31.10.2019 Views

ROM Oktober 2019

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ROTTERDAMS ONDERWIJS MAGAZINE #4 OKTOBER <strong>2019</strong>, JAARGANG 42<br />

‘IN HET LEGER IS<br />

ER EEN ANDERE<br />

MENTALITEIT’<br />

VIKTOR VAN HARTEN,<br />

DE PASSIE<br />

Wereldburgers<br />

van de toekomst<br />

Hoe stimuleer je<br />

leesmotivatie?<br />

100% Hedendaags<br />

laat anders kijken<br />

naar kunst<br />

nderbouwd aan de slag met leerproblemen<br />

Tough Love: de aanpak van Jean Marie Molina


VAN DE REDACTIE<br />

Inhoud<br />

Leerlingen motiveren<br />

‘Als ze maar eens wat meer gemotiveerd waren.’ ‘Het lukt me niet<br />

ze te motiveren.’ Dit zijn uitspraken die iedereen die lesgeeft misschien<br />

wel eens gedaan heeft. En niet ten onrechte natuurlijk, want<br />

als leerlingen niet gemotiveerd zijn, kun je niet doen waar je voor<br />

aangenomen bent: kennis, vaardigheden en houdingen bijbrengen<br />

aan je leerlingen.<br />

In deze <strong>ROM</strong>-editie lees je twee artikelen waar motivatie van leerlingen<br />

centraal staat: in de rubriek Onderbouwd vertelt hoogleraar<br />

Roel van Steensel over hoe je leesmotivatie kunt stimuleren. En Jean<br />

Marie Molina, werkzaam op de Hogeschool Rotterdam, doet in een<br />

interview uit de doeken hoe zij studenten motiveert met haar methode<br />

Tough love.<br />

Wat je misschien verwacht is dat de twee pleiten voor bijzondere<br />

werkvormen, uitdagende experimenten, ontmoetingen met bekende<br />

Nederlanders of andere tot de verbeelding sprekende activiteiten<br />

in de klas. Maar daar ligt het motivatiegeheim volgens hen niet. Van<br />

groot belang is hoe de leerling zich voelt in de onderwijssituatie. Hij<br />

moet het gevoel hebben dat wat er op school van hem verwacht<br />

wordt, dat hij dat ook kan. Misschien met moeite, maar toch. In andere<br />

woorden: hij moet zich – en dat lezen we ook in de twee artikelen<br />

– competent voelen. Goed onderwijs is onderwijs dat daaraan<br />

bijdraagt en dat daardoor de leerling motiveert. Hoe weten we dat?<br />

Door wetenschappelijk onderzoek.<br />

Naast competentie zijn ook betrokkenheid – denk aan een goede<br />

verstandhouding tussen leraar en leerling – en autonomie belangrijke<br />

motivatiebevorderende factoren. Met het begrip autonomie<br />

komen we op het terrein van de leerling als eigenaar van zijn leren.<br />

Een term die weliswaar door columnisten soms belachelijk gemaakt<br />

wordt, maar toch heel bruikbaar is. Van de leerling als eigenaar komen<br />

we uit bij het begrip formatieve evaluatie, dat inmiddels al<br />

enige jaren opgeld doet. Belangrijk in formatieve evaluatie is onder<br />

andere het leerlingen inzicht geven in hun eigen leerproces. Feedback<br />

geven en krijgen is daarbij een essentieel onderdeel. Formatieve<br />

evaluatie is een veelbelovende ontwikkeling die ook sterk kan<br />

bijdragen aan het gemotiveerd houden van leerlingen. Het is om die<br />

reden dat ik in <strong>ROM</strong> graag een artikel wil wijden aan een school die<br />

veel doet met formatieve evaluatie. Dus scholen: meld je!<br />

PAUL DE MAAT, HOOFDREDACTEUR<br />

12 KRITISCH LUISTERENDE KLEUTERS<br />

De voorbereiding op begrijpend lezen<br />

Voor iedereen<br />

06 QUOTES<br />

Dagprogrammering: 10 uur extra les op Zuid<br />

08 ONDERBOUWD<br />

Roel van Steensel over leesmotivatie<br />

18 COLUMN ANNE-MARIE<br />

Mission completed<br />

19 4X<br />

Podcasts over onderwijs<br />

24 INFOGRAPHIC<br />

Motiveren tot lezen<br />

25 2 BOEKEN<br />

Woef woef en nu je bek houden!<br />

Juffen zijn toffer dan meesters<br />

30 COLUMN WILLEM<br />

Foutje? Bedankt!<br />

31 MEER <strong>ROM</strong><br />

Online verschenen en op de agenda<br />

04 INTERVIEW JEAN MARIE MOLINA<br />

Over falen en lessen halen


Jonge Kind<br />

14 MEER MENSKRACHT IN DE VVE<br />

Pedagogisch educatief professionals geven<br />

impuls aan kwaliteit<br />

26 PROEVEN VAN DE NEDERLANDSE TAAL<br />

Les voor moeders, opvang voor de kleintjes<br />

Basisonderwijs<br />

28 WERELDBURGERS<br />

Blijberg biedt internationaal curriculum<br />

32 DUBBELPORTRET<br />

Thom (11) is wedstrijdkorfballer en mantelzorger<br />

20 OPLEIDINGSSCHOOL BOSS PO<br />

Pabo en basisschool leiden samen op<br />

VO en MBO<br />

10 MIJN VAK<br />

Viktor van Harten: van de marine naar de klas<br />

16 DIT IS MIJN KLAS<br />

Jordy van Rossum van Lyceum Rotterdam<br />

WWW.<strong>ROM</strong>NIEUWS.NL<br />

Blijf op de hoogte van Rotterdams onderwijsnieuws en<br />

abonneer je op onze nieuwsbrief.<br />

22 KUNST BELEVEN<br />

100% Hedendaags leert anders kijken naar kunst<br />

Volg het <strong>ROM</strong>! N @romnieuws twitter.com/romnieuws M facebook.com/rotterdamsonderwijsmagazine<br />

COLOFON ROTTERDAMS ONDERWIJS MAGAZINE ONAFHANKELIJK VOORLICHTINGS- EN OPINIEBLAD VOOR ONDERWIJS, EDUCATIE EN OPLEIDING IN ROTTERDAM.<br />

GRATIS VOOR PERSONEEL VAN HET ROTTERDAMSE ONDERWIJS | 42E JAARGANG NR. 4 OKTOBER <strong>2019</strong> | ISSN 1386, VERSCHIJNT VIJF KEER PER JAAR, OPLAGE 7000 |<br />

UITGAVE CED-GROEP | Redactieraad Machiel de Jong, Irene van Kesteren, Els Maasdam, Tim van der Korput, Paul de Maat (hoofd- en eindredactie)|<br />

Tekst Ronald Buitelaar, Renate Mamber, Marijke Nijboer, Erik Ouwerkerk, Anne-Marie Plasschaert, Willem Sonneveld, Ineke Westbroek | Fotografie Petja<br />

Buitendijk, Jan van der Meijde | Illustratie Chris Versteeg – Project C | Bladmanagement Paul de Maat, Anne-Marie Smit, Tamara Wally, Saskia Rietdijk |<br />

Redactieadres Postbus 8639, 3009 AP Rotterdam, telefoon 010 4071469, rom@cedgroep.nl | Grafisch ontwerp en vormgeving Trichis, Rotterdam (Otto Mende) |<br />

