Installatiehandleiding - CMS Ware*Ever

Installatiehandleiding 

(21/03/2007 V1.01) 

IH_Concorde plus_V2_NL.doc Technische wijzigingen voorbehouden 1

1. Inhoudstabel. 

1. Inhoudstabel. ............................................................................................................ 2 

2. Inleiding. .................................................................................................................. 4 

3. Aansluitingen. .......................................................................................................... 6 

3.1. Verdeling van de zones op de controle unit. ............................................................ 6 

3.2. Gebalanceerde zones. ............................................................................................... 6 

3.3. Dubbele weerstandsconfiguratie. ............................................................................. 7 

3.4. Dubbele zones. ......................................................................................................... 8 

3.5. De printplaat. .......................................................................................................... 10 

3.6. De voeding. ............................................................................................................ 11 

3.7. A300- A600 klavieren. ........................................................................................... 13 

3.8. Keycon klavieren.................................................................................................... 14 

3.9. Uitbreiding. ............................................................................................................ 16 

3.10. Tamperingang......................................................................................................... 16 

3.11. Verbinden van de telefoonlijn. ............................................................................... 17 

3.12. Alarmuitgangen. ..................................................................................................... 17 

3.13. Voedingsuitgang en detectoren block. ................................................................... 18 

4. Open collector uitgangen. ...................................................................................... 19 

5. Verbinden sleutel elektronica. ................................................................................ 20 

5.1. Bijkomende wapening modes. ............................................................................... 20 

5.2. “Pulserend” beheer. ................................................................................................ 20 

5.3. “State” beheer......................................................................................................... 20 

6. Vocale module........................................................................................................ 22 

6.1. Opnemen en beluisteren van vocale berichten. ...................................................... 23 

7. RTC functie (Remote telephone Check). ............................................................... 24 

8. Programmering. ...................................................................................................... 26 

8.1. Installatie. ............................................................................................................... 26 

8.2. Zones. ..................................................................................................................... 27 

8.3. Alarmteller. ............................................................................................................ 28 

8.4. Tamper. .................................................................................................................. 29 

8.5. Relais. ..................................................................................................................... 29 

8.6. Open collector. ....................................................................................................... 29 

8.7. Timers..................................................................................................................... 31 

8.8. And Zone. ............................................................................................................... 32 

8.9. Installateurscode. .................................................................................................... 32 

8.10. Download codes . ................................................................................................... 32 

8.11. Gebruikerscodes . ................................................................................................... 33 

8.12. Klavieren. ............................................................................................................... 35 


8.13. Autotest. ................................................................................................................. 36 

8.14. Datum en tijd. ......................................................................................................... 36 

8.15. Programmering kiezer ............................................................................................ 36 

8.16. Reset ....................................................................................................................... 41 

8.17. Eeprom versie......................................................................................................... 41 

8.18. Menu standby ......................................................................................................... 41 


2. Inleiding. 

De CONCORDE Plus is een microprocessor gestuurde centrale geschikt voor connectie met 

vocale en digitale telefoon doormelder. Deze hoogtechnologische unit voldoet aan de laatste 

internationale normering. Het is het ideale systeem voor kleine en middelgrote systemen met 

complete controle door middel van het klavier, dat gemakkelijk te programmeren en 

gebruiksvriendelijk is. 

Technische eigenschappen: 

Klavieren: • Tot 4 LCD klavieren (Mod. A300-A600) met 

max 600 m kabellengte voor de bus 

Zone uitbreidingen: • 1 zone uitbreiding (Mod. EXPEUR) met 8 

zones 

Zones: • 4 (+4) tot 32 onafhankelijke programeerbaar 

met automatische detectie van de 2 

verschillende alarm statussen (Zone tamper + 

Zone alarm) 

• 1 gebalanceerde tamper ingang 

• 1 NC input (Max 4) bij de A300 klavieren 

• 1 Gebalanceerde input (Max 4) bij een A600 

Klavier 

Zoneconfiguratie: Direct – 24 uurs – Vertraagd (T1 -2) – Volgzone – 

Autoshunt – Secundair vertraagd (T1-2) “Vertraagd met 

tijdelijke blokkage (T1-2)” – Tamper – niet gebruikt 

Zone opties: Puls telling, alarm en herstel memorisatie, dubbele 

weerstandsconfiguratie, nooddeur functie, deurbel 

functie, zones-in-test functie, activeren van alarmrelais 

(systeem), activeren van de klavi erzoemer in alarm 

status, activeren van O.C. uitgangen, AND zones, 

directioneel AND, alarmteller 

Historiek geheugen: Memorisatie van de laatste 250 gebeurtenissen (met 

datum en tijd) 

Alarmuitgang: • 1 programmeerbare alarm relais, (2 

wisselcontacten, positieve veiligheid) 

• 8 transistor uitgangen (50 mA – open collector) 

voor connectie met de relais module (mod. 

MR4/MR8) 

• 1 transistor uitgang (100 mA – open collector) 

verbonden met de tamperingang (TA) 


verbonden met het controlepaneel FOUT (FA) 


Geeft de wapningsstatus van het systeem (BL) 

Wapenen: • 3 verschillende wapeningsmodes 

• Via klavier ingangen activeren in de ON, 

HOME, AREA modes 

Codes: • 8 gebruikerscodes, van 4 tot 6 cijfers 

• Voor iedere gebruikerscode is er een 

noodcode beschikbaar 

Programmeren : • LCD klavier met menustructuur 

• PC in directe verbinding met winrec software 

en XS40 – XS40U 

• PC in telefoonverbinding met winrec software 

en XM40 – XM40Plus modem 

Voedingscontrole: • Gele led als indicatie voor de 230Vac 

• Rode led voor de batterij (bij A600) 


Optionele modules: • Vocale module (mod. SINT) met 2 opneembare 

boodschappen 

• Zone uitbreiding (mod. EXPEUR) 

Digitale telefoon kiezer: • Ingebouwde digitale telefoon kiezer 

• RTC (Remote telephone connection) 

Voeding • Gestabiliseerd voltage: 13,8 V 

Afmetingen • A300 (LxHxD): 120 x 90 x 33mm 

• A600 (LxHxD): 120 x 90 x 15mm 

• Behuizing (LxHxD): 275 x 275 x 99,5mm 

Omgevingsfactoren: • +5 °C/ +40°C 

Max. stroomverbruik van het net • (135mA) met totaal stroomverbruik van de 

230 Vac 

centrale van 800mA 

Stroomverbruik bij 12Vdc • Alleen het systeem: 80mA 

Beschikbare stroom • Met batterij van 7Ah: 500mA 


3. Aansluitingen. 

3.1. Verdeling van de zones op de controle unit. 

De zones zijn als volgt genummerd: 

1 2 3 4 

5 6 7 8 Bij gebruik van ontdubbelde zones 

De zones voor de uitbreiding zijn als volgt genummerd: 

11 12 13 14 15 16 17 18 Met EXPEURO 

21 22 23 24 25 26 27 28 Met EXPEURO gebruik van ontdubbelde zones 

De zones van de klavieren zijn als volgt genummerd: 

31 32 33 34 Aangesloten op een Keycon 1 per klavier 

35 36 37 38 Aangesloten op A300-A600 1 per klavier 

Nota: de zones 9-10-19-20-30 bestaan niet 

3.2. Gebalanceerde zones. 

Het systeem heeft een basis configuratie van 10 gebalanceerde zones afgesloten met een 

eindelusweerstand van 4K7. Dit is de eenvoudigste configuratie van de zones voor het 

systeem. Het openen of het kortsluiten van een zone geeft een alarmsignaal als gevolg. 

Het is niet mogelijk, in dit geval, de detectie van het tamperalarm (gebruik van dezelfde 

draden van de verbinding), zodat de tamper moet verbonden worden met de daar voorziene 

temperingen (of maak gebruik van een zone die als tamper is geconfigureerd). 

De kleurencode van een weerstand van 4K7 

1) Geel: Waarde:4 

2) Paars: Waarde: 7 

3) Rood: Aantal nullen: 2 

4) Goud: Tolerantie: 5% 

De voorziene tamperingang wordt altijd afgesloten met een eindelus weerstand. 


3.3. Dubbele weerstandsconfiguratie. 

Deze configuratie meldt altijd het zonealarm en het tamperalarm op iedere zone door middel 

van 2 dezelfde draden. 

De zones geprogrammeerd in deze opstelling moeten afgesloten worden met 2 

eindelusweerstanden van 4K7. De eerste weerstand identificeert het alarm op de zone, terwijl 

de 2 de weerstand de tamper op de zone identificeert. 

Zoals je kan zien op de figuur, opent het contact, het systeem detecteert het alarm terwijl 

kortsluiten of openen van de lus gedetecteerd wordt als tamperalarm (ook wanneer het 

systeem niet gewapend is). 

De voorziene tamperingang is altijd afgesloten met een eindelus weerstand. 

Zones die niet gebruikt worden moeten altijd afgesloten worden met een weerstand van 4K7. 

Voorbeeld: Verbinden van 2 detectoren aan 2 verschillende zones met dubbele 

weerstandsconfiguratie. 

Het openen van het contact N.C. Alarm, veroorzaakt een alarm. 

