
hetzelfde principe als waardoor
de sneeuwpop het langer
volhoudt dan de losse sneeuw op
de stoep. ~Pleistocene Park. (z.d.)
Animal people.Inc zocht Nikita
op voor een interview:
19
20
What was the inspiration for Pleistocene
Park?
When my father arrived in the Arctic
during the late 70s as a student, he
was surprised with how few animals
he encountered in this seemingly
abandoned place, other than billions
of mosquitoes. So first came dissatisfaction
with modern ecosystems.
Then he noticed two things. Everywhere
disturbance had taken place –
due to towns, farms, fires, or crawling
transporters crossing the tundra – all
the vegetation was replaced with
grasses.
Secondly, everywhere rivers or lakes
had eroded the permafrost, on the
shore could be found numerous
bones of different Pleistocene herbivores.
There were no formal analyses
back then, but prehistoric bones
found in the tundra are orders more
abundant than bones of modern animals
you can find in the local forest.
So it was clear that there were more
animals in the past, though it’s only
been in the last few years that we can
estimate animal density during the
Pleistocene with precision.
It was at least a decade later that we
started thinking about how this ecosystem
can help fight global warming.
What is the project’s core philosophy
and agenda?
In short, humans as a species evolved
in the steppe ecosystem, and as soon
as they developed enough, they destroyed
this ecosystem. After that,
humankind started creating its own
artificial steppe ecosystems, though
many times less efficient and productive
than the original wild lands. So,
we propose to recover these ecosystems
in places which people aren’t
currently using (humans won’t give
away anything else anyway). This will
give a direct benefit to local people,
but also it will be profitable in terms
of combating climate change – increasing
albedo and carbon absorption,
and decreasing methane production
and permafrost degradation (in
the case of the Arctic region).
These animals will not take anyone’s
niche. It is a barren place to begin
with. Plus we have lots of land, and
can separate it in case some animals
will not live peacefully together.
I understand that once the technology
is developed to do so, Pleistocene
Park seeks to resurrect
extinct species like woolly mammoths
using genetic engineering?
I don’t do mammoth cloning. Cloning
mammoths is not in our plan for the
future. Some other people are trying
to do that. They need us to justify
their work, and all the media talk
about mammoths to attract readers
and viewers. Our actual work is more
scientific and somewhat less exciting.
My work is to bring living animals to
the park, make sure they adapt, and
see them transform the landscape,
keep permafrost frozen and fulfill
Nikita Zimov met zijn vader Sergey
other ecologically profitable duties. If
someone should knock on my door
in the future and say that he brought
me a mammoth, I would be happy to
take this mammoth to the park. Pleistocene
Park would probably benefit
from it. But our work is independent
and we can achieve our goals without
mammoths too. My own idea for
another option to get elephants into
the park, is to slowly artificially adapt
Asian elephants to colder and colder
environments over the duration of
several generations. With cold adapted
elephants who could survive in the
park, transformation of vegetation
would probably be easier than without
a large herbivore to fill that niche.
I’m not sure selectively breeding
elephants for the Arctic is better from
ethical point of view than cloning
mammoths, though.
Are there any other rewilding projects
elsewhere in the world that
you work with or consider exemplary?
As a scientist, my father has produced
multiple ideas in different scientific
fields, but the Park idea appears to
be most appealing to people around
the globe. We strongly support every
effort with similar ideas. I would also
note the Oostvaardersplassen park in
Holland. The name of this park is not
pronounceable for anyone beyond the
Dutch borders, so I would propose rebranding.
But I think outside of Africa
they are one of the biggest rewilding
projects, and the only thing standing
between their current work and creating
a high productive steppe is the
introduction of predators. However,
I’m not sure if that is possible within
the framework of European laws.
What led you personally to become
so deeply involved in Pleistocene
Park?