Foto cover Petja Buitendijk | ©CED-Groep


STUDENTEN MOTIVEREN DOOR EEN ANDERE MINDSET<br />

Tough Love<br />

Hoe motiveer je kinderen, jongeren of jongvolwassenen om zich op<br />

een juiste manier in te zetten voor hun school of studie?<br />

Jean-Marie Molina, hoofddocent Studiesucces aan de Hogeschool<br />

Rotterdam, ontwikkelde daarvoor een methode Tough Love.<br />

TEKST RENATE MAMBER<br />

Jean-Marie: ‘De feedback van een docent kan het beeld<br />

dat de student van zichzelf heeft maken of breken.’<br />

Een aantal studenten heeft in de loop van hun<br />

studie moeite om aan de eisen te voldoen.<br />

Soms zelfs zo erg, dat ze studievertraging oplopen.<br />

Als hoofddocent Studiesucces begeleidt<br />

Jean-Marie Molina deze studenten, een functie<br />

die ze zelf mede heeft vormgegeven. Ook haar<br />

aanpak die ze Tough Love noemt, ontwikkelde<br />

ze zelf.<br />

‘Om iemand te kunnen helpen, moeten hij<br />

kunnen geloven dat hij kan veranderen’<br />

WAT HOUDT JOUW AANPAK IN?<br />

‘Het is een doceermodel. Als we kijken naar<br />

waarom studenten niet zo goed presteren,<br />

dan kijken we vaak naar de persoon en naar<br />

zijn achtergrond. Maar meestal kunnen we<br />

niets veranderen aan de achtergrond of situatie<br />

waarin een student zich bevindt. We kunnen<br />

er bijvoorbeeld niets aan doen als iemand<br />

uit een gebroken gezin komt. Maar je kunt<br />

iemand wel leren hoe met de situatie om te<br />

gaan. In mijn model richt de docent zich op het<br />

veranderen van de mindset van studenten. Je<br />

probeert hun interpretatie van falen en hun<br />

reactie op falen opnieuw te conditioneren. Je<br />

leert ze een copingstrategie.’<br />

KUN JE DAAR EEN VOORBEELD<br />

VAN GEVEN?<br />

‘Stel, een student heeft een toets gemaakt<br />

en vier keer niet gehaald. Afhankelijk van de<br />

feedback van de docent gaat de student daar<br />

iets over denken. Hij kan bijvoorbeeld denken:<br />

“Ik kan het niet of ik ben hier niet geschikt<br />

voor.” Maar een student kan ook denken: “Dat<br />

ik het vier keer niet heb gehaald, zegt niets<br />

over mij als persoon.” Als docent kun je bijvoorbeeld<br />

zeggen: “Je hebt het vier keer niet<br />

gehaald, maar elke keer heeft het je een les<br />

geleerd waarom je het niet hebt gehaald. Ga<br />

kijken wat die les is. Wat heb je nodig om het<br />

de volgende keer wel te halen?” De docent<br />

moet de interpretatie en de reactie op het<br />

falen bij studenten aanpassen. Om iemand te<br />

kunnen helpen, moeten iemand kunnen geloven<br />

dat hij of zij kan veranderen.’<br />

DUS DE FEEDBACK VAN DE<br />

DOCENT IS CRUCIAAL?<br />

‘De feedback van een docent kan het beeld<br />

dat de student van zichzelf heeft maken of<br />

breken. Je moet als docent op de juiste manier<br />

en op het juiste moment reageren. Dat kan<br />

alleen door te investeren in de relatie met je<br />

studenten, zodat je leert op welke manier je<br />

goed kunt reageren op die persoon. Je moet<br />

dat niet doen vanuit je eigen referentiekader,<br />

maar vanuit die van die bepaalde student.’<br />

4 <strong>ROM</strong> 4


Model: Tough Love - Teaching for Success<br />

Will to Succeed<br />

• Competency<br />

• Consequence<br />

• Choice<br />

• Community<br />

(Gellers 4 C’s)<br />

Success<br />

Expectations & Responsibility<br />

• Language<br />

• Feedback<br />

Expectations & Responsibility<br />

HI<br />

Will to succeed<br />

No/low<br />

Fixed<br />

mindset<br />

Relationship<br />

Relationship<br />

• High performance<br />

Growth mindset<br />

Self motivation<br />

HOE DOE JE DAT IN EEN GROEP?<br />

‘De kunst van het onderwijs zit in een goede<br />

organisatie en in de kleine momenten. Ik organiseer<br />

mijn lessen bijvoorbeeld zo dat ik<br />

steeds twintig minuten uitleg en daarna gaan<br />

de studenten tien minuten zelf aan de slag. In<br />

die tien minuten ben ik aan het kijken en luisteren<br />

en soms neem ik iemand apart. Je moet<br />

observeren. Je bent ook onderzoeker. Je observeert<br />

hoe iemand zich gedraagt, je bepaalt<br />

welk gedrag je graag zou willen zien en dan ga<br />

je na wat je moet doen of zeggen om dat te<br />

realiseren.’<br />

IS POSITIEF BEKRACHTIGEN EEN<br />

KWESTIE VAN MEER COMPLIMEN-<br />

TEN GEVEN?<br />

‘Meestal geven we complimenten als: dat heb<br />

je goed gedaan of wat ben je slim. Het gevaar<br />

daarvan is dat mensen het idee krijgen dat ze<br />

dus goed en slim zijn en niets meer hoeven te<br />

doen. Daarom moeten we inzetten op het prijzen<br />

van de strategie die iemand heeft ingezet<br />

om iets te bereiken. Niet op wat is bereikt, maar<br />

hoe ze het hebben bereikt, op het proces.’<br />

‘Je bent ook<br />

onderzoeker’<br />

ER ZIJN VEEL, WAT JE NOEMT<br />

‘APATHISCHE’ STUDENTEN. HOE<br />

MOTIVEER JE DIE?<br />

‘Bij motivatie gaat het vaak om positief bekrachtigen.<br />

Om mensen gemotiveerd te krijgen,<br />

moeten ze zich competent voelen. Je kunt<br />

studenten bijvoorbeeld vragen wat ze voor<br />

zichzelf willen bereiken en hoe ze dat denken<br />

te gaan doen. Te vaak zeggen mensen nog:<br />

“Als je dat niet doet, dan…” En dan volgt er<br />

een nare consequentie. Dat werkt vaak wel,<br />

vooral bij kleine kinderen. Tot het moment dat<br />

kinderen die nare consequentie niet meer erg<br />

vinden.’<br />

Jean-Marie Molina studeerde wijsbegeerte en pedagogiek<br />

aan Universiteit Leiden. Haar doceermodel Tough Love<br />

(de naam verwijst naar een zowel strenge als liefdevolle<br />

aanpak) ontwikkelde ze op basis van haar eigen ervaringen<br />

en het werk van psychologen als Carol Dweck en E. Scott<br />

Geller.<br />

MEER WETEN: J.M.MOLINA@HR.NL<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 5


QUOTES<br />

Dagprogrammering op Zuid<br />

Dit schooljaar zijn alle 30 scholen in de Children’s Zone van start gegaan met Dagprogrammering.<br />

Leerlingen volgen per week tien uur extra activiteiten, gericht op brede ontwikkeling<br />

en vergroting van kansen. Iedere school bepaalt zelf de inhoud en vorm van de extra uren.<br />

Wat vinden de betrokkenen ervan?<br />

‘Die vier uur erbij is een hele puzzel.<br />

Scholen zijn daar niet blij mee. Dat snap ik’<br />

Renata Voss (BOOR) in AD<br />

‘Met die zes uur liep het wel soepel.<br />

Dus met die tien uur moet het ook wel goed komen’<br />

Tineke Visser (Sterrenschool de Globetrotter) op romnieuws.nl<br />

‘Het zijn geweldige kansen. Maar organisatorisch is het<br />

nog wel een dingetje’ Norine Meinster (OBS Nelson Mandela) op RTV Rijnmond<br />

‘We zien dat de zes extra uren helpen, want de<br />

Cito-scores stijgen’ Marco Pastors (NPRZ) in AD<br />

‘Kleinere klassen en meer begeleiding helpen ook.<br />

Daar heb je geen langere schooldagen voor nodig’<br />

Firdevs Durgut (OBS De Kameleon) in AD<br />

‘Ik vind het wel goed. Maar niet op woensdag!’<br />

Leerling (Sterrenschool de Globetrotter) op RTV Rijnmond<br />

MEER LEZEN<br />

Op romnieuws.nl lees je over de aftrap van de Dagprogrammering op Sterrenschool De Globetrotter.<br />

6 <strong>ROM</strong> 4


Adv-De Betere Basisschool_09-19.qxp_Opmaak 1 19-09-19 13:29 Pagina 1<br />

Als leren je lief is<br />

Ik wil de kwaliteit van mijn organisatie<br />

excellent en duurzaam verbeteren<br />

De Betere Basisschool<br />

Een enthousiast team, samen doelen halen, heldere planning, effectief vergaderen, een hoog rendement.<br />

Het zou best wel eens kunnen dat dit je aanspreekt.<br />

Samen met je team<br />

Met De Betere Basisschool ga je samen met je team enthousiast aan de slag op basis van een concrete<br />

bottum-up aanpak die de kwaliteit van de organisatie duurzaam verbetert. Zo krijg je een professionele,<br />

effectieve school met een hoog rendement. Ruim 250 scholen gingen je voor.<br />

Gratis e-book 'Hoe word je een nog betere basisschool?'<br />

De Betere Basisschool-aanpak bestaat uit vijf stappen die we in dit e-book<br />

toelichten en illustreren met ervaringen van scholen uit het hele land.<br />

‘De effectiviteit van de organisatie is toegenomen en de leerlingen krijgen veel meer<br />

onderwijs op maat. Dat heeft ook een positief effect op de leerlingresultaten.’<br />

Emile van Laar, directeur De Hoeksteen, Leersum<br />

www.cedgroep.nl


ONDERBOUWD<br />

Roel van Steensel is universitair<br />

docent aan de Sociale faculteit van<br />

de Erasmus Universiteit Rotterdam.<br />

Aan de Vrije Universiteit is hij, namens<br />

Stichting Lezen, bijzonder hoogleraar<br />

Leesgedrag.<br />

VERLEID KINDEREN TOT LEZEN<br />

Moeilijke lezers<br />

profiteren het meest<br />

Bied veel verschillende, aantrekkelijke<br />

boeken en help leerlingen om daar een<br />

passende keuze uit te maken. Zo verleid<br />

je hen tot lezen. Wie de leesmotivatie van<br />

kinderen eenmaal weet te stimuleren, ziet<br />

hun leesvaardigheid omhoog schieten.<br />

Het mooie is: dat werkt nog het beste bij de<br />

moeilijke lezers, zegt wetenschapper Roel<br />

van Steensel.<br />

Leesvaardigheid is belangrijk. Om informatie tot je te kunnen<br />

nemen, van papier of vanaf internet, moet je goed kunnen lezen.<br />

En om daar vaardig in te worden, moet je simpelweg veel<br />

lezen. Daarvoor is weer motivatie nodig. Het is een spiraal, zegt<br />

Roel van Steensel. ‘Als je gemotiveerd bent om te lezen, ga je<br />

vaker lezen en heb je meer gelegenheid om te oefenen. En als<br />

je vaardiger wordt, krijg je meer zelfvertrouwen.’<br />

Andersom werkt het ook: ‘Als je minder leesvaardig bent, ben<br />

je minder gemotiveerd om te lezen. Je gaat minder lezen en<br />

oefent je vaardigheid niet. Dat tast je zelfvertrouwen aan. En<br />

daardoor daalt weer de motivatie om te lezen. In het ergste<br />

geval leidt dat tot een gevoel van weerstand.’<br />

TEKST MARIJKE NIJBOER FOTO JAN VAN DER MEIJDE<br />

8 <strong>ROM</strong> 4


Autonomie bieden is belangrijk volgens Roel van Steensel:<br />

‘Daar zouden scholen nog meer in kunnen investeren.’<br />

5 TIPS VOOR LEERKRACHTEN:<br />

WE LEZEN STEEDS MINDER<br />

Volgens internationale vergelijkende onderzoeken als PISA en PIRLS<br />

bungelen Nederlandse vo-leerlingen onderaan op het punt van leesmotivatie.<br />

Dat is zorgwekkend, al plaatst Roel van Steensel wel een<br />

kanttekening: ‘Je kunt je afvragen hoe serieus en waarheidsgetrouw<br />

kinderen die vragenlijsten hebben ingevuld.’ In elk geval staat vast dat<br />

Nederlanders, en dan vooral jongeren, steeds minder lezen.<br />

Kinderen die minder goed zijn in lezen en schrijven hebben de bijzondere<br />

belangstelling van Van Steensel. Vaak zijn dat kinderen<br />

die thuis weinig of geen ‘leesopvoeding’ hebben gehad: ze zijn<br />

weinig voorgelezen, zien hun ouders weinig lezen en wonen niet<br />

in huizen waar boeken en tijdschriften rondslingeren. ‘Dat bepaalt<br />

allemaal je houding ten opzichte van lezen, je zin om te lezen<br />

en je beginnende leesvaardigheid.’ Maar er is goed nieuws, speciaal<br />

met betrekking tot deze kinderen: ‘Onderzoek wijst uit dat<br />

het stimuleren van de leesmotivatie de leesvaardigheid nog het<br />

meest versterkt bij de kinderen die dat het hardst nodig hebben.’<br />

‘Het is mooi als de zin<br />

om te lezen echt vanuit<br />

kinderen zelf komt’<br />

1. Zorg voor een rijk, actueel boekenaanbod waar<br />

leerlingen uit kunnen kiezen.<br />

2. Geef leerlingen gerichte boekentips. Help ze<br />

om boeken te vinden die passen bij hun<br />

interesses en niveau.<br />

3. Oefen geen dwang uit. Laat de boekenkeuze<br />

vanuit de kinderen zelf komen.<br />

4. Investeer ook in de bovenbouw van het<br />

po en op het vo in leesmotivatie. De leesmotivatie<br />

neemt namelijk af naarmate leerlingen<br />

ouder worden.<br />

5. Laat leerlingen ook langere teksten lezen.<br />

Daarvoor pleit de Onderwijsraad in haar rapport<br />

‘Lees! Een oproep tot een leesoffensief’. Langere<br />

verhalende teksten nodigen kinderen uit tot<br />

‘diep’ en geconcentreerd lezen.<br />

GELOVEN IN JEZELF<br />

Roel van Steensel heeft concrete tips voor leerkrachten die<br />

het lezen willen bevorderen. Maar eerst wil hij nog iets kwijt<br />

over leesmotivatie: ‘Het is mooi als kinderen intrinsiek gemotiveerd<br />

zijn; wanneer de zin om te lezen echt uit henzelf voortkomt.<br />

Volgens de bestaande theorie wordt intrinsieke motivatie<br />

bepaald door een gevoel van competentie: ik kan deze<br />

leestaak aan.’ Autonomie is ook belangrijk: ‘Als je zelf invloed<br />

kunt uitoefenen op wat je leest, en met anderen kunt praten<br />

over wat je leest, motiveert dat ook. Daar zouden scholen nog<br />

meer in kunnen investeren.’ Een derde factor is verbondenheid.<br />

‘Het motiveert ook als je met iemand praat over teksten die je<br />

aan het lezen bent.’<br />

VERWIJZINGEN<br />

De bronnen waarnaar wordt verwezen in deze tekst<br />

vind je op romnieuws.nl.<br />

CIJFERS EN FEITEN<br />

Meer cijfers en feiten vanuit onderzoek naar<br />

leesmotivatie vind je in de Infographic op pagina 24.<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 9


DIT IS MIJN VAK<br />

Geloof, onderzeeërs en<br />

natuurwetenschappen<br />

Werkend als jonge laborant wil Viktor van Harten na een paar jaar<br />

zijn wereld vergroten. Hij monsterde aan bij de marine en voer vijf<br />

jaar op een onderzeeboot. Wanneer hij een relatie krijgt, zoekt hij<br />

werk aan de wal. ‘Ik had nul ervaring, maar blauw uit de marine<br />

stond ik al voor de klas.’<br />

TEKST ANNE-MARIE PLASSCHAERT FOTO’S PETJA BUITENDIJK<br />

Viktor van Harten: ‘Ze zien met eigen ogen wat er gebeurt als je het ene bij het andere stofje doet,<br />

het gaat borrelen, bruisen en soms zegt het boem. Daardoor wordt het concreet en leuk.’<br />