Het openen van het contact N.C. Tamper of een kortsluiting, veroorzaakt het tamperalarm van 

de overeenkomstige zone. 

De weerstandswaarde van R1 is: 4K7 


3.4. Dubbele zones. 

Het systeem laat toe om het aantal zones te verdubbelen zonder gebruik te maken van 

externe modules. Om tot dit te realiseren moet je de optie Dubbele zones programmeren. 

Door deze optie te programmeren zal iedere zone ingang opgesplitst worden in 2 

verschillende zones. 

Voorbeeld: De zone ingang L1 zal nu overeenkomen met de zones L1 en L5. Dit concept is 

geldig voor alle zones, zo verkrijgen we een soort van “twin” zones. De 20 zones onderling 

zijn voor alle effecten onafhankelijk van elkaar. 

Samenvatting: 

Programmeren van dubbele zones? (Nee) Er wordt een installatietype verkregen met 

gebalanceerde zones en zones die de tamper signaleren. 

Programmeren van dubbele zones? (Ja) Er wordt een installatietype verkregen met zones die 

de tamper signaleren en dubbele zones. 

De dubbele zone configuratie vereist een weerstandsconfiguratie van 3 weerstanden zoals je 

kan zien op de figuur. 

Eindelusweerstanden: 

R1- 4K7 

R2- 10K 

De kleurencode van de weerstanden R1 en R2 zijn: 

R1- 4K7 

1) Geel: waarde:4 

2) Paars: waarde:7 

3) Rood: Aantal nullen: 2 


R2- 10K 

1) Bruin: waarde: 4 

2) Zwart: waarde: 0 

3) Oranje: Aantal nullen:3 



In detector 1, wanneer het contact open is (C- NC) dat in parallel staat met weerstand R1, zal 

je een alarm op zone 1 creëren. 

In detector 5, wanneer het contact open is (C- NC) dat in parallel staat met weerstand R2, zal 

je een alarm op zone 11 creëren. 

Als de contacten samen openen zijn, zal je 2 verschillende alarmen krijgen. Het tamper 

signaal kan onafhankelijk geactiveerd worden voor iedere zone (1- 4) en voor de 

respectievelijke twin zones (5- 8). 

Indien de zone open is of kortgesloten, dan zal je een tamperalarm krijgen van de 2 zones (1- 

11), indien de tamperalarmering geprogrammeerd is voor beide zones. Zoniet zal je een 

tamperalarm verkrijgen van de actieve zone. 

Het gebruik van dubbele zones zal de gevoeligheid van detectie doen toenemen voor iedere 

afzonderlijke input. 


3.5. De printplaat. 

Zekeringen 

F Zekering ingang 230V~ T200mA vertraagd – 250V 

F1 F 3,15A L 250V Bescherming: Herladen batterij 

F2 T 0,5A L 250V Bescherming: Klavieren, detectoren en accessoires 

F3 F 2,0A L 250V Bescherming: Alarm uitgangen (+, S.A. en +S) 


Aansluitklemmen 

16,3V~ Ingang AC transformator 

+ DA DB - Databus vo or verbindingen LCD klavier 

A B Bus voor verbindingen LED klavier 

T Tamperingang, gebalanceerd met 4K7 weerstand 

+ / - Beveiligde uitgang door zekering F2(T 0,5A L 250V). Deze voorziet 

voeding voor detectoren en accessoires 

L1..L4 De zone ingangen (1 tot 4) 

AO AH Ingang AO wapening: Totale wapening 

Ingang AH wapening: Gedeeltelijke wapening 

+ / - Beveiligde uitgang door zekering F3(F 2,0A L 250V). Deze voorziet 

voeding voor de batterij en om de elektronische sirene batterij te herladen 

+ S.A. Beveiligde uitgang door zekering F3(F 2,0A L 250V). Dit is de 

alarmuitgang voor de elektronische sirene. De uitgang levert voordurend 

12Vdc in rust. 

+ S Beveiligde uitgang door zekering F3(F 2,0A L 250V). Een alarmuitgang 

voor een binnensirene van 12Vdc die niet autonoom is. 

[C] [NC] [NO] Bijkomende alarmuitgang als relais met wisselcontact. [C] 

gemeenschappelijke ingang, [NC] ingang normaal gesloten, [NO] ingang 

normaal open 

TA De tamper is een uitgang met positieve veiligheid. De transistoruitgang 

levert constant een negatief signaal en stopt wanneer er een tamperalarm 

is op de voorziene ingang op het klemmenbord (T) of wanneer er een 

tamperalarm is op een van de zones, indien dit zo geprogrammeerd is. 

BL (Block) Het is een transistoruitgang dat een positieve uitgang levert van (50mA) 

in rust. Het kan gebruikt worden voor detectoren in stand-by. 

A B Ingang telefoonlijn 

A’ B’ Uitgang telefoonlijn voor connectie met binnenhuis telefonie 

Reset Reset al de alarmen en telefoonoproepen. Het verandert de 

wapeningsstatus niet. 

Plug Uitgang voor directe verbinding met de PC (mod. XS40 – XS40U) 

3.6. De voeding. 

De voeding bestaat uit een gestabiliseerde spanning van 13,8V~ en zijn stroom is gelimiteerd 

op 800 mA. De beschikbare stroom staat in betrekking met het batterijgebruik. 

Hoofdvoeding: 230V~(+/- 10%) 50Hz 

Gestabiliseerde voeding: 13,8Vdc 

Max stroomverbruik van het net 230V~: Met absorptie van de totale 

stroom van 800mA: 

135mA 

Verbruik A600 Klavier Display switch-on: 

65mA 

Display switch-off: 

170mA 

Verbruik A300 Klavier Display switch-on: 

40mA 

Display switch-off: 

70mA 

Verbruik Led Klavier 50mA 

Spanning van uitgang bij 230V~ (-10%) Zonder belasting: 

13,8Vdc 

Met max. belasting: 

13,2Vdc 

Spanning van uitgang bij 230V~ (+10%) Zonder belasting: 

13,8Vdc 

Met max. belasting: 

13,6Vdc 

Beschikbare stroom met batterij van 7 Ah Herladen batterij 300mA 


Verbindt de 230VAc met de ingangen die gemarkeerd zijn met 230VAc en deze die 

gemarkeerd zijn met 16,3VAc worden verbonden met de ingangen op de printplaat van het 

systeem. 

De printplaat van het systeem is geaard door deze te verbinden met de metalen delen van de 

behuizing. 

De 230VAc uitgang moet verbonden worden met draden met dubbele isolatie. 

Respecteer het verplichte uitgangspunt voor de 230VAc door gebruik te maken van dubbele 

isolatie bekleding. 

Aansluiting van de transformator gebeurt als volgt. 

1) 16,3V~ 

2) 16,3V~ 

3) Aarding 

4) Nulleider 230V~ 

5) Fase 230V~ 

6) Zekering 

Installatie van de transformator en de printplaat 

Plaats de transformator en de print zoals te zien is op de figuur, gebruik de bijhorende 

schroeven. 

Notitie: De transformator is niet geïnstalleerd op de bodem van de behuizing door AVS 

Electronics gewoonweg om te vermijden dat elke mogelijke shock tijdens het transport de 

transformator zou beschadigen. 


3.7. A300- A600 klavieren. 

De codeklavieren worden aangesloten door de seriële bus RS485 van de centrale te 

verbinden met de overeenstemmende aansluitklemmen op de klavieren. 

Verschillende klavieren kunnen parallel aangesloten worden op dezelfde lijn (tot 4 klavieren). 

De ideale kabel hiervoor is een afgeschermde kabel van 4 x 0,5mm. 

De totale lengte van de RS485 verbindingskabel mag maximum 600 m bedragen (verdeeld 

over alle aangesloten klavieren). 

De positieve voedingsklem van de databus RS485 is beveiligd met de zekering F2 (T0.5 A 

250 V). 

Belangrijke nota: 

De achterste tamper, ter voorkoming van het wegnemen van het klavier van de muur, is reeds 

aangesloten en kan niet overbrugd worden. Men moet bij het plaatsen van de veer over de 

tamperknop het klavi er voorzichtig sluiten. 

Bij de eerste indienstname moet de tamperknop goed ingedrukt worden, zoniet wordt het 

klavier niet geïnitialiseerd en krijgt men een tamperalarm. 

Door dip 5 van het klavier op ON te plaatsen wordt het tampercontact uitgeschakeld bij een 

A300 – A600Plus klavier. 

Klavier adressering 

Als er in de installatie meer dan 1 klavier aanwezig is, moeten de geïnstalleerde klavieren 

geadresseerd worden door middel van de dipswitches aanwezig op het klavier. 

De nummering van de klavieren gebeurd stap voor stap. 

Bijvoorbeeld: Als je 2 klavieren installeert dan zal het eerste klavier “adres 1” hebben en het 

2 de klavier“ adres 2”. 

Adressering 

van de 

klavieren 

Dip 1 Dip 2 Dip 3 Dip 4 

Klavier 1 OFF OFF OFF OFF 

Klavier 2 ON OFF OFF OFF 

Klavier 3 OFF ON OFF OFF 

Klavier 4 ON ON OFF OFF 


Plaats de dipswitches volgens het diagram en de klavieren worden correct geadresseerd. 