Firstly, I am a good son. Secondly,
when I was in the first year of university
my dad came to me proposing that
I come back to the station after university,
since I did not have any plans
for the future. I agreed, and later kept
to this plan. I really don’t like changing
plans.
Plus, given the options of either working
in the office or struggling to save
the planet from global warming, what
would any romantic choose?
~Animal People, Inc. (2017)
21
What is the Jetstream?
Jet streams are currents of air
high above the Earth. They move
eastward at altitudes of about 8
to 15 kilometers (5 to 9 miles).
They form where large temperature
differences exist in the atmosphere.
22
An air current is a flowing movement
of air within a larger body of air. Air
currents flow in the atmosphere, the
layers of air surrounding the Earth. They
form because the sun heats the Earth
unevenly. As the sun beams down on the
Earth, it warms some areas, particularly
the tropics, more than others, such
as the poles. As the Earth is heated, it
warms the air just above it. The warmed
air expands and becomes lighter than
the surrounding air. It rises, creating
a warm air current. Cooler, heavier air
then pushes in to replace the warm air,
forming a cool air current. Jet streams
are air currents in the highest part of
the atmosphere.
The Atmosphere
The atmosphere has a layered structure.
From the Earth upward, the layers are
the troposphere, the stratosphere, the
mesosphere, the thermosphere, and the
exosphere, which merges with thin gases
of space. The boundaries between the
layers are not sharply defined, and they
vary with latitude and season.
What is
the Jetstream?
Weather occurs in the troposphere. On
average, this layer extends to an altitude
of about 10 kilometers (6 miles),
ranging from less than 6 kilometers (4
miles) at the poles to about 20 kilometers
(12 miles) at the Equator. The top
of the troposphere is higher in summer
than in winter. Because the troposphere
contains most of the atmospheres water
vapor, clouds usually form in this layer.
Temperature decreases rapidly in the
troposphere as altitude increases.
The suns rays pass easily through the
troposphere. It is not heated directly by
the sun, but by the Earth. The troposphere
absorbs heat that is radiated from the
Earth into the atmosphere. Various gases
in the troposphere, such as carbon dioxide,
water vapor, and methane, trap this
radiated heat and dont let it escape into
space. The warming of the atmosphere
through this heat absorption is known
as the greenhouse effect.
The boundary between the turbulent troposphere
and the calm, cold stratosphere
is called the tropopause. Jet streams
travel in the tropopause..
Jet Stream
Jet streams are some of the strongest
winds in the atmosphere. Their speeds
usually range from 129 to 225 kilometers
per hour (80 to 140 miles per hour), but
they can reach more than 443 kilometers
per hour (275 miles per hour). They are
faster in winter when the temperature
At most times in the Northern and
Southern Hemispheres, there are two
jet streams: a subtropical jet stream
centered at about 30 degrees latitude
and a polar-front jet stream whose position
varies with the boundary between
polar and temperate air. A reverse jet
stream blows toward the west in tropical
high altitudes during the Northern
Hemispheres summer. It is associated
with the heating of the Asian continent
and may help bring summer monsoons
to the Indian Ocean.
23
The Jetstream and The Weather in the UK
24
In order to understand the jet stream you need
to have some idea of what is occurring in the
atmosphere nearest the ground; known as the
troposphere. It is also helpful to understand the
formation of Hadley, Ferrel and Polar cells and how
The Coriolis Effect influences these tropospheric
cells. The jet stream flows in both hemispheres
around the earth, but for ease this article will
consider the Northern Hemisphere only.
The jet stream is a strong flowing ribbon of air
that flows around our planet high up in the
atmosphere, at around the level of the tropopause.
Situated between the troposphere and the
stratosphere, the Jet Stream is approximately 11
kilometres above the surface of the Earth at the
poles and around 17 kilometres above the surface
of the Earth at the equator. The jet stream flows
at around 160kmph (100mph). We often hear that
the jet stream is responsible for influencing the
weather in the UK, so it is natural to wonder
what causes the jet stream and why it has such
an influence on the weather we experience on
the ground.