10 <strong>ROM</strong> 4


Met een nostalgische blik kijk ik rond:<br />

hoge werktafels, witte jassen, kraantjes,<br />

een vacuümpomp; dit is een echt<br />

practicumlokaal. Alles ziet er netjes uit.<br />

‘Ja, discipline, doen wat je zegt en opdrachten<br />

uitvoeren… dat heb ik meegenomen<br />

uit de tijd dat ik bij de marine<br />

was’, vertelt Viktor van Harten (32).<br />

Klassenmanagement ziet hij dan ook<br />

niet als een probleem: ‘Regels en afspraken,<br />

daar houd je je aan, het geeft<br />

de leerlingen structuur en dat is wat ze<br />

willen.’<br />

DE PASSIE<br />

Terwijl Viktor verhaalt van zijn vele ervaringen<br />

op zijn leeftijd, komen leerlingen<br />

hun opdrachten inleveren. Ze kloppen<br />

netjes aan en vragen of ze binnen<br />

kunnen komen. Hier, op evangelische<br />

school De Passie, is respect niet alleen<br />

een woord. Die passie heeft ook niet<br />

alleen met geloof te maken; op de site<br />

van de school wordt met passie gesproken<br />

over de leerlingen, over het<br />

onderwijs en over tal van schoolactiviteiten.<br />

Hier voelt Viktor zich thuis.<br />

Hij volgt de lerarenopleiding om zijn<br />

bevoegdheid te halen voor de vakken<br />

natuurkunde en scheikunde. Volgend<br />

jaar verwacht hij de studies af te ronden.<br />

‘Afgelopen schooljaar deed ik die<br />

dubbele studie naast mijn fulltime<br />

werkweek. Dat bleek wat te veel, ik<br />

kreeg allerlei problemen. Maar je gaat<br />

door, net als in dienst. Als je aan boord<br />

ziek was, pakte je een vuilniszak, kotste<br />

daarin, kneep hem dicht en liep weer<br />

verder.’<br />

MILITAIR GEZIN<br />

Natuur- en scheikunde boeiden Viktor<br />

al op jonge leeftijd. Hij volgde de mbolaboratoriumopleiding<br />

en werkte anderhalf<br />

jaar bij verschillende laboratoria.<br />

‘Ik was 22 en dacht: is dit het nu? Ik<br />

wilde meer van de wereld zien. Als kind<br />

uit een militair gezin, meldde ik mij dus<br />

bij de marine om al varend de wereld<br />

te verkennen.’ Hier volgt hij de mboopleiding<br />

elektrotechniek en hij vaart<br />

vijf jaar op een onderzeeër. ‘Ik heb veel<br />

gezien en meegemaakt. Ik was bijvoorbeeld<br />

ook op missie naar Somalië.’<br />

Wanneer Viktor een relatie krijgt, wil<br />

hij aan de wal. Met veel plezier is hij als<br />

vrijwilliger jeugdleider bij de kerk en<br />

wordt daar op het spoor van onderwijs<br />

gezet. Dat Viktor onbevoegd is, is geen<br />

belemmering; er is een tekort aan natuur-<br />

en scheikundedocenten. ‘Ik solliciteerde<br />

en ook al had ik geen enkele<br />

ervaring in het onderwijs: ik was net uit<br />

de marine en ik stond al voor de klas.’<br />

Het eerste jaar als docent is pittig, maar<br />

met de discipline vanuit de marine en<br />

met militair doorzettingsvermogen<br />

slaat hij zich er doorheen. Na drie onderwijservaringsjaren<br />

en uitzicht op<br />

zijn onderwijsbevoegdheid, weet Viktor:<br />

‘Ik wil dit, ik wil er zijn voor mijn<br />

leerlingen, zeker ook in één-op-één-gesprekjes.<br />

Die zijn zo waardevol. Je moet<br />

een band met ze opbouwen, alleen<br />

dan krijg je een leerling aan het leren.<br />

Je merkt het ook meteen wanneer dat<br />

erbij inschiet.’<br />

IN DEBAT<br />

Als docent natuur- en scheikunde,<br />

vakken die veel leerlingen als moeilijk<br />

beschouwen, probeert Viktor zijn onderwijs<br />

zo concreet mogelijk te maken.<br />

‘Door theorie, demonstraties en proefjes<br />

af te wisselen, gaan de leerlingen<br />

ontdekken. Ze zien met eigen ogen wat<br />

er gebeurt als je het ene bij het andere<br />

stofje doet: het gaat borrelen, bruisen<br />

en soms zegt het boem. Daardoor<br />

wordt het concreet en leuk.’<br />

Ook de grote vragen over geloof en wetenschap<br />

gaat Viktor niet uit de weg. ‘Ik<br />

studeer natuurkunde juist om te kijken<br />

hoe God via wetmatigheden de wereld<br />

en de natuur heeft geschapen. Vanuit<br />

die visie geef ik mijn vak. Ik geloof dat<br />

de natuur en het universum te complex<br />

zijn en volgens te veel wetmatigheden<br />

tot stand zijn gekomen, om “toeval” te<br />

worden genoemd,’ geeft de bevlogen<br />

docent aan. ‘Er moet dus wel een intelligente<br />

ontwerper zijn. Als je die God<br />

noemt, heeft dat consequenties voor je<br />

persoonlijk leven. Door te spreken over<br />

een intelligente ontwerper, blijft het<br />

wetenschap.’ Dat is wat Viktor de leerlingen<br />

van vwo en atheneum wil bijbrengen.<br />

‘Volgend jaar wil ik een soort<br />

lagerhuis gaan organiseren, waarin<br />

onze leerlingen over dit soort zaken<br />

met elkaar in debat gaan. Zij stromen<br />

door naar de universiteit, daar vinden<br />

dit soort discussies plaats. Onze leerlingen<br />

moeten dan met goede argumenten<br />

daaraan kunnen deelnemen.’<br />

LEGERMENTALITEIT<br />

IN DE KLAS<br />

Als kind van een militair woont<br />

Viktor de eerste jaren van zijn leven<br />

onder de dreiging van de Sovjets:<br />

‘Ik weet dat wij als gezin soms<br />

picknickten bij die grens.’ Dan valt<br />

de muur en het IJzeren Gordijn, het<br />

Sovjet-regime brokkelt af, de Koude<br />

Oorlog is voorbij. Viktor trekt<br />

met zijn familie naar Nederland,<br />

maar zijn vader blijft in het leger.<br />

Het militaire leven en het plichtsbesef<br />

heeft Viktor van huis uit meegekregen.<br />

Ook in het onderwijs maakt hij<br />

gebruik van dat wat hij in het leger<br />

heeft geleerd. ‘Wij zijn hier op<br />

school met vier oud-militairen en<br />

wij maken alle vier gebruik van<br />

groepsdruk bij ons klassenmanagement,<br />

we houden van orde, van discipline.<br />

Ik zeg bijvoorbeeld: “Als er<br />

het eerste half jaar niks vervelends<br />

gebeurt, trakteer ik.” Dan spreken<br />

ze elkaar aan op hun gedrag en dat<br />

werkt. Maar er zijn ook collega’s die<br />

vinden dat je dat niet mag doen. In<br />

het leger is er een andere mentaliteit.’<br />

VIKTOR VAN HARTEN<br />

DE PASSIE ROTTERDAM<br />

088 337 27 30<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 11


BEGRIJPEND LUISTEREN IN DE KLEUTERGROEP<br />

Leren lezen begint<br />

met luisteren<br />

TEKST MARIJKE NIJBOER FOTO JAN VAN DER MEIJDE<br />

Leesvaardigheid is essentieel voor het schoolsucces van kinderen. Daar kan<br />

je niet vroeg genoeg mee beginnen, vindt de Koningin Wilhelminaschool in<br />

Crooswijk. Sinds kort leren de kleuters begrijpend luisteren. Ook groep nul is<br />

hier op peuterniveau al mee bezig. Zo wordt al jong een mooie basis gelegd voor<br />

begrijpend lezen en ontstaat er een doorgaande lijn.<br />

boek ‘Hennie de heks en de piraten’. De kinderen<br />

in de kring zien ondertussen op het<br />

digibord achter haar rug de betreffende pagina’s<br />

met kleurige illustraties. Petra: ‘Ah, hier<br />

komt een woord dat we nog niet kennen: enthousiast.<br />

Dat betekent dat Hennie heel blij<br />

is.’ Even later komt het woord ‘jaloers’ aan<br />

de orde. En de verleden tijd van ‘graven’: ‘Ze<br />

groeven de schat op. Ze zijn aan het graven.<br />

En daar komt dat woord weer: ze groeven en<br />

groeven.’ De groep bespreekt het verhaal en<br />

doet op een later moment spelletjes rond het<br />

thema ‘piraten’. De oudere kleuters hebben<br />

‘Voorheen konden er<br />

ongeveer drie kinderen<br />

lezen bij de overgang<br />

naar groep 3.<br />

Nu zijn dat er zeven’<br />

Er is een schatkaart bezorgd! Juf Petra Westerink<br />

houdt het gehavende stuk papier omhoog.<br />

Er staan allemaal kruisjes op. Die leiden<br />

de kleuters naar de gang, waar ze de schat<br />

vinden: een met goudpapier beklede kist met<br />

kettingen, munten en een feestelijk verpakt<br />

voorleesboek. Opgewonden dragen de kinderen<br />

de schat naar hun lokaal. ‘Omdat wij de<br />

schat hebben gevonden, geeft de piraat ons<br />

een cadeautje’, zegt een meisje. ‘Is dit dan<br />

een cadeautje?’, vraagt Petra. ‘Nee, het is een<br />

…’ ‘Een schat!’ roepen de kinderen.<br />

Petra begint voor te lezen uit het prentengesprekjes<br />

aan de hand van pictogrammen.<br />

Daarbij worden woorden betrokken uit Logo<br />

3000 (een methode voor woordenschatonderwijs)<br />

die aansluiten bij het thema.<br />

EÉN BOEK CENTRAAL<br />

Petra, leerkracht groep 1-2 en coördinator<br />

onderbouw: ‘We stellen één boek centraal en<br />

gebruiken dat vijf keer tijdens de dagplanning.<br />

Begrijpend luisteren komt de hele dag<br />

aan de orde, bij alle vakken. We gebruiken<br />

daarbij de strategieën van Nieuwsbegrip:<br />

voorspellen, samenvatten, vragen stellen<br />

over de verhaalstructuur, woordenschat.<br />

Wanneer kinderen in de bovenbouw gaan<br />

werken met Nieuwsbegrip, zijn ze daarmee<br />

dus al bekend.’<br />

Bij de schat in de klas zit ook een toverstaf.<br />

Waar zou die voor zijn? ‘Om de schat open<br />

te maken’, denkt een meisje. ‘Nee!’ roept een<br />

klasgenoot. Petra: ‘Dat mag Angel toch vinden?<br />

Dit is háár voorspelling. Wat denk jij zelf?’<br />

LUISTEREN ALS BASIS<br />

‘Het gaat ons om het bieden van goed onderwijs<br />

en gelijke kansen’, zegt directeur Sibel<br />

Taslicukur. ‘Begrijpend lezen is heel belangrijk<br />

voor de verdere schoolcarrière. Dat doen we<br />

in groep 4 tot en met 8. Met begrijpend luis-<br />

12 <strong>ROM</strong> 4


Na het voorlezen praten de kinderen over het verhaal. Op een later moment doen ze spelletjes rondom het thema.<br />

teren bereiden we de jonge kinderen daar al<br />

op voor.’ Petra: ‘De kleuters leren om kritisch<br />

te luisteren. Dat is de basis voor lezen en het<br />

motiveert hen ook om te leren lezen.’ Het<br />

boek dat in de klas wordt behandeld, ligt ook<br />

in de leeshoek.<br />

COACHEN OP MODELEN<br />

Adviseur Anke Oomens van de CED-Groep<br />

begeleidt de school bij begrijpend luisteren.<br />

Daarbij gaat er veel aandacht naar de<br />

didactische vaardigheden, vertelt zij. ‘Inter-<br />

actief voorlezen en hardop denkend meedoen:<br />

modelen. Ik bezoek de groepen en<br />

coach leerkrachten hier op. Dit team is hier<br />

al heel vaardig in. Ze deden al veel aan interactief<br />

voorlezen en zijn daar nu nog veel<br />

doelgerichter mee bezig. Zo sluit begrijpend<br />

luisteren naadloos aan op begrijpend lezen.’<br />

Petra heeft de groepsbezoeken samen met<br />

Anke gedaan en neemt de coaching van<br />

haar over. Met behulp van de Kijkwijzer Begrijpend<br />

Luisteren kan zij checken of alle<br />

onderdelen in de klas aan de orde komen.<br />

Samen met Anke heeft de school een eigen<br />

kwaliteitskaart gemaakt, die leerkrachten<br />

helpt om het begrijpend luisteren goed in<br />

de vingers te krijgen en te houden. Op deze<br />

kaart staan de leesdoelen, de lesfasen en manieren<br />

van verwerking samengevat. ‘De kwaliteitskaart<br />

stimuleert ons om op dezelfde<br />

manier toe te werken naar dezelfde doelen’,<br />

legt Petra uit. Volgens haar werkt deze talige<br />

aanpak. ‘Voorheen konden er ongeveer drie<br />

kinderen al lezen bij de overgang naar groep<br />

3; nu zijn dat er zeven.’<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 13