Let op, het is niet mogelijk om meerdere klavieren met hetzelfde adres toe te kennen, anders 

stoppen ze met functioneren en zal het systeem een tamperalarm activeren. 

In dit geval, om het probleem te verhelpen doe je het volgende: 

a) Adresseer de klavieren correct 

b) Verwijder de voeding van de klavieren 

c) Plaats de voeding terug op de klavieren 

Waarschuwing! 

Bij de programmering van de centrale moet je opgeven hoeveel klavieren in de installatie zijn 

opgenomen. 

Bij het gelijktijding indrukken van de toetsen CRL en ESC kan er een controle gebeuren van 

het juiste klavieradres. 

Zones aansluiten op een A300 klavier 

Verbindt zones op een klavier door gebruik te maken van een NC input. 

Niet gebruikte zones moeten altijd worden afgesloten met een weerstand van 4K7. 

Zones aansluiten op een A600 klavier 

Verbindt de zones op een klavier door gebruik te maken van een gebalanceerde input 

Niet gebruikte zones moeten altijd worden afgesloten met een weerstand van 4K7. 

Tabel 

Zone Klavier 

35 1 

36 2 

37 3 

38 4 

3.8. Keycon klavieren. 

Zij kunnen al samen verbonden worden op dezelfde RS 485 bus aan de A B klemmen op het 

systeem. Maximaal 4 led klavieren mod. Keycon. 

Het is belangrijk om een 4-draads afgeschermde kabel te gebruiken (0.5 voor elke draad). 

De totale lengte van de kabel is 200 meter voor alle verbonden klavieren. 

Bij de eerste indienstname moet de tamperknop goed ingedrukt worden, zoniet wordt het 

klavier niet geïnitialiseerd en krijgt men een tamperalarm. 

Om de tamperknop volledig uit te sluiten, plaats dip 4 van het klavier op ON. 


Klavier adressering 

Als er in de installatie meer dan 1 klavier aanwezig is, moeten de geïnstalleerde klavieren 

geadresseerd worden door middel van de dipswitches aanwezig op het klavier. 

De nummering van de klavieren gebeurd stap voor stap. 

Bijvoorbeeld: Als je 2 klavieren installeert dan zal het eerste klavier “adres 1” hebben en het 

2 de klavier“ adres 2”. 

Adressering 

van de 

klavieren 

Dip 1 Dip 2 Dip 3 

Klavier 1 OFF OFF OFF 

Klavier 2 ON OFF OFF 

Klavier 3 OFF ON OFF 

Klavier 4 ON ON OFF 

Plaats de dipswitches volgens het diagram en de klavieren worden correct geadresseerd. 

Let op, het is niet mogelijk om meerdere klavieren met hetzelfde adres te hebben, anders 

stoppen ze met functioneren en zal het systeem een tamper-alarm activeren. 

In dit geval, om het probleem te verhelpen doe je het volgende: 

d) Adresseer de klavieren correct 

e) Verwijder de voeding van de klavieren 

f) Plaats de voeding terug op de klavieren 

Waarschuwing! 

Bij de programmering van de centrale moet u opgeven hoeveel klavieren in de installatie zijn 

opgenomen. 

Bij het gelijktijding indrukken van de toetsen CRL en ESC kan er een controle gebeuren van 

het juiste klavieradres. 


Zones verbonden aan een keycon klavier 

Verbindt zones op een klavier door gebruik te maken van een NC input. 

Niet gebruikte zones moeten altijd afgesloten worden. 

Tabel 

Zone Klavier 

35 1 

36 2 

37 3 

38 4 

3.9. Uitbreiding. 

De uitbreiding EXPEUR is verbonden met het systeem zoals aangeduid op de figuur. 

3.10.Tamperingang. 

Alle tamperbeveiligingen van sirenes, behuizingen, … moeten verbonden worden met de 

tamperingang van het systeem, met aandacht voor het wegnemen van de tamperkit van de 

muur.(zie figuur). 


Opmerking: het sabotagealarm van de zones, geprogrammeerd met twee weerstanden, 

wordt automatisch door het systeem herkend. 

. 

3.11.Verbinden van de telefoonlijn. 

Voor een goede werking van de beveiliging van het systeem, is het noodzakelijk de aarding 

te bevestigen in de speciale aardingsklem die hiervoor voorzien is. De efficiency hiervan is 

afhankelijk van de aardingskwaliteit. 

A B: verbinding met het algemene telefoonnet, vóór iedere mogelijke interne 

telefooninstallatie 

A’ B’: verbinding met de interne telefooninstallatie 

3.12.Alarmuitgangen. 

Het systeem stuurt een relais (positieve veiligheid) met 2 toestanden volledig potentiaal vrij. 

De uitgangen gemarkeerd al ALARM zijn aangestuurd door een relais(positieve veiligheid), 

2A, 12V; deze is normaal geactiveerd wanneer het controlepaneel in rust is. 

+ / - Beveiligde uitgang door zekering F3 (2A 250V); Levert de laadspanning 

voor de sirenebatterij. 

+ S.A. Beveiligde uitgang door zekering F3 (2A 250V); Dit is de stuurspanning 

van de buitensirene en is positief bij centrale in rust. 

+ S Beveiligde uitgang door zekering F3 (2A 250V); Levert de stuurspanning 

voor de binnensirene (12V). 

[C] [NC] [NO] Potentiaal vrije contacten van het alarmrelais (positieve veiligheid) 

C gemeenschappelijk contact, NC normaal gesloten contact, NO normaal 

open contact. 


3.13.Voedingsuitgang en detectoren block. 

De printplaat voorziet alle detectoren van voeding in parallel en voorziet een uitgang BL om 

BLOCK ingang van een detector te kunnen sturen. 


4. Open collector uitgangen. 

Het systeem heeft 8 actieve open collectoruitgangen, die schakelen naar negatief, voor 

gebruik met de optionele relaismodules MR4 en MR8. 

O.C. uitgang: 

Om de MR4/MR8 module te verbinden gebruik de kabel die voorzien is bij de optionele 

printplaten en sluit deze aan op de connector die geplaatst is op het systeem. 

De actieve O.C. uitgangen 1 en 2 kunnen vrij geprogrammeerd worden, de andere 

uitgangen hebben een vaste functie. 

Open collector 

OC1 is programmeerbaar in 10 verschillende modes (zie programmering Open collector). 

OC2 is programmeerbaar in 10 verschillende modes (zie programmering Open collector). 

OC3 is ontworpen voor het signaal FAIL; het controleert de correcte werking van het 

systeem. Het voorziet altijd een negatieve transistoruitgang in rust. 

OC4 is ontworpen om een telefoonoproep te signaleren. Het voorziet een negatieve 

transistoruitgang bij een telefoonoproep. 

OC5 is ontworpen om een laag batterij niveau te signaleren. Het voorziet een negatieve 

uitgang bij een laag batterij niveau. 

OC6 is ontworpen om een normale wapening te signaleren. Het voorziet een negatieve 

transistoruitgang wanneer er een algemene wapening is. 

OC7 is ontworpen om een algemene zone status te signaleren. Het voorziet een negatieve 

transistoruitgang als alle gebalanceerde zones gesloten zijn. 

OC8 is niet gebruikt. 

Actieve output (TA) 

De TA is een uitgang met positieve veiligheid. De transistoruitgang levert constant een 

negatieve uitgang in rust en stopt wanneer er een tamperalarm is op de voorziene ingang 

op het klemmenbord (T) of wanneer er een tamperalarm is op een van de zones, indien dit 

zo geprogrammeerd is. 

Actieve output (BL) 

Het is een transistoruitgang die een positieve uitgang levert van 50mA in rust en stopt 

wanneer het controlepaneel gewapend is in gelijk welke mode. Het kan gebruikt worden 

voor detectoren in stand-by. 


5. Verbinden sleutel elektronica. 

De SR modellen(RK32SR en EB1SR) kunnen direct verbonden worden met de RK32/SR 

ingang op de printplaat om de installatie en de programmering te vereenvoudigen. 

Met het RK32SR model moet je de “state” mode gebruiken, met de EB1SR kan je kiezen 

tussen “state of impulsive” mode. 

5.1. Bijkomende wapening modes. 

Het systeem kan ook worden gewapend door gebruik te maken van een sleutelschakelaar 

in plaats van een klavier. De voorziene wapeningsingangen zijn (AO/AH). Het systeem kan 

worden gewapend in 2 modes (ON/HOME). 

5.2. “Pulserend” beheer. 

Het openen en sluiten van de wapeningsingangen [AO] en [AH] met de massa, veroorzaken 

het wapenen/ontwapenen van het systeem. In deze mode kan je bijvoorbeeld het systeem 

wapenen met de sleutelschakelaar en je kan het ontwapenen door gebruik te maken van 

een klavier. 

5.3. “State” beheer. 

Wanneer de wapeningsingang gesloten is, is het systeem actief. Wanneer de 

wapeningsingang geopend is, is het systeem niet actief. 

Wanneer je de installatie wapent door gebruik te maken van een klavier en elektronische 

sleutel zal het systeem zichzelf aanschakelen in de belangrijkste wapeningsmode. Om het 

systeem uit te schakelen zal je moeten werken met zowel klavier als de elektronische 

sleutel. 