Jet streams form and are strongest where variable
air temperature gradients are steepest. This is
normally seen in two zones:
•The boundary between the polar and
mid latitude air . The Polar Front Jet or Polar jet
•The boundary between the mid latitude
air and tropical air . The Subtropical Jet.
Both these jets are separate entities but they
can join up from time to time across an area of
the earth. The polar jet is the strongest as the
temperature gradient across Polar and mid latitude
regions is greatest. This is increased again
in the Northern Hemisphere during winter. Both
the subtropical jet and the polar jet travel from
west to east and both would travel uniformly
and evenly around the earth if it wasn.t for other
influencing factors
See Fig 1. below for an example of a typical jet
stream chart across the earth.
Typical JetStream
Fig 1: The jet stream is shown in red at its strongest
point fading to yellow at its weakest. The STJ
is the area where the subtropical jet is flowing,
the PJ is an area where the polar jet flows and
the P&STJ shows where the jet streams have
combined.
Influencing factors on the Jet Stream flow
The factors that influence the flow of the jet
stream are the landmasses and the Coriolis effect.
Landmasses interrupt the flow of the jet stream
through friction and temperature differences,
whilst the spinning nature of the earth accentuates
these changes. So the jet stream meanders
across the earth, like a river meanders before
it reaches the sea. The meandering sections of
the jet stream continue to change as they interact
with landmasses once again, creating an
ever-changing state of flux and subsequent temperature
differences. In winter the temperature
of the stratosphere can also have an effect on
the strength and position of the jet stream. The
cooler the polar stratosphere, the stronger the
polar/ tropical differential becomes; encouraging
the jet stream to gain in strength. The warmth of
the landmasses and oceans (such as the El Nino
Southern Oscillation) can also have a bearing on
the strength and amplitude of the jet stream.
Jet Stream Variables
The strongest areas of the jet stream are known as
jet streaks. These are areas where the jet stream
has increased in speed by as much as 100kmph.
A typical jet streak is 160km wide, 2-3 km thick
and lasting several hundred km in length. The
strongest jet streams are seen where the upper
air temperature differentials are greatest, the
weakest jet streams appear when the opposite
is true. Strong jet streams tend to have very little
meandering associated with them whereas
weaker jet streams have a considerable amount
of meandering associated with them.
How does the jet stream affect the weather
in the UK?
To try explain how the jet stream affects the
weather in the UK, it is worth going back to
the jet stream chart seen in Fig 1, now zoom in
to the jet stream analysis over the Atlantic as
seen in Fig 2.
Jet Analysis
From Fig 2. you can see that the polar front
jet meanders across the country in a wave
like pattern. These waves introduce pockets of
colder air southwards and warmer northwards.
The temperature change is demonstrated
by looking at the air temperature at a high
enough altitude in the atmosphere, where
ground and sea temperatures do not affect it
.around 1500 metres in altitude where the air
pressure is around 850 hPa.
Fig 3. shows how these temperatures match
the fluctuations in the jet stream.
From looking at Fig 3 and the 850-hPA temperatures
you can see the clear boundaries between
the cold and warm air masses, which is being
divided by the polar jet. You can also see the
demarcation between warm and hot air that the
sub tropical jet is demarcating. This demonstrates
the pattern of the jet stream, showing how it is
linked to and by the difference in warmer and
cooler air masses. Furthermore, looking back at
FIG 2, the wave pattern associated with the polar
jet has distinct peaks (ridges) and troughs. It is
no surprise to find that when we overlay the jet
stream with a chart showing sea level pressure,
that the ridges occur where sea level pressure is
highest and the troughs occur where sea level
pressure is lowest (as FIG 4 demonstrates). This
is because air rises where troughs are situated
and sinks where ridges are occur. Rising and
sinking parcels of air will therefore determine
the type of weather that a region experiences.