Staand: Karin en Iris<br />

Zittend: Ninuska en Petra<br />

De overheid wil kansengelijkheid<br />

voor alle kinderen.<br />

Daarom wordt er al jarenlang<br />

veel geïnvesteerd in voor- en<br />

vroegschoolse educatie (vve).<br />

Onderzoeken wezen echter uit<br />

dat kinderen die de vve bezochten,<br />

minder extra ontwikkeling<br />

doormaakten dan gehoopt.<br />

De kwaliteit van pedagogisch<br />

medewerkers bleek hierbij doorslaggevend.<br />

De AD-opleiding<br />

Pedagogisch educatief professional<br />

moet zorgen voor een<br />

kwaliteitsimpuls.<br />

TEKST MARIJKE NIJBOER<br />

FOTO JAN VAN DER MEIJDE<br />

PEDAGOGISCH EDUCATIEF PROFESSIONAL<br />

Meer effect en<br />

werkplezier<br />

Iris van der Hulle en Petra van Loon werken<br />

al jaren in de kinderopvang. Leuk werk, waar<br />

ze sinds ze aan hun nieuwe opleiding zijn<br />

begonnen, meer in kwijt kunnen en meer<br />

voldoening aan beleven. Ze zijn eerstejaars<br />

studenten aan de AD-opleiding Pedagogisch<br />

educatief professional: een tweejarige opleiding<br />

waarmee ze vve-begeleider of -specialist,<br />

pedagogisch beleidsmedewerker of<br />

coach in de kinderopvang kunnen worden.<br />

Ze begeleiden straks hun collega’s met een<br />

mbo-diploma.<br />

Iris: ‘Ik heb via mijn werk wel cursussen gevolgd,<br />

maar deze opleiding is veel breder en<br />

dieper.’ Petra wilde al heel lang naar het hbo.<br />

‘Toen bekend werd dat er meer hbo’ers in de<br />

vve-groepen moeten gaan werken, vroeg<br />

mijn werkgever wie de opleiding wilde gaan<br />

14 <strong>ROM</strong> 4


ASSOCIATE DEGREE PEDAGOGISCH<br />

EDUCATIEF PROFESSIONAL<br />

De overheid wil dat er meer hbo’ers in de vve gaan werken.<br />

Deze opleiding komt daaraan tegemoet. Voltijdstudenten<br />

volgen het eerste jaar drie dagen per week les<br />

en lopen twee dagen stage; het tweede jaar hebben zij<br />

twee dagen les en drie dagen stage. De deeltijdopleiding<br />

biedt twee lesavonden per week. Inclusief lessen, het maken<br />

van verslagen en doen van praktijkonderzoek kost<br />

de opleiding de deeltijders zo’n twintig uur per week.<br />

De CED-Groep ontwikkelde samen met de Hogeschool<br />

Rotterdam het curriculum voor de vakken Vve 1 en 2 en<br />

Opbrengstgericht werken spelend leren. CED-adviseur<br />

Karin van der Meulen geeft deze vakken sinds zes jaar.<br />

zaalgroep, maar zal op termijn groepsoverstijgend<br />

gaan werken. ‘Met behulp van ons<br />

observatiesysteem kunnen we gericht kijken<br />

en een educatief aanbod doen op het niveau<br />

van het kind.’ Zo legde zij in de aanloop naar<br />

Sinterklaas speelgoed en pepernoten bij elkaar.<br />

‘Ik vroeg een paar kinderen die moeite<br />

hebben met sorteren, om het speelgoed in de<br />

ene bak te leggen, en de pepernoten in de<br />

andere. Eén van de kinderen ging toen ook<br />

voor het eerst hardop tellen.’ Karin knikt tevreden:<br />

‘De kunst is dat de kinderen lekker<br />

spelen en jij als professional hun ontwikkeling<br />

herkent en stimuleert.’ Ninuska begeleidt<br />

‘haar’ pedagogisch medewerkers. ‘Ik<br />

geef aan op welk ontwikkeldomein we gaan<br />

observeren en kijk wat hun hulpvraag is.’<br />

doen. Ik stak meteen mijn hand op. Het is<br />

een druk leven met een parttime baan, parttime<br />

opleiding en een gezin, maar ik vind de<br />

nieuwe kennis en vaardigheden die ik opdoe<br />

heel waardevol.’<br />

ONTWIKKELINGSPORTFOLIO<br />

De studenten krijgen onder andere de vakken<br />

Ontwikkeling en opvoeding van het kind,<br />

Taalontwikkeling van meertalige kinderen,<br />

Opbrengstgericht werken door spelend leren,<br />

Coachingsvaardigheden, Gespreksvaardigheden<br />

en Ouderbetrokkenheid. Docent Karin<br />

van der Meulen: ‘Ik hoop dat ze ook op de<br />

werkvloer blijven, zodat ze voor hun collega’s<br />

kunnen modelen.’<br />

Alle beginnende studenten leggen een toets<br />

Nederlands af. Wie nog niet niveau 3F heeft,<br />

moet dat tijdens deze opleiding halen. Alle<br />

studenten houden in hun ontwikkelingsportfolio<br />

bij hoe ver ze zijn met het bereiken van<br />

hun verschillende leerdoelen.<br />

OBSERVEREN OP DOMEINEN<br />

Ninuska Maat heeft haar diploma al op zak.<br />

Zij werkt nu nog met een eigen peuterspeel-<br />

‘We deden al<br />

veel goed, maar<br />

konden dat<br />

niet benoemen’<br />

OOK VOOR KIND ZONDER<br />

ACHTERSTAND<br />

Petra: ‘Mijn leidinggevende vond de vve veel<br />

te sturend en zo gericht op kinderen met<br />

achterstand. Door het vak Opbrengst gericht<br />

werken door spelend leren zie ik dat<br />

vve niet alleen maar sturend is en dat je ook<br />

kinderen zonder achterstand verder helpt.<br />

Mijn leidinggevende ziet nu ook de positieve<br />

kanten. Je hebt bovendien een beter verhaal<br />

naar de ouders.’ Iris: ‘Wij hebben kinderen die<br />

thuis al veel meekrijgen, óók wat te bieden.<br />

Bij ons kunnen zij in alle rust spelen met andere<br />

kinderen. En daarbij begeleiden wij hun<br />

verdere ontwikkeling.’<br />

De drie studenten voelen zich verrijkt door<br />

de opleiding. Petra: ‘We deden al veel goed,<br />

maar konden dat niet benoemen. Je maakt<br />

nu veel bewustere keuzes.’ Iris: ‘Het is heel<br />

leuk om de meerwaarde van je vak te ontdekken.’<br />

Ninuska heeft na haar AD-opleiding ook al<br />

een opleiding tot intern begeleider voor peuters<br />

afgerond en gaat beginnen met een cursus<br />

in video-interactie. Dat kan ze, zegt ze,<br />

goed gebruiken bij het coachen van pedagogisch<br />

medewerkers.<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 15


DIT IS MIJN KLAS<br />

Black-outs voorkomen<br />

in de brugklas<br />

TEKST RONALD BUITELAAR FOTO JAN VAN DER MEIJDE<br />

Jordy van Rossum is leerkracht lichamelijke oefening<br />

en wiskunde. Hij is mentor van brugklas 1B havo/vwo<br />

op het Lyceum Rotterdam<br />

‘Ik ben in 2006 afgestudeerd aan de HALO (Haagse Academie<br />

voor Lichamelijke Opvoeding). Daarnaast heb ik in 2018 mijn<br />

bevoegdheid voor wiskunde behaald. Ik vind wiskunde leuk en<br />

het leek me met het oog op het lerarentekort ook verstandig.<br />

Naast leraar lichamelijke oefening en wiskunde ben ik ook mentor<br />

van een brugklas, leerjaar ondersteunend van klas 1, sectieleider<br />

lichamelijke oefening en coach van een nieuwe collega.<br />

Als mijn leerlingen na de zomervakantie de klas binnenstappen<br />

zijn de meesten nog erg stil. Het is nogal een verandering die<br />

ze doormaken. Lange dagen, van klas moeten wisselen, weer de<br />

jongste leerlingen zijn. Omdat er in die periode heel veel op hen<br />

en hun ouders afkomt organiseer ik na een week of twee een ouderavond.<br />

Zo probeer ik al direct vorm te geven aan de driehoek<br />

leerling, ouders, mentor. Door het jaar heen zijn er natuurlijk de<br />

rapportgesprekken, maar als het nodig is wacht ik die niet af en<br />

is er al contact geweest tussen mij en de ouders. Ook help ik mijn<br />

leerlingen bij het leren leren. Misschien dat twee of drie leerlingen<br />

het zelfstandig afkunnen, maar het merendeel heeft er echt<br />

hulp bij nodig. Vooral als ze opdrachten krijgen waarbij de inleverdatum<br />

over een aantal weken ligt of als ze veel tegelijk moeten<br />

leren, zoals in een toetsweek. Ik laat zien hoe ze de stof kunnen<br />

opdelen en leg uit hoe ze het geleerde kunnen verwerken. Ik gebruik<br />

daar schema’s voor en voorkom op die manier dat ze een<br />

black-out krijgen. Dat komt zeker in de brugklas geregeld voor als<br />

ze niet meer overzien wat ze moeten doen. Daarbij is echt maatwerk<br />

nodig om te zorgen dat je ze allemaal op het goede spoor<br />

houdt. Gedurende het jaar zie je zo’n stille klas veranderen in een<br />

klas waar binnen en buiten de klas vriendschappen ontstaan en<br />

kinderen zich ontwikkelen. Ik denk dat we daar als school een<br />

goede bijdrage aan leveren omdat we er veel belang aan hechten<br />

dat kinderen hier zichzelf mogen zijn.’<br />

16 <strong>ROM</strong> 4


Jet (13)<br />

‘Ik vind dat Jordy erg zijn<br />

best doet en er echt voor<br />

ons is. Hij overlegt wat je<br />

wilt en hoe hij kan helpen.’<br />

Finn (13)<br />

‘Jordy is een fijne leraar. Hij legt<br />

prettig uit. En als je vragen stelt,<br />

zegt hij niet dat hij het net heeft<br />

uitgelegd, maar hij legt het gewoon<br />

nog een keer uit. Net zo lang<br />

tot je het snapt.’<br />

Maaske (13)<br />

‘Jordy is erg aardig en niet<br />

te serieus. Hij helpt bij probleempjes,<br />

maakt grapjes<br />

en is gezellig. Bij wiskunde<br />

doet hij iets strenger dan bij<br />

gym. Als je vragen hebt dan<br />

krijg je extra uitleg.’<br />

Eva (13)<br />

‘Ik vind het knap dat hij<br />

gym én wiskunde geeft.<br />

Het zijn zulke verschillende<br />

vakken! Soms merk je dat<br />

hij meer gym dan wiskunde<br />

geeft. Dan staat hij<br />

wiskunde te geven met zijn<br />

gymkleren aan!’<br />

Evelien (12)<br />

‘Jordy is rustig en chill. Hij<br />

wordt alleen boos als het<br />

echt nodig is. Ik merk dat<br />

hij zijn best doet om er iets<br />

leuks van te maken met de<br />

klas en goede hulp<br />

te bieden.’<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 17


4X<br />

4x Podcasts<br />

over onderwijs<br />

Welke podcasts over onderwijs<br />

moet je zeker geluisterd hebben?<br />

<strong>ROM</strong> licht er vier uit:<br />

Is onderwijs weggegooid geld?<br />

16 minuten<br />

De Correspondent<br />

Econoom Bryan Caplan stelt dat onderwijs een verspilling is<br />

van tijd en geld. Een extreme stelling misschien. Maar wel<br />

eentje die aan het denken zet over de 43 miljard euro<br />

die in Nederland jaarlijks naar onderwijs gaat.<br />

Easycratie in het onderwijs<br />

34 minuten<br />

Meesterwerk<br />

Voortdurend ontwikkelen met tijdelijke oplossingen, het<br />

onderwijs is immers nooit af. Een interview met Annette Dölle<br />

over haar manier om anders te kijken naar regel- en wetgeving<br />