Wanneer 2 wapeningen zichzelf toevoegen, dan zal het belangrijkste domineren (ON) 

Mod. RK32/SR 

Dit type van sleutel is voor een “state” beheer 

Jumper P2 open Elimineren van de 60 sec. vertraging 

Adres P[1]= 1 “state” 

Adres P[2]= 1 “model: RK32/SR” 

Mod. EB1/SR 

Dit type van sleutel is voor een “state, impulsive” beheer 

Dip 6 off: voor impulsive mode / Dip 6 voor state mode 

Adres P[1]= 0 voor “impulsive” /= 1 voor “state” 

Adres P[9]=1 “model: EB1SR 

Verbindt aansluitklem X met OC6 (Rode led) 

Verbindt aansluitklem P met OC7 (Groene led) 


Mod. RK32 

Dit type van sleutel is voor een “state” beheer 

Jumper P3 open 

Jumper P4 in B positie 

Adres P[1]= 1 “state” 

Adres P[9]= 0 “model: RK32” 



Mod. RK32 + mod: IMP32 

Deze configuratie kan men gebruiken voor een “impulsive” mode 

Jumper P3 open 

Jumper P4 in positie B 

Adres P[1]= 0 voor “impulsive” 

Adres P[9]= 0 “model: RK32” 



Mod. EB1 

EB1 kan werken in “state of impulsive” mode 

Dip 6 off voor “impulsive mode”; Dip 6 on voor “state” mode 

Dip 7 off voor 1 wapening; dip 7 on voor 2 wapening( totale en gedeeltelijke) 

Dip 8 off 

Adres P[1]= 0 voor “impulsive” /= 1 voor “state” 

Adres P[9]= 1 “model: EB1/SR 

Verbindt aansluitklem X1 met OC6 (Rode led) 



6. Vocale module. 

(Jumper S1) Beveiliging boodschappen 

Jumper op positie (1-2). Het is mogelijk om berichten op te nemen en te beluisteren via een 

telefoon die verbonden is met de bijhorende ingang op de print (mod. Sint). 

Jumper op positie (2-3) blokkeert toevallig opnemen van boodschappen. 

Na het opnemen van de boodschappen moet je de jumper terug op zijn positie (2-3) 

plaatsen. 

Opmerking: Bij het kiezen van een Vocaal protocol moet u rekening houden met een 

software fout. 

l 

Wanneer u Vocaal kies = Vocaal 2, 

Vocaal 1 = Contact ID, 

Vocaal2 = Vocaal 1. 

Dus wanneer u een vocaal protocol wil doorsturen, selecteert u Vocaal of Vocaal 2. 

Wenst u als protocol Contact ID, selecteer dan Vocaal 1. 

SINT 88 

Dit is een optionele vocale module die op de hoofdprint wordt geplaatst met behulp van 4 

connectoren. De SINT 88 is compatibel met: Concorde Plus (V.0.94) en Concorde Plus WS 

(V.0.4). Deze module heeft als voordeel dat er al ingesproken boodschappen 

geprogrammeerd zijn. Er moeten dus geen boodschappen meer ingesproken worden. 

SINT 88 module is optioneel en staat toe: 

1. 1 persoonlijke boodschap verzenden, en dan nog andere vooraf ingesproken 

gebeurtenissen verzenden gevormd in de hoofdprint. 

2. De RTC (Remote Telephonic Control) functie activeren; deze functie maak het mogelijk 

om sommige operaties met het systeem uit te voeren door gebruik te maken van een 

DTMF telefoon verbonden aan een telefoonlijn of door gebruik te maken van een 

mobiele telefoon. 

Deze module zal optimaal werken als het protocol “Vocaal” wordt geprogrammeerd bij het 

telefoonnummer. 

Wanneer de module wordt aangesloten, doet u dat best spanningsloos. 


Programmeerprocedure 

Configuratie 

ENT ?? 

Prog. Tel. Num. 

ENT ?? 

6.1. Opnemen en beluisteren van vocale berichten. 

Plaats jumper S1 in positie (1- 2) 

Geef de installatiecode: 

(fabriekscode: 000000) 

Prog. Kiezer 

ENT ?? 

LCD klavier num. 

1 (max.4) 

ENT ?? 

Eurosint 88 mod.? 

ENT JA 

Prog. tel. nummers 

ENT ?? 

Play, rec berichten 

ENT ?? 

Num.SpeechMess 

1 (1- 2) 

Playback= ENT 

Record= MEM 

Tel nummer 

1 (1 - 8) 

ENT ?? 

Protocol 

Vocaal of Vocaal 2 

1………………..10 

Druk(ESC) om het opnemen/beluisteren af te breken. 

Plaats jumper S1 terug in positie (2- 3) 

Play rec berichten 

In dit menu is het mogelijk om de 

vocale berichten 1 en/of 2 te 

beluisteren of op te nemen. 

Om het vocale bericht 1 op te nemen is 

het noodzakelijk om de instructies van 

vorig punt (Vocale module) te volgen. 

Vocaal bericht nummer 

Selecteer het vocale bericht dat je 

wenst op te nemen; Vocaal1 of 

Vocaal2 

Druk (CLR) om aan te passen 

Schrijf het Num. van bericht en 

luister/neem op. 

Druk( ENT) om te bevestigen 

Druk (ENT) om te beluisteren 

Druk (MEM) om op te nemen 

Druk (ESC) om het 

opnemen/beluisteren af te breken 

De verlopen tijd om je bericht op te 

nemen wordt aangeduid door deze 

maatstreep. 


7. RTC functie (Remote telephone Check). 

De RTC functie maak het mogelijk om sommige operaties met het systeem uit te voeren 

door gebruik te maken van een DTMF telefoon verbonden aan een telefoonlijn of door 

gebruik te maken van een mobiele telefoon. 

OPGELET: Er is maar een tijd voorzien van 2 / 3 minuten na verbinding met het systeem 

om deze operaties uit te voeren. 

Programmatie via het LCD klavier 

Configuratie 

ENT ?? 

Prog. Gebruikers 

ENT ?? 

Prog. Kiezer 

ENT ?? 

Activeren van de RTC O.C. ( Het activeren van RTC en open collector functies) 

“JA” activeert de gebruikerscode. Open collectoruitgangen kunnen ook vanop afstand 

geactiveerd worden via de telefoonlijn 

Aantal keer rinkelen tot het antwoord 

Door het activeren van deze functie, een cijfer in te vullen groter dan 0, is het mogelijk om 

het systeem op te bellen om een verbinding met de telefoonlijn te verkrijgen 

Beginprocedure 

Gebruiker 

1 (1- 8) 

Enabl. RTC- O.C. 

JA 

Prog. Tel nummers 

ENT ?? 

Telefoonopties 

ENT ?? 

Aantal belsignalen 

N°>0 max.15) 

• Aantal belsignalen moet geprogrammeerd worden met een waarde verschillend van 0 

(zie telefoonopties) 

• Van zeker 1 gebruiker moet de RTC functie geactiveerd worden(zie telefoonopties) 

• Gebruik een DTMF telefoon om het telefoonnummer te vormen van de lijn waar het 

systeem zich bevindt. 

• Eenmaal het aantal keer rinkelen bereikt wordt, zal het systeem antwoorden met 2 

tonen 


Activeren van RTC gebruiker 

Vorm de geactiveerde gebruikerscode, welke altijd bevestigd wordt met 2 tonen, anderzijds 

wordt deze geweigerd met 7 tonen. 

Activeren van RTC installateur 

[0] OFF zone: mogelijkheid om een zone te overbruggen te 

activeren. 

[3] OFF tel: om de telefonische communicatie te beëindigen. 

[5] OFF: om het controlepaneel te ontwapenen. 

[6] O.C.: om een Open collector uitgang te activeren. Het is 

mogelijk om de open collectors geprogrammeerd als O.C. 

gebruiker te activeren. 

Vb: Om O.C. n°2 te activeren; Druk op [6] en [2] en dan [#] 

[7] TEST: om informatie te ontvangen over de status van het 

controlepaneel. 

Antwoord controlepaneel: 

Controlepaneel on: 1 toon 

Controlepaneel off: 2 tonen 

Controlepaneel off met alarmgeheugen: Bi-toon 

(vergelijkbaar met een sirene) 

[9] ON: om het controlepaneel in ON te wapenen 

Vorm de installateurcode, welke altijd bevestigd wordt met 2 tonen, anderzijds wordt deze 

geweigerd met 7 tonen. 

[2] om het eventgeheugen van de 8 telefoonnummers te 

verwijderen. 

[4] om datum en tijd te wijzigen in RTC 

Nadat je op [4] gedrukt hebt, wijzig in volgorde de datum en 

tijd. Na elke verandering zal het systeeml een biep laten 

horen. 

Vb: om de datum op 3 april 02 en de tijd op 9.50 te zetten 

doe je het volgende: 0304020950, een 2 tonig signaal zal de 

systeemupdate aantonen. 

[3] OFF tel: om de telefonische communicatie te stoppen. 


8. Programmering. 

8.1. Installatie. 

Configuratie 

ENT ?? 