25
More on the next page ->
The Jet-
Ridges and Troughs
Jetstreak
Zo Zero
Een online winkel voor plasticvrije en zero-waste
producten
26
Look at the area X on Fig 4. which is situated
towards the west of Iceland. This is a common
cyclonic or baroclinic depression that is caused
by the difference in pressure and temperature
over a region. This is feeding strength to the jet
stream, which is then invigorating the depression.
In contrast, Fig 5 shows the same chart from FIG
2. However, note the following points:
•The circled area is where the jet stream
is strongest . the jet streak.
•The purple box marks the winds entering
the jet streak.
•The winds leaving the jet streak are
marked by the black box.
The winds leaving the jet streak are rapidly diverging,
creating a lower pressure at the upper
level (tropopause) in the atmosphere. The air
below rapidly replaces the upper outflowing
winds. This in turn creates the low pressure at
the surface (marked X on fig 4). This surface low
pressure creates conditions where the surrounding
surface winds rush inwards. The Coriolis effect
creates the cyclonic rotation that is associated
with depressions. The strongest surface winds
in any developing depression are normally seen
at the left exit point of the jet streak, where the
jet streak is strongest.
Fig 5: The black oval indicates a jet streak, the
purple square indicates entry winds into the jet
streak and black box indicates rapidly diverging
exit winds.
The positioning and strength of the jet stream
determines where ridges and troughs are associated
and this in turn influences the surface
weather.
Zonality and Meridional flow.
During periods when the jet stream is flat and
strong with little amplification or meandering, the
UK is likely to experience weather that is driven
straight in from the Atlantic. This is characterized
by wet and windy weather with temperatures
near to average. This condition is often termed
.zonality. as the warm and cold air masses are
clearly defined by a straight fast flowing jet.
During periods when the jet stream is amplified
(such as Fig2) the pattern will be different. This
is often termed meridional with polar air travelling
further south than usual and warmer sub
tropical air travelling further north. The exact
positioning of the amplification of the jet stream
will determine whether or not the UK is in cold
polar air or warmer air from lower latitudes. If a
meridional pattern becomes stagnant then the
UK may experience either of these conditions for
a period of time and the pattern may be known
as .blocked..
Zo Zero is een online winkel voor plasticvrije en zero
waste producten, geboren uit de ambitie om het gebruik
van (wegwerp) plastic te verminderen en anderen
daarbij te helpen. Bij Zo Zero vind je een groot assortiment
natuurlijke producten die plasticvrij en biologisch
afbreekbaar zijn. Denk aan verzorgingsproducten zonder
schadelijke ingrediënten (voor de natuur en voor jezelf)
en zonder plastic verpakkingen. Ook hebben ze van
alles voor thuis en onderweg zoals biologisch katoenen
brood- en groentezakjes, herbruikbare rietjes en plasticvrije
flessen.
Zo Zero creëert bewustwording en laat zien dat het anders
kan. Niet alleen door de producten die zij verkopen,
maar ook door het delen van tips en informatie via hun
nieuwsbrief en social media. Zo Zero maakt het voor jou
makkelijker om alternatieven te vinden voor ‘single-use’
plastic en om je afval verbruik te verminderen.
De oprichtsters van Zo Zero zijn continue op zoek naar
de meest duurzame producten op de markt. Bij de selectie
van producten en leveranciers wegen zij de impact
van het gehele productieproces, het transport en het
afval dat overblijft mee. Zo zijn zij kritisch op arbeidsomstandigheden,
gebruikte grondstoffen en ingrediënten,
overbodige vervoersbewegingen en natuurlijk op (plastic)
verpakkingen. Op deze manier verzekeren zij zich
ervan dat zij alleen de meest duurzame opties aanbieden
aan hun klanten.