binnen het onderwijs.<br />

Het Walhalla<br />

68 minuten<br />

Opgejaagd<br />

De van oorsprong Zweedse Jennifer volgde twee jaar lang<br />

haar eigen gezin en reisde door Nederland en Zweden.<br />

Een zoektocht naar oorzaken, gevolgen en oplossingen voor<br />

systeemfouten in het Nederlandse onderwijs. Is het werkelijk<br />

zoveel beter in Zweden?<br />

Digitale geletterdheid<br />

in het nieuwe curriculum<br />

23 minuten<br />

Kennisnet<br />

Dit najaar besluit de Tweede Kamer over de vraag of digitale<br />

geletterdheid terugkomt in de vorm van kerndoelen.<br />

Waarom is het nodig dit een vaste plek in het onderwijs te<br />

geven? En waarom nu?<br />

18 <strong>ROM</strong> 4


COLUMN<br />

<strong>ROM</strong>NIEUWS.NL<br />

Nu lees je ons magazine, maar het <strong>ROM</strong> biedt meer!<br />

Kijk op de site voor actueel nieuws uit het Rotterdams<br />

onderwijsveld, artikelen, verslagen van onderwijsbijeenkomsten<br />

en de agenda.<br />

c<br />

d<br />

Like!<br />

facebook.com/rotterdamsonderwijsmagazine<br />

Volg!<br />

@romnieuws twitter.com/romnieuws<br />

ABONNEER<br />

JE OP DE<br />

NIEUWSBRIEF<br />

Elke maand een link naar de laatste aanvullingen<br />

op de site, extra nieuws en meer. Meld je aan op<br />

romnieuws.nl/nieuwsbrieven.<br />

ANNE-MARIE PLASSCHAERT<br />

Mission completed<br />

ANNE-MARIE PLASSCHAERT SCHRIJFT VOOR HET <strong>ROM</strong> OVER HAAR BE-<br />

LEVENISSEN ALS DOCENT JOURNALISTIEK OP HET GRAFISCH LYCEUM<br />

Het was weer mooi en lastig tegelijk: het afscheid van ‘mijn afstudeerders’<br />

afgelopen zomer. In de drie jaar dat deze inmiddels oudstudenten<br />

in onze opleiding rondliepen, zagen we ze veranderen<br />

van de onzekere tiener naar de licht-opstandige-student-met-eenmening<br />

in het tweede jaar. Een uitdagende fase voor ons als docenten…<br />

Tot ze in het laatste studiejaar uitgroeien tot de volwassen<br />

geworden professionals, die hun diploma meer dan waard zijn. Voor<br />

ons een moment van trots en de verzuchting: het is weer gelukt.<br />

Dat is dan wat betreft het vakgebied.<br />

Ik heb, net als veel vakbroeders- en zusters, met mijn mentorstudenten<br />

ook nog een andere band. Zij waarderen mij omdat ik niet<br />

alleen een oude rot ben in dit beroep die ze de fijne kneepjes van<br />

het vak aanleert. Ze erkennen dat ik ze iets wil meegeven als mens<br />

voor de rest van hun leven. Ik doe mijn best om jonge mensen op te<br />

leiden tot zelfstandig-denkende volwassenen. Mensen die nadenken<br />

over regels, afspraken, normen, niet vanwege een mogelijke<br />

pakkans of straf, maar omdat zij er zelf de waarde van inzien, de<br />

discussie over zin of onzin graag met je willen voeren. Jonge mensen<br />

die de verantwoordelijkheid willen nemen voor wat zij denken<br />

en doen; daar argumenten voor hebben en zich niet snel als een<br />

mak schaap laten leiden en voortdrijven.<br />

Zeker zit ik ze op hun huid in de eerste leerjaren wanneer ze op<br />

zoek zijn naar hun en onze grenzen. Zeker zet ik ze aan om boven<br />

zichzelf uit te stijgen. Als ik dan zie dat ze gaandeweg hun eigen<br />

pad weten te vinden, hun talenten en kwaliteiten ontdekken, hun<br />

kracht en motivaties… dan heb ik mijn doel bereikt.<br />

Dit jaar was er gelukkig weer een hele speciale mentorgroep die<br />

afscheid nam. Daar stonden ze, klaar voor de toekomst, zeker van<br />

hun zaak in alle onzekerheid die hoort bij nadenkende mensen. Omhelzingen,<br />

dankbare ouders, ontroering en blijdschap. ‘You hate her,<br />

you love her, als je wat wil leren, moet je bij haar zijn’, zei een oudstudent<br />

over mij tegen de nog-onwetende eerstejaars tijdens een<br />

voorlichting over het beroep. Ik hoorde dat van mijn collega’s en<br />

glimlachte voor mijzelf: mission completed!<br />

<strong>ROM</strong> 4/19


PABO EN BASISSCHOLEN LEIDEN SAMEN OP<br />

Samenhang<br />

en synergie<br />

SENATVS·POPVLVSQVE·<strong>ROM</strong>ANVS<br />

Romeinse Rijk 60 - 400 n.Chr.<br />

S.P.Q.R.<br />

TEKST RONALD BUITELAAR ILLUSTRATIE CHRIS VERSTEEG, PROJEKT C<br />

20 <strong>ROM</strong> 4


Achttien basisscholen van drie besturen in de regio Rotterdam<br />

ontwikkelden de afgelopen vier jaar samen met Pabo - Hogeschool<br />

Rotterdam en het Kenniscentrum Talentontwikkeling, de<br />

Opleidingsschool Boss po (Beter Opleiden in Samenhang en<br />

Synergie primair onderwijs). Instituutsopleiders van de pabo en<br />

schoolopleiders van de aangesloten scholen begeleiden samen<br />

studenten en zorgen voor afstemming tussen theorie en praktijk.<br />

Hoofddoel: studenten beter voorbereiden op en vertrouwder maken<br />

met hun toekomstige werkomgeving en stroomlijning van hun<br />

professionele ontwikkeling. Boss po is vanaf dit schooljaar een NVAO<br />

geaccrediteerde opleiding.<br />

Het fundament voor opleidingsschool Boss<br />

po werd gelegd tijdens een eerder traject dat<br />

de besturen BOOR, OZHW, Wijzer in Opvang<br />

en Onderwijs en achttien van hun scholen<br />

gezamenlijk met Pabo – Hogeschool Rotterdam<br />

en het kenniscentrum talentonwikkeling<br />

uitvoerden. Denise van Schelven, coördinator<br />

Werkplekleren bij Opleidingsschool Boss po,<br />

legt uit: ‘In het kader van het project Versterking<br />

Samenwerking Lerarenopleidingen en<br />

Scholen (wsls) werkten we gezamenlijk aan<br />

een aantal vaststaande thema’s; opbrengstgericht<br />

werken, ouderbetrokkenheid, pesten<br />

en begeleiding van beginnende leraren.<br />

Wij voegden daar toen samen opleiden aan<br />

toe als overkoepelend thema. Aanvankelijk<br />

moesten we best over drempels heen, maar<br />

uiteindelijk beviel de samenwerking zo goed<br />

dat we subsidie aanvroegen voor het opzetten<br />

van een gezamenlijke opleidingsschool.’<br />

HÉT AANSPREEKPUNT<br />

De subsidie maakte het mogelijk om een<br />

overkoepelend curriculum te maken waarin<br />

het leren bij de pabo nadrukkelijk verbonden<br />

wordt met het leren in de praktijk. Denise: ‘De<br />

afstemming binnen het curriculum verloopt<br />

soepel, omdat we gebruik maken van een<br />

instituutsopleider en een schoolopleider. De<br />

eerste is bij de pabo hét aanspreekpunt voor<br />

docenten en studenten. De schoolopleider<br />

onderhoudt contact met studenten en de leraren<br />

van het eigen schoolteam, de door ons<br />

in coachingsvaardigheden getrainde werkplekbegeleiders.<br />

Instituutsopleider en schoolopleider<br />

zorgen samen voor continuïteit.’<br />

LID SCHOOLTEAM<br />

Ook inhoudelijk verschilt de aanpak van Boss<br />

po met de meer traditionele wijze van stage<br />

lopen. Denise: ‘De Boss school brengt in beeld<br />

wat er naast het reguliere nog meer geleerd<br />

kan worden. Zo leer je als student niet alleen<br />

lesgeven, maar doe je ook kennis op over<br />

bijvoorbeeld werken in een schakelklas of<br />

ontwikkelingsgericht leren en draai je mee in<br />

activiteiten als oudergesprekken. We willen<br />

studenten meer dan voorheen kennis laten<br />

maken met wat het vak van leerkracht in de<br />

breedte inhoudt. Dat kan vooral als er niet alleen<br />

in de klas wordt geleerd, maar juist ook<br />

daarbuiten als lid van een schoolteam.’<br />

‘Je kent elkaar<br />

en weet wat de<br />

ander doet’<br />

KORTE LIJNTJES<br />

Lenneke Löbker is docent en instituutsopleider<br />

bij Pabo – Hogeschool Rotterdam. Samen<br />

met onderbouwcoördinator en schoolopleider<br />

Franca Tchang is zij verantwoordelijk voor de<br />

begeleiding van studenten bij obs De Reijer in<br />

Ridderkerk. Lenneke heeft naast de Reijer nog<br />

twee basisscholen in haar ‘portefeuille’. Zij<br />

legt uit hoe de samenwerking met Franca en<br />

andere schoolopleiders er in de praktijk uitziet:<br />

‘Een paar keer per jaar bespreken we hoe<br />

het ervoor staat. Welke studenten hebben<br />

we in huis, hoe loopt het, wat is er nog nodig,<br />

naar welke bouw en groep moeten studenten<br />

na een half jaar? Dat soort kwesties. Daarnaast<br />

hebben we zeer regelmatig contact<br />

via app, mail of live, waardoor ik steeds beter<br />

zicht krijg op de schoolontwikkeling en de<br />

kwaliteiten van de afzonderlijke leraren. Van<br />

de studenten hoor ik dat ze dit systeem erg<br />

op prijs stellen en zich echt welkom op school<br />

voelen. Een belangrijke voorwaarde om je te<br />

kunnen ontwikkelen.’ Ook Franca merkt dat<br />

studenten graag op een Boss-school stage<br />

lopen: ‘De lijntjes zijn korter en ze weten dat<br />

er naast de werkplekbegeleider ook nog een<br />

schoolopleider is waar ze met vragen of problemen<br />

terecht kunnen.<br />

VOLWAARDIG LID<br />

Een ander pluspunt is de inhoudelijke afstemming.<br />

Franca: ‘Vroeger kwam het voor dat je<br />

in de groep bezig was met de Romeinen en<br />

dat de stagiaire voor beeldende vorming een<br />

pinguin met de klas moest maken. Dat was<br />

knap lastig.’ Lenneke: ‘Voorheen zat de student<br />

klem tussen de eisen van de opleiding<br />

en de mogelijkheden van de stageschool. Nu<br />

weten we beter van elkaar wat er verlangd<br />

wordt en helpen we de student samen verder.’<br />

Franca: ‘Je kent elkaar en weet wat de<br />

ander doet.’ Zij ziet nog een ander groot<br />

pluspunt: ‘Omdat studenten als volwaardig<br />

lid in het team meedraaien kunnen we beter<br />

beoordelen of we een student na afstuderen<br />

aan boord willen hebben. Ik kijk daarbij breder<br />

dan mijn eigen school. Het kan best zijn<br />

dat de student niet bij ons past, maar wel<br />

bij een andere school van ons bestuur.’ Het<br />

aantal deelnemende scholen is inmiddels uitgebreid<br />

naar tweeëntwintig. Het doel is om<br />

op termijn alle met Pabo – Hogeschool Rotterdam<br />

samenwerkende basisscholen aan te<br />

laten sluiten.<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 21


Tijdens een workshop maken leerlingen een kunstwerk dat past bij hun eigen kunstenaarstype.<br />