LCD klavier num. 

1 (max.4) 

LED klavier num. 

1 (max.4) 

Dubbele zones 

NEEN 

Zone-uitbreid. 

NEEN 

Sleutel: Status 

NEEN 

Sleutel type:RK32 

NEEN 

Directe AND 

NEEN 

Condit. wapening 

NEEN 

Snel wapenen 

NEEN 

Prog. gewapend? 

JA 

Eurosint 88 mod.? 

NEEN 

LCD klavieren: programmeer het aantal 

verbonden LCD klavieren 

Led Klavieren: programmeer het aantal verbonden 

LED klavieren 

Dubbele zones: programmeer “ja” als je voor 

dubbele zones kiest. 

Zone-uitbreiding: programeer het aantal gebruikte 

uitbreidingen 

Sleutel: 

Status: Wanneer de alarmingang negatief is, is het 

controlepaneel ontwapend. Wanneer kortgesloten 

of geopend, is het controlepaneel gewapend. 

Type sleutel: RK32 

Programmeer “ja” enkel als de speciale 

elektronische sleutel gebruikt wordt en als de 

“state” functie geactiveerd is. 

Directe AND: Het controlepaneel werkt op een 

zodanige manier dat een alarmdetectie komend 

van de AND zones voorkomt alleen als de zones in 

volgorde worden gealarmeerd. 

Conditionele wapening (geforceerde wapening) 

“NEEN”, de centrale zal wapenen ook al zijn er 

ongebalanceerde zones aanwezig. 

“JA”, De centrale zal niet wapenen wanneer er 

ongebalanceerde zones aanwezig zijn. 

Vb: Als je “JA”programmeert kan je een vals alarm 

veroorzaakt door een fout voorkomen. 

Snelle wapening functie (Snelwapenen) 

“JA”: Het is mogelijk de centrale te wapenen op de 

meest simpele manier. 

(ON)+(ON)+(ENT)=”ON wapening” 

(HO)+(HO)+(ENT)=”HOME wapening” 

(9)+(9)+(ENT)= “AREA wapening” 

Programmeren wanneer gewapend: De 

installatiecode kan operatief zijn wanneer het 

systeem gewapend is. Om dit onmogelijk te maken 

programmeer deze functie met “NEEN” 

Eurosint 88 module: Indien je gebruik maakt van 

de Eurosint 88 moet dit in de configuratie van de 

centrale actief worden geplaatst. 


8.2. Zones. 

Prg. Zones 

ENT ?? 

Zone nummer 

1 

(max.38 

Zonetype 

Direct 

Memo alarm 

JA 

Memo herstel 

NEEN 

Activeer zoemer 

NEEN 

Detecteer tamper 

NEEN 

Nooddeur 

Deur 

NEEN 

NEEN 

Zones in test 

NEEN 

Actief ON 

Actief HO 

Actief AR 

Assoc. relais 

Assoc. O.C. 1 

NN###### 

Pulsteller 

1 

Zone tekst 

************ 

JA 

NO 

NO 

JA 

Zonetype: Om de zonetypes te programmeren. 

Overzicht van de zonetypes op de volgende 

pagina. 

In dit menu is het mogelijk de bijhorende functies te 

programmeren voor elke zone. 

Memo alarm en Memo herstel: Het alarm 

veroorzaakt door het open en sluiten van de zones 

kunnen geregistreerd worden in de 

eventgeheugens van het systeem. Programmeer: 

“JA” om deze functie te activeren. 

Activeer zoemer: Het alarm veroorzaakt door de 

zones die met “JA” geprogrammeerd zijn zullen de 

zoemer activeren op de klavieren. De geluidstijd 

moet geprogrammeerd worden in het menu “TIJD”. 

Chime: Een detectie op een zone in 

dagmode(ontwapend). Wanneer het systeem 

ontwapend is zal de zoemer van de klavieren 

geactiveerd worden. Om deze te deactiveren moet 

men een gebruikerscode invoeren. 

Vb: Wordt gebruikt voor nooduitgangen. 

Deur: Wanneer het controlepaneel ontwapend is 

en een deur zone is open, zal de zoemer op het 

klavier afgaan en stoppen in een tijd gelijk aan de 

“deurtijd”. 

Detecteer tamper: Elke zone kan 

geprogrammeerd worden in de dubbele 

weerstandsconfiguratie. Dwz. dat het mogelijk is 

om een tamperfout en alarm van elkaar te 

onderscheiden op een zone. 

Zones in test: Een alarm op een zone in test 

activeert alleen de kiezer. Geen enkele sirene, 

relais of O.C. zal geactiveerd worden. Deze 

gebeurtenis wordt opgeslagen in het geheugen als 

Memo alarm voor deze zone als “JA” 

geprogrammeerd is. 

Actief ON: “JA” Zone actief in ON wapening 

Actief HO: “JA” Zone actief in HOME wapening 

Actief AR: “JA” Zone actief in AREA wapening 

Associeer relais: “JA” Activeert het systeemrelais 

(+Sa - +S) 

Associeer O.C.: “JA” Activeert O.C.(1- 2). De 

gactiveerde OC moet als alarmzone 

geprogrammeerd worden. Zie programmatie OC 

Pulsteller: Een zone zal maar een alarm activeren 

na een paar detecties op deze zone, gelijk aan de 

waarde die geprogrammeerd is in de pulsteller van 

die zone. Standaard is deze waarde 1 

Nota!: Het tijdsinterval is geprogrammeerd met de 

parameter “Interpulstijd” in het menu “Prog. tijd’; 

Verloopt deze tijd, wordt de teller gereset. 

Als de zone 30 sec. openstaat zal in iedere situatie 

een alarm gegeven worden onafhankelijk van het 

geprogrammeerde aantal pulsen. 


Zonetypes 

Niet gebruikt: Deze zone wordt niet gebruikt. De ingang moet afgesloten worden met een 

weerstand(4K7). 

Direct: Zone die onmiddellijk alarm veroorzaakt bij opening wanneer het systeem 

gewapend is. 

Volgzone: directe zone die overbrugt wordt gedurende de in- en uitlooptijd (van een 

vertraagde zone) in geval er meer vertraagde zones zijn is de referentie de langste tijd. Bij 

gewapend systeem, en wanneer er geen vertraagde zone is geactiveerd, zal een opening 

van deze zone onmiddellijk alarm veroorzaken. 

Vertraagd 1/ [2] Vertraagd 2: is een vertraagde zone die de in- en uitgangstijd [1-2]. volgt 

De in- en uitgangstijd kan via een beeptoon weergegeven worden via de zoemer in het 

codeklavier. De klank van de ingangstijd heeft een andere frequentie. De zoemer kan 

voor ieder klavier afzonderlijk geprogrammeerd worden. 

Autoshunt: Directe zone dat automatisch overbrugt wordt als de zone open is bij de 

wapening van het controlepaneel. De zone blijft overbrugt tot de ontwapening van het 

systeem. 

2 de Vertraagd 1 / 2 de vertraagd 2: is een vertraagde zone dat automatisch wordt 

overbrugt als de zone na het einde van de vertragingstijd 1 open is. Deze wordt 

automatisch terug ingeschakeld als de zone terug sluit. Als deze zone nu terug geopend 

wordt volgt ze de 2 de ingangstijd 1. 

24 uur: is een zone dat 24 uur per dag actief is; ze is onafhankelijk van 

wapening/ontwapening van het systeem. Ze kan uitgeschakeld worden door gebruik te 

maken van de OFF zone functie. Het alarm stopt na het indrukken van een 

gebruikerscode. 

VB: Als brandzone 

Tamper: het is een antisabotage contact dat niet kan worden overbrugt. Het alarm stopt 

na het indrukken van een gebruikerscode. 

Note: de zones van 5 tot 38 zijn standaard geprogrammeerd als niet gebruikt. 

8.3. Alarmteller. 

Prog. Alarmteller 

ENT ?? 

Max.Aantal alarms 

0 (max. 10) 

Alarmteller: Met deze functie is het mogelijk 

om een aaneenschakeling van alarmen voor 

succesvolle alarmen op dezelfde zone(s) te 

beperken. 

Wanneer het aantal succesvolle alarmen de geprogrammeerde waarde in de alarmteller 

overschrijdt. 

• Geen nieuwe alarmcyclussen worden gestart. 

• Het alarm wordt opgeteld en opgeslagen in het eventgeheugen als Multi alarm 

• Een nieuwe cyclus van alarmen op deze zone worden gestart als er een alarm was 

op een andere zone (het is aanbevolen om maar 1 toestel per zone aan te sluiten). 

Het bereik is van 0 tot 10: 

• “0”: Alarmteller is niet geactiveerd. 

• “1 tot 10”: De alarmteller is geactiveerd. 


Vb: een detectorfout zal het max. geprogrammeerde aantal alarmcyclussen veroorzaken en 

de andere alarmen zullen alleen als multi alarmen worden opgeslagen. 

8.4. Tamper. 

Prog. Tamper 

ENT ?? 

8.5. Relais. 

Prog. Relais 

ENT ?? 