Zo Zero focust zich met heel veel plezier op hun missie
‘Break Free From Plastic’ en hoopt hierdoor steeds meer
mensen te kunnen inspireren om bewuster te worden en
duurzamer te leven.
SKY-
News
NEWS
Weakest Gulf Stream in 1,000 years
could bring more ‘extreme’ winters to
UK and Europe, says study
Scientists say there has been a dramatic slowdown
in the flow of ocean currents that play a vital part
in the world’s climate.
28
The Gulf Stream that helps warm the UK and
northwest Europe is at its weakest in over 1,000
years and could lead to more “extreme and intense”
winters, according to researchers. They
say the slowdown observed in the 20th century
is “unprecedented” and likely connected to
climate change.
The Gulf Stream is part of a larger “conveyer belt”
of ocean currents known as Atlantic Meridional
Overturning Circulation (AMOC) and carries warm
water from the tip of Florida towards Europe.
Its effect ensures Britain has relatively mild
winters and without it experts believe temperatures
would be around 5C cooler. AMOC helps
ensure the oceans are continually mixed, with
the heat and energy distributed around the
globe and affecting the climate.
Scientists say it was relatively stable until a
decline around 1850, followed by a more drastic
dip in the mid-20th century. The change
could bring “more extreme and intense winter
weather events in Europe”, a greater chance of
flooding on the US east coast, and also global
consequences, according to the study.
“A major mechanism for heat redistribution
and crucial to the world’s climate, an abrupt
slowdown of the AMOC could trigger disruptions
around the globe - including a sudden rise in
regional sea levels, changes in the position of
major rainfall and arid climate zones,” say the
research team.
The international study, which included experts
from University College London, as well as Ireland
and Germany, reconstructed the flow of AMOC
over the last 1,600 years.
They used indicators such as proxy data from
tree rings, ice cores, ocean sediments and corals,
as well as historical data such as ship logs.
UCL’s Dr David Thornalley, who co-authored the
study, said a slowdown in AMOC due to global
warming had long been predicted but that it
was “increasing evidence in support of the modern
Atlantic Ocean undergoing unprecedented
changes in comparison to the last millennium”.
He said marine ecosystems were already being
affected. The potential flood threat to the US
could come as the northward flow of AMOC,
which deflects water away from the east coast,
is disrupted
“As the current slows down, this effect weakens
and more water can pile up at the US east coast,
leading to an enhanced sea level rise,” said
lead author Dr Levke Caesar, from the ICARUS
Climate Research Centre and Ireland’s Maynooth
University.
Climate modelling also suggests global warming
could weaken the Gulf Stream by another
34-45% by 2100, according to researchers - who
warn it could be a “tipping point at which the
flow becomes unstable”.
The study is published in the journal Nature
Geoscience .
Braemar in Aberdeenshire
this month recorded
-23C, the lowest UK
temperature in 25 years
Colofon
THE
CLIMATE
MAGAZINE
Referenties
30
Publisher
Aeres Hogeschool Almere
Editors
Joyce Straver
Niels Holsbeeke
Jurjen Rouwenhorst
Authors
Joyce Straver
Niels Holsbeeke
Jurjen Rouwenhorst
Design
Joyce Straver
Niels Holsbeeke
Jurjen Rouwenhorst
Photography
Joyce Straver
Niels Holsbeeke
Jurjen Rouwenhorst
Hoofdredacteur
Joyce Straver
1st edition
Colo-
Jurjen Rouwenhorst:
Boersma, W. (2019, 31 juli). Droogte
verandert de natuur. LNV in Beeld
Verdroging in Nederland. Geraadpleegd
op 10 maart 2021 van https://magazines.
rijksoverheid.nl/lnv/lnv-in-beeld/2019/04/
02-staatsbosbeheer
Boersma, W. (2019, 31 juli). Voorbereid op
droogte. LNV in Beeld Verdroging in Nederland.