Als je kunst beleeft,<br />

komt het dichterbij<br />

Met het programma 100% Hedendaags brengen<br />

drie Rotterdamse kunstinstellingen hedendaagse<br />

kunst dichter bij jongeren. Een leerling: ‘Ik vond<br />

het eerst best wel vaag, maar het is leuk om er<br />

met klasgenoten over te praten en te horen<br />

wat zij erin zien.’<br />

TEKST RENATE MAMBER FOTO JAN VAN DER MEIJDE<br />

quiz ontdekken ze welk type kunstenaar er in hen schuilt: een pionier,<br />

een fantast, een rebel of een sampler. Tijdens de workshop maken de<br />

jongeren een kunstwerk dat past binnen hun kunstenaarstype.<br />

Het Wolfert College heeft het programma 100% Hedendaags ingepast<br />

in een dag waarin de leerlingen kennis kunnen maken met alle vormen<br />

van kunst en cultuur. ‘Wij doen dit om verschillende redenen’, vertelt<br />

Nadine van Hulst, docent CKV. ‘Om saamhorigheid te kweken, om ze<br />

kennis te laten maken met diverse Rotterdamse kunstinstellingen en<br />

om ze in aanraking te laten komen met kunst waar ze zelf niet direct<br />

naartoe zouden gaan.’<br />

Jaarlijks doen alle leerlingen uit de vierde klas havo en vwo van Wolfert<br />

Tweetalig mee aan 100% Hedendaags. Het programma bestaat<br />

uit een tentoonstellingsbezoek, een quiz en een workshop. Een aantal<br />

klassen bezocht een tentoonstelling in TENT. In de daaropvolgende<br />

‘We willen dat ze kunst ook echt kunnen beleven, want daardoor<br />

krijgen ze meer inzicht’, vult haar collega Jan Varossieau aan. ‘Deze<br />

aanpak met de verschillende kunstenaarstypes slaat goed aan bij de<br />

jongeren.’<br />

22 <strong>ROM</strong> 4


Welk kunstenaarstype ben jij?<br />

DE PIONIER<br />

Een kunstenaar die experimenteert met nieuwe<br />

technieken en materialen.<br />

‘Ik had er eerst niet zo’n zin in, maar het is toch wel leuk.<br />

Vooral omdat je zelf ook iets mag doen. Ik vind de kunst<br />

hier een beetje zweverig. Maar het is wel leuk om het samen<br />

te bespreken en te horen wat anderen ervan vinden. Ik zie<br />

dan meer dan ik zou zien als ik alleen was. De kunst van de<br />

eerste kunstenares die we zagen stond best ver van me af.<br />

Die laatste staat wel dichterbij mij, die probeert echt iets te<br />

vertellen met haar kunst.<br />

De pionier past wel bij me. Vroeger ging ik altijd aan de slag<br />

met papier zonder dat ik een plan had. Nu denk ik alles iets<br />

meer uit van tevoren.’<br />

DE REBEL<br />

Een kunstenaar die in zijn werk kritiek geeft op de<br />

maatschappij.<br />

‘Eerst was ik een beetje sceptisch over moderne kunst. Het<br />

lijkt soms alsof ze gewoon maar iets doen, daar een verhaal<br />

omheen verzinnen en er dan veel geld mee verdienen. Terwijl<br />

je geen verschil ziet met het werk van andere kunstenaars<br />

die er niets mee verdienen. Maar toen ik hier een tijdje door<br />

de tentoonstelling liep, vond ik het opeens geweldig. Ik geloof<br />

dat dat gebeurde op het moment dat ik een beetje door<br />

kreeg wat erachter zat en dat je er met de klas over praat.<br />

Eigenlijk vind ik die kunstwerken toch best dicht bij me staan.<br />

Ik denk er minder negatief over.<br />

De term rebel past helemaal bij mij! Ik geef graag mijn mening<br />

over dingen.’<br />

DE FANTAST<br />

Een kunstenaar die werelden kan bedenken die nog niet<br />

bestaan.<br />

‘Ik vond het wel leuk om hier naartoe te gaan, want ik hou<br />

veel van kunst. Zelf teken ik ook veel en ik wil naar de<br />

kunstacademie. Deze kunst vind ik soms wel vaag. Maar door<br />

de rondleiding met de klas praat je erover en zoek je samen<br />

naar het verhaal erachter. Het is best leuk om dat zelf te<br />

bedenken. Het is ook leuk om echt in de belevingswereld van<br />

de kunstenaar te komen!<br />

De fantast past goed bij mij, want ik ben van mezelf ook heel<br />

dromerig.’<br />

DE SAMPLER<br />

Een kunstenaar die bekende beelden mixt tot<br />

verrassende combinaties.<br />

100% Hedendaags is een samenwerking van de<br />

Rotterdamse kunstinstellingen Witte de With<br />

Center for Contemporary art, TENT en MAMA.<br />

Jaarlijks doen zo’n drieduizend jongeren uit<br />

voortgezet onderwijs en mbo uit Nederland en<br />

België mee aan het programma.<br />

Meer weten? Kijk op 100procenthedendaags.nl.<br />

‘Van tevoren had ik geen idee wat ik kon verwachten, maar<br />

ik had er wel zin in. Als het gaat om muziek en dans staat<br />

kunst voor mij niet zo ver weg, maar schilderkunst wel. Ik<br />

vind wat ik hier zie allemaal wel mooi. Er zit een gevoel in. De<br />

kunstenaars proberen hun ideeën over te brengen en het is<br />

fijn om het daarover te hebben.<br />

Niet alles van de sampler past bij mij, maar in de beschrijving<br />

staat ook de zin “De hele wereld is jouw speeltuin”. En dat<br />

past wel bij me. Zo voel ik dat ook.’<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 23