8.6. Open collector. 

De tamperingang (T) en de ingangen 

geprogrammeerd als tamper kunnen de alarmrelais 

en de open collector uitgang toegewezen aan de 

tamper alarms (TA) activeren. 

Memo tamper alarm: memoriseren van het 

tamperalarm 

Memo tamper restore: memoriseren van het 

tamperalarm herstel. 

Activeer controlepaneel relais: Systeemrelais 

activeren. 

Activeer zoemer: Activeert de klavierzoemer 

Druk(CLR) om aan te passen 

Druk(ENT) om te bevestigen 

Relais 

Deze programmering is voor de systeemrelais. 

Relais tijd 

Op “0”: De relais zal actief zijn voor 3 minuten 

Van “1 tot 254”: De relais zal actief zijn gedurende 

de ingestelde tijd. 

Op “255”: De relais zal actief zijn tot je een 

gebruikerscode indruk. 

Druk(CLR) om aan te passen 

Geef het gewenste aantal min. in. 


Open collectoren zijn optionele uitgangen welke toestaan om de capaciteiten van het 

systeem te vergroten. De compleetheid van het systeem en de goede werking van deze 

uitgangen wordt enkel verleend door de optionele module MR4/MR8. Het systeem heeft 8 

actieve O.C. uitgangen waarvan 2 door de installateur vrij kunnen geprogrammeerd worden. 

Prog. O.C. 

ENT ?? 

Mem.Tamp.Alarm 

JA 

Mem.Tamp.Rest. 

NEEN 

Activeer Relais. 

JA 

Activeer Zoemer. 

JA 

Relais tijd 

3 (0-255) 

O.C. nummer 

1 (max.2) 

O.C. Functie 

Geen 

O.C. Activ. Tijd 

20 (0-255) 

O.C.nummer: Selecteer de te programmeren O.C. 

O.C. functie: Selecteer de gewenste functie(Zie 

overzicht) 

O.C. activeringstijd: Voor elke O.C. uitgang kan 

een activeringstijd geprogrammeerd worden. 

• “0”: de uitgang wordt niet actief 

• “1- 254”: de uitgang is actief gedurende de 

gekozen tijd(in seconden). 

• “255”: de uitgang zal de toestand volgen 

van de oorzaak van activering. 


Overzicht van programmeerbare functies (O.C.1 en O.C.2) 

De open collectors O.C.1 en O.C.2 kunnen geprogrammeerd worden om een welbepaald 

event te controleren. 

Geen: O.C. nooit actief 

Zone alarm: O.C. actief alleen bij alarmstatus van de geassocieerde zones 

ON wapening: O.C. actief wanneer het systeem gewapend is in ON mode 

HOME wapening: O.C. actief wanneer het systeem gewapend is in HOME mode 

AREA wapening: O.C. actief wanneer het systeem gewapend is in AREA mode 

Wapenen: O.C. actief wanneer het systeem gewapend is in algemene mode 

Gebruikerscode: O.C. actief wanneer de geassocieerde gebruikerscode gebruikt wordt. 

Noodgevalcode: O.C. actief wanneer de geassocieerde noodgevalcode gebruikt wordt. 

Geen 230Vac: O.C. actief wanneer er een netfout is en nadat de geprogrammeerde tijd 

verlopen is ( menu timers, vertragingstijd AC verlies. 

Gebruiker O.C. (in RTC functie): gebruiker kan een O.C. activeren via het klavier of van op 

afstand via de telefoonlijn. 

Nota: De gebruikerscode moet wel deze functie toegewezen krijgen; Zie Prog. gebruikers 

O.C. activeringstijd: voor elke O.C. uitgang kan een activeringstijd geprogrammeerd 

worden. 

• “O” De uitgang wordt niet actief 

• “1 tot 254 sec”: de uitgang is actief gedurende de geprogrammeerde tijd. 

• “255”: de uitgang volgt de toestand van de oorzaak van activering; 

Druk (CLR) om de functie te wijzigen 

Druk het gekozen nummer 

Druk (?)(?) om te verplaatsen 

Druk (ENT) om te bevestigen 


8.7. Timers. 

Prog.Timers 

ENT ?? 

Zoemer tijd 

1 (0- 255) 

O.C. TA tijd 

60 (0- 255) 

Uitgangstijd 1 

0 (0- 255) 

Ingangstijd 1 

0 (0- 255) 

Ingang 2 de vert.1 

0 (0- 255) 

Uitgangstijd 2 

0 (0- 255) 

Ingangstijd 2 

0 (0- 255) 

Ingang 2 de vert.2 

0 (0- 255) 

Pulsvertraging 

60 (0- 255) 

Vertrag.AND zone 

60 (0- 255) 

Vertrag AC verlies 

20 (0- 255) 

Zoemer tijd: 

Programmatie van de activeringstijd van de 

klavierzoemer. 

TA uitgangstijd: activeringstijd van de O.C. 

uitgang verbonden met de tamper. 

Uitgangstijd 1- 2: Uitgangstijd voor vertraagde 

zone 1- 2 en 24uur vertraagd 1- 2 

Ingangstijd: Ingangstijd voor vertraagde zone 1- 2 

en 24H vertraagd 1- 2 

2 de ingangstijd 1- 2: Ingangstijd van de 

vertraagde zone met tijdelijke uitsluiting 1- 2 

Pulsvertraging: Programmeren van het 

tijdsinterval. Aantal pulsen/ tijdinterval creëert 

een alarm op die zone. 

AND zonevertraging: de AND zonetijd definieert 

in welke tijd het openen van de zones in “AND” een 

alarm moet creëren. 

Vertraging AC verlies: programmeren van de 

vertragingstijd waarna het systeem een melding zal 

sturen dat er een netfout is. 





8.8. And Zone. 

Prog. AND zones. 

ENT ?? 

Om 2 zones in And te programmeren moeten ze 

beide in alarm zijn binnen de geprogrammeerde 

tijd, om daarna de uitgangen te activeren. 

Om de AND zone functie volledig te deactiveren 

plaats de beide zones op “0”. 

Directioneel: het systeem reageert dusdanig dat 

alarmdetectie afkomstig van 

de AND-zones, alleen optreedt in opgaande 

numerieke volgorde. 

Voorbeeld: alarm op zone 1 en daarna op zone 2 

geeft alarm 

alarm op zone 2 en daarna op zone 1 geeft 

GEEN alarm 

Nota: De directionele optie kan worden geactiveerd in het installatiemenu 

Nota: Gedurende de AND tijd kan de zone actief worden: Zoemer (deurbel, nooddeur), O.C. 

of zonestatus. 

8.9. Installateurscode. 

Prog. Inst. Code 

ENT ?? 

Installateurscode: 

In dit menu kan de installateurscode gewijzigd 

worden. Elke code kan 4, 5 of 6 cijfers bevatten. 

De standaardwaarde is 000000 (6 nullen). 

Nota: De installateurscode reset: 

• Bestaande tamperalarmen 

• Alarm telefoonoproepen 

Na twee minuten, zonder een toets te drukken, wordt het installateursmenu automatisch 

afgesloten. Het is mogelijk deze tijd te verlengen tot 60 minuten om zo een langere 

interventie tijd te bekomen; dit kan via “menu standby”. 

8.10.Download codes. 

Download codes 

ENT ?? 

AND Zone 1 

0 (max.38) 

AND Zone 1 

0 (max.38) 

Prog. Inst.Code 

* * * * * * * 

Comm. Code 

* * * * * * 

Toegang. Code 

* * * * * * 

Progr. Code 

* * * * * * 

Communicatie Code: is de code die, eenmaal 

ingegeven op het codeklavier, een communicatie 

start met XS40 voor rechtstreekse 

herprogrammering of het downloaden van de 

opgeslagen gebeurtenissen. 

Programmeer code: is een zes cijferige code 

(opgeslagen in de eeprom van het 

controlepaneel); de default waarde is 

000000. In de Winrec software, moet er een 

access code worden opgeslagen van 6 cijfers 

voor iedere bestaande Logitel 8, Plus, Advance. 

Deze twee access codes (controlepaneel en 

Winrec) maken het mogelijk de Ring Back functie 

te activeren voor een herprogrammering op 

afstand. 


8.11.Gebruikerscodes . 

Prog.Gebrui. 

ENT ?? 

Gebruiker 

1 (1- 8) 

Gebruikerscode 

* * * * * * 

Code actief 

JA 

Enab. ON wapenen 

JA 

Enab. HO wapenen 

NEEN 

Enab. AR wapenen 

NEEN 

Enab. Ontwapenen 

JA 

Verander code 

JA 

Enab. Eventgeheug. 

Overbrug zones 

JA 

Enab. Zoemer off 

JA 

Verzendt oproepen 

NEEN 

Gebruikerstekst 

************* 

Iedere gebruikerscode kan gepersonaliseerd 

worden, dwz. dat aan iedere code functies 

kunnen worden toegevoegd. 

Vb: Enable ON wapenen: als een code deze 

functie toegewezen krijgt dan is de gebruiker in 

de mogelijkheid gesteld om te wapenen in ON 

mode. 