Geraadpleegd op 10 maart 2021
van https://magazines.rijksoverheid.nl/lnv/
lnv-in-beeld/2019/04/03-droogtebeleid
Het ministerie van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit. (2020, januari). Actieprogramma
klimaatadaptatie landbouw.
Minister van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit. Geraadpleegd op 18
maart 2021 van https://www.rijksoverheid.
nl/binaries/rijksoverheid/documenten/
publicaties/2020/01/30/actieprogramma-
-klimaatadaptatie-landbouw/Actiepro-
gramma+klimaatadaptatie+landbouw+-
-+januari+2020.pdf
KNMI. (2020, 26 mei). Vaker droogte in
het binnenland. KNMI. Geraadpleegd op
16 maart 2021 van https://www.knmi.nl/
over-het-knmi/nieuws/vaker-droogte-in-
-het-binnenland
Ministerie van infrastructuur en waterstaat.
(2020, 22 juli). ‘Tijdens mijn dienst
heb ik de telefoon naast mijn bed liggen’.
Rijkswaterstaat. Geraadpleegd op 20 maart
2021 van https://www.rijkswaterstaat.nl/
nieuws/2020/07/tijdens-mijn-dienst-heb-
-ik-de-telefoon-naast-mijn-bed-liggen.
aspx
Niels Holsbeeke:
Animal People, Inc. (2017, 2 april). An
Interview with Nikita Zimov, Director
of Pleistocene Park. ANIMAL PEOPLE
FORUM. https://animalpeopleforum.
org/2017/04/02/an-interview-with-nikita-
-zimov-director-of-pleistocene-park/
CEDA, & Obu et. al., J. (2020, 23 oktober).
Dataset Record: ESA Permafrost
Climate Change Initiative (Permafrost_cci):
Permafrost extent for the
Northern Hemisphere, v2.0 [Dataset].
CEDA. https://catalogue.ceda.ac.uk/
uuid/28e889210f884b469d7168fde4b4e54f
Grotzinger, J., Jordan, T. H., & Press, F.
(2010). Understanding earth. Macmillan.
Gordley et. al., L. L. (1994). Radiation
Transmitted by the atmosphere [Illustratie].
In LINEPAK: Algorithms for modeling
spectral transmittance and radiance”.
Journal of Quantitative Spectroscopy &
Radiative Transfer.
Pleistocene Park. (z.d.). https://pleistocenepark.ru/.
Geraadpleegd op 16 maart
2021, van https://pleistocenepark.ru/
Solomon, S. (2007, December). IPCC
(2007): Climate change the physical science
basis. In Agu fall meeting abstracts (Vol.
2007, pp. U43D-01).
Joyce Straver:
National Geographic Society. (2012, 9
oktober). jet stream. https://www.nationalgeographic.org/encyclopedia/jet-stream/
Ed O’Toole, E. (2020). The Jetstream and
The Weather in the UK. The Jetstream and
The Weather in the UK, 1. https://www.
netweather.tv/charts-and-data/jetstream/
tutorial
Zo Zero. (z.d.). Zo Zero. Voor de Wereld
van Morgen. Geraadpleegd op 22 maart
2021, van https://www.voordewereldvanmorgen.nl/leden/zo-zero
Sky. (2021, 25 februari). Weakest Gulf
Stream in 1,000 years could bring more
‘extreme’ winters to UK and Europe, says
study. Sky News. https://news.sky.com/
story/weakest-gulf-stream-in-1-000-years-
-could-bring-more-extreme-winters-to-
-uk-and-europe-says-study-12228956
31
fon
Wiersema, J. (z.d.). Droogte. KNMI. Geraadpleegd
op 20 maart 2021 van https://
www.knmi.nl/kennis-en-datacentrum/
uitleg/droogte
8.95,-
32
THE
CLIMATE
MAGAZINE
Niels Holsbeeke
Jurjen Rouwenhorst
Joyce Straver
1GMD Aeres Hogeschool
Almere