INFOGRAPHIC<br />

Motiveren<br />

tot lezen<br />

In de rubriek Onderbouwd (p. 8-9) vertelt<br />

wetenschapper Roel van Steensel wat je<br />

kunt doen om kinderen aan te zetten tot<br />

lezen. Maar wat is er uit onderzoek eigenlijk<br />

bekend over leesmotivatie?<br />

MEISJES LEZEN LIEVER DAN JONGENS<br />

DE LEESMOTIVATIE NEEMT AF NAAR-<br />

MATE JONGEREN OUDER WORDEN<br />

HAVO- EN VWO/GYMNASIUM-<br />

LEERLINGEN LEZEN LIEVER DAN<br />

VMBO-LEERLINGEN<br />

LEES PLEZIER<br />

VWO/GYMNASIUM<br />

HAVO<br />

VMBO<br />

LEES PLEZIER<br />

1 JAAR 8 JAAR 16 JAAR<br />

SLECHTS EEN KLEINE GROEP KINDEREN<br />

LEEST VANUIT EXTRINSIEKE MOTIVATIE.<br />

Ze willen het beter doen op school of willen<br />

bevestiging krijgen van anderen.<br />

LEERLINGEN<br />

De gegevens van deze infographic zijn afkomstig<br />

uit het onderzoek De leesmotivatie van Nederlandse<br />

kinderen en jongeren (DUO Onderwijsonderzoek,<br />

december 2017). Voor dit onderzoek werden<br />

bijna 6000 leerlingen tussen 8 en 18 jaar bevraagd.<br />

DE MEESTE KINDEREN LEZEN VANUIT<br />

INTRINSIEKE MOTIVATIE.<br />

Ze zijn nieuwsgierig naar onderwerpen of gaan<br />

op in een verhaal.<br />

24 <strong>ROM</strong> 4


RECENSIE<br />

RECENSIES VOOR EN DOOR COLLEGA’S<br />

2 Boeken<br />

1<br />

WOEF WOEF EN NU JE BEK HOUDEN<br />

AD DE JONG<br />

Een veelgehoord verwijt aan het huidige onderwijs is dat<br />

het een starre systeemwereld is die weinig meegaat in de<br />

echte leefwereld van jongeren. De titel van dit boek prikkelt<br />

dan ook direct. Het wekt de indruk dat de auteur andere<br />

professionele culturen uitgebreid heeft bestudeerd en<br />

vooraanstaande trainers uit die werelden heeft gesproken.<br />

Helaas. De getrokken parallellen met de wereld van dieren<br />

en sport zijn erg oppervlakkig. De bestudering van de<br />

paardenwereld is gebaseerd op gesprekken met zijn<br />

dochtertje die op paardrijles zit. Aandoenlijk om te lezen,<br />

maar weinig diepgaand en het ontstijgt het cliché over het<br />

belang van non-verbaal leiderschap dan ook niet. De analogie<br />

van docenten die een ‘Cruijff’ of ‘van Gaal’ zijn is leuk, maar<br />

wederom erg makkelijk gevonden.<br />

De auteur Ad de Jong heeft jarenlang in Rotterdam gewerkt<br />

als docent aan onder andere Codarts en de Pop-academie. Dit<br />

boek is eigenlijk een onsamenhangend geheel van memoires<br />

over zijn belevenissen en leermomenten. Erg leuk om te<br />

lezen voor insiders uit die tijd. Voor de buitenstaander is het<br />

boek weinig prikkelend en bovendien erg langdradig wegens<br />

slepende anekdotes, volledig uitgeschreven dialogen en een<br />

ondoorgrondelijke verhaalopbouw.<br />

Koen Istha is docent in het voortgezet speciaal onderwijs<br />

in Rotterdam.<br />

2<br />

JUFFEN ZIJN TOFFER DAN MEESTERS<br />

PEDRO DE BRUYCKERE<br />

Met veel plezier las ik dit boek. De schrijvers nemen, net als<br />

in het eerste boek Jongens zijn slimmer dan meisjes, een<br />

aantal onderwijsmythes onder de loep. Ze geven duidelijk<br />

aan hun meningen opzij te zetten en gaan uit van de<br />

wetenschappelijke informatie die ze vonden. En dat lukt ze!<br />

Er wordt uitvoerig gekeken naar de beschikbare informatie<br />

die er over bepaalde mythes te vinden is en dit alles wordt op<br />

een luchtige en prettig leesbare manier weergegeven.<br />

Geen tijd om het hele boek door te spitten? Aan het eind van<br />

elke mythe vind je een conclusie, zodat je in één oogopslag<br />

kunt zien of een mythe waar is of niet. Persoonlijk zou ik<br />

aanraden om er toch even voor te gaan zitten, want het lezen<br />

van het boek is de moeite meer dan waard. Het staat vol<br />

informatie die je meteen in de praktijk kunt gebruiken om de<br />

effectiviteit van je onderwijs te vergroten. Bijvoorbeeld dat<br />

met de hand leren schrijven nog altijd heel belangrijk is. Het is<br />

namelijk een middel om te leren lezen. En het opschrijven van<br />

aantekeningen zorgt er bovendien voor dat we de informatie<br />

beter onthouden, dan wanneer we typen.<br />

Suzanne Meijer werkt als schoolpsycholoog bij<br />

Primair Passend onderwijs Rotterdam. Ze helpt scholen<br />

passende begeleiding te bieden aan alle leerlingen.<br />

OOK EEN BOEK RECENSEREN?<br />

Kijk op romnieuws.nl om te zien welke onderwijsboeken<br />

we hebben liggen.<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 25


TAALLES VOOR OUDERS MET KINDEROPVANG<br />

De Letterproeverij<br />

Bij de Letterproeverij leren ouders de Nederlandse taal, terwijl hun<br />

kinderen worden opgevangen. Gratis. Zo raken ze meer betrokken<br />

bij de ontwikkeling van hun kind en hebben ze ook voor zichzelf de<br />

sleutel in handen tot participatie in de samenleving.<br />

TEKST ERIK OUWERKERK FOTO PETJA BUITENDIJK<br />

‘Hoofd, schouders, knie en teen, knie en teen,’<br />

klinkt het in Peuteropvang Robijn in het Oude<br />

Westen, een van de vier locaties in Rotterdam<br />

waar de Letterproeverij in <strong>2019</strong> actief<br />

is. Pedagogisch medewerker peuteropvang<br />

Elke Ronteltap zingt. Moeder Rika uit Japan<br />

volgt en beeldt de klassieker uit voor haar<br />

zoontje, die verlegen houvast zoekt aan haar<br />

broekspijp. Het is een vast ritueel voordat de<br />

taalcursus begint: de ouders zingen en spelen<br />

samen met hun peuters, die ze daarna met<br />

een gerust hart toevertrouwen aan de peuterleidsters.<br />

Op dat moment komt Jaja binnen. ‘Jij kent Jaja<br />

toch al?’ vraagt Elke aan Rika. Het duurt even<br />

voordat de woorden op hun plek vallen, maar<br />

dan zegt Rika: ‘Jaja vertelde mij van de Letterproeverij.<br />

Daarom heb ik nu ook les.’<br />

ONTWIKKELING IN GANG<br />

Jaja was een van de eerste deelnemers en<br />

heeft haar tien taalbijeenkomsten al achter de<br />

rug. Vandaag is ze echter terug op de opvang:<br />

samen met haar oude taaldocent Selma Klijn<br />

en vier oud-klasgenoten zal ze de Leeszaal in<br />

de buurt bezoeken om daar mee te doen aan<br />

de wekelijkse conversatielessen. Haar zoontje<br />

Sean kan in die tijd bij Elke terecht: ‘Jaja komt<br />

terug, omdat ze haar Nederlands nog verder<br />

wil ontwikkelen. Dat is een signaal dat er een<br />

ontwikkeling in gang is gezet. Dat willen we<br />

vooral stimuleren.’<br />

KWETSBAARSTE GROEP<br />

Ook Shamim verschijnt met haar peuter, net<br />

als Abrihet die haar zoon en dochter heeft<br />

meegebracht. De ouders en kinderen gaan<br />

samen met Elke in de kring zitten en zingen<br />

‘Eén, twee, drie, vier. Hoedje van, hoedje van…<br />

Eén, twee, drie, vier, hoedje van papier...’ De<br />

dochter van Abrihet heeft een tamboerijn in<br />

handen en doet vrolijk mee.<br />

De Letterproeverij wil ouders van jonge kinderen<br />

die de taal niet spreken en vaak thuiszitten<br />

emanciperen in de maatschappij. Maar<br />

hoe bereik je juist die kwetsbare groep die<br />

verdwaalt in de kluwen van ambtelijke regels<br />

van de kinderopvang en voor wie de drempel<br />

tot buurthuis of bibliotheek nog te hoog gegrepen<br />

is? Dat doe je samen: Buurtwerk helpt<br />

onder andere met de werving van de ouders,<br />

Stichting Groeibriljant en Kinderopvang Bijdehand<br />

zorgen voor opvang voor de kinderen en<br />

denken mee. En Stichting Hoedje van Papier<br />

verzorgt het taalgedeelte.<br />

OVERAL EEN MOUW AAN PASSEN<br />

‘Of zoveel betrokken organisaties een bureaucratische<br />

organisatie niet in de hand werken?<br />

Dat valt reuze mee. We hebben in het begin<br />

veel heen en weer gemaild en nu appen we<br />

vooral. We zijn allemaal erg betrokken, dat is<br />

het belangrijkste. Vanuit die betrokkenheid<br />

26 <strong>ROM</strong> 4


Eerst zingen en spelen de ouders samen met hun peuters. Daarna vertrouwen ze hen met een gerust hart toe aan de peuterleidsters, terwijl ze zelf taalles volgen.<br />

passen we overal een mouw aan als het nodig<br />

is,’ aldus Elke. Dat wordt direct geïllustreerd<br />

door Linda en Mireille van Stichting Hoedje<br />

van Papier. Zij zijn in het aangrenzende klaslokaal<br />

alvast met drie vrouwen van start gegaan<br />

met de les. Hoewel de kinderen van deze<br />

vrouwen eigenlijk al op de kleuterschool zitten,<br />

zijn ze toch van harte welkom. Elke: ‘Iedere<br />

moeder die meedoet is een aanwinst. Het<br />

project is er voor de ouders en niet voor ons.<br />

Dus als het gewenst is en kan, dan passen wij<br />

ons aan.’<br />

‘Iedere moeder is<br />

een aanwinst’<br />

DEFINITIE VAN KOORTS<br />

De kleine van Rika heeft de broek van zijn<br />

moeder inmiddels losgelaten en is bij Elke in<br />

goede handen. Dat geeft Rika net als de andere<br />

ouders de gelegenheid aan te schuiven<br />

bij de taalles. Al snel doen ze in tweetallen<br />

een rollenspel. Rika vraagt: ‘Hoe gaat het<br />

jouw zoon?’ ‘Hij heeft koorts. 38 graden,’<br />

antwoordt Abrihet. ‘Dat is geen koorts, dat is<br />

verhoging,’ merkt de Japanse op.<br />

Interessant. En niet alleen door Rika’s uitgebreide<br />

woordenschat: in de groep ontspint<br />

zich in het Nederlands een discussie over de<br />

definitie van koorts en wanneer je je daar zorgen<br />

over moet maken.<br />

Lerares Linda ziet het met genoegen aan:<br />

‘We starten met woorden en zinnen. En we<br />

hopen dat het leidt tot veel meer dan dat: een<br />

gesprekje kunnen voeren en dat ze met hun<br />

kinderen thuis ook Nederlandse liedjes gaan<br />

zingen en taalpuzzels maken. Dat ze hun kinderen<br />

bij de hand nemen, naar de voorzieningen<br />

in de wijk, het park, de samenleving in.<br />

Het begint allemaal met taal.’<br />

INTERESSE?<br />

Aanmelden is nog mogelijk.<br />

Neem contact op via<br />

010 – 422 25 06 of stuur een<br />

e-mail naar Hoedje van papier:<br />

taal@stichtinghoedjevanpapier.nl<br />

De namen van de deelnemers zijn in dit artikel op verzoek gefingeerd. (Behalve die van Rika.)<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 27


Lorraine Boyle: ‘We hebben hier 45 verschillende nationaliteiten<br />

op 260 leerlingen.’ze zelf taalles volgen.<br />

BLIJBERG BIEDT INTERNATIONAAL CURRICULUM<br />

Wereldburgers<br />

van de toekomst<br />

Internationalisering in het onderwijs wordt steeds<br />

belangrijker. Het maakt leerlingen ruimdenkend<br />

en het vergroot hun blik op de wereld, zodat<br />

ze zich kunnen ontwikkelen tot wereldburger.<br />

‘Wereldstad’ Rotterdam kan uiteraard niet achter<br />

blijven. Met OBS de Blijberg als boegbeeld.<br />

‘Welcome, wilkommen, laskavo prosymo, fáilte, bienvenue’. Wie het<br />

trappenhuis van OBS De Blijberg Internationaal betreedt, ziet het meteen.<br />

De muren hangen vol met welkomstboodschappen in een heleboel<br />

verschillende talen. En zo is het ook. Iedereen is welkom. ‘Voor ons is<br />

dat heel normaal’, vertelt directeur Lorraine Boyle. ‘We hebben hier 45<br />

verschillende nationaliteiten op 260 leerlingen. Veel van onze leerlingen<br />

zijn expatkinderen. Die moeten telkens nieuwe vrienden maken.<br />

Dan is het natuurlijk heel fijn als je wordt ontvangen door vriendjes die<br />

weten hoe dat voelt, die oprechte interesse in je hebben en die het heel<br />

normaal vinden dat iedereen verschillend is.’<br />

TEKST EN FOTO’S SANNE VAN DER MOST<br />

28 <strong>ROM</strong> 4


BEHOORLIJKE UITDAGING<br />

Het zijn allemaal eigenschappen en vaardigheden die De Blijberg Internationaal<br />

hoog in het vaandel heeft staan en die volgens Boyle ook<br />

perfect passen bij een wereldburger. ‘Want dat is waar wij onze leerlingen<br />

toe opleiden.’ Een gedachte die niet alleen is terug te vinden in<br />

de samenstelling van de leerlingenpopulatie, maar zeker ook in het<br />

onderwijsprogramma. Boyle: ‘We werken met een internationaal curriculum<br />

dat als rode draad door alle vakken en onderdelen heen loopt.<br />

Of het nu gaat over muziek, schilderen, koken of sport: we verdiepen<br />

ons altijd in elkaars achtergrond.’ Ieder kind krijgt twee uur per week<br />

Nederlandse taal- en cultuurles maar verder is alles in het Engels. Ondanks<br />

het feit dat 85 procent van de leerlingen een andere moedertaal<br />

heeft en sommigen het zelfs helemaal niet spreken. ‘Dat is een<br />

behoorlijke uitdaging’, vervolgt Boyle. ‘Maar samen komen we er altijd<br />

uit. Eigenlijk zijn wij een soort Verenigde Naties op microniveau.’<br />

ONDERGEDOMPELDE KLEUTERS<br />

Blijberg Internationaal is een openbare Internationale school. Dat is<br />

best bijzonder. ‘De overheid subsidieert het onderwijs aan expatkinderen’,<br />

legt Boyle uit. ‘Heel wat anders dan een dure private school<br />

die alleen voor de elite bereikbaar is.’ Toch kan niet iedereen op de<br />

internationale afdeling terecht. Blijberg Internationaal richt zich namelijk<br />

echt op leerlingen die tijdelijk in Nederland zijn. Bijvoorbeeld doordat<br />

hun ouders expat zijn of voor de ambassade werken. Ouders die<br />

daar niet aan voldoen, maar internationalisering wél belangrijk vinden,<br />

kunnen terecht bij de Blijberg Tweetalig. ‘In een multiculturele stad<br />

als Rotterdam is het natuurlijk hartstikke goed om je te verdiepen in<br />

elkaars achtergrond’, zegt directeur Barbara Everaars. ‘Tweetalig onderwijs<br />