Default waardes zijn de volgende: 

User code 1: 000 010 Noodcode: 000 011 



De noodgevalcode wordt verkregen door aan 

een gebruikerscode bij het laatste cijfer +1 toe te 

voegen. Vb: De noodgevalcode die wordt 

geassocieerd met gebruikerscode 000709 is 

000700, voor gebruikerscode 000703 is dat 

000704 

Activeer code: “JA” De code is actief 

Enable ON wapenen: “JA”: deze code kan 

wapenen in de ON mode 

Enable Ho wapenen: “JA”: deze code kan 

wapenen in de HOME mode 

Enable AR wapenen: “JA”: deze code kan 

wapenen in de AREA mode 

Enable ontwapenen: “JA”: deze code kan het 

systeem ontwapenen 

Verander code: “JA”: deze code kan zichzelf 

wijzigen 

Enable eventgeheugen: “JA”: met deze code 

kan je het eventgeheugen van het controlepaneel 

bekijken. 

Overbrug zones: “JA”: met deze code is het 

mogelijk om zones te overbruggen 

Enable zoemer off: “JA”: met deze code kan je 

de klavierzoemer afleggen. 

Verzendt oproepen: “JA”: iedere keer dat deze 

code ingedrukt wordt zal het systeem een 

melding verzenden. 

Enable RTC en O.C. functies: “JA”: met deze 

code kan je toegang krijgen tot de RTC functie 

en kan je de O.C.(1- 2) activeren. 

Verander telefoon nummer: “JA”: met deze 

code heb je de mogelijkheid om 

telefoonnummers aan te passen of te bevestigen. 

Verbreek oproepen: “JA”: met deze code kan je 

telefoonoproepen verbreken 


Enble RTC-O.C. 

NO 

Verander tel. Nummer 

JA 

Verbreek oproepen 

NEEN 

Enab. Test uitgangen 

NEEN 

Direct ontwapenen 

NEEN 

Verzendt noodcode 

NEEN 

Activeer O.C. 

0 

Activeer Nood. O.C. 

0 

JA 

Enable test uitgangen:”JA”: met deze code kan 

je de alarmuitgangen testen gedurende een tijd 

van 3 seconden. 

Directe ontwapening:”JA” met deze code kan je 

het systeem ontwapenen zonder gebruik te 

moeten maken van toets 5 na het indrukken van 

de gebruikerscode. 

Verzendt noodgevalcode:”JA”: wanneer de 

noodgevalcode ingedrukt wordt(deze 

corresponderend met deze gebruikerscode) zal 

het systeem een melding verzenden. 

Activeer O.C.: Een open collector( 1-2) 

associëren met de gebruikerscode. De functie 

“gebruikerscode” moet dan ook nog 

geprogrammeerd worden bij Prog. OC 

Activeer noodgeval O.C.: Open collector 

geassocieerd met de gebruikerscode: Deze 

noodgevalcode is automatisch gegenereerd door 

de microprocessor en kan niet verandert worden. 

Het is ook mogelijk om deze noodgevalcode te 

associëren met een open collector uitgang dat 

zal geactiveerd worden wanneer de code 

ingedrukt wordt. 

De functie “noodgevalcode” moet dan ook nog 

geprogrammeerd worden bij Prog. OC 





8.12.Klavieren. 

Prog;LED klav. 

ENT ?? 

Prog. LCD klav; 

ENT ?? 

Ledklavier num; 

0 (max.4) 

Zoemer bij alarm 

JA 

Zoemer bij exit 

JA 

Zoemer bij entry 

JA 

Zoemer bij chime 

JA 

Zoemer bij deur 

JA 

Beep bij intoetsen 

JA 

LCDklavier num; 

0 (max.4) 

Zoemer bij alarm 

JA 

Zoemer bij exit 

JA 

Zoemer bij entry 

JA 

Zoemer bij chime 

JA 

Zoemer bij deur 

JA 

Beep bij intoetsen 

JA 

Voor ieder klavier is het mogelijk om de werking 

van de zoemer te bepalen en verschillende 

situaties zoals bij de ingangstijd, uitgangstijd, en 

bij alarm… 

Zoemer bij alarm: functie gekoppeld aan 

programmering Optie/Zoemer actief 

Zoemer bij exit: functie gekoppeld aan een 

vertragingszone 

Zoemer bij entry: functie gekoppeld aan een 

vertragingszone 

Zoemer bij chime: functie gekoppeld aan 

programmering Optie/Chime 

Zoemer bij deur: functie gekoppeld aan 

programmering Optie/Deur 

Beep van toetsen: activeren van een beep bij 

het indrukken van de klaviertoetsen 


8.13.Autotest. 

Prog. Autotest 

ENT ?? 

Autotest: Is een check van het systeem. Dit 

wordt gedaan op het geprogrammeerde uur en 

kan eveneens een digitale communicatie zenden. 

Door het programmeren van het tijdsinterval 

bepaalt men wanneer de functie actief wordt. 

1° Autotest uren: uren vertraging, van het 

moment van programmeren tot de 1° autotest. 

1° Autotest minuten: minuten vertraging, van 

het moment van programmeren tot de 1° 

autotest. 

Autotest interval: ogenblik wanneer de Autotest 

uitgevoerd wordt (na 1°) 

Nota: Iedere keer wanneer men in het installateursmenu gaat zal de autotest functie 

opnieuw gestart worden vanaf de ingestelde tijd. 

8.14.Datum en tijd. 

Prog. Datum/Tijd 

ENT ?? 

8.15.Programmering kiezer 

Programmeer datum en tijd: Programmeer de 

correcte datum en tijd om een correcte analyse 

van de opgeslagen events in het heugen weer te 

geven. 

Datum en tijd worden weergegeven op de display 

van de klavieren. 

Druk (CLR) om te wijzigen 

Geef het juiste uur in 


Druk op de pijltjes (?)(?) om te verplaatsen 

Geef ook de min/dag/maand/jaar 


Druk (ESC) om dit menu te verlaten 

In dit menu kunnen tot 8 telefoonnummers geprogrammeerd worden, de communicatie 

protocollen (Vocal, Fast, SIA, Sia_hayes, Contact ID), en het aantal pogingen voor ieder 

van hen. 

Telefoonnummers 

Prog. tel.nummers 

ENT ?? 

Uur 1 ste autotest 

0 

Min. 1 ste autotest 

0 

Tijdsinterval 

0 (0-255) 

Uren 

15 

Minuten 

30 

Dag 

10 

Maand 

5 

Maand 

5 

Tel. nummer 

1 (1- 8) 

Selecteer het te programmeren telefoonnummer 



Protocol 

Geen 

Nummer: 

Kiespogingen 

3 

Toewijzen zone 1 

NNNNNNNN 


##NNNNNN 


NN##NNNN 


NNNN##NN 


NNNNNN## 

Het Protocol is, voor ieder telefoonnummer, de 

manierwaarop de transmissie van de meldingen 

zal gebeuren. 

Fast Format: Ademco 1400 – 2300 Mz, DTMF 

10 pps format 

SIA: Level II standaard protocol. 300 pps FSK 

Bell 103. 

SIA HAYES: dit digitaal protocol wordt gebruikt 

voor het melden van alarm en technische 

gebeurtenissen aan een ontvanger. Met het 

WINREC programma is het mogelijk de 

zonecodes te definiëren voor iedere zone. Met dit 

protocol kan ook de programmering van het 

systeem opgevraagd worden door gebruik te 

maken van de HAYES modem SM40 ofwel een 

AVS modem en de software WINREC. 

Vocaal: met de optionele module SINT kan een 

vocale melding gebeuren naar een 

telefoonnummer, indien geprogrammeerd. 

Contact ID: Ademco 1400 – 2300 DTMF 20 pps 

extended formaat. 

Geef hier het gewenste telefoonnummer in 

De oproep wordt zoveel keer herhaald als 

aangeduid door het hier vermelde cijfer; indien 

de oproep succesvol is, zal ze niet herhaald 

worden. 

Zones toewijzen 

In dit menu kunnen zones toegewezen worden 

aan telefoonnummers. Op deze manier kan je 

iedere zone aan 1 of meerdere telefoonnummers 

toekennen. Dit is belangrijk voor het doorzenden 

van de meldingen naar de telefoonnummers.(De 

Eurosint 88 maakt deze meldingen zelf aan 

naargelang de gebeurtenis.) 

Om de andere zonegroepen te zien druk eerst 

CLR en navigeer dan met de pijltjes. 

# Deze zones bestaan niet, zie nota p 5 


Druk op de pijltjes (?)(?) om te navigeren 

Druk (CLR) om te wijzigen, door op toets 5 te 

drukken wijzig je alles in 1 keer (wel per 

zonegroep) 



Telefoonopties 

Telef. opties 

ENT ?? 

Detec. Kiestoon 

Puls 

JA 

NEEN 

Luister, antwoord 

JA 

Antwoordapp. 

NEEN 

Pauze tss pogingen 

60 (0-255s) 

Herhalen berichten 

2 (max. 15) 

Aantal belsignalen. 

0 (max. 15) 

Detecteer kiestoon: Het circuit zal de 

telefoonoproep alleen maar versturen als er 

een detectie van de kiestoon is. 

Pulse dialling: Om te kiezen tussen Pulse of 

DTMF programmeer “JA” om de puls mode te 

activeren. 