hoort daarbij. Als je daar vroeg mee begint, werkt dat het best.<br />

Pubers zijn soms te zelfbewust en schamen zich voor hun uitspraak.<br />

Kinderen van vier hebben daar geen last van. Bovendien, hoe eerder je<br />

begint, hoe sneller ze het oppakken. Doordat behalve Nederlandse taal<br />

alles van groep 1 in het Engels is, worden ze meteen ondergedompeld<br />

in die taal.’<br />

NIEUWSGIERIGHEID<br />

Net als op de Internationale afdeling werkt de Blijberg Tweetalig met<br />

het International Primary Curriculum. ‘Dat is ooit ontwikkeld door<br />

Shell’, legt Everaars uit, ‘En bedoeld voor internationale scholen over<br />

de hele wereld waar Nederlands wordt gegeven. De kern van dit programma<br />

draait om het aanwakkeren van nieuwgierigheid naar de ander<br />

zonder er een stempel op te plakken. ‘Dwars door de vakken heen<br />

en aan de hand van verschillende thema’s als ziek zijn en beter worden,<br />

planten en dieren, verschillende beroepen, gaan we aan de slag.<br />

Hoe werkt dat in andere landen? De kinderen gaan zelf op onderzoek<br />

uit, stellen vragen en zoeken informatie.’<br />

‘Eigenlijk zijn wij een<br />

soort Verenigde Naties<br />

op microniveau’<br />

VRIENDSCHAP DOOR CULTUREN HEEN<br />

Wat de Blijberg Tweetalig daar uiteindelijk mee hoopt te bereiken?<br />

Oprechte nieuwsgierigheid naar de ander, inzien dat wat jij gewend<br />

bent niet altijd per se het enige juiste is en dat vriendschap door alle<br />

culturen heen gaat. En dat lukt aardig, vindt Everaars. ‘Onze leerlingen<br />

nemen nieuwe kinderen heel makkelijk op in de groep ook al komen ze<br />

uit een heel ander land. Ze snappen ook dat emigreren - wat nog wel<br />

eens gebeurt – niet het eind van een vriendschap betekent.<br />

JENAPLAN<br />

En dan is er nog de Blijberg Jenaplanschool. Hoewel daar geen expliciet<br />

internationaal curriculum is, zijn de normen en waarden wel dezelfde<br />

als op de twee andere afdelingen. ‘De focus op de Jenaplanafdeling ligt<br />

heel sterk op iedereen is anders en dat mag’,<br />

vertelt Everaars die ook hier directeur is. ‘Door<br />

vragen te stellen leer je meer over de ander en<br />

dat verrijkt de groep en het individu.’ Onderling<br />

samenwerken proberen de drie afdelingen<br />

zo veel mogelijk te doen. ‘Door onze enorme<br />

groei zitten we nu helaas niet meer op dezelfde<br />

locatie als de Internationale afdeling maar in<br />

verschillende gebouwen’, zegt Everaars. ‘Dat<br />

maakt het praktisch soms wat lastig uitvoerbaar.’<br />

Net zo belangrijk, zeker voor de Blijberg<br />

Tweetalig, is de aansluiting op het voortgezet<br />

onderwijs. Everaars: ‘Onze leerlingen zijn natuurlijk<br />

verder met Engels dan de gemiddelde<br />

brugklasser. Om te voorkomen dat ze worden<br />

afgeremd of zich gaan vervelen, is een goede<br />

afstemming noodzakelijk. Met het Wolfert<br />

Tweetalig werken we al samen aan een aansluitende<br />

en doorgaande leerlijn.’<br />

Van poëzie tot schilderen, van koken tot sport; de leerlingen verdiepen zich altijd in elkaars achtergrond.<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 29


COLUMN<br />

WHAT'S MORE?<br />

ONLANGS<br />

ONLINE<br />

WILLEM SONNEVELD<br />

Welke artikelen verschenen er de<br />

afgelopen tijd op romnieuws.nl?<br />

Foutje?<br />

Bedankt!<br />

WILLEM SONNEVELD IS SOCIOLOOG EN DOCENT MAATSCHAPPIJLEER BIJ<br />

DE GSR. HIJ NAM DEEL AAN BROEDPLAATS010. VOOR <strong>ROM</strong> ZET HIJ ZIJN<br />

GEDACHTEN OVER HET ROTTERDAMSE ONDERWIJS OP PAPIER.<br />

BREDE ROUTE: BEGELEIDEN VANUIT DIVERSE<br />

DISCIPLINES<br />

IKC’s hebben grote behoefte<br />

aan een nieuwe generatie professionals<br />

die nauw met elkaar<br />

samenwerken. Hbo en mbo<br />

starten daarom een pilot onder<br />

de naam Brede Route.<br />

Ik sta inmiddels negen jaar voor de klas en met terugwerkende<br />

kracht kan ik wel zeggen dat de eerste zes jaar nergens op sloegen.<br />

De sfeer was goed en ik werd als mens ook best gepruimd. Ik legde<br />

echter veel te lang én te veel uit en verschafte daarna vooral werk.<br />

Al dat huiswerk keek ik vervolgens niet na. Ik startte de volgende les<br />

liever vrolijk met een verse en schitterende PowerPoint.<br />

En de leerling? De leerling had te weinig kennis omdat hij weinig<br />

opstak van de klassikale uitleg. Als hij vragen moest beantwoorden<br />

in zijn werkboek dan zocht hij het antwoord snel op in de tekst die<br />

hij verder geen aandacht gaf. Als het even kan, loop je er als leerling<br />

de kantjes vanaf. Ik geef ze geen ongelijk meer.<br />

Met leren had het weinig te maken.<br />

Kennis is opgeslagen in schema’s in het langetermijngeheugen. Een<br />

eenvoudige definitie van ‘leren’ is het veranderen van die schema’s<br />

in het geheugen. Daarvoor is heel veel oefening, herhaling en voordoen<br />

nodig. Sindsdien maak ik veel minder mooie sheets en zijn de<br />

lessen ook wat ‘saaier’. De grootste verandering zit hem er echter in<br />

dat ik fouten van leerlingen ben gaan waarderen om wat ze zijn: een<br />

signaal dat kennis en vaardigheden nog niet zijn geautomatiseerd.<br />

De pijnlijke confrontatie met fouten willen leerlingen het liefst vermijden.<br />

Het zijn net mensen. Vooral ook omdat we ze van jongs af<br />

aan leren dat als je het goed doet de beloning bestaat uit de krul of<br />

de sticker. Een fout wordt beloond met een rode streep. Te veel van<br />

die strepen moet je vermijden want dan ben je dom of niet zo ‘slim’.<br />

Bedank je leerlingen liever voor het maken van fouten. Moedig het<br />

zelfs aan. Ook jou wens ik het toe. Maak dit schooljaar veel fouten,<br />

want alleen dan leer je iets.<br />

SBO-SCHOLEN DOEN MEE AAN FATIMA MOREIRA<br />

DE MELO CUP<br />

Bijna vijftig hockeyteams namen<br />

op een zonnige zondag in september<br />

deel aan dit hockey evenement,<br />

mogelijk gemaakt door de Stichting<br />

Rotterdamse Sporticonen.<br />

10 UUR EXTRA LESTIJD VOOR KINDEREN OP ZUID<br />

Dit schooljaar starten 31 basisscholen in de Children’s Zone op<br />

Zuid met de Dagprogrammering. Lees meer over de aftrap op<br />

Sterrenschool de Globetrotter.<br />

30 <strong>ROM</strong> 4


MIDDEN IN DE<br />

MAATSCHAPPIJ<br />

MET<br />

CULTUUREDUCATIE<br />

Van burgerschapsvorming<br />

tot ontwikkelen van<br />

een professionele<br />

beroepshouding. Workshops<br />

inzetbaar voor alle MBO<br />

kwalificaties. Ontdek de<br />

mogelijkheden op:<br />

skvr.nl/MBO<br />

WAT LEES JE IN<br />

<strong>ROM</strong> #5 DECEMBER?<br />

Het volgende <strong>ROM</strong> is een themanummer.<br />

Een groot deel van de artikelen staat<br />

in het teken van werkdruk.<br />

Burn-out<br />

in het onderwijs<br />

Waar lopen leraren op stuk? Een loopbaancoach vertelt.<br />

WERKDRUK VERMINDEREN<br />

Wat kun je zelf doen?<br />

BIEDT DE EVENT-<br />

MANAGER VERLICHTING?<br />

OBS Charlois weet het<br />

ABONNEER<br />

JE OP DE<br />

NIEUWSBRIEF<br />

Elke maand een link naar de laatste aanvullingen<br />

op de site, extra nieuws en meer. Meld je aan op<br />

romnieuws.nl/nieuwsbrieven.<br />

Tekort aan leerkrachten en<br />

pedagogisch medewerkers<br />

Wat te doen?<br />

WAT IS JOUW OPLOSSING OM<br />

WERKDRUK TE VERMINDEREN?<br />

Mail jouw idee naar rom@cedgroep.nl<br />

Of deel het op twitter: @romnieuws<br />

N @romnieuws twitter.com/romnieuws<br />

<strong>ROM</strong> 4 / 31


DUBBELPORTRET<br />

TEKST RONALD BUITELAAR<br />

FOTO JAN VAN DER MEIJDE<br />

Cathy en<br />

Thom Nijssen<br />

Cathy en Thom (11) wonen met man/vader<br />

Rob en zoons/broers Jordy (22) en Brett (18)<br />

in een eengezinswoning in Pernis. Cathy<br />

is vier ochtenden in de week actief als<br />

vrijwillige conciërge bij Het Waterschip,<br />

de basisschool van Thom. Daarnaast<br />

maakt ze deel uit van de regiegroep<br />

ouderbetrokkenheid. Cathy combineert<br />

haar inzet op school met de zorg voor haar<br />

gezin. In haar vrije tijd is ze graag creatief<br />

bezig. Thom zit in groep 8 van juf Evelien<br />

en juf Elize. In zijn vrije tijd is hij onder<br />

meer actief als fanatiek wedstrijdkorfballer.<br />

Thuis draagt hij als jonge mantelzorger<br />

een deel van de zorg voor zijn autistische<br />

broer en zijn vader met diabetes.<br />

WAA<strong>ROM</strong> HEBBEN JULLIE VOOR HET<br />

WATERSCHIP GEKOZEN?<br />

Cathy: ‘Eigenlijk wilden we niet dat Thom naar Het Waterschip<br />

ging, want met de andere twee ging het in die tijd niet<br />

lekker op school. Omdat Thom toch naar Het Waterschip<br />

wilde, hebben we ons gevoel uitgeschakeld en zijn wens<br />

gerespecteerd. Daar hebben we nooit spijt van gehad.’<br />

Thom: ‘Ik wilde niet naar de Plataan (de andere<br />

basisschool in Pernis) omdat ik hoorde dat daar gepest en<br />

gevochten werd.’<br />

WAT VIND JE LEUK AAN SCHOOL?<br />

Thom: ‘Gymnastiek en geschiedenis. En dat er juffen zijn met<br />

Netflix is ook wel fijn.’<br />

Cathy: ‘Er staat een team op school dat voor elkaar werkt en<br />

de school ademt een sfeer van gezelligheid en geborgenheid<br />

uit. Niets voor niets dat het schoollied zegt: Kom aan boord!’<br />

WAT MIS JE?<br />

Thom: ‘Ik mis eigenlijk les in dingen die je als volwassene<br />

nodig kunt hebben, zoals een reanimatiecursus of leren<br />

hoe je voor jezelf moet zorgen.’<br />

Cathy: ‘Ik mis eigenlijk niets, maar ik weet vanuit de<br />

regiegroep dat er nog ontwikkelpunten zijn waarover<br />

gedacht wordt.’<br />

DENK JE AL NA OVER WAT JE NA DEZE<br />

SCHOOL WILT GAAN DOEN?<br />

Thom: ‘Ik wil eerst naar het Einstein (scholengemeenschap<br />

voor vmbo tl, havo en vwo) en daarna naar de Pabo. Ik wil<br />

met kinderen omgaan, het onderwijs beter maken en op een<br />

leuke manier lesgeven.’<br />

Cathy: ‘Het past goed bij hem en eigenlijk wilde ik ook juf<br />

worden. Eerlijk gezegd overweeg ik momenteel een studie<br />

om klassen-assistent of leraar te worden.’<br />

WAT ZIJN JE D<strong>ROM</strong>EN VOOR LATER?<br />

Thom: ‘Ik zou later graag genoeg geld hebben om met<br />

z’n allen naar Disney of Ibiza te kunnen.’<br />

Cathy: ‘Mijn wens is eigenlijk heel simpel: dat Thom<br />

gelukkig is.’

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!