Luister, antwoord: Is deze functie actief dan 

zal het vocale bericht pas starten met afspelen 

nadat een antwoord van de opgebelde 

gebruiker gedetecteerd wordt. In dit geval 

wordt er vanuit gegaan dat het bericht goed is 

ontvangen en zal niet meer worden herhaalt. 

Is deze functie niet actief, dan zal het bericht 

beginnen afspelen van zodra de kiezer klaar is 

met het telefoonnummer te vormen en de 

berichten worden herhaalt zoveel zoals er 

geprogrammeerd wordt. 

Antwoordapp.: indien “aantal belsignalen” 

functie actief is en er is een antwoordapparaat 

geïnstalleerd, kan dit overbrugd worden. 

Manier voor toegang Logicom in RTC: roep het 

systeem op, wacht tot de eerste beltoon en 

hang direct op; roep terug op na 10 tot 20 sec; 

het controlepaneel zal onmiddellijk 

antwoorden. 

Pauze tussen de pogingen: Dit is de pauze 

tussen twee en succesvolle pogingen naar 

hetzelfde telefoonnummer. 

Herhaling vocale berichten: Bepaal hoeveel 

keer het vocaal bericht moet herhaald worden 

wanneer er een telefoonoproep is. 

Aantal belsignalen: dit activeren met een 

cijfer groter dan nul, maakt het mogelijk de 

installatie op te roepen voor een controle of 

RTC. 

Voor het vocale protocol: de controle voor een 

succesvolle oproep wordt geactiveerd door de 

parameter “wacht op antwoord” als JA in te 

stellen. Bij NEEN, zal de kiezer de 

telefoonnummers oproepen voor alle 

geprogrammeerde “aantal belsignalen”. 

Indien de optie “herhalingen” groter is dan 1, 

kan de vocale melding gestopt worden 

door toets 3 van het telefoontoestel in te 

drukken. 

Opgelet: de RTC functie is enkel actief voor de 

gebruikerscode waar de functie actief is (zie 

“activeren RTC & O.C.”). 


Associatie gebeurtenissen 

In dit menu kunnen koppelingen van gebeurtenissen gemaakt worden met ieder 

geprogrammeerd telefoonnummer voor zowel digitale als vocale communicatie. 

Ass Tel gebeurt. 

ENT ?? 

Com. Tamper 1 

nnnnnnnn 

Com. Paniek 1 

nnnnnnnn 

Com. Medisch 1 

nnnnnnnn 

Com. Brand 1 

nnnnnnnn 

Geen 230Vac 1 

nnnnnnnn 

Batterij leeg 1 

nnnnnnnn 

ON wapenen 1 

nnnnnnnn 

Home wapenen 1 

nnnnnnnn 

Area wapenen 1 

nnnnnnnn 

Zone blokkage 1 

nnnnnnnn 

Watch dog 1 

nnnnnnnn 

Com. codes 1 

nnnnnnnn 

Emerg. codes 1 

nnnnnnnn 

Autotest 1 

nnnnnnnn 

Communicatie Tamper: het meldt 

tamperalarmen van een lijn of een klavier naar 

de gekozen nummers. 

Communicatie paniekbericht(geen fast): 

Door tezelfdertijd op toets (1) en (CLR) te 

drukken wordt een directe communicatie 

geactiveerd met de gekozen telefoonnummers. 

Communicatie medisch bericht (geen fast): 




Communicatie brand bericht (geen fast): 




Geen 230Vac: meldt een netfout naar de 

gekozen telefoonnummers na de ingestelde 

vertragingstijd. 

Batterij leeg: meldt lege batterij naar de 

gekozen nummers 

ON wapenen: meldt wapenen/ontwapenen in 

ON naar de gekozen nummers. 

HOME wapenen: meldt wapenen/ontwapenen 

in HOME naar de gekozen nummers. 

AREA wapenen: meldt wapenen/ontwapenen 

in AREA naar de gekozen nummers. 

Communicatie zone blokkage(geen fast): 

meldt blokkeren van zones door de gebruiker 

of automatisch blokkeren van zones naar de 

gekozen telefoonnummers. 

Communicatie Watch-dog:Watch-dog is een 

speciale procedure van de microprocessor bij 

fouten; hierdoor wordt het circuit herstart 

zonder verlies van gememoriseerde data, en 

meldt dit aan de geselecteerde 

telefoonnummers. 

Communicatie codes(geen fast): meldt 

gebruikte gebruikerscode, die met de functie 

“Code communicatie” gekoppeld is aan de 

telefoonnummers. 

Emerg. Codes(geen fast): meldt gebruikte 

noodcodes, die met de functie “comm. emerg. 

Code” gekoppeld zijn aan telefoonnummers. 

Autotest: meldt de zelftest naar de gekozen 

telefoonnummers; dit om een periodieke 

supervisie van het systeem te bekomen. 

Nota: “geen fast” toont de events die niet in 

het Fast protocool aanwezig zijn. 


Fast 

Door dit kanaal te programmeren, dat meestal door meldkamers gebruikt wordt, en 

overeenstemmend met hen, kan de encodering veranderd worden. 

FastForm.Code 

ENT ?? 

Zone parameters 

Zone parameters 

ENT ?? 

Fast tamper 

1 (1- 8) 

Fast(ont)wapenen 

2 (1- 8) 

Fast watch-dog 

3 (1- 8) 

Fast geen 230Vac 

4 (1- 8) 

Zonenummer 

1 max.38 

Fastformat.code 

3 (1- 8) 

Sia code 

1 max.13 

Fast geen 230Vac 

4 (1- 8) 

Fast kanaal tamper (1..8): Tamper 

Fast kanaal Wapenen (1..8): Wapenen en 

ontwapenen 

Fast kanaal watch-dog (1..8): Herstarten 

systeem 

Fast kanaal Geen 230Vac(1..8): netfout + 

herstellen netfout 

Fast kanaal zone 1..8 (1..8): alarm op zone 


Geef het gekozen nummer in 


SIA Codes. 

De codes die kunnen ingegeven worden gaan 

van 1 tot 13. 

De remote computer, met programma mod. 

WINREC, die verbonden is via de modem mod. 

AVS-XM40, kan deze code herkennen samen 

met andere parameters, verzonden door de 

kiezer, om de installatie en het type alarm te 

identificiëren. 

Codering SIA lijn (1 .. 13) ook voor vocale 

berichten: (1 default management) 

code 1: Burglar 

code 2: GAS 

code 3: GENERIC 

code 4: FIRE 

code 5: HEAT code 

code 6: MEDICAL code 

code 7: PANIC 

code 8: EMERGENCY 

code 9: IRRIGATION 

code10:WATER LEVE 

code 11: COLD 

code 12:TAMPER 

code 13: ROBBERY 

Voor iedere ingangslijn, kan het systeem 4 

verschillende statussen herkennen en 

automatisch verzenden: 


Geef het gekozen nummer in 



8.16.Reset 

Beluisteren en opnemen van vocale berichten 

Zie blz 21 Vocale module 

Reset programmatie / wapening 

In dit menu is het mogelijk om de configuratie van het systeem of het wapenen van het 

systeem te resetten. 

Reset Prog/wapen 

ENT ?? 

8.17.Eeprom versie 

Reset programmatie: 

De bevestiging van EEPROM reset betekent, 

volledig terugkeren naar de configuratie van de 

fabrieks instellingen, uitgezonderd het 

berichten geheugen. 

Reset wapening: 

De bevestiging van wapeningsreset betekent 

dat alle actieve wapening automatisch zal 

gereset worden. Als er een “STATE” sleutel 

aanwezig is zal het systeem in ON mode 

blijven. 

• Druk (ENT) om de instellingen te resetten 

naar fabriekswaarden. 

• Druk (CLR) om het menu te verlaten. 

In dit menu wordt de software versie van het systeem weergegeven. 

Eeprom versie 

ENT ?? 

8.18.Menu standby 

Menu standby 

ENT ?? 

Reset Prog. 

ENT=yes CLR=no 

Reset wapening 

ENT=yes CLR=no 

Concorde Plus 

V x.xx 

Verst. Tijd: (min) 

60 

De softwareversie van het klavier wordt 

weergegeven door op de CLR en ESC toets te 

drukken 

Druk ESC om het menu verlaten. 

Einde van de programmering en terug bij het menu “installatie” 

Met deze functie, bekomt men een testperiode 

voor alle alarmeringen gedurende een 

periode van 60 minuten; hierdoor is het 

eenvoudiger een volledige controle van het 

systeem uit te voeren. 

De timer kan terug op 60 minuten ingesteld 

worden door het verlaten en terugkeren 

in het menu of door op een willekeurige toets te 

drukken. 


Code reset: 

In geval de installateurcode vergeten of verloren is, kan men herstarten met de 

standaardcode, door volgende procedure op het systeem te volgen: 

Procedure: 

• Verbindt de AO en de AH klemmen aan de massa 

• Druk op de resetknop 

• Wacht op het aantrekken van het alarmrelais (na 6 sec) 

• Verwijder de massa aan de AO en AH klemmen 

• Wacht een paar sec zodat klavieren zich kunnen initialiseren

Installatiehandleiding - CMS Ware*Ever

Create successful ePaper yourself

Delete template?

Save as template?